ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek,...

20
De Kustwacht als testcase TREsPASS: van subsidieaanvraag tot uitvoering In gesprek met vier Vici-winnaars De menselijke stofwisseling als informatieproces Het NWO-programma Computational Life Sciences ICT-onderzoek Magazine van het ICT-onderzoek Platform Nederland (IPN) Jaargang 10 / nummer 2 / juni 2013

Transcript of ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek,...

Page 1: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

De Kustwacht als testcase

TREsPASS: van subsidieaanvraag tot uitvoering

In gesprek met vier Vici-winnaars

De menselijke stofwisseling als informatieprocesHet NWO-programma Computational Life Sciences

ICT-onderzoekMagazine van het ICT-onderzoek Platform Nederland (IPN) Jaargang 10 / nummer 2 / juni 2013

Page 2: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

2 I/O Magazine / juni 2013

I/O Magazine is een uitgave van het ICT-Onder-zoek Platform Nederland (IPN) en wordt vier maal per jaar gratis toegezonden aan ICT-onder-zoekers en relaties van het IPN.

IPN bestaat uit de informaticaonderzoeksscholen ASCI, IPA en SIKS, de onderzoeksinstituten CWI en NIRICT en de platforms SAFE en ProRISC. IPN wordt ondersteund door NWO Exacte Weten- schappen en de Technologiestichting STW. IPN is een landelijk overlegorgaan met als doel de ICT in Nederland als wetenschappelijke discipline een sterkere positie te geven. IPN wil de Nederlandse ICT-inspanningen coördineren en daarbij fungeren als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere maatschappelijke groeperingen.

Redactie Frank Karelse, Laura Jansen, Daphne Roelands, Astrid ZuurbierCoördinatie Daphne Roelands, Jennifer SchuytvlotEindredactie Daphne Riksen

Aan dit nummer werkten mee Leendert van der Ent, Edith van Gameren, Paul Klint, Sonja Knols, Karina Meerman, Bennie Mols, David Redeker en Daphne Riksen Redactieadres Secretariaat IPN, p/a Chemische & Exacte WetenschappenPostbus 93460, 2509 AL Den HaagTelefoon 070 349 42 15E-mail [email protected] www.ictonderzoek.net

Ontwerp en opmaak Katja Hilberg OntwerpersFotografie Peter van Beek, Juul Brouwers, Bureau Lorient Communicatie, Janine Metz, ShutterstockDrukwerk Veenman+

Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk OnderzoekCluster Chemische en Exacte Wetenschappen

EditorialICT-onderzoek is een enorm breed vakgebied. Hoe breed blijkt wel uit de interviews met

vier Vici-winnaars vanaf pagina 8. Ieder van hen heeft zich weten te onderscheiden met een

totaal ander onderwerp: beeldherkenning, programmeertalen, patronen vinden in data en

taalverwerking. In dit nummer wordt die breedte ook geïllustreerd in het artikel over de Kustwacht

als testcase voor een workflow-ondersteuningssysteem op pagina 14, het interview met

Marjan Besuijen van ontwikkelingsorganisatie Hivos en in het artikel over de topsector Life Sciences

& Health. Ook daaruit blijkt weer dat er nog volop te doen is voor informatica-onderzoekers.

Heb je opmerkingen of suggesties voor nieuwe artikelen, mail dan naar [email protected].

For our international readers we have included summaries in English. Comments and suggestions

for future articles, please email them to: [email protected].

3 Demenselijkestofwisselingalsinformatieproces OnderzoekbinnenhetNWO-programmaComputationalLifeSciences

7 Ingesprekmet… MarjanBesuijen(senioradviseurICT&MediabijHivos)

8 Vicigeeftvernieuwendonderzoekderuimte IngesprekmetvierVici-winnaars

11 HightechenhumantouchinICT-beveiliging Vansubsidieaanvraagtotuitvoering

12 American-Dutchpartnershiponcybersecurity AninterviewwithDouglasMaughanoftheUSDepartmentofHomelandSecurity

14 DeflexibelekrachtvanTaakGeoriënteerdProgrammeren DeKustwachtalstestcasevooreenworkflow-ondersteuningssysteem

16 Temdedatatsunami IndetopsectorLifeSciences&Health

18 Pasgepromoveerd NickPalmer(VU)

19 UitgelichtenColumn

20 PromotiesenKalender

Page 3: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

3 I/O Magazine / juni 20133

In het NWO-programma Computational Life Sciences werken biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om nieuwe computationele methoden te ontwikkelen die nodig zijn voor het begrijpen van biologische systemen. Een van de CLS-projecten richt zich op het begrijpen van de menselijke stofwisseling: Hoe maken voedingsstoffen de mens tot wie hij is? Door Bennie Mols

>>

De menselijke stofwisseling als informatieproces

Wat ons lichaam doet met de voedingsstoffen die het binnenkrijgt, verschilt van persoon tot persoon.

De een komt snel aan, de ander niet. Bij de een verhoogt zout de kans op hart- en vaatziekten flink, bij de

ander heeft het nauwelijks invloed. Het ontwikkelen van kwantitatieve modellen die verklaren hoe dat

komt, is een grote uitdaging binnen de biologie. Zulke kwantitatieve modellen kunnen vervolgens

gebruikt worden om voedings-, gezondheids- en medicijnadviezen op maat te geven. Dat is in ieder geval

de toekomstdroom.

MarcelReindersislidvandeCLS-programmacommissieenhoogleraarbioinformaticaaandeTUDelft

Marcel Reinders: ‘Het belangrijkste resultaat van CLS tot nu toe is dat het programma biologen, informatici en wiskundigen bij elkaar heeft gebracht en dat daar een synergie uit is ontstaan’

Page 4: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

4 I/O Magazine / juni 2013

Om die toekomstdroom te realiseren, is de informatica inmiddels onmisbaar geworden. Dat komt door de

enorme hoeveelheden experimentele data die biologen verzamelen over de mens als biochemische machine:

data van de genen, de activiteiten van die genen, de eiwitten waarvoor de genen de bouwinstructies bevatten

en de stofwisselingsproducten die binnen en buiten de lichaamscellen worden

gemaakt. Om al die datastromen te analyseren is de informatica hard nodig.

Sinds 2003 kent Nederland het NWO-programma Computational Life Sciences

(CLS, zie kader) om onderzoek binnen deze tak van de informatica te onder-

steunen.

‘Voor mij gaat Computational Life Sciences over het koppelen van data aan

modellen’, zegt Marcel Reinders, lid van de CLS-programmacommissie en

hoogleraar bioinformatica aan de TU Delft. ‘Het interessante van CLS is dat de

verschillende disciplines zodanig aan het mengen zijn, dat je niet meer zo

makkelijk kunt praten over dé informaticacomponent, dé biologiecomponent

of dé wiskundecomponent van een CLS-project. Als je een CLS-onderzoeks-

probleem alleen aan een wiskundige geeft, dan krijg je een mooie theorie waar

een bioloog weinig aan heeft. Geef je het alleen aan een informaticus, dan krijg

je een algoritme verpakt in een mooi interface, waar de bioloog en de wiskundige

weinig aan hebben. Het belangrijkste resultaat van CLS tot nu toe is dat het

programma biologen, informatici en wiskundigen bij elkaar heeft gebracht en

dat daar een synergie uit is ontstaan.’

Op de stoel van de ontwerperWaar het bij elkaar brengen van biologen, informatici en wiskundigen toe

kan leiden, laat het net afgeronde CLS-project over metabole netwerken zien.

Door het combineren van experimentele biologische data met wiskundige

theorieën en efficiënte computeralgoritmes, heeft dit project nieuwe inzichten

BasTeusinkishoogleraarsysteembioinformaticaaandeVU

Bas Teusink: ‘De kunst is om uit te vinden wat je wel en wat je niet mag vereenvoudigen’

HetNWO-programmaComputationalLifeSciences

HetprogrammaComputationalLifeSciences(CLS)richtzich

opdeinformaticakantvandesysteembiologie.Systeembiologen

makenkwantitatievemodellendiebeschrijvenhoeeen

biologischsysteemwerkt:vanmoleculairencellulairniveau,

viaintercellulairniveaunaarcompleteorganeneneencompleet

organismezoalsdemens.CLS-onderzoekgingindeafgelopen

jarenovereenbreedscalaaanonderwerpen:onderandere

overdemenselijkestofwisseling,hetafweersysteem,malaria,

degenexpressiebijkoralenendecommunicatietusseneen

enkelehersencelenzijndirecteomgeving.

HetCLS-programmakendedriesubsidierondes:in2003,2007

en2008.Deeersterondewasgerichtophetmodellerenvan

biologischedeelsystemenzoalseencel,orgaanoforganisme.

VoordezerondewasEUR5,5miljoenbeschikbaar(gefinancierd

doorNWO,stichtingNationaleComputerfaciliteiten(NCF)en

ZonMW).Detweedeenderderondewarengerichtophet

modellerenvanbiologischenetwerkenmetnieuwemethoden

uitdeinformaticaendewiskunde.Gezamenlijkhaddendeze

tweerondeseenbudgetvanEUR4,8miljoen(gefinancierd

doorNWO,NCF,hetNetherlandsBioinformaticsCentre

(NBIC)enhetNationalGenomicsInitiative(NGI)).

Page 5: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

5 I/O Magazine / juni 2013

>>

over de stofwisseling opgeleverd. VU-hoogleraar systeembioinformatica Bas Teusink leidde het project.

Teusink: ‘Sla een tekstboek over biochemie open en het lijkt alsof we alles al weten over de stofwisseling.

Niets is minder waar. Neem de enzymen, de katalysatoren tijdens de stofwisseling. We hebben vele metingen

van de enzymniveaus, maar niemand heeft een interpretatie voor die metingen. Het lijkt een zooitje.

Waarom gaat een enzymniveau in het ene geval tweemaal omhoog en blijft het in het andere geval gelijk?’

Tijdens de stofwisseling staat een lichaamscel eigenlijk voor een grote logistieke opgave: hoe regel je alle

chemische verkeersstromen zodat de juiste stoffen in de juiste verhoudingen worden gemaakt of afgebroken?

Teusink en zijn projectmedewerkers hebben daarom een stap terug gedaan en zich af gevraagd: Wat zijn

de logische ontwerpprincipes waaraan een cel zou moeten voldoen om bij de stofwisseling zo efficiënt

mogelijk om te gaan met de beschikbare hoeveelheden energie en materiaal? Robuustheid is een van de

logische vereisten: het systeem moet tegen een stootje kunnen. Reguleerbaarheid is een andere logische

eis: het systeem moet adequaat in kunnen spelen op veranderingen in de omgeving. Wanneer je een biertje

drinkt, signaleert de lever alcoholmoleculen en geeft de levercellen de instructie om enzymen aan te

maken die de alcohol afbreken.

De onderzoekers zijn als een soort bio-ingenieurs zelf op de stoel van de ontwerper gaan zitten, hebben

verschillende modellen ontworpen en zijn die gaan testen en fijnregelen met de beschikbare experimentele

data. Uitgangspunt was de gistcel, die vanwege zijn grote genetische overlap met de mens al decennialang

als modelorganisme wordt bestudeerd.

Teusink en zijn collega’s van de VU en de TU Delft hebben een methode ontwikkeld waarmee ze de optimale

enzymverdeling bij de stofwisseling kunnen berekenen op basis van de moleculaire eigenschappen van de

individuele enzymen (hoe goed bindt het enzym? hoe groot is het enzym?). ‘Het is een soort kosten-baten-

analyse als functie van de enzymniveaus’, zegt Teusink, ‘met als randvoorwaarde dat er voor een bepaalde

route maar een bepaalde hoeveelheid materiaal beschikbaar is. Bestaande theorieën hielden geen rekening

met die randvoorwaarde; wij voor het eerst wel.’

Vanuit informatica-oogpunt ligt het kernprobleem in het omgaan met een hoogdimensionale ruimte

(evenveel dimensies als er enzymen worden meegenomen in het model) en het variëren van het honderdtal

parameters dat per model kan worden ingesteld. Het aantal mogelijkheden explodeert al snel, waardoor

modellen voor stofwisseling het karakter krijgen van wat informatici ‘NP-harde’ problemen noemen

(NP staat voor niet-polynomiaal. Dergelijke problemen lopen razendsnel uit de hand, zoals het handelsrei-

zigersprobleem). Een ander informaticaprobleem is de vraag hoe je een biologisch relevante visualisatie

maakt van zo’n hoog dimensionaal probleem.

Verkeersstromen op een wegenkaartBegin maart 2013 maakte een grote groep internationale wetenschappers voor het eerst een wegenkaart

bekend van de complete menselijke stofwisseling. Een model van 7.440 biochemische reacties tussen meer

dan vijfduizend voedingsstoffen laat zien hoe ons lichaam voedingsstoffen verteert, bewerkt en gebruikt

als nieuw bouwmateriaal. Zonder twijfel een grote doorbraak. Maar wat nog

ontbreekt, is informatie over de verkeerstromen op die wegen: hoeveel van

welk stofje kiest welke weg? Hoe zijn de afstellingen van de verkeerslichten,

ofwel de enzymen, die reacties kunnen versnellen, vertragen en zelfs stopzetten?

Computational Life Sciences is voor veel informatici nog vrij onbekend terrein. Jammer, want goede informatici kan het vakgebied hard gebruiken

Routekaartvandemenselijkestofwisseling(Bron:KyotoEncyclopediaofGenesandGenomes)

Page 6: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

6 I/O Magazine / juni 2013 Ingesprekmet…

Het ontwikkelen van dat model is een van de grote uit dagingen voor de Computational Life Sciences.

Reinders denkt dat het realistisch is om te verwachten dat we de wegenkaart in de komende decennia kunnen

aanvullen met de benodigde verkeersstromen.

‘De wereld van de cel lijkt soms ingewikkelder dan de wereld van de natuurkunde zelf ’, zegt Reinders.

‘Dat kan natuurlijk niet, maar toch. Het menselijk lichaam is een ontzettend in elkaar grijpend systeem dat

bestaat uit zo’n 1014 cellen. Om een subsysteem te modelleren, moeten we soms aannemen dat een bepaald

eiwitniveau constant is. Maar wanneer we het model testen, blijkt vaak dat we dat eiwitniveau toch niet

constant hadden mogen veronderstellen. Tegen dat soort problemen lopen we in de bioinformatica vaak aan.’

‘De kunst is om uit te vinden wat je wel en wat je niet mag vereenvoudigen’, vult Teusink aan. ‘Mijn ideaal

is om uit te zoomen van alle details en dan te kijken of we patronen kunnen ontdekken. Een gas lijkt ook

een wirwar van botsende moleculen, maar toch kunnen natuurkundigen een statistische gaswet afleiden.

Mijn hoop is dat we in de systeembiologie tussen alle complexiteit door ook zulke wetten vinden.’

De smaak van kaas voorspellenEind dit jaar loopt het CLS-programma af. Of er een nieuwe CLS-subsidieronde gaat komen, is nog onduide-

lijk. Maar stel dat die er komt, wat staat dan op het verlanglijstje van de CLS-onderzoekers? ‘Dan denk ik

dat ik de schaal en de complexiteit van de modellen zou willen vergroten’, zegt Reinders. ‘Dan zouden we

meer enzymen en meer lagen van regulatie kunnen modelleren.

En misschien zouden we ook moeten denken aan grotere projecten.

Hoewel Nederland internationaal aardig meedoet, ontbreekt het

bij ons aan grote projecten. In Duitsland is een project gestart om

in tien jaar tijd de lever door te meten en te rekenen. In China willen

ze een miljoen mensen genetisch gaan sequencen.’

Daarnaast denkt Reinders ook dat een nieuwe CLS-ronde zich wat

meer zou kunnen richten op voorspellen in plaats van op alleen

beschrijven: ‘De huidige CLS-programma’s zijn nog vrij funda-

menteel en voor de industrie is het gat naar hun praktijk nog vrij

groot. Daarbij moeten we wel bedenken dat dit veld pas tien jaar

bestaat. Dat is te kort om al onze modellen ook te toetsen aan de

industriële praktijk.’ Teusink haakt daar op in: ‘We krijgen wel eens

de vraag van een bedrijf of we niet een model hebben dat voorspelt

hoe een bepaalde kaas gaat smaken, maar zo ver zijn we nog niet.

Aan de andere kant zie ik wel al de eerste modellen verschijnen die

genoeg inzicht geven om het aantal experimenten flink te beperken.’

Computational Life Sciences is voor veel informatici nog vrij

onbekend terrein. En onbekend maakt onbemind, vinden Reinders

en Teusink. Jammer, want goede informatici kan het vakgebied

hard gebruiken. ‘Ik zou informatici graag uitnodigen om de stap

naar de Computational Life Sciences te maken’, zegt Reinders.

‘Informatica is veel meer dan de Google-wereld van enen en nullen.’

Teusink ziet allerlei interessante analogieën tussen biologische

netwerken en netwerken uit de informatica, zoals het internet.

‘Maar dat je als informaticus kunt meehelpen aan het begrijpen

hoe de levende natuur in elkaar staakt, hoe veroudering werkt, wat

voeding precies in ons lichaam doet en hoe we gezondheid kunnen

verbeteren, dat is toch wel de grootste uitdaging.’ I/O

Meer informatie over de projecten binnen CLS: www.nwo.nl/onder-

zoek-en-resultaten/programmas/computational+life+sciences

In2003theDutchNationalScienceFoundationNWOstarted

theprogramComputationalLifeSciences(CLS).Theaimof

CLSwastostrengthenaspecificpartofcomputersciencethat

hasbecomeindispensablewithinsystemsbiology.Insystems

biologybiologistscooperatewithchemists,mathematicians

andcomputerscientiststodevelopquantitativemodelsof

detailedbiologicalprocesses.InrecentyearsDutchCLS

researchhascoveredabroadrangeofbiologicalsubjects:

metabolism,theimmunesystem,malaria,geneexpressionin

coralsandthecommunicationbetweenasingleneuronand

itsnearenvironment.TheprogramCLSrunsuntil2014.

Microscoopopnamevangistcellen

Page 7: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

Ingesprekmet…

Modern ontwikkelingswerk is niet het slaan van waterputten, maar het inzetten van ICT in de strijd tegen armoede, onderdrukking en discriminatie. Steun verschuift van organisaties naar individuele, digitale activisten. Marjan Besuijen is senior adviseur ICT & Media bij Hivos, een Nederlandse non-profitorganisatie die bekend staat om haar scoutingtalent voor koplopers en innovatoren. Door Karina Meerman

Is Hivos een ontwikkelings­organisatie? ‘We noemen ons nog wel zo, maar we zitten

in een transformatie. Innovatie wordt

uiteindelijk leidend in ons streven naar

sociale verandering. De hele context van

ontwikkelingssamenwerking is de laatste

vijftien jaar veranderd. Het gaat veel meeer

om het gedeelde belang tussen het noorde-

lijk en zuidelijk halfrond. Vraagstukken in

het ICT-domein zijn ook mondiaal. Een

onderwerp als privacy speelt werelwijd, net

als transparantie van handelen en het

belang van sterke, onafhankelijke media.’

Waar trekt Hivos de grens?‘Na 45 jaar ontwikkelingswerk ligt onze

expertise met name in het zuidelijk half-

rond, maar noord en zuid komen steeds

vaker samen. Onze tweedaagse conferentie

over social innovation labs werd een inspi-

rerende uitwisseling van ervaringen tussen

de hubs uit Kenia, Mexico en Finland.

Hoewel techneuten vrij weinig met elkaar

praatten, denken zij wel na over dezelfde

vraagstukken. Of ze nu uit Nairobi komen

of uit Delft, ze spreken dezelfde taal.

Wij willen hen triggeren zodat ze oplossin-

gen gaan bedenken voor mondiale maat-

schappelijke problemen. Dat ze opkijken

van hun code of gadgets en hun kennis

toepassen op sociale vraagstukken.’

Welke rol speelt Hivos hierin?‘Wij zijn redelijk uniek in het steunen van

koplopers en innovatoren, in plaats van

organisaties. De nieuwe generatie is een

ander soort activist. Vandaag strijden ze

voor vrouwenrechten, morgen voor schoon

water. Het zijn individuen die samenwerken

in dynamische (online) netwerken.’

Kunt u een voorbeeld noemen van zo’n innovator?‘Ushahidi is een opensourcesoftware-

organisatie in Nairobi, Kenia. Na het

geweld in 2007 en 2008 startten zij een

platform waar burgers snel konden melden

waar het veilig was. Dit sms-mappingtool

verschaft media en anderen informatie en

werd ook ingezet na de aardbeving in Haïti.

Wij waren hun eerste investeerder. Hivos

staat bekend om haar scoutingtalent en dat

is een stempel van goedkeuring voor

andere partijen om te gaan investeren.’

Hoe kan ICT helpen in ontwikke­lingswerk? ‘Neem de digitale verkiezingswaarneming

in Kenia die burgers een actieve rol geeft.

Die draait op Ushahidi-software. Wanneer

een NGO verkiezingen monitort, zet zij

tweeduizend waarnemers in, die opgeleid

moeten worden. Dat is duur en dat kan

dankzij de mobiele telefoon dus anders.’

Welke rol kan wetenschappelijk ICT­onderzoek in ontwikkelings­werk spelen?‘Onze programmering ligt steeds dichter

bij evidence based onderzoek. Ook bij

traditionelere investeerders komt steeds

meer geld vrij voor onderzoek. Het onder-

steunt innovatie, kan bepalen wanneer het

moment is van opschalen en verschaft

informatie over wat wel en niet werkt in het

verbeteren van de relatie tussen burgers en

overheid.’

In wat voor soort onderzoek heeft Hivos interesse?‘Langdurig enthografisch of antropologisch

onderzoek is belangrijk voor ons, maar we

kunnen geen vier jaar wachten op resulta-

ten. Bovendien verandert technologie ook

snel. Maar Hivos is zeer geïnteresseerd in

onderzoek over technologie en sociale

vraagstukken. We doen dezelfde oproep

aan wetenschappers als aan techneuten:

bekijk je werk vanuit sociaal oogpunt. Er is

nog relatief weinig hardcore ICT-onderzoek,

zoals naar technische oplossingen voor

veilige communicatie. Wat kunnen digitale

activisten bijvoorbeeld doen tegen DDoS-

aanvallen, zodat ze niet offline gaan?’

U vertrekt binnenkort naar Johannesburg. Wat gaat u daar doen?‘Ik word daar namens Hivos directeur van

Making All Voices Count, dat zich richt op

het inzetten van technologie in de relatie

tussen burger en overheid. Ik ga de organi-

satie opzetten. Dat is heel spannend: het

gaat om twaalf landen, met bijpassend

budget. Een zware verantwoordelijkheid,

want het uitgeven van publieksgeld wordt

heel nauwlettend bekeken. Omdat innovatie

niet altijd meetbaar is, moeten we heel

transparant werken.’ I/O

7 I/O Magazine / juni 2013

‘ICT-kennis toepassen op sociale vraagstukken’

Page 8: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

8 I/O Magazine / juni 2013

In februari werden de Vici-subsidies toegekend: financiering bedoeld voor senior onderzoekers die hun sporen hebben verdiend. Voorstellen worden gehonoreerd met een bedrag tot EUR 1,5 miljoen. In I/O magazine vertellen vier Vici-winnaars uit de informaticahoek over hun onderzoek en de wegen die de NWO-subsidie voor hen opent. Door Edith van Gameren

Vici geeft vernieuwend onderzoek de ruimte

Wat is uw onderzoeksgebied en welke rol speelt ICT hierin?‘Het gaat erom patronen te vinden in data, en dan specifiek

data van complexe bewegende objecten. Een vogel of een

auto bijvoorbeeld kun je zien als een punt: die kun je tracken

en dat is nog redelijk eenvoudig. Maar gaat het bijvoorbeeld

om een rivierbedding die verandert, dan is het veel com-

plexer om patronen te definiëren en te berekenen. Centraal

staat het efficiënt analyseren van data, met meetkundige

algoritmen. Op die manier kun je clusteren, segmenteren,

patronen herkennen. Overal waar veel data is die geome-

trisch is, kunnen we meetkundige algoritmen toepassen.

Ik werk bijvoorbeeld samen met mensen van geoweten-

schappen – denk aan data over bewegingen van gletsjers –

en filosofie: bijvoorbeeld om de verspreiding van ideeën in

grote aantallen boeken te analyseren. Een behoorlijk

wiskundig onderzoek.’

Wat gaat u doen met de Vici­subsidie?‘Met de subsidie kan ik drie aio’s en een postdoc aanstellen

en onderwijsreductie voor mezelf financieren. Hoewel ik

het fantastisch vind om kennis over te dragen, is wat meer

tijd voor onderzoek erg fijn. De financiering van onderzoek

is krap, het is jammer dat er zoveel goed onderzoek, van

mensen met supergoede ideeën, niet doorgaat omdat er

geen geld voor is. Ons onderzoek is tamelijk fundamenteel.

Daar krijg je niet snel geld voor uit het bedrijfsleven en het

lijkt me ook minder wenselijk. Nieuwsgierigheidgedreven

onderzoek is echter ontzettend belangrijk.’

Wat hoopt u te bereiken en welke onderzoeks­wensen heeft u nog?‘Ik hoop dat we een mooie theorie voor complexe bewegende

objecten kunnen ontwikkelen, en gebaseerd hierop

efficiënte algoritmen. Deze willen we samen met domein-

specialisten in een aantal toepassingsgebieden testen.

Het onderzoek is zo breed dat vrijwel alle dingen die ik

interessant vind erin zitten: visualisatie, datastructuren,

algoritmen, bewegende objecten.’

Welke tips heeft u voor onderzoekers die een Vici­voorstel willen indienen?‘In het buitenland leer je geweldig veel, als onderzoeker en

als mens. Je krijgt andere perspectieven en maakt kennis

met andere werkwijzen. Buitenlandervaring is dus geweldig

nuttig, ik adviseer altijd om bijvoorbeeld je postdoc in het

buitenland te doen. Verder is het belangrijk dat je houdt

van wat je doet, het schemert in je voorstel door als je echt

gepassioneerd bent.’ I/O

BettinaSpeckmann(1972)studeerdewiskundeeninformaticainMünster.Zewerdgegrependoorcomputationelealgoritmiekendeeddaarhaarmasteropditgebied.VervolgensgingzenaarVancouverenpromoveerdeenkelejarenlateropKineticDataStructures.ZeisnuhoogleraaraandeTU/ebijdefaculteitWiskundeenInformatica.

Page 9: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

9 I/O Magazine / juni 2013

BramvanGinneken(1970)studeerdenatuurkundeinEindhovenenUtrechtenraaktetijdensdiestudieindebanvanhetprogram-merenendecomputerlerenbeeldenteherkennen.InzijnpromotieonderzoekbijhetUMCUtrechtginghijhiermeeverder.HijishoogleraaraandeRUN.

Vici geeft vernieuwend onderzoek de ruimte

Wat gaat u doen met de Vici­subsidie?‘Met de Vici-subsidie gaan we de language workbench

uitbreiden met ondersteuning voor de automatische

verificatie van programmeertaaldefinities. Je wilt dat alle

onderdelen – zoals syntax, transformaties, analyses en

codegeneratie – consistent zijn met elkaar. “Type soundness”

is een voorbeeld van zo’n consistentie eigenschap. In plaats

van zulke eigenschappen op papier te bewijzen of via

trial and error fouten te vinden, willen we dat de workbench

zulke eigenschappen automatisch controleert. Het is een

groot en moeilijk onderwerp waarvoor reguliere onder-

zoeksfinanciering niet de benodigde kritische massa kan

bieden. De EUR 1,5 miljoen van de Vici gaf me de mogelijk-

heid om een zeer ambitieus onderzoeksprogramma op te

zetten. Er gaan 3 aio’s, 2 postdocs en een programmeur

aan de slag.’

Wat hoopt u te bereiken en welke onderzoeks­wensen heeft u nog?‘We willen het leven van de taalontwerper makkelijker

maken met gereedschap voor het ontwerpen van nieuwe

programmeertalen. Als je die toolbox hebt, hoe kun je

dan systematisch domeinspecifieke programmeertalen

ontwerpen? Dat kan een kans zijn voor anderen om door

die bril naar hun domein te kijken, het kan als een kataly-

sator werken. Ik ben dan ook zeer geïnteresseerd in het doen

van casestudies met domeinexperts. Een andere wens is

een programmeeromgeving te creëren die via het web werkt.’

Welke tips heeft u voor onderzoekers die een Vici­voorstel willen indienen?‘Begin op tijd. Ik heb een zelfde traject vorig jaar ook door-

lopen en dat was een zeer nuttige ervaring. Wacht dus niet

tot het laatste moment dat je kunt aanvragen.’ I/O

een maatschappelijk relevant gebied. Ik zou me ook prima

vermaakt hebben met software om nummerborden te

herkennen, maar het medische doel geeft zeker een extra

motivatie.’

Wat gaat u doen met de Vici­subsidie?‘De Vici-subsidie gaat naar onderzoek naar longkanker-

screening. Op het moment dat je symptomen van long-

kanker krijgt, heb je een 5-jaars-overlevingskans van

slechts 15%. Je moet er dus eerder bij zijn en dat zou kunnen

via screening. Uit studies in de VS blijkt dat daarmee de

sterfte aan deze ziekte drastisch omlaag gaat. Maar als je

dit in Nederland in zou voeren zouden 300 van de 1000

radiologen in ons land fulltime aan het werk moeten zijn:

het beoordelen van 3D CT-scans is arbeidsintensief.

De screening is dus te duur en geestdodend voor de mensen

die deze beelden moeten analyseren. In het Vici-onderzoek

gaan we kijken hoe we dit kunnen automatiseren, waarbij

de computer de eerste selectie doet en de specialist of

laborant alleen de verdachte gevallen verder onderzoekt.’

Wat is uw onderzoeksgebied?‘Ik werk aan technieken voor het ontwerpen en construeren

van programmeertalen. In theorie hoef je een probleem

met software maar één keer op te lossen, maar in de

praktijk valt dat tegen. In mijn vakgebied kijken we hoe we

programmeertalen beter kunnen maken zodat we software-

oplossingen beter kunnen hergebruiken. Bijvoorbeeld via

domeinspecifieke talen waarmee we oplossingen op een

hoger niveau formaliseren en “accidental complexity” ver-

mijden. In mijn promotieonderzoek heb ik de syntactische

aspecten van programmeertalen onderzocht, zoals taal,

boomstructuur en grammatica. Als postdoc in Oregon ben

ik vervolgens met de semantische kant bezig geweest.

Dat heeft geleid tot de ontwikkeling van Stratego, een

nieuwe taal om transformaties op programma’s in uit te

drukken. In 2006 ben ik bij de TU Delft begonnen en hebben

we Stratego geïntegreerd in de Spoofax “language

workbench”, een programmeeromgeving voor het maken

van nieuwe programmeertalen.’

Wat is uw onderzoeksgebied?‘Ik doe onderzoek naar het interpreteren van beelden door

de computer. De radiologie is een uitstekend vakgebied om

dit te doen, omdat hier mensen worden betaald om de hele

dag naar plaatjes te kijken en te zeggen wat zij zien. Het is

EelcoVisser(1966)begonopdekunstacademiemaarraaktegeïnteresseerdincomputersenzagdaarinmeertoekomstdaninhetkunstenaarsleven.TijdenszijnstudieinformaticaaandeUvAvondhijvooralprogrammerenboeiend.HijdeedpromotieonderzoeknaarprogrammeertalenenisnuhoofddocentaandeTUDelft.

>>

Page 10: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

10 I/O Magazine / juni 2013

KhalilSima’an(1964)studeerdecomputerscienceinHaifaenAmsterdam.HijwerkteaandeUvA,deTUDelftenTilburgUniversity.Zijnpromotie(1999)aandeUUginginderichtingvandetaalverwerking,waarbijhijinhetbijzondergeïnteresseerdraakteinhetstatistischlerenopbasisvan‘bigdata’.Vanaf2003werkthijaanhetInstituteforLogic,LanguageandComputationvandeUvA,sinds2011alsUHD.

kan de computer er misschien zelfs beter in worden dan

de menselijke experts.’

Welke tips heeft u voor onderzoekers die een Vici­voorstel willen indienen?‘Zorg dat je op meerdere plekken heb gewerkt – ook in

het buitenland – en doe wat je echt graag wilt. Het is een

competitieve wereld en het is hard werken. Voor mij is het

ook heel belangrijk om dagelijkse interactie te hebben met

mensen uit het andere vakgebied, in mijn geval radiologie.

Het is mooi dat NWO Exacte Wetenschappen openstaat

voor voorstellen die sterk interdisciplinair zijn.’ I/O

Wat gaat u doen met de Vici­subsidie?‘Ik ga 3 aio’s en 2 postdocs aanstellen en kan mezelf deels

vrijstellen van onderwijstaken. De onderzoekers die ik

zoek hebben een basis in informatica maar ook ervaring en

kennis op andere gebieden zoals kunstmatige intelligentie,

cognitief modelleren, taalkunde. We gaan ook workshops

organiseren. Het vermogen om te parafraseren binnen

een taal is cruciaal voor het begrijpen ervan. Vertalen en

parafraseren moeten ook voor een automatische vertaal-

machine hand in hand gaan. Je kunt het voorstellen als een

matroesjkapoppetje: in de vertaler zit het parafraseren,

daarin zit weer de vertaler enzovoort. In het Vici-project

gaan we een model bouwen voor die wisselwerking.

Statistiek is daarin heel belangrijk. In Nederland is dat nog

relatief in opkomst. Dat is het mooie van de NWO

Vernieuwingsimpuls: afwijkende onderzoekslijnen worden

gestimuleerd.’

Wat hoopt u te bereiken en welke onderzoeks­wensen heeft u nog?‘Het zou een mooi resultaat zijn als wij een model kunnen

bouwen waarin betekenisbehoud op een duidelijke manier

gemeten kan worden. Dat zou een geweldige vinding zijn

die ook van invloed is op het denken over menselijke taal-

verwerking. Daarnaast – dat is meer de praktijk – hoop ik

dat we de volgende generatie vertaalsystemen gestalte

kunnen geven. Na dit Vici-project zou ik graag de resultaten

uit het onderzoek naar taalverwerking toe willen passen

op andere, gelijkende problemen. Bijvoorbeeld op hoe

software zich kan aanpassen aan menselijk gebruik.’

Welke tips heeft u voor onderzoekers die een Vici­voorstel willen indienen?‘Een vernieuwend idee is belangrijk, vanzelfsprekend, net

als een gedegen CV en reputatie. Je onderzoek moet een

grote verandering kunnen bewerkstelligen. Zorg dat je het

onderwerp zo goed doorgrondt dat je het aan iedereen,

ook aan mensen uit andere vakgebieden, kunt uitleggen.

Steek de overige energie in het schrijven van een uitstekend

voorstel.’ I/O

Meer informatie: www.nwo.nl/vernieuwingsimpuls

Wat hoopt u te bereiken en welke onderzoeks­wensen heeft u nog?‘Ik hoop dat we het lezen van de scans kunnen automatise-

ren en zorgen dat we scans met minder straling kunnen

maken. De beelden krijgen dan wat meer ruis, maar we

moeten zorgen dat de software deze toch goed kan lezen.

Verder hoop ik dat we niet alleen op longkanker kunnen

screenen maar ook op hart- en vaatziekten en COPD, waar

minstens zo veel rokers aan dood gaan. En ik wil graag

samen met epidemiologen onderzoeken wat we nog meer

met deze beelden kunnen. Wij hebben in onze onderzoeks-

groep 70.000 CT-scans om de computer mee te trainen.

Geen mens ziet in zijn leven zoveel beelden. Uiteindelijk

Wat is uw onderzoeksgebied?‘Mijn onderzoek draait om taalverwerking en in bredere zin

het modelleren van menselijk taalgebruik. De problemen

die je in de taal tegenkomt zijn eigenlijk prototypisch voor

problemen die je overal tegenkomt wanneer je menselijk

gedrag probeert te modelleren. Toen ik in ’94 mijn promotie-

onderzoek begon was dit vooral theorie, maar de praktische

toepassingen daarvoor zijn de laatste jaren heel sterk en

duidelijk in beeld gekomen. Denk aan Google Translate,

dat mede is gebaseerd op ons werk uit de jaren ’90 en 2000.

Bestaande vertaalmachines worden veelal gebruikt om een

snelle indruk te krijgen van waar een document over gaat

of een eerste versie van een vertaling te maken. Maar deze

zijn nog niet goed genoeg. We willen het gedrag van een

menselijke vertaler modelleren. De mens begrijpt een zin

en vertaalt niet per se woord voor woord of constructie

voor constructie. Als je in een vertaalmachine zoals Google

Translate een zin ingeeft en een parafrase van die zin,

krijg je twee verschillende resultaten, met verschillende

betekenissen. Dat parafraseren moet de computer dus

leren. Dat is de basis van het Vici-project.’

Page 11: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

11 I/O Magazine / juni 2013

High tech en human touch in ICT-beveiliging

Een beetje hacker laat zich niet tegenhouden door firewalls

en wachtwoorden. Zelfs als de ICT-infrastructuur technisch

goed beveiligd is, is er altijd nog de medewerker die gele

briefjes met inlogcodes op de pc hangt of die in een

phishingmailtje trapt. Onderzoekers van het Europese

TREsPASS-project ontwikkelen een tool die de zwakke

plekken in de digitale infrastructuur in kaart brengt en die

de gebruikers helpt om te beslissen wat er aangepakt moet

worden. Dat is hard nodig, want ICT-systemen en organi-

saties zijn tegenwoordig zo complex dat de menselijke

beslisser verborgen lekken over het hoofd ziet en vaak een

onjuiste beslissing neemt. De UT leidt het project met een

budget van EUR 13,5 miljoen, dat in november 2012 startte.

De kiem werd al twee jaar eerder gelegd.

De aanvraagHet is 2010. Een groep Europese informaticaonderzoekers

wisselt in een Duits conferentieoord met elkaar van

gedachten over hoe je de beveiliging van computersystemen

moet inrichten tegen gevaar van binnenuit. De groep wil

een kleine EU-subsidie aanvragen, maar besluit tijdens de

discussie over de naam ook bedreigingen van buitenaf mee

te nemen. Het project-in-wording heet TREsPASS, het

Engelse woord voor binnendringen, dat tevens de

afkorting is van ‘Technology-supported Risk Estimation

by Predictive Assessment of Socio-technical Security’.

In maart 2011 komen de wetenschappers bijeen op

Schiphol. Agentschap NL geeft een presentatie over het

aanvraagtraject voor EU-subsidies en legt uit waarmee zij

het consortium kan helpen. Aanwezig is onder andere

Wolter Pieters, onderzoeker op het gebied van ICT-

beveiliging aan de TU Delft en de UT en een van de latere

projectmanagers. Pieters: ‘Op Schiphol merkten we dat we

meer bedrijven nodig hadden. Je moet ervoor zorgen dat de

resultaten van het onderzoek worden toegepast, dat de

maatschappij een probleem kan oplossen.’

In november 2011 komt de groep bij elkaar in Londen.

Pieters: ‘Daar werd duidelijk dat we voor een groot,

integrated project wilden gaan.’ In januari 2012 zet een

internationaal schrijfteam in Delft de puntjes op de i.

Ondertussen voorziet Agentschap NL de aanvraag grondig

van commentaar, draagt het verbeterpunten aan en lost

het geregeld kleine problemen op via telefoon en e-mail.

Het voorstel wordt goedgekeurd en op 1 november 2012

gaat het project officieel van start met vijftig onderzoekers

bij zeventien partners.

De uitvoeringHoe zorg je dat zoveel mensen en organisaties netjes in de

pas blijven lopen? Medeprojectmanager Lorena Montoya,

specialist op het gebied van menselijk gedrag en techniek

aan de UT, legt uit: ‘We hebben duidelijke afspraken

gemaakt over wie wat wanneer moet leveren en houden elke

twee weken een telefonische vergadering met de leiders van

de deelonderzoeken. Daarnaast hebben we een handboek

gemaakt, versturen we nieuwsbrieven en gebruiken we

tools waardoor iedereen de laatste versie van de documenten

heeft. En om te zorgen dat alle deliverables van vergelijk-

bare kwaliteit zijn, hebben we altijd twee interne reviewers

en lezen de projectmanagers alles mee.’ Hebben de project-

managers tips voor onderzoekers en bedrijven die ook een

EU-subsidie willen aanvragen? Pieters: ‘Ik heb er veel,

maar de belangrijkste is dat je moet zorgen dat je de

problemen van de EU oplost in plaats van dat je eigen

stokpaardjes berijdt.’ I/O

Meer informatie op www.trespass-project.eu

HulpbijEU-subsidies

TREsPASSwordtgefinancierddoordeEuropeseUnieenvaltonderhet

onderdeelICTSecurityvanhetKP7-ICT-programma.Nederlandseweten-

schappersenbedrijvenkunnenbijeensubsidieaanvraaghulpkrijgen

hetExpertisecentrumvoorinternationaalOnderzoekenInnovatie(EiOI,

voorheenbekendalsEG-Liaison)vanAgentschapNL.Trainingen,callsen

adviseurszijntevindenop:www.agentschapnl.nl/programmas­regelingen/

zevende­kaderprogramma­kp7

Nederlandse onderzoekers leiden een groot EU-project op het gebied van ICT-beveiliging. Hierin bouwen wetenschap en bedrijfsleven aan een tool die de zwakke punten in complexe informatiesystemen bloot-legt en helpt om snel te beslissen. Niet alleen het project zelf, maar ook de weg van subsidieaanvraag tot uitvoering is leerzaam. Door David Redeker

ProjectleiderPieterHarteltemiddenvandeprojectmanagersWolterPietersenLorenaMontoya

Page 12: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

12 I/O Magazine / juni 2013

What are the most important challenges for the US when it comes to cyber security?‘On the top of our list is the area of education. We need a new generation of cyber-security

defenders. In the US, fewer and fewer students are going into science and technology, yet the job market in

cyber security continues to expand. In order to get kids interested in the field, we have organised a national

cyber-defence competition at the collegiate level. In total, 1500 kids took part in a competition in which

they had to defend a computer network. In the last few days we have been talking about this with our

Dutch partners to see whether we can help them in setting up something like this in the Netherlands.

Companies can help to fund such a competition, and they can find their next generation of employees

among the kids that take part.’

In terms of challenges, I guess I was thinking more about cyber crime and cyber warfare...‘Sure, cyber crime is a big concern. Criminals tend to have the latest technologies and law enforcement

often lags a bit behind, so of course we are fighting to catch up.

Another big challenge is how to share information between the public and private sectors. In the US,

the private sector owns 85 to 90% of the critical infrastructure such as power grids, water supplies and

telecommunication. We at the government often have information about cyber threats that we need to

share with the private sector in order to defend those critical infrastructures. The threats we are facing are

basically the same threats that the Netherlands is facing, so there you can already see the importance of

working together.’

I was surprised to learn that a country as huge as the US would want to collaborate with a country as small as the Netherlands in the field of cyber security.

‘I wouldn’t put it like that. In the world of cyberspace you can’t solve problems

alone. We try to work with anybody who has good ideas. We also have partner-

ships with countries like the UK, France and Sweden. I have been in the cyber-

For three days in May, a delegation from the US Department of Homeland Security (DHS) Science and Technology Directorate visited the Netherlands to discuss collaboration in the field of cyber-security research. DHS Cyber Security Division Director Douglas Maughan tells about the results of the visit and his ideas for improving cyber security. By Bennie Mols

‘The Dutch academic community in the field of cyber-security is extremely strong’

DouglasMaughan,DirectoroftheDHSCyberSecurityDivision

American-Dutch partnership on cyber security

Page 13: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

13 I/O Magazine / juni 2013

security research community for 25 years now, and I think the Dutch academic community in this field is

extremely strong. The Dutch have a very strong background in computer systems. And in cyber forensics

the Dutch are ahead of most others – if not all others – in the world. We view the US-Dutch collaboration

as extremely important, and I believe we are going to have a fruitful partnership.’

What do you expect of the partnership?‘Our goal at the DHS is to get cyber-security technologies researched, developed and commercialised, so

we are more focused on applied than on basic research. We fund projects that have a possibility of being

commercialised. We know that we will fund some research at the Dutch Forensics Institute (NFI).

Furthermore, we have talked in the last two days with the Dutch National Cyber Security Centre as well as

NWO about some other concrete projects, but we haven’t finalised those talks yet. We are also discussing

the possibility of calls for collaborative research: respondents would have to show a research proposal

with both a US and a Dutch component.’

Can you tell a bit more about some of the research areas that will be involved in the partnership?‘One common theme for both the US and the Netherlands is setting up Incident Response Teams. How do

you put together a team that has to act in case of some cyber emergency? What are the types of skills that

members of such a team would need? This is not a technical problem, but rather a social-science problem.

Cyber security is not only a technical field. Sometimes it’s more about humans than people realise.

Furthermore, there is an economics question: what causes companies to invest or not to invest in new

cyber-security technology? And what are the incentives for criminals? From the

side of law enforcement, there is the key question of how to extract informa-

tion for legal prosecution from the data owned by cyber criminals. These are

the themes that we have agreed on so far. We are still discussing collaboration

in the field of control systems for vital infrastructures and in the field of elec-

tronic identity. Which technologies can we develop to make digital identities

more secure?’

Will the research done within the partnership be open or classified?‘It will be open, like almost all of the DHS research programmes. Only some

of the research that the DHS does with the law-enforcement community is

classified.’

Apart from technical issues, isn’t raising public awareness another important aspect of cyber security? Many ordinary computer and Internet users have no idea about their vulnerabilities.‘Sure. That’s the reason that the US has started the national campaign “Stop.

Think. Connect.” This campaign is aimed at increasing the public’s under-

standing on issues like identity theft, fraud and phishing, cyber bullying and

cyber predators: people who search online for other people in order to use,

control or harm them in some way.’

What can realistically be achieved in cyber security in the near future?‘First of all, we can make improvements in the security of the Internet infra-

structure. Domain Name System security is one such improvement. It means

that when you visit a website, you can be sure that it is really the website you

intended to visit and not a fake website that looks similar. The same goes for data

integrity. If you go to google.com and you get data, it should be automatically

guaranteed that the data have not been changed underway. Second, since so

much of Internet use takes place nowadays via mobile devices, we have to stay

ahead in the mobile world, which is a very different one from the traditional

desktop world. Third, the next generation of hardware and software systems

needs to have built-in security. Internet users should not have to worry about

security. The Internet should be like water or air.’ I/O

NWOresearchprojectsoncybersecurity

InApril2013,nineDutchcyber-securityresearchprojects

receivedatotalofEUR3.2millioninfundingfromthe

NetherlandsOrganisationforScientificResearch(NWO)in

connectionwiththefirstcallforproposalsinthelong-term

CyberSecurityresearchprogramme.Thenineprojectswill

investigateawidevarietyofcyber-securitychallenges.

Forexample:Can‘backdoors’inembeddeddevices(allowing

cybercriminalstocontrolthemremotely)beautomatically

detected?Whatcanwelearnaboutthepersonalitytraits,the

motivationsandthenetworksofcybercriminals?Howcanwe

strengthentheweakestlinkincybersecurity:consumers

withoutanyexpertise?Howcanwefindabalancebetween

securingpersonaldataandkeepinginformationsystems

user-friendly?Howcansecurityanalystsbestdetectmalware?

Asecondcallforresearchproposalsisexpectedthissummer.

TheproposedresearchallfitsinwiththeDutchNationalCyber

SecurityStrategy(NCSS).Aspartofthestrategy,inJanuary

2012theCyberSecurityCentrehasbeenfounded,that

collaborateswithNWO.

Moreinformation:

Cyber-securitytreatysignedbetweentheUSandthe

Netherlands:

www.nwo.nl/actueel/nieuws/2012/nwo­en­ncsc­geven­invulling­aan­

nederlands­amerikaanse­samenwerking­in­cyber­security­onderzoek.html

NineNWOprojectsoncybersecurity:

www.nwo.nl/actueel/nieuws/2013/ew/negen­projecten­in­cyber­

security­onderzoek­van­start.html

NationaalCyberSecurityCentrum:www.ncsc.nl

DepartmentofHomelandSecurityoncybersecurity:

www.dhs.gov/topic/cybersecurity

Cyber-securityawarenesscampaign‘Stop,think,connect’:

www.dhs.gov/stopthinkconnect

DHSScience&TechnologyDirectorate,CyberSecurity

Division:www.dhs.gov/st­csd

Page 14: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

14 I/O Magazine / juni 2013

Plasmeijer is al sinds 1984 bezig met functioneel program-

meren. Hij ontwikkelde de functionele programmeertaal

Clean voor praktische toepassingen. ‘De basis van functio-

neel programmeren ligt in de wiskunde. Het heeft een

enorme uitdrukkingskracht. Deze kracht gebruiken we om

Taak Georiënteerd Programmeren mogelijk te maken voor

complexe gedistribueerde web-applicaties, die de samen-

werking van mensen op internet ondersteunen. Met deze

applicatie voor de kustwacht willen we aantonen wat je met

TOP kunt.’

TopprioriteitDr. Jan Martin Jansen, universitair hoofddocent Command

& Control bij de Nederlandse Defensie Academie en Bas’

copromotor, is daar heel benieuwd naar. Hij is ervan over-

tuigd dat het de goede weg is en zette Lijnse op het spoor

van de Kustwacht. Bij die organisatie faciliteerde Hoofd

Operaties Gerrit Miedema het onderzoek van Lijnse:

‘De Kustwacht voert sinds de oprichting in 1987 een groot

aantal overheidstaken uit op de 65.000 vierkante kilometer

Nederlandse Noordzee en langs onze 350 kilometer kustlijn.

Taak Georienteerd Programmeren (TOP) is een nieuwe stijl

van programmeren, gebaseerd op functioneel programme-

ren. Door TOP kan de programmeur zich concentreren op de

hoofdzaak: wat is de taak van de te ontwikkelen applicatie?

Wat moet die doen? In tegenstelling tot conventioneel

objectgeoriënteerd programmeren is wat er moet gebeuren

leidend en niet hoe dat technisch gerealiseerd moet worden.

Technische details worden automatisch gegenereerd uit de

beschrijving van de taken. Hoogleraar softwaretechnologie

prof.dr.ir. Rinus Plasmeijer (RUN): ‘Aan het begin van een

traject moet je goed in kaart brengen wat de taken binnen

een organisatie zijn. Conventioneel programmeren vergt

daarna ook veel werk voor het nauwgezet beschrijven hoe

alles technisch moet worden gerealiseerd. Dat is in TOP

niet meer nodig.’

Vooral waar samenwerking, flexibele aanpasbaarheid van

taken en verlaging van de administratieve druk belangrijk

zijn, belooft TOP voordelen boven de conventionele benade-

ring. Plasmeijer en zijn voormalig promovendus dr. Bas

Lijnse zijn overtuigd van die voordelen. Lijnse promoveerde

onlangs aan de RUN op zijn onderzoek bij de Kustwacht,

waarin hij uitzocht hoe TOP in de praktijk met gedistribu-

eerde systemen bij crisisbeheersing en rampenbestrijding

zou kunnen werken: ‘Goede modules zijn belangrijk;

Lego-blokjes die je kunt samenvoegen. Heb je die eenmaal,

dan wordt er daarna veel automatisch gegenereerd wat je

bij een andere aanpak helemaal moet uitprogrammeren.’

Bij de Kustwacht zijn samenwerking, uitwisseling van actuele informatie en crisisbeheersing bij uitstek van belang. De organisatie biedt dan ook een zware testcase voor een workfl ow-ondersteunings-systeem. Als alles goed gaat, test de Kustwacht binnen afzienbare tijd een pilotapplicatie gebaseerd op taakgeoriënteerd programmeren. Als het bij de Kustwacht voordelen biedt, zal dat voor veel meer toepassingen gelden. De Nederlandse Defensie Academie volgt de ontwikkelingen in elk geval op de voet. Door Leendert van der Ent

De f lexibele kracht van Taak Georiënteerd Programmeren

BasLijnse:‘Omdatmensenzichnietalseenvoudigewiskundigefunctiesgedragen,realiseerdenweextrabouwblokkenwaarmeewecomplexetakenenhunafhankelijkhedenformeelkunnenbeschrijven’

Waar onderlinge samenwerking de hoofdrol speelt, kan Taak Georiënteerd Programmeren het antwoord zijn

Page 15: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

15 I/O Magazine / juni 2013

We bewaken de veiligheid en ecologie rond scheepvaart-

verkeer, offshore-installaties en windmolenparken.

Onze topprioriteit ligt bij opsporing en redding rond bijna

1.700 incidenten per jaar. Als het harder gaat waaien,

begint het bij ons te kriebelen.’

Snel en tijdig vastleggen en delen van informatie is hier

essentieel. Daarvoor gebruikt de Kustwacht het Britse

systeem Vision, een doorontwikkeling van een brandweer-

meldkamersysteem. Miedema: ‘Op termijn hebben we een

nieuw systeem nodig, dat meeromvattend, flexibeler en

veelzijdiger is. We hopen dat Bas daarvoor de afgelopen

jaren de basis gelegd heeft.’

PraktijkgebaseerdLijnse is blij dat de Kustwacht hem heeft gefaciliteerd bij

het leggen van die basis: ‘Dat heb ik vooral op locatie in

Den Helder kunnen doen, om de praktijk goed te leren

kennen’, zegt Lijnse. ‘Dat is niet zo gebruikelijk voor een

informaticus, maar wel nuttig. Het dwong tot nadenken

over de onderliggende methode.’ Plasmeijer vult aan:

‘Programmeren kan niet los staan van de praktijk. Het is

belangrijk dat de gebruiker betrokken is bij software-

ontwikkeling, waarbij hij op basis van de praktijk van

samenwerking aangeeft wat de gewenste functionaliteit is.’

Miedema geeft een voorbeeld: ‘Tijdens de hectiek van een

calamiteit hebben de collega’s nauwelijks tijd, maar moeten

ze toch voortdurend informatie vastleggen en delen, zodat

ook collega’s hun taken optimaal kunnen uitvoeren.

Vastleggen moet dus snel en eenmalig, waarbij dit liefst

zoveel mogelijk geautomatiseerd plaatsvindt.’

De bouwdoos om dat te realiseren is gereed, geeft Lijnse

aan. ‘De primaire bouwblokken op basis van wiskundige

functies waren er al. Maar mensen gedragen zich niet als

eenvoudige wiskundige functies. Dat vroeg om extra

bouwblokken, die de taken en hun onderlinge afhankelijk-

heden goed beschrijven. Daarbij kregen vooral de wissel-

werking tussen de verschillende mogelijke taken tijdens

werk in uitvoering de aandacht.’

Een aandachtspunt is de veelzijdigheid van taken, zegt

Miedema. ‘Onze acties hebben veelal tegelijk aspecten als

veiligheid, milieu en strafrecht in zich. Voor al die zaken

moet informatie optimaal ondersteunen èn eenduidig en

eenmalig vastgelegd kunnen worden.’ Lijnse wijst ook op

de status van taken. ‘Normaal gaan taakmodellen uit van

afgeronde taken, voordat nieuwe aan de orde komen.

Dat kan hier niet. In het dagelijks leven beïnvloeden taken

elkaar terwijl het werk loopt. Traditionele systemen kunnen

hier minder goed mee omgaan. In een document kun je alles

opschrijven, maar in TOP moet het wiskundig kloppen.

Zo niet, dan zie je dat direct.’ Jansen: ‘De oude definitie

van “taak” voldeed niet. Er moest eerst een nieuwe, bij de

praktijk passende definitie komen.’

FlexibiliteitJansen ziet de kracht van TOP juist in het flexibel met taken

omgaan. ‘Bij de inrichting dwingt het tot nadenken over

taken, informatie-uitwisseling tijdens taken en het moment

waarop informatie beschikbaar komt.’ Plasmeijer vult aan:

‘Bij deze case voor de Kustwacht werd duidelijk dat infor-

matie niet aan het eind van een taak beschikbaar mag

komen, maar meteen beschikbaar moet zijn.’ Volgens

Miedema kan heterogene en fragmentarische informatie

in hun werk heel belangrijk zijn. ‘Informatie groeit en stuurt

beslissingen. Het is essentieel die informatie tijdig en juist

te kunnen analyseren.’ Lijnse: ‘Juist dat kun je bij taakgericht

programmeren goed vastleggen: wat het systeem betekent

en moet doen voor de organisatie. Dan heb je het belang-

rijkste gedaan en is flexibiliteit ingebouwd. Het vraagt dus

ook iets van de organisatie. Die moet zich afvragen: hoe

werken we en hoe willen we werken?’ Miedema vertelt dat

daaruit volgt dat de aanpak de manier van werken verandert:

‘Als de informatie meteen tijdens de taak beschikbaar

komt, kun je elkaar beter op de hoogte houden.’

Lijnse promoveerde in maart op TOP en gaat de komende

anderhalf jaar een werkend pilotsysteem voor de Kustwacht

realiseren. Miedema is blij dat de Kustwacht deze zomer in

de praktijk met de eerste demo aan de slag kan. Een jaar

later vindt de afronding plaats. ‘Dat sterkt het gevoel dat

dit het praktijktool van de toekomst kan opleveren.’ Jansen

zal de testen namens de Nederlandse Defensie Academie

nauwgezet volgen: ‘We denken dat objectgeoriënteerd pro-

grammeren en agenttechnologie uiteindelijk niet de juiste

oplossingen bieden voor crisis- en combat-management.

Waar onderlinge samenwerking de hoofdrol speelt, kan

TOP het antwoord zijn, zowel bij opsporing en redding als

bij combat-management.’

ZorgsectorTOP is ook toepasbaar op andere terreinen waar flexibiliteit,

samenwerking onder druk en goede afhandeling van over-

drachtsmomenten belangrijk zijn. En waar is dat niet zo?

Jansen: ‘Zeker voor de zorgsector zien we kansen, maar er

zijn veel meer toepassingsgebieden denkbaar. Zo zijn we

bezig met TNO in Soesterberg, waar een promovendus

toepassingen van TOP gaat onderzoeken op het gebied van

ergonomie en mens-machine-interfaces. Deze methode is

erg interessant voor de vraagstelling hoe je zoveel mogelijk

verschillende taken kunt uitvoeren met zo weinig mogelijk

mensen.’ I/O

Vanlinksnaarrechts:GerritMiedema(HoofdOperaties,Kustwacht),JanMartinJansen(NederlandseDefensieAcademie),BasLijnse(junioronderzoekerRUN)enRinusPlasmeijer(hoogleraarsoftwaretechnologie,RUN)

Page 16: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

16 I/O Magazine / juni 2013

‘We streven naar betaalbare gezondheidszorg van hoge kwaliteit.’ Zo vat

dr. Rob van Leen, Chief Innovation Officer bij DSM en boegbeeld van de top-

sector Life Sciences & Health, de ambitie van de topsector samen. ‘Die ambitie

valt uiteen in drie onderdelen: preventie, inzetten op minimaal invasieve

ingrepen, en mensen zo lang mogelijk uit het ziekenhuis houden.’ Van Leen

is voorzitter van de regiegroep die invulling geeft aan de topsectorplannen.

De uitvoering van deze plannen gebeurt binnen LSH Plaza. ‘Daar komt alles

samen’, zegt de voorman. ‘Overheid, gezondheidsfondsen zoals de Hartstichting

en private partijen vinden elkaar in nieuwe publiek-private samenwerkingen.

Ook zorgt het Plaza voor de communicatie binnen de sector, en voor de

Human Capital Agenda: hoe leiden we alle benodigde mensen op?’

Correleren en analyserenOnlangs lanceerde LSH Plaza de eerste call. De zogeheten ‘Life Sciences

Impulse call’ is bedoeld voor onderzoekssamenwerkingen tussen bedrijven,

gezondheidsfondsen en kennisinstellingen. ‘Deze call wordt betaald vanuit de

TKI-toeslag’, zegt Van Leen. ‘De gezondheidsfondsen dragen EUR 8 miljoen

bij en het bedrijfsleven legt eenzelfde bedrag in. Samen met de bijdrage van

kennisinstellingen en de TKI-toeslag hebben we in totaal EUR 24 miljoen te

besteden aan onderzoek.’ Voor ICT-onderzoekers ziet Van Leen binnen zijn

sector twee grote uitdagingen: ‘Patiënten moeten steeds zelfredzamer worden.

Dat betekent dat ze bijvoorbeeld hun bloedsuikerwaarden thuis meten en via

hun smartphone de gegevens verzenden naar hun arts. Privacy en security

moeten hiervoor goed geregeld zijn. Ik behoor zeker tot de mensen die zich

hierover zorgen maken.’ Daarnaast is er vanuit de wetenschap enorme

behoefte aan grip op grote datastromen. Zelf heeft Van Leen daar bij DSM ook

mee te maken. ‘Wij ontwikkelen micro-organismen die bepaalde stoffen voor

ons moeten maken. Dat begint met een ontwerp op de computer: op basis van

bekende gegevens uit vakgebieden als proteomics en metabolomics bekijken

we welke routes we moeten implementeren om de juiste stof te krijgen. Het zou

ons enorm helpen als we met een druk op de knop alle bekende data over

genen en eiwitten zouden kunnen correleren en analyseren. Dan is de kans

veel groter dat zo’n beest uiteindelijk ook doet wat we willen.’

Security en databeheer zijn de belangrijkste ICT-onderwerpen voor de topsector Life Sciences & Health. Betaalbare gezondheidszorg is alleen bereikbaar als patiënten zoveel mogelijk zelf thuis kunnen meten en monitoren, en als beschikbare onderzoeksgegevens uit onder andere de biologie optimaal worden aangewend om nieuwe behandelingen en preventieve strategieën te ontwikkelen. Door Sonja Knols

Tem de datatsunami

Topsectorenbeleid

HetkabinetwiltopsectorenwaarinNederlandwereldwijd

uitblinktverderversterken.Omdattebereikengaanoverheid,

bedrijfsleven,universiteitenenonderzoekscentrasamenwerken

aankenniseninnovatie.Erzijnnegentopsectoren:tuinbouw

enuitgangsmaterialen,water,agri&food,lifesciences&

health,chemie,hightechsystemenenmaterialen,energie,

logistiekencreatieveindustrie.ICTiseenonderwerpdat

meerderetopsectorenaangaat.DeICTRoadmapvoorde

topsectorenvormtdebasisomdekomendejarendemogelijk-

hedenvanICTnogbetertebenuttendoorpubliek-private

samenwerking.IndezeseriebezoektI/OMagazinedetop-

sectorenenvraagtnaarhunplannen.Meerinformatieover

deICTRoadmap:www.ictonderzoek.net.

Rob van Leen: ‘Er is vanuit de wetenschap enorme behoefte aan grip op grote datastromen’

RobvanLeen,ChiefInnovationOfficerbijDSMenboegbeeldvandetopsectorLifeSciences&Health

Page 17: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

17 I/O Magazine / juni 2013

Big dataProf. dr. Barend Mons, onder andere wetenschappelijk directeur van het

Netherlands Bioinformatics Centre, noemt zonder na te denken ook het door

Van Leen aangekaarte probleem als dè uitdaging voor ICT binnen de Life

Sciences. ‘Waar het tien jaar geleden in deze sector nog het probleem was om

aan gegevens te komen, hebben we nu te maken met een overvloed aan data.

Sequencers ontrafelen genomen in een noodtempo, dat levert tsunami’s aan

data op. Je kunt de sector alleen vooruit helpen als je die data ook op een zinnige

manier kunt opslaan, analyseren en combineren met andere bekende gegevens.

En daar werken we hard aan.’

Binnen Mons’ werkterrein bioinformatica bestaat een aantal grote samen-

werkingsverbanden. Het NBIC is er een van, maar ook het eScience Center speelt

een belangrijke rol, zegt Mons. Een ander belangrijk opkomend orgaan is het

Data Integration and Stewardship Centre (DISC), een onderdeel van het Dutch

Techcentre for Life Sciences (DTL). ‘DTL is een van de initiatieven die we

ontplooien om voor de langere termijn financiële zekerheid te kunnen bieden

aan het onderzoek in onze sector’, legt Van Leen uit. Niet geheel toevallig is

Mons bij al deze initiatieven betrokken.

Al deze organisaties kijken verder dan de topsector Life Sciences & Health,

zegt Mons: ‘Binnen een topsector als Tuinbouw en uitgangsmaterialen heerst

hetzelfde probleem. De data die uit de Next Generation Sequencers komen

verdubbelen elke acht maanden. Dat gaat sneller dan de wet van Moore die de toename beschrijft van de

hoeveelheid informatie die je kwijt kunt op een chip. Daar zie je het probleem al opduiken: we kunnen al

die data nooit meer opslaan, laat staan dat we ze kunnen bewerken.’

Patronen ontdekkenNiet alleen de omvang, maar ook de complexiteit van data neemt toe, zegt Mons. ‘Je moet veel meer soorten

data gaan combineren om zinnige uitspraken te kunnen doen.’ Antwoorden op vragen als: waarom worden

mensen zo oud? of: hoe gedraagt een bepaalde tumor zich? vereisen data-associaties om patronen te

ontdekken. ‘We richten ons bijvoorbeeld op interoperabiliteit: bestanden moeten niet alleen met elkaar

kunnen praten, maar ook eenzelfde logische opbouw hebben. In feite is e-science, heel kort door de bocht,

het ontdekken van patronen in een bepaalde dataset in het licht van alle data en informatie die er al is’,

aldus Mons. Dat klinkt simpeler dan het is. Zoiets triviaals als een naam is op dit moment al niet standaard,

zegt hij. ‘Een gen kan in verschillende vakgebieden vijftien verschillende namen hebben. Hoe vind je dan

alle verwijzingen naar datzelfde gen?’

DISC gaat ijveren voor de invoering van een standaard manier van werken voor alle data-intensieve vak-

gebieden, zegt Mons. ‘We zetten in op interoperabiliteit, text mining, en reasoning via de Cloud. Bij dat laatste

zeggen met name zorgverleners dat dat niets voor hen is. Patiëntengegevens

zouden zich niet lenen voor uitwisseling via openbare netwerken. De uitdaging

van DISC is nu om te laten zien dat dit wel degelijk veilig kan en dat niet ieder

probleem uniek is. Bedrijven worstelen met diezelfde vraag: hoe kan ik gegevens

via een grid of de Cloud bewerken, zonder dat anderen ze kunnen inzien?’

Er is nog een wereld te winnen, zegt Mons. ‘Er gaapt een grote kloof tussen

disciplines. Neem de biologie en de ICT. Wetenschappelijke programmeurs

maken Ferrari’s. Die zijn heel snel. Maar je moet wel weten hoe je ze moet

besturen, en ze vereisen veel onderhoud. We hebben meer pragmatische

modellen nodig, die voor biologen makkelijk te gebruiken zijn.’

Hij verwacht op dit gebied veel van DISC. ‘Dat moet een federatief geheel

worden: we moeten niet allemaal meer dure apparaten kopen, maar sequencers

delen. DISC kan dan assistentie bieden met het opslaan van data, adviseren hoe

je er in silico reasoning mee kunt doen, of toegang regelen tot het grid voor inten-

sieve berekeningen.’ Als het aan Mons ligt, krijgt aandacht voor data een veel

prominentere rol in onderzoekstrajecten. ‘Liefst zitten we als DISC-experts al

bij het ontwerp van nieuwe onderzoeksprojecten aan tafel. Dan kunnen we de

onderzoekers laten uitleggen wat voor data ze verwachten, ze adviseren hoe ze

die dan het beste kunnen vormgeven zodat ze de gegevens later beter kunnen

correleren met bestaande data, en laten nadenken of er überhaupt voldoende

opslagcapaciteit is voor al die gegevens. Want als de analyse van data duizend

keer duurder wordt dan het produceren ervan, zijn we met al die nieuwe

apparatuur alsnog niks opgeschoten.’ I/O

ThetopsectorLifeSciences&Healthstrivesforhigh-quality

healthcareatlowcosts.Oneofthewaystoachievethis,

isbytreatingandmonitoringpatientsoutsideofhospitals.

ICTinfrastructureiscrucialforfuturecommunicationbetween

patientsandcaretakers.Privacyandsecurityarerequiredto

makethistransitionasuccessfulone.Furthermore,ICTalso

playsanimportantroleinthescientificresearchinthesector.

LifeSciencesresearchisverydataintensive.Thoroughdata

stewardshipprotocolsarecrucial.

Barend Mons: ‘Een gen kan in verschillende vakgebieden vijftien verschillende namen hebben’

BarendMons,onderanderewetenschappelijkdirecteurvanhetNetherlandsBioinformaticsCentre

Page 18: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

18 I/O Magazine / juni 2013Pasgepromoveerd

Uitgelicht

In October 2012, Nick Palmer defended his PhD thesis on the use of smartphones for disaster management. After nearly seven years in the Netherlands, he returned to California to work for a software consultancy fi rm cum venture capitalist, and recently accepted a position as VP of Technology at one of their startups, NewAer. Door Daphne Riksen

Why were you interested in smartphones?‘In 2008, when I started my PhD research, smartphones

were predicted to be the next wave. At the time, I was

finishing a Top Master’s Programme on parallel and

distributed computing at the VU with Professor Henri Bal.

He challenged me to find a reason to do distributed

computing on smartphones. So I read a lot and concluded

that smartphones could be useful in disaster situations,

where the infrastructure that connects them gets destroyed.

In that case, you could still use your phone to take pictures

and to collect all kinds of data, such as where people are

trapped. You could exchange your data in the field with

other people, using WiFi or Bluetooth. Multiple people

would ferry that data around, and the first person who

connects to a cell tower could offload the information to

the command and control center.’

In this scenario, what were the kinds of issues you were facing?‘One of the interesting problems is data management.

When a disaster hits, there is no centralised resource

available and you don’t know upfront what kind of data

you need to collect. With Katrina, for instance, it would

have been useful to know where people were stranded, so

busses could have picked them up. So you need a system

that allows you to construct a new collection of data on

your phone at runtime, which you can fill. I made an

implementation of such a database system for the Android

platform. Versioning is another typical problem, as is the

trustworthiness of the information. So you need

authentication as well. And last but not least, usability is

an issue. I did some usability tests and found my

implementation is both flexible and of high utility, but it

is not a simple tool. Further work is needed there.’

What was the importance of your work? ‘I think it was twofold. One is to point out to the disaster

management community that they need to pay more

attention to distributed computing. I visited several related

conferences and I noticed that most of the people in this

field think only of situations where the infrastructure is

still intact. Smartphones have a lot of potential to get the

right information in the right people’s hands, and to

facilitate disaster relief. The other aspect was to prove that

we could use these kinds of systems in novel ways. Because

of this, one of the committee members called my work

“proof by construction”.’

Why did you come to Amsterdam?‘I was not a typical PhD student. I was working in the

financial services industry and became interested in

distributed computing. When I was 29 I applied to various

universities for a Master’s study. I got accepted at the VU

and flew over for a visit. Subsequently, I first fell in love

with Amsterdam, and then with a lovely Italian girl, whom

I married three days after I got my PhD. She is a medical

researcher and got an offer at Stanford University she

couldn’t refuse. It was difficult for me to leave Amsterdam,

but in Silicon Valley it was easy for me to find a job.

I currently work for NewAer as VP of Technology on a

“Proximity Platform” for smartphones. I manage a team

and develop software myself.’ I/O

Did you recently defend your thesis and would you like

to appear on this page? Please mail a short description of

your research and its results to [email protected]

Using smartphones in disaster situations

Pasgepromoveerd

Who:NickPalmer(37yearsold)

Where:VU

When:October3,2012

Thesis:‘Smartphones:APlatformforDisasterManagement

Fundedby:VU

NickPalmerstudiedComputerEngineeringattheUniversityofArizonaand

receivedaMaster’sDegreeinParallelandDistributedComputingSystems

fromtheVU.

Page 19: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

19 I/O Magazine / juni 2013

SavetheDate:27en28novemberICT.OPEN2013ICT.OPEN2013,hétjaarlijksecongresoverICT-eninformatica-onderzoekinNederland,vindtditjaarplaatsop27en28novemberbijHotelVanderValkEindhoven.Noteerdezedatumalvastinuwagenda!ICT.OPENbiedtubijuitstekdegelegenheiduwonder-zoektepresenterenenuwervaringen,ideeënenvisietedelenmetcollega-onderzoekers.OokICT-onderzoekersuithetbedrijfslevenzijnvanhartewelkom.Meerinformatievolgtbinnenkort.

ImpulsvanEUR7,7miljoenvooronderzoektopsectorCreatieveindustrieHoekunjezonnepanelenenanderetechnologieverwerkenindraagbare,modieuzekleding?Watisdebetekenisvanovertuigendeverhalenvoordeontwikkelingvangames?Hoekunjereactiesvanouderetelevisiekijkersgebruikenompreciezerekennisoverhistorischbeeldmateriaalteontwikkelen?WetenschappersenprivateenpubliekepartijenbuigenzichsamenoverdezeenanderevragenbinnenhetnieuweonderzoeksprogrammaCreatieveindustrie.NWOenTNOinvesterenintotaalEUR7,7miljoeninditprogramma,dat21nieuwewetenschappelijkeonderzoekenoplevert(19NWO-projectenen2TNO-projecten)dieaansluitenbijhettopsectorenbeleidvanhetkabinet.Meerinformatie:www.nwo.nl/actueel/nieuws/2013/gw/impuls­van­77­miljoen­voor­onder­

zoek­binnen­topsector­creatieve­industrie.html

NWO-Vidi’stoegekendaanEW-enSTW-onderzoekersNWOheeft86wetenschappersmaximaalEUR800.000toegekendomeeneigenonderzoekslijnteontwikkeleneneenonderzoeks-groeptebouwen.ZijontvangeneenVidiuitdeVernieuwingsimpulsvanNWO.BinnenNWOExacteWetenschappenhebbenzevenjongeexactewetenschapperseenVidiontvangen.AchtVidi’sgaannaarwetenschappersdiehunonderzoekviaTechnologiestichtingSTWgaanuitvoeren.Deonderzoekerszijnvrijomhunonderzoeks-onderwerptekiezen.OpdezemanierstimuleertNWOnieuwsgie-righeidsgedrevenenvernieuwendonderzoek.DeonderwerpenwaardeVidi-laureatenonderzoeknaargaandoen,lopenuiteenvanderolvanbelangengroepeninpolitiekebesluitvormingtothetbiochemischontrafelenvandeziektevanParkinsonendeontwik-kelingvancomputersimulatiesombrandstoftehalenuithout.Meerinformatie:www.nwo.nl/actueel/nieuws/2013/ew/vidis­voor­acht­

exacte­toponderzoekers.html en www.stw.nl/nl/content/acht­stw­onder­

zoekers­ontvangen­een­nwo­vidi

Nieuwedatabase-architectuurOnderzoekersvanhetCWIontwikkeldeneennieuwedatabase-architectuurdiedemeestrelevantedatacontinudooreenringnet-werkvaneengrootaantalmachinesrondpompt.DezeexperimenteleDataCyclotron-architectuurissnellerenheefteenhogeredoor-voersnelheiddansystemendiedatavaneentraditioneelschijf-systeemlezenenschrijven.CWI-onderzoekerRómuloGonçalvespromoveerdeinmaartaandeUvAopzijnonderzoeknaarDataCyclotron.DemethodeismetnamegeschiktvoorBusinessAnalytics,dataminingenweb-logtracing.DeDataCyclotron-architectuurisontwikkeldopSciLens,eengrootschaligexperi-menteeldatabaseplatformdatsinds2011ophetCWIingebruikis.HetonderzoekisgedeeltelijkgefinancierddoorNWOenCOMMIT/.Meerinformatie:www.cwi.nl/research­groups/Database­

Architectures

Uitgelicht

SavetheDate:27en28november

Uitgelicht

SavetheDate:27en28novemberICT.OPEN2013

Uitgelicht

ICT.OPEN2013ICT.OPEN2013,hétjaarlijksecongresoverICT-eninformatica-

Uitgelicht

ICT.OPEN2013,hétjaarlijksecongresoverICT-eninformatica-onderzoekinNederland,vindtditjaarplaatsop27en28november

Uitgelicht

onderzoekinNederland,vindtditjaarplaatsop27en28novemberbijHotelVanderValkEindhoven.Noteerdezedatumalvastinuw

Uitgelicht

bijHotelVanderValkEindhoven.Noteerdezedatumalvastinuwagenda!ICT.OPENbiedtubijuitstekdegelegenheiduwonder-

Uitgelicht

agenda!ICT.OPENbiedtubijuitstekdegelegenheiduwonder-zoektepresenterenenuwervaringen,ideeënenvisietedelenmet

Uitgelicht

zoektepresenterenenuwervaringen,ideeënenvisietedelenmetcollega-onderzoekers.OokICT-onderzoekersuithetbedrijfsleven

Uitgelicht

collega-onderzoekers.OokICT-onderzoekersuithetbedrijfslevenzijnvanhartewelkom.Meerinformatievolgtbinnenkort.

Uitgelicht

zijnvanhartewelkom.Meerinformatievolgtbinnenkort.

ImpulsvanEUR7,7miljoenvooronderzoek

Uitgelicht

ImpulsvanEUR7,7miljoenvooronderzoektopsectorCreatieveindustrie

Uitgelicht

topsectorCreatieveindustrieHoekunjezonnepanelenenanderetechnologieverwerkenin

Uitgelicht

Hoekunjezonnepanelenenanderetechnologieverwerkenindraagbare,modieuzekleding?Watisdebetekenisvanovertuigende

Uitgelicht

draagbare,modieuzekleding?Watisdebetekenisvanovertuigendeverhalenvoordeontwikkelingvangames?Hoekunjereacties

Uitgelicht

verhalenvoordeontwikkelingvangames?Hoekunjereactiesvanouderetelevisiekijkersgebruikenompreciezerekennisover

Uitgelicht

vanouderetelevisiekijkersgebruikenompreciezerekennisoverhistorischbeeldmateriaalteontwikkelen?Wetenschappersen

Uitgelicht

historischbeeldmateriaalteontwikkelen?Wetenschappersenprivateenpubliekepartijenbuigenzichsamenoverdezeenandere

Uitgelicht

privateenpubliekepartijenbuigenzichsamenoverdezeenanderevragenbinnenhetnieuweonderzoeksprogrammaCreatieve

Uitgelicht

vragenbinnenhetnieuweonderzoeksprogrammaCreatieveindustrie.NWOenTNOinvesterenintotaalEUR7,7miljoenin

Uitgelicht

industrie.NWOenTNOinvesterenintotaalEUR7,7miljoeninditprogramma,dat21nieuwewetenschappelijkeonderzoeken

Uitgelicht

ditprogramma,dat21nieuwewetenschappelijkeonderzoekenoplevert(19NWO-projectenen2TNO-projecten)dieaansluiten

Uitgelicht

oplevert(19NWO-projectenen2TNO-projecten)dieaansluitenbijhettopsectorenbeleidvanhetkabinet.Meerinformatie:

Uitgelicht

bijhettopsectorenbeleidvanhetkabinet.Meerinformatie:www.nwo.nl/actueel/

Uitgelicht

www.nwo.nl/actueel/nieuws/2013/gw/impuls­van­77­miljoen­voor­onder­

Uitgelicht

nieuws/2013/gw/impuls­van­77­miljoen­voor­onder­

zoek­binnen­topsector

Uitgelicht

zoek­binnen­topsector

NWO-Vidi’stoegekendaanEW-en

Uitgelicht NWO-Vidi’stoegekendaanEW-en

STW-onderzoekers

Uitgelicht STW-onderzoekers

NWOheeft86wetenschappersmaximaalEUR800.000toegekend

Uitgelicht NWOheeft86wetenschappersmaximaalEUR800.000toegekend

omeeneigenonderzoekslijnteontwikkeleneneenonderzoeks-

Uitgelicht omeeneigenonderzoekslijnteontwikkeleneneenonderzoeks-

groeptebouwen.ZijontvangeneenVidiuitdeVernieuwingsimpuls

Uitgelicht groeptebouwen.ZijontvangeneenVidiuitdeVernieuwingsimpuls

vanNWO.BinnenNWOExacteWetenschappenhebbenzeven

Uitgelicht vanNWO.BinnenNWOExacteWetenschappenhebbenzeven

jongeexactewetenschapperseenVidiontvangen.AchtVidi’sgaan

Uitgelicht

jongeexactewetenschapperseenVidiontvangen.AchtVidi’sgaannaarwetenschappersdiehunonderzoekviaTechnologiestichting

Uitgelicht

naarwetenschappersdiehunonderzoekviaTechnologiestichting

Column

Column

Column

ColumnWeethetCBSdatICTbestaat?HetCBSverzameltenanalyseertbedrijfsgegevensopbasisvandeSBI–deStandaardBedrijvenIndeling.EenskijkenhoedeICTdaarinvoorkomt.

FoktUpaardenofezels?DanisSBI-code01.43vooru.Schapenofgeitenmisschien?DanzitubijSBI-code01.44prima.Iedereeconomischeactiviteitinditland–eninheelEuropa–wordtvoordestatistiekenvastgelegdviazogenaamdeSBI-codes,deStandaardBedrijvenIndeling.Diegeeftpreciesaanwatdeaardvandieactiviteitis.Nietonbelangrijk,wanteengrootdeelvanhetoverheidsbeleidisgebaseerdopCBS-cijfersdiedeSBIgebruiken.

WiehetspreadsheetmetdeSBI-codesbijhetCBSdownloadtenbekijkt(welgeteld1.896regels,endanzeuriknietoverdepakweg150blancoregels)begintvanzelftemijmerenbijomschrijvingenals:Wellness en overige dienstverlening; uitvaart­

branche. Maatschappelijke dienstverlening zonder overnachting.

Schrijven en overige scheppende kunst.Zeerdemoeitevananalysewaard!

MaarvandaagwilikstatistiekbedrijvenopdeSBI-codes.Welkewoordenzoudenhetmeestvoorkomenindezelijst?UdenktvastaanNederlandalslandvanhandelarenendomineesendatisinderdaadvoordehelftgoed:handel(216x)goed, religie(2x)fout.Totmijngenoegenstaatvervaardiging(302x)bovenaan.Naasthandeldrijvenmakenwedusooknogweleenswat.Opdederdeenvierdeplekstaanrespectievelijkwinkel(95x)endienst(80x).

LatenwenueensnaarwoordenzoekendiemetICTtemakenhebben:computer(16x),informatie(14x),Internet(9x),software(6x)enweb(3x).InformaticaendeinformatiemaatschappijzijnnogmaarnauwelijksontdektdoorhetCBS.Bovendienbleekalin2010uiteenstudievanDialogicdatvooralsoftware-gerelateerdeactiviteitennietgoedgerepresenteerdwordenindeSBI.Immers,bedrijvendiealshardwareleverancierteboekstaanhalenvaakhungrootsteomzetuitsoftware.

Doordezeomissieswordenerteweinigspecifiekegegevensverzameldenisbeterenmeergerichtbeleidnietteverwachten.Hetisdusdehoogstetijdomdehuidigelijst(diein2008voorhetlaatstisopgefrist)aanderealiteitvanvandaagenmorgenaantepassen.Datlijktmeeenstartpuntvoornieuwbeleiddatheteconomischeendaardoorookwetenschappelijkebelangvanonsvakgebiedonderkentenverderversterkt.

Kanhetnogerger?Jazeker!Inonzekennismaatschappijiskennis(0x)dehekkensluiterindeSBI.

Page 20: ICT-onderzoek · als hét aanspreekpunt voor ICT-onderzoek richting beleidsmakers, politiek, bedrijfsleven en andere ... biologen samen met chemici, informatici en wiskundigen om

20 I/O Magazine / juni 2013

Uitgelicht

Uitgelicht

ASCIAndrei Pruteanu (TU Delft, 29 mei 2013) Computing in Large-Scale Dynamic SystemsPromotor: prof.dr. K.G. Langendoen

Majid Nabi Najafabadi(TU/e, 19 juni 2013)Wireless Sensor Networks for Pervasive Health ApplicationsPromotor: prof.dr.ir. T. Basten

Trung Kien Dang (UvA, 31 mei 2013)Semi-Interactive Construction of 3D Event Logs for Scene InvestigationPromotor: prof.dr.ir. A.W.M. Smeulders

Stevan Rudinac (TU Delft, 6 mei 2013)Advancing the Relevance Criteria for Video Search and Visual SummarizationPromotoren: prof.dr. A. Hanjalic and prof.dr.ir. R.L. Lagendijk

Lejla Alic (EUR, 18 juni 2013)Tule: Quantifi cation of Tumour Heterogeneity in MRIPromotor: prof.dr. W.J. Niessen

IPAGerhard de Koning Gans (RUN, 11 april 2013)Outsmarting Smart CardsPromotor: prof.dr. B.P.F. Jacobs Co-promotor: dr. F.D. Garcia

Michaela Greiler (TU Delft, 22 april 2013)Test Suite Comprehension for Modular and Dynamic SystemsPromotor: prof.dr. A. van Deursen (TU Delft)

Sander van der Burg (TU Delft, 3 juni 2013)A Reference Architecture for Distributed Software DeploymentPromotor: prof.dr. A. van Deursen Co-promotor: dr. E. Visser

Martijn van den Heuvel (TU/e, 12 juni 2013)Composition and synchronization of real-time components upon one processorPromotor: prof.dr. J.J. Lukkien Co-promotor: dr.ir. R.J. Bril

John Businge (TU/e, 4 juli 2013)Co-evolution of the Eclipse Framework and its Third-party Plug-insPromotoren: prof.dr. M.G.J. van den Brand (TU/e) en prof.dr.ir. T.P. van der Weide (RUN)Co-promotor: dr. A. Serebrenik (TU/e)

Lionel Elie Mamane (RUN, 23 september 2013)Interactive mathematical documents: creation and presentationPromotor: prof.dr. J.H. Geuvers Co-promotor: dr. J.H. McKinna

UT/CTIT M. Zarifi Eslami (UT, 7 juni 2013)Service Tailoring: A Method and Tool for User-centric Creation of Integrated IT-based Homecare Services to Support Independent Living of ElderlyPromotor: prof.dr. R.J. Wieringa

CWIleidtEuropeesnetwerkvanimaging-specialistenCWIgaathetonderzoeksnetwerkEXTREMAleiden,datop16meiofficieelwerdgelanceerdmeteenkick-offbijeenkomstinBrussel.EXTREMArichtzichophetopzettenvaneeninterdisciplinaireonderzoeksgemeenschapophetgebiedvanimaging,bestaanduitzowelröntgenspecialistenalswiskundigen.ZijgaansamenwerkenaaneennieuwegeneratieimagingtechniekendieinnovatieinzowelwetenschapalsindustriëleR&Dmoetbrengen.CWI-onderzoekerJoostBatenburgisverkozenalsleidervanhetnetwerkvanonder-zoeksinstitutenuit17Europeselanden.BatenburgleidtophetCWIeenimaging-groepdieeengroteexpertiseheeftinhetontwikkelenvanalgoritmendiewordengebruiktdoorimaging-specialistenindemateriaal-enlevenswetenschappenenendemedischewetenschap.EXTREMAiseenCOSTAction-netwerk,eenEuropeesframeworkvoorwetenschappelijkeentechnologischesamenwerking.

InternationaleimpulsvooronderzoekersVijfNationaleOnderzoeks-enOnderwijsnetwerkenuit4verschil-lendelandenhebbendekrachtengebundeldinEnlightenYourResearchGlobal(EYR-Global).Dezewedstrijdnodigtonderzoekersuitvoorstellenintedienenwaarininternationalesamenwerkingwordtgestimuleerd.ZijkunnenviadezesamenwerkingprofiterenvanhoogwaardigeICT-faciliteiten,ondersteuningenadviesvandebetrokkenlanden.Onderzoekersuitallewetenschapsgebiedenzijnwelkom.BeginmeistarttedeinschrijvingvoordeeersteeditievandewedstrijdEYR-Global.Op24junimoetendeconceptvoor-stellenbinnenzijn.Meerinformatieoverdewedstrijdistevindenopwww.enlightenyourresearch.net.

CWI-cryptograafRonaldCramergekozentotKNAW-lidCryptograafRonaldCramer(CWI)isgekozentotlidvandeKoninklijkeNederlandseAkademievanWetenschappen(KNAW).NaastonderzoekerenleidervandeCryptologyonderzoeksgroepvanhetCWIisCramer(1968)alshoogleraarverbondenaanhetMathematischInstituutvandeUniversiteitLeiden.Cramerhoudtzichbezigmetcryptografie,metdewiskundevandedigitaleveiligheid,diebijvoorbeeldbelangrijkisvoorinternettransacties.HetCramer-ShoupcryptosysteemwaaroverhijsamenmetzijnAmerikaansecollegaVictorShouppubliceerdewasheteerstepraktischesysteemdatbestandistegenactieveaanvallen.Meerinformatie:www.knaw.nl/Pages/DEF/35/039.bGFuZz1OTA.html

Kalenderprof.dr. M.G.J. van den Brand (TU/e)

Kalenderprof.dr. M.G.J. van den Brand (TU/e) en prof.dr.ir. T.P. van der Weide (RUN)

Kalenderen prof.dr.ir. T.P. van der Weide (RUN)

User-centric Creation of Integrated IT-based

KalenderUser-centric Creation of Integrated IT-based Homecare Services to Support Independent

KalenderHomecare Services to Support Independent

IPN27 – 28 november 2013ICT.OPEN 2013Locatie: Hotel Van der Valk Eindhoven

Lorentz Center24 – 28 juni 2013 Workshop Operando Research in Catalysis (ORCA) Locatie: Oort-gebouw, Leiden

1 – 5 juli 2013Workshop Steps Towards a New Generation of Stellar ModelsLocatie: Oort-gebouw, Leiden

15 – 19 juli 2013 Workshop Language Interaction DesignLocatie: Snellius-gebouw, Leiden

22 – 26 juli 2013Workshop Sage Days: Algorithms in Arithmetic GeometryLocatie: Snellius-gebouw, Leiden

19 – 23 augustus 2013Workshop DFT-based Multilayer Methods for Nanoscale SystemsLocatie: Snellius-gebouw, Leiden

26 – 30 augustus 2013 Workshop Gossip and the Management of ReputationLocatie: Oort-gebouw, Leiden

2 – 6 september 2013 Workshop SIMCO: Set-Oriented and Indicator-Based Multi-Criteria OptimizationLocatie: Oort-gebouw, Leiden

9 – 13 september 2013Workshop Modelling Meets Infant Studies in Language AcquisitionLocatie: Oort-gebouw, Leiden

Mw. E.M. Alvarez(UT, 14 juni 2013)The Value of Customization: on Differentiation in Service LogisticsPromotor: prof.dr. W.H.M. Zijm

J.W. van ’t Klooster(UT, 28 juni 2013)User-Tailored E-Health ServicesPromotor: prof. dr.ir. H.J. Hermens

Mw. M. Mu (UT, 5 juli 2013)Texture representation for low-resolution palmprint recognitionPromotor: prof.dr.ir. C.H. SlumpCo-promotor: dr.ir. R.N.J. Veldhuis

G. Ongena(UT, 13 september 2013)The Development of Audiovisual Archive Services for Consumers: YOUTUBE and Beyond Promotor: prof.dr. J.A.G.M. van Dijk en prof. ir. E. HuizerCo-promotor: dr. L. van de Wijngaert

M. Burla (UT, 18 september 2013) Advanced Integrated Optical Beamforming Networks for Broadband Phased Array Antenna SystemsPromotor: Prof.dr.ir. W.C. van Etten

A. Zarghami(UT, 19 september 2013)Architectal Support for Dynamic Homecare Service Provisioning.Promotor: pProf.dr. R.J. Wieringa _____________________________________

NWO28 juni 2013CATCH meeting by COGITCHLocatie: Universiteitsmuseum, Utrecht

SIKS19 – 21 juni 2013Tilburg Gesture Research Meeting (TIGER 2013) http://tiger.uvt.nl/ U

itgelicht