Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en...

202
De Hebreeënbrief www.Bijbel.nl 1 Hebreeën 1:1 Hebreeën heeft 13 hoofdstukken, 303 verzen, en 16913 woorden. Het kost niet zoveel tijd om dat allemaal te lezen, maar het zal veel tijd nemen om alles te bestuderen. Hebr.1:1 “God, voortijds veelmaal en op velerlei wijze, tot de vaderen gesproken hebbende door de profeten, heeft in deze laatste dagen tot ons gesproken door den Zoon;” U weet dat het boek niet begint zoals de meeste brieven in het Nieuwe Testament, door te beginnen met aan wie de brief is geschreven. Het begint gewoon. Het boek benaderd met intensiteit het onderwerp van het volbrachte werk van Christus op het kruis van Golgotha, en de voorziening voor het volk Israël om al haar zegeningen te ontvangen. Het boek Hebreeën is ontworpen om u te laten zien wat de leer is van wat God op Golgotha heeft volbracht voor het volk Israël opdat zij hun beloften en verbonden zouden ontvangen die God met hen heeft gemaakt. De manier waarop Israël haar zegeningen ontvangt is dezelfde manier waarop iedereen iets van God ontvangt: door het bloed van Jezus Christus. Daar gaat het boek Hebreeën over, teneinde om dat te doen. Hebreeën zet het Oude verbond tegenover het Nieuwe verbond. Het oude programma tegenover het nieuwe. Mozes over het oude en Christus over het nieuwe verbond. Dat is het contrast dat u ziet, u ziet nooit, zover ik kan ontdekken, dat hij zegt: we gaan van het Oude verbond naar programma van het geheimenis, naar de bedeling van de genade, van het Lichaam van Christus. Dat zie je nooit in Hebreeën. Sommige mensen nemen Hebreeën en proberen het toe te passen op het lichaam van Christus, voor ons, omdat het over het bloed spreekt, en omdat het teruggaat naar het Oude Testament. Het zou helpen om de typologie daarvan te begrijpen en interpreteren. Alles wat geschreven is in het Oude Testament is geschreven aan en over Israël. Alle ceremoniën, rechten die ze hadden, maar de leer die hij leert aan Israël gaat niet over onze leer vandaag. Maar gaat over eertijds, en over de toekomende eeuwen in het Koninkrijksprogramma, en bereid hen voor om hen dit nieuwe programma aan te nemen. Hebreeën kijkt niet naar Golgotha vanuit ons perspectief als heidenen, leden van het lichaam van Christus. Het kijkt vanuit Israëls perspectief. Als u wilt weten wat ons perspectief is ga dan naar het boek Romeinen. Romeinen is het grootste boek van de Bijbel om uit te leggen wat God deed op Golgotha. Ik ontmoette een Bijbelleraar, een broeder die zei dat Hebreeën Paulus' grootste boek was over het kruis. En ik dacht wow, misschien heeft hij een ander boek in zijn Bijbel dan ik, maar ik denk dat het Romeinen is! Het is zo gemaakt in zijn fundamentele informatie voor ons, zoals Hebreeën dat is voor Israël en de besneden gelovigen, het is fundamenteel materiaal voor hen. Als het boek Hebreeën begint met: God voortijds veelmaals… Hij maakt het contrast tussen het oude en het nieuwe. De wet kwam door Mozes en de genade door Jezus Christus, daar begint hij het boek mee, hij laat direct zien hoeveel beter de Heere Jezus Christus is en de dingen die Hij heeft gedaan en die door Hem komen dan iets anders. Dat zien we in de eerste 10 hoofdstukken van het boek. Het boek zegt niet aan wie het geschreven is, het zegt niet: van die en die aan die en die, het begint gewoon. Maar het is niet moeilijk om uit te vinden aan wie het boek geschreven is. Tot de vaderen…, dat is Israël, God sprak eertijds niet tot de heidenen, Hij sprak tot de vaderen, het volk Israel. Psalm147:18 “Hij zendt Zijn woord, en doet ze smelten; Hij doet Zijn wind waaien, de wateren vloeien henen.” Als u niet houdt van recht snijden, van het onderscheid dat God maakt in Zijn Woord, dan zult u nooit de Bijbel begrijpen en de positie die Hij aan het volk Israël geeft in de Bijbel. Ik las afgelopen week een boek, ik lees veel, mensen zeggen soms je leest te veel maar ik lees een boek per dag als het zou lukken, 2,3 per week Als mijn vrouw boodschappen doet in het winkelcentrum, kijk ik, lees ik in de boeken, er zijn ook christelijke boekwinkels. Ik las een boek van iemand die zeer tegen recht snijden was, hoe slecht het was, hoe verschrikkelijk het is als mensen dat doen…hoe God Israël opzij heeft gezet en wij daarvoor in de plaats zijn gekomen…, en ik dacht: dat is wat de meerderheid van het christendom gelooft, daar komt de wanorde van, denk daar maar eens over na.

Transcript of Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en...

Page 1: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 1

Hebreeën 1:1

Hebreeën heeft 13 hoofdstukken, 303 verzen, en

16913 woorden. Het kost niet zoveel tijd om dat

allemaal te lezen, maar het zal veel tijd nemen om

alles te bestuderen.

Hebr.1:1 “God, voortijds veelmaal en op

velerlei wijze, tot de vaderen gesproken

hebbende door de profeten, heeft in deze laatste

dagen tot ons gesproken door den Zoon;”

U weet dat het boek niet begint zoals de meeste

brieven in het Nieuwe Testament, door te beginnen

met aan wie de brief is geschreven. Het begint

gewoon. Het boek benaderd met intensiteit het

onderwerp van het volbrachte werk van Christus op

het kruis van Golgotha, en de voorziening voor het

volk Israël om al haar zegeningen te ontvangen.

Het boek Hebreeën is ontworpen om u te laten zien

wat de leer is van wat God op Golgotha heeft

volbracht voor het volk Israël opdat zij hun

beloften en verbonden zouden ontvangen die God

met hen heeft gemaakt.

De manier waarop Israël haar zegeningen ontvangt

is dezelfde manier waarop iedereen iets van God

ontvangt: door het bloed van Jezus Christus. Daar

gaat het boek Hebreeën over, teneinde om dat te

doen. Hebreeën zet het Oude verbond tegenover het

Nieuwe verbond. Het oude programma tegenover

het nieuwe. Mozes over het oude en Christus over

het nieuwe verbond. Dat is het contrast dat u ziet, u

ziet nooit, zover ik kan ontdekken, dat hij zegt: we

gaan van het Oude verbond naar programma van

het geheimenis, naar de bedeling van de genade,

van het Lichaam van Christus. Dat zie je nooit in

Hebreeën.

Sommige mensen nemen Hebreeën en proberen het

toe te passen op het lichaam van Christus, voor ons,

omdat het over het bloed spreekt, en omdat het

teruggaat naar het Oude Testament. Het zou helpen

om de typologie daarvan te begrijpen en

interpreteren.

Alles wat geschreven is in het Oude Testament is

geschreven aan en over Israël. Alle ceremoniën,

rechten die ze hadden, maar de leer die hij leert aan

Israël gaat niet over onze leer vandaag. Maar gaat

over eertijds, en over de toekomende eeuwen in het

Koninkrijksprogramma, en bereid hen voor om

hen dit nieuwe programma aan te nemen.

Hebreeën kijkt niet naar Golgotha vanuit ons

perspectief als heidenen, leden van het lichaam van

Christus. Het kijkt vanuit Israëls perspectief. Als u

wilt weten wat ons perspectief is ga dan naar het

boek Romeinen. Romeinen is het grootste boek van

de Bijbel om uit te leggen wat God deed op

Golgotha.

Ik ontmoette een Bijbelleraar, een broeder die zei

dat Hebreeën Paulus' grootste boek was over het

kruis. En ik dacht wow, misschien heeft hij een

ander boek in zijn Bijbel dan ik, maar ik denk dat

het Romeinen is! Het is zo gemaakt in zijn

fundamentele informatie voor ons, zoals Hebreeën

dat is voor Israël en de besneden gelovigen, het is

fundamenteel materiaal voor hen.

Als het boek Hebreeën begint met: God voortijds

veelmaals… Hij maakt het contrast tussen het oude

en het nieuwe. De wet kwam door Mozes en de

genade door Jezus Christus, daar begint hij het

boek mee, hij laat direct zien hoeveel beter de

Heere Jezus Christus is en de dingen die Hij heeft

gedaan en die door Hem komen dan iets anders.

Dat zien we in de eerste 10 hoofdstukken van het

boek.

Het boek zegt niet aan wie het geschreven is, het

zegt niet: van die en die aan die en die, het begint

gewoon. Maar het is niet moeilijk om uit te vinden

aan wie het boek geschreven is. Tot de vaderen…,

dat is Israël, God sprak eertijds niet tot de heidenen,

Hij sprak tot de vaderen, het volk Israel.

Psalm147:18 “Hij zendt Zijn woord, en doet ze

smelten; Hij doet Zijn wind waaien, de wateren

vloeien henen.”

Als u niet houdt van recht snijden, van het

onderscheid dat God maakt in Zijn Woord, dan zult

u nooit de Bijbel begrijpen en de positie die Hij aan

het volk Israël geeft in de Bijbel. Ik las afgelopen

week een boek, ik lees veel, mensen zeggen soms

je leest te veel maar ik lees een boek per dag als het

zou lukken, 2,3 per week Als mijn vrouw

boodschappen doet in het winkelcentrum, kijk ik,

lees ik in de boeken, er zijn ook christelijke

boekwinkels. Ik las een boek van iemand die zeer

tegen recht snijden was, hoe slecht het was, hoe

verschrikkelijk het is als mensen dat doen…hoe

God Israël opzij heeft gezet en wij daarvoor in de

plaats zijn gekomen…, en ik dacht: dat is wat de

meerderheid van het christendom gelooft, daar

komt de wanorde van, denk daar maar eens over na.

Page 2: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 2

Psalm 147:19,20 “Hij maakt Jakob Zijn

woorden bekend, Israel Zijn inzettingen en Zijn

rechten.” “Alzo heeft Hij geen volk gedaan; en

Zijn rechten, die kennen zij niet. Hallelujah!”

Vers 20 eindigd met halleluja, dat is vreemd niet?

Israël prees God, zij verheugden zich in het feit dat

God eertijds sprak tot de vaderen, tot wie sprak Hij:

tot Israël, door de profeten, God sprak, prijst God

daarvoor! Hij gaf Zijn Woord, Zijn oordelen,

mededelingen.

Ga met mij naar Mattheüs 15: en Romeinen 15:8.

Het is niet moeilijk om te begrijpen aan wie het

boek Hebreeën is geschreven, eertijds sprak God

tot Israël. God sprak door Zijn Zoon, tot wie sprak

Zijn Zoon? Jezus Christus was een dienaar van de

besnijdenis, eertijds ging God met mensen om op

grond van besneden en onbesneden, en toen Jezus

Christus kwam, kwam Hij voor de besnedenen, dat

lezen we in Mattheus tot en met Johannes. In Zijn

aardse bediening, als een profeet sprak Hij voor en

als God tot de besnijdenis. Dus als hij in Hebr.1:1

spreekt hoeft er geen onduidelijkheid te zijn tot wie

Hij hier spreekt. Dus het is makkelijk te begrijpen

waarom het boek Hebreeën heet!

U heeft Romeinen tot Filemon gelezen, Paulus'

brieven, heiden dit, heiden dat, gemeente hier,

gemeente daar… en dan ineens: bang!! Er is iets

veranderd! Als u uit Paulus' brieven komt en

overgaat naar het boek Hebreeën, lijkt het wel of u

tegen een stenen muur rijdt, waarom? Dat is precies

wat u doet: er is daar een muur, God zet die

middelmuur des afscheidsels terug, omdat Hebr.

aan de orde komt is de middelmuur er ook weer.

Als u Hebr. bereikt na Paulus' brieven breekt u uw

nek. Wat u moet doen is begrijpen aan wie het boek

geschreven is en waar het over gaat, zodat u ziet

waar het past in het programma (zie schema).

Hebreeën past in de ‘grote verdrukkings’ boeken

voor de gelovigen uit de besnijdenis.

Mattheus 15:24 “Maar Hij, antwoordende,

zeide: Ik ben niet gezonden, dan tot de verloren

schapen van het huis Israels.”

Dat is duidelijk! Ik ben niet gezonden, we gaan

terug naar Matth.10, u zult nooit dit gedeelte

begrijpen als u het Woord niet recht snijdt! Ik moet

denken aan wat een man op de radio zei: hij

probeerde over Handelingen uit te leggen wie de

Samaritanen waren. Hij zei dat Petrus en de

apostelen in de eerste 8 hoofdstukken een stelletje

racisten waren, en ik dacht: Wat?! Mensen die vol

zijn van de Heilige Geest en vol geloof zijn een

stelletje racisten…! Bevooroordeelden tegen de

Samaritanen en daarom gingen ze er niet heen? De

reden waarom ze niet naar de Samaritanen gingen

was dat ze verstrooid werden, ze spraken tot dan

alleen tot de Joden. De reden is: zij verstonden het

programma en het bevel dat Christus hun had

gegeven. Ze volgden de bevelen van de Heere

Jezus Christus.

Mattheus 10:5 “Deze twaalf heeft Jezus

uitgezonden, en hun bevel gegeven, zeggende:

Gij zult niet heengaan op den weg der heidenen,

en gij zult niet ingaan in enige stad der

Samaritanen.”

Is de Heere hier een bevooroordeelde God? Nee, er

is hier iets geestelijks gaande :6, God maakte een

verbond met Abraham, dat in zijn zaad alle volken

gezegend zullen worden, als God de aarde wilde

zegenen in het profetische programma, zei Hij: hier

is het verbond, het contract: door Israël zullen alle

volken gezegend worden! Wat moet er gebeuren?

Israël moet gered worden, verlost en gezegend

zodat zij de zegening naar iemand anders kunnen

brengen. God zegt niet dat Israël goed is in

zichzelf, zij zijn zondaars door Adam als u en ik.

Hij zei: Ik ga u verlossen en de verlossing gaat door

jullie naar alle anderen, Israël is het kanaal.

Christus kwam om het kanaal klaar te maken, en

Israël verlossen om hen te maken tot hetgeen

waarvoor God hun had gekozen, dat gebeurd hier.

Dus in Hebr.1:1 spreekt God tot Israël, we weten

nu aan wie het boek geschreven is. Ga nu met mij

naar:

Genesis 14:13 “Toen kwam er een, die

ontkomen was, en boodschapte het aan Abram,

den Hebreer, die woonachtig was aan de

eikenbossen van Mamre, den Amoriet, broeder

van Eskol, en broeder van Aner, welke Abrams

bondgenoten waren.”

De eerste keer dat iemand een Hebreeër wordt

genoemd is Abraham, hij is de eerste Hebreeër. Het

woord Hebreeër komt van: hij die is overgestoken

(Hebreeuws:avar) en dat had Abraham gedaan, God

zet Abraham apart, met als teken de besnijdenis, hij

kwam van de andere kant en trok de middelmuur

op.

Jeremia 34:9 “Dat een iegelijk zijn knecht, en

een iegelijk zijn maagd, zijnde een Hebreer of

een Hebreinne, zou laten vrijgaan; zodat

Page 3: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 3

niemand zich van hen, van een Jood, zijn

broeder, zou doen dienen.”

In tegenstelling tot wat u hoort in het zondagse

circuit is een Hebreeër een Jood, en een Jood is een

Hebreeër. Jeremia gebruikt Jood en Hebreeër onder

inspiratie van de Heilige Geest door elkaar met de

zelfde betekenis. Als iemand zegt dat een Jood

alleen een afstammeling is van de stam Juda klopt

dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de

zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen

kwam voor de verloren schapen van het huis

Israëls, bedoelt Hij dezelfde mensen. Als wij dus

spreken over dat Hebreeën is geschreven aan de

Hebreeën, dan betekend het dat Hebreeën is

geschreven voor de Joden, uit welken de zaligheid

is.

Abraham had twee zonen, wie waren zij? Izak en

Ismaël. God zei: Ik wil Ismaël niet, Ik wil Izak.

Izak had een zoon: Ezau en Jakob, wie wilde God:

Jakob, Ik wil Ezau niet. Dus Hij nam Abraham,

Izak en Jakob. Jakob heeft 12 zonen en die twaalf

zonen worden de twaalf stammen waar het volk uit

bestaat. Één van de zonen is Juda, uit Juda komt

David en de Heere Jezus Christus. De mensen van

die lijn worden Hebreeën genoemd. We noemen ze

Joden, daar gaat het boek Hebreeën over.

Hebreeën 3:1 “Hierom, heilige broeders, die der

hemelse roeping deelachtig zijt, aanmerkt den

Apostel en Hogepriester onzer belijdenis,

Christus Jezus;”

Als hij spreekt over heilige broeders, die der

hemelse roeping deelachtig zijn, moet u begrijpen

dat als we het volk Israël bestuderen dat er in het

volk verschillende onderscheiden geestelijke

groepen mensen zijn.

Er is de hele groep, het volk -de wijnstok- Ik

plantte een wijngaard in Juda… Er zijn vier bomen

die geassocieerd zijn met het volk Israël, één van

hen is de wijnstok, hij vertegenwoordigd het leven

van het volk, Israël als een volk. De wijnstok stelt

het nationale leven van Israël voor. Maar in dat

volk is een andere groep, een kleine kudde van

gelovigen, het gelovig overblijfsel, zij zijn de

heilige broeders. In Mat.-Joh. worden deze mensen

de kleine kudde genoemd.

Jesaja 26:1,2 “Te dien dage zal dit lied gezongen

worden in het land van Juda; Wij hebben een

sterke stad, God stelt heil tot muren en

voorschansen.” “Doet de poorten open, dat het

rechtvaardige volk daarin ga, hetwelk de

getrouwigheden bewaart.”

Als u het over Israël heeft is het belangrijk om te

weten dat u te maken heeft met sommige die

gelovig zijn en anderen die ongelovig zijn. Het

boek Hebreeën is geschreven in het licht van die

tegenstelling. Het rechtvaardige volk dat de

getrouwheid bewaart…

Romeinen 10:19 “Maar ik zeg: Heeft Israel het

niet verstaan? Mozes zegt eerst: Ik zal ulieden

tot jaloersheid verwekken door degenen, die

geen volk zijn; door een onverstandig volk zal ik

u tot toorn verwekken.”

Deze mensen stelden niets voor in Israël, geen

onderdeel van de hiërarchie, de leiders,

hogepriesters enz. totdat Johannes de Doper begint

te prediken: Bekeert u want het Koninkrijk der

hemelen is nabij. En in Mattheus 4 spreekt over

mensen die in duisternis zaten en een groot licht

zien, en Hij begint door de prediking van Joh. de

doper Israël te roepen, een groep van gelovigen in

Israël, ze worden geïdentificeerd als het gelovig

overblijfsel, de kleine kudde van een rechtvaardig

volk- hier een onverstandig volk- de prediking van

het kruis is dwaasheid voor wie?

Voor die verloren gaan. Die mensen daar keken

naar die mensen en zij lachen en zeggen: vervangen

zij ons…?! Denk je dat dat Israël is? Wij hebben de

tempel, wij hebben de priesters, wij hebben de

ceremonies, de tradities, en die…. laat me niet

lachen. Deze mensen leken dwaas, maar is dat

meestal niet zo, in elke tijd, denk aan Noach.

Als Christus in u leeft bent u (2 Kor.2:15,16) voor

de één een geur ten leven en voor de ander ten

dode. Daar kun je niets aan doen, dat draag je uit.

Hier in het begin van Christus aardse bediening en

de manier waarop ze met elkaar geïdentificeerd

worden in deze kleine kudde, te beginnen met Joh.

De Doper is dat niet fascinerend?

De Nieuw Testamentische kerk begon in het Oude

Testament en het was een joodse baptistenkerk, de

deur was waterdoop. Ik vertelde u hoeveel kerkelijk

mensen dit geloven, en het klinkt gek maar het

meeste wat ze geloven en doen is dat ze wat uit de

bijbel halen en het is schriftuurlijk maar niet recht

gesneden. Niet dat het niet schriftuurlijk is, de fout

is dat het niet volgens de bedelingen is.

Page 4: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 4

Dit gelovig overblijfsel, het dwaze volk word

gevormd door de prediking van Joh. de doper, de

doop tot vergeving van zonden, dit is het

rechtvaardige volk. De Heere Jezus Christus wordt

gekruisigd, begraven en staat weer op, gaat naar de

hemel en de Heilige Geest wordt gezonden naar

deze mensen hier. Deze mensen zijn de heilige

broeders, apart gezet. God heeft een doel met ze en

daarvoor zijn ze apartgezet. Het oordeel van de

grote verdrukking komt eraan en daarin raken ze

verzeild en ze worden verstrooid.

Exodus 19:3-6 “En Mozes klom op tot God. En

de HEERE riep tot hem van den berg, zeggende:

Aldus zult gij tot het huis van Jakob spreken, en

den kinderen Israels verkondigen:” “Gijlieden

hebt gezien, wat Ik den Egyptenaren gedaan

heb; hoe Ik u op vleugelen der arenden

gedragen, en u tot Mij gebracht heb.” “Nu dan,

indien gij naarstiglijk Mijner stem zult

gehoorzamen, en Mijn verbond houden, zo zult

gij Mijn eigendom zijn uit alle volken, want de

ganse aarde is Mijn;” “En gij zult Mij een

priesterlijk koninkrijk, en een heilig volk zijn.

Dit zijn de woorden, die gij tot de kinderen

Israels spreken zult.”

1Petrus 2:9 “Maar gij zijt een uitverkoren

geslacht, een koninklijk priesterdom, een heilig

volk, een verkregen volk; opdat gij zoudt

verkondigen de deugden Desgenen, Die u uit de

duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar

licht;”

Ik droeg u op arendsvleugels en bracht u tot

Mijzelf: zette u apart over de rivier de Jordaan,

God maakte een scheiding tussen het volk Israël en

Egypte, een type van de wereld en dat deed Hij

door de doop in de zee, de doop onder Mozes en de

wolk. Een priesterlijk koninkrijk…. Als Jezus

Christus terugkomt en Zijn Koninkrijk vestigt zijn

deze mensen de dienstknechten van God en

priesters, zij zullen het koninkrijk beërven. Dit is de

heilige, apartgezette groep.

We gaan terug naar Hebreeën 3:1. Christus is in de

hemel en Hij komt terug, het gaat over het

Koninkrijk der hemelen, niet omdat het de hemel

op aarde is, maar omdat het een Koninkrijk is dat

uit de hemel komt op de aarde.

De hemelse roeping: Christus in de hemel roept uit

het afvallige Israël een groep mensen, die degenen

zijn die dit Koninkrijk zullen ontvangen. We gaan

naar hoofdstuk 11. De terminologie is hier zo dat

als u het verschil niet begrijpt tussen dit programma

hier en het lichaam van Christus, snap je er niets

van.

Hebr.11:8-10 “Door het geloof is Abraham,

geroepen zijnde, gehoorzaam geweest, om uit te

gaan naar de plaats, die hij tot een erfdeel

ontvangen zou; en hij is uitgegaan, niet

wetende, waar hij komen zou.” “Door het geloof

is hij een inwoner geweest in het land der

belofte, als in een vreemd land, en heeft in

tabernakelen gewoond met Izak en Jakob, die

medeerfgenamen waren derzelfde belofte.”

“Want hij verwachtte de stad, die fondamenten

heeft, welker Kunstenaar en Bouwmeester God

is.”

Abraham keek uit naar een stad die God zou

bouwen, waar zal die stad zijn? :14-16 op de aarde!

Een hemelse stad die God Zelf zal bouwen voor

Abrahams nageslacht. Deze planeet was het

originele commandocentrum van de originele

schepping, daarom is deze kleine planeet de enige

plaats waar mensen leven. De plaats waar God Zelf

kwam in de vorm van een schepsel. De reden

waarom het hier gebeurde is omdat het strijdtoneel

in het universum van het satanische conflict van

Gods doel en programma hier is. Hier is het

commandocentrum van het universum, en in de

toekomst zal het dat weer zo zijn, de troon van

regering van de almachtige God, de regering van

dit universum, zal zijn in Jeruzalem, de plaats waar

Hij Zijn troon zal zetten. Dus een hemelse stad

gebouwd door God op de aarde.

Hebreeën 1 is dus geschreven aan die kleine groep

gelovigen. Kijk ook nog even naar:

Hebr.12:25-28 “Ziet toe, dat gij Dien, Die

spreekt, niet verwerpt; want indien dezen niet

zijn ontvloden, die dengene verwierpen, welke

op aarde Goddelijke antwoorden gaf, veelmeer

zullen wij niet ontvlieden, zo wij ons van Dien

afkeren, Die van de hemelen is;” “Wiens stem

toen de aarde bewoog; maar nu heeft Hij

verkondigd, zeggende: Nog eenmaal zal Ik

bewegen niet alleen de aarde, maar ook den

hemel.” “En dit woord: Nog eenmaal, wijst aan

de verandering der bewegelijke dingen, als

welke gemaakt waren, opdat blijven zouden de

dingen, die niet bewegelijk zijn.”“Daarom, alzo

wij een onbewegelijk Koninkrijk ontvangen, laat

ons de genade vast houden, door dewelke wij

welbehagelijk Gode mogen dienen, met eerbied

en godvruchtigheid.”

Page 5: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 5

Wat deze mensen ontvangen is een Koninkrijk, Hij

brengt het mee als Hij komt:

Lukas 19:12 “Hij zeide dan: Een zeker

welgeboren man reisde in een ver gelegen land,

om voor zichzelven een koninkrijk te ontvangen,

en dan weder te keren.”

Hebr.1:1 Dit gaat terug naar Genesis 1 waar God

sprak, en God sprak, dat er zij… God sprak, dat

vind ik wonderbaar, een stille God mensen is een

onbekende God. Als God niet had gesproken zou u

Hem niet kennen. En God is niet stil. Daarom is dit

boek, de Bijbel zo belangrijk, want het is wat God

zegt.

In vers 6 staat : …zegt Hij! :7 zegt Hij… :8 zegt

Hij… God praat, Hij spreekt. Hij maakt Zijn wil,

doel bekend en wat Zijn verlangens zijn. Als u het

boek Hebreeën bestudeert is het fascinerend om te

zien hoe vaak, daar waar God spreekt en Zijn

Woord aan mensen geeft, in Hebreeën de schrijver

een leer aan een paar woorden uit de schrift

ophangt.

Zoals wat we net lazen in Hebr.12:26 een aanhaling

uit Haggai, Nog éénmaal…waar heeft hij het daar

over? Hij neemt die woorden en leert hen daaruit.

Bijbelschrijvers vertrouwen soms op de autoriteit

van één woord, één frase in Gods Woord. Niet een

idee, misschien moet het zo vertaald worden, of zo,

of zus of zo. Weet u wie dat deed? Satan in Gen.3:1

heeft God gezegd? En u weet wat er toen gebeurde.

Dus u moet niet verbaasd zijn als u één woord

bestudeert in de Bijbel, dat dat uw hele leven kan

veranderen. Zo is het Woord van God.

1 Johannes 5:7,8 “Want Drie zijn er, Die

getuigen in den hemel, de Vader, het Woord en

de Heilige Geest; en deze Drie zijn Een.” “En

drie zijn er, die getuigen op de aarde, de Geest,

en het water, en het bloed; en die drie zijn tot

een.”

Dit is een vers dat de nieuwe bijbelvertaling

weglaat, dit is de leer van de Drieeënheid, er zijn er

drie: Vader, Zoon, Heilige Geest. Hebr.1:1 zegt dat

God op velerlei wijzen, verschillende manieren,

eertijds heeft gesproken tot de vaderen. God de

Vader sprak, maar het is ook waar dat de Zoon

eertijds sprak tot Israël en ook dat God de Heilige

Geest sprak, dat weten we uit Hebr.3:7 dat is een

aanhaling uit de Psalmen, wie sprak in de Psalmen?

De Heilige Geest. Er zijn veel verzen zoals deze.

De Heere Jezus sprak ook eertijds in:

1 Korinthe 10:9 “En laat ons Christus niet

verzoeken, gelijk ook sommigen van hen

verzocht hebben, en werden van de slangen

vernield.”

Numeri 21:8 “En de HEERE zeide tot Mozes:

Maak u een vurige slang, en stel ze op een

stang; en het zal geschieden, dat al wie gebeten

is, als hij haar aanziet, zo zal hij leven.”

In het boek Hebreeën zoeken we veel verzen op.

Wie is de Heere daar? 1 Kor.10:9 zegt dat het de

Heere Jezus Christus was. En in Num21:8 zegt de

HEERE, dat is Jehovah tot Mozes… dan is dat God

de Zoon. God de Vader wordt Jehovah genoemd in

het Oude testament maar ook de Zoon wordt

Jehovah genoemd.

Genesis 19:23,24 “De zon ging op boven de

aarde, als Lot te Zoar inkwam.”“Toen deed de

HEERE zwavel en vuur over Sodom en

Gomorra regenen, van den HEERE uit den

hemel.”

Hier zijn ze Beiden in één vers. Soms is Jehovah

een verwijzing naar God de Vader en soms naar

God de Zoon. Jehovah's getuigen zeggen: ik aanbid

de Grote God, Jehovah, Jezus is de Kleine God. De

HEERE deed zwavel en vuur over Sodom en

Gomorra regenen, van den HEERE…! Eén is de

Vader en de ander is de Zoon.

Jesaja 53:10 “Doch het behaagde den HEERE

Hem te verbrijzelen; Hij heeft Hem krank

gemaakt; als Zijn ziel Zich tot een schuldoffer

gesteld zal hebben, zo zal Hij zaad zien, Hij zal

de dagen verlengen; en het welbehagen des

HEEREN zal door Zijn hand gelukkiglijk

voortgaan.”

Zacharia 12:1 “De last van het woord des

HEEREN over Israel. De HEERE spreekt, Die

den hemel uitbreidt, en de aarde grondvest, en

des mensen geest in zijn binnenste formeert.”

Goede verzen tegen Jehovah’s getuigen!

Zach.12:1,2,3,4,6,10 Ik, Jehovah. :10 zij zullen Mij

aanschouwen Dien zij doorstoken hebben… Waar

hebben zij Jehovah doorstoken? Aan het kruis! God

de Zoon. Jes.53:10 doch het behaagde de HEERE

Hem te verbrijzelen. Hem is Christus, wie

verbrijzeld? Jehovah. Jehovah verbrijzeld Jehovah.

Dus als God in Hebr.1:1 zegt dat Hij op vele

manieren sprak, deed Hij dat door de Vader en de

Page 6: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 6

Zoon en de Geest, tot Israël. Het boek Hebreeën zet

al die dingen die gesproken zijn tot de vaderen in

contrast met één volle, complete openbaring aan

Israël hier in het Nieuwe verbond door Christus. De

woorden die Christus sprak zijn de woorden die de

Vader Hem gaf om te spreken, in de kracht van de

Geest van God. Nu denkt u: waren we maar nooit

begonnen aan Hebreeën is het niet? Het is nog maar

het begin…..

Voor we verder gaan geef ik u een overzicht van

het boek:

De eerste 10 hoofdstukken zijn leer.

U ziet de superioriteit van Christus over het Oude

verbond, de superioriteit van het werk aan het

kruis. Hun geloof is gebaseerd op beter materiaal

dan het Oude verbond, beter dan wat Mozes hun

gaf, beter dan iets daarvoor.

Hoofstuk 11-13 zijn praktische vermaningen om

vol te houden en door te gaan in het geloof.

Ik geef u drie verdelingen in de leer:

-in hoofdstuk 1 ziet u de glorie van de Heere Jezus

Christus als de Zoon van God.

-in hoofdstuk 2:1 tot 4:13 ziet u Hem als de Zoon

des mensen.

-in hoofdst.4:13 tot hoofdst.10 ziet u Hem als de

grote Hogepriester.

-in hoofdst.5 ziet u hét punt van het boek

Hebr.5:8,9. Maar omdat ze traag zijn om te horen

pikken ze het niet op, ze moeten het priesterschap

van Christus waarderen, niet teruggaan naar het

Mozaischepriesterschap, ze moeten verdergaan. In

de volmaking van wat Christus heeft volbracht op

het kruis van Golgotha voor hen.

-in hoofdst.8:1 zie je een sleutel, het punt in de

Psalm is en wat hij deze mensen in Hebr. wil leren

gaat over het priesterschap van Christus. Wij

hebben de echte priester! Hij zit aan de

rechterhand van de Vader in de hemel. Niet de

schaduwen, typen .

Dus als u Hebreeën bestudeerd vindt u de

algenoegzaamheid van Christus, en wat Hij heeft

volbracht aan het kruis van Golgotha voor Israël en

om hun programma tot stand te brengen. Net als

Romeinen voor ons. Hij legt uit wat er op Golgotha

gebeurde. Voor de leden van het lichaam van

Christus. In Hebreeën legt hij dat uit voor de

Hebreeën in de toekomende eeuw. Daar passen de

leren bij elkaar.

Hebr.1:1 God… Als mensen willen weten wie het

boek Hebreeën heeft geschreven verteld het eerste

woord u dat. U kunt uw eigen meningen

overtuigingen argumenten etc hebben, het punt is

dat God het schreef. En als God vond dat u meer

moest weten dan dat zou Hij u dat verteld hebben.

De mensen die het boek kregen wisten het wel, Hij

was niet anoniem voor hen, maar God wil dat wij

begrijpen dat Hij het deed. Hebr.1:1-4 vatten het

leerstellige gedeelte samen van het boek. Het

contrast tussen wat God eertijds deed en de

heerlijkheid van wat Christus in het nieuwe

verbond deed. Christus heeft een erfenis, een naam

boven alle naam verkregen(:4).

God sprak, en het is wonderbaar dat God spreekt.

De Godheid spreekt, en als God niet had gesproken

hadden we niets van Hem geweten. U kunt door te

zoeken niets van Hem vinden, als Hij niet van

Zichzelf had verteld was u nog blanco, en Hij heeft

over Zichzelf gesproken, daar gaat dit Boek over,

dat Boek is Gods Woord, God openbaart Zichzelf

en Hij heeft gesproken. In Genesis 1:3 zegt God:

daar zij licht en God zeide… en God zeide…

Zonder dat God sprak zou er geen openbaring zijn.

Dus de Godheid spreekt, onze God is geen afgod

die ergens staat en niets kan zeggen. De God van de

Bijbel is een God van openbaring.

Hebreeën 1:1-3

Hebr.1:1 “God, voortijds veelmaal en op

velerlei wijze, tot de vaderen gesproken

hebbende door de profeten, heeft in deze laatste

dagen tot ons gesproken door den Zoon;”

Hebr.1:1 veelmaal en op velerlei wijze…

Veelmaals, een oud, maar goed woord. Allerlei

verschillende dingen op een plank b.v. in een

winkel. Velerei wijze: verschillende tijden en op

verschillende manieren. Eertijds sprak God door de

profeten, u weet wie de vaderen waren?

Psalm 147:19 “Hij maakt Jakob Zijn woorden

bekend, Israel Zijn inzettingen en Zijn

rechten.”

Rom.2:14,17,18 “Want wanneer de heidenen,

die de wet niet hebben, van nature de dingen

doen, die der wet zijn, deze, de wet niet

hebbende, zijn zichzelven een wet;” “Zie, gij

wordt een Jood genaamd en rust op de wet; en

roemt op God,” “En gij weet Zijn wil, en

beproeft de dingen, die daarvan verschillen,

zijnde onderwezen uit de wet;”

Page 7: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 7

Tot wie spraken de profeten? Dat is niet zo moeilijk

uit te vinden! Tot Israël. God sprak tot ons…

Hebr.1:2 wie zijn ons? Rom.2 de heidenen die de

wet niet hebben… aan wie gaf God de wet? Aan

Israël. Rom3:2 aan hen zijn de Woorden Gods

toebetrouwd.

Terug naar Hebr.1, het is duidelijk dat God eertijds

door de profeten sprak en Hij spreekt over Israël. In

deze laatste dagen tot ons gesproken door de Zoon,

ons=Israël. Rom.15:8 Jezus Christus was een

dienaar van de besnijdenis in Mat.-Joh. Zo zijn de

woorden van Hebr. de woorden van Jezus Christus

tot het volk Israël.

Er wordt hier een contrast gemaakt, de openbaring

die God door de profeten gaf was een gedeeltelijke

openbaring, die was incompleet, was

voortschreidend gegeven, Hij gaf wat en daarna gaf

Hij wat meer, dus was hetgeen Hij daarvoor gaf

niet alles. Zo communiceert Hij voortschreidend

met hen de informatie. Het contrast is dat in deze

laatste dagen Hij tot ons sprak in de Zoon, en het

spreken door de Zoon is superieur boven de

profeten, want als de Zoon spreekt is dat het laatste

Woord.

Johannes 4:25 “De vrouw zeide tot Hem: Ik

weet, dat de Messias komt (Die genaamd wordt

Christus); wanneer Die zal gekomen zijn, zo zal

Hij ons alle dingen verkondigen.”

Want als de Messias komt zal er niets meer nodig

zijn in het profetische programma, want Hij komt

en geeft de laatste openbaring. Met andere woorden

als Hij komt brengt Hij de openbaring met alle

informatie.

Johannes 15:15 “Ik heet u niet meer

dienstknechten; want de dienstknecht weet niet,

wat zijn heer doet; maar Ik heb u vrienden

genoemd; want al wat Ik van Mijn Vader

gehoord heb, dat heb Ik u bekend gemaakt.”

Christus spreekt tot Zijn discipelen in de opperzaal

voor Hij sterft. Een situatie van completering. Dit

gedeelte staat aan het hoofd van de Hebreeuwse

brieven. Toen ik Hebreeën introduceerde vertelde

ik dat Hebreeën tot en met Openbaring één unit

vormt. Zoals ook Mattheus tot en met Johannes, en

Romeinen tot en met Filemon. De reden waarom

Hebreeën zo begint is dat het niet alleen voor het

boek Hebreeën is maar voor de hele unit (Hebr.-

Openb.) Christus spreekt tot deze besnijdenis

schrijvers en completeert de informatie voor hen,

tot een complete vorm.

Hebr.1:1 deze laatste dagen:

Genesis 49:1 “Daarna riep Jakob zijn zonen, en

hij zeide: Verzamelt u, en ik zal u verkondigen,

hetgeen u in de navolgende dagen wedervaren

zal.”

Door heel de Bijbel heen is de laatste dagen een

verwijzing naar de redding en zegening van Israël

als zij haar Koninkrijk ingaat, het wordt altijd

geassocieerd met het koninkrijksprogramma en de

komende Messias Die Zijn Koninkrijk vestigt. Als

u hier over deze laatste dagen leest dan is dat meer

dan de grote verdrukking maar de redding tot in het

Koninkrijk voor Israël. Dus u heeft het over de

groteverdrukking context of een koninkrijk ingaan

context. Het doel van de profetie. Wat Jakob hier

doet in Gen.49 hij geeft een profetie van elk van

zijn zonen met een verwezenlijking als ze het

Koninkrijk in zullen gaan.

Jesaja 2:2-4 “En het zal geschieden in het laatste

der dagen, dat de berg van het huis des

HEEREN zal vastgesteld zijn op den top der

bergen, en dat hij zal verheven worden boven

de heuvelen, en tot denzelven zullen alle

heidenen toevloeien.” “En vele volken zullen

heengaan en zeggen: Komt, laat ons opgaan tot

den berg des HEEREN, tot het huis van den

God Jakobs, opdat Hij ons lere van Zijn wegen,

en dat wij wandelen in Zijn paden; want uit

Sion zal de wet uitgaan, en des HEEREN woord

uit Jeruzalem.” “En Hij zal rechten onder de

heidenen, en bestraffen vele volken; en zij

zullen hun zwaarden slaan tot spaden, en hun

spiesen tot sikkelen; het ene volk zal tegen het

andere volk geen zwaard opheffen, en zij zullen

geen oorlog meer leren.”

Als u alle referenties van de laatste dagen nakijkt

en vergelijkt, krijgt u ook een idee van het boek

Hebreeën, die zich in de laatste dagen bevinden.

Het boek Hebreeën is niet voor mensen die zich in

de bedeling van genade bevinden. Het is bedoelt

voor mensen in de toekomst. Jes.2:2-4 Wanneer zal

dat gebeuren? Deze tekst staat op een UN gebouw

op Manhattan island… Doen ze dat in the UN?

Andersom: ploegscharen in wapens… Dit is in het

Koninkrijk!

Micha 4:1 “Maar in het laatste der dagen zal

het geschieden, dat de berg van het huis des

Page 8: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 8

HEEREN zal vastgesteld zijn op den top der

bergen; en hij zal verheven zijn boven de

heuvelen, en de volken zullen tot hem

toevloeien.”

Het Koninkrijk wordt gevestigd, zie vers 7. Dit

gebeurt in de laatste dagen.

Hebr.2:5 “Want Hij heeft aan de engelen niet

onderworpen de toekomende wereld, van welke

wij spreken.”

Hebreeën spreekt over de toekomst :

Hebr.12:25-29 “Ziet toe, dat gij Dien, Die

spreekt, niet verwerpt; want indien dezen niet

zijn ontvloden, die dengene verwierpen, welke

op aarde Goddelijke antwoorden gaf, veelmeer

zullen wij niet ontvlieden, zo wij ons van Dien

afkeren, Die van de hemelen is;” “Wiens stem

toen de aarde bewoog; maar nu heeft Hij

verkondigd, zeggende: Nog eenmaal zal Ik

bewegen niet alleen de aarde, maar ook den

hemel.” “En dit woord: Nog eenmaal, wijst aan

de verandering der bewegelijke dingen, als

welke gemaakt waren, opdat blijven zouden de

dingen, die niet bewegelijk zijn.”“Daarom, alzo

wij een onbewegelijk Koninkrijk ontvangen, laat

ons de genade vast houden, door dewelke wij

welbehagelijk Gode mogen dienen, met eerbied

en godvruchtigheid.” “Want onze God is een

verterend vuur.”

God spreekt door Zijn Zoon :25. Hebreeën is

bedoelt voor degenen die in die tijdsperiode leven.

Iemand zegt: wat dan met 2Tim.3:1? Paulus

spreekt ook over de laatste dagen. Maar dat zijn de

laatste dagen van de bedeling van genade. Is dat

dan niet hetzelfde? De laatste dagen van de

bedeling van genade zijn een schaduw van de

laatste dagen van de profetie. Maar kijk ook wat 2

Tim.3 zegt dat er zware tijden zullen komen,

Paulus bezag zichzelf niet als iemand die al in de

laatste dagen leefde, in dat vers zijn de laatste

dagen ook toekomst.

In Hebr. 1:1 zijn die mensen in de laatste dagen. Er

is een verschil tussen de laatste dagen van profetie

en de laatste dagen van de bedeling van genade.

Hebreeën is bedoeld voor mensen in de laatste

dagen van profetie. Dus direct als je in het boek

begint is het Joods, het is het woord van de Heere

Jezus Christus tot het volk Israël en het heeft te

maken met het profetische programma. Je hebt nog

geen vers gelezen en je bent al in die context. Dus

als u het boek begint te lezen kijk dan naar de

instructies die u duidelijk vertellen: dit gaat niet

over de bedeling van genade en over het lichaam

van Christus, het gaat over Gods doel en

programma in Christus voor het volk Israël. Dus

wij laten het waar het thuishoort, volgens de

bedelingen.

Hebreeën 1:2 “Welken Hij gesteld heeft tot een

Erfgenaam van alles, door Welken Hij ook de

wereld gemaakt heeft;”

Die Hij gesteld heeft tot Een Erfgenaam van

alles…, en vers 4 als Erfgenaam heeft Hij

uitnemender Naam boven hen geërfd. Tussen de

twee verklaringen over de Erfgenaam ziet u een

beschrijving van de Heere Jezus Christus in Zijn

capaciteiten en in Wie Hij is. Er is een nauwkeurige

uiteenzetting van Zijn onvergelijkbare superioriteit

en Zijn bediening aan ons hier.

En wat hij gaat doen is, Hij gaat het begrip van de

lezer opklaren door de Heere Jezus Christus, de

grondlegger van het Nieuwe verbond, de nieuwe en

levende weg te verhogen.

In hoofdstuk 1 zie u Hem verhoogd als de Zoon

van God. In hoofdstuk 2 ziet u Hem verhoogd als

de Zoon des mensen. Omdat Hij als de Zoon van

God, de Profeet is, de Priester en de Koning van

Israël. Als Zoon des mensen brengt Hij deze

Goddelijke kwaliteiten ( zie boven) in actie voor

Israël, voor ons. Dus de eerst twee hoofdstukken

focussen op Wie Christus is in Zijn Persoon en

daarna begint het spreken over het punt van Zijn

plaatsvervangende offer op Golgotha.

Het probleem dat de Hebreeën hier hebben is, we

zien het door het hele boek heen, ze gaan terug naar

de wet van Mozes, naar het Oude verbond, ze

worden daartoe verleid. En hij probeert een

motivatie te geven om door te gaan naar het

Nieuwe verbond, niet teruggaan , maar verdergaan

met Christus.

En u ziet in de periode van de grote verdrukking,

zoals in het boek Handelingen, dat ze in een unieke

situatie zijn: Ze hebben een tempel, ze hebben de

offers, en een groot aantal van de priesters geloven

en zijn gehoorzaam aan het geloof, een grote

menigte Joden gelooft en is ijverig voor de wet en

het is verleidelijk in de Handelingenperiode om

terug te gaan, maar in de grote verdrukking zal er

opnieuw een tempel gebouwd worden, de antichrist

Page 9: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 9

zal hem bouwen, hij zal er voor zorgen dat er weer

geofferd wordt, 2000 jaar en meer had Israël een

offerdienst, een tempel en al die dingen zullen weer

opgezet worden.

En deze gelovigen moeten gegrond zijn in de

waarheid dat al die typen en schaduwen het punt

niet zijn, een geweldige verleiding voor hen om

terug te gaan. Ik vertelde u over een orthodoxe

joodse man in Alabama, toen ik daar preekte, hij

had de holocaust overleeft en verstopt gezeten in

Belgie op een zolder. Hij kwam naar de USA, een

geleerde man, fotograaf, gevoelige man. En ik

vroeg hem: en ik beschreef hem wat de antichrist

zou gaan doen in de tempel de offers gaan weer

beginnen etc. Henry vertel mij als al die dingen

weer komen in Jeruzalem zou jij dan als een 20e

eeuwse, nette, geleerde man, daar heen gaan en een

dierenoffer brengen? Hij was ook nog van de

dierenbescherming. Zou je dat werkelijk doen? En

hij dacht even na en zei :Ja! De verleiding om daar

naar toe te gaan.

En die verdrukking komt en zij hebben instructie

nodig, motivatie om door te gaan om met Christus

te blijven, buiten de legerplaats, dus daar praat hij

met hen over.

Let op hoe hij het doet: hij gaat de Here Jezus

verhogen. In dit gedeelte is Hij de Profeet, Gods

spreekbuis, maar Hij is ook de Koning, vers 3 zegt:

het afschijnsel van Zijn heerlijkheid. Dat is de

koninklijkheid van de Koning, jammer als mensen

dat missen, de afstraling: Jezus Christus is

afstraling van Zijn glorie. Christus, die ons leven is

zal verschijnen en wij met Hem, hoe? In

heerlijkheid. Als Jezus Christus verschijnt zal dat

een heerlijke verschijning zijn.

Psalm 67:1 God zij ons genadig en zegene ons;

Hij doe Zijn aanschijn aan ons lichten. Sela.”

Dat betekend niet dat God naar je glimlacht, maar

Zijn heerlijkheid die over je heen schijnt. Weet u

wanneer dat zal gebeuren?

Psalm 80:1-3 “Voor den opperzangmeester, op

Schoschannim; een getuigenis, een psalm van

Asaf. O Herder Israels! neem ter ore, Die Jozef

als schapen leiddet; Die tussen de cherubim zit,

verschijn blinkende.” Wek Uw macht op voor

het aangezicht van Efraim, en Benjamin, en

Manasse, en kom tot onze verlossing.” O God!

breng ons weder, en laat Uw aanschijn lichten,

zo zullen wij verlost worden.”

Hij spreekt hier over Christus Die terugkomt.

Mattheus 25:31 “En wanneer de Zoon des

mensen komen zal in Zijn heerlijkheid, en al de

heilige engelen met Hem, dan zal Hij zitten op

den troon Zijner heerlijkheid.”

Jezus Christus is het Afschijnsel Zijner

heerlijkheid. Als Hij komt dan komt Hij in Zijn

heerlijkheid, en wordt geassocieerd met Zijn

regering als Koning.

Hebr.1:3 “Dewelke, alzo Hij is het Afschijnsel

Zijner heerlijkheid, en het uitgedrukte Beeld

Zijner zelfstandigheid, en alle dingen draagt

door het woord Zijner kracht, nadat Hij de

reinigmaking onzer zonden door Zichzelven te

weeg gebracht heeft, is gezeten aan de rechter

hand der Majesteit in de hoogste hemelen;”

Het woord Zijner kracht…

Prediker 8:4 “Waar het woord des konings is,

daar is heerschappij; en wie zal tot hem zeggen:

Wat doet gij?”

Daar is heerschappij… Hij beschrijft Hem hier als

de Koning Hebr. 1:8. Dus Hebreeën beschrijft Hem

als de Profeet en de Koning, maar Hij is ook de

Priester.

Hebr.1:3 nadat… Het tijdselement in de aanstelling

in vers 2 nadat Hij de reinig making onzer zonden

teweeggebracht heeft…gezeten…. Wie zit zoals we

lezen in Hebr.8:1 aan Gods rechterhand van de

troon der majesteit? De Hogepriester,

Hebr.10:12,13 het eens en voor altijd offer is

gebracht en dan gaat Hij zitten. Totdat Hij

terugkomt om Zijn vijanden tot Zijn voetbank te

maken.

Zij moeten de waarde van Zijn werk op Golgotha

begrijpen waar Hij onze zonde gereinigd heeft. Wat

het boek Hebreeën doet is uitleggen wat Christus

bestendig deed, zodat Israël haar zegeningen

ontvangt door het alvoorzienend werk aan het

kruis.

Hebr.1:2-4 Hij is de Schepper, Hij is de Koning,

Hij is de Priester. Hebr.1:5 Hij begint te vertellen

over de Erfenis die Hij zal krijgen, Hij is de

Erfgenaam van alles. Wanneer werd Hij als

Erfgenaam aangesteld? Daarvoor was Hij het nog

niet OK?

Hebr.3:1-2 “Hierom, heilige broeders, die der

hemelse roeping deelachtig zijt, aanmerkt den

Apostel en Hogepriester onzer belijdenis,

Page 10: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 10

Christus Jezus;”“Die getrouw is Dengene, Die

Hem gesteld heeft, gelijk ook Mozes in geheel

zijn huis was.”

Gesteld… zoals Mozes. Mozes was de Wetgever,

aangesteld van het volk Israël. Op dezelfde manier

was de Heere Jezus aangesteld als Erfgenaam van

alle dingen. In Hebr.1:3 zien we het tijdselement

hiervan: Nadat… enz, de tijd van Zijn aanstelling

heeft te maken met Zijn dood, opstanding en

hemelvaart en Zijn gaan zitten aan de rechterhand

van de Vader, dus met Zijn verhoging door Zijn

werk op Golgotha, Zijn opstanding en zitten aan de

rechterhand van de Vader.

We zien dit punt terug in Lukas 19:12 een

koninkrijk te ontvangen en dan weder te keren! De

Zoon is een aangestelde Erfgenaam van alle

dingen. Door Welken Hij ook de wereld gemaakt

heeft: de reden waarom dat hier staat is: Daar is Hij

Erfgenaam van, hoe gaat Hij dat doen? God komt

het doen, het is Zijn Woord dat hen opbouwt.

Wat maakt Zijn tweede komst mogelijk, al deze

dingen mogelijk? Het feit dat Hij door Zichzelven

de reinigmaking der zonden heeft teweeggebracht.

En Hij zit, het werk is gedaan, klaar. En Israël moet

de manier begrijpen hoe zij hun zegeningen kunnen

ontvangen in het Koninkrijk, door het kruis, een

absolute, complete voorziening die God voor hen

heeft gemaakt. Begrijpt u? Hij is gesteld, gemaakt,

een status die Hij verdiende, door het werk dat Hij

deed.

Hebreeën 1:4-14

Hebr.1:4 “Zoveel treffelijker geworden dan de

engelen, als Hij uitnemender Naam boven hen

geerfd heeft.”

Heb.1:5 begint met een uitleg van wat de Heere

Jezus heeft in Zijn Erfenis, Hij heeft veel wat de

engelen nooit kregen. De reden waarom hij over

engelen begint te spreken in vers 4,5 en verder is

omdat de engelen betrokken zijn bij het bestellen

en vestigen van het Oude verbond.

Galaten 3:19 “Waartoe is dan de wet? Zij is om

der overtredingen wil daarbij gesteld, totdat het

zaad zou gekomen zijn, dien het beloofd was; en

zij is door de engelen besteld in de hand des

Middelaars.”

Het boek Hebreeën laat u zien hoe Christus het

Oude door het Nieuwe verbond heeft vervangen.

Het is niet Mozes en zijn huis, maar Christus en

Zijn huis. En de voorzieningen voor Israël, haar

zegeningen en het Koninkrijk komen niet door de

wet, die Mozes hen gaf, maar door het Nieuwe

verbond dat Christus maakte door Zijn bloed.

Als we naar Hebr.2:1-3 gaan met deze dingen in

gedachten, als het vast was dat God de wet gaf door

de handen van engelen, als dat Oude verbond vast

was, hoe zullen wij ontvlieden….:3, ziet u het

contrast met Hebr.1:1,2? Het eertijds programma

met de wet en het nu-programma met Christus. Het

contrast door Hebreeën heen is tussen het Oude

verbond en het Nieuwe, de oude weg en de nieuwe,

levende weg, de meerdere weg van het Nieuwe

verbond, het kruiswerk, de betere dingen voor het

geloof om in te rusten, die aan hen gegeven zijn

door de Heere Jezus Christus.

Daarom verhoogt hij de Zoon hier in hoofdstuk 1.

Hij verhoogd het begrip van de Hebreeën van de

grondlegger van het Nieuwe verbond en de nieuwe

weg. In hfdst. 1 spreekt hij over Hem als de Zoon

van God. In hfdst.2 als de Zoon des mensen, en hij

laat zien dat Deze Die de Auteur en Voleinder des

geloofs, hun Leidsman van hun redding, God de

Zoon is en ook de Mens. Als de Zoon van God

ontvangt Hij een Erfenis, die uitnemender is dan

iets dat iemand anders ooit ontvangen heeft. Hij is

gesteld als Erfgenaam Hebr.1:2 van alles.

In Hebr.1:2,3 heb ik u vorige keer verteld, ziet u

Christus als de Profeet, Priester en de Koning. Hij

is het Afschijnsel Zijner heerlijkheid, Hij is de

Schepper, God, de Onderhouder, de koninklijke

Hoogheid, de Koning van het universum, maar ook

de Priester.

Filip.2:7-9 “Maar heeft Zichzelven vernietigd,

de gestaltenis eens dienstknechts aangenomen

hebbende, en is den mensen gelijk geworden;”

“En in gedaante gevonden als een mens, heeft

Hij Zichzelven vernederd, gehoorzaam

geworden zijnde tot den dood, ja, den dood des

kruises.” “Daarom heeft Hem ook God

uitermate verhoogd, en heeft Hem een Naam

gegeven, welke boven allen naam is;”

Dit schreef Paulus. Hij is gezeten aan de

rechterhand van de Vader, dat is een teken dat Hij

de Erfgenaam is van alles. Als Hij daar zit, waar

zou Zijn troon moeten zijn? Op de aarde! OK. Als

Hij boven is, wat is er dan gebeurd? God de Vader

zei: Zit aan Mijn rechterhand, Hij is daar als

balling. Hij komt terug (Luk.19) maar Hij is nog

Page 11: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 11

niet teruggekomen. En dan gaat Hij het Koninkrijk

vestigen.

In Hebr.1:4 zien we dat Hij gesteld wordt tot

Erfgenaam, Hij krijgt de erfenis door het

Zoonschap. Dit was met Israël ook zo dat zij hun

erfenis zouden krijgen, God beloofde hen een

erfenis. De rijke jongeling vroeg: Meester wat moet

ik doen om het eeuwige leven te beërven? U kunt

het eeuwige leven niet erven, u bent een

vreemdeling. Hoe moet u het ontvangen? De

genade gave Gods is het eeuwige leven aan u! Maar

ziet u dat God het door erfenis aan Israël gaf. En de

Heere Jezus Christus heeft door Zijn werk op

Golgotha die erfenis verdiend, teweeggebracht.

In Hebr.1:5 begint hij uit te leggen wat de erfenis

van Christus inhoudt. Hij begint letterlijk

schriftgedeelten aan te halen.

Hebr.1:5-7 “Want tot wien van de engelen heeft

Hij ooit gezegd: Gij zijt Mijn Zoon, heden heb

ik U gegenereerd? En wederom: Ik zal Hem tot

een Vader zijn, en Hij zal Mij tot een Zoon

zijn?” “En als Hij wederom den Eerstgeborene

inbrengt in de wereld, zegt Hij: En dat alle

engelen Gods Hem aanbidden.” “En tot de

engelen zegt Hij wel: Die Zijn engelen maakt

geesten, en Zijn dienaars een vlam des vuurs.”

U en ik lezen deze verzen zoals het er staat, maar

als Joden, Hebreeën deze schriftgedeelten lezen

begrijpen zij direct de context van de verzen die

aangehaald worden! Ik haal verzen aan voor u en ik

neem aan, weet dat jullie de context kennen en dat

u begrijpt waar het over gaat. Ik begin met een vers

en u weet hoe het vers verder gaat. Dat gebeurd

hier, zij begrijpen de invloed, het effect van wat

gedaan is.

Als hij Psalm 2 aanhaalt in vers 5 dan is dat een

verwijzing naar de opstanding van de Heere Jezus

Christus, Handelingen 13:30-33. Als de Vader

Jezus Christus uit de doden opwekt is dat een

genereren (heden heb Ik U gegenereerd) Hij is de

Eerstgeborene :6 Hij is de Eerst geborene van uit de

doden. Hij is de Bezitter van Opstandingsleven.

Eeuwig leven in een verheerlijkt lichaam, in een

lichaam dat nooit meer zal sterven.

Kol.1:18 “En Hij is het Hoofd des lichaams,

namelijk der Gemeente, Hij, Die het Begin is, de

Eerstgeborene uit de doden, opdat Hij in allen

de Eerste zou zijn.”

Rom.8:29 “Want die Hij te voren gekend heeft,

die heeft Hij ook te voren verordineerd, den

beelde Zijns Zoons gelijkvormig te zijn, opdat

Hij de Eerstgeborene zij onder vele broederen.”

Het punt hier is dat het eerste dat Jezus Christus

erft, dat Hij bezit is eeuwig leven. Hij bezit een

onsterfelijk, verheerlijkt lichaam, Hij is de

Eerstgeborene van de dood. Toen God Hem

opwekte, deed Hij iets voor Hem wat nog nooit met

iemand anders was gebeurd, Hij bezit het eeuwige

leven en dat is de basis van het Verbond met

Abraham.

God vertelt Abraham: Ik geef u een Zaad, u en uw

zaad zullen in dit land leven voor eeuwig. Als

Abraham voor eeuwig in dat land zal leven en in

hetzelfde hoofdstuk van Genesis 15 zegt God dat

Abraham zal sterven, wat vertelt Hij dan aan

Abraham? Als jullie dit land voor eeuwig zullen

hebben, maar je sterft eerst, wat moest hij daar uit

begrijpen: dat hij opgewekt zal worden! Dat is

duidelijk, maar als ik dat aan mensen uitleg, dat het

een erfenis is van het verbond met Abraham dan

schudden mensen hun hoofd, schud uw hoofd niet,

denk er over na! Als u voor eeuwig in een land zult

leven, dan moet u voor eeuwig leven! En als u voor

eeuwig leeft wat voor soort leven heeft u dan?

Eeuwig leven. Kunt u eeuwig leven?

Op t.v. zag ik gisteren een 106 jarige oude dame,

het was triest, ze wilden haar iets laten zeggen, ze

had een gehoorapparaat maar ze zei: huh….soms

kun je beter bij de Heere zijn, dat is een feit. Als je

oud wordt kun je niet goed meer horen, lopen.

Iemand las iets uit de vorige eeuw, iemand leefde

200 jaar, zij stierven in een slechte conditie…. Dus

u begrijpt dat als u voor eeuwig in een land wilt

wonen heeft u een verheerlijkt lichaam nodig,

Christus kreeg dat.

Kol.1:18 Eerstgeborene, weet u wat Joh.3:16 zegt?

God gaf Zijn eniggeboren Zoon. Als u de

eniggeborene bent, betekent dat er niemand meer

na komt, de enige, de unieke, God zal nooit meer

menselijk vlees aannemen. Als hij spreekt over

eniggeborene spreekt hij over Zijn fysieke

geboorte. Éénmaal in de menselijke geschiedenis

kwam God en nam Hij menselijk vlees, gedaante

aan- incarnatie. In de Persoon van Jezus Christus.

Maar de Eerstgeborene? Wat houdt dat in? Dat er

iemand als tweede, derde enz. komt! Maar de

Eerste zijn… Hij is Degene Die als Eerste van de

dood is opgewekt met een verheerlijkt, onsterfelijk

Page 12: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 12

lichaam dat nooit meer zal sterven. Hij is de Eerste

en veel mensen gaan Hem volgen op dezelfde

manier.

We gaan naar Romeinen 8:29. De Eerste in een lijn

van anderen die zullen volgen, die uit de dood

zullen opgewekt worden als Hij. Dit vers gaat over

het lichaam van Christus, maar ga mee naar

Hebr.12:22,23 dan ziet u dat het waar is in welk

programma u ook bent(beide programma's).

Hebr.12:22,23 “Maar gij zijt gekomen tot den

berg Sion, en de stad des levenden Gods, tot het

hemelse Jeruzalem, en de vele duizenden der

engelen;” “Tot de algemene vergadering en de

Gemeente der eerstgeborenen, die in de

hemelen opgeschreven zijn, en tot God, den

Rechter over allen, en de geesten der volmaakte

rechtvaardigen;”

Wie zijn dat-de gemeente der eerstgeborenen-?

Sommigen zeggen: dat is Israël, dat is waar, maar

de Eerstgeborene dat is Christus. (KJV: church of

the firstborn). De mensen die in de hemelen

opgeschreven zijn… zij zijn niet de eerstgeborenen,

zij zijn nog niet opgewekt- de eerstgeborene is de

opgewekte, niet het volk in de zin van Ex.4:22, dat

is een verwijzing naar de fysieke geboorte van het

volk Israël. Maar de manier waarop Israël

wedergeboren en opgewekt uit de doden zal

worden, zal zijn zoals Jezus Christus is opgewekt.

Openbaring 1:5 “En van Jezus Christus, Die de

getrouwe Getuige is, de Eerstgeborene uit de

doden, en de Overste der koningen der aarde.

Hem, Die ons heeft liefgehad, en ons van onze

zonden gewassen heeft in Zijn bloed.”

Hij is de Profeet, de Priester naar de ordening van

Melchizedek- een priester die niet sterft maar voor

eeuwig leeft Hebr.5- en de Eerstgeborene uit de

doden. Ik had het net over Melchizedek

Hebr.5:10,11, maar ze zijn traag geworden om te

horen vleselijk, melk, ze gingen niet verder met wat

ze geleerd hadden- met de voorzieningen die God

voor hen had gemaakt door de Heere Jezus Christus

toen Hij hun zonden vergaf, en Hij zit aan de

rechterhand van de Vader. Wat heeft Hij nog meer

geërfd?!

Hebr.1:5 “Want tot wien van de engelen heeft

Hij ooit gezegd: Gij zijt Mijn Zoon, heden heb

ik U gegenereerd? En wederom: Ik zal Hem tot

een Vader zijn, en Hij zal Mij tot een Zoon

zijn?”

Hij erfde opstandingsleven en een verheerlijkt

lichaam.Maar ook: …en wederom: Ik zal Hem tot

een Vader zijn, en Hij zal Mij tot een Zoon zijn.

Als Hij al een Zoon is :5a hoe kan Hij dan weer

een Zoon zijn? De tweede verwijzing komt uit 2

Samuël 7 en dat is een verwijzing niet naar de

opwekking uit de dood, maar een verwijzing naar

geplaatst zijn in de positie van aanneming. Het

punt hier is: aanneming. We gaan naar Galaten

4:1-6 en let op hoe aanneming werkt.

Dus Jezus Christus ontving door Zijn werk op

Golgotha deze positie van Zoonschap. U moet

begrijpen hoe aanneming werkt in de Bijbel in

Gal.4. Daar gaat het in de verwijzing over, Ik ga

met Hem om op de basis van Vader en Zoon, Hij is

geen dienstknecht meer, Ik plaats Hem in de positie

van publiek verklaard: Mijn Zoon! Dat is niet de

dienstknecht, maar verklaard te zijn de Erfgenaam,

Bezitter van alle dingen, het kind is de erfgenaam,

maar hij moet gehoorzaamheid leren. Christus

leerde gehoorzaamheid door de dingen die Hij leed,

maar nu door verdienste van Zijn volbrachte werk

op Golgotha, de opstanding neemt God de Vader

Hem en plaatst Hem in de positie van Zoon. Nu

heeft Hij die verheerlijkte positie.

God maakte een Verbond en daar is 2 Sam.7 een

aanhaling van, het verbond met David, en zijn

Zaad, dat is Christus. En er komt een dag als God,

de Almachtige, Zijn Zoon neemt en Hem plaatst

aan het hoofd van de regering op de aarde, als het

Zaad van David, :daar is Mijn Zoon, publiek plaatst

Hij Hem in de positie, de aanneming vind plaats.

Aanneming is belangrijk voor Israël:

Romeinen 9:4,5 “Welke Israelieten zijn, welker

is de aanneming tot kinderen, en de

heerlijkheid, en de verbonden, en de wetgeving,

en de dienst van God, en de beloftenissen;”

“Welker zijn de vaders, en uit welke Christus is,

zoveel het vlees aangaat, Dewelke is God boven

allen te prijzen in der eeuwigheid. Amen.”

Één van de dingen die Israël bezit is de aanneming

tot kinderen. Ezechiël 46 als Hij hen in het land

brengt en publiek verklaard dat zij Zijn Zoon zijn,

hoe gaat Hij dat doen? Jezus Christus komt terug,

door Hem. Mat.28:18 Mij is gegeven alle macht…

Openb.11:15. Niemand kreeg ooit eerder zo'n

erfenis van God, Hij is Degene Die verhoogd is,

een verheerlijkt, onsterfelijk lichaam, eeuwig leven,

Hij is Degene Die God publiek, in het openbaar

Page 13: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 13

heeft verklaard te zijn in de positie van het

Zoonschap, en Erfgenaam van alles.

Hebr.1:6 “En als Hij wederom den

Eerstgeborene inbrengt in de wereld, zegt Hij:

En dat alle engelen Gods Hem aanbidden.”

Luister, toen Jezus Christus was verhoogd,

verheerlijkt, was opgewekt aan de rechterhand van

de Vader, was Hij daar als het Hoofd over het hele

universum. Efeze 1:19-22. Denk niet dat als u de

prediking van Jezus Christus naar de openbaring

van het geheimenis niet begrijpt, u begrijpt hoe

Israëls programma zal functioneren. Want u zult

nooit de hemelse regering begrijpen als u niet

begrijpt waar Paulus over preekt. Alles wat u weet

is aardse regering.

Ef.1:19-22 Al die overheden, machten, krachten en

heerschappijen zijn bekleed door engelen en zijn

Hem onderworpen, Hij is het Hoofd van alles.

Kol.2:10 zegt dat u volmaakt bent in Hem, Die het

Hoofd is van alle overheid en macht.God

verheerlijkte Jezus Christus om het Hoofd te zijn

over alles van de regering van de schepping van de

engelen en van de aarde. De onderwerping van de

engelen in vers 6, als engelen zich onderwerpen, en

u wilt gehoorzamen, luisteren naar wat een engel

zegt, kijk dan hier: zij zijn in onderwerping, laat zij

u niet wat vertellen. Teruggaan naar Mozes is

teruggaan naar de zwakke, arme eerste beginselen

Galaten 4:9.

Hebr.1:6 heeft een verwijzing naar Ps.97:7 een

profetische verklaring , de septuagint verwijst naar

Deut.32, luister daar niet naar. Niemand Jezus

Christus, Paulus, de twaalf halen ooit de septuagint

aan. Want de septuagint bestond niet in de tijd van

de apostel Paulus. Luister niet naar de fabels rond

kampvuren dat de septuagint een griekse vertaling

van 200j voor Christus is en dat zij hem allemaal

gebruikten…! Onzin! De enige autoriteit van de

septuagint is dat het een brief is die geschreven is

door een man, en iedereen die hem leest ziet dat het

hele verhaal vals is. De brief, het verhaal, alles is

onzin.

Hebr.1:7 “En tot de engelen zegt Hij wel: Die

Zijn engelen maakt geesten, en Zijn dienaars

een vlam des vuurs.” Engelen onderwerpen zich

aan de Heere Jezus Christus, dat verkreeg Hij als

een eer.

Hebr.1:8 “Maar tot den Zoon zegt Hij: Uw

troon, o God, is in alle eeuwigheid; de schepter

Uws koninkrijks is een rechte schepter.”

Uw troon o God, belangrijke verklaring over de

Godheid van Christus, God de Zoon, God de Vader

noemt Hem: God. Uw troon, regeert over een

Koninkrijk, Hij heeft een Koninkrijk gekregen en

de Godheid van de Heere Jezus Christus wordt

daarin gedemonstreerd.

Hebr.1:9 “Gij hebt rechtvaardigheid liefgehad,

en ongerechtigheid gehaat; daarom heeft U, o

God! Uw God gezalfd met olie der vreugde

boven Uw medegenoten.”

Als God de Zoon, regeert Hij over alles. Als de

Zoon van Abraham regeert Hij over Israël, als de

Zoon van Adam kan Hij over de wereld, planeet

regeren.Maar als de Zoon van God kan Hij over het

hele universum regeren. En als Hij geen God is kan

Hij dat niet doen, maar Hij is God, God de Zoon.

Hij maakte Hem Heer over de hemelse regering en

Zijn positie van Zoonschap is verhoogd en Hij zit

aan de rechterhand en is Hoofd over alle overheid

en macht. Als je een regering hebt en een

koninkrijk heb je een territorium nodig, het

territorium zien wij in vers 10.

Hebr.1:10-12 “En: Gij, Heere! hebt in den

beginne de aarde gegrond, en de hemelen zijn

werken Uwer handen;” “Dezelve zullen

vergaan, maar Gij blijft altijd, en zij zullen alle

als een kleed verouden;” “En als een dekkleed

zult Gij ze ineenrollen, en zij zullen veranderd

worden; maar Gij zijt Dezelfde, en Uw jaren

zullen niet ophouden.”

Hij zegt: weet u waar dit universum op lijkt? Op

een jas. U doet die jas uit Heere, en U vouwt die

kleding op en legt ze weg. En dan neemt U een

nieuwe. Weet u wat Hij zegt: de hemel en de aarde

die er nu zijn, verdwijnen en er komt een nieuwe

hemel en aarde. Hoe? Kijk in Kol.1:20. U doet dat

omdat U de Zoon bent, de Erfgenaam van alles,

door het kruis en de opstanding.

U ziet dat Zijn werk aan het kruis Hem de

voorziening geeft voor deze geweldige erfenis, Hij

erft eeuwig leven, een verheerlijkt lichaam, de

aanneming, het Hoofd, een Koninkrijk dat hemel en

aarde vervuld. U en ik zijn deel van dat Koninkrijk.

2 Tim.4:18 “En de Heere zal mij verlossen van

alle boos werk, en bewaren tot Zijn hemels

Koninkrijk; Denwelken zij de heerlijkheid in

alle eeuwigheid. Amen.”

Page 14: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 14

Israël is de aardse agent, het Lichaam van Christus

is de hemelse agent en er is één Koninkrijk, in de

bedeling van de volheid der tijden brengt Hij alles

samen onder één Hoofd, de Heere Jezus Christus.

Wat het boek Hebr. doet is u daarin de weg wijzen,

dit is informatie over wat Christus deed, zonder

Paulus' brieven hadden we dit niet, maar nu met

alle informatie is het geheimenis van Gods wil

geopenbaard en wij begrijpen dat het Zijn doel was

om alle dingen in de hemel en op aarde te

verzoenen, en nu is Israël's programma in het licht

daarvan in orde en gebaseerd op het feit dat Hij

door Zichzelf onze zonden heeft gereinigd en zit

aan de rechterhand van de majesteit.

Hebr.1:13 “En tot welken der engelen heeft Hij

ooit gezegd: Zit aan Mijn rechter hand, totdat

Ik Uw vijanden zal gezet hebben tot een

voetbank Uwer voeten?

Dat is Psalm 110:1, Hand.2:34-36, dat vers vertelt u

dat Degene Die deze erfenis kreeg hem nog niet

heeft aangenomen het behoord Hem toe, het is Zijn

recht, het is van Hem door autoriteit, door erfenis,

maar Hij heeft het nog niet opgenomen totdat… Ik

Uw vijanden zal gezet hebben tot een voetbank

Uwe voeten! Er is een vertraging, hij is in

verbanning totdat… Maar Hij komt terug, en dat is

het evangelie van de besnijdenis, van de

koninkrijksboodschap.

Daarom gaat hij verder in hoofdstuk 2 en vertelt

hen: kijk, Hij komt, en Hij gaat erven, en Hij neemt

het koninkrijk en het koningschap. Hij is alleen

weg tot de tijd komt dat Zijn vijanden Zijn

voetbank zijn.

Page 15: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 15

Hebreeën 2:1-3

Hebr.2:1-3 Daarom moeten wij ons te meer

houden aan hetgeen van ons gehoord is, opdat

wij niet te eniger tijd doorvloeien. Want indien

het woord, door de engelen gesproken, vast is

geweest, en alle overtreding en

ongehoorzaamheid rechtvaardige vergelding

ontvangen heeft. Hoe zullen wij ontvlieden,

indien wij op zo grote zaligheid geen acht

nemen? Dewelke, begonnen zijnde verkondigd

te worden door den Heere, aan ons bevestigd is

geworden van degenen die Hem gehoord

hebben;

Dit is de eerste waarschuwing in het boek

Hebreeën, er zullen nog anderen volgen. Het gaat

hier om dat zij wat ze gehoord hebben niet laten

doorvloeien,afdrijven, wegebben. Ze moeten het

vasthouden. De manier waarop het doorvloeit zien

we in vers 3: door geen acht te slaan op zo’n grote

zaligheid. Geen acht geven op de boodschap en de

redding en daardoor doorvloeien en daardoor

verloren gaan.

Dit is een belangrijk punt in de Hebreeënbrief, en

zeer belangrijk in het Koninkrijksprogramma:

volharden tot het einde, uw roeping en verkiezing

vastmaken (2Petr.1:10). Ik wil u een voorbeeld

geven hoe deze mensen hun redding

veronachtzamen (geen acht geven). U moet

begrijpen dat wat in vers 3 staat beschreven niet de

redding is die wij als leden van het lichaam van

Christus ervaren. Over onze redding is: niet

begonnen zijnde verkondigd te worden door den

Heere, of bevestigd door de twaalf apostelen met

tekenen en wonderen zoals in het begin van

Handelingen, dat was Israëls redding, een geheel

ander soort redding. Het woord redding is

belangrijk hier en omdat het voor u en mij redding

belangrijk is wil dat nog niet zeggen dat het

dezelfde redding is!

Eén van de grootste fouten die u kunt maken in uw

Bijbel is dat u geen onderscheid maakt in de dingen

waar God wel onderscheid maakt. En de redding

die Israël kreeg en onze redding is verschillend.

Wij zijn allebei gered, allebei bevrijd van de

zonden, hel en satan enz. maar de manier waarop

dat is tot stand gebracht is verschillend. En de

manier waarop wij zijn gered, en wat het voor ons

betekend om gered te zijn, wanneer en wat wij

ontvangen als wij gered worden is heel

verschillend.

Vers 1 en 2 gaat over het punt van doorvloeien,

afdrijven en veronachtzamen: Als jullie datgene dat

door engelen onder het Oude Verbond gesproken

is veronachtzamen hoe zal het dan zijn als Christus

komt en het Nieuwe Verbond en je veronachtzaamt

dat?! Als dat wat een engel zei vast was, wat als de

Zoon spreekt?! Dat is nog vaster. Als jullie de

woorden van Mozes door een engel gegeven

schenden, onteren en geoordeeld worden, hoeveel

te meer als jullie de woorden van Christus tegen

Israël onteren. Dus het punt van het

veronachtzamen van de redding is erg belangrijk.

In het boek Exodus lezen we een beeld van de

redding waar het boek Hebreeën over spreekt, en

het is belangrijk dat u de tegenstelling begrijpt. De

Heere Jezus Christus, Deut.18:18, als Mozes over

de toekomst spreekt van de Messias, noemt hij

Hem: die Profeet, als mij.

Deut.18:18 Een Profeet zal Ik hun verwekken

uit het midden hunner broederen, als u;….

In de Nieuw Testamentische geschriften zien we de

Heere Jezus Christus als die Profeet, als Mozes.

Mozes is de eerste redder, bevrijder die Israël had,

toen God het volk Israël liet geboren worden,

bevrijdde Hij Israël van de slavernij door de hand

van Mozes, met machtige tekenen en wonderen. En

toen God Israël bevrijdde deed Hij dit door bloed,

met het pascha werd het lam geslacht en het bloed

werd vergoten, de engel des doods ging voorbij, en

Israël werd gered door de Rode Zee en door kracht.

Israël is gered door bloed en door kracht. Ex.12

door bloed, en redding van de dood door de dood

en het bloed van het lam. En gered door kracht

doordat ze door de Rode Zee gingen. Het pascha is

een beeld van Christus, ons pascha, van het offer

dat Hij bracht op het kruis. De Rode Zee is een

beeld van de opstanding van Christus en wat dat tot

stand bracht voor het volk Israël. Dus ziet u de

parallellen tussen: Egypte als een beeld van de

wereld, Farao als een type van satan. Het pascha als

de kruisiging, de Rode Zee als de opstanding, en

Israël is bevrijd door bloed en door kracht.

De Hebreeuwse gelovigen van het Nieuwe

Verbond, zij zijn ook bevrijd door bloed en kracht

uit de woestijn om dit Nieuwe Verbond te maken,

door de hand van Mozes.

De Heere Jezus, de meerdere Mozes komt en Hij

bevrijd Israël door echt bloed en door echte

opstanding, de vervulling van de beelden, en door

Page 16: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 16

dat te doen richt Hij met Israël een Nieuw Verbond

op, een Verbond van zegen.

Zo heeft u hier de parallel van wat er gebeurd in de

Handelingenperiode en de verdrukking in Israël

onder de bediening van Christus als vervulling van

wat toen gebeurde. Als het hier gaat over de

bediening van Christus en het veronachtzamen van

de redding is er hier ook een interessant beeld als

Farao Mozes verzocht om Israël niet te bevrijden

uit de banden van Egypte. Dat deed hij door een

serie van compromissen die hij Israël aanbood door

Mozes met de bedoeling om Israël niet te laten zijn

en niet te doen wat God hen gaf te doen.

Laten we teruggaan naar Exodus 3:18. God spreekt

tot Mozes en geeft hem zijn opdracht, Hij vertelt

Mozes voor te voren wat er gaat gebeuren:

Ex.3:18 En zij zullen uw stem horen; en gij zult

gaan, gij en de oudsten van Israël, tot den

koning van Egypte en gijlieden zult tot hem

zeggen: de HEERE, de God der Hebreeën is ons

ontmoet; zo laat ons nu toch gaan den weg van

drie dagen in de woestijn, opdat wij den HEERE

onzen God offeren.

De God der Hebreeën, dat is een bijzondere titel

van God, Hij is de God van de bijzondere natie.

God wil dat Israël drie dagen uit Egypte gaat, in de

woestijn, om afgescheiden te zijn van Egypte. De

reden waarom Hij hen wegriep uit Egypte, en de

reden waarom Mozes moest zeggen: laat mijn volk

gaan zien we in:

Ex.4:21-23 En de HEERE zeide tot Mozes:

Terwijl gij heentrekt om weder in Egypte te

keren, zie toe, dat gij al de wonderen doet voor

Farao, die Ik in uw hand gesteld heb; doch Ik

zal zijn hart verstokken, dat hij het volk niet zal

laten gaan.

Dan zult gij tot Farao zeggen: Alzo zegt de

HEERE: Mijn zoon,Mijn eerstgeborene is

Israël.

En Ik heb tot u gezegd: Laat Mijn zoon trekken,

dat hij Mij diene, maar tij hebt geweigerd hem

te laten trekken; zie, Ik zal uw zoon, wu

eerstgeborene doden.

God is duidelijk over hoe Hij wil dat het zal gaan:

Israël is Mijn eerstgeborene, God is bezig het volk

Israël te vormen, Hij laat ze geboren worden, zij

zullen een eerste plaats krijgen, de belangrijkste

plaats onder de volken, het hoofd van de natiën, de

eerste plaats. Zij zijn Zijn Zoon, dat is de zaak van

aanneming.

In Romeinen 9:4 zegt God: welker is de aanneming

tot kinderen. Het volk Israël is een positie op aarde

gegeven van aangenomen kinderen, de plaats van

het zoonschap, God verklaart hen openlijk en

duidelijk dat zij Zijn volk zijn en Zijn zoon. Om

zover te komen moet hij hen te laten gaan en

moeten zij afgescheiden worden.

Begrijpt u die afscheiding van het volk Israël? We

hebben het er steeds over, maar het is belangrijk dat

u begrijpt dat als God Israël hier afscheid, Hij riep

Abraham uit, de heidenen liet Hij in hun eigen weg,

in hun onwetendheid. Hij koos Abraham, Izak,

Jakob, de 70 zielen gaan naar Egypte. En in dit

gedeelte in Exodus waar het volk wordt gevormd

en Hij hen afscheid en Hij roept hen uit Egypte, uit

de wereld en scheid hen af tot Zichzelf. Hij

versterkt deze afscheiding en middelmuur des

afscheidsels hier door wetten en verordeningen,

regels enz. die Hij aan hen gaat geven. Als Hij zegt:

laat Mijn volk gaan, zegt Hij letterlijk: de

afscheiding moet worden erkent, laat ze gaan.

Ex. 5:1-3 En daarna gingen Mozes en Aaron

heen en zeiden tot Farao: Alzo zegt de HEERE,

de God Israëls: Laat Mijn volk trekken, dat het

Mij een feest houde in de woestijn. Maar Farao

zeide: Wie is de HEERE, Wiens stem ik

gehoorzamen zou om Israël te laten trekken? Ik

ken den HEERE niet en zal ook Israël niet laten

trekken. Zij dan zeiden: De God der Hebreeën is

ons ontmoet; zo laat ons toch heentrekken den

weg van drie dagen in de woestijn, en den

HEERE onzen God offeren, dat Hij ons niet

overkome met pestilentie of met het zwaard.

En Farao, die aardige jongen, zei: 2… Het is hier

weer duidelijk: Gods opdracht is dat zij compleet

worden afgescheiden van Egypte. Ga helemaal

weg! Totale afscheiding, een heilige natie,

apartgezet voor God. Ik hou van die titel: de God

der Hebreeën, Hij is hun God, welk volk heeft dat?

In Efeze 2:11 zegt Hij eertijds…de heidenen waren

zonder God. Hij was de God van Israël. Dus een

driedaagse tocht in de woestijn, in de Bijbel is drie

een getal van voltooiing, een complete, totale

bevrijding. Maar weet u wat drie is in de Bijbel?

Het is ook het getal van wat? Van de opstanding.

Daarom gingen zij drie dagen de woestijn in, zij

moesten naar de woestijn omdat zij in Egypte niet

konden offeren, Egypte is een beeld van de wereld.

Page 17: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 17

De Rode Zee gaat ze afscheiden en de bevrijding is

niet compleet zonder de Rode Zee, zoals de

bevrijding niet compleet is zonder het kruis en de

opstanding. Israël wordt afgescheiden in de

woestijn. En wat gebeurt er na hoofstuk 6 en 7?

God zend plagen naar Farao, Farao is niet erg

geïnteresseerd in het begin, de eerste drie plagen

komen over Egypte en Israël samen. In hoofdstuk 8

gaat God een onderscheid maken tussen Israël en

Egypte.

Ex.8:22,23 En Ik zal te dien dage het land

Gosen, waarin Mijn volk woont, afzonderen, dat

daar geen vermenging van ongedierte zij, opdat

gij weet, dat Ik de HEERE, in het midden dezes

lands ben. En Ik zal een verlossing(eng.division)

zetten tussen Mijn volk en tussen uw volk; tegen

morgen zal dit teken geschieden.

God plaatst een afscheiding, onderscheid tussen

Israël en Egypte, en dan komen de vliegen in

Farao's huis en zijn dienstknechten en over het hele

land Egypte. Farao roept Mozes en Aaron en zegt:

Gaat heen en offert uw God in dit land. Hij is een

sluwe jongen, hij zegt: Ok, jullie kunnen gaan om

jullie God te offeren, maar let op wat hij zegt: in dit

land! Is dat waar zij God moeten offeren? Nee,

waar moesten zij heen gaan? Drie dagen in de

woestijn! Ze moesten compleet uit Egypte, in de

Sinai, compleet afgescheiden. Je mag gaan, maar

niet zo ver, breng de afscheiding niet tot stand

tussen mij en u. Hij probeert Israël niet te laten zijn

waar God hen voor heeft uitverkoren. Niet dat

afgescheiden, aparte volk.

Ex.8:26,27 Mozes dan zeide: Het is niet recht,

dat men alzo doe; want wij zouden der

Egyptenaren gruwel den HEERE onzen God

mogen offferen; zie, indien wij der Egyptenaren

gruwel voorhun ogen offerden, zouden zij ons

niet stenigen? Laat ons den weg van drie dagen

in de woestijn gaan, dat wij den HEERE onzen

God offeren, gelijk Hij tot ons zeggen zal.

Het is belangrijk om te weten dat het altijd zo zal

gaan in elke eeuw: ga je doen wat God zegt? Of ga

je het een beetje doen? Er zijn veel mensen die dit

soort compromissen aangaan, je ziet parallellen in

onze dagen. In plaats van compleet alles doen,

blijven ze ermee in de wereld. We dienen de Heere,

maar in de wereld. God heeft ons ook een bijzonder

volk gemaakt, compleet anders en apart van wat er

in de wereld gebeurt. Maar de les hier is: Israël is

een apart volk en wat Farao probeert is: ze ervan

weghouden, zodat die afscheidingsmuur niet

herkent wordt. Vers 28 is het volgende compromis:

Ex.8:28 Toen zeide Farao: Ik zal u trekken

laten, dat gijlieden den HEERE uw God offert in

de woestijn; alleen, dat gijlieden in het gaan

geenszins te ver trekt. Bidt vuriglijk voor mij.

Wel, als jullie willen afscheiden, ok, als jullie

willen gaan ok, maar niet te ver! Niet te fanatiek in

al die dingen. Je hoeft toch niet compleet

afgescheiden te zijn? Wil je de woestijn in Ok.

Maar neem de telefoon met je mee. Ga niet zo ver

dat we elkaar niet meer kunnen bereiken, ik vind

jullie aardig jongens… Zie je, het compromis is:

wees niet te afgescheiden, hij betwist hun complete

afscheiding voor de HEERE. Mozes antwoord:

Ex.8:29 Mozes nu zeide: Zie ik ga van u en zal

tot den HEERE vuriglijk bidden, dat deze

vermenging van ongedierte van Farao , van zijn

knechten en van zijn volk morgen wewijke.

Alleenlijk dat Farao niet meer bedrieglijk

handele, dit volk niet latende gaan om den

HEERE te offeren.

Hij liet ze dus nog niet gaan. De twee

compromissen uit hoofdstuk 8 hebben beiden te

doen met afscheiding. Hij wil niet dat ze dat

heilige, aparte volk zullen zijn voor Gods

bedoelingen waarvoor Hij hen geschapen had. We

gaan naar hoofdstuk 10:8 daar hebben we nog een

compromis:

Ex.10:8 Toen werden Mozes en Aaron weder tot

Farao gebracht, en hij zeide tot hen: Gaat heen,

dient den HEERE uw God. Wie en wie zijn zij,

die gaan zullen?

Ok, jullie kunnen gaan, ik ben het zat, maar wie

gaan er allemaal?

Ex.10:9-11 En Mozes zeide:Wij zullen gaan met

onze jonge en onze oude lieden, met onze zonen

en met onze dochters, met onze schapen en met

onze runderen zullen wij gaan; want wij hebben

een feest des HEEREN. Toen zeide hij tot hen:

de HEERE zij alzo met ulieden gelijk ik u en uw

kleinen kinderen zal trekken laten! Ziet toe,

want er is kwaad voor ulieder aangezicht.

Niet alzo, gij mannen gaat nu heen en dient den

HEERE; want dat hebt gijlieden verzocht. En

men dreef hen uit van Farao's aangezicht.

Page 18: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 18

Hij wordt onredelijk tegen hen, al die kinderen in

de woestijn….Als u de Heere wilt dienen, dat is ok,

maar val je kinderen er niet teveel lastig mee. Wat

Farao hier doet, kijk mensen, als God Israël apart

zet, een apartgezet volk, er loopt een geslachtslijn

door, niet alleen Mozes, Mirjam en Hur gingen,

maar het was het volk dat ging, daar gaat het om,

en die kinderen vertegenwoordigen de

geslachtslijn. God zei tegen Abraham: ik geef dit

land en deze zegen aan u en aan uw zaad na u. En

Mozes begreep hoe belangrijk zaad was, en het

volk was en hij begreep dat God bezig was een

volk te creëren uit Egypte. Farao probeert dat te

vernietigen. Hij probeert nog één ding:

Ex.10:24 “Toen riep Farao, Mozes, en zeide:

Gaat heen, dient den HEERE! alleen uw

schapen en uw runderen zullen vast blijven; ook

zullen uw kinderkens met u gaan.”

Ik laat je gaan Mozes maar, nog één compromis:

laat je schapen en runderen achter. De kinderen

mogen mee, maar laat je auto's, uw servies, je

busness, je positie, je geld, je huizen, en alles, laat

het hier. Mozes zei:

Ex. 10:25,26 “Doch Mozes zeide: Ook zult gij

slachtofferen en brandofferen in onze handen

geven, die wij den HEERE, onzen God, doen

mogen;” “En ons vee zal ook met ons gaan, er

zal niet een klauw achterblijven; want van

hetzelve zullen wij nemen, om den HEERE,

onzen God, te dienen; want wij weten niet,

waarmede wij den HEERE, onzen God, dienen

zullen, totdat wij daar komen.”

Gij zult geven…er zal geen klauw achterblijven.

We nemen alles met ons mee, want we weten nog

niet wát we daar nodig hebben.Als ik op reis ga pak

ik een kleine rugzak in maar mijn vrouw 2 koffers,

je weet nooit wat je nodig hebt… Mozes liet niets

achter, weet u wat God tegen Israël zei: Gen.15:14

“Doch Ik zal het volk ook rechten, hetwelk zij

zullen dienen; en daarna zullen zij uittrekken

met grote have.”

En daarna zullen zij uittrekken met grote have…

Waarom? Omdat zij uitrokken om de HEERE te

dienen! Weet u wat Farao doet: hij zegt: kijk, neem

het zaad, de kinderen niet mee.Mozes zegt: nee, het

zaad, de kinderen zijn belangrijk, en dan zegt hij:

neem dat wat je nodig hebt in de woestijn niet mee

zodat je niet kunt zijn wie je bent en om te dienen,

en dat doet Mozes ook niet, elke keer als Farao

probeert hem tegen te houden om niet te doen wat

God vroeg om te doen gaat hij proberen

compromissen te sluiten: ga niet te ver, wees niet

onaardig tegen je kinderen.

Mozes begreep wat God aan het doen was met het

volk Israël, zelfs dat ze alles mee moesten nemen

zodat ze goed uitgerust zouden zijn in de woestijn

voor de dienst van God. Farao wil ze wel laten

gaan, maar hij wil ze laten achteloos zijn, om op de

juiste manier te gaan.

Als we teruggaan naar Hebr.2:3 – achteloos, geen

acht nemen op. Deze mensen word niet gezegd om

niet te geloven, de verleiding voor deze mensen in

de grote verdrukking is niet dat ze niet in God

geloven- Ik preekte op een begrafenis vanmorgen,

één van de familieleden zei tegen mij dat er iemand

in de familie was die atheist is en ik ontmoette die

persoon en die dame wist niet wie ik was, en ik

praatte met haar over degene die overleden was: zij

had gezegd: br. Rick ik ben niet bang om te

sterven, want ik ken de genade van God. Ik kon aan

de vrouw zien dat ze dacht: Oh, it's him…one of

them, zij was niet bang om te sterven, maar ik

wel…wij praatten verder. Deze vrouw ontkende

alles, ja, we begrijpen dit, we begrijpen dat, maar

ze geven er geen acht op, ze laten het

doorvloeien(:1).

Mozes deed dat niet, Farao stelde hem vier

compromissen voor om het door zijn vingers te

laten glippen, het specifieke van Gods plan met het

volk Israël. In het boek Hebreeën zien we

specifieke compromissen, niet het ontkennen van

de HEERE, niet van : er is geen God, maar

bedrieglijke compromissen met de bedoeling om

van Hem vandaan te gaan door het

veronachtzamen van de details, er geen gebruik van

maken.

Wat Farao daar deed zien wij in het boek Hebreeën,

Jakobus, Petrus, Johannes, Judas, en waar zij over

schrijven is dat zij deze grote verdrukking heiligen

toerusten zodat als de listige omleidingen van de

tegenstander, de verleider komt om ze te verleiden

met compromissen zij toegerust zijn om het niet te

doen, en zij zullen de leer niet verlaten, ze zullen de

waarheid niet verlaten, zij zullen dit vaste woord

der profetie en die grote zaligheid begonnen zijnde

verkondigd te worden door den Heere niet verlaten.

Die grote zaligheid waar hij over spreekt in

hoofdstuk 2 is ons uitgelegd in hoofdstuk 1, over de

grote erfenis die Jezus Christus krijgt, door Zijn

Zoonschapsstatus, en de grootheid van het

Page 19: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 19

programma dat Hij voorziet en de redding die Hij

Israël brengt, Hij sprak erover en het is bevestigd.

Hebreeën is een serie van waarschuwingen, geen

compromissen Israël, raak het niet kwijt! Blijf

trouw aan wat God je gemaakt heeft: dat

afgezonderde volk, het zaad van de zegening voor

alle mensen. Degenen door wie de redding van God

op aarde moet komen.

Hebreeën 2:3-10

Hebr.2:3 “Hoe zullen wij ontvlieden, indien wij

op zo grote zaligheid geen acht nemen?

dewelke, begonnen zijnde verkondigd te worden

door den Heere, aan ons bevestigd is geworden

van degenen, die Hem gehoord hebben;

Ontvlieden en geen acht geven, hier sprak ik over

met u in vers 1 i.v.m. doorvloeien. Het niet goed

vasthouden van de dingen en dan komt er iets langs

dat verleid en ze laten het programma dat God voor

hen heeft los. En als zij geen acht slaan op deze

grote zaligheid zullen zij niet kunnen ontvlieden.

Ik heb het al eerder tegen u gezegd dat als u door

deze passage heengaat en door het boek Hebreeën

dat de manier waarop dingen klinken, niet

bijzonder lijken, maar elk klein dingetje is

belangrijk. Ik zat in het vliegtuig en las het boek

Hebreeën door en als ik dat deed markeerde ik (met

pen, ik had kopieën gemaakt zodat ik kon

aanstrepen) de plaatsen die direct of indirect

verwijzen naar de grote verdrukking en de tweede

komst. Met een rode pen, en ik was verbaasd, het

leek wel of het boek Hebreeën in een gevecht was

geweest, het boek Hebreeën bloedde overal, met al

die rode strepen. Dat is een illustratie van: hoe

zullen wij ontvlieden als wij geen acht geven.

Het woord ontvlieden is het woord dat gebruikt

wordt in 1 Tes.5:2,3 geenszins ontvlieden... En

beschrijft de bevrijding van de dag des Heeren en

de grote verdrukking. Als u Hebreeën leest leest u

gedeelten, terminologie en beschrijvingen van de

grote verdrukking en het Koninkrijk. U leest nooit

dingen die beschrijvingen zijn van de bedeling der

genade en van het lichaam van Christus. U leest

consequent dingen die betrekking hebben op de

verdrukkingsperiode en het volk Israël. Zij

proberen de toorn van God te ontvlieden.

Lukas 21:36 “Waakt dan te aller tijd, biddende,

dat gij moogt waardig geacht worden te

ontvlieden al deze dingen, die geschieden zullen,

en te staan voor den Zoon des mensen.”

Waar hij het in de context over heeft is de tweede

komst, zie de voorgaande verzen. De rampen die

over de aarde komen in de grote verdrukking en de

toorn die uitgegoten wordt, Lukas 21:22 dagen der

wraak. Dus als we spreken over hoe we kunnen

ontvlieden dan is dat grote verdrukkings-

terminologie.

Hebr.2:3,4 “Hoe zullen wij ontvlieden, indien

wij op zo grote zaligheid geen acht nemen?

dewelke, begonnen zijnde verkondigd te worden

door den Heere, aan ons bevestigd is geworden

van degenen, die Hem gehoord hebben; “God

bovendien medegetuigende door tekenen, en

wonderen, en menigerlei krachten en

bedelingen des Heiligen Geestes, naar Zijn wil.”

Dit is een perfecte samenvatting van de boeken

Mattheus t/m Johannes en de eerste hoofdstukken

van Handelingen. Hoe zullen wij ontvlieden als wij

die reddende boodschap van Christus

veronachtzamen (Mat.-Joh.), bevestigd door de

apostelen en de Heilige Geest(Hand.). Dus de

redding die deze mensen niet moeten

veronachtzamen is de redding die Jezus Christus

predikte. Welke evangelie boodschap predikte

Jezus Christus? Hij predikte: Bekeert u, want het

Koninkrijk der hemelen is nabij gekomen,

Mat.4:23, het evangelie van het Koninkrijk.

Hij sprak met hen over het Koninkrijksprogramma,

over de komende toorn en hoe zij die ontvlieden

kunnen en over een redding die hen in het

Koninkrijk gebracht zou worden, dat was het

evangelie dat Jezus Christus hen predikte. Een

redding die te maken had met de middelmuur des

afscheidsels die er nog stond en nog in werking

was.

Lukas 19:9-10 “En Jezus zeide tot hem: Heden

is dezen huize zaligheid geschied, nademaal ook

deze een zoon van Abraham is.”“Want de Zoon

des mensen is gekomen, om te zoeken en zalig te

maken, dat verloren was.”

Vers 9 is óók belangrijk, meestal leest men alleen

vers 10. Heden is deze huize zaligheid geschiedt,

nademaal ook deze een zoon van Abraham is.

Vers10: dat verloren was… wat was verloren? De

schapen van het huis Israëls, de verloren kinderen

van Abraham, daar spreekt het vers over.

De redding die Christus predikte in Mat-Joh. werd

gepredikt terwijl de middelmuur er nog was, en je

moest je aan de juiste kant van de muur bevinden

Page 20: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 20

om de redding te ontvangen en dat was nu precies

de redding die bevestigd werd door de 12

apostelen, zij waren door Christus getraind, Hij

gaat weg en zendt de Heilige Geest op hen, en zij

prediken de boodschap die Hij hun leerde toen Hij

nog bij hen was, in de eerste hoofdstukken van

Handelingen.

Dus wat u ziet in Hebr. is een reddingsboodschap

en een reddingsprogramma. Kijk, u en ik zijn gered

door genade zijt gij behouden zegt Paulus in Efeze

2, maar onze reddingsboodschap en onze redding is

niet zoals de redding die Christus predikte in de

evangeliën, zij werden gered van zonde, wij zijn

gered van zonde, hetzelfde? Nee, Mat.1:21 zegt: gij

zult Zijn naam noemen Jezus, want Hij zal Zijn

volk zalig maken van hun zonden… Wie? Zijn

volk! Was u Zijn volk toen Hij u redde van uw

zonden?! Nee. Zij waren aan de juiste kant van de

middelmuur, dat maakte hen Zijn volk, Hij kwam

om de mensen te redden van hun zonden die aan de

juiste kant waren van die middelmuur. U was daar

niet bij, u zat aan de verkeerde kant. U kon aan de

juiste kant komen door Israël te zegenen, te

onderwerpen aan Israël, maar u moet over de muur

heen. Vandaag is er geen muur. Dus het gaat hier

om wat anders. Door deze gedeelten te negeren

mist u het Koninkrijksprogramma.

In de volgende verzen gaan we de details

bestuderen van de voorziening die God gemaakt

heeft voor het Koninkrijksprogramma door het

kruiswerk van de Heere Jezus Christus. En omdat

Hij voorzieningen voor ons gemaakt heeft op

Golgotha en veel dingen hetzelfde zijn zoals

vergeving van zonden, het bloed van Christus is het

bloed van Christus. En wat Hij doet met het kruis

voor hen heeft zijn bedoeling in hun programma

zoals ook het onze, hij vormt het lichaam van

Christus en vormt het volk Israël en als u het laat

voor wat het is dan begint het opeens een zegening

te worden.

Het boek Hebreeën is een mooi, spannend boek en

is nog mooier als u het laat staan waar het hoort

want dan begint u te zien hoe het

Koninkrijksprogramma gebaseerd is enkel en alleen

op wat Gods genade voorziet.

In het Oude Testament lezen we dat God genadig is

Amos en Hosea en Lukas 4, Hij was vol van

genade en waarheid en Hij kwam om te voorzien

voor Israël wat zij nodig hadden, en Hebreeën legt

dat uit. U kunt de waarheid van het boek Hebreeën

niet begrijpen als u het geheimenis geopenbaard

aan Paulus niet begrijpt Rom.3:25. De openbaring

aan Paulus gegeven over Golgotha legt niet alleen

uit hoe wij gered zijn maar ook hoe Israëls

programma tot stand is gekomen door het

volbrachte werk op Golgotha en Hebreeën gaat dat

uitleggen.

Dus de redding in vers 3 en de bevestiging in vers 4

heeft alles te doen met het Koninkrijksprogramma

en daar leert u wat dingen van, u leert dat Mat-Joh.

en de eerste hoofdst. van Hand. in dat programma

horen en de tekenen in vers 4. Ik hou van de

woorden aan het eind van vers 4: …naar Zijn wil.

Hij gaf de tekenen en wonderen naar Zijn wil. Hij

geeft ze op de manier zo Hij ze wil geven, niet

zoals u ze zou willen geven of ik. Hij doet het op

Zijn manier. En wat wij in het Woord zien is dat

het hen toebehoort.

Hebr.2:1-4 is een waarschuwing over het Woord,

om het evangelie dat hen gepredikt is niet los te

laten. Hij geeft de waarschuwing want Hij was net

klaar met spreken over de heerlijkheid van de

Heere Jezus Christus als de Zoon van God. En Hij

zegt: Kijk hier, als wat de engelen en Mozes zeiden

vast was, wat dan als de Zoon spreekt, dat is nog

belangrijker om naar te luisteren. Nu gaat hij

opnieuw beginnen in Hebr.2:5 over de engelen.

Hebr.2:5 “Want Hij heeft aan de engelen niet

onderworpen de toekomende wereld, van welke

wij spreken.”

Hier zet hij de engelen en Christus weer tegenover

elkaar. Maar nu niet mbt. de wet en het oude

verbond, maar over de positie die Christus gegeven

is, die beter is dan en boven de positie van de

engelen en hij gaat beschrijven hoe Hij die positie

verkreeg.

In Hebr.2:5 tot 4:14 beschrijft hij de Heere Jezus

Christus, de heerlijkheid van Christus als de Zoon

des mensen. Hij begint met Hem als de Zoon van

God, nu spreekt hij over Hem als de Zoon des

mensen, want het belangrijke punt in het boek

Hebreeën is Christus als de Hogepriester. Als

Hogepriester is Hij niet alleen God, maar ook

mens. En daardoor is Hij in staat om voor Israël te

voorzien wat zij nodig hebben van God. Vers

5:…de toekomende wereld. In hoofdstuk 6:5 ziet u

dezelfde uitdrukking, het is niet zo moeilijk om te

begrijpen waar hij het over heeft.

Iemand zei: Dat is het standaard postmillenial idee

dat de toekomende wereld de tijd is waarin wij

Page 21: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 21

leven, je hebt de tijd van de wet en je hebt de

toekomende wereld. Maar het probleem daarmee is

dat de toekomende wereld er dan al is, het

evangelie is er al, zelfs in het koninkrijks

programma zijn de voorzieningen van het werk

door Golgotha er al, dus dat werkt niet.

Hebr.6:5 de Griekse woorden in vgl. met Hebr.2:5

zijn verschillend maar dat maakt geen verschil. Het

is hetzelfde punt. De toekomende wereld is de

wereld die de Heere Jezus Christus zal brengen met

Zijn tweede komst en gaat over het Koninkrijk. Het

Griekse woord hier in 2:5 is hetzelfde woord voor

wereld als in 1:6. Het is niet het woord eeuw, en

niet het woord cosmos maar het woord voor een

bewoonde plaats. Hij spreekt over de renovatie van

de aarde onder de regering van de Messias, we

gaan naar:

Mattheüs 12:31,32 “Daarom zeg Ik u: Alle

zonde en lastering zal den mensen vergeven

worden; maar de lastering tegen den Geest zal

den mensen niet vergeven worden.” “En zo wie

enig woord gesproken zal hebben tegen den

Zoon des mensen, het zal hem vergeven

worden; maar zo wie tegen den Heiligen Geest

zal gesproken hebben, het zal hem niet vergeven

worden, noch in deze eeuw, noch in de

toekomende.”

Nogmaals, als u dit gedeelte leest, het richt zich op

de aarde, en Christus als de Zoon des mensen, die

titel, zie Daniël 7:13,14, is een Messiaanse titel.

Een titel die Hij draagt als de Messias. Dus als hij

over de toekomende wereld spreekt spreekt hij over

het Koninkrijk. Mat.12:32… er is een wereld waar

wij nu in zijn(deze eeuw), maar er is ook een

toekomende.

Mat.19:28 “En Jezus zeide tot hen: Voorwaar,

Ik zeg u, dat gij, die Mij gevolgd zijt, in de

wedergeboorte, wanneer de Zoon des mensen zal

gezeten zijn op den troon Zijner heerlijkheid,

dat gij ook zult zitten op twaalf tronen,

oordelende de twaalf geslachten Israels.”

Weet u wanneer die wedergeboorte is? Dat is in het

Koninkrijk! Jezus zegt: Mijn koninkrijk is niet van

deze wereld, Hij gaat een nieuw systeem opzetten.

Het millennium, het Koninkrijk en daar gaat het

om.

Hebr.2:6,7,8 “Maar iemand heeft ergens

betuigd, zeggende: Wat is de mens, dat Gij

zijner gedenkt, of des mensen zoon, dat Gij hem

bezoekt!” “Gij hebt hem een weinig minder

gemaakt dan de engelen; met heerlijkheid en

eer hebt Gij hem gekroond, en Gij hebt hem

gesteld over de werken Uwer handen;”“Alle

dingen hebt Gij onder zijn voeten onderworpen.

Want daarin, dat Hij hem alle dingen heeft

onderworpen, heeft Hij niets uitgelaten, dat hem

niet onderworpen zij; doch nu zien wij nog niet,

dat hem alle dingen onderworpen zijn;”

Maar…! In tegenstelling tot de engelen aan wie de

toekomende wereld niet onderworpen is. Maar: er

komt iemand aan wie de wereld zal onderworpen

zijn. Iemand: waarom zegt hij niet gewoon Psalm

8? Ik noemde u net Lukas 19:9,10 en u kent :10 u

heeft dat vers uw hele leven al gehoord, maar als ik

alleen zou zeggen wat er in het vers staat weet ik

dat u weet waar het staat. Dat doet hij hier, hij

neemt aan dat de mensen die het boek Hebreeën

lezen bekend zijn met de Schrift, hij spreekt met

mensen die de Bijbel kennen, en hij haalt Psalm

8:5-7 aan.

Vers 8: Doch…nu zien wij nog niet… Met andere

woorden: de engelen krijgen de toekomende wereld

niet, maar er is Iemand, Psalm 8 vertelt er over.

Vers 7: Spreekt over de roeping waartoe Hij de

mens heeft geschapen.

In vers 6 twisten sommige mensen over wie deze

verwijzing gaat, sommige mensen zeggen Adam.

Adam was niet de Zoon des mensen, dat begrijpt u.

Adam had geen vader en moeder. Hij was niet

geboren, maar geschapen. Hij spreekt over de

mensheid en de kinderen der mensen. In vers 7

staat: een weinig minder dan de engelen, u bent niet

op gelijke hoogte met de engelen. U bent van een

fysieke wereld, zij van een geestelijke. U kunt niet

door muren lopen. U bent wat lager dan de engelen.

De mens is lager dan de engelen, maar hij is

gekroond met eer en heerlijkheid, hoe deed Hij dat?

Genesis 1:26-28 Hij schiep de mens in de beeltenis

van God. Onderwerpt de aarde! Heb heerschappij

over de aarde. Dat was de roeping van de mens,

samen met mensen die God de Almachtige eren als

hun God en die de wereld in onderwerping houden

voor Hem. Erover regeren voor Hem.

Die mogelijkheid gaf Hij nooit aan de engelen, om

de regeerders van de wereld te zijn. Maar er is een

probleem. In vers 8 zegt hij: …niets uitgelaten, dan

bedoelt hij alles! Inclusief de engelen. Vers 7

vertelt over de roeping van de mens. Waarom

schiep God de mens en zette hem op de aarde in

Page 22: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 22

Genesis 1? Om de aarde te onderwerpen en onder

Zijn autoriteit te brengen.

Maar er is een probleem, wat is het probleem?

Zonde is een probleem. Er is hier rebellie gaande.

Doch nu zien wij noch niet …., er is een probleem.

De bedoelde bestemming van de mens is

verknoeid, verhinderd door de zonde. Zonde heeft

God's originele roeping van de mens onderbroken.

Hebr.2:9,10 “Maar wij zien Jezus met

heerlijkheid en eer gekroond, Die een weinig

minder dan de engelen geworden was, vanwege

het lijden des doods, opdat Hij door de genade

Gods voor allen den dood smaken zou.” “Want

het betaamde Hem, om Welken alle dingen zijn,

en door Welken alle dingen zijn, dat Hij, vele

kinderen tot de heerlijkheid leidende, den

oversten Leidsman hunner zaligheid door lijden

zou heiligen.”

Maar wij zien Jezus….Christus heeft wat de mens

had en verloor. Snapt u het? We spreken hier over

een redding die te maken heeft met de

onderwerping van de aarde, wereld! De vestiging

van Gods autoriteit op deze planeet. Geen engel

heeft ooit deze belofte gehad om dat te hebben.

God schiep de mens en gaf hem de opdracht om uit

te gaan in Zijn beeltenis, gelijkenis om de wereld te

onderwerpen en heerschappij over de aarde te

hebben en de aarde te vervullen. Daar schiep Hij de

mens toe. Maar de mens zondigde! Waar God de

mens voor geschapen heeft is nog niet tot stand

gekomen. Maar weet u? Wij zien de Heere Jezus

Christus.

Vers 10 is een verwijzing naar: Kolos.1:16 en

Openb.4:10,11. Beide gedeelten spreken over het

feit dat Jezus Christus Degene is om Wie en door

Wie alle dingen zijn geschapen. De kronen uit

Openb.4, de positie van regering en autoriteit in het

universum zijn voor U. Jezus Christus is

rechtmatige Erfgenaam van dit universum. Hij is de

rechtmatige Koning van deze planeet. Die een

weinig minder dan de engelen geworden was…

Waarom was Hij minder dan de engelen? Vers 9

om het lijden des doods!

Er zijn veel misverstanden rond dit schriftgedeelte,

mensen zeggen dat Hij voor een kleine tijd minder

was dan de engelen, maar Hij is tot mens gemaakt,

Hebr.2:7 zegt dat de mens lager is dan de engelen,

lager in rangorde, u bent niet zo'n superieur

schepsel als zij zijn. En Jezus Christus was geen

engel, Hij nam niet de natuur van een engel aan,

Hebr.2:16. Hij nam de positie van een mens aan.

Hij kwam in de vorm van een mens, Hij vernederde

Zichzelf in de gestalte van een mens.

Hoe werd Hij minder dan de engelen? Dat is een

verwijzing naar de vleeswording. Joh.1:14, het

Woord werd vlees. Om het verloren domein van de

mens terug te veroveren en een heel geslacht van

mensen te doen opstaa om God's belofte te beërven

en om de mensheid te zijn die God origineel

geroepen had te zijn. Jezus Christus kwam en werd

een mens! Zodat Hij een mensheid kon vormen die

de roeping kon uitvoeren die God de mens had

gegeven in Genesis 1.

Denk nu na over het contrast met u en ik als de

leden van het Lichaam van Christus. God schiep de

mens, zette hem op aarde om de autoriteit te

herstellen op de aarde, Christus kwam en schiep

een nieuwe mensheid, een verloste mensheid. Ten

einde Zijn autoriteit in de hemelen te herstellen

schept, vormt Hij een nieuw schepsel, een nieuw

geslacht mensen. Toen God Adam maakte was

Adam ook een heel nieuw geslacht. Er was nooit

een mens voor Adam, waren er schepselen voor

Adam? Ja! Engelschepselen, rassen van cherubiem,

serafiem, maar geen mensen. Adam is de eerste,

een nieuw soort. Helemaal nieuw in het universum.

Het beloofde Zaad, dat zullen we zo zien. De

zaadlijn wordt het zaad van Abraham. En brengt de

mens over in het Koninkrijk. Vervullend de roeping

die Hij heeft voor de mens op aarde. En dit: een

weinig minder dan de engelen :9 vanwege het

lijden des doods. Het is niet in de natuur van een

engel dat hij het lijden des doods kan ondergaan.

Lukas 20:35,36 “Maar die waardig zullen

geacht zijn die eeuw te verwerven en de

opstanding uit de doden, zullen noch trouwen,

noch ten huwelijk uitgegeven worden;” “Want

zij kunnen niet meer sterven, want zij zijn den

engelen gelijk; en zij zijn kinderen Gods, dewijl

zij kinderen der opstanding zijn.”

Als u niet meer kunt sterven bent u in dat opzicht

gelijk aan de engelen, als u minder bent dan de

engelen kunt u het lijden des doods ondergaan. Dus

Hij neemt het menszijn aan zodat Hij de dood van

de mens kan sterven. Dat wil niet zeggen dat Hij

geen God meer is. Jezus nam onze natuur aan, de

incarnatie, Hij werd mens. Hij werd één van ons.

Voor het lijden des doods.Opdat Hij door de

genade Gods voor allen de dood smaken zou.

Page 23: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 23

Voor wie? Dat is een geweldig vers, als iemand u

verteld dat Christus dood begrensd is kijk dan in dit

vers! Zelfs in het Koninkrijksprogramma is het niet

begrensd zodat niet iedereen erbij kan komen. Zelfs

Johannes de Doper zegt: Zie het Lam Gods dat de

zonde der wereld wegneemt. Hij sterft voor Zijn

mensen. Maar, de hele wereld kan komen en zich

bij Zijn volk voegen en de weldaden ervan krijgen.

Dus Hij sterft voor iedereen, voor ieder mens. In de

gelijkenis van Mat.13:44 spreekt Hij over dat Hij

het hele veld koopt, zodat hij de schat kan kopen

die in het veld zit. De schat is Israël, Hij koopt de

hele wereld zodat hij de schat kan kopen.

Hebr.2:10 Vele… Hij sterft voor iedereen, zodat

degenen die Hem vertrouwen, de vele kinderen tot

heerlijkheid gebracht kunnen worden. De velen uit

vers 10 zijn velen van de allen. 1 Joh.2:2 en Paulus'

brieven zijn er vol van. 1 Tim2:4-7 voor allen. En

nu met deze openbaring en begrip van dit bereik

van het kruiswerk van Christus kan Hebreeën dit

voor u neerschrijven en uitleggen hoe dat gebeurde.

Door de genade Gods: dat is de motivatie die

erachter zit. Vol van genade en waarheid. Voor

allen den dood smaken zou: U ziet het kruis, terug

naar Genesis 2:17 als je van deze boom eet zul je

sterven. Waarom heeft de mens zijn roeping niet

vervult? Door de vloek van de zonde. Dus wat doet

Jezus Christus? Hij komt, smaakt de dood voor

ieder mens, wat doet Hij? Hij overwint de vloek.

Zodat Hij mensen kan redden. Zo zijn we terug in

Eden.

Den oversten Leidsman hunner zaligheid door

lijden zou heiligen: in vers 11,12,13 spreekt hij

over de Leidsman hunner zaligheid. En wat de

Leidsman, de Leider hunner zaligheid Zich heeft

geïdentificeerd heeft met Zijn mensen, de eenheid

die Hij heeft. Daar moet u op letten in vers 10, Hij

werd het, als u zegt dat iets iets wordt, b.v. een jurk

zit goed, het past. Hij is de rechtmatige Heerser van

alles. Hoe maak je iemand volmaakt die zondeloos

is? Dat is het hele punt in de grote

verdrukkingsperiode, kijk in hoofdstuk 5:7-10

spreekt over de Heere Jezus Christus als de grote

Hogepriester vlgs. Melchizedek.

Ziet u, Hij moest volmaakt gemaakt worden,

volmaakt betekend niet zondeloos, maar volmaakt.

Dat vereiste het gehele proces van Zijn

vleeswording, Zijn bediening, Zijn lijden - zie 2:18

- Hij deed alles en was alles wat Israël ooit nodig

had. Hij is Jehovah, Redder. Jehovah is een grote

naam voor God. De grote Ik ben. Maar er is veel

meer in die naam, Hij is eeuwig, Hij doet wat Hij

zegt dat Hij zal doen, betrouwbaar om Zijn Woord

te doen. U kunt dat niet , maar Ik zal het doen.

Jezus Christus komt, Joshua, Jehovah Redder, en

zegt: Ik kom en voorzie alles wat u nodig heeft. En

hoe gaat Hij dat doen? Hij is de Leidsman van hun

zaligheid en het hele proces, het is niet alleen de

dood, maar Zijn incarnatie, Hij komt, Hij lijdt, Hij

is tot een volmaakte, complete Redder gemaakt.

Hoofdstuk 6 zegt: Christus onze Voorloper :20

Degene die vooruit gaat, pioniert en het voor ons

doet. De Leidsman hunner zaligheid leidt de vele

kinderen tot heerlijkheid, overal waar zij gaan is

Hij geweest, maakte het spoor, zet de bakens en

voorziet alles zodat zij er komen.

Hebreeën 2:10-16

We gaan noch even terug naar Hebreeën 2:5. Waar

het hier om gaat is het proces van de onderwerping

van de toekomende wereld, en de autoriteit van

God. Het gaat om de aarde sinds Gen. 1 en het

programma dat aan het volk Israël is gegeven. Gods

bedoeling om Zijn autoriteit te vestigen op de aarde

door het instrument van het koninkrijk gegeven aan

het volk Israël. Om het hoofd te zijn.

Hij spreekt hier over de Heere Jezus Christus, de

Koninkrijksredding die Christus predikt in

Hebr.2:3. En Christus is de Zoon des mensen, Hij is

Degene die komt om dat te volbrengen: Hebr.2:

6,7,8. God had een doel voor de mens, Hij maakte

de mens de kroon, het hoofd van de schepping en

gaf een roeping in Gen.1 om de koning over de

schepping te zijn en de aarde te onderwerpen en

erover te regeren. Maar die situatie zien we nu niet.

Maar nu zien wij nog niet…Hebr.2:8. De bedoeling

die God had met de mens is verknoeid, vertraagd

door de rebellie van satan daartegen, de

tegenstander, tegen wat God doet. Maar hij zegt in

Hebr.2:9 wij zien Jezus… een weinig minder dan

de engelen, Hij komt en neemt de vorm van een

mens aan om Gods bedoeling voor de mens te

herstellen. Christus kwam om de mens te redden.

Hij volbrengt voor de mens wat hij niet kon voor

zichzelf. Hij gaat naar het kruis en volbrengt het

voor de mens, door te dood te smaken.

En ik zeg u nogmaals: U kunt Hebr.2 vergelijken

met Rom.3 in de uitleg van wat er op Golgotha

gebeurde. Romeinen legt het kruis aan ons uit, als

leden van het lichaam van Christus, Gods hemelse

mensen. Hebr. legt het kruis uit aan Gods aardse

mensen, het volk Israël. God had een bedoeling

toen Hij begon te openbaren m.b.t. de toekomende

Page 24: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 24

wereld. Mat.25:34 dat koninkrijk is bereid van de

grondlegging der wereld, sinds God mensen op

aarde plaatste spreekt Hij, predikt Hij, maakt Hij

bekend en verklaart Hij dit in alle profetische

schriften. Hij predikte, sprak enz. en hield Zijn doel

geheim om de hemelse gewesten ook te herstellen

onder Zijn autoriteit, niet door het instrument

Israël, of een aards koninkrijk, maar door een

nieuwe schepping: het lichaam van Christus. Dat

leren wij in Paulus' brieven.

Ga met mij mee naar het boek Hebreeën en wij

zullen ons richten op Gods aardse programma. En

wij zien hoe Gods aardse programma voor Israël

ontworpen is om te voltooien waar Hij de mens op

aarde mee liet beginnen. En net als het kruis de

hemelse bedoeling met het lichaam van Christus

volbrengt, volbrengt het kruis de aardse bedoeling

voor het volk Israël.

Helaas, doordat het boek Hebreeën de

algenoegzaamheid van Christus door het kruis van

Golgotha leert, en Zijn bedoeling voor het volk

Israël te volbrengen in genade voor het volk Israël,

nemen sommige mensen aan dat die voorziening

gebaseerd op het kruis dat het ook voor u en mij is

als het lichaam van Christus. Maar dat is niet waar,

het is niet nodig om onszelf in dit gedeelte te lezen,

dat het leerstellig over ons en tot ons. Dat is het

niet, het is Israëls programma, en het is tot hen.

Er is veel hier dat overlapt wat Paulus leert, er is

veel hier over een Redder wat ons ook aangaat,

maar de leer hier gaat over het herstel van de aarde

door het volk Israël. Dus ik maak dit onderscheid

voor u, als u het laat waar het is, en past waar het

past, zal het uw hart raken hoe het kruis de basis is

van alles wat God ooit deed. En het is niet nodig

dat iedere keer als u over het kruis leest u denkt dat

het over u gaat, want dat is niet zo. Net als iemand

het woord doop leest in de Bijbel en direct aan

water denkt. Er zijn veel andere soorten dopen in

de Bijbel. Zo is het hier ook.

Hebr.2:10 “Want het betaamde Hem, om

Welken alle dingen zijn, en door Welken alle

dingen zijn, dat Hij, vele kinderen tot de

heerlijkheid leidende, den oversten Leidsman

hunner zaligheid door lijden zou heiligen.”

U ziet tot aan het eind van het hoofdstuk een

opsomming van de dingen die het kruis bewerkt

heeft in het Koninkrijksprogramma. De dingen die

het kruis doet voor Israël:

1.Hij is de Leidsman van hun zaligheid :10-13

2.Overwinning van satan :14-16

3.Barmhartig en getrouw Hogepriester :16-18

Om Welken alle dingen zijn… Openb.4:11,

Kol.1:16 dat spreekt over de regeringsposities,

autoriteiten. Het heiligen van de Leidsman door

lijden… de volmaking van Zijn functioneren als

Leidsman. Daar spraken we vorige keer over, als

we zo verder lezen zien we het weer, met de

bedoeling om voor de mens te volbrengen wat de

mens niet voor zichzelf kon, Hij werd de Redder

van de mens. Er was een vereiste van de kant van

de Heere Jezus Christus om mens te worden, Hij

begon dingen te kennen die Hij als God nooit had

ervaren, die zien we als we verder lezen.

Hebr.2:11 “Want en Hij, Die heiligt, en zij, die

geheiligd worden, zijn allen uit een; om welke

oorzaak Hij Zich niet schaamt hen broeders te

noemen.”

Zijn identificatie, Zijn éénheid met de gelovigen in

Israël. Hij kwam om één met hen te zijn. Er is veel

tegenstrijdigheid over waar :11 heen verwijst: Zijn

allen uit één… mensen zeggen dat het te maken

heeft met dat we één vader hebben, één bron enz.

Het punt is opnieuw éénheid. De identiteit van

Degene Die heiligt en zij die geheiligd worden

worden samen geïdentificeerd. Maar als u kijkt

naar :14 verteld u dat fundamenteel wat het punt is.

Dus als hij spreekt over Degene Die heiligt en zij

die geheiligd worden dan spreekt hij over vers 14,

dat Christus kwam en deel werd van de mensheid,

het zaad van Abraham werd.

Hebr.2:12,13 “Zeggende: Ik zal Uw naam Mijn

broederen verkondigen; in het midden der

Gemeente zal Ik U lofzingen.” “En wederom: Ik

zal Mijn betrouwen op Hem stellen. En

wederom: Zie daar, Ik en de kinderen, die Mij

God gegeven heeft.”

Het gaat hier om de identificatie die Hij had met

Zijn volk, met het gelovig overblijfsel in Israël, hij

haalt Psalm 22:23 aan. De gemeente, een

geprofeteerde gemeente. De gemeente in deze

profetie is de koninkrijksgemeente.

Psalm 22 is een mooie psalm over het kruis, een

verwijzing naar Golgotha. In vers 2 lezen we de

roep van de Heere Jezus aan het kruis: Mijn God,

Mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten… wat u

leest in de Psalm is de strijd en het gesprek dat

Page 25: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 25

Christus had tussen Zichzelf en God. Vanaf vers 22

tot het einde van de psalm kijkt Hij weg van het

lijden van het kruis naar de heerlijkheid. Herinnert

u zich Hebr. 12:2, waar u leest dat de vreugde die

Hem voorgesteld was Hem het kruis heeft doen

verdragen. Vers 22-31 Christus had, bewaarde deze

kennis en informatie, deze schriftgedeelten in Zijn

verstand. Pas preekte ik over wat Christus zei aan

het kruis, Hij haalt de Schrift aan, in al de zeven

uitspraken die Hij deed aan het kruis vervult Hij

iets dat de Schrift had voorspeld dat Hij zou

vervullen. De Schrift is in Zijn verstand en Hij

verdraagt het lijden van het kruis voor de vreugde

die Hem voorgesteld is.

In vers 21 zien wij het lijden, maar daarna gaat Hij

over naar de heerlijkheid in vers 22. Vers 26 in een

grote gemeente…, dat is het vers in Hebr.2.

Mensen zeggen dat kerk een verschrikkelijke

vertaling is die niet in je Bijbel hoort. Maar het

woord kerk is een goed woord. Het woord ecclesia,

het Griekse woord betekend uitgeroepen,

uitgeroepen mensen. Als u die uitgeroepen mensen

bij elkaar brengt dan heeft uit een vergadering.

Uitgeroepen om de Heere toe te behoren. Het

woord kerk is een engels woord en betekend: de

Heere toebehorend. Wij gebruiken dat woord niet

voor een gebouw en kerkgenootschap, maar voor

degenen die aan de Heere toebehoren. Soms

gebruik ik het woord vergadering, een vergadering

van mensen voor de Heere.

De Bijbel gebruikt zijn eigen systeem van definities

en als u het Bijbelsysteem gebruikt en niet het

wereldsysteem, dan kunt u zo ook het woord

bedeling gebruiken. Het woord kerk vinden we niet

in het Oude Testament daar vinden we vergadering.

Psalm 22:29 let op wat voor een kerk dit is, deze

geprofeteerde kerk. Deze kerk is de

koninkrijkskerk, dus de gemeente in het boek

Hebreeën is de koninkrijksgemeente, en ik blijf

tegen u zeggen: Hebreeën spreekt niet over het

lichaam van Christus, maar over profetie, Israël en

over het Koninkrijk. Als u leest merkt u het zelf.

Hebr.2:12 “Zeggende: Ik zal Uw naam Mijn

broederen verkondigen; in het midden der

Gemeente zal Ik U lofzingen.”

Hij is niet beschaamd om hen broeders te noemen,

niet beschaamd om met hen geïdentificeerd te

worden. Wat het kruis doet is de Heere Jezus

Christus toestaan om de Leider van hun zaligheid te

worden.

Hebr.2:13 “En wederom: Ik zal Mijn betrouwen

op Hem stellen. En wederom: Zie daar, Ik en de

kinderen, die Mij God gegeven heeft.”

Dit is een aanhaling uit Psalm 16:1. Merkt u hoe

vaak het Oude testament aangehaald wordt in de

eerste twee hoofdstukken van Hebreeën?

Hoofdst.1:5 en verder is bijna elk vers een

aanhaling uit het O.T. En hier in hoofdstuk 2 zien

wij als Ps.8,22 en nu 16.

Als er een voetnoot staat in uw Bijbel bij vers 13

uit Jes.8:17,18 septuagint streep dat dan maar door,

want dat is niet waar, de aanhaling komt niet uit de

septuagint.De Heere Jezus, Paulus, de Hebreeën

halen nooit de septuagint aan. Er was geen

septuagint in de tijd van deze mensen, die kwam

enkele honderden jaren later.

Psalm 16 is een psalm waar de Heere Jezus

Christus in complete en totale afhankelijkheid is

van God de Vader. In vers 10 ziet u dat. Dit wordt

door Petrus aangehaald in Hand.2. David spreekt

over de Messias. Als u denkt aan het geloof van

Christus laat deze psalm dat aan u zien, Hij leefde

in de tijd Zijn leven, dood en opstanding in

complete afhankelijkheid van de Vader. Hij

identificeert Zichzelf met deze mensen als Hij uit

de hemel komt, en leeft in totale afhankelijkheid

van God.

Als een mens vertrouwde en geloofde Hij de Vader

dat Hij Hem op zou wekken. Joh.2:19 en Joh.10:18,

in drie dagen zal Ik het opwekken. Als God wekte

Hij Zichzelf op, maar als mens vertrouwde Hij op

de Vader. Verschillende aspecten van de Heere. Hij

is dus niet alleen de Zoon van God maar ook de

Zoon des mensen, Die Zich met Zijn mensen

identificeerde, in totale afhankelijkheid van God.

Vers 13: Ziedaar, Ik en de kinderen, die Mij God

gegeven heeft… Hier is Jesaja 8:18. Dat zijn de 12

apostelen en de kleine kudde.

Jesaja 8:16-18 “Bind de getuigenis toe; verzegel

de wet onder mijn leerlingen.”“Daarom zal ik

den HEERE verbeiden, Die Zijn aangezicht

verbergt voor het huis van Jakob, en ik zal Hem

verwachten.” “Ziet, ik en de kinderen, die mij

de HEERE gegeven heeft, zijn tot tekenen en tot

wonderen in Israel, van den HEERE der

heirscharen, Die op den berg Sion woont.”

Vers 17: leest u iets in dit vers van: Ik stel mijn

vertouwen op de Heere? Zelfs als u een Griekse

Page 26: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 26

vertaling van dit vers maakt in de septuagint hoe

kan men er dan van maken: Ik stel mijn vertrouwen

in Hem? :18 Deze verwijzing is een directe

verwijzing naar de Heere Jezus Christus en de

kleine kudde Joh.13, en de Koninkrijksgemeente,

Mat.16 op deze rots zal Ik Mijn gemeente bouwen.

Mijn gemeente, Petrus noemde Hem net de

Christus, de Zoon van de levende God, de Messias.

Jezus zegt: Ik geef u de sleutels van het Koninkrijk

der hemelen. De hele context van Mat 16 is de

Messias en Zijn koninkrijk. En de Messias bouwt in

Zijn koninkrijk een gemeente, een Koninkrijks

gemeente. Ps.22:23 in het midden der gemeente.

Ik ben deel van hen die op U vertrouwen, Ik ben

geïdentificeerd met de kinderen die de Heere mij

gaf, met het gelovig overblijfsel in Israël. Ik ben

niet beschaamd om deze lijdende dienstknecht, dit

volk dat hier lijdt en door de verdrukking gaat en

onder het juk van de antichrist en opstaan tegen het

kwaad, het zijn Mijn mensen. Hoe kan Hij dat

doen? Door Golgotha, Hij is de Leidsman van hun

zaligheid, Hij is Voorloper, Die er voor hen was.

Hij is één met hen, geïdentificeerd, dat is mooi om

te zien.

Joh.13:31-33 kinderen…:33 de kleine kudde

aangevoerd door de 12 apostelen. Joh.17:6,9,

11,12,20,21 het hogepriesterlijke gebed, het ware

onze Vader! …en Gij hebt Mij dezelve gegeven.

Vers 11 zie Hebr.2:11. Vers 12 waar spreekt Hij

hier over? Over de 12 apostelen, degenen die de

Vader Hem had gegeven. Niemand uit hen is

verloren gegaan, dan de zoon der verderfenis,

Judas. U gaf Mij de 12 en Ik heb ze bewaard, Ik gaf

ze Uw Woord en ze zijn klaar om te gaan, wij zijn

één, en Ik bid voor hen. Vers 20 Hij bidt voor de 12

apostelen en de kleine kudde van gelovigen die

door de 12 worden geleid dat zij allen één zullen

zijn. Vers 21: Daar hebben we het over in Hebr.2,

over de kleine kudde, zij zijn één met ons en wij

met hen en in Hebreeën is Hij de Leidsman van hun

zaligheid en niet beschaamd om hen broeders te

nemen, niet beschaamd om met hen geïdentificeerd

te worden. Hij noemt hen broeders, Hij neemt Zijn

positie van vertrouwen met hen in, komt en

sympathiseert met hen, lijdt met hen en deelt waar

zij door heengaan. Ze zijn van Mij, God geeft ze

aan Mij.

Hebr.2:14-16 “Overmits dan de kinderen des

vleses en bloeds deelachtig zijn, zo is Hij ook

desgelijks derzelve deelachtig geworden, opdat

Hij door den dood te niet doen zou dengene, die

het geweld des doods had, dat is, den duivel;”

“En verlossen zou al degenen, die met vreze des

doods, door al hun leven, der dienstbaarheid

onderworpen waren.” “Want waarlijk, Hij

neemt de engelen niet aan, maar Hij neemt het

zaad Abrahams aan.”

Overmits, waar alles vandaan komt ( de

identificatie etc.). Wat is de bedoeling van de

vleeswording? ..Opdat Hij door den dood… Dat is

een mondvol (:14-16) gaat over in vers 17,18:

waarom… Hij neemt vlees en bloed aan, doet teniet

de macht van de duivel, verlost degenen van de

vreze des doods…Waarom Hij in alles den

broeders moest gelijk worden. Dat is weer

hetzelfde punt als vers 11-13 dat Hij hen is

gelijkgemaakt, is geïdentificeerd met hen, dat was

nodig, om hun Verlosser te kunnen zijn. Vers 17,18

opdat Hij een barmhartig en getrouw Hogepriester

zou zijn …

Hij is een weinig minder dan de engelen

geworden… Het aannemen van vlees en bloed

maakte Hem een weinig minder dan de engelen.

Vers:16 zegt Hij neemt de engelen niet aan…1:7

vertelt u wat de natuur van een engel is: geesten,

dienaars, engelen hebben een geestelijke natuur,

geestelijke schepselen, ze zijn gemaakt van geest.

De mens is gemaakt van vlees en bloed. Dat is wat

anders.

Hij nam de natuur van een engel niet aan, dat is een

zegen voor ons, Hij nam de natuur van de mens

aan, en specifiek het zaad van Abraham, maar

Abraham is een zoon van Adam. Er waren verloren

engelen weet u dat? 2 Petrus 2:4 De hel is gemaakt

voor de duivel en zijn engelen. Engelen kunnen niet

gered worden, weet u waarom? Ze hebben niemand

die voor hun zonden betaald, ze hebben geen

verlosser. Kon Christus bloed geen goed doen voor

de engelen? Hij nam de natuur van de engelen niet

aan. Hij nam de natuur van de mens aan. God

voorzag nooit in redding voor engelen, maar voor

de mens.

En hoe verlost Hij de mens, door het zaad van

Abraham. Het zaad van de vrouw in Gen.3:15

wordt het zaad van Abraham, Dat de Heere Jezus

Christus wordt. Er is hier iets wonderlijks:

Leviticus 25:25 “Wanneer uw broeder zal

verarmd zijn, en iets van zijn bezitting verkocht

zal hebben, zo zal zijn losser, die hem

nabestaande is, komen, en zal het verkochte

zijns broeders lossen.”

Page 27: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 27

Ziet u dat de Leidsman een nabestaande moet zijn

om Verlosser te kunnen zijn, om iemand te kunnen

verlossen die een erfenis verloren was. De wet

vereist dat hij dichtbij moet zijn, naastbestaande.

De dichtstbijzijnde losser.

Hij verloste geen engelen, Hij nam de natuur van

een mens aan. Hij moest vlees en bloed aannemen,

een bloedverwant zijn. Het leven van het vlees is in

het bloed. (Lev.17:11). Dus als Hij vlees en bloed

aanneemt neemt Hij de menselijke natuur aan

(1Kor.15:45-50). We spreken over de natuur van de

mens en de natuur die Christus aannam.

Hebr.2:14 Wij hebben vlees en bloed, wat is het

probleem met ons vlees en bloed? Het is verdorven

door de zonde. Daarom zegt vers14: desgelijks

derzelve deelachtig geworden… Zie Hebr.10:5 Gij

hebt Mij het lichaam toebereid… Rom.8:3 De

mensheid van de Heere Jezus Chistus is een heel

unieke menselijkheid, een heel verschillend soort

mensheid. God zendende Zijn Zoon in gelijkheid

des zondigen vleses… In de gelijkheid… Hij neemt

de menselijke natuur aan, maar Hij nam de zonde

niet aan.

Jezus Christus is de meest unieke Persoon Die ooit

op deze aarde leefde. Hij leefde absoluut zonder

zonde, rechtvaardige mensheid iets wat Adam niet

had. Hebr.7:25 Hij had nooit één zonde 1

Joh.3:5. Weet u wat een puinhoop het moet zijn

geweest om op deze aarde te leven, tussen een

stelletjes zondige mensen als u en ik, en nooit één

maal gezondigd… 2Petr.2:8.

Wat moet Hij gedacht hebben?, moet het geen last

geweest zijn om hier te leven? Hij was er niet

beschaamd voor, Ik kwam om dat te doen. Voor de

vreugde Hem voorgesteld verdroeg Hij het.

1Joh.3:5 en geen zonde is in Hem… is dat niet

geweldig? Wij hebben Iemand nodig Die geen

zonde heeft en ons uit onze zonden haalt. 1Joh.3:8

opdat Hij de werken des duivels zou verbreken…

Hij nam deze menselijke natuur aan, waarom?

Zodat Hij kon sterven! Zodat Hij dat kon ervaren

en het loon van de zonde op Zich kon nemen.

Vers:14,15 door den dood enz. de duivel…en

bevrijden…waarom zijn mensen hun hele leven

gebonden aan de wet? De wet zegt: doe dit en u

zult leven, doe dat en u zult sterven. U kunt het niet

riskeren deze dingen te doen want dan gebeurt het:

u bent verloren.

Zij wisten nooit of ze genoeg gedaan hadden, of ze

het goed gedaan hadden, zij vreesden om

onvoorbereid te sterven. Dus zij voegden zich

onder die strikte wetsbetrachting, de regels,

ordeningen al die strikte dingen, zij waren bang!

Dat ze zich niet goed gedroegen. Omdat ze onder

het wetsysteem leefden. Hetgene dat u motiveert

onder het wetsysteem is angst,vrees. En de ergste

angst is onvoorbereid te sterven. En Christus kwam

om degene die de macht over de dood had teniet te

doen. U moet iets begrijpen: we gaan terug naar

Psalmen, over de kracht van de dood.

Psalm 68:21 Die God is ons een God van

volkomene Zaligheid; en bij den HEERE, den

Heere, zijn uitkomsten tegen den dood.”

En bij de HEERE zijn uitkomsten tegen de dood.

(Ps.66:9). God is Degene Die werkelijk, fysieke

dood bezat onder Israëls programma. Wat hun in

leven hield, of hen doodde was aan de Heere.

Vandaag is dat anders. Wat betekend het dat hij het

geweld des doods had? Als hij spreekt over satan is

dat niet zozeer dat hij de macht en mogelijkheid

heeft om te besluiten wanneer een persoon ging

sterven, of wie er ging sterven op een bepaald

moment, ook niet om de dood als een wapen te

gebruiken tegen mensen.

De dood als een macht te gebruiken over mensen

om ze in slavernij te houden, brengen om te vrezen.

Om dat te breken moest de Heere Jezus een mens

worden.

Hebr.2:17 “Waarom Hij in alles den broederen

moest gelijk worden, opdat Hij een barmhartig

en een getrouw Hogepriester zou zijn, in de

dingen, die bij God te doen waren, om de

zonden des volks te verzoenen.”

Daarom staat er in vers 17 dat Hij moest gelijk

worden. Om de macht van satan te kunnen

vernietigen, door de dood als een wapen tegen hem

te gebruiken, en om mensen te bevrijden van dat

wetsdienstprogramma, Mozes verbond. Eén

illustratie:

Zach.3:1 “Daarna toonde Hij mij Josua, den

hogepriester, staande voor het aangezicht van

den Engel des HEEREN; en de satan stond aan

zijn rechterhand, om hem te wederstaan.”

Satan staat aan Jozua's rechterhand om hem te

wederstaan. Als ik hier sta(voor u) en mijn

rechterhand is hier, welke hand is dat voor u?

Ps.109:6 en de satan sta aan zijn recherhand… hij

Page 28: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 28

staat daar als de aanklager. Hij staat aan de

linkerhand van de HEERE, wie is er aan Zijn

rechterhand: Christus! Wie is er aan de

aangeklaagde linkerhand? Als God de Vader daar is

en Christus aan Zijn rechterhand en ik sta voor

Hem dan is Christus aan mijn linkerhand en satan

aan mijn rechterhand als de aanklager.

1Joh.2:1 “Mijn kinderkens, ik schrijf u deze

dingen, opdat gij niet zondigt. En indien iemand

gezondigd heeft, wij hebben een Voorspraak bij

den Vader, Jezus Christus, den Recht

vaardige;”

Wij hebben een Voorspraak bij de Vader, als de

Advocaat. Satan als de aanklager. Zach.3:1 terug.

Heere deze man is schuldig, vuil, kijk naar zijn

kleren, wat een rommel, en hij daagt God uit om

het loon van wet, zonde uit te voeren, deze man

verdient te sterven… Ik klaag hem aan voor

misdaden, in de naam van de rechtvaardigheid van

God dood deze man! Satan is de aanklager van de

broederen, brengt hem in de rechtbank. 3:3 vuile

klederen: hij is schuldig, hij is schuldig, hij is

schuldig! Zach.3:2 de Heere zeide tegen satan…,

dat is Jezus Christus staande aan de rechterhand

van de Vader, aan de linkerhand van de

aangeklaagde. Jezus Christus komt naast de

linkerkant van de aangeklaagde staan en Hij slaat

Zijn arm om hem heen en wat denkt u dat Hij gaat

zeggen?!

Wij hebben een Voorspraak, een Advocaat Die

Zichzelf gegeven heeft als een losprijs voor ons.

Hij zegt: Heere, Ik stierf voor hem! Ik heb zijn

dood betaald, hij is niet schuldig meer, Ik bekleed

hem met Mijn rechtvaardigheid. Kijk in vers 2: de

HEERE schelde u, gij satan… Dat is bijzonder,

satan daagt God uit om te straffen en Christus komt

en Hij zegt niet: ik neem het voor Mijn rekening, ga

weg satan, Ik ben de Winnaar, maar weet u wat Hij

zegt: God de Vader schelde u!

Judas 9 “Maar Michael, de archangel, toen hij

met den duivel twistte, en handelde van het

lichaam van Mozes, durfde geen oordeel van

lastering tegen hem voortbrengen, maar zeide:

De Heere bestraffe u!”

Michaël, de duivel en Mozes de enige twee keer in

de Bijbel dat deze uitdrukking voorkomt. Hebr.2:

totdat Jezus Christus in het vlees kwam en de

menselijke natuur aannam, het zaad van Abraham,

vlees en bloed, argumenteerde satan met Hem over

de mens, hij was geen mens, geen vlees. Werd een

mens, en door de dood vernietigde de aanklager en

tegenstander. Nu hoeft Hij niet meer de Vader te

vragen om de duivel te bestraffen, Hij kijkt nu naar

hem en zegt: schiet op, want Ik ben er geweest.

Joh.15:24 “Indien Ik de werken onder hen niet

had gedaan, die niemand anders gedaan heeft,

zij hadden geen zonde; maar nu hebben zij ze

gezien, en beiden Mij en Mijn Vader gehaat.”

Er zijn dingen die nooit meer gebeurd waren als

Jezus Christus geen mens was geworden. Er is geen

manier dat God Almachtig de mens zou kunnen

gebruiken om de toekomende wereld te herstellen

en te onderwerpen onder Zijn autoriteit als Jezus

Christus niet was gekomen en een mens was

geworden, als Hij de mens niet had verlost. Het

zaad van Abraham. Het was nodig, het was vereist

om Zijn broeders gelijk te worden, vers 17. De

dingen die u leest in vers 10-14 Zijn identificatie

met hen, was absoluut nodig. Om de satanische

rebellie tegen Zijn doel met de mens en de aarde te

niet te doen.

Hebreeën 2:17,18

Herhaling Hebr.2:10-16. We beginnen te lezen in

Hebr.2:10, de rest van het hoofdstuk beschrijft hoe

dat is volbracht, tot stand gebracht. Ik herhaal voor

u nogmaals het punt van dit gedeelte: de regering

van Christus en de toekomende wereld in

onderwerping voor Hem. Vers 10: dit is net als

Openb.4:11 en Kol.1:16 laten we nogmaals naar

deze verzen kijken:

Openb.4:11 “Gij Heere, zijt waardig te

ontvangen de heerlijkheid, en de eer, en de

kracht; want Gij hebt alle dingen geschapen, en

door Uw wil zijn zij, en zijn zij geschapen.”

Kol.1:16 “Want door Hem zijn alle dingen

geschapen, die in de hemelen en die op de aarde

zijn, die zienlijk en die onzienlijk zijn, hetzij

tronen, hetzij heerschappijen, hetzij overheden,

hetzij machten; alle dingen zijn door Hem en

tot Hem geschapen;”

Als u door dit hoofdstuk heen leest ziet u de Heere

Jezus Christus in Zijn heerlijkheid als de Zoon des

mensen, de beloofde Zoon van God in hfdst.1, en

hier in hfdst.2 is Hij als de Zoon des mensen,

Degene Die kwam om Gods doel te herstellen in de

oorspronkelijke schepping van de mens, waar

schiep God de mens oorspronkelijk voor? Om

heerschappij over de aarde te hebben, maar de

Page 29: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 29

mens viel, hij ging mee met de satanische rebellie

tegen Gods plan. En Jezus Christus komt om Gods

plan te herstellen met de mens.

En het volk Israël is Gods instrument, Gods middel

door wie Hij de aarde gaat herstellen onder Zijn

autoriteit. Hij gaat doen voor de mens wat de mens

niet kan voor zichzelf door de verlossing die

Christus geeft aan Israël, doordat Israël uitgaat over

de rest van de aarde. U en ik zijn deel van het

verzoeningsprogramma in de hemelse gewesten, en

dat is een geweldig ding om te weten, maar het

boek Hebreeën focust zich op Israëls deel daarin en

hoe God niet alleen het lichaam van Christus

verlost door het bloed en het kruiswerk van

Christus, maar Hij verlost ook Israël en alles wat

Israël ooit krijgt als God de aarde herstelt onder

Christus leiding zal zijn door het bloed van het

kruis dat is tot stand gebracht.

Hebr.2:10 + Kol.1:16, het is duidelijk dat de alle

dingen in dit gedeelte niet zijn de vogels en de

bloemen en de bomen enz. het staat in het vers: die

in de hemel zijn en die op de aarde zijn tronen,

heerschappijen enz. Posities van regerings

autoriteiten. Die Christus schiep, door Hem en voor

Hem. Hij schiep ze zodat Hij ze kon gebruiken om

het universum te regeren, in de hemel en in de

aarde.

Open.4:11 …alle dingen geschapen, en door Uw

wil zijn zij geschapen. Alle regeringen in het

universum, u bent hier in de regeringstroonkamer

van God. In hoofdstuk 5 ziet u dat de Heere Jezus

Christus als het Lam dat het eigendomsbewijs krijgt

van het universum uit de hand van de Vader. De

ouderlingen zeggen in 4:11: wij regeren voor Uw

wil want alles is van U en voor U. Hebr.2:10

Degene waar hij hier over spreekt is Degene voor

Wie alle dingen zijn en door Hem, en Degene Die

de rechtmatige Koning is van het universum. Let

ook op de titel: Leidsman hunner zaligheid.

Jozua 5:13-15 “Voorts geschiedde het, als Jozua

bij Jericho was, dat hij zijn ogen ophief, en zag

toe, en ziet, er stond een Man tegenover hem,

Die een uitgetogen zwaard in Zijn hand had. En

Jozua ging tot Hem, en zeide tot Hem: Zijt Gij

van ons, of van onze vijanden?” “En Hij zeide:

Neen, maar Ik ben de Vorst van het heir des

HEEREN: Ik ben nu gekomen! Toen viel Jozua

op zijn aangezicht ter aarde en aanbad, en zeide

tot Hem: Wat spreekt mijn Heere tot Zijn

knecht?” “Toen zeide de Vorst van het heir des

HEEREN tot Jozua: Trek uw schoenen af van

uw voeten; want de plaats, waarop gij staat, is

heilig. En Jozua deed alzo.”

God trok Israël uit Egypte, zij staken de Rode zee

over en deed het volk geboren worden, in de

woestijn, naar de rivier de Jordaan eroverheen

Kanaän in. In de eerste 5 hoofdstukken van Jozua

trekken zij de rivier de Jordaan over en gaan

Kanaän binnen. Als zij het land binnengaan gaan

(in 3:11) gaat de ark voor hen uit. Twee maal zijn

ze door een geopende rivier getrokken. Eerst door

de Rode Zee, Hij schept het volk Israël, het volk is

geboren. Nu brengt Hij hen naar de rivier de

Jordaan en Hij opent de rivier voor hen, en ze gaan

door het droge. En de ark van de Heere der ganse

aarde gaat voor hen uit.

Wat hier gebeurd is: Hij neemt het volk en zij

worden geboren tot Zijn plan, Hij begint Zijn

officiële weer in bezit name van de aarde, als Hij

Israël in het land brengt, dat Hij beloofd heeft, het

land van waaruit Zijn regering zich zal uitbreiden

over de aarde. Het land dat satan wederrechtelijk in

bezit heeft genomen en onder de regering en

autoriteit heeft gebracht van zeven volken die de

bolwerken en centra van het satanische politieke

kwaad. Zij bezitten het land en God brengt Zijn

volk daar om het te onteigenen.

Num.33:51,52,53 “Spreek tot de kinderen

Israels, en zeg tot hen: Wanneer gijlieden over

de Jordaan zult gegaan zijn in het land

Kanaan;” “Zo zult gij alle inwoners des lands

voor uw aangezicht uit de bezitting verdrijven,

en al hun beeltenissen verderven; ook zult gij al

hun gegotene beelden verderven, en al hun

hoogten verdelgen.” “En gij zult het land in

erfelijke bezitting nemen, en daarin wonen;

want Ik heb u dat land gegeven, om hetzelve

erfelijk te bezitten.”

Jullie moeten ze eruit zetten, verdrijven. En gij zult

het in bezit nemen en daarin wonen… een

geweldige vergelijking hier, als God ons opneemt

in de hemelse gewesten om de regering in de hemel

te herstellen, onteigent Hij de regering van de

engelen en zet ons daar. Hier doet Hij het met

Israël, en als zij binnengaan is dat de eerste

officiële actie van Zijn officiële begin van het

opnieuw in bezit nemen van het aardse programma

met Israël in Jozua 5:13-15. Let op de titel die Hij

geeft in vers 14: Ik ben de Vorst van het heir des

HEEREN, Ik ben nu gekomen. Het heir des

HEEREN=Israël.

Page 30: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 30

De essentie van wat de Heere hier tegen hem zegt

is: wacht even jongen, Ik ben de Leidsman van het

heir des HEEREN, Ik ben de Opperbevelhebber.

Het punt is niet of Ik aan jouw kant ben, maar ben

jij aan Mijn kant?! Hij gaat ze het land

binnenleiden. Hij gaat ze hun overwinning geven,

hun militaire overwinning, Hij zal zijn voor hen de

Jehovah Nissi, de Heere onze Overwinnaar

(Banier). In die context moet je Hebr.2 zien, exact

dezelfde soort context. Het gaat om het opnieuw in

bezit nemen van de aarde. Gods plan om in

Christus de aarde terug te krijgen, door de mens te

verlossen, en mens te zijn, zodat Hij het Zaad van

de vrouw kan zijn, van Abraham, Die de aarde

opnieuw in bezit neemt.

Hebr.2:10 de Leidsman, Degene die de Verlosser

is, en Degene Die de militaire overwinning

behaald, in verlossing voorziet, en voor Israël is dat

niet alleen verlossing van de zonde, maar ook

verlossing in het Koninkrijk. Hebr.2:11-14 al deze

dingen hebben te maken met de Messias en Zijn

identificatie met Zijn volk, en Zijn éénheid met

hen. Hebr.2:14 hier gaat het over de vleeswording,

Hij neemt menselijk vlees aan, zodat Hij de

mogelijkheid heeft om een Helper te zijn, Die hen

kan begrijpen. Zondag sprak ik over: Als Hij God

is en je niets van Zijn Godheid kunt wegnemen,

dan voegt Hij mensheid toe. Hij werd niet minder

God, Hij werd God-Mens. Hij voegde menszijn toe

aan Godheid. Waarom deed Hij dat? Opdat Hij

door den dood…

Daarom staat er in 2:9 dat Hij een weinig minder

geworden is dan de engelen, de mens is lager dan

de engelen, een lager schepsel, dus Christus nam

vlees en bloed aan, de menselijke natuur, zodat Hij

door de dood degene die het geweld des doods had,

tennietdoen zou, dat is de duivel. Satan gebruikte

dood als een werktuig om zijn religieuze systeem te

propaganderen en zijn macht over de mensen.

Hebr.2:15 Deze mensen waren steeds onderworpen,

zij wisten niet onder het wetprogramma of zij alles

gedaan hadden dat zij moesten doen, en zij wisten

dat zij niet konden sterven als niet alles goed was,

dus zij waren altijd bang om te sterven en dan niet

recht met God te staan, geen offer gebracht enz.

wat verschrikkelijk…

Ik was gisterenavond in Detroit voor een

t.v.programma met pastor Bruscha, zijn neef had

zelfmoord gepleegd, een jonge man. Bij de

begrafenis kwam zijn moeder naar Tom toe en zei:

Is hij in de hemel? Dat is een goede vraag. Ik ken

ook een man, een genadegelovige met problemen

die zichzelf door zijn hoofd schoot, en een

professor die van een brug sprong, ik kan het niet

begrijpen, doen gelovigen dat? Is hij in de hemel?

Wel, het lijkt of het bloed van Christus alle zonden

wegneemt behalve deze, zelfmoord is dom, maar

Christus heeft ervoor gezorgd dat al je zonden

vergeven zijn. Maar als u onder een systeem van

tekort leeft dan is zelfmoord een doodzonde, die

kunt u niet belijden en weer recht met God komen,

misschien kunt u die belijden terwijl u onderweg

bent naar de hemel, maar de trip daarheen is een

beetje te snel daarvoor.

Daar leefden deze mensen onder, de vreze des

doods hield hen in dienstbaarheid. Omdat zij

zichzelf onderwiepen aan de strikte wetswaar

neming. De voorvaderlijke overleveringen, zij

vreesden om dood te gaan omdat ze niet alles goed

hebben gedaan. Daarom maakten ze er al die regels

bij om alles maar goed te doen. En Christus kwam

om daar voor te zorgen.

1Petr.1:18,19 Hoe zijn zij verlost? Door het bloed

van Christus, maar let op waar zij van verlost zijn!

Niet door vergankelijke dingen, zilver en goud uit

uw ijdele wandel, die u overgeleverd is van de

vaderen. Het bloed van Christus verloste Israël van

dat religieuze systeem. Al die tradities die u van uw

vaders heeft gekregen. Soms vergeten mensen dat

verlossing niet alleen van de zonde is, maar ook

verlossing van religie, en traditie. We gaan nu terug

naar Hebreeën!

Hebr.2:16 “Want waarlijk, Hij neemt de engelen

niet aan, maar Hij neemt het zaad Abrahams

aan.”

Wat is de natuur van de engelen? Zij zijn geesten

Hebr.1:14. Hij nam de natuur van een mens aan,

het zaad van Abraham, de zaadlijn, daarom komt

de oorspronkelijke roeping van de mens, Adam

Hebr.2:6,7,8 te sprake. Het zaad van de vrouw

wordt het zaad van Abraham.

Hebr.2:17,18 “Waarom Hij in alles den

broederen moest gelijk worden, opdat Hij een

barmhartig en een getrouw Hogepriester zou

zijn, in de dingen, die bij God te doen waren, om

de zonden des volks te verzoenen.” “Waarom

Hij in alles den broederen moest gelijk worden,

opdat Hij een barmhartig en een getrouw

Hogepriester zou zijn, in de dingen, die bij God

te doen waren, om de zonden des volks te

verzoenen.”

Page 31: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 31

Als Hogepriester doet Hij twee dingen:

Eén:verzoening brengen voor de zonden van de

mensen. Twee: vers 18 degenen die verzocht

worden te hulp komen.

Jezus Christus werd een getrouw en barmhartig

Hogepriester. We worden nu geïntroduceerd in het

Hogepriesterschap van Christus. Daar gaat het boek

Hebreeën over, dat is het centrale punt in Hebreeën.

Maar Degene Die Israël’s Hogepriester is was de

Zoon van God, Die de Zoon des mensen werd,

opdat Hij de getrouwe en barmhartige Hogepriester

zou zijn, Die in staat is om verzoening met God

voor de zonden van de mensen te bewerken, maar

Die ook in staat is om mee te voelen met de

zwakheden en gevoelens om hen te kunnen helpen

in hun beproevingen.

Hebr.4:14,15,16 “Dewijl wij dan een groten

Hogepriester hebben, Die door de hemelen

doorgegaan is, namelijk Jezus, den Zoon van

God, zo laat ons deze belijdenis vasthouden.”

“Want wij hebben geen hogepriester, die niet

kan medelijden hebben met onze zwakheden,

maar Die in alle dingen, gelijk als wij, is

verzocht geweest, doch zonder zonde.”“Laat

ons dan met vrijmoedigheid toegaan tot den

troon der genade, opdat wij barmhartigheid

mogen verkrijgen, en genade vinden, om

geholpen te worden ter bekwamer tijd.”

Let op de dubbele negatieven: geen, niet. Waarom

gebruikt hij niet gewoon het positieve woord?

Waarom zegt hij het niet gewoon positief. De reden

daarvoor is omdat wij negatief denken, de mens

denkt altijd: Dit kan hij niet weten. Daarom zegt

hij: wij hebben geen Hogepriester Die niet kan

medelijden hebben…, maar Die in alle dingen

gelijk als wij is verzocht geweest enz.

Let op dat Jezus Christus in alle dingen is verzocht

geweest als wij. En dat is Israël, maar ook de mens.

Toch was Hij zonder zonde. Deze verzen gaan

samen met Hebr.2:18.

Het punt hier is: Als de Zoon des mensen volbrengt

Hij de verlossing aan het kruis, smaakt de dood,

bevrijd van de dood, door deze identificatie met

Zijn mensen, geheel, is Hij in staat om Zijn mensen

te helpen als zij beproefd en verleid worden zoals

Hij. Ga bijvoorbeeld terug naar het boek Psalmen,

als u de Psalmen bestudeert, lees het dan niet als

een stichtelijke liedbundel. Het boek Psalmen is

een wonderlijk leerstellig boek, dat de roep van het

hart van Israël uitdrukt als zij lijdt in de grote

verdrukking periode.

Vaak leest u een Psalm en denkt: Dat is Christus en

dan een paar verzen verder: O, maar dat is Israël in

de grote verdrukking! En dan leest u een ander vers

en u denkt: dat ben ik…dat heb ik gisteren

meegemaakt. Het beschrijft de roep van iemand

die verzocht wordt. En Christus is verzocht als wij

in ons menszijn. Leerstellig gaat het over Israël,

profetisch over de grote verdrukking, geestelijk

over de mens. Israël zal een aantal bijzondere

verzoekingen tegenkomen.

We gaan het hebben over het woord verzoeking

hier. U moet het woord verzoeking in uw

aantekeningen noteren, dat is een goede testvraag.

Jacobus 1:13 God kan niet verzocht worden van

het kwade…, en Hijzelf verzoekt niemand. Geen

verzoeking tot het kwade, wat is het dan wel? Kijk

in Gen.22:1 God verzoekt Abraham.

Gen.22:1 “En het geschiedde na deze dingen,

dat God Abraham verzocht; en Hij zeide tot

hem: Abraham! En hij zeide: Zie, hier ben ik!”.

Hebr.11:17 “Door het geloof heeft Abraham,

als hij verzocht werd, Izak geofferd, en hij, die

de beloften ontvangen had, heeft zijn

eniggeborene geofferd,”

Toen hij verzocht werd (KJV tried) getest(tested).

Het éne gedeelte zegt in het engels KJV verzocht

:tempted, en de andere verzocht:tried(getest). Wat

zegt dat? Dat de verzoeking hier niet een

verzoeking was tot het kwade en de zonde, maar

Hij testte hem, kijken waaruit hij is gemaakt,(zoals

staal) dus het woord verzoeken betekend niet altijd:

proberen iemand iets kwaads te laten doen. Maar

testen,uitproberen. Israël krijgt zo'n soort test in de

grote verdrukkings periode.

Als er staat dat Hij in alle dingen gelijk als wij is

verzocht geweest(4:15) dan wordt dat vers soms

verkeerd begrepen. Mensen zeggen dan: Hij was

geen vrouw, Hij wist niet wat het is om kinderen te

hebben, en Hij weet niet wat het is om met een

echtgenoot samen te leven enz.enz. Dus Hij kan

niet verzocht zijn geweest als wij, zoals ook in onze

moderne tijd van de 21e eeuw. Iemand vertelde mij

dat hij in een goede, veilige buurt woonde en dat hij

rond middernacht zijn hond uitliet iemand vanuit

een auto hem aansprak en vroeg waar hij cocaïne

kon kopen, waarom vroeg hij dat aan hem? Omdat

het te koop was in zijn buurt! Hoe kan de Heere

Page 32: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 32

weten waar wij nu mee verzocht worden in deze

tijd? Maar Hij wás verzocht als wij!! En ik zal u

laten zien hoe dat werkt.

We gaan drie gedeelten lezen die gaan over de

verzoeking van Israël in de grote verdrukking. U

past het direct op uzelf toe, vandaag, maar er is een

speciale verzoeking en een speciale bevrijding van

de verzoeking van het volk Israël in de verdrukking

die u moet begrijpen.

1Joh.2:15,16,17 “Hebt de wereld niet lief, noch

hetgeen in de wereld is; zo iemand de wereld

liefheeft, de liefde des Vaders is niet in hem.”

“Want al wat in de wereld is, namelijk de

begeerlijkheid des vleses, en de begeerlijkheid

der ogen, en de grootsheid des levens, is niet uit

den Vader, maar is uit de wereld.” “En de

wereld gaat voorbij, en haar begeerlijkheid;

maar die den wil van God doet, blijft in der

eeuwigheid.”

1Johannes is een boek over de grote verdrukkings

periode, een boek over de bewaring van het

overblijfsel. Drie dingen die de wereld geeft: de

begeerlijkheid des vleses en de begeerlijkheid der

ogen en de grootsheid des levens. Gen.3:6 Door

heel uw Bijbel heen vindt u deze dingen. Ziet u wat

er gebeurt, de duivel komt en zegt: de

begeerlijkheid des vleses: u bent hongerig, het is

goed. Begeerlijkheid der ogen: je ziet het, het is

mooi, prettig en fijn om te hebben en grootheid des

levens: ik heb het nodig, verdien het.

Lukas 4: Als Jezus verzocht wordt door de

tegenstander. Het is de verzoeking van uw vlees,

van uw ziel, en van uw geest. Het pakt elk deel aan

van u. De verzoeking van Christus vinden we in

Mattheus 4 en Lukas 4. Er is één verschil tussen

Mat.en Luk. Mat. geeft het bedelingsgezichtspunt

van de verzoekingen, vanuit het profetische

programma en de profetische volgorde en de

bedelingsvolgorde van de gebeurtenissen. Dus de

volgorde in Mattheus.

Dan de volgorde in Lukas. Lukas laat Christus zien

als de Zoon des mensen, dus de volgorde in Lukas

is in overeenstemming met Gen.3, dat weer

overeenstemt met 1Joh.2 omdat we spreken over

zonde en verzoeking in de mens. Je hebt vier

verzoekingen in Luk.4 en Mat.4 die Christus

ondergaat.

De eerste: Luk.4:3,4 (in vers 2 is Hij hongerig)

Maak voedsel! Voedt uw vlees.

De tweede: Luk.4:5,6 zie het, de begeerlijkheid der

ogen.

De derde: Luk4:9-12 laat zien wie U bent, en hoe

groot U bent, laat Uw moed zien. De grootsheid des

levens.

Hoe beantwoordt de Heere Jezus Christus deze

verzoeking? Er is gezegd! Weet u wat de duivel

zei? : Er is geschreven… Het Woord wint de strijd.

In Hebr.2 wordt Hij de Hogepriester genoemd, Hij

is verzocht bgeweest in alle dingen als zij. De

volgorde in Mattheüs is verschillend met Lukas.

Omdat de volgorde in Mat. de volgorde is van de

manier waarop het gaat komen.

-Eerst gaat Hij hen voeden.

-Dan komt Hij terug met de wederkomst.

-En dan komt Zijn regering.

Dat zullen zij tegenkomen, meemaken. En zij

zullen moeten uitgaan in de woestijn, honger

hebben, en het teken van het beest niet aannemen,

als zij het teken van het beest nemen kunnen zij

kopen en verkopen, Hij zal hen voeden met manna

in de woestijn, Hij zal hen voorzien, zij zullen

naakt, hongerig zijn, zij zullen roepen, en de

Psalmen lezen en zij zullen begrijpen wat het is om

hongerig te zijn: en Hij zal in staat zijn om tegen

hen te zeggen: Ik was hongerig… Ik weet wat het

is, Ik heb het ook meegemaakt .

De begeerlijkheid van het vlees komt om de hoek

kijken en de honger en Hij zal zeggen: Ik was daar,

zonder te zondigen, Ik kan jullie erdoorheen

helpen. De begeerlijkheid der ogen komt eraan en

Hij kan zeggen: Ik was daar, Ik kan jullie

erdoorheen helpen. De grootsheid des levens komt

langs en Hij kan zeggen: Ik was daar, Ik kan jullie

erdoorheen helpen. Er is niet één verzoeking die u

ooit gehad heeft of die zij hadden die niet past in

één van deze drie categorieën.

1 Kor.10:13 “Ulieden heeft geen verzoeking

bevangen dan menselijke; doch God is getrouw,

Die u niet zal laten verzocht worden boven

hetgeen gij vermoogt; maar Hij zal met de

verzoeking ook de uitkomst geven, opdat gij ze

kunt verdragen.”

Zo menselijk bent u, Gen.3:6, dat geeft u hoop, en

aan hen. Dus als hij spreekt over dat Hij hen te hulp

kan komen(2:18) troosten als zij verzocht worden.

Zij zullen verzoekingen en testen tegenkomen in de

Page 33: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 33

woestijn. Om wie Hij is, en omdat Hij kwam en het

zaad van Abraham werd is Hij in alle opzichten een

barmhartig en getrouw Hogepriester voor hen. En

zij kunnen gaan naar de troon van genade en

barmhartigheid verkrijgen en genade om geholpen

te worden ter bekwamer tijd (4:16). Zo is de

Leidsman hunner zaligheid volmaakt gemaakt,

door lijden.

Page 34: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 34

Hebreeën 3:1-6

Hebr. 3:1,2 “Hierom, heilige broeders, die der

hemelse roeping deelachtig zijt, aanmerkt den

Apostel en Hogepriester onzer belijdenis,

Christus Jezus; “Die getrouw is Dengene, Die

Hem gesteld heeft, gelijk ook Mozes in geheel

zijn huis was.”

We hebben nu hoofdstuk 1 en 2 bestudeerd, en ik

probeerde u in hoofdstuk 1 te laten zien dat de

Heere Jezus Christus daar getoond wordt als de

Zoon van God, en in hoofdstuk 2 als de Zoon des

mensen. En zij werken toe naar hoofdstuk 3, dat

Hij de Apostel is en de Hogepriester van hun

belijdenis. Hij is Degene Die in Zijn heerlijkheid de

Zoon van God is en ook de Zoon des mensen.

Als de Zoon van God, denk aan hoofdstuk 1 waar

het punt was: de erfenis die Christus (ver)kreeg, Hij

werd Zoon verklaard, Zijn Zoonschapstatus en Zijn

erfenis, we hebben in detail bestudeerd wat die

erfenis is, Zijn hoofdschap over de regeringen, de

onderwerping van de engelen, het Koninkrijk, de

nieuwe hemel en de nieuwe aarde, Zijn regering

daarin en al die dingen. Als de Zoon van God heeft

Hij deze wonderlijke positie

Dan als de Zoon des mensen in hoofdstuk 2. Hij

komt en dient het volk Israël in Zijn aardse

bediening en Hij komt om de Leidsman van hun

zaligheid te zijn. En Hij komt om te voorzien, het

middel waardoor Israël verlost zal worden, en om

het verloste volk zijn, en het doel te volbrengen dat

God met Israël had. Daarom gaat Hij terug naar

Adam en Gods plan met de mens. En de focus richt

zich op de heerschappij en het Koninkrijk, en de

heerschappij van Christus en het innemen van Zijn

positie en Zijn autoriteit op de aarde. Zijn autoriteit

als de Leidsman en de Heerser.

Hebr.3:1 HIEROM. Dat is terugkijken naar

Christus als de Zoon van God en begrijpen wat dat

betekend en kijken naar Christus als de Zoon des

mensen en begrijpen wat dat betekend. We hadden

het de laatste keer over Hebr.2:16,17,18 en ik

moest later nog aan iets denken waar we het niet

over gehad hebben. Vers 16: Het punt van de

bloedverwant verlosser:

Leviticus 25:25,26 “Wanneer uw broeder zal

verarmd zijn, en iets van zijn bezitting verkocht

zal hebben, zo zal zijn losser, die hem

nabestaande is, komen, en zal het verkochte

zijns broeders lossen.” “En wanneer iemand

geen losser zal hebben, maar zijn hand bekomen

en hij gevonden zal hebben, zoveel genoeg is tot

zijn lossing;”

Het punt van Zijn bloedverwantschap. Hij moest

bloedverwant zijn van de mensen die Hij ging

verlossen. Daarom werd Hij de Zoon des mensen,

één van de titels van de Messias, van de Heere

Jezus Christus.

Daniël 7:13 “Verder zag ik in de nachtgezichten,

en ziet, er kwam Een met de wolken des hemels,

als eens mensen zoon, en Hij kwam tot den Oude

van dagen, en zij deden Hem voor Denzelven

naderen.”

De titel waarmee Hij komt tot de Oude van dagen

en de autoriteit van het Koninkrijk ontvangt. De

reden waarom Hij het Koninkrijk kan ontvangen is

omdat Hij de Zoon des mensen is. Omdat het

Koninkrijk aan de mens gegeven wordt, maar Hij is

meer dan mens alleen, Hij is God. Daarom heeft

Hij de autoriteit en de mogelijkheid om te komen

en te verlossen. Maar om de verlosser van de mens

te zijn moet Hij mens worden.

De mens waar Hebr.2:16 over spreekt is geen

engel, er is geen verlosser voor de engelen. Engelen

kunnen niet verlost worden., zij kunnen niet zingen:

amazing grace, how sweet the sound… zij kunnen

het zien in de heiligen. Hij nam het zaad van

Abraham aan, mensheid, een specifiek geslacht van

mensen, Rom.9:5, Christus kwam door Abraham's

zaad.

Lev.25:25,26 Over de wet van de nabestaande

verlosser, in het boek Ruth is dit wat Boaz doet, hij

lost de verloren erfenis van Ruth en Naomi. Eerst

moet je bloedverwant, nabestaande zijn, je moet de

dichtstbijzijnde bloedverwant zijn. En dan moet je

het kunnen doen, in staat zijn het te doen. En je

moet het willen doen.

In Ruth 4 was er iemand die zei dat hij het niet kon

doen. Je moet een bloedverwant zijn en toen

Christus kwam werd Hij niet 'zomaar' een mens,

maar Hij werd het zaad van Abraham, want Hij

moest Abraham verlossen en specifiek zijn zaad op

aarde om Zijn doel te volbrengen op aarde, daarom

komt Hij als het zaad van Abraham, dat is de

zaadlijn. Hij komt en is onze bloedverwant, en Hij

is in staat om het te doen, en Hij wil het doen. Dus

al deze dingen zijn daarbij betrokken in Zijn komen

als het zaad van Abraham.

Page 35: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 35

We gaan naar Hebr.3:1, we krijgen hier een

overgang, naar het zien van Christus als de

Hogepriester. Het onderwerp van het boek

Hebreeën is het Hogepriesterschap van Christus. En

wat Hij tot stand brengt en heeft gebracht door Zijn

priesterschap voor het volk Israël in het vervullen

van de beloften en de dingen in de wet die wijzen

naar de Koninkrijksperiode. En ik zeg nogmaals

tegen u, en ik begrijp dat iedereen graag terug wil

gaan naar het Oude Testament b.v. naar de

tabernakel van Mozes, dat het beelden zijn van de

verlossing die wij hebben in Christus. Maar de

waarheid is dat Paulus leerstellig in Kol.2:16,17

zegt dat die dingen van toen nu in de bedeling van

de genade een schaduw zijn van de toekomende

dingen. Deze dingen van toen leren het volk Israël

over het Koninkrijk en het plan dat God heeft in

haar verlossing in de toekomende eeuw.

Herinner u zich het schema: Eertijds, Maar nu, en

De toekomende eeuwen. Dit heeft te doen met de

toekomende eeuwen. De leer, de types en de

symbolen enz. in de wet zien uit naar de

toekomende eeuwen. Als de wet vervult zal zijn is

niet vandaag. En de wet was niet vervult op

Golgotha, maar zal vervult zijn in het Koninkrijk.

Het boek Hebreeën legt leerstellig uit aan Israël hoe

het kruis van Jezus Christus, de volmaakte en totale

voorziening voor hen is om het Koninkrijk tot stand

te brengen.

Net als Hij nu een volmaakte en totale voorziening

is voor ons als het lichaam van Christus in deze

bedeling van genade. Dus zowel voor Zijn aardse

als Zijn hemelse mensen.

Daarom zegt Hij: Hierom heilige broeders… Als

hij hen heilige broeders noemt is dat precies waar

Ex.19 over spreekt, en u moet begrijpen dat het

volk Israël een apart gezette groep mensen is. God

neemt het volk Israël en zet hen apart van de

heidenen en Hij bouwt de middelmuur des

afscheidsels(Ef.2:13) tussen hen. Het woord heilig

betekend: apart gezet met een bedoeling. God zet

hen apart met een bedoeling, en maakt hen Zijn

mensen, een volk onder de volkeren.

Soms zeggen mensen tegen me: nu heb ik u broeder

Rick, als deze mensen hier deelachtig zijn aan de

hemelse roeping dan betekent dat dat ze leden van

het lichaam van Christus zijn! Want wij zijn de

hemelse roeping… Dat zou iets kunnen betekenen,

behalve het feit dat dit niet alles is wat er hier aan

de hand is. Laten we in hoofdstuk 11 kijken!

Hebr. 11:8-10 “Door het geloof is Abraham,

geroepen zijnde, gehoorzaam geweest, om uit te

gaan naar de plaats, die hij tot een erfdeel

ontvangen zou; en hij is uitgegaan, niet

wetende, waar hij komen zou.” “Door het geloof

is hij een inwoner geweest in het land der

belofte, als in een vreemd land, en heeft in

tabernakelen gewoond met Izak en Jakob, die

medeerfgenamen waren derzelfde belofte.

“Want hij verwachtte de stad, die fondamenten

heeft, welker Kunstenaar en Bouwmeester God

is.”

Hebr.11:13-16 “Deze allen zijn in het geloof

gestorven, de beloften niet verkregen hebbende,

maar hebben dezelve van verre gezien, en

geloofd, en omhelsd, en hebben beleden, dat zij

gasten en vreemdelingen op de aarde waren.”

“Want die zulke dingen zeggen, betonen

klaarlijk, dat zij een vaderland zoeken.” “En

indien zij aan dat vaderland gedacht hadden,

van hetwelk zij uitgegaan waren, zij zouden tijd

gehad hebben, om weder te keren;” “Maar nu

zijn zij begerig naar een beter, dat is, naar het

hemelse. Daarom schaamt Zich God hunner

niet, om hun God genaamd te worden; want Hij

had hun een stad bereid.”

Hebr.11 Abraham ging het beloofde land in en hij

wist dat hij de erfenis nog niet kreeg. In Genesis 15

ging hij in het land wonen en hij zou sterven, en

zijn zaad zou pas 400 jaar later uit Egypte bevrijd

worden en dan zouden zij pas het bezit van het land

krijgen. Dus Abraham begreep dat hij zou sterven

en opgewekt zou worden in dat land. En als

Abraham het land als gast doorging keek hij uit

naar een stad. Hij had geen stad in het land, hij

reisde zonder vaste verblijfplaats. Maar hij wist dat

op een dag God een stad zou bouwen in dat land,

en hij zou opgewekt worden en in die stad leven.

Hebr.11:13-16 (:16 het hemelse) Deze mensen

keken uit naar een land en een stad waarvan God de

Bouwmeester is. En zij keken uit naar die stad op

aarde, mensen. En die stad was hun hoop, en het

land waar zij naar uitkeken is een hemelse stad, die

God gaat bouwen. In feite als we naar Hebr.12:22

gaan lezen we over het hemelse Jeruzalem. Dat is

het nieuwe Jeruzalem. Het gaat niet meer om het

Oude testament, verbond dingen enz. Als de belofte

aan Abraham gedaan en tot stand gekomen is en

vervult is, gaat het om het nieuwe Jeruzalem, de

nieuwe stad, een nieuw land dat God tot stand

brengt.

Page 36: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 36

Herinnert u het vers uit Dan.2:44 dat de God des

hemels een Koninkrijk verwekt? Als de God des

hemels een koninkrijk verwekt hoe zou u het

Koninkrijk noemen?! Het koninkrijk van God?

omdat God het vestigt? Of het koninkrijk der

hemelen, omdat de God der hemelen het vestigt?

Johannes de Doper komt en hij preekt: het

Koninkrijk der hemelen is nabij gekomen. Spreekt

hij over een Koninkrijk in de hemel of een

Koninkrijk op de aarde? Een Koninkrijk op de

aarde! Hij spreekt zoals in Deut.11:21 staat

…gelijk de dagen des hemels op aarde. Daarom

staat er in het gebed: Uw wil geschiedde gelijk in

den hemel, alzo ook op de aarde. De dagen des

hemels op aarde! De God des hemels zet het

Koninkrijk op.

Deze mensen hebben een hoop. Een hemelse hoop,

die de God des hemels gaat opzetten. Jezus

Christus komt en predikt tot het volk Israël, Hij

predikt het koninkrijk dat opgericht zal worden.

Eerst komt de grote verdrukking, Hij is gekruisigd

en vaart op naar de hemel, Hij zit daar, dan komt

Hij terug en zet het Koninkrijk op.

Luk.19:11 “Hij zeide dan: Een zeker welgeboren

man reisde in een ver gelegen land, om voor

zichzelven een koninkrijk te ontvangen, en dan

weder te keren.”

Jezus Christus vertelt een gelijkenis in Luk.19:11

e.v. U bent gewend om deze verzen te lezen zoals

gewend bent, maar ik kom uit een midden

handelingen bedelingspositie, en als we bij Hebr.3

gekomen zijn probeer ik deze stof tot u door te

laten dringen. Hoe meer u het laat staan waar het

hoort en zoals het is hoe meer dit programma zich

voor u opent. En het is geweldig om te zien dat

God een complete en volmaakte voorziening in

Israëls programma door de Persoon en het werk

van Jezus Christus.

En u hoeft zich niet buitengesloten te voelen, of

jaloers want Hij heeft voor ook voor u een

volmaakte voorziening volbracht. Als wij spreken

over onze volmaaktheid in Christus wat zal Israël

dan weer denken van ons? Zijn zij boos, jaloers op

ons? Hebben wij iets van hen gestolen? Nee,

waarom want zij hebben ook een compleet

programma in Christus. Het zijn verschillende

programma's maar het is alles in Christus.

1Petr.1:3-5,10 “Geloofd zij de God en Vader

van onzen Heere Jezus Christus, Die naar Zijn

grote barmhartigheid ons heeft wedergeboren,

tot een levende hoop, door de opstanding van

Jezus Christus uit de doden.” “Tot een

onverderfelijke, en onbevlekkelijke, en

onverwelkelijke erfenis, die in de hemelen

bewaard is voor u.” “Die in de kracht Gods

bewaard wordt door het geloof tot de zaligheid,

die bereid is, om geopenbaard te worden in den

laatsten tijd.” “Van welke zaligheid

ondervraagd en onderzocht hebben de profeten,

die geprofeteerd hebben van de genade, aan u

geschied;”

Waartoe heeft Hij hen wedergeboren? Tot een

erfenis: onverderfelijk, onbevlekkelijk en

onverwelkelijk, bewaard waar? In de hemelen!

Vers 10 een geprofeteerde redding,

Koninkrijksredding. Vers 13 de openbaring van

Jezus Christus, Hij wordt geopenbaard in de glorie

die Zijn lijden zou opvolgen, de redding, die in de

hemelen voor hen bewaard is hen toegebracht

wordt. Die redding word geopenbaard in de laatste

tijd. Zij zijn op de aarde en hun redding is

daarboven in de hemel, in de verdrukkingsperiode

is het daar, wachtend om naar hen toegebracht te

worden.

Luk.12:31-34 “Maar zoekt het Koninkrijk

Gods, en al deze dingen zullen u toegeworpen

worden.” “Vreest niet, gij klein kuddeken, want

het is uws Vaders welbehagen, ulieden het

Koninkrijk te geven.” “Verkoopt hetgeen gij

hebt, en geeft aalmoes. Maakt uzelven buidels,

die niet verouden, een schat, die niet afneemt, in

de hemelen, daar de dief niet bijkomt, noch de

mot verderft.” “Want waar uw schat is, aldaar

zal ook uw hart zijn.”

Deze versen spreken over mensen op de aarde.

Ulieden het koninkrijk te geven…, jullie gaan door

die verdrukking en dan het Koninkrijk in. Dus wij

spreken over mensen in de verdrukking die

uitkijken naar vers 33 een schat…in de hemelen!

Vers 34 waar is hun schat? Waar is de rijkdom van

deze mensen? Waar is hetgeen waar ze naar

uitkijken? Waar is de rijkdom van het programma

dat God voor hen heeft in die tijd? Het is

daarboven! Het Koninkrijk is daar boven, het

nieuwe Jeruzalem, de erfenis is daarboven en zal

geopenbaard worden.

Page 37: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 37

Openb.22:12 “En zie, Ik kom haastiglijk en

Mijn loon is met Mij, om een iegelijk te

vergelden, gelijk zijn werk zal zijn.”

En Mijn loon met Mij… en Ik geef het aan de

mensen daar.

Hebr.11:12 “Daarom zijn ook van een, en dat

een verstorvene, zovelen in menigte geboren, als

de sterren des hemels, en als het zand, dat aan

den oever der zee is, hetwelk ontallijk is.”

Als u teruggaat en Genesis 12,13,15,22 leest, zegt

God Abraham om naar de sterren te kijken, hij kan

ze niet tellen, zo zal uw zaad zijn. In Gen.13 zegt

Hij: Kijk naar het stof van de aarde, zo zal uw zaad

zijn. Gen.22 Kijk naar het zand van de zee, je kunt

het niet tellen, zo zal uw zaad zijn. Zijn zaad zal

zijn als sterren, zand en als stof. Hij heeft het over

de ontelbaarheid, de menigte van zijn geslachtslijn.

Het is opmerkelijk dat Hij ze in 3 categorieën

vermeld die overeenstemmen met de 3 categorieën

mensen die uw Bijbel vermeld worden en die

gezegend worden met de gelovige Abraham:

Het stof van de aarde: wie is van het stof der aarde

gemaakt? De mensheid, dat is een verwijzing naar

de heidenen. In dat Koninkrijk, als een heiden de

zegening wil hebben, wat moet hij dan doen? Hij

moet zich onderwerpen aan Israël. In het

Koninkrijk zullen ze over de volkeren regeren, en

de volken die het Koninkrijk bevolken zullen Israël

eerbetoon geven, de God van Abraham Izaak en

Jacob. En de voorzieningen in het O.T Ex.12,

Jes.54 voor de heidenen zoals vermeld.

We hebben ook het zand der zee, dat is Israël. En

als de sterren, Mat.11:11. Er zijn mensen in uw

Bijbel, die waren van het zand der zee, zij zijn

Israël en dan komen er mensen, ten tijde van de wet

en de profeten tot Johannes, en daarna is het

Koninkrijk gepredikt en dee mensen hebben te

maken met de komst van de Heilige Geest, het

verschil van leven onder het Oude Testament

economie en leven onder het Nieuwe Testament

economie van de Geest. In het Oude Testament

hadden ze dat niet. In het Nieuwe hebben zij de

Geest.Weet u waar de Heilige Geest vandaan

kwam? Van boven. Er zijn dus mensen die van drie

verschillende wegen ingebracht worden; de

oudtestmentische heiligen, de

nieuweverbondsheiilgen en de heidenen.

Hebr.3:1,2 “Hierom, heilige broeders, die der

hemelse roeping deelachtig zijt, aanmerkt den

Apostel en Hogepriester onzer belijdenis,

Christus Jezus;” “Die getrouw is Dengene, Die

Hem gesteld heeft, gelijk ook Mozes in geheel

zijn huis was.”

We spreken hier over de Nieuwe Verbondszaken.

Hebr.6:4,5 de hemelse gave… waar hebben we het

daar over? We hebben het over Nieuwe Verbonds

zaken en het Nieuwe Verbondsprogramma dat

begon met Pinksteren. Hebr.8:5 een voorbeeld en

schaduw der hemelse dingen…., de tabernakel van

Mozes en de Oude Verbondseconomie onder

Mozes is een schaduw van de dingen, de realiteit

van de dingen die in de hemel zijn. Hebr.9:23

dingen die in de hemelen zijn… Dus u ziet dat de

hemelse roeping waar het boek Hebreeën het over

heeft het Nieuwe Verbond is.

En het is het hemelse tegenover het aardse, het

oude verbond tegenover het nieuwe verbond. Het is

wat Christus heeft volbracht tegenover wat Mozes

heeft volbracht. Het is waar Christus als Hoofd

over is aangewezen en waar Mozes hoofd over was.

Als we teruggaan naar Hebreeën is dat exact het de

tegenstelling dat hij gaat maken. In het boek

Hebreeën is er altijd het contrast, de tegenstelling

tussen het Oude verbond en het Nieuwe Verbond.

Het betere offer, priesterschap, beter dan het Oude

verbond. Christus is beter dan Mozes.

Hebr.3:1,2 God stelde Mozes aan, de wetgever in

Israël, het hoofd over Israël, het volk Israel. Mozes

over het Oude verbond. Christus is aangesteld als

hoofd over het Nieuwe verbond, het nieuwe huis en

daar gaat het hier over. Daarom spreekt hij over de

hemelse roeping, als u kunt begrijpen dat de

tabernakel in de woestijn het aardse voorbeeld is

van de dingen die in de hemel zijn, van de echte

dingen in de hemel, dan kunt u begrijpen dat Mozes

een aards voorbeeld diende, een schaduw van de

realiteit in de hemel. Dan kunt u begrijpen wat die

hemelse roeping is in 3:1, dat is niet het Oude

verbond, maar het Nieuwe, het hemelse Jeruzalem

enz.

Hij is de Apostel: dat is Rom.15:8, en Hij is de

Hogepriester, daar gaat het om in Hebreeën en het

Hogepriesterschap van Christus en Zijn uitvoering

van die dienst. In hoofdstuk 8:1 zagen we dat de

hoofdsom is: dat wij hebben en Hogepriester…

Wat hij nu gaat doen is: laten zien dat Christus dat

is, en spreken over de noodzaak om daaraan

getrouw te zijn, in hoofdstuk 5 gaan we het

hogepriesterschap zelf bestuderen.

Page 38: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 38

Hebr.3:3 Want Deze is zoveel meerder

heerlijkheid waardig geacht dan Mozes, als

degene, die het huis gebouwd heeft, meerder eer

heeft, dan het huis.”

Dat is duidelijk: Degene Die het huis bouwt heeft

meer eer dan het huis.

Hebr.3:4-6 “Want een ieder huis wordt van

iemand gebouwd; maar Die dit alles gebouwd

heeft, is God.” “En Mozes is wel getrouw

geweest in geheel zijn huis, als een dienaar, tot

getuiging der dingen, die daarna gesproken

zouden worden;” “Maar Christus, als de Zoon

over Zijn eigen huis; Wiens huis wij zijn, indien

wij maar de vrijmoedigheid en den roem der

hoop tot het einde toe vast behouden.”

Vers 6: Maar Christus als de Zoon, we weten nu

wat voor Zoon Hij was, dat hebben we bestudeert

in hoofdstuk 1, de Zoon van God, en de aanneming.

Wiens huis wij zijn, (en let op): indien wij den

roem tot het einde toe vasthouden..., zie 3:14. Als u

de uitdrukking: het einde leest waar herinnert u dat

aan? Herinnert u zich het vers uit Mat.24:13?

Ga een keer terug naar het boek Daniel, neem uw

concordantie en zoek de uitdrukking: het einde op,

en ga naar het boek Daniel, en kijk waarheen het

verwijst. Steeds, steeds en steeds als een oud of

nieuwtestamentische Jood zijn Bijbel leest en dat

leest( houdt vast tot het einde) dan zal hij geen

probleem hebben om te begrijpen wat dat einde

is/was: het eind van de grote verdrukking. Ik zeg

dat tegen u omdat ik u er op wil wijzen als u door

deze verzen heen leest, duikt iedere keer op, dat de

komst de tweede komst is, het is de

verdrukkingsperiode.

Hebr.3:6 en :14 zijn verzen die mensen gebruiken

in de Bijbel om te bewijzen dat u uw verlossing

kunt verliezen, dit zijn twee favoriete gedeelten.

Een ander vers staat in Hebr. is 6:4-6. Dat is een

moeilijk vers, dat garandeer ik u. U moet nooit

proberen een leer te baseren op een moeilijk vers

dat onduidelijk is en dat u niet begrijpt. U baseert

een leer op gedeelten die u begrijpt en als u het niet

begrijpt moet u zoeken naar het licht. Maar mensen

gebruiken dat gedeelte en zeggen: Ziet u, je kunt

afvallen.

Maar het probleem is dat vers te veel bewijst,

omdat vers 4 over de mens die afvalt in vers 6 zegt

dat het onmogelijk is voor hem om vergeving te

ontvangen. Als die mens zijn verlossing verliest is

het onmogelijk voor hem om weer gered te worden.

De man die u vertelt dat u uw verlossing kunt

verliezen vertelt u dat u kunt doen wat u wilt om

weer gered te worden, maar dit gedeelte helpt u

daar niet mee.

Maar u moet door dit gedeelte heen gaan, en dit

gedeelte laten staan in de verdrukkingsperiode,

voor Israël en de grote verdrukking. Als we in

hoofdstuk 6 komen zullen we het begrijpen want

hoofdstuk 3 en 4 zorgen ervoor dat u het zult

begrijpen.

In Hebr.10:26,28,29 is nog zo'n gedeelte. Vers 28:

Mozes: oude verbond, :29 nieuwe verbond. Het

vers is duidelijk: iemand die de

nieuweverbondsboodschap geweld aandoet,

veracht, terugkeert wacht een verschrikkelijk

oordeel. :35-39 als u dit toepast op iemand in de

bedeling der genade krijgt een puinhoop, dat

garandeer ik u. Ik heb dit in het Grieks,Frans en

Engels en Latijn gelezen, en het zegt allemaal

hetzelfde. De motivatie achter het doen van

sommige dingen hier is dat mensen die teksten

willen veranderen door andere vertalingen

b.v.Markus 16:16 of Hand.2:38 of Hebr.10.

Mensen willen hun koffers met Grieks over u

uitstorten maar er zijn grenzen, u zegt, hier sta ik,

hier sta ik voor en de rest laat ik zo. Deze gedeelten

zijn niet zo moeilijk als u ze begrijpt in de context

van de grote verdrukking. Ik breng ze al ter sprake

in hoofdst.3 en 4 want die leggen de grondslag voor

u om de voorwaardelijke gedeelten te begrijpen.

Hebreeën 3:6-14

De laatste keer hebben we de eerste verzen van

hoofdstuk 3 bestudeert en ik wil nu met vers 6

beginnen. Er is hier een belangrijk punt in vers 6 en

14, iets wat door het hele boek Hebreeën heen trekt.

We komen het verschillende keren tegen en we

moeten het behandelen. De meeste mensen willen

niet eens erkennen dat er hier een probleem is,

omdat ze de Schrift zo wie zo niet recht snijden, en

zelfs onder de broeders die de bedelingen kennen,

en zelfs in ‘middenhandelingen’ worden dit soort

gedeelten over het hoofd gezien, of veranderd in

iets anders, door de theologische overtuiging

waarmee mensen naar deze gedeelten kijken. Het is

nooit goed om door te lezen van de éne in de

andere bedeling.

Wat waar is in onze bedeling is niet altijd waar in

een andere bedeling. Zoals wat waar is in hun

Page 39: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 39

bedeling niet altijd waar is in onze bedeling. B.v.

waterdoop hoort niet in onze bedeling. Als de

Schrift iets anders leert in een andere bedeling,

redding of zekerheid, dan moet u ze laten staan

waar ze staan en ze laten zeggen wat ze zeggen.

Het probleem in Hebr.3:6,14 is dat het twee

klassieke gedeelten zijn die door mensen gebruikt

worden om te bewijzen dat u uw redding kunt

verliezen. En er zijn een aantal van dezelfde soort

verzen in het boek Hebreeën en in de

‘besnijdenisbrieven’ in het algemeen.

Alles wat ik zeg is wat het vers zegt, en dat het vers

past waar het staat en begrijp ze in het licht van

waar ze staan. De reden waarom er mensen zijn die

leren dat u uw redding kunt verliezen komt niet

omdat ze de Bijbel niet lezen, de reden is dat

mensen hun Bijbel lézen.

Pas zei ik dat ik me zorgen maak over mensen die

leren om te bidden vanuit de evangeliën, uit

Mattheüs 6, maar ik maak me ook zorgen om

mensen die willen leven uit Markus 16:16. Want

vroeger of later, als u uit de Bergrede leert moet u

alles leren, u moet alles doen.

Als u de opdracht uit Markus 16 wilt volgen, moet

u alles opvolgen, u moet doop leren, tekenen,

spreken in tongen, u moet dodelijke dingen

drinken, slangen opnemen enz. De meeste mensen

nemen iets van deze dingen en doen wat zij kunnen

doen, dat werkt niet! U kunt geen waarheid die van

ons vereist wordt in andere eeuwen toepassen en

andersom ook niet.

U en ik die geloven in eeuwige zekerheid, waar de

bedeling van genade en de brieven van Paulus erg

duidelijk over zijn - dat u zeker bent in het lichaam

van Christus eens gered, altijd gered en al die

dingen - eeuwige zekerheid is een noodzakelijkheid

als u nu eeuwig leven bezit. Maar als u terug gaat

naar eertijds en de toekomende eeuwen en Israëls

programma is dat soort zekerheid die u en ik

genieten niet iets dat beloofd is aan die mensen.

Dus u en ik zijn gered door genade, door het geloof

plus niets. En in 2 Tim.2:13 staat: indien wij

ontrouw zijn, Hij blijft getrouw, Hij kan Zichzelf

niet verloochenen. Dat is moeilijk te begrijpen voor

sommige mensen. Mensen die echt geloven dat ze

werkelijk iets kunnen doen om gered te worden

hebben het er moeilijk mee dat zij iets kunnen doen

waardoor zij kunnen verliezen wat zij hebben. Het

is een vrije gift, en dat om uw bankroetconditie…

Als wij komen bij deze verzen (Hebr.3:6,14), zijn

ze duidelijk als u ze laat zeggen wat ze zeggen, en

niet dat ze niet zeggen wat ze zeggen! Lees er geen

dingen in die er niet staan. Ten eerste merkt u hoe

verschillend het klinkt met wat Paulus tegen u

gezegd zou hebben. Vers 14: Paulus zegt in 1

Kor.12:13 dat wij gedoopt tot één lichaam, in

Paulus’ brieven ben je deelachtig aan Christus als

je Hem als je Redder hebt aangenomen maakt de

Heilige Geest je deelachtig aan en doopt u in

Christus en er is geen als of anders…of zoiets. Het

is een ander soort situatie.

Hoofdstuk 6 het vers waarvan men zegt dat je je

verlossing kunt verliezen, en het argument gaat

altijd terug naar of je een Calvinist of een

Arminiaan bent, maar ik zeg u mensen dat het de

correcte positie is om nog een Calvinist te zijn, nog

een Arminiaan. Het is niet: of het één of het ander,

maar nog het één, nog het ander. U neemt een

Bijbelse positie in. Iemand zei mij dat hij een

Bijbelgelovige is, dat is de beste term. Als u Gode

beproefd wilt zijn moet u de positie van het Boek

aannemen.

Als u het Woord niet recht snijdt en u leest deze

twee verzen: 1Kor.12:13 en Hebr.3:14 dan kunt u

dus in Hem gedoopt zijn en toch geen deel aan

Hem hebben… Hebr.6:4-6 dat is een duidelijk

gedeelte. Iemand zei: vers 4,5 betekend niet dat die

mensen echt gered waren, maar dan heeft u een

probleem… degenen die eens verlicht geweest zijn

en de Heilige Geest deelachtig zijn, het gaat hier

dieper en dieper, maar dit gedeelte is eenvoudig te

begrijpen als u het laat staan als een

groteverdrukking gedeelte of een eerste hoofdstuk

van Handelingen gedeelte. Het bedreigt uw

zekerheid niet en zelfs niet van de mensen daar,

maar u moet het laten waar het is.

Nog meer verzen: Hebr.10:26-31,35-39. Er zijn

daar mensen die in de toekomst kijken, naar het

punt dat de redding zal gerealiseerd zal worden en

als men zich onttrekt voor men daar is dan ontvang

je die redding niet die er aankomt. En wat die

mensen moeten doen is hun vertrouwen tot het

einde vasthouden(het einde van de verdrukking en

de wederkomst van Christus). En waar het hier om

gaat in deze gedeelten, ook in 2 Petrus1 en 2 enz.:

De redding voor het volk Israël is verschillend van

onze redding. U en ik hebben een tegenwoordig

bezit van een complete, geestelijke redding en wij

kijken naar de toekomst voor onze lichamelijke

redding met de opname.

Page 40: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 40

Israël is precies het tegenovergestelde, zo is het

altijd. Ten eerste heeft Israël een lichamelijke

bevrijding en redding naar(beweging) een

geestelijke redding. Zij worden bevrijd door de

grote verdrukking naar het Koninkrijk. Dus zij

kijken uit naar een lichamelijke bevrijding en de

lichamelijke redding brengt hun naar een geestelijk

herstel, en het Nieuwe verbond geeft hen dat op de

grote verzoendag.

U herinnert zich Noach, Noach brengt zijn familie

in de ark, veiligheid, de zondvloed, een type van de

grote verdrukking, komt over de wereld, Noach

wordt gered, hij is bewaard en gered door de

zondvloed. Hij komt uit de ark en dan brengt hij

brandoffers voor de Heere. Daar is de lichamelijke

redding en dan de geestelijke. Zo werkt Israëls

programma.

En als we teruggaan naar hoofdstuk 3, gebeurt dat

hier, hij spreekt tot het volk Israël, de verwijzingen

in al deze gedeelten zijn naar Israël. Hij gebruikt

een illustratie in vers 3: Israël was gered uit Egypte,

zij gaan door de Rode Zee en Mozes zegt: Sta en

zie de redding des Heeren (Ex.14,15), ze kijken en

zíen de redding en ze zingen dat lied van redding

en alle volken horen en zien Gods redding.

Wat voor soort redding? Fysiek, lichamelijk redt

Hij Israël van de slavernij uit Egypte. Maar dat

volk dat gered is uit Egypte is een gemengde groep

mensen. Het probleem in het boek Numeri, u ziet

de verwijzing in Hebr. naar die tijd, dat het niet

allemaal gelovigen zijn. Ze komen bij Kades

Barnea in de woestijn, en in die woestijnervaring

identificeert God de Almachtige die gemengde

groep, en Hij schudt ze eruit, uit het volk. Als ze

door de woestijn gaan raakt Hij die gemengde

groep kwijt en als u in Jozua komt gaat het

gelovige overblijfsel in.

De woestijnperiode is een type van de grote

verdrukking (Hosea 2), en het volk Israël gaat die

verdrukking in en verzamelen zich als een

gemengde groep van volk, zoals met Pinksteren, je

maakt brood met gist erin(zuurdesem), en er moet

een uitzuivering gedaan worden, de bedoeling in de

grote verdrukking is de rebellie uitzuiveren uit het

midden van het volk Israël, zoals in Ezechiel 20,22.

Dus de gemengde groep wordt geïdentificeerd en

uitgezuiverd, geschud, bevrijd, en wat zegt hij tot

het volk in Hebr.3:6: tot het einde toe… van wat?

Niet het eind van hun leven, maar tot het eind van

de verdrukkingsperiode. Niet tot het einde van je

leven maar van het systeem, het wereldsysteem,

zoals het dan loopt en dat eind komt aan het eind

van de grote verdrukking met de wederkomst van

Christus.

Mat.24:3 “En als Hij op den Olijfberg gezeten

was, gingen de discipelen tot Hem alleen,

zeggende: Zeg ons, wanneer zullen deze dingen

zijn, en welk zal het teken zijn van Uw

toekomst, en van de voleinding der wereld?”

En van de voleinding der wereld… welk eind? Van

hun leven? Het einde van de wereld, het

wereldsysteem.

Op.11:15 “En de zevende engel heeft gebazuind,

en er geschiedden grote stemmen in den hemel,

zeggende: De koninkrijken der wereld zijn

geworden onzes Heeren en van Zijn Christus,

en Hij zal als Koning heersen in alle

eeuwigheid.”

Wanneer gaat dat gebeuren? Dat is het einde van de

wereld overgedragen aan Christus. Het einde van

de verdrukking. Dat is de context van

Mat.24:14…en dan zal het einde komen. Wanneer

komen deze dingen? In de 7e week van Daniel in

het midden daarvan. De context in Mat. 24 is de

grote verdrukkingsperiode.

De context in Hebr. 3 en Hebr.6 is een grote

verdrukkings gedeelte, zo ook in Hebr.10, daarom

klinken ze hetzelfde. En het einde is het einde van

de grote verdrukking, laten we naar het boek Daniël

gaan. Het is het einde van het wereldsysteem.

Dan.7:24,25 “Belangende nu de tien hoornen:

uit dat koninkrijk zullen tien koningen opstaan,

en een ander zal na hen opstaan; en dat zal

verscheiden zijn van de vorigen, en het zal drie

koningen vernederen.” “En het zal woorden

spreken tegen den Allerhoogsten, en het zal de

heiligen der hoge plaatsen verstoren, en het zal

menen de tijden en de wet te veranderen, en zij

zullen in deszelfs hand overgegeven worden tot

een tijd, en tijden, en een gedeelte eens tijds.”

De opkomst van de antichrist, en dan in vers 26 het

oordeel …tot het einde toe! :27 en dan komt het

Koninkrijk. De antichrist zal dus regeren tot het

einde en dan zal het Kon.Gods gevestigd worden.

Dan.8:17,19 “En hij kwam nevens waar ik

stond; en als hij kwam, verschrikte ik, en viel

op mijn aangezicht. Toen zeide hij tot mij:

Versta, gij mensenkind! want dit gezicht zal zijn

Page 41: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 41

tot den tijd van het einde.” “En hij zeide: Zie, ik

zal u te kennen geven, wat er geschieden zal ten

einde dezer gramschap; want ter bestemder tijd

zal het einde zijn.”

Als hij het in Mat.24 over het einde heeft en over

wat Daniël zei, kennen de mensen waar tegen hij

sprak het boek Daniël, zo maakt hij de verbinding.

8:17 ..tot de tijd van het einde. 8:19 aan het einde

van deze gramschap…zal het einde zijn… Als u de

context van dit gedeelte kent weet u waar hij het

over heeft, het einde van de regering van de

antichrist, het eind van de grote verdrukking en dan

de wederkomst van de Heere Jezus Christus.

Dan.9:26,27 “En na die twee en zestig weken zal

de Messias uitgeroeid worden, maar het zal niet

voor Hem zelven zijn; en een volk des vorsten,

hetwelk komen zal, zal de stad en het heiligdom

verderven, en zijn einde zal zijn met een

overstromenden vloed, en tot het einde toe zal er

krijg zijn, en vastelijk besloten verwoestingen.”

“En hij zal velen het verbond versterken een

week; en in de helft der week zal hij het

slachtoffer en het spijsoffer doen ophouden, en

over den gruwelijken vleugel zal een verwoester

zijn, ook tot de voleinding toe, die vastelijk

besloten zijnde, zal uitgestort worden over den

verwoeste.”

Hier spreekt hij over in Mat.24, en u ziet dat hier in

vers 26 gesproken wordt over het einde, het einde

geassocieerd met de regering van de antichrist en

daarna de vestiging van het koninkrijk.

Dan.11:31,35 “En er zullen armen uit hem

ontstaan, en zij zullen het heiligdom ontheiligen,

en de sterkte, en zij zullen het gedurige offer

wegnemen, en een verwoestenden gruwel

stellen.” “En van de leraars zullen er sommigen

vallen, om hen te louteren en te reinigen, en wit

te maken, tot den tijd van het einde toe; want

het zal nog zijn voor een bestemden tijd.”

De context is weer de laatste dagen van de grote

verdrukking…tot de tijd van het einde toe…. U

ziet dat zij moeten volharden tot het einde. Het gaat

niet over het einde van iemands leven of van de

bedeling van genade. Hij die volharden zal tot het

einde zal gered worden, het gaat helemaal niet over

u en mij hier.

Dan.12:4,9,13 “En gij, Daniel! sluit deze

woorden toe, en verzegel dit boek, tot den tijd

van het einde; velen zullen het naspeuren, en de

wetenschap zal vermenigvuldigd worden.” “En

Hij zeide: Ga henen, Daniel! want deze woorden

zijn toegesloten en verzegeld tot den tijd van het

einde.” “Maar gij, ga henen tot het einde, want

gij zult rusten, en zult opstaan in uw lot, in het

einde der dagen.”

Tot de tijd van het einde… tot in het einde der

dagen. U heeft bijna de hele Bijbel al gehad voor u

bij Hebr.3 bent. Als het gaat over het einde dan

betekent dat wat, het einde van iets specifieks in het

profetische programma, steeds als u over het einde

leest in profetie gaat het over: die dag, die dag, die

dag, en dat is altijd de dag des HEEREN. En het

einde is steeds weer het einde van de wereld dat

eindigt met het einde van de grote verdrukking en

de wederkomst van Christus gevolgd door het

Koninkrijk en het einde van het wereldsysteem van

nu. Dus het einde in dit gedeelte is het einde van de

grote verdrukking.

Als u een pakje krijgt. b.v.met kerst, en iemand

anders krijgt een pakje, dus u krijgt beiden een

pakje en beiden een kado, zit er dan in allebei

hetzelfde? Hoe weet u wat erin zit? Open maken,

juist! Nu, vergeving van zonde, rechtvaardigheid,

en eeuwig leven is één ding, maar er zit meer in het

pakje dan dat, en het reddingspakje en de manier

waarop het bezorgd wordt voor u en mij, wij

krijgen het vooruit, van te voren, maar zij krijgen

het aan het einde bij de wederkomst, dus er is hier

een verschillende soort uitdeling.

In hoofdstuk 2:3 waar het gaat over zo grote

zaligheid, zeggen mensen: dat zijn wij… Mozes

zei: sta, en zie de redding des Heren, lichamlijke

bevrijding van de Egyptenaren, was dat geen

redding? Zeker, konden zij gered uit Egypte, door

de zee, in de woestijn sterven en verloren gaan?

Zeker, veel mensen stierven in de woestijn. In

welke zin was je dan gered, in lichamelijke zin. Zij

hadden het geestelijke niet, dus zij stierven in de

woestijn.

Daar moet u dus voorzichtig mee zijn als u het

boek Hebr. bestudeert, als u leest over redding, dat

het over ons zou gaan. Heiliging door het bloed, dat

gaat over ons… En wat er dan gebeurt is dat als u

dan bij gedeelten komt zoals deze en u heeft er

geen licht op komt er veel verwarring!

Hebr.3:7-4:3 gelijk de Heilige Geest zegt. Met

andere woorden terug naar :6 en daaróm… Heden:

Ps.95.

Page 42: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 42

Hosea 2:14,15 Daarom, ziet, Ik zal haar lokken,

en zal haar voeren in de woestijn; en Ik zal naar

haar hart spreken.” En Ik zal haar geven haar

wijngaarden van daar af, en het dal Achor, tot

een deur der hoop; en aldaar zal zij zingen, als

in de dagen harer jeugd, en als ten dage, toen zij

optoog uit Egypteland.”

De omzwervingen in de woestijn in Numeri zijn

een type, voorbeeld, repetitie voor de grote

verdrukking hier. Hosea 2 spreekt over de grote

verdrukking en zegt dat het net zo zal zijn als die

woestijnomzwervingen toen Ik jullie uit Egypte

daar bracht. Dat doet de schrijver hier: jullie

moeten volharden in de verdrukking, weten jullie

niet meer wat daar gebeurde?

Hebr.3:12 “Ziet toe, broeders, dat niet te eniger

tijd in iemand van u zij een boos, ongelovig

hart, om af te wijken van den levenden God;”

Ziet toe… dat er een boos,ongelovig hart om af te

wijken van de levende God. U ziet het ongeloof

zich manifesteren.

Hebr.3:14 “Want wij zijn Christus deelachtig

geworden, zo wij anders het beginsel van dezen

vasten grond tot het einde toe vast behouden;”

Zo wij tenminste…, tot het einde vasthouden..

Hebr.4:1 “Laat ons dan vrezen, dat niet te

eniger tijd, de belofte van in Zijn rust in te gaan

nagelaten zijnde, iemand van u schijne

achtergebleven te zijn.”

Zijn rust: het koninkrijk voor deze mensen. Wat ik

wil is dat u begrijpt dat hij het idee introduceert dat

geloof hun er doorheen brengt. Zo spreekt ook

Jacobus over geloof dat zich op die manier

manifesteert. En de waarschuwing helpt u om te

begrijpen dat Hebr.3,6,10 en 2Petr.2,Op.3, Mat.19

zeggen dat iemand zijn redding kan verliezen.

Hij spreekt over wat er gebeurt, zoals in de

illustratie, met het volk Israël: het volk gaat uit

Egypte, het volk gaat door de grote verdrukking.

Toen ze uit Egypte kwamen was het een gemengde

groep, er waren gelovigen en ongelovigen in het

volk en God reinigt, zuivert de ongelovigen eruit in

de woestijn zodat aan het einde van de

woestijnperiode de gelovigen over zijn om Kanaan

in te gaan. Rust! Hier is dezelfde situatie.

Dus als hij spreekt over sommige mensen die er

doorgaan en als hij spreekt over ze dat ze gered zijn

dan zijn ze gered, zij waren zijn mensen

(Joh.1:11,12).

Hij kwam naar Zijn mensen, ze behoorden Hem

toe, waren van Hem. Jezus: Hij zal Zijn volk

redden. Zij waren fysiek al Zijn mensen. Maar zij

moesten ook nog geestelijk Zijn volk worden.

Daarom moesten zij wederomgeboren worden. Dat

ziet u in het boek Hebreeën, en hoe meer u

Hebreeën leest en bestudeert hoe meer u ziet dat het

precies past in de grote verdrukkingsperiode. U

hoeft de woorden niet te veranderen of betekenis

van woorden in dingen die ze niet zeggen.

Hebreeën 3:15-19

Hebreeën 3, we gaan het hebben over het laatste

gedeelte van dit hoofdstuk, we hebben ook al iets

gelezen in hoofdstuk 4 omdat het over hetzelfde

punt gaat.

U weet dat het eerste vers zegt: Hierom heilige

broeders. Dat hierom ziet terug naar de vorige twee

hoofdstukken. En gebaseerd op wat hij in de eerste

twee hoofdstukken geleerd heeft over de Heere

Jezus Christus gaat hij een vermaning geven in

hoofdstuk 3 en 4. Dit gaat over het punt dat zij

langzaam zijn om te verstaan wat het priesterschap

van Christus, Melchizedek inhoud, dat zij moeten

begrijpen welke voorziening God in Christus heeft

gemaakt als hun Hogepriester. Maar hij legt het

fundament in hoofdstuk 1, over de heerlijkheid van

de Heere Jezus Christus als Zoon van God en in

hoofdstuk 2 over de heerlijkheid als de Zoon des

mensen. Hij is de Zoon van God, de Zoon des

mensen, en hierom heilige broeders…. Aanmerkt

de Apostel en Hogepriester van onze belijdenis,

Christus Jezus.

Het idee is:Kijk, u ziet wie Hij is, Hij is de Zoon

van God, de Zoon des mensen, aanmerkt Hem!

Kijk naar Hem, denk over Hem, overpeins Hem,

wie Hij is. Als hij hier zegt: hierom heilige

broeders…, hij is niet beschaamd om hen broeders

te noemen, de heilige broeders, de apart gezette

mensen, deelachtig de hemelse roeping, degenen

die uitzien naar de stad welker Bouwmeester God

is, het hemelse Jeruzalem, het Koninkrijk der

hemelen, een aards Koninkrijk, maar nog in de

hemel, wachtend op hen tot Christus komt.

Aanmerkt, kijk, denk, overpeins, begrijp de Apostel

en Hogepriester van onze belijdenis, dat is echt een

opsomming van de eerste twee hoofdstukken. In

Page 43: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 43

hoofdstuk 1 wordt Christus gedemonstreerd als de

Apostel hunner belijdenis en hoofdstuk 2 als de

Hogepriester hunner belijdenis. Een apostel is een

gezondene, dat is zijn profetische functie, dat is de

Heere Jezus Christus als 1:2 zegt als Degene die

komt en spreekt, Hij is het woord van God, de

uitdrukking van de gedachten en de zin van God,

de profeet als Mozes waar Israël naar moest

luisteren. Maar Hij is ook de Hogepriester in

hoofdstuk 2. Hij is Israël’s Hogepriester met de

bedoeling om te verlossen en de aarde terug in bezit

te nemen.

En Israël moet naar Hem kijken en over Hem

denken. Hoofdstuk 3 en 4 is de motivatie voor

Israël, en wat hen motiveert om te volharden tot

het einde. In hfdst.3 gebruikt hij de illustratie van

de woestijn, hij kijkt terug en zegt: herinner je je de

dagen van de verbittering in de woestijn, een type

van de verdrukking. Hos.2. Herinner je dat het hun

ongeloof was, ze waren bevrijd uit Egypte, een

volk uitgeleid, er is meer nodig dan een volk

verkregen uit Egypte, fysiek uitgeleid uit Egypte, er

is ook geestelijk, geloof vereist, er is de nieuwe

geboorte, wedergeboorte nodig.

Technisch, leerstellig, Schriftuurlijk, verwijzen de

verzen in uw Bijbel naar een fenomeen dat u en ik

niet ervaren. Wij zijn voortgebracht door God,

maar technisch zijn wij niet wederomgeboren van

God. Israël was geboren van God uit Egypte, en

dan doet Hij hen opnieuw geboren worden. U en ik

kunnen niet zeggen dat wij twee geboorten hebben.

Ik ben in dec.1947 geboren uit mijn moeder en ik

ben in de familie van God geboren in dec.1962, dat

zijn twee geboorten, maar daar gaat het hier niet

om. De verzen in de Bijbel spreken over het volk

Israël geboren in haar Koninkrijk. Ze is al fysiek

het kind van God, en dan geestelijk geboren in dat

Koninkrijk, een wedergeboren volk, daar gaat het

hier om.

Jullie moeten van Mozes naar Christus, Wiens huis

wij zijn 3:6, en waar het hier om gaat is: ga niet

terug, 2:1 niet doorvloeien. En hij zegt, kijk er is

hier een motivatie voor jullie om deze dingen niet

te laten doorvloeien, niet terugtrekken, maar door te

gaan.

En de motivatie voor Israël om door te gaan en te

volharden in de verdrukking tot het einde om de

zegening van het nieuwe verbond te ontvangen, is

om naar Christus te kijken. Kijk en zie de totale,

complete voorziening die God heeft volbracht voor

hen in Jezus Christus. En dat zal hen trekken,

dwingen en hen er door helpen. Wat de schrijver

hier doet, hij geeft de waarschuwing wat er kan

gebeuren als zij hun harten niet zetten op Hem.

Hun harten en gedachten bezighouden met Hem,

Hem aanmerken om te kunnen volharden tot het

einde.

Het probleem dat zij hebben en dat zullen we zien

in hoofdstuk 5 is dat zij de leer niet begrijpen over

Hem, die hen in staat stelt om Hem te waarderen en

om door Hem gemotiveerd te worden, klinkt dat

niet bekend?! Zo is het altijd. Zo is het ook met u

en mij. Als u de leer niet begrijpt wie Jezus

Christus is en Wie God Hem gemaakt heeft voor u

dan kunt u Hem niet waarderen, u heeft geen

vermogen om Hem lief te hebben en u hebt geen

vermogen om vol te houden, te volharden. Dat is

hun probleem, zij hebben een meer direct probleem

met volharding dan u en ik hebben.

We zullen zo een vers lezen dat gaat over (:12) een

boos, ongelovig hart en als zo’n hart bij die mensen

daar opkwam dan knappen zij af in de verdrukking.

In uw en mijn geval, en ik sprak de vorige keer al

over een gebrek aan zekerheid in sommige verzen

in Hebr., als u ze wilt begrijpen dan moet u

begrijpen dat ze niet over u en mij gaan. Deze

gedeelten verwijzen niet naar ons, maar naar het

volk Israël. Ik wil dat u ziet hoe ze passen bij Israël.

In hoofdstuk 3 gebruikt hij de illustratie van de

woestijn en in hoofdstuk 4 gebruikt hij de illustratie

van Jozua en het binnengaan van het land Kanaän.

Het doel was Kanaän’s rust. Israël kreeg die niet in

de woestijn omdat ongeloof hen er buiten hield.

Laat mij u iets vertellen: toen zij binnengingen

onder Jozua hadden ze die nog niet. Leest u Jozua

en Richteren maar na, en u ziet dat ze die daar nog

niet hadden door ongeloof. In Richteren waren zij

alweer onder het oordeel van God, de oordelen uit

Leviticus worden daar vermeld. Daar is dus het

probleem, en de reden waarom ze het niet hadden is

door ongeloof.

Geloof moet gebaseerd zijn op leer. Zij geloofden

niet in de leer die God hun gaf. Deze Hebreeën

moesten de leer over Christus begrijpen, zodat ze in

staat waren om de grote verdrukking door te gaan.

Als zij het niet begrijpen komen ze er niet door. Zo

dat is de waarschuwing over het ongeloof.

Hebr.3:7-19 + Hebr.4:1,2.

Hebr.3:11 “Zo heb Ik dan gezworen in Mijn

toorn; Indien zij in Mijn rust zullen ingaan!”

Page 44: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 44

Kanaän’s rust, voor Israël is dat een type van het

Koninkrijk, het millenium.

Hebr.3:12 “Ziet toe, broeders, dat niet te eniger

tijd in iemand van u zij een boos, ongelovig

hart, om af te wijken van den levenden God;”

Dat is het probleem. Tussen haakjes: als u afwijkt

van iemand, dan was u er eerst. We hebben het niet

over mensen die aan de andere kant zijn van de

middelmuur des afscheidsels en in het geheel geen

toegang hebben tot God. We hebben het over

degenen aan de goede kant van de muur, die

toegang hebben tot God, die God toebehoren en zij

aan Hem. We hebben het niet over heidenen zonder

God.

Als u deze gedeelten toe wilt passen op het lichaam

van Christus en dat al deze mensen hier gered zijn

en gerechtvaardigd en nabij God zoals u en ik en

als zij er dan van afwijken, dan verliezen deze

mensen hun rechtvaardiging, eeuwig leven, toegang

tot God, redding… u kunt deze gedeelten beter later

waar ze horen, dan heeft u dat probleem niet. Want

dan kunt u een deel van Israël zijn en toegang

hebben en dan door een boos ongelovig hart

afwijken en weggaan.

Hij waarschuwt ze nu: Doe dat niet, laat dat boze,

ongelovige hart niet opkomen. Maar: Hebr.3:13

“Maar vermaant elkander te allen dage, zolang

als het heden genaamd wordt, opdat niet

iemand uit u verhard worde door de verleiding

der zonde.”

Broeders, we gaan door de woestijn, we gaan door

de verdrukking. Doe niet wat zij daar deden onder

het eerste verbond, maak niet dezelfde fout! Heb

geen ongelovig hart!

Hebr.3:18 “En welken heeft Hij gezworen, dat

zij in Zijn rust niet zouden ingaan, anders dan

dengenen, die ongehoorzaam geweest waren?”

Wie gingen er niet binnen? Zij die niet geloofden.

Wat geloofden ze niet? Zij zagen de redding van

God toen ze Egypte uitgingen. Ze geloofden niet

dat God hen binnen kon brengen in het land. Ze

kwamen bij Kades Barnea en de spionnen kwamen

terug met de boodschap (Num.13,14) en ze zeiden:

Het is te veel voor ons, dat kunnen we niet en ze

gaven het op, en het ongeloof kreeg hen te pakken.

En God zei: OK, we laten jullie in de woestijn en

daar zul je sterven, je kunt niet binnen gaan.

Hebr.4:1 “Laat ons dan vrezen, dat niet te

eniger tijd, de belofte van in Zijn rust in te gaan

nagelaten zijnde, iemand van u schijne

achtergebleven te zijn.”

We hebben een belofte dat we Zijn rust binnen

kunnen gaan, het Koninkrijk, de ware rust. Iemand

van u, de schrijver wist dat hij niet achterbleef. De

schrijver wist iets over hemzelf, de status en positie

die hij had, die de andere mensen niet zouden

kunnen hebben.

Hebr.4:2 “Want ook ons is het Evangelie

verkondigd, gelijk als hun; maar het woord der

prediking deed hun geen nut, dewijl het met het

geloof niet gemengd was in degenen, die het

gehoord hebben.”

Zij hadden het goede nieuws, we gaan naar het

land, naar het Koninkrijk. Maar het woord der

prediking deed hun geen nut: Waarom deed het hun

geen nut? Omdat het niet gemengd was met geloof

in degenen die het gehoord hebben. Geloof komt

door gehoor en gehoor door het woord van God.

Maar gaat er niet om dat mensen alleen horen en

alleen wat weten over wat God zegt. Het is geloof!

Rusten in wat God zegt! Zij hadden de kennis,

maar zij mengden het niet met geloof.

Er zijn veel mensen in onze dagen, zij weten dat

Christus voor hun zonden stierf. Ik heb jaren

geleefd en heb nooit getwijfeld dat Jezus Christus

stierf voor mijn zonden en is opgestaan, dat heb ik

nooit in twijfel getrokken, of dat Hij de Zoon van

God was. Maar ik was een verloren fundamentalist.

Ik geloofde in de maagdelijke geboorte, de

lichamelijke opstanding, het woord van God en ik

begreep dat allemaal, maar het was nooit gemengd

met een persoonlijke keuze om daar op te

vertrouwen voor mijn redding.

Als het evangelie vandaag wordt gepredikt, moet u

heel voorzichtig zijn, niet alleen luisteren en horen

over het kruis, maar luister wat zij zeggen tegen de

mensen om te doen! In antwoord op het evangelie.

Omdat de prediking van het kruis, het evangelie

van Christus de kracht Gods is voor iedereen die

gelooft. Maar als u de wijsheid van menselijke

woorden, en prestatie toevoegt verijdeld u het kruis.

Iemand kan geloven dat Christus stierf voor hem en

opgewekt is voor zijn rechtvaardigmaking maar dat

het geen reddend effect op, in hun leven heeft

omdat zij denken dat zij dingen moeten doen in

antwoord daarop.Zoals b.v. Billy Graham vertelt.

Page 45: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 45

Billy Graham begon jaren geleden met een goede

prediking, genade prediking, maar in de laatste

jaren…,en dat komt door de bezorgdheid over hoe

mensen verder leven met de Heere nadat ze gered

zijn, dat hij nu een discipelschaps boodschap tot

redding predikt. En hij is niet de enige, maar

iedereen kent hem. Weet u wat hij zegt: Predik het

evangelie, vertel over het kruis, dat Christus stierf,

en dan wat moet u doen? Het eerste is: u moet

berouw hebben van uw zonden. Er is geen vers in

de Bijbel dat u zegt dat u berouw moet hebben van

uw zonden. Dat betekend dat je je schuldig moet

voelen, heel schuldig over je zonden. Vervolgens

moet je Jezus Christus Heer maken van je leven, en

je moet beloven om Hem te gehoorzamen. Dan

moet u geloven en dan zijn er 4,5 dingen die u moet

doen.

Weet u wat het woord berouw betekend? Uw

gedachten veranderen. Weet u wat geloven is? Uw

gedachten veranderen. Weet u hoe u berouw toont

vandaag? U veranderd uw gedachten van niet

geloven in de Heere Jezus Christus naar wel in

Hem geloven. Als u moet stoppen met zondigen

voor u gered kunt worden dan bent u in de

problemen. Maar ik garandeer u als u iets weet over

uzelf, lees Paulus’ brieven, hij instrueert de

gelovigen en leert ze, als geredde mensen geen

problemen meer hadden met de zonde hadden we

de meeste brieven niet nodig. Weet u wat er

gebeurd? Ik probeerde…, ik probeerde het lukte

niet, wat blijft erover? Geloof! Probeer dat, en het

werkt!

Op het moment dat u iets toevoegt aan genade, is

genade geen genade meer, maar werken. U moet

het mengen met geloof in wat God zegt. Het

probleem met de mensen daar in de woestijn was,

zij hoorden wat God zei, ze wisten wat de spionnen

hadden gezegd, en ze geloofden het niet.

Hebr.4:3 “Want wij, die geloofd hebben, gaan

in de rust, gelijk Hij gezegd heeft: Zo heb Ik

dan gezworen in Mijn toorn: Indien zij zullen

ingaan in Mijn rust! hoewel Zijn werken van de

grondlegging der wereld af al volbracht

waren.” Vers 3: Psalm 95. Hebr.4:8 “Want

indien Jozua hen in de rust gebracht heeft, zo

had Hij daarna niet gesproken van een anderen

dag.”

Jozua in het OT, Jezus is dezelfde naam in het NT.

Jozua is een type van wat de Heere Jezus hier gaat

doen, het is dezelfde situatie die zij hadden in de

woestijn, ingaan, keuze maken of zij de rust van

Kanaän in zouden gaan of niet. Deze Hebreeën

gaan dezelfde dingen tegemoet, de grotere Jozua,

de Heere Jezus Christus, ze gaan door de woestijn,

de verdrukking en in het Koninkrijk. En zij moeten

zich inprenten of zij God geloven wat Hij zegt of

niet. En daar dan naar handelen.

Hebr.4:9 “Er blijft dan een rust over voor het

volk Gods.”

Het idee van :4,5,6 is: Dat hij vertelde over een rust

daar, maar ze verkregen het niet, dus de rest waar

hier over gesproken wordt is niet Kanaän, want als

zij die in Kanaän hadden gekregen, David zegt dat

er nog een rust overblijft. En die is nog niet

gekomen. Er is er nog één, wat is die rust? Daar

gaat het Koninkrijk over. De zevende dag,

schepping, de 7e duizend, de rust, de rust als de

schepping rust van de vloek van de zonde in dat

koninkrijk. Koninkrijksrust. Er is Kanaänsrust, de

scheppingsrust en de Koninkrijksrust.

Hebr.4:10 “Want die ingegaan is in zijn rust,

heeft zelf ook van zijn werken gerust, gelijk

God van de Zijne.”

U ziet, het Koninkrijk is Gods rust voor u. Mensen,

als wij in dat Koninkrijk komen kunnen we rusten.

Hebr.4:11 “Laat ons dan ons benaarstigen, om

in die rust in te gaan; opdat niet iemand in

hetzelfde voorbeeld der ongelovigheid valle.”

Hier is een vreemd vers: Laten we ons benaarstigen

om in die rust in te gaan… Mensen zien dit

gedeelten en nemen dit vers, en ik heb het jaren

horen prediken, dat de rust in vers 9 en 10 de rust

van de redding is. Rust van uw werken en rust in de

redding die God u geeft in Christus. Het probleem

zit in het volgende vers: Laten we ons

benaarstigen…Hoe kunt u werken om in te gaan in

een rust waar u niet meer werkt?! Wat heeft dat

voor zin? Het is geen redding, het is niet de rust die

voor ons is in Christus als we rusten van ons werk,

onze zaak in Zijn hand geven en niets meer hoeven

te doen!

Dit is een rust die wacht in de toekomst. Zoals God

6 dagen werkte naar die 7e dag van rust, laat ons

gelovig werken tot het komt en daar zijn. Ga met

mij mee naar:

Lukas 8:11 “Dit is nu de gelijkenis: Het zaad is

het Woord Gods.”

Page 46: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 46

Een gelijkenis die in overeenstemming is met wat

wij hier lezen in Hebreeën en de toestanden die

deze mensen ontmoeten in Hebreeën. Als we vanaf

dit punt verder gaan in Hebreeën met kijken wat zij

moeten begrijpen van de Heere Jezus Christus, om

gemotiveerd door hun geloof om te volharden en

die rust in te gaan. Hij begint met het stellen van

het probleem en dan gaat hij verder naar de punten

en leringen die hen bekwaam zullen maken en

versterken door het begrijpen van de voorziening

die Christus heeft gemaakt door het kruis voor

Israël om de zegeningen in haar Koninkrijk te

ontvangen.

Luk.8:11-15 “En die bij den weg bezaaid

worden, zijn dezen, die horen; daarna komt de

duivel, en neemt het Woord uit hun hart weg,

opdat zij niet zouden geloven, en zalig worden.”

“En die op de steenrots bezaaid worden, zijn

dezen, die, wanneer zij het gehoord hebben, het

Woord met vreugde ontvangen; en dezen

hebben geen wortel, die maar voor een tijd

geloven, en in den tijd der verzoeking wijken zij

af.”“En dat in de doornen valt, zijn dezen, die

gehoord hebben, en heengaande verstikt

worden door de zorgvuldigheden, en rijkdom,

en wellusten des levens, en voldragen geen

vrucht.”“En dat in de goede aarde valt, zijn

dezen, die, het Woord gehoord hebbende,

hetzelve in een eerlijk en goed hart bewaren, en

in volstandigheid vruchten voortbrengen.”

Vers 12: (Luk.8:5) de duivel neemt het woord weg

uit hun hart, opdat zij niet zouden geloven en zalig

worden… en dat lazen we net in Hebr.4:2 niet

gemengd met geloof… zij hebben het gehoord

maar het wordt weggepakt uit hun gedachten zodat

ze het niet geloven.

Vers 13: (8:6) op de steenrots, zij horen het woord

en zeggen, dat is geweldig! Ze nemen het aan, maar

ze hebben geen wortel…., wijken zij af, ga met mij

mee naar Hebr.6:4-6 afvallig worden. Deze mensen

in Hebr.6 zijn de mensen op de steenrots, en ze

hebben geen wortel. En dat is het hele punt in

Hebr.6. Ziet u, sommige mensen in Israël horen,

maar hun aandacht dwaalt af en ze geloofden niet.

Sommige mensen horen en verheugen zich,

beginnen eraan, maar omdat ze de leerstellige

grond niet hebben om ze te stabiliseren en om door

te gaan, hebben ze geen wortel en ze vallen af.

Vers 14:(8:7) de doornen… en voldragen geen

vrucht. Hebr.6:1 laat ons tot de volmaaktheid

voortvaren. U ziet dat er hier een leerstellige grond

is die deze mensen nodig hadden om door te gaan.

Zodat ze wortel hebben en ze door de droge tijd

komen, maar ook door de tijd als de doornen en

distels en de zorgen van dit leven, de rijkdom en de

vreugden komen, niet alleen de verzoeking en de

hitte. Weet u heeft u ooit in uw leven gemerkt

hoeveel makkelijker het is om de Heere te dienen in

moeilijke tijden dan in tijden als alles goed gaat?

Als u in een Jaquar rijdt en uw vrouw in een

Lincoln en u heeft zoveel geld dat u niet weet hoe

het uit te geven is het moeilijk om op de Heere te

vertrouwen! En attent te zijn op de dingen van de

Heere. Maar als u rijdt op vier wielen en u bidt of

hij maar zal blijven rijden…., en u weet niet waar

de volgende maaltijd vandaan moet komen, en u

bent bang om naar huis te gaan omdat de

deurwaarder voor de deur staat….

Vers 15:(8:8) de goede aarde. Laten we naar

Hebr.10:35-39 gaan en déze mensen zien. Een

eerlijk en goed hart, gaat samen met lijdzaamheid

en volharding en brengt vrucht voort in het

Koninkrijk. Wat hij doet in Hebr.3 en 4 is zeggen:

A ls u niet in die eerste drie groepen zit, zit u in de

vierde, en de enige manier om dat te doen is

vertrouwen in de leer, houdt uw hart gevangen door

te begrijpen wat God heeft gedaan, en de

voorziening die Hij heeft gemaakt in de Heere

Jezus Christus, om Zijn doel en programma

mogelijk te maken door het volk Israël. Dat is

hetzelfde principe waar u en ik op vertrouwen.

Als u deze dingen van Israël op uzelf probeert toe

te passen, weet u wat u doet? U stoot uw hoofd

tegen de muur. Wat u en ik moeten doen is wat 1

Korinthe 1:30 doet. Die ons van God geworden

is… Wat God Christus voor ons heeft gemaakt en

dat is de juiste motivatie voor ons om te zijn en te

doen wat God ons gemaakt heeft en te doen. Maar

als dat waar is voor ons, dan is het ook zo voor hen.

Page 47: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 47

Hebreeën 4:1-12

Hebr.4:12,13 zijn een soort conclusie van wat hij

gezegd heeft in hoofdstuk 3 en 4 als hij het heeft

over de waarschuwing aan de Hebreeuwse heiligen,

grote verdrukkingsheiligen,joden. Hij gaat terug

naar de woestijnervaring van Israël bij Kades

Barnea, als zij onder Jozua het land binnen gaan, al

die dingen zijn een plaatje van wat er gaat gebeuren

in de grote verdrukking en dezelfde keus die Israël

daar maakte moeten zij hier maken in de grote

verdrukking.

Heel Israël kwam uit Egypte, maar ze kwamen niet

allemaal in het beloofde land (3:8). Ze geloofden

God niet, zij wandelden door zien, hun hart was

verhard door ongeloof. Toen de 10 verspieders

terugkwamen uit het land zeiden zij: God kan ons

dat land niet geven, het is te groot, en zij kwamen

er niet. Als wij deze gedeelten tegenkomen in de

Hebreeënbrief moet u begrijpen dat u heeft te

maken met een verschillende soort situatie dan

waar u en ik mee te maken hebben, vandaag in de

bedeling van genade.

De reden waarom mensen leren dat u uw verlossing

kunt verliezen is doordat zij verzen in de Bijbel

lezen die hen naar die conclusie leiden. U kunt niet

wat waar is voor u en mij bij hen ‘inlezen’, en dat

wat waar is voor hen ‘inlezen’ voor ons. U moet

begrijpen wie zij zijn, een volk met mensen die

Gods mensen zijn, zij zijn lichamelijk Gods volk,

maar zij hebben ook nog een geestelijke redding

nodig. De engel vertelde aan Jozef: gij zult Hem de

naam Jezus geven, want Hij zal Zijn volk redden

van hun zonden. Er zijn dus mensen die Zijn

mensen genoemd worden en toch niet gered zijn

van hun zonden. Het is Zijn volk, Zijn uitverkoren

volk, een apart gezet volk op de aarde, en zij

hadden ook verlossing nodig.

Om het verloste Israël te zijn moet de wederkomst

van de Heere Jezus Christus komen, en de manier

om zover te komen is wandelen door geloof en in

het programma dat God hen geeft. En daar gaat het

hier om in hoofdstuk 3 en 4. Jullie hebben het

Woord, de beloften, de zegeningen en alles, maar

laat het niet los: Hebr.2:1. Hoe laten zij los? Hoe

hebben zij de kracht, mogelijkheid om door te

gaan. Geloof! Geloof komt door horen en horen

door het woord van God, het is het krachtige woord

van God dat in hen werkt: Hebr.4:12.

Hebr.4:12 “Want het Woord Gods is levend en

krachtig, en scherpsnijdender dan enig

tweesnijdend zwaard, en gaat door tot de

verdeling der ziel, en des geestes, en der

samenvoegselen, en des mergs, en is een oordeler

der gedachten en der overleggingen des harten.

Hebr.4:12 sluit aan op vers 11 benaarstigen om die

rust in te gaan, die rust is geen reddingsrust, u kunt

niet werken om de rust in te gaan van redding. Als

u rust in Christus als uw Redder en vertrouwt op

Hem dan houdt u op met werken en vertrouwt op

Hem. U kunt niet werken voor iets waar u niet voor

hoeft te werken. De rust daar is de Koninkrijksrust,

vers 9. Er komt een rust voor hen in de toekomst en

die rust is in het Koninkrijk.

Hebr.4:12 Dit vers is een mooie illustratie van de

kracht en de macht van Gods Woord om deze

mensen er doorheen te helpen. En alles wat zij

moeten doen is rusten in wat God zegt, geen zorgen

maken over de omstandigheden, de moeilijkheden,

maar rusten in de voorziening die God hen heeft

gegeven in Zijn Woord, en het woord van God is

levend. Neem uw vinger en prik erin, weet u wat u

doet? Terugtrekken, snel bewegen omdat er leven

inzit, zenuwen enz. Het woord van God is levend,

krachtig, de krachtbron voor de gelovige in elke tijd

en scherper dan een tweesnijdend zwaard.

Scherp: het snijdt. Tweesnijdend zwaard:

Openb.1:16. Paulus zegt dat het zwaard des

Geestes (Ef.6) het Woord van God is. Dat wat de

Geest van God gebruikt om Zijn werk te doen is

Gods Woord. Openbaring 1:16 spreekt over de

Heere Jezus Christus als de Zoon des mensen,

Johannes ziet Hem in vers 13 temidden van de

zeven kandelaren. Vers 16 uit Zijn mond ging een

tweesnijdend scherp zwaard… Wat komt er uit

iemands mond? Hun woorden, daarom spreekt u.

En als Zijn Woord er uitkomt is dat beschreven als

een scherp tweesnijdend zwaard.

Openb.2:12,16 De woorden die uit Zijn mond

komen voeren krijg tegen sommige mensen. In de

Psalmen lezen we over dat de adem van Zijn mond,

2 Tes.2:8 Hij hen zal verdoen. Het woord van

oordeel komt uit Zijn mond, een zwaard van

oordeel. Openb.19:11-15.

Jesaja 11:11 “Want het zal geschieden te dien

dage, dat de Heere ten anderen male Zijn hand

aanleggen zal om weder te verwerven het

overblijfsel Zijns volks, hetwelk overgebleven

zal zijn van Assyrie, en van Egypte, en van

Pathros, en van Morenland, en van Elam, en

Page 48: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 48

van Sinear, en van Hamath, en van de eilanden

der zee.”

Jes.11:1ev. de context is het Koninkrijk, Zijn

oordeel is niet gebaseerd op wat je kunt zien(:3) en

horen, maar:4 met rechtmatigheid, ..met de roede

Zijns monds..en met den adem Zijner lippen… Er

gaat een oordeel uit.

Jesaja 30 gaat over de wederkomst van Christus en

het einde van het hoofdstuk gaat over de

vernietiging van de antichrist. Jes.30:30 U kunt dit

vergelijken met 2 Tes.2:8. Vers 30-33 Zijn

heerlijke stem…waar komt uw stem vandaan?

Door de adem. Vers 33 Tofeth is de plaats van

oordeel, in het Nieuwe Testament Gehenna

genoemd. Mensen hebben Gehenna vertaald als

hel, evenals hades. Maar het is niet hetzelfde,

iemand zegt niet als hij boos is: loop naar de

hades… Hades is de plaats waar de verdoemden,

verlorenen zijn voordat zij in de poel des vuurs

terecht komen.

Gehenna: Marc.9 vanaf vers 42 komt overeen met

Tofeth, de vuilnishoop buiten de stad, waar de

schacht van uitkomt in de hel. In het 1000j rijk

kunnen ze er heenlopen, en erin kijken(naar

beneden). Waar ze in kijken is, is een soort schacht

(zoals een mijnschacht) die naar beneden gaat, en

deze wordt in het OT Tofeth genoemd en in het NT

is het Griekse woord Gehenna. Het is een

verwijzing naar de plaats waar ze naar beneden

kunnen kijken in de hel en waar mensen in de hel

gegooid worden in het 1000j rijk. Hij wordt

geopend met de wederkomst van Christus, in

Jes.30:33! De adem des HEEREN zal hem

aansteken als een zwavelstroom…

Wat gebeurt er als Christus terugkomt? Hij zet die

grond in vlammen en als u Jes. 34:8-10 leest ziet

dat het rechtstreeks de hel in brand, en dan krijg je

die schacht, en als Christus terugkomt wordt hij

geopend en u zult in staat zijn om erin te kijken.

Hoe zal dat gebeuren? Door dat zwaard dat uit Zijn

mond komt. Met die vurige stroom van oordeel die

uit Zijn mond komt, dat doet zijn werk en als dat

uit Zijn mond komt is het een tweesnijdend zwaard.

De reden waarom het een tweesnijdend zwaard is

vinden we in:

2 Korinthe 2:15,16,17. “Want wij zijn Gode een

goede reuk van Christus, in degenen, die zalig

worden, en in degenen, die verloren gaan;”

“Dezen wel een reuk des doods ten dode; maar

genen een reuk des levens ten leven. En wie is

tot deze dingen bekwaam?” “Want wij dragen

niet, gelijk velen, het Woord Gods te koop, maar

als uit oprechtheid, maar als uit God, in de

tegenwoordigheid Gods, spreken wij het in

Christus.”

De context is vers 17: u predikt het Woord van

God, en het is een tweesnijdend zwaard, het snijdt

aan de éne kant en het is dood, en hetzelfde zwaard,

dezelfde boodschap, dezelfde woorden snijdt aan

de andere kant en geeft leven. Wat maakt het

verschil? Als er een boos en ongelovig hart is het

een reuk des doods ten dode. Als er geloof is,

gemengd met geloof, is het een reuk des levens ten

leven. Er is een oud gezegde: Dezelfde zon die de

klei hard maakt, doet het ijs smelten. Het zit hem

niet in de zon, maar waar hij op schijnt, wat de

natuur is van het antwoord van hetgeen het

ontvangt. En als u met het Woord van God uitgaat,

en u predikt het, kijk, dan doet het Woord zijn

werk.

Als u Gods Woord kent, en de menselijke natuur en

de tegenstand tegen het kruis dan begint u zich

zorgen te maken over wat u zegt. Weet u hoe het

bij mij is? Als ik grote hoeveelheden mensen zie en

iedereen vindt het mooi wat ik zeg begin ik te

denken: Vertel ik ze werkelijk wat ik ze moet

vertellen? Dan ga ik even goed nadenken of ik ze

de waarheid vertel. U weet hoe het gaat, u kunt niet

vaststellen wat het antwoord zal zijn, maar dat is

uw probleem niet. Uw probleem is: weet zeker dat

ik ze de waarheid vertel!

Wees geduldig, ga uit en predik met de houding

van het leven van Christus dat zich door u heen

manifesteert. Sprekende de waarheid in liefde. En

als het Woord uitgaat en een hart raakt dat

waarheid wil geeft het leven. En als het een hart

tegenkomt dat geen waarheid wil is het een reuk

des doods ten dode. Dat is het tweesnijdend

zwaard.

Wat doet het in Hebr.4? Het Woord van God gaat

uit tot Israël en het doodt sommige van deze

mensen omdat ze een boos en ongelovig hart in

zich hebben. Er zijn sommige van deze mensen die

krijgen leven en het krachtige mechanisme

waarmee God ze de grote verdrukking door helpt.

Ga met mij mee naar Hebr.8:7-13. Het probleem

met het eerste verbond was niet het verbond, maar

de mensen. De mensen aan wie Hij het gaf konden

het niet houden. Wat doet Hij? Hij gaat het Woord

van God nemen, en onuitwisbaar, bovennatuurlijk

Page 49: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 49

prent Hij het in hun harten en zielen. Als zij het

koninkrijk binnengaan, zal het héle Israël het

Woord van God geschreven hebben in hun harten.

Heel Israël dat het Koninkrijk ingaat is bekeerd, zij

kennen Hem. En er is een bovennatuurlijke

bekrachtiging die God aan het volk Israël geeft.

Maar de manier waarop Hij het geeft is door Zijn

Woord te nemen en het in hun harten te schrijven.

En in elke tijd is het het Woord van God dat Hij

gebruikt als de krachtbron voor het leven van de

gelovige. En zoals dat waar is voor het volk Israël

is dat ook zo voor u en mij, ga met mij mee naar:

1 Tes.2:13 “Daarom danken wij ook God

zonder ophouden, dat, als gij het Woord der

prediking van God van ons ontvangen hebt, gij

dat aangenomen hebt, niet als der mensen

woord, maar (gelijk het waarlijk is) als Gods

Woord, dat ook werkt in u, die gelooft.”

Het woord der prediking Gods van ons ontvangen

hebt: dat is het rechtgesneden woord dat zij van

Paulus hoorden. Ze begrepen dat hem een nieuwe

openbaring was gegeven door de Heere….dat ook

werkt in u die gelooft! Het woord werkt daar is

dezelfde vertaling van het woord kracht uit

Hebr.4:12, het werkt in u, de krachtbron in uw

leven als gelovige als u het gelooft.

Dat is precies hetzelfde als wat hij de Hebreeën

daar verteld. Het woord van God voor hen gebruikt

de Geest van God om ze te laten wandelen in Zijn

inzettingen en Zijn rechten en om te volharden tot

het einde. In Kol.1:9-11 vinden we dezelfde bron

van uw kracht. Waar vindt u de kennis van Zijn

wil? In Zijn Woord! Hij wil dat we ermee vervuld

worden, waarom? :10 opdat… :11, en Efeze 3:16.

De plaats van uw bekrachtiging is in uw innerlijke

mens, in uw ziel. De bedoeling en de maat van uw

bekrachtiging is overeenkomstig de sterkte Zijner

heerlijkheid. Het doel van de bekrachtiging is:

lijdzaamheid, lankmoedigheid met blijdschap. En

dat is zo verschillend met wat het religieuze

systeem predikt en verschillend van het tekenen en

wonderenprogramma dat mensen prediken,

verschillend wat religie en het vlees en wat u en ik

eerst gehoord hebben. De bekrachtiging is niet in

ons vlees of onze uitwendige mens, maar in de

inwendige mens. En het doel van de bekrachtiging

is niet om me te bevrijden van omstandigheden of

van pijn of moeilijkheden, van hoofdpijnen,

kiespijnen, en hartpijnen en armoede en de rest. Het

doel is om mij te bekrachtigen tot alle

lankmoedigheid en lijdzaamheid. Niet door

machtige tekenen en wonderen, maar door

lankmoedigheid, het tegen-overgestelde van

bevrijding.

De vrucht van de Geest vandaag is niet het

bevrijdingsprogramma, dat was Israël’s

programma, en ik weet dat er mensen zijn die de

Bijbel nemen en dat doen, maar als zij het Woord

niet recht snijden maken ze het Woord van God een

leugen. En het werkt tot hun eigen ondergang, ze

verdraaien het tot hun eigen ondergang.

Als u het tweesnijdend zwaard aan het verkeerde

vastpakt, weet u wat er gebeurd? Het is als een mes

in uw handen, het snijdt uw hand af. Maar als u het

aan het goede eind vastpakt en het juist gebruikt

kan het een grote bron van verdediging zijn en

kracht en u bekwaam maken. Als Paulus spreekt

over gesterkt worden in uw innerlijke mens, door

de Geest, door Zijn Woord is het resultaat

lankmoedigheid, lijdzaamheid, blijdschap,

stabiliteit en het vermogen om te volharden,

geduldig, vrede hebben in wat de omstandigheden

ook mogen zijn. Om door te gaan en door te gaan

met blijdschap. Geen gemopper en bitterheid en

boosheid, maar blijdschap. De vreugde des Heeren

is uw sterkte. U verheugen in de Heere en begrijpen

dat al die dingen om u heen slechts tijdelijk zijn,

wij leunen op de onzichtbare dingen, en die zijn

eeuwig.

Als u dat vers in Hebr.4:12 leest is dit wat de

schrijver doet: hij spreekt over de autoriteit van

Gods Woord in het leven van een gelovige.

Nehemia 9:5 “En de Levieten, Jesua, en

Kadmiel, Bani, Hasabneja; Serebja, Hodia,

Sebanja, Petahja, zeiden: Staat op, looft den

HEERE, uw God, van eeuwigheid tot in

eeuwigheid; en men love den Naam Uwer

heerlijkheid, die verhoogd is boven allen lof en

prijs!”

God heeft Zijn Naam verheven boven alle lof en

alle prijs, als iemand iets goeds zegt over iemand

anders, God neemt Zijn Naam en zet die daar

boven. Zijn Naam is boven alle naam Fil.2. Zijn

Naam is verhoogd, Zijn heerlijkheid is boven alles.

Behalve één ding:

Ps.138:2 “Ik zal mij nederbuigen naar het paleis

Uwer heiligheid, en ik zal Uw Naam loven, om

Uw goedertierenheid en om Uw waarheid; want

Gij hebt vanwege Uw gansen Naam Uw woord

groot gemaakt.”

Page 50: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 50

KJV eng: for Thou hast magnified Thy Word above

all Thy name… St.Vert.: want Gij hebt vanwege

Uw gansen Naam Uw Woord groot gemaakt. God

neemt Zijn Naam en plaatst Die boven alles,

Ex.33,34 beschrijft Gods glorie. Een naam is hoe u

iemand beschrijft en identificeert. En als u alles

neemt wie en wat God is, en u zet het uiteen, de

Bijbel doet het in een schitterend licht, en het licht

breekt uiteen in een spectrum van de regenboog.

Het is Zijn glorie. En daarboven zet Hij Zijn

Woord. Zo belangrijk is dat Boek.

Romeinen 9:17 “Want de Schrift zegt tot Farao:

Tot ditzelve heb Ik u verwekt, opdat Ik in u

Mijn kracht bewijzen zou, en opdat Mijn Naam

verkondigd worde op de ganse aarde.”

Dit vers is een aanhaling uit Exodus 9:17. In vers

16 is Degene Die hier spreekt de HEERE.

Rom.9:17 zegt: want de Schrift zegt tot Farao…

Mozes zei: de HEERE zei… Paulus zegt: de

Schrift zegt….! Weet u wat dat betekend? Dat

betekend dat als de Schrift het zegt God het zegt!

Ziet u? Dat betekend dat als de Schrift spreekt de

Almachtige God spreekt. Dan hebben we het niet

over de inkt en het papier, maar de woorden op de

bladzijde. We hebben het over de woorden op het

papier van de Bijbel, dat is de autoriteit die God

aan Zijn Woord geeft. Als God spreekt, spreekt Hij

door Zijn Woord. En God neemt Zijn Woord en

maakt het gelijk aan Zichzelf.

Galaten 3:8 “En de Schrift, te voren ziende, dat

God de heidenen uit het geloof zou

rechtvaardigen, heeft te voren aan Abraham het

Evangelie verkondigd, zeggende: In u zullen al

de volken gezegend worden.”

Een andere illustratie. Over de schuingedrukte

woorden in de Bijbel: als er in het OT

schuingedrukt staat geschreven en in de verwijzing

naar het NT niet, weet u wat dat betekend? Dat als

God de Heilige Geest dat vers schreef in Romeinen

Hij de schuingedrukte woorden in Exodus

overschreef naar daar. Sommige mensen zeggen:

lees die tekst en laat de schuingedrukte woorden

eruit, dat kunt u beter niet doen. Dat is iemand die

zijn ego en zijn mentaliteit en wat hij denkt plaatst

boven wat God deed. Gal.3:8 en de Schrift,

tevoren ziende… Hoe kan de Schrift iets voorzien?

Wie voorziet de toekomst? God. Hij neemt een

eigenschap, die aan God toebehoort en past het toe

op Gods Woord, dat God neerschreef. De Schrift,

de Heilige Schrift, dat is de houding die Paulus had

ten opzichte van Gods Woord en Zijn autoriteit.

We gaan terug naar Hebr.4:12 En gaat door tot de

verdeling der ziel… Dat Boek leest u, en u leest het

Boek. Als u het Woord van God leest is het

probleem niet of het begrijpt, maar het begrijpt u!

En als u het leest, leest het u. Er is geen ander Boek

in het hele universum als dat Boek. Want als het

leest verdeelt, de gedachten, wat u denkt en wat uw

motieven zijn.

Hebr.4:13 “En er is geen schepsel onzichtbaar

voor Hem; maar alle dingen zijn naakt en

geopend voor de ogen Desgenen, met Welken wij

te doen hebben.”

Maar alle dingen zijn naakt en geopend voor de

ogen Desgenen, met Welken wij te doen hebben. U

ziet hoe dat vers veranderd van het Woord van

God, naar God. Vers 13 gaat over wat God doet,

maar hij spreekt over het Woord van God, de reden

waarom het Woord van God dat kan is omdat het

het Woord van God is. Het is het Woord van God

dat het doet, het tweesnijdend zwaard.

Dat Boek legt open wat er in u is. Opent uw ziel,

geest.

Als u uitgaat en het Woord van God predikt en het

Woord deelt met mensen vindt er een geestelijke

transactie plaats in hun levens. Een zuster in de

gemeente belde me deze week, ze sprak met een

man op haar werk, een atheïst. Ik weet niet wat ik

tegen hem moet zeggen, hij zegt zo en zo, wat is

het antwoord? Wel, neem Rom.6:23 en zeg dat

maar steeds tegen hem. Zijn probleem is niet de

intellectuele capaciteit om in een God te geloven,

weet u wat het probleem is? Hij gebruikt zijn

intellectuele gymnastiek om het punt te omzeilen

dat hij een zondaar is en dat hij weet dat hij God in

het oordeel zal ontmoeten…de dwaas zegt in zijn

hart er is geen God, waarom? Om van de

verantwoordelijkheid af te zijn.

Dus wat moet u doen? U neemt de waarheid en

blijf hem er mee prikken, wees vriendelijk,

liefdevol, trouw Jer.48:10, vervloekt zij die het

werk des Heren bedrieglijk doet. Nu spreek ik

geestelijk, daar doet u het werk mee. Als u uitgaat

om het werk van de bediening te doen, neem dat

Boek. En mensen kunnen naar u kijken en denken

dat goed bent, vriendelijk enz. En u moet dat zijn,

want de Geest produceert dat in uw leven. Gebruik

de gelegenheid om de waarheid met de mensen te

delen. En als u dat doet moet u zich herinneren dat

het geestelijke chirurgie is. Het verdeelt de ziel en

Page 51: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 51

de geest. Dat is wat dat Boek doet. En als het dat

doet legt u de gedachten en de intenties van de

harten open.

Het Woord van God is het instrument waar u dat

mee doet. U kunt het niet verbinden en verbergen,

maar u moet het behandelen. Het probleem met al

deze dingen is in onze dagen is:

2Kor.2:17 “Want wij dragen niet, gelijk velen,

het Woord Gods te koop, maar als uit

oprechtheid, maar als uit God, in de tegen-

woordigheid Gods, spreken wij het in

Christus.”

Velen is veel! Voor zij het gebruiken maken ze er

wat anders van: een soort spatel, de scherpe kanten

zijn eraf, ze maken de punt rond zodat het niet meer

snijdt. Ze gaan er corrupt mee om en het werkt niet

meer. Als u niet over uw Bijbel kunt zeggen wat

God van Zijn Woord zegt, wat voor taal u ook

leest, dan is uw Bijbel niet OK. Omdat God zegt

dat Zijn Woord waar is en recht. Daarom is de

Statenvertaling het Woord van God.

Ik preek en leer steeds dat de Staten Vertaling

zonder fouten of corruptie is. God heeft Zijn Woord

bewaard door de geschiedenis heen en wij hebben

het en u kunt het Woord van God in uw taal nemen

en uitgaan en het werk doen met dat tweesnijdend

zwaard. Dat is niet waar wat betreft de nieuwe

vertalingen. Als u uw traditie stelt boven het Boek

dan heeft u niets waardevols. Daarom houden

mensen niet van het Boek. Als u het zwaard aan de

verkeerde kant blijft aanpakken, snijdt het. Dan

komt iemand langs en zegt: laten we de scherpe

kanten ervan af slijpen, zo, nu snijdt het niet meer!

Bv: Marc.16:16 het snijdt me, dat kan ik niet doen,

dat kan ik niet! Dan komt de ander even slijpen…,

en de nieuwste vertaling heeft dat vers niet meer.

Het antwoord is: niet het Woord van God corrupt

maken. Leer hoe hij het moet gebruiken. Dan

krijgen we te maken met rechtsnijden.

Hebreeën 4:12

We kijken opnieuw naar Hebr.4:12. De laatste keer

hebben we dit vers ook bestudeert, we zagen het

vers in de context. In Hebr.4:14 zien we een

belangrijk punt waar hij mee gaat beginnen: het

punt van de Hogepriester, en vanaf Hebr.4:14 tot

hoofdstuk 7 zien we het hart van het boek

Hebreeën: de Hogepriester, de Heere Jezus

Christus. Let op de woorden:

Hebr.4:14 “Dewijl wij dan een groten

Hogepriester hebben, Die door de hemelen

doorgegaan is, namelijk Jezus, den Zoon van

God, zo laat ons deze belijdenis vasthouden.”

Dewijl wij dan…een groten Hogepriester hebben…

Dat verwijst terug naar vers 12 en 13, want hij heeft

u net vertelt dat de hele wereld, iedereen geopend is

voor de ogen Desgenen met Welken wij te doen

hebben. En Desgenen met Welken wij te doen

hebben is Jezus de Zoon van God, maar er is hier

een contrast tussen het geschreven Woord van God

en het Levende Woord van God en hij verklaard de

dingen over het geschreven Woord van God zodat

hij dan de dingen over het Levende Woord kan

staven.

Maar het is belangrijk om hier te stoppen en

eenzelfde waardering te hebben voor het Woord

van God dat Paulus ervoor heeft en dat het Woord

voor Zichzelf heeft en die in dit gedeelte de

heiligen in de verdrukking ervoor hebben.Hij zegt

in 4:12 dat het Woord van God levend is, levend in

de zin van dat het dood was en weer opgewekt, iets

wat dood was weer levend maken.

Het Woord van God is levend, levengevend, dus

het is levend en het geeft leven (Joh.6:63). Het

Woord van God is de Bron van leven, krachtig,

actief en energiek, het werkt, scherper dan enig

tweesnijdend zwaard, daar hebben we het de vorige

keer over gehad. Het tweesnijdend zwaard geeft

leven aan de gelovigen en dood aan de doden,

degenen die niet geloven. Dat is een belangrijk punt

in Hebr.4, want in hoofdstuk 3 en 4 gaat het om:

gelooft u of gelooft u niet? En heb niet het boze

ongelovige hart, maar meng het woord met geloof,

zodat ze kunnen verdragen tot het einde.

Dan is er een gedeelte in het vers dat snel

overgeslagen wordt: het middelste gedeelte: ...en

der samenvoegselen en des mergs….ik heb

gekeken, maar de meeste commentaren doen dat

ook (overslaan) meestal zegt men: de verdeling van

de innerlijke mens (ziel en geest) en de uiterlijke

mens (samenvoegselen en merg). Maar er is nog

iets anders behalve dat.

Als het gaat over: verdeling der ziel en des geestes

is dat een bekend oudtestamentische zin over het

snijden van de offers en iets opensnijden, in

stukken, u neemt het dier en u snijdt hem open, en

ziet wat erin is, en het Woord is een tweesnijdend

zwaard hier en het legt dingen open zodat ze gezien

Page 52: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 52

kunnen worden, het opent de ziel en de geest, het

verdeelt, maakt er onderscheid tussen.

Psychologie kan dat niet. Als u psychologie

studeert, het woord zegt het al: psyche=ziel, de

studie van de ziel, maar de menselijke psychologie

kan geen onderscheid maken tussen de geest en de

ziel. Zij kunnen onderscheid maken tussen de ziel

en de lichamelijke aspecten van de mens daar is

ook verschil in.

De laatste jaren wordt er veel over geestelijk leven

(spiritualiteit) gesproken, de geestelijke kant van

het leven, dan gaat het niet over christendom of het

woord van God en de Heere Jezus Christus, maar

waar ze het over hebben is meestal een soort

oosters hindoeïsme, mystiek. Ze erkennen dat er

meer is dan alleen het vlees. En als iemand nadenkt

weet hij dat er meer is dan alleen dit lichaam. U

leeft ín dit lichaam. Ik herinner me mijn vader toen

hij 70 jaar oud was, hij was ziek en erg beperkt

door zijn ziekte, hij kon niet ver lopen en hij zei

tegen mij: ik heb een 20 jaar oude ziel in een 70

jaar oud lichaam. Hoe ouder ik word, hoe meer ik

begrijp wat hij daar mee bedoelde. Soms is het ook

wel eens andersom: soms kan uw lichaam dingen

doen en uw ziel heeft de ‘benzine’ om het waar te

maken. Maar de Bijbel kan scheiding maken tussen

de geest en de ziel en tussen de ziel en het lichaam.

1 Tes.5:23 “En de God des vredes Zelf heilige u

geheel en al; en uw geheel oprechte geest, en

ziel, en lichaam worde onberispelijk bewaard in

de toekomst van onzen Heere Jezus Christus.”

Het is belangrijk om de drie delen van onze natuur

te begrijpen. Als u als een lid van het lichaam van

Christus wilt functioneren in deze bedeling van

genade moet u uzelf begrijpen. Hoe u werkt, niet

zoals Plato: ken uzelf, maar wie u bent, hoe u bent

gemaakt, waarom u doet wat u doet en hoe het

komt dat u dat doet. Wat er gebeurt als Gods

Woord komt en dingen veranderd en de gevolgen

daarvan en u kunt dat begrijpen vanuit Gods Woord

er is geen andere plaats waar u dat uit kunt vinden.

Het grootste handboek over het menselijke gedrag

en menselijke psychologie ooit gemaakt is dat Boek

in uw hand.

Iedereen houdt van psychologie, u weet hoe

populair Jim Dobson is enz. Niets anders dan

humanistische, seculiere psychologie overtrokken

met wat christelijke saus. Maar het woord van God

geeft antwoorden:1 Tes.5:23, het lijkt of dat vers

niet goed klinkt…want altijd als iemand spreekt

over de drie delen van de mens spreken ze over:

lichaam, ziel en geest. Maar dit vers zegt: geest,

ziel en lichaam! Weet u waarom men zegt:

lichaam,ziel en geest? Kijk in:

Jacobus 3:15 “Deze is de wijsheid niet, die van

oven afkomt, maar is aards, natuurlijk,

duivels.”

De wijsheid die niet van boven komt is aards,

natuurlijk, duivels. Weet u wat de volgorde van het

vlees, en het religieuze systeem, en van de satan is?

Lichaam, ziel, geest. Want de duivel en de wereld

werken eerst door uw lichaam om in uw ziel te

komen. God werkt andersom. God woont in uw

geest en door Zijn Woord naar uw ziel en dan

werkt dat uit naar buiten. Consequent spreekt men

over lichaam, ziel en geest. Dat is ons probleem,

zorgen over hoe wij ons voelen, hoe voelt u zich?

Nu, uw geest is binnen in u, een geest in uw

lichaam:

1 Kor.2:11 “Want wie van de mensen weet,

hetgeen des mensen is, dan de geest des mensen,

die in hem is? Alzo weet ook niemand, hetgeen

Gods is, dan de Geest Gods.”

Johannes zegt: God is een Geest. Als u wilt

communiceren met God, kan dat niet met uw

lichaam, maar met uw geest. Het deel van u dat

verbinding kan maken met God is uw geest.

Iemand zegt: ik voel Gods tegenwoordigheid…

Hoe voelt u Gods aanwezigheid? Ik kan de lucht

ook niet voelen? Hoe kunt een Geest voelen? U

voelt geen Geest. U voelt lichamelijke dingen. In

Rom.1:9 zegt Paulus God, Welken ik dien in mijn

geest. Dat is het deel waarmee u contact met God

kunt hebben, daarom heeft u een geest. Uw ziel is

ook in u. Ga met mij mee naar:

Job 14:22 “Maar zijn vlees, nog aan hem zijnde,

heeft smart; en zijn ziel, in hem zijnde, heeft

rouw.”

We gaan zo weer terug naar Hebreeën, maar u moet

deze stof begrijpen voor u kunt begrijpen wat er

aan de hand is in Hebreeën. Let op dat uw ziel

binnen in u is, uw lichaam heeft pijn omdat uw ziel

verdriet heeft, dat zijn de emoties binnen in de

mens.

Mat.10:28 “En vreest u niet voor degenen, die

het lichaam doden, en de ziel niet kunnen

doden; maar vreest veel meer Hem, Die beide

ziel en lichaam kan verderven in de hel.”

Page 53: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 53

Er is een leer die leert dat uw ziel ontstaan is door

de eenheid van uw geest en uw lichaam. In de

Bijbel is de geest één persoonlijkheid, uw ziel, en

uw lichaam zijn één persoonlijkheid. Mat.10:28 als

uw geest en lichaam samengaan en zo uw ziel

produceren en als u de geest en het lichaam scheidt

en uw lichaam sterft, wat gebeurt er met uw ziel?

Dat klopt niet!

Dit vers zegt: Vrees niet voor degene die uw

lichaam doodt en niet uw ziel… Wel als uw ziel

alleen het resultaat is van uw geest en uw lichaam

en uw lichaam sterft en de geest gaat terug naar

God, wat gebeurt er dan met uw ziel?! Hier is

iemand die uw lichaam kan doden maar niet uw

ziel. Hier ziet u dat de ziel een aparte identiteit is

van de geest en het lichaam. Het is de plaats waar u

denkt, het deel van u dat u bent.

In Hebreeën verwijst hij naar het lichaam op een

bijzondere manier, hij zegt niet ziel, geest en

lichaam of uw vlees, maar hij zegt: hij kan

scheiding maken tussen uw ziel en uw geest. Dat is

het geestelijke deel van de mens en het is moeilijk

om daar onderscheid tussen te maken. Mensen

kijken naar u, maar de Schrift kan het. Maar er zit

meer in dit vers.

En het kan ook scheiding maken tussen de

samenvoegselen en het merg. Uw lichaam is de

drager van uw geest en uw ziel hier op aarde.

Genesis 35:18 de ziel verlaat het lichaam. Jacobus

2:26 de geest verlaat het lichaam. Dus dood is de

scheiding, de geest, ziel en het lichaam worden

gescheiden, dan bent u geen complete persoon

meer. Daarom, als u sterft is er de fase van 2

Kor.5:2,3 van naakt zijn, uw ziel heeft geen huis,

het opstandingslichaam, een incomplete staat. Om

compleet te zijn heeft u het opstandingslichaam

nodig.

Dus als persoon heeft u een geest,ziel, en lichaam

nodig. Hebr.4:12 samenvoegselen: dat is de

structuur van uw gebeente, dat wat vorm en

ondersteuning geeft en speciaal de beweging van

uw lichaam. Merg: zit in de beenderen, daar komt

uw leven vandaan, want daar wordt uw bloed

gemaakt. Ik ken iemand die kanker heeft van de

plasmacellen, de cellen die plasma maken in uw

beenmerg. Dus als hij spreekt over het merg gaat

het over de bron van leven, het bloed. Hij kan dus

ook scheiding maken tussen de samenvoegselen en

het merg in uw lichaam, waarom beschrijft hij het

op deze manier? We gaan naar:

Leviticus 5:1,2 “Als nu een mens zal gezondigd

hebben, dat hij gehoord heeft een stem des

vloeks, waarvan hij getuige is, hetzij dat hij het

gezien of geweten heeft; indien hij het niet te

kennen geeft, zo zal hij zijn ongerechtigheid

dragen.” “Of wanneer een mens enig onrein

ding zal aangeroerd hebben, hetzij het dode aas

van een wild onrein gedierte, of het dode aas van

onrein vee, of het dode aas van onrein kruipend

gedierte; al is het voor hem verborgen geweest,

nochtans is hij onrein en schuldig.”

U moet begrijpen dat in het Oude Testament

voordat het Nieuwe verbond er was, vanaf Adam

tot Hand.2, in uw Bijbel de geest en de ziel van de

mens werd gezien als één. Ze werden samen

gezien, in feite zag u niet veel verschil tussen deze

dingen, u zag ook niet zoveel verschil tussen uw

ziel en uw lichaam. Als u kijkt naar de Oud

Testamentische schriften en onder het Oude

verbond was het alsof uw ziel en uw vlees één

waren.

B.v. Lev.5:1,2(KJV eng.: and if a soul sin…)

St.Vert: als nu een mens gezondigd zal hebben… U

ziet hier dat een ziel zondigt. Horen, aanraken, dat

doet uw lichaam, maar het is beschreven of uw ziel

het deed. Ze worden als één bezien, er is geen

onderscheid.

Lev.22:6 “De mens, die dat aangeroerd zal

hebben, zal onrein zijn tot aan den avond, en hij

zal van die heilige dingen niet eten, maar zal zijn

vlees met water baden.”

(eng. soul), de ziel raakt aan, het lichaam moet

gewassen worden. Wat is er dan vuil? Zijn ziel of

zijn vlees? Zijn vlees raakte het aan. U ziet u kunt

het lezen dan denken wat is wat… In Ezechiel

18:20 staat: de ziel die zondigt zal sterven. Zo zijn

er nog veel verzen, maar deze lees ik met u. Dus

eertijds was er geen duidelijk onderscheid. Maar als

u komt naar het Nieuwe Verbond, zoals wij in het

boek Hebreeën en in de verlossing die voorzien is

voor Israël.

In het Nieuwe Verbond, toegepast op het volk

Israël, zien we de geest ziel en lichaam apart

behandeld. Het eerste ding dat het Woord van God

doet is scheiding maken tussen de geest en de ziel.

Voor die tijd werd er naar de ziel en de geest

gekeken als de innerlijke mens. Nu is er

onderscheid. Voor die tijd werd de ziel

geassocieerd met het lichaam. Nu is er onderscheid.

Page 54: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 54

Joh.3:5 “Jezus antwoordde: Voorwaar,

voorwaar zeg Ik u: Zo iemand niet geboren

wordt uit water en Geest, hij kan in het

Koninkrijk Gods niet ingaan.”

De eerste geboorte was uit water, de fysieke

geboorte. De tweede geboorte is uit geest, die

Nicodemus nodig had. Die uit het vlees geboren is

kan het Koninkrijk niet ingaan, die uit de geest

geboren is is geest. Hier is ook een onderscheid.

Onder het Nieuwe Verbond is een nieuwe geboorte

nodig, maar niet alleen uw geest moet geboren

worden, Israëls geest, maar ook hun ziel, moet

besneden worden:

Deut.30:6 “En de HEERE, uw God, zal uw hart

besnijden, en het hart van uw zaad, om den

HEERE, uw God, lief te hebben met uw ganse

hart en met uw ganse ziel, opdat gij levet.”

Ik geloof dat uw hart een functie is van uw ziel, de

mentale functie van uw ziel, één daarvan is uw

geweten, en een ander uw wil, het denkende deel

van uw hart, het deel waar de beslissingen worden

genomen. Als hij zegt: de Heere zal uw hart

besnijden heeft hij het over de ziel en het losmaken

van het lichaam en het werkt onafhankelijk op

zichzelf. In het nieuwe verbond is de ziel

wedergeboren en vrijgezet. En er wordt met elk

deel apart gehandeld. In het Nieuwe verbond is de

geest wedergeboren. Hoe wordt de geest

wedergeborn? Door het Woord van God.

Jac.1:18. “Naar Zijn wil heeft Hij ons gebaard

door het Woord der waarheid, opdat wij

zouden zijn als eerstelingen Zijner schepselen.”

Hoe wordt de ziel besneden en vrijgezet? Door het

tweesnijdend zwaard, het snijdt het vlees weg.

We gaan terug naar Hebr.4:12. Het Woord van God

in het Nieuwe Verbond is de bron van geestelijk

leven voor het volk Israël. Het is de bron voor hun

wedergeboren geest. Het is de bron voor hun

besneden ziel, hart. Maar het is ook de bron voor

hun lichamelijke opstanding, want het maakt ook

scheiding tussen de samenvoegselen en het merg.

Het maakt ook scheiding in hun fysieke lichaam

tussen wat opgewekt zal worden en wat niet.

1Kor.15:49 “En gelijkerwijs wij het beeld des

aardsen gedragen hebben, alzo zullen wij ook

het beeld des Hemelsen dragen.”

U bent geboren in Adams beeld en u wordt

opgewekt in het beeld van de Heere Jezus Christus.

Met een opgewekt lichaam zoals van Hem. De

beste dag die u ooit zult hebben zal die dag zijn! U

heeft er nog nooit zo goed uitgezien, ik kijk er naar

uit. Nu proberen wij er ‘s morgens wat van te

maken en u probeert er zo goed mogelijk uit te

zien. Maar díe dag ziet u er het beste uit, want u

zult Zijn beeld dragen.

1Kor.15:50 “Doch dit zeg ik, broeders, dat vlees

en bloed het Koninkrijk Gods niet beerven

kunnen, en de verderfelijkheid beerft de

onverderfelijkheid niet.”

De verderfelijkheid komt van uw bloed, vlees en

bloed kunnen het Koninkrijk Gods niet beërven.

Luk.24:39 “Ziet Mijn handen en Mijn voeten;

want Ik ben het Zelf; tast Mij aan, en ziet; want

een geest heeft geen vlees en benen, gelijk gij

ziet, dat Ik heb.”

Toen Jezus Christus uit de dood was opgewekt,

toen Hij stierf, stierf Hij in vlees en bloed, maar

toen Hij was opgewekt, wat gebeurde er met Zijn

bloed? Hij had Zijn bloed vergoten, Zijn bloed

werd in de derde hemel gebracht en geofferd voor

de troon van genade voor God. En het heeft het

hele universum doordrongen. Hij verloste het

universum met Zijn bloed. Maar toen Hij was

opgewekt, vlees en bloed kunnen het Koninkrijk

niet beërven, dus toen Hij kwam staat er

beschreven: dat Hij vlees en benen had. Dat is

interessant, alsof er geen bloed meer in Hem was.

In ieder geval niet het soort bloed dat Hij eerst had.

Hij had misschien wat Adam had voor de zondeval.

Joh.3:3 “Jezus antwoordde en zeide tot hem:

Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Tenzij dat

iemand wederom geboren worde, hij kan het

Koninkrijk Gods niet zien.”

Let op de wedergeboorte en het

opstandingslichaam dat Israël moest hebben om in

het Koninkrijk te kunnen komen. Dit is iets uit

Johannes 3 waar u nooit iemand over hoort

spreken. Mensen praten over wedergeboorte, bent u

wedergeboren? Wij moeten wedergeboren

worden…, en niemand spreekt nooit echt waar

Johannes 3 het echt over heeft! Vers 3 het

Kon.Gods niet zien…, Vers 5 het Kon.Gods niet

ingaan…

Is er verschil tussen het Kon.Gods zien en ingaan?

Page 55: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 55

Als u op straat loopt en u kijkt naar een gebouw,

ziet u dat gebouw? Ja. Bevat, waardeert u het

gebouw? Ja. Als u er naar toe loopt en de deur is op

slot, kunt u het binnengaan? Is dat verschillend?

Als u binnengaat ziet u het? Zeker doet u dat. Als u

het ziet betekend dat dat u het binnengaat? Nee. Er

is een verschil. Ik weet niet of iemand dat

opgemerkt heeft maar er is een verschil. Tussen

zien en binnengaan. U kunt het zien en niet

binnengaan, en u kunt binnengaan als u het ziet.

Dat zijn twee dingen.

Joh.3:3 is een verwijzing naar de geboorte,

opstanding van iemands dode geest…, tenzij dat

iemand wederom geboren wordt…, tenzij uw geest

geboren wordt uit Gods Geest, Nicodemus, kun je

het Koninkrijk niet zien, begrijpen, bevatten.

Herinnert u zich dat er staat: zalig zijn de reinen

van hart, want zij zullen God zien…(Mat.5:8). Ziet

dat het hier om zien gaat in deze stof. Zien met het

oog, maar ook door begrijpen. Wij zeggen dat ook:

ik zie het… intellectueel, dat u het begrijpt.

Dus de geest moet geboren worden uit God, maar

er is ook een probleem met het vlees, want als deze

man(Nicodemus) het Koninkrijk ingaat, doet hij dat

met een lichaam. En daarom zegt hij in vers 5: door

water en geest…, er moet een fysieke geboorte en

een geestelijke geboorte zijn voor die Israëli.

Lukas 20:35,36 “Maar die waardig zullen

geacht zijn die eeuw te verwerven en de

opstanding uit de doden, zullen noch trouwen,

noch ten huwelijk uitgegeven worden;” “Want

zij kunnen niet meer sterven, want zij zijn den

engelen gelijk; en zij zijn kinderen Gods, dewijl

zij kinderen der opstanding zijn.”

Het binnengaan van het Koninkrijk heeft te maken

met de opstanding van iemands fysieke lichaam.

Hier gaat het exact over wat we hierboven

bestudeert hebben. Maar die waardig geacht zijn

die eeuw te verwerven en de opstanding uit de

doden… Mensen die volharden om de rust van het

Koninkrijk in te gaan. Hebr.4:12 spreekt erover dat

het Woord van God de bron is voor Israëls

geestelijke opstanding en wedergeboorte, voor haar

besnijdenis van het hart, maar ook de bron voor

haar fysieke opstanding.

Het hele punt in Hebr.4 is geloven wat God zegt in

Zijn Woord, gelooft u het, of veracht u het, zoals

Israël nee zei nadat Jozua en Kaleb terugkwamen,

zij hadden een boos en ongelovig hart. Jozua bracht

ze in, en toch gingen ze de rust niet in. De woestijn

is een illustratie in Hebr.3 – Hebr.4 Jozua brengt ze

binnen en toch gaan ze de rust niet in, waarom?

Omdat het woord dat zij hoorden niet gemengd was

met geloof, ze deden niet wat God ze zei om te

doen, door hun ongeloof. Zo is het ook met die

Joden in de grote verdrukking.

Het Woord moet gemengd zijn met geloof, in de

woestijn, het boek van Jozua is een type van de

dingen waarnaar verwezen worden in Jesaja, Hosea

en de profeten, als beelden van wat God met Israël

doet in de grote verdrukking. En het punt is: houdt

dat Woord vast, en dat Woord geeft de

bekwaamheid om door die tijd heen te komen en

zonder dat hebben ze niets. Ze kunnen er beter in

rusten en geloven, omdat het datgene is dat hen de

mogelijkheid geeft om te volharden tot het einde.

En als zij sterven zal het Woord hen opwekken. Ik

heb u verteld dat u dit in een commentaar niet zult

lezen…

Jacobus 1:18 “Naar Zijn wil heeft Hij ons

gebaard door het Woord der waarheid, opdat

wij zouden zijn als eerstelingen Zijner

schepselen.”

De geestelijke opstanding komt door het Woord,

maar de fysieke ook:

Joh.5:28 “Verwondert u daar niet over, want

de ure komt, in dewelke allen, die in de graven

zijn, Zijn stem zullen horen;”

Het Woord van God zal hen roepen en opwekken

en het geeft hen leven.

Hebr.4:14 “Dewijl wij dan een groten

Hogepriester hebben, Die door de hemelen

doorgegaan is, namelijk Jezus, den Zoon van

God, zo laat ons deze belijdenis vasthouden.”

Als we verder gaan naar Hebr.4:14, rusten op wat

God’s Woord gaat doen. Hij vervolgt en zegt: wij

hebben een grote Hogepriester, Jezus, de Zoon van

God. Hij is het Levende Woord, Hij is het levende

Woord. En deze twee zijn verbonden. Dat is een

kleine excursie vanuit de context, maar ik wil dat u

begrijpt dat het Woord van God de besnijdenis voor

de ziel produceert, de wedergeboorte van de geest

en de opstanding voor hun lichaam. Zodat vlees en

bloed het Koninkrijk Gods kunnen beërven, zodat

ze het binnen kunnen gaan en scheiding maken

tussen de samenvoegselen en het merg en van het

bloed afkomen. Het Woord van God is een krachtig

iets. Vraag: Wedergeboorte, heeft dit ook op ons

Page 56: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 56

betrekking? Het woord wedergeboorte is technisch,

leerstellig, schriftuurlijk niet voor ons, u en ik zijn

niet wedergeboren. Om wedergeboren te worden,

moet God ons ook de eerste geboorte geven, en dat

deed Hij niet. Hij gaf Israël de eerste geboorte. Hij

verkreeg Israël fysiek uit Egypte. Hun fysieke

bestaan komt omdat God hen geboren deed

worden. En zij hadden ook een geestelijke geboorte

nodig. In zekere zin zijn wij wedergeboren, in de

familie van God. U moet geen schriftuurlijke

termen onschriftuurlijk gebruiken. Wij zijn

geestelijk wedergeboren, het Woord van God doet

ons geboren worden (1Kor.4:15). Onze ziel is ook

besneden Kol.2:11. En wij zullen opgewekt worden

in een volmaakt lichaam met de opname. Dus wij

ontvangen dat ook allemaal, maar wij gebruiken

andere verzen om dat te begrijpen.

Hebreeën 4:14

Hebr.4:14-16 Jezus Christus als de grote

Hogepriester. Het punt vanaf hier en verder tot

hoofdstuk 11 gaat over Jezus Christus als de

Hogepriester.

Hebr.4:14 “Dewijl wij dan een groten

Hogepriester hebben, Die door de hemelen

doorgegaan is, namelijk Jezus, den Zoon van

God, zo laat ons deze belijdenis vasthouden.”

Wij hebben een grote Hogepriester…, de schrijver

van het boek Hebreeën spreekt over de Hebreeën.

U moet begrijpen dat toen het boek Hebreeën werd

geschreven het in het Hebreeuws geschreven werd.

Daarom heeft het die naam. En als u erdoor heen

leest zijn: u en wij Hebreeën? Over hen gaat het. En

niet over het lichaam van Christus.

De Hebreeën hebben de Hogepriester. De leden van

het lichaam van Christus hebben geen

Hogepriester. Jezus Christus heeft geen

priesterlijke bediening vandaag. Wij zijn geen

koninkrijk van priesters, wij hebben geen noodzaak

voor een priester, maar Israël wel. Het boek

Hebreeën is geschreven in de Handelingen tijd. Het

is later geschreven dan de val van Israël, Romeinen

is al geschreven, Paulus spreekt al over de val van

Israël, de opzijzetting, de verzoening en de

bedeling van genade is al begonnen. Dit boek is

geschreven gelijk op met de andere Hebreeuwse

brieven, de besnijdenisbrieven, voor het volk Israël

om hen uit te leggen wat de status van Israël is en

de verandering in het programma.

Het boek Hebreeën begint en we zien de

waarschuwingen en het volk en het gemengde volk

en nu begint hij te spreken over de Hogepriester en

de bediening van Christus voor het volk Israël.

Zodat zij kunnen functioneren en begrijpen wat er

gaande is en de motivatie voor Israël om de grote

verdrukking te doorstaan en het Koninkrijk binnen

te gaan en de manier hoe ze genade en hulp kunnen

krijgen te bekwamer tijd, enz. Dus het is belangrijk

om te begrijpen waarom Jezus Christus de

Hogepriester is en wat Hij voor hen doet. Wat

betekend het voor hen om een Hogepriester te

hebben?

Hebr.5:1 U ziet dat God Hem Priester heeft

gemaakt. Hebr.5:6 Gij zijt Priester in der

eeuwigheid naar de ordening van Melchizek.

Hebr.5:10,11 Hij is geen Priester zoals in het Oude

verbond, maar naar de ordening van Melchizedek.

Het punt in het boek Hebreeën is het priesterschap

van Melchizedek, de Hogepriesterlijke positie van

Jezus Christus.Hebr.5:12 Hij legt hen uit waarom

het moeilijk is voor hen om het punt te begrijpen

dat Christus Priester is naar de ordening van

Melchizedek.Hebr.6:20 In het laatste vers van

hoofdstuk 6 komt hij terug op dit punt. Hebr.7

begint hij uit te leggen wie Melchizedek is.

Hebr.8:1,2 hier is de kern en het hart van het boek

Hebreeën, wij hebben zodanigen Hogepriester….

Israël had een aards priesterschap overeenkomstig

het Oude verbond, maar God heeft dat veranderd en

zij kunnen hun zegeningen niet meer krijgen door

het Oude Verbond door hun zondigheid daarom

veranderde God deze situatie. Er is een verandering

in de wet gemaakt Hebr.7:12 één van de manieren

dat Israël weet dat het wetsverbond van Mozes niet

meer in werking is, is dat Jezus Christus een

Hogepriester is niet overeenkomstig het oude

priesterschap maar volgens een nieuwe orde.

Het Oude Verbond is opzij gezet en het Nieuwe is

opgericht. De aardse tabernakel, het aardse heilige

der heilige en alle diensten daar zijn één ding, maar

Christus diende niet daar, zij zijn maar een beeld.

Wij hebben een Hogepriester in de hemel!

Hebr.8:1,2 ...in de ware tabernakel. Betekend het

dan dat de aardse tabernakel vals is, nee, die is een

beeld van de realiteit van de hemel. Het type. En hij

gaat verder met beschrijven van het functioneren

van Christus als een Priester, als de Hogepriester

onder de orde van Melchizedek. U moet begrijpen

in al deze dingen over het priesterschap, en we

Page 57: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 57

gaan zo naar hoofdstuk 9 om daar over te praten,

maar om te begrijpen wat het priester doet.

Hebr. 9:5 Laten we zien… toen deze dingen

werden verordend ging de priester altijd in de

eerste tabernakel en wat ze deden onder het Oude

Verbond: ze gingen naar binnen naar het heilige,

waar de toonbroden waren en de kandelaar enz.

daar deden ze de dienst van God en ze gingen weer

naar buiten naar de voorhof, offerden de offers enz.

alle priesters deden dat.

Hebr.9:7 maar in de tweede is het heilige der

heilige waar de Hogepriester éénmaal per jaar

kwam. Alle priesters kwamen in de eerste plaats,

maar alleen de Hogepriester kwam in de tweede.

Achter het voorhangsel, daar diende de

Hogepriester.

Hebr.9:11-15 onder het Oude verbond werden de

zonden van de mensen bedekt door het bloed. Maar

nu begrijpen wij dat omdat Rom3:25 het zegt, en de

openbaring aan Paulus legt dat uit, en 9:15 zegt dat

ook, dat toen Jezus Christus stierf, stierf Hij voor

de overtredingen begaan onder het eerst testament,

dus de zonden van het oude testament zijn bedekt

door het bloed van Christus, :16,17 en de mensen in

de aardse periode van Christus op aarde en de

eerste tijd van Handelingen. Maar deze mensen hier

waar we het over hebben, leven :12 voor ons, dat is

de kleine kudde, Petrus en de twaalf. Die mensen

hebben verlossing. Maar in de toekomst als Jezus

Christus terugkomt met de wederkomst brengt Hij

redding voor de mensen dáár.

Hebr.9:26 b.v. Als Jezus Christus dan komt, zal Hij

voleindigen wat Hij begon in het Nieuwe Verbond.

9:28 Hij komt en stelt het Nieuwe Verbond in. Hij

verschijnt zonder zonde. Heeft Hij nu dan wel

zonde? Nee, dat weet u. Het betekend dat als Hij

dan terugkomt is zonde niet hetgeen waar Hij voor

komt. Omdat het zondeprobleem is opgelost. Maar

het is nog niet toegepast op Israël tot zo ver. U

moet wat begrijpen mbt het volk Israël. En we

zagen het in hoofdstuk 3,4,6, het volk Israël, in het

volk zijn individues die gelovig zijn (b.v. de USA,

het hele volk, maar in het volk zijn gelovigen en

ongelovigen).

God deed het volk Israël geboren worden toen zij

uit Egypte kwamen Ex.19. Hij maakt het verbond

met het volk, het verbond van Mozes.

Ex.19:3-5 Hier vestigt Hij het volk voor Zichzelf.

Dit volk dat Hij uit Egypte leidde, vestigde en

waarmee Hij het verbond maakte, zij waren 3

maanden daarvoor verlost, toen ze uit Egypte

kwamen met het Pascha. Het Pascha was de

nationale verlossing van Israël, waren al degenen

van Israël in het Pascha gelovigen? U weet van

niet, er was een gemengde menigte, herinnert u

zich dat? Er was een groep ongelovigen, maar het

hele volk ging uit. Maar er waren gelovigen in het

volk, toen zij bij Sinaï kwamen maakte God het

verbond met het volk. Als we het over Israël

hebben in onze Bijbel, dan hebben we het over het

volk, de individuen die het volk maken in die tijd

waren gelovigen en ongelovigen. Een mix.

Maar het verbond is met het volk. Er zijn daar

verloste verloren mensen, begrijpt u? Het volk is

verlost uit Egypte, door de Rode Zee, bloed aan de

deurpost, verlost door het bloed. Maar persoonlijk

vertrouwt hij God niet, ik geloof het Woord van

God niet, ik ging alleen uit, ik wilde vrij zijn, ik

wilde geen stenen meer maken, ik was moe, toen ze

zeiden we gaan zei ik: ik ga mee…maar in de

woestijn wordt het moeilijk en dan wil ik terug,

deden ze dat? Ze wilden de knoflook en de

komkommers en de uien. Num.11.

Laten we teruggaan naar de vleespotten van

Egypte. Wie deed dat? Die ongelovige individuen.

Waren zij verlost? Ja, hoe? Door het bloed van het

paaslam. Maar individueel waren het geen geredde

mensen. Dat is belangrijk om te begrijpen in Israël.

In Exodus 28 stelt Hij het priesterschap in, en de

priester kan tot God naderen voor de mensen. Hij

doet voorspraak bij God voor het volk Israël, er

was geen priesterschap voordat er een volk was.

Het volk is verlost uit Egypte, een verbond is

gemaakt en dan stelt God het priesterschap in, met

de bedoeling dat het volk zijn status zal handhaven

voor God onder het verbond.

In Ex.28 is Mozes op de berg en krijgt instructies,

hij komt niet naar beneden voor Ex.32. Als u daar

over nadenkt ziet u dat Mozes een type van

Christus is. Hij gaat de berg op om de wet te

ontvangen. Christus gaat weg om het Koninkrijk te

ontvangen. En Hij, hij is weg voor vele dagen 32:1,

toen het volk zag dat Mozes vertoog van de berg…

Jezus Christus ging weg en de gelijkenis in Lukas

(20:9) zegt dat Hij lang weg is.

Als Mozes terugkomt en hij ziet het volk dansen

om het gouden kalf :30 doet Mozes voorspraak

voor het volk…delg mij uit Uw boek. Voor wat,

zodat de verlorenen naar de hel gaan? Nee, Hij

heeft het over het volk, laat het volk niet verdelgt

Page 58: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 58

worden. Verlossing voor het volk is anders dan de

individuele redding.

In het lichaam van Christus is iedereen die in het

lichaam van Christus is een gered persoon, je kunt

niet in het lichaam van Christus komen voordat je

eerst gered bent. In Israël kun je deel van het volk

zijn en dan als een individu gered moeten worden.

Mat.1:21 Hij zal Zijn volk redden van hun zonden.

Zij zijn al Zijn volk maar zij hebben nog hun

zonden.

Toen Israël in de woestijn was (Num.14), zagen wij

in Hebr.3+4 al dat Num.13,14 de context is van

Hebreeën. In Num.14:19-24 zien we al een

beloftebreuk, wat is hier aan de hand? Hij zegt: Ik

zal het volk niet te niet doen, Ik zal vergeven, maar

die individuen die gerebelleerd hebben, zij gaan

niet in, binnen. Zij gaan zwerven in de woestijn tot

er een nieuwe generatie is die het volk uitmaakt en

zij zullen ingaan. Het volk leeft verder, generatie

op generatie, maar deze personen gaan sterven in

de woestijn en gaan niet in.

Num14:32-34 “Maar u aangaande, uw dode

lichamen zullen in deze woestijn vallen! “En uw

kinderen zullen gaan weiden in deze woestijn,

veertig jaren, en zullen uw hoererijen dragen,

totdat uw dode lichamen verteerd zijn in deze

woestijn.” “Naar het getal der dagen, in welke

gij dat land verspied hebt, veertig dagen, elken

dag voor elk jaar, zult gij uw ongerechtigheden

dragen, veertig jaren, en gij zult gewaar worden

Mijn afbreking.”

Mijn afbreking… God had hen beloofd dat ze in het

land zouden komen, maar Hij zegt: U moet

begrijpen dat u niet binnengaat door uw zonden,

een breuk is niet breken en het niet meer doen, het

is vertragen, een breuk is dat er een gat,

onderbreking is. Ik ga de belofte vervullen, maar

het zijn jullie kinderen die het ontvangen, niet

jullie, jullie zullen sterven.

In de Handelingenperiode is het volk Israël in

precies dezelfde situatie: Christus kwam, zij

verwierpen Hem. Hij is opgestaan en zend de

boodschap opnieuw naar hen en opnieuw

verwerpen zij die. Er is een beloftebreuk in het

boek Handelingen, Hij stopt het profetische

programma door Israëls rebellie en Hij introduceert

de bedeling van genade, waar wij nu in zijn. U bent

in die breuk tussen waar hun programma stopte en

waar het weer zal verdergaan. God werkt nu niet

met Israël, maar Hij zal weer verder gaan met hen.

Nu, waar is Israël ondertussen? Wat gebeurd er

ondertussen? Als er een fysiek Israël zal zijn in de

toekomst dan moet er een fysiek Israël zijn tussen

Handelingen en Hebreeën om er te komen. Zeker.

Deze fysieke Joden zijn bijna allemaal, niet

allemaal, dank God, er zijn er hier die gered zijn,

maar niet veel, de meeste zijn verloren. De meesten

sterven en gaan naar de hel, net als de meeste

heidenen. Maar toch, één ding, God bewaart het

volk. Maar hoe bewaart Hij het volk? Op welke

basis kan Hij het volk bewaren, op dezelfde manier

als hier in Numeri.

Dat is exact de situatie zoals in het boek Hebreeën,

Hebr.3 verwijst terug naar de woestijnervaringen en

hij vertelt hoe de rebelse generatie niet ingaat, kijk

naar Hebr.6:4, het is onmogelijk voor degenen die

eerst verlicht waren…wederom te vernieuwen tot

bekering…

Dat is net als Numeri hier, al de mannen die gezien

hebben Mijn heerlijkheid en Mijn tekenen…:22 Zij

waren uit Egypte verlost, net als deze mensen hier

deel hadden aan de toekomende wereld, maar toen

rebelleerden ze en gingen niet in. Hebr.6 identieke

situatie.

Het volk blijft, maar als u een deel van het volk

wilt blijven… Nu, waar is het volk van Israël voor

God, voor Zijn ogen gedurende de beloftebreuk?

Het is de voorspraak van de Hogepriester dat de

positie van het volk in stand houdt. En het is de

voorspraak van de Hogepriester die ze vasthoudt.

Moet Hij ook voor mij een Voorspraak zijn? Ga

met mij mee naar Leviticus 16. Hij doet geen

voorspraak voor ons vandaag, omdat wij geen

Hogepriester nodig hebben, dat is het punt niet

vandaag. Israël heeft een Hogepriester. En Jezus

Christus is daar in Gods tegenwoordigheid vandaag

als hun Hogepriester. In de Handelingenperiode

begreep de Jood wat dingen over de situatie, hij

begreep over het volk, dat het binnen zou gaan,

maar er is nu een probleem. Op welke basis was

God in staat om het volk al die tijd te bewaren?

Hebr.7:25,26 “Waarom Hij ook volkomenlijk

kan zalig maken degenen, die door Hem tot

God gaan, alzo Hij altijd leeft om voor hen te

bidden. “Want zodanig een Hogepriester

betaamde ons, heilig, onnozel, onbesmet,

afgescheiden van de zondaren, en hoger dan de

hemelen geworden;”

Page 59: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 59

De manier waarop Israëls status in stand is

gehouden is door die Hogepriester binnen het

voorhangsel, in de hemel.

Lev.16:15-18 “Daarna zal hij den bok des

zondoffers, die voor het volk zal zijn, slachten,

en zal zijn bloed tot binnen in den voorhang

dragen, en zal met zijn bloed doen, gelijk als hij

met het bloed van den var gedaan heeft, en zal

dat sprengen op het verzoendeksel, en voor het

verzoendeksel. “Zo zal hij voor het heilige,

vanwege de onreinigheden der kinderen Israels,

en vanwege hun overtredingen, naar al hun

zonden, verzoening doen; en alzo zal hij doen

aan de tent der samenkomst, welke met hen

woont in het midden hunner onreinigheden.”

“En geen mens zal in de tent der samenkomst

zijn, als hij zal ingaan, om in het heilige

verzoening te doen, totdat hij zal uitkomen; alzo

zal hij verzoening doen, voor zichzelven, en

voor zijn huis, en voor de gehele gemeente van

Israel.” “Daarna zal hij tot het altaar, dat voor

het aangezicht des HEEREN is, uitkomen, en

verzoening voor hetzelve doen; en hij zal van het

bloed van den var, en van het bloed van den

bok nemen, en doen het rondom op de hoornen

des altaars.”

Wat er gebeurt op de grote Verzoendag in de

tabernakel, is vervult in de hemel vandaag. Daar

spreekt het boek Hebreeën over. Het punt in Lev.16

is dat hij binnengaat met het bloed en hij sprenkelt

het op het verzoendeksel en dan komt hij naar

buiten uit het heilige der heilige en dan is er nog

een andere bok, van één bok nam hij het bloed naar

binnen dan komt hij naar buiten tot de zgn.

zondebok en hij legt zijn hand op de kop van de

zondebok en hij wordt de woestijn ingestuurd:21

een beeld van de zonde van de mensen die

weggestuurd worden en niet terugkomen. Exodus

3: Jezus Christus sterft, Hij gaat het voorhangsel

binnen met Zijn hemelvaart en Hij is in de

tegenwoordigheid van God.

Hebr.9:22-28 …voor ons, Hebreeuwse

Koninkrijksheiligen :24 in de hemel zelf. :26 Hij

gaat binnen en maakt verzoening, en let op wat Hij

gaat doen: Hij komt een tweede keer. De priester

ging het heilige der heilige binnen met het bloed

bracht het op het verzoendeksel en hij kwam naar

buiten en verscheen een tweede keer en hij legde

zijn handen op de zondebok en de zondebok droeg

hun zonden weg.

Hij verschijnt de tweede keer zonder zonde. De

verzoening was niet compleet voor die Israëli

zonder dat die zondebok was weggezonden. Jezus

Christus ging achter het voorhangsel en Hij is daar

nu, en als Hogepriester houdt Hij de status voor hen

in stand, zodat Hij terug kan komen met de

wederkomst en het Nieuwe verbond instellen, met

de nationale vergeving van hun zonden.

Hand.3:18-21 ...tot de tijden der wederoprichting…

Jezus Christus is priester naar de orde van

Melchizedek, en werkt in de hemelse heiligdom,

tabernakel vandaag. Als Hij de tweede keer komt

zal hun verzoening compleet en vervult zijn voor

het volk Israël. En wat Hij daar nu boven doet, is

voorbidden voor het volk Israël.

En in de Handelingenperiode en in de verdrukkings

periode daar weten deze gelovige Joden dat zij hun

Hogepriester hebben achter het voorhangsel hen

toegang geeft. En ze wachten tot Hij terugkomt en

de verlossing voor het volk afmaakt. Individueel is

hun verlossing volmaakt, maar als volk is het niet

volmaakt tot Hij terugkomt en Hij de zonden van

het volk uitwist.

Het boek Hebreeën handelt over dat aspect van de

bediening van Christus, wat u en ik ervan leren, wat

wij er nu van zien is dat het volk in staat is daar te

staan voor God. Hoe kan God Israël opzij zetten, ze

nu niet als volk tellen, en ze toch bewaren om daar

te zijn? Het boek Hebreeën is ontworpen om dat uit

te leggen in de Hogepriesterlijke bediening van

Christus. Hij daar, Hij is hun Middelaar, Hij is hun

Hogepriester en in Hem heeft het volk hun status en

hun bestaan, en zijn verbond. En het is door Hem

dat God een lichamelijk zaad kan bewaren op

aarde, zelfs al zijn ze ongelovigen ondertussen. Net

als Hij deed in de woestijn, toen de generatie van

gelovigen inging.

Hebreeën 4:14-16

We zijn gekomen aan het eind van Hebreeën 4.

Hebr.4:14-16 introduceren de rest van het boek. Ik

vertelde u dat het belangrijkste onderwerp van het

boek Hebreeën de Hogepriesterlijke bediening is

van de Heere Jezus Christus. Jezus Christus als de

Hogepriester. De Koning Die als een Priester op

Zijn troon zit.

In hoofdst.1 zagen wij Hem als God de Zoon.

In hoofdst. 2 als de Zoon des mensen.

In hoofdst.3:1 moeten de Hebreeën op Hem zien.

Degene Die tot hen gezonden is, hun Apostel, de

Page 60: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 60

Heere Jezus Christus is de Zoon van God, de Zoon

des mensen. En hoofdst. 3 spreekt van het belang

van geloof en het naar Christus zien, om te kunnen

volharden tot het einde. De motivatie en

bekrachtiging voor Israël in de grote verdrukking

om alles te volbrengen en te zijn wie God hun heeft

gemaakt, ze moeten van zichzelf afzien en naar

Christus zien en naar de voorziening die God in

Hem heeft gemaakt.

Ze moeten niet doen wat Israël in het verleden

deed. We zagen de illustratie van Israël in de

woestijn, hun verbittering, de gemengde menigte en

het boze ongelovige hart, niet wandelen in geloof.

In hoofdst.4 zagen we de illustratie onder Jozua, ze

gaan het land binnen, maar ze rusten niet in het

land, ze gingen in, maar bezaten het land niet op de

manier zoals God het hun had gegeven. Doordat ze

niet in geloof wandelden kwamen ze er niet

volkomen, helemaal. Het punt is het Woord van

God, en we hebben een paar studies besteed aan

vers 12-14, en het belang van het Woord van God

in hun programma en ons programma.

En nu gaat hij verder, vanuit vers 12,13, ziende…

dat wij een grote Hogepriester hebben…:14 zo laat

ons deze belijdenis vasthouden. Kijk, als het Woord

van God krachtig is en wij hebben daarboven een

Hogepriester, de Heere Jezus Christus, en Hij is het

levende Woord van God, kijk, dan kunnen wij onze

belijdenis vasthouden! Tot het einde. En u begrijpt

dat als ik het over wij heb, dat het om de Joden in

de grote verdrukking gaat…!

De voorzieningen die God voor Israël heeft

gemaakt in Christus, onder het Nieuwe Verbond is

hetgeen waar hij hen op wijst om hun oog op te

vestigen. Het is interessant voor mij, dit is één van

de meest populaire gedeelten in het boek Hebreeën

en als u naar de commentaren gaat, ik was niet lang

geleden in een boekwinkel, mijn vrouw was voor

andere boodschappen en ik stond in de boekwinkel,

daar ga ik altijd heen, er was een christ.

boekenwinkel en ik ging daar heen, ze hadden een

aantal commentaren over het boek Hebr. en ik ging

ze allemaal lezen wat ze te zeggen hadden over dit

gedeelte en wat andere gedeelten, en ik was

verbaasd, ik had al 3 of 4 gelezen en bij dit gedeelte

hadden ze bijna niets te zeggen, en als ze iets te

zeggen hadden waren het verhalen over gebed. Als

mensen u iets vertellen over gebed, vertellen ze

meestal verhalen, u weet hoe dat gaat.

En ik vond het deprimerend, en ik dacht als ik dit

leer wil ik niet over dit gedeelte heenspringen, als

je dit gedeelte leest :14-16 is datgene wat je leest

bijna alles wat je er over kunt zeggen, het spreekt al

veel voor zichzelf. Vers 14 als u kijkt in

hoofdst.5:10 naar de ordening van Melchi-

zedek…:11 en van welken wij hebben vele

dingen..te zeggen! Er is veel te begrijpen voor deze

mensen over het priesterschap vlgs. Melchizedek

dat ze niet kunnen pakken omdat ze traag zijn

geworden om te horen. Maar ze moeten het

priesterschap van Christus waarderen, zodat ze niet

teruggaan naar het priesterschap van Mozes en dat

ze verdergaan met de Heere Jezus Christus in Zijn

priesterschap en in Zijn Koninkrijk. Het is

belangrijk om te begrijpen hoe het priesterschap

van Christus past in het Koninkrijksprogramma.

Zacharia 6:12,13 “En spreek tot hem, zeggende:

Alzo spreekt de HEERE der heirscharen,

zeggende: Ziet, een Man, Wiens naam is

SPRUITE, Die zal uit Zijn plaats spruiten, en

Hij zal des HEEREN tempel bouwen.” “Ja, Hij

zal den tempel des HEEREN bouwen, en Hij zal

het sieraad dragen, en Hij zal zitten, en heersen

op Zijn troon; en Hij zal priester zijn op Zijn

troon; en de raad des vredes zal tussen die

Beiden wezen.”

Zie…Spruite. Er zijn 4 gedeelten in het Oude

Testament waar Israël gezegd wordt om te Zien op

de Messias. Deze vier gedeelten geven de titel van

de Spruit aan de Messias en hoe zij samengaan met

de vier evangeliën, de reden waarom er vier

evangeliën zijn omdat er vier openbaringen zijn van

het karakter van de Messias, herinnert u zich dat?

Herinnert u zich welke samen ging met Zach.6:12?

Welk evangelie gaf een beeld van Zie, de Man?

Lukas! Hij is de Middelaar en de Priester.

Zach.6:13 Wie regeert er op een troon? Een

Koning! Hij zit als een Priester op de troon. De

vrede waarmee de Messias zal regeren in Zijn

Koninkrijk, is niet alleen een politieke vrede, maar

een bemiddelende vrede vanuit Zijn Priesterlijke

bediening. Er is een geestelijke vrede die Jezus

Christus brengt voor hen die geloven en in het

1000j. rijk is een verlossing die in Christus Jezus is

voor Israël en voor de volken van deze wereld

overeenkomstig het profetische programma, een

redding en de raad des vredes zal tussen die Beiden

wezen..:13 Beide functies, ambten in één Man, de

Priester en de Koning. U ziet, het priesterschap van

de Heere Jezus Christus wordt uitgeoefend en

uitgevoerd door het volk Israël in dat Koninkrijk.

Page 61: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 61

En Hij zit als een Priester, de Hogepriester op Zijn

troon.

We gaan terug naar Hebreeën, dus u begrijpt

waarom Zijn priesterschap belangrijk is! Hij is de

Hogepriester, de Leider van het priesterschap, in

het Koninkrijk van priesters.

Hebr.4:14 “Dewijl wij dan een groten

Hogepriester hebben, Die door de hemelen

doorgegaan is, namelijk Jezus, den Zoon van

God, zo laat ons deze belijdenis vasthouden.”

We spraken net over dat Hij de hemelen is

doorgegaan, in de tempel was een voorhangsel, en

het heilige der heilige waar maar één persoon

binnen mocht gaan om het werk en de dienst te

doen en dat was de Hogepriester, niet zonder bloed,

hij nam altijd bloed mee. Hij sprenkelde het bloed

op het verzoendeksel, herinnert u zich dat? Wie

woonde er tussen de twee cherubs? God.

De shechina/glorie/ heerlijkheid van God. Het

woord shechina, is een Hebreeuws woord en

betekend, de aanwezigheid, de manifeste

aanwezigheid van God de HEERE in de Oud

Testamentische tabernakel. In die kleine tabernakel

met het gouden verzoendeksel lag de wet en

Aarons staf die gebloeid had, het één brengt dood

en veroordeling en het ander leven, en het bloed

werd op het verzoendeksel gesprenkeld en bedekte

de verbroken wet en gaf Israël

ceremonieel,figuurlijk een demonstratie van

bedekking van de gebroken wet en Israël moest al

die dingen leren, en ze deden dat nooit, daarom

kijkt Hebreeën terug en legt het uit.

Wat we hier doen, hij legt van te voren uit waar we

in het boek Hebreeën door heengaan, hij zegt

dingen die uitgelegd gaan worden, over gesproken

worden, geschetst worden. Deze Hogepriester is de

hemel ingegaan, en wie is Hij? Jezus de Zoon van

God. Als de priester het bloed gebracht had op het

verzoendeksel kwam hij weer naar buiten. En als

zij hem hoorden komen was dat voor hen een teken

dat het offer was geaccepteerd door God. Nu, de

schrijver zegt: kijk hier, Hij is daar binnen nu en

wij wachten tot Hij weer naar buiten komt.

Hebr.4:15 “Want wij hebben geen hogepriester,

die niet kan medelijden hebben met onze

zwakheden, maar Die in alle dingen, gelijk als

wij, is verzocht geweest, doch zonder zonde.”

Het dubbele negatief is positief: geen Hogepriester

Die niet….:15. Zo denkt meestal iedereen, het is

niet genoeg om alleen een positieve verklaring te

geven, hij zegt dat de negatieve verklaring niet

waar is. Niet elke priester kon medelijden hebben,

maar onze Hogepriester is anders dan elke andere

priester. Wat u meegemaakt heeft kan een ander

niet echt begrijpen.

Een broeder belde me dat zijn moeder was

overleden, hij verteld me erover en hij zei: weet je,

toen jij me beschreef hoe jouw moeder stierf een

paar jaar geleden, nu begrijp ik het. Mijn moeder

lag drie weken ziek op een ziekenhuisbed en we

wisten dat ze vroeg of laat zou overlijden, maar de

moeder van die broeder stierf plotseling, het is zo

definitief. U kunt meevoelen, er zijn, maar u kunt

toch niet in iemands anders huid kruipen, maar de

Heere Jezus Christus is anders. Er is geen situatie

waar u in geweest bent en Hij is er geweest, weet

het.

Hebr.4:15 zonder zonde, blij om dat van Christus te

kunnen zeggen, kijk naar Hebr.7:25,26. Goed om

zo’n Hogepriester te hebben! Hebr.9:22,24-28 al

die dingen zijn een beeld van de dingen in de

hemel, deze beelden moesten gereinigd worden

door bloed. Als dat hier beneden al moet, dan moet

dat wat boven is wel door een veel beter offer

gereinigd worden.

Hebr.9:24 Hij is de Hogepriester die achter het

voorhangel gaat met het bloed voor het

verzoendeksel.

Hebr.9:28 daar zijn ze, ze wachten tot Hij

terugkomt. De tweede maal zonder zonde. Hij gaat

achter het voorhangsel, de verzoening is tot stand

gebracht, het bloed is op het verzoendeksel

gesprenkeld en wat doen we, deze Hebreeën zitten

en wachten tot Hij terugkomt met de tweede komst.

Dat is precies wat Petrus in Handelingen 3 het volk

Israël aanbiedt. Hand.3:18-21. Tot de tijden der

wederoprichting aller dingen… U ontmoet veel

mensen die niet echt begrijpen waar Petrus over

spreekt in Hand.2:38, ze zeggen: bekeert u en laat u

dopen opdat u vergeving van zonden hebt…ze

kijken naar het Grieks omdat ze niet precies weten

hoe ze het kloppend moeten maken. Maar dit vers

zegt gewoon wat Petrus bedoelt: Bekeert u laat u

dopen tot vergeving van zonden, dat als Jezus

Christus terugkomt dat uw zonden uitgewist zijn.

Hoe weet ik dat? In vers 19 leest u: wanneer de

tijden der verkoeling enz. Hij is achter het

Page 62: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 62

voorhangsel en de weg is open naar het Heilige der

heilige, naar God. Ze wachten tot Hij terugkomt.

Wat doet Hij als Hij terugkomt? Lev.16 en Hebr.9

gaat over de grote verzoendag, de dag waarop hun

zonden uitgewist worden, dat is precies waar

Hand.3 over spreekt. U ziet al deze dingen werken

samen.

Hebr.10:10-13 “In welken wil wij geheiligd

zijn, door de offerande des lichaams van Jezus

Christus, eenmaal geschied.” “En een iegelijk

priester stond wel alle dagen dienende, en

dezelfde slachtofferen dikmaals offerende, die

de zonden nimmermeer kunnen wegnemen;”

“Maar Deze, een slachtoffer voor de zonden

geofferd hebbende, is in eeuwigheid gezeten aan

de rechter hand Gods;” “Voorts verwachtende,

totdat Zijn vijanden gesteld worden tot een

voetbank Zijner voeten.”

Hij kwam daar, sprenkelde het bloed op het

verzoendeksel, en toen ging Hij zitten. Hij is een

Priester, zittend op Zijn troon. Nog niet op Zijn

troon, op de troon van de Vader. Het punt is: de

verlossing is volbracht, het bloed is vergoten, de

bestendiging is gemaakt en alles wat nog komt is

dat Hij terugkomt van achter het voorhangsel en

alles ten uitvoer brengen. Vers 13: Hij kijkt uit om

Zijn vijanden tot Zijn voetbank te maken.

Hebr.10:14-23, Vers 16 dat is het Nieuwe Verbond,

Jeremia 31. Ziet u hoe de stof van Hebr.4 hier

doorklinkt! Laten we onze belijdenis vasthouden,

we hebben de Priester Die binnen is gegaan, Hij

kan medelijden hebben, laten wij vasthouden enz.

Vers 20 dat is het Nieuwe Verbond en de

volmaakte, complete voorziening die Jezus

Christus heeft gemaakt voor het volk Israël, door

Zijn kruiswerk. En de motivatie voor Israël om te

volharden en vast te houden en vol te houden tot de

komst is hun geloof rustend in de voorziening die

God voor hen gemaakt heeft in hun Verlosser. Zo

zullen ze er komen, en de mensen met een boos

ongelovig hart, die niet echt in Christus rusten gaan

de andere kant op.

Ga terug met mij naar Hebr.4:15, dat gaat terug

naar Hebr.2:14-18. Hij kan helpen en de mensen

sterken die verzocht worden en getest worden en

beproefd worden en verdrukt, waarom? Omdat Hij

in alle dingen beproefd is als zij, maar zonder

zonde. Ik sprak met u over wat het is om door

zonde verzocht te worden, vaak betekend het

woord verzocht worden: beproeven(test), daar is de

situatie in Genesis 3:6 Eva zag de boom, dat hij

goed was om te eten, ze zag dat hij mooi was 1

Joh.2:15,16 de lust van de ogen… Adam en Eva

bezwijken ervoor in alle dingen (uit 1 Joh.2). Daar

zijn 3 punten in dit leven en in de leer in welke u

verzocht wordt. U kunt beter goede leer in uw ziel

hebben dat werkt als er verzoekingen op uw vlees

afkomen, en in uw ziel en in uw geest.

Wij bestuderen Gen.3 zodat u het begrijpt, de

Heere Jezus Christus en Zijn verzoekingen in de

woestijn in Luk.4 beslaan deze drie gebieden van

verzoekingen. Als er staat dat Hij in alle dingen is

verzocht geweest als wij…. Ik kreeg eens een brief

van een mevrouw en zij schreef: de Heere Jezus

was nooit een moeder en Hij weet niet wat het is

om kinderen op te voeden…ik heb dagelijkse

verzoekingen waar Hij niets van weet…. Ik zei: u

heeft het fout, het probleem is dat u denkt dat uw

situatie iets bijzonders is en er is geen verzoeking

dan menselijke(1 Kor.10:13).

Ziet u God maakte geen speciale verzoekingen om

u te testen, alles wat Hij doet is u in uw dagelijkse

(tredmolen) leven laten lopen en u komt ze vanzelf

tegen…. Weet u wij maken onszelf graag apart of

speciaal, God moet iets speciaals doen met mij, dat

impliceert dat u het zo goed doet dat Hij wel iets

speciaals voor u moet doen. Maar u bent gewoon

vlees en beenderen broeder, zuster. Met u gaat het

gewoon als bij alle anderen, God heeft geen

speciale verzoekingen voor u. Laat het leven z’n

gang gaan.

De begeerlijkheid des vleses, de begeerlijkheid der

ogen, en de grootsheid des levens. Christus kwam

ze allemaal tegen: Begeerlijkheid des vleses, stenen

en brood Hij deed het niet. Begeerlijkheid der ogen,

werp Uzelf neder, Hij deed het niet, Grootsheid des

levens, heerschappij over de koninkrijken, doe

het..U verdient het…Hij deed het niet.

Deze drie dingen, ik hou er niet van om uw leven in

drie stukken te verdelen, maar uw leven is niet zo

gecompliceerd. Ik reed een keer terug naar huis

vanuit Detroit en ik hoorde een broeder op de radio,

hij had het boek van Tim Lahaye gelezen over de

temperamenten. En hij vertelt dat u moeite hebt met

wandelen in de Geest door uw temperament hier en

uw temperament daar, het was te gecompliceerd, ik

kon het niet vatten. God maakt het niet zo

gecompliceerd, mensen proberen het

gecompliceerd te maken, maar zo is het niet.

En een ander sprak over alle filosofieën waar u

gedurende uw leven mee geconfronteerd wordt. En

Page 63: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 63

er zijn nogal wat filosofieën in de wereld… en ze

hebben allemaal kritiek op het Woord van God,

sommigen waren er al lang voor Christus, Plato,

Aristoles enz. U hoeft zich geen zorgen te maken,

het is niet zo moeilijk. U kunt alle problemen die u

heeft reduceren tot drie gebieden. Dat bemoedigd

mij, dat kan ik bevatten. En dat helpt me door de

dag. Geef mij een paar verzen waar ik op kan staan

en dat helpt. God reduceert tot de kleinste gemene

veelvoud. Zonde compliceert leven.

Als uw verstand afgetrokken wordt van de

eenvoudigheid die in Christus is. Daar gaat genade

over, genade maakt het eenvoudig, niet? Weet u

wat genade zegt: Genade is genoeg. Christus is

alles. Maar…. Ziet u, dat is het, en elke keer als u

begint met; maar… maakt u het gecompliceerd. U

bent volmaakt in Christus. Ja, maar… Wij houden

er van om dat te doen. Wat u moet doen is: Houdt

het onder controle, en onder controle met waarheid.

( Dat doet me goed om zo 6 uur in mijn auto te

zitten vanuit Detriot)

Hebr.4:15,16 “Want wij hebben geen

hogepriester, die niet kan medelijden hebben

met onze zwakheden, maar Die in alle dingen,

gelijk als wij, is verzocht geweest, doch zonder

zonde.” “Laat ons dan met vrijmoedigheid

toegaan tot den troon der genade, opdat wij

barmhartigheid mogen verkrijgen, en genade

vinden, om geholpen te worden ter bekwamer

tijd.”

Hij weet waar zij doorheen gaan. Alles wat ze

tegen komen kent Hij. Vers 16 Vrijmoedig toegaan,

dat zegt ook in Hebr.10:19. De troon der genade is

een andere manier om het verzoendeksel te

beschrijven voor Israël. Het verzoendeksel in Het

OT, was geen troon van genade, het was een troon

van de wet: Psalm 8. De troon waar die Priester op

zit, de Heere Jezus, is de troon der genade, en hij

zegt niet dat wij de hemelen door moeten gaan

waar Hij is, maar Hij is daarboven en maakt

voorzieningen voor ons in het Nieuwe Verbond om

in dat Koninkrijk te komen, en wat Israël moet

doen is toegang nemen tot de voorziening die God

voor hen heeft gemaakt in de Messias, en wij

moeten vrijmoedig komen tot de troon der genade.

U kent het verzoendeksel, God sprak: Ik zal u daar

ontmoeten. Er zijn twee cherubs op. Dat is een

beeld van de troon van God. Psalm 80 is een

gedeelte over de wederkomst van Christus naar de

aarde, de psalm echoot het gebed van de

verdrukkingsheilige. De zelfde mensen waar het

boek Hebreeën aan geschreven is. Uitkijkend naar

de wederkomst.

Ps.80:1 Voor den opperzangmeester, op

Schoschannim; een getuigenis, een psalm van

Asaf. O Herder Israels! neem ter ore, Die Jozef

als schapen leiddet; Die tussen de cherubim zit,

verschijn blinkende.”

Die tussen de cherubs zit… verschijn blinkende is

de wederkomst, waar woont de Heere Jezus

Christus als zij Hem bidden om terug te komen?

Hij woont tussen de cherubs:

Ps.99:1 “De HEERE regeert, dat de volken

beven; Hij zit tussen de cherubim; de aarde

bewege zich.”

Kijkt ook uit naar het Koninkrijk en naar de

regering van Christus. Hij zit op Zijn troon van

genade, tussen de cherubs als een Priester op Zijn

troon en daar op die troon en de bediening van de

raad des vredes is door Hem.

En Hebreeën zegt: daar is voorziening voor ons en

wat wij moeten doen is waarderen wie Hij is, onze

Hogepriester. Zodat wij de mogelijkheid hebben

om door te gaan in deze verdrukking en

verzoekingen, Hij weet er alles van. Lees zo de

psalmen als het gebedsboek van de grote

verdrukkings-heiligen. Soms leest u en denkt: dat is

de Messias, en soms iemand anders, de reden is dat

Hij hun lijden is ‘binnengegaan’.

Ziet u hoe u daar genade moet vinden? U moet het

vinden!

Met kerst laat u uw kinderen kadootjes onder de

boom zoeken, je hoeft daar niet veel moeite voor te

doen. Als ik u zou vragen om een kado, is het dan

een kado? Een kado is een vrije gave en aan je

gegeven. Je kunt de kinderen plagen en zeggen dat

ze het moeten opzoeken. Maar als u genade moet

zoeken, dan leeft u niet in de bedeling van genade.

U kunt overal genade vinden, het is overal, meer is

er niet.

Jak.4:6 “Ja, Hij geeft meerdere genade.

Daarom zegt de Schrift: God wederstaat de

hovaardigen, maar den nederigen geeft Hij

genade.”

Hij geeft meerdere genade… onderwerpt, reinigt,

zuivert, treurt, weent enz. Wat is dat allemaal? En

Jak. 5:9 want de Rechter staat voor de deur, dat is

Page 64: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 64

de wederkomst. 1Petr.5 er is verschil tussen

genade in een bedeling en de bedeling der genade.

Noach vond genade in de ogen des Heeren, in

Genesis, er staat niet dat iedereen genade vond in

de ogen des Heeren. Als u hoofdstuk 7 in Genesis

leest ziet u hoe hij die vond.

1 Petr.5:5 “Desgelijks gij jongen, zijt den ouden

onderdanig; en zijt allen elkander onderdanig;

zijt met de ootmoedigheid bekleed; want God

wederstaat de hovaardigen, maar den nederigen

geeft Hij genade.”

De nederigen geeft Hij genade, dat is precies wat

hier in Hebreeën gebeurt, wees niet hoogmoedig en

doe het op jouw manier, maar onderwerp jezelf aan

wat Gods Woord zegt. 1 Petr.1:4-13 .

1 Petr.1:5 “Die in de kracht Gods bewaard

wordt door het geloof tot de zaligheid, die

bereid is, om geopenbaard te worden in den

laatsten tijd.”

Hun zaligheid geopenbaard in den laatsten tijd, zo

is het altijd met Israël, een toekomstige redding,

uitkijken naar die redding die hen toegebracht zal

worden in de toekomst als Christus terugkomt.

1 Petr.1:10 “Van welke zaligheid ondervraagd

en onderzocht hebben de profeten, die

geprofeteerd hebben van de genade, aan u

geschied;”

Een geprofeteerde redding, niet de geheimenis

redding.

1 Petr.1:13 “Daarom opschortende de lenden

uws verstands, en nuchteren zijnde, hoopt

volkomenlijk op de genade, die u toegebracht

wordt in de openbaring van Jezus Christus.

U ziet dat is een genade die komt als Jezus Christus

terugkomt en Zijn Koninkrijk vestigt. Als hij het

dus heeft over de Hogepriester en Zijn troon heeft,

laten we vrijmoedig toegaan. Laten we de

voorziening die God voor ons heeft om het

voorhangel binnen te gaan en daar te zijn en die

genade ontvangen, om door te kunnen gaan. En er

te zijn als Hij terugkomt.

Wat is hier aan de hand mensen? Ga mee naar

Efeze 2, een ander manier van zeggen als hij doet

in Hebr.10 nadat hij 10 hoofdstukken leer heeft

geleerd. Laten we vrijmoedig toegaan, achter het

voorhangsel, door de nieuwe en levende weg, die

Christus heeft voorzien voor hen. God heeft een

volmaakte voorziening voor het volk Israël

volbracht in Christus en Zijn kruiswerk. Om hen in

het Koninkrijk te brengen, en het is hun

verantwoordelijkheid onder het Nieuwe Verbond

om daar in te wandelen.

En Hebreeën waarschuwt hen tegen falen om dat te

doen en het motiveert hen om naar Jezus te zien de

Apostel en Hogepriester van hun belijdenis. Dat

alles in Hebr. 4 en 10, en als ik het over ons heb,

spreek ik over Israël, en ik begrijp dat mensen deze

gedeelten claimen voor nu, voor henzelf, als het

lichaam van Christus, omdat wat waar is voor Israël

in deze situatie mbt. toegang tot God is ook waar

voor ons. Mijn persoonlijke menig is dat u geen

priester bent en ik ook niet, er is niet zoiets als het

priesterschap van de gelovige, dat komt door

misverstaan van de bedelingswaarheid en is door de

protestante reformatoren om de roomskatholieken

aan te vallen, het is geen bijbelse leer.

Ik geloof naar mijn eigen, privé, persoonlijke,

individuele, subjectieve mening dat Jezus Christus

niet mijn Hogepriester is. Ik heb geen priester

nodig en al die priesterlijke stof komt uit een geheel

verschillend programma. Maar nadat ik u dit

gezegd heb wil ik een vers lezen:

Efeze 2:18 “Want door Hem hebben wij beiden

den toegang door een Geest tot den Vader.”

Want door Hem hebben wij beiden den toegang

door één Geest tot den Vader. Wat het ook is dat

iemand denkt te hebben door een priester, ik heb

het al! Door in Jezus Christus te zijn. Dus, als

iemand het boek Hebreeën wil nemen en dit

allemaal wil zeggen, leren. Het doet me niets, want

ik heb al die dingen al! Ik wil dat u begrijpt dat ik

begrijp dat mensen Hebreeën anders nemen als ik

het doe.

Ik heb het jaren bestudeert en over gebeden en

gestudeerd, gestudeerd en ik lees deze gedeelten en

ik zie de grote verdrukkingleer en Israël’s

programma en hoe het prachtig in elkaar past,

waarom zien andere mensen dat niet?! En ik denk

dat het de meeste keren is omdat zij de

voorzieningen zien die God voor ons heeft gemaakt

en dan willen ze dat wat waar is voor ons overal

lezen waar ze kunnen, en ze lezen het in de andere

programma’s. Het moet waar zijn voor ons, want

het is waar voor ons, en het is waar voor hen en is

waar voor ons, dus het is allemaal het zelfde! En

Page 65: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 65

ongelukkigerwijze brengt u dat in problemen met

recht snijden. Ik denk dat dat de reden is.

Hebreeën 5:1-10

Hebreeën 5, we eindigden met hoofdstuk 4, ik

probeerde u te laten zien dat het punt hier de

Hogepriesterlijke bediening van de Heere Jezus

Christus is in het boek Hebreeën. En ik probeerde u

te laten zien hoe dat uitwerkt voor het volk Israël

gedurende haar Lo-Ammi periode en hoe dat hen

zelfs nu beïnvloed. Jezus Christus is nooit gezegd

te zijn de Hogepriester van het lichaam van

Christus. U en ik hebben geen Hogepriester, wij

hebben er geen nodig, wij hebben geen

verbondsrelatie met God die in stand gehouden

moet worden tijdens onze afwijking en ons falen.

Wij zijn in Christus, er is geen moment dat wij

afgesneden worden van God het is niet nodig om

een verbond in stand te houden dat ons in

gemeenschap en in relatie met God houdt, want we

zijn er al. Als u in Christus bent en u bent

rechtvaardig verklaard dan bent u aanvaardbaar

voor God, en volkomen geschikt om in Zijn

aanwezigheid te zijn. Soms kunt u geaccepteerd

zijn en niet geschikt zijn, mensen accepteren u in

uw beperkingen, maar dat doen wij met elkaar.

Maar zo zijn wij niet voor de Heere, wij zijn

compleet en totaal geschikt en Hij kijkt niet naar

ons als zijnde beperkt, want in Christus heeft Hij

ons de totale voorzieningen gegeven van Zijn

genade.

In Israëls situatie, voor het volk en u moet zich

herinneren dat er een verschil is tussen het volk,

Gods belofte voor het volk en de individuen van de

generatie die het volk uitmaken in die speciale tijd.

Die individuen kunnen of kunnen de zegeningen

van het volk niet ontvangen, uitgaande van hun

geloof in Gods Woord voor hen. Maar God gaat het

volk niet opzij zetten, soms is dat moeilijk om op

die manier te denken, want het is soms moeilijk om

als leden van het lichaam van Christus op die

Page 66: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 66

andere manier te denken, maar dat is de sleutel om

veel uit het boek Hebreeën te begrijpen. Te

begrijpen dat Hij die generatie aanspoort, vermaant

om die generatie te zijn die de zegeningen

ontvangen van het volk. U en ik zijn een generatie

in ons volk, wij zijn Amerikanen, Nederlanders, wij

zijn de generatie die nu ons volk bezighouden

gedurende de laatste helft van deze 20e eeuw.

Er was een generatie van mensen die leefden in de

laatste helft van de voorgaande eeuw en daarvoor.

Het is steeds één volk, maar er zijn verschillende

generaties in dat volk. Verschillende generaties in

Amerika hebben hun beheer mbt. Amerika en de

zegeningen van de zgn. ‘American dream’ op

verschillende manieren uitgedragen, maar onze

generatie laat die verloren gaan, en onze generatie

ziet het afbrokkelen, de volgende generatie zal het

zien neerstorten en iets anders uit het puin maken.

Nu, in Israël hebben zij een grondwet, een verbond,

zegeningen, een volk, en op een dag zal het volk

haar Koninkrijk hebben. Maar wat gebeurd er als

de tijd daar is en de generatie die er dan is faalt?!

En leeft niet volgens de standaard zoals het volk

hoort te leven? Deel van de bediening van de

priesters is om tussen beiden te komen, voorbede te

doen voor de falende mensen. En Jezus Christus, en

Zijn Hogepriesterlijke bediening achter het

voorhangsel doet dat voor Israël in de tijd dat het

boek Hebreeën is geschreven. Hebreeën is

geschreven in de Handelingenperiode, na het begin

van de gemeente, het lichaam van Christus, na het

begin van de bedeling van genade, en er is iets van

een toepassing voor hen zelfs vandaag, als er geen

Israël is.

Denk na, als de roeping en verkiezing van God

onberouwelijk is, wat is het dat God toestaat om het

volk Israël in stand te houden vandaag in de

bedeling van genade? Wel, de meerderheid van het

volk is verloren, ik weet niet of u zich dit

afgevraagd heeft…, de meerderheid is verloren en

gaat naar de hel, degenen die gered zijn gaan mee

als de opname komt en zijn niet meer hier, het

enige deel wat hier overblijft na de opname zijn

verloren mensen die naar de hel gegaan waren als

ze gestorven waren voor de opname. Na de opname

komen ze in de grote verdrukking en daar gaat God

uit hen zo’n 144.000 kiezen die het fenomeen zoals

in het begin van de Handelingenperiode zullen

reproduceren en het programma opnieuw starten

zoals in het begin van de Handelingen in plaats van

12 discipelen zullen er 144.000 zijn die het

opnieuw gaan doen.

Wat geeft God het vermogen om dat volk zo te

bewaren? Als zij kennelijk verloren zijn, en toch is

er de bewaring van een fysiek, lichamelijk Israël

om daar te komen. Wel dat alles heeft betrekking

op wat de Hogepriester Christus en Zijn voorbede

bewerkt voor hen vandaag, gedurende de Lo Ammi

periode. Wat er gaat gebeuren als God de draad

weer oppakt met Israël, ze moeten begrijpen wat

hun status is en de voorziening die God voor hen

heeft gemaakt in de Hogepriester, de Heere Jezus

Christus.

Nu zijn we zover gekomen dat hij hen heeft

vermaant in hoofdstuk 1 over de Zoon van God, in

hfst.2 als de Zoon des mensen. In hfdst.3 en 4 de

waarschuwing over het volk dat binnengaat, en dat

zij deel uit moeten maken van de generatie die

gehoorzaam is zodat zij binnen kunnen gaan.

In hoofdstuk 5 gaan we beginnen met de studie

over het punt van de Hogepriester. En het eerste

wat hij doet in hoofdstuk 5 is het introduceren van

het punt van het priesterschap van Melchizedek

van de Heer Jezus Christus. En dan onmiddellijk in

Hebr.5:11 interrumpeert hij zichzelf en gaat naar

hfdst.6 met een kleine uitweiding tussen haakjes

waar hij deze mensen waarschuwt m.b.t. het feit dat

zij dat punt niet begrijpen van: Christus, de

Hogepriester naar de ordening van Melchizedek.

En dat de reden waarom zij het niet begrijpen is dat

zij traag zijn om te horen. En dan gaat hij terug

naar de vermaning en de instructies in hfdst. 7,8,9

en10. We hebben hier dus een kleine korte

introductie, die doen we nu: de eerste tien verzen

Hebr.5:1-10.

Hebr.5:1,2 “Want alle hogepriester, uit de

mensen genomen, wordt gesteld voor de mensen

in de zaken, die bij God te doen zijn, opdat hij

offere gaven en slachtofferen voor de zonden;”

“Die behoorlijk medelijden kan hebben met de

onwetenden en dwalenden, overmits hij ook zelf

met zwakheid omvangen is;”

Met andere woorden: God kiest een priester, hij is

uit de mensen genomen en Hij is gesteld voor de

mensen in de zaken die bij God te doen zijn. Hij

representeert de mens voor God, en God voor de

mens. En hij is genomen uit de mensen zodat hij u

kan begrijpen, dat hij medelijden kan hebben. Hij

weet wie u bent, omdat hij ook een mens is. Hij kan

aan God uitleggen wat er aan de hand is,

communiceren met God. Hij voelt onze zwakheden

zoals in hfdst.4:15,16, Hij begrijpt ons.

Page 67: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 67

Hebr.5:3 “En om derzelver zwakheid wil moet

hij gelijk voor het volk, alzo ook voor

zichzelven, offeren voor de zonden.”

Hij is een zondaar, dus hij moet voor andere

mensen, maar ook voor zichzelf offeren.

Hebr.5:4 “En niemand neemt zichzelven die eer

aan, maar die van God geroepen wordt,

gelijkerwijs als Aaron.”

Om priester te zijn moet je door God geroepen zijn,

je moet degene zijn die God verordineert heeft, je

komt niet zomaar op. Iemand van de stam Naftali

zei: Weetje, ik wijd mezelf aan God, ik wil dat God

me tot priester roept… Zo gaat het niet. God riep

Aäron en zijn zonen, hij had vier zonen, twee

stierven Lev.10 omdat ze vreemd vuur offerden, de

andere twee zijn: Ithamar en Eliëzer, zij kregen

zonen en families in het priesterschap. Maar God

verordineerde hen.

Hebr.5:5,6 “Alzo heeft ook Christus Zichzelven

niet verheerlijkt, om Hogepriester te worden,

maar Die tot Hem gesproken heeft: Gij zijt Mijn

Zoon, heden heb Ik U gegenereerd.” “Gelijk Hij

ook in een andere plaats zegt: Gij zijt Priester in

der eeuwigheid, naar de ordening van

Melchizedek.”

Zo ook met Christus, Hij heeft Zichzelf niet

verheerlijkt om Hogepriester te zijn. Hoe werd

Christus verordent tot Hogepriester? God

verordineerde Hem tot die dienst. Jezus Christus als

de Messias heeft drie basis bedieningen(offices): 1.

Profeet, zoals Mozes. 2.Koning, zoals David. 3.

Priester, voor eeuwig naar de ordening van

Melchizedek.

Voor deze diensten moet je aangesteld, aangewezen

worden. Al deze diensten worden met olie gezalfd.

De zalving met olie is een symbool van de

aanstelling van God tot de dienst. Christus deed het

niet op zichzelf, dat is het hele punt hier in de

eerste verzen, Hij wijst Zichzelf niet aan, maar God

de Vader. Hij zei tot Hem: Gij zijt Mijn Zoon,

heden heb Ik U gegenereerd. Dat is een verwijzing

naar de opstanding, kijk terug naar hfdst.1:1,2, daar

begint het boek Hebreeën mee.

Hebr.1:2 wanneer heeft Hij Hem Erfgenaam

gemaakt van alles? Hebr.1:3-5. Dat is de naam, de

titel die God de Vader aan God de Zoon gaf de dag

dat Hij Hem genereerde, een aanhaling uit Ps.2:6.

Er is hier een aanstelling. Dat is de opstanding.

Met de opstanding van Jezus Christus verklaarde

God de Vader Hem de Zoon van God met kracht,

en de Heilige Geest door de opstanding van de

dood.

In Hand.13:33 haalt Paulus Ps.2:6 aan als een

duidelijke verwijzing naar de opstanding, de

generatie van Jezus Christus uit de dood. En die

generatie verklaard Hem openlijk en vertoond Hem

aan het universum in de positie van Zoonschap.

Niet langer een dienstknecht, niet langer

gehoorzaamheid leren, nu geplaatst in de positie

van aanname. En Hem is gegeven die betere naam

dan de dienaars, de engelen zijn dienaren, u

herinnert zich Gal.4:1,2 dat is hier aan de hand.

Daarom zegt hij in Hebr.5:5 dat Christus Zichzelf

niet verheerlijkt heeft om Hogepriester te worden.

Hij was geen Hogepriester toen Hij op aarde was.

Toen Hij op aarde was, was Hij van de stam van

Juda. En de stam van Juda heeft geen bediening in

het priesterschap, daarom was Hij geen priester

toen Hij op aarde was. Hij werd aangewezen als

hun Hogepriester bij Zijn opstanding. God de

Vader wees Hem aan, verheerlijkte Hem op die

manier: door te zeggen: Gij zijt Mijn Zoon, heden

heb Ik U gegenereerd. Ik heb U gesteld tot

Erfgenaam van alles.

Hebr.5:6 nu, als u een priester voor eeuwig bent,

hoe lang moet u dan leven? Als u voor eeuwig

leeft, wat voor soort leven moet u dan hebben?

Eeuwig leven, wat voor soort leven is dat? Dat is

opstandingleven, gaat het om in het Koninkrijk. U

ziet, in het Koninkrijk, in het opstandingsleven van

het Koninkrijk dat het volk Israël eeuwig leven

heeft. Voor Israël was eeuwig leven synoniem met

leven in het Koninkrijk.

Ik blijf deze dingen zeggen, ik herhaal en ik kijk

terug met jullie zodat het in uw verstand komt,

want ik weet hoe moeilijk het is om al deze dingen

in uw verstand op te slaan, in uw referentieframe.

Dus ik herhaal nu snel zodat u zo vers 7,8,9 zult

begrijpen. Sommigen van u zullen niet al deze leer

die ik nu behandeld heb begrijpen, en als u het niet

begrijpt, voel u zelf niet slecht, want u kunt niet

alles van Hebreeën begrijpen, maar we gaan erdoor

heen en ik herhaal deze dingen, omdat ik weet dat u

die achtergrond, referentieframe moet hebben.

Luk.18:28-30 “En Petrus zeide: Zie, wij hebben

alles verlaten, en zijn U gevolgd.” “En Hij zeide

tot hen: Voorwaar, Ik zeg ulieden, dat er

niemand is, die verlaten heeft huis, of ouders, of

Page 68: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 68

broeders, of vrouw, of kinderen, om het

Koninkrijk Gods;” “Die niet zal veelvoudig

weder ontvangen in dezen tijd, en in de

toekomende eeuw het eeuwige leven.”

De komende eeuw, dat is het Koninkrijk. Wat

hebben zij? Eeuwig leven! Voor hen die leven in

het Koninkrijk, is dit een andere manier van zeggen

dat zij eeuwig leven zullen hebben. Eeuwig leven

voor hen was opstandingsleven in het Koninkrijk

dat Jezus Christus aan hen beloofde.

Mark.10:30 “Of hij ontvangt honderdvoud, nu

in dezen tijd, huizen, en broeders, en zusters, en

moeders, en kinderen, en akkers, met de

vervolgingen, en in de toekomende eeuw het

eeuwige leven.”

Parallelgedeelte, hier zegt hij het op deze manier.

Ik ben blij dat ik niet deze tekst hoef te claimen,

wat zal ik moeten doen met al die broeders en

zusters, en ik heb er al heel wat, maar… de

toekomende wereld is eeuwig leven. U ziet,

opstandingsleven was de basisbelofte van het

verbond met Abraham. Toen God tegen Abraham

zei dat zijn zaad dat land zou bezitten voor eeuwig,

maar dat hij eerst zou sterven, toen begreep

Abraham instinctief, onmiddellijk dat hij zou

sterven en weer op zou staan en voor eeuwig in het

land zou leven.

We gaan terug naar Hebr.5. Het punt dat Jezus

Christus priester voor eeuwig is, is vlgs.

Melchizedek. En we zullen begrijpen waarom hij

Melchizedek erbij haalt ivm het eeuwige

priesterschap van Christus als we bij hfdst. 7

komen, want dan gaat hij het uitleggen aan ons.

Sommigen zeggen: Melchizedek was een heiden.

Nu, er waren nog geen Joden toen Melchizedek

leefde.

Hebr.5:7,8,9 “Die in de dagen Zijns vleses,

gebeden en smekingen tot Dengene, Die Hem uit

den dood kon verlossen, met sterke roeping en

tranen geofferd hebbende, en verhoord zijnde

uit de vreze.” “Hoewel Hij de Zoon was,

nochtans gehoorzaamheid geleerd heeft, uit

hetgeen Hij heeft geleden.” “En geheiligd zijnde,

is Hij allen, die Hem gehoorzaam zijn, een

oorzaak der eeuwige zaligheid geworden;”

Let op, Hij is de Zoon, maar in de dagen van Zijn

vlees leerde Hij gehoorzaamheid. Wie leert

gehoorzaamheid? Een dienstknecht! In de dagen

van Zijn vlees is Hij nog niet verhoogd en

aangesteld tot die Naam van Zoonschap. Hij leert

gehoorzaamheid, en daarom roept Hij tot de Vader

met tranen om Hem van de dood te verlossen. Hij

leert hier wat hfdst.4:15 zegt dat Hij is, Hij leert

wat het is om een leven van gehoorzaamheid des

geloofs te leven, en volmaakt te worden :9,10.

Het punt van vers 7,8 is het punt van Gal.4:1,2.

Deze dag ben je Mijn Zoon, dat is de opstanding.

Gedurende Zijn aardse bediening was het karakter

van Zijn leven dat van een Profeet. In Zijn aardse

bediening van Jezus Christus functioneerde Hij als

de lijdende Knecht, Hij leefde als Degene Die

gehoorzaamheid moest leren door de dingen die Hij

leed, en door Zijn lijden :7 leed Hij in alle punten

zoals Zijn broeders.

Vers 7 is soms niet begrepen. Er is een vreemde

leer die door het niet begrijpen van het geheime

karakter van wat er op Golgotha gebeurde, vers 7

op een fascinerende manier lezen, zij lezen zo: die

in de dagen van Zijn vlees enz. en het idee is dat

het Gethsemané is. Mat.26 en het idee is dat toen

Jezus Christus in Gethsemané was, en Hij bad dat

de beker Hem voorbij zou gaan, en Lukas zegt dat

Zijn zweetdruppels bloed werden, de intensiteit van

Zijn gebed, en het idee is dat Hebr.5:7 dat de duivel

Hem probeert te doden in Gethesemané. En de

duivel probeert Hem tegen te houden om naar het

kruis te gaan, want de duivel wilde niet dat Hij zou

sterven op Golgotha. Daarom probeert de duivel

Hem te doden in Gethsemané. Maar Jezus bad en

weende met tranen tot de Vader en God redde Hem

van sterven in Gethsemané zodat Hij naar het kruis

kon gaan.Wat is daar fout aan?

Ga mee naar 1 Kor.2:7 Want zo was het niet. Een

pastor die een groot voorbeeld was voor mij

vertelde, het was zondag voor Kerst en een vrouw

stond voor 10000 mensen in Madison Square

Garden en zij zong met heel haar hart en een

prachtige stem het lied Jeruzalem. Het klonk

prachtig, en iedereen was onder de indruk, en ik

dacht wat zal die broeder zeggen? Hij zei: dat was

mooi, een mooi lied ook, maar het is niet waar.

Prachtig, klinkt geweldig, maar als u naar de

woorden luistert geloof ze niet… Zo is het met

Hebr.5:7 zoals ik het beschreef. Ik hoorde het over

de radio preken en het is algemeen zo gezien dat in

Gethsemané omdat Hij bad, en weende God Hem

redde van de dood. De duivel probeerde Hem te

doden voor Hij naar Golgotha ging.

1 Kor.2:7,8 “Maar wij spreken de wijsheid

Gods, bestaande in verborgenheid, die bedekt

Page 69: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 69

was, welke God te voren verordineerd heeft tot

heerlijkheid van ons, eer de wereld was;”

“Welke niemand van de oversten dezer wereld

gekend heeft; want indien zij ze gekend hadden,

zo zouden zij den Heere der heerlijkheid niet

gekruist hebben.”

Satan begreep niet wat het kruis betekende, hij

hield Christus niet tegen om naar het kruis te gaan,

hij probeerde Hem juist aan het kruis te krijgen. Hij

probeerde Hem te doden, probeerde Hem te

verslaan, de dood is de ultieme vijand, en wie had

de macht van de dood? We zagen in hfdst.2:14 dat

satan die had. Hebr.5:7 …Die Hem uit de dood

kon verlossen. Er staat niet verlossen van sterven.

Er is een verschil tussen gered zijn van de dood en

gered van sterven. Gered zijn van sterven betekend

dat u niet sterft. Gered zijn van de dood betekend

dat u dood bent maar de dood kan u niet

vasthouden. Herinnert u zich Hand.2:24 de dood

kon Hem niet houden… Hij was niet gered van

sterven, Hij stierf, maar de dood kon Hem niet

houden.

Fil.2:8 “En in gedaante gevonden als een mens,

heeft Hij Zichzelven vernederd, gehoorzaam

geworden zijnde tot den dood, ja, den dood des

kruises.”

Gehoorzaam geworden zijnde tot den dood, ja den

dood des kruises. Gehoorzaamheid tot den dood

Hebr.5:9. Hij was niet gered van sterven, maar van

de dood. Jezus Christus ging naar Golgotha en

stierf in het absolute vertrouwen en geloof dat God

de Vader Zijn Woord zou houden en Hem

opwekken. Hij legde Zijn leven neer op Golgotha

in complete en totale gehoorzaamheid en

vertrouwen op wat God de Vader en God de Geest

met Hem overeengekomen waren, Zij hadden Hem

beloofd en Zich voorgenomen door Zijn dood en

opstanding.

Maar Jezus Christus heeft het onafhankelijke

uitoefenen van Zijn eigen eigenschappen van Zijn

Godheid opzij gezet en heeft het menszijn op Zich

genomen en heeft Zichzelf voor een kleine tijd

lager dan de engelen gemaakt, en heeft Zich

onderworpen aan de dood. Dus Hij gaat naar

Golgotha in het vertrouwen dat God de Vader, tot

Wie Hij gebeden heeft en geroepen alle dagen in

Zijn vlees, gedurende de dagen van Zijn lijden, en

gedurende de dagen dat Hij de gehoorzaamheid des

geloofs geleerd heeft, Hij gaat naar Golgotha en

sterft en Hij is gered van de dood, Hij is hét

voorbeeld van de gehoorzaamheid des geloofs. En

door Zijn absolute, complete gehoorzaamheid des

geloofs is Hij de Oorzaak der eeuwige

zaligheid(:9). Hoe krijgt u eeuwige zaligheid? U

moet eeuwig leven hebben, opstandingsleven.

Hebr.5:10 “En is van God genaamd een

Hogepriester, naar de ordening van

Melchizedek.”

En is van God genaamd een Hogepriester naar de

ordening van Melchizedek, het opstandingsleven,

dat hij bediend. Betekent dat wat voor u?

Joh.10:17,18 “Daarom heeft mij de Vader lief,

overmits Ik Mijn leven afleg, opdat Ik hetzelve

wederom neme.” “Niemand neemt hetzelve van

Mij, maar Ik leg het van Mijzelven af; Ik heb

macht hetzelve af te leggen, en heb macht

hetzelve wederom te nemen. Dit gebod heb Ik

van Mijn Vader ontvangen.”

God de Vader had een afspraak met God de Zoon,

dat als God de Zoon naar Golgotha zou gaan en

sterven, God de Vader Hem zou opwekken.

Rom.6:4 Hij is opgewekt door de heerlijkheid des

Vaders, dat door Zijn dood op Golgotha zekere

dingen zullen worden volbracht en door Zijn

opstanding zekere dingen zullen worden volbracht.

Hij en de Vader in de raad van de Godheid in het

verleden van de eeuwigheid zijn dit

overeengekomen. En de Vader heeft de Zoon in de

dood gegeven en de Vader heeft toegestemd dat

Zijn Zoon kon sterven en dat Hij zou sterven. En de

Vader gaf Hem de opdracht, de instructie, het plan

en het doel dat de Heere Jezus Christus de keus had

in deze zaak of Hij Zijn leven zou neerleggen en

weer zou opnemen.

Mat.26:39,40 enz. “En een weinig voortgegaan

zijnde, viel Hij op Zijn aangezicht, biddende en

zeggende: Mijn Vader, indien het mogelijk is,

laat dezen drinkbeker van Mij voorbijgaan!

doch niet, gelijk Ik wil, maar gelijk Gij wilt.”

“En Hij kwam tot de discipelen en vond hen

slapende, en zeide tot Petrus: Kunt gij dan niet

een uur met Mij waken?”

Ik wil dat u ziet wat de gehoorzaamheid des geloofs

is. De beker is de beker van de toorn en de wraak

van de almachtige God over de zonde, zie Jeremia,

de Heere Jezus zag in de beker. Zoals Hij deed in

vers 27: deze drinkbeker is de drinkbeker van Mijn

bloed. Deze beker bevat Mijn offer voor de zonden

van Mijn mensen. Hij keek in die beker en Hij zag

de toorn en de wraak van God tegen de zonde, en

Page 70: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 70

als het mogelijk is laat deze drinkbeker aan Mij

voorbijgaan; doch niet gelijk Ik wil, maar gelijk Gij

wilt. Ik ga de gehoorzaamheid des geloofs

uitoefenen. Begrijpt u iets van wat Hij zegt in vers

38? Begrijpt u iets van waar Hij hier door

heengaat?

Mat.26:42 “Wederom ten tweeden male

heengaande, bad Hij, zeggende: Mijn Vader!

Indien deze drinkbeker van Mij niet voorbij

kan gaan, tenzij dat Ik hem drinke, Uw wil

geschiede!”

Jezus Christus doet de wil van Zijn Vader. Hoe doe

je dat? Dat is de gehoorzaamheid des geloofs.

Mat.26:44,45,46 als zij de hof van Gethsemané

verlaten is er geen vraag meer over. De wil van

God is het enige absolute ding in Zijn leven. Hij

heeft de keus gemaakt, het besluit genomen: Ik ga.

Hij is gehoorzaam.

Maar ik wil dat u begrijpt dat die gehoorzaamheid

niet gedwongen of geforceerd was, en wij weten

dat uit vers 52,53. Dit zijn ontroerende verzen,

meestal lezen we erover heen. Ziet u wat Hij zegt:

Ik heb besloten, doe de wil van de Vader en Ik ben

onderweg en Petrus probeert Hem te stoppen, en

Hij zegt: Wacht even, Ik heb jou niet nodig om dit

te stoppen, begrijp je niet dat Ik de Vader kan

vragen en Hij zal 12 000 engelen sturen? Maar Hij

deed het niet, in plaats daarvan stierf Hij voor u en

mij, dat is geweldig! Dit vers vernietigd compleet

en totaal de calvinistische theologie.

Als Jezus Christus op dit punt zei: OK Vader, Ik ga

dit niet doen, Ik maak de keus: Ik ga niet naar het

kruis… De Vader zou onmiddellijk terugtrekken en

stoppen en alles vernietigen en alles afblazen. Hij

was niet geforceerd, gedwongen om te gaan en tot

dat moment in Mat.26 waar Hij Zijn wil nam en

koos om te gaan, was de vraag open. U moet

begrijpen: Christus legde compleet en vrijwillig

Zelf Zijn leven af, door een daad van Zijn eigen

vrije wil in gehoorzaamheid aan de Vader. Het was

niet iets dat voor de grondlegging der wereld in

steen was gegrift en nooit veranderd kon worden,

dat bedoel ik te zeggen. Hij léérde gehoorzaamheid

door de dingen die Hij leed, en Hij was

gehoorzaam tot de dood.

En daarom Hebr.5 werd Hij gered van de dood,

God wekte Hem op! Nu, dat punt dat Hij gered

werd van de dood, we hebben geen tijd om alles

door te gaan, maar er zijn veel gedeelten in de

Psalmen waar u Hem ziet als Messias roepende tot

de Vader om Hem te redden van het graf. Ik geef u

er één:

Psalm 49:15 Maar God zal mijn ziel van het

geweld des grafs verlossen, want Hij zal mij

opnemen. Sela.”

En als u tijd hebt lees Ps.16,18. Dat is het geloof

dat Hij had toen Hij naar Golgotha ging. We gaan

terug naar Ps.16:9,10 Petrus haalde deze Psalm aan

op het Pinksterfeest.

Ps.16:9,10 “Daarom is mijn hart verblijd, en

mijn eer verheugt zich; ook zal mijn vlees zeker

wonen.” “Want Gij zult mijn ziel in de hel niet

verlaten; Gij zult niet toelaten, dat Uw Heilige

de verderving zie.”

En Fil.2 zegt: omdat Hij gehoorzaam was tot de

dood des kruises, God heeft Hem daarom uitermate

verhoogd. Dat is precies wat Hebr.5 zegt in vers 8,9

een eeuwige zaligheid, geen tijdelijke zaligheid en

dat is het punt van het priesterschap van

Melchizedek. Het priesterschap van Aaron duurde

zolang als Aaron en de wet duurde en toen er een

verandering in de wet kwam in een Nieuw Verbond

kon het priesterschap van Aaron niet meer duren.

Er was een nieuw priesterschap nodig, het Nieuwe

verbond zou voor eeuwig duren dus ze hadden een

priesterschap nodig dat voor eeuwig duurde, het

priesterschap van Melchizedek was een eeuwig

priesterschap. We zullen dat zien als we bij hfdst.7

komen.

Hebreeën 5:11-14

De vorige keer keken we naar de eerste tien verzen

en ik probeerde u te laten zien dat hij nu het punt

van het priesterschap van Melchizedek van

Christus ter sprake brengt. Hij is gekomen bij het

punt in Hebreeën van de Hogepriesterlijke

bediening van de Heere Jezus Christus voor het

volk Israël. En ik probeerde u uit te leggen wat de

invloed van Zijn Hogepriesterlijke bediening is

voor die tijd in het boek Hebreeën. En nu gaat hij

spreken over Zijn priesterschap en waarom zij Zijn

priesterschap moeten begrijpen en het verschil in

Zijn priesterschap door de verandering die plaats

had in de wet.

In Hebr.7:12 gaat het er om dat als er volmaaktheid

mogelijk was geweest voor Israël en iedereen onder

het verbond met Mozes en het Levitische

priesterschap van Aaron dan was er geen nieuw

verbond nodig geweest. Als het oude verbond

Page 71: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 71

toereikend was geweest om redding aan Israël te

brengen had God nooit gezegt: Ik maak een nieuw

verbond met jullie. Als het oude priesterschap

voldoende was geweest was er geen nieuwe nodig

geweest. Als het priesterschap van Aaron, van de

wet van Mozes voldoende was geweest was Jezus

Christus niet verklaard te zijn een priester volgens

de orde van Melchizedek.

Met andere woorden: Psalm 110 als Hij verklaard

wordt te zijn priester naar de ordening van

Melchizedek heeft dat alles te doen met het feit dat

het duidelijk is dat God de ordening van het

priesterschap gaat veranderen. In de eerste verzen

heeft God Hem aangewezen, en niet een mens en

Hij wees Hem aan een priester voor eeuwig

volgens de ordening van Melchizedek, dat heeft te

maken met de opstandingsbediening van Christus,

Zijn bediening als de opgestane Christus. In Zijn

opstanding is Hij een priester volgens de ordening

van Melchizedek. Dat is een eeuwig priesterschap.

Het punt van priester te zijn voor eeuwig :6

Ps.110:4. Het priesterschap van Melchizedek heeft

eeuwig leven, opstandingsleven. Jezus Christus

bezit opstandingsleven. Hij behandelt dit alles,

brengt het tevoorschijn, klaar om het te vertonen en

dan stopt hij in vers 11!

Hebr.5:11 “Van Denwelken wij hebben vele

dingen, en zwaar om te verklaren, te zeggen,

dewijl gij traag om te horen geworden zijt.”

Van denwelken wij hebben vele dingen…te

zeggen, dewijl gij traag om te horen geworden zijt.

Ik heb veel te vertellen over Jezus Christus als onze

Hogepriester naar de ordening van Melchizedek, er

zijn veel dingen die deze mensen moeten

waarderen over het priesterschap van Christus,

zodat zij niet teruggaan naar het priesterschap van

Mozes. Als zij Hem waarderen als priester naar de

ordening van Melchizedek zullen zij gemotiveerd

en geïnstrueerd zijn in wie Christus voor hen is, en

de voorzieningen in het priesterschap van

Melchizedek en dat begrip zal hen motiveren om

door te gaan met Christus en niet teruggaan naar de

wet van Mozes en het Oude Testament. Maar naar

het Nieuwe Verbond en de zegeningen voor hen

daarin.

Het is duidelijk voor mij dat deze gedeelten niet

veel met ons te maken hebben omdat als wij te

maken zouden hebben met het priesterschap van

Melchizedek naar welk priesterschap moeten we

dan terug moeten? Wij hebben er geen één om mee

te beginnen. Wij zijn geen priesterlijk volk om mee

te beginnen, dus het contrast, behalve als u er zich

op fixeert dat u een deel bent van het volk Israël, en

teruggaat naar het Joodse programma, er is een

verandering…

Vers 11, hij stopt nu en de rest van de verzen van

hfdst.5 en hfdst.6 gaat hij hen uitleggen waarom het

zo moeilijk is voor hen om het punt te vatten van

dit nieuwe priesterschap van Christus. En wat u

hier gaat ontdekken is precies hetzelfde wat Paulus

aan de Korinthiers in de eerste drie hoofdstukken

van het eerste boek van de Korinthiers schrijft.

Heeft u zichzelf ooit afgevraagd, of is u gevraagd

waarom mensen het geheimenis niet zien? Dat

vragen mensen mij steeds, afgelopen week in een

meeting in Californië ontmoette ik drie mensen, ze

verblijdden zich in het woord rechtgesneden, en de

aparte bediening van Paulus en in het geheimenis

en de genade van God. Br. Rick: waarom kunnen

wij het zien en andere mensen niet?! Dat is een

soort tendens. Ik zal u mijn antwoord laten zien, ga

met mij mee naar 1 Korinthe 1 als u wilt begrijpen

waarom mensen het geheimenis niet zien: Paulus

schreef 3 hoofdstukken in 1 Korinthe om het aan

hen uit te leggen waarom zij het niet zagen:

hoofdstuk 1,2,3. Er zijn hier drie basis redenen

uitgelegd waarom zij het niet zien.

En als u die gedeelten zult bestuderen zult u het

begrijpen waarom mensen het niet zien, en

waardeert u waarom u het ziet. Wat mensen

meestal denken is: wij zien het en zij niet, er moet

iets bijzonders zijn met ons… God moet bijzonder

goed voor ons geweest zijn (Ik dacht dat ook), Hij

koos mij uit om het te laten zien en niet aan broeder

zo en zo, dus Hij moet mij bijzonder aardig

vinden… U deed dat natuurlijk niet maar… Maar

als u gaat begrijpen wat genade is dan weet u dat

dat niet waar is! God is even rijk voor mij als voor

die ander, het probleem is niet van Gods kant, maar

van mijn kant. Het probleem is niet dat God het niet

heeft bekend gemaakt, het probleem is: ik heb het

niet aangenomen en gewaardeerd. Dan gaat u

zeggen: waarom heb ik het aangenomen? Dan

begrijpt u dat het niet iets is dat u trots maakt, maar

nederig.

1 Korinthe 1:26-29 “Want gij ziet uw roeping,

broeders, dat gij niet vele wijzen zijt naar het

vlees, niet vele machtigen, niet vele edelen.”

“Maar het dwaze der wereld heeft God

uitverkoren, opdat Hij de wijzen beschamen

zou; en het zwakke der wereld heeft God

uitverkoren, opdat Hij het sterke zou

beschamen;” “En het onedele der wereld, en het

Page 72: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 72

verachte heeft God uitverkoren, en hetgeen

niets is, opdat Hij hetgeen iets is, te niet zou

maken;” “Opdat geen vlees zou roemen voor

Hem.”

U ziet dat het mensen zijn die niet zo wijs, machtig,

edel zijn, maar dwaas, zwak, niets. Weet u waarom

u het hebt? Omdat u een dom, zwak niemand bent

die dwaas wilde zijn en veracht en niets. Begrijpt u

waarom ik dit tegen u zeg? In plaats van te zeggen:

ik ben zo geweldig is het een teken dat ik zo dwaas

wilde zijn om te geloven wat God zegt. Ik wil zwak

genoeg zijn om in Zijn kracht te rusten, ik wil niets

zijn, dat Hij alles kan zijn. En dat is de eerste basis

vereiste voor Hem om u alles te laten zien, Hem

alles te laten zijn. En als u deze waarheid ziet

maakt het u niets en het betekent dat u niet machtig

bent, u bent één van de weinigen die niets willen

zijn. Vers 29 dat is de weg van geloof. Dus in

plaats van verhogen is het Christus is alles. Hun

vlees zit in de weg.

Hebr.5:11 Hij gaat naar de redenen die de Hebreeën

niet oppakken, en het moeilijk vinden om gesticht

te worden volgens hun programma.

Hebr.5:12 “Want gij, daar gij leraars behoordet

te zijn vanwege den tijd, hebt wederom van

node, dat men u lere, welke de eerste beginselen

zijn der woorden Gods; en gij zijt geworden, als

die melk van node hebben, en niet vaste spijze.”

U herkent hier direct het verband met 1 Kor.2,3

hetzelfde idee. Israël heeft altijd het Woord van

God gehad, God had het aan niemand anders

gegeven, toen Christus kwam en Johannes en de

apostelen. Hebr.1:1 Israël had het Woord, had de

informatie. En nu hebben ze weer iemand nodig die

hen het ABC opnieuw leert. Ze hadden niet eens de

basis dingen geleerd. Israël heeft nooit de

basisdingen van de wet geleerd, de wet van Mozes

was ontworpen om hen te leren, de basisbeginselen

over henzelf, over hun eigen zondigheid, hun eigen

beperkingen, hun eigen onmogelijkheden en hun

eigen behoefte aan een Verlosser, ze hebben deze

dingen niet geleerd. Dus zij moesten opnieuw

geleerd worden, als degenen die melk nodig hebben

en geen vlees.

Het probleem was dat zij niet in staat waren om

effectief te horen. We gaan naar Mat.13:3 en verder

en dit gaat over de leer van het oor en is heel

belangrijk in Israël, daarom bespreek ik het nu.

Mat.13:9 “Wie oren heeft om te horen, die

hore.”

Wie oren heeft om te horen, die hore. Dat is een

heel belangrijke uitdrukking, omdat in dit gedeelte

de Heere aan Israël een bijzondere manier van leren

begint te introduceren.

Mat.13:10 “En de discipelen tot Hem komende,

zeiden tot Hem: Waarom spreekt Gij tot hen

door gelijkenissen?”

Hij begon ze te leren in gelijkenissen. Dit is de

eerste gelijkenis, van de zaaier. En als Hij daar staat

en deze mensen in Israël begint te leren in

gelijkenissen, vragen de discipelen Hem: waarom

doet U dat?!

In elk commentaar dat u leest of als u naar de

predikers op de radio luistert en u vraagt het hen:

waarom leerde Christus in gelijkenissen? Wat

vertellen zij u? Hij gebruikt huiselijke illustraties

die iedereen begrijpt zodat Hij de waarheid

duidelijk kan maken voor hen. Zoals een illustratie

in een preek, een illustratie uit het leven zoals b.v.

de zaaier, dat begrijpen ze zodat ze dan kunnen

horen en meer precies begrijpen wat Hij leert.

Maar kijk wat Hij zegt: Mat.13:11-16. Het punt

daar is duidelijk: er zijn twee groepen van

luisteraars. Er is een groep die zegt: spreek wat

duidelijker, wil je, ik kan het niet horen, ik zie het

niet, waar heeft U het over, ik zie niets. Dat is die

groep, zij hebben hun ogen gesloten zodat ze niet

zien, ze hebben hun oren dichtgedaan. Dat is het

probleem van deze mensen, ze hebben hun oren

dicht, hun ogen dicht, daarom spreekt Christus tot

hen in gelijkenissen zodat zij het niet kunnen

pakken, omdat zij het niet willen.

En dan gaat Hij verder en verklaart de gelijkenis

van de zaaier. Christus leert twee gelijkenissen die

Hij Zelf uitlegt aan Zijn discipelen. In Mat.13,

Mark.4 en Luk.8 als Hij ze uitlegt zegt Hij tot hen:

Ik ga deze gelijkenis uitleggen zodat jullie de

principes kunnen begrijpen waarmee je al de andere

gelijkenissen kunt uitleggen. Dus Hij leert hen hoe

zij ze kunnen begrijpen. Maar Hij spreekt in deze

bedekte, parabolische taal zodat mensen die hun

oren en ogen sluiten niet kunnen horen, zien .

Mat.13:15 en Hebr.5:11 Wat is het probleem: er

zijn een heel stel mensen in hun midden die niet

geloven… Het horende oor, herinnert u Openbaring

2 en 3? Met de 7 gemeenten, elke keer eindigt hij

Page 73: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 73

met: die oren heeft , die hore… De reden daarvan

is: (ga mee naar Johannes 8) dat horende oor was

het oor van geloof en dat trage horen was ongeloof.

Er zijn twee groepen in Israël, de gemengde

menigte, en wat er in de grote verdrukking gaat

gebeuren is dat die groep mensen “uitgewied”,

uitgezuiverd zullen worden. De manier waarop dit

zal gebeuren is door het Woord van God en

sommigen zullen horen en anderen niet, sommigen

geloven en sommigen niet, sommigen zullen

gezegend worden in het Koninkrijk en sommigen

zullen omkomen in de verdrukking en het volk zal

uitgezuiverd worden en dat vertelt hij in Hebr.5 en

6. Als u dit begrijpt en in hoofdstuk 6 komt zal het

niet zo moeilijk zijn voor u om te begrijpen waar

hij over spreekt in vers 4,5,6 in dat gedeelte waar

iedereen altijd zo graag om strijd.

Johannes 8:30,31,32 “Als Hij deze dingen

sprak, geloofden velen in Hem.” “Jezus dan

zeide tot de Joden, die in Hem geloofden: Indien

gijlieden in Mijn woord blijft, zo zijt gij

waarlijk Mijn discipelen;” “En zult de waarheid

verstaan, en de waarheid zal u vrijmaken.”

Indien gijlieden in Mijn woord blijft… dan…!

Joh.8:43-47 “Waarom kent gij Mijn spraak

niet? Het is, omdat gij Mijn woord niet kunt

horen.” “Gij zijt uit den vader den duivel, en

wilt de begeerten uws vaders doen; die was een

mensenmoorder van den beginne, en is in de

waarheid niet staande gebleven; want geen

waarheid is in hem. Wanneer hij de leugen

spreekt, zo spreekt hij uit zijn eigen; want hij is

een leugenaar, en de vader derzelve leugen.”

“Maar Mij, omdat Ik u de waarheid zeg, gelooft

gij niet.” “Wie van u overtuigt Mij van zonde?

En indien Ik de waarheid zeg, waarom gelooft

gij Mij niet? “Die uit God is, hoort de woorden

Gods; daarom hoort gijlieden niet, omdat gij uit

God niet zijt.”

Tot wie spreekt Hij hier? Mensen gebruiken dit

vers alsof Jezus dit spreekt tot iedereen die Hij op

straat tegen kwam, weet u tot wie Hij hier sprak?

Tot de religieuze leiders van Israël. Tot de

farizeeën en schriftgeleerden, zij die hun oren

dichtgestopt hebben en hun ogen dicht hebben door

hun eigen keus. Dit is geen algemene uitspraak

over de gehele mensheid. Vers 44: In Hebr.2:14,15

hebben we dit gezien over de duivel enz. dus de

context is erg gelijkend vers 45-47.

Terug naar Hebr.5 hij zegt: ik heb jullie veel te

vertellen, maar het is moeilijk om jullie zover te

krijgen dat je het begrijpt, jullie zijn traag om te

horen. Waarom? Ze hebben hun oren dichtgestopt.

Ziet u hij spreekt tegen het volk Israël, de generatie

geadresseerd in die tijd, die gemengde menigte.

Johannes 10:1,2 “Voorwaar, voorwaar zeg Ik

ulieden: Die niet ingaat door de deur in den stal

der schapen, maar van elders inklimt, die is een

dief en moordenaar.” “Maar die door de deur

ingaat, is een herder der schapen.”

De schapen zijn de kleine kudde, het ware volk

Israël, de deur tot de kudde is de waterdoop,

mensen die leiderschap willen hebben in de kudde

zonder zich aan Johannes waterdoop te

onderwerpen zijn de dief en de moordenaar. Lukas

7:29,30. De Herder komt en onderwerpt Zich aan

Johannes’ doop en gaat verder. De deur, is de doop

van Johannes. Als iemand u vertelt dat de deur naar

de baptistenkerk waterdoop is dan hebben ze gelijk,

dat leerde Johannes de Doper en hij stichtte de

eerste baptistenkerk, een Joodse baptistenkerk die

uitkeek naar de wederkomst en het Koninkrijk. Dus

u ziet mensen in onze dagen, leden van

baptistenkerken die uitkijken naar de wederkomst

en het Koninkrijk.

Joh.10:3,4 “Dezen doet de deurwachter open,

en de schapen horen zijn stem; en hij roept zijn

schapen bij name, en leidt ze uit.” “En wanneer

hij zijn schapen uitgedreven heeft, zo gaat hij

voor hen heen; en de schapen volgen hem,

overmits zij zijn stem kennen.”

Als de Herder komt horen de schapen naar Hem, zij

kennen Zijn stem. Vers 16 en zij zullen Mijn stem

horen… Vers 25-28 Hij spreekt tot de religieuzen,

mijn schapen horen Mijn stem. Vers 28 dit vers

wordt soms gebruikt om eeuwige zekerheid voor u

en mij als leden van het lichaam van Christus, maar

dat is een probleemvers voor eeuwige zekerheid,

omdat hun in vers 28 gaat over mensen die Zijn

stem horen en Hem volgen vers 27, dat is

voorwaardelijk! Bent u een discipel? Joh.8:31

indien gij in Mijn Woord blijft, zo zijt gij waarlijk

Mijn discipelen… U ziet dat dit een andere situatie

is dan in de brieven van Paulus.

Hebr.5 Het probleem is dat deze mensen geen

voortgang maken in de leer die zij moeten leren. Zij

worden als hen die weer opnieuw de beginselen

moeten horen en als die melk nodig hebben, een

baby. Zij hebben nodig: né,né , doe je mond open,

hier komt de trein… Ik heb vandaag gelunched, ik

ging naar de koelkast nam vlees deed het in de gril

Page 74: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 74

en aardappelen, en wat sellerie en brocolli en

bloemkool en ik at. Ik at zelf, mijn vrouw is niet

altijd thuis. Doe het zelf! Israël moest volwassen

zijn, maar ze zijn nog baby’s.

Hebr.5:13,14 “Want een iegelijk, die der melk

deelachtig is, die is onervaren in het woord der

gerechtigheid; want hij is een kind.” “Maar der

volmaakten is de vaste spijze, die door de

gewoonheid de zinnen geoefend hebben, tot

onderscheiding beide des goeds en des kwaads.” Geestlijk een baby zijn, de twee belangrijkste

verzen zijn vers 13,14. Wel religieus, maar een

baby, ook als je regelmatig naar de diensten komt

kun je een baby zijn. Als u het Woord van God

belangrijk maakt voor u, er de antwoorden in zoekt,

er ervaren in wordt, dan zijn de antwoorden die u

vindt in Gods Woord veel meer dan de antwoorden

die het religieuze systeem u geeft.

Vers 14 als de persoon in vers 13 onervaren is in

het Woord, wat is de persoon in vers 14? Hij

gebruikt het woord der gerechtigheid, ervaren, zijn

zinnen geoefend in onderscheid van goed en kwaad

hij gebruikt de Schrift om wat om hem heen

gebeurd te evalueren en wat goed en kwaad is. Dit

zijn de twee grootste verzen in het woord van God

over geestelijke volwassenheid.

Een objectieve maatstaf voor u en mij als voor

Israël hoe u ervaren kunt worden in het woord der

gerechtigheid, als u het ten eerste recht snijdt. In

Israëls programma ziet u in hfdst.6 hoe u gesticht

kunt worden in ons programma ziet u dat in

Rom.16 en de stichting overeenkomstig . De

Korinthiers hadden een probleem, ten eerste ze

stelden menselijke gezichtspunten boven Gods

gezichtspunt. U zult nooit de waarheid van Gods

Woord zien tot u eerst ziet dat Gods Woord de

autoriteit is. Zij hadden een autoriteitsprobleem in

hun leven. Het Woord was de autoriteit niet, hun

religie, hun leraren, hun kerkelijke structuur, de

mensen die zij volgden en dit boek was niet de

autoriteit in hun leven. Dat is de basis waar alles

start, begint. 1 Korinthe 2 zij waren niet betrokken

en begrepen het leerroces niet, zo is het ook met

deze mensen.

Rom.9:30,31 “Wat zullen wij dan zeggen? Dat

de heidenen, die de rechtvaardigheid niet

zochten, de rechtvaardigheid verkregen hebben,

doch de rechtvaardigheid, die uit het geloof is.

“Maar Israel, die de wet der rechtvaardigheid

zocht, is tot de wet der rechtvaardigheid niet

gekomen.”

God gaf Israël het Woord, Israël begreep niet wat

de wet hun probeerde te leren :32, zij hebben het

nooit gevat, God gaf hen de wet, zij hadden hem,

zij lazen hem, zij bestudeerden hem maar zij

leerden nooit wat de wet hen probeerde te leren: uw

falen, je kunt het niet, je zult het nooit maken, jouw

manier, je kunt het alleen maken door te

vertrouwen wat God deed. Psalm 51: ik heb

gezondigd tegen God, ik ben een zondaar en de

offeranden Gods zijn een gebroken geest en een

gebroken en verslagen hart. Dat waardeert God.

Die Jood toen moest begrijpen dat het niet de

ceremonieën waren, zij waren maar een uiterlijke

uitdrukking van geloof, en het rusten in wat God

zegt. Ze begrepen niet hoe het bloed van al die

dieren moest gegeven worden, ze wisten dat God

het zei en zij geloofden. En het was het hart dat

vreesde voor het Woord van God, dat was het punt.

Zij leerden de les, maar het volk als geheel deed het

nooit.

Rom.10: 3 “Want alzo zij de rechtvaardigheid

Gods niet kennen, en hun eigen gerechtigheid

zoeken op te richten, zo zijn zij der

rechtvaardigheid Gods niet onderworpen.”

Ziet u het probleem met Israël toen Christus kwam,

en Jezus is het levende Woord van God, en de

reden waarom zij Hem niet herkenden en hoorden

was omdat zij steeds niet naar het Woord van God

luisterden, zij wandelden niet door geloof. Als zij

steeds hadden gewandeld door geloof en in Zijn

Woord, en als toen het levende Woord had

gekomen dan hadden ze gezegd: hé, we horen Hem

ook. Maar zij hadden een hoorprobleem.

Ze hadden de basis lessen die het wetsysteem voor

hun had niet geleerd, dus toen Christus kwam en

met hen begon te delen en te leren de dingen van de

Koninkrijkswet waren ze blanco. Ze vatten het

niet. Dus de Joden daar en die van Hebr. is dezelfde

situatie. Allen in de context van hun programma,

waren zij traag om te horen. Waarom, ze waren

onervaren in het woord der gerechtigheid. Dus hij

zegt in hfdst.6:1 daarom…laten we verder gaan, er

is meer voor ons dan alleen deze oude basis ABC’s

en 1,2,3 we moeten verder gaan tot de

volmaaktheid. Waar is volmaaktheid?

Volmaaktheid was in het Nieuwe Verbond, niet in

het Oude. Hij zegt: mensen jullie hebben de Oude

les niet geleerd, maar laten we verder gaan met wat

jullie wel kunnen vatten in het Nieuwe Verbond.

Page 75: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 75

Hebreeën 6:1-4

Ik vertelde net aan een paar mensen dat ik gisteren

om 11uur vertrok naar Detroit, ik moest daar om 16

uur zijn, ik reed 340 miles in 5 uur…en ik weet nog

niet hoe ik dat deed, maar ik weet dat ik laat was

toen ik vertrok en ik wilde niet te laat aankomen

daar, maar nu ik vandaag terug kwam deed ik het

niet zo, iedereen haalde me in en ik kon m’n

snelheid niet op pijl krijgen, ik voel me door elkaar

geklutst, als je die weg rijdt en denkt dat de wegen

hier slecht zijn, daar zijn ze nog veel slechter…

We gaan naar Hebr.6.

Hebr.6:1,2 “Daarom, nalatende het beginsel

der leer van Christus, laat ons tot de

volmaaktheid voortvaren; niet wederom

leggende het fondament van de bekering van

dode werken, en van het geloof in God,” “Van

de leer der dopen, en van de oplegging der

handen, en van de opstanding der doden, en

van het eeuwig oordeel.”

Het beginsel der leer… gaat terug naar

hfdst.5:11,12 waar de mensen traag zijn om te

horen. En zij kunnen dingen niet begrijpen door het

hoorprobleem. De illustratie is dat zij iemand nodig

hebben die hen de eerste beginselen der woorden

Gods leren(:12).

En wat hij nu gaat doen, hij gaat verder

daarvandaan en zegt: jullie mensen moeten verder

gaan tot de volmaaktheid(6:1), verder dan deze

basis dingen die je al hebt en verder in het

materiaal voor jullie stichting. Dit gedeelte lijkt

veel op wat Romeinen 16 is voor het lichaam van

Christus, dit gedeelte beschrijft de fundamentele

leer van het programma van de

Koninkrijksboodschap.

De leer die het fundament legt voor stichting in het

Koninkrijksprogramma zien we in vers 1 en 2, dit

zijn de leerstukken die Christus leerde toen hij bij

hen was en van Zijn apostelen, en nu moeten ze

bouwen op deze fundamenten en waarheden van

het Nieuwe Verbond: het priesterschap vlgs.

Melchizedek van Christus, en de verandering die

kwam door het nieuwe programma, de

basiselementen die voor hen gelegd zijn, ze moeten

staan op dat fundament en verder gaan in hun

begrijpen van wat het Nieuwe verbond voor hen is

en door de Hogepriesterlijke bediening van de

Heere Jezus Christus te begrijpen.

Page 76: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 76

Nalatende(:1) Hij heeft het dan niet over verzaken

en dat ze niet meer geloven, hij spreekt over: laten

we verder gaan dan deze dingen: ...laat ons tot de

volmaaktheid voortvaren(:1).

Het fundament van de beginselen… deze dingen

zijn gelegd in Mattheus t/m Johannes. Denk er over

na. Deze Koninkrijksheiligen wordt vertelt dat

volmaaktheid voor een Koninkrijksheilige niet

gevonden kan worden in Mat-Joh., zij moeten

verder gaan in de waarheden die gevonden worden

in Hebreeën t/m Openbaring om volmaakt te

worden.

Daar is een reden voor, en ik laat u dat zo zien,

maar u moet iets begrijpen: als dat vers betekent

wat het zegt: dan kan niemand, in het

koninkrijksprogramma of in het lichaam van

Christus programma(profetische of geheimenis

programma) teruggaan naar Mat.t/m Joh. en

geestelijke volwassenheid vinden. En alle

bedieningen over de hele wereld vandaag gaan

terug en baseren hun bedieningen op de Bergrede

en de leer van Christus in Mattheus, Markus, Lukas

en Johannes!

Ik kreeg een brief van een bekende genadeprediker

over Johannes, hij zei: Je moet je gedachten

updaten over het boek Johannes, dat het boek later

geschreven is en dat het daarom voor ons zou zijn,

alsof de dingen die Christus zei toen Hij op aarde

was en geschreven door Johannes op ons moet

toegepast worden… Maar mensen, mijn Bijbel zegt

dat toen Jezus Christus op aarde was Hij een

dienaar was der besnijdenis. Het commentaar dat

Johannes schreef heeft te maken met het uitleggen

van wat Christus zei en bedoelde in het programma

waar Hij in leefde, en Christus sprak niet over ons.

Wij zijn een geheimenis, en ik schud mijn hoofd

over wat zij zeggen en ik lees het en ik hoor het en

spreek er zelfs met hem over: waarom zie je niet

dat dat tegenstrijdig is of ben je slimmer dan ik.

Misschien is het dat… Ik kan het niet, in Mat.t/m

Joh. vinden we geen volmaaktheid voor deze

mensen. Waarom is er geen volmaaktheid in

Mat.t/m Joh.?

Lukas 18:31-34 “En Hij nam de twaalven bij

Zich, en zeide tot hen: Ziet, wij gaan op naar

Jeruzalem, en het zal alles volbracht worden aan

den Zoon des mensen, wat geschreven is door

de profeten. “Want Hij zal den heidenen

overgeleverd worden, en Hij zal bespot worden,

en smadelijk behandeld worden, en bespogen

worden.” “En Hem gegeseld hebbende, zullen zij

Hem doden; en ten derden dage zal Hij

wederopstaan.” En zij verstonden geen van deze

dingen; en dit woord was voor hen verborgen,

en zij verstonden niet, hetgeen gezegd werd.”

Dit is aan het einde van het leven van Christus, ze

gaan naar Jeruzalem. Vers 34: en zij verheugden

zich omdat Hij zou gaan sterven voor hun

zonden…. Staat dat in vers 34? Maar dat is de

manier waarop iedereen dit vers leest. Vers 34 zegt

en zij verstonden geen van deze dingen…ze

verstonden niet één woord van wat Hij zei. En of

dit al niet genoeg was: …en dit woord was voor

hen verborgen en zij verstonden niet hetgeen

gezegd werd. Drie keer staat er in dit vers dat zij

niet begrepen dat Hij zou gaan sterven en opstaan.

Als zij niet begrepen dat Hij zou sterven en opstaan

dan begrepen zij helemaal niet wat Zijn dood en

opstanding betekende. Ze begrepen niet eens wat er

ging gebeuren. En toch waren dit de twaalf

apostelen die met Hem meegingen en 3 jaar het

evangelie predikten van het Koninkrijk. Zij hebben

het fundament gelegd voor het

Koninkrijksprogramma en de leer in zich

opgenomen, maar hier is iets waar zij niets van

wisten.

Lukas 24:44,45 “En Hij zeide tot hen: Dit zijn

de woorden, die Ik tot u sprak, als Ik nog met u

was, namelijk dat het alles moest vervuld

worden, wat van Mij geschreven is in de Wet

van Mozes, en de Profeten, en Psalmen.” “Toen

opende Hij hun verstand, opdat zij de Schriften

verstonden.”

Let op in :45 zegt: Toen opende Hij hun verstand

opdat zij de Schriften verstonden… Lukas 18 zegt

zij verstonden geen van deze dingen….én dit

woord was voor hen verborgen…. Nu neemt Hij de

bedekking weg en begint voor hen te ontvouwen

waar de profeten over spraken, in Zijn dood en

opstanding en waarom Hij deze dingen moest doen.

Begrijpt u? U zult nooit in Mat.t/m Joh. een uitleg

vinden van de betekenis van het kruis en de

opstanding van Christus voor het volk Israël of

voor iemand anders, want die is er niet! Het was

Zijn bedoeling niet om het bekend te maken of het

daar te plaatsen, u zult de bedoeling niet vinden van

het priesterschap vlgs Melchizedek van Christus.

Mat.t/m Joh. zijn het fundament, maar als deze

Koninkrijksheiligen volmaaktheid willen moeten

zij verder om die te krijgen. Begrijpt u?! Dus als u

terugwilt naar Mat.t/m Joh. voor uw leven en

bediening, dan is dat melk, geen volmaaktheid, dat

Page 77: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 77

vertelt Hebr.6 u, niet voor hen en zeker niet voor u

en mij. Dat vind ik fascinerend.

Johannes 16:12-14 “Nog vele dingen heb Ik u

te zeggen, doch gij kunt die nu niet dragen.”

“Maar wanneer Die zal gekomen zijn, namelijk

de Geest der waarheid, Hij zal u in al de

waarheid leiden; want Hij zal van Zichzelven

niet spreken, maar zo wat Hij zal gehoord

hebben, zal Hij spreken, en de toekomende

dingen zal Hij u verkondigen.” “Die zal Mij

verheerlijken; want Hij zal het uit het Mijne

nemen, en zal het u verkondigen.”

Hij spreekt hier tot de apostelen, over welke dingen

heeft Hij het hier? U heeft er net een paar gelezen

in Lukas 18, dit is de nacht voordat Hij stierf. Hij

zei: Ik moet jullie wat vertellen, maar jullie kunnen

het nu niet bevatten, Ik ga sterven en opstaan, en Ik

ga weg en de Heilige Geest komt en Hij zal jullie

het uitleggen.

Terug naar het boek Hebreeën, hoe gaat Hij het hen

uitleggen? Eén van de dingen is: Hij gaat het voor

hen opschrijven in het Woord van God, en u vind

dat in Hebreeën en Jakobus, 1,2 Petrus en 1,2,3

Johannes enz.

En de openbaring van het geheimenis? Ga mee naar

Efeze 3:1-5 De informatie geopenbaard aan Paulus

was een geheim in andere eeuwen, de mensen

wisten er niet van, maar nu is het geopenbaard. Nú,

aan Paulus door Christus. Paulus gaat uit en vertelt

het en in Hand.15 als Paulus naar Jeruzalem gaat en

het evangelie voorstelt dat hij onder de heidenen

predikt en zij de genade zien die God hem gegeven

heeft leidde de Heilige Geest hen ook in die

waarheid. Maar de manier waarop Hij leidde was

door de bediening van Paulus.

Soms gebruiken de mensen dat gedeelte uit Joh.16

om te zeggen: Wel, zie je Hij wilde hen ook over

het geheimenis vertellen, maar Hij kon niet over het

geheimenis vertellen, Hij moest wachten tot de

Geest van God kwam. Maar de Geest van God

vertelde nooit over de waarheid van het geheimenis

tot nadat Christus die aan Paulus gaf, en door de

prediking van Paulus openbaarde de Geest van God

het aan hen. Zelfs Petrus, in 2 Petr. begreep

duidelijk dat het profetische programma was

onderbroken door het geheimenisprogramma.

We gaan terug naar Hebr.6. en het is hier duidelijk

dat het Koninkrijksprogramma onderbroken is, ze

begrepen dat het onderbroken was en ze kijken uit

naar dat het weer opgepakt zal worden enz. Dus de

onderbreking is erbij betrokken hier Christus als de

Hogepriester is achter het voorhangsel en steunt

hen in hun Lo-Ammi- staat op aarde.

Hebr.6:1 ze moeten bouwen op de fundamenten

van deze verder gevorderde waarheden die bij het

nieuwe priesterschap van Christus horen.

Hebr.6:3 “En dit zullen wij ook doen, indien het

God toelaat.”

Ik weet niet hoe diep je in al deze dingen moet

doorgaan, maar ik denk dat u snel zult begrijpen

waar hij over spreekt. Dode werken: religieuze

werken zonder waarde. Toen Johannes de Doper

hen opriep tot bekering, waar zij zich van moesten

bekeren waren de dode werken van Judaïsme die

het woord van God krachteloos maken en die hun

eredienst ijdel maakte.

Het eerste fundament was: bekeert u, want het

Koninkrijk der hemelen is nabij, bekeren van hun

afvalligheid, van hun ijdele, waardeloze aanbidding

van God, door hun dode werken van religieuze

traditie. Dus het eerste wat zij moesten doen was

bekeren van dode werken.De religieuze activiteiten

waar zij bij betrokken waren. Die geen leven

brengen. Verandering van gedachten.

En van het geloof in God: het punt was geloof in

God en niet alleen de ceremoniën waar zij mee

bezig waren. Zij moesten hun geloof richten op de

God van Abraham,Izaak en Jakob. Daarom wordt

in het boek Johannes zo vaak de nadruk gelegd op

geloven, omdat al de werken die Israël moest doen

eenvoudig de uitwendige uitdrukking van het

geloof was in hun binnenste en in wat God zegt.

En van de leer der dopen: nu, wat doet u als u zich

bekeert van dode werken en u heeft geloof in wat

God tot u zegt, u rechtvaardigt God, hoe

rechtvaardigt u God? Door gedoopt te worden door

de doop van Johannes, Lukas 7 kent u dat gedeelte?

Dus de leer der dopen was een natuurlijk begrip, zij

wisten van nature wat dopen was.

Hebr.9:8-10 “Waarmede de Heilige Geest dit

beduidde, dat de weg des heiligdoms nog niet

openbaar gemaakt was, zolang de eerste

tabernakel nog stand had;” “Welke was een

afbeelding voor dien tegenwoordigen tijd, in

welken gaven en slachtofferen geofferd werden,

die dengene, die den dienst pleegde, niet konden

heiligen naar het geweten;” “Bestaande alleen in

Page 78: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 78

spijzen, en dranken, en verscheidene wassingen

en rechtvaardigmakingen des vleses, tot op den

tijd der verbetering opgelegd.”

Verscheidene wassingen… zij wisten wat dat was,

ze kenden de wassingen. En toen Johannes de

Doper kwam en bekering predikte en zij de

boodschap geloofden en zij begrepen dat zij

besprenkeld moesten worden met schoon water, om

gereinigd te worden van hun afgoderij enz.

begrepen zij wat er gaande was. Ga mee naar:

Mattheus 3:1 “En in die dagen kwam Johannes

de Doper, predikende in de woestijn van

Judea,”

Johannes predikt, bekeert u want het Koninkrijk is

nabij, zorg dat u van al die dode werken af komt,

het Koninkrijk komt.

Mat.3:5,6 “Toen is tot hem uitgegaan Jeruzalem

en geheel Judea, en het gehele land rondom de

Jordaan;” “En werden van hem gedoopt in de

Jordaan, belijdende hun zonden.”

Gedoopt, belijdende hun zonden. Ze deden precies

zoals Leviticus 26 zegt. De doop der bekering tot

vergeving der zonden, zij begrepen wat bekering

was en dat zij hun geloof in God moesten hebben.

Zij hadden meer dan één doop.

Mat.3:11 “Ik doop u wel met water tot bekering;

maar Die na mij komt, is sterker dan ik, Wiens

schoenen ik niet waardig ben Hem na te dragen;

Die zal u met den Heiligen Geest en met vuur

dopen.”

Kijk ook in vers 7: adderengebroed, dezen komen

tot Johannes doop en hij zegt: wie heeft u

aangewezen te vlieden van den toekomenden

toorn? Hoe doen zij dat?

Door zich door Johannes’ doop te laten dopen!

Johannes doop zou hen uit het vuur van de toorn

van God houden bij de wederkomst. Wilt u uit het

vuur blijven? Ga in het water! Vers 11 vertelt u dat.

De Heilige Geest en met vúúr, de wederkomst, het

oordeel.

Mat.11:12 “Wiens wan in Zijn hand is, en Hij

zal Zijn dorsvloer doorzuiveren, en Zijn tarwe

in Zijn schuur samenbrengen, en zal het kaf met

onuitblusselijk vuur verbranden.”

Hoe doorzuivert Hij de dorsvloer? Maleachi 3,

Ezechiël 20, Micha 4, met vuur! Onuitblusselijk

vuur. De doop met vuur heeft niets te maken met

spreken in tongen, maar met het oordeel van de

almachtige God en de poel die brandt met vuur en

zwavel. Dat lezen we in het boek Openbaring.

Dus zij begrepen de dopen, er was een doop in

water en er was een doop met de Heilige Geest en

een doop met vuur. En het was elementair in het

Koninkrijksprogramma voor een

Koninkrijksheilige om te begrijpen waar waterdoop

om ging, en wat de doop met de Geest is, de

reiniging en de zalving en het oordeel als je die niet

hebt. Zij begrepen de leer van de dopen.

Johannes 5:24 “Voorwaar, voorwaar zeg Ik u:

Die Mijn woord hoort, en gelooft Hem, Die Mij

gezonden heeft, die heeft het eeuwige leven, en

komt niet in de verdoemenis, maar is uit den

dood overgegaan in het leven.”

En gelooft Hem Die Mij gezonden heeft… In wie

gelooft u in dit vers? Christus woorden, en u

gelooft in God de Vader niet? In heel mijn

christenleven heb ik mensen dit vers horen

gebruiken als zekerheid voor redding als u Christus

als uw Redder vertrouwt. Maar dat vers zegt niets

over vertrouwen in Christus, maar vertrouwen in

Degene Die Hem heeft gezonden.

Als hij in Hebreeën spreekt over geloof in God,

zegt Christus consequent steeds en steeds en steeds

en steeds weer in het boek Johannes: als u Mij

hoort, hoort u de Vader. Als u Mijn woorden

gelooft, dan zijn dat de woorden van de Vader.

En van de oplegging der handen: Dat gaat om

identificatie, de bediening van de Geest van God

communiceerde op die manier, geïdentificeerd zijn

samen in de groep.

En van de opstanding der doden: Markus 9:9 het

feit dat er een opstanding uit de doden zou zijn

begrepen zij, een bijzonder, vreemd gedeelte hier.

Zij kwamen naar beneden na de verheerlijking op

de berg, zij kregen een beeld van Christus in Zijn

komende heerlijkheid, de Koninkrijksheerlijkheid.

Zij zagen de verheerlijkte mensheid van Christus.

Een voorvertoning van als de Zoon des mensen zal

komen in Zijn heerlijkheid met de heilige engelen

en als Hij zal zitten op de troon Zijner heerlijkheid.

Dan wanneer de Zoon des mensen uit de dood zal

opgestaan zijn… Er is een verschil tussen de

opstanding der doden en de opstanding uit de

doden.

De opstanding der doden: dode mensen worden

opgewekt. Opstanding uit de doden: daar zijn veel

Page 79: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 79

mensen en sommigen worden opgewekt en de

anderen niet, Lazarus, één dode man, opgewekt uit

de dood. Hij stond op vanuit hen. De opstanding

der doden, iedereen. Allen die in de graven zijn

zullen Mijn stem horen… Sommigen tot het

eeuwige leven, anderen tot het oordeel.

Zij begrepen de opstanding.Dat was het basis punt

in het verbond met Abraham, de opstanding. Hoe

kon Abraham een land beërven waar hij eeuwig

zou leven als hij zou sterven? Als u sterft kunt u

niet voor eeuwig in het land leven. Hoe kan dat?

God zal hen opwekken! En eeuwig leven geven,

opstandingsleven. Dat begrepen zij.

Markus 9:9,10 “En als zij van den berg

afkwamen, gebood Hij hun, dat zij niemand

verhalen zouden, hetgeen zij gezien hadden, dan

wanneer de Zoon des mensen uit de doden zou

opgestaan zijn.” “En zij behielden dit woord bij

zichzelven, vragende onder elkander, wat het

was, uit de doden opstaan.”

Wat het was, uit de doden opstaan… Dus zij

begrepen wat opstanding der(van de) doden was,

maar zij begrepen niet wat het betekende om uit de

dood op te staan. Lees in:

Marc.9:30-32 “En van daar weggaande, reisden zij

door Galilea; en Hij wilde niet, dat het iemand

wist.” “Want Hij leerde Zijn discipelen, en zeide

tot hen: De Zoon des mensen zal overgeleverd

worden in de handen der mensen, en zij zullen Hem

doden, en gedood zijnde, zal Hij ten derden dage

wederopstaan.” “Maar zij verstonden dat woord

niet, en zij vreesden Hem te vragen.”

Vers 32: maar zij verstonden het woord niet, en zij

vreesden Hem te vragen… dit vind ik mooi…, ze

snappen het niet, waarom niet? Omdat het

onderdeel is van de stof is die ze later pas zullen

begrijpen. Dus wat krijgen we in Hebr.6? Jullie

begrijpen het basispunt van het verbond met

Abraham het punt van de opstanding, maar er meer

voor jullie om te begrijpen over de opstanding! We

zagen in hfdst.5 al het priesterschap vlgs

Melchizedek van Christus, een eeuwig

priesterschap, voor eeuwig. Hoe kun je iets eeuwigs

hebben? Dat is opstandingsleven. Daarom

benadrukte ik in hfdst.5:6-10 het punt: de

opstanding. Gered van de dood door de opstanding.

Dus er is meer voor hen om te leren dan de basis.

En van het eeuwige oordeel: Dat is het alternatief

voor eeuwig leven. Zij begrepen het, we gaan terug

naar Mat.25. Dat het verbond met Abraham leven

bood en dood. Mozes zei: Deut.30:15,19 Kies dan

het leven. Dat vind ik een mooi gedeelte. Vertel het

aan iedereen. Maar zij kozen dood… Eeuwig

oordeel: er zijn twee manieren om dit op te vatten.

Sommige mensen zeggen dat ze nooit zeker weten

dat ze gered zijn omdat ze altijd tekort komen,

maar die situatie is niet echt eeuwig, dat is maar

tijdelijk oordeel.

Ik neem het zoals Mat.25:31-46, u begrijpt het punt

van opstanding van de doden en van eeuwig leven,

de zegening van het verbond van Abraham, maar u

begrijpt ook de vloek van het verbond van

Abraham. Weet u wat Hij aan Abraham vertelde:

wie u zegent zal Ik zegenen. Mat.25:35-40 Zij

zegenden Israël en zij ontvangen Gods zegen.Dat is

de vervulling van het verbond van Abraham.

Vers41: Maar wat is daar de andere kant van? Die u

vervloeken zijn vervloekt. Vers 46: dezen zullen

gaan in de eeuwige pijn. Dáár had Israël mee te

maken. Je ging het Koninkrijk binnen en het leven

of in het oordeel. Het Koninkrijk en leven of het

oordeel en vuur. Dat is fundamenteel materiaal.

Terug naar:

Hebr.6:3 “En dit zullen wij ook doen, indien

het God toelaat.”

En dit zullen wij ook doen… we gaan verder in

Hebreeën, in de gevorderde leer. Indien het God

toelaat… een mooie uitdrukking, maar niet vaak

begrepen. Ga met mij mee naar Jakobus 4, nog zo’n

gedeelte. Als iemand zegt: als God toelaat of met

Gods wil dit of dat, heeft iedereen een ander idee

wat dat betekent. Ik kan vlgs de Schrift zeggen,

Paulus deed het in 1 Kor.4, dat wat het betekent

geheel verschillend is van wat Hebr.6 en Jak.4

betekenen, maar ook van wat het algemeen

betekend.

Want als algemeen bedoelt wordt met de

uitdrukking: als God toelaat of als de Heere wil,

dan wordt verwacht wordt dat ik kijk naar de

dingen die gebeuren in het leven om te zien of God

de omstandigheden zo regelt zodat ik dat kan

volbrengen, tot stand brengen, en als Hij alle

omstandigheden zo organiseert op de juiste manier,

dan is het Zijn wil voor mij om dat te doen… Maar

zo vindt u niet uit wat Gods wil is. Weet u waar u

Gods wil vindt? In Gods Woord. En als u Gods wil

uit Gods Woord haalt en opslaat in uw ziel dan

Page 80: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 80

vernieuwt u uw verstand en leeft u en doet u wat

God wil.

En u kunt de wil van God doen in de omstandig

heden, in plaats van uit de omstandigheden

proberen Gods wil te vinden. Maar dat is niet wat

mensen meestal bedoelen, ziet u. Men denkt dat

God een van te voren georganiseerd plan voor mijn

leven heeft, u zult verbaasd zijn hoeveel ideeën er

in de wereld zijn door theologische kronkels van

theologen. En het denken in Amerika is zo

overheerst door de theologie van de Nederlandse

reformatoren: Calvinisme en Armenianisme dat het

soms moeilijk is om door die stof heen te breken….

Het deel van het land waar u en ik in leven, de

Genade beweging als beweging, is zo overheerst

door Calvinisme, dat het soms moeilijk is om adem

te halen en licht te krijgen op dingen zoals dit, door

de druk van hun systemen. Maar deze systemen

hebben niets te doen met de Bijbel, filosofische

systemen van theologen die het fijn vinden om

zichzelf te horen spreken. Zij ontwikkelen hun

systemen om te proberen de eer te verdedigen van

de almachtige God, maar dat hoeven zij niet te

doen, God zorgt voor Zichzelf. Maar dat gebeurt.

Maar al die dingen zoals een vooraf opgestelde

plan, het idee is dat voor de grondlegging van de

wereld God alles heeft gepland en er gebeurt niets

wat Hij niet gepland heeft. En vlgs dat plan moet u

al die plaatsen vinden, het rare is: waar maakt u

zich dan nog zorgen om als toch gebeurt wat Hij

gepland heeft? Mensen vragen: Oh,oh, hoe vind ik

Gods wil? Wel als Hij het gepland heeft waarom

maakt u zich zorgen?! Doe wat u wil, want Hij

heeft het gepland. Er gebeurd niets buiten Zijn

eeuwige raad.

U zegt: Waarom maak je er een grapje van? Het is

grappig, als het niet zo tragisch was. Aan de

andere kant bedenk dat al die dingen komen door

een stelletje Nederlandse theologen die zitten te

argumenteren over wie er gelijk heeft, en het is net

als praten over hoeveel engelen er boven mijn pen

zweven, het maakt geen verschil wie er gelijk heeft

want niemand heeft gelijk, het is niet eens de

moeite waard om over te spreken.

Nu, als er een geheime wil van God is voor uw

leven in een plan, weet u, als het geheim is dan

kunt u het niet weten. Dus waar maakt u zich druk

om. Waarom maakt u zich niet druk om wat God u

wel heeft bekend gemaakt! Dat u kúnt weten.

Efeze 1:9 “Ons bekend gemaakt hebbende de

verborgenheid van Zijn wil, naar Zijn

welbehagen, hetwelk Hij voorgenomen had in

Zichzelven.”

God had een geheime wil, maar Hij heeft die

bekend gemaakt. Dus er is geen geheime wil van

God meer, want Hij zegt dat Hij die al aan u vertelt

heeft. En schreef het neer in een Boek voor u. Dus

als u wilt weten wat de geheime wil van God voor

uw leven is, pak het Woord van God rechtgesneden

en zoek het op! Het staat er. Zwart op wit (en soms

in het rood, in sommige bijbels).

Wel, als hij zegt: indien het God toelaat… en de

Heere wil, heeft hij het niet over al deze dingen als

hierboven! Er kwam een storm en God hield me

tegen…

Jak.4:13-17 “Welaan nu gij, die daar zegt: Wij

zullen heden of morgen naar zulk een stad

reizen, en aldaar een jaar doorbrengen, en

koopmanschap drijven, en winst doen.” “Gij,

die niet weet, wat morgen geschieden zal, want

hoedanig is uw leven? Want het is een damp,

die voor een weinig tijds gezien wordt, en

daarna verdwijnt.” “In plaats dat gij zoudt

zeggen: Indien de Heere wil, en wij leven zullen,

zo zullen wij dit of dat doen.” “Maar nu roemt

gij in uw hoogmoed; alle zodanige roem is boos.”

“Wie dan weet goed te doen, en niet doet, dien is

het zonde.”

Vers 15: Waar hij daar over spreekt, bent u bekend

met het boek Jakobus?, U bent iets vergeten, kijk in

Jak.5 vers 7 de Heere komt en als de Heere terug

komt. Denk na, als de Heere vanavond terugkomt

en ons opneemt is het dan Gods wil voor ons dat

we morgen gaan werken? Absoluut niet, we gaan

daar heen om met Hem te zijn! Dus als u zegt: ik ga

volgend jaar dit en dat doen…mijn vrouw zegt al

20 jaar tegen mij: als we 25 jaar getrouwd zijn gaan

we naar Hawaii! Ze heeft haar hart erop gezet en

rekent erop, ze zegt niet dat het Gods wil is, we

gaan!

Nu, ik kan zeggen: als de Heere wil, want als de

week dat we 25 jaar getrouwd zijn en we zitten op

de boot naar Hawaii en de opname komt dan zal het

niet Gods wil zijn voor ons om daar te komen want

we gaan mee met de opname. En dat is wat hij hier

tot deze mensen zegt, en dan gaat het niet om de

opname maar over de komst van de Heere.

Page 81: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 81

Jak.5:8,9 “Weest gij ook lankmoedig, versterkt

uw harten; want de toekomst des Heeren

genaakt.” “Zucht niet tegen elkander, broeders,

opdat gij niet veroordeeld wordt; ziet, de

Rechter staat voor de deur.”

De Rechter staat voor de deur, wakker worden, de

Heere komt terug en het punt in uw leven waar het

om gaat is dat de Heere terug komt, Hij is

lankmoedig, maar Hij komt, dus maak niet te

langebaanplannen.

Luk.12:13-21 bestudeer dat maar eens en denk na

waar het over gaat. Het punt met: als de Heere wil

en als de Heere toelaat, het voorwaardelijke

element daarin is niet de eeuwige raad van God

voor de grondlegging van de wereld van wat u wel

of niet kunt doen vandaag of morgen en dat Hij het

al gepland heeft. Het punt daar is: we moeten dit

gedaan hebben voordat de Heere terugkomt, we

doen dit en we gaan door tot de volmaking en het

enige wat ons kan stoppen is: dat Hij terugkomt.

En we zullen daar meer van zien als we verder in

Hebreeën komen. Dus als u mij hoort zeggen: als

de Heere wil… en misschien doe ik het soms, plan

alsof de Heere over 10jaar komt, maar leef alsof

Hij de volgende 10 seconden kan komen. Dus leef

verstandig.

Hebreeën 6:4-6

Hebreeën 6, we zijn gekomen tot vers 4, misschien

wel één van de meest controversiële gedeelten van

het boek Hebreeën. Vers 4-8 wordt door de meeste

Bijbelleraren bezien als het moeilijkste gedeelte

van het boek Hebreeën.

Hebr.6:4-6 “Want het is onmogelijk, degenen,

die eens verlicht geweest zijn, en de hemelse

gave gesmaakt hebben, en des Heiligen Geestes

deelachtig geworden zijn,” “En gesmaakt

hebben het goede woord Gods, en de krachten

der toekomende eeuw,” “En afvallig worden,

die, zeg ik, wederom te vernieuwen tot bekering,

als welke zichzelven den Zoon van God

wederom kruisigen en openlijk te schande

maken.”

Met andere woorden: Als zij afvallig worden is het

onmogelijk om hen opnieuw te bekeren… Dit

gedeelte is moeilijk omdat het gebruikt wordt door

legio mensen om te laten zien dat u uw redding

kunt verliezen. Er zijn ongeveer vijf verschillende

interpretaties van deze verzen die algemeen bekend

zijn.

Één ervan is dat het leert dat u uw redding kunt

verliezen, vers 6 hier is iemand die gered is, licht

heeft en hij valt af. Zij zeggen: U kunt uw redding

verliezen. Het probleem daarmee is dat vers 6 zegt:

als zij afvallen dat het onmogelijk is om hen

opnieuw te bekeren. De enige mensen die zeggen

dat u uw redding kunt verliezen en zondigen op

zo’n manier dat u niet gered kunt worden zijn

degenen die een doodzonde doen. Maar ik heb

nooit iemand horen zeggen dat u gered was voordat

u de doodzonde deed.

Het idee is, dat als u uw redding verliest het niet

mogelijk is om hen opnieuw te bekeren. Dus als u

gered bent en u verliest uw redding, bewijst het

vers te veel. Omdat u het verloren hebt en het niet

terug kunt krijgen.

Er is een interessante zienswijze die leert dat dit

gedeelte het tegenovergestelde leert( Ik vind dat

wel een goede). Ik heb wat vrienden in het zuiden,

uit reguliere kerken die van dit gedeelte zeggen: Dit

gedeelte leert dat je je redding niet kunt verliezen,

zoals het lijkt, maar het leert dat je je redding niet

kunt verliezen.

Ik zat een keer met een broeder in het vliegtuig

naar Florida, Orlando en hij zei over dit gedeelte: je

trekt een lijn en als je boven die lijn komt ben je

gered en als je in het geredde gebied bent en

verlicht en de hemelse gaven kent enz. als je daar

bent, dan kúnt u niet op het punt komen dat u weer

verloren, omdat je niet beneden de lijn kúnt komen.

Als iemand gered is en valt is het onmogelijk om

opnieuw gered te worden. Dat is een creatieve

manier om dit gedeelte te bestuderen… ga u zitten,

en denk er even over na.

Een andere manier van uitleg, zoals veel mensen in

dit gedeelte van het land doen is; onder invloed van

de mannen zoals: M.R.Dahon, Harry Ironside, is

dat het de rechterstoel van Christus is. Dat heb ik

ook nooit echt begrepen.

Hebr.6:8 “Maar die doornen en distelen draagt,

die is verwerpelijk, en nabij de vervloeking,

welker einde is tot verbranding.”

Met andere woorden: als u vruchten voortbrengt

ontvangt u een zegening, zo niet het einde is de

verbranding, en die verbranding daar is zoals 1

Korinthe 3 :15. Maar dit gedeelte heeft niets te

maken met 1 Korinthe 3.

Page 82: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 82

Een vierde manier is: dat het hypothetisch,

veronderstellend is. Dat is: als hij zegt: áls zij

afvallen… hij zegt niet dat ze het doen, maar áls

zij…, maar zij zullen niet afvallen. Zoiets… Als zij

zouden kunnen, maar zij kunnen niet afvallen.

Zoals in Openb.3:5 en Ik zal zijn naam geenszins

uit doen uit het boek des levens… Hij zal het niet

doen. Daarom kan niemands naam uitgewist

worden. Een belofte en geen bedreiging. Als dat

uitmaakt voor u, OK, omdat het woord als erin

staat, ik begrijp het nog niet.

Deze vier gezichtspunten: 1. dat u uw redding kunt

verliezen. 2. dat u die niet kunt verliezen. 3. dat het

de rechterstoel van Christus is. 4. dat het

hypothetisch is. Deze gezichtspunten hoort u niet

zoveel, maar ze zijn er.

-Het meest bekende(5e) gezichtspunt onder

fundamentele evangelischen is dat de mensen om te

beginnen niet echt gered zijn. En de dingen in vers

4,5 zijn niet echt verklaringen mbt. geredde

mensen, maar mensen die bijna gered zijn. Zoals de

man die dichtbij het koninkrijk was en bijna

overtuigt, bijna…zie Scofieldreference Bijbel. Dat

is een goede illustratie, en lijkt erop, maar de rest

van de verklaring is wishful thinking. Kijk naar

vers 4, ik kan zeggen dat misschien de meeste

genade gelovigen en leraars u zullen vertellen wat

Scofield zegt…De meeste mensen van de

genadebeweging zullen zeggen dat dit mensen zijn

die om te beginnen niet echt gered waren. De reden

is dat het te maken heeft met het feit dat als dit

gedeelte door Paulus is geschreven en als het

geschreven is aan de leden van het lichaam van

Christus, u en ik een probleem hebben! Met de leer

in het gedeelte.

Maar als u en ik, zoals wij tot nu toe deden,

Hebreeën nemen zoals het is, het laten waar het is,

en niet aannemen dat Paulus het schreef, maar

aannemen dat het aan de Hebreeën is geschreven.

Dat het aan de Hebreeën is geschreven in de grote

verdrukking, uitkijkend naar het Koninkrijk is het

niet zo moeilijk om te begrijpen. Maar als u de

Bijbel leest en bepaalde dingen aanneemt voor u bij

het gedeelte komt dan zal uw conclusie niet beter

zijn dan uw vooropstelling, dat kan niet.

De reden waarom mensen een probleem hebben

met dit gedeelte, dat mensen kunnen afvallen en

verliezen wat zij hadden komt omdat mensen

aannemen dat u en ik als leden van het lichaam van

Christus absoluut eeuwige zekerheid hebben en

nooit onze redding kunnen verliezen in geen enkele

zin van het woord en dat dan niemand dat kan…!

Maar dan neemt u aan dat de redding van iedereen

hetzelfde is als uw redding. Dat is kortzichtig, want

ieders redding is niet hetzelfde als die van u.

Als hij in Mat.24:13 zegt: die volhardt tot het einde

zal zalig worden dan is dat niet hetzelfde als Efeze

2:8 door genade, door geloof. Dat is niet dezelfde

soort redding. De redding van Mat.24 is zoals hij

zegt in dat gedeelte: 22 dat als die dagen niet

verkort werden geen vlees zou behouden

worden…wat voor soort redding is dat? Van vlees,

fysieke redding, dat is niet de redding waar over

gesproken wordt in Ef.2:8.

De redding van Mat.24 is een toekomstige redding

en in Efeze 2 bezitten we de redding nu reeds.

Redding is anders in Israëls programma dan in ons

programma. En de redding waarover gesproken

wordt in het boek Hebreeën, die zagen we al in

hfdst.2:3, waar Christus over sprak in Mat./Joh. en

de eerste hfdst. Van Hand. Het is niet de redding

van Efeze en Romeinen, die was een geheim.

Vanuit dat standpunt kunt u anders naar dit

gedeelte kijken en aannemen dat het u minder

ongerust zal maken. U komt in problemen als u

probeert aan te nemen dat het om u gaat en wie u

bent.

Hebr.6:4 …want het is onmogelijk.. hij spreekt

over de dingen die hij besproken heeft in het laatste

gedeelte van hfdst.5 en het begin van hfdst.6. Hij

waarschuwt wat er kan gebeuren als zij niet

doorgaan tot de volmaking. Er zijn daar mensen die

traag zijn geworden om te horen en zij gaan niet

verder tot de volmaking. En dit zullen wij ook

doen, indien het God toelaat vers 3

:4 want…. Zij hebben een probleem als zij niet

doorgaan. Zoals bij Kades Barnea, zij moesten het

land binnengaan, daar is het beloofde land, daar is

het Koninkrijk, daar is wat God beloofde, we

moeten ingaan! Hier staan en de vruchten van het

land in onze handen hebbend is niet genoeg. We

moeten volharden en doorzetten en het land ingaan.

We benadrukten en hebben het al bestudeert in

hdst.3 en 4 over de woestijn en de inname van het

land onder Jozua. Dat zijn precies de punten waar

Hebr.6 mee te vergelijken is.

Maar let op wat hij zegt in Hebr.6:4 ...degenen die

eens verlicht zijn geweest: Zij hadden het niet echt

gevat, ze hebben maar een glimp opgevangen, dat

is het idee…

Page 83: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 83

En de hemelse gave gesmaakt hebben; we, ze

hebben niet echt gegeten, ze hebben maar een klein

beetje geproefd…met een klein lepeltje . Ze hebben

het niet echt ‘binnen gekregen’.

En des Heiligen Geestes deelachtig geworden zijn:

Dat is een beetje moeilijker, hoe kunt u deelachtig

zijn aan de Heilige Geest en Hem niet echt

hebben?! Weet u hoe u dat doet? U hervertaalt, en u

doet wat Scofield deed: deelachtig is u bent op weg

met de Heilige Geest. Zo gauw als u hervertaald

naar uw eigen wensen met de bedoeling om de leer

te bewijzen…..

En gesmaakt hebben het goede woord Gods en de

krachten der toekomende eeuw: Dus deze mensen

bezaten dit niet echt, ze proefden er maar wat van,

raakten het aan maar hadden het niet echt. Dat is:

de wens is de vader van de gedachte. U kunt dit

gedeelte niet lezen en denken dat ze het niet echt

hadden. Kijk wat hij zegt:

Verlicht: als u verlicht bent geweest en niet

bekeert?... De bediening van verlichting van de

Heilige Geest.

Hemelse gave: wat is dat? De hemelse roeping 3:1,

denkt u dat dat betekent dat u op weg geweest bent

met de hemelse roeping? Wat is dat? Weet u wat u

doet als u deel neemt aan iets? Kom naar mijn huis

en neem deel aan een maaltijd, betekent dat dat u

daar staat en wat opsnuift of kijkt hoe ik eet? Maar

u gaat aan tafel en eet van uw bord! Maar u bent er

en u krijgt het ook. Hier zijn mensen deelgenoot

aan de hemelse roeping die de hemelse gave

hebben gesmaakt:

Hebr.8:5 “Welke het voorbeeld en de schaduw

der hemelse dingen dienen, gelijk Mozes door

Goddelijke aanspraak vermaand was, als hij den

tabernakel volmaken zou: Want zie, zegt Hij,

dat gij het alles maakt naar de afbeelding, die u

op den berg getoond is.”

De schaduw der hemelse dingen…Hij spreekt hier

over het Nieuwe Verbond, gaven die komen in

verband met het Nieuwe verbond.

Hebr.2:4 “God bovendien medegetuigende door

tekenen, en wonderen, en menigerlei krachten

en bedelingen des Heiligen Geestes, naar Zijn

wil.”

En bedelingen des Heiligen Geestes… Zij proefden

van deze gaven verbonden met het Nieuwe

verbond. Zij proefden deze geestelijke gaven en

wondertekenen. Petrus zei: Bekeert u en laat u

dopen en u zult de gave van de Heilige Geest

ontvangen. God de Heilige Geest had gaven te

geven aan hen. En zij proefden deze dingen. Zij

hadden de volheid nog niet, maar een voorsmaak.

Hoe deden zij dat?

Hebr.6:5 het goede Woord Gods en de krachten der

toekomende eeuw. Wat is dat? De Pinkster tekenen

en wonderen die God toen zond 2:4 was allemaal

een voorsmaak van de toekomende wereld, de

Koninkrijkseeuw, zij hadden de zegeningen van het

Koninkrijk in hun midden als een voorsmaak als

een voorsmaak van hoe die zegeningen zouden

zijn.

Men zal daar niet meer zeggen: Ik ben ziek, Hij

komt en geneest de zieke en de melaatse en werpt

de duivelen uit enz. Wat doet Hij? Hij demonstreert

de krachten, Hij geeft hen een voorsmaak van de

zegeningen die zullen komen in dat Nieuwe

Verbond. Vers 4 de Heilige Geest deelachtig, Hij is

daar met hen, werkende al deze dingen, en opnieuw

als u deelachtig bent dan maakt u deel uit.

Als ik al deze dingen lees, heb ik geen vragen, als

u ontkent dat deze mensen gered zijn, dat deze

termen geredde mensen beschrijft, ze kunnen niet

gered zijn, ze zitten niet in de familie van God,

want mensen die gered zijn kunnen het niet

verliezen. Het is onmogelijk om het te verliezen,

dus ze hadden het niet. Zet dat nu eens uit uw

hoofd, maar houdt uw hoofd er wel bij. En lees

opnieuw.

Hebr.4:4-6 Dit zijn mensen die de

Pinkstergetuigenis zagen, zij zagen de tekenen en

wonderen en het getuigenis en de hoop en de

boodschap van het begin van Handelingen, Christus

predikte deze dingen en is bevestigd door hen die

Hem hoorden, zij zagen het getuigenis van het

begin van Handelingen. Zij waren verlicht in wat

God deed, zij smaakten de zegening hoe het

Nieuwe Verbond zou zijn, zij namen deel in de

activiteit van de Heilige Geest en de zegeningen

van het Nieuwe verbond, en het goede Woord van

God.

Als hij zegt: smaakten het goede Woord van God,

kijk in Hebr.2:9 de Heere Jezus Christus smaakte

de dood voor allen. Mijn zoon vroeg mij: kan ik de

rest van de Cola uit de koelkast opdrinken? Ik

zei:ja. En hij dronk zo snel dat de fles(plastic)

helemaal in elkaar trok, zo graag wilde hij hem

Page 84: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 84

leegdrinken… Als mensen dus het smaken van 6:4

en 2:9 willen vergelijken, doe dat niet( in de zin

van een beetje smaken). Want ik weet wat het was

toen Hij de dood smaakte, dat was niet een beetje…

En ook hier, zij maakten ten volle deel uit, zij

hadden nog niet alles omdat het Koninkrijk nog

niet gekomen was, maar zij hadden het.

Let ook op dat alles in vers 4-6 in de verleden tijd

is. Ook als u wilt zeggen dat deze mensen het niet

echt hadden, kijk in vers 6: …wederom te

vernieuwen tot bekering… dan weet ik één ding: zij

hadden een bekering gehad, daarvoor. Zij waren er,

en zij zijn afvallig geworden en zij kunnen niet

terugkomen. Zij hebben het verlaten en kunnen niet

terug. Nee, deze mensen zijn geen mensen die het

niet echt hadden.

Dus alles in dit gedeelte is een opnieuw situatie.

Als zij afvallen wilt u ze terugbrengen naar waar ze

van afvielen. Ze moesten er zijn om er van af te

vallen. Wat is het? Niet zo moeilijk, mits u uw

verstand bevrijd van al deze theorieën. Het is altijd

beter om de Bijbel eerst voor uzelf te bestuderen,

dus ik probeer u te leren hoe u de Bijbel recht moet

snijden, waar de stukken passen en de outlines

zodat u kunt studeren op uzelf. Als u studeert en

studeert en dan kijkt wat iedereen anders zegt. Dat

is beter dan dat u eerst hun ideeën bestudeert.

Meestal lezen mensen een commentaar of luisteren

naar de leraar en ze lezen het niet zelf, zo gaat het

niet.

Zij waren verlicht, hebben gesmaakt(verleden tijd)

en waren deelachtig aan de Heilige Geest, nu zijn

ze dat niet meer. Het Pinksterprogramma waarin zij

zich verheugden en getuigden gaat niet meer

verder, het is geëindigd, onderbroken. En dat is

precies wat met deze Hebreeën is gebeurd, hun

programma liep en zij zagen het, zagen het werken,

en de machtige Pinkster wonderen de boodschap en

de rest en nu is het geïnterrumpeerd(onderbroken).

En het functioneert niet meer. Zij hebben een

Hogepriester boven die hen in standhoudt, de status

van het volk en hij zegt dat ze dat moeten

begrijpen.En ik heb veel te zeggen, maar jullie zijn

traag om te horen. We moeten verder dan deze

elementaire dingen, verder in de voortschreidende

waarheid over het priesterschap van Christus en

laat mij u waarschuwen: als jullie niet verdergaan

in deze dingen, weet u wat er dan gebeurd? Jullie

eindigen in het vuur, de verdrukking komt eraan, ga

verder! Jullie moeten gemotiveerd zijn door wie

Jezus Christus is, als jullie Hogepriester, en door de

zegeningen die Hij in het Koninkrijk zal brengen.

Ik wil dat u de complete, totale voorziening die

God gemaakt heeft en in het Koninkrijkprogramma

zal brengen en laat dat hetgeen zijn dat u

meeneemt. Want als u dat niet ziet dan zult u niet

gemotiveerd zijn om door die verdrukking heen te

gaan en wat gebeurt er? U eindigt in het vuur en de

vloek, vers 8.

Dat is een beetje een ander soort visie, maar komt

overeen met wat we bestuderen in Hebreeën. Ziet

u, als hij hier zegt dat het onmogelijk is …enz.

Luister er is geen weg terug te gaan en opnieuw te

beginnen. U kunt niet terug en er komt geen nieuwe

Messias die naar het kruis gaat en een andere

Pinksteren, luister, dit is het! Het programma is aan

de gang, loopt, God heeft het gedaan, het Pascha is

vervult en Pinksteren is vervult, we zitten in het

programma.

Het is onderbroken voor een tijd, en als u teruggaat

naar Lev.23, naar het Pascha, Pinksteren,

Wekenfeest dan kwam er een tijd dat er niets was

tot de oogst kwam (7e maand) waarom die

middenperiode? Jes.42!

De man wachtte 40 jaar bij het water(Bethesda)

Joh.5. Ik sprak een man die meedeed aan

Desertstorm (de golfoorlog) hij reed op een

voertuig dat jeeps verplaatste, en hij was verdwaalt

in de woestijn daar. En in de middle of nowhere

waren we verdwaalt, en ik vroeg: wat deed je? Hij

zei: we namen een kompas en volgden die naar het

zuiden, hij ging in ieder geval in de goede richting.

Weet u wat de woestijn deed met Israël?

Identificeren wie gelovig was en wie niet. De

gelovigen bleven over om in te gaan.

Ezechiël 20:33 “Zo waarachtig als Ik leef,

spreekt de Heere HEERE: Zo Ik niet met een

sterke hand, en uitgestrekten arm, en met een

uitgegoten grimmigheid over u zal regeren!”

Dat is precies wat zal gaan gebeuren in de grote

verdrukking, en het doel van de verdrukking.

Ez.20:35 is precies als Hosea 2:14 e.v. Hoe vaak

heb ik u gezegd dat Ex.Num.Deut.Jozua een beeld

is en een generale repetitie van wat hier gebeurd.

Ez.20:37,38 “En Ik zal ulieden onder de roede

doen doorgaan, en Ik zal u brengen onder den

band des verbonds.” “Daartoe zal Ik, die rebel

zijn, en die tegen Mij overtreden, uit ulieden

uitzuiveren; Ik zal hen uit het land hunner

vreemdelingschappen uitvoeren, en zij zullen in

Page 85: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 85

het landschap Israels niet weder komen, en gij

zult weten, dat Ik de HEERE ben.”

Hij gaat het volk Israël rechten in de woestijn en de

rebellen uitzuiveren. Ziet u dat dat het hele doel is

van de verdrukking. In Hebr.6, als deze mensen die

het Pinkstergetuigenis en Pinksterhoop en de

boodschap gehoord hebben afvallen dan is er geen

hoop voor hen. Weet u waarom? Omdat zij

uitgezuiverd zijn, zij zijn het deel van de mensen

die niet geloven, de ongelovigen. Zo, hier is het

volk dat al deze dingen beleeft heeft, een gemengde

menigte met individuen en sommigen gaan weg. En

er is geen bekering voor hen. We gaan naar

Hebreeën 12:14,15 dat punt van geen bekering.

Hebr.12:14,15 “Jaagt den vrede na met allen, en

de heiligmaking, zonder welke niemand den

Heere zien zal; “Toeziende, dat niet iemand

verachtere van de genade Gods; dat niet enige

wortel der bitterheid, opwaarts spruitende,

beroerte make en door dezelve velen ontreinigd

worden.”

Ziet u het voorwaardelijke hier. Ga maar eens zitten

en probeer deze verzen toe te passen op iemand uit

het lichaam van Christus, dat lukt niet. Vers 14:

zonder heiligmaking God niet zien… sommigen

zeggen: ik heb dat ín Christus, maar dat zegt dit

vers niet, dat vers zegt dat het iets is wat u moet

krijgen. Hoe krijgt u vrede met alle mensen: u

werkt eraan, zij moeten er voor werken.

Vers 15: Hoe verachterd u van de genade Gods? En

die wortel der bitterheid, heeft u die wel eens

gehad? Heeft u wel eens gelezen in Kol.3:19

mannen wordt niet verbitterd tegen haar… Als hij

zegt: doe dat niet, weet u dan waarom hij dat zegt?

Omdat u een probleem krijgt.

Hebr.12:16,17 “Dat niet iemand zij een

hoereerder, of een onheilige, gelijk Ezau, die om

een spijze het recht van zijn eerstgeboorte

weggaf.” “Want gij weet, dat hij ook daarna, de

zegening willende beerven, verworpen werd;

want hij vond geen plaats des berouws, hoewel

hij dezelve met tranen zocht.”

Hij vond geen plaats des berouws… (Hebr.6:6).

Ezau had de zegen, maar hij verkocht hem aan zijn

broer, later dacht hij: ik heb een slechte zaak

gedaan, maar hij kreeg het geboorterecht nooit

terug, niet? Hij kon geen manier vinden om zijn

verstand te veranderen, hij veranderde wel, maar

het werkte niet. Hij zocht het met tranen. Als u

zegt: wat zocht hij: de zegen of het berouw, dat

maakt geen verschil. Het feit is: hij kon de zegen

niet terugkrijgen, al wilde hij het, omdat er geen

manier was om de deal die hij maakte te

veranderen. En zelfs al wilde zijn vader het hem

geven, kon dat niet. Want God zou dat niet

toestaan. Geen plaats voor berouw, waarom? Het

verachten van het geboorterecht.

Het verachten van de zegening.

Openb.9:20,21 “En de overige mensen, die niet

gedood zijn door deze plagen, hebben zich niet

bekeerd van de werken hunner handen, dat zij

niet zouden aanbidden de duivelen; en de

gouden, en zilveren, en koperen, en stenen, en

houten afgoden, die noch zien kunnen, noch

horen, noch wandelen;” “En hebben zich ook

niet bekeerd van hun doodslagen, noch van hun

venijngevingen, noch van hun hoererij, noch van

hun dieverijen.”

Er komt een punt in de grote verdrukkingperiode

waarna geen berouw meer is. Kennelijk is er geen

berouw na de eerste 3 1/2 jaar. Zij wilden geen

berouw hebben. Het is onmogelijk … Het zal niet

gebeuren. Hebr. 6 spreekt over die mensen. Het

volk Israël, dat een gemengde menigte is, en die

verdrukking zullen zij een andere Pinkstergetuige

hebben, als in het boek Hand., de 144 000, Mozes

en Elia zullen ze leiden. En dat zal gezien worden

en ze krijgen de gelegenheid om verlicht te worden

en de hemelse gaven smaken en al die dingen, en

zij moeten doorgaan tot het einde en volhouden en

gemotiveerd worden door het priesterschap

vlgs.Melchizedek van Christus, en als zij niet

volhouden en zij gaan terug en nemen het teken van

het beest dan is er geen hoop meer voor hen!

Hebr.6:11,12 “Maar wij begeren, dat een

iegelijk van u dezelfde naarstigheid bewijze, tot

de volle verzekerdheid der hoop, tot het einde

toe;” “Opdat gij niet traag wordt, maar

navolgers zijt dergenen, die door geloof en

lankmoedigheid de beloftenissen beerven.”

Tot het einde toe… Weet u nog hoe we dat

bestudeerden in hfdst.3? Weet u wie de

beloftenissen beërven? Degene die lankmoedig

door geloof volhard.

En wie niet? Degene die afvalt van gelovig,

lankmoedig volharden tot het einde. En als hij

afvalt: Hebr.10:26 er is geen andere plaats om

heen te gaan dan naar Christus, Die ze verworpen

hebben. Ze hebben Hem opnieuw gekruisigd, er is

geen offer meer over… Er komt geen ander meer.

Page 86: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 86

Nu, dat is een beetje andere manier om door dit

gedeelte heen te gaan dan de meeste mensen u

vertellen, maar ik zei u al bij hfdst.3,4, we lezen de

rest van de waarschuwing de volgende keer en ik

zal u laten zien hoe dat past in de rest: Hoofdstuk 5

begint hij te vertellen over Melchizedek, maar hij

heeft een probleem, ze luisteren niet (hfdst.6) als

jullie het niet vatten omdat jullie traag zijn om te

horen, dan waarschuw ik jullie, als jullie deze stof

mbt. het priesterschap van Christus aannemen dan

mis je de leer die je motiveert om te volharden met

geloof en lankmoedigheid. Lankmoedigheid komt

door hun geloof, geloof komt door het rusten in de

volbrachte voorziening die God voor hen heeft

gemaakt in Christus, als hun Hogepriester. Dus

Hebr. waarschuwt hen voor afval en geeft hun de

leer die hen motiveert om niet af te vallen.

Hebreeën 6:7 (6:7-12)

De vorige keer zei ik tegen u dat Hebr.6:4-6 het

meest controversiële gedeelte in het boek Hebreeën

is, en misschien ook één van de meest

controversiële van de hele Bijbel… De reden

daarvoor is dat verzen 4,5,6 gebruikt worden als

basis door mensen die u willen leren dat u uw

redding kunt verliezen. Nu, u begrijpt dat als u uw

redding kunt verliezen, dan maakt dat niet veel

verschil uit, zelfs niet in Israëls programma. Als u

gered bent, waar bent u dan van gered? Wel, als u

die verliest bent u van niets gered. Als ik redding

heb, wat heb ik dan? Wel, waar ben ik van gered?

Nergens echt van, want uiteindelijk maakt het niets

uit of iemand gered is en dan hun redding verliest.

In Israëls programma wordt naar redding gekeken

als een toekomstig iets. Iets wat komt tot Israël met

de tweede komst van Christus.

Hebr.9:28 “Alzo ook Christus, eenmaal geofferd

zijnde, om veler zonden weg te nemen, zal ten

anderen male zonder zonde gezien worden van

degenen, die Hem verwachten tot zaligheid.”

Let op dat u niet over Israël en Israëls programma

denkt zoals u over uw programma denkt. Hebr.9:28

wanneer is dat? Met de wederkomst van Christus.

Waarom verschijnt Hij dan zonder zonden? ….tot

zaligheid! Daar is een toekomstige redding

voorzien voor Israël met de tweede komst.

Rom.5:11 “En niet alleenlijk dit, maar wij

roemen ook in God, door onzen Heere Jezus

Christus, door Welken wij nu de verzoening

gekregen hebben.”

Door Welken wij nú de verzoening gekregen

hebben. Israël moet wachten tot Christus

terugkomt, dat is haar dag der verzoening. U en ik

hebben die nú. Wij hebben het als een

tegenwoordig bezit. Zij als een toekomstig

perspectief. En de reden daarvan heeft te maken

met de aard van wat God doet met Israël als een

volk.

Wat God met het volk Israël doet is: Zijn autoriteit

herstellen over de planeet aarde. Door een aards

Koninkrijk dat Hij geeft aan een volk van mensen

die de regering hebben over dat Koninkrijk. Nu, als

dat allemaal waar is, en dat is het, dan begrijpt u

onmiddellijk dat dit te maken heeft met een

koninkrijk en een volk dat functioneert als regering

van dat Koninkrijk, dan is dat een: Letterlijk,

zichtbaar, fysiek, aards Koninkrijk, en zijn er

letterlijke, zichtbare,fysieke, aardse, dingen die

moeten gebeuren met de bedoeling om dat

Koninkrijk tot aanzien te roepen.

Bijvoorbeeld: het volk moet er zijn, bestaan,

mensen moeten geboren zijn, opgegroeid en ze

moeten tot geloof in Christus komen enz. enz. En

als u daar over nadenkt en het begrijpt dan begrijpt

u iets van waarom er geschreven wordt over:

volharden, doorgaan tot het einde, en de beloften

beërven van God, als Christus terugkomt en Zijn

Koninkrijk vestigt.

En het hele punt in Hebr. is: Christus komt terug,

en het Koninkrijk wordt gevestigd en de mensen in

Israël die volhard hebben met geloof en

lankmoedigheid om de beloften te beërven hebben

het. En zij die afgevallen zijn onderweg hebben het

niet. Maar mensen nemen Hebr.6 en passen dat

concept toe op u en mij vandaag… En wat dan

gebeurt, u slaat door. U moet niet bang zijn voor dit

gedeelte. Vorige keer bespraken we 5 ideeën die

mensen hebben over dit gedeelte.

Het gedeelte is een waarschuwing voor Israël, een

waarschuwing voor Israël in de verdrukking in hun

Lo Ammi staat, u weet wat dat betekent: in Hos.1:

niet Mijn volk. In hun afgesneden conditie, dat is

de positie waarin zij zijn in de grote verdrukking en

God neemt hen en maakt van hen weer Zijn volk.

In vers 4 waarschuwt hij hen, in vers 1 en 2 spoort

hij hen aan om door te gaan naar de volmaaktheid,

in vers 4 dat als ze dat niet doen.. het onmogelijk

is… Het punt is: dit is de mogelijkheid, en er is

geen andere mogelijkheid. Het staat in de verleden

tijd, het programma is onderbroken. Het punt van

het priesterschap heeft te maken met de

Page 87: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 87

onderbreking van het programma en de situatie als

Israël Lo Ammi is, in de grote verdrukking.

Dit is een kleine herhaling van vorige keer, want ik

wil naar de illustratie gaan in vers 7, als het volk

daar, de mensen in het volk de getuigenis gezien

hebben, gehoord hebben, de hoop van het

Koninkrijk en de boodschap die gepredikt werd, als

zij afvallen en teruggaan naar het systeem van de

wet van Mozes. U moet begrijpen dat in de

verdrukking de antichrist er is en hij herbouwt de

tempel, denk aan die situatie.

Een broeder gaf mij een boek van Joodse rabbi’s

over waarom Joden zich niet tot Christus zouden

moeten bekeren en tot het christendom. En hoe zij

moeten blijven wie ze zijn enz. en het is

fascinerend om te lezen, hoe zij spreken over Jesaja

53, en wat de christenen er van maken. En dat zij

zeggen dat het zo duidelijk in het OT is, maar het is

niet duidelijk, weet u, het kruis is daar niet

duidelijk. Hij schreef er wel over, maar hij wist niet

waar hij over schreef, het is een geheim niet

geopenbaard dan tot bij Paulus. Alleen als u bij

Paulus komt en u kijkt terug begrijpt u waar het

over ging. En één van de boeken gaat over: wat

doet Israël als ze geen offer hebben? Zij

behandelen het offer, elke OT Jood, iedereen die

bekend is met de Joodse Bijbel weet wat Israël doet

als ze geen offer hebben, het boek Psalmen vertelt

het u. Ik laat het u zien:

Psalm 141:1,2 “Een psalm van David. HEERE!

ik roep U aan, haast U tot mij; neem mijn stem

ter ore, als ik tot U roep.” “Mijn gebed worde

gesteld als reukwerk voor Uw aangezicht, de

opheffing mijner handen als het avondoffer.”

Wel, als u tot een Israëliet spreekt die zijn Bijbel

kent zal hij dit noemen. Waar was het reukwerk? In

de tempel. Maar David kon niet naar de tempel

gaan om een offer te brengen, maar laat mij door

gebed komen, wat U wilt is een verbroken hart en

een verslagen geest, U kijkt naar de innerlijke

mens, David begreep Ps.51, hij begreep dat het om

het hart ging voor God.

David zei: ik kan er niet zijn, door de

omstandigheden, ik heb geen offer, dus Heere laat

mijn gebed zijn als reukwerk en de opheffing van

mijn handen als het avondoffer. En zo was het voor

Hem. Hoe kan dat? We begrijpen nu, dat het niet

het offer was, maar David had begrepen wat geloof

was en wat het is om zich aan de genade van God

toe te vertrouwen toen niet alles beschikbaar was

wat hij moest doen.

Als we dus een Jood in de verdrukking hebben in

Hebr.6, met de situatie dat de antichrist er is, hij is

de leugen, waar liegt hij om? Hij overtuigt de

wereld en in het bijzonder Israël dat hij de messias

is. Hij maakt een verbond met Israël en hij gaat

Israël en de wereld rond dat hij de redder, de

messias is, om de utopia en vrede te brengen. Hij

start met de herbouw van de tempel en begint de

dagelijkse offers, 220 dagen nadat de 7jarige

periode begint. 220 dagen nadat hij het verbond

heeft gemaakt in een soort vals verbond van

Abraham, en zij wonen veilig in het land, de tempel

is herbouwt en het morgen en avondoffer zijn weer

begonnen en het systeem van Mozes is opnieuw

‘geïnstalleerd’.

In dat boek(zie boven, van de joodse rabbi’s) wordt

geschreven dat dat op een dag zal gebeuren. Op een

dag zullen we het weer hebben. Op de berg waar

Abraham Izaak offerde. De dierenoffers zullen er

weer zijn. Maar wij willen niet die slechte

menselijke offers die de heidense christenen

promoten. Wij weten dat alleen heidenen

menselijke offers promoten, ziet u hoe slim dit is.

Wat voor menselijke offers promoten u en ik? Wat

op Golgotha gebeurde, niet?

Ziet u dat het dwaasheid is voor hen die verloren

gaan? Godslastering voor hen die verloren gaan. Er

komt een dag, dat mensen die Gods Woord geloven

en de fundamentele leer van het christelijke geloof

belijden gezien worden als slecht, gek in deze

wereld. Wij preken een menselijk offer, wij zijn

een stelletje heidenen. Dat zegt hij over ons, ziet u

dat wat wij prediken dwaasheid is voor de wereld.

Deze wereld is geen vriend van genade. Is het nooit

geweest en zal het nooit zijn.

In de grote verdrukking zullen deze Joden een

situatie tegenkomen waarin de antichrist zichzelf

verklaard god te zijn, de messias, de hoop van

Israël, hij herbouwt de tempel en het judaïsme

opnieuw geïnstalleerd, het systeem van Mozes met

de offers enz. Hij waarschuwt ze om niet terug te

gaan, ze staan op een kruispunt, het is een stap

terug, en er is geen hoop daarin, we moeten verder

gaan.

En Hebreeën is de leerstellige motivatie om hen te

leren waarom ze niet terug moeten gaan naar het

systeem van Mozes, maar naar Christus en het

Nieuwe verbond dat Hij voor hen heeft volbracht

Page 88: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 88

door het kruis en als Hij terugkomt. Hebr.5:11 tot

het einde hfdst. 6 is een waarschuwing, hij is

gekomen tot het priesterschap v. Melchizedek en

stopt om te zeggen: luister, ik waarschuw jullie,

jullie moeten doorgaan, er zijn er die terug kunnen

vallen in een vervloekte situatie.

Hebr.6 vers 7,8: “Want de aarde, die den regen,

menigmaal op haar komende, indrinkt, en

bekwaam kruid voortbrengt voor degenen, door

welke zij ook gebouwd wordt, die ontvangt

zegen van God;” “Maar die doornen en distelen

draagt, die is verwerpelijk, en nabij de

vervloeking, welker einde is tot verbranding.”

De illustratie gaat over dat de regen komt, de zegen

komt neer(vers 4,5), zij zijn neergeregend op Israël

en als deze zegeningen goede vruchten produceren

is er zegen. Maar als deze zegeningen rebellie

produceren en vloek, distel en doorn brengen ze

slechte vruchten voort. Dan komt er een vloek.

Ziet u dat het punt met Israël vruchtdragen is.

Mat.3:7 e.v. “Hij dan, ziende velen van de

Farizeen en Sadduceen tot zijn doop komen,

sprak tot hen: Gij adderengebroedsels! wie heeft

u aangewezen te vlieden van den toekomenden

toorn?”

Dit gedeelte moet direct bij u naar boven komen.

Brengt dan vruchten voort der bekering waardig…

Vruchten die uw verandering van gedachten en

houding laten zien. Ziet u dat het uitwendige leven

het punt niet was, dat was niet genoeg. Alle boom

dan die geen goede vrucht voortbrengt, wordt

uitgehouwen en in het vuur geworpen….:10. Als de

bijl aan de wortel van de boom ligt betekent dat dat

iemand zo gaat beginnen met omhakken, hij heeft

hem bekeken en hakt hem om, als hij geen goede

vrucht voortbrengt, hij gooit hem in het vuur…:11

met vuur…:12 tarwe in de schuur en het kaf wordt

verbrand…

Hij spreekt hier over de tweede komst en de toorn

van God en dat Hij een scheiding maakt in het volk

Israël en Hij brengt ze op de dorsvloer, de tarwe

gaat naar het Koninkrijk en het kaf wordt verbrand.

Hij spreekt hier tot mensen die Zijn mensen zijn. U

begrijpt dat, daarom raken mensen in de war. Het

zijn Gods mensen en Hij gaat ze met vuur

verbranden? Dan zijn ze toch niet Gods mensen?

Zij zijn Gods uitverkoren volk, God heeft hen

geboren laten worden, Mat.1:21, Hij zal Zijn

mensen redden van hun zonden. Maar het is niet

genoeg voor Israël om fysiek een geslacht van God

te zijn, om Abraham als vader te hebben.

In Joh.8:44 zei Jezus tot hen dat de duivel hun

vader was, geestelijk. Zij zijn fysiek de mensen van

God, God schiep het volk, het enige volk op aarde

dat God schiep, en zij moeten ook geestelijk Zijn

volk zijn. Daarom moeten zij wederom geboren

worden. Zij zijn al één keer uit God geboren,

fysiek, maar zij hadden een nieuwe geboorte nodig,

een geestelijke. Als u dit begrijpt, begrijpt u

Hebreeën.

Hier zijn mensen die Gods mensen zijn en toch

zullen zij niet gered worden aan het eind, maar

vervloekt, omdat zij geen kinderen van geloof zijn,

ze zijn slechts fysiek een deel van Israël, maar ze

zijn niet geestelijk in de familie van God. En dit

helpt u, als u dit perspectief in gedachten houdt, als

u denkt dat zij kinderen van God zijn zoals wij dat

zij, maar nee, dat zijn ze niet. En u zult nooit een

kind van God worden zoals zij waren. Zij zijn Gods

mensen, aan de goede kant van de middelmuur.

In Joh.15:1-6 spreekt Jezus tot Zijn apostelen in de

opperzaal, de nacht voor Hij sterft. Vers 1 zie

Jesaja 5:1-7. Het volk Israël is een wijnstok, een

type en een beeld van het nationale leven van

Israël, van wat Israël is als een volk. Als Hij zegt:

Ik ben de ware Wijnstok, zegt Hij: Ik ben het ware

volk. Vers 2,3 Let op, het gaat om vruchtdragen.

Hoe kunnen zij vruchtdragen? Door in de Wijnstok

te blijven, door in de levende gemeenschap en

verbintenis met Christus te blijven. De enige

manier om ooit vrucht te dragen is door het Nieuwe

Verbond en de Geest van God die in hen komt, en

door Hem vrucht dragen. Joh.15:5,6 Dat is precies

wat wij lazen in Mattheus, en in Hebreeën. Het is

een parallelsituatie.

In Hebr.6:7,8 De zegeningen waren op hen

gekomen en nu zijn vruchten het punt. Zij moesten

vruchten voortbrengen, zij moesten God op Zijn

Woord nemen. Als zij in het koninkrijk wilden

komen dan moesten zij vruchten voortbrengen en

geloof, lankmoedigheid hebben om de beloften te

beërven. En als u terug gaat naar Hebr.6 ziet u wat

de vrucht is waar Hij naar uitkijkt is: vers 9.

Hebr.6:9 “Maar, geliefden! wij verzekeren ons

van u betere dingen, en met de zaligheid

gevoegd, hoewel wij alzo spreken.”

U ziet hoe hij van :4,5,6 degenen, die, welken enz.

overgaat naar: maar, geliefden, wij verzekeren ons

Page 89: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 89

van u betere dingen… U ziet dat er het gelovige

overblijfsel is in het volk, de kleine kudde.

Hebr.6:10-12 “Want God is niet onrechtvaardig

dat Hij uw werk zou vergeten, en den arbeid

der liefde, die gij aan Zijn Naam bewezen hebt,

als die de heiligen gediend hebt en nog dient.”

“Maar wij begeren, dat een iegelijk van u

dezelfde naarstigheid bewijze, tot de volle

verzekerdheid der hoop, tot het einde toe;”

“Opdat gij niet traag wordt, maar navolgers zijt

dergenen, die door geloof en lankmoedigheid de

beloftenissen beerven.”

Hoe beërft u de belofte? Wat is de belofte? God

beloofde Abraham eeuwig leven en een Koninkrijk.

Hoe beërft u de belofte? Door geloof en

lankmoedigheid. Dan geeft hij een illustratie in vers

13,14,15 over Abraham. :15 door lankmoedigheid

heeft hij de belofte verkregen… Wanneer krijgen

zij de beloften? Nadat zij gelovig volharden. Het is

geen tegenwoordig bezit zoals u heeft gekregen.

En als u dit gedeelte neemt en het toepast op de

gemeente, het lichaam van Christus, moet u het

gedeelte herschrijven. Dit past in de grote

verdrukking, waarin u mensen hebt die lankmoedig

volharden, door geloof in de voorziening die God

voor hen heeft volbracht, door het Nieuwe verbond,

in Christus zodat zij de belofte kunnen verkrijgen

als Hij komt voor hen.

Let op de goede werken die Hij hen te doen geeft:

Dingen die de redding vergezellen. Vers 10 heeft te

maken met het dienen van de heiligen, ga mee naar:

Hebr.10:32 “Doch gedenkt de vorige dagen, in

dewelke, nadat gij verlicht zijt geweest, gij veel

strijd des lijdens hebt verdragen.”

Nadat gij verlicht zijt geweest… Hebr.6:4

verlicht… ziet u het verband? Er was een tijd dat

deze verlichting er was. Hebr.10:33-37 Er is nu al

een vertraging in het programma, zegt de schrijver,

ziet u hoe Hebreeën past, het komt na Paulus’

brieven. Vers 37 Hij komt, ook al is er een

vertraging.

Jakobus 2: De mensen waar Hebreeën aan

geschreven is hebben gediend, het werk der liefde,

hij zegt: ik ben verzekerd dat jullie niet mensen zijn

die terug zullen vallen, want ik heb jullie gezien en

ben bij jullie geweest, ik heb jullie werk van liefde

gezien en de bediening aan de heiligen temidden

van hartzeer en zorgen en dat jullie je leven

inzetten voor de broeders. In de grote verdrukking

en de regering van de antichrist ben je een vijand

van de staat, als je het teken van het beest niet hebt

kun je niet kopen en verkopen Dan heb je iemand

nodig die je te eten geeft, of een huis?

Jac.1:26,27 “Indien iemand onder u dunkt, dat

hij godsdienstig is, en hij zijn tong niet in toom

houdt, maar zijn hart verleidt, dezes godsdienst

is ijdel.” “De zuivere en onbevlekte godsdienst

voor God en den Vader is deze: wezen en

weduwen bezoeken in hun verdrukking, en

zichzelven onbesmet bewaren van de wereld.” Als Israël niet doet wat het woord zegt dat ze

moeten doen is dat omdat ze geen geloof hebben,

als je alleen hoort en het niet doet misleid je jezelf.

Vers 27 dat is zuivere godsdienst: Openb.16,

Mat.25 Ik was hongerig en u gaf mij te eten, gaf

kleding, in de gevangenis mensen gedood om hun

getuigenis, ze namen het merkteken niet, zij zeiden

nee. In het boek Hebreeën en Jakobus weet u wat

zuivere godsdienst is? Zij, die mensen dienen.

Jac.2:14 “Wat nuttigheid is het, mijn broeders,

indien iemand zegt, dat hij het geloof heeft, en

hij heeft de werken niet? Kan dat geloof hem

zaligmaken?”

Controversieel gedeelte als u dit vergelijkt met

Romeinen 4 , gaat niet samen. Waarom? Omdat

Jakobus past in Gods bedelingsplan, precies waar

het staat in de canon van de Schrift. Het past na de

openbaring van Paulus, na de bedeling van genade.

De redding wordt gebracht als een fysieke redding

op de aarde, als ook een geestelijke. Het geestelijke

herboren Israël produceert een fysiek volk. Dus er

moeten fysieke dingen worden volbracht om dat zo

ver te krijgen.

Jac.2:14-20 Als u het teken van het beest niet

neemt kunt u niet kopen(naakt, gebrek aan

voedsel). Als we teruggaan naar de Psalmen en de

verzen die gaan over de arme, en zorg dragen voor

de armen, ze niet verdrukken, dan gaat dat niet over

iemand in Chicago, die werkt voor z’n

levensonderhoud, of iemand die een moeilijke tijd

heeft, Paulus zegt: als iemand niet werkt dat hij niet

ete, over een luie houding, het is vandaag een

andere economie, de manier waarop God werkt

vandaag.

Maar al die gedeelten in de Psalmen en de

evangeliën over armen gaat over een tijd dat Gods

mensen arm zullen zijn gemaakt, naakt, hongerig

omdat zij het teken van het beest niet aannemen, ze

willen ze laten uitsterven. Mattheus 6, geef ons

Page 90: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 90

heden ons dagelijks brood… Dat is nu een

vreemd gebed om te bidden is het niet? Mensen

gooien meer levensmiddelen weg elke week dan

meer mensen in de rest van de wereld op kunnen,

weet u? Vers 16 als u dat niet doet, dan is uw

geloof dood… In Israëls programma als zij geloven

wat Gods Woord zegt en zij horen het, zegt hun

geloof dat zij het moeten doen. En één van die

dingen is om mensen te dienen in hun omgeving.

Jac.2:21-24 is een illustratie mbt. Abraham, we

gaan terug naar Hebr.6, dit is precies dezelfde

illustratie die hij gebruikt in Hebr.6:13-15 over

Abraham. De illustratie van Jac.2 komt uit Gen.22

als hij Izaak offert

. .

Als Paulus spreekt in Rom. 4 over Abraham

spreekt, spreekt hij over Abraham uit Gen.15, voor

Abraham was besneden, de vader van allen die

geloven. Jacobus spreekt in Gen.22 over Abraham

mbt. het verbond dat te maken heeft met de

Verlosser en het Koninkrijk. Tussen Gen.15 en 22

gebeurden veel dingen, een 40j periode in

Abraham’s leven waarin enorme geestelijke

transacties tussen hem en God plaats vonden mbt.

de besnijdenis en de middelmuur des afscheidsels

werd opgericht. In Hebr.6 is het de Jac.2 illustratie

en niet de Rom.4 illustratie. U ziet dat de situatie in

Hebr.6 dezelfde soort situatie is als Jak.2. Werken

vergezellen redding.

Hebr.6:11 “Maar wij begeren, dat een iegelijk

van u dezelfde naarstigheid bewijze, tot de volle

verzekerdheid der hoop, tot het einde toe;”

U moet voorzichtig en ijverig zijn tot de volle

verzekerheid der hoop, tot het einde toe… Niet lui,

maar ijverig, vers 12. Daarna komt er een illustratie

over Abraham in vers 13-18 over het erven van de

belofte.Geloof en geduld beërven de belofte. Vers

18-20 gaat over de hoop, de volle verzekerdheid

der hoop, en de hoop is de hoop van het beërven

van de belofte. De hoop is gebaseerd in het

priesterschap vlgs. Melchizedek van Christus, hun

hoop om de belofte te beërven is gebaseerd op het

priesterschap van Christus, in het Nieuwe

verbondspositie die Hij heeft, daarom is die solide

en standvastig en motiveert hen om door te gaan.

Hebr.6:10,11 hier is het punt opnieuw van de

illustratie: vruchten, werken als een bewijs van

redding. Ik hoorde John McArthur op de radio hij

predikt populistisch calvinisme, calvinisme en

armenianisme geloven dat u niet gered kunt worden

of gered zijn tenzij u bepaalde werken voortbrengt.

Het idee is: uw geloof plus werken is vereist. De

Armeniaan vereist geloof plus werken en u wordt

gered en een Calvinist vereist geloof plus werken

om gered te zijn. Reddend geloof. Redding hangt af

van de kwaliteit van mijn geloof. Geloof ik dat ik

genoeg reddend geloof heb, of bijna reddend geloof

enz. het is allemaal theologische lariekoek.

Theologisch argumenteren binnengebracht door

Nederlandse theologen, Arminianen en Calvinisten

omdat zij niet begrijpen hoe ze het woord recht

moeten snijden. Waar komt het vandaan? Ze nemen

het programma van Israël en maken het de norm en

standaard voor u en mij b.v.Joh.10, Hij stierf voor

de uitverkorenen, maar wie zijn de uitverkorenen

voor wie Hij stierf? Israël!

Één vrouw werd eens zo boos op mij, ze vroeg me

om te komen eten na de dienst, ze was Italiaans en

haar man Duits ze waren met de boot gekomen,

immigranten, ze maakte een flinke spagettipasta en

ik wist niet hoe zij gewent waren om spaghetti te

eten… ik ben gewent om gewoon met m’n vork en

mes af te snijden wat ik wil eten. Die vrouw werd

boos en pakte mijn bord weg en met veel gemopper

terug naar de keuken….Ik zei tegen haar man: ik

veronderstel dat ik haar kwaad heb gemaakt, wat

deed ik verkeerd?! Hij zei: je moet nooit een mes

gebruiken bij dit soort maaltijd.

En dit is het soort puinhoop die u krijgt die mensen

maken als ze niet het mes van 2 Tim2:15 gebruiken

en het woord recht snijden. Vandaag is er een

aanval op de duidelijkheid van het evangelie van

genade. Men kan zeggen wat men wil over ‘Jezus

is Heer redding’ en dat u moet werken om gered te

worden of gered te blijven, het is allemaal

religieuze, vleselijke verwarring. Uw oude mens

wil iets doen. En als de leraar zegt wat u moet doen

dan doet u het. In 2 Kor.3 en 4 ziet u dat de satan

niet verblind door humanisme of communisme

maar met religieuze werken, zodat God blij met hen

kon zijn.

Hebreeën 6:13-7:1

Hebr.6, we hebben besproken dat het eerste deel

van het hoofdstuk een waarschuwing is voor het

volk Israël.

Deze week hoorde ik nog een radiodominee die zei

dat Hebr. 6 ging over doodzonde die de Jood kon

begaan in de eerste eeuw, dat is waar, maar het is

niet alleen in de eerste eeuw. De zonde in dit

gedeelte is een vooruitziend iets, het kijkt uit naar

Page 91: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 91

de grote verdrukking in de toekomst, en over het

gemengde volk, zij konden het getuigenis zien en

horen, en de boodschap en de krachten van de

toekomende eeuw, en in de Handelingenperiode

zagen zei het Pinkstergetuigenis en hoop en dat

verdween uit zicht, en als zij teruggaan naar Mozes

en het wetsysteem, om offers te brengen en het

geloof in Christus verlaten en het werk aan het

kruis. Als zij teruggaan gaan ze terug naar een

systeem waarin geen hoop is.

In Hebr.10:26 zegt hij dat zij nergens anders heen

kunnen gaan om hun zonden te laten vergeven dan

naar het kruis, en als je het bloed van de Zoon van

God onheilig acht, als je je rug keert naar de

voorziening die God maakte door Christus en het

Nieuwe verbond dan is er geen hoop. Alleen

veroordeling en dood en oordeel en vernietiging, de

hoop is in het Nieuwe Verbond. De hoop is in de

voorziening die God voor hen maakte in de

eeuwige redding, door de eeuwige Geest en het

eeuwige bloed en offer van de Heere Jezus

Christus. En hij waarschuwt ze hier om niet terug te

gaan.

Hebr.6:9 “Maar, geliefden! wij verzekeren ons

van u betere dingen, en met de zaligheid

gevoegd, hoewel wij alzo spreken.”

Hij spreekt over de kleine kudde. In de eerste

verzen over het gehele volk. Het volk dat gemengd

is. Nu, als hij tot hen spreekt, over de dingen die

redding vergezellen, die hebben we besproken,

Hebr.6:10 (Jak.2). Hebr.6:11,12 De hoop in vers 11

is de hoop van het beërven van de beloften van vers

12. En de naarstigheid bewijzen tot de volle

verzekerdheid der hoop tot het einde toe(:11) is het

zelfde als door geloof en lankmoedigheid de

beloften beërven. Volharden om de beloften te

beërven. Hij geeft een illustratie, het beërven van

de beloften is door geloof en lankmoedigheid, hij

zegt opnieuw in vers 15 Abraham. En dat geeft hen

hoop. Een voortdurende ijver is nodig en daarom is

Abraham het voorbeeld en illustratie van hun

situatie.

Hebr.6:13-20 Hij eindigt met Melchizedek en dan

zijn we weer terug waar hij eindigde in Hebr.5:10.

In dit laatste gedeelte van dit hoofdstuk spreekt hij

over de motivatie om door te gaan, te volharden in

geloof en lankmoedigheid, de belofte motiveert hen

en de voorziening van God. God deed een belofte

aan Abraham, dat Hij hem zou zegenen. En de

illustratie hier komt uit Genesis 22:16. God riep

Abraham in Genesis12, maakte een verbond met

hem in Gen.13, in Gen.14 schetst hij de

voorzieningen: het land, in Gen.15 bevestigd Hij

het verbond met hem, in Gen.17: een teken van het

verbond: de besnijdenis. En hij heeft nog steeds

geen kinderen, behalve Ismaël, Abraham leerde iets

over zijn vlees in Ismaël Abraham dacht ik kan

God helpen, maar God wilde niet de werken van

zijn vlees. God wacht tot hij het niet meer kan en

dan geeft God op een wonderlijke wijze een kind

aan Abraham, Izak.

In Gen.22 is Izak een jonge man en het meest

perfecte beeld, type van de kruisiging en

opstanding van Jezus Christus in de Bijbel,

terugkijkend kunnen we dat zien. God zei: neem

uw zoon, uw enige zoon, uw oogappel, er was er

nog één, maar dit was de enige, neem hem mee

naar die berg en dood hem… Dat is tegenstrijdig,

die jongen is, uw zaad, Ik maak een volk uit hem

dat het land zal beërven, neem hem en dood hem…

Wacht even Heer maar hij nam hem mee de berg

op en met het mes in zijn handen stopt Hij hem.

Abraham kreeg hem terug uit de dood, type van de

opstanding. Abraham wist dat als hij de jongen zou

doden God hem uit de dood zou opwekken.

Abraham geloofde in de opstanding, we lazen dat

in Gen. 13,15 dat hij voor eeuwig in het land zou

wonen en het bezitten, maar hij moest eerst sterven.

Abraham was niet dom, hij wist als God hem dit

land zou geven en zijn zaad voor eeuwig en als hij

sterft voor hij het krijgt dan weet hij dat hij

opgewekt zal worden en er voor eeuwig in zal

leven. Hij vertrouwde God. En God zag zijn geloof,

Hij beproefde hem, Ik heb het gezien, Ik heb je

beproefd, Ik zal zegenen die u zegent, Hij zweerde

met een eed.

Hebr.6:16 “Want de mensen zweren wel bij den

meerdere dan zij zijn, en de eed tot bevestiging

is denzelven een einde van alle tegenspreken;”

Als je wilt zweren neem je iemand die groter is dan

jezelf, weet u dat ieder ijdel woord dat uit iemands

mond komt in het oordeel zal komen. Bij wie moest

God dan zweren? Wie is groter dan Hij? Niemand.

Als iemand het contract heeft getekend en het

getekend, dan is het klaar, dan argumenteren we er

niet meer over. Tekenen van het contract is genoeg.

Hebr.5:17 “Waarin God, willende den

erfgenamen der beloftenis overvloediger

bewijzen de onveranderlijkheid van Zijn raad,

met een eed daartussen is gekomen;”

Page 92: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 92

God beloofde het niet alleen, Hij bevestigde het

met een eed, Hij zweerde. God’s Woord moet

genoeg zijn, niet?

Heb.6:18 “Opdat wij, door twee

onveranderlijke dingen, in welke het onmogelijk

is dat God liege, een sterke vertroosting zouden

hebben, wij namelijk, die de toevlucht genomen

hebben, om de voorgestelde hoop vast te

houden;

Twee onveranderlijke dingen: één: u heeft Mijn

woord en twee: Ik zweer met een eed. Sterke

vertroosting: in wat God zegt en wat Hij zweert, er

is geen zekerder woord om in te vertrouwen. De

toevlucht genomen hebbende: daar gaat het om in

dit gedeelte. Het gelovig overblijfsel in het volk, in

de verdrukking, zij hebben de toevlucht genomen.

Illustratie, de zondvloed komt, de toorn komt, het

oordeel komt, zij gaan, als Noach in de ark –

daarom spreekt 1 Petr.3:20,21 over Noach. Acht

zielen gingen in de ark en waterdoop redt nu deze

mensen. Weet u wat de deur naar die kleine kudde

was? Johannes 10: de waterdoop!

Luk.7:29,30 “En al het volk, Hem horende, en

de tollenaars, die met den doop van Johannes

gedoopt waren, rechtvaardigden God.” “Maar

de Farizeen en de wetgeleerden hebben den raad

Gods tegen zichzelven verworpen, van hem niet

gedoopt zijnde.”

Hoeren en tollenaars werden gedoopt met de doop

van Johannes, de doop der bekering tot vergeving

der zonden, de farizeeën en Schrifgeleerden

verwierpen Gods raad door zich niet te laten dopen.

Waterdoop voor het volk Israël bereidde hen voor

om in de ark te gaan, zij vluchtten in de

schuilplaats, illustratie, Jozua 20, Num35.

Er zijn in het OT plaatsen, zes vrijplaatsen,

vrijsteden die een plaats voor toevlucht zijn als een

Israëliet onschuldig bloed vergoten heeft, ze zijn

geen moordenaars. De persoon die gedood werd

heeft verwanten, familie die bloedwraak willen

nemen en zij zoeken de veroordeling van die

persoon, hij heeft het recht om hem voor de

rechtbank te dagen omdat hij zijn familie heeft

gedood. Maar als u naar een vrijstad kunt gaan en

daar blijven, zolang u in die vrijstad bent bent u

veilig, een veilige haven waar u heen kunt voor de

wraak die u verdient.

Israël vergoot het bloed. Jezus zei: Vader vergeef

het hen, want zij weten niet wat ze doen, Hand.3,

ze deden het door onwetendheid. Wat deed God?

Hij zei: Ik verander deze moord in doodslag en geef

hen een kans om naar een toevluchtsoord te

vluchten en daar is hij. Maar degene die niet vlucht,

weet u wat er gebeurt? De bloedwreker komt en

vangt hem en weet u wat er gebeurt: executie,

oordeel. Weet u wie de bloedwreker is? De

antichrist. Dat is een interessant iets. Waarheen

vluchten zij? Naar de kleine kudde. Tot wie spreekt

hij hier? Hebr.6:18. Zij vluchten en krijgen een

hoop, door geloof en lankmoedigheid beërven ze

die.

Hebr.6:19 “Welke wij hebben als een anker der

ziel, hetwelk zeker en vast is, en ingaat in het

binnenste van het voorhangsel;”

Weet u wat hier stabiliteit geeft aan deze mensen?

Die hoop daar. Jezus Christus is achter het

voorhangsel en Hij komt terug, hun Verlosser en

Messias. En die hoop en toevlucht en veiligheid en

plaats van zegening voor de kleine kudde is

gebaseerd op de voorziening gemaakt door de

Heere Jezus Christus op Golgotha.

Hebr.6:20 “Daar de Voorloper voor ons is

ingegaan, namelijk Jezus, naar de ordening van

Melchizedek, een Hogepriester geworden zijnde

in der eeuwigheid.”

Nu zijn we terug bij het priesterschap van

Melchizedek van Christus. En dat gaan we vanaf nu

bestuderen. Het punt in Hebr.7 en 8 is het

priesterschap, hetgeen dat de beloften garandeert

voor Israël door Jezus Christus als hun

Hogepriester. Hun hoop is daarop gebaseerd. Het

bloed van Jezus Christus is de basis waarop Israël

haar eeuwige redding krijgt en haar erfenis in het

Koninkrijk. En dat is de hoop voor Israël, voor deze

mensen zodat ze lankmoedig kunnen verdragen en

volharden.

Ga met mij mee naar Lukas 21:10-19 :19 geloof

en lijdzaamheid, zo is het precies in Hebr.6:7-12. In

de conditie van verdrukking, van nood die over hen

komt, maar zij hebben een hoop en de reden

waarom zij hoop hebben is de erfenis, een anker,

zeker en vast in hun ziel, want zij begrijpen wat

God beloofd heeft zal Hij doen, het geeft niet wat

met hen gebeurd, wat God zegt is waar. Als zij

sterven, ga mee naar:

Hebr.10:18,19 “Waar nu vergeving derzelve is,

daar is geen offerande meer voor de zonde.”

“Dewijl wij dan, broeders, vrijmoedigheid

Page 93: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 93

hebben, om in te gaan in het heiligdom door het

bloed van Jezus,”

Het maakt geen verschil, God gaat hen opwekken,

Jezus Christus heeft door één offerande de zonde

weggedaan, er is vergeving en dan is er geen offer

om terug te gaan. In de grote verdrukking komt

Israël in een situatie met de antichrist, de mens der

zonde en in het midden van de week wordt hij

gedood, we studeerden dat in Openbaring, dan

wordt hij opgewekt uit de dood. Na zijn opstanding

doet hij grote wonderen en tekenen in zijn naam.

Wat beschrijf ik voor jullie? Het lijden en de

opstanding en de Pinkster wonderen en tekenen en

hij zal zeggen: ik ben jullie messias. En weet u wat

Israël doet? Ze geloven hem.

De offers zijn er weer, 220 dagen na het begin van

de 70e week van Daniël is de tempel herbouwt en

de dagelijkse offers zijn weer begonnen. Dan komt

hij en zegt: nadat hij is opgestaan en na al die

tekenen en wonderen, dat hij God is… en hij neemt

de offers weg, het oude syteem van Mozes is

voorbij, ik breng het nieuwe, kom en aanbid mij.

Daar is hij en hier is het gelovig overblijfsel van

Israël en zij zeggen: Nee, Christus is al gekomen,

dit is een valse. En wat gebeurt er met hen? Zorg

dat je van ze afkomt. Je kunt niet kopen, niet

verkopen, niet eten, geen boodschappen,

vervolging, en ze vluchten in de woestijn.

Hebr.10:19-23 Want Hij die belooft heeft is

getrouw… Het anker voor hun ziel het begrip van

Gods onveranderlijkheid, Hij heeft het gezegd. Ze

kunnen niet vertrouwen op wat ze zien, de traditie,

alleen wat God zegt in Zijn Woord. En God zegt:

jullie hebben twee dingen: Mijn belofte en Mijn

eed. Ik zal het doen.

In 2 Petr.1:19 Op de berg der verheerlijking

veranderd Christus in heerlijkheid, maar wij hebben

het Woord van God. Je kunt niet altijd vertrouwen

wat je ziet. Luk.16:19-31 De rijke man had vijf

broers, en hij wilde niet dat zij daar kwamen, zend

ze terug naar hen en zeg dat ze niet hierheen

komen.

Terug naar Hebr.5:11 traag om te horen. Laat ik u

iets vertellen: het heeft te maken met uw begrip van

Gods openbaring, daar is het anker. Hij gaat nu

verder en geeft hen het begrip om het anker vast te

leggen.

Hebreeën 7:1-3

Hebreeën 7, we beginnen aan een nieuw hoofdstuk,

onderwerp, wat de schrijver hier doet is: hij gaat

het belangrijkste punt samenvatten van de brief, we

hebben al gezien dat als je Hebreeën bestudeerd het

belangrijkste punt is: het priesterschap. De

bedoeling van het hogepriesterlijke karakter van de

Heere Jezus Christus. Wat u ziet in Hebr.7 tot

Hebr.10:18, daar eindigt het leerstellige gedeelte

van het boek Hebreeën, u ziet vanaf hier dat

Christus de betere Hogepriester is, beter dan Aaron.

In hfdst.7 heeft Hij een betere ordening van

priesters. In hfdst.8-10 heeft Hij een betere

bediening als Hogepriester. Daar gaat we ons op

richten.

Hebr.7:1 “Want deze Melchizedek was koning

van Salem, een priester des Allerhoogsten Gods,

die Abraham tegemoet ging, als hij wederkeerde

van het slaan der koningen, en hem zegende;”

Hij begint nu met terug te gaan naar Melchizedek,

de verwijzing is naar Hebr.6:20. En dat verwijst

naar Hebr.5:1-10, waar hij het priesterschap

introduceert, en het feit dat Jezus Christus

gekwalificeerd is en gekozen door God om de

Hogepriester te zijn. Op grond van Zijn opstanding

en Zijn eeuwig leven, Hij bezit opstandingsleven,

en daarom moeten deze Joden en Israëlieten

begrijpen dat zij in de grote verdrukking dingen

zullen tegenkomen, zij zijn de eerst eeuw

Israëlieten, dezelfde periode als uit Handelingen.

Wat zij moeten begrijpen is het punt van de

Hogepriesterlijke bediening van Christus, hoe die

hen brengt van het Oude verbond met Mozes, naar

het Nieuwe verbond. Van de wet van Mozes naar

de Koninkrijkswet van het Nieuwe verbond van

Jezus Christus. Mozes was een dienaar over zijn

huis, maar Christus over Zijn huis. Dus deze

nieuwe bediening hier komt tot Israël en is geen

voortzetting van de oude, het vervangt de oude.

Soms begrijpen mensen het niet, toen ik in het

college was, een liberaal college, spraken zij over

mensen die in het 1000j rijk geloven en de nieuw

testamentische kerk die de voortzetting was van de

oud testamentische gemeenschap. Oh, ze moeten

geslapen hebben als ze hun Bijbel lezen of zoiets.

Er zijn veel van dat soort ideeën, en in Israël heb je

het idee dat ze het nieuwe met Christus toevoegen

aan het oude, nee, nee, wat Christus voor Israël

heeft volbracht is geen toevoeging aan het oude.

Page 94: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 94

Het is een Nieuw verbond, niet zoals het vorige

verbond. Iets brandnieuw.

De wet van God is het rechtvaardige karakter van

God, het contract van Israël in hun relatie met God.

Maar Hij doet ook de oude wet van Mozes weg en

introduceert een nieuw contract: het Nieuwe

verbond. En Hij doet dat als hun Hogepriester. In

hfdst.5:1-10 introduceert hij het punt van het

priesterschap vlgs Melchizedek. In Hebr.5:6, dat

vers wordt herhaaldelijk aangehaald, in 7:1. In

Hebr.5:11 zegt hij dat hij vele dingen te zeggen

heeft maar ze zijn traag om te horen. Deze mensen

waren niet in staat om deze nieuwe, verdere

informatie te ontvangen.

In Hebr.5:12 tot Hebr.6 einde is een uitweiding,

afdwaling, hij waarschuwt hen ivm hun

onmogelijkheid om te horen en deze leer te

begrijpen. Hij laat hun nood zien om deze waarheid

wel te begrijpen, want het is de waarheid van het

priesterschap vlgs Melchizedek van Christus en

Zijn bediening. Dit zal hen motiveren en

bekrachtigen, het begrip geven en duidelijkheid in

hun gedachten om door te gaan in, naar het Nieuwe

verbond en hun motiveren om te volharden en niet

terug te gaan gedurende de verdrukking en de

moeilijkheden en de beproevingen die zij zullen

tegenkomen als zij wachten op de wederkomst van

Christus en als Hij het Nieuwe verbond zal

inwijden.

Ziet u, het Oude verbond waarschuwde hen wat er

zou gebeuren als zij het verbond zouden breken, het

ene oordeel na het andere als zij het contract

zouden breken. Het Oude verbond gaf hen de

bekwaamheid niet om te doen wat het Oude

verbond zegt om te doen. Het Nieuwe verbond is

niet zo. De bekwaamheid en kracht om de mensen

te zijn die God hen gemaakt heeft om te zijn is voor

hen voorzien. Dat komt door het kruiswerk van de

Heere Jezus Christus waar Zijn dood en Zijn

opstanding de sleutel is voor Israël om te krijgen

wat ze nodig heeft. Het is de basis waarop iedereen

alles van God krijgt.

Romeinen legt uit wat op Golgotha gebeurde voor

u en mij als leden van het lichaam van Christus,

Hebreeën legt uit wat er volbracht is op Golgotha

voor het volk Israël. Specifiek leerstellig. Er zijn

dezelfde gedachtenlijnen, omdat het kruis de basis

is van alles.

In Hebr.7:1 begint hij de verwijzing dat

Melchizedek dezelfde is als uit Hebr.6:20. Deze

mensen waren traag in het maken van vooruitgang.

Hebr.3:1 aanmerkt de Hogepriester. Hebr.7:4

…aanmerkt. Hebr.2:3…acht nemen. Ze moesten er

over nadenken, u ziet dat het niet komt aanwaaien.

Je moet nadenken, een studeerinstructie. En dat

geeft hen de capaciteit om dingen te doen die van

hen verwacht werden.

Zoals ik zei: het begrip van het priesterschap vlgs

Melchizedek is voor volwassen mensen: Hebr.6:1.

Hebr.6:16 Jezus Christus is ingegaan binnen het

voorhangsel als de grote Hogepriester. Dat punt

van achter het voorhangsel binnengaan, waar u

Christus ziet in Hebreeën is Hij de Hogepriester in

het heilige der heilige, achter het voorhangsel,

maakt en bestendigt en voltooit de verzoening voor

Israël, dan komt Hij terug van achter het

voorhangsel tot de mensen en brengt de

verkondiging van bevrijding.

Als we teruggaan naar Lev.16 en lezen wat de

Hogepriester deed achter het voorhangsel, hij nam

het bloed en het reukwerk en hij sprengde het bloed

op het verzoendeksel, en hij voltooid daarbinnen de

verzoening. Dat heeft Christus gedaan. Ze moeten

over Hem nadenken. Hebr.7:26-28 Éénmaal,

wanneer? Toen Hij Zichzelf offerde. Stelt de Zoon,

Die in der eeuwigheid geheiligd is. Eeuwigheid, dat

is het punt in het priesterschap vlgs Melchizedek

van Christus. Hij zegt niet: Hogepriester van de

orde van Melchizedek, Hij is niet beperkt tot

Melchizedek, Hij is Hogepriester naar de ordening

van Melchizedek. Zijn priesterschap is

overéénkomstig Melchizedek en we zullen zo zien

hoe.

Het is niet zijn afkomst, geslacht, niet van, maar

naar, overeenkomstig. De basis overeenkomst

tussen Melchizedek en Christus is: eeuwigdurend.

Hij heeft eeuwige redding volbracht, eeuwige

erfenis, als iets eeuwig is wat zegt u dat dan? Wat

voor soort leven moet u hebben om eeuwig te zijn?

Eeuwig leven, wat is dat voor soort leven?

Opstandingsleven. Hoe vaak heb ik u daar al op

gewezen? God vertelde aan Abraham, het

basiselement in de belofte aan Abraham Ik zal u

een groot volk maken, gezegend, Ik geef u dit land

en uw zaad zal er voor eeuwig leven. U zult het

voor eeuwig bezitten, wat zei dat tot Abraham? Hij

zou eerst sterven, maar hij zou het toch krijgen,

anders zou God een leugenaar zijn. Dus het heeft

alles te maken met opstandingsleven, dat zagen we

in Hebr.5:7,8,9, Hij werd de Oorzaak der eeuwige

zaligheid. Hij stierf, maar God redde Hem van de

dood en gaf Hem leven. Zo is Hij Hogepriester,

maar niet zoals Aaron, maar als Melchizedek.

Page 95: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 95

We kunnen nog een maand verder studeren want de

dingen over Melchizedek in Genesis zijn zo

fascinerend met lijnen van informatie die u overal

ziet. Soms doen we drie weken over 1 vers, en zo

wordt het een grote studie, ik hou er van om zo te

studeren, maar we moeten hier doorheen. Deze

Hebreeën studies moeten niet tot in eeuwigheid

doorgaan. Het is diep, maar niet gecompliceerd.

Hebr.7:1 Dat is de geschiedenis van wat er gebeurde.

Hebr.7:2,3 interpreteert hij.

Hebr.7:2,3 “Aan welken ook Abraham van alles

de tienden deelde; die vooreerst overgezet

wordt, koning der gerechtigheid, en daarna ook

was een koning van Salem, hetwelk is een

koning des vredes;” “Zonder vader, zonder

moeder, zonder geslachtsrekening, noch beginsel

der dagen, noch einde des levens hebbende;

maar den Zoon van God gelijk geworden

zijnde, blijft hij een priester in eeuwigheid.”

Melchizedek wordt op twee plaatsen in het Oude

Testament gevonden: Genesis 14 is geschiedenis

Psalm 110 is profetie. In Genesis komt uit het niets

Melchizedek, en hij verdwijnt weer. Het lijkt een

klein incident in Abraham’s leven en niemand

denkt er meer aan, totdat de Geest van God David

inspireert om Psalm 110 te schrijven, hij kijkt

profetisch naar het Koninkrijk en het karakter van

de bediening van Christus in dat Koninkrijk.

Niemand spreekt meer over Melchizedek totdat we

komen bij het boek Hebreeën, en Hebreeën haalt

Ps.110 verschillende malen aan, alsof er iets groots

gebeurd is toen.

En als de Heilige Geest dat niet gedaan had in

Hebreeën had u misschien nooit op Melchizedek

gelet. Hij neemt niet zovel verzen in in de Bijbel,

maar hij is een heel belangrijk karakter. Christus is

groter dan Aaron, Hij is beter dan Aaron omdat Hij

naar de ordening van Melchizedek is. Melchizedek

was de koning van Salem en de priester van de

Allerhoogste God. Vers 2 zegt dat hij de koning der

gerechtigheid is, Melchizedek betekend: koning der

gerechtigheid. Dus Hij is beide: Priester en Koning.

Dat maakt hem direct verschillend van Aaron.

Zacharia 6:12,13 “En spreek tot hem, zeggende:

Alzo spreekt de HEERE der heirscharen,

zeggende: Ziet, een Man, Wiens naam is

SPRUITE, Die zal uit Zijn plaats spruiten, en

Hij zal des HEEREN tempel bouwen.” “Ja, Hij

zal den tempel des HEEREN bouwen, en Hij zal

het sieraad dragen, en Hij zal zitten, en heersen

op Zijn troon; en Hij zal priester zijn op Zijn

troon; en de raad des vredes zal tussen die

Beiden wezen.”

U moet zich herinneren dat in de regering van

Christus in Israël Hij als een Koning regeert en als

een Priester, dat hebben we in het bestuderen van

het Oude Testament gezien, het is fascinerend om

te beginnen met koning Saul. Koning Saul was een

koning maar hij probeerde zich ook de

priesterdienst toe te eigenen, maar die positie is de

positie van Christus in het Koninkrijk.

Zach.6:13 “Ja, Hij zal den tempel des HEEREN

bouwen, en Hij zal het sieraad dragen, en Hij

zal zitten, en heersen op Zijn troon; en Hij zal

priester zijn op Zijn troon; en de raad des

vredes zal tussen die Beiden wezen.”

Wie heerst op zijn troon? Een koning. Vers 13 En

de raad des vredes zal tussen die Beiden wezen…

Tussen welke Beiden? Tussen deze twee diensten

van Koning en Priester.

Jer.23:4,5,6 “En Ik zal herderen over hen

verwekken, die ze weiden zullen; en zij zullen

niet meer vrezen, noch verschrikt worden, noch

gemist worden, spreekt de HEERE.” “Ziet, de

dagen komen, spreekt de HEERE, dat Ik aan

David een rechtvaardige Spruit zal verwekken;

Die zal Koning zijnde regeren, en voorspoedig

zijn, en recht en gerechtigheid doen op de

aarde.” “In Zijn dagen zal Juda verlost worden,

en Israel zeker wonen; en dit zal Zijn naam

zijn, waarmede men Hem zal noemen: De

HEERE: ONZE GERECHTIGHEID.”

De Heere onze Gerechtigheid als Koning. Als Jezus

Christus regeert doet Hij dat als de Koning der

Gerechtigheid. Maar Hij is ook de Priester, en daar

tussen zal vrede zijn in dat Koninkrijk. Politieke

vrede omdat Hij in rechtvaardigheid regeert, maar

ook geestelijke vrede want Hij bemiddelt het

verbond dat vrede brengt tussen God en de

volkeren. Dit heeft allemaal te maken met

Melchizedek.

Ga terug met mij naar Genesis 14. In Gen.11

hadden we de toren van Babel en de grote

afvalligheid onder Nimrod en God geeft de volken

van de aarde op, Hij laat ze gaan, en de tijd der

onwetendheid waarover Paulus spreekt begint daar.

In Gen.12 roept God Abram, Hij scheidt hem af uit

de volken en maakt uit hem een nieuwe groep

Page 96: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 96

mensen. De middelmuur des afscheidsels wordt

opgetrokken tussen Israël en de volkeren, maakt

een verbond met Abraham, hij wordt een groot

volk.

Gen.13 God scheidt Lot van Abraham, en God

maakt een verbond met Abram en beschrijft het

land dat Hij hem zal geven.

Dan in Gen.14 Abraham’s neef Lot komt in de

problemen, er is een grote oorlog en Abraham

bevrijdt Lot en brengt hem terug. Als Abraham

terugkomt van die strijd, oorlog zegt Hebr.7:1 dat

hij terugkomt van het slaan der koningen. Als hij

terugkomt met alle goederen en bezittingen

ontmoet hij Melchizedek.

Gen.14:18-20 “En Melchizedek, koning van

Salem, bracht voort brood en wijn; en hij was

een priester des allerhoogsten Gods.” “En hij

zegende hem, en zeide: Gezegend zij Abram

Gode, de Allerhoogste, Die hemel en aarde

bezit!” “En gezegend zij de allerhoogste God,

Die uw vijanden in uw hand geleverd heeft! En

hij gaf hem de tiende van alles.”

Brood en wijn , Melchizedek zegent Abraham.

Abraham geeft hem de tienden. Dat is alles wat

beschreven staat, maar er zit veel in: Hij komt terug

van het slaan der koningen: dat is een type van de

wederkost van Christus. En Melchizedek komt hem

tegemoet en hij zegent hem: dat doet een priester.

Deut.21:5 één van de functies van een priester is:

zegenen.

Gen.14:19 dat is het Koninkrijk, Abraham komt

terug van het slaan en daar zijn de zegeningen van

het Koninkrijk, bezitter van hemel en aarde.

Melchizedek vers 18, is de koning van Salem, u

weet wat dat is? Psalm 76, Salem is een heel

belangrijke plaats in het leven van Abrahams

geslacht. Salem is de oude naam van: Jeru – salem.

Ziet u? Jeruzalem, Origineel Salem, Jozua 15:8 de

Jebusieten leefden daar, de plaats die God verkozen

heeft om Zijn naam te vestigen.

De heidenen en afgodendienaars bezitten het,

wederrechtelijk, het is niet in de handen van Israël

tot 2 Samuël 5 als David het verovert van de

Jebusieten en hij neemt de berg Sion in. De berg in

Jeruzalem, de stad van David, hij verovert het. Wij

kennen het als Jeruzalem. Ps.76 beschrijft, schildert

de wederkomst van Christus en de vestiging van

het Koninkrijk. Zoals we net lazen in Gen.14.

Ps.76:1-10, als Stefanus de Heere ziet staan,

hetzelfde, het oordeel komt. Hij komt en verlost de

zachtmoedigen van de aarde. Waar lazen we dat

ook al weer? Mat.5:5, Zalig de zachtmoedigen

want zij zullen de aarde beërven. We spreken over

Christus Die terugkomt, Zijn vijanden verstrooit, en

Zijn mensen op aarde zet en zegent. De eerste keer

dat u Salem ziet, is in die context. Ps.132:11-14,

God koos die plaats, vanaf de schepping. Daar is

Zijn troon. Daarom is die kleine staat zo belangrijk

vandaag, voor de tegenstander, de duivel, de

systemen van deze wereld begrijpen iets van de

belangrijkheid van die grond daar.

In Luk.21:24 en in Jesaja 2 staat dat de wet zal

uitgaan uit Jeruzalem. En mensen zullen komen

naar Jeruzalem om het Woord van God te horen.

Weet u wat Hij doet? Hij neemt het terug uit de

handen van de heidenen en geeft het terug aan Zijn

mensen.

Melchizedek bracht Abraham brood en wijn:

Ps.104:15 deze twee dingen zijn ontworpen om de

harten van de mensen te verblijden en sterken. Wat

later in Mat.26 een herinnering, gedachtenis werd:

Mijn lichaam, de beker… totdat Ik die nieuw met u

drink in het Koninkrijk(!). Hij gaf een gedachtenis

in het Koninkrijk voor wat? Dat Jezus Christus

Zichzelf heeft gegeven, als Degene Die voorziet in

de Koninkrijkszegeningen voor Israël.

In 1 Kor.11 spreekt Paulus over hetzelfde, vers23

Christus heeft aan hem overgegeven… Zoals God

aan Israël een gedachtenis gaf geeft Hij ons een

gedachtenis, maar Hij zegt tot hem niet: dat Hij het

opnieuw zal drinken in het Koninkrijk maar Paulus

voegt toe: ..zo verkondigt den dood des Heeren,

totdat Hij komt, vers 26. Dat is iets anders, een

andere toepassing. Weet u waarom? Het gebroken

lichaam en het vergoten bloed, het brood en de wijn

gaf Israël haar zegeningen, maar wat gaf u uw

zegeningen? Hetzelfde! Het kruis is het geen dat

ons allen verenigd.

Dus het is niet zo vreemd dat er een gedachtenis is

voor ons die demonstreert wat wij doen, daarom

elke keer als wij avondmaal vieren benadruk ik

voor u het feit dat wij ons herinneren wat de basis

is van alles wat wij doen. Hij geeft de wereld buiten

geen gedachtenis, Hij geeft het aan ons.

Weet u wat het punt in deze plaatselijke gemeente

is? Christus! En als ik iets van u weet en dat weet

ik, want ik ken mijzelf, en jullie zijn niet beter dan

Page 97: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 97

ik ben, wij hebben het nodig om er aan herinnert te

worden. Amen.

Hebr.7:4 “Aanmerkt nu, hoe groot deze geweest

zij, aan denwelken ook Abraham, de patriarch,

tienden gegeven heeft uit den buit.”

Abraham gaf Melchizedek tienden, Abraham

erkende Melchizedek’s priesterschap status, en

erkende dat God hem de overwinning had gegeven

en dat hij God door Zijn man(Melchizedek) de

tienden gaf van de buit.

De interpretatie daarvan: eerst: de naam

Melech=koning tzedek= rechtvaardigheid. Vers 2,

ten eerste is hij de koning der rechtvaardigheid en

daarna ook koning van Salem(sjalom=vrede). Let

op de volgorde, eerst koning der rechtvaardigheid,

daarna koning van Salem, vrede. Zo is het altijd.

Rechtvaardigheid is de oorzaak, vrede is het

resultaat.

De meeste mensen willen vrede tegen elke prijs, als

u het zo doet is de prijs die u betaald de waarheid.

Jacobus 3:15-17 “Deze is de wijsheid niet, die

van boven afkomt, maar is aards, natuurlijk,

duivels.” “Want waar nijd en twistgierigheid is,

aldaar is verwarring en alle boze handel.”

“Maar de wijsheid, die van boven is, die is ten

eerste zuiver, daarna vreedzaam, bescheiden,

gezeggelijk, vol van barmhartigheid en van

goede vruchten, niet partijdig oordelende, en

ongeveinsd.”

Vers 17, ten eerste zuiver, daarna vreedzaam... als u

geïnteresseerd bent in vrede en bescheidenheid enz.

voordat u geïnteresseerd bent in waarheid, heeft u

een geestelijk probleem. Als iedereen me maar

rechtvaardig behandeld en als we maar vrede

hebben….Weet u wat waarheid is? Het Woord van

God. Als u waarheid hebt, en als waarheid zijn

werk doet produceert het al die andere dingen.

Maar zonder waarheid is al dat andere maar

hypocrisie.

Jes.32:17 “En het werk der gerechtigheid zal

vrede zijn; en de werking der gerechtigheid zal

zijn gerustheid en zekerheid tot in eeuwigheid.”

Het werk der gerechtigheid zal vrede zijn. Het

effect van gerechtigheid is gerustheid en zekerheid

tot in eeuwigheid. Dus hij is eerst de koning der

rechtvaardigheid en daarna de koning van vrede.

Let op de goede volgorde, het is altijd zo.

Haggai 2:9 De heerlijkheid van dit laatste huis

zal groter worden, dan van het eerste, zegt de

HEERE der heirscharen; en in deze plaats zal Ik

vrede geven, spreekt de HEERE der

heirscharen.”

Eerst Zijn glorie en dan Zijn vrede.

Luk.2:14 “Ere zij God in de hoogste hemelen, en

vrede op aarde, in de mensen een welbehagen.”

Een vers veel gelezen met kerst, en veel veranderd

in nieuwe vertalingen. Eerst glorie aan God en

daarna vrede. Weet u waarom er geen vrede op

deze aarde is?

Er is geen glorie voor God in de hoge, en dan is er

geen vrede.

Hebr.7, Melchizedek definieert de bediening van

de Heere Jezus Christus in zijn totaliteit. Hij is de

koning van beide: rechtvaardigheid en vrede.

Hebr.7:3, hij heeft geen ouders, geen stamboom,

geen begin of einde van dagen, daarom moet hij

eeuwig zijn. Dus wie is Melchizedek? :4 zegt dat

hij een mán was. Sommige mensen zeggen: ik weet

wie hij is, en ze gaan dan naar vers 3 de Zoon van

God gelijk… Hij is eeuwig, deze verzen

veroorzaken veel veronderstellingen, gissingen:

Er is een bekend idee dat Melchizedek en

voorincarnatie van Jezus Christus, één van de Oud

testamentische verschijningen van Christus. Het

probleem daarbij is dat het vers zegt dat hij de Zone

Gods gelijk was.. gelijk, dus niet Hemzelf.

Terzijde, toen de Here Jezus Christus kwam had

Hij een moeder.

Anderen zeggen: Sem,Cham en Jafeth. Sem leefde

nog toen Abraham Melchizedek ontmoette, wist u

dat? Hij was een tijdgenoot van Abraham. Zij

zeggen dat het Sem was. Het probleem daarmee is

dat wij weten wie Sem’s vader was: Noach, wie is

Sem’s moeder? Noach’s vrouw. Dus hij had een

vader en een moeder en een afstamming.

Iemand zegt: hij was de Engel des Heeren. Een

engel kan geen priester zijn. Dat lezen we nergens

in de Bijbel.

De makkelijkste manier om de tekst te lezen is: dat

zover als het verslag in de Schrift gaat verschijnt

Melchizedek en verdwijnt hij. En in het verslag van

de Bijbel heeft hij geen vader en moeder geen

geslachtsrekening, hij verschijnt alleen. Hij

verschijnt niet als de zoon van iemand, maar hji is

er gewoon. En dan verdwijnt hij weer.

Page 98: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 98

Er wordt over hem gesproken als een priester, hij

heeft geen afstamming of geslachtsrekening. En

geslachtrekening is niet relevant als we over het

priesterschap van Christus spreken. Mattheus 1 gaat

terug naar het huis van Juda. In Lukas 3 naar

Adam. Deze geslachtsregisters registreren Hem als

een mens, man, maar hebben niets te doen met Zijn

priesterschap. Zo kan Hij naar (en niet van) de

ordening van Melchizedek zijn, want hij heeft geen

geslachtrekening waar je deel van kunt uitmaken.

Wat bedoelt hij met noch begin der dagen, noch

einde des levens hebbende? Opnieuw heeft dat te

maken met zijn priesterschap. Herinnert u zich

Num.8:24? De dienst van een Leviet had een begin:

als hij 25 jaar werd. Einde 50 jaar. Dit ziet u niet bij

Melchizedek, want hij is de Zoon Gods gelijk.

Melchizedek is de copie, Christus is het origineel.

Melchizedek is als Christus, hij is een type van de

bediening van Christus. En…vers 3, blijft hij een

priester in eeuwigheid… Jezus Christus voorziet in

een totale redding, eeuwige erfenis door Zijn dood

en opstanding voor Israël. Wat Israël moet leren

over het priesterschap van Christus is dat het niet

hetzelfde is als Aaron. Van een andere orde en

status. Zodat het eeuwig is. En voor een stelletje

domme heidenen als u en mij, vandaag heeft God

de bijzondere status van Israël weggenomen omdat

Jezus Christus naar de aarde kwam om zondaren te

redden.

Hebreeën 7:4-28

We beginnen nu met Hebreeën 7 vers 4.

Hebr.7:4 “Aanmerkt nu, hoe groot deze geweest

zij, aan denwelken ook Abraham, de patriarch,

tienden gegeven heeft uit den buit.”

De laatste keer zagen we hoe groot deze man was.

Hij is Melchizedek, koning der gerechtigheid,

koning van Salem. Melchizedek is een interessant

karakter, hij verschijnt ineens en hij verdwijnt weer

in Gen.14. We horen niet meer over hem dan bij

Ps.110 waar we profetisch naar het Koninkrijk

kijken. En dan horen we niet meer over hem tot het

boek Hebreeën en voor we aan het eind van dit

hoofdstuk zijn is Ps. 110 zes maal genoemd in het

boek Hebreeën. Dus het moet belangrijk zijn. De

schrijver van het boek Hebr. begrijpt dingen van

het kruiswerk van de Heere Jezus Christus en hij

schrijft ze in de verdere openbaring gegeven aan de

apostel Paulus.

Rom.3:25 “Welken God voorgesteld heeft tot

een verzoening, door het geloof in Zijn bloed,

tot een betoning van Zijn rechtvaardigheid, door

de vergeving der zonden, die te voren geschied

zijn onder de verdraagzaamheid Gods;”

De zonden tevoren geschied zijn kwijtgescholden,

hoe God in staat was om mensen hun zonden te

vergeven onder het oude verbond in Israëls profetie

programma is uitgelegd door het volbrachte werk

van Christus op Golgotha door de apostel Paulus.

En Hebreeën legt dat weer uit, het begrip dat

Paulus’ openbaring geeft. Hebreeën begint uit te

leggen hoe het volbrachte werk van Christus op

Golgotha en hoe Zijn voorziening daar van

verlossing wordt toegepast op Israël. En plaatst hen

onder het nieuwe verbond. Één van de dingen die

veranderen, en één van de manieren dat je moet

verdergaan van het Oude verbond naar het Nieuwe

verbond in Israëls programma, en dat het

Koninkrijk nooit kan opgericht worden onder het

Oude verbond, is het feit dat Jezus Christus priester

is in Zijn Koninkrijksbediening naar de orde van

Melchizedek. Dat is niet de orde van Mozes.

Dat is het probleem en wat hij in Hebr.7 laat zien is

dat Jezus Christus als Hogepriester naar de orde

van Melchizedek het nodig acht en vereist en

vraagt dat het Oude verbond verlaten wordt. Jezus

Christus kan geen priester zijn onder het Oude

verbond, want wie waren priester onder het Oude

verbond? De Levieten. De Messias kwam niet van

de stam van Levi, waar kwam Hij vandaan? Juda!

Er moest iets nieuws gebeuren. Dus in Hebr.7

begint hij deze mensen uit te leggen over de leer

van het priesterschap naar Melchizedek van

Christus. Dat Hij een priester is voor eeuwig, want

het eeuwige leven is het punt in dit priesterschap.

De enige manier voor Israël om eeuwig leven te

krijgen is door het Nieuwe verbond, het Oude

verbond is een bediening van dood, er is geen leven

in. Hij zei alleen wat ze moesten doen. En zij

faalden, zij konden het niet doen en u ook niet. Dus

Hij zei: Ik kom voor u en doe het voor u, Ik geef

Mijn Geest en Mijn leven in u en Ik doe voor u wat

u niet zelf kunt.

Genade en waarheid komt door het Nieuwe

Verbond. Dus wat we hier hebben is dat Christus

priester was naar de ordening van Melchizedek,

Melchizedek was heel speciaal. Aanmerkt nu, hoe

groot deze geweest is…!

Page 99: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 99

Hebr.7:5-7 “En die uit de kinderen van Levi het

priesterdom ontvangen, hebben wel bevel om

tienden te nemen van het volk, naar de wet, dat

is, van hun broederen, hoewel die uit de lenden

van Abraham voortgekomen zijn.” “Maar hij,

die zijn geslachtsrekening uit hen niet heeft, die

heeft van Abraham tienden genomen, en hem,

die de beloftenissen had, heeft hij gezegend.

“Nu, zonder enig tegenspreken, hetgeen minder

is, wordt gezegend van hetgeen meerder is.”

Dan vertelt hij hoe groot hij was, en dat is

onvoorstelbaar voor een Jood, iemand onder het

profetische programma; Abraham gaf hem de

tienden. Met andere woorden: Melchizedek is

groter in status en privilege dan Abraham was.

Daar zijn twee redenen voor: Ten eerste: Abraham

gaf tienden, en de mindere geeft aan de meerdere.

Ten tweede: hij zegende hem. De meerdere zegent

de mindere. Niet andersom.

Daarom zegt hij: Kijk hoe groot die man was.

Abraham verhief hem boven zichzelf, omdat hij

een priester is van de Allerhoogste God. En

Melchizedek erkende wat Abraham deed door

Abraham te zegenen. U ziet hoe mooi deze positie

is, een verhoogd priesterschap.

Hebr.7:8 “En hier nemen wel tienden de

mensen, die sterven, maar aldaar neemt ze die,

van welken getuigd wordt, dat hij leeft.”

In het Oude verbond met Levi begonnen zij hun

bediening met 25jaar en stopten zij met 50jaar, en

zij stierven. Maar Melchizedek, hij ontving tienden,

leeft voor eeuwig. Een contrast met het

priesterschap onder de wet en Abraham’s

afstammelingen is een tijdelijke situatie. Maar met

Melchizedek eeuwig.

Hebr.7:9,10 “En, om zo te spreken, ook Levi,

die tienden neemt, heeft door Abraham tienden

gegeven;”“Want hij was nog in de lenden des

vaders, als hem Melchizedek tegemoet ging.”

Levi gaf tienden in Abraham aan Melchizedek.

Niemand van Abraham’s afstammelingen kon

hoger, meerder zijn dan Abraham.

Romeinen 5:12 “Daarom, gelijk door een mens

de zonde in de wereld ingekomen is, en door de

zonde de dood; en alzo de dood tot alle mensen

doorgegaan is, in welken allen gezondigd

hebben.”

Één man zondigde: Adam, daardoor u en ik ook,

want wij waren in de lendenen van Adam, wij zijn

afstammelingen van Adam. Wat uw vader deed

gaat door naar u. Zijn natuur is uw natuur. Levi was

in de lendenen van Abraham.

Hebr.7:11 “Indien dan nu de volkomenheid

door het Levietische priesterschap ware (want

onder hetzelve heeft het volk de wet ontvangen),

wat nood was het nog, dat een ander priester

naar de ordening van Melchizedek zou opstaan,

en die niet zou gezegd worden te zijn naar de

ordening van Aaron?”

Is voor zichzelfsprekend. Als volmaaktheid,

redding en het Koninkrijk waren volbracht,

voorzien door Aaron, de Levieten, waarom, als

Christus komt als Israëls koning, is Hij dan een

priester naar de orde van Melchizedek? Dan was er

geen verandering nodig geweest.

Hebr.7:12 “Want het priesterschap veranderd

zijnde, zo geschiedt er ook noodzakelijk

verandering der wet.”

Een verandering van wet, het gaat in Hebreeën om

het veranderen van het Oude verbond naar het

Nieuwe. Er is een verandering van Gods handelen

van de wet van Mozes naar de wet van het

Koninkrijk. Hebr.7:18,19 De wet is vervallen,

vervangen door een beter systeem. Er is iets beters

gekomen dan de oude wet van Mozes:

Hebr.7:28 “Want de wet stelt tot hogepriesters

mensen, die zwakheid hebben; maar het woord

der eedzwering, die na de wet is gevolgd, stelt

den Zoon, Die in der eeuwigheid geheiligd is.”

Iets vervangt de wet:

Hebr.8:7 “Want indien dat eerste verbond

onberispelijk geweest ware, zo zou voor het

tweede geen plaats gezocht zijn geweest.”

De eerste, de tweede…. De verandering gaat door

hier, we veranderen van de eerste naar de tweede:

In Hebr.8:8 “Want hen berispende, zegt Hij tot

hen: Ziet, de dagen komen, spreekt de Heere, en

Ik zal over het huis Israels, en over het huis van

Juda een nieuw verbond oprichten;”

Hij haalt eerst Jeremia 31 aan, dus waar is het

Nieuwe testament in het Oude testament? Het

antwoord?! Jeremia 31:31-34.

Page 100: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 100

Hebr.8:13 “Als Hij zegt: Een nieuw verbond, zo

heeft Hij het eerste oud gemaakt; dat nu oud

gemaakt is en verouderd, is nabij de

verdwijning.

Het eerste verbond is oud gemaakt en nabij de

verdwijning. En als hij zegt: een Nieuw verbond

dan wordt het Oude oud. Als u iets heeft en u koopt

een nieuwe, dan maakt dat nieuwe het oude oud.

Dus als Hij in Jer.31:31 zegt dat Hij een Nieuw

verbond met hen maakt dan zegt Hij dat ze het met

het Oude niet redden.

Hebr.10:9,10 “Toen sprak Hij: Zie, Ik kom, om

Uw wil te doen, o God! Hij neemt het eerste

weg, om het tweede te stellen.” “In welken wil

wij geheiligd zijn, door de offerande des

lichaams van Jezus Christus, eenmaal

geschied.”

Ziet u dat er iets nieuws komt?! En als we

teruggaan naar Hebreeën 7 dan is het hele punt

hier: ten einde het Nieuwe in te brengen is Christus

geen deel van het Oude. Het is een nieuw

priesterschap, en een nieuw systeem, en een Nieuw

verbond.

Hebr.7:12 “Want het priesterschap veranderd

zijnde, zo geschiedt er ook noodzakelijk

verandering der wet.”

Het feit dat de Messias naar de orde van

Melchizedek is en niet naar Aaron en Levi maakt

het nodig om de wet te veranderen.

Hebr.7:13 “Want Hij, op Wien deze dingen

gezegd worden, behoort tot een anderen stam,

van welken niemand zich tot het altaar begeven

heeft.”

Met andere woorden: als we spreken over de

Verlosser, Hij zit in de ‘verkeerde’ stam, Hij kan

geen priester zijn.

Hebr.7:14 “Want het is openbaar, dat onze

Heere uit Juda gesproten is; op welken stam

Mozes niets gesproken heeft van het

priesterschap.”

Ziet u als de Messias een priester is, Ps.110,

Zach.6, en een andere orde dan Mozes toestaat,

dan moeten we van Mozes af, opdat Hij priester

kan zijn. Ik blijf het zeggen.

Hebr.7:15-17 “En dit is nog veel meer openbaar,

zo er naar de gelijkenis van Melchizedek een

ander priester opstaat:” “Die dit niet naar de

wet des vleselijken gebods is geworden, maar

naar de kracht des onvergankelijken levens.”

“Want Hij getuigt: Gij zijt Priester in der

eeuwigheid naar de ordening van Melchizedek.”

We kunnen het niet duidelijker maken dan het is,

iedere keer als we dit gedeelte lezen heb ik

benadrukt dat het voor ééuwig is. Waarom Hij een

Priester voor eeuwig kan zijn is dezelfde manier als

Abraham en zijn zaad het land kunnen bezitten

voor eeuwig, het heeft met eeuwig leven te maken.

En als er een gebod was dat eeuwig leven had

kunnen geven dan zou er rechtvaardigheid door de

wet zijn. Want God zou leven geven aan iedereen

die rechtvaardigheid had, maar u kunt geen

rechtvaardigheid onder de wet van Mozes krijgen,

want u kunt hem niet houden.

Ziet u elke keer als u uzelf onder een wetssysteem

plaatst om de zegening te krijgen zult falen en u

zet zichzelf aan om te falen, want u bent een

zondaar! En wat doet de wet, hij wijst u op uw

zonden. En als er een systeem is met regels en

verordeningen die u moet houden om de zegening

te krijgen zult u die niet krijgen, en dat heeft Israël

ervaren. Dus wat doet God voor Israël? Hij doet het

niet langs de weg van de wet, maar langs de weg

van het verbond van Mozes, Hij vervangt dat

verbond door een Nieuw verbond en neemt Zijn

rechtvaardige maatstaf en schrijft die in hun harten,

door Zijn Geest. Hoe doet Hij dat? Hij geeft hen

rechtvaardigheid in Christus. En daarom kan

Christus hun leven zijn. Daar heeft Zijn

Hogepriesterlijke bediening mee te maken.

Hebr.7:18 “Want de vernietiging van het

voorgaande gebod geschiedt om deszelfs

zwakheids en onprofijtelijkheids wil;”

Ziet u de wet is zwak en onprofijtelijk. Zelfs in

Israëls programma, werkte het verbond met Mozes

het niet. Daarom zegt Paulus in Galaten een beetje

sarcastisch, tegen leden van het lichaam van

Christus, dat als ze teruggaan naar het wetssysteem,

u een last op de schouders legt van deze mensen die

wij en onze vaders niet konden dragen en als zij het

niet konden, hoe kunnen een stelletje domme

heidenen dat dan wel?

Wij hebben geleerd dat we het niet zelf kunnen. U

kunt het niet zelf, is het niet vreemd dat christenen

vandaag dat niet geleerd hebben? Het getuigenis

van het Woord van God en het Koninkrijks

programma, eertijds en Paulus’brieven is: iedere

Page 101: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 101

keer als u zich onder een werksysteem plaatst moet

u uitvoeren, doen, leven, moet u bidden, moet

genoeg geven, genoeg doen, streven en als u dat

allemaal doet zal God u zegenen. 1500j

schriftgeschiedenis, 2000j kerkgeschiedenis

getuigen dat het niet werkt, en hier zitten ook

mensen die het proberen, ons vlees wil het doen.

Als u me nog een kans geeft zal het lukken…

Paulus zegt: oh, gij uitzinnige Galaten! U gebruikt

uw hersenen niet. Wees niet te snel om Israël te

oordelen, wij doen hetzelfde. Zelfs genade

gelovigen, Paulus schrijft er bijna elke brief over.

Paulus schreef alleen aan genadegelovigen(er

waren geen baptisten of andere gemeenten).

Het was voor hen vreemd dat er iemand was die

groter was dan Abraham. En dan dat hun

wetsysteem, waar ze al hun identiteit voor 1500

jaar in hadden, veranderd zal worden…! En ze

moeten het opgeven, en Christus vertrouwen, hun

Messias. Met de bedoeling dat ze alles zullen

ontvangen waar ze naar streefden, Hij geeft het

hun. Daar hebben ze motivatie voor nodig, niet? In

ieder geval ik zou het nodig hebben. Heeft u geen

motivatie nodig voor het christenleven?

Hebr.7:18 100% religie is zwak en onprofijtelijk.

Het zal uw leven niet bekrachtigen om God te

dienen of de dingen te doen die u moet doen in uw

leven. Waarom? Rom.8:3 omdat zij krachteloos is

door uw vlees. U bent het probleem.

Hebr.7:19 “Want de wet heeft geen ding

volmaakt, maar de aanleiding van een betere

hoop, door welke wij tot God genaken.”

Schrijf dit vers bij Galaten 3:3 De wet maakt niets

volmaakt. U moet niet terug naar de wet om

volmaakt te worden. Maar we doen het wel… En

de wet is nooit aan u gegeven!

Hebr.7:20,21 “En voor zoveel het niet zonder

eedzwering is geschied, (want genen zijn wel

zonder eedzwering priesters geworden;” “Maar

Deze met eedzwering, door Dien, Die tot Hem

gezegd heeft: De Heere heeft gezworen, en het

zal Hem niet berouwen: Gij zijt Priester in der

eeuwigheid naar de ordening van Melchi

zedek).”

Daar is dat vers weer(:21)! Voor de 6e keer. Hij wil

dat u weet dat Jezus Christus een priester is voor

eeuwig, naar de orde van Melchizedek. De

Levieten werden geen priester met een eed. De

Leviet werd geboren als priester, erin geboren, niet

zoveel keus. Maar God deed een eedzwering om

Christus priester te maken naar de ordening van

Melchizedek.

Hebr.7:22 “Van een zoveel beter verbond is

Jezus Borg geworden.”

Ik doe het Zelf. Ik doe voor u wat u niet kan. De

wet kwam door Mozes, maar genade en waarheid

door Jezus Christus. God voorzag ons van een

gunst. Het Nieuwe verbond geïdentificeerd door

genade en waarheid die kwam door Jezus Christus.

En de reden waarom Hij een priester is is omdat

God een eed zwoor en het zeker maakte.

Nu, er zijn 7 dingen in het boek Hebreeën waarvan

gezegd wordt dat ze beter zijn. Het Oude

Testament, het verbond met Mozes is oud

geworden, en vervangen door een beter iets, er

komen betere dingen aan. Melchizedek is groter,

groter dan Abraham’s geslacht, groter dan Aaron,

groter dan het priesterschap van Levi.

Hebr.7:19 zegt dat Hij een betere hoop brengt.

Hebr.7:22 een beter verbond.

Hebr.8:6 betere beloftenissen en verbond.

Hebr.9:23 betere offeranden.

Hebr.10:34 een beter en blijvend goed in de

hemelen.

Hebr.11:16 een beter, naar het hemelse (het

Kon.der hemelen dat Hij naar hen toebrengt).

Hebr.11:35 een betere opstanding, opstandings

leven.

Hebr.7:23,24 “En genen zijn wel vele priesters

geworden, omdat zij door den dood verhinderd

werden altijd te blijven; “Maar Deze, omdat Hij

in der eeuwigheid blijft, heeft een

onvergankelijk Priesterschap.”

Hij spreekt tot de Hebreeën over de

Hogepriesterlijke bediening van Christus, als Zijn

priesterschap volgens het Oude verbond, vlgs

Aaron, zij zijn gestorven, de wet is veranderd en er

zijn er geen vandaag, dus er is geen priester

vandaag. Maar Jezus Christus is onze Leidsman

Hebr.6:19, Hij is achter het voorhangsel. Hij heeft

nu een eeuwig priesterschap, Hij leeft en Zijn

Hogepriesterlijke bediening van vandaag achter het

voorhangsel in de derde hemel, dat bestendigd

Israëls status gedurende de tijd dat ze Lo Ammi

zijn, en niet Zijn mensen in de bedeling van

genade.

Page 102: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 102

Heeft u zich ooit afgevraagd of het verbond met

Abraham nog in werking is vandaag? Hoe bewaard

God een overblijfsel in Israël vandaag, zodat Hij ze

in de verdrukking weer kan opwekken. En Hij

bewaard ongelovige Joden, bekeek u wel eens

Hebr.7:25? Heeft u ooit de Hogepriesterlijke

bediening van Christus naar de orde van

Melchizedek overdacht? Als het Nieuwe verbond

gebaseerd is op het priesterschap van Aaron en het

Koninkrijk op het Oude systeem dan zijn we

terneergeslagen, want het is helemaal uitgestorven.

Maar de Heere Jezus Christus en het Koninkrijk en

het Nieuwe verbond is gebaseerd op een ander

systeem en die Priester leeft. En waar is Hij, Hij is

achter het voorhangsel. En Hij leeft altijd om

voorspraak voor Israël te doen. Hij leeft eeuwig om

hun status in stand te houden.

Hebr.7:25,26 “Waarom Hij ook volkomenlijk

kan zalig maken degenen, die door Hem tot

God gaan, alzo Hij altijd leeft om voor hen te

bidden.” “Want zodanig een Hogepriester

betaamde ons, heilig, onnozel, onbesmet,

afgescheiden van de zondaren, en hoger dan de

hemelen geworden;”

Dat is een vreemde verklaring, Hij betaamde ons

(KJV: befitting us) zoals: die jurk past bij je, hij

staat je goed. Deze Hogepriester “staat ons goed”

zegt hij.

Hebr.7:27,28 “Dien het niet allen dag nodig

was, gelijk den hogepriesters, eerst voor zijn

eigen zonden slachtofferen op te offeren, daarna,

voor de zonden des volks; want dat heeft Hij

eenmaal gedaan, als Hij Zichzelven opgeofferd

heeft.” “Want de wet stelt tot hogepriesters

mensen, die zwakheid hebben; maar het woord

der eedzwering, die na de wet is gevolgd, stelt

den Zoon, Die in der eeuwigheid geheiligd is.”

Ik lees dit en zeg: Glorie aan God.

Hebr.8:1 “De hoofdsom nu der dingen, waarvan

wij spreken, is, dat wij hebben zodanigen

Hogepriester, Die gezeten is aan de rechter hand

van den troon der Majesteit in de hemelen:”

Ziet u dat het punt in Hebreeën de Hogepriester

lijke bediening van Christus achter het voorhangsel

is, terwijl Israël in een Lo Ammi staat is, in de

grote verdrukking. Er moest een verandering in de

wet komen, van het Oude naar het Nieuwe.

Hebr.7:26 Als hij zegt: afgescheiden van de

zondaren, dan is dat een grote illustratie van wat

afgescheiden betekent in de Bijbel, Lukas 15:2

Mensen kijken naar Christus en zeggen: Hij is een

vriend van zondaren, Hij eet met zondaren, Hij is in

gezelschap van slechte mensen, Hij eet met hen,

Hij dient hen, maar Hij volgt hun levensstijl niet en

hun gewoonten. Ziet u, Hij was in de wereld en in

de maatschappij, maar Hij was niet van de wereld.

Hij was niet bezoedelt door medeplichtigheid.

Hij was voortdurend temidden van de zondaren.

Maar Hij was niet gelijkvormig aan hun levensstijl

en nam geen deel eraan. Afgescheiden van de

zondaren wil niet zeggen dat u buiten dit leven

staat. Paulus zegt; dat wij in de wereld zijn, maar

niet van de wereld. Dan zou u uit de wereld moeten

gaan. Daar kunnen we van leren.

Page 103: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 103

Hebreeën 8:1-13

We gaan aan een nieuw onderdeel van het boek

Hebreeën beginnen. De eerste 7 hoofdstukken

gingen over de Hogepriester en Zijn persoon.

Hebr.8:1 “De hoofdsom nu der dingen,

waarvan wij spreken, is, dat wij hebben

zodanigen Hogepriester, Die gezeten is aan de

rechter hand van den troon der Majesteit in de

hemelen:”

Waar het om gaat in Hebreeën is: wij hebben een

Hogepriester, dat spreekt over de Joden die een

Hogepriester hebben. Israël heeft een Hogepriester

en de eerste zeven hoofdstukken spreekt over dat

wij zodanigen Hogepriester hebben, dát is het soort

Hogepriester dat wij hebben! En als we terugkijken

naar de eerste zeven hfdst. En als we ze

bestudeerden hebben we gezien:

In hfdst.1 is Hij de Zoon van God

In hfdst.2 is Hij de Zoon des mensen In hfdst. 3+4

waarschuwingen om niet achter te blijven In hfdst.5

Christus als priester naar de ordening van

Melchizedek, die eer was Hem gegeven, gebaseerd

op Zijn opstandingsleven.

In Hebr.5 eind-Hebr.6+7 Legt hij uit wat het is om

een priester te zijn naar de ordening van

Melchizedek. De glorie en persoon van de Heere

Jezus Christus. B.v: Hebr.7:26 dat is wat!

Hebr.7:27,28 de glorie van Degene Die hun

Hogepriester is. Wij hebben een Hogepriester zegt

hij.

Nu begint hij in hfdst.8 tot hfdst.10:18 en spreekt

hij over het werk van deze heerlijke Hogepriester.

Eerst ziet u zijn heerlijkheden van Zijn Persoon,

wie Hij is. En nu over het werk dat Hij doet.

En de schrijver van Hebreeën verhoogd de Heere

Jezus Christus als Israëls Hogepriester. Verhoogd

Zijn Persoon en dan Zijn werk. In onze situatie

vandaag in de bedeling van genade maar ook in het

Koninkrijksprogramma gaat het om het geloof in de

Persoon en het werk van Christus. Hij verhoogd

Zijn persoon, hij is hun grote Hogepriester, hun

koninklijke Hogepriester, de koning op de troon.

Nu gaan we het werk zien dat Hij voor hen doet. En

hoe het werk demonstreert hoe het niet meer om het

Oude verbond gaat, maar er is een Nieuw verbond,

een betere bediening, een meer uitnemende weg.

En hij begint hier in Hebr.8,9,10:18 om het punt te

behandelen van deze nieuwe weg, dit Nieuwe

Page 104: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 104

verbond. En u ziet de overgangsperiode van het

Oude verbond naar het Nieuwe verbond. Het boek

Hebreeën is een overgangsboek van Israël van het

verbond met Mozes, het Oude verbond en het

priesterschap van Aaron, het Levitische systeem, de

aardse tabernakel naar de grotere Hogepriester, de

Heere Jezus Christus en het huis dat Hij bouwt en

de tempel die Hij opricht en het offer dat Hij bracht

enz. Nu gaan we het werk zien.

Hebr.8:1 en als ik het lees, denk ik: daar is het

weer.

Hebr.8:1-5 zien we Christus dienen in een betere

tabernakel.

Hebr.6-13 zien we Hem dienen onder een beter

verbond.

Hebr.9:1-12 zien we Hem een betere dienst geven.

Hebr.9:13-10:18 zien we Hem een beter offer

brengen.

Zo gaat hij door het werk van Christus heen, als je

het beste hebt en het echte, wat moet je dan nog

met het oude? Waarom bent u tevreden met een

kopie, een schaduw en een afbeelding als u het

echte hebt?! En dat is het punt met Israël. Realiteit.

Iemand sprak gisterenavond met mij over

waterdoop en u en ik in de bedeling van genade. Ik

zei: waterdoop is een ritueel, de echte doop is de

doop door de Geest in één lichaam, maar dit is een

ritueel. Waarom wilt u een ritueel als u de

werkelijkheid hebt? Hij zie: Ik heb liever iets wat ik

kan vasthouden en geen schaduw. Dat is Israëls

situatie, zij gaan van de schaduw naar de

werkelijkheid.

Hebr.8:1: Daar is Ps.110 weer, dit is de derde keer

dat er naar Ps.110:1 verwezen wordt, er komen nog

2x voor het boek uit is. Dat is 5x. Ps.110:4 hier

wordt 6 of 7x naar verwezen. Ps.110 is een

belangrijke Psalm in Hebreeën. Hij is daar niet voor

eeuwig, maar tot Zijn vijanden gemaakt zijn tot een

voetbank voor Zijn voeten en dan komt Hij terug.

Maar Hij is daar boven en is een Hogepriester,

zittende aan de rechterhand van den troon der

Majesteit in de hemelen. Zijn priesterschap is een

koninklijk priesterschap, het priesterschap van een

koning.

Zach.6:13 “Ja, Hij zal den tempel des HEEREN

bouwen, en Hij zal het sieraad dragen, en Hij

zal zitten, en heersen op Zijn troon; en Hij zal

priester zijn op Zijn troon; en de raad des

vredes zal tussen die Beiden wezen.”

De priester zittend op de troon. En Hij is daar en

Hij komt terug. Maar het ‘plaatje’ van Christus in

Hebreeën is als een koninklijk priesterschap met

een koninklijke priester. Het beeld dat wij van

Christus in Hebreeën krijgen is niet Christus zittend

in de hemelen ver boven de overheden en machten

als het Hoofd van het lichaam van Christus. Maar

Hij is daar in ballingschap, als de koninklijke

priester wachtend om terug te komen. Om dan Zijn

koninklijke priesterschap te introduceren op de

aarde.

Hebr.8:2 “Een Bedienaar des heiligdoms, en des

waren tabernakels, welken de Heere heeft

opgericht, en geen mens.”

Hij is een Bedienaar van het heiligdom en van de

ware tabernakel, die de Heere heeft opgericht, en

geen mens. Als hij spreekt over de ware tabernakel

is dat niet in de zin van waar en vals, alsof er een

valse tabernakel is geweest. Maar in de zin van: dit

is de originele, niet de kopie. Mozes maakte de

kopie op de aarde. Dit is de originele, de ware.

Hij spreekt over de tabernakel en dat is interessant,

Hij spreekt niet over de tempel! Salomo bouwde de

tempel, en de tempel die Salomo bouwde is een

type van de glorie van de duizendjarige regering

van Christus. David heeft bloed aan zijn handen,

God wil Hem de tempel niet laten bouwen. David

aanbidt in de tabernakel in Silo. David mag de

tempel niet bouwen omdat de tempel een type is

van de 1000j regering van Christus, de vrede en de

zegeningen gewonnen door een man van oorlog.

David is een beeld van Christus als een bloedige

man, wat Hij wint door het bloed en de strijd en de

oorlog en dan David’s zoon: Salomo is de regering

van vrede.

Het boek Hebr. gaat niet terug naar de tempel, maar

gaat helemaal terug naar de tabernakel. Omdat de

tempel het 1000j rijk uitbeeld en de

Koninkrijksregering. Waar was de tabernakel

opgericht? In de woestijn! Weet u dat we Hebr.3 en

4 bestudeert hebben, hoe Israël in de verdrukking

teruggetrokken wordt in de woestijnconditie en hoe

God uit hen de rebellie uitzuivert, dezelfde situatie

van de woestijn is een parallel met de situatie

waarin deze mensen zullen zijn in de grote

verdrukking.Zo gaat hij terug waar zij geestelijk

zijn, terug naar de tabernakel. En de tabernakel in

de woestijn was opgericht door mensen. Op de

aarde. Een kopie, schaduw. De ware tabernakel is

in de Hemel. De realiteit, werkelijkheid.

Page 105: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 105

In Hebr.9 zullen we zien waar het is en hoe het

werkt, ,aar het gaat niet over. In Openb.11, 15 als

de tempel genoemd wordt is de regering van

Christus begonnen. Maar hier zijn we nog in de

woestijnsituatie, voor de regering van Christus, met

de beslissingen die gemaakt moeten worden en de

conflicten die er zijn.

Hebr.8:3 “Want een iegelijk hogepriester wordt

gesteld, om gaven en slachtofferen te offeren;

waarom het noodzakelijk was, dat ook Deze wat

had, dat Hij zou offeren.”

De Hogepriester onder Mozes offerde gaven. Die

offers waren uitdrukkingen van dank en lof aan

God. Maar zij offerden ook offers. Dingen die

vereist waren door God voor verzoening. Het ene

had te doen met dank aan God en de andere voor de

reiniging van de zonden. De Hogepriester bracht

beiden tot God. Dus Christus Zelf zal deze dingen

doen.

Hebr.8:4 “Want indien Hij op aarde ware, zo

zou Hij zelfs geen Priester zijn, dewijl er

priesters zijn, die naar de wet gaven offeren;”

Hier hebben we het al over gehad in hoofdstuk 5,

want als Hij op de aarde was en onder het oude

priesterschap met de wet van Mozes, zou Hij niet

gekwalificeerd zijn als priester. Want Jezus

Christus was van de stam…? Juda. En de priesters

kwamen van de stam Levi. We gaan terug naar

Numeri 16. Er zijn verschillende keren in het Oude

Testament dat verschillende mensen proberen

binnen te dringen in het priesterschap. En proberen

zichzelf deze eer toe te eigenen. Hebr.5:4 zegt dat

niemand zelf deze eer aanneemt en mensen die dat

in ongehoorzaamheid doen aan wat God zegt

komen in moeilijkheden.

Num.16:3 e.v. Korach Dathan en Abiram zij zegen

dat Mozes teveel doet en dat hij zich verheft… :10

zoekt gij nu ook het priesterambt? ….. Zij proberen

in Aaron’s dienst binnen te dringen. Weet u wat er

met deze mensen gebeurde? Zij werden levend

opgenomen in de hel.

1 Samuel 13:8 e.v. “En hij vertoefde zeven

dagen, tot den tijd, dien Samuel bestemd had.

Als Samuel te Gilgal niet opkwam, zo

verstrooide het volk van hem.”

Zij waren niet in overeenstemming met. Oordeel,

God is jaloers. Aaron had vier zonen. De eerste tijd

dienden twee van hen niet. Weet u wat er met hen

gebeurde? Zij werden gedood, zij offerden vreemd

vuur. Het was een gevaarlijk beroep om priester te

zijn in Israël. Als ze het niet goed deden kregen ze

met God te doen. God was jaloers over het

priesterschap.

1 Sam.13:8 e.v. Koning Saul, hij vond dat hij te

lang moest wachten op Samuel, en Saul zei: breng

het offer en hij offerde het brandoffer…En dat

mocht hij niet, dat was Samuel’s werk. En toen hij

klaar was met offeren kwam Samuel, Samuel zei:

wat heeft u gedaan? Hij zei niet: bedankt dat u het

alvast gedaan heeft. Maar: wat heeft u gedaan!! Hij

had allerlei excuses….zo dwong ik mijzelf en heb

geofferd.Net zulke excuses als u en ik geen voor

zonde, niet? Ik dwong mijzelf… Het is een droevig

einde, weet u wat er met Saul gebeurde? Het

koningschap werd hem afgenomen door deze

ongehoorzaamheid, een serieuze zaak.

2 Kron.26:16 “Maar als hij sterk geworden

was, verhief zich zijn hart tot verdervens toe, en

hij overtrad tegen den HEERE, zijn God; want

hij ging in den tempel des HEEREN, om te

roken op het reukaltaar.”

Koning Uzzia wordt melaats nadat hij offerde in de

tempel. Een melaatse kan niet meer in de tempel

komen.

Terug naar Hebr.8, het is een serieuze zaak is om

de wet geweld aan te doen. En als Christus op aarde

was en het verbond van Mozes was in werking, kon

Hij geen priester zijn. Omdat Hij iets zou doen wat

Hem niet toekwam. Dus wat moest er gebeuren? Er

moet een verandering komen, dat zagen we in

Hebr.7:12. Een verandering van de wet,

verandering van het Oude naar het Nieuwe

verbond, daarom kwam er een nieuwe tabernakel.

Want het ging niet meer om de tabernakel van

Mozes, dat was hij nooit:5.

Hebr.8:5 “Welke het voorbeeld en de schaduw

der hemelse dingen dienen, gelijk Mozes door

Goddelijke aanspraak vermaand was, als hij den

tabernakel volmaken zou: Want zie, zegt Hij,

dat gij het alles maakt naar de afbeelding, die u

op den berg getoond is.”

Dat illustreert het belang dat God hecht aan de

tabernakel. De tabernakel was niet zomaar iets

leuks in de woestijn, het was belangrijk in het leven

van Israël. En God zei: je moet hem exact maken

vlgs. het voorbeeld. Maar het punt is: het is nog

steeds een voorbeeld. Hoe belangrijk het ook was,

Page 106: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 106

het was nog steeds de kopie van de werkelijkheid.

En Christus gaat van de kopie naar de

werkeljkheid, het echte. Dus de tabernakel is het

punt niet meer, het is de echte. En daar gaat het om.

We hebben nu een echt iets.

Hebr.8:6 “En nu heeft Hij zoveel uitnemender

bediening gekregen, als Hij ook eens beteren

verbonds Middelaar is, hetwelk in betere

beloftenissen bevestigd is.”

Hier gaan we het verder over hebben: Zijn betere

bediening. In de ware tabernakel, de betere. Met

betere beloften.

Hebr.8:7 “Want indien dat eerste verbond

onberispelijk geweest ware, zo zou voor het

tweede geen plaats gezocht zijn geweest.”

Als u iets heeft, en het doet het en het is OK dan

heeft u niets nieuws nodig om het te vervangen. Als

het verbond met Mozes goed was geweest en het

werk zou gedaan zijn, dan was er geen ander nodig

geweest. Doordat Hij zegt dat er een nieuw komt

begrijpt u dat er iets niet goed is met het Oude.

Wat was er fout met het Oude verbond? Was God

fout? Het eerste verbond laat de heiligheid en

rechtvaardigheid van God zien, is dat fout? Maar u

en ik komen te kort daaraan.

Hebr.8:8 “Want hen berispende, zegt Hij tot

hen: Ziet, de dagen komen, spreekt de Heere, en

Ik zal over het huis Israels, en over het huis van

Juda een nieuw verbond oprichten;”

Hebr.8:8 vertelt u de fout in het eerste verbond. De

fout zit in de mensen. Niet in de wet, de wet is goed

en heilig en juist. Rom.8:3 De wet is zwak in het

vlees. Wie heeft vlees? U en ik. U en ik kunnen het

niet. En Israël kon het niet.

Jer.31:31-34 “Ziet, de dagen komen, spreekt de

HEERE, dat Ik met het huis van Israel en met

het huis van Juda een nieuw verbond zal

maken;” “Niet naar het verbond, dat Ik met hun

vaderen gemaakt heb, ten dage als Ik hun hand

aangreep, om hen uit Egypteland uit te voeren,

welk Mijn verbond zij vernietigd hebben,

hoewel Ik hen getrouwd had, spreekt de

HEERE;” “Maar dit is het verbond, dat Ik na

die dagen met het huis van Israel maken zal,

spreekt de HEERE: Ik zal Mijn wet in hun

binnenste geven, en zal die in hun hart

schrijven; en Ik zal hun tot een God zijn, en zij

zullen Mij tot een volk zijn.”“En zij zullen niet

meer, een iegelijk zijn naaste, en een iegelijk zijn

broeder, leren, zeggende: Kent den HEERE!

want zij zullen Mij allen kennen, van hun

kleinste af tot hun grootste toe, spreekt de

HEERE; want Ik zal hun ongerechtigheid

vergeven, en hunner zonden niet meer

gedenken.”

Als iemand u vraagt: waar is het Nieuwe testament

in het Oude testament? Hier. Met Israël en Juda.

Hij maakt met hen beiden het Nieuwe verbond

Ezechiel 37 Weer één volk! Tussen Israël en Juda

is een politieke scheiding en Hij maakt weer één

volk van hen. Hun scheiding demonstreert hun

zondigheid en rebellie. Ze hadden nooit Israël én

Juda moeten zijn maar één geheel. Maar zij

rebelleerden. Zij kozen een koning, dat was

rebellie.

En toen zij hem kozen, kozen zij niet de juiste. Het

Woord van God zei dat ze een koning zouden

krijgen, ze waren niet onschriftuurlijk in de zin dat

het verkeerd was om een koning te hebben,

Deut.17, zij wisten dat ze een koning kregen. Maar

zij wilden hem op hun tijd, op hun manier, op hun

voorwaarden, in plaats van dat God het voor hen

zou vervullen. Hun koning was er één naar hun

eigen hart, niet naar Gods hart. Dus riep God

David, de man naar Zijn hart. En Hij maakte een

nieuw verbond met Israël door David. Hij belooft

zegen en de Messias en redding en een

rechtvaardige regering door David.

David sterft, Salomo sterft en de volgende

koningen Jerobiam, Rehabiam scheiden het

koninkrijk, op religieuze gronden. 1 Kon.1-12 de

strijd tussen de dienst aan de HEERE en Baäl. God

heeft een Nieuw verbond nodig om dit te genezen.

Hebr.8:9 “Niet naar het verbond, dat Ik met

hun vaderen gemaakt heb, ten dage, als Ik hen

bij de hand nam, om hen uit Egypteland te

leiden; want zij zijn in dit Mijn verbond niet

gebleven, en Ik heb op hen niet geacht, zegt de

Heere.”

Zij hielden het verbond niet, God strafte hen. En

hier zijn ze in Hebreeën en de verdrukking kastijdt

hen. God maakt een Nieuw verbond, want jullie

konden het oude niet houden,Israël, jullie maakten

er een rommeltje van, jullie zijn niet alleen de

kinderen van Abraham, maar ook de kinderen van

Adam.

Ziet u dat gebeurd in de bedeling van genade. Het

maakt niet uit wiens zoon je bent, je bent een zoon

Page 107: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 107

van Adam. God gaat terug naar voor Abraham, de

kerk en meeste religies vandaag gaan terug naar

Abraham, want iedereen wil Israël zijn. Letterlijk

Israël als je Joods erfgenaam bent of u bent gered

en een Joods christen een Messiaanse christen of

hoe ze zichzelf ook noemen. En je wil die status

houden, of ben je gewoon zo’n domme heiden in de

kerk en denkt dat je geestelijk Israël bent. Het

grootste deel van het christendom vandaag denkt

dat ze geestelijk Israël zijn.

En de leer is: dat de Nieuw Testamentische kerk

een voortzetting is van de Oud Testamentische

gemeenschap. Maar zo is het niet! Amen.

God, in de bedeling van genade, ziet u als zoon van

Adam. En Abraham’s kinderen zijn ook kinderen

van Adam. En God maakte een Nieuw verbond met

hen. Met nieuwe voorzieningen, en deze

voorzieningen starten in vers 10/

Hebr.8:10-13 “Want dit is het verbond, dat Ik

met het huis Israels maken zal na die dagen,

zegt de Heere: Ik zal Mijn wetten in hun

verstand geven, en in hun harten zal Ik die

inschrijven; en Ik zal hun tot een God zijn, en

zij zullen Mij tot een volk zijn.” “En zij zullen

niet leren, een iegelijk zijn naaste, en een iegelijk

zijn broeder, zeggende: Ken den Heere; want

zij zullen Mij allen kennen van den kleine onder

hen tot den grote onder hen.” Want Ik zal hun

ongerechtigheden genadig zijn, en hun zonden

en hun overtredingen zal Ik geenszins meer

gedenken.” “Als Hij zegt: Een nieuw verbond, zo

heeft Hij het eerste oud gemaakt; dat nu oud

gemaakt is en verouderd, is nabij de

verdwijning.”

De voorzieningen in vers 10-12 bestaan uit drie

delen:

1. Hij geeft de wet in hun harten en verstand, ze

hebben directe bekrachtiging van God, van

Hem.(:10)

2. Zij zullen Hem allen kennen(:11) Heel Israël is

gered in het Koninkrijk .

3. Hij zal hun zonden niet meer gedenken (:12)

Dat zal allemaal gebeuren met de wederkomst van

Christus. Als Petrus in Hand.2:38 spreekt over

bekeert u en laat u dopen tot vergeving van zonden

dan interpreteert hij dat in Hand.3:19 …als de

tijden van verkoeling zullen gekomen zijn… Israël

kijkt altijd uit naar een toekomstige redding met de

wederkomst. Dan zal heel Israël gered zijn. Alleen

gered, gelovig, verlost Israël, de kleine kudde van

gelovigen komen door de verdrukking in het

Koninkrijk. Dan zal niet iedereen zijn naaste leren,

dan zullen ze Hem allemaal kennen.

Hij geeft de wet in hun verstand en schrijft die in

hun hart en zorgt er voor dat ze Zijn geboden

houden, een Goddelijke bekrachtiging voor Israël,

gebaseerd op het kruiswerk van Christus. God plant

Zijn leven in hen, en er is een directe, Goddelijke

bekrachtiging. De wet draagt hen dingen op om te

doen, maar geeft geen mogelijkheid om het te

doen, en liet ze aan zichzelf over om het te doen.

Het Nieuwe verbond zorgt ervoor dat ze het kunnen

doen. Ziet u het verschil? Eerst geboden en nu

gezorgd.

Onder genade heeft u geen gebod nog zorg. Ziet u

wat er gebeurd als mensen denken dat we nu onder

het Nieuwe verbond zijn? Ze bidden tot God en

vragen God om ze ervan af te helpen. Ik heb een

probleem en bid: Oh God. zend de zegen neer en

laat het vuur komen…Zend ons een herleving…

Weet u, dat was toen daar. En u denkt dat God u nu

een ervaring geeft waardoor u helemaal wauauww

verder gaat. Maar onder genade is u niets geboden

of aan u zelf overgelaten. Maar er wordt ook niet

gezorgd dat u het doet. Het wordt gegeven aan u als

een gift maar toegepast door geloof. En vandaag in

de bedeling van genade werkt Gods bekrachtiging

indirect in de gelovige, niet direct als daar, toen.

Indirect door Zijn Woord, als u daarin wandelt door

geloof , net zo krachtig, alleen een andere manier

van werking.

Let op wat hij zegt in vers 11: Als je het Nieuwe

verbond in werking is, als geheel Israël gered is, en

niet iedereen zijn naaste leert… Het Nieuwe

Testament heeft te maken met de tijd als geheel

Israël is gered en ze geen leraar nodig hebben.

Vertelt dat iets over u vandaag? Wat doet u hier

vanavond?! Wat doe ik? Ik leer u. Heeft u een

leraar nodig? Paulus schrijft dat God aan het

lichaam van Christus herders en leraars geeft, nu

het Woord compleet is, is de leraarbediening er nog

steeds.

Kijk in de pastorale brieven en lees wat hij zegt,

één van de verantwoordelijkheden van een oudste

of een leraar is om bekwaam te zijn om te leren.

Leer geen andere leer. Wij hebben een leraar nodig.

Zegt u iets over het Nieuwe verbond. Het Nieuwe

verbond is niet in werking vandaag. Dit is geen

Nieuw Testamentische kerk. Weet u hoe u kunt

Page 108: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 108

weten dat het Nieuwe testament niet in werking is

vandaag? Want als het in werking is, heeft niet

ieder zijn naaste nodig om de Heere te kennen, u

heeft de kennis(:11).

1 Joh.2:20 “Doch gij hebt de zalving van den

Heilige, en gij weet alle dingen.”

En gij weet alle dingen… Weet u waarom Hij ook

zei in Mattheus: Wat u ook zult vragen in gebed,

gelovende Ik zal het u geven? Het werkt niet voor

u, niet? Weet u waarom? U weet niet alle dingen.

Weet u wat u doet, u bidt zoals Rom 8:26, wij

weten niet waarvoor wij bidden zullen. Er zijn veel

dingen die wij niet weten. Maar deze mensen

hebben een zalving en zij weten wat zij moeten

weten. En wat zij zullen vragen is juist, want zij

weten wat zij vragen als zij vragen. Dat is anders

dan u.

1 Joh.2:27 “En de zalving, die gijlieden van

Hem ontvangen hebt, blijft in u, en gij hebt niet

van node, dat iemand u lere; maar gelijk

dezelfde zalving u leert van alle dingen, zo is zij

ook waarachtig, en is geen leugen; en gelijk zij u

geleerd heeft, zo zult gij in Hem blijven.”

Dat past bij de 12 apostelen, de 144000, de kleine

kudde, maar niet bij u! We gaan naar Hebr.9:16,17

als dat waar is, en daar is geen twijfel aan, weet ik

dat Mat-Joh. niet in het Nieuwe Testament staan,

want Jezus Christus was nog niet dood, Hij stierf in

de laatste twee hoofdstukken van de meeste van

deze boeken. Romeinen-Filemon hebben geen

Nieuw Testamentische gronden. Pas vanaf

Hebreeën-Openbaring.

Dat is het verschil met wat je van mensen hoort en

waar de Bijbel over spreekt. U zegt: dat heb ik nog

nooit gehoord… En ik zeg weer tegen u, als ik door

deze dingen heen lees en ze bestudeer, ik kan van

mijn leven niet, en ik heb oprecht geprobeerd om

het anders proberen te doen, maar ik kan niet zien

hoe je het boek Hebreeën moet nemen en toepassen

op het lichaam van Christus in deze bedeling van

genade….dat kan ik niet zien, ik begrijp het ook

niet, of: ik begrijp het maar het is een gebrek aan

waardering van het feit dat deze mensen een

gedeelte van het Woord van God nodig hebben dat

adequaat en toepasselijk is voor hen zoals u heeft.

Laat hen houden wat hen toebehoort en waardeer

het op die manier. Want deze stof past niet bij u.

Het werkt niet. Laat het beter waar het is en

waardeer het en verheug u in wat God doet voor

Israël in hun programma. Daar wordt u niet minder

van, het maakt u rijk. En maakt dingen duidelijk.

Hij houdt Zijn Woord en Zijn beloften. En Zijn

wijsheid heeft het alles uitgewerkt. Zodat het

volmaakt is.

Hebreeën 8:11-13

Hebr.8:11-13 wil ik nog een keer bestuderen, want

ik wil zeker zijn dat u de dingen begrijpt van het

Nieuwe verbond. Ik zei dat het Nieuwe verbond te

maken heeft met de tijd dat geheel Israël behouden

is, als ze geen leraar nodig hebben en al hun zonden

vergeven zijn. Zij hebben Gods Geest in hen en zijn

allemaal wedergeboren, zij kennen de Heere van de

grootste tot de kleinste. Zo is het zeker vandaag

niet. Je kunt niet zeggen dat dat Israëls conditie is

vandaag. Dus weet ik dat het Nieuwe verbond niet

vandaag is, u bent geen deel van de zogenoemde

Nieuw testamentische kerk.

Wij zijn geen Nieuwtestamentische kerk. Het

lichaam van Christus is geen Nieuwtestamentische

kerk maar een genadekerk. De enige reden waarom

u zegeningen en voordelen heeft van God vandaag

is omdat God in Zijn genade u ook er ook bij heeft

inbegrepen, en het aan u heeft gegeven. U kreeg het

niet omdat God een contract met u maakte en toen

Zijn Zoon stierf erfde u de zegeningen van het

contract, maar u was buiten het contract en toch gaf

God het aan u omdat Hij dat wilde vanuit de

goedheid van Zijn hart.

Dat is het verschil. Het Nieuwe testament begon

niet voor het kruis. Mattheus-Johannes zijn niet in

het NT. Paulus’ brieven zijn niet in het Nieuwe

testament. Het Nieuwe testament gaat in werking in

de toekomst. In Hebreeën-Openbaring. Hebreeën-

Openbaring gaat over deze dingen. De drie dingen

die ik al met u besprak de vorige keer, deze drie

categorieën: -de wet in hun harten. -heel Israël

gered en geen leraar nodig. -al hun zonden

vergeven. Dit zijn de drie zegeningen waar Israël

op wacht en naar uitkijkt in haar Nieuwe verbond,

testament.

Hebr.8:10 “Want dit is het verbond, dat Ik met

het huis Israels maken zal na die dagen, zegt de

Heere: Ik zal Mijn wetten in hun verstand

geven, en in hun harten zal Ik die inschrijven;

en Ik zal hun tot een God zijn, en zij zullen Mij

tot een volk zijn.”

Ga mee naar Ezechiël 36 en Mattheus 19. Hij

verzekerd de zegeningen voor hen. Onder het

verbond met Mozes gaf Hij hen Zijn wetten. Hij

Page 109: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 109

vertelde hen dat ze de wet in hun harten moesten

schrijven en aan hun deurposten, ze aan de muur

hangen, of een briefje aan de spiegel zodat als je er

‘s morgens in keek dat je het zag. Overal waar je

heen gaat zodat ze in je hart zijn. Ze moesten het

hun kinderen inprenten en zij faalden. Ze faalden

zelfs om het in hun verstand te schrijven. Zodat het

hun niet van de zonde afhield, bewaarde. En Hij

zegt dat het Nieuwe verbond niet als het oude zal

zijn. Ik ga het voor jullie doen wat jullie niet zelf

konden doen.

Het: ..als…u Mijn geboden houdt…. Onder het

Nieuwe verbond gaat God het als voor hen houden.

Begrijpt u dat? God gaat het voor hen doen. Dus als

Hij zegt: als u doet mijn geboden, dan krijg je de

zegening. Dus Hij gaat hen door Zijn genade de

bekwaamheid geven om te doen wat de wet vereist.

Ez.36:24 “Want Ik zal u uit de heidenen halen,

en zal u uit al de landen vergaderen; en Ik zal u

in uw land brengen.”

Vers 1-23 spreekt tot het land van Israël. Ezechiël

is een profeet die profeteert in Israël gedurende het

begin van de kastijding van Israël. Ezechiël is

weggevoerd in de tweede ballingschap. Hij

profeteert tot Israël: We worden weggevoerd en het

land gaat van zijn rust genieten. Israël wordt

weggevoerd uit het land. Jeremia zegt dat het voor

70 jaar zal zijn. En het land geniet haar sabbatrust.

Het land wordt gereinigd :16 Als het land

gereinigd is gaat Hij de mensen terugbrengen, maar

de mensen zijn niet rein. Na de 70 jaar

gevangenschap was het land schoon, klaar om de

mensen terug te ontvangen. Maar de mensen waren

nog niet gereinigd, zij moesten gereinigd worden.

Met mensen is het anders dan met land, want zij

zijn onrein door zonde. In het boek Daniël krijgt

Daniël een visioen dat het 70 jaarweken zal duren

om de mensen te reinigen. En er is een voorschrift

voor de reiniging van de mensen in Ez.36 en Dan.

voor de uitgebreide tijdsperiode. Als de tijd komt

voor de mensen en hun reiniging zegt Hij in vers 24

dat Hij hen uit de volken zal vergaderen en ze in

het land zal brengen. Maar voor Hij ze terugbrengt

reinigt Hij ze. Hij sprenkelt rein water op hen…dat

is het punt met waterdoop.

Leviticus 15, zie wat er nodig is voor de reiniging

van een onreine vrouw. Ez.36:17 verwijst hiernaar.

Ze moest gewassen worden met water. Waterdoop

heeft te maken met het apartzetten, het wegwassen,

het heiligen van Israël van hun afgoden. En het

wegwassen van het wereldsysteem waar zij inzaten.

Ez.36:26 “En Ik zal u een nieuw hart geven, en

zal een nieuwen geest geven in het binnenste

van u; en Ik zal het stenen hart uit uw vlees

wegnemen, en zal u een vlesen hart geven.”

Een nieuw hart… daarom zegt Petrus in

Hand.2:38…en gij zult de gave des Heiligen

Geestes ontvangen. Dat is de volgende stap. Een

nieuw hart en een nieuwe geest… Dat is

wedergeboorte. De implantatie van een nieuw hart,

nieuwe natuur in het volk Israël.

Mat.19:27 Die Mij gevolgd zijt in de

wedergeboorte….als de Zoon des Mensen zal zitten

in Zijn glorie… Als Jezus Christus terugkomt zal

het volk Israël een wedergeboorte ontvangen. Hij

neemt Zijn Geest en geeft Die in hen en een nieuw

hart en maakt hen, 2 Petr.1:4, deelachtig aan de

Goddelijke natuur. U en ik kunnen niet

wedergeboren worden zoals Israël kon, kan. Israël

was geboren uit God, lichamelijk als een volk, wij

niet. Het volk Israël is leven gegeven, uit God, uit

Egypte, door de wateren van de Rode Zee. Een

watergeboorte. Deut.32:18, de Rotssteen die u

gegenereerd heeft….

Zo deed Hij het volk geboren worden in de Exodus,

uit Egypte. Fysiek zijn zij Gods eerstgeboren zoon.

Maar het is niet genoeg om fysiek de kinderen van

God te zijn en het zaad van Abraham. Je moet ook

geestelijk het kind van God zijn. En dat leerden zij

onder het Oude verbond, toen hadden zij die

geestelijke geboorte niet. Hij laat hen

wedergeboren worden, opnieuw. En wij gebruiken

die woorden vandaag, en ik begrijp het wel, maar

laat ik u vertellen: als u die terminologie gebruikt

zoals wedergeboorte, het brengt verwarring met

betrekking tot wat redding is.

Als u mensen vertelt dat ze wedergeboren moeten

worden en u legt niet uit aan hen wat zij moeten

doen. Ze moeten begrijpen dat zij zondaars zijn,

rijp voor de hel en dat zij moeten geloven in de

Redder Die Zijn bloed voor hen gaf op Golgotha

en gestorven is voor wat er allemaal mis is met hen

en dat Hij is opgewekt om hen eeuwig leven te

kunnen geven. Als zij dat niet begrijpen dan is het

mis als zij dat bedoelen. U moet een nieuwe

schepping worden. Iets helemaal nieuws. Geen

renovatie. Paulus zegt: ik heb u door het Evangelie

verkregen. U en ik zijn ook vernieuwd maar het is

niet een nieuwe geboorte. Want wij zijn niet eerder

Page 110: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 110

uit God geboren. Israël wel. Zij zullen een

wedergeboren volk zijn in het Koninkrijk. Als

Jezus Christus zal zitten op Zijn troon van glorie is

één van Zijn beloften dat Hij Zijn Geest in hen zal

geven. En op de Pinksterdag is dat een voorsmaak,

en in de bediening van de 144000 in de grote

verdrukking. Maar de volle zegen komt als Hij hen

verzamelt en Zijn Geest in hen geeft. En zij zullen

deelgenoot worden aan Zijn natuur, van Zijn hart,

en Zijn Geest.

Luk.18:28-30 “En Petrus zeide: Zie, wij

hebben alles verlaten, en zijn U gevolgd. “En Hij

zeide tot hen: Voorwaar, Ik zeg ulieden, dat er

niemand is, die verlaten heeft huis, of ouders, of

broeders, of vrouw, of kinderen, om het

Koninkrijk Gods;” “Die niet zal veelvoudig

weder ontvangen in dezen tijd, en in de

toekomende eeuw het eeuwige leven.”

Dat kunt u vandaag niet doen. Ik hoorde iemand op

de radio…hij sprak over dit vers dat u uw vrouw,

kinderen enz. moet verlaten voor de zaak van het

Koninkrijk – sommigen zouden dat wel

wensen….maar dit vers gaat niet over vandaag.

Dus als hij zegt: Ik schrijf Mijn wet in uw verstand,

dan geeft Hij hen een nieuw hart en een nieuwe

geest, de implantatie van een nieuwe herboren

natuur. En dit is nodig voor Israël om hun

Koninkrijk te ontvangen. Weet u hoe hun nieuwe

houding eruit ziet:

Ezechiel 36:36-38 “Dan zullen de heidenen, die

in de plaatsen rondom u zullen overgelaten zijn,

weten, dat Ik, de HEERE, de verstoorde

plaatsen bebouw, en het verwoeste beplant. Ik,

de HEERE, heb het gesproken en zal het doen.”

“Alzo zegt de Heere HEERE: Daarenboven zal

Ik hierom van het huis Israels verzocht worden,

dat Ik het hun doe; Ik zal ze vermenigvuldigen

van mensen, als schapen.” “Gelijk de geheiligde

schapen, gelijk de schapen van Jeruzalem op

hun gezette hoogtijden, alzo zullen de eenzame

steden vol zijn van mensenkudden; en zij zullen

weten, dat Ik de HEERE ben.”

Weet u wat Hij zegt in vers 37? Ik wacht op de dag

als Israël tot Mij komt om te vragen om voor de

heidenen te doen wat Hij voor hen heeft gedaan.

Neem de zegeningen van het Koninkrijk en geef ze

aan de volkeren. Dit is een nieuwe natuur en een

nieuw hart en een nieuwe houding van Israël om

dat te doen. Als er iets is dat u weet uit de

bladzijden van de Bijbel dan is het dat zij geen

interesse hebben in iemand dan zichzelf. Het zit

ingebakken in hun natuur, die zij ontvingen van

Adam.

En u ziet het vandaag soms ook onder Joodse

gelovigen, degenen hier aanwezig uitgesloten… de

zogenaamde Messiaanse gelovigen, wij zijn

speciaal, bijzonder, nu ook nog… weet u wat dat

is? De oude trots van de oude zondige natuur. Maar

God geeft hen een nieuw hart en transformeert hen

dat ze willen dat hetgeen ze van God hebben

gekregen anderen het ook zullen krijgen. Dat is wat

anders.

Terug naar Ez.36:27 daar zal, en luister goed naar

me, een wedergeboorte zijn en een bekrachtiging

voor het volk Israël. En die bekrachtiging is een

directe bekrachtiging door God door Zijn Geest,

schrijvend Zijn Woord in hun harten die zal maken

dat ze zullen wandelen in Zijn inzettingen en

rechten en om ze te doen. Een directe

bovennatuurlijke bekwaamheid voor het volk

Israél. En gij zult kracht ontvangen wanneer de

Heilige Geest over u zal komen… Met de

wedergeboorte is er ook de bekrachtiging die hen

bekwaam maakt om deze dingen te doen. Dat is

ook verschillend van hoe het vandaag is.

U en ik hebben geen directe bekrachtiging, de

bekrachtiging vandaag voor u en mij is

beschikbaar, maar hij komt indirect. Door het

Woord van God als we dat bewaren in ons hart, en

het kan daar ook zijn en ons toch niet bekrachtigen

in ons leven. Want het Woord van God werkt in u

die gelooft! Ons geloof past toe wat Gods Woord

zegt. Dus het is anders voor ons. Hier in het

Chicago amfitheater waren 10.000 predikers,

fundamental KJV gelovigen, zij waren hier 4 uur en

smeekten God om Zijn zegen uit te storten uit de

hemel op hen zodat zij bekrachtigd zouden worden,

om naar huis gaan en Amerika redden. Weet u wat

het probleem daarmee is? U kunt bidden wat u wilt

maar het komt niet. Zo gebeurd het niet vandaag,

het gaat niet zoals dat beertje met zijn batterij dat je

aan kunt zetten en daar gaat hij… dat is het

programma niet vandaag.

Het programma vandaag is op basis van genade. En

genade vereist één ding en dat is geloof! Het

accepteert alleen geloof en het vereist alleen geloof.

Dus het is anders bij ons.

Hebr.8:11 “En zij zullen niet leren, een iegelijk

zijn naaste, en een iegelijk zijn broeder,

zeggende: Ken den Heere; want zij zullen Mij

Page 111: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 111

allen kennen van den kleine onder hen tot den

grote onder hen.”

In de krachten van de toekomende wereld zullen zij

het hebben, als de Geest van God in hun harten

schrijft, dat is de manier waarop God hen kracht

geeft. Hou uw hand hier en ga eerst mee naar

Jes.2:3 dit gaat over het Koninkrijk, als Christus

regeert.

Jesaja 2:3 “En vele volken zullen heengaan en

zeggen: Komt, laat ons opgaan tot den berg des

HEEREN, tot het huis van den God Jakobs,

opdat Hij ons lere van Zijn wegen, en dat wij

wandelen in Zijn paden; want uit Sion zal de

wet uitgaan, en des HEEREN woord uit

Jeruzalem.”

Hij zal ons Zijn wegen leren…. In de regering van

Christus in het Koninkrijk zal het volk Israël

bestaan uit leraars en zij zullen mensen leren. Eén

Jood zal niet een andere Jood leren. Waarom?

Geheel Israël zal Mij kennen, van de kleinste tot de

grootste. Dus wat gaat er gebeuren? Israël kent de

Heere, zij hebben Zijn Woord in zich en zij gaan uit

om te leren wie ze maar leren kunnen. Dus mensen

die niet-Israël zijn.

Mat.28:18-20 “En Jezus, bij hen komende,

sprak tot hen, zeggende: Mij is gegeven alle

macht in hemel en op aarde.” “Gaat dan henen,

onderwijst al de volken, dezelve dopende in den

Naam des Vaders, en des Zoons, en des Heiligen

Geestes; lerende hen onderhouden alles, wat Ik

u geboden heb.” “En ziet, Ik ben met ulieden al

de dagen tot de voleinding der wereld. Amen.”

Begint u deze stof te begrijpen en hoe het past en

hoe het werkt? En u krabbelt achter uw oor en

denkt: wat doet de kerk in vredesnaam vandaag?!

Alle macht is aan Jezus Christus gegeven in hemel

en aarde. Niet vandaag, maar wanneer zal dat zijn?

In het Koninkrijk, dan zal Hij alle macht hebben.

Dit is een opdracht die uitkijkt naar die dag. Alle

volken: ga mee naar:

Num.23:9 “Want van de hoogte der steenrotsen

zie ik hem, en van de heuvelen aanschouw ik

hem; ziet, dat volk zal alleen wonen, en het zal

onder de heidenen niet gerekend worden.”

Israël zal onder de heidenen niet gerekend

worden… Hier is een opdracht waar Joodse

discipelen uitgezonden worden om te leren, maar

ze gaan niet Israël leren. Maar de heidenen, de

volken. Waarom niet Israël? Omdat Hebr.8:11 u

vertelt dat als het Nieuwe verbond in werking is in

het Koninkrijk dan zal niemand meer zijn naaste

leren, want zij kennen Mij allemaal. Zij hebben

geen leraar nodig, want zij hebben alles. Het is niet

zo moeilijk om Mat.28:18-20 te laten waar het is.

Vers 20 ze moeten alles wat Hij hen bevolen heeft

onderhouden…. Mat.5:17-20 Weet u wat zij leren

in het Koninkrijk? Zij leren mensen om de wet te

houden.

Zoek ook Mat.16 op, en vergelijk met Mat.5:17,18.

In Mat.5:17,18 was er nog geen kruis en Golgotha.

Zelfs niet in Zijn gedachten, hoe weet ik dat?

Mat.16:21 vanaf toen aan begon Hij Zijn discipelen

te vertonen… Hij begint ze te vertellen, vertelde

Hij het hen voor Mat.16:21? Hier begint Hij het ze

te vertellen over het kruis en Golgotha. We lazen

net Mat.5, komt hoofdstuk 5 voor hoofdstuk 16 of

erna?! Wacht even, het antwoord dat u daarop

geeft zet u tegenover elk theologisch seminarie en

denominatie en fundamentele evangelische

groepen, als u vindt dat 5 voor 16 komt dan bent u

in de problemen…maar u doet wat God zegt.

Begrijpt u dat in het Koninkrijk, en in Kol.2:16,17

de dingen van de wet een schaduw zijn van de

toekomende dingen. Uw Bijbel zegt niet een

schaduw van het kruis, maar een schaduw van de

toekomende dingen.

De ceremonieën van de wet zijn dingen die leer

verkondigen hoe Israël gereinigd en geaccepteerd

zal worden in dat Koninkrijk. Daar is de reiniging,

op basis van het bloed van Christus, maar het is

daar vervuld. En al die ceremonieën en activiteiten

en alles van de wet komt daar in het Koninkrijk van

pas. Alles wat de profeten geprofeteerd hebben

komt daar uit. De hoop die zij hadden was in het

Koninkrijk.

Terug naar Mat.28:18,19 al deze stof hoort bij

elkaar, dit is de Koninkrijksopdracht, de opdracht

die Israël uitvoert als zij eens de zegeningen van

het Nieuwe verbond ontvangen hebben. Zij gaan

niet elkaar leren, zij gaan de volken leren. Dat is de

Koninkrijksopdracht, die opdracht kunt u niet

vandaag uitvoeren.

Als u die opdracht in de bedeling van genade

uitvoert kunt u niet prediken tot Israël. En u leert de

wet? Is dat geen contrast.

Nog één ding uit Hebr.8. Ten eerste hebben zij de

directe bekrachtiging, de Goddelijke bekrachtiging,

de nieuwe natuur, de wedergeboorte, deelgenoten

aan de nieuwe natuur. Dan hebben zij de opdracht

om uit te gaan en de volken te leren, onderwijzen.

Page 112: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 112

Zij zoeken de heidenen en wat God voor hen

gedaan heeft. En dan zegt Hij in Hebr.8:12 hun

zonden en ongerechtigheden zal Ik geenszins meer

gedenken…Zover als het oosten is van het westen

zover zal Ik uw zonden van u wegdoen… En dat

zal realiteit voor Israël zijn in die dag. Dat gebeurt

als Christus terugkomt.

Hebr.9:26-28 “(Anders had Hij dikwijls moeten

lijden van de grondlegging der wereld af) maar

nu is Hij eenmaal in de voleinding der eeuwen

geopenbaard, om de zonde te niet te doen, door

Zijnszelfs offerande.” “En gelijk het den mensen

gezet is, eenmaal te sterven, en daarna het

oordeel “Alzo ook Christus, eenmaal geofferd

zijnde, om veler zonden weg te nemen, zal ten

anderen male zonder zonde gezien worden van

degenen, die Hem verwachten tot zaligheid.”

Deze verschijning in vers 28 is de wederkomst,

Zijn tweede verschijning, Hij verschijnt de tweede

keer zonder zonde tot redding. Weet u wanneer

Israël redding verkrijgt van haar zonden? Als

Christus terugkomt.

Hand.3:18,19 “Maar God heeft alzo vervuld,

hetgeen Hij door den mond van al Zijn profeten

te voren verkondigd had, dat de Christus lijden

zou.”“Betert u dan, en bekeert u, opdat uw

zonden mogen uitgewist worden; wanneer de

tijden der verkoeling zullen gekomen zijn van

het aangezicht des Heeren,”

Dit is de vaste lijn en programma van de dingen die

gebeuren in de profetie. Er kwam eens een man bij

mij thuis in Alabama om mij te redden van mijn

bedelingsleer. En terwijl wij spraken zei ik: Zeg

mij, u bent overtuigt dat Hand.2,3 is wat God nu

doet, leg mij Hand.3:19 uit! Dus hij begon: Betert u

enz, en hij begon goed tot hij kwam bij: wanneer de

tijden der verkoeling zullen gekomen zijn….toen

wist hij het niet meer. Dit vers interpreteert

Hand.2:38 mensen zeggen bekeert u laat u dopen

want u heeft al de vergeving van zonden

ontvangen…maar dat staat er niet. Er staat: tot

vergeving der zonden. Wel, kijk in Hand.3:19

wanneer denkt Petrus dat de zonden uitgewist

zullen worden? Als Christus terugkomt. Dat is niet

wat u en ik nu prediken. Weet u wat u vandaag

predikt? Romeinen 5:11 …door Welken wij nu de

verzoening gekregen hebben.

De Engelse KJV zegt hier atonement en niet

reconciliation! Omdat u moet begrijpen dat datgene

waar Israël op moet wachten tot de Day of

atonement, de wederkomt, u nu krijgt op het

moment dat u Christus vertrouwt, gelooft. Hun

zonden worden vergeven, hun ongerechtigheden

weggenomen en zonden uitgewist, en eeuwige

vergeving en zij wachten, maar u krijgt het op het

moment dat u Christus vertrouwt, u heeft het nu.

Zij wachten op een geestelijke redding met de

wederkomst, en u krijgt het op het moment dat u

Christus vertrouwt. Zij ontvangen een fysieke

redding en kijken uit naar een geestelijke. U krijgt

een geestelijke en kijkt uit naar een fysieke, de

opname!

En weet u wat mensen doen? De meerderheid van

het christendom, wat doen zij? Zij kijken uit naar

een fysieke redding van elke pijn en klacht en

moeite en alles wat zij maar hebben, en als u

luistert naar zijn gebed en hoe hij met God spreekt

en wat hij denkt dat God voor hem zal doen: geef

mij, geef mij..ik wil, ik wil….ik heb dit nodig, dat

nodig…een hele lijst. Oh, ja dank U…voor wat?

Voor wat U mij geeft. Hoe meer u over de genade

leert, weet u wat er gebeurt? U raakt steeds minder

geïnteresseerd in: geef mij, geef mij enz. en steeds

meer in: u zegt: wow!! Wat geweldig, wow, kijk

wat Hij al gedaan heeft! Dan ziet u pas wie Hij

werkelijk is. En wie Hij u gemaakt heeft in

Christus. En alles veranderd. En als u gaat

begrijpen wat gebed is in het leven van de gelovige

vandaag: Spreken met de beste Vriend die u ooit

gehad heeft en een gedurig contact met uw Redder.

En dat is anders, dan wordt het danken dat u niet

meer kunt stoppen. Dus wij hebben een geestelijke

redding. En op een dag geeft Hij ons een fysieke.

Daar kunt u zich in verheugen en verblijden.

Handelingen 3:19 gaat daar mee samen.

Rom.11:25,26 “Want ik wil niet, broeders, dat u

deze verborgenheid onbekend zij (opdat gij niet

wijs zijt, bij uzelven), dat de verharding voor

een deel over Israel gekomen is, totdat de

volheid der heidenen zal ingegaan zijn.” “En

alzo zal geheel Israel zalig worden; gelijk

geschreven is: De Verlosser zal uit Sion komen

en zal de goddeloosheden afwenden van Jakob.”

Wij kunnen steeds weer zien in de profeten dat het

een standaard patroon is van hoe de profetische

regel gaat. Paulus zegt dat hij niet wil dat ze deze

verborgenheid zullen missen, er is blindheid over

Israël totdat… de volheid der heidenen ingaat. De

vorming van het lichaam van Christus is compleet.

Wat gebeurd er daarna? Rom.11:26! Geheel Israël

zal zalig worden, gelijk geschreven is. Niet het

Page 113: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 113

geheimenis maar volgens het profetische

programma zoals in de schrift staat.

Terug naar Hebr.8, het hele punt in Hebr.8 is: zij

waren gewend onder het Oude verbond, maar God

heeft een Nieuw verbond gemaakt. Onder het Oude

verbond moesten zij het doen, onder het Nieuwe

doet God het voor u! Onder het Oude verbond

waren uw zonden nog niet vergeven dan voor een

korte termijn, tijd en ze moesten steeds opnieuw

offeren. Nu zijn ze compleet en geheel voorzien

door Christus. En Hebr. 9 gaat verder met

geweldige details daarvan: de betere dienst die de

Heere Jezus Christus geeft aan het volk Israël en

het betere offer dat Hij hen geeft. Om hen te

voorzien van de zegeningen die God en geeft

volgens het verbond en door Zijn genade, tot Zijn

eer.

Hebreeën 9:1-10

We komen nu bij een gedeelte van het boek

Hebreeën waar zoals ik de laatste keer zei we twee

dingen kunnen doen: er veel tijd besteden of er

doorheen gaan. Ik heb besloten om er doorheen te

gaan, niet dat er informatie is waar we veel tijd aan

kunnen besteden, maar deze informatie is u bekend

zodat u mij niet noodzaakt om te veel tijd te

besteden op dat punt. Als Hebreeën het enige boek

was in de Bijbel dat ik u kan leren dan zou ik veel

tijd kunnen besteden aan de tabernakel en de

details, maar u zult merken als wij door de verzen

heen gaan dat de schrijver van Hebr. door ook ‘niet

in geïnteresseerd is’. Dus ik zal doen zoals hij.

Hebr.9:1 “Zo had dan wel ook het eerste

verbond rechten van de gods dienst, en het

wereldlijk heiligdom.

Zo… verwijst terug naar wat hij net heeft gezegd in

Hebr.8:13. Het Oude verbond is nabij de

verdwijning, het Oude verbond was in feite al

opzijgezet, zie 9:1, want er staat: hád. Het Oude

verbond is niet langer in werking. Zo wás het. De

tempel en de ceremoniën en alle andere dingen die

God losgelaten heeft voor het Nieuwe, ze zijn er

nog maar ze zijn nabij de verdwijning. God heeft ze

verlaten en ze zijn niet meer ter sprake. Hfdst.8:13

zegt dat heel mooi.

Het Oude verbond met de tabernakel, het

priesterdom en de offers, en daar lezen we over in

hfdst.9 leerde Israël iets. Zelfs al heeft God het

opzijgezet. En in Israëls programma is Hij van het

Oude verbond naar het Nieuwe gegaan. U leest

deze gedeelten tevergeefs als u probeert uit vinden

dat de schrijver in Hebreeën zegt dat we zijn

overgegaan van het Oude verbond naar het lichaam

van Christus. Of dat u van het oude joodse

profetische programma bent overgegaan naar het

geheimenisprogramma met het éne lichaam waarin

geen Jood en heiden is. Dat zult u niet vinden.

Het doel van het boek Hebreeën is niet om u de

verandering te laten zien van het profetische

programma naar het lichaam van Christus. Van de

wet naar de genade. Want in het Oude verbond in

Israëls programma heeft God belooft dat het

vervangen zou worden door een Nieuw en dat er

een Redder zou komen en dat is precies wat er is

gebeurd. En we gaan van Israëls Oude

verbondprogramma naar haar Nieuwe

verbondsprogramma.En als u het boek Hebreeën

leest ziet u dat. Het is niet nodig om Hebreeën

Page 114: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 114

geforceerd op u en mij toe te passen. Het is niet

nodig om dat te doen. En het is bevrijdend en

leerzaam om het te laten waar het is en er zo van te

genieten.

Wat hij doet in Hebr.9: In de verzen 1-10 spreekt

hij tot u over het Oude verbond. Dan van vers 11-

15 stelt hij daar het Nieuwe verbond tegenover. Hij

zegt: kijk, het Oude verbond had een tabernakel en

een priesterschap en offers, maar er is iets beters:

een betere tabernakel, een betere priesterschap en

een betere offerande voorzien door Christus in het

Nieuwe verbond. We hebben niets verloren of we

zijn niet beroofd, maar we zijn beter af, we zijn

rijker gemaakt.

Maar dat betekend niet dat het Oude verbond niet

veel dingen leerde, dat deed ze. Het Oude verbond

was ontworpen om een schoolmeester te zijn om

Israël te instrueren en te leren van haar nood voor

een Redder, Hebr.9:1 Het leerde Israël over

redding, het had waarde.

Hebr.9:2-5 “Want de tabernakel was toebereid,

namelijk de eerste, in welken was de kandelaar,

en de tafel, en de toonbroden, welke genaamd

wordt het heilige; “Maar achter het tweede

voorhangsel was de tabernakel, genaamd het

heilige der heiligen;” “Hebbende een gouden

wierookvat, en de ark des verbonds, alom met

goud overdekt, in welke was de gouden kruik,

daar het Manna in was, en de staf van Aaron,

die gebloeid had, en de tafelen des verbonds.”

“En boven over deze ark waren de cherubijnen

der heerlijkheid, die het verzoendeksel

beschaduwden; van welke dingen wij nu van

stuk tot stuk niet zullen zeggen.”

De tabernakel, Hebr.9: 6,7 het priesterschap, vers

8-10 de diensten. Ze hadden allemaal een speciale

betekenis. In vers 8 staat dat de weg nog niet open

was van het heiligdom, het moest hen leren dat de

dingen nog niet af waren. De priester was nooit

klaar , er was geen stoel of iets dergelijks om te

gaan zitten. De man had geen plaats om te rusten.

Hij liep rond op sandalen op een vuile grond en

werkte de hele dag en er was geen stoel om op te

gaan zitten. Geen rust. Als hij klaar was voor die

dag kwam hij de volgende dag terug en moest

steeds weer het zelfde doen, het was nooit klaar.

God was in het heilige der heilige, daar kon je niet

komen, alleen éénmaal per jaar de hogepriester met

het bloed en dat was alles. Beperking, geen vrije

toegang. Alles was beperkt een tekortkomend

systeem. Dat werd geleerd en alles wat geleerd

werd onder het Oude verbond is dat er grenzen

waren, de weg was nog niet open, geen duidelijke

weg.

Hij begint met de tabernakel. Ik zeg u nogmaals:

Hebreeën behandelt niet de tempel, maar de

tabernakel en de reden daarvoor is: de tempel

gebouwd door Salomo is een beeld van het

1000jarig rijk. De tabernakel is een beeld van de

(gods)dienst van Israël in de woestijn. Hebreeën

kijkt naar Israël in de woestijn. Als God hen trekt

naar de woestijn Hosea 2. En Hij pleit met hen in

de grote verdrukkingsperiode, dat is de woestijn

periode voor Israël.

Wat hij weglaat is het voorhof. De tabernakel was

een kleine tent en het had een voorhof een soort

omheining eromheen. De tent was verdeelt in twee

afdelingen. Als je van buiten kwam door de deur,

door de omheining zag je eerst een altaar waar de

offers werden gebracht. En tussen het altaar en het

huis was een wasvat, dan kom je in het heilige in

het heiligdom. Daar was de kandelaar, het licht en

het gaf warmte. Er was de tafel met de toonbroden,

2x6 broden. Dan het reukofferaltaar aan het eind.

Dus aan één kant is de kandelaar en aan de andere

kant de toonbroden en dan het reukofferaltaar aan

het verste eind. Dan is er nog een groot gordijn.

Daarachter gaat niemand, daar was het heilige der

heilige.

In vers 4,5 lezen wat daar is. De kandelaar: licht.

De olie: de Heilige Geest. Brood: het brood des

Levens, het is fascinerend dat er 2x6 broden liggen:

dat Jezus Christus zegt: ik ben het Brood des

Levens en dat het getal waarin de canon van de

Schrift is gelegd Hoeveel boeken heeft u in uw

Bijbel? 66!! De toonbroden zijn 2x6! Het licht van

de Heilige Geest schijnt op het brood.

En ik lees dat en zeg: dat is fascinerend. Al zou u

niets weet van hoeveel Bijbelboeken er zijn kunt u

met deze typologie bestuderen en er achterkomen.

Wel, het is misschien moeilijk. Al deze dingen zijn

leer voor Israël.

Nu, het voorhof wordt hier niet genoemd (en wordt

helemaal niet genoemd in Hebreeën) omdat het

voorhof al was vervuld in Mat.-Joh. in de aardse

bediening van de Heere Jezus Christus hier op

aarde. In het voorhof werd publiekelijk gehandeld

mbt. de zonde, iedereen kon dat bronzen altaar

zien, iedereen zag de arbeid en de offers die

gebracht werden, de man bracht een offer, de

priester slachtte het dier nam het bloed en

sprenkelde het op het altaar. Iedereen zag het

Page 115: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 115

slachten en de bloedstorting. Niemand kon in het

heilige kijken, dat was afgesloten, je moest een

priester zijn om daar te komen. Hebreeën spreekt

over die bevoorrechte positie. De publieke

afhandeling met de zonde is al over, voorbij.

Nu behandelen we de dingen die verkregen zijn, de

toegang die verkregen is voor Israël dóór de

offerande die gedaan is. Dus Hebreeën gaat verder

dan dat offer, gaat over wat is verkregen door de

betere offerande van Christus. Dus het focused op

de punten die daar over gaan, in, binnen het heilige

en het heilige der heilige.

Let op dat hij niet zoveel uitleg geeft, als u

commentaren over Hebreeën leest, worden er

bladzijden na bladzijden en uur na uur besteed aan

de eerste 5 verzen hier. Er is veel fascinerende

informatie. Er wordt u vaak verteld dat het boek

Hebreeën de typologie van het Oude Testament

opent en ik begrijp wat ze bedoelen als ze dat

zeggen, maar het is fascinerend dat Hebreeën geen

grote verklaring, uiteenzetting geeft van de

typologie van het Oude Testament. En nadat hij

alles heeft opgenoemd wat er in de tabernakel is

eindigt hij in vers 5 dat hij: …van welke dingen wij

nu van stuk tot stuk niet zullen zeggen…

Dat is: mijn bedoeling van het schrijven van

Hebreeën is niet het verklaren van de typologie die

we in het Oude verbond vinden! Zijn bedoeling van

het schrijven van Hebreeën is het verklaren van de

leer die geopenbaard is in het Nieuwe verbond. En

dat moet u in uw achterhoofd houden als u al die

dingen gaat bestuderen, bedenk dat het begrijpen

van alles wat Israël onder de wet is geleerd lang

niet zo belangrijk is als het begrijpen van de

openbaring van wat God heeft volbracht door het

kruiswerk van Christus.

Let op de dingen die hij in Hebr.9:4 noemt in het

heilige der heilige waar God woont: -het gouden

wierookvat, soms is er verwarring over wat dat is, u

ziet het in Lev.16:12. -de ark des verbonds,

herinnert u zich dat God tegen Mozes zei om een

de ark te maken en te overtrekken met goud en

twee cherubiem rusten erop. Dat was het

verzoendeksel, Gods aanwezigheid(shekinah)

erboven en daar komt God.

In de ark waren 3 dingen: de kruik met manna: God

zei tegen Mozes om wat manna te bewaren in een

gouden kruik als een herinnering van Gods zorg en

Zijn voorziening en Zijn liefde voor het volk in het

geven en voorzien van hen. Dan de staf van Aaron:

Num.17 daar ziet u dat de mensen twijfelden aan

Aaron en zijn priesterschap en God zegt: degene

die zal bloeien is Mijn priester, en Aarons staf is

een symbool van de opstandingskracht van het

priesterschap, dat hebben wij ook bestudeert in het

priesterschap van Melchizedek. Dan is er de wet al

deze dingen typeren wat Israël zal krijgen. In de

grote verdrukkingstijd zend God hen uit in de

woestijn en Hij zal hen voeden en hen voorzien

(Openb.12) zoals Hij deed in het verleden in de

woestijn toen zij uit Egypte vluchtten, Hij zal ze

letterlijk voeden met manna in de toekomende tijd,

in de verdrukking, als zij vluchten voor de

antichrist. En dit is een herinnering, een voorsmaak

daarvan, Hij zal letterlijk hen opgestane Priester

zijn, dát bestuderen we in Hebreeën.

We bestudeerden pas hoe Hij de wet in hun harten

schrijft. Alle dingen die in de ark zijn zijn wat God

voor hen zal voorzien en over de ark ligt het

verzoendeksel. Weet u wat daarop gebeurde? In die

ark is het manna, de staf en de wet, maar de wet is

gebroken en geschonden en het brengt dood geen

leven, het brengt vloek en geen zegen, dus God

brengt het verzoenende bloed op het verzoendeksel

en dat verzoenende bloed bedekt. En als wij

spreken over bedekking in de verzoening, over de

bedekking van hun zonden betekent dat niet dat

zoals ik dit blaadje papier over een ander blaadje

papier leg en ik haal het weg dat ik het weer kan

zien. Het is meer zoals het overschilderen van b.v.

de volière, je schildert over de oude verf heen met

een mooie groene verf. En de andere kleur, wat

voor kleur het ook was is bedekt met groen. Het

kost moeite om de oude kleur weer tevoorschijn te

halen, het is bedekt.

Hun zonden waren weg omdat het bloed over de

wet heen was, en als God naar beneden keek zag

Hij het bloed en in het paasfeest zei Hij: Als Ik het

bloed zie ga Ik voorbij. Maar dat bloed maakt die

wet, staf en manna ook voorzieningen voor Israël in

plaats van vloeken.

Hebr.9:6 “Deze dingen nu, aldus toebereid

zijnde, zo gingen wel de priesters in den eersten

tabernakel, te allen tijde, om de gods diensten te

volbrengen;”

De priester was nooit klaar, het was een continue,

dagelijkse bediening. Hij diende in het heilige.

Hebr.9:7 “Maar in den tweeden tabernakel ging

alleen de hogepriester, eenmaal des jaars, niet

zonder bloed, hetwelk hij offerde voor

zichzelven en voor des volks misdaden.

Page 116: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 116

U weet dat is de grote verzoendag, 1x per jaar. Hier

zien we wat de Heilige Geest Israël wilde leren met

al deze dingen, met al dat meubilair, met de

dagelijkse dienst van de priester en met de

éénjaarlijkse grote verzoendag.

Hebr.9:8-10 “Waarmede de Heilige Geest dit

beduidde, dat de weg des heiligdoms nog niet

openbaar gemaakt was, zolang de eerste

tabernakel nog stand had;” “Welke was een

afbeelding voor dien tegenwoordigen tijd, in

welken gaven en slachtofferen geofferd werden,

die dengene, die den dienst pleegde, niet konden

heiligen naar het geweten;”“Bestaande alleen in

spijzen, en dranken, en verscheidene wassingen

en rechtvaardigmakingen des vleses, tot op den

tijd der verbetering opgelegd.”

De Heilige Geest beduidt dat de weg des

heiligdoms nog niet openbaar gemaakt was… U

merkt hier duidelijk op dat het hier gaat om

tijdelijke dingen. En ziet u het belang van het Oude

verbond? Het geweten was nooit volmaakt. Het

was een onvolmaakte reiniging, een constant

tekortkomend systeem, we zien dat in hfdst.10 als

hij in vers 1 zegt…nooit volmaakt.

Dus in het Oude verbond was het werk nooit klaar,

en er waren veel ordeningen Hebr.9:10. Allerlei

fysieke dingen om te doen allemaal tot de tijd der

verbetering.

Hebr.9:11 “Maar Christus, de Hogepriester der

toekomende goederen, gekomen zijnde, is door

den meerderen en volmaakten tabernakel, niet

met handen gemaakt, dat is, niet van dit

maaksel,”

Maar Christus, hier is het contrast ….der

toekomende goederen. Dus Christus brengt hen een

betere tabernakel, dus ze raken de oude kwijt want

die van Christus is een betere.

Hebr.9:12 “Noch door het bloed der bokken en

kalveren, maar door Zijn eigen bloed, eenmaal

ingegaan in het heiligdom, een eeuwige

verlossing teweeggebracht hebbende.”

Hij heeft niet alleen en betere, een echte tabernakel,

maar Hij gaat daar binnen met Zijn eigen bloed.

Niet het bloed van bokken en kalveren, maar het

bloed dat door Zijn aderen gaat. Gods bloed. Het

bloed van bokken en kalveren kan de zonden niet

voor eeuwig wegnemen, maar Christus, door het

geven van Zijn eeuwige bloed, Gods bloed voorziet

in eeuwige redding.

Hebr.9:13-15 “Want indien het bloed der

stieren en bokken, en de as der jonge koe,

besprengende de onreinen, hen heiligt tot de

reinigheid des vleses;”“Hoeveel te meer zal het

bloed van Christus, Die door den eeuwigen

Geest Zichzelven Gode onstraffelijk opgeofferd

heeft, uw geweten reinigen van dode werken,

om den levenden God te dienen?” “En daarom

is Hij de Middelaar des nieuwen testaments,

opdat, de dood daartussen gekomen zijnde, tot

verzoening der overtredingen, die onder het

eerste testament waren, degenen, die geroepen

zijn, de beloftenis der eeuwige erve ontvangen

zouden.”

Als u eeuwige redding wilt hebben dan heeft u de

eeuwige erve en wat moet u hebben om de eeuwig

erve te bezitten? Leven dat is….eeuwig! Dat komt

u hier steeds tegen: eeuwig durend

opstandingsleven dat Christus als priester naar de

orde van Melchizedek heeft volbracht. Ziet u het

contrast hier in dit gedeelte?

De Hogepriester gaat in het heilige der heilige,

Christus gaat de hemel zelf binnen. De priester gaat

binnen maar hij is een zondaar. Christus is zonder

blaam enz. De priester offert het bloed van dieren,

Christus offert Zijn eigen bloed. De priester moet

steeds naar binnen, en 1x per jaar, Christus gaat 1x

binnen voor eeuwige redding. Het contrast tussen

het Oude en het Nieuwe.

Hij begint hier in deze gedeelten om u te doen

begrijpen wat het bloed van Christus doet en het

werk en de tabernakel en de offers en de voordelen

daarvan. Dus waarom terug naar het Oude is zijn

vraag aan hen.

Willen ze de tabernakel en het oude systeem

weeropzetten? Er is iets beters. En wat is er beter

wat ze in Christus hebben? Er is veel in vers 9, 10

enz. die ik niet in detail doorga, maar in vers 10:

Hebr.9:10 “Bestaande alleen in spijzen, en

dranken, en verscheidene wassingen en

rechtvaardigmakingen des vleses, tot op den tijd

der verbetering opgelegd.”

Dit vers gebruiken we vaak als we het hebben over

de verscheiden wassingen, de reinigingsceremonies

van het vlees, dat zijn dopen, Israël had

verschillende dopen en allemaal demonstreren ze

hoe onreinheid weggedaan kan worden van de

Page 117: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 117

mensen. …tot de tijd der verbetering opgelegd. Ga

mee naar:

Hand.3:18-21 “Maar God heeft alzo vervuld,

hetgeen Hij door den mond van al Zijn profeten

te voren verkondigd had, dat de Christus lijden

zou. “Betert u dan, en bekeert u, opdat uw

zonden mogen uitgewist worden; wanneer de

tijden der verkoeling zullen gekomen zijn van

het aangezicht des Heeren, “En Hij gezonden

zal hebben Jezus Christus, Die u tevoren

gepredikt is;” “Welken de hemel moet

ontvangen tot de tijden der wederoprichting

aller dingen, die God gesproken heeft door den

mond van al Zijn heilige profeten van alle

eeuw.”

De tijd der verbetering is de tijd van de

ingebruikname van het Nieuwe verbond, en er is

geen twijfel over wanneer dat is, Hand.3 met de

wederkomst van Christus. Er komt een tijd van

verkoeling en wederoprichting en reformatie, als

het Oude is weggedaan en als het Nieuwe in

gebruik is genomen. Reformatie betekent: dingen

rechtzetten, en het enige om dingen recht te zetten

is door het Nieuwe verbond, de wederkomst van

Christus en Zijn orde die opgezet wordt en in

werking wordt gesteld voor Israël, met de wetten in

hun hart en hun zonden zijn weggedaan, zij zijn

allen bekeert en gaan de volken bereiken. En als dit

allemaal functioneert is alles anders voor Israël,

alles is rechtgezet. Dat Oude verbond was tijdelijk,

totdat het Zaad zou komen. En het Zaad is Christus

en als Hij wederkomt voorziet dit. Als u in

Hebr.9:26-28 kijkt, dan brengt Hij die verkoeling

en wederoprichting mee. En dat alles is niet

verkrijgbaar in het Oude maar in het Nieuwe.

In het Oude verbond, ga met mij mee naar Luk.16,

als hij zegt dat de weg naar het heilige der heilige

nog niet openbaar was, nog niet open dat betekent

meer dan dat ze niet fysiek in de tegenwoordigheid

van God konden komen, het feit dat ze er niet

konden komen demonstreert een geestelijke

realiteit voor hen.

In ‘eertijds’ onder het Oude verbond gingen de

heiligen niet dood en dan naar de hemel. Als een

heilige stierf in het Oude testament gingen ze niet

naar de derde hemel om met God te zijn, zoals ze

geen toegang hadden in het heilige der heilige

achter het voorhangsel in de tabernakel, als mensen

stierven in ‘eertijds’, als een gelovige of een

ongelovige stierf ze gingen beiden naar het hart van

de aarde, in Psalm 16 spreekt koning David dat

God zijn ziel niet zal verlaten in de hel. Het is

schriftuurlijk om te weten waar David heenging

toen hij stierf in Ps.16, naar de hel.

Als ik nu tegen u zeg dat David naar de hel ging

toen hij stierf wat denkt u dan? Dat hij verloren

was? Want wie gaat er vandaag naar de hel?

Verloren mensen. Maar zo was het toen niet, onder

het Oude verbond, waarom? Omdat de weg naar de

tegenwoordigheid met God nog niet open was. Het

was niet duidelijk, je kon er niet heen. Je kon niet

in het heilige der heilige, dat is een type en een

beeld van de hemel, waar God woont.

Luk.16:19-31 Dit weet ik, ze konden elkaar zien, de

rijke man was in de pijn in de hel. Sommige

mensen zeggen dat dit een gelijkenis is. Een

gelijkenis is om te illustreren, een illustratie kan

nooit zo reëel zijn als de realiteit die geïllustreerd

wordt , mensen zeggen dat om te ontvluchten aan

de vlammen.

Mat.13, de Heere Jezus interpreteert de gelijkenis,

en het enige dat Hij niet interpreteert is het vuur.

Het moet echt zijn. En ik neem het ook voor echt

hier. Als u er een gelijkenis van maakt moet het

erger zijn dan de gelijkenis. Sommigen zeggen: het

is een figuurlijke toespraak.

Mark.9:43 “En indien uw hand u ergert, houwt

ze af; het is u beter verminkt tot het leven in te

gaan, dan de twee handen hebbende, heen te

gaan in de hel, in het onuitblusselijk vuur.

Het is beter …heen te gaan in de …figuurlijk…u

weet beter dan dat. Die man is in de pijn daar, maar

er is een andere afdeling daar genoemd: Abraham’s

schoot, boezem.

Mat.12:40 “Want gelijk Jonas drie dagen en

drie nachten was in den buik van den walvis,

alzo zal de Zoon des mensen drie dagen en drie

nachten wezen in het hart der aarde.”

Luk.23:42,43 “En hij zeide tot Jezus: Heere,

gedenk mijner, als Gij in Uw Koninkrijk zult

gekomen zijn.” “En Jezus zeide tot hem:

Voorwaar, zeg Ik u: Heden zult gij met Mij in

het Paradijs zijn.”

Jona was 3 dagen en drie nachten in het hart der

aarde! Toen Jezus stierf ging hij in plaats van naar

de hemel, naar het hart der aarde. De moordenaar

naast Jezus aan het kruis: een goede

Koninkrijksgelovige, hij erkent de Godheid van

Page 118: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 118

Christus en dat Hij de Redder is Hij weet dat Hij

terugkomt en dat Hij een Koninkrijk gaat opzetten.

Jezus zegt tegen Hem: Heden zult gij met Mij .. in

het hart der aarde zijn. Daar ging Christus heen,

niet? Waar zegt Hij dat ze heengaan? Naar het

paradijs. Waar is dan het paradijs? Het is in het hart

der aarde. En weet u waar de hel is, ook in het hart

der aarde.

Eertijds had het hart der aarde twee afdelingen: één

kant de pijn en de andere kant het paradijs. Als

David het heeft over sterven en naar de hel gaan,

heeft hij het niet over naar de kant van de pijn,

maar over de paradijskant. Er zit een grote kloof

tussen die twee. Nu, dat is allemaal omdat in dat

Oude verbond de weg naar het heilige der heilige,

in de tegenwoordigheid met God nog niet

geopenbaard was.

Hebr.12: 22-24 “Maar gij zijt gekomen tot den

berg Sion, en de stad des levenden Gods, tot het

hemelse Jeruzalem, en de vele duizenden der

engelen;” “Tot de algemene vergadering en de

Gemeente der eerstgeborenen, die in de

hemelen opgeschreven zijn, en tot God, den

Rechter over allen, en de geesten der volmaakte

rechtvaardigen, “En tot den Middelaar des

nieuwen testaments, Jezus, en het bloed der

besprenging, dat betere dingen spreekt dan

Abel.”

Met het Nieuwe verbond en het nieuwe programma

voor Israël en hun nieuwe zegeningen is die weg nu

open. En die mensen in het hart der aarde zijn

verplaatst naar de derde hemel, in het nieuwe

Jeruzalem. Waar zijn de geesten der volmaakte

rechtvaardigen volmaakt gemaakt? (vers 23) Zij

zijn niet langer in het hart der aarde, waar zijn zij?

In het Nieuwe Jeruzalem, met de Heere Jezus

Christus. Hoe kunnen zij daar komen? Omdat nu,

door het bloed van Christus, een nieuwe levende

weg geopend is en de toegang is open. En toen God

het voorhangsel scheurde van boven naar beneden

demonstreerde Hij dat Hij niet meer in dat heilige

der heilige was. Dat Hij die aardse tabernakel

verlaten had, dat het afgedaan had, Hij was er niet

meer. Hij richtte een nieuwe op.

Hebreeën 9:11-14

Het gaat in dit gedeelte om: het beschrijven van de

betere weg die Christus heeft volbracht. De betere

tabernakel, offer, heiligdom, verlossing, Geest,

reiniging, dienst die beschikbaar zijn door Jezus

Christus. En dat vergeleken met het wetssysteem

onder het principe van Mozes, het verbond met

Mozes. Het Nieuwe en het Oude verbond zijn

beiden wetsprincipeverbonden, maar het éne

voorziet en het andere niet, het éne vertelt u wat te

doen(het verbond met Mozes)maar geeft de

bekwaamheid niet en gaf geen reiniging. Maar het

Nieuwe verbond dat Christus volbracht vraagt niet

maar het voorziet en het doet voor u wat u zelf niet

kunt. Wat hij hier doet is de voortreffelijkheid

demonstreren van wat Christus heeft gedaan. Daar

ging het over in de eerste 10 verzen. Nu zien we het

contrast in vers 11.

Hebr.9:11 “Maar Christus, de Hogepriester der

toekomende goederen, gekomen zijnde, is door

den meerderen en volmaakten tabernakel, niet

met handen gemaakt, dat is, niet van dit

maaksel,”

In het boek Hebreeën kijkt u steeds naar …de

toekomende dingen, herinner u het schema (schema

bedelingen) als hij spreekt over de toekomende

goederen het wetsverbond met Mozes wijzen naar

de dingen die komen in de Koninkrijkseeuw, het

Nieuwe verbond voorziet in deze dingen, ze zijn

nog niet gerealiseerd voor de Hebreeuwse

gelovigen in die tijd, maar ze komen.

In de eerste 10 verzen spreekt hij over de

tabernakel van Mozes, de tabernakel die Mozes

bouwde die gemaakt was naar het voorbeeld dat

God hem gaf, het was een voorbeeld en model van

de ware tabernakel in de hemel. Hij zegt dat

Christus de Hogepriester is niet van het model, de

kleine tabernakel, maar van de volmaaktere

tabernakel, de ware. U zult dat zien als we verder

gaan.

Hebr.9:12 “Noch door het bloed der bokken en

kalveren, maar door Zijn eigen bloed, eenmaal

ingegaan in het heiligdom, een eeuwige

verlossing teweeggebracht hebbende.”

Het punt is niet de dierenoffers onder de wet van

Mozes, maar door Zijn eigen bloed is Hij

binnengegaan… daar is het contrast daar is de

‘ondergeschikte’ mindere tabernakel met de

mindere offers, maar met het offer van Christus is

het werk gedaan.

Hebr.9:13 “Want indien het bloed der stieren

en bokken, en de as der jonge koe,

besprengende de onreinen, hen heiligt tot de

reinigheid des vleses;”

Page 119: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 119

Dat is wat de ordeningen en de dingen onder de wet

van Mozes deden, zij reinigden de uitwendige

mens, zij heiligden voor het doel waarvoor het was

gemaakt. God schiep het volk Israël, en zij zou

zouden een heilig volk zijn, Hij zette ze apart voor

Zichzelf. En Hij gaf ze ordeningen en dingen om te

doen. Dat was om hun apartgezette positie te laten

zien en hun gereinigde conditie, heilig voor de

Heere. En als ze deze dingen deden heiligde en

reinigde dat hun vlees, het nam hun zonden niet

weg, maar ze waren anders, heilig, apartgezet voor

het doel waarvoor God hen schiep.Als het bloed

van bokken en kalveren dat kon doen…:

Hebr.9:14 “Hoeveel te meer zal het bloed van

Christus, Die door den eeuwigen Geest

Zichzelven Gode onstraffelijk opgeofferd heeft,

uw geweten reinigen van dode werken, om den

levenden God te dienen?”

Hoeveel meer het bloed van Christus… Alles wat

je kan doen is dat vers lezen, het heeft geen uitleg

nodig als je het leest. Hoe kun je het beter zeggen

dan dat het daar staat! Waar kun je een beter offer

vinden? Dat beter uitwerkt dan Jezus Christus’

bloed en wat Hij deed. Nergens. Het bloed dat

Jezus Christus vergoot op Golgotha is het bloed dat

het werk heeft gedaan. Let op:…onbestraffelijk

opgeofferd heeft, terug naar vers 12 staat: door Zijn

eigen bloed.

Het bloed van de Heere Jezus Christus is een heel

belangrijk iets in uw Bijbel, het is interessant maar

er is een groot geschil gaande de laatste jaren over

het bloed van Christus. Ongeveer 20 jaar

geleden(het was daar toen 1993) was er een man in

Texas met een grote kerk, hij had een grote

bediening en het groeide, tapes gingen over de hele

wereld. Hij is een interessante man, hij schreef een

boek genoemd: het bloed van Christus. Hij zegt dat

het bloed dat Jezus Christus op Golgotha vergoot

het punt niet was, en dat het bloed dat door de

aderen van Christus stroomde gewoon bloed was,

het kwam op het kruis en aan de voet van het kruis

en verdween in het zand en Zijn bloed was niet het

belangrijkste, het was een geestelijke dood die Hij

stierf, niet de fysieke dood en Hij had alles kunnen

doen en het was OK. Al zou Hij geen bloed

vergoten hebben zou het ook goed geweest zijn en

zo ging het verder, het punt was de dood die Hij

stierf, de geestelijke dood, Jezus Christus stierf een

geestelijke dood toen Hij aan het kruis van

Golgotha hing en toen het donker werd en in het

midden van die duisternis riep Hij uit: Mijn God,

Mijn God waarom hebt Gij Mij verlaten? Hij riep

hard zodat u en ik het zouden weten wat er

gebeurde in die duisternis, en gebeurde iets in de

ziel van de Heere Jezus Christus, een verandering,

de tweede dood, als u kunt identificeren(en dat kunt

u) uit de Bijbel wat de tweede dood is, dan kunt u

begrijpen wat Jezus Christus leed aan het kruis

want dat was die tweede dood.

Hij stierf uw geestelijke dood terwijl Hij aan dat

kruis hing en aan het eind zei Hij: Vader in Uw

handen beveel Ik Mijn geest, en Hij boog Zijn

hoofd en stierf lichamelijk. En in dat alles vergoot

Hij Zijn bloed en Zijn bloed was vergoten vanaf

Gethsemané en aan het kruis zodat het offer was

gebracht en het leven van het vlees is in het bloed.

En zonder bloedstorting is er geen vergeving zoals

we straks zullen lezen in vers 22.

En het leven dat Jezus Christus gaf, Zijn

bloedvergieten vertelt u over de soort dood die Hij

stierf, een offer, het enige antwoord op het loon van

de zonde is de dood en het enige antwoord voor

dood is leven, zodat Jezus Christus Zijn bloed gaf,

Hij gaf Zijn leven in Zijn bloedvergieten. Het leven

van het vlees is in het bloed. En als dan iemand

zegt dat het bloed niet echt het belangrijkste is

wordt hij een echte persona non grata. Er is nog een

populaire man op de radio, John Macarthur uit

California, 3 jaar geleden begon hij ook deze

dingen te leren, dat het bloed van Christus geen

verschil uit maakt, dat het fysieke bloed het punt

niet is enz. Dat Hij een geestelijke dood stierf.

Maar ik wil dat u begrijpt dat Hij een geestelijke

dood stierf én een fysieke dood , zoals ook u en ik

als U Christus niet gelooft komt u in de tweede

dood, de poel des vuurs.

Hij leed de eeuwige toorn van God, de poel des

vuurs voor uw zonden, en deed het voor u, maar

Hij stierf ook een fysieke dood, het bloed van Jezus

Christus is erg belangrijk, omdat Hij door Zijn

eigen bloed het heilige der heilige inging. Hij gaf

Zijn eigen leven. Maar ik wil dat u weet wat voor

soort bloed door Zijn aderen stroomde.

Hand.20:28 “Zo hebt dan acht op uzelven, en op

de gehele kudde, over dewelke u de Heilige

Geest tot opzieners gesteld heeft, om de

Gemeente Gods te weiden, welke Hij verkregen

heeft door Zijn eigen bloed.”

Paulus spreekt tot de oudsten van Efeze….welke

Hij verkregen heeft door Zijn eigen bloed! Ziet u

dat het bloed in de aderen van de Heere Jezus

Christus was niet zoals van ieder andere persoon.

Hij was de Mens Jezus Christus en Hij had

Page 120: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 120

menselijke bloed in de zin dat Hij een mens was,

Hij was gemaakt in de gelijkenis van het zondige

vlees. Het verschil tussen Hem en ons is dat Hij

geen zonde had. Geen zondige natuur, geen

bezoedeling in Zijn geest, ziel en vlees. En het

bloed dat door Zijn aderen stroomde was het bloed

van God Zelf. Immanuëls, Gods bloed.

Als het leven van vlees in het bloed is, en Jezus

Christus had Gods bloed, wat voor soort leven heeft

God? Eeuwig leven! Precies! Dan is het leven dat

het bloed in Christus aderen produceert eeuwig

leven, daarom en ik geef niets om John Macarthur,

want als u gaat rommelen met de Bijbel wordt ik

boos, als u goed nieuws voor de moderne mens

wilt, zoals ook die Bijbel heet iedere keer als het

woord bloed verschijnt in Paulus brieven halen ze

het eruit. En ze weigeren het woord bloed te

vertalen in bloed maar ze vertalen het met dood,

Zijn dood. Je kunt sterven zonder bloed te

vergieten, maar als u geen bloed vergiet, als het

karakter van de dood die u sterft geen offer is en

het geven van leven voor de ander is, kan dat geen

vergeving van zonden produceren, omdat het het

vergieten van bloed is dat leven geeft, omdat het

leven van het vlees in het bloed is.

Toen de Heere Jezus Christus opstond uit de dood

zei Hij in Luk 24 tot Zijn discipelen: Kom en zie,

ze dachten dat Hij een spook, een geest was, en

raak Mij aan dat een geest geen vlees en benen

heeft, als u ziet dat Ik heb… Toen Hij opgewekt

was, was Zijn bloed vergoten en het was er niet

meer, Zijn opstandingslichaam had geen bloed dat

het had voor het kruis, waarom? Omdat het bloed

vergoten was. Ik kan u vertellen wat er gebeurde,

de verzen lezen en u vertellen dat toen Jezus

Christus daar op Golgotha stierf, maar de Bijbel

meent wat er staat en er staat wat het meent en ik

heb daar geen vragen over. Dus als toen Jezus

Christus Zijn bloed vergoot was dat een geestelijke

en een fysieke transactie, in het vergieten van Zijn

bloed was dat niet zomaar dat Zijn bloed in het

zand kwam enz. dat bloed ging letterlijk door het

universum naar de derde hemel.

En de reikwijdte van dat bloed, en daar heeft

Hebreeën het over, doordringt/trekt het hele

universum, zoals de as van de rode koe, Num.19.

Voor iemand die door contact met een dode

verontreinigd was. Ze mengden de as met het water

en dan is het ontzondigingswater, dat water

reinigde hen, en zie dan in Hebr.9:13, …tot

reinheid des vleses… het bloed van Jezus Christus

heeft het reinigende en heiligende effect voor het

gehele universum. Hoe kan dat? Omdat het Gods

bloed is!

Door geloof, het is een geestelijke transactie, hoe

kan bloed dat doen? Omdat het Gods bloed is.

Geen bloed zoals ik heb, maar het bloed van de

eeuwige God.

Kol.1:20,21,22 “En dat Hij, door Hem vrede

gemaakt hebbende door het bloed Zijns kruises,

door Hem, zeg ik, alle dingen verzoenen zou tot

Zichzelven, hetzij de dingen, die op de aarde,

hetzij de dingen die in de hemelen zijn. “En Hij

heeft u, die eertijds vervreemd waart, en

vijanden door het verstand in de boze werken,

nu ook verzoend,” “In het lichaam Zijns vleses,

door den dood, opdat Hij u zou heilig en

onberispelijk en onbeschuldiglijk voor Zich

stellen;”

Kol.1:20 gaat niet over u, maar over dingen in de

hemel en op de aarde. Dit spreekt over de

verzoening van het systeem van de regering van het

universum. Kijk even terug naar vers 16 tronen,

heerschappijen, overheden… sommige kan ik zien,

anderen niet, maar Jezus Christus heeft ze

geschapen. Ze verwijzen naar regerende

autoriteiten. Toen Jezus Christus het heelal schiep,

in den beginne schiep God de hemel en de aarde,

schiep Hij een regering in de hemelen (tronen,

heerschappijen, overheden) en tronen, machten,

heerschappijen overheden op de aarde, ze waren

geschapen door Hem en voor Hem, de regering van

dit universum is geschapen voor Jezus Christus met

de bedoeling om Zijn heerschappij uit te breiden

over het universum.

Er was een rebellie in die regering, daar zat satan

achter, Jes.14, het doel van satan was gelijk God te

zijn, de Allerhoogste God is een titel voor de

Almachtige God die Hem beschrijft als de Bezitter

van hemel en aarde. Satan zei: ik wil de regering in

de hemel bezitten en de regering van de aarde, ik

wil degene zijn die het universum aanbidt en

gehoorzaamt.

Job 15:15 “Zie, op Zijn heiligen zou Hij niet

vertrouwen, en de hemelen zijn niet zuiver in

Zijn ogen.”

De hemelen zijn niet zuiver in Zijn ogen…

Waarom? Omdat er rebellie, zonde is daar boven.

De aarde is ook niet rein in Zijn ogen, er is hier

zonde. Ziet u het probleem is niet de grond en de

planten, het probleem is de mensen, zo ook met de

Page 121: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 121

hemelen, er zijn daar gevallen schepselen. Jezus

Christus kwam en voorzag een middel waarbij God

kon herstellen en terug verzoenen, niet alleen de

aarde maar de hemelen. Niet alleen u en ik of

heiligen, maar ook het systeem dat Hij had

geschapen voor ons om in te functioneren.

Kol. 1:20 Vrede voor wat? Vrede voor het systeem,

het is het bloed van Jezus Christus dat God de

Almachtige de mogelijkheid geeft om de aarde

terug te claimen en de aarde te reinigen, die bevlekt

en bezoedelt is door zonde. En om de hemelse

regering terug te claimen die bevlekt en bezoedelt

is door rebellie, het bloed van Jezus Christus

beslaat dat alles. En voorziet redding en verzoening

voor alles.

We gaan terug naar Hebr.9, als hij spreekt over de

tabernakel, dan spreekt hij daar over het universum.

Hebr.9:23,24 “Zo was het dan noodzaak, dat

wel de voorbeeldingen der dingen, die in de

hemelen zijn, door deze dingen gereinigd

werden, maar de hemelse dingen zelve door

betere offeranden dan deze. “Want Christus is

niet ingegaan in het heiligdom, dat met handen

gemaakt is, hetwelk is een tegenbeeld van het

ware, maar in den hemel zelven, om nu te

verschijnen voor het aangezicht van God voor

ons;”

Weet u wat Hij heeft gedaan? Hij is naar die

tabernakel in het universum gegaan die God heeft

gebouwd en Zijn verlossing heiligt en reinigt niet

alleen maar de geheiligde vaten en instrumenten die

in de tempel zijn. Wat Hij doet Hij heiligt het hele

universum. Hij zet het apart voor het goede doel

waarvoor God het had gemaakt, dat doet Hij! Dat is

de reikwijdte die Zijn bloed beslaat.

Daarom staat er in Hebr.9:12 eeuwige redding, en

wat voor soort leven moet je hebben om eeuwige

redding te hebben? Eeuwig leven. Eeuwigdurende

redding, niet één maal per jaar maar eens voor

altijd.

Hebr.9:13,14 “Want indien het bloed der

stieren en bokken, en de as der jonge koe,

besprengende de onreinen, hen heiligt tot de

reinigheid des vleses;”“Hoeveel te meer zal het

bloed van Christus, Die door den eeuwigen

Geest Zichzelven Gode onstraffelijk opgeofferd

heeft, uw geweten reinigen van dode werken,

om den levenden God te dienen?”

Als hij spreekt over het reinigen van uw geweten

van dode werken, dan zijn de dode werken de

werken van het oude systeem. Het oude dat geen

leven voortbracht. Hij reinigt uw geweten van dode

werken. Uw geweten is uw gedachtenleven. Uw

geweten is een systeem dat u gegeven is door God,

het zit in uw ziel. Een evaluerend mechanisme in

uw innerlijke mens. Dat neemt de normen en

standaarden, waarden op die u opgebouwd heeft in

uw geweten.

U heeft daar een systeem van normen en waarden,

en uw geweten is hetgeen dat uw normen en

waarden toepast op uw gedrag van dat moment of

uw gedrag uit het verleden, of uw toekomstige

gedrag. Weet u wat u met gisteren kunt doen?

Absoluut niets, u kunt gisteren niet veranderen. U

kunt uzelf geen zorgen maken of angstig zijn of

terugwensen naar een goed verleden. Het verleden

is gedaan, daar is het, kijk ernaar.

Zoals: ik heb een ei gelegd, nu, kijk ernaar, daar

ligt het... Vindt uit hoe u dat nog eens kunt doen. U

kunt het koken of bakken, u kunt er van leren. Dus

wij maken ons zorgen, maken ons angstig over het

verleden. Ons falen uit het verleden, of onze

successen. Of wij kijken naar de toekomst en wij

projecteren dat slechte verleden naar de toekomst.

En uw emoties (zij zijn dom?!), zij hebben geen

enkele mogelijkheid om onderscheid te maken

tussen iets dat echt is en wat niet echt is. Uw

emoties reageren op de manier waarop u denkt. De

manier waarop u zich de dingen voorstelt. En als u

al die dingen projecteert op het scherm van uw

voorstellingsvermogen, weet u wat uw emoties dan

doen? Oeh,oeh, oehhhhh….!Of ahahahah… Uw

emoties zijn dom ze reageren slechts op wat u ze

vertelt. Dus als u blijft bij het negatieve, wat er in

het verleden was of hte projecteert in de toekomst

weet u wat u doet? Whaw,brrr,oehh enz….

Waarom? Omdat u niet goed nadenkt, niet juist.

Als hij zegt dat het bloed van Jezus Christus uw

geweten reinigt van dode werken, geven dode

werken u leven? Nee! Zij produceren dood. Al die

dingen produceren dood. Dus als u het dode

verleden projecteert naar de toekomst: het is alleen

dood. En het enige om daar van af te komen is: het

bloed van Christus. En het bloed van Jezus Christus

reinigt, dat is: het komt daar en de zonden gaan

eruit, ruimt het compleet op in uw geweten, uw

gedachtenleven. Het veranderd de manier waarop u

denkt over dingen.

Page 122: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 122

Hebr.10:1,2 “Want de wet, hebbende een

schaduw der toekomende goederen, niet het

beeld zelf der zaken, kan met dezelfde

offeranden, die zij alle jaren geduriglijk

opofferen, nimmermeer heiligen degenen, die

daar toegaan. “Anderszins zouden zij

opgehouden hebben, geofferd te worden, omdat

degenen, die den dienst pleegden, geen geweten

meer zouden hebben der zonden, eenmaal

gereinigd geweest zijnde;”

Ziet u die dode werken geven u geen leven, geen

volmaaktheid, u doet ze en u doet ze en u doet ze

en u doet ze en u doet ze en u krijgt er nooit leven

uit, ze doden u. Als het werk gedaan was zou u het

niet weer hoeven doen. Vanavond zag ik een groot

billboard in de straat bij Franklinpark en het station

en er staat een grote verfkwast op die uit een pot

komt en er staat op geschreven: never paint again –

nooit meer verven – dat is leuk, maar niet voor

schilders. U hoeft nooit uw huis meer te verven,

waarom? Omdat het goede verf is.

Zo is het hier ook, als die dingen het werk hadden

gedaan had u het niet over hoeven doen.

Waar hij het over heeft is dat het zonde probleem

opgelost is, de schuld voor uw falen is weg.

Waarom? Christus nam het. Bent u daar nog?! De

herinnering en de vrees en de schuld is allemaal

voor gezorgd. Weet u wat het bloed van Christus

doet? – het brengt de hele zaak op orde. En zoals in

Hebr.10:2 staat: het maakt u volmaakt. Nu, de

werken van een mens kunnen dat niet doen.

Hebr.10:10 – eenmaal geschied. Hebr.10:14 in

eeuwigheid, in eeuwigheid volmaakt. Weet u wat

dat is? Hebr.10:18 geen offerande meer.

Hebr.10:17 zal Ik geenszins meer gedenken. Als

God ze niet meer herinnert, waarom herinnert u ze

dan? En als God er niet meer door geplaagd wordt,

waarom u dan wel?

Weet u wat het verschil daartussen is? Dat is Mozes

onder het Oude verbond en Christus onder het

Nieuwe verbond. Nu, u kunt teruggaan en onder dat

Oude verbond leven, maar hoe dwaas zult u zijn,

om daar te leven als u al deze dingen hebt om van

te genieten. Als u hier de straat uitgaat bij dat

restaurant bij Harlem dan ziet u daar een man die

uit de vuilnisbakken eet, hij heeft honger. En de

eigenaar van dat restaurant zegt tegen hem: Kom

op, ik wil niet dat je dat doet, kom ik geef je een

maaltijd. En hij geeft hem een goede maaltijd en

zegt: kom morgenochtend terug voor ontbijt en

tussen de middag en om 17 uur voor avondeten, en

elke dag krijg je 3 maaltijden in mijn restaurant.

Denk je dat die man daar moeite mee zal hebben?

Dat hij weer uit de vuilnisbak zal eten tussen de

middag? Nee, hij gaat naar dat restaurant om te

eten, goede dingen.

Zo is het ook met mensen als je hen vertelt over de

goede dingen die God u gegeven heeft, laat al die

andere dingen voor wat ze zijn. U moet de kok

vertrouwen dat hij u de goede maaltijd geeft, als u

dat niet doet gaan mensen weer uit de vuilnisbak

eten. Hier is goed eten, precies zoals je het lekker

vind en het is gratis.

We zijn volmaakt en daar gaat het hier om.

Hebr.9:14 Er is verder niets dat uw geweten kan

reinigen dan het bloed. Geen geweten meer van

zonde, de vrees en de schuld die u lastig valt en de

vervreemding en de barrières, en de schande en de

verwerping en al de rest. Schuilen onder het bloed

is het gene dat dit allemaal opzij zet. Dat is leven,

dat is in Christus. En in het Nieuwe verbond voor

Israël is de enige plaats voor de zegeningen die

God voor haar heeft. Wij zijn niet Israël, en wij zijn

niet in haar programma en wij krijgen het op de

zelfde plaats, omdat de enige manier hoe God alles

doet door het bloed van Christus is.

Weet u vers 14 zegt: Het is wonderlijk om te weten

dat toen Jezus Christus stierf op Golgotha Hij

Zichzelf gaf, Zijn eigen bloed. Het was ook God de

Vader Die zijn ziel gaf ten offer voor de zonde en

het was ook de eeuwige Geest, er is een complete,

totale eenheid over het doel en de gedachte in de

Godheid. En Jezus Christus ging naar Golgotha’s

kruis, legde Zijn leven neer, en leed de tweede

dood en riep: Mijn God, God de Vader, Mijn God,

God de Heilige Geest waarom hebt Gij Mij

verlaten? In het absolute, totale vertrouwen en

vertrouwen in de waarheid en het plan van God de

Vader, dat als Hij dat deed Hij Hem op zou wekken

uit de dood. En dat is geweldig, dat de Godheid in

éénheid samenwerkte voor ons.

En die voorziening neemt al het andere weg, al de

schaduwen en voorbeelden nu is de werkelijkheid

er. U en ik en de wereld waarin wij leven moeten

weten dat we een gereinigd geweten hebben van

dode werken. Ik sprak een man die zei dat hij maar

niet kon vergeten mbt eeuwige zekerheid. Z’n hele

leven was hem vertelt dat als hij dit deed dan

gebeurde er dat en als ik dat niet goed doet dan….

Dan zou God me wel krijgen….Hij zei: ik verheug

me in Christus en ik ben er blij mee. Maar dan

komen die oude gedachten weer en ik weet niet hoe

ik ze moet stoppen. Weet u hoe u ze moet stoppen?

Page 123: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 123

Hebr.9:14. Denken over en denken zoals God over

wat Christus deed op Golgotha . En sluit die

gedachten op in uw verstand en laat het bloed van

Christus, de Geest van God de waarde Die Hij ziet

in het bloed van Christus uw geweten reinigen, uw

gedachtenleven reinigen van deze dingen. Dan is er

overwinning over zonde. Weet u waar zonde begint

in uw leven? Het begint in uw gedachtenleven.

Zonde stopt niet als u stopt iets te doen, het is uw

gedachtenleven. Weet uw wanneer u stopt met

zorgen maken? Of angst of bitterheid, jaloersheid

en naijver en vrees? In uw gedachtenleven. Weet u

waar u dronkenschap, drugsverslaving, overspel en

moord en stelen stopt? U stopt het in uw

gedachtenleven. Daarom werken gevangenissen

niet, maar het bloed van Christus wel.

Hebreeën 9:13-28

We gaan nog even terug naar waar dit gedeelte

begint in vers 11-13 dat zijn al de ceremonieën die

reinigden en heiligden, we gaan even naar Ezechiël

36. U moet begrijpen dat waterdoop in uw Bijbel te

maken heeft met de heiliging en reiniging van het

vlees. Het is een antwoord van een goed geweten

tot God en het heeft in zich een ceremoniële

reiniging.

Ezechiel 36:25-28 “Dan zal Ik rein water op u

sprengen, en gij zult rein worden; van al uw

onreinigheden en van al uw drekgoden zal Ik u

reinigen.” “En Ik zal u een nieuw hart geven, en

zal een nieuwen geest geven in het binnenste

van u; en Ik zal het stenen hart uit uw vlees

wegnemen, en zal u een vlesen hart geven.” “En

Ik zal Mijn Geest geven in het binnenste van u;

en Ik zal maken, dat gij in Mijn inzettingen zult

wandelen, en Mijn rechten zult bewaren en

doen.” “En gij zult wonen in het land, dat Ik uw

vaderen gegeven heb, en gij zult Mij tot een

volk zijn, en Ik zal u tot een God zijn.”

Israël weer vergaderd in het Land(:24), het Nieuwe

verbond(25-28), de Geest in hen, (:33,34) de

regering van het 1000j rijk.

Ez.36:25…rein water op u sprengen, In uw Bijbel

is het gebruik van waterdoop hier geïdentificeerd:

Ik zal sprenkelen(!) rein water op u. Zo werden

mensen in water gedoopt in de Bijbel. Zo is het niet

in religie, er zijn denominaties die willen dat u

ondergedompeld wordt. En de reden is ze willen

alleen volwassenen dopen en je kunt niet een baby

onderdompelen. En ik begrijp de motivaties daar

achter maar het is geen Bijbelse reden. Er is geen

reden in uw Bijbel te geloven dat waterdoop op een

andere manier wordt toegepast dan door

besprenkelen, zoals de verzen zeggen. Vers 25: en

van uw drekgoden…, ziet u dat het gaat om een

ceremonie die reinigt van afgoderij, een apartzetten

van mensen van de verontreiniging die ontstaan

was door het dienen van andere goden en afgoden.

We gaan naar Hebr.9:13 de as van de jonge koe

(Num.19), het water der afzondering en

ontzondiging. Zo maak je “heilig water” religie

gebruikt dat ook. Ik sprak iemand over Vodo, en

hun ceremonies, als je hen wilt bezoeken voordat je

er komt moet je in een kuil springen, en ik vroeg

waarom? Maar weet u wat dat is? De verscheidene

wassingen, broeders. Toen God Judaisme en al die

dingen opzij zette zal het u niet verbazen dat de

duivel met zijn programma (ook Baal in het OT en

de antichrist) neemt wat God deed en maakt net

zoiets wat er op lijkt en hij maakt ceremonies en

priesters en tempels en offers en activiteiten die

lijken op wat God deed.

Als God die dingen opzijzet gaat satan gewoon

door en u ziet het in Hindoeïsme en Islam en het

heidendom van de vodo enz. van domme heidenen.

Allemaal ceremonies. Waar hij hier over spreekt

zijn de dingen die toen in werking waren en ter

zake deden. U hoeft zich geen zorgen te maken

over de valsheid van al die dingen, als u de

waarheid verstaat en de realiteit, werkelijkheid als

de fouten dan komen is het geen probleem, verdiep

je niet te veel in al die dingen over de new age, de

regenboog en al die dingen u kun er boeken over

lezen en ik las er wat in en ik gebruikte 2 trips in

een vliegtuig van kust tot kust om me er in te

verdiepen maar ik zei: het is verspilling van mijn

tijd. Als ik al die valse leer begrijp, maar ik wil

eenvoudig zijn in het kwaad en wijs in het goede.

Ik wil alles weten over de waarheid en de man die

die boeken schreef wist daar niet zo veel van. Maar

als u de waarheid leert zet die u vrij en beschermt

u. U kunt toch niet al die domme dingen leren die

mensen uitgedacht hebben, dus maak u er niet druk

om. Leer de waarheid en die zal u in staat stellen

om de juiste maatstaf te hebben om mee te

vergelijken. En in plaats van de leugen een sensatie

te maken, predik de waarheid. Dat is het verschil.

Hebr.9:13,14 “Want indien het bloed der

stieren en bokken, en de as der jonge koe,

besprengende de onreinen, hen heiligt tot de

reinigheid des vleses;” “Hoeveel te meer zal het

bloed van Christus, Die door den eeuwigen

Geest Zichzelven Gode onstraffelijk opgeofferd

Page 124: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 124

heeft, uw geweten reinigen van dode werken,

om den levenden God te dienen?”

U heeft zoveel beter in het bloed van Christus, de

laatste keer spraken we hier over.

Hebr.9:15 “En daarom is Hij de Middelaar des

nieuwen testaments, opdat, de dood daartussen

gekomen zijnde, tot verzoening der

overtredingen, die onder het eerste testament

waren, degenen, die geroepen zijn, de beloftenis

der eeuwige erve ontvangen zouden.”

Het is belangrijk om te zien dat Hij de Middelaar is

niet van de bedeling van genade, niet van het

lichaam van Christus, niet van het geheimenis

programma maar van het Nieuwe Testament. In

Hebreeën is de overgang altijd tussen het Oude en

het Nieuwe testament, het Oude verbond en het

Nieuwe verbond, het oude programma van Israël en

het nieuwe programma.

Hebreeën legt uit wat er gebeurde aan het kruis

voor het volk Israël, zoals Romeinen uitlegt wat er

gebeurde aan het kruis voor de gemeente, het

lichaam van Christus, voor u en ik. Hebreeën heeft

de zelfde positie voor de Hebreeuwse gelovigen, de

kleine kudde in de toekomende tijd. Het is hun

fundamentele leer over het kruiswerk. Let op dat

Hebr.9:15 zegt dat Christus de Middelaar is van het

Nieuwe Testament, wie was de Middelaar van het

Oude verbond? Mozes.

Rom.3:25 “Welken God voorgesteld heeft tot

een verzoening, door het geloof in Zijn bloed,

tot een betoning van Zijn rechtvaardigheid, door

de vergeving der zonden, die te voren geschied

zijn onder de verdraagzaamheid Gods;”

Hebr.9:15 is geschreven in het licht van het begrip

dat komt door de bediening van Paulus. …een

verzoening is een goed Bijbels woord, een

technisch Bijbels woord en betekent een volledig

genoeg offer, iets dat de rechtvaardigheid van God

voldoet. Gooi die Bijbelse woorden niet weg, in elk

werkveld heeft u woorden die specifiek zijn voor

uw beroep of voor uw vakbekwaamheden die

beschrijven hoe uw werk werkt en u begrijpt ze, ze

zijn niet zo gebruikelijk buiten uw werk maar u

gebruikt ze. U komt daar en u leert de woorden en

hoe het gebruikt wordt. En u zegt niet: ik denk niet

dat ik dat woord op die manier ga gebruiken… U

gebruikt de woorden want u wilt dat werk hebben

en geld verdienen. Wel, als u de Bijbel wilt

bestuderen en de informatie uit de Bijbel wilt

hebben, neem de Bijbelse woorden en leer hoe ze

gebruikt worden, het is verbazend en spannend.

Wel, dat woord verzoening is een goed

Bijbelwoord. En het betekent iets voor God, en het

moet iets voor u betekenen. Een woord dat

beschrijft wat Christus deed aan het kruis van

Golgotha. Één van de vele dingen van het offer van

Jezus Christus aan het kruis van Golgotha waar Hij

Zijn leven voor u gaf, waar Hij zijn bloed voor u

vergoot. Één van de dingen die zijn bloedvergieten

doet is dat het aan de rechtvaardige eis van de

heiligheid en rechtvaardigheid voldoet van God.

Gods integriteit, Zijn heiligheid is Zijn

rechtvaardigheid, dat is Zijn maatstaf van Zijn

integriteit, Hij is altijd recht.

Zijn rechtvaardigheid en dan Zijn recht. Gods recht

is de eigenschap van God die Zijn rechtvaardigheid

uitvoert, kracht bij zet. Rechtvaardigheid is de

maatstaf, recht is het deel van Gods uitvoering die

de rechtvaardigheid kracht bij zet. Als iets niet

rechtvaardig is en niet voldoet aan de maatstaf en

Zijn recht neemt en pakt Hij het en gooit het eruit,

Ik wil het niet hebben…

Nu, verzoening: U heeft de rechtvaardigheid van

God niet, u heeft een probleem. Het recht van God

kijkt naar u en zegt: Ik zal je krijgen… En u zegt:

dat wil ik niet…U begrijpt de situatie niet: Ik zal je

krijgen… Waarom? Omdat u niet rechtvaardig

bent, u heeft Mijn recht overtreden, en Ik laat

niemand Mijn recht overtreden. Dus Jezus Christus

gaat naar Golgotha en betaalt een schuldbetaling en

brengt het over naar rechtvaardigheid en zegt: Hier,

en rechtvaardigheid zegt: OK. En recht zegt: bent u

tevreden rechtvaardigheid? En rechtvaardigheid

zegt: Ik ben tevreden. En recht zegt: OK, ik zal je

niet meer pakken, krijgen. Dat is verzoening,

verzoening datgene dat Gods recht tevreden stelt,

door het bloed van Christus.

Weet u waar God op vertrouwt om Zijn eigen recht

te voldoen, op het bloed van Christus. Daarom zou

u het bloed van Christus moeten vertrouwen!

…zonden die tevoren geschied zijn… dat zijn niet

de zonden van voordat u gered werd, dat is de

vergeving van zonden van onder het Oude

testament van Hebr.9:15. Totdat Golgotha een

werkelijkheid was en Jezus Christus als het Lam

werd geslacht. Het plan van God van voor de

grondlegging der wereld was dat Jezus Christus op

Golgotha zou sterven, totdat dat een historische

realiteit werd en totdat Jezus Christus uit de

hemelse heerlijkheid stapte en echt naar deze

Page 125: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 125

wereld kwam en een mens werd en naar Golgotha

ging en God Hem strafte voor mij en mijn zonden.

God plande en bedoelde het zo dat voor de

grondlegging der wereld Christus was bestemd om

het Lam te zijn, maar tótdat Hij stierf en het bloed

vergoten werd was u nog niet uit de problemen.

Alles wat de rechtvaardigheid van God deed was:

verdragen.

En wat betekent dat? U gaat hier winkelen en u

koopt iets, u gaat het betalen en het kost 100

dollar/euro en u legt een briefje van 100 op de

toonbank, u betaalt, en zij hebben hun geld. Maar

als u geen 100 dollar kunt neerleggen, wat doet u?

U schrijft een check uit. Als u een check uitschrijft

moeten zij wachten tot de bank het overschrijft naar

hun rekening. Die check is niets waard totdat de

bank kijkt of u genoeg krediet heeft en het

overschrijft. De man in de winkel vertrouwt en

verdraagt u, hij geeft u een mogelijkheid om 7

dagen te wachten… de tijd die u krijgt om een

schuld te betalen. De Oud testamentische heiligen

werden gered of krediet van het kruis. De man

neemt uw creditcard, en dat is geen geld, hij kan er

niet mee naar McDonald. Wat doet hij, hij gaat

ermee naar de bank. En drie of vier dagen later

krijgt hij het op zijn rekening.

Wetend dat Golgotha zou komen gaf God

rechtvaardigheid aan die mensen, Hij vergaf hen,

maar Golgotha moest komen. En de tijd kwam dat

Jezus Christus naar Golgotha ging, maar omdat er

zoveel van afhing van wat God zou gaan doen door

het kruiswerk van Christus, vertelde God niemand

wat het kruis zou gaan betekenen. Want als satan

had geweten wat God door het kruis allemaal zou

gaan doen: dat Hij uw en mijn zonden zou

vergeven enz. dan zou hij Christus nooit gekruisigd

hebben! Zo dom is hij niet. Dus God verborg de

betekenis van het kruis, Hij vertelde erover,

profeteerde erover, over de opstanding maar Hij

verborg de volheid van wat het betekende, hield het

geheim. Daarom predikt Paulus wat hij noemt het

geheimenis. De geheime bedoeling die God met dit

alles had.

Als u Israëls programma hebt dan vindt u daar wat

dingen over het kruis, die zij nu leren maar die zij

eerst niet wisten. Zij zijn eerst aan Paulus

geopenbaard en nu in het boek Hebreeën

opgeschreven. En als we bij Hebr.9:15 komen ziet

u hoe die Oud testamentische heiligen hun

verlossing kregen, niet door het bloed van stieren

en bokken en die ceremonies. Die konden nooit de

zonden wegnemen. Ze waren een uitwendige

uitdrukking van het geloof van die mensen van wat

Gods Woord tegen hen zei. Het bloed van Christus

zou daar zorg voor dragen. En de enige manier

waarop zij een eeuwige erfenis krijgen, het basis

punt van Abraham’s verbond is eeuwig leven, is

door eeuwig leven.

Hebr.9:16 “Want waar een testament is, daar is

het noodzaak, dat de dood des testamentmakers

tussen kome;”

Een laatste wil in een testament is een verbond. Elk

testament is een verbond, en niet elk verbond is een

testament. U en ik kunnen een overeenkomst

aangaan in verbond, maar een testament is iets dat

in werking treedt als u sterft. Iemand zegt: Waarom

heet het: Oude testament? Omdat het bloed nodig

was, het bloed, het bloed. Dat is de dood van de

testamentmaker. Daarom is bloedstorting nodig

voor vergeving. Als u de voordelen van dat

verbond wilt hebben dan moet het een testament

zijn. Want een testament treed niet in werking dan

na de dood van de testamentmaker. Dus onder het

Oude verbond was er bloedstorting om het verbond

in werking te stellen.

Hebr.9:17 “Want een testament is vast in de

doden, dewijl het nog geen kracht heeft,

wanneer de testamentmaker leeft.”

Weet u dat dat betekent dat de boeken Mattheus,

Markus, Lukas, Johannes niet in het Nieuwe

testament horen? Denk er over na! Als een

testament in werking treedt nadat de

testamentmaker sterft, wanneer stierf Jezus? Aan

het eind van Mat-Joh. Dus het Nieuwe Testament

kan niet in werking treden dan nadat Hij stierf. Dus

in de eerste 26 hoofdstukken van Mattheus en de

eerste 14 van Markus, de eerste 22 boeken van

Lukas en de eerste 18 hoofdstukken van Johannes

kon het Nieuwe Testament er nog niet zijn. Want

de testamentmaker was nog niet gestorven. Daarom

bevindt u zich in al die boeken op Oud

testamentische gronden. Daarom zegt Hij: doe wat

Mozes u vertelt, houdt de wet, want u bent nog in

het Oude testament.

Hebr.9:18-20 “Waarom ook het eerste niet

zonder bloed is ingewijd.” “Want als al de

geboden, naar de wet van Mozes, tot al het volk

uitgesproken waren, nam hij het bloed der

kalveren en bokken, met water, en purperen

wol, en hysop, besprengde beide het boek zelf, en

al het volk,” “Zeggende: Dit is het bloed des

Page 126: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 126

testaments, hetwelk God aan ulieden heeft

geboden.”

Ex.24:8 Dit is het bloed des verbonds… In deze

Bijbel is er geen verbond gemaakt dan op de basis

van bloedstorting, zodat het een testamenteel soort

contract is.

Hebr.9:21,22 “En hij besprengde desgelijks ook

den tabernakel, en al de vaten van den dienst

met het bloed.” “En alle dingen worden bijna

door bloed gereinigd naar de wet, en zonder

bloedstorting geschiedt geen vergeving.”

Er was bloed nodig om het testament in te stellen.

Hebr.9:23-26 “Zo was het dan noodzaak, dat wel

de voorbeeldingen der dingen, die in de hemelen

zijn, door deze dingen gereinigd werden, maar

de hemelse dingen zelve door betere offeranden

dan deze.” “Want Christus is niet ingegaan in

het heiligdom, dat met handen gemaakt is,

hetwelk is een tegenbeeld van het ware, maar in

den hemel zelven, om nu te verschijnen voor het

aangezicht van God voor ons;” “Noch ook,

opdat Hij Zichzelven dikwijls zou opofferen,

gelijk de hogepriester alle jaar in het heiligdom

ingaat met vreemd bloed;” “(Anders had Hij

dikwijls moeten lijden van de grondlegging der

wereld af) maar nu is Hij eenmaal in de

voleinding der eeuwen geopenbaard, om de

zonde te niet te doen, door Zijnszelfs offerande.”

Weet u wat Jezus Christus heeft gedaan met Zijn

bloed: het doet zonde teniet, weg. Als u echt begint

te begrijpen wat God op Golgotha deed: Hij deed

de zonde teniet. Als u zich verheugt in genade,

waar verheugt u zich dan in? Dat de zonde weg is,

met zijn schuld, bevuiling en falen en geeft u leven

in plaats daarvan en volheid en wijsheid en

rechtvaardigheid en vreugde. Geluk voor paniek, ik

kan ontspannen in de vreugde van het feit dat al

mijn zonden zijn vergeven. U zegt dat dat betekent

dat u nooit meer faalt? Ha, ha, praat even met mijn

vrouw, daar zit ze, zij kan je wel wat vertellen… Er

is een groot verschil met foutloos zijn en

onberispelijk zijn. Moet ik het nog een keer

zeggen? Er staat dat Hij ons uitverkoren heeft in

Hem..om heilig en onberispelijk te zijn voor Hem

in de liefde(Ef.1:4). Ik ben niet foutloos en u ook

niet. Maar voor God zijn wij onberispelijk. Hij is

niet tegen ons, Hij heeft ons al vergeven. En Hij

heeft het al weggedaan, dus wat moeten wij doen?

Wij moeten leven in de realiteit van wie we zijn.

Dat is een wonderlijke waarheid.

Hebr.9:26 We hebben dit al meer besproken en we

hoeven er niet meer zo lang bij stil te staan. Mozes

had een systeem, maar er is nu een beter systeem,

Mozes had de typen, de dingen op de aarde die

fysiek waren, het beeld. Maar de realiteit is daar in

de hemel. Het was nooit klaar met de dierenoffers,

Christus kwam en nam de schaduw weg voor de

realiteit. Ik geef Mijn bloed en Ik reinig niet het

beeld, maar Ik doe de echte betaling. Éen die duurt

voor eeuwig. Het werk is klaar. Elke keer als ons

huis schoon is, arme vrouw met 4 mannen,

wekelijks moet je de badkamer schoonmaken, de

huiskamer, alle kamers behalve mijn

studeerkamer…daar mag niemand aankomen, je

moet over dozen heenstappen om binnen te komen,

het is een soort grot waarin ik me kan verschuilen.

Maar je moet schoonmaken. Je moet niet wachten

tot volgend jaar. Christus deed het in één keer.

Compleet en perfect.

Mensen moeten naar de kerk gaan om hun zonden

te laten vergeven, bidden, belijden. Wij komen hier

niet mensen om onze zonden te laten vergeven, of

omdat God boos wordt als we niet komen. Wij

komen hier omdat er waarheid is in Zijn Woord, we

willen geleerd worden en we willen elkaar zien. Ik

denk vaak: ik wil jullie zien. Tussen de zondag en

woensdag verlang ik er naar om jullie te zien. Er is

een gemeenschap en als jullie er niet zijn voel ik

het, niet zo van: ik krijg je wel, maar omdat ik jullie

mis. En als ik op reis ben en ergens ben dan denk

ik: wat zullen ze doen in de kerk, begrijpt u? Er is

hier een relatie als een familieleven hier in ons

midden en dat betekent wat voor ons. De waarheid

wordt geleerd en dat wil ik niet missen. Het is een

leven, niet: ik wil iets van God… Dat is de realiteit.

Christus gaf Zichzelf om het rantsoen te zijn, een

voldoende betaling die maakte dat het werk klaar

was. Israël moet niet teruggaan naar de tabernakel.

In de grote verdrukking herbouwen ze de

tabernakel en de dierenoffers worden weer

gebracht, en het boek Hebreeën zegt: het is niet

nodig om terug te gaan. Het bloed van Christus

heeft er al voor gezorgd. Hij verscheen éénmaal in

de voleindig der eeuwen…:26

Hebr.9:27,28 “En gelijk het den mensen gezet

is, eenmaal te sterven, en daarna het oordeel;”

“Alzo ook Christus, eenmaal geofferd zijnde, om

veler zonden weg te nemen, zal ten anderen

male zonder zonde gezien worden van degenen,

die Hem verwachten tot zaligheid.”

Page 127: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 127

Dit vers wordt niet altijd goed gelezen: Let op het

eerste woord van vers 27: gelijk. En het eerste

woord van :28: alzo. Uw Bijbel gebruikt deze

contrasten. De regel van dit leven is: u gaat sterven.

Iemand zegt: wel, ik ken mensen die niet gestorven

zijn: Elia, Henoch dus het vers is niet

absoluut….Dit zijn geen uitzonderingen. Lazarus

stierf opnieuw. Hij wekt hen op en ze kregen fysiek

leven, maar ze stierven opnieuw. Dat doet het vers

geen geweld aan. Hét principe is gelijk het de

mensen gezet is éénmaal te sterven… Weet u

waarom mensen niet van sterven houden? Wat is er

aan de andere kant? Aan het eind? De Bijbel zegt:

en daarna het oordeel.

Weet u dat elke persoon geboren op deze aarde

daar een bewustzijn van heeft: ze weten dat er een

God is en ze zullen Hem zien in het oordeel. God

heeft die kennis in elk mens gelegd. Iedereen weet

dat. In de DNA van uw geest is het er, u weet het.

En mensen vrezen de dood daarom. Vers 28 alzo.

Hij betaalde de prijs voor de zonden. U heeft een

Redder, die de schuld betaalde. Iemand die de

zonde wegnam. Hij zegt: het probleem is: je gaat

sterven en zult God zien in het oordeel, je kunt het

zelf niet , daarom was Christus éénmaal geofferd

om uw zonden te dragen. En als u Hem vertrouwd,

komt Hij de tweede maal voor deze mensen zonder

zonde. Zonde zal nooit meer een punt zijn. Let op

dat redding voor deze mensen een toekomstige

gebeurtenis is. Geen tegenwoordig bezit, waarin zij

zich in verheugen zoals u en ik dat doen. Een

toekomstig vooruitzicht met Zijn tweede komst.

U en ik hebben wij nu in de Heere Jezus Christus

de verzoening ontvangen. Wij, leden van het

lichaam van Christus hebben nu waar Israël nog op

moet wachten.

Page 128: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 128

Hebreeën 10:1-10

Hebr.10:1 “Want de wet, hebbende een

schaduw der toekomende goederen, niet het

beeld zelf der zaken, kan met dezelfde

offeranden, die zij alle jaren geduriglijk

opofferen, nimmermeer heiligen degenen, die

daar toegaan.”

Want de wet… Want introduceert een verdere

uitleg en ontwikkeling van de gedachtengang. Hij

sprak tot ons in hfdst.9 over de superioriteit van het

offer en het priesterschap van de Heere Jezus

Christus, over het Oude verbond, priesterschap en

offers. Een logische verklaring, een makkelijk te

begrijpen verklaring: de wet was en schaduw der

toekomende goederen. De wet was niet het wezen,

het was een schaduw, een beeld.

Voorin mijn Bijbel heb ik een foto van mijn vrouw.

Een foto die gemaakt was voor highschool, ze heeft

lang haar en mooie ogen en zo. Als ik van huis was

wilde ik een foto hebben om aan haar te denken.

Maar, ik vertel u ik kan vasthouden aan die foto,

maar zij is de werkelijkheid. U kunt die foto een

kus geven, maar… de wet was goed ziet u, het was

een schaduw. Kol.2:17 Dit is een verschrikkelijk

belangrijk punt. Waar de wet een beeld van is,

hebben we vandaag niet mee te maken. De wet was

geen beeld van het lichaam van Christus, geen

beeld van de verlossing die u en ik in Christus

hebben. De wet was een beeld van wat God zou

gaan doen met Israël in het Koninkrijk, als Hij

Israël verlost en Israël alles zou maken waar Hij

Israël voor heeft uitgekozen om te zijn.

Als Hij het volk Israël heiligt, als Hij haar dat

heilige volk maakt die Hij haar geschapen heeft. De

wet was een beeld van hoe dat tot stand zou komen.

De wet toen was een beeld van wat God zou doen

in de toekomende tijd.

Kol.2:16 “Dat u dan niemand oordele in spijs of

in drank, of in het stuk des feest dags, of der

nieuwe maan, of der sabbatten;”

Dat waren dingen die Mozes hun gaf om te houden

onder de wet. Zij zijn de schaduw van de

toekomende goederen. Paulus zegt dat niemand ons

moet oordelen in deze dingen, zij hebben niets met

ons te maken.

Kol. 2:17 “Welke zijn een schaduw der

toekomende dingen, maar het lichaam is van

Christus.”

Deze dingen zijn nu, vandaag een schaduw van

dingen die in de toekomst zullen komen. Hij zegt

niet dat ze een schaduw wáren van ons, hij zegt ze

zijn nu een schaduw van de toekomst. Wat komt er

in de toekomst? De wederkomst en het Koninkrijk.

En als u teruggaat in uw Bijbel, Ezech.45 15-17

Ezechiel spreekt over het Koninkrijk en de tempel

in het Koninkrijk en over de nieuwe maan en de

sabbatdag en al die dingen die gehouden worden in

het Koninkrijk, onder het Nieuwe verbond. Dus de

wet was een soort beeld voor Israël van wat God

zou gaan doen in de toekomende eeuwen, hoe dat

zou zijn. Maar het was een schaduw, ziet u onder

de wet hadden ze alleen beperkte kennis, er waren

veel dingen die zij niet wisten.

1 Petrus 1:10 “Van welke zaligheid

ondervraagd en onderzocht hebben de profeten,

die geprofeteerd hebben van de genade, aan u

geschied;”

Een geprofeteerde redding en een geprofeteerde

genade. U heeft geen geprofeteerde redding en

geprofeteerde genade. Wat voor genade heeft u?

Een geheime genade, een geheimenis,

verborgenheid. Uw redding en het voorrecht om

hier te zijn als leden van het lichaam van Christus

was nooit geprofeteerd en of iemand beloofd, het

was iets dat God ons gaf uit Zijn genade en Hij

hield het verborgen zodat niemand er van wist

totdat Hij het openbaarde, in verschillend

programma. Ik sprak gisteren iemand die zei:

bedoelt u dat de profeten dingen opschreven

waarvan ze niet wisten wat het was dat ze

opschreven? Ik zei: laten we de Schrift lezen.

1 Petr.1:11 “Onderzoekende, op welken of

hoedanigen tijd de Geest van Christus, Die in

hen was, beduidde en te voren getuigde, het

lijden, dat op Christus komen zou, en de

heerlijkheid daarna volgende.”

Als zij schreven over het lijden van Christus en

over de heerlijkheid daarna begrepen zij niet wat

deze schrift betekende. En naar welke tijd het

verwees. Negen van de tien keer als dit vers

gelezen wordt zegt men dat het hier om de timing

gaat, maar let op vers 11 het gaat niet alleen over

de timing maar over wat. Wat betekent het ? Als

het gaat over het lijden van Christus en wat is het

tijdselement daartussen? Zelfs toen Jesaja

hoofdstuk 53 schreef of Jeremia hoofdstuk 30 of

David Psalm 22 of welk gedeelte u ook noemt of

Zach.12. Elk gedeelte waar u heengaat om te laten

zien dat het daar gaat om het lijden van Christus

Page 129: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 129

had degene die het schreef geen idee waar hij het

over had! Dat vertelt 1 Petr.1:11 u, dat ze het niet

wisten.

Deze dingen waren een schaduw, ze keken ernaar

maar ze konden het niet begrijpen, ze hadden

beperkte kennis van de toekomende goederen. Met

het offersysteem was het ook zo; de offers die in

Israël gebracht werden waren schaduwen. De

mensen die deze offers brachten brachten ze niet

omdat ze begrepen dat die offers een beeld waren

van het offer van Christus aan het kruis. Ze wisten

niets van het kruiswerk van Christus. God vertelde

het hen niet. Nu Hebreeën geschreven is brengt Hij

hen op de hoogte wat er nu voor hen beschikbaar is,

door de openbaring die gegeven is aan de apostel

Paulus.

Hebr.10:1 De wet had de schaduw, maar niet de

uitleg. Het bloed gaf verzoening voor hun zielen,

maar gaf geen uitleg hoe dat werkte, het zei alleen:

daar is het bloed van de kalveren en bokken, daar is

het offer, doe het! Maar het gaf hun niet de leer, de

essentie. Die krijgen we in het Nieuwe verbond. Dit

gedeelte wordt soms verkeerd gelezen. Het punt is:

als de offers die zij brengen, jaar na jaar hun

volmaakt konden maken dan zouden zij niet steeds

die offers moeten brengen. Als dat offer uw

rekening betaalde, zodat de rekening voor eeuwig

weg is, waarom moet u hem dan weer opnieuw

brengen, dat zou niet nodig zijn.

Hebr.10:2,3 “Anderszins zouden zij opgehouden

hebben, geofferd te worden, omdat degenen, die

den dienst pleegden, geen geweten meer zouden

hebben der zonden, eenmaal gereinigd geweest

zijnde;” “Maar nu geschiedt in dezelve alle jaren

weder gedachtenis der zonden.”

Als de zonde weg was, zou er geen probleem meer

zijn. Maar in deze offers is een herinnering aan de

zonde elk jaar, Israël had een systeem dat tekort

kwam mbt de zonde. Vandaag zijn er ook

gelovigen die dit systeem kennen, je komt tekort bij

God. Zo ben ik opgevoed, iedere keer als u zondigt

moet u dat belijden aan God zodat Hij u kan

vergeven. Zo werkte het precies met de Oud

testamentische Joden, zij waren onder dat systeem.

Iedere keer als hij een geweten had dat faalde,

moest hij gaan en een offer brengen.

Er zijn zoveel offers voor zoveel zonden (voor

overtredingen, zonden, brandoffers, vredeoffers

enz.) deze offers waren voor als hij iets fout had

gedaan, als hij iets onreins had aangeraakt dan

waren er regels dat hij kon komen en gereinigd

worden, weer recht en in de gemeenschap

opgenomen worden van het verbond. En overal

hoort u predikers vandaag spreken over tekorten

met God en in de gemeenschap blijven met God.

Ze nemen u allemaal mee terug naar het systeem

van de wet. Precies zo leefde Israël.

Hebr.10:2 is iets om te herinneren… degene die de

dienst pleegden geen geweten meer zouden hebben

der zonden… Dat betekent niet dat hij zich niet

bewust is van het feit dat hij zondigt als hij zondigt.

Geweten van zonde gaat over schuld, berouw en

angst die veroorzaakt wordt door schuld als je

zondigt. Met andere woorden de veroordeling die

ontstaat als je zondigt. Als u gereinigd bent en het

zondeprobleem is opgelost dan hindert de zonde u

niet meer. Waarom? Omdat het in orde is.

Als u een schuld hebt en u heeft hem nog niet

betaald, elke keer als u de persoon ziet die u wat

schuldig bent wat doet u dan? U kunt hem niet

ontwijken, u bent een beetje onzeker, uw geweten

klaagt u aan, schuld, vrees. Maar als u die schuld

betaald heeft en u betaald op tijd en helemaal en als

u die man dan tegenkomt hoe voelt u zich? Goed,

nietwaar?! Waarom? De schuld is betaald. Er is

geen geweten meer van schuld, geen probleem.

Als u leeft onder een programma van werken voor

uw rechtvaardigmaking of om uw gemeenschap

met God in stand te houden enz. Als u werkt op een

basis van wat u doet om vergeving en acceptatie in

stand te houden voor God, eindigt u in totaal falen

want u kan het niet. U plaatst u zelf terug onder het

wetprogramma, uit eertijds van Israël. U moet zich

herinneren wat hij hier zegt. Als God zegt dat het in

orde is dan is het in orde. En er is geen reden om

het weer tevoorschijn te halen. En als u het in uw

verstand steeds weer terughaalt komt dat omdat u

werkt en het zelf probeert. En als u er geen vrede

mee heeft, komt dat omdat u denkt dat u er iets aan

kunt doen om de schuld op orde te krijgen met

God, en u kunt het niet. U kon het niet als een

verloren persoon en u kunt het ook niet als een

gelovige.

Dit soort dingen: Ik ga uit om God te dienen enz.

en Hij zal blij met mij zijn en mij zegenen, Hij zal

voor mij zorgen want ik dien God, en als ik Hem

dien dan krijg ik sterren in mijn kroon enz. U doet

het voor uzelf. En u zult ontevreden en

teleurgesteld zijn want u doet het. En daar gaat het

niet om. Het voor Hem doen is anders. Want als het

voor Hem doet, doet u het niet zo, met al die

Page 130: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 130

redenen. Als u het voor Hem doet, doet u het niet

omdat u wilt dat Hij iets voor u doet. Begrijpt u

dat? Dat is anders. Als u het voor Hem doet, doet u

het niet zodat Hij iets voor u doet, dan doet u het

voor uzelf.

Het Oude verbond kwam tekort, en wat hij hier in

dit gedeelte doet: hij laat de beperking zien van de

Oud testamentische offers. Één van de beperkingen

is dat het geen zonde kan wegnemen :4. Houdt uw

hand hier en ga mee terug naar Leviticus, want dat

vers(:4) wordt erg misverstaan. De Levitische

offers onder de wet namen de zonden weg van

Israël voor God, zij namen zonde weg, maar wat ze

niet deden; ze namen het niet permanent weg.

Daarom moest er jaar na jaar na jaar na jaar

geofferd worden. En het punt in Hebr.10 is niet of

dat offer iemands zonde wegnam, ik kan u verzen

tonen waar het staat, maar ze deden het niet

permanent, blijvend. De offers waren niet blijvend.

Lev.4:30,31 “Daarna zal de priester van haar

bloed met zijn vinger nemen, en doen het op de

hoornen van het altaar des brandoffers; dan zal

hij al het bloed daarvan aan den bodem van dat

altaar uitgieten.”“En al haar vet zal hij

afnemen, gelijk als het vet van het dankoffer

afgenomen wordt, en de priester zal het

aansteken op het altaar, tot een liefelijken reuk

den HEERE; en de priester zal voor hem

verzoening doen, en het zal hem vergeven

worden.”

….en het zal hem vergeven worden! Waarom?

Omdat hij een offer bracht.

Lev.16:11,17 “Aaron dan zal den var des

zondoffers, die voor hemzelven zal zijn,

toebrengen, en voor zichzelven en voor zijn huis

verzoening doen, en zal den var des zondoffers,

die voor hemzelven zal zijn, slachten.” “En geen

mens zal in de tent der samenkomst zijn, als hij

zal ingaan, om in het heilige verzoening te doen,

totdat hij zal uitkomen; alzo zal hij verzoening

doen, voor zichzelven, en voor zijn huis, en voor

de gehele gemeente van Israel.”

Verzoening doen. Vers 20,21 de zondebok. De bok

draagt de zonde van de mensen en draagt het weg.

Lev.17:11 “Want de ziel van het vlees is in het

bloed; daarom heb Ik het u op het altaar

gegeven, om over uw zielen verzoening te doen;

want het is het bloed, dat voor de ziel

verzoening zal doen.”

Het bloed is het bloed van stieren en bokken. Terug

naar: Hebr.10:4 “Want het is onmogelijk, dat

het bloed van stieren en bokken de zonden

wegneme.”

Als hij hier zegt dat het bloed van stieren en

bokken de zonden niet weg kunnen nemen is dat de

conclusie van wat hij zegt in vers 1-3. Hij zegt niet

dat de offers geen zonde wegnamen, want dat

deden ze, maar dat ze niet blijvend de zonden

wegnamen. Geen blijvende rust en blijvende vrede,

alleen tijdelijk. Alleen uitwendige dingen,

ceremonies die geen relatie met zonde hebben.

Alleen symbolen.

De stier en de bok, een fysiek dier, hebben geen

relatie met de zonde van het individu. Het was wat

God zei dat ze moesten doen. en omdat God zei dat

ze het moesten doen, en zij deden het in geloof,

God beloonde het geloof van de mens en deed het,

God wist dat Golgotha zou komen, zij wisten het

niet! Maar in het verstand van deze mensen waren

hun zonden geplaatst op dat dier en dat dier nam

het weg en herstelde de relatie tussen hen en God.

Maar het bleef niet, ze moesten het steeds opnieuw

doen. Bedekken, bedekken, bedekken, wat hadden

ze nodig? Iets permanents, ze hadden een soort

witkalk dat zo weer weggewassen was. Nu, het

offer dat Christus bracht is niet zo.

Hebr.10:5,6 “Daarom, komende in de wereld,

zegt Hij: Slachtoffer en offerande hebt Gij niet

gewild, maar Gij hebt Mij het lichaam

toebereid;” “Brandofferen en offer voor de

zonde hebben U niet behaagd.”

Daarom… nu komt het contrast met het offer dat

Christus bracht. Wat Israël had kon de zonde niet

permanent wegnemen, kon het probleem niet

oplossen, kon geen vrede geven, geen rust. Dus het

moest steeds over, je kon nooit gaan zitten en

rusten. Maar het offer van Christus was anders. Hij

kwam niet om een inefficiënt offer te brengen zoals

de Oud testamentische offers waren. Hij kwam om

een effectief offer te brengen dat het werk af zou

maken.

Het dier dat geslacht werd was alleen een

symbolische relatie tussen God en de zondaar, want

het was een dier en niet een persoon. Wat gaat

Christus doen? We hebben het al bestudeert. Hij

komt niet om het symbolisch te vertegenwoordigen,

Hij komt en neemt de natuur van de mens aan, Hij

wordt één van ons. Hij is geen lam, koe, geit, die je

vertegenwoordigt, Hij wordt ons, wordt een mens.

Page 131: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 131

Hij heeft alleen geen zonde, als Hij sterft kan het

uw dood zijn, of hun dood.

Als Hij in de wereld komt…vers 5,6. Hij zegt niet

dat God niet wil dat Israël offers brengt, want God

gaf hun dat te doen. Hij zegt: Als Ik in de wereld

kom wat wilt U dan dat Ik doe, niet die offers van

het Oude verbond, dat heeft u niet voor mij bereid.

U heeft Mij een lichaam toebereid! U bereide voor

Mij een manier om één met de mens te worden.

Hebr.10:7 “Toen sprak Ik: Zie, Ik kom (in het

begin des boeks is van Mij geschreven), om Uw

wil te doen, o God!”

Dit vind ik een mooi vers…in het begin des boeks

is van Mij geschreven. God wilde niet dat Hij de

offers van de Oud testamentische heiligen zou

brengen. Hij had een beter offer voor Christus. Hij

is het Lam geslacht van voor de grondlegging der

wereld. God heeft een plan met Hem, Degene

zonder vlek of rimpel offert Zichzelf.

Een lichaam…dat komt uit Psalm 40. Alle

commentaren die u hierover leest vertellen u over

het verschil in de vertaling, daar hebben ze moeite

mee voor een bepaalde reden.

Psalm 40:6,7 Gij hebt geen lust gehad aan

slachtoffer en spijsoffer; Gij hebt mij de oren

doorboord; brandoffer en zondoffer hebt Gij

niet geeist.” Toen zeide ik: Zie, ik kom; in de rol

des boeks is van mij geschreven.”

Dit is hetzelfde als in Hebr.10 behalve met één

verschil:

In Hebr.10:5 staat lichaam, geen dieren offers, U

bereidde Mij een lichaam, Mijzelf. In Ps.40:6 staat:

Gij hebt Mij de oren doorboord… De

commentatoren zeggen gelijk: wat bedoelt Hij,

waarom zegt het NT lichaam terwijl er in het OT

staat: oren doorboord? En het eerste antwoord is

altijd: ze halen de Septuagint aan… Weet u wat de

Septuagint is? Gezegd een Griekse vertaling van

het Oude testament die gebruikt wordt door

Christus en de apostelen gedurende de tijd van

Christus en de tijd van Paulus… 200j voor Christus

geschreven en veronderstelt dat iedereen die

gebruikte… Nu, twee dingen: Ik twijfel er niet aan

dat er Griekse vertalingen voorradig waren in de

tijd van Christus. Er waren allerlei vertalingen in

verschillende talen. Maar er was geen en er zal

nooit een bewijs zijn dat de Septuagint bestond.

Als mensen spreken over de Septuagint als de

vertaling van het Oude testament die mensen in de

tijd van Christus gebruikten, en dat ze die

vertaalden in uw Nieuwe testament, dus dat de

aanhalingen in het NT uit het OT uit de septuagint

komen… als u dat hoort doe dan direct uw vingers

in uw oren, zodat in ieder geval uw oren schoon

worden… want er zit geen enkele waarde in wat die

persoon zegt. Dat is alleen lucht. Het is allemaal

gefabriceerd, er is geen enkel historisch bewijs. Het

is een glibberige weg die het manuscript van de

Bijbel wil manipuleren, mensen willen de apocriefe

boeken toevoegen aan het OT. Wie van u gaf mij

die boeken over de Grieks orthodoxen? Er staan

fascinerende dingen in over de apocriefe boeken,

waarom? Omdat de Septuagint die erin had staan.

Geen Hebreeuws Joodse Bijbel had ooit de

apocriefen.

Een kerkgeschiedenis boek beschrijft de

hexapla(?): een parallel vertaling van het OT. De

Hebr.Latijn, Griekse tekst naast elkaar en de vijfde

kolom van deze 6 kolommen vertaling zegt te zijn

de Septuagint… Maar die kolom was Oregon’s

vertaling van het OT, hij leefde 180-150 AD dus

ipv van 200 voor Christus was het een vert. van 200

na Chr. En alle kopieën die iemand heeft zijn

degenen die Oregons produceerde. Zo proberen ze

te rechtvaardigen om boeken toe te voegen aan uw

Bijbel die daar niet horen. Dus als u iets van deze

dingen hoort…laat het voor wat het is! Maak u er

geen zorgen om, ga niet argumenteren, u heeft

betere dingen te doen.

De reden waarom er daar oren staat en hier

lichaam, als u gewoon uw Bijbel bestudeert kunt u

erachter komen: We gaan naar: Exodus 21, hij

refereert naar de kwaliteit van het lichaam, zijn uw

oren een deel van uw lichaam? Waarom spreekt hij

over mijn oren? Die rijke man in de hel in Luk.16.

Vader Abraham stuur Lazarus dat hij zijn vinger

dope in water en verkoele mijn tong… Wat vertelt

u dat? Dat die man Lazarus een vinger had, waar is

uw vinger deel van? Van een lichaam. Zijn ziel in

het paradijs had de vorm van een lichaam en de

rijke man had een tong, waar is dat een deel van?

Van een lichaam! Zijn ziel in de hel had de vorm

van een lichaam.

Mijn oren heeft u geopend (KJV) doorboord

(St.vert.), wat betekent dat? Dat Hij een lichaam

heeft, wat voor soort lichaam? Een lichaam dat

hoort en luistert, wiens oren open zijn. Voor een

Oud testamentische Jood, die zijn Bijbel begrijpt,

betekent het iets: geopende oren.

Page 132: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 132

Ex.21:5,6 “Maar indien de knecht ronduit

zeggen zal: Ik heb mijn heer, mijn vrouw en

mijn kinderen lief, ik wil niet vrij uitgaan; “Zo

zal hem zijn heer tot de goden brengen, daarna

zal hij hem aan de deur, of aan den post

brengen; en zijn heer zal hem met een priem

zijn oor doorboren, en hij zal hem eeuwiglijk

dienen.”

Hoe vindt u het om uw oren op die manier te

doorboren? Je oor tegen de deurpost en dan de

hamer… Maar dat was een symbolische manier om

te zeggen: Ik hou van mijn meester en ik wil hem

gehoorzamen, en ik wil naar hem luisteren, wat hij

zegt en ik wil doen wat hij wil. Dat wordt een

lijfeigene genoemd. Je wordt iemands slaaf, je bent

vrij maar je wordt vrijwillig onderdanig aan zijn

autoriteit. Dat punt daar gaat het hier over in

Hebr.10. Als Christus komt, komt Hij om wat te

doen? Om Uw wil te doen, o God!

Hebr.10:10 “In welken wil wij geheiligd zijn,

door de offerande des lichaams van Jezus

Christus, eenmaal geschied.”

Ziet u, Christus kwam als een lijfeigene om te

horen en te doen de wil van de Vader. Daarom is de

wil het punt in vers 5-7. Hier is een offer, een

vrijwilllig offer, Hij is vrijwillig gehoorzaam tot de

dood. En de wil van de Vader is niet: ga en offer de

Oudtestamentische offers. De wil van de Vader is:

Ga, en wees het offer dat het werk zal volmaken.

Dus Hij komt als een gewillig offer, doet de wil van

de Vader en brengt een compleet, volmaakt offer

vers 8.

Hebr.10:8,9 “Als Hij te voren gezegd had:

Slachtoffer, en offerande, en brandoffers, en

offer voor de zonde hebt Gij niet gewild, noch

hebben U behaagd (dewelke naar de wet

geofferd worden);”“Toen sprak Hij: Zie, Ik

kom, om Uw wil te doen, o God! Hij neemt het

eerste weg, om het tweede te stellen.”

Als Hij zegt: Ik kom om Uw wil te doen, wat doet

Hij dan? Hij neemt de eerste weg, het Oude

verbond, het eerste verbond, opdat Hij een tweede

zou oprichten. God zei niet: Je gaat daarheen en

offert de offers van het eerste verbond maar, Je gaat

voor een offer dat het fundament zal worden voor

het Nieuwe verbond. En wat Hij doet in zijn offer

op Golgotha en wat het boek Hebreeën u wil laten

zien, Hij vervangt het oude voor het nieuwe

verbond. Hij komt en brengt een beter offer, dat het

Oude wegneemt en een nieuw opricht.

Het boek Hebreeën is de overgang van het Oude

verbond naar het Nieuwe verbond. Het is niet

tussen Israël en het lichaam van Christus, of tussen

Israëls wetsprogramma en ons genadeprogramma.

Het is tussen Israëls wetsprogramma onder Mozes,

het Oude verbond en Israël Koninkrijks

wetsprogramma (de koninklijke wet) onder het

Nieuwe verbond. Alles gebaseerd op wat Christus

deed, op Golgotha.

dat God Israël uit Egypte zal bevrijden, hij weet

waarom ze in Egypte zijn en hij weet dat hij zal

sterven en dat zijn mensen zullen groeien tot een

groot volk, alle twaalf stammen zijn daar en Egypte

zal ze in gevangenschap houden voor 400 jaar.

Maar dan zal God ze bevrijden. Gen.50:24. Ziet u,

Jozef begreep door geloof wat God Abraham

vertelde, dat zijn volk uit Egypte zal geleid worden,

dat ze daar niet zullen blijven, en hij zegt: laat mij

daar niet achter! Neem mijn beenderen mee als

jullie gaan, want er zal een opstanding zijn en ik zal

met jullie in het beloofde land verblijven, dus neem

mij mee.

Als we teruggaan naar Hebr.11:22, Jozef neemt

God op Zijn Woord ondanks de fysieke

omstandigheden van dood en dienstbaarheid voor

een periode van tijd, Gods Woord zal vervuld

worden. Die belofte en dat begrijpen dat Jozef had,

was waar Israël mee leefde in die tijd. In Egypte, in

hun slavernij, nadat Jozef stierf, Exodus 1, er kwam

een andere farao die Jozef niet kende en zijn

vaderen. Hij maakte slaven van hen. En toen dat

gebeurde, u kent Exodus 1, ze werden verdrukt en

het Hebreeuwse volk werd groter, en hij verdrukte

ze nog meer en ze werden nog groter, en ze werden

nog meer verdrukt en ze groeiden, en de 3e

verdrukking was dat alle jongensbaby’s die

geboren werden gedood .

Hebr.11:23 “Door het geloof werd Mozes, toen

hij geboren was, drie maanden lang van zijn

ouders verborgen, overmits zij zagen, dat het

kindeken schoon was; en zij vreesden het gebod

des konings niet.”

Dit spreekt over het geloof van Mozes’ ouders. Ze

verborgen hem, door het geloof. Ze zagen dat het

een schoon kind was, er was iets in deze jongen dat

maakte dat ze hem door geloof verborgen. En ze

waren niet bang voor het gebod van de koning. Er

gebeurd hier iets belangrijks, ga met mij terug naar

Exodus 6 en Genesis 15.

Page 133: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 133

Er is iets dat Mozes vader en moeder wisten, dat

maakte dat toen ze deze jongen zagen hem

verborgen. Het was een schoon kind, zoals

geschreven is van David in 1 Sam. 16:12 schoon

van aanzien, er was iets waarin hij zich

onderscheidde, er was iets waardoor zij dat door

geloof deden.

Ex.6:15 Dit nu zijn de namen der zonen van

Levi, naar hun geboorten: Gerson, en Kehath,

en Merari. En de jaren des levens van Levi

waren honderd zeven en dertig jaren.

Wie is Levi? Levi was één van de 12 zonen van

Jacob, Israël, die nakomelingen had die de trots van

Levi zijn. Ex.6:16-19 Amram en Jochebed, en

Mozes is hun zoon.

Amram is Kahath’s zoon en Kahath is Levi’s zoon.

Levi is één generatie en Kahath is de tweede

generatie. Amram is de derde generatie, en zij

tellen, 1,2,3,4 we zijn er, zij hielden de vierde

generatie in hun armen. En wat zegt farao om te

doen met de vierde generatie? Dus wat deden zij?

Zij vertrouwden God en niet de koning. Dat is

belangrijk. Er is iets gaande met de geboorte van

Mozes, er is een tijdschema voor Israël’s

bevrijding. In de grote verdrukking is het

tijdsschema voor Israëls bevrijding aangebroken

en door geloof vrezen ze niet voor de bevelen van

de koning, maar ze herkennen waar ze zijn in het

tijdsschema.

Als we teruggaan naar Hebr.11 dan zien we dat

Mozes dit ook begreep, hij wist wat er gaande was

in zijn leven, hij liep niet met oogkleppen op, zijn

vader en moeder voeden hem op, en later wordt hij

de zoon van farao’s dochter. Zijn moeder mag zijn

voedster zijn, later groeit hij op met alle

geleerdheid van Egypte, maar hij is ook opgevoed

op zijn moeders knieën, en zijn moeder vertelt hem

wie hij is en wat er met zijn generatie aan de hand

is en ze geeft de leer aan hem door, ik zal u zo laten

zien dat ze dat deed. Hij is opgevoed met die

informatie. Als u opgevoed wordt in farao’s hof, en

u ontvangt alle zegeningen en voorrechten en de

rijkdom die u dat geeft en u heeft een getuigenis

van uw moeder, uw ouders wat doet dat met u?!

Dat geeft een conflict in uw verstand, niet? Het

brengt u vroeg of laat op een punt dat u een keus

moet maken.

Hebr.11:24 “Door het geloof heeft Mozes, nu

groot geworden zijnde, geweigerd een zoon van

Farao’s dochter genoemd te worden;”

Persoonlijk verantwoordelijk.

Hebr.11:25 “Verkiezende liever met het volk

van God kwalijk gehandeld te worden, dan voor

een tijd de genieting der zonde te hebben;”

Verkiezende…!

Hebr.11:26 “Achtende de versmaadheid van

Christus meerderen rijkdom te zijn, dan de

schatten in Egypte; want hij zag op de

vergelding des loons.”

Achtende…!

Hebr.11:27 “Door het geloof heeft hij Egypte

verlaten, niet vrezende den toorn des konings;

want hij hield zich vast, als ziende den

Onzienlijke.”

Verlaten…!

Ziet u al de woorden hier die zijn keus beschrijven?

Weet u wat Mozes deed? Hij maakte een

geestelijke keus van geloof. Hij verkoos liever…

Daar zit heel wat in. Hij weigerde de zoon van

Farao’s dochter genoemd te worden, en de rijkdom

van Egypte. U ziet dat in Hand.7 in Stefanus’

getuigenis.

Hand.7:22 “En Mozes werd onderwezen in alle

wijsheid der Egyptenaren; en was machtig in

woorden en in werken.”

Mozes was getraind en had toegang tot alle

wijsheid van Egypte en alles wat Egypte had. Hij

was in een bevoorrechte positie, de troon van farao

was binnen zijn bereik. En hij weigerde de zoon

van farao’s dochter genoemd te worden, hij

weigerde de troon van Egypte. Waarom? Hij

verkoos liever met het volk van God kwalijk

behandelt te worden. Mozes koos wat God had

voor Israël, hij maakte een keus.

Hand.7:23-25 “Als hem nu de tijd van veertig

jaren vervuld was, kwam hem in zijn hart, zijn

broeders, de kinderen Israels, te bezoeken. “En

ziende een, die onrecht leed, beschermde hij

hem, en wreekte dengene, dien overlast

geschiedde, en versloeg den Egyptenaar. “En hij

meende, dat zijn broeders zouden verstaan, dat

God door zijn hand hun verlossing geven zou;

maar zij hebben het niet verstaan.

Hand.7:25 …en hij meende dat zijn broeders

zouden verstaan, dat God door zijn hand hun

Page 134: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 134

verlossing geven zou! Dat ze het tijdsschema van

hun verlossing zouden kennen en geloven en dat ze

zouden zien dat hij in de positie was om de belofte

die God aan Abraham gaf tot stand te brengen. Hij

dacht dat ze het zouden begrijpen, zien waarom

God hem in die positie had gebracht. Maar ze

deden het niet, en ze zeggen in Hand.7:26 Wie

heeft jou aangewezen om de baas te zijn?

Hand.7:27 …en overste en rechter. Weet u wat

Deut.33:5 zegt:

Deut.33:5 “En Hij was koning in Jeschurun, als

de hoofden des volks zich vergaderden, samen

met de stammen Israels.”

Hij was koning in Jeschurun. God maakte hem een

overste en rechter en een koning. Weet u wat er met

Mozes gebeurde? Terug naar Hebr.11:25 er is

alleen genieten van de zonde voor een korte tijd.

Spreuken zegt dat ze aan het eind bijt als een adder.

Zonde brengt dood voort. Haar einde is de weg

naar de hel. Maar dat is toch niet precies waar dit

vers het over heeft. Maar hij weet dat God Egypte

zou gaan verwoesten. Dat zegt Genesis 15, zij gaan

uit en Hij zal hen zal verwoesten, die hen gevangen

hield.

Hij weet dat de tijd komt en gelooft het. En hij kiest

wat God Israël heeft belooft in plaats van iets te

zoeken wat toch verwoest zal worden. Hebr.11:26

want hij zag op de vergelding des loons. Dat is het.

Hij wist dat de tijd voor God om hen te bezoeken

en de vijanden gekomen was. En God gaat Israël

bevrijden uit de slavernij van Egypte en ze zullen

uitgaan met grote have. En God gaat Egypte

verwoesten. Mozes kiest voor het lijden nu, maar er

komt heerlijkheid aan. Het lijkt of de Egyptenaren

nu winnen, maar God zal ze verwoesten.

In Ex.13:19 herinnert Mozes ze er aan om Jozef’s

beenderen mee te nemen. Weet u wat dat mij zegt?

Hij wist wat Jozef had gezegd! Hij herinnert zich

wat God Jozef zei en hij geloofde wat Jozef had

gezegd en hij vervulde het. Dat uit Gen.50 is in het

hart van Mozes. Wat gebeurt er? Grote

verdrukking, Hand.5:41. Weet u wat er gebeurt met

die mensen die de grote verdrukkingsperiode

meemaken? Zij zullen smaadheid dragen voor Zijn

naam, zij dragen de smaadheid van Christus in die

verdrukking en zij verkiezen dat boven de rijkdom

van de wereld. Wetende dat er loon komt voor hen.

Ziet u de parallel? Wat Mozes doorstond en wat zij

zullen doorstaan in de verdrukking. God zal hen

eren aan het einde.

Wat Hebr.11 doet is u demonstreren aan die

Hebreeuwse heiligen in de verdrukking dat het

loont om te blijven bij Gods Woord en Gods

Woord te kennen en begrijpen dat God ze zal

bezoeken en bevrijden en het loon der erfenis zal

geven. Blijven bij het Woord ondanks alle

verleidingen die ze ervan willen weghouden. Het

werkt, het deed dat altijd en zal het altijd doen.

Hebreeën 11:27-31

We lezen terug vanaf vers 23 om de context met

Mozes erbij te hebben.

Hebr.11:23 “Door het geloof werd Mozes, toen

hij geboren was, drie maanden lang van zijn

ouders verborgen, overmits zij zagen, dat het

kindeken schoon was; en zij vreesden het gebod

des konings niet.”

Het geloof van de vader en moeder van Mozes, we

zagen de laatste keer hoe zij begrepen waar zij in

het programma van God zaten, het tijdschema waar

zij in betrokken waren, en de bevrijding van Israël

uit Egypte. Ze gingen niet uit van de menselijke

gezichtspunten en waarden van de wereld om hen

heen, ze waren niet bang voor het bevel van de

koning. Ze kwamen in een daad van civiele

ongehoorzaamheid terecht gebaseerd op geloof.

De Bijbel vertelt ons steeds weer om goede burgers

te zijn en de overheid te gehoorzamen enz. Maar

als de overheid u iets vertelt om te doen dat

tegengesteld is aan Gods Woord, zegt God u niet

om iemand te gehoorzamen die Hem

ongehoorzaam is. U bent een goede burger en u

doet wat de regering u zegt, maar als zij u zeggen

iets te doen wat God niet zegt moet u God

gehoorzamen meer dan de mensen. Denk b.v. aan

Daniël, Darius vaardigt een bevel uit zodat zij niet

konden bidden, maar Daniël zoals zijn gewoonte

was, richtte zijn houding naar Jeruzalem en bad, in

geloof en God beloonde dat. Hij sloot de bek van

de leeuwen en bevrijdde hem. Om geloof te hebben

moet u Gods Woord hebben om te gehoorzamen.

Veel mensen zien bijgeloof als geloof, ze zien

geloof als blind in het donker rondlopen. Maar

waar gelooft u in? Wat is de inhoud van uw geloof?

Het is een ik hoop het en ik doe mijn best enz. Zo

waren de ouders van Mozes niet. Zij wisten waar

zij in het programma van God waren en ze hadden

er vertrouwen in.

Page 135: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 135

Hebr.11:24,25 “Door het geloof heeft Mozes, nu

groot geworden zijnde, geweigerd een zoon van

Farao’s dochter genoemd te worden;” (Heb

11:24 STV) “Verkiezende liever met het volk

van God kwalijk gehandeld te worden, dan voor

een tijd de genieting der zonde te hebben;”

Ik vertelde u hoe dit vers soms gebruikt wordt, mbt

de genieting van de zonde voor een tijd… Het punt

in dit gedeelte is niet zozeer de genieting van de

zonde, dat dat altijd voor een tijd is, dat is waar,

Jac.1 vertelt u dat. Maar waar dit gedeelte over

spreekt is: hij begrijpt dat God de troon van Egypte

omver zal werpen en Israël zal uitleiden, hij

begrijpt het tijdschema waar ze in zitten. Dus het

zoon zijn van de dochter van farao zal hij niet

genieten, en het regeren in Egypte, wetende dat het

niet lang zal duren voor God Israël uit Egypte zal

leiden.

Dit is allemaal leerzaam, en een hulp voor de

heiligen in de verdrukking, want dat is exact wat zij

zullen meemaken, zij weten waar ze zijn in het

tijdschema, dat hebben zij in Daniël 9, de 7e week

en dat de verlossing komt en dat zij moeten

volhouden en de genieting van de zonde moeten

weerstaan, het deel zijn van de troon en de regering

en het rijk van de antichrist. En God vertrouwen op

Gods Woord en de verlossing die komt.

Hebr.11:26 “Achtende de versmaadheid van

Christus meerderen rijkdom te zijn, dan de

schatten in Egypte; want hij zag op de

vergelding des loons.”

Dat is precies de situatie waar de verdrukkings

heiligen in zullen zijn. Let op er staat : de

versmaadheid van Christus. Mozes wist niets van

de Heere Jezus Christus in die tijd, hij vertelde de

mensen niet over de komst, dood en opstanding van

Jezus Christus, hoe weten we dat? Hoe weet u dat

Mozes niet rondging en mensen vertelde dat

Christus zou komen en voor hen zou sterven en dat

ze dat als beter moesten beschouwen als de rijkdom

van Egypte. U hoort dat wel vanaf preekstoelen,

radio en tv. overal ter wereld. Geen van de Oud

Testamentische heiligen keek uit naar de komst,

dood en opstanding van Christus en leerde dat in

hun dagen.

Waar u dat uit kunt weten is 1 Petr.1. U moet dit

soort verzen weten zodat u weet wat die mensen

toen begrepen van de komst van de Messias. Mozes

begreep er niets van. Als de profeten komen, de

schrijvende profeten, en zelfs zij begrepen het niet.

1 Petr.1:9-11 “Verkrijgende het einde uws

geloofs, namelijk de zaligheid der zielen. “Van

welke zaligheid ondervraagd en onderzocht

hebben de profeten, die geprofeteerd hebben

van de genade, aan u geschied;“Onderzoekende,

op welken of hoedanigen tijd de Geest van

Christus, Die in hen was, beduidde en te voren

getuigde, het lijden, dat op Christus komen zou,

en de heerlijkheid daarna volgende.”

Toen de profeten schreven, toen Jesaja Jes.53

schreef b.v. of toen Zacharia Zach.13 schreef, toen

zij deze gedeelten schreven begonnen zij te kijken

en te zoeken en studeren: Wát betekent het dat wij

schrijven? Toen de Geest Jes.53 neerschreef en

Jesaja las het en het begon te bestuderen dacht hij:

waar spreekt hij toch over? En als hij niet wist waar

Hij over sprak dan wist hij het niet. Hoe kan hij iets

prediken dat hij niet weet?

De Geest van God schreef het en hij profeteerde

het, maar hij begreep niet wat het betekende ook

niet de tijd(:11), wanneer het zou zijn.

1 Petr.1:12 “Denwelken geopenbaard is, dat zij

niet zichzelven, maar ons bedienden deze

dingen, die u nu aangediend zijn bij degenen, die

u het Evangelie verkondigd hebben door den

Heiligen Geest, Die van den hemel gezonden is;

in welke dingen de engelen begerig zijn in te

zien.”

God openbaarde hen dat zij dingen neerschreven

die niet voor hen waren, maar voor de mensen in de

laatste dagen. Dus het was niet nodig om ze te

begrijpen. Dat is een interessant gedeelte, mensen

zeggen: alle beloften in de Bijbel zijn voor mij…

En ik wil alles voor mijzelf claimen… Daar zijn de

mensen die de Schrift neerschreven en toen zij

schreven vertelde God hen dat het niet voor hen

was maar voor iemand anders. Dat is het

rechtsnijden van het Woord! God gebruikt iemand

om het op te schrijven en vertelt hen: het is niet

voor jou. Mensen zeggen: Ik claim het, U bent toch

geen beperkte God…

Luk.18:31-34 “En Hij nam de twaalven bij

Zich, en zeide tot hen: Ziet, wij gaan op naar

Jeruzalem, en het zal alles volbracht worden aan

den Zoon des mensen, wat geschreven is door

de profeten. “Want Hij zal den heidenen

overgeleverd worden, en Hij zal bespot worden,

en smadelijk behandeld worden, en bespogen

worden.” En Hem gegeseld hebbende, zullen zij

Hem doden; en ten derden dage zal Hij

wederopstaan.” En zij verstonden geen van deze

Page 136: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 136

dingen; en dit woord was voor hen verborgen,

en zij verstonden niet, hetgeen gezegd werd.”

Christus vertelt over Zijn lijden. En zij begrepen

deze dingen en verblijden zich dat Hij naar

Jeruzalem zou gaan om voor hun zonden te

sterven…. Dat zegt dat vers niet. Zij begrepen geen

van deze dingen.

Als God Job antwoord in Job 38 is het eerste wat

Hij tot Job zegt:

Job 38:2 “Wie is hij, die den raad verduistert

met woorden zonder wetenschap?”

Dat is een goed vers. Wat is hier aan de hand in

Luk.18? Zelfs gedurende de tijd van Christus, voor

Zijn dood begrepen zij niet dat Hij zou gaan

sterven. Zij begrepen de bedoeling niet. Als we

teruggaan naar Mozes in Hebr.11:26 dan begrijpt u

dat Mozes het ook niet begreep. Waar het hier over

gaat, hij lijdt dezelfde soort schande die later op

Christus kwam en die nog later zou vallen op de

verdrukkingsheiligen. Het soort schande die

Christus leed van Israël en de verdrukkingsheiligen

is het soort schande die Mozes hier leed. Houdt in

gedachten de schande van Christus

Psalm 69 is de zogenaamde lijdenspsalm.De

schande en de degradatie die op de Heere Jezus

Christus komt zien we in dit gedeelte. U ziet hier

een gebed, een Psalm van David, het is een

Messiaanse Psalm, een toekomstige kijk in het hart

van de Heere Jezus Christus als Israël Hem afwijst.

Ps.69:4 zij haten Mij zonder oorzaak

Psalm 69: Het is meer dan alleen historisch wat

David hier spreekt, het is leerstellig ook de Heere

Jezus Christus. Heeft u ooit iemand over Maria

horen spreken, over de maagd Maria? Dat zij geen

andere kinderen had dan de Heere Jezus Christus?

En dan gaat u naar Mark.6 en Mat.13 en u laat zien

dat Jozef en Maria ook andere kinderen hadden, de

broeders van de Heere Jezus Christus. En dan

zeggen ze: dat woord broeders moet neven zijn…

Wel, God heeft een manier van verzen in de Bijbel

plaatsen die niemand zou zien dan een

Bijbelstudent.

Ps.69:9 Ik ben mijn broederen vreemd

geworden, en onbekend aan mijner moeders

kinderen.”

Hier spreekt Christus. Ziet u, u moet een

Bijbelgelovige en Bijbelstudent zijn om dat te zien.

U moet begrijpen dat Joh.2:17 verwijst naar

Christus en teruggaat naar het Oude Testament, u

moet graven in het Woord van God en als u een

poosje gegraven heeft dan vindt u het. En er is

niemand die er aan dacht om in Ps.69 te kijken als

het gaat om of Maria meer kinderen had, behalve

de Bijbelstudent.

Ps.69:13 Die in de poort zitten, klappen van mij;

en ik ben een snarenspel dergenen, die sterken

drank drinken.”

Zo is het vandaag nog: …Ik ben een snarenspel

dergenen die sterken drank drinken. Iedere

drinkende zanger zingt wel iets over Jezus, men

zingt een gospelsong aan het eind van de avond om

alles OK te maken. Alle bekende schilders hebben

iets geschilderd over het kruis, van Christus, of het

laatste avondmaal.

Hebr.11:26 “Achtende de versmaadheid van

Christus meerderen rijkdom te zijn, dan de

schatten in Egypte; want hij zag op de

vergelding des loons.”

Dus de smaadheid van Christus heeft niets te

maken met het feit dat Mozes de dood en

opstanding van Christus verkondigde, dat is

wishfull thinking van degenen die hun Bijbel niet

goed hebben bestudeert. De smaadheid die hij daar

leed is dezelfde houding die mensen later ten

opzichte van Christus hadden. Mozes is een beeld

van een man die opstond en de smaadheid droeg

zoals ook deze mensen zullen dragen.

Hebr.11:27 “Door het geloof heeft hij Egypte

verlaten, niet vrezende den toorn des konings;

want hij hield zich vast, als ziende den

Onzienlijke.”

Dat is een mooi vers. Hoe kun je iemand zien die je

niet ziet? Door geloof. Dat zagen we in Hebr.11:1.

Hij hield vol, en dat is het punt in dit hoofdstuk: de

volharding van het geloof. De manier waarop deze

mensen zullen volharden in de verdrukking, het

lijden en de smaadheid en de moeilijkheden is door

God te vertrouwen en Zijn Woord tot hen. Dat is

ook waar voor u en mij. Als u en ik volharding

hebben vandaag door de beproevingen en de

omstandigheden is dat doordat we Gods Woord tot

ons vertrouwen. Daarom is rechtsnijden zo

belangrijk . Dat u weet wat Gods Woord voor u is.

En niet te vertrouwen op wat God tot iemand

anders zegt.

Page 137: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 137

Zoals die profeten die dingen opschreven en dat

God tot hen zei: Het is niet voor jullie, maar voor

anderen. Als zij geprobeerd hadden daarop te

vertrouwen zou het hen geen goed gedaan hebben.

Het was hun informatie niet.

Hij verlaat Egypte, dat is een verwijzing naar de

Exodus: Ex.5-11. Als u deze hoofdstukken leest

dat als Mozes bij Farao binnenloopt, waar hij was

opgegroeid, hij zat 40j in de woestijn en komt

binnen met zijn zonverbrande gezicht en zijn

kleren, en hij zegt: Laat mijn volk gaan! En farao

keek vanaf zijn troon naar hem en zegt: Wie is de

Heere God, dat ik naar Hem zou luisteren? Mozes

stond te bibberen in zijn schoenen toen hij dat zei,

ik weet niet wat u zou denken. Als hij zijn staf

neergooit en een slang wordt, als ik het was die de

staf de eerste keer moest neergooien zou ik snel om

me heen kijken om te kijken of er een uitgang in de

buurt was en of ik er vlak bij was…

En als die staf geen slang werd zou ik hem snel

oppakken en snel wegwezen door die deur. Zo was

Mozes niet, hij was niet bang voor de koning, hij

vertrouwde op God. Zo zullen in de grote

verdrukking die gelovigen niet bang zijn voor de

antichrist. Ziende op den Onzienlijke, door het oog

des geloofs.

Hebr.11:28 “Door het geloof heeft hij het

pascha uitgericht, en de besprenging des bloeds,

opdat de verderver der eerstgeborenen hen niet

raken zou.”

Door het geloof heeft hij het pascha uitgericht.

Hier hebben we het over het pascha in Exodus 12,

de laatste plaag is de dood van alle eerstgeborenen

van Egypte. En God stuurt de boodschap tot de

kinderen van Israël, dat ze het leven van hun

eerstgeborene kunnen redden, op de 10e dag van de

1e maand, de nieuwjaarsmaand voor Israël. Het

begin van het volk Israël begint in die maand, de

eerste maand, ze moeten een lam nemen,

afzonderen van de kudde, een lam zonder gebrek,

ze moeten hem drie dagen bekijken of hij goed is,

of er geen problemen met hem zijn, dat hij geen

ziekte of iets dergelijks heeft. Hij moet volmaakt

zijn, en op de 14e dag in de avond moeten ze het

lam nemen en het slachten, zijn bloed nemen en het

op de deurposten smeren, aan de deurposten en de

bovendorpel en misschien spetterde er wat bloed op

de grond eronder.

Als we terugkijken zien we dat ze het bloed

smeerden waar het aan het kruis was: de handen,

Zijn hoofd en Zijn doorboorde voeten. Zij begrepen

dat niet, maar wij kijken terug en wij zien dat. Als

’s nachts de doodsengel komt, komt hij langs elk

huis en hij dood de eerstgeborene , maar als hij bij

de deur komt waar het bloed is, wat gebeurt er? Hij

gaat voorbij. En God verloste Israël uit Egypte die

nacht. Als ze de volgende morgen wakker worden,

en alle eerstgeborenen dood zijn, zijn zij die onder

het bloed zijn nog in leven. En nu zegt farao: Ga

weg, ga weg, vertrek, en zij gaan, met grote

rijkdom en have die de Egyptenaren hun hebben

gegeven om van ze af te zijn.

En Israël is verlost uit Egypte ten eerste door het

bloed en hun verlossing is door het paaslam dat hun

bevrijd van de goden en de religieuze slavernij van

Egypte. Dan vertrekken ze van daar. Het vroeg

geloof om te doen wat zij deden. Om het paaslam te

nemen en het te doden, weet u wat eenvoudiger zou

zijn geweest? Als ze vier dagen gehad hadden om

alles te pakken, dat ging niet, ze hadden geen

caravan om mee te nemen, ze hadden geen voyager

of een volvo, ze waren slaven.

En door geloof smeerden ze het bloed aan de deur,

en ze namen het lam en roosterden het en aten het

en gingen naar bed…..

Ze aten de maaltijd en hielden zich klaar! Want in

de morgen vertrekken we, ze hadden goed gegeten

en waren klaar om te gaan en in de morgen gingen

ze uit. En weet u nog wat er met hen gebeurde in

Exodus 14? Ze komen bij de Rode Zee. Ze hebben

een grote triomf door geloof, vertrouwden het

bloed, ze waren verlost, ze zijn bevrijd door het

bloed en ze gaan uit.

Hebr.11:29 “Door het geloof zijn zij de Rode

zee doorgegaan, als door het droge; hetwelk de

Egyptenaars, ook verzoekende, zijn

verdronken.” Ze komen bij de Rode Zee en nu hebben ze een

probleem. Ik weet niet of u zich de eerste winter dat

we hier waren herinnert? We gingen naar een groot

meer, we waren een beetje bang om er op te gaan,

we wisten niet of het kon(ijs), we zaten aan de kant,

en toen we er een auto over zagen rijden durfden

we, en mijn vrouw nam een foto die we later naar

Alabama stuurden met de zin: ik vertelde jullie toch

dat ik op een dag op het water zou kunnen lopen…

Farao wilde hetzelfde pad nemen en de muren van

water kwamen neer en verzwolgen hen allen, en

farao en zijn leger verdronk. God oordeelde en

vernietigde hen, als zij Zijn volk wilden

vernietigen. Zij werden verlost door het bloed,

Page 138: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 138

maar zij werden ook verlost door kracht. En deze

twee dingen in Israëls leven zijn:

Het volk Israël werd geboren. De geboortedag van

Israël was die Exodus uit Egypte, hier liet God

Israël geboren worden. Door de besprenging des

bloeds en door kracht, door de wonderlijke

bevrijding door de Rode Zee, waar zij stonden en

de redding van God zagen. Het was door geloof dat

zij het bloed toepasten, en het was door geloof dat

zij in gehoorzaamden en de Rode Zee doortrokken,

en hun bevrijding ervaarden.

We gaan naar Deuteronomium 4 om de toepassing

van deze dingen te zien op de verdrukkings

heiligen, want dat wat deze mensen ervaren is exact

wat Israël in de grote verdrukking tegen komt en

moet verdragen.

Deut.4:29-35 Mozes kijkt vooruit in de toekomst

voor het volk Israël. In dit hoofdstuk gaat het over

de speciale positie en status die God Israël gegeven

heeft boven alle andere volken.

Deut.4:30 “Wanneer gij in angst zult zijn, en u

al deze dingen zullen treffen; in het laatste der

dagen, dan zult gij wederkeren tot den HEERE,

uw God, en Zijn stem gehoorzaam zijn.”

In het laatste der dagen..

Deut.4:33 “Of een volk gehoord hebbe de stem

van God, sprekende uit het midden des vuurs,

gelijk als gij gehoord hebt, en levend zij

gebleven?”

Heeft ooit een volk het privilege gehad dat Israël

had? Ziet u God deed dat allemaal voor Israël, Hij

deed hen geboren worden, en Hij leidde hen uit

door het bloed en door kracht en maakt hen voor

Hem een heilig volk, een groot volk. En als ze

straks in de grote verdrukking zijn kijken ze terug.

Ze moeten zich herinneren waarom God hen daar

gevormd heeft en geloof hebben in wat God gaat

doen, wat Zijn doel is en Zijn plan voor Israël.

Daarom is hier deze overeenkomst. Mozes, zijn

ouders begrepen het tijdschema van bevrijding en

door geloof stonden ze erop. En als de tijd er is

worden ze bevrijd door bloed en door kracht. Het

boek Hebreeën laat de besprenging met het bloed

zien. Hebr. spreekt steeds weer over het bloed van

het Lam dat het Nieuwe Verbond instelt en dat de

kracht voorziet waardoor Israël zal verlost worden

en in staat zal zijn om te volharden.

Hebr.11:30 “Door het geloof zijn de muren van

Jericho gevallen, als zij tot zeven dagen toe

omringd waren geweest.”

Nu slaat hij alle geschiedenis van Israël over wbt

Kades Barnea, het niet ingaan, de omzwervingen in

de woestijn, en komt bij Jericho en Rachab. U moet

zich hierbij herinneren wat we bestudeerden in het

boek Jozua, leer vooruit geschreven. Ze komen uit

Egypte, God vormt het volk Israël, Hij heeft een

doel met Israël, Hij gaat ze naar Zijn land brengen

en ze daar planten en door Israël Zijn Naam

vestigen en Zijn Koninkrijk en Zijn wet en Zijn

waarheid op de aarde.

Satan heeft een plan van rebellie dat daartegen in

gaat, hij hield het land Israël gevangen, het

beloofde land. Satan houdt het land vast in een

afgodisch, demonisch, religieus systeem. Daarom

moeten de Kanaanieten vernietigd worden. Hij

brengt Israël door de woestijn aan de oostkant van

de Dode Zee en de rivier de Jordaan, en in Jozua 3

gaan zij door de rivier de Jordaan. En zoals God de

Rode Zee geopend heeft, en ze door het droge

doorgingen en ze geboren liet worden, en Hij

behandelde ze als een kind, als een klein kind

brengt Hij ze hier naar de rivier de Jordaan en Hij

opent de rivier en ze gaan door droog land.

Maar deze tweede doorgang is geen doorgang naar

de geboorte, maar een doorgang naar

volwassenheid. De plaats waar Israël zou moeten

ingaan in haar volwassen status. Maar ze deed het

niet en het falen was haar fout. Maar wat gebeurt er

als God in Joz.3 de rivier de Jordaan opent en Israël

doorgaat, ze gaan letterlijk binnen om de aarde te

bezitten en Hij is de Heere God van de gehele

aarde, Die binnengaat met Zijn volk om bezit te

nemen en zij gaan in en ze beginnen te vechten en

de afgodendienaars uit te werpen en de demonische

religie en de Baalaanbidders en zij gaan het land

bezitten door oorlog, vernietigen en verslaan hun

vijanden.

Num.33, zij moeten het volk onteigenen, en het

land voor God bezitten. De eerste stad die ze

tegenkomen is Jericho. Jericho is de eerst stap in

God’s heroveringsplan voor de aarde. Er zijn

muren om de stad. Ze wandelen 6x om de stad

heen, het lijkt een beetje op Naaman in 2 Koningen

5, Elia zegt hem zich 7x te wassen in de rivier de

Jordaan. Het klinkt gek, wandel één keer om de

stad, volgende dag… de 7e dag, ze lijken gek in de

ogen van de mensen van Jericho. Misschien

gooiden ze rotte tomaten naar hen… en riepen

Page 139: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 139

dingen naar hen… Maar weet u wat er op de 7e dag

gebeurde? De muren vielen om. Waarom? Ze

hoefden geen schot te lossen, ik weet dat ze toen

geen geweren hadden. God liet hen Zijn vermogen

zien om de overwinning voor hen te voorzien.

Hebr.11:31 “Door het geloof is Rachab, de hoer,

niet omgekomen met de ongehoorzamen, als zij

de verspieders met vrede had ontvangen.”

Nu, in de stad Jericho waren enige gelovigen

(Jozua 2).

Laat me u vertellen wat Hebr.11 hier doet. Hebr.11

vertelt u over Mozes en het tijdschema voor de

verlossing uit de slavernij, en hun verlossing door

het bloed en kracht. En de muren van Jericho

vallen, en Rachab de heiden, gelovige is gered. In

de verdrukking is een tijdschema en door geloof

kunnen ze het eren. Ze kunnen verlost worden door

bloed en kracht en als zij verlost zijn is er geen

omzwerving, falen meer, maar ze zijn verlost door

hun Messias Koning Die komt, Hij bevrijdt ze en

brengt ze in het Koninkrijk en zegent hen en door

hen alle volken van de aarde.

Nu, de hoer Rachab, in Hebr.11 wordt ze een hoer

genoemd, niet dat ze toen een hoer was, en niet als

een beschuldiging, maar als een herinnering waar

ze vandaan kwam. En er is een leerstellige reden

dat ze hoer genoemd wordt, en we moeten terug

naar Jozua 2 om dit te begrijpen. Jozua 2:1-3 de

spionnen kwamen binnen en in vers 4 verstopt ze

hen en willen ze hen ophalen, :5,6 ze heeft ze

verstopt op het dak onder de stoppelen. Joz.2:9 Let

goed op wat ze zegt: “ik weet dat de HEERE u dit

land gegeven heeft…”. Zeg mij: Is dit geen goede

geloofsbelijdenis? Weet u wat God zei toen Hij

Israël uitleidde? Alle volken zullen er over horen…

Rachab hoorde erover en zij geloofde. Het was al

40 jaar geleden, en ze hoorde over de God van

Abraham, Izaak en Jacob en zij realiseerde wie Hij

was en zij geloofde. En zij werd bekeerd lang

voordat de spionnen daar kwamen, ze werd niet

gered toen de spionnen kwamen, maar toen ze

hoorde wat God had gedaan in de Exodus 40jaar

geleden.

Joz.2:12 “Nu dan, zweert mij toch bij den

HEERE, dewijl ik weldadigheid aan ulieden

gedaan heb, dat gij ook weldadigheid doen zult

aan mijns vaders huis, en geeft mij een

waarteken,”

Bevestig het verbond met Abraham: Zegen wie u

zegenen en vervloekt wie u vervloekt. Ze wist wat

ze deed. Vers 6 is een indicatie dat ze geen hoer

meer was.... De vlasstoppelen, die van haar op het

dak beschikt waren... ze had duidelijk haar beroep

veranderd, ze had een baan, ze verkocht vlas, iets

heel anders, het ging goed met haar.

In Spreuken 31:13 lezen we over de deugdelijke

huisvrouw(het tegenovergstelde van een hoer): zij

zoekt wol en vlas, en werkt met lust harer handen.

Weet u wat er gebeurde met Rachab? Zij werd

gered en het veranderde haar. En hier verstopt ze de

spionnen omdat ze begreep wie Israël was en dat

deed ze door geloof! Geloof in wat God had gedaan

en zou doen door Israël. Want Israëls God is God.

En dat is aan de orde in de grote verdrukkings

periode.

Laten we ook nog eens kijken in Jozua 6 en nog

één ding zien. Maar eerst Lukas 7, en ik zal u laten

zien waarom ze nog steeds de hoer genoemd wordt.

Luk.7:29 “En al het volk, Hem horende, en de

tollenaars, die met den doop van Johannes

gedoopt waren, rechtvaardigden God.”

(KJV:publicans). De farizeën en de wetgeleerden

dachten het niet nodig te hebben om gedoopt te

worden. De gewone mensen (Luk.15:1,2). Het

afvallige volk was religieus, uiterlijk rechtvaardig

maar de gewone zondaren (publicans) hoorden

Hem.

Mat.21:28-32 De mensen waaruit de kleine kudde

bestaat waren niet het afvallige volk, maar

tollenaren en zondaren. Wie deed de wil van de

Vader? De eerste. Voorwaar Ik zeg u, dat de

tollenaars en de hoeren u voorgaan in het

Koninkrijk Gods (:31). Als zij het Kon.Gods

binnen wilden gaan, weet u wat ze dan moesten

doen? Ze moesten ingaan met een stelletje

tollenaren en hoeren, want ze moesten komen en

erkennen dat ze fout waren en dat ze gezondigd

hadden. En daar waren ze te rechtvaardig voor, en

dat deden ze niet!

Jozua 2:13 “Dat gij mijn vader en mijn moeder

in het leven zult behouden, als ook mijn

broeders en mijn zusters, met alles, wat zij

hebben; en dat gij onze zielen van den dood

redden zult.”

Ik wil dat jullie mijn familie redden, mijn vader,

moeder en broers en zusters en alles wat zij hebben.

Page 140: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 140

En zij zeiden: dat zullen we doen, en door het

scharlaken koord uit haar raam te laten

identificeerde ze haar huis.

En nu het leger is gekomen (Joz.6) en de muren

instorten, maar Jozua had tot de twee mannen

gezegd.

Joz.6:22,23 “Jozua nu zeide tot de twee mannen,

de verspieders des lands: Gaat in het huis der

vrouw, der hoer, en brengt die vrouw van daar

uit, met al wat zij heeft, gelijk als gij haar

gezworen hebt. “Toen gingen de jongelingen, de

verspieders, daarin en brachten er Rachab uit,

en haar vader, en haar moeder, en haar

broeders, en al wat zij had; ook brachten zij uit

al haar huisgezinnen, en zij stelden hen buiten

het leger van Israel.”

Let nu op: zij brachten uit Rachab en haar vader en

haar moeder en haar broederen en al wat zij had…

Wie missen we vergeleken met Joz.2:13? Haar

vader is er, haar moeder is er, en haar broeders.

Maar ziet u haar zusters in Joz.6:23? Nee, er waren

leden van haar familie die niet in haar huis wilden

zijn, haar zusters zeiden: Ik ga daar niet heen, dan

ben ik net zoals zij…ze had een reputatie.. Weet u

wie er in de kleine kudde zullen zijn hier(Hebr.)?

Mensen die hun plaats wilden innemen in het stof,

die zich bekeerden en zich lieten dopen tot

vergeving van zonden. Geen mensen die de raad

van God afwezen en zeiden: Wij hebben geen

problemen. Maar mensen die erkenden en Hem

vertrouwden. Zij gingen in.

En Rachab werd bevrijd, maar alle andere mensen

werden verdelgd. En God bevrijdde de heidenen

door Israël op die dag. Er is een parallel, hoe meer

je het bestudeert en er dieper op ingaat dan is er

zoveel. En als u studeert dan blijft u uit de

problemen.

Hebreeën 11:32

We zijn gekomen aan het eind van de lijst van

individuen, en hij vertelt u over hun geloof.

Hebr.11:32 “En wat zal ik nog meer zeggen?

Want de tijd zal mij ontbreken, zou ik verhalen

van Gideon, en Barak, en Samson, en Jeftha, en

David, en Samuel, en de profeten;”

Deze schrijver had veel te zeggen, hij had een rijke

achtergrond van de Schriften met al deze mannen

van geloof. Hij komt tijd tekort en hij gaat van vers

32 snel door tot vers 38, eerst wat namen en dan

begint hij categorien van dingen te beschrijven.

Hebr.11:33-35 “Welken door het geloof

koninkrijken hebben overwonnen, gerechtigheid

geoefend, de beloftenissen verkregen, de muilen

der leeuwen toegestopt; “De kracht des vuurs

hebben uitgeblust, de scherpte des zwaards zijn

ontvloden, uit zwakheid krachten hebben

gekregen, in den krijg sterk geworden zijn,

heirlegers der vreemden op de vlucht hebben

gebracht; “De vrouwen hebben hare doden uit

de opstanding weder gekregen; en anderen zijn

uitgerekt geworden, de aangeboden verlossing

niet aannemende, opdat zij een betere

opstanding verkrijgen zouden.”

Deze dingen zijn niet eens altijd gedaan aan de

personen van vers 32. De personen van vers 32

hebben koninkrijken overwonnen(vers 33) en

gerechtigheid geoefend en beloftenissen verkregen,

maar ze hebben geen muilen van leeuwen

toegestopt. Dus wat hij doet in vers 33 en verder:

hij beschrijft niet de wie, niet de individuen uit vers

32, maar hij spreekt over de mensen van geloof, de

mensen die wandelden door geloof en een goed

getuigenis ontvingen door geloof, een lange lijst

van details. Maar als we kijken in vers 32, dan zijn

er mensen daar in die lijst met vreemde karakters:

U weet wie Gideon was? En David en Samuël.

Maar sommige mensen hebben moeite om Barak te

lokaliseren. U weet wie Simson is, maar Jefta? Elk

commentaar op Hebr.11 suggereert eigenlijk dat hij

niet in de lijst thuishoort, hij was een dom soort

man, we zullen dat zo zien. Maar dit zijn mannen

van geloof, en God heeft ze in de lijst opgenomen.

Gideon is een groot voorbeeld en deze mensen zijn

een voorbeeld van de moed die geloof inboezemt

in mensen, het vermogen om te overwinnen voor

God en het vermogen om te lijden voor God.

Deze namen in vers 32, zij nemen een periode in in

Israël geschiedenis, het eerste verloop van oordeel,

de namen in vers 32 zijn Gideon, Barak, Samson en

Jefta, deze vier mannen zijn vertegenwoordigers

van het boek Richteren, zij zijn richteren in Israël.

David en Samuel, David is de eerste koning,

Samuel is de laatste van de richteren en het hoofd

van de profeten, van de categorie van profeten. En

hij is een overgangsfiguur van richteren naar de

koningen.

Saul is natuurlijk de eerste koning, maar hij is

afvallig, aanmatigend, David is God’s man. Wat we

Page 141: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 141

hier hebben we gaan van vers 31 van Rachab en

Jozua, hij brengt Israël tot stand, met Abraham,

Izaak en Jakob, Hij leidt Israël uit Egypte, bevrijdt

hen naar het beloofde land en brengt ze in het land,

en u weet: de woestijn wordt gemist in dit alles, wat

we hier zien is dat zij wandelen door geloof niet

hun afdwalingen. We hebben hier over gesproken

hoe Hebr.11 terugkijkt met Gods ogen, zoals God

naar Zijn mensen kijkt in dat verleden, over de

waarde van het bloed van de Heere Jezus Christus

dat de zonde, problemen en moeilijkheden voor

Zijn rekening neemt en het falen van de heiligen.

Num.23:21 Als Bileam over Israël uitkijkt en zegt:

Hij schouwt niet aan de ongerechtigheid in Jakob,

ook ziet Hij niet aan de boosheid in Israël. Dat is in

het vooruitzicht wat Hebreeën in werkelijkheid is,

hoe God kijkt. Dus God rekent rechtvaardigheid

toe, het kruis is een totstandbrenging daarvan, en

alles van het volbrachte werk en de voorzieningen

van het Nieuwe verbond voor Israël daar spreekt

Hebreeën over. Nu gebruikt hij het punt van geloof

en hun volharding en de bekwaamheid om te

overwinnen en te lijden voor God door de

verdrukking in het Koninkrijk waar zij bezit nemen

van de zegeningen. En het is steeds: geloof dat het

doet en geloof is wat God beloont in elke tijd,

geloof in Gods Woord, geloof in wat geopenbaard

was en in hetgeen ze moesten vertrouwen, geloof

was altijd het punt.

Dus als we hier terugkijken, kijken we niet naar

hun falen, maar naar hun geduld, hun geloof.

Gideon, Barak, Simson en Jefta, staan niet in de

chronologische volgorde waarin u ze vind in

Richteren. Barak komt voor Gideon, Gideon is de

4e richter. De regel hier is om ze uit te selecteren

met een bedoeling. Let u op, Barak en Simson staan

in het midden en deze twee mannen worden

geassocieerd met vrouwen. Barak’s bediening als

een richter is begonnen met en voltooid door twee

vrouwen, hij is uitgeholpen door twee vrouwen.

Simson is verraden door twee vrouwen.

En Gideon en Jefta aan het begin en het andere

eind, grote mannen, die grote dingen doen. En we

zullen straks daar meer van zien, parallellen tussen

Gideon en Jefta, zij zijn ook niet de “grootste

jongens” die op aarde rondliepen, zij deden ook

rare dingen, maar de Bijbel noemt hen: dappere

mannen, grote mannen. Het is belangrijk om te

begrijpen waar u bent in het boek Richteren, dus

dat u begrijpt wat hier aan de hand is. Gideon is de

4e richter, u vind hem in Richt.6,7.

Richt.6:1,2 “Maar de kinderen Israels deden,

dat kwaad was in de ogen des HEEREN; zo gaf

hen de HEERE in de hand der Midianieten,

zeven jaren“Als nu de hand der Midianieten

sterk werd over Israel, maakten zich de

kinderen Israels, vanwege de Midianieten, de

holen, die in de bergen zijn, en de spelonken, en

de vestingen.”

Wat er gebeurt in het boek Richteren? Richt.2 er is

een serie van oordelen in Richteren, een serie van

Goddelijke kastijding die God Israël beloofd had

als zij Zijn verbond zouden breken, Lev.26. De

eerste reeks oordelen vindt plaats in Richteren en

Richteren strekt zich uit tot de eerste acht

hoofdstukken van 1 Samuël, waar Samuël, de

laatste van de richteren, aan het werk is. En die

eerste reeks oordelen, en de reden waarom Hebr.11

deze mannen naar voren brengt en ze identificeert

is omdat de eerste serie oordelen en de laatste serie

bij elkaar horen zij zijn een reflectie, een

spiegelbeeld van elkaar.

Er is een punt in de eerst serie en de dingen die

plaats vinden in de eerste serie, die herhaalt en

gereflecteerd worden in de laatste, de vijfde serie

van oordelen. In de Oud Testamentische studies

bestudeerden we de vijfde serie profeten, dat is

Jesaja tot Maleachi. Alle profeten in uw Bijbel die

boeken schrijven, schrijvende profeten, Jesaja tot

Maleachi zijn allemaal ‘vijfde serie profeten’. En

de vijfde serie is ook verdeeld in vijf gedeelten. Het

eerste deel van de vijfde serie en het laatste deel

van de vijfde serie zijn ook weer een spiegelbeeld

van elkaar. Dus Jesaja en Jeremia en Ezechiël en

Daniël en Hosea en Joël en Amos en alle

schrijvende profeten schrijven dingen op en

beschrijven wat er gebeurt als de vijfde serie

oordelen begint, zich begint te voltrekken, en hoe

God Israël vertelt hoe ze bevrijd zullen worden van

de vijfde serie van oordelen door hun Verlosser

door hun Messias, door hun Koning, door de Heere

Jezus Christus in hun Koninkrijk.

En hij beschrijft dat in het eerste deel van de vijfde

serie, maar letterlijk heeft het nog niet plaats

gevonden vele jaren later, zelfs in de toekomst waar

wij nu zijn. Daar zijn vijf speciale fases in die

vijfde serie van oordelen. Wat we hier doen: er zijn

meer details gegeven aan u over de eerste serie

oordelen. Dan zijn er de tweede, derde en vierde:

deze gaan snel en het is erdoor vliegen, Samuël en

Koningen. In de vijfde serie heeft u een hele berg

geschreven informatie, zodat u dingen kunt

Page 142: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 142

vergelijken. Ik zeg u dit omdat hij ons in

Hebr.11:32 met reden terugbrengt in details.

U zegt: de man die de mond van de leeuwen stopte,

wie was dat? Wel, daar is Daniël, maar er zijn ook

anderen: in Kronieken, iemand die een leeuw in de

sneeuw versloeg, zijn hand kleefde aan het

zwaard(?). Hij spreekt over het karakteristiek van

het doen, koninkrijken overwonnen, wel veel

hebben dat gedaan, hij identificeert mensen, zodat

als u Hebr.11 bestudeert u teruggaat en Richteren

gaat bestuderen. En u heeft gestudeerd, elke keer

als we in Hebr. 11 verder gingen, gingen we terug

naar gedeelten in Genesis, Exodus, Numeri, Deut.

en Richteren en dat identificeert leer voor u die niet

alleen dingen waren die God tot Israël zei in het

verleden, maar die een leerstellige toepassing

vinden ergens in de toekomst, naar de situatie waar

deze Hebreeuwse gelovigen in zullen zijn, komen.

Dus hij geeft hen verwijzingen om terug te gaan

naar het Oude Testament en daar leer te halen die

hen zal verlichten in hun toekomstige

verdrukkingsperiode. De sleutel om te weten hoe ze

terugmoeten gaan en de leer halen is door wat hij

hen geeft in Hebr.11. Ik hoop dat dit iets voor u

betekent, voor mij wel, toen ik het bestudeerde. Het

punt is, zo moeten deze mensen in staat zijn om te

studeren, waar naar terug te gaan en de informatie

op te halen en de relatie te leggen met hun

toekomst.

Richteren 2:11 “Toen deden de kinderen Israels,

dat kwaad was in de ogen des HEEREN, en zij

dienden de Baals.”

Dus u begrijpt wat de richteren waren…! In Richt.2

heeft u een soort introductie tot het boek, het doel

van de richteren en waar ze voor waren. Richt.2:8-

12 U krijgt hier een overgang: de oude generatie

die uit de woestijn kwam en het land inging en het

land bewerkt in het boek Jozua en het bezit, zij

sterven en een nieuwe generatie komt ten tonele.

Let op de het buigen, het lijkt op 1 Koningen 19 als

Elia het heeft over degenen die niet voor Baal

gebogen hadden, het punt is Baalverering. En dat

vertoornd de Heere, dat doet het verbond dat Israël

met de Heere geweld aan om geen andere goden

voor Zijn aangezicht te hebben.

Zij maakten een contract met God, en als zij dat

verbond zouden breken zou Hij hen straffen met

speciale straffen.

Dus de eerst serie, de eerste les in deze straffen

vinden we in Leviticus 26 komt over hen.

Richt.2:13-15 zoals de Heere gesproken en

gezworen had…. Ziet u de oordelen komen over

hen.Het eerste oordeel dat Hij hen beloofd had zien

we in vers 14.

Richt.2:14 “Zo ontstak des HEEREN toorn

tegen Israel, en Hij gaf hen in de hand der

rovers, die hen beroofden; en Hij verkocht hen

in de hand hunner vijanden rondom; en zij

konden niet meer bestaan voor het aangezicht

hunner vijanden.”

Richt.2:16-20 en de Heere verwekt richters, daarom

noemen we deze oordelen kastijdingen. Omdat een

kastijding niet is bedoelt om iemand te vernietigen,

maar corrigerende discipline, om te leren, en te

corrigeren, om correct gedrag te produceren.

Daarom noemen we ze een les, een school, een

schoolmeester die hen probeert te leren. Over de

straf en het resultaat in het verbond. Dus van het

eind van al deze lessen zegt Hij : Als jullie niet naar

Mij luisteren, dat betekent dat Hij ze probeert terug

te roepen, en als zij niet luisteren krijgen ze een

andere les.

Dus temidden van de straffen brengt God richteren

tot hen die ze verlosten uit de hand van degenen die

hen beroofden. Heeft u ooit zo’n kind gehad? Oh

nee, u heeft allemaal lieve, aardige kinderen die

altijd de eerste keer gehoorzamen als u ze iets

vraagt. Herinnert u de tijd dat u een kind was… Ze

luisterden niet, ze deden hun eigen dingen en waren

eigenwijs. Hij straft hen, Hij werkt aan ze. Ik kan

me herinneren als klein kind dat mijn moeder mij

en mijn broer zou gaan slaan,en ik leerde al snel dat

hoe harder ik ging huilen hoe minder slaag ik

kreeg. Mijn broer was halsstarrig, als een muilezel,

ik niet. En hij zei: het doet geen pijn. De sleutel om

een kind te disciplineren is niet om hem halfdood te

slaan, of een volwassene, maar om hem naar de

plaats van berouw te brengen. Als u hem niet op

andere gedachten kunt brengen maakt u hem alleen

maar boos. De grootste strijd in mijn leven zit daar:

mijn oudste zoon, ik worstel liever met twee grizzly

beren dan dat ik één kind opvoed, ze kijken waar je

zwakke plekken zijn om te kijken waar ze je

kunnen raken en dan ben je verloren.

Het gaat er om dat u in staat bent om zo veel van

dat kind te houden dat u doet voor dat kind wat u

moet doen als ouder, al nekt het je, dat is moeilijk.

Er zijn geen ouders die denken dat ze het goed

gedaan hebben, maar als u het door geloof doet op

Page 143: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 143

de manier zoals God zegt dat u het moet doen, en

dan praat ik niet over slaan, maar om te volharden

tot het eind tot er berouw komt en een

hartsverandering. Mijn broer zei dus: het doet geen

pijn, en hij huilde nooit totdat mijn moeder de

kamer verliet. En dan lag hij op bed en huilde als

een baby en ik zei: Travis wat doe je? Waarom huil

je niet als ze je slaat? Ik wil haar de voldoening niet

geven… OK, daar spreekt dit vers over.

Een volk in relatie tot de Heere. Hij straft ze, en ze

leren niet, waarom leren zij niet? Ongeloof. Als we

naar Gideon gaan, in Richt.6, Gideon is om te

beginnen niet zo’n geloofsman. God spreekt 7 keer

tot hem in Richt.6 om hem voor te bereiden,

persoonlijk Zijn Woord te geloven, geloof komt

door horen, horen door het Woord van God. God

spreekt 7x voor hij gelooft. Hij start met de taal van

ongeloof, en dan komt hij tot wat God hem zegt.

God ziet meer in hem dan hij in zichzelf ziet.

In Richt.6:12 “Toen verscheen hem de Engel

des HEEREN, en zeide tot hem: De HEERE is

met u, gij, strijdbare held!”

Hij noemt hem een strijdbare held, en als u naar de

rest van de verzen kijkt ziet u dat hij steeds:

waarom en waar en hoe en maar en niet ik zegt.

Maar uiteindelijk bereid God hem voor. Hij spreekt

5 keer om hem te instueren hoe hij het werk moet

doen. En weet u wat Gideon deed? Ze begonnen

met teveel mannen. Dus er moesten er naar huis, en

toen had hij nog teveel mannen en dan moeten er

nog meer naar huis, er blijven er 300 over.

En ik zeg u, als u 300 man had voor 10.000-enden

van de vijand dan is dat niet veel. En dan moet hij

een kruik met een lamp maken en verbergen en een

trompet en dan de bergtop op en de trompet blazen

en de kruik breken, de pot van klei en houdt het

licht op en blaast de trompet en zegt: Voor de

Heere en voor Gideon! Wat een plan! Het klinkt

niet erg naar een plan en toch werkte het. En wat

deed Gideon? Hij vertrouwde op God, hij deed wat

God zei, nam God op Zijn Woord. Weet u wat

Paulus zegt: door de dwaasheid van de

prediking…! Mensen kijken naar ons en denken dat

we watjes zijn, maar we doen het op Gods manier

en het werkt.

Na Gideon komt Barak. Richteren 4, er is een tijd

in Richt.4. De cirkel : 1 zonde :2 de kastijding : 3

zij belijden, roepen. Sisera verdrukt de kinderen

Israëls 20 jaar, in Richt.5. De manier waarop Sisera

Israël verdrukt is belangrijk om naar te kijken, laten

we naar hoofdstuk 5 gaan waar Sisera is gedood en

ze de overwinning hebben behaald. Deborah is

profetes in die tijd en zij zegt over de overwinning

in Richt.5:6.

Richt.5:6,7 “In de dagen van Samgar, den zoon

van Anath, in de dagen van Jael, hielden de

wegen op, en die op paden wandelden, gingen

kromme wegen.“De dorpen hielden op in Israel,

zij hielden op; totdat ik, Debora, opstond, dat ik

opstond, een moeder in Israel.”

De mensen waren te bang om de straat op te gaan,

de vijand kwam binnen en verdrukte hen en ze

bleven thuis en als ze buiten kwamen namen ze een

andere weg dan de normale, ze namen

achterweggetjes door het veld enz. om

onopgemerkt te blijven. Één van de redenen

daarvoor zien we in vers 30.

Richt.5:30 “Zouden zij dan den buit niet vinden

en delen? een liefje, of twee liefjes, voor

iegelijken man? Voor Sisera een buit van

verscheidene verven, een buit van verscheidene

verven, gestikt; van verscheiden verf aan beide

zijden gestikt, voor de buithalzen?”

Met andere woorden als ze je op straat zagen,

pakten ze je kleren af, heeft u dat ooit iemand zien

doen? Als iemand een jack ziet dat hij graag wil

hebben, of tennisschoenen die de kinderen willen

hebben? Iemand komt naar u toe met een geweer en

zegt: Doe je schoenen uit of ik schiet…! Wat er

vandaag gebeurd in de straten van Chicago is niet

zo veel verschillend van wat daar gebeurde. Sisera

was een bendeleider. De stad wordt geterroriseerd,

mensen durven niet naar buiten.

De onderdrukking van Sisera in Israël had een

speciaal karakter, ze kwamen en vielen mensen

persoonlijk aan. Ze kwamen niet om hun

voorraadschuren of hun veld met graan en hun

bezittingen. Maar ze pakten hun kleding maar ze

namen ook hun vrouwen mee, als een vrouw op

straat liep werd ze gewoon meegenomen. Dat was

dus een speciale verdrukking voor de vrouwen.

Deborah is een profetes, zij staat op als een moeder

in Israël, ze staat op tegen die verdrukking.

Richt.4:4 “Debora nu, een vrouw, die een

profetesse was, de huisvrouw van Lappidoth,

deze richtte te dier tijd Israel.”

Zij richtte Israël in die tijd, ze woonde onder de

palmboom tussen Rama en Bethel (:5). In

Page 144: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 144

Richt.2:16 staat dat als God Israël door de richteren

verloste uit de hand van hen die hen beroofden.

Deborah is dus niet door God geroepen om een

richter te zijn maar om een profetes te zijn, en het

Woord van God te spreken. En Israël komt tot haar

en zij functioneert toch als een richter. Maar dan

zend God hen een verlosser: Barak. En zij spreekt

tot Barak in Richt.5:6-8 het Woord van God, dat

God Sisera over zal geven in Barak’s handen. In

vers 8 zegt Barak dat hij niet zal optrekken als zij

niet meegaat. En zij zegt dat ze zeker mee zal gaan.

Barak is niet bang om te gaan zonder haar, u hoort

veel rare dingen over Barak: dat hij niet zonder die

vrouw durfde te gaan. Als u deze verzen leest ziet u

dat deze man niet bang was. In vers 10 leest u dat

hij met 10.000 man ging. Als u al 10.000 man heeft

die met u gaat vechten zal één vrouw niet

uitmaken. Daar gaat het niet om in vers 8. Hij geeft

daar eer aan wie eer toekomt.

Wie was Deborah? Iemand die sprak namens God.

Wat zegt hij? Hij zegt: Ik ga niet zonder dat het

Woord van God met me mee gaat. In vers 9 zegt ze

dat ze meegaat maar dat de eer niet voor hem zal

zijn maar voor een vrouw. Dat is belangrijk. Barak

zocht geen eer voor zichzelf, hij zocht bevrijding

voor zijn volk. Hij wilde dat de eer zou gaan naar

degene die de eer toekwam, en Deborah vertelt hem

dat de Heere Sisera zal geven in de hand van een

vrouw. En als u verder leest in het hoofdstuk ziet u

dat Jaël :17-21 Sisera letterlijk met zijn hoofd aan

de grond nagelde. Ze doodde hem door een spijker

door zijn slaap in haar tent. En zij bevrijdde Israël.

Barak versloeg zijn leger terwijl Sisera wegkwam

en een vrouw, Jaël, doodde hem.

Van Jaël staat in Richt.5:24 dat zij gezegend is

bóven de vrouwen. Van Maria staat er dat ze

gezegend is onder de vrouwen, Luk.1. Zo wordt ze

in een meer verhoogde positie geplaatst dan Maria,

de moeder van de Heere Jezus Christus. U ziet

mensen Maria aanbidden, en ik weet niet of mensen

weten dat Jaël bestaat, maar God plaatste haar

boven de vrouwen. Dus met Barak waardeert God

zijn geloof.

In de Bijbel zijn vrouwen over het algemeen het

zwakkere vat 1 Petr.3:7, maar wat leren we hier.

Als we terugkijken naar Gideon en u ziet dat God

Israël bevrijd, hoe? Met 300 man, niet met de

10.000den, met de kleipot met de lamp erin. Weet u

wat hij daar over zegt in Mattheus 6? Gij zijt het

licht der wereld, maar u moet het niet onder de

korenmaat zetten, niet in een pot, u moet hem,

bang, laten zien, en u blaast de trompet en u

proclameert het Woord van bevrijding, door

zwakke dingen.

Hoe ziet het kleine overblijfsel er in de grote

verdrukking eruit? Een groep zwakkelingen,

onbeduidend, dwaas volk. Wat ziet u met Barak? U

ziet Barak, maar wie krijgt de eer? Het is de vrouw,

het zwakke vat.

Hetzelfde met Jefta, Richteren 11. Jefta heeft een

moeilijk begin, zijn moeder is een hoer, geen

moeder waar je trots op kunt zijn. Een jongen nu,

opgebracht in zo’n familie wordt agressief in het

leven, wraakgierig. En dat ziet u hier ook, hij wordt

uit huis gegooid op jonge leeftijd en leeft op straat,

hij probeert vrienden te vinden maar hij vind alleen

ijdele mannen (:3). Een stelletje waardeloze

mannen zonder respect. Hij had vrienden nodig om

te overleven, voor gevoel van veiligheid en

identiteit, dus wat doet hij: hij wordt een

bendeleider.

U begrijpt dat de problemen met de bendes en alles

op straat, armoede is. Maar het probleem is niet de

armoede, er zijn veel mensen die geleefd hebben in

armoede, maar die integer waren en eerlijk en die

werkten en ze waren geen dieven en rovers en

leugenaars en hoeren. Dat waren ze niet. Wie van u

leefde in de depressie, uw grootmoeders en vaders,

zij leefden eerbare levens, onder omstandigheden

die slechter waren dan de slechtste persoon hier in

Chicago. Mijn vrouw’s opa voedde 10 kinderen op

gedurende de depressie en ik zeg u dat hij minder

had voor 10 kinderen dan 1 persoon die hier op

straat heeft aan soepkeukens enz. Wij gooien

genoeg afval weg om mensen te voeden en het is

meer dan mensen in de depressie hadden toen. Ziet

u, armoede is het probleem niet. Of waar mensen

naar wijzen: gebrek aan onderwijs, weet u waar het

vandaan komt? Van twee dingen:

Ten eerste: Door een gebrek aan respect voor het

leven, voor de waarde van een menselijke ziel, voor

wie u werkelijk bent. Ten tweede: de worsteling

voor het vinden van identiteit en waar u bij hoort.

De reden waarom mensen in bendes gaan, en ik ben

geen socialist, maar ik weet genoeg van het Woord

van God om te weten wat het probleem is. Het

probleem is de worsteling waar mensen mee zitten:

waar horen ze bij, wat hun identiteit is en het enige

antwoord wat u ooit daarop zult vinden is, een

blijvende identiteit: in Jezus Christus.

Page 145: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 145

Mensen proberen hun identiteit in hun werk te

vinden. We horen over de multiculturele

samenleving, mensen proberen hun identiteit te

vinden in zichzelf en in hun geschiedenis, een

stelletje zondaren die iets groots uit zichzelf

proberen te halen. Maar het antwoord, is in het

Evangelie. Dan wijzen we op Iemand Die hen

werkelijk een identiteit kan geven die telt.

Terug naar Jefta, Jefta was een harde jongen en als

Israël bevrijd moet worden, weet u tot wie ze gaan?

Ze gaan naar Jefta.

Richt.11:7 “Maar Jeftha zeide tot de oudsten

van Gilead: Hebt gijlieden mij niet gehaat, en

mij uit mijn vaders huis verstoten? waarom zijt

gij dan nu tot mij gekomen, terwijl gij in

benauwdheid zijt?

Hier zegt hij (en u ziet de wrok die hij t.o.v. hen

heeft) Waarom kom je nu tot mij..enz. De oudsten

zeggen: Vecht voor ons, we hebben je nodig, we

hebben je nodig, we hebben je nodig. En kijk wat

hij in vers 9 zegt: als God mij de verlosser en de

richter maakt zullen jullie dat dan waarderen?

Zullen jullie dan doen wat God zegt?!

Richt.11:9 “Toen zeide Jeftha tot de oudsten

van Gilead: Zo gijlieden mij wederhaalt, om te

strijden tegen de kinderen Ammons, en de

HEERE hen voor mijn aangezicht geven zal, zal

ik u dan tot een hoofd zijn?”

En zij zeggen: We zullen het doen.En Jefta sprak al

zijn woorden voor het aangezicht des Heeren (:11).

En hij bevrijd hen, maar weet u, temidden daarvan

maakt Jefta een grote fout.Hij is een man van

geloof, dat ziet u in dit hoofdstuk, maar hij maakt

een grote fout:

Richt.11:30,31 “En Jeftha beloofde den HEERE

een gelofte, en zeide: Indien Gij de kinderen

Ammons ganselijk in mijn hand zult geven; “Zo

zal het uitgaande, dat uit de deur van mijn huis

mij tegemoet zal uitgaan, als ik met vrede van

de kinderen Ammons wederkom, dat zal des

HEEREN zijn, en ik zal het offeren ten

brandoffer.”

Op dat moment in zijn leven als hij begint te

merken dat hij iemand is komt hij op een punt dat

zijn mond hem in de problemen brengt. Hij maakt

een afspraak met God en hij beloofde de Heere een

gelofte: Als U me laat winnen en als ik dan naar

huis gaat het eerste dat uit mijn deur komt is voor U

en ik zal het offeren.

Wat het ook is: een koe, een paard, een favoriete

bezitting, wat dan ook, het is voor U. God gaf hem

de overwinning en het probleem komt in vers 34:

Richt.11:34 “Toen nu Jeftha te Mizpa bij zijn

huis kwam, ziet, zo ging zijn dochter uit hem

tegemoet, met trommelen en met reien. Zij nu

was alleen, een enig kind; hij had uit zich anders

geen zoon of dochter.”

Zie zo ging zijn dochter uit hem tegemoet… En als

u dit leest dan denkt u: gaat die man zijn dochter

doden? Het is zoals het er staat. Al de commentaren

proberen het te veranderen. Bullenger en al de

anderen, zeggen: hij doodde haar niet echt, wat hij

deed is: hij maakte een levenslange maagd van

haar. Maar dat staat er niet, in vers 40 staat dat de

dochters van Israël jaarlijks haar gingen betreuren.

Vertel mij: u gaat toch niet jaarlijks de berg op om

een maagd te bewenen. Ze gingen daar als een

herinnering heen en ze beweenden haar dood.

Nu, God heeft dat niet gewild, niet goedgekeurd.

Wat dit illustreert is de dwaasheid van een man die

zijn mond niet in bedwang had en daarna te trots

was om terug te nemen wat hij had gezegd. Wat

Jefta deed vinden we in Leviticus 27 en Prediker

5. Er is geen reden in de wereld om Gods Woord

op een vergissing te doen lijken, met de bedoeling

om Jefta hier te rechtvaardigen, en dat doen de

commentaren en de predikers. Ze zeggen: Hij deed

het niet echt, want Hebreeën noemt hem een man

van geloof en een man van geloof zal al deze

dingen niet doen, wij verdedigen Jefta en de Bijbel

heeft het bij het verkeerde eind…!

Nee, de Bijbel heeft het niet verkeerd. U probeert

een zondaar zoals u en ik te nemen en ons gelijk te

geven en God was verkeerd. Dat is helemaal fout.

Als u een probleem heeft en u weet het antwoord

niet, en elke keer als u een probleem in de Bijbel

heeft en u blijft studeren wat doet u dan? U vindt

het antwoord. Dus als u in dit geval een probleem

heeft en u weet het antwoord niet, wat is dan de

oplossing? Blijf studeren zodat u het antwoord zult

vinden en ga niet de Bijbel veranderen! Als u een

Bijbel student bent dan weet u dat, als u uw Bijbel

regelmatig bestudeert dan bent u al 1000 problemen

tegengekomen waar u het antwoord niet op wist,

maar u bleef studeren of u vroeg het aan iemand

anders en u vond het antwoord.

Page 146: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 146

Dus wat doet u nu? U gaat gelovend de Bijbel

bestuderen en dat is karakteristiek voor een

Bijbelgelovige. Een Bijbelshopper zal zeggen: Een

betere vertaling zal zijn…Of u kunt dat niet zo in

onze taal zeggen… enz. Ik zeg dat tegen u na 30

jaar Bijbelstudie, dan leert u hoe u antwoorden

moet vinden, blijf studeren! Als u veel hersens

heeft en veel geld uitgeeft aan studie dan kunt u

waarschijnlijk niet aanvaarden dat het zo simpel is.

Prediker 5:1,3,4,5 Wees niet te snel met uw

mond, en uw hart haaste niet een woord voort

te brengen voor Gods aangezicht; want God is in

den hemel, en gij zijt op de aarde; daarom laat

uw woorden weinig zijn.” Wanneer gij een

gelofte aan God zult beloofd hebben, stel niet uit

dezelve te betalen; want Hij heeft geen lust aan

zotten; wat gij zult beloofd hebben, betaal het.

Het is beter, dat gij niet belooft, dan dat gij

belooft en niet betaalt. Laat uw mond niet toe,

dat hij uw vlees zou doen zondigen; en zeg niet

voor het aangezicht des engels, dat het een

dwaling was; waarom zou God grotelijks

toornen, om uwer stemme wille, en verderven

het werk uwer handen?”

Beloof niet iets wat u niet kunt betalen. Wat met

Jefta in Richteren gebeurde is niet zijn grootste

moment van geloof, het was een moment van

dwaasheid, en gebrek aan geloof.

Lev.27:1,13 “Spreek tot de kinderen Israels, en

zeg tot hen: Wanneer iemand een gelofte zal

afgezonderd hebben, naar uw schatting zullen

de zielen des HEEREN zijn. “Maar indien hij

het immers lossen zal, zo zal hij deszelfs vijfde

deel boven uw schatting toedoen.”

Dit is wat hij had moeten doen. Iemand had iets aan

de Heere beloofd, maar nu wil hij het houden, wat

moet hij dan doen? Er is een weg om datgene te

behouden. De priester moet de waarde van datgene

vaststellen en hij moet er 20% aan toevoegen als

een soort belasting.

U weet toch dat de priester 20% meer kreeg dan

iemand anders in Israël? Als alle twaalf stammen

hun tienden naar de priesters moeten brengen,

zodat de priester genoeg had om van te leven,

hoeveel is dan 12x 10%? 120% nietwaar!

Dat is het extra deel dat God aan de priesters gaf

omdat zij geen fysiek land hadden geërfd. Omdat

zij priesters waren. En als Jefta door geloof had

gewandeld in plaats van naar zijn eigen wensen, en

toegegeven had dat hij een fout had gemaakt, God

keurde het niet goed, God zei niet dat het juist was.

Maar God stopte het ook niet in de doofpot. Hoe

kan deze man dan nog in de rij van geloofshelden

staan? Al deze heiligen hebben zonden, ze hadden

allemaal problemen. Ze maakten allemaal fouten en

God kijkt naar hen en ziet hun geloof en niet hun

dwaasheid. Dit zijn allemaal praktische

voorbeelden voor de verdrukkingsheiligen om na te

volgen.

Page 147: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 147

Hebreeën 12:5

Hebr.12:5 “En gij hebt vergeten de vermaning,

die tot u als tot zonen spreekt: Mijn zoon, acht

niet klein de kastijding des Heeren, en bezwijkt

niet, als gij van Hem bestraft wordt;”

Dit is een meer bekend gedeelte in het boek

Hebreeën, vaak aangehaald maar weinig begrepen,

het is een gedeelte over kastijding. Ik leer dit

gedeelte zoals zo veel andere gedeelten in

Hebreeën in verband met het volk Israël in de grote

verdrukking, en kastijding heeft daarin een

belangrijk deel. Met Israël en hun programma.

Meestal wordt dit gedeelte gebruikt met kastijding

in het leven van gelovigen. Maar dit gedeelte hier,

al kunnen we sommigen dingen toepassen, heeft te

maken met het volk Israël. Zij zien een periode van

kastijding tegemoet, zij moeten volharden en ze

moeten er van leren, er van profiteren.

In Hebr.10 en 11 vertelt hij hen over volharden, in

de verdrukking en moeilijkheden, maar daarna

komt de heerlijkheid. Daarom moeten zij geloof

hebben om de toekomstige druk aan te kunnen en

daarna de hoop van de heerlijkheid van het

Koninkrijk. En door hun geloof in de hoop die voor

hun ligt zijn ze in staat om vol te houden tot het

einde.

In Hebr.12:5 zegt hij dat ze de vermaning vergeten

hebben. In vers 1-4 heeft hij het gehad over het met

volharding de loopbaan lopen ziende op Jezus, Die

wat voor Hem lag in de toekomst kracht gaf om te

volharden, het kruis en de schande veracht. In vers

3 zegt hij nogmaals op Jezus te zien.

Het probleem is dat vervolgingen en moeilijkheden

je moe maken en doen verflauwen, bezwijken.

Trauma doet iets met uw verstand. Jaren geleden

begreep ik 1 Tes.4:18 pas goed, ik herinner me dat

toen ik pas een pastor was ik naar mensen moest

gaan die een geliefde verloren hadden in een

tragische situatie en ik wist niet wat ik moest

zeggen, iets wijs, ik las alleen de verzen, het is

soms goed om onwetend te zijn, want dan kunt het

juiste doen. Ik bad in die kamer met die mensen en

las dit gedeelte met hen, en ik kende de verzen, ik

had betere leraars dan ik ze horen lezen, maar het

lezen en zeggen van deze verzen in hun

tegenwoordigheid had maakte indruk op hen, en

later ging ik ook door sommige van die ervaringen

heen en mensen deden dat voor mij, toen mijn

vader naar de Heere ging zat een broeder bij mij

aan tafel en las die verzen uit 1 Tes.4. je verstand is

een beetje murw en je gaat nadenken.

Een trauma heeft invloed op uw verstand, je

verstand is moe en je bent zwak en dat komt terecht

in je denkprocessen. Soms zeg je: ik ben moe, b.v.

als ik terugkom uit Detroit (ik ging heen in 5.10 uur

en terug in 4.45 uur) en ik reed in een auto zonder

stuurbekrachtiging, er is veel te doen in het

kantoor, een machine werkte niet en dan zeg je:

man, ik ben moe. Maar de moeheid is het probleem

niet, want u kunt moe, uitgeput zijn en als er dan

iemand langskomt met iets wat u erg leuk vind dan

vind u wel weer energie…

Dus de verleiding die deze mensen tegenkomen, in

Daniël 7 staat dat het doel van de antichrist is om

hen uit te putten, als ze down zijn. Hebreeën geeft

ze de balans, de satanische politiek wil hen

uitputten, ze moe maken, zwak in hun verstand. En

hij zegt: Let op als dat gebeurd: aanmerkt de Heere

Jezus Christus, Hij gaf niet op, Hij stopte niet. In

Hebr.12:4 zegt hij dat ze nog niet ten bloede toe

hebben tegengestaan. Jullie hebben het nog niet zo

slecht als Hij het had. In Hebr.12:5 begint hij over

wat ze moeten begrijpen over de vervolging.

Vergeten… dat gebeurt als je zwak begint te

worden in je verstand, ze vergeten de vermaning

van de Schrift. Vergeten, je begint onjuist te

denken en het resultaat is dat je het af laat weten, je

gaat niet meer. Dit staat in:

Spreuken 3:11,12 “Mijn zoon! verwerp de tucht

des HEEREN niet, en wees niet verdrietig over

Zijn kastijding; “Want de HEERE kastijdt

dengene, dien Hij liefheeft, ja, gelijk een vader

den zoon, in denwelken hij een welbehagen

heeft.”

Jullie handelen niet op grond van de leer, die jullie

gegeven is, jullie hebben niet geleerd wat de Schrift

hier over zegt, en als Israël het

‘kastijdingsprogramma’ tegen hen ziet werken

vertelt hen dat twee dingen.

Hebr.12:6,7,8 “Want dien de Heere liefheeft,

kastijdt Hij, en Hij geselt een iegelijken zoon,

die Hij aanneemt. “Indien gij de kastijding

verdraagt, zo gedraagt Zich God jegens u als

zonen; (want wat zoon is er, dien de vader niet

kastijdt? “Maar indien gij zonder kastijding zijt,

welke allen deelachtig zijn geworden, zo zijt gij

dan bastaarden, en niet zonen.”

Page 148: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 148

Dat is een verklaring dat kastijding twee dingen tot

het volk Israël zegt: 1) God houdt van hen, want

Hij houdt zijn Woord aan hen. 2) Zij zijn zonen, en

Hij verspilt Zijn tijd niet door mensen die niet bij

Zijn familie horen te kastijden.

Deze mensen hebben te maken met het probleem

van verflauwen. Als u zich Hebr.2:1,2 herinnert

door geen aandacht aan het Woord te geven,

doorvloeien. Houdt uw verstand scherp, blijf erbij.

Anders wordt u moe onder de verdrukking en u

bent niet meer in staat om te volharden tot het

einde. Het is belangrijk om dingen te begrijpen

over de kastijding, ze zitten in een periode van

kastijding waar zij doorheen moeten, en ze moeten

er van leren en van profiteren.

Hebr.12:9,10 “Voorts, wij hebben de vaders

onzes vleses wel tot kastijders gehad, en wij

ontzagen hen; zullen wij dan niet veel meer den

Vader der geesten onderworpen zijn, en leven?

“Want genen hebben ons wel voor een korten

tijd, naar dat het hun goed dacht, gekastijd;

maar Deze kastijdt ons tot ons nut, opdat wij

Zijner heiligheid zouden deelachtig worden.”

De reden waarom God hen kastijd, zie de twee

punten, zij zijn Zijn speciale mensen. En de

kastijding heeft een doel, want het profijt dat

beschikbaar is in de kastijding is dat zij Zijn

heiligheid deelachtig worden. Herinnert u zich dat

hij in Hebr.3:6 zegt: Wiens huis wij zijn en in

Hebr.3:1 heilige broeders, deelgenoten van

Christus. 2 Petr.1:2-7 Voeg al deze groeipotenties

toe aan uw leven, voeg deze dingen toe aan het doel

waartoe God u apart gezet heeft voor Zichzelf.

Deelgenoten aan Zijn heiligheid.

Heiligheid is de integriteit van God, apart gezet.

Apart gezet voor het doel waartoe God u heeft

geschapen. Dat zij mogen zijn waartoe God het

volk heeft geschapen om te zijn. Deelgenoten van

de goddelijke natuur, laat dat in u uitwerken en

voeg toe aan uw geloof…

2 Petr.1:8 “Want zo deze dingen bij u zijn, en in

u overvloedig zijn, zij zullen u niet ledig noch

onvruchtbaar laten in de kennis van onzen

Heere Jezus Christus.”

U zult niet onvruchtbaar zijn als deze dingen in

overvloedig zijn.

2 Petr.1:9 “Want bij welken deze dingen niet

zijn, die is blind, van verre niet ziende,

hebbende vergeten de reiniging zijner vorige

zonden.”

Vergeten… In vers 10-12 ziet u dat hier een

volmaking is in de heiligheid, het deelgenoot zijn

daarvan, ze moeten deze dingen letterlijk nemen en

deel maken van Gods heiligheid in hun leven.

1 Petr.1:15-18 “Maar gelijk Hij, Die u geroepen

heeft, heilig is, zo wordt ook gijzelven heilig in

al uw wandel;” “Daarom dat er geschreven is:

Zijt heilig, want Ik ben heilig.” En indien gij tot

een Vader aanroept Dengene, Die zonder

aanneming des persoons oordeelt naar eens

iegelijks werk, zo wandelt in vreze den tijd

uwer inwoning;” “Wetende dat gij niet door

vergankelijke dingen, zilver of goud, verlost zijt

uit uw ijdele wandeling, die u van de vaderen

overgeleverd is;”

Dat is precies wat we lazen in Hebr.12:5, niet

verflauwen, het éne is positief en het andere

negatief. En het is dezelfde context als Hebr.12. Hij

maakt er een punt van dat ze moeten profiteren van

dat wat hen kracht geeft om te volharden. Ze zitten

niet in een statische situatie, deze

verdrukkingsheiligen, ze kunnen niet achterover

gaan zitten en niets doen en zo volharden en het

Koninkrijk binnengaan.

Hebr.12:11 “En alle kastijding als die

tegenwoordig is, schijnt geen zaak van vreugde,

maar van droefheid te zijn; doch daarna geeft

zij van zich een vreedzame vrucht der

gerechtigheid dengenen, die door dezelve

geoefend zijn.”

Kastijding is niet prettig, maar daarna…een

vreedzame vrucht. Dat herinnert ons weer aan

Hebr.10:35-39, daar begint alles. Zij moeten het

doel en het profijt van de kastijding begrijpen waar

zij doorgaan, want later brengt het een vrucht van

vrede en gerechtigheid brengen. Die kastijding

produceert voor de kleine kudde van gelovigen de

rust van het Koninkrijk. Zij zijn degenen die het

verkrijgen. En de manier hoe zij het krijgen is door

te leren van deze kastijding tot heiligheid. Nu, het

is heel belangrijk wat de kastijding is, inhoud. Ga

met mij mee naar: Hebr.12:8 en let op de definitie

die de tekst geeft van kastijding.

We gaan eerst naar Job. Het is belangrijk om de

termen te definiëren, soms begrijpen mensen niet

wat kastijden inhoudt. De Bijbel heeft zijn eigen

definities, standaard, van de termen die in de Bijbel

gebruikt worden. U moet termen gebruiken zoals

de Bijbel ze gebruikt. En kastijding is een heel

specifiek Bijbels woord, en heeft een betekenis in

de Schrift. En het is niet altijd de betekenis die wij

Page 149: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 149

aan het woord geven. U hoort preken over dat God

mensen kastijdt en dat God ze straft, ze slaat, en als

er rampspoed komt in het leven denkt men dat God

hen kastijd, alsof God u laat boeten voor uw

zonden. Maar dat is het niet!

Job 5:17“Zie, gelukzalig is de mens, denwelken

God straft; daarom verwerp de kastijding des

Almachtigen niet.”

Verwerpt de kastijding des Almachtigen niet. Een

ander woord voor kastijding in uw Bijbel is?

Correctie. Kastijding is correctie, discipline die

bedoelt is om goed gedrag te produceren. Het is

geen straf. De poel des vuur b.v. is geen kastijding,

dat is straf. En het doel van de hel, de poel des

vuurs is niet bedoeld om iemand te veranderen of

gedrag te veranderen, maar vergelding. De

natuurlijke consequenties van de zonde. De hel en

de poel des vuurs is geen kastijding, maar straf. Het

punt is geen hervorming, maar straf.

Maar kastijding is bedoeld om goed gedrag te

verkrijgen, en dat is een groot verschil. Als we

teruggaan naar Hebr.12 zien we hetzelfde.

Hebr.12:6,8 vers 6 is een aanhaling uit Spreuken

3:12, het woord geselen komt verder niet meer voor

in Hebr.12. Maar in Hebr.12 heeft hij het over wat

God door leven, genade, rechtvaardigheid door het

Nieuwe verbond voor het volk Israël en de focus op

kastijding. Want het systeem van de wet en Mozes

is over.

We gaan terug naar Leviticus 26, want u moet

begrijpen dat kastijding iets is dat een grote en

prominente plaats heeft in de geschiedenis van het

volk Israël. En dat het ervaren zal worden in de

grote verdrukking. Een bijzondere tijd in de

geschiedenis van Israël, Mozes heeft Israël uit

Egypte geleid, ze zijn de Rode Zee overgestoken,

ze zijn in de woestijn, ze gaan naar de Sinaï, het

verbond van de wet is gemaakt en in dat verbond

doet God Israël een voorstel: Als jullie Mijn

geboden houden dan zullen jullie een bijzonder

volk zijn. En zij bevinden zich in een contract met

God: Als u deze geboden houdt dan krijgen jullie

deze zegeningen.

Als we de geboden niet houden dan kunt U ons

deze straffen geven, vloeken en zij hebben een

wettelijk, bindend contract waardoor ze zegeningen

ontvangen of vloeken.

Mozes begint de wet voor hen uit een te zetten en

de instructies en de geboden. En als we in Lev.26

komen geeft Mozes ze een overzicht van het

verbond, de zegeningen en de vloeken. Lev.26:3-13

zijn zegeningen. Jullie houden het verbond en Ik

geef jullie al die zegeningen, en hier ziet u

specifieke zegeningen: hun land brengt vrucht

voort, hun vijanden kunnen hen niet vervolgen,

lastig vallen. Het weer zal goed zijn enz. Allemaal

geweldige zegeningen zodat zij kunnen

functioneren op de aarde in veiligheid en

overvloed. Maar, Israëls probleem was dat zij

dachten dat zij het konden doen en zij moeten er

achter komen dat zij het niet kunnen.

In Lev.26:16 begint een lijst met straffen,

kastijdingen, zes kastijdingen, oordelen. Het zijn

‘oordeelcursussen’. Een serie van oordelen over

Israël, maar niet met de bedoeling om ze te

vernietigen, het is een soort verbetercursus. Op

school doen kinderen soms een remedial les in

rekenen of wiskunde.

Lev.26:16,17 “Dit zal Ik u ook doen, dat Ik over

u stellen zal verschrikking, tering en koorts, die

de ogen verteren en de ziel pijnigen; gij zult ook

uw zaad te vergeefs zaaien, en uw vijanden

zullen dat opeten.“Daartoe zal Ik Mijn

aangezicht tegen ulieden zetten, dat gij geslagen

zult worden voor het aangezicht uwer vijanden;

en uw haters zullen over u heerschappij hebben,

en gij zult vlieden, als u niemand vervolgt.”

Hier geeft Hij hen de eerste les

Lev.26:18 “En zo gij Mij tot deze dingen toe nog

niet horen zult, Ik zal nog daar toedoen, om u

zevenvoudig over uw zonden te tuchtigen.”

De bedoeling van vers 16,17 was dat Israël zou

gaan luisteren, maar als jullie niet naar Mij

luisteren, dan straf Ik jullie 7 maal meer voor jullie

zonden.

Lev.26:21 “En zo gij met Mij in tegenheid

wandelen zult, en Mij niet zult willen horen, zo

zal Ik over u, naar uw zonden, zevenvoudig

slagen toedoen.”

Het doel van de straffen was reformatie, en de

reden waarom Hij hen deze lessen geeft, en de

reden waarom wij ze lessen, cursussen noemen, is

dat het is als naar school gaan. De wet was een

schoolmeester, en de wet leerde hen lessen in wat

zij moesten weten en zij leerden ze niet erg goed.

Zij gaan door een serie van vijf sessies van een

hervormingsschool, proberen om reformatie te

verkrijgen, vijf lessen.

Page 150: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 150

De eerste is in Lev.26:16,17 en beslaat het boek

Richteren tot Salomo’s regering. (Saul, David en

Salomo).

De tweede is Lev.26:18,19,20 de tweede serie

oordeelslessen en gaat tot de scheuring van het

koninkrijk en de rest van de koningen.

De derde is in Levr.26:21,22 de derde serie

oordelen gaat tot 2 Koningen 10.

De vierde is in Lev.26:23-26 de vierde serie

oordelen gaat tot 2 Koningen 16.

De vijfde is in Levr.26:27 en verder gaat door tot

het eind van het volk. De vijfde oordeelsles eindigt

met de gevangenschap van het volk: Lev.26:32 de

vijanden komen en bezetten het land en ze worden

onder de heidenen verstrooid en de heidenen nemen

Israël in bezit.

Het land Israël wordt gegeven in de handen van de

heidenen. Wat de Bijbel noemt de tijden der

heidenen begint. Dat introduceert het boek Daniël,

dat begint met de Babylonische ballingschap. Die

vijfde serie oordelen begint met de Babylonische

ballingschap maar duurt tot de tweede komst van

Jezus Christus.

Daniël wordt weggevoerd naar Babylon en hij

krijgt een serie visioenen, en deze visioenen geeft

details van die vijfde serie oordelen.

In het eerste ziet hij een beeld van Nebukadnezar

en het overzicht van de koninkrijken die over Israël

zullen regeren in de tijden der heidenen. In Dan.7-

9 geeft hij een tijdschema waaronder het vijfde

oordeel onder zal opereren. Hoe het zal verlopen en

eindigen, alle details worden uitgelegd.

Alle schrijvende profeten (Jesaja t/m Maleachi)

schrijven allemaal gedurende die vijfde serie

oordelen en ze schrijven allemaal over die vijfde

serie. De vijfde serie is de geestelijke conditie

waaronder Israël is als Johannes de Doper

verschijnt, als de Heere en de twaalf er zijn,

wanneer de kleine kudde en de eerste periode van

Handelingen er is, totdat het profetische

programma wordt onderbroken is die vijfde

oordeelsserie daar, die vijfde cirkel van kastijding

waaronder Israël zit.

De bedeling van genade onderbreekt die

tijdsperiode en het is niet in werking vandaag. Maar

in de grote verdrukking komt het terug in werking,

en de conditie waarin Israël is in de grote

verdrukking en in de 7e week totdat Christus

terugkomt en Zijn Koninkrijk opzet ondergaan ze

de afsluiting van Gods vijfde serie oordelen. Die

vijfde cirkel van kastijdingen die bedoelt is om ze

op de plaats te brengen waar ze zullen erkennen dat

ze een Verlosser nodig hebben! En als u in Lev.26

kijkt naar de manier waarop ze er uit kunnen

komen. Ze kunnen op elk moment tot Hem roepen

en onder deze kastijding vandaan komen:

Lev.26:40 “Dan zullen zij hun ongerechtigheid

belijden, en de ongerechtigheid hunner vaderen

met hun overtredingen, waarmede zij tegen Mij

overtreden hebben, en ook dat zij met Mij in

tegenheid gewandeld hebben.”

Dan zullen zij hun ongerechtigheden belijden….

Als u wilt weten waarom Daniël in Daniël 9 zijn

zonden en de zonden van zijn volk belijd, daarom!

Hij doet daar wat dit gedeelte, Lev.26:40 zegt. Als

u wilt weten waarom Johannes de Doper uitgaat en

predikt de doop van bekering tot vergeving van

zonden en alle mensen tot zijn doop komen

belijdende hun zonden, dan is hier de reden.

1 Joh.1:9 “Indien wij onze zonden belijden, Hij

is getrouw en rechtvaardig, dat Hij ons de

zonden vergeve, en ons reinige van alle

ongerechtigheid.”

Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw

enz… De remedie om de cirkel van kastijding

onder de vijfde serie van oordelen te doorbreken

voor Israël is door hun falen te erkennen

Lev.26:41,42! “Dat Ik ook met hen in tegenheid

gewandeld, en hen in het land hunner vijanden

gebracht zal hebben. Zo dan hun onbesneden

hart gebogen wordt, en zij dan aan de straf

hunner ongerechtigheid een welgevallen

hebben;” “Dan zal Ik gedenken aan Mijn

verbond met Jakob, en ook aan Mijn verbond

met Izak, en ook aan Mijn verbond met

Abraham zal Ik gedenken, en aan het land zal

Ik gedenken;”

Maar het vraagt een verandering in hun hart van

hun kant, door hun falen te belijden, hun zonden,

hun ongerechtigheden. Als Johannes verschijnt

gebeurt dit, en dat is het punt, dat is de reden in

Hand.2-5 als Petrus dezelfde boodschap predikt als

Johannes: bekering tot vergeving van zonden.

Als we naar Hebr.12 gaan en hij heeft het over

kastijding dan zou een Bijbels intelligente Israëlier

dat moeten verstaan. Hij spreekt niet over: Als u als

individuele gelovige er een bende van maakt God u

Page 151: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 151

er van langs zal geven. Hij heeft het hier over het

volk! En Hij heeft het over de conditie waarin het

volk zich bevind, in de laatste dagen van die vijfde

serie oordelen.

Zoals we bestudeerden in Hebr.11, dat de ouders

van Mozes begrepen in welk tijdschema ze zaten en

ze begrepen waar ze waren in dat tijdschema. En

deze Hebreeuwse heiligen zullen het tijdschema

van deze vijfde serie begrijpen, waar ze zijn. En hij

zegt: Kijk, deze kastijdingsperiode, daar is een

bedoeling mee, ontworpen om het volk bij zijn

positieven te brengen. Bedoelt om het volk te laten

luisteren en horen, en om niet te verflauwen.

Beantwoord in geloof wat God zegt en Zijn

bedoeling .

Hier is weer iets wat laat zien dat Hebreeën niet

gaat over de bedeling van genade: want als hij in

Hebr.12:7 en 8 zegt dat God Zich gedraagt jegens u

als zonen. De zoonschapstatus van het volk Israël is

op dit punt herstelt. De middelmuur des

afscheidsels is opgetrokken en de speciale positie is

herstelt, en nogmaals hij spreekt hier niet over

individuen. Het gedeelte spreekt over het volk. En

de kastijding waar het volk doorgaat en wat het in

hen moet produceren.

Hebr.12:11 “En alle kastijding als die

tegenwoordig is, schijnt geen zaak van vreugde,

maar van droefheid te zijn; doch daarna geeft

zij van zich een vreedzame vrucht der

gerechtigheid dengenen, die door dezelve

geoefend zijn.”

Er is rust als je juist bent getest, en de les geleerd

hebt die je moest leren.

Jesaja 32 dit gedeelte kijkt vooruit naar het

Koninkrijk, profetisch.

Jes.32:1,2 “Ziet, een koning zal regeren in

gerechtigheid, en de vorsten zullen heersen naar

recht. “En die man zal zijn als een verberging

tegen den wind, en een schuilplaats tegen den

vloed, als waterbeken in een dorre plaats, als de

schaduw van een zwaren rotssteen in een

dorstig land.”

Dat is Christus en de apostelen regeren, en hij

spreekt hoe het zal gebeuren.

Jes.32:6 “Want een dwaas spreekt dwaasheid,

en zijn hart doet ongerechtigheid, om

huichelarij te plegen, en om dwaling te spreken

tegen den HEERE, om de ziel des hongerigen

ledig te laten, en den dorstige drank te doen

ontbreken.”

Dit vers gaat over de antichrist.

Jes.32:13-15 “Op het land mijns volks zal de

doorn en de distel opgaan; ja, op alle

vreugdehuizen, in de vrolijk huppelende stad.

“Want het paleis zal verlaten zijn, het gewoel

der stad zal ophouden; Ofel en de wachttorens

zullen tot spelonken zijn, tot in der eeuwigheid,

een vreugde der woudezelen, een weide der

kudden. “Totdat over ons uitgegoten worde de

Geest uit de hoogte; dan zal de woestijn tot een

vruchtbaar veld worden, en het vruchtbare veld

zal voor een woud geacht worden.”

Dat is een belofte voor het volk, God stort Zijn

Geest uit op het volk. En het resultaat van het

uitstorten van de Geest zal een vruchtbaar veld en

de zegeningen in het Koninkrijk (Jes.35:16-20). Als

hij in Hebr.12:11 schrijft dat zij daarna een

vreedzame vrucht der gerechtigheid geeft, na de

kastijding, dan heeft hij dat in zijn gedachten. De

rustige, vredige rust waar Israël naar uitkijkt in haar

Koninkrijk.

Hebr.12:12-14 “Daarom richt weder op de

trage handen, en de slappe knieen;” “En maakt

rechte paden voor uw voeten, opdat hetgeen

kreupel is, niet verdraaid worde, maar dat het

veelmeer genezen worde. “Jaagt den vrede na

met allen, en de heiligmaking, zonder welke

niemand den Heere zien zal;”

Let op in vers 12 en 13 zegt hen twee dingen om te

doen in het licht van alle zegeningen die komen als

ze volharden. Deze dingen zijn een soort

verwijzing naar Jes.35:3,4. Met andere woorden:

laat het niet afweten, ga door. Loop een rechte weg,

blijf er bij.

Hebr.12:5 als u een probleem heeft brengt dat weer

problemen voor andere mensen. Het hele punt heeft

te maken met deze Koninkrijkszaken. En de

kastijding, het is niet nodig om een gedeelte als dit

aan te passen zodat u en ik het niet in ons

programma hoeven mee te maken. Het is

makkelijker om het te laten zoals het is, waar het is.

En laat het Israëls programma zijn en wat het zegt

tot hen. Als Hebreeën in werking treed zullen ze

onder een geweldig kastijdingsprogramma komen.

Bedoelt om een rechtvaardig volk te ‘produceren’

dat dan het Koninkrijk ingaat. Er niet tegen

Page 152: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 152

rebelleren maar ervan profiteren. Want zij die ervan

profiteren wandelen door geloof en gaan in.

Hebreeën 12:6 (Kastijding)

Ik wil nog een keer teruggaan naar één punt en een

soort zijspoor opgaan van de Hebreeën, want er zijn

hier sommige dingen die in het algemeen niet

begrepen worden, een beneden de waarheid

blijvende bewering, het punt van kastijding.

In Hebr.12:5-13 probeerde ik te spreken over wat

kastijding is, en het is belangrijk om te begrijpen in

hoofdstuk 12 dat het volk Israël onder die vijfde

serie van oordelen en kastijding is die God doet

voortkomen uit het contract dat Hij met Israël heeft,

door het verbreken van het verbond. En de grote

verdrukking en de antichrist en de oordelen in

Jacob’s benauwdheid en de geprofeteerde laatste

dagen, de dag des Heeren, heeft allemaal te maken

met de kastijding van God en Zijn corrigerende

oordelen en lering voor het volk Israël. We gingen

terug naar Leviticus 26, en ik liet u zien wat God

doet, Hij straft ze niet alleen om het straffen alleen,

maar het is een soort herstellend iets. Een

terechtwijzing en herstel. Bijles, daarom noemen

we het lessen van oordeel en kastijding. Dat is voor

Israël.

Als we door Hebr.10 en 11 zijn heengegaan, en nu

de eindconcluderende gedachten zien in Hebr.12

over de volharding die nodig is en het geduld dat

deze heiligen nodig hebben. In Hebr.10:35,36 zegt

hij dat ze hun vrijmoedigheid niet moeten

wegwerpen… gij hebt lijdzaamheid nodig… opdat

gij de beloftenis moogt wegdragen. Christus komt

terug, er is een periode van kastijding die het volk

moet verdragen en ze kijken uit naar die

Koninkrijkshoop. Hij zal het Koninkrijk oprichten

dat niet zal bewogen worden, maar voor Hij het

Koninkrijk opricht zal Hij de wereld bewegen,

schudden, er komen oordelen, en de heiligen

moeten in staat zijn om dat te kunnen doorstaan, en

het enige dat hun erdoor heen zal helpen is hun

geloof in de belofte en het Woord dat God hen

geeft. En de motivatie erachter, zagen we in

Hebreeën, is het zien op Jezus, de Leidsman en

Voleinder des geloofs. Zien op de voorzieningen

die God voor hen heeft gemaakt door het kruiswerk

van de Heere Jezus Christus in het nieuwe verbond

dat Hij met heeft gemaakt.

Daarbij inbegrepen is het punt van kastijding, en zij

moeten begrijpen dat zij in dat kastijdingsproces

zitten. Ga mee terug naar Job 5 en laten we weer

naar die definitie kijken. Kastijding in uw Bijbel is

niet iemand slaan en straffen om hem te slaan en te

straffen. Het heeft te maken met correctie.

Job 5:17 “Zie, gelukzalig is de mens, denwelken

God straft; daarom verwerp de kastijding des

Almachtigen niet.”

Uw Bijbel heeft zijn eigen definities van termen.

Als u een woord in een woordenboek opzoekt, dan

heeft het woord misschien 5 of 6 verschillende

betekenissen. De Bijbel definieert haar eigen

termen voor u als u dat wilt zien, de Bijbel vertelt u

welke van die definities u moet gebruiken. Daarom

hoort u mensen zeggen: het Griekse woord is dit en

het Griekse woord is dat. Het Griekse woord of een

Hebreeuws woord is net als een Engels woord, zij

hebben 6,7 en ik weet niet hoeveel definities. Welk

woord, welke betekenis moet u gebruiken? Wel als

u zoekt naar termen is het goed om eerst in de

Schrift te kijken om ze te vinden en te definiëren.

Als u spreekt over kastijden, dan zijn er allerlei

verschillende ideeën over wat dat betekent. En

zeker, het heeft een heel specifieke betekenis.

Job.5:17 Als u dat vers leest ziet u dat er eerst straft

staat en later kastijd. Hij gebruikt die woorden

afwisselend. En dan weet ik iets. Ik weet dat

kastijding discipline is bedoelt om correctie te

produceren. Discipline die goed gedrag bewerkt.

Niet alleen straf. U straft mensen niet om ze te

corrigeren of te verbeteren. U straft ze om ze te

straffen. Straf is niet verbeterend.

In Lukas 16 zien we dat de mensen in de hel geen

gelovigen worden, nee dat zal niet gebeuren, het zal

eerder erger worden, de reden waarom mensen naar

de hel gaan is dat ze in rebellie leven t.ov. God, en

in de hel zal dat karakter net zo ongerechtig blijven,

eerder erger, ze zullen geen spijt hebben. Er zijn

geen berouwvolle harten in de hel. Ze zijn nog

steeds in rebellie met God. Ze zijn in de hel omdat

er geen andere plaats is. Als ze in de hemel zouden

zijn zouden ze het daar niet uithouden want ze

vervloeken de God in de hemel, en ze gaan daar

mee door in de hel. Dat is dus straf. Dat is het

verschil.

Maar het idee met kastijding is geen wraak en straf,

maar om discipline in uw leven te brengen, met de

bedoeling om uw gedrag te corrigeren. En als u in

Hebr.12 kijkt ziet u dat. De kastijding in Hebr.12

heeft met de Hebreeën te maken, en de toekomst,

en de grote verdrukking, vanuit het contract met

God, als zij het verbond zouden houden ontvangen

Page 153: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 153

zij zegeningen en als zij het verbond niet hielden

zou Hij hen straffen.

Jes.49:25,26 “Doch alzo zegt de HEERE: Ja, de

gevangenen des machtigen zullen hem

ontnomen worden, en de vangst des tirans zal

ontkomen; want met uw twisters zal Ik twisten,

en uw kinderen zal Ik verlossen. “En Ik zal uw

verdrukkers spijzen met hun eigen vlees, en van

hun eigen bloed zullen zij dronken worden, als

van zoeten wijn; en alle vlees zal gewaar

worden, dat Ik, de HEERE, uw Heiland ben, en

uw Verlosser, de Machtige Jakobs.”

Hij heeft het over de Verlosser en Christus Die

terugkomt, Israël is in slavernij, zij zijn gerechtelijk

door satan onder slavernij gehouden. Hij houdt ze

gerechtelijk vast, volgens het verbond. Daarom

moest Christus komen om ze te bevrijden van de

vloek van het verbond. Hij komt en vervult de straf

en de vloek en Hij bindt de sterke man en Hij haalt

ze onder dat contract vandaan en brengt ze onder

een nieuw verbond.

Als u dat allemaal begrijpt mbt Israël, reist de

vraag: Kastijd God vandaag de gelovige in deze

bedeling van genade?

Het antwoord is: Ja, dat doet Hij! De vraag is dan:

Hoe doet Hij dat? Doet Hij het zoals Hij dat deed

met Israël?

Het antwoord is: Nee, dat doet Hij niet!

Begrijp dit goed: God, in uw relatie met u als een

lid van het lichaam van Christus, levend in de

bedeling van genade, is nog steeds geïnteresseerd,

en actief in het brengen van discipline in uw leven

om correct gedrag te produceren. U bent Zijn

werkmanschap, geschapen in Christus Jezus tot

goede werken die God tevoren bereid heeft opdat u

daarin zult wandelen. Er zijn bepaalde dingen voor

u om te doen. Er is werk om te volbrengen, dingen

die u als een lid van het lichaam van Christus

dagelijks in uw leven moet uitvoeren, God heeft

voor de grondlegging van de wereld een plan

gemaakt voor het lichaam van Christus dat zij

moeten uitvoeren. Als u lid bent van het lichaam, is

dit hoe het lichaam werkt, functioneert en handelt:

1 Tes.4:1 “Voorts dan, broeders, wij bidden en

vermanen u in den Heere Jezus, gelijk gij van

ons ontvangen hebt, hoe gij moet wandelen en

Gode behagen, dat gij daarin meer overvloedig

wordt.

In Paulus’ brieven is geschreven, 1 Tes.4:1, hoe wij

moeten wandelen en God behagen. Dat betekent

dat u de werken gaat doen die God geschapen heeft

voor u om in Christus te doen. En wij hebben

discipline nodig, God weet dat. Maar de Heere

handelt met ons op de basis van genade, en de

discipline die in uw en mijn leven komen als een

gelovige is niet als een straffend iets bedoelt om het

ons betaald te zetten omdat wij falen of omdat wij

niet volgens de standaard van genade leven.

Te vaak hebben mensen het idee dat als er iets

rampzaligs in hun leven gebeurd dat ze zonde

hebben toegelaten of: wat wil God mij leren, wat

gebeurd er? Als ik mensen in het ziekenhuis bezoek

is vaak de vraag: Br.Rick wat wil God mij hier

leren? Wat heb ik gedaan? Ik moet iets gedaan

hebben…Ik herinner me een situatie van een

broeder, hij reed zijn auto in de sloot, hij had een

lekke band, ging over de kop, kwam in het

ziekenhuis, brak benen enz. En ik stond aan het

voeteneinde, en hij zei: br. Rick, wat heb ik

gedaan?! Waarom brengt God mij hier? Ik lig er de

hele dag aan te denken. Ik zei: je vergat om je

banden te vernieuwen, dat is het…en je kwam in de

sloot terecht. God stuurt geen engel naar beneden

voor een les. Wat een God als Hij je zo een les wil

leren?!

Ik kreeg ook een brief van een jonge man en hij zei:

Mijn broer is omgekomen met een auto ongeluk en

mijn vader en moeder en ik proberen uit te vinden

wat God wil zeggen. Wat een God, om een kind te

doden om de ouders wat te leren… Dat betekent

niet dat u niets kunt leren als u door zo’n ervaring

heengaat, maar het feit dat God u die slag toebrengt

is totaal onverenigbaar met genade. En te vaak

begrijpen we het niet, zo handelt God niet met u.

Als er zonde in uw leven komt, en uw leven als een

gelovige functioneert niet op de manier zoals God

het heeft bedoelt dan is er een systeem en een

interesse van God de Heilige Geest, die in uw hart

woont, om u tot correct gedrag te brengen. U kunt

niet de brieven van Paulus lezen en dat niet

begrijpen. Er staan teveel instructies in over als u

dit verkeerd doet, doe dan dat, enz. U leest dat

allemaal, en u dan probeert de Heilige Geest ons tot

overtuiging en discipline te brengen.

Want weet u, als u zondigt, probeert de Heilige

Geest echte, ware, oprechte schuld te produceren,

ons te brengen naar de plaats waar u en ik objectief

ons falen erkennen, en er iets mee te doen. Wat

doet genade met onze zonde? Jezus Christus heeft

Page 154: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 154

onze zonde weggedaan door het offer van Zichzelf.

Dus als ik naar mijn leven kijk en ontdek dat ik

gefaald heb, ik zie zonde en dingen die er niet

horen te zijn. Wat leert Christus mij dan om er mee

te doen? Er mee doorgaan? Nee, genade leert mij

dat God de zonde weggedaan heeft, dat ben ik dus

niet, het hoort niet in mijn leven.

Dus in plaats van mijn leven te laten bepalen door

mijn falen, laat ik mijn leven bepalen door wat God

zegt: ik ben een nieuwe schepping, ik ben in

Christus, ik ben een kind van God, wat doet dat

(zonde) daar?!

Ik ging zondagmiddag naar een trouwerij en voor

wij weggingen inspecteerde mijn vrouw mij, zij

lette op hondenharen, wij hebben een jonge, witte

labrador en hij verhaart, ’s zomers, ’s winters,

lente, herfst, hij verhaart. We kunnen kleden maken

van alle haren die hij verliest. En mijn vrouw

gebruikt een soort antistatische spray, ze sprayde

het helemaal over mij heen om alle hondenharen

weg te krijgen. Die horen daar niet. En ik dacht: zo

doet de Heere dat ook, Hij wil niet al die stof over

je heen, maak dat je ervan afkomt.

Er zijn drie manieren, waarop God disciplineert,

kastijd en correctie aanbrengt in het leven van de

gelovige, ik spreek nu over de bedeling van genade.

Hij staat niet klaar met een klap of een

mattenklopper en al dat soort dingen.

1. Een directe tussenkomst door God. Ja, God komt

zeker tussendoor vandaag, niet zoals in Israëls

programma. Hij komt niet tussendoor, door

schoolbussen tegen te houden voor ze in de sloot

rijden. Of Hij zendt geen persoon langs de weg om

uw huis te kopen enz. Daar gaat het niet om

vandaag. De manier waarop God tussenbeide komt

is door Zijn Woord. En als Gods Woord in uw hart

komt en als u het Woord van God leert en predikt

dan is dat een directe tussenkomst door God Zelf in

uw leven.

2 Tim.3:16 “Al de Schrift is van God ingegeven,

en is nuttig tot lering, tot wederlegging, tot

verbetering, tot onderwijzing, die in de

rechtvaardigheid is;”

De eerste manier die de Heilige Geest gebruikt om

discipline en correctie in uw leven te brengen is

door het Woord van God, de gezonde leer,

opgeslagen in uw ziel. Als u het Woord van God in

uw verstand hebt is uw geweten de functie van uw

ziel die altijd uw gedrag evalueert, gebaseerd op de

standaard van de nieuwe natuur die u heeft in

Christus. Als uw geweten zwak is als in 1 Kor.8

dan is het niet versterkt met gezonde leer, dan is uw

geweten onmachtig om goed te kunnen evalueren.

Uw geweten is een bijzonder mechanisme in uw

ziel en het werkt absoluut. De sleutel is om de

juiste informatie in uw ‘filebank’ te hebben zodat

het past bij uw gedrag en denken.

Dus als u het Woord van God in uw verstand heeft

en u vernieuwd uw denken en u leert hoe God

denkt, door Gods Woord dagelijks tot u te nemen,

dan slaat u ‘files’ op, de hulpbron, en als er

correctie nodig is in uw denken of in uw gedrag,

dan kan de Heilige Geest die informatie activeren,

het is aanwezig. En als uw geweten gaat werken, en

uw gedrag evalueert en zegt: Oeps, dit klopt niet

met de standaard! Dan doet het wat? Het

beschuldigt u of het spreekt u vrij. Dat doet uw

geweten, dat is het interne mechanisme, dat in uw

ziel zit en dat u er toe brengt om te wandelen door

geloof, door te kiezen om het op Gods manier te

doen en niet de andere wegen.

Dus dat is het eerste mechanisme waar de Heilige

Geest u als een volwassene, lid van de familie van

God, behandelt. Weet u wat u doet met kinderen?

Ik stond op een morgen in de hal van de kerk en

een kleine jongen kwam binnen en hij liep door, en

ik zei tegen hem: Hé, jij hoort daar en daar en hij

luisterde niet, toen greep ik hem bij de kladden en

zei: Die kant op!! Ga! En hij stribbelde tegen,

waarom doen ze dat? Omdat het kinderen zijn. Als

er een volwassene binnen komt, en er is een

samenkomst wat zou ik met een volwassene doen?

Ik behandel een volwassene niet hetzelfde als een

kind, hoewel je dat soms wel eens zou moeten

doen... Een volwassene zou zeggen: Wacht even,

daar binnen is iets belangrijks waar ik voor kom, en

ik wil naar binnen. Dat is het verschil. Soms

moeten volwassenen behandelt worden als

kinderen, daar gaat het om met correctie. Maar God

verlangt van ons dat wij functioneren als

volwassenen. Als mensen die keuzes maken, de

situatie evalueren, en door geloof kiezen om te

wandelen op de manier zoals God zegt dat wij

horen te functioneren.

We hebben een vernieuwd verstand zodat wij het

beste kunnen kiezen. 2 Tim.3:16 …tot lering

…daar houden we van nietwaar? Maar kijk naar het

volgende:…tot wederlegging dat zegt u dat u iets

niet goed deed, u deed het verkeerd. …tot

verbetering dat zegt dat u niet goed dacht, u denkt

verkeerd. …tot onderwijzing die in de

Page 155: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 155

rechtvaardigheid is, dat is: Hier zijn die dingen die

u moet doen, en stop met die andere domme

dingen.

Wij houden ervan dat het Woord van God ons leert,

maar bent u net zo blij als dat Boek u wederlegt en

verbetert? Wel, ik ken mijzelf en ik denk dat u niet

beter bent dan ik, ik ben niet zo blij met dat tweede

en derde als met dat eerste. Maar weet u wat ik

geleerd heb? Als het Woord van God het eerste

doet dan kan ik het niet tegenhouden om de andere

twee ook te doen. Want het eerste produceert de

anderen. Dus waar begint God mee? En als we bij

die andere twee komen, die discipline in uw leven

brengen. De andere twee manieren, zijn niet

bedoelt om de eerste te vervangen, maar om u de

eerste te laten doen. Zodat u handelt als een

volwassene en u maakt uw eigen besluiten.

2. De tweede manier om correctie of discipline te

produceren in het leven van een gelovige is een

indirecte tussenkomst. Is het Woord van God dat

in uw geweten en gedachten wordt gebracht door

de vermaning van broeders.

Rom.15:14 “Doch, mijn broeders, ook ik zelf

ben verzekerd van u, dat gij ook zelven vol zijt

van goedheid, vervuld met alle kennis, machtig

om ook elkander te vermanen.”

De eerste manier is het Woord van God in uw hart

dat u overtuigt, corrigeert dat zegt: Hé, daar is iets

wat u niet zou moeten doen! Hier is wat je moet

doen! En als u niet weet wat u moet doen, ga dan

naar het Woord van God en zoek het op. Weet u dat

er niets is dat u moet doen waar Gods Woord u niet

toe in staat stelt. U bent geheel toegerust tot alle

goede werken. U zegt: hoe weet ik wat ik moet

doen? Dan weet u ook wat u moet doen! Uitzoeken

wat u moet doen. Dus zelfs als u niet weet wat u

moet doen, zoek uit wat de Schrift zegt, blijf

zoeken. Soms doen we dat niet zo goed, soms door

ik weet niet wat doen we het niet volgens de leer,

we weten de leer niet. Soms doen we iets zonder er

te veel bij na te denken.

Soms is het uw man of uw vrouw waar u de beste

raad van krijgt, soms zien zij het het eerst. Ik kan

dat bevestigen, binnenkort ben ik 25 jaar getrouwd

en ik leerde na 6 maanden te zijn getrouwd dat ik

getrouwd was met de beste raadgever die ik ooit

heb gehad en zal hebben. Want mijn(uw) vrouw is

de meest accurate barometer van mijn(uw) leven

die ik(u) kunt vinden, daarvoor is ze geschapen, in

Gen.2. Iemand noemde haar een spiegel, die helpt

om te reflecteren, ze spiegelt terug, dat is een

bijzonder iets voor een man.

Én vrouwen, dat begrijpt alleen een man, jullie

hoeven dat niet te begrijpen. Dus je hoeft niet te

gaan proberen om het te gaan doen, want dan lukt

het niet. Dus wees gewoon jezelf en leef u leven in

Christus met de zachtmoedige en stille geest die

God je gegeven heeft en je doet het zonder dat je

weet dat je het doet.

En zogauw je het gaat proberen, vergeet het, daar

zal een man niet op reageren. Gewoon doen.

Rom.15:14…machtig om ook elkander te

vermanen. Vermanen heeft te maken met iemand

waarschuwen m.b.t. wat ze doen, om ze te

corrigeren in hun gedrag.

B.v. Als je die weg gaat krijg je problemen…

1 Kor.4:14 “Ik schrijf deze dingen niet om u te

beschamen, maar als mijn lieve kinderen

vermaan ik u.”

Paulus schrijft de Korinthiers om ze te

waarschuwen, hij komt tussen beide in hun leven,

God de Heilige Geest, door hem past hij de

waarheid toe in hun leven, jullie moeten wakker

worden m.b.t. deze waarheid, het is ook het Woord

van God.

Kol.3:16 “Het woord van Christus wone

rijkelijk in u, in alle wijsheid; leert en vermaant

elkander, met psalmen en lofzangen, en

geestelijke liederen, zingende den Heere met

aangenaamheid in uw hart.”

U ziet, dat dat een functie is die we hebben t.o.v.

elkaar. God loopt niet rond, en elke keer als je

verkeerd gaat krijg je een tik, dat doet God vandaag

niet. Maar laat mij u vertellen, dat de Almachtige

God Die in de hemel zit weet waar u bent

vanavond, en wat u doet. Hij verblijft in uw

lichaam, dat is Zijn verblijfplaats op aarde en u

draagt de Heilige Geest met u overal waar u bent in

uw leven. Hij is geen ver weg heilige, vreemde Die

niet geïnteresseerd is, Hij is actief betrokken in uw

leven. En als het Zijn leven is dat Hij door u heen

leeft, dan is het Zijn dienende, gevende Geest en

houding die door u heen leeft. En als u merkt dat er

iets anders in u leeft dan is Hij het niet. En als Hij

het niet is, leeft er iemand anders in u. Zo moeilijk

is dat niet om uit te vinden. Als uw geweten met

het Woord van God u niet tot de overtuiging

Page 156: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 156

brengt, dan zijn het andere broeders die een Woord

spreken, soms weten ze dat en soms weten ze het

niet. Maar de broeders vermanen, zij brengen een

corrigerend woord, de Heilige Geest dient.

1 Kor.11:31,32 Want indien wij onszelven

oordeelden, zo zouden wij niet geoordeeld

worden. “Maar als wij geoordeeld worden, zo

worden wij van den Heere getuchtigd, opdat wij

met de wereld niet zouden veroordeeld worden.

Als u die eerste lijn van discipline gebruikt, uzelf

oordelen, uzelf evalueren dan zult u niet geoordeeld

worden: dan hoeft er niet iemand anders te komen

om dat te doen. Als God correctie in uw leven

brengt, en u doet het niet dan zijn er andere leden

van het lichaam van Christus die zullen zoeken om

u te herstellen. En als zij u zien en zij zien het

probleem in uw leven en zij proberen u niet te

herstellen dan moeten zíj herstelt worden. Dus

vroeger of later komt u op een punt dat iemand

komt en u helpt om zover te komen dat u herstelt.

Het probleem daarmee is dat mensen zich willen

bemoeien met andere levens, daarom zijn er

procedures in Paulus’ brieven hoe dat moet gedaan

worden. En onder genade, in alle instructies over

vermaning weet u wie het meeste te horen krijgt

over hun gedrag? Degene die vermaant. Over

degene die vermaning ontvangt wordt niet gepraat,

maar degene die vermaant, want dat is het

moeilijkste om te doen. Daar is een reden voor, hoe

God met ons handelt als wij falen en als wij

zondigen: Het Woord en andere gelovigen. 1

Kor.11:32, zie 1 Kor.5:5 zuivert hem uit, zend hem

weg. Als de broeders komen en ons liefdevol

vermanen, herstellen en met ons praten dan is daar

geen : Geef hem over aan satan soort conditie. Daar

is een doel mee.

3. Als iemand niet reageert op de discipline die

hem geleerd wordt door de broeders.

Gal.6:1 “Broeders, indien ook een mens

vervallen ware door enige misdaad, gij, die

geestelijk zijt, brengt den zodanige te recht met

den geest der zachtmoedigheid; ziende op

uzelven, opdat ook gij niet verzocht wordt.”

Er staat: vervalle ware door enige misdaad… dat is

de tweede stap, niet als u denkt dat iemand iets

doet wat u niet zou doen. We spreken niet over het

opleggen van uw standaarden en uw ideeën en uw

overtuigingen.

Dus als het vers zegt (Gal.6:1) ware, en de persoon

reageert niet dan is er de derde stap:

Gal.6:7-9 “Dwaalt niet; God laat Zich niet

bespotten; want zo wat de mens zaait, dat zal

hij ook maaien. “Want die in zijn eigen vlees

zaait, zal uit het vlees verderfenis maaien; maar

die in den Geest zaait, zal uit den Geest het

eeuwige leven maaien. “Doch laat ons, goed

doende, niet vertragen; want te zijner tijd zullen

wij maaien, zo wij niet verslappen.”

Dat is een absolute wet: dwaalt niet, dat gaat er

gebeuren! De derde stap in discipline is het feit dat

zonde haar vruchten altijd afwerpt. En als u in het

vlees zaait, dan maait u wat u gezaaid heeft. Als u

slecht gedrag zaait, dan zaait u voor de wind. Als u

de vrucht van de Geest zaait dan maait u

overeenkomstig wat u gezaaid heeft. Dat is waar

voor uw persoonlijke leven en in uw familie en in

uw werk. Als u zaait in het vlees, en u kunt zeggen:

ik ben een genadegelovige… Ja, maar u zult ook

maaien wat u gezaaid heeft. U zegt waarom doet

God het zo? Maar zo zijn de dingen. Maar wat doet

de Heere daarmee? Kijk in 1 Kor.11 hoe dat werkt.

1 Kor.11:29 daarom zijn velen onder u ziek en

zwak en velen slapen. In de kerk in Korinthe waren

mensen die dronkaards en gulzigaards waren en

daarom waren ze zwak, ziek en slapen ze. Wat is

dat, dat zijn de consequenties van wat ze doen.

Weet u wat dat is? Dat is discipline. Op een dag

wordt u wakker en zegt: Dit wil ik niet meer. En

wat doet u? U gaat terug naar het Woord.

Ziet u met de tweede en de derde stap (de broeders

en de consequenties van uw gedrag) deze zijn

bedoelt om u terug te brengen naar nummer één.

Want de manier waarop u omgaat met zonde in uw

leven als een volwassen kind van God is een keus

te maken om door geloof te wandelen, en wat God

zegt dat u bent in Christus. En als u dat doet dan is

dat de kastijding en de procedure waardoor God de

Heilige Geest in uw leven werkt: u kijkt naar het

probleem: daar is het en hier is de oplossing en uw

produceert correct gedrag. En dat brengt discipline

in onze levens. Dat is de discipline van genade. De

genade van God is verschenen aan alle mensen en

onderwijst ons: Titus 2:11,12 Wat onderwijst de

genade ons? Dat wij de goddeloosheid en wereldse

begeerlijkheden verzaken…

Ik kijk in mijn leven en zie dingen die er niet horen

en zeg: Jullie horen daar niet! Weg ermee! Spray de

antistatische spuitbus eroverheen en borstel het af.

Page 157: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 157

Titus 2:12 Dat wij matiglijk en rechtvaardiglijk en

godzaliglijk leven zouden in deze tegenwoordige

wereld. Daar zijn dingen die niet in mijn leven

horen, weg ermee, wie heeft mij dat vertelt?

Genade, genade leerde mij dat God de zonde

weggedaan heeft door de offerande van Zichzelf en

genade leert mij wie ik ben in Christus en dat ik

godzalig zal leven, matig en rechtvaardig. Dat ik

zal leven naar wie ik ben. Genade leert mij dat. De

manier om goddeloosheid en wereldse

begeerlijkheden te verzaken is correctie,

vermaning, kastijding. Er zijn geestelijke

zegeningen en er zijn geestelijke kastijdingen.

Genade leert mij op de basis van wie ik ben in

Christus. Het Woord van God instrueert, leert,

corrigeert en verbeterd mij. En als ik er geen

aandacht aan geef ben ik deel van een familie, die

mij liefhebbend vermaant. De meeste vermaning in

de Schrift is bedoelt voor in de gemeente. Er is

weinig één op één vermaning in Paulus’ brieven.

God wil dat u zult functioneren als een volwassene,

niet als een klein kind.

Als u teruggaat naar die eerste stap, en dan is wat u

ziet al gauw wat u maait. Doe zoals met een krop

sla, gooi hem in de vuilcontainer en ga terug naar

één. Een krop gemaaid uit het vlees. Dus denk niet

dat alle kastijding voor Israël is en dat er geen

discipline voor ons is. Want er is wel discipline

voor ons. Maar maak ook weer niet de volgende

fout door te denken dat God op dezelfde manier

met ons handelt als met Israël. Dus: kastijd God

ons? Ja. Hoe doet Hij dat? Met een geestelijk

proces bedoelt om correct gedrag te produceren.

Hij behandelt ons als volwassenen en als familie.

Hebreeën 12:14

Hebr.12, hier zien we een waarschuwing en hij

spreekt tot hen dat ze een periode van kastijding

tegemoet gaan, de tijd van Jacob’s benauwheid. En

het hele doel van de grote verdrukking in Israëls

leven is om de rebel uit te zuiveren, het volk te

kastijden om hun rebellie tegen God en hun falen

om het verbond te houden en de geboden die God

hen geeft en Zijn vijfde serie van oordelen eindigt

met deze periode van Jacob’s benauwheid waar de

ongelovige en rebel uit het volk wordt gezuiverd.

Het volk wordt gecorrigeerd zodat het ongelovige

gedeelte van het volk geïdentificeerd en weggedaan

wordt en het gelovige overblijfsel, de kleine kudde

wordt geïdentificeerd tot het einde. Dus deze

periode van kastijding voor het volk is er en zij

moeten volharden tot het einde, en zij moeten er

ook van leren en profiteren. In Hebr.12:10 zegt dat

zij deelachtig worden aan Zijn heiligheid. Het volk

heeft de glorie van God op hen geplaatst.

Nadat hij dit met hen heeft besproken geeft hij een

waarschuwing om niet te falen om door deze

kastijdingsperiode heen te komen en dat het niet

negatief in hen zal werken. De kleine kudde moet

het als iets positiefs gebruiken dat hen deelgenoten

maakt van de heiligheid, hij waarschuwt ze

daarover in vers 14. De grote verdrukking zal een

verleidelijke tijd zijn, de gelovigen in die tijd zullen

de vredestichters zijn, het punt in het leven van een

Koninkrijksgelovige is verschillend van de

levensstijl van de mensen die het land bewonen.

Hebr.12:11 als zij beproefd zijn door de kastijding

ontvangen zij de vrucht der gerechtigheid.

Hebr.12:14 “Jaagt den vrede na met allen, en de

heiligmaking, zonder welke niemand den Heere

zien zal;”

Dus de praktische instructie is: jaagt de vrede na,

volg de vrucht die God wil dat je geeft door de

discipline. Elke keer als iemand u vertelt dat u uw

redding kunt verliezen is dit een vers dat zij

aanhalen. Zij zeggen: ziet u als je geen heiligheid

hebt en een levensstijl die niet voldoet aan mijn

standaard of aan de religieuze standaard of de

kerkstandaard of Gods geboden dan verliest u uw

redding. Want zonder heiligheid zal niemand God

zien! Maar het probleem met deze manier van dit

vers gebruiken is dat dit een vers is waar u

voorzichtig mee moet zijn. Want iemand die dit

vers aanhaalt weet niet wat er allemaal bij dit vers

komt kijken.

Openb.1:7 “Ziet, Hij komt met de wolken en

alle oog zal Hem zien, ook degenen, die Hem

doorstoken hebben; en alle geslachten der aarde

zullen over Hem rouw bedrijven; ja, amen.”

Iedereen op deze aarde zal Christus zien als Hij

terugkomt. En dat vers in Heb.12 zegt dat zonder

heiligmaking niemand de Heere zal zien. Als u

deze twee verzen met elkaar vergelijkt weet u

direct dat u voorzichtig moet zijn met het begrijpen

van Hebr.12:14 want u weet dat iedereen God zál

zien. Als Jezus Christus terugkomt zal iedereen op

de aarde Hem zien en dat zijn niet alleen geredde

mensen.

Page 158: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 158

Openb.6:15,16 “En de koningen der aarde, en de

groten, en de rijken, en de oversten over

duizend, en de machtigen, en alle

dienstknechten, en alle vrijen, verborgen

zichzelven in de spelonken, en in de steenrotsen

der bergen; “En zeiden tot de bergen en tot de

steenrotsen: Valt op ons, en verbergt ons van

het aangezicht Desgenen, Die op den troon zit,

en van den toorn des Lams.”

Zij zien Zijn toorn en Zijn toornig aangezicht om

hen te oordelen en zij zullen zich verstoppen, ze

zien Hem dus, ook de verloren mensen zien Hem.

Als u dit leest en u gaat terug naar Hebr.12, dan is

dat vers niet zo eenvoudig als mensen zeggen. Het

is dus een vers om eens goed over na te denken,

met al die mensen die leren dat u uw redding kunt

verliezen. Alle gedeelten in Hebreeën die gaan over

het verliezen van redding staan ook in Petrus en

Jacobus en 1,2 Johannes enz. allemaal gedeelten

over voorwaardelijke redding, ze zijn er en u hoeft

niet te ontkennen wat de verzen zeggen want ze

zijn er en dat zeggen ze.

Geen van deze verzen staan in Paulus’ brieven, ze

staan allemaal in Israëls programma. En de verzen

hebben te maken met wie een deel van het volk is

en wie niet. Wie van Israël, het Israël van God is en

wie niet. Zij zijn een deel van het verbondsvolk,

maar als ze geen kind van geloof zijn, als ze de

besnijdenis van het hart niet hebben dan is er

vernietiging voor hen en zij verliezen de status en

de bevoorrechte positie die ze hebben.

Denk na: als u door geboorte een kind van God zou

zijn, een Israëlier, in Israëls programma, zij zijn

Gods kinderen, Mat.1:21 Hij zal Zijn volk

redden… Er zijn mensen die Gods mensen zijn

maar nog niet gered zijn, ze zijn fysiek Gods

mensen, geboren uit Abraham, uit Egypte

geroepen, fysiek Gods mensen, maar geestelijk zijn

ze nog niet gered. Dus denk aan de positie dat u één

van Gods kinderen bent in de verbondsrelatie in het

volk en dat dan verliezen… dat is de manier om uw

verlossing te verliezen in Israëls programma.

Het is niet iemand die verlost is en gerechtvaardigd

door het bloed van Christus door geloof in wat God

zegt en het dan ‘wegzondigt’ en het verliest, het is

geen lid van het lichaam van Christus. Als u gered

bent in de zin zoals u en ik redding kennen, dan

denkt Israël altijd aan redding m.b.t. de tweede

komst. En u moet dan naar Hebr.9 dat kan dit

gedeelte voor ons uitleggen. In Israëls programma

kijken ze naar redding niet als een tegenwoordige

positie zoals wij doen, maar als een toekomstige

positie, iets dat komt met de tweede komst, als Hij

redt, het gelovige overblijfsel in het Koninkrijk

brengt.

Ik ben gered in december 1962, overgegaan van de

dood naar het leven, ik vertrouwde op Christus als

mijn Redder op grond van Zijn bloed, maar waar

ben ik van gered? Van de hel, van het loon van de

zonde, van eeuwige dood en verdoemenis. Maar als

ik mijn redding verlies, sterf en naar de hel ga in

welke zin was ik dan gered in december 1962?!

Dan was ik toch niet gered? Als ik overging van de

dood naar het leven en ik verlies het leven en

eindig in de dood, in welke zin was ik toen dan

gered? Want de dingen waar ik dacht van gered te

zijn eindig ik toch weer in.

Dus in een voorwaardelijke redding geloven is dat

je het niet nu bezit, maar u moet wachten tot u het

misschien in de toekomst zult krijgen. Want er is

geen zekerheid of u de redding zult hebben als u

denkt dat u de redding kunt verliezen, want als u

het kunt verliezen, in welke zin heeft u het dan

eigenlijk? U heeft het niet echt. Dus dit is allemaal

erg verwarrend.

In Hebreeën heb ik u dit laten zien, en we zullen in

Hebr.12 eenzelfde gedeelte zien zoals in Hebr.6.

Een Hebreeër zijn, een deel van het volk Israël zijn

is niet genoeg, het is een begin, zij zitten aan de

goede kant van de middelmuur des afscheidsels, zij

zijn Gods mensen, zij hebben Gods verbond, ze

hebben een verbondsrelatie met God en moeten

toch nog geestelijk worden gered enz. Daarom staat

er: Hij kwam tot het Zijne en de Zijnen hebben

Hem niet aangenomen. Wie zijn Het Zijne? Israël!

Zij namen Hem niet aan. Maar zovelen Hem

aangenomen hebben hun heeft Hij macht gegeven

kinderen Gods te worden. Joh.1:12. Hier zijn

mensen die de kinderen van God waren, de macht

gegeven om de kinderen van God te worden,

daarom moesten zij opnieuw geboren worden. Dat

is de wedergeboorte.

Israël de eerste keer uit God geboren uit Egypte en

nu opnieuw, geestelijk uit God geboren in haar

Koninkrijk door het Nieuwe verbond. Waar heeft

hij het over als hij het heeft over: zonder

heiligmaking zal niemand God zien? Openb.1:7 We

moeten dus voorzichtig zijn met het vers, het is niet

zomaar een verklaring over iedereen, want er zijn

mensen die geen heiligmaking hebben, en die God

zien en Hem zien in het oordeel. Het vers spreekt

over het zien van de Heere op een heel bijzondere

Page 159: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 159

tijd, als hij het heeft over dat niemand zonder

heiligmaking de Heere zal zien dan heeft hij het

over het Hem zien zoals in Hebr.9:28. Dat is de

tweede komst, een toekomstige verschijning van

Christus met Zijn wederkomst als Hij redding

brengt voor deze mensen. Zonder heiligmaking zal

niemand Christus zien met de wederkomst, dat zegt

hij letterlijk. Hebr.9:28 zij zullen Hem zien tot

zaligheid, de anderen zien Hem tot verderf.

Mat.5:8 Zalig de reinen van hart want zij zullen

God zien. Wat is reinheid van hart? Kunt u dat

heiligheid noemen? Het ligt niet ver bij elkaar

vandaan. Wat gebeurt er als u een rein hart heeft in

de zaligsprekingen? Hij beschrijft de inwoners van

Zijn Koninkrijk in Mat.5, Hij beschrijft de

tijdsperiode van de grote verdrukking, als zij

vervolgd worden :10 enz. Hij spreekt over de kleine

kudde, Zijn gelovig overblijfsel, de

verbondsgelovigen, de ware besnijdenis en al die

termen die het gelovig Israël beschrijven in de

verdrukking, uitkijkend naar het Koninkrijk. Hun

levensstijl wordt hier beschreven en één van de

dingen is zij zijn rein van hart, daar spreekt Hebr.12

over.

3 Joh:11 …maar die kwaad doet heeft God niet

gezien…! Het zien van de Heere heeft te maken

met zien als Hij komt.

We gaan terug naar Hebr.12. Dus het zien hier is

geen absolute verklaring, als Hij terugkomt zal

ieder oog Hem zien. Het is een verklaring die

gemaakt is als in Hebr.9:28.

Hebr.12:15 “Toeziende, dat niet iemand

verachtere van de genade Gods; dat niet enige

wortel der bitterheid, opwaarts spruitende,

beroerte make en door dezelve velen ontreinigd

worden.”

Hij gaat hier toepassingen over maken. Het

verachteren van de genade Gods en het opschieten

van een bittere wortel gaan parallel. Verachteren,

Hebr.4:14-16. Laat ons dan…Hij is totaal

geïdentificeerd met ons, begrijpt onze beperkingen,

onze moeilijkheden en de dingen die wij meemaken

en Hij heeft wat u en ik meemaken overwonnen,

daar kijk ik naar.

Één van de voorrechten in het christenleven is om

elkaars lasten te dragen en u spreekt met elkaar, en

als u iemand met iemand spreekt die problemen

heeft Weet u wat mensen willen horen? Ze willen

horen hoe ze er overheen kunnen komen. Als

iemand niet zelf door de dag heen kan komen en u

heeft problemen dan kan hij u ook niet helpen. U

wilt met iemand spreken die u kan vertroosten met

de vertroosting die hij van God heeft gekregen toen

hij in de problemen zat.

2 Kor.1:3,4 “Geloofd zij de God en Vader van

onzen Heere Jezus Christus, de Vader der

barmhartigheden, en de God aller vertroosting;

“Die ons vertroost in al onze verdrukking, opdat

wij zouden kunnen vertroosten degenen, die in

allerlei verdrukking zijn, door de vertroosting,

met welke wij zelven van God vertroost

worden.”

Dus u moet iemand hebben die het aankan, en wij

zijn niet volmaakt, maar de Heer Jezus is volmaakt,

Hij leefde een absoluut, totaal rechtvaardig leven,

een leven van volmaakte heiligheid en

rechtvaardigheid, en toen stierf Hij op Golgotha, en

waarom ik weet dat Zijn offer een rechtvaardig

offer is en mijn problemen aankan is omdat Hij het

gedemonstreerd heeft ten opzichte van al Zijn

critici, de tegenstander en zijn leger. Hij

demonstreerde een leven van absolute heiligheid,

zonder zonde. Daarom kunnen wij vrijmoedig naar

Hem toegaan, Hebr.4:16.

Nu, deze mensen zullen door een geweldig

moeilijke tijd heengaan, zij zullen het nodig hebben

om gesterkt te worden, Iemand die verzocht is

geweest en getest in dezelfde punten al zij, maar

zonder zonde, Die niet gefaald heeft. Iemand die

consequent is en door de problemen heengaat.

Ik zei tegen u dat er drie tijden zijn in uw Bijbel dat

de toorn van de Almachtige God ongemengd

uitgestort wordt. Één is de hel, één is de grote

verdrukking en de derde is het kruis. Jezus Christus

ging naar het kruis en nam het op zodat u niet naar

de hel hoeft, zodat Hij geïdentificeerd kan worden

met het lijdende overblijfsel. Daarom is het boek

Psalmen verdeeld in vijf delen. Deze vijf

Psalmboeken laat de Heere Jezus Christus zien in

Zijn vijf verschillende bekwaamheden, als Degene

die komt en het verbond van David met het volk

Israël vervuld. Hij komt in deze bekwaamheden om

de beloften voor Israël te volbrengen die God met

hen heeft gemaakt.

In de Psalmen leest u steeds weer over het lijdende

overblijfsel van het volk Israël in die vijfde serie

van oordelen, maar meer dan dat iedere keer leest u

dat en zegt: Dat is Christus Die daar spreekt. B.v

Ps.22 , dat is een Messiaanse Psalm. U leest het en

ziet dat het Christus is, nee, dat is het overblijfsel,

Page 160: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 160

nee dat is Christus. De reden daarvan is dat Hij zo

totaal geïdentificeerd is met het lijden van Zijn

volk. Het is soms niet te onderscheiden. Als u

spreekt over hulp voor hen, dat is hulp! Als zij deze

Psalmen lezen en de troost krijgen en hun hart

wordt bemoedigd en hun motivatie om door te

gaan, Hij spreekt door de Psalmen heen tot hen.

Daar is genade voor hulp in tijd dat het nodig is

voor deze mensen in Christus.

Hebr.12 vertelt hen: Let op, ziet toe, volg vrede na

en heiligmaking, geef aandacht aan wat er gaande

is, hij zei het ook al in de eerste waarschuwing in

Hebr.2:1. Deze dingen in Hebr.12:13,14 zijn een

andere waarschuwing en komt overeen met de

waarschuwing uit Hebr.2 en 3, de waarschuwing

vanuit de woestijn. Dus niet verachteren, iemand

faalt om genoeg genade te hebben om heilig te zijn

en jaagt de vrede na. Als u kijkt naar Hebr.13:9, en

herinner u wat Petrus zegt in 2 Petr.3:18 maar wast

op in de genade en kennis van onze Heere en

Zaligmaker Jezus Christus. Hebr.13:9 Met andere

woorden het is goed voor uw hart om bezig te zijn

met Gods voorzieningen voor u in het Nieuwe

verbond, gebaseerd op het bloed van Christus. En

herinner u, Hebr.10 we zijn in het praktische

gedeelte van het boek, hij heeft de leerstellige

grondslag gelegd in de eerste tien en halve

hoofdstukken. Nu moedigt hij hen aan om ermee

door te gaan en de enige manier om door te kunnen

gaan en later de zegening te ontvangen is

Hebr.10:36.

Hebr.12:16 “Dat niet iemand zij een hoereerder,

of een onheilige, gelijk Ezau, die om een spijze

het recht van zijn eerstgeboorte weggaf.”

Hier ziet u dat de genade van God is bedoelt om

een hulp te zijn in de tijd dat het nodig is, om hen te

bewaren voor een bittere wortel die uit wil spruiten

in hun hart. Als u geen genade heeft en hulp in de

tijd dat het nodig is wat gebeurt er dan? Een wortel

der bitterheid opwaarts spruitende Hebr.12:15. Dat

is een verwijzing naar Deut.29:28,29.

Deut.29:28,29 “En de HEERE heeft hen uit hun

land uitgetrokken, in toorn, en in grimmigheid,

en in grote verbolgenheid; en Hij heeft hen

verworpen in een ander land, gelijk het is te

dezen dage. “De verborgene dingen zijn voor

den HEERE, onzen God; maar de geopenbaarde

zijn voor ons en voor onze kinderen, tot in

eeuwigheid, om te doen al de woorden dezer

wet.”

De jongere generatie staat klaar om het beloofde

land in te gaan, Mozes gaat niet met hen mee, hij

gaat sterven in de woestijn. Jozua gaat hen

binnenbrengen. Mozes vernieuwd hun begrip van

het verbond dat God met hen maakte, met het volk

de jaren daarvoor. In Deut.28:14,15 vernieuwd hij

het verbond. M.a.w dit verbond is niet alleen

gemaakt met Israël toen het uit Egypte kwam en

met de mensen toen, maar ook voor de generatie

die zou komen, het verbond is gemaakt met het

volk. En het geeft niet welke generatie van het volk

leeft, het verbond behoort tot het volk. En 300/400

jaar later kon het volk niet zeggen: wij hebben dat

verbond niet gemaakt…!

Waar die bittere wortel vandaan komt is: het

verzaken van het verbond dat God met Israël

maakte en het achterna gaan van andere goden. Het

resultaat daarvan zien we in:

Deut.29:20 “De HEERE zal hem niet willen

vergeven; maar alsdan zal des HEEREN toorn

en ijver roken over denzelven man, en al de

vloek, die in dit boek geschreven is, zal op hem

liggen; en de HEERE zal zijn naam van onder

den hemel uitdelgen.”

Deze mensen zijn onder een verbond met

specifieke voorwaardelijke zegeningen, en het

verliezen van deze zegeningen is het uitdelgen van

zijn naam van onder den hemel. En we gaan terug

naar Hebr. en we zien dezelfde soort dingen. Daar

gaan die verzen m.b.t. uitdelgen over. De

zegeningen niet ontvangen die God aan Israël heeft

beloofd, uit het boek uitgedelgd worden.

Hebr.12:15 de bittere wortel is het hart dat zich

afwendt van de Heere. Het is een herhaling van de

waarschuwing uit Hebr.3:12 m.b.t. het boze

ongelovige hart dat weggaat van de levende God.

Hebr.12:16 “Dat niet iemand zij een

hoereerder, of een onheilige, gelijk Ezau, die om

een spijze het recht van zijn eerstgeboorte

weggaf.”

Hier geeft hij een illustratie, dit is een

waarschuwing voor hen die verleidt worden om

hun volharding op te geven. Er is iets dat zij hadden

in het Nieuwe verbond dat een blijvend voorrecht

en zegening was, en zij verzaken die eeuwige

redding en eeuwige erfenis voor de tegenwoordige

gelegenheid, dan zijn ze net als Ezau. Wat voor

soort gezindheid had Ezau? Die faalt om van de

genade van God te profiteren. Die weggaat van het

Woord van God en teruggaat naar de dingen van de

Page 161: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 161

wereld. Voor die gezindheid waarschuwt hij, wees

niet zoals Ezau!

Hebr.12:17 “Want gij weet, dat hij ook daarna,

de zegening willende beerven, verworpen werd;

want hij vond geen plaats des berouws, hoewel

hij dezelve met tranen zocht.”

Ziet u hoe dit hier past? Er zijn twee belangrijke

gebeurtenissen in het leven van Ezau:

1) Toen hij zijn eerstgeboorterecht weggaf, voor

een bord linzen, betekende dat niets voor hem.

Jacob zag de waarde ervan. Ezau was alleen

geïnteresseerd in materialistische dingen, in aardse

dingen en is representatief voor een hoereerder of

onheilig persoon. Het woord onheilig benoemen

wij nu als wereldlijk, profaan, buiten de tempel

deur (Grieks, Latijn) daarom heeft hij het over

mensen die verachteren. Als u de gezindheid wilt

zien die het niet kan maken, redden door de grote

verdrukking heen, en de erfenis niet beërfd, iemand

die zegt als het Koninkrijk begint, rondkijkt en

zegt: Ik heb toch het geboorterecht, waarom kan ik

hier niet ingaan? En hij wordt verlaten. Dat is het

soort gezindheid die Ezau had. Hij was een

materialist, hij is profaan en neemt zo weinig

notitie van dingen buiten de fysieke en materiële

dingen om hem heen en die hij bezit, deze dingen

waren zo onbelangrijk voor hem, dat later als hij de

zegening zou ontvangen en afgewezen werd

rondliep en een weg zocht om alsnog de zegening

te krijgen en om te veranderen wat hij had gedaan.

Met andere woorden het verkopen van zijn

geboorterecht was zo’n onbetekenend iets voor

hem dat hij denkt nadat hij dat had gedaan, later

kan ik dat wel weer ongedaan maken… Het feit dat

hij naar zijn vader toegaat om te proberen dat hij

het ongedaan zou maken zegt genoeg dat hij niet

wist wat hij deed. Het geestelijke punt wie hij was

als eerstgeborene zoon van zijn vader, Izak, het

verbond met Abraham, Izak en Ezau… maar Ezau

gaf er zo weinig om, om dat verbond dat hij het

gewoon verkoopt. Wat gebeurt er in de grote

verdrukking met deze mensen? Hetzelfde.

2) Gen.26:34,35 De tweede gebeurtenis is dat hij

een aantal heidense vrouwen trouwde, twee

Kanaanitische vrouwen, herinnert u zich Noach dat

Kanaan vervloekt was? Gen.9. Als Israël het land

Kanaan binnen gaat en ze hen moeten verslaan om

hun slechtheid omdat ze helemaal in de strik van de

duivel zaten, zij waren het zaad van zijn politiek,

zij bezaten het land en zij moesten verslagen

worden.

Gen.26:34,35 “Als nu Ezau veertig jaren oud

was, nam hij tot een vrouw Judith, de dochter

van Beeri, den Hethiet, en Basmath, de dochter

van Elon, den Hethiet. “En deze waren voor

Izak en Rebekka een bitterheid des geestes.”

Weet u wat Ezau doet? Hij trouwt een Kan.vrouw

en zij waren een bitterheid des geestes voor Izak en

Rebekka. Hj ziet dat zijn ouders boos zijn en hij

trouwt er nog één… Gen.27:46 Rebekka: ik heb

verdriet aan mijn leven vanwege de dochteren

Heths. Zij hadden geen gelukkig huisgezin waarin

iedereen elkaar begreep, waarom? Hij trouwde

buiten het verbond, daarom noemt Hebreeën hem

een hoereerder en een onheilig persoon, dat past bij

de twee gebeurtenissen in zijn leven. 1) hij

verkoopt zijn geboorterecht, zijn materialisme,

profaan, eten, nu. Als ze in de verdrukking het

merkteken van het beest niet nemen zullen ze niet

kunnen eten. Voor één bord eten het geboorterecht

voor het Koninkrijk verkopen, dat is een

hoereerder.

Openb.2:14-20 De leer van Bileam, dingen eten

geofferd aan de afgoden en Izebel die hoereert. Ziet

u de parallel? Als je daar wilt komen in het

Koninkrijk, wees dan niet zoals Ezau, want toen hij

de zegening wilde beërven werd hij afgewezen, hij

vond geen plaats voor berouw. Een waarschuwing

net als Hebr.6:4-6, als zij afvallig worden is het

onmogelijk om hen opnieuw te vernieuwen tot

bekering. Het is als Hebr.10:26, er is geen plaats

van berouw, waarom? De enige plaats waar uw

zonden kunnen worden vergeven is bij het kruis, er

is geen andere plaats om heen te gaan en als zij dat

afwijzen, het Nieuwe verbond afwijzen en hun rug

toekeren naar de voorzieningen die God voor hen

heeft gemaakt door het kruis van Christus en ze

gaan terug naar het Oude verbond, dat wil de

antichrist dat ze doen, terug naar Judaïsme en de

tempel die weer is opgericht, in plaats van buiten

het kamp in geloof in Christus, met Christus, dan is

er niets meer voor je.

Hebr.8:7 Want indien dat eerste verbond

onberispelijk geweest ware, zo zou voor het tweede

geen plaats gezocht geweest zijn. Hij vond geen

plaats! Voor berouw, hoewel hij die zocht met

tranen. Weet u wat hij zegt: als dat eerste verbond

had gewerkt dan had hij de tweede niet hoeven

zoeken. Dus als u ziet dat het tweede verbond het

is, en het kruis en de genade die God voor u heeft

Page 162: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 162

volbracht en dat daarom het Koninkrijk komt en u

verlaat dat dan is er geen plaats meer voor u om

heen te gaan, om te schuilen, dan is het over. Wie

verzaakt de schuilplaats van het kruis? En het

Nieuwe verbond, welke persoon in Israël zal dat

doen? Iemand als Ezau. Dus wees voorzichtig wees

niet als Ezau.

Hebreeën 12:13-24

Hebr.12:18 “Want gij zijt niet gekomen tot den

tastelijken berg, en het brandende vuur, en

donkerheid, en duisternis, en onweder,”

In Hebr.12:17 begint hij met wat er volgt in vers

18. Ezau had de zegening, hij verkocht de zegen

aan zijn broeder voor een bord soep, hij was meer

geïnteresseerd in de materialistische dingen, zijn

honger van dat moment, en hij waardeerde het

eerstgeboorterecht niet en de zegen die hij had. Die

geestelijke waarde was niet in zijn verstand. Het

was onbelangrijk voor hem. Daarom verkocht hij

het aan zijn broer en Jacob begreep de geestelijke

waarde van dat geboorterecht en hij zocht een weg

dat zijn broer het aan hem zou geven, verkopen.

Jacob had het verstand om die waarde te zien. Dus

nadat de zegen door Izak aan Jacob was gegeven en

niet aan Ezau zegt Ezau tegen zijn vader: is er geen

zegen voor mij? En Jacob zegt: Nee, er is er geen,

ik kan je wel een zegening geven, maar ik kan je

niet de zegen van het verbond met Abraham geven

want die heb ik al weggegeven.

Dus nádat al deze dingen gebeurd zijn en hij zijn

hart veranderde en de zegen wilde ontvangen, kon

hij niet. Hij was afgewezen, hij gaat uit en zoekt

een manier van berouw en hij zocht die en vond die

niet. U kunt zeggen: zocht hij berouw of de zegen?

Maar het punt is hij kon ze allebei niet vinden. Hij

kon geen manier vinden om de situatie te

veranderen zodat hij een zegen kon krijgen. Net als

in Hebr.6 het voor de mensen toen met al hun

wonderen en tekenen die ze geproefd hadden, en

toen afvielen het onmogelijk was om ze te

vernieuwen tot bekering, er is geen plaats voor

berouw voor hen, ze kunnen de situatie niet meer

veranderen. Met andere woorden er is geen andere

plaats voor Israël om heen te gaan dan de

voorzieningen die God voor hen heeft gemaakt in

het Nieuwe verbond.

Zoals Ezau geen plaats had om een zegen te

vinden, is er geen plaats voor Israël om heen te

gaan, het is nádat Israël de zegen zou willen

ontvangen en het Koninkrijk beërven, bij de tweede

komst. Het is een situatie als met Ezau, als zij niet

volharden als ze niet geloven, de waarheid

vasthouden, de belijdenis vasthouden tot het eind

ontvangen ze de zegen niet. En geen plaats voor

berouw. De laatste keer liet ik u in Hebr.8:7 dat

daar ook staat: geen plaats voor de tweede. Het

contrast tussen het Oude en het Nieuwe verbond.

Hebr.10:26 geen offer meer over voor de zonde.

Als zij de voorzieningen begrijpen die God voor

hen heeft in Christus op Golgotha in het Nieuwe

verbond en ze gaan terug naar het Oude verbond,

naar het systeem van Mozes, naar het Judaïsme,

naar het oude programma en dat is de verleiding

waarin zij komen in de grote verdrukking. De

antichrist bouwt de tempel, herstelt de

tempeldienst, herstelt de offers met bloed, herstelt

al deze dingen uit het Judaïsme en brengt het weer

in werking. En ze hebben hun land en hun identiteit

en hun religieuze systeem werkt weer.

De Heere Jezus zei: Als die generatie de

vijgenboom ziet uitlopen, herinnert u zich de

gelijkenis? De vijgenboom in de Bijbel is een beeld

van het volk Israël, maar niet Israël als een volk,

alle Bijbelcommentaren leren al jaren dat dat 1948

is, toen Israël weer een volk, natie werd, dat is

nonsens.

In uw Bijbel zijn er vier bomen die het volk Israël

representeren: De olijfboom ,de vijgeboom, de

wijnstok en de doornstruik. De doornstruik

representeert Israël onder de slavernij van de

antichrist. De olijfboom is Israël in haar

bekwaamheid om het kanaal van Gods zegen te

zijn. De wijnstok Jesaja 5, Psalm 80 is Israël als

een volk, als God over Israël wil spreken als een

volk. De vijgenboom is het religieuze leven van

Israël, daarom vervloekt de Heere Jezus in Mat.21

de vijgenboom: dat ze nooit meer vrucht zal

dragen… Als de vijgenboom het nationale leven

van Israël vertegenwoordigt, dan is Israël vervloekt

en zal nooit meer vrucht dragen, nooit meer een

volk zijn. Als de vijgenboom uitloopt, als u dat

vervloekte religieuze systeem weer herstelt, ziet in

Israël, die mensen zullen de wederkomst

meemaken.

Wanneer zal dat vervloekte religieuze systeem

herstelt worden in Israël? Dat is het Oude verbond,

en Christus vervloekte dat, het brengt geen vrucht

voort en kan het werk niet doen, er is niets mis met

de wet, de wet laat de zwakheid zien van de

mensen die hem proberen te houden. God zet de

wet opzij, het oude programma, de wet en het

eerste verbond werkt niet. Er komt een Nieuw

Page 163: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 163

verbond dat Hij met hen maakt, gebaseerd op het

bloed van de Heere Jezus Christus, en Hij doet voor

hen wat ze zelf niet kunnen. Dat is de enige manier

voor Israël om haar zegeningen te ontvangen.

In Hebr.12:17 ziet u een waarschuwing, één van de

laatste waarschuwingen in het boek Hebreeën.

Hebreeën doet twee dingen: 1) het gevaar van

afvallen, teruggaan naar het oude systeem en niet

verdergaan met de zegeningen van het Nieuwe

verbond. 2) Uitleggen wat God voor hen heeft

voorzien, volbracht voor Israël in Christus, in het

Nieuwe verbond om ze te motiveren om door te

gaan. Een waarschuwing voor het volk om niet te

stoppen, maar om te volharden tot het einde en de

motivatie om het te doen en de voorzieningen die

God hen heeft gegeven om het te doen. Wees niet

als Ezau, wees niet iemand die de geestelijke zegen

van geen waarde acht, van de belofte die God hen

gegeven heeft, van het verbond dat God met hen

maakte. ‘Verkoop’ het niet voor iets tijdelijks.

Offer nooit het blijvende op het altaar van het

onmiddelijke. Daar gaat de waarschuwing hier

over.

In het licht van de tegenstelling die hij maakt in

vers 17 tussen het Oude en het Nieuwe verbond

begint hij in vers 18 tot het eind van het hoofdstuk,

en speciaal in vers 24, het Oude en het Nieuwe

verbond tegenover elkaar te zetten.

En hij geeft een strakke vergelijking tussen het

Oude en de superioriteit van het Nieuwe verbond.

Hebr.12:18 “Want gij zijt niet gekomen tot den

tastelijken berg, en het brandende vuur, en

donkerheid, en duisternis, en onweder,”

Het woord want geeft een verdere uitleg. U krijgt

een verdere uitleg, verdere lering. Want.. reden: u

bent niet…enz. Het gaat hier om de berg Sinai,

jullie zijn niet geassocieerd met de berg Sinai en

met het verbond dat daar werd gemaakt. Het Oude

verbond bracht ondragelijke angst en vrees met

zich mee, zelfs al raakte je de berg aan werd je

vernietigd. Deze verdrukkingheiligen zijn niet

daartoe gekomen, dat hebben ze opzij gezet.

Hebr.12:22 “Maar gij zijt gekomen tot den berg

Sion, en de stad des levenden Gods, tot het

hemelse Jeruzalem, en de vele duizenden der

engelen;”

Maar gij zijt gekomen tot… Dit is uw bezitting en

wie u bent. In de voltooide tijd en conditie die al

bestond en de effecten gaan door tot in de

toekomst. Dit is de positie die hen al is gegeven in

het Nieuwe verbond, dit is hun status: Gij zijt

gekomen. En er zijn acht dingen waartoe ze

gekomen zijn zegt hij. Acht in uw Bijbel is het

getal van een nieuw begin. U bent niet tot het Oude

verbond gekomen, maar tot het Nieuwe verbond en

hij noemt acht nieuwe dingen op waartoe zij

gekomen zijn.

Hebr.12:23,24 “Tot de algemene vergadering en

de Gemeente der eerstgeborenen, die in de

hemelen opgeschreven zijn, en tot God, den

Rechter over allen, en de geesten der volmaakte

rechtvaardigen; “En tot den Middelaar des

nieuwen testaments, Jezus, en het bloed der

besprenging, dat betere dingen spreekt dan

Abel.

Kijk eens naar al deze wonderbare voorzieningen,

dingen die Gods doel vervullen en volmaken met

Israël. Gods doel met Israël was niet om ze te

vernietigen, het Oude verbond deed dat wel,

waarom? Omdat ze niet foutloos waren, ze hadden

een oplossing nodig voor hun zonden. Ziet de

zonen en dochters van Abraham waren ook de

zonen en dochters van Adam. De wet kon het niet

doen, het leerde hen een les, hij was een

schoolmeester die ze leerde dat ze een verlosser

nodig hadden. En deze mensen zijn bemoedigd om

die les te leren en naar de Verlosser te gaan in het

Nieuwe verbond dat God met hen maakte.

Er is hier een lange lijst en we kunnen een uur aan

elk van deze dingen besteden en we zullen een

mooie tijd hebben, want het zijn mooie dingen,

maar ik ga er in het kort overheen:

Gij zijt gekomen tot de berg Sion enz. vers 22, dit

zijn drie manieren om hetzelfde te zeggen: De berg

Sion, er is een berg op aarde genoemd Sion, maar

dat is deze niet, want in Hebr.12:18 lezen we deze

berg is niet op de aarde, u komt tot een berg die u

niet aan kunt raken. Deze berg is niet op de aarde.

We hebben al een keer een studie gedaan over de

structuur van het universum en dat de hemelen een

structuur hebben, niet alleen een fysieke, maar ook

een politieke structuur. Er zijn territoria en

denominaties en overheden en machten enz.

regeringen zoals op de aarde en in de hemelen, het

zijn plaatsen die net zo reëel zijn als waar wij nu

zijn. En er is een plaats in de hemelen die genoemd

wordt: de berg Sion, en de aardse berg Sion en het

aardse Jeruzalem zijn hiervan een aardse

Page 164: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 164

vertegenwoordiging. Van de berg Sion in de hemel,

en de stad van God is daar.

In Openbaring 21 zagen we dat het nieuwe

Jeruzalem uit de hemel neerkwam naar de aarde.

Hier heeft hij het over als hij het heeft over de berg

Sion en de stad van de levende God. Het hemelse

Jeruzalem, dat is het nieuwe Jeruzalem uit

Openb.21. Het nieuwe Jeruzalem is op een plaats

genoemd de berg Sion, zie bijvoorbeeld in

Ezechiel 28. Dit is een gedeelte dat over satan

spreekt. Als u dit leest denkt u dan eens na:

wanneer was de koning van Tyrus in Eden? Hij was

daar niet, of wel? Hij spreekt hier over de

werkelijke kracht achter de koning van Tyrus. Wie

was er in de hof van Eden? De Heere Jezus

Christus was er, Adam en Eva waren er, en wie nog

meer? Satan en de engelen.

Ez.28:14 “Gij waart een gezalfde, overdekkende

cherub; en Ik had u alzo gezet; gij waart op

Gods heiligen berg; gij wandeldet in het midden

der vurige stenen.”

Satan is geen engel, hij is een cherub, de

overdekkende engel; over de troon van God, er zijn

nu vier levende schepselen rond de troon en zijn

positie was over de troon, hij was mooi en

getalenteerd en wijs, volmaakt in wijsheid en

schoonheid en dat maakte hem trots, en zijn hart

verhief zich. Hebr.12 zegt wees geen

onheilig(profane) persoon zoals Ezau… En

Hebr.12 zegt jullie zijn genaderd tot de berg Sion,

tot de plaats waar God zit, tot het doel van God, de

hemelse stad, het hemelse Jeruzalem, de stad van

de levende God.

Psalm 48 U ziet deze stad steeds opnieuw in de

Psalmen. In Opb.14:1 worden de 144000

opgenomen in de hemel en Johannes ziet ze op de

berg Sion in de hemel, ze zijn in de stad van de

levende God, het hemelse Jeruzalem. Dit is een

locatie, een planeet in het universum waar de troon

van God is gemanifesteerd. God is overal, Hij is

niet beperkt door tijd of ruimte, maar omdat Hij

God is kiest Hij ervoor om Zijn Persoon te

manifesteren in een speciale plaats, gebied zodat

wij als schepsels Hem kunnen begrijpen en zien en

Hem kennen. En dat doet Hij, Hij heeft een stad

waar Hij in leeft en Hij heeft een planeet waar die

stad is, en die planeet wordt Sion genoemd. Psalm

48 Die stad is in de noordelijke regio in de hemel,

in de noordelijke einden van het universum.

Ps.50:1,2 “Een psalm van Asaf. De God der

goden, de HEERE spreekt, en roept de aarde,

van den opgang der zon tot aan haar ondergang

“Uit Sion, de volkomenheid der schoonheid,

verschijnt God blinkende.”

Deze Psalm kijkt profetisch uit naar de tweede

komst van Christus. In Ps.50 zijn de

verdrukkingsgelovigen op de aarde en de tweede

komst van Christus is aanstaande, precies waar het

Hebr.12 gedeelte over gaat. Uit Sion verschijnt God

blinkende, Hij komt uit die stad, Hij komt terug uit

Sion.

Ps.50:4 “Hij zal roepen tot den hemel van boven,

en tot de aarde, om Zijn volk te richten.”

Hier komt Hij neer van de hemel en Hij roept tot de

hemel van boven(:4). Hij is daar nog en Hij roept

tot de hemel en we zullen zo zien wat dat is in

Hebr.12. Hij roept tot de aarde, voor Hij terugkomt

naar de aarde, ziet de aarde Hem in de hemelen.

Dat wordt genoemd : het teken van de Zoon des

mensen, Openb.6, de hemelen zijn geopend en zij

zien de Zoon des mensen zittende op de troon en zij

roepen dat de bergen op hun vallen en ze willen

zich verbergen voor Hem Die op de troon zit, want

de grote dag van Zijn toorn is gekomen, dat is niet

de tweede komst naar de aarde.

Hij is in de hemel en zij zien Hem zoals in Psalm

50 en zij weten dat Hij komt om hen te oordelen en

ze verbergen zich voor Hem en vragen de bergen

om op hen te vallen. Openbaring 19, als de legers

van de aarde vergadert zijn tegen Jeruzalem en ze

verbergen zich dan niet, ze vechten tegen Hem. Dat

is iets anders dan in Openb.6, dat is niet de

wederkomst daar rennen ze weg van Hem. Dit

gebeurt voor, in het midden van de week zodat de

volkeren weten dat Hij daar boven is en ze weten

dat hun gevecht tegen Hem en de antichrist komt en

gebruikt dat om de volkeren te vergaderen en om te

vechten en overtuigd de mensheid dat degene waar

ze tegen vechten de duivel is, de vijand. En dat de

duivel de vriend is en dat hij god is, en hij verleid

de volkeren en ze geloven dat hij god is en dat hij

Jezus Christus is en dat hij hun messias is en hun

hoop en dat is de context waar deze Hebreeën zich

in bevinden. De antichrist roept hen terug naar hun

wortels, terug naar Mozes en ze zullen

Schriftuurlijk zijn, terug naar Exodus en Levitucus

en ze willen niet volgens de bedelingen zijn.

Het meest gevaarlijke wat u kunt doen in uw leven

is om Schriftuurlijk zijn en niet rechtgesneden. De

Page 165: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 165

Bijbel gebruiken, maar niet rechtsnijden. Gods

Woord nemen en het destructief maken in uw

leven, volgens 2 Petrus 3. U worstelt en draait met

de Schrift, mixt het allemaal door elkaar en Petrus

zegt: het is destructief, u doet dat tot uw eigen

destructie. Daarom is het lichaam van Christus zo

zwak, vleselijk.

In de Psalmen, Psalm 75:4-9 weer een psalm die

uitkijkt naar de wederkomst van de Heere. De wijn

van Zijn toorn komt en waar komt Hij vandaan? Uit

het oosten uit het westen? Hij komt uit het

noorden! Die stad is aan de zijde van het Noorden,

want daar is God en als Hij komt komt Hij niet uit

de oostenlucht, maar uit het noorden. Als ik naar de

begraafplaats ga waar mijn vader ligt , kijken alle

graven uit naar het oosten, iemand vroeg mij eens

of ik wist waarom? Ik zei: vertelt u mij dat eens.

Hij zei: van die kant komt Jezus terug en als Hij

komt willen ze die kant uitkijken. Ik wilde hem niet

teleurstellen, maar het is omdat de zon in het oosten

opkomt. En als u de zongod aanbid moet u die kant

opkijken. Dat is de werkelijke reden. Zelfs al zou u

denken dat Hij van die kant komt, het is niet zo.

Bijbelgelovige christenen zullen het dode lichaam

van iemand begraven met zijn gezicht in een

bepaalde richting alsof hem dat goed zou doen. Dat

is bijgelovig heidendom.

Hebr.12:22 “Maar gij zijt gekomen tot den berg

Sion, en de stad des levenden Gods, tot het

hemelse Jeruzalem, en de vele duizenden der

engelen;”

De berg Sinai en de wet en hij zegt: de wet bracht

slavernij, maar het nieuwe Jeruzalem was vrij. Hoe

kreeg Abraham de belofte van het nieuwe

Jeruzalem, God gaf hem die en Hij beloofde het

hem, het was een vrije gave van God aan Abraham.

Dat is de moeder van ons allen. Weet u hoe u iets

van God krijgt? Als een vrije gift. Daarom spreekt

hij over een vrije gift en dat het hemelse Jeruzalem

vrij is. En die vrije gift van God, dat principe dat is

de moeder van ons, dat is de basis van het Nieuwe

verbond en dat is de basis waarop wij alles hebben.

Wij hebben andere dingen dan Israël in onze

redding, maar het is ook aan ons gegeven door het

bloed van Christus, en genade is alles wat God vrij

is om te doen, door het bloed van Christus.

Dus in Hebr.11:16 gaat het om de aartsvaders en zij

zochten een beter vaderland, een hemels…Hij had

een stad voor hen bereid. En deze mensen in

Hebreeën zijn tot die stad gekomen, het is voor hen

om te bezitten, want die voor hen zijn gestorven en

hebben de belofte niet gezien, zij zagen het van

verre, ze waren niet in staat om het te hebben. De

Hebreeën is de generatie die het zullen hebben! Het

is voor jullie om het te hebben, om het te bezitten, u

bent gekomen tot… Zij zagen het van verre, en u

gaat het krijgen! U krijgt het door het Nieuwe

verbond, niet door wat u doet.

Hebr.13:14 “Want wij hebben hier geen

blijvende stad, maar wij zoeken de

toekomende.”

Wat zegt hij hier: het gaat niet om Jeruzalem

beneden, wij hebben een stad die komt, wij hebben

de berg Sion! Wij hebben de stad van de levende

God, het hemelse Jeruzalem. Iets echts, waar de

heiligen naar uitgekeken hebben sinds God het hen

had beloofd. Dit is de generatie waar de beloften

aan worden vervuld, tot wie Hebreeën schrijft.

Hebr.12:22 We gaan terug naar Hebr.1 en zien

waar de engelen voor zijn, we kunnen hier veel tijd

aan besteden en er zijn veel misverstanden over

engelen. Iemand vertelde mij twee weken geleden

over publiciteit rond Billy Graham, hij zegt nu dat

hij niet zeker weet of er een hel is…! Dat komt

door die 30,40 jaar modernisme. 40 jaar gelden

geloofde hij in de hel, en 40 jaar geleden begon hij

met modernisten samen te werken en die weten niet

waar ze nu wel en waar ze niet in geloven. Maar hij

gelooft in engelen, hij heeft een boek geschreven

over engelen. Maar de Bijbel leert u over engelen

en de hel beiden kunt u niet zien, ik weet niet meer

wat Billy gelooft, maar mijn punt is dat engelen

belangrijk zijn in de Bijbel en dat het een

onbegrepen onderwerp is.

Maar u zult engelen zien als u naar de Heere gaat.

In de Bijbel zijn engelen mannen. Hebr.1:14 Het

doel van engelen in relatie tot de aarde in de Bijbel

heeft te maken met dienen, een engel is gemaakt

om werk, plichten te doen, hij is een dienaar, de

zaken van God voor degenen die erfgenamen zijn

van de verlossing en dat is het volk Israël, daarom

ziet u engelen in Israëls programma, zij voeren

Gods doel uit, beschermen, geven miraculeuze

bevrijding en bewaring aan het volk Israël. Zij zijn

dus genaderd tot deze vele duizenden van engelen,

vers 22. Luk.15 zegt dat de engelen in de hemel

zich verblijden als één van die Joodse mensen

berouw heeft. Als het goed komt met Israël weten

ze hoe het met het programma zit. Nu, vandaag

worden ze onderwezen over het onderwerp van

genade waar wij deel van uit maken door ons

Page 166: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 166

Ef.3:10. Deze vele duizenden zijn in de hemel en

op de aarde Openb.5:11.

Hebr.12:23 “Tot de algemene vergadering en de

Gemeente der eerstgeborenen, die in de

hemelen opgeschreven zijn, en tot God, den

Rechter over allen, en de geesten der volmaakte

rechtvaardigen;”

Het is een goede vraag wie de algemene

vergadering en de gemeente der eerstgeborenen

zijn. Sommige mensen zeggen: Dat zijn wij. Maar

de eerstgeborene is de Heere Jezus Christus, Hij is

de eerstgeborene uit de doden Hebr.1:5

Hand.13:33 In Zijn opstanding is Hij verkregen,

Kol.1:15. Hij is de eerstgeborene uit de dood. De

gemeente hier is de gemeente van Christus, de

gemeente die Hem toebehoort, die geschreven zijn

in de hemelen. Maar weet u de Heere Jezus is niet

de enige in de Bijbel Die de eerstgeborene wordt

genoemd. Het is een titel die ook aan Israël

toebehoort, en het is alleen het volk Israël dat in

Christus is waar het om gaat in Hebreeën.

Ex.4:22 “Dan zult gij tot Farao zeggen: Alzo

zegt de HEERE: Mijn zoon, Mijn

eerstgeborene, is Israel.”

Dit gaat over Israël die uit Egypte komt.

Jer.31:9 “Zij zullen komen met geween, en met

smekingen zal Ik hen voeren; Ik zal hen leiden

aan de waterbeken, in een rechte weg, waarin zij

zich niet zullen stoten; want Ik ben Israel tot

een Vader, en Efraim is Mijn eerstgeborene.”

Als Israël in de toekomst bevrijd zal zijn van de

vijfde serie oordelen. Israël in die dag van

bevrijding, is bevrijd als Zijn eerstgeborene. Zijn

eerstgeboren volk. Dus is het het lichaam van

Christus? Of is het Israël? Wel, Israël draagt die

titel van eerstgeborene en het is Israël verenigt met

Christus daar en lees in de rest van Hebr.12:23 wat

hij erover zegt: …die in de hemelen opgeschreven

zijn.

Luk.10:20 “Doch verblijdt u daarin niet, dat

de geesten u onderworpen zijn; maar verblijdt

u veel meer, dat uw namen geschreven zijn in de

hemelen.”

Dat is iets specifieks dat gezegd wordt van de

kleine kudde in Israël. De 70 komen terug,

verheugd u dat uw namen zijn geschreven in de

hemel. Waar zijn ze opgeschreven? In een boek in

het nieuwe Jeruzalem, in de rol van de algemene

vergadering van de gemeente der eerstgeborenen.

Hij zegt: jullie zijn gekomen tot het nieuwe

Jeruzalem, de stad van de levende God, tot de vele

duizenden engelen en tot de algemene vergadering,

jullie zijn gekomen tot het huishouden waar alle

heiligen van God zijn. Jullie zijn deel van wat God

doet en God is de Rechter over allen.

Als ik sterf en naar de Heere gaat, ben ik niet van

plan eerst de hand van Paulus te gaan schudden en

van Mozes(Mozes zal daar niet zijn), eerst wil ik de

Heere zien, u niet?! Amen. Als ik 2000 jaar naar

Hem gekeken heb zal ik misschien naar iemand

anders kijken maar ik wil Hem eerst kennen. En ik

heb wat vragen voor Paulus, een paar verzen waar

ik niet uit ben, en ik denk dat ik het toch aan de

Heere moet vragen, maar er zijn daar heiligen die

ik zou willen spreken weet u, ik las het

levensverhaal van John Wesley en elke keer als u

denkt dat u veel voor de Heere doet en dat u moe

bent en een rust nodig hebt ga dan dat boek maar

lezen en wordt snel weer actief, hij wekte een heel

continent op voor God. Ik wil graag John’s hand

schudden, hij had een verschrikkelijke vrouw maar

hij ging er niet vandoor, ik zou er w.s. wel vandoor

gegaan zijn.

Ik kijk er echt naar uit om deze gelovigen te zien,

echt, maar er zijn prioriteiten. ..en de geesten der

volmaakte rechtvaardigen. Alle Oud

Testamentische heiligen zijn er, Abraham, Mozes

enz. ze keken allemaal vooruit, en deze mensen

hebben het.

Hebr.12:24 “En tot den Middelaar des nieuwen

testaments, Jezus, en het bloed der besprenging,

dat betere dingen spreekt dan Abel.”

Ze zijn niet alleen tot de OT heiligen gekomen die

wachten om opgewekt te worden, de

gerechtvaardigde heiligen van toen, maar ze zijn

gekomen tot het hele reddingsprogramma, ze zijn

tot Jezus gekomen, de Middelaar van het Nieuwe

verbond en het bloed. Dat spreekt betere dingen

spreekt dan Abel, omdat het volbracht is, het werk

is gedaan, de strijd is over, de overwinning is

gewonnen, en zij zijn er. Hé, wees niet als Ezau

zegt hij, Ezau nam het moment. Jullie zijn de

mensen die het gaan erven.

Hebr.12:25 “Ziet toe, dat gij Dien, Die spreekt,

niet verwerpt; want indien dezen niet zijn

ontvloden, die dengene verwierpen, welke op

aarde Goddelijke antwoorden gaf, veelmeer

Page 167: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 167

zullen wij niet ontvlieden, zo wij ons van Dien

afkeren, Die van de hemelen is;”

Hij gaat het nu hebben over de Heere Jezus

Christus Die terugkomt, Hij komt terug en het gaat

er om dat zij niet zijn gekomen tot de berg Sinai op

de aarde, maar tot de berg Sion, en alle wonderlijke

dingen die voorzien zijn in het Nieuwe verbond,

God sprak van de Sinai, maar op een dag spreekt

Hij van de hemel en dat zal wat zijn, en dan komt

het Koninkrijk.

Hij zal de hemel en de aarde schudden, waarom?

Om alles er uit te halen dat zich verzet. Hij schudt

alle demonische schepselen naar de aarde en Hij

reinigt de hemelen letterlijk door ze uit te

schudden, zoals je de modder ergens vanaf schudt.

Hij schudt ze op de aarde en dan gaat hij de aarde

schudden door Zijn komst en zal Israël reinigen, en

dan richt Hij Zijn Koninkrijk op.

Hebreeën 12:25-29

Hebr.12:26 “Wiens stem toen de aarde bewoog;

maar nu heeft Hij verkondigd, zeggende: Nog

eenmaal zal Ik bewegen niet alleen de aarde,

maar ook den hemel.”

Vers 26, deze aanhaling is geïnterpreteerd als een

referentie naar de Heere Jezus Christus Die Zijn

Koninkrijk bevestigd, Hij schud de ongelovigen

eruit, de onstabiele dingen die te niet gaan en Hij

richt een onwrikbaar Koninkrijk op, die aanhaling

is uit:

Haggai 2:6 Want alzo zegt de HEERE der

heirscharen: Nog eens, een weinig tijds zal het

zijn; en Ik zal de hemelen, en de aarde, en de

zee, en het droge doen beven.”

Maar in Haggai 2:7 moet u de context in gedachten

houden, want Hebr.12 vertelt u dat Haggai 2

spreekt over het Koninkrijk en de komst van

Christus.

Haggai is een vijfde serie oordelen profeet. Hij is

een profeet in Israël die kijkt naar Israël, de

ballingschap in Babylon is voorbij en ze gaan terug

onder Ezra en Nehemia en Haggai en Zerubabel en

Zacharia, en ze komen terug uit de ballingschap in

het land. Dus u bent historisch gezien bij Ezra,

Nehemia en Esther, na de Bab.balllingschap en

daar spreekt Haggai over, hij heeft het over de

herbouw van de tempel en hij kijkt verder dan de

herbouw van de tempel. Ze hebben in die tijd de

informatie uit het boek Daniël en ze weten dat er

een tijdsschema is, ze hebben die informatie en

Haggai spreekt daar over.

En hij zegt in Haggai 2:3-7 Weet iemand nog hoe

deze plaats was voor de ballingschap? Met andere

woorden: waar zij op hoopten is de verlossing die

de Heere voor hen heeft als Hij komt om Zijn

Koninkrijk op te richten. Hag.2:8-10 en zij hadden

geen idee dat er nog iets mooiers kon zijn dan de

tempel die Salomo had gebouwd. Als zij de tempel

herbouwen en ze kijken ernaar in het perspectief

van het doel van God, als de Messias terugkomt,

dan begrijpen ze dat er een tijdsperiode is voordat

dat gebeurd. En wat hij doet is: hij vertelt hen dat

wat ze doen zwak lijkt en niet veel voorstelt, maar

wat wij hier doen is eindigt uiteindelijk in de

heerlijkheid van de Almachtige God Die de aarde

vervult, en God’s doel wordt volbracht.

Hag.2:7 Ja, Ik zal al de heidenen doen beven, en

zij zullen komen tot den Wens aller heidenen, en

Ik zal, dit huis met heerlijkheid vervullen, zegt

de HEERE der heirscharen.”

In Hag.2:7 staat een titel: en zij zullen komen tot

den Wens aller heidenen. Speciaal in de tijd rond

kerst en in de liederen wordt deze titel gebruikt als

een referentie voor de Heere Jezus Christus. En dat

heeft mij altijd gefascineerd, als u een lijst ziet van

titels van de Heere Jezus Christus. In boeken is die

titel gebruikt voor Hem. Maar als u er even over

nadenkt is dat een beetje dwaas. Want welk volk

wenst Hem? Romeinen 3 zegt dat niemand God

zoekt, en Hij is God, wie zoekt Hem? En het

antwoord dat gegeven wordt is: dat er een

Godgeschapen vacuüm is in elk mensenhart. U

komt nooit tot rust voordat dat vacuüm is gevuld

door de Heere Jezus Christus. In een zekere zin is

dat waar.

Maar de Wens der heidenen hier gaat niet over alle

volken die Hem aanbidden en zeggen: Kom

alstublieft terug Heere en help ons. Want als u Hem

terug ziet komen met de tweede komst zijn alle

volken van de aarde vergadert om te vechten tegen

Hem! Ze geven Hem geen welkom, ze wensen niet

dat Hij komt. Ze wensen iemand die kwam in zijn

eigen naam, en ze hebben hem aangenomen. Waar

hij het hier over heeft in dit gedeelte: de wens aller

heidenen is: welvaart, goud en zilver, glans en

heerlijkheid en daar gaat het over als u dit gedeelte

leest. Hij heeft het over de heerlijkheid van de

dingen die zij doen en die er misschien niet zo

mooi uit zien, maar als de Heere terugkomt en de

Page 168: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 168

aarde doet beven en Zijn eigen Koninkrijk opzet

dan is dat hetgeen de volkeren respecteren, wensen

, eren en Israël zal vervullen.

En zal de tempel vullen: vers 8 het zilver is Mijne

en het goud, de heerlijkheid en de welvaart en de

aanbidding en het gebrek aan aanbidding in

Zerubabels tempel wordt meer dan gecompenseerd

op de dag in de milleniumtempel. Wie zal die

dingen brengen?

Jes.60:1-7 al de weelde en de kracht van de

heidenen wordt naar Israël gebracht. Jes.60:8 de

manier van aanbidding is door al de welvaart die de

heidenen en de kracht die ze in de handen van Zijn

volk leggen.

Jes.60:6 “Een hoop kemelen zal u bedekken, de

snelle kemelen van Midian en Hefa; zij allen uit

Scheba zullen komen; goud en wierook zullen zij

aanbrengen, en zij zullen den overvloedigen lof

des HEEREN boodschappen.”

In Jes.60:6 staat dat ze goud en wierook brengen, in

Mat.2 staat dat de wijzen goud en wierook en

mirre, zij begrepen wat ze mee moesten brengen, ze

begrepen dat Hij een profeet, een priester en een

koning was. Hier brengen ze het goud en de

wierook omdat Zijn lijdende bediening voorbij is,

de mirre wordt geassocieerd met het lijden, maar

die is over en niemand kan de Heere Jezus ooit

weer laten lijden. Hij is nu de verheerlijkte Zoon

des mensen. Geen lijden meer voor Hem. Dus de

mirre is voorbij. Het goud en de wierook, de koning

en de priester. Hij is de Priester zittend op Zijn

troon, zoals Zacharia 6 spreekt.

Dus de Wens aller heidenen, meer dan dat het een

titel is voor de Heere Jezus Christus is de welvaart

die naar Israël gebracht wordt en het Koninkrijk

vervult. Wat het volk wenst: macht en welvaart en

kracht en heerschappij wordt voor het volk Israël

neergelegd en Israël zal het hoofd van de volken

zijn en zij zullen het volk zijn waar de volkeren

naar kijken met de bedoeling om de waarheid van

God te krijgen en licht en begrip.

En als u verder gaat in Jes.60 en 61 en u leest er

over dan is dat een geweldig gedeelte, daar is het,

en de welvaart komt binnen en Israël is verheven

als het hoofd van de volken en alle volken dienen

Israëls Koning, de Heere Jezus Christus. De reden

waarom deze titel aan de Heere Jezus Christus

wordt gegeven is denk ik dat al die modernisten en

liberalen niet in het Koninkrijk op de aarde geloven

, dus ze begrijpen het gedeelte niet. Dus de Heere

Jezus Christus is zeker een Persoon die u moet

begrijpen wie Hij is.

Ga met mij mee naar Zacharia 14, we spreken over

de geboorte van de Heere Jezus Christus en u moet

begrijpen wie Hij is in Zijn Persoon. Toen Hij

ontvangen werd in de maagd Maria, kwam Hij niet

op dat moment tot bestaan, toen u werd ontvangen

bestond u nog niet voor uw conceptie. Er is een oud

heidens idee dat u in de hemel was wachtend tot u

naar beneden moest. Wachtend tot God de juiste

persoon had gevonden om u heen te zenden. Toen u

ontvangen werd ontstond u. U had geen vorig

leven. Maar de Heere Jezus Christus had dat wel.

Hij is de enige persoon geboren in dit menselijke

geslacht Die bestond voor Zijn conceptie. Negen

maanden voor u ter wereld komt leeft u in uw

moeders baarmoeder, en met de geboorte krijgt u

een andere verblijfplaats. In de USA is één van de

gevaarlijkste plaatsten waar u kunt leven in uw

moeders baarmoeder, met de abortus enz. Maar het

feit is; daar bent u en u komt tot bestaan en u wordt

een onafhankelijk persoon hier levend buiten uw

moeders baarmoeder. U komt tot ontstaan op het

moment van de conceptie.

Zo is het niet met de Heere Jezus Christus, Hij had

geen aardse vader nodig, een levensbron van een

vader. Hij had Zelf al leven, Hij bestond al, Hij was

er altijd, en Hij stapt uit de eeuwigheid in de tijd en

Hij legt Zijn vrije wil van Zijn Godheid af en neemt

zondig vlees aan. Als Hij dat deed en het is

belangrijk dat u begrijpt dat Hij Degene is Die

ontvangen is in de maagd Maria en geboren in

Luk.2 als een ander soort persoon dan wij zijn. Hij

is God en mens. Theologen kunnen dat niet

begrijpen en proberen het te beschrijven zoals: de

theotropische Persoon. Theotropisch is een paar

Griekse woorden bij elkaar dat betekent de

Godmens, de hypostatische eenheid, en dat

betekent een eenheid die men niet kan uitleggen.

Zach.13:6,7 “En zo iemand tot hem zegt: Wat

zijn deze wonden in uw handen? zo zal hij

zeggen: Het zijn de wonden, waarmede ik

geslagen ben, in het huis mijner

liefhebbers.“Zwaard! ontwaak tegen Mijn

Herder, en tegen den Man, Die Mijn Metgezel

is, spreekt de HEERE der heirscharen; sla dien

Herder, en de schapen zullen verstrooid

worden; maar Ik zal Mijn hand tot de kleinen

wenden.”

Page 169: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 169

Een verwijzing naar de Heere Jezus Christus, dit

gedeelte wordt aangehaald in Mat.26:31 als een

verwijzing naar de Heere Jezus Christus, en als een

verwijzing naar de kruisiging en de verstrooiing

van de kleine kudde als resultaat van Zijn

kruisiging. Let op wat er staat in Zach.13:7 de

HEERE zegt dat er een Man is Die Zijn Metgezel

is. De term Metgezel, wat betekent dat? Een

gelijke, we spreken over gemeenschap,een

metgezel is gelijk met de ander.

En de HEERE zegt: deze Man is de Herder van

Mijn mensen. Hier is een Man die gelijk is aan de

HEERE, aan God de Vader, Wie is dat? Het is de

Heere Jezus Christus. De Man Christus Jezus. En

Hij is God, Hij is gelijk in essentie en zijn met God

de Vader, als u er eens goed over nadenkt dan

schieten woorden tekort. Als God niet naar de aarde

was gekomen in menselijk vlees dan hadden we er

helemaal niets van begrepen, van Zijn eeuwigheid.

Br. Jeremy Graham schrijft een klein boek over de

Bijbel, en de vertaling van het Woord van God, of

het geïnspireerd is of niet en of de vertaling van

Gods Woord nog steeds geïnspireerd is. Jeremy

besprak dat het echte probleem met het vertalen

van

Gods Woord niet het vertalen vanuit het Hebreeuws

of Grieks is naar het Engels, het is een makkelijk

om van de éne naar de andere taal te vertalen

vergeleken met het probleem dat God had met

vertalen, denk aan het probleem dat de Almachtige

God had om Zijn denken, Goddelijke gedachten, de

gedachten van de Godheid te vertalen in een taal

die u kunt begrijpen! Nu, u heeft het over

beperkingen… Hoe moeilijk is het voor God om in

onze taal te vertalen! Hoeveel woorden zullen er in

God’s vocabulaire zitten? Vreemd om daar over na

te denken niet? Toch heeft Hij er een menselijke

taal van gemaakt. Wel, als u dat kunt begrijpen

m.b.t. het geschreven Woord van God, denk dan

eens na over het levende Woord van God, de Heere

Jezus Christus. En iets te scheppen dat totaal uniek

is, dat is de Heere Jezus Christus, ziet u, de Held

van ons geloof is niet zoals Boeddah of Confusius

of Jozef Smith of u en ik. Hij is Iemand geheel

anders.

Joh.1:1 zegt in den beginne was het Woord. Toen

het begin begon was het Woord er. Het Woord

kwam niet tot bestaan in het begin, Het was er al.

Dat maakt het eeuwig, buiten de schepping, want

vers 3 zegt dat Hij de Schepper is, Hij is

afgescheiden van alles wat gemaakt is. Dus alles

wat gemaakt is is door Hem gemaakt. Hij maakte

Zichzelf niet, dus Hij is buiten de schepping, Hij is

geen deel van de schepping. Hij is de Schepper.

Niemand schiep Hem. God de Vader heeft Hem

niet geschapen, Hij was er. Het Woord was met

God, twee gescheiden identiteiten. Het Woord was

God, niet gescheiden maar gelijk.

Joh.1:14 Het Woord is vlees geworden… Joh.1:18

Hij heeft Hem verklaard. Wilt u God zien? U moet

kijken naar de gemanifesteerde Persoon van de

Godheid. Jezus Christus is God geopenbaard. Hoe

Hij denkt, voelt, antwoord, handelt, hoe Hij Zich

gedraagt, hoe Hij voelt en wat Hij doet, hoe Hij

wandelt.

Dat punt van begrijpen, weten en zien ziet u in de

Persoon van de Heere Jezus Christus en dat is

belangrijk om te begrijpen dat de Mens Christus

Jezus God Zelf is Die een deel van de mensheid is

geworden. En ik zeg dit niet tegen u niet om u

ervan te overtuigen, maar om aan de heerlijkheid

ervan te herinneren.

Het is goed om af en toe stil te staan en te

waarderen wie de Heere Jezus Christus is en Hem

lief te hebben voor wie Hij is. Want als Paulus zegt:

…en gij zijt volmaakt in Hem…

Wat is de beschrijving van Zijn functie? Hij is de

Redder, en er is geen andere Redder. Weet u dat er

maar één Redder is in de Bijbel? Dat is Jehovah

God Zelf. Israël had geen ander om heen te gaan

dan Jehovah God. Jes.45:21 En er is geen God

meer behalve Ik, een rechtvaardig God en een

Heiland, niemand is er dan Ik. Er is maar één God

in deze Bijbel en één Redder en dat is Jehovah.

Hosea 13:4 …want er is geen Heiland dan Ik. Er is

geen God of Redder dan Ik. Elke Jood die iets van

zijn Bijbel weet, weet dat er maar één Redder is. En

dat er maar één Persoon is die die titel heeft en dat

is Jehovah.

Luk.2:11 ...geboren de Zaligmaker, welke is

Christus de Heere. Er is niet iemand geboren die u

van wat problemen zal verlossen, maar die de titel

van de Redder draagt. En als de Heere Jezus de

Redder is, wat maakt dat van Hem? Dat maakt

Hem Jehovah! Titus 2:13 . …onze grote God en

Zaligmaker Jezus Christus. Dus wie denkt u dat

Paulus dacht dat Jezus Christus was? Jehovah!

Jes.45:11,12 Jehovah is de Formeerder, Maker,

lazen we net niet in Joh.1:3 dat door Jezus Christus

alle dingen zijn gemaakt? Ef.3:9 …alle dingen

geschapen heeft door Jezus Christus. Nieuwe

vertalingen laten dit gedeelte eruit.

Page 170: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 170

Iedereen begrijpt dat de Maker Jehovah is en in het

Nieuwe Testament claimt Paulus mbt de Heere

Jezus Christus en Johannes: dat Hij Jehovah God is,

zoals in Jes.45. Weet u wie de echte Jehovah’s

getuigen zijn? Niet de Russelieten. Het is de leer,

het zijn niet de mensen. Maar een echte Jeh.getuige

zegt dat Jezus Christus niet God is, Joh.1:18. Hij is

Jehovah, onze Redder. En als u uw Bijbel doorleest

en ziet wie Jehovah is dan is dat geweldig, en om in

Christus te zijn.

Jes.45:22-24 dat Mij alle knie zal buigen… weet u

dat dat vers aangehaald wordt in Filippenzen 2:10?

Is dat niet mooi, Zijn naam betekent Jehovah

Redder, Zaligmaker. Wat dat gedeelte zegt is waar

van Jehovah en wat Paulus zegt is waar van de

Heere Jezus Christus. De Heere Jezus Christus van

uw Bijbel is de Jehovah God. Dit is het gedeelte

waar de sekten en religies een probleem hebben.

Zach.12:10 “Doch over het huis Davids, en over

de inwoners van Jeruzalem, zal Ik uitstorten

den Geest der genade en der gebeden; en zij

zullen Mij aanschouwen, Dien zij doorstoken

hebben, en zij zullen over Hem rouwklagen, als

met de rouwklage over een enigen zoon; en zij

zullen over Hem bitterlijk kermen, gelijk men

bitterlijk kermt over een eerstgeborene.”

Overeenkomstig dit vers zal God de Heilige Geest

op Israël worden uitgestort zoals in Handelingen 2,

en in de toekomst in de verdrukking en zij zullen

Hem aanschouwen Die zij doorstoken hebben en zij

zullen rouwklagen enz. en zij zullen berouw

hebben zoals Leviticus 26 zegt. En Zach.13:1 zegt

dat er te dien dage een fontein geopend zal zijn

voor het huis Davids. En dan verder naar Zach.14

en dan komt het Koninkrijk.

Let op wat Zach.12:10 zegt: Zij zullen zien op Mij,

Dien zij doorstoken hebben…(dat is Jehovah). In

Joh.19:37 is dat gedeelte aangehaald mbt het

doorsteken van Jezus Christus aan het kruis op

Golgotha. Wie zegt uw Bijbel dat zij doorstoken

hebben op Golgotha? Zij doorstaken Jehovah.

Degene Die stierf op Golgotha was Jehovah. De

Jehovah, Die de Maker is en Die Israël al deze

zegeningen heeft beloofd, Hij is de Jehovah, de

Zaligmaker, Die stierf op Golgotha.

Kunt u begrijpen waarom Paulus zegt dat God in

Christus de wereld met Zichzelf verzoenende was?

God was persoonlijk aanwezig in de Persoon van

Jezus Christus op Golgotha, hun zonden hun niet

toerekenende, dat is wonderlijk. Dit is niet iets door

mensen bedacht. Dit is iets dat de God van hemel

en aarde, Die alles heeft gemaakt om ons heen,

heeft uitgedacht en bedoelt. En de God des hemels

is niet Iemand Die zo’n beetje op vakantie is en de

aarde zijn gang laat gaan, Hij is de God Die heeft

ingegrepen in Zijn eigen schepping, niet om

zomaar te spelen, maar om er deel van te worden.

Jes.53:4,6,10 “Waarlijk, Hij heeft onze

krankheden op Zich genomen, en onze smarten

heeft Hij gedragen; doch wij achtten Hem, dat

Hij geplaagd, van God geslagen en verdrukt

was.” “Wij dwaalden allen als schapen, wij

keerden ons een iegelijk naar zijn weg; doch de

HEERE heeft onzer aller ongerechtigheid op

Hem doen aanlopen.” “Doch het behaagde den

HEERE Hem te verbrijzelen; Hij heeft Hem

krank gemaakt; als Zijn ziel Zich tot een

schuldoffer gesteld zal hebben, zo zal Hij zaad

zien, Hij zal de dagen verlengen; en het

welbehagen des HEEREN zal door Zijn hand

gelukkiglijk voortgaan.”

Vers 6: de HEERE(Jehovah)…op Hem(Christus).

Vers 10: de HEERE (Jehovah) …Hem(Christus). In

dat gedeelte wordt God de Vader Jehovah

genoemd, iedere keer als u in het OT leest over

Jehovah is dat niet God de Zoon, maar God de

Vader. In Zach.14:7 lazen we dat ook. Soms is de

titel gebruikt voor Jezus Christus. Dat is

wonderbaar om te waarderen wie de Heere Jezus

Christus is.

De reden waarom dat zo belangrijk is voor u en mij

is Kol.2:19 zegt dat wij in Christus volmaakt zijn.

In Christus zijn we vervult met alle volheid van

God. Wat een vreugde om zo’n status te hebben,

niet omdat u het verdient, maar omdat God voor

Zijn glorie het aan u geeft, door Zijn genade. Weet

u mensen wat wij in ons leven doen als individuén

en in onze bediening in de gemeente, als deel van

het lichaam van Christus, de standaard is niet wat

er om ons heen gebeurt of de vijand die ons dwars

zit, maar de grootheid van God. De maat van de

kracht is niet hoeveel mensen betrokken zijn, wie

het met ons eens is en wie niet, of hoe andere

mensen naar ons kijken. Maar door de grootheid

van wie onze God is en Zijn doel en Zijn genade.

Eindig niet zonder u te verheugen in de Heere en

wie Hij u heeft gemaakt in Zichzelf.

Page 171: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 171

Hebreeën 12 – einde.

Hebr.12:25-29 het laatste gedeelte van dit

hoofdstuk en de laatste waarschuwing in het boek

Hebreeën, Hebr.13 is misschien een meer

bemoedigend, prettiger hoofdstuk, en het vat min of

meer alles samen wat er hiervoor in het boek

voorkwam.

Hebr.12:25-27 “Ziet toe, dat gij Dien, Die

spreekt, niet verwerpt; want indien dezen niet

zijn ontvloden, die dengene verwierpen, welke

op aarde Goddelijke antwoorden gaf, veelmeer

zullen wij niet ontvlieden, zo wij ons van Dien

afkeren, Die van de hemelen is;” “Wiens stem

toen de aarde bewoog; maar nu heeft Hij

verkondigd, zeggende: Nog eenmaal zal Ik

bewegen niet alleen de aarde, maar ook den

hemel.” “En dit woord: Nog eenmaal, wijst aan

de verandering der bewegelijke dingen, als

welke gemaakt waren, opdat blijven zouden de

dingen, die niet bewegelijk zijn.”

Ziet toe dat gij Hem Die spreekt niet verwerpt enz.

Het punt van luisteren naar Degenen die sprak, het

punt hierbij is het contrast dat hij maakt tussen het

Oude en het Nieuwe verbond en dat er niets meer

voor Israël is in het Oude verbond, voor niemand

behalve vervloeking, wanhoop enz. Diepe donkere

depressie en misère dat is alles wat er in is, het is

een verbond van vervloeking.

Maar er is iets in het Nieuwe verbond, met alle

zegeningen die Christus heeft voorzien (:22-24).

Ziet toe dat gij Hem die spreekt niet verwerpt…

Met andere woorden: luister, faal niet in het

doorgaan met het Nieuwe verbond en de nieuwe

zegeningen. Want als zij niet ontvloden zijn… Als

de mensen onder het Oude verbond niet ontvloden

zijn door te weigeren te luisteren naar wat God zij.

Veel meer zullen wij niet ontvlieden…die

waarschuwing herinnert u aan Hebr.2:1,2. Aan de

eerste waarschuwing die Hij gaf, het is dezelfde

terminologie.

De woorden gesproken door engelen, dat is de wet,

die aan Mozes was gegeven, toen we dit bespraken

gingen we naar Gal.3:19, waar staat dat Mozes de

wet van de engelen heeft gekregen. De Engel des

Heeren gaf de woorden aan Mozes. En als deze

woorden gesproken door engelen werden vertreden.

dan werden ze geoordeeld.

Hoe zullen wij dan ontvlieden Hebr.2:3… Hoe

zullen deze mensen ontvlieden als ze geen aandacht

geven aan wat Christus tot hen zegt! Dat is precies

wat er aan de hand is in Hebr.12, als hij de

tegenstelling maakt tussen het Oude en het Nieuwe

verbond. En wij weten waar vandaan Christus

spreekt in Hebr.12:25… vanuit de hemel. Dat is

belangrijk, in Hebr.1 liet ik u dat zien toen we

begonnen met het boek, gaat u mee terug.

Het boek Hebreeën is Jezus Christus sprekend tot

het volk Israël, en Hij spreekt tot hen vanuit de

hemel en speciaal tot de kleine kudde in Israël, over

vertrouwend doorgaan. En er zijn veel mensen in

de genadebeweging b.v. die zich dat toe willen

eigenen omdat Hij vanuit de hemel spreekt,

Christus sprak vanuit de hemel tot Paulus en Paulus

tot ons en wij hebben een hemelse bediening. Het

probleem daarmee is dat als we teruggaan naar het

Oude Testament dat daar steeds opnieuw staat dat

de Heere, die in de hemel zit zal lachen Ps.2, Hij

spreekt tot hen vanuit de hemel.

Ps.50 de Heere zal roepen vanuit de hemel…tot de

aarde. Als u iedere keer zegt als er staat dat de

Heere vanuit de hemel spreekt dat wij dat zijn, dan

zijn wij overal in de OT.schriften, ziet u, dus dat

kunt niet doen, alleen omdat er staat dat Hij vanuit

de hemel spreekt.

In Hebr.3:1 spreekt hij erover dat zij de hemelse

roeping deelachtig zijn. Kijk, als Iemand vanuit de

hemel roept, hoe noemt u dat dan? Een hemelse

roeping, niet?! En wat doet hij? En dan zeggen

mensen: dat zijn wij, want wij zijn de hemelse

mensen.

Maar het punt is: De roeping is niet om naar de

hemel te komen, maar dat Hij in de hemel is en dat

er dingen in de hemel voor hen bewaard worden en

dat die klaar staan om naar hen toegebracht te

worden als Hij komt.

Hij is als de man in Luk.19:11, de welgeboren man

die in een vergelegen land reisde en terugkwam. De

Heere Jezus Christus is de welgeboren man, Hij

gaat naar de hemel, een vergelegen land, zit aan de

rechterhand van de Vader tot Zijn vijanden Zijn

voetbank zijn, Hij ontvangt autoriteit en het

Koninkrijk van Oude van dagen, Daniël 7, in de

tegenwoordigheid van de Vader en dan komt Hij

terug naar de aarde met Zijn Koninkrijk en richt het

op. Dat is er hier aan de hand.

Hij waarschuwt ze en zegt: Kijk, als ze onder het

Oude verbond ongehoorzaam waren ‘kregen ze er

van langs’ toorn en oordeel kwam over hen. Denk

Page 172: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 172

niet dat nu God Zelf in menselijk vlees is

geopenbaard en Hij was onder ons en Hij is onze

Messias en Hij is terug naar de hemel in

ballingschap en Hij zegt dat we moeten volharden

en dat Hij terugkomt, denk niet dat als u geen

aandacht geeft aan wat Hij zegt Hij u zal ontzien!

Ik herinner u eraan, 12 hoofdstukken terug, in

Hebr.1:1 dat God in deze laatste dagen tot u spreekt

door Zijn Zoon. En Zijn Zoon is in de hemel! Hoe?

Het boek Hebreeën is Jezus Christus Die spreekt

vanuit de hemel tot Israël.

Mensen weten niet wie Hebreeën heeft geschreven,

en ik vertelde u dat ik ook niet weet wie Hebreeën

heeft geschreven en ik geloof dat als God wilde dat

ik het geweten had, dan had Hij het me vertelt!

Het eerste woord in elke brief die Paulus of Petrus

schreef of Jacobus of Johannes heeft de naam van

de schrijver van het boek. Het eerste woord in het

boek Hebreeën is God, wie spreekt er? God spreekt

en de reden waarom de menselijke schrijver

anoniem is, is omdat de woorden in Hebreeën de

woorden van de Heere Jezus Christus zijn,

sprekend vanuit de hemel tot Israël, over wat er

gaande is in hun midden.

Hij zegt in Hebr.2:3 Eerst gesproken door de Heere

(in zijn aardse bediening). Christus predikte het

evangelie van het Koninkrijk tot hen en daarna is

dat bevestigd in de eerste periode van Handelingen

door de apostelen en de kleine kudde. Hebr.2:3,4 is

een duidelijk schriftuurlijk bewijs dat de val van

Israël niet plaats had op Golgotha, dat er niets

nieuws begon, gepredikt werd op de Pinksterdag.

Waarom? Omdat dat vers zegt dat die verlossing

door Christus werd gesproken, in Zijn aardse

bediening en daarna bevestigd werd door degenen

die Hem hoorden, dat is de eerste Handelingen

periode. Met de tekenen en wonderen van de

Pinksterkerk. Wat predikte de Pinksterkerk?

Hebr.2:3 zegt dat zij predikten wat Christus

begonnen was te prediken in Mattheus, Markus,

Lukas, en Johannes.

Wat predikte Hij in Mat. t/m Joh? Het Evangelie

van het Koninkrijk. Zij predikten niet het Evangelie

van genade.

Hij heeft het over het verzamelen van de gelovigen

in Israël voor het Koninkrijk, hij spreekt niet over

het lichaam van Christus waarin Jood en heiden

samen in één geestelijk lichaam gevoegd zijn op

een totaal gelijke basis. Het Evangelie dat zij

predikten liet mensen niet eens nadenken over de

dood van Christus op Golgotha, ze predikten het en

wisten niet dat Hij zou gaan sterven!

In de eerste periode van Handelingen bleven ze

doorgaan om dat te prediken, dit is een bijzonder

goed vers om dat te laten zien. Maar mijn punt is

dat het spreken in Hebreeën, en de reden waarom

het boek anoniem is omdat de Heere Jezus Christus

een boodschap stuurt aan deze verdrukkings

heiligen door Zijn Woord.

De waarschuwingen in Hebreeën relateren aan het

Evangelie van het Koninkrijk. Hoe zullen we

ontvlieden, als we verachten… Om niet terug te

gaan. Het boek Hebreeën is geschreven om de

Heere Jezus Christus te presenteren als de betere

weg, Hij is de nieuwe en levende weg, Hij is de

realiteit, werkelijkheid om de schaduw weg te

nemen van de wet. En Hebreeën laat zien wat God

voor Israël heeft volbracht in Christus, door Zijn

verlossing op Golgotha en de voorzieningen die

beschikbaar zijn voor hen door Zijn kruiswerk, het

Oude verbond wegdoen en het Nieuwe oprichten.

En de positieve kant om hen te motiveren om door

te gaan met Christus. Van de negatieve kant samen

met de positieve kant geeft hij deze negatieve

waarschuwingen: jullie moeten doorgaan, hier is de

reden: de nieuwe en levende weg, de betere dingen.

Het woord beter, beter, beter is het sleutelwoord in

dit boek. Ze zijn er beiden: de waarschuwing en de

motivatie. En als ze niet doorgaan is er letterlijk

een hel te wachten. Want de hel wacht daarbuiten,

de toorn van God, Openb.6, de dood en hel volgde

hem, letterlijk. Het oordeel, en de straf. En hij zegt

dat dat de keuzes zijn. Het Koninkrijk komt,

Christus komt, en Hij komt om Zijn vijanden te

verstrooien en te oordelen. U heeft de keuze: u

heeft de wonderlijke voorzieningen in Christus en

oordeel en destructie als ze niet gehoorzamen en als

ze niet volharden.

We hebben door Hebreeën heen steeds gekeken

naar de volharding om door de grote verdrukking

heen te gaan, de geweldige druk die op hen gelegd

wordt om niet door zien en fysieke behoeften te

wandelen maar door geloof en de realiteit die komt.

We zijn gekomen door Hebr.11 dat spreekt over de

overwinning die geloof voorziet in alle

verschillende omstandigheden die ze tegen zullen

komen. En nu gaat hij samenvatten. Met alle

wonderlijke voorzieningen die God volbracht heeft

in het Nieuwe verbond, en hij zegt: daar is het

Oude en daar is het Nieuwe. Weet u? U kunt beter

naar dat Nieuwe luisteren, want als Christus komt

Page 173: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 173

is het over en dat is de enige weg tot redding voor

hen.

U moet zich herinneren dat redding in het boek

Hebreeën gezien wordt als een toekomstig iets,

herinnert u zich Hebr.9:28? Geen absolute realiteit

op het moment als zij Christus vertrouwen zoals u

en ik, maar als Hij terugkomt en Zijn Koninkrijk

opzet. Want voor hen was redding meer dan gered

worden van hun zonden, er was een redding van het

volk van de vijanden en van de slavernij van

religieuze corruptie en politieke tirannie in een

Koninkrijk van leven en voorspoed op de aarde. En

zij worden het hoofd van de volkeren gemaakt en

niet de staart.

We gaan terug naar Markus 10, het punt van

eeuwig leven voor het volk Israël heeft te maken

met het ingaan in dat Koninkrijk.

Mark.10:28-30 “En Petrus begon tot Hem te

zeggen: Zie, wij hebben alles verlaten, en zijn U

gevolgd.”“En Jezus, antwoordende, zeide:

Voorwaar zeg Ik ulieden: Er is niemand, die

verlaten heeft huis, of broeders, of zusters, of

vader, of moeder, of vrouw, of kinderen, of

akkers, om Mijnentwil en des Evangelies wil,”

“Of hij ontvangt honderdvoud, nu in dezen tijd,

huizen, en broeders, en zusters, en moeders, en

kinderen, en akkers, met de vervolgingen, en in

de toekomende eeuw het eeuwige leven.”

Hier is iemand die volhard tot het einde…Wat

komt er dan? Overvloedige zegen met vervolgingen

en in de toekomende eeuw het eeuwige leven…!

Ziet u dat hij er niet naar kijkt als een tegenwoordig

bezit, en u hoort het mij zeggen: weet u zeker dat al

uw zonden zijn vergeven? En dat u eeuwig leven

hebt als wat? Als een tegenwoordig bezit. Ik zeg

het omdat de realiteit nu voor ons is. Hoe vaak

heeft u mensen horen spreken als zij hun gebed

eindigen: wij bidden U dat U ons tenslotte zult

redden in de hemel, amen. Met andere woorden:

wij weten niet of we gered zijn totdat wij sterven en

dan zullen we zien of we naar de hemel gaan of

niet… Wanneer denken zij dat ze eeuwig leven

zullen krijgen? Als u sterft?! Weet u wat dat is? Dat

is proberen Israël te zijn, ipv een lid van het

lichaam van Christus.

Dat is Schriftuurlijk, dat kunt u in de Bijbel vinden,

maar het is niet rechtgesneden, dat zijn wij niet.

Wij hebben nú eeuwig leven, als een tegenwoordig

bezit. Wij hebben nu de verzoening, als een

tegenwoordig bezit. Rom5:11 Door Welken wij nú

de verzoening verkregen hebben! Het woord

verzoening is een goede vertaling en het staat daar

op zo’n manier dat het laat zien dat wij die

verzoening nu al bezitten. En wanneer krijgt Israël

haar verzoening? Als Christus terugkomt.

Dus de redding in Hebreeën is heel verschillend. En

als u de redding in Hebreeën gelijk stelt aan de

redding voor ons vandaag dan maakt u een

vergissing. U raakt niet alleen in de war dat zij

dingen niet bezitten en u berooft uzelf van een

groot voorrecht van begrip van wat God zegt tegen

deze Hebreeuwse gelovigen, dit Hebreeuwse volk

in de toekomende tijd.

Hebr.12:26 “Wiens stem toen de aarde bewoog;

maar nu heeft Hij verkondigd, zeggende: Nog

eenmaal zal Ik bewegen niet alleen de aarde,

maar ook den hemel.”

Let op het contrast, tegenstelling: toen en nú, hemel

en aarde, Sinai en Sion, het Oude en het Nieuwe

verbond. Let op dat dit vers zich richt op het

tijdselement dat in Zijn spreken vanuit de hemel zit.

Vertel mij wanneer zal dat plaats vinden? (aarde en

hemel bewegen)? Met Zijn eerste komst? Nee. Is

het nu? Nee, de hemelen zijn stil vandaag. Wanneer

is het? Met de tweede komst. Een aanhaling uit

Haggai 2.

Haggai 2:6 Want alzo zegt de HEERE der

heirscharen: Nog eens, een weinig tijds zal het

zijn; en Ik zal de hemelen, en de aarde, en de

zee, en het droge doen beven.”

En denk erover na: de tijd van Zijn spreken in het

boek. De tijd dat Hij vanuit de hemel zal

spreken(speak from heaven) Page 963 als u de

juiste Bijbel heeft….

Hij zet de heerlijkheid van de eerste tempel

tegenover die van de tweede.

Wanneer zal Hij zijn huis met heerlijkheid

vervullen? In het 1000j rijk in het koninkrijk.

Wanneer zal Hij de volkeren bewegen(shake), de

hemel en de aarde?

Met de tweede komst van Christus. Joël 3:9 enz.

Kijk hoe al deze dingen aansluiten bij de tweede

komst. De stijd van Harmageddon en de oorlog met

de antichrist En de Heere zal brullen uit Sion… de

berg Sion, de hemelse stad, het hemelse Sion.

Page 174: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 174

…dat hemel en de aarde beven zullen… Hij wet

Zijn zwaard in de hemel, en er zal oorlog in de

hemel zijn en Hij zal de vijand er uit

schudden(shake out), alle regeringen in de

hemelen, de duivel en zijn leger zullen

neergeworpen worden op de aarde.

En dan zal Hij de aarde bewegen. Wat ik wil dat u

ziet is dat het bewegen(shaking) geassocieerd is

met Zijn tweede komst, oordeel en toorn aan het

eind van de grote verdrukking. Jes.2:10-22

De eerste keer dat u in uw Bijbel leest over de dag

des HEEREN. Hij waarschuwt mbt het komende

oordeel :19 om de aarde te verschrikken… als Hij

terugkomt.

Jes.13:6,13 den hemel beroeren, en de aarde

bewogen worden.

Ik wil dat u iets begrijpt: de dag des Heern begint in

de hemel!

Als Hij de hemel beweegt is dat de dag des Heeren

en als dat oordeel en toorn en Zijn zwaard deel is

van de dag des Heeren en de wederkomst van Jezus

Christus, Paulus noemt het: de dag van Christus, de

dag van de Heere Jezus Christus. De HEERE is

Jezus Christus. En door de openbaring van het

geheimenis aan Paulus, het geheime doel van God

om de regering van hemel aan het lichaam van

Christus te reclaimen. Wij begrijpen nu dat deze

dag des Heeren niet alleen de regering op de aarde

beïnvloed, maar ook de regering in de hemel.

En wat Jesaja daar over wist is dat God die regering

daar ging terugclaimen en Hij beweegt de hemel,

en het veroorzaakt niet alleen een catastrofe op de

aarde, maar het is het uitschudden van de vijand uit

de hemelen, van de regering daar. En de dag des

Heeren begint daar in de hemel. En de dag van de

Heere Jezus Christus begint, Hij begint te regeren

in de hemel en Hij komt neer naar de aarde en Hij

beweegt de aarde. En in dat oordeel van de dag des

Heeren dat begint in de hemel en komt naar de

aarde, komt naar het centrum van de regering van

het universum, dat is het territorium dat herovert

moet worden, de hoge berg. Het voorwerp van de

regering.

Hij gaat dingen bewegen met Zijn komst.

Luk.21:25-27…en alsdan(als de krachten der

hemelen zullen bewogen worden) zullen zij den

Zoon des mensen zien komen… Wanneer zal dat

zijn, dat de hemelen zullen bewogen worden? Dat

is niet de opname. Luk.21:28 als Christus

terugkomt, dan ontvangen zij hun verlossing. Wij

hebben onze redding nu. Maak voor uzelf de

vergissing niet dat u in dat Hebreeuwse programma

zit.

Hebr.12:27 “En dit woord: Nog eenmaal, wijst

aan de verandering der bewegelijke dingen, als

welke gemaakt waren, opdat blijven zouden de

dingen, die niet bewegelijk zijn.”

En begrijp dat het tijdselement van dit spreken en

het bewegen van de aarde en de hemel de

wederkomst is. Waar over gesproken wordt in dit

boek Hebreeën is de grote verdrukking en de

wederkomst. Ik kan het niet duidelijker voor u

maken dan dit gedeelte doet.

Zij luisterden niet naar Mozes, Hij spreekt nu

opnieuw. U kunt beter luisteren naar Hem Die van

de hemel spreekt, dat is Christus. Het tijdselement

is in de toekomst, hoe doet Hij dat? Door dit boek.

Wanneer wordt dit boek t/m Openbaring toegepast?

Hebr.2:5 ! Het is hard om tegen de prikkels

achteruit te slaan van wat het boek zegt. Let op het

doel van het bewegen in Hebr.12:27. Dus als

Haggai zegt: Nog eenmaal, heeft hij het over de

dingen die bewogen worden. God gaat dingen

bewegen zodat alles wat kan neervallen neervalt en

de dingen die niet kunnen vallen zullen daar

blijven.

Waar heeft hij het over? Hij heeft het over het

wegnemen van de dingen die kunnen worden

vernietigt en de dingen die blijvend, permanent zijn

zullen overblijven.

Dan.2:44 “Doch in de dagen van die koningen

zal de God des hemels een Koninkrijk

verwekken, dat in der eeuwigheid niet zal

verstoord worden; en dat Koninkrijk zal aan

geen ander volk overgelaten worden; het zal al

die koninkrijken vermalen, en te niet doen,

maar zelf zal het in alle eeuwigheid bestaan.”

Een beeld van een geweldige man: hoofd van goud,

borst zilver enz. En dat is een beeld van de loop,

opeenvolging van de heidenen, het koninkrijk van

Babylon, Meden en perzen, Griekenland, de

koningen van het noorden en zuiden en het

antichristkoninkrijk. En hij ziet al die heidenen van

Babylon 606BC tot de wederkomst van Christus en

dan ziet hij die grote steen die uit de hemel komt en

hij raakt dat beeld aan de voeten en hij valt aan

stukken, Hij schudt de wereld koninkrijkskrachten

Page 175: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 175

en weet u wat er gebeurt? Zij vallen in elkaar. En

die steen wordt een grote berg, dat is: God zet Zijn

eigen Koninkrijk op. En het koninkrijk dat God

opzet ipv deze volken kan niet bewogen worden!

Als Jezus Christus terugkomt en de aarde beweegt

zullen de volken van de aarde vallen en de

koningen van de aarde zullen zoals Jes.2 zegt:

verslonden worden, gebroken en verstrooid en het

ene Koninkrijk van Christus zal het overnemen. Hij

wordt de Koning der koningen en de Heere der

heren. Hij verstrooid dus de koninkrijken en zet

Zijn Koninkrijk op, en het heeft ook effect op het

volk Israël, kijk in Jesaja 1, het punt van de grote

verdrukking, de 7e week van Dan. is het uitzuiveren

van de rebel uit de gelovigen in Israël.

Jes.1:25-28 “En Ik zal Mijn hand tegen u keren,

en Ik zal uw schuim op het allerreinste

afzuiveren, en Ik zal al uw tin wegnemen.” “En

Ik zal u uw rechters wedergeven, als in het

eerste, en uw raadslieden als in den beginne;

daarna zult gij een stad der gerechtigheid, een

getrouwe stad, genoemd worden. “Sion zal door

recht verlost worden, en haar wederkerenden

door gerechtigheid. “Maar er zal verbreking

zijn der overtreders, en der zondaars te zamen;

en die den HEERE verlaten, zullen omkomen.”

Als Christus terugkomt zal Hij allen die Zijn

Woord niet gehoorzamen doen omkomen. Wat

overblijft zijn zij die luisteren en zij die geloven,

het gelovige overblijfsel in Israël. Het kaf waait

weg en het koren blijft en wordt vergaderd in de

schuur.

Hebr.12:27 Er is iets dat u moet weten over vers

27, zij ontvangen een onbeweeglijk Koninkrijk.

Wat is hun hoop? Een Koninkrijkshoop. Een

letterlijk, zichtbaar, fysiek koninkrijk. Hoe weet u

dat? Omdat er staat in vers 28 …als welke gemaakt

waren… Hoe spreekt hij over het bewegen van

wat? Het hele punt in vers 27 en 28 is het bewegen

van het fysieke universum, de aarde en de hemel.

We spreken niet over een geestelijk, moreel,

rechtvaardig Koninkrijk in de harten van mensen.

We spreken over een letterlijk, fysiek, zichtbaar

bewegen van de aarde, dat aardse koninkrijken

wegdoet en een aards Koninkrijk opricht. Het

Koninkrijk in het gedeelte is letterlijk, fysiek,

zichtbaar, aards koninkrijk.

Dus het koninkrijk waar zij naar uitkijken komt

overeen met waar Christus hen voor laat bidden:

Onze Vader Die in de hemelen zijt…Uw

Koninkrijk kome…Onze Vader breng het

Koninkrijk, waar? Hier beneden. Uw wil geschiede

op de aarde als in de hemel, dat is het punt in het

Onze Vader. Wij kunnen dit nu niet bidden, en ik

weet dat mensen het bidden.

Dan steelt u iemand anders beloften en u probeert

te claimen wat God nooit voor u zal doen, en u

heeft er geen recht toe. Als u naar de winkel gaat en

u neemt iets mee waar u geen recht op heeft dan

bellen ze de politie. In de kerk noemt men dat

religie. Het vernielt uw geestelijke leven, want u

doet wat God niet doet. Doe iets echts en niet

zoiets.

Het andere punt wat dit gedeelte u vertelt is dat dit

Koninkrijk toekomst is. Want de aarde is nog niet

bewogen. Afgelopen week was er een aardbeving

in Californie, en men zei: dat is God Die spreekt.

Mijn volgende preek zal gaan over: Veroorzaakte

God de grote aardbeving in Californie? Dat is een

goede vraag, ik doe het ook voor de radio en zal

zien wat er gebeurt.. Het Koninkrijk komt na iets

wat nog moet komen in de toekomst. Het is niet

wat God nu doet. De dingen waar deze Hebreeën

naar uitkijken, zijn wij niet, maar in de toekomst.

Hebr.12:28,29 “Daarom, alzo wij een

onbewegelijk Koninkrijk ontvangen, laat ons de

genade vast houden, door dewelke wij

welbehagelijk Gode mogen dienen, met eerbied

en godvruchtigheid.” “Want onze God is een

verterend vuur.”

Dan.2:44, en dat is Hebr.4:16 en Hebr.12:15. En de

reden is: 29 want onze God is een verterend vuur.

Hiervoor is ook al gezegd: Het is vreselijk om te

vallen in de handen van de levende God. Respect

voor wie Hij is en de nood om door te gaan en te

volharden tot Hij terugkomt.

Page 176: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 176

Hebreeën 13:1-3

Het laatste hoofdstuk van het boek Hebreeën, en als

u een titel voor dit hoofdstuk wilt zullen we het :

Geloof aan het werk noemen. We beginnen met

Hebr.12:28 zodat we nog een paar dingen beter

kunnen bekijken dan de vorige keer, en dan gaan

we verder met Hebreeën 13.

Hebr.12:28,29 “Daarom, alzo wij een

onbewegelijk Koninkrijk ontvangen, laat ons de

genade vast houden, door dewelke wij

welbehagelijk Gode mogen dienen, met eerbied

en godvruchtigheid. “Want onze God is een

verterend vuur.”

Dat is de conclusie, hij heeft het onderwerp van het

Koninkrijk behandelt en de overgang van het Oude

naar het Nieuwe verbond, van de dingen die

bewogen kunnen worden naar de dingen die niet

bewogen kunnen worden en het stevige fundament

voor deze Hebreeuwse gelovigen in de

voorzieningen die God voor hen heeft volbracht

door Zijn genade in het Nieuwe verbond. En hij

zegt: Daarom alzo wij een onbeweeglijk koninkrijk

ontvangen… Denk eraan dat het in het boek

Hebreeën gaat om het ontvangen van een

Koninkrijk.

Het boek Hebreeën is niet geschreven met de

bedoeling om het lichaam van Christus te

onderwijzen en op te bouwen, maar om de

Hebreeuwse heiligen aan te moedigen en het volk

Israël in de grote verdrukking mbt tot dingen die zij

tegen komen en zij gaan het Koninkrijk ontvangen.

Dit zijn Koninkrijksheiligen. Het is hun Koninkrijk

en het zal niet bewogen worden, als Christus

terugkomt ontvangen zij het Koninkrijk en Hij

verstrooit alle heidense volkeren en richt het

Koninkrijk op, zoals we hiervoor bestudeert

hebben. Met die hoop zeggen zij: laten we God

dienen enz.

Het punt in de rest van het boek gaat verder over:

Door welke wij God welbehaaglijk mogen dienen.

Kijk in Hebr.13:16… want in zodanige offeranden

heeft God een welbehagen. Hebr.13:21… hetgeen

voor Hem welbehaaglijk is… Het gaat om:God

welbehaaglijk dienen voor deze mensen.

En hier zijn deze Koninkrijksheiligen en ze gaan de

grote verdrukking tegemoet en het bewegen, hij

zegt: OK, ik heb jullie de leer gegeven en de

voorzieningen van het Nieuwe verbond zodat je

erdoorheen kunt, ik heb jullie gemotiveerd en jullie

gewaarschuwd om niet terug te vallen, en laten we

nu verder gaan met het programma. Dit is de

situatie, dit is onze hoop, laten we gaan en God

dienen, laten we genade hebben, laten we de

waarheid die God ons heeft gegeven en die de

invloed op ons leven heeft en laten we gaan en God

welbehaaglijk dienen, in overeenstemming met de

leer die Hij gegeven heeft, met eerbied en

godvruchtigheid.

De manier waarop zij God dienen is met de

bedoeling om Hem te behagen. Hij gebruikt hier

terminologie die alle dingen in gedachten brengt

die hij hen geleerd heeft in het boek Hebreeën.

Hebr.11:6 “Maar zonder geloof is het

onmogelijk Gode te behagen. Want die tot God

komt, moet geloven, dat Hij is, en een Beloner is

dergenen, die Hem zoeken.”

We hebben dit vers bestudeert en Henoch en we

gingen hoofdstuk 11 door en ik liet u zien hoe

geloof God op Zijn Woord neemt ondanks alle

dingen die in de weg staan om het te doen, het is

het pad dat deze mensen moesten volgen zodat zij

daarna de belofte van de erfenis zouden ontvangen.

En als zij God welbehaaglijk dienen moet het een

wandel van geloof zijn.

Geloof dat werkt en de dingen produceert die u hier

in hoofdstuk 13 ziet, hij noemt veel dingen op in

hoofdstuk 13, het zijn categorieën die we elk wel 2

uur kunnen bestuderen en teruggaan naar het Oude

Testament, op dit punt in het boek Hebreeën

hebben ze niets aan zo’n lange verhandeling. Het is

als in het eind van 1 Tessalonicenzen. In 1 Tes.5

noemt Paulus veel dingen op en al deze dingen zijn

categorieën van leerstellige onderwerpen die in

gedachten komen van een volwassen gelovige,

maar hij noemt ze alleen, hij werkt ze niet verder

uit, want als de mensen aan wie hij het schrijft het

niet hebben, dan hebben ze het niet.

Zo is het ook met de Hebreeën, Hebr.13 zijn de

dingen die hij wil dat ze doen.

Hebr.12:28,29 Let op de twee: eerbied én

godvruchtigheid.Dat is geen angstige vrees voor

God, dit is vrees die godvruchtigheid produceert in

mensen. Het is overweldigend om te staan

tegenover de God van hemel en aarde, als u daar

staat mensen staat u daar niet met grote trots in

uzelf, Paulus zegt in Efeze 3:12 dat wij

vrijmoedigheid en de toegang met vertrouwen

hebben door het geloof in Hem. Dat is niet zo van:

Page 177: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 177

hier ben ik, maar U bent bij de Schepper van hemel

en aarde. De enige Persoon in het universum die

absoluut heilig en rechtvaardig is! En onze

vrijmoedigheid en vertrouwen mbt onze toegang is

niet in onszelf, maar door wie Christus is, daarin is

onze vrijmoedigheid, niet in onszelf, maar wie wij

zijn in Hem.

Soms nemen mensen dit punt van: God vrezen en

vergelijken dat met zoiets als: respect voor God en

ontzag en u hoort steeds zeggen dat vrees voor God

ontzag is met een ohhh, ontzag voor God, maar let

u op dit vers: met eerbied en godvruchtigheid.

Godvruchtigheid is meer dan alleen ontzag voor

wie Hij is.

Fil.2:12 “Alzo dan, mijn geliefden, gelijk gij te

allen tijd gehoorzaam geweest zijt, niet als in

mijn tegenwoordigheid alleen, maar veelmeer

nu in mijn afwezen, werkt uws zelfs zaligheid

met vreze en beven:”

Met vreze en beven! Ziet u dat? En wat deze vrees

tot stand brengt? Wat vrees vergezelt. U werkt uw

zaligheid met wat? Met vreze en beving. Dat

spreekt over het echte, werkelijke aandacht

schenken aan wat u doet opdat u geen fout maakt.

De uitwerking van onze redding, de

gehoorzaamheid van ons geloof, dat is belangrijk

voor ons. En we doen het met grote zorg opdat we

geen fout maken. En dat punt van vreze vinden we

in Spreuken. Daar is het gedefinieerd in uw Bijbel,

het heeft een definitie die speciaal belangrijk is

voor hier in het boek Hebreeën.

Spr.1:7 “De vrees des HEEREN is het beginsel

der wetenschap; de dwazen verachten wijsheid

en tucht.”

Dat is duidelijk, en laten we ook gaan naar:

Spr.8:13 “De vreze des HEEREN is, te haten

het kwade, de hovaardigheid, en den hoogmoed,

en den kwaden weg; Ik haat ook den mond der

verkeerdheden.”

Hier definieert hij voor u wat de vreze des Heeren

is, de vreze des Heeren is de dingen te haten die

God haat.

Spr.9:10 “De vreze des HEEREN is het beginsel

der wijsheid, en de wetenschap der heiligen is

verstand.”

God vrezen is weten wie God is, want als u gaat

weten wie God is en u begint te begrijpen hoe Hij

begrijpt, en te denken hoe Hij denkt. Hij denkt wijs.

En u begint te haten wat Hij haat en lief te hebben

zoals Hij liefheeft.

U ziet hier waar het over gaat: beving, en waarom

het niet genoeg is om vreze te definiëren als eerbied

en respect voor God. Want vreze gaat dieper, het

gaat over wijsheid en het begrijpen, de capaciteit

hebben om te kunnen denken en te reageren zoals

God. Het heeft te maken met het verkrijgen van

wijsheid en begrip van het Goddelijke gezichtspunt

en wat dat doet in ons denken. Want de vreze des

Heeren is de kwade weg te verlaten, haten.

Jes.66:1,2 “Alzo zegt de HEERE: De hemel is

Mijn troon, en de aarde is de voetbank Mijner

voeten; waar zou dat huis zijn, dat gijlieden Mij

zoudt bouwen, en waar is de plaats Mijner

rust? “Want Mijn hand heeft al deze dingen

gemaakt, en al deze dingen zijn geweest, spreekt

de HEERE; maar op dezen zal Ik zien, op den

arme en verslagene van geest, en die voor Mijn

woord beeft.”

Een die voor Mijn Woord beeft! Ziet u als Paulus

spreekt over het bewerken van uw zaligheid met

vreze en beven, waar heeft hij het dan over? Hij

heeft het over respect, hoogachting, vrees en beving

voor het Woord van God. En als u wilt weten wat

dat is dan moet u even stilstaan en over het leven

nadenken. Dat is: God zegt het en zo is het en ik

geloof het. Dat is een uitdrukking, geen discussie

en het is over wat ik geloof, want God is

waarachtig en ieder mens leugenachtig, wat God

zegt, daar gaat het om.

Jes.66:5 “Hoort des HEEREN woord, gij, die

voor Zijn woord beeft! Uw broeders, die u

haten, die u verre afzonderen, om Mijns Naams

wil, zeggen: Dat de HEERE heerlijk worde!

Doch Hij zal verschijnen tot ulieder vreugde, zij

daarentegen zullen beschaamd worden.”

Hoort des Heeren Woord, gij die voor Zijn Woord

beeft… U hóórt Zijn Woord. Dus als er in

Hebreeën 12 gesproken wordt over het dienen van

God met (:28) met eerbied en godvruchtigheid dan

heeft hij het over de bekwaamheid om God te

dienen met waardering voor wie Hij is en met

aandacht voor wat Hij zegt, dat is belangrijk. Want

vaak als mensen denken dat ze weten wie Hij is

hebben ze nog geen aandacht voor wat Hij zégt. En

voor de uiteindelijkheid en de autoriteit van wat Hij

spreekt.

Page 178: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 178

En er is een verschil tussen het kennen van de

Heere Jezus Christus en Zijn Woord kennen. Maar

u kunt Hem niet kennen zonder de Bijbel. U kunt

de Bijbel kennen, er dingen over weten zonder dat

u Hem hebt leren kennen, u kunt nooit in aanraking

komen met Hem zonder de Bijbel. Er is geen

andere manier, geloof in wat Hij zegt brengt u in

contact met wie Hij is.

Ps.89:8 God is grotelijks geducht in den raad

der heiligen, en vreselijk boven allen, die

rondom Hem zijn.”

En vreselijk boven allen die rondom Hem zijn…

Dat is de eerbied waar het over gaat in Hebr.12:28.

Psalm 89 is een Psalm over het Koninkrijk dat God

aan David zal geven, dit is een Psalm die gaat over

mensen die een Koninkrijk ontvangen dat niet zal

worden bewogen.

In Deuteronomium 4 en Hebreën 12 en 13 doelt de

schrijver op dingen in het Oude Testament, en de

context is steeds dezelfde als Hebr.12,13. Wat er

gaande is in Hebr.12 en 13 is het uitwerken van het

profetische programma, hij refereert steeds terug,

zoals we zagen in Ps.89, we moeten Hem dienen

zoals Ps.89 zegt, want wij hebben het Koninkrijk

ontvangen zoals Psalm 89 zegt dat wij zullen

ontvangen. Dus zo wordt steeds verband gelegd

tussen het profetische programma en deze verzen

hier.

Als we Hebr.13 bestuderen is het probleem met de

meeste commentaren die er snel over heen gaan dat

ze de historische bedelingscontext niet zien van dit

gedeelte. Als hij zegt (Hebr.12:29) dat onze God

een verterend vuur is, is dat een aanhaling uit

Deut.4:24. Als u daar leest ziet u dat de context

daar weer dezelfde is als Hebreeën. Hier zijn de

instructies om het land binnen te gaan en het te

bezitten(Deut.4:1-4). Israël bezit dat land niet totdat

het Koninkrijk komt omdat ze gefaald hebben.

Maar als ze het land bezitten dan doen ze dat op de

basis van wat dit hoofdstuk zegt!

Deut.4:3 “Uw ogen hebben gezien, wat God om

Baal-peor gedaan heeft; want alle man, die

Baal-peor navolgde, dien heeft de HEERE, uw

God, uit het midden van u verdaan.”

Baal Peor… Weet u nog wat God deed bij Baal

Peor? Num.25! In Num.25 moest Bileam Israël van

Balak leren om te zondigen: Baal te aanbidden en

zij deden dat door hoererij met de vrouwen van het

land, zij verbonden zich met de vreemde vrouwen

en met afgodendienst. En door de gemengde

huwelijken bracht Israël afgoderij binnen en

vervloekte God Israël. Balak vroeg Bileam om

Israël te vervloeken maar hij kon het niet, hij kon

ze alleen zegenen. Maar Bileam leerde Balak hoe

God ze zou vervloeken, en dat was door de

gemengde huwelijken en afgodenaanbidders. In die

context staat Deut.4:24 . De hele context is

Baalafgodendienst.

Hebr.13:4 “Het huwelijk is eerlijk onder allen,

en het bed onbevlekt; maar hoereerders en

overspelers zal God oordelen.”

Een klein, vreemd vers, waar komt dat vandaan?!

Dat is het hele punt, BaalPeor, in de grote

verdrukking als ze afdwalen, Openb.2:14,20, daar

komen ze de leer van Bileam tegen! En de profetes

Izebel. Wat leren zij? Om dingen te eten die aan

afgoden zijn geofferd en te hoereren, geassocieerd

met Baaldienst. Precies zoals ze deden in Baal

Peor.

Dus wat hij doet in Hebr.12:28 hij haalt een

gedeelte aan, we hebben een Koninkrijk ontvangen

zoals ook Psalm 89 zegt, en we dienen God met

eerbied en godvruchtigheid en onze God is en

verterend vuur… en als we in Baaldienst terecht

komen zal Hij ons verteren… Als we deze grote

verdrukking doorstaan, dan wandelen we door

geloof om dat Koninkrijk te ontvangen, later.

Ik hoop dat het verschil uit maakt voor u, voor mij

is het een grote hoeveelheid stof, al die contexten

van deze gedeelten, maar als u het waardeert, en ik

hoop dat u de verbanden hier ziet, want bijna elk

woord hier kunt u bestuderen, ik heb Deut.4

bestudeerd om te begrijpen waarom hij dat zegt in

Hebr.12:28,29. Ps.89 is het antwoord, hij brengt het

in hun herinnering.

Nu, hij begint met de instructies in Hebreeën 13.

De eerste verzen hier gaan over dienst: Hebr.13:1-3

dienst aan anderen. Hebr.13:4-9 dienst aan henzelf.

Hebr. 13:10-21 dienst aan God.

Hebr.13:1 “Dat de broederlijke liefde blijve.”

Een korte verklaring, maar het is een grote

verklaring voor deze mensen. We gaan terug naar

Johannes 13. En denk aan wat hen vertelt is

hierover, deze verklaring moet hen een hele serie

leer te binnen brengen. Uw Bijbel leert u over

onderwerpen, er zijn categorieën van leer. De

manier waarop ik leer is niet zozeer uiteenzetten,

Page 179: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 179

het is ook categorisch, als een topic, een

onderwerp. U moet niet alleen begrijpen wat er in

een gedeelte wordt gezegd als u door het hoofdstuk

heen leest, maar u moet ook in staat zijn als er een

onderwerp ter sprake komt hoe u dat onderwerp in

de hele Bijbel moet bestuderen.

Want de Bijbel is niet één boek dat u leest, in één

context. Maar één boek tussen 65 anderen. De

Bijbel is één boek gemaakt uit 66 kleine boeken,

individuele boeken. Dus als u de verzen leest

hebben die niet alleen te maken met de context

waarin u ze vindt, in het hoofdstuk, maar ze hebben

te maken met alle andere verzen in de Bijbel. Één

daarvan is b.v.: dat de broederlijke liefde blijve. Er

is een soortgelijk gedeelte in Romeinen 12 voor u

en mij, maar dit is specifiek geadresseerd aan de

Hebreeuwse heiligen.

Joh.13:34,35 “Een nieuw gebod geef Ik u, dat

gij elkander liefhebt; gelijk Ik u liefgehad heb,

dat ook gij elkander liefhebt.”Hieraan zullen zij

allen bekennen, dat gij Mijn discipelen zijt, zo

gij liefde hebt onder elkander.”

Één van de tests voor de kleine kudde, van de ware

gelovige in Israël, is dat zij de broeders liefhebben.

Johannes 17, hier is het echte onze Vader. Mensen

noemen het gebed in Mattheus 6 het onze Vader,

maar dat is het onze Vader niet. De Heere heeft dit

gebed nooit gebeden, en Hij heeft er nooit op

gestaan dat iemand anders het zou bidden, Hij gaf

de woorden als een voorbeeld. Hij zei niet te

bidden door gebeden te herhalen zoals de heidenen,

Hij gaf hen geen gebed om te herhalen. Iemand die

denkt door vele malen het onze Vader te bidden en

zo God te behagen is vergeten om het vers ervoor

te lezen waarin staat dat ze dat juist niet moeten

doen.

U kunt God niet behagen door iets te doen wat Hij

niet van u vraagt om te doen. En dat is niet mijn

mening, maar wat Jezus Christus zegt. Nu, als u

wilt weten wat Hij bad kijk dan in Joh.17, dat is een

verslag van het gebed van Christus voor de kleine

kudde, Zijn discipelen in de hof van Gethsemane,

voor Hij sterft.

Joh.17:21 “Opdat zij allen een zijn, gelijkerwijs

Gij, Vader, in Mij, en Ik in U, dat ook zij in Ons

een zijn; opdat de wereld gelove, dat Gij Mij

gezonden hebt.”

Hij geeft een nieuw gebod: hebt elkander lief, heb

de broeders lief, zo zal de wereld weten dat gij

Mijn discipelen zijt. Jezus bidt dat zij één zullen

zijn, één van hart, en liefde en bewogenheid en

gemeenschap en broederschap. Waarom? Opdat de

wereld zal weten! Dat zij zullen weten wie zij zijn,

en dat U Mij gezonden heeft. U ziet dat er meer bij

komt kijken als hij zegt Hebr.13:1. dat de

broederlijke liefde blijve…!

Één van de belangrijkste onderscheidings

merktekenen en karakterpunten van de kleine

kudde in de grote verdrukking is deze test van

broederlijke liefde. Het boek 1 Johannes is

geschreven met het doel om te identificeren wie de

echte gelovigen in Israël zijn. Één van de tests,

merktekenen zien we in: 1 Joh.3:14-17. Dit vers

moet u goed bedenken: de broeders liefhebben

heeft te maken met een broeder in nood zien en

hem helpen, een sociaal plan dat de noden verhelpt

voor degenen die het nodig hebben onder de

broeders.

1 Joh.3:18 “Mijn kinderkens, laat ons niet

liefhebben met den woorde, noch met de tong,

maar met de daad en waarheid.”

Daad en waarheid. Uitgaan in een geest van

broederschap en milddadigheid, en hun noden

lenigen. Dus als hij in Hebr.13 zegt: dat de

broederlijke liefde blijve, kijk in vers 2 en zie hoe

het uitwerkt.

Hebr.13:2 “Vergeet de herbergzaamheid niet;

want hierdoor hebben sommigen onwetend

engelen geherbergd.”

Heb niet alleen de broeders lief, maar ook de

vreemdelingen, houdt 1 Joh.3 in gedachten.

Jac.2:14-16 “Wat nuttigheid is het, mijn

broeders, indien iemand zegt, dat hij het geloof

heeft, en hij heeft de werken niet? Kan dat

geloof hem zaligmaken? “Indien er nu een

broeder of zuster naakt zouden zijn, en gebrek

zouden hebben aan dagelijks voedsel;” En

iemand van u tot hen zou zeggen: Gaat henen in

vrede, wordt warm, en wordt verzadigd; en

gijlieden zoudt hun niet geven de

nooddruftigheden des lichaams, wat nuttigheid

is dat?”

Let op het soort werken dat u moet hebben. Als u

zegt dat u de broeders liefheeft en dat u geloof hebt

en u ziet iemand die nood heeft en u zegt: God

zegene u broeder, en wat fijn dat we deel zijn van

dezelfde gemeente en u doet niets aan zijn noden

Page 180: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 180

dan heeft u hem niet lief. Ten eerste betekend het

dat u geen eeuwig leven hebt: 1 Joh.3. En ten

tweede u heeft geen geloof: Jac.2. Waar gaat dit

over?

Jac.1:26,27 “Indien iemand onder u dunkt, dat

hij godsdienstig is, en hij zijn tong niet in toom

houdt, maar zijn hart verleidt, dezes godsdienst

is ijdel. “De zuivere en onbevlekte godsdienst

voor God en den Vader is deze: wezen en

weduwen bezoeken in hun verdrukking, en

zichzelven onbesmet bewaren van de wereld.”

Let op het woord onbevelkte godsdienst, Hebr.13:4,

het bed onbevlekt. Dat spreekt over een religieuze

context. Zuivere en onbevlekte godsdienst voor

God is….: wat: geloven in de Heere Jezus Christus,

in de bedeling van genade? Nee, maar Jac.1:27 is

dat zuivere godsdienst voor u? Zorgt u voor de

wezen en de weduwen? Zodat u uw godsdienst

zuiver houdt? Begrijpt u waarom mensen het woord

niet rechtsnijden om hun sociale evangelie van

voedseluitgifte en huisvesting enz. allemaal in de

naam van Christus. Zij zien een arme en zeggen:

dat is Christus, en zo lenigt God de noden.

Weet u waar dat vandaan komt? En het heeft er

niets mee te maken! Wat is dat allemaal? Als we

het hebben over de wezen en de weduwen dan

denkt u onmiddellijk aan Mat.25:31-36? Klinkt dat

niet zoals de verzen die we lazen? Hier komt

iemand aan uw deur en zij voeden, kleedden hem

en omdat ze dat doen ontvangen ze het Koninkrijk.

Mat.25:37-enz. Let op: voor zoveel gij dit één van

deze Mijn minste broeders gedaan hebt…vers 40.

Weet u over wie hij het hier heeft? In die grote

verdrukking zullen er mensen zijn in Israël die niet

kunnen kopen en verkopen omdat ze het merkteken

niet hebben. Ze zijn verdrukt, op de vlucht, arm

omdat ze staan voor de waarheid en ze vluchten

voor de antichrist en de politieke vervolging en de

religieuze vervolging en zij moeten geholpen

worden en hij zegt: Als u geloof heeft, als u eeuwig

leven heeft zal u de broeders liefhebben en dat

wordt gedefinieerd in 1 Joh.3 als voedsel geven aan

iemand die dat nodig heeft en kleding geven als

iemand dat nodig heeft, Mat.25.

Jac.2 zegt als u geloof heeft dat u in het Koninkrijk

brengt en u daar houdt zal dat werken produceren.

Welke werken Jacobus? Niet in de straten van

Chicago en tractaten uitdelen, dat laten de predikers

u geloven, geen soepkeuken openen en arme

mensen voeden die niets te eten hebben. Geen

sociaal evangelie, zo krijgt u het niet. Maar in díe

dag! Hoe gaan ze dat doen?

Luk.12:31 “Maar zoekt het Koninkrijk Gods,

en al deze dingen zullen u toegeworpen

worden.”

Als u de verzen daar voor leest ziet u dat: al deze

dingen…, dingen zoals vlees, kleding, allemaal

materiële dingen die u gegeven worden als u het

Koninkrijk Gods zoekt.

Luk.12:32 “Vreest niet, gij klein kuddeken,

want het is uws Vaders welbehagen, ulieden het

Koninkrijk te geven.”

Zo zijn we terug in Hebr.12:28 …wij ontvangen

een Koninkrijk.

Luk.12:33 “Verkoopt hetgeen gij hebt, en geeft

aalmoes. Maakt uzelven buidels, die niet

verouden, een schat, die niet afneemt, in de

hemelen, daar de dief niet bijkomt, noch de mot

verderft.”

De mensen die het Koninkrijk ontvangen wat

moeten zij doen? Verkoopt hetgeen gij hebt, en

geeft aalmoezen! Weet u wat aalmoezen zijn?

Verkoop uw spullen en geef het aan de armen. Wat

doen zij in Hand.2?! Hand.2:41-45. Wilt u het

programma in werking zien? Weet u wat zij deden?

Ze doen precies wat het Koninkrijksprogramma

van hen verlangde om in het Koninkrijk in te gaan.

Dat is broederlijke liefde, kijk in vers 42-45 heeft u

ooit zo broederlijke liefde gezien? Dat is

milddadigheid als zij elkanders noden lenigen en

goed doen aan allen.

Mat.5,6,7 de Bergrede, Hand.2 is een illustratie van

de levensstijl van een Koninkrijksheilige zoals

beschreven in de bergrede. Niemand in Amerika

die belijd de Bergrede te volgen vertelt u de

waarheid. De mensen die zeggen dat ze de

Bergrede volgen, hebben het probleem dat ze hier

een vers uithalen en daar een vers eruit halen. Maar

mijn probleem is dat ik alle verzen die er tussen

staan ook lees en zie dat ze die verzen niet doen.

Als iemand een jas van u nodig heeft, geef er twee!

Iemand wil dat u een mijl met hem meegaat, u gaat

2 mijlen mee en dat spontaan, dat de broederlijke

liefde blijve! En de vreemdelingen! Waar hebben

we het dan over? We hebben het over de levensstijl

van het Koninkrijk, en zij doen het en er is een

reden voor.

Page 181: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 181

Al deze stof, al deze gedeelten zijn verbonden met

Hebr.13. Nog een ding: laat de broederlijke liefde

blijven, de vreemdelingen het huwelijk en het

volgende waar hij het over heeft gedenkt uw

voorgangers, tegen wie spreekt hij? Aan wiens

voeten legden zij hun spullen? Aan de voeten van

de apostelen, zij waren krachtige regeerders in hun

midden. Hij spreekt tot het volk Israël en heeft het

over hun slechte conditie, een zondig volk.

Jes.1:4 “Wee het zondige volk, het volk van

zware ongerechtigheid, het zaad der

boosdoeners, de verdervende kinderen! Zij

hebben den HEERE verlaten, zij hebben den

Heilige Israels gelasterd, zij hebben zich

vervreemd, wijkende achterwaarts.”

Ze hebben er een potje van gemaakt, en hij roept ze

terug en zegt in vers 16: Wast u…

Jes.1:16-18 “Wast u, reinigt u, doet de boosheid

uwer handelingen van voor Mijn ogen weg, laat

af van kwaad te doen. “Leert goed te doen, zoekt

het recht, helpt den verdrukte, doet den wees

recht, handelt de twistzaak der weduwe.”

“Komt dan, en laat ons samen rechten, zegt de

HEERE; al waren uw zonden als scharlaken, zij

zullen wit worden als sneeuw, al waren zij rood

als karmozijn, zij zullen worden als witte wol.”

Vers 18 is een mooie tekst om over te preken, maar

het is een boodschap voor Israël over hoe zij hun

Koninkrijk kunnen krijgen. Jes.1:17 Wat doet u als

u goed doet? Zoek het recht,…doet de wees recht,

handelt de twistzaak der weduwe! Lazen we niet in

Jac.1 dat deze dingen doen is zuivere godsdienst.

Jes.1:19 “Indien gijlieden willig zijt en hoort, zo

zult gij het goede dezes lands eten;”

Als u deze dingen doet dan krijgt u de

milddadigheid van het Koninkrijk straks en hij zegt

in:

Jes.1:26 “En Ik zal u uw rechters wedergeven,

als in het eerste, en uw raadslieden als in den

beginne; daarna zult gij een stad der

gerechtigheid, een getrouwe stad, genoemd

worden.”

Het herstellen van de raadslieden…dat zijn de

leiders en de apostelen van Israël, zij zitten op

twaalf tronen en oordelen de twaalf stammen van

Israël.

We gaan terug naar Hebr.13, dus waar heeft hij het

over in vers 3? De mensen in de gevangenis. Jullie

krijgen zo een Koninkrijk, maar we moeten door

een verdrukking heen voor we er komen en je moet

geloof hebben dat deze werken produceert, dus

laten we verder gaan met het programma en God

dienen met eerbied en godvruchtigheid. Laten we

de broeders liefhebben en dat betekend niet alleen

in een kerkgebouw zitten en fijn om iedereen te

zien…maar laten we werkelijk die liefde hebben

waar Joh.13 en 1Johannes over spreekt. Laten we

de vreemdelingen niet vergeten, weet u wie engelen

herbergde? Gen.18 Abraham, Genesis 19 Lot,

Richteren 6 Gideon, Richteren 13 Manoah. En 2

Petrus 2 als de dagen van Lot. Mattheus 17 als de

dagen van Noach, zo zullen de dagen van de Zoon

des mensen zijn.

In Hebr.1:14 lazen we dat engelen dienende

geesten zijn. Er zal een bediening zijn voor

engelen in het midden van deze mensen in die dag.

Niet vandaag, u heeft geen beschermengel nodig of

een engel die u dient. U heeft God de Heilige Geest

Die in u woont en Hij zorgt goed voor u, u heeft

geen extra hulp nodig. Maar zij zijn in een andere

situatie met andere noden en alle dingen die de

engelen deden in het verleden om Israël te

bevrijden en hen te beschermen enz. dat zullen ze

dan weer doen. Gedenkt de gevangenen, denk

aan wat het is om in hun schoenen te staan,

identificeer je met hen.

Hebreeën 13:4-9

Veel mensen vinden de ‘smaak’ van Hebreeën 13

anders dan de rest van het boek. Ik vind dat niet zo,

maar sommige mensen denken dat Hebr.13 door

heel iemand anders is geschreven. De reden

daarvoor is dat aan het eind van het boek

Timotheüs genoemd wordt, dat iemand anders 1-12

schreef en Paulus hfdst.13… Of dat Paulus de

eerste 12 hfdst. in het begin van zijn bediening

schreef en het laatste hfdst. aan het eind van zijn

bediening. Geen van deze dingen zijn voor mij

deugdelijk, want hoofdstuk 13 is zeker een

voorzetting van de gedachte van hfdst.12, met de

conclusie van hfdst.12, hij sluit met een

waarschuwing om te luisteren naar Hem die spreekt

van de hemel, dat is Christus.

Toen we Hebr.12:25-27 bestudeerden zagen we dat

als Hij vanuit de hemel spreekt dat het niet

hetzelfde is als toen Hij sprak vanuit de hemel tot

Paulus, maar Hij spreekt als Hem Die terugkomt

met de wederkomst, met oordeel en wraak, om Zijn

Page 182: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 182

toorn op de aarde te brengen en te doen wat Psalm

2 zegt. En dat is heel verschillend zoals Hij nu tot

de wereld spreekt in genade, nu Hij vandaag de

toorn wederhoudt en Zijn genade uitstort.

En letterlijk is het boek Hebreeën de boodschap

van Jezus Christus, Die spreekt van de hemel tot

het volk Israël. De context is de grote verdrukking,

en de tijd dat Hij zal komen en zijn toorn uitgieten.

In Hebr.12 eindigt hij door te zeggen dat ze God

moeten dienen met eerbied en godvruchtigheid. In

Hebr.13 geeft hij een lijst, een groep van

categorieën waar ze aan moeten denken.

Dit hoofdstuk lijkt op Romeinen 12, waar Paulus

een lange lijst opnoemt van categorieën van

activiteiten waar de gelovigen hun leven mee

moeten vullen. Hij verklaart ze niet allemaal, hij

noemt ze op, en hij weet dat tegen de tijd dat u bij

Rom.12 bent aangekomen en u heeft die

vernieuwde geest die de leer van de eerste 11

hoofdstukken u geeft, dat u begrijpt waar hij het

over heeft. Zo is het ook in Hebr.13, deze mensen

verstaan de leer, ze begrijpen waar het over gaat en

wie ze zijn, hun motivatie om door te gaan, hun

situatie in de verdrukking om met geduld te

verdragen zodat zij later het Koninkrijk zullen

beërven. Zij weten waar zij zijn. En nu geeft hij hen

een lijst van instructies. Deze lijst is bruikbaar voor

deze mensen gedurende die periode van tijd.

Hebr.13:4 “Het huwelijk is eerlijk onder allen,

en het bed onbevlekt; maar hoereerders en

overspelers zal God oordelen.”

Hier neemt hij de lijst weer op. En we gebruiken dit

vers graag, gisteren had ik een trouwerij. Het is

meestal één van de eerste dingen die ik zeg: het

huwelijk is eerlijk, het is goed en recht. Er is een

leer in 1 Tim.4:3 waar het verboden wordt om te

trouwen( leer van duivelen), maar het huwelijk is

eerlijk in alles. En het bed onbevlekt, daar hebben

we het eerder over gehad. Seksuele relaties horen

alleen in het huwelijk, de enige plaats waar

seksuele relaties legitiem zijn is in de band van het

huwelijk, het huwelijksbed zoals het vers het

noemt. De seksuele relatie maakt een huwelijk een

huwelijk. Al het andere in een huwelijk kunt u doen

zonder getrouwd te zijn, je kunt vrienden zijn, maar

dit éne is het wat een huwelijk een huwelijk maakt.

Daar is het waar het hoort.

Als hij het heeft over hoereerders en overspelers zal

God oordelen, dan heeft hij het niet alleen over het

punt van losbandigheid. Maar hij heeft het over de

context waarin deze mensen gaan leven en dat erg

belangrijk is.

Openb.2:14 “Maar Ik heb enige weinige dingen

tegen u, dat gij aldaar hebt, die de lering van

Balaam houden, die Balak leerde den kinderen

Israels een aanstoot voor te werpen, opdat zij

zouden afgodenoffer eten en hoereren.”

En laat ik u herinneren aan de dingen die we

bestudeert hebben. Over Balak en Bileam,

Num.22,23. Balak huurde Bileam om Israël te

vervloeken en hij kon het niet, God zou het hem

niet toegelaten hebben, dus hij moest hen zegenen.

Maar hij wilde het geld hebben en de positie, hij

hield van het loon der ongerechtigheid (2

Petr.2:15). Dus wat Bileam deed was: hij leerde

Balak hoe hij God Israël kon laten vervloeken. En

de manier waarop hij dat deed vinden we in de rest

van het gedeelte: het eten van dingen die aan de

afgoden waren geofferd, en het toestaan van

hoererij. Dat is het praktiseren van

Baalsgodsdienst, deelnemen in Baalsafgoderij, in

hun activiteiten. En er is een religieuze leer die hij

communiceerde die resulteerde in het feit dat ze

hoereerders en afgodendienaars werden.

Openb.2:20 “Maar Ik heb enige weinige dingen

tegen u, dat gij de vrouw Jezabel, die zich zelve

zegt een profetes te zijn, laat leren, en Mijn

dienstknechten verleiden, dat zij hoereren en

afgodenoffer eten.”

Izebel, 1 Kon.16 was een priesteres van Baal, ze is

een religieuze leidster van het systeem van Baal.

Haar vader ook. En door haar introduceerde satan

de Baalsgodsdienst in Israël als een officiële

staatsreligie, en ze richtte die op. Ze had een

enorme corrupte invloed, een vrouwelijke prediker,

ze predikte Baalaanbidding. Ditzelfde zullen ze in

de grote verdrukking hebben, deze mensen aan wie

Hebreeën is geschreven zijn in de zelfde conditie

waarin de mensen van Openb.2 zijn. Wat preekte

zij?! Op.2:20 …en Mijn dienstknechten verleiden

dat zij hoereren en afgodenoffer eten… Hebr.13:4

dus als hij het heeft over het huwelijk eerlijk en het

bed onbevlekt dan heeft hij het over het deelnemen

aan die Baalgodsdienst dat mensen leert om te

hoereren en deel te hebben aan de religieuze

activiteit.

Hebr.13:5 “Uw wandel zij zonder

geldgierigheid; en zijt vergenoegd met het

tegenwoordige; want Hij heeft gezegd: Ik zal u

niet begeven, en Ik zal u niet verlaten.”

Uw wandel zij zonder geldgierigheid… Herinnert u

zich Kolossenzen 3:5? Paulus definieert

Page 183: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 183

geldgierigheid als wat? Wie weet het? Dit is de

manier hoe uw Bijbel moet bestuderen. Als u een

vers als dit leest en u heeft het Woord van God niet

in uw gedachten, u moet de bijbel lézen! U moet de

Schrift lezen! En het in uw gedachten bergen, zodat

als u een vers als dit leest die andere verzen naar

boven komen. Weet u als u meer weet over

….(t.v.sterren?) dan weet u niet waar ik het nu over

heb, u luistert naar de verkeerde dingen. Maar deze

stof hier is blijvend, maar u moet erin betrokken

raken, u moet het lezen, zodat als u door de verzen

heen leest, en soms denkt u: ik lees het maar ik

vergeet het weer…

Luister, dat is OK, u gebruikt uw tijd goed, iemand

zegt: mijn gedachten zijn als een zeef, maar of u het

weet of niet u neemt het toch op in uw gedachten.

Wel: het huwelijk zij eerbaar, het bed onbevlekt, de

hoereerder zal God oordelen, uw wandel zij zonder

geldgierigheid…Laat de manier waarop u zich

gedraagt zonder geldgierigheid zijn.

Kol.3:5 “Doodt dan uw leden, die op de aarde

zijn, namelijk hoererij, onreinigheid,

schandelijke beweging, kwade begeerlijkheid, en

de gierigheid, welke is afgodendienst.”

En de gierigheid, welke is wat? Afgoderij! Hoe

definieert hij geldgierigheid? Afgoderij. Hebr.3:4

spreekt hij over hoererij. Hebr.3:5 spreekt hij over

afgoderij. En wat lazen we net in Openb.2:14,20?!

Hoererij en afgodendienst! De context die we hier

lezen, is een context die deze mensen eraan

herinnert om geen deel uit te maken van dat

Baalgodsdienstsysteem.

En zijt vergenoegd met het tegenwoordige; want

Hij heeft gezegd: Ik zal u niet begeven en Ik zal u

niet verlaten… En zijt tevreden: en laat u niet

verleiden door het valse systeem waar zij in terecht

zullen komen als zij de materiële goederen hebben

en geen vreemdelingen zijn en nooddruftig zijn.

Laat uw wandel zonder liefde voor geld zijn en

weest tevreden met wat u heeft enz. De grond voor

tevredenheid is God’s tegenwoordigheid, maar let

op dat het om tevredenheid gaat. Nu, geldgierigheid

en tevredenheid gaan niet samen. De grond voor

tevredenheid is dat God zegt: Ik zal u niet begeven

en niet verlaten.

Hebr.13:6 “Zodat wij vrijmoediglijk durven

zeggen: De Heere is mij een Helper, en ik zal

niet vrezen, wat mij een mens zal doen.”

Opnieuw is de hele context hier die tijdsperiode, ze

zullen de verleiding hebben van het religieuze

systeem in Israel, de tempel zal er zijn, de offers

zullen weer gebracht worden en de wet van Mozes

zal weer geïnstalleerd worden en de Levieten zullen

de tempeldienst verrichten. En Israël zal verleid

worden met het leugenprogramma van de duivel

terug te gaan naar dat valse systeem. En Hebreeën

zegt: Kijk, God heeft met dat alles afgedaan. Het

Oude verbond is opzij gezet en een Nieuw verbond

is opgericht door het bloed van de Heere Jezus

Christus en een nieuwe en levende weg die we

nooit hadden onder de wet, we hoeven niet terug

naar dat systeem.

En herinner u hoe gevaarlijk het is om terug te gaan

naar dat systeem. Zij zeggen dat het OK is, maar

God zegt dat het niet zo is. Dus ga niet terug, weest

tevreden met wie de Heere is en wat Hij voor u

heeft voorzien en de motivatie voor de

tevredenheid: Ik zal u niet begeven en u niet

verlaten. Zodat wij vrijmoedig durven zeggen : de

Heere is mij een Helper enz. Wat de situatie ook zal

zijn waarin in kom, ik zal niet vrezen wat mij een

mens zal doen. Weet u wat Jezus zei: Vrees hen

niet die het lichaam doden, maar vrees Hem die

beiden lichaam en ziel in de hel. Dat vers zegt dat

sommige mensen zullen proberen om hun lichaam

te doden. Maar ze hoeven niet bang te zijn voor wat

mensen hen kunnen aandoen.

De aanhaling uit Hebr.13:5 Ik zal u niet begeven en

niet verlaten komt uit het Oude Testament. Ga met

mij mee, het komt 3x voor. En elke context laat

zien waar deze mensen zijn. De laatste boodschap

die Mozes aan Israël geeft, hij noemt hun

geschiedenis en verzekerd hen opnieuw dat God

voor hen zal doen wat ze zelf niet kunnen door hun

een besneden hart te geven enz.

Israël staat op het punt om het beloofde land in te

gaan.

Deut.31:6 “Weest sterk en hebt goeden moed, en

vreest niet, en verschrikt niet voor hun

aangezicht; want het is de HEERE, uw God, Die

met u gaat; Hij zal u niet begeven, noch u

verlaten.”

Als hij dit vers aanhaalt in Hebr.13 dan gaan hun

gedachten ten eerste terug naar de tijd dat ze

onderweg waren om het beloofde land in te nemen,

naar de erfenis. En hij zegt als jullie het land in

gaan nemen ben Ik met jullie en Ik zal jullie niet

verlaten!

Page 184: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 184

Joz.1:5,6 “Niemand zal voor uw aangezicht

bestaan al de dagen uws levens; gelijk als Ik

met Mozes geweest ben, zal Ik met u zijn; Ik zal

u niet begeven, en zal u niet verlaten.“Wees

sterk en heb goeden moed! want gij zult dit volk

dat land erfelijk doen bezitten, dat Ik hun

vaderen heb gezworen hun te geven.”

Hij zegt: Jullie gaan het land in en jullie zullen de

overwinning hebben, Ik zal het voor jullie doen.

1 Kron.28:20 “En David zeide tot zijn zoon

Salomo: Wees sterk, en heb goeden moed, en

doe het, vrees niet, en wees niet verslagen; want

de HEERE God, mijn God, zal met u zijn; Hij

zal u niet begeven, en Hij zal u niet verlaten,

totdat gij al het werk tot den dienst van het huis

des HEEREN zult volbracht hebben.”

David bemoedigd Salomo om de tempel te bouwen.

Denk nu na over de context van deze gedeelten.

Daar zijn ze: ze zien het beloofde land en Mozes en

Jozua zeggen : we gaan het land in en God gaat met

ons mee, en Hij zal het voor ons doen. David zegt

tegen Salomo: bouw het huis voor God en Hij zal

met je zijn. Het land en het huis, weet u wat Hebr.3

zegt over dat huis?

Hebr.3:5,6 “En Mozes is wel getrouw geweest in

geheel zijn huis, als een dienaar, tot getuiging

der dingen, die daarna gesproken zouden

worden;“Maar Christus, als de Zoon over Zijn

eigen huis; Wiens huis wij zijn, indien wij maar

de vrijmoedigheid en den roem der hoop tot het

einde toe vast behouden.”

Ziet u wat hier in Hebreeën gebeurt is, de Heere

Jezus Christus, de ware Zoon van David, de ware

Jozua, de Profeet als Mozes leidt Zijn mensen in

het beloofde land en ze gaan het veroveren en Hij

gaat Zijn huis bouwen, daar. Dus wat de schrijver

van Hebreeën doet is, hij gaat terug naar de context

daarvan. Weet u wat mensen hier doen en de

geestelijke toepassing, en ik heb geen bezwaar als

mensen zeggen dat we onze tevredenheid in de

Heere hebben, want wij hebben ook overwinning in

de Heere op verschillende manieren. Maar de

context in Hebr.13 zijn niet u en ik, maar God die

Israël meeneemt door en in en Hij bouwt een huis

met hen.

Hebr.13:6 “Zodat wij vrijmoediglijk durven

zeggen: De Heere is mij een Helper, en ik zal

niet vrezen, wat mij een mens zal doen.”

Laten we teruggaan naar Mattheus 10, men zal

dingen doen met deze mensen.

Mat.10:16 “Ziet, Ik zende u als schapen in het

midden der wolven; zijt dan voorzichtig gelijk

de slangen, en oprecht gelijk de duiven.”

Hij spreekt tot de 12 apostelen, en Mat.10 is de

grote opdracht die Jezus Christus aan de twaalf

apostelen en u ziet dat in de eerste verzen waar de

twaalf worden genoemd. Wij lezen meestal vers 5-

7 maar de rest van het hoofdstuk is ook aan hen

gewijd en wat Mat.10 doet is: hij vertelt hen wat

hun werk is, alles mbt het Koninkrijk, dit neemt

hun dus mee naar het aardse Koninkrijk van

Christus, door het boek Handelingen, de komst van

de Heilige Geest, naar de grote verdrukking naar de

tweede komst in het Koninkrijk.

Wat verwachten zij dat hen zal gebeuren?

Mat.10:16-20, is dat niet precies wat er gebeurde

op de dag van Pinksteren?! Zij spraken zoals de

Geest hen gaf uit te spreken. Mat.10:20-22 Is dat

niet precies wat we door heel Hebreeën heen

bestudeert hebben?! Over de voorwaardelijke

volharding tot het einde? Mat.10:23 Wat is dat? Dat

is de tweede komst! Christus komt terug. Wanneer

komt Hij terug? Aan het eind van de grote

verdrukking om zijn Koninkrijk op te richten. Ik

zeg alleen maar tegen u dat als u deze gedeelten

bestudeert en u checkt de verwijzingen om te zien

wat er aan de hand is dan ziet u dat Hebr.13 precies

past in die situatie!

Jer.20:11 “Maar de HEERE is met mij als een

verschrikkelijk Held; daarom zullen mijn

vervolgers struikelen, en niets vermogen; zij zijn

zeer beschaamd geworden, omdat zij niet

verstandiglijk gehandeld hebben; het zal een

eeuwige schande zijn, zij zal niet vergeten

worden.”

God is met hen als de verschrikkelijke Held om hen

vervolgers en vijanden te verstrooien en hen er

veilig doorheen te brengen. Een tijdje terug sprak ik

met een man en hij zei: God zij met u. En ik zei:

Hij is. En toen hij wegging zei hij : De Heere gaat

met u. En ik zei: Dat doet Hij. Hij werd een beetje

boos op me en zei: Het lijkt wel of u wil zeggen dat

als u gaat dat God ook gaat! En ik zei: Dat doet Hij.

Toen werd hij echt boos op me. Maar weet u:

overal waar ik heen ga, gaat Hij met mij mee. En

overal waar u heengaat gaat Hij met u mee.

Page 185: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 185

Maar dit gedeelte spreekt in een wat andere zin dan

dit.

De Heere is met hen op die manier. De Heilige

Geest blijft ook bij hen: Joh.14. Maar hier is het

meer in de zin van dat Hij hen bevrijd en dat zij

geen vrees hebben voor wat mensen doen, want Hij

werkt door hen en zal hen erdoor heen leiden.

Hebr.13:7 “Gedenkt uwer voorgangeren, die u

het Woord Gods gesproken hebben; en volgt

hun geloof na, aanschouwende de uitkomst

hunner wandeling.”

Wat is de uitkomst van hen wandel? Lazen we net

niet over het volharden tot het einde? En dat mbt.

de tweede komst? Het eind van de wandel van hun

voorgangers. Wie waren hun voorgangers? De

apostelen, wat was het doel van de 12 apostelen?

Zitten op 12 tronen en regeren, waken over de 12

stammen van Israël. Het einde van de boodschap

die de apostelen gaven aan hen, laten we kijken in:

1 Petr.1:9 “Verkrijgende het einde uws geloofs,

namelijk de zaligheid der zielen.”

Wacht even, moet u wachten tot het einde van uw

geloof tot zaligheid der zielen? Ziet u, dit is die

toekomstige redding aan het einde als Christus

terugkomt.

1 Petr.1:10 “Van welke zaligheid ondervraagd

en onderzocht hebben de profeten, die

geprofeteerd hebben van de genade, aan u

geschied;”

Hier is een geprofeteerde redding door de profeten

over genade die aan deze mensen zal gegeven

worden aan het einde. Deze genade is nog niet tot

hen gekomen. Het zal naar beneden komen, aan het

einde.

1 Petr.1:13 “Daarom opschortende de lenden

uws verstands, en nuchteren zijnde, hoopt

volkomenlijk op de genade, die u toegebracht

wordt in de openbaring van Jezus Christus”.

Als Jezus Christus terugkomt brengt Hij redding en

genade tot hen, zie 1 Petr.1:4,5. In de laatste tijd(:5)

zie Hebr.1:1 …deze laatste dagen. Ik probeer al

deze verzen samen te voegen zodat u kunt zien dat

ze allemaal bij elkaar horen en dat ze in die grote

verdrukkingsperiode passen voor deze mensen.

Hebr.13:8 “Jezus Christus is gisteren en heden

dezelfde en in der eeuwigheid.”

Hier zien we een interessant klein vers tussendoor.

Dit vers is één van de meest onbegrepen verzen in

heel de Bijbel. Elke charismatische gelovige zal dat

vers aanhalen om te laten zien dat Jezus Christus nu

ook nog wonderen kan doen omdat Hij gisteren,

vandaag en morgen dezelfde is. Wat Hij gisteren

kon kan Hij ook vandaag. Wacht, niemand zegt dat

Hij het niet kan, ik zeg niet dat God dingen niet

kan. Maar de vraag is niet kan Hij het , maar wil

Hij het! En er zijn veel dingen die Hij vandaag niet

doet.

Dus u beperkt God. Dat is wat u zegt. God zond de

zondvloed op een dag over de aarde, kan Hij dat

nog een keer doen?! Zeker kan Hij dat. Wil Hij dat?

Nee! Hij kan het, maar Hij wil het niet. Waarom?

Omdat Hij zei dat Hij het niet meer zou doen. Is dat

God beperken? Nee, dat is erkennen dat wat God

zegt belangrijker is dan wat u erover denkt.

Maleachi 3:1 “Ziet, Ik zende Mijn engel, die

voor Mijn aangezicht den weg bereiden zal; en

snellijk zal tot Zijn tempel komen die Heere,

Dien gijlieden zoekt, te weten de Engel des

verbonds, aan Denwelken gij lust hebt; ziet, Hij

komt, zegt de HEERE der heirscharen.”

Als u de context hier leest van Mal.3(wat niemand

doet natuurlijk) dan zult u wat meemaken. Want de

context in Maleachi is een exacte parallel van

Hebr.13. Het is alsof de schrijver van Hebr.13

Mal.3 voor u heeft geparafraseerd.

Let op, vers 1: Ik zend Mijn engel, die voor Mijn

aangezicht den weg bereiden zal… Wie is dat? Dat

is Johannes de Doper. Mat.3, Marc.1, Luk.3. In

feite haalt Marc.1:2,3 dit gedeelte aan als een

verwijzing naar Joh.de Doper. Dus waar bent u in

Mal.3? U kijkt naar de bediening van Joh.de Doper

die de weg bereid voor de Heere Jezus Christus. De

context is de komst van Christus.

Mal.3:2-4 “Maar wie zal den dag Zijner

toekomst verdragen, en wie zal bestaan, als Hij

verschijnt? Want Hij zal zijn als het vuur van

een goudsmid, en als zeep der vollers.“En Hij

zal zitten, louterende, en het zilver reinigende,

en Hij zal de kinderen van Levi reinigen, en Hij

zal ze doorlouteren als goud, en als zilver; dan

zullen zij den HEERE spijsoffer toebrengen in

gerechtigheid. “Dan zal het spijsoffer van Juda

en Jeruzalem den HEERE zoet wezen, als in de

oude dagen, en als in de vorige jaren.”

Page 186: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 186

Dat is en Hij zal de ongerechtigheden van Jacob

afwenden en Israël bekeren en ze brengen naar de

plaats waar ze God waardig dienen. Klinkt dat niet

als Hebr.12:28?!

Mal.3:5 “En Ik zal tot ulieden ten oordeel

naderen; en Ik zal een snel Getuige zijn tegen

de tovenaars, en tegen de overspelers, en tegen

degenen, die valselijk zweren, en tegen degenen,

die het loon des dagloners met geweld inhouden,

die de weduwe, en den wees, en den vreemdeling

het recht verkeren, en Mij niet vrezen, zegt de

HEERE der heirscharen.”

We zijn nu bij de tijd van oordeel bij de

wederkomst. Tegen de tovenaars en tegen de

overspelers… herinnert u dat niet aan Hebr.13?

Tegen degenen die de weduwe en den wees en den

vreemdeling het recht verkeren.. Hebben we dat

niet bestudeert in Hebr.13:1? Het lijkt wel of hij

Jacobus aanhaalt. En de vreemdeling..Hebr.13:2.

En Mij niet vrezen… Lazen we dat niet in

Hebr.12:28 God dienen met eerbied en

godvruchtigheid. Hebr.12:29 onze God is een

verterend vuur… dit gaat weer terug naar Mal.3:3.

Mal.3:6 “Want Ik, de HEERE, word niet

veranderd; daarom zijt gij, o kinderen Jakobs!

niet verteerd.”

Nu, daar is het vers. Ik kom en Ik ga dat allemaal

doen en Ik breng Jacob in het land. De reden voor

de leiders in Hebr.13 vers 7 en Mal.3:4 hun offer

zal zoet wezen. Ze hebben de instructies die ze

nodig hebben van God en Zijn Woord om Hem

juist te dienen en te functioneren. Jezus Christus is

de Heere Die komt dan, de boodschap van de

boodschapper komt. Jezus Christus is Dezelfde

gisteren en vandaag en voor eeuwig, Hij veranderd

nooit.

Dat is als dat vers in Rom.11:29 de genadegiften

en de roeping Gods zijn onberouwelijk. God heeft

een doel en een plan, iets wat Hij gaat doen en Hij

gaat zijn gedachten niet veranderen mbt wat Hij

gaat doen. Daarom zijn de kinderen van Jacob niet

verteerd Mal.3:6. Waarom is Israël niet gewoon

verstrooid en uitgewist? Omdat Jezus Christus de

Redder is, Die heeft bepaald om te redden en voor

Israël te voorzien wat zij niet kunnen voor henzelf.

Hij doet het voor hen, waartoe zij niet bekwaam

waren onder het Oude verbond, daar hebben we al

veel over geleerd in Hebreeën. Wat hij nu doet is

het toepassen daarvan in de laatste drie

hoofdstukken van Hebr. in de plichten van hun

levens.

Hebr.13:9 “Alwaar Mij uw vaders verzocht

hebben; zij hebben Mij beproefd, en hebben

Mijn werken gezien, veertig jaren lang.”

Gesterkt door genade, gesterkt met het Nieuwe

verbond. Joh.1:17 Het Oude verbond kwam met

Mozes. Maar genade en waarheid en het Nieuwe

verbond door Jezus Christus. Het Nieuwe verbond

is een verbond van genade. Dat is het principe van

het Nieuwe verbond. Begrijp dat het punt hier is:

dat het karakter en wezen van wie Hij is nooit

veranderd, Hij spreekt niet over Zijn

bedelingshandelingen, maar over Zijn karakter en

wezen. De context van Hebreeën is een

bedelingsverandering, dat het Oude verbond opzij

is gezet en het Nieuwe verbond is ervoor in de

plaats gekomen. Dat is een bedelingsverandering.

Een verandering in Gods handelen, dus het is een

dom idee om een vers als dit te gebruiken om te

zeggen dat God Zijn handelen met mensen niet

veranderd als het hele punt van het boek Hebreeën

is dat Hij Zijn handelen hééft veranderd van het

Oude naar het Nieuwe verbond door het kruiswerk

van de Heere Jezus Christus.

Maar door al deze veranderingen blijft de Heere

onveranderlijk. De Schepper blijft dezelfde. Hij is

altijd beschikbaar voor Zijn mensen. Hij verlaat ze

nooit Hij begeeft ze niet, Hij doet altijd wat Hij

beloofd heeft te doen

Hebreeën 13:7,8

Hebr.13:7 “Gedenkt uwer voorgangeren, die u

het Woord Gods gesproken hebben; en volgt

hun geloof na, aanschouwende de uitkomst

hunner wandeling.”

We hebben het eerste gedeelte van het hoofdstuk

gezien, dat het enkele concluderende vermaningen

om God acceptabel te dienen. Hij spreekt over

dienen, en speciaal om afgescheiden te zijn van het

afvallige volk, en het afvallige systeem in het volk

Israël en daar gaat het over in het hele boek. Ze zijn

in een situatie waarin het volk Israël als geheel in

afvalligheid is en het satanische kwade politiek

heeft hen gevangengenomen. En nu is daar het

gelovige overblijfsel dat God riep uit het volk dat

getuigt Wie Christus is en Gods doel met hun

Messias.

Page 187: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 187

Als u spreekt over de Handelingen periode waarin

het boek Hebreeën is geschreven, en tot wie het is

geschreven, of als u spreekt over de

groteverdrukkingsheiligen: zij zijn in dezelfde

situatie als de mensen van Handelingen periode.

Als u de bedeling van genade eruit kunt nemen en

elimineren uit uw denken en u plaatst Handelingen

voor de grote verdrukkingsperiode krijgt u een

voortzetting, Hebreeën is geschreven in een soort

‘dualsetting’ historisch gezien zijn ze in de

Hand.periode, maar leerstellig past het ook in de

grote verdrukking en de reden daarvoor is dat de

grote verdrukking startte in het boek Handelingen,

die mensen waren betrokken in dat profetische

programma. En het hele punt van Hebr. is dat zij

afgscheiden zijn van het afvallige volk, die gaan

aanbidden en verleid worden door de antichrist.

In Hebr.13:7 herinnert hij hen aan hen voorgangers,

ze moeten de gezonde leer volgen die hen geleerd

is door hun voorgangers en dat is belangrijk omdat

hij het weer noemt in vers 17. En in vers 24 zegt

hij: groet al uw voorgangers…! Gehoorzaam hen

en onderwerpt u. Dat zijn dus drie vermaningen:

Gedenkt(:7) Gehoorzaam en weest onderdanig

(:17) en Groet(:24) al uw voorgangers.

Elke vermaning in zijn context spreekt over iets

specifieks: Vers 7 Gedenkt, blijf bij de gezonde leer

die zij u geleerd hebben. Vers 17 Gehoorzaam,

onderdanig: wees ook een dader van het woord dat

zij u leerden. Vers 7 is belangrijk. Blijf bij hen de

hele weg tot het eind wat zij u geleerd hebben.

Deze voorgangers zijn de ware bouwers van het

volk Israël. Als u met me mee teruggaat naar

Hand.4, en let dan op het contrast.

Hand.4:8-12 “Toen zeide Petrus, vervuld zijnde

met den Heiligen Geest, tot hen: Gij oversten

des volks, en gij ouderlingen van Israel! “Alzo

wij heden rechterlijk onderzocht worden over

de weldaad aan een krank mens geschied,

waardoor hij gezond geworden is. “Zo zij u allen

kennelijk, en het ganse volk Israel, dat door den

Naam van Jezus Christus, den Nazarener, Dien

gij gekruist hebt, Welken God van de doden

heeft opgewekt, door Hem, zeg ik, staat deze hier

voor u gezond. “Deze is de Steen, Die van u, de

bouwlieden, veracht is, Welke tot een hoofd des

hoeks geworden is.” “En de zaligheid is in geen

Anderen; want er is ook onder den hemel geen

andere Naam, Die onder de mensen gegeven is,

door Welken wij moeten zalig worden.”

Petrus heeft de lamme man genezen in de tempel en

wordt nu op het matje geroepen voor wat hij deed,

en in vers 8 zegt hij : Gij oversten des volks.

Hand.4:11 U, de bouwlieden.. Hand.4:12 dat is een

interessant vers, het wordt vaak aangehaald en we

gebruiken om te zeggen dat er geen andere weg is,

maar weet u dat vers gaat over: …door welken wij

moeten zalig worden. Petrus zag zichzelf nog niet

als een geredde man in dit gedeelte, ziet u?

De wij daar is Israël. Wij, is een verwijzing naar

een nationale redding waarover deze mannen

oversten zijn.

In Hand.4:8 noemt hij hen de oversten des volks en

in vers 11 de bouwlieden. Wat de oversten in Israël

hoorden te doen is het bouwen van het volk,

opbouwen, leren overeenkomstig het verbond dat

God hen had gegeven, zodat zij een huis zouden

zijn waarin God woont, zodat het volk het huis van

God zou zijn. Nu, de oversten faalden ernstig om

dat te doen, en in Mat.21 spreekt Christus tot hen

dat Hij het Koninkrijk van hen af zou nemen en aan

een volk gegeven worden dat hun vruchten zou

voortbrengen, de kleine kudde. Vreest niet gij klein

kuddeke want het is des Vaders welbehagen om u

het Koninkrijk te geven .

En over dat rechtvaardige volk, het gelovige

overblijfsel, het ware Israël heeft de Heere Jezus

Christus oversten geplaatst. Deze oversten plaatste

Hij oversten over de kleine kudde.

Mat.16:15-17 “Hij zeide tot hen: Maar gij, wie

zegt gij, dat Ik ben?“En Simon Petrus,

antwoordende, zeide: Gij zijt de Christus, de

Zoon des levenden Gods.” “En Jezus,

antwoordende, zeide tot hem: Zalig zijt gij,

Simon, Bar-jona! want vlees en bloed heeft u

dat niet geopenbaard, maar Mijn Vader, Die in

de hemelen is.

God de Vader openbaarde aan Petrus, door het

Woord van God wie Christus was. En Christus gaat

wat toevoegen aan wat God de Vader openbaarde

aan Petrus.

Mat.16:18 “En Ik zeg u ook, dat gij zijt Petrus,

en op deze petra zal Ik Mijn gemeente bouwen,

en de poorten der hel zullen dezelve niet

overweldigen.”

En Ik zeg u ook… Nu gaat Christus iets openbaren,

dat gij zijt Petrus, Hij veranderd zijn naam. …en op

deze petra, rots (de steen die de bouwlieden

Page 188: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 188

verachten Hand.4) zal Ik Mijn gemeente bouwen,

en de poorten der hel zullen dezelve niet

overweldigen.

Mat.16:19 “En Ik zal u geven de sleutelen van

het Koninkrijk der hemelen; en zo wat gij zult

binden op de aarde, zal in de hemelen gebonden

zijn; en zo wat gij ontbinden zult op de aarde,

zal in de hemelen ontbonden zijn.”

En Ik zal u geven enz. Weet u wat sleutels doen?

Zij vertegenwoordigen verantwoordelijkheid,

toegang. Als ik naar uw huis kom klop ik aan en u

doet open, maar als u naar uw huis gaat gebruikt u

de sleutel en gaat naar binnen. Aan Petrus is

letterlijk de autoriteit gegeven als het hoofd van de

kleine kudde. Petrus is de belangrijkste van de

apostelen. Maar aan al de discipelen is dit soort

leiderschapsrol gegeven.

Mat.18:18-20 “Voorwaar zeg Ik u: Al wat gij op

de aarde binden zult, zal in den hemel gebonden

wezen; en al wat gij op de aarde ontbinden zult,

zal in den hemel ontbonden wezen. “Wederom

zeg Ik u: Indien er twee van u samenstemmen op

de aarde, over enige zaak, die zij zouden mogen

begeren, dat die hun zal geschieden van Mijn

Vader, Die in de hemelen is.”“Want waar twee

of drie vergaderd zijn in Mijn Naam, daar ben

Ik in het midden van hen.”

Dat is: zij hebben de autoriteit om op aarde te

handelen voor de hemel. Wat zij doen zal

toegestaan worden in de hemel. Samenstemmen,

vers 19 op aarde. Vers 20 Dit is geen

gebedsbelofte. Dit vers wordt gebruikt als een

gebedsbelofte op de tv, en in preken, maar dit vers

spreekt niet over gebed. Dit gedeelte spreekt over

wat het betekent om een minimumaantal te vormen

om actie te kunnen nemen in de naam van de Heere

Jezus Christus!

Een quorum om actie te nemen onder de discipelen,

Petrus kan zelf binden en ontbinden en de

verklaring geven dat: dit is dit en dat is dat.

Mat.16:19. De rest van de discipelen in hun positie

van leiderschap moeten eerst samen een quorum

maken. En de quorum is als twee of drie samen zijn

en samenstemmen over datgene dan heb je een

officiële afkondiging. En wat zij vragen aan de

Vader in de hemel, binden of ontbinden, Hij zal het

doen. Mat.18:20, Hij zal het aannemen,

toestemmen. Dus wat u hier heeft is een verklaring

wat het is om onder de leiders en onder de oversten

van Israël in de kleine kudde om officieel actie te

ondernemen.

Mat.19:27,28 “Toen antwoordde Petrus, en

zeide tot Hem: Zie, wij hebben alles verlaten, en

zijn U gevolgd, wat zal ons dan geworden?”“En

Jezus zeide tot hen: Voorwaar, Ik zeg u, dat gij,

die Mij gevolgd zijt, in de wedergeboorte,

wanneer de Zoon des mensen zal gezeten zijn op

den troon Zijner heerlijkheid, dat gij ook zult

zitten op twaalf tronen, oordelende de twaalf

geslachten Israels.”

Ziet u, God heeft Israël in haar Koninkrijk beloofd

dat Hij de leiders van Israël zal herstellen. Één van

de dingen die God in Zijn Koninkrijk heeft beloofd

is dat Hij hun leiders en richters zou herstellen en

Zijn regering over het volk zou herstellen.

Num.1:4 “En met ulieden zullen zijn van elken

stam een man, die een hoofdman is over het

huis zijner vaderen.”

Elke stam heeft een hoofdman over het huis zijner

vaderen.

Num1:16 “Dezen waren de geroepenen der

vergadering, de oversten der stammen hunner

vaderen; zij waren de hoofden der duizenden

van Israel.”

Oversten, en hoofden der duizenden. Zij zetten een

systeem op waarin een stam een regeringsstructuur

met één overste voor elke stam, die regeert en richt

en de autoriteit is in die stam.

1 Kron.27:22 “Over Dan was Azarel, de zoon

van Jeroham. Dezen waren de oversten der

stammen van Israel.”

Dezen waren de oversten der stammen Israëls. Ziet

u zelfs nadat Israël een koning had, Saul en David,

hadden ze ook nog deze regeringsstructuur. Dit is

een structuur die God aan het volk gegeven heeft,

en deze mannen rechten en regeerden onder de

koning in elk van hun stammen om het volk op te

bouwen, overeenkomstig het verbond. Hun werk

was om het volk op te bouwen, overeenkomstig het

verbond en de wet te leren en die uit te voeren.

2 Kron.19:6 “En hij zeide tot de richters: Ziet

wat gij doet, want gij houdt het gericht niet den

mens, maar den HEERE; en Hij is bij u in de

zaak van het gericht.”

Page 189: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 189

Josafat is in Jeruzalem, hij heeft richters in het land

en zegt tot hen: let op wat je doet, doe het voor de

Heere en niet voor mensen, en Hij is bij in de zak

van het gericht. Het doel van deze richters was om

te regeren in Israël en het volk op te bouwen door

hen te leren uit het Woord van God en ze te leiden

in gehoorzaamheid aan het Woord van God

overeenkomstig het verbond dat God hen had

gegeven, daarom zijn alle instructies hier zo

uitgewerkt.

Wat gebeurt hier, ongeloof begint, ze rebelleren

tegen het verbond, ze geven niet meer om Gods

Woord, de profeten profeteren leugens in Mijn

naam en de mensen vinden het goed zo. En de

oversten liegen, Jeremia veroordeelt de oversten,

over deze mensen spreekt hij. Nu, als Christus

terugkomt en Zijn Koninkrijk opzet belooft Hij aan

Israël om die regeringsstructuur weer op te zetten

in hun midden, maar met Zijn mensen.

Jes.1:25,26 “En Ik zal Mijn hand tegen u keren,

en Ik zal uw schuim op het allerreinste

afzuiveren, en Ik zal al uw tin wegnemen.” “En

Ik zal u uw rechters wedergeven, als in het

eerste, en uw raadslieden als in den beginne;

daarna zult gij een stad der gerechtigheid, een

getrouwe stad, genoemd worden.”

Ziet u Hij gaat deze posities herstellen, laten we

ook naar Jes.32:1 gaan:

Jes.32:1 “Ziet, een koning zal regeren in

gerechtigheid, en de vorsten zullen heersen naar

recht.”

Dit gedeelte in Jes.32 beschrijft de grote

verdrukkingperiode die leidt naar de zegeningen

van het Koninkrijk en de context in Jes.32:12-18 is

dat ze in dat oordeel zullen zijn(:15) totdat wat

gebeurt? De Heilige Geest op hen wordt gegeven.

En wanneer gebeurde dat? Handelingen 2.

Ziet u wat Christus doet, als Hij die kleine kudde

van gelovigen samen heeft en zegt dat het des

Vaders welbehagen is om hen het Koninkrijk te

geven, dat zijn de oversten waarover hij spreekt in

Jes.32:1. dat zijn de vorsten waarover hij spreekt in

Jes.1:26. Hij zal hen herstellen en als u over de

belofte leest in de context, dan is dat precies de

context van Handelingen waar de mensen zijn

vervuld met de Heilige Geest en zij kijken uit naar

de zegeningen die zullen komen. En deze mannen

waren krachtige leiders en regeerders in Israël.

Let op de Heilige Geest die op hen is. Herinnert u

zich dat de Heere Jezus op hen blies en zei:

Ontvangt de Heilige Geest, Hij gaf die kracht niet

zomaar in de hand van falende mensen, maar aan

mensen die Hij vervulde met Zijn Geest en aan wie

Hij de voorsmaak geeft van de krachten van de

toekomende wereld.

We zijn nog niet toe aan Hebr.13:16,17 waar hij het

heeft over de voorgangers, dat ze hen gehoorzaam

en onderdanig moeten zijn. De gehoorzaamheid en

de onderdanigheid is met het oog op wat hij hen net

had verteld in vers 16, en dat te maken heeft met de

weldadigheid en mededeelzaamheid en het delen

met andere mensen. U weet dat dat precies is wat

ze doen in Hand.4.

Hand.4:32-35 “En de menigte van degenen, die

geloofden, was een hart en een ziel; en niemand

zeide, dat iets van hetgeen hij had, zijn eigen

ware, maar alle dingen waren hun gemeen.“En

de apostelen gaven met grote kracht getuigenis

van de opstanding van den Heere Jezus; en er

was grote genade over hen allen. “Want er was

ook niemand onder hen, die gebrek had; want

zovelen als er bezitters waren van landen of

huizen, die verkochten zij, en brachten den

prijs der verkochte goederen, en legden dien aan

de voeten der apostelen. “En aan een iegelijk

werd uitgedeeld, naar dat elk van node had.”

Dat is precies het gedeelte waar ze alles verkopen

en ze leggen het aan de voeten van de apostelen en

het wordt verdeelt onder de heiligen, door de

apostelen, door de regeerders. Dus ze doen goed en

ze delen en doen wat Hebreeën hen vertelt wat ze

moeten doen. In Hand.13:7 staat dat zij het Woord

Gods gesproken hebben. Dat doen ze hier, de

Heilige Geest vervult hen en zij spreken het Woord

van God. Hand.4:31 zij zijn vervuld met de

H.Geest en spreken het Woord met vrijmoedigheid.

Hand.4:33 ..met grote kracht getuigenis van de

opstanding van de Heere Jezus en er was grote

genade over hen allen. We lazen net in Hebr.13:9

dat het hart gesterkt moet worden door genade en

niet door spijzen…! U ziet dat de context die we

behandelen hetzelfde is, met elkaar verbonden.

Hand.4:34-5:10 In 5:5 sterft Ananias en in vers 10

zijn vrouw. Vijf is een nummer van dood in de

Bijbel. Hand.4:11-13 U ziet dat deze mannen macht

hadden, deze mannen hadden kracht, deze mannen

waren regeerders die de autoriteit hadden om te

handelen in afwezigheid van de Heere Jezus

Christus in Zijn naam omdat Hij weg was. Zij

Page 190: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 190

spraken het Woord van God en zij leidden hen in

het verstaan van het Woord van God en zij moesten

hen gehoorzamen, en als we terugkomen in

Hebr.13:17 zullen we het daar ook bestuderen, zij

onderwierpen zich aan hen, want deze mannen

waakten over hen en regeerden over hen, zij waren

de autoriteiten.

Hij zegt tegen hen: wat er gaande is in Israël, zij

hebben deze oversten, deze rechters in Israël, die in

Gods plaats kunnen spreken, dingen binden en

ontbinden en hebben de autoriteit om te handelen

en hij zegt gedenkt hen die over u, die het Woord

Gods tot u gesproken hebben(Hebr.13:7), blijf bij

Hand.4, maar ik lees u uit Hebr.13. Het punt in

Hebr.13 is het volgen van de leer die hen geleerd is,

vergeet de leer niet, en let op dat is precies wat zij

doen.

Hand.2:41 “Die dan zijn woord gaarne

aannamen, werden gedoopt; en er werden op

dien dag tot hen toegedaan omtrent drie

duizend zielen.

Let op dat er staat: zielen, zoals in Hebr.13 zien we

dat zij waken over uw zielen… 1 Petr.1:9 de

zaligheid der zielen. Hand.4:42-47 Zij bleven

volharden in de leer der apostelen enz. Het punt is

zij doen precies wat Hebr.13:7 hen vertelt om te

doen. En dat doet hij hier, hij herinnert ze eraan om

bij de leer te blijven en als hij dat tot hen zegt leren

deze oversten hen de leer en zij blijven er bij. En

dat doen ze in Hand.2 en u ziet een andere

illustratie in Hand.4 en in Hand.6.

En wat hij hier in Hebreeën doet is hen herinneren

aan de leer die de apostelen hen leerde en dat ze

daar bij moeten blijven, als we in Hebr.13:17

komen zult u zien dat het de leer is die onder vuur

ligt van de tegenstanders van de Hebreeuwse

heiligen. En het was de leer die onder vuur lag in

het boek Handelingen en het is de leer die onder

vuur ligt in het boek Hebreeën. Hij waarschuwt ze

om niet terug te gaan naar de Joodse religie, naar de

wet van Mozes en het verbond en hun hart moet

gesterkt worden door genade, de genade waar u

over leest in Hand.4 en dat spreekt over het Nieuwe

verbond.

Hebr.13:8 “Jezus Christus is gisteren en heden

dezelfde en in der eeuwigheid.”

Vers 8 is hier ingevoegd als een vers, en ik zei dat

de laatste keer tegen u dat het w.s. het meest

misverstane vers is in het boek Hebreeën, er zijn

veel verzen in Hebr.6,10 enz. die mensen niet

kennen maar dit vers kent iedereen. Het vers wordt

misbruikt, verkeerd gebruikt, zoals ook Hand.2:38.

Hij spreekt er niet over dat er geen

bedelingsveranderingen plaats hebben gehad,

mensen halen dit vers aan om te zeggen dat wat

God gisteren deed Hij ook vandaag kan doen. Dat

is niet zo, het boek Hebreeën zelf, en we zijn al een

heel eind in het boek, vertelt u in hfdst.7:12,18,28

en hfdst.8:7, 10:9,10 en 12:18,22 en 27 dat er

dingen zijn veranderd. Dat zijn al 10 verzen! Er is

een verandering in de wet, een verandering van het

Oude naar het Nieuwe, van Mozes naar Christus,

van het aardse Jeruzalem naar het hemelse. U kunt

Hebreeën niet lezen zonder te zien dat er een

verandering is van het Oude naar het Nieuwe

verbond.

Dus in Hebr.13:8 zegt hij zeker niet dat God nooit

Zijn programma met mensen wijzigt. Dan geeft u

niet veel aandacht aan uw Bijbel. Hij spreekt over

de Persoon van Jezus Christus in Zijn wezen, Jezus

Christus verandert ook. Voor Hij in het vlees kwam

was Hij de tweede persoon van de Godheid toen

kwam er een punt in tijd, in de volheid van de tijd

dat Hij kwam geboren uit een vrouw, Hij nam vlees

aan en God Zelf werd mens. Vlees, incarnatie is

invlees. Maar Christus in Zijn wezen is niet

veranderd, Hij in Zichzelf veranderd niet. Al heeft

Hij de positie van Middelaar en Verlosser

aangenomen.

Dus het gaat niet over dat God Zijn handelen met

mensen nooit veranderd en dat wat Hij op een dag

deed dat Hij dat altijd zal doen. God gaf de

zondvloed en alles wat leefde behalve zij die in de

ark waren kwamen om. Zal Hij dat nog eens doen?

Nee, waarom niet? Omdat Hij gezegd heeft dat Hij

het niet meer zal doen.(Gen.9). Wel, beperkt dat

God? In zekere zin, Hij beperkt Zichzelf. En doet

dat af van Zijn kracht en de almacht van God, raakt

u daardoor van slag? Nee, Hij beperkte Zichzelf,

Hij kan het, Hij deed het al een keer. De vraag is:

wil Hij het? Nee, en ik neem Hem op Zijn Woord.

Is dat een verandering? Zeker, Hebr.13 spreekt dáár

niet over, waar dan wel over? En waarom staat dit

vers hier?

De reden waarom het hier staat is omdat hij een

punt maakt van de leer die deze apostelen hen

leren. Gedenkt uw voorgangers, die u het Woord

Gods gesproken hebben en volgt hun geloof na,

vers 7. Welk geloof moeten zij volgen? Let op de

uitkomst van hun wandel. Hij vertelt hen en ook in

Deut.32 zegt Mozes om op hun einde te letten

Page 191: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 191

(:20). Waar brengt de leer u? Naar het Koninkrijk.

Houdt uw oog gericht op het doel. Later komt de

erfenis, sinds hfdst. 10 hebben we dat al bestudeert.

Jezus Christus Dezelfde gisteren, vandaag en

morgen voor eeuwig. Wanneer was Zijn gisteren?

Daarover wordt geargumenteerd. Wel, zegt men:

Zijn gisteren was voor Zijn vleeswording… Zijn

gisteren begon in de eeuwigheid, Micha 5:1 zegt:

Wiens uitgangen zijn vanouds, van de dagen der

eeuwigheid. Hij heeft geen begin. Zijn gisteren

begon in de eeuwigheid, en duurde tot Zijn

vandaag, en Zijn vandaag kunnen we vinden in

Hebr.1.

En wat hij hier doet is u herinneren aan wat hij u

leerde in Hebreeën over het priesterschap van Jezus

Christus, dat doet hij. Hij herinnert u aan de

verandering voor Israël door het priesterschap

volgens Melchizedek van Jezus Christus. Het is

dezelfde Jezus. Als er staat: Jezus Christus is

Dezelfde doet dat u aan een ander vers denken? Als

ik dit lees moet ik aan een vers denken. De

apostelen gaan naar de Olijfberg en de Heere vaart

op naar de hemel…weet u het nu? Hand.1:11 Deze

Jezus …

Dus naar wie kijken ze uit? Ze kijken uit naar

dezelfde Jezus. Hij degene die gisteren het verbond

maakte met Israël, maar we zijn verdergegaan van

gisteren, de tijd van verbetering is

gekomen(Hebr.9:10) en we zijn aangekomen bij

vandaag vertelt de schrijver hen, dat is de Nieuwe

verbondsdag. We begonnen het boek Hebr. met

vandaag, het was verleden, en nu is het vandaag.

Hebr.1:1-4 Jezus Christus is aangwezen als de

Erfgenaam van alle dingen en zit aan de

rechterhand van de Vader en Hem is een Naam

gegeven beter dan welke ook. En wanneer dat

gebeurde is nadat Hij de reinigmaking onzer

zonden heeft teweeggebracht en nadat Hij is gaan

zitten, het gebeurde met Zijn hemelvaart. Het

gebeurde door de verdienste van Zijn gaan naar

Golgotha, Hij betaalde voor alle zonden God wekte

Hem op en zette Hem aan Zijn rechterhand.

Hebr.1:5 Een verdere uitleg van wanneer dit plaats

vond, wanneer de erfenis aan Hem is gegeven en de

Naam aan Hem is gegeven. Heden heb Ik u

gegenereerd! De adoptie, Ps.2:6 Herinnert u zich

dat nog? Als u in uw herinnering 13 hoofdstukken

terug denkt en herinnert: Heden heb Ik u

gegenereerd, waar is dat een verwijzing naar?

Ps.2:6 en Hand.13:33 dat is een verwijzing naar de

opstanding, een verwijzing naar het feit dat Jezus

Christus verklaard is te zijn de Zoon van God met

kracht door de opstanding uit de dood. En de Vader

zegt: Ik ben een Vader voor Hem en Hij is een zoon

voor Mij, dat is de adoptie.

Hij is verklaard door de Vader om een erfgenaam te

zijn van alle dingen. Uw adoptie en Israëls adoptie,

we delen alleen Zijn adoptie, de Zijne telt. Dus als

hij zegt: Jezus Christus is Dezelfde gisteren,

vandaag…zegt hij: Kijk, Jezus Christus heeft ons

meegenomen van het Oude verbond naar het

Nieuwe verbond. Het is dezelfde God, het is geen

andere God Die terugkomt op Zijn Woord en het is

hetzelfde Israël. Maar Hij heeft het Oude

ineffectieve verbond weggedaan dat niet werkte en

Hij kwam en maakte een Nieuw verbond, niet zoals

het Oude dat Hij maakte met de vaderen toen Hij

hen uit Egypte leidde. En Hij maakte het op de

basis van dit priesterschap volgens Melchizedek,

Hij is een Priester voor ééuwig.

Zo is Jezus Christus Dezelfde gisteren, vandaag en

voor eeuwig. Ziet u dat? Iets in dat vers is

verschillend van wat men er meestal van maakt. En

Hij zegt dit tot hen, zodat zij zich herinneren door

deze ‘ingekapselde’ kleine verklaring in zijn geheel

wat Hebr. hen geleerd heeft. Want dat is het geloof

dat zij volgen. Nu het probleem met volgen is vers

9.

Hebr.13:9 “Wordt niet omgevoerd met

verscheidene en vreemde leringen; want het is

goed, dat het hart gesterkt wordt door genade,

niet door spijzen, door welke geen nuttigheid

bekomen hebben, die daarin gewandeld

hebben.”

Laat u niet bezig houden door de ceremonieën en

rituelen, vlees, spijzen. Hebr.10:1 een schaduw der

toekomende goederen… De spijzen waren een

schaduw, niet de realiteit. Hebr.9:9,10 bestaande

alleen in spijzen en dranken… tot op de tijd der

verbetering opgelegd. Genade is het principe van

het Nieuwe verbond. Genade is dat wat God voor je

doet omdat je het zelf niet kunt. En er is een

geprofeteerde genade, die tot Israël wordt gebracht

door haar Messias: 1 Petr.1:9,13 geopenbaard aan

hun in de laatste dagen.

Er is een verschil tussen de bedeling van genade en

genade in een bedeling. En dat is dit. En als er staat

dat de wet door Mozes kwam en de genade en

waarheid door Jezus Christus dan is dat waar hij het

over heeft, niet de bedeling van genade, maar God

Die genade tot Israël brengt in het Nieuwe verbond.

Page 192: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 192

We hebben dat al bestudeert in hoofdstuk 12:15,

niet verachteren van de genade Gods. En we zagen

het in Hebr.4:16 de troon der genade, u ziet het

door het hele boek heen.

En wat hij zegt is: u moet het geloof volgen dat u

leidt naar Christus en Zijn werk en niet uw werk.

Zien wat Hij heeft volbracht en niet u, dat is het

punt. Richt uw geloof op Hem en niet op de

rituelen en op de tradities, en vers 9 is een

waarschuwing om niet omgevoerd te worden door

vreemde leringen. En de vreemde leringen hebben

te maken met de spijzen, de uiterlijke religie, met

de schaduwen en met het Oude verbond en niet met

de realiteit. De tradities van de vaderen.

Marc.7 de wassingen van de bekers voor je ze kunt

gebruiken, en het handen wassen allemaal vreemde

leringen. En er zullen vreemde leringen zijn in de

grote verdrukking, maar zij moeten luisteren naar

de echte oversten in Israël. Het is genoeg voor u om

te begrijpen dat het punt in vers 9 is om u te richten

op te genoegdoening die er is in Christus, de

onveranderlijke genoegdoening die God in Hem

heeft gegeven, ga verder met de zegeningen van het

Nieuwe verbond en hij gaat een illustratie

gebruiken in vers 10-14 om ze te laten zien dat

Christus werk voldoende is en dat ze door moeten

gaan en staan met Hem omdat Hij de Verlosser is.

Hebreeën 13:10-17

We gaan verder met vers 10-14, dit zijn misschien

de meest bekende ‘preekteksten’ in het boek

Hebreeën. Hebr.2:3 is w.s. dé meest bekende,

waarschijnlijk leest men de rest van het vers niet,

zo lijkt het op een lolly, je pakt het lekkerste deel

eruit en de rest laat je voor wat het is. Hebr.13:10-

14 is ook populair maar is niet beter begrepen van

Hebr.2:3, we zullen er doorheen gaan maar en we

beginnen in vers 9.

Hebr.13:9 “Wordt niet omgevoerd met

verscheidene en vreemde leringen; want het is

goed, dat het hart gesterkt wordt door genade,

niet door spijzen, door welke geen nuttigheid

bekomen hebben, die daarin gewandeld

hebben.”

Omdat het hier begint. Dit is wat hij hen duidelijk

wil maken, het hart van deze mensen moest

gesterkt worden door genade, dat is het principe

van het Nieuwe verbond. Genade is dat wat God

doet door het volbrachte werk van Christus op

Golgotha en dat laat het boek Hebreeën zien. Het

laat de voorzieningen zien die God heeft volbracht

en de geloofsrust die de Hebreeën daarin kunnen

hebben. Toen Jezus de mensen vertelde: Komt tot

Mij allen die vermoeid en belast zijt…Mat.11, gaf

Hij een uitnodiging aan Israël om de werken en de

frustraties en de slavernij van de wet van Mozes los

te laten, van het Oude verbond en te komen en te

rusten bij Hem, rust voor hun zielen in de

voorzieningen die er voor hen zijn in Christus, in

het Nieuwe verbond.

Israëls hoop is niet in het Oude verbond, daarom

zijn we in Hebreeën gegaan van het Oude verbond

naar het Nieuwe en sinds hoofdstuk 1 zagen we dat

de hoop voor Israël en de voorzieningen voor Israël

niet in het Oude verbond zijn, in de ceremonies en

de schaduwen, maar in de realiteit die God voor

hen voorziet in Christus. Hij zegt: Het is goed dat

uw hart gesterkt wordt door genade en niet door

vreemde leringen. Niet met spijzen, dat is het

contrast tussen hetgeen dat werkt en dat niet werkt.

De bediening veranderde ook en we bestudeerden

dat de laatste keer in vers 8,9. Hij gaat een

illustratie laten zien en een vermaning als een soort

laatste aanmoediging van het boek.

Hebr.13:10 “Wij hebben een altaar, van

hetwelk geen macht hebben te eten, die den

tabernakel dienen.”

Ze konden niet eten van het altaar omdat dat offer

was verbrand, dat is het zondoffer. Deze verzen

zijn heel duidelijk dat ze buiten het kamp, de

legerplaats gaan tot Jezus, buiten religieus Israël,

buiten het Oude verbond en de Joodse religie zoals

Paulus zegt in Gal.1.

Het hele punt van het vormen van de kleine kudde

in het volk Israël, het gelovige overblijfsel, is dat

zij het afvallige Israël verlaten en zich samen

identificeren als dat dwaze volk, en ze hebben dat

volk verlaten, als dat gelovig overblijfsel in het

volk. Ze hebben de structuur verlaten van dat volk,

en begrepen dat God het Koninkrijk en de

zegeningen van het gestructureerde politieke

systeem in het volk, het afvallige religieuze

systeem, geeft aan deze kleine kudde, dit volk dat

de vrucht voortbrengt.

Dus zij verlaten het afvallige Israël en verlaten

Israëls religie en de ceremonies en de rechten die

zij van Mozes hadden geërfd en zij gaan door tot

Christus en ze hebben letterlijk alles van het volk

verlaten en gaan naar Christus. Hij is de ware

Wijnstok, de ware natie om gevonden te worden in

Page 193: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 193

Hem. Hun geloof is gericht op Christus, niet op de

rituelen, niet op de rechten en ceremoniën, maar op

Zijn werk voor hen.

Hij gebruikt een illustratie m.b.t. om dit uit te

leggen over het niet bezig te zijn met spijzen, maar

het naar Christus gaan. En de illustratie is in vers

10 en 11, een type, vers 10 wordt ook vaak niet

goed geïnterpreteerd, hij spreekt hier niet over een

altaar in een kerk waar je heen kunt gaan. Ik ben

ook opgegroeid in een kerk waar een groot altaar

stond. Maar een echt altaar is een plaats waar je

heen gaat en offert. Dus het altaar hier is geen

plaats in een kerkgebouw. Het is ook niet het

avondmaal. Want iedereen eet met het avondmaal

en hier staat: van hetwelk géén macht hebben te

eten. Het is ook niet het kruis, het kruis in uw

Bijbel wordt nooit een altaar genoemd! Toen Jezus

Christus stierf op Golgotha was Hij het offer op het

altaar, en Hij is geslacht, maar Hij is geen altaar,

Hij is het offer.

In vers 10 staat: Wij hebben…, wij Hebreeën. Wij

hebben een altaar… Dit is een altaar in de

tabernakel, dit is een Joods altaar in de tabernakel

waar het zondoffer wordt gebracht. Hij spreekt over

het ritueel, het vlees en we zien het gebeuren, maar

ze hebben geen macht om er van te eten want de

lichamen van deze beesten, wiens bloed in het

heiligdom wordt gebracht, worden verbrand buiten

de legerplaats. Waar hij hier over spreekt is het

altaar in de tabernakel, in de tempel en hij spreekt

over het zondoffer, laten we naar Leviticus 4 gaan

en er over lezen.

Als het zondoffer wordt gebracht neemt de priester

het bloed en brengt het in het heilige en dan worden

de lichamen van de dieren verbrand buiten het

kamp. Verbrand zodat het helemaal toegewijd is

aan God, normaalgesproken als zij offeren werd het

dier aan de priester gegeven en de priester at het en

zo werd de priester voorzien. De Leviet leefde van

de dingen die hem gegeven werden en die geofferd

werden, in de voorraadopslag in de tempel sloegen

ze het graan en het meel en de dieren op, en daar

aten zij ook van, de Levieten hadden geen erfenis

in het land. De Leviet hoefde niet na te denken, hij

had alle zegeningen van het land, als u 10% krijgt

van 12 stammen, dan is dat 120% dus zij hadden

zegeningen.

Waar hij hier over spreekt is de tempel en hij zegt:

wij hebben hier een altaar waar we geen toegang tot

hebben, en als er een zondoffer gebracht wordt

kunnen we daar niet van delen, zelfs de priester

niet. Want de hogepriester brengt het bloed in het

heiligdom op de dag van verzoening en sprenkelt

het op het verzoendeksel en hij zegt: we hebben

geen toegang daar, het lichaam van dat dier is

verbrand en dat zondoffer gaat buiten de

legerplaats. Dat is de illustratie. Wij Hebreeën

hebben in het Levitische systeem een altaar op de

verzoendag, in de tabernakel, daar heeft hij het

over: hier is de spijze en de drank, hier is het oude

systeem.

Hebr.13:12 “Daarom heeft ook Jezus, opdat Hij

door Zijn eigen bloed het volk zou heiligen,

buiten de poort geleden.”

Jezus kwam en vervulde het voorbeeld, het

voorbeeld was dat het dier verbrand werd, het

zondoffer was buiten de legerplaats, dus toen Jezus

Christus kwam en Hij stierf, stierf Hij buiten de

legerplaats. Laten we kijken wat de legerplaats is:

Joh.19:17-20 “En Hij, dragende Zijn kruis, ging

uit naar de plaats, genaamd Hoofd

schedelplaats, welke in het Hebreeuws genaamd

wordt Golgotha;” “Alwaar zij Hem kruisten, en

met Hem twee anderen, aan elke zijde een, en

Jezus in het midden.” “En Pilatus schreef ook

een opschrift, en zette dat op het kruis; en er

was geschreven: JEZUS, DE NAZARENER, DE

KONING DER JODEN.” “Dit opschrift dan

lazen velen van de Joden; want de plaats, waar

Jezus gekruist werd, was nabij de stad; en het

was geschreven in het Hebreeuws, in het

Grieks, en in het Latijn.”

Golgotha, was nabij de stad(:20), dus Hij is

gekruisigd bij, maar buiten Jeruzalem, het

hoofdkwartier van het volk, de plaats waar de

tempel was, waar de religie zijn hoofdkwartier

heeft. Hij werd gekruisigd buiten de stad, buiten de

legerplaats. Dus, waar is de realiteit? De

voorbeelden van de tabernakel vertellen waar u de

realiteit kunt vinden, de realiteit is buiten de

legerplaats, dus wat Jezus Christus doet als Hij

gekruisigd wordt, Hij gaat buiten de legerplaats,

daar lijdt Hij en daar sterft Hij.

Nu de uitleg en de vermaning: Hebr.13:12 Zo laat

ons dan tot Hem uitgaan…. Tot Hem…, waar is

Christus? Is Hij in het Levitische systeem? Of is

Hij erbuiten? Hij is erbuiten, dus wat moeten de

Hebreeën doen? Hun plaats is met Christus, hun

plaats is niet in het Judaïsme of in de Joodse religie,

hun plaats is met Hem. Laten we het oude systeem

Page 194: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 194

verlaten en laten we tot Hem gaan. …buiten de

legerplaats, Zijn smaadheid dragende.

Dat neemt ons mee terug naar Hebr.11, alle dingen

die we daar zagen naar het wandelen door geloof

ondanks alle hindernissen die u tegenkomt. Ps.69.

Hij nam op Golgotha uw plaats in en alle schande

en verwijten en alle vernedering en de angst en

verwerping die op u, mij had moeten komen nam

Hij! Dat is wonderlijk, wist u? Wat een zegen, Hij

nam onze plaats in. Met de bedoeling dat wij Zijn

plaats mogen nemen in de aanneming en de

zegeningen van Zijn aanneming door God.

In het eerste gedeelte van Handelingen is een

situatie die zij ook weer zullen tegenkomen in de

grote verdrukking, u en ik zullen dat niet

meemaken, maar zij wel. Zij deden en zij zullen. Er

was toen een tempel, de Joodse religie, God was er

niet meer, maar het was hun erfenis, ik ken een

Joodse broeder, hij gaf me een boek geschreven

door een rabbie, Roep terug naar het Judaïsme, wat

zegt het boek? Het is een zwaar boek, ten eerste

vervloekt het het christendom als een heidense

religie van afgodendienaars en dan gaat het terug:

bedenk wie je bent, herinner je erfenis, kom terug

naar huis…! Met Kerst reed ik eens over straat en

er was een grote vlag met: Come home for

Christmas. Ik kwam erachter dat de RK kerk dit

had gedaan, terug naar de RK kerk.

In de grote verdrukking herbouwt de antichrist de

tempel, de tempeldienst wordt herstelt en ze zullen

weer offeren, Levitische offers, het dagelijkse offer

en al die dingen zullen weer gebeuren. En hij zegt:

Let op, ik heb jullie de informatie gegeven, zie je

dat daar, ga er niet heen. Hier is wat God doet,

laten we tot Hem gaan. Laten we bij Christus

blijven. Laten we niet teruggaan, laten we Zijn

smaadheid dragen. En zij zullen het merken, want

ze staan tegenover de antichrist en alles van zijn

programma. Buiten de legerplaats…laten we ook

gaan naar:

Mat.23:37-39 “Jeruzalem, Jeruzalem! gij, die de

profeten doodt, en stenigt, die tot u gezonden

zijn! hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen

bijeenvergaderen, gelijkerwijs een hen haar

kiekens bijeenvergadert onder de vleugels; en

gijlieden hebt niet gewild.“Ziet, uw huis wordt u

woest gelaten “Want Ik zeg u: Gij zult Mij van

nu aan niet zien, totdat gij zeggen zult:

Gezegend is Hij, Die komt in den Naam des

Heeren!”

Is dat niet droevig, aan het einde van Christus

bediening kijkt Hij uit over de stad Jeruzalem en

zegt: Oh Jeruzalem, Jeruzalem, kunnen jullie niet

luisteren? Ik wil jullie vergaderen en beschermen

en jullie willen niet. Zie, uw huis wordt u woest

gelaten. Weet u wat dat betekend? Leeg. In het

begin van Zijn bediening ging Hij naar de tempel

en zei: U heeft Mijns Vaders huis een rovershol

gemaakt, nu noemt Hij het niet meer Zijns Vaders

huis! Nu is het: uw huis… Mat.23:39 wordt

gevolgd door Mat.24:1 En Jezus ging uit en vertrok

van den tempel…!

Weet u wat Hij doet, Hij staat in die tempel en

proclameert een oordeel: Ik vertrek en wanneer Ik

vertrek verlaat Jehovah deze plaats, als Ik deze deur

uitga en God is hier niet meer totdat Ik terugkom

met de tweede komst. Waar is Hij? Hij is niet meer

in de tempel, Hij heeft hem verlaten. Hebreeën

zegt: wij hebben een altaar daar, maar het doet ons

geen goed, het punt is wat Christus voor ons

gedaan heeft. Hij is de realiteit, Het Oude verbond

werkt niet meer, het is vervangen door een Nieuw

verbond. Dus laten we uitgaan buiten de

legerplaats, laten we al deze dingen achterlaten en

tot Hem gaan. Laten we naar Galaten 1 gaan en let

op hoe Paulus al deze dingen noemt.

Gal.1:13,14 “Want gij hebt mijn omgang

gehoord, die eertijds in het Jodendom was, dat

ik uitnemend zeer de Gemeente Gods vervolgde,

en dezelve verwoestte;“En dat ik in het

Jodendom toenam boven velen van mijn

ouderdom in mijn geslacht, zijnde overvloedig

ijverig voor mijn vaderlijke inzettingen.”

Ziet u hoe hij het noemt: Mijn omgang in het

Jodendom. Is dat niet fascinerend? Het woord

religie is in slechte zin gebruikt in uw Bijbel. De

enige keer niet is in Jacobus 1 als hij het heeft over

zuivere godsdienst, maar zij bedorven het.

Hebr.13:13 “Zo laat ons dan tot Hem uitgaan

buiten de legerplaats, Zijn smaadheid

dragende.”

Laten we weggaan uit de Joodse religie, niet terug

naar de types, symbolen en de spijzen en de

dranken, laten we verder gaan met de realiteit die

beschikbaar is door Christus. Zijn smaadheid

dragende. De dingen die Hem overkwamen

dezelfde overkomen ons, de dienstknecht is niet

meerder dan zijn Meester. Als we teruggaan naar

Psalm 69 ziet u dat daar duidelijk uitgelegd. In

Page 195: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 195

geval dat er een misverstand zou zijn hier, vers 14

maakt het duidelijk.

Hebr.13:14 “Want wij hebben hier geen

blijvende stad, maar wij zoeken de

toekomende.”

Vanaf dag één, toen we met het boek Hebreeën

begonnen, u hoeft geen vergissing te maken wat

betreft de hoop van deze Hebreeën dat is het

Koninkrijk. Kijk terug naar Hebr.12:28. Het idee in

Hebreeën is een letterlijk, fysiek, zichtbaar, aards

Koninkrijk dat mensen verwachten te beërven. En

het heeft niets te maken met het hemelse

Koninkrijk, het hemelse programma, en mensen die

opgenomen worden in de hemel en die God dienen

in de hemelse gewesten, maar met mensen die

uitkijken naar een stad op deze aarde. We gaan

terug naar Hebr.11:10, naar Abraham. Dat is

duidelijk, hij verwacht een stad die gebouwd zal

worden, Hij zegt: wel, waar zal God het bouwen,

waar zal het zijn? Hebr.11:13-16. In Hebr.13:14

zegt hij: we kijken uit naar een stad! We hebben

hier geen blijvende stad, we zoeken de komende.

Mensen zeggen: Hier beneden is het niet, we gaan

naar boven naar de hemel en krijgen een stad. Maar

hij heeft het over een stad die God naar beneden zal

brengen en op de aarde zal bouwen. Abraham was

niet dom, hij kijk uit naar een stad hier beneden.

Dit land zal voor u zijn met de beschrijving van de

grenzen erbij, wandel er in alsof je het bezit, alsof

het van jou is, want dat is het, Ik geef het je nu nog

niet, je zult sterven en nakomelingen krijgen en zij

zullen sterven en Ik zal een groot volk uit je maken,

maar Ik zal je opwekken en in dat land brengen en

al je zaad zal het voor eeuwig beërven, Ik weet

waar Ik over spreek. Je zult opgewekt worden in

een letterlijk, fysiek, zichtbaar, aards Koninkrijk.

En daar kijken deze mensen ook naar uit.

Wat wij krijgen is er nog niet, het was er nog niet in

Handelingen en in de grote verdrukking, maar waar

ze naar uit kijken is de stad die Jezus meebrengt als

Hij terugkomt in het Koninkrijk, maak dat je hoop!

Hebr.13:15,16 “Laat ons dan door Hem altijd

Gode opofferen een offerande des lofs, dat is, de

vrucht der lippen, die Zijn Naam belijden.“En

vergeet de weldadigheid en de mede

deelzaamheid niet; want aan zodanige

offeranden heeft God een welbehagen.

Hier komt waarom ze tot Hem gaan: Laat ons door

Hem… Hier zijn de offers die Hij wil dat ze

offeren, geen dierenoffers, geen graan enz. maar

het is een geestelijk offer. Het zijn dus twee soorten

offeranden: Ten eerste: je woorden, de vrucht der

lippen, die Hem steeds danken. Ten tweede: de

goede werken die Hij hen te doen geeft. Doe goed

en communiceer, we zagen het in de eerste verzen

van dit hoofdstuk vers 1 enz. En gastvrijheid, dat

heeft te maken dat Israël voor elkaar zorgt en met

elkaar deelt in die grote verdrukking.

In vers 15 spreekt hij over het gedurig prijzen van

God, ga met mij mee naar: Hand.5, en let op wat er

daar gebeurt. Dit offeren van lof, daar is het boek

van de Psalmen vol van. Houdt Hand.5 vast en

laten we eerst naar de Psalmen gaan.

Ps.51. In de context van de tweede komst is Israël

blij, zij prijzen God met: Halleluja! Prijst de Heer

betekent dat in de Bijbel. Weet u wanneer Halleluja

ten eerste wordt gebruikt?! Als zij Gods toorn

uitgestort zien op de heidenen, dan zeggen ze:

Halleluja! Niet omdat de heidenen uitgewist

worden, maar omdat hun bevrijding is gekomen.

Ps.51 u weet het verhaal met David en Bathseba,

Ps.51 is de psalm met de belijdenis die David gaf

en in vers 19 zegt hij iets heel bijzonders: De

offeranden Gods zijn een gebroken geest enz. Wat

hij zegt is dat God niet al die rituelen en rechten

wil, en David heeft dat geleerd.

Er was voor hem geen offer om te brengen, wat

voor offer was er in het verbond van Mozes voor

een man die overspel had gepleegd?! Er was er

geen. Wat voor offer kon hij brengen om vergeving

te krijgen voor moord? Dat was er niet, er waren

steden waar je heen kon vluchten, maar er waren

geen offers. David zegt: ik ben in een situatie

waarin ik iets geleerd heb: Er zijn geen offers die ik

U kan brengen, U wilt mijn hart zien dat rust in U,

dat U vertrouwt, in U gelooft. En daarom zegt Gods

steeds tegen Israël: Ik wordt ziek van al die offers

van jullie als je hart ver weg is van Mij. Laten we

in Psalm 50 kijken. Als Christus komt dan geeft Hij

hen een nieuw hart en dan zal hun hart in Hem

rusten, Hij besnijdt hun harten, Hij brengt nieuw

leven in hen.

Ps.50 :14 “Offert Gode dank, en betaalt den

Allerhoogste uw geloften.”

Offer Gode dank, ziet u zij offeren God, als Hij

terugkomt met dank. Vers 23 Als Hij terugkomt,

we gaan terug naar Ps.69, zij verheugen zich in

God hun Verlosser. Ps.69 is de psalm van de

schande.

Page 196: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 196

Ps.69:31,32 Ik zal Gods Naam prijzen met

gezang, en Hem met dankzegging grootmaken.”

En het zal den HEERE aangenamer zijn dan een

os, of een gehoornde var, die de klauwen

verdeelt.”

Hij is meer geïnteresseerd in de realiteit van hun

bevrijding dan in de rituelen.

Jes.12:1 e.v. “En te dienzelfden dage zult gij

zeggen: Ik dank U, HEERE! dat Gij toornig op

mij geweest zijt, maar Uw toorn is afgekeerd, en

Gij troost mij.”

Deze mensen zijn zo blij, waarom? Omdat hun

redding komt. We gaan naar Hand.5, zij offeren de

offerande van lof, de vrucht van hun lippen. Geven

voortdurend dank aan Zijn naam. Let op wat er

gebeurd als u dat doet! Als hij het heeft over

genade onder het Nieuwe verbond, dan heeft hij het

over de motivatie daarachter. De motivatie van

dankzegging voor wat God doet en heeft gedaan

voor hen. Als zij zien dat Hij Zijn doel voltooit in

Israël, als dankbaarheid hun hart beheerst en zij

geven de vrucht van hun lippen, voortdurend Hem

prijzen begrijpt u dan dat dat de grootste motivatie

is voor evangelisatie ooit. Als u blij bent met de

Heere en gemotiveerd bent om andere mensen

daarover te gaan vertellen, stel uzelf dan niet onder

een soort wettisch systeem dat als u een keer niet

gaat er iets fout is met u, zo werkt het niet. Als u

blij bent met de Heere zullen op een gegeven

moment uw lippen een ander soort conversatie gaan

voeren.

Hand.5:27,28 “En als zij hen gebracht hadden,

stelden zij hen voor den raad; en de

hogepriester vraagde hun, en zeide:“Hebben wij

u niet ernstiglijk aangezegd, dat gij in dezen

Naam niet zoudt leren? En ziet, gij hebt met

deze uw leer Jeruzalem vervuld, en gij wilt het

bloed van dezen Mens over ons brengen.”

En zie gij hebt Jeruzalem met deze uw leer

vervuld… Wat deden zij: ze gingen naar buiten en

konden hun mond niet houden. En ze vervulden

Jeruzalem. Hoe? Het was de offerande van lof, hun

levensstijl was een openlijke bevestiging voor Zijn

Naam. Ze gaven dank aan Zijn Naam.

Hebr.13:16 “En vergeet de weldadigheid en de

mededeelzaamheid niet; want aan zodanige

offeranden heeft God een welbehagen.”

Zoals Jac.1 en Jac.2 Weest daders van het Woord

en niet alleen hoorders. Als hij het heeft over

goeddoen, vergeet de mededeelzaamheid niet in de

zin van Gal.6:6 geven aan mensen. Enige tijd

geleden hadden we het over een broeder die aan de

deur komt met nood en men zegt: God zegene u en

verder niets, dan is die persoon een leugenaar,

zonder geloof. Mat.25 als u het aan één van deze

Mijn minste broeders gedaan heeft …. Dat systeem

is het. Zuivere godsdienst Jac.1 daders van het

Woord en dan noemt hij de dingen op, doe goed!

Waarom? Omdat dat is wat God hen te doen gaf,

deel van het vergaderen van het volk tesamen, dat

zijn de goede werken, het offer. Hoe doen ze het?

Het is Zijn leven dat Hij leeft door hen heen. Het is

het Nieuwe verbond in werking.

Jes.58:3 “Zeggende: Waarom vasten wij, en Gij

ziet het niet aan, waarom kwellen wij onze ziel,

en Gij weet het niet? Ziet, ten dage, wanneer

gijlieden vast, zo vindt gij uw lust, en gij eist

gestrengelijk al uw arbeid.”

Is dat geen berisping tegen hun godsdienst? Ze

zeggen: Kijk Heere wij vasten en U let er niet

op…U begrijpt niet wat ik er voor opgeef… En hoe

moeilijk het was, en U waardeert het niet…! En

God kijkt naar hen en zegt: Jullie in jullie vasten en

opgeven hebben jullie al je lust, jullie hebben jullie

beloning al omdat je het voor de mensen doet.

Weet u nog wat Jezus zei in Mat.6? Mbt. bidden

ziet iedereen je of niet , de farrizeeër en de

tollenaar, een publiek gebed.

Als u aan alle regels van religie beantwoord dan

ziet iedereen dat. Daarom hebben mensen bij een

kerk als deze het verkeerde idee van wat wij doen,

ze denken dat dit religie is. Jarenlang kwamen er

mannen langs die zeiden: Ik wil preken! En ik

vroeg waarom wil je preken? Ze zeiden: Dan sta ik

voor iedereen en ze luisteren naar me. Maar weet je

wat ik geleerd heb? Als zij uitvinden wat het kost

om hier te staan en te preken en goed te preken dan

betalen ze de prijs niet. Er gaan veel bloed zweet en

tranen aan vooraf voor je hier staat. Om het Woord

te preken is geen show. Dan is het een voorstelling

en: Hoe doe ik het?

Jes.58:6 “Is niet dit het vasten, dat Ik verkies:

dat gij losmaakt de knopen der goddeloosheid,

dat gij ontdoet de banden des juks, en dat gij

vrij loslaat de verpletterden, en alle juk

verscheurt?”

Hier is wat Ik wil dat je doet. Ga, en doe goede

werken, help mensen en leer ze te leven onder de

Page 197: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 197

principes die Ik je gegeven heb. Leef zoals Ik je

geleerd heb om te leven.

Jes.58:7,8 “Is het niet, dat gij den hongerige uw

brood mededeelt, en de armen, verdrevenen in

huis brengt? Als gij een naakte ziet, dat gij hem

dekt, en dat gij u voor uw vlees niet

verbergt?”“Dan zal uw licht voortbreken als de

dageraad, en uw genezing zal snellijk

uitspruiten; en uw gerechtigheid zal voor uw

aangezicht heengaan, en de heerlijkheid des

HEEREN zal uw achtertocht wezen.”

Als je dat gaat doen dan…. Hij heeft het over het

Koninkrijk, als er gehoorzaamheid is en

broederlijke liefde als vers 6-10 zegt dan kan God

weldadig zijn voor hen in het Koninkrijk en daarom

zegt hij hier: Hier is het waar God naar uitkijkt, dus

mensen: laten we tot Hem uitgaan. Laten we al die

religieuze rituelen vergeten, rechten, ceremonies en

laten we ons realiseren wie Christus is en wat Hij

ons zal brengen als Hij zijn Koninkrijk gaat

opzetten, en laten we tot Hem gaan en laten we

Hem het offer geven waar Hij naar uitkijkt, de lof

van onze lippen, voortdurend, laten we Hem de

goede werken geven waar Hij naar uitkijkt.

Hebr.13:17 “Zijt uw voorgangeren gehoorzaam,

en zijt hun onderdanig; want zij waken voor uw

zielen, als die rekenschap geven zullen; opdat zij

dat doen mogen met vreugde en niet al

zuchtende; want dat is u niet nuttig.”

Hebr.13:7 Zij hebben leiders, voorgangers en als ze

doen wat Hebr.13:7 zegt en wat vers 17 zegt,

gedenken en gehoorzamen en onderdanig zijn. Als

zij blijven bij het Woord en gehoorzamen aan de

ware bouwers van het volk, de apostelen dan

volbrengen zij het doel waarvoor God de kleine

kudde heeft gemaakt. En waar het in Hebreeën om

gaat is, en hij is nu aan het einde van het boek en

nu al de informatie die hij gegeven heeft komt hij

hier ‘right to the point’: laten we doorgaan met het

programma en laten we functioneren op de manier

waarop God Israël heeft gemaakt dat ze moeten

functioneren. We zijn de kleine kudde, laten we

verder gaan.

U en ik zijn niet de mensen waar hij aan schrijft en

de vermaning voor hen is: om het woord van de

apostelen te nemen en standvastig te blijven in de

leer van de apostelen en er verder mee te gaan.

Hebr.13:17-eind

Hebr.13:17 “Zijt uw voorgangeren gehoorzaam,

en zijt hun onderdanig; want zij waken voor uw

zielen, als die rekenschap geven zullen; opdat zij

dat doen mogen met vreugde en niet al

zuchtende; want dat is u niet nuttig.”

De laatste serie vermaningen van het boek. Ik

vertelde u toen we Hebr.13:7 bestudeerden dat hij

hen vermaande om hun voorgangers te gedenken en

in vers 24 om hen te groeten en hier in vers 17 zegt

hij hen te gehoorzamen. In Hebr.13:7 hadden we

het over het feit waarom deze vermaningen zo

verdeelt geplaatst zijn. Het past in de context, laat

wat ik jullie vertelt heb niet verloren gaan, gedenkt

wat je in dit boek geleerd is, gedenk de woorden

die de apostelen gesproken hebben. Hand.2 toen de

pinkstergemeente begon en de gelovigen uit de

besnijdenis groeiden, bleven ze bij de woorden van

de apostelen en hun leer, dat is wat hij zegt: vergeet

het niet om dat te doen.

In Hebr.13:17 zegt hij: vergeet het niet, maar

gehoorzaam ook en weest onderdanig aan de leer

die je overgegeven is. Het is belangrijk om te

begrijpen wat hier aan de hand is, we komen aan

het eind van het boek Hebreeën. Hebreeën staat aan

het begin van de brieven aan de besnijdenis.

In Mattheus t/m Johannes hebben we de aardse

bediening van de Heere Jezus Christus aan het volk

Israël. Het boek Handelingen gaat over de val van

Israël en de redding gaat naar de heidenen door de

bediening van Paulus. En Romeinen tot en met

Filemon is de bedeling van de genade door de

apostel Paulus, waar wij vandaag aan deel hebben.

De gemeente, het lichaam van Christus waar u en

ik deel van zijn vind zijn instructies en de details

voor ons programma in Romeinen tot en met

Filemon. Dan nadat de bedeling van genade voorbij

is en wij opgenomen zijn gaat God verder en

vervult Zijn doel met het volk Israël.

Dus we hebben een groep boeken: Hebreeën tot

met Openbaring en dat zijn besnijdenisbrieven. En

het is niet moeilijk om te begrijpen aan wie het

boek Hebreeën is geschreven: aan de Hebreeën, aan

het eind van 13 hoofdstukken begrijpen we dat.

Maar Hebreeën staat aan het hoofd van de brieven

aan de Hebreeuwse gelovigen en het doet voor de

Hebreeuwse gelovigen wat het boek Romeinen

voor het lichaam van Christus is: Romeinen en

Hebreeën leggen het kruis uit, Romeinen legt het

kruis uit aan de leden van het lichaam van Christus

Page 198: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 198

en de voorziening die God voor hen heeft gemaakt

door Zijn genade en dat het kruiswerk van Christus

is de basis van alles wat we hebben. Het boek

Hebreeën doet hetzelfde, vergeet niet dat alles wat

God doet voor het lichaam van Christus én voor

Israël gedaan is op de basis van het vergoten bloed

van de Heere Jezus Christus.

En het boek Hebreeën legt Gods voorzieningen uit

door het Nieuwe verbond voor het volk Israël en

het kruis is de basis van dat alles. Dus als hij komt

aan het einde van het boek benadrukt hij, en het is

bijna het laatste wat hij tot hen zegt: gehoorzaamt

hen die over u regeren en weest hen onderdanig.

Gehoorzaam de leer, God heeft regeerders over het

volk Israël aangesteld. Zij zijn aangewezen om te

regeren en het volk te bouwen, we keken in Hand.

4 waar staat: de Steen die de bouwlieden hebben

verworpen hebben… De leiders moesten het volk

opbouwen, de leer nemen, de waarheid van God en

hen onderwijzen overéénkomstig Gods Goddelijke

plan, en zij faalden om dat te doen. Dus God nam

dat privilege van hen weg en gaf het aan een andere

groep mensen, de kleine kudde, aangevoerd door de

twaalf apostelen.

Joh.14:20 “In dien dag zult gij bekennen, dat Ik

in Mijn Vader ben, en gij in Mij, en Ik in u.”

Dat is duidelijk, toen de Heere Jezus de apostelen

zond naar het volk Israël, dan gaat Hij weg en zendt

Hij hen om hier bezig te zijn in Zijn afwezigheid in

Zijn plaats.

Mat.16:15 “Hij zeide tot hen: Maar gij, wie zegt

gij, dat Ik ben?”

De apostel Petrus is hoofd gemaakt over de twaalf

apostelen. God de Vader openbaarde aan Petrus, op

basis van de wonderen die Christus heeft gedaan,

op basis van de bevestiging en het vervullen van

het Woord van God en alles dat Hij volbrengt

volgens de Schrift, wie Jezus Christus is. En Petrus

wist wie Hij was: U bent de Messias. God heeft

Zijn identiteit geopenbaard als Israëls Messias. En

nu gaat de Heere Jezus iets zeggen, openbaren aan

Petrus: En Ik zeg u ook (:18). Nu ga Ik jou ook iets

laten zien Petrus! Gij zijt Petrus en op deze

petra(steen) zal Ik Mijn gemeente bouwen. Er is

geen twijfel mogelijk over wat de rots is.

Petrus identificeert de rots als Jezus Christus. Maar

u moet vanuit de context er op letten wie Jezus

Christus is: het is Jezus Christus als de Zoon van de

levende God, het is Jezus Christus als Israëls

Messias. Israëls Messias gaat Zijn gemeente

bouwen op het fundament van het feit dat Jezus

Christus de Messias is van Israël. Hij spreekt over

de Koninkrijksgemeente.

Mat.16:19 “En Ik zal u geven de sleutelen van

het Koninkrijk der hemelen; en zo wat gij zult

binden op de aarde, zal in de hemelen gebonden

zijn; en zo wat gij ontbinden zult op de aarde,

zal in de hemelen ontbonden zijn.”

Niet de sleutels van het lichaam van Christus, let

daar op, de sleutels van het Koninkrijk der

hemelen. Ziet u dat het woord gemeente in uw

Bijbel een algemene term is. Toen Hij Israël uit

Egypte leidde noemt Hand.7:38 hen de vergadering

des volks. Een uitgeroepen vergadering van

mensen. Dus Israël in de woestijn was een

gemeente en hier hebben we de

Koninkrijksgemeente, de Messiaanse gemeente,

Israëls gemeente zal het Koninkrijk beërven. Petrus

is het hoofd gemaakt van die gemeente.

U en ik zijn leden van de gemeente, het lichaam

van Christus, dat is een andere gemeente. We zijn

geen gemeente in de woestijn en geen

Koninkrijksgemeente, maar de gemeente het

lichaam van Christus. Het boek Hebreeën spreekt

over de mensen daar en aan Petrus zijn de sleutels

gegeven van het Koninkrijk der hemelen( binden en

ontbinden), dat is: aan Petrus op zichzelf is

autoriteit gegeven als hoofd van de apostelen om

iets op aarde te binden of te ontbinden en wat hij op

aarde doet daar zal de hemel het mee eens zijn. Aan

hem is autoriteit gegeven om officieel te handelen

in de afwezigheid van Christus, de afwezigheid van

de Messias, om te handelen volgens zijn officieele

capaciteit als hoofd van de apostelen. Hij is

regeerder over Israël gemaakt, het ware Israël van

God. Dezelfde soort capaciteit is gegeven aan alle

apostelen en aan al de leden van de kleine kudde.

Mat.18:15-17 “Maar indien uw broeder tegen u

gezondigd heeft, ga heen en bestraf hem tussen

u en hem alleen; indien hij u hoort, zo hebt gij

uw broeder gewonnen. “Maar indien hij u niet

hoort, zo neem nog een of twee met u; opdat in

den mond van twee of drie getuigen alle woord

besta.” “En indien hij denzelven geen gehoor

geeft; zo zeg het der gemeente; en indien hij ook

der gemeente geen gehoor geeft, zo zij hij u als

de heiden en de tollenaar.”

Het gaat hier om een punt van conflict en oordeel,

als twee broeders problemen hebben.

Page 199: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 199

Mat.18:18 “Voorwaar zeg Ik u: Al wat gij op de

aarde binden zult, zal in den hemel gebonden

wezen; en al wat gij op de aarde ontbinden zult,

zal in den hemel ontbonden wezen.”

Let op dit vers gaat niet over het houden van een

collecte, het gaat ook niet om het losmaken van

ziekte of de demon van armoede, maar over een

conflict tussen broeders in de gemeente, in de

gemeente daar. De context is belangrijk! Aan deze

mensen is autoriteit gegeven om in de gemeente te

regeren en officieel actie te nemen en verklaringen

te doen die bindend zijn in de hemel. Die de hemel

goed vind. Petrus kan dat zelf doen, in de kerk als

geheel heeft één man die autoriteit niet, hij geeft

hen een quorum(minimum aantal) voor actie:

Mat.18:19 “Wederom zeg Ik u: Indien er twee

van u samenstemmen op de aarde, over enige

zaak, die zij zouden mogen begeren, dat die hun

zal geschieden van Mijn Vader, Die in de

hemelen is.”

Dit vers is geen gebedsbelofte, en spreekt niet over

dat God in ons midden is als drie of vier

samenkomen, want overal waar u heen gaat gaat

God met u mee. Als u ergens bent is God er ook, u

bent God niet, maar u bent de plaats waarin Hij

leeft, u bent de tempel. Dit gebouw is de kerk niet,

u bent de kerk. Wij noemen het kerkgebouw de

kerk en we noemen de liturgieën in de kerk het

werk van de bediening, en we bouwen de kerk en

het werk, maar kijk rond in het christendom

vandaag, men mist wat de kerk is en wie het is en

wat het werk van de bediening is, wij denken dat

het werken aan het programma het werk van de

bediening is en het gebouw van de kerk, sommigen

denken dat je geen kerk kunt hebben zonder een

klok.

Te vaak gaan mensen naar de kerk voor de muziek

en dat ze de dingen prettig vinden gaan, maar dat is

het punt niet: de leer is het punt, vergeet mij het

gaat om de waarheid. De leer en niet de persoon die

de leer leert. Als hij dus zegt: gehoorzaam hen die

over u regeren en weest hen onderdanig aan hun

woord en aan hun bediening in uw midden.

Waarom doet hij dat?

In Galaten 2 ik zal u een paar van die regeerders

laten zien en wat interessants over hen. Hebr.13:18

“Bidt voor ons; want wij vertrouwen, dat wij

een goed geweten hebben, als die in alles willen

eerlijk wandelen.”

Dit is de conclusie van het boek. Maar het laatste

wat hij zegt, de laatste instructie die hij geeft is:

Hebr.13:19. “En ik bid u te meer, dat gij dit

doet, opdat ik te eerder ulieden moge

wedergegeven worden.”

Ze zijn geplaatst is de positie van het waken over

uw ziel, deze apostelen en de leiders van deze

kleine kudde, blijf erbij, houdt je er aan vast en

onderwerp je eraan.

Gal.2:9 “En als Jakobus, en Cefas, en Johannes,

die geacht waren pilaren te zijn, de genade, die

mij gegeven was, bekenden, gaven zij mij en

Barnabas de rechter hand der gemeenschap,

opdat wij tot de heidenen, en zij tot de

besnijdenis zouden gaan;”

Let op de drie Joodse leiders: Jacobus,

Cefas(Petrus) en Johannes. Hoe weet u dat Cefas

Petrus is? Joh.1. Uw Bijbel is de grootste bron van

definities, God’s Woord heeft Zijn eigen gebruik

van termen, dat is uniek voor de Schrift zelf. Dus

als u een definitie nodig heeft van een term dan is

de eerste plaats waar u moet kijken in de Bijbel

zelf, het is fascinerend om te zien hoe de Bijbel

termen voor u definieert.

Joh.1:41,42 Deze vond eerst zijn broeder Simon,

en zeide tot hem: Wij hebben gevonden den

Messias, hetwelk is, overgezet zijnde, de

Christus.” En hij leidde hem tot Jezus. En Jezus,

hem aanziende, zeide: Gij zijt Simon, de zoon

van Jonas; gij zult genaamd worden Cefas,

hetwelk overgezet wordt Petrus.”

Dat vers legt uit wat het woord Messias betekent,

de term Messias is een Hebreeuws woord en is

hetzelfde als de Griekse term: Christus. Zo zijn er

veel dingen in uw Bijbel. Blijf lezen en het komt in

uw hart terecht en als u dan over iets nadenkt komt

dat vers ineens in uw gedachten. En hoe weten we

wie Cefas, Petrus is, dat vertelt vers 42 u. Dat helpt

mij.

We gaan weer naar Gal.2:9, let op de volgorde van

deze mannen: Jacobus, Cefas en Johannes, zij zijn

pilaren, leiders, regeerders in Jeruzalem’s gemeente

van de besnijdenis gelovigen. Als we nu teruggaan

naar Hebr.13:17, wie hebben over hen geregeerd?

Gal.2:9 Jacobus,Cefas en Johannes. Welk boek

volgt er op Hebreeën? Jacobus! Wie volgt er op

Jacobus? Petrus! En wie volgt er op Petrus?

Page 200: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 200

Johannes! Ik vraag me af wie dat heeft uitgedacht?

Is dat niet fascinerend!

Hij zegt in Hebr. 13 gehoorzaam uw voorgangers

en wat gebeurd er? De mannen die over hen

regeren: Jacobus, Petrus en Johannes. Zij gaan

verder in het volgende hoofdstuk. Weet u wat hij

doet als hij het boek Hebreeën beëindigt? Hij zet

hen aan, blijf lezen, en wat deze mannen u vertellen

in Jacobus, Petrus en Johannes doe het. Hebreeën

t/m Openbaring is geschreven voor deze mensen

om zich daar onderdanig aan te maken, in deze

boeken waken zij voor hun zielen als in 2 Johannes,

als hij spreekt over de welvaart van hun ziel. En als

hij in 1 Petrus 1 spreekt over de zaligheid van hun

zielen. Opdat zij dat doen mogen met vreugde…

zodat ze niet teleurgesteld zullen worden door

jullie.

Hebr.13:18 Dit is de conclusie van het boek. Nu

vertelt, instrueert hij hen niet meer, hij gaat nu de

groeten doen en hij vraagt of ze voor hen willen

bidden, hij doet ze een verzoek. Hebr.13:19 “En

ik bid u te meer, dat gij dit doet, opdat ik te

eerder ulieden moge weder gegeven worden.”

De reden waarom hij wil dat ze voor hem bidden is

niet dat hij geen goed geweten heeft. Niet dat hij

niet eerlijk wandelt, maar omdat hij te eerder aan

hen wedergegeven zou worden. De man die het

boek Hebreeën schreef was onderdeel van de

Hebreeuwse gemeente anders kan hij niet aan hen

wedergegeven worden. Dus wie de schrijver van

het boek Hebreeën ook is, ik weet niet wie het heeft

geschreven, maar ik weet wat dingen over de

schrijver. En één van die dingen is dat hij een deel

is van de Hebreeuwse besnijdenis gemeente.

Hebr.10:34 Let op dat de schrijver van het boek

Hebreeën in de gevangenis was, en de Hebreeuwse

gelovigen dienden hem terwijl hij in de gevangenis

was en ze hadden medeleven met hem, hij was een

deel van hun groep en van hun bediening.

Hebr.13:20,21 “De God nu des vredes, Die den

grote Herder der schapen, door het bloed des

eeuwigen testaments, uit de doden heeft

wedergebracht, namelijk onze Heere Jezus

Christus, “Die volmake u in alle goed werk,

opdat gij Zijn wil moogt doen; werkende in u,

hetgeen voor Hem welbehagelijk is, door Jezus

Christus; Denwelken zij de heerlijkheid in alle

eeuwigheid. Amen.

De zegen van het boek. Dat is een geweldig

gedeelte, in zekere zin somt dit gedeelte alles op

wat hij hen heeft willen leren in het boek Hebreeën.

Vers 20, Hij is de God des vredes die de Heere

Jezus Christus heeft opgewekt uit de dood, daar

komt vrede vandaan. Vrede komt door het

volbrachte werk van de Heere Jezus Christus, Hij is

de Grote Herder der schapen. Joh.10 en 1 Petr.5 en

Hebr. 13 gaat over Christus de Herder. De Goede

Herder geeft Zijn leven voor de schapen, het is als

de Goede Herder dat Hij gaat en sterft voor de

schapen.

Hebr.13:20 Die Grote Herder van de schapen, wie

is Hij? De God des vredes die uit de doden heeft

wedergebracht… Als de Goede Herder sterft Hij

voor de schapen en als de Grote Herder is Hij

opgewekt uit de dood. 1 Petr.5:4 En als de overste

Herder zal verschijnen… Als de overste Herder

komt Hij terug en zet Zijn Koninkrijk op. Hier

hebben we dus drie punten: de dood, opstanding en

wederkomst van Christus. Jezus Christus heeft door

Zijn dood en opstanding, door Zijn volbrachte werk

aan het kruis en Zijn voorzieningen van Golgotha,

met het getuigenis van de opstanding, toestemming

gekregen om terug te komen en het Koninkrijk op

te zetten.

Wat hij hier doet: het punt van de God des vredes,

de God Die de eeuwige gerechtheid zal brengen en

de vrede en het Koninkrijk en het zal opzetten, het

is allemaal volbracht door het Nieuwe verbond

door de dood en opstanding van Christus en de

voorzieningen die God door Golgotha heeft

gemaakt voor Israël en die zij ontvangen in het

Nieuwe verbond. En hij spreekt over het bloed des

eeuwigen testaments, het eeuwige testament is het

Nieuwe verbond. Overal in de Schrift wordt Israël

de schapen genoemd en Israëls Messias wordt de

Herder genoemd, Hij is de Goede Herder Die Zijn

leven geeft. Hij is de Grote Herder Die opgewekt is

en Hij is de Overste Herder Die komt en het

Koninkrijk opzet.

U ziet dit soort trilogie verschillende keren in het

boek Psalmen. Als u spreekt over Jezus Christus als

de Herder, aan welk gedeelte denk u dan direct?

Psalm 23, de Heere is mijn Herder. Weet u dat Hij

Psalm 22:1-4 aanhaalt als Hij dat zegt. Toen Jezus

Christus aan het kruis van Golgotha hing gingen

deze verzen door Zijn hoofd, Zijn ziel is in

gemeenschap met God de Vader en als de tijd

kwam dat Zijn ziel een offer voor de zonde werd,

als God Almachtig Zijn ziel zal nemen en Zijn ziel

het offer en de betaling voor alle mensen van alle

eeuwen zal maken kwamen deze woorden van Zijn

lippen. Waarom?

Page 201: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 201

Vraagt u zich wel eens af waarom iets gebeurd?

Waarom die tragedie? Waarom hartzeer? Ik sprak

vandaag een broeder, hij doet het goed nadat zijn

vrouw naar de Heere is gegaan, maar hij vertelde

me dat hij allerlei gedichten gelezen had toen ze

leed van de kanker en hij had alles bij elkaar

gezocht en hij zat in zijn stoel en hij zei: Ik ken de

leer, ik ken de waarheid en ik weet dat ze bij de

Heere is en ik weet wat Gods genade doet en ik leef

erdoor, maar als ik hier naar kijk zeg ik: waarom?

Zou het niet fijn zijn als ze nog hier was en dit

(gedichten schrijven) nog steeds kon doen? En hij

zei: Ik moet mezelf aanpakken. En als iemand door

het proces is gegaan van de pijn van het verlies van

een geliefde, al die jaren met het gevecht tegen de

kanker en het getuigenis dat zij erin gaven, daarom

zegt Hij: weest in geen ding bezorgd, maak je geen

zorgen Hij hoort alles wat je zegt, u hoeft u niet te

verbergen voor Hem, laat alles bekend worden bij

God, stort uw hart uit, Hij weet het. En de vreugde

is: Hij weet het, Hij wil alleen dat u het vertelt.

Want weet u wat u doet als u uw hart uitstort dan

begint de leer naar boven te komen: en dan komt de

vreugde en de dankzegging, want de leer werkt. Als

u geen gezonde leer in uw hart heeft dan krijg je

het: och, arme ik!

Maar u zegt: waarom? Weet u mensen, de Heere

weet wat het is om uit te roepen: Waarom! Toen

Hij aan het kruis hing van Golgotha keek Hij op

naar God en zei: Waarom? Waarom heeft U Mij

verlaten? En Hij praat met de Vader over al deze

dingen: Al die mensen hier vertrouwen U niet,

maar U verlaat Mij, en Hij zag Zijn hart.

In Psalm 22 ziet u de Goede Herder Die Zijn leven

neerlegt voor de schapen. En dan komt u bij Psalm

23: de Heere is Mijn Herder…. En u leest verder en

u zegt: Daar is Hij, Hij is er door heen. Ps.22 is het

kruis. Ps.23: is de gemeente. Als Hij de Goede

Herder is in Ps.22, dan is Hij de Grote Herder in

Ps.23, de Opgestane, levend in Zijn mensen in

Ps.23.

Dan Psalm 24. Wie is de Koning der ere? Daar is

de Overste Herder, Zijn wederkomst, om Zijn

Koninkrijk op te zetten. Ziet u de Herder in Israël is

Israëls Messias. En de Messias voor Israël doet

alles voor Israël wat Israël nodig heeft maar niet

zelf kan. Hij betaalt hun zonden, Hij produceert het

leven dat in hen leeft en doet wat ze zelf niet

kunnen. Weet u de generatie die zal leven in Israël

en het Koninkrijk ontvangen is een generatie die

volmaakt voor de Heere kan wandelen en

rechtvaardigheid voortbrengen, dat kon Israël niet

op zichzelf. Weet u wat Hij zegt: Hij zegt: Ik betaal

voor al uw zonden en Ik geef Mijn Geest in u en ik

maak dat u het kunt doen. Ik bekrachtig u, Ik stel u

in staat.

Jeremia 33, het Nieuwe verbond maakt dat ze de

dingen kunnen doen, zodat ze in staat zijn om het

Koninkrijk te ontvangen. Weet u wat dat is? Dat is

de voorziening van genade. Hebr.13:21 “Die

volmake u in alle goed werk, opdat gij Zijn wil

moogt doen; werkende in u, hetgeen voor Hem

welbehagelijk is, door Jezus Christus;

Denwelken zij de heerlijkheid in alle

eeuwigheid. Amen.”

Dat is het Nieuwe verbond, dat is wat Hij voor hen

doet, Hij legt de wet in hun hart en maakt ze

bekwaam om Zijn wil te doen, en er volmaakt in te

zijn. Het bloed van het eeuwige testament, dat is

een interessante term voor het verbond van

Abraham. We zien het ook in Jer.32:40 en Jes.55:3

en 1 Kron.16:14-17. Het is letterlijk een andere

naam voor het verbond met Abraham. U weet nu

wat er in Hebreeën staat niet? Over het

priesterschap vlgs Melchizedek in hfdst.5,7 en het

ging om eeuwig leven. Hoe kan Abraham zien, het

land bezitten voor eeuwig? Mensen als u voor

eeuwig in een land wilt leven is er maar één manier

om daar voor eeuwig te leven, dat is: eeuwig leven

hebben, bezitten.

Maar Abraham wist dat hij zou sterven, Gen.15,

God zei het hem. Hij wist dat hij nageslacht zou

hebben dat zou sterven en sterven en sterven voor

400 jaar en dan zouden ze uit Egypte komen als een

volk, hij wist dat zijn nageslacht zou sterven in

geloof en de belofte nog niet zouden zien van het

land. Hoe zouden ze het krijgen? Als u voor eeuwig

in het land wilt leven, dan moet u opgewekt

worden, en Abraham begreep dat. Daarom verkreeg

hij Izaak als uit de dood terug, Abraham begreep de

opstanding, God testte hem of hij echt geloofde in

wat hij zei dat hij geloofde. En hij deed het.

Het gaat om opstanding, eeuwig leven. De zonde

moet dan geheel weggedaan worden. En dat heeft

het kruis gedaan. Het is een eeuwig verbond, een

verbond dat eeuwig leven geeft. En het komt door

het bloed van het eeuwige verbond, dat is de basis.

En het hele boek Hebreeën is ontworpen om dat

punt te laten zien. Dat het bloed van het eeuwige

verbond de basis is waarop zij volmaakt zijn

gemaakt, tot elk goed werk om Zijn wil te doen

enz. vers 21. De enige manier om dit te krijgen is

Page 202: Hebreeën 1:1 R · dat niet. Als Jezus in Johannes 4:22 zegt dat de zaligheid uit de Joden is en wat later dat Hij alleen kwam voor de verloren schapen van het huis Israëls, bedoelt

De Hebreeënbrief

www.Bijbel.nl 202

door wat Jezus Christus heeft volbracht door de

genade voorziening aan het kruis, om hen een

Nieuw verbond zegening te geven, die voor hen

voorziet wat ze zelf niet kunnen. Hebr.13:22

“Doch ik bid u, broeders, verdraagt het woord

dezer vermaning; want ik heb u in het kort

geschreven.”

Ik hou van dat vers. Fil.3:1 Voorts, mijn broeders,

hier schrijft hij zoiets halverwege de brief. Aan het

eind van een boek van 13 hoofdstukken, ik bedoel

denk erover na, er zijn 6913 woorden in het boek

en hij noemt dat: ik heb u in het kórt geschreven…!

Ik preek 45 minuten en mensen zeggen: wat een

uithoudingsvermogentest, en ik denk: man, het zijn

maar een paar woorden. Waarom? Wel, er is nog

veel meer om te zeggen. En dat heeft hij

waarschijnlijk in gedachten hier. Als u terugkijkt

naar Hebr.5:11 …van dewelken wij hebben vele

dingen …te zeggen. Wel, hij zegt niet veel, jullie

kunnen niet omdat je traag bent om te horen.

Verdraagt het woord dezer vermaning…

Ik heb een brief aan jullie geschreven in weinig

woorden, het boek Hebreeën is een brief van

vermaning, bedoelt om u te motiveren. Sinds

Hebr.1:1 zijn de vermaningen in Hebr. allemaal

bedoelt om het volk te motiveren, hij waarschuwt

ze niet terug te gaan en hij motiveert ze om door te

gaan, vooruit te gaan, door hen te leren wat God

voor hen gedaan heeft in Christus. Niet terugkeren

naar het Oude verbond, het oude systeem, dat er zal

zijn in de grote verdrukking, de antichrist zal de

tempel herbouwen, het oude systeem van Mozes

instellen, het Judaïsme, de Joodse religie, en de

verleiding zal zijn, de roep zal zijn: kom terug naar

huis. Hij motiveert ze om door te gaan en te

volharden, wetende dat het Koninkrijk komt,

wetende dat Christus komt, wetende dat Jezus

Christus de werkelijkheid is waar ze in moeten

rusten. Hebr.13:23 “Weet, dat de broeder

Timotheus losgelaten is, met welken (zo hij haast

komt) ik u zal zien.”

Wel, dat is het vers dat iedereen gebruikt om te

zeggen dat Paulus het boek heeft geschreven,

omdat Timotheus hier genoemd wordt. Maar voor

mij is het geen argument. Als het voor u een hulp is

om dat te geloven, dan is dat OK. Losgelaten

betekend dat hij vastzat, een slaaf of een gevangene

of onder een verplichting. Misschien was

Timotheus in de gevangenis, de schrijver van het

boek Hebreeën lijkt niet in de gevangenis te zijn. Ik

hoor mensen zeggen: Paulus was in de gevangenis.

De man die Hebreeën schreef is niet in de

gevangenis in dit gedeelte, misschien was

Timotheus er. Het beste wat u kunt doen is het

nemen zoals het er staat: weet dat de broeder

Timotheus losgelaten is enz. Hebr.13:24 “Groet al

uw voorgangeren, en al de heiligen. U groeten

die van Italie zijn.”

Die van Italië zijn… dat kunt u dat op twee

manieren lezen: Het zegt niet: zij die ván Italië zijn

en ook niet zij die ín Italië zijn groeten u. Dus het

kan makkelijk een groep Italianen zijn die leven

waar de schrijver was toen hij de brief schreef. We

weten niet waar hij was. Maar dat is het

belangrijkste niet. Maar het is interessant dat hij

zegt: die van Italië zijn groeten u, omdat Italië en

Rome zo corrupt zijn en tegen het werk van

Christus zijn.

En als er één tegengif is tegen Romanisme dan is

het wel het boek Hebreeën. En als u dat niet gelooft

dan neemt u de eerste 15 verzen van hoofdstuk 1 en

kijk wat er staat, gebeurt. Een aantal van u was

eerst Rooms Katholiek en kijk wat er gebeurde.

Wat er gebeurde in Rome, ze hebben alle Oud

testamentische gebruiken: de jurken, het

priesterschap, de offers overgenomen en het boek

Hebreeën zegt: laat ze weg, achter. Ga er van weg.

Dus het is interessant dat Italië hier genoemd wordt

aan het eind. Hebr.13:25 “De genade zij met u

allen. Amen.

Dat is een ander vers waar mensen van zeggen:

Paulus is degene die zijn boeken eindigde met een

genade groet. Mensen zeggen dat hij de enige is die

dat deed. Dat is niet waar: Openb.22:21. Het boek

Openbaring eindigt met: De genade van onzen

Heere Jezus Christus zij met u allen, Amen. Dan

zou Paulus het boek Openbaring ook geschreven

moeten hebben. We hebben het vaak genoeg gehad

over wat genade is in: Jac.4:6 en 1 Petr.1:13 en 1

Petr.5:10 en 2 Petr.3:18.

Genade is een punt in het Koninkrijksprogramma.

Het is niet de bedeling van genade waarin wij

leven, maar genade is een punt voor hen omdat

genade de basis is van het Nieuwe verbond. En

daarom is in Hebr.13:9 geschreven dat het hart

gesterkt moet worden met genade. En dat doet het

boek Hebreeën voor deze besnijdenisgelovigen, en

ik hoop dat de tijd die we besteed hebben aan het

bestuderen van het boek u geleerd heeft om dat te

waarderen, waar het past, thuishoort en wat het

zegt. We kunnen de vermaning van Hebreeën 13

volgen en verder gaan met het bestuderen van de

boeken van: Jacobus, Petrus en Johannes.