KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben...

24
KATBLAD 88/ 2 e (verbeterde) dr. Februari 2005 Inhoudsopgave Redactioneel 2 Moduleverslagen 3 Propedeuse 3 Bachelor 5 Master 10 Geslaagden 12 Introduction new Colleagues 13 VOS-interview door Fleur Daemen 19 Congres- en Reisverslagen 21 Pols: Korea 21 Daemen: Malle 23 Bogaerde: Barcelona 24 DistributieLijst Taalwetenschap&NGT

Transcript of KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben...

Page 1: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005 Inhoudsopgave Redactioneel 2 Moduleverslagen 3 Propedeuse 3 Bachelor 5 Master 10 Geslaagden 12 Introduction new Colleagues 13 VOS-interview door Fleur Daemen 19 Congres- en Reisverslagen 21 Pols: Korea 21 Daemen: Malle 23 Bogaerde: Barcelona 24 DistributieLijst Taalwetenschap&NGT

Page 2: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

2

Redactioneel Dit is het 88ste nummer van het KATblad, 2e (verbeterde) druk, zie hieronder, het Instituutsorgaan van de opleiding Taalwetenschap en Nederlandse Gebarentaal. Ooit is het KATblad begonnen als het SATblad met als ondertiteling Mededelingen van het Seminarium voor Algemene Taalwetenschap. Zoals te zien is op de bladzijde hiernaast, kwam het eerste nummer van het SATblad uit in januari 1970. Vanaf 1989 is het vervolgens “voortgezet als : KATblad” met als ISSN nummer 0926-065x. Wat KAT precies betekent, is onduidelijk, maar toen ondergetekende 16 jaar geleden de eindredactie van het SATblad overnam – en niemand bleek te weten waar dat SAT nu voor stond - werd na enige enquêtes gekozen voor KATblad, van Kommunikator, tot Krant, het doet er niet toe. Wat wel belangrijk is, is de dubbele betekenis van KATten: poezen, die altijd op de voorpagina staan en vroeger getekend werden door kinderen van medewerkers en KATten (verb, van afkatten, of iemand een kat geven) dat eigenlijk nooit gebeurt, aangezien veel moduleverslagen “al met al toch leuk” waren of zelfs “een echte aanrader”. In dit nummer treft u allereerst de moduleverslagen aan, vervolgens een nieuw initiatief: namelijk het feliciteren van studenten die binnen 1 jaar hun propedeuse hebben behaald. Daarna presenteren nieuwe onderzoeksters en onderzoekers bij Taalwetenschap zich waarna vervolgens een interview met de voorzitter van de studievereniging VOS volgt. Het KATblad wordt afgesloten met drie reisverhalen en de gebruikelijke lijst met medewerkers + nummers (nu geheel compleet). De VoorKAT (foto + ontwerp) is van Joni Oyserman, dank je wel! En nu wel in de originele vorm inclusief handalfabetjes die NIET automatisch geconverteerd zijn naar Romeinse alfabetjes zoals op de eerste druk van dit nummer 88. De foto op de AchterKAsT is gemaakt door Gerdien Kerssies, onze nieuwe secretaresse, die Elly Borghesi heeft opgevolgd en de postvakjes gealfabetiseerd. Op de foto staat het oude – cognitief niet goed te verwerken, doch bij sommigen o zo dierbare – ordeningssysteem. Wij zwaaien hiermee Elly uit en heten Gerdien van harte welkom. Ook feliciteren wij Folkert Kuiken met zijn Bijzonder Hoogleraarschap Nederlands als Tweede Taal. Ingrid van Alphen [email protected] Met dank aan: Sies de Haan [email protected] Fleur Daemen [email protected] Wieneke Wesseling [email protected]

Page 3: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

3

MODULEVERSLAGEN Module: Propedeuse Academische Vaardigheden I Docent: Arjen Florijn Periode: Semester 1, blok 1 en 2 Studielast: 5 ECTS Auteurs: Ramona Sno en Dustin de Leeuw Laten we eerst een punt duidelijk maken: Florijn is een schatje! Hij is bijzonder menselijk, laat zien dat hij zich niet erg op zijn gemak voelt om aan een grote groep tegelijk college te geven. Maar in een kleiner groepje laat hij zijn enthousiasme de vrije loop en vertelt gepassioneerd over wat hem echt interesseert en bovendien krijgen we uitgebreid te horen wat zijn zoontje nou weer met zijn computer heeft uitgevroten. Helaas laat meneer Florijn al tijdens het eerste college blijken dat hij zelf dit vak niet erg serieus neemt, hij noemt dit ook geen college maar een saaie werkgroep die later nog wel zijn praktisch nut zal bewijzen. Gelukkig laat hij later zien dat hij inhoudelijk zeer geїnteresseerd, betrokken en erudiet is. Bij elke presentatie heeft hij inhoudelijk wel een toevoeging of een interessante vraag. Gedurende het semester hebben we een aantal saaie opdrachten gemaakt, o.a. over het Woordenboek der Nederlandse Taal, en twee kinderachtige opdrachten na een rondleiding door de verschillende bibliotheken. Die rondleidingen zelf waren trouwens praktisch en goed verzorgd, maar inderdaad nauwelijks verheffend. Het zoeken naar literatuur en het schrijven van een presentatie was vooral een solitaire bezigheid, maar inhoudelijk wel het interessantste onderdeel. Tijdens de presentaties was de interesse van de medestudenten voornamelijk uit beleefdheid, het aantal vragen na afloop was erg beperkt. Misschien ligt hier een taak voor de docent: studenten stimuleren actief te luisteren en vragen te stellen. Al met al een noodzakelijke module, nuttig maar niet verheffend. Florijn weet echter op eigen wijze ons steeds weer te verrassen: eerst een heuse "klassenfoto", die ook nog op Blackboard staat, en de laatste bijeenkomst verraste hij ons met appelbeignets. Voor wie dat wilde, maakte hij een video-opname van de presentatie, waarvan je een CD kreeg en die hij uitgebreid met je wilde bespreken. Weinigen maakten gebruik van deze mogelijkheid, maar het is een aanrader! Module: Propedeuse Inleiding Gebarentalen B Docent: Beppie vd Bogaerde Periode: Semester 1, blok 1 en 2 Studielast: 5 ECTS Auteurs: Dustin de Leeuw en Ramona Sno Hoewel Beppie bij het eerste college een wat strenge indruk maakte, bleek al snel dat die indruk niet helemaal correct was: ze blijkt een zeer open, hartelijke en betrokken docente, die liever MET de studenten dan AAN de studenten college geeft. De groep studenten die op maandag college volgde, was toevallig veel kleiner en intiemer dan de vrijdaggroep, waar Beppie ook gretig gebruik van maakte. We hoefden geen

Page 4: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

4

huiswerkopdrachten te maken, maar het was onmogelijk om onopgemerkt onvoorbereid op college te komen: Beppie stelde voortdurend vragen, niet alleen over de stof maar juist over de verwerking en het begrip ervan. Als je een vraag stelde, kon je er nagenoeg zeker van zijn dat ze de vraag terugkaatste en net zo lang doorvroeg aan alle aanwezigen, tot zij zelf tevreden was met het antwoord. Een zeer intensieve, maar leuke leermethode, die ons persoonlijk erg aansprak. In het college behandelden we in vogelvlucht alle deelgebieden van de (gebaren)taalwetenschap; een deel kwam uit het nog te verschijnen UvA-boek, een deel was een bonte verzameling kopieёn uit boeken, die soms de week tevoren pas voor ons klaar lagen. Daardoor was het soms stressen om op tijd de artikelen te bemachtigen, maar hopelijk is volgend jaar het boek klaar en is ook dit kleine euvel verholpen. Die artikelen waren allemaal door verschillende auteurs, in verschillende tijden en stijlen geschreven en daardoor was het soms nogal een ratjetoe en niet allemaal even accuraat en up to date. Het boek IGT was veel overzichtelijker en prettiger leesbaar. Inhoudelijk gezien liep het college vrij parallel aan de module ITW, maar gaf het een andere blik erop. Niet alle deelgebieden van de taalwetenschap kwamen even uitgebreid of gefundeerd aan de orde, zeker de complexere items als fonologie en morfologie werden ons niet helemaal duidelijk. Het hoofdstuk uit het nieuwe boek over morfologie was ook erg taai en zwaar om te lezen, laat staan te begrijpen. Wellicht kan deze stof over 2 hoofdstukken verspreid worden. Beppie liet ook graag filmpjes zien, die bij nadere analyse vele malen complexer bleken dan we zelf in eerste instantie hadden verwacht. Door de hand-outs die ze elke week op Blackboard publiceert, heb je een goede leidraad voor het college en is het makkelijk te volgen en aantekeningen te maken. Een leuke, interessante en breed inleidende module, waarin vragen van studenten en interactie centraal staan. Als het niet al een verplichte module zou zijn, was het absoluut een aanrader! Module: Taalverwerving Nederlandse Gebarentaal I, II, III Docent: Marijke Scheffener Periode: Semester 1, blok 1 & 2 Studielast: 15 ECTS Auteurs: Loes Wijnen en Gerdientje Vlaardingerbroek Veel studenten zijn uit nieuwsgierigheid aan deze module begonnen. Ook al ben je van tevoren goed op de hoogte van de gebarentaal, het is toch een hele verrassing hoe de colleges eruit zien. Vanaf het begin word je toegesproken in de Nederlandse Gebarentaal. De eerste lessen waren daardoor heel vermoeiend, maar dat went snel genoeg. Om het iets makkelijker te maken gebruikte Marijke in het begin wel haar stem, zodat het toch te volgen was. Het lesmateriaal bestaat uit boeken en videobanden die je zelf aan moet schaffen. Er zitten wat kleine foutjes in het lesmateriaal en niet alle opdrachten kloppen met de videobanden, maar dat waren geen onoverkomelijke problemen. Bovendien maakten de kaartjes die we in de les gebruikten om te oefenen het weer helemaal goed!!! (Ooit van het woord 'partneroefening' gehoord?!) Mocht je geen videorecorder hebben dan kun je ook in de mediatheek terecht. Je moet dan wel zin hebben om drie keer in de week een paar uur in de mediatheek te zitten, want voor elk college moet er goed voorbereid worden! We begonnen langzaam met het leren van de verschillende aspecten die de gebarentaal omvat, want gebarentaal is meer dan alleen de gebaren zelf. Het ging in vrij vlot tempo, maar was goed te volgen. Halverwege module 3 hadden de meeste studenten hun quota nieuwe informatie

Page 5: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

5

bereikt, toen er nog meer bij kwam! Gelukkig is dat weer bijgetrokken (voor het tentamen?) Het leren van gebarentaal is dus alleen weggelegd voor enthousiaste studenten. Gelukkig hadden we een actieve groep en een bemoedigende docente. Wij zijn van mening dat Marijke een hele goede en inspirerende docente is die altijd goed voorbereid is op de colleges, waardoor het moeilijk is om niet enthousiast mee te doen! Over het algemeen hebben we ons erg vermaakt in deze module. Het is leuk om deze taal te leren omdat je al vrij snel veel woorden kent en verhaaltjes kan vertellen. Je ziet snel resultaat wat erg motiverend werkt. Bovendien is het een heel speciale taal, want wie kan er nou praten met zijn handen? Module: Dovencultuur II Docenten: Pfau, R, Scheffener, M, en Nyst, V (aio) Periode: Semester 1, blok 1 Studielast: 5 ECTS Auteurs: Mirthe Huisman en Fleur Daemen Dinsdagmiddag 12 uur, kamer 355, let wel; kamer, geen collegezaal. Langzaam druppelen de negen studenten dovencultuur II binnen. "Ja pak de bureaustoel van Joni maar." In deze module, gegeven door Marijke Scheffener, Roland Pfau en aio Victoria Nyst, wordt gekeken naar Dovenculturen uit de hele wereld. De verschillende culturele aspecten van deze Dovengemeenschappen moeten helpen een beter licht te werpen op de vraag: 'Dovencultuur, een cultuur of een subcultuur?' Drie docenten op negen studenten is al heel wat, maar er werden ook nog verscheidene colleges gegeven door gastdocenten. Vaak waren zij auteurs van de door ons gelezen literatuur. Dit hielp bij het inleven in de stof en zo bij het op gang brengen van discussies. Wat deze module ook erg afwisselend maakte was de variёteit in talen die gebruikt werden; gesproken Nederlands, Nederlandse Gebarentaal, geschreven Nederlands (schrijftolk) en Engels. Dit droeg ook bij aan de discussies, waarin deze verschillende talen volop gebruikt werden. De module werd afgesloten met een kort referaat door elke student over een buitenlandse dovencultuur. Ook moet er een nota geschreven worden. Daarvoor hebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende module. Het is zeker een goede uitbreiding van Dovencultuur I en we raden dan ook iedereen aan voor deze vervolgmodule te kiezen. Module: BA-module Lexicon en syntaxis van gebarentalen Docent: Roland Pfau Periode: 1e semester 04/05 blok 1 en 2 Studielast: 5 ECTS Auteur: Marloes van der Zwaag Een interessant vervolg op de module fonologie en morfologie van gebarentalen! In deze module komen verscheidene thema's met betrekking tot de lexicon en syntaxis van gebarentalen aan bod. Er worden onderwerpen als leengebaren, persoonlijke voornaamwoorden, vraagzinnen en ontkennende zinnen besproken. Hierbij komen verschillende gebarentalen aan de orde, waaronder Chinese, Indo-Pakistaanse en

Page 6: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

6

Israelische gebarentaal en er wordt met het oog op de thema's onderzocht wat de overeenkomsten en verschillen tussen gesproken talen en gebarentalen zijn. Het uitgangspunt voor elk college is het lezen van 1 of meer artikelen; ongeveer 40 bladzijden per week. Tijdens de colleges wordt eerst op creatieve en duidelijke wijze door de docent ingegaan op de stof van bijbehorende artikel(en). Vervolgens is het de bedoeling dat er een discussie zal plaatsvinden, waarbij de artikelen en analyses van de auteurs kritisch worden geëvalueerd. De hoeveelheid van de leesstof is prima te doen. Verder zijn de meeste teksten in het Engels geschreven en er wordt ook een artikel van de docent zelf behandeld. Alles samengevoegd vormt dit een divers en interessant geheel. Sommige teksten heb ik iets pittiger ervaren dan de andere, maar elk artikel wordt door de docent uitgebreid besproken en bij onduidelijkheden is er voldoende tijd om vragen te stellen. Als opdracht wordt van iedere student verwacht een referaat te houden over een van de thema's. Tijdens de presentatie is het de bedoeling dat de student een artikel bespreekt dat aansluit bij het thema van het desbetreffende college. Ik denk dat dit een zeer goede manier is om diep en kritisch in een artikel te duiken en ook om je presentatie-technieken te oefenen en verbeteren. De groep studenten was deze keer erg klein. Ik heb dit als prettig ervaren omdat er op deze manier veel gelegenheid was vragen te stellen en complexe discussies op gang te brengen. De studenten waren over het algemeen erg gemotiveerd mede door het enthousiasme van de docent. Ik kan concluderen dat de module mij zeer postief is bevallen; een aanrader! Module: BA-module Taal- en Spraakvermogen Docenten: Rob Schoonen en Ron Prins Periode: Semester 1, blok 1 en 2 Studielast: 5 ETCS Auteurs: Lonneke Hendriks en Lonneke Boschloo "Zeg heb jij dat artikel voor taal- enne.. spraakontwi...nee niet ontwikkeling, taalvariatie.. nee hoe heet dat ook al weer? taal- en spraakvermogen al gelezen?" Dit soort "slips of the tongue" waren met grote regelmaat in de wandelgangen te horen. En dat was ook wel te verwachten met al die lange, op elkaar lijkende namen voor de 2e jaars modules. Dus wat ons betreft: geef ons maar weer die oude term psycholinguїstiek, dan weten we tenminste waar het over gaat. Voor wie de term psycholinguїstiek niets zegt: Deze module gaat over de (studie van) cognitieve processen die actief zijn bij het produceren en begrijpen van taal, zowel in gesproken als in geschreven vorm. De colleges werden gegeven door Rob Schoonen en Ron Prins. Rob Schoonen nam het grootste deel op zich en Ron Prins gaf die colleges die betrekking hadden tot de neurologische kant van taalprocessen. Beiden wisten met enthousiasme hun kennis op ons over te dragen (de een wat gestructureerder dan de ander). Dit gebeurde niet alleen door te vertellen, maar ook door stukjes video te laten zien en door ons aan allerlei experimentjes te onderwerpen. Hiermee kwam de stof (nog meer) tot leven. Die stof bestond uit een (pedagogisch verantwoord) studieboek en enkele losse artikelen. Ieder week behandelden we een hoofdstuk of artikel en de bijbehorende vragen, die iedereen altijd (meestal? soms?) braaf gemaakt had. Het was soms best pittig, maar er was genoeg gelegenheid om vragen te stellen en voor discussies (indien nodig zelfs nog na het college). Hiernaast kregen we nog een paar kleine opdrachten, waaronder het verzamelen van de al eerder genoemde slips of the tongue. Onze uiteindelijke beoordeling van deze module is op te maken uit de volgende zin: "Het studentje zei dat het college interessant vond."

Page 7: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

7

(Ben je er in getuind en zou je willen weten waarom? Volg dan ook de module Taal- en Spraakvermogen.) Module: Ba-module Vorm Docent: Smith, N. Periode: Semester 1, blok 2 Studielast: 5 ECTS Auteur: Fleur Daemen "In deze module krijgen jullie veel huiswerk", zo sprak Norval aan het begin van het tweede blok tot zijn studenten. Het was van een aantal factoren afhankelijk. Ten eerste was het afhankelijk van welke taal je gekozen had; de ene taal heeft een simpel fonetisch systeem, maar de andere taal een zeer complex. Ten tweede was het afhankelijk van de auteur van de desbetreffende grammatica; de ene auteur sprong wat logischer om met zijn voorbeelden dan de andere. "Ja, dat boek heb ik een hele kritische recensie gegeven" zei Norval. Gelukkig voor de ongelukkigen (complexe taal en slechte auteur) onder ons was de hoeveelheid van de te behandelen stof niet erg veel en ook niet erg ingewikkeld. Bovendien was er genoeg ruimte om vragen te stellen met uitzondering van de colleges waarin iedereen zijn gevonden data moest presenteren. Aan deze module namen ook twee Dove studentes deel en voor hen werd er getolkt in NGT. Het samenwerken tussen de tolken en Norval verliep niet altijd even soepel, maar beide kanten hebben hun best gedaan om het college zo begrijpelijk mogelijk te maken voor de twee studentes. Ook het feit dat Norval geen 'native speaker' is van het Nederlands leverde af en toe wat onduidelijkheden op onder de studenten, maar hij wist in ieder geval wel waar hij het over had en hij wist het ook over te brengen. Vooral het enthousiasme waarmee hij alle voorbeelden uit de verschillende talen uitsprak wanneer een student dit niet bliefde te doen, maakte de, voor sommigen misschien ietwat droge, stof in ieder geval nog om te lachen. Module: Ba-module Vorm Docent: Smith, N Periode: Semester 1, blok 2 Studielast: 5 ECTS Auteur: Sophie ter Schure Het tweede blok van het eerste semester volgde ik de module Vorm, gegeven door Norval Smith. Omdat ik me erg laat had ingeschreven, was ik terechtgekomen in de reservegroep. Dit was helemaal geen straf, zoals Norval meerdere malen verzuchtte: met zo'n kleine groep werken is toch veel relaxter! Een ander voordeel was, dat we een van de twee colleges per week les kregen in de mooie kamer van Louis Pols op de Herengracht, waar we gezellig met zijn allen rond de tafel konden zitten. Tijdens het college moesten we o.a. voor een zelfgekozen taal een aantal kenmerken onderzoeken aan de hand van de serie Croom Helm Descriptive Grammars. Ik zelf had gekozen voor het Babungo, een Bantutaal gesproken in Kameroen. Ik begon hieraan met de stille hoop nog een beetje van de taal op te steken, je weet immers nooit wanneer je in die tropische hoek van Afrika terechtkomt, maar aan de fonologische kenmerken, derivationele processen en syllabestructuur van een taal heb je helaas niet genoeg om hem ook te kunnen begrijpen... Toch vond ik het zeker een interessante module. Nu nog hopen dat het boek van Norval, waarvan we tijdens deze module steeds printjes kregen, ook echt binnenkort

Page 8: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

8

uitgegeven gaat worden! (Op de studiehandleiding stond al dapper als jaar van uitgave 2004 vermeld...) Module: BA module Taalvariatie en -verandering. Docent: Margreet Dorleijn Periode: Semester 1, blok 1 en 2 Studielast: 5 ECTS Auteurs: Doris Hoogeveen en Patricia van Wonderen Voor deze module lazen we elke week een hoofdstuk uit het boek van Mesthrie, Introducing Sociolinguistics. Over de gelezen stof moesten we drie vragen bedenken en die de dag voor het college naar Margreet mailen. Zij stelde dan uit al die vragen weer zes vragen samen, die we voor de week daarop weer via de mail moesten beantwoorden. Dit systeem is vrij streng, maar op deze manier word je wel gedwongen de stof goed door te nemen. Elk college begon met een of twee referaten, waar soms op verder gediscussieerd werd. Daarna behandelde Margreet de antwoorden op de vragen van de vorige week en schreef ze de nieuwe vragen op het bord. In het boek worden zeer gevarieerde onderwerpen behandeld, zoals creooltalen, taalvariatie, taalverschuiving, gebarentalen en dialecten. Margreet is over alle facetten van het vak heel enthousiast en geeft de groep genoeg ruimte om vragen te stellen of te discussiёren. De laatste colleges wijken een beetje af van de rest en gaan over de comparatieve methode en linguїstische reconstructie. Niet iedereen was even zeer te spreken hierover, maar anderen waren juist wel enthousiast. Al met al was het een interessante inleidende module in de sociolinguїstiek. Wel denken wij dat het grootste deel van de onderwerpen meer gericht is op de studenten taalwetenschap en niet zo op de studenten Nederlandse gebarentaal. Het maken van de opdrachten en vragen kost redelijk veel tijd, dus dat moet je goed inplannen, maar de stof in het boek is wel heel interessant. Ook de onderwerpen van de referaten waren boeiend en een goede aanvulling op de lesstof.Als afsluiting van de module is er geen tentamen maar moet je een nota schrijven over een zelf te bedenken onderwerp. Je krijgt hiervoor een maand de tijd. Module: BA-module Methoden en Technieken Docent: dr. Rob Schoonen Periode: Semester 1, blok 1 en 2 Studielast: 5 ECTS Auteur: Renske Berns Het vak Methoden en Technieken was voor mij wel even schrikken, want de laatste keer dat ik een wortelteken had gezien was toch wel een aantal jaren geleden en ik had ook niet verwacht er in mijn studie ooit nog mee te maken te krijgen. Je leert bij dit vak namelijk hoe je met onderzoeksresultaten moet 'omgaan': aan de ene kant leer je hoe je onderzoeksartikelen kritisch kunt lezen maar aan de andere kant leer je ook zelf statistiek toe te passen op onderzoeksresultaten. Gelukkig komt de wiskunde heel geleidelijk in de module binnen en hoeven we nog niet meteen met rekenmachientjes aan de slag. De hoeveelheid stof en het aantal opdrachten is zeker niet te veel, maar als we eenmaal sommen moeten gaan maken, wordt er over het algemeen wel veel tijd aan besteed. De meeste studenten zijn bijna elke les aanwezig en dat is bij dit vak wel belangrijk, want er worden tijdens colleges ook formules gegeven die niet in het boek staan. Je hebt het meeste aan de colleges als je de sommen maakt, maar dat doet

Page 9: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

9

niet iedereen elke week (inclusief mijzelf). Over het boek is men niet zo enthousiast want er staan veel opdrachten in die we niet hoeven maken en het is bijna zoeken naar de stukken die wel gelezen moeten worden. Ik vind dat de docent heel goed is omgegaan met dit vak, hij hield veel rekening met het feit dat de meeste mensen wiskunde al jaren geleden verdrongen hadden en had heel veel geduld met het uitleggen van de meest eenvoudige dingen. Uiteindelijk denk ik dat Methoden en Technieken, ondanks het feit dat ik wiskunde verschrikkelijk vind en er altijd zeer slecht in ben geweest, een heel nuttig en belangrijk vak is en ik heb er dan ook heel veel van geleerd. Module: Taal- en Spraakstoornissen Docenten: Jan de Jong en Ron Prins Periode: Semester 1, blok 1 en 2 Studielast: 5 ECTS Auteurs: Sanne de Boer en Femke Huizinga In het eerste blok (gegeven door Jan de Jong) werd er een beeld geschetst van welke problemen er op kunnen treden tijdens het taalontwikkelingsproces. Dit kan op allerlei vlakken zijn en kan ook uiteenlopende oorzaken hebben. Hoe verloopt bijvoorbeeld de taalontwikkeling bij een kind met het syndroom van Down? Of bij een kind met autisme? Zo kwamen er in enigszins hoog tempo elke week situaties langs waarin er problemen op kunnen treden in het taalverwervingsproces. De literatuur bestond uit (vaak Engelstalige) artikelen waarin veel onderzoek langs kwam dat het verschil tussen de 'gewone' en de verstoorde taalontwikkeling wilde verhelderen. Naast alle literatuur kregen we in dit blok ook een kleine introductie in het werken met de taalinstrumenten GRAMAT en STAP. Tijdens het tweede blok (gegeven door Ron Prins) kwamen eerst de verschillende afasietypen aan bod: wat zijn de kenmerken van het taalgebruik van een patiёnt met een hersenbeschadiging in een bepaald hersengebied? Mooie plaatjes van hersenen kwamen met regelmaat langs. Ook werd er vaak een link gelegd naar therapieёn die toegepast worden; zijn deze eigenlijk wel zo effectief als waar men vanuit gaat? Tot slot werden verschillende dementietypen en hun verloop behandeld, met betrekking tot de taalstoornissen waar ze maar al te vaak in resulteren. In beide blokken was ook ruim oog voor de meer theoretische kwesties: wat kan er aan de hand van deze taalstoornissen gezegd worden over het bestaan, de structuur en de localisatie van ons menselijke taalvermogen? Erg waardevol waren ook de video's die vaak tijdens colleges getoond werden. Door geconfronteerd te worden met hoe een taalstoornis iemands taalgebruik daadwerkelijk verstoort, kreeg de vrij technische literatuur ineens een hele andere dimensie: het was elke keer weer aangrijpend om te zien (en horen) hoe groot de impact is van een taalstoornis op het menselijk leven.

Page 10: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

10

Module: MA-Course Generative Grammar Lecturer: dr. Hans den Besten Period: Semester 1 Credits: 10 ECTS Authors: Robert Cirillo and Rosa Spanjaard This course was about generative grammar in the traditional sense. As a textbook we used "Principles and Parameters. An Introduction to Syntactic Theory" by Peter W. Culicover (OUP, 1997) and this title covers the contents of the course rather well. Some examples of the addressed topics are: X'-Theory (why do generativists describe sentences in tree structures?), Case Assignment (how is case determined?), Binding Theory (why, for example, is John'si mother likes himselfi an ungrammatical sentence?) and Logical Form Representations (think of as many ways as possible to analyze Who remembers where we put what? and how should this analysis be written down?) This course is not meant as a very first introduction to Chomsky's ideas, but as a basic overview of the kind of problems addressed by generativists. The schedule was such that the students read a chapter every week and prepared some assignments from the textbook. During the course, Hans den Besten explained the theory and we discussed the assignments. Assessment will take place according to a take-home exam, which we cannot judge yet but seems to be a reasonable reflection of the course. The theory and the assignments were rather difficult and usually we needed more than one week to finish a topic. The many discussions we were allowed to have during the course made it sometimes hard not to lose a connecting thread. Only in the beginning of the period, hand-outs were distributed and these were very convenient. For a next time, we think it would be useful for students to have hand-outs or otherwise overviews of the discussed material during the whole course. But there was always room to ask questions, since there were only two students in the class. Although we liked, of course, to have this semi-private course, it is a pity that most students seem to avoid generative grammar. If you don't want to use this theory yourself or if you even want to argue against it, then at least try to know the enemy! To take away already one well-known prejudice: it is not only about English. We also learned a lot about Yiddish, Afrikaans, Icelandic, German, Dutch, Indonesian, and Nama, and there were examples in several other languages, including French, Italian, Mandarin and Japanese. MA-Course: Sociolinguistics Lecturer: dr. Ingrid van Alphen Period: Semester 1 Credits: 10 ECTS Authors: Geertje Visser en Tanja Jissink What do you get when you put one Estonian, two Russians, one Moroccan, one Indonesian, one German, one Polish, three Dutchies and an Ingrid van Alphen in one classroom? Sociolinguistics! During 12 weeks, we took the Mastercourse "Sociolinguistics", given by Ingrid van Alphen. Not only was the atmosphere good, the course itself was also really interesting. We touched upon all the main Sociolinguistic topics; from Ebonics to

Page 11: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

11

power marking, from questioning to quotation markers and from Labov to Ingrid van Alphen herself. Most topics were accompanied by quite creative assignments, which kept you alert and made you to really 'get into' the course. Especially the small field research we had to carry out gave a better insight in the do's and don'ts of a sociolinguistic field study. What do you do when you go into a flower shop, pretend you're looking for a Dutch National Costume and the shop-owner really wants to help you to find one, so he starts calling all his friends? Or what do you do when your experiment is to answer the phone with "Hello?" in stead of your name, but no one ever calls except for your mum? Nothing to comment at all? Well, maybe just a suggestion for improvement. The only 'problem' we came across, was the difference in sociolinguistic pre-knowledge between the students. Some students had never taken any sociolinguistic courses before, others were already experts. For some, a few topics were quite hard to grasp while for others some topics were a bit too introductionary. Especially the latter was the case, which sometimes led to uneven participation in discussions. Maybe it would be a good idea to split the course up in a Sociolinguistics A and B. A for the newly sociolinguists, B for the master-students who have sociolinguistics as their main interest. Apart from that, "Captain Ingrid" did a great job. She is friendly, active, funny and really stimulates the conversation. She keeps you interested in the topics, keeps you active and hard-working, but without giving you the idea you're in class. The fact that our class was so culturally diverse really contributed to the course. The celebration of Sinterklaas was the crown on our intercultural sociolinguistic speech-event! MA-module: Acquired Language Disorders Period: Semester 1 Lecturer: Dr. Ron Prins Credits: 10 ECTS Authors: Natalia Bratsilova and Ksenia Loos Curious to look inside the human brain and discover some of its secrets? Then you've come to the right place. The course is undoubtedly mainly linguistic, but, along the way, you will certainly gain insights into anatomy, neurology and many peculiar functions of our brain. Under the helpful guidance of Ron Prins who painstakingly (with the help of the slide projector) initiates the students into the world of language disorders, their nature, evolution and treatment. The disorders covered were: Aphasia (9 meetings), language disorders in dementia (3 meetings), disorders of language in Schizophrenia (1 meeting) and Gilles de la Tourette syndrome (1 meeting). The course is clearly structured, and the material is well-selected and all at your disposal stored in a big file just behind the classroom. The very beginning, that is the introduction, may seem a bit dragging and getting too scientific at times (especially for those not on friendly terms with brain anatomy), but in 2-3 lessons it develops into inspiring discussions and vivid smart presentations. The classes were very diverse and rarely boring. Going through theoretical issues alternated with video programs, which provided us with visual demonstration of the studied disorders. A couple of times we had guest lecturers who updated us with the most modern scientific discoveries and research in the field. There were only 5 students in the course this year (a bit disappointing fact also for Ron Prins), but it was probably more positive for us as we had a lot of time for all sorts of questions. It is a pity time was running so fast. We all wished we had this course for the whole

Page 12: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

12

year instead of only one semester. There are certainly some issues, like e.g. dementia and schizophrenia that we just touched upon and that, in our opinion, require some more attention. The extension of the course to one year would certainly be of help to students who wish to continue with a PhD in psycholinguistics and neurolinguistics. We surely made the best of the time we had and really acquired knowledge on language disorders. A friendly advice for those who intend to take the course next year: get familiar with the basic terminology before the beginning of the course. It will make your experience more interesting and will give you extra time to discuss the issues more in depth. GRADUATES PROPEDEUSE-EXAMINANDI!!! 2003-2004 GEFELICITEERD Omdat het behalen van het propedeuse-diploma doorgaans geheel geruisloos gaat maar het behalen van dit diploma binnen 1 jaar een hele goede prestatie is, zal het KATblad voortaan een feestelijke lijst publiceren. De volgende studenten Taalwetenschap en/of Nederlandse Gebarentaal van de lichting 2003-2004 hebben hun propedeuse-examen binnen 1 jaar behaald!!

Sophie Arnoult Neeltje van den Bedem

Titia Benders Lonneke Boschloo

Fleur Daemen Jan Engelen

Merel de Goede Lonneke Hendriks Claire Monnereau Margje Mosman

GEFELICITEERD!!!!

De slagingspercentages (prop. binnen een jaar) zijn als volgt: Hoofdvakstudenten: 9/20 = 45% Tweede-studie-studenten: 1/2 = 50% Totaal: 10/22 = 45%

Page 13: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

13

INTRODUCTION IN KATBLAD

New Colleagues: Aio's, OIO's, Post docs, KNAW-researchers, Vidi's or other 'Abbreviators' in Linguistics and/or Sign Linguistics

Welcome!

Adam Saulwick (Ph.D. University of Melbourne) I'm post-doctoral researcher in Theoretical Linguistics (ATW) developing the ontology and interface for the Typological Database System (TDS), (see description of this project below). Background My background is as a typologist, lexicographer and descriptive field-linguist. My work in linguistic typology spans projects of both micro and macro focus, including: (i) a typological study of the proprietive case in Australian languages; (ii) an intra-Gunwinyguan survey of benefactives; (iii) comparative notes on the morphosyntax and semantic of the verbal word in Gunwinyguan polysynthetic structures; (iv) Nominal Classification in native American languages. My Ph.D. thesis is titled The verbal word in Rembarrnga: a polysynthetic language of Northern Australia. The work is an analysis of a highly endangered Australian language and is based on primary data collected from extensive field-work in Arnhem Land, Australia. It is comprised of a detailed grammatical description of the polysynthetic structures of the verbal morphology, intra-Gunwinyguan comparison, text collection, and bilingual Rembarrnga-English dictionary. I'm interested in the application of digital technologies for linguistic research. In my doctoral project I compiled an extensive lexical database and text collection of Rembarrnga, which I interlinearized, glossed, and combined in a relational searchable interface. Menzo Windhouwer (Ph.D. University of Amsterdam) I'm post-doctoral researcher in Theoretical Linguistics (ATW) working as the software system designer and developer for the Typological Database System (TDS), (see description of this project below). Background I did my Ph.D. work at the database and data mining research group at the Centre for Mathematics and Computer Science (CWI), based here in Amsterdam. My research topic was the management of automatic feature extraction and maintenance for large multimedia collections. This resulted in a dissertation titled Feature Grammar Systems: Incremental Maintenance of Indexes to Digital Media Warehouses. How did a non-linguist, i.e. a computer scientist, end up in the Bungehuis? Well, the TDS project offered me a position where the topic is technically slightly related to my CWI research but the focus is more on the semantic level, thus offering a nice new challenge. Furthermore, the target of the project is to deliver a working system which allows me to also get my hands dirty with low-level coding. Alexis Dimitriadis (Ph.D. University of Pennsylvania)

Page 14: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

14

I am a lecturer, with research and technical functions, at the Utrecht institute of Linguistics OTS. In addition to teaching, I participate in a number of projects related to linguistic databases. At UvA, I am project manager for the Typological Database System (TDS). (See description of this project below). My main research interests are in linguistic semantics, especially in issues related to reference and the interpretation of pronouns, anaphors, etc. I am currently focusing on the semantics and typology of reciprocals cross-linguistically, and my Ph.D. thesis was on the semantics of reciprocals in English. I am also interested in computational linguistics (word sense and anaphora resolution) and in Greek linguistics and Bantu (particularly Swahili). Alongside linguistic theory I enjoy learning about computers and computation, and building useful tools and resources: Besides the TDS project, I am helping create the Anaphora Typology database, an in-depth survey of reflexive binding in various languages. I have also worked on algorithms for anaphora resolution in English text corpora, and on (non-linguistic) statistical modeling of chaotic time series. Rob Goedemans (Ph.D. Leiden University) I am a Phonetician/Phonologist and IT specialist and work at Leiden University as IT project manager and webeditor. I am stationed here in Amsterdam for one day a week to develop phonological databases (and contribute to the phonological part of the ontology) for the Typological Database System (TDS), (see description of this project below). Background Early on in my linguistic studies I became interested in the phonetics and phonology of stress systems. My Ph.D. project on stress was the logical consequence. It centered around a phonological question regarding stress systems that I tried to answer by running phonetic experiments. Furthermore, I published some theoretical analyses of stress systems found in Australian Aboriginal languages, the rules of which were particularly strange and related directly to the central topic of my dissertation. The title under which my dissertation appeared was Weightless Segments: A phonetic and phonological study concerning the metrical irrelevance of syllable onsets. During my MA and Ph.D. years, I also got involved in the StressTyp database on the stress systems of the world's languages, which eventually caused me to end up working on stress typology and phonological databases in general. Typological Database System (TDS) The Typological Database System (TDS) aims to provide access to multiple typological databases (independently developed in diverse research centers) from a single web interface. The purpose of this is to facilitate typological research by enabling sophisticated cross-database searches, thereby providing researchers with powerful means to discover new and/or verify typological implications. The TDS project is being carried out by a research group of the Netherlands Graduate School of Linguistics (LOT), with members from the Universities of Amsterdam, Leiden, Nijmegen, and Utrecht. The initial phase of the TDS started in September 2000, and the project entered the implementation phase on 1 May 2004. It is scheduled to run until 1 May 2007. TDS is funded by the Netherlands Organization for Scientific Research (NWO) and the participating universities.

Page 15: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

15

A development snapshot can be accessed at: http://www.hum.uva.nl/TDS/ If you would like any further information about this project please feel free to come and see us in the Bungehuis, room 306, or telephone 525 3104. Esther Parigger (Drs. Universiteit van Amsterdam) Omdat ik wel een nieuwe taal en cultuur wilde leren kennen, ben ik ooit begonnen met een propedeuse Spaans. Al snel bleek echter dat er iets ontbrak. Ik was wel geїnteresseerd, maar niet werkelijk nieuwsgierig. Mijn overstap naar de bovenbouwstudie Algemene Taalwetenschap was dan ook een schot in de roos. Vooral de richting Patholinguїstiek en Gebarentalen trok me aan. De afronding van mijn afstudeeronderzoek, over communiceren buiten het hier-en-nu door kinderen met het Syndroom van Down, verliep dan ook voorspoedig. Vrij snel daarna kon ik aan de slag bij Viataal in Sint Michielsgestel. Ik begon op het project 'Functionele Communicatie Assessment en Training' en bestudeerde het effect van een interventieprogramma op het gebruik van communicatieve functies door kinderen met een meervoudige beperking en probleemgedrag. Daarna ging ik verder met het project 'Hulp bij Keuzes in Zorg en Onderwijs'. Door middel van literatuuronderzoek en interviews met experts en ouders probeerde ik te achterhalen hoe keuzes voor dove en slechthorende kinderen en voor kinderen met ernstige spraak/taalmoeilijkheden gemaakt worden. Daarnaast was ik ook bezig met de studie Psychologie. Mijn afstudeeronderzoek behandelde de prevalentie van angstklachten bij kinderen met astma. Omdat ik de richting Klinische Psychologie deed, liep ik ook stage op de Jeugdriagg in Haarlem. Daar werk ik nu nog een dag in de week. Ik doe er psycho-diagnostisch onderzoek en houd me bezig met zowel individuele als groepsbehandelingen van kinderen met autisme en hun ouders. Sinds kort ben ik ook voor vier dagen in de week aan het promoveren op de UvA. Omdat ik hier gestudeerd heb, en omdat ik hier ook een tijd als gastonderzoeker gewerkt heb, voel ik me al helemaal thuis. Mijn onderzoek gaat over taalproblemen van kinderen met Attention Deficit Hyperactivity Disorder (ADHD). Uitgegaan wordt van voorspellingen uit onder meer de Executive Function Theory. Met behulp van een narratieve taak en taaltesten zullen data verzameld worden die inzicht bieden in verwerving van zowel morfologie en syntaxis als pragmatiek. Ook zullen cognitieve testen worden afgenomen om meer te weten te komen over aandacht en geheugen. Daarna zal een groep kinderen met ADHD op al deze aspecten vergeleken worden met een groep kinderen met ernstige spraak/taalmoeilijkheden, een groep kinderen met een laag intelligentieniveau en een groep kinderen met een normale ontwikkeling. Op deze manier kunnen eventuele specifieke taalkenmerken van kinderen met ADHD en de relatie daarvan met hun cognitieve capaciteiten geїdentificeerd en geїnterpreteerd worden. Terugkijkend op de afgelopen jaren is het eigenlijk niet zo verwonderlijk dat ik bezig ben met een onderwerp dat enerzijds taalwetenschap en psychologie en anderzijds theorie en praktijk met elkaar verenigt. Ik geniet er dan ook erg van. Ik ben trouwens ook lid van de redactie van de WAP-nieuwsbrief en de borrelcommissie. Dus als we elkaar nog niet ontmoet hebben, zal dat waarschijnlijk binnenkort vast eens gebeuren. Tot dan! Esther Parigger, UvA, Bungehuis, kamer 502Spuistraat 210, 1012 VT Amsterdam T: 020 5253877 E: [email protected] MSc GORDANA KOVACIC, speech and language pathologist Zagreb, CROATIA

Page 16: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

16

I am a guest researcher at the Institute of Phonetic Sciences on a project about acoustic and perceptual characteristics of Croatian folk singing. The three unique Croatian styles of folk singing are being investigated: klapa (typical for Dalmatia), ojkanje (distinctive for mountainous regions of Dinara and Dalmatian Hinterland) and tarankanje (typical for Istria and Kvarner islands). The project started in 2002/03 under the Huygens program in cooperation of the abovementioned Institute, Faculty of EE and computing University of Zagreb and LADO National folk dance ensemble of Croatia. Originally, the study was focused on analyzing the acoustic characteristics of Croatian folk singing alone. It was shown that the style discrimination is possible. The results showed a need to investigate perceptual characteristics as well. Besides common bipolar scales that describe human voice (e.g. soft-loud, low-high, tense-relaxed), the scales of abstract attributes were used as well so that the semantic analysis may be conducted. It will be interesting to test if the three styles are going to cluster in space of perceptual dimensions as well. The results will contribute not only to (singing) voice science, but also to ethnomusicology and vocal pedagogy. Gordana Kovacic Institute of Phonetic Sciences UvA Herengracht 338 1016 CG Amsterdam Tel: (020) 5252-385 Fax: (020) 5252-197 E-mail: [email protected] Niels Smit My name is Niels, and I did my M.A. and M.Phil. in Theoretical Linguistics at UvA between 1998 and 2003. In my theses, I combined my interests in typology, morphology and model-building; I wrote on derivational morphology and Noun Incorporation, both from an FG perspective. Currently I am working as an AiO in Enoch'Abohs VIDI project on the typology of Topic and Focus, where I am mainly responsible for a macro typological survey of coding mechanisms in the domain of Information Structure. For an inveterate functional grammarian like myself, working in a predominantly generativist project group is a rather interesting experience, but it has proven a very fruitful challenge so far. Besides my own project, I am involved in the FDG research group and some smaller initiatives. On a more personal note, I am a lover of classical music. My cd collection comprises opera, early-modern symphonies and string quartets (although some people are hard to outclass in this last category). My other great passion is tango, in all its disciplines: I am an active dancer, both in Amsterdam and Buenos Aires, and a fan of its music and poetry. I look forward to working here for the coming four years, and we'll probably meet at the borrel sometime. Marina Dyakonova, Office: Herengracht 338, Phone: 020 525 2191 I came from Russia, with, no surprise, Russian being my mother tongue. It's my first year as a PhD at the University of Amsterdam. I started here in September 2004. I am enrolled into the project "The Typology of Topic and Focus" supervised by E.O.Aboh and K.Hengeveld. The project is designed to investigate the function and structural properties of Topics and Focus on the basis of the substantial data from about 50 languages. The research group involves 2 PhD students, me being one of them. My part of the research deals with clause structure and syntax-pragmatics interface. My colleague is responsible for the typological/functional part of the project. My previous degree (MPhil in English Linguistics) is from the University of

Page 17: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

17

Tromsoe, Norway. That was where I started with Linguistics. After my graduation I made up my mind to proceed to the PhD. And here I am! I am working within the Generative Grammar (GG) framework. Although GG is not particularly popular at the department, I'm glad to do my PhD here. The "mixed" theoretical environment makes the education more all-round. I think it's fun to have a chance to be confronted by views from other theoretical approaches and try to evaluate all the pros and cons of you or other's theories. Wieneke Wesseling My name is Wieneke Wesseling and I started in october 2004 for a four-year period as aio on the postdoc programme 'Integration of information in spoken communication'. I studied communication and information in Tilburg, close to my home town, and this is where I became fascinated by the complexity of human language and interaction. I graduated on text-linguistics in Tilburg with a thesis on prosodic features in spoken monologues and I enjoyed this little escapade to spoken language so much that I applied for my current aio-position on the Institute of Phonetics on the Herengracht. My research here will concentrate on the use of audiovisual information in conversations, with an emphasis on turn relevant places. Wesseling, Wieneke PhD Student, Phonetic sciences, Herengracht 338 Telephone: +31.20.525.2385, E-mail: [email protected] Petra Jongmans In August 2003, I (Petra Jongmans) started my Phd project at the phonetics institute. My project is a joined project with the Netherland Cancer Institute, so I also spend some of my workdays at the Antoni van Leeuwenhoek Hospital. The title of my project is: The intelligibility of tracheoesophageal speech, an analytic and intervention study. I am working with people who have had their larynx removed because of laryngeal cancer and now speak with a voice prosthesis. In my research I wish to find out which speech sounds are difficult to produce for them and if there is an anatomical/physiological reason for this. Then we want to investigate if specific speech therapy based on our findings will help improve the speech of these people. I am actually not a phonetician (yet). I first studied English in Leiden (where I still live) and graduated on language change in North Wales. As I wanted to do more with linguistics, I decided to go and study applied linguistics at the VU. There I graduated on hearing rehabilitation of adult cochlear implant users. This topic raised my interest in clinical linguistics, so when I saw the vacancy for my project, I knew that was the job I wanted. It has been a very good choice and I thoroughly enjoy my work and the whole working environment. Loulou Edelman Mijn naam is Loulou Edelman. Sinds 1 september 2004 werk ik als aio binnen de leerstoelgroep Nederlandse Taalkunde. Mijn linguїstische loopbaan begon aan de Katholieke (tegenwoordig: Radboud) Universiteit Nijmegen, waar ik Algemene Taalwetenschap heb gestudeerd, met sociolinguїstiek als specialisatie. De titel van mijn doctoraalscriptie is: 'De trendsetters van het Poldernederlands. De uitspraak van (ei) door vrouwen en mannen.' Ik kom uit Nederland, maar toen ik solliciteerde naar deze promotieplaats, woonde ik in Zuidoost-Polen. Negen maanden lang heb ik daar colleges Nederlands verzorgd voor studenten van de Katholieke Universiteit Lublin. Het sollicitatiegesprek was een aparte ervaring. Het was een telefoonconferentie: ik

Page 18: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

18

zat achter mijn bureau in Lublin, op negen hoog met uitzicht op het prachtige oude stadscentrum, en hier in Amsterdam zaten de tien leden van de selectiecommissie, allemaal op hun eigen kamer. Toen ik eenmaal aan de UvA werkte, had ik nog even de neiging om op z'n Pools "Prosze!" te zeggen als er iemand op mijn deur klopte, maar nu ben ik weer helemaal gewend. Mijn onderzoek gaat over meertaligheid en taalcontact in het Nederlandse straatbeeld. Ik ga digitale foto's maken van het taallandschap (alle teksten op straatnaambordjes, billboards, winkelborden enz.). Die foto's worden gecodeerd op taalkeuze, volgorde van talen, en andere kenmerken. Zo ga ik stedelijke en landelijke locaties in de Randstad en de provincie Friesland vergelijken met betrekking tot het gebruik van de rijkstaal Nederlands, de internationale taal Engels en de minderheidstaal Fries. Naar andere talen, zoals het Duits, Frans, Chinees en Arabisch, zal ik ook kijken. Je kunt me bereiken per e-mail ([email protected]), telefoon ((020) 525 49 16) en door aan te kloppen bij kamer 439 van het P.C. Hoofthuis. INTERVIEW Over VOS en Foxy ladies Een interview met Jan engelen, door: Fleur Daemen Je ziet ze misschien wel vaker hangen in het Bungehuis dan je ooit gedaan hebt. Ik heb het over de posters van VOS (Vereniging voor Ontspanning en Studie) de studievereniging voor TWS en NGT. Ze kondigen een cursus kliktalen aan of een bijeenkomst in het Vondelpark voor een cursus sinterklaasgedichten schrijven. Tijd dus vond ik om een paar vragen te stellen aan de voorzitter van VOS: Jan Engelen. Hij is zelf ook nog lid van Studenten vereniging AEGEE en hoewel hij daar minder tijd voor heeft sinds hij voorzitter van VOS is geworden gaat het volgens hem prima samen. Waarom ben je voorzitter geworden van VOS? Ik was eerst een tijdje gewoon lid. Toen ben ik gevraagd om in het bestuur te gaan omdat er iemand uit was gestapt en heb ik een halfjaartje de Pr gedaan. En toen het duidelijk werd dat het bestuur niet langer kon blijven zitten, ze waren namelijk al een jaar bezig, toen heb ik mijzelf opgeworpen om voorzitter te worden. Dit leek me leuk omdat VOS eigenlijk net pa een jaar bezig was. Ja, VOS bestaat al wel langer dan een jaar maar het oude bestuur had VOS een beetje laten doodbloeden. En eigenlijk ging het nu steeds beter met VOS en het leek mij wel een uitdaging om die lijn door te trekken. De activiteiten van VOS, zijn die vooral taalwetenschappelijk gericht of ook op de Gebarentaal? Ja, ze zijn vooral taalwetenschappelijk gericht. Het is vrij moeilijk om Gebarentaal activiteiten te doen. Maar ze zijn er wel; we hebben nog steeds een cursus gebarentaal in de planning staan voor bij het uitgaan en morgen gaan we in Nijmegen naar een lezing over Gebarentaal. Doet VOS, ook al is het een studievereniging, ook nog aan niet studie-activiteiten? Ja we doen ook wel dingen gewoon voor de gezelligheid. Dat heeft dan wel een beetje de achterliggende gedachte dat het de studenten van de studie wat dichter bij elkaar brengt en dat je elkaar op een andere manier leert kennen. Dat werkt soms ook wel studie bevorderend, maar we houden natuurlijk ook van gewoon gezellig een biertje

Page 19: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

19

drinken. Dat doen we tijdens de borrels of we houden wel eens filmavonden. Hoe is de verhouding TWS en NGT vertegenwoordigd onder de leden? Die is ongeveer wel gelijk. We hebben namelijk op het introductie weekend een heleboel eerstejaars Gebarentaal leden geworven. Terwijl we de taalwetenschappers gewoon meer gaandeweg uit de hogere jaren hebben geplukt en overgehaald hebben om lid te worden. Betekent V.O.S. nog iets anders dan Vereniging voor Ontspanning en Studie? Ja het is ook nog een taalwetenschappelijke woordgrap. Want VOS staat ook voor Verbum Object Subject en dat een heel zeldzame woordvolgorde, zoals de taalwetenschappers wel weten. Dat is een leuke kwinkslag. En vraag dan niet waarom we niet Vereniging voor Studie en Ontspanning heten want VSO is ook een heel zeldzame volgorde. Onderscheid VOS zich nog op een andere manier, behalve natuurlijk de studierichting? Wat mij betreft niet. Dat hoeft ook helemaal niet want studieverenigingen hebben natuurlijk allemaal hetzelfde doel. Je zou je wel kunnen onderscheiden maar dat is natuurlijk gewoon inherent aan de studie taalwetenschap. Wat is er nou eigenlijk precies verbeterd met de komst van het nieuwe bestuur? Van het vorige bestuur waren maar drie van de vijf personen echt actief. En nu zijn we alle vijf actief en dus kunnen we gewoon meer doen. Het is makkelijker om dingen te organiseren en we kunnen meer dingen organiseren. Ik denk dat we ook iets meer herrie maken dan het vorige bestuur. Hoe bedoel je, meer herrie? Ja, we sturen wat meer mailtjes rond en hangen wat meer posters op in het Bungehuis. Bij de introductie op de herengracht begin van dit schooljaar waren ook de Foxy ladies aanwezig, wie zijn dat? Ja, de foxy ladies dat is het koosnaampje wat ik wel eens gebruik voor mijn vrouwelijke mede bestuursleden. Hoezo is er sprake van een koosnaampje? Ja, als bestuur zijnde kom je natuurlijk vaak bij elkaar en dan wordt je vrienden en dan mogen dat soort dingen. Al is het natuurlijk een beetje seksistisch en onpersoonlijk als ik ze altijd met foxy ladies aan zou spreken. Zou je zelf nog iets willen toevoegen? Is er nog iets wat je niet gezegd hebt, maar wat je toch graag kwijt had gewild? Aan het Katblad? Oeh, nou uhm. Doe maar gewoon alsof het in de Folia komt. Ja ik wel wel gewoon zeggen aan de mensen die dit lezen en geen lid zijn van VOS dat het echt de moeite waard is om gewoon een keer langs te komen op een borrel. Het is echt heel gezellig en we doen dingen waar je ook echt wat aan hebt. De mensen die geїnteresseerd zijn die kunnen gewoon even een mailtje sturen? Ja, dat kan inderdaad. Of als je weet wie er in het bestuur zitten, dan kun je ze gewoon aanspreken. Dan geef je die € 7,50 en dan ben je lid. Dan krijg je later nog een

Page 20: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

20

lidmaatschapformuliertje waarin we wat dingen van je vragen. Het is eigenlijk heel makkelijk. En overmaken mag natuurlijk ook, het rekeningnummer is 8328291. CONGRES- EN REISVERSLAGEN Trip report of Louis Pols to Cocosda and Interspeech 2004 at Jeju Island, Korea The 8th International Conference on Spoken Language Processing (ICSLP), now called Interspeech 2004, took place Oct. 4-8, 2004 at the International Convention Center Jeju, Jeju Island, South Korea. On the Monday Oct. 4 preceding the main conference, there were various Tutorial Sessions, however I then participated in an annual Cocosda meeting that unfortunately attracted little audience, partly because it was announced much too late. Interspeech 2004 attracted some 850 participants from all over the world, this was somewhat less than in the two previous conferences (the one in Geneva in 2003 and the one in Denver in 2002), probably partly due to the exotic meeting place. There were some 150 participants from the organizing country South Korea. The venue place ICC Jeju on the Jeju island at the south end of South Korea was brand new and could easily handle some 3500 participants, so our community felt sometimes somewhat lost in this big building. The great advantage was of course that all meeting facilities were highly adequate (including f.i. easy and free internet access). Unfortunately some other basic requirements, such as breakfast facilities and availability of appropriate coffee during the breaks, were less adequate. Also, no hotel facilities were nearby, so almost all participants had to use buses and taxis to reach the site. I was lucky to be able to walk some 25 minutes from my hotel. Unfortunately, at the time I booked my hotel there was only the choice left for this Korea Condo, which appeared to be an inexpensive but also utterly sober facility. However, the climate, the ocean view and the beach nearby made up for a lot. Upon my return home, I had the opportunity to spend the week-end in Seoul. Each day started at 9 a.m. with a plenary presentation followed by three 2-hours oral/poster blocks, separated by coffee breaks or a lunch break. At the end of the day, at 6 p.m. there was either a welcome reception, the ISCA General Assembly followed by a student reception, or the banquet. During the Opening Session of Interspeech 2004 the annual ISCA medal was awarded by ISCA president prof. dr. Sadaoki Furui to prof. dr. Manfred Schroeder (former Bell Labs and prof. em. at G�ttingen University),who presented an interesting historical lecture entitled 'Speech Research Unlimited'. The other 3 plenary lectures at the 3 following days were presented by world-renowned speech experts: Chin-Hui Lee (now Georgia Institute of Technology, Atlanta, former Bell Labs) 'From knowledge-ignorant to knowledge-rich modelling: A new speech research paradigm for next generation Automatic Speech Recognition', Hyun Bok Lee (prof. em. Seoul National University) about the Korean alphabet, and Jacqueline Vaissière (Laboratoire de Phonètique et de Phonologie, Paris) 'From X-ray or MRU data to sounds through articulatory synthesis: towards an integrated view of the speech communication process'. This last paper was concentrated around the Maeda articulatory model, of which software program I was allowed to copy a version for scientific use. Following each plenary, the conference had always 4 oral and 3 poster sessions in parallel. Each time one of the oral sessions was devoted to one of 12 so-called Special Sessions (such as 'Audio-visual speech processing', Multi-lingual speech-to-speech translation', 'Speech and affect', or 'Processing of prosody by humans and machines')

Page 21: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

21

organized by convenors. The proceedings of this conference were available in printed form as well as on CD-ROM and via the internet. This was the first time that I decided not to order the printed (4 volumes) version for our library, actually only 100 copies were printed upon demand at all. The CD-ROM version is now fully accepted by the speech community and is also easily accessible and searchable. One could already see several participants in oral sessions scanning the full text from CD-ROM, while listening to the actual presentation. Only battery problems on present-day PC's prevent more use of this option. The paper that I presented on behalf of the INTAS 915 project partners in poster session 'Linguistics, Phonology and Phonetics II' about 'Frequency effects on vowel reduction in three typologically different languages (Dutch, Finnish, Russian) received an ongoing attention during the whole 2-hours period, but could of course not compete with the other poster sessions on speech technological topics that always draws so much more attention at this conference as well as at previous ICSLP conferences. As always there was a high emphasis on technology and applications, although the science part was certainly not neglected, as may become apparent from sessions about 'Linguistics, phonology and phonetics', 'Speech perception', 'Speech production', 'Speech science', 'Prosody modelling and generation', 'Interdisciplinary topics in spoken language processing', 'Prosodic recognition and analysis', as well as several already mentioned Special sessions. In the technology field there was much attention for all aspects of speech/speaker/ language recognition, speech synthesis and dialog handling, but also for multimodal and audio-visual processing, for resources and evaluation and for prosody including prosody labeling. Also many language-specific studies were presented, as well as many interesting applications, such as a hand-held speech-to-speech translator in a specific medical domain. It was a pleasure to see so many references to the use of praat! Jean-Luc Schwartz (ICP, Grenoble) was very interested in our analyses of unlabeled vowel-like sounds from 2-year olds and younger children. He suggested to arrange a meeting in Grenoble to discuss our project and their modelling project and the almost completed thesis activities of J.E. Sherkane. I was also involved in various committee meetings as a member of the Permanent Council of ICSLP (PC-ICSLP), of the ISCA Advisory Council and of the Editorial Board of the Speech Communication Journal. It is most probable that, as a completion of the integration phase of Eurospeech and ICSLP into Interspeech under the auspices of ISCA, the PC-ICSLP will be dissolved. The only advisory body remaining will then be the ISCA Advisory Council (IAC). A small so-called Interspeech committee (IC) will take main responsibility for the negotiations around the yearly Interspeech conferences. Per Interspeech Conference an Interspeech Program Committee (IPC) will take responsibility for the reviewing process and the program compilation. Since Antwerp has volunteered for Interspeech 2007, all these developments are very important for the Belgian-Dutch team that has volunteered to organize this conference in 2007. I will be a member of the core organizing committee headed by Dirk van Compernolle. The next Interspeech will be organized by Isabel Trancoso in 2005 in Lisbon, Portugal and the next but one in 2006 by Richard Stern in Pittsburgh, PA.

Page 22: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

22

WERELD DOVENDAG, MALLE 25 september 2004 Door: Fleur Daemen Nadat ik een uur gereisd had vanaf metrostation Wibautstraat kwam ik eindelijk aan op station Sloterdijk (ik hou echt zo veel van het openbaar vervoer) waar Beppie, Marijke en de vrijwilligers (gretige gebarentaal studenten) stonden te wachten, gelukkig niet alleen op mij. Toen de groep compleet was konden we vertrekken. Há leuk, dacht ik; twee auto's vol gebaarders dan kun je tijdens de rit gewoon met elkaar communiceren. Dat viel vies tegen. Ten eerste rij je natuurlijk best een eindje uit elkaar ( "Een seconde". "Nee! Twee seconde") en als je dan dichter bij elkaar rijdt kijkt er altijd wel een auto tegen het licht in en kun je nog niet goed zien wat er gebaard wordt; "Acht, deed ze acht?" "Ja, ik geloof het wel" "Terug? Zei ze terug?" "Ja ze zei terug, we moeten terug". Bovendien rijdt Beppie's auto het liefst 105 en dat was iets harder dan de auto van Marijke. Maar goed, na even verkeerd te zijn gereden (toch maar uitstappen om te overleggen) en na even zoeken (vooral naar de straatnaam bordjes) kwamen we aan in Malle. Malle; dat soort plaatsnamen kunnen alleen Belgen verzinnen. Eindelijk zagen we dan ook een bordje staan; Wereld Dovendag 2004. Bij de ingang van het Provinciaal Vormingscentrum, onze plaats van bestemming, ontstond nog enige onenigheid over wie er wel en niet hoefden te betalen. Maar dat probleem was snel verholpen (de studenten betaalden en de docenten niet). Nu dan, we konden beginnen aan de zoektocht naar de voor de UvA bestemde infostand. Dit leidde ons door een lange, voor Doven maatstaven zeer smalle gang gevuld met infostands. Je moet je voorstellen dat iedereen daar de hele dag met elkaar staat te gebaren dan kan er dus niemand meer langs. We kwamen nog door een wat grotere ruimte om vervolgens in de achterste ruimte aan te komen waar in de verste hoek een tafel gereserveerd stond als zijnde de infostand van de Universiteit van Amsterdam. We stalden onze folders en ander informatie zo "creatief" mogelijk uit en bliezen 'speciale' UvA ballonnen op (voor zover ze niet na twee keer blazen knapten). Onze stand was dan wel niet zo innovatief als die van de tolkopleiding wiens studenten een heuse cardboard Balkenende bij zich hadden, die kon gebaren, maar hij was wel UvA!! Bovendien ben ik geen fan van Balkenende en al was een gebarende Femke Halsema wel leuk geweest; hoe leg je in gebarentaal uit waar Groen Links voor staat? Zo'n gevorderde gebaarder ben ik nou ook weer niet. 's Ochtends was het nog niet zo druk in het Provinciaal Vormingscentrum en bestond onze taak bij de infostand uit niet veel meer dan toestemming geven om folders mee te pakken. Vooral de tasjes met informatie waren in trek omdat men al flink wat kraampjes gepasseerd had alvorens bij de onze te stoppen. En dan komt een tasje van pas. Of er dus echt interesse was? Ach dat zagen we door de vingers. "Ze maken in ieder geval reclame," opperde Marijke. In de middag werd het wat drukker, hoewel wij al bijna door onze folders heen waren. Mensen bleven langer stil staan, stelden vragen en dus was het tijd om de handen te laten wapperen. Het gebaren liep hier en daar misschien een beetje ongesmeerd, maar de boodschap kwam over. Toen ik aan een man gebarend probeerde uit te leggen wat onze opleiding inhield vroeg hij aan mij; "Ben je docent?", "Nee, nee" gebaarde ik, "Ik ben student." Doceren aan de UvA; dat is iets waar ik over een jaar of vijfentwintig pas aan ga denken. Aan de Belgische Gebarentaal (eigenlijk Vlaamse, en daarbinnen zijn dan nog weer

Page 23: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

23

variëteiten) heb ik me gelukkig niet hoeven wagen. Ik overzag een gesprek tussen Marijke en twee Belgische meisjes (van de stand over tweetalig onderwijs in België) waar ik nauwelijks iets van kon volgen. Terwijl Marijke moeiteloos, zo leek het voor mij, switchte tussen NGT en de Vlaamse Gebarentaal lukte het mij om één gebaar op te pikken (het gebaar voor jaar). NGT en Vlaamse Gebarentaal verschillen onderling absoluut, maar het mondbeeld berust natuurlijk op dezelfde taal en dus zal het voor de Doven onderling makkelijker zijn om elkaar te begrijpen. Natuurlijk hoefden we niet ten alle tijden bij de infostand aanwezig te zijn en dus konden we zelf ook nog langs de andere infostands, een lezing bijwonen of meedoen aan een workshop. Het was een gevarieerd programma; van de ontstaansgeschiedenis van Sense (feest voor Dove en horende jongeren) tot een workshop over het onderwijs en van een politiek debat over de erkenning van Gebarentaal tot een grote quiz. Alles werd gebaard en gesproken en andersom (een viertalige bijeenkomst) daar werd voor gezorgd door de tolken die voorzien waren van een Belgisch of Nederlands vlaggetje. Er werden ook nog enkele films vertoond en er waren theateroptredens. Later die middag waren onze folders op (we hebben zelfs nog adressen genoteerd van geïnteresseerden die graag informatie toegestuurd wilden krijgen). De tafel zag leeg, de cardboard Balkenende had al geruime tijd niets meer gebaard en toen we ook nog enige tekenen van vermoeidheid begonnen te vertonen was het tijd om in te pakken en in de auto naar huis te stappen. Volgend jaar: meer informatie mee en een gebarende Femke! Verslag Conferentie Barcelona, 30/09 – 2/10 2004 Theoretical Issues in Sign Language Research (TISLR) Door: Beppie v.d.Bogaerde In de prachtige universiteit van Barcelona werden we op woensdag avond ontvangen met een glaasje wijn en de heerlijkste tapas. Het was zoals altijd vreselijk leuk om alle collega’s van over de hele wereld weer te zien – de laatste TISLR was in 2000 in Amsterdam geweest, dus nu een goede kans om bij te praten. De sfeer was meteen gezet – kaartjes werden uitgewisseld en vergaderingen gepland om projecten te bespreken en onderzoeksgegevens uit te wisselen. Van donderdag tot zaterdag waren de lezingen en posters gepland. Zondag hebben we gebruikt om musea te bezoeken, en te genieten op een van de vele terrasjes van het heerlijke weer (27º). Er waren 26 lezingen (geen parallelsessies), en een kleine 60 posterpresentaties. In totaal werden meer dan 12 gebarentalen besproken: Aby Shara Bedouin GT, ASL, Nicaragua GT, Spaanse GT, HongKong GT, NGT, BSL, Israëlische GT, Braziliaanse GT, Griekse GT, Quebec GT, Mexicaanse GT en Maritius GT en dan heb ik ze nog niet allemaal genoemd, waarschijnlijk. Er waren veel lezingen natuurlijk over syntactische onderwerpen: Focus in gebarentalen, werkwoorden, conditionals, relaties tussen gestures en gebaren, gebaarvolgorde, classifiers, fonologie, maar ook over neurolinguïstische aspecten of oogknipperen en blikrichting. Er was een sociolinguïstische lezing van Graham Turner en Gary Quinn getiteld “Power to the people: empowerment through engagement in sign sociolinguistics and language planning”, over de relatie tussen gebarentaal onderzoek en dove researchers en de dovengemeenschap. De posterpresentaties waren aanvankelijk erg kort gepland, maar na protest werd hiervoor meer tijd ingeruimd, zodat we ze alsnog goed konden bestuderen en konden

Page 24: KATBLAD 88/ 2e (verbeterde) dr. Februari 2005cf.hum.uva.nl/home/taalwetenschap/KAT88JAN05.pdfhebben de studenten de tijd in blok twee. Wij vonden dit een ontzettend leuke en afwisselende

24

praten met de onderzoekers. Ik heb ’t ‘Book of Abstracts’ op mijn kamer in het Bungehuis 354, iedereen is welkom om het programma en de abstracts even in te zien. Tijdens de conferenties hebben we een nieuwe vereniging opgericht: Sign Language and Linguistics Society (SLLS), met in het oprichtingsbestuur de volgende personen: Anne Baker (voorzitter), Josep Quer (vice voorzitter) Joni Oyserman (penningmeester), Beppie v.d. Bogaerde (secretaris), Marijke Scheffener en Myriam Vermeerbergen (internationale contacten). Aanmelden gaat binnenkort via de website, (http://www.let.kun.nl/sign-lang/slls). De SLLS wil de continuering van de TISLR bijeenkomsten garanderen, alsook het contact tussen onderzoekers vergemakkelijken en jonge onderzoekers ondersteunen. Vacature Eindredactie KATBLAD Het Katblad verschijnt 2 keer per jaar: aan het begin van elk semester met in ieder geval de verlagen van de modulen van het vorige semester erin! Sies de Haan doet elke periode en elk blok bij elke docent een Katformulier in het postvakje. Sies ontvangt vervolgens de verslagen en stuur die door naar EindKAT: de Eindkat maakt daar 1 document van. De doelstelling is: studenten inzicht geven in de inhoud en vorm van het onderwijs. Docenten ook