Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

download Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

of 14

Transcript of Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

  • 7/25/2019 Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

    1/14

    ministerie van verkeer en waterstaat rijksdienst voor de ijsselmeerpolders

    rijp rapport

    Ri

  • 7/25/2019 Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

    2/14

    ministerie van verkeer en waterstaat rijksdienst voor de ijsselmeerpolders

    rijp rapportBIBLIOTHEEK

    RIJKSDIENST VOOR DEIJSSELi.iuERPOLDERS

    het reinigen van een muntvondst uit het scheepswrak

    79 in oostelijk flevoland

    door I

    van dijk

    1987 - 16 cbw

    rijp-rapporten zijn in principe interne commun ica t iemidde len

    hun inhoud varieert sterk en kan

    zowel betrekking hebben op een weergave van cijferreeksen, als op een discussi e vanonderzoeksresultaten

    Rii

    19073

    Ri

    postbus 6008200AP lelystad

    smedinghuiszuiderwagenplein2tel 03200) 99111telex 40115

  • 7/25/2019 Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

    3/14

    REFERAAT

    Het reinigen van eenmuntvondstuit het scheepswrak L 79 in

    Oostelijk Flevoland / door L. vanDijk; Rijksdienst voor de Ijssel

    meerpolders. - Lelystad : RIJP, 1987. - 10 p. : fig. ; 30 cm. -

    (RIJP rapport ; 1987-16Cbw)

    Lit.opg.

    Bij de reiniging van een muntvondst uit een scheepswrak is gebruik

    gemaakt van het verschil inuitzettingscoefficienttussen het metaal,

    waarvan demuntis gemaakt en de oxydelaag met verontreinigingen.

    Door verhitting is de oxydelaag van de munt gescheiden.

    Verkleuringen, ontstaan door verhitting, konden door middel van een

    nabehandeling worden verwijderd.

  • 7/25/2019 Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

    4/14

    INHOUD B i z

    1. SAMENVATTING 3

    2. INLEIDING 4

    3. SAMENSTELLING VAN DE MUNTVONDST 5

    4. BEHANDELING 7

    4.1. Proeven 74.2. Voorbehandeling 74.3. Nabehandelingkoperenmunten 84.4. Nabehandeling zilveren munten 8

    4.5. Behandeling van de andere zilveren voorwerpen

    en de bakenloodjes 9

    5. CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN 10

    6. LITERATUUR 11

    BIJLAGE 1. Figuur 1. Muntvondst voor behandeling

    Figuur 2. Muntvondst na behandeling

    1518/17-4-86/ak

  • 7/25/2019 Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

    5/14

    1. SAMENVATTING

    Tijdens een herverkenning van het scheepswrak op kavel L 79 in Ooste

    lijk Flevoland zijn een groot aantal munten van zilver en koper en en

    kele zilveren voorwerpen gevonden. Door de aanwezigheid van een dikke

    oxydelaag konden ze niet zonder schoonmaken wordengedetermineerd.De

    groenkleurige oxydelaag op de zilveren munten is zeer waarschijnlijk

    het gevolg van het hoge percentage koper in de munten(inde gebruiks-

    periode aangeduid met de benaming "zwartgeld").Het schip is in of

    kort na 1795 vergaan.

    Doordat de munten niet vooraf op materiaal konden worden gescheiden, is

    gezocht naar een methode, waarbij het zilver- en het kopergeld in een

    gezamenlijke voorbehandelingkon worden ontdaan van de oxydelaag.

    Door de reeds enkele jaren geleden ontwikkelde - en de sindsdien metsucces toegepaste -voorbehandelingsmethodevan sterk geoxydeerd giet-

    ijzer enigszins aan te passen, is een geschikte manier van reinigen ge

    vonden.

    Bij het verhitten tot ca. 550 C kon dankzij het verschil in uitzet-tingscoefficienthet oxyde van de munten worden "gelost". De vlekkerigeverkleuringen op de koperen munten en een op platina lijkend laagjeop de zilveren exemplaren, beide ontstaan door het verhitten, kondenmet rotyleen eenvoudig worden verwijderd. De koperen munten hebbenhierna nog een behandeling gehad om de "nieuwe" kleur te verwijderen.De zilveren munten moesten na het rotyleenbad nog worden nabehandeld met

    eenammonium-thiocyanaatoplossing.

    Het resultaat van de behandeling is goed. In vergelijkbare gevallen of

    bij anderenon-ferrometalenvoorwerpen is, mits de oxydelaag de voor

    werpen geheelomsluiten de nodige voorzichtigheid wordt betracht bij

    het opvoeren van de temperatuur, het verhitten als voorbehandeling aan

    te bevelen.

  • 7/25/2019 Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

    6/14

    2.INLEIDING

    In de provincie Flevoland wordt al enkele jaren gewerkt aan de (her)ver-

    kenning van ongeveer 100 scheepswrakken, die verspreid in de polders

    liggen.Doel van de verkenningen is het verkrijgen van een beter inzicht

    over toestand, kwaliteit,compleetheid,ouderdom, type en mogelijkhedenvanbescherming.In dit kader is in 1985 een verkenning uitgevoerd bij

    het wrak dat sinds 1959 bekend is op de kavel L 79 in Oostelijk Flevo

    land. De kavel is in gebruik bij de familie H.A. Leenstra.

    De verkenning is uitgevoerd door J. van der Land, R.Loos,H.J. Post en

    K.Vlierman,alien medewerkers van de onderafdeling Scheepsarcheologie

    van de Rijksdienst voor de Ijsselmeerpolders, in de periode 26 - 30

    September 1985.

    Bij de verkenning bleek het te gaan om een vrachtschip met de afmetingen

    van ongeveer 16,50 x 4,50m dat op een geringe diepte, 0,40mtot

    1,20m onder het maaiveld lag.

    Tijdens het graven van de drieproefsleuvenover de breedte van het

    schip,kwam een aantal bijzondere vondsten aan het licht. Een groot aan

    tal munten, 10 bakenloodjes, een zilveren horloge, een zilveren horloge-

    ketting, drie zilveren schoengespen en een aantal gebruiksvoorwerpen van

    aardewerk, hout en ijzer.

    Ue munten warenbedektmet een dikke oxydelaag, die was vermengd met kleien schelpdeeltjes. Hierdoor waren ze niet te

    determineren.

    Wel bestondhet vermoeden, dat er, ondanks de groene kleur van het oxyde, zowel koperen als zilveren munten waren. De andere zilveren voorwerpen hadden

    daarentegen, evenals een drieguldenstuk en de 10 bakenloodjes, vrijwelgeen oxydelaag.

    0m de munten te ontdoen van de oxydelaag is een aantal proeven gedaan.Ook is in de vakliteratuurgezochtnaar geschikte methoden. De in Nederland gebruikte methoden, die in de meeste gevallen zijn gebaseerd ophet gebruik van zuren, konden niet worden toegepast omdat de vondst nietvooraf kon worden gescheiden in koperen en zilveren munten. Bij een ge-zamenlijkebehandeling zou een galvanisatieproces teweeg worden gebrachttussen het zilver en het koper met als gevolg een neerslag van zilver-residu op de koperen exemplaren.

    Er is daarom gezocht naar een methode zonder bovengenoemde bezwaren. De

    ze is gevonden bij de reeds enkele jaren gevolgdevoorbehandelingsmethode

    van gietijzeren voorwerpen (Van Dijk,1986).Bij deze methode wordt ge

    bruik gemaakt van het verschil inuitzettingsco efficienttussen metaal

    en oxydelaag. Deze (aangepaste) methode blijkt ook zeer geschikt voor

    een verantwoorde behandeling van zwaar geoxydeerde voorwerpen van non-

    ferrometalen(waaronderedelmetaal).

    In het verslag wordt in het kort de muntvondst beschreven. Aan de hand

    van het jongste jaartal op een van de bakenloodjes kon devermoedelijke

    datum van ondergang van het schip worden vastgesteld.In:hoofdstuk 4

    worden de proeven genoemd en de voor- en nabehandeling beschreven. Het

    resultaat en de bevindingen komen in het laaste hoofdstuk aan bod.

  • 7/25/2019 Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

    7/14

    3. SAMENSTELLING VAN DE MUNTVONDST

    De muntvondst issamengestelduit 332 zilveren munten, 141 koperen

    munten en 10bakenloodjes,

    totaal 483 stuks. Het merendeel werd samen

    met de gespen in een "kluit"bijeengevonden bij het achterschip, enkelemuntjesen loodjes zijn verspreid aangetroffen. Het horloge en de

    horlogeketting kwamen uit het voorschip.

    De munten zijn verder te verdelen in:

    zilvergeld

    1 drieguldenstuk / 3,

    220schellingenof 6 stuiverstukken /66,

    1111 stuiverstukken / 5,50

    kopergeld

    141 duiten (1/8 stuiver) f 0,88totaal /75,38

    vuurgeld

    10 bakenloodjes

    De term zilvergeld zou eigenlijk alleen voor het drieguldenstuk mogen

    worden gebruikt. De schellingen en stuiverstukken hebben een veel lager

    zilvergehalte. In de gebruiksperiode werden ze wel aangeduid met "zwart

    geld" (Van Gelder enBoersma1967, 82).

    Deze munten werden met eenovermaataan koper geallieerd en blonken zo-

    langze nieuw waren.

    Voor deafleveringwerden ze namelijk geblancheerd.

    In het buitenland werd dit zilver, ter onderscheiding van echt zilver,

    wel aangeduid met de naam "biljoen" (Van Gelder en Boersma 1967, 82).

    De zilvergehaltes van demuntsoortenzijn volgens Van Gelder(1972,223,

    226,239):

    - drieguldenstuk 0,920

    - schellingen 0,500/0,583

    -stuivers 0 333/0 583

    De jaartallen op de munten lopen nogal uiteen. De oudste is geslagen in

    1581,terwijl de jongste uit 1788 dateert. Ondanks de lengte van de tus-

    senliggende periode is het samen voorkomen van deze jaartallen nietbijzonder.Alle gevonden munten zijn geldigbetaalmiddelgebleven tot

    1841-1848 (Van Gelder en Boersma 1967, 99).

    Het drieguldenstuk is in 1764 geslagen te Utrecht. De 220 schellingen

    komen uitKampen,Zwolle, Deventer, Groningen, Friesland en West-Fries-

    land.Niet alle exemplaren dragen een jaartal, de andere zijn geslagen

    tussen 1581 en 1629 of behoren tot het nieuwe type dat tussen 1671 en

    1694 is geslagen (Van Gelder 1972, 240). Een aantal was door het gebruik

    zo sterk gesleten dat er niets meer op was te lezen.

    Bij de111stuiverstukken, ook wel bezemstuivers genoemd, was een van

    het oude type, Friesland 1627. De andere komen uit Holland, Zeeland enWest-Friesland.Bij de stuivers uit Holland viel op dat er veel (20

    stuks) met het jaar 1738 waren. Dit is het jaar dat dit type voor het

    eerst is geslagen (Van Gelder 1972, 223).

    De jaartallen van de andere liggen tussen 1738 en 1788.

  • 7/25/2019 Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

    8/14

    De koperen duiten komen uit de provincies Holland enWest-Friesland.

    De Hollandse exemplaren zijn geslagen tussen 1739 en 1780. De Westfriese,

    waaronder twee stuks van de V.O.C., dateren tussen 1737 en 1750; 35stuks zijn niet meer te lezen en 6 exemplaren zijn nog niet schoonge

    maakt.

    De bakenloodjes zijnwaarschijnlijkde betalingsbewijzen die een schip

    per kreeg als hij het zogenaamde "vuurgeld" voor onderhoud van de vuur-

    bakens had voldaan (Reinders 1977, 5). De bekendste zijn de ronde exem

    plaren met het rondschrift "Suyderzeese Vuurbakens". Van dit type zijn

    in het schip op kavel L 79 vijf stuks gevonden. Naast dit opschrift

    voeren ze alle vijf deklopPP en de jaartallen 1786, 1787, 1788, 1789

    en 1790. Drie kleine ronde loodjes voerden de letters AK en de jaartal

    len 1790, 1794 en 1795, terwijl een vierkantexemplaarwas voorzien van

    de letters PL en 1795. Op een rechthoekig loodje, waarvan de hoeken waren afgeknipt, staat het wapen van Leiden en het jaartal 1790.

    Reinders(1977,5) schrijft dat deze bakenloodjes belangrijk zijn voor

    de datering van de ondergang van het schip. Het vuurgeld werd waar

    schijnlijk per jaarge'ind.

    De jongste munt is gedateerd 1788, het jongste

    jaartal op de bakenloodjes is 1795 en komt zelfs tweemaal voor. Voorlo

    pig mag worden aangenomen dat het schip in of kort na 1795 is vergaan.

    0m een indruk te krijgen over de waarde van de munten aan het einde van

    de 18e eeuw kan worden verwezen naar de muntvondst uit Hardenberg in

    1921.Van Gelder en Boersma(1967,82) schrijven bij de behandeling van

    deze vondst dat een bedrag van ongeveer/70, nauwelijks voldoende zal

    zijn geweest om een degelijk stel kleren voor man en vrouw aan te schaf-

    fen.

  • 7/25/2019 Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

    9/14

    4.BEHANDELING

    4.1. Proeven

    Door de zware oxydelaag op de munten (figuur 1) konden ze niet op mate

    riaal worden gesorteerd. Er is daarom gezocht naar een methode, waarbij

    de verschillendematerialensamen konden worden behandeld. Aan de hand

    van verschillende bestaande methoden zijn enkele proeven gedaan.

    Zuren

    De meest gebruikte methode is het schoonmaken van munten met zuren.

    Volgens De Graaf (1983) worden hiervoor gebruikt: azijnzuur, citroen-

    zuur, fosforzuur, zoutzuur, zwavelzuur en oxcaalzuur.

    Alle zuren hebben als nadeel dat de werking bij sterk aangetaste mate

    rialen snel kan gaan en dat het verloop van het proces onder een oxydelaag niet is te volgen. Bovendien is, zoals in dit geval, de dikke en

    harde oxydelaag nauwelijks met zuren op te lossen. Een ander ongewenst

    effect bij het noodgedwongen samen reinigen van zilveren en koperen

    voorwerpen is het door galvanischestroomneerslaan van zilver op het

    koper, wat achteraf moeilijk is te verwijderen. Een behandeling met een

    zuur was dus niet geschikt.

    Stralen

    Het stralen met bijvoorbeeld glasparel kon niet worden toegepast omdat

    de oxydelaag bestond uit kopriet en verontreinigingen zoals zand, klei

    en schelpengruis. Desamengekoektekorst was zo hard, dat er teveel

    druk gebruikt zou moeten worden om dit te kunnen verwijderen. Daarnaastis het risico dat de inslag van hetstraalmiddelzichtbaar zou zijn op

    het metaal erg groot. De afmetingen van de stuiverstukken zijn bovendien

    zo gering dat ze moeilijk te hanteren zijn in de straalcabine.

    Mechanisch reinigen

    Mechanisch schoonmaken met behulp van roterendeslijp-en/of polijst-

    schijfjeszou erg veel tijd kosten en laat altijd sporen na op het ma

    teriaal.

    Verhitten

    De behandeling waarbij door verhitting gebruik wordt gemaakt van het

    verschil inuitzettingscoefficientvan materialen en die wordt toegepast bij deontmantelingvan geoxydeerde gietijzeren voorwerpen, leek

    het meest geschikt als voorbehandeling. Voor de nabehandeling is ge

    bruik gemaakt van zuren en baden met een basischmileu.

    4.2. Voorbehandeling

    De ervaring bij het verhitten van vaak zwaar geoxydeerde gietijzeren

    voorwerpen heeft geleerd dat pas bij ongeveer 700 C een situatieont

    staat waarbij de oxydelaag loslaat van het metaal. Om ook de meestal

    aanwezige zouten te verwijderen, wordt de temperatuur opgevoerd tot on

    geveer 800 C (Van Dijk1986).

    Door het ontbreken van kennis over de legering van de zilveren munten

    en het feit dat de zilveren munten niet van de koperen konden worden on

    derscheiden was verhitting tot 700 C een te groot risico. 0m deze reden

  • 7/25/2019 Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

    10/14

    zijn met een aantal munten trapsgewijs oplopendetemperatuurproevenuit

    gevoerd om vast te stellen tot welke temperatuur zonder risico kan wor

    den verhit en wanneer er sprake is van het loslaten van de oxydelaag.

    Begonnen is bij ongeveer 250 C en vervolgens telkens ongeveer 25 hoger.

    Rond 500 C begonnen de proeven resultaat op te leveren. Bij 550 Cliet

    de oxydelaag los. Om elk risico van scheur- ofcraquelevorming(zoals

    bij gietijzer gemakkelijk ontstaat) te voorkomen, werd na het bereiken

    van de gewenste temperatuur de oven langzaam afgekoeld. Tijdens het ge

    hele proces van verhitten en daarna afkoelenblijftde oven gesloten.

    Hierna kan de oxydelaag eenvoudig met perslucht (ongeveer 3 bar over

    druk) worden verwijderd. Hetmuntoppervlakwordt bij deze methode niet

    beschadigd.

    Na deze behandeling zijn de munten redelijk schoon. De koperen munten

    hebben echter door het verhitten grillige verkleuringen opgelopen, ter

    wijl op de zilveren exemplaren een op patina lijkend dun laagje is

    achtergebleven. Een nabehandeling is daarom noodzakelijk.

    4.3. Nabehandeling koperen munten

    De blauwgroene en vlekkerige verkleuringen op de koperen munten kunnen

    eenvoudig en snel worden verwijderd. Bij deonderafdelingScheepsarcheo-

    logiewordt voor het schoonmaken van o.a.edelmetalenRotyleen gebruikt.

    Door demuntjesmet een pincet gedurende ongeveer twee seconden in een

    100%oplossing onder tedompelenverdwijnen alle verkleuringen. Vervol

    gens worden de munten in gedestilleerd water nagespoeld en gedroogd. De

    munten zijn nu geheel schoon, maar hebben een erg "nieuwe" kleur. Door

    de munten vervolgens te roken inammoniadampis een op patina lijkende

    kleur verkregen, die tevens een conserverende werking heeft (Von Woyski

    1976,75).

    4.4. Nabehandeling zilveren munten

    Het op eenblauwpatina lijkend laagje op de zilveren munten dat door

    het verhitten is ontstaan kon ook worden verwijderd met Rotyleen. Omdat

    het niet zo snel kon worden verwijderd als de verkleuringen op de koperenexemplaren zijn telkens ongeveer 10-15muntjesin een bad van 50% Roty

    leen (en gedestilleerd water) gelegd gedurende 10-15 minuten. De 50%

    Rotyleen is gekozen om risico van beschadiging tijdens het verhoudings-

    gewijs lange proces te verkleinen.

    De behandeling met Rotyleen heeft tot gevolg dat op de munten een zilver-

    oxydeslib neerslaat. Dit sliblaagje is verwijderd door elkmuntjegedu

    rende 0,5-1 minuutmet een Ultrasoon handpistool in een 60%ammonium-

    thiocyanaat-oplossing (Durand 1980, 35) te behandelen. Vervolgens zijn

    de munten gespoeld en gedroogd.

    urn netonaantrekKelijkematteuiterlijkvan de munten te verbeteren zijnze licht opgewreven met een speciaal geprepareerd doekje voor zilver.Doordat deze behandeling nog niet eerder in Ketelhaven is toegepast, iseen eventuele eindbehandeling als bijvoorbeeld lakken (Van den Hoek 1986,23) niet uitgevoerd.

  • 7/25/2019 Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

    11/14

    4.5. Behandeling van de andere zilveren voorwerpen en de bakenloodjes

    Het drieguldenstuk, de gespen, het horloge en de horlogeketting en debakenloodjes waren goeddetermineerbaarte voorschijn gekomen en had

    den slechts een dunne enegaleoxydelaag. Om die reden zijn ze geschei

    den gehouden van de munten en apart behandeld. De zilveren voorwerpen

    zijn via een combinatie van zuurbaden en stralen gereinigd. In een

    rapport over het horloge, de ketting en de gespen zal de behandeling

    uitvoeriger worden beschreven.

    Opmerkelijkwas de kwaliteit (mate van corrosie) van de bakenloodjes.

    Ze waren veel beter bewaard gebleven dan de zilveren en koperen munten.

    De dunne grijze oxydelaag is verwijderd door ze te stralen met glaspa-

    rel(70 - 110mm).

    De handeling is uitgevoerd met een overdruk van 1 barwaarbij het straalpistool zodanig werd gericht dat er geen inslag mo

    gelijk is, een zachte en enigszins indirecte "regen". Een nabehandeling

    was niet nodig.

  • 7/25/2019 Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

    12/14

    5. CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN

    Het resultaat van de behandeling kan als zeer bevredigend wordenom-

    schreven (figuur2).Alle munten, voor zover niet versleten door ge

    bruik, kunnen wordengedetermineerd.De nog leesbare jaartallen gevenaan dat de verschillende munten geslagen zijn tussen 1581 en 1788, ter

    wijl het jongste (1795) van een opvolgende reeks jaartallen op de baken

    loodjes een (voorlopige) datering geeft voor het jaar, waarin de munt

    vondst verloren is gegaan. Het is niet uitgesloten, dat tijdens de op

    graving van het schip nog enkelemuntjesof bakenloodjes worden gevon

    den.

    Het verwijderen van een dikke en harde oxydelaag, die bij de zilveren

    munten een gevolg is van deovermaataan koper, blijkt uitstekend en

    zonder schade te kunnen gebeuren door gebruik te maken van het

    verschil inuitzettings-coefficientvan oxydelaag en metaal. Deze doorverhitting verkregenlossingsmethodeis dus niet alleen toepasbaar voor

    (giet)ijzer, maar is ook, aangepast in temperatuur, te gebruiken bij

    non-ferrometalen.

    Het verdient aanbeveling bij het verhitten van een grote muntvondst niet

    alles tegelijk in de oven te doen, maar dit in kleine porties te verde

    len.Een technische storing kan algeheel verlies tot gevolg hebben.

    Bij de nabehandeling van de munten is gebruik gemaakt van Rotyleen. Dit

    schoonmaakmiddelbevat vermoedelijk excaalzuur (fabrikanten zijn meestal

    niet bereid de samenstelling van hun produkt tevermelden).

    Oxcaalzuur isgiftigen kan worden opgenomen door de huid.Beschermendekleding en handschoenen en toepassing in een zuurkast is aan te bevelen.

    Het bad, waarin de munten worden gereinigd moet ten minste worden ver-

    verst als wordt overgegaan naar een ander materiaal om risico van neer-

    slaanvan bijvoorbeeld zilvernitraat op koper te voorkomen. Het ver-

    versen van het bad na reiniging van enkele tientallen munten is zeker

    aan te raden.

    10

  • 7/25/2019 Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

    13/14

    6. LITERATUUR

    Dijk, L. van, 1986 - Methode voor conservering en restaura

    tie vangietijzer.( invoorbereiding).

    Durand, H., 1980 - Restaurierung von byzantinischen Silber.

    Arbeitsblatter Heft 1, Gruppe 3, Silber

    34-40.Mainz.

    Gelder,H.E. van,

    en J.S. Boersma 1967

    Gelder,H.E. van 1972

    Graaf,R.W.M. de, 1983

    Hoek, C. van den,

    en L. Pot 1986

    Munten inmuntvondsten.

    Bussum.

    De Nederlandse munten.Utrecht/Antwerpen.

    Het reinigen van munten en penningen.

    Den Haag.

    Hebben is hebben, maar behouden is dekunst.Een handleiding voor het conser-veren van kostbare munten en penningen.Muntkoerier, 15, 3, 22-23.

    Reinders,H.R., 1977 - Muntvondsten in scheepswrakken.

    RlJP-rapport, 34 Abw. Lelystad.

    Woyski,

    K. von, 1976 - Bronzekonservierung und restauriering

    amDeutschemArchaologischen Institut

    in Griechenland. Arbeitsblatter Heft 1,

    Gruppe 2, Bronz-75-76. Mainz.

    11

  • 7/25/2019 Het Reinigen Van Een Muntvondst Uit Het Scheepswrak l in Oostelijk Flevoland 2

    14/14

    Bijlage 1

    t fe*

    c^rt-H

    ^ i

    --..-SBrtrt *

    ^^^T ^r tH BH i r

    Figuur 1.Muntvondst voor behandeling

    Figuur 2. Muntvondst na behandeling