De economie van het moderne platteland Presentatie voor het KNAG-symposium ‘Platteland als...
-
Upload
karen-lenaerts -
Category
Documents
-
view
213 -
download
0
Transcript of De economie van het moderne platteland Presentatie voor het KNAG-symposium ‘Platteland als...
De economie van het moderne platteland
Presentatie voor het KNAG-symposium ‘Platteland als consumptieruimte’, 12 april 2012
Ida Terluin, LEI, Den Haag (email: [email protected])
De economie van het moderne platteland
Modern platteland: landbouw is niet langer de economische ruggengraat
Doel: Cijfers plattelandseconomie Nederland op een rij Drijvende krachten plattelandseconomie (volgens literatuur)
Opbouw van de presentatie 1. Wat is platteland/plattelandseconomie?2. Cijfers: plattelandsregio’s versus stedelijke regio’s3. Drijvende krachten
Wat is platteland?
Twee benaderingen:
1. Gebied dat is af te bakenen op een landkaart
(afhankelijk van zelf te kiezen criteria;
gebied buiten de bebouwde kom, dorpen, Friesland, het noorden, etc.)
2. Projectie in het hoofd van de actor
(rust, ruimte, weidsheid, koeien in de wei, romantiek, rurale idylle, etc.)
Afhankelijk van op te lossen probleem: zelf definitie kiezen
Wat is plattelandseconomie?
Zoeken naar een geschikte ruimtelijke eenheid, met een lage bevolkingsdichtheid
Zoeken naar een geschikte economische eenheid: gebied moet een economie vormen met landbouw, industrie- en dienstensector
→ arbeidsmarktgebied (gebied waar mensen werken en wonen)
→ plattelandseconomie benaderen met dunbevolkte COROP-regio’s (40 in NL)
Indeling van COROP-regio’s op basis van de bevolkingsdichtheid
Aandelen bevolking, werkgelegenheid en oppervlakte (als % Nederlands totaal)COROP-
regio’sBevolkin
g(2010)
Werkgelegenheid
(2011)
Oppervlakte(2002)
Minder verstedelijkt
20 18,5 43
Verstedelijkt
51 51,5 48
Sterk verstedelijkt
29 30 9
Grondgebruik en grondgebonden landbouw-bedrijven (als % van totaal groep)COROP-regio’s
Bebouwde grond
Land-bouw-grond
Natuur/bos
Aandeel grondgebonden landbouwbedrijven
Minder verstedelijkt
4 57 9 89
Verstedelijkt
10 58 16 68
Sterk verstedelijkt
17 41 9 43
Nederland 8 56 12 73
Sectorale samenstelling werkgelegenheid, 2011 (%)
COROP-regio’s
Landbouw
Industrie
Commerciële
diensten
Niet-commerciële diensten
Minder verstedelijkt
5 20 42 34
Verstedelijkt 3 19 46 32
Sterk verstedelijkt
1 12 53 33
Nederland 3 18 46 32
Groei werkgelegenheid, bevolking en reële economie (% per jaar)COROP-regio’s
Werkgelegenheidsgroei
(% p.j.)
Bevolkingsgroei (% p.j.)
1996 -2003
2003-2011
1990-2000 2000-2010
Minder verstedelijkt
2,4 1,0 0,8 0,5
Verstedelijkt 2,3 0,8 0,7 0,3
Sterk verstedelijkt
2,5 0,6 0,5 0,6
Nederland 2,3 0,8 0,6 0,4
Leeftijdsopbouw bevolking, 2000 en 2011 (%)
< 15 jaar 15-65 jaar >65 jaar
COROP-regio’s
2000 2010 2000 2010 2000 2010
Minder verstedelijkt
19 18 67 66 14 16
Verstedelijkt
19 18 68 67 13 16
Sterk verstedelijkt
18 17 68 68 14 15
Nederland 19 18 68 67 14 15
Werkloosheid, participatiegraad en beschikbaar inkomenCOROP-regio’s
Werkloosheid 2011 (%)
Participatie-graad, 2002 (%)
Inkomen per hoofd, 2000 (1000 euro)
Minder verstedelijkt
5,8 64 10
Verstedelijkt
5,1 66 11
Sterk verstedelijkt
5,7 66 12
Nederland 5,5 66 11
Uit analyse sociaal-economische indicatoren voor COROP-gebieden blijkt dat:
1. de sociaal-economische verschillen tussen de groepen van COROP-gebieden beperkt zijn;
2. de indicatoren voor alle groepen dusdanige waarden hebben dat ze vooralsnog geen aanleiding geven tot grote bezorgdheid.
Dynamische en achterblijvende COROP-regio’s (afgeleid van werkgelegenheids-groei 2003-2011)
Verschillen in economische prestaties tussen COROP-regio’s Sommige COROP-regio’s doen het beter
dan andere
Achterblijvers binnen de groep minder verstedelijkte regio’s: Oost-Groningen Delfzijl en omgeving Noord-Friesland Zeeuwsch-Vlaanderen
Drijvende krachten achter economische ontwikkeling: ideeën uit de literatuur
Productiefunctie: Y = f (Kapitaal, Arbeid, factor X)
Factor X: geheel van drijvende krachten achter economische ontwikkeling
Afkomstig uit vergelijking van succesvolle en achterblijvende rurale regio’s in de EU
Drijvende krachten achter werkgelegenheids-ontwikkeling van rurale regio’s (1)1. Capaciteit (kennis, vaardigheden en
houding) van locale actoren → komt tot uiting in manier waarop actoren
met elkaar samenwerken binnen en buiten de regio, ze met uitdagingen omgaan, ze innovatief zijn en projecten opstarten die passen bij de sterke punten van de regio
→ capaciteit hoger in succesvolle regio’s
Drijvende krachten achter werkgelegenheids-ontwikkeling van rurale regio’s (2)2. Interne en externe netwerken In succesvolle regio’s sterke netwerken,
gestimuleerd door actieve houding van de locale actoren, solidariteit, korte communicatielijnen en sterke locale leiders
In achterblijvende regio's zwakke netwerken, gehinderd door weinig interactie tussen de locale actoren, gebrek aan samenwerking, interne conflicten en gebrek aan actieve locale actoren
Drijvende krachten achter werkgelegenheids-ontwikkeling van rurale regio’s (3)
3. Een territoriaal ontwikkelingsplanSuccesvolle regio's hebben vaak een integrale aanpak: een ontwikkelingsstrategie gebaseerd op de sterke en zwakke punten, de kansen en bedreigingen van de regio, waar alle maatregelen en projecten worden ingepast
Drijvende krachten achter werkgelegenheids-ontwikkeling van rurale regio’s (4)4. Nieuwkomers Succesvolle regio’s hebben een positief
migratiesaldo. Nieuwkomers hebben toegang tot externe kennis en markten. Nieuwkomers hebben een andere houding dan de locale bewoners en zijn in staat om locale actoren te mobiliseren of om als locale leider op te treden.
Bevorderen door bijv. strategische benoemingen in het openbaar bestuur en het creëren van werk- en woonmilieus die nieuwkomers aantrekken.
Besluit (1)
Economie van het moderne platteland = minder verstedelijkte COROP-regio
Groep minder verstedelijkte regio’s als geheel loopt in de pas met de rest van Nederland; er zijn wel enkele achterblijvers
Besluit (2)
Richtlijn voor economische ontwikkelingsstrategie:
1. Verbeter de capaciteit (kennis, vaardigheden en houding) van lokale actoren;
2. Versterk de samenwerking tussen de lokale actoren en de samenwerking tussen actoren binnen en buiten de regio;
3. Gebruik een integraal, territoriaal ontwikkelingsplan, gebaseerd op de sterke en zwakke punten, de kansen en bedreigingen van de regio, en integreer alle maatregelen en projecten binnen de kaders van dit plan.