Gemeenschappelijke Regeling Instituut voor Werkvoorziening Zuid … · 2017-05-02 · stand komt....

Jaarrapport GR IW4 2016 p.0

Gemeenschappelijke Regeling

Instituut voor Werkvoorziening

Zuid-Oost Utrecht

(GR IW4)

Jaarrapport 2016 30 maart 2017


Inhoudsopgave

A. Jaarverslag 2016

Voorwoord 3 Hoofdstuk 1 Bestuur 5 1.1 Inleiding 5 1.2 Organisatie en structuur 5 1.3 Samenstelling bestuur 6 1.4 Bestuursvergaderingen 6 1.5 Verbonden partijen 7

Hoofdstuk 2 Doelstelling, beleid en uitvoering Wsw 8

2.1 Beleid Participatiewet 8 2.2 Doelstelling Wsw 9 2.3 Doelstelling GR 10 2.4 IW4 Beheer NV 10 2.5 Resultaten Beleid 10 2.6 Cliëntenraad Werk & Inkomen 11 Hoofdstuk 3 Organisatie 12 3.1 Organisatieontwikkeling 12 3.2 Informatievoorziening 12 3.3. Resultaten 13

Hoofdstuk 4 Financiële positie en resultaten 14

4.1 Financiële resultaten 14 4.2 Treasury-paragraaf 14 4.2.1 Kasgeldlimiet 14 4.2.2 Renterisiconorm 15 4.2.3 Schatkistbankieren 16 4.3 Financiering 16 4.4 Weerstandsvermogen en risicobeheersing 16 4.5 Risico´s 17 Slotwoord 18


B. Jaarrekening 2016 r

Jaarrekening 2016

Balans per 31 december 2016 20 Overzicht van baten en lasten 2016 21 Toelichting algemeen 22 Toelichting op de balans 27 Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen 30 Wet Normering Topinkomens 30 Toelichting op het Overzicht van baten en lasten 31 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 33

Bijlagen (niet behorende bij de jaarrekening) 1. Verantwoording indicatoren 2016 WSW 38 2. Jaarovereenkomst GR - NV 39 3. Staat van herkomst en besteding van middelen 41 4. Balans IW4 Beheer NV 42 5. Winst- en verliesrekening IW4 Beheer NV 43 6. Samengevoegde winsten verliesrekening 44 7. Geconsolideerde balans 45 8. Resultaatontwikkeling 46 9. Kengetallen 47 10. Analyse afwijking realisatie/begroot 48 11. Verdeling vaste bijdrage 49 12. Realisatie begroting uitvoering Wsw 50 Vaststellingsbesluit Algemeen Bestuur 51


Voorwoord De Participatiewet is inmiddels twee jaar van kracht. De krimp van het Sw-personeel in combinatie met de verdergaande bezuiniging wordt daardoor steeds meer voelbaar. Eventuele ingrijpende structurele veranderingen binnen IW4 zijn, in afwachting van de door de deelnemende gemeenten nog vast te stellen visie voor de lange termijn, nog niet doorgevoerd. Daarom is het een mooie prestatie dat IW4 Beheer NV het jaar heeft afgesloten met een klein positief resultaat. Tegelijkertijd is conform het beleid ‘Krimpen met Perspectief’ met succes invulling gegeven aan nieuwe activiteiten, in het bijzonder met HetWerktNu. Daarmee speelt IW4 goed in op de Participatiewet en ondersteunt zij de werkgevers bij de vormgeving van hun rol in het kader van het participatiebeleid. Het werkfit maken van mensen met een uitkering en vervolgens het daadwerkelijk plaatsen van deze personen in een betaald dienstverband op de arbeidsmarkt zijn belangrijke activiteiten van IW4 binnen het huidige participatiebeleid. Als verantwoordelijke gemeenten moeten we richting geven aan de toekomst van IW4. Doorgaan op de huidige weg wordt financieel onhoudbaar en is niet in overeenstemming met de visie op de inclusieve arbeidsmarkt die we in het bestuur hebben vastgesteld. Hierin zetten wij onder meer vol in op het zo regulier mogelijk plaatsen van Sw-medewerkers. Het betreft hier echter een groep kwetsbare mensen, die het verdienen dat onze visie op de toekomst op een zorgvuldige wijze tot stand komt. En dat kost tijd. De vaststelling van de nieuwe visie op de uitvoering van het participatiebeleid en de rol en positie van IW4 daarbij zal nu in de loop van dit jaar plaatsvinden. Op basis daarvan zal de directie in overleg met het bestuur en de raad van commissarissen van IW4 Beheer NV het beleid voor de komende jaren kunnen uitwerken. De verwachting is dat de daaruit voortvloeiende veranderingen in 2018 hun beslag kunnen krijgen. Het is verheugend dat IW4 ondertussen met succes nieuwe initiatieven ontplooit om in te spelen op de uitdagingen van de Participatiewet en Sociaal Akkoord. In het eerste operationele jaar van HetWerktNu kon een groot aantal mensen uit een uitkering aan een duurzaam betaald dienstverband worden geholpen. Een belangrijk deel van hen behoort tot de zwakkere doelgroep waar ook de banenafspraak zich op richt. Deze resultaten zijn behaald in een uitstekende samenwerking van IW4 met de deelnemende gemeenten. IW4 geeft eveneens invulling aan het ‘nieuw beschut werken’. Doordat er inmiddels twee jaar geen nieuwe instroom van Sw-medewerkers heeft plaatsgevonden vergrijst het personeelsbestand. Dit heeft samen met de gestage krimp die hier het gevolg van is in toenemende mate een uitwerking op het productief vermogen van de medewerkers. In dat licht bezien is het een goede prestatie dat de omzet op peil bleef en het jaar met een financieel beter resultaat dan begroot kon worden afgesloten. Dat dit gelukt is met een ziekteverzuim van 8.5%, ruim 4% onder het landelijk gemiddelde, tekent de betrokkenheid van alle medewerkers. Ik wil dan ook met nadruk een opmerking maken over deze medewerkers. In een tijd van bezuinigingen en andere veranderingen zijn er met grote inzet mooie resultaten behaald. De medewerkers hebben plezier in hun werk, zijn trots op hun bedrijf en hebben ondanks vele onzekerheden vertrouwen in de toekomst. Dit gevoel wil ik, en met mij de andere leden van het bestuur, graag delen. Wij zijn trots op de medewerkers van IW4! De voorzitter, J.F.M. Hollander


1 BESTUUR 1.1 Inleiding Voor u ligt de jaarverantwoording van het Instituut voor Werkvoorziening Zuid-Oost Utrecht, de gemeenschappelijke regeling (GR) voor de uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) van de gemeenten Rhenen, Renswoude, Veenendaal en Utrechtse Heuvelrug (gebieden Amerongen en Leersum). Dit document bestaat uit een beknopt jaarverslag en de jaarrekening over 2016. In de jaarrekening wordt verslag gedaan van de gerealiseerde resultaten. De uitkomsten worden vergeleken met de vastgestelde begroting over 2016, belangrijke afwijkingen worden toegelicht en de resultaten van de GR en IW4 Beheer NV worden geconsolideerd weergegeven. In een jaarverslag worden onder meer de beleidsmatige ontwikkelingen en de personele resultaten opgenomen. Hierop wordt in het MVO-jaarverslag 2016 en in het algemene jaarverslag van IW4 Beheer NV uitvoerig ingegaan. Voor een toelichting op de bedrijfsmatige gang van zaken wordt verwezen naar het algemene jaarverslag van IW4 Beheer NV over 2016. Dit jaarverslag werd in het verleden, evenals het jaarverslag van IW4 Beheer NV en het sociaal jaarverslag, in gedrukte vorm uitgebracht. Aangezien raadsleden en anderen steeds meer uitsluitend van de digitale versie gebruik maken is in overleg met het bestuur besloten geen gedrukte versie meer uit te brengen. 1.2 Organisatie en structuur De GR IW4 voert namens de deelnemende gemeenten de Participatiewet onderdeel Wet sociale werkvoorziening uit. Alle bedrijfsactiviteiten van de GR zijn per 1 januari 1997 overgenomen door de op 22 januari 1998 opgerichte onderneming IW4 Beheer NV. De uitvoering van de Wsw is door middel van een aanwijzingsbesluit overgedragen aan IW4 Beheer NV. De GR treedt op als formeel werkgever van het Wsw-personeel. In een Sociaal Economisch Contract en een daarop gebaseerde jaarovereenkomst wordt vervolgens de detachering en de taakstelling van de GR van het Wsw-personeel bij de NV geregeld. Binnen IW4 is voor de GR (Wsw) een aparte financiële, personeels- en loonadministratie ingericht, welke door de NV wordt uitgevoerd. De uitgangspunten voor het sociale beleid worden bepaald door het Algemeen Bestuur van de GR, terwijl de verantwoordelijkheid voor het bedrijfseconomisch handelen in handen ligt van de directie en de Raad van Commissarissen van IW4 Beheer NV. De leden van de Raad van Commissarissen worden door de Algemene Vergadering benoemd op voordracht van de Raad van Commissarissen, waarvan één op voordracht van de OR. De directie en de Raad van Commissarissen van IW4 Beheer NV zijn verantwoordelijk voor de bedrijfsvoering en de uitvoering van het geformuleerde sociaal en economisch beleid. De controle van de jaarrekening van de NV en de GR wordt uitgevoerd door Deloitte.


1.3 Samenstelling bestuur

In 2016 hebben het algemeen bestuur (AB) en het dagelijks bestuur (DB) niet afzonderlijk vergaderd. De reden hiervoor is dat de samenstelling van het dagelijks bestuur overeenkomt met die van het algemeen bestuur. Leden bestuur GR Namens de gemeente Utrechtse Heuvelrug (gebieden Amerongen, Leersum) dhr. H. Nijhof, lid dhr. J.W. van Dongen, plv. lid

Namens de gemeente Rhenen mw. J. de Heer, plv. voorzitter dhr. H. van den Berg, lid Namens de gemeente Renswoude dhr. J. van de Pol, secretaris Namens de gemeente Veenendaal mw. J.F.M. Hollander, voorzitter* dhr. C.M. Verloop, lid * * Vanaf eind november heeft de heer A.W. Kolff, burgemeester van Veenendaal, beide zetels waargenomen i.v.m. het terugtreden van de wethouders. Met uitzondering van de gemeente Renswoude zijn geen plaatsvervangende leden benoemd. Ambtelijk secretaris dhr. F. Dieleman Adviseur dhr. R.P.J. van Holsteijn; algemeen directeur IW4

1.4 Bestuursvergaderingen Het bestuur is in 2016 vier keer in reguliere vergaderingen bijeen gekomen. In deze bestuursvergaderingen zijn de volgende onderwerpen aan de orde geweest:

- Bedrijfseconomische ontwikkeling a.d.h.v. maand- / kwartaalcijfers met toelichting - Personele ontwikkelingen, waaronder ziekteverzuim - Aanpassing GR-regeling n.a.v. wijziging Wet op de gemeenschappelijke regelingen - Begroting GR IW4 2017 en gewijzigde begroting 2017 - Jaarovereenkomst sociaal economisch contract IW4 2017 - Controleprotocol 2016 - Normenkader rechtmatigheid 2016 - Planning- en controlcyclus 2017 - Nota reserves en voorzieningen 2017 - Vaststellen jaarverslag en jaarrekening IW4 Beheer NV 2015 en jaarrekeningrapport Deloitte - Jaarverslag en jaarrekening GR IW4 2015 en jaarrekeningrapport Deloitte - Sociaal jaarverslag IW4 2015 - Ontwikkeling visie gemeenten GR: Naar een inclusieve arbeidsmarkt - Ontwikkeling meerjarig beleid IW4 - Profielschets leden RvC IW4 Beheer NV - Gebouwen Middelbuurtseweg en Schutsluis - Samenwerking Schoonmaak - Gunning schoonmaak Veenendaal middels uitsluitend recht - Stand van zaken Permar en Permar-gemeenten - Uitwerking sectorplan FoodValley - Tijdelijk meldpunt - Nieuwe activiteiten, o.a. HetWerktNu; HetWerktSamen; pilot Groen - VOOR


- Vervanging ERP-systeem Baan IV - Verrekening Wsw-kosten buitengemeenten - Vervoersregeling Sw-medewerkers IW4 - Relatiedag IW4

Er is in het verslagjaar tussen het algemeen bestuur en de Raad van Commissarissen van de NV twee maal overleg gevoerd, eenmaal in de Algemene Vergadering en eenmaal in de gecombineerde vergadering bestuur GR – RvC. Er heeft periodiek informeel overleg plaatsgevonden tijdens lunchbijeenkomsten tussen de voorzitter van het bestuur, de voorzitter van de RvC en de algemeen directeur. De voorzitter van het bestuur had tevens regelmatig contact over diverse onderwerpen met de algemeen directeur. De rol van de ambtelijk secretaris wordt structureel vervuld door een ambtenaar in dienst van de gemeente Veenendaal. De ambtelijk secretaris voert overleg met de algemeen directeur en indien gewenst met de controller en de directeur Personeelsdiensten van IW4. De vergaderingen van het bestuur van de GR worden voorbereid door de ambtelijk secretaris, in overleg met het bestuur en in samenwerking met de algemeen directeur van IW4. 1.5 Verbonden partijen Verbonden partijen zijn derde rechtspersonen waarmee de Gemeenschappelijke Regeling van IW4 een bestuurlijke en financiële band heeft. Onder bestuurlijk belang wordt verstaan een zetel in het bestuur van een participatie of het hebben van stemrecht. Van financieel belang is sprake wanneer de GR middelen ter beschikking heeft gesteld en die kwijt is in geval van faillissement van de verbonden partij en/of als schulden van de verbonden partij verhaald kunnen worden op de GR. De Gemeenschappelijke Regeling Instituut voor Werkvoorziening Zuid-Oost Utrecht - GR IW4 - te Veenendaal heeft slechts één verbonden partij, te weten IW4 Beheer NV, gevestigd te Veenendaal aan de Transformatorstraat 1. IW4 Beheer NV geeft een eigen jaarverslag, jaarrekening en sociaal jaarverslag (vanaf 2016: MVO-jaarverslag) uit. De Gemeenschappelijke Regeling van IW4 heeft een deelneming van € 5.342.000 in IW4 Beheer NV. De omvang van het Eigen Vermogen van IW4 Beheer NV bedraagt per 31 december 2016: € 6.751.000 (1 januari 2016: € 6.749.000). Het Vreemd Vermogen van IW4 Beheer NV bestaat uit kortlopende schulden en overlopende passiva en bedraagt per 31 december 2016: € 831.000 (1 januari 2016: € 734.000). IW4 Beheer NV heeft over 2016 een positief resultaat behaald van afgerond € 2.000.


2 DOELSTELLING, BELEID EN UITVOERING WSW 2.1 Participatiewet

De Participatiewet is ingegaan op 1 januari 2015. De omvang van de bezuinigingen die met de invoering van de Participatiewet gepaard gaan is ongewijzigd gebleven.

De Participatiewet is een brede voorziening, voor alle mensen die in het verleden onder verschillende regelingen vielen, zoals de Wsw, Wajong, Wwb. Voor de Wajong geldt dat alleen ‘nieuwe’ Wajongers met een zekere loonwaarde onder de verantwoordelijkheid van de gemeenten gaan vallen. De wet trekt de uitkeringsvoorwaarden zoveel mogelijk gelijk, waarbij wel voor twee groepen de oude situatie is blijven bestaan: - De mensen met een Sw-dienstverband per 1 januari 2015 behouden hun rechten, maar er is geen nieuwe instroom meer mogelijk, de Wsw is per die datum beëindigd. Ook geldt voor hen nog de Cao Wsw. - De volledig arbeidsongeschikte mensen onder de Wajong blijven buiten de Participatiewet. Het UWV is verantwoordelijk gebleven voor de groep ‘oude’ Wajongers. Wel geldt ook voor hen dat gestreefd moet worden naar een hogere arbeidsparticipatie. IW4 heeft in dit verband onder meer samen met Permar het project Een Goede Start uitgevoerd.

De Participatiewet voorziet in een categorie mensen voor ‘nieuw beschut werken’. Op langere termijn zou deze groep een omvang moeten krijgen van ongeveer 30% van het aantal Sw-medewerkers in 2015. Omdat er in de eerste twee jaar dat de wet van toepassing slechts een fractie van het hiervan afgeleide aantal personen in ‘beschut weken’ geplaatst is geldt vanaf 2017 een verplichting voor gemeenten voor de plaatsing van een aantal mensen met een indicatie per jaar. Het aantal geplaatste personen in beschut werken vanuit de deelnemende gemeenten, nu slechts enkelen, zal daardoor de komende jaren relatief sterk toenemen. Naast deze wijziging m.b.t. beschut werken zijn er andere aanpassingen in de Participatiewet, omdat in de praktijk bleek dat de wet niet de werking had die bedoeld was. Zo is de registratie voor het doelroepenregister voor bepaalde groepen personen vereenvoudigd en is het vanaf 2017 via de zogenaamde praktijkroute mogelijk om de loonwaarde van mensen te bepalen.

De gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de Participatiewet en beschikken over een ontschot reïntegratiebudget, echter wel met een stapsgewijze bezuiniging ten opzichte van de oude budgetten. De bezuinigingen op de Wsw blijven in omvang gelijk met eerdere voornemens, maar de periode waarin de subsidie wordt teruggebracht is verlengd. Dit betekent dat, zij het met enige vertraging, de dreiging blijft dat het resterende participatiebudget in veel gemeenten voor een belangrijk deel wordt opgeslokt door de door de gemeente op te vangen tekorten van de Sw-bedrijven. Ook is de kans groot dat er te weinig middelen beschikbaar zijn voor een goede begeleiding van mensen bij de gewenste externe plaatsing op de arbeidsmarkt. Dit geldt in het bijzonder wanneer deze personen niet de volledige loonwaarde (kunnen) halen.

De centrale doelstelling van de Participatiewet is om voor zoveel mogelijk mensen een plek op de arbeidsmarkt te realiseren. Daarvoor hebben de gemeenten een aantal instrumenten, die deels landelijk zijn bepaald en deels binnen de arbeidsmarktregio FoodValley met de andere gemeenten zijn afgestemd en vastgesteld. Bij de realisatie van deze taakstelling speelt het Werkgeversservicepunt FoodValley een belangrijke rol. Naast de deelnemende gemeenten participeert ook IW4 hier volwaardig in. De gemeenten blijven echter hun eigen verantwoordelijkheid houden voor de besteding van hun participatiebudget. IW4 heeft in dit verband in opdracht van de gemeente Veenendaal (uitvoerende gemeente mede namens Rhenen en Renswoude) ook afgelopen jaar uitvoering gegeven aan de projecten Actief voor Werk, Digitale Werkplaats Plus en Zicht op Werk. Daarnaast heeft HetWerktNu een specifieke opdracht voor de externe plaatsing van 25 mensen met een uitkering in een betaalde baan voor 100% met succes uitgevoerd. Het totaal aantal plaatsingen van HetWerktNu in betaalde dienstverbanden van minimaal 6 á 9 maanden in 2016 betrof 98 personen.


Afgelopen jaar is door de deelnemende gemeenten gewerkt aan de voorbereiding van een vernieuwde visie op de uitvoering van het participatiebeleid en de rol en positie van IW4 daarbij. Dit heeft medio 2016 geleid tot de notitie ‘Naar een inclusieve arbeidsmarkt’. De verdere uitwerking hiervan is in het najaar vertraagd door de collegecrisis binnen de gemeente Veenendaal. De verwachting is dat de visie voor de komende jaren in de loop van 2017 zal worden vastgesteld. Op basis daarvan zal het meerjarenbeleid van IW4 worden uitgewerkt. Het streven is de implementatie daarvan zoveel mogelijk met ingang van 2018 ter hand te nemen.

Voor 2016, en ook voor 2017, is binnen IW4 de beleidsnotitie ‘Krimpen met Perspectief’ als leidraad gehanteerd voor het bedrijfsbeleid en de begroting. Daarmee worden de gevolgen van de krimp op korte termijn opgevangen en tegelijkertijd ingespeeld op de uitdagingen van de Participatiewet. Eén van de in deze beleidsnotitie opgenomen perspectieven is de nieuwe dienstverlening voor werkgevers en gemeenten onder het label HetWerktNu. Naast de eerder genoemde plaatsingen in betaalde dienstverbanden levert HetWerktNu diensten als jobcoaching, jobcarving en –hunting en advisering aan bedrijven, bijvoorbeeld over PSO.

Met ingang van de Participatiewet is er geen sprake meer van vergoedingen per AJ en is er ook geen taakstelling meer voor de Wsw. Er is door de rijksoverheid voor 2016 een bedrag aan de gemeenten beschikbaar gesteld dat gebaseerd is op het aantal AJ woonachtig binnen de gemeente in het jaar voorgaand aan het jaar waarvoor de subsidie bepaald wordt. Met ingang van 2017 wordt de subsidie bepaald op basis van het aantal AJ dat werkzaam is in de gemeente in het jaar voorgaand aan het jaar waarvoor de subsidie bepaald wordt. Voor 2016 was er nog wel een subsidiebedrag bepaald voor het doorbelasten van subsidie naar de zogenaamde buitengemeenten (voor 2016 € 25.100 per AJ).

In 2016 is onder meer door de volgende beleidsmaatregelen gewerkt aan een goed exploitatieresultaat, waarmee enerzijds werd ingespeeld op de bezuinigingen en anderzijds uitvoering gegeven werd aan de Participatiewet:

- Voortzetting van het goede niveau van presteren, vertaald in omzet en kostenbeheersing - De in 2015 gewijzigde werktijdenregeling is structureel geworden. - Aandacht voor de duurzaamheid van de externe plaatsingen, o.a. door meer inzet

jobcoaches. - Beheersing van het ziekteverzuim. - Uitvoering van diverse projecten voor de gemeenten en UWV gericht op de brede doelgroep

van de Participatiewet. - Samenwerking met het onderwijs gericht op kwetsbare jongeren, in het bijzonder in het project

Aan de Slag en het Arbeidstrainingscentrum. - Uitbreiden en versterken samenwerking bij opdrachten van de eigen gemeenten, in het

bijzonder door het groenproject VOOR en de schoonmaak van de gemeentelijke gebouwen in Veenendaal en Rhenen.

- Realiseren externe plaatsingen en andere dienstverlening door HetWerktNu. - Stimuleren van het gebruik van de mogelijkheden van Social Return On Investment (SROI),

onder meer door advisering over de Prestatieladder Socialer Ondernemen (PSO). - Versterken verbindingen met ondernemersorganisaties en werkgevers, o.a. door de

Relatiedag in oktober. - Uitbouwen van de regionale samenwerking, in het bijzonder m.b.t. de werkgeversdienstver-

lening. - Bevorderen en ondersteunen van maatschappelijk verantwoord en betrokken ondernemen

door bedrijven in de regio. Daarnaast worden de ontwikkelingen binnen de Sw-sector intensief gevolgd, zodat geleerd kan worden van de ervaringen van andere Sw-bedrijven en gemeenten bij de uitvoering van het participatiebeleid in het kader van de Participatiewet. 2.2 Doelstelling Wsw IW4 Beheer NV voert namens de in de gemeenschappelijke regeling deelnemende gemeenten het onderdeel Wsw van de Participatiewet uit. Door deze wet kunnen mensen met een arbeidshandicap


werk doen dat past bij hun mogelijkheden en beperkingen, bij voorkeur in een zo regulier mogelijke omgeving. Onder arbeidshandicap wordt verstaan dat men vanwege een lichamelijke, psychische of verstandelijke beperking, of een combinatie hiervan, niet zelfstandig in een gewone baan kan werken en/of een volwaardige arbeidsprestatie kan leveren. Een baan in het kader van de sociale werkvoorziening is aangepast aan de mogelijkheden en beperkingen van de Sw-medewerkers. Men ontvangt op basis van de CAO Wsw een gewoon salaris (functieloon) en ook anderszins gelden normale arbeidsvoorwaarden. In de sociale werkvoorziening werken is alleen mogelijk met een indicatie Wsw. Vanaf 2015 worden geen nieuwe indicaties meer uitgevoerd. Sw-medewerkers die na 1998 een indicatie hebben gekregen worden wel periodiek geherindiceerd. Personen die per 1 januari 2015 een indicatie hadden, maar op de wachtlijst stonden zijn opgenomen in het doelgroepenregister van het UWV en vallen onder de verantwoordelijkheid van de gemeenten. Een deel van hen is inmiddels in een extern dienstverband geplaatst, met ondersteuning van loonkostensubsidie. Een enkeling heeft in het kader van nieuw beschut werken binnen IW4 een passende werkplek gevonden. Deze plaatsingen tellen mee voor het Banenplan van het Sociaal Akkoord. 2.3 Doelstelling GR Het doel van de gemeenschappelijke regeling IW4 i.c. het Instituut voor Werkvoorziening Zuid-Oost Utrecht is ‘het handhaven, vergroten of herstellen van de arbeidsgeschiktheid van personen die tot arbeid in staat zijn, maar voor wie, in belangrijke mate, ten gevolge van bij hen gelegen factoren, gelegenheid om onder normale omstandigheden arbeid te verrichten niet of nu niet aanwezig is’ (art. 3.1 GR). Het Instituut heeft tevens tot doel ‘het handhaven van en zorgdragen voor voorzieningen die sociale activering en een zelfstandige bestaansvoorziening bevorderen van in het rechtsgebied als bedoeld in artikel 2 woonachtige langdurige werklozen, uitkeringsgerechtigden en jongeren’ (art. 3.2 GR). Het Instituut kan de in de lid 1 en 2 van artikel 3 genoemde delen uitbesteden op contractbasis. Ter uitvoering van het in artikel 3 genoemde, dragen de deelnemende gemeenten hun bevoegdheden en verplichtingen uit de Wsw over aan het Instituut. Het Instituut heeft daartoe als feitelijk met de uitvoering belast orgaan aangewezen: IW4 Beheer NV (art. 4 GR). 2.4 IW4 Beheer NV Het statutaire doel van IW4 Beheer NV luidt als volgt (gewijzigde statuten d.d. 28 november 2011; artikel 2): “De vennootschap heeft ten doel met het oog op de ontwikkeling van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, waaronder personen die geïndiceerd zijn voor de Wet sociale werkvoorziening, waardoor zij beter in staat zijn een al dan niet aangepaste functie op de arbeidsmarkt te vervullen, en de plaatsing van deze personen in een functie in een beschutte of reguliere omgeving….” De bedoeling was zoveel mogelijk mensen met een Sw-indicatie een dienstverband aan te bieden, mits dit bezien vanuit de bedrijfsvoering verantwoord is. Door de invoering van de Participatiewet heeft er vanaf 1 januari 2015 geen instroom van nieuwe Sw-medewerkers meer plaatsgevonden. 2.5 Resultaten beleid Het financiële resultaat van IW4 lag ook in 2016 op een goed niveau, de NV realiseerde een bescheiden winst van € 1.700, terwijl er een fors negatief resultaat was begroot. Voor een meer inhoudelijke toelichting op de resultaten wordt verwezen naar het jaarverslag van IW4 Beheer NV en het MVO-jaarverslag IW4 2016.


2.6 Cliëntenraad Werk & Inkomen Vanaf 2015 vormen de Sw-geïndiceerden een onderdeel van het brede aandachtsgebied van de Cliëntenraad Werk & Inkomen. Het bestuur van de Cliëntenraad is daartoe aangevuld met een Sw-medewerker. Deze Cliëntenraad vervult haar rol nu voor de gemeenten Veenendaal, Rhenen en Renswoude. Eenmaal per jaar voert de Cliëntenraad overleg met de algemeen directeur van IW4.


3 ORGANISATIE 3.1 Organisatieontwikkeling De afgelopen jaren is met het Studiehuis IW4 en andere opleidingsprogramma’s geïnvesteerd in IW4 als professioneel leerwerk- en plaatsingsbedrijf. Het afgelopen jaar is dit door verschillende vervolgtrainingen onderhouden. Deze inspanningen hebben ook nu weer bijgedragen aan een effectieve organisatie met een open cultuur en gezonde leerhouding. De veranderingen die gepaard gingen met de invoering van de Participatiewet zijn goed opgevangen. Hieraan is vooral in de kaderbijeenkomsten veel aandacht besteed. Nadat medio 2015 bleek dat de beoogde samenwerking met Permar geen doorgang zou vinden, heeft IW4 het korte termijn beleidsplan “Krimpen met perspectief” opgesteld. In dit plan is uitgewerkt hoe om te gaan met de effecten van de krimp van het aantal Sw-medewerkers. Dit plan is leidend in de jaren 2016 en 2017. Vanaf 2018 zal de organisatie toegerust worden op de toekomst die dan uitgekristalliseerd zal zijn. Het tekent de kracht van de organisatie van IW4 dat de ontwikkelingen in 2015 geen negatief effect gehad hebben op de resultaten in 2016. Ook hebben deze ontwikkelingen, de invoering van de Participatiewet en de uitbreiding van de feitelijke werktijden nauwelijks negatieve effecten gehad op het ziekteverzuim. Het ziekteverzuim was in 2016 8,5% en in 2015 8,2%, een ook landelijk gezien heel laag verzuimcijfer. Onder het label “HetWerktNu” verzorgt IW4 dienstverlening in het kader van de Participatiewet voor het regionale Werkgeverservicepunt FoodValley en rechtstreeks aan werkgevers. HetWerktNu is een van de pijlers waarop “Krimpen met perspectief” drijft. Door de ontwikkeling en het vermarkten van voor IW4 deels nieuwe activiteiten wordt ingespeeld op de Participatiewet en wordt tevens een bijdrage geleverd aan het beperken van de negatieve effecten van de krimp van de Wsw. 3.2 Informatievoorziening De informatievoorziening was ook het afgelopen jaar van een goed niveau. Maandelijks worden voor directie en management overzichten gemaakt van onder meer de bedrijfseconomische en financiële gang van zaken, het ziekteverzuim en de plaatsingen. De overige maandrapportages komen ieder kwartaal beschikbaar. Deze laatste overzichten worden eveneens periodiek aan het bestuur verstrekt. Met deze overzichten kan ook de voortgang van de afspraken in het kader van het Sociaal-Economisch Contract worden gevolgd. Het cliëntvolg- en personeelssysteem Compas staat centraal in deze informatievoorziening. Instrumenten als het diagnose- en assessmentinstrument Dariuz en de werkladderscan zijn aan Compas gekoppeld. Omdat in 2016 geen grote veranderingen binnen de organisatie gepland waren is de overgang naar een nieuw ERP-systeem per 1 januari 2017 binnen een relatief rustige organisatie voorbereid. Met het nieuwe systeem AFAS als vervanger van BAAN 4 is IW4 beter voorbereid op de uitdagingen en veranderingen in de komende jaren. Binnen IW4 krijgt ook de informatievoorziening naar en de communicatie met de medewerkers prioriteit. Hierbij speelt naast Intranet de maandelijkse nieuwsbrief een goede rol. Werkoverleg wordt goed benut om medewerkers over ontwikkelingen te informeren. Het gebruik van de zogenaamde toolboxmeetingen is van groot belang, ook in het kader van de verschillende kwaliteitssystemen. De jaarlijkse rondetafelgesprekken met de algemeen directeur worden gewaardeerd.


3.3 Resultaten Het resultaat van de Gemeenschappelijke Regeling bedraagt afgerond nihil (begroot € 0). De winst van de 100% deelneming IW4 Beheer NV bedraagt afgerond € 2.000 (begroot -/- € 150.000) Het samengevoegd resultaat bedraagt € 2.000 winst. Aan het Algemeen Bestuur van het Instituut voor Werkvoorziening Zuid-Oost Utrecht is voorgesteld om het exploitatieresultaat als volgt in de jaarrekening 2016 te verwerken. Een toevoeging aan de Algemene reserve NV van € 2.000. Dit voorstel is al in de jaarrekening GR verwerkt.

Cijfermatig overzicht van de prestaties over 2016 in kort bestek (GR+NV)

Sociale informatie

Realisatie

2016

Begroting

2016

Realisatie

2015

Realisatie

2014

Realisatie

2013

Realisatie

2012

Realisatie

2011

Aantal Wsw-personeel einde jaar 398 407 425 453 472 456 460

Aantal Wsw AJ gemiddeld 373,04 375,26 396,18 410,45 416,97 394,26 398

Taakstelling Arbeidsjaren (AJ) gemiddeld nvt nvt nvt 399,98 416,34 394,57 387

Overrealisatie taakstelling Wsw nvt nvt nvt 0,05 0,66 0 11

Onderrealisatie taakstelling Wsw nvt nvt nvt 0,51 -0,03 0 0

AJ excl. BW 363,14 364,06 385,02 399,75 404,87 380,42 386,01

Instroom Wsw (aantal) 1 nvt nvt 24 33 19 33

Uitstroom Wsw (aantal) 28 21 28 43 17 23 31

Realisatie Begeleid Werken (BW) AJ gemiddeld 9,9 11,2 11,16 10,7 12,1 13,84 11,99

Wachtlijst (aantal) einde jaar nvt nvt nvt 64 85 103 107

FTE Op 31-12 Gemiddeld

Ex-ambtenaren 5,00 5,42 5,50 6,00 7,00 9,00 9,73 9,78

Contractanten met pensioen 36,14 36,60 36,65 35,28 33,94 34,47 30,09 28,06

Contractanten zonder pensioen 7,00 8,40 11,42 10,15 5,42 6,58 6,42 7,02

Traject-contractanten zonder pensioen nvt nvt nvt nvt 0,00 4,48 5,82 8,73

Beschut werkenden Gemeenten 2,89 1,22 5,00

Beschut werkenden UWV 1,67 1,11 0,00

Ziekteverzuim 8,5% 9,0% 8,2% 8,6% 9,5% 10,2% 10,6%

Financiële informatie

Realisatie

2016

Begroting

2016

Realisatie

2015

Realisatie

2014

Realisatie

2013

Realisatie

2012

Realisatie

2011

Brutomarge omzet, incl. omzet verhuur 5.433.000 5.479.000 5.290.000 5.079.000 4.889.000 5.125.000 5.188.000

Omzet uitgedrukt per AJ (excl. BW) 14.961 15.050 13.740 12.705 12.075 13.472 13.440

Subsidieresultaat incl. overige Wsw kosten -866.000 -1.055.000 -638.000 -782.000 -700.000 -657.000 -1.041.000

Rijksbijdrage per AJ realisatie 26.300 25.449 26.291 26.125 26.103 25.939 25.758

Totaal bedrijfsresultaat NV + GR* 2.000 -150.000 136.000 67.497 -13.924 57.677 59.217

Resultaat per AJ 6 -412 353 169 -33 152 153

Debiteuren en vorderingen kort 1.458.000 1.227.000 1.265.000 1.460.000 1.671.000 1.378.000 1.431.000

Debiteuren en vorderingen kort/Bruto-omzet 25,52% 21,16% 22,97% 27,56% 30,64% 24,36% 24,46%

Crediteuren en schulden kort 1.095.000 977.000 939.000 1.114.000 1.656.000 1.036.000 1.774.000

Voorraadwaarde/Bruto-omzet 1,91% 1,72% 2,78% 2,87% 3,57% 3,59% 4,99%

Vaste schuld GR 2.650.000 2.650.000 2.650.000 2.650.000 2.650.000 2.650.000 2.650.000

Omvang reserves 3.737.000 3.462.000 3.735.000 3.612.000 3.551.000 2.890.000 2.832.000

Omvang voorzieningen 120.000 218.000 134.000 218.000 539.000 1.431.000 1.235.000

Werkkapitaal 1.680.000 931.000 1.175.000 672.000 406.000 299.000 -622.000

Investeringen in boekjaar 73.000 327.000 309.000 342.000 329.000 195.000 525.000

Boekwaarde materiële vaste activa 4.820.000 5.392.000 5.332.000 5.791.000 6.312.000 6.643.000 7.011.000

Solvabiliteit (EV/Balanstotaal) NV + GR 49,16% 47,38% 50,09% 47,56% 42,29% 33,98% 32,03%

Liquiditeit (courante: vorderingen/schulden) 243,47% 208,84% 209,07% 160,03% 124,51% 119,50% 84,40%

* In 2013 excl. vrijval voorziening herstructurering en afw aardering gebouw Startbaan


4 FINANCIELE POSITIE EN RESULTATEN 4.1 Financiële resultaten Het financiële resultaat van de GR over 2016 was afgerond nihil. Het financiële resultaat van IW4 Beheer NV is € 2.000 voordelig. De raad van commissarissen heeft voorgesteld dit toe te voegen aan de algemene reserves van IW4 Beheer NV. Het is verheugend dat IW4 er in geslaagd is een positief bedrijfsresultaat te boeken. 4.2 Treasury-paragraaf In 2000 is door het algemeen bestuur van de GR een treasury-statuut vastgesteld, dat is opgemaakt volgens de voorschriften van de provincie Utrecht en de door het Ministerie opgestelde ‘Handreiking Treasury’, rekening houdend met de wettelijke kaders. Dit statuut is in 2010 geactualiseerd. Hierin worden organisatorische randvoorwaarden van de treasury-functie weergegeven, met het accent op de helderheid over de verdeling van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. De diverse risico’s worden gecomprimeerd in beeld gebracht middels drie rapportagemodellen: het overzicht kasgeldlimiet, zie onder liquiditeitspositie (bijlagen), in het overzicht renterisiconorm en het kredietrisico op verstrekte gelden. Vanaf 2009 is de wettelijke verplichting voor het verstrekken van een kwartaalrapportage over de liquiditeit aan de Provincie Utrecht afgeschaft. De bewaking rust nu bij de gemeenten / het bestuur.

(bedragen x € 1.000)

4.2.1 Kasgeldlimiet 2016

IW4 Beheer NV en Instituut voor Werkvoorziening Zuid-Oost Utrecht (GR)

(stand per begin van ieder kwartaal) 1e kw.2016 2e kw.2016 3e kw.2016 4e kw.2016

Omvang van de kostenbegroting per 1 januari 2016 10.507 10.507 10.507 10.507

Toegestane % kasgeldlimiet 8,20% 8,20% 8,20% 8,20%

Toegestane kasgeldlimiet in € 861 861 861

861

A. Vlottende schulden 0 0 0 0

B. Vlottende middelen 446 469 512 820

Saldo A minus B: vlottend kwartaalgemiddelde -446 -469 -512 -820

Toets kasgeldlimiet

Saldo vlottend kwartaalgemiddelde -446 -469 -512 -820

Toegestane kasgeldlimiet 861 861 861 861

Ruimte (overschot) 1.307 1.330 1.373 1.681


Toelichting Toetsing geschiedt op basis van de wettelijke norm volgens de wet FIDO. Het percentage is bij ministeriële regeling vastgesteld op 8,2%. De omvang van de begroting betreft uitsluitend de GR-begroting (totaal der kosten). De NV heeft in het boekjaar 2016 geen andere geldmiddelen aan de GR onttrokken dan via de rekening-courant GR (toename vordering NV op GR € 653.000, door boekingen via rekening-courant) Onder vlottende vorderingen is opgenomen BNG r/c rentecompensabele rekening.

4.2.2 Renterisiconorm 2016



Berekening renterisico op vaste schuld

Renteherziening op vaste schuld o/g

Renteherziening op vaste schuld u/g

1. Netto renteherziening op vaste schuld 0

Nieuw aangetrokken vaste schuld 0

Nieuw verstrekte lange lening 0

2. Netto nieuw aangetrokken vaste schuld 0

3. Betaalde aflossingen 0

4. Herfinanciering (laagste van 2 en 3) 0

A. Renterisico op vaste schuld (1 + 4) 0

Berekening renterisiconorm

1. Omvang van de kostenbegroting per 1 januari = grondslag 10.507

2. Bij ministeriële regeling vastgesteld percentage 20%

B. Renterisiconorm 2.101

Toets renterisiconorm

Renterisiconorm (B) 2.101

Renterisico op vaste schuld (A) 1) 0

Ruimte (+) / overschrijding (-) 2.101

1) Met betrekking tot deze nieuwe lening wordt tot 2018 door de GR geen risico gelopen.


Op 10 maart 2008 is een overeenkomst met de BNG afgesloten met leningnummer 40.1035.02, waarbij de bestaande twee leningen vervroegd zijn afgelost. Deze aflossingsvrije lening voor tien jaar heeft een vast rentepercentage van 4,43%. 4.2.3 Schatkistbankieren Vanaf 2014 geldt de Regeling schatkistbankieren decentrale overheden. Voor de GR betekent dit dat alle liquide middelen die in een kwartaal gemiddeld het drempelbedrag van € 250.000 overstijgen, afgeroomd moeten worden naar een daartoe geopende werkrekening Schatkistbankieren (SKB), waarna de Bank Nederlandse Gemeente (BNG) het doorstort naar ’s Rijks schatkist. 4.3 Financiering De GR maakt gebruik van kredietfaciliteiten bij de Bank Nederlandse Gemeenten. IW4 Beheer NV heeft geen eigen bankkrediet en maakt hierom gebruik van de kredietfaciliteiten van de GR. De onderlinge geldstromen lopen via een rekening-courantverhouding GR/NV, waarover geen rentevergoeding berekend wordt. De deelnemende gemeenten betalen een vaste jaarlijkse bijdrage van totaal € 427.500. De verdeling van deze bijdrage gebeurt conform de geïndiceerde inwoners (aantal) werkzaam bij IW4 op 1/1 2016.

OVERZICHT GEMEENTELIJKE BIJDRAGEN 2016

Verdeling vaste bijdrage

IW4 * Vaste Vaste Vaste

bijdrage bijdrage bijdrage Totaal

Gemeente matig ernstig totaal % Rente Kosten NV (wsw) 2016

Veenendaal 244,00 78,75 322,75 76,26 89.520 49.566 186.905 325.991

Rhenen 59,00 11,25 70,25 16,60 19.485 10.789 40.682 70.955

Renswoude 12,00 0,00 12,00 2,84 3.328 1.843 6.949 12.120

Utrechtse Heuvelrug 12,00 6,25 18,25 4,31 5.062 2.803 10.569 18.433

327,00 96,25 423,25 100,00 117.395 65.000 245.105 427.500 4.4 Weerstandsvermogen en risicobeheersing De weerstandscapaciteit binnen de GR bestaat uit een vrij aanwendbaar deel van de algemene reserve, de egalisatiereserve. Met de gemeenten en de provincie zijn afspraken gemaakt om het weerstandsvermogen op peil te houden. De egalisatiereserve bedraagt ultimo 2016 € 1.196.000 (na resultaatverdeling). De bestemmingsreserve, groot € 1.132.000, is ontstaan door vrijval van de arbeidgerelateerde voorzieningen voor de Wsw-doelgroep.

Kengetallen 2016 2015

netto schuldquote 29,5% 27,9%

netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen 29,5% 27,9%

Solvabiliteitsratio 34,63 38,74

Structurele exploitatieruimte 203,56 199,96


4.5 Risico’s Veel risico’s liggen primair binnen IW4 Beheer NV. Dit is versterkt doordat het subsidierisico in 2008 van de GR is doorgeschoven naar de NV. Binnen de NV is voor een aantal risico’s een voorziening getroffen. Voor de GR ligt het belangrijkste risico in een mogelijk negatief financieel resultaat binnen IW4 Beheer NV, waarvoor het weerstandsvermogen binnen de NV niet toereikend is. De egalisatiereserve van de GR dient als buffer voor deze financiële risico’s. In 2016 konden de risico’s worden beheerst. De komende jaren zullen de risico’s echter sterk toenemen. Daarbij gaat het om risico’s als gevolg van de bezuinigingen op de rijkssubsidie en de terugloop van het aantal Sw-medewerkers en samenhangend met de economische situatie en de bedrijfsvoering. Risico’s bedrijfsvoering

- Meerdere bedrijfsonderdelen ondervinden nog steeds de gevolgen van de economische crisis en zijn kwetsbaar bij geringe economische terugval.

- Enkele afdelingen, in het bijzonder Groen, zijn sterk afhankelijk van de opdrachten van de eigen gemeenten. Continuïteit van dit werk tegen kostendekkende tarieven is van groot belang. Door de samenwerking in het project VOOR wordt dit deels ondervangen. Deze afhankelijkheid geldt ook steeds meer voor Schoonmaak.

- Gemeenten zijn eveneens belangrijke opdrachtgevers voor activerings- en reïntegratietrajecten voor Wwb-ers resp. de brede doelgroep van de Participatiewet. Bezuinigingen hierop leiden direct tot omzetverlies.

- De krimp van het Sw-personeel en de vergrijzing daarvan als gevolg van de instroomstop voor de Sw-ers leidt tot negatieve gevolgen voor de bedrijfsvoering van verschillende bedrijfsonderdelen.

Risico’s bezuinigingen rijkssubsidie

- Door een goede bedrijfsvoering probeert IW4 de nadelige effecten van het regeringsbeleid te beperken. Voor 2016 is dat gelukt. Iedere tegenslag in de toekomst leidt tot een (ernstige) verslechtering van het resultaat.

- Vanaf 2017 zal de volgende drastische bezuinigingsstap worden gezet door de korting op het participatiebudget, waaronder het hierin opgenomen budget voor de Wsw. In de periode vanaf 2018 zullen toenemende exploitatietekorten van de NV snel niet meer door de (reserves van de) NV kunnen worden opgevangen en daardoor ten laste van de GR moeten worden gebracht.

Risico’s i.v.m. de stelselwijziging

- Het is nu nog niet volledig te overzien wat alle gevolgen zijn van de stelselwijziging, omdat dit mede afhangt van de wijze waarop de Participatiewet in onze gemeenten de komende jaren wordt uitgevoerd en wat de rol van IW4 daarbij zal zijn. Ook hangt dit sterk af van de omzet die IW4 genereert vanuit gemeentelijke opdrachten en de wijze waarop bijvoorbeeld Social Return vorm en inhoud krijgt. In alle gevallen zullen de financiële gevolgen sterk negatief kunnen zijn.

- De effectiviteit van de nader uit te werken maatregelen voor de herstructurering van IW4 is niet op voorhand gegarandeerd. Ook is de budgettaire omvang hiervan nog niet bekend. Besluitvorming over de toekomst van IW4 op langere termijn, is dan ook dringend gewenst.


5 SLOTWOORD De prestatie die door IW4 in 2016 is gerealiseerd is goed, te meer omdat dit gepaard ging met een goede sfeer binnen het bedrijf. De motivatie van de medewerkers en de goede samenwerking tussen directie, management en ondernemingsraad, en de eveneens goede en heldere relatie met bestuur en raad van commissarissen vormen de basis van dit succes. Het geeft tevens vertrouwen in het vermogen om op de juiste wijze om te gaan met de ingrijpende veranderingen die voor de deur staan. Wij danken de medewerkers, directie en leden van de raad van commissarissen voor hun grote en enthousiaste inzet en toewijding. We kunnen, ook als bestuur, met grote tevredenheid terugkijken op de resultaten van het afgelopen jaar. Veenendaal, 30 maart 2017 J.F.M. Hollander J. van de Pol voorzitter secretaris


Gemeenschappelijk Regeling Instituut voor Werkvoorziening

Zuid-Oost Utrecht

Jaarrekening 2016

Opmaakdatum 30 maart 2017


Balans per 31 december 2016

Activa (bedragen x € 1.000)

Vaste activa 31-12-2016 31-12-2015

Immateriële vaste activa

Disagio geldlening 5 10

Financiële vaste activa

Deelneming 5.342 5.342

Vlottende activa

Uitzettingen met een rentetypische

looptijd < 1 jaar:

Schatkistbankieren 0 250

Te vorderen netto loon 5 0

Vordering op deelnemende gemeenten 183 4

Vordering op niet-deelnemende gemeenten 14 75

202 329

Liquide middelen

Banksaldi 1.173 329

Totaal activa 6.722 6.010

Passiva31-12-2016 31-12-2015

Vaste passiva

Eigen vermogen

Egalisatiereserve 1.196 1.192

Bestemmingsreserve 1.132 1.132

Gerealiseerd resultaat 0 4

2.328 2.328

Vaste schulden met een rentetypische

looptijd > 1 jaar

Onderhandse lening binnenlandse bank 2.650 2.650

Vlottende passiva

Netto vlottende schulden met een

looptijd korter < 1 jaar

Overige schulden


Niet-deelnemende gemeenten 67 59

89 59

Overlopende passiva 1.655 973

Totaal passiva 6.722 6.010

Gewaarborgde geldleningen 0 0


Overzicht van baten en lasten over 2016(bedragen x € 1.000)

Begroting

Realisatie bijgesteld Begroting Realisatie

Opbrengsten 2016 2016 2016 2015

(nov.-15) (apr.15)

Vaste gemeentelijke bijdrage 428 428 428 428

Totaal opbrengsten 428 428 428 428

Kosten

Afschrijvingskosten -5 -5 -5 -5

Rente lening o/g -117 -117 -117 -117

Overige kosten GR / rente r/c -61 -61 -61 -57

Overige personeelskosten 0 0 0 -13

Vaste bijdrage aan NV voor uitvoering Wsw -245 -245 -245 -245

Totaal kosten -428 -428 -428 -437

Totaal saldo van baten en lasten 0 0 0 -9

Loonkosten Wsw-personeel -10.421 -10.324 -10.212 -10.822

Rijksbijdrage 9.811 9.550 9.475 10.416

Inleenvergoeding NV 10.421 10.324 10.212 10.822

Subsidiebijdrage NV -9.811 -9.550 -9.475 -10.416

Subsidieresultaat 0 0 0 0

Gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten 0 0 0 -9

Onttrekking Bestemmingsreserve 0 0 0 13

Onttrekking Egalisatiereserve 0 0 0 0

Gerealiseerd resultaat 0 0 0 4


TOELICHTING ALGEMEEN

Algemeen Deze jaarrekening heeft betrekking op de periode 1 januari tot en met 31 december 2016. De jaarrekening is opgesteld conform het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV 2004). Wsw-kosten Het Wsw-personeel is in dienst van de Gemeenschappelijke Regeling (GR). Alle loonkosten van het Wsw-personeel komen ten laste van de GR. De in de GR deelnemende gemeenten ontvangen van het ministerie SZW rijkssubsidie. Deze subsidie wordt doorgeschoven naar de GR. Loonkosten en subsidie worden vanaf 2008 vervolgens doorgeschoven naar IW4 Beheer NV. Het nadelig subsidieresultaat, het verschil tussen subsidie en Wsw-loonkosten, evenals de overige Wsw-kosten komen derhalve vanaf 2008 ten laste van de NV. Deze afspraak zorgt ervoor, dat de GR geen invloed ondervindt van subsidieschommelingen als gevolg van niet te beïnvloeden externe factoren, zoals wetgeving en regeringsbeleid. Hiertegenover staat, dat op bestuurlijk niveau een vaste gemeentelijke bijdrage is afgesproken, conform de afspraken naar aanleiding van het advies in de nota ‘IW4, de toekomst in het vizier’. Alle overige kosten en opbrengsten voortvloeiende uit de uitvoering van de Participatiewet/Wet Sociale Werkvoorziening komen eveneens voor rekening en risico van IW4 Beheer NV. De financiering van loonkosten en activiteiten, evenals de gemeentelijke bijdrage is geregeld in het Sociaal Economisch Contract tussen de Gemeenschappelijke Regeling en de NV en de daarop gebaseerde jaarovereenkomsten.

GRONDSLAGEN VAN WAARDERING Inleiding Onderstaande samenvatting van de grondslagen, waarop de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling is gebaseerd, is bedoeld als leidraad voor een juiste interpretatie van de financiële overzichten. De jaarrekening voldoet aan het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV 2004). BBV 2004 Met ingang van 1 januari 2004 is het ‘Besluit Begroting en Verantwoording Gemeenten’ (BBV 2004) in werking getreden. Het BBV kent een gemodificeerd stelsel van baten en lasten. Dit betekent onder meer, dat er voorschriften gelden voor wat betreft rubricering en verslaggeving. Algemeen De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende balanspost anders vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde.

Immateriële vaste activa Deze worden gewaardeerd tegen verkrijgingprijs, verminderd met de jaarlijkse afschrijvingen. De afschrijvingsduur voor het activeren van de kosten van het (over)sluiten van geldleningen en disagio is maximaal gelijk aan de looptijd van de lening.


Financiële vaste activa Deelnemingen De deelneming wordt gewaardeerd tegen verkrijgingprijs of lagere marktwaarde. Het resultaat uit de deelneming wordt verantwoord onder Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening van het Overzicht van baten en lasten.

Vlottende activa Uitzettingen en overlopende activa De uitzettingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor oninbaarheid van uitzettingen, met name vorderingen, wordt zo nodig een voorziening getroffen. Het begrip uitzettingen is overgenomen van de Wet FIDO en heeft betrekking op vorderingen en rekening-courantverhoudingen met niet financiële instellingen. Het betreft de volgende onderdelen:

vorderingen op deelnemende en niet-deelnemende gemeenten

rekening-courantverhoudingen met niet-financiële instellingen

overige vorderingen

overige uitzettingen. Liquide middelen De liquide middelen zijn tegen nominale waarde opgenomen en omvatten, indien van toepassing, bank-, giro- en kassaldi. Schatkistbankieren Op 11 december 2013 is het wetsvoorstel aangenomen door de Tweede Kamer om schatkistbankieren mogelijk te maken. Voor de GR betekent dit dat alle liquide middelen die in een kwartaal gemiddeld het drempelbedrag van € 250.000 overstijgen, afgeroomd moeten worden naar een daartoe geopende werkrekening Schatkistbankieren (SKB), waarna de Bank Nederlandse Gemeente (BNG) het doorstort naar ’s Rijks schatkist.

Schatkistbankieren in 2016

Geconsolideerd

gemiddeld

banksaldo

Overschrijding

kasgeldlimiet

Q1-2016 88.521 -

Q2-2016 118.801 -

Q3-2016 155.483 -

Q4-2016 172.769 -

Overgeboekte gelden naar Schatkistbankieren rekening:

Periode Bedrag

04-02-2016 t/m 31-03-2016 700.000

01-04-2016 t/m 14-07-2016 300.000

18-08-2016 t/m 09-10-2016 500.000

10-10-2016 t/m 30-10-2016 750.000

31-10-2016 t/m 17-12-2016 900.000

19-12-2016 t/m 27-12-2016 400.000

28-12-2016 t/m 31-12-2016 -21.901


Vaste passiva

Eigen Vermogen Het eigen vermogen bestaat uit: Egalisatiereserve en bestemmingsreserve De Egalisatiereserve dient als algemene bufferfunctie voor calamiteiten en onvoorziene incidentele uitgaven en risico’s binnen de sociale werkvoorziening. Het gehele bedrag van het eigen vermogen dient onderbouwd te zijn met bestuursbesluiten van het algemeen bestuur dan wel opgenomen te zijn in het voorliggende voorstel tot resultaatbestemming. Het eigen vermogen van de GR heeft een tweeledig doel, te weten 1e Egalisatiereserve voor algemene bufferfunctie en onverwachte tekorten. 2e Bestemmingsreserve voor personeelsgerelateerde verplichtingen. De verplichting aan het personeel wordt elk jaar geactualiseerd. De reserve kan door een besluit van het algemeen bestuur ook worden aangewend voor andere doeleinden. De bestemming van de reserves wordt vastgelegd in de Nota Reserves en Voorzieningen. Zie ook onder ‘Niet uit de balans blijkende verplichtingen’. Gerealiseerde resultaat Het gerealiseerde resultaat is het resterende resultaat na reeds bestemde mutaties in de reserves. Het gerealiseerde resultaat wordt toegevoegd aan de Egalisatiereserve. Vaste schulden De vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, verminderd met de reeds gedane aflossingen. Het betreft schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer.

Netto vlottende passiva De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Deze verplichtingen omvatten de binnen een jaar vervallende schulden.


GRONDSLAGEN VAN RESULTAATBEPALING Algemeen Voor zover het BBV niet anders voorschrijft, zijn de baten en lasten toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Winsten worden slechts opgenomen voor zover zij op de balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Lonen en sociale lasten Wsw-personeel Hieronder zijn begrepen de aan Wsw-medewerk(st)ers uitbetaalde brutolonen, vakantiegeld en eindejaarsuitkering, vermeerderd met sociale lasten en pensioenpremie. Rente langlopende leningen De rente betreffende de langlopende aflossingsvrije lening o/g wordt in rekening gebracht bij de deelnemende gemeenten, als onderdeel van de vaste gemeentelijke bijdrage ad € 427.500.

Bijdragen Rijksbijdrage Het betreft de Rijksbijdrage van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, conform de meicirculaire van het Gemeentefonds. Overige bedrijfskosten Alle kosten zijn in het resultaat opgenomen voor de historische aanschafprijs. Algemene dekkingsmiddelen De algemene dekkingsmiddelen bestaan in hoofdzaak uit het saldo van de financiële baten en lasten en het resultaat uit deelnemingen. De rentebaten betreffen onder meer de opbrengsten uit deposito’s en andere uitzettingen, indien van toepassing. De rentelasten bestaan uit de rentelast van de bank bij debetsaldi. Financieringspositie De financiering van vervangingsinvesteringen van de NV geschiedt uit eigen middelen van de NV, dat wil zeggen er wordt hiervoor geen extra krediet aan de GR onttrokken. Indien de NV toch behoefte heeft aan geldmiddelen van de GR dan loopt dit bij voldoende saldo via de rekening-courant verhouding GR/NV, waarover geen renteverrekening plaatsvindt. Kasbeheer In een aparte bijlage is een overzicht opgenomen waaruit de liquiditeitspositie van de GR blijkt. Tevens is een samengevoegde balans van de NV en GR opgenomen onder bijlage 6. Hieruit blijkt hoe de verhouding is tussen de verschillende balansposten.

Winstbestemming deelneming

Door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van IW4 Beheer NV is volgens bestaand beleid besloten het resultaat van de NV over het jaar 2016 ten bedrage van € 2.000 volledig ten gunste van het eigen vermogen van de NV te brengen. Dit voorstel is al in de jaarrekening verwerkt.

Resultaat Gemeenschappelijke Regeling

Het resultaat van de Gemeenschappelijke Regeling bedraagt afgerond nihil. De Egalisatiereserve is gevormd om schommelingen in het exploitatieresultaat te kunnen opvangen. Hiermee wordt voorkomen, dat bij tegenvallende exploitatieresultaten een (niet voorzien) beroep op de deelnemende gemeenten moet worden gedaan.


Het vormen van weerstandsvermogen binnen de GR was een eis van de afdeling Financieel Toezicht van de Provincie Utrecht. Onvoldoende weerstandsvermogen kon aanleiding zijn voor het instellen van preventief toezicht door de Provincie. De uitvoering van de Wsw is geheel overgedragen aan de NV en het nadelig subsidiegat (loonkosten minus rijkssubsidie) en overige Wsw-kosten vallen in de NV, in plaats van in de GR. Tussen raad van commissarissen en bestuur van de GR is afgesproken om eventuele winst van de NV te benutten voor het vormen van een algemene reserve binnen de NV. De opbouw van weerstandsvermogen binnen de NV, tot een nog nader vast te stellen maximum, is slechts mogelijk indien het resultaat van de GR ca € 0 bedraagt en derhalve geen substantieel beroep gedaan hoeft te worden op de egalisatiereserve GR. In het resultaat 2016 van de GR is de subsidie opgenomen op basis van de septembercirculaire van het Gemeentefonds 2016, vermeerderd en verminderd met de AJ’s van de buitengemeenten tegen een door het Divosa en VNG bepaalde tarief van € 25.100 per AJ. IW4 draagt zorg voor de subsidiedoorbetaling aan en eindafrekening voor de andere Sw-bedrijven binnen het woongebied van de GR. IW4 functioneert volledig als clearingcentrale voor alle subsidiestromen van de GR binnen het kader van de uitvoering Wsw. Zie ook het vaststellingsbesluit van het Algemeen Bestuur, wat als bijlage is opgenomen bij dit jaarverslag.


Toelichting op de balans


Vaste activa

Immateriële vaste activa

Geldlening o/g BNG Hoofd- Afsch. Afschr. Afschr. Boekwaarde Boekw aarde

Afschr.% som t/m 2015 2016 t/m 2016 31-12-2016 31-12-2015

Agio lening BNG 2008 10% 47 -37 -5 -42 5 10

47 -37 -5 -42 5 10

Financiële vaste activa

31-12-2016 31-12-2015

Deelneming ( 100% ) in IW4 Beheer NV

Saldo op 1 januari en 31 december 5.342 5.342

De w aardering van de deelneming is tegen verkrijgingsprijs en deze blijf t ongew ijzigd.

Vlottende activa

Uitzettingen met een rentetypische looptijd < 1 jaar

Vordering op deelnemende gemeenten

Vordering op deelnemende gemeenten 183 4

Vorderingen op deelnemende gemeenten

Inzake terug te vorderen btw : vordering op alle deelnemende gemeenten 9

Inzake subsidie Wsw

Vordering op gemeente Rhenen 148

Vordering op gemeente Utrechtse Heuvelrug 26

174

Totaal vorderingen op deelnemende gemeenten 183

Met ingang van 2008 w ordt de Rijksbijdrage Wsw overgemaakt naar de (w oon)gemeenten. Het bestuur van de GR

heeft afgesproken, dat de subsidie inzake Wsw door elke gemeente afzonderlijk 1 op 1 w ordt doorgesluisd

naar IW4 Beheer NV. De subsidie bestemd voor de in Rensw oude, Rhenen en Veenendaal w oonachtige Wsw -ers

die w erkzaam zijn bij een ander SW-bedrijf binnen het GR-gebied w ordt door IW4 hieruit (door)betaald.




31-12-2016 31-12-2015

Vordering op niet-deelnemende gemeenten

Saldo op 1 januari 75 27

Bij: mutatie lopend boekjaar inzake subsidie 12 75

Af: mutatie / ontvangen -73 -27

Saldo op 31 december 14 75

Totaal uitzettingen 197 79

Vorderingen op niet-deelnemende gemeenten

Inzake subsidie Wsw

Vordering op RWA Amersfoort 3

Vordering op Werkzaak Rivierenland 2

Vordering op gemeente Barneveld 4

Vordering op Presikhaaf 1

Vordering op Tomingroep 2

Pauw 2

Totaal vorderingen op niet-deelnemende gemeenten 14

Schatkistbankieren Uitzetting in Rijks Schatkist 0 250

Liquide middelen BNG bank r/c 1.173 329

De liquide middelen staan ter vrije beschikking van IW4. Betreft twee bankrekeningen BNG voor bankieren.

De kredietlimiet voor de twee rentecompensabele rekeningen-courant bedraagt € 2.268.901.



Passiva (bedragen x € 1.000)

31-12-2016 31-12-2015

Eigen vermogen

Egalisatiereserve 1.196 1.192

Bestemmingsreserve 1.132 1.132

Gerealiseerd resultaat 4

Totaal Eigen vermogen 2.328 2.328

Langlopende schulden

Langlopende Lening 2.650 2.650

Vlottende passiva Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd < 1 jaar Overige schulden

Niet-deelnemende gemeenten 67 59


89 59

Overlopende passiva

Loonheffing, pensioenpremie en sociale verzekeringspremies 17 5

Rente langlopende leningen o/g BNG 95 95

Rekening courant NV 1.480 827

Overige Schulden 63 46

1.655 973

Totaal vlottende schulden 1.744 1.032

Overige schulden aan niet-deelnemende gemeenten

Inzake subsidie Wsw

Schuld aan gemeente Enschede 6

Schuld aan Permar 52

Schuld aan Laborijn 6

Schuld aan Proson 3

Totaal schuld aan niet-deelnemende gemeenten 67

Overige schulden

Gemeente Veenendaal inzake ambtelijk secretariaat 48

Deloitte inzake accountantscontrole 15

Totaal overige schulden 63


NIET IN DE BALANS OPGENOMEN ACTIVA EN VERPLICHTINGEN Vakantiegeld Per balansdatum bedroeg het totaalbedrag aan opgebouwd vakantiegeld voor Wsw-personeel in dienst van de GR, inclusief 26,16% sociale lasten € 414.869 (ultimo 2015 € 439.199) Verloftegoeden Per balansdatum bedroeg het totaalbedrag aan opgebouwde verlofdagen voor Wsw-personeel in dienst van de GR, inclusief 26,16% sociale lasten € 410.435 (ultimo 2015 € 402.128) Het aantal verschuldigde verlofuren ultimo 2016 was 808 uren hoger dan ultimo 2015.

Publicatie in het kader van de Wet normering Topinkomens

a. b. c. d. e. f. g. h. i. j. k.

H. van den Berg 0 0 0 0 Bestuurslid n.v.t. 0 n.v.t. n.v.t. 2016

J.F.M. Hollander 0 0 0 0 Voorzitter bestuur n.v.t. 0 n.v.t. n.v.t. 2016

H. Nijhof 0 0 0 0 Bestuurslid n.v.t. 0 n.v.t. n.v.t. 2016

C.M. Verloop 0 0 0 0 Bestuurslid n.v.t. 0 n.v.t. n.v.t. 2016

J. de Heer 0 0 0 0 plv. Voorzitter bestuur n.v.t. 0 n.v.t. n.v.t. 2016

J.W. van Dongen 0 0 0 0 plv.Bestuurslid n.v.t. 0 n.v.t. n.v.t. 2016

J. van de Pol 0 0 0 0 Secretaris bestuur n.v.t. 0 n.v.t. n.v.t. 2016

F. Dieleman 0 0 0 0 Ambtelijk secretaris n.v.t. 0 n.v.t. n.v.t. 2016

Verklaring van de letters:

a. de naam

b. de beloning

c. de door de w erkgever betaalde sociale-verzekeringspremies

d. de belastbare vaste en variabele onkostenvergoedingen

e. de voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn (pensioenpremies)

f. de functie

g. de duur en omvang van het dienstverband in het boekjaar

h. de in het boekjaar verrichte uitkeringen w egens beëindiging van het dienstverband

i. de naam en functie die tijdens het dienstverband zijn bekleed

j. het jaar w aarin het dienstverband is beëindigd

k. de periode w aarin de w erkzaamheden zijn uitgevoerd, er is geen sprake van een dienstverband

Op grond van de WNT mag in 2016 het inkomen van topfunctionarissen in de (semi) publieke sector maximaal 100% van het ministersalaris zijn. Dat komt in 2016 neer op € 179.000, inclusief belaste kostenvergoeding en pensioenbijdrage werkgever.

GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM Er is geen sprake van gebeurtenissen na balansdatum met een materiële impact op de jaarrekening.


Toelichting op het Overzicht van baten en lasten


KOSTEN

Reallisatie

2016

Begroting

bijgesteld

2016

Begroting

2016

Realisatie

2015

Afschrijvingskosten

Afschrijving immateriële vaste activa 5 5 5 5

Overige kosten Gemeenschappelijke Regeling

Advies- en controlekosten 21 21 21 17

Kosten ambtelijk secretariaat gemeente 40 40 40 40

Overige kosten 0 0 0 0

61 61 61 57

Overige personeelskosten

Vrijval voorziening vakantiegeld ten gunste van NV 0 0 0 13

Subsidieresultaat

Lonen en sociale lasten Wsw personeel

Brutoloon 8.248 8.067 7.947 8.467

Sociale lasten 1.492 1.440 1.465 1.497

Pensioenpremie 681 817 800 858

10.421 10.324 10.212 10.822

Gemeentebijdrage inzake rijkssubsidie Wsw

Rijksbijdrage Wsw 9.811 9.550 9.475 10.416

Nadeling subsidieresultaat -610 -774 -737 -406


Toelichting op het Overzicht van baten en lasten


Reallisatie

2016

Begroting

bijgesteld

2016

Begroting

2016

Realisatie

2015

Rente

Ontvangen rente 0 0 0 0

Betaalde rente 117 117 117 117

117 117 117 117

De betaalde rente beteft o.a. 4,43% rente over de

aflossingsvrije lening van € 2.650.000.

Incidentele baten en lasten

Er zijn geen incidentele baten en lasten


OVERIGE GEGEVENS CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT


Gemeenschappelijke Regeling

Bijlagen (niet behorende bij de jaarrekening 2016)


Bijlage 1 Verantwoording indicatoren 2016 Wsw


Bijlage 2

Sociaal-economisch contract tussen GR IW4 en IW4 Beheer NV Kengetallen behorend bij Jaarovereenkomst WSW 2016 in het kader van sociaal-economisch contract tussen GR IW4 en IW4 Beheer NV Deze bijlage bij de jaarovereenkomst 2016 geeft de uitwerking weer in getalsmatige prestaties van de afspraken tussen de GR IW4 en IW4 Beheer NV. IW4 Beheer NV is in het Aanwijzingsbesluit van 26 augustus 1998 aangewezen als rechtspersoon ten behoeve van de uitvoering van de Wsw in de regio Zuid Oost Utrecht. Naast de in de Jaarovereenkomst en in deze bijlage beschreven prestaties, zijn er nog andere afspraken tussen de partijen gemaakt in het kader van het realiseren van de begroting en de afspraken vastgelegd in het besluit over de financiële verhoudingen en de verhouding ambtelijk secretariaat- directeur NV. Deze worden in de jaarovereenkomst en in deze bijlage niet herhaald. Onderstaand worden onder A. verplichtingen beschreven en onder B. worden prestaties weer gegeven die in kengetallen kunnen worden uitgedrukt.

A. Verplichtingen NV

1. maken Sociaal Jaarverslag; 2. uitvoeren van PGB-regeling conform door gemeenten overeen gekomen beleid en verordening; 3. realiseren van verbreding aanbod naar andere doelgroepen; 4. verzorgen van rapportage; per 3 maanden:

a. algemene managementrapportage - marap b. stand van zaken op de prestatievelden (zie pag.2);

5. te hanteren sociale kaders: a. de ontwikkeling van de medewerker staat voorop, waarbij de werkladder als leidraad geldt;

b. hierbij geldt individueel maatwerk om tot zo goed mogelijk passende arbeid te komen; 7. twee keer per jaar verzorgen van de WSW-statistiek voor Research voor Beleid;


B. Prestaties

nr. Prestaties NV eenheid

realisatie

2014

realisatie

2015

begroot

2016

realisatie

2016

begroot

2017

1 Taakstelling IW4 AJ incl. BW excl. buitengem. gemiddelde AJ 400 nvt nvt nvt nvt

2 Realisatie taakstelling AJ incl. BW excl. buitengem. gemiddelde AJ 400 396 375 373 353

3 Plaatsing intern - max. % SW 41% 41% 39% 41% 41%

4 Plaatsing extern - max % SW 26% 25% 26% 12% 24%

5 Detachering % SW 31% 31% 32% 44% 35%

6 Begeleid werken % SW 2% 3% 3% 3% 3%

7 Beschut werken gemiddelde FTE nvt 1 5 3,14 8

8 Ziekteverzuim % 8,6% 8,2% 9,0% 8,5% 9,0%

9 Uitstroom regulier werk buiten SW personen 0 1 0 0 0

10 Aantal herindicaties op tijd % 100% 100% 100% 100% 100%

11 Bijeenkomst raden gemeenten aantal 1 1 1 1 1

12 Ambtelijke bijeenkomst aantal 2 2 2 2 2

13 Omzet re-integratie trajecten gemeenten x € 1.000 288 238 350 241 300

14 Mensontwikkeling: %

o.a. BOF gesprekken* aantal 95% 95% 95% 95% 95%

inzetbaarheids- en signaleringsmatrix % nvt nvt 40% 25% 40%

werkstap % nvt nvt 10% 10% 10%

15 Subsidie generend aantal AJ gemiddelde AJ 410,45 396,18 375 373,04 353,00

16 Begeleid werken Wsw gemiddelde AJ 10,7 11,16 11,2 9,9 9,56

17 AJ in loondienst gemiddelde AJ 399,75 385,02 363,8 363,14 343,44

*Met de medewerkers worden in het kader van de jaarlijkse BOF-gesprekken ontwikkelafspraken gemaakt. In verband met

langdurige zieken is een BOF gesprek met 100% van de medewerkers niet haalbaar.

nr. Prestaties GR eenheid

realisatie

2014

realisatie

2015

begroot

2016

realisatie

2016

begroot

2017

1 Wsw-subsidie 100% ontvangen € 1.000 10.721 10.416 9.550 9.811 9.095

2 Bonus Begeleid werken 100% ontvangen % 100% nvt nvt nvt nvt

3 Subsidie in exploitatietekort € 0 0 0 0 0

4 Vaste bijdrage aan de GR van Gemeenten € 1.000 428 428 428 428 428

5 Inleenvergoeding NV Wsw personeel € 1.000 11.162 10.822 10.324 10.421 9.962


Staat van herkomst en besteding van middelen



Herkomst van middelen 2016 2015

Netto exploitatieresultaat 2 136

Afschrijvingen 461 763

Desinvesteringen 1.354 1.034

Dotatie aan voorzieningen 0 0

1.817 1.933

Besteding van middelen

Investeringen (na correctie overloop) 73 309

Correctie afschrijving desinvesteringen 1.225 1.024

Onttrekking egalisatiereserve 0 13

Onttrekking bestemmingsreserve 0 0

Vrijval/onttrekking voorzieningen 14 84

1.312 1.430

Mutatie werkkapitaal 505 503

Activa

Voorraden -44 1

Vorderingen -52 -197

Liquide middelen 757 522

661 326

Passiva

Kortlopende schulden -156 177

-156 177

Mutatie werkkapitaal 505 503 Werkkapitaal 1 januari € 1.175.000 Mutaties 2016 € 505.000 Werkkapitaal 31 december € 1.680.000 =========

Bijlage 3


Bijlage 4

Balans per 31 december 2016 IW4 Beheer NV

Voor verwerking resultaatbestemming


Activa

31-12-2016 31-12-2015

Vaste activa

Materiële vaste activa 4.820 5.332

Financiële vaste activa 2 2

Totaal vaste activa 4.822 5.334

Vlottende activa

Voorraden 109 153

Vorderingen en overlopende activa 2.741 2.013

Liquide middelen 30 117

Totaal vlottende activa 2.880 2.283

Totaal activa 7.702 7.617

Passiva

31-12-2016 31-12-2015

Eigen vermogen

Gestort en opgevraagd kapitaal 4.538 4.538

Agio 804 804

Overige reserves 1.407 1.208

Resultaat boekjaar 2 132

Totaal eigen vermogen 6.751 6.749

Voorzieningen 120 134

Kortlopende schulden en overlopende passiva 831 734

Totaal passiva 7.702 7.617


Bijlage 5

Winst- en Verliesrekening 2016 IW4 Beheer NV


Realisatie Begroot Realisatie

2016 2016 2015

Netto-omzet (6.1) 5.714 5.798 5.507

Wijziging in voorraden (6.1) -45 -53 -41

Subsidiebijdrage Wsw van GR (6.2) 9.811 9.550 10.416

Vaste bijdrage GR (6.3) 245 245 245

Overige bedrijfsopbrengsten (6.1) 362 166 217

Som der bedrijfsopbrengsten 16.087 15.706 16.344

Kosten van grond- en hulpstoffen (6.1) 419 433 393

Inleenvergoeding Wsw-personeel (7.1) 10.421 10.324 10.822

Lonen en salarissen (7.2) 2.865 2.570 2.427

Sociale lasten (7.3) 563 588 528

Afschrijvingen materiële vaste activa (7.4.1) 456 486 758

Overige bedrijfskosten (7.5) 1.361 1.305 1.284

Som der bedrijfslasten 16.085 15.706 16.212

Transformatie Participatiewet -150

Resultaat voor belastingen 2 -150 132

Vennootschapsbelasting 0 0

Resultaat na belastingen 2 -150 132


Samengevoegde Winst - en Verliesrekening over 2016 Bijlage 6



Na verdeling van de winst Realisatie 2016 Totaal Totaal

NV GR 2016 2015

Opbrengsten

Omzet 5.714 5.714 5.507

Grondstoffen en materialen -464 -464 -434

Brutomarge 5.250 5.250 5.073

Bijdrage Rijk 9.811 9.811 10.416

Bijdrage GR 9.811 -9.811 0 0

Inleenvergoeding Wsw NV -10.421 10.421 0 0

Overige opbrengsten 362 362 217

Totaal opbrengsten 5.002 10.421 15.423 15.706

Kosten Realisatie 2016 Totaal Totaal

NV GR 2016 2015

Personele kosten Wsw -256 -10.421 -10.677 -11.054

Salariskosten overig personeel -3.428 -3.428 -2.955

Huisvestingskosten -448 -448 -426

Kosten automatisering -121 -121 -89

Afschrijvingen -456 -5 -461 -763

Overige personeelskosten 0 0 -13

Overige bedrijfskosten -536 -61 -597 -594

Totaal kosten -5.245 -10.487 -15.732 -15.894

Rente -117 -117 -117

Resultaat normale bedrijfsuitoefening -243 -183 -426 -305

Onttrekking bestemmingsreserve 0 0 0 13

Van / naar Egalisatiereserve 0 0 0 0

Vaste gemeentelijke bijdrage 245 183 428 428

Resultaat na resultaatverdeling 2 0 2 136


GECONSOLIDEERDE BALANS Bijlage 7



31-12-2016 31-12-2015

ACTIVA

Vaste activa

% %

Immateriële vaste activa 5 0 10 0

Materiële vaste activa 4.820 64 5.332 72

Financiële vaste activa 2 0 2 0

Totaal vaste activa 4.827 64 5.344 72

Vlottende activa

Voorraden 109 1 153 2

Vorderingen 1.463 19 1.515 17

Liquide middelen 1.203 16 446 9

Totaal vlottende activa 2.775 < 36 2.114 < 28

Totaal activa 7.602 100 7.458 100

PASSIVA

Eigen vermogen 3.737 49 3.735 50

Voorzieningen 120 2 134 2

Langlopende schulden 2.650 35 2.650 35

Kortlopende schulden 1.095 < 14 939 < 13

Totaal passiva 7.602 100 7.458 100

Werkkapitaal 1.680 < 1.175 <

(Mutatie werkkapitaal (505)


Resultaatontwikkeling bijlage 8


Voor resultaatverdeling


2016 2015 2014 2013 2012 2011 2010 2009

GR en NV

Opbrengsten

Omzet 5.714 5.507 5.298 5.455 5.657 5.769 5.596 5.357

Materialen en werk derden -464 -434 -483 -798 -722 -581 -630 -818

Netto omzet 5.250 5.073 4.815 4.657 4.935 5.188 4.966 4.539

Bijdrage Rijk 9.811 10.416 10.721 10.398 10.227 9.975 10.685 10.901

Overige opbrengsten 362 217 264 1.049 190 216 136 0

Totaal opbrengsten 15.423 15.706 15.800 16.104 15.352 15.379 15.787 15.440

Kosten

Personele kosten Wsw -10.677 -11.054 -11.503 -11.098 -10.884 -11.016 -11.463 -11.513

Personele kosten regulier -3.428 -2.955 -2.825 -2.692 -2.723 -2.624 -2.336 -2.293

Overige personeelskosten 0 -13 0 -53 0 0 0 0

Huisvestingskosten -448 -426 -400 -561 -512 -388 -507 -406

Kosten automatisering -121 -89 -108 -101 -107 -129 -153 -162

Afschrijvingen -461 -763 -843 -569 -580 -564 -526 -418

Ov waardevermindering mva 0 0 0 -89 0 0 0 0

Overige bedrijfskosten -597 -594 -371 -591 -571 -719 -704 -782

Totaal kosten -15.732 -15.894 -16.050 -15.754 -15.377 -15.440 -15.689 -15.574

Rente -117 -117 -117 -117 -117 -128 -115 -101

Resultaat bedrijfsuitoefening -426 -305 -367 233 -142 -189 -17 -235

Buitengewone baten en lasten 0 0 0 0 0 0 250 -75

Onttrekking reserves 0 13 6 53 0 0 0 0

Dotatie voorziening subsidie 0 0 0 0 -250 -202 -548 0

Vaste gemeentelijke bijdrage 428 428 428 428 450 450 450 450

Bedrijfsresultaat 2 136 67 714 58 59 135 10


Kengetallen 2016 Bijlage 9



Personeel 2016 2015 2014 2013 2012 2011 2010 2009

Wsw-personeel incl.BW 398 425 453 472 456 460 458 492

AJ Wsw (gemiddeld) 373 396 410 417 394 398 407 412

Instroom (aantal) 1 0 24 33 19 33 2 83

Uitstroom (aantal) 28 28 43 17 23 31 36 -22

Mutatie in boekjaar (saldo) -27 -28 -19 16 -4 2 -34 61

Omvang wachtlijst nvt nvt 64 85 103 107 105 61

Uren

Productief Wsw x 1.000 423 445 503 474 413 425 440 435

Verhouding productief/totaal 65% 65% 54% 51% 51% 62% 45% 45%

Productiviteit per AJ 1.134 1.124 1.222 1.137 1.086 1.101 1.081 1.056

Ziek 61 59 77 88 95 102 100 118

Verhouding ziek/totaal 9,4% 8,7% 8,6% 9,5% 10,2% 10,6% 10,0% 12,0%

Subsidieresultaat

A. Rijksbijdrage 9.811 10.416 10.721 10.398 10.227 9.975 10.685 10.901

B. Wsw-loonkosten -10.677 -11.054 -11.503 -10.914 -10.636 -10.703 -11.113 -11.071

Subsidiegat x € 1.000( A - B ) -866 -638 -782 -516 -409 -728 -428 -170

Loonkosten/subsidie 0 0 0 105 104 107 103 101

Subsidiegat per AJ -2.322 -1.611 -1.905 -1.237 -1.038 -1.829 -1052 -413

Omzet

Brutomarge x € 1.000 5.250 5.073 4.815 4.657 4.935 5.188 4.985 4.539

Netto/bruto-omzet 92% 92% 91% 85% 87% 90% 89% 85%

Brutomarge per AJ Wsw 14.075 12.811 11.744 12.986 12.986 13.440 12.248 11.017

Resultaat

Bedrijfsresultaat NV per AJ* 5 333 163 -33 160 138 329 495

Resultaat per AJ (NV+GR) 5 343 163 -33 147 151 332 340

* Resultaat excl vrijval voorziening herstructurering en afwaardering pand

Het subsidieresultaat Wsw valt vanaf 2008 in de NV (zie het effect hiervan op het resultaat per AJ)


Analyse afwijking realisatie / begroot 2016 bijlage 10

Realisatie Begroot Afwijking

Wsw Arbeidsjaren 2016 2016 2016

Aantal AJ Wsw personeel, inclusief begeleid werken 373,04 375,26 -2,22

Aantal AJ Wsw personeel, in dienst bij IW4 363,14 364,06 -0,92

1. Loonkosten Wsw x € 1.000 10.421 10.324 97

Loonkosten Wsw per AJ 28.697 28.358 339

Analyse: Meer loonkst. Wsw 363,14 x 339 123

Minder AJ 0,92 x 28.358 -26

97 Per saldo minder loonkosten

Regulier FTE (gemiddeld)

Aantal ex-ambtenaren 5,42 5,50

Contractanten 36,60 36,65

Contractanten zonder pensioen 8,40 11,42

Beschut werkenden 2,33 5,00

52,75 58,57

2. Loonkosten regulier personeel x € 1.000 2.869 2.895 -26

Loonkosten regulier per FTE 54.389 49.428 4.961

Analyse: Meer loonkosten 52,75 x 4.961 262

Minder FTE 5,82 x 49.428 -288

-26 Per saldo minder loonkosten

3. Brutomarge omzet x € 1.000 5.250 5.313 -63

Aantal productieve FTE (gemiddeld) alle doelgroepen 390,23 395,06 -4,83

Brutomarge per FTE 13.454 13.449 5

Analyse: Meer omzet per FTE 5 x 395,06 2

Minder FTE 4,83 x 13.454 -65

-63 Per saldo meer brutomarge

.


Bijlage 11

Verdeling vaste bijdrage

IW4 * Vaste Vaste Vaste

bijdrage bijdrage bijdrage Totaal

Gemeente matig ernstig totaal % Rente Kosten NV (wsw) 2015

Veenendaal 244,00 78,75 322,75 76,26 89.520 49.566 186.905 325.991

Rhenen 59,00 11,25 70,25 16,60 19.485 10.789 40.682 70.955

Renswoude 12,00 0,00 12,00 2,84 3.328 1.843 6.949 12.120

Utrechtse Heuvelrug 12,00 6,25 18,25 4,31 5.062 2.803 10.569 18.433

327,00 96,25 423,25 100,00 117.395 65.000 245.105 427.500

*Verdeling conform de geïndiceerde inwoners werkzaam bij IW4 op 1/1 2016


Realisatie begroting uitvoering Wsw 2016 Bijlage 12

Subsidie Wsw 2016

AJ Realisatie B

Uitgedrukt in AJ (arbeidsjaren) Realisatie Buiten- Totaal

Gemeente Begroting A IW4 Gemeenten Realisatie

Veenendaal 286,66 274,61 8,28 282,89

Rhenen 68,96 62,52 4,91 67,43

Renswoude 11,67 9,74 1,42 11,16

Totaal 367,29 346,87 14,61 361,48

Utrechtse Heuvelrug 14,24 13,83 13,83

Totaal deeln. Gemeenten 381,53 360,70 14,61 375,31

Niet in GR deelnemende gemeenten:

Barneveld 2,00 2,00 Arnhem 0,78 0,78 Ede 4,89 4,89 Wageningen 1,89 1,89 Neder-Betuwe 1,00 1,00 Eemnes 1,00 1,00

Woudenberg 0,78 0,78

Totaal aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen bij IW4 373,04 387,65

Euro Realisatie Subsidiabel

Uitgedrukt in € (subsidie Wsw) Realisatie Buiten- Totaal B

Gemeente Begroting A IW4 Gemeenten Realisatie

Veenendaal 7.207.153 7.164.081 207.912 7.371.993

Rhenen 1.827.525 1.702.266 123.241 1.825.507

Renswoude 312.754 288.157 35.642 323.799

Totaal 9.347.432 9.154.504 366.795 9.521.299

Utrechtse Heuvelrug 362.408 347.133 347.133

Deelnemende gemeenten 9.709.840 9.501.637 366.795 9.868.432

Niet in GR deelnemende gemeenten:

Barneveld 50.200 Arnhem 19.578 Ede 122.739 Wageningen 47.439 Neder-Betuwe 25.100 Eemnes 25.100

Woudenberg 19.578

Totaal te ontvangen subsidie Wsw 2016 9.811.371

AJ = arbeidsjaren

Gemeenschappelijke Regeling Instituut voor Werkvoorziening Zuid … · 2017-05-02 · stand komt....

Documents

Transcript of Gemeenschappelijke Regeling Instituut voor Werkvoorziening Zuid … · 2017-05-02 · stand komt....