KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de...

33
KAM-regel 004 - Stralingshygiene Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 1 van 33 Wijzigingen ten opzichte van vorige versie Administratieve wijzigingen (actualisatie): Naamgeving stafdienst en centra. Naamgeving bevoegd gezag. Naamgeving KEW-procedure 006 en KAM-regel 008. Samenstelling en capaciteit stralingsbeschermingseenheid. Inleiding Deze KAM-regel beschrijft op hoofdlijnen hoe de stralingszorg binnen RIVM is georganiseerd en welke voorschriften en maatregelen nodig zijn om verantwoord en veilig te kunnen werken met ioniserende straling. Veilig werken betekent in dit kader veilig voor mens en milieu. Iedere medewerker die handelingen en werkzaamheden verricht of gaat verrichten met ioniserende straling of hiervoor een verantwoordelijkheid draagt, dient kennis te hebben van de inhoud van deze KAM-regel en de relevante onderliggende documenten. Het stralingszorgsysteem wordt beschreven in de volgende documenttypen: KAM-regel 004 ‘Stralingshygiëne’: deze KAM-regel; Procedures: centrum overstijgende procesbeschrijvingen van de activiteiten in het kader van stralingszorg; ‘Standard operating procedures’ (SOP): centrum gebonden procesbeschrijvingen van de activiteiten in het kader van stralingszorg. De documenten zijn toegankelijk voor iedereen die toegang heeft tot het documentbeheerssysteem binnen het RIVM. Verantwoordelijkheden Iedereen die in welke mate dan ook betrokken is bij handelingen en werkzaamheden met ioniserende straling, hetzij als (eind)verantwoordelijke, deskundige, uitvoerende of assisterende draagt een eigen en met elkaar een gezamenlijke verantwoordelijkheid ten aanzien van de zorg voor stralingsbescherming. Bij leidinggevenden rust de algemene verantwoordelijkheid hiervoor en zij dragen zorg voor adequate personele en financiële middelen. Met betrekking tot de verantwoordelijkheid voor de stralingszorg worden de volgende functies onderscheiden: Vergunninghouder Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige (ACS) Lokaal Deskundige (LD) De vergunninghouder is eindverantwoordelijk voor een goed stralingszorgbeleid. Namens het RIVM is dit de Directeur-generaal. De Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige is inhoudelijk verantwoordelijk voor de algehele stralingszorg en wordt benoemd door de Directeur-generaal. De

Transcript of KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de...

Page 1: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 1 van 33

Wijzigingen ten opzichte van vorige versie

Administratieve wijzigingen (actualisatie):

Naamgeving stafdienst en centra.

Naamgeving bevoegd gezag.

Naamgeving KEW-procedure 006 en KAM-regel 008.

Samenstelling en capaciteit stralingsbeschermingseenheid.

Inleiding

Deze KAM-regel beschrijft op hoofdlijnen hoe de stralingszorg binnen RIVM is georganiseerd en welke voorschriften en maatregelen nodig zijn om verantwoord en veilig te kunnen werken met ioniserende straling. Veilig werken betekent in dit kader veilig voor mens en milieu. Iedere medewerker die handelingen en werkzaamheden verricht of gaat verrichten met ioniserende straling of hiervoor een verantwoordelijkheid draagt, dient kennis te hebben van de inhoud van deze KAM-regel en de relevante onderliggende documenten. Het stralingszorgsysteem wordt beschreven in de volgende documenttypen:

KAM-regel 004 ‘Stralingshygiëne’: deze KAM-regel;

Procedures: centrum overstijgende procesbeschrijvingen van de activiteiten in het kader van stralingszorg;

‘Standard operating procedures’ (SOP): centrum gebonden procesbeschrijvingen van de activiteiten in het kader van stralingszorg.

De documenten zijn toegankelijk voor iedereen die toegang heeft tot het documentbeheerssysteem binnen het RIVM.

Verantwoordelijkheden

Iedereen die in welke mate dan ook betrokken is bij handelingen en werkzaamheden met ioniserende straling, hetzij als (eind)verantwoordelijke, deskundige, uitvoerende of assisterende draagt een eigen en met elkaar een gezamenlijke verantwoordelijkheid ten aanzien van de zorg voor stralingsbescherming. Bij leidinggevenden rust de algemene verantwoordelijkheid hiervoor en zij dragen zorg voor adequate personele en financiële middelen. Met betrekking tot de verantwoordelijkheid voor de stralingszorg worden de volgende functies onderscheiden:

Vergunninghouder

Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige (ACS)

Lokaal Deskundige (LD) De vergunninghouder is eindverantwoordelijk voor een goed stralingszorgbeleid. Namens het RIVM is dit de Directeur-generaal. De Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige is inhoudelijk verantwoordelijk voor de algehele stralingszorg en wordt benoemd door de Directeur-generaal. De

Page 2: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 2 van 33

ACS treedt namens de vergunninghouder op en is onafhankelijk gepositioneerd binnen de stafdienst Compliance (CMP). De Lokaal Deskundige draagt de verantwoordelijkheid voor de stralingszorg binnen het centrum en wordt benoemd door de Directeur-generaal. De Lokaal Deskundige is decentraal gepositioneerd binnen het centrum waarin hij werkzaam is. De verantwoordelijkheden, taken en bevoegdheden van de betrokken functionarissen worden nader omschreven in de paragraaf ‘Organisatie en overleg’ Zie ook KEW procedure 002 ‘Aanstellen Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige, lokaal deskundige, leden van de SVC en de stralingscoördinator’.

Inhoud van KAM regel

Leeswijzer

Deze KAM-regel is themagericht en te onderscheiden in een algemeen deel en een procesgericht deel:

In de hoofdstukken ‘Inleiding’, ‘Verantwoordelijkheden’ en ‘Inhoud van de KAM regel’ komen algemene thema’s aan de orde, zoals doelstellingen, werkgebied, wettelijke kaders en vergunning;

In het hoofdstuk ‘Werkwijze’ worden de werkprocessen op hoofdlijnen beschreven, gerangschikt naar thema. Gedetailleerde procesbeschrijvingen zijn vastgelegd in de volgende procedures in het RIVM-brede documentbeheerssysteem: Organisatie en overleg:

KEW procedure 002 ‘Aanstellen Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige, lokaal deskundige, leden van de SVC en de stralingscoördinator’

Risicobeoordeling en interne toestemming:

KEW procedure 001 ‘Interne Toestemmingen’ Radiologisch werknemer:

KEW procedure 003 ‘Radiologisch werknemer’ Radiologische ruimte:

KEW procedure 008 ‘Radiologische ruimte’

KEW procedure 009 ‘Inrichten tijdelijke locatie’

KEW procedure 005 ‘Risicoverklaring radiologische ruimte en goederen uit radiologische ruimte’

Radioactieve stof, incl. ingekapselde bron:

KEW procedure 004 ‘Aanvraag, bestelling, ontvangst, opslag, uitgifte en afvoer van radioactieve stoffen’

Toestel:

KEW procedure 010 ‘Aanschaf, acceptatie, periodieke controle, opslag en afvoer van een ioniserende straling uitzendend toestel’

Niet-geplande activiteit:

KEW procedure 013 ‘Niet-geplande activiteiten’

Page 3: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 3 van 33

Periodieke inspectie:

KEW procedure 006 ‘Deelaudit stralingshygiëne’ Vervoer:

KEW procedure 007 ‘Vervoer van radioactieve stoffen’ Administratie en registratie:

KEW procedure 011 ‘Inrichting van het KEW-dossier’ Incident:

KEW procedure 012 ‘Melding en afhandeling van stralingsincidenten’

Doelstellingen en uitgangspunten beleid

Doelstelling van het stralingszorgbeleid is verantwoord en veilig om te gaan met ioniserende straling uitzendende bronnen, zodanig dat de negatieve gevolgen voor mens en milieu zo gering mogelijk zijn. Hiertoe dienen alle handelingen en werkzaamheden plaats te vinden binnen de maatschappelijk geaccepteerde kaders, zoals neergelegd in de Kernenergiewet en de onderliggende Besluiten en Regelingen en de kernenergiewetvergunning. Om uitvoering te kunnen geven aan de hiervoor beschreven doelstelling gelden de volgende uitgangspunten van stralingszorgbeleid:

Aan het stralingszorgbeleid wordt uitvoering gegeven vanuit een cyclisch functionerend stralingszorgsysteem, dat leidt tot continue verbetering van de werkprocessen (plan-do-check-act);

Het stralingszorgsysteem is gedocumenteerd, wordt onderhouden en is zoveel mogelijk elektronisch toegankelijk voor hiertoe geautoriseerde personen;

KAM-regel 004 ‘Stralingshygiëne’ is onderdeel van de kernenergiewetvergunning;

Alle handelingen en werkzaamheden zijn gerechtvaardigd;

Er worden voldoende maatregelen getroffen om mens en milieu, binnen redelijke grenzen, optimaal te beschermen tegen de nadelige effecten van het gebruik van ioniserende straling, conform het ALARA-beginsel;

Dosislimieten en voorgeschreven dosisbeperkingen voor medewerkers, leden van de bevolking en het milieu worden niet overschreden;

De volgende basisstrategie van stralingsbescherming/risicobeheersing, zoals beschreven in Arbo-informatieblad Ioniserende straling (AI-27), wordt gevolgd: (1) bestrijding aan de bron, (2) afscherming van de bron, (3) aanpassing van de omgeving (4) afscherming van de mens en (5) persoonlijke bescherming;

Elke handeling en werkzaamheid vindt plaats na beoordeling en autorisatie vooraf door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige, door ondertekening van een Interne Toestemming namens de Directeur-generaal;

Een risicobeoordeling is onderdeel van een Interne Toestemming;

Een ieder betrokken bij handelingen met ioniserende straling, hetzij als (eind)verantwoordelijke, deskundige, uitvoerende of assisterende draagt een

Page 4: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 4 van 33

eigen en met elkaar een gezamenlijke verantwoordelijkheid ten aanzien van de zorg voor stralingsbescherming;

De eindverantwoordelijkheid voor de stralingszorg ligt bij Directeur-generaal; de inhoudelijke verantwoordelijkheid is schriftelijk gemandateerd aan de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige;

De Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige is onafhankelijk gepositioneerd en maakt deel uit van een centraal gepositioneerde Stralingsbeschermingseenheid;

Het beleid is er op gericht de verantwoordelijkheid zoveel mogelijk decentraal te organiseren (‘in de lijn’), dus bij degene die ioniserende straling aanwendt;

Een ieder die ioniserende straling toepast dient deskundig te zijn zoals bedoeld door de wetgever;

De communicatie en informatiestroom verlopen via centraal en lokaal ingestelde stralingsoverlegstructuren;

Handhaving en toezicht gebeuren centraal door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige en decentraal door de Lokaal Deskundige; iedere locatie wordt minimaal eenmaal per jaar intern geïnspecteerd.

Werkingsgebied

Deze KAM-regel is van toepassing op iedereen die handelingen en werkzaamheden met ioniserende straling verricht of gaat verrichten of hiervoor een verantwoordelijkheid draagt. Het betreft alle handelingen en werkzaamheden met ioniserende straling binnen of buiten het ALT, die onder de eindverantwoordelijkheid vallen van de Directeur-generaal van het RIVM.

Wet- en regelgeving

Alle toepassingen met ioniserende straling vallen in Nederland onder de Kernenergiewet met de bijbehorende besluiten en ministeriële regelingen. Deze wet regelt dat voor handelingen en werkzaamheden met ioniserende straling, zoals uitgevoerd door of onder verantwoordelijkheid van RIVM, een vergunning vereist is (zie paragraaf ‘Vergunning’). Voor alle toepassingen geldt dat vooraf toestemming is vereist van de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige (zie paragraaf ‘Risicobeoordeling en Interne Toestemming’). Alle relevante wetgeving, richtlijnen, documenten en formulieren zijn te raadplegen via de website van Agentschap NL.

Vergunning

De volgende vergunningen zijn van toepassing:

Complexvergunning verleend aan RIVM voor toepassing van radioactieve stoffen, splijtstoffen en ertsen, incl. ingekapselde bronnen;

Vervoersvergunning verleend aan RIVM voor vervoer van splijtstoffen en ertsen.

Page 5: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 5 van 33

Vervoersvergunning op grond van speciale regeling verleend aan RIVM voor vervoer van splijtstoffen, ertsen, dan wel radioactieve stoffen/bronnen, inclusief besmette voorwerpen (onbekende bronnen).

Aan deze vergunningen zijn voorschriften en maatregelen verbonden waaraan iedereen die met ioniserende straling werkt en/of hiervoor een verantwoordelijkheid draagt, gehouden wordt. Deze voorschriften en maatregelen zijn nader uitgewerkt in deze KAM-regel en de onderliggende

procedures (centrum overstijgend) en SOP’s (centrum gebonden). N.B. vergunningen in het kader van de Kernenergiewet zijn openbaar. Deze zijn te raadplegen via de website van Agentschap NL.

Samenhang met andere KAM-regels

Voor het werken met ioniserende straling zijn in specifieke situaties andere KAM-regels van toepassing. Waar relevant wordt daarnaar verwezen:

Zwangerschap, borstvoeding en jeugdige (gast)medewerkers of stagiaires: KAM-regel 005 ‘Bijzondere groepen medewerkers’

Afvoer van gebruikte materialen uit radionuclidenlaboratoria of bergplaatsen: KAM-regel 007 'Regeling gevaarlijk afval' en KAM-regel 008 ‘Afvoer van gebruikte materialen uit (micro)biologische laboratoria’

Werken met een combinatie van risicohoudende stoffen, zoals ioniserende straling en GGO’s c.q. biologische agentia: KAM-regel 013 ’Biologische veiligheid’

Incidenten en (bijna) ongevallen: KAM-regel 015 ‘Melden van (bijna) ongevallen, gevaarlijke situaties, brand en ontvreemding’ en KAM-regel 025 ‘Incidentenregeling’

Vrijgeven van radionuclidenlaboratoria en bergplaatsen: KAM-regel 016 ‘Risicoverklaring betreffende chemische, radiologische en microbiologische risico’s bij technische werkzaamheden’

Alleen werken in radionuclidenlaboratoria en bergplaatsen: KAM-regel 018 ‘Regeling alleenwerkenden’

Toegang tot radionuclidenlaboratoria en bergplaatsen: KAM-regel 020 ‘Toegangsregeling laboratoriumruimten ALT met kleurkenmerken’

Werkwijze

Organisatie en overleg

Zie bijlage 1 ‘Organisatie stralingszorg’ voor een schematisch overzicht van de organisatie van stralingszorg. Zie KEW procedure 002 ‘Aanstellen Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige, lokaal deskundige, leden van de SVC en de stralingscoördinator’ voor de procedure voor het aanstellen van de spelers in de organisatie van de stralingszorg.

Page 6: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 6 van 33

Centrale organisatie

De Directeur-generaal is eindverantwoordelijk voor het integrale stralingszorgbeleid. Om hieraan uitvoering te geven is een Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige aangesteld, die verantwoordelijk is voor de stralingszorg binnen het ALT. De Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige beoordeelt de risico’s van iedere toepassing met ioniserende straling, classificeert werknemers en ruimten, verleent de Interne Toestemming en ziet toe op naleving van de Kernenergiewet. De Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige rapporteert direct aan de Directeur-generaal. De Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige is onafhankelijk gepositioneerd binnen de stralingsbeschermingseenheid, onderdeel van de stafdienst Compliance van het RIVM. De stralingsbeschermingseenheid heeft een bezetting van 1,4 fte, flexibel tot 1,7 fte, en is als volgt samengesteld: Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige, deskundigheidsniveau 2: 1,0 fte Stralingsdeskundige, deskundigheidsniveau 3 (of hoger): 0,1 fte, flexibel tot 0,4 fte (afhankelijk van de werkvoorraad) Stralingscoördinator, deskundigheidsniveau 4B (of hoger): 0,2 fte Secretariële ondersteuning: 0,1 fte De Stralingsdeskundige fungeert tevens als plaatsvervanger van de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige. De Stralingscoördinator coördineert de werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat van de stafdienst Compliance. De stralingsdeskundigheid van de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige en de Stralingsdeskundige wordt geborgd door periodieke na- en bijscholing en het bijwonen van wetenschappelijke vergaderingen. Zie ook bijlage 4 ‘Verantwoordelijkheden en bevoegdheden’.

Decentrale organisatie

Binnen de laboratoria worden toepassingen met ioniserende straling uitgevoerd onder toezicht van een Lokaal Deskundige. De Lokaal Deskundige beschikt over een erkend diploma stralingsdeskundigheid en wordt aangesteld door de Directeur-generaal. Hij is verantwoordelijk voor de uitvoering van het lokale stralingszorgbeleid en rapporteert aan zijn centrumhoofd en aan de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige. De stralingsdeskundigheid van de Lokaal Deskundige wordt geborgd door periodieke na- en bijscholing. Een aantal collectieve beheerstaken is opgedragen aan het centrum VLH, afdeling M&M. Afdeling M&M heeft hiertoe een beheerder stralingsfaciliteiten aangesteld, die verantwoordelijk is voor:

beheer van de radionuclidenlaboratoria ten behoeve van gastgebruikers;

Page 7: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 7 van 33

aanschaf, ontvangst, opslag en uitgifte van radioactieve stoffen alsmede de registratie hiervan;

inzameling, behandeling en afvoer van radioactief afval;

lozing van afvalwater;

registratie van blootgestelde werknemers;

controle op de stralingsbelasting van de blootgestelde werknemers, uitreiking van dosimeters en centrale registratie daarvan;

controle van het stralingsniveau op het terrein van RIVM (terreingrensmetingen).

Zie ook bijlage 4 ‘Verantwoordelijkheden en bevoegdheden’.

Overlegstructuur

Er worden drie niveaus van stralingszorgoverleg onderscheiden:

Strategisch niveau: Periodiek Overleg op Directieniveau inzake Stralingszorg (PODS),

Strategisch voorbereidend en tactisch niveau: Stralingsveiligheidscommissie (SVC),

Operationeel niveau: Lokaal Deskundigen Overleg (LDO). Zie de bijlagen 2 ‘Overlegstructuur stralingszorg’ en 3 ‘Reglementen commissies en overlegorganen’ voor een schematisch overzicht van de overlegstructuur stralingszorg en de reglementen van de overlegorganen. Periodiek Overleg Directieniveau inzake Stralingszorg (PODS)

Het Periodieke Overleg Directieniveau inzake Stralingszorg (PODS) kan plaatsvinden als onderdeel van of aansluitend op het reguliere overleg tussen de directies van de instituten die gevestigd zijn op de locatie Bilthoven. De voorzitter van het PODS kan daarnaast besluiten om het overleg met andere directieleden te laten plaatsvinden. Aan het PODS nemen deel:

Directeur-generaal, voorzitter;

Stralingscoördinator, secretaris;

Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige. De vergaderfrequentie bedraagt tenminste tweemaal per jaar en dient ter vaststelling van het stralingszorgbeleid RIVM. Vaste punten op de agenda zijn het jaarverslag en de jaarplannen stralingszorg. Stralingsveiligheidscommissie (SVC)

De Stralingsveiligheidscommissie (SVC) is een centraal opererende commissie, bestaande uit:

Stralingscoördinator, voorzitter;

Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige, secretaris;

Page 8: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 8 van 33

Twee gebruikersvertegenwoordigers RIVM, waaronder afdelingshoofd M&M van centrum VLH;

Stralingsdeskundige niveau 3, agendalid.

Stralingsarts, agendalid. De SVC adviseert de Directeur-generaal en het stafhoofd Comliance op het terrein van ontwikkeling, implementatie en evaluatie van stralingszorgbeleid. De beleidsgerichtheid is strategisch/tactisch en de taakgerichtheid richtinggevend. De vergaderfrequentie bedraagt tenminste driemaal per jaar. Lokaal Deskundigen Overleg (LDO) In het LDO zijn alle lokaal verantwoordelijke stralingsdeskundigen (Lokaal Deskundigen) vertegenwoordigd, samen met de Stralingscoördinator (voorzitter) en de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige (secretaris). Het LDO heeft tot doel uitvoering te geven aan het stralingszorgbeleid en signalerend op te treden. De beleidsgerichtheid is operationeel en de taakgerichtheid verrichtend. De vergaderfrequentie bedraagt drie- à viermaal per jaar.

Verantwoordelijkheden, bevoegdheden en taken

Zie bijlage 4 ‘Verantwoordelijkheden en bevoegdheden’ voor een overzicht van de verantwoordelijkheden, bevoegdheden, taken en stralingsdeskundigheid van de functionarissen die betrokken zijn bij de stralingszorg.

Risicobeoordeling en Interne Toestemming

Een Interne Toestemming (IT) is een essentieel onderdeel van het stralingszorgsyssteem met betrekking tot de onafhankelijke beoordeling van het stralingsrisico, toetsing aan de complexvergunning RIVM en het nemen van doeltreffende beschermingsmaatregelen. Zonder IT is het niet toegestaan een toepassing met ioniserende straling te starten, ongeacht de hoeveelheid en de activiteit van de stralingsbron. Een IT wordt vooraf door de Lokaal Deskundige, samen met de verantwoordelijk onderzoeker aangevraagd bij de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige conform KEW procedure 001 ‘Interne Toestemmingen’. Dit geldt voor iedere nieuwe toepassing of een bestaande toepassing die gewijzigd of ingetrokken wordt. Indien nodig kan de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige de Lokaal Deskundige adviseren bij de aanvraag. De risicoanalyse vormt een belangrijk onderdeel van de IT. Deze geeft inzicht in de stralingsblootstelling bij de uitvoering van de handelingen en werkzaamheden, incl. onbedoelde gebeurtenissen (incidenten) die voorzien worden. De eisen die aan de risicoanalyse worden gesteld en de te volgen methode, zijn afhankelijk van de aard en omvang van de toepassing en worden in overleg met de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige vastgesteld.

Page 9: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 9 van 33

De Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige beoordeelt de volledigheid en kwaliteit van de aanvraag incl. rechtvaardiging en risicoanalyse. Hij toetst de aanvraag aan de vigerende wet- en regelgeving en complexvergunning en bepaalt in overleg met de Lokaal Deskundige onder welke randvoorwaarden c.q. te nemen beschermende maatregelen de handelingen en werkzaamheden uitgevoerd kunnen worden. De beschermende maatregelen moeten effectief zijn, zodanig dat de stralingsdosis voor mens en milieu niet hoger is dan noodzakelijk (ALARA). In bepaalde gevallen kan door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige een dosisbeperking worden opgelegd. De IT wordt schriftelijk vastgelegd en verleend door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige voor bepaalde of onbepaalde tijd. De Lokaal Deskundige is te allen tijde verantwoordelijk voor de actualiteit van de IT en of deze nog voldoet. De Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige toetst tweemaal per jaar de volledigheid en kwaliteit van de IT’s.

Radiologisch werknemer (inclusief blootgestelde werknemer)

Een werknemer, gastmedewerker of student/stagiair die zelfstandig of onder begeleiding handelingen en werkzaamheden uitvoert met ioniserende straling, wordt geregistreerd als radiologisch werknemer conform KEW procedure 003 ‘Radiologisch werknemer’. Afhankelijk van de te verwachten stralingsblootstelling, zoals bepaald in de risicoanalyse bij de aanvraag Intern Toestemming (zie paragraaf "Risicobeoordeling en Interne Toestemming") wordt een radiologisch werknemer door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige geclassificeerd als blootgestelde werknemer A of B of als niet-blootgestelde werknemer C. Een radiologisch werknemer ontvangt voor aanvang van de handelingen en werkzaamheden aantoonbaar instructie van de Lokaal Deskundige. Afhankelijk van de toepassing kunnen bepaalde deskundigheidseisen opgelegd worden (zie paragraaf ‘Deskundigheid’). De stralingsdeskundigheid van de radiologische werknemer is geborgd door periodieke na- en bijscholing. Alleen voor blootgestelde werknemers A en B geldt een verplichting tot het dragen van een in Nederland erkende persoonsdosimeter (TLD). Uitsluitend A-werknemers worden bij aanstelling en verder eenmaal per jaar medisch gekeurd door een erkende stralingsarts. De stralingsarts is gecontracteerd door VWS of het RIVM. Eenmaal per jaar worden de keurings- en dosisresultaten van de radiologische werknemers met de stralingsarts geëvalueerd tijdens een vergadering van de Stralingsveiligheidscommissie (SVC). In geval van zwangerschap, borstvoeding of indien een radiologisch werknemer jonger is dan 18 jaar, is hij een zogenaamde ‘bijzondere medewerker’. Hiervoor geldt een stringenter risicobeleid. Bij zwangerschap:

Page 10: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 10 van 33

Ter beperking van de stralingsbelasting van het ongeboren kind dient de radiologisch werknemer zo vroeg mogelijk bij haar centrumhoofd en de Lokaal Deskundige melding te maken van de zwangerschap;

Afspraken over aanvullende maatregelen, incl. (aanvullende) persoonsdosimetrie, tussen leidinggevende en werknemer worden schriftelijk vastgelegd;

Voor een zwangere werknemer geldt een tijdelijke dosisbeperking van 1 mSv (effectieve dosis) gedurende de zwangerschap vanaf het moment van melden, ongeacht de classificatie; dit betekent dat:

een blootgestelde A-werknemer geen handelingen en werkzaamheden mag uitvoeren die, op grond van de risicoanalyse, een (potentiële) effectieve dosis tot gevolg kunnen hebben van 6 mSv/jaar of hoger;

een B-werknemer de handelingen en werkzaamheden gewoon mag blijven uitvoeren, mits de (aanvullende) beschermende maatregelen afdoende bescherming bieden.

Bij borstvoeding:

Ter beperking van de stralingsbelasting van het pasgeboren kind door inwendige besmetting via de moedermelk dient de radiologisch werknemer, voorafgaande aan haar zwangerschapsverlof, bij haar centrumhoofd en de Lokaal Deskundige melding te maken van haar voornemen borstvoeding te geven;

Afspraken over aanvullende maatregelen tussen leidinggevende en werknemer worden schriftelijk vastgelegd;

Voor de periode dat borstvoeding wordt gegeven wordt de werknemer vrijgesteld van handelingen en werkzaamheden waarbij een meer dan zeer gering risico bestaat voor inwendige besmetting, ter beoordeling van de Lokaal Deskundige in overleg met het centrumhoofd.

Zie verder KAM-regel 005 ‘Bijzondere groepen medewerkers’ en KEW procedure 003 ‘Radiologisch werknemer’.

Deskundigheid

Handelingen en werkzaamheden met ioniserende straling mogen worden uitgevoerd, onder toezicht van een Lokaal Deskundige, door radiologische werknemers die deskundig zijn en voorafgaande aan de handelingen en werkzaamheden een instructie hebben ontvangen. Deskundig wil zeggen dat de werknemer in bezit moet zijn van een in Nederland erkend diploma stralingsdeskundigheid. De stralingsdeskundigheid van de Lokaal Deskundige en de radiologisch werknemer is geborgd door periodieke bij- en nascholing. Eenmaal per jaar wordt in overleg met de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige in het kader van de Periodiek Inspectie de deskundigheid geëvalueerd en een scholingsplan vastgesteld.

Page 11: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 11 van 33

Zie de website van de NVS voor een overzicht van de opleidingen stralingsdeskundigheid in Nederland. Radioactieve stoffen, incl. splijtstoffen en ertsen, m.u.v. ingekapselde bronnen

Handelingen en werkzaamheden met radioactieve stoffen worden uitgevoerd door of onder de verantwoordelijkheid van een Lokaal Deskundige in het bezit van een erkend diploma stralingsdeskundigheid niveau-3 of hoger. De handelingen en werkzaamheden worden uitgevoerd door een radiologisch werknemer in het bezit van een erkend diploma stralingsdeskundigheid niveau-5B of hoger. Als gelijkwaardig kunnen opleidingsmodules in aanmerking komen die in bepaalde studierichtingen zijn opgenomen, ter beoordeling van de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige. In afwachting van de daadwerkelijke verwerving van de stralingsdeskundigheid niveau-5B mag met de handelingen en werkzaamheden worden aangevangen onder de volgende voorwaarden:

Onmiddellijke aanmelding voor de opleiding stralingsdeskundigheid niveau-5B;

Handelingen en werkzaamheden worden uitgevoerd onder begeleiding en in aanwezigheid van een radiologisch werknemer in het bezit van een erkend diploma stralingsdeskundigheid niveau-5B of hoger.

In uitzonderingsgevallen kan de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige een radiologisch werknemer vrijstellen van een diplomaverplichting en op grond van ervaring toestemming geven om handelingen en werkzaamheden te verrichten. Ingekapselde bronnen

Handelingen met ingekapselde bronnen worden uitgevoerd door of onder de verantwoordelijkheid van een Lokaal Deskundige in het bezit van een erkend diploma stralingsdeskundigheid niveau-4A of hoger. Voor de toepassing van minder dan 10 ingekapselde bronnen met een gering risico kan volstaan worden met een erkend diploma stralingsdeskundigheid niveau-5A of hoger, ter beoordeling van de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige. Voor handelingen met ingekapselde bronnen voor bestralingsdoeleinden is een erkend diploma stralingsdeskundigheid niveau-3 vereist. De handelingen worden uitgevoerd door een radiologisch werknemer in het bezit van een erkend diploma stralingsdeskundigheid niveau-5A of hoger. Als gelijkwaardig kunnen opleidingsmodules in aanmerking komen die in bepaalde studierichtingen zijn opgenomen, ter beoordeling van de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige. In afwachting van de daadwerkelijke verwerving van de stralingsdeskundigheid niveau-5A mag met de handelingen worden aangevangen onder de volgende voorwaarden:

Onmiddellijke aanmelding voor de opleiding stralingsdeskundigheid niveau-5A;

Page 12: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 12 van 33

Handelingen worden uitgevoerd onder begeleiding en in aanwezigheid van een radiologisch werknemer in het bezit van een erkend diploma stralingsdeskundigheid niveau-5A of hoger.

In uitzonderingsgevallen kan de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige een radiologisch werknemer vrijstellen van een diplomaverplichting en op grond van ervaring toestemming geven om handelingen te verrichten. Handelingen aan radioactieve bronnen zelf, zoals reinigen en besmettingscontroles worden uitgevoerd door een radiologisch werknemer in het bezit van een erkend diploma stralingsdeskundigheid niveau-3. Toestellen

Handelingen met toestellen die ioniserende straling uitzenden worden uitgevoerd door of onder de verantwoordelijkheid van een Lokaal Deskundige in het bezit van een erkend diploma stralingsdeskundigheid niveau-5A of hoger. De handelingen worden uitgevoerd door een radiologisch werknemer in het bezit van een erkend diploma stralingsdeskundigheid niveau-5A of hoger. Als gelijkwaardig kunnen opleidingsmodules in aanmerking komen die in bepaalde studierichtingen zijn opgenomen, ter beoordeling van de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige. In afwachting van de daadwerkelijke verwerving van de stralingsdeskundigheid niveau-5A mag met de handelingen worden aangevangen onder de volgende voorwaarden:

Onmiddellijke aanmelding voor de opleiding stralingsdeskundigheid niveau-5A;

Handelingen worden uitgevoerd onder begeleiding en in aanwezigheid van een radiologisch werknemer in het bezit van een erkend diploma stralingsdeskundigheid niveau-5A of hoger.

Niet-geplande activiteiten (onbekende bronnen)

Handelingen en werkzaamheden met radioactieve bronnen (radioactieve stoffen, splijtstoffen of ertsen) in opdracht van de bevoegde autoriteiten of diensten worden uitgevoerd door of onder directe verantwoordelijkheid van de Lokaal Deskundige van centrum VLH in het bezit van een erkend diploma stralingsdeskundigheid niveau-3 of hoger. De handelingen en werkzaamheden worden uitgevoerd door een radiologisch werknemer in het bezit van een erkend diploma stralingsdeskundigheid niveau-3 of hoger. Alleen in bijzondere gevallen kan hiervan worden afgeweken, met toestemming van de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige. Beheer van radionuclidenlaboratoria

Het beheer van een radionuclidenlaboratorium gebeurt door of onder de verantwoordelijkheid van een radiologisch werknemer in het bezit van een erkend diploma stralingsdeskundigheid niveau-3 of hoger. De functies van beheerder en Lokaal Deskundige kunnen in één persoon verenigd zijn.

Page 13: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 13 van 33

Radiologische ruimte

Een ruimte waarin handelingen en werkzaamheden met ioniserende straling worden uitgevoerd, wordt geregistreerd als radiologische ruimte conform KEW procedure 008 ‘Radiologische ruimte’. Ook een bergplaats voor opslag van radioactieve stoffen wordt aangemerkt als radiologische ruimte of maakt hiervan deel uit. Voor een radiologische ruimte geldt een toegangsregeling. Uitsluitend door de Lokaal Deskundige of de beheerder stralingsfaciliteiten van het centrum VLH geautoriseerde werknemers hebben toegang tot een of meerdere radiologische ruimten. Verder worden eisen gesteld aan periodieke besmettingscontrole en schoonmaak. Schoonmaakpersoneel wordt vooraf geïnstrueerd door de Lokaal Deskundige. Een radiologische ruimte moet voldoen aan bepaalde inrichtingseisen zoals beschreven in de bijlage radionucliden-laboratorium van de complexvergunning. Afhankelijk van de stralingsblootstelling, zoals bepaald in de risicoanalyse bij de aanvraag Interne Toestemming (zie paragraaf ‘Risicobeoordeling en Interne Toestemming’) of wanneer de complexvergunning dit voorschrijft, wordt een radiologische ruimte door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige geclassificeerd als bewaakte of gecontroleerde zone en, in geval van een laboratorium, in een D-, C- of B-laboratorium. Er kunnen omstandigheden zijn om af te wijken van de bepalingen zoals hiervoor beschreven. Hiervoor is altijd vooraf toestemming nodig van de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige. Aan de buitenzijde van een radiologische ruimte is door middel van waarschuwingssymbolen aangegeven wat de aard en risico’s zijn van de toepassingen binnen die ruimte. Er zijn aparte waarschuwingssymbolen voor bewaakte en gecontroleerde zones en voor het gebruik van radioactieve stoffen en toestellen. Deze staan vermeld in KEW procedure 008 ‘Radiologische ruimte’ en KAM-regel 020 ‘Toegangsregeling laboratoriumruimten ALT met kleurkenmerken’.

Tijdelijke locatie

Het RIVM voert in opdracht van de bevoegde autoriteiten/diensten, o.a. de VROM-Inspectie, onderzoek uit naar radioactieve stoffen die in bezit c.q. in beslag genomen zijn of naar stoffen met een onbekende activiteit en samenstelling. In dit kader kan binnen of buiten het ALT een tijdelijke locatie worden ingericht conform KEW procedure 009 ‘Inrichten tijdelijke locatie’. De plaats en duur van de tijdelijke locatie worden geregistreerd. De tijdelijke locatie wordt ‘op maat’ ingericht door een stralingsdeskundige van het centrum VLH in bezit van een erkend diploma stralingsdeskundigheid niveau-3 of hoger. Ter plaatse worden door de stralingsdeskundige maatregelen getroffen voor een zo goed mogelijke bescherming van mens en milieu, rekening houdend met ALARA en de wettelijke dosislimieten, zoals:

Page 14: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 14 van 33

afzetten van de tijdelijke locatie met afzetlint en waarschuwingssignalering, zodanig dat aan de buitenzijde van de tijdelijke locatie het omgevingsdosisequivalenttempo lager is dan 10 µSv/uur;

ervoor zorg dragen dat alleen personen die hiertoe geautoriseerd zijn en vooraf een instructie hebben ontvangen de tijdelijke locatie kunnen betreden;

beschikbaar hebben van passende persoonlijke beschermingsmiddelen;

beschikbaar hebben van apparatuur voor aanvullende persoonsdosimetrie;

beschikbaar hebben van apparatuur voor het kunnen uitvoeren van stralingsmetingen en besmettingscontroles;

beschikbaar hebben van materialen om, binnen redelijke grenzen, besmette oppervlakken te kunnen decontamineren;

beschikbaar hebben van materialen voor het tijdelijk kunnen opslaan en afvoeren van radioactief afval, dat vrijkomt bij de handelingen en werkzaamheden binnen de tijdelijke locatie;

beschikbaar hebben van afschermings- en verpakkingsmateriaal voor het vervoer van radioactieve stoffen, inclusief splijtstoffen en ertsen.

Na afloop wordt de tijdelijke locatie door de stralingsdeskundige van centrum VLH vrijgegeven en wordt rapport opgemaakt, dat bewaard wordt in het Kernenergiewetdossier.

Vrijgave

Een radiologische ruimte kan tijdelijk of permanent worden vrijgegeven conform

KEW procedure 005 ‘Risicoverklaring radiologische ruimte en goederen uit radiologische ruimte’. Bij permanente vrijgave ontvangt de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige vooraf een plan van aanpak ter goedkeuring. Kort samengevat omvat het plan van aanpak tenminste:

een overzicht van stralingsbronnen in de ruimte;

een plattegrond van de ruimte waarop werkplekken, opslag- en afvalplaatsen en lozingspunten zijn aangegeven;

een overzicht van de plaatsen van besmettingscontroles;

een beschrijving van de meetmethode;

een beschrijving van de stralingshygiënische maatregelen tijdens het uitvoeren van de vrijgave;

een tijdsplanning. Een vrijgegeven ruimte is vrij van radioactiviteit in die zin dat niet-verwijderbare restbesmettingen voldoen aan de vigerende normen. De resultaten van vrijgave, risicoverklaring ‘radiologische ruimte’ op het formulier voor de risicoverklaring, worden beoordeeld door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige en samen met het plan van aanpak gearchiveerd in het Kernenergiewetdossier. Na vrijgave wordt de aan de ruimte gekoppelde Interne Toestemming ingetrokken of gewijzigd.

Page 15: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 15 van 33

Alleenwerkenden

Alleen werken kan in bepaalde situaties worden toegestaan, mits aanvullende beschermende maatregelen worden genomen, conform KAM-regel 018 ‘Regeling alleenwerkenden’. Alleen werken is niet toegestaan:

voor personen jonger dan 18 jaar;

voor personen met bepaalde aandoeningen die tot een hoger risico leiden;

voor studenten en stagiaires;

in een gecontroleerde zone c.q. B-laboratorium.

Radioactieve stof (inclusief ingekapselde bron, splijtstoffen en ertsen)

Radioactieve stoffen kunnen in open (vloeibaar, vast, gas) en gesloten (ingekapselde bron) toestand voorkomen. In het kader van deze KAM-regel worden ook splijtstoffen en ertsen hieronder begrepen. Bestellen, ontvangen, opslaan, uitgifte en afvoer van radioactieve stoffen vindt uitsluitend plaats door hiertoe geautoriseerde personen, t.w. de beheerder van de stralingsfaciliteiten van het centrum Veiligheid (VLH) en de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige, conform KEW procedure 004 ‘Aanvraag, bestelling, ontvangst, opslag, uitgifte en afvoer van radioactieve stoffen’. Voordat een bestelling uitgaat, toetst de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige deze aan de complexvergunning RIVM en aan de Interne Toestemming (zie paragraaf ‘Risicobeoordeling en Interne Toestemming’) van betreffend centrum. Uitsluitend door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige gefiatteerde bestellingen worden door de afdeling Inkoop in behandeling genomen. Voor opslag en gebruik van radioactieve stoffen is een Interne Toestemming vereist. Opslag van werk- en stockvoorraden is alleen toegestaan in een bergplaats, die voldoet aan de hieraan te stellen eisen conform de voorschriften in de complexvergunning RIVM en de bijlage radionucliden-laboratorium. Radioactief afval wordt verzameld in de door de beheerder stralingsfaciliteiten van centrum VLH voorgeschreven verpakkingen en afgevoerd zoals beschreven in KEW procedure 004 ‘Aanvraag, bestelling, ontvangst, opslag, uitgifte en afvoer van radioactieve stoffen’.

Toestel

Gebruik van een toestel waarmee ioniserende straling kan worden opgewekt vindt uitsluitend plaats door hiertoe geautoriseerde personen conform KEW procedure 010 ‘Aanschaf, acceptatie, periodieke controle, opslag en afvoer van een ioniserende straling uitzendend toestel’. Voor opslag en gebruik van een toestel is een Interne Toestemming vereist, ongeacht of dit toestel voor de wet meldingsplichtig dan wel vergunningsplichtig is. Een aanvraag voor bestelling van een toestel wordt vooraf gemeld aan de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige, die de aanvraag toetst aan de

complexvergunning RIVM. Voor ingebruikname en na ieder periodiek

Page 16: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 16 van 33

onderhoud dient een acceptatie- respectievelijk heracceptatietest te worden uitgevoerd. Indien een toestel buiten gebruik wordt gesteld of afgevoerd, moet dit gemeld worden aan de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige. Hij ziet erop toe dat de Interne Toestemming wordt gewijzigd of ingetrokken en dat de verklaring van overdracht of ontmanteling wordt gearchiveerd in het centrale KEW-dossier.

Niet-geplande activiteit (in opdracht van overheid en derden)

Het RIVM is een zogenoemde ‘aangewezen instelling’ die op verzoek van de bevoegde autoriteiten en diensten (overheid) radioactieve bronnen met een onbekende activiteit en samenstelling kan onderzoeken en opslaan. Deze handelingen en werkzaamheden worden niet-geplande activiteiten genoemd en kunnen zowel binnen als buiten het ALT plaatsvinden. Daarnaast kunnen op verzoek van de bevoegde autoriteiten en diensten ook nog andere niet-geplande activiteiten aan de orde zijn. Er worden in het kader van de complexvergunning RIVM drie typen niet-geplande activiteiten onderscheiden:

1. In bezit genomen ‘onbekende bronnen’ in het kader van art. 22 of art. 33 van de Kernenergiewet;

2. Door de bevoegde autoriteiten/diensten in beslag genomen ‘onbekende bronnen’;

3. ‘Onbekende bronnen’, anders dan genoemd onder 1. En 2. Op verzoek van de bevoegde autoriteiten/diensten.

In het kader van deze KAM-regel wordt in alle drie de situaties gesproken van ‘onbekende bronnen’ en geldt dezelfde werkwijze. Voor handelingen en werkzaamheden met ‘onbekende bronnen’ is een Interne Toestemming vereist. Handelingen en werkzaamheden met ‘onbekende bronnen’ vinden uitsluitend plaats door hiertoe geautoriseerd personeel van het centrum Veiligheid (VLH) met een stralingsdeskundigheid niveau-3 of hoger conform KEW procedure 013 ‘Niet-geplande activiteiten’. Bij handelingen en werkzaamheden buiten het ALT worden de risico’s door de stralingsdeskundige ter plaatse beoordeeld (expert judgement) en worden passende maatregelen getroffen voor een zo goed mogelijke bescherming van mens en milieu, rekening houdend met ALARA en de wettelijke dosislimieten. Indien nodig wordt een tijdelijke zone ingericht conform

KEW procedure 009 ‘Inrichten tijdelijke locatie’ (zie paragraaf ‘Radiologische ruimte’). ‘Onbekende bronnen’ kunnen naar het ALT worden vervoerd voor nader onderzoek en/of opslag op basis van de Vervoersvergunning op grond van speciale regeling conform KEW procedure 007 ‘Vervoer van radioactieve stoffen’ in speciaal hiervoor uitgeruste auto’s door of onder verantwoordelijk van centrum VLH (zie ook paragraaf ‘Vervoer’). Nieuwe ‘onbekende bronnen’ worden gemeld aan de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige. Opslag van ‘onbekende bronnen’ vindt plaats in de bergplaats van centrum VLH of, indien dit niet mogelijk is, in een andere tijdelijk in te richten opslaglocatie binnen het ALT, rekening houdend met ALARA en de wettelijke dosislimieten. In

Page 17: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 17 van 33

het laatste geval wordt door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige een tijdelijke Interne Toestemming verleend. Iedere inzet van het centrum VLH ten behoeve van een niet-geplande activiteit wordt na afloop geëvalueerd en gerapporteerd zoals hierna beschreven onder ‘Periodieke Inspectie’.

Periodieke inspectie

Iedere locatie binnen RIVM waar ioniserende straling wordt toegepast wordt minimaal eenmaal per jaar geauditeerd door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige in aanwezigheid van de Lokaal Deskundige conform KEW procedure 006 ‘Deelaudit stralingshygiëne’. Hierbij wordt getoetst of de handelingen en werkzaamheden gebeuren binnen de kaders van wet- en regelgeving en de complexvergunningsvoorschriften c.q. de bepalingen in de Interne Toestemming. Gestreefd wordt naar continue verbetering van de werkprocessen en optimalisatie van de stralingszorg. De bevindingen worden gerapporteerd aan het centrumhoofd. De verbeterafspraken worden bewaakt door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige. De sublocaties buiten het ALT worden minimaal eenmaal per jaar administratief geïnspecteerd door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige. Fysieke inspecties door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige vinden steekproefsgewijs plaats in aanwezigheid van de Lokaal Deskundige of zijn vertegenwoordiger. Iedere inzet van het centrum VLH ten behoeve van een niet-geplande activiteit wordt na afloop geëvalueerd en gerapporteerd. Naast de reguliere Periodieke Inspectie wordt het centrum VLH eenmaal per jaar door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige speciaal geaudit op de niet-geplande activiteiten met als doel optimalisatie van stralingsbescherming.

Vervoer

Er wordt onderscheid gemaakt in vervoer van radioactieve stoffen binnen en buiten het ALT en vervoer van zogenoemde ‘onbekende bronnen’, die in opdracht van de bevoegde autoriteiten/diensten moeten worden onderzocht en/of opgeslagen. Voor iedere vorm van vervoer geldt:

dat het vervoer plaatsvindt door of onder verantwoordelijkheid van de Lokaal Deskundige of de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige, conform KEW procedure 007 ‘Vervoer van radioactieve stoffen’;

dat de radioactieve stof zodanig verpakt is dat bij een ongeval of beschadiging van de verpakking de activiteit niet verspreid kan worden;

dat metingen aan de verpakking worden uitgevoerd door of onder verantwoordelijkheid van de Lokaal Deskundige, met hiervoor geschikte stralingsmeetapparatuur. De meetapparatuur wordt periodiek gecontroleerd op deugdelijke werking;

de radioactieve stof nooit onbeheerd mag worden gelaten. Binnen ALT

Page 18: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 18 van 33

Vervoer binnen het ALT van radioactieve stoffen met een dosisequivalenttempo van 40 µSv/uur of lager, op 1 meter afstand van het buitenoppervlak van de verpakking, wordt beschouwd als onderdeel van een handeling of werkzaamheid. Voor dit vervoer is geen aparte Interne Toestemming nodig. Indien de activiteit/dosistempo van de te vervoeren radioactieve stof hoger is dan 40 µSv/uur, op 1 meter afstand van het buitenoppervlak van de verpakking, is een aparte Interne Toestemming nodig, waarin aanvullende eisen worden gesteld. Buiten ALT

Vervoer buiten het ALT van radioactieve stoffen met een activiteit of activiteitsconcentratie groter dan de vrijstellingsgrenzen genoemd in het Besluit Stralingsbescherming, vindt uitsluitend plaats door of onder verantwoordelijkheid van de beheerder stralingsfaciliteiten van centrum VLH, binnen de kaders van de vervoersvergunning, de ADR/VLG en NVS-publicatie 32 (2002). Voor dit vervoer is een aparte Interne Toestemming (zie paragraaf ‘Risicobeoordeling en Interne Toestemming’) nodig, waarin aanvullende eisen worden gesteld. De Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige draagt zorg voor melding van vervoersactiviteiten buiten ALT aan de overheid (globale melding). ‘Onbekende bronnen’ Vervoer buiten het ALT van ‘onbekende bronnen’ vindt uitsluitend plaats door of onder verantwoordelijkheid van de Lokaal Deskundige of niveau 3 deskundige van centrum VLH, ongeacht de activiteit of activiteitsconcentratie, binnen de kaders van de Vervoersvergunning op grond van speciale regeling, de

ADR/VLG en NVS-publicatie 32 (2002). Voor dit vervoer is een aparte Interne Toestemming nodig, waarin aanvullende eisen worden gesteld, zoals:

melding vooraf van het vervoer aan de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige of, indien dit niet mogelijk is, zo spoedig mogelijk erna;

zo mogelijk aanbrengen van bronafscherming en het nemen van passende maatregelen tijdens vervoer om de stralingsbelasting zoveel mogelijk te beperken;

registreren van de vervoersactiviteiten in het Kernenergiewetdossier. De Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige draagt zorg voor (globale) melding van vervoersactiviteiten van ‘onbekende bronnen’ aan de overheid.

Administratie en registratie (Kernenergiewetdossier)

Alle gegevens die verband houden met handelingen en werkzaamheden met ioniserende straling worden door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige bijgehouden in het centrale Kernenergiewetdossier (KEW-dossier), conform KEW procedure 011 ‘Inrichting van het KEW-dossier’. Het KEW-dossier omvat een beheersysteem waarin alle gegevens en rapportages die bij of krachtens de wet zijn voorgeschreven worden opgeslagen, zoals:

Page 19: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 19 van 33

wettelijke bepalingen, richtlijnen;

vergunningen;

organisatiegegevens (vergunninghouder, organisatie algemeen, organisatie en overleg stralingszorg);

locatiegegevens (ruimteregister, bouwkundige en installatietechnische voorzieningen);

Interne Toestemmingen;

personele administratie (persoonsgegevens, deskundigheid, persoonsdosimetrie, medisch onderzoek);

voorraadadministratie radioactieve stoffen;

toesteladministratie;

verslagen en rapportages (overleggen, jaarplan, jaarverslag, audit en inspectie, periodieke controles en monitoring, incidenten en ongevallen, correspondentie, meldingen aan de overheid).

De Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige legt in de Interne Toestemming (zie paragraaf ‘Risicobeoordeling en Interne Toestemming’) vast welke gegevens decentraal binnen het centrum moeten worden vastgelegd en beheerd. De gegevens in het KEW-dossier worden ten minste gedurende vijf jaar na het kalenderjaar waarop zij betrekking hebben bewaard. Medische gegevens van een radiologisch werknemer worden bewaard totdat de persoon op wie de gegevens betrekking hebben de leeftijd van 75 jaar heeft bereikt of zou hebben bereikt, maar tenminste 30 jaar nadat de radiologisch werknemer de handelingen en werkzaamheden heeft beëindigd. Zie ook Regeling administratieve en organisatorische maatregelen stralingsbescherming.

Incident

Een stralingsincident is een onbedoelde gebeurtenis die direct of op termijn tot een extra blootstelling aan ioniserende straling van personen kan leiden. Er wordt onderscheid gemaakt in:

voorziene onbedoelde gebeurtenis, die kan voorkomen bij een normale praktijk (b.v. lichte huidbesmetting, breuk); deze worden uitgedrukt in een gewogen risico bij de risicobeoordeling in het kader van de Interne Toestemming;

onvoorziene onbedoelde gebeurtenis, waarmee geen rekening kan worden gehouden bij een normale praktijk (b.v. brand, vermissing, diefstal, grootschalige defecten aan apparatuur, grootschalige besmetting of overbestraling); deze worden niet mee beschouwd bij de risicobeoordeling in het kader van de Interne Toestemming.

Voorziene onbedoelde gebeurtenissen kunnen door de Lokaal Deskundige worden afgehandeld conform KEW procedure 012 ‘Melding en afhandeling van stralingsincidenten’. Indien een persoon extra is blootgesteld aan ioniserende straling, moet dit zo spoedig mogelijk gemeld worden aan de Algemeen

Page 20: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 20 van 33

Coördinerend Stralingsdeskundige en conform KAM-regel 015 ‘Melden van (bijna) ongevallen, gevaarlijke situaties, brand en ontvreemding’. Verder moet gehandeld worden conform KAM-regel 025 ‘Incidentenregeling’. Onvoorziene onbedoelde gebeurtenissen worden zo mogelijk direct gemeld aan de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige conform KAM-regel 015 ‘Melden van (bijna) ongevallen, gevaarlijke situaties, brand en ontvreemding’. Na beoordeling door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige meldt deze het stralingsincident terstond door naar de Inspectie SZW en de Kernfysische Dienst van de Inspectie Leefomgeving en Transport via het alarm-incidentennummer 070-383 2425, dat 24 uur per dag bereikbaar is. Verder dient gehandeld te worden conform procedure KEW procedure 012 ‘Melding en afhandeling van stralingsincidenten’ en KAM-regel 025 ‘Incidentenregeling’.

Lijst van afkortingen en begrippen

ADR: Accord européen relatif au transport international des marchandises Dangereuses par Route ALARA: As Low As Reasonably Achievable ALT: Antonie van Leeuwenhoek terrein: Antonie van Leeuwenhoeklaan 9-11, Bilthoven ACD / ACS: Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige CIb: Centrum voor Infectieziektebestrijding CMP: Stafdienst Compliance COVRA: Centrale Organisatie Voor Radioactief Afval DG: Directeur-generaal RIVM DMG: Centrum Duurzaamheid, Milieu en Gezondheid EZ: Ministerie van Economische Zaken GGO: Genetisch Gemodificeerd Organisme ICRP: International Commission on Radiological Protection IIV: Centrum Immunologie van Infectieziekten en Vaccins IT: Interne Toestemming I&V: Sector Infectieziekten en Vaccinologie KEW: Kernenergiewet LD: Lokaal Deskundige LDO: Lokaal Deskundigen Overleg MIL: Centrum Milieukwaliteit MR: Ministeriële Regeling MR-Agis: Ministeriële Regeling Analyse gevolgen ioniserende straling voor het milieu M&V: Sector Milieu en Veiligheid NDRIS: Nationaal Dosis Registratie en Informatie Systeem NVS: Nederlandse Vereniging voor Stralingshygiëne Re: Radiotoxiciteitsequivalent RIVM: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu SBE: Stralingsbeschermingseenheid SC: Stralingscoördinator

Page 21: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 21 van 33

SVC: Stralingsveiligheidscommissie SZW: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid TLD: Thermo Luminiscentie Dosimeter (persoonsdosimeter) VLG: Bepalingen betreffende het vervoer over land van gevaarlijke stoffen VLH: Centrum Veiligheid VWS: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Definities

Lokaal Deskundige:

De Lokaal Deskundige fungeert als toezichthoudend deskundige zoals bedoeld in de kernenergiewetvergunning: Stralingsdeskundige als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van het Besluit stralingsbescherming die zelfstandig handelingen en werkzaamheden met ioniserende straling uitvoert of onder wiens toezicht handelingen en werkzaamheden met ioniserende straling worden uitgevoerd. Deze deskundige is er tevens verantwoordelijk voor dat de handelingen en werkzaamheden binnen zijn locatie plaatsvinden binnen de kaders en voorschriften van deze vergunning en coördineert tevens deze handelingen en werkzaamheden.

Stralingscoördinator:

Stralingsdeskundige als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van het Besluit stralingsbescherming, die zorg draagt voor coördinatie van taken binnen de stralingsbeschermingseenheid.

Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige:

De Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige fungeert als algemeen coördinerend deskundige zoals bedoeld in de kernenergiewetvergunning: Stralingsdeskundige als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van het Besluit stralingsbescherming, in de vergunning aangeduid als Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige, die namens de ondernemer intern toestemming verleent voor handelingen en werkzaamheden met ioniserende straling, interne voorschriften opstelt en namens de ondernemer intern (onafhankelijk) toezicht en controle uitoefent op de naleving van de wettelijke bepalingen, de vergunningsvoorschriften en de interne voorschriften ten aanzien van alle handelingen en werkzaamheden met open bronnen en ingekapselde bronnen en ten aanzien van alle handelingen met ioniserende straling uitzendende toestellen en in die zin jegens de ondernemer verantwoordelijk is voor alle toepassingen van ioniserende straling binnen het kader van de vergunning

Voor overige definities: zie complexvergunning.

Page 22: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 22 van 33

Referenties

Overzicht relevante KAM-regels

KAM-regel 005, Bijzondere groepen medewerkers KAM-regel 007, Regeling gevaarlijk afval KAM-regel 008, Afvoer van gebruikte materialen uit (micro)biologische laboratoria KAM-regel 013, Biologische veiligheid KAM-regel 015, Melden van (bijna) ongevallen, gevaarlijke situaties, brand en ontvreemding KAM-regel 016, Risicoverklaring betreffende chemische, radiologische en microbiologische risico’s bij technische werkzaamheden KAM-regel 018, Regeling alleenwerkenden KAM-regel 020, Toegangsregeling laboratoriumruimten ALT met kleurkenmerken KAM-regel 025, Incidentenregeling

Overzicht procedures

KEW procedure 001, Interne Toestemmingen KEW procedure 002, Aanstellen Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige, lokaal deskundige, leden van de SVC en de stralingscoördinator KEW procedure 003, Radiologisch werknemer KEW procedure 004, Aanvraag, bestelling, ontvangst, opslag, uitgifte en afvoer van radioactieve stoffen KEW procedure 005, Risicoverklaring radiologische ruimte en goederen uit radiologische ruimte KEW procedure 006, Deelaudit stralingshygiëne KEW procedure 007, Vervoer van radioactieve stoffen KEW procedure 008, Radiologische ruimte KEW procedure 009, Inrichten tijdelijke locatie KEW procedure 010, Aanschaf, acceptatie, periodieke controle, opslag en afvoer van een ioniserende straling uitzendend toestel KEW procedure 011, Inrichting van het KEW-dossier KEW procedure 012, Melding en afhandeling van stralingsincidenten KEW procedure 013, Niet-geplande activiteiten

Page 23: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 23 van 33

Bijlagen

Bijlage 1: Organisatie stralingszorg

Page 24: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 24 van 33

Bijlage 2: Overlegstructuur stralingszorg

Afkortingen: CMP: Stafdienst Compliance

LDO: Lokaal Deskundigen Overleg

M&M: Afdeling Meten en Monitoring

PODS: Periodiek Overleg Directieniveau inzake Stralingszorg

SVC: Stralingsveiligheidscommissie

VLH: Centrum Veiligheid

Page 25: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 25 van 33

Bijlage 3: Reglementen commissies en overlegorganen

Reglement Periodiek Overleg Directie inzake Stralingszorg (PODS)

1. Doel

In het kader van de verantwoordelijkheid voor een goede beleidsvorming en -afstemming op het gebied van de stralingshygiëne bij het RIVM, vindt het Periodiek Overleg Directieniveau inzake Stralingszorg (PODS) plaats. Dit bestuurlijke en strategische overleg kan in het bijzonder dienen om na te gaan of wordt voldaan aan de voorschriften van de complexvergunning in het kader van de Kernenergiewet. Eventueel wordt in dat kader besloten tot het nemen van gepaste maatregelen.

Het PODS wordt gevraagd en ongevraagd van advies voorzien door de Stralings Veiligheids Commissie (SVC).

2. Samenstelling

Van het PODS maken deel uit: de Directeur-generaal (DG), de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige en de Stralingscoördinator. Het periodiek overleg wordt voorgezeten door de DG.

Daarnaast kunnen overige deskundigen en/of vertegenwoordigers van betrokken (overheids)organisaties worden uitgenodigd tot het bijwonen van de vergaderingen.

3. Vergaderingen Er vindt minimaal tweemaal per jaar een PODS plaats. Daarnaast kunnen de leden of de permanente deskundigen, na overleg met de voorzitter, extra overleggen initiëren. Het PODS kan plaatsvinden als onderdeel van of aansluitend op het reguliere, strategisch overleg tussen de directies van de instituten die gevestigd zijn op de locatie Bilthoven (SOL). De voorzitter van het PODS kan

daarnaast besluiten om het overleg buiten het SOL te laten plaatsvinden. 4. Secretariaat

De Stralingscoördinator voert het secretariaat van het PODS. De op te stellen agenda wordt ruim voorafgaande aan de vergadering met de voorzitter besproken. De leden van het bestuurlijk overleg alsmede de deelnemende deskundigen kunnen bij de Stralingscoördinator voorstellen doen omtrent op te voeren agendapunten. Van het periodiek overleg wordt een verslag gemaakt.

Reglement Stralingsveiligheidscommissie (SVC)

1. Doel De Stralingsveiligheidscommissie heeft tot taak de Directeur-generaal, in zijn functie als vergunninghouder, gevraagd en ongevraagd van advies te dienen. Om de adviesfunctie vorm te geven bespreekt de SVC:

algemene en specifieke stralingshygiënische aangelegenheden;

de (totale) veiligheidstoestand op stralingshygiënisch gebied;

Page 26: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 26 van 33

incidenten die zich op stralingsgebied hebben voorgedaan of zouden kunnen voordoen, en de genomen of te nemen corrigerende en preventieve acties;

zij treedt bemiddelend op bij conflicten tussen toezicht en beheer. De SVC is bevoegd van de vergunninghouders om namens hen richtlijnen te accorderen. Dit mandaat heeft betrekking op:

initiëren van en adviseren van maatregelen omtrent adequaat toezicht en beheer in verband met de naleving van de wettelijke voorschriften door de vergunninghouder;

accorderen van voorschriften t.a.v. de inrichting van ruimten en het werken met radioactieve stoffen of ioniserende straling uitzendende toestellen;

accorderen van voorschriften voor het bewaren van radioactieve stoffen en radioactief afval;

accorderen van voorschriften voor de administratie van inkoop, gebruik en afvoer van radioactieve stoffen;

accorderen van een calamiteitenplan bij mogelijke incidenten;

doen zorg dragen voor een intern meldingssysteem voor incidenten. 2. Samenstelling

De Stralingsveiligheidscommissie bestaat uit:

stralingscoördinator, voorzitter;

Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige, secretaris;

twee gebruikersvertegenwoordigers RIVM, waaronder afdelingshoofd M&M van centrum VLH;

stralingsdeskundige niveau 3, agendalid;

stralingsarts; agendalid. De SVC kan zich laten adviseren door interne en externe deskundigen.

3. Vergaderingen Er vindt minimaal drie maal per jaar een SVC vergadering plaats, daarnaast kunnen de leden, na overleg met de voorzitter extra vergaderingen initiëren.

4. Agenda en verslaglegging De concept agenda wordt voorafgaande aan de vergadering door de voorzitter en de secretaris van de SVC opgesteld. De leden kunnen bij de voorzitter of de secretaris voorstellen doen over op te voeren agendapunten. Van de vergadering wordt een verslag gemaakt.

Reglement Lokaal Deskundigen Overleg

1. Doel In het kader van de afstemming van de taken van de Lokaal Deskundigen van het RIVM vindt het ‘Lokaal Deskundigen Overleg’ (LDO) plaats. Dit is een inhoudelijk, operationeel overleg waarin de deelnemers informatie kunnen uitwisselen over de werkzaamheden die voortvloeien uit de taak als

Page 27: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 27 van 33

Lokaal Deskundige. Het LDO geeft uitvoering aan het stralingszorgbeleid en treedt signalerend op.

2. Samenstelling Van het Lokaal Deskundigen Overleg maken deel uit: de Lokaal Deskundigen van het RIVM, de Stralingscoördinator en de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige. Het deskundigen overleg wordt voorgezeten door de Stralingscoördinator. De functie van secretaris van het LDO wordt vervuld door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige.

3. Vergaderingen Er vindt minimaal driemaal per jaar Lokaal Deskundigen Overleg plaats. Daarnaast kunnen de leden, na overleg met de voorzitter, extra overleggen initiëren.

4. Agenda en verslaglegging De concept agenda wordt voorafgaande aan de vergadering door de voorzitter en secretaris van het LDO opgesteld. De leden kunnen bij de voorzitter voorstellen doen omtrent op te voeren agendapunten. Van het overleg wordt een verslag gemaakt.

Page 28: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 28 van 33

Bijlage 4: Verantwoordelijkheden en bevoegdheden

Directeur-generaal RIVM

Verantwoordelijkheid: De Directeur-generaal RIVM (DG) is eindverantwoordelijk voor:

een adequaat stralingszorgbeleid en naleving van wet- en regelgeving conform de Kernenergiewet, waaronder begrepen de verleende complexvergunning en de hiermee samenhangende interne regelgeving;

voldoende personeel van adequaat niveau en opleiding nodig voor de taakuitoefening met betrekking tot de stralingszorg;

voldoende middelen nodig voor de taakuitoefening met betrekking tot de stralingszorg.

Bevoegdheid: De DG is bevoegd eindbeslissingen te nemen ten aanzien van de inzet van mensen en middelen, het vaststellen van beleid, het benoemen van commissies, deskundigen en verantwoordelijken in het kader van een goede stralingszorgverlening. Deskundigheid: Aan de DG worden geen speciale eisen gesteld ten aanzien van de stralingsdeskundigheid. Taakinhoud: De DG:

stelt het stralingszorgbeleid vast;

stelt het stralingshygiënisch jaarverslag vast;

stelt de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige aan en benoemt commissies inzake stralingszorg;

stelt de Lokaal Deskundigen RIVM aan;

fungeert als voorzitter Periodiek Overleg Directieniveau inzake Stralingszorg (PODS);

stelt voldoende personeel beschikbaar van adequaat niveau en opleiding ten behoeve van de stralingszorg op centraal niveau (SBE) en tevens op decentraal niveau binnen het RIVM;

stelt voldoende middelen beschikbaar voor een goede taakuitoefening binnen het RIVM;

waarborgt de kwaliteit van personeel en middelen binnen het RIVM;

draagt zorg voor een adequate medische begeleiding van personen die blootgesteld kunnen worden aan ioniserende straling binnen het RIVM;

waarborgt het goed functioneren van een calamiteitenplan binnen het RIVM;

neemt eindbeslissingen in geval van geschillen.

Page 29: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 29 van 33

Stafhoofd Compliance

Verantwoordelijkheid: Het stafhoofd Compliance is verantwoordelijk voor:

voldoende personeel binnen de Stralingsbeschermingseenheid (SBE) van adequaat niveau en opleiding nodig voor de taakuitoefening met betrekking tot de stralingszorg;

voldoende middelen ten behoeve van de SBE nodig voor de taakuitoefening met betrekking tot de stralingszorg, daaronder mede begrepen het de betrokken medewerkers in de gelegenheid stellen zich adequaat te scholen en bij te scholen in de vereiste vakkundigheden;

het bevorderen van interdisciplinair centrum-/afdelingsoverleg ten behoeve van een goede stralingszorgverlening;

de waarborging van adequate secretariële en administratieve ondersteuning. Bevoegdheid: Het stafhoofd Compliance is bevoegd ten aanzien van de inzet van mensen en middelen, het vaststellen van intern beleid en het instellen van overlegstructuren in het kader van de interne bedrijfsvoering van de stafdienst Compliance. Het stafhoofd Compliance overlegt met de werkgroep VGWM (Veiligheid, Gezondheid, Welzijn en Milieu) van de Ondernemingsraad van het RIVM, die primair de medezeggenschaps-aangelegenheden met betrekking tot de stralingszorg behartigt. Het stafhoofd Compliance is beheersmatig bevoegd in het kader van de stralingszorgverlening. Deskundigheid: Aan het stafhoofd Compliance worden geen speciale eisen gesteld ten aanzien van de stralingsdeskundigheid. Taakinhoud: Het stafhoofd Compliance:

stelt het intern beleid van de stafdienst Compliance vast;

draagt zorg voor de organisatie en bedrijfsvoering van de stafdienst Compliance;

draagt zorg voor de inzet van voldoende personeel en middelen ten behoeve van de Stralingsbeschermingseenheid;

draagt zorg voor een adequate secretariële en administratieve ondersteuning van de Stralingsbeschermingseenheid;

bevordert het interdisciplinair overleg binnen de stafdienst Compliance.

Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige

De Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige (ACS) fungeert als Algemeen coördinerend deskundige ingevolge de Kernenergiewet. De ACS wordt benoemd

Page 30: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 30 van 33

door de Directeur-generaal, gehoord het advies van de Stralingsveiligheidscommissie, gehoord het advies van het stafhoofd Compliance. Verantwoordelijkheid

De ACS is verantwoordelijk voor:

inhoudelijke beoordeling vooraf van de risico’s van handelingen en werkzaamheden met ioniserende straling;

een adequaat systeem van interne toestemmingen;

toezicht en controle op naleving van wet- en regelgeving ingevolge de Kernenergiewet.

Bevoegdheid

De ACS is bevoegd op te treden als deskundige zoals bedoeld in artikel 9 van het Besluit stralingsbescherming en in die hoedanigheid namens de DG:

bindende adviezen en voorschriften uit te vaardigen voor medewerkers van RIVM;

interne toestemmingen te verlenen;

toezicht en controle uit te oefenen;

ruimten en technische voorzieningen vrij te geven;

werkzaamheden met ioniserende straling te doen staken in het belang van de veiligheid voor mens en milieu.

De ACS is bevoegd op te treden als plaatsvervanger van de Stralingscoördinator bij diens afwezigheid. Deskundigheid

De ACS beschikt over stralingsdeskundigheid op niveau 2. Taakinhoud

De ACS:

legt en onderhoudt namens de DG contacten met de overheid en andere instanties;

bereidt (wijzigings)aanvragen kernenergiewetvergunning voor;

begeleidt mede inspecties van de overheid;

voert stralingshygiënische risicoanalyses uit;

verleent en wijzigt interne toestemmingen;

voert periodieke inspecties uit;

signaleert externe en interne ontwikkelingen en knelpunten;

bepaalt mede het strategisch en tactisch stralingszorgbeleid;

fungeert als secretaris van de Stralingsveiligheidscommissie (SVC) en Lokaal Deskundigen Overleg (LDO);

treedt op als plaatsvervanger van de Stralingscoördinator bij diens afwezigheid;

Page 31: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 31 van 33

geeft advies en aanwijzingen aan verantwoordelijken en toezichthouders op elk organisatieniveau binnen RIVM;

geeft bindende aanwijzingen bij stralingsincidenten of bij omstandigheden met een onverantwoord stralingsrisico;

geeft ruimten en technische voorzieningen vrij bij buitengebruikstellen van radiologische werkruimten;

rapporteert aan de DG en het management RIVM aangaande beleid, handhaving en verrichtingen op het gebied van de stralingshygiëne door middel van:

stralingshygiënisch jaarverslag en jaarplan;

incidentenrapportage.

Stralingscoördinator

De Stralingscoördinator (SC) wordt aangesteld door het stafhoofd Compliance, na overleg met de Stralingsveiligheidscommissie (SVC.). Verantwoordelijkheid

De SC is verantwoordelijk voor:

een adequaat functionerend stralingszorgsysteem;

inhoudelijke en procesmatige afstemming met KAM-zorgsysteem;

coördinatie van taken binnen de Stralingsbeschermingseenheid (SBE);

planning en bewaking van de werkprocessen binnen de SBE. Bevoegdheid

De SC is bevoegd als coördinator van de Stralingsbeschermingseenheid (SBE) op te treden en in die hoedanigheid de functionarissen binnen de SBE functioneel en operationeel aan te sturen. Deskundigheid

De SC beschikt over stralingsdeskundigheid op niveau 4B of hoger. Taakinhoud

De SC: coördineert de taken binnen de SBE;

plant en bewaakt de werkprocessen binnen de SBE;

fungeert als voorzitter van de Stralingsveiligheidscommissie (SVC) en het Lokaal Deskundigen Overleg (LDO);

begeleidt en coördineert inspecties van de overheid;

draagt zorg voor inhoudelijke en procesmatige afstemming met KAM-zorgsysteem;

signaleert mede externe en interne ontwikkelingen en knelpunten;

adviseert de DG en het management RIVM aangaande ontwikkelingen en implementatie van beleid en regelgeving op strategisch en tactisch niveau;

Page 32: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 32 van 33

initieert en formuleert het strategisch en tactisch stralingszorgbeleid voor RIVM;

adviseert de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige aangaande ontwikkelingen en implementatie van beleid en regelgeving;

ziet toe op implementatie en evaluatie van nieuw stralingszorgbeleid;

ontwikkelt en bewaakt validiteit van kwaliteitsdocumenten;

ziet toe op de kwaliteit van beheersystemen en instrumentarium binnen de SBE t.b.v. de stralingszorg;

kan stralingshygiënische inspecties uitvoeren;

ondersteunt de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige in geval van stralingsincidenten.

Lokaal Deskundige

De Lokaal Deskundige (LD) wordt benoemd door de Directeur-generaal, afhankelijk van het organisatieonderdeel, op advies van de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige gehoord het advies van het betreffende centrumhoofd. Verantwoordelijkheid

De LD is verantwoordelijk voor het lokale (decentrale) stralingszorgbeleid en het dagelijks toezicht hierop. Bevoegdheid

De LD is bevoegd op te treden als lokaal (decentraal) toezichthoudend deskundige en in die hoedanigheid:

bindende adviezen en lokale voorschriften (werkinstructies) uit te vaardigen voor medewerkers behorende tot zijn centrum;

interne toestemmingen aan te vragen namens zijn centrumhoofd;

lokaal (decentraal) toezicht en controle uit te oefenen;

werkzaamheden met ioniserende straling binnen zijn centrum te doen staken in het belang van de veiligheid voor mens en milieu.

Deskundigheid

De LD beschikt over stralingsdeskundigheid op het juiste niveau. Taakinhoud

De LD:

voert de lokale verplichtingen uit voortkomend uit de wettelijke bepalingen en vergunningsvoorschriften op het gebied van de stralingshygiëne;

stelt lokale werkprocedures en voorschriften op (of laat deze opstellen), implementeert deze en ziet toe op naleving ervan, daarbij ondersteund door de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige;

adviseert de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige ten aanzien van de bekwaamheid van medewerkers en ziet toe op het onderhouden van de

Page 33: KAM regel 004 Stralingshygie ne - RIVM · 2018. 11. 14. · werkzaamheden binnen de stralingsbeschermingseenheid. De stralingsbeschermingseenheid wordt ondersteund door het secretariaat

KAM-regel 004 - Stralingshygie ne

Versie 4 Definitief 2-1-2014 Pagina 33 van 33

bekwaamheid met betrekking tot het uitvoeren van radiologische handelingen en werkzaamheden;

instrueert medewerkers alvorens deze radiologische werkzaamheden gaan verrichten;

draagt zorg voor het aanvragen van interne toestemming aan de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige ten aanzien van werkzaamheden met ioniserende straling en ziet toe op de kwaliteit en actualiteit van de interne toestemmingen;

ziet toe op de persoonlijke dosisregistratie van werknemers;

ziet toe of draagt zorg voor de registratie van werknemers, radioactieve stoffen/bronnen en toestellen, stralings- en besmettingsmetingen en radioactief afval;

draagt zorg voor de bestellingen van radioactieve stoffen en bronnen;

ziet toe of beheert de lokale opslagvoorzieningen van radioactieve stoffen/bronnen en radioactief afval;

draagt zorg voor de periodieke controle van stralingshygiënische voorzieningen en werkplekken;

informeert het eigen centrum omtrent stralingshygiënische onderwerpen en heeft zitting in het Lokaal Deskundigen Overleg;

levert op verzoek van de Algemeen Coördinerend Stralingsdeskundige gegevens of bijdragen aan het stralingshygiënisch jaarverslag en –plan;

rapporteert aan zijn centrumhoofd