GGD Kennemerland jaarverslag 2015

25
JAARVERSLAG 2015

Transcript of GGD Kennemerland jaarverslag 2015

Page 1: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

JAARVERSLAG 2015

Page 2: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

Jaarverslag 2015

Voorwoord 3Bert van de Velden, directeur GGD Kennemerland

Seksuele gezondheid 4

Suzanne Bakker, sociaal verpleegkundige soa-polikliniek

Advies en Onderzoek 7Regina Overberg, projectleider Gezondheidsatlas

Opvang asielzoekers 10Marjolein Somers, contactpersoon Publieke Gezondheidszorg Asielzoekers

Jeugdgezondheidszorg 13Diny Bakker, Lida Samson en Annemieke van der Meer

Technische hygiënezorg 17Heleen Baltus, inspecteur Hygiënisch Woningtoezicht

Infectieziektebestrijding 20Jeanette Ros, arts Infectieziektebestrijding

2 GGD jaarverslag 2015

Page 3: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

GGD jaarverslag 20153

Nadruk meer dan voorheen op primaire procesMet trots presenteren wij hierbij de publieksversie van ons jaarverslag over 2015. U vindt daarin, anders dan u gewend bent, een selectie van bijzondere verhalen van medewerkers.

Niet voor niets, want zij illustreren met

hun bevlogenheid het hart van onze

organisatie, waarin de nadruk meer nog

dan voorheen op het primaire proces

is komen te liggen. Op outreachend

werken: het werk van inspecteurs,

artsen, verpleegkundigen, adviseurs en

epidemiologen. Op goed luisteren naar

inwoners, naar partners en naar elkaar.

Op het leggen van verbindingen en het

sluiten van slimme allianties met als doel

de zorg te verbeteren.

Opvang vluchtelingenDenk aan de opvang van vluchtelingen.

De draaiboeken lagen klaar, maar

waren lang niet gebruikt. Hoe

regel je geneeskundige zorg – van

tbc-screening tot voorlichting – op

inderhaast ingerichte locaties, in tijd

van drie dagen? Een huzarenstuk, maar

het is gelukt, met veel overleg en een

krachtige coördinerende rol. GGD

Kennemerland heeft samen met diverse

partijen de opvang van vluchtelingen

mogelijk gemaakt op locaties in Haarlem,

Vijfhuizen, Zandvoort en Heemskerk.

EbolaOnze regio is een belangrijk toegangs-

poort voor virussen. Zo ook voor ebola.

Deze gevaarlijke, besmettelijke ziekte

buiten Nederland houden was in 2015

een belangrijke opdracht voor de afdeling

Infectieziektebestrijding. Reizigers van

Schiphol zijn geïnformeerd en cabine-

personeel en medewerkers van Schiphol

hebben relevante instructies gekregen.

Ook zijn er nieuwe werkafspraken

gemaakt met partners als Airport Medical

Services, ambulancedienst en brandweer,

en is de samenwerking met andere

veiligheidsregio’s, het RIVM en ziekenhui-

zen nog wat strakker aangehaald.

GezondheidsatlasTransparantie en duidelijkheid. Dat was

ook de gedachte achter de gezondheids-

atlas die in 2015 de lucht in ging, een

website waarop alle data uit onze onder-

zoeken overzichtelijk worden gepresen-

teerd, per wijk, gemeente of bevolkings-

groep, bijvoorbeeld over onderwerpen

als gamen, eenzaamheid en pesten. Deze

data kunnen beleid van ambtenaren en

partners ondersteunen en meteen een

heel stuk verder brengen.

Als ik de aansprekende verhalen in dit

jaarverslag lees, kan ik alleen maar trots

zijn op dat wat in 2015 is bereikt en het

fundament dat daarmee voor de toekomst is gelegd. Trots op de mede-

werkers die zich met hart en ziel inzetten,

trots op de wijze waarop de GGD op de

kaart staat en vol vertrouwen om hieraan

in 2016 verder te bouwen.

Bert van de Velden

Directeur GGD Kennemerland

Juni 2016

Page 4: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

Soa-poli

De taak van de soa-poli is om de seksuele gezondheid in de regio te bevorderen en de verspreiding van soa’s tegen te gaan. Klanten kunnen op de poli gratis en anoniem terecht voor onder andere een soa-test, een hiv-(snel)test, advies over anticonceptie en alle andere vragen over seks. Voor jongeren heet het spreekuur Sense. Jongeren kunnen ook chatten over vragen en problemen die ze hebben. Daarnaast geven sociaal-verpleegkundigen van de poli ook voorlichting op scholen en evenementen over veilig vrijen. De soa-poli van de GGD Kennemerland is onderdeel van het Centrum voor Seksuele Gezondheid Noord-Holland en Flevoland

GGD jaarverslag 201544 GGD jaarverslag 2015

Page 5: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

Interview Suzanne Bakker, sociaal verpleegkundige soa-polikliniek

Succes heeft altijd twee kantenHet aantal onderzoeken op de soa-polikliniek is de laatste jaren gestegen van drie – tot bijna vierduizend per jaar. Daarnaast ging ook het vindpercentage omhoog, naar ongeveer acht procent. Maar is dat nou goed nieuws of juist niet?

‘Succes heeft altijd twee kanten,’ zegt

sociaal verpleegkundige Suzanne Bakker,

die al tien jaar op de soa-poli werkt.

‘Toen ik hier begon, verwachtte ik

iedereen aan de condooms en de pil te

krijgen. Het maakte me al moedeloos

als ik iemand een tweede keer op de

poli terugzag. Die frustratie heb ik al

gauw laten varen. Ik denk steeds meer :

het is de verantwoordelijkheid van de

cliënt, het enige dat ik kan doen is

informeren en motiveren.

Nu haal ik mijn voldoening al uit een

goed gesprek.’

‘Een gestegen vindpercentage – het

gemiddeld aantal gevonden soa’s op elke

honderd onderzoeken – vermelden wij

met trots, want dat betekent dat wij

beter zijn gaan filteren aan de voorkant.

Als mensen bellen of mailen om een

afspraak te maken, vragen wij eerst heel

goed uit om de risico’s in te schatten.

Wat is er gebeurd, waar en hoe, hoe

heftig zijn de klachten en hoe snel traden

ze op? Is er geen risico op een soa, dan

bieden wij geen onderzoek aan. Die

triage is heel belangrijk, want het plafond

van de rijksfinanciering is wel ongeveer

bereikt.’

SwingersHet RIVM stelt landelijk de criteria vast

voor toegankelijkheid en financiering

van de regionale Centra voor Seksuele

Gezondheid, waar de soa-poli’s van

de GGD’en deel van zijn. Zo kunnen

prostituanten en swingers – mensen met

veel wisselende contacten – per 2015

niet meer op de poli terecht. Als zij een

test willen doen, dan moet dat via de

huisarts en betalen ze ongeveer 200

euro. Suzanne: ‘Misschien dat de kosten

voor deze groepen minder problematisch

zijn dan voor bijvoorbeeld jongeren.’

Oordelen doet het soa-team nooit. En

ergens van opkijken hebben ze ook al

lang niet meer gedaan. ‘Maar misschien is

het wel zo dat we niet alles weten,’ zegt

Suzanne. ‘We horen wel van feesten van

mannen die seks hebben met mannen

(msm) en die onder invloed van drugs

hele nachten doorgaan, met alle bijko-

mende gevaren. Dat komt volgens mij

vaker voor dan we denken. Ik denk dat

‘Als mensen bellen of mailen om een afspraak te maken, vragen wij eerst

heel goed uit om de risico’s in te schatten.’

5 GGD jaarverslag 2015

Page 6: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

mensen er moeite mee hebben hierover

te praten.’

JongerenDe GGD Kennemerland ziet in verge-

lijking met Amsterdam minder msm en

allochtone cliënten, maar des te meer

jongeren. Soms worden ze door de huis-

arts verwezen, bijvoorbeeld omdat deze

hen de kosten van het eigen risico wil

besparen. De poli heeft alle expertise in

huis om het gesprek aan te gaan. Dat ge-

beurt face-to-face, telefonisch, via de chat

of via Sense, het spreekuur voor jongeren

tot 25 jaar dat in 2008 de consulten van

de Rutgerstichting verving.

Suzanne heeft het idee dat jongeren

opener over seks zijn dan vroeger.

‘Soms komen ze zowat met de halve

klas tegelijk!’ De soort vragen is door

de jaren heen niet veel veranderd. De

meeste vragen van meisjes gaan over

de pil. Stemmingswisselingen, puistjes,

bloedingen. En jongens willen vaak

meer weten over het gebruik van een

condoom. ‘Wat we altijd proberen, is

mogelijke problemen en oplossingen

benoemen, en ze te motiveren veilig

te vrijen.’

LiefdestoerChlamydia is de soa die, net als landelijk,

in Kennemerland het meest voorkomt.

De poli biedt via de website een

chlamydia-thuistest aan. Alleen is het

dringen, digitaal, want vanwege de kosten

is er helaas maar één per dag beschikbaar.

Voorkomen blijft natuurlijk altijd beter.

Festivals zijn goede locaties voor pre-

ventie, zoals in 2015 Beeckesteijnpop

en Schalkwijk aan Zee. ‘Het gaat vooral

om naamsbekendheid,’ zegt Suzanne.

‘We proberen elk jaar iets nieuws om de

doelgroep te bereiken. Polaroidfoto’s

maken en aanbieden met een stickertje

van de poli erop, quizjes, wedstrijdjes.

Je wilt interactie. Dat lukt niet door te

roepen in de leegte.’

Voor scholen is er een op maat gemaakte

gastles onder de titel Liefdestoer, met film-

pjes en leerinfo over seksuele gezondheid,

veilig vrijen, wensen en grenzen enzovoort.

Verschillen tussen jongeren kunnen groot

zijn, merkt Suzanne. ‘Het ene kind weet

alles al, het volgende zit met grote ogen

te kijken. Wat wij altijd benadrukken:

niets hoeft. Geeft niks als seks je nu niet

interesseert, dan komt het gewoon later.

Waar het om gaat, is dat je ons weet te

vinden als het nodig is. We willen niet dat

mensen rond blijven lopen met een soa,

met alle mogelijke risico’s voor partners

en gevolgen voor later van dien.’

Dat brengt ons terug bij de paradox

van het succes. Datgene waar je be-

staansrecht aan ontleent, bestrijdt je

tegelijkertijd. Wanneer doe je het dan

goed? Suzanne herkent het gegeven. ‘Net

als dat voor ons een casus van syfilis met

clusterbesmetting professioneel bijvoor-

beeld heel interessant is, maar je het

degenen die het betreft natuurlijk niet

toewenst. Het is denk ik net als bij de

brandweer? Die kunnen ook niet zonder

een goeie fik. Preventie en bestrijding

moeten hand in hand gaan. Volgens mij is

dat bij ons aardig in evenwicht.’

Soa-poli van de GGD Kennemerland

Op de soa-poli van de GGD Kennemerland werken zes sociaal verpleegkundigen, drie artsen en sinds 2015 twee

doktersassistenten, die ondersteuning bieden onder andere door het telefonisch spreekuur te bemannen waar mensen

bellen voor een afspraak of vragen.

‘Wat we altijd proberen, is

mogelijke problemen en oplossingen

benoemen, en ze te motiveren veilig te

vrijen.’

‘Preventie en bestrijding moeten hand in hand gaan. Volgens mij is dat bij ons aardig in

evenwicht.’

6 GGD jaarverslag 2015

Page 7: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

Advies & Onderzoek

Advies & Onderzoek werkt samen met gemeenten en ketenpartners aan een gezonde regio. Het team bestaat uit epidemiologen en adviseurs publieke gezondheid. De epidemiologen voeren gezondheidsonderzoeken uit onder inwoners, om inzicht te krijgen in de gezondheidssituatie en in de effecten van gezondheidsbevorderende activiteiten. Op basis van deze inzichten, maar ook op basis van landelijke richtlijnen en trends, brengen de adviseurs publieke gezondheid advies uit aan gemeenten over hun lokale gezondheidsbeleid. Daarnaast ondersteunen zij de ketenpartners bij het opzetten en uitvoeren van gezondheidsbevorderende activiteiten op de scholen en in de wijken. Zij richten zich daarbij op samenwerking met uitvoeringspartners in een integrale aanpak. Sinds 2015 worden de data uit onderzoeken van A&O voor gemeenten en zorgpartners verzameld in een digitale gezondheidsatlas

7 GGD jaarverslag 20157 GGD jaarverslag 2015

Page 8: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

Interview Regina Overberg, projectleider Gezondheidsatlas

Wij willen straks hét portaal voor gezondheidscijfers in de regio zijnHoe gezond is de regio Kennemerland? Hoe is het met huiselijk geweld in Haarlem, eenzaamheid in Zandvoort of pesten in Uitgeest? De Gezondheidsatlas toont relevante cijfers nu per gemeente op één website. Handig bij het maken van beleid.

‘Stel je voor wat een verademing,’ zegt

Regina Overberg, epidemioloog op de

afdeling Advies & Onderzoek (A&O). ‘Als

voorheen een ambtenaar belde met een

vraag over resultaten van bepaald onder-

zoek, moest je eerst op zoek naar het be-

treffende rapport en vervolgens nog naar

de gevraagde informatie. Nu zit je allebei

in enkele muisklikken met de cijfers voor

je neus. Dat brengt de verdiepende vraag

meteen twee stappen dichterbij.

Het is een van de voordelen van

gezondheidsatlaskennemerland.nl, die per oktober 2015 in de lucht is. Op

de site worden data over gezondheid

per gemeente, per periode en per

leeftijdsgroep voor heel Kennemerland in

kaart gebracht. Tot blijdschap en nut van

velen. Regina heeft er als projectleider

haar handen aan vol gehad, samen met

de multidisciplinaire adviesgroep van de

gemeenten en de GGD, waarmee ze elke

stap besproken heeft. ‘Het is nog een

eerste versie,’ benadrukt ze, ‘de site blijft

in ontwikkeling. We peilen de behoeften

van gemeenten, die nu al om extra cijfers

vragen, maar zijn daarnaast benieuwd

naar gebruikerservaringen. Misschien dat

de navigatie en functionaliteit nog wel

beter kunnen.’

Vraaggestuurd onderzoekDe gezondheidsatlas sluit nauw aan

8 GGD jaarverslag 2015

Page 9: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

op het werk van de afdeling Advies &

Onderzoek: het verzamelen en analyseren

van informatie uit diverse gezondheids-

vragenlijsten en registraties van de GGD.

Doel van dit werk is inzicht te geven in

gezondheidsrisico’s en -mogelijkheden, als

basis voor gemeentelijk beleid op pre-

ventie en interventie. ‘Gemeenten vragen

hiervoor ook steeds meer om verdiepend

onderzoek,’ zegt Regina. ‘Wij voeren dit uit

en adviseren, als ze dit willen, over moge-

lijke acties. Vervolgens gaan de gemeenten

hier samen met de maatschappelijke

organisaties zelf mee verder.’

Ook de uitkomsten van het vraagge-

stuurde onderzoek vinden een plek op

de gezondheidsatlas, als factsheet of rap-

port. Zo is er een factsheet psychische

gezondheid bij jongeren, een factsheet

over de relatie tussen opvoedingsstijl

en eetgedrag bij jonge kinderen en een

factsheet die de sociale status van de be-

volking per postcodegebied presenteert.

Andere belangrijke onderwerpen van

deze tijd zijn onder andere sociale media

en gamen, eenzaamheid, participatie,

pesten, en leefbaarheid.

OnderbouwingOok bij de maatschappelijke organisaties

wordt de overzichtelijke verzameling

van cijfers met instemming onthaald, zo

blijkt uit de reacties, bijvoorbeeld van

Sportsupport Haarlem, een lokale orga-

nisatie die sport en beweging stimuleert.

‘Zij kunnen de gepresenteerde cijfers

over lidmaatschap van sportclubs en

voldoen aan beweegnormen gebruiken

als onderbouwing voor een nieuwe

subsidieaanvraag.’

Voor burgers is de gezondheidsatlas nog

niet van veel praktisch nut, erkent Regina.

‘Dat zou in de toekomst misschien nog

wel kunnen veranderen, maar we richten

ons nu eerst op gemeenten en organisa-

ties en willen eerst hun ervaringen eva-

lueren.’ Epidemioloog Regina Overberg

en haar collega’s verwachten er veel van.

‘Ons streven op de langere termijn is hét

portaal voor gezondheidscijfers in

Kennemerland te zijn.’

Heb je tips of suggesties over de

gezondheidsatlas? Geef ze door aan

Regina Overberg:

[email protected]

Eenzaamheid in Bloemendaal

De gemeente Bloemendaal maakte zich zorgen over de eenzaamheid onder ouderen in 2015 en vroeg A&O hiernaar

verdiepend onderzoek te doen. Uit dit onderzoek bleek onder andere dat er veel activiteiten worden aangeboden maar

deze vaak geen aansluiting vinden met de wensen van ouderen. Zij wilden bijvoorbeeld liever iets leren dan koffie drinken of

klaverjassen. Ook speelde schaamte een rol bij deelname, veel ouderen geven liever niet toe eenzaam te zijn.

Zie voor een uitgebreid verslag de factsheet over het eenzaamheidsonderzoek op www.gezondheidsatlaskennemerland.nl

‘Op de site worden data over gezondheid

per gemeente, per periode en per

leeftijdsgroep voor heel Kennemerland in

kaart gebracht. ’

‘We peilen de behoeften van

gemeenten, die nu al om extra cijfers vragen,

maar zijn daarnaast benieuwd naar

gebruikerservaringen.’

9 GGD jaarverslag 2015

Page 10: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

Geneeskundige hulpverleningsorganisatie in de regio (GHOR)

GHOR bevordert de veiligheid van de burgers in de regio. Tot de taken van GHOR behoort het coördineren van de geneeskundige hulpverlening bij rampen en crises en het regisseren van de voorbereidingen hierop. Dit houdt onder meer in dat de GHOR afspraken met zorginstellingen maakt over hun rol in het proces en dat zij oefeningen met dit proces coördineren en evalueren. De GHOR-crisisorganisatie van GGD Kennemerland bestaat uit circa 50 medewerkers die in geval van een crisis en/of ramp worden ingezet. De coördinatie van geneeskundige hulp aan vluchtelingen is een taak van de Directeur Publieke Gezondheidszorg Asielzoekers, die in Kennemerland ook leiding geeft aan GHOR.

GGD jaarverslag 20151010 GGD jaarverslag 2015

Page 11: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

Interview Marjolein Somers, contactpersoon PGA

Soepel in De KoepelTien jaar lang leidde de GGD-functie Publieke Gezondheidszorg Asielzoekers (PGA) in Kennemerland een wat slapend bestaan. En toen kwam de stormachtige herfst van 2015. De herfst van de vluchtelingen.

Duizenden mensen met lege ogen en

verfomfaaide weekendtassen, op boten,

treinen, bussen en te voet. Uit Syrië,

Afghanistan, Irak, Eritrea, sommigen al

maanden onderweg. Een groep van 330

vluchtelingen moest in Haarlem snel

onder dak worden gebracht. Konden

ze misschien in de leegstaande koepel-

gevangenis?

Marjolein Somers, clustermanager

Crisisondersteuning & Opleiding, hoofd

GHOR, en als contactpersoon PGA

verantwoordelijk voor de organisatie

van de publieke gezondheidszorg aan

vluchtelingen, had de vraag natuurlijk

wel aan zien komen. ‘Na dat eerste

telefoontje zijn we heel snel in overleg

gegaan,’ vertelt ze, ‘met het COA, de

gemeente, de brandweer en andere

partijen in de veiligheidsregio. Onze

aarzeling over De Koepel was groot.

Het is een gevangenis, mensen slapen

in cellen, ze zijn al getraumatiseerd…

we wisten het niet. Maar bij gebrek aan

alternatieven moest het haast wel.’

De warmte van de stadNu, een maand of negen later, kijkt ze te-

rug met opluchting en trots. ‘Alles is heel

goed gegaan. En dat is vooral te danken

aan de inzet van vrijwilligers en buurtbe-

woners. Zij hebben niet alleen geholpen

met de inrichting en de verstrekking van

spullen, maar zijn onder de naam Hotel

de Koepel ook meteen van alles gaan

organiseren zodat mensen zich opge-

nomen zouden voelen: koken, tuinieren,

taalles, sport, muziek, inbreng van kleding.

Echt geweldig. Er is in de landelijke media

weinig aandacht voor geweest en dat is

jammer, want het was en is prachtig om

mee te maken. Een ongunstige locatie en

heftige ellende, gecompenseerd door de

warmte van de stad.’

De Koepel draait nog altijd soepel, een

tweede lichting bewoners heeft zich in-

middels geïnstalleerd. Na het huzarenstuk

aldaar zijn er in de regio Kennemerland

ook crisisnoodopvang locaties ingericht in

de Expohal in Vijfhuizen (250 personen),

de Korversporthal in Zandvoort

(150 personen) en sportcomplex

De Waterakkers in Heemskerk (150

personen). Ook dat ging zonder

noemenswaardige problemen. Deze

locaties zijn nu weer leeg.

Tandenborstels

De GGD heeft vijf taken als het gaat om

publieke gezondheidszorg aan asielzoe-

kers: coördinatie van het zorgnetwerk,

zo nodig jeugdgezondheidszorg, tbc-

controle, infectieziektebestrijding en tech-

nische hygiënezorg. Een hoop werk in

enkele dagen tijd. ‘Het eerste wat ik heb

gedaan,’ zegt Marjolein Somers, ‘was mijn

zorgnetwerk inschakelen en informatie

verzamelen. Met name de huisartsenzorg

is van groot belang. Daarna moest ik

‘Het is een gevangenis, mensen slapen in cellen, ze zijn al

getraumatiseerd… we wisten het niet.’

‘Als mensen binnenkomen, moeten

we weten: zijn ze al gescreend of nog niet, zijn ze geregistreerd, wat is nodig, wat is

al gedaan?’

11 GGD jaarverslag 2015

Page 12: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

Opvang in De Koepel

Sinds 17 september 2015 is De Koepel tijdelijk in gebruik voor de noodopvang van vluchtelingen. Begin april 2016 is

De Koepel omgevormd tot een procesopvanglocatie (pol). Hierdoor verhuist een bewoner niet steeds naar een andere

locatie als de asielprocedure een volgende fase bereikt. Bewoners kunnen in De Koepel hun asielprocedure afwachten.

Afgesproken is om de opvang te behouden zolang als dat nodig is, maar niet langer dan begin 2017 wanneer de

herontwikkeling van De Koepel start.

Meer info: www.haarlem.nl/opvang-vluchtelingenEn: www.facebook.com/activiteitenkoepelhaarlem

mijn achterban en collega’s in positie

krijgen en bespreken: hoe gaan we het

doen? Denk aan tbc, datgene waar we

het meest beducht voor zijn. Als mensen

binnenkomen, moeten we weten: zijn ze

al gescreend of nog niet, zijn ze geregi-

streerd, wat is nodig, wat is al gedaan? Er

moet informatie komen, mensen moeten

instructies krijgen, enzovoort.’

‘Jeugdgezondheidszorg hoefde niet,

omdat er geen kinderen in de Koepel

waren. Enkele gevallen van scabiës

bleken er wel, dus daar moesten we

maatregelen voor nemen. En technische

hygiënezorg, dat blijft belangrijk. Dat

gaat over sanitair, waar laat je de vuile

was, hoe heet wordt die gewassen,

hoe wordt het voedsel bereid en

verstrekt, hoe wordt het afval verwerkt,

is er ongedierte? Je moet rekening

houden met verschillende culturen en

gewoonten. Syriërs gooien hun wc-papier

bijvoorbeeld niet in de wc maar in de

afvalemmer. Die emmer moet dus naast

de wc staan.’

Marjolein Somers is zelf gepokt en gema-

zeld in de preventieve gezondheidszorg

en opvang van asielzoekers in conflict-

gebieden. ‘Het zijn soms heel kleine prak-

tische dingen waar je op moet letten,’

weet zij. ‘In de crisisnoodopvang hebben

mensen bijvoorbeeld ook toiletartikelen

nodig. Die komen niet uit de lucht vallen.

Een beeld dat ik nog heb, is dat iemand

tandenborstels en shampoo is gaan halen

bij de supermarkt. Het had iets gerust-

stellends, dat dagelijkse van boodschap-

pen regelen in die hele hectiek.’

Eerlijke communicatieMarjolein is trots op de samenwerking

met het COA en alle partijen in de

veiligheidsregio, die in zo’n korte tijd de

opvang in De Koepel en de crisisnood-

opvanglocaties voor elkaar gekregen

hebben. Het kan ook moeilijker gaan, zo

bleek in Bloemendaal, waar bewoners

zich eerst wat overvallen voelden door

de aangekondigde opvang voor status-

houders. De GGD heeft de gemeente

goed kunnen ondersteunen bij de

informatievoorziening. In mei 2016 is de

opvang gerealiseerd. ‘Eerlijke en duidelijke

communicatie vanuit de gemeente is

wel een eerste eis,’ vindt Marjolein. ‘De

gemeente mag begrip en betrokkenheid

tonen, maar moet vooral ook met feiten

en betrouwbare informatie komen. Als

je mensen gewoon vertelt wat er aan

de hand is, hebben ze er uiteindelijk vaak

minder problemen mee.’

‘Jeugdgezondheidszorg hoefde niet, omdat er geen kinderen in de

Koepel waren. Enkele gevallen van scabiës bleken er wel, dus daar moesten we maatregelen voor

nemen’

12 GGD jaarverslag 2015

Page 13: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

JGZ

Jeugdgezondheidszorg is er in Haarlemmermeer voor alle jeugdigen van 0-19 jaar en hun ouders/verzorgers, en voor jeugdigen van 4-19 jaar in de andere gemeenten binnen de regio. JGZ bewaakt en beschermt de gezondheid van de jeugd en bevordert een gezonde groei en ontwikkeling. Baby’s en peuters worden uitgenodigd op het consultatiebureau. Het onderzoek van de schoolgaande jeugd vindt plaats op school of op een locatie van de GGD. Los van de vaste contactmomenten kunnen ouders en jeugdigen met vragen over de lichamelijke of psychosociale gezondheid ook zelf een onderzoek aanvragen. Sinds 2015 is er behalve in de 2e klas van het voortgezet onderwijs ook in de 4e klas een jongerencontact, waarbij wordt gelet op leefstijl en sociaal-emotionele ontwikkeling.

GGD jaarverslag 20151313 GGD jaarverslag 2015

Page 14: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

14 GGD jaarverslag 2015

Diny Bakker, Lida Samson en Annemieke van der Meer over jongerencontact 15/16-jarigen

Waar je alert op moet zijn: jongeren die helemaal niet pratenNu kinderziektes en medische problemen onder de Nederlandse jeugd in beeld en onder controle zijn, verschuift het accent van de jeugdgezondheidszorg naar sociaal emotioneel welzijn. Het in 2015 ingevoerde jongerencontact blijkt geen overbodige luxe.

Over het puberbrein zijn al boeken vol

geschreven. Die 15/16-jarigen! Buiten-

aardse wezens lijken het voor ouders

soms, de genetisch verwante huisgenoten

die eenlettergrepige klanken uitstotend

urenlang de bank bezetten om zich

daarna met duistere bezigheden te ver-

schansen in afgesloten privévertrekken

van zeer bedenkelijke properheid, een

spoor van lege verpakkingen achterla-

tend. Onuitstaanbaar!

Maar kunnen ze er iets aan doen? Niet

altijd. Vaak weten jongeren net zomin

raad met zichzelf als dat hun ouders

hen begrijpen, in die jaren dat het hoofd

de groeistuipen van het lichaam amper

bijhoudt. Alles verandert, ze hebben er

nauwelijks controle over, wat moeten

ze doen? Een goeie vraag. Om zicht

te houden op de leefstijl en sociaal

emotionele ontwikkeling van jongeren in

deze broeierige leeftijd heeft de Jeugdge-

zondheidszorg (JGZ) naast het contact in

het 2e jaar van het voortgezet onderwijs

landelijk een extra jongerencontact in de

4e klas ingevoerd.

Check het evenDiny Bakker, teammanager JGZ district

Midden en Lida Samson, projectleider

voor de invoering van het jongerencon-

tact, zijn er heel gelukkig mee. ‘Met vijf-

‘Alles verandert, ze hebben er nauwelijks

controle over, wat moeten ze doen?’

Page 15: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

entachtig procent van de jongeren gaat

het goed,’ zegt Diny. ‘En dat moeten we

vooral bevestigen, ook naar de jongeren

toe. Maar die vijftien procent waar iets

mee is, willen we wel graag signaleren en

als het kan bijsturen. Soms lukt dat al met

een paar goede gesprekken, in enkele

gevallen is meer nodig. Waar het om gaat,

is dat we ze in beeld hebben. En dat zij

weten dat wij er zijn!’

De JGZ startte ruim voor 2015 al met

Gezond leven? Check het even! Een di-

gitale GGD-toolbox ontwikkeld door de

collega’s van de GGD Arnhem. Hart van

de toolbox vormt een vragenlijst over

gezondheid en leefstijl: sport, voeding,

slapen, genotmiddelen, gamen, relaties,

seks, enzovoort. Voorafgaand aan het

invullen wordt klassikaal een filmpje

vertoond.

Jeugdverpleegkundigen van JGZ bekijken

de resultaten van de vragenlijsten en

gaan er met de jongeren over in gesprek.

De GGD Kennemerland heeft ervoor

gekozen om dit met álle jongeren van

de deelnemende scholen te doen. Indien

gewenst volgt een tweede gesprek.

Ook is er soms nog even persoonlijk

contact via WhatsApp. Met elke school

wordt na afloop besproken wat de aan-

dachtsgebieden per klas zijn, en worden

mogelijke interventies voorgelegd. Denk

bijvoorbeeld aan een rookvrij schoolplein,

een theaterprogramma over seksualiteit

en relaties of een laagdrempelig spreek-

uur op school van verslavingsexpert de

Brijder.’

ChatLida Samson: ‘Liefst hebben wij dat scho-

len aan de slag gaan met het programma

De Gezonde School, een integrale

aanpak op thema’s als gezonde voeding,

bewegen, seksualiteit, genotmiddelen

en een sociaal veilig klimaat op scholen.

Maar wij kunnen hen niet dwingen. Ook

(nog) niet alle scholen doen mee met

het extra jongerencontact. Het vraagt

logistiek nogal wat. Er moet tijd worden

gemaakt voor de vragen, de gesprekken

en het overleg, er moet een ruimte zijn

voor de jeugdverpleegkundige... niet

overal kan dat direct.

‘Het aanbod is nog in ontwikkeling,’

zegt Diny. ‘We willen graag flexibeler

worden in de inzet van digitale middelen.

Er is bijvoorbeeld al een chatfunctie op

www.jouwggd.nl waar ontzettend veel

gebruik van wordt gemaakt. Die willen

we op ruimere tijden aan gaan bieden, en

met meer medewerkers.’

Anonimiteit en laagdrempeligheid zijn

belangrijk, zo blijkt wel uit de gretigheid

waarmee jongeren chatten. Werkelijk alle

soorten kwesties komen voorbij. Maar

het aanvaarden van individuele hulp is

een ander verhaal. ‘Jongeren laten zich

heel moeilijk verwijzen. Ze denken dat

ze het zelf wel op kunnen lossen en wil-

len niet opvallen met hun problemen.’

‘Met vijfentachtig procent van de

jongeren gaat het goed en dat moeten we

vooral bevestigen, ook naar de jongeren toe.

Maar die vijftien procent waar iets mee is, willen we wel graag signaleren en als het kan bijsturen.’

‘We willen graag flexibeler worden in de inzet van digitale

middelen. Er is bijvoorbeeld al een

chatfunctie op Jouwggd.nl waar

ontzettend veel gebruik van wordt gemaakt. ’

15 GGD jaarverslag 2015

Page 16: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

Wat houdt jongeren bezig?

Annemieke van der Meer is een van de jeugdverpleegkundigen die de gesprekken op scholen voert. Wat haar het

meest opvalt, is dat veel jongeren zo graag praten. ‘Soms staan er derdeklassers voor mijn deur te wachten, die me nog

kennen van het contact in de tweede klas. “We hoorden dat je er was,” zeggen ze dan. “We willen ook wel een gesprekje.”

‘Vragen van jongeren gaan overal over,’ zegt Annemieke: ‘van ruzie met vrienden, strijd met ouders en gedoe met

leerkrachten tot uitgaan, blowen, drank en natuurlijk seks. Het zal per wijk en gebied verschillen. Soms lijkt het bijna

gelegitimeerd voor 14 jarigen om te drinken. Ik vind dat wel erg, ja. Ik doe dan erg mijn best om hen op de risico’s te

wijzen, bijvoorbeeld voor de ontwikkeling van de hersenen.’

‘Wat drugsgebruik betreft weet ik niet of ze mij alles vertellen. Ze praten misschien makkelijker over dat waar ze zelf niets

aan kunnen doen. Veel kinderen zitten in de klem over situaties thuis, echtscheidingsperikelen. Ook eenzaamheid en

ontevredenheid met het uiterlijk zie ik veel.’

Net als Lida merkt Annemieke dat doorverwijzen lastig is. ‘In plaats van aan te dringen investeer ik in zulke gevallen liever

in het contact. Heb je hun vertrouwen eenmaal gewonnen, dan lukt het soms alsnog. Als het om vertrouwelijkheid en

geheimhouding gaat: bij heel schokkende dingen – denk aan huiselijk geweld, misbruik, verslaving, criminaliteit, of andere

onveilige situaties – zijn wij genoodzaakt stappen te nemen en met de informatie naar buiten te komen. Dat zeggen we ook

van tevoren. Als het even kan, gaan we in gesprek met de ouders. Lukt dit echt niet, dan schakelen we de Jeugdzorg in.’

‘Veel problemen,’ heeft Annemieke geconcludeerd, ‘zijn een gevolg van niet of niet genoeg gezien of gehoord worden. In het

ergste geval kunnen die problemen ontaarden in suïcidale gedachten. Dat komt voor, helaas. Bij suïcidale gedachten grijpen wij

zeker in. Waar je alert op moet zijn: jongeren die helemaal niet praten. Want stel je voor hoe erg iets moet zijn, als je er geen

woord over durft te zeggen. Wat we merken als het dan tóch gebeurt, is dat het delen van een probleem soms al het inzicht

voor een oplossing geeft. Heel mooi dat JGZ daar een bijdrage aan kan leveren.’

16 GGD jaarverslag 2015

Page 17: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ)

Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ) is er voor mensen die zorg nodig hebben vanwege verward gedrag, vervuiling en/of overlast, maar deze zorg uit de weg gaan. Deze mensen worden ook wel zorgwekkende zorgmijders genoemd. Vaak is er bij hen sprake van een opstapeling van problemen. Door outreachend en in samenwerking met partners te werken, probeert OGGZ de situatie van deze mensen te verbeteren. Onder OGGZ valt in onze regio de Brede Centrale Toegang, het meldpunt Zorg & Overlast, het verpleegkundigen spreekuur voor dak- en thuislozen Damiate, en Hygiënisch Woningtoezicht, dat in actie komt wanneer een woning zo vol staat met spullen, of zo vervuild is, dat er overlast en/of gevaar ontstaat voor de omgeving.

GGD jaarverslag 20151717 GGD jaarverslag 2015

Page 18: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

Interview Heleen Baltus, inspecteur Hygiënisch Woningtoezicht

Daar heb je Bol en Baltus!Vaste cliënten – zorgmijders met eigen ideeën over opgeruimd en schoon – kennen hen zo onderhand, Heleen Baltus en Eric Bol. Als dit duo komt, weet je wel hoe laat het is. Zware vervuiling van woning of erf.

‘Ik heb geleerd die mensen te begrijpen,’

zegt Heleen Baltus. “Joh,” zeiden we

vroeger vaak. “Laat ons je nou gewoon

helpen, dan maken we het hier weer

schoon en gezellig.” “Maar wat voor jou

gezellig is,” heeft toen eens iemand tegen

mij gezegd, “dat is voor mij onveilig. Hoe

meer ruimte om mij heen, hoe bedrei-

gender het wordt.” De rotzooi die hij

verzameld had, dat was zijn houvast.’

Heleen Baltus is inspecteur Hygiënisch

Woningtoezicht. Ze doet het werk al

tien jaar, altijd met haar vaste collega Eric

Bol. Meldingen komen binnen via het

meldpunt Zorg & Overlast op de GGD-

website, van buren of familie, via zorg-

verleners, de woningcorporatie, politie,

brandweer of het maatschappelijk werk

van een ziekenhuis waar mensen worden

opgenomen. ‘In het laatste geval gaat het

vaak om nieuwe klanten,’ zegt Heleen.

‘Ze krijgen gezondheidsproblemen of

een ongelukje, en dan blijkt pas dat het

al langer niet meer gaat. Die mensen zijn

meestal opgelucht als wij in beeld komen.

Eindelijk iemand die naar ze omkijkt.’

Stapeling van problemen‘Voor we komen sturen we een brief,’

licht Heleen toe, ‘met een datum. We wil-

len mensen niet overvallen. Het gaat ons

ook niet om een esthetisch of moreel

oordeel, maar om veiligheid. Afval moet

uit de huizen, anders krijg je stankoverlast

en beesten. En er mogen nooit zoveel

spullen staan dat de hulpverlening, zoals

ambulance en brandweer, er niet meer

bij kan. Spullen anders dan afval verwijde-

ren of laten verwijderen mag alleen met

bestuursdwang. Die spullen gaan dan 13

weken in opslag. Soms vindt de eigenaar

een oplossing, vaak worden ze alsnog

vernietigd.’

‘Laat ons je nou gewoon helpen, dan

maken we het hier weer schoon en gezellig. ’

‘Die spullen gaan dan 13 weken in opslag.

Soms vindt de eigenaar een oplossing, vaak worden ze alsnog

vernietigd.’

18 GGD jaarverslag 2015

Page 19: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

Personen met verward gedrag

Als het gaat om personen met verward gedrag – vaak zorgmijder die overlast en/of een veiligheidsprobleem in buurt en

omgeving veroorzaken (maar niet noodzakelijk door vervuiling) - zag Kennemerland in 2015 wel een opvallende stijging,

vooral in Haarlem. De politie heeft aan deze personen en overlast gevende incidenten veel werk, wat ten koste gaat van

primaire taken, zo heeft ook het Rijk erkend.

De ministeries van Veiligheid en Justitie, Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten

(VNG) hebben daarom de lokale overheden gevraagd een sluitende aanpak te ontwerpen van zorg en ondersteuning rond

deze personen. De aanpak, waarover in de zomer van 2016 besloten moet worden, omvat het voorzien in vroegtijdige

signalering, passende zorg, voldoende opvang en het vervoer van personen die verward gedrag vertonen.

‘Vervuiling komt in alle lagen van de

bevolking voor,’ benadrukt Heleen. ‘In

Haarlem, maar net zo goed in Heemstede,

waar mensen soms in enorme huizen

wonen waarvan ze het onderhoud niet

meer op kunnen brengen. Vaak gaat het

om een stapeling van problemen. Baan

kwijt, schulden, verslaving, relatiecrises.

We proberen mensen altijd in zorg te

krijgen bij onze collega’s. Verzamelaars zijn

wat dat betreft het meest problematisch.

Zij willen geen bemoeienis van anderen

en mijden elke vorm van zorg. Bij hen

komen we dan een paar keer per jaar

kijken hoe het gaat. “O, daar heb je Bol

en Baltus weer,” hoor je weleens. Je moet

soms wel lachen, omdat zelfs crisis een

soort routine wordt. Maar het blijft triest,

als je ziet hoe mensen leven.’

OuderenOpvallend genoeg is het aantal nieuwe

meldingen al 25 jaar ongeveer hetzelfde,

constateert Heleen, zo rond 120 per jaar.

‘Alleen de samenstelling verandert. We

zien nu meer dan vroeger vereenzaamde

ouderen. Vaak mannen die altijd bij hun

ouders zijn blijven wonen, van wie de

ouders op een dag allebei dood zijn. Ja,

dat gebeurt. Uiteindelijk moet iedereen

leren om voor zichzelf te zorgen.’

‘Vaak gaat het om een stapeling van

problemen. Baan kwijt, schulden, verslaving,

relatiecrises.’

19 GGD jaarverslag 2015

Page 20: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

Infectieziekten

De afdeling Infectieziektebestrijding houdt zich bezig met het opsporen, bestrijden en voorkómen van infectieziekten, dit zijn ziekten veroorzaakt door bacteriën, virussen, parasieten en schimmels. Bij melding van een infectieziekte wordt indien nodig een bron- en contactonderzoek uitgevoerd. Artsen en verpleegkundigen proberen hierbij te achterhalen waar de besmetting is opgelopen en wie er mogelijk nog meer besmet is. Zij nemen vervolgens maatregelen om verdere besmetting tegen te gaan. Ook het beantwoorden van vragen van burgers behoort tot de taken, en het coördineren van overleggen in het zorgnetwerk, vaak naar aanleiding van of ter voorbereiding op uitbraken.

GGD jaarverslag 20152020 GGD jaarverslag 2015

Page 21: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

Interview Jeanette Ros, arts Infectieziektebestrijding

Altijd de zorg: zijn we voldoende voorbereid?Ebola, multiresistente bacteriën, vluchtelingen en het dag en nacht koortsachtig bedrijvige Schiphol… ook 2015 was voor de afdeling Infectieziekte weer enerverend. Om niet te zeggen: jachtig.

‘Als het even kon,’ biecht arts Infectieziek-

tebestrijding Jeanette Ros meteen maar

op, ‘zouden we liever meer proactief wil-

len werken. Problemen vóór zijn, in plaats

van erop te reageren, waar ons werk in

praktijk toch wel vaak op neerkomt. Maar

het hoort erbij,’ erkent ze ook, ‘zeker in

een regio als Kennemerland.’ Een bekend

gegeven: het gebied geldt met Schiphol,

IJmuiden en het drukke verkeer over

weg, water en spoor als een van Europa’s

belangrijkste toegangspoorten voor

(nieuwe) virussen, bacteriën en andere

onwelkome importproducten. Het blijft

spannend.

SchipholWat Schiphol betreft was een van de

hoogtepunten in 2015 het internationale

congres CAPSCA/Europe, dat in maart

op de luchthaven gehouden werd, met

een prominente rol in de organisatie

voor de GGD. Luchtvaartspecialisten en

public health-mensen uit 42 verschillende

landen spraken, voor de vierde keer,

over maatregelen om overdracht van

infectieziekten via het vliegverkeer terug

te dringen.

‘Het leukste aan zulke bijeenkomsten,’

vindt Jeanette, ‘is vooral om tussen de

presentaties door vakgenoten uit het

buitenland te spreken. Hoe doen jullie

dit, hoe werkt bij jullie dat? Dat kan heel

leerzaam zijn, ook voor het toetsen van

je eigen beleid. Zo sprak ik een Engelse

arts over screening van reizigers naar het

buitenland. Engeland heeft in tegenstelling

tot Nederland besloten standaard een

entryscreening uit te voeren. Een enorme

operatie, maar tot nu toe zijn nog geen

zieke mensen geïdentificeerd. Zoiets

sterkt je dan wel in je overtuiging.’

MRSAKerntaken van de afdeling Infectieziekte-

bestrijding zijn het beantwoorden van

vragen van burgers, het uitvoeren van

bron- en contactonderzoek na meldingen

en het participeren in projecten. Bij

projecten gaat het vaak om de coör-

dinatie van afspraken naar aanleiding

van of ter voorbereiding op uitbraken,

waarin de GGD vanuit haar functie voor

de publieke gezondheidszorg graag het

voortouw neemt.

Persoonlijk is Jeanette in 2015 intensief

bezig geweest met de coördinatie van

maatregelen tegen MRSA, waarvan een

kleine uitbraak een woonzorgcentrum in

de regio heeft opgeschrikt. Het gevaar

van deze huidbacterie is dat hij onge-

voelig is voor de meeste antibiotica en

dat mensen hem bij zich kunnen hebben

zonder ziek te worden. Bestrijding vereist

daarom vérgaande zorgvuldigheid in

‘Het leukste aan zulke bijeenkomsten is vooral om tussen de presentaties door vakgenoten uit het

buitenland te spreken.’

21 GGD jaarverslag 2015

Page 22: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

ziekenhuizen en zorgcentra, als het gaat

om screening en contactonderzoek, maar

ook wat betreft isolatie van patiënten en

dragers, gebruik van beschermingsmid-

delen zoals handschoenen en mond-

neuskapjes, speciale reiniging van sanitair,

enzovoort. Jeanette stond er bovenop

dit keer. Ze was onder de indruk. ‘Je kent

de theorie natuurlijk, en je weet wat er

moet gebeuren, maar als je in praktijk ziet

wat dit inhoudt… dat is toch een ander

verhaal. Vooral het moeten vermijden

van lijfelijk contact met patiënten heeft

een geweldige impact. Mensen werden er

bijna schichtig van.’

EbolaEen andere ziektebron die in 2015 zelfs

zonder acuut gevaar veel aandacht vroeg

was ebola, het virus dat het jaar daarvoor

tienduizenden dodelijke slachtoffers in

vooral West Afrika heeft geëist. ‘We heb-

ben veel overleg gehad met een heleboel

partners uit de zorg en de luchtvaart-

wereld,’ zegt Jeanette, ‘veel geoefend en

ons afgevraagd: zijn we goed voorbereid,

wat zou nog kunnen ontbreken? Uitein-

delijk bleef onze inschatting dat het risico

van ebola in Europa klein is.’

Protocol en coördinatieProtocollen bewijzen keer op keer hun

nut. Toch zal er nooit één protocol zijn

dat generiek kan worden ingezet, geeft

Jeanette aan. Elke infectie verlangt speci-

fieke acties. Denk aan MERS, het Middle

East Respiratory Syndrom, waarmee

mensen besmet kunnen raken door

contact met dromedarissen en, via de

lucht, met besmette mensen. De jaarlijkse

bedevaartstocht van Nederlandse mos-

lims naar Mekka is een enorm potentieel

risico, ook omdat klachten – ademha-

lingsproblemen – pas later naar voren

komen en zich niet makkelijk laten her-

leiden. ‘Waar de infectieziektebestrijding

zich hierbij vooral op richt, is informatie,’

zegt Jeanette. ‘Aan burgers, huisartsen

en behandelaars, en via het RIVM aan

beroepsverenigingen en reisorganisaties.’

Het is belangrijk dat iedereen dezelfde

informatie krijgt en geeft, maar dat gaat

niet vanzelf, merkt de afdeling, daarin is

constant overleg en coördinatie vereist.

Soms geldt dit ook voor de te volgen

route bij behandeling. Zoals bij scabiës,

waarvan in 2015 enkele gevallen zijn

vastgesteld in een woongroep voor

mensen met een verstandelijke beper-

king. ‘Een logistieke puzzel, omdat we

naast de behandeling van de mensen dit

keer ook alle kleding, meubilair en ruim-

tes moesten schoonmaken. Dat moet in

één keer goed gebeuren, anders heeft

het geen zin.’

Het komende jaar zal naar verwachting

opnieuw veel aandacht gaan naar

vluchtelingen, antibioticaresistentie en

internationaal beleid rond nieuwe

infecties zoals het zika-virus. Arts

Infectieziektebestrijding Jeanette Ros en

haar collega’s zijn zich bewust van de

grote verantwoordelijkheid die op hen

rust. ‘Er is altijd de zorg: zijn we voldoende

voorbereid, zien we niets over het hoofd,

wat kunnen nieuwe gevaren zijn?

Virussen, bacteriën en schimmels laten

zich niet dresseren, ze zoeken altijd

wegen die wij nog niet kennen.’

Papagaaienziekte

Een opvallende uitbraak vond plaats aan het einde van de zomer, toen verschillende vrijwilligers van het Vogelhospitaal in

Haarlem griepachtige klachten ontwikkelden. De GGD nam contact op met de vrijwilligers en heeft in overleg met hun

behandelaars laboratoriumonderzoek ingezet, waarna bij vier van hen de diagnose psittacose ofwel papagaaienziekte is gesteld.

Direct hierna is de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) ingeschakeld en is het Vogelhospitaal gesloten zodat

adequate reinigingsmaatregelen genomen konden worden. Na korte tijd functioneerde de vogelopvang weer normaal. Men is

nu extra alert op hygiëne en goede ventilatie.

‘We hebben veel overleg gehad met

een heleboel partners uit de zorg en de luchtvaartwereld veel geoefend en

ons afgevraagd: zijn we goed voorbereid, wat zou nog kunnen

ontbreken?’

22 GGD jaarverslag 2015

Page 23: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

GGD jaarverslag 201523

2015 in cijfers

4.244CONSULTEN OP

DE SOA-POLI523INSPECTIES VAN

KINDEROPVANG-LOCATIES

14.304ADVIEZEN AAN

REIZIGERS

181NIEUWE DOSSIERS

MEDISCHE MILIEUKUNDE135INSPECTIES SHIP

SANITATION

Page 24: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

854NIEUWE MELDINGEN

LOKET BREDE CENTRALE TOEGANG

116NIEUWE MELDINGEN HYGIENISCH WONEN

16.000AMBULANCERITTEN

64.184CONTACTMOMENTEN MET JEUGDGEZOND-

HEIDSZORG

GGD jaarverslag 201524

Page 25: GGD Kennemerland jaarverslag 2015

ColofonUitgaveGGD Kennemerland, juni 2016

TekstYvonne van Osch

BeeldmateriaalGGD Kennemerland

Shutterstock

VormgevingSixtyseven Communicatie BV