Festival De Energieke Samenleving
-
Upload
maters-hermsen-bedrijfsjournalistiek -
Category
Documents
-
view
215 -
download
1
description
Transcript of Festival De Energieke Samenleving
1
Ontmoetingen met robots, Design Thinkers, dansers, levende boeken, bruin gebakken burgers
en Bosschenaren
Manifest Nieuwe Democratie
schrijft: Investeer in burgerkracht
Opruimopa Wildrik Barkema (83) ,
een van de helden van Drenthe
2
3
1102 BEZOEKERS WANDELEN ROND OP FESTIVAL DE ENERGIEKE
SAMENLEVING66 MANDARIJNTJES DEELDEN
DE TOILETJUFFEN UIT500 HAMBURGERS WERDEN DOOR BESTUURDERS ZELF
KLAARGEMAAKTGespot: 2 katten en 1 hond
GEMIDDELD 4 NIEUWE NETWERK- CONTACTEN PER PERSOON
28 STANDS VOL BURGERINITIATIEVEN1 kerstboom, 11 verhalen156 VOLGEKRABBELDE
POST ITS100 JAAR IS DE LEEFTIJD VAN
DE OUDSTE SPREKER: FRITS VAN POPPEL
15 Helden van Drenthe1 VRIJHEIDSBEELD ROLDE ER UIT DE
3D PRINTER18 verstekelingen wilden illegaal
meeliften in de overvolle bus naar Hambaken
118 ZELFGEMAAKTE BLADERDEEGHAPJES WERDEN ER UITGEDEELD IN WIJKCENTRUM NOORDERPOORT9 dansende vrouwen lieten hun energie zien
4
COLOFON
Redactie Maters & Hermsen
Ellen Weber, Galiëne Gerritsen,
Stan van Herpen, Caroline Togni
Foto’s
Serge Ligtenberg, Den Haag,
Vormgeving
Robert Jan van Noort, Pankra Den Haag
Ministerie van Binnenlandse Zaken enKoninkrijksrelaties
Ministerie van Volksgezondheid,Welzijn en Sport
we add
Ministerie van Binnenlandse Zaken enKoninkrijksrelaties
Ministerie van Volksgezondheid,Welzijn en Sport
we add
Op de coverOpruimopa Wildrik Barkema (83) kwam met een
bus vol Drentse Helden naar Den Bosch. De Assen
se dominee voelde zich na de dood van zijn vrouw
verloren en intens verdrietig. Hij vulde zijn dagen
met wandelingen door park Pittelo. Daar begon hij
afval op te rapen en zo werd het zwerfvuilruimen
zijn levensinvulling.
Houd de website in de gaten voor het laatste nieuwswww.festival-des.nl
Organisatoren van links naar rechts: Jeroen Maters (Maters &
Hermsen), Bas Kerkhof (VNG), Ed Venmans (VNG), Luuk de Vries
(VNG), Rudi Westendorp (Medical Delta), Ineke Vlek (Medical
Delta), Daniël Kruithof (VNG), Suzanne Konijnendijk (VNG),
Jornt van Zuijlen (Ministerie van BZK), Frans van der Ouderaa
(Medical Delta)
06 Annemarie Jorritsma wil patronen in
de ouderenzorg doorbreken
08 Ondertussen in het Vitality LAB
10 Op glad ijs – een lesje multidisciplinair
samenwerken
12 Dansen met Parkinson
14 Vijf vragen aan Martin van Rijn
16 Eenzaamheid uit de taboesfeer
18 Bestuurders bakken burgers
20 Ronald Plasterk gaat voor lokale
democratie
24 Tegeltjeswijsheid van Joy van der Stel
26 Op excursie naar burgerinitiatieven in
Den Bosch
28 Doe mij even een geprint stoepje
30 Kerstverhaal door Mustafa Kus,
‘Omalief ’
32 Sprinkplank040 in de Mensen
bibliotheek
34 Gesprek met 100jarige Frits: ‘Wils
kracht en discipline!’
36 Vitale rolmodellen: de schoonheid van
een oud lichaam
38 Als burgers de stad zouden runnen
inhoudsopgave
5
Voorste woordWij willen je, jullie van harte bedanken voor de energieke manier waarop
jullie hebben deelgenomen en bijgedragen aan het Festival de Energieke
Samenleving.
Via #energiek2014 is de betrokkenheid met de Energieke Samenleving
zichtbaar geworden, maar vooral ook via de vele interessante gesprekken en
ontmoetingen in het Vitality Lab en de deelsessies.
Bijzonder was het om te zien en te ervaren hoe we met elkaar omgaan in hoge
onzekerheid en met grote complexiteit die we als zelforganiserende samenle
ving ingaan.
We hebben niet helder voor ogen waar de koers van deze zelforganiserende
en energieke samenleving ons gaat brengen. We weten ons soms geen raad,
kunnen onze houding niet vinden en zoeken het bekende dat per definitie
ontbreekt. Ook voor gemeenten en instituties is dat lastig, want het overzicht
ontbreekt. Hoe halen we dan maximaal rendement als we niet meer uit kun
nen gaan van ‘dat wat goed is voor ons allen is goed voor u’.
Dit Festival De Energieke Samenleving ging niet uit van effectiviteit en
efficiëntie, maar van zinvolle ontmoetingen. Dit festival ging niet uit van
democratie als meerderheidsbeginsel en ‘wij weten wat goed voor u is’, maar
van democratie als stimulering van (persoonlijke) ontwikkeling. Dit festival
probeerde daarbij te duiden wat dat betekent voor de ordening in de samenle
ving en wat dat van de overheid vereist in plaats van andersom.
We danken alle deelnemers, robots, Design Thinkers, modeshows, dansers,
levende boeken, bruin gebakken burgers, Bossche excursies, buschauffeurs en
organisatoren van onderdelen. In al deze onderdelen stond centraal wat ‘wij’
denken dat goed voor ons is en wat ieder voor zich nodig heeft om daar beter
in te worden. Daarmee werd de ordening zichtbaar in deze ongebruikelijke
bijeenkomst.
Met dit festival hebben we ook bijgedragen aan de bestrijding van eenzaam
heid. Niet door met z’n allen nieuw beleid te formuleren. Maar door te laten
zien dat eten een sociaal moment is, vervoer gezamenlijk te regelen, contact
begint bij ontmoeting, samenwonen bij mogelijkheden, gezondheid ook te
maken heeft met gezond (beweeg)gedrag. Kortom, oplossingen die liggen in
je zelf en samenredzaamheid.
Maar ook na Festival De Energieke Samenleving gaat het leven. Blijf ons
volgen via www.festivaldes.nl want volgend jaar komen we terug! En dan
misschien wel in jouw gemeente of met jouw bijdrage.
Want failure is no option. De medestanders worden al verzameld. Maar samen
is leuker. Nietwaar?
Wij zetten alvast een kruis in onze agenda’s voor het volgende festival.
Daniël Kruithof & Rudi Westendorp
Uit het hele land kwamen bussen vol burgers, bestuurders en ambtenaren naar 1931 Congres centrum in Den Bosch.
6
‘Waarom zou je kinderen
niet mogen aanspreken op de
mogelijkheden? Wat mogen we van jou
verwachten in de zorg rondom
je moeder?’
7
Oma was een no-go voor de kinderen, vertelt Annemarie
Jorritsma lachend over haar moeder, al was de opmerking
serieus. Even geleden betrokken de VNG-voorzitter en haar
kinderen een drie-onder-één-kap-woning in Almere. Ieder
heeft zijn eigen onderkomen; ze delen een hal, een aantal
praktische attributen als wasmachine en droger, en de sauna.
Om mogelijke conflicten voor te zijn, hebben ze een aantal
zaken juridisch vastgelegd bij de notaris.
Geen lelijk mensHet voorbeeld klinkt aantrekkelijk. Maar de pak ’m beet 450
aanwezigen die naar het Vitality College zijn gekomen, zitten
nu vooral met oma in hun maag. ‘Mijn moeder was geen le-
lijk mens bij wie je maar beter uit de buurt kon blijven’, haast
Jorritsma zich te zeggen. Ze was eigenzinnig en eigenwijs,
dat wel. Ze woonde respectievelijk in een aanleunwoning,
een verzorgingshuis en een verpleeghuis voordat ze een
paar jaar geleden zwaar dement overleed. Zo wil ik het niet,
realiseerde Jorritsma zich. Haar moeder blijkt nu een bron
van inspiratie om de zorg voor ouderen in gemeenten anders
in te richten.
De huishoudster moest weg‘Het verbaast me soms hoe mensen als mijn moeder redene-
ren’, verklaart Jorritsma. Haar moeder had een scootmobiel
in de schuur staan, waar ze hooguit twee keer op gereden
heeft. Maar hij mocht niet weg, denk erom! Ze had er toch
recht op?! ‘Dat gold ook voor de huishoudster. Die werd de
deur gewezen toen mijn moeder in een aanleunwoning
kwam, want de gemeente zou een hulp voor haar betalen.
Lange tijd is aan mijn moeder de vraag gesteld: wat kunt u
niet meer, dus waar heeft u recht op? Daarmee gaat zoveel
energie verloren. Gelukkig draaien we het tegenwoordig om:
wat kunt u nog wel? We moeten het patroon van vanzelfspre-
kendheid doorbreken.’
Praat!, is het deviesDat geldt ook voor de kinderen, vult ze aan. De meesten
willen graag iets voor hun ouders doen. ‘Maar niet iedereen
komt op de mogelijkheid’, denkt Jorritsma. Práát!, is haar
devies. ‘Waarom zou je kinderen niet mogen aanspreken op
de mogelijkheden? Wat mogen we van jou verwachten in de
zorg rondom je moeder?’ Had iemand haar die vraag maar
gesteld toen haar moeder beginnend dement was, zegt ze. Er
was van alles aan de hand met moeder, maar niemand wist
precies wat. ‘Op een gegeven moment heb ik zelf de huis-
arts maar eens gebeld. Bleek de diagnose allang gesteld. Het
was niet in het hoofd van het goede mens opgekomen mij
daarover in te lichten.’ Dat moet dus anders, vindt Jorritsma.
‘Zo iemand is ook moeder, buurvrouw, noem maar op. In elk
geval meer dan alleen een demente bejaarde.”
JORRITSMA WIL PATRONEN OUDERENZORG DOORBREKEN
Voorsorterend op haar oude dag mat Annemarie Jorritsma zichzelf
een driegeneraties-huis aan. Daar woont ze samen met haar man,
twee getrouwde dochters en kleinkinderen. ‘Over 20 jaar schuiven zij
mijn rolstoel onder de treurwilg in de tuin.’
‘Niet: wat kunt u niet, maar wat kunt u wél’
— WAT HAD JE NIET WILLEN MISSEN? —
8
Ondertussen in het VITALITY LAB
9
10
Op glad ijs
Multidisciplinair samenwerken over de grenzen van organisaties is spannend. In drie verschillende workshops doen Maike Popma (KING) en Marenthe de Bruijne (CreaSense) een beroep op de lenigheid van de deelnemers.
‘Samenwerken is spannend’, zegt
Maike Popma. ‘Helemaal als je over de
grenzen van organisaties heen moet
kijken. Daarom heet deze workshop
‘Op glad ijs’. De deelnemers mogen
duo’s vormen. ‘Woord voor woord
mogen jullie de zin “Er was eens…”
afmaken.’ Na dit experiment vraagt
Marenthe de Bruijne hoe dit was.
‘Spannend’, zegt een man, ‘want
allebei hadden we een eigen verhaal.’
De Bruijne knikt. ‘Dat is precies wat
er in de praktijk gebeurt: je gaat ervan
uit dat de ander wel meekomt in jouw
verhaal, maar dat is natuurlijk niet zo.’
Met tape hebben de workshopleiders
een kruis op de vloer gemaakt. Elk
uiteinde vertegenwoordigt een partij:
gemeente, burgers, wijkorganisaties
en zorgprofessionals. De deelnemers
mogen op de plek gaan staan die com-
fortabel voelt. De ambtenaren gaan
op hun plek staan, de burgers bij de
burgers.
Vooroordelen‘Ga nu eens staan op de plek van de
partij waar je de kriebels van krijgt. En
schrijf eens op een briefje wat jouw
vooroordelen zijn.’ De deelnemers
beginnen druk te discussiëren en
plakbriefjes vol te schrijven. De voor-
oordelen over ambtenaren zijn niet
van de lucht. Ze zijn bureaucratisch,
traag, verschuilen zich achter regels,
nemen de burger niet serieus en zitten
in hun ivoren toren. Burgers worden
omschreven als afhankelijk en passief,
niet representatief en als buurtburge-
meesters. En buurtorganisaties? Het
gaat meestal om ‘ikke, ikke’. Bovendien
zijn ze wispelturig en dom. Zorgpro-
fessionals zijn vergadertijgers, zeggen
om de haverklap ‘dat past niet bij mijn
taak’ en ‘wij weten wat goed voor u is’.
KwaliteitenNu de deelnemers hun hart hebben
mogen luchten, krijgen ze de opdracht
om deze vooroordelen te transforme-
ren naar kwaliteiten. Weer ontstaat er
discussie. Ambtenaren zijn zo traag,
omdat ze zorgvuldig zijn. Verschuilen
achter regels kun je beschouwen als
integer handelen en een ivoren toren
zorgt voor overzicht. Een buurtburge-
meester kun je beschouwen als goede
woordvoerder en ‘ikke, ikke’ als proac-
tief. Zorgprofessionals die zeggen dat
het niet tot hun taak hoort, kennen hun
verantwoordelijkheid.
Nu de vooroordelen zijn aangevuld
met kwaliteiten, mag iedereen zijn duo
weer opzoeken. Wat heeft deze oefe-
ning teweeg gebracht? Opbouwwerker
Thera Hurkmans: ‘Ik heb inderdaad
snel mijn mening klaar. Deze oefening
heeft me laten nadenken over de posi-
tieve kanten. Leuk dat het zo interactief
was.’
— ‘DE OVERLEGVORM, G1000, OM DE BURGERS UIT HUN COMFORTZONE TE HALEN. EN OM VAN ELKAAR TE HOREN EN ZO ANDEREN WEER ENTHOUSIAST TE KRIJGEN.’ — Charlotte Brouwer, coördinator vrijwilligerspunt Stichting welzijnswerk Sliedrecht
WAAR KRIJG ENERGIE VAN?
NICOLINE BECK
beleidsadviseur
burgerparticipatie Wychen
ÖZLEM YALIM
SUSAN KEIJZERS
CHRISTINE DIEPMANN
gemeente Bergen
RUUD LEEIJENbeleidsmedewerker burger-
participatie gemeente Tilburg
DANIEL HENTSCHEL De Waan
WILMA CORNELISSEN
adviseur welzijn gemeente
Bergen (L)
‘Als burgers zich gehoord voelen;
daar word ik gelukkig van.
Dat er iets mee wordt gedaan.’
‘Van nieuwe inzichten en
perspectieven. Gelukkig
heeft onze gemeenteraad
geld beschikbaar gesteld
voor een innovatiefonds.
Mijn experiment zit in: dit
samen met burgers doen.’
‘Ideeën waarvan ik denk: daar kan
ik nog een keer wat mee. Zoals de
kickboksschool hier in Den Bosch.
Jammer dat de gemeente zich er mee
gaat bemoeien. We moeten ervoor
waken dat we dit soort projecten
gaan overnemen.’
‘Van mezelf nuttig voelen. Na
tien jaar een vaste baan was ik
werkloos. Dat remde heel erg mijn
energie. Als de basis weg is, komt de
futloosheid binnen. Minder zorgen
hebben, dat geeft mij een enorme
boost.’
Özlem:
‘Van al die mensen die hier zijn
met hetzelfde doel: loslaten en
een nieuwe denkrichting opgaan.’
Susan:
‘Van innovatieve ideeën en
nieuwe werkwijzen. Onze
gemeente was heel behoudend,
maar nu is er echt iets op gang
gekomen.’
Christine:
‘Van het loslaten, de nieuwe
denkwijze aannemen waarbij
je uitgaat van de kracht van
burgers.’
11
— ‘DE OVERLEGVORM, G1000, OM DE BURGERS UIT HUN COMFORTZONE TE HALEN. EN OM VAN ELKAAR TE HOREN EN ZO ANDEREN WEER ENTHOUSIAST TE KRIJGEN.’ — Charlotte Brouwer, coördinator vrijwilligerspunt Stichting welzijnswerk Sliedrecht
12
‘Dat ene uur dansen veranderde mijn leven’
De bijeenkomst met Marc Vlemmix was ongetwijfeld een van de meest
indrukwekkende gebeurtenissen van de dag. De oud-directeur van Station
Zuid, het voormalige dansproductiehuis van Zuid-Nederland, hoorde in
2010 dat hij Parkinson had. Vlemmix (toen 37), zelf geen danser, vroeg zijn
balletmeester Andrew Greenwood om hulp. De invloed van dans op zijn
lichaam bleek enorm. Sinds anderhalf jaar laten Vlemmix en Greenwoord
onder de naam Dance for Health ook andere Parkinson-patiënten dansen.
En daar zit je dan, met een kleine
honderd ambtenaren bij de kerstboom
in Dexter 11, zo’n kleine unit in het
congrescentrum. Marc Vlemmix en
balletmeester Andrew Greenwood
zitten tegenover ons op een stoel.
Greenwood, enthousiast, in zijn
moederstaal: ‘Iedereen is een danser, ie-
dereen is een bewegingsexpert. Omdat
we allemaal de eigenaar zijn van een
heel bijzonder apparaat, ons lichaam.’
Eerst doet Greenwood het voor: hoe je
een inktvis na kunt doen, virtueel je
handen kunt branden, zeewier kunt
imiteren; gewoon, zittend op je stoel.
En hoe bijzonder dat is. Dat je alleen al
bij de inktvis-beweging zo’n vierhon-
derd verschillende spieren en spiertjes
coördineert. En dan voel je ‘m aanko-
men: we mogen zelf aan de bak. Dat is
even slikken voor een ambtenaar op
een congres. Maar ze doen dapper mee.
Greenwood: ‘Iedereen is een professio-
neel beweger. Omdat we een geheugen
hebben.’
Gewoon, dansenMarc Vlemmix wist dat wel, maar
had het zelf nooit zo aan den lijve
ondervonden. De directeur van het
toenmalige danshuis Station Zuid was
een liefhebber, maar geen danser. In
2010 hoorde Vlemmix dat hij Parkinson
had. In diezelfde tijd werd duidelijk
dat de subsidiekraan voor Station Zuid
dicht zou gaan. ‘Drie jaar geleden lag
MARC VLEMMIX, DANSEN MET PARKINSON
ik op de bank bij de kerstboom, m’n
leven aan barrels. Toen heb ik Andrew
(Greenwoord, balletmeester bij Station
Zuid) gebeld en gevraagd of hij me kon
helpen. Ik zocht een alternatief voor
fysiotherapie om mijn lichaam aan de
gang te houden.’
Dat telefoontje veranderde alles.
Greenwood nam Vlemmix mee naar de
dansstudio. Vlemmix keek in de spiegel
en schrok van zijn eigen lichaam. In dat
licht, op deze plek, was dat er veel erger
aan toe dan hij dacht. Toen deed Green-
wood de gordijnen dicht, werd het licht
gedimd en liet hij Vlemmix dansen, een
uur lang. Vlemmix: ‘Dansen, zonder
oordeel, zonder te vragen of het mooi
of lelijk is wat je doet, gewoon dansen.
— ‘HOE ANNEMARIE JORRITSMA OVER HAAR OVERLEDEN MOEDER PRAATTE. HAAR VERHAAL BOEIDE, ZE MAAKT HET ONDERWERP PERSOONLIJK’— Annemiek Smetsers gastvrouw bibliotheek Rivierenland
13
DANCE FOR HEALTH
De stichting Dance for Health werd een kleine twee jaar
geleden opgericht door Marc Vlemmix en Andrew Greenwood,
met als doel met dans de kwaliteit van leven te verbeteren.
In eerste instantie voor Parkinson-patiënten, maar nu ook
voor mensen met reuma of MS. In veel Nederlandse steden
worden al lessen gegeven, en Dance for Health is ook in Italië
actief. Het VU Medisch Centrum in Amsterdam start in januari
een onderzoek naar de effecten van Dance for Health op het
lichaam van Parkinson-patiënten.
—
www.danceforhealth.nl
Dat uur heeft mijn leven veranderd. Dat
was het eerste moment sinds jaren dat
ik mezelf weer lekker voelde.’
ZelfwaardeGreenwood en Vlemmix gaven een
tijdje terug in Italië een workshopweek
aan twaalf Parkinson-patiënten. Eén
van de deelnemers was Nicolai. Nicolai
zei: ‘I know I look like a loser, but I will
be a winner.’ Hij kwam binnen met een
wandelstok, maar die liet hij na drie
dagen thuis. Op dag vier liep hij alleen
naar huis en kon hij zonder hulp in een
stoel gaan zitten. Vlemmix: ‘Je ziekte is
niet weg, maar je houding, je zelfwaar-
de, je zijn is veranderd. Dan reageren
mensen ook anders op je.’
— ‘HOE ANNEMARIE JORRITSMA OVER HAAR OVERLEDEN MOEDER PRAATTE. HAAR VERHAAL BOEIDE, ZE MAAKT HET ONDERWERP PERSOONLIJK’— Annemiek Smetsers gastvrouw bibliotheek Rivierenland
14
VIJF VRAGEN AAN MARTIN VAN RIJN
Het landelijke financiële
complimentje schafte
hij af. Maar om de
3,5 miljoen mantelzorgers
in Nederland tegemoet
te komen bekijkt
staatssecretaris
Martin van Rijn of hij
de cao’s kan verruimen.
Vijf vragen uit het
Vitality College van
‘de grote aanjager’ van
de decentralisaties.
— ‘DE AANGEPASTE VERSIE VAN HET KWADRANTSPEL, VAN MARENTHE DE BRUIJNE EN MAIKE POPMA. WAAR ZIT JE MET JE BEELDVORMING, HOE KUN JE HET VERANDEREN? DAT KLONK NIEUW. WEL JAMMER DAT ER WEINIG RUIMTE IS VOOR DISCUSSIE TIJDENS WORKSHOPS.’ — Ben Roos, kernfunctionaris gemeente Molenwaard
15
‘Ik doe zoals veel vijftigers doen: ik schuif de vraag voor me uit’
1. Wist u dat mantelzorgers gemiddeld 1100 euro toeleggen op alle vrijwillige hulp die ze verlenen? Tot voor kort kregen ze daarvan 200 euro terug in de vorm van het mantelzorg- complimentje. Waarom hebt u dat eigenlijk afgeschaft?
‘Een complimentje klinkt aardig,
maar in de praktijk pakte dat wisse-
lend uit. Het leverde steevast discus-
sie op. Wie komt ervoor in aanmer-
king, en wanneer? Mantelzorgers
zelf hadden er ook kritiek op: “Is dit
een zoethoudertje? Tweehonderd
euro is bij lange na niet genoeg! Voor
mijn vader die thuis woont, ontvang
ik het wel, voor mijn moeder in het
verpleeghuis heb ik er zogenaamd
geen recht op terwijl ik hetzelfde
doe.” Het had een willekeur, dat wil-
len we niet meer. Tegelijk valt met de
positie van mantelzorgers nog een
wereld te winnen. Hoe blijf je op de
hoogte van de jongste ontwikkelin-
gen? Welke kennis heb jij nodig om
iemand in je omgeving hulp te bie-
den? Hoeveel tijd kun je investeren,
en wat is daarvoor nodig? Ik ben met
vakbonden in gesprek om de cao’s te
verruimen en wil kijken hoe we op
beleidsniveau voor mantelzorgers
voldoende geregeld krijgen.’
2. Juist nu uw ouders u meer nodig hebben, heeft u in uw werk zoveel op uw bordje liggen. Lukt het u een beetje, dat mantelzorgen?
‘Het is woekeren met de tijd, dat
klopt. Ik heb vaak het gevoel dat ik
te weinig doe. Ik ben enig kind, het
komt allemaal op mijn bordje terecht.
Maar ik doe wat ik kan.’
3. Uw vader heeft de laatste tijd op z’n zachtst gezegd nogal wat te stellen gehad. Hoe is het nu met hem en met uw moeder?
‘Tja, hoe zeg je dat? Naar omstandig-
heden redelijk. Het was inderdaad een
heftige tijd, maar het gaat nu wel weer
goed met ze.’
4. Vindt u het terecht dat van kinderen inzet wordt verwacht als het neerkomt op verzorging van ouders?
‘Ja, ik vind dat we daarin wel wat van
hen mogen vragen. Maar niet alleen
van hen. Tijdens mijn werkbezoeken
ben ik veel coöperatieve initiatieven
tegengekomen. Samenwerkingsver-
banden van lotgenoten, mensen die in
de vriendenkring iets gezamenlijk
oplossen. Zo kan het natuurlijk ook,
je hoeft niet alles bij je familie te
beleggen.
5. Annemarie Jorritsma vertelt dat ze in een driegeneratie-huis leeft met haar kinderen en kleinkinderen. Is dat ook iets voor u?
‘Ik zou het geweldig vinden, maar ik
weet niet hoe mijn twee zoons daar
tegenaan kijken. Eerlijk gezegd doe
ik zoals veel Nederlandse vijftigers
doen: ik schuif de vraag wat ik op
oudere leeftijd zou willen voor
me uit. Ik denk dat het model van
Annemarie Jorritsma een mogelijk-
heid is, maar niet de enige echte. Het
bevestigt dat we in Nederland toe-
groeien naar meer verscheidenheid.
Veelkleurig wonen is een toekomst-
model.’
— ‘DE AANGEPASTE VERSIE VAN HET KWADRANTSPEL, VAN MARENTHE DE BRUIJNE EN MAIKE POPMA. WAAR ZIT JE MET JE BEELDVORMING, HOE KUN JE HET VERANDEREN? DAT KLONK NIEUW. WEL JAMMER DAT ER WEINIG RUIMTE IS VOOR DISCUSSIE TIJDENS WORKSHOPS.’ — Ben Roos, kernfunctionaris gemeente Molenwaard
16
Een nieuwe betekenis aan eenzaamheid
De ontwerpers en kunstenaars van Voor Eenzaamheid
bedenken projecten en interventies die stof tot na-
denken bieden. Want, stellen zij, eenzaamheid hoeft
de wereld niet uit. Het is van ieder mens en van alle
tijden. Dat wil niet zeggen dat het geen probleem is.
Eenzaamheid doet zich voor in vele gedaanten en in
de meest uiteenlopende situaties. Het is vaak omge-
ven met schaamte, verdriet en ontkenning. Een taai
taboe. En dát moet wel de wereld uit.
Met sandwichborden de straat opDe kunstenaars noemen hun projecten ‘social
design’: op een verrassende manier zoeken zij
eenzaamheid op. Zoals de sandwichman, Dennis
Lohuis, die met sandwichborden de straat opgaat,
met teksten als Ben ik misschien toch eenzaam en Zou je
van eenzaamheid kunnen houden.
Dennis merkt dat het werkt, praten over eenzaam-
heid met wildvreemden. ‘Ondanks het taboe dat op
eenzaamheid rust gaan mensen, als zij “open” gaan,
er graag over in gesprek.’
Taal voor eenzaamheidEen ander opvallend project van Voor Eenzaamheid
is de taalworkshop van Madelinde Hageman. Ze
zoekt naar nieuwe woorden die ervaringen met
eenzaamheid uitdrukken. Hageman: ‘Taal voor een-
zaamheid is het antwoord op het taboe om hierover
te praten.’ Op zoek naar andere woorden voor het
Ze waren even op het verkeerde been, de deelnemers in het
Crash Test Center. ‘Voor Eenzaamheid’, dat zal wel gaan
over eenzaamheidsbestrijding. ‘Nee’, zeggen de initiatief-
nemers van het platform, ‘we zijn niet tegen eenzaamheid,
maar willen het een nieuwe betekenis geven.’
kernfunctionaris gemeente Molenwaard —‘ZORA DE ROBOT VAN TNO, DE HAMBURGERS EN HET INITIATIEF VAN 3DKANJERS. STUURT OCW AL 40 JAAR VISIELOOS HET ONDERWIJS AAN, DIT SOORT INITIATIEVEN
17
‘Eenzaamheid is een taai taboe, dát
moet de wereld uit’
begrip eenzaamheid begon Madelinde Hageman
bij de Eskimotaal. ‘Alleen voor sneeuw heeft de
Eskimo al 22 woorden. Vervang je sneeuw hier door
eenzaamheid, dan krijg je veel meer woorden voor
de verschillende verschijningsvormen ervan. Zo
krijg je een rijkere taal die uitdrukt om wat voor
eenzaamheid het gaat.’
Het platform Voor Eenzaamheid wil dat andere secto-
ren gaan meedoen, in kleine stapjes. Met gemeen-
ten, zorg- en welzijnsorganisaties samen manieren
zoeken om eenzaamheid in een ander perspectief
te zetten. ‘Want het gaat om veerkracht en levens-
kracht van mensen.’
OPGEPIKT
—STRUINEND OVER HET FESTIVAL VALT ER VAN ALLES OP TE PIKKEN.
TE HOREN, TE VOELEN EN TE ZIEN.
FILMPJEEen voice-over: ‘We moeten nieuwe verbindingen gaan maken,
verdikkeme! Failure is not an option.’ Deelnemers schuiven aan
bij de vrolijke dames en heren van Vitality JAM, onder andere bij
Peggy Dieters-Cup, om op zoek te gaan naar die verbinding.
‘De urgentie van de veranderingen is voelbaar. Men weet het. En
men wil ook. We verdeelden ze hier aan de tafels in twee groepen:
gemeente en burgers. Je zag de kruisbestuiving ontstaan.
Burgemeester Bert Bouwmeester van Coevorden verwoordde
het zo: een mooie ervaring om door deze snelkookpan-aanpak de
verbinding te voelen met elkaar.’
HELDEN VAN DRENTHEWees trots op de mensen die voor Drenthe goud verdienen door
iets te doen voor hun omgeving, vertelt de campagne Helden van
Drenthe. Ze staan in een boekje en een aantal van hen vandaag op
het festival. Het zit ‘m in kleine dingen, vertelt een van de helden,
Wildrik Barkema (83). ‘De gemeente? Dat zijn jij en ik!’
—‘ZORA DE ROBOT VAN TNO, DE HAMBURGERS EN HET INITIATIEF VAN 3DKANJERS. STUURT OCW AL 40 JAAR VISIELOOS HET ONDERWIJS AAN, DIT SOORT INITIATIEVEN
HOE ZOU DE IDEALE BURGER OMSCHRIJVEN?
RESTO VAN HARTE:
‘EEN SIMPELE MANIER OM EENZAAMHEID TE BESTRIJDEN’
—
Fred Beekers, oprichter van Resto van Harte, kijkt toe hoe de bestuurders zijn keuken voor een dagje overne-men. Zo’n vijfhonderd hamburgers worden vandaag belegd en uitgeser-veerd. Een interview met de oprichter van deze bijzondere buurtrestau-rants.Prima hamburgers. Maar wat is nu precies het doel van Resto van Harte?
‘De wereld is complexer geworden door
alle technologische ontwikkelingen, de
samenleving is individualistischer ge-
worden. Ik wil mensen met elkaar verbin-
den, een plek creëren waar verschillende
generaties en culturen elkaar kunnen
ontmoeten. Met als doel de gezondheid
van mensen te verbeteren, op fysiek,
mentaal en sociaal gebied.’
Wat doen jullie om mensen met el-kaar te verbinden?‘We organiseren zo’n twee keer per
week wijkdiners, waarbij gasten kunnen
plaatsnemen aan lange tafels. Eten doen
we allemaal samen. We zorgen ook altijd
voor een doe-programma: samen spor-
ten, voorlichting over gezond eten.
Daarnaast kun je ook meedoen als
vrijwilliger. Het is een simpele manier
om eenzaamheid te bestrijden: je kunt
aanschuiven aan tafel of je aanmelden
als vrijwilliger.’
Hoe zit het precies: wordt het volle-dige buurtrestaurant gerund door vrijwilligers? ‘Nee, per restaurant zijn er twee
betaalde krachten: een kok en een mana-
ger die het meedoe-programma opstelt.
Daarnaast zijn er ongeveer dertig vrijwil-
ligers per restaurant die in de bediening
werken, meehelpen in de keuken en de
tafels dekken.’
Kan iedereen aanschuiven?‘Een drie gangendiner kost zeven euro.
Om het laagdrempelig te houden, kun-
nen minder draagkrachtige mensen aal
aanschuiven voor vier euro. Je begrijpt
dat dit niet kostendekkend is, daarom
betalen sponsoren en gemeenten mee.’
18
VERNIEUWEN DE SCHOLEN EN ZORGEN VOOR LEERONTWIKKELINGEN.’ — Hans Korringa, organisatieadviseur Groningen (en roots in het onderwijs)
HANS FREIJEwethouder Wmo en sport
in Gorinchem
‘De ideale burger weet wat er
mogelijk is voor hem, en weet
waar hij de juiste informatie
moet halen.’
HOE ZOU DE IDEALE BURGER OMSCHRIJVEN?
ROOS VAN GELDEREN
wethouder jeugd, zorg en
welzijn in Leiden
HERMAN KRAKE
vrijwilliger bij Resto van Harte MARLEEN DAMEN wethouder werk en inkomen, wijken en financiën in Leiden
GEERT SNIJDERS
wethouder ruimtelijke ordening
en zorg, gemeente Den Bosch
‘Iemand die zelf zijn eigen
leven kan inrichten en doelen
najaagt. De ideale burger is niet
op zichzelf gericht, maar voelt
zich ook verantwoordelijk voor
zijn omgeving.’
‘Ik bén de ideale burger! Door
mijn vele werk in het buiten-
land had ik nooit tijd om te
koken, ik had nog nooit een
ei gebakken. Nu werk ik als
vrijwilliger in de keuken. En
leuk dat ik het vind bij Resto
van Harte.’
‘De ideale burger geeft bekend-
heid aan zijn initiatieven en
zoekt de samenwerking met de
instellingen in de wijk.’
Waar kan ik Resto van Harte vinden?‘Inmiddels zijn er 35 buurtrestaurants
in heel Nederland, op
www.restovanharte.nl vind je alle
buurt restaurants.’
Klinkt goed, lijkt me ook iets voor mijn gemeente. Wat moet ik doen? ‘Elk jaar komen er drie nieuwe wijk-
restaurants bij, we willen graag uitbrei-
den. Neem gerust contact met me op via
[email protected]. En het
initiatief hoeft natuurlijk niet vanuit de
gemeente te komen.’
‘De ideale burger is betrokken
bij zijn eigen straat, wijk en
stad. Komt niet alleen iets ha-
len, maar brengt ook iets, eigen
ideeën bijvoorbeeld. De ideale
burger krijgt de ruimte om zijn
ideeën verder te helpen. Ik hou
van kritische denkers, die het
bestuur scherp houden.’
19
VERNIEUWEN DE SCHOLEN EN ZORGEN VOOR LEERONTWIKKELINGEN.’ — Hans Korringa, organisatieadviseur Groningen (en roots in het onderwijs) — ‘HET BETOOG VAN LUCIEN ENGELEN VAN HET RADBOUD UMC. DAAR
20
‘Leren van de conflicten die nog gaan komen’
VITALITY COLLEGE DOOR MINISTER PLASTERK
Geen burgerparticipatie maar juist meer overheids-
participatie. Als het aan minister Ronald Plasterk ligt,
draaien we de rollen om: wijk-bewoners steken de koppen bij elkaar om te zien wat de buurt
nodig heeft en hoe ze dat samen van de grond tillen, de gemeente legt slechts het oor
te luisteren. Lokale democratie heet dat in overheidsjargon.
WAAR WIJ NOG VEEL DENKEN IN NETWERKEN EN KETENPARTNERS VERLEGT HIJ DE GRENZEN EN GEEFT EEN ROL AAN PARTIJEN ALS APPLE, GOOGLE EN FACEBOOK. DAN KAN HET ZÓ ANDERS. ECHT EEN EYE-OPENER.’ — ’ Lucienne van Laar, directeur Gezondheidszorg Hogeschool Leiden
21
Eigenlijk doet hij hetzelfde als dat wat de meeste
Nederlanders doen, geeft minister Ronald Plasterk
toe in een overvolle zaal tijdens het Vitality College:
hij schuift de vraag Hoe wil je later wonen als je oud
bent?’ voor zich uit. ‘Het staat hoog op mijn politieke
agenda, terecht. We willen betrokkenheid tussen
generaties bevorderen, niet de overheid bepaalt hoe
het moet, maar jij zelf. Toch blijft het een dilemma:
ik wil mijn kinderen niet met de vraag belasten, ze
zijn net hun adolescentie voorbij en op eigen benen
gaan staan.’
Blijvend verantwoordenMinister Plasterk had net verteld dat hij in het
afgelopen jaar met staatssecretaris Martin van Rijn
naar Denemarken en Finland was geweest. Die twee
landen hebben immers al langer ervaring met de
decentralisatie waar Nederland nu voor staat. Zijn
lessons learned: na zeven jaar zijn onze bovenbu-
ren nog steeds aan het decentraliseren. Zijn Finse
collega’s hadden benadrukt: ‘Denk niet dat je na
deze ingreep minder naar de Kamer wordt geroe-
pen. Gaat er lokaal iets mis, dan heb je je blijvend te
verantwoorden, ook al heb jij het antwoord al klaar
dat wat plaatselijk gebeurt, ook daar moet worden
opgelost. Plasterk houdt er rekening mee dat de
komende jaren nog druk voor hem zullen worden.
‘We moeten leren van de conflicten die zich gaan
voordoen op gemeentelijk niveau. Iemand krijgt
niet de hulp die hij van overheidswege verwacht en
vecht dat aan. Wat gaat dat betekenen? De juridische
onderbouwing van de decentralisaties is op detail-
niveau nu nog onderbelicht, daarvan zullen nog veel
kwesties komen.’
OPGEPIKT
—STRUINEND OVER HET FESTIVAL VALT ER VAN ALLES OP TE PIKKEN.
TE HOREN, TE VOELEN EN TE ZIEN.
ROBOT‘Heb je het leuk vandaag op het Festival De Energieke
Samenleving?’ Zora de zorgrobot, vandaag prominent aanwezig in
het Vitality Lab, weet precies waar we zijn. Je mag haar aanraken,
ze gaat met je in gesprek. En het is zoals de ouderen zeggen die
haar al een dagje op proef kregen: het is leuk gezelschap.
MENSENBIEBWat liggen die mensen hier? Inderdaad, geen boeken maar mensen
om even te lenen en persoonlijke vragen te stellen over hun bur-
gerinitiatieven. Marije van Stadslab Leiden, Emile van Thuiszorg
Emile, Henry de Gooijer en zijn Duurzaam Soesterkwartier, e.v.a. In
deze film staan alle initiatieven nog eens op een rij.
WAAR WIJ NOG VEEL DENKEN IN NETWERKEN EN KETENPARTNERS VERLEGT HIJ DE GRENZEN EN GEEFT EEN ROL AAN PARTIJEN ALS APPLE, GOOGLE EN FACEBOOK. DAN KAN HET ZÓ ANDERS. ECHT EEN EYE-OPENER.’ — ’ Lucienne van Laar, directeur Gezondheidszorg Hogeschool Leiden
22
23
24
DE TEGELTJESWIJSHEID VAN JOY VAN DER STEL
De geboorte van Joy van der Stel (39) duurde 92 uur. Ze is tachtig procent spastisch verklaard en zou altijd dagelijks 24 uur zorg nodig hebben. Die redt het niet, sprak de
arts tegen haar ouders. Inmiddels leidt ze haar eigen bedrijf, heeft ze een gezonde dochter en schreef ze haar eigen boek. ‘Ik voldoe niet aan de statistieken.’
‘Ik kan alles wat ik belangrijk vind te kunnen’
Soms neemt Joy haar dochter mee naar de
supermarkt. Dan ziet ze de mensen den-
ken: je kunt zeker nergens bij, zij moet je
helpen. Met evenzoveel meewarigheid
pareert Joy die aanname. ‘Ik neem haar
mee zodat ze leert hoe je boodschappen
doet.’ Mensen trekken conclusies op ba-
sis van wat ze zien, niet op basis van wat
jij kunt, wil ze maar zeggen.
Droom in duigenJoy van der Stel werd geboren met een
ernstig zuurstoftekort. De eerste vier
jaar bracht ze in het ziekenhuis door,
met een slangetje in haar neus voor
vloeibaar eten. Voor haar moeder viel de
moeder-dochterdroom in duigen: nooit
samen winkelen, geen vriendjes over de
vloer, niet samen een studentenkamer
behangen en nooit oma worden. Haar
vader bekeek het meer optimistisch: ze
is er al vier jaar, ze wil iets, dus laten we
kijken wat kan.
Uw dochter wil nietIn de instelling waar Joy terecht kwam,
was de groepsleiding minder optimis-
tisch: ‘Uw dochter is eigenwijs, ze wil
niet eten.’ Maar Joy had geen slikreflex,
omdat ze dat vanwege het slangetje
in haar neus niet ontwikkeld had. Een
week lang zat ze tijdens de maaltijden
bij haar vader op schoot. Hij streelde
over haar keel als ze een hap in haar
mond nam; na zeven dagen had ze het
door en at zelfstandig. Er zijn meer wegen
die naar Rome gaan werd een tegeltjes
wijsheid in huize Van der Stel. Net als:
op voorhand sluiten wij niets uit. ‘Ik kan
alles wat ik belangrijk vind te kunnen.
En ik kan het op mijn tempo’, houdt Joy
haar gehoor voor terwijl ze haar verhaal
doet onder de kerstboom. Ze dikt het
aan: ‘Wilden jullie beweren dat jullie
alles kunnen doordat jullie niet gehan-
dicapt zijn en ik wel? Laat maar los, ook
jij kunt niet alles. Wat past bij jou? Dát
is de vraag.’
Op basis van wilskracht, doorzettings-
vermogen en een berg humor bereikte
Joy wat ze wilde bereiken. Toegegeven,
niet voor iedere burger is dat wegge-
legd. ‘Dat hoeft ook niet’, werpt ze tegen.
‘Ik vind het belangrijk dat mensen een
keuze hebben. Alle regelgeving is geba-
seerd op statistieken. Daarmee sluit je
kansen buiten, dat vind ik jammer.’
Regels regerenWij mensen willen wel, maar de regels
zitten ons dwars, vindt Joy. Ze merkte
het in haar eigen carrière. ‘Ik ben ar-
beidsongeschikt verklaard, dus ik kan
geen huis kopen , laat staan een arbeids-
ongeschiktheidsverzekering afsluiten.
Maar ik werk gewoon hoor, als zelf-
standige, opperde ik bij de verzekeraar.’
Maar dat telt niet, dus staat ze niet als
zelfstandige in de boeken. Nog zoiets:
huursubsidie. ‘Dat kon ik niet ontvan-
gen. Vanwege mijn handicap kon dat
niet vanuit de AWBZ worden betaald.’
Een van de toehoorders wil weten: ‘Wat
zou je morgen als eerste veranderd wil-
len zien?’ Het uitgangspunt, is haar ant-
woord. ‘In de ogen van de meeste men-
sen bestaan er twee werelden: die van de
gehandicapten en die van de gewone. Er
bestaat geen geïntegreerd geheel. Wij
accepteren dat, we gaan ervan uit dat het
is zoals het is. Maar wat voor mij geldt,
hoeft niet op jou van toepassing te zijn.
Wat heeft iemand nodig?, dat zou het
uitganspunt moeten zijn.’
— ‘IK MIS JUIST VAN ALLES. HAD VERWACHT DAT HET FESTIVAL GERICHT ZOU ZIJN OP DE VRAAG: HOE ORGANISEER IK ALS GEMEENTE MET BURGERS VERANDERING VAN BELEID? VEEL VAN WAT IK HIER TEGENKOM RICHT ZICH
25 25
— ‘IK MIS JUIST VAN ALLES. HAD VERWACHT DAT HET FESTIVAL GERICHT ZOU ZIJN OP DE VRAAG: HOE ORGANISEER IK ALS GEMEENTE MET BURGERS VERANDERING VAN BELEID? VEEL VAN WAT IK HIER TEGENKOM RICHT ZICH
26
1. Hoe zit het met de financiering? Leatemia: ‘De vraag “wat kost het?”
zou ik willen omdraaien: wat levert
het op? In wijkcentrum Noorder-
poort wordt waarde gecreëerd. Het is
een oefenplek waar bewoners aan de
slag kunnen in de horeca, schoon-
maak of het beheer. Het is belangrijk
dat de gemeente beseft dat er ook
in de zogenaamde probleemwijken
talenten zijn. Bij aanbestedingen zou
de gemeente zaken kunnen uitbeste-
den aan de buurt, zoals groenbeheer.
Want uiteindelijk is het de bedoe-
ling dat onze buurtonderneming
economisch duurzaam wordt.’
Van der Sanden: ‘Ik word vier
uur per week betaald, de rest is
vrijwillig.’
Noudri: ‘Ik word betaald om te wer-
ken als verbinder tussen wijkbewo-
ners en professionals.’
2. Leuk zo’n burgerinitiatief, maar waar begin je?
Leatemia: ‘Begin bij actieve burgers,
ga daarmee praten. Beetje bij beetje
ontstaat er een groeiend netwerk.
4 PRANGENDE VRAGEN AAN 3 BOSSCHE BURGERINITIATIEVEN
‘Ik raad ambtenaren aan om niet met eigen ideeën te komen’
Maatschappelijk initiatief nemen, wat vraagt dat van burgers en wat vraagt het van de overheid? Vijftig festivalgangers bezoeken wijkcentrum
Noorderpoort in de wijk Hambaken, waar ze in gesprek gaan met drie kwartiermakers: Yousef Noudri van een kickboksschool, Loes Leatemia van een buurtonderneming en Mieke van der Sanden van een burgerwijkteam.
Verder moet je open kunnen luis-
teren naar wat mensen zélf willen.
Benader mensen als individuen, kijk
wat ze op individuele basis kunnen
doen. Benader ze niet als groepen,
want groepen hebben intern conflic-
terende belangen.’
Noudri: ‘Als je sterk bent en voor
jezelf opkomt, dwing je respect af.
Veel jongens zien me als hun grote
broer, daardoor kan ik veel bereiken.’
Van der Sanden: ‘We zijn uitgegaan
van de bestaande veertien verenigin-
gen en stichtingen in de wijk.’
OP ZORG EN WELZIJN.’ — Ingrid van Lankvelt, adviseur volkshuisvesting gemeente Uden
27
3. Hoe bereik je moeilijk bereikbare doelgroepen? Noudri: ‘De contributie is laag, de kickboksschool vraagt
een euro per les. Zo kan iedereen meedoen. Verder loop ik
gewoon op straat en spreek ik mensen aan. Ik ben bekend
met de cultuur. Daarmee bedoel ik niet de Marokkaanse
cultuur, maar de straatcultuur. Ik behoorde zelf tot de
“doelgroep” en weet daardoor precies wat de jongens
missen: een voorbeeld. Bovendien spreek ik de taal van de
jongeren op straat. Zie ik iemand tijdens schooltijd rond-
hangen? Dan stap ik er gewoon op af, om een dag later
met de school te gaan praten.’
Leatemia: ‘Ook wij gaan de straat op, om in gesprek te
komen met de buurt.’
4. Wat is de rol van de gemeente? Leatemia: ‘Normaal gesproken verzinnen professionals
dingen voor burgers. Ik raad ambtenaren aan om niet met
eigen ideeën te komen. Geef burgers de ruimte, dan bor-
relen er vanzelf mooie dingen op. De gemeente denkt mee
als partner en ondersteunt met faciliteiten. In dit geval
met een leegstand pand.’
BOSSCHE BURGERINITIATIEVEN
NOORDERPOORT SAMEN DOENHambaken is een wijk met veel culturen, of zoals kwartiermaker Loes Leatemia het verwoordt ‘Met
een rijkdom aan talenten’. Het leegstaande gebouw bij het winkelcentrum is door de buurtbewoners om-getoverd tot een buurtonderneming. Het idee is dat bewoners hier zelf dingen organiseren, voor en door Hambaken. Leatemia: ‘Alles komt uit de mensen zelf. Hoe meer mensen meedoen, hoe meer ze te zeggen
hebben.’ Er is een bibliotheek, een speel-o-theek, een bar, een huiskamer om te flexwerken en er worden
activiteiten georganiseerd. meer weten? kijk op
www.noorderpoort-samendoen.nl—
BURGERWIJKTEAM OOSTERPLAS DOETDe bewoners rond de Oosterplas hebben ervoor
gekozen om zelf een burgerwijkteam te starten. De meerwaarde van burgers is volgens kwartiermaker Mieke van der Sanden dat ze 24/7 in de wijk aanwe-
zig zijn en de wijk goed kennen. ‘Veel mensen zijn geboren en getogen in de wijk, en weten precies hoe
de lijnen lopen.’ Oosterplas Doet wil de gemeen-schapszin, burenhulp en solidariteit terugkrijgen.
Inmiddels hebben drie van de vijf jonge wijkbewo-ners, die werkervaring opdoen bij een vereniging in
de wijk, een betaalde baan gevonden. meer weten? kijk op
www.oosterplasdoet.blogspot.nl—
KICKBOKSSCHOOL HAMBAKEN GYMElke avond is er een kickboks-training, die ervoor zorgt dat jongeren iets te doen hebben en niet op
straat rondhangen. Yousef Noudri: ‘Het is een harde training, zodat de jongens daarna moe naar huis
gaan.’ Noudri fungeert als verbinder tussen bewoners en professionals. Overdag probeert hij jongeren en
ouders verder te helpen zodat ze kunnen meedraai-en. Zo geeft hij weerbaarheidstraining aan gepeste
jongens. Bij complexere vraagstukken zoals schulden zoekt hij de samenwerking met het sociaal wijkteam.
meer weten? kijk op www.facebook.com/hambaken.gym
— ‘ONZE BUSREIS, MET 60 MAN UIT AMERSFOORT. KENNIS MAKEN, UITWISSELEN VAN IDEEËN, LACHEN; ERG WAARDEVOL.
28
3D-PRINTEN VERANDERT DE WERKELIJKHEID
Doe mij even een geprint stoepje
Een energieke samenleving is een doe-het-zelf-maatschappij waar burgers als kleine zelfstandigen bepalen wat ze nodig hebben. 3D-printing helpt daarbij. Maar wat kunnen over-heidsinstanties ermee? Een initiator, een visionair en een
wetenschapper over 3D en de maakindustrie.
IK HAD VAN HET FESTIVAL MEER DYNAMIEK VERWACHT. HET GAAT VOORAL OVER INITIATIEVEN, IK HEB BEHOEFTE AAN VERHALEN VAN MENSEN ZELF.’ — Bertien Houwing, wethouder gemeente Amersfoort
29
Wie: Jorgen Schram
Wat: Nederlandse School voor
Openbaar Bestuur, onderzoeker,
leermanager
¬
‘Stel, een van jouw inwoners print
een paaltje om de parkeerplaats
voor zijn huis te markeren zodat hij
voortaan zijn auto op een vastgestel-
de plek kan neerzetten. Wat doe je
daar dan als gemeente mee? 3D-prin-
ten werpt nu al vraagstukken op die
van belang zijn voor je beleid. Want
wat is de betekenis van een nieuw
aan te leggen bedrijventerrein als
ondernemers straks geen loodsen
of grote garages meer nodig hebben
dankzij de 3D-printer? Hoe hou je
toezicht op een 3D-geprint pistool
dat uiteraard nergens staat geregis-
treerd, zoals dat wel verplicht is met
wapens die in Nederland in omloop
zijn? Moet de overheid hier wel op
toezien? En hoe actief? Is het beter de
effecten af te wachten om vervolgens
te reageren op de uitwassen die er
komen? Wat betekent dat voor je
rol, voor regelgeving, voor mogelijk-
heden voor jouw diensten? Dat zijn
vragen die nu op ons afkomen.’
Wie: visionair Mick Walvisch
Wat: internationaal ondernemer
en expert op het gebied van customer
experience
¬
‘Nieuwe techniek verbindt niet alleen
het een met het ander, het verandert
ook onze sociale omgang. Smart citys,
crowd sourcing, robots, ze creëren een
nieuwe wereld. Die is dichterbij dan
je denkt. De 3D-printer mag nu voor
de particulier een leuke gadget zijn,
in de industrie wordt hij al veelvul-
dig gebruikt. Gehoorapparaten en
bijvoorbeeld protheses worden in
laboratoria tegenwoordig goedkoop
en snel geprint. Brandwondencen-
trum Beverwijk print ‘huid’ om won-
den te doen herstellen. Een Duitse
autofabrikant zette onlangs bij al
zijn dealers een printer neer die on-
derdelen in 3D kan maken waarmee
in de garage de schade snel verhol-
pen wordt. Dat betekent nogal wat.
Straks hebben we geen opslagruimte
meer nodig, geen bezorgkosten,
geen wachttijden. 3D-printen doet
grenzen vervagen. Interessant voor
ondernemers, burgers en overheid.’
Wie: initiator Jos Kok
Wat: 3Dkanjers wil talentontwikke-
ling in het basisonderwijs stimuleren
en de interesse voor wetenschap en
techniek bevorderen
¬
‘Kinderen zijn nieuwsgierig, ze
verwonderen zich over een object als
een 3D-printer en willen uitprobe-
ren wat ze er mee kunnen maken.
Dat is precies wat 3Dkanjers wil
bevorderen. En dan zie je wat er al-
lemaal kan als je mensen de vrijheid
geeft. Kinderen malen er niet om
dat er een online handleiding in het
Engels bij zit. Via google-vertalen
komen ze er ook wel. De 3D-printer
verbindt organisaties en industrie-
en. Ik maak net kennis met twee
medewerkers van de Reiniging
gemeente Almere. Bij het zien van
de printer ontstond het idee om op
scholen kinderen van afval nieuwe
materialen te laten ontwerpen, eens
zien waar ze mee komen. En on-
dertussen maak je hen bewust van
hergebruik en duurzaamheid.’
IK HAD VAN HET FESTIVAL MEER DYNAMIEK VERWACHT. HET GAAT VOORAL OVER INITIATIEVEN, IK HEB BEHOEFTE AAN VERHALEN VAN MENSEN ZELF.’ — Bertien Houwing, wethouder gemeente Amersfoort
30
‘Dit verhaal is liefde. Vergeef me mijn tranen, straks als het
moeilijk wordt. Want ik vertel u dit verhaal over onze jonge-
ren die zich openen, vanuit hun hart. Zij doen iets voor de
Nederlandse ouderen, mensen die niemand hebben en alleen
op hun kamer in het verzorgingshuis zitten. De gemiddelde
leeftijd is 90 jaar. Het was geen vraag toen we begonnen met
Omalief, het was vanzelfsprekend. Onze jongeren doen niets
bijzonders, ze gaan een uurtje langs op vrijdagmiddag. Soms
nemen ze iets mee. Een haring als oma daarvan houdt. Ba-
nanen of bloemen. Ze gaan niet per se iets doen; naar buiten
of wandelen hoeft niet. Deze mensen vinden het fijn dat ze
gewoon komen, er voor ze zijn. Even een praatje maken. Die
lach van herkenning als Berat of Rabia binnenkomt. Het is
een kleine stap, maar de ouderen worden er heel blij van.’
Leidse Jeugdlintje‘De schok was groot toen een van de oma’s ziek werd en korte
tijd later overleed. Ik zie het nog voor me: de huilende jonge-
ren rond haar bed, ze kusten haar hand. Zij toonden haar hun
respect, lieten haar merken dat ze veel voor hen betekende,
MUSTAFA KUS
Kerstverhaal vanuit het hart
Het is stil rond de kerstboom als Mustafa Kus praat. De energieke samenleving gonst op de achtergrond. De Leidse initiatiefnemer van het project Omalief vertelt zijn verhaal
– hij noemt het zijn kerstverhaal - over de Turks-Neder-landse jongeren die wekelijks een bezoek brengen aan een
Leidse oma of opa.
onze oma Roos. Hoe moeilijk was het die dag van het over-
lijdensbericht. Juist die dag kreeg project Omalief een prijs:
het Leidse Jeugdlintje, voor het goede werk voor de ouderen
in de stad. “We gaan niet naar de prijsuitreiking”, zeiden de
jongeren, “we gaan nu niet feestvieren.” Maar we zijn toch
gegaan. Uit respect voor de oma’s en opa’s. En het geld van de
prijs – bedoeld voor een uitje voor de jongeren – schonken zij
aan het verzorgingshuis van onze oma’s en opa’s.’
Leven vanuit je hart‘Dit verhaal gaat over leven vanuit je hart. Hoe kunnen wij
mensen vergeten die zoveel voor ons hebben gedaan, die
altijd voor hebben klaargestaan? Die boodschap wil ik u van-
daag meegeven: het is belangrijk dat we ons afvragen wat we
voor elkaar over hebben. Niet alleen via de mond, maar via
het hart. Als mens, als ambtenaar, als politicus.’
31
MENSENBIBLIOTHEEK—
In het hart van het congrescentrum
is de Mensenbibliotheek, een bieb
waar je geen boeken leent, maar
mensen. In dit geval een maatschap-
pelijk initiatiefnemer die je twintig
minuten kon lenen om met hem
of haar een persoonlijk gesprek te
voeren. Daarnaast werden alle elf
initiatieven gepresenteerd in een
film die ter plekke te bekijken was.
Ook nog steeds online te zien:
http://vimeo.com/113021345
32
Bij dak- en thuislozen denk je al snel aan de Swiebertjes,
zoals initiatiefnemer Thijs Eradus ze noemt. Zwervers met
een verslaving, een psychisch probleem of allebei. Maar
dat - en dat beseffen maar weinig mensen - is qua aantal niet
de belangrijkste groep. Het grootste deel zijn economische
daklozen. Mensen die na een scheiding, ontslag of om andere
redenen in de financiële problemen komen en hun huis
kwijtraken.
Werk eerstEen groep waarmee Thijs Eradus veel ervaring heeft in de
vijftien jaar dat hij nu met dak- en thuislozen werkt. Een paar
jaar geleden besloot hij zich juist op economische daklozen
te richten, met wat hij noemt een ‘leer- en werkarrangement’.
‘We garanderen onze deelnemers dat ze binnen zes maan-
den een baan hebben. Als ze werken, krijgen ze ook een dak
boven hun hoofd en financiële begeleiding.’
‘Als ze werken’, dat is een cruciaal zinsdeel. Werken is een
zinvolle dagbesteding, is goed voor je zelfrespect en je leert
weer mensen kennen. Ze zijn niet van het pappen en nathou-
den bij Springplank040. Eradus: ‘We gaan niet eerst zorgen,
maar zetten primair in op werk. Omdat ze veertig uur per
week werken, hebben ze minder zorgbehoeftes. Normaal
heeft een dakloze een man of zes, zeven om zich heen die
hem begeleiden. Omdat ze bij ons een belangrijk deel van de
dag werken, kunnen wij het af met één begeleider.’
Verleen geen hulp!Eradus heeft in Eindhoven en omgeving zo’n zestig bedrijven
die participeren. Springplank040 is geen stichting, maar een
bv, die weliswaar subsidie krijgt, maar zijn geld ook verdient
met het plaatsen van de deelnemers. Een principekwestie
voor Eradus. ‘Mijn droom is om in de toekomst geheel zon-
der subsidie te kunnen draaien.’
In principe is de methode van Springplank040 overal in-
zetbaar. Eradus is op dit moment met verschillende (grote)
gemeenten in gesprek. De belangrijkste tip voor wie wil ko-
piëren: ga niet zorgen, faciliteer. ‘De neiging om hulp te ver-
lenen is erg hardnekkig. De neiging om hulp te ontvangen
trouwens ook. We bieden woningen aan, maar zonder bed.
De eerste vraag die we altijd krijgen: “Waar is m’n bed?” Als
iemand ziek is, gaan hulpverleners hulp verlenen. Niet doen,
gewoon aan het werk zetten. Vergeet niet, dit zijn mensen
die ook vaak een motivatieprobleem hebben. Die mag je best
een schop onder hun kont geven. De bedrijven die participe-
ren, willen natuurlijk alleen gemotiveerd personeel.’
Hoog slagingspercentageVan alle deelnemers die Springplank040 de afgelopen ander-
half jaar hielp, heeft 120 nog steeds een baan. Het slagings-
percentage is opvallend hoog, tachtig procent. ‘Daar ben ik
als directeur van Springplank040 nog niet tevreden over.
Maar de gemeente Eindhoven is er erg blij mee.’
MENSENBIBLIOTHEEK: SPRINGPLANK040
Niks eerst bed en brood voor daklozen, zet ze aan het werk! Dat is het credo van het Eindhovense initiatief Springplank040, een
van de meest opvallende projecten van de Mensenbibliotheek.
Eerst werk, dan pas bed en brood
33
‘Wilskracht en discipline. En niet te veel veranderen’
Schetst u eens een dag?‘Ik sta op om half 9. Dan lees ik mijn krantje. En na de middag
ben ik weg! Twee keer per week naar de putting club, midget-
golfen. En jeu-de-boules spelen.’
Grote lach. ‘En ik mag heel graag biljarten.’
Dan hoorde ik dat u nog veel fietst. Iedere zaterdag naar de Tilburgse markt bijvoorbeeld. Hoe gaat dat, fietsen als je honderd bent?‘Ik vind dat het prima gaat. Ben niks bang hoor van het
drukke verkeer, als u dat bedoelt. Ik voel me helemaal veilig.
Het maakt me niets uit. Gewoon doorgaan zeg ik. Ja, mijn
kinderen zijn er niet zo blij mee. Ach. Zelf ben ik niet zo blij
met mijn nieuwe fiets, da’s zo’n lage, dat fietst zo zwaar. Ge
kunt er niet meer dan een boodschap op doen.’
U doet nog veel; beweegt iedere dag. En u mankeert helemaal niets! Heeft u een verklaring voor uw vitaliteit?‘Eén vaste leefregel heb ik altijd gehad: niet te veel verande-
ren, alle dagen vaste regels. Ik blijf altijd bezig, was tot mijn
97ste voorzitter van de biljartvereniging en secretaris van
de putting club. Nu mogen de jongeren dat doen, dacht ik.
Heel veel bewegen, dat is goed. Doen Frits, zeg ik dan tegen
mezelf. Met wilskracht en discipline word je oud denk ik.’
En gelukkig zijn?‘Ja, ik ben heel gelukkig, sta elke dag vrolijk op. Ik doe alles
nog zelf, niemand die mij hoeft aan te kleden.’
Hoe blijft u vitaal? vraagt NRC-redacteur Gijsbert van Es aan de honderdjarige Frits van Poppel.—
GESPREK MET EEN VITALE 100-JARIGE
FRITS VAN POPPEL (1914) is geboren en getogen in Tilburg. Hij had een
goedlopend bedrijf als kolenboer, waaraan in
de jaren ‘60 een einde kwam door de komst
van het aardgas. Nadien verhuurde hij garage-
boxen; het was de tijd waarin steeds meer
mensen een auto kregen. Na zijn pensionering
bekleedde Frits diverse bestuursfuncties.
34
Die mindset, het vermogen om positief in het leven te staan, doet heel veel.‘Ik denk het. Maar wij zijn bijna allemaal oud geworden,
mijn broers en zusters. Eén overleed jong door een ongeval,
de anderen werden 86 jaar of ouder. Ik heb nu nog één zus,
zij is 90.’
En uw eigen gezin?‘We waren een vrolijk gezin. Met mijn zoon en twee doch-
ters. Inmiddels heb ik zelfs zes achterkleinkinderen. De twee
laatsten zijn jongens, zij dragen mijn naam. Daar ben ik héél
trots op.’
Alle veranderingen van de huidige tijd, hoe beleeft u die?‘Je groeit er gewoon in. De computer, nee, daar ben ik maar
niet aan begonnen. Maar ik volg het nieuws om het vervol-
gens weer aan me voorbij te laten gaan.’
Bent u vergeetachtig?‘Heel weinig. Ik heb steeds mijn agenda op tafel liggen. Als er
iets komt, schrijf ik het direct op. Dat helpt.’
U hebt een speldje op uw revers. Wat symboliseert het?‘Dat zijn mijn hamerkes. Ik heb veel en vaak de mijnen
bezocht en nog ieder jaar gaan we met twee bussen naar
bovengrondse mijnen.’
De kolen als het fundament van uw leven…‘Ja, altijd de kolen. Niet dat ik er verder nog iets mee doe…
Maar thuis heb ik nog een asbak van antraciet. Daar betaalde
ik destijds tien gulden voor, een hoop geld. Maar het was
voor het goede doel, voor de invalide mijnwerkers.’
Wat is uw oudste herinnering?‘Het ingrijpende verlies van mijn vader, dat was op mijn
zestiende. Zomaar ging ‘ie. Mijn moeder en ik zetten samen
het kolenbedrijf voort.’
De toekomst. Denkt u wel eens aan het einde?‘Nee, ik maak me er helemaal niet druk om. Wekelijks zijn
hier verhuizingen in het huis – als mensen slechter worden
en weer een verdieping hoger verhuizen. Of overlijden. Ik
ben daar helemaal niet mee bezig.’
Heeft u nog een wens voor de komende jaren?‘Nee. Het vaste patroon houd ik vast. Dit is mijn leven.’
OPGEPIKT
—STRUINEND OVER HET FESTIVAL VALT ER VAN ALLES OP TE PIKKEN.
TE HOREN, TE VOELEN EN TE ZIEN.
KATOok katten horen bij de Energieke Samenleving. Vandaag is
kater Ilja van de partij. Soms bereikt Ilja wel, wat de beste
hulpverleners niet lukt bij mensen die zorg nodig hebben.
Een glimlach, een gevoel van genegenheid, rust in
overspannen lichamen.
ADELHEID EN MAMZe gaat erbij staan, theatermaker Adelheid Roosen, als ze over
haar dementerende moeder vertelt, hoofdpersoon in haar do-
cumentaire Mam. ‘Ze overleed deze zomer, 28 kilo licht. Ze was
heel zacht in deze laatste fase van Alzheimer.’
Adelheid pleit voor persoonlijke verzorging van een ziek familie-
lid. ‘Er is een liefdevolle en efficiënte manier om met alzheimer
om te gaan. Ik zoek een vorm, een training voor iedereen over
dit onderwerp. Als je de eigen omgeving inbrengt in de woonsi-
tuatie, krijg je een heel liefdevolle verzorging. En een hele goed-
kope. Je bent als Alice in Wonderland: je loopt over de aarde, valt
in een diepe kuil, in een pratend theeservies. Je moeder of vader
neemt je mee in een avontuur. Zij leidt. Ik heb mijn moeder me
laten leiden.’
36
Vitale rolmodellen
Wat kan cultuur bijdragen aan de energieke samenleving?
Mooie antwoorden kwamen uit de mond van twee (oudere)
danseressen van de voorstelling For All We Know. En van de
directeur van de Nederlandse Dansdagen, Peggy Olislaegers.
‘Juist nu hebben we behoefte aan rolmodellen die laten zien
hoe je vitaal oud kunt worden.’
37
Vraag van journaliste Harmke Pijpers tijdens een van de
bijeenkomsten: welke energie kan cultuur bijdragen aan
de samenleving? Antwoord van Peggy Olislaegers, direc-
teur van de Nederlandse Dansdagen: ‘In de dansvoorstel-
lingen die ik tegenwoordig zie, mis ik de oudere perfor-
mers. Zeg de groep tussen de veertig en tachtig. Dat zegt
iets over wat wij als publiek mooi vinden, wat van ons als
maatschappij getoond mag worden in de openbaarheid.
Maar juist nu, in een tijd waarin we steeds ouder worden,
hebben we behoefte aan rolmodellen die laten zien hoe je
vitaal oud kunt worden. Oudere dansers en danseressen
op het podium zijn fantastisch. Het is de excellentie van
de incompetentie. Door zijn of haar expressie hoeft een
oudere danser eigenlijk alleen maar stil op het podium te
gaan staan om indruk te maken.’
Dansgroep: For All We KnowDie rolmodellen waren er ook op festival De Energieke
Samenleving, in de vorm van een gelegenheidsgroep
(nog zonder naam) van oudere danseressen. In het leven
geroepen voor de meest recente editie van de Nederland-
se Dansdagen. Met hun voorstelling For All We Know
onthullen en verhullen de vrouwen hun lichaam en hun
verhaal. Krachtig en kwetsbaar tegelijkertijd.
Charlotte Rutten (63), in het dagelijks leven meubel-
restaurateur in Maastricht: ‘We willen laten zien dat de
oudere mens ook nog een specifieke kwaliteit van
expressie heeft. Ik vind dat je lichaam minder expressief
wordt met de jaren, maar dat je gezicht juist aan uitdruk-
kingskracht wint.’
Anna Paans (72), journaliste in Rotterdam: ‘Het mooie is:
je bent niet meer onzeker op deze leeftijd. Ik kan eigenlijk
niet dansen, maar daar maal ik niet om.’
In tal van gemeenten worden nieuwe
vormen beproefd. Soms omdat een be-
stuurder maatschappelijke problemen
anders wil aanpakken, vaker op initia-
tief van betrokken bewoners of bevlo-
gen ambtenaren. Tijdens de workshops
‘Als burgers de stad zouden runnen’
werden vele voorbeelden besproken. De
belangstelling was groot; tot vier maal
toe was de sessie overtekend. De oogst
wordt verwerkt in een manifest: ‘Lokale
democratie in optima forma’. We zetten
de belangrijke lijnen op een rij.
De nieuwe democratie is meervoudig.
Iedere gemeente is anders, ieder
domein is anders, soms is een grote
rol van de overheid wenselijk, terwijl
in andere situaties alle ruimte moet
worden geboden aan het maatschap-
pelijk initiatief. Hoogleraar transities
Derk Loorbach (Erasmus Universiteit
Rotterdam) voorziet een ‘polycratie’;
anderen spreken over hybride vormen
van democratie of ‘domeinspecifieke
governance’; weer anderen noemen het
‘democratie op maat’. Op het gebied van
duurzaamheid of onderwijs kan het
primaat bij de samenleving liggen, op
het gebied van riolering zal de gemeen-
te eerder de regie pakken. Hoe dan ook:
de tijd van one size fits all is voorgoed
voorbij.
Eerst de burger, dan het bestuur. Rond
1700 werd het bestuur vaak op het
niveau van een straat geregeld. Daar
maakte men afspraken over veiligheid
en solidariteit. De afgelopen eeuw zijn
democratie en bestuur verstatelijkt.
Maar dat lijkt niet langer houdbaar. De
komende tijd behoort het primaat weer
te komen te liggen bij bewoners. Dat
betekent dat bij alles wat de gemeente
Als burgers de stad zouden runnen
Soms is de tijd ergens rijp voor. Dan buitelen de ontwikkelingen over elkaar heen. Dan bloeien er duizend bloemen, in straat en wijk, in stad en
land. Dit lijkt nu het geval te zijn op het gebied van nieuwe democratie.
doet de subsidiariteitsregel toegepast
zou moeten worden. Jan Schrijver (Uni-
versiteit van Amsterdam) zegt het zo:
‘Politicus, bestuurder of professional,
bedenk bij alles wat je doet eerst wat de
samenleving zelf kan bijdragen en hoe
jij dat kunt ondersteunen!’
Democratie in de hele beleidscyclus.
Een gemeente kan écht een voorbeeld-
stad worden op dit gebied als het in alle
fasen van de beleidscyclus (initiatief,
planvorming, besluitvorming, uitvoe-
ring, controleren en leren) werk maakt
van democratisering. Dat betekent dat
je in de initiatieffase ruimte, steun en
budget biedt aan initiatieven uit de
stad. Zo reserveert Rotterdam bijvoor-
beeld 1 procent van de totale gemeen-
tebegroting voor initiatieven uit de
stad. Bij planvorming en ontwerp gaat
het om het benutten van de creativi-
— ‘HET VERHAAL OVER E-KRACHT. DAAR WIST IK NIETS VAN.’ — Mevrouw Timmermans, plaatsingscoördinator bureau jeugdzorg en talentscout vrijwilligerswerk
39
teit van burgers: coproductie wordt de
regel, planvorming gebeurt in dialoog
met stakeholders. In de volgende fase,
de besluitvorming, zetten we zoveel
mogelijk in op gezamenlijke besluiten.
Bijvoorbeeld een lokaal energieakkoord,
referenda en buurtbudgetten. De uitvoe-
ring van publieke taken als groenvoor-
ziening, werktoeleiding en eenvoudige
zorg ga je zoveel mogelijk maatschappe-
lijk aanbesteden. In de laatste fase van
controleren en leren, schakel je burgers
in bij het opmaken van de balans en
bouw je voort op mechanismen als in
iens.nl, burgernet en budgetmonitoring.
Investeer in Burgerkracht. De collegeak-
koorden staan er bol van. Overal wordt
hoog opgegeven van burgerparticipatie,
samenwerking, maatschappelijke initi-
atieven, doe-democratie. Maar wat blijkt
in de praktijk? Af en toe meedenken, dat
kan er nog net van af. Maar boter bij de
vis, financiën, subsidie, noodzakelijk
startgeld, dat gaat vaak weer te ver. Bur-
gers mogen allerlei initiatieven nemen,
maar het moet geen geld kosten. Er
wordt nauwelijks startkapitaal verstrekt
en maatschappelijk aanbesteden wordt
slechts hier en daar beproefd. Terwijl
daar wel het belangrijkste knelpunt zit
om initiatieven effectief te ondersteu-
nen. Hier geldt: Put your money where your
mouth is. Een gemeente die niet bereid
is de daad bij het woord te voegen, staat
over vier jaar met lege handen.
De komende tijd wordt het manifest ver-
der uitgewerkt. Daarnaast zoeken we nog
gemeenten die een koplopersgroep willen
vormen op het gebied van nieuwe demo-
cratie. Voor aanmelding, meer informatie,
ideeën en suggesties: Guido Enthoven,
[email protected], of Ron van den Ende,
ZEGGENSCHAP BUURTBUDGET
In Hoogeveen smeden bewoners samen
plannen om de leefbaarheid in hun
eigen buurt te verbeteren. Van idee tot
en met de uitvoering, met een eigen
budget. Soms verdelen bewoners dan
miljoenen euro’s met de aanbesteding
van hun gemeenschapshuis.
—
ZEGGENSCHAP OVER WELZIJN
In Eindhoven bepalen bewoners welke
welzijnsorganisatie de komende jaren
in hun buurt activiteiten organiseert
en diensten levert. Zij zijn aan zet bij de
aanbesteding.
—
PARTICIPATIEF BEGROTEN
Porto Alegre in Brazilië is een miljoe-
nenstad. De begroting komt er bottom
–up tot stand in een proces waarbij dui-
zenden bewoners hun inbreng leveren
en prioriteiten aangeven. In Nederland
werkt de Open State Foundation aan
het toegankelijk maken en vergelijken
van financiële gegevens van overheden
(open spending).
—
MAATSCHAPPELIJKE INITIATIEVEN.
In Leiden is door een groep betrokken
inwoners in samenwerking met de
gemeente een ambitieus plan gemaakt
om het langste en spannendste singel-
park van Europa te maken. Inmiddels
heeft de gemeente Leiden de eerste 14
mln. euro toegezegd voor realisatie.
—
RUILNETWERKEN
BUUV in Haarlem is een laagdrempelig
dienstennetwerk, waar bewoners vraag
en aanbod uitwisselen. Dat kan variëren
van samen wandelen tot klussen doen
in het huis. Inmiddels worden er iedere
week ruim 40 matches gemaakt.
G1000
Inmiddels zijn er verschillende steden
die ervaring hebben opgedaan met de
uit België overgewaaide G1000. Deelne-
mers worden deels via loting geselec-
teerd en spreken met elkaar en met
ambtenaren en politici over de agenda
voor de toekomst.
—
ALTERNATIEVEN
In Voorschoten heeft een groep betrok-
ken bewoners een alternatief voor de
Rijnland-route ontwikkeld, dat zowel
goedkoper was, als minder hinder ople-
verde voor de omgeving. Het voorstel is
inmiddels overgenomen.
—
INVESTERINGSGELDEN
In Delft werd het budget dat vrijkwam
door de verkoop van de energiecentrale
aan bewoners voorgelegd. Er kwamen
honderden plannen binnen en aan het
keuzeproces dat volgde deden meer
Delftenaren mee dan er gestemd had-
den bij de laatste raadsverkiezingen.
—
ZORGCOÖPERATIES
‘Austerlitz Zorgt’ is een coöperatie die
bewoners steunt om zo lang mogelijk
in het dorp te wonen. Er zijn inmiddels
tientallen voorbeelden van. Zie ook
Naoberzorg nieuwe stijl.
—
RIGHT TO CHALLENGE
Rotterdam wil bewoners het recht
geven om publieke diensten over te
nemen. Ook wil de stad 1 % van alle
budgetten aanwenden voor maat-
schappelijke initiatieven.
NIEUWE DEMOCRATIE:VOORBEELDEN UIT DE PRAKTIJK
— ‘HET VERHAAL OVER E-KRACHT. DAAR WIST IK NIETS VAN.’ — Mevrouw Timmermans, plaatsingscoördinator bureau jeugdzorg en talentscout vrijwilligerswerk
40