EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

download EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

of 19

Transcript of EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    1/19

    Kreeftennieuwsbrief 1 - juni 2008

    COLOFONOnregelmatig orgaan voor genteresseerden in

    Nederlandse zoetwaterkreeften.

    Uitgegeven door:

    Stichting EIS-Nederland: [email protected]

    Bureau Waardenburg: [email protected]

    VOORWOORDDramatisch? Exotisch? Lekker?En ding is zeker: nog niet eerder speelde rivier-

    kreeften, de grootste ongewervelden van het

    zoete water, een zo dominante rol in het

    Nederlandse ecosysteem als nu.

    Deze nieuwsbrief, waarvan de proeftabel voor de

    Nederlandse rivierkreeften het belangrijkste

    onderdeel is, vormt hopelijk een nieuw impuls om

    de sloten in de gaten te houden en waarnemin-

    gen te rapporteren. Alleen dan zijn we in staat omde (spannende?) ontwikkelingen op de voet te

    kunnen volgen.

    Stichting European Invertebrate Survey, verza-

    melt al 33,3 jaar gevens van ongewervelden in

    Nederland. Kreeftenwaarnemingen, bij voorkeur

    vergezeld van een foto, kunnen worden

    doorgegeven aan: [email protected].

    Bram Koese

    MURA BEDANKT!Dankzij een toevallige ontmoeting afgelopen

    winter tussen twee verkleumde medewerkers

    van EIS-Nederland en twee enthousiaste

    muskusrattenbestrijders van MURA-Zuid,

    provincie Noord-Holland, werkt stichting EIS

    tegenwoordig samen met de MURA. Hiermee

    hoopt EIS veranderingen in de verspreiding van

    Nederlandse rivierkreeften in meer detail en op

    meer structurele basis te kunnen volgen. De

    afgelopen maanden is William Vletter, stagiar

    bij Stichting EIS regelmatig op stap geweest

    met de MURA. Hieronder een verslag.

    Over mijn onderzoek

    In het kader van mijn studie biologie aan de

    Universiteit Leiden doe ik onderzoek naar de

    Rode Amerikaanse rivierkreeft; de

    Procambarus clarkii.

    Uit talloze studies is naar voren gekomen dat

    vooral deze soort een grote impact kanhebben op het zoetwatersysteem. Ze zouden

    met name een negatief effect hebben op de

    ondergedoken waterplanten, met alle gevol-

    gen van dien. Wetenschappelijk onderzoek in

    Nederland over de mogelijke gevolgen van

    deze exoot is echter niet of nauwelijks gedaan.

    De eerste stap is om te achterhalen in welke

    habitat in Nederland deze soort het best ge-

    dijt. Ook probeer ik een vinger aan de pols te

    NRC, dec. 2007

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    2/19

    krijgen of ze ook daadwerkelijk effect hebben op

    waterplanten: emergente, drijvende en onderge-

    doken waterplanten.

    MURA en kreeften?

    In januari kwamen we per toeval in contact met

    de muskusratbestrijding MURA Noord-Holland.

    Het bleek een uitkomst te zijn, aangezien de rat-tenvangers waardevolle informatie hadden over

    rivierkreeften in hun beheersgebied.

    Rattenfuiken zijn namelijk een bijzonder efficint

    middel voor het vangen van kreeften. Vele rat-

    tenbestrijders waren dit voorjaar bereid om mij

    op sleeptouw te nemen tijdens hun strooptocht-

    en door het Vechtplassengebied.

    De eerste meeloopdag weet ik nog goed. Dit

    was met Marcel Vos, een ervaren muskusrat-

    vanger met hart voor de natuur. Het viel me

    meteen op dat Marcel erg genteresseerd was inkreeften en hij had een aantal goede, gerichte

    vragen, die ik met moeite kon beantwoorden.

    Ook had hij veel informatie over de verspreiding

    van de rode rivierkreeft. Hierdoor werd nog eens

    benadrukt dat mensen die dagelijks actief zijn in

    de natuur een waardevolle bron van informatie

    kunnen zijn.

    We hebben voornamelijk fuiken gecontroleerd

    die gelegen waren in Kortenhoef, `s-Graveland,

    Ankeveen, Horstermeerpolder, Oud-Loosdrecht

    en Nieuw-Loosdrecht. In totaal zijn 120 vang-

    middelen gecontroleerd, bestaande uit fuiken

    die ingegraven zijn in de oever (de zogenaamde

    PVC's) en fuiken die speciaal op maat waren

    gemaakt voor een locatie. Alle vangmiddelen

    hebben een eigen locatienummer gekregen

    waaraan cordinaten en fotos gekoppeld zijn.

    De nummers vergemakkelijken de communi-catie tussen de rattenvangers en EIS.

    Resultaten

    We kunnen wel stellen dat de kreeften redelijk

    verspreid zijn in het onderzochte gebied (zie

    onder). Maar de dichtheden verschillen per

    lokatie. Ons vermoeden was dat in het natuurge-

    bied het Hol en omringende gebieden de

    dichtheden van de rode rivierkreeften het hoogst

    waren. Dit is deels bevestigd door onder andere

    n fuik, die aangrenzend lag aan het Hol,waarin tachtig kreeften zijn aangetroffen. Verder

    ben ik, samen met Andr Limburg, met een

    bootje het Hol ingetrokken om daar PVC's te

    controleren. De aantallen in de PVC's waren niet

    schrikbarend hoog, zelfs veel lager dan

    verwacht. Toch zijn in elke PVC kreeften

    aangetroffen. Verder heb ik redelijk hoge aan-

    tallen gevonden op de`s-Gravelandse buiten-

    plaatsen en aan de noordrand van Nieuw-

    Loosdrecht. Minder hoge aantallen kwam ik

    tegen in de Horstermeerpolder. Verder ben ik

    Geregistreerde vindplaatsen P. clarkii in EIS-

    databestand voor januari 2008.Geregistreerde vindplaatsen P. clarkii in EIS-

    databestand na januari 2008.

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    3/19

    zowel de rode rivierkreeft als de gevlekte rivier-

    kreeft tegen gekomen in de omgeving van de

    Hilversumse Bovenmeent en tevens in de

    Ankeveensche plassen. Volgens sommige rat-

    tenvangers lijkt het erop dat de aantallen van de

    gevlekte rivierkreeft afnemen op plaatsen waar

    beide soorten voorkomen. Kan het zijn dat de

    rode rivierkreeft de concurrentiestrijd aan het

    winnen is?

    Dankwoord

    Bij deze wil ik graag de muskusrattenbestrijding

    MURA van de provincie Noord-Holland

    bedanken voor hun tijd, interesse en expertise.

    In het bijzonder: Pieter Dekker, Reinier Kollman,

    Andre Limburg, Robert van Malderen, Han

    Oosterhof en Marcel Vos.

    William Vletter

    ROZE OOIEVAARS?Op 17 februari jl. kwam bij EIS een melding bin-

    nen dat in de omgeving van Herwijnen ten oost-

    en van Gorinchem roze ooievaars gesignaleerd

    zouden zijn. De inzendster, Caroline Elfferich,

    vroeg zich af of deze kleur het gevolg kon zijn

    van de consumptie van kreeften. Van verschil-

    lende vogelsoorten, onder andere flamingo's, is

    immers bekend dat de kleur van het verenkleed

    wordt veroorzaakt door hun prooidieren. Deze

    veronderstelling leek een aantrekkelijke verklar-

    ing voor het verschijnsel roze ooievaars,aangezien in de polders ten westen van

    Gorinchem zeer hoge dichtheden aan rood-

    gekleurde kreeften worden gevonden

    Rattenvanger in actie. Foto: William Vletter

    (Procambarus acutus/zonangulus).

    Bovendien is van blauwe reigers bekend dat

    rode kreeften inmiddels een geliefd onderdeel

    van het menu vormen, getuige hun opvallende

    roodgekleurde braakballen vol met kreeften-

    schaartjes.

    Navraag bij de bron, Kees Vos, leerde echter,

    dat de roze kleuring geen verband kon houden

    met prooidieren, aangezien de dieren plotselingroze zweem hadden op de rug na een hevige

    regenbui waarmee kennelijk 'roze stofdeeltjes'

    naar beneden waren gekomen.

    Hoe zit het dan met ooievaars en kreeften?

    Ren Rietveld, ooievaarkenner van (voormalig)

    ooievaarsdorp het liesveld ten noorden van de

    Alblasserwaard, blijkt bij navraag niet eerder

    een ooievaar gezien te hebben met een kreeft in

    de snavel, laat staan roze ooievaars. Wel grijze

    ooievaars die in de nabijheid van schoorstenen

    hadden verkeerd.Dat de ooievaars desondanks wel degelijk een

    potentile predator vormen voor rode kreeften

    blijkt uit het onderzoek van Alexandra Correia

    (2001), die constateerde dat kreeften in de zomer-

    maande meer dan 50% van het hoofdvoedsel vor-

    men van een Spaanse ooievaarpopulatie.

    Bram Koese

    Literatuur

    Correia, A.M. 2001. Seasonal and interspecific

    evaluation of predation by mammals and birds

    on the introduced red swamp crayfish

    Procambarus clarkii (Crustacea, Cambaridae) in

    a freshwater march (Portugal). Journal of

    Zoology 255: 533-541.

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    4/19

    2

    oog

    antenale schub

    cervicale groeve

    areola

    rugschild (carapax)

    achterlijf

    telson

    uropodestaart

    acumen antenne

    bewegende vinger

    (dactylus)

    vaste vinger

    schaar (cheliped)

    carpus (met of

    zonder stekel)

    LICHAAMSBOUW: bovenzijde

    achterlijfhet achterlijf van een kreeft bestaat uit zes

    segmenten.

    acumen voorste, spits toelopende deel van de cara-

    pax voor de ogen

    annulus ventralis ook wel seminal receptacle

    genoemd. Rond tot ovaal geslachtsorgaan tussen

    het vierde pootpaar bij de vrouwtjes. Functioneert

    als spermaopslag.

    antenale schub vliezige schub aan de basis van de

    antenne

    antenne antenne

    areola ruimte tussen de branchiocardiale groeven,d.w.z de linker en rechterhelft van het achterste

    deel van het rugschild

    bewegende vinger bewegende vinger van de

    scharen; meestal wordt de grote scharen (voor-

    poten) bedoeld.

    carapax zie rugschild

    carpus Het 1-na laatste pootlid. Vanaf het pooteinde

    naar de basis heetten de segmenten: propodus

    (met of zonder schaar), carpus, merus, ischium,

    basipodite (of basis).

    cervicale groeve groef die het rugschild (carapax)

    overdwars in twee helften deelt

    cheliped schaar van de voorpoot

    dactylus bewegende vinger van de scharen;

    meestal wordt de grote scharen (voorpoten)bedoeld.

    gonopoden zie pleopoden

    ischium het 3-na laatste pootlid. Vanaf het pooteinde

    Figuur 1

    rostrum

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    5/19

    3

    annulus ventralis

    merus

    propodus

    carpus

    3e maxilipede

    antenne

    antennule

    ischium

    basis

    pleopode 1 (ook gonopode 1 genoemd bij )

    pleopode 2 (ook gonopode 2 genoemd bij )

    pleopode

    anus

    bewegende vinger

    (dactylus)

    vaste vinger

    schaar (cheliped)

    LICHAAMSBOUW: onderzijde

    naar de basis heetten de segmenten: propodus

    (met of zonder schaar), carpus, merus, ischium,

    basipodite (of basis).

    merus het 2-na laatste pootlid. Vanaf het pooteinde

    naar de basis heetten de segmenten: propodus

    (met of zonder schaar), carpus, merus, ischium,

    basipodite (of basis).

    pereiopode looppoot

    pleopoden gepaarde aanhangselen onder de achter-

    lijfssegmenten. Bij de mannetjes functioneren de

    eerste twee paar gemodificeerde pleopoden als

    copulatie-orgaan en worden vaak ook metgonopoden aangeduid. Bij de vrouwtjes zijn de

    pleopoden meestal groter en dicht bezet met

    haren i.v.m. het dragen van de eieren en jongen.

    rostrum: rugschild voor de cervicale groeve

    rugschild ook wel carapax genoemd. Uitwendig

    pantser die de kop, borststuk en kieuwen

    beschermd. Het rugschild wordt door de cervicale

    groeve in twee helften gedeeld: een voorste deel

    dat spits toeloopt bij de kop en een achterste deel

    dat op zich zelf weer in twee helften is gedeeld.

    telson tweeledig afgeplat aanhangsel aan het 6e

    achterlijfssegment die samen met de uropoden (4

    stuks) de staart vormt.

    uropode tweeledige afgeplate aanhangselen aan

    het 6e achterlijfssegment die samen met het tel-son de staart vormen.

    vaste vingervaste vinger van de scharen; meestal

    wordt de grote scharen (voorpoten) bedoeld.

    Figuur 2

    de scharen zijn bij

    volwassen mannetjes

    aanzienlijk forser dan

    bij vrouwtjes.

    looppoot (pereiopode)

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    6/19

    4

    PROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN INNEDERLAND1a) Voorpoot: binnenzijde van de carpus met een opvallende stekel (fig. 3-5). Rostrum met n

    stekel achter het oog. Voorste, spits toelopende deel van het rugschild vlak of hol ('gootje'),

    zonder middenkiel (fig. 7). Antenale schub met bolle binnenlob (fig. 7). Dier variabel gekleurd:

    licht- tot donkerbruin, zwartig, felblauw tot rood/oranje of met rode vlekkentekening op het

    achterlijf. Geslachtsrijpe mannetjes altijd met een driehoekig uitsteeksel op de ischia van poot

    3 of poot 3 en 4 (fig. 8-9) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21b) Voorpoot: binnenzijde van de carpus zonder opvallende stekel, wel met korte, homogene

    bobbeltjes of stekels (fig. 6). Rostrum met twee stekels achter het oog (fig. 10), de tweede

    stekel is vaak niet meer dan een knobbeltje. Voorste, spits toelopende deel van het rugschild

    met middenkiel (mediane carina). Antenale schub met spitse binnenlob (fig. 10). Dier variabel

    gekleurd: licht- tot donkerbruin, zwartig tot blauw maar vrijwel nooit rood aan de bovenzijde.

    Geslachtsrijpe mannetjes nooit met driehoekige uitsteeksels op de ichia . . . . . . . . . . . . . . . . 6

    stekel

    stekelstekel

    P. clarkii O. limosus

    O. virilis P. cf. zonangulus

    A. leptodactylus

    A. leptodactylus

    P. cf. zonangulus P. cf. zonangulus

    vlak of hol

    antenale schub

    bol

    antenale schub

    spits

    1 stekel

    2 stekels

    middenkiel

    7

    10

    8 9

    3 4 5 6

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    7/19

    5

    2a). Dier met fijne vlekkentekening op het hele lichaam, inclusief de scharen (fig. 11).

    Partenogenetische soort, alleen vrouwtjes (fig. 13). Mannetjes zijn niet bekend.

    . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Marmerkreeft Procambarus sp. - blz. 13

    2b) Anders gekleurd. Mannelijke of vrouwelijke dieren (voor herkenning m/v, zie fig. 2, blz. 3) . . . . .3

    3a) Scharen vaak roodachtig aan beide zijden (fig. 13, 14,17, 18). Vaste vinger min of meer paral-

    lelzijdig en pas aan de top (na de laatste tand) versmallend. Carapax nooit met een groep

    scherpe stekels op de wang, vaak wel ruw door regelmatige bobbeltjes. Sexueel actieve man-netjes met zowel aan de basis van poot 3 als poot 4 met een driehoekig uitsteeksel (fig. 9).

    . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .4

    3b) Scharen meestal bruinachtig aan de bovenzijde (fig. 15-16) en wittig/gelig aan de onderzijde

    (fig. 19-20) (let op: donkere aanslag van algen!). Vaste vinger driehoekig, gelijkmatig versmal-

    lend. Carapax soms met een groep stekels op de wang (fig. 27). Sexueel actieve mannetjes

    alleen aan de basis van poot 3 met een driehoekig uitsteeksel (fig. 8) . . . . . . . . . . . . . . . . . .5

    Let op! Zowel onder 3a als 3b kunnen blauwe vormen worden aangetroffen!

    oviduct

    annulus ventralis(slecht zichtbaar bij sexueel

    inactieve vrouwtjes)

    Voorste pleopoden

    niet gemodificeerd

    bovenzijde onderzijde

    13 14 15 16 17 18 19 20

    vaste

    vinger

    1211

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    8/19

    6

    4a) Scharen meestal donkerrood met lichtrode knobbels (fig. 17-18). Achterlijf min of meer egaal

    donkerrood (fig. 19) (alleen wanneer het achterlijf gekromd wordt, valt op dat de voorrand van de

    segmenten licht gekleurd is.). De middelste spits op de acumen (het voorste, spits toelopende

    deel van de carapax voor de ogen) lang, bij volwassen dieren langer dan 2 mm (fig. 20)

    . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Rode Amerikaanse Rivierkreeft Procambarus clarkii - blz. 14

    4b) Scharen meestal rozerood met witte knobbels aan de binnenzijde en onderzijde van de

    scharen (fig. 21-22) en zwartige aan de bovenzijde. Achterlijf met twee lichte lengtestrepen en

    een donker centrum (fig. 23). De middelste spits op de acumen korter dan 2 mm (fig. 24).. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Procambarus acutus/zonangulus - blz. 15

    neus kort

    neus lang

    (meestal)

    17 18 19

    20

    21 22 23

    24

    lichte

    zijstrepen

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    9/19

    7

    5a) Carapax met een groep spitse stekels aan weerzijden van de cervicale groeve (fig. 27).

    Achterlijf met wijnrode vlekken (fig. 28). Scharen bruinzwart met een zwart bandje en oranje

    punt op de scharen (fig. 25-26). Scharen aan de bovenzijde met putjes waarin groepjes haren

    staan (loup!) (fig. 25) . . . . .Gevlekte Amerikaanse Rivierkreeft Orconectes limosus - blz. 16

    5b) Carapax zonder spitse stekels aan weerszijden van de cervicale groeve. Achterlijf zonder wijn-

    rode vlekken. Scharen groenbruin met opvallende witte knobbels (fig. 29-30). Haren op

    scharen minder duidelijk, soms afwezig (loup!).

    . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Geknobbelde Amerikaanse rivierkreeft Orconectes virilis - blz. 17

    stekels

    zwart bandje, oranje punt

    25

    27

    28

    29 30

    bovenzijde

    bovenzijde onderzijde

    onderzijde

    wijnrode vlekken

    26

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    10/19

    8

    6a) Rugschild met enkele duidelijke stekels achter de cervicale groeve (verdiepte groef die het

    rugschild overdwars in twee duidelijke helften deelt) (fig. 31). Scharen: bovenzijde zonder

    opvallende witte vlek aan de basis. Meestal is de aanhechting van de bewegende vinger opval-

    lend roodachtig (fig. 35). Lichaam en scharen ruw . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7

    6b) Rugschild zonder stekels achter de cervicale groeve (fig. 32). Volgroeide dieren hebben aan

    de bovenzijde een opvallende lichte vlek aan de basis van de bewegende vinger (fig. 33)

    .Onderzijde van de scharen egaal roodachtig gekleurd (fig. 34). Lichaam en scharen glad.

    . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Californische rivierkreeft - Pacifastacus leniusculus - blz. 12Opmerking Ook bij de Steenkreeft (Austropotamobius torrentium) (fig. 35). zijn de stekels achter de cervicale groeve

    afwezig. Deze soort onderscheidt zich van P. leniusculus door de grof gegranuleerde bovenzijde van de scharen en de geza-

    agde antennale schub (spits uitsteeksel aan de basis van de antenne). Komt voor in stromende beken en rivieren van het

    Europese middelgebergte en de balkan, noordelijk tot in Luxemburg en de Eiffel (Duitsland). Enmaal in Nederland gevangen

    in 1956. Deze vondst, in een palingfuik in de Haarlemmermeerpolder, betreft zeker een gemporteerd exemplaar.

    stekel

    31 32 33 34

    35.A. torrentium

    onderzijde antenale schub gezaagd

    roodachtig

    lichte

    vlek

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    11/19

    9

    7a) Scharen en vingers lang en dun (fig. 36,37). Binnenzijde van de vaste schaar continu en vri-

    jwel glad. Middenkiel op het voorste, spits toelopende deel van het rugschild vlak, soms ondiep

    getand. Achterlijfssegmenten lopen aan de randen uit in een scherpe hoek (fig. 40). Mannetje:

    tweede paar gonopoden met een knobbeltje aan de onderzijde.

    . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Turkse rivierkreeft -Astacus leptodactylus blz. 11

    7b) Scharen en vingers breder (fig. 38, 39). Binnenzijde van de vaste schaar discontinu (fig. 38),

    meetstal met een duidelijke tand op 1/3 van de lengte. Middenkiel op het voorste deel van het

    rugschild gezaagd. Achterlijfssegmenten lopen aan de randen uit in een minder scherpe hoek(fig. 41). Mannetje: tweede paar gonopoden zonder knobbeltje aan de onderzijde.

    . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Europese riv ierkreeft -Astacus astacus blz. 10

    36 37

    38 39

    afgeknotspits

    41.A. astacus4o.A. leptodactylus

    JosefPennerstorfer

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    12/19

    10

    EUROPESE RIVIERKREEFT-ASTACUS ASTACUS

    middenkiel aanwezig,

    duidelijk gezaagd

    Engels Noble crayfish

    Oorspronkelijk areaal Europa

    Biotoop Werd vroeger vooral gevonden in

    traag stromende beken en rivieren. De huidige

    vindplaats betreft een koele, door grondwater

    gevoede vijver.

    Verspreiding Tot in de jaren 70 verspreid

    voorkomend in Oost-Nederland. Tegenwoordig

    resteert nog n populatie in een vijver nabij

    Arnhem.

    tand

    Josef Pennerstorfer

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    13/19

    11

    TURKSE RIVIERKREEFT -ASTACUS LEPTODACTYLUS

    spits (vgl. Europese rivierkreeft)

    middenkiel aanwezig,

    (meestal) ongezaagd

    Engels Narrow clawed crayfish

    Oorspronkelijk areaal Oost-Europa/Zwarte

    zee gebied

    Biotoop Beschreven van uiteenlopende water-

    typen, ook in brak water. De Nederlandse vind-

    plaatsen lijken een afspiegeling van de ver-schillende introducties: onder andere gevonden

    in beken (Achterhoek), plassen (Nieuwkoop) en

    woonwijken.

    Verspreiding Voor het eerst aangetroffen in

    1977. Sindsdien op diverse plaatsen

    waargenomen, met name in West-Nederland en

    de Achterhoek. Het aantal meldingen is na 1990sterk afgenomen. Een grote, gesoleerde popu-

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    14/19

    12

    CALIFORNISCHE RIVIERKREEFT - PACIFASTACUS LENIUSCULUS

    Engels Signal crayfish

    Oorspronkelijk areaal Noordwest-Amerika en

    Zuidwest Canada

    Biotoop Diverse habitats, maar vooral beken en

    rivieren.

    Verspreiding Momenteel bekend uit twee

    stroomgebieden: de Dinkel in Twente (eerste

    vondst 2004) en de Oude Leij bij Tilburg (eerste

    vondst 2005).

    lichte vlek

    glad oppervlak

    geen

    stekels achter

    cervicalegroeve

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    15/19

    13

    MARMERKREEFT- PROCAMBARUS SP.Engels Marbled crayfish

    Oorspronkelijk areaal niet bekend

    Biotoop Natuurlijk habitat niet bekend. De soort

    is enkel bekend uit de aquariumhandel (waar de

    soort vermoedelijk ook ontstaan is).

    Verspreiding In Nederland in 2004 voor het

    eerst gevonden in een oude griend in Dordrecht

    (de Vlij).

    scharen relatief klein,

    niet verbreed

    marmerpatroon op

    hele lichaam

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    16/19

    14

    Rode Amerikaanse kreeft - Procambarus clarkiiEngels Louisiana crayfish

    Oorspronkelijk areaal Zuidoost-Noord-

    Amerika (Mexico-Florida)

    Biotoop In allerlei watertypen, maar repro-

    duceert het beste in ondiep, stilstaand water.

    Verdraagd periodieke uitdroging en brak water.Klimt regelmatig het land op.

    Verspreiding Het zwaartepunt van de versprei-

    ding ligt binnen een strook van circa 60 bij 40

    kilometer tussen Amsterdam en Utrecht. Ook op

    andere plaatsen in het westen algemeen. Verder

    bekend van Breda en Tilburg. Uit het oosten van

    het land zijn enkele vondsten bekend.

    acumen zeer spits

    (vgl. P. acutus/zonangulus)

    Juveniele kreeften zijn meestal

    nog niet rood gekleurd en kun-

    nen dan sprekend op andere

    Procambarus-soorten lijken (o.a.

    de Marmerkreeft)

    P. clarkii, ca. 2 cm.

    P. clarkii, ca. 4 cm.

    rode scharen, rode

    knobbels

    min of meer

    egaal rood

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    17/19

    15

    Procambarus acutus/zonangulusEngels cf. White river crayfish

    Oorspronkelijk areaal Zuidoost-Noord-Amerika.

    Biotoop In Nederland hoofdzakelijk gevonden

    in ondiep stilstaand water in het veenweidege-

    bied, maar ook in de boezem.

    VerspreidingAlblasserwaard, met name tussen

    Hardinxveld en Gorinchem.

    acumen relatief stomp

    (vgl. P. clarkii)

    rode scharen,

    rode, witte en zwarte

    knobbels, met name op

    de onderzijde

    donkere middenstreep,

    lichte zijstrepen

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    18/19

    16

    Gevlekte Amerikaanse rivierkreeft - Orconectes limosusEngels Spiny-cheek crayfish

    Oorspronkelijk areaal Noord-oost Amerika

    Biotoop In allerlei watertypen, maar repro-

    duceert het beste in dieper, permanent water

    (kanalen, rivieren), bij voorkeur met een stenig

    substraat.

    Verspreiding Bekend uit alle provincies,

    behalve Zeeland. Voor het eerst gevonden in

    1968.

    stekels

    bovenzijde onderzijde

    wijnrode vlekken

    stekels

    zwart bandje, oranje punt

  • 7/21/2019 EIS SPROEFTABEL VOOR VOLWASSEN KREEFTEN IN NEDERLAND

    19/19

    Geknobbelde Amerikaanse rivierkreeft - Orconectes virilisEngels Northern crayfish, Virile crayfish

    Oorspronkelijk areaal Canada

    Biotoop In oorspronkelijk areaal vooral gevon-

    den in beken, rivieren en meren. In Nederland

    treedt de soort in hoge dichtheden op in zowel

    ondiepe poldersloten als grotere kanalen.

    Verspreiding Voor het eerst gevonden in 2004.

    Gevonden in het oostelijke groene hart,

    ongeveer tussen Oudewater en Weesp. Recent

    ook gevonden in de Kromme Rijn nabij Wijk bij

    Duurstede.

    stekels op wang

    niet of zwak

    ontwikkeld

    prominente

    witte knobbels,

    scharen vaak groenig