Draaiboek COVID-19HOE TE HANDELEN NA VASTSTELLING BESMETTING MEDEWERKER OF CLIËNT

Versie : 19 mei 2020ZORG THUIS

TOELICHTING

Dit draaiboek is bedoeld als praktisch uitvoeringsdocument en naslagwerk. Het geeft de te nemen maatregelen weer als een COVID-19 infectie bij een cliënt of medewerker is vastgesteld. De maatregelen zijn erop gericht om verdere besmetting te voorkomen en om de continuïteit van de zorgverlening te borgen.

Naast de algemene instructies bij vaststelling van een COVID-19 infectie dient dit document ook als verzameldocument met nuttige en belangrijke informatie en contactgegevens.

Het draaiboek bestaat uit de volgende onderdelen:

Over het virus.................................................................................................................................3

Symptomen....................................................................................................................................3

Vermoeden van COVID-19 infectie..................................................................................................3

A. Vermoeden bij een cliënt...............................................................................................................3

B. Vermoeden bij een medewerker....................................................................................................3

Snelle handelingen bij vaststelling infectie......................................................................................4

A. Virusinfectie bij een cliënt..............................................................................................................4

B. Virusinfectie bij een medewerker..................................................................................................6

Belangrijke contactgegevens...........................................................................................................8

Hygiënemaatregelen.......................................................................................................................8

Beschermingsmiddelen...................................................................................................................9

Mondmaskers.....................................................................................................................................9

Handschoenen....................................................................................................................................9

Bril......................................................................................................................................................9

Vochtwerend halterschort.................................................................................................................9

Overlijden van een cliënt...............................................................................................................10

Nuttige bronnen............................................................................................................................11

Nuttige hulpmiddelen....................................................................................................................11

KICK geprotocolleerde werkinstructies............................................................................................11

E-learning.........................................................................................................................................12

Bijlagen.........................................................................................................................................13

Model-brief medewerkers over besmetting cliënt (M1T).................................................................14

Model-brief cliënten over besmetting cliënt (C1T)...........................................................................15

Model-brief medewerkers over besmetting medewerker (M2T).....................................................16

Model-brief cliënten over besmetting medewerker (C2T)...............................................................17

Eisen aan Persoonlijke Beschermingsmiddelen................................................................................18

2

OVER HET VIRUS

De officiële benaming van het virus is SARS-CoV-2. Het virus kan de ziekte COVID-19 veroorzaken. De meeste personen met dit virus hebben koorts en luchtwegklachten.

De ziekte is van mens op mens overdraagbaar door hoesten en niezen. De gemiddelde incubatietijd is 2-14 dagen (gemiddeld 5-6 dagen).

Door hoesten en niezen komt het virus uit neus, keel of longen naar buiten. Via (grote) druppels komt het virus zo in de lucht. Deze druppeltjes blijven niet in de lucht zweven maar dalen snel neer, behalve bij aerosolvormende handelingen (bijv. intubatie, handmatige beademing en handelingen aan de tracheostoma). Hoe zieker iemand is, hoe meer virus hij kan verspreiden. Buiten het lichaam kan het virus maar kort overleven. Hoe lang dat precies is, is nog onbekend. Ook is nog niet bekend of iemand die het virus heeft gehad daarna immuun is.

Mensen met milde klachten genezen relatief snel (na een paar dagen). Mensen met zwaardere klachten worden in het ziekenhuis opgenomen en hebben over het algemeen meer tijd nodig om herstellen (soms weken).

SYMPTOMEN

De belangrijkste symptomen zijn1:

koorts* (ten minste 38 graden) én ten minste één van de volgende respiratoire verschijnselen: hoesten, kortademigheid

* Of koortsig gevoel bij ouderen, aangezien zij niet altijd koorts ontwikkelen. Een immuungecompromitteerde patiënt met een ernstige infectie van welke aard ook, die aan de epidemiologische criteria voldoet, is een verdacht geval en dient getest te worden.

VERMOEDEN VAN COVID-19 INFECTIE

A. VERMOEDEN BIJ EEN CLIËNT

Een enkele cliënt met COVID-19 symptomen hoeft op basis van de RIVM-richtlijn niet te worden gemeld bij de GGD. Verwijs de cliënt door naar de huisarts. Als er meerdere cliënten symptomen vertonen dan moet dit worden gemeld bij de GGD2. Stem bij een ernstig vermoeden of toename van de klachten veiligheidshalve af met de GGD.

B. VERMOEDEN BIJ EEN MEDEWERKER

Volg bij een infectievermoeden bij een medewerker de RIVM Richtlijn Inzet en testbeleid medewerkers.Zie voor de handelswijze bij medewerkers die contact hebben gehad met een geïnfecteerde cliënt maar geen symptomen vertonen het stappenplan onder Virusinfectie bij een cliënt.

1 Het RIVM heeft de casusdefinitie op 20 maart losgelaten. De hier opgenomen symptoombeschrijving blijft een goede indicatie maar is niet sluitend. Zie voor een uitgebreide beschrijving van ziekteverschijnselen de LCI Richtlijn.2 Melding op basis van artikel 26 Wet publieke gezondheid. Zie ook de LCI Richtlijn.

3

SNELLE HANDELINGEN BIJ VASTSTELLING INFECTIE

Dit hoofdstuk bestaat uit twee stappenplannen:A. Virusinfectie bij een cliënt B. Virusinfectie bij een medewerker

A. VIRUSINFECTIE BIJ EEN CLIËNT

Zet bij infectie van een cliënt de volgende stappen:

Benoem een crisismanager die regie- en woordvoerder is en aanspreekpersoon is voor o.a. GGD/GHOR, huisartsen, (familie van) cliënten en medewerkers.

Communiceer een centraal telefoonnummer voor vragen over COVID-19.

Stem met de GGD af over de specifieke maatregelen die moeten worden genomen, mede gelet op de zorgbehoefte van de geïnfecteerde cliënt. Mogelijk wordt de zorgverlening overgenomen door de GGD.

De GGD zal bron- en contactonderzoek instellen.

Informeer alle medewerkers, bijvoorbeeld via model-brief M1T. Informeer alle cliënten, bijvoorbeeld via model-brief C1T.

Wees extra alert op ziekteverschijnselen bij cliënten en medewerkers. Medewerkers die contact hebben gehad met de geïnfecteerde cliënt moeten gedurende 14 dagen alert zijn op luchtwegklachten en koorts. De temperatuur wordt twee keer per dag rectaal of via het oor opgemeten met een persoonlijke thermometer. Laat medewerkers met klachten testen. Totdat de testuitslag bekend is blijft een medewerker met koorts thuis en gebruikt een medewerker zonder koorts beschermingsmiddelen. Zie verder de Richtlijn Testbeleid zorgmedewerkers3.

Stel vast welke medewerkers extra risico lopen, bijvoorbeeld medewerkers met (gezinsleden met) een luchtwegaandoening. Stem met deze medewerkers af over een eventuele alternatieve inzet. Consulteer zo nodig een bedrijfsarts.

Stel een crisisteam samen. Alle communicatie over het virus dient via dit team te lopen. Zorg dat het team dagelijks een update van ziekmeldingen krijgt. Informeer alle medewerkers over het team en haar activiteiten.De crisismanager is voorzitter/lid van het team.

Benoem per geïnfecteerde cliënt een mentor die de zorg rondom de cliënt coördineert en aanspreekpersoon is. De mentor neemt deel in het crisisteam of brengt dagelijks verslag uit.

3 Voor mantelzorgers, vrijwilligers in de palliatieve zorg en PGB-gefinancierde zorgverleners is er een aparte richtlijn

4

Breng in kaart of extra beschermingsmiddelen nodig zijn, op basis van de RIVM richtlijn PBM 4 en een organisatiespecifieke inschatting. Meld tekorten bij het ROAZ.

Breng de risico’s voor de personeelssamenstelling in kaart. Bij verwachte tekorten: meld dit bij Extra handen voor de zorg.

Doe indien mogelijk alvast een beroep op oud-medewerkers voor zorg aan cliënten waarbij het infectierisico beperkt is5.

Prioriteer de zorgbehoefte: stel een overzicht op van cliënten waarvan de zorg in alle gevallen moet worden voortgezet, cliënten waarbij de zorg kan worden verminderd en cliënten die tijdelijk geen zorg nodig hebben.

Stel fysieke overleggen tussen medewerkers en medewerkers en derden uit of organiseer deze telefonisch.

Inventariseer de mogelijkheden voor cohortverpleging, ook in het kader van eventuele verplaatsing van cliënten. Neem zo nodig contact op met het regionaal coördinatiepunt cohortopvang (GGD).

4 Voor mantelzorgers, PGB-gefinancierde zorgverleners en vrijwilligers in palliatieve zorg is er een eigen richtlijn.5 Houdt er rekening mee dat gepensioneerde medewerkers vanwege hun leeftijd en/of verminderde afweer een verhoogd risico lopen.

5

B. VIRUSINFECTIE BIJ EEN MEDEWERKER

Zet bij infectie van een medewerker de volgende stappen:

Benoem een crisismanager die regievoerder is en aanspreekpersoon is voor o.a. GGD/GHOR, huisartsen, (familie van) cliënten en medewerkers.

Communiceer een centraal telefoonnummer voor vragen over COVID-19.

Stem met de GGD af over de specifieke maatregelen die moeten worden genomen, mede gelet op de functie van de geïnfecteerde medewerker.

De medewerker blijft thuis tot minimaal 7 dagen na de start van de symptomen6 EN 48 uur koortsvrij7 EN ten minste 24 uur symptoomvrij8.

Neem telefonisch contact op met cliënten die de afgelopen 14 dagen zorg van de geïnfecteerde medewerker hebben ontvangen c.q. in de nabijheid van deze medewerker zijn geweest. Vraag aan deze cliënten of ze verkouden zijn of luchtwegklachten hebben en of ze koorts hebben (+ 38 graden). Is dit het geval verzoek de cliënt dan om direct contact op te nemen met de huisarts en waarschuw de medewerkers die zorg aan de cliënt verlenen. Is dit niet het geval, verzoek de cliënt dan om twee keer per dag de temperatuur op te nemen (rectaal of via het oor opgemeten met een persoonlijke thermometer) en om bij verkoudheid of hoesten EN koorts (+ 38 graden) of andere klachten aan de luchtwegen of mobiliteit (omdat veel ouderen geen koorts krijgen of ervaren) direct telefonisch contact op te nemen met uw organisatie.

Informeer alle medewerkers, bijvoorbeeld via model-brief M2T. Informeer alle cliënten, bijvoorbeeld via model-brief C2T.

Wees extra alert op ziekteverschijnselen bij cliënten en medewerkers. Medewerkers met 38 graden koorts of hoger moeten direct naar huis gaan en zich laten testen. Medewerkers die hoesten of met verkoudheid: laat testen.

Bepaal welke medewerkers extra risico lopen, bijvoorbeeld medewerkers met (gezinsleden met) een luchtwegaandoening. Stem met deze medewerkers af over een eventuele alternatieve inzet. Consulteer zo nodig een bedrijfsarts.

6 Start symptomen: ook wel de eerste ziektedag. Indien deze niet bekend is kan de datum van de monsterafname genomen worden7 Koortsvrij: temperatuur onder de 38 graden, zonder koortsremmende medicatie8 Symptoomvrij van COVID-19: geen koorts, geen diarree, geen spierpijn, geen keelpijn, geen benauwdheid, geen neusverkoudheid

6

Stel een crisisteam samen. Alle communicatie over het virus dient via dit team te lopen. Zorg dat het team dagelijks een update van ziekmeldingen krijgt. Informeer alle medewerkers over het team en haar activiteiten.De crisismanager is voorzitter/lid van het team.

Breng in kaart of extra beschermingsmiddelen nodig zijn, op basis van de RIVM richtlijn PBM (zie de richtlijn voor de Wmo hier) en een organisatiespecifieke inschatting. Meld tekorten bij het ROAZ.

Breng de risico’s voor de personeelssamenstelling in kaart. Bij verwachte tekorten: meld dit bij Extra handen voor de zorg.

Doe indien mogelijk alvast een beroep op oud-medewerkers voor zorg aan cliënten waarbij het infectierisico beperkt is9.

Prioriteer de zorgbehoefte: stel een overzicht op van cliënten waarvan de zorg in alle gevallen moet worden voortgezet, cliënten waarbij de zorg kan worden verminderd en cliënten die tijdelijk geen zorg nodig hebben.

Stel fysieke overleggen tussen medewerkers en medewerkers en derden uit of organiseer deze telefonisch.

9 Houdt er rekening mee dat gepensioneerde medewerkers vanwege hun leeftijd en/of verminderde afweer een verhoogd risico lopen.

7

BELANGRIJKE CONTACTGEGEVENS (zelf invullen!)

Organisatie Contactpersoon Contact

Crisismanager [naam organisatie/locatie]

GGD

Huisartsenpost

Regiocoördinator ROAZ Zie een overzicht hier

Algemeen infonummer RIVM 0800-1351

Regionaal coördinatiepunt cohortopvang

HYGIËNEMAATREGELEN

De richtlijnen infectiepreventie zijn met enkele aanvullingen onverkort van kracht. Algemeen uitgangspunt is:

Geen handen schudden Hoest of nies in de binnenkant van de elleboog Was regelmatig de handen met water en (desinfecterende) zeep Gebruik papieren zakdoeken of tissues bij het snuiten van de neus en gebruik ze éénmalig,

gooi ze daarna in de vuilnisbak

Zorgaanbieders worden verder aanbevolen om:

- extra handpompjes met desinfectiemiddelen te plaatsen of te verstrekken;- een handenwas- of hygiëneinstructie op te hangen op diverse plaatsen, zoals een

mededelingenbord, kantine en alle (bezoekers)toiletten. Goede voorbeelden vindt u hier en hier;

- medewerkers te wijzen op de hygiënetips op de website van Zorg voor Beter;- de schoonmaakfrequentie of desinfectie van de volgende zaken te verhogen:

- handgrepen, leuningen, lichtknoppen, liftknoppen, balies - toetsenborden, computermuizen, telefoons, tablets - kranen, zeephouders, gootstenen, toiletten

8

BESCHERMINGSMIDDELEN

De tekst hieronder is een verkorte weergave van de RIVM-richtlijn Persoonlijke Beschermingsmiddelen buiten het ziekenhuis. Zie ook de bijlage met eisen aan PBM.

Gebruik van beschermingsmiddelen (PBM) wordt buiten het ziekenhuis geadviseerd bij zorg aan cliënten met (symptomen van) COVID-19. Er zijn separate richtlijnen voor de Wijkverpleging, Wmo-ondersteuning en mantelzorgers & vrijwilligers.

MONDMASKERS

Voor algemene verzorging en verpleging van een (verdachte) coronapatiënt wordt een chirurgisch mondneusmasker type IIR voorgeschreven (moet voldoen aan NEN-EN14683:2005 IIR). Dit masker mag maximaal 3 uur worden gedragen of tot het masker nat wordt. Een FFP1-masker mag ook worden gebruikt voor de algemene verzorging.

Bij handelingen waar kleine vloeistofdruppels in de lucht kunnen ontstaan (aerosolvormende handelingen, zoals reanimatie, tracheale intubatie, niet-invasieve beademing, handmatige beademing, optiflow, tracheostomie, handelingen aan het tracheostoma en uitzuigen) wordt minimaal een FFP2-masker aanbevolen (moet voldoen aan NEN-EN149:2001+A1:2009 en aan NEN-EN14683:2005 IIR).

HANDSCHOENEN

Gebruik van niet-steriele latex- of nitril-wegwerphandschoenen wordt aanbevolen.

BRIL

Een beschermende bril met oogbescherming aan de zijkanten wordt aanbevolen.

VOCHTWEREND HALTERSCHORT

Een vochtwerend (halter)schort wordt aanbevolen. Voorkeur gaat uit naar schort met lange mouwen. Wasbare doktersjassen (vochtwerend) kunnen bij schaarste een alternatief zijn.

Tabel in LCI Richtlijn COVID-19

Pas na het uittrekken van de persoonlijke beschermingsmiddelen altijd (extra) handhygiëne toe.Informatie over het aan- en uittrekken van beschermingsmiddelen vindt u hier (NHG).

9

OVERLIJDEN VAN EEN CLIËNT Overleden patiënten worden door medewerkers of uitvaartverzorgers gewassen en verzorgd in persoonlijke beschermingsmiddelen (minimaal schort met lange mouwen en handschoenen), gevolgd door handhygiëne. Het dragen van een veiligheidsbril en mondneusmasker is niet nodig. Hierna gelden geen bijzondere maatregelen meer behalve de standaardhygiënemaatregelen rond een stoffelijk overschot, aangezien er geen druppels of aerosolen meer worden geproduceerd.

Na overlijden dient de woning van de cliënt te worden gereinigd. Momenteel wordt geadviseerd om te doen op basis van de Richtlijn Reiniging, desinfectie en sterilisatie in de openbare gezondheidszorg (reinigen met chlooroplossing). Zie voor een praktische beschrijving paragraaf 4.6 van de Richtlijn Norovirus.

Lees meer, bijvoorbeeld over vervoer, in de RIVM Richtlijn COVID-19 en overlijden

10

NUTTIGE BRONNEN

InformatieAlgemene informatie over COVID-19 RIVM

Testbeleid zorgmedewerkers RIVM

Testbeleid risicogroepen cliënten RIVM

Testbeleid mantelzorgers en vrijwilligers Rijksoverheid

Vraag en antwoord thuiszorg RIVM

Gebruik PBM Wijkverpleging RIVM

Gebruik PBM Wmo-ondersteuning RIVM

Gebruik PBM mantelzorgers en vrijwilligers Rijksoverheid

Factsheets over verdeling en gebruik PBM Rijksoverheid

Info aan- en uittrekken beschermingsmiddelen Nederlands Huisartsen Genootschap

Protocol zorgverlener na contact COVID-cliënt RIVM (Zie Maatregelen zorgmedewerkers)

Aandachtspunten overleden cliënt RIVM

LCI Richtlijn COVID-19 (Hoofdrichtlijn) RIVM

Informatiepagina Rijksoverheid (maatregelen) Rijksoverheid

Landelijk Inforium COVID-19 (verzamelwebsite) LICI

Richtlijnen Infectiepreventie Zorg voor Beter

Handhygiëne in de zorg Zorg voor Beter

Reiniging na overlijden Richtlijn Norovirus (paragraaf 4.6)

Overzicht ROAZ coördinatoren GGD GHOR

Overzichtskaart verspreiding wereldwijd Johns Hopkins University

Inzet vrijwillige zorgverleners Extra handen voor de zorg

Adviezen voor mentale gezondheid zorgverleners Ministerie van Defensie

Nieuwsbrieven Landelijk Consortium Hulpmiddelen NFU

Mythes m.b.t. COVID-19 World Health Organization (WHO)

KICK Geprotocolleerde werkinstructies Zie hier inloggegevens

Gratis e-learning over COVID-19 onderwerpen Zie hier inloggegevens

NUTTIGE HULPMIDDELEN

KICK GEPROTOCOLLEERDE WERKINSTRUCTIES

Hier inloggenGebruikersnaam : KICK-protocollen Wachtwoord : SamentegenCorona

11

E-LEARNING

Gratis e-learning van Expertcollege via Infolearn:https://covid19.infolearn.nl/

12

BIJLAGEN

13

MODEL-BRIEF MEDEWERKERS OVER BESMETTING CLIËNT (M1T)

Beste collega,

Op [datum] is een cliënt van [naam organisatie] positief getest op het Coronavirus (COVID-19). De cliënt vertoont lichte ziekteverschijnselen en maakt het naar omstandigheden goed.

In deze brief informeren we je over de extra maatregelen die we naar aanleiding van het bovenstaande nemen.

MaatregelenWe hadden reeds een groot aantal maatregelen genomen om verspreiding van het virus te voorkomen. Deze maatregelen blijven onverkort van kracht. In aanvulling daarop nemen we in samenspraak met de GGD de volgende maatregelen:

alle kantoormedewerkers die in direct contact stonden met de zieke cliënt werken voor zover dat mogelijk en nodig is de komende twee weken thuis. Medewerkers die zorg hebben verleend aan de geïnfecteerde client moeten de komende 14 dagen extra alert zijn op luchtwegklachten en koorts. De temperatuur moet rectaal of via het oor worden opgemeten met een persoonlijke thermometer. Bij koorts of andere symptomen moet direct contact worden opgenomen met je leidinggevende. Indien van toepassing wordt getest;

alle cliënten moeten extra in de gaten worden gehouden v.w.b. de bij het virus passende ziekteverschijnselen. Als deze verschijnselen zich voordoen dan moet een cliënt in thuisquarantaine worden geplaatst en dient de cliënt met de huisarts contact op te nemen (en worden getest);

de woning van de zieke cliënt wordt (extra) gedesinfecteerd; de regie over de zorgverlening aan de zieke cliënt wordt overgenomen door de GGD. Dat heeft

mogelijk effect op onze inzet bij de zieke cliënt; we hebben in kaart gebracht wat we als organisatie moeten doen om de continuïteit van de zorg te

waarborgen als blijkt dat veel medewerkers (potentieel) ziek zijn. In een dergelijk geval kunnen we mogelijk een beroep doen op collega-zorgaanbieders. De kans bestaat dat we je zullen vragen om tijdelijk extra te werken. Bij grootschalige uitval van medewerkers zullen alle medewerkers door de GGD worden getest.

De cliënten en/of hun vertegenwoordiger ontvangen een brief over de bovenstaande maatregelen.

We moeten gezamenlijk alles op alles zetten om verspreiding van het virus te voorkomen en om de impact van het virus op de organisatie en vooral de zorgverlening zo veel mogelijk te beperken.

Heb je koorts (+ 38 graden)? Blijf dan thuis en meld je ziek. Heb je geen koorts maar ben je wel verkouden en/of aan het hoesten? Stem dan af met je

leidinggevende.

Vragen?Voor vragen over de maatregelen die we hebben genomen kan je contact opnemen met [naam medewerker] via [telefoonnummer] of [e-mailadres].

Op de website van het RIVM (www.rivm.nl) vind je actuele informatie over het virus en een lijst met veelgestelde vragen en antwoorden. Verwijs cliënten met vragen over het virus a.u.b. ook naar deze website.

Met vriendelijke groet,

14

MODEL-BRIEF CLIËNTEN OVER BESMETTING CLIËNT (C1T)

Geachte cliënt of cliënt-vertegenwoordiger,

Op [datum] is een cliënt van [naam organisatie] positief getest op het Coronavirus (COVID-19). De cliënt vertoont lichte ziekteverschijnselen en maakt het naar omstandigheden goed.

In deze brief informeren we u over de maatregelen die we naar aanleiding van het bovenstaande extra nemen.

Maatregelen[Naam organisatie] had reeds een groot aantal maatregelen genomen om verspreiding van het virus te voorkomen. Deze maatregelen blijven onverkort van kracht. In aanvulling daarop nemen we in samenspraak met de GGD de volgende maatregelen:

alle medewerkers die in direct contact stonden met de zieke cliënt werken voor zover dat mogelijk en nodig is de komende twee weken thuis. Medewerkers die geen ziekteverschijnselen vertonen én die nodig zijn voor de zorgverlening gaan in afstemming met de GGD aan het werk met persoonlijke beschermingsmiddelen. Medewerkers die contact hebben gehad met de zieke cliënt én koorts hebben of verkouden zijn of hoesten gaan niet aan het werk en worden door de GGD getest;

alle cliënten die in contact zijn geweest met een medewerker die zorg heeft verleend aan de zieke cliënt worden extra in de gaten gehouden v.w.b. de bij het virus passende ziekteverschijnselen. Als deze verschijnselen zich voordoen dan kan een cliënt in quarantaine worden geplaatst en wordt contact opgenomen met de GGD;

we nemen extra maatregelen om de continuïteit van de zorg te waarborgen als blijkt dat medewerkers zijn besmet, ondermeer door het maken van afspraken met collega-zorgaanbieders. Sommige medewerkers zullen extra gaan werken om eventuele uitval van andere medewerkers op te vangen. Bij grootschalige uitval zullen alle medewerkers door de GGD worden getest.

U kunt er op vertrouwen dat we alles op alles zetten om verspreiding van het virus te voorkomen. We doen tegelijkertijd ook ons uiterste best om de impact van het virus op de organisatie en vooral de zorgverlening zo veel mogelijk te beperken.

Bent u verkouden of hoest u veel EN heeft u koorts (+ 38 graden) of een koortsig gevoel? Dan verzoeken we u om uw zorgverlener hierover zo spoedig mogelijk, bij voorkeur per e-mail of telefonisch, te informeren.Dit geldt ook wanneer een van uw gezinsleden deze symptomen heeft.

Vragen?Voor vragen over de maatregelen die [naam organisatie] neemt of heeft genomen kunt u contact opnemen met [naam medewerker] via [telefoonnummer] of [e-mailadres].

Als u vragen heeft over het virus of de verspreiding daarvan dan kunt u de website van het RIVM raadplegen (www.rivm.nl); onder ‘Actuele informatie over het nieuwe coronavirus’ vindt u ook een lijst met veelgestelde vragen en antwoorden.

Met vriendelijke groet,

15

MODEL-BRIEF MEDEWERKERS OVER BESMETTING MEDEWERKER (M2T)

Beste collega,

Op [datum] is een collega positief getest op het Coronavirus (COVID-19). De collega vertoont lichte ziekteverschijnselen en maakt het naar omstandigheden goed. De collega blijft tot herstel, vastgesteld door de GGD, in thuisisolatie.

In deze brief informeren we je over de extra maatregelen die we naar aanleiding van het bovenstaande nemen.

MaatregelenEr waren zoals bekend reeds een groot aantal maatregelen genomen om verspreiding van het virus te voorkomen. Deze maatregelen blijven onverkort van kracht. In aanvulling daarop nemen we in samenspraak met de GGD de volgende maatregelen:

alle medewerkers moeten de komende 14 dagen extra alert zijn op luchtwegklachten en koorts. De temperatuur moet rectaal of via het oor worden opgemeten met een persoonlijke thermometer. Bij koorts of andere symptomen moet direct contact worden opgenomen met je leidinggevende. Indien van toepassing wordt getest;

alle cliënten van de zieke collega worden extra in de gaten gehouden v.w.b. de bij het virus passende ziekteverschijnselen. Als deze verschijnselen zich voordoen dan moet de cliënt in quarantaine worden geplaatst en dient de cliënt contact op te nemen met de huisarts (en getest te worden);

het kantoor wordt extra gedesinfecteerd; we hebben in kaart gebracht wat we als organisatie moeten doen om de continuïteit van de zorg te

waarborgen als blijkt dat meer medewerkers (potentieel) ziek zijn. In een dergelijk geval kunnen we mogelijk een beroep doen op collega-zorgaanbieders. De kans bestaat dat we je zullen vragen om tijdelijk extra te werken. Bij grootschalige uitval van medewerkers zullen alle medewerkers door de GGD worden getest.

We moeten gezamenlijk alles op alles zetten om verspreiding van het virus te voorkomen en om de impact van het virus op de organisatie en vooral de zorgverlening zo veel mogelijk te beperken.

Heb je koorts (+ 38 graden)? Blijf dan thuis en meld je ziek. Heb je geen koorts maar ben je wel verkouden en/of aan het hoesten? Stem dan af met je

leidinggevende.

Vragen?Voor vragen over de maatregelen die we hebben genomen kan je contact opnemen met [naam medewerker] via [telefoonnummer] of [e-mailadres].

Op de website van het RIVM (www.rivm.nl) vind je actuele informatie over het virus en een lijst met veelgestelde vragen en antwoorden. Verwijs cliënten met vragen over het virus a.u.b. ook naar deze website.

Met vriendelijke groet,

16

MODEL-BRIEF CLIËNTEN OVER BESMETTING MEDEWERKER (C2T)

Geachte cliënt of cliënt-vertegenwoordiger,

Op [datum] is een medewerker van [naam organisatie] positief getest op het Coronavirus (COVID-19). De medewerker vertoont lichte ziekteverschijnselen en maakt het naar omstandigheden goed. De medewerker blijft tot herstel in thuisisolatie.

In deze brief informeren we u over de maatregelen die we naar aanleiding van het bovenstaande extra nemen.

Maatregelen[Naam organisatie] had reeds een groot aantal maatregelen genomen om verspreiding van het virus te voorkomen. Deze maatregelen blijven onverkort van kracht. In aanvulling daarop nemen we in samenspraak met de GGD de volgende maatregelen:

alle medewerkers die in direct contact stonden met de zieke medewerker werken voor zover dat mogelijk en nodig is de komende twee weken thuis. Medewerkers die geen ziekteverschijnselen vertonen én die nodig zijn voor de zorgverlening gaan in afstemming met de GGD aan het werk met persoonlijke beschermingsmiddelen. Medewerkers die contact hebben gehad met de zieke medewerker én koorts hebben of verkouden zijn of hoesten gaan niet aan het werk en worden door de GGD getest;

alle cliënten van de zieke medewerker worden extra in de gaten gehouden v.w.b. de bij het virus passende ziekteverschijnselen. Als deze verschijnselen zich voordoen dan kan een cliënt in quarantaine worden geplaatst en dient de cliënt contact op te nemen met de huisarts;

we nemen extra maatregelen om de continuïteit van de zorg te waarborgen, ondermeer door het maken van afspraken met collega-zorgaanbieders. Sommige medewerkers zullen extra gaan werken om eventuele uitval van andere medewerkers op te vangen. Bij grootschalige uitval zullen alle medewerkers door de GGD worden getest.

U kunt er op vertrouwen dat we alles op alles zetten om verspreiding van het virus te voorkomen. We doen tegelijkertijd ook ons uiterste best om de impact van het virus op de organisatie en vooral de zorgverlening zo veel mogelijk te beperken.

Bent u verkouden of hoest u veel EN heeft u koorts (+ 38 graden) of een koortsig gevoel? Dan verzoeken we u om ons hierover zo spoedig mogelijk per e-mail of telefonisch te informeren.Dit geldt ook wanneer een van uw gezinsleden deze symptomen heeft.

Vragen?Voor vragen over de maatregelen die [naam organisatie] neemt of heeft genomen kunt u contact opnemen met [naam medewerker] via [telefoonnummer] of [e-mailadres].

Als u vragen heeft over het virus of de verspreiding daarvan dan kunt u de website van het RIVM raadplegen (www.rivm.nl); onder ‘Actuele informatie over het nieuwe coronavirus’ vindt u ook een lijst met veelgestelde vragen en antwoorden.

Met vriendelijke groet,

17

EISEN AAN PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN

Persoonlijke beschermingsmiddelen moeten aan de volgende eisen voldoen:

PBM Eisen Toelichting

Chirurgisch mondneusmasker NEN-EN 14683, type IIR

Voor algemene verzorging (geen aerosolvormende handelingen!). Max. 3 uur gebruik of tot het master nat wordt

FFP1 masker NEN-EN 149 + A1Voor algemene verzorging (geen aerosolvormende handelingen!)

FFP2 masker NEN-EN 149 + A1 Bij aerosolvormende handelingen

Veiligheidsbril NEN-EN 166Zijkanten moeten ogen beschermen tegen spatten

Schort Met lange mouwen

Indien niet beschikbaar, dan is een halterschort een veilig alternatief, mits goede handhygiëne kan worden toegepast

Niet steriele handschoenen Latex of nitril

18