depa Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden...

23
Onderzoeken van drie methodes. In dit onderzoek wordt er gekeken welke methode het beste aansluit bij de visie van CBS De Haven. Belangrijke aspecten die meegenomen worden in de uiteindelijke keus zijn: 1. Effectiviteit 2. Uitvoerbaarheid 3. Passend bij de visie 4. Kostenplaatje Literatuuronderzoek Er zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die hiervoor gebruikt kunnen worden: • De Databank Effectieve Interventies van het NJI • De COTAN gids voor leerlingvolgsystemen • Keuzegids Sociale Competentie Tijdens het onderzoek worden de methodes grondig bekeken en met elkaar vergeleken op verschillende punten. De volgende punten ervaart de school als belangrijk: •Worden de te bereiken doelen genoemd? • Is de methode gericht op het ontwikkelen van sociale competentie van alle leerlingen of van specifieke groepen leerlingen? Of is de methode gericht op de aanpak van specifieke problemen – en daarmee dus vooral bedoeld voor specifieke leerlingen? • Heeft de doelstelling van de betreffende methode een relatie met de kerndoelen van de overheid? • Op welke gereedschappen is de methode gericht; op kennis, reflectie, vaardigheden of houding? • Op welke gebieden van sociale competentie richt de methode zich? • Welke evaluatiemogelijkheden biedt de methode; Is er een passend leerlingvolgsysteem? • Besteedt de methode aandacht aan ouders? •Hebben leerkrachten (aanvullende) scholing nodig om met de methode te kunnen werken? Voorziet de methode hierin? • Wat zijn de kosten voor aanschaf - en (jaarlijks) onderhoud? Praktijk onderzoek. Naast het theoretische deel , vindt er ook een praktijk onderzoek plaats. Er worden verschillende scholen bezocht waarbij er een kijkje in de klas plaatsvind tijdens een SEL les, tevens wordt er een interview afgenomen

Transcript of depa Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden...

Page 1: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

Onderzoeken van drie methodes.In dit onderzoek wordt er gekeken welke methode het beste aansluit bij de visie van CBS De Haven. Belangrijke aspecten die meegenomen worden in de uiteindelijke keus zijn:

1. Effectiviteit 2. Uitvoerbaarheid3. Passend bij de visie4. Kostenplaatje

LiteratuuronderzoekEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die hiervoor gebruikt kunnen worden:

• De Databank Effectieve Interventies van het NJI • De COTAN gids voor leerlingvolgsystemen • Keuzegids Sociale Competentie

Tijdens het onderzoek worden de methodes grondig bekeken en met elkaar vergeleken op verschillende punten. De volgende punten ervaart de school als belangrijk:

•Worden de te bereiken doelen genoemd? • Is de methode gericht op het ontwikkelen van sociale competentie van alle leerlingen of van specifieke groepen leerlingen? Of is de methode gericht op de aanpak van specifieke problemen – en daarmee dus vooral bedoeld voor specifieke leerlingen? • Heeft de doelstelling van de betreffende methode een relatie met de kerndoelen van de overheid? • Op welke gereedschappen is de methode gericht; op kennis, reflectie, vaardigheden of houding? • Op welke gebieden van sociale competentie richt de methode zich?• Welke evaluatiemogelijkheden biedt de methode; Is er een passend leerlingvolgsysteem? • Besteedt de methode aandacht aan ouders?•Hebben leerkrachten (aanvullende) scholing nodig om met de methode te kunnen werken? Voorziet de methode hierin? • Wat zijn de kosten voor aanschaf - en (jaarlijks) onderhoud?

Praktijk onderzoek.Naast het theoretische deel , vindt er ook een praktijk onderzoek plaats. Er worden verschillende scholen bezocht waarbij er een kijkje in de klas plaatsvind tijdens een SEL les, tevens wordt er een interview afgenomen

Invoeren methodesMethoden worden gehuurd, ingevoerd en gebruikt in de les bij de groepen 1 t/m 8. Een kritische blik door de leerkrachten op het gebruik van de methode en hoe de methode overkomt bij Leerlingen is erg belangrijk omdat het gegevens oplevert, waardoor duidelijk wordt of de methode een juiste keus is.

Page 2: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

Kinderen en... hun sociale talenten

De methode Kinderen en... hun sociale talenten is ontwikkeld door de CED-Groep Onderzoek en Ontwikkeling. Insteek is dat leraren met praktisch en toegankelijk lesmateriaal kinderen kunnen stimuleren in de ontwikkeling van hun emotionele intelligentie en daarmee hun ontwikkeling op andere terreinen bevorderen( Kwintessens, 2012).

Kinderen en … hun sociale talenten is een methode die uitgaat van de talenten( waar de kinderen competent in zijn) die kinderen bezitten. Sociale competentie wordt omschreven als het vermogen om op een adequate manier sociaal en emotioneel te functioneren. Sociale competentie is verdeeld in acht categorieën die positief geformuleerd zijn, namelijk:

ervaringen delen aardig doen samen spelen en werken een taak uitvoeren jezelf presenteren een keuze maken opkomen voor jezelf omgaan met ruzie.

Er zijn twintig lessen voor elke jaargroep, (twee tot vier lessen per gedragscategorie) waarmee de groep steeds twee weken vooruit kan. De lesopbouw is gestructureerd en de lessen bevatten allemaal differentiatie mogelijkheden voor tijdens de les. De methode is cyclisch opgebouwd, zodat aan alle gedragscategorieën elk jaar aandacht wordt besteed( broertjes en zusjes werken op het zelfde moment aan het zelfde thema, steeds op een hoger niveau).Bij de gedragscategorie ‘aardig doen’ bijvoorbeeld, staat het onderwerp ‘een complimentje geven’ door de jaren heen drie keer centraal in een les. In jaargroep 2 oefenen leerlingen hoe ze een compliment kunnen geven over wat een ander kind heeft gemaakt. Terwijl leerlingen in jaargroep 4 complimenten geven over wat een ander goed kan. In groep 8 gaan leerlingen complimenten geven over hoe iemand is.

Met Kinderen en... hun sociale talenten wordt er aan de sociale competentie van leerlingen gewerkt , waarvan de resultaten met de SCOL steeds in beeld gebracht kunnen worden.

Cyclische opbouw.

Page 3: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

ScolDe Sociale Competentie Observatie Lijst (SCOL) is een verantwoord digitaal leerlingvolgsysteem voor het in kaart brengen van de sociale competentie van leerlingen uit het PO, VO en S(B)O. Scholen kunnen met de SCOL signaleren of leerlingen extra onderwijs nodig hebben en kunnen zo het onderwijs goed op de leerlingen afstemmen. De SCOL voor het primair onderwijs kreeg een positief advies van de COTAN (Commissie Test Aangelegenheden Nederland). In het rapport ‘Analyse en waarderingen van opbrengsten’ van de Inspectie van het Onderwijs (oktober 2009) wordt de SCOL genoemd als één van de drie meetinstrumenten voor sociale competentie om de leeropbrengsten in kaart te brengen( Kwintessens, 2012).

Zorgleerlingen

De methode bevat in elke handleiding een speciaal boekje voor zorgleerlingen. Het zorgkatern Kinderen en … hun sociale talenten voor zorgleerlingen is geschreven voor lerarendie met zorgleerlingen werken. Dit kunnen leraren in het speciaal onderwijs of speciaal basisonderwijszijn, maar ook leraren in het regulier onderwijs. Met behulp van dit katern kunnen lessen zoaangepast worden dat ze voor alle leerlingen geschikt zijn.

Mag iedereen Kinderen en... hun sociale talenten geven?

Elke leerkracht mag uit deze methode lesgeven zonder een voorafgaande cursus.

Doelen Kinderen en... hun sociale talenten

Doel van de methode is om het sociaal competent gedrag van de leerlingen te bevorderen, op een manier die herkenbaar is en vooral ook leuk om te doen. de sociale energie in de klas zal positief veranderen.

Doelgroep van Kinderen en... hun sociale talenten

De methode is bedoeld voor leerlingen van alle leerjaren in het primair onderwijs.

Page 4: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

Kanjertraining

Kanjertraining is een particulier initiatief, ontwikkeld door drs. G.Weide, onderwijzeren psycholoog. Een verzoek van meerdere Almeerse ouders in 1996 is de directe aanleiding tot het ontwikkelen van de training. Deze ouders zaten met de volgende vraag: "We kunnen heel goed praten met de onderwijsgevenden over ons kind zolang het gaat over cognitief functioneren. Maar het gaat mis als wij naar school komen met vragen over het sociaal functioneren van ons kind. Vooral als ons kind zich niet fijn voelt op school.". Met deze ouders, is nagegaan waar hun kinderen behoefte aan hebben in het sociaal functioneren (kanjertraining, 2011).

Dit zijn de onderwerpen die de ouders belangrijk vonden:• Jezelf voorstellen, jezelf presenteren.• Iets aardigs zeggen en met een compliment weten om te gaan.• Met gevoelens van jezelf en met de gevoelens van de ander weten om te gaan.• Ja en nee kunnen zeggen. • Je mening vertellen • Een ander durven vertrouwen en te vertrouwen zijn.• Samenwerken.• Vriendschappen Wat zijn goede vrienden, hoe onderhoud je een vriendschap, hoe raak je vrienden kwijt.• De kunst van vragen stellen/belangstelling tonen. Probeer een ander te begrijpen.• Kritiek durven en kunnen geven.• Kritiek weten te ontvangen en je voordeel ermee doen• De kunst van antwoord geven/vertellen. Laat je begrijpen door een ander• Zelfvertrouwen, zelfrespect, trots zijn• Leren te stoppen met treiteren• Uit slachtofferrollen stappen en het heft in eigen hand nemen. (kanjertraining, 2011).

Op het kanjerdiploma staat de volgende tekst:

Hier ben ikHet is goed dat ik er benEr zijn mensen die van mij houdenNiet iedereen vindt mij aardigDat hoort zoIk luister wel naar kritiekIk zeg wat ik voel en wat ik denkDoet iemand vervelend tegen mij?Dan haal ik mijn schouders opDoet iemand rot,Dan doe ik niet mee.Ik gedraag me als een kanjerWant ik ben een kanjer(kanjertraining, 2011).

Page 5: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

Mag iedereen kanjertraining geven?Nee, iedere leerkracht moet eerst een driedaagse kanjertraining volgen.De leerkrachten krijgen na het afronden van de driedaagse Kanjertraining de licentie om op de eigen school de lessen uit de Kanjerboeken te geven aan volledige groepen/klassen. Er zijn een aantal strenge regels wat betreft het lesgeven met de licentie. Het kanjertraining instituut hanteert de volgende regels;

De leerkracht/docent is minimaal 3 dagdelen werkzaam op de school. Het is niet de bedoeling dat de leerkracht/docent andere leerkrachten/docenten gaat opleiden, of

kleine trainingsgroepjes gaat samenstellen met zorgleerlingen uit meerder groepen/klassen De Kanjertraining is contextueel. Problemen worden opgelost in de situatie waarin ze ontstaan Na twee en na vier jaar volgen de verplichte nascholingsdagen. (kanjertraining, 2011).

Doelen kanjertraining“Het belangrijkste doel is dat een kind positief over zichzelf en de ander leert denken. Alsgevolg hiervan heeft het kind minder last van sociale stress. Ook op langer termijn is dit effectmerkbaar. Het blijkt dat veel kinderen na het volgen van de Kanjertraining zich beter kunnenconcentreren op school en betere leerresultaten behalen.” (Weide, 2001)

Voor het onderwijs zijn de doelen vooral praktisch:• de leerkracht wordt gerespecteerd;• pestproblemen worden opgelost;• leerlingen durven zichzelf te zijn;• leerlingen voelen zich veilig;• leerlingen voelen zich bij elkaar betrokken;• leerlingen kunnen gevoelens onder woorden brengen;• leerlingen krijgen meer zelfvertrouwen. (kanjertraining, 2011).

Doelgroep van kanjertrainingOp de site van het Instituut voor Kanjertrainingen (www.Kanjertrainingen.nl) wordt dedoelgroep als volgt omschreven: de Kanjertrainingen worden gegeven aan kinderen in deleeftijd van 5 tot en met 14 jaar, die niet lekker in hun vel zitten thuis en/of op school.De Kanjertrainingen richten zich op kinderen met uiteenlopende problematiek. Het betreftvaak psycho-sociale gedragsproblemen die zowel internaliserend als externaliserend vanaard zijn.(Internaliserend is verlegen/teruggetrokken, moedeloos, angstig. Externaliserend is agressief, delinquent.) (Uitgangspunten van de Kanjertrainingen, 2011)

Testresultaten van kanjertraining.De Kanjertraining maakt gebruik van de gedragsvragenlijsten CBCL. (De Child Behavior Checklist)Telkens blijkt dat bij alle kinderen die deelnemen aan de Kanjertraining, de totaleprobleemscores op de CBCL afnemen. De metingen met de CBCL zijn gedaan vooraf, achteraf en een jaar later.Hieronder zie je de testcategorieën . Eerste kolom; 2-3 jaar. Tweede kolom; 4-18 jaar.(In). is verlegen/teruggetrokken, moedeloos, angstig. (Ex). is agressief, delinquent.) (Uitgangspunten van de Kanjertrainingen, 2011)

1. Angstig /depressief (In)

2. Teruggetrokken (In)

3. Slaapproblemen

4. Lichamelijke klachten

5. Agressief gedrag (Ex)

6. Grensoverschrijdend gedrag (Ex)

7. Regelovertredend gedrag (Ex)

1. Teruggetrokken (In)

2. Lichamelijke klachten (In)

3. Angstig/ depressief (In)

4. Sociale problemen

5. Denkproblemen

6. Aandachtsproblemen

7. Grensoverschrijdend gedrag (Ex)

8. Agressief gedrag (Ex)

Page 6: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

Konijn-, Tijger-, Aap-, en Pestvogel denken ( verschillende petten)

Het Konijn (de stille of bange) De gele pet: het gedrag van een kind met een gele pet op is onopvallend. Het kind wil niet opvallen, is bang, verlegen of stil. Het kind wil er graag bij horen, maar vindt alles eng, bedreigend en beangstigend. Door deze bange, afhankelijke opstelling kan het kind genegeerd of gepest worden.

De Tijger (Kanjer)

De witte pet: het gedrag van een kind met een witte pet is "rustig". Het kind is innerlijk beschaafd; het pest, schreeuwt en scheldt niet maar is behulpzaam en te vertrouwen. Dit kind heeft respect voor zichzelf en een ander.

De Aap (uitslover)

De rode pet: het gedrag van een kind met een rode pet is vaak clownesk. Het kind wil opvallen en stelt zich uitdagend op. De rode pet wil erbij horen en doet dit door stoer te doen op een vervelende manier. Kinderen met een rode pet op nemen geen verantwoordelijkheid voor wat ze doen maar wijzen snel naar een ander.

De Pestvogel (hork of baasspeler)

De zwarte pet: het gedrag van een kind met een zwarte pet op is brutaal. Het kind wil de baas zijn en doet dit om te intimideren, te manipuleren, te bedreigen of conflicten op te zoeken. De zwarte pet wil wel alles bepalen, maar nergens verantwoordelijk voor zijn.

Hoe weten we nu dat leerlingen zo denken?Er is aan honderden leerlingen gevraagd hoe ze denken.Gewone leerlingen maken wel eens de verkeerde grap, zijn wel eensbang, en doen wel eens te stoer. Daar is niks mis mee. Maar er zijn ook veel leerlingen diealleen nog maar stoer kunnen doen, vervelend grappig, of bang. De leerlingen hebben er zelf veel last van. Eigenlijk willen de bange leerlingen en devervelend grappige leerlingen normaal doen, maar weten niet hoe. Het stoere kind, dat geenrekening houdt met anderen, wil het minst graag veranderen. En het kind dat gewoon doet,

Page 7: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

hoeft niet te veranderen. (kanjertraining, 2011).

Page 8: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

Leefstijl.

Leefstijl is een programma dat kinderen vanaf de kinderopvang/peuterspeelzaal tot en met het beroepsonderwijs helpt om hun sociaal-emotionele vaardigheden te ontwikkelen.

In de methode worden verschillende vaardigheden behandeld. Bijvoorbeeld:

samen spelen, samenwerken praten luisteren rekening houden met elkaar zelfvertrouwen opdoen gevoelens uiten omgaan met verschillen conflicten oplossen omgaan met groepsdruk.

Ook komen burgerschap, gezondheidsvaardigheden en media-educatie aan bod. Leefstijl noemt dit de essentiële basisvaardigheden die voor kinderen belangrijk zijn om goed te kunnen functioneren. Zowel nu op school, thuis, als later wanneer zij volwassen zijn. ( leefstijl, 2011)

Ervaringsgericht leren staat centraal in de leefstijl methode. Dit vind plaats tijdens de groepsactiviteiten die de interactie tussen kinderen stimuleren. Het uiteindelijke leereffect is het resultaat van vier fasen die gebaseerd op de leerstijlen volgens Kolb ( leefstijl, 2011).

Leefstijl heeft een methode ontwikkeld waardoor leerlingen zich bewust worden van de normen en waarden in de maatschappij. Dit leren ze niet op een theoretische manier maar in de praktijk. Samen met klasgenoten doen leerlingen allerlei activiteiten en opdrachten die het besef van ‘goed met elkaar omgaan’ versterken ( leefstijl, 2011).

Meervoudige intelligentie van Howard Gardner: Door de didactische werkvormen afwisselend uit te kiezen spreekt men meerdere vormen van intelligentie aan.

Sociale en emotionele competenties

Om als kind goed te functioneren in op school en buiten school moeten de volgende competenties voldoende ontwikkeld zijn.

Zelfvertrouwen doordachte beslissingen nemen luisteren je gevoelens uiten rekening houden met anderen

Leefstijl is een methode die niet alleen de emotionele intelligentie stimuleert maar, doordat kinderen beter in hun vel zitten, ook de cognitieve intelligentie.

Page 9: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

Drie cirkel model

Het driecirkelmodel geeft de onderlinge relatie weer tussen verschillende vaardigheden, inhouden en thema’s van Leefstijl die bedoeld zijn om kinderen te stimuleren tot verantwoordelijk en sociaal gedrag.

De binnen cirkel geeft de basisaspecten van sociaal gedrag weer: waarden, accepteren van gevoelens en verantwoordelijkheid.

In de tussencirkel staan de basisregels voor een effectieve communicatie.

In de buitencirkel worden de meer complexe sociale vaardigheden weergegeven, zoals: het maken van keuzes, omgaan met verschillen, onderhandelen, oplossen van conflicten.

Kerndoelen gezond en redzaam gedrag.

Leefstijl sluit aan bij de kerndoelen voor gezond en redzaam gedrag. De methode biedt naast sociaal-emotionele competenties ook gezondheidsvaardigheden. Op steeds jongere leeftijd beginnen kinderen te experimenteren met roken, alcohol en drugs. De leeftijdsfase tussen tien en veertien blijkt een kritieke periode. Effectieve preventie moet daarom vóór die leeftijd beginnen, op de basisschool.( leefstijl,2011)

Ook sluit leefstijl aan bij actief burgerschap. In de hoofstukken zijn een groot aantal onderwerpen geïntegreerd die sociale integratie en actief burgerschap bevorderen.

Thema’s

Het Leefstijl-programma voor primair onderwijs bevat zes verschillende thema’s die ieder jaar terugkomen. Elk jaar gaat het niveau omhoog en wordt er dieper ingegaan op het thema. Dit houdt in dat broertjes en zusjes tegelijkertijd aan het zelfde thema werken, op ander niveau.De zes Leefstijlthema’s:

De groep, dat zijn wij! over sfeer in de groep Praten en luisteren over communicatie Ken je dat gevoel? over gevoelens Ik vertrouw op mij over zelfvertrouwen Iedereen anders, allemaal gelijk over diversiteit Lekker gezond over gezondheidsvaardigheden

Mag iedereen leefstijl geven?

Ja als leerkracht mag iedereen officieel deze methode geven in de klas. Leefstijl geeft wel cursussen voor de leerkracht zelf. Dit doen ze omdat leefstijl vindt dat het van belang is dat de leerkracht zich ook bewust wordt van zijn eigen keuzes en gedrag. Ook is een Leefstijl-coördinator binnen een school van groot belang. De coördinator regelt, stimuleert en ondersteunt . omdat deze coördinatoren soms tegen problemen aanloopt is hier een cursus voor die deze mensen ondersteunt.

Page 10: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

Doelen leefstijlHet doel van leefstijl is om sociaal gedrag, weerbaarheid en betrokkenheid van kinderen/ jongeren thuis, op school, bij vrienden en in de gemeenschap te stimuleren.

"Leefstijl wil bevorderen dat kinderen en jongeren zich ontwikkelen tot sociaal vaardige, betrokken en zelfstandige volwassenen." (leefstijl, 2011)

Doelgroep van leefstijlLeefstijl heeft verschillende methodes ontwikkeld voor de volgende groepen:

jonge kind (2-4 jaar) basisschool kinderen leerlingen in het voortgezet- en beroepsonderwijs voor begeleiders en kinderen in bso, welzijn en sport.

Testresultaten van leefstijlIn de Verenigde Staten en Duitsland zijn diverse studies verricht naar de effecten van Skills for Adolescence, waarvan Leefstijl voor het voortgezet onderwijs een bewerking is. Er zijn positieve effecten gevonden op kennis, attitudes en gedrag van leerlingen ten aanzien van middelengebruik. Ook zijn er op schoolresultaten van de leerlingen positieve effecten gevonden. Onderzoek naar de effecten van Leefstijl voor het basis- en voortgezet onderwijs wordt momenteel door het SCO-Kohnstamminstituut uitgevoerd. ( leefstijl, 2011)

SeoL:

SeoL is een leerling volgsysteem waarmee leefstijl werkt.Kinderen ontwikkelen in hun eigen tempo hun sociaal-emotionele vaardigheden. Met het SeoL leerlingvolgsysteem van Leefstijl krijgt de leerkracht een duidelijk beeld van de ontwikkeling van deze vaardigheden. Elke leerkracht kan in het leerlingvolgsysteem SeoL invoeren welke sociaal-emotionele vaardigheden nog versterkt moeten worden op basis van de normering en/of het eigen oordeel van de leerkracht zelf. Vervolgens kan de leerkracht zo een handelingsplan opstellen.

Page 11: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

Leerlijnen SEO

Alhoewel in de praktijk meestal alles met alles blijkt samen te hangen (zie schema: Inhoud sociaal-emotionele ontwikkeling), is een pragmatische uitsplitsing naar inhoudelijke aspecten nuttig om onze aandacht en energie gericht in te zetten. ( slo)

Deze inhoudelijke aspecten zijn:

Zelfvertrouwen en weerbaarheid Gevoelens van zichzelf en anderen Inleven in de ander Waarden en normen Conflictsituaties oplossen Relaties en seksualiteit

Page 12: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

Ontwikkelschets Tussendoelen

Groep 1-2

Kinderen leren al doende omgaan met conflicten, afspraken en regels. En ze ontdekken het belang daarvan. In de kleutergroepen gaan er vaak geen vijf minuten voorbij zonder 'sociaal verkeersongeval'. Deze situaties zijn belangrijke oefenmomenten voor het leren omgaan met conflicten.

Kinderen zien in hoe conflictsituaties in de eigen omgeving ontstaan en welke oplossingen mogelijk zijn.

Groep 3-4

Kinderen in deze leeftijdsgroep identificeren zich aanvankelijk nog heel sterk met hun ouders of verzorgers en ook met oudere kinderen (imiteren van gedrag). Gaandeweg gaan ze zich echter meer richten op en identificeren met leeftijd- en seksegenootjes. Ze doen hierbij steeds meer ervaring op met agressief gedrag, conflicten, wedijver, opkomen voor eigen recht en rekening houden met anderen. Door de voortgaande sociale ontwikkeling kan in deze leeftijdsperiode belangrijke vooruitgang geboekt worden in het leren omgaan met conflicten, afspraken en regels.Deze vooruitgang is mogelijk omdat de kinderen in toenemende mate in staat zijn zich te verplaatsen in de gevoelens, wensen, opvattingen en de situatie van anderen.

Kinderen zien in hoe conflictsituaties in de eigen omgeving ontstaan en welke oplossingen mogelijk zijn.

Kinderen zien in dat conflicten veroorzaakt worden door tegenstellingen in belangen, opvattingen en gevoelens.

Groep 5-6

Kinderen in deze leeftijdsgroep richten zich vooral op en identificeren zich met leeftijd- en seksegenootjes en met de eigen etnische groep. Ze doen ervaring op met agressief gedrag, conflicten, wedijver, opkomen voor eigen recht of groepsrechten en rekening houden met anderen. Kinderen zijn steeds meer in staat zich te verplaatsen in de gevoelens, wensen, opvattingen en de situatie van anderen. Ze willen steeds meer verantwoordelijkheid dragen. Dit gaat vaak gepaard met een grotere gevoeligheid voor ethische consequenties van gedrag en een grotere interesse voor achterliggende bedoelingen en opvattingen (veel waaromvragen).

Kinderen kunnen omgaan met conflictsituaties in de eigen omgeving door voor alle partijen passende oplossingen te vinden.

Kinderen onderkennen vooroordelen en discriminatie.

Groep 7-8

Bij kinderen in deze leeftijdsgroep zien we een grotere behoefte aan zelfstandigheid, privacy, een eigen mening en verantwoordelijkheid. Dit is vaak wel zelfstandigheid binnen de waarden en normen van de etnische groep waartoe men behoort. In de individualistische cultuur uit die zelfstandigheid zich vaak in een kritische houding tegenover voorschriften en gedragingen van opvoeders en andere volwassenen.Daarnaast is er een toenemende behoefte aan conformering aan leeftijdgenoten en of de eigen etnische groep. Normen en gewoonten van de (leeftijds)groep worden hierdoor belangrijker.

Kinderen kunnen omgaan met conflictsituaties in de eigen omgeving door voor alle partijen passende oplossingen te vinden.

Kinderen noemen uitingsvormen van discriminatie en weten waardoor discriminatie kan ontstaan.

Ontwikkeling en tussendoelen

LeerlijnenEen leerlijn is een reeks van samenhangende doelen voor de diverse leeftijdsgroepen. Ze laten zien wat er van en door kinderen in een bepaalde leeftijdsgroep wordt verwacht.

Page 13: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

Het toeschrijven van doelen aan bepaalde leeftijdsgroepen betekent niet dat andere groepen daar niet mee bezig zouden kunnen zijn. Het komt vaak op latere leeftijd terug in activiteiten. (Houterman, e.a., 1993-1994).

De sociaal-emotionele ontwikkeling leerlijnen zijn verdeeld in:

Zelfvertrouwen Bevorderen van het zelfvertrouwen en de sociale weerbaarheid (zelfbeeld, zelfbewuste houding).

Gevoelens, wensen en opvattingen

Leren omgaan met gevoelens, wensen en opvattingen van jezelf en anderen (positieve en negatieve gevoelens, seksuele gevoelens, rolneming en rolgedrag, vooroordelen en discriminatie).

Sociale vaardig-heden en relaties

Ontwikkelen van sociale vaardigheden (samenwerken, omgaan met conflicten) en relaties (vriendschap, verliefdheid, liefde).

Page 14: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

1. Zelfvertrouwen

4-6 jaar: Ontdekken dat iedereen uniek is

Hoe zie je eruit? Hoe weten anderen dat jij het bent? Waaraan herken je anderen? Waarin lijk je op anderen, of juist niet? Wat is speciaal aan jou en anderen? Wat is gelijk? Waar hou je van? En anderen? Wat vind je leuk of fijn? Wat zijn je hobby's? Van wie hou je of wie vind je aardig? Wie zijn je vriendjes? Waarom vind je iemand eigenlijk aardig? Wat vinden anderen aardig aan jou?

6 - 8 jaar: Ontdekken de eigen mogelijkheden, kenmerken, wensen, gevoelens, beperkingen en voorkeuren

Hoe weten anderen dat jij het bent? Waaraan kunnen ze je herkennen? Waarin lijk je op anderen, of juist niet? Wat is er speciaal aan jou en anderen? Wat is hetzelfde? Hoe voelt het dat je anders bent dan anderen? Waarin lijken mensen op elkaar? Wat vind je fijn, waaraan heb je een hekel? Wat zijn je hobby's? Wat kun je al? Wat kun je (nog) niet, maar wil je wel graag? Hoe kun je dat bereiken?Wat mag je (nog) niet, maar wil je wel? Hoe kan dat veranderen?Van wie houd je of wie vind je aardig? Waarom vind je iemand aardig? Wat vinden anderen aardig aan jou?

8 - 10 jaar: Ontdekken dat veel eigenschappen en vaardigheden niet vastliggen, maar ontwikkeld kunnen worden en ontwikkelen een zelfbewuste houding.

Hoe ben je veranderd sinds je een baby en peuter was? Waardoor ontstaan die veranderingen? Wat kun je nu wel, wat je eerder niet kon? Hoe voelt het als je iets gedaan hebt wat nieuw voor je was of heel moeilijk?Hoe kun je gevoelens van verlegenheid en onzekerheid steeds meer de baas worden?Kun je op een zelfbewuste manier verzoeken doen en weigeren, complimenten geven en aannemen, kritiek geven en ontvangen?

10 - 12 jaar: Ontdekken dat veel eigenschappen en vaardigheden niet vastliggen, maar ontwikkeld kunnen worden en ontwikkelen een zelfbewuste houding.

Wat vind je van de veranderingen die er in en aan jouw lichaam en dat van anderen optreden? Verlopen die veranderingen bij jou hetzelfde of anders dan bij je vrienden?Wie en wat is belangrijk voor je? Waar ben je goed in? Waar maak je je zorgen over? Wat zijn je toekomstverwachtingen? Maak je je zorgen over je toekomst? Wat kun je daaraan veranderen?Kun je op een zelfbewuste manier verzoeken doen en weigeren, complimenten geven en aannemen, kritiek geven en ontvangen? Waar ben je al verantwoordelijk voor? Wat vind je daarvan?

Page 15: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

2. Gevoelens, wensen en opvattingen

4 - 6 jaar:

Gaan bewust om met gevoelens, wensen en opvattingen en kunnen deze voor anderen begrijpelijk uiten. Staan open voor gevoelens, wensen en opvattingen van anderen. Ontdekken dat er verschillen in opvattingen bestaan. Zien in dat thuis, op school en op straat verschillende regels nodig zijn.

Wat maakt je blij of verdrietig? Wat doe je als je geplaagd wordt? Hoe voel je je als iemand dood gaat? Wat kun je doen om je weer beter te voelen? Waarom wordt je wel eens boos? Wanneer ben je flink en durf je wel en wanneer ben je bang? Wie kan je dan helpen? Wat doe je als je je alleen voelt? Wat doe je als niemand je aardig vindt? Wat doe je als je geen vriend(innet)je hebt? Hoe kun je vriend(innet)jes maken?Wat vind jij mooi/lelijk, fijn/vervelend, lekker/vies, gewoon/raar, goed/slecht? En wat vinden anderen? Welke regels gelden er thuis, op school, op straat? Welke verschillen zijn er en wat is de zin van die regels?

6 - 8 jaar:

Gaan bewust om met gevoelens, wensen en opvattingen en kunnen deze voor anderen begrijpelijk uiten. Staan open voor gevoelens, wensen en opvattingen van anderen. Kunnen zich inleven in gevoelens, wensen en opvattingen van anderen. Zien in dat regels door mensen zijn bedacht en ook door mensen kunnen worden veranderd of

afgeschaft.

Wanneer was je boos, verdrietig of juist blij? Wanneer was je verlegen of onhandig? Wanneer ben je flink en durf je iets wel en wanneer juist niet? Hoe kun je weten hoe iemand zich voelt? Hoe weten anderen hoe jij je voelt? Waaraan kun je dat zien of horen? Hoe kun je dat vragen? Hoe kun je iemand blij of juist boos maken?Wat vind jij mooi/lelijk, fijn/vervelend, lekker/vies, gewoon/raar, goed/slecht? Hoe kun je te weten komen wat anderen vinden? Wat wil je wel of niet en waarom? Hoe kun je weten wat anderen willen? Welke regels ken je? Door wie zijn die regels bedacht en waarom? Worden regels wel eens veranderd of afgeschaft en waarom?

8 - 10 jaar:

Gaan bewust om met gevoelens, wensen en opvattingen en kunnen deze voor anderen begrijpelijk uiten. Kunnen zich inleven in gevoelens, wensen en opvattingen van anderen. Houden rekening met de ander en staan open voor de opvattingen van anderen. Onderkennen vooroordelen en discriminatie. Ontdekken de relatie tussen rol en verwachtingspatroon en de wijzigingen in beide onder invloed van

tijd en (sub)cultuur.

Hoe voel je je als je iemand verliest die veel voor je betekent (door verhuizing, dood, ruzie en dergelijke)? Wie kan je helpen? Wat kun je doen om dat verdriet beter aan te kunnen? Wie kun je in vertrouwen nemen als je een vervelend geheim hebt, ergens heel erg bang voor bent of als iemand je pijn probeert te doen?Hoe kun je rekening houden met anderen? Wat kun je doen als je jaloers bent? Hoe kun je gevoelens, wensen en opvattingen uiten? Helpt het als je je gevoelens, wensen en opvattingen uit? Wanneer voel je je verlegen, onzeker, eenzaam, in de steek gelaten? Wat kun je daar aan doen? Hoe kun je anderen helpen die daar last van hebben?Hoe denk je over mensen die anders zijn dan jij of die je niet goed kent? Hoe anders zijn ze en waarin zijn ze gelijk? Wordt het beeld dat je van anderen hebt soms ook bepaald door vooroordelen en hoe ontstaan die? Hoe kun je dat beeld eerlijker maken?

Page 16: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

Gedraag je je hetzelfde tegenover je vader, moeder, juf, meester, broer, zus, vriend, bakker, enzovoort? Hoe komt dat en wat vind je daarvan? Gedragen meisjes zich in bepaalde situaties anders dan jongens? Wat vind je daarvan? Is het nu anders dan vroeger? Is het overal zo?

10 - 12 jaar:

Gaan bewust om met gevoelens, wensen en opvattingen en kunnen deze voor anderen begrijpelijk uiten. Houden rekening met de ander en staan open voor de opvattingen van anderen. Houden rekening met verschillen en overeenkomsten tussen etnische groepen. Noemen uitingsvormen van discriminatie en weten waardoor discriminatie kan ontstaan. Zien in hoe sekse-rollen ontstaan en worden aangeleerd.

Wanneer voel je je goed, sterk, vol zelfvertrouwen, humeurig, onzeker, verliefd, (on)aantrekkelijk, verlegen? Wat kun je doen om jezelf te helpen? Hoe kun je anderen helpen? Wie kun je om hulp vragen als je met problemen rondloopt? Hoe kun je rekening houden met anderen? Hoe kun je vriendschappen in stand houden en versterken? Wat kun je doen als je je buitengesloten voelt? Zijn je houding en je gevoelens ten opzichte van meisjes of jongens aan het veranderen? Hoe komt dat?Hoe kun je andere mensen leren kennen en begrijpen? Wat zijn de overeenkomsten en verschillen tussen mensen uit verschillende etnische groepen? Hoe kun je daarmee rekening houden? Kun je voorbeelden geven van discriminatie en hoe zou dat ontstaan kunnen zijn?Hoe komt het dat meisjes/vrouwen zich in bepaalde situaties anders gedragen dan jongens/mannen?

Page 17: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

3. Sociale vaardigheden en relaties

4 - 6 jaar:

Zien in hoe conflictsituaties in de eigen omgeving ontstaan en welke oplossingen mogelijk zijn. Ervaren dat mensen in een groep van elkaar afhankelijk zijn en elkaar nodig hebben. Kennen verschillende leefvormen.

Heb je wel eens ruzie? Waarom? Wat voel je of denk je dan? Hoe kun je zo'n ruzie weer goed maken? Wat voel je en doe je als je ziet dat anderen ruzie maken?Hoe kun je samenwerken? Wat moet je dan afspreken? Waarom heb je elkaar nodig? Kun je opkomen voor jezelf?

6 - 8 jaar:

Zien in hoe conflictsituaties in de eigen omgeving ontstaan en welke oplossingen mogelijk zijn. Zien in dat conflicten veroorzaakt worden door tegenstellingen in belangen, opvattingen en gevoelens. Ontdekken dat iedereen deel uitmaakt van verschillende groepen waarin verschillende rollen worden

vervuld.

Heb je wel eens ruzie en waarom? Waar gaan ruzies over? Hoe kun je zo'n ruzie oplossen? Is ruzie ook wel eens ergens goed voor? Kun je ruzie voorkomen en hoe?Pest je wel eens en waarom? Word je wel eens gepest en waarom? Hoe voel je je als je gepest wordt. Wat doe je als je ziet dat er gepest wordt? Waar hoor je bij?Hoe gedraag je je in verschillende situaties?

8 - 10 jaar:

Kunnen omgaan met conflictsituaties in de eigen omgeving door voor alle partijen passende oplossingen te vinden.

Kunnen samenwerken in een groep.

Hoe kun je meningsverschillen en belangentegenstellingen oplossen op een voor alle partijen aanvaardbare manier? Hoe kun je conflictsituaties oplossen die zijn ontstaan door negatieve gevoelens (jaloezie, afkeer, enzovoort)?Kun je bij het samenwerken in een groep taken verdelen en uitvoeren, afspraken maken en nakomen, hulp vragen en accepteren?

10 - 12 jaar:

Kunnen omgaan met conflictsituaties in de eigen omgeving door voor alle partijen passende oplossingen te vinden.

Kunnen samenwerken in een groep. Geven van de diverse leefeenheden kenmerken, overeenkomsten en verschillen aan.

Kun je conflictsituaties in je eigen omgeving oplossen op een voor alle partijen aanvaardbare manier?Kun je bij het uitvoeren van taken in een groep plannen maken en de uitvoering organiseren?Welke leefeenheden ken je? Wat zijn daarvan de kenmerken en in welk opzicht lijken ze op elkaar of zijn ze

Page 18: depa   Web viewEr zijn in Nederland drie bronnen met informatie over de effectiviteit van methoden die ... te bedreigen of conflicten op te zoeken. ... Word je wel eens gepest

verschillend?