Handleiding behorend bij

32
1 Deze handleiding is gebaseerd op het Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling, oktober 2013. Juni 2015 Handleiding behorend bij Verplichte Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Stappenplan voor het handelen bij signaleren van huiselijk geweld en kindermishandeling Basisonderwijs Parkstad

Transcript of Handleiding behorend bij

Page 1: Handleiding behorend bij

1

Deze handleiding is gebaseerd op het Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling oktober

2013

Juni 2015

Handleiding behorend bij

Verplichte Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Stappenplan voor het handelen bij signaleren van

huiselijk geweld en kindermishandeling

Basisonderwijs Parkstad

2

Inhoudsopgave 1 Algemeen 4 11 Doel en functies van de meldcode 4 12 Verantwoordelijkheid en taken 4 13 Afbakening meldcode 4 14 Strafrechtelijke aanpak 5 15 Verhouding tot de verwijsindex 5 2 De stappen die medewerkers geacht worden te zetten 6 21 Volgorde van de stappen 6 22 Termijnen van de stappen 6 3 Specifieke vormen van huiselijk geweld en kindermishandeling 7 31 Vrouwelijke genitale verminking 7 32 Eergerelateerd geweld 7 4 Signalenlijst 8 41 Materieumlle omstandigheden 8 42 Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging 8 43 Opvoeding amp gezinsrelaties 9 44 Onderwijs amp Werk 9 45 Sociale omgeving buiten het gezin 10 5 Signalenlijst specifieke vormen 11 51 Signalen seksueel misbruik 11 52 Signalen meisjesbesnijdenis (vrouwelijke genitale verminking) 11 53 Signalen eergerelateerd geweld 12 6 Checklist signalen 13 7 Zorgadviesteam 18 8 Huiselijk Geweld 20 9 Informatie Veilig Thuis 21 91 Werkwijze van Veilig Thuis 21 92 Aandachtspunten 21 10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding 24 11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling 25 111 Gesprek met kinderen 25 112 Gesprek met de ouder(s) 26 113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s) 26 114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij

vermoedens van kindermishandeling 27 115 Inspanningen na de melding 27 12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht 28 121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim 28 122 Paradox van de geheimhoudingsplicht 28 123 Conflict van plichten 29 124 Wettelijk meldrecht 30 13 Adressen en websites 32 14 Geraadpleegde informatie 33

3

Inleiding

Op 1 juli 2013 is de wet Verplichte Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling in werking getreden In

het kader van kwaliteitszorg wordt de plicht opgelegd om een meldcode te hanteren voor huiselijk geweld en

kindermishandeling daaronder ook begrepen seksueel geweld vrouwelijke genitale verminking (ook wel

genoemd meisjesbesnijdenis) en eergerelateerd geweld De verplichting geldt voor organisaties en

zelfstandige medewerkers in de (jeugd)gezondheidszorg onderwijs kinderopvang maatschappelijke

ondersteuning jeugdzorg en justitie

Deze meldcode is gebaseerd op het basismodel meldcode Stappenplan voor het handelen bij signalen van

huiselijk geweld en kindermishandeling van het Ministerie van VWS en is het vervolg op het lsquoProtocol

Vermoeden kindermishandelingrsquo voor de basisschool

4

1 Algemeen

11 Doel en functies van de meldcode

De verplichting voor de basisschool om een meldcode te hanteren heeft tot doel medewerkers te

ondersteunen in de omgang met signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling De meldcode bevat een

stappenplan Dit stappenplan leidt de medewerker stap voor stap door het proces vanaf het moment dat hij

signaleert tot aan het moment dat hij eventueel een beslissing neemt over het doen van een melding De

stappen maken de medewerker duidelijk wat er van hem wordt verwacht bij signalen van huiselijk geweld of

kindermishandeling en hoe hij op een verantwoorde wijze komt tot een besluit over het doen van een melding

Deze ondersteuning van medewerkers in de vorm van het stappenplan levert zo mag worden verwacht een

bijdrage aan een effectieve aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling

Daarnaast fungeert de meldcode als toetssteen voor de organisatie eacuten voor de individuele medewerker

De organisatie zal als zij aan toezicht door de inspectie is onderworpen door de inspectie kunnen worden

aangesproken op het beschikken over een deugdelijke meldcode eacuten op het scheppen van de randvoorwaarden

waardoor de medewerkers die binnen een organisatie werkzaam zijn de meldcode in een veilig werkklimaat

kunnen toepassen

Individuele medewerkers kunnen worden aangesproken op de feitelijke toepassing van het stappenplan in de

meldcode bij signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

Zo zal in een onderzoek naar aanleiding van een bepaalde casus op organisatieniveau worden bekeken of er

een meldcode aanwezig is en of de organisatie zich voldoende heeft ingespannen om de meldcode te laten

lsquowerkenrsquo Het handelen van de betreffende medewerkers kan worden getoetst aan het stappenplan van de

code

12 Verantwoordelijkheid en taken

Voor het signaleren en het zetten van de stappen is een goede implementatie van de code en een veilig

werkklimaat noodzakelijk Daarom werkt deze meldcode ook de verantwoordelijkheden en taken van de

verschillende functies binnen de organisatie nader uit Het gaat dan met name om de implementatie van het

stappenplan en om het scheppen van een veilig meldklimaat

Voor het in gebruik nemen van de meldcode worden verantwoordelijkheden en taken binnen de organisatie

doorgenomen en in werking gezet

Ook zou de organisatiescode duidelijk moeten maken welke functionarissen kunnen worden geraadpleegd

voor advies en ondersteuning bij het zetten van de stappen Te denken valt bijvoorbeeld aan de

aandachtsfunctionaris huiselijk geweld en kindermishandeling die binnen de organisatie werkzaam is of wordt

aangesteld

13 Afbakening meldcode

Huiselijk geweld en kindermishandeling door medewerkers vallen niet onder het bereik van het basismodel

Deze vormen van geweld vallen buiten het basismodel omdat dan andere stappen aan de orde zijn zoals het

informeren van de leidinggevende enof de directie en het inschakelen van de betreffende inspectie Meer

informatie wwwppsinl of meldcodejsonl

5

14 Strafrechtelijke aanpak

Als door de signalen een vermoeden ontstaat van een ernstig misdrijf is het verstandig om de te zetten

stappen al dan niet via Veilig Thuis af te stemmen met de interventies van de politie Gesprekken met

slachtoffer enof getuige kunnen het leveren van bewijs in de strafzaak namelijk belemmeren

15 Verhouding tot de verwijsindex risicojongeren

In geval van een vermoeden van kindermishandeling zal de medewerker doorgaans niet alleen de stappen van

de meldcode zetten maar daarnaast ook moeten overwegen of een registratie zou moeten worden gedaan in

de verwijsindex risicojongeren (0-23 jaar) Deze verwijsindex heeft tot doel om medewerkers die met hetzelfde

kind te maken hebben met elkaar in contact te brengen als zij beiden risicorsquos signaleren met betrekking tot

kort gezegd een bedreigde ontwikkeling naar volwassenheid van de leerling Doel daarvan is te komen tot

een gezamenlijke aanpak van de problematiek van de leerling en zijn gezin We wijzen er met nadruk op dat

de het niet gaat om een keuze tussen een registratie in de verwijsindex of de stappen van de meldcode maar

dat beide acties bij vermoedens van kindermishandeling aan de orde zijn omdat ze elkaar ondersteunen

6

2 De stappen die medewerkers geacht worden te zetten

De stappen gaan in op het proces vanaf het moment dat er signalen zijn Het signaleren zelf heeft in het model

een andere plaats gekregen Signaleren wordt gezien als een belangrijk onderdeel van de beroepshouding van

de medewerkers die binnen de organisatie werkzaam zijn Zo bezien is signalering geen stap in het

stappenplan maar een grondhouding die in ieder contact met de leerling en de ouder wordt verondersteld De

stappen wijzen de medewerker de weg als hij meent dat er signalen zijn van huiselijk geweld of van

kindermishandeling

21 Volgorde van de stappen

De stappen die hieronder worden beschreven zijn in een bepaalde volgorde gerangschikt Maar deze volgorde

is niet dwingend Waar het om gaat is dat de medewerker op enig moment in het proces alle stappen heeft

doorlopen voordat hij besluit om een melding te doen Zo zal het soms voor de hand liggen om meteen met

de ouder in gesprek te gaan over bepaalde signalen In andere gevallen zal de medewerker eerst overleg willen

plegen met een collega en met Veilig Thuis voordat hij het gesprek met de ouder aangaat Ook zullen stappen

soms twee of drie keer worden gezet

22 Termijnen van de stappen

Er zijn geen termijnen beschreven per stap De reden hiervan is dat het beschrijven van een tijdspad

schijnveiligheid geeft Elke situatie is anders en de medewerker zal een inschatting moeten maken op basis

van ernst en (on)veiligheid van de situatie Daarnaast zou een beschreven tijdspad uit moeten gaan van de

meest ernstige fatale vorm en situatie van huiselijk geweld en kindermishandeling Alle andere situaties

zullen in datzelfde tijdspad moeten worden afgehandeld Dit is niet mogelijk en geeft geen recht aan de

situatie van elke individu Het is daarom dat wettelijk geen tijdspad wordt vastgelegd In elke situatie van

huiselijk geweld en kindermishandeling wordt opnieuw een inschatting gemaakt van de ernst en mate van

spoed Het is aan de medewerker en de organisatie om effectief en verantwoord te handelen

7

3 Specifieke vormen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Voor alle duidelijkheid worden seksueel geweld genitale verminking en eergerelateerd geweld specifiek

genoemd bij de omschrijving om duidelijk te maken dat ook deze vormen van geweld onder huiselijk geweld

of kindermishandeling vallen Overigens vragen deze specifieke vormen van geweld ook specifieke kennis en

vaardigheden van medewerkers Ontbreekt deze specifieke deskundigheid dan is het verstandig om bij

signalen die mogelijkerwijs kunnen duiden op zorsquon specifieke vorm van geweld meteen een beroep te doen op

VT Tot slot dient vermeld te worden dat huiselijk geweld (binnen een gezin) waarvan kinderen getuigen zijn

ook valt onder kindermishandeling

31 Vrouwelijke genitale verminking

Vrouwelijke genitale verminking ook wel meisjesbesnijdenis genoemd is een ingreep aan de uitwendige

geslachtsorganen De lichtste vorm is een sneetje in de voorhuid van de clitoris De meest verminkende

vorm is de infibulatie of faraonische besnijdenis waarbij de hele clitoris de kleine schaamlippen en een deel

van de grote schaamlippen verwijderd worden Na hechting van wat over is van de grote schaamlippen blijft

alleen een kleine opening over voor menstruatiebloed en urine

Vrouwelijke genitale verminking is een traditioneel gebruik dat vooral voorkomt in een aantal Afrikaanse

landen De traditie is daar soms verweven geraakt met het geloof zowel islamitisch als christelijk De

ingreep vindt meestal plaats bij jonge meisjes de exacte leeftijd verschilt per land

Alle vormen van vrouwelijke genitale verminking zijn in Nederland strafbaar Ook inwoners van Nederland

die hun dochter in het buitenland laten besnijden plegen een strafbaar feit en kunnen in Nederland worden

vervolgd

32 Eergerelateerd geweld

Eergerelateerd geweld omvat elke vorm van geestelijk of lichamelijk geweld in reactie op een (dreiging van)

schending van de eer van een man of een vrouw en daarmee van zijn of haar familie waarvan de

buitenwereld op de hoogte is of dreigt te raken (Bureau Beke 2005)

Eer kan worden gezien als de waarde van een persoon of zijn familie in een omgeving met een

collectivistische structuur en met gemeenschappelijke normen en waarden De eer van een persoon of zijn

familie wordt bepaald door de gemeenschap Eer is een bezit dat kan worden afgepakt gestolen of

aangetast Het bezit van eer is zo belangrijk dat sommige personen bereid zijn hun leven of dat van een

ander op te offeren om het te verdedigen of terug te winnen

Eergerelateerd geweld kan in alle lagen van een samenleving opdoemen In Nederland komt het niet alleen

voor bij de eerste generatie immigranten de tweede en derde generatie van sommige families zetten deze

culturele traditie voort

Eergerelateerd geweld is geacuteeacuten religieus fenomeen Het is een oeroud cultureel verschijnsel ouder dan welke

godsdienst dan ook dat in meerdere landen door mensen van allerlei geloven gepraktiseerd wordt

Voor meer informatie over de omgang met deze specifieke vormen van geweld wordt verwezen naar het

Standpunt Preventie van Vrouwelijke Genitale Verminking door de Jeugdgezondheidszorg van het

Rijksinstituut voor de Volksgezondheid en Milieu (RIVM) het Handelingsprotocol VGV bij Minderjarigen de

Handreiking Eergerelateerd Geweld van de Federatie Opvang en naar het Stappenplan Eergerelateerd Geweld

van de GGD Rotterdam ndash Rijnmond

8

4 Signalenlijst

Deze signalenlijst geeft een overzicht van de leefgebieden waarop mogelijk signalen van (vermoedens van)

huiselijk geweld en kindermishandeling vast te stellen zijn Het betreft signalen bij de jeugdige de ouders

tussen ouder en jeugdige en in de sociale omgeving van het gezin die schadelijkbelemmerend zijn enof

bedreigend kunnen zijn voor de ontwikkeling van de jeugdige (0 tot 23 jaar)

Uitgangspunt bij het signaleren is altijd de mogelijke bedreiging van de gezonde en veilige ontwikkeling van

de jeugdige Zowel signalen die wijzen op risicofactoren (bedreiging van de ontwikkeling van de jeugdige) als

beschermende factoren (positieve invloed op de ontwikkeling van de jeugdige) kunnen worden meegenomen

Belangrijke aspecten bij kind-signalen zijn de volgende

veranderingen bij de jeugdige (onder andere in gedrag en uiterlijk)

het voorkomen van niet-leeftijdsadequaat gedrag (gedrag passend bij jongere of oudere kinderen)

het voorkomen van abnormaal gedrag

extreme (grensoverschrijdende) gedragingen

41 Materieumlle omstandigheden

In het leefgebied lsquoMaterieumlle omstandighedenrsquo worden problemen genoemd die betrekking hebben op de

woonomstandigheden van de jeugdige de kwaliteit van de materieumlle verzorging van de jeugdige de kwaliteit

en veiligheid van de buurt waarin de jeugdige opgroeit en de financieumlle situatie van de jeugdigehet gezin

1 Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

2 De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

3 Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

4 Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

5 Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

42 Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

1 De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale functioneren

enof het gedrag

2 Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

3 De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

4 De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

5 Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de jeugdige

enof de ouder(s)ander gezinslid

6 De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

7 Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

9

43 Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

1 Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

2 De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

3 De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

4 Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

5 Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin zorgen)

6 Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

7 Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

44 Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden 1 Jeugdige is van school of kinderopvang gestuurd 2 De jeugdige wisselt veelvuldig van school of kinderopvang 3 De jeugdige is leerplichtig maar gaat niet naar school de jeugdige spijbelt veel enof er is sprake van gedekt verzuim 4 De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving 5 De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties Vermoeden of gediagnosticeerde leerstoornisleerproblemen taal-spraakachterstand ontwikkelingsvertraging achterstand of lage intelligentie Onvoldoende of wisselende werkhoudingmotivatie concentratieproblemen onvoldoende taakgerichtheid 6 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang emotionele problemen de jeugdige maakt zich snel zorgen is snel overstuur Klampt zich vast in nieuwe situaties heeft veel tijd nodig om te wennen Onzeker faalangst twijfelt veel voelt zich nuttelooswaardeloos angstig gespannen Klaagt over hoofdpijn buikpijn of misselijkheid Schaamt zich heeft schuldgevoelens Neerslachtig piekert somber heeft weinig plezier voelt zich ongelukkig Teruggetrokken eenzaam gesloten stil verlegen passief lusteloos Vermijdt oogcontact en lichamelijk contact Suiumlcidegedachten 7 De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang de jeugdige is eenkennig gesloten vaak alleen Heeft geen goede vriend of vriendin kan niet makkelijk vrienden maken wordt over het algemeen niet aardig gevonden door anderen Geen goed contact met klasgenotenleraren heeft geen vertrouwensband met leraarmentor Wordt gediscrimineerd op basis van etniciteit ras geloof seksualiteit handicap anders 8 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen de jeugdige houdt zich niet aan regels heeft driftbuien en woede uitbarstingen is koppig en onhandelbaar Vecht metpest anderen gebruikt lichamelijk of verbaal geweld Vernieltsteelt dingen liegt of bedriegt Overactief druk impulsief onrustig snel opgewonden Luidruchtig brutaal schreeuwt vloekt is uitdagend agressief doet stoer schept op discrimineert Prikkelbaar achterdochtig wreed gemeen overheersend Ervaart zelf geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Pest tiranniseert gebruikt relaties antisociaal gedrag heeft delinquent vriendengroep Ongewenste intimiteiten 9 Kenmerken van de schoolkinderopvang die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen Negatief school- enof klassenklimaat strafklimaat negatief werkklimaat leven in twee culturen (Nederlandse en andere)

10

Schoolmentorwerkgever ervaart geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Inadequate begeleiding van leerkrachtenbegeleiderswerkgevers 10 Kenmerken van opleidingouder(s) die op problemen en of risicorsquos kunnen wijzen Laag opleidingsniveau van de ouder Weinig opleiding van ouder(s) Ouder spreekt geen Nederlands Analfabetisme van ouder(s) Ouder(s) die moeite hebben met het nakomen van schoolregels De ouders zijn onvoldoende betrokken bij de opleiding van de jeugdige Ouder haalt kind opeens van zijn peuterspeelzaaldagverblijfschool af Onvoorspelbaar breng- en haalgedrag van de ouders 11 De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident (Een ernstig incident kan leiden tot een pedagogische maatregel (schorsing) van beperkte tijdsduur in samenspraak met de ouders In uitzonderlijke gevallen kan overgegaan worden tot verwijdering van een leerling van de school)

45 Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

1 Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

2 De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

3 De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

4 De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

5 De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

6 De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

7 De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

8 De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

11

5 Signalenlijst specifieke vormen

51 Signalen seksueel misbruik

Lichamelijke signalen

verwondingen aan genitalieumln

vaginale infecties en afscheiding

jeuk bij vagina enof anus

problemen bij het plassen

recidiverende urineweginfecties

pijn in de bovenbenen

pijn bij lopen enof zitten

seksueel overdraagbare ziekten

Psychosociale signalen

angst voor mannen of vrouwen in het algemeen of voor een man of vrouw in het bijzonder

sterk verzorgend gedrag niet passend bij de leeftijd van de leerling (parentificatie)

Afwijkend seksueel gedrag

excessief enof dwangmatig masturberen

angst voor lichamelijk contact of juist zoeken van seksueel getint lichamelijk contact

seksueel agressief en dwingend gedrag ten opzichte van andere kinderen

niet leeftijdsadequaat seksueel spel

niet leeftijdsadequate kennis van seksualiteit

angst voor zwangerschap

angst om zich uit te kleden

angst om op de rug te liggen

negatief lichaamsbeeld ontevredenheid over boosheid op of schaamte voor eigen lichaam

schrikken bij aangeraakt worden

houterige motoriek (onderlichaam op slot)

geen plezier in bewegingsspel

52 Signalen meisjesbesnijdenis (vrouwelijke genitale verminking)

vertellen over meisjesbesnijdenis in het algemeen

aankondigen van besnijdenis

Directe gevolgen tijdens en na de ingreep

extreme pijn (wanneer de ingreep zonder verdoving plaatsvindt)

klachten bij urinelozing (pijn bij plassen ophoping urine in de blaas)

overmatig bloedverlies

kans op infectie

kans op overlijden van het meisje

12

Mogelijke gevolgen na de ingreep

moeilijke enof pijnlijke urinelozing

urineweginfectie

chronische pijn in de onderbuik

littekenvorming

menstruatieklachten

53 Signalen eergerelateerd geweld

Angst

schichtig reageren

onzekerheid

verwardheid

apathisch zijn

in zichzelf gekeerd zijn

zich afsluiten van de buitenwereld

Verandering van gedrag

plotselinge stressreacties

schoolverzuim

westerse kleding inruilen voor traditionele kleding en hele lichaam bedekken

direct na school naar huis gaan

stelselmatig opgehaald worden door vader of broer(s)

vriendschappen verbreken

verwondingen

blauwe plekken

Ontwijkend gedrag

ontwijkende antwoorden op directe vragen over bijvoorbeeld verwondingen of sociale controle door

familie

lichamelijke verwaarlozing

zelfmoordpogingen

zinspelen op zelfmoord

fatalistische houding

verhalen over geweld tegen andere familieleden

13

6 Checklist signalen

Naam leerling(e)

Leeftijd

School

Groep

Materieumlle omstandigheden

Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale

functioneren enof het gedrag

Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de

jeugdige enof de ouder(s)ander gezinslid

14

De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin

zorgen)

Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden

De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties

De jeugdige is van schoolkinderopvang gestuurd

De jeugdige wisselt veelvuldig van school

De jeugdige is leerplichtig en gaat niet naar school

15

De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie

geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving

De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang

De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen

Kenmerken van de dagbesteding (school kinderopvang buitenschoolse opvang of werk)

die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen

Kenmerken van opleidingwerkbetrokkenheid ouder(s) die op problemen enof risicorsquos

kunnen wijzen

De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident

Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

16

Specifieke en andere signalen

Probleembeschrijving

Waar maakt u zich zorgen over Wat neemt u concreet waar aan problemen bij de leerling op school in gezin

of sociaal netwerk Hoe vaak en in welke situatie(s) doet het probleem zich voor Hoe lang speelt het

probleem al Omschrijf duidelijk de kern van het probleem dat aangepakt moet worden

Eerdere of lopende aandacht onderzoek hulp of begeleiding

Wat heeft de school nu of eerder gedaan om het probleem aan te pakken de situatie te veranderen

Heeft een externe organisatie nu of eerder iets gedaan om de probleemsituatie te veranderen

Indien er een diagnose is gesteld geef aan welke

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 2: Handleiding behorend bij

2

Inhoudsopgave 1 Algemeen 4 11 Doel en functies van de meldcode 4 12 Verantwoordelijkheid en taken 4 13 Afbakening meldcode 4 14 Strafrechtelijke aanpak 5 15 Verhouding tot de verwijsindex 5 2 De stappen die medewerkers geacht worden te zetten 6 21 Volgorde van de stappen 6 22 Termijnen van de stappen 6 3 Specifieke vormen van huiselijk geweld en kindermishandeling 7 31 Vrouwelijke genitale verminking 7 32 Eergerelateerd geweld 7 4 Signalenlijst 8 41 Materieumlle omstandigheden 8 42 Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging 8 43 Opvoeding amp gezinsrelaties 9 44 Onderwijs amp Werk 9 45 Sociale omgeving buiten het gezin 10 5 Signalenlijst specifieke vormen 11 51 Signalen seksueel misbruik 11 52 Signalen meisjesbesnijdenis (vrouwelijke genitale verminking) 11 53 Signalen eergerelateerd geweld 12 6 Checklist signalen 13 7 Zorgadviesteam 18 8 Huiselijk Geweld 20 9 Informatie Veilig Thuis 21 91 Werkwijze van Veilig Thuis 21 92 Aandachtspunten 21 10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding 24 11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling 25 111 Gesprek met kinderen 25 112 Gesprek met de ouder(s) 26 113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s) 26 114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij

vermoedens van kindermishandeling 27 115 Inspanningen na de melding 27 12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht 28 121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim 28 122 Paradox van de geheimhoudingsplicht 28 123 Conflict van plichten 29 124 Wettelijk meldrecht 30 13 Adressen en websites 32 14 Geraadpleegde informatie 33

3

Inleiding

Op 1 juli 2013 is de wet Verplichte Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling in werking getreden In

het kader van kwaliteitszorg wordt de plicht opgelegd om een meldcode te hanteren voor huiselijk geweld en

kindermishandeling daaronder ook begrepen seksueel geweld vrouwelijke genitale verminking (ook wel

genoemd meisjesbesnijdenis) en eergerelateerd geweld De verplichting geldt voor organisaties en

zelfstandige medewerkers in de (jeugd)gezondheidszorg onderwijs kinderopvang maatschappelijke

ondersteuning jeugdzorg en justitie

Deze meldcode is gebaseerd op het basismodel meldcode Stappenplan voor het handelen bij signalen van

huiselijk geweld en kindermishandeling van het Ministerie van VWS en is het vervolg op het lsquoProtocol

Vermoeden kindermishandelingrsquo voor de basisschool

4

1 Algemeen

11 Doel en functies van de meldcode

De verplichting voor de basisschool om een meldcode te hanteren heeft tot doel medewerkers te

ondersteunen in de omgang met signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling De meldcode bevat een

stappenplan Dit stappenplan leidt de medewerker stap voor stap door het proces vanaf het moment dat hij

signaleert tot aan het moment dat hij eventueel een beslissing neemt over het doen van een melding De

stappen maken de medewerker duidelijk wat er van hem wordt verwacht bij signalen van huiselijk geweld of

kindermishandeling en hoe hij op een verantwoorde wijze komt tot een besluit over het doen van een melding

Deze ondersteuning van medewerkers in de vorm van het stappenplan levert zo mag worden verwacht een

bijdrage aan een effectieve aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling

Daarnaast fungeert de meldcode als toetssteen voor de organisatie eacuten voor de individuele medewerker

De organisatie zal als zij aan toezicht door de inspectie is onderworpen door de inspectie kunnen worden

aangesproken op het beschikken over een deugdelijke meldcode eacuten op het scheppen van de randvoorwaarden

waardoor de medewerkers die binnen een organisatie werkzaam zijn de meldcode in een veilig werkklimaat

kunnen toepassen

Individuele medewerkers kunnen worden aangesproken op de feitelijke toepassing van het stappenplan in de

meldcode bij signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

Zo zal in een onderzoek naar aanleiding van een bepaalde casus op organisatieniveau worden bekeken of er

een meldcode aanwezig is en of de organisatie zich voldoende heeft ingespannen om de meldcode te laten

lsquowerkenrsquo Het handelen van de betreffende medewerkers kan worden getoetst aan het stappenplan van de

code

12 Verantwoordelijkheid en taken

Voor het signaleren en het zetten van de stappen is een goede implementatie van de code en een veilig

werkklimaat noodzakelijk Daarom werkt deze meldcode ook de verantwoordelijkheden en taken van de

verschillende functies binnen de organisatie nader uit Het gaat dan met name om de implementatie van het

stappenplan en om het scheppen van een veilig meldklimaat

Voor het in gebruik nemen van de meldcode worden verantwoordelijkheden en taken binnen de organisatie

doorgenomen en in werking gezet

Ook zou de organisatiescode duidelijk moeten maken welke functionarissen kunnen worden geraadpleegd

voor advies en ondersteuning bij het zetten van de stappen Te denken valt bijvoorbeeld aan de

aandachtsfunctionaris huiselijk geweld en kindermishandeling die binnen de organisatie werkzaam is of wordt

aangesteld

13 Afbakening meldcode

Huiselijk geweld en kindermishandeling door medewerkers vallen niet onder het bereik van het basismodel

Deze vormen van geweld vallen buiten het basismodel omdat dan andere stappen aan de orde zijn zoals het

informeren van de leidinggevende enof de directie en het inschakelen van de betreffende inspectie Meer

informatie wwwppsinl of meldcodejsonl

5

14 Strafrechtelijke aanpak

Als door de signalen een vermoeden ontstaat van een ernstig misdrijf is het verstandig om de te zetten

stappen al dan niet via Veilig Thuis af te stemmen met de interventies van de politie Gesprekken met

slachtoffer enof getuige kunnen het leveren van bewijs in de strafzaak namelijk belemmeren

15 Verhouding tot de verwijsindex risicojongeren

In geval van een vermoeden van kindermishandeling zal de medewerker doorgaans niet alleen de stappen van

de meldcode zetten maar daarnaast ook moeten overwegen of een registratie zou moeten worden gedaan in

de verwijsindex risicojongeren (0-23 jaar) Deze verwijsindex heeft tot doel om medewerkers die met hetzelfde

kind te maken hebben met elkaar in contact te brengen als zij beiden risicorsquos signaleren met betrekking tot

kort gezegd een bedreigde ontwikkeling naar volwassenheid van de leerling Doel daarvan is te komen tot

een gezamenlijke aanpak van de problematiek van de leerling en zijn gezin We wijzen er met nadruk op dat

de het niet gaat om een keuze tussen een registratie in de verwijsindex of de stappen van de meldcode maar

dat beide acties bij vermoedens van kindermishandeling aan de orde zijn omdat ze elkaar ondersteunen

6

2 De stappen die medewerkers geacht worden te zetten

De stappen gaan in op het proces vanaf het moment dat er signalen zijn Het signaleren zelf heeft in het model

een andere plaats gekregen Signaleren wordt gezien als een belangrijk onderdeel van de beroepshouding van

de medewerkers die binnen de organisatie werkzaam zijn Zo bezien is signalering geen stap in het

stappenplan maar een grondhouding die in ieder contact met de leerling en de ouder wordt verondersteld De

stappen wijzen de medewerker de weg als hij meent dat er signalen zijn van huiselijk geweld of van

kindermishandeling

21 Volgorde van de stappen

De stappen die hieronder worden beschreven zijn in een bepaalde volgorde gerangschikt Maar deze volgorde

is niet dwingend Waar het om gaat is dat de medewerker op enig moment in het proces alle stappen heeft

doorlopen voordat hij besluit om een melding te doen Zo zal het soms voor de hand liggen om meteen met

de ouder in gesprek te gaan over bepaalde signalen In andere gevallen zal de medewerker eerst overleg willen

plegen met een collega en met Veilig Thuis voordat hij het gesprek met de ouder aangaat Ook zullen stappen

soms twee of drie keer worden gezet

22 Termijnen van de stappen

Er zijn geen termijnen beschreven per stap De reden hiervan is dat het beschrijven van een tijdspad

schijnveiligheid geeft Elke situatie is anders en de medewerker zal een inschatting moeten maken op basis

van ernst en (on)veiligheid van de situatie Daarnaast zou een beschreven tijdspad uit moeten gaan van de

meest ernstige fatale vorm en situatie van huiselijk geweld en kindermishandeling Alle andere situaties

zullen in datzelfde tijdspad moeten worden afgehandeld Dit is niet mogelijk en geeft geen recht aan de

situatie van elke individu Het is daarom dat wettelijk geen tijdspad wordt vastgelegd In elke situatie van

huiselijk geweld en kindermishandeling wordt opnieuw een inschatting gemaakt van de ernst en mate van

spoed Het is aan de medewerker en de organisatie om effectief en verantwoord te handelen

7

3 Specifieke vormen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Voor alle duidelijkheid worden seksueel geweld genitale verminking en eergerelateerd geweld specifiek

genoemd bij de omschrijving om duidelijk te maken dat ook deze vormen van geweld onder huiselijk geweld

of kindermishandeling vallen Overigens vragen deze specifieke vormen van geweld ook specifieke kennis en

vaardigheden van medewerkers Ontbreekt deze specifieke deskundigheid dan is het verstandig om bij

signalen die mogelijkerwijs kunnen duiden op zorsquon specifieke vorm van geweld meteen een beroep te doen op

VT Tot slot dient vermeld te worden dat huiselijk geweld (binnen een gezin) waarvan kinderen getuigen zijn

ook valt onder kindermishandeling

31 Vrouwelijke genitale verminking

Vrouwelijke genitale verminking ook wel meisjesbesnijdenis genoemd is een ingreep aan de uitwendige

geslachtsorganen De lichtste vorm is een sneetje in de voorhuid van de clitoris De meest verminkende

vorm is de infibulatie of faraonische besnijdenis waarbij de hele clitoris de kleine schaamlippen en een deel

van de grote schaamlippen verwijderd worden Na hechting van wat over is van de grote schaamlippen blijft

alleen een kleine opening over voor menstruatiebloed en urine

Vrouwelijke genitale verminking is een traditioneel gebruik dat vooral voorkomt in een aantal Afrikaanse

landen De traditie is daar soms verweven geraakt met het geloof zowel islamitisch als christelijk De

ingreep vindt meestal plaats bij jonge meisjes de exacte leeftijd verschilt per land

Alle vormen van vrouwelijke genitale verminking zijn in Nederland strafbaar Ook inwoners van Nederland

die hun dochter in het buitenland laten besnijden plegen een strafbaar feit en kunnen in Nederland worden

vervolgd

32 Eergerelateerd geweld

Eergerelateerd geweld omvat elke vorm van geestelijk of lichamelijk geweld in reactie op een (dreiging van)

schending van de eer van een man of een vrouw en daarmee van zijn of haar familie waarvan de

buitenwereld op de hoogte is of dreigt te raken (Bureau Beke 2005)

Eer kan worden gezien als de waarde van een persoon of zijn familie in een omgeving met een

collectivistische structuur en met gemeenschappelijke normen en waarden De eer van een persoon of zijn

familie wordt bepaald door de gemeenschap Eer is een bezit dat kan worden afgepakt gestolen of

aangetast Het bezit van eer is zo belangrijk dat sommige personen bereid zijn hun leven of dat van een

ander op te offeren om het te verdedigen of terug te winnen

Eergerelateerd geweld kan in alle lagen van een samenleving opdoemen In Nederland komt het niet alleen

voor bij de eerste generatie immigranten de tweede en derde generatie van sommige families zetten deze

culturele traditie voort

Eergerelateerd geweld is geacuteeacuten religieus fenomeen Het is een oeroud cultureel verschijnsel ouder dan welke

godsdienst dan ook dat in meerdere landen door mensen van allerlei geloven gepraktiseerd wordt

Voor meer informatie over de omgang met deze specifieke vormen van geweld wordt verwezen naar het

Standpunt Preventie van Vrouwelijke Genitale Verminking door de Jeugdgezondheidszorg van het

Rijksinstituut voor de Volksgezondheid en Milieu (RIVM) het Handelingsprotocol VGV bij Minderjarigen de

Handreiking Eergerelateerd Geweld van de Federatie Opvang en naar het Stappenplan Eergerelateerd Geweld

van de GGD Rotterdam ndash Rijnmond

8

4 Signalenlijst

Deze signalenlijst geeft een overzicht van de leefgebieden waarop mogelijk signalen van (vermoedens van)

huiselijk geweld en kindermishandeling vast te stellen zijn Het betreft signalen bij de jeugdige de ouders

tussen ouder en jeugdige en in de sociale omgeving van het gezin die schadelijkbelemmerend zijn enof

bedreigend kunnen zijn voor de ontwikkeling van de jeugdige (0 tot 23 jaar)

Uitgangspunt bij het signaleren is altijd de mogelijke bedreiging van de gezonde en veilige ontwikkeling van

de jeugdige Zowel signalen die wijzen op risicofactoren (bedreiging van de ontwikkeling van de jeugdige) als

beschermende factoren (positieve invloed op de ontwikkeling van de jeugdige) kunnen worden meegenomen

Belangrijke aspecten bij kind-signalen zijn de volgende

veranderingen bij de jeugdige (onder andere in gedrag en uiterlijk)

het voorkomen van niet-leeftijdsadequaat gedrag (gedrag passend bij jongere of oudere kinderen)

het voorkomen van abnormaal gedrag

extreme (grensoverschrijdende) gedragingen

41 Materieumlle omstandigheden

In het leefgebied lsquoMaterieumlle omstandighedenrsquo worden problemen genoemd die betrekking hebben op de

woonomstandigheden van de jeugdige de kwaliteit van de materieumlle verzorging van de jeugdige de kwaliteit

en veiligheid van de buurt waarin de jeugdige opgroeit en de financieumlle situatie van de jeugdigehet gezin

1 Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

2 De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

3 Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

4 Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

5 Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

42 Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

1 De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale functioneren

enof het gedrag

2 Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

3 De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

4 De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

5 Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de jeugdige

enof de ouder(s)ander gezinslid

6 De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

7 Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

9

43 Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

1 Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

2 De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

3 De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

4 Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

5 Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin zorgen)

6 Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

7 Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

44 Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden 1 Jeugdige is van school of kinderopvang gestuurd 2 De jeugdige wisselt veelvuldig van school of kinderopvang 3 De jeugdige is leerplichtig maar gaat niet naar school de jeugdige spijbelt veel enof er is sprake van gedekt verzuim 4 De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving 5 De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties Vermoeden of gediagnosticeerde leerstoornisleerproblemen taal-spraakachterstand ontwikkelingsvertraging achterstand of lage intelligentie Onvoldoende of wisselende werkhoudingmotivatie concentratieproblemen onvoldoende taakgerichtheid 6 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang emotionele problemen de jeugdige maakt zich snel zorgen is snel overstuur Klampt zich vast in nieuwe situaties heeft veel tijd nodig om te wennen Onzeker faalangst twijfelt veel voelt zich nuttelooswaardeloos angstig gespannen Klaagt over hoofdpijn buikpijn of misselijkheid Schaamt zich heeft schuldgevoelens Neerslachtig piekert somber heeft weinig plezier voelt zich ongelukkig Teruggetrokken eenzaam gesloten stil verlegen passief lusteloos Vermijdt oogcontact en lichamelijk contact Suiumlcidegedachten 7 De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang de jeugdige is eenkennig gesloten vaak alleen Heeft geen goede vriend of vriendin kan niet makkelijk vrienden maken wordt over het algemeen niet aardig gevonden door anderen Geen goed contact met klasgenotenleraren heeft geen vertrouwensband met leraarmentor Wordt gediscrimineerd op basis van etniciteit ras geloof seksualiteit handicap anders 8 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen de jeugdige houdt zich niet aan regels heeft driftbuien en woede uitbarstingen is koppig en onhandelbaar Vecht metpest anderen gebruikt lichamelijk of verbaal geweld Vernieltsteelt dingen liegt of bedriegt Overactief druk impulsief onrustig snel opgewonden Luidruchtig brutaal schreeuwt vloekt is uitdagend agressief doet stoer schept op discrimineert Prikkelbaar achterdochtig wreed gemeen overheersend Ervaart zelf geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Pest tiranniseert gebruikt relaties antisociaal gedrag heeft delinquent vriendengroep Ongewenste intimiteiten 9 Kenmerken van de schoolkinderopvang die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen Negatief school- enof klassenklimaat strafklimaat negatief werkklimaat leven in twee culturen (Nederlandse en andere)

10

Schoolmentorwerkgever ervaart geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Inadequate begeleiding van leerkrachtenbegeleiderswerkgevers 10 Kenmerken van opleidingouder(s) die op problemen en of risicorsquos kunnen wijzen Laag opleidingsniveau van de ouder Weinig opleiding van ouder(s) Ouder spreekt geen Nederlands Analfabetisme van ouder(s) Ouder(s) die moeite hebben met het nakomen van schoolregels De ouders zijn onvoldoende betrokken bij de opleiding van de jeugdige Ouder haalt kind opeens van zijn peuterspeelzaaldagverblijfschool af Onvoorspelbaar breng- en haalgedrag van de ouders 11 De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident (Een ernstig incident kan leiden tot een pedagogische maatregel (schorsing) van beperkte tijdsduur in samenspraak met de ouders In uitzonderlijke gevallen kan overgegaan worden tot verwijdering van een leerling van de school)

45 Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

1 Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

2 De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

3 De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

4 De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

5 De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

6 De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

7 De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

8 De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

11

5 Signalenlijst specifieke vormen

51 Signalen seksueel misbruik

Lichamelijke signalen

verwondingen aan genitalieumln

vaginale infecties en afscheiding

jeuk bij vagina enof anus

problemen bij het plassen

recidiverende urineweginfecties

pijn in de bovenbenen

pijn bij lopen enof zitten

seksueel overdraagbare ziekten

Psychosociale signalen

angst voor mannen of vrouwen in het algemeen of voor een man of vrouw in het bijzonder

sterk verzorgend gedrag niet passend bij de leeftijd van de leerling (parentificatie)

Afwijkend seksueel gedrag

excessief enof dwangmatig masturberen

angst voor lichamelijk contact of juist zoeken van seksueel getint lichamelijk contact

seksueel agressief en dwingend gedrag ten opzichte van andere kinderen

niet leeftijdsadequaat seksueel spel

niet leeftijdsadequate kennis van seksualiteit

angst voor zwangerschap

angst om zich uit te kleden

angst om op de rug te liggen

negatief lichaamsbeeld ontevredenheid over boosheid op of schaamte voor eigen lichaam

schrikken bij aangeraakt worden

houterige motoriek (onderlichaam op slot)

geen plezier in bewegingsspel

52 Signalen meisjesbesnijdenis (vrouwelijke genitale verminking)

vertellen over meisjesbesnijdenis in het algemeen

aankondigen van besnijdenis

Directe gevolgen tijdens en na de ingreep

extreme pijn (wanneer de ingreep zonder verdoving plaatsvindt)

klachten bij urinelozing (pijn bij plassen ophoping urine in de blaas)

overmatig bloedverlies

kans op infectie

kans op overlijden van het meisje

12

Mogelijke gevolgen na de ingreep

moeilijke enof pijnlijke urinelozing

urineweginfectie

chronische pijn in de onderbuik

littekenvorming

menstruatieklachten

53 Signalen eergerelateerd geweld

Angst

schichtig reageren

onzekerheid

verwardheid

apathisch zijn

in zichzelf gekeerd zijn

zich afsluiten van de buitenwereld

Verandering van gedrag

plotselinge stressreacties

schoolverzuim

westerse kleding inruilen voor traditionele kleding en hele lichaam bedekken

direct na school naar huis gaan

stelselmatig opgehaald worden door vader of broer(s)

vriendschappen verbreken

verwondingen

blauwe plekken

Ontwijkend gedrag

ontwijkende antwoorden op directe vragen over bijvoorbeeld verwondingen of sociale controle door

familie

lichamelijke verwaarlozing

zelfmoordpogingen

zinspelen op zelfmoord

fatalistische houding

verhalen over geweld tegen andere familieleden

13

6 Checklist signalen

Naam leerling(e)

Leeftijd

School

Groep

Materieumlle omstandigheden

Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale

functioneren enof het gedrag

Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de

jeugdige enof de ouder(s)ander gezinslid

14

De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin

zorgen)

Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden

De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties

De jeugdige is van schoolkinderopvang gestuurd

De jeugdige wisselt veelvuldig van school

De jeugdige is leerplichtig en gaat niet naar school

15

De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie

geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving

De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang

De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen

Kenmerken van de dagbesteding (school kinderopvang buitenschoolse opvang of werk)

die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen

Kenmerken van opleidingwerkbetrokkenheid ouder(s) die op problemen enof risicorsquos

kunnen wijzen

De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident

Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

16

Specifieke en andere signalen

Probleembeschrijving

Waar maakt u zich zorgen over Wat neemt u concreet waar aan problemen bij de leerling op school in gezin

of sociaal netwerk Hoe vaak en in welke situatie(s) doet het probleem zich voor Hoe lang speelt het

probleem al Omschrijf duidelijk de kern van het probleem dat aangepakt moet worden

Eerdere of lopende aandacht onderzoek hulp of begeleiding

Wat heeft de school nu of eerder gedaan om het probleem aan te pakken de situatie te veranderen

Heeft een externe organisatie nu of eerder iets gedaan om de probleemsituatie te veranderen

Indien er een diagnose is gesteld geef aan welke

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 3: Handleiding behorend bij

3

Inleiding

Op 1 juli 2013 is de wet Verplichte Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling in werking getreden In

het kader van kwaliteitszorg wordt de plicht opgelegd om een meldcode te hanteren voor huiselijk geweld en

kindermishandeling daaronder ook begrepen seksueel geweld vrouwelijke genitale verminking (ook wel

genoemd meisjesbesnijdenis) en eergerelateerd geweld De verplichting geldt voor organisaties en

zelfstandige medewerkers in de (jeugd)gezondheidszorg onderwijs kinderopvang maatschappelijke

ondersteuning jeugdzorg en justitie

Deze meldcode is gebaseerd op het basismodel meldcode Stappenplan voor het handelen bij signalen van

huiselijk geweld en kindermishandeling van het Ministerie van VWS en is het vervolg op het lsquoProtocol

Vermoeden kindermishandelingrsquo voor de basisschool

4

1 Algemeen

11 Doel en functies van de meldcode

De verplichting voor de basisschool om een meldcode te hanteren heeft tot doel medewerkers te

ondersteunen in de omgang met signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling De meldcode bevat een

stappenplan Dit stappenplan leidt de medewerker stap voor stap door het proces vanaf het moment dat hij

signaleert tot aan het moment dat hij eventueel een beslissing neemt over het doen van een melding De

stappen maken de medewerker duidelijk wat er van hem wordt verwacht bij signalen van huiselijk geweld of

kindermishandeling en hoe hij op een verantwoorde wijze komt tot een besluit over het doen van een melding

Deze ondersteuning van medewerkers in de vorm van het stappenplan levert zo mag worden verwacht een

bijdrage aan een effectieve aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling

Daarnaast fungeert de meldcode als toetssteen voor de organisatie eacuten voor de individuele medewerker

De organisatie zal als zij aan toezicht door de inspectie is onderworpen door de inspectie kunnen worden

aangesproken op het beschikken over een deugdelijke meldcode eacuten op het scheppen van de randvoorwaarden

waardoor de medewerkers die binnen een organisatie werkzaam zijn de meldcode in een veilig werkklimaat

kunnen toepassen

Individuele medewerkers kunnen worden aangesproken op de feitelijke toepassing van het stappenplan in de

meldcode bij signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

Zo zal in een onderzoek naar aanleiding van een bepaalde casus op organisatieniveau worden bekeken of er

een meldcode aanwezig is en of de organisatie zich voldoende heeft ingespannen om de meldcode te laten

lsquowerkenrsquo Het handelen van de betreffende medewerkers kan worden getoetst aan het stappenplan van de

code

12 Verantwoordelijkheid en taken

Voor het signaleren en het zetten van de stappen is een goede implementatie van de code en een veilig

werkklimaat noodzakelijk Daarom werkt deze meldcode ook de verantwoordelijkheden en taken van de

verschillende functies binnen de organisatie nader uit Het gaat dan met name om de implementatie van het

stappenplan en om het scheppen van een veilig meldklimaat

Voor het in gebruik nemen van de meldcode worden verantwoordelijkheden en taken binnen de organisatie

doorgenomen en in werking gezet

Ook zou de organisatiescode duidelijk moeten maken welke functionarissen kunnen worden geraadpleegd

voor advies en ondersteuning bij het zetten van de stappen Te denken valt bijvoorbeeld aan de

aandachtsfunctionaris huiselijk geweld en kindermishandeling die binnen de organisatie werkzaam is of wordt

aangesteld

13 Afbakening meldcode

Huiselijk geweld en kindermishandeling door medewerkers vallen niet onder het bereik van het basismodel

Deze vormen van geweld vallen buiten het basismodel omdat dan andere stappen aan de orde zijn zoals het

informeren van de leidinggevende enof de directie en het inschakelen van de betreffende inspectie Meer

informatie wwwppsinl of meldcodejsonl

5

14 Strafrechtelijke aanpak

Als door de signalen een vermoeden ontstaat van een ernstig misdrijf is het verstandig om de te zetten

stappen al dan niet via Veilig Thuis af te stemmen met de interventies van de politie Gesprekken met

slachtoffer enof getuige kunnen het leveren van bewijs in de strafzaak namelijk belemmeren

15 Verhouding tot de verwijsindex risicojongeren

In geval van een vermoeden van kindermishandeling zal de medewerker doorgaans niet alleen de stappen van

de meldcode zetten maar daarnaast ook moeten overwegen of een registratie zou moeten worden gedaan in

de verwijsindex risicojongeren (0-23 jaar) Deze verwijsindex heeft tot doel om medewerkers die met hetzelfde

kind te maken hebben met elkaar in contact te brengen als zij beiden risicorsquos signaleren met betrekking tot

kort gezegd een bedreigde ontwikkeling naar volwassenheid van de leerling Doel daarvan is te komen tot

een gezamenlijke aanpak van de problematiek van de leerling en zijn gezin We wijzen er met nadruk op dat

de het niet gaat om een keuze tussen een registratie in de verwijsindex of de stappen van de meldcode maar

dat beide acties bij vermoedens van kindermishandeling aan de orde zijn omdat ze elkaar ondersteunen

6

2 De stappen die medewerkers geacht worden te zetten

De stappen gaan in op het proces vanaf het moment dat er signalen zijn Het signaleren zelf heeft in het model

een andere plaats gekregen Signaleren wordt gezien als een belangrijk onderdeel van de beroepshouding van

de medewerkers die binnen de organisatie werkzaam zijn Zo bezien is signalering geen stap in het

stappenplan maar een grondhouding die in ieder contact met de leerling en de ouder wordt verondersteld De

stappen wijzen de medewerker de weg als hij meent dat er signalen zijn van huiselijk geweld of van

kindermishandeling

21 Volgorde van de stappen

De stappen die hieronder worden beschreven zijn in een bepaalde volgorde gerangschikt Maar deze volgorde

is niet dwingend Waar het om gaat is dat de medewerker op enig moment in het proces alle stappen heeft

doorlopen voordat hij besluit om een melding te doen Zo zal het soms voor de hand liggen om meteen met

de ouder in gesprek te gaan over bepaalde signalen In andere gevallen zal de medewerker eerst overleg willen

plegen met een collega en met Veilig Thuis voordat hij het gesprek met de ouder aangaat Ook zullen stappen

soms twee of drie keer worden gezet

22 Termijnen van de stappen

Er zijn geen termijnen beschreven per stap De reden hiervan is dat het beschrijven van een tijdspad

schijnveiligheid geeft Elke situatie is anders en de medewerker zal een inschatting moeten maken op basis

van ernst en (on)veiligheid van de situatie Daarnaast zou een beschreven tijdspad uit moeten gaan van de

meest ernstige fatale vorm en situatie van huiselijk geweld en kindermishandeling Alle andere situaties

zullen in datzelfde tijdspad moeten worden afgehandeld Dit is niet mogelijk en geeft geen recht aan de

situatie van elke individu Het is daarom dat wettelijk geen tijdspad wordt vastgelegd In elke situatie van

huiselijk geweld en kindermishandeling wordt opnieuw een inschatting gemaakt van de ernst en mate van

spoed Het is aan de medewerker en de organisatie om effectief en verantwoord te handelen

7

3 Specifieke vormen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Voor alle duidelijkheid worden seksueel geweld genitale verminking en eergerelateerd geweld specifiek

genoemd bij de omschrijving om duidelijk te maken dat ook deze vormen van geweld onder huiselijk geweld

of kindermishandeling vallen Overigens vragen deze specifieke vormen van geweld ook specifieke kennis en

vaardigheden van medewerkers Ontbreekt deze specifieke deskundigheid dan is het verstandig om bij

signalen die mogelijkerwijs kunnen duiden op zorsquon specifieke vorm van geweld meteen een beroep te doen op

VT Tot slot dient vermeld te worden dat huiselijk geweld (binnen een gezin) waarvan kinderen getuigen zijn

ook valt onder kindermishandeling

31 Vrouwelijke genitale verminking

Vrouwelijke genitale verminking ook wel meisjesbesnijdenis genoemd is een ingreep aan de uitwendige

geslachtsorganen De lichtste vorm is een sneetje in de voorhuid van de clitoris De meest verminkende

vorm is de infibulatie of faraonische besnijdenis waarbij de hele clitoris de kleine schaamlippen en een deel

van de grote schaamlippen verwijderd worden Na hechting van wat over is van de grote schaamlippen blijft

alleen een kleine opening over voor menstruatiebloed en urine

Vrouwelijke genitale verminking is een traditioneel gebruik dat vooral voorkomt in een aantal Afrikaanse

landen De traditie is daar soms verweven geraakt met het geloof zowel islamitisch als christelijk De

ingreep vindt meestal plaats bij jonge meisjes de exacte leeftijd verschilt per land

Alle vormen van vrouwelijke genitale verminking zijn in Nederland strafbaar Ook inwoners van Nederland

die hun dochter in het buitenland laten besnijden plegen een strafbaar feit en kunnen in Nederland worden

vervolgd

32 Eergerelateerd geweld

Eergerelateerd geweld omvat elke vorm van geestelijk of lichamelijk geweld in reactie op een (dreiging van)

schending van de eer van een man of een vrouw en daarmee van zijn of haar familie waarvan de

buitenwereld op de hoogte is of dreigt te raken (Bureau Beke 2005)

Eer kan worden gezien als de waarde van een persoon of zijn familie in een omgeving met een

collectivistische structuur en met gemeenschappelijke normen en waarden De eer van een persoon of zijn

familie wordt bepaald door de gemeenschap Eer is een bezit dat kan worden afgepakt gestolen of

aangetast Het bezit van eer is zo belangrijk dat sommige personen bereid zijn hun leven of dat van een

ander op te offeren om het te verdedigen of terug te winnen

Eergerelateerd geweld kan in alle lagen van een samenleving opdoemen In Nederland komt het niet alleen

voor bij de eerste generatie immigranten de tweede en derde generatie van sommige families zetten deze

culturele traditie voort

Eergerelateerd geweld is geacuteeacuten religieus fenomeen Het is een oeroud cultureel verschijnsel ouder dan welke

godsdienst dan ook dat in meerdere landen door mensen van allerlei geloven gepraktiseerd wordt

Voor meer informatie over de omgang met deze specifieke vormen van geweld wordt verwezen naar het

Standpunt Preventie van Vrouwelijke Genitale Verminking door de Jeugdgezondheidszorg van het

Rijksinstituut voor de Volksgezondheid en Milieu (RIVM) het Handelingsprotocol VGV bij Minderjarigen de

Handreiking Eergerelateerd Geweld van de Federatie Opvang en naar het Stappenplan Eergerelateerd Geweld

van de GGD Rotterdam ndash Rijnmond

8

4 Signalenlijst

Deze signalenlijst geeft een overzicht van de leefgebieden waarop mogelijk signalen van (vermoedens van)

huiselijk geweld en kindermishandeling vast te stellen zijn Het betreft signalen bij de jeugdige de ouders

tussen ouder en jeugdige en in de sociale omgeving van het gezin die schadelijkbelemmerend zijn enof

bedreigend kunnen zijn voor de ontwikkeling van de jeugdige (0 tot 23 jaar)

Uitgangspunt bij het signaleren is altijd de mogelijke bedreiging van de gezonde en veilige ontwikkeling van

de jeugdige Zowel signalen die wijzen op risicofactoren (bedreiging van de ontwikkeling van de jeugdige) als

beschermende factoren (positieve invloed op de ontwikkeling van de jeugdige) kunnen worden meegenomen

Belangrijke aspecten bij kind-signalen zijn de volgende

veranderingen bij de jeugdige (onder andere in gedrag en uiterlijk)

het voorkomen van niet-leeftijdsadequaat gedrag (gedrag passend bij jongere of oudere kinderen)

het voorkomen van abnormaal gedrag

extreme (grensoverschrijdende) gedragingen

41 Materieumlle omstandigheden

In het leefgebied lsquoMaterieumlle omstandighedenrsquo worden problemen genoemd die betrekking hebben op de

woonomstandigheden van de jeugdige de kwaliteit van de materieumlle verzorging van de jeugdige de kwaliteit

en veiligheid van de buurt waarin de jeugdige opgroeit en de financieumlle situatie van de jeugdigehet gezin

1 Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

2 De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

3 Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

4 Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

5 Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

42 Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

1 De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale functioneren

enof het gedrag

2 Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

3 De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

4 De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

5 Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de jeugdige

enof de ouder(s)ander gezinslid

6 De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

7 Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

9

43 Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

1 Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

2 De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

3 De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

4 Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

5 Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin zorgen)

6 Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

7 Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

44 Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden 1 Jeugdige is van school of kinderopvang gestuurd 2 De jeugdige wisselt veelvuldig van school of kinderopvang 3 De jeugdige is leerplichtig maar gaat niet naar school de jeugdige spijbelt veel enof er is sprake van gedekt verzuim 4 De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving 5 De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties Vermoeden of gediagnosticeerde leerstoornisleerproblemen taal-spraakachterstand ontwikkelingsvertraging achterstand of lage intelligentie Onvoldoende of wisselende werkhoudingmotivatie concentratieproblemen onvoldoende taakgerichtheid 6 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang emotionele problemen de jeugdige maakt zich snel zorgen is snel overstuur Klampt zich vast in nieuwe situaties heeft veel tijd nodig om te wennen Onzeker faalangst twijfelt veel voelt zich nuttelooswaardeloos angstig gespannen Klaagt over hoofdpijn buikpijn of misselijkheid Schaamt zich heeft schuldgevoelens Neerslachtig piekert somber heeft weinig plezier voelt zich ongelukkig Teruggetrokken eenzaam gesloten stil verlegen passief lusteloos Vermijdt oogcontact en lichamelijk contact Suiumlcidegedachten 7 De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang de jeugdige is eenkennig gesloten vaak alleen Heeft geen goede vriend of vriendin kan niet makkelijk vrienden maken wordt over het algemeen niet aardig gevonden door anderen Geen goed contact met klasgenotenleraren heeft geen vertrouwensband met leraarmentor Wordt gediscrimineerd op basis van etniciteit ras geloof seksualiteit handicap anders 8 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen de jeugdige houdt zich niet aan regels heeft driftbuien en woede uitbarstingen is koppig en onhandelbaar Vecht metpest anderen gebruikt lichamelijk of verbaal geweld Vernieltsteelt dingen liegt of bedriegt Overactief druk impulsief onrustig snel opgewonden Luidruchtig brutaal schreeuwt vloekt is uitdagend agressief doet stoer schept op discrimineert Prikkelbaar achterdochtig wreed gemeen overheersend Ervaart zelf geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Pest tiranniseert gebruikt relaties antisociaal gedrag heeft delinquent vriendengroep Ongewenste intimiteiten 9 Kenmerken van de schoolkinderopvang die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen Negatief school- enof klassenklimaat strafklimaat negatief werkklimaat leven in twee culturen (Nederlandse en andere)

10

Schoolmentorwerkgever ervaart geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Inadequate begeleiding van leerkrachtenbegeleiderswerkgevers 10 Kenmerken van opleidingouder(s) die op problemen en of risicorsquos kunnen wijzen Laag opleidingsniveau van de ouder Weinig opleiding van ouder(s) Ouder spreekt geen Nederlands Analfabetisme van ouder(s) Ouder(s) die moeite hebben met het nakomen van schoolregels De ouders zijn onvoldoende betrokken bij de opleiding van de jeugdige Ouder haalt kind opeens van zijn peuterspeelzaaldagverblijfschool af Onvoorspelbaar breng- en haalgedrag van de ouders 11 De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident (Een ernstig incident kan leiden tot een pedagogische maatregel (schorsing) van beperkte tijdsduur in samenspraak met de ouders In uitzonderlijke gevallen kan overgegaan worden tot verwijdering van een leerling van de school)

45 Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

1 Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

2 De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

3 De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

4 De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

5 De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

6 De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

7 De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

8 De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

11

5 Signalenlijst specifieke vormen

51 Signalen seksueel misbruik

Lichamelijke signalen

verwondingen aan genitalieumln

vaginale infecties en afscheiding

jeuk bij vagina enof anus

problemen bij het plassen

recidiverende urineweginfecties

pijn in de bovenbenen

pijn bij lopen enof zitten

seksueel overdraagbare ziekten

Psychosociale signalen

angst voor mannen of vrouwen in het algemeen of voor een man of vrouw in het bijzonder

sterk verzorgend gedrag niet passend bij de leeftijd van de leerling (parentificatie)

Afwijkend seksueel gedrag

excessief enof dwangmatig masturberen

angst voor lichamelijk contact of juist zoeken van seksueel getint lichamelijk contact

seksueel agressief en dwingend gedrag ten opzichte van andere kinderen

niet leeftijdsadequaat seksueel spel

niet leeftijdsadequate kennis van seksualiteit

angst voor zwangerschap

angst om zich uit te kleden

angst om op de rug te liggen

negatief lichaamsbeeld ontevredenheid over boosheid op of schaamte voor eigen lichaam

schrikken bij aangeraakt worden

houterige motoriek (onderlichaam op slot)

geen plezier in bewegingsspel

52 Signalen meisjesbesnijdenis (vrouwelijke genitale verminking)

vertellen over meisjesbesnijdenis in het algemeen

aankondigen van besnijdenis

Directe gevolgen tijdens en na de ingreep

extreme pijn (wanneer de ingreep zonder verdoving plaatsvindt)

klachten bij urinelozing (pijn bij plassen ophoping urine in de blaas)

overmatig bloedverlies

kans op infectie

kans op overlijden van het meisje

12

Mogelijke gevolgen na de ingreep

moeilijke enof pijnlijke urinelozing

urineweginfectie

chronische pijn in de onderbuik

littekenvorming

menstruatieklachten

53 Signalen eergerelateerd geweld

Angst

schichtig reageren

onzekerheid

verwardheid

apathisch zijn

in zichzelf gekeerd zijn

zich afsluiten van de buitenwereld

Verandering van gedrag

plotselinge stressreacties

schoolverzuim

westerse kleding inruilen voor traditionele kleding en hele lichaam bedekken

direct na school naar huis gaan

stelselmatig opgehaald worden door vader of broer(s)

vriendschappen verbreken

verwondingen

blauwe plekken

Ontwijkend gedrag

ontwijkende antwoorden op directe vragen over bijvoorbeeld verwondingen of sociale controle door

familie

lichamelijke verwaarlozing

zelfmoordpogingen

zinspelen op zelfmoord

fatalistische houding

verhalen over geweld tegen andere familieleden

13

6 Checklist signalen

Naam leerling(e)

Leeftijd

School

Groep

Materieumlle omstandigheden

Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale

functioneren enof het gedrag

Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de

jeugdige enof de ouder(s)ander gezinslid

14

De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin

zorgen)

Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden

De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties

De jeugdige is van schoolkinderopvang gestuurd

De jeugdige wisselt veelvuldig van school

De jeugdige is leerplichtig en gaat niet naar school

15

De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie

geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving

De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang

De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen

Kenmerken van de dagbesteding (school kinderopvang buitenschoolse opvang of werk)

die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen

Kenmerken van opleidingwerkbetrokkenheid ouder(s) die op problemen enof risicorsquos

kunnen wijzen

De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident

Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

16

Specifieke en andere signalen

Probleembeschrijving

Waar maakt u zich zorgen over Wat neemt u concreet waar aan problemen bij de leerling op school in gezin

of sociaal netwerk Hoe vaak en in welke situatie(s) doet het probleem zich voor Hoe lang speelt het

probleem al Omschrijf duidelijk de kern van het probleem dat aangepakt moet worden

Eerdere of lopende aandacht onderzoek hulp of begeleiding

Wat heeft de school nu of eerder gedaan om het probleem aan te pakken de situatie te veranderen

Heeft een externe organisatie nu of eerder iets gedaan om de probleemsituatie te veranderen

Indien er een diagnose is gesteld geef aan welke

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 4: Handleiding behorend bij

4

1 Algemeen

11 Doel en functies van de meldcode

De verplichting voor de basisschool om een meldcode te hanteren heeft tot doel medewerkers te

ondersteunen in de omgang met signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling De meldcode bevat een

stappenplan Dit stappenplan leidt de medewerker stap voor stap door het proces vanaf het moment dat hij

signaleert tot aan het moment dat hij eventueel een beslissing neemt over het doen van een melding De

stappen maken de medewerker duidelijk wat er van hem wordt verwacht bij signalen van huiselijk geweld of

kindermishandeling en hoe hij op een verantwoorde wijze komt tot een besluit over het doen van een melding

Deze ondersteuning van medewerkers in de vorm van het stappenplan levert zo mag worden verwacht een

bijdrage aan een effectieve aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling

Daarnaast fungeert de meldcode als toetssteen voor de organisatie eacuten voor de individuele medewerker

De organisatie zal als zij aan toezicht door de inspectie is onderworpen door de inspectie kunnen worden

aangesproken op het beschikken over een deugdelijke meldcode eacuten op het scheppen van de randvoorwaarden

waardoor de medewerkers die binnen een organisatie werkzaam zijn de meldcode in een veilig werkklimaat

kunnen toepassen

Individuele medewerkers kunnen worden aangesproken op de feitelijke toepassing van het stappenplan in de

meldcode bij signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

Zo zal in een onderzoek naar aanleiding van een bepaalde casus op organisatieniveau worden bekeken of er

een meldcode aanwezig is en of de organisatie zich voldoende heeft ingespannen om de meldcode te laten

lsquowerkenrsquo Het handelen van de betreffende medewerkers kan worden getoetst aan het stappenplan van de

code

12 Verantwoordelijkheid en taken

Voor het signaleren en het zetten van de stappen is een goede implementatie van de code en een veilig

werkklimaat noodzakelijk Daarom werkt deze meldcode ook de verantwoordelijkheden en taken van de

verschillende functies binnen de organisatie nader uit Het gaat dan met name om de implementatie van het

stappenplan en om het scheppen van een veilig meldklimaat

Voor het in gebruik nemen van de meldcode worden verantwoordelijkheden en taken binnen de organisatie

doorgenomen en in werking gezet

Ook zou de organisatiescode duidelijk moeten maken welke functionarissen kunnen worden geraadpleegd

voor advies en ondersteuning bij het zetten van de stappen Te denken valt bijvoorbeeld aan de

aandachtsfunctionaris huiselijk geweld en kindermishandeling die binnen de organisatie werkzaam is of wordt

aangesteld

13 Afbakening meldcode

Huiselijk geweld en kindermishandeling door medewerkers vallen niet onder het bereik van het basismodel

Deze vormen van geweld vallen buiten het basismodel omdat dan andere stappen aan de orde zijn zoals het

informeren van de leidinggevende enof de directie en het inschakelen van de betreffende inspectie Meer

informatie wwwppsinl of meldcodejsonl

5

14 Strafrechtelijke aanpak

Als door de signalen een vermoeden ontstaat van een ernstig misdrijf is het verstandig om de te zetten

stappen al dan niet via Veilig Thuis af te stemmen met de interventies van de politie Gesprekken met

slachtoffer enof getuige kunnen het leveren van bewijs in de strafzaak namelijk belemmeren

15 Verhouding tot de verwijsindex risicojongeren

In geval van een vermoeden van kindermishandeling zal de medewerker doorgaans niet alleen de stappen van

de meldcode zetten maar daarnaast ook moeten overwegen of een registratie zou moeten worden gedaan in

de verwijsindex risicojongeren (0-23 jaar) Deze verwijsindex heeft tot doel om medewerkers die met hetzelfde

kind te maken hebben met elkaar in contact te brengen als zij beiden risicorsquos signaleren met betrekking tot

kort gezegd een bedreigde ontwikkeling naar volwassenheid van de leerling Doel daarvan is te komen tot

een gezamenlijke aanpak van de problematiek van de leerling en zijn gezin We wijzen er met nadruk op dat

de het niet gaat om een keuze tussen een registratie in de verwijsindex of de stappen van de meldcode maar

dat beide acties bij vermoedens van kindermishandeling aan de orde zijn omdat ze elkaar ondersteunen

6

2 De stappen die medewerkers geacht worden te zetten

De stappen gaan in op het proces vanaf het moment dat er signalen zijn Het signaleren zelf heeft in het model

een andere plaats gekregen Signaleren wordt gezien als een belangrijk onderdeel van de beroepshouding van

de medewerkers die binnen de organisatie werkzaam zijn Zo bezien is signalering geen stap in het

stappenplan maar een grondhouding die in ieder contact met de leerling en de ouder wordt verondersteld De

stappen wijzen de medewerker de weg als hij meent dat er signalen zijn van huiselijk geweld of van

kindermishandeling

21 Volgorde van de stappen

De stappen die hieronder worden beschreven zijn in een bepaalde volgorde gerangschikt Maar deze volgorde

is niet dwingend Waar het om gaat is dat de medewerker op enig moment in het proces alle stappen heeft

doorlopen voordat hij besluit om een melding te doen Zo zal het soms voor de hand liggen om meteen met

de ouder in gesprek te gaan over bepaalde signalen In andere gevallen zal de medewerker eerst overleg willen

plegen met een collega en met Veilig Thuis voordat hij het gesprek met de ouder aangaat Ook zullen stappen

soms twee of drie keer worden gezet

22 Termijnen van de stappen

Er zijn geen termijnen beschreven per stap De reden hiervan is dat het beschrijven van een tijdspad

schijnveiligheid geeft Elke situatie is anders en de medewerker zal een inschatting moeten maken op basis

van ernst en (on)veiligheid van de situatie Daarnaast zou een beschreven tijdspad uit moeten gaan van de

meest ernstige fatale vorm en situatie van huiselijk geweld en kindermishandeling Alle andere situaties

zullen in datzelfde tijdspad moeten worden afgehandeld Dit is niet mogelijk en geeft geen recht aan de

situatie van elke individu Het is daarom dat wettelijk geen tijdspad wordt vastgelegd In elke situatie van

huiselijk geweld en kindermishandeling wordt opnieuw een inschatting gemaakt van de ernst en mate van

spoed Het is aan de medewerker en de organisatie om effectief en verantwoord te handelen

7

3 Specifieke vormen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Voor alle duidelijkheid worden seksueel geweld genitale verminking en eergerelateerd geweld specifiek

genoemd bij de omschrijving om duidelijk te maken dat ook deze vormen van geweld onder huiselijk geweld

of kindermishandeling vallen Overigens vragen deze specifieke vormen van geweld ook specifieke kennis en

vaardigheden van medewerkers Ontbreekt deze specifieke deskundigheid dan is het verstandig om bij

signalen die mogelijkerwijs kunnen duiden op zorsquon specifieke vorm van geweld meteen een beroep te doen op

VT Tot slot dient vermeld te worden dat huiselijk geweld (binnen een gezin) waarvan kinderen getuigen zijn

ook valt onder kindermishandeling

31 Vrouwelijke genitale verminking

Vrouwelijke genitale verminking ook wel meisjesbesnijdenis genoemd is een ingreep aan de uitwendige

geslachtsorganen De lichtste vorm is een sneetje in de voorhuid van de clitoris De meest verminkende

vorm is de infibulatie of faraonische besnijdenis waarbij de hele clitoris de kleine schaamlippen en een deel

van de grote schaamlippen verwijderd worden Na hechting van wat over is van de grote schaamlippen blijft

alleen een kleine opening over voor menstruatiebloed en urine

Vrouwelijke genitale verminking is een traditioneel gebruik dat vooral voorkomt in een aantal Afrikaanse

landen De traditie is daar soms verweven geraakt met het geloof zowel islamitisch als christelijk De

ingreep vindt meestal plaats bij jonge meisjes de exacte leeftijd verschilt per land

Alle vormen van vrouwelijke genitale verminking zijn in Nederland strafbaar Ook inwoners van Nederland

die hun dochter in het buitenland laten besnijden plegen een strafbaar feit en kunnen in Nederland worden

vervolgd

32 Eergerelateerd geweld

Eergerelateerd geweld omvat elke vorm van geestelijk of lichamelijk geweld in reactie op een (dreiging van)

schending van de eer van een man of een vrouw en daarmee van zijn of haar familie waarvan de

buitenwereld op de hoogte is of dreigt te raken (Bureau Beke 2005)

Eer kan worden gezien als de waarde van een persoon of zijn familie in een omgeving met een

collectivistische structuur en met gemeenschappelijke normen en waarden De eer van een persoon of zijn

familie wordt bepaald door de gemeenschap Eer is een bezit dat kan worden afgepakt gestolen of

aangetast Het bezit van eer is zo belangrijk dat sommige personen bereid zijn hun leven of dat van een

ander op te offeren om het te verdedigen of terug te winnen

Eergerelateerd geweld kan in alle lagen van een samenleving opdoemen In Nederland komt het niet alleen

voor bij de eerste generatie immigranten de tweede en derde generatie van sommige families zetten deze

culturele traditie voort

Eergerelateerd geweld is geacuteeacuten religieus fenomeen Het is een oeroud cultureel verschijnsel ouder dan welke

godsdienst dan ook dat in meerdere landen door mensen van allerlei geloven gepraktiseerd wordt

Voor meer informatie over de omgang met deze specifieke vormen van geweld wordt verwezen naar het

Standpunt Preventie van Vrouwelijke Genitale Verminking door de Jeugdgezondheidszorg van het

Rijksinstituut voor de Volksgezondheid en Milieu (RIVM) het Handelingsprotocol VGV bij Minderjarigen de

Handreiking Eergerelateerd Geweld van de Federatie Opvang en naar het Stappenplan Eergerelateerd Geweld

van de GGD Rotterdam ndash Rijnmond

8

4 Signalenlijst

Deze signalenlijst geeft een overzicht van de leefgebieden waarop mogelijk signalen van (vermoedens van)

huiselijk geweld en kindermishandeling vast te stellen zijn Het betreft signalen bij de jeugdige de ouders

tussen ouder en jeugdige en in de sociale omgeving van het gezin die schadelijkbelemmerend zijn enof

bedreigend kunnen zijn voor de ontwikkeling van de jeugdige (0 tot 23 jaar)

Uitgangspunt bij het signaleren is altijd de mogelijke bedreiging van de gezonde en veilige ontwikkeling van

de jeugdige Zowel signalen die wijzen op risicofactoren (bedreiging van de ontwikkeling van de jeugdige) als

beschermende factoren (positieve invloed op de ontwikkeling van de jeugdige) kunnen worden meegenomen

Belangrijke aspecten bij kind-signalen zijn de volgende

veranderingen bij de jeugdige (onder andere in gedrag en uiterlijk)

het voorkomen van niet-leeftijdsadequaat gedrag (gedrag passend bij jongere of oudere kinderen)

het voorkomen van abnormaal gedrag

extreme (grensoverschrijdende) gedragingen

41 Materieumlle omstandigheden

In het leefgebied lsquoMaterieumlle omstandighedenrsquo worden problemen genoemd die betrekking hebben op de

woonomstandigheden van de jeugdige de kwaliteit van de materieumlle verzorging van de jeugdige de kwaliteit

en veiligheid van de buurt waarin de jeugdige opgroeit en de financieumlle situatie van de jeugdigehet gezin

1 Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

2 De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

3 Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

4 Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

5 Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

42 Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

1 De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale functioneren

enof het gedrag

2 Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

3 De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

4 De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

5 Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de jeugdige

enof de ouder(s)ander gezinslid

6 De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

7 Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

9

43 Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

1 Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

2 De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

3 De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

4 Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

5 Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin zorgen)

6 Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

7 Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

44 Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden 1 Jeugdige is van school of kinderopvang gestuurd 2 De jeugdige wisselt veelvuldig van school of kinderopvang 3 De jeugdige is leerplichtig maar gaat niet naar school de jeugdige spijbelt veel enof er is sprake van gedekt verzuim 4 De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving 5 De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties Vermoeden of gediagnosticeerde leerstoornisleerproblemen taal-spraakachterstand ontwikkelingsvertraging achterstand of lage intelligentie Onvoldoende of wisselende werkhoudingmotivatie concentratieproblemen onvoldoende taakgerichtheid 6 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang emotionele problemen de jeugdige maakt zich snel zorgen is snel overstuur Klampt zich vast in nieuwe situaties heeft veel tijd nodig om te wennen Onzeker faalangst twijfelt veel voelt zich nuttelooswaardeloos angstig gespannen Klaagt over hoofdpijn buikpijn of misselijkheid Schaamt zich heeft schuldgevoelens Neerslachtig piekert somber heeft weinig plezier voelt zich ongelukkig Teruggetrokken eenzaam gesloten stil verlegen passief lusteloos Vermijdt oogcontact en lichamelijk contact Suiumlcidegedachten 7 De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang de jeugdige is eenkennig gesloten vaak alleen Heeft geen goede vriend of vriendin kan niet makkelijk vrienden maken wordt over het algemeen niet aardig gevonden door anderen Geen goed contact met klasgenotenleraren heeft geen vertrouwensband met leraarmentor Wordt gediscrimineerd op basis van etniciteit ras geloof seksualiteit handicap anders 8 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen de jeugdige houdt zich niet aan regels heeft driftbuien en woede uitbarstingen is koppig en onhandelbaar Vecht metpest anderen gebruikt lichamelijk of verbaal geweld Vernieltsteelt dingen liegt of bedriegt Overactief druk impulsief onrustig snel opgewonden Luidruchtig brutaal schreeuwt vloekt is uitdagend agressief doet stoer schept op discrimineert Prikkelbaar achterdochtig wreed gemeen overheersend Ervaart zelf geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Pest tiranniseert gebruikt relaties antisociaal gedrag heeft delinquent vriendengroep Ongewenste intimiteiten 9 Kenmerken van de schoolkinderopvang die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen Negatief school- enof klassenklimaat strafklimaat negatief werkklimaat leven in twee culturen (Nederlandse en andere)

10

Schoolmentorwerkgever ervaart geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Inadequate begeleiding van leerkrachtenbegeleiderswerkgevers 10 Kenmerken van opleidingouder(s) die op problemen en of risicorsquos kunnen wijzen Laag opleidingsniveau van de ouder Weinig opleiding van ouder(s) Ouder spreekt geen Nederlands Analfabetisme van ouder(s) Ouder(s) die moeite hebben met het nakomen van schoolregels De ouders zijn onvoldoende betrokken bij de opleiding van de jeugdige Ouder haalt kind opeens van zijn peuterspeelzaaldagverblijfschool af Onvoorspelbaar breng- en haalgedrag van de ouders 11 De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident (Een ernstig incident kan leiden tot een pedagogische maatregel (schorsing) van beperkte tijdsduur in samenspraak met de ouders In uitzonderlijke gevallen kan overgegaan worden tot verwijdering van een leerling van de school)

45 Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

1 Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

2 De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

3 De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

4 De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

5 De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

6 De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

7 De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

8 De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

11

5 Signalenlijst specifieke vormen

51 Signalen seksueel misbruik

Lichamelijke signalen

verwondingen aan genitalieumln

vaginale infecties en afscheiding

jeuk bij vagina enof anus

problemen bij het plassen

recidiverende urineweginfecties

pijn in de bovenbenen

pijn bij lopen enof zitten

seksueel overdraagbare ziekten

Psychosociale signalen

angst voor mannen of vrouwen in het algemeen of voor een man of vrouw in het bijzonder

sterk verzorgend gedrag niet passend bij de leeftijd van de leerling (parentificatie)

Afwijkend seksueel gedrag

excessief enof dwangmatig masturberen

angst voor lichamelijk contact of juist zoeken van seksueel getint lichamelijk contact

seksueel agressief en dwingend gedrag ten opzichte van andere kinderen

niet leeftijdsadequaat seksueel spel

niet leeftijdsadequate kennis van seksualiteit

angst voor zwangerschap

angst om zich uit te kleden

angst om op de rug te liggen

negatief lichaamsbeeld ontevredenheid over boosheid op of schaamte voor eigen lichaam

schrikken bij aangeraakt worden

houterige motoriek (onderlichaam op slot)

geen plezier in bewegingsspel

52 Signalen meisjesbesnijdenis (vrouwelijke genitale verminking)

vertellen over meisjesbesnijdenis in het algemeen

aankondigen van besnijdenis

Directe gevolgen tijdens en na de ingreep

extreme pijn (wanneer de ingreep zonder verdoving plaatsvindt)

klachten bij urinelozing (pijn bij plassen ophoping urine in de blaas)

overmatig bloedverlies

kans op infectie

kans op overlijden van het meisje

12

Mogelijke gevolgen na de ingreep

moeilijke enof pijnlijke urinelozing

urineweginfectie

chronische pijn in de onderbuik

littekenvorming

menstruatieklachten

53 Signalen eergerelateerd geweld

Angst

schichtig reageren

onzekerheid

verwardheid

apathisch zijn

in zichzelf gekeerd zijn

zich afsluiten van de buitenwereld

Verandering van gedrag

plotselinge stressreacties

schoolverzuim

westerse kleding inruilen voor traditionele kleding en hele lichaam bedekken

direct na school naar huis gaan

stelselmatig opgehaald worden door vader of broer(s)

vriendschappen verbreken

verwondingen

blauwe plekken

Ontwijkend gedrag

ontwijkende antwoorden op directe vragen over bijvoorbeeld verwondingen of sociale controle door

familie

lichamelijke verwaarlozing

zelfmoordpogingen

zinspelen op zelfmoord

fatalistische houding

verhalen over geweld tegen andere familieleden

13

6 Checklist signalen

Naam leerling(e)

Leeftijd

School

Groep

Materieumlle omstandigheden

Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale

functioneren enof het gedrag

Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de

jeugdige enof de ouder(s)ander gezinslid

14

De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin

zorgen)

Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden

De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties

De jeugdige is van schoolkinderopvang gestuurd

De jeugdige wisselt veelvuldig van school

De jeugdige is leerplichtig en gaat niet naar school

15

De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie

geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving

De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang

De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen

Kenmerken van de dagbesteding (school kinderopvang buitenschoolse opvang of werk)

die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen

Kenmerken van opleidingwerkbetrokkenheid ouder(s) die op problemen enof risicorsquos

kunnen wijzen

De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident

Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

16

Specifieke en andere signalen

Probleembeschrijving

Waar maakt u zich zorgen over Wat neemt u concreet waar aan problemen bij de leerling op school in gezin

of sociaal netwerk Hoe vaak en in welke situatie(s) doet het probleem zich voor Hoe lang speelt het

probleem al Omschrijf duidelijk de kern van het probleem dat aangepakt moet worden

Eerdere of lopende aandacht onderzoek hulp of begeleiding

Wat heeft de school nu of eerder gedaan om het probleem aan te pakken de situatie te veranderen

Heeft een externe organisatie nu of eerder iets gedaan om de probleemsituatie te veranderen

Indien er een diagnose is gesteld geef aan welke

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 5: Handleiding behorend bij

5

14 Strafrechtelijke aanpak

Als door de signalen een vermoeden ontstaat van een ernstig misdrijf is het verstandig om de te zetten

stappen al dan niet via Veilig Thuis af te stemmen met de interventies van de politie Gesprekken met

slachtoffer enof getuige kunnen het leveren van bewijs in de strafzaak namelijk belemmeren

15 Verhouding tot de verwijsindex risicojongeren

In geval van een vermoeden van kindermishandeling zal de medewerker doorgaans niet alleen de stappen van

de meldcode zetten maar daarnaast ook moeten overwegen of een registratie zou moeten worden gedaan in

de verwijsindex risicojongeren (0-23 jaar) Deze verwijsindex heeft tot doel om medewerkers die met hetzelfde

kind te maken hebben met elkaar in contact te brengen als zij beiden risicorsquos signaleren met betrekking tot

kort gezegd een bedreigde ontwikkeling naar volwassenheid van de leerling Doel daarvan is te komen tot

een gezamenlijke aanpak van de problematiek van de leerling en zijn gezin We wijzen er met nadruk op dat

de het niet gaat om een keuze tussen een registratie in de verwijsindex of de stappen van de meldcode maar

dat beide acties bij vermoedens van kindermishandeling aan de orde zijn omdat ze elkaar ondersteunen

6

2 De stappen die medewerkers geacht worden te zetten

De stappen gaan in op het proces vanaf het moment dat er signalen zijn Het signaleren zelf heeft in het model

een andere plaats gekregen Signaleren wordt gezien als een belangrijk onderdeel van de beroepshouding van

de medewerkers die binnen de organisatie werkzaam zijn Zo bezien is signalering geen stap in het

stappenplan maar een grondhouding die in ieder contact met de leerling en de ouder wordt verondersteld De

stappen wijzen de medewerker de weg als hij meent dat er signalen zijn van huiselijk geweld of van

kindermishandeling

21 Volgorde van de stappen

De stappen die hieronder worden beschreven zijn in een bepaalde volgorde gerangschikt Maar deze volgorde

is niet dwingend Waar het om gaat is dat de medewerker op enig moment in het proces alle stappen heeft

doorlopen voordat hij besluit om een melding te doen Zo zal het soms voor de hand liggen om meteen met

de ouder in gesprek te gaan over bepaalde signalen In andere gevallen zal de medewerker eerst overleg willen

plegen met een collega en met Veilig Thuis voordat hij het gesprek met de ouder aangaat Ook zullen stappen

soms twee of drie keer worden gezet

22 Termijnen van de stappen

Er zijn geen termijnen beschreven per stap De reden hiervan is dat het beschrijven van een tijdspad

schijnveiligheid geeft Elke situatie is anders en de medewerker zal een inschatting moeten maken op basis

van ernst en (on)veiligheid van de situatie Daarnaast zou een beschreven tijdspad uit moeten gaan van de

meest ernstige fatale vorm en situatie van huiselijk geweld en kindermishandeling Alle andere situaties

zullen in datzelfde tijdspad moeten worden afgehandeld Dit is niet mogelijk en geeft geen recht aan de

situatie van elke individu Het is daarom dat wettelijk geen tijdspad wordt vastgelegd In elke situatie van

huiselijk geweld en kindermishandeling wordt opnieuw een inschatting gemaakt van de ernst en mate van

spoed Het is aan de medewerker en de organisatie om effectief en verantwoord te handelen

7

3 Specifieke vormen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Voor alle duidelijkheid worden seksueel geweld genitale verminking en eergerelateerd geweld specifiek

genoemd bij de omschrijving om duidelijk te maken dat ook deze vormen van geweld onder huiselijk geweld

of kindermishandeling vallen Overigens vragen deze specifieke vormen van geweld ook specifieke kennis en

vaardigheden van medewerkers Ontbreekt deze specifieke deskundigheid dan is het verstandig om bij

signalen die mogelijkerwijs kunnen duiden op zorsquon specifieke vorm van geweld meteen een beroep te doen op

VT Tot slot dient vermeld te worden dat huiselijk geweld (binnen een gezin) waarvan kinderen getuigen zijn

ook valt onder kindermishandeling

31 Vrouwelijke genitale verminking

Vrouwelijke genitale verminking ook wel meisjesbesnijdenis genoemd is een ingreep aan de uitwendige

geslachtsorganen De lichtste vorm is een sneetje in de voorhuid van de clitoris De meest verminkende

vorm is de infibulatie of faraonische besnijdenis waarbij de hele clitoris de kleine schaamlippen en een deel

van de grote schaamlippen verwijderd worden Na hechting van wat over is van de grote schaamlippen blijft

alleen een kleine opening over voor menstruatiebloed en urine

Vrouwelijke genitale verminking is een traditioneel gebruik dat vooral voorkomt in een aantal Afrikaanse

landen De traditie is daar soms verweven geraakt met het geloof zowel islamitisch als christelijk De

ingreep vindt meestal plaats bij jonge meisjes de exacte leeftijd verschilt per land

Alle vormen van vrouwelijke genitale verminking zijn in Nederland strafbaar Ook inwoners van Nederland

die hun dochter in het buitenland laten besnijden plegen een strafbaar feit en kunnen in Nederland worden

vervolgd

32 Eergerelateerd geweld

Eergerelateerd geweld omvat elke vorm van geestelijk of lichamelijk geweld in reactie op een (dreiging van)

schending van de eer van een man of een vrouw en daarmee van zijn of haar familie waarvan de

buitenwereld op de hoogte is of dreigt te raken (Bureau Beke 2005)

Eer kan worden gezien als de waarde van een persoon of zijn familie in een omgeving met een

collectivistische structuur en met gemeenschappelijke normen en waarden De eer van een persoon of zijn

familie wordt bepaald door de gemeenschap Eer is een bezit dat kan worden afgepakt gestolen of

aangetast Het bezit van eer is zo belangrijk dat sommige personen bereid zijn hun leven of dat van een

ander op te offeren om het te verdedigen of terug te winnen

Eergerelateerd geweld kan in alle lagen van een samenleving opdoemen In Nederland komt het niet alleen

voor bij de eerste generatie immigranten de tweede en derde generatie van sommige families zetten deze

culturele traditie voort

Eergerelateerd geweld is geacuteeacuten religieus fenomeen Het is een oeroud cultureel verschijnsel ouder dan welke

godsdienst dan ook dat in meerdere landen door mensen van allerlei geloven gepraktiseerd wordt

Voor meer informatie over de omgang met deze specifieke vormen van geweld wordt verwezen naar het

Standpunt Preventie van Vrouwelijke Genitale Verminking door de Jeugdgezondheidszorg van het

Rijksinstituut voor de Volksgezondheid en Milieu (RIVM) het Handelingsprotocol VGV bij Minderjarigen de

Handreiking Eergerelateerd Geweld van de Federatie Opvang en naar het Stappenplan Eergerelateerd Geweld

van de GGD Rotterdam ndash Rijnmond

8

4 Signalenlijst

Deze signalenlijst geeft een overzicht van de leefgebieden waarop mogelijk signalen van (vermoedens van)

huiselijk geweld en kindermishandeling vast te stellen zijn Het betreft signalen bij de jeugdige de ouders

tussen ouder en jeugdige en in de sociale omgeving van het gezin die schadelijkbelemmerend zijn enof

bedreigend kunnen zijn voor de ontwikkeling van de jeugdige (0 tot 23 jaar)

Uitgangspunt bij het signaleren is altijd de mogelijke bedreiging van de gezonde en veilige ontwikkeling van

de jeugdige Zowel signalen die wijzen op risicofactoren (bedreiging van de ontwikkeling van de jeugdige) als

beschermende factoren (positieve invloed op de ontwikkeling van de jeugdige) kunnen worden meegenomen

Belangrijke aspecten bij kind-signalen zijn de volgende

veranderingen bij de jeugdige (onder andere in gedrag en uiterlijk)

het voorkomen van niet-leeftijdsadequaat gedrag (gedrag passend bij jongere of oudere kinderen)

het voorkomen van abnormaal gedrag

extreme (grensoverschrijdende) gedragingen

41 Materieumlle omstandigheden

In het leefgebied lsquoMaterieumlle omstandighedenrsquo worden problemen genoemd die betrekking hebben op de

woonomstandigheden van de jeugdige de kwaliteit van de materieumlle verzorging van de jeugdige de kwaliteit

en veiligheid van de buurt waarin de jeugdige opgroeit en de financieumlle situatie van de jeugdigehet gezin

1 Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

2 De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

3 Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

4 Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

5 Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

42 Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

1 De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale functioneren

enof het gedrag

2 Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

3 De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

4 De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

5 Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de jeugdige

enof de ouder(s)ander gezinslid

6 De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

7 Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

9

43 Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

1 Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

2 De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

3 De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

4 Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

5 Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin zorgen)

6 Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

7 Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

44 Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden 1 Jeugdige is van school of kinderopvang gestuurd 2 De jeugdige wisselt veelvuldig van school of kinderopvang 3 De jeugdige is leerplichtig maar gaat niet naar school de jeugdige spijbelt veel enof er is sprake van gedekt verzuim 4 De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving 5 De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties Vermoeden of gediagnosticeerde leerstoornisleerproblemen taal-spraakachterstand ontwikkelingsvertraging achterstand of lage intelligentie Onvoldoende of wisselende werkhoudingmotivatie concentratieproblemen onvoldoende taakgerichtheid 6 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang emotionele problemen de jeugdige maakt zich snel zorgen is snel overstuur Klampt zich vast in nieuwe situaties heeft veel tijd nodig om te wennen Onzeker faalangst twijfelt veel voelt zich nuttelooswaardeloos angstig gespannen Klaagt over hoofdpijn buikpijn of misselijkheid Schaamt zich heeft schuldgevoelens Neerslachtig piekert somber heeft weinig plezier voelt zich ongelukkig Teruggetrokken eenzaam gesloten stil verlegen passief lusteloos Vermijdt oogcontact en lichamelijk contact Suiumlcidegedachten 7 De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang de jeugdige is eenkennig gesloten vaak alleen Heeft geen goede vriend of vriendin kan niet makkelijk vrienden maken wordt over het algemeen niet aardig gevonden door anderen Geen goed contact met klasgenotenleraren heeft geen vertrouwensband met leraarmentor Wordt gediscrimineerd op basis van etniciteit ras geloof seksualiteit handicap anders 8 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen de jeugdige houdt zich niet aan regels heeft driftbuien en woede uitbarstingen is koppig en onhandelbaar Vecht metpest anderen gebruikt lichamelijk of verbaal geweld Vernieltsteelt dingen liegt of bedriegt Overactief druk impulsief onrustig snel opgewonden Luidruchtig brutaal schreeuwt vloekt is uitdagend agressief doet stoer schept op discrimineert Prikkelbaar achterdochtig wreed gemeen overheersend Ervaart zelf geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Pest tiranniseert gebruikt relaties antisociaal gedrag heeft delinquent vriendengroep Ongewenste intimiteiten 9 Kenmerken van de schoolkinderopvang die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen Negatief school- enof klassenklimaat strafklimaat negatief werkklimaat leven in twee culturen (Nederlandse en andere)

10

Schoolmentorwerkgever ervaart geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Inadequate begeleiding van leerkrachtenbegeleiderswerkgevers 10 Kenmerken van opleidingouder(s) die op problemen en of risicorsquos kunnen wijzen Laag opleidingsniveau van de ouder Weinig opleiding van ouder(s) Ouder spreekt geen Nederlands Analfabetisme van ouder(s) Ouder(s) die moeite hebben met het nakomen van schoolregels De ouders zijn onvoldoende betrokken bij de opleiding van de jeugdige Ouder haalt kind opeens van zijn peuterspeelzaaldagverblijfschool af Onvoorspelbaar breng- en haalgedrag van de ouders 11 De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident (Een ernstig incident kan leiden tot een pedagogische maatregel (schorsing) van beperkte tijdsduur in samenspraak met de ouders In uitzonderlijke gevallen kan overgegaan worden tot verwijdering van een leerling van de school)

45 Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

1 Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

2 De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

3 De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

4 De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

5 De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

6 De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

7 De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

8 De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

11

5 Signalenlijst specifieke vormen

51 Signalen seksueel misbruik

Lichamelijke signalen

verwondingen aan genitalieumln

vaginale infecties en afscheiding

jeuk bij vagina enof anus

problemen bij het plassen

recidiverende urineweginfecties

pijn in de bovenbenen

pijn bij lopen enof zitten

seksueel overdraagbare ziekten

Psychosociale signalen

angst voor mannen of vrouwen in het algemeen of voor een man of vrouw in het bijzonder

sterk verzorgend gedrag niet passend bij de leeftijd van de leerling (parentificatie)

Afwijkend seksueel gedrag

excessief enof dwangmatig masturberen

angst voor lichamelijk contact of juist zoeken van seksueel getint lichamelijk contact

seksueel agressief en dwingend gedrag ten opzichte van andere kinderen

niet leeftijdsadequaat seksueel spel

niet leeftijdsadequate kennis van seksualiteit

angst voor zwangerschap

angst om zich uit te kleden

angst om op de rug te liggen

negatief lichaamsbeeld ontevredenheid over boosheid op of schaamte voor eigen lichaam

schrikken bij aangeraakt worden

houterige motoriek (onderlichaam op slot)

geen plezier in bewegingsspel

52 Signalen meisjesbesnijdenis (vrouwelijke genitale verminking)

vertellen over meisjesbesnijdenis in het algemeen

aankondigen van besnijdenis

Directe gevolgen tijdens en na de ingreep

extreme pijn (wanneer de ingreep zonder verdoving plaatsvindt)

klachten bij urinelozing (pijn bij plassen ophoping urine in de blaas)

overmatig bloedverlies

kans op infectie

kans op overlijden van het meisje

12

Mogelijke gevolgen na de ingreep

moeilijke enof pijnlijke urinelozing

urineweginfectie

chronische pijn in de onderbuik

littekenvorming

menstruatieklachten

53 Signalen eergerelateerd geweld

Angst

schichtig reageren

onzekerheid

verwardheid

apathisch zijn

in zichzelf gekeerd zijn

zich afsluiten van de buitenwereld

Verandering van gedrag

plotselinge stressreacties

schoolverzuim

westerse kleding inruilen voor traditionele kleding en hele lichaam bedekken

direct na school naar huis gaan

stelselmatig opgehaald worden door vader of broer(s)

vriendschappen verbreken

verwondingen

blauwe plekken

Ontwijkend gedrag

ontwijkende antwoorden op directe vragen over bijvoorbeeld verwondingen of sociale controle door

familie

lichamelijke verwaarlozing

zelfmoordpogingen

zinspelen op zelfmoord

fatalistische houding

verhalen over geweld tegen andere familieleden

13

6 Checklist signalen

Naam leerling(e)

Leeftijd

School

Groep

Materieumlle omstandigheden

Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale

functioneren enof het gedrag

Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de

jeugdige enof de ouder(s)ander gezinslid

14

De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin

zorgen)

Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden

De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties

De jeugdige is van schoolkinderopvang gestuurd

De jeugdige wisselt veelvuldig van school

De jeugdige is leerplichtig en gaat niet naar school

15

De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie

geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving

De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang

De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen

Kenmerken van de dagbesteding (school kinderopvang buitenschoolse opvang of werk)

die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen

Kenmerken van opleidingwerkbetrokkenheid ouder(s) die op problemen enof risicorsquos

kunnen wijzen

De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident

Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

16

Specifieke en andere signalen

Probleembeschrijving

Waar maakt u zich zorgen over Wat neemt u concreet waar aan problemen bij de leerling op school in gezin

of sociaal netwerk Hoe vaak en in welke situatie(s) doet het probleem zich voor Hoe lang speelt het

probleem al Omschrijf duidelijk de kern van het probleem dat aangepakt moet worden

Eerdere of lopende aandacht onderzoek hulp of begeleiding

Wat heeft de school nu of eerder gedaan om het probleem aan te pakken de situatie te veranderen

Heeft een externe organisatie nu of eerder iets gedaan om de probleemsituatie te veranderen

Indien er een diagnose is gesteld geef aan welke

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 6: Handleiding behorend bij

6

2 De stappen die medewerkers geacht worden te zetten

De stappen gaan in op het proces vanaf het moment dat er signalen zijn Het signaleren zelf heeft in het model

een andere plaats gekregen Signaleren wordt gezien als een belangrijk onderdeel van de beroepshouding van

de medewerkers die binnen de organisatie werkzaam zijn Zo bezien is signalering geen stap in het

stappenplan maar een grondhouding die in ieder contact met de leerling en de ouder wordt verondersteld De

stappen wijzen de medewerker de weg als hij meent dat er signalen zijn van huiselijk geweld of van

kindermishandeling

21 Volgorde van de stappen

De stappen die hieronder worden beschreven zijn in een bepaalde volgorde gerangschikt Maar deze volgorde

is niet dwingend Waar het om gaat is dat de medewerker op enig moment in het proces alle stappen heeft

doorlopen voordat hij besluit om een melding te doen Zo zal het soms voor de hand liggen om meteen met

de ouder in gesprek te gaan over bepaalde signalen In andere gevallen zal de medewerker eerst overleg willen

plegen met een collega en met Veilig Thuis voordat hij het gesprek met de ouder aangaat Ook zullen stappen

soms twee of drie keer worden gezet

22 Termijnen van de stappen

Er zijn geen termijnen beschreven per stap De reden hiervan is dat het beschrijven van een tijdspad

schijnveiligheid geeft Elke situatie is anders en de medewerker zal een inschatting moeten maken op basis

van ernst en (on)veiligheid van de situatie Daarnaast zou een beschreven tijdspad uit moeten gaan van de

meest ernstige fatale vorm en situatie van huiselijk geweld en kindermishandeling Alle andere situaties

zullen in datzelfde tijdspad moeten worden afgehandeld Dit is niet mogelijk en geeft geen recht aan de

situatie van elke individu Het is daarom dat wettelijk geen tijdspad wordt vastgelegd In elke situatie van

huiselijk geweld en kindermishandeling wordt opnieuw een inschatting gemaakt van de ernst en mate van

spoed Het is aan de medewerker en de organisatie om effectief en verantwoord te handelen

7

3 Specifieke vormen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Voor alle duidelijkheid worden seksueel geweld genitale verminking en eergerelateerd geweld specifiek

genoemd bij de omschrijving om duidelijk te maken dat ook deze vormen van geweld onder huiselijk geweld

of kindermishandeling vallen Overigens vragen deze specifieke vormen van geweld ook specifieke kennis en

vaardigheden van medewerkers Ontbreekt deze specifieke deskundigheid dan is het verstandig om bij

signalen die mogelijkerwijs kunnen duiden op zorsquon specifieke vorm van geweld meteen een beroep te doen op

VT Tot slot dient vermeld te worden dat huiselijk geweld (binnen een gezin) waarvan kinderen getuigen zijn

ook valt onder kindermishandeling

31 Vrouwelijke genitale verminking

Vrouwelijke genitale verminking ook wel meisjesbesnijdenis genoemd is een ingreep aan de uitwendige

geslachtsorganen De lichtste vorm is een sneetje in de voorhuid van de clitoris De meest verminkende

vorm is de infibulatie of faraonische besnijdenis waarbij de hele clitoris de kleine schaamlippen en een deel

van de grote schaamlippen verwijderd worden Na hechting van wat over is van de grote schaamlippen blijft

alleen een kleine opening over voor menstruatiebloed en urine

Vrouwelijke genitale verminking is een traditioneel gebruik dat vooral voorkomt in een aantal Afrikaanse

landen De traditie is daar soms verweven geraakt met het geloof zowel islamitisch als christelijk De

ingreep vindt meestal plaats bij jonge meisjes de exacte leeftijd verschilt per land

Alle vormen van vrouwelijke genitale verminking zijn in Nederland strafbaar Ook inwoners van Nederland

die hun dochter in het buitenland laten besnijden plegen een strafbaar feit en kunnen in Nederland worden

vervolgd

32 Eergerelateerd geweld

Eergerelateerd geweld omvat elke vorm van geestelijk of lichamelijk geweld in reactie op een (dreiging van)

schending van de eer van een man of een vrouw en daarmee van zijn of haar familie waarvan de

buitenwereld op de hoogte is of dreigt te raken (Bureau Beke 2005)

Eer kan worden gezien als de waarde van een persoon of zijn familie in een omgeving met een

collectivistische structuur en met gemeenschappelijke normen en waarden De eer van een persoon of zijn

familie wordt bepaald door de gemeenschap Eer is een bezit dat kan worden afgepakt gestolen of

aangetast Het bezit van eer is zo belangrijk dat sommige personen bereid zijn hun leven of dat van een

ander op te offeren om het te verdedigen of terug te winnen

Eergerelateerd geweld kan in alle lagen van een samenleving opdoemen In Nederland komt het niet alleen

voor bij de eerste generatie immigranten de tweede en derde generatie van sommige families zetten deze

culturele traditie voort

Eergerelateerd geweld is geacuteeacuten religieus fenomeen Het is een oeroud cultureel verschijnsel ouder dan welke

godsdienst dan ook dat in meerdere landen door mensen van allerlei geloven gepraktiseerd wordt

Voor meer informatie over de omgang met deze specifieke vormen van geweld wordt verwezen naar het

Standpunt Preventie van Vrouwelijke Genitale Verminking door de Jeugdgezondheidszorg van het

Rijksinstituut voor de Volksgezondheid en Milieu (RIVM) het Handelingsprotocol VGV bij Minderjarigen de

Handreiking Eergerelateerd Geweld van de Federatie Opvang en naar het Stappenplan Eergerelateerd Geweld

van de GGD Rotterdam ndash Rijnmond

8

4 Signalenlijst

Deze signalenlijst geeft een overzicht van de leefgebieden waarop mogelijk signalen van (vermoedens van)

huiselijk geweld en kindermishandeling vast te stellen zijn Het betreft signalen bij de jeugdige de ouders

tussen ouder en jeugdige en in de sociale omgeving van het gezin die schadelijkbelemmerend zijn enof

bedreigend kunnen zijn voor de ontwikkeling van de jeugdige (0 tot 23 jaar)

Uitgangspunt bij het signaleren is altijd de mogelijke bedreiging van de gezonde en veilige ontwikkeling van

de jeugdige Zowel signalen die wijzen op risicofactoren (bedreiging van de ontwikkeling van de jeugdige) als

beschermende factoren (positieve invloed op de ontwikkeling van de jeugdige) kunnen worden meegenomen

Belangrijke aspecten bij kind-signalen zijn de volgende

veranderingen bij de jeugdige (onder andere in gedrag en uiterlijk)

het voorkomen van niet-leeftijdsadequaat gedrag (gedrag passend bij jongere of oudere kinderen)

het voorkomen van abnormaal gedrag

extreme (grensoverschrijdende) gedragingen

41 Materieumlle omstandigheden

In het leefgebied lsquoMaterieumlle omstandighedenrsquo worden problemen genoemd die betrekking hebben op de

woonomstandigheden van de jeugdige de kwaliteit van de materieumlle verzorging van de jeugdige de kwaliteit

en veiligheid van de buurt waarin de jeugdige opgroeit en de financieumlle situatie van de jeugdigehet gezin

1 Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

2 De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

3 Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

4 Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

5 Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

42 Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

1 De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale functioneren

enof het gedrag

2 Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

3 De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

4 De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

5 Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de jeugdige

enof de ouder(s)ander gezinslid

6 De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

7 Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

9

43 Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

1 Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

2 De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

3 De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

4 Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

5 Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin zorgen)

6 Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

7 Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

44 Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden 1 Jeugdige is van school of kinderopvang gestuurd 2 De jeugdige wisselt veelvuldig van school of kinderopvang 3 De jeugdige is leerplichtig maar gaat niet naar school de jeugdige spijbelt veel enof er is sprake van gedekt verzuim 4 De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving 5 De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties Vermoeden of gediagnosticeerde leerstoornisleerproblemen taal-spraakachterstand ontwikkelingsvertraging achterstand of lage intelligentie Onvoldoende of wisselende werkhoudingmotivatie concentratieproblemen onvoldoende taakgerichtheid 6 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang emotionele problemen de jeugdige maakt zich snel zorgen is snel overstuur Klampt zich vast in nieuwe situaties heeft veel tijd nodig om te wennen Onzeker faalangst twijfelt veel voelt zich nuttelooswaardeloos angstig gespannen Klaagt over hoofdpijn buikpijn of misselijkheid Schaamt zich heeft schuldgevoelens Neerslachtig piekert somber heeft weinig plezier voelt zich ongelukkig Teruggetrokken eenzaam gesloten stil verlegen passief lusteloos Vermijdt oogcontact en lichamelijk contact Suiumlcidegedachten 7 De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang de jeugdige is eenkennig gesloten vaak alleen Heeft geen goede vriend of vriendin kan niet makkelijk vrienden maken wordt over het algemeen niet aardig gevonden door anderen Geen goed contact met klasgenotenleraren heeft geen vertrouwensband met leraarmentor Wordt gediscrimineerd op basis van etniciteit ras geloof seksualiteit handicap anders 8 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen de jeugdige houdt zich niet aan regels heeft driftbuien en woede uitbarstingen is koppig en onhandelbaar Vecht metpest anderen gebruikt lichamelijk of verbaal geweld Vernieltsteelt dingen liegt of bedriegt Overactief druk impulsief onrustig snel opgewonden Luidruchtig brutaal schreeuwt vloekt is uitdagend agressief doet stoer schept op discrimineert Prikkelbaar achterdochtig wreed gemeen overheersend Ervaart zelf geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Pest tiranniseert gebruikt relaties antisociaal gedrag heeft delinquent vriendengroep Ongewenste intimiteiten 9 Kenmerken van de schoolkinderopvang die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen Negatief school- enof klassenklimaat strafklimaat negatief werkklimaat leven in twee culturen (Nederlandse en andere)

10

Schoolmentorwerkgever ervaart geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Inadequate begeleiding van leerkrachtenbegeleiderswerkgevers 10 Kenmerken van opleidingouder(s) die op problemen en of risicorsquos kunnen wijzen Laag opleidingsniveau van de ouder Weinig opleiding van ouder(s) Ouder spreekt geen Nederlands Analfabetisme van ouder(s) Ouder(s) die moeite hebben met het nakomen van schoolregels De ouders zijn onvoldoende betrokken bij de opleiding van de jeugdige Ouder haalt kind opeens van zijn peuterspeelzaaldagverblijfschool af Onvoorspelbaar breng- en haalgedrag van de ouders 11 De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident (Een ernstig incident kan leiden tot een pedagogische maatregel (schorsing) van beperkte tijdsduur in samenspraak met de ouders In uitzonderlijke gevallen kan overgegaan worden tot verwijdering van een leerling van de school)

45 Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

1 Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

2 De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

3 De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

4 De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

5 De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

6 De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

7 De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

8 De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

11

5 Signalenlijst specifieke vormen

51 Signalen seksueel misbruik

Lichamelijke signalen

verwondingen aan genitalieumln

vaginale infecties en afscheiding

jeuk bij vagina enof anus

problemen bij het plassen

recidiverende urineweginfecties

pijn in de bovenbenen

pijn bij lopen enof zitten

seksueel overdraagbare ziekten

Psychosociale signalen

angst voor mannen of vrouwen in het algemeen of voor een man of vrouw in het bijzonder

sterk verzorgend gedrag niet passend bij de leeftijd van de leerling (parentificatie)

Afwijkend seksueel gedrag

excessief enof dwangmatig masturberen

angst voor lichamelijk contact of juist zoeken van seksueel getint lichamelijk contact

seksueel agressief en dwingend gedrag ten opzichte van andere kinderen

niet leeftijdsadequaat seksueel spel

niet leeftijdsadequate kennis van seksualiteit

angst voor zwangerschap

angst om zich uit te kleden

angst om op de rug te liggen

negatief lichaamsbeeld ontevredenheid over boosheid op of schaamte voor eigen lichaam

schrikken bij aangeraakt worden

houterige motoriek (onderlichaam op slot)

geen plezier in bewegingsspel

52 Signalen meisjesbesnijdenis (vrouwelijke genitale verminking)

vertellen over meisjesbesnijdenis in het algemeen

aankondigen van besnijdenis

Directe gevolgen tijdens en na de ingreep

extreme pijn (wanneer de ingreep zonder verdoving plaatsvindt)

klachten bij urinelozing (pijn bij plassen ophoping urine in de blaas)

overmatig bloedverlies

kans op infectie

kans op overlijden van het meisje

12

Mogelijke gevolgen na de ingreep

moeilijke enof pijnlijke urinelozing

urineweginfectie

chronische pijn in de onderbuik

littekenvorming

menstruatieklachten

53 Signalen eergerelateerd geweld

Angst

schichtig reageren

onzekerheid

verwardheid

apathisch zijn

in zichzelf gekeerd zijn

zich afsluiten van de buitenwereld

Verandering van gedrag

plotselinge stressreacties

schoolverzuim

westerse kleding inruilen voor traditionele kleding en hele lichaam bedekken

direct na school naar huis gaan

stelselmatig opgehaald worden door vader of broer(s)

vriendschappen verbreken

verwondingen

blauwe plekken

Ontwijkend gedrag

ontwijkende antwoorden op directe vragen over bijvoorbeeld verwondingen of sociale controle door

familie

lichamelijke verwaarlozing

zelfmoordpogingen

zinspelen op zelfmoord

fatalistische houding

verhalen over geweld tegen andere familieleden

13

6 Checklist signalen

Naam leerling(e)

Leeftijd

School

Groep

Materieumlle omstandigheden

Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale

functioneren enof het gedrag

Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de

jeugdige enof de ouder(s)ander gezinslid

14

De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin

zorgen)

Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden

De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties

De jeugdige is van schoolkinderopvang gestuurd

De jeugdige wisselt veelvuldig van school

De jeugdige is leerplichtig en gaat niet naar school

15

De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie

geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving

De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang

De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen

Kenmerken van de dagbesteding (school kinderopvang buitenschoolse opvang of werk)

die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen

Kenmerken van opleidingwerkbetrokkenheid ouder(s) die op problemen enof risicorsquos

kunnen wijzen

De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident

Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

16

Specifieke en andere signalen

Probleembeschrijving

Waar maakt u zich zorgen over Wat neemt u concreet waar aan problemen bij de leerling op school in gezin

of sociaal netwerk Hoe vaak en in welke situatie(s) doet het probleem zich voor Hoe lang speelt het

probleem al Omschrijf duidelijk de kern van het probleem dat aangepakt moet worden

Eerdere of lopende aandacht onderzoek hulp of begeleiding

Wat heeft de school nu of eerder gedaan om het probleem aan te pakken de situatie te veranderen

Heeft een externe organisatie nu of eerder iets gedaan om de probleemsituatie te veranderen

Indien er een diagnose is gesteld geef aan welke

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 7: Handleiding behorend bij

7

3 Specifieke vormen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Voor alle duidelijkheid worden seksueel geweld genitale verminking en eergerelateerd geweld specifiek

genoemd bij de omschrijving om duidelijk te maken dat ook deze vormen van geweld onder huiselijk geweld

of kindermishandeling vallen Overigens vragen deze specifieke vormen van geweld ook specifieke kennis en

vaardigheden van medewerkers Ontbreekt deze specifieke deskundigheid dan is het verstandig om bij

signalen die mogelijkerwijs kunnen duiden op zorsquon specifieke vorm van geweld meteen een beroep te doen op

VT Tot slot dient vermeld te worden dat huiselijk geweld (binnen een gezin) waarvan kinderen getuigen zijn

ook valt onder kindermishandeling

31 Vrouwelijke genitale verminking

Vrouwelijke genitale verminking ook wel meisjesbesnijdenis genoemd is een ingreep aan de uitwendige

geslachtsorganen De lichtste vorm is een sneetje in de voorhuid van de clitoris De meest verminkende

vorm is de infibulatie of faraonische besnijdenis waarbij de hele clitoris de kleine schaamlippen en een deel

van de grote schaamlippen verwijderd worden Na hechting van wat over is van de grote schaamlippen blijft

alleen een kleine opening over voor menstruatiebloed en urine

Vrouwelijke genitale verminking is een traditioneel gebruik dat vooral voorkomt in een aantal Afrikaanse

landen De traditie is daar soms verweven geraakt met het geloof zowel islamitisch als christelijk De

ingreep vindt meestal plaats bij jonge meisjes de exacte leeftijd verschilt per land

Alle vormen van vrouwelijke genitale verminking zijn in Nederland strafbaar Ook inwoners van Nederland

die hun dochter in het buitenland laten besnijden plegen een strafbaar feit en kunnen in Nederland worden

vervolgd

32 Eergerelateerd geweld

Eergerelateerd geweld omvat elke vorm van geestelijk of lichamelijk geweld in reactie op een (dreiging van)

schending van de eer van een man of een vrouw en daarmee van zijn of haar familie waarvan de

buitenwereld op de hoogte is of dreigt te raken (Bureau Beke 2005)

Eer kan worden gezien als de waarde van een persoon of zijn familie in een omgeving met een

collectivistische structuur en met gemeenschappelijke normen en waarden De eer van een persoon of zijn

familie wordt bepaald door de gemeenschap Eer is een bezit dat kan worden afgepakt gestolen of

aangetast Het bezit van eer is zo belangrijk dat sommige personen bereid zijn hun leven of dat van een

ander op te offeren om het te verdedigen of terug te winnen

Eergerelateerd geweld kan in alle lagen van een samenleving opdoemen In Nederland komt het niet alleen

voor bij de eerste generatie immigranten de tweede en derde generatie van sommige families zetten deze

culturele traditie voort

Eergerelateerd geweld is geacuteeacuten religieus fenomeen Het is een oeroud cultureel verschijnsel ouder dan welke

godsdienst dan ook dat in meerdere landen door mensen van allerlei geloven gepraktiseerd wordt

Voor meer informatie over de omgang met deze specifieke vormen van geweld wordt verwezen naar het

Standpunt Preventie van Vrouwelijke Genitale Verminking door de Jeugdgezondheidszorg van het

Rijksinstituut voor de Volksgezondheid en Milieu (RIVM) het Handelingsprotocol VGV bij Minderjarigen de

Handreiking Eergerelateerd Geweld van de Federatie Opvang en naar het Stappenplan Eergerelateerd Geweld

van de GGD Rotterdam ndash Rijnmond

8

4 Signalenlijst

Deze signalenlijst geeft een overzicht van de leefgebieden waarop mogelijk signalen van (vermoedens van)

huiselijk geweld en kindermishandeling vast te stellen zijn Het betreft signalen bij de jeugdige de ouders

tussen ouder en jeugdige en in de sociale omgeving van het gezin die schadelijkbelemmerend zijn enof

bedreigend kunnen zijn voor de ontwikkeling van de jeugdige (0 tot 23 jaar)

Uitgangspunt bij het signaleren is altijd de mogelijke bedreiging van de gezonde en veilige ontwikkeling van

de jeugdige Zowel signalen die wijzen op risicofactoren (bedreiging van de ontwikkeling van de jeugdige) als

beschermende factoren (positieve invloed op de ontwikkeling van de jeugdige) kunnen worden meegenomen

Belangrijke aspecten bij kind-signalen zijn de volgende

veranderingen bij de jeugdige (onder andere in gedrag en uiterlijk)

het voorkomen van niet-leeftijdsadequaat gedrag (gedrag passend bij jongere of oudere kinderen)

het voorkomen van abnormaal gedrag

extreme (grensoverschrijdende) gedragingen

41 Materieumlle omstandigheden

In het leefgebied lsquoMaterieumlle omstandighedenrsquo worden problemen genoemd die betrekking hebben op de

woonomstandigheden van de jeugdige de kwaliteit van de materieumlle verzorging van de jeugdige de kwaliteit

en veiligheid van de buurt waarin de jeugdige opgroeit en de financieumlle situatie van de jeugdigehet gezin

1 Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

2 De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

3 Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

4 Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

5 Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

42 Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

1 De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale functioneren

enof het gedrag

2 Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

3 De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

4 De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

5 Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de jeugdige

enof de ouder(s)ander gezinslid

6 De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

7 Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

9

43 Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

1 Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

2 De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

3 De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

4 Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

5 Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin zorgen)

6 Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

7 Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

44 Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden 1 Jeugdige is van school of kinderopvang gestuurd 2 De jeugdige wisselt veelvuldig van school of kinderopvang 3 De jeugdige is leerplichtig maar gaat niet naar school de jeugdige spijbelt veel enof er is sprake van gedekt verzuim 4 De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving 5 De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties Vermoeden of gediagnosticeerde leerstoornisleerproblemen taal-spraakachterstand ontwikkelingsvertraging achterstand of lage intelligentie Onvoldoende of wisselende werkhoudingmotivatie concentratieproblemen onvoldoende taakgerichtheid 6 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang emotionele problemen de jeugdige maakt zich snel zorgen is snel overstuur Klampt zich vast in nieuwe situaties heeft veel tijd nodig om te wennen Onzeker faalangst twijfelt veel voelt zich nuttelooswaardeloos angstig gespannen Klaagt over hoofdpijn buikpijn of misselijkheid Schaamt zich heeft schuldgevoelens Neerslachtig piekert somber heeft weinig plezier voelt zich ongelukkig Teruggetrokken eenzaam gesloten stil verlegen passief lusteloos Vermijdt oogcontact en lichamelijk contact Suiumlcidegedachten 7 De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang de jeugdige is eenkennig gesloten vaak alleen Heeft geen goede vriend of vriendin kan niet makkelijk vrienden maken wordt over het algemeen niet aardig gevonden door anderen Geen goed contact met klasgenotenleraren heeft geen vertrouwensband met leraarmentor Wordt gediscrimineerd op basis van etniciteit ras geloof seksualiteit handicap anders 8 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen de jeugdige houdt zich niet aan regels heeft driftbuien en woede uitbarstingen is koppig en onhandelbaar Vecht metpest anderen gebruikt lichamelijk of verbaal geweld Vernieltsteelt dingen liegt of bedriegt Overactief druk impulsief onrustig snel opgewonden Luidruchtig brutaal schreeuwt vloekt is uitdagend agressief doet stoer schept op discrimineert Prikkelbaar achterdochtig wreed gemeen overheersend Ervaart zelf geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Pest tiranniseert gebruikt relaties antisociaal gedrag heeft delinquent vriendengroep Ongewenste intimiteiten 9 Kenmerken van de schoolkinderopvang die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen Negatief school- enof klassenklimaat strafklimaat negatief werkklimaat leven in twee culturen (Nederlandse en andere)

10

Schoolmentorwerkgever ervaart geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Inadequate begeleiding van leerkrachtenbegeleiderswerkgevers 10 Kenmerken van opleidingouder(s) die op problemen en of risicorsquos kunnen wijzen Laag opleidingsniveau van de ouder Weinig opleiding van ouder(s) Ouder spreekt geen Nederlands Analfabetisme van ouder(s) Ouder(s) die moeite hebben met het nakomen van schoolregels De ouders zijn onvoldoende betrokken bij de opleiding van de jeugdige Ouder haalt kind opeens van zijn peuterspeelzaaldagverblijfschool af Onvoorspelbaar breng- en haalgedrag van de ouders 11 De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident (Een ernstig incident kan leiden tot een pedagogische maatregel (schorsing) van beperkte tijdsduur in samenspraak met de ouders In uitzonderlijke gevallen kan overgegaan worden tot verwijdering van een leerling van de school)

45 Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

1 Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

2 De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

3 De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

4 De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

5 De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

6 De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

7 De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

8 De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

11

5 Signalenlijst specifieke vormen

51 Signalen seksueel misbruik

Lichamelijke signalen

verwondingen aan genitalieumln

vaginale infecties en afscheiding

jeuk bij vagina enof anus

problemen bij het plassen

recidiverende urineweginfecties

pijn in de bovenbenen

pijn bij lopen enof zitten

seksueel overdraagbare ziekten

Psychosociale signalen

angst voor mannen of vrouwen in het algemeen of voor een man of vrouw in het bijzonder

sterk verzorgend gedrag niet passend bij de leeftijd van de leerling (parentificatie)

Afwijkend seksueel gedrag

excessief enof dwangmatig masturberen

angst voor lichamelijk contact of juist zoeken van seksueel getint lichamelijk contact

seksueel agressief en dwingend gedrag ten opzichte van andere kinderen

niet leeftijdsadequaat seksueel spel

niet leeftijdsadequate kennis van seksualiteit

angst voor zwangerschap

angst om zich uit te kleden

angst om op de rug te liggen

negatief lichaamsbeeld ontevredenheid over boosheid op of schaamte voor eigen lichaam

schrikken bij aangeraakt worden

houterige motoriek (onderlichaam op slot)

geen plezier in bewegingsspel

52 Signalen meisjesbesnijdenis (vrouwelijke genitale verminking)

vertellen over meisjesbesnijdenis in het algemeen

aankondigen van besnijdenis

Directe gevolgen tijdens en na de ingreep

extreme pijn (wanneer de ingreep zonder verdoving plaatsvindt)

klachten bij urinelozing (pijn bij plassen ophoping urine in de blaas)

overmatig bloedverlies

kans op infectie

kans op overlijden van het meisje

12

Mogelijke gevolgen na de ingreep

moeilijke enof pijnlijke urinelozing

urineweginfectie

chronische pijn in de onderbuik

littekenvorming

menstruatieklachten

53 Signalen eergerelateerd geweld

Angst

schichtig reageren

onzekerheid

verwardheid

apathisch zijn

in zichzelf gekeerd zijn

zich afsluiten van de buitenwereld

Verandering van gedrag

plotselinge stressreacties

schoolverzuim

westerse kleding inruilen voor traditionele kleding en hele lichaam bedekken

direct na school naar huis gaan

stelselmatig opgehaald worden door vader of broer(s)

vriendschappen verbreken

verwondingen

blauwe plekken

Ontwijkend gedrag

ontwijkende antwoorden op directe vragen over bijvoorbeeld verwondingen of sociale controle door

familie

lichamelijke verwaarlozing

zelfmoordpogingen

zinspelen op zelfmoord

fatalistische houding

verhalen over geweld tegen andere familieleden

13

6 Checklist signalen

Naam leerling(e)

Leeftijd

School

Groep

Materieumlle omstandigheden

Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale

functioneren enof het gedrag

Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de

jeugdige enof de ouder(s)ander gezinslid

14

De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin

zorgen)

Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden

De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties

De jeugdige is van schoolkinderopvang gestuurd

De jeugdige wisselt veelvuldig van school

De jeugdige is leerplichtig en gaat niet naar school

15

De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie

geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving

De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang

De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen

Kenmerken van de dagbesteding (school kinderopvang buitenschoolse opvang of werk)

die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen

Kenmerken van opleidingwerkbetrokkenheid ouder(s) die op problemen enof risicorsquos

kunnen wijzen

De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident

Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

16

Specifieke en andere signalen

Probleembeschrijving

Waar maakt u zich zorgen over Wat neemt u concreet waar aan problemen bij de leerling op school in gezin

of sociaal netwerk Hoe vaak en in welke situatie(s) doet het probleem zich voor Hoe lang speelt het

probleem al Omschrijf duidelijk de kern van het probleem dat aangepakt moet worden

Eerdere of lopende aandacht onderzoek hulp of begeleiding

Wat heeft de school nu of eerder gedaan om het probleem aan te pakken de situatie te veranderen

Heeft een externe organisatie nu of eerder iets gedaan om de probleemsituatie te veranderen

Indien er een diagnose is gesteld geef aan welke

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 8: Handleiding behorend bij

8

4 Signalenlijst

Deze signalenlijst geeft een overzicht van de leefgebieden waarop mogelijk signalen van (vermoedens van)

huiselijk geweld en kindermishandeling vast te stellen zijn Het betreft signalen bij de jeugdige de ouders

tussen ouder en jeugdige en in de sociale omgeving van het gezin die schadelijkbelemmerend zijn enof

bedreigend kunnen zijn voor de ontwikkeling van de jeugdige (0 tot 23 jaar)

Uitgangspunt bij het signaleren is altijd de mogelijke bedreiging van de gezonde en veilige ontwikkeling van

de jeugdige Zowel signalen die wijzen op risicofactoren (bedreiging van de ontwikkeling van de jeugdige) als

beschermende factoren (positieve invloed op de ontwikkeling van de jeugdige) kunnen worden meegenomen

Belangrijke aspecten bij kind-signalen zijn de volgende

veranderingen bij de jeugdige (onder andere in gedrag en uiterlijk)

het voorkomen van niet-leeftijdsadequaat gedrag (gedrag passend bij jongere of oudere kinderen)

het voorkomen van abnormaal gedrag

extreme (grensoverschrijdende) gedragingen

41 Materieumlle omstandigheden

In het leefgebied lsquoMaterieumlle omstandighedenrsquo worden problemen genoemd die betrekking hebben op de

woonomstandigheden van de jeugdige de kwaliteit van de materieumlle verzorging van de jeugdige de kwaliteit

en veiligheid van de buurt waarin de jeugdige opgroeit en de financieumlle situatie van de jeugdigehet gezin

1 Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

2 De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

3 Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

4 Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

5 Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

42 Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

1 De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale functioneren

enof het gedrag

2 Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

3 De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

4 De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

5 Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de jeugdige

enof de ouder(s)ander gezinslid

6 De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

7 Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

9

43 Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

1 Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

2 De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

3 De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

4 Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

5 Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin zorgen)

6 Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

7 Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

44 Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden 1 Jeugdige is van school of kinderopvang gestuurd 2 De jeugdige wisselt veelvuldig van school of kinderopvang 3 De jeugdige is leerplichtig maar gaat niet naar school de jeugdige spijbelt veel enof er is sprake van gedekt verzuim 4 De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving 5 De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties Vermoeden of gediagnosticeerde leerstoornisleerproblemen taal-spraakachterstand ontwikkelingsvertraging achterstand of lage intelligentie Onvoldoende of wisselende werkhoudingmotivatie concentratieproblemen onvoldoende taakgerichtheid 6 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang emotionele problemen de jeugdige maakt zich snel zorgen is snel overstuur Klampt zich vast in nieuwe situaties heeft veel tijd nodig om te wennen Onzeker faalangst twijfelt veel voelt zich nuttelooswaardeloos angstig gespannen Klaagt over hoofdpijn buikpijn of misselijkheid Schaamt zich heeft schuldgevoelens Neerslachtig piekert somber heeft weinig plezier voelt zich ongelukkig Teruggetrokken eenzaam gesloten stil verlegen passief lusteloos Vermijdt oogcontact en lichamelijk contact Suiumlcidegedachten 7 De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang de jeugdige is eenkennig gesloten vaak alleen Heeft geen goede vriend of vriendin kan niet makkelijk vrienden maken wordt over het algemeen niet aardig gevonden door anderen Geen goed contact met klasgenotenleraren heeft geen vertrouwensband met leraarmentor Wordt gediscrimineerd op basis van etniciteit ras geloof seksualiteit handicap anders 8 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen de jeugdige houdt zich niet aan regels heeft driftbuien en woede uitbarstingen is koppig en onhandelbaar Vecht metpest anderen gebruikt lichamelijk of verbaal geweld Vernieltsteelt dingen liegt of bedriegt Overactief druk impulsief onrustig snel opgewonden Luidruchtig brutaal schreeuwt vloekt is uitdagend agressief doet stoer schept op discrimineert Prikkelbaar achterdochtig wreed gemeen overheersend Ervaart zelf geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Pest tiranniseert gebruikt relaties antisociaal gedrag heeft delinquent vriendengroep Ongewenste intimiteiten 9 Kenmerken van de schoolkinderopvang die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen Negatief school- enof klassenklimaat strafklimaat negatief werkklimaat leven in twee culturen (Nederlandse en andere)

10

Schoolmentorwerkgever ervaart geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Inadequate begeleiding van leerkrachtenbegeleiderswerkgevers 10 Kenmerken van opleidingouder(s) die op problemen en of risicorsquos kunnen wijzen Laag opleidingsniveau van de ouder Weinig opleiding van ouder(s) Ouder spreekt geen Nederlands Analfabetisme van ouder(s) Ouder(s) die moeite hebben met het nakomen van schoolregels De ouders zijn onvoldoende betrokken bij de opleiding van de jeugdige Ouder haalt kind opeens van zijn peuterspeelzaaldagverblijfschool af Onvoorspelbaar breng- en haalgedrag van de ouders 11 De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident (Een ernstig incident kan leiden tot een pedagogische maatregel (schorsing) van beperkte tijdsduur in samenspraak met de ouders In uitzonderlijke gevallen kan overgegaan worden tot verwijdering van een leerling van de school)

45 Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

1 Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

2 De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

3 De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

4 De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

5 De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

6 De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

7 De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

8 De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

11

5 Signalenlijst specifieke vormen

51 Signalen seksueel misbruik

Lichamelijke signalen

verwondingen aan genitalieumln

vaginale infecties en afscheiding

jeuk bij vagina enof anus

problemen bij het plassen

recidiverende urineweginfecties

pijn in de bovenbenen

pijn bij lopen enof zitten

seksueel overdraagbare ziekten

Psychosociale signalen

angst voor mannen of vrouwen in het algemeen of voor een man of vrouw in het bijzonder

sterk verzorgend gedrag niet passend bij de leeftijd van de leerling (parentificatie)

Afwijkend seksueel gedrag

excessief enof dwangmatig masturberen

angst voor lichamelijk contact of juist zoeken van seksueel getint lichamelijk contact

seksueel agressief en dwingend gedrag ten opzichte van andere kinderen

niet leeftijdsadequaat seksueel spel

niet leeftijdsadequate kennis van seksualiteit

angst voor zwangerschap

angst om zich uit te kleden

angst om op de rug te liggen

negatief lichaamsbeeld ontevredenheid over boosheid op of schaamte voor eigen lichaam

schrikken bij aangeraakt worden

houterige motoriek (onderlichaam op slot)

geen plezier in bewegingsspel

52 Signalen meisjesbesnijdenis (vrouwelijke genitale verminking)

vertellen over meisjesbesnijdenis in het algemeen

aankondigen van besnijdenis

Directe gevolgen tijdens en na de ingreep

extreme pijn (wanneer de ingreep zonder verdoving plaatsvindt)

klachten bij urinelozing (pijn bij plassen ophoping urine in de blaas)

overmatig bloedverlies

kans op infectie

kans op overlijden van het meisje

12

Mogelijke gevolgen na de ingreep

moeilijke enof pijnlijke urinelozing

urineweginfectie

chronische pijn in de onderbuik

littekenvorming

menstruatieklachten

53 Signalen eergerelateerd geweld

Angst

schichtig reageren

onzekerheid

verwardheid

apathisch zijn

in zichzelf gekeerd zijn

zich afsluiten van de buitenwereld

Verandering van gedrag

plotselinge stressreacties

schoolverzuim

westerse kleding inruilen voor traditionele kleding en hele lichaam bedekken

direct na school naar huis gaan

stelselmatig opgehaald worden door vader of broer(s)

vriendschappen verbreken

verwondingen

blauwe plekken

Ontwijkend gedrag

ontwijkende antwoorden op directe vragen over bijvoorbeeld verwondingen of sociale controle door

familie

lichamelijke verwaarlozing

zelfmoordpogingen

zinspelen op zelfmoord

fatalistische houding

verhalen over geweld tegen andere familieleden

13

6 Checklist signalen

Naam leerling(e)

Leeftijd

School

Groep

Materieumlle omstandigheden

Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale

functioneren enof het gedrag

Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de

jeugdige enof de ouder(s)ander gezinslid

14

De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin

zorgen)

Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden

De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties

De jeugdige is van schoolkinderopvang gestuurd

De jeugdige wisselt veelvuldig van school

De jeugdige is leerplichtig en gaat niet naar school

15

De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie

geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving

De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang

De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen

Kenmerken van de dagbesteding (school kinderopvang buitenschoolse opvang of werk)

die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen

Kenmerken van opleidingwerkbetrokkenheid ouder(s) die op problemen enof risicorsquos

kunnen wijzen

De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident

Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

16

Specifieke en andere signalen

Probleembeschrijving

Waar maakt u zich zorgen over Wat neemt u concreet waar aan problemen bij de leerling op school in gezin

of sociaal netwerk Hoe vaak en in welke situatie(s) doet het probleem zich voor Hoe lang speelt het

probleem al Omschrijf duidelijk de kern van het probleem dat aangepakt moet worden

Eerdere of lopende aandacht onderzoek hulp of begeleiding

Wat heeft de school nu of eerder gedaan om het probleem aan te pakken de situatie te veranderen

Heeft een externe organisatie nu of eerder iets gedaan om de probleemsituatie te veranderen

Indien er een diagnose is gesteld geef aan welke

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 9: Handleiding behorend bij

9

43 Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

1 Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

2 De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

3 De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

4 Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

5 Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin zorgen)

6 Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

7 Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

44 Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden 1 Jeugdige is van school of kinderopvang gestuurd 2 De jeugdige wisselt veelvuldig van school of kinderopvang 3 De jeugdige is leerplichtig maar gaat niet naar school de jeugdige spijbelt veel enof er is sprake van gedekt verzuim 4 De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving 5 De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties Vermoeden of gediagnosticeerde leerstoornisleerproblemen taal-spraakachterstand ontwikkelingsvertraging achterstand of lage intelligentie Onvoldoende of wisselende werkhoudingmotivatie concentratieproblemen onvoldoende taakgerichtheid 6 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang emotionele problemen de jeugdige maakt zich snel zorgen is snel overstuur Klampt zich vast in nieuwe situaties heeft veel tijd nodig om te wennen Onzeker faalangst twijfelt veel voelt zich nuttelooswaardeloos angstig gespannen Klaagt over hoofdpijn buikpijn of misselijkheid Schaamt zich heeft schuldgevoelens Neerslachtig piekert somber heeft weinig plezier voelt zich ongelukkig Teruggetrokken eenzaam gesloten stil verlegen passief lusteloos Vermijdt oogcontact en lichamelijk contact Suiumlcidegedachten 7 De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang de jeugdige is eenkennig gesloten vaak alleen Heeft geen goede vriend of vriendin kan niet makkelijk vrienden maken wordt over het algemeen niet aardig gevonden door anderen Geen goed contact met klasgenotenleraren heeft geen vertrouwensband met leraarmentor Wordt gediscrimineerd op basis van etniciteit ras geloof seksualiteit handicap anders 8 De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen de jeugdige houdt zich niet aan regels heeft driftbuien en woede uitbarstingen is koppig en onhandelbaar Vecht metpest anderen gebruikt lichamelijk of verbaal geweld Vernieltsteelt dingen liegt of bedriegt Overactief druk impulsief onrustig snel opgewonden Luidruchtig brutaal schreeuwt vloekt is uitdagend agressief doet stoer schept op discrimineert Prikkelbaar achterdochtig wreed gemeen overheersend Ervaart zelf geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Pest tiranniseert gebruikt relaties antisociaal gedrag heeft delinquent vriendengroep Ongewenste intimiteiten 9 Kenmerken van de schoolkinderopvang die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen Negatief school- enof klassenklimaat strafklimaat negatief werkklimaat leven in twee culturen (Nederlandse en andere)

10

Schoolmentorwerkgever ervaart geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Inadequate begeleiding van leerkrachtenbegeleiderswerkgevers 10 Kenmerken van opleidingouder(s) die op problemen en of risicorsquos kunnen wijzen Laag opleidingsniveau van de ouder Weinig opleiding van ouder(s) Ouder spreekt geen Nederlands Analfabetisme van ouder(s) Ouder(s) die moeite hebben met het nakomen van schoolregels De ouders zijn onvoldoende betrokken bij de opleiding van de jeugdige Ouder haalt kind opeens van zijn peuterspeelzaaldagverblijfschool af Onvoorspelbaar breng- en haalgedrag van de ouders 11 De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident (Een ernstig incident kan leiden tot een pedagogische maatregel (schorsing) van beperkte tijdsduur in samenspraak met de ouders In uitzonderlijke gevallen kan overgegaan worden tot verwijdering van een leerling van de school)

45 Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

1 Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

2 De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

3 De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

4 De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

5 De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

6 De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

7 De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

8 De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

11

5 Signalenlijst specifieke vormen

51 Signalen seksueel misbruik

Lichamelijke signalen

verwondingen aan genitalieumln

vaginale infecties en afscheiding

jeuk bij vagina enof anus

problemen bij het plassen

recidiverende urineweginfecties

pijn in de bovenbenen

pijn bij lopen enof zitten

seksueel overdraagbare ziekten

Psychosociale signalen

angst voor mannen of vrouwen in het algemeen of voor een man of vrouw in het bijzonder

sterk verzorgend gedrag niet passend bij de leeftijd van de leerling (parentificatie)

Afwijkend seksueel gedrag

excessief enof dwangmatig masturberen

angst voor lichamelijk contact of juist zoeken van seksueel getint lichamelijk contact

seksueel agressief en dwingend gedrag ten opzichte van andere kinderen

niet leeftijdsadequaat seksueel spel

niet leeftijdsadequate kennis van seksualiteit

angst voor zwangerschap

angst om zich uit te kleden

angst om op de rug te liggen

negatief lichaamsbeeld ontevredenheid over boosheid op of schaamte voor eigen lichaam

schrikken bij aangeraakt worden

houterige motoriek (onderlichaam op slot)

geen plezier in bewegingsspel

52 Signalen meisjesbesnijdenis (vrouwelijke genitale verminking)

vertellen over meisjesbesnijdenis in het algemeen

aankondigen van besnijdenis

Directe gevolgen tijdens en na de ingreep

extreme pijn (wanneer de ingreep zonder verdoving plaatsvindt)

klachten bij urinelozing (pijn bij plassen ophoping urine in de blaas)

overmatig bloedverlies

kans op infectie

kans op overlijden van het meisje

12

Mogelijke gevolgen na de ingreep

moeilijke enof pijnlijke urinelozing

urineweginfectie

chronische pijn in de onderbuik

littekenvorming

menstruatieklachten

53 Signalen eergerelateerd geweld

Angst

schichtig reageren

onzekerheid

verwardheid

apathisch zijn

in zichzelf gekeerd zijn

zich afsluiten van de buitenwereld

Verandering van gedrag

plotselinge stressreacties

schoolverzuim

westerse kleding inruilen voor traditionele kleding en hele lichaam bedekken

direct na school naar huis gaan

stelselmatig opgehaald worden door vader of broer(s)

vriendschappen verbreken

verwondingen

blauwe plekken

Ontwijkend gedrag

ontwijkende antwoorden op directe vragen over bijvoorbeeld verwondingen of sociale controle door

familie

lichamelijke verwaarlozing

zelfmoordpogingen

zinspelen op zelfmoord

fatalistische houding

verhalen over geweld tegen andere familieleden

13

6 Checklist signalen

Naam leerling(e)

Leeftijd

School

Groep

Materieumlle omstandigheden

Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale

functioneren enof het gedrag

Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de

jeugdige enof de ouder(s)ander gezinslid

14

De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin

zorgen)

Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden

De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties

De jeugdige is van schoolkinderopvang gestuurd

De jeugdige wisselt veelvuldig van school

De jeugdige is leerplichtig en gaat niet naar school

15

De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie

geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving

De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang

De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen

Kenmerken van de dagbesteding (school kinderopvang buitenschoolse opvang of werk)

die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen

Kenmerken van opleidingwerkbetrokkenheid ouder(s) die op problemen enof risicorsquos

kunnen wijzen

De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident

Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

16

Specifieke en andere signalen

Probleembeschrijving

Waar maakt u zich zorgen over Wat neemt u concreet waar aan problemen bij de leerling op school in gezin

of sociaal netwerk Hoe vaak en in welke situatie(s) doet het probleem zich voor Hoe lang speelt het

probleem al Omschrijf duidelijk de kern van het probleem dat aangepakt moet worden

Eerdere of lopende aandacht onderzoek hulp of begeleiding

Wat heeft de school nu of eerder gedaan om het probleem aan te pakken de situatie te veranderen

Heeft een externe organisatie nu of eerder iets gedaan om de probleemsituatie te veranderen

Indien er een diagnose is gesteld geef aan welke

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 10: Handleiding behorend bij

10

Schoolmentorwerkgever ervaart geen probleem (terwijl er wel een probleem is) Inadequate begeleiding van leerkrachtenbegeleiderswerkgevers 10 Kenmerken van opleidingouder(s) die op problemen en of risicorsquos kunnen wijzen Laag opleidingsniveau van de ouder Weinig opleiding van ouder(s) Ouder spreekt geen Nederlands Analfabetisme van ouder(s) Ouder(s) die moeite hebben met het nakomen van schoolregels De ouders zijn onvoldoende betrokken bij de opleiding van de jeugdige Ouder haalt kind opeens van zijn peuterspeelzaaldagverblijfschool af Onvoorspelbaar breng- en haalgedrag van de ouders 11 De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident (Een ernstig incident kan leiden tot een pedagogische maatregel (schorsing) van beperkte tijdsduur in samenspraak met de ouders In uitzonderlijke gevallen kan overgegaan worden tot verwijdering van een leerling van de school)

45 Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

1 Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

2 De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

3 De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

4 De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

5 De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

6 De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

7 De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

8 De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

11

5 Signalenlijst specifieke vormen

51 Signalen seksueel misbruik

Lichamelijke signalen

verwondingen aan genitalieumln

vaginale infecties en afscheiding

jeuk bij vagina enof anus

problemen bij het plassen

recidiverende urineweginfecties

pijn in de bovenbenen

pijn bij lopen enof zitten

seksueel overdraagbare ziekten

Psychosociale signalen

angst voor mannen of vrouwen in het algemeen of voor een man of vrouw in het bijzonder

sterk verzorgend gedrag niet passend bij de leeftijd van de leerling (parentificatie)

Afwijkend seksueel gedrag

excessief enof dwangmatig masturberen

angst voor lichamelijk contact of juist zoeken van seksueel getint lichamelijk contact

seksueel agressief en dwingend gedrag ten opzichte van andere kinderen

niet leeftijdsadequaat seksueel spel

niet leeftijdsadequate kennis van seksualiteit

angst voor zwangerschap

angst om zich uit te kleden

angst om op de rug te liggen

negatief lichaamsbeeld ontevredenheid over boosheid op of schaamte voor eigen lichaam

schrikken bij aangeraakt worden

houterige motoriek (onderlichaam op slot)

geen plezier in bewegingsspel

52 Signalen meisjesbesnijdenis (vrouwelijke genitale verminking)

vertellen over meisjesbesnijdenis in het algemeen

aankondigen van besnijdenis

Directe gevolgen tijdens en na de ingreep

extreme pijn (wanneer de ingreep zonder verdoving plaatsvindt)

klachten bij urinelozing (pijn bij plassen ophoping urine in de blaas)

overmatig bloedverlies

kans op infectie

kans op overlijden van het meisje

12

Mogelijke gevolgen na de ingreep

moeilijke enof pijnlijke urinelozing

urineweginfectie

chronische pijn in de onderbuik

littekenvorming

menstruatieklachten

53 Signalen eergerelateerd geweld

Angst

schichtig reageren

onzekerheid

verwardheid

apathisch zijn

in zichzelf gekeerd zijn

zich afsluiten van de buitenwereld

Verandering van gedrag

plotselinge stressreacties

schoolverzuim

westerse kleding inruilen voor traditionele kleding en hele lichaam bedekken

direct na school naar huis gaan

stelselmatig opgehaald worden door vader of broer(s)

vriendschappen verbreken

verwondingen

blauwe plekken

Ontwijkend gedrag

ontwijkende antwoorden op directe vragen over bijvoorbeeld verwondingen of sociale controle door

familie

lichamelijke verwaarlozing

zelfmoordpogingen

zinspelen op zelfmoord

fatalistische houding

verhalen over geweld tegen andere familieleden

13

6 Checklist signalen

Naam leerling(e)

Leeftijd

School

Groep

Materieumlle omstandigheden

Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale

functioneren enof het gedrag

Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de

jeugdige enof de ouder(s)ander gezinslid

14

De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin

zorgen)

Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden

De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties

De jeugdige is van schoolkinderopvang gestuurd

De jeugdige wisselt veelvuldig van school

De jeugdige is leerplichtig en gaat niet naar school

15

De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie

geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving

De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang

De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen

Kenmerken van de dagbesteding (school kinderopvang buitenschoolse opvang of werk)

die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen

Kenmerken van opleidingwerkbetrokkenheid ouder(s) die op problemen enof risicorsquos

kunnen wijzen

De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident

Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

16

Specifieke en andere signalen

Probleembeschrijving

Waar maakt u zich zorgen over Wat neemt u concreet waar aan problemen bij de leerling op school in gezin

of sociaal netwerk Hoe vaak en in welke situatie(s) doet het probleem zich voor Hoe lang speelt het

probleem al Omschrijf duidelijk de kern van het probleem dat aangepakt moet worden

Eerdere of lopende aandacht onderzoek hulp of begeleiding

Wat heeft de school nu of eerder gedaan om het probleem aan te pakken de situatie te veranderen

Heeft een externe organisatie nu of eerder iets gedaan om de probleemsituatie te veranderen

Indien er een diagnose is gesteld geef aan welke

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 11: Handleiding behorend bij

11

5 Signalenlijst specifieke vormen

51 Signalen seksueel misbruik

Lichamelijke signalen

verwondingen aan genitalieumln

vaginale infecties en afscheiding

jeuk bij vagina enof anus

problemen bij het plassen

recidiverende urineweginfecties

pijn in de bovenbenen

pijn bij lopen enof zitten

seksueel overdraagbare ziekten

Psychosociale signalen

angst voor mannen of vrouwen in het algemeen of voor een man of vrouw in het bijzonder

sterk verzorgend gedrag niet passend bij de leeftijd van de leerling (parentificatie)

Afwijkend seksueel gedrag

excessief enof dwangmatig masturberen

angst voor lichamelijk contact of juist zoeken van seksueel getint lichamelijk contact

seksueel agressief en dwingend gedrag ten opzichte van andere kinderen

niet leeftijdsadequaat seksueel spel

niet leeftijdsadequate kennis van seksualiteit

angst voor zwangerschap

angst om zich uit te kleden

angst om op de rug te liggen

negatief lichaamsbeeld ontevredenheid over boosheid op of schaamte voor eigen lichaam

schrikken bij aangeraakt worden

houterige motoriek (onderlichaam op slot)

geen plezier in bewegingsspel

52 Signalen meisjesbesnijdenis (vrouwelijke genitale verminking)

vertellen over meisjesbesnijdenis in het algemeen

aankondigen van besnijdenis

Directe gevolgen tijdens en na de ingreep

extreme pijn (wanneer de ingreep zonder verdoving plaatsvindt)

klachten bij urinelozing (pijn bij plassen ophoping urine in de blaas)

overmatig bloedverlies

kans op infectie

kans op overlijden van het meisje

12

Mogelijke gevolgen na de ingreep

moeilijke enof pijnlijke urinelozing

urineweginfectie

chronische pijn in de onderbuik

littekenvorming

menstruatieklachten

53 Signalen eergerelateerd geweld

Angst

schichtig reageren

onzekerheid

verwardheid

apathisch zijn

in zichzelf gekeerd zijn

zich afsluiten van de buitenwereld

Verandering van gedrag

plotselinge stressreacties

schoolverzuim

westerse kleding inruilen voor traditionele kleding en hele lichaam bedekken

direct na school naar huis gaan

stelselmatig opgehaald worden door vader of broer(s)

vriendschappen verbreken

verwondingen

blauwe plekken

Ontwijkend gedrag

ontwijkende antwoorden op directe vragen over bijvoorbeeld verwondingen of sociale controle door

familie

lichamelijke verwaarlozing

zelfmoordpogingen

zinspelen op zelfmoord

fatalistische houding

verhalen over geweld tegen andere familieleden

13

6 Checklist signalen

Naam leerling(e)

Leeftijd

School

Groep

Materieumlle omstandigheden

Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale

functioneren enof het gedrag

Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de

jeugdige enof de ouder(s)ander gezinslid

14

De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin

zorgen)

Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden

De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties

De jeugdige is van schoolkinderopvang gestuurd

De jeugdige wisselt veelvuldig van school

De jeugdige is leerplichtig en gaat niet naar school

15

De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie

geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving

De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang

De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen

Kenmerken van de dagbesteding (school kinderopvang buitenschoolse opvang of werk)

die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen

Kenmerken van opleidingwerkbetrokkenheid ouder(s) die op problemen enof risicorsquos

kunnen wijzen

De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident

Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

16

Specifieke en andere signalen

Probleembeschrijving

Waar maakt u zich zorgen over Wat neemt u concreet waar aan problemen bij de leerling op school in gezin

of sociaal netwerk Hoe vaak en in welke situatie(s) doet het probleem zich voor Hoe lang speelt het

probleem al Omschrijf duidelijk de kern van het probleem dat aangepakt moet worden

Eerdere of lopende aandacht onderzoek hulp of begeleiding

Wat heeft de school nu of eerder gedaan om het probleem aan te pakken de situatie te veranderen

Heeft een externe organisatie nu of eerder iets gedaan om de probleemsituatie te veranderen

Indien er een diagnose is gesteld geef aan welke

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 12: Handleiding behorend bij

12

Mogelijke gevolgen na de ingreep

moeilijke enof pijnlijke urinelozing

urineweginfectie

chronische pijn in de onderbuik

littekenvorming

menstruatieklachten

53 Signalen eergerelateerd geweld

Angst

schichtig reageren

onzekerheid

verwardheid

apathisch zijn

in zichzelf gekeerd zijn

zich afsluiten van de buitenwereld

Verandering van gedrag

plotselinge stressreacties

schoolverzuim

westerse kleding inruilen voor traditionele kleding en hele lichaam bedekken

direct na school naar huis gaan

stelselmatig opgehaald worden door vader of broer(s)

vriendschappen verbreken

verwondingen

blauwe plekken

Ontwijkend gedrag

ontwijkende antwoorden op directe vragen over bijvoorbeeld verwondingen of sociale controle door

familie

lichamelijke verwaarlozing

zelfmoordpogingen

zinspelen op zelfmoord

fatalistische houding

verhalen over geweld tegen andere familieleden

13

6 Checklist signalen

Naam leerling(e)

Leeftijd

School

Groep

Materieumlle omstandigheden

Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale

functioneren enof het gedrag

Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de

jeugdige enof de ouder(s)ander gezinslid

14

De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin

zorgen)

Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden

De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties

De jeugdige is van schoolkinderopvang gestuurd

De jeugdige wisselt veelvuldig van school

De jeugdige is leerplichtig en gaat niet naar school

15

De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie

geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving

De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang

De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen

Kenmerken van de dagbesteding (school kinderopvang buitenschoolse opvang of werk)

die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen

Kenmerken van opleidingwerkbetrokkenheid ouder(s) die op problemen enof risicorsquos

kunnen wijzen

De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident

Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

16

Specifieke en andere signalen

Probleembeschrijving

Waar maakt u zich zorgen over Wat neemt u concreet waar aan problemen bij de leerling op school in gezin

of sociaal netwerk Hoe vaak en in welke situatie(s) doet het probleem zich voor Hoe lang speelt het

probleem al Omschrijf duidelijk de kern van het probleem dat aangepakt moet worden

Eerdere of lopende aandacht onderzoek hulp of begeleiding

Wat heeft de school nu of eerder gedaan om het probleem aan te pakken de situatie te veranderen

Heeft een externe organisatie nu of eerder iets gedaan om de probleemsituatie te veranderen

Indien er een diagnose is gesteld geef aan welke

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 13: Handleiding behorend bij

13

6 Checklist signalen

Naam leerling(e)

Leeftijd

School

Groep

Materieumlle omstandigheden

Er zijn problemen betreffende de woning waarin de jeugdige woont

De jeugdige krijgt onvoldoende materieumlle verzorging of er is sprake van onvoldoende investering in

algemeen gangbare uitgaven

Het gezinde jeugdige heeft financieumlle problemen of is afhankelijk van een uitkering enof anderen

Het gezinde jeugdige woont in een buurt die ontoereikend of onveilig is voor het

grootbrengenopgroeien van jeugdigen

Het gezinde jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats of verhuist vaak

Gezondheid lichamelijk functioneren seksualiteit en verzorging

Het leefgebied lsquoGezondheidrsquo betreft de lichamelijke en de geestelijke gezondheid van de jeugdige enof de

ouder(s) en het functioneren en de ontwikkeling van de jeugdige

De jeugdige heeft problemen of een stoornis op het gebied van het emotionele enof sociale

functioneren enof het gedrag

Risicovol gedrag van de ouder(s) enof inadequate lichamelijke en medische verzorging die de

(ongeboren) jeugdige kan schaden

De jeugdige heeft (onverklaarbaar) letsel enof lichamelijke klachten die op kindermishandeling of

jeugdprostitutie kunnen wijzen

De jeugdige is minderjarig en (aanstaand) ouder

Er is sprake van middelenmisbruik (alcohol drugs medicatie) gok- of computerverslaving bij de

jeugdige enof de ouder(s)ander gezinslid

14

De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin

zorgen)

Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden

De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties

De jeugdige is van schoolkinderopvang gestuurd

De jeugdige wisselt veelvuldig van school

De jeugdige is leerplichtig en gaat niet naar school

15

De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie

geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving

De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang

De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen

Kenmerken van de dagbesteding (school kinderopvang buitenschoolse opvang of werk)

die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen

Kenmerken van opleidingwerkbetrokkenheid ouder(s) die op problemen enof risicorsquos

kunnen wijzen

De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident

Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

16

Specifieke en andere signalen

Probleembeschrijving

Waar maakt u zich zorgen over Wat neemt u concreet waar aan problemen bij de leerling op school in gezin

of sociaal netwerk Hoe vaak en in welke situatie(s) doet het probleem zich voor Hoe lang speelt het

probleem al Omschrijf duidelijk de kern van het probleem dat aangepakt moet worden

Eerdere of lopende aandacht onderzoek hulp of begeleiding

Wat heeft de school nu of eerder gedaan om het probleem aan te pakken de situatie te veranderen

Heeft een externe organisatie nu of eerder iets gedaan om de probleemsituatie te veranderen

Indien er een diagnose is gesteld geef aan welke

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 14: Handleiding behorend bij

14

De ouder (of een ander gezinslid) heeft fysiekezintuiglijke problemen enof handicaps sociale

emotionele cognitieve of gedragsproblemen enof een specifieke emotionele gedrags- of

persoonlijkheidsstoornis

Ingrijpende gebeurtenissen (life events)

Opvoeding amp gezinsrelaties

Het leefgebied lsquoOpvoeding amp Gezinsrelatiesrsquo betreft de pedagogische en relationele condities in het gezin

waarin de jeugdige opgroeit

Er is onenigheid binnen het gezin of tussen de ouders enof de relatie tussen jeugdige en ouders is

problematisch

De jeugdige is slachtoffer van kindermishandeling

De ouders hebben problemen in de opvoeding van de jeugdige enof er zijn factoren die het ouderschap

bemoeilijken

Er is sprake van een civielrechtelijke kinderbeschermingsmaatregel

Er zijn problemen met veranderingen in de gezinssamenstelling (die voor instabiliteit in het gezin

zorgen)

Er is sprake van hulpverlening aan een gezinslid vanwege ernstige problematiek

Een ander gezinslid dan de jeugdige is betrokken bij criminele activiteiten

Onderwijs amp Werk

Het leefgebied lsquoOnderwijs amp Werkrsquo betreft het onderwijs (ook kinderopvang en buitenschoolse opvang) dat de

jeugdige volgt enof het werk dat de jeugdige heeft Daarnaast gaat het ook om de omstandigheden die de

onderwijs- enof werksituatie van de jeugdige kunnen beiumlnvloeden

De jeugdige heeft problemen in het cognitief functioneren leren en schoolprestaties

De jeugdige is van schoolkinderopvang gestuurd

De jeugdige wisselt veelvuldig van school

De jeugdige is leerplichtig en gaat niet naar school

15

De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie

geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving

De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang

De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen

Kenmerken van de dagbesteding (school kinderopvang buitenschoolse opvang of werk)

die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen

Kenmerken van opleidingwerkbetrokkenheid ouder(s) die op problemen enof risicorsquos

kunnen wijzen

De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident

Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

16

Specifieke en andere signalen

Probleembeschrijving

Waar maakt u zich zorgen over Wat neemt u concreet waar aan problemen bij de leerling op school in gezin

of sociaal netwerk Hoe vaak en in welke situatie(s) doet het probleem zich voor Hoe lang speelt het

probleem al Omschrijf duidelijk de kern van het probleem dat aangepakt moet worden

Eerdere of lopende aandacht onderzoek hulp of begeleiding

Wat heeft de school nu of eerder gedaan om het probleem aan te pakken de situatie te veranderen

Heeft een externe organisatie nu of eerder iets gedaan om de probleemsituatie te veranderen

Indien er een diagnose is gesteld geef aan welke

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 15: Handleiding behorend bij

15

De jeugdige is niet meer leerplichtig maar heeft geen baanpraktijkonderwijs geen startkwalificatie

geen vrijwilligerswerk enof participeert onvoldoende in de samenleving

De jeugdige heeft problemen in het contact met anderen op schoolkinderopvang

De jeugdige heeft op schoolkinderopvang gedragsproblemen

Kenmerken van de dagbesteding (school kinderopvang buitenschoolse opvang of werk)

die op problemen enof risicorsquos kunnen wijzen

Kenmerken van opleidingwerkbetrokkenheid ouder(s) die op problemen enof risicorsquos

kunnen wijzen

De jeugdige is op school betrokken bij een ernstig incident

Sociale omgeving buiten het gezin

Het leefgebied lsquoSociale omgeving buiten het gezin en de schoolrsquo betreft de omgeving (en met name de relaties

in die omgeving) van de jeugdige buiten het gezin en buiten schoolwerk en het gedrag van de jeugdige in die

omgeving Dus bijvoorbeeld de kwaliteit van vriendschapsrelaties het gedrag van de jeugdige (en evt

overlastcriminaliteit) op straat en openbare plekken (kinder- en jongerenwerk in buurthuis winkels cafeacutes

etc)

Er is sprake van een gebrekkig(e) (interactie met het) sociaal netwerk van de ouders enof de jeugdige

heeft geen hobbyrsquos of interesses

De jeugdige enof ouders maken geen of weinig gebruik van (sociale) voorzieningen enof zijn

onbereikbaar voor voorzieningen enof zijn zorgwekkende zorgmijders

De jeugdige enof zijn ouders ervaren uitsluiting discriminatie of intimidatiepesterij als gevolg van het

behoren tot een specifieke groep

De relatie tussen de jeugdige en leeftijdsgenoten enof volwassenen is problematisch

De jeugdige enof zijn ouders hebben in de leefomgeving gedragsproblemen of zijn betrokken bij

criminele activiteiten

De jeugdige is slachtoffer van criminaliteit

De jeugdige heeft een strafrechtelijke maatregel

De jeugdige is makkelijk beiumlnvloedbaar door anderen en daardoor kwetsbaar

16

Specifieke en andere signalen

Probleembeschrijving

Waar maakt u zich zorgen over Wat neemt u concreet waar aan problemen bij de leerling op school in gezin

of sociaal netwerk Hoe vaak en in welke situatie(s) doet het probleem zich voor Hoe lang speelt het

probleem al Omschrijf duidelijk de kern van het probleem dat aangepakt moet worden

Eerdere of lopende aandacht onderzoek hulp of begeleiding

Wat heeft de school nu of eerder gedaan om het probleem aan te pakken de situatie te veranderen

Heeft een externe organisatie nu of eerder iets gedaan om de probleemsituatie te veranderen

Indien er een diagnose is gesteld geef aan welke

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 16: Handleiding behorend bij

16

Specifieke en andere signalen

Probleembeschrijving

Waar maakt u zich zorgen over Wat neemt u concreet waar aan problemen bij de leerling op school in gezin

of sociaal netwerk Hoe vaak en in welke situatie(s) doet het probleem zich voor Hoe lang speelt het

probleem al Omschrijf duidelijk de kern van het probleem dat aangepakt moet worden

Eerdere of lopende aandacht onderzoek hulp of begeleiding

Wat heeft de school nu of eerder gedaan om het probleem aan te pakken de situatie te veranderen

Heeft een externe organisatie nu of eerder iets gedaan om de probleemsituatie te veranderen

Indien er een diagnose is gesteld geef aan welke

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 17: Handleiding behorend bij

17

Wat heeft de leerling in uw optiek nodig aan ondersteuning zorg of hulp

Ziet u vanuit wat goed gaat bij leerling school gezin enof sociaal netwerk aangrijpingspunten om de

probleemsituatie aan te pakken

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 18: Handleiding behorend bij

18

7 Zorgadviesteam

ZorgAdviesTeam (ZAT)

Sommige kinderen ervaren belemmeringen om zich optimaal te ontwikkelen Oorzaken hiervoor kunnen

liggen in de psychosociale ontwikkeling van het kind zelf in de school- of klassensituatie of in de gezins-

omgevingssituatie waarin het kind zich bevindt Om deze kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden

moeten de betrokken partners voor hulp en ondersteuning aan deze kinderengezinnen snel een beroep

kunnen doen op elkaar Dit vraagt om een nauwe samenwerking tussen de partners van zowel interne

zorgstructuren interne zorgteams als van de partners binnen de brede zorgstructuur oa het

Zorgadviesteam (ZAT) Ten behoeve van een sluitende ketenaanpak is het ldquoeen mustrdquo dat de interne

zorgstructurenbrede zorgstructuur gebruik maken van de Verwijsindex

Zorgadviesteams Wat Wanneer Hoe

Wat is een ZAT

Een Zorgadviesteam (ZAT) is een team van professionals die zorg en begeleiding bieden aan kinderen en met

ouders samenwerken om passend onderwijs enof passende zorg te bieden Het is een samenwerkingsverband

tussen partners in onderwijs en zorg voor zwaardere en complexere problematiek Het ZAT wordt

gedefinieerd als een multidisciplinair casuiumlstiek overleg Met deze werkwijze zal de zorg voor kinderen en

jeugdigen naar verwachting beter en efficieumlnter worden geregeld De contacten worden gebruikt om met

name de samenwerking en het elkaar informeren over de voortgang van het zorgtraject te verbeteren Het

overleg is gericht op het ondernemen van actie

Het ZAT is een middel en geen doel op zich Het gaat erom dat kinderen zo snel mogelijk zo adequaat

mogelijk en zo thuisnabij mogelijk de (onderwijs)zorg krijgen die zij nodig hebben Er zijn ZATs voor kinderen

van 0 tot 4 jaar van 4 tot 12 jaar en van 12 tot 18 jaar Waar dat nodig is kan het dossier worden overgedragen

zodra een kind een leeftijdsgrens passeert

Hoe werkt een ZAT

Het ZAT ondersteunt peuterspeelzalen kinderopvang en onderwijs bij het signaleren en bespreekbaar maken

van zorgen met ouders Tijdens een bespreking van een kind maken de deskundigen in het ZAT gezamenlijk

een inschatting van de situatie en beoordelen zij wat de beste actie voor dit kind zou zijn Ook spreken zij af

welke organisatie actie onderneemt en wanneer In de volgende bijeenkomst van het ZAT wordt de voortgang

besproken zijn de afgesproken acties uitgevoerd en hebben deze het gewenste resultaat gehad Wat moet er

nog gebeuren wie blijft de leerling zo nodig volgen Doordat verschillende organisaties in het ZAT

samenwerken wordt voorkomen dat kinderen uit beeld verdwijnen

Wat willen we bereiken in het ZAT

A) Zoveel mogelijk kinderen en hun gezinnen zo vroeg en zo snel mogelijk goede en afgestemde zorg bieden

B) Professionals rondom kinderen laten samenwerken en ondersteunen bij het omgaan met kinderen en

gezinnen waarbij de aansluiting van de lokale voorzieningen jeugdzorg en onderwijs van groot belang is

Een duidelijke en overzichtelijke samenwerkingsstructuur waarin kinderen en jongeren centraal staan

Uitgangspunt hierbij is dat zowel de gemeente als de instellingen voor onderwijs en jeugd op basis van

gelijkwaardigheid samenwerken en ieder zijn verantwoordelijkheid hierin draagt

Mogelijke acties vanuit het ZAT zijn

de inbrenger ondersteunen om het gesprek met de ouders aan te gaan

directe zorg door eacuteeacuten van de organisaties inzetten

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 19: Handleiding behorend bij

19

adviseren om een andere discipline te betrekken (bijvoorbeeld naar het CJG medisch specialist

logopedist)

Zorg via het ZAT

Wanneer dat noodzakelijk is kunnen de aangesloten organisaties in het ZAT onmiddellijk zorg aanbieden

Denk hierbij aan het Maatschappelijk Werk en de Jeugdgezondheidszorg

Privacy

Een kind wordt alleen op naam besproken in een ZAT als de ouders daarover mondeling zijn geiumlnformeerd Dit

is bepaald in het privacyreglement van het ZAT Dit reglement verplicht alle deelnemers tot geheimhouding

Soms kiest het ZAT ervoor om een leerling anoniem te bespreken Dat gebeurt als eacuteeacuten van de vaste leden van

het ZAT de mening over een casus wil horen van de andere experts binnen het ZAT (intervisie) Bij ernstige

zorgen over een kind kan de leerling - met een beroep op overmacht - toch op naam worden besproken

zonder dat ouders daarover geiumlnformeerd zijn Het ZAT hanteert het principe dat de privacywetgeving niet in

het nadeel van de leerling mag werken

Van elke ZAT-bespreking wordt een kort verslag gemaakt waarin hoofdzakelijk de gemaakte afspraken staan

De verslagen zijn uitsluitend in te zien door de deelnemers van het betreffende ZAT De acties die hier

afgesproken worden dienen terecht te komen in 1Gezin 1Plan

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 20: Handleiding behorend bij

20

8 Huiselijk Geweld Wat is huiselijk geweld Bij huiselijk geweld denken veel mensen aan lichamelijk geweld en mishandeling Maar ook vernedering verwaarlozing seksueel misbruik en financieumlle uitbuiting zijn vormen van huiselijk geweld Huiselijk geweld wordt gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer Dit kan de eigen partner zijn een ander gezinslid iemand uit de familie een huisvriend of een ex-partner Huiselijk geweld komt veel voor en is zeer ingrijpend Soms is het geweld eenmalig soms duurt het maanden of zelfs jaren Vaak is door huiselijk geweld lsquothuisrsquo geen veilige plek meer Wie kan er mee te maken krijgen Iedereen kan te maken krijgen met huiselijk geweld vrouwen en mannen kinderen en ouderen Slachtoffers van huiselijk geweld vinden het vaak moeilijk om er over te praten Ze schamen zich zijn bang of ze willen hun partner of familie niet in de problemen brengen Ze weten vaak niet waar ze hulp kunnen krijgen Erover praten met vrienden familie of hulpverleners is meestal de eerste stap om het geweld te stoppen Ook voor plegers van huiselijk geweld is het niet makkelijk om erover te praten Zij hebben hulp nodig om het geweld te kunnen stoppen Buren familie of vrienden vinden het vaak moeilijk zich te mengen in andermans priveacute-situatie Maar simpelweg luisteren naar iemands verhaal kan al een stap in de goede richting zijn Ook zijn er meer dan 100000 kinderen per jaar getuige van huiselijk geweld Ongeveer 90 van de kinderen die opgroeien in een gewelddadig gezin zijn hier getuige van Ze voelen de spanning horen de kreten zien de verwondingen Tussen de 30 en 40 van deze kinderen is zelf tevens slachtoffer omdat zij ook mishandeld worden of omdat zij tussenbeide springen Kinderen die thuis getuige zijn van geweld lopen ernstige psychische schade op Van deze kinderen raakt 40 tot 60 getraumatiseerd doordat zij getuige zijn van de mishandeling tussen hun ouders Wat kunt u doen Heeft u vragen over huiselijk geweld of het vermoeden dat een leerling getuige en of slachtoffer is van huiselijk geweld dan kunt u voor advies terecht bij VT VT is een aanspreekpunt voor slachtoffers en plegers van huiselijk geweld Ook iedereen in hun omgeving kan bellen met VT Hier wordt geluisterd naar uw vraag of probleem Samen met u wordt vervolgens naar een oplossing gezocht Het is ook mogelijk om u in contact te brengen met andere instanties die u verder helpen Bijvoorbeeld Sociale Jeugd en Zedenpolitie of maatschappelijk werk De medewerker van VT zet zich voor u in totdat een passende oplossing is gevonden De medewerkers van VT hebben geheimhoudingsplicht Er gaat geen informatie naar anderen zonder uw toestemming U kunt ook altijd anoniem bellen

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 21: Handleiding behorend bij

21

9 Informatie over Veilig Thuis

91 Werkwijze Veilig Thuis Veilig Thuis streeft ernaar zo laagdrempelig mogelijk te werken en kan telefonisch benaderd worden door iedereen die zich zorgen maakt over de situatie van bepaalde kinderen Dit kunnen mensen zijn die beroepshalve met kinderen te maken hebben maar ook buren of familieleden Het is voor niet-professionals (familie buren etc) mogelijk om anoniem te melden Via Veilig Thuis wordt de naam van de melder dan niet bekend gemaakt bij het kind diens gezin of derden Voor professionals is het niet wenselijk dat zij anoniem melden wel mogelijk in bepaalde situaties Bij telefonisch contact maakt de beller de keuze tussen Advies (meestal eacuteeacutenmalig) Vragen kunnen betrekking hebben op het interpreteren van signalen of op de schadelijkheid van het gedrag van ouders voor kinderen Degene die advies vraagt van Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor het gevolg Veilig Thuis registreert geen gegevens over het betreffende kind of gezin Consult (meestal meerdere contacten) Veilig Thuis beperkt zich niet tot een eenmalige advies maar biedt een vorm van ondersteuning en coaching Er wordt geen actie ondernomen door VT richting clieumlnt en er worden geen gegevens over clieumlnten geregistreerd Er kan wel een dossier op naam van de consultvrager worden aangelegd Melding Als er geen mogelijkheden ndash meer ndash zijn om helderheid te krijgen over een vermoeden of als het niet lukt noodzakelijk geachte hulpverlening op gang te brengen terwijl de zorgen over het kind blijven bestaan kan het noodzakelijk zijn een melding te doen bij VT Hierbij neemt VT alle gegevens op over het kind of het gezin waar melding over wordt gemaakt Daarna volgt intern een intake-overleg waarbij een vertrouwensarts aanwezig kan zijn In dit overleg wordt besloten of VT verantwoordelijkheid moet nemen voor de gemelde situatie De melder krijgt bericht of de zaak is aangenomen en VT verantwoordelijkheid neemt Uitgangspunt bij een melding is om zo min mogelijk buiten de oudersverzorgers om te opereren en zo snel mogelijk contact te leggen met hen zelf (binnen vier tot zes weken) Alleen indien het belang van het kind zich hiertegen verzet wordt dit contact uitgesteld en wordt in eerste instantie huisarts school ed benaderd Anonimiteit van de melder VT wil graag zo open mogelijk met meldingen omgaan Soms is dat echter niet verstandig Op grond van wettelijke regels bestaat in onderstaande gevallen het recht om anoniem te blijven ten opzichte van het gezin Beroepskrachten zoals docenten kunnen in uitzonderlijke gevallen anoniem blijven Dit kan alleen wanneer de bekendmaking van uw naam

een bedreiging vormt of kan vormen voor het kind of voor andere kinderen in het gezin of

een bedreiging vormt of kan vormen voor u zelf of voor uw medewerkers of

uw vertrouwensrelatie met het gezin verstoort of kan verstoren Als met u is afgesproken dat u anoniem blijft voor het gezin dan zorgt VT ervoor dat uw informatie zo in het dossier wordt opgeslagen dat de ouders ook uit het dossier uw identiteit niet kunnen achterhalen 92 Aandachtspunten

Maak onderscheid tussen waarneembare feiten en beleving

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 22: Handleiding behorend bij

22

Bespreek de feiten waar zorgen over zijn met ouders en of jeugdige Je hebt geen toestemming nodig van ouders om een zorgmelding te doen maar je moet wel aangeven daacutet je meldt en op grond waarvan

Activeer hen om zich zelf aan te melden bij toegang jeugd van de gemeente

Als ouders zich uiteindelijk niet zelf willen aanmelden maak dan duidelijk dat jij jouw zorgen (bij voorkeur schriftelijk) kenbaar zult maken bij VT vanuit jouw verantwoordelijkheid Een kopie van deze schriftelijke melding van zorgen wordt verstrekt aan ouders

In het geval van ernstige fysieke mishandeling seksueel misbruik en zaken met een sterk medisch karakter wordt gemeld bij VT

Professionals kunnen in uitzonderingsgevallen anoniem melden bij VT Met name als veiligheid van kind of professional in het geding is Belangrijk is om advies te vragen aan VT hoe te handelen

Schroom niet om bij VT advies te vragen over je zorgen

Telefoonnummer VT 0800-2000

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 23: Handleiding behorend bij

23

10 Formulier Aandachtspunten tbv een melding

Voor een juiste beoordeling van een melding is het van belang over voldoende informatie te beschikken Om

de melder tegemoet te komen zijn er teksthoofden met nevenstaande aandachtspunten onder elkaar gezet U

kunt dit formulier in Word bewerken en toesturen aan VT

De intake van VT beoordeelt of een melding wordt aangenomen

Melding bij het VT

Gegevens van de melder

Naam adres en relatie tot de betrokkenen

Gegevens van de betrokkenen

Naam adres van de oudersverzorgers naam en geboortedatum van de leerling

verblijfplaats van de leerling

Waarover bestaan de zorgen

Problematiekbeschrijving hoe lang bestaat het probleem ervaren de betrokkenen de situatie als probleem

Zorggedragsignalen kind

Ontwikkeling en functioneren specifieke problematiek

Gezinssituatie en achtergrond

Gezinssamenstelling ouderlijk gezag culturele achtergrond woon- en werksituatie ondersteuning vanuit de

omgeving specifieke problematiek bij de ouders

Eerdere hulpverlening

Welke hulp is tot nu toe gebodenwelke hulp is nu nog aanwezig

Reden van de melding

Samengevat beschrijven dat de situatie waarin de leerling zich bevindt bedreigend is de ouders geen

verandering in de situatie willen enof kunnen brengen hulpverlening in een vrijwillig kader niet tot stand

komt

Belangrijke adressen

School

Huisarts

Hulpverlenende organisaties

Bespreking van de melding

Datum van de besprekingaankondiging van de melding reactie van de oudersverzorgers afschrift van de

melding aan de ouders

Janee en zo nee waarom niet

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 24: Handleiding behorend bij

24

11 In gesprek met de ouderverzorger of de leerling

Na het collegiaal overleg en eventueel het adviesgesprek met Veilig Thuis volgt een gesprek met de ouder

Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de

ouder wordt in het stappenplan zo snel mogelijk contact gezocht met de ouder (of met zijn ouders) om de

signalen te bespreken Soms zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen dan zijn de volgende

stappen van het stappenplan niet nodig

Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen dan worden ook de volgende stappen

gezet

Heeft een medewerker behoefte aan ondersteuning bij deze stap dan kan hij ook daarover advies vragen aan

een collega of aan een aandachtsfunctionaris binnen de eigen organisatie of praktijk enof aan Veilig Thuis

In het gesprek met de ouder gaat het er om dat de medewerker

1) het doel van het gesprek uitlegt

2) de signalen dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan

bespreekt

3) de ouder uitnodigt om daarop te reageren

4) en pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat

hem in reactie daarop verteld is

111 Gesprek met kinderen

Ook als een ouder nog jong is is het van belang dat de medewerker het gesprek met hem aangaat tenzij dat

vanwege zijn jeugdige leeftijd echt niet mogelijk is of te belastend voor hem is De medewerker beoordeelt

zelf of een gesprek zinvol en mogelijk is zo nodig in overleg met een collega of met VT

NB Het kan van belang zijn om een kind even alleen te spreken zonder dat zijn ouders daarbij aanwezig zijn

zodat de leerling zich vrij kan uiten De medewerker hanteert hiervoor de regels die binnen de organisatie van

toepassing zijn Als uitgangspunt geldt dat de ouders hierover vooraf behoren te worden geiumlnformeerd Maar

in verband met de veiligheid van de leerling van de medewerker of die van anderen kan ook in deze sector

worden besloten om toch een eerste gesprek met de leerling te voeren zonder dat de ouders hierover van te

voren worden geiumlnformeerd

Kindermishandeling aanpakken is een zaak van volwassenen

Het doel van een gesprek met een kind is het ondersteunen en het laten uiten van gevoelens en gedachten van

de leerling Het doel van een gesprek is niet om via de leerling de situatie te onderzoeken De leerling is het

slachtoffer en kan hierdoor in een onveilige situatie geraken of kan gaan worstelen met loyaliteit ten opzichte

van de ouder Wees u bewust van de sterke loyaliteitsgevoelens van een kind ten opzichte van zijn ouders Val

nooit de ouders af tegenover de leerling al hebben ze nog zulke afschuwelijke dingen gedaan De leerling zal

over het algemeen geen vertrouwen meer hebben in iemand die zijn ouders veroordeelt Wel kan het gevoel

van de leerling worden verwoord of bevestigd

Beloof nooit geheimhouding

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 25: Handleiding behorend bij

25

Zeg nooit op voorhand geheimhouding toe aan een kind Veel kinderen willen in eerste organisatie alleen iets

vertellen als er beloofd wordt om het tegen niemand anders te zeggen Als deze belofte gegeven wordt komt

de medewerker voor een groot dilemma te staan als de leerling vertelt dat het mishandeld wordt zij moet dan

of het vertrouwen van de leerling schenden of medeplichtig worden aan het in stand houden van een

schadelijke situatie De medewerker die een kind geheimhouding belooft uit angst dat de leerling anders blijft

zwijgen moet zich wel bewust zijn van de consequenties van deze belofte

Als een medewerker geen geheimhouding wil toezeggen kan zij de leerling wel beloven dat zij geen stappen

zal ondernemen zonder dit van tevoren aan de leerling te vertellen

112 Gesprek met de ouder(s)

Normaal gesproken zal er een gesprek over de signalen worden gevoerd met de ouder(s) Dit is niet alleen van

belang als de ouders mogelijkerwijs betrokken zijn bij het huiselijk geweld of de mishandeling maar ook als dit

niet aan de orde is De ouders behoren zeker als zij het gezag uitoefenen als regel te worden geiumlnformeerd

over wat er bij hun kind speelt

NB Een gesprek met (een van) de ouders kan achterwege blijven in verband met de veiligheid van de leerling

of die van anderen Bijvoorbeeld als de medewerker redenen heeft om aan te nemen dat hij de leerling dan uit

het oog zal verliezen omdat de ouders het van school zullen halen of niet meer naar school zullen brengen of

dat het geweld zal escaleren

Bij een besluit om geen contact te leggen met het kind enof ouder(s) in verband met een mogelijke

vertrouwensbreuk dient te worden bedacht dat precies door dit besluit ook weer een risico ontstaat op een

vertrouwensbreuk namelijk op het moment dat de betrokkene ontdekt dat de beroepskracht zonder zijn

medeweten een melding over hem heeft gedaan

113 Positie van de leerling ouder en zijn ouder(s)

Is de leerling nog geen 12 jaar oud dan voert de medewerker het gesprek zoals hierboven beschreven met de

ouder(s) van de leerling Is de leerling 12 jaar of ouder dan wordt het gesprek gevoerd met de ouders en met

de leerling zelf Is de leerling al wel 12 maar nog geen 16 jaar dan wordt het gesprek gevoerd met de leerling

enof met de ouder De beroepskracht beoordeelt zelf of hij hen afzonderlijk spreekt of met hen samen in

gesprek gaat

Melding zonder gesprek met de ouder of zijn ouders

In de instructie bij de vijfde stap wordt aangegeven in welke gevallen er kan worden afgezien van contacten

met de ouder over de melding Het gaat om situaties waarin de veiligheid van een van de betrokkenen in het

geding zou kunnen komen Ook kan van een gesprek worden afgezien als er goede redenen zijn om aan te

nemen dat de ouder de contacten met de medewerker zal verbreken waardoor de leerling uit het zicht raakt

114 Bekendmaken van de identiteit van de melder bij vermoedens van kindermishandeling

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 26: Handleiding behorend bij

26

Artikel 55 van het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg geeft als hoofdregel dat de identiteit van de melder

door Veilig Thuis aan het gezin bekend wordt gemaakt Een melder kan echter ten opzichte van het gezin

anoniem blijven als de melding

(1) een bedreiging vormt of kan vormen voor de leerling voor andere jeugdigen of voor de medewerker of

zijn medewerkers of

(2) de vertrouwensrelatie zou kunnen verstoren tussen de medewerker en de leerling of de ouder(s)

115 Inspanningen na de melding

Een melding is geen eindpunt Als een medewerker een melding doet geeft het stappenplan daarom aan dat

de medewerker in zijn contact met VT ook bespreekt wat hij zelf na zijn melding binnen de grenzen van zijn

gebruikelijke taakuitoefening kan doen om de ouder of zijn gezinsleden te beschermen en te ondersteunen

Dit is uitdrukkelijk in stap 5 bij de melding opgenomen om duidelijk te maken dat de betrokkenheid van de

medewerker bij de ouder na de melding niet ophoudt Van hem wordt verwacht dat hij naar de mate van zijn

mogelijkheden de leerling blijft ondersteunen en beschermen Uiteraard gebeurt dit in overleg met VT om zo

tot een gemeenschappelijke aanpak te komen

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 27: Handleiding behorend bij

27

12 Beroepsgeheim meldcode en meldrecht

Hieronder wordt enige achtergrondinformatie gegeven met name over het beroepsgeheim het wettelijk

meldrecht en de verhouding tussen het beroepsgeheim en het meldrecht

121 Inhoud en doel van het beroepsgeheim Algemene zwijgplicht

Iedere medewerker die individuele ouderen hulp zorg steun of een andere vorm van begeleiding biedt heeft

een beroepsgeheim Deze zwijgplicht zoals het beroepsgeheim ook wel wordt genoemd verplicht de

medewerker om kort gezegd om geen informatie over de ouder aan derden te verstrekken tenzij de ouder

hem daarvoor toestemming heeft gegeven

Doel van het beroepsgeheim is de drempel voor de toegang tot de hulpverlening zo laag mogelijk te maken en

de ouder het vertrouwen te geven dat hij vrijuit kan spreken

De zwijgplicht geldt bijvoorbeeld voor maatschappelijk werkers intern begeleiders ouderenwerkers

jeugdhulpverleners medisch hulpverleners medewerkers in de basisschool en in peuterspeelzalen Het

beroepsgeheim geldt ook voor begeleiders en hulpverleners van de reclassering en van justitieumlle

(jeugd)inrichtingen al maakt het gedwongen kader van het strafrecht in sommige gevallen een zekere inbreuk

op de zwijgplicht

De hierboven beschreven algemene zwijgplicht voor hulpverleners en begeleiders is niet specifiek opgenomen

in een bepaalde wet maar wordt afgeleid uit de privacybepalingen uit het Europees Verdrag voor de Rechten

van de mens en de fundamentele vrijheden (artikel 8) en uit de Grondwet (artikel 10) Deze bepalingen worden

nog eens ondersteund door artikel 272 Wetboek van Strafrecht dat een verbod bevat op het verbreken van

geheimen die aan de medewerker zijn toevertrouwd

Specifieke zwijgplicht

Een aantal beroepsgroepen kent een specifieke zwijgplicht die is geregeld in een lsquoeigenrsquo wet Dit geldt

bijvoorbeeld voor medisch hulpverleners zoals artsen en verpleegkundigen zij vinden hun zwijgplicht in

artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en in artikel 7457 Burgerlijk Wetboek

Voor medewerkers in de jeugdzorg is de zwijgplicht specifiek geregeld in artikel 53 van de Wet op de

jeugdzorg Vertrouwensinspecteurs in het onderwijs kennen een eigen bepaling over de omgang met hun

zwijgplicht in artikel 6 van de Wet op het onderwijstoezicht

122 Paradox van de geheimhoudingsplicht

Er doet zich bij de omgang met de zwijgplicht een zekere paradox voor De zwijgplicht is heacutet instrument bij

uitstek om er voor te zorgen dat mensen naar de medewerker toe komen en ook bereid zijn om open over hun

zorgen te spreken Ze mogen er immers op vertrouwen dat hun verhaal niet zomaar elders terecht komt Maar

een te rigide omgang met het beroepsgeheim kan tot gevolg hebben dat een ouder die dringend hulp nodig

heeft juist niet geholpen wordt omdat de medewerker meent dat hij vanwege zijn beroepsgeheim niet in mag

grijpen

Al met al is de omgang met het beroepsgeheim een vorm van evenwichtskunst geheimhouding waar

mogelijk zorgvuldige doorbreking van het geheim waar nodig Het basismodel meldcode wil daarin een

handreiking bieden voor zover het gaat om signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 28: Handleiding behorend bij

28

Vragen van toestemming

Bij het verstrekken van gegevens van een ouder aan een ander dus ook bij het doen van een melding aan VT

geldt als hoofdregel dat de medewerker zich inspant om toestemming voor zijn melding te krijgen Het

basismodel schetst daarvoor de werkwijze Geeft de ouder zijn toestemming dan kan een melding worden

gedaan Weigert de ouder ondanks de inspanning van de medewerker zijn toestemming dan houdt het niet

op maar maakt de medewerker een nieuwe afweging

NB1 De Wet bescherming persoonsgegevens bepaalt dat een kind vanaf zijn 16e jaar zelf toestemming geeft

aan een medewerker voor het verstrekken van zijn gegevens aan een ander (al dan niet in de vorm van het

doen van een melding) De Wet op de jeugdzorg en de Wet inzake de geneeskundige

behandelingsovereenkomst geven een kind dit recht zelfs al vanaf zijn 12e jaar Toch moet over een melding

als het gaat om een kind vanaf 12 of 16 jaar die nog thuis woont ook gesproken worden met zijn ouders Want

bij de melding worden doorgaans niet alleen gegevens over de leerling verstrekt maar ook over zijn ouder(s)

NB2 Van het vragen van toestemming kan worden afgezien in verband met de veiligheid van de leerling van

de medewerker of die van anderen

123 Conflict van plichten

Zo oud als de zwijgplicht is ook de notie dat een medewerker door zijn beroepsgeheim in de knel kan komen

Er kunnen zich situaties voordoen waarin de medewerker alleen door te spreken het kind kan helpen terwijl

hij voor dit spreken geen toestemming krijgt Er kan in dat geval sprake zijn van een conflict van plichten De

plicht om te zwijgen vanwege het beroepsgeheim botst met de plicht om het kind te helpen juist door met

een ander over hem te spreken Het gaat dan altijd om een kind die zich in een ernstige situatie bevindt en die

alleen kan worden geholpen door een ander bij de aanpak te betrekken

In de (tucht)rechtspraak wordt in geval van een conflict van plichten erkend dat een medewerker ook zonder

toestemming van de ouder over hem mag spreken Uiteraard moet een dergelijk besluit om de zwijgplicht te

doorbreken zorgvuldig worden genomen Beantwoording van de volgende vijf vragen leidt doorgaans tot een

zorgvuldige besluitvorming

1 Kan ik door te spreken zwaarwegende belangen van het kind behartigen

2 Is er een andere mogelijkheid om ditzelfde doel te bereiken zonder dat ik mijn beroepsgeheim hoef te

verbreken

3 Waarom is het niet mogelijk om toestemming van de ouder te vragen of te krijgen voor het bespreken van

zijn situatie met iemand die hem kan helpen

4 Zijn de belangen van het kind die ik wil dienen met mijn spreken zo zwaar dat deze naar mijn oordeel

opwegen tegen de belangen die de ouder heeft bij mijn zwijgen

5 Als ik besluit om te spreken aan wie moet ik dan welke informatie verstrekken zodat het geweld of de

mishandeling effectief kan worden aangepakt

Beoordeling van een besluit over het doorbreken van het beroepsgeheim

Zou achteraf een toetsende organisatie gevraagd worden om een oordeel te geven over het optreden van

de medewerker dan wordt vooral de zorgvuldigheid beoordeeld waarmee het besluit om de geheimhouding

te verbreken tot stand is gekomen Daarbij wordt oa gelet op

collegiale consultatie

raadpleging van Veilig Thuis

aanwezigheid van voldoende relevante feiten of signalen en zorgvuldige verzameling van deze feiten

en signalen

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 29: Handleiding behorend bij

29

zorgvuldige en concrete afweging van belangen en

de contacten die er met de ouder zijn geweest over de melding Concreet gaat het er dan om of de

medewerker zich gelet op zijn mogelijkheden en op de omstandigheden waarin het kind verkeert

heeft ingespannen om de ouder toestemming te vragen of om hem te informeren indien het

verkrijgen van toestemming niet mogelijk bleek

Als hulpmiddel bij de besluitvorming over het verbreken van de geheimhoudingsplicht en het doen van een

melding wordt verwezen naar de website van de privacy helpdesk van het Ministerie van Justitie

wwwhuiselijkgeweldnlcgi-binberoepsgeheimcgi

NB Het is ook in verband met de toetsbaarheid van het besluit achteraf belangrijk om een besluit over het

melden van een kind zonder dat de ouder daarvoor zijn toestemming heeft gegeven zorgvuldig vast te leggen

Niet alleen de melding dient te worden vastgelegd ook de belangen die zijn afgewogen en de personen die

van te voren over het besluit zijn geraadpleegd

124 Wettelijk meldrecht

Voor vermoedens van kindermishandeling is het leerstuk van het conflict van plichten nog eens bevestigd in

artikel 53 lid 3 van de Wet op de jeugdzorg dat een uitdrukkelijk meldrecht bevat Iedere medewerker met een

beroepsgeheim of een andere zwijgplicht heeft op basis van dit wettelijk meldrecht het recht om vermoedens

van kindermishandeling zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de ouder bij VT te melden

Daarnaast omvat het meldrecht het recht voor de medewerker om op verzoek van VT informatie over de

leerling enof zijn ouders te verstrekken eveneens zo nodig zonder toestemming van de leerling enof de

ouder

Voor vermoedens van huiselijk geweld waarbij alleen meerderjarigen zijn betrokken zal de nieuwe wet een

vergelijkbaar wettelijk meldrecht gaan bevatten Zolang deze wet en het daarin opgenomen meldrecht er nog

niet zijn biedt het conflict van plichten uitkomst in die gevallen waarin geen toestemming wordt verkregen -

of kan worden gevraagd - en een melding toch noodzakelijk is om het geweld te stoppen en de ouder tegen dit

geweld te beschermen

Betekenis lsquozonder toestemmingrsquo

De wetteksten over de meldrechten maken door de woorden lsquozonder toestemmingrsquo te gebruiken duidelijk dat

het om een meldrecht van de beroepskracht gaat Dit wil zeggen dat de beroepskracht ook zonder

toestemming van de leerling of de ouders kan besluiten om een melding te doen of om desgevraagd

informatie te verstrekken Gelet op de stappen van de meldcode betekent lsquozonder toestemmingrsquo zeker niet

zonder medeweten Als regel behoort de beroepskracht vooraf in gesprek te gaan met de leerling over de

signalen en over zijn voornemen om een melding te doen In dit gesprek behoort hij de leerling ook

uitdrukkelijk de ruimte te geven om te reageren op de signalen en op het voornemen van een melding Pas

daarna komt de beroepskracht tot een definitief besluit over het al dan niet doen van een melding Omdat het

bij het tweede wettelijk meldrecht voor huiselijk geweld gaat om meldingen waarbij uitsluitend

meerderjarigen zijn betrokken mogen er extra inspanningen van de beroepskracht worden gevraagd om de

betrokkenen mee te krijgen in zijn aanpak om het geweld te stoppen en passende hulp te bieden Aan

meerderjarigen komt immers als regel zelfbeschikkingsrecht toe Gebruik maken van het wettelijk meldrecht

tegen de wens van de leerling of zonder zijn medeweten moet dan ook worden gezien als een uiterste middel

dat wordt ingezet omdat het stoppen van het geweld en het toe leiden naar passende hulp alleen op deze

wijze kan worden gerealiseerd

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 30: Handleiding behorend bij

30

Verhouding beroepsgeheim meldrecht en meldcode

De verhouding tussen het beroepsgeheim de twee meldrechten en de meldcode laat zich als volgt

samenvatten De twee wettelijke meldrechten maken een inbreuk op het beroepsgeheim mogelijk Deze

meldrechten geven beroepskrachten het recht om ondanks hun beroepsgeheim toch een melding te doen of

informatie te verstrekken ook al hebben zij daarvoor geen toestemming van hun clieumlnt De stappen van de

meldcode beschrijven hoe een beroepskracht met een geheimhoudingsplicht zorgvuldig omgaat met deze

wettelijke meldrechten

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 31: Handleiding behorend bij

31

13 Adressen en websites

Veilig Thuis

0800 - 2000 httpwwwvooreenveiligthuisnl

Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) wwwmogroepnl

Bureau Jeugdzorg (BJZ)

wwwbureaujeugdzorginfo Telefoonnummers Bureau Jeugdzorg Parkstad locaties Heerlen en Kerkrade 088-0072900 Westelijke Mijnstreek locatie Sittard 088-0072940 Maastricht-Heuvelland Locaties Maastricht en Heuvelland 088-0072920

GGD

wwwggdnl

GGZ (volwassen en jeugd) wwwggznederlandnl

JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding

0182-547888 wwwjsonl

MEE

0900- 999 88 88 wwwmeenl

Politie (ook sociale jeugd- en zedenzaken)

0900-8844 (geen spoed) 112 (spoed) wwwpolitienl

Zorgadviesteam landelijk steunpunt (ZAT)

wwwzatnl Informatie over de meldcode

wwwmeldcodenl Informatie over de aanpak kindermishandeling

wwwaanpakkindermishandelingnl

Informatie over huiselijk geweld wwwhuiselijkgeweldnl

Informatie over meisjesbesnijdenis

wwwmeisjesbesnijdenisnl

Informatie over eergerelateerd geweld wwwmeisjesbesnijdenisnl

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl

Page 32: Handleiding behorend bij

32

14 Geraadpleegde informatie

2013 Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Rijksoverheid

2010 Ministerie VWS Basismeldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

2006 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Zuid-Holland Noord

2005 AMK Zuid-Holland GGD Hollands Midden en JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Protocol Vermoeden kindermishandeling voor het basisonderwijs Midden-Holland

2004 Dienst OCW Den Haag GGD Zuid-Holland West JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en

opvoeding Voorbeeld protocol voor het primair onderwijs Den Haag

2010 wwwforumnlinteractieteampdfeergerelateerdgeweld-bpdf wegwijzer eergerelateerd geweld

2010 wwwmeisjesbesnijdenisnl

2005 Pharos Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis

2005 JSO expertisecentrum voor jeugd samenleving en opvoeding Landelijk voorbeeldprotocol

Vermoeden kindermishandeling protocol voor kinderdagverblijf peuterspeelzaal en buitenschoolse

opvang

2010 wwwjsonl

2010 wwwaanpakkindermishandelingnl

2010 wwwmeldcodenl