Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val....

267
Het geslacht Planckaert. 1

Transcript of Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val....

Page 1: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Het geslacht Planckaert.

1

Page 2: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

2

Page 3: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Inhoud

Het geslacht Planckaert De eer van een renner De nacht van Toulon De wet aan de topGeven en nemenDe keiharde wereld op wielen Het WK- syndroom

3

Page 4: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

De volgende generatie

4

Page 5: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Het geslacht Planckaert.

Die dag kwam de melkboer niet. Hij had het nieuws al gehoord. Het

was een van die dagen dat de Planckaerts straalden van geluk, want

5

Page 6: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Willy had weer eens een koers gewonnen. Maar toen we na de

wedstrijd naar huis reden gebeurde er iets vreselijks. Willy had het

veertien dagen eerder nog gezegd: ‘Pa, ge gaat u nog verongelukken

met die auto.’ Het was een tweedehandswagen, een Vauxhall. Willy

had die auto grondig getest en was er niks gerust in. Het ding was

absoluut niet baanvast, er was iets fout met het stuur. Maar vader

zei dat we hem met rust moesten laten, dat hij wel wist hoe hij met

een auto moest rijden. ‘Alleen slechte chauffeurs krijgen een

ongeval,’ zei hij.

Ik zat samen met mijn zus Vera op de achterbank. Vader reed en

moeder zat naast hem. Het begon met een onschuldig

inhaalmanoeuvre op de smalle weg langs de vaart naar

Kruishoutem. Vader voelde dat hij niet op tijd langs zou kunnen

komen en wilde vertragen, maar de chauffeur naast ons remde ook

af. We konden niet meer naar links of naar recht uitwijken en

bàm! : een frontale botsing op het linkervlak. De ravage was

verschrikkelijk. Toen ik om mij heen keek, werd ik verpletterd door

een gevoel van afschuw. Ikzelf kwam er vanaf met een hoofdwond

en mijn zus Vera had alleen een buil, zo groot als een kippenei.

Maar toen ik uitstapte en vooraan in de auto ging kijken, deinsde ik

achteruit. Het was alsof ik een stukje van de hel had gezien.

Moeders gezicht was ingedrukt en het bloed stroomde uit

verscheidene hoofdwonden. Ik liep naar de kant waar vader zat en

6

Page 7: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

ook dat beeld zal ik nooit meer kunnen vergeten. Hij was

bewusteloos, zijn hoofd lag op het stuur en ook bij hem zag ik

alleen maar bloed. Ondertussen kwam moeder bij bewustzijn. Ze

voelde geen pijn en ze was ervan overtuigd dat ze niks had. Maar

toen ze wilde uitstappen, viel ze meteen op de straatstenen. Haar

heup was versplinterd. In de auto die we hadden aangereden, zaten

twee meisjes. Ook voor hen was de klap verschrikkelijk geweest.

Ook daar zag ik alleen maar bloed en ellende. Eén van de meisjes

was op slag dood.

Het ene moment zit je gelukkig in de auto te lachen en het andere

moment is er overal gekerm en ellende en bloed. Je kunt je niets

wreders voorstellen dan een auto-ongeluk. Niets komt zo

onverwacht als dat. Alles wat kostbaar en normaal is, valt in één

seconde weg. Ouders zijn alles voor een kind: je thuis, je eten, je

nest en je veiligheid. Als die ouders dan bloedend voor je ogen

neervallen, is er niets meer dan angst. Ik wist niet wat ik moest

doen, ik was totaal hulpeloos en in mijn radeloosheid schreeuwde

ik: ‘Willy! Willy!’ En als bij mirakel kwam hij eraan. ‘ Kom hier,

ventje,’ zei hij. En hij droeg me - ik was een peuter van vijf - van de

onheilsplaats weg. Mijn zus Vera had zich met haar fijne handjes

vastgeklemd aan zijn broek en strompelde mee. Ik zag dikke tranen

over haar gezicht stromen. ‘ Het ziet er erger uit dan het is,’ zei

Willy om ons wat te troosten. En ik herinner me dat het hielp. De

7

Page 8: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

angstpijn in mijn borst was er niet door verdwenen, maar ik was er

toch een beetje geruster op.

Ik zal u eerlijk alles over mijn familie vertellen. Over goed en

kwaad. De Planckaerts hebben de grootste momenten meegemaakt,

maar ook heel slechte- ik heb jarenlang gedacht dat onze familie

verdoemd was. Ik wil zeker niks verzwijgen en ik zal dus ook over

onze slechte kanten spreken. Maar mijn moeder heeft geen slechte

kanten. Moeder Gusta is vriendelijk, katholiek en ze werkt keihard.

En over Willy, de spurter, kan ik ook geen kwaad woord zeggen,

want die heeft de Planckaerts uit de miserie gehaald. Ik zal ook veel

goeds vertellen over mijn oudste zus Anita, die een tweede moeder

voor mij was. En over Walter, de sterke, die zijn leven zou geven

voor de Planckaerts. En ik zal u vertellen over mijn jongste zus

Vera, de schoonheidskoningin, die altijd mijn beste maatje was. En

over mij, de kleine, de jongste telg van de familie, de deugniet mag

u ook alles weten.

Om de ‘strijd van de Planckaerts tegen de rest van de wereld’

duidelijk te illustreren, zal ik meteen het verhaal doen van de

wreedste koers die we ooit hebben gereden: ‘ De Omloop Het Volk

van 1984. Het regende en het hagelde, het vroor en het was de hele

dag donker. Een nijdige noordoostelijke wind geselde het peloton.

En nog voordat het startschot werd gelost, zag ik tientallen renners

8

Page 9: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

al terugkeren naar hun hotel. Zij die wel van start gingen droegen

beenstukken, overschoenen, wollen handschoenen, twee koerstruien

plus een dikke thermo-vest. Alleen de allersterksten waren van plan

om de aankomst te halen. Na zestig kilometer waren er van de

tweehonderd vertrekkers nog maar vijftig over, Marc Demeyer,

Michel Pollentier, Francesco Moser, Bernard Hinault en nog wat

andere moedige kerels. Onze Walter was er ook bij. En ik zat in

Walters wiel. We hadden iets te bewijzen.

Sportdirecteur Berten de Kimpe had het jaar daarvoor het hele

peloton tegen ons opgestookt. De Planckaerts waren geen serieuze

coureurs, volgens De Kimpe. We waren bon-vivants, plantrekkers.

We hadden zelfs anonieme brieven gekregen. De Kimpe was

verschrikkelijk nijdig omdat Walter en ik waren overgestapt naar de

ploeg van Peter Post. En De Kimpe wist het: dat jaar zou de ploeg

alles winnen. Zoals dat zo vaak gebeurt in de Lentekoers, reden we

in waaiers Walter in ik zaten vooraan en behalve de grote

favorieten, zag ik ook enkele renners van De Kimpe. Vanuit de

volgwagen hoorde ik hem enkele keren roepen: ‘Er moet vandaag

worden gewonnen!’ Ik dacht: over mijn lijk! En Walter moet

hetzelfde idee hebben gehad. Hij knikte met zijn hoofd, zo van ‘

Dat zullen we nog wel eens zien.’ Hij had er zin in. Het was weer

voor sterke coureurs. En Walter is de sterkste mens van Vlaanderen.

9

Page 10: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Op honderd kilometer van de meet, in de afdaling van de

Valkenberg, op een klein weggetje richting Brakel, demarreerde

Walter. Ik zag dat hij het meende. Eerst nam hij een felle sprong

van vijftig meter. Dan een tweede ruk naar honderd meter. Daarna,

zonder op adem te komen, pakte hij de onderkant van zijn stuur vast

en demarreerde een derde keer.

Er was maar één andere coureur mee: Ludo Peeters. De rest van de

groep bleef verkleumd zitten. Iemand riep: ‘Saluut en de wind

vanachter!’ Maar niemand lachte. In ons groepje zaten zes

ploegmaats van Panasonic om af te stoppen. Rooks, Vanderaerden,

Anderson, Lammertink, Oosterbosch, en ik. Het was in orde. Maar

toen demarreerde de Waal Jean-Luc Vandenbroucke, in zijn

typische stijl: zijn kont hoog boven het zadel en zijn hoofd heen en

weer schuddend over zijn stuur. Hij pakte vijftig meter. Ik bleef

zitten. Zestig meter. De andere Panasonics bleven ook zitten.

Tachtig meter. Godverdomme! Honderd meter. Niemand bewoog.

Honderdtwintig meter! Ik sprong en ik spurtte in één ruk naar

Vandenbroucke. Hij keek niet om; hij wist dat ik het was. En met

mijn broer voorop zou ik geen meter kop doen. Ook dat wist hij.

Maar hij ging door en we pikten aan bij de twee vluchters.

Negentig kilometer voor de meet waren we met vier man voorop:

Peeters, Vandenbroucke, Walter en ik. Walter kwam naast mij

rijden en wreef met zijn grote handen mijn rug warm. ‘ Hoe gaat

10

Page 11: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

het?’ Ik zei dat het goed ging. ‘ Dan gaat gij vandaag uw eerste

grote koers winnen,’ zei Walter. Hij is negen jaar ouder dan ik en

heeft me altijd een beetje vaderlijk behandeld. Dus zei ik: ‘Ja, ja,

we zien wel.’ Maar hij méénde het. ‘Kom, kleine, pak mijn wiel, we

zijn vertrokken,’ zei hij. En hij dééd het. Negentig kilometer lang

heeft hij aan de leiding gereden. Als ik even wilde overnemen,

duwde hij me bruusk weg. Hij zei dat hij me in de gracht zou rijden

als ik ook maar één keer aan de leiding kwam. ‘ Spaar uw krachten

voor de spurt,’ riep hij.

Zonder om te kijken en zonder één keer om hulp te vragen, stormde

hij over een loodzwaar parcours -dat van de Ronde van Vlaanderen-

naar Gent. Peter Post kwam zo nu en dan met de volgwagen naast

hem rijden ‘ Pas maar op voor Peeters,’ riep Post. Walter kreeg

bijna een hartaanval van woede. ‘ Peeters kan nog geen hondenkar

kloppen in de spurt! Hoe zou hij dan de kleine kunnen verslaan,

verdorie?’ schreeuwde Walter terug. En met de motard van de

BRT- televisie naast zich, spurtte hij verder. Hij was twee uur lang

in beeld; de andere renners waren te ver achter en dus onbereikbaar

voor de mobiele t.v.- camera. In één koers had Walter de ploeg

genoeg t.v.-reclame bezorgd voor een heel jaar. En aan de

eindstreep hadden we dertien minuten voorsprong. Dertien! Het

peloton, amper nog een twintigtal renners met al de besten daarin,

hoefde de plaatselijke ronde niet eens meer af te leggen, omdat wij

11

Page 12: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

al minutenlang waren aangekomen. Op tweehonderd meter van de

meet reed Walter nog altijd aan de leiding, Peeters en

Vandenbroucke, die hij murw had gereden, konden met moeite in

zijn wiel blijven. Op honderdvijftig meter van de meet, - ik zag zijn

schoonbroer Carlos al juichend naast de tribunes staan, - draaide

Walter zich om. Zijn rechterhand liet zijn stuurstang los en hij

wenkte: ‘Allez, kleine, wint!’ Ik sprong vooruit en won. Mijn eerste

grote overwinning bij de profs was binnen. Walter werd vierde.

Toen ik hem tijdens de huldiging de bloemen wilde geven, huilde

hij van geluk, maar hij weigerde de bloemenkrans te aanvaarden. ‘

Gij hebt gewonnen; het zijn uw bloemen,’ zei hij.

De knecht wordt meester

Vroeger deden ze in het peloton alles en nog wat om te kunnen

lachen. Gerben Karstens heeft ooit een keer, rijdend, zijn gevoeg

gedaan in het publiek. Zulke dingen, daar werd om gegierd. Maar

tegenwoordig mag het niet meer. Wie nu hetzelfde zou doen als

Karstens twintig jaar geleden, wordt uit de koers genomen. Het

enige wat nog net kan, is hoeden pakken. Wie de meeste hoeden

van de toeschouwers pakt, heeft gewonnen. Patrick Versluys wilde

zelfs ooit een fototoestel meegrabbelen, maar er hing een vent aan

dat ding.

12

Page 13: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Mijn broer Willy was ook een grappen maker. Die nam een minuut

voorsprong en ging zich dan verstoppen achter een haag, tot het

peloton voorbij raasde. Nu moet je dat niet meer proberen. In de

laatste ronde van België werd ik bijna geschorst! Een coureur van

Walter Godefroot droeg de leiderstrui en dat beviel me niet.

Godefroot houdt niet van mijn broer Willy - dat is een oude vete- en

dus hou ik niet van Godefroot. Ik dacht: ik ga hem bij zijn radijzen

hebben, en ik demarreerde meteen na de start. Na tien kilometer lag

ik twee minuten voorop. Pas toen begon mijn voorsprong te slinken,

een bewijs dat ze bang werden en achter mij aan begonnen te jagen.

Ik stapte af en verstopte me achter een boom. Twee minuten later

kwam het peloton razend snel voorbijgestoven met alle lotto’s van

Godefroot op kop. Ik pikte achteraan aan, ging naast de wagen van

Godefroot rijden en vroeg achter wie er zo snel werd gereden. Hij

kon nauwelijks antwoorden. Zo boos was hij!

In het peloton is er geen plaats voor vriendschap. Iedereen is er

concurrent van iedereen. Want als de één wint, verliest de ander. Zo

simpel is het. Zeker als je een rol wilt spelen in massaspurten, maak

je vijanden. In een groepsspurt moet je véchten voor je plaatsje in

de eerste rij. De ploegmaats van je concurrent proberen je

voortdurend in het valies te zetten. Als Walter de spurt voor mij

aantrok, gaf hij me honderd meter voor de streep een klein gaatje

13

Page 14: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

aan de kant uit de wind. Ik wipte daardoor en als de man in mijn

wiel volgde, deed Walter de deur dicht: kwak! Die kerel zag ik de

eerste tijd niet meer terug.

De laatste 500 meter zitten we altijd met dezelfde mannen te

wringen. Als je dat zou kunnen filmen met een cameraatje op het

stuur, zou je ervan schrikken hoeveel handjes er van het ene stuur

afgaan om aan het andere te rusten. Gevaarlijk! Maar een coureur

moet hard zijn. Jammer, want ik heb vrienden nodig om tegen te

praten. Als ik te veel dingen moet inslikken, begin ik te piekeren.

Eddy de eeuwige grappenmaker schrijven sommige journalisten.

Maar eeuwig is lang en ik ben tegelijk ook een piekeraar. Ik weet

het, ik zou een zorgeloos man moeten zijn. Ik ben dertig, ik ben

gezond, ik heb wat geld... Ik hoef niet te piekeren. Ik heb ook een

goeie familie, een knappe vrouw en we hebben samen een zoon en

een dochter. Ik bezit alles wat een mens kan hebben. Behalve één

iemand. Die ene persoon heb ik maar heel even gehad. Die is er niet

meer. Die is dood.

Ik lijk op hem zeggen ze. Twintig jaar na zijn dood staat hij nog

altijd bekend om zijn goocheltrucjes, om zijn stunts op de motor en

om zijn fantastische grappen. Ik wil niet flauw doen, maar op mijn

dertigste mis ik mijn vader méér dan in mijn kindertijd. Vader was

de eerste wielrenner in de familie. Hij was gelijk ook de slechtste.

14

Page 15: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Zijn beste prestatie was een derde prijs in een koers met maar drie

deelnemers. Echt gebeurt! En in een van zijn volgende koersen, de

Ereprijs Groene Leeuw, is hij zwaar gevallen. Een half uur na die

val gonsde in de dorpen rond Nevele van het gerucht dat hij dood

was. Zijn moeder, een temperamentvolle schone, heeft na die

valpartij vaders koersfiets kapotgeslagen met een voorhamer. Dat

betekende het absolute einde van Gaston Planckaerts wielercarrière.

Maar vader Planckaert was sterker dan zijn schrale palmares laat

vermoeden. In zijn enorme handen had hij de kracht van twee

mannen. Als kleuter keek ik vol ontzag naar zijn armen, die één en

al spieren waren. Ooit heeft hij bewezen dat hij sterker was dan een

volwassen koe. Een van zijn melkkoeien had hem uit zijn

evenwicht gebracht en hem aan het touw over het erf gesleept. En

dat onder de ogen van moeder! Haar goedgemeende, spottende lach

gaf vader de kracht van een rinoceros. Hij stond op, ging in het

woonhuis zijn zondagse pak aantrekken, stapte naar de stal, pakte

de koe bij haar horens en wrong het gigantische beest op haar rug.

Geen mens heeft hem dat ooit nagedaan. Misschien zou mijn broer

Walter het kunnen. Die is ook zo sterk als een nijlpaard, maar

Walter heeft het nooit met een koe geprobeerd. Met alle andere

vrouwelijke wezens wel, denk ik.

Van Walter wordt gezegd dat hij niet zo goed kon spurten als Willy

en ik. Maar Walter heeft alle snelle mannen geklopt. Vooral na een

15

Page 16: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

lastige koers, als het een beetje bergop ging, was hij onklopbaar. Ik

kan daar een voorbeeld van geven. In de eerste helft van zijn

carrière reed Walter onvoorwaardelijk in dienst van Frans

Verbeeck, de fietsende melkboer. Walter was knecht en knechten

mochten of wilden niet winnen. Het was in de eerste rit van

Tirreno-Adriatico in 1975. Een etappe met twee cols en het laatste

rechte stuk naar de aankomst liep vrij steil omhoog. Er zou voor de

overwinning worden gespurt door een kopgroep van vijf man:

Moser, Bitossi, De Vlaeminck, Verbeeck en onze Walter. Bitossi

demarreerde op een kilometer van de meet, dat was zijn specialiteit.

Walter, met de kopman Verbeeck in het wiel, ging Bitossi halen.

Maar in plaats van de Italiaan meteen te pakken, bleef hij op een

twintigtal meters hangen. Pas op vierhonderd meter dichtte hij het

gat. Verbeeck zat op een troon! ‘Kom Frans, erop en erover!’, riep

Walter. Maar Verbeeck kwam niet. En de anderen kwamen ook

niet; ze raakten Walter niet voorbij! En boos, allemaal waren ze

boos! Verbeeck had moeten winnen... Na de ceremonieprotocollaire

en de dopingcontrole was iedereen weg. Niemand had de winnaar

opgewacht. En daar stond hij, helemaal verloren. Hij sprak geen

woord Italiaans en wist niet eens in welk hotel hij logeerde. De

knecht had gewonnen en dat kon niet. Ze wisten toen nog niet dat

die knecht nog dikwijls zou winnen.

16

Page 17: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Dansen voor de potten en pannen

Bij mijn moeder staat op de keukenkast een verveelde foto van

vader uit 1935. Hij draagt een lange, beige regenjas die ook

tegenwoordig nog in de mode zou zijn. Vader was een dandy. Hij

had dat speciale iets dat van een gewone man een fenomeen maakt.

Hij was een plaatje om te zien: slank en goed gebouwd, trotse

houding, soepele tred. Er brandde ook altijd een fel vuur in zijn

ogen. De meisjes uit de streek van Nevele waren diep onder de

indruk van zijn galante verschijning, maar hij wilde er maar één

hebben. Ze was donkerblond en ze heette Gusta.

Oudere mensen van ons dorp hebben mijn moeder ooit het beste

meisje van de streek genoemd. In elke streek is er altijd wel eentje

die erbovenuit steekt, eentje die mooier, eerlijker, sterker,

vriendelijker en intelligenter is dan de rest. Die straalt als het ware

een eigen licht uit. Zo was moeder. Ze woonde op een gezellig

boerenhof en ze had alles wat ze moest hebben. Als ze op de

hooikar stond, kwamen alle mannen uit de streek het hooi mee

binnenhalen. Maar moeder was niet meer te krijgen. Ze was

verkocht. Haar moeder had een rijke boerenzoon voor haar

uitgezocht en daar moest ze het mee doen. Veel tijd om te vrijen

was er niet. Gusta was de oudste van tien en haar negen broertjes en

17

Page 18: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

zusjes heeft zij zelf grootgebracht. Misschien is dat de reden

waarom ze nooit aan trouwen dacht. En een tweede reden was

ongeacht haar vrijer zelf. Een goeie jongen, een harde werker, maar

een jongen die helaas niet kon geven wat ze in haar kleurrijke

meisjesfantasieën van de grote liefde verwachtte. Een andere kans

had ze echter nooit gekregen. Elke keer als er een kandidaat kwam

opdagen, stak grootmoeder daar een stokje voor. En zo gingen de

jaren voorbij zonder grand amour. Elke morgen stond ze om vijf uur

op om de koeien te melken. Daarna zorgde ze voor het ontbijt voor

de kinderen, voor de boer en de boerin en voor het werkvolk. En

terwijl de anderen op het land gingen werken, maakte zij het eten

klaar.

In die tijd was het de gewoonte dat de jonge kerels van de streek op

zondagmiddag een bezoekje brachten aan de boerendochters. Ze

werden door de meisjes thuis getrakteerd op koffie, koekjes, pinten

en er werd gedanst op muziek uit een oude grammofoon.

Ondertussen keken moeder en vader aandachtig toe. Dansen voor

de potten en pannen heetten die middagen. En op een van die

gezellige samenkomsten is het gebeurd.

Het was in het oorlogsjaar 1943 en het zag ernaar uit dat het een

zondag zou worden zoals alle andere. Maar onaangekondigd kwam

er een nieuweling de woonkamer van moeders boerderij binnen.

Het was de vreemdste jongen die ze daar ooit hadden gezien. Hij

18

Page 19: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

had een sigaret tussen de lippen en ondanks zijn mooie kleren zag

hij er een beetje slonzig uit. Hij gedroeg zich ook anders dan de

anderen. De meeste jongemannen hielden ervan om met bravoure

het huis rond te stappen, maar hij liet zich gewoon in een luie stoel

vallen en dronk nonchalant een pint. Hij had een vriendelijk gezicht

met een smalle, fijne mond. Hij zag eruit als een jongen die zijn

hele leven de wind in de rug had gehad. En dat scheen ook zo te

zijn. Hij kwam uit een gezin met vier dochters en die meisjes

hadden hem vertroeteld als een pop. Hij was de jonker van zijn

familie. En natuurlijk kon zo’n kerel dansen alsof hij ogen in zijn

voeten had. Gusta’s vrijer zag de situatie met een zuur glimlachje

aan. Hij was terécht jaloers, want de volgende week was die knaap

er weer, en die keer vroeg Gaston het aan. Gusta zei dat ze niet

wilde. Gaston was te jong, twee jaar jonger dan zij. Bovendien

werd er geroddeld dat hij al heel wat amourettes achter de rug had. ‘

Hij heeft gevrijd met alle meisjes van de streek,’ zeiden haar

vriendinnen. Maar moeder vond dat logisch en zei dat ze geen man

zou willen waar iedereen vies van was. Toch wantrouwde ze hem

en haar vader had haar gewaarschuwd dat ze niet met zich moest

laten sollen. Maar iedere keer als hij met zijn donkere ogen de hare

zocht, werd het haar duidelijk dat ze heel veel voor hem voelde.

Van het één kwam het ander en Gusta werd zwanger. Nu moest ze

wel trouwen! Elf maanden na hun eerste ontmoeting stonden ze

19

Page 20: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

voor het altaar. Zij was zevenentwintig, hij vijfentwintig. Hij was

slank en zij had, onder haar witte bruidsboeket dat ze als

camouflage gebruikte, een beginnend buikje.

‘ Gij zijt een kermiscoureur’

Ook Walter is ‘moeten’ trouwen, maar dan op een heel vreemde

manier. Het was in 1976. En zoals elk jaar was toen ook de Ronde

van Vlaanderen een feest voor heel ons gewest. Tienduizend

enthousiaste toeschouwers moedigden de renners aan. De beruchte

Koppenberg stond toen nog op het menu en zoals het zo vaak

gebeurde, werd op dat nijdig strookje steile kassei de wedstrijd in

een definitieve vorm gegoten.

Vier mannen gingen weg: Freddy Maertens, Roger de Vlaeminck,

Francesco Moser en Marc Demeyer. Er werd getrokken, gestampt

en geduwd op het smalle weggetje achter de vier koplopers, maar

slechts één man raakte uit dat kluwen weg: Walter Planckaert. Op

de top van de Koppenberg kwam Moser als eerste boven, Walter

was tweede, De Vlaeminck derde en het Flandria-duo Maertens en

Demeyer kropen als laatste over de kruin. Ze hadden tweehonderd

meter voorsprong.

20

Page 21: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Roger de Vlaeminck zat de hele tijd te vloeken, want Walter wilde

niet aan de leiding komen. Zijn kopman André Dierickx zat in een

groepje dat op een halve minuut volgde en hij mocht dus niet aan de

leiding komen. De Vlaeminck werd steeds kwader. ‘ Gij zijt geen

échte coureur,’ schreeuwde hij woest. ‘Gij zijt een kermiscoureur!

Het grote werk in de klassiekers is te zwaar voor u, hé Planckaert!’

Normaal zou Walter zoiets niet over zich heen laten gaan - hij heeft

al voor minder gevochten. Maar dit keer liet hij zich niet zo

makkelijk van zijn stuk brengen. En De Vlaeminck wist heel goed

waarom hij zo zat te schelden: hij wilde Walter en die andere

krachtmens, Demeyer, aan de leiding van het groepje laten rijden.

Op het eind zouden de groten - Moser, Maertens en De Vlaeminck -

dan onder elkaar uitmaken wie deze Ronde van Vlaanderen mocht

winnen. Maar Walter liet zich niet imponeren. Walter liet zich nooit

imponeren. Hij volgde de bevelen van zijn sportbestuurder Berten

de Kimpe strikt op: ‘Walterke, jongetje, gene kop doen, hé. Uw

kopman Dierickxke komt achter! En dat zei de Kimpe luid genoeg,

zodat alle anderen in de kopgroep het zouden horen. Maar De

Vlaeminck blééf doorgaan: ‘kermiscoureur! Kermiscoureur!’

Walter zei niks, maar elke kreet van de Vlaeminck werd met een

gloeiende naald in zijn geheugen gegrift. Dat zou na de koers wel

geregeld worden.

21

Page 22: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Het kopgroepje nam vijfenveertig seconden voorsprong en dat was

het signaal voor Walter om stilaan mee te gaan werken. André

Dierickx zou nu toch niet meer kunnen aansluiten. Zonder te

forceren reed Walter zo nu en dan een paar honderd meter aan de

leiding en de voorsprong groeide meteen: twee minuten. Toeterend

en kabaal makend kwam De Kimpe naast hem rijden: ‘Walterke,

jongetje, ge zijt veel te geweldig. Ge moet u een beetje inhouden.

Dierickxke komt achter met en groepke. Ge kunt toch beter met

twee zijn in de finale! Tegen mannen als Moser, De Vlaeminck en

Maertens kunt gij alleen toch niet winnen!’ Walter kroop weer in

het spoor van de anderen. De Vlaeminck zag groen van woede.

Want omdat Walter niet meer meewerkte, naderde het groepje met

Dré Dierickx en alle andere favorieten tot op vijfenveertig

seconden. En wat te verwachten was gebeurde: de kampioenen

begonnen te demarreren. Met nog geen vijf kilometer te rijden,

sprong Moser weg. ‘ Die zien we niet meer terug,’ moet Walter

hebben gedacht, want hij dook in het wiel van de Italiaan. Recht op

de pedalen, met zijn brede rug gekromd als een stier net voor de

aanval. Marc Demeyer zag het gevaar en spurtte mee. Maar

Maertens en De Vlaeminck sloten niet mee aan. Die zaten ruzie te

maken. Demeyer keek vertwijfeld achterom en wenkte zijn

kopman, maar de kloof werd steeds groter.

22

Page 23: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Moser kwam naast Walter rijden en vroeg om, in ruil voor wat

drinkgeld, de spurt voor hem aan te trekken. Walter weigerde. En

ondertussen voerden Maertens en De Vlaeminck een klucht op. Het

was duidelijk dat ze elkaar het licht in de ogen niet gunden en dat

ze niet zouden meespurten voor de eerste plaats. Demeyer

probeerde te redden wat er te redden viel en probeerde er een lange

afmattende eindsprint van te maken, maar het mocht niet baten.

Ook Moser had geen kans. Walter won. Hij was de eerste

Planckaert die zijn naam op de erelijst van de Ronde van

Vlaanderen kon schrijven. Ons geluk kon niet op. Ook niet toen De

Vlaeminck voor de microfoons van de BRT-televisie verklaarde dat

het een schande was dat er een knecht op de erelijst van de Ronde

kwam te staan. Die rekening met De Vlaeminck zou nog wel

worden vereffend. Want Walter vergeet niks en vergeeft niks.

Zo was hij ook niet vergeten dat hij zijn vriendin had beloofd om

met haar te trouwen als hij een grote klassieker zou winnen. En

zoals altijd hield Walter woord. Enkele maanden na zijn

overwinning in de Ronde van Vlaanderen stond hij voor het altaar.

De fanatieke vrijgezel was, net zoals zijn moeder dertig jaar eerder,

in de val gelopen.

23

Page 24: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

De eer van een renner

Die dag kwam de postbode twee keer. Eén keer om een brief te

brengen en de tweede keer om met een boze blik moeder Gusta aan

te kijken. Moeder had slimmer moeten zijn. De boeren keken in die

tijd niet verder dan het hek van hun erf, maar de mensen als de

Planckaerts deden wel aan politiek. En enkele weken na Willy’s

geboorte, op 4 april 1944, gooide de facteur een enveloppe op de

keukentafel. ‘Astemblief,’ grijnsde hij grimmig, ‘weer zo’n vod!’

24

Page 25: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

En met een verachtelijk gebaar stapte hij weg. Moeder begreep zijn

houding niet. Op de briefomslag stond een vlaggetje met een

hakenkruis.

De Planckaerts waren al voor de oorlog Vlaamsgezind en VNV’ers.

En uiteindelijk is dat allemaal op de rug van mijn vader

terechtgekomen. Na de bevrijding hebben ze niet zijn broer, zijn

zussen, maar alleen hem weggesleept. Puur toeval! Want toen de

beulen aanklopten, was hij als enige thuis. Moeder zegt dat hij zelfs

geen tijd kreeg om afscheid te nemen van Willy. ‘ Geef hem kleren

mee, madammeke; hij zal niet rap weer thuis komen,’ zeiden de

mannen die hem weghaalden. Gusta bleef verslagen achter. In

enkele maanden had ze haar thuis, haar man en haar inkomen

verloren.

Sindsdien vertrouwden de Planckaerts de dag van morgen niet

meer.

We hebben ondervonden dat er elke dag, op elk moment, alles kan

gebeuren. Willy heeft het ook meegemaakt. In 1967 waren er maar

twee Belgische coureurs die bij de supporters enig enthousiasme

konden losweken: Eddy Merckx en Willy Planckaert. Willy had

uitzicht op een schitterende toekomst- Jacques Goddet had hem een

toekomstige Tourwinnaar genoemd. Maar na de Giro van 1967,

waarin hij drie ritten won, werd hij getroffen, door een

geheimzinnige ziekte. Hij raakte fysiek totaal ontredderd en won in

25

Page 26: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

anderhalf jaar tijd niet één koers. Het publiek, dat hem jarenlang op

de handen had gedragen, liet hem vallen. En zijn loon van 20.000

frank per criterium zakte tot 2.500 frank per maand.

Zo snel gaat het in deze wereld. In die tijd heb ik Willy vaak

radeloos zien zitten treuren. Hij werd mensenschuw, dacht dat

iedereen tegen hem was. ‘ Willy, ge hebt geen misdaad begaan, ge

rijdt alleen minder goed,’ zei moeder. Maar het hielp niet.

In die barre periode ben ik zelf trouwens een getraind vechter

geworden. Als er iemand op school ook maar één verkeerd woord

zei over Willy, zat ik er meteen bovenop. Ik vocht elke dag. En als

ze nog verder gingen, als ze durfden te zeggen: ‘ Willy is een

pillenslikker,’ dan had ik wel een moord kunnen begaan.

Willy zegt dat hij altijd zuiver heeft gereden, en dat geloof ik. Wij

Planckaerts zijn natuurmensen. Zelf heb ik altijd gereden met de

simpelste dingen. Vitaminen en zo. Op mijn dertigste ben ik in elk

geval niet verbrand. Ik heb enorm weinig geslikt! In zware koersen

of klassiekers heb ik zelfs nooit met spul gereden... Want als je

daarmee begint...

De enkele malen - ik denk een keer of zeven- dat ik wel

amfetamines heb gepakt, gebeurde dat in kermiskoersen. Om het uit

te proberen. En geloof me: het werkt. Het scheelt enorm. Ik heb het

een keer in de Ronde van Spanje gedaan en ik kon mee met de

beste klimmers! Logisch dat er in die tijd nog geen dopingcontroles

26

Page 27: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

waren, enorm véél werd gepakt. Wielertalent was toen echt minder

belangrijk dan het talent om grote hoeveelheden amfetamines te

verteren. Grote kampioenen slikten in een wedstrijd 100 tot 200

milligram. Ter vergelijking: gewone mensen kunnen met 10

milligram vier dagen aan één stuk wakker blijven. Je vliegt met

amfetamine! Iedereen vliegt met amfetamine. Iedereen, behalve

Walter. Die heeft één keer, op aanraden van een zogenaamde

kenner, een tablet stimul genomen. Hij kreeg hoofdpijn, moest

overgeven en kort daarna werd hij ‘gelost’ uit de kopgroep.

Bovendien werd hij na de wedstrijd ook nog positief bevonden.

Mijn grootvader, Peetje Planckaert, had voor de oorlog in zijn huis

een winkel en een café. Nadat hij officieel met het café was gestopt,

bleef hij drank verkopen ‘in den duik’ zoals dat heet. En in dat

geheime café kon moeder, na de arrestatie van vader, een centje

bijverdienen. Haar keuken zat elke dag vol dorstige mannen.

Dorstig naar jenever en dorstig naar méér, vermoed ik. Maar altijd

riep Gusta er Peetje Planckaert bij. Ze wilde geen roddel.

Peetje was de verstoteling van de familie Planckaert. Zijn vrouw en

zijn dochters waren hautain, vol burgerlijke franjes en met dure

kleren aan. Er werd zelfs gefluisterd dat zijn vrouw een avontuurtje

had gehad met een rijke Spanjaard. Het resultaat daarvan zou mijn

27

Page 28: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

vader zijn geweest. Pure roddel! Lijken Willy, Walter en ik Spaans?

Ja? Het is nooit bewezen.

Peetje was een volksmens van het zuiverste water. Als hij naar bed

ging, deed hij pardessus aan, vlocht een sjaal om zijn nek en zette

hij een wollen klak op zijn kop. Zo kroop hij op een stapel wollen

dekens. Hij waste zich maar één keer om de veertien dagen. En

hoe! Een beetje water op zijn neus, een paar druppels op zijn

wenkbrauwen en dat was het dan. Een taai en eigengereid manneke

was Peetje. Maar hij hield van de warme sfeer bij moeder Gusta. En

in ruil voor die gezelligheid, hield hij de mannen op een afstand. Zo

leefden de Planckaerts na de oorlog.

Vader mocht in de gevangenis maar om de veertien dagen bezoek

ontvangen. Eerst zat hij in Lokeren, later in Gent. Toen moeder zag

hoe mager en lusteloos hij was, begreep ze dat er nog een zware last

voor hen klaar lag. Al dat ongeluk was haar trouwens voorspeld

door een Gentsekaartlegster. Kort na het uitbreken van de oorlog

had het oude mensje tegen moeder gezegd: ‘ge hebt lief, maar ge

krijgt er een ander. Nog voor het eind van de oorlog zult ge trouwen

met een donkere man met donkere ogen. Uw leven gaat niet van

een leien dakje lopen. Ge gaat veel kruisen dragen. Moeder

besloot om naar die kaartlegster terug te gaan. Het beeld in de

kaarten zag er ditmaal nog onheilspellender uit: ‘ ik zie het,

madam,’ zei het vrouwtje. ‘ Ge draagt een wreed kruis en het is nog

28

Page 29: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

niet gedaan! Ik zie iemand van u naaste omgeving achter tralies. Als

hij weer vrijkomt, zal hij dezelfde persoon niet meer zijn. Toen

vader Gaston achttien maanden later thuiskwam, was hij gekraakt.

Hij sloot zichzelf op en bij elk ongewoon geluid ging hij aan de

deur luisteren. De grappenmaker was mensenschuw geworden.

Overal voelde hij dreiging. Niemand hielp hem. Er waren toen nog

geen zielknijpers. Dan heeft Willy het makkelijker gehad in zijn

moeilijke periode! Willy kwam in handen van de Franse

kruidendokter Messegué. En het eerste wat deze man Willy leerde,

was dat de zieken nog zieker worden als ze gaan kniezen. Hij

adviseerde Willy om alles in komisch daglicht te zien. ‘ Aan elk

voorval, hoe erg ook, zit een humoristische kant,’ zei Messegué. ‘

Probeer zo veel mogelijk te lachen.’

Willy kreeg zelfs yogalessen en werd uitgenodigd op het kasteel

van Messegué, ergens aan de Middellandse Zee. Korte tijd later

kreeg de vernederde kampioen weer levenslust. Vooral dankzij

Walter, die om Willy te helpen, ook prof werd. En daarna heeft

Willy nog een mooie carrière gehad.

Maar mijn vader werd destijds niet opgevangen door kruidendokters

en broers. Die stond alleen. Die wilde ook alleen staan. Zelfs

moeder negeerde hij. Hij deed ‘alsof ze geen vrouw was’ zegt ze.

Maar toch hebben ze nog vier kinderen gekregen: Anita, Walter,

29

Page 30: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Vera en ik. En in het jaar dat ik werd geboren, in 1958, reed Willy

zijn eerste wedstrijd.

‘ Ik won alle koersen!’

Geen enkele wielrenner heeft een debuut gemaakt zoals ik. Ik wil

mezelf niet ophemelen, maar ik ben de enige van de familie die een

blitzdebuut heeft gemaakt. Het was begin juli 1973. Ik was veertien

en mijn eerste wedstrijd reed ik in Diksmuide. Patrick Versluys,

later een verdienstelijk beroepsrenner, stond ook aan de start. Maar

iedereen keek naar mij: een Planckaert! Ik glom. Ik had een

koerstrui van Walter aan en ik had een nieuwe fiets. Maar ik

schitterde vooral door twee andere dingen: door mijn familienaam

en door mijn entourage, want ik had mijn lief bij me. Als Walter dat

had geweten, dan had hij me doodgeslagen. ‘ Jonge coureurs mogen

absoluut geen lief hebben,’ zei hij altijd. Ik heb niet geluisterd.

Bovendien had hij zelf al een lief toen hij pas vijftien was.

Ik demarreerde elke ronde en natuurlijk zat de hele sliert

vastgelijmd aan het wiel van de kleine Planckaert. Maar ik heb wel

30

Page 31: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

gewonnen. Mijn vriendin stond naast de meet te dansen van

vreugde. Schoonbroer Carlos, die mijn vaste begeleider zou

worden, gooide mij met fiets en al in de hoogte: A star was born.

Het tinnen schaaltje dat ik toen kreeg, heb ik nog altijd. En in dat

zelfde jaar won ik elke koers waarin ik startte. Elke koers! Niemand

op de wereld heeft me dat ooit voor-of nagedaan. Niemand.

Elke Planckaert had een andere reden om te koersen. Vader omdat

hij niet wilde werken. Willy omdat hij ondervond dat hij sneller was

dan wie dan ook, ik omdat ik als coureur geboren ben, en Walter

koerste voor de jonge dames. Eerst wilde hij per se niet koersen. En

dat is logisch: als je een broer hebt die achtenveertig koersen per

jaar wint, kun je niets meer bewijzen. Die druk was te groot. Vooral

ook omdat Willy en ik van hierboven iets hebben meegekregen, dat

ons in staat stelt om ook zonder te trainen wedstrijden te winnen.

Willy is bijvoorbeeld in 1963 tweede geworden in Gent-Gent

zonder één meter te hebben getraind.

Maar Walter had dat talent niet. Zijn grootste troef was zijn kracht.

Om die te ontwikkelen, moest hij duizenden kilometers trainen. En

daar had hij geen zin in. Alleen als zijn zakgeld op was, startte hij

in de een of andere koers; anders zag je hem nooit. En hij begon

niet eens bij de nieuwelingen, want daar was geen geld te

verdienen. Walter begon dus bij de junioren. En in elke wedstrijd

spurtte hij voor de premies. Als hij genoeg geld had hield hij het

31

Page 32: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

voor bekeken. Vielen de premies tegen, dan reed hij ook voor de

overwinning. Hij leefde als een prins, reed met een luxewagen en

als hij wou kon hij alle meisjes krijgen. Toch werd hij bij de

junioren nog zesentwintig keer eerste. En bij de amateurs won hij

achtentwintig koersen.

Huilend aan de start

Willy, de oudste, had veel talenten. Hij speelde harmonica, hij

goochelde en hij kon de mensen doen lachen. Hij was toch al een

populaire jongen. Maar op zijn veertiende werd hij nog véél

populairder, want toen debuteerde hij als toekomstig

wielerkampioen.

Eigenlijk deed hij dat al een jaar eerder. Elke zomer werd er in

Meigem een koers georganiseerd voor niet-aangesloten jongeren tot

achttien jaar. Willy wilde als dertienjarige al van start gaan. De

rugnummers moeste worden afgehaald in het café naast de kerk. In

een achterzaaltje, waar je door rook nog nauwelijks adem kon

halen, zaten de officiëlen de renners in te schrijven. Er zaten reuzen

bij van negentien, die zwoeren dat ze nog geen achttien waren.

Toen ze Willy zagen, begonnen ze smalend te lachen. Willy werd

32

Page 33: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

bang en zonder rugnummer sloop hij, tussen de pratende en

drinkende boeren, het café uit.

Maar een jaar later stapte hij weer dat café binnen en deze keer was

hij op het ergste voorbereid. Met een laatste blik op vader, die hem

bemoedigend toeknikte, stapte Willy naar de tafel van de

organisatoren: ‘Ik doe mee koersen!’ Moeizaam, met het puntje van

zijn tong uit zijn mond, schreef hij zijn naam en leeftijd (14) op het

inschrijvingsblad. En onverzettelijk, met stijve passen, beende hij -

zijn rugnummer al opgespeld - naar buiten.

‘ Waren er weer veel grote kerels?’ Vroeg vader. ‘ Ik weet het niet,’

antwoordde Willy flink. Maar aan de startlijn kreeg hij het, tussen

al die grote lummels met gespierde kuiten die glommen van de

beenzalf, weer moeilijk. Vader dacht zelfs even een traan te zien.

‘Ge gaat toch niet wenen, zeker?’ Vroeg pa ongerust. ‘ Ik huil niet,’

zei Willy overtuigend. ‘ De zon schijnt in mijn ogen.’

Willy kon het tegen die grote beren niet halen. Na een schitterende

wedstrijd - hij had zelfs een paar keer alleen voorop gereden - werd

hij vierde. En dat na een spurt waarin ongeveer alle anderen hem

probeerden te hinderen. Maar nog in dat zelfde jaar won hij negen

koersen. Dat kon natuurlijk toeval zijn. Je weet maar nooit. Maar

toen hij het tweede jaar veertien koersen won, begon het vertrouwen

van zijn supporters te groeien. Zelfs vader begon te dromen: in zijn

33

Page 34: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

zoon zat meer dan zomaar wat talent. Willy was een winner! Wie

van de twee koersen er één wint, heeft dynamiet in zich. En dat

bleek inderdaad duidelijk uit Willy’s manier van koersen. Al heel

vroeg in de wedstrijd begon hij er op los te hakken en meestal won

hij de spurt. Hij werd ook wel een paar keer geklopt, maar dat

kwam altijd omdat hij weer eens te onstuimig was geweest. Vader

mocht hem tien keer uitleggen, het hielp niet. Als de meet in zicht

kwam, kon hij zich niet bedwingen.

Willy reed voorlopig in de categorie jonger dan achttien jaar, een

afdeling die alles te maken had met folklore en niets met de

Belgische Wielrijders Bond. Maar in die ruige boerenstreek

- in de buurt van Zevergem, Poesele en Meigem - zagen die mensen

graag van die koersen. Ze werden wild van enthousiasme als een

jongetje van dertien, veertien jaar kon winnen van stoere bonken

van achttien.

Waar Willy ging rijden, wemelde het dan ook van het volk, want hij

gaf die grote kerels regelmatig het nakijken. En er waren natuurlijk

ook mensen die zich geroepen voelden om verzorger te spelen. Dat

waren buren die, om van huis weg te kunnen, zich als vrijwilliger

kwamen melden om de kleine te masseren. Echte beenzalf was te

duur en daarom gebruikte ze slaolie. En de verzorgers begonnen al

‘s morgens vroeg. Willy werd in Peetje z’n stoel geduwd en de

massage kon beginnen. Ondertussen werd er gerookt en gedronken.

34

Page 35: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Een jonge coureur in de buurt was een remedie tegen de dagelijkse

sleur. Je had ze ‘s middags moeten zien vertrekken! Iedereen met de

fiets en met veel getater en gebaren samen naar de koers. De hele

weg werd er gebruld en gelachen en als de onze had gewonnen, was

iedereen dronken. Won hij niet, dan waren ze nog meer dronken.

De duels met Godefroot

In 1960 stapte Willy over naar de officiële nieuwelingen, een

categorie die werd gecontroleerd door de BWB, voor jongeren

tussen de vijftien en zestien jaar. Meteen kreeg hij een concurrent,

die een aartsrivaal zou worden: Walter Godefroot. Walter woonde

in het nabij gelegen Drongen en was aan de meet bijna zo snel als

Willy. Die twee waren gedoemd om verschrikkelijke concurrenten

te worden. Soms reden ze zelfs niet een meer voor de overwinning.

Dan lieten ze enkele jongens ontsnappen en spurtten ze met z’n

tweeën voor een ereplaats. Wie de koers won, speelde geen rol. Er

was maar één vraag: Willy of Walter, wie is de rapste?

Willy zegt dat hij kippenvel kreeg als hij Godefroot aan de start

zag. Godefroot moet hetzelfde gevoel hebben gehad, want zo nu en

dan ontweken ze elkaar en gingen ze elk in een andere streek rijden.

35

Page 36: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Maar als ze samen in een koers zaten, deinsden ze geen meter voor

elkaar terug. Willy won een hoop, maar Walter deed niet veel voor

hem onder.

De concurrentieslag van Godefroot met onze familie is bitter

geweest en was het hevigst bij de amateurs. In 1964 hebben we een

historische slag uitgevochten in Aartselaar. De eerste prijs was een

wagen en wij hadden er thuis net een nodig. Willy moest winnen!

Twintig kilometer voor het einde, na een koers waarin ze elkaar

hadden doodgereden, reden er nog een stuk of dertig renners

voorop. Willy vroeg aan Rik Pauwels om de spurt aan te trekken,

maar hij raakte toch ingesloten. Op één kilometer van de meet zat

Willy in een kansloze, vijftiende positie.

Ondertussen reed Godefroot in het wiel van de voorste man. Willy

zag maar één mogelijkheid. Hij wipte over de stoeprand, reed

honderd meter achter de toeschouwers langs op het trottoir en net

voor de dranghekken kwam hij weer terug op de normale weg. Een

geslaagd circusnummer want hij reed aan de leiding.

Nog driehonderd meter te gaan. En dat is ver, met tegenwind. Maar

Willy moest doorgaan. Ook al zat de blonde kop van Godefroot pal

in zijn wiel. Nog honderd meter. Nog vijftig. Met nog dertig meter

rijden voelde hij de witte kop van Godefroot naast zich komen.

Allebei plaatsten ze hun kattensprong op tien meter van de meet:

36

Page 37: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

met gestrekte armen en de kont achteruit gooiden ze hun voorwiel

naar voren en allebei kreunden ze. Maar de wagen was voor

Godefroot.

Willy voelde zich niet op zijn waarde geklopt en zwoer weerwraak.

Hij beloofde de supporters dat hij Godefroot bij de eerste

gelegenheid in zijn eigen Drongen zou kloppen. Zulke beloften zijn

levensgevaarlijk: De hele streek weet ervan en als je dan verliest...

Zelf heb ik het ook een paar keer geprobeerd. Toen ik bij de

amateurs reed, waren mijn grootste concurrenten Luc Colijn uit

Wetteren en Etienne de Wilde uit Laarne. Onze eerste echte

confrontatie kwam er in Heusden: een zuivere spurt met drie. De

Wilde won, Luc Colijn was tweede. Er werd gevochten na de

aankomst. Mijn supporters gingen op de vuist met die van Colijn,

want het was geen zuivere spurt geweest. De Wilde begon van ver,

Colijn was tweede en ik derde. Op honderd meter van de meet

voelde ik dat ik over die twee kon vliegen, maar Colijn reed me in

de dranghekken. Ik moest twee remmen tegelijk dichtknijpen om

geen salto mortale te maken. Thuis, tijdens het avondeten, heb ik

mijn broers toen plechtig beloofd dat ik zowel Colijn als De Wilde

in hun eigen dorp zou gaan klopppen. De Wilde versloeg ik drie

weken later voor zijn eigen voordeur; een week daarna kreeg Colijn

spurtles in het centrum van zijn dorp. Daarna kon ik ‘s avonds weer

met opgeheven hoofd tussen mijn broers aan tafel zitten.

37

Page 38: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

In de week voor Drongen-kermis, waar hij Godefroot moest

kloppen voor eigen volk, lag Willy iedere avond om negen uur in

bed. En zowel ‘s morgens en ‘s middags als ‘s avonds at hij zoveel

paardenbiefstukken dat zijn kaken er pijn van deden. En wat dacht

je? De volgende zaterdag werd Godefroot fijngemalen als een

klontje suiker voor de ogen van zijn eigen moeder! Willy’s eer was

gered. Die overwinning in de Dorpsstraat te Drongen, is één van de

mooiste zeges op de palmares van de familie.

Misrekening in Sallanches

Willy behaalde in 1964 niet minder dan 48 overwinningen, bij de

Belgische amateurs nog altijd een absoluut record. Dus wie zou

hem kunnen kloppen in het wereldkampioenschap te Sallanches?

Niemand! En er waren veel kandidaten! De lichting van 1964 zal

onsterfelijk blijven in de geschiedenis van de Belgische wielersport:

Jos Huysmans, Herman van Springel, Roger Swerts, Walter

Godefroot, Eddy Merckx, Willy Planckaert...

In die tijd was er zeker een tiental amateurs die dertig koersen per

jaar won. Het grote aanbod aan talent had zelfs tot gevolg dat Willy

in 1963 niet werd geselecteerd voor het wereldkampioenschap, ook

al had hij dat jaar meer dan dertig koersen gewonnen.

38

Page 39: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Maar in 1964, in Sallanches, was Willy er wel bij. Op één ronde

van de aankomst waren vier renners uit het peloton ontsnapt. Er was

één Belg bij: Merckx. Maar Willy was er gerust in. Na het luiden

van de bel voor de laatste ronde werd er enorm snel gereden. En

kort voor de laatste klim vielen de koplopers één voor één terug in

het peloton. Willy reed in dertigste positie en voelde dat de

koplopers waren gegrepen. Toen de laatste vluchteling werd

opgeslokt, ging er een soort zucht door het peloton, en Willy had

dat gerustellende signaal opgevangen. De gesloten groep schoot

naar de meet en Willy schoof naar voren voor de spurt. Hij richtte

zich nog één keer op om te kijken naar de weg die voor hem lag. De

zon stond pal in zijn gezicht en het felle licht werd weerkaatst door

de naakte rotswanden. Toch zag hij duidelijk dat er voor het peloton

niets meer bewoog. De spurt werd ingezet en Willy bleef kalm. Pas

op zeventig meter van de meet kwam hij uit vijfde positie, om met

een voorsprong van drie meter te winnen. Een beetje ongelovig stak

hij een arm omhoog en net op het ogenblik dat hij wilde gaan

juichen zag hij Eddy Merckx, die zo’n vijftig meter verderop stond

te hijgen. Merckx was wereldkampioen! Die was voorop gebleven...

Willy kende Merckx niet goed. Eddy was namelijk geen bijzonder

snelle spurter. Bij de amateurs heeft hij nooit echt veel wedstrijden

gewonnen. De grote doorbraak van Merckx kwam pas na het

39

Page 40: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

wereldkampioenschap in Sallanches; daarvoor waren er zeker tien

renners met een mooiere palmares dan Merckx. Willy had hem nog

nooit van dichtbij meegemaakt. Vader verbood hem namelijk om

grote koersen te rijden. Wedstrijden van tachtig kilometer of meer

vond zijn vader te lastig voor zijn zoon. ‘Om zware koersen te

rijden is er nog tijd genoeg,’ zei pa. Daarom werd er misschien van

Willy gezegd dat hij lui was. Willy kwam ook vaak te laat aan de

start. Niet één keer, maar tientallen malen werd de start van een

wedstrijd met een kwartier uitgesteld omdat hij nog niet klaar was...

Ooit heeft hij een wedstrijd gewonnen waarin hij vijf minuten later

was gestart dan de anderen. Hij kwam aan de meet, hoorde dat de

renners al weg waren, reed er achteraan en kwam net op tijd bij de

koplopers om de eindspurt te winnen. En op een andere keer was hij

zijn koersschoenen vergeten. Geen nood: vader sprong in zijn oude

Volkswagen, reed naar huis en bracht de schoenen. Tijdens de

wedstrijd werd er van schoeisel verwisseld. Willy reed zelfs twee

rondes op sokken. Maar ook die wedstrijd won hij.

In die tijd - ik was toen een jaar of acht - ging ik altijd mee naar de

koers. Als ze het te lastig vonden om de kleine mee te nemen,

huilde ik de hele buurt bij elkaar. Ik kreeg altijd wat ik wilde. Zo

heb ik trouwens borrels leren drinken. Ik drink al jenever sinds mijn

zesde. ‘ Een cola, jongetje?’ Vroegen de supporters om me zoet te

houden. ‘ Nee, een borrel graag,’ zei ik. En dan kreeg ik er een. Ik

40

Page 41: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

was nooit dronken of zo, maar elke wedstrijd dronk ik één of twee

jonge jenevers van Bruggeman.

En verder was ik betoverd door alles wat met wielrennen te maken

had. Thuis imiteerde ik Willy op mijn klein fietske. Ik masseerde

mijn benen met boter een reed daarna een criterium rond de tafel.

‘Willy Planckaert wint weer,’ riep ik dan. Ik was Eddy niet; in mijn

kinderlijke verbeelding was ik Willy. Hij was mijn afgod, de held

van de familie. En dankzij zijn succes, vond vader eindelijk vast

werk. Senator Foncke, die in Willy’s populariteit waarschijnlijk

enige stemmenwinst zag, liet vader en zoon in zijn melkerij werken.

Willy kreeg vrijaf om te koersen en de senator bracht hem vaak met

zijn dure Pontiac naar de koers. Het leven zong. We verdienden

geld en we hadden een interessant leven. En toen gebeurde dat

ongeluk.

De nacht van Toulon

41

Page 42: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Die dag werd er champagne gedronken... In de hel! Na het

vreselijke verkeersongeval waarover ik u bij het begin heb verteld,

speelden we de hoofdrol in een griezelverhaal. Ron de autowrakken

en de kermende gewonden hing een panieksfeer. Ik dacht dat ik elk

moment wakker zou worden uit een boze droom, maar het bleke

gezicht van Willy, mijn held was echt.

Willy wilde Vera en mij uit de buurt van de ziekenwagen weghalen

maar de verplegers zeiden dat wij met ze mee moesten gaan. . We

brachten de nacht door in dezelfde ziekenzaal als vader en moeder.

In mijn herinnering zie ik nog altijd nerveuze zusters af en aan

rijden met de bedden van mijn ouders. Ik heb nog altijd geen

vertrouwen in ziekenhuizen. In mijn eerste profjaar moest ik een

onschuldige blindedarm operatie ondergaan. Maar het is slecht

afgelopen. Ik heb er een chronische pijn in mijn rug aan

overgehouden.

Vader had een zware schedelbreuk, zijn dijbeen was op elf plaatsen

gebroken en één van zijn voeten nagenoeg totaal afgerukt.

Moeders rechterheup was versplinterd. De dokters hebben die als

een puzzel in elkaar moeten passen. Maar de ergste pijn zegt ze,

was het gevoel van hulpeloosheid. Willy was amper negentien,

Anita zeventien, Walter veertien, en Vera en ik waren nog kleuters.

Moeder wilde naar huis! Ze moest voor ons zorgen! Elke dag zei ze

42

Page 43: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

tegen de dokters dat ze geen pijn meer had, maar elke keer werd

haar verzoek om naar huis te mogen, afgewezen.

In die periode hing er een vloek over de Planckaerts. Hierboven of

hierbeneden, moet iets of iemand verschrikkelijk boos op ons zijn

geweest. Twee weken na haar opname in het ziekenhuis hoorde

moeder een paniekerige drukte op de gang. Er hing onheil in de

lucht. Toen de storm een beetje was geluwd, stapte dokter De

Martelaere, die moeder al verschillende keren had geopereerd, haar

kamer binnen. Hij legde een wijsvinger op zijn lippen. Vader, die

nog altijd zeer zwak was, mocht niet meeluisteren.

‘Gustaatje, ge moet nog één keer sterk zijn,’ zei de dokter. Moeder

zette zich schrap. Profetisch zei ze: ‘Willy heeft een ongeluk

gehad!’ Ze had gelijk. Het was gebeurd op dezelfde weg in

Kruishoutem, waar vader die fatale botsing had gekregen. Willy

was samen met drie andere renners tegen een bierwagen

aangereden. De koprijder van het viertal, de veelbelovende Claude

Callewaert, had twee open beenbreuken en heeft nooit meer

gekoerst. De andere twee waren licht gewond. Willy werd

bewusteloos weggevoerd. Zijn rechterarm hing als een gescheurde

sjaal naast zijn lichaam. Er werd gevreesd voor het ergste.

Tien minuten nadat de dokter het slechte nieuws had gebracht,

kwam zuster Godelieve bij moeder. ‘Gustaatje, uw gebeden zijn

verhoord. Willy is bij bewustzijn. Als het God belieft, kan het nog

43

Page 44: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

goedkomen.’ Moeder smeekte om haar oudste zoon te mogen zien.

En ja, het kon. In haar eigen ziekenbed werd ze naar Willy’s kamer

gebracht. Hij sliep. Zijn ogen waren blauw en zijn hele lichaam zat

onder de schaafwonden. Moeder moest meteen weer weg, want

Willy moest dringend opnieuw onder het mes. Zijn rechterarm was

versplinterd en moest met een ijzeren staaf worden verstevigd. En

hij had ook een inwendige bloeding in z’n hoofd. Als het bloed

onder zijn schedel op de hersenen zou drukken, zou hij verlamd

kunnen raken en sterven. De zusters van het ziekenhuis in Deinze

zaten naast zijn bed te bidden.

Willy werd beter, maar de vloek was nog niet uitgewerkt. De

volgende zaterdag kwam Anita naar het ziekenhuis. Anita zorgde

voor het huishouden en had normaal geen tijd om naar het

ziekenhuis te komen. Moeder wist dus meteen dat er wéér iets mis

was. Voordat Anita haar mond kon opendoen, zei moeder: ‘Ik weet

het al. Het is Walter.’ Hij had een bromfiets gerepareerd en was

tijdens een testritje mee tegen een auto geknald. Ze waren in de

operatiekamer al aan zijn breuken aan het werken.

Op dat moment lagen er vier Planckaerts in hetzelfde ziekenhuis.

En om de zaak rond te maken zou enkele dagen later ook Anita

worden opgenomen. Vera en ik, twee kleuters, bleven alleen achter.

We voelden ons tegelijk ongelukkig en erg belangrijk. Een

44

Page 45: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

buurvrouw speelde de rol van pleegmoeder en we stonden weer

eens in het middelpunt van de belangstelling.

Willen of niet, ik heb altijd in de belangstelling gestaan. Ten eerste

door het succes van mijn broers, ten tweede door mijn eigen succes

en ten derde door mijn karakter. Ik kan niet stilzitten. Toen ik tien

was, organiseerde ik zelf koersen. Ik pikte een beker uit Walters

collectie, of een fles wijn uit moeders kelder, en dat waren dan de

prijzen. Er reden gasten mee van dertien jaar en ouder en ik won

niet altijd zelf. Op die manier heb ik een paar mooie bekers van

Walter verloren. Hij zoekt er nog altijd naar, denk ik. Ik zorgde ook

voor bloemen en ik liet Vera ze uitdelen aan de winnaar, tegelijk

met drie klapzoenen. Mijn organisaties waren een succes!

Op school was ik ook een blikvanger. Maar daar viel ik niet in de

prijzen. Ik vocht er niet alleen met leerlingen die opmerkingen

maakten over mijn broers, maar ook met leraars! Er was er één,

meester Coene, die mijn familie haatte. Elke dag maakte hij

vervelende opmerkingen over mijn broers. Als ze wonnen, zei hij

dat ze die overwinning hadden gekocht en als ze verloren werkten

hun pillen niet meer. Ik mocht niks van meester Coene. Tijdens de

les mocht ik niet eens naar het toilet. En als ik een test deed,

verscheurde hij de vellen zonder ze te lezen. Ik heb hem

uitgescholden, ik heb aan zijn kleren getrokken en ik heb met hem

45

Page 46: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

gevochten. Maar hij was de sterkste. Hij kon mij buizen. Wat hij

ook dééd.

Ik zei tegen moeder dat ik wilde gaan werken, dat ik het niet nodig

vond om een A3- diploma mechanica te halen. Maar zij antwoordde

dat ik moest. Gelukkig was er mijn schoonbroer Carlos, die altijd

mijn kant koos. Hij zorgde ervoor dat ik bij hem in de

cementfabriek kon gaan werken: tegels laden en met cementzakken

sleuren. Van ‘s morgens zes tot ‘s avonds zes. En daarna ging ik

trainen. Het was vrij hard, maar ik had er geen spijt van: de school

was erger. Ik heb bij een baas gewerkt tot mijn tweeëntwintigste.

Tot de dag dat ik beroepsrenner kon worden. Ik vind het jammer dat

ik geen diploma heb, dat ik niet meer heb geleerd, maar ik heb geen

spijt van de beslissing om die rotschool te verlaten.

De schrik van ons leeft.

De streek gonsde van de geruchten over het noodlot dat onze

familie had getroffen. En altijd zijn er mensen die van iemands

ongeluk willen profiteren. Kort nadat Anita weer was thuisgekomen

om voor Vera en mij te zorgen, kregen we de schrik van ons leven.

We woonden in een oud boerenhuisje met aangebouwde stallingen.

Via één van die stallen kon je op de zolder komen. Daar was een

46

Page 47: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

valluik dat toegang gaf tot de slaapkamer van onze ouders. Vera,

Anita en ik sliepen in het ouderlijk bed. Vera lag aan de kant van de

muur, Anita in het midden en ik naast de trap. Anita moest altijd

tussen mij en mijn zus liggen, want Vera en ik vochten constant.

Overigens, Vera is nu vooraan in de dertig en getrouwd. Haar man

Freddy werkt bij de spoorwegen en ze hebben een zoon. Vera werkt

al tien jaar als naaister in een ziekenhuis te Deinze. Ze wou graag

wielrenster worden, maar dat mocht niet van moeder. Ze is altijd

mijn grootste supporter geweest. Hoewel zij en haar man hard

moeten werken voor hun boterham en ik meer dan behoorlijk mijn

kost verdien. Heb ik bij haar nog nooit één sprenkeltje jaloezie

gemerkt. Als ik thuis ben, ga ik haar elke dag opzoeken. Vera

woont nog altijd op dezelfde plaats waar we zijn opgegroeid: in het

huis van Peetje Planckaert. Maar het boerenhuisje is ondertussen

een prachtige villa geworden. Moeder woont ook nog in hetzelfde

huis. En in de garage hangen nog altijd, net zoals in de tijd van

vroeger, varkenshammen te drogen.

Ook in onze kindertijd hing de geur van gerookte ham in het hele

huis. Maar de man die ons de schrik van ons leven bezorgde, zocht

geen hapje van dat lekkers. Het was bijna middernacht en we waren

in onze eerste slaap. We schrokken tegelijk wakker. Je kon

duidelijk het schurende geluid van het valluik horen. We konden

geen woord uitbrengen.

47

Page 48: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Het luik ging omhoog en in de schemer zagen we de voeten van een

man, die langzaam de trap afdaalde. Ik ging rechtop zitten, de

meisjes maakten zich zo plat als een vlo. Ik had mijn zussen wel

tegen die indringer willen verdedigen, maar van angst kon ik geen

vinger verroeren. De gestalte bereikte de onderste treden en pas

toen kregen we onze stemmen terug. Alle drie begonnen we te

gillen. Ondertussen herkende ik in de donkere schaduw het silhouet

van iemand uit de buurt. Het was dezelfde kerel die tot mijn grote

ergernis al enkele keren op het keukenraam had geklopt als Anita

aan de afwas stond.

Ik riep zijn naam uit en zei dat ik hem zou doodschieten. De man

schrok, sprong achteruit, stapte achterwaarts de trap weer op en

verdween. Sinds die nacht hebben we nooit meer alleen geslapen.

Ook nu lig ik liever met tweeën in bed dan alleen. En sindsdien heb

ik ‘s nachts altijd een geweer binnen handbereik. Het is al vaker

gebeurd dat ik een of meer personen rond mijn huis voelde sluipen.

Eén keer heb ik o zo schaduw geschoten; daarna heb ik ‘s nachts

noot meer iets gehoord. Behalve dan in het buitenland. Een

rennerskaravaan schijnt een grote aantrekkingskracht te hebben op

alles wat steelt en rooft.

48

Page 49: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Het avontuur van de Vismarchand

Eén van mijn trouwste supporters, Marc de vismarchand uit

Veurne-Ambacht, kan daar alles over vertellen. In 1987 was hij

meegereisd met Parijs-Nice. In Toulon, een havenstad met met veel

smalle straatjes, zou hij ‘s nachts in de materiaalwagen slapen. Ons

hotel lag precies in de buurt waar de straatjes het smalst zijn. Het

wemelde er van de clochards. De vijf wagens van Panasonic

werden door mijn broer Walter, die alleen zichzelf vertrouwt,

portier tegen portier geplaatst. De auto’s stonden hooguit twee

centimeter van elkaar af, zodat er uiteindelijk slechts één deur open

kon en er dus maar één deur moest worden beschermd. We hadden

slechte ervaringen met zulke buurten. In Parijs waren onder

dezelfde omstandigheden drie fietsen van Henk Lubberding en

Robert Millar gestolen.

Walter, toen al sportdirecteur bij Panasonic, wilde zelf in de vijfde

wagen slapen om eventuele dieven weg te jagen. Maar de

vismarchand zei dat Walter zijn nachtrust nodig had en dat hij de

zaak wel zou bewaken. Met in de ene hand een krik en in de andere

een thermosfles met warme koffie, lieten we Marc in de auto achter.

Om elf uur kwam er een man op een gele motor de smalle straat

ingereden. Hij stopte bij de eerste wagen en keek met uitgestoken

nek aandachtig in een van de auto’s. Ondertussen kwam er ook een

49

Page 50: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

wagen aangetuft. De nekharen van de vismarchand gingen recht

overeind staan toen hij er een vijftal gewapende kerels in zag zitten.

Ze waren gewapend met knuppels en ijzeren staven. Om ze af te

schrikken, knipperde hij met de koplampen, maar hij durfde niet te

claxonneren. Walter had gezegd dat hij bij onraad luid moest

toeteren, maar Marc wilde de nachtrust van de renners niet

verstoren. Hij knipperde nog een paar keer en de kerels verdwenen.

Klokslag twaalf uur verscheen er een hoertje in de straat. Het was

warm en ze was zeer luchtig gekleed. De vismarchand, die weet wat

een mooie vis is, zegt dat hij nog nooit zoiets in zijn winkel had

gezien. Hij dook weg. Het meisje bleef naast de auto staan en

leunde er zelfs op. Enkele minuten stopte er naast haar een oud

vehikel. Marc stak al dreigend zijn krik omhoog, maar het meisje

stapte naar die ene auto, praatte even met de bestuurder en ging met

hem naar een leegstaand pand.

Inmiddels werden de auto’s van Panasonic omsingeld door een

achttal kerels met leren jassen. Ze konden Marc niet zien. Hij zat

goed weggedoken en die gasten leunden op zijn auto alsof het hun

eigendom was. En tot zijn verbazing zag Marc dat er duchtig werd

gespoten en dat de injectienaalden in het rond vlogen... Plotseling

bleek een van die jongens een meisje te zijn. Marc zag dat pas toen

ze zich begon uit te kleden. Het ging razend snel. Eén voor één

gingen de kerels eroverheen. Er werd luid gelachen en het meisje

50

Page 51: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

leek onvermoeibaar. Haar bed was een oude stoel, die voor één van

de huisjes stond. Toen de bende een half uur later vertrok, had Marc

twéé krikken, zegt hij. Om twee uur ‘s nachts was de lange slungel

met de gele motor er weer. En ook de auto vol gewapende kerels

kwam terug. Deze keer was het hen menens. Met een breekijzer in

de hand slopen ze naar het materiaalhuisje. Nog altijd wilde Marc

zijn toeter niet gebruiken. Opnieuw knipperde hij met de lichten en

weer vluchtten de mannen.

Om vijf uur kwam het mooie hoertje nog een keer langs. Alleen.

Marc beweert dat hij in de auto is gebleven. Toen ik om zeven uur

wakker werd en voor het raam het hoofdthema van ‘Die Lustige

Witwe’ zong, lag hij te slapen op de voorbank; met de krik in de

hand. Ik zong hem wakker. Mijn god, Toni Rossi slaapt hier ook,

gromde hij. Die dag heb ik de rit gewonnen. Ik klopte Sean Kelly

met vijf lengten. Ik had uitstekend geslapen en ik voelde me sterk.

De aanval van Alan Peiper

Na drie maanden intensive care mocht moeder uit het ziekenhuis.

Ze kon geen huishoudelijk werk doen, ze moest de hele tijd met één

been omhoog in bed blijven, maar ze was tenminste bij haar

51

Page 52: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

kinderen. De eerste dagen ben ik bij haar gaan liggen, als een welp

bij een leeuwin.

Ik zal moeders thuiskomst nooit vergeten. Het gebeurde op zes

december, de dag dat ook Sinterklaas kwam. Vera en ik kregen niet

veel speelgoed. De Sint gaf toen ook meer aan rijke dan aan arme

kinderen en door die verschrikkelijke reeks ongevallen was er

natuurlijk helemaal geen cent meer. Maar er hing een soort

blijdschap in ons huis die al even warm was als een overwinning.

Er was hoop; iedereen lachte. Alleen Anita niet.

Er scheelde iets met Anita. Ze deed weliswaar alles wat ze moest

doen. Ze deed de was, de strijk en niemand kon beter overweg met

een kookpan dan zij. Maar ze lachte niet. De Planckaerts zijn nooit

geheimzinnige mensen geweest en moeder vroeg op de vrouw af

wat er mis was. Anita’s lippen begonnen te beven en alles kwam er

meteen uit. Zij en haar vriend Carlos waren onvoorzichtig geweest.

Ma, zei Anita met haar handen voor haar ogen, ik moet trouwen.

Wéér prijs! De Planckaerts werden voor een spoedvergadering

bijeengeroepen. Toen ik erbij kwam, zat Anita met haar vingers

ineengestrengeld zachtjes te huilen. Mijn hart ging sneller slaan. Ik

dacht: weer een ongeluk! En ver was ik er niet naast. Nu, meer dan

twintig jaar later, klinkt het een beetje gek, maar Walter, Willy,

Vera, Anita, moeder en ik hebben toen samen zitten huilen. Ik denk

dat we op dat moment niet veel meer konden incasseren.

52

Page 53: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

In die periode heb ik geleerd mensen in nood te helpen. Ik heb altijd

veel sympathie gevoeld voor verstotelingen. Op school waren mijn

vrienden jongens die nauwelijks konden lezen of schrijven.

Gehandicapten en sukkelaars, dat waren mijn vrienden. Eddy de

Schutter, altijd gezakt en door niemand gewaardeerd, een duts. Dat

was mijn kameraad. Na school bracht ik hem elke dag aan mijn

hand naar huis. Van zijn oma kreeg ik daarvoor vijf frank per week,

maar ik deed het niet voor het geld. Ik deed het omdat hij de wereld

net zo gek vond als ik.

Ook in het peloton voelde ik me aangetrokken tot de rare vogels.

Als junior won ik waar en wanneer ik wilde. In 1976 won ik veertig

koersen op een rij! De vraag was niet of ik zou winnen, maar hoe ik

zou winnen. Het kon in de spurt of ik kon alleen aankomen. Mijn

schoonbroer Carlos, die mijn vaste begeleider was, nam de

beslissing. Als hij niet reageerde wachtte ik de spurt af. Maar als hij

stierke los riep, demarreerde ik en kwam ik alleen aan. Het klinkt

waanzinnig maar het was zo. Ik demarreerde altijd drie keer. De

eerste keer voor tachtig procent. En het waren altijd dezelfden, een

man of zes, die dan nog konden volgen. Een kilometer verder

demarreerde ik een tweede keer, weer zonder me te forceren. En

even verder een derde keer, maar dan voluit. Die tactiek werkte

altijd. Meet dan acht jaar lang. Tot ik Alan Peiper leerde kennen.

53

Page 54: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Het was in 1977. Ik was Belgisch kampioen bij de junioren. Carlos

had stierke los geroepen en twee ronden voor het einde lag ik een

halve minuut voor. Ik reed in mijn eigen tempo en mijn gedachten

dwaalden mijlenver af. Ik keek niet achterom. Het was logisch dat

ik weer zou winnen; niemand had me dat jaar ooit teruggehaald.

Maar daar, in Zingem, kwam er ineens eentje bij me. Ik dacht: dit

kan niet! Ik had die kerel nog nooit in het peloton gezien. Ik kende

hem niet. Hij droeg een groene trui zonder reclame. Ik moest me

verschrikkelijk inspannen om in zijn wiel te kunnen blijven en ik

was ervan overtuigd dat hij me ook zou kloppen in de spurt. Maar

toen ik op honderd meter van de meet uit zijn wiel kwam, keek hij

me stil aan. Hij kon totaal niet spurten! Het verschil bedroeg drie

fietslengten. Toen ik hem na de aankomst wilde groeten, spuwde hij

naar me. Olala, dacht ik, dat wordt een kampioen.

De volgende dag stond hij weer aan de start. Het was in Poesele.

Het regende. Ik nam geen risico’s en demarreerde in de eerste

ronde. Hij was mee. En niet zomaar; hij nam de leiding en

demarreerde misschien wel twintig keer om me los te krijgen. Ik

was bang van hem! Maar weer klopte ik hem in de spurt. En weer

ging ik hem groeten. Deze keer knikte hij. Ik zag dat hij geen auto

had en dat hij in dezelfde koerskleren, zonder regenjas, naar huis

moest rijden. ‘ Ik breng je wel,’ zei ik. Maar hij sprak alleen Engels.

I bring you, zei ik. Hij woonde in Gent, op een zolderkamertje in de

54

Page 55: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

buurt van de Sint-Kwintensberg. Het was er koud en het stonk er.

Hij woonde er samen met een vriend, de Australiër Brian Gillian.

Ze sliepen op een veldbed en volgden het ondertussen zo beroemde

VdB-dieet: erwtjes en worteltjes uit blik; ik zei dat hij bij moeder in

Nevele mocht komen wonen. ‘ Ik ga nergens heen zonder mijn

vriend Brian,’ zei hij.

Moeder Gusta schrok een beetje. Maar toch bracht ze het velokot in

orde. Ik zei: Moeder dit wordt een supervedette! We moeten die

jongen helpen. In die tijd kon ik werkelijk elke wedstrijd waarin ik

startte winnen en diep in mijn hart dacht ik dat ik net zo goed was

als Eddy Merckx. En deze jongen, die zo snel, zelfs sneller kon

rijden dan ik, zou dus ook een supervedette worden!

Alan Peiper heeft twee jaar bij ons gewoond. Carlos zorgde er zelfs

voor dat hij in de fabriek kon werken. Brian Gillian is maar één jaar

gebleven. Toen hij in de winter naar Australië terugkeerde, won hij

veertig miljoen met de lotto. Twee jaar later won hij nog een keer

veertig miljoen. Hij heeft nooit meer een woord van zich laten

horen.

Het einde van de vloek

55

Page 56: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

We vonden het verschrikkelijk dat Anita van onze weg moest. Wie

zou er voor ons zorgen? Introuwen kon niet. Daarvoor hadden we

geen ruimte. God, wat een toestanden! Bovendien ging het met de

gezondheid van vader steeds slechter. Hij was een massief man

geweest, één blok spieren, maar nu woog hij maar 34 kilo. Volgens

mij zat al het kwaad in één van zijn versplinterde benen. Als ze zijn

been hadden afgezet, dan zou hij nu nog hebben geleefd. Zijn bloed

ging kapot, zeiden de dokters. Alleen als hij een transfusie had

gekregen, was hij even beter. Hij moet vreselijk hebben geleden.

Zijn rug was niet om aan te zien door het liggen. En door de zware

medicamenten was hij nog nauwelijks in de werkelijkheid. Ik denk

niet dat hij wist dat Willy dat zware ongeluk had gehad. En de rest

hebben we hem ook maar bespaard.

Ik besef heel goed dat het vervelend begint te worden, maar de

ongelukken bleven elkaar opvolgen. Enkele weken voor vaders

dood werd het kindje van Anita dood geboren. We hebben het vader

niet verteld. Eén ding heb ik uit die ellende geleerd: als het éénmaal

tegenzit, zit alles tegen.

In Kruishoutem, op dezelfde vervloekte weg waar we dat auto-

ongeluk hadden meegemaakt, kreeg Walter een tweede ongeval. Hij

reed tijdens een wedstrijd boven op een ijsvenster. Hij brak alles en

moest weer naar het ziekenhuis. Een paar dagen later stierf vader.

56

Page 57: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Ik was erbij, maar toen ze zagen dat hij werkelijk doodging, moest

ik de kamer uit.

Walter kon niet mee naar de begraafplaats. Toen we achter de

lijkwagen liepen, zag ik hem voor het raam van zijn kamer staan. Ik

zal zijn ongelovige gelaatsuitdrukking niet snel vergeten.

De uitvaart van vader gebeurde in een ijzige kou. Het regende. De

danser, de knappe man, was maar vierenveertig jaar oud geworden.

Hij liet vijf kinderen na. Er werd verschrikkelijk gehuild. Ik voelde

me een beetje gegeneerd, omdat mijn eigen ogen droog bleven. En

om erbij te horen, perste ik enkele tranen tussen mijn wimpers.

Tante Elza nam Vera en mij mee naar het park van Deinze om er

wat te wandelen. Ze was heel vriendelijk en daardoor, denk ik,

kreeg ik het voorgevoel dat er beter tijden zouden komen.

Na de dood van vader is de vloek, die over de Planckaerts hing,

inderdaad verdwenen. Wij waren veroordeeld om sukkelaars te

zijn , om van een OCMW-toelage te leven, maar gelukkig kreeg

Willy een behoorlijk profcontract bij Flandria. En toen hij zijn

eerste maandloon op tafel kon leggen, wisten we dat er betere tijden

waren aangebroken. Willy heeft de zwarte cirkel doorbroken.

De dokters hadden Willy gewaarschuwd dat koersen voor hem

fatale gevolgen kon hebben. Zijn arm was hoegenaamd niet

genezen. Ze wilden een stukje bot uit zijn been in de versplinterde

57

Page 58: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

rechterarm inpassen, maar de directeurs van Flandria verplichtten

hem om deel te nemen aan Parijs-Nice. Flandria-baas Pol Claeys

zei: Het is hier geen liefdadigheidsinstelling: koersen of buiten. Dat

was de doorzettersteil van Meneer Pol.

Willy nam een verschrikkelijk risico. Eén valpartij zou genoeg zijn

geweest om hem voor de rest van zijn leven invalide te maken.

Maar ondanks een paar levensgevaarlijke massaspurten, kwam die

val er niet. Het noodlot had ons de rug toegekeerd!

In die tijd, in 1965, werd de wet in het peloton gedicteerd door

kampioenen als Rik van Looy, Ward Sels, Tom Simpson, Jacques

Anquetil, Henri Anglade, Rudi Altig, Raymond Poulidor, André

Darrigade, Gianni Motta en andere Felice Gimondi’s. Maar Willy

won in dat eerste profjaar zeven koersen, verzamelde tien

ereplaatsen en het geld kwam lekker binnen. Geld dat hij allemaal

aan moeder Gusta gaf. Het ging de Planckaerts voor de wind en

Willy’s zelfvertrouwen groeide met de dag. In de eerste rit van de

ronde van Luxemburg, een zware rit van Parijs naar Compiègne,

brak hij echt door. Op twintig kilometer van de meet zat hij in een

kopgroep van vier. Hij was de enige onbekende. De anderen waren

Anquetil, Darrigade en de Duitse reus Altig. Willy zat meer

bewonderend naar die renners te kijken dan aan zijn winstkansen te

denken. De aankomst lag in het centrum van de historische stad

58

Page 59: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Compiègne, de plaats waar de Franse koning in 1302 de Leeuw van

Vlaanderen gevangen had gezet.

Anquetil trok de spurt aan voor Darrigade. Het gebeurde schoon en

vakkundig; het werk afmaken zou routine zijn. Willy had de hele

opzet gadegeslagen. Op honderdvijftig meter voor de meet

demarreerde Darrigade vanuit tweede positie naar een zekere

overwinning. Met zijn blonde haren en zijn frêle gestalte leek hij

tijdens die krachtige inspanning een beetje op Walter Godefroot. En

dat was er teveel aan. Snel als de wind plaatste Willy zijn jump. Al

meer dan twintig jaar is het peloton bang van de Planckaert-sprong.

En daar in Compiègne, in de stad waar de Leeuw van Vlaanderen

was vernederd, hebben de Fransen er een eerste keer mee kennis

gemaakt. Darrigade verloor met een halve lengte.

Kennismaking met Eric Vanderaerden

Het volgende seizoen, dat van 1966, was Willy’s arm volledig

hersteld en kon hij als een volwaardig prof starten. Hij zat in de zeer

sterke Flandria-ploeg. Bij Pol Claeys reden in die tijd legendarische

Flandriens: Willy Bocklant, Ivo Molenaers en Noël Foré.

Beresterke kerels, die op hun nuchtere maag grote runderlappen

aten. Maar ze waren niet van plan om Willy te helpen. Dat Willy al

59

Page 60: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

enkele keren spurtles had gegeven, sprak helemaal niet in zijn

voordeel. Integendeel, hij vormde een bedreiging voor hun status en

voor hun portemonnee. En of ze daar gevoelig voor waren! Ze

zouden zelfs zijn tubes hebben lek gestoken om hem onder de duim

te houden.

Ik herinner me nog een moeilijk profdebuut. Walter en ik reden toen

samen bij De Kimpe. Het was 1982 en het gebeurde in een

voorbereidingswedstrijd aan de Azuren Kust. Volgens de kranten

zou neoprof Eric Vanderaerden, de nieuwe ster van Panasonic, de

Planckaerts spurtles gaan geven. Walter en ik waren zeer nerveus.

Stel je voor!

Walter liet niets aan het toeval over en organiseerde de laatste

kilometers. Jean-Marie Wampers moest op kop rijden, ik in zijn

wiel. En ondertussen zou Walter zich bezighouden met

Vanderaerden. Zo gezegd, zo gedaan. Op één kilometer van de

meet reed Wampers inderdaad aan de leiding, ik tweede en

Vanderaerden, die in mijn wiel probeerde te blijven, kreeg Walter

naast zich.

Driehonderd meter voor de meet ging Wampers opzij. Ga! Riep

Walter. Meteen spurtte ik in het gaatje tussen Wampers en de aan

de zijkant geparkeerde auto’s. Vanderaerden probeerde mij te

volgen, maar Walter duwde hem een beetje opzij. Vanderaerden

60

Page 61: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

tikte met zijn rechterarm tegen een tiental achteruitkijkspiegels en

werd, groen van de schrik, zeventiende.

Fred de Bruyne en José de Cauwer, toen assistent-ploegleiders bij

Aerenhout, hebben na de koers lang naar Walter lopen zoeken. Ze

zeiden dat ze hem zouden aftuigen, maar ik denk dat ze hem niet

wilden vinden. En Walter had niks verkeerd gedaan. Tactisch was

die spurt volmaakt. Later hebben Walter en ik Vanderaerden nog

vaak geholpen. Toen we samen bij Panasonic reden, heb ik aan

Vanderaerden koersen weggeschonken. Stom? Ik weet het niet. Ik

ben zo.

Toen Willy debuteerde, kreeg hij Lomme Driessens als ploegleider.

Na successen met Fausto Coppi en Rik van Looy, zou Driessens

van Planckaertje zijn nieuwe kampioen maken. Driessens was goed

voor Willy, maar tegelijk ook meedogenloos. Lomme hield niet van

luiaards en hij eiste het onderste uit de kan. Hij heeft het gekregen.

61

Page 62: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

De wet aan de top Die nacht kon ik Walter wel vermoorden. Een vriendin van Vera

kwam me zeggen dat hij me zocht. Ik zat bij mijn vriendin. Het was

al elf uur en Walter zelf kwam nooit later thuis dan halftien. Ik

sprong op mijn fiets en reed naar een bal in Nevele. Daar betrapt

worden was minder erg dan bij mijn verloofde. Vera kwam mij

halen. Ze zei dat Walter me dood zou slaan.

Hij zat knarsetandend in de keuken van moeder Gusta en zijn

gezicht was krijtwit. Ik dacht dat hij me meteen zou afrossen en ik

spande mijn spieren, maar hij sloeg niet. Hij zei dat ik meteen het

water uit onze lekke kelder moest scheppen en gaf me een klein

emmertje. Ik ben er twee uur mee bezig geweest. Vera wou helpen,

maar ze mocht niet. En de hele tijd stond Walter ernaar te kijken. Ik

dacht: ik vermoord hem. Maar ik zei niks. Ik was bang van hem.

62

Page 63: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Ik heb veel slaag gekregen van Walter. Enorm veel. Zonder moeder

had hij me doodgemept. Ik weet dat ik geen lammetje was. Op mijn

veertiende pikte ik al regelmatig zijn wagen om er op het land

rally’s mee te rijden. Ik schilderde zijn fiets en die van zijn vrienden

rood terwijl ze een pint aan het drinken waren. Ik gooide stenen

naar mannen die mijn moeder, de weduwe, het hof maakten. Ik zat

elke dag bij mijn lief in plaats van te trainen. Ik wilde altijd mijn zin

hebben. Als ik zin had in kip, liep ik net zolang achter een kip aan

tot het beest doodviel. Er is weer een kip doodgevallen. We zullen

ze moeten eten, zei ik dan. En Walter: dsoef! Op mijn kop! Hij

voelde zich verantwoordelijk voor mijn opvoeding en een stevige

mep was zijn sterkste argument.

Van mijn echte vader heb ik in mijn hele leven maar één tik

gekregen. Het gebeurde in ‘t velokot, waar ik me had verstopt. Die

keer had ik de enige haan van het erf doodgelopen...

Maar van Walter kreeg ik dagelijks een rammel. Hij wilde zijn

vaderrol té goed invullen. Op elk gebied. Ik zal nooit zijn seksuele

voorlichting vergeten. Ik was nog meer twaalf toen hij eraan begon.

Toen ik veertien was, wist ik evenveel van seks als iemand van

dertig. En van de briefjes die Walter naar zijn lief schreef, kon ik

nog wat extra opsteken. Ik was enorm goed op de hoogte. Walter

wilde van mij behalve de beste renner ook de allerbeste minnaar

maken.

63

Page 64: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Omstreeks mijn achtste begon ik te dolen. Alles rond mij ging

kapot. Ik zag huizen instorten en op elke straathoek zag ik auto-

ongelukken. Het gebeurde allemaal in mijn fantasie, maar voor mij

was het echt. Als ik ‘s avonds bij de kachel zat, kon ik het voelen

aankomen. Dan werd ik spierwit en begon ik te beven. Ik was

doodsbang voor die hallucinaties. Als ik ze voelde opwellen, spurtte

ik naar moeder Gusta om uit te huilen op haar schoot. Maar ook in

bed had ik er last van. Als ik mijn ogensloot, kwamen de muren op

mij af. Ik heb er lang mee gesukkeld. En mijn schoonbroer Freddy,

de man van Vera, zegt dat het nog altijd niet over is.

Vera heeft minder last gehad na dat rampzalige ongeluk. Ze durfde

geen auto meer in, maar verder mankeerde ze niets. Zelf heb ik

Onze-Lieve-Heer de hemel op aarde moeten beloven om van die

waanbeelden verlost te worden. Als kind prevelde ik elke dag

gebeden. En als puber ging ik voor de start van iedere wedstrijd

bidden voor de grot van Onze-Lieve-Vrouw van Deinze. Ook nu

nog gaan de Planckaerts elk jaar op bedevaart.

Walter zorgde voor onze opvoeding en ondertussen haalde Willy

het geld binnen. Walter was ongenuanceerd streng, maar Willy

deelde ook rake klappen uit. In de Tour van 1966 won hij twee

ritten. Ondanks de zware concurrentie.

64

Page 65: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Een voorbeeld: in de vierde rit, van Duinkerken naar Dieppe, klopte

hij in de spurt Rik van Looy, Guido Reybrouck, André Darrigade,

Gerben Karstens, Willy Vanneste, Jan Janssen, Ward Sels en Jo de

Roo. En in de achtste rit, van Royan naar Bordeaux, versloeg hij,

eveneens in een massaspurt, dezelfde elite. Hij droeg de groene trui,

maar er was afgesproken dat hij zou opgeven aan de voet van het

gebergte. Op zijn leeftijd, hij was pas tweeëntwintig, was een zware

Tour onverantwoord.

Maar sportbestuurder Lomme Driessens rook succes. Driessens zei:

‘Als ge nu opgeeft, zijt ge zot! Ge laat een fortuin liggen! Denk aan

uw familie!’ Meer ‘goede’ raad had Willy niet nodig. Hij zei tegen

Driessens dat hij, als het moest, zelfs een bergrit zou winnen.

Een bergrit winnen is bijna een obsessie in de familie. In Parijs-

Nice van 84 heb ik lang aan de leiding gereden op de Mont

Ventoux. Ik ontsnapte kort na de start en aan de voet van de

Ventoux, 140 kilometer verder, had ik nog vier minuten

voorsprong. De aankomst lag op de top. Maar twee kilometer voor

de meet werd ik ingelopen door Robert Millar, Sean Kelly en Peter

Winnen. Ik probeerde aan te klampen, maar het lukte niet. Ik had

het graag op mijn palmares gehad: ‘Eddy Planckaert eerste in de rit

naar Mont-Ventoux.’

65

Page 66: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

De eerste dag in het hooggebergte reed Willy urenlang in het spoor

van de beste klimmers, Jacques Anquetil en Julio Jimenez. Maar

halfweg de laatste helling wachtte de man met de hamer. In tien

kilometer verloor Willy 22 minuten. Zelfs abominabele berggeiten

als Rik van Looy en Ward Sels reden hem voorbij. Hij kon fluiten

naar de groene trui, want ook Gerben Karstens en Rudi Altig

eindigden voor hem. Lomme Driessens trakteerde Willy op een

donderpreek en de volgende dag werd de schade hersteld.

Doe dag liet Willy de anderen van hem wegrijden. Maar zodra hij

meer adem kreeg, fietste hij rustig in zijn eigen tempo, weer naar

voren. Op die manier eindigde hij in de buurt van de besten. In de

koninginnerit, tijdens de beklimming van de Alibi, maakte hij zelfs

een achterstand van twee minuten goed op de leiders Anquetil en

Jimenez. Een prestatie die de Tour-baas Jacques Goddet de

volgende uitspraak ontlokte: deze man zal ooit de tour winnen. Wat

een compliment! Maar Lomme Driessens reageerde op zijn manier:

‘Ge moet niet overdrijven. De Tour gaat ge niet winnen. De groene

trui is genoeg.’

Willy reed als eerste Planckaert in het groen door Parijs. Het stond

nu wel vast dat hij met fietsen rijk zou worden. Door zijn Tour-

prestatie behoorde hij definitief tot de beste vijf beroepsrenners van

België. En ook medisch zat alles goed: als hij rustte, tikte zijn hart

maar 42 keer per minuut. Alleen superkampioenen halen dat cijfer.

66

Page 67: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

(Mijn hart tikt 41 keer.)

Ik maakte mijn Tour-debuut in 1981. Ik was drieëntwintig.

Maanden op voorhand hadden Walter en ik aangekondigd dat we

voor het gebergte zouden afstappen. Maar eerst wilde ik een rit

winnen. Ik had pech dat ik op een herrezen Freddy Maertens stuitte.

Hij leek onklopbaar. Een week voor de Tour had ik hem nog

moeiteloos verslagen, maar in de Tour verloor ik bijna alle spurten

van hem. We begrepen het niet. Zonder die heropstanding van

Maertens had ik in de eerste Tour-Week zeker drie ritten gewonnen.

En nu... Na drie sprintnederlagen besloot Walter dat we onze tactiek

moesten wijzigen. In plaats van fair te spurten - ik in het wiel van

Walter en Maertens in mijn wiel - moest iemand proberen Freddy in

te sluiten. Maar je kon net zo goed een wilde kat proberen te

vangen met blote handen. Remmen deed Freddy nooit! Hij was nog

gevaarlijker dan wij. Maar in Zolder lukte het. In een massaspurt,

meesterlijk aangetrokken door Walter, klopte ik Maertens en het

hele peloton. Freddy schrijft in zijn succesboek Niet van horen

zeggen dat hij die spurt aan mij heeft verkocht. Dat liegt hij! Ik

zweer op mijn eigen hoofd dat het een faire spurt was. Maar ik

neem Freddy niets kwalijk. Hij is altijd een goede vriend geweest.

Hij mag een goede vriend blijven.

67

Page 68: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Eerst de vrouwen, dan de tour

De overwinning was binnen en Walter en ik konden naar huis. We

namen niet eens de tijd om andere kleren aan te trekken. Na de

aankomst sprongen we meteen in de wagen en vroééém, richting

Nevele: de vrouwtjes zaten te wachten. Maar nog voor we thuis

kwamen, had Berten de Kimpe al gebeld. ‘Zijn de jongens al thuis,

Gustaatje? Nee? Verdomme! Ze moeten direct terugkomen. Lévitan

heeft een Franse koleire. Hij zegt dat de Planckaerts nooit meer in

Frankrijk mogen koersen als ze vandaag opgeven.’

Een half uur later kwamen we in ons geboortedorp aan.

Dolgelukkig. We hadden de rit gewonnen en het was gedaan met de

Tour. Maar de telefoon rinkelde om de minuut: De Kimpe,

journalisten, verzorgers, collega’s, iedereen zei dat we de volgende

dag weer moesten starten. ‘Kleine, we zullen terug moeten,’ zei

Walter. Ik kon wel huilen en ik sloot me, samen met mijn vrouw

Christa, op in mijn eigen huis. Walter en Staf Boone, een trouwe

supporter die ons terug zou brengen, stonden een uur op mijn

voordeur te bonzen. Maar voor dat ik met hen terugkeerde naar de

Tour-karavaan wilde ik dat beleven waarvoor een jonge coureur zo

graag naar huis komt. Die memorabele avond werd mijn zoon

Francesco verwekt.

68

Page 69: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Toen we omstreeks middernacht, met lange gezichten, weer naar de

Tour vertrokken, stonden de buren, die de hele affaire op de radio

hadden gevolgd, ons lachend en toeterend uit te wuiven. ‘Tot

morgen,’ riepen ze. We moesten ze teleurstellen. Er stond een korte

tijdrit op het programma en we konden onmogelijk doen alsof we

uitgeput waren. Maar de volgende dag zei Walter dat onze

gezondheid voor alles ging en gingen we definitief naar huis. De

pers heeft er een rel van gemaakt. Die zaak heeft zelfs onze goede

naam aangetast.

Door Willy’s glansprestatie in de Tour van 1966 werden de

Planckaerts onvoorstelbaar populair. Senator Foncke, die onze

weldoener werd, bracht moeder in zijn chique auto in het

Prinsenpark in Parijs. Toen Gusta, de eenvoudige boerendochter, er

de Brabançonne hoorde spelen ter ere van haar oudste zoon,

sprongen de tranen in haar ogen. Het waren gelukkige dagen. Maar

bij elk mooi moment dacht ze Gaston had het moeten meemaken.

Altijd was dat haar eerste en laatste gedachte.

Het feest ter ere van Willy’s thuiskomst werd een historische

gebeurtenis. Heel Nevele was groen geschilderd. Wij, de

Planckaerts, die jarenlang de arme mensen van de parochie waren

geweest, werden gevierd als prinsen. In die tijd bracht de postbode

dagelijks geparfumeerde brieven. Willy kon kiezen als een

69

Page 70: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

haremsjeik. Moeder heeft toen veel moeten liegen. Nee, Willy is

niet thuis, zei ze als er weer een meisje kwam aanbellen. Walter had

het haar gezegd: een coureur mag niet overdrijven in die zaken.

Willy lachte van de vroege morgen tot de late avond. Wielrennen

was het mooiste beroep van de wereld. Organisatoren van

criteriums betaalden hem een startgeld van 18.000 frank. In die tijd!

Eddy Merckx die toen Milaan-San Remo had gewonnen, kreeg

amper

15. 000 frank. De Planckaerts zagen het einde van hun financiële

miserie naderen. Nog voor het einde van de tour tekende Willy

contracten voor 44 opeenvolgende criteriums. Van eind juni tot

augustus koerste hij vijfenzestig dagen aan één stuk. Thuis, waar

we niet beseffen welke onmenselijke inspanningen dat vergde, kon

de pret niet op. Het geld stroomde binnen en elke dag scheen de

zon. We konden ons huis verbouwen en we konden eten en drinken

wat we wilden. We konden ontsnappen aan de zwarte ellende.

En in die periode heeft Willy zich geforceerd. Een van zijn

hartkleppen kon de druk niet meer verdragen en dat heeft hem voor

grote problemen gesteld. De mensen zeggen ‘’t was van ’t spel.’

Maar ik zeg dat het niet waar is. Die jongen heeft zich kapot

gewerkt, eerst elke dag in de Tour, daarna veertig dagen aan een

stuk, elke dag in een of ander criterium. En tussendoor reed hij

tienduizenden kilometers met de auto. Vandaag moest hij in

70

Page 71: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Holland zijn, morgen in Zuid-Frankrijk en gisteren in Spanje. En in

die tijd lagen er geen autowegen zoals nu.

Bovendien werden er in de criteriums nog echte veldslagen

uitgevochten. Het peloton was verdeeld in twee clans: die van Rik

van Looy en de rest. Willy zat, helaas voor hem, bij de rest. Na een

incident in de Ronde van Luxemburg kon Rik Willy’s bloed wel

drinken. Rik wilde in Luxemburg per se een bepaalde rit winnen en

zijn sportdirecteur vroeg Willy om voor één keer niet mee te

spurten. Maar Willy liet de kans om als jong coureurke de grote

van Looy te kloppen, niet liggen.

Van Looy zwoer dat hij die snotneus zou temmen. In de Tour zou

Planckaert niet één rit winnen. Maar hij won al meteen in Bordeaux

en de dag daarop was er weer een aankomst op een piste, in

Bayonne. En ook daar zou Willy winnen, want honderdvijftig meter

voor de meet zat hij uitstekend derde, na Karstens en Altig. Maar

net voor de laatste bocht, toen Willy naar boven ging om die twee

rustig te kloppen, kwam Van Looy met zijn volle gewicht op hem

leunen. Karstens zag wat er gebeurde en sprong als een snoekbaars

naar de meet. Willy remde, reed om van Looy heen en werd

tweede. Alle mannen van Van Looy’s ploeg staken zegevierend de

armen in de hoogte: Planckaert was geklopt.

Die rivaliteit, die een hoogtepunt bereikte in het verdere verloop

van de Tour, werd doorgetrokken in de criteriums. In Zingem, waar

71

Page 72: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

de eerste prijs een auto was, was het weer raak. In de tussensprints

voor het puntenklassement werd Willy enkele keren vakkundig

ingesloten. Hij moest de laatste spurt winnen om Ward Sels nog te

kunnen kloppen voor de wagen. Van heel ver lagen ze zij aan zij en

op de meet scheelde het geen haar, maar Willy dééd het.

De eerlijke Ier

In de sixties was er heel wat te doen rond doping. De controles

kwamen van de grond en het regende positieve gevallen. Het

hoogtepunt van de dopingellende lag in de Waalse Pijl van 1966.

Op de palmares van die wedstrijd staat geen winnaar.

Michele Dancelli won de koers, maar hij werd gedeclasseerd na een

positieve dopingtest. De tweede, Lucien Aimar, werd ook positief

bevonden. De derde, Rudi Altig, weigerde om naar de controle te

gaan. En de vierde, Jan Janssen, werd niet gecontroleerd en kwam

niet in aanmerking voor de overwinning. Waarschijnlijk zat in die

tijd het hele peloton onder de amfetamines. Een week na die

fameuze Waalse Pijl werd Luik-Bestenaken-Luik gewonnen door

Jakkes Anquetil, maar ook die werd van de erelijst geschrapt. De

Franse kampioen weigerde principieel om naar de controle te gaan.

72

Page 73: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

En zo bleef dat maar doorgaan. Er werd ook veel gesjoemeld bij

die controles. Er waren zelfs mannen bij die Coca-Cola in het flesje

goten. Maar voor Willy durf ik mijn hand in het vuur te steken. Hij

heeft in die criteriums na de Tour zijn hart geforceerd. Dat is de

ware reden voor zijn terugval. In het voorseizoen van 1967 liep het

helemaal fout. Aanvankelijk won Willy nog drie ritten in Parijs-

Nice, waarvan één na een incidentrijke spurt met Ward Sels. Ward

kreeg een serieuze kwak van Willy en kwam, samen met een

motard, zwaar ten val. Willy is hem gaan opzoeken in het

ziekenhuis. Er was geen rancune. Een beetje duwen hoort erbij. En

renners kunnen veel verdragen van elkaar. Walter en ik hebben het

zelf meegemaakt. Het gebeurde in Nice, in de laatste ronde van de

koers naar de zon in 1983. Er was een massaspurt op de Promenade

des Anglais. Walter had veel gewerkt en was niet fris meer. Jos

Lammertink reed aan de kop, Walter in zijn wiel en ik derde.

Achter mij zag ik Sean Kelly, Etienne de Wilde, Stefan Mutter en

verder

- in een lange sliert - de hele bende.

Walter riep naar Lammertink dat het ietsje minder snel mocht gaan.

Trager! Trager! schreeuwde hij. Maar Lammertink begreep Walter

verkeerd en hoorde: Rapper! Rapper! Hij spurtte alsof de meet al in

zicht was. En wat Walter had gevreesd, gebeurde. Op anderhalve

kilometer van de meet viel de Hollander stil en kwam Walter veel te

73

Page 74: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

vroeg aan de leiding. Op een kilometer van de aankomst hoorde ik

hem kraken. Hij zei dat zijn oogballen wegdraaiden en dat hij zijn

knieën voelde zwellen. De wind kwam uit de zee en we reden heel

dicht bij de toeschouwers. Op zevenhonderd meter voor de meet

stond een bord, zo groot als de kerk van Meigem, om werk aan de

weg te signaleren. Ongeveer daar demarreerde Luc Colijn. Walter

had geen kracht meer om hem te halen en hij deed iets waar hij nog

altijd spijt van heeft: hij draaide zich om, reikte me zijn hand en

loste af zoals op de piste. Ik zwiepte naar voren en Walter gaf zijn

laatste krachten om nog even in mijn wiel te blijven. Op die manier

wilde hij de anderen tegenhouden.

En toen kwam dat bord. Kelly knalde met een vaart van zestig

kilometer tegenaan. Etienne de Wilde viel over hem, en de helft van

het jagende peloton viel over De Wilde. Walters hart werd koud als

een ijsklomp. Hij wist wat ze zouden zeggen. Maar daar lag de fout

niet. Kelly was stomweg tegen dat bord gereden. De gevolgen

waren verschrikkelijk. Kelly’s huid leek wel afgestroopt, en de heup

van De Wilde was gebroken. Die jongen heeft zes maanden niet

kunnen koersen. En wat deed Kelly? De Ier zocht geen valse

verontschuldigingen. Hij zei dat hij stomweg tegen dat bord was

gereden.

74

Page 75: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Fin de Carrière

In de Giro van 1967 won Willy drie ritten, maar na de Ronde van

Italië was het liedje uit. Zijn magische kracht, ook zijn

spurterstalend, hadden hem verlaten. Door oververmoeidheid als

gevolg van die geforceerde hartklep en door een slechte

bloedcirculatie, was Willy het slachtoffer geworden van een virus.

Hij ging nog wel mee naar de Tour. ( Een groene-truidrager die

thuis zou blijven, dat was in die tijd erger dan boeren in een kerk.)

Maar al snel moest hij het peloton verlaten. Hij kwam doodziek in

moeder Gusta’s keuken. In de oude zetel van Peetje Planckaert zat

hij te huilen. En Gusta’s paranormale talenten kwamen weer boven:

die jongen heeft geelzucht, zei ze.

Diezelfde middag heeft Willy nog gekoerst. Het was in Evergem.

Zijn ploegmaat Jos Vandenberghe won. Iedereen, zelfs zijn vrouw,

dacht dat hij Vandenberghe liet winnen. Ik stond aan de kant van de

weg, als knaap van negen, te wachten tot Willy mij de zegebloemen

zou geven. Maar hij was gelost. Willy, de hoogste, de bijzonderste

van alle coureurs, kwam huilend naar de meet gereden. Hij kon niet

meer. We brachten hem naar Gusta. Niet naar zijn schoonouders

waar hij woonde; wat moeten die mensen denken? Zei hij. Hun

dochter is twee jaar geleden getrouwd met een grote coureur en nu

is die gast niks meer. Hij was pas drieëntwintig! Zijn beste jaren

75

Page 76: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

moesten nog komen. Maar elke koers moest hij opgeven. Hij

trainde meer, spande zich meer in dan vroeger, maar moest zelfs

lossen van de gelosten.

Er volgde een groot medisch onderzoek aan de universiteit van

Leuven. Willy kreeg van de professoren een bruine enveloppe mee

voor de huisarts. Thuis hebben Willy en moeder Gusta die omslag

losgeweekt boven de Fluitketel. Het stond er zwart op wit: Fin de

carrière. Hartklep geforceerd. Maar in 1969 won hij weer drie

koersen. In ‘ 70 zegevierde hij in de zwaarste rit van de Ronde van

Luxemburg, en in ‘ 71 klopte hij Eddy Merckx in de Ronde van

België. Na die ramp met zijn hartklep heeft hij nog twintig jaar

gekoerst. Tot zijn drieënveertigste!

Het uitstapje van ‘ Fiele’ De Vlaeminck

Op zijn eenentwintigste, in 1969, werd Walter prof. Hij tekende bij

Geens-Watney, de ploeg waarvan Frans Verbeeck, de vliegende

melkboer kopman was. Walter zou Verbeecks persoonlijke knecht

worden. Alles heeft hij gedaan voor Verbeeck: alles wat mocht en

niet mocht. Hij kreeg honderdduizend frank per jaar. Niet genoeg

om er een huishouden mee overeind te houden, maar geen nood: de

flierefluiter die hij altijd was geweest, veranderde in een

werkmaschine. De eerste twee jaar verdiende hij, als nederige

76

Page 77: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

knecht, honderdvijftigduizend frank extra aan prijzengeld. De

knecht won zelfs vier koersen.

Verbeeck beloofde hem een nieuw contract, maar toen de

voorjaarskoersen van start gingen, was er nog altijd niks getekend.

Verbeeck had zijn belofte niet gehouden. Karel van Wijnendaele,

de legendarische sportjournalist van het Nieuwsblad, heeft Walter

en Willy aan een contract moeten helpen. Mijn beroemde broers

konden voor Goldor gaan rijden en kregen 2500 frank per maand.

Verder kregen ze een koersbroek, één merktrui en één fietsframe.

Geen wielen, geen remmen. Die dingen moesten ze zelf maar

kopen. Op die manier leek verder koersen onmogelijk. Maar

moeder Gusta is toen cosponsor geworden. Ze telde het spaargeld,

dat ze had overgehouden uit de glorietijd van Willy, op de

keukentafel en zei de zij de kosten zou dragen voor de vitaminen,

de paardenbiefstukken en het vervoer. Haar naam had in dat jaar in

grote letters op de trui van de Planckaerts moeten staan.

Filemon ‘ Fiele’ de Vlaeminck, de vader van Eric en Roger, was

mecanicien, verzorger, masseur, psycholoog en materiaalman van

de ploeg. Helaas een te zware taak voor de eenvoudige, harde

werker. In derde rit van de Ronde van Spanje reed Fiele, met alle

rennerskoffers boven op zijn auto gebonden, de verkeerde kant op.

Hij sprak geen woord Spaans, had geen wegenkaart en was nooit

77

Page 78: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

eerder in Spanje geweest. Na de aankomst stonden zijn jongens in

plassende regen te wachten, maar Fiele kwam niet opdagen.

Sportdirecteur Edgar Demaere ging hem zoeken. Toen Edgar om

twee uur ‘s nachts, zo zat als een Zwitser, in het hotelletje

terugkeerde, was Fiele er nog altijd niet.

Pas een uur later hoorden ze hem de trappen opstrompelen. Fiele

had onderweg twee koffers verloren en de rest van de bagage was

zo nat als een spons. De coureurs zaten in hun blote kont te wachten

op schoon en droog ondergoed, maar dat was er dus niet. Ze

besloten om op te geven. Maar toen ze weer thuis waren brak de hel

los. De leiding van Goldor zou sancties nemen: in plaats van 2500

frank per maand wilden ze nog maar 1500 frank betalen. Hou alles

maar, zei Willy.

Met een andere Vlaeminck, Berten (geen familie) hebben ze nog

meer meegemaakt. In een koers met aankomst op de piste van

Roubaix bleef hij zo lang met zijn oude Austin achter de coureurs te

rijden, dat hij niet meer terug kon. De kijkers konden hun ogen niet

geloven. Eerst reed er een kopgroepje het velodroom binnen en kort

daarna de Austin van Berten Vlaeminck. De sportdirecteur, die

naast de chauffeur zat, moest zich in de bochten vastklampen aan

de rand van de raampjes. En ondertussen trok Berten een gezicht

alsof het de normaalste zaak van de wereld was. Sommige Franse

78

Page 79: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

kijkers dachten dat de Duitsers weer waren binnengevallen. Maar

Berten Vlaeminck kon nog meer. Hardlopen bijvoorbeeld. Als hij

de jongens een bidon moest aangeven, liep hij zo hard dat ze hem

niet konden inhalen. En de allereerste keer dat hij z’n drinkbus

wilde aanreiken, liep hij de renners tegemoet. Er vielen twee

lichtgewonden. Coureurs lachen veel. Koersen is op straat leven.

Daar maak je meer mee dan voor je t.v.-toestel

De knechtenrol van Walter

Walter en Willy konden hun ex-kopman Frans Verbeeck, die zijn

belofte niet had gehouden, wel levend villen. Nijdig Walterke had

maar een doel: Frans Verbeeck verslaan. Elke wedstrijd lijmde hij

zich vast in Verbeecks wiel. De melkboer kreeg geen meter vrijheid

en was radeloos. Walter, stop ermee! smeekte hij. Volgend jaar

kunt ge weer in mijn ploeg rijden - Eerst tekenen, antwoordde

Walter. Verbeeck gaf meteen wat drinkgeld en tekende negen

maanden van tevoren een contract voor 1972.

Walter was gered; hij zou weer in een goeie ploeg kunnen rijden.

Verbeeck heeft op die manier, zij het een beetje onder druk, Walter

de kans gegeven om echt coureur te worden. Want Verbeeck was

zeer professioneel wat trainen betreft. De Watney-ploeg reed

79

Page 80: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

oefenritten met gemiddelde snelheden die hoger lagen dan

drieënveertig kilometer per uur. Drie keer in de week! Walter moest

om zeven uur uit bed, met de fiets naar Keerbergen, acht uur trainen

en weer naar huis. En dergelijk zwaar labeur, waar de frêle Willy

aan was kapotgegaan, maakte van Walter een winner.

Elke ploeg had in die tijd maar één kopman. Alle andere renners

waren knecht. In de letterlijke zin van het woord. Als er een bergje

moest worden beklommen, ging de kopman meteen aan de trui van

een knecht hangen. En die knecht was meestal Walter. En dat voor

tienduizend frank in de maand. Daarnaast trok hij ook nog de spurt

aan en ging hij te drinken halen. Dat was werken!

Afstappen, drank halen en beladen met liters drank weer naar voren

spurten tot bij de kopman. Het was een nederige job, maar een

knecht die wilde winnen werd ontslagen. Walter had geen keus. En

wij, Planckaerts, hebben altijd een minderwaardigheidscomplex

gehad. Eind ‘ 83, bij mijn overstap van de ploeg De Kimpe naar de

ploeg Post, ben ik daar zelf ook het slachtoffer van geworden. De

onderhandelingen met Post werden in Breda gevoerd. En oog in

oog met de grote Peter Post voelde ik me piepklein. Post vroeg naar

mijn prijs. Ik zei eerlijk wat ik bij de Kimpe verdiende. Stom! Ik

had het dubbele moeten noemen. Maar ik durfde niet. Van mij krijg

je net zoveel als bij De Kimpe, zei Post. Met een droge keel vroeg

ik schuchter of Walter ook bij de ploeg kon komen. Dat was geen

80

Page 81: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

probleem. Post reageerde eigenlijk enorm opgelucht.

Zelfverzekerde Planckaerts hadden hem waarschijnlijk twee keer

zoveel geld uit zijn zakken gehaald. Ik weet het zeker. Want toen ik

drie jaar later een aanbieding kreeg van ADR, schrok ik me verrot.

Ik stapte naar Post en vertelde hem alles. Hij dacht even na en zei:

‘Je hebt nog een contract van twee jaar bij Panasonic. Ik kan je niet

laten gaan. ‘De ontgoocheling moet in grote letters op mijn gezicht

hebben gestaan. Ik verloor miljoenen. Post keek me aan en zei: ‘Ik

wil je niet kwijt, maar ik heb niets aan je als je tegen je zin bij me

blijft. Ik betaal je het dubbele.’ Ik stond sprakeloos. Hij hoefde dat

helemaal niet te doen. Ik had immers al getekend.

Maar terug naar Walter. Het heeft lang geduurd, maar uiteindelijk

kon hij zijn talent niet blijven verstoppen. Het is er in één keer

allemaal uitgespat. In de Amstel Gold Race van 1972 reed hij weer

volledig in dienst van Verbeeck. Maar toen gebeurde het.

Zoetemelk demarreerde en niemand was mee. Gotver! vloekte

Walter. Als zoetemelk won was er weer geen premie. Walter liet

Verbeeck achter zich en spurtte naar de leider toe. Alleen Willy de

Geest en Gerard Vianen konden mee aansluiten. Het peloton met

Verbeeck, Willy Planckaert, Merckx, Van Springel en alle andere

groten kwam geen centimeter dichterbij. Joop Zoetemelk wilde per

se Amstel Gold Race winnen en beloofde Walter een klein fortuin.

81

Page 82: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Dat was een moeilijk moment. Walter zag graag centjes. Maar alle

verschrikkelijke vernederingen die in zijn lichaam zaten opgekropt,

stuwden hem vooruit. Hij heeft er een spurt van gemaakt van meer

dan een kilometer. De tweede stond niet eens op de foto. De

wedstrijd, gesponsord door een Hollands biermerk, werd gewonnen

door een renner van Watney. Door een Planckaert.

Walter had zijn les geleerd.

Na zijn overwinning in Amstel Gold Race was Walter niet meer te

stuiten. Kort daarna behaalde hij een fel aangevochten zege in de

eerste rit van de Tirreno-Adriatico, waarover ik in de eerste

aflevering heb verteld, en in de Waalse Pijl was het weer raak. Na

honderd kilometer, met nog achttien nijdige hellingen voor de

wielen, demarreerde Walter. Hij reed als de bokken en zijn

maximale voorsprong bedroeg zes minuten. In de buurt van Spa, op

een tiental kilometer van de aankomst, kwam ploegdirecteur Jossart

naast hem rijden: ge hebt nog drie minuten. Walter dacht dat hij de

koers al had gewonnen en uit voorzichtigheid begon hij vanaf de

laatste helling, die van Hauté-le-Bain, een beetje op reserve te

rijden. Maar tot zijn verbijstering kwam Zoetemelk naast hem

rijden. En drie kilometer verder, bijna in het zicht van de aankomst,

82

Page 83: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

kreeg ook de rest van het peloton aansluiting. Vooraan zaten

Verbeeck, Swerts, Maertens, De Vlaeminck, Huysmans, Meckx en

Van Springel.

Verbeeck kwam naast mijn broer rijden en vroeg of hij nog over

reserves beschikte om de spurt aan te trekken. Het kon. Roger

Swerts demarreerde en Freddy Maertens ook, maar Walter ging ze

halen. En onder de vlag van de laatste kilometer nam hij de leiding.

Verbeeck spurtte helemaal op het eind uit zijn wiel en won. In de

ploeg heerste een feeststemming. ‘Walter, ge zijt twee uur op

televisie geweest en ge hebt perfect de spurt aangetrokken. Op één

dag hebt ge uw contract verdiend,’ juichte Jossart. Walter was

gelukkig en teleurgesteld tegelijk. Hij had niet gewonnen. Hij had

verloren. En hoe!

Enkele dagen later hoorde Walter het hele verhaal: Verbeeck had de

renners van Molteni - Van Schil, Swerts, Huysmans en Co - veel

geld betaald om hem op te jagen. En Walter had dan ook nog de

spurt aangetrokken! Datzelfde seizoen won hij nog zeven koersen.

Hij had zijn les geleerd: hij moest zelf verantwoordelijkheid nemen.

Zijn knechtenrol behoorde tot het verleden. Het jaar daarop, in

1976, plaatste hij zichzelf op het podium naast alle gevestigde

groten.

83

Page 84: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Geven en nemen

Tijdens mijn eerste jaar bij Peter Post, in 1984, kreeg ik in Parijs-

Brussel de opdracht om Adrie van der Poel te bewaken. Het lukte

niet; ik moest Van der Poel laten gaan. s’Avonds schold Post me

uit. Hij zei onder meer dat ik een luilak was. Post kan schelden,

hoor! Na een kwartier had hij me zo plat als een luis. Ik kon mijn

oren niet geloven. En ik kon niet antwoorden, want ik respecteerde

Post als een soort hoger wezen.

Post, de gentleman! De wieleraristocraat!

Twee dagen heb ik verdwaasd rondgelopen. Maar de morgen van

de derde dag werd ik weer mezelf. Die morgen heb ik Post

opgebeld en mijn mening gezegd. Hij reageerde beheerst. Hij

antwoordde dat het genoeg was geweest. Dat we quitte waren. Hij

zei dat hij me in de toekomst anders zou aanpakken. ‘Met Jan Raas

84

Page 85: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

moest het,’ zei Post. ‘Als ik de klokken van Rome hoorde luiden.

Wéér was ik verrast. In de daaropvolgende vier jaar zijn Post en ik

beleefd gebleven. Zéér beleefd. Voor mij was hij een soort

vaderfiguur geworden.

Walter was niet zo kwetsbaar. Van hem was bekend dat hij sneller

reed als ze hem kwaad maakten. En in 1975 waren ze goed bezig

om hem heel kwaad te krijgen. Na de streek die Verbeeck hem had

geleverd in de Waalse Pijl en de Tirreno Adriatico was het alleen

nog wachten op de druppel die de emmer zou doen overlopen.

Het gebeurde een maand later in Mettet. Walter wist dat hij daar

Belgisch kampioen kon worden. Op vier kilometer voor de

aankomst demarreerde hij. Alleen Tony Houbrechts en Marc

Demeyer konden hem volgen. Het was een faire demarrage;

niemand kon knecht Walter iets verwijten. Door zijn aanval waren

de andere ploegen aangewezen op achtervolgen en kon de kopman

Verbeeck zijn krachten sparen voor de eindspurt.

Maar Walter dacht niet aan Verbeeck. Die dag wilde hij zelf

winnen. Vlak na zijn eerste demarrage sprong hij een tweede keer

weg. Houbrechts en Demeyer moesten eraf. Op twee kilometer van

de meet, op het bergske van Mettet, reed hij alleen aan de leiding.

Het peloton volgde op tweehonderd meter. Hij kon niet meer

worden geklopt. Eindelijk zou een Planckaert kampioen van België

worden bij de profs.

85

Page 86: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Willy is Belgisch kampioen geweest: in 1963, bij de militairen.

Ikzelf moest winnen in 1986. Ik kwam berggezond uit de Ronde

van Zwitserland, in de vorm van mijn leven. Walter zei dat niemand

me zou kunnen kloppen. Op één voorwaarde: de dag voor het

kampioenschap moest ik honderd kilometer gaan trainen. Ik zei dat

ik dacht dat hij gek was. Ik had net heel Zwitserland rondgereden

en ik had dus genoeg kilometers in mijn benen. Ik was een week

van huis geweest en die ene vrije zaterdag had ik wel iets anders te

doen. Walter blafte, maar beet niet. En zondags, tijdens de

wedstrijd, werkte hij als een meesterknecht. Hij dichtte de gaten,

gebruikte zijn brede rug als windscherm en sprak me moed in.

Halfweg vroeg hij voorzichtig hoe ik me voelde. Ik had pijn in m’n

benen en dacht aan opgeven. Hij begon me luid uit te kafferen. Het

hele peloton zat te grinniken. ‘Wat heb ik je gezegd! In plaats van

thuis te trainen, had je honderd kilometer op de weg moeten rijden,

verdorie!’ ketterde hij.

Ik ging naast mijn ploegmaat Eric Vanderaerden rijden. Ik dacht:

als ik niet win, moet Eric winnen. ‘Eric, ik heb pijn in mijn benen,’

zei ik. Dat was fair, maar niet slim. Vanderaerden had

waarschijnlijk ook pijn - iedereen heeft altijd pijn. Maar Eric zei

niks. Hij knikte en ik begreep daaruit dat hij zich goed voelde. Op

86

Page 87: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

dat moment werd hij de enige kopman. De ploegmaats vertelden het

door. Iedereen zou voor Vanderaerden rijden.

De Panasonics hielden de groep gesloten en Walter werkte de

landingsprocedure af voor de massaspurt. Eric vroeg of ik de laatste

vijfhonderd meter op kop wilde rijden. Dat kon. Het zou een

traditioneel scenario worden. Walter reed de laatste kilometers aan

de leiding. Ik zat in zijn wiel, Eric plakte aan het mijne. Op

zeshonderd meter voor de aankomst nam ik de leiding van Walter

over. En toen gebeurde het mirakel. De pijn in mijn benen

verdween en ik kreeg de indruk dat ik kon vliegen. Op de meet

hadden Eric en ik meer dan tien meter voorsprong. En

Vanderaerden had alle moeite van de wereld om in de laatste dertig

meter over mij te klimmen. Ik werd tweede, hij was Belgisch

kampioen. Een cadeau. De Planckaerts hadden de nationale titel

weggeven aan Vanderaerden.

Moeder Gusta zei dat we er ons hele leven spijt van zouden hebben,

maar ik gunde Vanderaerden die titel. Eric was mijn maatje. Samen

hebben we Post kwaaie momenten bezorgd. In een Frans

vijfsterrenhotel heb ik ooit de deur van Erics hotelkamer

weggehaald. En om hem te pesten had ik die deur in de lift gezet. Ik

drukte op het knopje gelijkvloers en er werd enorm gelachen. Maar

niet voor lang. Post stond beneden te praten met de hoteldirecteur

en ze wilden net samen de lift instappen. Ze wisten niet wat ze

87

Page 88: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

zagen. Toen de hotelmanager het nummer op de kamerdeur

herkende als dat Vanderaerden, is Post razend geworden. Niet op

mij, maar op Eric. En de volgende dag werd hij nog bozer. Die dag

werden we bijna uit de ploeg gezet. Pure pech! Eric en ik gooiden

plastic zakken, gevuld met water, van de zesde verdieping naar

beneden. En het toeval wilde dat de hotelmanager een van onze

slachtoffers was.

Walter en ik hebben Eric vaak geholpen. Dat moest van Post. In

Gent-Wevelgem van 1984 verplichtte hij alle Panasonics om in

Vanderaerdens dienst te rijden. Allemaal. En dat wilde wat zeggen.

In ‘84 hadden we de beste ploeg ever: Phil Anderson, Steven

Rooks, Gert-Jan Theunisse, Gerard Veldscholten, Bert Oosterbosch,

Guy Nulens, Eric Vanderaerden, Walter en Eddy Planckaert, Jos

Lammertink, Peter Winnen. In ‘84 wonnen we meer dan honderd

koersen en zes klassiekers. In één jaar. Niemand kon van ons

winnen. En ik had de vorm van mijn leven. Ik kon onmogelijk

begrijpen waarom Post toen Vanderaerden als enige kandidaat naar

voren schoof. Maar ik ben als werkmens geboren: zo nu en dan doe

ik wat de baas zegt.

Er zaten vier Panasonics in de kopgroep: Walter, Anderson, Eric en

ik. Walter en Anderson brachten ons naar de laatste rechte lijn. Op

vijfhonderd meter van de meet nam ik de leiding. Ik spurtte voluit.

88

Page 89: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Vanderaerden zat te kreunen in mijn wiel. En hoe het precies

gebeurd is, kon ik niet zien, maar ineens kwam Guido Bontempi

ons voorbij gevlogen. Hij nam meteen tien meter voorsprong.

‘Miljaar! We zijn eraan,’ gilde Vanderaerden. Hij reed naast mij en

zo onopvallend mogelijk gaf ik hem een enorme duw. Hij vloog

vooruit. Een seconde later zat hij weer in het wiel van Bontempi.

Het was in orde: ik wist dat hij in de laatste dertig meter de Italiaan

zou passeren. Bontempi wist dat ook. Hij kwakte Eric naar de

andere kant van de weg en won. Een ongelooflijke spurt: Eric was

in de fout gegaan, ik had niet mogen duwen en Bontempi was ook

schuldig. De Italiaan had wellicht twee keer gezondigd, want in die

eerste demarrage zal hij ook wel een flinke zet hebben gekregen.

Het tumult na de aankomst was onbeschrijflijk. Bontempi was

nerveus, Eric supernerveus en ik hypernerveus. Iedereen was boos.

Walter, de supporters, Vanderaerden, Bontempi en ik. Bontempi zei

dat wij hem hadden gehinderd. Hij had geluk dat ik geen Italiaans

verstond, of ik had hem meteen zijn kwak teruggegeven. Ik kon me

nog net inhouden, maar toen hij zijn bloemen kreeg, vergat ik mijn

goede opvoeding. Ik stapte naar de t.v.- commentatoren en zei dat

ik die dikke Italiaan de volgende keer met zijn kloten in de gracht

zou rijden. Bij veel mensen is die uitspraak een beetje ruig

overgekomen. Post zei even later tijdens het diner dat een

gentleman zulke woorden niet gebruikt. De volgende confrontatie

89

Page 90: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

met Bontempi kwam er drie dagen later, in Parijs-Roubaix.

Iedereen zat er met spanning op te wachten. Zelfs de collega’s.

Logisch, want Planckaert zou Bontempi met zijn klikken en

klakken in de gracht rijden. Maar ik wist wel beter. Guido

Bontempi is twee koppen groter dan ik en ongeveer tien kilo

zwaarder. Bovendien is hij een echte Italiaan en dus een beetje

prikkelbaar. Die dag heb ik hem koel maar correct goedendag

gezegd.

Walter huilde als een klein kind

Maar enfin, in dat bewuste Belgische kampioenschap te Mettet, in

1975, reed Walter helemaal alleen aan de leiding. Met nog

anderhalve kilometer te gaan, zag hij zichzelf al in de tricoloretrui.

Over zijn schouder zag hij in de verte een uitgerekt peloton als een

vijandig leger achter hem aanjagen. Maar geen paniek. Tot er uit

dat leger een raket werd afgevuurd: Jef Geysemans. In één ruk reed

Jef naar Walter. Die moest de dag van zijn leven hebben.

Bovendien was Geysemans een goede spurter. ‘Allez Jef,

overpakken,’ riep Walter. Maar Geysemans wilde niet. Hij zei dat

hij dood zat. Die laatste demarrage had hem gekraakt, beweerde hij.

90

Page 91: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Walter geloofde hem niet. Maar twintig meter verder moest

Geysemans lossen. Die zat echt kapot. Walter reed als een gek uit

het zadel en reed het laatste restje lucht uit zijn borstkas. Hij bleef

voorop tot Willy Teirlinck, de specialist van de laatste kilometer,

hem voorbij stoof. Teirlinck werd die dag Belgisch kampioen.

Toen ik voor de eerste keer startte in een Belgisch kampioenschap,

in 1972, was er maar één favoriet: ik. Het was mijn eerste seizoen

bij de nieuwelingen en ik had al 42 koersen gewonnen. Zelfs mijn

eigen broers waren een tikje jaloers. ‘In mijn tijd was er meer

concurrentie,’ zei Willy. En Walter zei dat mijn billen te dik waren.

Met zulke billen zou ik nooit een goede prof kunnen worden. Ze

waren trots op mij, maar tegelijk ook een beetje nijdig, omdat ik

hun records verpulverde. ‘Kampioen van België worden, dat is pas

moeilijk,’ zei Walter. ‘Iedereen wil die dag winnen. Alleen coureurs

die zich optimaal verzorgen, kunnen als favoriet starten en toch

winnen.’

Na die woorden moest ik wel kampioen worden. Ik vrijde toen al

met Christa en elke keer als ik verloor, was dat de reden. Het zware

parcours van Aye, een dorpje in de provincie Luxemburg, mocht

geen bezwaar zijn. Ik wilde Walter iets bewijzen. Niets werd aan

het toeval overgelaten. Ik had het parcours verkend en me

91

Page 92: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

uitstekend voorbereid. Maar de concurrentie was zwaar. Iedereen

wilde in mijn wiel rijden.

Zo kon ik natuurlijk niet winnen. Ik moest het slim spelen. Tijdens

de beklimming van het steilste bergje deed ik iedere keer alsof ik

moest lossen. Mijn grootste concurrent, Etienne de Wilde, had het

direct in de gaten. Planckaert kan nog geen molshoop op, zag ik

hem denken. Ik speelde het goed. Maar drie ronden voor het einde

kon ik me niet langer inhouden. Ik demarreerde. En snel! Binnen in

mij leek de hel losgebarsten. Ik duwde en duwde tot ik Walter bijna

omver reed. Hij stond midden op de weg en liet een van zijn sterke

vuisten zien. ‘Ik vermoord u,’ riep hij. ‘Als ge u niet direct laat

inlopen, vermoord ik u!’

Walter wist dat ik onmogelijk drie ronden alleen voorop kon

blijven. Ik schreeuwde dat hij zich met zijn eigen zaken moest

bemoeien.

‘Uit de weg! Uit de weg!’ tierde ik. Maar de volgende ronde stond

hij er weer. ‘Godver!!!’ riep hij. Ik kneep mijn remmen dicht. Een

eindje verderop stond mijn schoonbroer Carlos, die ook door zijn

zenuwen zat, Stierke los te roepen, maar ik durfde niet meer te

demarreren. Walter zou mij echt hebben vermoord.

Uiteindelijk kwam het tot een massaspurt. Ik keek niet meer uit m’n

ogen van de zenuwen. Maar Etienne de Wilde was zo mogelijk nog

nerveuzer. Hij begon van veel te ver. Op tweehonderd meter voor

92

Page 93: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

de aankomst ben ik hem voorbij gespurt. Ik won met drie meter

voorsprong. Walter huilde als een klein kind. Ik schrok zo van die

sentimentele reactie dat ik zelf ook begon te snotteren.

‘s Avonds zijn we met hele familie de zegebloemen op vaders graf

gaan leggen. Iedereen was er. Iedereen, behalve Walter. We konden

hem niet vinden. Walter is, voor zover mij bekend, maar twee keer

in zijn leven dronken geweest. Die dag was het de eerste keer. Hij

was zo zat als een kanon. Hij zong vrolijke liedjes en zei dat zijn

broertje de beste coureur van de wereld was. En met zichzelf sloot

hij de weddenschap af dat hij ook Belgisch kampioen zou worden.

Maar de Belgische titel werd hem twee maanden later ontnomen

door zijn eigen kopman. De éminence grise van het peloton,

Ferdinand Bracke, heeft het zelf verteld. ‘Walter, mijn vriend,’ zei

Bracke in zijn typisch Waals-Vlaams, ‘Frans Verbeeck heeft vuil

spel gespeeld. In Mettet heeft hij mij tweehonderdduizend frank

gegeven om achter te koersen.’ Bracke had in opdracht van

Verbeeck de hele tijd achter Walter aangejaagd. In opdracht van

Verbeeck! Wéér was Walter geklopt door de wet van de top: een

geboekstaafde knecht mocht nooit keizer worden. Ook niet na vijf

jaar dienst. Er moeten foto’s bestaan van spurten waarin Walter zijn

remmen dichtknijpt om Verbeeck te laten winnen. En dan zoiets.

De Vlaeminck had beter moeten weten.

93

Page 94: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Die dag in Mettet werd de breuk tussen Walter en Frans Verbeeck

een feit. Verbeeck ging weg bij Watney en Walter bleef. Hij werd

een beschermd renner naast de nieuwe kopman André Dierickx. Dat

jaar, in 1976, won Walter op een grandioze manier de Ronde van

Vlaanderen.

Het was wennen voor de groten. Roger de Vlaeminck noemde de

overwinning van een knecht in zo’n grote klassieker een schande.

Hij had beter moeten weten. Walter zwoer wraak. Monsieur Paris-

Roubaix zou dat jaar alleen over Walters lijk Parijs-Roubaix

winnen! Voor de start van de Franse kasseiklassieker stapte Walter

naar De Vlaeminck en zei: ‘Parijs-Roubaix is zogezegd uw koers,

Vlaeminck. Maar alles wat ge doet, zegt, of probeert, het zal u niet

helpen. Ik zal u kloppen.’ De Vlaeminck deed alsof hij het

dreigement niet ernstig nam. ‘Jaja, Planckaertje, we zullen wel

zien,’ zei hij. ‘Planckaertje’...Tegen Walter!

In Gent-Wevelgem, die toen nog werd verreden op de woensdag

tussen de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix, was Walter

mee met de eersten. De anderen in de kopgroep waren Frans

Verbeeck, Piet van katwijk, Freddy Maertens, Rik van Linden, Joop

Zoetemelk, André Dierickx en... Roger de Vlaeminck. Zoetemelk

demarreerde op twee kilometer van de meet en Walter sprong mee.

Op één kilometer van de aankomst lagen ze honderd meter voor.

94

Page 95: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Maar Zoetemelk dacht aan de Amstel Golde Race van het jaar

daarvoor en wilde absoluut niet op kop rijden. Walter begon te

twijfelen. Zou hij doorgaan? Zou hij...? Er kwam een bocht en

driehonderd meter verder zag hij, tot zijn grote verassing het

spandoek. Hij sprong recht, maar precies op dat ogenblik kwam de

kopgroep over hen gewaaierd. Freddy Maertens won, voor Rik van

Linden. Walter was vierde. Na de zware koers reed hij niet met de

auto, maar met de fiets naar huis. Er galmde maar één naam door

zijn hoofd: Vlaeminck! Vlaeminck!

De volgende zondag reed Walter zeer goed. En op veertig kilometer

van de aankomst had hij nog drie ploegmaats naast zich. De

Vlaeminck had al een keer of vier gedemarreerd, maar elke keer

was Walter hem gaan halen. André Dierickx, Walters kopman die

wist wat er aan de hand was, zat muurvast in Walters wiel. Die kon

daar zeker niet slechter van worden. Dacht hij. Want Walter had De

Vlaeminck onderschat. Roger reed op kop, Walter zat in ’t wiel en

Dré Dierickx volgde als derde. De weg liep langs een hoog voetpad

met een nog hogere stoeprand. Er kwam een bocht naar rechts. De

Vlaeminck keek niet achterom - hij wist wie er in zijn wiel zat - en

kwak!

Moeder Gusta en ik zaten thuis naar de rechtstreekse

televisiereportage te kijken. Dré Dierickx kon rechtkrabbelen, maar

Walter niet. Uit alles bleek dat het zeer ernstig was. We zagen nog

95

Page 96: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

net hoe hij met de ambulance werd weggebracht. Daarna reed de

camera weer naar de koplopers. Bij Gusta kwamen alle

herinneringen aan vroegere ongevallen weer boven. En er kwam

maar geen bericht. Niet op de radio, niet op de televisie, niet via de

telefoon. Die dag was één van de verschrikkelijkste van mijn leven.

Als Walter geen helm had gedragen, wat niet verplicht was in

Frankrijk, dan zou hij dood zijn geweest. Na die kwak van de

Vlaeminck was hij met zijn hoofd op de scherpe stoeprand

terechtgekomen. Hij had een enorme hoofdwonde en een zware

hersenschudding. Ik zei tegen moeder dat het geen waar kon zijn,

dat Walter onmogelijk een zware hersenschudding kon hebben,

want dat hij daar niet genoeg hersens voor had. Maar ze kon er niet

mee lachen.

Toen Walter bij bewustzijn kwam had hij maar één vraag: ‘Wie

heeft er gewonnen?’ De zuster zei: ‘Goed u wordt wel beter.’ En

Walter: ‘Godver, wie heeft Parijs-Roubaix gewonnen?’ De dokter

werd erbij gehaald en die zei dat Marc Demeyer had gewonnen.

Was het De Vlaemink geweest, dan was Walter nooit meer beter

geworden.

De strijd om de wereldtitel.

96

Page 97: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Een week later verliet Walter op eigen risico het ziekenhuis.

Sportbestuurder Berten de Kimpe wilde dat hij een koers zou rijden

in Denys, een Frans stadje waar de sponsor commerciële belangen

had. Het was snikheet en op het einde van de koers kreeg Walter

stekende hoofdpijn. Hij wilde afstappen, maar De Kimpe zei dat hij

voortdurend koud water over Walters hoofd zou gieten. ‘De sponsor

rekent hierop dat ge wint,’ zei hij. Walter won, de sponsor was

gelukkig. Maar Walter heeft nog altijd hoofdpijn.

In ’ 76 heeft Walter de grote Freddy Maertens echt leren kennen.

Walter kon dat jaar alles. En het wereldkampioenschap werd

verreden op een parcours dat hem goed lag. Insiders vreesden dat de

knecht wereldkampioen zou worden. En dat kon niet. Walters

kansen werden meteen op een handige manier kleiner gemaakt. Hij

zou in dezelfde hotelkamer slapen als het Flandria-trio Marc

Demeyer, Freddy Maertens en Michel Pollentier. Alleen goede

knechten slapen met de kampioen op dezelfde kamer. En goede

knechten winnen niet...

Walter had tijdens de groepstraining in de straten van Ostuni heel

bewust verschrikkelijk gepeesd. Zij die nog twijfelden, wisten het

nu ook: hij was in topvorm. Op dat gebied was Walter een vos.

Diezelfde avond kwam Maertens, geflankeerd door Flandria-baas

Pol Claeys, over drinkgeld praten. Walter had ze al verwacht. ‘En?’

vroeg Maertens. ‘Ik voel me nogal goed, ‘ zei die van ons fijntjes.

97

Page 98: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

‘Als je in mijn dienst rijdt, krijg je vijftigduizend,’ zei Freddy. Daar

moest Walter nog een keer over slapen. Hij wilde méér dan de

50.000 frank die alle Belgen zouden krijgen in geval van een

Maertens overwinning. De volgende dag kwam het tot een akkoord:

in ruil voor veel drinkgeld zou Walter volledig in dienst rijden van

zijn kopman. Maertens zou later, als tegenprestatie, Walter Parijs-

Brussel helpen winnen.

Het sterke knechtentrio Demeyer, Pollentier en Planckaert moest

Freddy uit de wind zetten. Tijdens de beklimming mocht de

kopman zich aan hen truien vast klampen. De koers bleef rustig tot

aan de laatste ronde.

Maar toen demarreerden Moser en Zoetemelk. Niemand scheen te

kunnen volgen. Het duo liep zeer snel twee - à driehonderd meter

uit. Maertens kwam naast Walter rijden: ‘Kom Planckaert, ik kan

niet meer.’ Joseph Bruyère, op dat moment Merckx’ meesterknecht,

en Lucien van Impe beperkten de schade.

In de laatste kilometers kwam Maertens nog een keer naast Walter

rijden. Breng me tot op tweehonderd meter van de kopgroep, dan

doe ik de rest, zei hij. Walter bracht hem in één lange ruk tot op de

tweehonderd meter. En toen liet Freddy zien hoeveel klasse hij in

huis had. Met zijn ‘twaalf’ sprong hij naar de koplopers. De rest van

het peloton leek stil te staan. En een kilometer verder werd hij

wereldkampioen.

98

Page 99: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

In Parijs-Brussel reed Maertens, zoals afgesproken, in dienst van

Walter. Maar het werd geen overwinning. Als compensatie heeft

Freddy hem nog wat extra drinkgeld gegeven. Daarin was de West-

Vlaming zo gul als een nieuw lief. Een jaar later, nadat Walter in de

eerste rit van de Ronde van België de leiderstrui had gepakt,

beloofde Freddy in zijn dienst te rijden. In die ronde won Walter

drie ritten. Freddy Maertens deed niks voor, maar ook niets tegen

hem. Ook niet in de spurt. Walter kon die ronde niet verliezen, maar

toch kwam in de laatste rit zijn leiderstrui in gevaar. Een vroege

ontsnapping had het peloton in slaap gewiegd. Het was ijskoud en

niemand wilde echt rijden. De koplopers liepen ver uit en Walter

zou gaan verliezen. Het was hopeloos. Maar toen kwam een

coureur een oude rekening betalen. ‘Walter, pak mijn wiel. Ik ga dat

gat dichtrijden,’ zei Roger de Vlaeminck.

En zonder een woord meer uitleg reed de Vlaeminck, met Walter in

het wiel, naar de koplopers. Daarna stapte Roger af. Hij heeft er

nooit meer iets over gezegd. De Vlaeminck had ook zijn goede

kanten.

Hand in hand, kameraden.

99

Page 100: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Halverwege het seizoen ’ 79 kreeg Walter telefoon van Frans

Verbeeck. Die stopte met wielrennen en zou het jaar daarop

sportbestuurder worden. Hij wilde Walter in zijn ploeg. Het lukte.

Alles werd vergeven, de knecht werd meester in dienst van zijn

vroegere meester. In de ploeg van Verbeeck won Walter Kuurne-

Brussel-Kuurne. Dwars door België, in totaal een tiental koersen.

Walter was een ongewoon renner. Hij won Kuurne-Brussel-Kuurne

drie keer, en twee keer was hij tweede. Dwars door België won hij

twee keer. Als er tegenwoordig iemand Dwars door België wint, is

zijn hele seizoen goed. Walter won ook de E3-prijs, de Ronde van

België, de Amstel Gold Race, de Ronde van Vlaanderen, ritten in

de Tour en in elke andere ronde. Maar hij kreeg nooit meer dan een

arbeidersloon. Als hij in zichzelf had geloofd, dan zou hij Willy en

mij in de schaduw hebben gesteld.

Walter was een goed kopman, maar in 1980 werd hij weer knecht.

Van 1980 tot aan het einde van zijn carrière in 1985, heeft hij,

zowel bij Splendor als bij Panasonic, in mijn dienst gereden. Ik heb

veel aan hem te danken. De spurt aantrekken is net zo moeilijk als

hem winnen. Als de aantrekker een fout maakt, dan is de spurter

geklopt. Walter heeft weinig fouten gemaakt. Hij was sterk, rap en

hij liet niet met zich sollen. ‘Onze-Lieve-Heer heeft mij twee

ellebogen gegeven. Het is mijn plicht om ze te gebruiken,’ zei hij.

100

Page 101: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Wie te dichtbij kwam, kreeg gegarandeerd de straffe Gods. En er

zijn er weinig twéé keer naast hem komen rijden; bovendien was

onze sterke Panasonic-ploeg absoluut superieur. Met zes, zeven

ploegmaats reden ze de laatste tien kilometer aan de leiding met een

snelheid van vijftig tot zestig kilometer per uur. Ontsnapte renners

moesten niet worden gehaald, ze werden automatisch ingelopen.

Het voorbereidend werk werd daarna afgemaakt door mij of door

Vanderaerden.

Het mooiste voorbeeld van de vriendschap tussen Eric en mij kwam

er in Dwars door België in 1984. Eric en ik zaten samen voorop:

twee ploegmaats, twee sloebers, twee vrienden, twee jonge renners

die op dat moment oppermachtig waren. We zouden niet echt

spurten. Wie zou de spurt aantrekken? Hij? Hij zeker niet. Zo was

hij niet. Ik? Ik ook niet. Loten voor de overwinning en daarna een

komedie opvoeren, dat wilden we niet. ‘Dat gaan we de mensen

niet aandoen,’ zeiden we. We kozen voor een derde, grappige

oplossing: we zouden hand in hand gelijktijdig over de meet rijden.

En inderdaad: hand in hand, breed lachend reden we over de meet.

Maar niet echt gelijktijdig. Ik won. Het scheelde één centimeter.

De volkswoede was groot. Duizenden wielerliefhebbers hadden een

superspurt verwacht! Er werd boe geroepen. Er werden

onnoemelijke dingen geschreeuwd. Er was een fluitconcert. Er werd

met petjes gegooid. En wij die dachten dat ze ons gebaar

101

Page 102: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

sympathiek zouden vinden! Later is die zaak zelfs door de

tuchtcommissie van de BWB behandeld. Het scheelde geen haar of

we werden gedeclasseerd.

Als een atleet afscheid neemt sterft hij een beetje. De Planckaerts

hebben van heel dichtbij Eddy Merckx een beetje zien sterven. Ik

was twintig en moest nog aan mijn carrière beginnen. Walter en

Willy reden toen, in 1978, voor C&A. Merckx was kopman. Het

was een harde winter en de ploeg ging trainen in Zuid-Frankrijk. Ik

mocht mee.

Scheiden doet leiden.

Ik had veel bewondering voor Merckx. Ik ging altijd achter hem

rijden, omdat ik hem zo bewonderde. Ik wilde hem perfect leren

kennen, hem imiteren. Maar het ging niet goed met Eddy. Hij reed

niet op kracht, maar puur op karakter. Op steile, korte bergjes

wilden onze Willy en ploegmaat Lucien van Impe die zwakke

Merckx een beetje duwen. Maar dat wou hij niet. Dan schudde hij

geïrriteerd de duwers van zich af. Als het echt niet meer ging, dook

102

Page 103: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

hij de volgauto in en verdween razend snel naar het hotel. Kort

daarna, in Kemzeke, heeft hij zijn laatste koers gereden. Groots was

dat.

Walter heeft dat jaar de eer van de C&A-ploeg gered. Hij won de

Tourrit voor de deur van de C&A bazen, met aankomst op de

Heizel. Het was een spurt met Freddy Maertens en de Fransman

Esclassan.

Twee superrappe mannen. Dat jaar won Walter acht wedstrijden.

Negen jaar later, in 1987, zou Walter de Tourproloog winnen.

Toen ik hem na nieuwjaar ging halen voor de training, zei hij dat ik

alleen de weg op moest. Hij had een revolutionaire

trainingsmethode ontwikkeld, die hem een overwinning in de

Tourproloog garandeerde. Walter had werkelijk iets zeer speciaals.

Hij maakte geen kilometers, hij kwam zelfs zijn huis niet uit! Hij

trainde de hele winter op zijn zolder. We mochten niet zien wat hij

deed, maar Willy zei dat hij bezig was met allerlei luidruchtige

toestellen. Alsof iemand met een hamer op een stuk ijzer sloeg. Ik

gloeide van nieuwsgierigheid.

Tijdens het kerstfeestje van de familie - hij woog toen zeker al

honderd kilo - zei Walter dat hij wilde wedden voor

honderdduizend frank dat hij de proloog van de Tour zou winnen.

Hij was zo zelfverzekerd! Maar tijdens de ploegvoorstelling van

Panasonic, in januari 1987, was het zo ver. Peter-Post zou zijn

103

Page 104: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

nieuwe assistent-ploegleider bekent maken. Ik wist bijna zeker dat

het een goede vriend was; iemand die we héél goed kenden. ‘Het is

niemand minder dan... dan... Walter Planckaert!’ zei Post.

Ik werd zo boos! Ik was erin getrapt! En Walter lachen...

Onnatuurlijk hard lachte hij. Ik zag het wel: het huilen stond hem

nader dan het lachen. Afscheid nemen is een beetje sterven. En

Walter had de renner in zich ingeruild voor wat zekerheid. Het moet

een harde winter voor hem zijn geweest.

De keiharde wereld op wielen

Het heeft lang geduurd. Tot vorig jaar. Toen heb ik het pas beseft.

Moeder had gelijk: ze zei dat ik er te weinig voor deed. Ze zei dat

ik eindelijk eens het maximum uit mezelf moest halen. Het

104

Page 105: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

probleem was: ik werd teveel verwend. Ik was de grote belofte, ik

zou het zeker maken. Maar het gaat snel, ik ben ondertussen al

dertig. De jaren zijn voorbij gevlogen, ik moet me haasten.

In 1988 had ik een heel goed jaar gehad. Ik won de Ronde van

Vlaanderen en de groene trui in de Tour. Maar begin dit jaar heb ik

sterren gezien. Eddy - de spurter is minstens een meter minder snel

geworden. Ik heb één troost: in mijn tweede jaar als renner ging het

precies zo. Het jaar daarvoor had ik elke wedstrijd bij de

onderbeginnelingen gewonnen. Sommige koersen zelfs met een

grote voorsprong. Maar in 1973, in mijn eerste jaar bij de

nieuwelingen, kreeg ik meteen een pak slaag. In de allereerste

massaspurt werd ik elfde. En in de tweede koers negende. Ik, de

onoverwinnelijke! Ik dacht aan een vroegtijdig afscheid, aan een

premature fin de carrière. Maar in de derde koers ging het ineens

weer beter. Ik won met een straat voorsprong. En daarna heb ik nog

nauwelijks verloren.

Mijn schoonbroer Carlos Notebaert, de ex-man van mijn oudste zus

Anita, heeft het allemaal van heel nabij meegemaakt. Hij was altijd

bij me, als ik koerste en als ik werkte. We hadden een job in een

betonfabriek. Om zes uur ’s morgens vertrok ik: koersfiets op de

schouders met de bus naar Gent. En om vijf uur na het werk, reed ik

met de fiets naar huis. Ik was pas vijftien. De eerste dag stond

moeder Gusta voor de deur te wenen. ‘Zo’n jong ventje, mijn

105

Page 106: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

kleinste, een Planckaert, en nu al naar de fabriek,’ treurde ze. Maar

zelf had ik geen spijt. Naar school wilde ik niet meer. Als ik had

gewild dan was ik een behoorlijke student geweest. Maar in mijn

gedachten leefde maar één ding: koers. Ik was pas drie toen ik

leerde fietsen. En ik heb daarna nooit iets anders gezien of gehoord.

Een carrière op de fiets was mijn droom. Ik moet god danken dat

het is gelukt.

In 1974 won ik 49 keer in 60 wedstrijden. In Aye werd ik Belgisch

kampioen. Een week later mocht ik samen met Eddy Merckx een

ereronde rijden voor de start van een profcriterium te Deinze

Daarna nam Merckx me even apart. ‘Een gouden raad,’ zei hij.

‘Zolang je jong bent, is één koers in de week genoeg.’ Ik heb zijn

advies niet volledig opgevolgd ik reed twee keer in de week. Maar

ik ben wel altijd heel voorzichtig geweest. Ook nu nog. Ik wil na

mijn rennerscarrière ook nog leven.

Winnen werd een gewoonte. Ik stak zelfs mijn arm niet meer in de

hoogte; het ging zo gemakkelijk... Tijdens de training zag ik meer

af dan in de koers. Ik wist echt niet wat verliezen was. Als ik een

tweede keer tweede eindigde zeiden de mensen dat ik slecht had

gereden. Dan werd ik boos en blij tegelijk. Na een nederlaag zat ik

een paar dagen in de put, maar voelde me terzelfder tijd extra

gemotiveerd. Geklopt worden was eigenlijk leuker dan winnen.

106

Page 107: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Ik werd een verwend kereltje. Op mijn achttiende kon ik een Ford

Granada kopen. Ik had geld. Mijn fabrieksloon moest ik thuis

inleveren, maar mijn koersgeld mocht ik houden. ‘Ge hebt chance,

manneke,’ zei moeder Gusta. ‘Uw broers moesten niet alleen hun

wedde, maar ook hun koersgeld afstaan.’ Ik verdiende zeker

honderdduizend frank per jaar. In vergelijking met andere jongens

van mijn leeftijd was ik een oliesjeik. Ik had geld en succes, ik was

fris en sterk. Ik had alles mee en tegen om superverwaand te

worden.

Zo nu en dan dacht ik werkelijk dat de hele wereld van mij was.

Zelfs moeder beschouwde ik als mijn persoonlijk eigendom. Ik

herinner me dat er een man was die met haar wou trouwen. Het was

een vriendelijke vent, en hij beloofde haar acht bundeltjes van

vijfentwintigduizend frank als bruidschat. In die tijd was dat enorm

veel geld. Maar het trouwfeest ging niet door. Ik gooide bommetjes

naar hem. En grote stenen. Ik was razend op die man. Moeder was

van mij!

Gelukkig waren er mijn broers. Zij hielden mij nederig. Net zoals

zij in hun tijd, werd ik verplicht om te werken tot ik beroepsrenner

kon worden. En verder had ik het geluk dat ik heel vroeg begon te

vrijen. Ik ken mijn vrouw Christa sinds ik een klein ventje was. Ze

ging iedere week naar de koers en ik ook. Ik met mijn broers, zij

107

Page 108: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

met haar vader. Christa’s pa was tijdens kermiskoersen

commentator in de radiowagen. Zo is het gekomen.

Ik denk dat we als kleuter al verliefd waren. Als veertienjarigen

begonnen we echt te vrijen. Na een ingewikkelde afspraak kwamen

we terecht aan zee, onder toezicht, onder toezicht van mijn nicht

Lucrèce en haar man Freddy. In het strandhokje is het gebeurd.

Toen we tien minuten later weer naar buiten kwamen, hadden we

allebei een hoofd als een tomaat. We dachten dat iedereen het aan

ons zag. Zonder op of om te kijken, zijn we in het koude water

gesprongen om af te koelen.

In al die jaren hebben Christa en ik maar één keer ruzie gehad.

Normaal ging ik haar elke dag thuis opzoeken, maar die keer ben ik

een hele week niet geweest. Ik, met mijn goed hart, had voor haar

een chique bloes gekocht van zeshonderd frank. Maar ze was niet

dankbaar. Ze reageerde niet. Ze had het te druk met een ander.

Christa kon namelijk niet zwemmen en die dag kreeg ze haar eerste

zwemles. De badmeester was een knappe reus. En je kent dat wel:

spartelen, een beetje stoeien, zwemmen, lachen... Ik zag groen van

jaloezie. Ik nam het dure bloesje weer mee en thuis heb ik van pure

ellende in kleine stukjes gescheurd. De volgende dagen liet ik me

niet zien. Maar een week later kon ik niet meer. Ik zei dat ik haar

vader enkele wedstrijdfoto’s moest laten zien... Ik was dol op

108

Page 109: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Christa. Walter vond het niet zo prettig dat ik zo hard van stapel

liep. Logisch, hij wist niet wat ik allang wist: Christa was de

perfecte vrouw voor mij. Ik hou hout vast, maar ik durf het te

zeggen: we passen zéér goed bij elkaar. Bovendien hebben we het

grote voordeel dat we jeugdvrienden zijn. Als het ware broer en

zus, en tegelijk ook dikke vrienden. En Christa weet meer van het

wieler peloton dan wie dan ook.

Een coureur wordt rap volwassen. Hij leert snel dat verlies heel erg

is en dat winst jaloezie oproept. En vooral leert hij te zwijgen.

Iemand die niet kan zwijgen, moet geen coureur worden. Alleen

thuis kun je jezelf zijn. Ik had er een gewoonte van gemaakt om

alles met Christa door te praten. Alles. En alléén met haar. Ik denk

dat zei de enige persoon is op de wereld die mij en het peloton door

en door kent. En niet te vergeten: zij is degene geweest die mij op

mijn dertiende van die vervelende hallucinaties over ongevallen

heeft verlost.

Het systeem van Post.

In 1975 werd ik voor de tweede opeenvolgende keer nationaal

kampioen. Het gebeurde in Aspelare. Walter kon er die keer niet bij

zijn, hij moest zelf koersen. Maar ook zonder zijn goede raad en

109

Page 110: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

dreigende vuist won ik. Het was de eerste keer in de geschiedenis

van de wielersport dat een nieuweling twee keer na elkaar Belgisch

kampioen werd. Ik was dat jaar ook weer provinciaal kampioen

geworden en in totaal behaalde ik 52 overwinningen. Ik had amper

zes nederlagen geleden en mijn slechtste uitslag was een vierde

plaats. Bovendien won ik in de winterperiode vier veldritten.

Zonder gespecialiseerde training. Walter en Willy hebben ook

enkele crossen gewonnen. We zijn zware mannen geweest. Maar

gelukkig kunnen we ook nog iets anders dan fietsen.

Na mijn wielercarrière wil ik in het zakenleven stappen. Het liefst

zou ik iets doen waardoor ik volledig verdwijn uit de publieke

belangstelling. Ik ben vedette sinds mijn veertiende; het is genoeg

geweest.

Na het wielrennen wil ik totaal iets anders. Dat kan, want ik leer

snel. Toen ik tuinier was - van mijn zeventiende tot mijn

tweeëntwintigste - leerde ik ook dat vak vrij makkelijk. De meeste

dingen waaraan ik begin, lukken. Ik ben namelijk slim genoeg om

alleen die dingen te proberen waarvoor ik wat talent heb. Business,

bijvoorbeeld. Daarover heb ik heel wat geleerd van Peter Post. Die

kan zaken doen! Elk gesprek bereidt hij minutieus voor; ieder

belangrijk woord heeft hij minstens veertien dagen van tevoren

afgewogen. Je moet echt tegen hem opgewassen zijn, want anders

110

Page 111: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

betaalt hij je de helft minder dan een ander, zonder dat je het

doorhebt.

Peter kan mensen om zijn vinger draaien. Ik zal een voorbeeld

geven. Als ik een slechte periode had, kwam hij over het contract

van volgend jaar praten. Reed ik goed, dan trakteerde hij met een

diner, maar dan sprak hij vooral niet over een nieuw contract. Zo

slim is hij. Als Post een zaak doet, doet hij een goede zaak. Anders

begint hij er niet aan. Met het hanteren van die vuistregel heeft hij

het ver geschopt. Ik heb veel bewondering voor hem en ik heb echt

veel van hem geleerd.

Toen ik alles won wat er te winnen viel zeiden de mensen: ‘Niet

moeilijk, zijn broers leren hem alles.’ En het is waar, ik heb ook

veel van hen geleerd. Maar ik moest wel zelf trappen. En de kracht

om te trappen die heb ik van hierboven. Ik ben nog altijd gelovig.

Als ik bid, kan ik niet verliezen, dat weet ik. Toen ik nog bij de

jeugd reed, bad ik voor elke wedstrijd vijftien weesgegroetjes en

één onzevader. Als ik het een keer niet deed, verloor ik. En ieder

jaar gingen Willy, Walter en ik te voet op bedevaart naar Onze-

Lieve-Vrouw van Oostakker. We zijn geen pilaarbijters, maat het

geloof zit er diep in.

111

Page 112: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

In 1976 reed ik bij de junioren 39 palmen bij elkaar. Dat waren er

een tiental minder dan de voorafgaande jaren. Door mijn reputatie

van onverbiddelijke winnaar werd het steeds moeilijker... Vooral in

West-Vlaanderen reden ze blok tegen mij. Dat jaar werd ik zelfs

geen kampioen van België . Iedereen mocht winnen, behalve ik. Ik

was nijdig. En ik zwoer dat ik wereldkampioen zou worden.

Het was de eerste keer dat ik kon deelnemen aan een

wereldkampioenschap. Bovendien werd het WK verreden in België,

in het Brabantse Gooik. BWB-afgevaardigde Roger de Corte van

Waarschoot zei dat ik zeker mee mocht. Hij had maar één

voorwaarde: ik moest de Ronde van Denemarken rijden. Ik ging

daarmee akkoord, maar Walter en Willy stelden hun veto. ‘Ge zijt

pas zeventien, ge hebt nog tijd genoeg voor het zware werk,’ zei

Willy. Ik belde af. De Corte reageerde nijdig. ‘We zullen er

rekening mee houden,’ zei hij. En ze hebben er rekening mee

gehouden! De BWB heeft me nooit meer geselecteerd. Niet bij de

junioren, niet bij de amateurs. Ik heb geen enkel

wereldkampioenschappen mogen rijden in de jeugdcategorieën. Het

jaar daarop won ik 52 keer en werd ik, ondanks verschillende anti-

Planckaert-coalities, Belgisch kampioen. Mijn derde nationale titel

in vier jaar. En toch mocht ik weer niet mee naar het

wereldkampioenschap. Ik maakte mezelf wijs dat het niet erg was,

dat het me niet kon schelen. Ik kreeg troostende supportersbrieven

112

Page 113: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

uit alle hoeken van het land, maar de tegenwerking van de BWB-

mensen kwetste me dieper dan ik wilde toegeven. Zonder de

onvoorwaardelijke morele steun van mijn broers was ik er mentaal

aan kapot gegaan.

De combine met Peiper.

Ik had alle luxe maar toch - en misschien juist daarom - zocht ik

naar meer inhoud in mijn leven. Toen ik in Zingem de arme

Australiër Peiper leerde kennen, kon ik dat verlangen invullen: ik

zou een sukkelaar helpen. Nadat ik zijn miserabele behuizing had

gezien, nam ik hem bij ons in huis. Hij kreeg alles gratis: eten,

drinken, huis, zijn kleren werden voor hem gewassen en gestreken.

Hij sliep zelfs bij mij in bed. En toch heeft hij me een paar keer raar

doen opkijken. Toen hij al meer dan een jaar bij ons woonde, vroeg

ik hem twee wielen om te gaan koersen. Dat kon. Toen ik ze ‘s

avonds teruggaf en hem bedankte, zei hij: ‘Geen dank. Geef me

liever vijfhonderd frank.’ Na alles wat ik voor hem gedaan had. In

de koers bijvoorbeeld, liet ik hem eerst ontsnappen. Als hij ver

113

Page 114: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

genoeg was, reed ik hem achterna. Altijd kwamen we samen aan.

Zo werd hij tweede en verdiende hij een extraatje. Dat ging lang

goed, tot die keer in Aspelare. Ik liet hem, zoals gewoonlijk, eerst

demarreren. Toen hij driehonderd meter voor lag, spurtte ik achter

hem aan. Maar die dag waren er vijf of zes coureurs met mij mee.

Rappe mannen. De besten. Pech! Ik ging naast Peiper rijden en zei:

‘Alan, als we samen blijven ben jij zevende.’ Peiper spurt namelijk

als een honderdjarige. Demarreer nog een keer. Ze zullen naar mij

kijken en jou laten gaan. Als je dan echt weg bent, moet je op me

wachten.’

Ik had mijn mond nog niet dicht toen hij al wegflitste. De anderen

bleven inderdaad in mijn wiel. Ik wachtte tot Peiper een halve

minuut voor lag. Toen sprong ik weg. Het was moeilijk; ze beten

zich vast in mijn achterband. Drie keer moest ik alles geven voor ik

definitief weg was. Doodop zat ik. Mijn tong hing op mijn stuur,

maar het doel was bereikt: ik was ze kwijt en mijn vriendje Peiper

zou op me wachten. Hij zou niet zevende maar tweede worden.

Ondertussen reed Alan nog altijd zo’n tweehonderd meter voor me.

Gelukkig keek hij om. Ik wuifde: hij moest wachten! Maar wat

deed die sloeber? Hij reed als een gek. Keihard, want dat kon hij. Ik

moest werkelijk mijn benen pijn doen om metertje per metertje te

naderen. In mijn herinnering zie ik hem nog altijd voor me:

trekkend, sleurend, alles gevend. Ik riep; maar hij kromde zich nog

114

Page 115: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

meer. Ik werd razend. Ik spurtte voluit en pakte hem pas op enkele

meters voor de streep. Met mijn laatste krachten klopte ik hem met

een half wiel. Ik wou hem meteen goed ervan langs geven maar

bedacht me. Die jongen had nog nooit van mij gewonnen. Nog

nooit! En ik, de egoïst, had daar nooit bij stilgestaan. Stom!

‘s Avonds wilde ik het goed maken. Voor we in slaap vielen, zei ik

dat hij de volgende koers mocht winnen. Ik verwachtte dat hij dol

van geluk de kamer zou ronddansen, maar ik vergistte me. Hij keek

naar me alsof hij een dooie rat zag liggen. ‘Ik wil geen cadeaus,’ zei

hij. ‘Als ik van jou win, wil ik echt winnen. En ik zal ooit winnen!

Hij wilde de beste zijn. maar hij heeft nooit gewonnen.

Om u een idee te geven hoe eigenaardig coureurs kunnen reageren,

zal ik u een verhaal vertellen dat nog nooit in een krant heeft

gestaan. Toen Walter en Willy bij C&A reden, hadden ze een

klimmertje in de ploeg: Ludo Loos. Aan tafel kregen die twee

sloebers, met steun van de rest van de ploeg, Loos zo gek, dat hij

een bord soep nam en het uitkiepte over het hoofd van een mooie

dame. Het was het hoofd van de vrouw van de sportbestuurder Rudi

Altig. Doe Altig heeft Loos toen bijna gewurgd. En Loos zelf? Die

was apetrots. Hij die had gedurfd wat niemand anders durfde. Zo

zijn coureurs soms. Ze zitten in een raar beroep, met heel veel druk,

en zo nu en dan doen ze de vreemdste dingen.

115

Page 116: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

In 1978 won ik 26 wedstrijden bij de liefhebbers, waaronder Gent-

Staden, de E3-prijs te Harelbeke, de sterfinale te Aartselaar, het

kampioenschap van Vlaanderen en de trofee Het Volk in Zottegem.

Walter Schoonjans, de vedette uit de buurt van Harelbeke, had in de

kranten voorspeld dat hij die eerstejaarsamateur met die beroemde

naam in Harelbeke belachelijk zou maken. ‘Laat Planckaert maar

komen, ik vergruis hem,’ moet hij hebben gezegd. Na de wedstrijd

is hij zonder veel commentaar naar huis gereden. Ik had hem

geklopt met twintig meter. Ik had mijn remmen zelfs een beetje

dichtgeknepen om het duel op een spannende spurt te laten lijken en

om zo zijn eer te redden. Maar medelijden is er niet bij in het

peloton. Wie een gevaarlijk tegenstander kan vernederen, vernedert

hem. Wie kan winnen, wint. Ik kan daar tien, nee honderd

voorbeelden van geven.

In de Tour van 1988 had ik een afspraak met Jean-Paul van Poppel.

Hij won elke spurt in de Tour. Maar in de laatste rit, met aankomst

te Parijs, zou hij niet voluit meespurten. We hadden een deal: ik zou

die rit winnen. In ruil kreeg zijn ploeg de rode trui, die ik eigenlijk

niet meer kon verliezen. Maar wat gebeurde er? Toen we op de

Champs-Elysées aan het spurten waren, gaf Van Poppel me een

kwak. Ik was meteen kansloos. Besluit? Een coureur - en zeker een

116

Page 117: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

spurter - heeft een dierlijk instinct, dat in het zicht van de meet alles

overheerst. Op dat moment bestaat er maar één gevoel: de wil om te

winnen.

Een vreemde man in huis

Bij de amateurs vormden Fons de Wolf, Daniël Willems, Claude

Criquielion en Wiliam Tackaert de zogenaamde blauwe garde. Zij

waren de elite, zij mochten naar het wereldkampioenschap. Ik niet.

Maar ik klopte hen wel. In de trofee Het Volk lag ik met De Wolf,

Tackaert en Ludo Freyns voorop. Ik was eerstejaarsamateur en ik

had me in hun wielen kunnen verstoppen. Ik zei: ‘Ik wil op één

voorwaarde meewerken: De Wolf en Tackaert mogen op het eind

niet om de beurt demarreren. We gaan ervoor spurten.’ Ze gingen

daarmee akkoord. Maar in de laatste ronde demarreerde Fons de

Wolf toch. Ik ging hem halen. Onmiddellijk daarna demarreerde

Tackaert. Ik ging hem halen. Toen ging De Wolf weer. Ik ging hem

halen. En Tackaert. Ik ging hem wéér halen. Het werd uiteindelijk

toch een spurt. De Wolf kwam nog gevaarlijk opzetten, maar ik

sloot professioneel de deur. Ik won. En toch mocht ik niet mee naar

het WK.

117

Page 118: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

In 1979 werd ik 32 keer eerste. Ik won onder meer de Omloop Het

Volk, Gent-Staden, de Vlaamse Pijl, Gent-Ieper en Dwars door

België. Dat jaar werd ik wel geselecteerd voor de blauwe garde,

maar na een anderhalve maand werd ik ontslagen. Ik had drie

koersen in één week gereden en dat mocht niet. Dus wéér geen

WK. Ik probeerde over te stappen naar de profs, maar dat mocht

ook niet. Ik was twintig, ik had alle grote wedstrijden één of twee

keer gewonnen en ik mocht mijn brood niet verdienen! Ik moest

nog twee jaar amateur blijven.

In die twee jaar heb ik mijn prof carrière verspeeld. Het

interesseerde me niet meer. Ik verveelde me, ik verloor mijn

ambitie. Ik dacht: wat doe ik? Wat voor een leven heb ik? Andere

jongens zaten elk weekend in de discotheek. Ik niet. Ik ging nooit

uit. Mijn leven bestond in koersen, werken en enkele keer uit eten

gaan. In die tijd waren moeder Gusta en ik de enigen thuis. Al mijn

broers en zussen waren getrouwd, ik bleef over. De kleine was de

keizer thuis. Moeder zegt dat ze niets over mij te zeggen had, en dat

was zo. Het huis was van mij. Maar dat veranderde, helaas. Want

Vera en haar man Freddy besloten om bij moeder Gusta in te gaan

wonen. Plotseling zat er een vreemde man in ‘mijn’ fauteuil. Als ik

tien minuten te laat thuis kwam, bleken trouwens alle fauteuils

bezet te zijn. Ik kon dat moeilijk verteren. We hebben vaak serieuze

discussies gehad. Zelfs over het eten. Ik was het gewend om alle

118

Page 119: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

potten en pannen uit te likken, maar nu zei moeder Gusta dat ik wat

vlees, groente en soep moest bewaren voor mijn schoonbroer. En

die kon eten! Die was paracommando geweest! Ik voelde me

aangetast in mijn keizerschap. Ik zei dat het voor mij niet meer

hoefde, dat hij alles mocht opeten. Er zijn toen harde woorden

gevallen. En kort daarna zijn Christa en ik in alle stilte getrouwd.

We vrijden al zeven jaar en we wilden onze eigen baas zijn. Een

paar maanden voordat ik beroepsrenner werd, stonden we voor de

burgemeester. Het kerkelijk huwelijk werd pas na het wielerseizoen

ingezegend. We lieten meteen een huis bouwen. Schoonbroer

Freddy heeft er dag en nacht aan meegewerkt. Die zal wat blij

geweest zijn dat ik, dat lastig baasje, weg was bij moeder.

De wraak van De Wilde

Op 1 september 1980 stond het eindelijk op mijn paspoort. Beroep:

wielrenner. Koersen zou mijn leven en rijkdom worden. Ik stopte

met tuinieren en werd fulltime professional. Mijn eerste koers bij de

profs werd georganiseerd door de supporters van het Planckaert -

dorp Nevele. De bevolking was trots op ons. Er werden grootse

zaken van mij verwacht, ik was hypernerveus. En om halftwee

‘s middags was het zover. Het café waar de inschrijving gebeurde,

gonsde van nerveuze blijdschap: de Kleine zou zijn eerste koers

119

Page 120: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

winnen. Willy, Walter en ik kregen inschrijvingsnummers twee,

drie en vier.

Het was een wedstrijd over 140 kilometer. De zon scheen en het

was snikheet. In de helft van de koers schoven de Planckaerts naar

voren. Patrick Sercu probeerde wat, maar er gebeurde niks tot

Etienne de Wilde en Ferdi van den Haute alleen voorop raakten.

Mijn broers hadden al hard gewerkt en ze konden niet meer

reageren. En ik had me niet goed kunnen voorbereiden. Ik had een

echte lijdensweg achter de rug. Chirurgen hadden een aanwas in

mijn rug moeten wegnemen en dat was fout gelopen. Ik had zelfs

een paar dagen op het randje van de dood gezweefd. Op het

ogenblik van mijn eerste profkoers haalde ik dus amper zestig

procent van mijn normaal rendement. En de supporters verwachtten

en knaldebuut!

Het werd niks: mijn grote rivaal Etienne de Wilde won. Voor mijn

eigen deur! Voor de ogen van mijn eigen moeder! Tussen

duizenden Planckaert-supporters! Hij kon zich geen beter revanche

hebben gedroomd voor de spurtnederlaag waarmee ik hem in zijn

eigen Laarne, drie jaar eerder, had vernederd. Die eerste

profwedstrijd eindigde voor mij zonder enige glans/ IK WERD

ZESTIENDE.

120

Page 121: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Ik had me mijn entree in het profpeloton helemaal anders

voorgesteld. In het kampioenschap van Vlaanderen en ook in Parijs-

Tours was ik machteloos. In Parijs-Brussel kreeg ik zelfs krampen.

Niet alleen in mijn benen en armen, maar overal. Op dertig meter

van de streep loste ik uit de eerste groep. De Italiaan Gavazzi dacht

dat ik zwijmelde om hem te hinderen en duwde me in de berm. Ik

had de adem niet meer om hem een peer terug te geven. Het

koersen bij de profs kneep me de keel dicht. Het was alsof ik was

overgestapt van de kleuterschool naar een baan in het diepste van

een steenkoolmijn.

Het verschil was verschrikkelijk. Bij de amateurs zijn er maar een

paar die extreem goed kunnen fietsen; bij de beroepsrenners kunnen

ze dat allemaal. De beste tweehonderd fietsers uit alle landen zijn er

verzameld. Ik werd met de neus op de werkelijkheid gedrukt. Ik

was geen keizer, ik was zelfs nog geen prins. Ik moest nog héél

veel leren.

Ik begon aan mezelf te twijfelen. Ik zei dat ik wilde stoppen. Walter

antwoordde dat ik me geen zorgen moest maken. Dat ik in de

winter goed moest rusten, meer niet. Ik stapte naar de

kinesitherapeut Debbaut (die van Roger de Vlaeminck) en de pijn

verdween. Ik kon doorgaan. Het grote succes zou wel komen; ik

moest alleen nog een jaartje geduld hebben. Misschien twee.

121

Page 122: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Ondertussen won ik tien à twaalf koersen per jaar. Ik won in

Harelbeke, in Waregem en een rit in de Tour, maar overwinningen

in grote klassiekers bleven voorlopig uit. Dat komt wel, troostte ik

mezelf. Maar het kwam niet. En de jaren gaan snel. Voor je het

weet, ben je dertig.

In 1981 kwam ik terecht in de ploeg van Berten de Kimpe. We

hadden goede coureurs - Etienne de Wilde, Claude Criquielion,

Sean Kelly, Walter Planckaert, Guido van Calster - maar ik won

acht keer. En ik leerde elke dag. Ik ging naast Bernard Hinault

rijden. En ook naast Francesco Moser. Ik bewonderde elke grote

coureur. Tegenwoordig hebben de jongeren de grootste mond. Maar

als ik naast Moser, Hinault of De Vlaeminck reed durfde ik ze niet

eens te groeten.

Ik hield van die vedetten. Ik kon nauwelijks geloven dat ik daar

écht tussen zat. Tussen mijn t.v. helden! Mijn allergrootste

genoegen vond ik in het bestuderen van die kerels. Ik ging in hun

wiel rijden en deed alles wat zij deden. Ik trapte in dezelfde

versnelling. Als zij dronken, dronk ik ook. Als zij aten, at ik. Ik

snoot zelfs mijn neus als zij dat deden.

Iemand van goede wil moest binnen de kortste keren een groot

kampioen worden, dacht ik. Maar ik heb alle tegenslagen gehad die

je kunt hebben. Mijn eerste grote pech was herrezen Freddy

122

Page 123: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Maertens. Zonder hem had ik in mijn eerste profjaar vijf Tourritten

gewonnen. Alles zou dan anders zijn geweest. Ik zou metéén

internationale bekendheid hebben verworven.

In de maand voor de Tour had ik Maertens altijd geklopt. Zelfs met

mijn 53 - 13. Hij duwde de loodzware 54 - 12 - dat scheelde 45

centimeter per keer - en toch droogde ik hem af. maar tijdens de

Tour lukte het niet meer. Er was weinig aan te doen. Walter en ik

hielden er lange vergaderingen aan over. We moesten proberen

Maertens in te sluiten. Als je deur voor hem sloot, bleef hij gewoon

doorrijden. En als het echt niet anders kon, dan viel hij liever dan

dat hij zich gewonnen gaf. Een straffe jongen, die Maertens. Een

beetje een ouwe Flandrien... Je moest verdomme goed uitkijken als

je hem wou insluiten. Voor je het wist, zat je zelf in de val. Want

zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen

piepkuikens. Die konden ook tegen wind en regen.

Een keer heb ik Maertens kunnen kloppen. In Zolder. En onlangs

ben ik hem gaan vragen waarom hij in zijn boek Niet van horen

zeggen schrijft dat ik die overwinning heb gekocht. Hij heeft eerlijk

geantwoord. Hij had aan zijn ploegmaats verteld, zegt hij, dat ik

hem honderdduizend frank had betaald. Ze hadden die dag heel

nonchalant de spurt aangetrokken, en dat zat hem niet lekker. Hij

zei dat ze harder voor hem moesten werken, dat hij anders elke rit

123

Page 124: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

zou verkopen. Daarna trokken zijn ploegmaats wel behoorlijk de

spurt aan. Resultaat: hij won vijf ritten.

Ach, Maertens is geen kwaaie jongen. Hij wordt alleen maar teveel

geplaagd door zwarte gedachten. Als je zijn boek leest, merk je het

duidelijk: iedereen is tegen hem... Maar misschien heeft hij gelijk.

De ergste argwaan is nog niks vergeleken met de werkelijkheid,

denk ik soms.

Geld, geld en geld

In 1982 was ik de enige kopman van mijn ploeg. In de Omloop Het

Volk werd ik vijfde. De Ronde van Vlaanderen zou ik winnen. Ik

voelde me zo sterk als een jonge minnaar, maar bij het ingaan van

de plaatselijke ronde in Meerbeke hoorde ik tot mijn verbijstering

dat René Martens voorop reed. Sport bestuurder De Kimpe had me

niet ingelicht. En Martens had op dat moment voor het einde, één

minuut.

Ik deed alles wat ik kon. Ik demarreerde twee, drie keer en raakte

uiteindelijk weg. pollentier en Rudy Pevenage zaten in mijn wiel. Ik

beloofde die mannen behoorlijk wat ‘smartgeld’ als ze mij bij

Martens konden brengen. Pevenage zei nee. Hij dacht zelf te

kunnen winnen. Pollentier, die geen kans had in de spurt, wilde wel

124

Page 125: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

helpen. Ik zag koploper Martens na elke bocht tientallen meters

dichterbij komen, maar we strandden op de twintig meter.

Er wordt wel meer betaald voor wat extra hulp in de finale van een

wedstrijd. Een woord is een woord, en zwijgplicht is heilig.

Wielrenners zijn zwijgers. Wie zijn mond niet kan houden moet een

ander beroep kiezen. Het peloton is een wereld in de wereld. Vanaf

het moment dat je een koersbroek draagt, word je een ander mens.

Coureurs zijn ook een beetje hoerig. Een renner verkoopt zijn

krachten. Vaak sluit hij een korte vrede met de man die gisteren nog

zijn aartsvijand was. De ene dag vechten ze en een dag later moeten

ze samen in de slag. Het ene jaar rijd je iemand in het verlies, het

volgende jaar is hij je ploegmaat. Het kan je allemaal wel schelen:

soms zit je te huilen op je fiets of in je hotelkamer, maar het moet.

Als er maar betaald wordt. Daar gaat het om.

Als professioneel coureur word je beenhard. Als je wint, ben je god;

als je moet lossen, word je bespot: ‘Gaat het, kampioen? ça va,

champion? ‘En de oudjes helpen niet. Die lachen. Ze sturen een

jonge kerel om zeven bidons water op een moment dat de koers

losbarst. Zo’n jonge kerel moet dan twintig kilometer jagen, met

zeven kilo water om zijn nek.

In 1982 had ik Gent-Wevelgem kunnen winnen. We lagen met vier

man voorop: Anderson, Fons de Wolf, Hoste en ik. We hadden één

minuut. Maar Hoste kwam niet aan de leiding en De Wolf

125

Page 126: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

nauwelijks. Ik wilde wat drinkgeld betalen, maar ze hadden geen

dorst. We werden ingelopen. Ze wilden niet dat ik zou winnen. Ze

vreesden dat ik te snel te groot zou worden.

Het peloton zit nooit op een grote kampioen te wachten. Hoe groter

je reputatie bij de jongeren hoe meer ze je tegenwerken. Ik begreep

dat toen niet. Ik vroeg me af wat ik verkeerd had gedaan. Ik deed

me sympathiek voor, ik keek niet naar hun vrouwen, ik maakte

grappen. En toch waren ze tegen me. Drie dagen na die fameuze

Gent-Wevelgem was het wéér zover. Die keer mocht ik Parijs-

Roubaix niet winnen. Ik zat mee in de kopgroep. Mijn

medevluchters waren geen gewone jongens, maar ik kon ze

allemaal kloppen: Raas, Moser, Hinault, Gragor Braun en De

Vlaeminck. Maar op het einde lieten ze Raas wegrijden!

Er wordt gezegd dat een spurter het gemakkelijk heeft. Fout! Een

spurter heeft het moeilijk. Als je als rappe man mee bent met een

ontsnapping, wil niemand nog helpen. Dan doen de anderen geen

kop meer en bovendien proberen ze je eraf te rijden.

Ach, mijn Palmares interessert me eigenlijk niet zo. Maar als ik de

koersen die ik door allerlei stomme omstandigheden wel had

gewonnen, dan had ik nu al kunnen stoppen. Dan was ik nu al boer.

Want daar gaat het om: ik wil later boer worden en ik koers voor de

centen. Later, als vijftiger, kan ik beter enkele miljoentjes in mijn

zak hebben dan een mooi palmares. Want van het één kun je eten

126

Page 127: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

en van het andere niet. Veel oudere ex-winnaars van Parijs-Roubaix

en de Ronde van Vlaanderen moeten vandaag de dag nog zeer hard

werken. Ik wil de oud-kampioenen de kost niet geven die elke dag

doodmoe en een beetje ongelukkig van hun werk thuiskomen; daar

gaat het om. Niet om de eer. Als je er goed over nadenkt, gaat het

allemaal om geld, geld en geld.

127

Page 128: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Het WK - syndroom.

‘Je wens is vervuld,’ zei Christa aan de telefoon. Het was 12 maar

1982. Ik hikte. Wat een opluchting. Haar eerste woorden waren

geweest: ‘Goed dat het een zoon is, anders lag ik hier volgend jaar

weer.’ Ik wilde perse een zoon. Ik heb hem Francesco genoemd,

naar mijn idool; de Italiaanse kampioen Francesco Moser.

Onmiddellijk nadat Christa had gebeld, wilde ik mijn koffers

pakken, maar ploegleider Bert De Kimpe zei dat ik in de koers

moest blijven. Ik moest Parijs-Nice uitrijden. ‘s Avonds hebben

Walter en ik - Walter sliep bij mij op de kamer - een fles

champagne leeggedronken. Vijf dagen later, in de buurt van

Toulon, kreeg ik een foto toegestuurd van moeder en zoon. Het

duurde tien dagen eer ik naar huis kon. Ik was amper tweeëntwintig

en ik had het er lastig mee. Toen Christa vier jaar later weer beviel,

het kindje werd dood geboren, was ik er wel bij. Dan zit je daar met

op elkaar geklemde tanden. Maar toen eind 1988, op 30 december,

Stephanie ter wereld kwam, was ik er ook.

Met een tikje meer geluk, had ik al drie keer de Ronde van

Vlaanderen gewonnen en twee keer Parijs Roubaix. Nu heb ik één

128

Page 129: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

keer de Ronde gewonnen. Ik heb al enorm veel tegenslag gehad. Na

de overwinning van Jan Raas in Parijs-Roubaix van ‘ 82, waar ik

door de elite van het peloton in de tang werd genomen, was ik zeer

teleurgesteld. En een dag later moest ik starten in de Ronde van

Spanje. Ik dacht dat ik er niets van zou bakken, maar ik won de

eerste vijf ritten. De zesde werd me ontstolen. Die dag klopte ik alle

goede klimmers in een zeer zware etappe. Ik was zo trots als een

beginneling. Alberto Fernandez was tweede, Claude Criquielion

vierde. Maar de Spaanse koerscommissarissen zijn nog fanatieker

dan de Fransen.

Ze declasseerden me omdat ik zogenaamd van mijn lijn was

afgeweken. Maar ik wijk nooit van mijn lijn af. Omdat ik vaak de

snelste was, heb ik weinig mensen moeten hinderen en ben ik bijna

nooit gevallen. Behalve die ene keer in Parijs-Nice van 1983.

We waren met drie vooruit. Dirk de Wolf, een Fransman en ik. Het

regende. De Wolf reed als een gek aan de leiding. Ik riep: ‘Trager

Dirk. We gaan vallen.’ Maar de Wolf, eerstejaarsprof, wou iets

bewijzen. In een scherpe bocht sloegen we tegen het asfalt. Ik gleed

twintig meter over het wegdek. Op mijn rug had ik geen stukje huid

meer over. De Wolf ook niet, de Fransman riep huilend om zijn

moeder, maar De Wolf en ik namen een andere fiets en reden door.

Met vier minuten voorsprong begonnen we aan de laatste klim. Er

129

Page 130: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

kon niets meer gebeuren. Ik reed De Wolf eraf en zou de rit gaan

winnen, maar ik viel in de eerste bocht van de afdaling. En in de

volgende bocht ging ik weer onderuit. Ik stopte. Ik durfde niet

meer. Dirk de Wolf durfde wel. Hij won. ‘s Nachts heb ik op mijn

buik moeten slapen. De dokter verbood me alle competitie. Twaalf

dagen heb ik moeten rusten. Op mijn buik!

Een frontale botsing.

Walter is zestien jaar beroepsrenner geweest en is maar drie of vier

keer gevallen. Willy één keer, maar hoe! Het gebeurde in de Giro.

Hij raakte ingesloten, duwde Marino Basso weg en die sloeg met

zijn vuist op Willy’s stuur. Willy was op zevenentwintig plaatsen

gewond, maar er was niets gebroken.

In de vierdaagse van Duinkerke in 1983 won ik twee ritten plus het

punten klassement. Daarna moest ik mee naar Dauphiné Libéré.

Maar eerst moest ik een koers rijden in Wenen. Stan Tourné, Réné

Martens en ik reden er met de nachttrein naartoe. We zaten in de

restauratiewagen, toen ik ineens een onbehaaglijk gevoel kreeg. Het

eten smaakte me niet meer. Ik zei: kom jongens, we gaan terug naar

onze slaapcabines. Ik heb nog wat boterhammen met ham van

moeder Gusta.

130

Page 131: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Twee minuten later gebeurde het: een frontale botsing tussen twee

treinen. Ik zat met mijn rug in de richting van de locomotief. Tourné

en Martens werden uit hun bed geslingerd. Ik vloog tegen de wand.

We keken naar buiten en we zagen dat de eerste tien wagons,

waaronder de restauratiewagen, in elkaar waren gedrukt. We

stapten uit. Dat was levensgevaarlijk, want er slingerde overal

elektriciteitskabels rond. De eerste dode die we zagen was de

machinist. Hij was onthoofd. De tweede machinist was ook dood.

Er waren in totaal 8 doden en 27 zwaar gewonden. De meeste

slachtoffers zaten in de restauratiewagen. Overal heerste er paniek.

Ik had mijn rug bezeerd en ik kon niet mee naar de Dauphiné. Rudy

Dhaenens was een goede vriend. We trainden samen. En toch was

hij het die over mij ging roddelen bij De kimpe. Ik had niks aan

mijn rug, ik was een luiaard, ik trainde niet. De Kimpe slikte alles.

Een breuk tussen ons was onvermijdelijk. Ik werd thuisgelaten voor

alle grote wedstrijden en ik mocht uitsluitend starten in

kermiskoersen. Op de televisie verklaarde Berten dat ik te zwak

was om de volledig afstand van een klassieker aan te kunnen. Ik zat

verschrikkelijk in de put en toen kwam peter Post.

In juli 1983 kwam Jules de Wever, toen assistent van Post, voor de

eerste keer met mij praten. Ik dacht dat hij een grap uithaalde. Ik

kon niet geloven dat de grote Post in mij geïnteresseerd was. Maar

131

Page 132: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

hij betaalde evenveel als de Kimpe, Walter mocht ook in de ploeg

komen en hij gaf ons een contract voor twee jaar. Hij kreeg

anonieme brieven, waarin werd beschreven hoe onhandelbaar de

Planckaerts waren, maar Post trok zich niets aan van al die

roddelpraat. In ruil voor zijn vertrouwen boekte ik in ‘84 24

overwinningen, waaronder alle ritten in de Ster van Bessège, vier

ritten plus de eindoverwinning in de Ronde van België, een Tourrit,

een rit in de Ronde van Zwitserland, twee ritten in de Ronde van

Spanje, twee ritten in Parijs-Nice, twee ritten in de Driedaagse van

de Panne en een zege in Gent-Gent. Ik werd ook nog tweede in het

Belgisch kampioenschap, waar ik de spurt aantrok voor ploegmaat

Eric Vanderaerden.

In Lourdes, tijdens de Tour, viel ik. In Lourdes! Ik was gewond aan

mijn rechterarm en kon mijn stuur niet meer vasthouden. Zo reed ik

twee cols op. De dag daarop werd ik naar een plaatselijk ziekenhuis

gebracht, waar ze me wilden opereren. Ik heb me daartegen verzet

en thuis bleek dat een chirurgische ingreep overbodig was.

Alles was perfect georganiseerd.

Dat jaar hernieuwde ik mijn kennismaking me de Nederlandse

krachtmens Bert Oosterbosch. Volgens mij de sterkste coureur aller

132

Page 133: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

tijden. Hij was de eerste renner die twintig meter van me weg kon

springen, zonder dat ik hem terug kon halen. Niemand kon hem

terughalen. Robert Millar probeerde het. Het lukte niet. Stephen

Roche probeerde het. Het lukte niet. Ik heb maar één renner gekend

als Bert Oosterbosch. Hij is later wereldkampioen achtervolging

geworden op de baan. Hij won ook elke proloog. Hij heeft tijdritten

gewonnen in de Tour. Ooit lapte hij Hinault twee minuten aan zijn

broek. Ik had veel respect voor Oosterbosch. Ik heb vier jaar samen

met hem bij Panasonic gereden en als hij de spurt aantrok en je

loste één meter, kon je hem niet meer krijgen.

Het was leuk rijden bij Post. Alles was perfect georganiseerd. Ik

kon moeilijk afscheid nemen van de ploeg. Mijn enige probleem

was Eric Vanderaerden. Ik heb verschrikkelijk veel gedaan voor

Eric, maar hij deed niks terug. ‘Ik ben het gewoon dat iedereen voor

mij rijdt,’ zei hij. ‘Ik heb nooit anders gekend. Ik ben van de jeugd

overgestapt naar Post en ik ben altijd kopman geweest.’ Als hij me

zo nu en dan een dienst had terugbewezen, dan was ik - als

superknecht - bij Eric gebleven. Ik mocht hem graag. We lachten

elke dag.

In 1987 gaf ik mijn woord aan meneer Lambert om voor ADR uit te

komen. Peter Post moet er op de een of andere manier zijn

achtergekomen, want hij organiseerde een gesprek met mij en

Vanderaerden. Besloten werd dat Eric in de toekomst zo nu en dan

133

Page 134: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

ook de spurt voor mij zou aantrekken. Daarna volgde nog een

gesprek met Post onder vier ogen. Wéér kwam ik diep onder de

indruk van zijn grote persoonlijkheid. Uiteindelijk beloofde ik om

nog voor twee jaar te tekenen. De volgende dag belde ik naar de

ADR-baas Lambert met het bericht dat ik mijn belofte niet kon

houden. ‘Als je dat doet, wordt de ADR-ploeg niet opgestart hij.

Ik lag ervan wakker. De dag voor Parijs-Tours ben ik naar Peter

gestapt met het bericht dat ik uiteindelijk toch wegging. Hij vond

het zacht uitgedrukt, een beetje flauw. Maar we zijn als vrienden uit

elkaar gegaan.

Ik heb nog altijd geen spijt van die overstap. De ADR-ploeg is

Vlaamser, vriendelijker. Vier jaar Hollandse mentaliteit was voor

mij genoeg.

Peter Post balde zijn vuist.

In 1985 kwam ik traag op gang. Ik won niks. Ik moest zelfs lossen.

Ik werd bij Peter Post geroepen voor een persoonlijk onderhoud.

Zijn preek was messcherp. Ik beloofde dat ik drie weken later Gent-

Gent zou winnen.

Ik begon te trainen als een Rus. Maar drie dagen voor de koers zag

ik in het BRT-sportprogramma Extra Time een interview met Post.

134

Page 135: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Hij zei, zomaar op de buis, dat ik er die winter de kantjes had

afgelopen. Dat ik Gent-Gent, de koers die ik het jaar daarvoor had

gewonnen, niet zou kunnen volgen.

De dag van de wedstrijd stond ik zo scherp als een speer. We

raakten met twee voorop: Jacques Hanegraaf en ik. Jacques wilde

koste wat het kost winnen, maar hij wist dat ik hem in de spurt zou

kloppen. Hij zei dat hij me veel drinkgeld zou geven als ik mijn

remmen dicht zou knijpen. En toen deed ik iets wat mijn stijl niet is.

Ik stemde toe. Ik wenkte de auto van Post en zei dat ik me zou laten

kloppen voor wat drinkgeld. Post keek naar mij alsof hij haar zag

groeien op scheerzeep. ‘ Als je dat durft te doen!’ zei hij en hij

balde zijn vuist.

Ik maakte me klaar voor de spurt. Landgraaf gaf alles. Ik raakte er

niet over. Pas dertig meter voor de meet kon ik hem, met een half

wieltje, voorbij. Als ik had verloren, dan had Peter Post me

overreden met zijn auto.

Hanegraaf was zeer boos. Ik had hem niet gezegd dat ik toch zou

spurten. In een Nederlandse krant las ik de volgende dag dat hij

mijn auto in de poep zou rijden. Dat ik een clown was. Voor het

begin van de volgende wedstrijd ben ik naar hem toegestapt. Zijn

ogen schoten vuur.

Ik dacht: dit kan niet. Ik stapte op hem af. ‘Weet je wat een

confituurbom is?’ vroeg ik. Hanegraaf slikte. ‘Als je nog één kwaad

135

Page 136: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

woord over mij vertelt, laat ik een confituurbom in uw huis

ontploffen.’ Hij was onder de indruk, zei dat ik een boef was, maar

werd uiteindelijk weer een vriend.

Phil dacht aan zelfmoord.

Twee dagen na Gent-Gent won ik Parijs-Nice. En de vierde rit, van

Châtillon naar Saint-Etienne, won ik ook. Een week later reden

Vanderaerden en ik, in Dwars door België, hand in hand over de

meet.

Dat jaar won Vanderaerden de Ronde van Vlaanderen. Mij werd

een knechtenrol opgelegd. Vanderaerden en Phil Anderson reden

voorop en ik moest afstoppen. Ik was pisnijdig. Willem van den

Eynde hinderde me, ik viel en stond meteen weer op. Ik gaf Van

den Eynde een enorme mep. Hij bloedde als een rund. We zijn

wrede mannen, wij Planckaerts.

De woensdag daarop, in Gent-Wevelgem, kreeg Phil Anderson de

opdracht om de wedstrijd te winnen. Op drie kilometer van de

streep reed Jean-Marie Wampers - de winnaar van Parijs - Roubaix

‘ 89 - nog altijd voorop. Panasonic leidde de achtervolging.

Iedereen reed op kop, behalve Vanderaerden, Anderson en ik. Maar

Ludo de Keulenaere, Johan Lammerts, Bert Oosterbosch en Steven

136

Page 137: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Rooks kregen het gat met de Wampers niet dicht. De laatste

kilometer ben ik zelf op kop gaan rijden. Ik maakte er een spurt van

en pakte Wampers, toen die bijna onder de spandoek reed. En wie

won, denk je? Phil Anderson, zoals afgesproken? Néé!

Vanderaerden. Hij klopte Anderson op de meet. Phil Anderson

slikte bijna zijn gebit in van ellende. En ‘s avonds had hij zelfs

moordgedachten. Eerst had hij in de Ronde van Vlaanderen

Vanderaerden laten voorbij gaan en nu dit. En ik? Ik had ook mijn

kans laten leggen. Niemand zei er iets van.

Parijs-Roubaix verloor ik door een valpartij. Marc Madiot won.

Toen hij wegging, zat ik nog tamelijk goed. Ik probeerde naar

Madiot toe te springen, maar Jef Lieckens viel voor mijn wiel en ik

was Madiot kwijt. Op tien kilometer van de meet.

In de ronde van Spanje won ik twee ritten. En daar gingen mijn

ogen open. Ik kon in Spanje twee keer zoveel verdienen als bij

Panasonic, maar het werd uiteindelijk ADR.

In de ronde van België leerde ik voor de eerste keer echt iemand

kennen voor wie ik echt bang was. Tot op dat ogenblik was ik de

snelste spurter, of toch bijna de snelste. Als ik verloor, gebeurde dat

met gering verschil, maar die kerel klopte mij met drie lengten. Ik

lag vijf meter voorop en in de laatste tien meter schoot hij me nog

voorbij. Zijn naam was Jean-Paul van Poppel. Dat jaar won ik maar

één rit.

137

Page 138: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Ik zou dan maar wereldkampioen worden. Het was een Italiaans

parcours en in België werd er verteld dat het geschikt was voor

spurters. Maar toen ik er eenmaal was, zag ik met mijn ogen dicht

dat daar een klimmer zou winnen. Het werd Joop Zoetemelk. Er

lagen een achttal renners voorop, allemaal klimmers. Half wedstrijd

was de helft van de Belgische ploeg al naar huis.

1986 was mijn merkwaardigste seizoen. Ik had twee klassieker

kunnen winnen. In de Catalaanse Week won ik vier van de vijf

ritten. Ik was in supervorm. In de Brabantse pijl werd ik tweede

achter ploegmaat Johan van de Velde en Rudy Dhaenens. Maar net

voor de eikenberg reed ik lek. Willy de Geest gaf me zijn wiel,

maar hij kreeg het niet in de haken. Ik verloor 45 seconden. Van de

Velde, die me stond op te wachten, werd hysterisch. Toch reden we

samen weer naar de eersten.

Die dag voelde ik me oppermachtig. Ik ging naast Vanderaerden

rijden, die zei dat hij goed zat. Maar hij loog. Als hij de waarheid

had gesproken, dan had ik niet gedemarreerd. Maar nu wilde ik weg

zonder Eric. Ik ging. Alleen Steve Bauer was mee. Nog 25

kilometer te gaan. De Ronde was binnen. Bauer kwam praten, zei

dat we moesten samen werken. Het kon niet beter. In de spurt zou

ik hem vermorzelen. Ik gaf alles wat ik kon. Op de Muur van

Geraardsbergen hadden we één minuut voorsprong. De koers was

gereden. Achter ons kwam een groep met zeven of acht ploegmaats.

138

Page 139: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Walter, toen al sportbestuurder, kwam naast mij rijden en zei dat ik

kalm moest blijven, dat het in orde was. Maar ik kreeg krampen in

de steile Kloosterstraat. Ik moest lossen. Eén meter, twéé meter...

Bauer keek om en gaf alles. Op de top had ik een achterstand van

tien, vijftien meter. Ik heb dat gat niet meer dichtgereden. Bauer

werd ook nog gepakt en Adri van der Poel won.

In de ronde van Spanje won ik twee ritten en reed in dienst van

Millar, die uiteindelijk nipt verloor van Lavabo Pino. De voorlaatste

dag was het hondenweer. Ik zat kapot en gaf op. Walter is toen heel

boos geworden. Heel boos. Ik moest blijven om Millar te helpen zei

hij, want er gebeurden rare dingen in het peloton. De Spanjaarden

reden blok tegen ons. Maar ik ben vroegtijdig met de auto naar huis

gegaan. Van Gibraltar. We zijn drie dagen onderweg geweest.

In de Tour moest ik weer knecht spelen voor Vanderaerden. Ik had

zelfs de indruk dat er in de eerste rit een afspraak was met de ploeg

Bontempi. En de Italiaan ging zelfs in de wind rijden om Eric te

beschermen. Op 250 meter van de meet zwiepte ik naar de andere

kant van de weg en won. Voor Vanderaerden! Mijn vreugde werd

niet door iedereen gedeeld. Post zei dat ik Eric moest helpen in

plaats van tegen hem te rijden.

Halverwege de Tour kreeg ik last van mijn rug. Ik gaf op. Walter

geloofde me niet. Hij zei dat ik de ploeg in de steek liet.

139

Page 140: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Zoals altijd deed ik niets in de najaarsklassiekers. Ik heb altijd last

om het einde van het seizoen te halen.

In ‘87 won ik de E3-prijs in Harelbeke en werd ik ziek tijdens de

klassiekers. Ik heb er niet één kunnen rijden. In de Ronde van Italië

won ik één rit. Naar de Tour mocht ik niet. Post vermoedde toen al

dat ik zijn ploeg zou verlaten. Maar drie dagen voor de Tour gaf

Vanderaerden forfait. Post zei dat ik moest inspringen. Ik weigerde.

In 1988 ben ik bij ADR gaan rijden. Ik wilde de allereerste

voorjaarskoers winnen, maar in de kopgroep zaten drie mensen van

Lomme Driessens’ TVM-ploeg en driehonderd meter voor de meet

hing ik in de dranghekken. Theo Smit, de veteraan in de TVM-

ploeg had zich met mij beziggehouden. Zijn ploegmaat Jos

Lammartink won. En Walter was er niet meer om moord met moord

te straffen.

De vierde dimensie

ADR-Ploegleider José de Cauwer van ADR-directeur Lamber

rekende erop dat ik het in Milaan-San Remo zou halen. Het ging

uitstekend. Ik reed niet, ik vloog. Maar toen Laurent Fignon

wegreed, zat ik in dertigste positie. Na de koers - ik was niet eens in

beeld geweest - heb ik samen met De Cauwer zitten huilen als een

140

Page 141: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

kind. Toen ik een paar weken later de Ronde van Vlaanderen won,

hebben De Cauwer en ik een half uur in elkaars armen gelegen.

Op het eind waren er vier PDM’s mee: Rooks, Dhaenens, Gert Jan

Theunisse en Van der Poel. Op ongeveer twintig kilometer van

Meerbeke raakten Van der Poel en Anderson weg. Op ongeveer

twintig kilometer van Meerbeke raakten Van der Poel en Anderson

weg. Ik voelde me fris als spuitwater, maar ik bewoog niet. Marc

Sergeant bracht ons zeventig meter van de koplopers, maar toen

brak zijn veer. Ik sprong. Kelly wilde mee, maar moest lossen. Ik

kwam alleen bij de twee koplopers en zag tot mijn verbazing dat

Van der Poel op de bosberg moest lossen. Daarna heeft Phil

Anderson alles geprobeerd. Hij demarreerde, hij deed me

voorstellen, hij had zijn leven gegeven om te mogen winnen. Hij

kon echt niet begrijpen dat ik niet aanvaardde wat hij wilde geven.

Ik zei eerlijk tegen Phil, mijn ex-maatje bij Panasonic, dat we

ervoor zouden koersen. Hij had het begrepen. Het werd een

ongelooflijke finale. Hij blééf maar demarreren. En hoe!

Een keer dacht ik: hij is weg. En die keer ben ik voor de eerste keer

in mijn leven over de grens gegaan. Als je helemaal kapot zit, als je

denkt dat je van vermoeidheid dood gaat vallen, kom je in een

andere dimensie terecht. Ineens scheen ik over de weg te zweven.

Ik vind het een beetje gênant om te vertellen maar ik kwam klaar.

En niet z’n klein beetje. Honderd meter verder zat ik weer in

141

Page 142: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Andersons wiel en wist ik dat ik hem zou kloppen. Ik had het

stadium van de goden bereikt. IJzig kalm ben ik op honderdvijftig

meter van de streep uit zijn wiel gekomen.

Op het moment dat ik hem passeerde zag ik het beeld van Walter

voor me. Twaalf jaar gelden had hij precies dezelfde plaats de koers

van zijn leven gewonnen. Ze zeggen dat als je sterft, je de film van

je leven ziet. In de laatste vijftig meter van de Ronde van

Vlaanderen ‘88 zag ik alles wat er ooit in mijn leven was gebeurd.

En voortdurend zag ik ook het beeld van Walter.

In de zomer van ‘88 pakte ik ook nog, 22 jaar na Willy, de groene

trui in de Tour. En toen kwam het wereldkampioenschap. Ik hoorde

op de radio dat ik favoriet was. ‘Het is Eddy Planckaerts laatste

kans om wereldkampioen te worden,’ zei de nieuwslezer. Het was

zondagmorgen halfzeven. Fons-de Wolf, mijn kamergenoot, was

zich zorgvuldig aan het scheren. Op een wielerhoogdag heeft een

coureur minstens een uur nodig om zijn toilet te maken.

Eddy PLanckaerts laatste kans om wereldkampioen te worden. Ik

hoorde het graag zeggen. Het kampioenschap is trouwens de dag

ervoor al begonnen.

De meeste jongens waren nerveus. Ze drentelden rond in de hal van

het hotel met korte, langzame passen. Alsof ze pijn hadden aan hun

voeten. Ik kon me heel goed in hun gevoelswereld inleven. Als ik

ook maar heel even aan de koers dacht liepen er koude rillingen

142

Page 143: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

over mijn rug. Maar ik kende mijn tanden stijf op elkaar en ik bleef

uitgebreid lachen. De anderen glimlachten zwakjes terug.

De verstandhouding in de Belgische ploeg was goed. De

traditionele vergadering, de avond voor het WK, verliep zonder

problemen. Sergeant, Criquielion en ikzelf werden aangeduid als de

kopmannen.

Ik dacht dat vooral moest uitkijken voor Criquielion. Uit zijn hele

houding sprak een onverzettelijke wil om te winnen. Eddy Merckx

zat hem zo nu en dan peinzend aan te staren. Merckx heeft een

wielerintuïtie. Hij schijnt te ruiken of iemand wel of niet in vorm is.

Na de vergadering kwam Eddy me nog even opzoeken. ‘Het

parcours is ideaal voor ons,’ zei hij, terwijl hij me onderzoekend

aankeek. ‘Er kan een Belg winnen.’

Ik dacht: nu win ik zeker.

Ik moest wereldkampioen worden. De Planckaerts hebben nog nooit

een wereldkampioen in de familie gehad. Eddy Merckx zei dat ik

niet aan de koers mocht denken en dat ik moest proberen vroeg te

gaan slapen. In bed neerkwakken en snurken is het eerste wat een

renner leert. Maar het moet na middernacht zijn geweest, toen ik

wegzeilde in een korte slaap vol dromen. Ik droomde van de tijd

143

Page 144: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

van warme zomers en witte winters, toen we samen met vader en

moeder rond de kachel zaten.

Aan de ontbijttafel werd nauwelijks gesproken. Ik nam, tot in de

details, het parcours door. Bocht na bocht. Ik ken de streek van

Ronse als mijn broekzak. Ik ben in de buurt geboren. Mijn hele

leven heb ik in die streek getraind. Niemand kan sneller de

Kluisberg oprijden dan ik. In mijn verbeelding zag ik me als

winnaar op het podium.

Op één ronde van het einde raakte ik uit de groep weg. Ik had

verwacht dat er een paar renners zouden aansluiten, maar het lukte

niet. Toen ik door de dikke hagen supporters reed en ik maar één

naam hoorde scanderen, kwam ik weer in de vierde dimensie. Ik

dacht nu win ik zeker. Maar ik werd ingelopen. Toen Criquielion

wegreed en daarna Maurizio Fondriest en Steve Bauer achter hem

aan sprongen, had ik mee gekund. Maar ik dacht dat ze zouden

worden ingelopen en ik spaarde mijn krachten voor de spurt.

‘s Avonds heb ik tegen moeder Gusta gezegd dat ik nooit

wereldkampioen zou worden, maar dat ze niet moest wanhopen. Er

komt een wereldkampioen met de naam Planckaert.

Hij is nu al Belgisch kampioen: Jo Planckaert, de zoon van Willy.

Proeven aan de universiteit van Leuven hebben uitgewezen dat hij

de sterkste benen heeft van alle Belgische coureurs, profs

inbegrepen. Jo is zeventien en nog altijd junior.

144

Page 145: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

145

Page 146: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

De volgende generatie.

Walter is boos geweest. Héél boos. Hij is zelfs een paar dagen niet

bij mij thuis geweest. Walter was het niet eens met enkele

fragmenten uit het tweede hoofdstuk, waarin ik vertelde over zijn

jeugdige heldendaden met het andere geslacht. Ik heb, zegt hij, een

beetje overdreven. Dat kan. Maar ikzelf had als jonge kerel al

zoveel succes bij de meisjes, dat ik dacht dat Walter, die twee keer

knapper is dan ik, een soort wereldkampioen op amoureus gebied

moest zijn. Walter zegt dat ik hem onrecht heb aangedaan. Hij zal

wel gelijk hebben, want als Walter de waarheid zegt, liegt hij nooit.

Ik daarentegen kan het niet blijven ontkennen: mijn grootste talent

is liegen.

Willy heeft, tot nu toe, geen enkele boze opmerking gemaakt. Hij

vindt het wel jammer, zegt hij, dat ik niets heb verteld over een van

zijn merkwaardige supporters, Raoul Verstraete, een man die aan de

wieg stond van ons rijke wielerleven. Raoul zat in de Austin die,

146

Page 147: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

met Berten de Vlaeminck aan het stuur, tot verbijstering van het

publiek, ooit de velodroom van Roubaix binnenreed.

Raoul en Berten waren onafscheidelijke Planckaert-helpers.

Verstraete had een kruidenierswinkel in Oostakker en was tegelijk

ook melkboer en duivenmelker. Ik denk zelfs dat Willy zo goed kon

vliegen, dankzij de jonge duifjes van Verstraete. Hij ging overal

mee naartoe met Willy. Hij was verzorger, vader en moeder

tegelijk. Willy heeft vaak bij hem gelogeerd. Samen met Berten de

Vlaeminck vormde hij een duo dat naast het parcours

wielergeschiedenis schreef. Het tweetal maakte er een erezaak van

om overal aan de aankomst te staan zonder te betalen. En ondanks

hun status van supersupporter ging dat niet altijd makkelijk. Soms

zwierven ze kilometers door bossen en velden om via een zijweg of

achterpoortje gratis naar binnen te kunnen. Zelfs in de veldrooms

vonden ze een dienstingang of een of een ander poortje waardoor ze

zonder ticket naar binnen konden.

Alleen in Roubaix hadden ze het elke keer moeilijk. Daar was er

maar één mogelijkheid om voor niks binnen te komen: achter de

hoofdtribune over een drie meter hoge muur klimmen. Berten

diende daarbij meestal als opstapje. Raoul klom via de rug van

Berten naar boven en daarna kon Berten zich optrekken aan de

benen van de duivenmelker.

147

Page 148: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

De allereerste keer dat ze het via de muur achter de hoofdtribune

probeerden, kostte het bijna hun leven. Raoul hing met beide

handen aan de rand en Berten klom over zijn rug naar boven, toen

er werd geschoten, pang! En na een korte pauze weer: pang! Berten

die de achttiendaagse Veldtocht in 1940 nog had meegemaakt,

herkende het geluid van een zwaar kaliber en brulde van angst:

‘Duiken, Raoul, ze schieten!’ Raoul liet los en stortte boven op

Berten naar beneden. Het was een mirakel dat ze er zonder zware

verwondingen vanaf zijn gekomen. Later bleek dat ze het startschot

van een liefhebberswedstrijd hadden gehoord. En omdat er een

valse start was geweest werd er nog een keer geschoten.

Jo Planckaert, de zoon van Willy en vaandeldrager van de derde

generatie Planckaert coureurs, zal dergelijke intermezzo’s moeten

missen. Zijn wielerleven is geen avontuur. Jo heeft zijn vader als

trouwe helper en zijn prille wielercarrière gaat over rozen. Jo

belooft een zeer grote te worden. Tot nu toe is zijn palmares niet zo

sensationeel als dat van zijn vader, toen die even oud was, maar dat

kon ook moeilijk. Zijn pa was een uitzondering; zo worden er niet

elke twintig jaar twee geboren.

Maar Jo is wel de enige Planckaert die in één jaar twee keer

Belgisch kampioen is geworden. In 1987 werd hij zowel op de weg

als op de piste nationaal kampioen. De hele clan, ik incluis staat

148

Page 149: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

achter hem. Jo en ik hebben trouwens enkele dingen gemeen. Ten

eerste is hij net als ik, geboren op zijn verjaardag. Bij hem was dat

op 16 december 1970. In zijn eerste koersjaar, in 1985, reed hij zes

wedstrijden. Hij werd vier keer tweede en één keer eerste. Als

debutant bij de nieuwelingen won hij elf wedstrijden. Het jaar

daarop won hij de gouden fiets, het kampioenschap op de weg en de

nationale omnium-titel op de piste. Tegelijk vestigde hij twee

nieuwe baanrecords. Dat jaar won hij niet minder dan dertig

wedstrijden. In 1988, zijn eerste jaar bij de junioren, triomfeerde hij

vijftien keer.

Jo was pas drie toen hij zijn eerste koersfiets kreeg. Zijn vader had

het ding speciaal voor hem ontworpen. Ik denk dat hij, net als ik,

voor het wielrennen is geboren. Hou hem in de gaten, Jo Planckaert,

want hij zal in de komende tien jaar heel grote koersen winnen.

Willy heeft twee kinderen. Naast coureur Jo is er Anneke, de

beauté, het fotomodel, de opvolgster van onze schoonheidskoningin

Vera. Ze leert voor schoonheidsspecialiste. Volgens mij hoeft ze

alleen maar het diploma te halen van specialiste, want schoonheid

heeft ze genoeg.

149

Page 150: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

De boerderij werd een fiasco.

De derde Planckaert-generatie heeft nog meer renners in haar

rangen. Over Henk, de zoon van mijn zus Anita en Carlos

Notebaert, heb ik nog geen woord gezegd. Henk is zo sterk als een

stier. Hij heeft een paar wedstrijden gewonnen en hij had een

behoorlijke profwielrenner kunnen worden, maar zijn hart is er

nooit volledig bij geweest. Henk is vroeg gaan werken. Hij had een

zware, ongezonde baan (hij installeerde en spoot

elektriciteitscabines) en dat soort arbeid was niet te combineren met

topsport. Tegenwoordig gebruikt hij zijn kracht vooral in de

fitnesszaal, waar hij powersporten beoefent. Ik had hem graag

coureur zien worden, maar hij is ondertussen eenentwintig en op die

leeftijd is er geen kans meer voor een terugkeer naar het peloton.

Henks broer Wim Notebaert heb ik na het uit elkaar gaan van

Carlos en Anita een beetje opgevangen. Wim heeft bijna een jaar bij

mij gewoond. En toen ik mijn levensdroom wilde verwezenlijken,

een boerderij opstarten, is Wim een tijdlang mijn rechterhand

geweest. Ik kocht een erf in de Ardennen, in Noiseux, een hoeve

met 25 hectaren grond, en hij zou die gaan leiden. Zelf had ik er

150

Page 151: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

geen tijd voor. In de winter was ik er soms enkele dagen, maar

meestal stond hij er alleen voor.

De droom om boer te worden is gebleven, maar het project in de

Ardennen is op een fiasco uitgedraaid. Het werk was te zwaar voor

één persoon. Bovendien zat die jongen helemaal alleen,

tweehonderdkilometer van iedereen die hem na aan het hart lag. Als

je er zelf niet van 6 uur ‘s morgens tot 12 uur ‘s nachts mee bezig

kunt zijn, kun je beter niet aan zoiets beginnen. Het heeft niet

mogen zijn. We hebben alles verkocht.

Het derde kind van Anita, Leentje Notebaert, wordt misschien ooit

wielrenster. Ze heeft de kracht, het goed humeur en het

doorzettingsvermogen van haar moeder. Het vierde kindje, Nick,

heeft Anita van haar tweede man. Die Planckaert-teelt is nog te jong

om er iets zinnigs over te vertellen, behalve dat het - zoals alle

Planckaerts - slim, humoristisch en goed is.

Voorlopig zie ik maar drie Planckaerts die ooit nog grote coureurs

kunnen worden: Jo, over wie ik al verteld heb; Peter, de zoon van

Vera en Freddy, en mijn eigen zoon Francesco.

Het is jammer dat Peter, de zoon van Vera en Freddy, Taildeman

heet. Hij is namelijk een echte Planckaert, beresterk, soepel en een

jongen met maar één droom: koers. Hij is pas elf en moet nog twee

jaar wachten op zijn debuut. Maar, hij zal er staan. Hij traint al elke

151

Page 152: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

dag. Ook van die Planckaert zullen we in de komende tien jaar nog

goede dingen horen

Ik wist het meteen al na de eerste kus.

Over Francesco, mijn zoon, kan ik drie dagen vertellen. Het

manneke heeft energie te veel. Hij is pas zeven, rijdt nu al met de

moto en was pas vijf toen hij op zijn eentje met mijn mercedes

rondtufte. Hij heeft dat van zijn moeder. Christa reed ook al met

haar vaders wagen toen ze nog niet boven het stuur kon uitkijken.

Met twee dikke kussens onder haar achterwerk schuurde ze met

hoge snelheid langs de stoepranden.

Ik moet trouwens nog enkele intieme dingen vertellen over mijn

vrouw. We hebben een uitgekiende taakverdeling. Christa is

topklasse wat het regelen van geldzaken betreft. Daarnaast is ze

kampioene in het begeleiden van een renner. Wie aan topsport doet,

mag geen enkel zorg aan zijn hoofd hebben. Hij moet zich volledig

kunnen concentreren om op dat ene belangrijke moment een

feilloze beslissing te kunnen nemen: meegaan met de vluchters, zelf

ontsnappen of blijven zitten. Thuis moet een coureur worden

verzorgd en verwend als een kasplant. Christa weet dat ik tijdens

het hoogseizoen te gespannen ben om een diplomatische echtgenoot

152

Page 153: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

te zijn. Eufories en depressies volgen elkaar in snel tempo op en ik

moet opgevangen worden als een prins in oorlogstijd. Maar ze

klaagt nooit, ze maakt geen problemen en ze beurt me op als ik in

de put zit, zoals dit jaar na Parijs-Roubaix. Tussendoor kookt ze

typisch rennerseten. Christa is de perfecte vrouw. Ik mag

driehonderd jaar oud worden, vijf keer reïncarneren, ik zal altijd -

niet de hele tijd, natuurlijk - naar Christa zoeken. Ook als ik zou

terugkomen als een hond, een vogel of een miereneter, in elke vorm

zal ik zoeken naar een vrouwtjesdier als Christa.

Voila! Ik ben geen heilig man; haar moeder Clara had het trouwens

voorspeld: ‘Christa meisje, pas op, het is een Planckaert,’ zei ze

toen ik aan haar werd voorgesteld. Maar later is mijn schoonmoeder

bijgedraaid. Ik kan de taartjes die ik van haar heb gekregen niet

tellen. Als het op begrip en gastvrijheid aankomt, mag moeder

Clara ongetwijfeld concurreren met moeder Gusta. Ik zit dankzij

deze drie vrouwen - Clara, Gusta en Christa - in een warm nest. Ik

kan niet begrijpen waarom ik de allerbeste vrouw op de wereld heb

gevonden. En ze is nog knap ook. Over haar temperament wil ik,

om begrijpelijke redenen geen woord kwijt. Maar ik wist het

meteen al na de eerste kus: dit meisje zou mijn vriend voor het

leven zijn.

De vierde vrouw in mijn leven is mijn zus Anita. Toen ik acht was,

mocht ik al met haar auto rijden. Ik reed er meteen een flinke deuk

153

Page 154: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

in. Anita vertelde aan iedereen, ook aan haar man, dat ze dat zelf

had gedaan. Anita heeft veel van haar mooie jeugdjaren in mij

geïnvesteerd.

Vele uren die ze voor zichzelf had kunnen gebruiken, gaf ze aan

mijn kindergeluk. Ze bracht mij naar speeltuinen naar hier, naar

daar... Overal wachtte ze geduldig tot de kleine Eddy besloot dat het

genoeg was geweest. Ze was meer dan een tweede moeder. Ze hield

- en houdt nog steeds, denk ik - echt van mij. Anita was geboren om

te koersen en vader had dat meteen in de gaten. Ze was nog geen

twaalf toen hij voor haar een aangepaste koersfiets in elkaar flanste,

een ‘Plume Vinqueur’. Iedere dag ging ze trainen met Willy, maar

moeder zag het niet zitten.

Meisjes moesten leren koken en naaien, niet fietsen.

Anita herinnert zich de klop op de deur in de nacht nog als de dag

van gisteren. Zij en Walter kwamen samen van een uitstapje terug

en vonden het ouderlijk huis leeg. Een uur later, het was al rond

middernacht werd er op de deur geklopt: de rijkswacht. De

volgende dag zei de dokter van het ziekenhuis waar moeder en

vader na hun ongeval werden verpleegd: ‘Meisje, er rust veel werk

op uw tere schouderkes.’

Dat was ook zo. Anita is de werkmens van de familie geworden.

Naast haar eigen gezin - ze was pas zeventien toen ze begon - hield

ze ons recht en ondertussen ging ze ook nog dienen bij rijke

154

Page 155: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

mensen: al het vuile werk doen, en als het te koud was voor de

chauffeurs, ook de auto’s wassen. Ze kreeg er 1500 frank in de

maand voor.

Tegenwoordig werkt Anita als schrijnwerker. Haar tweede man, de

broer van Willy’s vrouw Francine, is ook schrijnwerker en Anita

werkt naast hem. Ze woont sinds haar scheiding, nu al bijna tien

jaar geleden, in Belsele, bij Sint - Niklaas, maar ze komt binnenkort

terug naar het familienest in Meigem. Als moeder ooit moet

wegvallen - ik kan het me nauwelijks voorstellen - zal Anita haar

rol van moederkloek hopelijk overnemen. We wonen allemaal

samen in dezelfde buurt - Willy, Walter, Vera en ik - en het is goed

dat er ook in de verre toekomst iemand de rol van Planckaert -

moeder zal spelen.

Wat er ook gebeurt: blijf lachen!

In dit verhaal heb ik niet alles verteld. Ik vrees dat ik een aantal

goede mensen, die zeer belangrijk zijn geweest, heb vergeten? Op

de lijst van onvervangbare figuren staan de namen van André

Cocquyt en Miel van Leberghe. André was de voorzitter van mijn

supportersclub; Miel tapte de pintjes voor tien trouwe leden. André

had altijd zijn portefeuille bij zich en haalde die geregeld boven. Ik

155

Page 156: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

heb altijd gratis kunnen koersen. Mijn supportersclub zorgde voor

alles. Ook voor de ontspanning van de zenuwen. Want grappen

maken hoort bij de Planckaerts als beenzalf bij het wielrennen.

Cafébaas Miel wilde ooit mosselen gaan eten in Assenede, maar in

de polderstreek was hij, in de war gebracht door de vele smalle

weggetjes, verdwaald geraakt. Uren later kwam hij - redelijk onder

invloed, omdat hij in elk cafeetje de weg ging vragen - weer thuis.

Hij had niet één mossel gezien en had honger als een coureur in een

grote ronde, maar de supporters hadden net het laatste brood

opgegeten en de bakker was al dicht.

Van ellende ging hij maar wat oefenen op zijn trompet, want Miel

was muzikant bij de koninklijke harmonie. Zij die het hebben

meegemaakt, zullen het nooit meer vergeten. Willy en ik hadden

zijn blaasinstrument vol huishoudbloemen gegoten. De klanten in

zijn café werden bedolven onder de meest melige serenade die ze

ooit hadden gehoord. En een week later plaatste Willy een

advertentie in een reclameblad, waarin werd vermeld dat de

plaatselijke bevolking mosselen kon gaan eten in Assenede, met

Miel als gids. Hij zou de deelnemers ook uitgebreid rondleiden in

de Assenedese korenvelden. Inschrijven kon in zijn café. Na het

honderdste telefoontje verloor Miel zijn zelfbeheersing en zei tegen

de mensen die belden dat ze zijn kloten konden kussen. En wij

lachen!

156

Page 157: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

Pol van Outer - hij heeft een andere familienaam, maar hij is van

Outer - was ook zo’n figuur. Mijn vriend Alan Peiper heeft nog drie

jaar bij hem gewoond. Tot aan zijn huwelijk. Dank u, Pol!

Ik ben in dit verhaal veel mensen vergeten. Ik heb duizenden

kameraden, mijn broers hebben duizend kameraden, mijn zussen

hebben duizend vriendinnen en moeder heeft ontelbaar veel goede

kennissen. Heb ik bijvoorbeeld iets verteld over Rita Boelaert? Rita

heeft op een heel moeilijk moment in haar leven troost gevonden bij

moeder Gusta. Ik heb haar een paar keer in de keuken zien zitten, in

de ouwe trouwe fauteuil van Peetje Planckaert, met haar mooie,

jonge lichaam trillend van verdriet en van de zenuwen. Het gaat nu

beter met haar, heb ik gehoord.

Ik hoop dat dit boek heeft geleerd dat de Planckaerts niet de

speelvogels zijn waarvoor ze worden versleten. Ik denk dat wel

duidelijk is dat we graag lachen, maar dat dit alleen maar een laagje

vernis is, waar veel mensen zich op verkijken. Mensen die zelf hun

levenles hebben geleerd, begrijpen onze slogan: wat er ook gebeure,

blijf lachen! Kop omhoog, neus in de lucht en onder die neus een

stralende glimlach. Dat is de beste houding. Met je persoonlijke

problemen moet je andere mensen niet lastig vallen.

Boven alles heb ik met dit verhaal willen duidelijk maken dat de

wielersport niet alleen voor onze supporters, maar ook voor onszelf

157

Page 158: Het geslacht Planckaert - geocities.ws€¦  · Web viewVoor je het wist, zat je zelf in de val. Want zijn vriendjes Gerry Verlinden en Alain Deroo waren ook geen piepkuikens. ...

heel veel heeft betekend. Ik zeg wel eens dat ik liever boer zou zijn,

of zwerver of schrijver, maar uiteindelijk hou ik zoveel van de

wielersport, dat ik het zelf niet altijd besef. Het is precies zoals met

Christa: ze moet al een keer kwaad zijn eer ik besef hoeveel ik om

haar geef.

Als dit een film was, zouden nu de strijkers inzetten.

Einde

158