Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

25
31 oktober 2007 , pag. 9 Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’ Plaats: Harmonie, Leeuwarden. Voorstelling: Ajax. Auteur: Sofokles. Gezelschap: Toneel- groep Amsterdam & De Theatercompagnie. Regie: Theu Boermans. Decor: Bernard Hammer. Belangstelling: 250 mensen. LEEUWARDEN Imponerend is de ‘Ajax’ van regis- seur Theu Boermans vanaf het allereerste begin. Een zaalbrede parketvloer golft in massieve lij- nen van hoog achterin tot diep in de orkestbak. In het midden van die gestolde zee rijst een hou- ten cilinder op: de tent van Ajax. Telkens als ze naar beneden lopen moeten de spelers hun pas inhouden om niet naar beneden te vallen, wat bij- draagt aan een ingehouden, soms zelfs gedragen speelstijl - ondanks alle emotionele uitbarstingen die bij Sofokles ook te zien zijn. Zijn ‘Ajax’ is een indringend, maar lastig stuk, omdat het eigenlijk om twee drama’s na elkaar gaat. In het eerste deel ontdekt de wantrouwige Odysseus dat zijn medestrijder in de Trojaanse oorlog van plan was om hem en de legerleiding te vermoorden. Ten onrechte hadden zij Ajax, die het meest van allen gepresteerd had voor de Griekse zaak, de eervolle wapenrusting van Achilles onthouden. Maar de godin Athena verij- delt het moordplan door de held met waanzin te slaan en Ajax maakt zich onsterfelijk belachelijk door een kudde schapen en stieren te slachten. Daarna begint Sofokles in feite pas met zijn tra- gedie. Niet zozeer het verhaal interesseert hem maar vooral de vraag hoe een held-uit-een-stuk zo’n diepe vernedering overleeft. Zelfdodingen komen er er in heel wat toneelstukken voor, maar zelden is de reddeloosheid van iemand die niet meer kan zijn wat hij is zo scherp en direct neergezet als in dit stuk van 450 voor Christus. Na de ontdekking van Ajax’ zelfmoord begint bijna een ander stuk. Zijn broer Teukros wil hem begraven, maar de pedante Menelaos - om wiens vrouw Helena de hele ‘verdammte Krieg’ begon- nen is - wil het lichaam laten wegrotten als voer voor de vogels. Vervolgens draaft Menelaos grote broer Aga- memnon op om de subordinatie de kop in te drukken. Tenslotte is het Ajax’ tegenstrever Odysseus die de doden hun recht wil laten en zijn nobele motieven gewiekst doorspekt met een paar populistische argumenten. Pas in dit deel komt de politieke interpretatie van Theu Boermans iets meer tot zijn recht. Hij wil laten zien dat democratie op een glijdende schaal komt als ze niet wordt gedragen door een collectieve moraal. Veel geeft hij de toeschouwer niet mee om die visie te bekrachtigen, maar de kracht van deze voorstelling zit hem juist in de sobere beeldtaal en de directe speelstijl. HANS BRANS

Transcript of Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

Page 1: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

31 oktober 2007 , pag. 9

Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’Plaats: Harmonie, Leeuwarden. Voorstelling:Ajax. Auteur: Sofokles. Gezelschap: Toneel-groep Amsterdam & De Theatercompagnie. Regie: Theu Boermans. Decor: BernardHammer. Belangstelling: 250 mensen.

LEEUWARDEN Imponerend is de ‘Ajax’ van regis-seur Theu Boermans vanaf het allereerste begin.Een zaalbrede parketvloer golft in massieve lij-nen van hoog achterin tot diep in de orkestbak.In het midden van die gestolde zee rijst een hou-ten cilinder op: de tent van Ajax. Telkens als zenaar beneden lopen moeten de spelers hun pasinhouden om niet naar beneden te vallen, wat bij-

draagt aan een ingehouden, soms zelfs gedragenspeelstijl - ondanks alle emotionele uitbarstingendie bij Sofokles ook te zien zijn.

Zijn ‘Ajax’ is een indringend, maar lastig stuk,omdat het eigenlijk om twee drama’s na elkaargaat. In het eerste deel ontdekt de wantrouwigeOdysseus dat zijn medestrijder in de Trojaanseoorlog van plan was om hem en de legerleiding tevermoorden. Ten onrechte hadden zij Ajax, diehet meest van allen gepresteerd had voor deGriekse zaak, de eervolle wapenrusting vanAchilles onthouden. Maar de godin Athena verij-delt het moordplan door de held met waanzin teslaan en Ajax maakt zich onsterfelijk belachelijkdoor een kudde schapen en stieren te slachten.

Daarna begint Sofokles in feite pas met zijn tra-gedie. Niet zozeer het verhaal interesseert hemmaar vooral de vraag hoe een held-uit-een-stukzo’n diepe vernedering overleeft. Zelfdodingenkomen er er in heel wat toneelstukken voor,maar zelden is de reddeloosheid van iemand dieniet meer kan zijn wat hij is zo scherp en directneergezet als in dit stuk van 450 voor Christus.

Na de ontdekking van Ajax’ zelfmoord begintbijna een ander stuk. Zijn broer Teukros wil hembegraven, maar de pedante Menelaos - om wiensvrouw Helena de hele ‘verdammte Krieg’ begon-nen is - wil het lichaam laten wegrotten als voervoor de vogels.

Vervolgens draaft Menelaos grote broer Aga-memnon op om de subordinatie de kop in tedrukken. Tenslotte is het Ajax’ tegenstreverOdysseus die de doden hun recht wil laten enzijn nobele motieven gewiekst doorspekt meteen paar populistische argumenten.

Pas in dit deel komt de politieke interpretatievan Theu Boermans iets meer tot zijn recht. Hijwil laten zien dat democratie op een glijdendeschaal komt als ze niet wordt gedragen door eencollectieve moraal. Veel geeft hij de toeschouwerniet mee om die visie te bekrachtigen, maar dekracht van deze voorstelling zit hem juist in desobere beeldtaal en de directe speelstijl.

HANS BRANS

Page 2: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

Dirk Tanghe tergtpubliek tot uiterste

Plaats: De Harmonie,Leeuwarden. Voorstel-ling: August, August, Au-gust. Auteur: Pavel Ko-hout. Gezelschap: DePaardenkathedraal.Spel: Louis van Beek,Lieke-Rosa Altink, Tho-mas de Bres, Bas Keijzer,Michaël Pas, Hylke vanSprundel, Stijn Wes-tenend e.v.a. Regie: DirkTanghe. Vertaling: Mi-chel Oukhow en WalterTillemans. Toeschou-wers: 520. Nog te zien: 3maart in Drachten.

LEEUWARDEN - De holle, hypnoti-serende stem uit het halfduis-ter waarmee de hooggehaktedirecteur het publiek welkomheet in zijn circus, klinkt meerunheimisch dan hartelijk. Ukunt wel uw jas, maar niet zomakkelijk uw zorgen achterla-ten in de garderobe, is de waar-schuwing. Het kan een sleutel-zin geweest zijn voor de bena-dering van regisseur DirkTanghe van een oud werk vanPavel Kohout, Tsjechisch dissi-dent en collega van de laterepresident Vaclav Havel. Wanteen onbekommerd avondje uitwordt het niet helemaal.

‘August, August, August’ biedtveel aanknopingspunten voorklaterend theaterspektakel,maar is tegelijk een circusdra-ma dat bol staat van onder-drukkende machtsverhoudin-gen. En toch is het meer daneen versleutelde aanklacht te-gen het communisme.

Daarvoor speelt met name diedirecteur een te ambivalenterol. Gesteund door de opper-stalmeester en de muziekkapel-meester legt hij de klassiekdomme clown August de enehinderpaal na de andere in de

weg. Aan de andere kant toonthij een vaderlijke sympathievoor Augusts fantasie en voordiens doorzettingsvermogenom zijn ideaal te bereiken.August wil namelijk graag deacht Lippizaner paarden dres-seren, een koningsnummer datin het circus aan de directeur isvoorbehouden. Dus moet hijzelf directeur worden. Maardaarvoor moet hij eerst eenvrouw vinden, een gezin stich-ten en een circus opkopen. Eenlevenstaak strekt zich uit, maarmet het hardnekkige ‘waarom’dat hem als een kleuter op delippen bestorven ligt weet Au-gust alle hindernissen te ne-men.De directeur ontraadt hem hetgevaarlijke paardennummer,maar August en zijn vrouw kun-nen niet meer van hun droomafzien op het moment van ver-vulling. Na een eindeloos opge-voerde spanning vinden ze hundood in een even kort als heftigtheatraal beeld. De droom isover, maar heeft het misschientoch gewonnen van de werke-lijkheid.In zijn tiende jaar bij De Paar-denkathedraal toont Tanghezich nog steeds een van demeest theatrale theatermakersdie ons taalgebied rijk is. ‘Au-gust’ zit boordevol grappen enmeesterlijke choreografieën enheeft een ongekende mimischeperfectie, zowel bij de hoofdrol-len als bij de figuranten. Maarer is ook vervreemding: in demanipulatie met geluid, het in-fantiele gedrag van Augusts ge-zin en vooral in de stroperigetraagheid tussen directeur enstalmeester.Tanghe prikkelt de toeschou-wer niet alleen, hij tergt hem tothet uiterste - precies zoals dedirecteur dat doet met August.

HANS BRANS

Page 3: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

Ouders en kinderenin spiegelbeelden

DRACHTEN - ‘Bloedband’ wil latenzien hoe kinderen ouders wor-den en ouders kinderen. Datklinkt als stof voor een comple-te tv-serie van de NCRV, maar inhanden van Nederlands meestbijzondere muziektheatergezel-schap Orkater wordt dat na-tuurlijk iets heel anders. Op eentamelijk abstract, scheef oplo-pend toneel met her en der watdiepe groeven, wordt het pu-bliek getrakteerd op een aantaldoorkijkjes in drie verhalen, dieworden afgewisseld, onder-steund en onderbroken doormuzikale erupties van alle mo-gelijke pluimage.

De eerste verhaallijn is eigen-lijk de middelste, als we het be-zien vanuit de menselijk levens-cyclus. Een jong meisje wordtingepalmd door een oudere Ita-liaanse gitarist om vlak voor hetmoment suprême te vertellendat ze zijn dochter is.

Eerst verstoot de artiest deonbekende dochter, maar laterkomt hij tot inkeer. Dan neemtde dochter wraak op een vaderdie altijd schitterde door afwe-zigheid. Ze maakt hem blij methet nieuws van een kleinkind,om hem vervolgens te trakterenop een koekje van eigen deeg:dat kind zal alleen in je hoofd

Plaats: De Lawei, Drach-ten. Voorstelling: Bloed-band. Gezelschap: Orka-ter. Tekst: Leopold Witte,Geert Lageveen. Compo-sities: Beppe Costa. Spel:Beppe Costa, Nadja Hüp-scher, Geert Lageveen, Le-ny Breederveld, LeopoldWitte, Marisa van Eyle. Mu-ziek: Reint van den Brink,Mo Marcus, Arend Niks.Regie: Gijs de Lange. Nogte zien: 14 november inLeeuwarden. Aantal toe-schouwers: 250.

bestaan, want je krijgt het nooitte zien.

Het tweede ‘spiegelverhaal’gaat over de eerste levensfase.Een onvruchtbaar geachtevrouw van 46 raakt onverwachtzwanger, maar haar losbolligevriend slaat op tilt van de moge-lijkheid van een mongooltje. Ophet laatste moment deinst zeechter terug voor een abortus.Liever een nieuw leven mèt ge-breken, dan een nepleven zon-der.

De derde lijn is het meest ko-misch en ook het wreedst. Eenhypergestresste financieel advi-seur ziet zich opgezadeld meteen aftakelende, bemoeizuchti-ge moeder (een bloedmooie rolvan Leny Breederveld), wat uit-eindelijk leidt tot even hilarischals pijnlijk gestuntel met incon-tinentieluiers en regelrechte be-jaardenmishandeling.

Door elkaar versneden in éénvoorstelling worden de karak-ters en de thema’s in deze drieverhalen uiteraard niet tot ophet bot uitgediept. De verbin-dingen tussen de drie lijnen zijnsoms wat gezocht en ook descenografische intermezzo’sdoen wel eens wat gekunsteldaan, hoewel er mooie, PinaBausch-achtige loopjes tussenzitten met intrigerende geba-rentaal.

Alle scènes uit de verschillen-de verhalen zijn evenwel stukvoor stuk scherp gesneden ju-weeltjes met verassende wen-dingen, die in hun korte span-ningsboog toch weten te ont-roeren, te schokken of te verba-zen. Doordat de muzikantenook mee spelen en de spelersook mee musiceren, ontstaateen vloeiende, organische thea-terbelevenis waar Orkater hetpatent op lijkt te hebben.

HANS BRANS

Page 4: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

21 februari 2007 , pag. 9

Wroeging O’Neill verpakt in intens videodrama

Plaats: Harmonie, Leeuwar-den. Voorstelling: Rouw siertElectra. Auteur: Eugene O’N-eill. Gezelschap: ToneelgroepAmsterdam. Spel: Halina Reijn,Eelco Smits, Hans Kesting, Jan-ni Goslinga, Alwin Pulinckx, Ka-rina Smulders en Hugo Kool-schijn. Regie: Ivo van Hove.Vertaling: Ger Thijs. Toe-schouwers: 200. Nog te zien:21 t/m 23 februari, Leeuwarden.

LEEUWARDEN - ‘Rouw siert Electra’ uit1931 is niet alleen gebaseerd op deOresteia van Aischylos, maar heeftook nogal wat invloeden ondergaan

van Strindberg en vooral Freud. In gro-te lijnen volgt O’Neill de klassieke trilo-gie, alleen verplaatst hij de handelingnaar het Amerika van vlak na de Bur-geroorlog.

Agammennon - hier generaal EzraMannon - ruikt bij zijn thuiskomst vanhet slagveld de ontrouw van zijnvrouw Christine (Klytaimnestra) enhet echtelijk drama van wantrouwenen jaloezie kan beginnen. De dochterdie het allemaal waarneemt, heet hierniet Electra, maar Lavinia, of Vinnie,en behalve een vaderskindje is zij bijO’Neill een rivale van haar moeder bijdiens minnaar. Na een heftige scènebrengt moeder vader om zeep met eenportie vergif - niet in bad, maar in bed.

In het tweede deel - ‘The hunted’ - krij-gen we zoon Orestes te zien, die hierOrin heet. Ook hij keert terug uit deoorlog, nog meer getraumatiseerd danzijn vader. Met Freud bij de hand heeftO’Neill van hem een moederskindjegemaakt dat verpletterd wordt doorde statuur van een almachtige vader.Het Oidipous-complex van Orin spie-gelt zo het Electra-complex van Vin-nie.

Het indringendste deel bij O’Neill ismisschien wel het laatste, ‘The haun-ted’. À la Strindberg verdwalen broeren zus in een doolhof van wroeging,schuld en gekte. De zwakke Orinpleegt zelfmoord, terwijl de sterke Vin-nie zichzelf veroordeelt om voor de

rest van haar leven in het geblindeer-de landhuis te waken bij de doden:rouw past Electra.Hoe gaat regisseur Ivo van Hove ommet deze neurotische familie? Hijschrapt een aantal personages en le-vert de rest over aan een kaal, ondiepdecor dat niets voorstelt, maar wel isuitgerust met moderne registratiemid-delen als camcorder, notebook enoverheadprojector. De spelers blijvenmeestal gewoon zitten als ze ‘af’ zijnen lange lappen tekst worden in straftempo afgeraffeld.Die uitgeklede aanpak is in het beginnogal wennen. Het is de sfeer van eentekstrepetitie die geregistreerd wordtdoor het oog van de camera. Maar na

een tijdje begint de vervreemding tewerken. Het toneelmatige en de na-drukkelijke videowaarneming sporenwonderwel met de fixaties van de per-sonages. Vooral bij Vinnie (HalinaReijn) die in de eerste twee delen eenversteend verlengstuk is van haarmeedogenloos registrerende camera.Verwijten en schuldgevoel blijken inde enge blik van een lens alles te ma-ken te hebben met kijken en bekekenworden. Als het kijken dan onver-wacht wordt afgewisseld met heftigeintensiteit ontstaat een modern nood-lotsdrama, dat in zijn hoekige psycho-logie niet altijd even makkelijk te vol-gen is, maar wel lang blijft nagloeien.

HANS BRANS

Page 5: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

14 maart 2007 , pag. 9

Panoramisch tijdsbeeld van een voorbije toekomst

Plaats: Harmonie, Leeuwarden.Voorstelling: De geschiedenisvan de familie Avenier. Auteur:Maria Goos. Gezelschap: HetToneel Speelt. Spel: Peter Blok,Marisa van Eyle, Sarah Jonker,Gijs Scholten van Aschat, CarinaCrutzen, Tjitske Reidinga, MarcelHensema, Guy Clemens, Tho-mas Cammaert, e.a. Regie: JaapSpijkers. Toeschouwers: 725Nog te zien: vanavond Leeuwar-den, 21 oktober Heerenveen.

LEEUWARDEN - Het eerste deel van ‘Degeschiedenis van de familie Avenier’speelt zich af op Oudejaarsavond, ophet snijpunt van verleden en toe-

komst: precies de twee begrippen diein ‘geschiedenis’ en ‘Avenier’ (toe-komst) vervat zijn. In dit breed opge-zette vierluik geeft schrijfster MariaGoos een tijdsbeeld van een Brabant-se middenstandsfamilie dat begint inde jaren vijftig, de tijd van sappelen enschrapen, van gezelligheid en verzwij-gen van geheimen.

Het begint met Ome Jan (Peter Blok)die zijn winkel tussen de middag nietwil sluiten voor een snee brood inplaats van warm eten, omdat zijnvrouw Rita de oliebollen van van-avond als warm eten beschouwt. Meteen goedzak als man die zijn zaak opde fles laat gaan door poffende klantenen een bedlegerige opa en oma in huis,is Rita verworden tot een sloof wier

wereld er al anders uit zou zien meteen ander behangetje. Jans broer Ja-nus is stukken harder en ‘leper’, ookdan zijn zwager Christ die een verlo-pen café uitbaat aan de overkant endie zich door zijn vrouw Pieternel laatoverhalen om naar Australië te emi-greren. En dan is er nog de mooieToos, de eeuwige verloofde van broerHenk die zwervend over de zeven zee-en een duistere misstap begaat en ookdeze avond niet thuiskomt.

Het zijn prachtig uitgewerkte karak-ters: de broers en hun zus, de koudekant en hun kroost, inclusief de aange-nomen Sara. Alleen de zwijgende opaen oma blijven een leeg plaatje. Alle-maal hebben ze zo hun eigen sores,wat resulteert in een baaierd van ver-

langens en onbegrip. Veel lijn zit erniet in dit bonte mozaı̈ek, of het moetde rode draad zijn van de oma die ie-der keer net niet doodgaat als ieder-een is opgetrommeld en net wel alsniemand het meer verwacht.Zeker voor wie iets van het milieuheeft meegekregen, is het een feestder herkenning. Nostalgisch wordt hetechter nooit, want daarvoor stoptGoos er te veel humor èn venijn in. Inhaar weergaloze dialogen schildert zede personages met veel liefde en be-grip, terwijl in enkel poëtische mo-menten fijntjes iets door schittert vaneen hedendaags perspectief op dietijd.Vijftien jaar later - het tweede deel - isiedereen in betere doen geraakt en

Ome Jan is gestorven. De familie is let-terlijk en figuurlijk uit elkaar gedreven.Daardoor wordt helaas ook het fami-liedrama fragmentarischer. Rondomde kist van Ome Jan worden de ver-schillende confrontaties in rap tempodoor elkaar versneden, waardoor je jeafvraagt of de tragiek van alle afzon-derlijke personages - en dan gaat hetvooral over de vrouwen - niet te veelwordt voor dit bestek.

Gaandeweg krijgt Goos de lijntjes tochnog knap bij elkaar en als de familiele-den de kist van Ome Jan ten grave dra-gen, ben je benieuwd naar hun toe-komst in deel drie en vier (volgend sei-zoen).

HANS BRANS

Page 6: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

‘Boy meets girl’ in fysieke stijlmixerPlaats: De Harmonie, Leeuwar-den. Voorstelling: Fantasten(Serie Jonge Theatermakers).Idee & spel: Marle Brouwer, BartRijnink. Muzikant: Bert Baks.Eindregie: Titus Tiel Groeneste-ge. Choreografie: Annabelle Lo-pez Ochoa. Compositie: Bart Rij-nink, Bert Baks. Aantal toe-schouwers: 90.

LEEUWARDEN - Jongen vindt deurkruk,meisje vindt deur. Klop-klop, open,dicht. Zij: klap, hij: pets. Deur weg.

Draaien, vangen, vallen, opstaan enweer doorgaan.Dit is geen voetbalverslag van een bal-let of van een slapstick, maar gaat welover theater dat daar ergens tusseninhangt. In de reeks ‘Nieuwe Theaterma-kers’ van De Harmonie wordt dit sei-zoen de spits afgebeten door ‘Fantas-ten’, een nieuwe groep die bestaat uitMarle Brouwer en Bart Rijnink, aange-vuld door percussieman Bert Baks.De twee doorliepen allebei de Amster-damse theaterschool, waar ze elkaarniet alleen vonden in dezelfde ideeën

over fysiek theater, maar ook in eenbreed spectrum aan inspiratiebron-nen. Zelfs Marcel Marceau zaliger zouglimmen van trots met twee van zulkenazaten. Het enige dat ze mee de vloerop nemen, behalve hun eigen lijf, zijnwat losse eindjes hout. In vliegendevaart worden daar stoelen, tafels, hui-zen, dakjes of doorkijkjes van gemaakten even terloops veranderen die ob-jecten weer in losse stukken hout.

In een woordeloos spel als dit hoefthet verhaal niet uit te munten in diep-gang. Het is ‘boy meets girl’ in 69 varia-

ties. Of eigenlijk in één eigentijdse vari-ant: als het dan eindelijk ‘aan’ is slaansleur en jaloezie zo snel toe, dat ze el-kaar maar weer los laten. Opgestuwdof juist afgeremd door de drummeraan de zijkant maken Brouwer en Rij-nink er een eindeloos kat-en-muisspelvan dat vooral boeit door de rijke fan-tasie en de adembenemende precisiewaarmee het wordt uitgevoerd, methier en daar een vleugje humor.

Soms is het spel min of meer uitbeel-dend, maar het volgende momentwordt de pantomime tot iets clow-

nesks en vervolgens gaat het clownes-ke over in iets dat meer abstract dan-sant is. Maar al die vormen glijdenvloeiend in elkaar over in een geheeleigen stijl. Zelfs als het verhaal af entoe even zoek raakt, blijft het span-nend en een genot om naar te kijken.Naast alle watervlugge acties heefteindregisseur Titus Tiel Groenestegegelukkig ook gezorgd voor de nodigeverstilling en rustpunten, zodat ook bijhet publiek aan het eind de tong nietop de schoenen hangt.

HANS BRANS

Page 7: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

Slapstick op smeltend Groenland

Plaats: De Lawei, Drach-ten. Voorstelling:Groenland. Gezelschapen idee: Vis à Vis. Spel:Arjen Anker, Gerold Gut-hman, Marianne Seine-/Reineke Jonker, MarinusVroom. Compositie &muziek: Erik Hofland(Dyzack). Decor: JanWillem van der Schoot.Eindregie: MoniekMerks. Toeschouwers:ongeveer 300. Nog tezien: tot en met zondag inDrachten.

DRACHTEN Het openluchtsei-zoen is nog geen dag voorbij ofop een regenachtige herfst-avond wordt het publiek ge-trakteerd op een winterse voor-stelling in de openlucht. Op hetgrote parkeerterrein achter DeLawei is een arctisch landschapverrezen, met een iglootje vanluchtkussentjes, een verdwaal-de ijsbeer en ijzige sneeuwjach-ten van zeepsop.

De lokale eskimo parkeert zijnhondenslee vakkundig achter-uit in, knuppelt een zeehondjedood en diept uit het binnen-werk het dagelijks rantsoen opvoor zichzelf en zijn blaffendehondjes in de coulissen. Alsdan na deze openingsscher-mutselingen een helikoptertjetwee oer-Nederlandse vakantie-gangers aflevert zijn alle ingre-diënten aanwezig voor eenkluchtig avondje vol visuele hu-mor en technische hoogstand-jes.

Die belofte wordt door dit loca-tiegezelschap ruimschoots in-gelost, want er valt voortdu-

rend wat te lachen en sommigetrucs doen de mond open val-len van verbazing en bewonde-

ring. Zonde in ieder geval om zete verklappen.De tegenstelling tussen het bib-

berende stel in korte broek enklokrok aan de ene kant en deeskimo aan de andere kant kon

met geen mogelijkheid groterzijn. De iglo-eskimo is van hettype dat halverwege de vorigeeeuw al is verdwenen en ookhet stel voldoet aan alle denk-bare clichés van Nederlandersin het buitenland: dom, egocen-trisch, materialistisch en meteen volslagen gebrek aan res-pect voor hun omgeving.

Het contrast wordt nog eensversterkt door het neergeknup-pelde zeehondje en de in eenkattenmandje meegetroondetroetelpoes, die natuurlijk alsnel het loodje legt om vervol-gens in de mêlee van misver-standen te eindigen aan hetbraadspit.

De speelstijl houdt het middentussen Monty Python en depoppenkast van Jan Klaassenen Katrien, waarbij de drie per-sonages in rap tempo van deene maffe situatie in de anderetuimelen. Daarbij wordt meergebrabbeld dan woorden ge-bruikt, zodat de permanentemuzikale begeleiding van de ineen ijsberg verstopte muzikantmeer dan welkom was.Het gebrek aan dialoog en aaneen verhaallijn en de ijzeren op-eenvolging van visuele grappenzorgen op den duur jammer ge-noeg voor een vervlakking vande spanning. De maatschappij-en milieukritische noot die Visà vis toch ook in deze voorstel-ling naar voren wil brengen,verzuipt daardoor een beetje inde anekdotiek en de effecten.Maar leuk was het wel.

HANS BRANS

Scène uit ‘Vis à vis’, gisteravond op het parkeerterrein bij De Lawei. Foto Sietse de Boer

Page 8: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

23 maart 2007 , pag. 8

‘Heksenjacht’ beklemmende voorstelling

Plaats: De Lawei, Drach-ten. Voorstelling: Hek-senjacht. Auteur: ArthurMiller. Gezelschap: Na-tionale Toneel. Spel:Jochum ten Haaf, PeterTuinman, Bram van derVlugt, Wendell Jaspers,e.a. Regie: Franz Marij-nen. Vertaling: KristienHemmerechts. Belang-stelling: 275 mensen.

DRACHTEN - Nog steeds houdenstukken als ‘Dood van een han-delsreiziger’ van de twee jaargeleden overleden Arthur Mil-ler repertoire, maar dat geldt

niet voor ‘The Crucible’ dat nudoor het Nationale Toneel nuonder het stof vandaan is ge-haald. Terecht, want ‘Heksen-jacht’, zoals het in de voortref-felijke vertaling van KristienHemmerechts heet, is niet al-leen een dijk van een stuk, maarde thematiek van massahyste-rie en bewustzijnsvernauwingin dit historische drama is ooknog eens wonderbaarlijk actu-eel.Van de Rwanda-genocide tot deDeense cartoonrellen of, omwat dichter bij huis te blijven,de ‘dubbele nationaliteitskwes-tie’: als je de fatale gevolgen vande combinatie angst en stem-mingmakerij ontrafeld wilt zien,

is ‘Heksenjacht’ bijna verplich-te literatuur.

Het mooie van Millers ijzerster-ke tekst is dat je die actualiteiter niet met de haren hoeft bij teslepen. Gelukkig doet het Natio-nale Toneel dat dan ook niet.De toeschouwer legt de linkenzelf wel.

Regisseur Franz Marijnen kiestvoor een vrij kale, sobere aan-pak. Een niet al te groot, houtenvloertje vormt het eigenlijkespeelvlak met zelden meer daneen bed of een tafel. Rondomstaan ouderwetse kerkbankenen gewone stoelen, vanwaar dezeventien, onopvallend gekledeacteurs toekijken als ze niet

spelen. Als toeschouwers zijnze eigenlijk het verlengde vande zaal: samen zijn wij de massadie zich meer of minder laatmeeslepen door de hysterie.De angstpsychose begint bij dedominee (Peter Tuinman) vanSalem, Massachusetts, die rond1690 zijn dochter met vriendin-nen betrapt heeft bij een nach-telijk ritueel om geesten op teroepen. Onder druk van zijn ge-meente haalt hij er met tegen-zin een heksenexpert bij (Rickvan Uffelen) die met zijn insinu-aties de meisjes zo de stuipenop het lijf jaagt dat ze anderevrouwen gaan beschuldigenvan hekserij. Onder wie devrouw van John Proctor

(Jochum ten Haaf), een heet-hoofd die het nooit met domi-nee kon vinden en bovendieneen van de meisjes als minna-res had afgewezen.

In geen tijd groeit een dorps-veenbrand uit tot een heiligevuurwind, met een geı̈mpor-teerde rechtbank die hardhan-dig orde op zaken probeert testellen. Proctor is de tragischeheld die de collectieve psycho-se doorziet, maar door eigenzwakheden er net niet in slaagtom de zeepbel door te prikken.Het fascinerende van Miller isdat meerdere karakters in deloop van het proces tot een ver-anderd inzicht komen, maar

steeds te laat om de loop dergebeurtenissen nog te kunnenkeren. Dat geldt voor Proctorsvrouw, voor een van de meisjesdie bekent dat de beschuldigin-gen op leugens berustten, voorde heksenexpert en zelfs voorde rechter. Waarmee ‘Heksen-jacht’ niet alleen een analysevan de massapsychose is, maarook een aanklacht tegen de ar-rogantie van de macht.

Enige pathetiek is Miller nietvreemd, maar het spel van dezeploeg is zo zuinig en indringenddat het resulteert in een be-klemmende, soms bloedstol-lende voorstelling.

HANS BRANS

Page 9: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

11 oktober 2007 , pag. 10

Beter een goede leugendan een lelijke waarheid

Plaats: De Koornbeurs,Franeker. Voorstelling:Helden zonder glorie. Ge-zelschap: Het Volk. Ideeen tekst: Don Duyns enHet Volk. Spel: WigboltKruijver, Joep Kruijver enBert Bunschoten. Regie:Aike Dirkzwager. Toe-schouwers: 80. Bijzon-derheden: 19 decemberin Drachten, 6 maart inHeerenveen.

FRANEKER Drie oudere, ernstigeheren die met onderkoelde hu-mor en absurde wendingen ie-der publiek onder de tafel kun-nen krijgen van het lachen - datis Het Volk. Het Haarlemse trioheeft zich voor deze gelegen-heid verbonden met de jongeretoneelschrijver Don Duyns,wiens mix van engagement enidiotie prima aansluit bij de the-atrale kijk op het leven van BertBunschoten en Joep & WigboltKruiver.

Ze hebben zich gestort op hetfenomeen ‘veteranen’. Met hunferme snorren en buitenmaatsejaren-zeventig brillen hebbenze wat van het typetje dat Keesvan Kooten ooit als mopperigeoranje-veteraan neerzette,maar deze drie moeten wel watdieper gaan om het anderhalfuur vol te houden.

De aftrap is een maf filmpjewaarbij twee veteranen zich ineen volksbuurtje melden op destoep van een kolonel in rustedie ter plekke een medaille-uit-reiking organiseert. Het zijnvergeten en ook nogal verwar-de helden, met een bescheidenbehoefte aan glorie, die even la-ter van het doek af het podiumoplopen.

We bevinden ons nu in op eenvoorlichtingsavond van vetera-nen op tournee. De ene broerKruiver zet een prachtige, ge-kwelde aalmoezenier neer voor

wie de oorlog ,,één langgerektespagaat’’ is. Bert Bunschoten ismeer de unverfroren ijzervre-ter die ineen krimpt als het ge-zag spreekt.

Dat gezag zit ‘m vooral in de uit-straling van de andere broerKruiver, die als kolonel in dewieg lag en in zijn groteske zelf-verzekerdheid doet denken aandie Engelse veteranen-serie‘Daar komen de schutters.’Nou, geschutterd wordt er ze-ker. Heldenverhalen vallen hal-verwege in het water en reputa-ties vallen jammerlijk in duigen.

Maar waar gaat het nu eigenlijkover? De voorstelling heeft eenhoog los-zandgehalte. Zolang jelacht om de komische ernst, jeverbaast over de absurde wen-dingen of vertederd raakt doorversleten die-hards die de klutskwijt zijn, is dat niet zo erg.

Maar naast alle sterke momen-ten zijn er ook mindere. En danga je je afvragen wat de herenhiermee willen. Pas halverwegede voorstelling kristalliseertzich iets van een thema: is datgeheugen waarop de (misken-de) roem is gebaseerd wel zobetrouwbaar? Was het wel zo?

Als eerst de kolonel en later deaalmoezenier bekennen dat zeeigenlijk kolonel noch aalmoe-zenier zijn, maar die rollen doortoeval kregen opgedrongen,dreigt het mannenbroedersge-voel even in elkaar te storten,maar gelukkig komt men tot deslotsom dat een ‘goede leugen’,beter is dan een ‘lelijke waar-heid’.

Die paradoxale boodschap lijktuit de koker van Duyns te ko-men. Het gebrek aan samen-hang daarentegen moet het ge-volg zijn van te veel knip- enplakwerk van de bijdragen vanDuyns en die van de spelerszelf.

HANS BRANS

Page 10: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

Striid fan mem en dochter pakt jin by de strôtPlak: Tryatergebou, Ljouwert.Foarstelling: It perfekte byld. Sel-skip: Tryater. Skriuwer: ThomasKilroy. Spilers: Aly Bruinsma, Ta-mara Schoppert, Marijke Geert-sma. Regie: Anny van Hoof. Oer-setting: Bouke Oldenhof. Taskô-gers: 150. Noch te sjen: Rûnom ynFryslân, oant 15 desimber (spyllistop www.tryater.nl)

LJOUWERT - Tryater hat wat mei Ierlân, ynelts gefal mei Ierske toanielskriuwers.Oft it it wrotten yn de geheimen fan itferline is, de heftigens fan te lang wei-stoppe gefoelens of de iensumens fan itlânskip - wa sil it sizze. Diskear wurdt instik spile fan Thomas Kilroy, in man útde akademyske wrâld, mar ek in toa-nielman fan de praktyk. ‘It perfekte byld’(‘The shape of metal’) is noch net earder

yn Nederlân spile en ek de rest fan synrepertoire is hjir net bekend. Dat is netterjochte.

‘It perfekte byld’ is in dramatysk juwiel-tsje oer in dochter en har mem, dy’t oande ein fan har libben is. Mar dit mem-en-dochterferhaal is oars as oars en dat hatfoaral te krijen mei de mem, dy’t byld-houster is en in karakter hat dat like ûn-bûchsum is as it metaal fan har bylden.

As it stik begjint sit Nell Jeffrey (AlyBruinsma) mei lang, griis hier strak ach-teroer yn in âlderwetske kappersstoelen raast se as in boufakker tsjin it ferfalfan har liif en har harsens. Yn dy harsensspoeket it byld fan in oare dochter,waans kopke tusken de gerdinen fer-skynt. Wat der mei dit dwylsinnige fam-ke oan ’e hân is, is net fuortendalik dúd-lik, wol dat mem har ferstjitten hat. Asde jongste dochter Judith (Tamara

Schoppert) op besite komt, is it net foarde geselligens. Se easket fan mem ant-wurden: wie har heit wol har heit en watis der bard mei har âldere suske Grace?Fan dat momint ôf barst in drege, taaiestriid los tusken dochter en mem, wantantwurden krije fan mem is like dreechas wrotte yn granyt. Mem is foaraldwaande mei har eigen ferline en har ei-gen striid nei perfeksje en tsjin de dea.Oer de ferdwûne Grace wol se neat mearhearre.Yn in lange flashback wurdt einlings intip fan de sluier fan it ferline opljochte.Grace (Marijke Geertsma) blykt inkwetsber, skizofreen famke te wêzen,dat wolris wat mei in jonge wol, mar fol-slein net opwoechsen is tsjin de hurd-handige beskermingsdrift fan har do-minante mem. As it doek fan it ferline (ekletterlik, tige fernimstich) wer falt, be-gjint Judith in bytsje troch te krijen hoe’t

it sit mei mem, dy’t altyd in manljusgekwest hat, mar ek in manljuhaatster.

It is earst efkes wennen oan trije frouljudy’t alle trije in folslein oare leeftiid spyl-je moatte as har eigen. Mar as it ferhaalienris op gong is, wurdt it spul fan alletrije sa fûl en sa yntins dat dat net mearfan belang is. Dreger is it om sympaty tefielen foar Bruinsma as de spikerhurdebyldhouster, foaral om’t de ferwiten fande dochter sa folslein terjochte lykje.Gelokkich sjogge we yn de flashback-sêne noch in oare kant as allinnich mardy fan de egosintryske izerfretster. Danis mem ek boartlik, goedich en sels - hielefkes - leaf. It stik hat yn it lêste part watmuoite om de ein te finen, mar nettsjin-steande dat hat de taskôger dan dochsin spetterend drama sjoen dat jin fan be-gjin oant ein yn de besnijing hat.

HANS BRANS

In sêne út ‘It perfekte byld’, mei Aly Bruinsma (lofts) en Tamara Schoppert. Foto Karel Zwaneveld

Page 11: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

02 februari 2007 , pag. 9

Jeanne d’Arc, heldin van het idealisme

Plaats: Harmonie, Leeu-warden. Voorstelling:Jeanne d’Arc. Tekst enregie: Koos Terpstra. Ge-zelschap: Noord Neder-lands Toneel. Spel: Aaf-ke Buringh, Wolter Mul-ler, Niels Croiset, Sophievan Winden, e.v.a. Toe-schouwers: uitverkocht(350). Nog te zien: 7 fe-bruari in Drachten; 17maart in Heerenveen.

LEEUWARDEN - In megachocola-deletters hangt haar naam per-manent boven het toneel, zodat

er weinig twijfel over kan be-staan: Jeanne d’Arc is de heldinvan dit stuk. Ondanks alle hu-mor, dwaasheid en relativeringdie de ernstige lijn in deze voor-stelling vergezelt, kleeft tot enmet het slot aan haar statusgeen spatje ironie.

Artistiek leider Koos Terpstraschreef voor ‘zijn’ NNT eennieuwe politieke versie van hetverhaal van de vijftiende-eeuw-se ‘maagd van Orléans’ dieFrankrijk redde uit de klauwenvan de Engelsen en de wankel-moedige koning op zijn troonzette, om ten slotte te eindigenop een Engelse brandstapel inRouen. Daarmee schaart hij

zich in een illuster rijtje, metvoorgangers als Schiller, Shaw,Brecht en Anouilh. Terpstramaakte er een spektakel van ineen stijl die het NNT langzamer-hand op het lijf geschreven is:speels, theatraal, relativerenden met een uitgesproken maat-schappijkritisch stempel.Het verhaal begint bij de kleineJeanne, een teer meisje van eenjaar of twaalf dat door haar va-der (Wolter Muller) op paterna-listische wijze de les wordt ge-lezen. Vlak voor de finale doetde hertog van Bourgondië - ookgespeeld door Muller! - dat nogeens dunnetjes over tegenoverde grote Jeanne. Aafke Buringhheeft haar dan al heel mooi in-

getogen neergezet, nu eenskrachtig, dan weer kwetsbaar.

De vernederende scène met dehertog vervangt bij Terpstra infeite de Engelse brandstapel.Want het zijn de eigen landge-noten - het establishment wel teverstaan - die het bevlogen ide-alisme van dit eenvoudigemeisje willen smoren. Als datniet lukt met eerbewijzen ‘nabewezen diensten’, dan maarmet een Man die haar genade-loos de les leest. Een bizar tafe-reel levert het wel op: eerstschiet Jeanne de hertog neer,maar zijn soort blijkt even laterzo onverwoestbaar dat hij háárnog even af knalt. Toe maar.

Het slotbeeld is daarna vooreen oude Jeanne, die ons alshet ware vanuit de eeuwigheidstilzwijgend sommeert trouw teblijven aan onze idealen.

Terpstra lardeert deze homma-ge aan het vrouwelijk idealismemet mooie theatrale beelden envooral met karrenvrachten hu-mor. Zoals een dweil van eenkoning (Niels Croiset) die evenlaf als idealistisch is. Of een ko-ningin (Sophie van Winden) dieglamour en liefdadigheid in éénstriptease weet te combineren.Maar waarom moeten er tegen-over het idealisme van Jeanne(waar je ook kanttekeningen bijhad kunnen plaatsen) zulke ka-

rikaturale tegenstanders staan?

Op vergelijkbare wijze wordthet antieke metrum dat de gro-te lijn van het verhaal voort-stuwt afgewisseld met popiejo-pietaal. Terpstra is in dit op-zicht helaas geen taalvirtuoosals Gerrit Komrij. De span-kracht tussen ernst en humor isdan ook vaak zoek. De over-vloedige middelbareschoolhu-mor in deze tragedie lijkt vooralverpakking om ons bij de les tehouden. Terwijl in de serieuzemomenten de auteur ons somsnet iets te onverbloemd op zijneigen standpunten trakteert.

HANS BRANS

Page 12: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

Door en door rot enhoogst vermakelijk

DRACHTEN - ,,Ik vraag me af waar-om het publiek met genot kijktnaar de amoraliteit van zulkepersonages”, schrijft regisseurJohan Doesburg in het program-maboekje van ‘Liaisons Dange-reuses’. Is het misschien omdater in ieder van ons wel zo’n on-geremde genotzoeker zit? Om-dat we allemaal wel zo vakkun-dig zouden willen kunnen liegenen bedriegen als de graaf vanValmont en de markiezin deMerteuil? Of omdat die voort-durend toneelspelende perso-nages het onderste uit de ac-teerkan weten te halen bij GijsScholten van Aschat, ArianeSchluter en al die anderen diehier de Parijse salons en slaap-kamers rond 1780 bevolken?

De duizelingwekkende brie-venroman van Choderlos de La-clos heeft een vergelijkbare im-pact gehad als de figuur vanDon Juan en de geschriften vanDe Sade. Op het moment dat demaatschappelijke verhoudin-gen zo misvormd en onechtzijn, ontploft de seksuele mo-raal als een tijdbom. OmdatChoderlos de Laclos slechtsragfijne beschrijvingen geeftvanuit het perspectief van zijnpersonages, zonder ooit hetvingertje te heffen, kijken weademloos in een slangenkuil engenieten van al het bedrog, dub-belbedrog en zelfbedrog.

Plaats: De Lawei, Drach-ten. Voorstelling: LiaisonsDangereuses. Tekst:Christopher Hampton,naar de roman van Choder-los de Laclos. Gezel-schap: Het Nationele To-neel. Regie: Johan Does-burg. Vertaling en bewer-king: Marcel Otten. Nog tezien:15 december in Leeu-warden. Belangstelling:300 personen.

De toneelbewerking dieChristopher Hampton in 1985maakte geeft misschien nog welmeer dan de beroemde verfil-ming van Stephen Frears (op ba-sis van Hamptons scenario) eenhelder beeld van de karakter-ontwikkeling en de ingewikkel-de machinaties die de graaf ende markiezin op touw zetten inhun even zinloze als fatale wed-denschap. Een weddenschapdie meer gedreven wordt doorvernietigingsdrift dan verover-ingslust.

Doesburg geeft de acteursdaarbij alle ruimte. Geen inge-wikkelde changementen, maaréén lichtelijk chaotisch decorvan chaises longues en LouisQuinze-stoelen op net verschil-lende niveaus. Begeleid doorflikkerende tl-lampen wankelende spelers van de ene situatie inde andere - als drenkelingenover ijsschotsen.

Arianne Schluter domineertals superieure dame-van-de-we-reld om allengs te bevriezen inleegte en gevoelloosheid. Zijwint, maar tegen welke prijs?Haar ‘partner in crime’ Valmontheeft te laat door dat bedriegersook elkaar bedriegen, maarvooral dat te veel inleving weleens echte gevoelens kan bloot-leggen. Scholten van Aschatspeelt Valmont met een mees-terlijk palet, van komisch, door-trapt en arrogant tot verbij-sterd. De slachtoffers stekendaarbij vergeleken eendimen-sionaler af, maar zowel de jongeCécile (Sophie van Winden) alsde kuise Tourvel (Nele vanRompaey) laten zich niet over-klassen.

De luchtige boulevardtoneel-toon van Doesburg is effectiefmisleidend: het maakt de drui-ven aan het slot extra zuur.

HANS BRANS

Page 13: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

09 februari 2007 , pag. 9

De eenzaamheidvan het lichaam

Plaats: Harmonie, Leeu-warden. Voorstelling: Li-chaam. Gezelschap:Zuidelijk Toneel. Spel:Carola Bärtschiger, Na-nette Edens, ThomasOerlemans, Marcel Os-terop, Irene Slotboom,Dimme Treurniet. Regie:Olivier Provily. Toe-schouwers: 80.

LEEUWARDEN - Het lichaam is hetinstrument van de acteur, zoheet het. In de tweede grote-zaalvoorstelling die regisseurOlivier Provily samen met zesjonge spelers bij het ZuidelijkToneel maakte, is het lichaammeer dan instrument en tochook weer minder.

Het lichaam is dat waar hetover gaat in ‘Lichaam’. Het ishet vertrekpunt van een thea-traal onderzoek, maar dan nietnaar het lichaam als instru-ment, maar als de basis, dekern van wie wij zijn. Je hebtgeen lichaam, je bènt je lichaam- zoiets zal er ooit wel gezegdzijn in het repetitielokaal, datnu regelrecht getransporteerdlijkt naar het podium: houtenvloer, zwarte wanden en ergenseen deur.De eerste speelster die opkomt,sluit de deur netjes achter zich,stelt zich midden op het podi-um op. Ze beschrijft, terwijl zezich ontspannen uitkleedt enweer aankleedt, van teen totkruin haar lichaam. Een moe-dervlekje, doorschijnendehaarvaatjes, alles wordt van in-getogen commentaar voorzien.Voordat deze proloog is afgelo-pen hebben de andere vijf derti-gers het kale toneel van vijf ge-dekte tafels en vier maal zoveelstoelen voorzien. Aan iedere ta-fel zit één persoon. De sfeer isdie van een treurig Noord-Franshotelletje, waar iedere gast opzichzelf is. Hun lichamen zijnnet als de tafeltjes verlaten ei-

landen in een zee van sfeervolsamenzijn.Provily durft in dit soort tafere-len onbarmhartig de tijd te ne-men. De gebeurtenissen en deconversaties in deze ruimte zijnfutiel, onaf en altijd even traag.Maar juist daardoor maakt zichvan de toeschouwer een lande-rige observatielust meester.Alsof je door een museumloopt.Dat geldt nog sterker voor devolgende scènes. In het strijk-licht van een open venster ligteen jongeman, die zich lang-zaam bewust wordt van zijnomgeving en zijn lijf. Zodra ereen ander binnenkomt, zie jedat die penetratie van de ruim-te ook de sfeer van het lichaamaantast. In talloze variatieswordt die ruimtelijke spanningtussen ‘lichaamsferen’ vervol-gens herhaald.Door de eindeloze traagheid ende puristische esthetiek waar-mee Provily dit spel van aan-trekken en afstoten vormgeeftloopt hij welbewust het risicodat een toeschouwer even weg-sukkelt, het uit wil schreeuwen,of zich overmatig bewust wordtvan zijn eigen lichamelijke aan-wezigheid.In het volgende deel met stoelen bed speelt de taal een veelgrotere rol in de ontmoetingentussen ‘lichamen’. De sfeerheeft wat van een studenten-huis waar Jan en alleman bin-nenvalt. Iedere binnenkomstzorgt voor een andere li-chaamshouding en als er eenderde binnenkomt neemt die li-chaamstaal opnieuw een,meestal pijnlijke wending. Ziehier de ‘anatomie van de soap’.Niet de verhaaltjes of de perso-nages zijn van belang, maar degecompliceerde ‘taal van het li-chaam’ om met Reve te spre-ken. En lichaam zijn betekentvooral eenzaam zijn, wachtenop een kort moment dat heteven klikt.

HANS BRANS

Page 14: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

24 maart 2007 , pag. 19

Worsteling van vorstinnen is een hele zitPlaats: Posthuis Theater,Heerenveen. Voorstel-ling: Maria Stuart. Au-teur: Friedriech Schiller.Gezelschap: Aluin. Spel:Gabby Bakker, ArendBrandligt, Dennis Coe-nen, Marcel Roelfsema.Bewerking en regie:Erik Snel. Aantal toe-schouwers: 120.

HEERENVEEN - Meer dan tien jaarzit de Schotse koningin MariaStuart in een Engelse gevange-nis voordat haar halfzus Eliza-beth de knoop doorhakt enhaar doodvonnis ondertekent.Volgens regisseur Erik Snel was‘Maria Stuart’ het stuk dat Sha-kespeare had willen schrijven,maar hoezeer die ook in degunst stond van de ‘VirginQueen’, een dergelijk actueel

onderwerp zou te gevoelig heb-ben gelegen. Dus heeft Schillerhet twee eeuwen later maar ge-daan.

Shakespeares stijl had best welwat overeenkomsten met dievan de bevlogen Schiller. Perslot van rekening is na het over-beschaafde classicisme de ru-we diamant van Shakespearehet eerst in Duitsland heront-dekt. Maar naast al zijn bevlo-genheid voor het onderwerp,zijn psychologisch inzicht enzijn retorische begaafdheidmist Schiller toch juist de ruig-heid en het activisme van zijngrote voorganger.

Het conflict tussen de vrouwe-lijke monarch die meer het ge-lijk dan het recht aan haar kantheeft (Elizabeth) en de vrouwe-

lijke monarch die wel het recht,maar niet het gelijk aan haar zij-de heeft (Maria Stuart) is in hetwelluidende handschrift vanSchiller dan ook een lange zit -net als het almaar gerekte ver-blijf van de titelheldin in eenNoord-Engelse gevangenis.

Aan het tempo van Toneel-groep Aluin ligt het niet. De vieracteurs die dit grootse dramaop hun schouders torsen, spe-len met veel vaart en Schwung,schieten van de ene rol in de an-dere en proberen af en toe meteen klein luchtigheidje ons ver-blijf te veraangenamen. Deson-danks moet men nog al eensvan bil verschuiven, want echtmeeslepend wordt het zelden.

In de bewerking van de regis-seur zijn maar weinig persona-

ges en scènes gesneuveld, zo-dat er hard gewerkt moet wor-den om al die taferelen door tekomen en de tekst helder overhet voetlicht te krijgen. Dat laat-ste lukt ook best wel, maar allefiguren en emoties blijven op af-stand.

Zelfs die van de hevig met debuitenwereld en met zichzelfworstelende koninginnen, diehier door één en dezelfde actri-ce wordt neergezet. Gabby Bak-ker levert daarmee een presta-tie van formaat, maar het blijftonduidelijk wat de toegevoeg-de artistieke waarde is om juistdeze antagonisten in een dub-belrol te stoppen. Personeels-gebrek lijkt de enige reden endat is niet echt sterk.

Bakker doet haar best om detwee vrouwen een beetje ver-

schillend neer te zetten: demooie, vrome Maria met eendoorzichtig onderjurkje en Eli-zabeth krijgt als manwijf een si-gaar in de mond. Net als despaarzame stukjes humor blijfthet echter te veel buitenkant.Alleen tegen het eind lukt hethaar om iets van de innerlijketwijfel en het onoplosbare di-lemma van Elizabeth zichtbaarte maken.Aluin laat zien dat het een ge-compliceerd verhaal gedegenkan vertellen en in die zin blijftde voorstelling overeind. Maarvoor zo’n kleine bezetting hadde bewerking wel drastischergemogen. Jammer genoeg ont-breekt het artistieke lef hier omdaarvoor overtuigende keuzeste maken.

HANS BRANS

Page 15: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

25 april 2007 , pag. 11

Globalisering in knetterende tragikomediePlaats: Harmonie, Leeuwarden.Voorstelling: MightySociety4.Spel: Els Ingeborg Smits, Heinvan der Heijden, Bram Coop-mans, Carola Arons, Joeri Vos.Tekst en regie: Eric de Vroedt.Aantal toeschouwers: 35.

LEEUWARDEN - Hoeveel theatervoorstel-lingen gaan vandaag de dag echt overgrote, maatschappelijke thema’s vannu? En dan ook nog eens gesneden ineen menselijke maat en in een indrin-gende vorm, waarin het lachen je lang-zaam vergaat? Eric de Vroedt is met

zijn ‘MightySociety’ project toe aan devierde voorstelling in een reeks vantien over de centrale vraagstukkenvan de wereld waarin wij leven. Onder-werp is deze keer de globalisering.

Grote woorden en brede panorama’sontbreken niet in de aankondigingenvan dit megaproject, maar De Vroedtmaakt die pretenties meer dan waar.Hij is in staat om de verschillende kan-ten van de globalisering - de McDo-nald-isering, banenverlies aan Azië, ge-marchandeer rond milieunormen - te-rug te brengen tot een heftige confron-tatie van vijf mensen in een flat.

Daar zien we eerst een sociaaldemo-cratische europarlementariër in ge-vecht met haar mobieltjes, plus haarwereldvreemde zoon die gewapendmet camera zijn moeder en haarvriend probeert te dwingen tot eenschuldbekentenis. Die vriend is eengoed gebekte ondernemer die met ver-ve de Nederlandse arbeidsmoraal on-deruit haalt en zijn bedrijf naar Aziëwil verplaatsen.De vijandschap tegenover deze ge-wiekste man-van-de-wereld en de am-bivalente houding van de zoon tegen-over zijn mondaine moeder krijgeneen scherpe draai als blijkt dat zoon-

lief wat te maken heeft met de ongeno-de visite van een truttig Vinex-stel. Be-scheiden, maar niet meer weg te bran-den, zitten ze op de bank. De indrin-gers lijken eerst nog potentiële kiezersvan mevrouw, maar later ontpopt desullige man zich als een ‘misbare werk-nemer’ uit de stal van meneer.Dat De Vroedt zijn (moderne) klassie-kers kent is duidelijk: de relatie tussenzoon en moeder/stiefvader komt re-gelrecht uit ‘Hamlet’ en het gegevenvan de impertinente bezoekers vindenwe op bijna identieke manier terug inAlbee’s ‘Een wankel evenwicht’ en inde vroege Pinters.

Al dat jatwerk doet echter weinig afaan de originaliteit van deze gedreventheatermaker, die zijn bronnen uitste-kend aanwendt voor zijn eigen doel-einden en als regisseur zijn spelerslaat acteren op het scherpst van desnede. Alleen de wending aan het slotvan de werknemer die zelf de nutte-loosheid van zijn werk al inzag is nogalongeloofwaardig. Maar dan hebbenwe al zoveel vuurwerk gezien dat wehet de schrijver graag vergeven datook hij het dilemma van de globalise-ring niet voor ons heeft opgelost.

HANS BRANS

Page 16: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

19 april 2007 , pag. 9

Mobil: aandoenlijkbenzinepompdrama

Plaats: Harmonie, Leeu-warden. Voorstelling:Mobil. Gezelschap: Deu-ten & De Goeij / Stip The-aterproducties. Spel: Da-niel Koopmans, Bram deGoeij en Gienke Deuten.Concept: Gienke Deutenen Bram de Goeij. Mu-ziek: Maarten Kastelijns.Toeschouwers: 75.

LEEUWARDEN - Met ‘Mobil’ werdde avontuurlijke theaterbezoe-ker door De Harmonie getrak-teerd op een fijnzinnig klei-nood, een uurtje theater waarje bijna verliefd uitkomt. De on-bekende jonge honden uit deserie Nieuwe Theatermakerswaren ditmaal het duo Gienkevan Deuten en Bram de Goeij,aangevuld met Daniel Koop-man en geluidsman MaartenKastelijns.Op en achter een speelvlak vanzo’n 3 bij 5 meter producerendeze vier een klein-leed-trage-die die ze zelf nuchter omschrij-ven als ‘benzinepompdrama’.De benzinepomp, 2 cm hoog,staat in het midden van hetspeelvlak, met daarachter eenMadurodam-huisje en ditowindmolentje. Rechts van hettoneel staat een elektriciteits-mast op bijna ware grootte enlinks hangt een verlicht uit-hangbord van het antieke ben-zinemerk Mobil. Tussen die ui-tersten van levensgroot en

piepklein speelt zich een ver-haaltje af van simpele zielen engrote gevoelens.Het zaallicht is nog niet uit of demiddelste letter van het Mobil-opschrift laat al los - een komi-sche metafoor voor het onheildat de benzinepomphouder enzijn vrouw te wachten staat.Het echtpaar van het knussehuisje begint achter de speel-vloer die begrensd wordt dooreen groen dijkje, daar waar ookde geluidsman zijn terreinheeft. Met z’n drieën vormen zeeen soort hoorspelkern, dielaat zien hoe je het ritueel vanopstaan, theezetten, eitje bak-ken, krant lezen ten gehorebrengt.Met afgebakende, mimische be-wegingen wordt duidelijk ge-maakt dat de gestrande auto-mobilist bij haar een onver-moed verlangen naar lonkendeverten oproept, terwijl de gara-gist zich door deze buiten-staander vooral bedreigd voelt.

Van een sterk verhaal of diep-gravende emoties moet ‘Mobil’het niet hebben, maar het sub-tiele spel met geluiden, bewe-gingen en verhoudingen prik-kelt de zintuigen en geeft ooknog eens een warm gevoel voorde tobbende medemens. Deu-ten & De Goeij vormen een inte-ressante nieuwe loot aan die ty-pisch Hollandse theatertraditievan Rieks Swarte, Alex van War-merdam en Jim van der Woude.

HANS BRANS

Page 17: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

Sabri Saad El Hamus brutaal en poëtischPlaats: De Lawei, Drach-ten. Voorstelling: Mo-hammed en Omnya.Concept en spel: SabriSaad El Hamus. Tekst:Lisa de Rooy. Gezel-schap: TheatergroepMaqam Lamaqul. Aantaltoeschouwers: 30.

DRACHTEN - Onder de noemer‘Pax Islamica’ speelt de Neder-lands-Egyptische theatermakerSabri Saad El Hamus het twee-de deel uit een reeks van vijf die

in de verte zijn geı̈nspireerd opde ‘vijf zuilen’ van de islam.‘Mohammed en Omnya’ draaitom een Egyptisch liefdesver-haal waarin de ‘salaat’, deplicht tot gebed, een centralerol speelt.Vooral in het begin weet ElHamus met zijn geconcentreer-de, directe stijl bijna de sugges-tie te wekken dat het hier omeen autobiografisch vertellinggaat, waarin zijn eigen kinder-tijd in Caı̈ro, de cultuurshockbij zijn eerste kennismakingmet Amsterdam en de onver-mijdelijke identiteitscrisis met

verve de revue passeren. Daar-mee trekt hij de toeschouwerop zo’n persoonlijke manier deexotische wereld van zijn ver-haal in dat het soms pijnlijk gê-nant wordt.

Niet El Hamus is echter in dezeik-vorm aan het woord maarene Mohammed, een vroomheerschap dat evenwel leeftvoor genot en passie. Als zijnvrouw Omnya eindelijk weereens bereid lijkt om hem terwil-le te zijn, neemt het lot een gru-welijke wending.Precies tijdens het gebed, op

dat moment van vrede en over-gave, snijdt ze hem de keel af.Terwijl zijn leven in één langge-rekte, laatste ademtocht aanzijn geestesoog voorbij glijdtvraagt hij zich af wie hij nu ei-genlijk was. Dan komen ook deminder fraaie kanten van dezewellusteling aan bod.Steeds vaker schakelt de acteurnu over van Mohammed naarOmnya, die haar man eigenlijkom zeep hielp uit liefde, nadatGod haar had opgedragen omhaar jeugdliefde te zuiverenvan het kwaad dat zich van hemhad meester gemaakt. Dat

kwaad blijkt nog niet zo makke-lijk te vinden. Stukje bij beetjewordt Mohammeds lichaam ge-demonteerd en in boterham-menzakjes naar de vriezer afge-voerd.De gruwelijkheid van dezeslachting werkt nog indringen-der omdat ze grotendeels be-schreven wordt vanuit hetslachtoffer zelf, dat als het warevan bovenaf toekijkt. Juist datperspectief geeft aan dit bloe-derige relaas een poëtischedraai, want tijdens zijn eigenontleding raakt Mohammedniet alleen letterlijk, maar ook

figuurlijk steeds meer ont-hecht.

Het kwaad mag dan in geen en-kel stukje vlees huizen, hij komtpostuum wel tot het inzicht datzijn ware zelf alleen te vindenwas in de liefdesband met Om-nya. Zo heeft het gebed tochnog verlichtend uitgepakt. Ge-steund door de speelse, sensu-ele tekst van Lisa de Rooy ont-popt Sabri Saad El Hamus zichsteeds meer als een HollandseSheherazade: brutaal, poëtischen zeer persoonlijk.

HANS BRANS

Page 18: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

10 mei 2007 , pag. 11

Monte Cristo is meeslepend mega-drama

Plaats: De Harmonie,Leeuwarden. Voorstel-ling: De Graaf van MonteCristo. Auteur: (roman)Alexandre Dumas. Ge-zelschap: Nationale To-neel. Spel: Stefan deWalle, Camila Siegertz,Hajo Bruins, Pieter vander Sman, VincentLinthorst, Mirjam Stolwijk,e.a. Regie: Johan Does-burg. Bewerking: SophieKassies. Muziek: Harryde Wit. Aantal toe-schouwers: 270. Nog tezien: 10, 11 en 12 mei inLeeuwarden.

LEEUWARDEN - Een melodramati-sche avonturenroman uit 1840

op het toneel zetten, een boekdat niemand meer leest en alhonderd keer verfilmd is, heeftdat wel zin? Nu en dan speeltdie vraag door het hoofd tij-dens deze mega-productie vanbijna vierenhalf uur.

Maar nooit lang, want daar isgeen tijd voor. De wervelendeopeenvolging van scènes enmonumentale toneelbeelden,het perfecte spel, de muzikaleeffecten van Harry de Wit énhet gecompliceerde maar fasci-nerende verhaal houden jedaar te veel voor op het puntjevan je stoel. Het is opletten engenieten geblazen.Dat verhaal begint bijna halver-wege, als de mysterieuze graaf

van Monte Cristo in een Parijsesalon wordt geı̈ntroduceerd.Alleen al die trage bewegingvan het hoofd van Stefan deWalle als hij wordt voorgesteldaan de heer en de vrouw deshuizes belooft een avond volverrassingen.

Na die introductie voert be-werkster Sophie Kassies onstwintig jaar terug, naar het be-gin van de roman. In een soepe-le mengeling van spelen en ver-tellen zien we hoe zeeman Ed-mund Dantès in Marseille ver-linkt wordt door een jaloerse ri-vaal, een berekenende geldwolfen een carrière-inspecteur.Dankzij een medegevangeneweet hij na vijftien jaar cel te

ontsnappen en bovendien eenschat te verwerven die hemsteenrijk maakt. Bij omzwervin-gen op Corsica en in Egypte ver-gaart hij genoeg informatie omten slotte als graaf van MonteCristo in Parijs op zoek te gaannaar wraak én naar zijn oudegeliefde.

Het is een gouden greep op datmoment de introscène in zijngeheel te herhalen. Het helptniet alleen bij het ingewikkelde‘wie-is-wie’ vraagstuk, maar laatons de naar Parijs gepromo-veerde verraders van weleer nuook zien door de bril van Dan-tès.De afwikkeling van diens wraaken het heroveren van zijn oude

liefde duurt daarna nog eenavondvullende voorstellinglang. Daarbij verveel je je geenseconde, vanwege de adembe-nemende afwisseling in het ver-haal, in spel, decor en geluid.Bescheiden toefjes humor ver-aangenamen het kijkspel nogmeer, zoals een croquetbal dieop het hoofd van de arme DeWit in de orkestbak wordt ge-mept of een kokosnotenmachi-ne die het af- en aanrijden vanrijtuigpaarden imiteert.

En toch bekruipt je af en toe dievraag naar het waarom van ditverhaal. In enkele bespiegelen-de scènes over de relatie tus-sen vrijheid en materiële zeker-heid, of over de wraakzucht van

Dantès en die van zijn vrijge-kochte slaaf Ali, proef je het be-gin van verdieping.

De wraakzucht van de gefortu-neerde Dantès appelleert aaneen kinderlijk verlangen naaralmacht om onrecht ongedaante maken, maar bestaat zoietsals gerechtvaardigde wraakwel? Met zijn magere karaktersen zucht naar melodrama heeftDumas zelf in dit opzicht nietveel te bieden, maar in de be-werking had men wellicht meerlef kunnen tonen om de stofnaar zich toe te trekken.

HANS BRANS

Page 19: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

Ondergang van eennutteloos mensPlaats: De Lawei, Drach-ten. Voorstelling: Oblo-mov. Tekst: Franz XaverKroetz (naar de roman vanGontsjarov. Gezelschap:Zuidelijk Toneel. Spel: BertLuppes, René van ‘t Hof,Marie Louise Stheins, Niekvan der Horst, e.a.. Regie:Matthijs Rümke. Vertaling:Tom Kleijn. Nog te zien: 14november in Leeuwarden.Toeschouwers: 110.

DRACHTEN - Van alle melancholi-sche, van zelfmedelijden drui-pende nietsnutten die de Russi-sche literatuur rijk is, - en datzijn er heel wat - is de grootstenietsnut ongetwijfeld Oblomov.In de toneelversie van hetZuidelijk Toneel ligt hij niet dehele dag in bed, maar kleeft hijals een natte dweil aan eenstoel. Zodra Bert Luppes zijnrechterarm over het moedehoofd laat hangen weet je dathet ongeneeslijke ‘oblomovis-me’ weer heeft toegeslagen.

Zo onuitwisbaar was de in-druk die Gontsjarovs roman‘Oblomov’ uit 1859 maakte datmen er dat speciale woord vooruitvond. Het gaf de apathie aanvan meerder generaties Rus-sen. Oblomov was de Ingebeel-de Zieke van de negentiendeeeuw.

De raamloze, taps toelopen-de kamer maakt meteen al dui-

delijk dat het leven van de titel-held een fuik is waar niet aan teontsnappen valt.

De landerige lamlendigheidvan Oblomov krijgt nog een ex-tra dimensie met die van zijnknecht Zachar. De tekstbehan-deling van René van ‘t Hof magdan niet altijd even sterk zijn,maar de weerzin waarmee hijzich voortsleept, maakt perfectduidelijk waarom Oblomov nietkan ontkomen aan zijn afkomst.

Terecht heeft Matthijs Rümkevan dit vrij statische, verbalestuk een voorstelling gemaaktdie bij tijd en wijle onweerstaan-baar grappig is, maar in zijn re-gie zit ook een absurde, schok-kende kant, zoals een Stolz diedwars door een muur heenloopt en een feest dat zich vanbuitenaf brutaal opdringt aande naar binnen gekeerde Oblo-mov.

Ook de vergane glorie in devorm van een pianist en cellistdie permanent aanwezig zijn iszo’n absurd element. Maar demeeste indruk maakt het vruch-teloze gevecht van Olga, die (integenstelling tot Stolz) eenzachtaardig, ingoed mens ont-dekte in die laffe, egocentrischenietsnut die verslaafd lijkt aanzijn eigen ondergang. Pas methaar ogen zien we de tragiekvan een nutteloos mens.

HANS BRANS

Page 20: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

‘Oud vuil’ is een potsierlijke seniorenklucht

Plaats: De Lawei, Drach-ten. Voorstelling: ‘OudVuil’. Auteurs: FlipBroekman en ThomasSpel: Jules Croiset, NellyFrijda, Cas Enkelaar, In-geborg Elzevier en AbelNienhuis. Regie: Annyvan Hoof. Aantal toe-schouwers: 420 (uitver-kocht). Nog te zien: 7 fe-bruari in Franeker, 9 fe-bruari in Heerenveen en17 februari in Dokkum.

DRACHTEN - Eindelijk met pensi-oen. De voorhoede van de grij-ze golf heeft er een mensenle-

ven hard voor geknokt, heeft al-les voor het werk of voor man-lief opzij gezet en wil nu eens‘ge-niet-en’, zoals Jules Croisethet zichzelf nadrukkelijk voor-houdt. Daarom zijn Alfred enzijn vrouw Mies (Nelly Frijda)naar een mooi huis in een rustigdorp verhuisd. Maar hij kan hetwerk maar moeilijk loslaten.Genieten is niet eens zo makke-lijk.Nu hebben de schrijvers er welvoor gezorgd dat ze daar ookgeen moment de kans toe krij-gen. Als eerste stapt een krank-jorume buurjongen door detuindeuren naar binnen: eenmislukte pedofiel onder de plakvan zijn moeder, met een neu-

rotische afkeer van zwervers.Met in het rond zwabberendeledematen speelt Abel Nienhuishem zo koddig dat hij moeite-loos het fysieke hoogtepuntvan de avond is.

Dan is er, natuurlijk, een zwer-ver. Cas Enkelaar maakt er eenvrolijk cliché van dat aan alleverwachtingen voldoet. Tus-sendoor schakelt hij ook nograzendsnel over op een geschif-te huisarts die iedereen aan deeuthanasie wil praten en dieverder voor een onnavolgbarereeks wendingen in het verhaalmoet verzorgen.Ten slotte is daar nog de moe-der van de buurjongen, ook

geen type dat je alle dagen te-genkomt. Ingeborg Elzevier zethaar eerst neer met een prach-tige, droogkomische onver-stoorbaarheid waar iedere te-genwerping op stukslaat. Maaral gauw moet ze overschakelennaar een tierige oude vrijsterdie op de valreep nog iets uithet leven wil persen.Onder het geweld van deze bi-zarre figuren hebben niet alleenAlfred en Mies het moeilijk, ookCroiset en Frijda staan naar hunbeste kunnen soms te spelenalsof ze in het verkeerde stukzijn beland. De hele plot draaitvrijwel alleen om het typischkluchtige gegeven dat het oude-re stel een uit nood geboren

leugentje (over de identiteitvan de zwerver) niet durft toete geven. Dat leidt dan van hetene idiote misverstand tot hetandere.

Voor een goeie grap mag dewaarschijnlijkheid best geweldworden aangedaan. Zo bezienvalt er in ‘Oud vuil’ beslist veelte genieten. Maar van het predi-kaat ‘tragikomedie’ dat de ma-kers op het stuk hebben ge-plakt, is weinig terug te vinden.Daar zijn vooral de twee hoofd-rolspelers de dupe van. In dezepotsierlijke klucht blijven zijkatten in een vreemd pakhuis.

HANS BRANS

Page 21: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

24 februari 2007 , pag. 10

Polaroid-kykjes slaan boaiem út werklikheidPlak: Posthuis Theater, itHearrenfean. Foarstel-ling: Polaroid. Skriuwer:Jeroen van den Berg.Selskip: Tryater. Spel:Jan Arendz, Alyt Dam-stra, Marijke Geertsma,Hans Kroodsma, FrearkSmink, Romke Toering,Eelco Venema. Regy: IraJudkovskaja. Oerset-ting: Romke Toering. Taltaskôgers: 300. Noch tesjen: 24 feb. op it Fean,27 feb. yn Balk en fierdersoant juny rûnom ynFryslân; sjoch www.trya-ter.nl.

IT FEAN - Polaroidfoto’s binne alnet mear fan dizze digitale tiid.Mar doe’t Jeroen van den Berg(Tryater spile earder ‘Blowing’en ‘Blessueretiid’ fan him) yn2000 dit stik skreau foar synploech Het Oranjehotel, koe itnoch krekt. De trije ûndernim-mers fan in like súksesfolle asmistich moderne bedriuw wur-de ien foar ien konfrontearremei sa’n foto, dy’t harren op ithichtepunt fan har karriêre sjen

lit hoe fris en fruitich se oan itbegjin wienen.De earste kykjes komme fan‘coach’ (Marijke Geertsma),dy’t as in krusing fan talkshow-frou en terapeut de mannenoantrúnt om te wêzen wa’t seea wienen. Wat dat dan ek marbetsjut. Karst Brander (FrearkSmink) is djip fan binnen insjonger op wei nei de top, Sy-bren Wagemer syn kearn iscowboy wêze, in rol dy’t inkrompoatige Jan Arendz delsetas wied er Johnny Cash. Allin-nich Romke Toering as de tred-de fennoat bliuwt yn de sfearfan it kantoar, wêr’t hy synhâldfêst fynt by in toskpluzer.En dan is der noch de ferdwaas-de meiwurker Henk, dy’t - lykasde direkteuren - in eachje hatop sekretaresse Joke. As kafee-baas Willem is dizze Henk (Eel-co Venema) al like fereale opdeselde Joke, dy’t no seit dat seaktrise is yn de kantoarsoap ‘DeBeurs’.In skoft lang lit de skriuwer úsyn de waan dat de kafeesênes

de ‘echte’ werklikheid binne ende kantoartafrielen dus martoaniel. As de direkteuren letterynienen reboelje krije om’t deien net seit wat yn it skript stiet,wurdt dy yndruk fersterke. Marop in oar momint wurdt ien fande kantoarmannen dy’t him ek‘út de searje skriuwe litte wol’fjouwerkant útlake om’t er tinktdat er in personaazje is.

As oan de taap dan ek nochfrjemde werhellings en farian-ten fan itselde barren plakfine,wurdt ek hjir de boaiem út dewerklikheid slein. ‘Wy rinne asin spegelbyld efter ús sels oan’,seit ien fan de personaazjes opien fan de mannige pseudo-fi-losofyske mominten. Koart-sein, alles is ‘image’ yn Polo-raid, dat is wol dúdlik. Mar datis dan ek wol hast it iennichstedat dúdlik is yn dizze postmo-derne klucht.Van den Berg makket it dannoch in slach yngewikkeldertroch in tredde ferhaalline meiin mysterieuze Polaroid-foto-graaf, wêryn’t de foarfallen fan

de takomst nei it ferline rinneyn stee fan oarsom. Kinst derwol wis fan wêze dat net allin-nich de personaazjes - of har-ren alter ego’s - mar ek it publykit paad folslein bjuster rekketyn dit doolhof fan tiid en iden-titeit.De taskôger moat it foaral him-sels net kwea-ôf nimme as er itnet echt mear folgje kin. En ekde auteur moatte wy it miskienmar ferjaan dat der hiel wat‘lyntsjes’ binne dy’t sels yn synbinnentste-bûtenkearde werk-likheden net echt klopje. Dêr-foar binne al de losse tafrielenop himsels te nijsgjirrich.Mei in fantastyske timing la-vearje de hieltyd skeakeljendespilers harsels troch de lawinefan frjemdsoartige sênes. Dit istop-toaniel. De turbo-dialogenfan Van den Berg en de faasjeen rake wikselingen yn sfear enbyld fan regisseur Judkovskajasteane mei it talint fan dizze spi-lersploech garant foar in kluchtfan in wol hiel aparte klasse.

HANS BRANS

Page 22: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

02 maart 2007 , pag. 17

Langzaam vergaat het lachen bij Carvers Albee

Plaats: De Lawei, Drach-ten. Voorstelling: Inwankel evenwicht. Au-teur: Edward Albee. Ge-zelschap: Carver en On-afhankelijk Toneel. Spel:Beppie Mellissen, PaulKooij, Joke Tjalsma, Mai-ke Meijer, Marlies Heueren Willem de Wolf. Re-gie: Mirjam Koen. Verta-ling: Janine Brogt. Be-langstelling: 340. Nogte zien: 9 maart in Leeu-warden.

DRACHTEN - De vaste schare lief-hebbers van het eigenzinnige,verstilde theater van Carverkrabt zich misschien achter de

oren met de keus voor de taligemoderne klassieker ‘Een wan-kel evenwicht’ van Edward Al-bee uit 1966. Het is dan ook deeerste keer dat deze groep, diezijn wortels in de moderne mi-me heeft, zich waagt aan eenbestaand repertoirestuk.

Mirjam Koen van het Onafhan-kelijk Toneel, die al vaker metCarver gewerkt had, werd uit-genodigd voor de regie, net alsenkele spelers van dit Rotter-dams gezelschap. De combina-tie van deze twee ploegen metdeze tekst heeft een prachtige,maar precaire balans opgele-verd tussen mime en taal, tus-sen afstandelijke lichaamstaalen pratende mensen die zich

met hun gestolde begrippenover vriendschap en liefdegeen contact meer hebben el-kaar of met zichzelf.

In 1966 moet ‘Een wankel even-wicht’ nog heel wat absurderhebben geleken dan veertigjaar later. Vandaar waarschijn-lijk dat het nooit de populariteitkende van ‘Wie is bang voorVirginia Woolf’, terwijl het min-stens zo intrigerend is.

Een bemiddeld, ouder stel isvan elkaar vervreemd, maar tebeleefd om ruzie te maken. Danliever een borrel. Hij ontwijktalles en zij heeft vooral last vanhaar alcoholische zuster, eenhilarische stoorzender die zich

als een luis in de pels in dit kalehuishoudinkje heeft genesteld.Maar het moeilijke evenwichttussen oud zeer en nette om-gangsvormen wordt pas echtop de proef gesteld als eerstdochterlief van 37 na haar vier-de scheiding bij pa en ma in wiltrekken en plotseling ook nogde ‘beste vrienden’ van het stelop de stoep staan.

Beppie Mellisen en Paul Kooijspelen het echtpaar prachtigingehouden, bijna gestileerd,met in zichzelf gekeerde blik-ken. Joke Tjalsma maakt van dezus een uitbundiger, olijkdrankorgel, zonder een mo-ment in het cliché van de lallen-de del te vervallen. Alleen de

hysterische dochter (MaikeMeijer) komt af en toe in debuurt van het soort realismedat Carver en Koen nu net nietwillen.

Het bloedserieuze maar ver-vreemdende spel wekt regel-matig de nodige lachsalvo’s open de komische noten wordennog verhoogd na de entree vanHarry en Edna, die binnenval-len met een blik alsof ze in hetverkeerde toneelstuk zijn opge-komen. Als ze al bewegen is hetmet het élan van etalagepop-pen.

De vanzelfsprekendheid waar-mee dit icoon van huwelijkseverstarring gebruik maakt van

hun ‘recht’ als vrienden omhier voorgoed in te trekken endaarnaast het ‘recht’ van doch-terlief op ‘haar’ kamer die hetstel bezet houdt, zet de uitge-leefde verhouding tussen manen vrouw pas echt op scherp.Langzaam maar zeker vergaathet lachen je in het laatste deel,als de vrouw almaar wanhopi-ger probeert de controle tehouden en haar slapjanus vanechtgenoot een weg zoekt tus-sen ferm optreden en ‘onvoor-waardelijke’ vriendschap.Hoe wonderwel past de fysiekevervreemding van Carver bijhet angstaanjagende absurdis-me van Albee!

HANS BRANS

Page 23: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

04 april 2007 , pag. 11

Dubbele moraal achter façade van fatsoenPlaats: De Harmonie,Leeuwarden. Voorstel-ling: Het wijde land. Au-teur: Arthur Schnitzler.Gezelschap: De TheaterCompagnie. Spel: MarkRietman, Anneke Blok,Katja Herbers, LenyBreederveld e.v.a. Re-gie: Theu Boermans.Vertaling: Tom Kleijn.Toeschouwers: 200.Nog te zien: 20 april inDrachten.

LEEUWARDEN - De OostenrijkerArthur Schnitzler wordt vanwe-ge zijn fijnzinnige psychologie

en de impressionistische schil-dering van zijn milieu nogaleens vergeleken met zijn Russi-sche generatiegenoot (en colle-ga-arts) Anton Tsjechow. WieMark Rietman een paar jaar ge-leden zag in zijn rol van land-goedeigenaar Iwanov en nu alsde fabrikant Frederik Hofreiterkan die overeenkomst alleenmaar beamen.

Beide rollen worden door Riet-man even magistraal gespeeld,maar dat ze zo op elkaar lijkenkomt niet alleen doordat zelfseen groot acteur toch altijd zijneigen fysionomie en persoon-

lijkheid meeneemt. Beide herenzijn het sprankelende en tocheenzame middelpunt van hungegoede omgeving; beiden zijnvervreemd in hun huwelijk, ver-veeld van hun eigen escapades,wanhopig op zoek naar passiemet een jeugdliefde en als allesschijn en zelfbedrog blijkt, sle-pen ze anderen mee in hun zelf-destructie.Alleen ligt het in het Oostenrijkvan 1910 allemaal subtieler danop het Russische platteland. Dedubbele moraal verschuilt zichzo geraffineerd achter de faça-de van fatsoen, dat de bemid-delde burger zelf de draad kwijt

raakt. Als Hofreiter erachterkomt dat een bevriende pianistzelfmoord pleegt omdat zijnvrouw hem afwees als haarminnaar, beschuldigt hij haarervan dat juist die afwijzinghaar van hem vervreemd heeft.Omdat zij zijn vrije huwelijks-opvatting niet deelde, heeft zijnvriend het loodje moeten leg-gen. De affaire die hij daarnaaanknoopt met de geëxalteerdebakvis Erna, leidt natuurlijknergens toe, maar als hij erach-ter komt dat zijn vrouw haartroost zocht bij een jongeman,daagt hij die uit tot een potsier-lijk duel, met fatale afloop.

Dit verhaal wordt opgetuigdmet een overdaad aan omstan-ders en verhoudingen zodathet beeld moet ontstaan vaneen complete klasse, die zichonledig houdt met tennis enleeghoofdigheid. RegisseurTheu Boermans heeft met zijnTheater Compagnie nu eensniet alle theatrale registersopengetrokken. In enkele de-cors met veel deuren tovert hijhet gezelschap plotseling op ofaf, maar die fraaie orkestratieslaten alle ruimte aan levensech-te personages en mooi naturelspel.Aan hem of aan zijn spelers ligt

het dus niet dat je je af en toetoch afvraagt wat al die mensendaar doen op dat toneel. Hunconversaties zijn best onder-houdend, maar je veert pasecht op als Rietman, AnnekeBlok (als vertwijfelde eega) ofKatja Herbers (als wanhopigebakvis) in de spotlight staat.Dan staat er ineens iets op hetspel, is het spannend of verras-send. Dan compenseert de psy-chologische ontledingsdriftvan Schnitlzer ruimschoots zijnmatige milieuschets.

HANS BRANS

Page 24: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

Desolate Woyzeck op vloer van HarmoniePlaats: Harmonie, Leeu-warden. Voorstelling:Woyzeck van GeorgBüchner. Gezelschap:De wetten van Kepler.Bewerking en regie:Piet Arfeuille. Toeschou-wers: 51. Nog te zien: 17en (extra voorstelling!) 18september in Leeuwar-den.

HANS BRANS

LEEUWARDEN - Vanaf het smallebalkon in de Frieslandbankzaalkijkt een select publiek naar dezwarte vloer beneden. Daar opde bodem ligt de arme soldaatWoyzeck: gebruikt, vernederden bedrogen, maar de werelddraait door - letterlijk en figuur-

lijk. Zo zou je het fragmentari-sche meesterwerk van de in1837 gestorven Georg Büchnerbeknopt kunnen karakterise-ren.

Büchner was een veelbelovendnatuurwetenschapper én eengeniaal schrijver die voor z’n24ste al het leven liet. De bevlo-gen maatschappijcriticus en dekoele analist komen samen inzijn dramatisering van eenkrantenbericht over de ‘crimepassionel’ van een arme huur-soldaat, die moest hangen voorde moord op de moeder vanzijn kind.

De bewerking die De wettenvan Kepler 170 jaar later van ditdrama maakte getuigt op een ei-

gentijdse manier van diezelfdecombinatie van passie en vivi-sectie. Dit bijzondere gezel-schap uit Den Bosch zoektsteeds opnieuw naar een fysiek-emotionele ingang in klassiekedrama’s, maar heeft een broer-tje dood aan inlevend spel.

Ook gastregisseur Piet Arfeuillemaakt het ons in deze locatie-voorstelling niet gemakkelijk.Soldaat Woyzeck bijvoorbeeldzou een schichtig type moetenzijn dat stemmen hoort, maarbij Gerrit Dragt is zelden ietsopgejaagds te zien.

Tegenover die weigering omhet publiek een gemakkelijkepsychologische verklaring tegeven staan verontrustendetheatrale beelden - zoals van

een gekruisigde Woyzeck dievan zijn dokter twaalf schalenwater op een balk moet dragen -en provocerende choreogra-fieën, bijvoorbeeld wanneerWoyzeck en zijn maat Andreselkaar als jonge wolven bevech-ten, terwijl zijn vriendin zich te-gelijkertijd dierlijk laat besprin-gen door een hanige officier.

In plaats van medelijden te krij-gen met die arme Woyzeck vra-gen we ons - met hem - af in wel-ke krankzinnige wereld we hierzijn beland. Die wereld wordtvan bovenaf gecontroleerddoor een experimenterendedokter en een melancholischekapitein met morele opvliegers.Dat moet je dan vooral uit detekst afleiden want de twee stij-ve dames in kokerrok laten zich

amper met deze personagesvereenzelvigen. Hier dreigt hetindrukwekkende experimentvan Arfeuille te ontsporen. Zovalt aan de woordenbrij van dedokter geen touw vast te kno-pen.

De echte beklemming speeltzich af op de bodem, tussen dedesolate Woyzeck, zijn heteMarie, de kille sergeant en deontwapenende Andres. Piemel-naakt vraagt die zich af waaromde mens er eigenlijk is. Wel, aanwie moet de bakker anders zijnbrood verkopen? Met deze rela-tiverende wijsheid was het dra-ma van de vernedering eigenlijkuitgespeeld, zodat het moord-dadige slot ons bespaard bleef.

Page 25: Glijdende schaal van democratie in ‘Ajax’

Kinderlijke frisheidoude rot Schippers

Plaats: De Lawei, Drach-ten. Voorstelling: Wui-vend graan. Tekst: WimT. Schippers. Spel: TitusMuizelaar, Kees Hulst,Nelly Frijda, Raymondede Kuyper, Anke van ‘tHof en Randy Fokke. Re-gie: Titus Tiel Groeneste-ge. Belangstelling: 280mensen. Nog te zien: 28november in Leeuwarden

DRACHTEN - Lang geleden dat erweer eens wat op het toneel tezien was van duizendpoot WimT. Schippers. Als theaterschrij-ver is hij een vanzelfsprekendedwarsligger, die het fenomeentoneel het liefst onderuit trekt.Zo ook in ‘Wuivend graan’. ‘Watdoen we ertoe?’ staat er in cho-coladeletters op een projectie-doek, en daaronder ‘ethiek inhet licht der revolutie’.Voor het stuk begint is het alsluipenderwijs begonnen meteen nerveuze heer die strak inhet pak voor het podium van al-les onder controle loopt te hou-den. Een spreekgestoelte wacht

op een spreker. De heer is KeesHulst, die zich na veel halfslach-tige schermutselingen presen-teert als inleider en voorzittervan een genootschap.Met zijn aarzelende, dan weerzelfingenomen, dan weerschoolmeesterachtige houdingen zijn even warrige als wijs-neuzige kletspraat zet Hulst opsubtiele wijze een meesterlijkekomiek neer. Dan moet hethoofdgerecht nog komen.Om ook eens aan de beurt te ko-men werkt Titus Muizelaar alsde buikige professor Hènrik G.van Woerdekom de inleider vanhet podium. Maar nog voordathij echt begonnen is verdwaaltde man al hopeloos in een zij-straat over naamgenoot HènrikIbsen en Oslo dat ooit Christi-ana heette. Dwaalsporen zijntenslotte Schippers handels-merk.Maar dan beginnen de interrup-ties. Voorzitter De Bruyn pro-beert de professor in het juistethematische spoor te krijgen enals die laatste dat dan min ofmeer is, komen achtereenvol-gens zijn moeder, zijn minna-res, zijn ex-vrouw en tegen heteind van de avond zelfs zijndochter zich met de particulie-re keerzijden van deze omge-vallen boekenkast bemoeien.Het aardige van de kluchtenma-ker Schippers is dat hij tochecht wel van de hoed en derand weet (nou ja, in ieder gevalvan de rand) en tussen de fami-liale perikelen door de profes-sor de ruimte durft te gevenvoor heuse exposéetjes overonze astronomische onbedui-dendheid of de ‘kantelingen’ inons wereldbeeld. We krijgenzelfs een compleet overzichtvan de geschiedenis van deethiek, maar daar moet dan hal-verwege wel de turbo op, watons dan weer terugbrengt bij dechaos van de klucht.De meeste ingrediënten uitSchippers receptuur zijn nietbijster origineel. Zijn verbalehumor berust vaak op het let-terlijk nemen van figuurlijke uit-spraken of andersom; de onder-brekingen vanuit het ‘publiek’kennen we al sinds Pirandello.Bovendien hebben de privé so-res van de professor jammergenoeg weinig te maken methet onderwerp van zijn lezingén van de voorstelling. Maar deontwapenende, kinderlijke fris-heid waarmee de oude rotSchippers al deze onderdelenverpakt tot een geheel staandesalniettemin garant voor eenkostelijk avondje apart theater.

HANS BRANS