1

Stichting Land van Horne

Jaarverantwoording 2014

Deel A: Directieverslag

Stichting Land van Horne | Biest 43 | 6001 AP | Weert

2

Inhoudsopgave

Uitgangspunten van de verslaggeving .................................................................................. 3

1 Organisatie Stichting Land van Horne ............................................................................ 4

1.1 Algemene identificatiegegevens.............................................................................. 4

1.2 Onze zorg- en dienstverlening ................................................................................ 4

1.3 Structuur van Land van Horne ................................................................................ 5

2 Bestuur, toezicht en medezeggenschap ........................................................................ 7

2.1 Bestuur en Toezicht. ............................................................................................... 7

2.2 Cliëntenraad ......................................................................................................... 11

2.3 Ondernemingsraad ............................................................................................... 12

3 Bedrijfsvoering en financieel beleid .............................................................................. 14

3.1 Meerjarenbeleid .................................................................................................... 14

3.2 Bedrijfsvoering; algemeen en personeelsbeleid .................................................... 15

3.3 Financieel beleid ................................................................................................... 17

Bijlage 1. Kengetallen Stichting Land van Horne ........................................................... 20

Bijlage 2. Inspanningen en prestaties Stichting Land van Horne ................................... 21

3

Uitgangspunten van de verslaggeving De Stichting Land van Horne wil met deze verslaggeving haar stakeholders, zoals cliënten, samenwerkingsrelaties, toezichthouders en andere betrokkenen inzicht geven in de wijze waarop zij de zorg- en dienstverlening aan haar cliënten realiseert. De Stichting Land van Horne vindt het van groot belang om de corporate governance goed vorm te geven en streeft naar doelmatig en goed bestuur en toezicht. De jaarrekening en het directieverslag zijn samen met de ingevulde vragenlijsten van DigiMV aangeleverd bij het CIBG. Hiermee heeft de Stichting Land van Horne ook voldaan aan de formele verantwoordingsverplichting. De Stichting Land van Horne is een zorgaanbieder die zowel zorg verleent onder het regime van de WTZi alsmede huishoudelijke hulp gefinancierd vanuit de Wmo. Verantwoording over beide soorten zorg vindt plaats met dit directieverslag. In de verslaglegging wordt, daar waar nodig, segmentering toegepast. De stichting is werkzaam in een verzorgingsgebied dat de provinciegrenzen tussen Limburg en Brabant overschrijdt. Zorgkantoorregio Noord- en Midden-Limburg is segment Limburg. Zorgkantoorregio Zuidoost-Brabant vormt segment Brabant. Daarnaast is er een derde segment: WMO. De verslaglegging concentreert zich hoofdzakelijk op concern- of stichtingsniveau. Desgevraagd wordt op segment- of instellingsniveau verantwoord. De bestuurder en de raad van toezicht van de Stichting Land van Horne danken alle betrokkenen voor hun inzet en bijdrage aan een verantwoord, veilig en zorgzaam 2014.

4

1 Organisatie Stichting Land van Horne

1.1 Algemene identificatiegegevens

Organisatie Stichting Land van Horne

Adres Biest 43

Postcode 6001 AP

Plaats Weert

Telefoonnummer 0800 33 33 888

Identificatienummer(s) NZa 650-8409 en 650-8428

Nummer Kamer van Koophandel 41068374

RSIN-nummer 8042.30.225.

E-mailadres directie@landvanhorne.nl

Internetpagina www.landvanhorne.nl

1.2 Onze zorg- en dienstverlening Bij de Stichting Land van Horne draait de zorg om mensen. Om jezelf kunnen zijn, ook als je door omstandigheden op de hulp van anderen bent aangewezen. Door omstandigheden kunnen mensen (tijdelijk) hulp of zorg nodig hebben. In veel situaties kunnen naaste familieleden of vrienden helpen. Wanneer dit echter niet meer kan, dan is professionele zorg gelukkig dichtbij. Land van Horne heeft 17 (woon-) zorgcentra en kleinschalige woonvoorzieningen en een breed zorg- en dienstenpakket met onder andere: verpleging, verzorging, thuiszorg, revalidatie, behandeling en dagactiviteiten.1

Met ruim 2.000 medewerkers en 1.200 vrijwilligers bieden we deze zorg aan mensen in de gemeenten Weert, Nederweert, Leudal, Cranendonck en Someren. Thuis, of dicht bij huis. Het verzorgingsgebied van de Stichting Land van Horne telt ruim 140.000 inwoners2. Het bestuurs-

centrum is gevestigd in Weert. Grondslag Land van Horne heeft een algemeen-christelijke grondslag en profileert zich op het gebied van bezieling en ethiek. Kernwaarden spelen hierin een grote rol; in de zorg- en dienstverlening, in de omgang tussen collega’s en bij het

maken van keuzes. We denken na bij de dingen die we doen en vooral waarom we het één doen en het ander laten. Land van Horne biedt zorg- en dienstverlening aan cliënten ongeacht ieders levensovertuiging of maatschappelijke beschouwing.

1 Voor een actueel overzicht van de geboden zorg- en dienstverlening verwijzen wij naar de website: www.landvanhorne.nl 2 Bron: www.cbs.nl (statline, 2011)

5

1.3 Structuur van Land van Horne De Stichting Land van Horne, kent als juridische rechtspersoon de stichtingsvorm. Land van Horne kent een raad van bestuur-model met toezichthouder. De dagelijkse leiding is in handen van de raad van bestuur: De heer drs. E.H.A. Delsing Organogram

Onderdeel Gemeente Organisatie

Zorg Regio Cranendonck; Leudal; Nederweert; Someren

De (woon)zorgcentra: Eegelshoeve, Mariënburght, Marishof, St. Charles, St. Elisabeth, St. Joseph en Witven

Zorg Centrum Leudal (Hunsel) Weert

De (woon)zorgcentra: Hieronymus, Hushoven, Nedermazehof, Rust in Roy, St. Martinus, Ververshof en Zuyderborgh

Thuiszorg Gehele werkgebied Gemeentelijk/wijkgericht georganiseerd

Behandeling & VTT Gehele werkgebied Medische dienst, Paramedische dienst en Verpleegtechnisch team (VTT)

6

De eindverantwoordelijkheid ligt bij de bestuurder ondersteund door de directeuren en het management. De Raad van Toezicht houdt zoals verwoord in de Zorgbrede Governancecode toezicht op het bestuur en op de algemene gang van zaken binnen Stichting Land van Horne. Het beleidsteam:

Naam Functie

Dhr. drs. E.H.A. (Edwin) Delsing voorzitter raad van bestuur

Mw. H.A.J. (Riet) van den Broek-Scheijven directeur Zorg Regio

Dhr. L.J.M. (Léon) Wijers directeur Zorg Centrum

Dhr. drs. F.J.W. (Frank) Lamme directeur Thuiszorg

Dhr. G.H.G. (Ger) aan den Boom directeur Facilitair Bedrijf

Mw. mr. C.T.M. (Lieke) Verhoof manager Behandeling & VTT manager Beleid, Innovatie en Kwaliteit

Dhr. drs. H.M.J.M. (Eric) van Esch manager HRM

Dhr. A.J.A. (Ad) Verhagen RC manager Financiën, Administratie & ICT

Dhr. ing. B. (Bernard) Wijenberg manager Front Office & Zorgverkoop

Mw. drs. M. (Miriam) Hoedemaekers-Filon bestuurssecretaris

7

2 Bestuur, toezicht en medezeggenschap

2.1 Bestuur en Toezicht. Stichting Land van Horne is een organisatie met een belangrijke maatschappelijke rol. In het uitvoeren van de geboden zorg- en dienstverlening stelt Land van Horne de cliënt en zijn of haar zorgbehoeften centraal. Om vorm en inhoud te geven aan deze maatschappelijke rol wordt de Zorgbrede Governance Code toegepast. Daarnaast gelden uiteraard de statuten van de Stichting Land van Horne en de reglementen voor: raad van toezicht, raad van bestuur, remuneratiecommissie, commissie kwaliteit en de auditcommissie. In 2015 wordt bezien of en op welke wijze de uitvoering van de Zorgbrede Governance Code statutair moet worden vastgelegd. Raad van Bestuur

Naam Functie Nevenfunctie

De heer drs. E.H.A. (Edwin) Delsing

voorzitter raad van bestuur bestuurder Zorg aan Zet bestuurder Samenfonds 0495

De bestuurder is werkzaam volgens een bestuursreglement dat gebaseerd is op de gedragscode voor de goede bestuurder zoals opgesteld door de NVZD3. De richtlijnen van

deze vereniging worden door de Stichting Land van Horne toegepast. Conform de regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg- en welzijnssector heeft de Raad van Toezicht bepaald dat Land van Horne ingedeeld dient te worden in klasse G, waarbij een bezoldigingsmaximum hoort van € 188.660 in 2014. Bij de totstandkoming van deze klassebepaling is rekening gehouden met de totaalscore die volgt uit de toepassing van de criteria die in de regeling opgesteld zijn met betrekking tot complexiteit, impact en omvang van Land van Horne. Er is sprake van overschrijding van het bezoldigingsmaximum bij de heer Delsing, er kan gebruik gemaakt worden van het overgangsrecht 2014-2017. Raad van Toezicht De raad van toezicht heeft een reglement dat gebaseerd is op de gedragscode voor de toezichthouder zoals vastgesteld door de NVTZ4.

De raad van toezicht is belast met het toezicht op de algemene gang van zaken van de Stichting Land van Horne en het beleid van de raad van bestuur. De raad is zodanig samengesteld dat de leden samen beschikken over de vereiste kennis om de doelen van beleid en strategie, de resultaten van de geboden zorg, de organisatie en de bedrijfsvoering in algemene zin te kunnen beoordelen en om als volwaardig sparringpartner van de raad van bestuur te kunnen functioneren. De raad is in zijn geheel integraal verantwoordelijk voor de juiste uitvoering van zijn werkzaamheden. Een overzicht van de leden van de raad van toezicht, hun rol en expertise staat op de volgende pagina.

3 Vereniging van bestuurders in de gezondheidszorg 4 Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in Zorginstellingen

8

Naam Rol Expertise

Dhr. drs. P. Silvis

Voorzitter Lid auditcommissie Voorzitter remuneratiecommissie

Financieel/ Bedrijfseconomisch

Dhr. R.L.P. Verreussel MBA

Vicevoorzitter Voorzitter commissie kwaliteit

Zorg

Dhr. R.C.M.W. van Oosterhout

Lid Lid remuneratiecommissie

HRM

Dhr. mr. J.G.J.M. Berkers

Lid Voorzitter auditcommissie

Juridisch/ Bedrijfskundig

Mw. mr. drs. D.P.J. van Lith - Woestenberg MA MA

Lid Lid commissie kwaliteit

Juridisch/ Bedrijfskundig (ethiek)

Mw. drs. Y.J.M. Swaak-Beuken

Lid Lid commissie kwaliteit

Zorg

Werkzaamheden van de raad van toezicht De vergaderingen van de raad van toezicht worden door de voorzitter van de raad van toezicht en de bestuurder voorbereid. De raad van toezicht heeft in het verslagjaar vijf reguliere bijeenkomsten gehouden, grotendeels in aanwezigheid van de bestuurder. De raad van toezicht heeft drie onderdeelcommissies. Dat zijn de commissie kwaliteit, de auditcommissie en de remuneratiecommissie.

De raad van toezicht kan beschikken over de relevante informatie en is van oordeel dat op basis van de mondelinge en schriftelijke informatie voldoende inschatting kan worden gemaakt van de risico’s, die verbonden zijn aan de strategie en activiteiten van de Stichting Land van Horne. Er is een systeem voor de informatievoorziening op het gebied van financiën en de kwaliteit van zorg. De raad van toezicht heeft ten behoeve van het uitvoeren van taken en werkzaamheden onder andere informatie ontvangen over:

- stand van zaken m.b.t. ontwikkeling ondernemingsplan 2015-2019; - actuele ontwikkelingen op het terrein van zorg, personeel, financiën en vastgoed; - treasury rapportages, kwartaalrapportages en de jaarplanmonitor; - risicomanagement; - jaarverslag en jaarrekening 2013; - kaderbrief, jaarplan en begroting 2015; - ICT-projecten; - Actualisatie strategisch vastgoed; - arbeidsmotivatieonderzoek (AMO); - Wet normering topinkomens (WNT) - verslagen OR - verslagen van de onderdeelcommissies; audit, remuneratie en kwaliteit.

In januari is het zogenaamde “Driekoningenoverleg” georganiseerd. Dit is een overleg waarbij de leden van de raad van toezicht, de bestuurder en de leden van het management bijeenkomen om een bepaald thema uit te diepen. Deze keer was de heer Prof. Dr. T. van Tilburg, Professor of Sociology and Social Gerontology Vrije Universiteit Amsterdam als gastspreker uitgenodigd om een presentatie te geven over eenzaamheid. In december heeft er een kennismakingsbijeenkomst/dialoog plaatsgevonden tussen de leden van de (nieuwe) centrale cliëntenraad, de leden van de raad van toezicht en de bestuurder. In maart 2015 heeft de bijeenkomst met de leden van de ondernemingsraad plaatsgevonden.

9

Evalueren functioneren raad van bestuur en raad van toezicht De raad van toezicht is in de tijd van een jaar grotendeels vernieuwd met nieuwe leden. Daarop is besloten in 2014 enkel in eigen geledingen kort te evalueren. Deze evaluatie gaf geen aanleiding om de werkzaamheden van de raad ingrijpend te veranderen. Wel is het rooster van aftreden aangepast. Daarnaast heeft er in november een extra overleg plaats-gevonden tussen de beide voorzitters en extern adviseur de heer prof. dr. R. Lapré. Onderwerp van gesprek was sturen en verantwoorden. In 2015 heeft dit onderwerp een vervolg gekregen in een gesprek tussen de voorzitter en vicevoorzitter van de raad van toezicht en de bestuurder. Besluitenlijst Raad van Toezicht

Goedkeuring aan de begroting 2014, inclusief de ICT-projecten.

Akkoord gaan met deelname van bestuurder aan bestuur Samenfonds 0495.

Goedkeuring aan het directieverslag en de jaarrekening 2013.

Verlenen van décharge aan de bestuurder voor het gevoerde beleid 2013.

Goedkeuring aan de geactualiseerde businesscase Hornehoof en de realisatie daarvan.

Besluit tot herbenoeming van het RvT-lid, mevrouw mr. drs. D.P.J. van Lith-Woestenberg voor de periode tot 1 juli 2018.

Goedkeuring aan het ondernemingsplan 2015-2019 “Thuis in zorg- In beweging”.

Goedkeuring aan het jaarplan en de begroting 2015.

Besluit tot de klassenindeling WNT van de organisatie in G.

Vaststellen van het rooster van aftreden d.d. 26 november 2014. Leden raad van toezicht In 2013 zijn in totaal drie nieuwe leden van de raad van toezicht geworven. Deze leden hebben in 2013 informeel meegedraaid en zijn voorzien van relevante informatie. In april is er een introductiebijeenkomst georganiseerd. In het najaar heeft de herbenoemingprocedure van mevrouw mr. drs. D.P.J. van Lith-Woestenberg plaatsgevonden.

Naam Hoofd- en nevenfuncties (d.d. 31-12-2014) Rooster van aftreden

Dhr. drs. P. Silvis - Lid RvC Woonstichting ‘Thuis’ - Lid bestuur Stichting Cultuur en Bedrijf

Parktheater Eindhoven - Penningmeester Kredietunie Brabant - Penningmeester Stichting

Administratiekantoor CollmaG Nederland

1 januari 2018 Herbenoembaar tot:

1 juli 2021

Dhr. R.L.P.Verreussel MBA

- Bestuurder Zorggroep Pantein, Boxmeer - Bestuurslid Syntein BV een joint venture

met de regionale huisartsen Land van Cuijk - Maatschapslid GGZ Land van Cuijk - Lid RvT Stichting Top Handbal Zuid-

Limburg

1 januari 2017 Herbenoembaar tot:

1 juli 2020

Dhr. drs R.C.M.W. van Oosterhout

- Adjunct-directeur van het Hart- en Vaatcentrum UMC Maastricht

- Adviseur Medtronic Hospital Solutions (CH)

1 januari 2017 Herbenoembaar tot:

1 juli 2020

Dhr. mr. J.G.J.M. Berkers

- Manager Bestuurszaken Atrium - Orbis te Heerlen / Sittard - Geleen

1 januari 2018 Herbenoembaar tot:

1 juli 2021

10

Naam Hoofd- en nevenfuncties (d.d. 31-12-2014) Rooster van aftreden

Mevr. mr. drs. D.P.J. van Lith-Woestenberg MA

- Publiuz: directeur/eigenaar - Rythoviuscollege: docente

levensbeschouwing - Jurist Ad Extra Rooms Katholieke Kerk /

ambtelijk secretaris CIO - Lid RvT Woningstichting De Leystromen - Lid RvT Opella - Lid RvT PON - Lid RvT Fides wonen - Lid bestuur Prinsjesdagontbijt

1 juli 2018

Mevr. drs. Y.J.M. Swaak- Beuken

- Docent Gerlach Instituut Eindhoven - Voorzitter klachtencommissie ANANZ

ouderenzorg te Geldrop - Docent KVG de Kempen

1 juli 2015

Er is besloten dat bij alle leden de tweede termijn, na positieve herbenoeming, een half jaar wordt ingekort. Hierdoor is men aftredend per 1 juli i.p.v. 1 januari. Auditcommissie De auditcommissie heeft als taak de raad van toezicht te ondersteunen bij het uitvoeren van de verantwoordelijkheden met als specifieke doelstelling het financieel toezicht op de Stichting Land van Horne. De taken en verantwoordelijkheden zijn vastgelegd in een reglement. De auditcommissie is driemaal bijeengekomen. Onderwerpen die regulier aan bod zijn gekomen zijn o.a. de financiële exploitatie, de managementletter, de jaarrekening en de WNT. Een extra door de raad van bestuur geïnitieerd overleg diende met name ter bespreking van de gewijzigde halfjaarrapportage en de verwachte ontwikkelingen voor 2015. De werkzaamheden van de auditcommissie hebben geen bijzonderheden aan het licht gebracht. Commissie Kwaliteit De commissie kwaliteit heeft als taak de raad van toezicht te ondersteunen bij het uitvoeren van de verantwoordelijkheden met als specifieke doelstelling het kwaliteitsbeleid binnen de Stichting Land van Horne. De taken en verantwoordelijkheden zijn vastgelegd in een reglement. De commissie is driemaal bijeengekomen. Onderwerpen die regulier aan bod komen zijn de managementletter voor de zorg, de halfjaarlijkse rapportage kwaliteit en specifieke punten vanuit het toetsingskader verantwoorde zorg en inspectiezaken. Ook vindt in de commissie de themavoorbereiding plaats voor het “Driekoningenoverleg” met het beleidsteam. Remuneratiecommissie De remuneratiecommissie heeft als taak de raad van toezicht te ondersteunen bij het uitvoeren van de verantwoordelijkheden met als specifieke doelstelling de beoordeling en het bezoldigingsbeleid van de raad van bestuur en de raad van toezicht. In dit kader is er gesproken over de WNT-indeling van onze stichting. Begin 2014 zijn nieuwe plannings- en beoordelingsafspraken met bestuurder gemaakt over 2014. Tevens heeft er een functionerings- en een beoordelingsgesprek met hem plaatsgevonden. Door de remuneratiecommissie zijn eveneens acties uitgezet ten behoeve

11

van RvT aangelegenheden zoals het voorstel tot aanpassing van het rooster van aftreden en de herbenoeming van mevr. D.P.J. van Lith-Woestenberg. De raad van toezicht heeft zelf een (korte) evaluatie gehouden, zonder bestuurder en extern deskundige. Dit vanwege het feit dat men pas kort als raad was aangetreden. In 2015 e.v. zal dit weer regulier opgepakt worden.

2.2 Cliëntenraad De Stichting Land van Horne staat voor goede kwaliteit van zorg. Daarbij hoort ook op een goede wijze inrichten van de medezeggenschap van cliënten. Cliënten kunnen meedenken, meepraten en meebeslissen over onderwerpen die voor alle cliënten belangrijk zijn. In dat kader heeft in 2013 een werkgroep zich gebogen over de meest passende vorm van medezeggenschap voor cliënten. Kort samengevat is er gekozen voor de komst van een centrale cliëntenraad met daarnaast enkele clustercliëntenraden. In een periode van twee jaar worden de huidige lokale cliëntenraden omgevormd naar deze clustercliëntenraden. Afgelopen jaar stond, voor wat betreft de medezeggenschap cliënten, vooral in het teken van deze structuurwijziging en daarmee de komst van de centrale cliëntenraad. Schematisch ziet de medezeggenschapstructuur er dan als volgt uit: Centrale Cliëntenraad In juni heeft de installatie van de centrale cliëntenraad (CCR) plaatsgevonden. Daarvoor heeft een afsluitende bijeenkomst plaatsgevonden met alle voorzitters van de lokale cliëntenraden. Onze cliëntenraden vervullen hun rol niet alleen door middel van de formele bevoegdheden. Alle cliëntenraden worden op constructieve wijze betrokken bij een veelheid van onderwerpen die de stichting of de diverse locaties betreffen. Overzicht instemmings- en adviesaanvragen

Advies/Instemming Wat Uitkomst

Richtlijn signaleren en melden van ouderenmishandeling

Advies bij lokale cliëntenraden

Positief

Nieuwe medezeggenschapsstructuur cliënten

Instemming bij lokale cliëntenraden

Positief. De cliëntenraad Rust in Roy heeft ingestemd met de centrale cliëntenraad. Voor de lokale raad wordt aangehouden dat zij de wettelijke status van cliëntenraad behouden. Ze participeren wel in de clustercliëntenraad.

Raad van Toezicht

Raad van Bestuur

Centrale Cliëntenraad

Cliëntenraad Centrum B

Cliëntenraad Centrum A

Cliëntenraad Thuiszorg

Cliëntenraad Regio

Limburg

Cliëntenraad Regio

Brabant

12

Advies/Instemming Wat Uitkomst

Voeding, implementatie assembleren op locatie

Instemming CCR Positief

Structuur cliëntvertrouwenspersonen

Instemming CCR Positief

Benoeming van twee stichtingsbrede cliëntvertrouwenspersonen

Instemming CCR

Positief

Reanimatiebeleid Instemming CCR Positief

Attentieregeling Instemming CCR Positief

Begroting 2015 Advies CCR Positief

Overzicht leden van de Centrale Cliëntenraad

Naam Rol, afvaardiging namens

Dhr. Bert Adriaens Lid, Zorg Centrum

Dhr. Jo Hermans Lid, Zorg Regio Limburg

Dhr. Herman Linnartz Lid, Zorg Centrum (Heemhof)

Dhr. Wim Smeets Lid, Thuiszorg

Dhr. Jan van Veldhoven Voorzitter (onafhankelijk)

Mw. Lous Verrest-Huinen Lid, Regio Brabant

2.3 Ondernemingsraad5 De medezeggenschap voor medewerkers is in deze transitietijden cruciaal. De ondernemingsraad en de bestuurder hebben in 2014 nieuwe afspraken gemaakt over een passende vorm van medezeggenschap gezien de externe en interne ontwikkeling. Er is gekozen voor een hybride model. Naast de ondernemingsraad (17 zetels) bestaat er een onderdeelcommissie voor de zorg (9 zetels) én kunnen er klankbordgroepen worden ingesteld. In maart is het bijbehorende convenant en reglement ondertekend. Overzicht leden van de ondernemingsraad 2014

Naam lid ondernemingsraad Aandachtgebied of rol

Mw. Carla Aendenroomer Lid vanaf 13-03-2014

Mw. Angelique Bax Lid tot 13-03-2014

Mw. Emmy Beljaars Vicevoorzitter

Mw. Esmeralda Berghs Lid

Mw. Gonny Bullens Lid tot 13-03-2014

Mw. Claudia Christiaens Lid vanaf 30-10-2014 Mw. Marlene van Diepen Lid vanaf 13-03-2014

Dhr. Peter van Eijk Lid vanaf 26-06 waarnemend, vanaf 09-10 definitief

Mw. Rien Geuijen Lid

Mw. Gerlene de Goeij Lid

Mw. Corrie Graus Lid vanaf 31 oktober 2013

Mw. Els Hartogs Lid tot 13-03-2014

Mw. Peggy van der Heijden Lid vanaf 26-06 waarnemend, vanaf 09-10 definitief.

Dhr. Jos Janssen Lid tot 13-03-2014

Mw. Dennie van Kimmenade Lid vanaf 09-10-2014

Dhr. Jos Janssen Lid tot 13-03-2014

Mw. Marion Kluskens Lid

5 Voor meer achtergrondinformatie wordt verwezen naar het Jaarverslag OR 2014.

13

Naam lid ondernemingsraad Aandachtgebied of rol

Dhr. Bart Konings Lid

Mw. Anne-Marie Maas Lid

Mw. Gaby Nijnens Lid vanaf 13-03-2014

Mw. Annet Plasmans Voorzitter

Mw. Annelies Rikkers Lid vanaf 13-03-2014

Mw. Sandra Veenstra Lid

Dhr. Frans Vereijken Lid tot 13-03-2014

De OR wordt ondersteund door de ambtelijk secretaris, mevrouw Jerica Rademaekers.

Een overzicht van de behandelde onderwerpen met advies of instemmingsrecht:

Actualisatie beleid bedrijfshulpverlening, positief advies

Aanpassing opzegtermijn in arbeidscontracten, instemming

Beleid beroepspraktijkvorming, positief advies

Convenant en reglement Ondernemingsraad, instemming

Herinrichting Voeding: implementatie model 5, positief advies

Organisatiemodel en personeelsformatie voedingsdienst, positief advies

Opleidingsbureau, positief advies

Rookbeleid medewerkers, instemming;

Wijziging afdeling Techniek, positief advies,

Herzien kledingreglement, instemmingsverzoek in 2015;

Herbenoeming mevr. D. van Lith-Woestenberg als lid raad van toezicht, positief advies.

Diverse instemmingsverzoeken m.b.t. dienstwijzigingen, allen positief advies.

14

3 Bedrijfsvoering en financieel beleid

3.1 Meerjarenbeleid In het verslagjaar 2014 is een nieuw ondernemingsplan vastgesteld. Dit ondernemingsplan “Thuis in zorg; In beweging” betreft de periode 2015-2019. Het ondernemingsplan is gebaseerd op een voortgezette koers met als kern het stimuleren van de eigen verantwoordelijkheid en mogelijkheden van de burger en zijn sociale omgeving. Het ondernemingsplan is tot stand gekomen in dialoog met onze medewerkers en relevante interne stakeholders, zoals de cliënten- en ondernemingsraad. Missie

Wij vinden het belangrijk dat mensen zoveel mogelijk zichzelf kunnen zijn en blijven. Juist wanneer dat wegens ziekte en beperkingen moeilijker wordt. In de uitvoering van de zorg6

maakt Stichting Land van Horne dat zichtbaar. Wij zijn een op waarden geïnspireerde organisatie, die vorm en inhoud geeft aan belevingsgerichte zorg met een hoge mate van verantwoordelijkheid, autonomie en regie bij de cliënt. De cliënt staat daarbij echt centraal met goede verantwoorde, veilige zorg- en dienstverlening als basis.

Stichting Land van Horne heeft de volgende zaken ten doel gesteld:

De cliënt staat centraal en krijgt de best passende zorg. Onze zorg- en dienstverlening is gebaseerd op persoonlijke relaties waar eenieder zijn rol en verantwoordelijkheid neemt en warme zorg tot uitdrukking komt. In de wijkzorg worden onze professionals functioneel ingezet met maximale zelfredzaamheid van de cliënt als uitgangspunt. In onze woonzorgcentra wonen mensen bij wie veelal sprake is van een grote mate van zorgafhankelijkheid. Hier proberen we de cliënt zoveel als mogelijk de regie te laten houden. We stimuleren dus al onze cliënten in wat zij nog kunnen (hoe gering dat af en toe ook is).

We bieden zorg in de wijk én in onze woonzorgcentra. Land van Horne wil, als ketenorganisatie, een totaalpakket aanbieden dat wordt afgestemd op de behoefte van de cliënt. We stimuleren de extramuralisering actief. Binnen de intramurale zorg koersen wij op versterking van onze expertises op het gebied van revalidatie, gedragsproblematiek, Huntington en palliatieve/terminale zorg. Uiteraard binnen de mogelijkheden om onze geboden zorg- en dienstverlening kostendekkend aan te bieden.

We blijven een op waarden geïnspireerde organisatie en vergroten onze professionaliteit. De kracht van onze organisatie ligt bij onze medewerkers en vrijwilligers. Zij geven daadwerkelijk handen en voeten aan de zorg- en dienstverlening en de waarden waar wij voor staan. Wij vragen de komende jaren vitaal personeel dat in beweging is. In beweging door het vergroten van de eigen professionaliteit (deskundigheid) en de groei naar meer zelfredzaamheid (vrije regelruimte, ondernemerschap) en de grote mate van flexibiliteit in het uitoefenen van de functie.

We bieden zorg thuis of in een omgeving die thuis zoveel als mogelijk benadert. We willen dat de cliënt in zijn eigen vertrouwde omgeving blijft. Onze thuiszorg levert daar een directe bijdrage aan. Maar als wonen thuis niet meer mogelijk is, komen onze (woon)zorgcentra wellicht in aanmerking. Land van Horne wil in haar locaties afrekenen met de klinische, ziekenhuisachtige infrastructuur en het wonen teruggeven aan de bewoners.

6 Zorg in de breedste zin van het woord, dus inclusief behandeling en diverse vormen van dienstverlening.

15

We zijn ondernemend en bieden zorg binnen onze professionele en financiële mogelijkheden. We willen onze sterke uitgangspositie behouden en waar mogelijk zelfs verbeteren. Dit doen we door te sturen op resultaatverantwoordelijkheid, waarbij organisatiebrede activiteiten en doelstellingen niet uit het oog verloren worden. Dit doen we door het vergroten van de vrije regelruimte voor onze professionals, het actief werken aan procesoptimalisatie en gericht toepassen van risicomanagement.

3.2 Bedrijfsvoering; algemeen en personeelsbeleid Beleidscyclus, planning en control Onze Planning en Control Cyclus is een samenhangende cyclus op meerdere niveaus. Zo start het met een strategisch kader en het ondernemingsplan. In het nieuwe ondernemings-plan kent elk hoofdstuk zijn eigen motto/uitgangspunt. Dit ondernemingsplan zet de koers voor de komende jaren. Jaarlijks wordt dit vertaald naar beleidsdoelen en financiële kaders. Dit gebeurt in de vorm van een kaderbrief van de bestuurder aan het beleidsteam. Vervolgens worden de afzonderlijke jaarplannen opgesteld. Deze jaarplannen worden doorgerekend op de financiële consequenties op basis van de geprognosticeerde productie en de daarmee gepaard gaande kosten voor personeel en materieel. Wanneer deze plannen zijn goedgekeurd, worden de plannen opgenomen in het jaarplan van de stichting. De inhoud van deze jaarplannen bestaat uit concrete activiteiten van de verschillende clusters en diensten waarmee zij een bijdrage leveren aan het ondernemingsplan van de Stichting Land van Horne. Jaarlijks vindt er ook een actualisatie plaats van ons strategisch vastgoedplan. Gedurende het jaar vindt uitvoering en monitoring plaats van de resultaten. Analyse van de afwijkingen kan leiden tot bijstelling van de plannen of de exploitatie. Binnen Land van Horne gebruiken we diverse managementrapportages die maandelijks of per kwartaal beschikbaar worden gesteld om te monitoren en bij te sturen. De Balance Score Card (BSC) is daarbij een belangrijk sturingsinstrument. Deze is in de voorgaande jaren ontwikkeld en in 2013 geïmplementeerd. Maandelijks wordt de BSC ter beschikking gesteld. De BSC bevat de meest actuele cijfers m.b.t. verschillende indicatoren op het gebied van:

1. cliënten / kwaliteit van zorg, 2. personeel, 3. financieel 4. innovatie.

Het verslagjaar 2014 was een jaar waarin de ontwikkeling van het nieuw ondernemingsplan een duidelijke plaats had. Maar natuurlijk ook een jaar met een eigen jaarplan en begroting. In deze paragraaf worden drie projecten daaruit gelicht en kort toegelicht. Voor een uitgebreider overzicht van onze inspanningen en prestaties verwijzen we naar bijlage 2. Strategisch plan thuiszorg Begin 2014 heeft de in het jaar 2013 ingezette nieuwe topstructuur binnen Land van Horne zijn definitieve vorm gekregen door de benoeming van een nieuwe thuiszorgdirecteur. Een van de belangrijkste dossiers binnen de thuiszorg was het WMO-dossier. Er is veel aandacht geweest voor de voorbereiding van de overleggen met de diverse gemeenten over de afspraken WMO ten aanzien van huishouding vanaf 2015. Binnen Land van Horne is de Hulp bij het Huishouden in 2015 losgekoppeld van de verpleging en verzorging in de wijk. Uiteindelijk resulteerde de nieuwe aanbesteding WMO huishouding in contractafspraken met de gemeenten Weert, Nederweert, Leudal, Cranendonck en Someren. Door overheidsmaatregelen moest eind 2014 helaas afscheid genomen worden van medewerkers huishouding met een tijdelijk contract. Dankzij de Huishoudelijke Hulp Toelage (HHT)

16

konden een aantal medewerkers met een tijdelijk contract toch hun dienstverband bij Land van Horne voorzetten. De uitdaging lag en ligt er om deze dienstverlening zo slim mogelijk te organiseren. Binnen de Verpleging en Verzorging van de Thuiszorg is een start gemaakt met de transitie van traditioneel aangestuurde wijkteams naar wijkgericht werken in kleine zelforganiserende teams. Land van Horne noemt dit Succesvolle Wijkteams. In dit traject zijn teamleiders geherpositioneerd en teams zijn verkleind. Er zijn uitgangspunten geformuleerd over zaken die de teams zelf (gaan) organiseren, op welke wijze ze ondersteund worden en volgens welke “spelregels” er gewerkt wordt. Er zijn acties uitgezet rondom teamvorming, teamresultaten, wijkverpleegkundige en sociale wijkteams, registratie en administratie en communicatie. Ook zijn er vijf wijkverpleegkundigen aangesteld die door Land van Horne geschoold zijn om vanaf 2015 zelf indicaties en zorg toe te wijzen. Visie en werkwijze maaltijdvoorziening Beleving, flexibiliteit, gezondheid, persoonlijk contact en een goede prijs-kwaliteitverhouding zijn de belangrijkste kernwaarden in de nieuwe visie op eten en drinken die Land van Horne heeft opgesteld. Met deze visie heeft Land van Horne onderzoek gedaan naar andere manieren van werken als het gaat om maaltijdvoorziening. Het adviesbureau AAG heeft een onderzoek gedaan en een aantal modellen tegen het licht gehouden. Het model ‘assembleren op locatie’ sloot goed aan op de nieuwe visie. Dit model gaat uit van levering van bereide producten vanuit een externe leverancier. Deze maaltijden worden na aankomst in de gasterijen en keukenruimtes nog afbereid en uitgeserveerd. Over de voortgang van het onderzoek en de uitkomsten zijn de medewerkers die betrokken zijn bij de voeding en maaltijdvoorziening regelmatig, zowel schriftelijk alsook tijdens informatiebijeenkomsten, geïnformeerd. Ook is de OR intensief betrokken en geïnformeerd. Een afvaardiging van de OR heeft alle informatiebijeenkomsten voor de medewerkers bijgewoond. De medewerkers zijn eind oktober/begin november 2014 geïnformeerd over de nieuwe organisatie per 01 april 2015. De personele gevolgen zullen, als gevolg van de sluiting van de backoffice productie-keukens en de daarbij behorende nieuwe organisatiestructuur, in 2015 nader uitgewerkt en besproken worden. Opleidingsbureau In de tweede helft van 2014 is het nieuwe opleidingsbeleid gepresenteerd. De wijziging van de organisatiestructuur binnen opleidingen richt zich op meerdere doeleinden. Het samenvoegen van de beroepspraktijkvorming én scholingen voor medewerkers zorgt voor een opleidingshuis waarin alle scholingen van de Stichting Land van Horne zijn ondergebracht. Het opleidingsrendement van de BBL-opleiding verhogen door een uniforme aanpak in de beoordeling van de leerlingen én een stichtingsbrede samenwerking bij het ontwikkelen / invoeren van scholingsprogramma’s, zijn doelstellingen die het opleidingsbureau hierbij hoog in het vaandel heeft staan. De nodige voorbereidingen zijn getroffen om begin 2015 het centraal ingerichte opleidingsbureau te implementeren. Ook is er aandacht geweest voor de her-, bij- en nascholing van medewerkers. De geplande scholingen zijn gerealiseerd en “samen onderweg” is afgesloten. Er is ingezet op verdieping van het huidige niveau 3, door de EVV- en GVP-opleiding. Verschillende afdelingen zijn geschoold, m.b.t. agressie en weerbaarheid. Hieraan wordt in 2015 vervolg gegeven.

17

3.3 Financieel beleid Bedrijfsopbrengsten De bedrijfsopbrengsten waren in 2014 met € 87,1 miljoen 1,2% hoger dan in het voorgaande jaar. Een belangrijk deel van de opbrengsten wordt bepaald door AWBZ-gerelateerde bedrijfsopbrengsten. In totaliteit zijn deze opbrengsten met € 0,2 miljoen toegenomen. De intramurale opbrengst bedroeg dit jaar € 1,2 miljoen meer dan voorgaand jaar. De omzet van het product Volledig Pakket Thuis is afgenomen met € 0,3 miljoen. De extramurale omzet is met € 0,2 miljoen toegenomen. Voor de overige componenten nam het budget met € 0,9 miljoen af. De opbrengsten voor niet-gebudgetteerde zorgprestaties zijn € 0,2 miljoen hoger dan voorgaand jaar, dat door hogere opbrengsten in het kader van de Wmo. De opbrengst van de geriatrische revalidatiezorg bedroeg dit jaar € 0,2 miljoen meer dan voorgaand jaar. De overige bedrijfsopbrengsten (inclusief subsidies) zijn per saldo € 0,4 miljoen hoger. Bedrijfslasten De lasten stegen ten opzichte van 2013. De stijging kwam uit op € 1,3 miljoen. De personeelskosten stegen met € 0,9 miljoen. De afschrijvingskosten namen af met € 1,2 miljoen. Daarnaast is in 2014 sprake van een bijzondere waardevermindering bij St. Elisabeth van € 0,9 miljoen, welke ten laste van het resultaat is gebracht. De overige bedrijfskosten lagen € 0,7 miljoen boven het niveau van voorafgaand jaar. Bedrijfsresultaat Het bedrijfsresultaat daalde van € 1,8 miljoen in 2013 naar € 1,5 miljoen in 2014. Resultaat De financiële baten en lasten zijn € 0,7 miljoen. Het resultaat voor het boekjaar 2014 komt daarmee op € 0,8 miljoen, bij een neutrale begroting. Balansverhoudingen Het balanstotaal daalde naar € 77,3 miljoen, een afname van 9,2%. Activa De materiële vaste activa zijn in 2014 met € 6,5 miljoen afgenomen. De investeringen in gebouwen, installaties en inventarissen bedragen € 0,8 miljoen. Aan materiële vaste activa is in totaliteit voor een bedrag van € 6,1 miljoen afgeschreven. De bijzondere waardevermindering bij St. Elisabeth betreft een bedrag van € 0,9 miljoen. Daarnaast is een bedrag van € 0,3 miljoen als een voorziening in mindering gebracht op de activa. De financiële vaste activa zijn in 2014 met € 0,7 miljoen afgenomen. Er is voor een bedrag van € 0,1 miljoen afgeschreven. Daarnaast is de termijnvergoeding door de Nza van € 0,4 miljoen in mindering gebracht in verband met de compensatieregeling vaste activa. Verder hebben in 2014 aflossingen plaatsgevonden ter grootte van € 0,2 miljoen op een verstrekte geldlening. Ultimo boekjaar bedraagt deze geldlening € 1,8 miljoen. De vlottende activa zijn per saldo afgenomen met € 0,6 miljoen. Dit betreft enerzijds een afname van de vordering in verband met nog te factureren DBC’s van € 0,9 miljoen. Anderzijds bedroeg de vordering uit hoofde van het financieringstekort per 31 december 2014 € 0,4 miljoen, terwijl er ultimo 2013 geen financieringstekort was. De overige

18

vorderingen zijn met € 0,1 miljoen afgenomen. De liquide middelen en voorraden zijn per saldo nagenoeg gelijk gebleven. Passiva Het eigen vermogen is per saldo toegenomen met € 0,8 miljoen als gevolg van het positieve resultaat over 2014. Daarvan is € 1,6 miljoen toegevoegd aan de reserve aanvaardbare kosten en is € 0,8 miljoen onttrokken aan de bestemmingsreserve Wmo. De toename van de voorzieningen bedraagt € 1,9 miljoen. Dit betreft voor € 1,7 miljoen de vorming van een aantal aanvullende voorzieningen (reorganisatie, huishoudelijke hulp en verlieslatende contracten) in 2014. Aan de voorziening voor langdurig zieken is per saldo een bedrag van € 0,2 miljoen gedoteerd. De overige voorzieningen zijn per saldo nagenoeg gelijk gebleven. De afname van de langlopende leningen betreft aflossingen op de leningen. In 2014 zijn geen langlopende leningen afgesloten. De aflossingsverplichting voor het komend boekjaar betreft € 3,5 miljoen. De schulden uit hoofde van het financieringsoverschot per 31 december 2014 bedragen € 0,2 miljoen. Ultimo 2013 bedroeg de schuld uit hoofde van het financieringsoverschot nog € 0,4 miljoen. De kortlopende schulden bedragen per balansdatum € 15,2 miljoen en zijn met € 6,8 miljoen afgenomen. Van de rekening courant faciliteit van € 7,0 miljoen werd ultimo 2014 slechts € 0,6 miljoen gebruik gemaakt, ultimo 2013 werd deze nog voor € 4,4 miljoen benut. Daarnaast is de aflossingverplichting op langlopende leningen afgenomen met € 2,7 miljoen. De overige kortlopende schulden zijn met € 0,3 miljoen afgenomen. De solvabiliteit uitgedrukt als het eigen vermogen in procenten van het balanstotaal nam toe van 30,6 % ultimo 2013 naar 34,8 % ultimo 2014. De solvabiliteit weergegeven als percentage van de bedrijfsopbrengsten is gestegen van 30,2% naar 30,8%. Het netto werkkapitaal (vlottende activa inclusief de liquide middelen minus vlottende passiva) is toegenomen met € 6,4 miljoen. Het netto werkkapitaal per 31 december 2014 is € 11,2 miljoen negatief. Kasstroom De totale mutatie geldmiddelen en kortlopende schulden aan kredietinstellingen voor het jaar 2014 is € 3,8 miljoen positief. De kasstroom uit operationele activiteiten was € 6,4 miljoen positief. Hiervan betreft een bedrag van € 6,3 miljoen de afschrijvingen over de activa. De kasstroom uit investeringsactiviteiten is in 2014 € 0,9 miljoen positief. De kasstroom uit financieringsactiviteiten was € 3,5 miljoen negatief en had betrekking op de aflossing van langlopende leningen. Gebeurtenissen na balansdatum en verwachte gang van zaken Het kabinet heeft per 1 januari 2015 omvangrijke hervormingen in de langdurige zorg ingezet; enerzijds om de zorg ook op termijn toegankelijk en betaalbaar te houden, anderzijds om bezuinigen door te voeren. De kabinetsmaatregelen houden in dat de extramurale persoonlijke verzorging en verpleging zijn overgeheveld naar de Zorgverzekeringswet (wijkverpleging). Tevens is de extramurale begeleiding en

19

dagbesteding gedecentraliseerd naar de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). De Wet langdurige zorg gaat de AWBZ vervangen en is uitsluitend bedoeld voor de ‘echt kwetsbaren’ vanaf 2015. Om haar maatschappelijke opdracht waar te maken heeft de raad van bestuur een nieuw ondernemingsplan voor de periode 2015-2019 opgesteld. Op basis hiervan is ook het beleid voor het jaar 2015 bepaald. Voor dit jaar is een sluitende zorgbegroting vastgesteld door de raad van bestuur en goedgekeurd door de raad van toezicht. Uitgaande van de verwachte kasstromen zijn de beschikbare financieringsfaciliteiten voldoende om in de financieringsbehoefte voor 2015 te voorzien.

Resultaatratio Vorig jaar Verslagjaar

Resultaatratio: AWBZ-gefinancierde resultaten 1,5 % 2,0 %

Resultaatratio: Wmo-gefinancierde resultaten -5,1 % -17,2%

Liquiditeit Vorig jaar Verslagjaar

Liquiditeit (vlottende activa / vlottende passiva) 21,4 % 27,2 %

Solvabiliteit Vorig jaar Verslagjaar

Solvabiliteit (totaal eigen vermogen / balanstotaal) 30,6 % 34,8 %

Solvabiliteit (totaal eigen vermogen / totaal opbrengsten) 30,2 % 30,8 %

20

Bijlage 1. Kengetallen Stichting Land van Horne Productie in het verslagjaar Aantal

Aantal dagen zorg met verblijf zonder behandeling 85.767

Aantal dagen zorg met verblijf en behandeling (incl. GRZ) 234.394

Aantal dagen zorg op basis van volledig pakket thuis (VPT) 8.743

Aantal dagdelen dagbesteding 38.451

Aantal uren extramurale zorg (exclusief dagbesteding) 143.464

Aantal uren huishoudelijke hulp (HbH1) 185.234,97

Aantal uren organisatie van huishouding (HbH2) 10.591,19

Personeel en vrijwilligers in het verslagjaar Aantal

Gemiddeld aantal personeelsleden in loondienst 2.133

Gemiddeld aantal FTE personeelsleden in loondienst 1.293,64

Aantal vrijwilligers (peildatum maart 2014) 1.296

Ziekteverzuimpercentage (exclusief zwangerschapsverlof) 5,20

Bedrijfsopbrengsten in het verslagjaar Bedrag in euro’s

Totaal bedrijfsopbrengsten 87.118.595

21

Bijlage 2. Inspanningen en prestaties Stichting Land van Horne

Onderwerp Inspanning Prestatie

Kwaliteit van Zorg Toetsingskader Verantwoorde zorg: CQ

In het verslagjaar 2014 heeft geen cliëntenraadpleging met behulp van de CQ-index plaatsgevonden. De landelijk vastgestelde frequentie is 1x per 2 jaar. In 2015 zal de cliëntenraadpleging opnieuw worden uitgevoerd. Na een gestructureerde selectieprocedure (gekeken naar prijs en kwaliteit) heeft de bestuurder, na advisering van de cliëntenraden, besloten om in 2013 opnieuw het bureau Facit de meting te laten uitvoeren. Mogelijkheden voor verbetering zijn er natuurlijk altijd, ook bij goede cijfers. Daarom zijn er na de meting in 2013 verbeterplannen opgesteld. Naast een stichtingsbreed verbeterplan, heeft iedere locatie een actieplan opgesteld dat in nauwe samenwerking met de locale cliëntenraden tot stand is gekomen. In 2014 is door de locaties gewerkt aan het uitvoeren van de verbeterplannen.

Gemiddelde rapportcijfers zorg- en dienstverlening cliënttevredenheidsonderzoek 2013

Onderdeel Rapportcijfer 2013

Rapportcijfer 2011

Thuiszorg 8,4 8,4

Hulp bij het huishouden thuis

8,8 8,7

Vertegenwoordigers PG-cliënten

7,8 7,5

Somatische cliënten 8,2 7,9

Revalidatie 8,1 8,0

Evaluatie zorg- en dienstverlening

Drie weken na het beëindigen van de zorg- en dienstverlening wordt het formulier Evaluatie zorg- en dienstverlening aan iedere cliënt/contactpersoon verstuurd.

Tevredenheid die de cliënten/contactpersonen aangeven na beëindiging van de dienstverlening ten opzichte van het jaar daarvoor:

Onderdeel 2013 2014

Verzorging & verpleging tevreden tevreden

Thuiszorg V&V tevreden tevreden

Huishoudelijke hulp tevreden tevreden

Revalidatie iets minder tevreden

tevreden

In vergelijking met 2013 is er een stijging te zien in de tevredenheid bij de cliënten betreffende het revalideren (behandeling & benadering door behandelaren, informatie over en betrokkenheid bij het behandelplan).

22

Onderwerp Inspanning Prestatie Vrijheidsbeperkende maatregelen

Land van Horne staat voor fixatievrije zorg. Voor elke cliënt wordt een goede balans tussen veiligheid, vrijheid en levenskwaliteit gezocht. De commissie Zorg & Dwang heeft als taak het non-fixatiebeleid te borgen en verder in te voeren. Per september 2011 is een gespecialiseerd verpleegkundige Zorg & Dwang werkzaam binnen Land van Horne. In 2012 is in elk pg-team een aandachtsfunctionaris Zorg & Dwang benoemd.

Toelichting categorieën (zie prestatie 2014): Fixaties: Zweedse band / zitbroek / autogordel / verpleegdeken /

tafelblad Bedrekken: bedrekken / bedplank / bedhoes Laag bed: laag bed / valmatras Diepe stoel: stoel met plank / kuipstoel / diepe stoel Jumpsuit: jumpsuit / handschoenen Domotica: laserbals / belmatje / chip / deursensor / polsalarm / optiseat Dwang: dwang medicatie / voeding, vocht / afzonderen Anders: kofferbed / toiletfixatie / wig in stoel/bed / camera

Totaal aantal vrijheidsbeperkende maatregelen

Trend Toelichting 2014

Totaal LvH Het totaal aantal vrijheidsbeperkende maatregelen binnen Land van Horne t.a.v. 2013 blijft nagenoeg gelijk. Dit is positief, bezien in de volgende context:

De stijging van het ‘totaal LvH’ betreft met name de onderdelen domotica en laag bed, dit is een gewenst gevolg van afname in andere categorieën.

Er is een lichte stijging van het aantal PG- cliënten.

Er is sprake van een stijgende zorgzwaarte van cliënten.

Fixaties ↓ Inzet Land van Horne rondom fixatievrije zorg vertaalt zich in afname aantal fixaties tot 1.

Tafelblad ↓ Verdere daling is gewenst.

Bedrekken ↓ Verdere daling is gewenst.

Laag bed ↑ Laag bed (al dan niet in combinatie met valmatras) kan een goed alternatief zijn voor het bedhek, of andere ernstige vrijheidsbeperkende maatregelen. Toename is logisch en gewenst gevolg van afname andere categorieën.

Diepe stoel ↑ Diepe stoel kan een vriendelijker alternatief zijn voor band of tafelblad. Verdere daling is gewenst.

Jumpsuit ↑ Jumpsuit kan een vriendelijker alternatief voor een verpleegdeken zijn. Er zijn geen verpleegdekens meer binnen Land van Horne. Verdere afname is gewenst.

Domotica ↑ Domotica kan een goed alternatief zijn voor diverse ernstige vrijheidsbeperkende maatregelen. Een hoog aantal is een gewenst gevolg van afname andere categorieën.

Dwang ↓ Hangt mogelijk samen met betere registratie. Afname is gewenst.

Anders ↓ Dit betreft in 2014: 1 wig stoel/bed, 3 kofferbedden, 1 camera.

23

Onderwerp Inspanning Prestatie Veilige zorg (Meldingen)

In 2014 is het Nieuwe Melden geïmplementeerd. Er wordt meer aandacht besteedt aan het doel van melden, namelijk verbeteren. De MIC-commissies op de locaties zijn gestopt. Daarvoor in de plaats worden de analyses binnen de teams met behulp van het TRIAS-model besproken. Waar nodig worden verbeteringen opgepakt.

Totaal aantal MIC meldingen cliënten 2013 2014

Totaal aantal MIC meldingen 3.933 2.696

Waaronder:

aantal valmeldingen 2.027 1.471

aantal geneesmiddelmeldingen

1.253 728

Er is een daling (- 1.237) van het totaal aantal meldingen ten opzichte van het vorige verslagjaar zichtbaar. Redenen hiervoor zijn:

De nieuwe werkwijze betreffende het melden. Meerdere malen vallen van een cliënt binnen een dienst mag in één melding; voor het melden van een medicatie-incident beter kijken naar de afspraken met de cliënt.

Geaccepteerd valgedrag van de cliënt wordt wel in het cliëntdossier gerapporteerd maar niet in het meldsysteem.

Er zijn een twaalftal afdelingen intensief bezig geweest met de medicatieveiligheid.

De werkgroep medicatieveiligheid heeft een aantal zaken opgepakt. Deze zijn geïmplementeerd.

Er is een toename van het aantal cliënten met een hogere zorgzwaarte met name de ZZP 5 en 7, meer cliënten met cognitieve problematiek waardoor bijvoorbeeld foute of niet gegeven medicatie door de cliënt niet wordt opgemerkt.

Tot vorig jaar werden agressie-incidenten vaak dubbel gemeld. Nu is er maar één melding mogelijk.

Ethiek Binnen Land van Horne is ethiek verankerd in ons motto: Kwaliteit maak je met je hoofd, je hart en je handen. De Commissie Ethiek is de enthousiaste motor achter ethiekprojecten en heeft de volgende doelstellingen: 1. Het wekken van belangstelling voor en bevorderen en onder-

steunen van de discussie over ethische kwesties binnen de stichting.

2. Het vergroten van het ethisch bewustzijn van de medewerkers en het management.

3. Het bevorderen van de kwaliteit van zorg en leven van zorgvragers door te adviseren vanuit een ethisch gezichtspunt ten aanzien van zowel algemene als specifieke ethische vraagstukken.

Consulten:

Teamleiders ondersteund:

casus Hushoven (gedrag cliënt leidt tot o.a. onveilige situaties mede-cliënten)

casus Nedermazehof over hulpvraag familie voor palliatieve sedatie.

casus St. Martinus over parkeerbeleid.

casus Ververshof 2x. Moreel beraad:

Zuyderborgh (febr. 2014) over seksualiteit/intimiteit.

moreel beraad in St. Martinus (okt. 2014) over grenzen in accepteren, hoe de cliënt omgaat met het zorgteam.

Scholingen:

3 scholingen basiscursus Ethiek.

24

Onderwerp Inspanning Prestatie De taken van de Commissie Ethiek zijn: educatieve taak, consultatieve taak, beleidsadviserende taak en protocollaire taak.

1 scholing vervolgcursus Ethiek.

1 scholing nieuwe teamleiders over Moreel Beraad. Themabijeenkomst:

25 november: thema-avond Familiefabels (over mantelzorg). Werkvergadering:

januari 2014: workshop ‘Ethiek in praktijk’ voor teamleiders. Introductie methode ‘Dilemma’s in kaart’.

februari 2014: reanimatiebeleid.

maart 2014: relaties in de zorg.

okt. 2014: toekomst commissie ethiek ‘nieuwe stijl’. Overigen:

jan. 2014: behandeling voorstel voor onderzoek Probiotica.

start opstellen rookbeleid voor cliënten.

dec. 2014: ‘ethiek nieuwe stijl’ bespreking met BT.

introductie gespreksmethode ‘dilemma’s in kaart’.

Infectieziekten en Hygiëne

De Infectie Preventie Commissie heeft als doelstelling: het voorkomen en vermijden van besmetting en infecties in de zorginstellingen van Stichting Land van Horne.

Acties:

invoeren van de veilige naalden.

uitbreiden IPC met deelnemer ‘facilitair manager’

uitvoeren van de hygiëne audits (nulmeting)

implementeren van nieuwe werkwijze met deurkaarten bij isolatie.

er zijn diverse hygiëntevoorschriften vastgesteld, o.a. MRSA, handhygiëne, Herpes Simplex.

Uitbraken in 2014:

april: Norovirus in St. Martinus. Maatregelen zijn getroffen.

oktober: Norovirus in Marishof en St. Martinus. Maatregelen zijn getroffen.

december: Norovirus in St. Joseph en Rust in Roy. Maatregelen zijn getroffen.

Inspectiebezoeken IGZ

Eegelshoeve kleinschalig wonen.

10-01-‘14. Onderwerp: algemeen inspectiebezoek St. Martinus en Thuiszorg

30-06 en 08-07- ’14. Onderwerp: overdracht van ziekenhuis naar zorginstelling. St. Martinus

25-09-’14. Onderwerp: Hygiëne en infectiepreventie.

Alle inspectiebezoeken zijn definitief afgesloten.

Kwaliteitscertificering (HKZ)

Met het behalen van het certificaat laat de stichting zien voortdurend te werken aan verbeteringen in zorg- en dienstverlening. De thema’s Kwaliteit en Veiligheid blijven ook in de toekomst een speerpunt bij de Stichting Land van Horne.

In het verslagjaar heeft er een hercertificering plaatsgevonden. Volgens de auditor van DEKRA heeft de Stichting Land van Horne opnieuw laten zien dat zij het HKZ-certificaat waardig is.

25

Onderwerp Inspanning Prestatie Ketenzorg

Dementiezorg

Land van Horne neemt actief deel aan de zorgketens Hulp bij dementie in Midden-Limburg en Zuidoost-Brabant. Palliatieve zorg

Land van Horne neemt deel aan het netwerk Weert, palliatieve zorg. Geriatrische revalidatiezorg

Land van Horne verleent geriatrische revalidatiezorg.

Dementiezorg

Overleg over de ketenondersteuning van dementerende ouderen in de palliatieve fase.

Eind 2014 zijn er 822 cliënten in begeleiding bij de keten Hulp bij Dementie Midden-Limburg en zijn er 1038 casussen afgesloten.

Periodiek overleg met het Vincent van Gogh Instituut, locatie Weert. Doel: samenwerking verbeteren.

Uitwisseling ouderenpsychiater en specialist ouderengeneeskunde tussen Land van Horne en Vincent van Gogh Instituut.

Scholing basale kennis van dementie voor 2x 30 deelnemers (vrijwilligers en huishoudelijk medewerkers).

Palliatieve zorg

Werkconferentie, gezamenlijk met netwerk Roermond. Uitkomst: verder werken aan integratie van de beide netwerken tot één netwerk palliatieve zorg Midden-Limburg.

PaTz project met als doel: samenwerking tussen huisartsen en met de eerste lijn te verbeteren. Dit wordt gedaan door het inventariseren van cliënten palliatieve zorg in de huisartspraktijk en voor deze cliënten een zorgplan te maken (advanced care planning). Het project is verlengd tot 1 mei 2015.

Project Model Mantelzorg in de palliatieve fase in de thuiszorg. Doel: Aandacht voor het in kaart brengen van de (belasting) mantelzorg en borgen werkprocessen.

Voorbereidende werkzaamheden voor Café Doodgewoon. Hier worden laagdrempelige bijeenkomsten georganiseerd voor cliënten met een levensbedreigende ziekte en hun mantelzorgers.

Geriatrische revalidatiezorg

Er zijn 260 DBC-GRZ trajecten geweest.

Van de 126 afgesloten trajecten bedroeg de gemiddelde verblijfsduur 43,9 dagen. Dit is gemiddeld 8,1 dag minder dan in 2013.

Binnen 5 werkdagen nadat de medisch specialist de cliënt heeft vrijgegeven voor overplaatsing, wordt deze daadwerkelijk opgenomen i.v.m. GRZ-zorg. Het St. Jans gasthuis is tevreden over deze performance.

De uitstroom van de revalidatieafdeling naar vervolgvoorzieningen verloopt in 2014 over het algemeen soepel door coördinatie van de cliëntadviseur en op basis van gemaakte afspraken.

26

Onderwerp Inspanning Prestatie

Klachten Cliënten en Medewerkers Formele klachten cliënten

De stichting kent zowel een formele klachtenstructuur via de klachtencommissie als een informele structuur via de medewerkers en leidinggevenden van de stichting en via de cliëntenvertrouwenspersonen. Op iedere locatie is een cliëntenvertrouwenspersoon benoemd.

Gegevens klachtencommissie

2014

Aantal klachten ontvangen 3

Aantal klachten behandeld 3

Aantal deelklachten gegrond verklaard

5

Aantal deelklachten ongegrond verklaard

6

Indieners van de klacht 2 maal familie 1 maal cliënt

Locatie van de klachten 1 maal Hulp bij het Huishouden thuiszorg Land van Horne.

1 maal Kleinschalig wonen Zuyderborgh.

1 maal Revalidatieafdeling St. Martinus.

De aard van de klachten 2014 betrof:

Onvrede over hulp bij het huishouden. Van de 5 deelklachten was 1 klacht gegrond (geen intakegesprek plaatsgevonden). De andere 4 klachten waren ongegrond.

Klacht over verblijf binnen locatie. Van de 3 deelklachten waren 2 klachten gegrond (veiligheid niet gegarandeerd en niet goed gereageerd op een incident). De andere deelklacht is ongegrond verklaard.

Ervaringen tijdens verblijf en het ontslagproces. Van de 3 deelklachten waren 2 klachten gegrond (communicatie verliep niet goed en verzoek om ZZP-indicatie te laat ingediend). De andere klacht was ongegrond.

Vertrouwenspersonen medewerkers

Er zijn drie vertrouwenspersonen werkzaam: 2 interne vertrouwenspersonen en 1 externe vertrouwenspersoon (werkzaam bij het Algemeen Maatschappelijk Werk Midden-Limburg).

In 2014 is 8 keer een beroep gedaan op de (eerste) interne vertrouwenspersoon. 6 meldingen zijn in een persoonlijk gesprek besproken en behandeld (voor 2 meldingen zijn vervolggesprekken ingepland). Twee vragen die gesteld zijn, over een personeelsregeling en verzuimbegeleiding, zijn telefonisch beantwoord.

Aard van de melding: Herkomst:

1. Ongewenst gedrag 2 zorg met verblijf cluster Centrum 0 zorg met verblijf cluster Regio 0 zorg zonder verblijf thuiszorg 1 facilitair 1 algemeen

27

Onderwerp Inspanning Prestatie 2. Overige meldingen 1 zorg met verblijf cluster Centrum

2 zorg met verblijf cluster Regio 0 zorg zonder verblijf thuiszorg 0 facilitair 1 algemeen

Ongewenst gedrag is te verdelen in de categorieën: pesten (bv. negeren, treiteren), fysieke agressie, bedreigingen, (seksuele) intimidatie en discriminatie. 3 meldingen zijn ontvangen over intimidatie, 1 melding betrof pestgedrag, 4 meldingen vallen binnen de categorie ‘overige meldingen’.

Medewerkers Arbeidsmotivatie-onderzoek

Het doel van het arbeidsmotivatieonderzoek (AMO) is een dialoog te voeren over motivatie, cultuur en arbeidsklimaat. Het aanzetten van medewerkers om individueel en in teamwerkomgeving te verbeteren (zelfsturing). Het AMO past beter dan een medewerkerstevredenheidsonderzoek bij de tendens naar meer zelfsturing en autonomie; meer vrije regelruimte voor de professional.

Het AMO bestond uit een digitale vragenlijst met 73 gesloten en een aantal open vragen. Ruim 41% van de medewerkers (980 respondenten) heeft de online vragenlijst ingevuld. De uitkomst van het AMO is naar de medewerker (selfie), team en afdeling (bij aantal respondenten >7) teruggekoppeld. Per team/afdeling zal de uitkomst vertaald worden naar een (beperkt) aantal actiepunten. Elk team is gevraagd eventuele actiepunten door te geven naar een centraal punt om een totaaloverzicht te hebben.

Actualisatie RI&E De actualisatie van de Risico-inventarisatie en –evaluatie (RIE) is in 2014 voortgezet. Afdelingen die niet reageerden hebben alsnog in het najaar 2014 hun gegevens kunnen inleveren. Verwerking daarvan vindt plaats in 2015. In dit kader is door de OR ook de vragenlijst voor de actualisatie en de Arbo-structuur besproken. In het voorjaar 2015 vindt een aanpassing plaats van beide.

ARBO en vitaliteit Beleid In 2014 zijn twee beleidsstukken behandeld: het Rookbeleid en het beleid Gevaarlijke Stoffen. Beide stukken worden in 2015 geïmplementeerd na bespreking door BT en OR. Agressie De evaluatie van het agressiebeleid binnen onze stichting is in het voorjaar 2014 gepresenteerd binnen de clusters. Op basis van de bevindingen van het onderzoek worden in 2015 verdere acties ondernomen. In 2014 werd in het kader van het programma Veilige Publieke Taak door diverse gemeenten, zorgorganisaties, politie en openbaar ministerie een intentieverklaring ondertekend om zo snel als mogelijk te

Agressie De agressiemeldingen worden vanaf juni 2014 ingevoerd in het geautomatiseerde systeem “Veilig Melden”. Tot juni werden via de ”arbomeldingen op papier” van het cluster Zorg Centrum 101 meldingen ontvangen, waarvan 98 agressiemeldingen. Van het cluster Zorg Centrum waren er 79 meldingen waarvan 76 agressiemeldingen.

28

Onderwerp Inspanning Prestatie reageren op agressieincidenten in de publieke sector. Voor de Brabantse instellingen gelden de afspraken zoals die zijn vastgelegd in de richtlijn “Eenduidige Landelijke Afspraken”. Vitaliteit De presentaties werkdruk zijn in het voorjaar 2014 voortgezet. Enkele honderden medewerkers hebben de presentaties gevolgd. Voor alle teamleiders/ leidinggevenden zijn voorlichtingsbijeenkomsten gehouden om alle regels en beleidsstukken over arbo en vitaliteit onder de aandacht te brengen. Voor het eerst organiseerde onze stichting een najaarswandeling door het natuurgebied in de omgeving van Ell. Ruim honderd medewerkers deden aan deze wandeling mee. Met YogaWeert zijn in het najaar vier voorlichtingssessies georganiseerd. De verschillende vormen van yoga kregen daarbij aandacht. Ook werd duidelijk gemaakt wat yoga met je kan doen in het kader van vitaliteit en gezondheid. Voor alle teamleiders/leidinggevenden zijn voorlichtingsbijeenkomsten “Leefstijlgesprekken” georganiseerd: hoe kun je een medewerker motiveren om daadwerkelijk gezond gedrag te gaan vertonen en daartoe maatregelen te nemen.

e-HRM Eind 2013 is de eerste aanzet gegeven voor een meer gestroomlijnd efficiënt elektronisch HR-proces waardoor vermindering van de administratieve lastendruk wordt bereikt door uitgebreide workflow functionaliteiten. De modulaire opbouwmogelijkheden, de gebruikersvriendelijkheid en het intuïtief gebruikersgemak waren belangrijke uitgangspunten bij het maken van de systeemkeuze. Alle managers en medewerkers hebben decentraal toegang (niet-locatie gebonden) middels een HR portaal.

Module Werving en Selectie Vanaf januari 2014 is deze module operationeel. Door middel van deze module worden snel de gewenste doelgroepen bereikt en de geschikte sollicitanten uitgenodigd. Door deze moderne communicatietechnologie is recruitment een proces dat zich voornamelijk online afspeelt. Modules Salarisdossier en Medewerkerdossier Vanaf oktober 2014 zijn beide modules operationeel. Met het Salarisdossier zijn alle resultaten vanuit het payrollsysteem online beschikbaar. Met het Medewerkersdossier worden online HR- en salarisdocumenten ontsloten voor de individuele medewerker. Verzuim Manager Vanaf november 2014 ondersteunt deze module de verzuimprocessen. De module ondersteunt het (lijn)management bij de aansturing, het beheer en de controle van het verzuimbeleid. Alle informatie rondom preventie, verzuim en re-integratie is centraal beschikbaar in een dossier.