KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS — ZITTING 2007-2008 ... · 0743-07_RH_Boek164_Vwk 10-12-2007...

661
CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS — SESSION 2007-2008 164 e CAHIER DE LA COUR DES COMPTES OBSERVATIONS ET DOCUMENTS SOUMIS À LA CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS VOLUME I — COMMENTAIRES KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS — ZITTING 2007-2008 164 e BOEK VAN HET REKENHOF OPMERKINGEN EN DOCUMENTEN AAN DE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS VOORGELEGD VOLUME I — COMMENTAAR

Transcript of KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS — ZITTING 2007-2008 ... · 0743-07_RH_Boek164_Vwk 10-12-2007...

  • CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS — SESSION 2007-2008

    164e CAHIER DE LA COUR DES COMPTESOBSERVATIONS ET DOCUMENTS SOUMIS À LA CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

    VOLUME I — COMMENTAIRES

    KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS — ZITTING 2007-2008

    164e BOEK VAN HET REKENHOFOPMERKINGEN EN DOCUMENTEN AAN DE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS VOORGELEGD

    VOLUME I — COMMENTAAR

  • 164e BOEKVAN HET

    REKENHOF

    Opmerkingen en documenten

    aan de

    Kamer van Volksvertegenwoordigers voorgelegd

    VOLUME I — COMMENTAAR

    164e CAHIERDE LA

    COUR DES COMPTES

    Observations et documents

    soumis à la Chambre des représentants

    VOLUME I — COMMENTAIRES

    0743-07_RH_Boek164_Vwk 10-12-2007 11:24 Pagina 1

  • 0743-07_RH_Boek164_Vwk 10-12-2007 11:24 Pagina 2

  • KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS

    ZITTING 2007-2008

    164e BOEKVAN HET

    REKENHOFOPMERKINGEN EN DOCUMENTEN AAN DE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS VOORGELEGD

    VOLUME I – COMMENTAAR

    CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

    SESSION 2007-2008

    164e CAHIERDE LA

    COUR DES COMPTESOBSERVATIONS ET DOCUMENTS SOUMIS À LA CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

    VOLUME I – COMMENTAIRES

    0743-07_RH_Boek164_Vwk 10-12-2007 11:24 Pagina 3

  • 4 164e Boek van het Rekenhof

    Inhoud

    Inhoud

    Samenvatting 12

    Deel I Algemene rekening van de Staat 2006 32

    Titel I Uitvoeringsrekening van de begroting 2006 34

    Hoofdstuk 1 Algemeen resultaat 36

    Hoofdstuk 2 Opmerkingen over de uitvoeringsrekening van de begroting 44

    Hoofdstuk 3 Ontvangsten 64

    1 Totale ontvangsten geïnd door de Staat 641.1 Algemene commentaar 641.2 Bijzondere commentaar op de fi scale ontvangsten 76

    � Totale fi scale ontvangsten 76� Effectisering van fi scale schuldvorderingen 84� Procedure van de permanente fi scale regularisatie 94

    2 Op de rijksmiddelenbegroting aangerekende ontvangsten 1102.1 Algemene commentaar 1102.2 Bijzondere commentaar over bepaalde niet-fi scale lopende en

    kapitaalontvangsten 120� Niet-voorziene ontvangsten 120� Toewijzing van niet-fi scale ontvangsten aan het Zilverfonds 122

    3 Overgedragen ontvangsten 126� Gevolgen van de diverse voorafnemingen op de btw 126� Ontvangsten overgedragen aan de gemeenschappen en

    gewesten 128� Ontvangsten overgedragen aan de sociale zekerheid 144� Ontvangsten overgedragen aan de Europese Unie 154� Ontvangsten overgedragen aan de geïntegreerde politie 156

    Hoofdstuk 4 Uitgaven 158

    1 Algemene commentaar 158� Uitgavenkredieten 158� Begrotingsuitgaven en primaire uitgaven 160

    2 Onderzoek van de uitgaven per begrotingssectie 172� Sectie 02 – FOD Kanselarij van de Eerste Minister 172� Sectie 03 – FOD Budget en Beheerscontrole 174� Sectie 04 – FOD Personeel en Organisatie 174� Sectie 12 – FOD Justitie 178

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 40743-07_RH_Boek164_01.indd 4 10-12-2007 11:32:4710-12-2007 11:32:47

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 5

    Table des matières

    Table des matières

    Synthèse 13

    Partie I Compte général de l’État 2006 33

    Titre I Compte d’exécution du budget 2006 35

    Chapitre 1 Résultat général 37

    Chapitre 2 Observations concernant le compte d’exécution du budget 45

    Chapitre 3 Recettes 65

    1 Recettes totales perçues par l’État 651.1 Commentaire général 651.2 Commentaire particulier afférent aux recettes fi scales 77

    � Recettes fi scales totales 77� Les opérations de titrisation de créances fi scales 85� La procédure de régularisation permanente en matière fi scale 95

    2 Recettes imputées au budget des voies et moyens 1112.1 Commentaire général 1112.2 Commentaire particulier au sujet de la réalisation de certaines

    recettes courantes non fi scales et de capital 121� Recettes non prévues 121� Affectation des recettes non fi scales au Fonds de vieillissement 123

    3 Recettes transférées 127� Effets des divers prélèvements sur la TVA 127� Recettes transférées aux communautés et aux régions 129� Recettes transférées à la sécurité sociale 145� Recettes transfrées à l’Union européenne 155� Recettes transférées à la police intégrée 157

    Chapitre 4 Dépenses 159

    1 Commentaire général 159� Crédits de dépenses 159� Dépenses budgétaires et dépenses primaires 161

    2 Examen des dépenses par section du budget 173� Section 02 – SPF Chancellerie du premier ministre 173� Section 03 – SPF Budget et Contrôle de la gestion 175� Section 04 – SPF Personnel et Organisation 175� Section 12 – SPF Justice 179

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 50743-07_RH_Boek164_01.indd 5 10-12-2007 11:32:4810-12-2007 11:32:48

  • 6 164e Boek van het Rekenhof

    Inhoud

    � Sectie 13 – FOD Binnenlandse Zaken 186� Sectie 14 – FOD Buitenlandse zaken, Buitenlandse Handel

    en Ontwikkelingssamenwerking 190� Sectie 16 – Ministerie van Landsverdediging 194� Sectie 17 – Federale politie 204� Sectie 23 – FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg Sectie 44 – POD Maatschappelijke Integratie, Armoede-

    bestrijding en Sociale Economie 210� Sectie 25 – FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de

    voedselketen en Leefmilieu 216� Sectie 32 – Economie, Middenstand, KMO en Energie 220� Sectie 46 – POD Wetenschapsbeleid 222

    Hoofdstuk 5 Staatsdiensten met afzonderlijk beheer 226

    � Overzending van de rekeningen en kerncijfers 226� Beheersautonomie toegekend aan sommige staatsdiensten 232

    Titel II Rekening van de Thesaurie en evolutie van de staatsschuld 254

    Hoofdstuk 1 Rekening van de Thesaurie 256

    Hoofdstuk 2 Evolutie van de staatsschuld 258

    Hoofdstuk 3 Verrichtingen voor het dagelijks beheer van de Schatkist 268

    Titel III Rekening van de Vermogenswijzigingen 286

    � Rekening 2006 288� Structurele problemen in de rekeningen 2004 en 2005 288

    Titel IV Samenvattende rekening 296

    Titel V Rekeningen van de instellingen van openbaar nut 300

    Hoofdstuk 1 Naleving van de voorgeschreven termijnen 306

    Hoofdstuk 2 Kerncijfers en commentaar 3181 Kerncijfers 318

    2 Commentaar bij de rekeningen 324� Controle van de rekeningen 2002 tot 2005 van het Federaal

    Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers (FEDASIL) 324� Controle van de rekeningen 2001 van de Regie der Gebouwen 332

    3 Bijzondere onderzoeken 340� Nationale Delcrederedienst (NDD) – Oprichting van de

    privaatrechtelijke naamloze vennootschap “NV Delcredere” 340� Regie der gebouwen – gerechtsgebouw van Antwerpen:

    totale kostprijs 350� Regie der Gebouwen – nieuw gerechtsgebouw van Gent:

    overeenkomst met de “derde-investeerder” 352

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 60743-07_RH_Boek164_01.indd 6 10-12-2007 11:32:4810-12-2007 11:32:48

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 7

    Table des matières

    � Section 13 – SPF Intérieur 187� Section 14 – SPF Affaires étrangères, Commerce extérieur

    et Coopération au développement 191� Section 16 – Ministère de la Défense nationale 195� Section 17 – Police fédérale 205� Section 23 – SPF Emploi, Travail et Concertation sociale Section 44 – SPF Intégration sociale, Lutte contre

    la pauvreté et Économie sociale 211� Section 25 – SPF Santé publique, Sécurité de la chaîne

    alimentaire et Environnement 217� Section 32 – Économie, Classes moyennes, PME et Énergie 221� Section 46 – SPP Politique scientifi que 223

    Chapitre 5 Services de l’État à gestion séparée 227

    � Transmission des comptes et chiffres-clés 227� Autonomie de gestion accordée à certains services de l’État 233

    Titre II Compte de la Trésorerie et évolution de la dette de l’État 255

    Chapitre 1 Compte de la Trésorerie 257

    Chapitre 2 Évolution de la dette de l’État 259

    Chapitre 3 Opérations de gestion journalière du Trésor 269

    Titre III Compte des variations du patrimoine 287

    � Compte 2006 289� Problèmes structurels dans les comptes 2004 et 2005 289

    Titre IV Compte synthétique 297

    Titre V Comptes des organismes d’intérêt public 301

    Chapitre 1 Respect des délais prescrits 307

    Chapitre 2 Chiffres-clés et commentaires 319

    1 Chiffres-clés 319

    2 Commentaires sur les comptes 325� Contrôle des comptes 2002 à 2005 rendus par l’Agence

    fédérale pour l’accueil des demandeurs d’asile (FEDASIL) 325� Contrôle des comptes 2001 rendus par la Régie des bâtiments 333

    3 Controles particuliers 341� Offi ce national du Ducroire (OND) – Création de la société

    anonyme de droit privé « Ducroire SA » 341� Régie des bâtiments – Palais de justice d’Anvers – Coût fi nal 351� Régie des bâtiments – Nouveau palais de justice de Gand –

    Conventions conclues avec le « tiers-investisseur » 353

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 70743-07_RH_Boek164_01.indd 7 10-12-2007 11:32:4810-12-2007 11:32:48

  • 8 164e Boek van het Rekenhof

    Inhoud

    Deel II Rechtsprekende opdracht 364

    Hoofdstuk 1 Administratieve fase 366

    � Overlegging van de periodieke rekeningen en de eindrekeningen 366

    � Rekeningen afgelegd door de rekenplichtige ontvangers van de fi scale administraties 376

    � Beheer van de niet-fi scale ontvangsten door de rekenplichtigen van de federale overheidsdiensten (FOD’s) en de programmatorische overheidsdiensten (POD’s) – jaar 2005 386

    � Administratieve afsluiting van rekeningen met een tekort 388

    Hoofdstuk 2 Rechtsprekende fase 390

    Deel III Sociale Zekerheid 394

    Hoofdstuk 1 Ontvangsten en uitgaven van de globale beheren van de sociale zekerheid in 2006 396

    Hoofdstuk 2 Specifi eke commentaren 418

    � Beheer van de thesauriebehoeften in het Globaal Beheer van de werknemers 418

    � Toepassing van een reële groeinorm van 4,5 % op de globale jaarlijkse begrotingsdoelstelling voor geneeskundige verzorging 428

    � Gevolgen van de onderschrijding van de globale begrotings-doelstelling voor de fi nanciele verantwoordelijkheid van de verzekeringsinstellingen 434

    � Beheersing van de uitgaven in de medische beeldvorming 440� Uitgaven voor geneesmiddelen in 2006 446� Rijksdienst voor Pensioenen (RVP) – Overname van het

    wettelijke kapitalisatiestelsel door het Globaal Beheer van de sociale zekerheid 452

    � Beheer door de Hulpkas voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (HZIV) van de terug te vorderen prestaties 460

    � Evolutie van de liquide middelen van het Fonds tot vergoeding van de in geval van sluiting van ondernemingen ontslagen werknemers (FSO) 470

    � Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie (RJV) – reserves en effectenportefeuille 474

    Deel IV Beheer en interne controle 486

    � Uitvoering van de regeringsmaatregelen voor de beheersing van de begrotingskredieten 488

    � Gebruik van provisionele vastleggingen 512� Integriteitsbeleid bij de federale overheid 526� Invoering van een nieuwe federale overheidsboekhouding

    (project FEDCOM) – stand van zaken 550� Onderzoek van de interne controle op de uitgaven voor

    aankopen door de federale departementen 554

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 80743-07_RH_Boek164_01.indd 8 10-12-2007 11:32:4810-12-2007 11:32:48

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 9

    Table des matières

    Partie II Mission juridictionnelle 365

    Chapitre 1 Phase administrative 367

    � Transmission des comptes périodiques et des comptes de fi nde gestion 367

    � Les comptes rendus par les comptables en recettes des administrations fi scales 377

    � Gestion des recettes non fi scales par les comptables des services publics fédéraux (SPF) et des services publicsde programmation (SPP) – année 2005 387

    � Arrêt administratif des comptes en débet 389

    Chapitre 2 Phase juridictionnelle 391

    Partie III Sécurité sociale 395

    Chapitre 1 Recettes et dépenses des Gestions globales de la sécurité sociale en 2006 397

    Chapitre 2 Commentaires spécifi ques 419

    � Gestion des besoins de trésorerie dans le cadre de la Gestion globale des travailleurs salariés 419

    � Application d’une norme de croissance réelle de 4,5 % à l’objectif budgétaire annuel global en matière de soins de santé 429

    � Conséquences de la sous-utilisation de l’objectif budgétaire pour la responsabilité fi nancière des organismes assureurs 435

    � Maîtrise des dépenses de l’imagerie médicale 441� Dépenses de médicaments exposées en 2006 447� Offi ce national des pensions (ONP) – Reprise du régime légal

    de capitalisation par la Gestion globale de la sécurité sociale 453� Gestion des prestations à récupérer par la Caisse auxiliaire

    d’assurance maladie-invalidité (CAAMI) 461� Évolution des liquidités du Fonds d’indemnisation

    des travailleurs licenciés en cas de fermeture d’entreprises (FFE) 471

    � Offi ce national des vacances annuelles (ONVA) – Réserveset portefeuille-titres 475

    Partie IV Gestion et contrôle interne 487

    � Exécution des mesures prises par le gouvernement en vue de maîtriser les crédits budgétaires 489

    � Utilisation des engagements provisionnels 513� Politique d’intégrité du pouvoir fédéral 527� Introduction d’une nouvelle comptabilité fédérale

    (projet FEDCOM) – état d’avancement 551� Contrôle interne des dépenses d’achat dans les départements

    fédéraux 555

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 90743-07_RH_Boek164_01.indd 9 10-12-2007 11:32:4810-12-2007 11:32:48

  • 10 164e Boek van het Rekenhof

    Inhoud

    � Interne controle op de lokale aankopen van Defensie 578� Onderzoek van de kosten voor binnenlandse dienstreizen 590� Federale tegemoetkoming bij de toekenning van het leefl oon 598

    Deel V Human resources 616

    � Human resources van het federaal openbaar ambt 618� Pensioenen van de leden van de geïntegreerde politiediensten

    en hun rechthebbenden 630� Verhaalrecht uitgeoefend door FOD’s bij arbeidsongevallen 642

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 100743-07_RH_Boek164_01.indd 10 10-12-2007 11:32:4810-12-2007 11:32:48

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 11

    Table des matières

    � Contrôle interne des achats locaux de la Défense 579� Frais de déplacement de service à l’intérieur du Royaume 591� Intervention fédérale dans l’octroi du revenu d’intégration 599

    Partie V Ressources humaines 617

    � Ressources humaines de la fonction publique fédérale 619� Pensions des membres du personnel de la police intégrée

    et de leurs ayants droit 631� Exercice du droit de récupération par certains SPF dans

    le cadre d’accidents du travail 643

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 110743-07_RH_Boek164_01.indd 11 10-12-2007 11:32:4810-12-2007 11:32:48

  • 12 164e Boek van het Rekenhof

    Samenvatting

    Samenvatting

    1 Uitvoering van de begroting van de Staat

    Overzending van de algemene rekening van de Staat

    De algemene rekening moet uiterlijk op 30 juni van het jaar dat volgt op datgene waarop de rekening betrekking heeft, worden ingediend bij het Rekenhof.

    De eerste twee deelrekeningen van de algemene rekening 2006, de uitvoerings-rekening van de begroting en de rekening van de Thesaurie, werden pas na het ver-strijken van de wettelijke termijn ingediend bij het Rekenhof: het gedeelte uitgaven op 16 juli 2007, de overige gedeelten op 28 september 2007. De rekening van de Thesaurie werd ingediend op 9 oktober 2007. De wettelijke termijn voor de overleg-ging van deze rekening werd dus met drie maanden overschreden. Deze laattijdige voorlegging breekt met de tendens van de twee voorgaande jaren waarin de reke-ning slechts met een minimale vertraging aan het Rekenhof werd toegezonden en verhinderde dat het Rekenhof zijn controle over alle elementen van de algemene rekening tijdig kon afronden om erover te publiceren in dit Boek.

    Zoals vorige jaren werden de laatste deelrekening van de algemene rekening, name-lijk de rekening van de vermogenswijzigingen, en de samenvattende rekening nog niet ingediend, zodat ook dit jaar niet alle elementen van de algemene rekening van de Staat in dit Boek konden worden onderzocht.

    Hervorming van 2003 van de wetgeving op de begroting en de comptabiliteit

    De wet van 22 mei 2003 heeft de wetgeving op de begroting en de comptabiliteit van de Staat grondig gewijzigd. De inwerkingtreding ervan werd echter verschillende malen uitgesteld. In de huidige wetgeving is de inwerkingtreding vastgelegd op 1 januari 2008.

    Het uitstel van de inwerkingtreding van de wet heeft op meerdere vlakken een invloed op de federale activiteiten.

    Het project FEDCOM enerzijds, dat in 2002 het licht zag om deze nieuwe federale overheidsboekhouding toe te passen, liep vertraging op. De overheidsopdracht voor de ontwikkeling van FEDCOM werd in 2007 gegund. Vanaf 1 oktober 2008 zou het project gradueel bij de federale en programmatorische overheidsdiensten moeten worden geïmplementeerd. Dit project wijkt echter af van het principe van de dubbele boekhouding dat door de wet van 2003 werd ingevoerd. Het stelt immers een begro-tingsboekhouding op transactiebasis voorop. Indien deze beleidskeuze verder wordt gevolgd bij de realisatie van het project, zal de wet moeten worden herzien.

    Anderzijds is de uitgestelde inwerkingtreding van de wet van 2003 er in belangrijke mate verantwoordelijk voor dat de rekening van de vermogenswijzigingen (één van de drie deelrekeningen van de algemene rekening van de Staat) sinds geruime tijd geen getrouwe weergave meer is van de vermogenstoestand van de Staat.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 120743-07_RH_Boek164_01.indd 12 10-12-2007 11:32:4810-12-2007 11:32:48

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 13

    Synthèse

    Synthèse

    1 Exécution du budget de l’État

    Transmission du compte général de l’État

    Le compte général doit être transmis à la Cour des comptes au plus tard le 30 juin de l’année qui suit celle à laquelle le compte se rapporte.

    Les deux premiers comptes de développement du compte général 2006, le compte d’exécution du budget et le compte de la Trésorerie, ont été transmis à la Cour en dehors du délai légal : le volet des dépenses du compte d’exécution du budget a été envoyé le 16 juillet 2007 et les autres parties de ce compte, le 28 septembre 2007. Le compte de la Trésorerie a été introduit le 9 octobre 2007, soit trois mois après l’expiration du délai légal. Ces transmissions tardives rompent avec la tendance de ces deux dernières années au cours desquelles seul un retard minime avait été observé. Le retard de cette année a empêché la Cour d’achever, dans des délais lui permettant d’en faire rapport dans le Cahier, le contrôle de tous les éléments du compte général qui ont été produits.

    Comme les années précédentes, le dernier compte de développement du compte général, à savoir le compte des variations du patrimoine, et le compte synthétique n’ont pas encore été transmis. La Cour n’a donc pas pu examiner tous les éléments du compte général de l’État dans son Cahier.

    La réforme budgétaire et comptable de 2003

    La loi du 22 mai 2003 a considérablement modifi é la législation budgétaire et compta-ble de l’État. Son entrée en vigueur a toutefois été reportée à plusieurs reprises. Dans l’état actuel de la législation, cette entrée en vigueur est fi xée au 1er janvier 2008.

    Le report de l’entrée en vigueur de la loi affecte dans plusieurs domaines les activi-tés fédérales.

    D’une part, le projet FEDCOM, conçu en 2002 pour mettre en place cette nouvelle comptabilité publique fédérale, a accumulé du retard. Le marché public portant sur le développement du projet FEDCOM a été passé en 2007. Le projet devrait être implémenté de manière échelonnée à partir du 1er octobre 2008 dans les services publics fédéraux et de programmation. Il faut souligner que ce projet déroge au prin-cipe de la comptabilité en partie double, introduit par la loi de 2003, en s’appuyant uniquement sur une comptabilité budgétaire tenue sur la base des transactions. Si ce choix politique devait être maintenu dans le cadre de la réalisation du projet, il y aurait lieu de revoir la loi.

    D’autre part, en grande partie en raison du report de l’entrée en vigueur de la loi de 2003, le compte des variations du patrimoine (l’un des trois comptes de développe-ment du compte général de l’État) ne refl ète plus fi dèlement la situation patrimoniale de l’État.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 130743-07_RH_Boek164_01.indd 13 10-12-2007 11:32:4810-12-2007 11:32:48

  • 14 164e Boek van het Rekenhof

    Samenvatting

    Sinds de rekening 1986, die werd voorgelegd in 1997, wordt de inventaris van de Staat immers door de bevoegde commissie opgesteld aan de hand van regels die over-eenstemmen met de nog niet in werking getreden comptabiliteitswet, doch niet hele-maal conform de bestaande wetgeving op de rijkscomptabiliteit zijn. Daardoor omvat de rekening van de vermogenswijzigingen onder meer de verrichtingen van rechts-personen (onder meer publieke instellingen) die niet opgenomen zijn in de andere deel-rekeningen. Bovendien houden de in de vermogenscomptabiliteit geboekte materiële vaste activa geen rekening met belangrijke mutaties, zoals de verkoop van gebouwen. Bij gebrek aan eenduidige berekeningselementen en betrouwbare basisinformatie is de boeking van de vorderingen inzake directe en indirecte belastingen onnauwkeurig.

    Uit wat volgt zal blijken dat het uitstel van de inwerkingtreding van de wet van 2003 nog andere gevolgen heeft gehad. Zo vertoont het juridische kader van de staats-diensten met afzonderlijk beheer tekortkomingen en is het weinig uniform. Daarnaast hebben veel diensten van de federale Staat de ontwikkeling van een sluitende interne controle op hun aankoopprocessen uitgesteld. Voorts bemoeilijkt de gebrekkige regi-stratie van de openstaande en vervallen schulden de beheersing van de begrotings-kredieten. Ook is de reglementering inzake het gebruik van provisionele vastleggin-gen niet meer aangepast aan de dagelijkse praktijk.

    Begrotingssaldo

    Het netto begrotingssaldo 2006 bedraagt − 2.955,4 miljoen euro. Dit saldo werd beïnvloed door enkele belangrijke eenmalige ontvangsten, zoals de opbrengst van de effectisering van belastingen (712,4 miljoen euro) en de verkoop van overheids-gebouwen aan een BEVAK (342,5 miljoen euro).

    Het vorderingensaldo van de Staat, dat rekening houdt met een aantal correcties, bedraagt + 40 miljoen euro.

    Rekening houdend met alle factoren die verantwoordelijk zijn voor de schommeling van de schuld van de federale Staat, is deze in 2006 gestegen met 665,2 miljoen euro. De geconsolideerde schuld van het geheel van de overheidsadministraties is eind 2006 gezakt van 91,4 % naar 87,5 % van het BBP.

    Ontvangsten

    Totale ontvangsten

    De totale ontvangsten van de Staat bedroegen in 2006 90,4 miljard euro. Vergele-ken met 2005 is dit een toename van 0,5 %. Na enkele correcties opdat de jaren 2005 en 2006 zouden kunnen worden vergeleken, komt men tot een stijging in reële termen van 0,7 %. Deze toename is kleiner dan de economische groei. Een gelijk-lopende tendens werd al vastgesteld in de rekeningen 2004 en 2005.

    Ook de totale fi scale ontvangsten namen toe ten opzichte van vorig jaar. Ook voor deze specifi eke ontvangsten is de vastgestelde stijging van 2,65 %, kleiner dan de stijging van het bruto binnenlands product, in tegenstelling tot vorig jaar.

    De door de Staat geïnde ontvangsten worden gedeeltelijk doorgestort aan andere overheden. Het deel dat aan de Staat toekomt, vermindert van jaar tot jaar, terwijl dat van alle andere overheden toeneemt. Rekening houdend met een aantal correcties kan worden gesteld dat het aandeel van de gewesten en de gemeenschappen relatief sta-biel bleef sinds 2001, terwijl het aandeel bestemd voor de fi nanciering van de sociale zekerheid in dezelfde periode toenam van 15 % tot 19 % van alle staatsontvangsten.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 140743-07_RH_Boek164_01.indd 14 10-12-2007 11:32:4810-12-2007 11:32:48

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 15

    Synthèse

    En effet, depuis le compte de l’année 1986, transmis en 1997, l’inventaire de l’État est établi par la commission compétente sur la base de règles conformes à la nou-velle loi, non encore entrée en vigueur, mais ne respectant pas totalement la législa-tion actuelle régissant la comptabilité de l’État. Ainsi, le compte des variations du patrimoine comprend, entre autres, les opérations de personnes morales (notam-ment celles de certains organismes publics), qui ne fi gurent pas dans les autres comptes partiels du compte général de l’État. En outre, d’importantes mutations, telles que la vente de bâtiments, ne sont pas enregistrées dans la comptabilité patri-moniale. À défaut d’éléments de calcul univoques et d’informations de base fi ables, l’enregistrement des créances en matière d’impôts directs et indirects est imprécis.

    Enfi n, divers commentaires formulés ci-dessous font apparaître d’autres conséquen-ces du fait du report de l’entrée en vigueur de la loi de 2003. Ainsi, par exemple, le cadre juridique dans lequel évoluent les services de l’État à gestion séparée reste lacunaire et peu uniforme. De même, dans ce contexte, beaucoup de services de l’État fédéral ont retardé le développement d’un véritable système de contrôle interne des processus d’achat. L’enregistrement lacunaire des dettes en souffrance et échues complique par ailleurs la maîtrise des crédits budgétaires. De même, la réglementation en vigueur dans le cadre de l’utilisation des engagements provision-nels n’est plus adaptée à la pratique quotidienne.

    Solde budgétaire

    Le solde budgétaire net 2006 s’élève à − 2.955,4 millions d’euros. Ce solde a été infl uencé par quelques recettes uniques importantes, telles que le produit de la titri-sation d’impôts (712,4 millions d’euros) et de la vente de bâtiments publics à une SICAFI (342,5 millions d’euros).

    Le solde de fi nancement de l’État, qui tient compte d’un certain nombre de correc-tions, s’élève à + 40 millions d’euros.

    Compte tenu de tous les facteurs expliquant sa variation, la dette de l’État fédéral a augmenté en 2006 de 665,2 millions d’euros. La dette consolidée de l’ensemble des administrations publiques est passée à la fi n de 2006 de 91,4 % à 87,5 % du PIB.

    Recettes

    Recettes totales

    En 2006, les recettes totales de l’État se sont élevées à 90,4 milliards d’euros, soit une augmentation de 0,5 % par rapport à l’année 2005. En opérant des redressements pour rendre les années 2005 et 2006 comparables, on obtient une croissance en termes réels de 0,7 %, qui est inférieure à celle de la croissance économique. Une tendance similaire avait déjà été constatée à propos des comptes des années 2004 et 2005.

    Les recettes fi scales totales de 2006 ont également crû par rapport à l’année précé-dente. Pour ces recettes spécifi ques aussi, l’augmentation de 2,65 % constatée est infé-rieure à la progression du produit intérieur brut, ce qui n’était pas le cas l’an passé.

    Les recettes perçues par l’État sont en partie reversées à d’autres autorités. La part revenant à l’État se réduit au fi l des ans, tandis que les autres autorités voient leurs recettes augmenter. Après avoir opéré certains redressements, la Cour peut affi rmer que la part des régions et des communautés est restée relativement stable depuis 2001, tandis que celle destinée au fi nancement de la sécurité sociale est passée durant cette même période de 15 % à 19 % de l’ensemble des recettes de l’État.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 150743-07_RH_Boek164_01.indd 15 10-12-2007 11:32:4910-12-2007 11:32:49

  • 16 164e Boek van het Rekenhof

    Samenvatting

    Op de rijksmiddelenbegroting aangerekende ontvangsten

    Op de rijksmiddelenbegroting worden alleen de ontvangsten aangerekend die toe-komen aan de Staat, na aftrek van de sommen bestemd voor de andere overheden. In 2006 bedroeg het totaal van deze ontvangsten 43,2 miljard euro, de opbrengst van staatsleningen niet meegerekend. Tegenover 2005 is dit een vermindering met 5,6 %, ondanks een aantal uitzonderlijke ontvangsten.

    De vermindering moet echter worden gerelativeerd. Het vermelde cijfer wordt immers beïnvloed door de overdracht van de begrotingsfondsen voor pensioenen naar een nieuwe openbare instelling, de Pensioendienst voor de Overheidssector (PDOS), die plaatsvond in de loop van 2006. In 2005 bedroegen de ontvangsten toegewezen aan deze fondsen 1.725,1 miljoen euro.

    De fi scale ontvangsten bestemd voor de Staat namen met 1,7 % af tegenover 2005 en bleven globaal 4,2 % beneden de verwachtingen. Zowel wat betreft de directe belastingen, de douane en accijnzen als de btw werden de ontvangsten geraamd in de rijksmiddelenbegroting, niet gehaald.

    Het Rekenhof heeft de ontvangsten onderzocht die het gevolg zijn van de verkoop van fi scale schuldvorderingen en van de permanente fi scale regularisatie.

    De effectisering van fi scale schuldvorderingen die in 2006 plaatsvond, heeft, na aftrek van de verrichtingskosten, geleid tot een storting in de Schatkist van 712,4 miljoen euro. Over het algemeen ligt het invorderingspercentage van de fi scale schuldvorderingen die bij de effectiseringen in 2005 en 2006 werden verkocht, tot nu toe hoger dan de ramingen. Afhankelijk van het feit of de nieuwe methodologie van Eurostat al dan niet retroactief wordt toegepast, zou de derde effectisering van fi scale schuldvorderingen uit 2007 hetzij als een lening van de Staat, hetzij als een verkoop van activa kunnen worden beschouwd.

    De permanente fi scale regularisatie werd ingevoerd in 2006. Ze stelt de belasting-plichtigen in de mogelijkheid hun fi scale toestand op permanente wijze te regularise-ren. Voor het eerste toepassingsjaar heeft het stelsel minder opgeleverd dan de verwachtingen (16 miljoen euro tegenover 400 miljoen euro). Het feit dat het systeem pas midden maart werd opgestart en mogelijke overlappingen met het stelsel van de spontane aangifte zijn hiervan wellicht de oorzaak.

    De middelen van het Zilverfonds namen in 2006 in totaal met 1.157,2 miljoen euro toe. Met inbegrip van de gelopen intresten bedroegen de totale belegde middelen van het Zilverfonds op 31 december 2006 14.661,2 miljoen euro.

    Uitgaven

    Algemene evolutie

    In 2006 bedroegen de totale begrotingsuitgaven 68.833,9 miljoen euro, waarvan 67.013,8 miljoen euro op de begrotingskredieten van 2006 en 1.820,1 miljoen euro op kredieten overgedragen van het jaar 2005.

    Exclusief de uitgaven voor afl ossing en terugbetaling van de rijksschuld en de pensi-oenen, bedroegen de uitgaven 27.364,6 miljoen euro. In vergelijking met 2005 is dit een stijging van 3,6 %.

    Vergeleken met 2005 worden vooral stijgingen genoteerd in de uitgaven voor mobi-liteit en vervoer (+ 10,8 %), maatschappelijke integratie (+ 9,5 %) en bijdragen aan de Europese Unie (+ 6,2 %).

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 160743-07_RH_Boek164_01.indd 16 10-12-2007 11:32:4910-12-2007 11:32:49

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 17

    Synthèse

    Recettes imputées au budget des voies et moyens

    Seules les recettes revenant à l’État sont imputées au budget des voies et moyens, après déduction des sommes destinées aux autres autorités. En 2006, le montant total de ces recettes s’est élevé à 43,2 milliards d’euros, abstraction faite du produit des emprunts d’État. Par rapport à 2005, ce montant représente une diminution de 5,6 %, malgré la réalisation d’un certain nombre de recettes exceptionnelles.

    Il convient toutefois de relativiser cette diminution. En effet, le chiffre cité est infl uencé par le transfert, en cours d’année 2006, des fonds budgétaires destinés aux pensions à un nouvel organisme d’intérêt public (Service des pensions du secteur public – SdPSP). En 2005, les recettes affectées à ces fonds atteignaient 1.725,1 mil-lions d’euros.

    Les recettes fi scales destinées à l’État ont diminué de 1,7 % par rapport à 2005 et ont été, globalement, inférieures de 4,2 % aux prévisions. Tant en matière de contri-butions directes et de douanes et accises que de TVA, les recettes sont restées en deçà des estimations du budget des voies et moyens.

    La Cour a examiné les recettes générées par la vente de créances fi scales et la régularisation fi scale permanente.

    L’opération de titrisation de créances fi scales, intervenue en 2006, a donné lieu au versement au Trésor de 712,4 millions d’euros, déduction faite des frais de l’opéra-tion. D’une manière générale, le taux de recouvrement des créances fi scales vendues à l’occasion des titrisations conclues en 2005 et 2006 a été jusqu’ici supérieur aux prévisions. Selon que la nouvelle méthodologie adoptée par Eurostat y est ou non appliquée rétroactivement, la troisième titrisation de créances fi scales intervenue en 2007 pourrait être considérée comme un emprunt de l’État ou comme une vente d’actifs.

    La régularisation fi scale permanente, instaurée en 2006, permet aux contribuables de régulariser de manière permanente leur situation fi scale. Le système a rapporté, pour sa première année d’application, moins que prévu (16 millions à la place des 400 millions escomptés). Sa mise en œuvre tardive à la mi-mars et sa coexistence avec la possibilité pour un contribuable de déposer une déclaration spontanée pour-raient expliquer son manque de succès.

    Les moyens attribués au Fonds de vieillissement ont connu une augmentation globale de 1.157,2 millions d’euros en 2006. En tenant compte des intérêts courus, l’ensem-ble des placements du Fonds de vieillissement s’élevait à 14.661,2 millions d’euros au 31 décembre 2006.

    Dépenses

    Évolution générale

    Les dépenses budgétaires en 2006 se sont élevées au total à 68.833,9 millions d’euros, dont 67.013,8 millions d’euros à la charge des crédits budgétaires de 2006 et 1.820,1 millions d’euros à celle des crédits reportés de l’année 2005.

    Abstraction faite des dépenses pour amortissement et remboursement de la dette publique et de celles des pensions, les dépenses se sont élevées à 27.364,6 mil-lions d’euros, ce qui, par rapport à 2005, représente une augmentation de 3,6 %.

    En comparaison avec 2005, des augmentations ont surtout été enregistrées dans le domaine des dépenses afférentes à la mobilité et aux transports (+ 10,8 %), à l’inté-gration sociale (+ 9,5 %) et aux contributions à l’Union européenne (+ 6,2 %).

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 170743-07_RH_Boek164_01.indd 17 10-12-2007 11:32:4910-12-2007 11:32:49

  • 18 164e Boek van het Rekenhof

    Samenvatting

    Bijna 49 % van de in 2006 vastgelegde primaire uitgaven, d.i. 16,6 miljard euro, komt op rekening van de sociale departementen.

    De overdrachten in kapitaal bedroegen 2.258,6 miljoen euro en omvatten voorname-lijk de dotatie voor het Fonds voor Spoorweginfrastructuur (150,0 miljoen euro), de deelname van de Staat in het kapitaal van de openbare spoorbedrijven met het oog op de fi nanciering van de investeringen (969,0 miljoen euro), de fi nanciering van het Zilverfonds (555,6 miljoen euro) en de dekking van de operationele kosten van de Belgische Technische Coöperatie (122,0 miljoen euro).

    Specifi eke onderzoeken van bepaalde begrotingsprogramma’s

    In het algemeen worden de meeste uitgavenkredieten vrijwel geheel benut. Op deze algemene tendens werden in 2006 een aantal uitzonderingen genoteerd.

    Ten opzichte van de duidelijke doelstelling te streven naar een kleinere en beter uit-geruste krijgsmacht, bleven bij Defensie de vastleggingskredieten voor investeringen in 2006 onderbenut, terwijl de personeelsuitgaven – ondanks een lichte afname van het aantal personeelsleden – met 36 miljoen euro stegen tegenover 2005.

    Bij Binnenlandse Zaken werden de vastleggingskredieten voor subsidiëring en aan-koop van brandweermaterieel onderbenut, omdat de regering deze kredieten maar gedeeltelijk heeft vrijgegeven.

    Voor Ontwikkelingssamenwerking werd een groeipad vooropgesteld waarbij deze uitgaven in 2006 0,5 % van het BNI moesten bedragen. Deze doelstelling werd nipt gehaald, hoewel de uitgaven voor ontwikkelingssamenwerking ingevolge de afname van het totale bedrag aan schuldkwijtscheldingen daalden tegenover 2005.

    In een aantal andere gevallen echter liepen de openstaande verbintenissen in 2006 verder op of werden debetstanden genoteerd.

    De budgettaire middelen waarin was voorzien op de begroting van de FOD Economie voor de subsidiëring van het Europees Octrooibureau volstaan niet langer om aan de verplichtingen van de Staat tegemoet te komen.

    Wat betreft de investeringen bij Defensie wordt opgemerkt dat door een aantal grote, lopende contracten de openstaande verplichtingen verder zijn toegenomen tot 3,2 miljard euro. Daardoor worden de ordonnanceringskredieten voor de komende jaren belast en wordt de ruimte voor nieuwe investeringen beperkt. Voorts heeft Defensie in de periode 2004-2007 een orderekening van de Thesaurie – bedoeld voor de prefi nanciering van de bezoldigingen van gedetacheerd personeel – voor een bedrag van 121,1 miljoen euro aangewend voor de uitbetaling van andere bezoldigingen. Dit heeft op positieve wijze de begrotingssaldi van de jaren 2004-2006 beïnvloed.

    Bij Buitenlandse Zaken liep het openstaand bedrag van de nog uit te voeren bilaterale verbintenissen door de Belgische Technische Coöperatie in 2006 op tot 548,7 mil-joen euro.

    De debetsaldi van de fondsen ter fi nanciering van de projecten van het Europees Sociaal Fonds zijn in 2006 toegenomen. De Europese Unie heeft de betaling van haar bijdragen tijdelijk stopgezet omdat de Belgische projecten niet voldoen aan de voor-waarden inzake interne controle. Inmiddels hebben de overheidsdiensten Werkgele-genheid en Maatschappelijke Integratie initiatieven genomen om dit probleem te ver-helpen.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 180743-07_RH_Boek164_01.indd 18 10-12-2007 11:32:4910-12-2007 11:32:49

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 19

    Synthèse

    Près de 49 % des dépenses primaires engagées en 2006, soit 16,6 milliards d’euros, sont imputables aux départements sociaux.

    Les transferts en capital se sont élevés à 2.258,6 millions et concernent essentielle-ment la dotation au Fonds d’infrastructure ferroviaire (150,0 millions d’euros), la par-ticipation de l’État dans le capital des entreprises ferroviaires publiques en vue du fi nancement des investissements (969,0 millions d’euros), l’alimentation du Fonds de vieillissement (555,6 millions d’euros) et la couverture des frais opérationnels de la Coopération technique belge (122,0 millions).

    Analyses spécifi ques de certains programmes du budget

    En général, la plupart des crédits de dépenses sont utilisés quasi intégralement. Un certain nombre d’exceptions à cette tendance générale ont été observées en 2006.

    À la Défense, au regard de l’objectif clair qui consiste à réduire et à mieux équiper les forces armées, les crédits d’engagement pour investissements ont été sous-utili-sés en 2006, alors que – malgré une légère réduction des effectifs – les dépenses de personnel ont augmenté de 36 millions d’euros par rapport à 2005.

    À l’Intérieur, les crédits d’engagement ouverts pour le subventionnement et l’achat de matériel d’incendie ont été sous-utilisés, parce que le gouvernement n’a libéré ces crédits que partiellement.

    En matière de coopération au développement, le scénario de croissance fi xé prévoyait que les dépenses atteignent 0,5 % du RNB en 2006. Cet objectif a été atteint de justesse, malgré une diminution des dépenses dans ce domaine par rapport à 2005, due à la réduction du montant total des annulations de dettes.

    Dans plusieurs autres cas, par contre, l’encours des engagements a continué à croître en 2006 ou des positions débitrices ont été enregistrées.

    Les crédits prévus au budget du SPF Économie pour le subventionnement de l’Offi ce européen des brevets ne sont plus suffi sants pour faire face aux obligations de l’État.

    En ce qui concerne les investissements effectués à la Défense, en raison d’un cer-tain nombre de contrats importants en vigueur, l’encours des engagements a conti-nué à progresser pour atteindre 3,2 milliards d’euros. Cette situation grève les cré-dits d’ordonnancement destinés aux années suivantes et réduit la marge disponible pour les nouveaux investissements. Par ailleurs, au cours de la période 2004-2007, la Défense a utilisé un compte d’ordre de la Trésorerie destiné au préfi nancement des rémunérations du personnel détaché, afi n de payer d’autres rémunérations pour un montant total de 121,1 millions d’euros. Cette utilisation a infl uencé de manière positive les soldes budgétaires des années 2004-2006.

    Aux Affaires étrangères, le montant de l’encours des engagements bilatéraux restant à exécuter par la Coopération technique belge s’est accru en 2006 pour atteindre 548,7 millions d’euros.

    Les soldes débiteurs des fonds de fi nancement des projets du Fonds social européen ont augmenté en 2006. L’Union européenne a temporairement interrompu le paiement de ses contributions parce que les projets belges ne satisfont pas aux conditions impo-sées en matière de contrôle interne. Entre-temps, les services publics Emploi et Inté-gration sociale ont pris des initiatives en vue de remédier à ce problème.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 190743-07_RH_Boek164_01.indd 19 10-12-2007 11:32:4910-12-2007 11:32:49

  • 20 164e Boek van het Rekenhof

    Samenvatting

    Hoewel in de aangepaste begroting 2006 (sectie 25 – Volksgezondheid) een bedrag werd ingeschreven van 120 miljoen euro voor de terugbetaling van bijdragen die onrechtmatig werden geïnd ten behoeve van het Dierengezondheidsfonds, werd hiervan, net als in 2005, slechts een klein gedeelte benut hoewel de Staat tot die terugbetalingen verplicht is ingevolge een aantal rechterlijke eindbeslissingen en een arrest van het Europees Hof van Justitie. Ondertussen blijven de verwijl-intresten verder oplopen. De totale uitgaven zouden hierdoor kunnen oplopen tot 380 miljoen euro.

    Voor een aantal uitgaven werd vastgesteld dat de begroting en de rekeningen onvol-doende transparant zijn. Zo wordt eenzelfde begrotingsfonds soms gebruikt voor erg verschillende uitgaven en worden gelijkaardige uitgaven vanuit meerdere fondsen gefi nancierd. Bij de FOD Personeel en Organisatie werd vastgesteld dat het “speciaal fonds”, aanvankelijk bestemd voor de logistieke aankopen van de federale departe-menten, ook gebruikt wordt voor de ondersteuning van de fi scale administraties. Voor deze laatste doelstelling werd in 2006 echter ook een begrotingsfonds gecreëerd op de begroting van Financiën.

    Bij Justitie moeten de werkingsregels van de juridische eerstelijnsbijstand worden verbeterd: de statistieken op grond waarvan de subsidies aan de commissies voor juridische bijstand worden bepaald, moeten eenvoudiger en sneller beschikbaar zijn. De toegelaten bedragen voor de toekenning van de subsidies en het aandeel van elke uitgavencategorie zouden beter moeten worden afgebakend. Er bestaan immers grote discrepanties. De inhoud van de verslagen inzake de geleverde prestaties die door de commissies voor juridische bijstand worden voorgelegd, moet worden verbeterd.

    Voorts werd regelmatig vastgesteld dat de uitgavendossiers die in 2006 aan het Rekenhof werden voorgelegd in het kader van zijn controle van de kredietvastlegging en het voorafgaand visum, niet alle verantwoordingsstukken bevatten die voor een sluitende controle vereist zijn. Dat was onder meer het geval bij de FOD’s Justitie, Volksgezondheid en Buitenlandse Zaken.

    2 Staatsdiensten met afzonderlijk beheer

    De regelgeving op de staatsdiensten met afzonderlijk beheer mist uniformiteit en de tekortkomingen in het fi nancieel beheer en de controle hadden kunnen worden opge-vangen door de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat, waarvan de inwerkingtreding is uitgesteld. Deze wet legt immers de grondslag voor de vernieuwing van de boekhouding, het fi nancieel beheer, de rapportering, de administratieve organisatie en de controle van de staatsdiensten met afzonderlijk beheer.

    Voorts heeft het Rekenhof gevraagd dat bij de toekenning en het behoud van het statuut van staatsdienst met afzonderlijk beheer zou worden aangetoond dat deze beheersvorm een passend instrument is voor het overheidsbeleid op dat vlak en dat de opdrachten van de staatsdiensten concreter zouden worden gedefi nieerd.

    Wat de indiening van de rekeningen van de staatsdiensten betreft, valt een positieve ontwikkeling te noteren. De staatsdiensten leggen hun rekeningen sneller over aan het Rekenhof dan de vorige jaren.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 200743-07_RH_Boek164_01.indd 20 10-12-2007 11:32:4910-12-2007 11:32:49

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 21

    Synthèse

    Alors que le budget ajusté de 2006 (section 25 – Santé publique) prévoyait un mon-tant de 120 millions d’euros pour le remboursement de cotisations que l’État avait perçues indûment au profi t du Fonds pour la santé animale, seule une partie minime de ce montant a été utilisée, tout comme en 2005. L’État est pourtant tenu de pro-céder à ces paiements à la suite d’une série de décisions judiciaires défi nitives et d’un arrêt de la Cour européenne de justice. Entre-temps, les intérêts de retard continuent à courir et pourraient porter les dépenses totales à 380 millions d’euros.

    Un manque de transparence du budget et des comptes a été constaté pour plusieurs dépenses. C’est ainsi qu’un même fonds budgétaire est parfois utilisé pour des dépenses très différentes et que des dépenses similaires sont fi nancées sur plusieurs fonds. Au SPF Personnel et Organisation, on constate que le « fonds spécial », destiné initialement aux achats logistiques des départements fédéraux, est également utilisé pour le soutien aux administrations fi scales. Or, un fonds budgétaire a également été créé au budget des Finances en vue de la réalisation de ce dernier objectif en 2006.

    Au SPF Justice, les règles de fonctionnement de l’aide juridique de première ligne doivent être améliorées : les statistiques servant de base de calcul pour les subven-tions versées aux commissions d’aide juridique doivent être plus aisées à collecter et disponibles plus rapidement. Les montants admissibles pour l’octroi des subsides et les parts de chaque catégorie de dépenses devraient être mieux précisés car des disparités importantes existent. Le contenu des rapports sur les prestations accom-plies présentés par les commissions d’aide juridique devrait être amélioré.

    Par ailleurs, il a été régulièrement relevé que les dossiers de dépenses soumis à la Cour en 2006 dans le cadre de son contrôle des engagements de crédit et du visa préalable ne contiennent pas toutes les pièces justifi catives requises pour un contrôle fi able. Tel a notamment été le cas aux SPF Justice, Santé publique et Affaires étran-gères.

    2 Services de l’État à gestion séparée

    La réglementation relative aux services de l’État à gestion séparée manque d’unifor-mité et les lacunes que présentent la gestion fi nancière et le contrôle auraient pu être palliées par la loi du 22 mai 2003 portant organisation du budget et de la comptabilité de l’État fédéral, dont l’entrée en vigueur a été reportée. En effet, cette loi pose notamment les fondements d’une réforme en matière de comptabilité, de gestion fi nancière, de rapportage, d’organisation administrative et de contrôle des services de l’État à gestion séparée.

    La Cour a également demandé qu’il soit démontré, au moment de l’octroi ou du main-tien du statut de service de l’État à gestion séparée, que cette forme de gestion constitue un instrument adéquat pour mener la politique fédérale en la matière et que les missions du service concerné soient défi nies de manière plus concrète

    Pour ce qui est du dépôt des comptes des services de l’État à gestion séparée, on remarque une évolution positive. La transmission à la Cour s’est accélérée par rap-port aux années antérieures.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 210743-07_RH_Boek164_01.indd 21 10-12-2007 11:32:4910-12-2007 11:32:49

  • 22 164e Boek van het Rekenhof

    Samenvatting

    3 Instellingen van openbaar nut

    Sinds meerdere jaren stelt het Rekenhof vast dat vele instellingen van openbaar nut de wettelijke en reglementaire termijnen voor de indiening van hun rekeningen onvol-doende naleven. Op dit vlak kan amper enige verbetering worden genoteerd. De vertragingen zijn nog steeds te wijten aan dezelfde factor, namelijk de omslachtige administratieve procedures van opmaak en overzending van de rekeningen. De aan-bevelingen die het Rekenhof op dat vlak formuleerde in zijn vorige Boek, blijven nog steeds onverkort gelden.

    Rekeningen van de Regie der Gebouwen

    De laatste rekening die de Regie offi cieel aan het Rekenhof heeft voorgelegd, dateert van 2000. Het bestaande boekhoudplan laat de instelling niet toe haar transacties zo te registreren dat de jaarrekening (balans en resultaat) een getrouw beeld geven van het vermogen, de fi nanciële situatie en het resultaat. Verder wordt bij de toekenning van ingenieurspremies de regelgeving miskend.

    Gerechtsgebouw Antwerpen

    Het Rekenhof heeft zijn onderzoek naar de kostprijs van het gerechtsgebouw van Antwerpen nog niet beëindigd. Een aantal verantwoordingsstukken die de promotor aan de Regie der Gebouwen moet overleggen, worden immers nog door de Regie verder onderzocht.

    Gerechtsgebouw Gent

    Zoals in 2005 gebeurde met het nieuwe gerechtsgebouw van Antwerpen, besliste de regering de rechten en plichten van de Regie der Gebouwen in de promotieovereen-komst voor het nieuwe gerechtsgebouw in Gent over te dragen aan een ‘derde-inves-teerder’. Bedoeling was om een fi nanciële lease om te zetten in een operationele lease, zodat de uitgaven voor de bouw van het gerechtsgebouw op een ESR-neutrale manier in de boekhouding van de overheid van het jaar 2006 konden worden opgenomen.

    De fi nanciële gevolgen van de operatie waren op het moment van de besluitvorming voldoende bekend. De kosten van de operatie worden op 18,69 miljoen euro geraamd.

    Nationale Delcrederedienst

    De Nationale Delcrederedienst heeft met het akkoord van de toezichthoudende ministers en de gewestregeringen een fi liaal opgericht in de vorm van een privaat-rechtelijke naamloze vennootschap “nv Delcredere”, waarin de activiteiten zijn ondergebracht waarvoor hij in concurrentie treedt met de privésector. Dit gebeurde zonder tussenkomst van de wetgever, hoewel diverse bepalingen van de oprich-tingswet van de Delcrederedienst hierdoor inhoudloos zijn geworden en de dochter-onderneming ontsnapt aan de regelgeving overheidsopdrachten en aan de controle van het Rekenhof.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 220743-07_RH_Boek164_01.indd 22 10-12-2007 11:32:4910-12-2007 11:32:49

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 23

    Synthèse

    3 Organismes d’intérêt public

    Depuis plusieurs années, la Cour constate que de nombreux organismes d’intérêt public ne respectent pas suffi samment les délais légaux et réglementaires fi xés pour la transmission de leurs comptes. On ne perçoit guère d’amélioration dans ce domaine. Les retards sont toujours imputables aux mêmes facteurs, notamment la complexité des procédures administratives en matière d’établissement et de transmission des comptes. Les recommandations que la Cour a formulées à cet égard dans son Cahier précédent demeurent donc toujours pleinement valables.

    Comptes de la Régie des bâtiments

    Le dernier compte transmis offi ciellement à la Cour date de 2000. Le plan comptable existant ne permet pas à la Régie d’enregistrer ses opérations de telle manière que les comptes annuels (bilan et résultat) donnent une image fi dèle de son patrimoine, de sa situation fi nancière et de son résultat. En outre, l’octroi des primes versées aux ingénieurs ne s’effectue pas dans le respect de la réglementation.

    Palais de justice d’Anvers

    La Cour des comptes n’a pas terminé son audit du coût du palais de justice d’Anvers. Certaines pièces justifi catives que le promoteur est tenu de transmettre à la Régie des bâtiments font en effet encore l’objet de vérifi cations de sa part.

    Palais de justice de Gand

    Comme dans le cas du nouveau palais de justice d’Anvers en 2005, le gouvernement a décidé de transférer à un « tiers-investisseur » les droits et obligations de la Régie des bâtiments dans le cadre de la convention de promotion relative au nouveau palais de justice de Gand. L’objectif était de remplacer un leasing fi nancier par un leasing opérationnel, de sorte que les dépenses consacrées à la construction du palais de justice puissent être imputées de manière neutre sur le plan du SEC dans la comp-tabilité de l’État pour l’année 2006.

    Au moment de la prise de décision, les conséquences fi nancières de l’opération étaient connues à suffi sance. Le coût de cette dernière est estimé à 18,69 millions d’euros.

    Offi ce national du Ducroire

    Avec l’accord des ministres de tutelle et des gouvernements régionaux, l’Offi ce natio-nal du Ducroire a créé une fi liale sous la forme d’une société anonyme de droit privé, appelée « SA Ducroire », qui regroupe les activités pour lesquelles il entre en concur-rence avec le secteur privé. Cette création a été réalisée sans l’intervention du légis-lateur, alors que diverses dispositions de la loi organique de l’Offi ce national du Ducroire s’en trouvent ainsi privées de contenu et que la fi liale échappe au champ d’application de la réglementation sur les marchés publics et au contrôle de la Cour.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 230743-07_RH_Boek164_01.indd 23 10-12-2007 11:32:4910-12-2007 11:32:49

  • 24 164e Boek van het Rekenhof

    Samenvatting

    4 Sociale zekerheid

    De globale ontvangsten van zowel het stelsel van de werknemers als dit van de zelf-standigen stegen in 2006. Dit is in beide gevallen toe te schrijven aan de toename van de alternatieve fi nanciering alsook aan de stijging van de ontvangsten uit bijdragen.

    Aan de uitgavenzijde valt vooral de beperkte stijging te noteren van de uitgaven voor geneeskundige verzorging die (op basis van voorlopige cijfers) 2,85 % bedraagt ten opzichte van 2005. De prestaties pensioenen en werkloosheid stegen met respectie-velijk 3,69 % en 0,81 %. De pensioenuitgaven stegen als gevolg van de doorgevoerde welvaartsaanpassingen, terwijl de slechts lichte stijging van de uitgaven voor werk-loosheid wordt verklaard door een daling van het aantal werklozen.

    Over het algemeen leidt het beheer van de thesauriebehoeften in het Globaal Beheer van de werknemers tot een goede afstemming van de behoeften en de middelen.

    De uitgaven voor geneeskundige verzorging bleven in 2006 4 % of 737,8 miljoen euro onder de globale begrotingsdoelstelling. Dit heeft een impact op het mechanisme van de fi nanciële verantwoordelijkheid van de verzekeringsinstellingen. Het saldo dat eind 2006 beschikbaar was om de toekomstige overschrijdingen te dekken die zij moeten dragen als gevolg van deze fi nanciële verantwoordelijkheid, is immers gestegen van 31,5 miljoen euro eind 2005 tot 194 miljoen euro eind 2006.

    De Hulpkas voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (HZIV) zou de terugvorderingen van uitkeringen voor arbeidsongeschiktheid en voor geneeskundige verstrekkingen beter moeten opvolgen. In tegenstelling tot de andere verzekeringsinstellingen heeft de HZIV geen fi nanciële stimulans om terugvorderingen tijdig te recupereren.

    Op 31 december 2007 worden de rechten en verplichtingen van het wettelijke kapi-talisatiestelsel van de Rijksdienst voor Pensioenen (RVP) overgeheveld naar de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid-Globaal Beheer, die de rentes verder zal fi nancie-ren. Als tegenprestatie wordt de RSZ-Globaal Beheer onder meer eigenaar van de Zuidertoren.

    De evolutie van de fi nanciële toestand van het Fonds tot vergoeding van de in geval van sluiting van ondernemingen ontslagen werknemers (FSO) heeft het mogelijk gemaakt de werkgeversbijdragen terug te brengen tot het niveau van vóór het faillis-sement van Sabena. Bovendien heeft het FSO door die gunstige toestand zijn toepas-singsgebied kunnen uitbreiden naar nieuwe categorieën van ondernemingen en zijn maximumbedragen voor tegemoetkomingen ten voordele van de werknemers kunnen optrekken. Het beheert op dit moment aanzienlijke liquide middelen (129,8 miljoen euro in 2007) vergeleken met zijn begroting.

    De Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie (RJV) beschikt over belangrijke reserves (505,9 miljoen euro op 31 december 2006) die grotendeels zijn belegd in een effecten-portefeuille op lange termijn bestaande uit lineaire obligaties. Het beheer van die portefeuille is toevertrouwd aan twee privéondernemingen. De boeking van de ver-richtingen in verband met die effectenportefeuille roept vragen op aangaande de bud-gettaire aanrekening en de waardering, die de Commissie voor Normalisatie van de Boekhouding van de Openbare Instellingen van Sociale Zekerheid zal onderzoeken.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 240743-07_RH_Boek164_01.indd 24 10-12-2007 11:32:5010-12-2007 11:32:50

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 25

    Synthèse

    4 Sécurité sociale

    Les recettes globales ont augmenté en 2006, tant pour le régime des travailleurs salariés que pour le régime des indépendants. Dans les deux cas, cette progression est due à la croissance du fi nancement alternatif ainsi qu’à l’augmentation des recet-tes provenant de cotisations.

    En matière de dépenses, par rapport à 2005, on relève surtout une croissance limi-tée des dépenses de soins de santé qui (sur la base de chiffres provisoires) s’établit à 2,85 %. Les prestations de pensions et de chômage ont augmenté respectivement de 3,69 et 0,81 %. Les dépenses de pensions ont progressé en raison des adapta-tions au bien-être alors que les dépenses en matière de chômage ne présentent qu’une légère augmentation liée à la baisse du nombre de chômeurs.

    De manière générale, la gestion des besoins de trésorerie dans le cadre de la Ges-tion globale des travailleurs salariés conduit à une adéquation entre les besoins et les moyens.

    En 2006, les dépenses de soins de santé se sont maintenues à 4 % en deçà de l’ob-jectif budgétaire global, soit 737,8 millions d’euros de moins que prévu, ce qui infl ue sur le mécanisme de la responsabilité fi nancière des organismes assureurs. Le solde disponible à la fi n de l’année 2006 pour la couverture des dépassements futurs mis à leur charge en raison de leur responsabilité fi nancière est, en effet, passé de 31,5 mil-lions d’euros à la fi n de 2005 à 194 millions d’euros à la fi n de l’année 2006.

    La Caisse auxiliaire d’assurance maladie-invalidité (CAAMI) devrait mieux suivre les recouvrements de prestations pour incapacité de travail et pour soins de santé. Contrairement aux autres organismes assureurs, la CAAMI ne dispose d’aucun inci-tant fi nancier qui la stimulerait à récupérer à temps les sommes à recouvrer.

    Le 31 décembre 2007, les droits et obligations du régime légal de capitalisation de l’Offi ce national des pensions (ONP) seront transférés à l’Offi ce national de sécurité sociale-Gestion globale, qui continuera à fi nancer les rentes. En contrepartie, l’ONSS-Gestion globale deviendra, notamment, propriétaire de la Tour du Midi.

    L’évolution de la situation fi nancière du Fonds d’indemnisation des travailleurs licen-ciés en cas de fermeture d’entreprises (FFE) a permis de ramener le montant des cotisations patronales au niveau antérieur à la faillite de la Sabena. De plus, en rai-son de cette situation favorable, le FFE a pu étendre son champ d’application à de nouvelles catégories d’entreprises et relever les plafonds de ses interventions en faveur des travailleurs. Le Fonds gère actuellement des liquidités élevées (129,8 mil-lions d’euros en 2007) en regard de son budget.

    L’Offi ce national des vacances annuelles (ONVA) dispose de réserves importantes (505,9 millions d’euros au 31 décembre 2006), qui sont en grande partie placées dans un portefeuille-titres à long terme, constitué d’obligations linéaires. La gestion de ce portefeuille a été confi ée à deux entreprises privées. La comptabilisation des opérations liées à ce portefeuille-titres soulève des questions d’imputation budgé-taire et d’évaluation qui seront examinées par la Commission de normalisation de la comptabilité des institutions publiques de sécurité sociale.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 250743-07_RH_Boek164_01.indd 25 10-12-2007 11:32:5010-12-2007 11:32:50

  • 26 164e Boek van het Rekenhof

    Samenvatting

    5 Beheer en interne controle

    Met het oog op de integere werking van zijn diensten, de betrouwbaarheid van de interne controle en de vernieuwing van de boekhouding heeft het federale beleid de voorbije jaren een aantal belangrijke opties genomen, waarvan de meeste echter nog verder in de regelgeving en in concrete maatregelen moeten worden uitgewerkt. Het Rekenhof is nagegaan in hoeverre dit al is gebeurd en hoe het is gesteld met de interne controle bij welbepaalde diensten of van welbepaalde verrichtingen.

    Beheersing van begrotingskredieten

    Sinds enkele jaren beperkt de regering de ordonnanceringskredieten (het “ankerprin-cipe”). Deze praktijk leidt ertoe dat betalingen worden uitgesteld en doorgeschoven naar het volgende begrotingsjaar, waardoor de Staat soms verwijlintresten moet betalen aan zijn opdrachtnemers. Voorts bemoeilijken het ontbreken van een geactu-aliseerde vastleggings- en ordonnanceringskalender en de gebrekkige registratie van de openstaande en vervallen schulden de beheersing van de begrotingskredieten.

    Gebruik van provisionele vastleggingen

    De reglementering bepaalt dat provisionele vastleggingen dienen om bij aanvang van het begrotingsjaar op de uitgavenbegroting de kredieten te kunnen reserveren die nodig zijn om de ononderbroken werking van de openbare diensten gedurende dat begrotingsjaar te kunnen waarborgen. In de praktijk krijgen provisionele vastleggin-gen echter een breder toepassingsveld. Zo worden ze gebruikt voor uitgaven kleiner dan 5.500 euro. De reglementering moet worden aangepast aan de huidige praktijk en de afsprakennota van de FOD Budget en Beheerscontrole, bedoeld om de interne controle op die uitgaven te versterken, zou een meer formeel en bindend karakter moeten krijgen. Verder zijn er nog procedurele en organisatorische maatregelen nodig om met name de interne controle te versterken en de naleving van de wet-geving op de overheidsopdrachten te garanderen.

    Integriteit

    De federale overheid levert sinds enkele jaren inspanningen om integriteitsondersteu-nende maatregelen te nemen. Zo werden recent aan het statuut van het rijksperso-neel integriteitsondersteunende bepalingen toegevoegd. Verschillende overheidsdien-sten hebben voor sommige risicovolle functies procedures uitgewerkt of de inschakeling van de interne controle gesystematiseerd. Het Rekenhof zal de evoluties op het vlak van integriteit in de komende jaren met bijzondere aandacht volgen en zijn controlestrategie hieraan verder aanpassen.

    Interne controle van de aankopen van de federale departementen

    Op een enkele uitzondering na, beschikt geen enkel departement over een geïnte-greerd systeem dat toelaat de aankopen van al zijn diensten centraal van bestelling tot betaling op te volgen. Meerdere fasen van de aankoopcyclus worden vaak niet of onvoldoende gedefi nieerd en de namenlijsten van de personen met beslissingsbe-voegdheid in elk van die fasen zijn dikwijls onvolledig of niet meer actueel. Dit is nadelig voor de interne controle. Bij meerdere departementen of diensten zijn de diverse bevoegdheden ook onvoldoende van elkaar gescheiden. De rapportering en

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 260743-07_RH_Boek164_01.indd 26 10-12-2007 11:32:5010-12-2007 11:32:50

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 27

    Synthèse

    5 Gestion et contrôle interne

    En vue d’assurer l’intégrité du fonctionnement de leurs services, la fi abilité du contrôle interne et la rénovation de la comptabilité, les autorités fédérales ont, ces dernières années, opéré plusieurs choix importants, dont la plupart doivent toutefois encore être intégrés dans la réglementation et traduits en mesures concrètes. La Cour a vérifi é dans quelle mesure cet objectif a déjà été réalisé et ce qu’il en est du contrôle interne exercé dans certains services ou à l’égard d’opérations bien déterminées.

    Maîtrise des crédits budgétaires

    Le gouvernement limite depuis quelques années les crédits d’ordonnancement (« prin-cipe de l’ancre »). Cette pratique entraîne un retard de paiements ainsi qu’un report de ceux-ci à l’année budgétaire suivante et, parfois, l’obligation pour l’État de payer des intérêts moratoires à ses contractants. En outre, l’absence d’un calendrier d’en-gagement et d’ordonnancement actualisé et l’enregistrement défi cient des dettes en souffrance et échues entravent la maîtrise des crédits budgétaires.

    Utilisation d’engagements provisionnels

    La réglementation prévoit que les engagements provisionnels sont utilisés pour réser-ver, dès le début de l’année budgétaire, sur le budget des dépenses, les crédits nécessaires en vue de permettre le fonctionnement ininterrompu des services publics pendant cette année. Dans la pratique, le champ d’application des engagements pro-visionnels est toutefois plus large. C’est ainsi qu’ils sont utilisés pour liquider des dépenses d’un montant inférieur à 5.500 euros. La réglementation doit être adaptée en fonction de la pratique actuelle, et la note de concertation du SPF Budget et Contrôle de la gestion, destinée à renforcer le contrôle interne de ces dépenses, devrait revêtir un caractère plus formel et contraignant. De plus, des mesures procé-durales et organisationnelles sont nécessaires afi n de notamment renforcer le contrôle interne et de garantir le respect de la législation sur les marchés publics.

    Intégrité

    Depuis plusieurs années, les pouvoirs publics fédéraux s’emploient à prendre des mesures d’encadrement en matière d’intégrité. Ainsi, des dispositions relatives à l’intégrité ont été récemment insérées dans le statut du personnel de l’État. Des services publics ont également mis au point des procédures pour certaines fonctions à risques ou systématisé le recours au contrôle interne. La Cour des comptes entend suivre les évolutions en matière d’intégrité avec une attention particulière dans les années à venir et adapter sa stratégie de contrôle en fonction de ses constats.

    Contrôle interne des achats des départements fédéraux

    À une exception près, aucun département ne dispose d’un système intégré permet-tant de suivre d’une manière centralisée les achats de tous ses services, de la com-mande au paiement. Plusieurs phases du cycle d’achat ne sont pas défi nies, sinon de manière insuffi sante, et les listes nominatives des personnes dotées de la compé-tence de décision dans chacune de ces phases sont souvent incomplètes, voire obso-lètes, ce qui est préjudiciable au contrôle interne. Dans plusieurs départements ou services, les diverses fonctions ne sont, en outre, pas suffi samment séparées. Le

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 270743-07_RH_Boek164_01.indd 27 10-12-2007 11:32:5010-12-2007 11:32:50

  • 28 164e Boek van het Rekenhof

    Samenvatting

    verantwoording over de aankopen bevatten soms tekortkomingen, onder meer op het vlak van de registratie van de uitgevoerde controles. Een aantal fasen van het aankoopproces worden niet of niet accuraat geregistreerd, waardoor de crediteuren-opvolging eenvormigheid en effectiviteit mist.

    Deze vaststellingen hangen samen met de vertraging in de uitvoering van de nieuwe rijkscomptabiliteit, en het daarmee gepaard gaande FEDCOM-project. Bovendien werden de kaderbesluiten van 2002 over de internecontrolesystemen en de interne audit binnen de federale overheidsdiensten recent aangepast, wat verklaart waarom de meeste departementen nieuwe initiatieven om hun aankoopprocessen te verbete-ren, hebben uitgesteld.

    Lokale aankopen bij Defensie

    Defensie heeft organisatorische en procesgerichte maatregelen getroffen om de risi-co’s binnen de organisatie te beperken. Niettemin heeft het Rekenhof concrete aan-bevelingen geformuleerd om de effi ciëntie en effectiviteit van de interne controle op de lokale aankopen van Defensie te verbeteren, de correcte naleving van de wet- en regelgeving te bevorderen en de kwaliteit van de beschikbare managementinformatie te verhogen.

    Reis- en verblijfskosten

    Het onderzoek naar de uitgaven voor binnenlandse dienstreizen heeft geen structu-rele tekortkomingen opgeleverd. Toch beveelt het Rekenhof aan de bestaande regle-mentering te actualiseren en de verschillende bijzondere reglementen en instructies zoveel mogelijk te uniformeren.

    Controle bij de toekenning van leefl onen

    De federale administratie van het maatschappelijk welzijn moet erop toezien dat de OCMW’s de wet op het recht op maatschappelijke integratie correct toepassen en controleren of de hen toegekende subsidies goed worden besteed. De Staat draagt bij voor minstens de helft van de bedragen toegekend aan de rechthebbenden op een leefl oon. Een opvolgingsaudit uit 2006 toont aan dat de meeste aanbevelingen die toen waren gemaakt, ondertussen in de praktijk gebracht zijn. Toch beveelt het Rekenhof nog enkele bijkomende verbeteringen aan.

    6 Human Resources

    Het Rekenhof heeft onderzocht hoe het personeelsbestand van het federaal open-baar ambt geëvolueerd is tussen 2004 en 2006. Het aantal personen in dienst is stabiel gebleven in deze periode, terwijl een onderzoek van de leeftijdspiramide erop wijst dat het federaal openbaar ambt tot in 2015 een toename van het aantal afvloei-ingen door pensionering zal kennen. Daarnaast heeft het Rekenhof ook twee wette-lijkheidscontroles uitgevoerd.

    Het eerste onderzoek toont aan dat de Pensioendienst voor de Overheidssector in 2006 bij vrijwel een derde van de pensioenaanvragen door de politiediensten zijn beslissing niet binnen vier maanden heeft meegedeeld, zoals het Handvest van de sociaal verzekerde bepaalt. Daarnaast zorgt het gebruik van uittreksels uit het stam-boek in de dossiers van bepaalde politieagenten om hun loopbaan vast te stellen, voor wettigheids- en controleproblemen.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 280743-07_RH_Boek164_01.indd 28 10-12-2007 11:32:5010-12-2007 11:32:50

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 29

    Synthèse

    rapportage et la justifi cation en matière d’achats présentent parfois des lacunes, notamment au niveau de l’enregistrement des contrôles effectués. Un certain nom-bre de phases du processus d’achat ne sont pas enregistrées, sinon de manière imprécise, de sorte que le suivi des créanciers manque d’uniformité et d’effi cacité.

    Ces constatations ne sont pas étrangères au retard intervenu dans la mise en œuvre de la nouvelle comptabilité de l’État, et du projet FEDCOM qui l’accompagne. De plus, les arrêtés-cadres de 2002 relatifs aux systèmes de contrôle interne et à l’audit interne au sein des services publics fédéraux ont été adaptés récemment, ce qui explique notamment que la plupart des départements ont reporté la mise en œuvre de nouvelles initiatives destinées à améliorer leurs processus d’achat.

    Achats locaux à la Défense

    La Défense a pris des mesures axées sur l’organisation et les processus afi n de limiter les risques en son sein. La Cour des comptes a néanmoins formulé des recommandations concrètes en vue d’améliorer l’effi cience et l’effi cacité du contrôle interne sur les achats locaux de la Défense, de promouvoir le respect de la législa-tion et de la réglementation et d’augmenter la qualité des informations de manage-ment disponibles.

    Frais de déplacement de service

    L’examen des dépenses relatives aux déplacements à l’intérieur du pays n’a pas révélé de manquements structurels signifi catifs. La Cour des comptes recommande toutefois une actualisation de la réglementation en vigueur et une plus grande unifor-misation des règles et instructions particulières.

    Contrôle de l’octroi des revenus d’intégration

    L’administration fédérale de l’aide sociale doit s’assurer que les CPAS appliquent correctement la loi sur le droit à l’intégration sociale et contrôler le bon usage des subventions qui leur sont versées. L’État contribue pour au moins la moitié des mon-tants octroyés aux bénéfi ciaires du revenu d’intégration. Un audit de suivi en 2006 montre que la plupart des recommandations qui avaient été faites sont actuellement mises en œuvre. La Cour recommande cependant quelques pistes complémentaires d’amélioration.

    6 Ressources humaines

    La Cour des comptes a examiné l’évolution de l’effectif du personnel de la fonction publique administrative fédérale de 2004 à 2006. Si le nombre de personnes occu-pées est resté stable au cours de cette période, l’examen de la pyramide des âges indique que la fonction publique fédérale connaîtra d’ici à 2015 une augmentation du volume des départs à la retraite de son personnel. La Cour a en outre procédé à deux contrôles de légalité.

    Le premier contrôle montre qu’en 2006, dans près d’un tiers des demandes de pen-sion examinées, introduites par des membres des services de police ou par leurs ayants droit, le Service des pensions du secteur public n’a pas notifi é sa décision dans les quatre mois, comme le prévoit la Charte de l’assuré social. Par ailleurs, l’utilisation d’extraits de la matricule dans les dossiers de certains policiers, en vue d’établir la carrière, pose des problèmes de légalité et de contrôle.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 290743-07_RH_Boek164_01.indd 29 10-12-2007 11:32:5010-12-2007 11:32:50

  • 30 164e Boek van het Rekenhof

    Samenvatting

    Een tweede onderzoek had betrekking op de uitoefening van het verhaalrecht bij arbeidsongevallen met aansprakelijke derden. Daaruit bleek dat niet alle overheids-diensten hun verhaalrecht uitoefenen. Waar dat wel gebeurt, blijken, mede bij gebrek aan centrale aansturing en éénduidige communicatie, de kwaliteit en de doelmatig-heid van de terugvorderingen te variëren.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 300743-07_RH_Boek164_01.indd 30 10-12-2007 11:32:5010-12-2007 11:32:50

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 31

    Synthèse

    Un deuxième contrôle a porté sur l’exercice du droit de récupération en cas d’acci-dent du travail impliquant des tiers responsables. Tous les services publics fédéraux n’exercent pas leur droit de récupération. Par ailleurs, lorsque ce droit est exercé, la qualité et l’effi cacité des récupérations varient, notamment en raison de l’absence d’un enregistrement centralisé et d’une communication univoque.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 310743-07_RH_Boek164_01.indd 31 10-12-2007 11:32:5010-12-2007 11:32:50

  • 32 164e Boek van het Rekenhof

    Algemene rekening van de Staat

    Deel IAlgemene rekening van de Staat 2006

    De algemene rekening van de Staat bevat alle begrotings-, vermogens- en thesaurieverrichtingen van 1 januari tot 31 december. Ze bevat de samenvattende rekening van al deze verrichtingen alsook drie toelichtende rekeningen: de uitvoeringsrekening van de begroting, de rekening van de vermogenswijzigingen en de rekening van de Thesaurie (artikel 80 van de gecoördineerde wetten op de rijkscomptabiliteit).

    Zoals bepaald in artikel 180 van de Grondwet, wordt de algemene rekening van de Staat aan de Kamer van Volksvertegenwoordigers voorgelegd met de opmerkingen van het Rekenhof. Die opmerkingen vormen het belangrijkste bestanddeel van dit Boek.

    Wegens achterstand bij de voorlegging van de rekeningen zullen de verslagen over de rekening van de Thesaurie en over de rekening van de vermogenswijzigingen in een aanvullend deel bij het boek worden gepubliceerd.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 320743-07_RH_Boek164_01.indd 32 10-12-2007 11:32:5010-12-2007 11:32:50

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 33

    Compte général de l’État

    Partie ICompte général de l’État 2006

    Le compte général de l’État contient toutes les opérations budgétaires, patrimoniales et de trésorerie effectuées entre le 1er janvier et le 31 décembre. Il réunit le compte synthétique de toutes les opérations ainsi que trois comptes de développement : le compte d’exécution du budget, le compte des variations du patrimoine et le compte de la Trésorerie (article 80 des lois coordonnées sur la comptabilité de l’État).

    Comme en dispose l’article 180 de la Constitution, le compte général de l’État est transmis à la Chambre des représentants accompagné des observations de la Cour des comptes. Ces observations constituent la majeure partie du présent Cahier.

    En raison de retards dans la transmission des comptes, les rapports sur le compte de la Trésorerie et sur le compte des variations du patrimoine seront publiés dans un complément au Cahier.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 330743-07_RH_Boek164_01.indd 33 10-12-2007 11:32:5010-12-2007 11:32:50

  • 34 164e Boek van het Rekenhof

    Uitvoeringsrekening van de begroting

    Titel IUitvoeringsrekening van de begroting 2006

    De uitvoeringsrekening van de begroting stelt de begrotingsontvangsten en -uitgaven voor die de Staat in 2006 heeft gedaan, en vergelijkt ze met de begrotingsramingen en -machtigingen. De uitgavenkredieten zijn limitatief: er mag niet meer worden uitgegeven dan het bedrag van de kredieten.

    Het verschil tussen ontvangsten en uitgaven is het netto begrotingssaldo, dat niet mag worden verward met het vorderingensaldo.

    De uitvoeringsrekening van de begroting vormt de basis van het wetsontwerp houdende eindregeling van de begroting, waarmee de Kamer van Volksvertegenwoordigers haar goedkeuring verleent aan de uitvoering van de begroting en de regering kwijting verleent (rekeningenwet).

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 340743-07_RH_Boek164_01.indd 34 10-12-2007 11:32:5010-12-2007 11:32:50

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 35

    Compte d’exécution du budget

    Titre I Compte d’exécution du budget 2006

    Le compte d’exécution du budget présente les recettes et les dépenses budgétaires faites au cours de l’année 2006 par l’État, et les confronte aux prévisions et autorisations budgétaires. Les crédits de dépense sont limitatifs : il est interdit de dépenser au-delà du crédit.

    La différence entre les recettes et les dépenses est le solde budgétaire net, à ne pas confondre avec le solde de fi nancement.

    Le compte d’exécution du budget constitue la base du projet de loi contenant le règlement défi nitif du budget par lequel la Chambre des représentants approuve l’exécution du budget, et donne quitus au gouvernement (loi des comptes).

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 350743-07_RH_Boek164_01.indd 35 10-12-2007 11:32:5110-12-2007 11:32:51

  • 36 164e Boek van het Rekenhof

    Eindresultaten Uitvoeringsrekening van de begroting

    Hoofdstuk 1Algemeen resultaat

    1 Inleiding

    Dit hoofdstuk geeft de resultaten van de uitvoeringsrekening van de begroting voor het begrotingsjaar 2006 die de FOD Financiën heeft overgezonden, alsook de opmer-kingen van het Rekenhof, overeenkomstig artikel 180 van de Grondwet en artikel 92 van de gecoördineerde wetten op de rijkscomptabiliteit1.

    Krachtens artikel 1 van de gecoördineerde wetten worden de rekeningen van de staats-diensten met afzonderlijk beheer nieuw regime (georganiseerd overeenkomstig arti-kel 140 van diezelfde wetten) gescheiden van de rekeningen van de diensten van algemeen bestuur. Ze worden voorgesteld op het einde van hoofdstuk 2 (punt 3).

    Overeenkomstig artikel 80 van de gecoördineerde wetten op de rijkscomptabiliteit moest de uitvoeringsrekening van de begroting 2006 vóór 30 juni 2007 aan het Reken-hof worden toegezonden.

    Het uitgavengedeelte van de rekening werd op 16 juli 2007 overgezonden. Het ont-vangstengedeelte, inclusief de rekeningen van de terugbetalings- en toewijzings-fondsen en van de staatsdiensten met afzonderlijk beheer, werd op 28 september 2007 overgelegd.

    De lopende en kapitaalverrichtingen voor 2006 zijn als volgt vastgesteld (in miljoen euro):

    Ontvangsten 43.183,4

    Uitgaven 46.138,8

    Saldo − 2.955,4

    Dit resultaat wordt becommentarieerd in punt 2 van dit hoofdstuk.

    Het Rekenhof publiceert hierna de resultaten van het onderzoek van de uitvoerings-rekening van de begroting voor het begrotingsjaar 2006 met het oog op de goedkeu-ring van het wetsontwerp houdende eindregeling van de begroting.

    2 Algemeen resultaat van de verrichtingen

    Het nettobegrotingssaldo is het verschil tussen de lopende ontvangsten en de kapi-taalontvangsten enerzijds en de lopende uitgaven en de kapitaaluitgaven anderzijds. Om dit saldo te vergelijken met het saldo dat in de algemene toelichting is geraamd, moet een onderscheid worden gemaakt tussen de benadering “algemene toelich-ting”, die bepaalde uitgaven uitsluit, en de benadering “uitvoeringsrekening” die bedoeld is om alle uitgaven die op de begrotingsprogramma’s zijn aangerekend, in aanmerking te nemen.

    1 Hierna de gecoördineerde wetten genoemd.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 360743-07_RH_Boek164_01.indd 36 10-12-2007 11:32:5110-12-2007 11:32:51

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 37

    Compte d’exécution du budget Résultat général

    1 Ci-après les lois coordonnées.

    Chapitre 1Résultat général

    1 Introduction

    Ce chapitre présente les résultats du compte d’exécution du budget pour l’année budgétaire 2006, transmis par le SPF Finances, accompagnés des observations de la Cour des comptes, conformément à l’article 180 de la Constitution et à l’article 92 des lois coordonnées sur la comptabilité de l’État1.

    En vertu de l’article premier des lois coordonnées, les comptes des services de l’État à gestion séparée nouveau régime (organisés conformément à l’article 140 des mêmes lois) sont séparés de ceux des services d’administration générale. Ils sont présentés en fi n de chapitre 2 (point 3).

    En vertu de l’article 80 des lois coordonnées, le compte d’exécution du budget pour 2006 devait être transmis à la Cour des comptes le 30 juin 2007.

    Le volet des dépenses du compte a été envoyé le 16 juillet 2007. Le volet des recet-tes, y compris les comptes des fonds de restitution et d’attribution et des services de l’État à gestion séparée, a été envoyé le 28 septembre 2007.

    Les opérations courantes et de capital pour 2006 s’établissent comme suit (en millions d’euros) :

    Recettes 43.183,4

    Dépenses 46.138,8

    Solde − 2.955,4

    Ce résultat est commenté au point 2 du présent chapitre.

    En vue de l’approbation du projet de loi portant règlement défi nitif du budget, la Cour des comptes publie ci-après les résultats de l’examen du compte d’exécution du budget pour l’année budgétaire 2006.

    2 Résultat général des opérations

    Le solde budgétaire net constitue la différence entre les recettes courantes et de capital et les dépenses courantes et de capital. Afi n de le comparer au solde prévu dans l’exposé général, il est nécessaire de distinguer l’approche « exposé général » qui exclut certaines dépenses, de l’approche « compte d’exécution » qui a vocation à reprendre toutes les dépenses imputées sur les programmes budgétaires.

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 370743-07_RH_Boek164_01.indd 37 10-12-2007 11:32:5110-12-2007 11:32:51

  • 38 164e Boek van het Rekenhof

    Eindresultaten Uitvoeringsrekening van de begroting

    Het gaat om de volgende uitgaven:

    1) uitgaven met betrekking tot de fi nanciering van de Europese Unie, vierde fi nancieringsbron (BNP), ten laste van programma 52.40.1;

    2) overdrachten naar het Zilverfonds, ten laste van programma 51.45.3 (sinds 2004) – zie verder in hoofdstuk 2, punt 1.13;

    3) dotatie voor de afl ossing van het Fonds voor Spoorweginfrastructuur (FSI), ten laste van programma 51.42.4 (sinds 2005) – zie verder in hoofdstuk 2, punt 1.14.

    De redenen waarom deze uitgaven uit het ex ante geraamde saldo werden weggela-ten, zijn geëxpliciteerd in de algemene toelichting2. Technisch gezien blijven ze aan-gerekend op de algemene uitgavenbegroting en beïnvloeden ze het ex post bere-kende begrotingssaldo.

    De volgende tabel herintegreert de uitgesloten uitgaven in de saldo’s van de alge-mene toelichting om een meer relevante vergelijking van de geraamde en gereali-seerde saldi mogelijk te maken, met inbegrip van de wijzigingen die op het FSI betrekking hebben en die zich in de loop van het jaar hebben voorgedaan en die niet in de algemene toelichting voorzien waren.

    2 Parl. St. Kamer, DOC 51-2042/001, p. 113 e.v.; p. 285 e.v.

    Tabel 1 – Begrotingssaldo 2006 (in miljoen euro)

    Initiële toelichting

    Aangepaste toelichting

    Uitvoerings-rekening

    Saldo “algemene toelichting” 174,7 437,3 − 350,1

    Niet-opgenomen uitgaven in de algemene toelichting

    EU-fi nanciering − 2.560,7 − 2.453,4 − 2.279,3

    Zilverfonds − 616,1 − 616,1 − 176,0

    FSI − 177,7 − 177,7 − 150,0

    Totale uitgesloten uitgaven − 3.354,5 − 3.247,2 − 2.605,3

    Saldo “uitvoeringsrekening van de begroting” − 3.179,8 − 2.809,9 − 2.955,4

    Bronnen: algemene toelichting van de begroting en uitvoeringsrekening van de begroting (2006)

    0743-07_RH_Boek164_01.indd 380743-07_RH_Boek164_01.indd 38 10-12-2007 11:32:5110-12-2007 11:32:51

  • 164e Cahier de la Cour des comptes 39

    Compte d’exécution du budget Résultat général

    Ces dépenses sont les suivantes :

    1)