Jongeren en drugs 2014

21
Jongeren en drugs NUTTIGE INFO VOOR OUDERS OVER DRUGS, ALCOHOL, GOKKEN EN NIEUWE MEDIA

description

 

Transcript of Jongeren en drugs 2014

Page 1: Jongeren en drugs 2014

Jongeren en drugs

Nuttige iNfo voor oudersover drugs, ALCoHoL, goKKeN eN NieuWe MediA

Page 2: Jongeren en drugs 2014

2 3

Als ouder wilt u uw kinderen een goede opvoeding geven. Dat is niet altijd even eenvoudig. Dagelijks komt uw kind in contact met allerlei invloeden die u voor nieuwe uitdagingen plaatsen. Soms kunt u de situatie op zijn beloop laten. Maar wanneer uw kind drugs gebruikt, is dat niet echt een optie. Dan is het logisch dat u op zoek gaat naar duidelijkheid en oplossingen.

Hierbij raakt u soms gefrustreerd. Als ouder staat u echter niet alleen in voor de opvoeding: uw kind komt ook met anderen in contact. En als het toch fout loopt, richt uw aandacht dan vooral op zaken die wel goed lopen. Het is immers zelden zo dat het op alle vlakken de mist in gaat.

Met deze brochure willen we u als ouder ondersteunen met correcte, heldere en vooral bruikbare informatie. Het resultaat van een mooie samenwerking met deskundigen uit de hulpverlening, het preventiewerk en de provincie Oost-Vlaanderen. Veel succes!

Marc Florquin, gedeputeerde van gezondheid

Opvoeden is geen kinderspel

Als drugs drugproblemen worden,

als uw bezorgdheid de overhand neemt,

als u verlamd raakt door schuldgevoelens en paniek …

… dan is het belangrijk om het eens over een andere boeg te gooien.als u vreest dat het helemaal fout zal gaan met uw kind,

als u het gevoel hebt de controle te verliezen,

WegwijsU maakt zich zorgen over het drugge-bruik van uw zoon of dochter. U wilt meer informatie over bepaalde producten. U wilt verdere begeleiding …

In de provincie Vlaams-Brabant kunt u terecht bij verschillende centra en dien-sten die gespecialiseerd zijn in alcohol- en drugproblemen. Ouders kunnen bij deze centra individueel of in groep be-geleiding krijgen.

Ga ook eens na of u steun of begeleiding kunt krijgen van mensen uit uw omge-ving. Ook uw huisarts kan u wellicht verder helpen. Het Centrum voor Leerlin-genbegeleiding (CLB) van de school van uw kind kan u veel informatie geven.

Ook een Centrum voor Algemeen Wel-zijnswerk (CAW) of een Centrum Gees-telijke Gezondheidszorg (CGG) kunnen u op weg helpen. U kunt kiezen bij welke dienst u te rade gaat. Jongeren kunnen gratis en gemakkelijk advies en hulp krij-gen bij het JAC (jongerenadviescentrum) dat een onderdeel is van het CAW.

Adresgegevens veranderen wel eens in de loop van de tijd. Als u merkt dat gegevens in deze uitgave niet meer kloppen, zoek dan de organisatie op via internet of bel/surf naar de Druglijn: 078-15 10 20 – www.druglijn.be

ALGEMENE INFORMATIEBij de DrugLijn Vlaanderen kan iedereen te-recht met informatievragen, hulpvragen of vragen naar materiaal over drank, drugs, pil-len en gokken. U kunt anoniem bij de Drug-Lijn terecht via het telefoonnummer 078 15 10 20, van maandag tot vrijdag van 10 tot 20 uur, of u kunt uw vragen mailen en zelfs sky-pen via de site www.druglijn.be.

DrugLijn: 078-15 10 20 www.druglijn.be

LeeswijzerWanneer u als ouder vragen hebt over of geconfronteerd wordt met drugge-bruik bij uw kind, maakt dit een hele-boel twijfels bij u los. Vragen die meest-al niet onmiddellijk te beantwoorden zijn. Antwoorden die een tijdje nodig hebben om te bezinken. Vandaar de nood aan een brochure voor ouders, met alle nodige informatie, duidelijk en helder geformuleerd, om eens rus-tig te lezen in uw eigen omgeving.

Deze brochure werd geschreven door deskundigen, ervaren in het bege-leiden van en werken met ouders die geconfronteerd worden met drugs bin-nen het gezin.

De brochure bestaat uit twee grote onder-delen: hoofdstukken 1 tot en met 5 gaan over de opvoedkundige kant; in hoofdstuk-ken 6 tot en met 8 vindt u allerhande infor-matie over drugs en verslaving, wetgeving, hulpverlening… Elk hoofdstuk kan natuur-lijk ook los van de andere gelezen worden.

Deze brochure wil slechts een leidraad zijn bij vragen en problemen die u ondervindt bij het opvoedingsproces van uw kind. Kinderen opvoeden doe je niet vanuit een boek. Een perfecte opvoeding bestaat im-mers niet. Gelukkig maar, want belangrijk is dat uw kind opgroeit tot een unieke per-soonlijkheid dankzij uw eigen, persoonsge-bonden inzet, inzicht en karakter. En dat is met geen woorden te beschrijven.

Colofon: Deze brochure is tot stand gekomen in samenwerking met de provincie Vlaams-Brabant, de Vlaams-Brabantse preventiewerkers en de provincie Oost-Vlaanderen die we bijzonder danken voor het lenen van de basisteksten uit haar gelijknamige brochure. Redactiegroep Joyce Borremans, CGG Vlaams-Brabant Oost / Leen Derooms, CGG Ahasverus / Annemie Durang, CGG Ahasverus / Bianca Vanreepinghen, interlokale preventiedienst drugs- en alcohol Pajot-tenland / Anne De Smet, interlokale vereniging drugpreventie Wemmel, Wezembeek-Oppem, Linkebeek, Kraainem en Drogenbos / Tina Somers, interlokale vereniging drugpreventie Haacht, Keerbergen en Boortmeerbeek / Joris Van Vlasselaer, interlokale vereniging drugpreventie Kampenhout, Steenokkerzeel en Zemst / Wim Augustijns, interlokale vereniging drugpreventie Rotselaar, Tremelo en Begijnendijk / Rudi Reyners, provincie Vlaams-BrabantEindredactie: Rudi Reyners, provincie Vlaams-Brabant / Info: Deze brochure is gratis aan te vragen: Provincie Vlaams-Brabant, dienst welzijn en gezondheid, Provincieplein 1 te 3010 Leuven. Contact-persoon: Rudi Reyners, tel. 016-26 73 31, fax 016-26 73 01, [email protected] of [email protected]: grafische cel - provincie Vlaams-Brabant / Druk: Drukkerij Steylaerts / Verantwoordelijke uitge-ver: Provincie Vlaams-Brabant, Provincieplein 1, 3010 LeuvenDepotnummer: D/2012/8495/05 - derde druk

Page 3: Jongeren en drugs 2014

4 5

Drugs uitproberen: echt iets voor adolescenten!U hebt waarschijnlijk zelf al gemerkt hoe ingewikkeld jongeren in elkaar zitten. Ze maken u als ouder soms wanhopig, u weet gewoon niet meer wat u aan ze hebt … Het ene moment kunnen ze de hele wereld aan, het volgende ogenblik zijn ze hopeloos neerslachtig. Soms zijn ze poeslief, even later kunt u niets goeds meer doen en hebt u het gevoel niets in de pap te brokken te hebben. Al wat hun vrienden zeggen daarentegen, lij-ken ze zonder enige vorm van kritiek aan te nemen. Verder zijn ze soms tot in het extreme met hun uiterlijk bezig.

Trees getuigt hierover:Femke is altijd een inschikkelijk, beleefd en verzorgd meisje geweest. Toen ze 14 werd, begon ze plots te veranderen. Ze droeg ineens opvallende kledij, liet haar haar kleuren en kon het absoluut niet verdragen als ik daar iets over zei. Ze begon in haar eigen wereldje te leven, waarin ze alleen haar vrienden leek toe te laten. Ik heb me meermaals wanhopig afgevraagd waar mijn lieve meisje gebleven was …

Waarom gebruiken jongeren drugs?Van jongeren zelf leren we waarom ze het wel of niet doen:

Pubers op zoek naar zichzelf

Dieter (15)Ik rookte mijn eerste jointje op het plein bij ons in de buurt. Ik was toen 14 jaar. De anderen deden het ook. Het was gewoon gezellig.

‘Het is wel stoer!’ ‘Het geeft nogal een kick!’ ‘Ik deed het uit nieuwsgierigheid!’‘Dan amuseren we ons.’ ‘Het geeft een goed gevoel.’ ‘Iedereen deed het en ik wou er ook bij horen!’

‘Omdat ik het niet nodig heb!’ ‘Ik heb schrik om verslaafd te worden.’ ‘Ik vind het gevaarlijk en duur.’ ‘Wat zouden mijn ouders er van vinden?’

WELNIET

Page 4: Jongeren en drugs 2014

6 7

Bovendien hebt u het gevoel dat uw mening niet meer meetelt. Dit lijkt mis-schien wel zo, maar klopt niet helemaal. Uit onderzoek blijkt dat jongeren, ook in deze fase, belang hechten aan wat hun ouders van hen denken. Dit zullen ze uiteraard niet zo snel of zo duidelijk verwoorden. Wel merkt u dat ze kwaad rea-geren wanneer ze commentaar of opmerkingen krijgen. Soms ziet u ze opleven als u ze een compliment geeft. Pubers willen heus wel weten wat anderen van hen denken, zeker hun ouders!

Alles voor de vriendenDat ouders, broers of zussen vaker dan vrienden negatieve reacties krijgen van de adolescent, heeft te maken met het feit dat ouders, broers en zussen er ge-garandeerd zijn. Ouder bent u altijd. Die rol kunt u niet zomaar verliezen, u stapt er niet uit. De jongere kan zich dus veel permitteren tegenover zijn ouders, want wat hij ook doet, het blijven zijn ouders. Vrienden daarentegen moet hij verdie-nen. Het is dan ook veel minder vanzelfsprekend dat u ze hebt én kunt behou-den. Jongeren moeten voor vriendschappen heel wat over hebben en dat doen ze dan ook. Voor buitenstaanders lijkt hun houding hierin slaafs en volgzaam.

Als ouder staat u soms paf over de heftige reactie van uw kind als u opmerkingen maakt over zijn of haar vrienden. Opmerkingen over de vrienden van uw kind worden door hen aangevoeld als uitspraken over zichzelf.

Het feit dat vrienden zo’n sterke invloed hebben op uw kind, geeft u wel eens te denken. Het is logisch dat u als ouder ‘slechte invloed’ van die vrienden vreest. Toch is er ook een andere kant. Voor jonge mensen vormt hun vriendengroep in de meeste gevallen een bijzonder aangename leefomgeving en een onmis-bare leerschool: door ervaring in het omgaan met anderen, met conflicten, met groepsdruk, enz. biedt de vriendengroep duidelijkheid. En dit geeft voor de jon-geren op zijn beurt veiligheid. Veiligheid om met al die aspecten van het leven te leren omgaan op hun eigen manier. En daarin door anderen, die precies zijn zoals zijzelf, begrepen te worden.

Marc, vader van Christophe (17):Als wij iets voorstellen aan of zeggen tegen onze zoon, doet hij het niet, net omdat het uit onze mond komt. Maar alles wat zijn vrienden zeggen, is heilig voor hem.

Hoe kunnen we dit gedrag begrijpen?Tijdens de adolescentie ontwikkelt een mens zich in enkele jaren tijd van kind naar volwassene. Zowel sociale, geestelijke als lichamelijke veranderingen maken deze periode heel verwarrend voor de puber. Het is voor de jongere meestal wel even wennen om daar vlot mee om te springen. Op geestelijk vlak leren jonge mensen steeds kritischer te denken. Het gevolg is dat ze niet meer alles wat hun ouders zeggen blindelings overnemen. Pubers ontdekken dat ouders ook fouten maken en dan uiten ze hun kritiek daarop soms bijzonder scherp.

Ook het streven naar onafhankelijkheid kenmerkt de adolescent (*). En toch is de invloed van leeftijdsgenoten tijdens de adolescentie zeer groot. De vrienden-groep vormt een veilige omgeving om met verschillende gedragingen te expe-rimenteren. Voor de puber is het heel erg belangrijk aanvaard te worden in die vriendengroep. Om er bij te horen, gaat hij behoorlijk ver: hij volgt de heersende normen, rages en trends die - bewust of onbewust - bij die groep horen.

Naast het uitproberen van bepaalde soorten gedrag, gaat de jongere experi-menteren met zijn uiterlijk (kapsel, kleding, piercings …), met relaties, met sek-sualiteit en ook met genotsmiddelen (tabak, alcohol, illegale drugs). Hij heeft behoefte aan kicks die hem de bewondering van de groep zullen garanderen: risico’s durven nemen, zichzelf overtreffen op allerlei vlakken, enzovoort. Het in groep gebruiken van (illegale) drugs, kan voor jongeren het voor hen zo be-langrijke gevoel van verbondenheid creëren: wij doen samen iets wat niet mag. Het omgekeerde komt ook voor, namelijk dat drugs binnen de vriendengroep geweerd worden. In dat geval zal de puber ook deze norm hanteren en sterk geneigd zijn om niet te experimenteren met drugs.

Door wel te experimenteren, verkennen adolescenten hun eigen grenzen en die van hun omgeving. “Wat vind ik prettig?” “Wat mag?” “Hoever kan ik gaan?” Op basis van allerhande reacties van zijn omgeving, zal een jongere later zijn eigen norm hierin bepalen.

Niets meer in de pap te brokken…Tijdens die fase in het leven van jongeren zijn ouders vaak de eersten die het moeten ontgelden. U krijgt als ouder allerlei dingen te horen, ook dingen die niet steeds aangenaam zijn. Het lijkt wel of u altijd ‘de slechte’ bent en de vrienden van uw kind ‘de goeden’.

(*) Als we verwijzen naar ‘de jongere’, ‘de puber’ of ‘de adolescent’, worden uiteraard jongens

én meisjes bedoeld, ook als er telkens ‘hij’ staat.

Page 5: Jongeren en drugs 2014

8 9

Zo’n gesprekken hoeven bovendien niet altijd urenlang te duren. Korte ge-sprekjes op een voor de jongere aangename plaats en een geschikt moment hebben soms veel meer effect dan u zou vermoeden.

Marijke, moeder van Dries (15)Ik heb zo vaak geprobeerd er met hem over te praten. Zelden is het me gelukt. Maar toen ik hem op een dag ergens naartoe bracht met de wagen, begon hij zelf te praten. Alsof het feit dat hij niet naar mij hoefde te kijken en de wetenschap dat de rit niet te lang zou duren, voor hem een veilige gelegenheid creëerde om te praten.

Dries (15)Ik kan met mijn moeder niet over drugs praten want ze moet altijd gelijk hebben. Ja, natuurlijk weet ik wel dat ze bezorgd is.

Hoe problemen proberen voorkomen

Drugs: praat eroverVaak wordt gezegd: “Wilt u druggebruik voorkomen, praat er dan over”. Maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan. Hier en daar lopen die gesprekken tussen ouders en opgroeiende kinderen heel spontaan, maar ‘druggebruik’ is dikwijls een zeer geladen onderwerp.

Waarover moet u praten? U voelt dat u er zelf nauwelijks wat van kent en u zich op glad ijs begeeft. Op welke manier praat u erover? Op welk moment? Wat als uw kinderen niet luisteren en weglopen of u uitlachen? Allemaal vragen waar u mee zit voordat u een gesprek begint. En als u er dan toch over begint, bestaat bovendien de kans dat u in een moeilijke discussie belandt. Niet zo evident dus.

Op zich is het zinvol om over drugs te praten, dat staat vast. Maar het is minstens even belangrijk dat er ook over andere zaken gepraat wordt. Dat stimuleert een open houding van ouders tegenover kinderen en omgekeerd.

Over welke thema’s begint uw zoon of dochter zelf te praten?Waarvoor interesseren uw kinderen zich?

Wat denken zij over bepaalde onderwerpen?

Waar bent u het samen met hen wel over eens?

Page 6: Jongeren en drugs 2014

10 11

Uw relatie met uw kind als preventieOok al kunt u preventief heel wat doen, het geeft u nooit de absolute ga-rantie dat er in uw gezin niet met drugs geëxperimenteerd zal worden. Weet wel dat als dat gebeurt, die preventieve inspanningen dan niet ‘totaal nutteloos’ geweest zijn.

Wat we kinderen preventief meegeven, kan de kans verlagen dat een experiment met drugs een heus probleem wordt. En zelfs bij problemen, zal een (vroegere) gezonde basis in de relatie tussen u en uw kind de beste kans bieden om een echte ontsporing te voorkomen.

U kunt als ouder die preventieve relatie nastreven. Of het allemaal écht lukt, hebt u niet volledig zelf in de hand. Want dat heeft te maken met de twee partijen én met vele andere invloeden.

Open en blootEen goede relatie met uw kind heeft nood aan openheid over alles en nog wat: over school, vrienden, het gezin en andere dingen die zowel uw kind als uzelf bezighouden.

Dit wilt niet zeggen dat u met uw kinderen uw diepste geheimen moet delen, wel dat u over vanalles open kunt praten. Het is belangrijk de jongere ernstig te nemen en interesse te tonen voor de zaken die hij of zij belangrijk vindt (muziek, vrienden, relaties …).

Openheid betekent ook uw eigen ouderlijke ideeën of twijfels tonen. Daarmee toont u dat open zijn tegenover elkaar geen zwakte is, maar dat u het juist erg apprecieert. De manier waarop u over uzelf praat, is even belangrijk als wat u daarbij zegt.

Geef eens een schouderklopjeNet zoals volwassenen worden jongeren meer gemotiveerd door aanmoedigin-gen en complimenten wanneer ze iets goed doen, dan door alleen maar ‘kritiek’ te krijgen. Zeker wanneer er moeilijkheden zijn, is het niet altijd gemakkelijk om het positieve in uw kind te vinden. Maar het loont de moeite om ernaar op zoek te gaan.

Als uw kind vaak bevestiging krijgt, zal het ook op een positieve manier naar zichzelf kijken. Jongeren met een groter gevoel van eigenwaarde staan sterker omdat ze zich minder afhankelijk voelen van de goedkeuring van anderen. Keu-zes die ze maken, worden dan minder snel door anderen bepaald.

In het ‘preventief praten’ over drugs is het voor u als ouder niet zozeer belangrijk om gelijk te krijgen, maar wel om invloed te hebben. Het is van belang dat ook uw mening gewicht in de schaal van hun beslissing legt. Daarom is het in de eerste plaats raadzaam dat u uw kind zo benadert, dat het op zijn minst luistert naar wat u te zeggen hebt en openstaat voor uw mening. Volwassenen kunnen wel hun opvattingen duidelijk maken, maar voor jongeren is het niet altijd zo pret-tig om alleen maar te moeten luisteren.

Doordat ze onbezorgd willen genieten, staan jongeren niet altijd open voor informatie over problemen en gevaren op lan-gere termijn. Hun aandacht is gericht op vrijheid en nieuwe dingen ervaren, niet op opletten en verantwoordelijk zijn.

Wanneer u dan als ouder zeer scherp verwoordt wat bestaan-de of mogelijke moeilijkheden zijn waarmee uw kind gecon-fronteerd kan worden (en waarvoor het soms zelf een beetje bang is), wordt luisteren extra moeilijk. Het schept nog meer verwarring en twijfel en daarvoor gaan pubers zich afscher-men door helemaal niet meer te willen praten of luisteren. Net wat u niet wilde, u had het nog zo goed bedoeld!

Wij raden sterk aan om bij dit soort van ‘preventief praten’ niet altijd direct de kern van de risico’s te beklemtonen, maar ook écht te luisteren naar uw kind.

Een veilig moment uitkiezen en niet alles tegelijkertijd willen bespreken zijn be-langrijk als u met uw kind over drugs wilt praten. Spreek niet alleen over drugs, maar ook over andere zaken. Vaak helpt u de ander met praten door ook iets over uzelf te zeggen.

En ook dan geldt nog steeds: om te praten zijn er twee partijen nodig. Ook al deed u een eerlijke poging, het kan zijn dat uw kind niet mee wilt. Het enige wat u dan kunt doen, is het op een ander moment en op een andere manier opnieuw proberen.

Overigens, praten hoeft niet altijd met woorden te gebeuren. U kunt ook briefjes naar elkaar schrijven, of mailen of zelfs tekenen, of een krantenknipsel geven dat u de moeite waard vindt, enz.

Page 7: Jongeren en drugs 2014

12 13

Hier laat ik je los, Tim, van hieraf moet je gaan …Iets betekenen, iemand zijn kan pas volwaardig wanneer u een (deel)verant-woordelijkheid krijgt in het groter geheel. Zo is dat ook voor kinderen thuis. Een stukje verantwoordelijkheid krijgen kan al op jonge leeftijd. Een kind kan bijvoor-beeld instaan voor het verzorgen van een huisdier of voor bepaalde huishoude-lijke taken. Het toekennen van verantwoordelijkheid is een proces dat stapje voor stapje gaat. Hoe ouder en hoe rijper uw kind, hoe meer het verantwoordelijkheid kan opnemen. Door uw kind te stimuleren tot zelfstandigheid is de kans groter dat het op latere leeftijd op een kritische en verantwoorde manier met vele dingen zal omgaan, ook met genotsmiddelen.

Het voelen dat men een thuis heeft, helpt jongeren bovendien om hun experi-menten geen al te belangrijke plaats in hun leven te geven.

Met vallen en opstaanIedereen kent wel eens een tegenslag of maakt een moeilijke periode door. Het is onmogelijk en ook niet nodig uw kind hiervan af te schermen. Het is belang-rijk dat kinderen vaardigheden ontwikkelen en manieren ontdekken om op een opbouwende manier met gevoelens zoals angst of verdriet om te gaan. Voor jongeren die geen raad weten met tegenslagen, kan druggebruik een risico zijn.

Genotsmiddelen worden soms gebruikt om te ontsnappen aan frustraties en teleurstellingen.

De appel valt nooit ver van de boomCommuniceren met elkaar doet u niet alleen door te praten. U beïnvloedt uw kind nog meer met wat u doet en toont: hoe u zelf in het leven staat, hoe u zelf ontspanning neemt, hoe u denkt over gezondheid, hoe u omgaat met tegensla-gen, met vrije tijd en genotsmiddelen. De wijze waarop ouders met alcohol, siga-retten en medicijnen omgaan, vormt een invloedrijk voorbeeld voor opgroeiende kinderen. Uw eigen gedrag, meer nog dan wat u uw kind vertelt, bepaalt mee hoe hij of zij zal omgaan met genotsmiddelen.

Al deze invloeden spelen natuurlijk al van jongs af aan en niet alleen in de ado-lescentiefase.

Zeggen we het ook als het goed gaat?

Gebruiken we regelmatig aanmoedigingen? Waarderen we voldoende die dingen die ze thuis of voor familie doen?

Niet alleen over de resultaten op school, maar ook wanneer het gaat over hobby’s, sport, een eigen mening of een houding?

’t Is goed in ’t eigen hart te kijken …

Page 8: Jongeren en drugs 2014

14 15

lijkheid ten goede en de jongere weet beter waar hij zich aan te houden heeft. Een jongere merkt gauw dat een van beide ouders afwijkt en zal dit gaan uitspe-len in zijn eigen voordeel. Ook als u gescheiden bent of een nieuw samengesteld gezin vormt, is het belangrijk voor de jongere dat zijn opvoeders een eendui-dig standpunt innemen. Ondersteun uw kinderen om de grenzen elders (bv. op school) te respecteren. U hoeft niet altijd voor hen in de bres te springen (bv. laat u niet gebruiken om strafwerk op school kwijtgescholden te krijgen).

Opvoeden betekent niet perfect zijnGrenzen trekken is niet altijd even gemakkelijk. Dat er daarbij moeilijkheden op-duiken, is normaal en is geen teken van opvoedkundige onbekwaamheid.Gren-zen trekken is een voortdurend proces van vallen en opstaan. U moet het ook niet perfect willen doen. Ouders moeten de moed hebben onvolmaakt te durven zijn. Uzelf fouten toestaan geeft rust, betekent afzien van het idee dat u perfect moet zijn, ook tegenover uw kinderen. Volmaaktheid ontmoedigt kinderen en zet ze aan tot verzet daartegen.

RelativiteitRespect opbrengen voor en luisteren naar de mening van de jongere (over bij-voorbeeld drugs), wil niet zeggen dat u het gebruik moet tolereren. Bespreken betekent niet hetzelfde als goedkeuren. U kunt respect tonen voor een andere visie en tóch motiveren waarom u als ouder bepaalde grenzen trekt. Jongeren aanvaarden niet zomaar alle regels. Maar zelfs al worden de regels soms met de voeten getreden, toch blijven ze belangrijk. Ze zomaar overboord gooien, biedt te weinig houvast en structuur voor uw kind.

Jongeren hebben immers grenzen nodig. Daarbij is het essentieel om een even-wicht te vinden tussen een te strenge en een te lakse opvoeding. Wie door erg nauwe grenzen te trekken zijn kind bepaalde ervaringen wilt besparen, maakt dat opgroeiende jongeren niet tegen de moeilijkheden van het leven zullen op-gewassen zijn. Wie aan het andere uiterste gaat staan en geen grenzen trekt, maakt zichzelf handelingsonbekwaam en legt alle beslissingen in de handen van de jongere zelf terwijl die dit nog niet aankan.

Grenzen trekken. Hoe doet u dat?

OverlegRegels opstellen lukt nogal eens door naar een compromis te zoeken. Dit bete-kent dat de jongere én de ouder(s) voorstellen kunnen formuleren en argumen-ten kunnen geven. Deze inspraak is een onderdeel van het opnemen van verant-woordelijkheid. Als u samen met uw zoon of dochter redelijke regels maakt, is de kans groter dat de afspraken worden nageleefd. Het biedt echter geen garantie. Soms is een compromis over de regel niet mogelijk. Weet dan dat u als ouder zelf een grens mag trekken.

DuidelijkheidWanneer een grens wordt bepaald, moet deze in eerste instantie duidelijk zijn. Afspraken worden het best op voorhand gemaakt en niet op het moment dat er zich een probleemsituatie voordoet. Eenmaal gemaakt, is het belangrijk die grens niet los te laten.

Anderzijds betekent dit niet dat een grens een onveranderlijk gegeven is. Gren-zen kunnen en moeten soms veranderen. Soms vragen externe factoren om grensaanpassingen, of het kan zijn dat uw kind nieuwe vrijheden heeft verdiend. Of achteraf bekeken vind u dit geen redelijke grens. Probeer het dan opnieuw met uw kind te bespreken, zodat hij ook weet waarom u van mening verandert.

GevolgenEen onderdeel van de duidelijkheid is dat de jongere ook de gevolgen van de overtreding van een afspraak of regel moet kunnen inschatten. De vooraf afge-sproken gevolgen moet u zeker kunnen waarmaken. Denk daar vooraf over na. Loze bedreigingen brengen geen zoden aan de dijk.

EenduidigheidGrenzen zijn persoonlijk. Waarden en normen spelen hierin mee, maar ook over-tuigingen, principes, achtergrond ... Zowel de waarden en normen van de ouders als de eigenheid van de jongere bepalen mee wat kan en wat niet kan. Als u naar andere gezinnen kijkt, merkt u op dat ieder gezin kan verschillen in het trekken van grenzen en in opvattingen. Soms kunt u als ouders binnen eenzelfde gezin een verschillende mening hebben.

Net zoals voor andere belangrijke aspecten van de opvoeding, is het wenselijk dat u als ouders met elkaar van gedachten wisselt rond uw houding tegenover drugs, de aanpak en uw opstelling naar uw kind. Overleg vooraf komt de duide-

Page 9: Jongeren en drugs 2014

16 17

An (39)Marijke kwam ook met drugs in aanraking. In het begin waren we er kapot van en durfden er amper over te praten. Als het onderwerp ‘drugs’ bij vrienden ter sprake kwam, werd ik helemaal rood en wist niet meer wat te zeggen. Op een avond heb ik toch eens mijn stoute schoenen aangetrokken en het verteld aan een bevriend koppel. Toen bleek dat hun zoon ook aan het experimenteren was zoals ze dat dan noemen. Het was een hele opluchting om dat te horen. Ik voelde me op slag iets minder abnormaal. Sindsdien praat ik er meer over. Ik kijk natuurlijk nog uit tegen wie ik wat vertel. Maar ik ben geschrokken hoeveel ouders in hetzelfde schuitje zitten en hoe goed het me doet om hierover wat te kunnen uitwisselen met elkaar.

Tijdens de pubertijd is de kans groot dat uw kind in aanraking komt met illegale middelen. Iedere puber kan aan drugs komen. En iedere jongere zal, wanneer u er hem naar vraagt, toegeven dat hij wel eens iets aan-geboden heeft gekregen op een feestje, aan het station, op school. Of u kind kent wel iemand die drugs gebruikt.

De kans dat u binnen uw gezin met druggebruik bij een van uw kinderen gecon-fronteerd wordt, is dan ook niet ondenkbaar.

Bij zo’n confrontatie kunt u het best rustig reageren. Terwijl u inwendig mis-schien het gevoel hebt dat u uit frustratie, woede of teleurstelling uw kind wat zou kunnen aandoen. Zeker wanneer u al heel veel energie hebt gestopt in het trachten te voorkomen van risicogedrag en druggebruik bij uw kind.

Wat als mijn kind gebruikt

Patrick (42)Jan rookt regelmatig een joint. Wij maken ons er echt zorgen om.We proberen er met hem over te praten, maar er blijven toch heel wat vragen en onzekerheden. Het ergste vind ik dat je er met niemand over kunt praten. Ik moet er niet aan denken dat mijn moeder het te weten komt, of de buren … Wat zouden ze wel denken over ons gezin!

Page 10: Jongeren en drugs 2014

18 19

wijd open staan, een andere vriendenkring, dalende schoolresultaten, spijbelen, geen interesse meer voor gezinsactiviteiten, sterke emotionele wijzigingen (uit-gelaten, depressief, agressief), verlies van interesse voor hobby’s, stelen …

Let wel: één signaal zegt niet veel. Veel van deze signalen komen ook voor bij niet-gebruikers en kunnen wijzen op de typische ontwikkelingsperikelen bij jon-geren. Na een nachtje uitgaan bijvoorbeeld kan uw kind ook vermoeid zijn en er bleek uit zien.

Het is dus belangrijk oog te hebben voor blijvende veranderingen in de houding of het gedrag van uw zoon of dochter. Het is mogelijk dat die veranderingen een uiting zijn van druggebruik.

Rood of oranje licht?Veel jongeren experimenteren. Slechts een deel van hen raakt in de problemen. Als u als ouder ontdekt dat uw kind drugs gebruikt, is het van belang te ach-terhalen of het om experimenteren of om vluchtgedrag gaat. Hoe kunt u het onderscheid tussen de twee ontdekken? Staar u niet blind op het druggebruik alleen. Schenk extra aandacht aan het ruimer gedrag van uw kind.

Is het antwoord op de meeste van deze vragen ‘ja’ of ‘goed’, dan is uw kind waarschijnlijk een puber die experimenteert met drugs. Dit druggebruik is dan meestal vrij beperkt, zodat het weinig negatieve gevolgen heeft op andere ter-reinen in zijn of haar leven.

U kunt u het volgende afvragen:

Is het antwoord op de meeste van deze vragen echter negatief, dan is dit mo-gelijk een teken dat het druggebruik vrij veel belang krijgt in het leven van uw kind. Het kan bijvoorbeeld een manier geworden zijn om te vluchten van moei-lijkheden of problemen.

Heeft mijn zoon/dochter een vaste vriendenkring?

Hoe doet mijn kind het recent op school

Blijft mijn kind tijd investeren in zijn vroegere hobby’s?

Houdt mijn kind zich nog steeds aan afspraken?

Pakt mijn kind zijn problemen aan?

Als u ontdekt dat uw kind drugs gebruikt, denk dan vooral niet dat uw gezin het enige is met dergelijke problemen. Heel wat jongeren proberen drugs uit en dit leidt in vele gezinnen tot ruzies en problemen. Als u hierover kunt spreken met andere ouders (van ook puberende, opstandige jongeren), zult u merken dat er heel wat gelijkenissen zijn. Die gesprekken kunnen voor u een hele opluchting en steun zijn. Het is dus kwestie van u niet te isoleren.

We mogen niet uit het oog verliezen dat de wereld van uw kinderen ruimer is dan het gezin waarin ze opgroeien. Kinderen komen in hun ontwikkeling heus met veel meer betekenisvolle personen en informatie in aanraking dan enkel met hun ouders. Ouders zijn dus niet de enige beïnvloeders maar delen de opvoeding die ze aan hun kinderen geven, en dus hun invloed, met vele andere mensen en ervaringen.

Signalen: rood, oranje of groen licht?Jongeren die drugs gebruiken, doen dit meestal stiekem, achter de rug. Ze willen niet dat hun ouders het merken, wetend dat hen verboden zal worden verder te gebruiken. Aan de andere kant merken we wel eens een zekere opluchting bij de jongere, wanneer zijn druggebruik wordt opgemerkt. Hij kan dan immers zelf naar buiten komen met de twijfels waar hij mee zit en die in veel gevallen met dat gebruik gepaard gaan.

Toch is het niet vanzelfsprekend dat druggebruik wordt opgemerkt. Als iemand slechts af en toe gebruikt en dan nog in kleine hoeveelheden, is de kans groot dat de omgeving geen vroege signalen opvangt. Het druggebruik verloopt dan onzichtbaar.

Soms kunt u wel signalen vaststellen. Hierbij denken we aan: bleekheid, ver-moeidheid, verminderde eetlust, vermageren, pupillen die sterk vernauwd of juist

Mia, moeder van Bram (16)Toen ik ontdekte dat Bram drugs gebruikte - ja, ik zeg drugs, want wat wist ik of het nu zwaar spul was of niet - was ik helemaal van de kaart. Wat zou er met mijn kleine jongen gebeuren? Waar zou dit toe leiden? Die angst sloeg snel om in woede: ik had hem echt wat kunnen aandoen! Als ik dan ’s avonds in mijn bed lag, vroeg ik me af wat ik in godsnaam verkeerd had gedaan? Waar was ik tekort-geschoten? Nachtenlang deed ik amper een oog dicht.

Page 11: Jongeren en drugs 2014

20 21

De zoektocht naar het ‘Waarom?’Wanneer u als ouder geconfronteerd wordt met druggebruik, rijzen al-lerlei vragen: Hoe komt het nu dat de ene jongere wel en de andere jongere niet ingaat op het aanbod van drugs? Hoe komt het dat de ene tiener na het uitproberen ermee ophoudt en de andere tiener ermee doorgaat? …

Wij vragen het aan Gie, een therapeut met meer dan 20 jaar ervaring in de drughulpverlening.

Wat herkent u bij de druggebruikende jongeren die u tegenkomt?Gie: ‘Het is natuurlijk altijd gevaarlijk om te veralgemenen, iedere jongere is an-ders. Maar een aantal zaken kom je wel bij heel wat jongeren tegen. Zo kun je stellen dat bij veel jongeren hun gevoel van zelfwaardering, van zelfappreciatie, een bepalende rol speelt.

Dikwijls hebben jongeren die drugs gebruiken op een manier dat het problema-tisch wordt, het moeilijk met het uiten van hun emoties. Vaak zitten er ook nog andere problemen waar ze eigenlijk hulp bij zouden kunnen gebruiken. Velen van hen hebben dan ook een zeer negatief zelfbeeld. Dit leidt niet per se recht-streeks tot druggebruik, maar druggebruik kan dan voor hen één van de snelle – maar valse – oplossingen zijn.’

Waar kan dat laag zelfbeeld bij de jongere vandaan komen?Gie: ‘Daar spelen een boel factoren mee, zoals: voldoende nestwarmte en ‘steun en liefde’ gekregen hebben, maar ook de nodige positieve bevestiging, aan-vaarding en respect … Als jongeren dat voldoende meekrijgen, zullen ze sneller een positief zelfbeeld ontwikkelen. Het is niet zo gemakkelijk uit te leggen aan ouders, meestal krijgt u als ouder het gevoel dat er met een steen naar je ge-worpen wordt als je dit hoort. Het gaat echter helemaal niet om schuld. Het is ook zo moeilijk om de vinger op de wonde te leggen. Het gaat immers om een complex kluwen waarbij niet alleen onze inbreng als ouder belangrijk is, maar ook die van andere omstandigheden, meerdere familieleden, contacten met di-verse mensen …

Ik geef je een voorbeeld. Een kind groeit op in een periode dat zijn zus zwaar ziek is. Zijn ouders zijn hierover vaak bezorgd en bedroefd, wat heel menselijk is. Dan kan het zijn dat dat kind begint te denken dat het zélf niet veel waard is, omdat het zijn ouders niet gelukkig kan maken. U hebt dat niet zo snel in de gaten, maar zo zitten kinderen soms in elkaar.

We kunnen als ouder alleen maar trachten zo goed mogelijk onze bijdrage te leve-ren in het helpen opbouwen van een positief zelfbeeld bij onze kinderen.’

Page 12: Jongeren en drugs 2014

22 23

Caroline (41), alleenstaande moeder van Anja (18) en Tom (16):

Toen Tom met drugs begon, durfde ik daar met niemand over spreken uit schrik dat men zou zeggen: ‘Wat wilt u, die jongen is zonder vader opgegroeid’. Bovendien voel ik me daar zélf schuldig over: is het omdat ik rond zijn twaalfde van zijn vader ben weggegaan? Ik heb het hem zelfs gevraagd! Maar mijn dochter doet het niet en die heeft toch ook de scheiding meegemaakt. Tom zelf verze-kert mij dat het daar absoluut niéts mee te maken heeft.

Het kan zelfs voorkomen dat er in een nieuw samengesteld gezin verschillende regels gelden voor de verschillende kinderen.

Deze situaties betekenen niet dat ze automatisch leiden tot méér problemen, maar misschien wel dat je voor een aantal aspecten van de opvoeding extra alert moet zijn. Dat lijkt misschien vermoeiend, aan de andere kant kan dat extra alert zijn net ook voordelen hebben en een goede relatie opleveren met je kind.

Als ik Caroline aan het woord hoor, herken ik daarin een bedenking van veel al-leenstaande of gescheiden ouders. Natuurlijk leidt een scheiding niet tot drugge-bruik. Wel kan het zijn dat er heel wat aan dat ‘alleenstaand’ is voorafgegaan en dat je kind nog zit met onverwerkte emoties of onjuiste gedachtepatronen. Dan is het inderdaad belangrijk na te gaan hoe uw kind daarmee omgaat. Gebruikt hij drugs om die emoties wat te verdoven? Sluit hij zichzelf af van anderen? Praat hij erover en leert hij zo al vroeg met pijnlijke emoties, onzekerheden, teleurstel-lingen omgaan?

Uw kind kan hieruit dus ook leren op een ‘positieve’ manier om te gaan met de crisissen die het leven met zich meebrengt, zodat het hem eerder weerbaarder maakt tegen drugverslaving.’

Waar kunnen wij terecht als we meer vragen hebben?Gie: ‘In uw buurt bestaan er mogelijkheden tot begeleiding. Achteraan deze brochure vindt u een aantal adressen die u verder kunnen helpen. U kan ook terecht met uw vragen voor meer informatie bij de DrugLijn: 078-15 10 20 en op hun website: www.druglijn.be.’

DrugLijn: 078-15 10 20 www.druglijn.be

Wij moeten als ouder proberen open en begrijpend te zijn, maar toch ook begrenzend?Gie: ‘Ja dat klopt, hoewel het zeker niet de bedoeling is dat je een detective wordt. Maar een gezonde vorm van ondersteunend toezicht kan helpend zijn. Het kan de zelfcontrole van de jongere stimuleren. Verder helpt het je kind om te leren functioneren in een systeem waar regels zijn.

Jongeren worden vanuit maatschappelijk oogpunt geassocieerd met verandering, nieuwsgierigheid, onbezonnenheid. Hun ouders staan in hun ogen eerder voor continuïteit, bescherming en voorzichtigheid. De wisselwerking tussen deze twee posities, geven kinderen de gelegenheid op een veilige manier te experimenteren met grenzen én de mogelijkheid om zich ergens tegen af te zetten. Jongeren heb-ben dat nodig om tot een eigen identiteit te komen. De uitdaging voor ouders is dus het trekken van duidelijke grenzen, maar evenzeer het voldoende tonen van liefde voor en betrokkenheid met je kind.’

Ligt het anders bij eenoudergezinnen en nieuw samengestelde gezinnen?Gie: ‘Vaak wordt er in de hulpverlening en in brochures nog altijd gesproken over dé ouders, hét gezin ... Maar er zijn ook veel eenoudergezinnen, nieuw samen-gestelde gezinnen of gezinnen waar ouders onderling niet meer overeenkomen. Zij voelen zich vaak buitengesloten, terwijl informatie over druggebruik bij jon-geren ook voor hen geldt. Natuurlijk is het duidelijk dat het iets moeilijker en las-tiger is om in je eentje te moeten omgaan met het gedrag van een rebellerende tiener, zoals Caroline beschrijft. In een ander geval, als de ouders verschillende grenzen aangeven, kan zo’n adolescent daar ook gemakkelijk mee gaan ‘spelen’. Of hij kan proberen beide ouders tegen elkaar uit te spelen …

Page 13: Jongeren en drugs 2014

24 25

Dit gedrag bespreekbaar maken, geeft uw kind de mogelijkheid over een aantal dingen met u te praten. Het is eerlijk en biedt hen het veilige gevoel dat u de sig-nalen die u opmerkt, ook verwoordt. Door ons zorgzaam op te stellen, creëren we de nodige ruimte voor onze kinderen om over zichzelf te praten. Voor hen verlaagt het de drempel een gesprek aan te gaan en tegelijkertijd betekent het voor u een belangrijke vorm van controle.

Datgene wat u opmerkt, tracht u zo concreet mogelijk te benoemen. U kunt daarbij ook uw eigen gevoelens (bezorgdheid, angst … ) verwoorden en om verduidelijking vragen. Mogelijk is uw kind verrast door wat u zegt en vraagt. Laat hem of haar dan voldoende ruimte voor zo’n eerste reactie. Maar u mag die reactie zeker verwachten.

Hoe reageert u het bestAls u druggebruik bij uw kind ontdekt, is dat een hele schok. Alles en nog wat gaat door u heen. Daardoor reageert u als ouder soms nogal impul-sief, ook al weet u dat dit niet altijd de beste reactie is. Een vuistregel is alvast: u kunt het druggebruik bij uw kinderen aanpakken zoals u an-dere opvoedingsproblemen aanpakt. Sta er eens bij stil hoe u reageert als ze voor het eerst spijbelen? Als uw dochter of zoon niet op het afge-sproken uur thuiskomt? Standaardoplossingen zijn er niet. Veel hangt af van uw eigen persoonlijkheid en die van uw kinderen.

Hoe reageren bij vermoedenEen vermoeden maakt u achterdochtig. Op zo’n moment wilt u zekerheid. Hier-door gaat u misschien wel op zoek naar bewijzen. U riskeert echter eerder een fikse ruzie met uw kind, dan dat u drugs vindt. Daardoor gaat er helaas veel vertrouwen verloren. Daarom vraagt deze directe aanpak om een alternatief: zijn kostprijs is immers te hoog.

Liever dan onmiddellijk allerlei acties op te zetten, lijkt het uitspreken van uw eigen bezorgdheid (samen met wat u opmerkt aan veranderd gedrag) een moei-lijke, maar noodzakelijke eerste stap. Is er bij u een vermoeden van druggebruik, dan kunt u dit best ook uitspreken.

Page 14: Jongeren en drugs 2014

26 27

Wat u WEL kunt doen!

1. LuisterenLuisteren is niet zo eenvoudig. U denkt namelijk veel sneller dan dat iemand praat. Heel vaak bent u bezig met uw eigen emoties, angsten en bekommer-nissen en gaat er veel verloren van het verhaal van de andere.

Als u het gevoel hebt dat emoties nog te veel door uw lichaam razen, stel het gesprek dan even uit.

Zoek een rustige plek waar u niet ge-stoord wordt. Maak duidelijk dat u luistert, door in eigen woorden te her-halen wat uw kind gezegd heeft. Hier-door checkt u meteen of u het goed begrepen hebt.

U kunt ook de emoties die u bij uw kind vermoedt, benoemen.

Bijvoorbeeld: ‘Ik zie dat je het daar moeilijk mee hebt’ of ‘Ik heb het gevoel dat je kwaad bent’.

Dit kan soms een verzachtend effect hebben. Overigens, het benoemen van emoties doet de jongere naden-ken over de gevoelens die hij ervaart en is een eerste stap in het leren om-gaan met deze gevoelens.

2. Hoe-vragen stellen‘Waarom’-vragen worden vaak erva-ren als een beschuldiging. Ze vragen bovendien naar oorzaken en redenen waarvan men zich niet altijd bewust is. (‘Waarom heb je dat toch gedaan? ’).

Beter zijn ‘hoe’-vragen (‘Hoe ben je ermee begonnen?’, ‘Hoe gaat het ver-

der?’). Vragen zoals ‘Hoeveel rook je nu eigenlijk?’ als u duidelijk ziet dat uw kind onder invloed is, zijn beter dan ‘Héb je gebruikt?’.

Een andere nuttige vraag zou kunnen zijn: ‘Hoe lang denk je nog door te gaan met je gebruik?’ of ‘Hoe moet dit nu verder?’ lijkt zinvoller als ‘Waarom doe je dat toch?’ Door enkele vragen te stellen, toont u dat u niet zo gemak-kelijk om de tuin te leiden bent, dat u ziet wat er gaande is en dat het u niet koud laat.

3. Ik-boodschappenWanneer regels overtreden worden, móet u reageren. Als u dit wilt doen op een niet-bedreigende of aanval-lende manier én tegelijk de jongere informatie wilt geven over het effect van zijn gedrag, kunt u het beste ‘ik-boodschappen’ gebruiken. In een ik-boodschap beschrijft u eerst de feiten.

Bijvoorbeeld: ‘We hadden een af-spraak om niet met drugs te beginnen en nu vind ik in je zakken een zakje wiet’.

Dan benoemt u de gevoelens die deze feiten bij jou teweeggebracht hebben. Bijvoorbeeld: ‘Ik was teleurgesteld en heb me dan ook heel erg kwaad ge-maakt’.

Ten slotte beschrijf u het effect dat de hele situatie op u heeft gehad:

Bijvoorbeeld: ‘Ik heb de hele dag ze-nuwachtig rondgelopen’.

Hoe reageren wanneer u er niet meer omheen kunt

1. Zware dreigementenBijvoorbeeld: “Nu zet je nooit nog een stap buiten!” of “Nu krijg je geen zakgeld meer!”…

Vaak beseft u, als u van de eerste schok bekomen bent, dat dat geen realisti-sche dreigementen zijn en u ze ook niet kunt uitvoeren.

2. Beschuldigingen en verwijtenLeg niet de klemtoon op het gevoel dat uw kind ondankbaar is.

Bijvoorbeeld: ‘Hoe kun je ons dit aandoen, we hebben toch alles voor jou gedaan?’ of ‘Jij hebt nooit gedeugd!’…

Het is erg belangrijk de jongere niet als mens te veroordelen als hij iets doet wat u als ouders niet bevalt. Keur uw kind niet af, maar wel zijn of haar gedrag.

3. Bezorgdheid om de reacties van anderenDe mensen rondom u hebben heel wat invloed, niet alleen op uw kinde-ren, maar ook op u. De bezorgdheid voor reacties van buitenaf gaat u het best niet onmiddellijk en ongenuan-ceerd uiten. Bijvoorbeeld: ‘Wat zal die of die niet zeggen?’. Dit kan bij uw kind overkomen alsof zijn gedrag er eigenlijk niet zo toe doet, maar dat u vooral bezorgd bent om wat de ande-ren van jou zullen denken.

4. Morgen lig je in de goot!Alle middelen hebben een verschillen-de werking en risicogehalte. U scheert best niet alle middelen over één kam.

Overdrijf evenmin het gevaar van drugs, hetzij uit onwetendheid of met de bedoeling af te schrikken. Jonge-ren zijn soms beter geïnformeerd over drugs en druggebruik dan u. Zulke reacties kunnen heel wat weerstand uitlokken. Daarom is het goed u als ouder te informeren over de verschil-lende middelen. Kennis hebben over drugs en druggebruik, betekent dat u sterker in uw schoenen staat. Pro-beer eerst zelf tot rust te komen en u voldoende te informeren. U hoeft niet alles te weten. Overdrijf niet en maak altijd een onderscheid tussen de ver-schillende middelen en werkingen.

5. Een preek over gezondheidPessimistische voorspellingen met betrekking tot mogelijke lichamelijke schade spreken jongeren meestal niet aan. Zij maken zich over het algemeen weinig zorgen over hun toekomst. Jong zijn betekent immers dat je on-overwinnelijk bent en nog een heel leven voor je hebt. Daarbij hebben ze vaak het gevoel dat het hen niet zal overkomen.

Wat u beter NIET doet!

Page 15: Jongeren en drugs 2014

28 29

We vertelden u reeds dat u in het belang van de jongere niet kan toestaan dat de grenzen die u trekt, niet gerespecteerd worden. Soms moet u ook externe hulp zoeken. In sommige gevallen is er meer aan de hand dan louter druggebruik. Er zijn verschillende diensten in deze problematiek gespecialiseerd en op een aantal plaatsen is de hulp specifiek naar ouders gericht (adressen vind u achteraan deze brochure).

Belangrijk is tevens dat uw kind de natuurlijke gevolgen van zijn gedrag ervaart. Uit bezorgdheid en met veel goede bedoelingen worden de gevolgen van drug-gebruik vaak door de ouders zelf opgelost, opgevangen of opgeruimd. Hiermee ontneemt u de jongere de kans om met de nadelen van zijn gebruik te worden geconfronteerd. Op die manier wordt soms niet het kind beschermd, maar wel het druggebruik.

Zorg voor uzelfMinstens even belangrijk, naast de zorg voor uw kind, is de zorg voor uzelf.

Doe dingen voor uzelfVeel ouders stoppen zo veel tijd in het omgaan met het druggebruik van hun kind en zijn zo bezig met ‘redden’ dat ze nauwelijks aan zichzelf toekomen. Het is belangrijk aandacht en tijd te maken voor dingen die u zelf leuk vindt. Beloon en verwen uzelf. Probeer er zelf een gezonde levensstijl op na te houden (goede eet- en slaapgewoonten, regelmatig lichaamsbeweging, verantwoord genees-middelengebruik, enz.).

Zoek steun en schaam u nietDat uw kind gebruikt ligt niet aan u als ouder. U hebt de drugs niet aangeboden of uw kinderen verplicht die te gebruiken. Draag geen schuldgevoelens mee, jongeren zijn zelf verantwoordelijk voor hun gebruik. De vraag is ook niet ‘Bij wie ligt de schuld?’ maar wel ‘Hoe komen we er samen uit?’.

Indien u als ouder schuldgevoelens ervaart, is het van belang deze uit te spreken, want schaamte en schuld zorgen ervoor dat u uw kind te lang een hand boven het hoofd houdt. Op deze manier leren ze nooit zelf verantwoordelijkheid te ne-men. Praat erover met iemand uit uw vriendenkring of met ouders die hetzelfde hebben meegemaakt, met vertrouwenspersonen, huisartsen, hulpverleners, enz.

Uzelf isoleren maakt alleen maar dat u u nog slechter voelt. Bovendien is het belangrijk dat ouders beseffen dat ze niet alleen staan en dat dit in elk gezin kan voorkomen.

4. OnderhandelenWanneer de eerste emoties geluwd zijn, is het belangrijk om het probleem toekomstgericht te bespreken en af-spraken te maken rond verdere aan-pak. Een jongere die onder invloed is, is moeilijk aanspreekbaar. Iemands gedrag kan door druggebruik totaal veranderen. Dat gaat soms zover dat u uw eigen kind nauwelijks herkent. Hij of zij komt agressief uit de hoek of is juist zeer lusteloos en passief. Het heeft geen zin om in discussie te gaan met iemand die onder invloed is. Beloftes en afspraken worden dan

toch niet nagekomen of zelfs verge-ten. Wacht tot uw kind weer nuchter is voor u een gesprek aangaat.

5. ToezichtHet is belangrijk dat u verder toezicht houdt. Dat is iets anders dan controle uitoefenen. Toezicht houden is een ui-ting van interesse, van ‘zorgen voor’. Toezicht betekent bijvoorbeeld: weten met wie uw kind omgaat, waar hij heen gaat, hoe laat hij thuiskomt, of hij zich aan de afspraken houdt ...

Wat als uw kind doorgaat met het gebruik?In het hele proces van omgaan met het probleem is waardering, erkenning en aandacht voor uw kind heel belangrijk. Jongeren zijn veel kwetsbaarder dan ze lijken of dan ze zich willen voordoen. Wanneer alle schijnwerpers enkel op het druggebruik gericht zijn, is het niet altijd gemakkelijk het positieve van uw kind nog te zien. Dit positieve gedrag opmerken en benoemen, maakt echter vaak het verschil – het kan een negatieve spiraal doorbreken.

Maar wat als de jongere blijft volharden in zijn gebruik? Wat als uw kind bij de confrontatie met grenzen deze negeert en doorgaat met druggebruik?

Page 16: Jongeren en drugs 2014

30 31

Vermoedt u kenmerken van verslaving bij uw kind, speel dan liever zelf geen doktertje: vraag altijd een advies van een arts of gespecialiseerd centrum.

Hoe ontstaat een verslaving?Een verslaving ontstaat niet zomaar, noch van de ene dag op de andere. Het is het mogelijke eindresultaat van een proces waarbinnen verschillende onlosma-kelijk verbonden factoren (de gebruiker, het middel/activiteit zelf en de (leef)omgeving van de gebruiker) een rol spelen.

Experimenteren leidt echter niet noodzakelijk tot verslaving. Velen laten het ge-bruik of de activiteit immers vrij snel voor wat het is of weten het te doseren, de frequentie te beperken. Niemand raakt na een eerste pint verslaafd. Experimen-teel cannabisgebruik hoeft evenmin per definitie tot afhankelijkheid te leiden.

Risicovol wordt het indien het gebruik van het middel of het uitoefenen van een welbepaalde activiteit als vluchtmiddel wordt gezien voor problemen waarmee men kampt. Hier leidt het experiment vrij snel tot overmatig gedrag met mogelijk verslaving tot gevolg.

Over drugs en verslaving…

VerslavingMet verslaving bedoelen we het aanhoudend gebruik van roesmidde-len (alcohol, medicatie, tabak, drugs … ) of activiteiten (gamen, chatten, gokken, seks … ) waarbij voor elke betrokkene op onmiskenbare wijze vroeg of laat nadeel ontstaat.

Een verslaving kan zich lichamelijk en/of geestelijk uiten. Een lichamelijke versla-ving treedt op wanneer het lichaam niet meer zonder een bepaalde stof kan. Bij gebrek aan deze stof gaat men afkickverschijnselen (beven, zweten, misselijk-heid … ) vertonen. Een geestelijke verslaving uit zich wanneer men mentaal niet meer zonder een bepaald gevoel kan. De geestelijke verslaving valt het moeilijkst af te bouwen.

Bij een groeiende verslaving zien we dat men steeds meer en langer gebruikt dan men van plan was, werk en hobby’s verwaarloost, en ondanks de nadelige ne-venwerkingen van de roesmiddelen toch blijft doorgaan met het gebruik ervan. Hierbij kan er eveneens sprake zijn van tolerantie, dat wil zeggen dat men steeds meer dient te gebruiken om hetzelfde effect te bekomen (bv. slaapmiddelen).

Indien de betrokkene het gebruik of de activiteit stopt kunnen afkickverschijn-selen optreden.

Page 17: Jongeren en drugs 2014

32 33

VERDOVENDE MIDDELEN

STIMULERENDE MIDDELEN

ALCOHOL

Wat is het ? een kleurloze, smaakloze vloeistof

Verschillende dranken bezitten verschil-lende hoeveelheden alcohol. Bier bevat minder alcohol dan wijn of sterke drank.

In nieuwe drankjes als mixdrankjes kan 5% tot 20% alcohol zitten.

Wat doet het ?Alcohol is verdovend, neemt remmingen weg, versterkt de stemming waarin men op dat moment is, vermindert het reactiever-mogen en tast de motoriek aan.

Risico’s ?Alcohol geeft schade aan de lever, maag, hart, slokdarm, darmen en hersenen. Zware drinkers kunnen al op jonge leeftijd aan ge-heugenverlies lijden. Als men te veel drinkt kunnen er ruzies of ongelukken ontstaan of kan men een black-out krijgen (vergeten wat er is gebeurd). Na 2 glazen alcohol (dat wil zeggen 2 standaardglazen voor mannen; 1,5 glazen voor vrouwen!) kan en mag men niet meer deelnemen aan het verkeer. Alcohol is lichamelijk en geestelijk zeer verslavend.

SLAAP- EN KALMEERMIDDELEN

Wat is het ? = benzodiazepines of benzo’s.

Worden gebruikt bij slaapproblemen, angsten en spanningen.

Moeten door een arts worden voorge-schreven.

Wat doen ze?Men wordt minder angstig en gespannen en ze zorgen ervoor dat men beter kan inslapen of doorslapen. Men wordt trager en kalmer. Men kan suf en onverschillig worden en de con-centratie kan verminderen, net zoals het re-actievermogen. De spieren worden slapper en het gewicht kan toenemen bij langdurig gebruik.

Risico’sZe geven vervelende bijwerkingen zoals hoofdpijn, vermoeidheid, duizeligheid, mis-selijkheid en diarree. Bij te lang gebruik wordt het geheugen slechter en kan de persoonlijk-heid veranderen. Ze kunnen een tijdje goed werken maar het went snel. Na 2 weken heeft men al meer nodig en heeft men moeite om ermee te stoppen. Als men stopt voelt men zich lichamelijk en geestelijk niet prettig.

SPEED

Wat is het ? = pep of amfetamine.

Het wordt gemaakt in een (illegaal) laboratorium en is dus een designerdrug.

Speed kan worden geslikt (= pillen), ge-snoven (= poeder) en gespoten (= poeder opgelost in water).

Wat doet het ?Men voelt zich vol energie, heeft zin om te praten en om iets te doen. De concentratie neemt toe en men overschat zichzelf. Men voelt daarbij ook geen moeheid en geen honger. De pupillen worden groter en de spieren spannen zich. Men kan wel duizelig onrustig, angstig of prikkelbaar worden en hartkloppingen of hoofdpijn krijgen. Speed werkt 4 tot 8 uur.

Drugs

Drugs zijn genotmiddelenMensen gebruiken drugs omdat die middelen hun gedrag, gedachten, waarne-ming, bewustzijn en gevoelens veranderen. Zij maken u bijvoorbeeld gelukkiger, rustiger, actiever of agressiever. Sommige drugs zoals koffie, alcohol, tabak en medicatie zijn maatschappelijk aanvaard. Andere, de zogenaamde illegale drugs, zoals cannabis, marihuana, cocaïne en heroïne zijn verboden.

Drugs kunt u indelen op basis van het effect dat ze hebben: verdovend, halluci-nogeen of stimulerend. Sommige drugs hebben verschillende effecten. Mensen gebruiken drugs omdat ze genieten van wat dat bij hen teweegbrengt.

Aan het gebruik van genotmiddelen zijn risico’s verbondenEen van die risico’s is dat u er afhankelijk van kunt worden. Dat gebeurt niet van de ene dag op de andere. En het verschilt van product tot product. Daarnaast speelt ook de persoon die gebruikt en de omgeving waarin hij zich bevindt een belangrijke rol. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen lichamelijke en gees-telijke afhankelijkheid.

U bent lichamelijk afhankelijk van een product als uw lichaam niet meer zon-der kan. U wordt ziek als u stopt met gebruik. Vaak moet van het genotmiddel steeds meer gebruikt worden om hetzelfde effect te bereiken.

Geestelijke afhankelijkheid bestaat erin dat er een heel grote drang aanwezig is om het product opnieuw te gebruiken. U kunt u het leven niet meer voorstellen zonder. Dan zou het de moeite niet waard zijn.

Op de volgende pagina’s geven we een overzicht van de meest voorkomende drugs bij jongeren. We beschrijven kort wat de effecten zijn en welke risico’s gebruik ervan inhoudt. Voor meer uitgebreide informatie en voor de niet ge-noemde drugs verwijzen we naar de website van de druglijn: www.druglijn.be: klik op drugs ABC en omgaan met drugs. Klik dan op materiaal (helemaal boven-aan) voor diverse brochures, folders en lespakketten.

De verschillende soorten drugs kunt u globaal opdelen in 3 categorieën:

- de verdovende middelen,

- de stimulerende (opwekkende) middelen

- de hallucinogene (bewustzijnsveranderende) middelen.

Daarna behandelen we ook het fenomeen van de nieuwe media en gokken.

Page 18: Jongeren en drugs 2014

34 35

PADDO’S

Wat is het ? = paddenstoelen die psilocine of psi-

locybine bevatten. Dit zijn stoffen die de waarneming veranderen.

Paddo’s kunnen vers of gedroogd worden gegeten.

Wat doen ze ?Paddo’s geven hallucinaties waarbij men tijd en ruimte anders beleeft.

Risico’s ?Door een trip kan men verward en onrustig worden. Men kan ook een ‘bad trip’ heb-ben waarbij men dingen meemaakt die er in werkelijkheid niet zijn en die beangstigen. Hierdoor komen angst, depressie, paniek en achtervolgingswaanzin op de voorgrond wat van blijvende duur kan zijn.

De sterkte van paddo’s kan erg variëren. De dosis kan daarom gemakkelijk te hoog zijn. Het zelf plukken van paddo’s is riskant, ze kunnen erg lijken op giftige soortgenoten.

CANNABIS

Wat is het ? = weed (marihuana) bestaat uit de ge-

droogde toppen van de hennepplant.

= hasj (shit) is de samengeperste hars van de plant (bruine blokus).

Cannabis kan worden gerookt (een joint blowen, smoren of een waterpijp roken), gegeten (spacecake) of gedronken (thee met weed).

Wat doet het ?Cannabis heeft een dubbele werking: het is hallucinogeen en verdovend. Het zorgt voor een ontspannen, euforisch (high) gevoel en u krijgt een zwaar, versteend (stoned) gevoel in armen en benen. Men kan ook een lach- of een vreetkick krijgen en het versterkt de stemming waarin men op dat moment is, wordt dus vrolijker of juist treuriger. Canna-bis gebruiken zorgt soms voor hartkloppin-gen, rode ogen en een droge mond.

Risico’s ?

Cannabis roken is niet zo onschuldig als vroe-ger werd gedacht. Het is heel slecht voor u longen. Een joint bevat dubbel zo veel teer als een gewone sigaret.

Als men stoned is, lukt concentreren en lo-gisch denken moeilijk. Gebruik ervan is dus gevaarlijk in het verkeer en zelfs bij wet ver-boden.

Cannabis beïnvloedt ook het kortetermijn-geheugen waardoor leren moeilijker wordt.

Bij een hoge dosis kan men gaan flippen: een soort nachtmerrie met angst en paniek en bij gebruik van spacecake of hasjolie weet men nooit hoeveel men binnenkrijgt.

Veel en vaak roken kan de persoonlijke en lichamelijke ontwikkeling remmen. Weten-schappelijk onderzoek toont aan dat hoe jonger men begint te roken, hoe groter de kans dat men later ook andere drugs zal ge-bruiken. En ook dat sommige gebruikers er depressies en zelfs schizofrenie van kunnen krijgen.

HALLUCINOGENE MIDDELENRisico’s ?Men kan agressief, depressief of paranoïde worden, last hebben van angsten, wanen, rusteloosheid, geagiteerdheid en agressivi-teit of misselijk worden, braken en diarree krijgen.

Men kan last krijgen van slapeloosheid en hartkloppingen en voelt zich uitgeput als de speed is uitgewerkt. Als men speed langer gebruikt kan men ontzettend mager worden. Door langdurig speedgebruik kan het gebit beschadigd worden door knarsetanden.

ECODRUGS en SMARTDRUGS

Wat is het ? ‘Smartdrugs’ is de verzamelnaam van een hele reeks producten die een hoge dosis bevatten van legale producten, bv cafeïne.

‘Ecodrugs’ zijn onbewerkte, gedroogde kruiden of mengsels daarvan. Het gaat om stoffen zoals guarana, cafeïne of valeriaan.

Smartproduct zijn cocktails van kruiden en chemische producten.

Wat doen ze ?Smartdrugs hebben hetzelfde effect als een paar koppen koffie. Sommige ecodrugs heb-ben geen effect, andere zijn opwekkend, kalmerend of veroorzaken hallucinaties.

Risico’s ?De stimulerende middelen kunnen voor sla-peloosheid en hartkloppingen zorgen.

De ene persoon kan sterker reageren op een middel dan de andere. Dat weet men vaak niet van tevoren. Er is nog weinig bekend over de kwaliteit, effecten en risico’s ervan. Men weet nooit op voorhand welke dosis men binnenkrijgt.

TABAK

Wat is het ? = de gedroogde bladeren van de tabaks-plant en wordt verwerkt tot sigaretten, pijptabak en sigaren.

Wat doet het ?Bij verbranding van tabak komen verschil-lende chemische stoffen vrij: nicotine, teer en koolstofmonoxide zijn hiervan het meest schadelijk. Nicotine heeft een stimulerende werking op het lichaam, geeft een snellere hartslag, vernauwt de bloedvaten en ver-laagt de lichaamstemperatuur. Teer tast de slijmvliezen aan, geeft stof en vuil dat men moet ophoesten en maakt de longblaas-jes kapot. Koolstofmonoxide verdringt het zuurstof in het bloed waardoor de organen minder zuurstof krijgen.

Risico’s ?Tabak roken kan de stembanden beschadi-gen, veroorzaakt een hese stem en verhoogt de kans op keelkanker. Het beschadigt ook de longen (hoger risico op longkanker), hart en bloedvaten en vergroot de kans op een hersenbloeding. Uw conditie gaat achteruit en als u zwanger bent is er een groter risico op een miskraam of op een baby die astma-tisch is of te licht weegt. Tabak is lichamelijk en geestelijk verslavend.

Voor mensen die hun rookgedrag willen aan-pakken is er : www.rookstopaanbod.be

Page 19: Jongeren en drugs 2014

36 37

NIEUWE MEDIA?

In de meeste gezinnen is een computer, gsm, iPod of mp3-speler te vinden. Dit zijn ‘nieuwe media’. Ze zijn interactief en digi-taal. Men kan ze gebruiken om te commu-niceren, te werken, om bij te leren, te ont-spannen, om vrienden te ontmoeten of om iemand anders te zijn dan uzelf.

Nieuwe media en jongerenJongeren van vandaag zijn opgegroeid met internet en gsm. Ze maken dan ook gretig gebruik van de vele mogelijkheden die deze nieuwe media hen bieden. Zowat alle jonge-ren chatten en sms’en. Ze surfen op internet en hebben zelf een website, blog of facebook.

Grenzeloze mogelijkheden

Nieuwe media bieden steeds meer moge-lijkheden. Op ieder uur van de dag en nacht kan men er alle kanten mee uit. De grenzen van de media vervagen ook steeds. Met een digitale televisie kan men meer dan televisie kijken. Een gsm is al lang meer dan een tele-foon. Men kan er berichten en foto’s mee ver-sturen, video opnemen, een agenda bijhou-den en zelfs betalen. Ouders maken graag gebruik van gsm om op ieder moment con-tact te kunnen houden met hun kinderen. De mogelijkheden die de computer en het inter-net bieden zijn al helemaal niet te overzien.

Kansen ...De mogelijkheden van nieuwe media bieden veel kansen. Ze maken communiceren ge-makkelijker en geven een leerrijk venster op de wereld. Nieuwe media worden dan ook gretig gebruikt door school. Via de ‘digitale leeromgeving’ kunnen leerlingen online in contact blijven met hun school. Voor veel schooltaken is de informatie die op internet te vinden is, onontbeerlijk.

Maar niet alleen voor school of om te com-municeren zijn nieuwe media nuttig. Ook computergames hebben nut. Ze bevorderen de oog-handcoördinatie en stimuleren het strategisch denken.

... en gevarenDe grenzeloosheid van nieuwe media brengt ook gevaren mee. Bestaande fenomenen als pesten kunnen zich via nieuwe media op een veel venijniger manier manifesteren. Het venster op de wereld toont ook de minder fraaie kanten en grenzeloze mogelijkheden kunnen grenzeloos gedrag meebrengen.

Gamen en gokken

Iedereen wint graag. Gamen en gokken doen we om te winnen. Vaak zijn er punten of geld mee gemoeid. Hoe meer er op het spel staat, hoe spannender. Veel games of gokmachi-nes geven de illusie dat men zijn kansen zelf onder controle heeft. Iedere overwinning geeft een intense kick. De spanning, contro-le-illusie en kicks kunnen ervoor zorgen dat men de controle over zichzelf verliest.

Kunt u er verslaafd aan geraken?Nieuwe media nemen soms een te belang-rijke plaats in het leven van jongeren in. Sommigen controleren dwangmatig hun mail, verliezen voortdurend de tijd uit het oog wanneer ze gamen of voelen constant hun gsm trillen, ook wanneer hij niet afgaat. Wanneer andere activiteiten zoals hobby’s, gezinsactiviteiten of huiswerk moeten wij-ken voor nieuwe media, spreken we ook over een verslaving.

NIEUWE MEDIA EN GOKKEN

XTC

Wat is het ? = MDMA (3,4-methyleen-dioxy-metham-

fetamine)

Straatnaam : bollen

XTC wordt in een laboratorium gemaakt (designerdrug).

Het wordt geslikt als pil.

Wat doet het ?Ook XTC heeft een dubbele werking: halluci-nogeen (bewustzijnsveranderen) en stimule-rend (opwekkend). XTC maakt dat men zich minder moe voelt en verbonden voelt met de mensen om zich heen; men zal sneller in-tiem en vertrouwelijk worden met anderen. Verder verhoogt XTC de lichaamstempera-tuur en de bloeddruk. Soms krijgt men een stijf gevoel in de kaken en een droge mond en keel. Men kan ook misselijk worden. Een XTC pil werkt na ongeveer een half uur en is na 4 tot 6 uur uitgewerkt.

Risico’s ?Nog niet alles over XTC is bekend. Elke XTC pil is verschillend en men weet nooit welke stoffen er in de pil zitten, want het wordt il-legaal aangemaakt en er is natuurlijk geen kwaliteitsgarantie. Achteraf blijft vaak een depressief gevoel hangen met misselijkheid, stijfheid en hartkloppingen.

Door langdurig te dansen kan men overver-hit raken. Het kan zenuwcellen beschadigen wat kan leiden tot depressies en geheugen-stoornissen. Het beïnvloedt de coördinatie en maakt overmoedig, een gevaarlijke com-binatie in het verkeer.

COCAïNE

Wat is het ? = een opwekkende stof afkomstig van de bladeren van de cocastruik (Erythroxy-lon coca) en wordt vooral verbouwd in Zuid-Amerikaanse landen. Na chemische bewerking verkrijgt men een fijn kristal-achtig wit tot geelachtig poeder met een bittere smaak.

Cocaïnepoeder wordt meestal gesnoven, maar kan - opgelost in water - ook inge-spoten worden.

Gewone cocaïne roken is bijna onmo-gelijk. Daarom zet men het product om in een base, zo krijgt men crack of ‘gekookte coke’. Crack heeft een veel kortere werkingsduur en leidt sneller tot verslaving. Het product roken met een waterpijp of een speciaal crackpijpje, heet ‘basen’.

Wat doet het ?Cocaïne werkt stimulerend op de hersenen. Energie, euforie, een gevoel van opwinding en grote helderheid zijn de eerste effecten. Ze duren maximaal een uur. Cocaïne is een drug die vaak gebruikt wordt om te kun-nen presteren: men voelt zich sterk, actief, spraakzaam en vol zelfvertrouwen. Men houdt inspanningen langer vol zonder hon-ger, dorst of vermoeidheid te voelen. Eigen-lijk teert men op dat moment op reserves. In vergelijking met cocaïne heeft crack een heviger effect en een kortere werking, na-melijk vijf minuten tot een kwartier.

Risico’s ?Cocaïnegebruik kan leiden tot roekeloos-heid en tot uitputting, doordat men geen vermoeidheid, honger of dorst voelt tijdens gebruik. Op lange termijn kan het leiden tot angsten en waanvoorstellingen, agres-sie, rusteloosheid, en op lichamelijk vlak tot hartritmestoornissen en neusbloedingen. Het gecombineerde gebruik van alcohol en cocaïne houdt grote risico’s in.

HALLUCINOGENE MIDDELEN

Page 20: Jongeren en drugs 2014

38

Op de bank bij de juristDe meest gestelde juridische vragenJean-Pierre is magistraat en geeft antwoord op veelgestelde vragen.

Mijn kind vertelt mij dat alle drugs ge-legaliseerd zijn. Klopt dat? JP: “Dat klopt niet. In België is geen enkele drug - behalve alcohol - legaal, ook niet na de wetswijziging van 2003.”

Is het waar dat door de nieuwe drugwet-geving de politie geen proces-verbaal (pv) meer moet opmaken wanneer er cannabis gerookt wordt? JP: “Er is inderdaad een nieu-we drugwet van kracht sinds 2 juni 2003. Een van de aanpassingen in de drugwet bestaat erin dat er een vereenvoudigd pv zal opgemaakt worden wanneer meerderjarigen cannabis in hun bezit hebben die bestemd is voor persoon-lijk gebruik (zonder problematisch gebruik of zonder openbare overlast). Het gaat hier over het bezit van maximaal 3 gram cannabis of een cannabisplant. Ook in de nieuwe drugwet blijft drugbezit - ook cannabis - altijd strafbaar, bo-vendien geldt de wetgeving niet voor minder-jarigen. Het gebruik en bezit van cannabis bij minderjarigen is altijd vatbaar voor een (gerech-telijke) maatregel, ongeacht de hoeveelheid die de minderjarige bij zich heeft.”

Ik heb een zakje speed gevonden op de kamer van mijn zoon. Ben ik wettelijk ver-plicht hem aan te geven bij de politie? JP: “Neen, ouders hebben geen aangiftever-plichting wat betreft hun kinderen met drug-problemen.”

Moet ik de schade door mijn druggebrui-kend kind aan derden betalen? JP: “Zolang het gaat om minderjarige kinderen, zijn ouders burgerrechtelijk aansprakelijk. Zij moeten dus instaan voor de schade die door hun kinderen veroorzaakt wordt. Sommige druggebruikende jongeren stelen om drugs te kunnen betalen. Anderen plegen geweld of vandalisme terwijl ze drugs genomen hebben. Als deze feiten aan het licht komen, kunnen de ouders aangesproken worden om de schade te vergoeden.

Zelfs als de kinderen meerderjarig zijn, kunnen ouders juridische gevolgen ondervinden van hun druggebruik. Volgens de drugwet kan alles wat gebruikt werd bij een misdrijf (bijvoorbeeld de auto van vader) in beslag genomen worden en eventueel openbaar verkocht worden, ook al is de dader niet de eigenaar ervan. Bovendien kan, indien boetes of schulden niet betaald worden, beslag gelegd worden op de inboe-del van de ouders. Dat kan echter enkel als het meerderjarige kind nog thuis gedomicilieerd is en als ouders niet kunnen aantonen (aan de hand van aankoopbewijzen) dat de goederen hun eigendom zijn.“

Wanneer een politieman aan de deur staat voor een huiszoeking, kan ik dat dan weigeren? Wanneer het gaat om druggebruik van mijn kind, geldt een dergelijke huiszoeking dan voor het hele huis of alleen voor zijn kamer? JP: “Een huiszoeking kan slechts in een aantal gevallen rechtsgeldig plaatsvinden: ofwel mits een bevel dat afgeleverd wordt door de onderzoeksrech-ter, ofwel met instemming van de bewoners van de woning, ofwel in sommige gevallen bij betrapping op heterdaad.Wat betreft een huiszoeking met toestemming van de ouders, mag men ervan uitgaan dat die geldt voor alle kamers van de woning. Ook in de slaapkamers van de kinderen die nog min-derjarig zijn. Wanneer door de politiediensten toestemming wordt gevraagd, kan die worden geweigerd. In de meeste gevallen zal dan via de onderzoeksrechter voor een huiszoekingsbevel gezorgd worden.”

Mijn kind wordt door de politiediensten verzocht om een urinetest af te leggen. Wat zijn de gevolgen van een positieve urinetest? JP: “Indien deze urinetest werd af-genomen ten gevolge van een verkeerscontrole of na een verkeersongeval of –overtreding, zal in principe alleen strafvervolging worden inge-

Internetverslaving is een wereldwijd feno-meen dat steeds grotere proporties aan-neemt. Daarbij steken typische verslavings-kenmerken als stemmingsschommelingen, sociale isolatie, psychische afhankelijkheid en ontwenningsverschijnselen de kop op. Mindere schoolresultaten en zelfs depres-sie kunnen gevolgen zijn van internetver-slaving. Op verschillende plaatsen in Europa zijn kuuroorden ontstaan voor jongeren die niet meer zonder internet kunnen. Internet-verslaving is zelfs erkend als psychische af-wijking.

U kunt uw eigen gebruik testen op enkele internetsites. Aan de hand van een aantal vragen kunt u nagaan in hoever uw internetgebruik, drank- of druggebruik, gokgedrag, risicovol is:

www.druglijn.be/aan-de-slag.aspx.be

www.alcoholhulp.be

www.cannabishulp.be

TEST UW GEBRUIK …

39

Wat kan ik er tegen doen?Jongeren botweg verbieden om nieuwe media te gebruiken, blijkt averechts te werken. De aantrekkingskracht lijkt op die manier alleen maar te vergroten. Van jongs af aan moeten kinderen en jongeren leren omgaan met de mogelijkheden van nieuwe media. Ze moeten inzicht krijgen in de mogelijkheden en de risico’s van nieuwe media. Net zoals bij drugs is het ook bij nieuwe media belangrijk om grenzen te stellen. Daarvoor kunt u het best afspraken maken met uw kind over bijvoorbeeld computer- en gsm-gebruik. Probeer daarom ook wat toezicht te hebben op hoe uw kind met die zaken omgaat. Uw zoon of dochter hoeft echt niet te gaan slapen met de gsm. Een computer plaats u het best in een gemeen-schappelijke ruimte.

Praten met uw kind over computer en andere nieuwe media is vaak moeilijk. Er komen zo vlug nieuwe dingen bij dat u het gevoel krijgt er helemaal niets van te begrijpen. U hoeft helemaal geen expert te zijn om met uw kind over nieuwe media te praten. Door interesse te tonen voor het computergebruik van uw kind komt u al heel wat verder. Misschien steekt u iets op van uw kind en kunt u sa-

men gebruikmaken van de mogelijkheden van nieuwe media.

Heb voldoende oog voor andere interesses van uw kind. Probeer het te stimuleren om tijd te steken in een hobby of vrienden. Op die manier kunt u het internetgebruik mis-schien beperken zonder het te verbieden.

En natuurlijk is ook hier het goede voor-beeld geven van belang!

Page 21: Jongeren en drugs 2014

1) Wanneer een minderjarige betrapt wordt met drugs (ook cannabis), maakt de politie een PV op en bezorgt dit aan het parket. De ouders worden op de hoogte gebracht.

2) Bij het parket wordt beslist wat er met het dossier gebeurt. Er zijn verschillende mogelijkheden:

• Waarschuwingsoproeping

Als de feiten niet ernstig genoeg zijn om de jongere voor de jeugdrechter te brengen en men toch een duidelijk signaal wil geven dat de feiten niet gedoogd worden, kan het parket de jongere een waarschuwingsbrief sturen of worden de jongere en zijn ouders opgeroepen.

• Bemiddelingsvoorstel

Dit is een overleg tussen de minderjarige, zijn ouders en het slachtoffer, met een neutrale bemiddelaar erbij. Het herstel kan symbolisch zijn of in natura. Omdat er een slachtoffer moet zijn, komt dit niet zo vaak voor bij drugmisdrijven.

• Ouderstage voorstellen: wanneer de ouders duidelijk nalatig en onverschillig zijn ten aan-zien van het delinquent gedrag van hun kind, kan hen uitzonderlijk een ouderstage voorge-steld worden.

• Seponering (het dossier klasseren zonder ge-volg):

• Met waarschuwingsbrief;

• Met doorverwijzing naar vrijwillige hulpver-lening;

• Zonder meer.

3) De minderjarige is niet verplicht om in te gaan op de voorstellen van het parket en kan er de voorkeur aan geven om zijn zaak door een rechter te laten beoordelen. Als het parket zelf wil overgaan tot vervol-ging, moet het dossier voldoende aanwij-zingen van schuld bevatten.

In een eerste fase zal de jeugdrechter gevraagd kunnen worden om een voorlopige maatregel

steld wegens inbreuken op de verkeerswetge-ving. Deze wet verbiedt dat er gereden wordt onder invloed van drugs. Het weigeren van een urinetest onder deze omstandigheden is straf-baar, net zoals het weigeren van een bloedstaal of het weigeren van een ademhalingsproef.

Indien - los van elke verkeerssituatie - aan ie-mand gevraagd wordt een urinestaal te bezor-gen, is een weigering op zich niet strafbaar. Indien dergelijke test positief uitvalt, kan - af-hankelijk van de uitleg van diegene die positief heeft geplast - dit zeker aanleiding geven tot een gerechtelijke vervolging.”

Mijn kind is verslaafd maar wenst geen hulp. Kan ik hem of haar gedwongen la-ten opnemen? JP: “Een gedwongen opname is een wettelijke beschermingsmaatregel voor

mensen met een geestesziekte die een gevaar zijn voor zichzelf en/of anderen. De procedure verloopt via de vrederechter of via de rechtbank van eerste aanleg bij hoogdringendheid.

Omdat alcohol- of ander drugmisbruik strikt genomen niet onder deze definitie valt, zal een gedwongen opname slechts in zeldzame geval-len aan iemand met een alcohol- of drugpro-bleem worden opgelegd. Een gebruiker kan natuurlijk wel in een toestand terechtkomen waarbij een gedwongen opname toch wense-lijk is (bijvoorbeeld door een amfetaminepsy-chose).”

Wegwijs in de gerechtelijke procedureAls uw minderjarig kind in aanraking komt met ‘het gerecht’, wat dan? Wat kan er alle-maal gebeuren? Hoe verloopt zo’n procedure? Wij zetten de regels op een rij.

4140

van behoeding, bewaring en onderzoek te ne-men. Volgende voorlopige maatregelen kun-nen genomen worden:

• Maatschappelijk onderzoek naar de persoon-lijkheid van de jongere, eventueel in combina-tie met maximaal dertig uur gemeenschaps-dienst;

• Bemiddelingsvoorstel; zie hierboven

• Voorlopige maatregelen:

- Behoud in leefomgeving met ondertoezichtstel-ling van de sociale dienst of met voorwaarden;

- Plaatsing in pleeggezin, private voorziening, open of gesloten gemeenschapsinstelling, fe-deraal detentiecentrum.

Als de parketmagistraat van mening is dat er voldoende aanwijzingen zijn in het dossier en dat de zaak voldoende ernstig is, op basis van de observaties tijdens de voorlopige maatregel, zal hij in een tweede fase van de procedure de jongere (en zijn ouders) ten gronde dagvaarden voor de jeugdrechtbank. Zo niet zal hij sepone-ren. In dat geval houdt de voorlopige maatregel op en wordt het dossier gesloten.

4) Wanneer het parket wel degelijk ten gronde dagvaardt, kan de jeugdrechtbank een van de volgende jeugdbeschermings-maatregelen nemen, met een wettelijk vastgelegde volgorde van voorkeur:

• Voorstel herstelrechtelijk aanbod

Het herstelrechtelijk aanbod bestaat uit herstel-bemiddeling of herstelgericht groepsoverleg. Dit laatste is overleg tussen het slachtoffer, de jongere en andere personen die hen ondersteu-nen, samen met een onafhankelijk bemidde-laar. Er wordt getracht tot afspraken te komen

die voor alle betrokkenen aanvaardbaar zijn en die tot doel hebben de gevolgen van het ge-pleegde feit te herstellen.

• Geschreven project: In een geschreven pro-duct verwoordt de jongere welke verbintenis-sen hij wil opnemen om het misdrijf ‘goed te maken’.

• Ambulante maatregelen (de jongere blijft in zijn oorspronkelijke leefomgeving ):

• Berisping: dit is een vermaning door de jeugdrechtbank, waarna het dossier afgeslo-ten wordt;

• Ondertoezichtstelling: de sociale dienst van de jeugdrechtbank krijgt de opdracht om de evolutie van de jongere verder op te volgen;

• Intensieve educatieve begeleiding;

• Gemeenschapsdienst of prestatie van op-voedkundige aard en van algemeen nut, maximaal 150 uren; als deze naar behoren wordt uitgevoerd, wordt het dossier afgeslo-ten.

• Het volgen van een ambulante behandeling bij bv. een dienst die deskundig is op het ge-bied van alcohol- of drugverslaving.

• Plaatsing in pleeggezin, private voorziening, open gemeenschapsinstelling;

• Plaatsing in een gesloten afdeling van de ge-meenschapsinstelling of Everberg.

Deze maatregelen kunnen altijd worden gewij-zigd, ingetrokken of verlengd, met bepaalde beperkingen wat betreft plaatsing in gesloten voorzieningen, en met uitzondering van de berisping en de gemeenschapsdienst, die ‘aflo-pende’ maatregelen zijn.

Voor juridische informatie:Justitiehuis Leuven - Bondgenotenlaan 116 bus 3 - 3000 Leuven 016-30 14 50 | [email protected]

Gratis juridisch advies: balieleuven.be/gratis_advies.phpJustitiehuis Brussel (Nederlands) - Regentschapsstraat 61-63 - 1000 Brussel 02-557 76 11 | [email protected]