ISSO_Info_44

16
ISSO info 44 1 november 2010 nummer 44 november 2010 3 4 5 6 7 8 8 9 10 11 12 12 13 14 16 Nieuw bedrijfspand voor Ponsioen Installatietechniek Katalysator bij verduurzaming van bestaande utiliteitsbouw ISSO-publicatie ‘Technische aspecten Zonne-energie’ Actualisatie en herziening ISSO-publicatie 27 Stand van zaken Energielabel Landelijke informatiedag Binnenmilieuprofiel ISSO-Najaarsoverleg ‘Nieuwe technieken genereren nieuwe omzet’ ‘Integraal ontwerpen van legionellaveilige woningen’ Herzien: ISSO-publicatie 17 ‘Regeltechniek voor klimaatinstallaties’ Herzien: ISSO/SBR-publicatie 809 ‘Brandveilige doorvoeringen’ Agenda 2011 ‘Inspectie en onderhoud van noodverlichtingsinstallaties’ Onderzoek naar de ISSO-uitgaven Uitgaven (binnenkort) beschikbaar ISSO-info nummer 44 Nederlandse installatiesector maakt met ISSO internationaal een vuist “We zorgen dat regels beter aansluiten op onze praktijk” In de economie van ons land spelen internationale regels een steeds prominentere rol. In de installatiewereld is dit niet anders. Met name de Europese Unie, maar ook de verschillende internationale normalisatie-instituten, creëren een reeks wetten en richtlijnen waaraan we in ons land moeten voldoen. “Allereerst is het is belangrijk dat we ons dit realiseren. De vervolgstap is dat wij ook invloed hebben op dit proces. Alleen dan kunnen we zorgen dat nieuwe regels ons niet overvallen en liefst nog dat nationale regels daarin leidend kunnen zijn”, zegt Jaap Hogeling, van kennisinstituut ISSO. ISSO IS BELANGRIJKE SPIL BIJ INTERNATIONALE REGELGEVING EN NORMERING Namens de Nederlandse installatiesector is Jaap Hogeling een belangrijke spil in de internationale wereld van regelgeving en normering. Al in de jaren tachtig begon hij met dit werk, toen de eerste Europese richt- lijnen zich aandienden. Aan het einde van de jaren negentig en zeker sinds de eeuwwis- seling zijn deze activiteiten een belangrijk onderdeel van zijn dagelijks werk geworden. Tot begin dit jaar combineerde hij de interna- tionale werkzaamheden met zijn functie van directeur van ISSO. Inmiddels heeft hij het directeurschap overgedragen aan Rob van Bergen waardoor hij zich nu nog beter kan focussen op de manieren waarop wij invloed kunnen uitoefenen op internationale regels en normen die voor de sector onvermijdelijk zijn. “We willen allemaal een open markt, maar daarbij horen nu eenmaal internatio- nale richtlijnen en wetten. Dan kun je twee dingen doen. Afwachten en zien wat er op ons af komt, waarna we ons aanpassen of zelfs schikken naar de nieuwe situatie. Maar we kunnen ook zorgen dat die nieuwe regels zoveel mogelijk aansluiten bij onze eigen, dagelijkse praktijk. En dat is precies wat wij met ISSO binnen de internationale werk- zaamheden doen.” INSPELEN OP INTERNATIONALE VOORSCHRIFTEN EN RICHTLIJNEN “De eerste internationale wetten en richt- lijnen die ook in Nederland invloed heb- ben, hadden vooral betrekking op de wijze waarop je systemen voor verwarming, ven- tilatie en later ook energieprestaties moest omschrijven. Dit is van belang wanneer we internationaal universele afspraken willen Jaap Hogeling

description

 

Transcript of ISSO_Info_44

Page 1: ISSO_Info_44

I SS O i n f o 4 4 1 n ove m b e r 2 010

n u m m e r 44 n ove m b e r 2010

•••••••••••••••

3

4

5

6

7

8

8

9

10

11

12

12

13

14

16

Nieuw bedrijfspand voor Ponsioen InstallatietechniekKatalysator bij verduurzaming van bestaande utiliteitsbouwISSO-publicatie ‘Technische aspecten Zonne-energie’Actualisatie en herziening ISSO-publicatie 27Stand van zaken EnergielabelLandelijke informatiedag BinnenmilieuprofielISSO-Najaarsoverleg ‘Nieuwe technieken genereren nieuwe omzet’‘Integraal ontwerpen van legionellaveilige woningen’Herzien: ISSO-publicatie 17‘Regeltechniek voor klimaatinstallaties’Herzien: ISSO/SBR-publicatie 809 ‘Brandveilige doorvoeringen’Agenda 2011‘Inspectie en onderhoud van noodverlichtingsinstallaties’Onderzoek naar de ISSO-uitgavenUitgaven (binnenkort) beschikbaar

ISSO-info nummer 44

Nederlandse installatiesector maakt met ISSO internationaal een vuist

“We zorgen dat regels beter aansluiten op onze praktijk”

In de economie van ons land spelen internationale regels een steeds prominentere rol. In de installatiewereld is dit niet anders. Met name de Europese Unie, maar ook de verschillende internationale normalisatie-instituten, creëren een reeks wetten en richtlijnen waaraan we in ons land moeten voldoen. “Allereerst is het is belangrijk dat we ons dit realiseren. De vervolgstap is dat wij ook invloed hebben op dit proces. Alleen dan kunnen we zorgen dat nieuwe regels ons niet overvallen en liefst nog dat nationale regels daarin leidend kunnen zijn”, zegt Jaap Hogeling, van kennisinstituut ISSO.

ISSO IS bElANgrIJkE SpIl bIJ INtErNAtIONAlE rEgElgEvINg EN NOrMErINg Namens de Nederlandse installatiesector

is Jaap Hogeling een belangrijke spil in de

internationale wereld van regelgeving en

normering. Al in de jaren tachtig begon hij

met dit werk, toen de eerste Europese richt-

lijnen zich aandienden. Aan het einde van de

jaren negentig en zeker sinds de eeuwwis-

seling zijn deze activiteiten een belangrijk

onderdeel van zijn dagelijks werk geworden.

Tot begin dit jaar combineerde hij de interna-

tionale werkzaamheden met zijn functie van

directeur van ISSO. Inmiddels heeft hij het

directeurschap overgedragen aan Rob van

Bergen waardoor hij zich nu nog beter kan

focussen op de manieren waarop wij invloed

kunnen uitoefenen op internationale regels

en normen die voor de sector onvermijdelijk

zijn. “We willen allemaal een open markt,

maar daarbij horen nu eenmaal internatio-

nale richtlijnen en wetten. Dan kun je twee

dingen doen. Afwachten en zien wat er op

ons af komt, waarna we ons aanpassen of

zelfs schikken naar de nieuwe situatie. Maar

we kunnen ook zorgen dat die nieuwe regels

zoveel mogelijk aansluiten bij onze eigen,

dagelijkse praktijk. En dat is precies wat wij

met ISSO binnen de internationale werk-

zaamheden doen.”

INSpElEN Op INtErNAtIONAlE vOOrScHrIftEN EN rIcHtlIJNEN “De eerste internationale wetten en richt-

lijnen die ook in Nederland invloed heb-

ben, hadden vooral betrekking op de wijze

waarop je systemen voor verwarming, ven-

tilatie en later ook energieprestaties moest

omschrijven. Dit is van belang wanneer we

internationaal universele afspraken willen

Jaap Hogeling

Page 2: ISSO_Info_44

I SS O i n f o 4 4 2 n ove m b e r 2 010

nauw bij de voortgaande ontwikkeling van

de EPBD betrokken. “Ik ben nog altijd voor-

zitter van een commissie (CEN TC 371) die

de eerste versie van de Europese energie-

prestatienormering tot stand heeft gebracht

en nu, in samenspraak met de Europese

Commissie, de EU-lidstaten en CEN, plannen

aan het uitwerken is voor de tweede gene-

ratie EPBD-normen. Het is wel duidelijk dat

verbeteringen mogelijk zijn en dat verdere

harmonisatie belangrijk is. Daar zijn we nu

druk mee bezig. Het ziet er naar uit dat de

Europese Commissie nog dit jaar besluit over

een mandaat (een opdracht ) aan CEN om

deze verbeteringsplannen de komende jaren

uit te voeren. In dit verband bekijken we

hoe de normen worden gebruikt, zodat de

knelpunten boven water komen. Deze kennis

kunnen we heel goed gebruiken om ook in

Nederland de toepassing te verbeteren.”

StUDIES vAN vAkOrgANISAtIESBehalve in de commissies van de Europese

Unie, de zogeheten CEN-commissies (de

diverse CEN TC’s), vertegenwoordigt ISSO de

Nederlandse installatiesector ook in twee

ISO-commissies, die zich wereldwijd met

normering bezighouden, en in tien nationale

normcommissies van de NEN. Tevens is Jaap

Hogeling actief betrokken bij studies en richt-

lijnen van de vakorganisaties ASHRAE uit de

Verenigde Staten en Rehva in Europa. “In de

installatiewereld merken wij dat afspraken

en onderzoeken binnen ons eigen vakgebied

eveneens een belangrijke impact hebben.

Het gebeurt met regelmaat dat publicaties

die ASHRAE in de Verenigde Staten opstelt

uiteindelijk tot ISO-normen worden verwerkt.

Die normen komen dan weer terug in ISSO-

publicaties, omdat wij van mening zijn dat

de sector zoveel mogelijk naar de laatste

stand van de techniek moet werken. Het

is dus belangrijk dat wij – selectief, dat wel

– op bepaalde terreinen input leveren aan

bijvoorbeeld onderzoek dat ASHREA of haar

Europese tegenhanger Rehva uitvoert.”

Gevraagd naar zijn persoonlijke drijfveer

om dit werk te doen, noemt Hogeling twee

belangrijke argumenten. “In de eerste plaats

vind ik het fantastisch om met zoveel des-

kundige mensen in aanraking te komen die je

blik steeds weer verruimen. Maar in de twee-

de plaats zie ik nadrukkelijk de maatschap-

maken over de handel in en de prestaties

van deze systemen. ISSO hield zich daar al

jaren mee bezig, wat nationaal in de ISSO-

publicaties tot uiting kwam. Het was, vanuit

de sector gezien, het meest logisch dat wij

de installateurs en hun toeleveranciers ook

internationaal op dit punt zouden vertegen-

woordigen”, vertelt Hogeling.

Dezelfde denkwijze gaat volgens Hogeling

ook op voor internationale normalisatie, dat

vooral plaatsvindt in Europees verband –bin-

nen de CEN- maar ook internationaal binnen

de ISO. “Wij waren nationaal al betrokken

bij normalisatietrajecten, waarbij we de

belangen van de installatiesector vertegen-

woordigen. Dit hebben wij doorgetrokken

naar de internationale projecten. Omdat wij

het in Nederland, met onder meer de vele

ISSO-publicaties, al redelijk goed voor elkaar

hebben, kunnen we met deze kennis ook

een aanzienlijke rol spelen bij internationale

normalisatie en het tot stand brengen van

grensoverschrijdende richtlijnen en wetten.

Aan de andere kant kunnen wij ook, doordat

wij in een vroegtijdig stadium bij dergelijke

projecten aan tafel zitten, ervoor zorgen dat

de nieuwe ISSO-publicaties meteen inspelen

op internationale voorschriften en richtlijnen.

Hiermee garanderen wij dat de kennis in onze

sector altijd zoveel mogelijk is afgestemd op

de internationale richtlijnen en normen.”

ISSO blIJft IN EUrOpA HAMErEN Op NOODzAAk vAN vAkMANScHApHogeling erkent dat zijn taak binnen de

internationale projecten in zekere mate

defensief is, maar hij benadrukt liever de

offensieve rol die hij namens de nationale

installatiesector vervult. “Je zou ons werk

defensief kunnen noemen omdat wij bin-

nen de commissies erop toezien dat Europa

niet onnodig ingewikkelde regels opstelt die

voor ons land negatief uitpakken. We zijn in

die rol een soort bewaker van onze instal-

latiepraktijk. Maar in offensieve zin proberen

wij in de nieuwe regels zoveel mogelijk de

competenties van de vakman gewaardeerd

te krijgen. Wij denken dat het belangrijk is

dat Europa erop toeziet dat de installateur

met kennis van zaken werkt. Zeker als het om

de belangrijke installaties in woningen en

gebouwen gaat. Vanuit meerdere Europese

lidstaten is er de neiging dat het, wat de kwa-

liteit betreft, niet allemaal zo strikt hoeft. Wij

willen dit tegengaan door te blijven hameren

op de noodzaak van vakmanschap. Zeker met

de nieuwe, duurzame installatietechnieken

die steeds ingewikkelder worden en waarbij

producten zich ontwikkelen naar systemen

en zelfs naar complete concepten, moeten

we van onze sector juist eerder meer ken-

nis en kunde eisen dan minder.” Hogeling

benadrukt dat het ‘op tijd er bij zijn’ al flinke

voordelen voor de sector heeft gehad. “Ik

durf de stelling wel aan dat alle recente

ISSO-publicaties bij de onderwerpen waar

dat relevant is, nauwgezet aansluiten bij de

internationale regels en normen. Bovendien

kunnen wij in Nederland vaak snel en rela-

tief gemakkelijk de nationale implementatie

van Europese regelgeving verzorgen, omdat

die regels vaak niet veel afwijken van wat

we nationaal al doen. Je ziet dan ook dat de

zogeheten ‘nationale annex’, een uitwerking

om op nationaal niveau Europese regels te

implementeren, in veel situaties verwijzen

naar bestaande ISSO-publicaties.

EUrOpESE ENErgIEprEStAtIESEen van de meest prominente, internationale

regelgevingprojecten van de afgelopen jaren

is het Europese project om tot universele

regels te komen voor de Energieprestatie van

woningen en gebouwen. Omdat Nederland

op nationaal niveau al vroeg bezig was met

de EPN, de nationale energieprestatienor-

mering, was het logisch dat ook wij bij de

Europese regelgeving betrokken zouden

raken. In dit geval was het Jaap Hogeling

die al vanaf het begin een prominente rol

in dit traject speelde. Uiteindelijk is hij zelfs

voorzitter geworden van de Europese norm-

commissie voor de EPBD, zoals het project

heet. Als resultaat hiervan lijken de Europese

regels voor de energieprestatie van wonin-

gen en gebouwen nu erg veel op de gehan-

teerde praktijk die in Nederland al bestond.

“Zo waren wij in staat om in ons land snel

en actueel in te spelen op deze regels. In

opdracht van het ministerie van VROM heb-

ben we de ISSO-publicaties 75 en 82 opge-

steld, waarin de nationale werkwijze rondom

de energieprestatie bestaande bouw, het

Energielabel en het EPA-maatwerkadvies, is

vastgelegd.”

Ook de komende jaren blijft Hogeling nog

Page 3: ISSO_Info_44

I SS O i n f o 4 4 3 n ove m b e r 2 010

pelijke relevantie van dit werk. Als we over

vijf jaar, door al het werk dat wij nu doen, een

wereldwijd geaccepteerde ISO-norm heb-

ben voor de energieprestatie van gebouwen,

dan zijn we eindelijk in staat om waar ook ter

wereld gebouwen op energieverbruik met

elkaar te vergelijken. Pas dan kun je echt zeg-

gen, gebaseerd op harde feiten, of de afspra-

ken die we nu in bijvoorbeeld Kyoto-verband

maken ook effect hebben.”

Voor een overzicht van de commissies waarin

ISSO participeert verwijzen we u naar het

ISSO-jaarboek 2010-2011.

Internationale erkenning Jaap Hogeling

In januari 2011 zal Jaap Hogeling worden benoemd tot zogeheten ‘Fellow’ van de Amerikaanse vakorganisatie Ashrae. Dit gebeurt tijdens de jaarlijkse conferentie van Ashrae, die dit jaar in Las Vegas plaatsvindt. De status van ‘Fellow’ is wegge-legd voor leden van de organisatie die een ‘ongewone bijdrage’ hebben geleverd aan het vakgebied van verwarming, koeling, klimaatbeheersing en ventilatie. Tevens bedankt Ashrae hiermee ook de organisatie ISSO voor de inspanningen die Jaap Hogeling tijdens zijn dienstverband voor het vakgebied heeft mogen leveren. In 2009 werd Hogeling ook al onderscheiden met de Rehva Professional Award, een soortgelijke onderscheiding van de Europese vakorganisatie.

Nieuw bedrijfspand voor ponsioen Installatietechniek

Op uitnodiging van onze penningmeester Winfried ponsioen waren wij begin juni aanwezig bij de feestelijke opening van het nieuwe bedrijfspand van ponsioen Installatie techniek b.v. te Alphen aan de rijn. Een indrukwekkend gebouw dat visueel warmte uitstraalt maar de fysieke warmte binnenhoudt en verwerkt. De bedrijfsfilosofie van duurzaamheid is perfect vertaald in het nieuwe pand.

Een warmtepompsysteem met gesloten

bodemwisselaar zorgt voor de juiste tempe-

ratuur in winter en zomer; een energiebespa-

ring van circa 60 procent per m² ten opzichte

van de vorige huisvesting. Verder is het pand

voorzien van warmteterugwinventilatie.

De kamers zijn voorzien van sensoren. Als er

niemand aanwezig is, staat het licht niet aan.

Verder is er op de directie-etage een pilot

met dynamisch licht. Met dat systeem kan

natuurlijk licht worden nagebootst, regel-

baar voor wat betreft helderheid en warmte.

Wisselingen op de goede momenten op de

dag resulteert in verhoging van de producti-

viteit op de werkplek.

De nog te plaatsen windmolens moeten,

ook wat betreft uitstraling, de duurzaamheid

compleet maken.

MAAtpAkNaast de officiële opening door de

Burgemeester van Alphen werd ook door

de architecten een uitleg gegeven over het

ontwerp en de inbreng daarbij van Winfried

Ponsioen die speciaal voor deze gelegenheid

een maatpak kreeg aangemeten in de ont-

werpstijl van het pand. Het studentenorkest

met Ponsioen jr. zorgde voor de muzikale

omlijsting. Wij wensen Winfried en zijn mede-

werkers veel succes in de nieuwe huisvesting.

Page 4: ISSO_Info_44

I SS O i n f o 4 4 4 n ove m b e r 2 010

platform Duurzame Huisvesting

katalysator bij verduurzaming van bestaande utiliteitsbouw

Energiebesparing en verduurzaming in de bestaande voorraad utiliteitsgebouwen is alleen mogelijk als alle partijen in de huis-vestingsketen samenwerken. Met deze overtuiging is - op initiatief van Agentschap Nl - in 2008 het platform ‘Duurzame Huisvesting’ opgericht. In het platform werden alle koepelorganisaties bij elkaar gebracht die betrokken zijn bij het gebruik van kantoorgebouwen. Het platform heeft inmiddels al twee keer - in 2009 en in 2010 - een lande-lijke themadag over energiebesparing georganiseerd. In februari 2011 zal het derde symposium plaatsvinden. Deze bijeenkomst gaat over de successen van samenwerking bij verduurzaming.

gEzAMENlIJkE MISSIEMaar er gebeurt meer. De afgelopen maan-

den hebben de partners elkaar bevraagd

over de duurzame doelstellingen van hun

organisatie. Welke rol speelt duurzaamheid

voor jou en hoe maak je dat concreet? Ook

werd een gezamenlijke missie vastgesteld:

het platform ‘Duurzame Huisvesting’ wil de

katalysator zijn bij de verduurzaming van de

bestaande utiliteitsbouw door samenwerking

in de huisvestingsketen te stimuleren. In de

komende maanden zal het platform officieel

naar buiten treden.

MOgElIJk EN NOODzAkElIJkJan Terlouw, voorzitter van PeGo (platform

‘Energietransitie Gebouwde Omgeving’),

hield als aanjager van het transitieproces

tijdens de laatste platformbijeenkomst

een warm betoog voor verduurzaming.

Verduurzaming is mogelijk en noodzakelijk,

zo stelde hij. Mogelijk: een vat olie kan je een

week warm houden, de zon straalt per secon-

de 10 miljoen vaten olie per aardbewoner uit!

Ruim voldoende dus en de levering is voor

de komende 5 miljard jaar gegarandeerd!

Noodzakelijk uit zowel ecologisch als econo-

misch oogpunt want de huidige energieleve-

ring is allerminst gegarandeerd. Ecologisch

noodzakelijk omdat wij in rap tempo bezig

zijn de voorraden op aarde ‘op te vreten’. En

verduurzaming is ook economisch noodza-

kelijk want Nederland loopt duidelijk achter

op andere landen. Als voorbeeld haalde Jan

Terlouw de Amerikaanse staat Californië

aan die op dit moment al 30 procent van

haar energie duurzaam opwekt en de staat

Colorado waar de groei van duurzame ener-

gie van 10 naar 30 procent over 10 jaar bij wet

is geregeld. En dichter bij huis hebben enkele

grote concerns uit ons omringende landen

concrete plannen om 20 procent van Europa’s

energiebehoefte in de Sahara op milieuvrien-

delijke manier op te wekken.

SAMENWErkINg bEvOrDErENVanaf de start is ISSO partner in het platform

‘Duurzame Huisvesting’. Via de ontwikkeling

van technische richtlijnen voor duurzame

technieken werken we met onze kennispart-

ners aan de kwaliteit van de technische instal-

laties die aan verduurzaming bijdragen, zoals

warmtepompen, zonthermische en zonelek-

trische systemen enzovoort. ISSO wil zich ook

in dit platform inzetten om de samenwer-

king bij verduurzaming van onze bestaande

gebouwenvoorraad te bevorderen.

Ook het ISSO-project ‘Duurzaam beheer en

onderhoud’ besteedt aandacht aan de facet-

ten van duurzame huisvesting.

Page 5: ISSO_Info_44

I SS O i n f o 4 4 5 n ove m b e r 2 010

ISSO-publicatie ‘Installatie- en bouwtechnische aspecten zonne-energie’

In ISSO Info 41 hebben wij u al geïnformeerd over het Masterplan zonne-energie. Het Masterplan zonne-energie is opgezet om in de toekomst de kwaliteit van zonne-energie-installaties te kunnen bor-gen. In het Masterplan is gekozen om de kwaliteitsborging te realise-ren via kennis door opleidingen en examens. Het is daarbij van belang dat als eerste de kennis toegankelijk gemaakt wordt.

HErzIEN EN gEïNtEgrEErDMet financiële steun van Agentschap NL,

OTIB en Uneto-VNI gaan we de komende

maanden de ISSO-publicaties 14 ‘Zonne-

boilers, ontwerp, uitvoering en advisering’,

59 ‘Grote zonneboilers - ontwerp, uitvoering

en advisering’ en 78 ‘Handleiding zonne-

stroom voor ontwerper en installateur’

volledig herzien en integreren tot één

publicatie. Deze publicatie komt tot stand in

samenwerking met SBR zodat ook de bouw-

kundige integratie van de zonne-installaties

2. Specialisatie Zonnestroomsystemen

(Voorbereiding);

3. Specialisatie Zonnewarmtesystemen

(Voorbereiding);

4. Uitvoering Zonnestroomsystemen

(Uitvoering);

5. Uitvoering Zonnewarmtesystemen

(Uitvoering);

6. Bouwkundige montage op daken

(Uitvoering).

Op dit moment worden de verschillende kon-

taktgroepen samengesteld. De verwachting

is dat de publicatie en de opleidingen in het

derde kwartaal van volgend jaar beschikbaar

zullen komen. Voor meer informatie hierover

kunt u terecht bij de projectcoördinator

André Derksen, [email protected].

beschreven wordt. De publicatie zal geactu-

aliseerde en deels nieuwe referentiedetails

voor integratie in daken en gevels bevatten.

De uitwerking van de referentiedetails zal

aansluiten bij de methodiek die SBR hanteert

voor de referentiedetails.

Parallel aan het realiseren van de publicatie

zullen een zestal opleidingen ontwikkeld

worden:

1. Basiskennis Zonne-energiesystemen

(Voorbereiding);

Page 6: ISSO_Info_44

I SS O i n f o 4 4 6 n ove m b e r 2 010

Actualisatie en herziening ISSO-publicatie 27 luchtfiltersISSO-publicatie 27 ‘luchtfilters voor comfortinstallaties’ gaat in op de selectie, installatie en het onderhoud van luchtfiltersystemen. De publicatie is ontwikkeld in 1990. Sinds die tijd hebben zich meerdere ontwikkelingen voorgedaan die vragen om een herziening van deze ISSO-publicatie. Daarom wordt er gestart met de herziening en uit-breiding van deze uitgave.

ONtWIkkElINgENEr is een aantal belangrijke ontwikkelingen en

aandachtspunten die bij de herziening wordt

meegenomen. De classificatie van luchtfilters

is inmiddels aangepast en is hierdoor moeilijk

onderling te vergelijken (Ashrae, EN, ISO, etc.),

terwijl een juiste interpretatie cruciaal is voor

het maken van de keuze van het luchtfilter.

Belangrijke recente normen zijn hierbij:

• NEN-EN 779 ‘Luchtfilters voor ventilatiedoel-

einden - Bepaling van de filterprestatie’ uit

2003 en 2009 (Ontw.);

• NEN-EN 13779 ‘Ventilatie voor utiliteitsge-

bouwen - Prestatie-eisen voor ventilatie- en

luchtbehandelingssystemen’ uit 2007;

• NEN-EN1822 ‘Luchtfilters met een hoog ren-

dement (EPA, HEPA en ULPA)’ uit 2009.

Met de bestaande informatie en normen is er

voldoende theoretische kennis beschikbaar

over de efficiency van een luchtfilter, maar

praktische kennis over het functioneren en

het verloop van het rendement tijdens het

gebruik in de praktijk ontbreekt. Een test-

norm is hiervoor in ontwikkeling.

Ook zijn er inmiddels verscheidene nieuwe

filtermaterialen op de markt geïntroduceerd.

Welke eigenschappen hebben ze en hoe die-

nen ze toegepast te worden? Tevens is het in

dit kader belangrijk te weten hoe luchtfilters

zelf als bron van verontreiniging werken:

• emissie van vezeldeeltjes aan de schone

luchtzijde bij ingebruikname nieuwe lucht-

filters;

• geuremissie door groei van micro-orga-

nismen op gebruikte luchtfilters en uitein-

delijke emissie microbiologische deeltjes,

schimmels in de toevoerlucht.

fIJNStOfDankzij het steeds luchtdichter bouwen is het

mechanisch ventilatiesysteem in een modern

gebouw een belangrijke factor geworden in

het bereiken van een goede binnenluchtkwa-

liteit. Bij de keuze van een luchtfilter moet

daarom ook steeds meer rekening gehouden

worden met de aanwezigheid van fijnstof en

ultrafijnstof in de buitenlucht (PM2.5 – PM10).

De aandacht ligt daarom meer op het reali-

seren van ventilatiesystemen met minimale

luchtlekkage en vooral ook op het selecteren,

toepassen en tijdig vervangen van de juiste

luchtfilters. Zo blijkt bijvoorbeeld uit de

praktijk dat het, nu vaak toegepaste, F7 filter

onvoldoende rendement heeft op de filtering

van fijnstof uit de buitenlucht; uit metingen

blijkt dat er minimaal met een filterklasse F9

gewerkt moet worden om serieus fijnstof te

lijf te gaan.

Ook mechanische ventilatiesystemen in

(nieuwbouw)woningen worden steeds vaker

voorzien van luchtfilters. Enerzijds om de

installatie schoon te houden, maar steeds

meer ook om de kwaliteit van de binnenlucht

te verbeteren. In de markt voor woningventi-

latie en bij de gebruikers van die systemen is

nog weinig kennis aanwezig over juiste toe-

passing en gebruik. Daarnaast is er discussie

over de reinigbaarheid van luchtfilters. Hoe

moet het onderhoud van de filters plaats-

vinden en hoe kan de juiste vervangingsfre-

quentie vastgesteld worden?

ISSO-prOJEctHet doel van het project (uitvoering vanaf

2011) is partijen, werkzaam in de klimaattech-

niek, te voorzien van alle benodigde infor-

matie over een juiste selectie, uitvoering en

toepassing van luchtfilters. Zowel voor instal-

laties in de utiliteitsbouw als woningbouw. Te

denken valt aan installatie- en adviesbureaus,

service- en onderhoudsbedrijven, leveran-

ciers en woningbeheerders. ISSO gaat op

zoek naar partijen die willen bijdragen om

dit project te starten, zoals luchtfilterfabri-

kanten verenigd in de VLA, koepelorganisa-

ties t.a.v. woningbeheer, facilitair bedrijf en

gezondheidsorganisaties. Voor vragen over

dit project kunt u terecht bij Marco Hofman,

[email protected].

Page 7: ISSO_Info_44

I SS O i n f o 4 4 7 n ove m b e r 2 010

Het ministerie van vrOM zal per 1 januari 2011 de NEN 7120 ‘Energieprestatie voor gebouwen’ voor nieuwbouw nog niet aanwij-zen. De NEN 7120 is op dit moment nog van onvoldoende kwaliteit, rekenkundige controles geven nog geen betrouwbare uitkomsten. Waarschijnlijk pas medio 2011 of begin 2012 zal de NEN 7120 voor nieuwbouwbouw worden aangewezen. Wel wordt per 1 januari 2011 de Epc-eis voor woningen verlaagd van 0,8 naar 0,6. voor utiliteitsgebouwen wordt geen verlaging doorge-voerd. De reden hiervoor is dat de eisen voor de utiliteitsgebouwen per 1 januari 2009 al zijn aangescherpt.

De nieuwe Energieprestatienorm en het Energielabel

Stand van zaken

Voor bestaande bouw wordt de NEN 7120

ook voorlopig nog niet aangewezen omdat

de marktpartijen voor hun bestaande voor-

raad gebouwen niet op te veel wijzigingen

zitten te wachten. Per 1 januari 2010 is

namelijk de Energielabelmethodiek voor

woningen en utiliteitsgebouwen aangepast

en bij de invoering van de Recast van de

EPBD in 2012/2013 komen er weer een aantal

verplichte wijzigingen aan. Bij de verplichte

invoering van de Recast van de EPBD zal de

NEN 7120 ook voor de bestaande bouw wor-

den aangewezen, dit zal dus niet eerder zijn

dan 2012/2013.

lAbElMEtHODIEkEr wordt wel overwogen om de huidige label-

methodieken op een klein aantal punten te

wijzigen. Afgelopen jaar heeft er een aantal

partijen nog wat wensen en uitbreidingen

kenbaar gemaakt bij ISSO. Ook zijn in 2009

niet alle wensen en uitbreidingen doorge-

voerd omdat toen de planning was dat op 1

januari 2011 ook NEN 7120 voor bestaande

bouw zou worden aangewezen. Nu deze

planning achterhaald is zal ISSO samen met

de marktpartijen en Agentschap NL bekijken

op welke punten de huidige methodiek nog

aangepast moet worden.

De NEN 7120 geeft de berekeningsmethode

voor de EPC en de Energie-index, voor

bestaande bouw is de NEN 7120 vergelijkbaar

met de formulestructuur zoals deze is gege-

ven in ISSO 82.3 voor woningen en ISSO 75.3

voor utiliteitsgebouwen. Als de NEN 7120

door de overheid wordt aangewezen dan zal

ISSO de publicaties 82.3 en 75.3 intrekken. De

opnamemethodiek voor woningen - ISSO-

publicatie 82.1 - en voor utiliteitsgebouwen

- 75.1 - blijven wel gehandhaafd. Deze beide

opnamemethodieken zullen in 2011 worden

afgestemd op de NEN 7120 evenals de BRL

9500.

AANpASSINgDe NEN 7120 dient ten behoeve van

bestaande gebouwen nog enigszins aange-

past te worden. De invoer voor bestaande

gebouwen moet afgestemd worden op de

gebouw- en installatie-eigenschappen die

in het gebouw waarneembaar zijn. Op een

aantal punten vraagt de NEN 7120 voor

bestaande bouw invoergegevens die alleen

te achterhalen zijn bij nieuwbouwgebouwen

of bij gebouwen die goed gedocumenteerd

zijn. Begin 2011 zal deze aanpassing gereed

zijn. ISSO zal hierna starten met de aanpas-

sing van de opnamemethodiek zoals deze

beschreven is in ISSO 82.1 en 75.1. Het wordt

dan mogelijk om zowel met minder gedetail-

leerde (vergelijkbaar met de huidige opna-

memethodiek) als met gedetailleerde infor-

matie een Energielabel te maken.

SEmINARISSO organiseert in maart 2011 een seminar over de nieuwe energierichtlijnen en wat deze voor de installatiesector betekenen.

Page 8: ISSO_Info_44

I SS O i n f o 4 4 8 n ove m b e r 2 010

bEpAlINgSMEtHODE

bINNENMIlIEUprOfIElWONINgEN ENErgIEprEStAtIE ADvIES

publicatie

82.4kE

NN

ISIN

St

ItU

Ut

vO

Or

DE

INS

tA

ll

At

IES

Ec

tO

r

ISSO-Najaarsoverleg ‘Nieuwe technieken genereren nieuwe omzet’

NOtEEr DEzE DAtUM AlvASt IN UW AgENDA

Op 15 september 2011 organiseert ISSO voor de vijfde keer haar

relatiedag het ISSO-Najaarsoverleg. Deze keer zal de dag in het

teken staan van ‘Nieuwe technieken genereren nieuwe omzet’.

Zoals u van ons gewend bent, krijgt u ook een overzicht van de

lopende en komende projecten. Daarnaast gaan we in op de

trends en ontwikkelingen die in 2011-2012 gaan spelen.

ONDErWErpVindt u dat er een onderwerp echt niet mag ontbreken tijdens

het Najaarsoverleg? Laat het ons weten! Stuur uw suggestie naar

Susanne Suvaal, [email protected].

vOOr WIE?ISSO-relaties, partners, opdrachtgevers en overige

geïnteresseerden.

UW INvEStErINgDe relaties van ISSO worden op persoonlijke titel uitgenodigd

deze dag gratis bij te wonen. Overige geïnteresseerden zijn van

harte welkom deze dag bij te wonen voor € 195,00 per persoon.

NEtWErkDINErTijdens het ISSO-Najaarsoverleg is voor de aanwezigen altijd

ruimte om te netwerken. Op veler verzoek is de gelegenheid om

te netwerken uitgebreid. Daarom organiseert ISSO aansluitend

op het najaarsoverleg ook een netwerkdiner. Dit diner biedt u de

kans in een informele setting samen te komen om uw collega’s en

(nieuwe) relaties te ontmoeten.

INtErESSE IN DEElNAME?Indien u ons al wil laten weten dat u aanwezig bent op het

Najaarsoverleg in 2011 dan kunt u zich opgeven bij Susanne

Suvaal, [email protected].

ISSO heeft, met financi-

ele steun van de stichting

‘Meer Met Minder’ een

methode ontwikkeld voor

het opstellen van een

Binnenmilieuprofiel voor

bestaande woningen.

Deze methode is beschre-

ven in de ISSO-publicatie

82.4 ‘Binnenmilieuprofiel

woningen’, die begin 2010

is verschenen. Op 17 febru-

ari 2011 organiseert ISSO een landelijke

informatiedag omtrent dit onderwerp.

Tijdens deze dag wordt u door verschil-

lende sprekers bijgepraat over het

Binnenmilieuprofiel; het

belang, de aanleiding, de

methodiek en de laatste

stand van zaken rondom de

invoering. Tevens krijgt u de

laatste informatie over het

Energielabel.

InzIcht In bInnenmIlIeukwalIteItHet Binnenmilieuprofiel geeft

de opdrachtgever (eigenaar

of bewoner) inzicht in de te verwachten

kwaliteit van het binnenmilieu, als aanvul-

ling op het EPA-maatwerkadvies. In de

methode voor het Binnenmilieuprofiel staan

het gebouw en de installaties centraal. Met

het Binnenmilieuprofiel wordt een woning

beoordeeld met een horizontale ‘stoplicht-

score’ - groen, oranje, rood - op acht verschil-

lende binnenmilieuaspecten: luchtverversing,

vocht en schimmel, verbrandingsgassen,

thermisch comfort winter, oververhitting

zomer, installatiegeluid, geluidisolatie en

daglichttoetreding.

Voor wie?De informatiedag is bedoeld voor EPA-

adviseurs, woningbouwcorporaties, mede-

werkers gemeenten, medewerkers GGD en

overige geïnteresseerden werkzaam in de

bestaande bouw. De deelnameprijs bedraagt

€ 295,00 per persoon. U kunt zich opgeven

via www.isso.nl.

1 5 s e p t e m b e r 2 0 1 1

landelijke informatiedag binnenmilieuprofielDatum: 17 februari 2011 locatie: Houten

Page 9: ISSO_Info_44

I SS O i n f o 4 4 9 n ove m b e r 2 010

REGIONALEINSTRUCTIEBIJEENKOMSTEN

KE

NN

ISI

NS

TI

TU

UT

V

OO

R

DE

I

NS

TA

LL

AT

IE

SE

CT

OR

ISSO

Postbus 577

3000 AN Rotterdam

FRAN

KEREN

ISSO, het kennisinstituut voor de installatiesector

ISSO is opgericht om te voorzien in de technische kennisbehoefte

van de installatiesector. ISSO doet dit door de kennisvragen vanuit

de sector te identifi ceren en door het ontsluiten en toegankelijk

maken van deze kennis in de vorm van praktische ISSO-publicaties,

instructiebijeenkomsten, digitale producten en overige diensten.

Samengevat kan men de activiteiten van ISSO als volgt omschrijven:

kennisidentifi catie, kennisontwikkeling en kennisoverdracht.

Integraal ontwerpen van

legionellaveilige woningen

<––––– v o u w l i j n e n –––––––>

ISSO

postbus 577

3000 AN rotterdam

tel. 010 - 206 59 69

fax 010 - 213 03 84

E-mail: [email protected]

Internet: www.isso.nl

Nieuw: ISSO/Sbr-publicatie 811

‘Integraal ontwerpen van legionellaveilige woningen’Het voorkomen van ongewenste opwarming van leidingwater is een voortdurend punt van aandacht. Met het verschijnen van een nieuwe versie van NEN 1006 - Algemene voorschriften voor leidingwaterinstallaties - in 2002 werd een eerste stap gezet om leidingwaterinstallaties veilig te ontwerpen met betrekking tot ongewenste opwarming. NEN 1006, die aangewezen is door het bouwbesluit, geeft voorschriften voor de maximum temperatuur van drinkwater en 'afgekoeld' warmtapwater. boven deze tempe-ratuur van 25 °c kunnen bacteriën, waaronder legionella, uitgroei-en tot schadelijke concentraties. Na het verschijnen van NEN 1006 zijn er verschillende praktische richtlijnen gepubliceerd om aan de voorschriften te kunnen voldoen.

die voorzien in bruikbare en toepasbare

oplossingen in technisch en organisatorisch

opzicht.

SAMENWErkINg ONONtbEErlIJkDe richtlijn geeft niet alleen technische

oplossingen, maar hij zet ook duidelijk uiteen

hoe u dit in het bouwproces moet organise-

ren. Samenwerking en coördinatie tussen de

ontwerper (vaak architect), de aannemer en

de watertechnisch en cv-installateur is onont-

beerlijk. De werkvoorbereiders, uitvoerders

en monteurs op de bouw moeten goed op de

hoogte zijn van wat WEL en wat NIET meer

mag en wat de mogelijke oplossingen zijn.

INStrUctIEbIJEENkOMSt ‘INtEgrAAl ONtWErpEN vAN lEgIONEllAvEIlIgE WONINgEN’ISSO organiseert in januari en februari een

instructiebijeenkomst over dit onderwerp.

De onderstaande onderwerpen komen aan

de orde:

• Hoe waarborgt u de waterkwaliteit en voor-

komt u legionella?

• Welke wetgeving is van toepassing (nieuwe

Drinkwaterbesluit)?

• Welke problemen komt u in de praktijk

tegen bij het voorkomen van hotspots?

• Waar mogen de cv- en drinkwaterleidingen

wel en waar niet lopen?

• Hoe kunt u hieraan voldoen?

• Welke oplossingen staan er in de herziene

ISSO/SBR-publicatie 811?

• Hoe moet u dit organiseren?

tErUgkOMDAgHeeft u in 2009 deelgenomen aan de instruc-

tiebijeenkomst ‘Hotspotvrij bouwen en instal-

leren’, dan kunt u deelnemen aan de terug-

komdag op 18 januari 2011. Tijdens deze dag

worden de belangrijkste wijzigingen t.o.v. de

versie uit 2007 toegelicht.

vOOr WIE?De instructie is gericht op installateurs, pro-

jectleiders, bouwkundige uitvoerders, tech-

nici, werkvoorbereiders en (leidinggevende)

monteurs die zich direct of indirect bezighou-

den met de aanleg van cv- en drinkwaterin-

stallaties. De terugkomdag is geschikt voor

personen die in 2009 hebben deelgenomen

aan de instructiebijeenkomst ‘Hotspotvrij

bouwen en installeren’.

AANMElDENAls u wilt deelnemen aan de terugkomdag of

de instructiebijeenkomst dan kunt u zich aan-

melden via www.isso.nl.

Maar de praktijk van de woningbouw blijkt

weerbarstiger. Het voldoende uit elkaar hou-

den van verwarmingsleidingen en waterlei-

dingen blijkt een zodanig lastige opgave dat

de watertechnisch installateur het probleem

niet meer alleen kan oplossen. De instal-

latiesector heeft hierop in 2007 adequaat

gereageerd door de ISSO/SBR-publicatie 811

‘HotSpotVrij ontwerpen bouwen en installe-

ren’ te ontwikkelen.

ONtWErpcONcEptENTijdens de ontwikkeling kwam naar voren dat

er nog concepten ontbraken voor renovatie-

bouw en hoogbouw met stadsverwarming.

Begin 2011 verschijnt daarom de herziene

uitgave van ISSO/SBR-publicatie 811 'Integraal

ontwerpen van legionellaveilige woningen’.

Belangrijk uitgangspunt bij het formuleren

van de concepten om ongewenste opwar-

ming tegen te gaan, vormen de onderzoeken

van TNO uit 2007, 2008 en 2010 naar:

• de minimale afstanden tussen waterleidin-

gen en verwarmingsleidingen in vloeren en

verlaagde plafonds;

• de temperatuur die ontstaat in een leiding-

schacht waarin cv- en waterleidingen zijn

gecombineerd;

• de ventilatievoorziening die nodig is om

de warme leidingschacht met stadsverwar-

ming te koelen tot onder 25 °C.

Het realiseren van de concepten is niet alleen

een zaak van de watertechnisch installateur,

maar ook van de ontwerper van het gebouw.

Daarom zijn ontwerpconcepten ontwikkeld

Page 10: ISSO_Info_44

I SS O i n f o 4 4 10 n ove m b e r 2 010

publicatie

17kE

NN

ISIN

St

ItU

Ut

vO

Or

DE

INS

tA

ll

At

IES

Ec

tO

rKwaliteitseisen voor luchtkanaal-systemen in woning- en utiliteitsbouw

Herzien: ISSO-publicatie 17 ’kwaliteitseisen voor luchtkanaalsystemen in woning- en utiliteitsbouw’

Onlangs is de nieuwe versie van ISSO-publicatie 17 ’kwaliteitseisen voor luchtkanaalsystemen in woning- en utiliteitsbouw’ versche-nen. ISSO-publicatie 17 is basisgereedschap voor het ontwerpen van alle klimaatinstallaties waar lucht mechanisch wordt toe- en afgevoerd. Deze uitgave is een herziene versie van de in 1993 uit-gegeven gelijknamige publicatie. Het belangrijkste verschil is de aansluiting op Europese normen en enige aanpassingen in het licht van de huidige inzichten en kennis.

lUcHtkANAAlbErEkENINgMet de luchtkanaalberekening kunt u het

drukverlies van het kanalensysteem bere-

kenen om daarmee de opvoerhoogte van

de ventilator te bepalen. Ook wordt met

deze berekening de drukverliezen over de

inregelkleppen bepaald. Deze gegevens zijn

nodig bij het inregelen van de ontwerp volu-

mestromen. Deze uitgave behandelt ook de

berekening van het warmteverlies van lucht-

kanalen. Deze berekeningen zijn nodig om

het afkoelen van de lucht tijdens transport te

bepalen en het voorkomen van condens op

het isolatieoppervlak. Tevens worden er kwa-

liteitseisen gegeven voor materialen en mon-

tagetechnieken van luchtkanalen en isolatie.

HUlpStUkkENIn deze publicatie wordt in principe uitge-

gaan van hulpstukken volgens LUKA. Voor

deze gestandaardiseerde hulpstukken met

een ronde en rechthoekige doorsnede wor-

den weerstandscoëfficiënten gegeven. Voor

zover hulpstukken niet zijn gestandaardi-

seerd is uitgegaan van een aantal door de

kontaktgroep gekozen hulpstukken.

DrUkvErlIESbErEkENINgIn verband met het gebruik van computers

voor het uitvoeren van drukverliesbereke-

ningen en een eenduidige interpretatie zijn

zowel de natuurkundige eigenschappen van

lucht als de weerstandscoëfficiënten van

hulpstukken in formulevorm gegeven. Voor

handberekeningen zijn de weerstandscoëf-

ficiënten in tabelvorm gepresenteerd.

Het is wenselijk om het kanalenontwerp bin-

nen de gestelde randvoorwaarden te opti-

maliseren, zodanig dat de som van de kosten

voor afschrijving, onderhoud en energie een

minimum bereikt. De problematiek van het

optimaliseren komt in deze publicatie aan de

orde. Aan de hand van uitgewerkte reken-

voorbeelden van een kanalensysteem in de

utiliteits- en woningbouw wordt de druk-

verliesberekening stap voor stap toegelicht,

evenals de berekening van het optredende

lekverlies.

Verder wordt in deze publicatie aandacht

besteed aan een gestandaardiseerde bere-

keningsmethode voor de thermische isolatie

van metalen luchtkanalen in gebouwen. De

onderliggende berekeningsgrondslagen zijn

voor de stationaire situatie uitgewerkt voor

ronde kanalen. De keuze van de isolatiedikte

kan, afhankelijk van de situatie, worden

bepaald op grond van de volgende in tabel-

vorm uitgewerkte criteria:

• het voorkomen van oppervlakteconden-

satie;

• het toelaatbare energieverlies per m kanaal;

• de toelaatbare opwarming/afkoeling in het

kanalensysteem;

• economische afweging op basis van mini-

male jaarlijkse kosten.

bEStEllENDe publicatie is verkrijgbaar via de ISSO-

winkel op www.isso.nl en kost € 160,–

(ex. BTW). Tevens is de uitgave digitaal

beschikbaar via de online bibliotheek

www.isso-digitaal.nl.

Page 11: ISSO_Info_44

I SS O i n f o 4 4 11 n ove m b e r 2 010

publicatie

94

kE

NN

ISIN

St

ItU

Ut

vO

Or

DE

INS

tA

ll

At

IES

Ec

tO

r

regeltechniek voor klimaatinstallaties en warmtapwater bereiding

Nieuw: ISSO-publicatie 94

‘regeltechniek voor klimaatinstallaties’Onder druk van energiebespa-ring is het deellastgedrag van klimaatinstallaties steeds belangrijker geworden. Dit betekent voor een installatie-ontwerper dat hij/zij naast de ontwerpsituatie ook rekening moet houden met de verschillen-de deellastsituaties en het dyna-misch gedrag van een installatie. bij het uitwerken van de ver-schillende deellastsituaties van een klimaatinstallatie met een automatische werking, speelt de regeltechniek een belang-rijke rol. Om deze reden is ISSO-publicatie 94 ‘regeltechniek voor klimaat installaties’ ontwikkeld.

2 de te volgen regelstrategie, hierbij wordt

duidelijk welke processen wel of niet in

volgorde kunnen worden geregeld;

3 het bepalen van de kenmerken van het te

regelen proces geeft als resultaat wat de

invloed is van het ontwerp op het dyna-

misch gedrag van de geregelde grootheid;

a overdrachtkarakteristiek (regelbereik en

overdrachtsfactor)

b moeilijkheidgraad

5 bepalen van de parameters van de

regelaar, hierbij wordt gebruik gemaakt

van praktische instelregels voor zowel

continue regelaars als discrete rege-

laars;

6 bepalen van de regeldiagrammen,

hierbij wordt duidelijk wat het gevolg

is voor het regelbereik als regelsignalen

uit de regelaar elkaar overlappen.

Bij het toepassen van ISSO-publicatie

94 wordt duidelijk dat de installatieont-

werper de benodigde gegevens voor de

automatische werking van een klimaatin-

stallatie moet bepalen. De huidige prak-

tijk laat nog te vaak zien dat de beno-

digde gegevens voor de automatische

werking van een klimaatinstallatie door

de automatiseerder in het softwarepro-

gramma worden ingevuld.

MEEr INfOrMAtIEISSO-publicatie 94 kost € 135,00 (ex. BTW)

en is te bestellen via de ISSO-winkel op

www.isso.nl. Tevens is de uitgave digitaal

beschikbaar via de online bibliotheek

www.isso-digitaal.nl.

AUtOMAtIScHE WErkINgISSO-publicatie 94 dwingt de installatieont-

werper na te denken over de automatische

werking van een installatie. ISSO-publicatie

94 begint waar de standaard boeken over

regeltechniek ophouden. Via een aantal con-

crete stappen wordt de regelkring bepaald

en uitgewerkt. De te volgen stappen in ISSO-

publicatie 94 zijn:

1 bepalen van het te regelen proces en de

stoorinvloeden;

In 2007 verscheen de eerste ver-sie van de ISSO/Sbr-publicatie 809 ‘brandveilige doorvoerin-gen’. Deze publicatie is onlangs herzien. Met de herdruk van 2010 is de publicatie aangepast aan de huidige stand van kennis en normen met betrekking tot het onderwerp brandveilige door-voeringen.

Herzien: ISSO/Sbr-publicatie 809 ‘brandveilige doorvoeringen’

gEtEStE OplOSSINgENDeze publicatie kan daarom gezien worden

als een vervolg op het ISSO-rapport 3217

‘Brandveilige doorvoeringen in de sanitaire

techniek’. De publicatie behandelt ook de

doorvoeringen van kabels al dan niet in

kabelgoten en van luchtkanalen. Ze gaat ech-

ter minder diep in op bepaalde onderdelen

dan het ISSO-rapport 3217. In de publicatie

is ervoor gekozen zo dicht mogelijk bij de

geteste oplossingen te blijven. Voor bijzon-

dere situaties wordt wel een denkstrategie

Op het gebied van brandwerende doorvoe-

ringen zijn inmiddels veel producten ontwik-

keld. Desondanks leven er bij aannemers en

installateurs nog vaak vragen over hoe ze

het doorvoeren van leidingen, kabels etc.

zodanig kunnen realiseren dat de brandwe-

rendheid van de wand of vloer intact blijft.

Om die reden hebben ISSO en SBR de handen

ineen geslagen en is met behulp van veel

belanghebbenden deze publicatie tot stand

gekomen die het merendeel van die vragen

beantwoordt.

Page 12: ISSO_Info_44

I SS O i n f o 4 4 12 n ove m b e r 2 010

omschreven waarmee men zelf de benodigde

maatregelen kan bepalen om een brandwe-

rende doorvoering te realiseren.

Deze publicatie kan men zien als een nadere

uitwerking van bijvoorbeeld ISSO-publicatie

76 over warmwaterverwarmingsinstallaties.

Deze beschrijft concepten voor het realiseren

van de brandwerendheid die in de onderha-

vige publicatie nader worden uitgewerkt. De

uitwerking vindt plaats op specificatiebladen

die wat betreft opbouw aansluiten bij de bla-

den in ISSO-publicatie 76. In situaties waarbij

geen test voorhanden is bij doorvoeringen

met geïsoleerde buis kan men overwegen

de isolatie te onderbreken bij de doorvoe-

ringen, zoals dat in ISSO 76 als uitgangspunt

is genomen, en te kijken bij doorvoeringen

met ongeïsoleerde buizen. Tenslotte wordt

voor de volledigheid ook verwezen naar het

Kleintje Gas van ISSO waarin aanwijzingen

voor brandwerende doorvoeringen voor

rookgasafvoer zijn opgenomen. Een overzicht

van de wijzigingen ten opzichte van de vori-

ge versie is te downloaden van www.isso.nl.

De ISSO/SBR-publicatie 809 kost € 120,00 (ex.

BTW) en is te bestellen via de ISSO-winkel op

www.isso.nl. De uitgave is tevens beschikbaar

via de online ISSO-bibliotheek isso-digitaal.nl.

Agenda 2011Activiteit Wanneer Waar

Terugkomdag Integraal ontwerpen van Legionellaveilige woningen 18 januari Rotterdam

Instructiebijeenkomst Integraal ontwerpen van Legionellaveilige woningen 20, 25 januari – 3, 8 februari Regionaal

Landelijke informatiedag Binnenmilieuprofiel 17 februari Houten

Instructiebijeenkomst Koeltorens (verschillende doelgroepen) maart Regionaal

Seminar Betonkernactivering 24 maart Nooddorp

Seminar ‘De praktijk van Nationale en Internationale richtlijnen 31 maart Nader te bepalenvoor de installatiesector

ISSO-najaarsoverleg 15 september Nader te bepalen

Meer informatie over deze bijeenkomsten vindt u op onze website. Hier kunt u zich tevens aanmelden.

Page 13: ISSO_Info_44

I SS O i n f o 4 4 13 n ove m b e r 2 010

publicatie

79kE

NN

ISIN

St

ItU

Ut

vO

Or

DE

INS

tA

ll

At

IES

Ec

tO

r

INSpEctIE EN ONDErHOUD vAN

NOODvErlIcHtINgSINStAllAtIES

herziene versie 2010

Nieuw: ISSO-publicatie 79

‘Inspectie en onderhoud van noodverlichtingsinstallaties’

De eerste versie van ISSO-publicatie 79 ‘Inspectie en onderhoud van noodverlichtingsinstallaties’ stamt uit 2004. Door de gewijzigde wetgeving was het nodig om deze publicatie te herzien. binnenkort verschijnt daarom de nieuwe ISSO-publicatie 79.

gOEDE NOODvErlIcHtINg IS NOODzAkElIJkNoodverlichting neemt in onze samenleving

een zeer belangrijke plaats in met betrekking

tot het veilig kunnen verlaten van gebouwen

bij calamiteiten en het wegvallen van de elek-

trische voedingsvoorzieningen. Zeker na ram-

pen in Volendam en Enschede is het belang

van goede noodverlichting steeds duidelijker

geworden. Dit geldt niet alleen voor de aan-

leg van een noodverlichtingsinstallatie maar

zeker ook voor het noodzakelijke onderhoud

ervan. Immers een installatie moet vele jaren

betrouwbaar zijn werk kunnen doen.

ISSO-publicatie 79 gaat in op de huidige

eisen en voorwaarden voor inspectie en

onderhoud van noodverlichtingsinstallaties.

In de diverse hoofdstukken komen bouw-

regelgeving, normen, aanbevelingen, rand-

voorwaarden voor inspecties en onderhoud

en de ter beschikking staande systemen voor

noodverlichting aan de orde. De uitleg wordt

gegeven aan de hand van beeldmateriaal,

plaatjes, tabellen en stroomschema’s. Tevens

besteedt de publicatie aandacht aan het

toepassen van een checklist, onderhouds-

schema en het opzetten en gebruiken van

een logboek.

vOOr WIE?De publicatie is bedoeld voor organisaties

en personen die verantwoordelijk zijn voor

inspectie en onderhoud en voor personen

in de opdrachtgeversfeer als (gedelegeerd)

installatieverantwoordelijke en toezichtbehe-

rende instanties (gemeente/ brandweer).

Het Bouwbesluit en Gebruiksbesluit wor-

den vervangen door het Bouwwerkbesluit.

Deze AMvB integreert Bouwbesluit,

Gebruiksbesluit en een groot deel van de

Bouwverordening. Naar verwachting resul-

teert deze wijziging niet in inhoudelijke wij-

zigingen van de te volgen procedures voor

inspectie en onderhoud van noodverlich-

tingsinstallaties.

MEEr INfOrMAtIEDe nieuwe ISSO-publicatie 79 is te bestellen

via de ISSO-winkel op www.isso.nl. De uit-

gave is tevens digitaal verkrijgbaar via www.

isso-digitaal.nl.

Page 14: ISSO_Info_44

I SS O i n f o 4 4 14 n ove m b e r 2 010

Handboek integraal ontwerpen van collectieve installaties met warmtepompen in de woningbouw

publicatie

80

kE

NN

ISIN

St

ItU

Ut

vO

Or

DE

INS

tA

ll

At

IES

Ec

tO

r

Handboek integraal ontwerpen van warmtepompinstallaties voor utiliteitsgebouwen

publicatie

81k

EN

NIS

INS

tIt

UU

t v

OO

r D

E IN

St

Al

lA

tIE

SE

ct

Or

Handboek integraal ontwerpen van warmtepompinstallaties voor utiliteitsgebouwen KLEINTJE

KE

NN

ISIN

ST

ITU

UT

VO

OR D

E INS

TA

LL

AT

IES

EC

TO

R

Individuele Centrale Verwarming

vErWAcHtINgEN

Voldoet ‘Kleintje CV’ aan uw verwachtingen? Resultaat

Een beetje 10,7%

Bijna helemaal 57,1%

Helemaal 32,2%

Voldoen de ISSO-publicaties aan uw verwachtingen? Resultaat

Onbekend 14,8%

Helemaal niet 3,7%

Bijna helemaal 63%

Helemaal 18,5%

NIvEAU

Niveau ‘Kleintje CV’ Resultaat

HBO 14,3%

MBO 85,7%

Niveau ISSO-publicaties Resultaat

HBO 37%

MBO 37%

VMBO 3,7%

Onbekend 22,2%

tOEpASbAArHEID

Is ‘Kleintje CV’ toepasbaar in uw werk? Resultaat

Een beetje 14,3%

Bijna helemaal 46,4%

Helemaal 39,3%

Zijn de ISSO-publicaties toepasbaar in uw werk? Resultaat

Een beetje 11,1%

Bijna helemaal 40,7%

Helemaal 33,3%

Onbekend 14,9%

vOllEDIgHEID

Is de informatie in ‘Kleintje CV’ volledig Resultaat

Een beetje 3.6%

Bijna helemaal 67,9%

Helemaal 28,5%

Is de informatie in de ISSO-publicaties volledig? Resultaat

Een beetje 11,1%

Bijna helemaal 63%

Helemaal 11,1%

Onbekend 14,8%

Onderzoek naar de ISSO-uitgavenISSO heeft onlangs een onderzoek gedaan onder de

gebruikers van ‘Kleintje Centrale Verwarming’, ISSO-

publicaties 80 ‘Handboek integraal ontwerpen van

collectieve installaties met warmtepompen in de

woningbouw’ en 81 ‘Handboek integraal ontwerpen van

warmtepompinstallaties voor utiliteitsgebouwen’. Het

onderzoek richtte zich vooral op de toepasbaarheid, de

gebruiksvriendelijkheid en het niveau van de uitgaven.

Met de uitkomsten wil ISSO haar producten nog beter

afstemmen op de doelgroep.

Een korte samenvatting van de uitkomsten vindt u hier:

Page 15: ISSO_Info_44

I SS O i n f o 4 4 15 n ove m b e r 2 010

cONclUSIEHet is verheugend te constateren dat de producten aan de verwachting van de

gebruikers voldoen. Ook aan de doelstelling om met ISSO-kleintjes praktische

gebruikersinformatie en met de publicaties meer theoretische achtergrond (het hoe

en waarom) te verstrekken wordt voldaan. De toepasbaarheid en praktische gericht-

heid wordt over het algemeen positief beoordeeld. Resultaten die bemoedigend

zijn om de ingeslagen weg voort te zetten en waar mogelijk te verbeteren.

prAktIJkgErIcHt

Is de informatie in kleintje CV praktijkgericht Resultaat

Ja 82,1%

Niet genoeg 17,9%

Is de informatie in de ISSO-publicaties praktijkgericht Resultaat

Onbekend 22,2%

Ja 55,6%

Niet genoeg 22,2%

tEcHNIScHE kENNIS

Bevat ‘Kleintje CV’ voldoende technische kennis? Resultaat

Bijna helemaal 57,1%

Helemaal 42,9%

Bevatten de ISSO-publicaties voldoende

technische kennis? Resultaat

Onbekend 14,8%

Een beetje 11,1%

Bijna helemaal 44,4%

Helemaal 29,7%

INDElINg

Hoe beoordeelt u de structuur (indeling van hoofdstukken

en paragrafen) van ‘Kleintje CV’? Resultaat

Onbekend 7,1%

Onvoldoende 3,6%

Neutraal 3,6%

Voldoende 78,6%

Geheel voldoende 7,1%

Hoe beoordeelt u de structuur (indeling van hoofdstukken

en paragrafen) van de ISSO-publicaties? Resultaat

Onbekend 25,9%

Neutraal 11,1%

Voldoende 59,3%

Geheel voldoende 3,7%

bINk SOftWArE bvVoor installatietechniek,

bouwfysica en bouwbesluit berekeningen

Dordrecht

www.binksoftware.nl

Installatiebedrijf

kWEkEl bv 's Hertogenbosch

www.kwekel.nl

EUrO-INDExmeetinstrumenten,

kalibraties en C.V.-componenten Capelle a/d IJssel

www.euro-index.nl

kEMAbusiness & technische concultancy

operationele dienstenmetingen & inspecties

testen & certificatie

www.kema.com

Page 16: ISSO_Info_44

I SS O i n f o 4 4 16 n ove m b e r 2 010

COlOfONISSO Info is een uitgave van

kE

NN

ISIN

St

ItU

Ut

vO

Or

DE

INS

tA

ll

At

IES

Ec

tO

r

bezoekadres Kruisplein 25

(Weenapointgebouw B)

3014 DB Rotterdam

postadres Postbus 577

3000 AN Rotterdam

tel. 010 - 206 59 69

fax 010 - 213 03 84

E-mail [email protected]

Internet www.isso.nl

Wat is ISSO ISSO, het kennisinstituut van

de installatiesector, houdt zich bezig

met het identificeren van kennisvra-

gen binnen de installatiesector, het

ontsluiten en toegankelijk maken van

deze kennis in de vorm van praktische

ISSO-publicaties en het bevorderen van

het gebruik van ISSO publicaties als

normstellende richtlijnen.

Op 29 april 1974 werd ISSO

opgericht door de volgende

organisaties:

tvvl Nederlandse Technische Vereniging

voor Installaties in Gebouwen

Uneto-vni Ondernemersorganisatie voor

de installatiebranche en de

technische detailhandel

pIt Stichting Promotie Installatietechniek

in een later stadium traden de

volgende organisaties toe:

Nlingenieurs Organisatie van Nederlandse

Raadgevende Ingenieursbureaus

vabi Vereniging voor Automatisering in de

Bouw en Installatietechniek

vormgeving Stijlmeesters

redactie P.P.H. 't Lam

A.B. van Kleven-Pijpers

Stijlmeesters

De uitgever kan niet aansprakelijk wor-den gesteld voor persoonlijke of materië-le schade, veroorzaakt door onjuistheden in de redactionele kolommen.

Nieuwe ISSO-uitgaven

Onderstaande uitgaven zijn (binnenkort) beschikbaar

publicaties:

ISSO-publicatie 17 ‘Kwaliteitseisen voor luchtkanaalsystemen

in woning - en utiliteitsbouw’

ISSO-publicatie 42 ‘Ontwerp van sprinklerinstallaties’

ISSO-publicatie 61 ‘Kwaliteitseisen woningventilatie’

(herziene versie)

ISSO-publicatie 62 ‘Kwaliteitseisen voor systemen met centrale

gebalanceerde ventilatie met warmteterug-

winning in woningen en woongebouwen’

(herziene versie)

ISSO-publicatie 79 ‘inspectie en onderhoud van noodverlich-

tingsinstallaties

ISSO-publicatie 85 ‘Betonkernactivering’

ISSO-publicatie 90 ‘Energie-efficiënte verlichting in en rondom

gebouwen’

ISSO-publicatie 94 ‘Regeltechniek voor klimaatinstallaties en

warmtapwaterbereiding’

ISSO-publicatie 100 ‘Duurzaam beheer en onderhoud gebou-

wen - Feiten en voordelen op een rij’

ISSO-publicatie 104 ‘Stappenplan Duurzaam Beheer

en Onderhoud’

ISSO-publicatie 106 ‘Functionele inspectiemethode Duurzaam

Beheer en Onderhoud’

Instructieboek: ‘ElektroMechanisch Onderhoud, module 4;

Generatoren (IBemogr)’

kleintjes:

Kleintje 'Meetmethoden Verlichting’

Kleintje 'Koellast'

ISSO/Sbr-publicaties:

ISSO/SBR-publicatie 809 ‘Brandveilige doorvoeringen’

(herziene versie)

ISSO/SBR-publicatie 811 ‘Integraal Ontwerpen van legionellaveilige

woningen’ (herziene versie)

ISSO/SBR-publicatie 812 ‘Energieconcepten bestaande bouw’

Meer informatie over de publicaties vindt u in de ISSO-winkel op www.isso.nl.