Heldere blik op innovatie

1
LEZEN/KIJKEN/ZOEKEN Heldere blik op innovatie Van Linge R. Innoveren in de gezondheidszorg; Theorie, praktijk en onderzoek. Maarssen: Elsevier Gezondheidszorg, 2006, 2 e druk. 276 pagina’s, E 37,50. ISBN 9789035228535 Ronald van Linge is orthopedagoog en bedrijfskundige en werkt op meerdere plaatsen als docent en adviseur op het gebied van innovatie. Hij schreef Innoveren in de gezondheidszorg voor verpleegkundigen die een master- opleiding volgen in de verplegingswetenschap of zich verder willen bekwamen in de innovatiewetenschap. In deel 1 schetst hij het belang van innovatie voor de verpleegkundige en spoort hij aan om pro-actief te inno- veren en niet reactief, zoals verpleegkundigen door hun positie in instellingen vaak doen. Van Linge geeft verschil- lende benaderingen van innovatie. Een voorbeeld van de rationele benadering is het maken van standaarden. De auteur geeft daarbij duidelijke argumenten dat standaar- disatie - zoals de CBO-richtlijnen - het voordeel heeft van een heldere opbouw in fasen, maar dat het de innovatie niet bevordert omdat er sprake is van eenrichtingsverkeer naar een passieve ontvanger. In de gezondheidszorg wordt vaak een rationeel innovatiemodel gebruikt uit het bedrijfsleven, het Business Process Redesign-model. Dit model geldt als principe bij de doorbraakprojecten van het CBO. Op basis van onderzoek concludeert Van Linge dat het implementatiesucces rond de 50% ligt. Vervolgens belicht hij andere benaderingen van inno- vatie die uitgaan van human resources, cultuur en iden- titeit in een organisatie, de invloed van politieke (machts) verhoudingen, innoveren als natuurlijk proces behorend bij de cyclus van opgaan, blinken en verzinken, het net- werk in een organisatie en de plaats van leren en kennis- verwerving die met innovatie gepaard gaat. Hier worden ook de bekende leercirkel van Kolb en andere vormen van leren besproken. In het laatste hoofdstuk van deel 1 geeft de auteur een integrerende benadering uit de eerdere hoofdstukken en licht hij zijn eigen model toe. Ieder hoofdstuk heeft een heldere opbouw, is voorzien van voorbeelden en wordt afgesloten met een samenvatting en conclusie. In het tweede deel wordt aan de hand van de eerdere benaderingen een aantal innovatievoorbeelden in de ver- pleegkundige setting zoals thuiszorg en instellingen besproken. Behalve om verpleegkundige behandeling en diagnostiek, gaat het ook om verpleegsystemen, model- len en kwaliteitssystemen. Van Linge bespreekt het begrip Evidence Based Practice als tegenhanger van de Evidence Based Medicine. Helaas is het aantal onderzoe- ken voor de onderbouwing van de verpleegkundige bena- dering nog beperkt. Het laatste hoofdstuk gaat over onderzoek en innova- tie en kan beschouwd worden als een inleiding epidemio- logie. Het boek wordt afgesloten met een uitgebreide literatuurlijst en een index. Het is voor de doelgroep een goed geschreven, helder boek dat de verschillende benaderingen van innovatie hel- der belicht met voorbeelden voor de praktijk. Een nadeel is dat op sommige plaatsen erg veel opsommingen worden gegeven, waarbij begrippen worden gebruikt die niet in de index zijn terug te vinden (zoals reminders en compliance). Voor de praktijkondersteuner die zich wil verdiepen in innovatie is het eerste deel zeer lezenswaardig. De prak- tijkvoorbeelden zijn minder van toepassing vanwege de setting (instellingen). De practice nurse wordt kort genoemd, maar de praktijkverpleegkundige niet. De bespreking van de Evidence Based Practice en de opzet van onderzoek in de verpleegkundige praktijk zijn zeer helder, maar beperkt toepasbaar in de kleinere setting van de huisartsenpraktijk. Als Van Linge bij een vol- gende druk rekening kan houden met de doelgroep prak- tijkondersteuners, is er alleen maar meer reden om het boek hen aan te bevelen. Louwrens Boomsma Tijdschrift voor praktijkondersteuning (2007) 02:110 DOI 10.1007/BF03074970 13

Transcript of Heldere blik op innovatie

LEZEN/KIJKEN/ZOEKEN

Heldere blik op innovatie

Van Linge R. Innoveren in de gezondheidszorg; Theorie, praktijk en onderzoek. Maarssen:

Elsevier Gezondheidszorg, 2006, 2edruk. 276 pagina’s, E 37,50. ISBN 9789035228535

Ronald van Linge is orthopedagoog en bedrijfskundige

en werkt op meerdere plaatsen als docent en adviseur op

het gebied van innovatie. Hij schreef Innoveren in de

gezondheidszorg voor verpleegkundigen die een master-

opleiding volgen in de verplegingswetenschap of zich

verder willen bekwamen in de innovatiewetenschap.

In deel 1 schetst hij het belang van innovatie voor de

verpleegkundige en spoort hij aan om pro-actief te inno-

veren en niet reactief, zoals verpleegkundigen door hun

positie in instellingen vaak doen. Van Linge geeft verschil-

lende benaderingen van innovatie. Een voorbeeld van de

rationele benadering is het maken van standaarden. De

auteur geeft daarbij duidelijke argumenten dat standaar-

disatie - zoals de CBO-richtlijnen - het voordeel heeft van

een heldere opbouw in fasen, maar dat het de innovatie

niet bevordert omdat er sprake is van eenrichtingsverkeer

naar een passieve ontvanger. In de gezondheidszorg wordt

vaak een rationeel innovatiemodel gebruikt uit het

bedrijfsleven, het Business Process Redesign-model. Dit

model geldt als principe bij de doorbraakprojecten van het

CBO. Op basis van onderzoek concludeert Van Linge dat

het implementatiesucces rond de 50% ligt.

Vervolgens belicht hij andere benaderingen van inno-

vatie die uitgaan van human resources, cultuur en iden-

titeit in een organisatie, de invloed van politieke (machts)

verhoudingen, innoveren als natuurlijk proces behorend

bij de cyclus van opgaan, blinken en verzinken, het net-

werk in een organisatie en de plaats van leren en kennis-

verwerving die met innovatie gepaard gaat. Hier worden

ook de bekende leercirkel van Kolb en andere vormen

van leren besproken.

In het laatste hoofdstuk van deel 1 geeft de auteur een

integrerende benadering uit de eerdere hoofdstukken en

licht hij zijn eigen model toe. Ieder hoofdstuk heeft een

heldere opbouw, is voorzien van voorbeelden en wordt

afgesloten met een samenvatting en conclusie.

In het tweede deel wordt aan de hand van de eerdere

benaderingen een aantal innovatievoorbeelden in de ver-

pleegkundige setting zoals thuiszorg en instellingen

besproken. Behalve om verpleegkundige behandeling en

diagnostiek, gaat het ook om verpleegsystemen, model-

len en kwaliteitssystemen. Van Linge bespreekt het

begrip Evidence Based Practice als tegenhanger van de

Evidence BasedMedicine. Helaas is het aantal onderzoe-

ken voor de onderbouwing van de verpleegkundige bena-

dering nog beperkt.

Het laatste hoofdstuk gaat over onderzoek en innova-

tie en kan beschouwd worden als een inleiding epidemio-

logie. Het boek wordt afgesloten met een uitgebreide

literatuurlijst en een index.

Het is voor de doelgroep een goed geschreven, helder

boek dat de verschillende benaderingen van innovatie hel-

der belichtmet voorbeelden voor de praktijk. Een nadeel is

dat op sommige plaatsen erg veel opsommingen worden

gegeven, waarbij begrippen worden gebruikt die niet in de

index zijn terug te vinden (zoals reminders en compliance).

Voor de praktijkondersteuner die zich wil verdiepen in

innovatie is het eerste deel zeer lezenswaardig. De prak-

tijkvoorbeelden zijn minder van toepassing vanwege de

setting (instellingen). De practice nurse wordt kort

genoemd, maar de praktijkverpleegkundige niet. De

bespreking van de Evidence Based Practice en de opzet

van onderzoek in de verpleegkundige praktijk zijn zeer

helder, maar beperkt toepasbaar in de kleinere setting

van de huisartsenpraktijk. Als Van Linge bij een vol-

gende druk rekening kan houden met de doelgroep prak-

tijkondersteuners, is er alleen maar meer reden om het

boek hen aan te bevelen.

Louwrens Boomsma

Tijdschrift voor praktijkondersteuning (2007) 02:110

DOI 10.1007/BF03074970

13