Jaarverslag 2010 Inhoudsopgave - Dudok Wonen · PDF fileJaarverslag 2010 3 6. Ambitie: Dudok...
Transcript of Jaarverslag 2010 Inhoudsopgave - Dudok Wonen · PDF fileJaarverslag 2010 3 6. Ambitie: Dudok...
Jaarverslag 2010
Inhoudsopgave
Voorwoord
1. Visie en missie
2. Onze inzet: een sociaal en economisch vitale Gooi en Vechtstreek
a. Samenwerking met onze klanten
i. HuurdersBelangenVereniging
ii. Bewonerscommissies
iii. KWH Huurlabel
iv. Sponsoring
b. Overleg met onze belanghouders
c. Overige verbindingen
i. Verenigingen van eigenaren
ii. Beheer voor derden
3. Ambitie: Dudok Wonen biedt meer mensen kansen op een passende wooncarrière
a. Kengetallen
b. Opbouw vastgoedportefeuille 2010
c. Betaalbare huurarrangementen
i. Regionale woonruimteverdeling
ii. Mutatiegraad
iii. Vrije sector verhuur
iv. Huur op Maat
v. Bijzondere verhuringen
vi. Huurverhoging
vii. Huurachterstanden
viii. Geschillenadviescommissie
ix. Overlastbemiddeling
x. Ontruimingen
xi. Onderhoud
Jaarverslag 2010 2
d. Betaalbare kooparrangementen
i. Woningmarkt
ii. Sociale koop
iii. Koop Goedkoop
iv. Verzilverd Wonen
v. Kengetallen
e. Meer mensen huisvesten
i. Herstructurering
ii. Nieuwbouw
iii. Wonen boven Winkels
4. Ambitie: Dudok Wonen maakt het weerloze weerbaarder
a. Strategische doelstelling Vangnet
i. Woondienstenzones
ii. geWoon op jezelf
iii. Daklozenopvang
iv. Crisisopvang
v. Tweede Kansbeleid
b. Strategische doelstelling Klimaat
i. inzet op energiereductie
1. In onze woningen
2. BeterPeter
3. WoonEnergie
ii. inzet op energieproductie
c. Strategische doelstelling Cultureel erfgoed
i. Behoud
ii. Ontwikkelen
1. Melkfabriek
2. Politiepost
3. Ons gebouw
4. Bensdorpfabriek
5. Jan Bottemastraat
5. Ambitie: Dudok Wonen streeft naar optimaal financieel en maatschappelijk
rendement
a. Strategische doelstelling: Waardemanagement
b. Strategische doelstelling: Sturingsmodel
c. Strategische doelstelling: Financiële continuïteit
d. Strategische doelstelling: Optimale inrichting beleggersrol
e. Strategische doelstelling: Streven naar meer financieel bewustzijn
Jaarverslag 2010 3
6. Ambitie: Dudok Wonen presteert, verbindt en beweegt mee
a. Strategische doelstelling: investeren in het kapitaal van de organisatie
b. Strategische doelstelling: efficiënte inrichting werkprocessen
7. Verslag van de Ondernemingsraad
8. Verslag van de Raad van Commissarissen
9. De rechtspersonen
10. Financiële exploitatie
11. Risico-Management
12. Aedex
13. Verklaring
14. Geconsolideerde balans
15. Geconsolideerde winst- & verliesrekening
Jaarverslag 2010 4
Voorwoord
Twitterend de toekomst in
Iedereen wil voorspellen, maar wie kan goed voorspellen? Ik durf maar één voorspelling te doen:
voorspellingen komen zelden uit. Dat is natuurlijk niet leuk in een tijdvak dat de hang naar
zekerheden alsmaar groter wordt. Maar die zekerheden zijn er niet. Je kunt hoogstens proberen
om zo goed mogelijk met onzekerheden om te gaan. Dat is waarin Dudok Wonen in 2010 een
aantal stappen heeft gezet. Veel beleidskaders zijn geactualiseerd, het risicomanagement en de
rapportages zijn verbeterd, de mogelijkheden om telkens te kunnen bijsturen zijn vergroot. Dat
helpt bij het kunnen inspelen op nieuwe ontwikkelingen. Vanuit deze verbeterde organisatie, kijken
we ook steeds scherper naar de toekomst. Op een bijna organische manier ontvouwt zich het
profiel van onze ´corporatie van de 21e eeuw´. Dat gaat ons hopelijk goed van pas komen bij het
herijken van onze bedrijfsstrategie in 2012.
Organisatorische verbeteringen moeten uiteindelijk wel leiden tot prestaties. Om ons presteren te
meten, is begin 2011 een nieuwe maatschappelijke visitatie afgerond. Daaruit blijkt dat we over
bijna de gehele breedte beter presteren dan vier jaar geleden. Dudok Wonen scoort op 19 van de
29 meetpunten ‘boven de norm’. Vier jaar geleden werd 2 keer ‘boven de norm’ gescoord. Het
visitatierapport schrijft hierover dat ‘het leuk is om te zien dat het management aan de hand van
de uitkomsten van de vorige visitatie aan de slag is gegaan en dat deze acties effect hebben
gesorteerd’. Dit oordeel nodigt ons uit om op de ingeslagen weg door te gaan.
In ons jaarverslag vindt u de jaarrekening. Het toont een goed financieel resultaat. Dat sluit aan bij
mijn waarneming dat Dudok Wonen financieel gezond is. Maar eigenlijk kan je dit oordeel
nauwelijks ontlenen aan het gepresenteerde financiële resultaat. Externe regels schrijven voor hoe
wij moeten boekhouden. Dat leidt elk jaar opnieuw tot grote af- en bijschrijvingen op ons
vastgoed. Een betrouwbare relatie met de werkelijkheid is daarin moeilijk te vinden. Die
werkelijkheid moet u vooral zoeken in onze robuuste solvabiliteit en goede kasstromen. Die
bepalen onze toekomstige investeringsmogelijkheden.
Onze perspectieven zijn dus goed. Maar u weet het, hoe groot is de kans dat een voorspelling
uitkomt? Een advies is hier dus op zijn plaats. Het lezen van dit jaarverslag geeft u veel informatie.
Maar voor het doorgronden van onze toekomst, raad ik u vooral aan om actuele ontwikkelingen te
blijven volgen op Twitter, YouTube, Facebook en al die andere plaatsen op het internet waar wij
dagelijks actief zijn.
Leon Bobbe, directeur-bestuurder
Hilversum, 14 juni 2011
Jaarverslag 2010 5
Hoofdstuk 1 - Visie en Missie
Visie
Onze visie omschrijft hoe we onszelf zien als wooncorporatie. De visie bestaat uit de
volgende elementen:
• Dudok Wonen is een private maatschappelijke onderneming in het domein van het wonen.
• Wij laten ons leiden door het geloof in de kracht van mensen.
• Onze omgeving verwacht dat we presteren en dat doen we ook. Onze doelstellingen kiezen
wij in actieve en open dialoog met onze lokale en regionale belanghouders. Permanent
bewegen wij mee en spelen in op veranderingen in de maatschappij. Wij zijn transparant in
wat wij doen en in de verantwoording van onze gerealiseerde prestaties.
• Om onze sociale doelstellingen te realiseren, opereren wij als een lange-termijn
investeerder, gericht op waardecreatie.
• De beleidskeuzes worden mede bepaald door de ontwikkelingen in het gebied waarin wij
werken. Dit werkgebied maakt onderdeel uit van de noordelijke Randstad waarin vraag en
aanbod op de woningmarkt nog lange tijd met elkaar op gespannen voet zullen staan.
• Als maatschappelijke onderneming nemen wij onze verantwoordelijkheid op het gebied van
duurzaamheid.
Missie
Dudok Wonen vergroot de onafhankelijkheid van mensen op de woningmarkt. Wij bieden hen
kansen op een hierbij passende wooncarrière. Bijzondere aandacht geven wij aan mensen die niet
zelfstandig in hun huisvesting kunnen voorzien. We nemen initiatieven en zetten onze middelen in
om samen met anderen te werken aan een sociaal en economisch vitale regio en het behoud van
het culturele erfgoed.
Jaarverslag 2010 6
Hoofdstuk 2 - Onze inzet: een sociaal en economisch vitale Gooi
en Vechtstreek
a. Samenwerking met onze klanten
i. HuurdersBelangenVereniging
Iedere maand vindt er een overleg plaats met het dagelijks bestuur van de
HuurdersBelangenVereniging (HBV) van Dudok Wonen. In deze overleggen nemen we de
HBV mee in onze beleidskeuzes en vragen wij hen op bepaalde onderdelen ook advies.
Dit jaar hebben wij de HBV om advies gevraagd op de volgende onderdelen:
• basiskwaliteit bij mutaties;
• basiskwaliteit bij reparaties;
• voorstellen van de werkgroep Brede Kijk in het kader van een nieuw
woonruimteverdeelsysteem;
• aanpassingen Algemene Voorwaarden;
• klachtenafhandeling.
Over andere onderwerpen is de HBV maandelijks bijgepraat, zoals interne
organisatieveranderingen, landelijke en regionale aanpassingen in wet- en regelgeving. Een
groot aandachtspunt voor de HBV blijft de klanttevredenheid. Dit onderwerp, in de vorm
van de uitrol van onze klantenvisie, is daarom een vast agendapunt van het overleg tussen
de HBV en Dudok Wonen.
Dit jaar hebben we op een meer informele wijze het jaar gezamenlijk afgesloten. Met
elkaar is gediscussieerd over alle nieuwe ontwikkelingen die vanuit de politiek op ons
afkomen. We vinden het van belang om ook de HBV mee te nemen in de dilemma’s
waarvoor Dudok Wonen de komende tijd staat.
ii. Bewonerscommissies
Hilversum
Dudok Wonen kent een aantal actieve bewonerscommissies waarmee regulier overleg
gevoerd wordt. Voorbeelden hiervan zijn de commissies van de Johannes Huslaan en de
Ambrosiushof.
Bij groot onderhoud en/of herstructurering vinden we het belangrijk vooraf bewoners te
betrekken bij het project. Hiertoe wordt een bewonerspanel/klankbordgroep samengesteld,
waarmee gedurende het project gesprekken plaatsvinden. Uiteraard worden bij dergelijke
projecten ook bewonersavonden georganiseerd.
Naarden
Met de bewonerscommissie in Naarden heeft afstemming plaatsgevonden over het
onderhoud aan de binnengalerijvloeren van de flat aan het Binnenhof in 2009/2010.
Jaarverslag 2010 7
Bussum
In Bussum is aan de Jan Bottemastraat 4 tot en met 54 in 2010 gestart met de uitvoering
van groot onderhoud aan de buitenzijde. De bewoners zijn middels wekelijkse
nieuwsbrieven geïnformeerd over de voortgang van het project. Twee bewoners waren
tijdens dit project, namens de bewoners in het complex gesprekspartner voor Dudok
Wonen. Er is op constructieve wijze (mede dankzij de bewoners) overleg geweest met
bewoners. Na het afronden van het project is dit initiatief door de bewoners zelf
opgeheven. Bewoners hebben aangegeven zelf initiatief te nemen als er behoefte is aan
een bewonersoverleg met Dudok Wonen. De bewonerscommissie De Heul is eind 2010
weer actief geworden. Het eerste overleg met Dudok staat gepland begin 2011.
Individueel initiatief
Bewoners kunnen ook met een specifiek doel gezamenlijk initiatief nemen. In de
Spijkerstraat in Bussum gaven de bewoners aan dat de veiligheid afnam, regelmatig
vonden er inbraken plaats. Een bewoner heeft contact gezocht met Dudok Wonen en de
vraag gesteld wat Dudok Wonen kan betekenen in het kader van inbraakwerend hang- en
sluitwerk. Dit heeft geresulteerd in een samenwerking tussen DW en de bewoners. Dudok
Wonen faciliteerde door voor een scherpe prijs sluitwerk te laten aanbieden. De bewoners
hebben zelf het sluitwerk aangebracht.
iii. KWH Huurlabel
De dienstverlening van Dudok Wonen is dit jaar wederom door KWH gemeten. Het KWH-
Huurlabel behalen is geen doel op zich. Het is een manier om een ander doel te bereiken:
tevreden klanten. Hiervoor zetten de vestigingen zich elk jaar hard in. Door periodieke
metingen ontstaat een continu verbeterproces. Halverwege 2010 zijn we door KWH
gemeten op de onderdelen: corporatie bezoeken, woning zoeken, woning betrekken, huur
betalen en reparatie uitvoeren. Alle onderdelen hebben we gehaald. Het gemiddelde
klanttevredenheidscijfer op basis van alle gemeten onderdelen bij elkaar is 7,5. Zoals bij
iedere KWH meting blijven de klanten de klantvriendelijkheid en deskundigheid van de
medewerkers waarderen.
Mede op verzoek van de HBV is in 2009 onze dienstverlening aangescherpt. Dit heeft
uiteindelijk geresulteerd in een klantenvisie. Centraal in deze visie staat het werken vanuit
Ziel en Zakelijkheid. We doen dit door te handelen vanuit onze kernwaarden Verbinden,
Bewegen en Presteren. Met de uitrol van deze visie is in 2010 in nauwe samenwerking met
de HBV een start gemaakt. Een onderdeel hiervan is de introductie van één centraal
telefoonnummer. Voorheen kwamen veel bellers op de verkeerde afdeling terecht, doordat
er verschillende telefoonnummers in omloop waren. Daarnaast is het bewonersgedeelte
van onze website aangepakt. Er is nu veel meer informatie over huren en kopen te vinden
op de website. Naast deze externe aanpassingen zijn we hard met elkaar bezig om de
uitgangspunten van de klantenvisie te integreren in ons dagelijks handelen.
Jaarverslag 2010 8
Een interne werkgroep heeft verschillende interne acties ondernomen om meer
ruchtbaarheid aan de visie te geven. In 2011 wordt dit onder begeleiding van een
gespecialiseerd bureau verder uitgewerkt voor alle medewerkers van Dudok Wonen.
iv. Sponsoring
Woongenot gaat om meer dan alleen het wonen in een fraaie woning. Ook onze
woonomgeving bepaalt of wij met plezier thuiskomen. Dudok Wonen voelt zich
medeverantwoordelijk voor de vitaliteit van Gooi en Vechtstreek. Gesponsord zijn ZappCity
(12.000 euro), Hilversumse Architectuurprijs (1000 euro), Jazz festival (1000 euro), Dudok
Muziektent (1000 euro), Het Nederlands Vestingmuseum (5000 euro), Schoolgids
Kruispunt (250 euro), Stichting Hilversum Pas Op (1000) en Bussum op IJs (1190 euro) en
Bussum Cultureel (752 euro), The Borneo Initative (2500 euro), Vogelasiel (1000 euro).
Voor vrijwel al deze sponsorobjecten geldt dat onze klanten er gratis gebruik van konden
maken.
b. Overleg met onze belanghouders
Het primaire doel van overleg met belanghouders is het verbinden van de corporatie met de
samenleving. Concreet uit zich dit in het ophalen van de agenda, het creëren van draagvlak
voor beleid en het afleggen van verantwoording. Dudok Wonen is hierin ook een private
maatschappelijke onderneming. Dit vereist een verbinding tussen het ondernemerschap van
Dudok Wonen en de maatschappij waarvoor ze opereert.
In de visie van Dudok Wonen staat: Onze omgeving verwacht dat we presteren en dat doen we
ook. Onze doelstellingen kiezen wij in actieve en open dialoog met onze lokale en regionale
belanghouders. Permanent bewegen wij mee en spelen in op veranderingen in de
maatschappij. Wij zijn transparant in wat wij doen en in de verantwoording van onze
gerealiseerde prestaties.
Dudok Wonen heeft zijn primaire belanghouders benoemd. Dit zijn de
HuurdersBelangenVereniging, de gemeenten Hilversum, Bussum en Naarden, en zorg- en
welzijnsinstellingen. Contact met onze belanghouders vindt plaats op strategisch niveau over
de doelstellingen en de maatschappelijke agenda en binnen lopende activiteiten en projecten.
In 2010 heeft de belanghoudersparticipatie hoofdzakelijk plaatsgevonden in de reguliere
overleggen met belanghouders. Hierbij is voornamelijk afstemming gezocht op de
maatschappelijke agenda. Op projectniveau zijn belanghouders in hun rol als coproducent
betrokken bij de afstemming van projecten. Bewoners en omwonenden worden bij groot
onderhoud en herstructureringsprojecten betrokken.
In de zomer van 2010 is er daarnaast een kennismakingsavond georganiseerd met de nieuwe
gemeenteraad van de gemeente Hilversum. Doel van deze avond was de nieuwe en
terugkerende raadsleden kennis te laten maken met Dudok Wonen.
Jaarverslag 2010 9
Er werden toelichtingen gegeven op de strategie van Dudok Wonen en de verscheidende
projecten van Dudok Wonen in de gemeente Hilversum. De raadsleden hebben deze avond als
informatief en positief ervaren.
Belanghoudersoverleggen
Dudok Wonen neemt deel aan diverse belanghoudersoverleggen. Hieronder zijn de reguliere
overleggen met de belanghouders en de besproken onderwerpen weergegeven.
Overleg Belanghouder Onderwerpen en
afspraken
Overleg huurders HuurdersBelangenVereniging Informeren over strategie en
uitwerking daarvan in o.a.
Klantvisie
Projectgroep Brede Kijk op
de woonruimteverdeling
Gewest Gooi en Vechtstreek,
de negen regiogemeenten,
vertegenwoordigers van de
vijf grootste corporaties
Gezamenlijke ontwikkeling
en uitvoering van het
woonruimteverdelingsbeleid
door de corporaties, t.b.v.
realisatie doelen Regionale
Woonvisie
Bestuurlijk overleg
Hilversum
Gemeente Hilversum,
Alliantie en Gooi en
Omstreken
Uitvoering regionale
woonvisie, strategie van de
corporaties, klimaattop
Bestuurlijk overleg Bussum Gemeente Bussum Afspraken over
duurzaamheidsdoelstellingen
en monitoring van het
maximum aantal te
verkopen woningen in
Bussum, toelichten strategie
Bestuurlijk overleg Naarden Gemeente Naarden en
Woningstichting Naarden
Stand van zaken en
evaluatie van
prestatieafspraken 2009-
2010
Regio-overleg Corporaties Gooi- en
Vechtstreek
Coöperatieve samenwerking,
elkaar informeren en
‘meenemen’
Werkgroep Wonen Hilversumse corporaties en
gemeente Hilversum
Monitoring (voldoen aan
regels) verhuur. Afstemming
herstructurering, tijdelijke
verhuur, etc.
Jaarverslag 2010 10
Portefeuillehouderoverleg
Wonen, Welzijn, zorg
Alle regiogemeenten en
corporaties Gooi en
Vechtstreek
Afstemmen activiteiten
die voortvloeien uit
Regionale Woonvisie.
Eind 2010 is er door de
regiogemeenten
besloten dat de
aanwezigheid van de
corporaties bij dit
overleg niet meer
gewenst is.
Wonen, welzijn, zorg Alle regiogemeenten en
corporaties Gooi en
Vechtstreek
Invoeren sterrensysteem
voor seniorenwoningen
SEV SEV, ministerie van VROM, aan
experiment deelnemende
corporaties
Inrichten, monitoren en
afstemmen experiment
Huur op Maat
c. Overige verbindingen
Verenigingen van eigenaren
Door de verkoop van appartementen ontstaan er Verenigingen van Eigenaren (VvE’s).
Inmiddels maakt Dudok Wonen onderdeel uit van 46 VvE’s. Onze rol hierin betreft de
eigenaarsrol en verhuurdersrol. De beheerders- en bestuurdersrol zijn uitbesteed.
Beheer voor derden
Dudok Wonen beheert 297 verhuureenheden voor derden. Dit zijn eigendommen van:
• gemeente Naarden;
• Stichting Woonzorg Theodotion-Dudok;
• Goois Wonen B.V.
Jaarverslag 2010 11
Hoofdstuk 3 - Ambitie: Dudok Wonen biedt meer mensen kansen
op een passende wooncarrière
a. Kengetallen
Onderstaande tabel geeft een overzicht van de aantallen gehuisveste huishoudens. Dit omvat
huurwoningen en koopwoningen. De omvang van de voorraad huurwoningen betreft de stand
per ultimo van het jaar 2010. De omvang van de kooparrangementen betreft het cumulatieve
aantal verkochte woningen per koopproduct. In 2010 is het aandeel kooparrangementen van
het aantal gehuisveste huishoudens gegroeid van 6,8% naar 9,1%.
Figuur 1: Aantallen gehuisveste huishoudens
We zien in de opbouw van de portefeuille dat het aantal kooparrangementen is gegroeid met
175 stuks. Dit volgt onze ambitie om een verdeling van 50% - 50% tussen onze koop- en
huurarrangementen in 2020 te bereiken. Ondanks de stijging van het aantal verkopen zien we
dat het aantal gehuisveste huishoudens in 2010 is gegroeid. Door middel van het
verkoopprogramma wordt het mogelijk om nieuwe woningen te bouwen en te investeren in
sociale koop andere woning.
Jaarverslag 2010 12
b. Opbouw vastgoedportefeuille 2010
De portefeuille van Dudok Wonen (inclusief Goois Wonen B.V.) bestaat eind 2010 uit 6.605
huurwoningen, 664 kooparrangementen en 817 overige vastgoedobjecten.
2010 2009
Huurwoningen
Eengezinswoning 3.474 3.506
Duplexwoning 111 111
Etagewoning 1.091 1.061
Galerijwoning 1.676 1.698
Kamer 117 118
Maisonnette 89 91
Begeleid Wonen 24 24
Verzilverd wonen 23 21
Totaal 6.605 6.630
2010 2009
Prijsklasse woningen1
Tot € 357,37 1.258 1.424
€ 357,37 tot € 511,50 3.123 3.337
€ 511,50 tot € 647,53 1.568 1.329
Vanaf € 647,53 489 416
Transformatie 167 124
Totaal 6.605 6.630
2010 2009
Kooparrangementen
Koop Goedkoop (grond in erfpacht) 336 240
Sociale Koop (grond in erfpacht) 328 249
Totaal 664 489
1 De indeling van de contracthuren in prijsklasse is overeenkomstig de huurtoeslaggrenzen 2009/2010. De categorie transformatie betreft leegstaande verhuureenheden i.v.m. renovatie en verkoop.
Jaarverslag 2010 13
2010 2009
Overig vastgoed
Garages en parkeerplaatsen 634 642
Bedrijfsruimten en winkels 49 62
Zorgcentrum 2 2
Standplaatsen 76 71
Bergruimten 41 41
Kantoren 7 7
Kinderdagverblijf 2 2
Atelier 1 1
Ontmoetingscentra 2 2
Steunpunten 3 3
Totaal 817 833
Totaal objecten 8.086 7.952
In 2010 is de woningvoorraad als volgt gemuteerd:
- oplevering 72 nieuwbouwwoningen
- oplevering 67 woningen na herstructurering
- aankoop van 2 woningen met het product verzilverd wonen
- aankoop van 12 nieuwbouwwoningen
- verkoop van 148 woningen uit eigen bezit
- 30 woningen uit exploitatie ten behoeve van herontwikkeling
In 2010 zijn 40 woongelegenheden ten behoeve van onze doelgroepen opgeleverd met een
verkrijgingsprijs boven EUR 200.000. In Hilversum zijn 12 appartementen te Hilversum ten
behoeve van jonge mensen met een lichte lichamelijke en/of verstandelijke beperking in
exploitatie genomen. De bewoners worden begeleid door stichting Sherpa.
In Bussum zijn 21 appartementen aangekocht ten behoeve van de huisvesting van
starters en 7 appartementen ten behoeve van de huisvesting van jongeren.
Daarnaast zijn 2 woningen aangekocht in het kader van het product Verzilverd Wonen met een
verkrijgingsprijs boven EUR 200.000.
Flexibele voorraad
In 2010 is voor de beslissing of een woning wordt verkocht dan wel verhuurd gewerkt met de
complexenverkooplijst 2010. Indien een woning muteert die op deze lijst staat dan wordt deze
te koop aangeboden, zo niet dan komt de woning weer terug in de verhuur. In 2010 is de wens
ontstaan om meer flexibiliteit te brengen in de keuzemogelijkheid om een woning te huur of te
koop aan te kunnen bieden om daarmee nog beter op de vraag uit de regio te kunnen inspelen.
Jaarverslag 2010 14
Daartoe gaat Dudok Wonen vanaf 2012 starten met de flexibele voorraad. Hiervoor zijn in
2010 de eerste voorbereidingen getroffen. De flexibele voorraad houdt in dat iedere woning die
tot de flexibele voorraad wordt gerekend geschikt is voor zowel verhuur of verkoop. Het gevolg
van een groot aantal woningen in de flexibele voorraad is dat zowel het totale potentiële
aanbod aan koopwoningen als het potentiële aanbod aan huurwoningen hiermee optimaal is.
c. Betaalbare huurarrangementen
i. Regionale woonruimteverdeling
Dudok Wonen speelt al enkele jaren een actieve rol in de regionale projectgroep ‘Brede kijk
op de woonruimteverdeling’, waarin zeer intensief wordt samengewerkt door
vertegenwoordigers van de negen regiogemeenten en de vijf corporaties die in Gooi en
Vechtstreek werkzaam zijn. De projectgroep heeft de opdracht een advies uit te brengen
over een toekomstvisie op de woonruimteverdeling in de regio Gooi en Vechtstreken. Eén
van de adviezen luidt dat het huidige systeem van woningtoewijzing toe is aan herziening.
Doorstroming moet worden bevorderd om de krappe woningmarkt vlot te trekken.
Jongeren, jonge gezinnen en senioren zijn van belang om de ontgroening en vergrijzing
een hoofd te bieden.
Na het opstellen van gezamenlijke uitgangspunten, is in het najaar van 2010 een nieuw
verdeelsysteem vastgesteld. Er is een overstap gemaakt van een aanbodsysteem op basis
van leeftijd en woonduur naar een aanbodsysteem op basis van zoekwaarde. Volgorde van
toewijzing vindt plaats op basis van inschrijfduur, waarbij een woningzoekende na
acceptatie van een woning 75% van zijn inschrijfduur behoudt. De optelsom van de nieuwe
inschrijfduur plus 75% van de oude inschrijfduur noemen we zoekwaarde. Toewijzing vindt
dan plaats op volgorde van zoekwaarde. De begrippen starter en doorstromer uit het
huidige systeem komen daarmee te vervallen. Het grote belang voor de woningzoekende
bestaat eruit dat na verhuizing niet achteraan de rij hoeft te worden begonnen, waarmee
ook kleinere stappen in de wooncarrière mogelijk worden. Voor spoedzoekers komt er een
spoedzoekregeling en kleine gemeenten mogen 30% van hun verhuringen met voorrang
aanbieden aan hun eigen inwoners. Op aandringen van Dudok Wonen is er een
mogelijkheid gekomen om voor jongeren tot en met 25 jaar woningen te blijven verloten.
Hierdoor kunnen we de jongste jongeren kansen op de woningmarkt blijven bieden.
Specifiek geschikte woningen worden met ‘voorrang voor’ specifieke doelgroepen
aangeboden.
Het nieuwe woonruimteverdeelsysteem moet nog worden voorgelegd aan alle
gemeenteraden uit de regio. Na vaststelling door de raden kan de implementatie worden
gestart en Woningnet worden aangepast. De verwachting is dat in het najaar van 2011 kan
worden gestart met de nieuwe regels voor woonruimteverdeling.
Jaarverslag 2010 15
ii. Mutatiegraad
De mutatiegraad van onze huurwoningen in 2010 bedraagt 8%. Als we alle
verhuureenheden beschouwen, komt dit percentage eveneens uit op 8%.
iii. Vrije sector verhuur
De verhuur van vrije sector woningen blijft grillig. De economische crisis heeft ook hier zijn
invloed. In het ondersegment (< 900 euro) zijn vrije sector woningen goed te verhuren,
omdat het uitkomst biedt voor mensen die geen woning willen of kunnen kopen. Het
duurdere segment vereist meer inspanning en creativiteit.
In 2010 zijn 128 vrije sector woningen verhuurd. Dit betreft zowel bestaande bouw
(mutaties) als nieuwe verhuringen (nieuwbouw).
Halverwege het jaar zijn een aantal vrije sector woningen ook op Woningnet gepubliceerd.
iv. Huur op Maat
Per 1 december 2010 is besloten de uitgifte van nieuwe Huur op Maat contracten te
bevriezen totdat de uitkomsten van het experiment bekend zijn. Hiervoor is gekozen omdat
het instrument Huur op Maat zoals dat nu is opgezet, niet goed tot zijn recht komt door de
regelgeving vanuit de EC-beschikking en het Regeerakkoord.
Voor bestaande Huur op Maat contracten verandert er niets, de inkomens worden jaarlijks
getoetst. Voor nieuwe verhuringen geldt het reguliere huurbeleid. In 2010 zijn 113 Huur
op Maat contracten afgesloten.
v. Bijzondere verhuringen
Bussum Hilversum Naarden
2% regeling 4 7 1
2de kans 1 2 1
Urgenten 11 10 1
SV-urgenten 0 10 2
Statushouders 6 11 3
Vestigers 2 5 0
Tijdelijke verhuur 0 10 2
Overig vangnet 1 - -
Woningruil 6 - -
Contractwijziging 3 - -
vi. Huurverhoging
Ook dit jaar was alleen een inflatievolgend huurbeleid toegestaan. De sociale huren zijn op
1 juli 2010 met maximaal 1,2% verhoogd. Voor de geliberaliseerde voorraad hebben we dit
percentage verhoogd met 0,4%. Deze opslag is vastgelegd in onze geliberaliseerde
huurcontracten. De gemiddelde huurverhoging is hiermee uitgekomen op 1,26%.
Jaarverslag 2010 16
vii. Huurachterstanden
Per 31 december 2010 bedroeg de huurachterstanden van actieve contracten 0,88%. Onze
norm is 0,7%. De achterstand van niet-actieve contracten bedraagt 0,6%. Dit is ruim
hoger dan de norm (0,3%). Vooral de laatste zes maanden is sprake van een veranderende
betalingsattitude. De economische tegenwind heeft hier veel invloed op. Dit heeft geleid tot
een nog strakker incassobeleid. Het traject dat hierbij past gaat als volgt: huurders
ontvangen twee aanmaningen, daarna wordt er een sommatie gestuurd. Ook zoeken we
persoonlijk contact met de klanten. Zo worden klanten gebeld, dit kan ook in de avonduren
gebeuren. De medewerkers Incasso gaan ook met de woonconsulent op huisbezoek om
met de klant mee te denken over oplossingen, bijvoorbeeld betalingsafspraken of een
advies.
In 2010 is 74% van alle achterstallige vorderingen in behandeling genomen bij de
deurwaarder. Daarnaast wordt een groot aantal oninbare vorderingen door de deurwaarder
in de schuldbewaking genomen. De achterstanden zijn inclusief overige vorderingen.
Overige vorderingen zijn bijvoorbeeld stook- en servicekosten, mutatiekosten,
deurwaarderskosten en werkzaamheden voor rekening huurder.
viii. Geschillenadviescommissie
Als klanten er met Dudok Wonen niet meer uit komen, kunnen zij terecht bij de
geschillenadviescommissie. De geschillenadviescommissie is een onafhankelijke commissie,
bestaande uit drie leden. Per 1 januari 2010 is op voordracht van de
HuurdersBelangenVereniging mevrouw E.R. Dijksma-Potjer herbenoemd voor drie jaar.
Beide andere leden zijn: de heer H. Bos (voorzitter van de commissie) en mevrouw M.A.W.
Smeekes (secretaris van de commissie). De heer Bos is per 31 december 2010 afgetreden.
Op 25 februari 2010 heeft de jaarlijkse vergadering plaatsgevonden. Alle leden van de
commissie en vertegenwoordigers van Dudok Wonen waren daarbij aanwezig. In 2010 zijn
er geen geschillen ingediend bij de geschillenadviescommissie.
ix. Overlastbemiddeling
In het tweede halfjaar is het aantal overlastdossiers in een aantal complexen toegenomen.
Daarnaast zijn er diverse (preventieve) gesprekken gevoerd met andere bewoners in
complexen met als doel overlast te voorkomen.
Woongedrag is primair de verantwoordelijkheid van de bewoners zelf. In een toenemend
aantal gevallen is het noodzakelijk dat Dudok Wonen bewoners ondersteunt als zij er
onderling niet uitkomen. Daarbij kan gebruik worden gemaakt van burenbemiddeling. Dit
geschiedt op basis van vrijwilligheid van beide partijen. Omdat dit nog wel eens ontbreekt,
blijft een geschil vaak ‘hangen’. In een aantal gevallen komt men er toch een keer uit,
soms blijft een conflict lang manifest. Daar waar wij vinden dat we iets moeten doen
schakelen we politie en/of hulpverlening in.
Jaarverslag 2010 17
In 2010 heeft een aantal woonconsulenten een training gevolgd met als doel meer in de rol
van bemiddelaar te zitten en zodoende een bijdrage te kunnen leveren aan geschillen
tussen bewoners. Het beste resultaat wordt bereikt als bewoners onderling met eventuele
ondersteuning van de bemiddelaar samen tot een oplossing komen.
In de vestiging Naarden-Bussum is een begin gemaakt met de zogenaamde after-sale
gesprekken bij overlast. Wanneer er met de bewoners tijdens een bemiddelingsgesprek
afspraken zijn gemaakt, wordt er na ongeveer een maand telefonisch contact opgenomen
om te informeren naar de stand van zaken. Dit levert zeer positieve reacties op. De
bewoners vinden het prettig om na een maand nog even met de medewerkers terug te
kunnen kijken en zo nodig overleg te voeren.
In 2010 zijn in Naarden en Bussum geen ontruimingen uitgevoerd gerelateerd aan ernstige
overlast. Verder hebben de individuele overlastsituaties niet geleid tot juridische
procedures. In het tweede halfjaar is het aantal overlastdossiers wel in een aantal
complexen toegenomen. Daarnaast zijn er diverse (preventieve) gesprekken gevoerd met
andere bewoners in complexen met als doel overlast te voorkomen.
x. Ontruimingen
In 2010 hebben in totaal 9 ontruimingen plaatsgevonden, waarvan 7 in Hilversum, 0 in
Bussum en 2 in Naarden.
In Naarden is een garage en een woning als gevolg van een huurachterstand ontruimd. Na
het betreden van de woning bleek deze gebruikt te worden als wietplantage.
xi. Onderhoud
Dudok Wonen is voortdurend in ontwikkeling; de strategienota, huur- en
doelgroepenbeleid, mutatieonderhoud. Deze veranderingen vroegen om een nieuwe visie
op de kwaliteit van onze woningen die past bij onze uitgangspunten van zelfredzaamheid
van onze huurders en betalen naar vermogen. De nieuwe basiskwaliteit bij mutatie vindt
dan ook zijn oorsprong in de missie en visie van Dudok Wonen. Dit is vertaald naar het
uitgangspunt van Verantwoord Wonen. Verantwoord Wonen is onderverdeeld in een viertal
pijlers:
- Veilig: wat moet?
- Financieel: wat levert het op, wat kost het en wat vragen we ervoor?
- Klimaat: hoever gaan we?
- Wonen: wat moet worden vervangen, wat doen we extra en wat doet de bewoner zelf?
Na vaststelling van de basiskwaliteit bij mutatie zijn de uitgangspunten van Verantwoord
Wonen vertaald naar de werkzaamheden van de afdeling Service en Reparatie, zodat deze
processen eenduidig worden ingericht. Dudok Wonen neemt haar verantwoordelijkheden op
de pijlers Veiligheid, Klimaat en Voorzieningen. Dit betekent dat de verantwoordelijkheid
voor kleine herstelwerkzaamheden en het afwerkingniveau bij de huurder is komen te
liggen.
Jaarverslag 2010 18
Voor huurders die niet in staat zijn of niet verantwoordelijk willen zijn voor het
huurdersonderhoud, is een serviceabonnement opgezet. Tegen een kleine maandelijkse
vergoeding voert Dudok Wonen alle reparatieverzoeken uit, tenzij de schade is veroorzaakt
door eigen handelen.
Eind 2010 is een start gemaakt met de verdere uitrol van de basiskwaliteit naar de afdeling
Ontwikkeling. In 2011 zal in samenwerking tussen Wonen, Public Value en Ontwikkeling
een nieuw plan van eisen (ver)nieuwbouw worden opgesteld.
Naast een nieuwe basiskwaliteit is ook een verbeterslag gemaakt in het
mutatieonderhoudproces. Het aantal aannemers is teruggebracht naar een vooraf
geselecteerd aantal (22) voor het dagelijks onderhoud, de samenwerkingovereenkomst
met vier bouwkundige aannemers is uitgebreid met het onderdeel ‘Reparatieverzoeken’ en
onze weekenddienst werkt bij reparatieverzoeken eveneens met de aannemers van de
shortlist.
Dagelijks onderhoud
Onder dagelijks onderhoud worden de dagelijkse reparaties, ingrepen en vervanging van
onderdelen verstaan. Denk aan het verhelpen van lekkages, defecte stortbakken,
kranen e.d.
In 2010 zijn er 8.115 opdrachten vanuit dagelijks onderhoud verstrekt.
De afdeling Service & Reparatie verstrekt de opdrachten voor dagelijks onderhoud en
bewaakt hiervan de kosten, voortgang en kwaliteit. Om de efficiency, kwaliteit en service
richting onze huurders te verhogen is eind 2010 de afdeling uitgebreid met twee personen.
Daarnaast is in 2010 een selectie gemaakt in aannemers en leveranciers die
werkzaamheden mogen verrichten t.b.v. dagelijks onderhoud. Met de hoofdaannemers zijn
werk en prijsafspraken gemaakt om kwaliteit en doorlooptijd te verbeteren en de kosten te
verlagen.
Planmatig onderhoud
Planmatig onderhoud onderscheiden we in regulier en cyclisch uit te voeren planmatig
onderhoud, zoals het periodiek schilderen van complexen, het vervangen van Cv-ketels,
liften etc.
Onder contractonderhoud wordt onderhoud verstaan aan specifieke onderdelen van een
woning of een gebouw, vooral installatietechnisch van aard dat via een onderhoudscontract
door een leverancier wordt uitgevoerd. Hierbij valt te denken aan het onderhoud aan Cv-
installatie, liften, mechanische ventilatiesystemen, etc.
Jaarverslag 2010 19
Projecten groot onderhoud
Bussum, Betje Wolfflaan
In april 2008 zijn 112 woningen en 32 garages aan de Betje Wolfflaan in Bussum
aangekocht. Op dat moment stond ruim 70% van de woningen leeg. Deze zijn tot de
aanpak tijdelijk bewoond geweest door anti-kraakbewoners om de leefbaarheid in de buurt
te waarborgen.
Alle woningen zijn ultimo 2009 weer verantwoord opgeknapt en waar nodig voorzien van
een Cv-installatie, mechanische afzuiging en een nieuwe keuken- en badkamerinrichting.
Eind 2009 is gestart met het restylen en afsluiten van de trappenhuizen. Medio 2010 zijn
aanvullend werkzaamheden uitgevoerd, te weten het opknappen van de galerijen en het
aanbrengen van vluchttrappen. In het najaar van 2010 is alsnog besloten dat ter afronding
het vernieuwen van de riolering en het opknappen van de balkons worden uitgevoerd. Deze
werkzaamheden worden in het 1e kwartaal van 2011 afgerond.
d. Betaalbare kooparrangementen
Dudok Wonen is een huurders- en koperscorporatie. Vanaf 2005 beschikt Dudok Wonen al over
Koop Goedkoop®. In 2007 is daar Sociale Koop® aan toegevoegd. Indien een huurwoning wordt
verkocht, gebeurd dat in principe met behulp van één van deze betaalbare
kooparrangementen.
Dudok Wonen maakt ook gebruik van Verzilverd Wonen®. Hierbij wordt in feite de omgekeerde
weg gevolgd: een koopwoning van een oudere eigenaar wordt gekocht en met het “recht van
gebruik en bewoning” of tegen een lage maandelijkse vergoeding aan dezelfde bewoner
beschikbaar gesteld.
i. Woningmarkt
Ook het jaar 2010 heeft te lijden gehad van de malaise op de woningmarkt, die eind 2008,
begin 2009 ingezet werd door de krediet- en economische crisis. Waar in 2009 de
woningmarkt last had van de sombere economische berichten en de daarmee gepaard
gaande dalende koopsommen, domineerde onzekerheid de woningmarkt in 2010.
In het eerste kwartaal van 2010 leek een licht herstel van de woningmarkt zichtbaar. Door
de val van het kabinet en de heftige discussie over de aftrekbaarheid van de
hypotheekrente die gevoerd werd, werd dit lichte herstel echter teniet gedaan.
De onzekerheid over de hypotheekrente voerde daarbij de boventoon. Maar ook
onzekerheid over de hoogte van de hypotheekmogelijkheden drukte een stempel op het
jaar 2010.
In het tweede kwartaal was een beroep op de twee motoren die de startersmarkt nog op
gang hielden, de koopsubsidie en de Starterslening, plotseling niet meer mogelijk. De
koopsubsidie werd onaangekondigd stopgezet en de mogelijkheden om met Starterslening
te financieren werden tot nihil gereduceerd omdat de overheid gemeenten hierin niet
langer wilde faciliteren. Dit resulteerde in ontbindingen van koopaktes, omdat kopers bij
het aangaan van de koop nog van de ruimere financieringsmogelijkheden waren uitgegaan.
Jaarverslag 2010 20
Bovendien namen banken en andere financiële instellingen - mede op aangeven van de
financiële autoriteiten - beperkende maatregelen om hypotheken aan te gaan. Het
onderbrengen van Koop Goedkoop en Sociale Koop werd daardoor lastiger. Desondanks
bleven er gelukkig nog voldoende financiers over om onze klanten te bedienen en aan een
betaalbare koopwoning te helpen.
ii. Sociale koop®
Bij Sociale Koop koopt de klant minimaal 50% van de waarde van de woning. Het
resterende bedrag betaalt de koper op een door hem gewenst moment (jaarlijks) maar in
ieder geval bij verkoop van de woning. Het niet betaalde bedrag wordt geïndexeerd met de
waardestijging of –daling van woningen in dezelfde provincie.
Tot dit jaar had Sociale Koop, onder de SEV (Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting)
de experimentele status en mocht het buiten Dudok Wonen nog door drie andere
corporaties voor verkoop worden gebruikt.
Naar aanleiding van de “Evaluatie Sociale Koop”, het begeleidend advies van de SEV en
enkele gesprekken bij het Ministerie, is Sociale Koop nu ontheven van de experimentele
status en mag het product ook door andere corporaties gebruikt gaan worden. Woonlab is
de organisatie die het in licentie zal gaan uitgeven. Het Ministerie heeft voor het
instapbedrag (het bedrag dat kopers in eerste instantie moeten betalen) wel een minimum
bepaald van 50% van de waarde. Omdat Sociale Koop daarmee nog steeds meer tegemoet
komt aan de mogelijkheden van huurders en starters dan andere producten en ook geen
terugkoopplicht kent, is het volgens het Ministerie van toegevoegde waarde boven de reeds
bestaande koopproducten. Bovendien hoeven corporaties geen toestemming aan het
Ministerie te vragen omdat het – in tegenstelling tot andere producten – niet als
kortingsproduct wordt gezien. Het product zal in 2011 onder de nieuwe naam “Kopen naar
Wens” op de markt gebracht worden. De eerste corporaties die Kopen naar Wens gaan
voeren hebben zich inmiddels gemeld.
Sociale Koop werd in 2010 op vier manieren door Dudok Wonen ingezet:
Sociale Koop – Onze woningvoorraad
Een deel van onze woningvoorraad is aangewezen om te verkopen aan de zittende huurder.
De huurder kan tot koop overgaan, maar kan ook blijven huren. Behalve de eigen woning
kan de huurder er ook voor kiezen een andere woning te kopen in de Gooi- en Vechtstreek
of Almere.
In 2010 hebben 410 huurders een dergelijk aanbod gekregen. Daarvan hebben 53
huurders de eigen huurwoning gekocht. Een deel van deze aanbiedingen loopt nog door in
2011.
Jaarverslag 2010 21
Ook bij onze huurders, die een aanbod kregen hun huurwoning met Sociale Koop te kopen,
speelde de onzekerheid over de aftrekbaarheid van de hypotheekrente een rol. Desondanks
heeft de beperkte geldigheidsduur van het aanbod en de aantrekkelijkheid van Sociale
Koop toch meer huurders dan verwacht doen besluiten de eigen huurwoning te kopen.
Sociale Koop wordt met name door de wat oudere huurder aangegrepen om de woning te
kopen.
Dit beeld wordt wel enigszins vertekend door ons vergrijsd huurderbestand. De grootste
groep kopers is de groep huurders van 45 jaar en ouder (57%). Eveneens groot is de groep
kopers van 30-44 jaar (38%). Maar 5% van de kopers heeft een leeftijd tot 30 jaar.
Sociale Koop - Andere Woning (80%)
Dit jaar is een pilot gedaan onder ca. 600 huurders met een leeftijd van 30-44 jaar in de
‘vaste huurvoorraad’. Zij kregen het aanbod om uitsluitend een andere woning in de Gooi-
en Vechtstreek met Sociale Koop te kopen (en dus niet de eigen huurwoning).
Het aantal huurders dat deze mogelijkheid aangreep was erg klein. Het hoge
instappercentage van 80% van de waarde van de andere woning bleek te hoog en niet
aantrekkelijk genoeg (mede in relatie met huur die men op dat moment betaalde) om de
eigen huurwoning te verlaten.
Daarom heeft Dudok Wonen de intentie om in 2011 het instapbedrag meer
inkomensafhankelijk te maken. De eerste mogelijkheden daartoe zijn eind 2010
onderzocht.
Sociale Koop – Particulier Opdrachtgeverschap
In 2008 hebben negen huurders de kans aangegrepen om zich in te schrijven voor een
kavel in Almere om daar met Sociale Koop een eigen woning te bouwen. De eerste 6
woningen zijn inmiddels opgeleverd. Deze huurders hebben hun huurwoning opgezegd en
zijn naar hun zelfgebouwde woning in Almere verhuisd. De resterende drie huurders zijn
nog aan het bouwen. Hun woning zal in 2011 klaar zijn.
Sociale Koop – Hilversumse Meent
Door de malaise op de woningmarkt werd Dudok Wonen benaderd door ontwikkelaar
Synchroon BV om haar product Sociale Koop in te zetten bij de resterende 22
appartementen van het nieuwbouwcomplex Centrumplan Hilversumse Meent. Eind 2009
hebben we dit product daarom verder ontwikkeld zodat ook deze
nieuwbouwappartementen betaalbaar verkocht zouden kunnen worden. De actie heeft erin
geresulteerd dat er 3 appartementen met Sociale Koop zijn aangekocht en doorverkocht
aan woningzoekenden. Dudok Wonen heeft in het complex 12 woningen met korting
aangekocht voor de vrije huursector. Synchroon heeft de overige 7 woningen zonder
Sociale Koop aan particulieren verkocht.
Jaarverslag 2010 22
iii. Koop Goedkoop
Bij Koop Goedkoop betaalt de koper de opstal en niet de grond. Hierdoor worden woningen
(e.e.a. afhankelijk van de grondprijzen ter plekke) ca. 20-30% goedkoper. Voor de grond
wordt door de koper een vergoeding (canon) betaald, die echter in 10 jaar tijd wordt
opgebouwd. Het eerste jaar betaalt men niets, het tweede jaar 10% tot in het 11e jaar de
volledige canon betaald wordt. De canon is aftrekbaar van de belasting. Bij doorverkoop
kan de volgende koper opnieuw gebruik maken van de kortingsregeling. Hierdoor blijven
deze woningen (blijvend) aantrekkelijk voor starters op de woningmarkt.
De ontwikkelingen in de markt hadden in 2010 met name een negatieve invloed op de
verkoop van lege woningen. Om deze negatieve factoren te verzachten en onze klanten
ook in deze onzekere markt te blijven bedienen, is in het tweede kwartaal gestart met een
kortingsactie. Omdat het vormen van het nieuwe kabinet enige tijd op zich liet wachten en
daarmee ook de zekerheid over de aftrekbaarheid van de hypotheekrente, is de actie pas in
het najaar beëindigd. Mede door de actie bleef de landelijke dip in de verkopen in het derde
kwartaal bij Dudok Wonen uit en hebben onze klanten minder last ondervonden van de
negatieve effecten in de markt.
Van de kopers van lege woningen kwam het overgrote deel uit Hilversum, Naarden of
Bussum (63%). De overige kopers kwamen voornamelijk uit andere gemeenten binnen de
Gooi- en Vechtstreek (21%).
Een kleiner deel kwam uit de overige omliggende gemeenten zoals Almere, Amsterdam en
Utrecht (16%). Graag willen wij het wonen betaalbaar maken om jongeren te kunnen
behouden zodat de Gooi- en Vechtstreek een vitale regio blijft. Het blijkt dat Koop
Goedkoop in deze behoefte voorziet. Maar liefst 60% van de kopers met Koop Goedkoop is
jonger dan 30 jaar. De middengroep van 30-44 jaar vertegenwoordigt toch ook nog 34%
van de kopers en slechts 6% is ouder dan 45 jaar. De wat oudere koper is opvallend vaak
iemand die (al dan niet met kinderen) vanwege een scheiding op zoek is naar een
betaalbare woning in de Gooi- en Vechtstreek.
iv. Verzilverd Wonen
Doordat voor 2010 besloten is om in het kader van Verzilverd Wonen geen woningen meer
aan te kopen die een hogere waarde hebben dan ca. € 265.000 is het aanbod van
Verzilverd Wonen woningen beperkt gebleven tot één. De bemiddelende instantie
Torenstad heeft aangegeven dat als wij deze grens niet gesteld zouden hebben, wij 7
woningen meer aan hadden kunnen kopen. Deze woningen variëren in prijs van ca.
€ 300.000 tot € 800.000. Net als in 2009 zijn er twee eerder aangekochte Verzilverd
Wonen woningen leeggekomen en voor de vrije verkoopwaarde verkocht.
Jaarverslag 2010 23
v. Kengetallen
De volgende aantallen woningen zijn in 2010 aangekocht, verkocht en getransporteerd:
Verkopen in aantallen 2010 2010
Overloop
naar 2011
Koopaktes Transporten* Transporten
Sociale Koop 53 51 3
Koop Goedkoop 107 96 15
Sociale Koop Andere Woning 5 5 0
Sociale Koop Andere Woning 80% 5 4 1
Verzilverd Wonen 2 1 1
Vrije Verkoop 3 2 2
Bouw je eigen huis Almere 3 3 0
Hilversumse Meent 3 3 0
Totaal 181 165 22
* inclusief overloop transporten vanuit 2009
Het totaal aan gerealiseerde (via de notaris getransporteerde) verkooparrangementen is
147 woningen (de vrije verkopen zijn geen woningen), waarvan 51 met Sociale Koop en 96
woningen met Koop Goedkoop. In totaal zijn derhalve 163 mensen in 2010 met een
(sociaal) kooparrangement gehuisvest. In 2010 zijn bovendien 22 kooparrangementen
gesloten, waarvan het transport via de notaris in 2011 valt.
e. Meer mensen huisvesten
i. Herstructurering
Het huisvesten van meer mensen is onze doelstelling, ook op de lange termijn. De inzet
van de koopproducten zijn hiermee onlosmakelijk verbonden. Met het geld dat vrijkomt uit
de verkoop van huurwoningen, kunnen we meer mensen huisvesten in bijvoorbeeld
nieuwbouw of herstructureringswijken.
Hilversum
Bloemenbuurt
Dudok Wonen gaat ca. 564 woningen in de Bloemenbuurt renoveren. We knappen de
buitenkant op, waarbij de oude stijlkenmerken van architect Dudok terugkeren. Bewoners
mogen zelf kiezen wat zij aan de binnenkant van hun woning laten doen. In september is
begonnen met de eerste woningen in de Anemonebuurt. De complete renovatie van de
Bloemenbuurt zal naar schatting 10 jaar duren.
Hilversum Noord
In de naoorlogse wijk Hilversum Noord, waarvoor W.M. Dudok nog het stedenbouwkundig
plan maakte, wordt samen met de gemeente, zorg- en welzijnsinstellingen en de collega-
corporaties gewerkt aan de stedelijke vernieuwing.
Jaarverslag 2010 24
Aan de Comes Oolenstraat en Leemkuilen is in december 2010 gestart met de bouw van
ruime eengezinswoningen ter vervanging van de kleine, gedateerde naoorlogse
portieketagewoningen.
Aan de Ten Boomstraat worden appartementen en eengezinswoningen gebouwd voor de
sociale huur en de verkoop als onderdeel van het project Hilversum Huis. Hiervoor is
samen met de Alliantie Ontwikkeling een VOF opgericht. Ook de bouw hiervan is in
december 2010 gestart.
Het betreft aankoop van gemeentegrond door een VOF waarin Dudok Wonen voor 50%
participeert. De grond ligt in het statutaire werkgebied en levert een bijdrage aan de
kerntaak (BBSH).
In 2009 is in overleg met de andere partijen besloten om af te zien van de sloop van de
appartementen aan de Erfgooiersstraat en Jacob van Campenlaan. Door krimpende
financieringsruimte van de corporaties behoort deze grootschalige herstructurering niet
langer tot de mogelijkheden. Gekozen is de woningen te renoveren voor sociale verhuur en
verkoop met koop goedkoop. Daarnaast worden voor de sociale verhuur woonwerk ateliers
gerealiseerd, bedoeld om creatieve bedrijvigheid te stimuleren. De woningen zullen in 2011
worden aangepakt.
Liebergen, Dudok Revisited
Aan het Zwaluwplein is in 2009 gestart met de aanpak van 33 woningen die deels
gerestaureerd worden en deels vervangen door nieuwbouw in de stijl van Dudok Revisited.
In 2010 zijn alle woningen opgeleverd.
In 2010 is van de gemeente het voormalige buurthuis ‘Ons Huis’ aangekocht om het te
herontwikkelen tot startersappartementen en een peuterspeelzaal. In 2011 start de bouw
van het complex dat een bijzondere architectuur en uitstraling kent geënt op de stijl van
W.M. Dudok.
Het betreft aankoop van gemeentegrond in het statutaire werkgebied en levert een
bijdrage aan de kerntaak (BBSH).
In 2009 zijn, als onderdeel van het laatste project in het kader van Dudok Revisited, de
plannen uitgewerkt voor de restauratie van de woningen aan de Van ’t Hoffstraat en
omgeving. De 43 woningen in de van ’t Hoffbuurt voldoen niet meer aan de eisen van deze
tijd. Samen met een afvaardiging van de bewoners zijn plannen gemaakt om de woningen
grondig te renoveren. De werkzaamheden zijn dermate ingrijpend, dat bewoners voor de
duur van drie maanden moeten verhuizen naar een wisselwoning.
De werkzaamheden worden zowel aan de binnen- als de buitenkant uitgevoerd. Het betreft
o.a. het plaatsen van CV, herstel van vloeren, aanbrengen van dubbel glas, isolatie van de
gevel, vloer en dak. Bewoners kunnen kiezen voor uitbreidings- en keuzemogelijkheden. In
2010 is het project grondig voorbereid met alle partijen. Uitvoering start in 2011.
Jaarverslag 2010 25
Kansenzone
Dudok Wonen neemt met de gemeente Hilversum en andere partijen deel aan de
ontwikkeling van de Kansenzone, het gebied dat zich uitstrekt aan weerszijden van centraal
station Hilversum. Eerder kocht Dudok Wonen de voormalige politiepost aan de Kleine
Drift, de Melkfabriek Hilversum en de oude benzinepomp aan de Larenseweg. Aan de
andere kant van het spoor ontwikkelt Dudok Wonen met AM koop- en huurappartementen
in het project Entrada.
Aan de Zuiderweg bouwt Dudok Wonen 19 appartementen voor starters. De verwachting is
dat in maart 2011 met de bouw kan worden gestart. De voormalige benzinepomp richt de
gemeente in als plein. Dit was een wens van de bewoners van de wijk Over ’t Spoor. In ruil
daarvoor heeft Dudok Wonen extra grond gekregen, die ze gebruikt voor parkeerplekken
achter de appartementen.
Samen met AM bouwt Dudok Wonen onder de naam Entrada appartementen in het
Hilversumse stationsgebied. Er komen 151 woningen, waarvan 61 in de koopsector. De
huur- en koopwoningen zijn verspreid over vijf woontorens. Entrada krijgt een groene
uitstraling. Er komt een binnentuin die 's avonds kan worden afgesloten.
Daarnaast worden de gevels gedeeltelijk bedekt met planten. Begin 2010 is gestart met de
bouw van de drie gebouwen met huurwoningen. Eind 2010 is de bouw gestart van de twee
torens met koopwoningen.
Bussum
Godelindebuurt, De Bazel Revisited
Met de bewonersvereniging van de Godelindebuurt en het gemeentebestuur is in 2005
overeenstemming bereikt over de gefaseerde uitvoering van de herstructureringsplannen
van ruim 130 woningen (De Bazel Revisited). Het eerste blok gerestaureerde woningen is
eind 2006 opgeleverd. De volgende blokken die deel uitmaken van de eerste fase zijn in
2008 opgeleverd.
Fase 2, 3 en 4 worden opgeleverd in de periode 2009-2010. Ook wordt door de gemeente
in 2011 de openbare ruimte vernieuwd. In 2010 is een groot deel van het project afgerond.
In augustus zijn de laatste bewoners vanuit de wisselwoning teruggekeerd naar een
nieuwbouwwoning.
De gronduitruil met de Gemeente Bussum is in 2010 gerealiseerd. Dit betekent dat het
Hoge Schoolplein (eerst eigendom Gemeente Bussum) grond van Dudok Wonen wordt.
Doel is om te starten met het bouwen van zogenaamde “klimaatwoningen”.
Met behulp van subsidie van de gemeente Bussum worden vier woningen gebouwd
voorzien van de laatste technieken op het gebied van duurzaamheid.
Jaarverslag 2010 26
Dudok Wonen viel bij de uitreiking van de Ruimtelijke Kwaliteitsprijs Bussum met de
Godelindebuurt in de prijzen. Dit werd samen met de bewoners gevierd. Keer op keer
geven de bewoners van de Godelindebuurt aan dat ze blij zijn met de nieuwbouw en de
revitalisatie.
Beatrixhof
Voorjaar 2009 is gestart met de bouw van acht eengezinswoningen en 28 appartementen
naar een ontwerp van Dana Ponec architecten, op het terrein van de voormalige
Beatrixschool. De kosten voor het realiseren van deze woningen bedragen meer dan EUR
200.000. De opbrengsten worden aangewend voor het huisvesten van de doelgroep van
Dudok Wonen. De verkoop van de woningen is in 2008 van start gegaan, nadat 70% van
de woningen verkocht was. Ook hier heeft de kredietcrisis zijn sporen nagelaten. Meerdere
koopcontracten zijn ontbonden met als gevolg dat nog altijd bijna 50% van de woningen
niet verkocht is. In 2010 zijn diverse inspanningen verricht om de woningen te verkopen
zonder het gewenste resultaat. In 2011 worden nieuwe verkoopacties ingezet. Als deze niet
succesvol zijn, wordt overwogen de resterende woningen te gaan verhuren.
Naarden
Herstructurering Amersfoortsestraatweg
Dit project behelst de herontwikkeling van het voormalige Motel aan de
Amersfoortsestraatweg met 44 jongerenwoningen.
Kokon architecten heeft het ontwerp gemaakt geïnspireerd op de ligging van het complex
in het voormalige schootsveld van de vesting Naarden. De bouw is in 2009 gestart na een
forse bezuiniging op het ontwerp en onderhandeling met de aannemer. Najaar 2010 is het
project opgeleverd en hebben de eerste Naardense jongeren hun intrek in het complex
genomen.
ii. Nieuwbouw
Bussum
Nieuwbouw Burgemeester de Bordesstraat (Orangeboomstaete)
In april 2010 zijn er 7 luxe appartementen aan de Burgemeester de Bordesstraat verhuurd
aan jongeren t/m 29 jaar. De appartementen werden in een hoger huursegment
aangeboden.
Huizen
Rijnland
In Huizen heeft Dudok Wonen 39 appartementen aangekocht voor de sociale verhuur van
een ontwikkelaar Coen Hagedoorn. In 2011 worden de plannen uitgewerkt en start naar
verwachting de bouw. In 2012 kunnen de woningen worden verhuurd. Door de aankoop
van Dudok Wonen heeft de ontwikkelaar besloten ook de 25 eengezinswoningen in de
verkoop te brengen en te gaan bouwen.
Jaarverslag 2010 27
iii. Wonen boven Winkels
De complexe opgaven blijken zeer lastig te realiseren, met name vanwege extreem hoge
onrendabele toppen. Ook door het relatief versnipperde karakter van het winkelvastgoed
(veel kleine panden) blijkt een complexmatige aanpak niet kansrijk. Nu de diverse locaties
op haalbaarheid zijn getoetst, is met de gemeente Hilversum en Bussum afgesproken geen
gecoördineerde inzet meer te plegen op het project wonen boven winkels. Mochten zich
specifieke kansen voordoen, dan zullen deze individueel worden afgewogen.
Jaarverslag 2010 28
Hoofdstuk 4 - Ambitie: Dudok Wonen maakt het weerloze
weerbaarder
a. Strategische doelstelling Vangnet
Om te kunnen profiteren van elkaars specifieke kennis en deskundigheid sluiten partijen in de
woon-, welzijns-, zorg- en onderwijssector steeds vaker samenwerkingsovereenkomsten. Het
behoud van de eigen individualiteit is hierbij erg belangrijk. In zogenaamde woondienstenzônes
krijgt dit steeds concreter vorm, diverse projecten zijn in voorbereiding.
Concreet is Dudok Wonen in Hilversum reeds begonnen met De Egelantier, waarna Zuiderheide
vorm zal krijgen. In Bussum wordt gewerkt met wijksteunpunten en in Naarden wordt een start
gemaakt met de Woondienstenzône Keverdijk (Naarden West).
i. Woondienstenzones
Hilversum
Zorgcentrum De Egelantier
Voor de herontwikkeling van zorgcentrum De Egelantier en de omliggende
aanleunwoningen is door Architectenbureau Molenaar en Van Winden een ontwerp
uitgewerkt. Het plan voorziet in zorgappartementen, aanleunwoningen, woningen voor
verpleegzorg en een gezondheidscentrum. Samen met de in Hilversum Zuid opererende
zorginstellingen is het vraagstuk van de (tijdelijke) huisvesting van de bewoners van De
Egelantier en de aanpalende aanleunwoningen opgelost. Hierbij wordt onder andere
gebruik gemaakt van een verhuisreglement. Met de gemeente en de Zorgautoriteit is
overeenstemming over de uitgangspunten van het plan. In december 2009 heeft Dudok
Wonen het uitvoeringsbesluit genomen. Het huurcontract met de zorginstelling is inmiddels
ondertekend en de sloop van de 1e fase is december 2009 gestart. In 2010 is de
nieuwbouw (Europees) aanbesteed. Medio 2011 start aannemer Heijmans met de 1e fase
van de bouw. Het complex wordt voorzien van warmte koude opslag.
Zuiderheide
De functionaliteit van Zorgcentrum Zuiderheide schiet tekort. Met het bestuur van Amaris,
de exploitant van Zuiderheide, is een projectorganisatie opgezet om het
herontwikkelingstraject te begeleiden. Met de directies van Zuiderheide, De Egelantier en
het gemeentebestuur is een intentieovereenkomst gesloten over de gezamenlijke
ontwikkeling van een Woondienstenzône in Hilversum Zuid. In deze overeenkomst is de
taakverdeling tussen De Egelantier en Zuiderheide vastgelegd. In het ontwikkelingsmodel
wordt de toekomst van de 192 verzorgingshuisplaatsen en de ruim 185 aanleunwoningen
op het terrein rond Zuiderheide betrokken. Gezien het feit dat in het verzorgingshuis ook
nog bijna 200 mensen werkzaam zijn, kan gesproken worden van een zeer ingrijpend
project.
Jaarverslag 2010 29
DOK architecten heeft een massastudie gemaakt waarin rekening is gehouden met een
gefaseerde herontwikkeling. Uitgangspunt voor de massastudie is dat herontwikkeling
zoveel mogelijk plaatsvindt op eigen terrein en binnen het vigerend bestemmingsplan. Op
dit moment wordt met Zuiderheide de laatste hand gelegd aan het programma van eisen
en de financiële doorrekening daarvan. In het kader van het spreiden van het
investeringsprogramma is besloten de herontwikkeling van Zuiderheide te laten aansluiten
op het gereedkomen van De Egelantier.
Woondienstenzône Van Riebeeckkwartier en Lieven de Key
Beide woondienstenzônes zijn na jarenlange inspanning van diverse partijen helaas niet
van de grond gekomen. In 2010 heeft de gemeenteraad – ondanks dat het nieuwe
bestemmingsplan reeds was vastgesteld - besloten om te stoppen met het plan voor Lieven
de Key in verband met aanhoudende bezwaren van bewoners. Voor het Riebeeckkwartier
wordt voorzichtig gekeken naar de mogelijke ontwikkelingen op termijn, nadat ook hier de
gemeenteraad besloten had te stoppen met de planvorming i.v.m. bezwaren van
omwonenden. Zodra de ontwikkelingen actueel worden, beziet Dudok Wonen welke rol zij
in beide projecten al dan niet zal vervullen.
Binnendoor
Het plan Binnendoor bestaat uit 41 koopwoningen ontworpen in de jaren 30-stijl. Acht
appartementen zijn door Dudok Wonen aangekocht voor de sociale verhuur aan stichting
STEH. STEH ondersteunt jonge mensen met (een lichte vorm van) autisme die graag
zelfstandig willen wonen. De bouw is in de zomer van 2010 gestart. Naar verwachting
worden de appartementen eind 2011 opgeleverd en in gebruik genomen.
Naarden
Woondienstenzône Naarden West
De herontwikkeling van de 16 bejaardenwoningen en de sociaal-culturele centra in het
centraal deel van Tuindorp Keverdijk is een project dat in 2010 een stap dichterbij is
gekom en aangezien gemeente Naarden haar visie op maatschappelijke
voorzieningen heeft afgerond. Hiermee is een belangrijke onderlegger gecreëerd op basis
waarvan het project een nieuwe impuls krijgt. Er was reeds een communicatieplan
ontwikkeld ten behoeve van de organisatie van het overleg met omwonenden, huurders en
de gemeente in al zijn geledingen. Het project wordt nu zo concreet dat op korte termijn
een projectstructuur met stuurgroep en projectgroep kan worden opgestart.
ii. geWoon op jezelf
Zorginstelling Sherpa en Dudok Wonen hebben op donderdag 8 juli 2010 geWoon op jezelf
gelanceerd: drie woonlocaties op loopafstand van elkaar waar jongeren met een licht
verstandelijke of lichamelijke beperking met begeleiding de eerste stappen in hun
wooncarrière kunnen zetten. De realisatie van de drie woonlocaties bereikte in 2010 een
mijlpaal. De appartementen op de eerste locatie werden opgeleverd, bij de andere twee
startte de bouw.
Jaarverslag 2010 30
De mate van ondersteuning verschilt per locatie, waardoor de jongeren binnen geWoon op
jezelf kunnen doorstromen naar een woonplek met minder begeleiding. Op één locatie is 24
uur per dag ondersteuning aanwezig en maken de jongeren kennis met op zichzelf wonen.
Als ze er klaar voor zijn, kunnen ze doorstromen naar één van de twee andere locaties.
Daar is geen continue begeleiding aanwezig, maar kunnen ze op afspraak gebruikmaken
van de ondersteuning op de eerste locatie. De appartementen, studio’s en kamers liggen
op een ideale plek voor jonge mensen: in een woonwijk vlakbij het centrum van Hilversum.
Op de locatie met 24-uurs ondersteuning krijgen de jongeren kamertraining. Iets wat in
deze regio nog niet beschikbaar was voor jongeren met een beperking. Uniek is dat de
jongeren binnen dezelfde omgeving de volgende stap in hun wooncarrière kunnen zetten.
Meestal stromen jongeren na kamertraining direct door naar een reguliere woning. Vaak is
dat een te grote stap. Met geWoon bieden we daar een stap tussen.
De eerste locatie (aan de Otto’s Laan) is sinds oktober 2010 bewoond. De andere twee
locaties (aan de eerste Oosterstraat en Ons Gebouw) zijn in 2011 klaar. In zijn totaliteit
komen 35 woningen voor jongeren met een lichamelijke en/of verstandelijke beperking
beschikbaar.
iii. Daklozenopvang
Samen met Aedes (vereniging van wooncorporaties) en corporaties uit het WoonNetwerk
maken wij ons hard voor het oplossen van huisvestingsproblemen van daklozen in heel
Nederland.
Wij zien dit als onze maatschappelijke verantwoordelijkheid. Er is een Meldpunt Daklozen in
het leven geroepen. Via dit telefoonnummer worden meldingen doorgegeven waarna een
speciale hulpbrigade kan worden ingezet. In 2010 zijn geen meldingen via het meldpunt
binnengekomen.
Daarnaast beheren wij daklozenopvang de Cocon in Hilversum. Verder hebben wij een
bedrijfsruimte beschikbaar gesteld aan Stichting PakAan, die zij (niet marktconform) van
ons huren. De dak- en thuislozen kunnen in deze ruimte werken in de vorm van
houtbewerking en fietsreparaties. Daarnaast is in het huurcontract opgenomen dat zij
maximaal 60 uur per maand beschikbaar stellen aan Dudok Wonen. Bijvoorbeeld voor het
opruimen van tuinen etc.
iv. Crisisopvang
We verhuren een complex in Hilversum aan ‘De Vluchtheuvel’. Dit is een opvangcentrum
voor vrouwen.
v. Tweede Kansbeleid
Huurders met meervoudige problematiek (betalingsachterstand, gedrags- en/of
persoonlijkheidsproblemen) kunnen in aanmerking komen voor een Tweede Kanstraject.
Hieraan zijn een aantal voorwaarden verbonden, waaronder de wil om mee te werken aan
een nieuwe toekomst. Daar waar huisuitzetting onvermijdelijk lijkt, wordt men gedwongen
deze laatste kans aan te grijpen. Met professionele hulp krijgen ze de kans hun leven weer
op orde te brengen.
Jaarverslag 2010 31
In 2010 hebben 4 huurders van Dudok Wonen gebruik gemaakt van het Tweede
Kansbeleid.
Een groot aantal organisaties werkt samen binnen dit Tweede Kansbeleid. Hiertoe is een
convenant vastgesteld. De gezamenlijke woningcorporaties dragen zorg voor de
financiering.
De samenwerking met Vangnet en Advies is in 2010 verbeterd. Er vindt vaker overleg
plaats en men weet elkaar beter te vinden. Prettig in de samenwerking is de mogelijkheid
om overleg en advies te vragen.
b. Strategische doelstelling Klimaat
Het klimaat zien wij als een deel van het ‘kwetsbare’. De wereldwijde opkomst van het belang
van een verduurzaming van onze manier van wonen en leven omarmen wij. Vanuit dit besef
streven wij duurzaam handelen na in al onze activiteiten. Dat betekent dat wij ten aanzien van
onze woningen inzetten op een optimale energiebalans, waarbij het lange-termijn perspectief is
dat energiegebruik en energieproductie met elkaar in evenwicht zijn.
i. Inzet op energiereductie
� In onze woningen
In 2010 hebben we onze doelstelling op het gebied van reductie van energieverbruik
concreet gemaakt: we streven ernaar in 2020 een gemiddeld energielabel C te hebben
in ons woningbezit. Daarmee realiseren we 20% minder CO2 uitstoot. Om dit te
realiseren zijn in 2010 pilotprojecten gestart. Een voorbeeld van een pilotproject zijn de
zogenoemde Airey-woningen aan de Jan Bottemastraat in Bussum. Dit zijn 26
woningen van betonnen prefab-elementen van vlak na de oorlog. De woningen worden
gerenoveerd, waarbij zij van energielabel G naar energielabel A worden gebracht. In
2010 zijn al deze woningen voorzien van HR++ isolerend glas. Bij mutatie wordt de
gevel geïsoleerd, en worden zonnecollectoren en een WTW installatie geplaatst. Dit is in
2010 bij drie van de 26 woningen gebeurd. Deze aanpak wordt voortgezet in 2011.
� Beter Peter
Beter Peter is een interactief online bespaarprogramma waarmee corporaties hun
klanten helpen om direct te besparen op hun woonlasten door hun energieverbruik te
verlagen. Het programma is een initiatief van Aedes, Milieu Centraal en de Woonbond
en is exclusief voor klanten van deelnemende woningcorporaties. Deelname is gratis
voor klanten van woningcorporaties.
2010 was het eerste jaar waarin onze klanten gedurende het hele jaar konden
deelnemen aan Beter Peter. Daarin werd door de klanten van Dudok Wonen bijna
12.000 kg minder CO2 uitgestoten.
� WoonEnergie
Wooncorporaties in heel Nederland hebben de inkoop van energie gebundeld in
WoonEnergie, om klanten van wooncorporaties goedkope energie tegen gunstige
voorwaarden aan te kunnen bieden.
Jaarverslag 2010 32
De voordelen voor onze klanten zijn:
Lage tarieven / Groene stroom voor de prijs van gewone stroom / één rekening voor
levering en transport. Na één jaar wordt de klant geattendeerd op het aflopen van de
contractperiode, waarna de klant kan kiezen om bij WoonEnergie te blijven op niet.
Naar de huurders van Dudok Wonen die zich nog niet hebben aangemeld bij
WoonEnergie is in 2010 een brief gestuurd. Deze wervingsactie heeft 80 nieuwe
aanmeldingen opgeleverd. Op 31 december 2010 waren circa 1500 huurders klant van
WoonEnergie.
ii. Inzet op energieproductie
In 2010 is het pilotproject energieproductie in zorgcentrum De Egelantier opgestart.
Onderdeel van het plan is de toepassing van een Warmte Koude Opslag (WKO). In 2010
heeft planvorming plaatsgevonden om de Egelantier te vernieuwen en de WKO te plaatsen.
In 2011 wordt de WKO gerealiseerd.
Daarnaast is in 2010 een verkenning gestart naar een eigen lokaal energiebedrijf. We
onderzoeken welke rol wij willen en kunnen spelen bij energieopwekking. We zoeken naar
de gewenste schaalgrootte. Er wordt bekeken wat wij met de geleverde energie kunnen
doen voor onze klanten. Deze verkenning zet zich in 2011 voort.
c. Strategische doelstelling Cultureel erfgoed
i. Behoud
Dudok Wonen hecht veel waarde aan het behoud van cultureel erfgoed. Dat tonen we aan
door veel te investeren in cultureel erfgoed, denk bijvoorbeeld aan de Bensdorp, de
Melkfabriek of aan de Politiepost. Dat betekent overigens niet dat we het nodig vinden om
alle cultureel erfgoed ook in eigen bezit te houden. Als we overgaan tot verkoop van
cultureel erfgoed, dan verkopen we altijd in goede staat, informeren onze kopers goed en
maken zo nodig in een kettingbeding een aantal afspraken met de koper. Zo zijn we in
staat om onze doelstellingen op gebied van verkoop en op gebied van cultureel erfgoed op
een verantwoorde wijze te combineren. Met de opbrengsten uit verkoop kunnen we weer
investeren in het behoud van cultureel erfgoed daar waar het echt nodig is.
� Iconen
Bij verkoop van cultureel erfgoed maken we heel bewust keuzes. Met sommige
complexen voelen we ons dusdanig verbonden dat we het graag in eigendom willen
houden. Welke ‘iconen’ dat zullen zijn, zal 2011 duidelijk worden.
� Aanwijstraject gemeentelijke monumenten
De gemeente Hilversum is drie jaar geleden gestart met het aanwijzen van
gemeentelijke monumenten. In 2010 is deze aanwijzing definitief geworden. Hierdoor
is Dudok Wonen een achttiental gemeentemonumenten rijker geworden.
Jaarverslag 2010 33
ii. Ontwikkelen
Hilversum
Melkfabriek
In de door de gemeenteraad vastgestelde wijkschets Hilversum Oost ligt de nadruk vooral
op de revitalisatie van de Larenseweg. In 2009 is op initiatief van Dudok Wonen samen met
de Alliantie en de gemeente Hilversum een breder gebiedsperspectief gecreëerd “De
Kansenzone”. De herontwikkeling van de Melkfabriek speelt een belangrijke rol in de
plannen in het gebied rond de Larenseweg en wordt inmiddels als een van de dragers
aangemerkt van deze gebiedsontwikkeling. Een brede programmering is het resultaat na
herijking van de plannen in de 2e helft van 2009. Naast een cluster educatie met een
school en kinderdagverblijf, is een gedifferentieerd programma van koop en huur, sociaal
en vrije sector gecreëerd. Daarnaast is er plek voor een bedrijfsmatige invulling van ca.
3.000 m2 verhuurbaar vloeroppervlak. De bouw van de eerste fase is in december 2010
begonnen.
Politiepost
In de Hilversumse Kansenzone herstelt Dudok Wonen de voormalige politiepost aan de
Kleine Drift in volle glorie. De gemeente liet de post in 1919 bouwen vanwege de vele
opstootjes in de buurt. Het ontwerp kwam van architect Willem Marinus Dudok en omvatte
een wachtruimte, twee cellen en een aanbouw voor de slangenwagen en de
rijwielbrancard. Die aanbouw is in de loop der jaren verdwenen, net als de oorspronkelijke
tuinmuur. Bij de restauratie die in oktober van start is gegaan, worden deze elementen
teruggebracht. De voormalige politiepost wordt ook aan de binnenkant onder handen
genomen, zodat het pand in het eerste kwartaal van 2011 weer verhuurd kan worden.
Ons Gebouw
Op 30 maart 2007 heeft Dudok Wonen het voormalige vakbondsgebouw ‘Ons Gebouw’ aan
de Havenstraat 139 gekocht van de gemeente. In de koopovereenkomst is opgenomen dat
Dudok Wonen het pand zoveel als mogelijk in oude luister zal herstellen. Dudok Wonen
heeft hiertoe een plan ontwikkeld dat naast het herstel van de monumentale waarde
beoogt een bijzondere doelgroep te bedienen. In het pand kunnen 18 appartementen voor
jongeren worden gerealiseerd. Met stichting Sherpa is overeenstemming bereikt om deze
jongerenappartementen te verhuren aan mensen met een verstandelijke en/of lichamelijk
beperking (zie ook pagina 29). Het pand is inmiddels aangewezen als gemeentelijk
monument. Een nominatie die door Dudok Wonen van harte wordt ondersteund. Medio
2010 is de restauratie gestart. Verwacht wordt dat het gerestaureerde pand nog voor de
zomer wordt opgeleverd.
Bussum
Bensdorpfabriek
De herontwikkeling van de Bensdorp fabriek in Bussum samen met AM is in het stadium
van definitief ontwerp en de bouwvergunning kan worden afgegeven.
Jaarverslag 2010 34
Parallel is overleg gaande met Prorail inzake de realisatie van een tunnel onder het spoor
t.b.v. de ontsluiting van de parkeervoorziening.
Inmiddels moet tevens geconstateerd worden dat door de lange doorlooptijd van de
planvorming en als gevolg van de economische crisis een deel van de plannen zal moeten
worden aangepast. Dit traject is in de 2e helft van 2010 begonnen en zal waarschijnlijk
eind 2011 meer duidelijkheid bieden op de concrete realiseerbaarheid van de plannen.
Jan Bottemastraat
In september 2009 is met dit project gestart, zijnde het uitwerken van de plannen om dit
complex toekomstbestendig te maken. Het betreft een voor deze regio uniek bouwconcept
uit de na-oorlogse wederopbouwperiode. De plannen omvatten zowel het in ‘oude’ luister
terugbrengen van de architectuur van de buitengevel als daarnaast het uitvoeren van een
pakket van maatregelen, gericht op zowel energiebesparing als – opwekking. De
werkzaamheden zijn, behoudens het aanbrengen van gevelisolatie, in december 2010
afgerond.
Jaarverslag 2010 35
Hoofdstuk 5 - Ambitie: Dudok Wonen streeft naar optimaal
financieel en maatschappelijk rendement
Het vermogen van Dudok Wonen wordt geïnvesteerd in vastgoed, dat initieel wordt geëxploiteerd
en na verloop van tijd wordt verkocht of herontwikkeld. Dit gehele proces is gericht op het creëren
van financiële en maatschappelijke waarde; de opbrengsten staan ten dienste van onze ambities
en de strategische doelstellingen.
In 2010 is het Waardemanagement van Dudok Wonen verder ontwikkeld. Dit is onder meer gedaan
door het onderscheid tussen de financiële waardecreatie van Dudok Wonen als belegger duidelijker
te onderscheiden van de geleverde maatschappelijke waarde met de inzet van het uit de
beleggingen gerealiseerde rendement. Deze ontwikkeling sluit aan bij het aanscherpen van de
definitie van de corporatie in het kader van het traject “de corporatie van de 21e eeuw “:
“Dudok Wonen is een maatschappelijke organisatie gericht op het wonen die daartoe zijn eigen
inkomsten genereert uit (in vastgoed) belegd vermogen.”
Dit is schematisch weergegeven in figuur 1, waarbij X staat voor opbrengsten en Y en Z staan voor
maatschappelijke uitgaven in projecten respectievelijk aan bewoners (zowel huurders als kopers).
bewoners
maat-
schappij
z
‘huizen’(doelgroep, erfgoed)
verm
ogen
y
x
investeren exploiteren desinvestereninvesteren exploiteren desinvesteren
Maatschappelijke organisatie gericht op het wonen die daartoe zijn eigen inkomsten genereert uit (in vastgoed) belegd vermogen.
Figuur 1: Dudok Wonen als maatschappelijke organisatie
Om bovenstaand proces van ‘verdienen en uitgeven’ te optimaliseren is het essentieel dat de
verschillende onderwerpen goed zijn ingericht. Hieronder volgt een beschrijving van de
afzonderlijke onderwerpen:
Jaarverslag 2010 36
a. Strategische Doelstelling: Waardemanagement
Het proces van allocatie van vermogen wordt ondersteund door het herziene investeringsbeleid
wat leidt tot creëren van het benodigde financiële rendement.
Het proces van het toekennen van maatschappelijke waarde wordt ondersteund door het
concept van ‘woonbudgetten’.
i. Allocatie van vermogen
Wat is de optimale allocatie van ons vermogen? Dit is een terugkerende vraag voor Dudok
Wonen. Om deze vraag te kunnen beantwoorden moeten we de omvang van ons eigen en
totaal vermogen goed bepalen en weten welk vermogen jaarlijks voor herallocatie
beschikbaar is. De in 2010 ingevoerde staatssteunbeschikking geeft hieraan een nieuwe en
cruciale dimensie omdat in 2011 de allocatie van eigen en vreemd vermogen over DAEB en
niet-DAEB gestalte zal krijgen. Het eerder ontwikkelde allocatiemodel dat werd beschreven
in het jaarverslag 2009 is hiervoor niet geschikt omdat het zich beperkte tot allocatie van
totaal vermogen (geen onderscheid EV/VV). Vermogensallocatie is in 2010 onderdeel
geworden van het financiële sturingsmodel (zie paragraaf 5.2).
Het grootste deel van het vermogen van Dudok Wonen zit in onze bestaande voorraad
huurwoningen. Door middel van verkoop van woningen maken we een deel van ons
vermogen beschikbaar voor herallocatie, bijvoorbeeld door te investeren in nieuwe
huurwoningen. Hierbij trekken we ook additioneel vreemd vermogen aan waardoor ons
totaal vermogen groeit.
De vastgestelde wensportefeuille en de ontwikkeling van het investeringsmodel (zie
verderop) maken het steeds beter mogelijk om de allocatie van vermogen over
verschillende soorten vastgoed te koppelen aan rendement.
Het aandeel van ons vermogen dat is gealloceerd in kooparrangementen groeit gestaag. In
2010 is aandacht besteed aan het waardemanagement van het ‘bloot eigendom’ van
Sociale Koop door:
� Sociale Koop voortaan te beschouwen als vastgoed (materieel actief i.p.v. financieel)
en niet meer als vordering;
� Ons aandeel te waarderen tegen Netto Contante Waarde van de toekomstige bij- en
afbetalingen en niet meer tegen de nominale waarde van de vordering.
Jaarverslag 2010 37
Deze herwaardering is meegenomen in onderstaande tabel:
2010 2009
Kooparrangementen
Koop Goedkoop (grond in erfpacht) 1,5% 1,1%
Sociale Koop (grond in erfpacht) 3,2% 2,7%
Totaal (%) 664 (4,6%) 489 (3,7%)
Tabel x: Procentuele allocatie van totaal vermogen in kooparrangementen
ii. Waarde voor de maatschappij
Omdat het beschikbaar hebben van vermogen geen vanzelfsprekendheid is, is het
belangrijk dat het rendement op het vermogen zo efficiënt mogelijk wordt ingezet: de inzet
van iedere euro dient zoveel mogelijk maatschappelijke waarde op te leveren. De
maatschappelijk waarde is echter moeilijk meetbaar. In 2010 is hiervoor een stap gezet
door inzichtelijk te maken wat “de kostprijs” (hierna te noemen woonbudget) van de huur
en kooparrangementen is die Dudok Wonen aanbiedt. Het woonbudget is de potentiële
waarde die wij als Dudok Wonen niet benutten doordat wij een woning aanbieden in
combinatie met een arrangement. In figuur 2 zien we een indicatie van het woonbudget
voor de koop en huurarrangementen van Dudok Wonen (sociale koop met
instappercentage 50% en 80%, koop goedkoop, sociale huur 100% maximaal redelijk,
contracthuur en huur op maat). Het woonbudget is berekend door als belegger te kijken
naar de optimale waarde van een woning en dit af te zetten tegen de waarde van deze
woning in combinatie met één van deze arrangementen. Het verschil is het totale
woonbudget dat is teruggerekend naar een woonbudget per maand. In 2011 gaan we
verder om deze maatschappelijke investering te koppelen aan maatschappelijke effecten.
€ 0
€ 100
€ 200
€ 300
€ 400
WB
10 jaar 20 jaar
Mutatie
Woonbudget vergelijking alle arrangementen Sociale Koop
(50%)
Sociale Koop
(80%)
Koop Goedkoop
Max. redelijke
sociale huur
Contracthuur
Huur op Maat
Figuur 2: Woonbudget van de arrangementen van Dudok Wonen
Jaarverslag 2010 38
b. Strategische Doelstelling: Sturingsmodel
Continue inzicht in de financiële situatie nu en op termijn biedt de mogelijkheid tot een tijdige
bijsturing van de strategie en te anticiperen op de veranderende omgeving. Behalen we wel
onze strategische doelstellingen door het uitvoeren van de ingezette strategie? Of moet er
bijsturing komen in de wensportefeuille of investeringsnormen.
Binnen het sturingsmodel kan een onderscheid worden gemaakt tussen kwantitatieve en
kwalitatieve sturing. Het eerste doelt op de financiële sturing van het bedrijf waarbij we
streven naar een optimaal financieel rendement, en met kwalitatieve sturing wordt het
behalen van onze ambities en strategische doelstellingen bedoeld. Ook wel beschreven als `het
goed doen van dingen versus de goede dingen doen´.
In 2010 is er goede vooruitgang geboekt op het gebied van kwantitatieve sturing door middel
van een investeringsmodel en een financieel managementmodel. Komend jaar zullen we hier
verder in investeren om dit te verbeteren en de stap maken naar een integraal
besturingsmodel, waarbij het behalen van de strategische doelstellingen zijn geïntegreerd,
waarbij tevens gedacht kan worden aan een portefeuille model.
Het financieel sturingsmodel is hieronder in concept weergegeven. Waarbij aan de linkerkant
het beleid met de gestelde normen wordt weergegeven en aan de rechterkant de volgorde van
beoordelen / toetsen van een individuele transactie. Nog niet op alle onderdelen is beleid en
normen vastgesteld. Het is de verwachting dat dit eind 2011 is gedefinieerd.
Vermogens opbouw (passiva)
Vermogens allocatie (activa)
Investering kader
Financieel management
Portefeuille management
Investering project
toetsing
normen
toetsing
normen
toetsing
normen
Figuur 3: financieel sturingsmodel
i. Investeringsbeleid
Vastgoedontwikkeling en de daarmee samenhangende investeringen zijn een belangrijke
activiteit van Dudok Wonen. Voor de interne sturing is het van belang heldere
uitgangspunten te formuleren waarbinnen deze activiteiten worden uitgevoerd.
Jaarverslag 2010 39
In 2010 is een start gemaakt om deze uitgangspunten vast te leggen in een
investeringstatuut. De essentie van het investeringsstatuut is kaders scheppen voor
investeringsbeslissingen, rendementsnormen vastleggen en het standaardiseren van het
overige “vastgoedrekenen”. Vanaf 2011 zullen investeringsbeslissingen op basis van het
investeringsstatuut genomen worden.
De basis van het investeringsstatuut is het investeringsmodel. In het investeringsmodel
wordt het verwachte rendement (IRR) van een investering in nieuwbouw berekend volgens
de ‘discounted cash flow’ methode met daarin aankoop, bouw en exploitatie en
toekomstige verkoop.
Bij een acquisitie wordt daarnaast het bruto aanvangsrendement (BAR) berekend als
(aanvullende) indicatie van de juistheid van de prijs op de vastgoedmarkt.
Rendementsnormen worden gedifferentieerd op basis van onder meer de risico-opslag voor
het betreffende vastgoed.
Het model voor de financiële inkadering van de ontwikkelingsactiviteiten bepaalt hoeveel
investeringsruimte er is en welke projecten doorgang kunnen vinden.
ii. Financieel management
In 2010 is gestart met de ontwikkeling van het financieel management model, welke een
belangrijke bijdrage levert aan de financiële continuïteit. De aanleiding om met dit model
aan de slag te gaan heeft te maken met de nieuwe EU-regelgeving en de kernactiviteit van
Dudok Wonen, het sociaal woningbeleid, voort te zetten en uit te breiden. Het moet inzicht
geven in huidige gemaakt rendementen en benodigde rendementen. Het model is
ondersteunend in de ontwikkeling van het ‘revolving fund’ principe en op het gebied van
risicomanagement door het uitvoeren van bedrijfseconomische scenario analyses.
Onderscheid wordt gemaakt tussen activiteiten Dienst Algemeen Economisch Belang
(DAEB) en niet-DAEB activiteiten. Het model stelt ons in staat om diverse groepen binnen
de materiële vaste activa, zoals de diverse kooparrangementen en de vastgoedvoorraad,
toe te wijzen aan de DAEB portefeuille dan wel aan de niet-DAEB portefeuille. De
kasstromen en het gealloceerde vermogen zullen voor deze activiteiten gescheiden
bekeken worden. Hierdoor is in een vroeg stadium inzichtelijk gemaakt hoe voor deze
verschillende activiteiten de vermogensbehoefte voor de komende jaren eruit ziet en ons in
de gelegenheid stelt om vroegtijdig te acteren voor het arrangeren van financiering.
Tevens kan met behulp van het model de financiële haalbaarheid en robuustheid van
strategische plannen worden getoetst aan bedrijfseconomische criteria (LTV, REV, ICR).
Diverse scenario’s met verschillende input kunnen snel worden doorgerekend zodat bij het
maken en vaststellen van de plannen altijd op hoofdlijnen de bedrijfseconomische
consequenties helder zijn.
Jaarverslag 2010 40
c. Strategische Doelstelling: Financiële continuïteit
Een randvoorwaarde voor het beheren en ontwikkelen van het vastgoed is de beschikbaarheid
van financiële middelen en hier wordt met name in gezet op het Revolving Fund principe.
De financiële continuïteit is een randvoorwaarde om de doelstellingen van Dudok Wonen nu en
in de toekomst te kunnen halen. Continue aandacht voor de financierbaarheid van nieuwe
projecten en voldoende positieve operationele kasstromen is een noodzaak.
Het behoud van de financiële continuïteit vertaalt zich naar de volgende uitgangspunten:
- De operationele activiteiten, te weten de verhuur van woningen, dienen voldoende op te
leveren om structurele rentelasten te kunnen dragen, en
- Financiering van activiteiten dient vooraf te zijn geregeld.
Hieronder worden de financiële relaties tussen de activiteiten weergegeven. Echter
aanpassingen hierop zullen hoogstwaarschijnlijk nodig zijn in relatie tot de nieuwe
staatssteunregelgeving, en in het bijzonder de beschikbaarheid van vermogen voor DAEB en
niet-DAEB activiteiten.
netto operationele kasstroom
verkoopproduct opbrengsten
Investeringen vastgoed
ontwikkeling
Investering kooparrange-
menten
Externe financiering
Verder worden de volgende financiële randvoorwaarden door Dudok Wonen gehanteerd:
- Een solvabiliteit van minimaal 30% volgens de methodiek van het Centraal Fonds
Volkshuisvesting; en
- De ratio voor rentedekking -Interest Coverage ratio (ICR)- dient minimaal te voldoen aan de
door Dudok Wonen vastgestelde norm van 1,4. Deze norm is afgeleid van de voorwaarden
die het Waarborgfonds Sociale Woningbouw stelt voor het afgeven van borgstellingen op
leningen, die een norm waarde hanteert van 1,3.
Dudok Wonen onderzoekt of naast deze grootheden andere financiële randvoorwaarden kunnen
worden gedefinieerd, hieronder is te denken aan rendementseisen en een solvabiliteitsnorm op
marktwaarde.
Jaarverslag 2010 41
In 2010 kende Dudok Wonen de volgende grootheden voor deze kengetallen:
1. Het volkshuisvestelijk vermogen ultimo 2009 bedraagt 31,5%, daarbij is het
solvabiliteitsoordeel voldoende;
2. De solvabiliteit op basis van de Begroting 2010 bedraagt 48%;
3. De ICR op basis van de operationele kasstroom inclusief geactiveerde rentekosten,
exclusief geactiveerde productie, kent een waarde van 1,4.
i. Solvabiliteit
De solvabiliteit van Dudok Wonen is in 2010 met 48% gelijk gebleven ten opzichte van
2009. De verwachting is dat de solvabiliteit de komende jaren verder zal toenemen als
gevolg van de ingerekende verkopen van zowel bestaande bouw als nieuwbouw.
De vrijkomende kasstromen zullen met name aangewend worden voor de gedeeltelijke
financiering van onze investeringsactiviteiten, voor het overige deel zal financiering worden
aangetrokken.
Vanaf het jaar 2015 zien wij een licht dalende trend in de solvabiliteit welke veroorzaakt
wordt door een lagere waardering van de activa in exploitatie tegen bedrijfswaarden.
Deze afname hangt onder andere samen met de lagere resterende levensduur van de
bestaande complexen. Ook de lagere waardering van onze sociale koopproducten heeft zijn
weerslag op het eigen vermogen. Het evenwichtspunt van de solvabiliteit ligt voor de
langere termijn net boven de 51%.
Met behulp van het financieel managementmodel kunnen nieuwe financiële
randvoorwaarden worden gedefinieerd welke kunnen gaan gelden voor de nieuwe
strategietermijn vanaf 2013.
Het streven naar een Revolving Fund blijft gehandhaafd om zodoende de vermogenspositie
in de toekomst te behouden.
d. Strategische Doelstelling: Optimale inrichting beleggersrol
een goede juridische inrichting van de organisatie ondersteunt het efficiënt ontwikkelen,
beheren, en exploiteren.
De optimale inrichting van de beleggersrol bevindt zich zowel op het gebied van juridische
structuur als op het gebied van organisatie-inrichting. De juridische structuur wordt nader
uiteen gezet in hoofdstuk 9 ‘Entiteiten’. Hieronder wordt met name ingegaan op argumentatie
van de herziening van de juridische structuur, welke heeft plaatsgevonden eind 2010, en de
organisatieverandering.
i. Juridische structuur
Als gevolg van de EU-beschikking over DAEB en niet-DAEB activiteiten is het definiëren van
de optimale juridische structuur voor het vervullen van de beleggersrol sterk aan
Jaarverslag 2010 42
verandering onderhevig. De onduidelijkheid van de definitieve regelgeving over DAEB /
niet-DAEB bemoeilijkt het proces van inrichting van een optimale juridische structuur.
Desalniettemin heeft Dudok Wonen een eerste herziening van de juridische structuur
doorgevoerd ter voorbereiding hierop. Belangrijkste overwegingen hierbij zijn het komen
tot een minder complexe administratieve structuur, meer transparantie t.b.v. de interne-
en externe verantwoording en verbetering van de financieringsmogelijkheden.
De belangrijkste veranderingen:
1. Dudok Wonen Beheer BV heeft haar activa, w.o. een deel van het vastgoed,
overgedragen aan Stichting Dudok Wonen;
2. Dudok Wonen Diensten BV heeft de diensten en daarmee verbonden activa
overgedragen aan Stichting Dudok Wonen.
3. Dudok Ontwikkeling BV valt nu direct onder Stichting Dudok Wonen in plaats van onder
Dudok Wonen Holding BV.
Dit heeft ertoe geleid dat Dudok Wonen Beheer BV en Dudok Wonen Diensten BV slapende
entiteiten zijn geworden. Hoofdstuk 9 geeft de huidige juridische structuur weer van de
toegelaten instelling Stichting Dudok Wonen en haar dochtermaatschappijen en
deelnemingen en verbintenissen.
ii. Organisatie inrichting
Het verbeteren van het financiële rendement vindt op alle organisatorische gebieden
plaats. Zo zorgt de afdeling Wonen voor een efficiënte exploitatie, zodat het directe
rendement optimaliseert. De afdeling Ontwikkeling investeert in herstructurering en
nieuwbouwprojecten conform het investeringsbeleid. De afdeling projectmakelaardij
realiseert indirect rendement door verkoop van woningen via onze sociale koopproducten.
En de afdeling Financiën zorgt voor een zo laag mogelijke financiële lastenstructuur. In het
kader van optimalisatie van de dagelijkse bedrijfsactiviteiten zal per 1 januari 2011 een
aantal bedrijfsonderdelen worden verhangen naar een andere bedrijfskolom waar meer
toegevoegde waarde kan worden bereikt; Technische Beheer en VVE beheer gaat over van
Wonen naar Ontwikkeling en Projectmakelaardij gaat over naar Wonen. Deze verhangingen
zullen moeten leiden tot hogere bedrijfsefficiency.
e. Strategische doelstelling: streven naar meer financieel bewustzijn
Naast de harde kant van infrastructuur is de zachte kant ‘het kosten bewustzijn’ van iedere
medewerker essentieel om te komen tot de operationalisatie.
Door het Centraal Fonds is in de afgelopen jaren meermalen gewezen op het relatief hoge
bedrijfskosten niveau in relatie tot het sectorgemiddelde. Dit wordt voor een belangrijk deel
veroorzaakt door de strategie die Dudok Wonen uitvoert: actief wordt gewerkt aan het
vergroten van het aantal gehuisveste huishoudens, door een relatief grote inzet in het kader
van het verkopen van woningen en aanbieden van kooparrangementen, alsmede
productontwikkeling. Per ultimo 2010 vormt het aantal kooparrangementen 9% van alle
gehuisveste huishoudens (huur en koop).
Jaarverslag 2010 43
Daarnaast heeft Dudok Wonen een – in relatie tot haar grootte – relatief omvangrijke afdeling
Ontwikkeling teneinde haar ambitieuze herstructurerings- en nieuwbouwplannen te realiseren.
Uiteraard wordt de kostenontwikkeling zeer serieus genomen. Op steeds meer plaatsen in de
organisatie wordt permanent gewerkt aan het vergroten van het kostenbewustzijn. Gewerkt
wordt aan een optimale kostenstructuur in het licht van de randvoorwaarden en strategische
doelstellingen.
Jaarverslag 2010 44
Hoofdstuk 6 - Ambitie: Dudok Wonen presteert, verbindt en
beweegt mee
Halverwege het jaar is de Strategienota 2009-2012 uitgewerkt in een perspectief op de toekomst,
verwoord in de nota Perspectief 2014. Hierin is een aantal organisatieprincipes herijkt en opnieuw
bevestigd. Deze organisatieprincipes zijn:
• het ontwikkelen van een ‘lerende en flexibele’ organisatie;
• verantwoordelijk management gericht op het sturen van resultaten en het organiseren rond
persoonlijke doelstellingen van medewerkers binnen resultaatverantwoordelijke eenheden;
• coachend en stimulerend leidinggeven;
• brede inzetbaarheid van medewerkers;
• verantwoordelijkheden en bevoegdheden laag in de organisatie: maximaal drie
managementlagen;
• de organisatie blijft in beweging: organisatieontwikkeling kent geen einde;
• een goed ingebedde bedrijfscultuur gebaseerd op de kernwaarden.
Deze organisatieprincipes raken de twee strategische doelstellingen uit de Strategienota;
investeren in het kapitaal van de organisatie en efficiënte inrichting werkprocessen.
De ambitie: Dudok Wonen presteert, verbindt en beweegt mee wordt mede door de kernwaarden
vormgegeven. Op een organische wijze werkt Dudok Wonen inmiddels met de kernwaarden, wat
past in de ontwikkeling van een ‘lerende en flexibele’ organisatie. Vanuit de lerende organisatie is
“Theory-U” in de organisatie een manier van samenwerken aan het worden, om met elkaar de
verbinding aan te gaan. Van daaruit kan men bewegen met als resultaat: presteren.
Jaarverslag 2010 45
a. Strategische doelstelling: investeren in het kapitaal van de organisatie
Om te presteren is een goed opgeleid en functionerend team medewerkers een absolute
voorwaarde. Dit jaar hebben we ingezet op ontwikkelen van medewerkers, het kansen bieden
en het kansen grijpen. Daarnaast is er vanuit het Perspectief 2014 ook ingezet op ontwikkeling
van houding en gedrag. Samenwerking is als basishouding genomen. Hierbij gaat veel
aandacht uit naar de verbondenheid, intrinsieke motivatie en verantwoordelijkheidsgevoel bij
medewerkers.
Verder is wel bewezen dat bij Dudok Wonen ruimte is om jezelf te ontwikkelen: een behoorlijk
aantal mensen, 5%, schoof intern door naar een andere functie.
Bovenstaande ontwikkelingen betekenen dat Dudok Wonen een klimaat heeft waar
ontwikkeling een vaste plaats inneemt en waar kansen grijpen geen loze woorden zijn.
De medewerker voert zelf de regie over zijn/haar eigen ambitie. Hoe meer de functie daarbij
aansluit, hoe prettiger dat is. Voor iedereen. Naast een opleidings- en ontwikkelbeleid en een
actieve stimulans van doorstroom hebben we de loopbaanwijzer geïntroduceerd.
Met deze loopbaanwijzer en een persoonlijk opleidingsbudget gaat de medewerker actief op
zoek naar zijn ambitie en talenten.
Dudok Wonen faciliteert met bovenstaande ingrediënten, de strategische doelstelling
‘investeren in het kapitaal van de medewerkers’.
b. Strategische doelstelling: efficiënte inrichting werkprocessen
Het organisatiemodel van Dudok Wonen in 2014 laat een ander beeld zien dat het huidige
model. In 2010 is de eerste aanzet gegeven tot herinrichting van het organisatiemodel.
Omdat volgens de organisatieprincipes de organisatieontwikkeling geen einde kent, is gekozen
voor het opstellen van een sociaal statuut voor de duur van de komende veranderingen
voortvloeiend uit de nota perspectief 2014. Het sociaal statuut is ondertekend door de
vakbonden en daarmee goedgekeurd.
Vervolgens hebben we verschillende werkprocessen benaderd vanuit de gedachte van een
lerende organisatie. Het gevolg van deze ‘bril’ is een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor
het gehele proces. De kernwaarden nemen ook hier een belangrijke plaats in.
Het inrichtingsprogramma vanuit het Perspectief 2014 bestaat uit deelplannen voor afdelingen
en werkonderdelen die ieder hun eigen dynamiek hebben en verschillen in uitwerking en tijd.
Een belangrijke stimulans hierbij grijpt ook terug op houding en gedrag; vanuit het grote
geheel/zelfde doel tot samenwerking komen.
Een eerste aanzet tot een efficiënte inrichting van werkprocessen is gegeven op 1 november
2010 met het apart positioneren van de afdeling Service en Reparatie, met een eigen manager.
Deze afdeling valt in 2010 rechtstreeks onder de directeur Wonen.
Jaarverslag 2010 46
Het jaar 2010 is het jaar het werkproces VvE geworden. Er is een ‘roadshow’ geweest onder de
noemer VvE Go, om bewustzijn te creëren, binnen de organisatie, van een gezamenlijke
verantwoordelijkheid in dit proces. Naast de functie Coördinator VvE is ook de functie VvE
administrateur ingericht en ingevuld.
Bovenstaande ontwikkelingen hebben bijgedragen aan de strategische doelstelling ‘het efficiënt
inrichten van de werkprocessen’. Het organogram ziet er als volgt uit:
i. Personeelsinformatie
Gedurende het jaar heeft een lichte verschuiving plaatsgevonden in het aantal fulltime- en
parttime medewerkers. Was in 2009 de verdeling nog exact 50/50%, in 2010 is het aantal
fulltime medewerkers licht gestegen naar 52%. Deze trend zet zich ook voort in het
deeltijdfactor percentage. Er is een stijging waar te nemen in het aantal uren dat men
werkt ten opzichte van 2009, te weten 2%.
Ook heeft er een lichte verschuiving plaatsgevonden in de verhouding man/vrouw. Van
44/56% in 2009, naar 47/53% in 2010. De leeftijdsgroep is gelijk gebleven ten opzichte
van 2009.
Jaarverslag 2010 47
dienstjaren 2010
59%18%
8%
7%8%
< 5 jr
5-10 jr
10-15 jr
15-20 jr
> 20 jr
geslacht 2010
47%53% man
vrouw
deeltijdfactor 2010
0%7%
27%
67%
> 0,8
0,6 - 0,8
0,4 - 0,6
0,2- 0,4
< 0,2
leeftijd 2010
3%
22%
42%
19%
14%
<25 jr
25 - 35 jr
35 - 45 jr
45 - 55 jr
> 55 jr
voltijds 2010
52%48%voltijds
deeltijds
Deeltijdfactor in absolute zin: 0,4 - 0,6 8 medewerkers 0,6 - 0,8 31 medewerkers > 0,8 77 medewerkers
ii. In / door / uitstroom
Een actief beleid gericht op ontwikkeling betekent voor de individuele medewerkers zowel
externe- als interne mobiliteit; beweging.
Het toch vrij hoge instroom percentage in vergelijking met de uitstroom heeft te maken
met ons ambitieniveau en de reeds in 2009 gereserveerde vacature ruimte waar in 2010
invulling aan is gegeven.
Instroom 9% (10 medewerkers)
Doorstroom 5% (6)
Uitstroom 6% (7)
Jaarverslag 2010 48
iii. Ziekteverzuim
Ieder jaar stellen we ons ten doel om met het verzuim onder de 5% te blijven, zo ook in
2010. Was dit in 2009 nog 6,19%, in 2010 is het verzuim aanzienlijk gedaald tot 5,65%.
Onder de titel ‘ziekteverzuim, een gezamenlijke verantwoordelijkheid’ zijn we een weg
ingeslagen dat verzuim niet een vanzelfsprekendheid kan zijn. We gaan ook hierbij uit van
de kracht van onze medewerkers en onderzoeken bij verzuim de mogelijkheden om zoveel
als mogelijk in het werkproces te blijven. We gaan niet uit van onmogelijkheden. Ook hier
helpen de kernwaarden, immers verbonden medewerkers gaan anders met verzuim om.
Verzuim is keuze en ziekte overkomt je.
Jaarverslag 2010 49
Hoofdstuk 7 - Verslag van de Ondernemingsraad
Het overleg met de directeur/bestuurder heeft in 2010 regelmatig plaatsgevonden; negen maal in
totaal. De directeur/bestuurder laat zich in de overlegvergaderingen bijstaan door de manager
P&O. Buiten dit overleg heeft ook in 2010 het gebruikelijke overleg met de Raad van
Commissarissen plaatsgevonden.
De belangrijkste aandachtsgebieden voor het jaar 2010 waren:
i. Vervoersbeleid
ii. Notitie veiligheid Wonen
iii. Functie Woonadviseur
iv. CAO onderhandelingen
v. Afdeling CSI
vi. Positionering S&R
vii. Traject Perspectief 2014
i. Vervoersbeleid
Het opstellen van een nieuw vervoersbeleid is vanuit de directeur/bestuurder in 2009
opgestart. Begin 2010 zijn een aantal zeer diverse stellingen over mobiliteit door de
directeur/bestuurder opgesteld en besproken met de OR. De uitkomst daarvan werd in 2010
gepresenteerd aan de directie, maar heeft daarover geen akkoord kunnen bereiken. Wel zijn
door de directeur/bestuurder een aantal aanscherpingen gedaan in het vervoersbeleid. Eind
2010 was er nog geen nieuw vervoersbeleid.
ii. Notitie Veiligheid Wonen
Helaas krijgen medewerkers van Dudok Wonen te maken met agressie van klanten. Er was
geen protocol hoe er vanuit Dudok Wonen gehandeld wordt indien een medewerker te maken
krijgt met agressie. De OR heeft begin 2010 aangegeven dat daar behoefte aan bestond. De
vraag is opgepakt en in samenspraak met medewerkers is er in april een veiligheidsprotocol
opgesteld. Daarna zijn er trainingen gevolgd en aan de hand daarvan is het veiligheidprotocol
aangepast. Eind 2010 was het aangepaste veiligheidsprotocol gereed.
iii. Functie woonadviseur
Begin 2010 hebben alle woonadviseurs een informatiebijeenkomst bijgewoond over een
ontwikkel assessment. De algehele communicatie van en naar de woonadviseurs was voor
verbetering vatbaar. De directeur/bestuurder heeft dit verbetersignaal overgenomen van de
OR. Alle woonadviseurs hebben het assessment gedaan en zijn ingeschaald in de nieuwe
functie. Het gehele traject ‘functiewijziging woonadviseur’ is door de directeur/bestuurder, P&O
en de OR geëvalueerd. De evaluatie werd door alle partijen als prettig en nuttig gevonden.
Jaarverslag 2010 50
iv. CAO onderhandelingen
De nieuwe CAO is een algemene tekst waarmee de directeur/bestuurder met de OR in gesprek
kan gaan. De gesprekonderwerpen zijn flexibele werktijden, beoordelingssystematiek,
reiskosten en cafetariasysteem. De flexibele werktijden zijn op directie- en managementniveau
besproken. De beoordelingssystematiek, reiskosten en cafetariasysteem zijn in 2010 niet
gewijzigd.
v. Afdeling CSI
De taakverdeling tussen de afdelingen Control & Strategische Informatie (CSI) en Financiële
Administratie (FA) is in 2010 enigszins gewijzigd. Daarbij is gekozen dat FA zich voornamelijk
richt op het registeren van data en CSI op het interpreteren ervan. Voorstaande heeft ertoe
geleid dat geen nieuwe leidinggevende CSI is aangesteld. Voor voornoemd besluit is een
adviesaanvraag voorgelegd aan de OR. Zij heeft daarop positief gereageerd.
vi. Positionering Service & Reparaties
De afdeling S&R is anders gepositioneerd en geoptimaliseerd. Concreet houdt dit in dat er een
Opzichter Reparatieverzoeken en een Manager S&R is aangesteld. Voor het behandelen van
deze adviesaanvraag heeft de OR zich laten bijstaan door een externe adviseur. Dat heeft voor
zowel de OR als de directeur/bestuurder prettig gewerkt. Eind 2010 is door de OR een positief
advies gegeven.
vii. Traject Perspectief 2014
Het traject Perspectief 2014 betreft een organisatieperspectief van Dudok Wonen. Een eerste
onderdeel daarvan is het verplaatsen van de afdeling Projectmakelaardij naar Wonen; het
verplaatsen van Technisch Beheer en Service & Reparatie naar Ontwikkeling & Beheer en het
verplaatsen van VvE-coördinatie van Wonen naar Ontwikkeling. Voor het behandelen van deze
adviesaanvraag heeft de OR zich laten bijstaan door een externe adviseur en is eind 2010 door
de OR een concept positief advies gegeven. Hierbij is afgesproken dat elk nieuw onderdeel voor
advies bij de Ondernemingsraad terecht zal komen.
Jaarverslag 2010 51
Hoofdstuk 8 - Verslag van de Raad van Commissarissen
Inleiding
Voor u ligt het jaarverslag van de Raad van Commissarissen. Belangrijk onderdeel van dit
jaarverslag blijft de Governance code. De wijze waarop de RvC en directeur/bestuurder van Dudok
Wonen hieraan kleur hebben gegeven vormt het eerste deel van dit jaarverslag. In het tweede deel
legt de RvC verantwoording af over de wijze waarop zij haar toezichthoudende rol in 2010 heeft
ingevuld.
a. Governance code Dudok Wonen
i. Governance code
Sinds november 2006 hebben de woningcorporaties een Governance code
Woningcorporaties. Corporaties die lid zijn van Aedes committeren zich met hun
lidmaatschap aan de Aedes code. En daarmee ook aan de Governance code die hiermee
niet vrijblijvend is.
De Governance code bevat expliciet een aantal geformuleerde normen voor goed bestuur
en goed intern toezicht. De besluitvormende organen van de corporaties, zoals besturen en
raden van commissarissen, moeten die normen in acht nemen. Belangrijke elementen zijn
integriteit, onafhankelijkheid, deskundigheid, verantwoording, zelfevaluatie en
transparantie.
ii. Governance structuur Dudok Wonen
Dudok Wonen is een stichting. Deze stichting kent een directie die uit één lid bestaat. De
directie heeft als bestuurder zelfstandige bevoegdheden. Deze staan vermeld in de statuten
van Dudok Wonen (zie de website).
De directeur/bestuurder heeft voor het uitvoeren van een aantal bevoegdheden de
voorafgaande goedkeuring van de Raad van Commissarissen nodig.
De Raad van Commissarissen van Dudok Wonen bestaat uit vijf leden inclusief een
voorzitter. In 2010 heeft de RvC een stageplek opengesteld voor een persoon uit een
opleidingstraject voor commissarissen van VTW (Vereniging Toezichthouders
Woningcorporaties). Deze is ingevuld.
De RvC heeft tot taak toezicht te houden op het beleid van het bestuur en op de algemene
gang van zaken in de corporatie. De RvC staat het bestuur met raad terzijde. Bij de
vervulling van hun taak richten de commissarissen zich naar het belang van de corporatie.
Het toezicht is gericht op financiële, bedrijfsmatige en organisatorische continuïteit van de
organisatie, alsook op de maatschappelijke prestaties van de corporatie.
iii. Professionalisering governance
De RvC heeft, reeds voordat er sprake was van een Governance code voor de sector
Woningcorporaties van Aedes, een eigen Dudok Wonen Code voor Goed Toezicht
vastgesteld. Hierbij is nadrukkelijk gekeken naar de Code Tabaksblatt en de Aanbevelingen
van Glasz.
Jaarverslag 2010 52
Onderdeel van deze code is het protocol belangenverstrengeling. Hierin wordt verwezen
naar artikel 14 van de statuten van Dudok Wonen waarin wordt omschreven wie er in het
kader van het waarborgen van onafhankelijkheid geen lid van de RvC mogen zijn.
Daarnaast onderschrijft de RvC de meeste principes en uitwerkingen van de Governance
code Woningcorporaties. Deze is uitgewerkt in de Governance code Dudok Wonen (zie de
website). Zowel in de statuten van Dudok Wonen als in het directiestatuut zijn taken en
bevoegdheden van RvC en bestuur en directie geregeld.
Zowel de RvC als het DT van Dudok Wonen onderschrijven de Governance code
Woningcorporaties grotendeels. Dudok Wonen gaat nog verder als het handelt om acties
als uitgebreidere verslaglegging en meer transparantie (bijvoorbeeld met betrekking tot het
beschikbaar stellen van stukken via de website).
De statutaire directie verklaart tenslotte dat Stichting Dudok Wonen haar middelen
overeenkomstig het bepaalde in artikel 26 van het BBSH uitsluitend heeft besteed in het
belang van de volkshuisvesting.
Afwijkingen van Governance code
Het belangrijkste punt waarop de Governance code Dudok Wonen afwijkt van de standaard
code is de omgang met belanghouders. De RvC is van mening dat de dialoog met de
stakeholders onderdeel moet zijn van de normale bedrijfsprocessen. De RvC vindt het
vanzelfsprekend dat de bestuurder en corporatiemedewerkers weten wat de
maatschappelijke opgaven in hun werkgebied zijn en wat de klantwensen zijn. De Raad van
Commissarissen is niet aanwezig bij het overleg met belanghouders maar wordt
geïnformeerd over het verloop ervan. Wel vindt 2 keer per jaar overleg plaats tussen
vertegenwoordigers van de HuurdersBelangenVereniging en de RvC.
De RvC houdt jaarlijks toezicht op het feit of de dialoog inderdaad is vormgegeven binnen
de organisatie. Daarnaast wordt periodiek visitatie uitgevoerd, in 2010 is de tweede
periodieke visitatie van Dudok Wonen opgestart.
Met belanghebbenden wordt vooraf gezocht op welke maatschappelijke thema’s verbinding
kan worden gemaakt. In het jaarverslag en de jaarrekening legt Dudok Wonen
verantwoording af. Het jaarverslag wordt jaarlijks aan alle belanghebbenden toegestuurd.
Een afwijking op de code betreft het niet publiceren van de hoofdlijnen van een
remuneratierapport van de RvC op de website. Ook geldt dat niet voor iedere commissie
(van de RvC) een reglement is opgesteld.
Een verdere afwijking in de Governance code betreft de rol van de controller. De controller
is aanwezig bij het jaarlijkse overleg tussen DT en RvC en 4 keer per jaar bij de audit
commissie financiën. Relevante aandachtspunten worden tijdens deze overleggen
besproken. De controller is dan ook beschikbaar voor vragen.
Jaarverslag 2010 53
De RvC vindt dat zij op deze manier voldoende geïnformeerd wordt over de interne
risicobeheersing en controlesystemen.
Tenslotte de zittingstermijn van de leden van de RvC. Deze betreft niet maximaal driemaal
voor de periode van vier jaar maar maximaal twee keer voor de periode van vier jaar.
Jaarverslag 2010 54
b. Personalia
• Directeur/bestuurder: de heer drs. L. Bobbe
Geboortedatum 12 december 1955
Nevenfuncties:
o Docent Nirov;
o Commissaris WoonEnergie;
o Commissaris BOEi, organisatie voor behoud, ontwikkeling en exploitatie van industrieel
erfgoed;
o Bestuurslid Stichting Theodotion- Dudok;
o Bestuurder Gooise Woonstichting;
o Ledenraad Aedes.
Leon Bobbe is sinds 2002 als Directeur/bestuurder werkzaam bij Dudok Wonen.
Hij is benoemd voor onbepaalde tijd.
Leden van de Raad van Commissarissen in 2010:
• Voorzitter: mevrouw T. Booi
Geboortedatum: 23 juli 1955
Datum eerste benoeming: 1 januari 2005
Mevrouw Booi heeft zitting op voordracht van de huurders. Zij is zelfstandig
projectmanager/ senioradviseur binnen ORKA-advies.
Nevenfuncties in 2010:
o Lid Raad van Commissarissen Poort6
o Bestuurslid St. Publiek Debat;
o Bestuursvoorzitter St. LKV De Ploegh;
o Voorzitter RvC Viveste te Houten
o Lid RvC Gooise Woonstichting.
Binnen onze RvC heeft mevrouw Booi de portefeuille Volkshuisvesting.
• Lid: de heer W.F.P. Weide
Geboortedatum: 18 januari 1956
Datum eerste benoeming: 1 januari 2009
De heer Weide is directeur/partner van FAKTON “financiële vastgoed regisseurs”.
Nevenfuncties in 2010:
o Lid van Strategie Platform Bouw;
o Lid RvC Gooise Woonstichting.
Binnen onze RvC heeft de heer Weide de portefeuille Vastgoed, Treasury en
Waardeontwikkeling.
Jaarverslag 2010 55
• Lid: de heer R.W.M. Takken
Geboortedatum: 27 januari 1956
Datum eerste benoeming: 1 augustus 2009
De heer Takken was Senior Vice President & CFO Imaging Systems Operations Philips
Healthcare bij Philips Electronics tot 1 september 2010. Hierna is hij in functie getreden als
Senior Vice President & Senior Controller Global Service Units bij Philips International B.V.
Nevenfunctie in 2010:
o Lid RvC Gooise Woonstichting.
Binnen onze RvC heeft de heer Takken de portefeuille Financiën en Bedrijfseconomie.
• Lid: mevrouw T.C. Lamers
Geboortedatum: 16 juni 1960
Datum eerste benoeming: 8 december 2007
Functie: voorzitter College van Bestuur ROC Rijn IJssel
Nevenfuncties in 2010:
o Lid Raad van Toezicht Spectrum, Centrum voor maatschappelijke ontwikkeling Arnhem.
o Voorzitter Bestuur Stichting Vitesse Betrokken, maatschappelijke activiteiten ten
behoeve van het verhogen van de sociale cohesie en leefbaarheid in de Arnhemse
wijken.
o Voorzitter Raad van Toezicht Stichting Arnhemse Openbare en Gelderse
Wetenschappelijke Bibliotheek.
o Lid RvC Gooise Woonstichting.
Binnen onze RvC heeft mevrouw Lamers de portefeuille Arbeidsverhoudingen en
Organisatie ontwikkeling.
• Lid: de heer C. van Vlissingen
Geboortedatum: 25 mei 1960
De heer van Vlissingen heeft zitting op voordracht van de huurders. Hij is algemeen
directeur van de Vakcentrale van de FNV.
Datum eerste benoeming: 9 maart 2010
Nevenfunctie in 2010:
o Lid RvC Gooise Woonstichting.
Binnen onze RvC heeft de heer van Vlissingen de portefeuille Bestuur en Maatschappij.
De heer van Garderen is begin 2010 afgetreden. Nieuw lid van de RvC per 9 maart 2010 is de
heer van Vlissingen.
Na de fusie tussen Woningstichting Dudok en Patio is een nieuwe RvC geïnstalleerd, bestaande
uit oud-leden van de fusiepartners. Hierbij zijn de volgende afspraken gemaakt:
� Na 2007 jaarlijks één lid aftredend en soms 2 leden;
� Bij de volgorde van aftreden wordt rekening gehouden met de totale zittingstermijn van de
leden van de RvC;
� Verderop wordt het rooster van aftreden weergegeven. Alle leden, behalve de voorzitter,
zitten in hun eerste zittingstermijn van 4 jaar. Voor deze leden bestaat de mogelijkheid om
na 4 jaar herbenoemd te worden.
Jaarverslag 2010 56
i. Protocollen
De Beginselen voor Good Governance (inclusief protocol ter voorkoming
belangenverstrengeling) en de statuten van Dudok Wonen staan op de website van Dudok
Wonen. Ook is de Governance code van Dudok Wonen op de website te vinden. De
commissarissen houden dit protocol in acht. Zo hebben zij bijvoorbeeld geen zitting in een
lokale overheid dat hoort tot het werkgebied van Dudok Wonen.
Een andere regel die is toegepast is dat er bijvoorbeeld geen leningen (of iets dergelijks)
zijn verstrekt aan de directeur/bestuurder.
ii. Rooster van aftreden, en herbenoembaarheid
2010 2011 2012 2013 2014
Mevrouw T. Booi
Voorzitter
Portefeuille Volkshuisvesting
31-12
(laatste
termijn)
De heer R.W.M. Takken
Portefeuille Financiën en
Bedrijfseconomie
01-08
(1e
termijn)
De heer W.F.P. Weide
Portefeuille Vastgoed,
Treasury en Waarde
ontwikkeling
01-01
(1e
termijn)
Mevrouw T.C. Lamers
Portefeuille
Arbeidsverhoudingen en
Organisatie ontwikkeling
01-12
(1e
termijn)
De heer C. van Vlissingen
Portefeuille Bestuur en
Maatschappij
01-03
(1e
termijn)
b. Overleg en gespreksonderwerpen
i. Frequentie
De RvC heeft het afgelopen jaar vier keer op reguliere wijze vergaderd. Alle vergaderingen
vonden plaats met de directeur/bestuurder. In 2010 heeft geen onderlinge bijeenkomst
plaatsgevonden in verband met de zelfevaluatie van de RvC. Deze staat gepland in het
voorjaar van 2011. In zowel het voorjaar als in het najaar van 2010 heeft een bijeenkomst
plaatsgevonden met het voltallige directieteam en controller. Dit waren
Jaarverslag 2010 57
themabijeenkomsten over respectievelijk risicomanagement en over het thema ‘de
corporatie van de 21e eeuw’ met een doorkijk naar toekomstige organisatieveranderingen.
Verdere aanwezige tijdens de overleggen was de accountant van KPMG (bespreking
jaarverslag, bespreking managementletter en voortgang).
ii. Werkwijze
Er zijn afspraken over reguliere vergaderingen en thema’s die aan de orde zijn. Tussentijds
kan de voorzitter van de RvC zaken op de agenda plaatsen, bijvoorbeeld op verzoek en na
overleg met de bestuurder of één van de leden van de RvC. Op basis van een agenda, die
door de voorzitter met de directeur-bestuurder (technisch) wordt besproken, vindt de
vergadering plaats. Specifieke zaken kunnen in een van de commissies (zie hieronder)
worden voorbesproken. Deze commissie legt dan haar bevindingen voor aan de RvC voor
verdere menings- of besluitvorming. Specifieke zaken kunnen ook voor advies aan een
externe worden voorgelegd.
De voorzitter hanteert een open discussiestijl waarbij zij er voor zorgt dat ieder zijn inbreng
heeft. Besluitvorming vindt plaats op basis van consensus of meeste stemmen, afhankelijk
van de zwaarte van het onderwerp.
iii. Onderwerpen
De RvC heeft voor zichzelf een aantal speerpunten benoemd, te weten:
• Risicomanagement
• Klantvisie en tevredenheid huurders
• De focus is voortdurend in belangrijke mate gericht op verkoop/jongeren/ouderen en
specifieke doelgroepen. De grote groep bestaande huurders mag niet worden vergeten.
De (nieuwe) klantvisie van de afdeling Wonen heeft hierbij de aandacht van de RvC.
Overheidsbeleid
De plannen van de overheid: de strategie richt zich op het anticiperen op te maken keuzes
en positionering in de maatschappij. De RvC is hierin zeer geïnteresseerd en stimuleert de
oefeningen van Dudok Wonen hierin (bijvoorbeeld belegger/huisvester ontwikkelingen).
Missie/strategie/transformatie
De missie en hiervan afgeleide strategie moeten het fundament zijn: hierover is het niet
mogelijk een compromis te sluiten. De transformatie is vervolgens het meest spannende
onderdeel. De uitrol van de –missie en strategie- zet de organisatie namelijk ook weer op
diverse strategische keuzes. Het is van belang de RvC hier telkens goed in ‘mee te nemen’.
De RvC toetst op consistentie (doet de corporatie nog de goede dingen?) en (mogelijke)
risico’s (doet de corporatie de dingen goed).
Maatschappelijke prestaties
Hier ligt vooral de behoefte aan het opstellen van een meetlat voor maatschappelijke
prestaties.
Indicatoren: hoe meten we maatschappelijk rendement?
Balans: tussen commercieel ondernemen (‘stenen stapelen’) en maatschappelijk
Jaarverslag 2010 58
ondernemen (‘mensen empoweren’). Respectievelijk middel en doel. Bij het
maatschappelijk ondernemen definiëren van de zorg voor ‘zwakkere’ groepen, alsook de
leefbaarheid in de wijk.
Financieel
T.a.v. risico’s: te allen tijde is het belangrijk dat de liquiditeitspositie positief blijft
gewaarborgd. De monitoring hierop is een terugkerend thema. Daarom wordt
risicomanagement regelmatig geagendeerd in de RvC; en hiermee in verband staand de
beheersing van de commerciële activiteiten.
Control: niet alleen financieel in control zijn, maar ook op het vlak van maatschappelijke
prestaties. Ofwel: op het financiële deel kunnen vertrouwen, zodat we maatschappelijke
doelen kunnen dienen en prestaties kunnen leveren.
Organisatie in balans
De dreigende tweedeling in organisaties: ‘beheerders’ versus ‘ondernemers’. Op individueel
medewerkerniveau kan dit onderling spanning geven. Vanuit de RvC is aandacht voor dit
thema.
Daarnaast waren aan de orde:
• voortgang project De Melkfabriek (Hilversum)
• benoeming nieuw RvC-lid (de heer van Vlissingen)
• actualisatie van het directiestatuut
• actualisatie van het treasury statuut en treasury jaarplan
• profielschets en werving nieuwe voorzitter
• ontwikkeling van de Bensdorp-lokatie (Bussum)
• herziening juridische structuur.
De genomen bestuursbesluiten, de kwartaalrapportages en het jaarverslag (jaarrekening
en volkshuisvestelijk verslag en accountantsverslag) zijn uitgebreid met de
directeur/bestuurder besproken.
Mede op basis van onderstaande informatiebronnen heeft de RvC inzicht gekregen in het
besturen van de organisatie:
• kwartaalrapportages en halfjaarcijfers
• periodieke informatie over projecten in relatie tot maatschappelijk ondernemerschap
• een financieel jaarverslag; management-letter; het verslag van de accountant
betreffende de specifieke vragen van de RvC
• periodiek overzicht van bestuursbesluiten
• de interne- en externe periodieke informatiebulletins van de organisatie
• mondelinge toelichtingen en presentaties directeur/bestuurder
• twee keer per jaar gesprek met de OR en
• 2 keer per jaar gesprek met het dagelijks bestuur HuurdersBelangenVereniging
• voorbereidende gesprekken DT-leden in verband met functionerings- en
beoordelingsgesprekken directeur/bestuurder
Jaarverslag 2010 59
iv. Accountant
In 2010 is herbenoeming van de accountant aan de orde geweest in de audit commissie.
Dit heeft geleid tot een positief advies aan de RvC. De RvC heeft dit advies overgenomen.
Voorts heeft de RvC een voorgesprek met de accountant gehad over punten waarvoor de
RvC specifiek aandacht vraagt, boven de normale controle. Het accountantsverslag en de
jaarrekening zijn in het voorjaar besproken met de externe accountant.
Daarnaast is naar aanleiding van de managementletter in het najaar de externe accountant
aanwezig geweest bij een overleg tussen RvC en directeur/bestuurder.
v. Kerncommissies
De RvC van Dudok Wonen kent geen remuneratie- en audit commissie zoals bedoeld in
artikel III.5 van de Governance code. Zij kent wel een audit commissie financiën en
commissie personeel en organisatie. Deze commissies brengen, net als het bestuur,
verslag uit van hun beraadslagingen aan de RvC.
Er is een audit commissie financiën ingesteld die de andere RvC-leden informeert over
financiële onderwerpen en die de volgende taakopvatting heeft:
• Zich laten informeren over de financiële verslaglegging en op de betrouwbare werking
van het interne en externe beheersingssysteem.
• Verdiepen en analyseren van de kwartaal-, halfjaar- en jaarcijfers.
• Voorbereiding van risicobeheersing in projecten, alsook de juridische en fiscale
vormgeving van de wooncorporatie.
Alle bovengenoemde taken zijn in 2010 geagendeerd geweest op de bijeenkomsten van de
audit commissie.
Aan de commissie nemen twee Commissarissen deel, te weten de heer Weide en de heer
Takken. De commissie wordt bijgestaan door de interne controller, de directeur/bestuurder
en de directeur Bedrijfsvoering. De taken van deze commissie zijn vastgelegd in een
protocol. Er wordt telkens een dag vóór de reguliere vergadering van de Raad van
Commissarissen (4x per jaar) een bijeenkomst belegd voor de audit commissie. De
agendapunten van dit reguliere overleg van de Raad die van financiële aard zijn, worden
geagendeerd in de audit commissie bijeenkomst.
Ook is er een commissie personeel en organisatie ingesteld. Hierin hebben twee
Commissarissen zitting: mevrouw Booi en mevrouw Lamers. Zij komen in ieder geval twee
maal per jaar bij elkaar. Deze commissie houdt zich bezig met de voorbereiding en
uitvoering van het functionerings- en beoordelingsgesprek met de directeur/bestuurder en
voert gesprekken met de OR. Hiernaast houdt deze commissie een vinger aan de pols
betreffende organisatorische veranderingen, inzake ICT en HRM. In 2010 was ook de
invulling van een vacature in de RvC onderwerp van gesprek. Het handelde hier om de
start van een externe werving onder leiding van een extern wervingsbureau.
Jaarverslag 2010 60
c. Inhoudelijk toezicht
i. Toezicht
De missie van Dudok Wonen luidt als volgt:
Dudok Wonen vergroot de zelfredzaamheid van mensen op de woningmarkt.
Wij bieden hen kansen op een hierbij passende wooncarrière. Bijzondere aandacht geven
wij aan mensen die niet zelfstandig in hun huisvesting kunnen voorzien.
We nemen initiatieven en zetten onze middelen in om samen met anderen te werken aan
een sociaal en economisch vitale regio en het behoud van het culturele erfgoed.
Voor 2010 zijn de volgende focuspunten geformuleerd (uit: Jaarplan 2010: ‘Positionering in
cirkel van waardecreatie’):
Het verder uitvoering gaan geven aan de strategienota 2009-2013. Dat houdt voor 2010
in:
• exploitatieresultaat halen (de onderhouds-uitgaven beheersen en leegstand omlaag)
• lagere investeringen in woningverbetering
• projectmanagement: beheersing planning en besluitvorming (zonder financiering geen
project)
• organiseren van VvE-beheer
• klantvisie vorm en inhoud geven
• kostenbewustzijn
• vermogen tot samenwerken en proactiviteit (“verbinden doe je samen”)
• imago (bijvoorbeeld Bloemenbuurt); proactieve communicatie
• voorsorteren op de corporatie van de 21e eeuw
De RvC houdt op een aantal manieren toezicht:
Algemeen toezicht op strategie en beleid
In 2009 is de strategienota 2009-2013 goedgekeurd door de RvC. In het voorjaar van 2010
heeft een oriënterende en voorbereidende bespreking plaatsgevonden met de
directeur/bestuurder en het DT. Besproken zijn de specifieke aandachtspunten voor het
toezicht van de RvC.
Voor het jaar 2010 waren dat in ieder geval: overheidsbeleid en in hierop volgend het
‘voorsorteren op de corporatie van de 21e eeuw’ (transformatie); maatschappelijke
prestaties; financieel (risico’s en control).
Toezicht op de organisatie
Dit heeft als volgt plaatsgevonden:
De specifieke aandachtspunten van de RvC zijn besproken. In 2010 waren dit:
• Klantvisie;
• De organisatie in balans (beheersen versus ondernemen);
Jaarverslag 2010 61
• Overleg met de OR;
• De onderwerpen klokkenluidersregeling en integriteitcode.
Financieel Toezicht
Het financieel toezicht vindt plaats op basis van schriftelijke rapportages als de
kwartaalrapportages en de jaarrekening. Besprekingen hiervan worden voorbereid door de
audit commissie.
Daarnaast vindt overleg plaats met de accountant. In het voorjaar zijn de jaarrekening en
de managementletter besproken.
Daarnaast wordt financieel toezicht gehouden met behulp van de volgende instrumenten:
• Treasury statuut en voortgang treasury: onderwerp voor financiële auditcommissie
• WALS
• Aedex
• CFV 2010 onderdeel bedrijfsvoering
In het najaar zijn de specifieke aandachtspunten die de RvC heeft geformuleerd voor de
accountant besproken. In 2010 waren dit:
Financiering: kwaliteit kasstroom- en financieringsprognose; interne registratie;
samenhang tussen asset management, meerjarenbeleid, waardering bezit; risicoanalyse en
beheersing.
Rapporteren op stand van zaken van overige reeds in 2009 opgenomen verbeterpunten.
Toezicht risicomanagement:
• inzicht in financieringscapaciteit en liquiditeitsprognoses
• inzicht in aangegane verplichtingen
• gegevensbehoud bij verdere implementatie van het systeem Viewpoint
• waardering van koopwoningen, resultaatbepaling alsook verkoopprijsbepaling
• waardering grondposities
Toezicht maatschappelijke en volkshuisvestelijke functie van de woningcorporatie
Dit vindt plaats op basis van:
• verslaglegging over contact met belanghouders
• kwartaalverslagen
Toezicht op eventuele verbindingen (nevenstructuren)
Dit vindt plaats via kwartaalverslagen en besluitenlijsten. Daarnaast is op de
themabijeenkomst in het najaar uitgebreid stilgestaan bij het ‘corporatie van de 21e eeuw’,
vooral in organisatorisch opzicht.
Jaarverslag 2010 62
Inzicht in de zelfevaluatie van de RvC
In het najaar van 2010 heeft geen themabijeenkomst van de RvC plaatsgevonden, waarin
het eigen functioneren is besproken, alsook het definiëren van belangrijke
aandachtsgebieden waarop de RvC blijvend wil toetsen. Dit staat gepland in het voorjaar
van 2011.
Werving en selectie
In 2010 is in verband met het aftreden van de heer van Garderen via bureau Erly een
nieuw lid geworven, de heer van Vlissingen. De RvC toetst bij het ontstaan van een
vacature of bij een herbenoeming of het profiel van de RvC als ook de afzonderlijke
profielen nog voldoen aan de eisen die de organisatie stelt. Zo nodig wordt het profiel
aangepast. Hierbij wordt extern advies gevraagd. De RvC werft conform haar code, op
basis van een profiel en advertenties, en onder leiding van een extern bureau.
Onafhankelijkheid
Het betreft hier transacties of tegenstrijdige belangen van leden van het bestuur en/of raad
van commissarissen: Er hebben geen zaken gespeeld die van materiële betekenis waren
voor de corporatie en de leden van het bestuur en/of commissarissen.
Verklaring van de RVC betreffende de onafhankelijkheid van de leden RvC
Volgens het door de RvC vastgestelde ‘protocol voorkoming belangentegenstellingen’ is
sprake van een belangentegenstelling bijvoorbeeld indien de organisatie waar de
commissaris werkzaam is streeft naar verwerving van vastgoed of een bouwlocatie in het
werkgebied van Dudok Wonen. In 2010 heeft deze situatie zich niet voorgedaan. Alle leden
hebben verklaard ten opzichte van Dudok Wonen in een onafhankelijke positie als
commissaris van Dudok Wonen te kunnen opereren.
d. Beloningen
i. Bestuurdersbeloning
De bestuurdersbeloning is conform de adviesregeling van de commissie Izeboud (wordt
frequent extern getoetst) en ziet er qua opbouw als volgt uit:
Bestuurdersbeloning Leon Bobbe 2010
Belastbaar loon € 134.667,00
Pensioenafdracht € 46.097,00
Dotatie pensioenvoorziening € 14.500,00
Jaarverslag 2010 63
ii. WOPT
Over 2010 is een WOPT-melding van toepassing omdat de bestuurdersbeloning € 2.264,-
boven de geldende norm is uitgekomen.
Met de directeur/bestuurder vinden jaarlijks een functionerings- en beoordelingsgesprek
plaats op basis van een beoordelingsformat. Deze gesprekken worden gevoerd door de
voorzitter van de RvC en het RvC-lid dat Personeel en Organisatie in portefeuille heeft, op
basis van voorafgaande gesprekken met enkele leden van het Directieteam. In deze
gesprekken worden eventuele aandachtspunten meegegeven voor het komende jaar. In
2010 is het vaste inkomen op basis van een beoordeling verhoogd.
iii. Beloning RvC
Commissarissen krijgen een vaste jaarlijkse (belaste) vergoeding, onafhankelijk van aantal
uren. Deze past binnen de adviesregeling Honorering Toezichthouders in
Woningcorporaties. De voorzitter krijgt een hogere vergoeding. De vergoedingen worden
jaarlijks gecorrigeerd op basis van de loonontwikkeling in de CAO voor woningcorporaties.
Vergoedingen 2010
T. Booi € 9.684,97
L. van Garderen € 1.344,72 (t/m 31-03-2010)
C. van Vlissingen € 4.135,59 (v.a. 01-04-2010)
T.C. Lamers € 5.685,54
W.F.P. Weide € 5.534,30
R.W.M. Takken € 5.534,30
Totaal € 31.919,42
Er is geen sprake van een vaste onkostenvergoeding. Onkosten worden vergoed op basis
van werkelijk gemaakte kosten, kilometers etc.
Totale kosten Raad van Commissarissen:
Totaal honorering: € 31.919,42
Vergaderkosten € 1.261,37
Overige kosten € 17.945,56 (o.a. wervingskosten)
Totaal: € 51.126,35
Jaarverslag 2010 64
Hoofdstuk 9 - De rechtspersonen
Dudok Wonen kent dochtermaatschappijen, deelnemingen en verbintenissen. In 2010 heeft een
herziening van de juridische structuur plaatsgevonden, waarbij vastgoed en diensten uit enkele
dochterondernemingen zijn teruggeleverd aan de Stichting Dudok Wonen. Zie voor een toelichting
paragraaf 5.4.
De herziene organisatiestructuur van de Stichting Dudok Wonen met haar dochtermaatschappijen
en deelnemingen ziet er als volgt uit:
Stichting Dudok Wonen is de toegelaten instelling en exploiteert sociale huurwoningen. Het
statutair werkgebied beslaat Almere, Baarn, Blaricum, Bussum, Hilversum, Huizen, Laren, Muiden,
Naarden, Weesp en Wijdemeren. Stichting Dudok Wonen heeft de volgende actieve
dochterondernemingen:
• Dudok Wonen BV: de exploitatie van met name dure huurwoningen en de verstrekking van de
financiering aan de Gooise Woonstichting. Dudok Wonen B.V. heeft aan Gooise Woonstichting
een (variabele) geldlening verstrekt. Ultimo bedraagt deze lening € 20,0 miljoen.
• Dudok Ontwikkeling BV: het realiseren van (huur)woningen.
• Dudok Ontwikkeling Projecten BV: 100% dochtermaatschappij van Dudok Ontwikkeling BV, die
is opgericht voor het ontwikkelen van risicovolle en commerciële bouwprojecten. Tevens
participeert zij in verschillende VOF’s; Vennootschap onder Firma Bensdorp–Gewest met AM
Wonen en Vennootschap onder Firma ‘Ten Boom’ met woningcorporatie De Alliantie
Gebiedsontwikkeling I regio Gooi en Vechtstreek BV.
Raad van Commissarissen
Directeur / bestuurder
Gooise Woonstichting
Goois Wonen B.V.
Raad van Commissarissen
Directeur / bestuurder
Stichting Dudok Wonen
(toegelaten instelling)
Dudok Ontwikkeling B.V.
Dudok Wonen B.V.
Dudok Wonen Holding B.V.
Dudok Ontwikkeling Projecten B.V.
Dudok Wonen Beheer B.V.
Dudok Wonen Diensten B.V.
Bensdorp-Gewest VOF
VOF Ten Boom 50%
50%
Jaarverslag 2010 65
i. Deelnemingen
• Vennootschap onder Firma ‘Bensdorp-Gewest’: deelname van Dudok Ontwikkeling
Projecten BV in het project Bensdorp dat samen met AM Wonen BV wordt ontwikkeld.
Ultimo 2010 bedraagt het Eigen Vermogen van de verbindingen € 998.000; het
jaarresultaat 2010 negatief € 2.000. Door Dudok Wonen is € 500.000 kapitaal
ingebracht. Voorts is een geldlening verstrekt ad € 1.350.000 in de vorm van een
rekeningcourant krediet met het eerste recht tot vestigen van hypotheek op de
onroerende goederen die deel uit maken van het project. Dudok Wonen is hoofdelijk
aansprakelijk voor de schulden van de vennootschap.
• Vennootschap onder Firma ‘Ten Boom’: deelname van Dudok Ontwikkeling Projecten
BV in het project Hilversum Noord dat samen met woningcorporatie De Alliantie
Gebiedsontwikkeling I regio Gooi en Vechtstreek BV wordt ontwikkeld. Ultimo 2010
bedraagt het Eigen Vermogen van de verbindingen € 20.000; het jaarresultaat 2010
negatief € 3.000. Door Dudok Wonen is € 5.000 kapitaal ingebracht. Voorts is een
geldlening verstrekt ad € 4.790.000 in de vorm van een achtergestelde lening. Dudok
Wonen is hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden van de vennootschap.
ii. Verbintenissen meegeconsolideerd
• Gooise Woonstichting heeft als doel de maatschappelijke beleggersrol optimaal te kunnen
vervullen. Er wordt geen onderneming gedreven; er is slechts sprake van ‘normaal
vermogensbeheer’. De heer L. Bobbe is bestuurder. De Raad van Commissarissen is
overeenkomstig aan die van Dudok Wonen. De bestuurlijke verwevenheid leidt tot
consolidatie van de Gooise Woonstichting en tevens haar 100% dochteronderneming Goois
Wonen B.V met Dudok Wonen. Gooise Woonstichting wordt gefinancierd door een
achtergestelde lening van Dudok Wonen BV. De ter beschikking gestelde hoofdsom
bedraagt € 23,6 miljoen; hiervan is ultimo 2010 € 17,2 miljoen opgenomen.
• Goois Wonen BV heeft als doel het goed laten renderen van vastgoed middels efficiënt
beheer van haar vastgoed(-vermogen).
iii. Verbintenissen
• Stichting Woonzorg Theodotion-Dudok. Stichting Woonzorg Theodotion-Dudok wordt
gefinancierd door een achtergestelde lening van Stichting Dudok Wonen, en maakt geen
gebruik van financiële instrumenten van externe partijen. De achtergestelde lening
bedraagt ultimo 2010 € 3,7 miljoen. De stichting heeft geen personeel in dienst, maar
bestaat enkel uit een bestuur van drie personen. Dudok Wonen heeft twee bestuurszetels.
De stichting is eigenaar van 26 appartementen met zorgabonnementen in Laren. Deze
woningen zijn in beheer bij Dudok Wonen. De stichting heeft ten doel het samenbrengen
van wonen en zorg in de meest uitgebreide zin en alle overige activiteiten die een bijdrage
kunnen leveren aan de verwezenlijking van dit doel.
Jaarverslag 2010 66
• Boei (de Nationale Maatschappij tot Behoud, Ontwikkeling en Exploitatie van Industrieel
Erfgoed BV): dit betreft een ideële participatie.
Het statutair werkgebied van de dochterondernemingen, deelnemingen en verbintenissen –
met uitzondering van Boei – liggen binnen het statutair werkgebied van de toegelaten
instelling. Boei kent een landelijk werkgebied.
Jaarverslag 2010 67
Hoofdstuk 10 - Financiële exploitatie
a. Winst- en verliesrekening
Het geconsolideerd jaarresultaat na belastingen en na mutatie actuele waarde over 2010
bedraagt € 55,8 miljoen positief. De opbouw van het jaarresultaat is als volgt:
i. Bedrijfsopbrengsten
De bedrijfsopbrengsten zijn ten opzichte van 2009 met € 2,3 miljoen gedaald. Dit verschil
is een gevolg van een lagere opbrengst van de verkoop onroerende zaken.
Jaarverslag 2010 68
ii. Bedrijfslasten
In 2010 zijn de bedrijfslasten met € 9,6 miljoen gedaald. Dit wordt voor een belangrijk deel
veroorzaakt door een lager resultaat in de waardeveranderingen. Deze
waardeveranderingen zijn een gevolg van de afboeking van onrendabele investeringen.
Verder is er een stijging van de onderhoudslasten in 2010. Deze stijging van € 2 miljoen
komt door de renovatie binnen Goois Wonen B.V. van het complex Betje Wolff te Bussum.
iii. Mutatie actuele waarde materiële vaste activa
De mutatie actuele waarde over 2010 werd voor een belangrijk deel beïnvloed door
wijzigingen in beleid, van de parameters en uitgangspunten ten behoeve van de
berekening van de bedrijfswaarde. Binnen deze wijzigingen heeft de aanpassing van de
disconteringsvoet van 6% naar 5,25% het grootste effect op de hoogte van de mutatie
actuele waarde (€ 41,7 miljoen).
Jaarverslag 2010 69
b. Balans
Het eigen vermogen van Dudok Wonen per ultimo 2010 bedraagt € 323,7 miljoen. Dit betekent
een stijging van € 55,8 miljoen ten opzichte van ultimo 2009. Deze stijging komt volledig voort
uit de resultaatsbestemming 2010.
i. Waardering onroerende en roerende zaken in exploitatie
Dudok Wonen waardeert het bezit op bedrijfswaarde. De bedrijfswaarde wordt per complex
berekend op basis van de contante waarde van de kasstromen uit toekomstige
exploitatieopbrengsten en toekomstige exploitatielasten voor de resterende levensduur. In
de bedrijfswaardeberekening zijn de verwachte verkopen uit bestaand bezit voor de
komende 5 jaren ingerekend. De investeringen in het bestaande bezit zijn eveneens
meegenomen. De bedrijfswaarde geeft hiermee de toekomstige verdiencapaciteit van het
huidige bezit. De waardering in conform RJ 645 en bedraagt ultimo 2010 € 570 miljoen.
ii. Oordelen Centraal Fonds Volkshuisvesting
Het Centraal Fonds Volkshuisvesting beoordeelt jaarlijks de financiële positie van
corporaties. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen het solvabiliteitsoordeel (op
basis van de balans per ultimo 2009) en het continuïteitsoordeel (op basis van prognose
informatie over de jaren 2010 tot en met 2014). Beide oordelen waren voor Dudok Wonen
positief.
• Solvabiliteitsoordeel 2010 (verslagjaar 2009): voldoende solvabiliteit;
• Continuïteitsoordeel 2010: A1-oordeel (Oordeel A1: De voorgenomen activiteiten
passen bij de vermogenspositie van de corporatie).
Jaarverslag 2010 70
c. Treasury management
Het treasury beleid binnen Dudok Wonen heeft tot doel: het zekerstellen van voldoende
liquiditeit, het waarborgen van een blijvende toegang tot de financiële markten teneinde de
beschikbaarheid over voldoende financiële middelen zeker te stellen, het beheersen van
financiële risico’s en het realiseren van zo laag mogelijke kosten met inachtneming van de
beheersing van de risico’s.
Dudok Wonen zal er naar streven om blijvend te voldoen aan de door geldgevers en
sectorinstituten (WSW en CFV) gestelde eisen.
Het treasurystatuut bepaalt de contouren waarbinnen de treasuryfunctie wordt uitgeoefend. Dit
beschrijft de uitgangspunten, kaders en bevoegdheden in dit verband. In 2010 is een
hernieuwde versie van het treasurystatuut vastgesteld door de Directeur-bestuurder en de
Raad van Commissarissen.
In het treasurystatuut zijn onder meer de kaders ten aanzien van het rentemanagement
geformuleerd. Rentemanagement betreft het geheel aan maatregelen ter beheersing van
renteresultaten en bescherming van balansverhoudingen tegen de nadelige invloed van
rentebewegingen. De omvang van het renterisico wordt gemeten aan de hand van het (netto)
geldvolume dat in enige opvolgende periode van twaalf maanden gevoelig is voor
rentebewegingen.
In de grafiek hierboven is de rente-exposure volgens de meerjaren begroting 2011-2015
weergegeven, na aantrekken van de nieuwe leningen. De financieringsbehoefte voor 2011 is
nu volledig zeker gesteld. In 2012 is de financieringsbehoefte met EUR 20.0mio afgenomen
omdat in 2010 al EUR 20.0mio aan herfinanciering is zeker gesteld.
Rente-exposure totaal MJB 2011-2015
0
10.000
20.000
30.000
40.000
50.000
60.000
2011 2012 2013 2014 2015
EUR x1000
Financieringsbehoefte Renteconversie Fix WSW-norm
Jaarverslag 2010 71
Op basis van de huidige gegevens en de weergegeven grafiek kan worden gesteld, dat er
geen overschrijdingen van het rente-exposure zullen plaatsvinden op basis van de gestelde
WSW-norm met een maximaal rente-exposure van 15% op het totale uitstaande
schuldrestant.
d. Financieringsbehoefte en toegang tot de kapitaalmarkt
De ontwikkeling van de liquiditeiten wordt bepaald door de ontvangst van huren en
verkoopopbrengsten, verminderd met de exploitatielasten, bedrijfslasten, investeringen,
rentebetalingen en aflossing van leningen. Met name de omvang van de investeringen
veroorzaakt een negatieve kasstroom. Dudok Wonen streeft naar een optimale
financieringsstructuur op bedrijfsniveau waarbij de operationele activiteiten voldoende
renderend moeten zijn om de rentelasten te kunnen dragen.
Op basis van de verwachte kasstromen uit operationele activiteiten, investeringen en
bestaande financieringen wordt de financieringsbehoefte voor de komende jaren inzichtelijk.
Hierop wordt in het kader van treasury beleid actief rente- en liquiditeitsmanagement gevoerd.
Dudok Wonen heeft een ‘Interest Coverage Ratio’ (ICR) van 1.6 over 2010. Deze ratio geeft
aan in hoeverre de corporatie in staat is om vanuit de exploitatie van het bestaande bezit haar
rentelasten te betalen. De hoogte van de ICR bevindt zich naar verwachting in de komende
jaren boven de door het WSW gestelde minimum van 1.4.
Jaarverslag 2010 72
Hoofdstuk 11 - Risico-Management
a. De essentie
Ons risicomanagement wordt in zijn algemeenheid gestuurd vanuit de volgende
uitgangspunten:
i. Vanuit een heldere, eigen koers kunnen we continu blijven inspelen op de sterk
veranderende omgeving. Deze koers is gevat in een visie en missie en strategie,
ondersteund door een flexibel verdienmodel en organisatiefilosofie. Wij maken onze focus
steeds helder aan onze omgeving en benoemen hierbij de risico’s.
ii. Onze kernwaarden Verbinden - Bewegen - Presteren worden actief ondersteund, zodat
medewerkers zich verbonden voelen met onze strategische doelstellingen.
Het resultaat van ons handelen moet zijn dat:
• Risicomanagement voldoende ‘leeft’ in de organisatie om onze strategische doelstellingen
te halen; en
• Risicomanagement is herkenbaar onderdeel van besluitvorming, bedrijfsprocessen en
managementrapportages.
b. Het instrument
Het ‘harde’ risico-instrument de risicoanalyse, met risico-identificatie en risicowaardering, het
benoemen van beheersmaatregelen, het rapporteren hiervan en het monitoren. Dit doen we op
strategisch en operationeel niveau, bij grote one-off projecten, en bij projectontwikkeling en
productontwikkeling met als primaire doel het bewustzijn van mogelijke risico’s en het
definiëren van maatregelen op alle niveaus te vergroten zodat de doelstellingen van de
organisatie kunnen blijven worden gerealiseerd.
In 2010 is het risicomanagement explicieter gemaakt door een uitgebreide risicoanalyse op
directie niveau met de onderstaande risicomatrix als resultaat.
Jaarverslag 2010 73
Dit betreffen de 46 onderkende risico’s en hun plaats in de risicomatrix. Op basis van de
groeperingen van de risico’s kan geconcludeerd worden dat de externe omgeving als grootste
risico wordt gezien. Dit vindt met name zijn oorsprong in het feit dat bovenstaande risico’s
zogenaamde netto-risico’s zijn. Dit zijn risico’s nà de reeds bestaande beheersmaatregelen. De
beheersmaatregelen op onze omgeving zijn het minst door ons te sturen, waardoor ze het
minst effectief zijn en de risico’s op dat vlak door ons als het grootst worden gepercipieerd.
Vanuit deze risicomatrix zijn de risico’s boven de stippellijn als prioriteit benoemd en voorzien
van beheersmaatregelen die periodiek worden gemonitord.
In het verlengde hiervan is samen met de leidinggevenden stil gestaan bij de diverse zachte en
harde aspecten van risicomanagement. Dat heeft er toe geleid dat ook alle afdelingen een
risicoanalyse hebben gemaakt van hun afdeling. De risico’s per afdeling zijn input geweest voor
de jaarplannen van de afdelingen. Zij hebben m.n. gekeken in hoeverre hun doelstellingen
worden belemmerd door risico’s en welke beheersmaatregelen nodig zijn. Prognoses in hun
rapportages worden onderbouwd met de risico’s die het halen van de prognose bedreigen en
de bijbehorende beheersmaatregelen.
Risicomatrix
1
2 3
4
5
6
7
8
9 10
1112 1314
15
16
17
29
18
19
20
21
22
2324
25
26
27
45
46
2830
31
32
33 34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
47
0
5
10
0 5 10waarschijnlijkheid
impact
Project ontwikkeling
Financiën
Externe omgeving
Operaties
HR
Jaarverslag 2010 74
c. Risico’s
De belangrijkste onderkende risico’s, waarmee vanaf 2011 en verder rekening moet worden
gehouden, zijn:
• Beschikbaarheid van vermogen, De staatsteun kwestie leidt tot andere benadering van het
vermogensallocatie en financieel management. Hierdoor zal de invulling van de financierings-
behoefte op de middellange termijn een grotere onzekerheid krijgen. De kooparrangementen
zullen op een alternatieve wijze gefinancierd moeten gaan worden. Hierover zijn we in gesprek
met financiers.
• De beschikbaarheid van de kasstromen uit verkopen ter financiering van de
investeringsactiviteiten. De beheersmaatregel is het sturingsmechanisme van Dudok Wonen,
waarmee continue wordt gemonitord wat de beschikbaarheid van liquide middelen uit de
verkopen voor het realiseren van de geplande investeringen.
• De toenemende onzekerheid op het gebied van financiële stabiliteit van de bouwbedrijven.
Dudok Wonen heeft haar beleid verder aangescherpt.
Jaarverslag 2010 75
Hoofdstuk 12 - Aedex
a. Prestaties van ons vastgoed gemeten
Dudok Wonen werkt volgens het “revolving fund principe” waarbij opbrengsten weer opnieuw
worden aangewend voor investeringen. Hierbij is het van belang om inzicht te hebben in de
waarde en het rendement van ons vastgoed en om hierop te kunnen sturen. Een van de
hulpmiddelen hierbij is deelname aan de aeDex. Ons bezit maakt deel uit van de aeDex/IPD
vastgoedindex 2010, waarmee de prestaties van het vastgoed van Dudok Wonen zijn gemeten.
Met ingang van 2007 wordt gerapporteerd over alle soorten vastgoed die Dudok Wonen
exploiteert: woningen, bedrijfsonroerend goed en maatschappelijk vastgoed. In deze drie typen
vastgoed heeft Dudok Wonen ultimo 2010 respectievelijk € 772 mio, € 20 mio en € 28 mio
geïnvesteerd. De waarde van de totale vastgoedportefeuille bedroeg ultimo 2010 € 820 mio (€
815 mio in 2009).
b. Maatschappelijk dividend
Aedex geeft inzicht in het effect, van beslissingen om een huur te vragen die lager is dan de
markthuur, op het financieel rendement. Ook de uitgaven aan beheer van de leefomgeving
worden inzichtelijk. Het percentage van het mogelijk te behalen rendement dat door deze
keuzes direct aan de samenleving ten goede komt wordt door aeDex het ‘maatschappelijk
dividend’ genoemd.
Dit bedroeg voor Dudok Wonen 1,8% in 2010 (het gemiddelde van de aeDex deelnemers
bedroeg voor 2009 1,6%). Dit percentage komt overeen met een bedrag van € 14,8 mio dat
Dudok Wonen aan de betaalbaarheid van het wonen en de leefbaarheid van wijken heeft
bijgedragen (€ 621 mio voor alle indexdeelnemers).
c. Financieel rendement
Dudok Wonen heeft in 2010 een totaal rendement, over al het vastgoed, behaald van 1,6% (-
1,1% in 2009). Deze cijfers betreffen de gehele portefeuille inclusief transformatie activiteiten
(verkoop, aankoop (her-)ontwikkeling en deeltransacties): de zogenaamde ‘alle objecten’.
Exclusief transformatie activiteiten (de zogenaamde ‘standing investments’) bedroeg het totale
rendement over 2010 2,1% (0,3% in 2009). Het rendement dat behaald wordt op ‘alle
objecten’ is opgebouwd uit het indirect rendement (waardeontwikkeling van het vastgoed) van
-0,9% (totale index 2,0%) en het direct rendement (exploitatieresultaat) van 3,0% (totale
index 1,4%).
De opwaartse bijstelling van het risico dat aan de vastgoedinvesteringen van de deelnemers
aan de IPD/aeDex corporatie vastgoedindex in 2008 en 2009 werd toegerekend is dit jaar veel
minder sterk doorgezet. Dit risico komt tot uitdrukking in de disconteringsvoet en de exit yield.
Deze indicatoren geven uitdrukking aan de hogere rendementseis (inclusief risico inschatting)
die partijen in de vastgoedmarkt aan investeringen in vastgoed meegeven. Waar de
disconteringsvoet iets hoger is dan in 2009 is de “exit yield” juist iets naar beneden bijgesteld.
Jaarverslag 2010 76
d. Efficiëntie
De vastgoedindex meet de efficiëntie van de operationele bedrijfsvoering in de
‘exploitatie/bruto inkomsten ratio’. Hiermee worden de totale exploitatiekosten (onderhoud,
beheer, leefbaarheidsuitgaven, belastingen en verzekering) uitgedrukt in een percentage van
de huurinkomsten. De ratio is apart inzichtelijk voor de verschillende vormen van vastgoed.
Voor woningen bedroeg deze ratio voor Dudok Wonen in 2010 49,7%. In 2009 bedroeg deze
ratio 36,5%. Voor het totale vastgoed, inclusief BOG en maatschappelijk vastgoed, bedroeg in
2010 de ratio 45,4% (47,9% voor alle aeDex deelnemers).
e. Transformatie-index
De transformatie-index laat de omzet zien die deelnemende corporaties realiseerden bij het in
het beweging brengen van hun woningportefeuilles. Deze omzet bestaat uit het saldo van
desinvesteringsactiviteiten (verkoop en sloop) en investeringsactiviteiten (aankoop en bouw
van woningen). De desinvesteringsactiviteiten bedroegen in 2010 € 24,9 mio, ofwel 3,0% van
de totale waarde (4,3% in 2009). De investeringen bedroegen in 2010 € 41,1 mio, ofwel 5,0%
van de totale waarde (5,3% in 2009). De totale transformatieomzet van Dudok Wonen
bedraagt 8,0%, een stuk hoger dan de aeDex index van 5,1%.
De index wordt getoond in een grafiek waarin alle deelnemers op rangorde staan. De rangorde
van deelnemers geeft weer welke deelnemers in verhouding tot de waarde van zijn totale
vastgoedportefeuille de portefeuille het meest in beweging heeft gebracht. Dit is nadrukkelijk
geen waardeoordeel. Lokale markt en de structuur van de vastgoedportefeuille zijn van grote
invloed op de noodzaak en de mogelijkheden om de portefeuille aan te passen. Een relatief
jonge portefeuille die goed aansluit op de vraag uit de samenleving en markt noodzaakt nu
eenmaal niet tot (her)investeren. Ook aan de verhouding desinvesteren/investeren kan geen
waardeoordeel worden verbonden. Vaak moeten corporaties in stedelijke gebieden eerst
verkopen en slopen voordat opnieuw investeren weer mogelijk is.
Ondanks dat het geen waardeoordeel is laat de grafiek wel zien dat Dudok Wonen een
corporatie is die relatief sterk in beweging is, ten opzichte van de andere deelnemers.
Jaarverslag 2010 77
Hoofdstuk 13 - Verklaring
Gecontroleerde jaarrekening
De balans per 31 december 2010 en winst- en verliesrekening 2010 zijn ontleend aan de door
KPMG gecontroleerde jaarrekening 2010 van de stichting Dudok Wonen. Bij die jaarrekening
hebben wij op 14 juni 2011 een goedkeurende accountantsverklaring verkregen. De balans per
31 december 2010 en de winst- en verliesrekening 2010 zijn opgesteld onder verantwoordelijkheid
van de leiding van de stichting.
Voor een beter inzicht in de financiële positie en in de resultaten van de stichting alsmede de
reikwijdte van de controle dienen de balans per 31 december 2010 en de winst- en verliesrekening
2010 te worden gelezen in samenhang met de volledige jaarrekening, waaraan deze zijn ontleend,
alsmede met de door KPMG daarbij verstrekte accountantsverklaring.
Jaarverslag 2010 78
Hoofdstuk 14 - Geconsolideerde balans per 31 december 2010
(Bedragen x € 1.000)
ACTIVA 31-12-2010 31-12-2009
Ref. VASTE ACTIVA
02 Materiële vaste activa
020 Onroerende en roerende zaken in exploitatie 570.450 487.328
024 Eigendomsparticipaties 20.438 15.623
021 Onroerende zaken in ontwikkeling 28.646 14.861
022 Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie 13.083 14.157
632.616 531.968
03 Financiële vaste activa
030 Te vorderen BWS subsidies 345 463
031 Deelnemingen 6.642 4.320
033 Overige financiële vaste activa 12.195 12.498
19.182 17.281
651.798 549.249
VLOTTENDE ACTIVA
10 Voorraden 5.011 0
11 Onderhanden projecten 0 3.435
12 Vorderingen
120 Huurdebiteuren 213 152
121 Gemeenten 0 1.568
123 Overige vorderingen 8.472 652
124 Overlopende activa 75 242
8.759 2.614
14 Liquide middelen 11.926 24.928
25.696 30.977
TOTAAL 677.494 580.227
Jaarverslag 2010 79
(Bedragen x € 1.000)
PASSIVA 31-12-2010 31-12-2009
Ref. VERMOGEN LANG
05 Eigen vermogen
053 Overige reserves 267.870 270.361
054 Resultaat boekjaar 55.839 -2.491
323.709 267.870
07 Voorzieningen
073 Voorziening onrendabele investeringen 39.330 20.465
072 Voorziening latente belastingverplichting 14.594 3.175
070 Voorziening jubilea & pensioen 325 328
075 Voorziening deelnemingen 0 0
074 Overige voorzieningen 1.991 1.955
56.240 25.923
08 Langlopende schulden
080 Leningen overheid en kredietinstellingen 282.079 261.694
081 Waarborgsommen 27 28
282.105 261.721
662.054 555.514
VERMOGEN KORT
16 Kortlopende schulden
160 Schulden aan kredietinstellingen 1.605 7.279
162 Schulden aan leveranciers 4.645 7.176
164 Belastingen en premies sociale verzekeringen 376 1.176
163 Schulden aan groepsmaatschappijen 0 0
165 Overige kortlopende schulden 1.381 818
166 Overlopende passiva 7.432 8.264
15.440 24.712
TOTAAL 677.494 580.227
Jaarverslag 2010 80
Hoofdstuk 15 - Geconsolideerde winst & verlies rekening
(Bedragen x € 1.000)
2010 2009
Ref. BEDRIJFSOPBRENGSTEN
80 Huren 38.936 37.974
81 Vergoedingen 1.472 1.538
82 Overheidsbijdragen 0 14
83 Verkoop onroerende zaken 8.906 12.994
85 Geactiveerde productie ten behoeve van het eigen bedrijf 1.766 1.584
86 Overige bedrijfsopbrengsten 1.151 431
Som van de bedrijfsopbrengsten 52.230 54.535
BEDRIJFSLASTEN
43 Afschrijving op (im)materiële vaste activa 1.949 1.453
44 Overige waardeveranderingen van (im)materiële vaste activa 23.660 35.661
40 Lonen en salarissen 6.393 6.354
41 Sociale lasten 638 611
42 Pensioenlasten 1.104 1.113
46 Lasten onderhoud 8.643 6.693
48 Overige bedrijfslasten 8.656 8.733
Som van de bedrijfslasten 51.043 60.618
BEDRIJFSRESULTAAT 1.187 -6.083
FINANCIELE BATEN EN LASTEN
90 Rentebaten en soortgelijke opbrengsten 2.617 2.386
91 Waardeveranderingen financiële vaste activa en effecten 0 0
93 Rentelasten en soortgelijke kosten -12.672 -11.974
Som van de financiële baten en lasten -10.055 -9.587
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING VOOR DEELNEMINGEN -8.868 -15.670
95 Resultaat deelnemingen 0 0
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING VOOR BELASTINGEN -8.868 -15.670
94 Belastingen -12.010 4.699
96 Buitengewone baten 0 0
97 Buitengewone lasten 0 0
99 Mutatie actuele waarde materiële vaste activa 76.716 8.480
JAARRESULTAAT NA BELASTINGEN 55.839 -2.491