inDruk mbo voorjaar 2011

9
MBO voorjaar 2011 Hoe plan en organiseer je flexibel onderwijs? De Netwerkschool werkt! Social media voor een betere BPV

description

inDruk mbo voorjaar 2011

Transcript of inDruk mbo voorjaar 2011

Page 1: inDruk mbo voorjaar 2011

MBO voorjaar 2011

Hoe plan en organiseer je

flexibel onderwijs?

De Netwerkschool werkt!

Social media voor een betere BPV

Page 2: inDruk mbo voorjaar 2011

4 7 10 14

MBO voorjaar 2011 - 3

Veel mbo-instellingen staren zich blind op het gebruik van laptops, maar dat is volgens mij achterhaald!”

Wat is de iPad?

De iPad is in 2010 door Apple geïntroduceerd. Films kijken,

muziek luisteren, boeken lezen, games spelen, surfen… de

iPad is een multimedia-apparaat. Je bedient een iPad met je

vingers, net als de iPhone. Het touchscherm is 9,7 inch groot.

Waar gebruik je het voor?

Rein Bijlsma is ict-coach en docent bij het Groenhorst College

in Barneveld. Ook is hij beheerder van de elektronische

leeromgeving. Daarnaast is hij actief op Twitter (twitter.

com/wauwel) en houdt hij een onderwijsblog bij (wauwel.

nl). Op groenhorst.nl staat: “Het Groenhorst College wil

aantrekkelijk en inspirerend onderwijs verzorgen waarin

de leerlingen en cursisten centraal staan. Het bedrijfsleven

is sterk betrokken in het onderwijsleerproces en ict speelt

een belangrijke rol.” Rein Bijlsma heeft wel ideeën over hoe

die rol van ict ingevuld kan worden: “Veel mbo-instellingen

staren zich blind op het gebruik van laptops, maar dat

is volgens mij achterhaald! Laat docenten én studenten

een iPad of een notebook aanschaffen. Je kunt voor de

financiering gebruikmaken van het boekenfonds: scholen

moeten minder investeren in boeken en meer in een goede

infrastructuur en in goed online lesmateriaal. Lesmateriaal

dat altijd beschikbaar is; dan zullen studenten er ook na

schooltijd mee aan de slag gaan.”

Waarom de iPad?

“Ik heb onderzocht hoe we e-readers in de les zouden kunnen

inzetten. Nadeel van e-readers is dat ze nog geen goede

functionaliteit hebben om aantekeningen toe te voegen of

op internet te surfen. Met de iPad kan dat wel. Een ander

voordeel is dat je de iPad weinig op hoeft te laden. Nadeel

is dat je bij het ontwikkelen van onderwijsapplicaties vaak

afhankelijk bent van de App Store; Apple remt op z’n zachtst

gezegd het ontwikkelen en aanpassen van applicaties af! Ik

zie de iPad vooral als een trendsetapparaat; in de nabije

toekomst verwacht ik nog veel meer tablets. Steeds meer

leerlingen hebben een iPad of notebook. Dat ze er games

mee doen op school of MSN’en, vind ik geen probleem. Dat

houd je toch niet tegen!”

Ik kan niet meer zonder de iPad

2 Column Jan-Kees Meindersma

3 Ik kan niet meer zonder de iPad

4 Combinatie van gesloten en open leermateriaal

6 Kennisnet @the conference by the sea

7 Hoeplanenorganiseerjeflexibelonderwijs?

8 Marc Veldhoven vertrekt als CVB-voorzitter bij ROC de Leijgraaf.

10 DeNetwerkschoolwerkt!

12 Korte berichten

14 Social media voor een betere BPV

16 Onderwijsnieuws

Inhoud

ColumnActieplan…Op Twitter las ik onlangs: ”Het actieplan van

minister Van Bijsterveld is geen stelselwijziging

maar het lijkt er wel op #Mbo”. Dit geeft aan wat de

impact en reikwijdte is van de voorstellen die in dit

actieplan staan. Het betekent in ieder geval dat mbo-

instellingen de komende jaren blijven veranderen.

Voorbeeld is het voorstel om de drempelloze toegang

tot niveau 2 opleidingen te beëindigen. Spannend

blijft de vraag hoe omgegaan wordt met de 30+

maatregel. Zoals Jeroen Knigge, voorzitter van

college van bestuur ROC Leiden, het in zijn blog

verwoordt: “Ook ROC Leiden moet zich opnieuw de

vraag stellen wat de uitvoering van deze maatregel

gaat betekenen. Het gaat, naar schatting, om zo’n 500

studenten die door deze maatregel getroffen

worden.”

Wat heeft dit alles met ict in het onderwijs te maken?

Niets en veel. Niets, omdat ‘ict’ nergens in het

actieplan wordt genoemd. Veel, omdat:

de inzet van ict kan bijdragen aan het behouden

van kleine opleidingen. Of het aantal onderwijsuren

kan verhogen tegen dezelfde kosten, zoals vijf mbo-

instellingen gaan laten zien door hun implementatie

van de Netwerkschool. AOC Helicon te Velp vertelt in

deze Indruk over haar ervaringen tot nu toe.

ict kan bijdragen aan het verbeteren van

bedrijfsvoering, waardoor lesroosters en onderwijs-

aanbod optimaal aansluiten op de leerbehoeften

van de student. Dat vergt een heldere keuze in de

inrichting van de onderwijslogistiek. In deze inDruk

leest u hoe binnen Triple A de keuzes zijn terug

gebracht tot vier basisscenario’s.

de inzet van goed digitaal leermateriaal kan

helpen bij het verkorten van opleidingsduur en het

bieden van gevarieerde lesmethoden. Dit vergt dat

teams in staat zijn om leermateriaal te arrangeren

om het bruikbaar te maken binnen hun eigen

opleiding. Hoe dat moet is één van de artikelen.

onderzoek bewezen heeft dat veel oefenen

met digitale programma’s leidt tot een betere

taalbeheersing en dus ingezet moet worden bij het

voorbereiden van studenten op de centrale examens

Nederlands en Engels.

Terug naar het begin. Via sociale media is er veel

gereageerd op het actieplan. Dit laat de kracht

zien van deze media. Maar hebben sociale media

ook toegevoegde waarde in het onderwijs zelf? Wij

denken van wel en zien de potentie ervan om een

bijdrage te leveren aan het oplossen van diverse

knelpunten in de BPV. In het door ons ontwikkelde

concept willen wij deze sociale media ‘formaliseren’

in de onderwijscontext zonder daarbij de kracht

van het informele te verliezen. Als u na het

lezen van dit artikel denkt: “Dit wil ik als team of

school proberen”, laat het ons weten via Twitter

@meindersma of e-mail [email protected].

Jan-Kees Meindersma

Sectormanager mbo

Meer weten?

Kijk voor meer informatie op

Mbo.kennisnet.nl/1150/ipad-apps-voor-het-onderwijs en

innovatie.kennisnet.nl/innovatie/in-gesprek-met-serge-

de-beer-over-lezen-met-een-ipad.

2 - mbo voorjaar 2011

Page 3: inDruk mbo voorjaar 2011

MBO voorjaar 2011 - 54 - MBO voorjaar 2011

De ontwikkelingen op ict-gebied gaan te hard voor veel docenten. Ze moeten training en ondersteuning krijgen.”

Niet de sleutel, wel een stap in de goede richting

AOC Friesland is één van de mbo-instellingen waar een

groep docenten leermateriaal arrangeert. De docenten

hebben hun ervaringen en kennis gedeeld op Wikiwijs:

op arrangeren.kennisnet.nl

staat ‘Leren arrangeren digitaal

leermateriaal’. De docenten

leggen uit hoe je zelf een

arrangement kunt bouwen en hoe

je het aantrekkelijk kunt maken

(bijvoorbeeld door er foto’s en

films in te plaatsen en door er

een toets aan te koppelen). Ook

geven ze uitleg over hoe je je weg

kunt vinden in het lesmateriaal

van Groen Kennisnet en hoe je je materiaal migreert naar

Wikiwijs. Bert Plaat werkt als ict-coach bij AOC Friesland:

“Dit AOC is een van de koplopers in het werken met open

leermateriaal. Een stimuleringsregeling van Kennisnet

heeft ons een zetje in de goede richting gegeven.

De uitdaging zit in het vasthouden; kennis moet overdragen

worden. Het is zonde dat dat niet voldoende gebeurt via

de lerarenopleidingen; nieuwe docenten hebben zelden

of nooit kennisgemaakt met het arrangeren van open

leermateriaal. Terwijl dat echt niet meer zo ingewikkeld is

dankzij de software die gebruikersvriendelijker geworden

is. Een docent kan in een middag een arrangement maken.

Belangrijk is dat er op Wikiwijs

goede voorbeelden staan; je moet

het de docent zo makkelijk mogelijk

maken. Een docent is gericht op

het omgaan met mensen, niet met

ict. Daar zie ik echt nog wel een

probleem: de ontwikkelingen op

ict-gebied gaan te hard voor veel

docenten. Ze moeten training

en ondersteuning krijgen. Om

verder te komen, ambieert onze

school een cultuuromslag, niet alleen bij docenten, maar

ook bij het management! Verder is het belangrijk dat

onderwijsinstellingen samenwerken. In mei 2010 zijn we

begonnen met een samenwerkingsverband van bijna alle

agrarische opleidingencentra; daarbij is ook Kennisnet

partner. Ik weet dat het netwerk niet de sleutel is tot het

oplossen van problemen met open leermateriaal, maar het

is wel een stap in de goede richting!”

zetten. Als 10% van de docenten dat zou doen, heb je al

een kritische massa. Over Wikiwijs gesproken: we hebben

een ‘voorkant’ voor taal en rekenen (taalenrekenen.

kennisnet.nl), zodat je eenvoudig materiaal kunt vinden

voor taal en rekenen, gekoppeld aan de referentieniveaus.

Ik verwacht dat er meer van die voorkanten zullen

komen, zodat docenten eenvoudiger kunnen zoeken in het

materiaal dat online beschikbaar is. Met dat materiaal

kunnen ze hun bestaande methode aanvullen, actualiseren

en regionaliseren en hun lessen aantrekkelijker maken.”

Groen leermateriaal

De groene sector heeft al jaren de beschikking over

Groen Kennisnet. Dat is een dienst van de Groene Kennis

Coöperatie, het samenwerkingsverband van alle groene

onderwijsinstellingen in Nederland. Groen Kennisnet

verzamelt en ordent digitale kennisbronnen, beeldmateriaal

en documenten op het gebied van voedsel en groen in

Nederland en maakt deze waar mogelijk publiek beschikbaar,

onder meer via groenkennisnet.nl. Een groep docenten

houdt zich bezig met het arrangeren van leermiddelen.

Zij maken arrangementen van bestaande materialen.

Dat kunnen gesloten materialen zijn waarvoor gebruikers

moeten betalen, maar ook open materialen. Het materiaal

komt op wikiwijs.nl te staan, waardoor alle docenten toegang

hebben tot het materiaal en gebruik kunnen maken van de

arrangeertool van Wikiwijs in hun eigen omgeving. Hierdoor

kunnen ze sneller en slimmer werken.

Aantrekkelijk en gevarieerd onderwijs, dat aan-

sluit bij de beroepspraktijk en bij de leefwereld

van de student. Dat is wat mbo-instellingen graag

willen verzorgen. Daarbij past een combinatie

van gesloten en open leermateriaal.

Weinig docenten stappen volledig over op digitaal

leermateriaal. Eerder gebruiken ze bestaand gesloten

materiaal (bijvoorbeeld van uitgevers, de kenniscentra

voor beroepsonderwijs en bedrijfsleven of een

samenwerkingsverband), aangevuld met bijvoorbeeld

filmpjes die ze online vinden. Juist die combinatie van open

en gesloten materiaal biedt een enorme keuzevrijheid en

mogelijkheden tot maatwerk.

Hoe? Zo!

Kennisnet heeft een aantal boekjes uitgegeven in de

serie ‘Hoe? Zo!’. Bijvoorbeeld over digiborden in het

mbo en over laptops in het mbo. In dezelfde serie komt

er een boekje over open leermateriaal. Leo Bakker,

programmamanager mbo bij Kennisnet: “We willen

met de publicatie een lans breken voor het delen van

leermateriaal. Er is heel veel materiaal beschikbaar

in het mbo, maar het staat vaak op de laptop van een

docent of op de server van een school. En dat terwijl veel

docenten aangeven wel gebruik te willen maken van het

materiaal van anderen. Dat vraagt om een tegenprestatie:

ze moeten ook zelf hun spullen bijvoorbeeld op Wikiwijs

Combinatie van gesloten en open leermateriaal

Page 4: inDruk mbo voorjaar 2011

MBO voorjaar 2011 - 76 - MBO voorjaar 2011

Kennisnet en saMbo~ICT @the conference by the seaIs de docent eigenaar van het onderwijsproces?

Kennisnet en saMbo~ICT verheugen zich erop om

dit thema van de CvI managementconferentie op

6 en 7 april 2011 in Domburg gezamenlijk met

u uit te diepen. De beleving van uw docenten

en docententeams staat daarbij centraal. Een

inspirerende presentatie smaakt vaak naar meer.

Meer inzichten, kennis en verdieping. Maar vaak

ontbreekt daarvoor de ruimte in het programma.

Kennisnet en saMbo~ICT willen u die mogelijkheid

wél bieden tijdens de managementconferentie.

Na vijf van onze presentaties volgt namelijk een

verdiepingssessie. Daar kunt u met experts dieper

ingaan op het betreffende onderwerp. Maar u

kunt natuurlijk ook alleen de verdiepingssessie

of de presentatie bijwonen.

Ons programma voor 6 & 7 april:

Centrale examinering, een organisatorische uitdaging!

De centrale examinering Taal en Rekenen komen er aan. In

het voorjaar 2010 zijn de eerste pilots gehouden binnen

instellingen. Wat moet u binnen de instelling regelen om tot

succesvolle uitvoer te komen? Welke consequenties heeft dit

voor roostering, facilitair en ict?

Informatie encyclopedie; de indicatoren in uw

jaarverslag *

Jaarlijks moet u zich verantwoorden in het geïntegreerd jaar-

verslag op een aantal indicatoren als uitval, solvabiliteit,

jaar- en diplomaresultaat. Maar wat betekenen deze gegevens

nu eigenlijk? En welke definities liggen daar onder ten grond-

slag? Wat hebben uw onderwijsteams hieraan? De MBO Raad,

saMbo~ICT en Kennisnet presenteren het resultaat van een

project waarin eenduidigheid en transparantie gebracht is in

deze informatievragen die aan u gesteld worden.

Triple A voor uw docenten *

Wat betekent Triple A voor uw docenten en docententeams?

Welke scenario’s zijn er voor de invulling van onderwijs-

logistiek en wat betekent dit voor uw docententeams en uw

organisatie? Hoe zit het met de processen rond begeleiding?

Zijn daar ook scenario’s denkbaar? En hoe kunt u met uw

onderwijsteams aan de slag gaan met de vulling van de

onderwijscatalogus?

Hoe gebruiken docenten ict in het mbo? *

Hoe gebruikt een docent ict in het mbo? Waar loopt hij of zij

tegenaan? Wat zijn de kansen en mogelijkheden hierbij? Wat

kan u doen om docenten hierin te stimuleren, ondersteunen

en begeleiden?

Digitaal leermateriaal, waar staan we nu? *

Wat zijn de laatste ontwikkelingen rond digitaal

leermateriaal? Waar zouden uw docenten vandaag gebruik

van moeten maken? Wat betekent de komst van digitaal

leermateriaal voor uw docenten en voor uw studenten?

Moet er nog steeds lesmateriaal aangeschaft worden bij

uitgeverijen of is er al voldoende open leermateriaal? En wat

is uw rol rond digitaal leermateriaal?

Visieontwikkeling; visie op onderwijs en ict *

Laptops voor studenten. De opkomst van digiborden. Digitale

interactie en communicatie met uw leerling en leerbedrijf.

In verschillende onderwijsconcepten en aanpakken in

competentiegericht onderwijs kan ict een belangrijke

bijdrage leveren. In hoeverre heeft u al binnen uw opleiding

of een school een visie op onderwijs en ict? Hoe krijgt u een

gedragen visie met uw onderwijsteams? En hoe zou die visie

er vanuit docent en student perspectief eruit moeten zien?

Trends in onderwijs en ict, wat moet je ermee als

manager? *

Wat zijn de laatste ontwikkelingen in ict en onderwijs? Welke

trends zijn hierin te ontdekken? Wat staat u komende jaren

te wachten? En nog belangrijker wat hebben uw docenten en

studenten eraan?

* Workshop met verdiepingssessie

Ga naar: cviweb.nl voor een volledig overzicht van de

conferentie. Tot 6 of 7 april in Domburg!

Onderwijslogistiek is een term die veelvuldig

gebruikt wordt om een vraagstuk aan te duiden

waar veel instellingen mee worstelen, namelijk:

“Hoe plan en organiseer je flexibel onderwijs?”.

Zes onderwijsinstellingen bogen zich over dit

vraagstuk.

De scenario’s bieden spreiding in keuzes die een

onderwijsinstelling kan maken op het gebied van de

onderwijslogistiek. Daarmee bieden zij een goed houvast

bij het verder definiëren van de eisen aan de organisatie en

de ict-ondersteuning bij flexibilisering van het onderwijs.

Meer informatie staat op sambo-ict.nl onder Triple A,

Logistiek. Daarnaast komt Kennisnet binnenkort met een

boek over vier jaar “Flexibilisering in het mbo” waar

onder andere een uitgebreid artikel is opgenomen over

onderwijslogistiek.

Hoe plan en organiseer je flexibel onderwijs?

Triple A is als aparte organisatie gestopt; de Triple A

encyclopedie is ondergebracht bij saMbo~ICT

saMbo~ICT heeft in samenwerking met Kennisnet

en vo-raad een programma opgezet om Triple A

gedachtengoed te borgen, te actualiseren en verder te

ontwikkelen. Dit is gefinancierd door het ministerie

van OCW. Binnen dit programma is de ontwikkeling

van de vier scenario’s uitgevoerd.

Vier scenario’s

Veel mbo-instellingen willen flexibel onderwijs aan-

bieden. Maar hoe plan en organiseer je dat? Met deze

vraag gingen zes mbo-instellingen aan de slag. Daarbij

baseerden ze zich op de Triple A encyclopedie en dan

vooral op het deel over onderwijslogistiek, roosteren en

het beheren van middelen. Ze ontwikkelden vier scenario’s

over de mate van flexibilisering van het onderwijs:

Scenario rood: zelforganiserende teams. Dit zijn relatief

kleinschalig teams met maximaal 250 studenten en 15

docenten. Met de aan hen toegewezen beschikbare docenten

en middelen organiseren de teams het onderwijs dat het

beste past bij de leervragen van de deelnemers. De teams

maken gebruik van een centrale onderwijscatalogus met

een globaal onderwijsaanbod. Dit aanbod is samengesteld

op basis van een algemeen inzicht in de leervragen van

de deelnemers gecombineerd met historische gegevens

en inschattingen. Binnen dit globale onderwijsaanbod

zijn er vele keuzemogelijkheden voor de deelnemer

die door het team zelf georganiseerd kunnen worden.

Scenario groen: flexibiliseren op basis van onderwijs-

aanbod. Het onderwijs is georganiseerd op het niveau van

een opleiding, branche of gebouw. Het onderwijsaanbod is

gericht op vragen uit de markt en van deelnemers. Daarbij

wordt niet uitgegaan van een individuele leervraag.

De instelling maakt combinaties van leervragen zodat

er voor de meerderheid van de deelnemers een passend

aanbod is. Binnen het aanbod is nog een beperkte

individuele keuzevrijheid mogelijk.

Scenario blauw: vast aanbod. Het onderwijsaanbod is

centraal opgesteld, ligt voor langere tijd vast en wordt

niet aangepast op individuele leervragen. Hierdoor kan de

inzet van docenten en middelen worden geoptimaliseerd.

Er is geen of zeer beperkte tussentijdse keuzevrijheid

voor deelnemers. Veranderingen zijn vanuit het oogpunt

van efficiency en effectiviteit niet gewenst. Wel wordt er

veel energie gestoken in de aanmelding/intake van een

deelnemer, zodat zij een goede opleidingskeuze maakt.

Scenario geel: individuele leervraag, individueel aanbod.

De deelnemer doorloopt op basis van zijn individuele

leervraag een individueel ingericht onderwijsaanbod.

De begeleider is samen met het individu verantwoordelijk

voor het goed articuleren van de leervraag en creëert

op basis daarvan een adequaat leerarrangement.

Uitgangspunt is om altijd aan de leervraag te voldoen en het

aanbod daarop aan te passen. Hoewel dit scenario uitgaat

van heel veel vrijheid, moet er ook veel gestandaardiseerd

zijn om deze vrijheid in keuze te bereiken.

Page 5: inDruk mbo voorjaar 2011

MBO voorjaar 2011 - 98 - MBO voorjaar 2011

Marc Veldhoven is zijn hele werkzame leven al bezig met

onderwijs; na vijftien jaar als docent gewerkt te hebben,

werd hij in 1994 afdelingsdirecteur bij het Titus College

(nu A12). Vervolgens was hij hoofd van de uitgeefgroep BVE

bij Malmberg. En in 2001 werd hij CVB-voorzitter bij ROC

de Leijgraaf. “In april stop ik met die functie en verlaat ik,

na al die jaren, het onderwijs. Ik heb in deze sector alles

gedaan wat ik kon doen. Ik heb nog tien werkjaren te gaan en

een ander roc zou meer van hetzelfde zijn. Een ander soort

onderwijsinstelling, zoals een vMbo-school of een hogeschool,

trekt me niet; het mbo is gewoon de leukste sector! Ik heb de

afgelopen tien jaar gewerkt aan de vormgeving van modern

beroepsonderwijs. Beroepsonderwijs dat gebruik maakt van

de middelen die er zijn én dat aansluit bij het bedrijfsleven

in de regio.”

Modern beroepsonderwijs

“Als je modern beroepsonderwijs wilt verzorgen, levert dat

soms problemen met de Onderwijsinspectie op. Mark Rutte

heeft eens, toen hij nog staatssecretaris van Onderwijs

was, een aantal CVB-voorzitters bij elkaar geroepen. Samen

hebben we nagedacht over hoe we nieuwe onderwijsvormen

zo kunnen inrichten dat ze passen binnen de wet- en

regelgeving. Met succes, want als de Onderwijsinspectie

nu bij ons langskomt, is alles op orde. Zelfs als het gaat om

complexe samenwerkingsvormen tussen het roc en bedrijven

en instellingen. Modern beroepsonderwijs kan bovendien

niet zonder onderzoek. Er gebeuren in het onderwijs teveel

dingen op gevoel. Ik vind het een stap in de goede richting

dat we nu het Expertisecentrum Beroepsonderwijs hebben,

maar daarmee zijn we er nog niet. Je moet steeds eerst

een kennisbasis hebben en dan pas aan de slag. Er is een

periode geweest dat alle bloemen mochten bloeien, maar

dat heeft het beroepsonderwijs niet altijd goed gedaan. “Er

kwam enorm veel kritiek op onder andere het weinige aantal

lesuren en op de kwaliteit van het onderwijs.” mbo 2010 werd

ingezet als instrument om hier iets aan te doen en ik werd

procesmanager Realisatie Competentiegericht Onderwijs.”

Kleppen dicht!

Marc Veldhoven zat, voor zijn functie bij mbo 2010, in de

Raad van Toezicht van Kennisnet. Een rol die hem op het lijf

geschreven was, want: “Ik ben ervan overtuigd dat alleen

hybride vormen van leren horen bij de kenniseconomie

waarin we leven. Het is niet zo dat leren op school gebeurt.

Leren gebeurt overal, onder andere op school. Het initiële

onderwijs zal steeds korter worden, ten gunste van een leven

lang leren.” Maar heeft Veldhoven dit al gerealiseerd bij De

Leijgraaf? “Nee, zulke processen hebben tijd nodig. Heel

veel tijd. Toen ik bij Malmberg werkte, brachten we ‘Nieuwe

Buren’ op de markt. Dit NT2-onderwijsprogramma was de

eerste volledig digitale methode. Toen ik bij De Leijgraaf

begon, dacht ik dat ik het hybride leren snel ingevoerd zou

hebben, maar nee. Van de 7.000 mbo-studenten lopen er

nu 1.000 met een laptop rond in de wireless omgeving. Ik

verwacht dat over drie jaar alle deelnemers zo hun lessen

volgen. Risico van zo’n laptop met al het lesmateriaal is wel

dat deelnemers teveel achter het scherm zitten. Ik ben pas

weer ‘ns les gaan geven en het viel me op dat ‘Kleppen dicht!’

een andere betekenis had gekregen: niet meer monden dicht,

maar laptops dicht! Een andere verandering was dat het

rustiger was in de klas. Vroeger kon het voorkomen dat een

leerling zich zat te vervelen; nu pakt hij zijn laptop en gaat

hij even MSN’en.”

Van simulaties naar praktijkleren

Volgens Marc Veldhoven wordt ict in het onderwijs nu

eindelijk gebruikt waarvoor het bedoeld is: als hulpmiddel.

“Een paar jaar geleden hadden we voor onze studenten

Administratie een digitale simulatie van een bedrijf. Daarin

konden ze leren hoe ze bijvoorbeeld een boekhouding

moesten opzetten. Nu hebben we geen simulatie, maar

hebben we een onderwijsleerbedrijf, waarin studenten de

administratie doen van vrijwilligersorganisaties bij ons uit

de buurt. En natuurlijk maken ze daarbij gebruik van ict, maar

dan op dezelfde manier als ze straks in de praktijk ook doen:

hun administratieprogramma’s staan op de computers en

toelichtingen op de opzet en het gebruik van deze programma’s.

Daarmee wordt ict op een realistische manier gebruikt.”

Customer intimacy

Ict is niet alleen een hulpmiddel op school, maar ook in de

contacten met studenten en hun ouders. Marc Veldhoven: “Het

zorgt voor een andere kijk op customer intimacy. Studenten

zijn zo gewend aan het gebruik van social media als Hyves en

Facebook; daar moeten scholen op inspringen. Dat dat goed

werkt, blijkt wel uit de zorg. Op mijnzorgnet.nl bijvoorbeeld

kunnen mensen informatie vinden over ziekte en gezondheid.

Ze zijn begonnen met het genereren van traffic en al snel

was de site een echt kennisnetwerk. Zoiets moet een school

ook doen: een omgeving maken, traffic genereren en dan

zorgen voor informatie waar studenten iets aan hebben.

Roosterwijzigingen en cijferlijsten bijvoorbeeld, al dan niet

gekoppeld aan een sms-service. Scholen moeten niet bang

zijn voor de transparantie die onlosmakelijk verbonden is

met social media. Als je op Twitter #leijgraaf invoert, zal ook

niet alles even positief zijn, maar dat geeft niet. Want kritiek

is gratis advies, heb ik al lang geleden geleerd!”

Marc Veldhoven vertrekt als CVB-voorzitter bij ROC de Leijgraaf

Ik heb de afgelopen tien jaar gewerkt aan de vormgeving van modern beroepsonderwijs.”

Page 6: inDruk mbo voorjaar 2011

MBO voorjaar 2011 - 1110 - MBO voorjaar 2011

Ik zie de ogen van onze studenten stralen.”

en interessant is. Vroeger kon dat niet; dan hadden ze

vakantie.’ Ook waarderen studenten het dat zij op school

wat geld kunnen bijverdienen. ‘Voor een les over fotografie

huur ik namelijk liever een student in die in zijn vrije tijd

fotograaf is en op deze manier ook aan zijn competenties

kan werken, dan een externe fotograaf, die ook nog eens veel

duurder is.’ Ook kunnen studenten avondconciërge zijn of

werken in een van de drie bedrijven die een vestiging in

de school gestart zijn. Voorwaarden voor die bedrijven: zij

betalen huur, moeten een relatie hebben met het onderwijs

dat op school gegeven worden en moeten daar ook over

meedenken. Visser: ‘Zo geeft het mountainbikebedrijf les

aan de ouderejaarsstudenten, die er op hun beurt voor

zorgen dat de fietsen van het bedrijf onderhouden worden.

Dat proberen we met gesloten beurzen te doen, maar we

rekenen aan het eind van het jaar wel af.’

De inzet van ict

Anke Visser wordt door haar directeur aangestuurd op haar

kracht. En dat goede voorbeeld wil ze volgen. Daarom zoekt

ze met haar collega-teamleiders naar manieren om ervoor te

zorgen dat haar docenten zo min mogelijk met administreren

hoeven bezig te zijn. ‘Want daar worden de meesten niet blij

van.’ Door effectief gebruik te maken van ict voor het leren

zelf, het toetsen, volgen en begeleiden van de student en

Een middag in maart. Op het immense landgoed Larenstein

in Velp, waar Helicon gevestigd is, zijn drie jongens hard

aan het werk. Ze ruimen het terrein op om er binnenkort

een groot schoolfeest te kunnen geven. “Op eigen initiatief”,

zegt Anke Visser (31) trots. Haar school bruist. De reden: de

start van de Netwerkschool aan het begin van dit studiejaar.

Wat dat concreet inhoudt? ‘Dat grenzen tussen onderwijs,

samenleving en bedrijven vervagen. Dat wij inspelen op de

individuele leerwensen en leerstijl van de student. En dat

we maatwerk bieden: we hebben als doel de individuele

talenten van studenten en docenten te ontplooien.’

Heilige docentenhuisjes

‘Regels moeten je niet beknellen’, zo vindt Visser. En dus

schopt zij hard tegen heilige huisjes aan. Tegen de lange

zomervakantie bijvoorbeeld: op een Netwerkschool nemen

leerlingen en medewerkers in overleg vakantiedagen op.

‘Natuurlijk verwacht ik niet dat iedereen de hele zomer door

werkt. Maar onze mensen moeten met elkaar afstemmen wie

voor de organisatie van het leerproces, wordt het werk niet

alleen leuker, maar ook gemakkelijker. ‘We zijn nu bezig met

de keuzes van een ELO; en natuurlijk betrekken we daar onze

studenten ook bij.’

Anke Visser geniet. ‘Ik zie de ogen van onze studenten

stralen.’ Dat de Netwerkschool werkt, daar is zij dan ook van

overtuigd. ‘Mijn directeur heeft binnen twee jaar succesvol

een forse reorganisatie afgerond, waarbij we van vijftien

mensen afscheid hebben moesten nemen. Daarmee is de

basis gelegd voor een positieve sfeer in de school, waar

we binnen de Netwerkschool op voortbouwen. Mensen gaan

weer met plezier naar hun werk.´ Het mooiste voorbeeld:

een docente die vorig jaar ziek thuis zat. ‘Inmiddels is zij

zorgcoördinator en examinator: ze straalt. Ze is helemaal in

de war, want werken was nooit leuk. Nu vraagt zij zich elke

dag weer af of dit nu hobby of werk is.’ Het is duidelijk: de

Netwerkschool in Velp bruist.

wanneer op vakantie gaat.’ Ook trapt Visser tegen het heilige

huisje dat docenten altijd vaste contracten zouden moeten

hebben. ‘Ik merk namelijk dat externen zich veel meer bewust

zijn van de product- en prijsafspraken die we maken. Met

hen kan ik ook prestatieafspraken maken. Ik heb mijn vaste

docentencorps dan ook al uitgedaagd docentenmaatschappen

te beginnen.’

Enthousiaste studenten

Een aantal studenten was direct enorm enthousiast over

de introductie van de Netwerkschool. Visser: ‘Zij hebben

meteen een studentenraad opgericht, die wij één keer per

maand vragen mee te denken over onze netwerkschool. Wat

werkt wel en wat niet?’ Zo weet Visser nu dat studenten de

taal- en rekenblokken die ze achter de computer moeten

volgen niet kunnen waarderen. ‘En daar gaan we dus iets

aan doen.’ Studenten ervaren het als positief dat zij nu op

stage kunnen wanneer zij dat willen. ‘Bij de Vlinderstichting

bijvoorbeeld, waar het werk in de zomer het meest relevant

De Netwerkschool werkt!Beter onderwijs tegen dezelfde (of zelfs lagere) kosten. Dat is het uitgangspunt van de vijf

Netwerkscholen Helicon Velp, ROC Eindhoven, ROC Nijmegen, ROC van Twente en SintLucas (de

eindhovense school) die dit studiejaar begonnen zijn. Hoe ze dat willen bereiken? Bijvoorbeeld

door het gehele jaar open te zijn. En door ict slim in te zetten. In gesprek met Anke Visser,

programmamanager Netwerkschool bij Helicon in Velp.

Op bezoek bij Netwerkschool in Helicon Velp

Meer weten?

Kijk op netwerkschool.nl/ of zoek op Twitter naar

#netwerkschool.

Page 7: inDruk mbo voorjaar 2011

MBO voorjaar 2011 - 1312 - MBO voorjaar 2011

Korte berichten

Natuur- en milieueducatie breed toegankelijk door GroenGelinkt

Kennisnet en Edupoort koppelen diensten

Maak kennis met TPACK

Digiborden in het mbo. Hoe? Zo!

Managementinformatie aan het stuur

In opdracht van Kennisnet en mbo 2010 is er een

onderzoek uitgevoerd naar rol, taak en plaats van

managementinformatiesystemen in het mbo. Vier

instellingen gaven ons inzicht in de kritische prestatie-

indicatoren die zij hebben benoemd en de manier

waarop zij hun Management Informatie Systemen (MIS)

hebben ingericht. De vier geselecteerde instellingen

staan binnen de sector bekend als ambitieus op

het gebied van managementinformatie. Daarnaast

representeren zij elk een segment van de mbo-sector:

groot, middelgroot, klein, roc en vakschool, (niet) groen.

In dit rapport ‘Managementinformatie aan het stuur’

kunt u lezen dat de meeste van de onderzochte scholen

hun MIS nu nog voornamelijk inzetten met als doel zich

te kunnen verantwoorden; intern naar de Raad van

Toezicht toe en extern richting Inspectie en accountant.

U kunt het rapport downloaden of bestellen op:

bestellen.kennisnet.nl.

Om digitaal leermateriaal beter toegankelijk te maken voor

docenten en leerlingen, kunnen zij via hun schoolaccount bij de

Kennisnetfederatie voortaan ook de leermaterialen bereiken

van de educatieve uitgeverijen verenigd in Stichting Edupoort:

Malmberg, Noordhoff Uitgevers en ThiemeMeulenhof.

Kennisnet en Edupoort verwachten dat deze directere

toegang belemmeringen zal wegnemen bij het gebruik van

digitale leermiddelen. Eenvoudige, directe toegang is mogelijk

geworden doordat de Kennisnet Federatie schoolaccounts

van leerlingen en docenten, die zijn aangesloten op de

Kennisnet Federatie, koppelt aan hun accounts bij Edupoort.

Dit heeft het voordeel dat docenten en leerlingen die via

de op de Kennisnet Federatie aangesloten scholen naar de

lesmaterialen van Edupoort gaan, daar onmiddellijk worden

herkend en direct, zonder inloggen, naar binnenkunnen.

Meer weten? Kijk op: kennisnetfederatie.nl.

In 2005 introduceerden de Amerikaanse onderwijskundigen

Koehler en Mishra (2005), als antwoord op de vraag ‘What hap-

pens when teachers design educational technology?’, het con-

cept Technological Pedagogical Content Knowledge (TPACK). In

het kort zeggen Koehler en Mishra dat een leraar die ict in zijn

onderwijs wil integreren, deskundig moet zijn op drie gebie-

den: ict (technology), didactiek (pedagogy) en vakinhoud (con-

tent). En dan niet als afzonderlijke domeinen, maar zorgvuldig

op elkaar afgestemd. Dat noemen zij TPACK, de kennis en vaar-

digheden die docenten moeten verwerven om ict in hun lessen

te integreren. Joke Voogt, Petra Fisser en Jo Tondeur, van de

universiteit Twente en de universiteit Gent, hebben voor Ken-

nisnet TPACK beschreven en op een rijtje gezet wat het TPACK-

model tot nu toe heeft opgeleverd. De studie laat goed zien

hoe complex het is om precies aan te geven wat een leraar aan

kennis gebruikt om een goede les te geven. De uitdaging is om

ict-gebruik op die complexe set aan vaardigheden en kennis

aan te laten sluiten en er deel van te laten zijn.

Kijk voor meer informatie op: onderzoek.kennisnet.nl.

Er is op internet en ook door Kennisnet veel geschreven over

de inzet van digitale schoolborden in het onderwijs. Meestal

gaat het dan over het kiezen van een bord en bovendien is

de informatie bijna altijd gericht op didactisch gebruik

in het primair- en voortgezet onderwijs. Met het boekje

‘Digiborden in het mbo. Hoe? Zo!’ wil Kennisnet juist de

onderwijsmanagers in het mbo-veld bedienen. Voor dit

boekje is onderzoek gedaan naar de ervaringen met digitale

borden in het mbo-veld. Er is een kennisuitwisselingsdag

georganiseerd en meer dan twintig instellingen hebben een

vragenlijst over het onderwerp ingevuld. De aanbevelingen

die hieruit naar voren kwamen, vindt u in deze uitgave.

U kunt het boekje ‘Digiborden in het mbo. Hoe? Zo!’

downloaden of bestellen via: bestellen.kennisnet.nl.

Het programma Natuur- en Milieueducatie van Agentschap NL,

het Ontwikkelcentrum, de Groene Kennis Coöperatie en Stichting

Kennisnet hebben onlangs een samen-werkingovereenkomst

getekend met als doel digitaal educatiemateriaal op het

gebied van natuur, milieu en duurzaamheid breed toegankelijk

te maken. Om dat te realiseren wordt het bestaande materiaal

toegankelijk gemaakt via Wikiwijs (wikiwijs.nl). Wikiwijs geeft

leraren de basisfunctionaliteiten om digitaal leermateriaal te

zoeken, te vinden, te bewerken, op te slaan en te delen. Natuur-

en Milieueducatie (NME) wordt daarmee integraal onderdeel

van het digitale platform met open lesmateriaal dat voor het

onderwijs beschikbaar is. Het NME materiaal wordt hierdoor

nog breder ontsloten in al die leer- en werkomgevingen die

in het onderwijs gebruikt worden en die aan Wikiwijs zijn

gekoppeld. Ook NME professionals die lokaal, regionaal en

landelijk opereren, kunnen gebruik maken van Wikiwijs.

Page 8: inDruk mbo voorjaar 2011

MBO voorjaar 2011 - 1514 - MBO voorjaar 2011

Social media voor een betere BPV

Al jaren zijn er knelpunten en klachten rond het uitvoeren

van de beroepspraktijkvorming (BPV) binnen BOL-opleidin-

gen van het mbo. Mieke van Keulen: “Cinop en Gudde heb-

ben onderzoek gedaan naar de oorzaken van de problemen.

Die blijken zich in elke fase van de praktijkstage voor te doen:

in de voorbereiding, uitvoering, beoordeling en evaluatie.”

De problemen zijn in negen knelpunten

samengevat: van onvoorbereide studen-

ten tot onwetendheid bij het leerbedrijf

over wat de student zou moeten leren. En

van onduidelijke aanspreekpunten tot

een moeizame afronding van de stage.

Direct toepasbaar

Uit het onderzoek bleek dat achter

veel knelpunten een grote gemene

deler schuilgaat: gebrekkige communicatie en afstemming. Van

Keulen: “Er gaat in de communicatie veel mis tussen de school,

de student en het leerbedrijf. Maar daar ligt mogelijk ook een

goede oplossing. Omdat web 2.0 en social media in de kern

gericht zijn op communicatie, lijken het ideale instrumenten te

zijn om hierin verbetering aan te brengen.” Kennisnet heeft

daarop een aantal concepten ontwikkeld die in praktijk kunnen

worden getoetst. Concepten die direct toepasbaar zijn, geen

grote investeringen vragen en die een oplossing kunnen bieden

voor de negen belangrijkste knelpunten in

het BPV.

LinkedIn

In de eerste plaats gaat het om concepten die

de communicatie tussen school en student op

stage kunnen verbeteren. Zoals het wekelijks

bijhouden van een blogboek op internet:

ervaringen en vorderingen tijdens de stage

worden gedeeld, medestudenten en de BVP-

begeleider kunnen meelezen, reageren en feedback geven. Van

Keulen: “Het mooie aan het blog is dat de leerontwikkeling van

de student zichtbaar wordt. De BVP-begeleider blijft goed op

de hoogte, signaleert problemen en kan bijsturen als dat nodig

is.” Voor het tweede concept bouwt de student aan zijn zakelijk

netwerk via LinkedIn. “Door in alle fasen van de BVP deze

netwerksite te gebruiken, bereidt de student zich beter voor op

de stage en hebben leerbedrijven een completer beeld van wat

de student moet leren”, legt Van Keulen uit. LinkedIn zou een

vast onderdeel van de sollicitatietraining moeten zijn. Tot slot

heeft Kennisnet een concept ontwikkeld waarbij studenten snel

en gemakkelijk een leervraag kunnen stellen aan begeleiders en

medestudenten: op de telefoon of pc via Twitter of Yammer.

Signalen

Ook voor kwaliteitsverbetering van de BVP heeft Kennisnet een

concept ontwikkeld: het elektronisch verzamelen van gegevens.

Van Keulen legt uit: “We zien nu nog vaak dat een stage niet

goed loopt, dat er problemen zijn in de communicatie tussen

leerbedrijf en school - en dat die vervolgens niet structureel

worden opgelost. We verwachten dat bijvoorbeeld elektronische

vragenlijsten daar verandering in kunnen brengen: een

leerbedrijf vult op gezette tijden online een enquêteformulier

in met relevante vragen. Door zo regelmatig signalen te

verzamelen, te bundelen en te analyseren, kunnen scholen veel

beter op kwaliteit sturen.” Het laatste concept is gericht op

het realiseren van een betere samenwerking op directieniveau

tussen school en leerbedrijf. Van Keulen: “Een strategische

samenwerking reikt verder dan een stageplek; er ontstaat een

winwin-situatie. Social media en web 2.0 bieden dan goede

mogelijkheden om informatie uit te wisselen en contacten te

onderhouden. Een voorbeeld is het online delen van documenten

via Google Docs. Handig, snel en effectief.”

Toekomst

Van Keulen verwacht veel van de inzet van social media en web

2.0. “Ik ben al langer over de concepten aan het twitteren en

ik krijg veel reacties. Scholen zoeken naar betere manieren

om te communiceren met leerbedrijven en met studenten

tijdens hun stage. Daar kunnen wij nu goed op aansluiten.”

Om dat ook in praktijk te toetsen, zoekt Kennisnet scholen

die en of meer concepten willen uitproberen. Wat betekent

dat voor een school? “Het vraagt vooral een gedegen

voorbereiding. Je moet goed nadenken over de manier

waarop je social media gaat inzetten: wie doet wat, wat

deel je wel met de wereld via internet en welke informatie

scherm je af. Het maken van dat soort afspraken vergt tijd,

maar wij bieden natuurlijk ondersteuning: voor elke school

is het maatwerk. Een voordeel is bovendien dat de pilot

geen ict-investeringen vraagt en dat het afbreukrisico heel

klein is. Ik denk echt dat social media de toekomst zijn. Voor

docenten is het misschien allemaal vrij nieuw, maar voor de

meeste studenten natuurlijk niet. Die zijn actief op Hyves of

Facebook; het gebruik van netwerksites voor school is voor

hen maar een kleine stap. Met deze pilot krijgen scholen de

kans om daarmee aan de slag te gaan.”

Er gaat in de communicatie veel mis tussen de school, de student en het leerbedrijf.”

De een vindt het niks, de ander prijst het de hemel in: social media. Maar hoe je er ook over denkt,

websites als Twitter en Hyves zijn intussen niet meer uit het leven van studenten weg te denken.

En dus is de vraag gerechtvaardigd of social media iets kunnen toevoegen aan het onderwijs.

Ja, denkt relatiemanager Mieke van Keulen. En dan vooral in het aanpakken van knelpunten in de

beroepspraktijkvorming.

Interesse in deelname aan een pilot social media?

Of meer weten over de concepten? Neem dan contact op

Mieke van Keulen, e-mail: [email protected].

Page 9: inDruk mbo voorjaar 2011

Colofon

Kennisnet inDruk mbo is een gratis blad voor docenten werkzaam in het

middelbaar beroepsonderwijs. Van de Kennisnet inDruk bestaat ook een

aparte uitgave voor het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs.

Het blad is ook digitaal (pdf-file) beschikbaar op indruk.kennisnet.nl.

Uit deze uitgave mag niks worden verveelvoudigd (waaronder

begrepen het opslaan in een geautomatiseerd gegevensbestand) of

openbaar gemaakt, op welke wijze dan ook, behoudens in geval de

verveelvoudiging van de inhoud van deze uitgave plaatsvindt onder de

licentie “naamsvermelding, niet-commercieel, geen afgeleide werken”

als gehanteerd door Creative Commons.

Hoofdredactie: Marien van Breukelen

Eindredactie: Marien van Breukelen en Charlot Lammers

Tekstbijdragen: Margreet Ruysbroek, Miranda van Elswijk,

Jan-Kees Meindersma, Ravenstein & Zwart

Fotografie: Bastiaan van Musscher, Kevin Verkruijssen en

Manon Bruininga

Vormgeving: The Public Group, Rotterdam

Druk: OBT de Bink, Leiden

Issn: 1571-2427

Reacties en suggesties: [email protected]

Op reportages en interviews, foto’s en illustraties berusten

auteursrechten.

Privacy is aandachtspunt bij gebruik clouddiensten

Vakmensen in de dop krijgen eigen community

Webmaker in fases stopgezetMet ingang van het nieuwe schooljaar 2011 zijn de online

tools van Webmaker niet meer te gebruiken. Webmaker was

bedoeld om leerkrachten, docenten en leerlingen op een

eenvoudige manier kennis te laten maken met ict. Inmiddels

zijn er veel goede alternatieven beschikbaar. Daarom is

besloten Webmaker stop te zetten. Webmaker bestaat uit de

tools Websitemaker, Webquestmaker, Lessenmaker,

Onderwijsetalage, Werkstukkenmaker en Leerlinglog-

maker. Meer informatie vindt u op: onderwijsetalage.nl/

uitfasering.

Nieuws

van de Vakcollege Groep, die bestaat uit 50 vakcolleges en

meer dan 3.000 leerlingen. De wens is het aantal scholen

uit te laten groeien tot meer dan 100 scholen waarin vmbo`s

en mbo`s samenwerken. De overheid ondersteunt de vorming

van de vakcolleges.

16 - MBO voorjaar 2011

Steeds meer studenten, docenten en wetenschappers maken

gebruik van cloud computing. Aanbieders van clouddiensten

zijn vaak buitenlandse providers en er is nog weinig wet- en

regelgeving of jurisprudentie. Met het rapport ‘De Wolk in

het onderwijs’ van het SURFnet/Kennisnet Innovatie-

programma krijgen onderwijsinstellingen antwoord op

privacy-, dataprotectie- en juridische vragen over het

gebruik van clouddiensten. Het rapport adviseert instellingen

de rolverdeling en bevoegdheden van de Cloud Service

Provider, instelling en gebruikers in kaart te brengen.

Instellingen zijn voor het merendeel van gegevensopslag en

-verwerking verantwoordelijk en daarbij gebonden aan de

Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp), ongeacht de

locatie van de gegevens. Het feit dat clouddiensten zich

overal ter wereld kunnen bevinden heeft echter wel gevolgen

voor de privacy. Ga naar: surfnetkennisnetproject.nl voor

meer informatie.

Leerling vakmensen kunnen hun leerwerkbaan nu via internet

kiezen en afsluiten. Daarmee wordt op een aansprekende

wijze de brug geslagen tussen onderwijs en de arbeidsmarkt.

Leerlingen van de vakcolleges Techniek en Zorg kunnen

nu terecht op vakgilde.nl, een community van onder meer

jonge vakmensen, scholen en erkende leerbedrijven.

Op de website worden de nieuwste vakinzichten uitgewisseld,

geven bedrijven hun behoefte aan jong talent aan, bieden

scholen hun kennis aan en worden jongeren bemiddeld naar

een stage en (leerwerk)baan. De community heeft ook een

koppeling met Hyves en Facebook. De site is een initiatief