Duaal Leren op Proef Evaluatiestudie van de proeftuinen … · Versterking van het leerpotentieel...
Transcript of Duaal Leren op Proef Evaluatiestudie van de proeftuinen … · Versterking van het leerpotentieel...
Duaal Leren op ProefEvaluatiestudie van de proeftuinen
‘Schoolbank op de Werkplek’
Conferentie Duaal Leren
Ward Nouwen
Universiteit Antwerpen
Dit onderzoek wordt mogelijk gemaakt met de steun van de Vlaamse Overheid
Situering binnen evaluatie proeftuinen
2
• Evaluatie a.d.h.v. centrale beleidsintenties▪ Een opwaardering van alternerende opleidingen▪ Een versterking van het leerpotentieel via duaal leren▪ Een verhoging van de gekwalificeerde uitstroom▪ Een verbetering van de aansluiting met de arbeidsmarkt
• Onderzoeksluik algemene implementatie▪ Standaardtrajecten, overeenkomsten en regie van
aanbod werkplekken
• Onderzoeksluik leerlingen▪ Studiekeuzebegeleiding en toeleiding, screening en
matching, begeleiding en evaluatie
• Onderzoeksluik personeel▪ Personeelsorganisatie, ondersteuning en
professionalisering van trajectbegeleiders en mentoren
(*) Het eindrapport kan worden gedownload via deze link
Overzicht
3
• Data en methoden
• Wat vertellen de survey-resultaten ons over het leerpotentieel van duaal leren?
• Wat leren de casestudy’s ons over het versterken van het leerpotentieel via duaal leren?
• Conclusie en aanbevelingen
Data & methoden
4
Theory-based stakeholder evaluation
5
• TSE als het algemeen methodologische raamwerk:
• Initiële ‘programmatheorie’ = beleidsintenties en –assumpties (a.d.h.v. documentanalyse)
• Aangevuld met verwachtingen en bezorgdheden van stakeholders (24 stakeholderorganisaties bevraagd)
➔ Samengebracht in het aanvangsrapport
➔ Basis voor toetsing aan uitkomsten en percepties van betrokken actoren in de proeftuinen (leerlingen, schoolpersoneel en mentoren)
➔ Toetsing o.b.v. vijf empirische cycli (semesters) waarin kwantitatieve en kwalitatieve methoden werden geïntegreerd (survey, admin. en casestudy data)
Survey design
• Vijf semestriële surveybevragingen bij 3 leerlingencohorten
• Leerlingen uit duale en niet-duale spiegelopleidingen (in totaal > 4000 responses)
• Focus op studiekeuzemotivatie en ervaren ondersteuning, motivatie, competentie en betrokkenheid
• Mits geïnformeerde toestemming, gekoppeld aan admin. gegevens over instroom-/uitstroomkenmerken
6
Cohort S1 S2 S3 S4 S5
C1 T1 T2 T3
C2 T1 T2 T3 T4
C3 T1 T2
C = cohort; S = semester; T = meetmoment
Casestudy design
7
• Case = een duale opleiding zoals aangeboden door een specifieke aanbieder
• 14 unieke cases, 6 opleidingen opgevolgd om bevindingen te verdiepen of te verbreden
• Caseselectie o.b.v. weloverwogen spreiding over:
• (1) Type van studierichting (maximale spreiding aan sectoren);
• (2) Onderwijsvorm (BuSO OV3; BSO; DBSO; leertijd; Se-n-Se; TSO)
• (3) Type van aanbieder (regulier SO, BuSO, CDO of SYNTRA);
• (4) Sociaalgeografische ligging (~provincies en verstedelijking)
• 23 interviews/focusgroepen met 83 leerlingen; 24 interviews/focusgroepen met 31 schoolpersoneelsleden en 42 interviews met mentoren, waarvan 14 zaakvoerder ➔ totaal van 156 respondenten
8
Opleiding Type aanbieder Type opleiding
Case (01) Chemische Procestechnieken Duaal* Regulier Se-n-Se
Case (02) Haarverzorging/Haarstylist Duaal* Regulier 1-3 lj. 3de gr. BSO
Case (03) Ruwbouw Duaal SYNTRA 1-2 lj. 3de gr. BSO
Case (04) Zorgkundige Duaal** CDO/Regulier 3de lj. 3de gr. BSO
Case (05) Groen- en Tuinbeheer Duaal* BuSO BuSO OV3
Case (06) Elektromechanische Technieken Duaal** Regulier/Regulier 1-2 lj. 3de gr. TSO
Case (07) Brood- en Banketbakkerij Duaal CDO 1-2 lj. 3de gr. BSO
Case (08) Fitnessbegeleider Duaal Regulier Se-n-Se
Case (09) Elektrische Installaties Duaal Regulier 1-2 lj. 3de gr. BSO
Case (10) Hotelreceptionist Duaal Regulier 3de lj. 3de gr. BSO
Case (11) Onderhoudsmechanica Auto Duaal** SYNTRA/Regulier 1-2 lj. 3de gr. BSO
Case (12) Medewerker Fastfood Duaal BuSO BuSO OV3
Case (13) Logistiek Duaal Regulier 1-2 lj. 3de gr. BSO
Case (14) Operator CNC-gestuurde houtbewerking duaal CDO 3de lj. 3de gr. BSO
Nota’s: (*) opvolging binnen zelfde aanbieder; (**) opvolging bij een nieuwe aanbieder
Overzicht casestudy’s
Wat vertellen de survey-resultaten
ons over het leerpotentieel van
duaal leren?
9
10
Ondersteuning in de leercontext
* Ondersteuning leerkrachten
* Ondersteuning mentor & collega’s* Leerkansen om te experimenteren en reflecteren
* Trainingsintensiteit WPL:- Complexiteit taken- Aandacht leerinhouden- tijd besteed aan formeel
leren en instructie
Autonomie, verbondenheid en competentie
* Waardering schools en
werkplekleren (~autonomie)
* Verbondenheid school, opleiding en werkplek
* Academische en
beroepsmatige competentie
Betrokkenheid
* Emotionele School- en werk-betrokkenheid
* Gedragsmatige school- en werkbetrokkenheid
* Spill-over effect WPL
Lee
ruitko
mste
nTheoretisch model: Self-system Model of MotivationalDevelopment (~Zelfdeterminatietheorie)
11
Ondersteuning in de leercontext
* Ondersteuning leerkrachten
* Ondersteuning mentor & collega’s* Leerkansen om te experimenteren en reflecteren
* Trainingsintensiteit WPL:- Complexiteit taken- Aandacht leerinhouden- tijd besteed aan formeel
leren en instructie
Autonomie, verbondenheid en competentie
* Waardering schools en werkplekleren (~autonomie)
* Verbondenheid school, opleiding en werkplek
* Academische en beroepsmatige competentie
Betrokkenheid
* Emotionele School- en werk-betrokkenheid
* Gedragsmatige school-en werkbetrokkenheid
* Spill-over effect WPL
Lee
ruitko
mste
nTheoretisch model: Self-system Model of MotivationalDevelopment (~Zelfdeterminatietheorie)
12
Ondersteuning in de leercontext
* Ondersteuningleerkrachten
* Ondersteuning mentor & collega’s
* Leerkansen om te
experimenteren en reflecteren
* Trainingsintensiteit WPL:- Complexiteit taken- Aandacht leerinhouden- tijd besteed aan formeel
leren en instructie
Autonomie, verbondenheid en competentie
* Waardering schools en werkplekleren (~autonomie)
* Verbondenheid school, opleiding en werkplek
* Academische en beroepsmatige competentie
Betrokkenheid
* Emotionele School- en werk-betrokkenheid
* Gedragsmatige school- en werkbetrokkenheid
* Spill-over effect WPL
Lee
ruitko
mste
nTheoretisch model: Self-system Model of MotivationalDevelopment (~Zelfdeterminatietheorie)
13
Ondersteuning in de leercontext
* Ondersteuning leerkrachten
* Ondersteuning mentor & collega’s* Leerkansen om te experimenteren en reflecteren
* Trainingsintensiteit WPL:- Complexiteit taken- Aandacht leerinhouden- tijd besteed aan formeel
leren en instructie
Autonomie, verbondenheid en competentie
* Waardering schools en werkplekleren (~autonomie)
* Verbondenheid school, opleiding en werkplek
* Academische en beroepsmatige competentie
Betrokkenheid
* Emotionele School- en werk-betrokkenheid
* Gedragsmatige school- en werkbetrokkenheid
* Spill-over effect WPL
Lee
ruitko
mste
nIndicatoren voor motivatieontwikkeling en school-/werkbetrokkenheid
Ondersteuning in de leercontext
14
Meetmoment C3T1 C3T2
DualeOpleiding
Type Aanbieder
Abstractie-niveau
DualeOpleiding
Type Aanbieder
Abstractie-niveau
OndersteuningLeerkrachten
Duaal **
- Technisch**
Duaal***
- -
OndersteuningCollega’s
Duaal***
- - Duaal***
- -
OndersteuningMentor
Duaal***
- - - - -
Leerkansen om te reflecteren en te experimenteren
- - - - - -
Complexiteit productietaken
Duaal***
- -
Aandacht leerinhouden
Duaal**
- -
Tijd gespendeerd aan formeel leren en instructie
- - -
Nota’s: *=p<0.1; ** = p<0.05; *** = p<0.01; L&W=CDO of SYNTRA campus;Controlevariabelen: geslacht, thuistaal, opleidingsniveau moeder en schoolse achterstand
Autonomie, verbondenheid en competentie
15
Meetmoment C3T1 C3T2
DualeOpleiding
TypeAanbieder
Abstractie-niveau
DualeOpleiding
TypeAanbieder
Abstractie-niveau
VerbondenheidAanbieder
Duaal**
- - Duaal*
- -
VerbondenheidOpleiding
Duaal**
- - Duaal***
- -
VerbondenheidWerkplek
Duaal***
- - Duaal***
- -
Waardering Onderwijs
- Voltijds**
- - - -
WaarderingWerkplekleren
Duaal***
- - Duaal**
- -
Academischecompetentie
- - - - - -
BeroepsmatigeCompetentie
Duaal**
L&W*
- - - -
Nota’s: *=p<0.1; ** = p<0.05; *** = p<0.01; L&W=CDO of SYNTRA campus;Controlevariabelen: geslacht, thuistaal, opleidingsniveau moeder en schoolse achterstand
Betrokkenheid
16
Meetmoment C3T1 C3T2
DualeOpleiding
Type Aanbieder
Abstractie-niveau
DualeOpleiding
Type Aanbieder
Abstractie-niveau
Emot. school-betrokkenheid
- - - - - -
Emot. werk-betrokkenheid
Duaal ***
- - Duaal**
- -
AandachtigheidSchool
- - - - - -
Studiegedrag - - - - - -
AandachtigheidWerkplek
- Voltijds*
- - - -
Spillover-effect werkplekleren
Duaal*
- -
Nota’s: *=p<0.1; ** = p<0.05; *** = p<0.01; L&W=CDO of SYNTRA campus;Controlevariabelen: geslacht, thuistaal, opleidingsniveau moeder en schoolse achterstand
Afstemming tussen school en werkplek
17
Meetmoment C3T2
Communicatie van leerdoelen
Vakleerkracht = trajectbegeleider
OndersteuningLeerkrachten
*** -
OndersteuningCollega’s
*** *
OndersteuningMentor
*** ***
Leerkansen om te reflecteren en experimenteren
*** **
Complexiteit productietaken
*** -
Aandacht leerinhouden ** *
Tijd besteed aan formeel leren en instructie
- -
Nota’s: *=p<0.1; ** = p<0.05; *** = p<0.01; Controlevariabelen: duale opleiding, type aanbieder en abstractieniveau
Versterking van het leerpotentieel via duaal leren?
• Survey toont aan dat duale leerlingen meer dan leerlingen in de niet-duale opleidingen:• zich ondersteund voelen door leerkrachten, mentor en
collega’s
• complexe en relevante taken uitvoeren op de werkplek
• zich verbonden voelen met hun aanbieder, opleiding en werkplek
• autonoom gemotiveerd zijn in het werkplekleren
• zich competent voelen ten aanzien van het werkplekleren
• zich emotioneel betrokken voelen op het werkplekleren
• Duale leerlingen verschillen niet significant in waardering schoolcomponent ➔ Geen of/of maar eerder en/en verhaal
• Ook duidelijke communicatie van leerdoelen en vakbekwaamheid trajectbegeleiders bepalende factoren
18
Wat leren de casestudy’s ons
over het versterken van het
leerpotentieel via duaal leren?
19
Onderzoeksluik Algemene Implementatie
20
Implementatie van de Standaardtrajecten
• (+) Samenwerking tussen aanbieders, ondernemingen en sectoren bij de praktijkvertaling van standaardtrajecten
• (+) Flexibiliteit bij vertaling van standaardtraject naar individueel opleidingsplan
• (-) Weerslag van het groot aandeel werkplekleren op: roosteren schoolse aanbod + (fysieke) belasting lln.
• (-) Algemene en theoretische vorming in enkele cases als te beperkt ervaren, ook door leerlingen tijdens werkplekleren
• (-) Drempels voor het roteren tussen werkplekken:• Ondernemers: bedreiging van return on investment
• Aanbieders: extra (admin.) belasting trajectbegeleiding
• Leerling: aanpassen aan nieuwe werkplekomgeving
21
Implementatie van de Standaardtrajecten
• (↗) Ondanks drempels biedt het roteren tussen werkplekken (noodzakelijke) extra leerkansen. Alternatieve pistes: leermomenten bij sectorale/VDAB-vormingscentra
• (↗) Modulaire opbouw vergemakkelijkt oplossen van probleem van tekort aan werkplekken (bv. thuiszorg)
• (↙) Leerkansen zijn sterk afhankelijk van de werkplekken ➔ grote variantie aan leerkansen
• (↙) Risico op gebrek aan didactische basisprincipes op de werkplek (logische opbouw, herhaling leerstof, …)
22
Onderzoeksluik Leerlingen
23
Vakinhoudelijke begeleidingVanuit de aanbieder:
• (+) Werkplekbezoeken worden ervaren als goede manier voor vakinhoudelijke opvolging (begeleiding & leerkansen op werkplek + functioneren lln.)
• (-) Werkplekbezoeken vergen grote tijdsinvestering van trajectbegeleider
• (-) Omslachtige en trage communicatie tussen verschillende actoren bij sommige schriftelijke instrumenten voor vakinhoudelijke opvolging
24
Vakinhoudelijke begeleiding
Voor de aanbieder:
• (↗) Werkplekbezoeken om de vertrouwdheid met de arbeidsmarkt versterken
• (↗) Gebruik van een digitaal instrument zorgt voor versnelde en eenvoudigere communicatie tussen aanbieder, leerling en werkplek
• (↙) Differentiatiedruk van leerinhouden bij aanbieder wegens 1) te grote verschillen in leertempo lln. 2) te grote verscheidenheid tussen werkplekken
• (↙) Versnippering van middelen over te veel lokale aanbieders
25
Vakinhoudelijke begeleiding
Vanuit werkplek:
• (+) Doorlopen van volledig proces (opstart t.e.m. afwerking)
• (+) Wederzijdse appreciatie van expertise in de samenwerking tussen vakleerkracht en mentor
• (+) Sterke groei in zelfstandigheid bij leerlingen via werkplekleren
• (-) Noodzakelijk geduld bij begeleiding (in beginfase) is niet voor iedereen weggelegd
• (-) Afhankelijkheid van interne deadlines en cliënteel van de onderneming
26
Evaluatie
Formatieve evaluatie
• (+) Opleidingsplan = meer gepersonaliseerd en mogelijk om sneller in te spelen op het leerproces
• (+) Sociale competenties vormen naast vaktechnische competenties een belangrijk onderdeel van de formatieve evaluatie (~ reële verwachtingen op de arbeidsmarkt)
• (-) Vraagt heel wat tijd en inzet van mentor
27
Evaluatie
Formatieve evaluatie
• (↗) Leerlingen betrekken bij de formatieve evaluatie: kans om hen te laten oefenen op zelfreflectie en –evaluatie
• (↗) Toewerken naar een gelijkvormig evaluatie-instrument voor dezelfde duale opleiding(en) overheen verschillende aanbieders
• (↙) Onduidelijk geformuleerde doelstellingen als bedreiging voor het leerproces van de leerling
• (↙) Te omvangrijke/ gedetailleerde competentielijsten: ervaren als te belastend bij trajectbegeleider en mentor
28
Evaluatie
Summatieve evaluatie
• (+) Aanwezigheid van mentor in klassenraad: meer garantie om stem van de mentor als volwaardig mee te nemen in de eindevaluatie
• (-) Mentoren missen regelmatig expertise om het beheersingsniveau van lln. goed te kunnen inschatten
29
Evaluatie
Summatieve evaluatie
• (↗) Eind-/ praktijkproef kan objectivering bieden van de evaluatie door de mentor met betrekking tot het behalen van de vooropgestelde competenties, indien voldoende validiteit
• (↙) Om overbelasting lln. te vermijden worden (eind)examens afgeschaft, kunnen bedreiging vormen capaciteit om groot stuk leerstof te verwerken ➔ afwegen al naargelang doorstromingsgericht karakter van de opleiding
30
Onderzoeksluik Personeel
31
Personeelsorganistie, ondersteuning en professionalisering van het schoolpersoneel
• (+) Deelname aan lerende netwerken als belangrijke meerwaarde ervaren
• (-) Signalen en bezorgdheden over een te hoge werkdruk bij trajectbegeleiders
• (-) Gebrek aan expertise bij trajectbegeleiders omtrent administratieve aangelegenheden, waardoor ze dit vaak als tijdrovend ervaren
32
Personeelsorganistie, ondersteuning en professionalisering van het schoolpersoneel
• (↗) Voldoende groot duaal aanbod: biedt meer mogelijkheden om gespecialiseerd ondersteunend (administratief) personeel in te zetten
• (↗) Kruisbestuiving onderwijs en sector kan motivatie en vakkennis van schoolpersoneel versterken
• (↙) Bedreiging participatiebereidheid om rol als trajectbegeleider op te nemen bij gebrek aan erkenning / ondersteuning
33
Personeelsorganistie, ondersteuning en professionalisering van het mentorschap
• (+) Overwegend positieve feedback over inhoud van gevolgde mentoropleidingen
• (+) Deelname aan lerende netwerken en intervisie tussen leerondernemingen, aanbieders en sectororganisaties beschouwd als meerwaarde
• (-) Gedeeld mentorschap: soms onduidelijkheid bij lln. + mentoren voldoen niet altijd allen aan de formele erkenningsvoorwaarden
34
Personeelsorganistie, ondersteuning en professionalisering van het mentorschap
• (↗) Gedeeld mentorschap: kans voor lln. om bij te leren van verschillende vakspecialisten
• (↗) Mentorschap biedt kansen voor opleidingsbeleid binnen de onderneming
• (↙) Risico op overbelasting mentor wanneer er geen aflossing is van andere taken
35
Conclusie en aanbevelingen
36
Conclusie• Survey toont aan dat duale leerlingen meer dan leerlingen in
de niet-duale opleidingen:
• zich ondersteund voelen in hun leercontext
• zich verbonden voelen met hun aanbieder, opleiding en werkplek
• autonoom gemotiveerd zijn in het werkplekleren
• zich competent voelen ten aanzien van het werkplekleren
• zich emotioneel betrokken voelen op het werkplekleren
• Duale leerlingen verschillen niet significant in waardering schoolcomponent ➔ Geen of/of maar eerder en/en verhaal
• Ook duidelijke communicatie van leerdoelen en vakbekwaamheid trajectbegeleiders bepalende factoren
37
Conclusie
• Ook binnen casestudy’s waren de meeste van de verschillende actoren (leerlingen, schoolpersoneel en mentoren/zaakvoerders) overtuigd dat duaal leren extra leerkansen oplevert
• Bij schoolpersoneelsleden (en leerlingen) ook bezorgdheid over mate waarin algemene en theoretische vorming aan bod kan komen
• Leerpotentieel van het werkplekleren staat of valt met kwaliteit van de werkplek als leeromgeving (geboden leerkansen en begeleiding) en het afstemmen van het schools en werkplekleren
38
Aanbevelingen
• Aangezien een groot aandeel van de leertijd verschuift van de aanbieder naar de werkplek, dient te worden toegezien op het aandeel van algemene en theoretische vorming
• Om tegemoet te komen aan de verhoogde differentiatiedruk binnen duale klasgroepen, adviseren we de overheid om aanbieders van voldoende omkaderingsmiddelen te voorzien
• Voorzien van voldoende middelen voor trajectbegeleiders om voldoende frequente en kwalitatieve werkplekbezoeken te doen, in het bijzonder wanneer de klasgroepen groter worden
• We adviseren de overheid en lokale overlegfora om alert te zijn voor het risico van een te grote versnippering van middelen en expertise over te veel lokale aanbieders van dezelfde opleiding
• In de geïntegreerde kwaliteitsbewaking van duale opleidingen verdienen verder de vakbekwaamheid van de trajectbegeleider, alsook de formulering, communicatie en opvolging van de leerdoelen speciale aandacht
39
Aanbevelingen
• Om voldoende leerpotentieel te garanderen, adviseren we toe te zien op de kwaliteit van de werkplekken, zowel bij de initiële erkenning als bij de continue kwaliteitsbewaking
• De dekking van het standaardtraject verdient hierbij de nodige aandacht, alsook bij de afspraken die aanbieders en ondernemingen maken over het individuele opleidingsplan
• Gezien de drempels voor de rotatie tussen leerondernemingen, adviseren we het stimuleren en ondersteunen van roteren vnl. wanneer er een duidelijke complementariteit is aan leerkansen
• Bijvoorbeeld, via doorschuifsysteem waarbij elke onderneming de kans krijgt kennis te maken met de talenten van meerdere leerlingen
• Via de verspreiding van andere – minder ingrijpende – goede praktijken van uitwisseling van werkplekervaringen (bv. via bedrijfsbezoeken of leerkansen in sectorale of VDAB-vormingscentra)
40
Aanbevelingen
• We moedigen het aan om de vakinhoudelijke trajectbegeleiding te laten opnemen door de vakleerkracht• Ook de zij-instroom van (vak-)leerkrachten kan hiertoe
bijdragen
• Een betere ondersteuning van trajectbegeleiders voor de uitvoering van administratieve taken a.d.h.v. bijvoorbeeld:
1. Vlot toegankelijke informatie- en ondersteuningskanalen
2. Gespecialiseerd administratief personeel (bv. via schaalvoordelen)
• Wanneer een leerling op de werkplek begeleid wordt door meer personen dan de officiële mentor, raden we ondernemingen aan om:
1. Een duidelijke taakverdeling te hanteren en deze duidelijk te communiceren aan de leerling en trajectbegeleider
2. Deze personen allen te laten deelnemen aan de mentoropleiding
41
Aanbevelingen• We moedigen de verdere ontwikkeling en verspreiding van digitale
(en gelijkvormige) instrumenten voor de vakinhoudelijke begeleiding en evaluatie aan
• Bij de initiële en verdere professionalisering van vakleerkrachten en trajectbegeleiders adviseren we om voldoende aandacht te besteden aan (formatieve) evaluatie, en meer specifiek voor:
1. Een duidelijke communicatie van leerdoelstellingen 2. De leerling actief te betrekken bij formatieve evaluatiemomenten3. Resultaten van tussentijdse evaluaties goed te documenteren
• Binnen de mentoropleidingen zet men best nog meer in op het aanreiken van handvaten voor:
1. Het formatief én summatief evalueren van de leerling2. De sociaalemotionele ondersteuning van leerlingen op de werkplek3. De coaching- en motivatiestijl in de begeleiding van de leerling
• We adviseren de overheid, onderwijsverstrekkers en sectorale vormingsorganisaties om de kruisbestuiving tussen aanbieders en ondernemingen te blijven stimuleren, bijvoorbeeld via het ondersteunen van netwerk- en intervisiemomenten
42
Contact
43
E-mail:
Telefonisch:
03/265.59.60
Universiteit Antwerpen
Prinsstraat 13
2000 Antwerpen