Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk...

29
Ergovaardig, deel 1

Transcript of Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk...

Page 1: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Ergovaardig, deel 1

Page 2: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen
Page 3: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Ergovaardig, deel 1Inventarisatie en analyse

redactieKoen van DijkMarluuke JakobsIngrid Laban-SinkeAnoeska Nasadviseur: Inge Speth-Lemmens

Derde druk

Page 4: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

 

Met behulp van onderstaande unieke activeringscode kun je een studentaccount aanmaken op www.ergovaardig.nl, voor toegang tot extra materiaal bij dit boek. Deze code is persoonsgebon-den en gekoppeld aan de derde druk. Na activering van de code is de website vijf jaar toeganke-lijk. De code kan tot zes maanden na het verschijnen van een volgende druk worden geactiveerd.

Opmaak binnenwerk: Textcetera, Den HaagOmslagontwerp: Textcetera, Den Haag

© Koen van Dijk, Marluuke Jakobs, Ingrid Laban-Sinke, Anoeska Nas, Inge Speth-Lemmens & Boom uitgevers Amsterdam, 2017

Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp, www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van (een) gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (art. 16 Auteurs-wet) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.stichting-pro.nl).

No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission from the publisher.

ISBN 978-90-8953-836-9ISBN 978-94-6127-765-7 (e-book)NUR 892

www.ergovaardig.nlwww.boomhogeronderwijs.nl

Page 5: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Voorwoord

Voor je ligt de volledig herziene derde druk van Ergovaardig, deel 1: Inventarisa-tie en analyse. Met behulp van dit boek en de bijbehorende online leer omgeving maak je kennis met verschillende ergotherapeutische vaardigheden op het gebied van inventarisatie en analyse. Zo leer je onder andere hoe je verschillende soorten gesprekken voert met een cliënt, zoals een vraag verhelderend gesprek, en hoe je verschillende ergotherapeutische observaties en testen afneemt. Ergo-vaardig biedt je de mogelijkheid om dit op verschillende manieren te leren. Zo speel je therapiesituaties na met medestudenten of simulatiecliënten, ervaar je zelf hoe het is om therapeut of cliënt te zijn, bekijk je beeldmateriaal ter oriën-tatie, en ga zo maar door. Kortom, het leren van ergotherapeutische beroeps-vaardigheden bestaat vooral uit DOEN!

Voor deze druk zijn alle hoofdstukken grondig herzien en is de bijbehorende online leeromgeving geheel nieuw opgebouwd. Op deze leeromgeving vind je beeldmateriaal, oefenlijsten, bijlagen, toetsvragen om je eigen kennis te testen, en voorbereidende en oefenopdrachten om je op de vaardigheidslessen voor te bereiden. De leeromgeving bij Ergovaardig vind je op www.ergovaardig.nl. Je kunt inloggen door de geprinte code boven aan de colofonpagina van je boek te gebruiken.

Deze derde druk is tot stand gekomen als samenwerking tussen de Hogeschool van Amsterdam, Hogeschool Arnhem en Nijmegen, Hogeschool Rotterdam en Zuyd Hogeschool Heerlen. Bij de totstandkoming van alle hoofdstukken en voor deze herziening is samengewerkt met ergotherapeuten uit het werkveld en collega-docenten. In de verantwoording en het dankwoord hebben we een overzicht opgenomen van alle betrokkenen. Onze dank aan hen is groot.Daarnaast hebben studenten ons, bij het schrijven van Ergovaardig en de ont-wikkeling van de online leeromgeving, regelmatig voorzien van waardevolle feedback en adviezen.

Tot slot wensen wij de gebruikers van dit boek veel succes met het zich eigen maken van de verschillende ergotherapeutische vaardigheden. We hopen dat de nieuwe boeken en de online leeromgeving van Ergovaardig hierbij inspire-rend zijn!

We houden ons aanbevolen voor suggesties ter verbetering.

Redactie Ergovaardig

Page 6: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen
Page 7: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

InhoudVoorwoord 5

Inleiding 13

Deel I Basisstructuur

1 Basisstructuur 21Redactie1.1 Basisstructuur ergotherapeutisch gesprek 211.2 Basisstructuur ergotherapeutisch onderzoek 261.3 Overleggen over doelen en strategieën in de

voorbereiding van een bijeenkomst 291.4 Leerproces en instructie 33

Deel II Handelingsvraag inventariseren

Oefenlijst 2.1 41Oefenlijst 2.2 43

2 Het voeren van een vraagverhelderend gesprek 45Annerie Zalmstra & Marjan StomphRedactionele bewerking: Marluuke Jakobs & Anoeska Nas2.1 Inleiding 452.2 Leerdoelen 462.3 Beginvereisten 462.4 Leermiddelen 472.5 Voorbereidende opdrachten 472.6 Test je kennis 482.7 Inhoudelijke analyse 482.8 Tips en redeneervragen 532.9 Zelfstandig oefenen 542.10 Bronnen 552.11 Bijlagen 55

Oefenlijst 3.1 57Oefenlijst 3.2 58

3 Een gesprek voeren met de Canadian Occupational Perfor mance Measure (COPM) 59Annerie Zalmstra & Marjan StomphRedactionele en inhoudelijke bewerking: Koen van Dijk3.1 Inleiding 593.2 Leerdoelen 61

Page 8: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Ergovaardig, deel 18

3.3 Beginvereisten 613.4 Leermiddelen 623.5 Voorbereidende opdrachten 633.6 Test je kennis 633.7 Inhoudelijke analyse 633.8 Tips en redeneervragen 663.9 Zelfstandig oefenen 673.10 Bronnen 683.11 Bijlagen 68

Oefenlijst 4.1 704 Werken met het Child Occupational Self Assessment

(COSA 2.2 NL) 71Marjon ten VeldenRedactionele bewerking: Koen van Dijk4.1 Inleiding 714.2 Leerdoelen 724.3 Beginvereisten 724.4 Leermiddelen 724.5 Voorbereidende opdrachten 734.6 Test je kennis 734.7 Inhoudelijke analyse 734.8 Tips en redeneervragen 754.9 Zelfstandig oefenen 754.10 Bronnen 764.11 Bijlagen 77

Oefenlijst 5.1 785 Het voeren van een vraaggesprek over fysieke belasting 79

Henk JellemaRedactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke5.1 Inleiding 795.2 Leerdoelen 805.3 Beginvereisten 805.4 Leermiddelen 815.5 Voorbereidende opdrachten 815.6 Test je kennis 825.7 Inhoudelijke analyse 825.8 Tips en redeneervragen 855.9 Zelfstandig oefenen 865.10 Bronnen 875.11 Bijlagen 87

Page 9: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Inhoud 9

Deel III Observeren, onderzoeken en analyseren

Oefenlijst 6.1 906 Observeren van motorische en procesvaardigheden 91

Annerie ZalmstraRedactionele en inhoudelijke bewerking: Koen van Dijk6.1 Inleiding 916.2 Leerdoelen 926.3 Beginvereisten 926.4 Leermiddelen 926.5 Voorbereidende opdrachten 936.6 Test je kennis 936.7 Inhoudelijke analyse 936.8 Tips 966.9 Zelfstandig oefenen 976.10 Bronnen 976.11 Bijlagen 98

Oefenlijst 7.1 1087 Observeren van de lichaamshouding: zithouding 109

Redactionele bewerking: Anoeska Nas7.1 Inleiding 1097.2 Leerdoelen 1097.3 Beginvereisten 1097.4 Leermiddelen 1097.5 Voorbereidende opdrachten 1107.6 Test je kennis 1107.7 Inhoudelijke analyse 1107.8 Zelfstandig oefenen 1137.9 Bronnen 1147.10 Bijlagen 114

Oefenlijst 8.1 1168 Observeren van de lichaamshouding: staande houding 117

Redactionele bewerking: Anoeska Nas8.1 Inleiding 1178.2 Leerdoelen 1178.3 Beginvereisten 1178.4 Leermiddelen 1178.5 Voorbereidende opdrachten 1188.6 Test je kennis 1188.7 Inhoudelijke analyse 1188.8 Zelfstandig oefenen 1218.9 Bronnen 1228.10 Bijlagen 122

Page 10: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Ergovaardig, deel 110

Oefenlijst 9.1 1249 Observeren beeldschermwerk 125

Henk JellemaRedactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke9.1 Inleiding 1259.2 Leerdoelen 1269.3 Beginvereisten 1279.4 Leermiddelen 1279.5 Voorbereidende opdrachten 1279.6 Test je kennis 1279.7 Inhoudelijke analyse 1289.8 Tips en redeneervragen 1319.9 Zelfstandig oefenen 1319.10 Bronnen 1319.11 Bijlagen 132

Oefenlijst 10.1 13310 Werken met de Activiteitenweger 135

Greke Hulstein & Karin ten Hove10.1 Inleiding 13510.2 Leerdoelen 13610.3 Beginvereisten 13610.4 Leermiddelen 13610.5 Voorbereidende opdrachten 13710.6 Test je kennis 13710.7 Inhoudelijke analyse 13710.8 Tips en redeneervragen 14110.9 Zelfstandig oefenen 14110.10 Bronnen 14210.11 Bijlagen 142

Oefenlijst 11.1 149Oefenlijst 11.2 150Oefenlijst 11.3 152Oefenlijst 11.4 153Oefenlijst 11.5 154

11 Lichamelijk onderzoek uitvoeren 155Redactionele en inhoudelijke bewerking: Koen van Dijk11.1 Inspectie en palpatie van de bovenste extremiteiten 157

11.1.1 Leermiddelen 15811.1.2 Inhoudelijke analyse 158

11.2 Bewegingsonderzoek van de bovenste extremiteiten 16211.2.1 Leermiddelen 16211.2.2 Inhoudelijke analyse 16311.2.3 Zelfstandig oefenen 173

Page 11: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Inhoud 11

11.3 Goniometrie 17411.3.1 Leermiddelen 17411.3.2 Voorbereidende opdrachten 17511.3.3 Inhoudelijke analyse 17511.3.4 Zelfstandig oefenen 178

11.4 Sensibiliteitsonderzoek volgens Semmes-Weinstein 17811.4.1 Leermiddelen 17911.4.2 Voorbereidende opdrachten 17911.4.3 Inhoudelijke analyse 17911.4.4 Tips en redeneervragen 18111.4.5 Zelfstandig oefenen 181

11.5 Handkrachtmeting 18211.5.1 Leermiddelen 18311.5.2 Inhoudelijke analyse 18311.5.3 Tips en redeneervragen 186

11.6 Bijlagen 187

Verantwoording en dankwoord 191

Register 193

Over de auteurs en redactie 197

Page 12: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen
Page 13: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Inleiding

De Nederlandse opleidingen Ergotherapie leiden op tot competente ergothera-peuten. De beroepscompetenties van de ergotherapeut en het gewenste eindni-veau van de opleiding tot ergotherapeut zijn beschreven in Beroepscompetenties ergo therapie (Verhoef & Zalmstra, 2014). Binnen Ergovaardig komen vooral vaardig heden aan de orde die horen bij cliëntgebonden competenties (screenen, inventariseren en analyseren, behandelen en begeleiden, adviseren aan derden, en ondersteunen en versterken). In de boeken Ergovaardig en op de online leer-omgeving zijn echte ergotherapeutische DOE-vaardigheden opgenomen.De skillslab-methode wordt gevolgd als leermethode voor studenten om de vaardigheden onder de knie te krijgen. De ergotherapeutische vaardigheden vragen gevarieerd oefenen om de vaardigheid in diverse situaties te kunnen toepassen. Het echt beheersen en automatiseren van de vaardigheden gebeurt in de complexiteit van de beroepspraktijk (stage) na de voorbereiding in de opleidingssituatie. Daarnaast is Ergovaardig geschikt om te gebruiken in de beroepspraktijk, met name bij het begeleiden van stagiairs.

In deze volledig herziene druk van Ergovaardig, bestaande uit twee delen en een nieuwe uitgebreide online leeromgeving, zijn alle vaardigheden herzien en zijn enkele nieuwe vaardigheden toegevoegd.Net als in eerdere drukken zijn de vaardigheden die worden aangeboden exem-plarisch voor de ergotherapeutische beroepspraktijk en vormen ze een basis voor de meest voorkomende ergotherapeutische vaardigheden.De in Ergovaardig opgenomen vaardigheden zijn geschreven met aandacht voor cliëntgecentreerd werken, de context van de cliënt, evidence-based practice en occupation-based ergotherapie, volgend op en passend bij ontwikkelingen bin-nen het beroep. De aan de ergotherapiepraktijk ontleende voorbeelden hebben betrekking op participatie ten aanzien van wonen/zorgen, werken/leren en vrije tijd/spel.Onder cliënt wordt verstaan: een persoon (kind, volwassene of oudere), een organisatie of een populatie met een potentiële vraag op het gebied van hande-len en/of participatie, die om deze reden gebruikmaakt van ergotherapie. Deze uitgave bestaat uit vaardigheden gericht op individuele personen en groepen, inclusief hun systeem. Dit kunnen belangrijke personen in hun omgeving zijn, zoals partner, familie, mantelzorgers, leerkrachten, werkgevers enzovoort.

In deze druk van Ergovaardig wordt benadrukt dat de cliënt en de ergothera-peut tijdens het proces van vraagverheldering een goed beeld krijgen van de wensen en behoeften ten aanzien van de handelingsvragen van de cliënt, om vervolgens de vraag en het aanbod van de ergotherapie zo goed mogelijk op elkaar te kunnen laten aansluiten. Verder betekent dit dat de ergotherapeut op

Page 14: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Ergovaardig, deel 114

basis van samenwerking met de cliënt voor keuzemogelijk heden en voor een goede ondersteuning (empowerment) en informatie voorziening (evidence- based) zorgt, zodat de cliënt de uiteindelijke keuze kan bepalen om de kwa-liteit van zijn leven te optimaliseren (Le Granse & Kuiper, 2017). Bij dit alles respecteert de ergotherapeut de diversiteit van mensen (Van  Hartingsveldt, Logister-Proost & Kinébanian, 2010).

Ergovaardig, deel 1: Inventarisatie en analyse gaat over de eerste fasen van het ergotherapeutische proces. De doelen van de eerste fasen zijn kennismaken, gegevens verzamelen en samen inzicht krijgen in de handelingsvraag van de cliënt. Ook is het de bedoeling dat de cliënt en de ergotherapeut zicht krijgen op de mogelijkheden van de cliënt én van zijn omgeving om tot oplossingen te komen.

Ergotherapeuten beschikken over een groot aantal instrumenten om gegevens over de handelingsvraag te verzamelen. De formele instrumenten zijn grofweg onder te verdelen in vraaggesprekken/interviews met de cliënt en zijn systeem, vragenlijsten die de cliënt zelf invult (self-reports), observaties, onderzoek en testen. Daarnaast verzamelt de ergotherapeut op informele wijze gegevens, onder andere door cliënten, dossieronderzoek en overdracht van andere zorg-professionals.

In dit deel gaat het eerste hoofdstuk over de ‘basisstructuur’ in een bijeenkomst met een cliënt. Deze basis betreft de houding, communicatie en wijze van bege-leiden en instrueren door de ergotherapeut. Daarnaast voorkomt het herhaling van teksten bij alle vaardigheden. Het idee is dat je deze informatie bij diverse vaardigheden kunt toepassen. Dit hoofdstuk is dan ook anders opgebouwd dan de andere hoofdstukken. Er zijn vier basisstructuren opgenomen:1. Een basisstructuur van een ergotherapeutisch gesprek, met een overzicht van

communicatieve vaardigheden die nodig zijn om gesprekken goed te kun-nen voeren.

2. Een basisstructuur voor ergotherapeutisch onderzoek, die gebruikt wordt wanneer er geen gestandaardiseerde afname van observatie of onderzoek is beschreven.

3. Een basisstructuur voor het afstemmen van verwachtingen, uitkomsten en doelen met de cliënt. Bij iedere vaardigheid bespreek je per sessie het doel of de uitkomst, de verwachtingen van de cliënt en op welke wijze hij dit doel wil bereiken. Een basisstructuur hiervoor is beschreven in de vorm van een inhoudelijke analyse.

4. Een basisstructuur voor het bespreken van leerstrategieën, benaderings-wijzen en de manier van instructie. De ergotherapeut heeft te maken met verschillen in de manier waarop iemand leert, en dat geldt ook voor het veranderen van de wijze van handelen. Het leerproces, de benaderingswijze van de cliënt en de manier van aanpak van de therapeut worden toegelicht.

Page 15: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Inleiding 15

De andere hoofdstukken in dit deel richten zich op diverse vaardigheden die gericht zijn op het inventariseren van de handelingsvraag door vraaggesprek-ken en interviews en die gericht zijn op het inventariseren en analyseren van handelingsvragen door observaties, onderzoeken en testen.

Op basis van de volgende uitgangspunten is bepaald welke instrumenten in dit deel van Ergovaardig zijn opgenomen:– De instrumenten zijn representatief voor een scala aan methoden van gege-

vens verzamelen.– De instrumenten zijn gebaseerd op een cliëntgerichte visie en integrale bena-

dering van de cliënt, dat wil zeggen dat participatiebelemmering, beperking in activiteiten en de gestoorde functie steeds beschouwd moeten worden in het licht van het unieke karakter van de cliënt in zijn sociaal-culturele omgeving.

– De instrumenten zijn handelingsgericht.– De instrumenten zijn gebaseerd op de Nederlandse ergotherapiepraktijk en

op de inhoudsmodellen die op de opleidingen het meest worden gebruikt, te weten het Model of Human Occupation (MOHO) van Kielhofner en het Canadian Model of Occupational Performance and Engagement (CMOP-E).

– De instrumenten voor analyse van arbeidsproblemen zijn gerelateerd aan bestaande arbotools.

– De instrumenten worden vaak in de actuele ergotherapeutische beroeps-praktijk in Nederland gebruikt of zijn daarin toepasbaar, gezien hun hande-lingsgerichte karakter en de methodologische kwaliteit.

Inleiding op de skillslab-methode

Aan het correct uitvoeren van een vaardigheid ligt een leerproces ten grond-slag. De skillslab-methode is een systematische methodiek voor het aanleren van vaardigheden. Centraal in de skillslab-methode staan diverse activiteiten om op een efficiënte manier (ergotherapeutisch) vaardig te worden.Ergovaardig is ontwikkeld ter ondersteuning van het leren van ergotherapeu-tische vaardigheden. Het is erop gericht nieuwe vaardigheden zo zelfstandig mogelijk te leren. Dit betekent dat jij zelf verantwoordelijk bent voor datgene wat je leert, alleen of samen met anderen. De docent begeleidt, stimuleert en geeft feedback tijdens de vaardigheidsbijeenkomsten. Jij stuurt zelf je leer-proces.Alle vaardigheden zijn hetzelfde opgebouwd en in deze opbouw zijn de diverse fasen van het leerproces te herkennen. Het leerproces is een afwisseling van docentonafhankelijke en docentbegeleide stappen. Hierna volgt een korte beschrijving van hoe de stappen in het leerproces elkaar opvolgen.

Page 16: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Ergovaardig, deel 116

1. OriënteringsfaseDe oriënteringsfase omvat de voorbereidende opdrachten, de inhoudelijke ana-lyse en de ‘Test je kennis’-vragen.De voorbereidende opdrachten zijn bedoeld om je te oriënteren, ervaringen op te doen en kennis te vergaren over de uit te voeren vaardigheden. Als je deze opdrachten uitvoert, krijg je inzicht in achtergrondinformatie die van belang is voor het kunnen beredeneren en het kunnen verantwoorden van je handelen. Daarnaast krijg je inzicht in de wijze waarop de ergotherapeutische vaardigheid wordt uitgevoerd en hoe je rekening kunt houden met specifieke cliëntsituaties.In de inhoudelijke analyse vind je een gedetailleerde en systematische beschrij-ving van de vaardigheid. Hierin staat stapsgewijs uitgewerkt hoe een vaar-digheid wordt uitgevoerd. Op de online leeromgeving worden voorbeelden getoond hoe (gedeelten van) de vaardigheden in de praktijk worden uitgevoerd.Het is je eigen keuze of je eerst de inhoudelijke analyse goed leest en bestudeert en daarna de leeromgeving bekijkt, of dat je online begint.De oriënteringsfase wordt afgesloten met de ‘Test je kennis’-vragen. Deze toets kan je een indruk geven of je voldoende hebt begrepen van de voorbereidende opdrachten en de inhoudelijke analyse. Als dat niet het geval is, is het je eigen verantwoordelijkheid om sommige onderdelen nog eens kritisch door te nemen.De voorbereidende opdrachten en de ‘Test je kennis’-vragen vind je op de online leeromgeving.

2. OefenfaseDe oefenfase bestaat uit de vaardigheidsbijeenkomst en het begeleid oefenen. Als je de voorbereidende opdrachten hebt uitgevoerd en de inhoudelijke ana-lyse hebt bestudeerd, heb je een duidelijk beeld van de vaardigheid. Mogelijk heb je al eens voorzichtig geoefend.In deze oefenfase wordt de overstap gemaakt van cognitieve vaardigheden naar reproductieve vaardigheden: wat je in je hoofd hebt, moet je nu praktisch leren uitvoeren. Deze fase wordt begeleid door een docent. Daarmee wordt voor-komen dat de vaardigheid op een onjuiste manier wordt geleerd.In de bijeenkomst met de docent kun je vragen stellen over de voorbereidende opdrachten. Ook zal de docent de vaardigheid eventueel voordoen, of via voor-beelden op de online leeromgeving nogmaals tonen. Vervolgens oefen je onder begeleiding van een docent.Elke student kan in deze fase feedback krijgen, om daarna zonder begeleiding verder te oefenen. Zorg er steeds voor dat je tijdens de bijeenkomst zelf oefent en feedback vraagt. Daarmee kom je verder dan met het alleen kijken naar medestudenten en horen wat zij goed of fout deden.Vaste onderdelen van de bijeenkomst zijn dus: onduidelijkheden bespreken, demonstreren van de vaardigheid, onder begeleiding oefenen en feedback vra-gen en krijgen.

Page 17: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Inleiding 17

3. BeheersingsfaseDe beheersingsfase bestaat uit oefenopdrachten (‘zelfstandig oefenen’) en contacten met simulatiecliënten. De meeste vaardigheden moet je vaker oefe-nen om ze echt ‘in de vingers’ te krijgen en verantwoord bij echte cliënten te kunnen uitvoeren. Daarvoor is het nodig dat je zelfstandig, onbegeleid verder oefent. Je oefent in deze fase met medestudenten, zodat je elkaar kunt steunen en corrigeren bij de uitvoering. De oefenopdrachten zijn bedoeld om de vaar-digheid gevarieerd en verdiepend te kunnen oefenen, zodat je de vaardigheid ten slotte werkelijk beheerst. Filmpjes kun je eventueel uploaden op de online leer omgeving om zo feedback van anderen te vragen.In deze fase is de oefenlijst een belangrijk hulpmiddel. De oefenlijst geeft de criteria weer voor een correcte uitvoering van de vaardigheid en kan door een observerende medestudent gebruikt worden om jouw vaardigheden te scoren en te evalueren. Op deze manier oefen je zelfstandig totdat je de vaardigheid echt in de vingers hebt.Om eraan te wennen hoe je een vaardigheid in de echte praktijk kunt toepas-sen, wordt gebruikgemaakt van simulatiecliënten. Het contact met simulatie-cliënten is bedoeld om de tot nu toe geoefende vaardigheden te leren toepassen in een ‘bijna echt’-situatie, een situatie die zoveel mogelijk lijkt op wat je later in de praktijk mag verwachten.

Bronnen

Granse, A.M.S. le & Kuiper, C. (2017). Hoofdstuk 7: Cliënt. In A.M.S. le Granse, M.J. van Hartingsveldt & A. Kinébanian (red.). Grondslagen van de ergotherapie (5e druk). Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

Hartingsveldt, M. van, Logister-Proost, I. & Kinébanian, A. (2010). Beroepsprofiel Ergo-therapeut. Den Haag/Utrecht: Boom Lemma/Ergotherapie Nederland.

Kuiper, C., Verhoef, J. & Munten, G. (2016). Hoofdstuk 12: Gezamenlijke geïnformeerde besluitvorming. In C. Kuiper, J. Verhoef & G. Munten. Evidence-based practice voor paramedici. Gezamenlijke geïnformeerde besluitvorming. Amsterdam: Boom.

Logister-Proost, I. & Steensels, M. (2017). Hoofdstuk 24: Methodisch handelen. In A.M.S. le Granse, M.J. van Hartingsveldt & A. Kinébanian (red.). Grondslagen van de ergo therapie (5e druk). Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

Townsend, E. & Polatajko, H. (2007). Enabling occupation II: Advancing an occupational therapy vision for health, well-being & justice through occupation. Ottawa: CAOT publications ACE.

Verhoef, J. & Zalmstra, A. (2013). Beroepscompetenties ergotherapie. Den Haag: Boom Lemma.

Page 18: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen
Page 19: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Deel IBasisstructuur

Page 20: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen
Page 21: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

1REDAC TIE

Basisstructuur

Dit hoofdstuk is anders opgebouwd dan de rest van dit boek. In dit hoofdstuk zijn een aantal ‘basisstructuren’ opgenomen die je nodig hebt bij veel ergotherapeutische vaar-digheden. In diverse hoofdstukken van Ergovaardig kun je deze basisstructuren toepas-sen. Zie dit hoofdstuk dus als een soort voorwaardenscheppende inleiding, die je kunt gebruiken bij verschillende vaardigheden van Ergovaardig.

In dit hoofdstuk komen de volgende onderwerpen in paragrafen aan bod:1.1 Basisstructuur ergotherapeutisch gesprek1.2 Basisstructuur ergotherapeutisch onderzoek1.3 Overleggen over doelen en strategieën in de voorbereiding van een bijeenkomst1.4 Leerproces en instructie

1.1 Basisstructuur ergotherapeutisch gesprek

InleidingErgotherapeuten voeren allerlei soorten gesprekken met cliënten, familieleden van cliënten, professionals, bedrijven enzovoort. Elk gesprek heeft zijn eigen doel en dus inhoud. Het kan bijvoorbeeld een vraagverhelderend gesprek, een inzichtgevend gesprek of een slechtnieuwsgesprek zijn. In al deze gesprekken is eenzelfde structuur te herkennen, een ‘basisstructuur’.Deze basisstructuur is in de eerste plaats gericht op het contact van de ergothe-rapeut met de cliënt en/of het cliëntsysteem, maar kan – in aangepaste vorm – ook gebruikt worden bij het voeren van gesprekken in andere situaties, zoals in een groep.

De basisstructuur voor het ergotherapeutisch gesprek is gebaseerd op de Calgary Cambridge-observatielijst (Silverman, Kurtz & Draper, 2014). De ele-menten uit deze lijst zijn verwerkt in de basisstructuur voor een gesprek zoals in dit hoofdstuk wordt aangeboden.

Naast een basisstructuur worden uiteraard communicatieve basisvaardighe-den toegepast in allerlei gesprekken, zowel in professionele gesprekken als in gesprekken met vrienden, ouders enzovoort.

Page 22: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Ergovaardig, deel 122

NB: In hoofdstuk 2 zijn voorbereidende opdrachten opgenomen, waarbij soms verwezen wordt naar dit hoofdstuk. De voorbereidende opdrachten richten zich onder andere op het toepassen van een basisstructuur van een gesprek en op de communicatieve basisvaardigheden.

De fasen van een basisstructuur in het ergotherapeutisch gesprekDe basisstructuur van een ergotherapeutisch gesprek omvat verschillende fasen:– Bereid je voor.– Begroet en breng het contact tot stand.– Stel het doel en de procedure voor het gesprek vast.– Voer het gesprek dat past bij het vastgestelde doel.– Evalueer samen de resultaten van het gesprek en de werkwijze, en neem

samen besluiten over het vervolg.– Rond het gesprek af.

In tabel 1.1 is deze basisstructuur van een gesprek terug te vinden. Per fase is uitgewerkt hoe je dit kunt doen (werkwijze en aandachtspunten).

In alle fasen gebruikt de ergotherapeut communicatieve basisvaardigheden. Deze vaardigheden worden ingezet om:– een relatie met de cliënt op te bouwen en te onderhouden;– structuur aan te brengen in het gesprek;– het doel van het gesprek te bereiken.

Om aan te geven dat deze vaardigheden in alle fasen continu nodig zijn, zijn ze in twee doorlopende kolommen links en rechts weergegeven. De communica-tieve basisvaardigheden worden toegelicht in tabel 1.2.

Page 23: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

1 Basisstructuur 23

Tabel 1.1 Basisstructuur van een ergotherapeutisch gesprek

Bereid je voor.Re

lati

e op

bouw

en(n

on-v

erba

al g

edra

g, v

ertr

ouw

ensb

and,

clië

nt o

vera

l bij

betr

ekke

n)– Richt je aandacht op het komende gesprek, zorg dat je in staat bent je volledig

hierop te concentreren en niet afgeleid wordt.– Oriënteer je op de cliënt; ga na of al duidelijk is wat zijn vraag is en bereid je hierop

voor, eventueel via informatie van anderen of uit het dossier. Hoe is de cliënt bij jou terechtgekomen (rechtstreeks of via een verwijzing)?

– Bepaal wat voor jou de reden en het doel van dit gesprek zijn en welke gespreksonderwerpen je aan bod wilt laten komen.

– Kies een geschikte ruimte/omgeving en benodigdheden.

Structuur bieden(inzicht geven in de opbouw

van het gesprek, aandacht voor het gespreksverloop)

Begroet en breng het contact tot stand.– Begroet de cliënt op een passende wijze; bedenk of je een hand geeft en of je

hem met ‘je’ of met ‘u’ aanspreekt.– Stel jezelf zo nodig voor. Noem je voor- en achternaam en je functie. Vraag bij

twijfel of je de naam van de cliënt goed uitspreekt. Is de partner of iemand anders aanwezig, verhelder dan ook wat de rol van die persoon is.

– Zorg dat de cliënt comfortabel zit.– Leg indien nodig uit wat ergotherapie is, met voorbeelden die passen bij de

situatie van de cliënt.– Informeer de cliënt over je functie en rol in dit gesprek. Maak gebruik van

voorbeelden die passen bij de situatie van de cliënt.– Creëer een ontspannen sfeer door bijvoorbeeld een praatje over alledaagse dingen.

NB: Het is van belang dat je vanaf het eerste moment interesse en respect toont, zowel in je verbale als in je non-verbale gedrag. Luister aandachtig naar de cliënt. Dit is de basis voor het opbouwen van een goede vertrouwensrelatie.Stel het doel en de procedure voor het gesprek vast.Het is afhankelijk van het soort gesprek hoe je dit doet:1. Vraag de cliënt zelf om aan te geven waarover hij wil praten, wat zijn verwachtingen

en doel zijn. Bespreek zo nodig wat jouw gespreksonderwerpen zijn.2. Geef zelf de reden aan van dit gesprek en vraag de cliënt wat hij daarvan vindt en

of hij aanvullingen heeft.

Vervolgens bespreek je:– welke inbreng jullie ieder hebben, of je tijdens het gesprek aantekeningen maakt

en met welk doel je dit doet;– indien dit niet het eerste gesprek is, kom dan terug op de kernpunten van het

vorige gesprek. Voer het gesprek dat past bij het vastgestelde doel.Dit kunnen zijn: vraagverhelderend gesprek, inzichtgevend gesprek, adviesgesprek, evaluatiegesprek enzovoort.Samen met de cliënt sta je stil bij de inhoud van het gesprek: wat wordt er vandaag besproken in relatie tot het te realiseren doel?

NB: Gebruik hiervoor de specifieke inhoudelijke analyses in Ergovaardig.Evalueer samen de resultaten van het gesprek en de werkwijze, en neem samen besluiten over het vervolg.Sta samen stil bij het verloop en het resultaat van het gesprek: is de cliënt tevreden over het bereikte resultaat?Rond het gesprek af.– Overleg samen wat de voorkeur heeft voor het vervolg.– Maak concrete afspraken over het vervolg.– Vraag of de cliënt nog vragen of opmerkingen heeft.– Begeleid hem zo nodig naar buiten.

Page 24: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Ergovaardig, deel 124

Tabel 1.2 Communicatieve vaardigheden tijdens het ergotherapeutisch gesprek

a. Algemene communicatieve vaardigheden

Aandacht-gevend gedrag

Dit is het geheel van non-verbaal gedrag (geïnteresseerde gezichts-uitdrukking, oogcontact, rustige, open lichaamshouding, aanmoedigende gebaren), verbaal volgen (verbale aanmoedigingen) en gebruik van stiltes waarmee de ergotherapeut de cliënt laat merken dat hij oprecht belangstelling voor hem heeft en naar hem luistert. Hij luistert niet alleen naar wat de cliënt zegt, maar ook naar hoe hij het zegt.

Aanmoedigend reageren

Ondersteun de uitingen van de cliënt verbaal en non-verbaal door bijvoorbeeld aanmoediging, herhaling, stilte, parafrasering.

Afstemmen Stem je eigen gedrag af op dat van de cliënt, waarbij je rekening houdt met zijn waarden en overtuigingen. Stem bijvoorbeeld je vragen en uitleg af op de cliënt. Denk daarbij aan taalgebruik, spreektoon, meertaligheid, scholingsniveau, begripsvermogen. Denk ook aan het afstemmen van je lichaamshouding, bewegingen en gebaren op de ander.

Gevoelsreflectie Dit is een concrete uitwerking van ‘empathie tonen’. Geef gevoelens weer die de cliënt verbaal of non-verbaal uit, zonder hierover een oordeel uit te spreken. Gevoelsreflecties hebben verschillende functies. De cliënt wordt door een gevoelsreflectie bijvoorbeeld gestimuleerd zijn gevoelens te uiten, waardoor zowel de ergotherapeut als de cliënt een beter beeld krijgt van het belang dat de cliënt aan bepaalde zaken hecht, en hóe hij zijn eventuele handelingsproblemen beleeft.

Luisteren Maakt deel uit van aandachtgevend gedrag. Luister aandachtig, laat de cliënt uitpraten, geef de cliënt tijd om na te denken voor hij een antwoord geeft, let op wat de cliënt zegt, maar ook op hoe hij het zegt.

Parafraseren Geef kort in eigen woorden weer wat de cliënt gezegd heeft. De parafrase heeft betrekking op inhoudelijke informatie en geeft een ‘vertaling’ van de essentie van hetgeen de cliënt heeft gezegd. Hierdoor probeert de ergotherapeut nog scherper weer te geven wat de cliënt heeft verteld, zodat deze een beter beeld krijgt van de factoren die een rol spelen.

Samenvatten Geef relatief grote hoeveelheden informatie overzichtelijk en voor de cliënt begrijpelijk weer. Een samenvatting gaat over een langere gespreksperiode. Doel is om structuur aan te brengen in wat de cliënt gezegd heeft door hoofdpunten uit zijn verhaal te ordenen. De ergo-therapeut kan zo ook nagaan of hij de cliënt goed begrepen heeft. Hij vraagt de cliënt zo nodig zijn samenvatting te corrigeren en aan te vullen.

Signalen registreren en reflecteren

Registreer verbale en non-verbale signalen van de cliënt (lichaamstaal, manier van spreken, tempo, volume en intonatie, gezichtsuitdrukking, houding) en breng dat waar nodig ter sprake.

Taalgebruik Gebruik beknopte en door de cliënt goed te begrijpen zinnen. Vermijd jargon en leg duidelijk uit wat je bedoelt.

Verhelderen en concretiseren

Vraag door op uitspraken van de cliënt als hij zich voor jou onduidelijk uitdrukt of als je een gedetailleerder beeld wilt krijgen.

Vragen stellen Gebruik open en gesloten vraagtechnieken. Wissel deze op de juiste momenten af. Door het stellen van vragen toon je interesse, verzamel je informatie, ondersteun je de cliënt om zijn standpunt helder te krijgen en ga je na of je hem goed begrepen hebt.

Page 25: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

1 Basisstructuur 25

b. Vaardigheden om de relatie op te bouwen

Aantekeningen maken

Doe dit zodanig dat het de dialoog met de cliënt niet verstoort en leg uit aan de cliënt waarom je aantekeningen maakt.

Erkennen Erken de denkbeelden en gevoelens van de cliënt en accepteer ze zonder te oordelen of te veroordelen.

Gepast non-verbaal gedrag vertonen

Maak oogcontact, wees je bewust van je gelaatsuitdrukking, je houding en positie. Let op je stemgebruik (tempo, volume en intonatie). Deze vaardigheid past deels onder ‘aandachtgevend gedrag’.

Gevoelig zijn Ga respectvol en tactvol om met voor de cliënt lastige onderwerpen en situaties.

Hardop denken Denk met de cliënt mee om zo zijn betrokkenheid te stimuleren.

Ondersteuning bieden

Druk op gepaste wijze zorg, begrip en hulpvaardigheid uit.

Motieven noemen

Leg uit waarom je bepaalde vragen stelt.

Straal zelf-vertrouwen uit

Presenteer jezelf als een professional.

c. Vaardigheden om structuur in het gesprek aan te brengen (regulerende vaardigheden)

Gesprek een logische structuur geven

Gebruik de volgorde van de inhoudelijke analyse van de basisstructuur van het gesprek.

Markeren Maak een opmerking over de overgang naar een volgende fase of een volgend onderwerp. Noem hierbij kort de essentie van die volgende fase of dat onderwerp.

Terugkoppelen naar de (begin)doelen

Herhaal op een gepast moment in het gesprek het (begin)doel en inventariseer samen met de cliënt in hoeverre dit doel behaald is, en wat er eventueel nog nodig is om dit doel te kunnen behalen.

Timing Bewaak de tijd, zorg dat er niet te veel afgedwaald wordt. Merk tegen het einde van het gesprek op dat je de bijeenkomst gaat afronden.

Tussentijds samenvatten

Vat na elk onderdeel van het gesprek het besprokene samen om te controleren of alles duidelijk is geworden; ga pas daarna door.

Bronnen

Adriaansen, M. & Caris, J. (2011). Elementaire sociale vaardigheden (3e druk). Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

Lang, G. & Molen, H. van der (2012). Psychologische gespreksvoering. Een basis voor hulp-verlening (16e druk). Amsterdam: Boom/Nelissen.

Silverman, J., Kurtz, S. & Draper, J. (2014). Vaardig communiceren in de gezondheidszorg. Een evidence-based benadering (3e druk). Den Haag: Boom Lemma.

Page 26: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Ergovaardig, deel 126

1.2 Basisstructuur ergotherapeutisch onderzoek

InleidingErgotherapeuten voeren ergotherapeutisch onderzoek uit in de vorm van bij-voorbeeld observaties, onderzoeken of testen. Waar in dit hoofdstuk gespro-ken wordt over ergotherapeutisch onderzoek, worden ook testen en observaties bedoeld.Op basis van de vragen die de ergotherapeut en de cliënt hebben over de han-delingsvraag, wordt een keuze gemaakt uit diverse onderzoeksinstrumenten (observaties, onderzoeken en testen) die beschikbaar zijn. Elk onderzoeks-instrument heeft zijn eigen kenmerken wat betreft:– de uitkomstmaten die ermee verkregen worden;– de hanteerbaarheid;– de methodologische kwaliteit (validiteit en betrouwbaarheid);– de theorie of het model waarop het gebaseerd is.

In termen van de International Classification of Functioning, Disability and Health (ICF) zijn er verschillen in het niveau van functioneren van de cliënt, waarover je informatie krijgt door ergotherapeutisch onderzoek. Met sommige instrumenten verkrijg je informatie op het niveau van participatie of activi-teiten, en met andere instrumenten krijg je informatie over het functieniveau.

Niet voor elke observatie, elk onderzoek of elke test is een gestandaardiseerde afname beschreven. Wanneer dat niet het geval is kun je gebruikmaken van de hier beschreven basisstructuur voor het ergotherapeutisch onderzoek. Deze basisstructuur van het ergotherapeutisch onderzoek gebruik je als raamwerk voor de afname van het desbetreffende onderzoek.

De fasen van de basisstructuur van het ergotherapeutisch onderzoekIn de eerste kolom van tabel 1.3 zijn de onderdelen van de procedure omschre-ven in de vorm van handelingen die je achtereenvolgens doorloopt. In de tweede kolom zijn de handelingen gespecificeerd in concrete werkwijzen en aandachts-punten. Omdat alle mogelijke handelingen zijn vermeld, is deze lijst vrij uit-gebreid. Afhankelijk van het doel en de aard van het onderzoeksinstrument zul je een aantal stappen overslaan. Bij een aantal onderzoeksinstrumenten zullen stappen juist uitgebreider worden toegepast. Je gaat zelf steeds na wat bij het gekozen onderzoeksinstrument verder geconcretiseerd moet worden. Aan de hand van deze basisstructuur voor ergotherapeutisch onderzoek maak je dus zelf een passend stappenplan bij elk onderzoek of elke test.

Page 27: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

1 Basisstructuur 27

Tabel 1.3 Basisstructuur van ergotherapeutisch onderzoek

Uitvoering (wat) Werkwijze (hoe en aandachtspunten)

1. Voorbereiding (zonder cliënt)

Je op het onderzoek oriënteren

Bepaal het doel van het onderzoek in relatie tot de handelingsvraag.

Beredeneer wat de relatie is tussen de handelingsvraag van de cliënt en datgene wat je met het instrument onderzoekt.Zorg ervoor dat je dit in heldere taal aan de cliënt kunt uitleggen.

Maak een keuze voor een geschikt instrument en zorg voor een observatie- of scoreformulier.

Bestudeer de inhoud van het instrument, de wijze van afname en scoren. Lees de instructies en aanwijzingen bij het instrument nauwkeurig door.

Bepaal het tijdstip en de tijdsduur.

Stem deze af op het doel van het onderzoek en de mogelijkheden van de cliënt.

Kies een geschikte ruimte/omgeving en benodigdheden.

Bepaal of het nodig is om in de eigen (thuis)situatie van de cliënt te onderzoeken.Maak een keuze over het wel of niet prikkelarm zijn van de omgeving tijdens de afname van het onderzoek. Zorg voor passend meubilair. Leg de benodigde materialen klaar, inclusief een observatieformulier en pen.

Bepaal de werkhouding waarin je de cliënt wilt observeren/onderzoeken.

Ga na welke eisen het onderzoeksinstrument stelt aan de werkhouding van de cliënt. Ga na welke mogelijkheden de cliënt heeft binnen het onderzoek voor een keuze van de eigen werkhouding.Bedenk of je instelbaar meubilair wilt gebruiken.

Bepaal je eigen positie ten opzichte van de cliënt.

Besluit of je wel of niet deelneemt aan de activiteit of juist op afstand (bijvoorbeeld van achter een onewayscreen) wilt observeren. Weeg af in welke positie je de cliënt het best kunt zien; denk aan de afstand tussen de cliënt en jezelf. Bepaal je positie zo, dat je bij veiligheidsrisico’s kunt ingrijpen.

Bepaal wie (afgezien van de therapeut en de cliënt) bij het onderzoek aanwezig zullen zijn.

Bedenk om welke reden je anderen wel of niet bij het onderzoek wilt hebben.

Je op de cliënt oriënteren

Bereid je voor op de vraag van de cliënt.

Bedenk welke extra gegevens van de cliënt je nodig hebt voor dit onderzoek en waar je deze kunt vinden.

Bepaal of de cliënt het onderzoek met hulp en/of hulpmiddelen uitvoert.

Vraag je af of de hulpmiddelen die de cliënt gewend is te gebruiken, wenselijk of noodzakelijk zijn, evenals hulp van jou. Bedenk of er vanuit de cliënt nog speciale eisen aan de omgeving gesteld worden.

Bepaal welke wijze van instructie past bij het onderzoek en stem deze af op de cliënt.

Ga na of er in de handleiding (indien aanwezig) van het onderzoek eisen beschreven staan voor de instructie.

Page 28: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

Ergovaardig, deel 128

Uitvoering (wat) Werkwijze (hoe en aandachtspunten)

2. Opening met cliënt

Begroet de cliënt, stel je zo nodig voor (naam en functie), vraag naar het welbevinden van de cliënt.

Zorg voor een goede sfeer en een goede uitgangshouding.

Let erop dat de cliënt comfortabel zit.Stel de cliënt indien nodig op zijn gemak.

Bespreek het doel van het onderzoek en de werkwijze. Bepaal samen de noodzaak ervan ter verheldering van zijn handelingsvraag.

Geef de cliënt hierbij ook uitleg over jouw rol tijdens het onderzoek.

Ga na of de uitleg voor de cliënt duidelijk is.

Geef indien nodig aanvullende uitleg.

3. Uitvoering

De cliënt instrueren

Zorg dat de cliënt de gewenste uitgangshouding voor het onderzoek aanneemt.

Stem deze af op de eventuele beperkingen van de cliënt en vraag je af of dit invloed heeft op de onderzoeks-resultaten.

Geef korte en duidelijke instructies zoals je vooraf hebt bepaald. Ga na of deze voor de cliënt duidelijk zijn.

Het onderzoek uitvoeren

Voer het onderzoek uit volgens de wijze van afname die je in je voorbereiding bepaald hebt.

Als er een handleiding aanwezig is, volg je die nauw-keurig. Volg anders de stappen die je in de voorbereiding bepaald hebt. Als er redenen zijn om ervan af te wijken, beredeneer dan steeds wat het mogelijke effect op het onderzoeksresultaat van de cliënt is.Besluit om te stoppen als het onderzoek geheel anders verloopt dan gepland is en je concludeert dat de resultaten niet betrouwbaar zijn.

Noteer de gegevens. Noteer de onderzoeksresultaten direct, zo mogelijk op bestaande scoreformulieren.Noteer eventuele aandachtspunten en bijzonderheden. Maak steeds de afweging of er bijzonderheden zijn die betrokken moeten worden bij de analyse.

4. Afronding

Afronding met cliënt

Geef de cliënt informatie over de onderzoeksresultaten.

Vertel globaal de gegevens die je geobserveerd/onderzocht hebt.Wees voorzichtig met het trekken van conclusies.

Evalueer met de cliënt de afname van het onderzoek.

Vraag hoe de cliënt het onderzoek heeft ervaren.

Overleg met de cliënt wat het vervolg gaat zijn.

Vertel onder andere wat je met de onderzoeksresultaten gaat doen.

Page 29: Ergovaardig Deel 1...10 Ergovaardig, deel 1 Oefenlijst 9.1 124 9 Observeren beeldschermwerk 125 Henk Jellema Redactionele bewerking: Ingrid Laban-Sinke 9.1Inleiding 125 9.2Leerdoelen

1 Basisstructuur 29

Uitvoering (wat) Werkwijze (hoe en aandachtspunten)

Vraag de cliënt of hij nog vragen/opmerkingen heeft.

Maak een vervolgafspraak en sluit het gesprek af.

Neem afscheid en begeleid de cliënt naar de deur.

Afronding zonder cliënt

Zorg ervoor dat het onderzoek s-materiaal weer op orde is.

Ruim de materialen op. Berg je gegevens op.

Denk eraan tijd voor het opruimen te reserveren.

Laat de ruimte in de oorspronkelijke staat achter.

Werk de gegevens uit.Bespreek de conclusies even-tueel in een vervolg bijeenkomst met de cliënt en ga na of hij zich herkent in de conclusies.

Beredeneer hoe de verkregen gegevens bijdragen aan begrip van de handelingsvraag van de cliënt.

Suggesties ter verdieping

Beurskens, S., Peppen, R. van, Stutterheim, E., Swinkels, R. & Wittink, H. (2012). Meten in de praktijk. Stappenplan voor het gebruik van meet instrumenten in de gezondheidszorg (2e druk). Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

Hartingsveldt, M.J. van, Meijers, R., Ras, S., Stal, R. & Velden, M. ten (2017). Hoofd-stuk 28: Assessments in de ergotherapie. In A.M.S. le Granse, M.J. van Hartingsveldt & A.  Kinébanian (red.), Grondslagen van de ergotherapie (5e druk). Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

Zuyd Hogeschool (z.d.). Meetinstrumenten in de zorg. Geraadpleegd op 9 februari 2017, via www.meetinstrumentenindezorg.nl.

1.3 Overleggen over doelen en strategieën in de voorbereiding van een bijeenkomst

InleidingDe fase van inventarisatie en analyse is doorlopen en je hebt al samen met de cliënt doelen en een plan van aanpak besproken.Bij de uitvoering van het plan van aanpak bespreek je steeds per sessie nauw-keurig het (deel)doel of de uitkomst, de verwachtingen van de cliënt en op welke wijze hij dit doel wil bereiken. Daar richt deze paragraaf zich op.

Bij iedere vaardigheid die in Ergovaardig aan bod komt, formuleer je samen met de cliënt doelen en bepaal je samen de strategie hoe die doelen te bereiken in de bijeenkomst. Hierbij overleg je met de cliënt en zijn systeem (de naasten van de cliënt, zoals een partner) en maak je samen keuzes. Uiteraard refereer je steeds