De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de...

22
Het Goddelijk Beginsel De Beginselen van de Schepping. 1 HET GODDELIJK BEGINSEL Niveau 4 Hoofdstuk 1 De Beginselen van de Schepping Zolang wij de aard van God, de Schepper, niet begrijpen, kunnen we de fundamentele vraagstukken over het leven en het universum niet oplossen. Als we namelijk vraagstukken willen begrijpen en oplossen, moeten we eerst de oorzaak ervan begrijpen. Om de meest fundamentele vraagstukken op te lossen, moeten we dus eerst begrijpen wat de aard van God, de Schepper, is, en volgens welke beginselen Hij de wereld geschapen heeft. De "Beginselen van de Schepping" zijn een uitleg van Gods aard en geven antwoord op de belangrijkste vragen over het leven en het universum. I. DE TWEELEDIGE EIGENSCHAPPEN VAN GOD EN ZIJN SCHEPPING A. De Tweeledige Eigenschappen van God. Hoe kunnen wij de aard van God, die onzichtbaar is, leren kennen? We kunnen deze leren kennen door de Schepping gade te slaan. Zoals het werk van een kunstenaar een zichtbare uiting is van de onzichtbare aard van de maker, zo is ook ieder wezen in de schepping een concrete uiting van Gods onzichtbare aard. Zoals we het karakter van een schrijver door zijn werk kunnen aanvoelen, zo kunnen we ook in de schepping Gods aard herkennen. Daarom zei Paulus: "Want hetgeen van Hem niet gezien kan worden, zijn eeuwige kracht en goddelijkheid, wordt sedert de schepping der wereld uit zijn werken met het verstand doorzien, zodat zij geen verontschuldiging hebben." (Rom. 1: 19-20 ) We zullen nu bepalen wat God is, door de eigenschappen te bestuderen, die voorkomen bij alle wezens. 1. De Tweeledige Eigenschappen Sung Sang en Hyung Sang We zien, dat alle levende wezens zowel een onzichtbaar, innerlijk karakter als een zichtbare, uiterlijke vorm hebben. Sung Sang is de innerlijke aard of het karakter van ieder wezen, terwijl Hyung Sang de materiële aspecten, structuur en vorm van ieder wezen aangeeft. Sung Sang en Hyung Sang zijn Koreaanse benamingen, die min of meer met innerlijk karakter en uiterlijke vorm vertaald kunnen worden. Bijvoorbeeld: bij de mens, om maar een eenvoudig voorbeeld te noemen, komt Sung Sang overeen met de onzichtbare geest en Hyung Sang met het zichtbare lichaam. Bij dieren is het onzichtbare instinct de Sung Sang, terwijl de weefsels en organen, waaruit een dierenlichaam opgebouwd is, de Hyung Sang zijn. Bij planten vormen het leven en de verschillende onzichtbare, innerlijke kenmerken de Sung Sang, terwijl het stoffelijke deel, dat uit cellen opgebouwd is, de Hyung Sang is. Hetzelfde beginsel is ook van toepassing op de elementen. De biochemische aard van de moleculen, atomen

Transcript of De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de...

Page 1: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 1

HET GODDELIJK BEGINSEL Niveau 4

Hoofdstuk 1

De Beginselen van de Schepping Zolang wij de aard van God, de Schepper, niet begrijpen, kunnen we de fundamentele vraagstukken over het leven en het universum niet oplossen. Als we namelijk vraagstukken willen begrijpen en oplossen, moeten we eerst de oorzaak ervan begrijpen. Om de meest fundamentele vraagstukken op te lossen, moeten we dus eerst begrijpen wat de aard van God, de Schepper, is, en volgens welke beginselen Hij de wereld geschapen heeft. De "Beginselen van de Schepping" zijn een uitleg van Gods aard en geven antwoord op de belangrijkste vragen over het leven en het universum.

I. DE TWEELEDIGE EIGENSCHAPPEN VAN GOD EN ZIJN SCHEPPING

A. De Tweeledige Eigenschappen van God.

Hoe kunnen wij de aard van God, die onzichtbaar is, leren kennen? We kunnen deze leren kennen door de Schepping gade te slaan. Zoals het werk van een kunstenaar een zichtbare uiting is van de onzichtbare aard van de maker, zo is ook ieder wezen in de schepping een concrete uiting van Gods onzichtbare aard.

Zoals we het karakter van een schrijver door zijn werk kunnen aanvoelen, zo kunnen we ook in de schepping Gods aard herkennen.

Daarom zei Paulus:

"Want hetgeen van Hem niet gezien kan worden, zijn eeuwige kracht en goddelijkheid, wordt sedert de schepping der wereld uit zijn werken met het verstand doorzien, zodat zij geen verontschuldiging hebben." (Rom. 1: 19-20)

We zullen nu bepalen wat God is, door de eigenschappen te bestuderen, die voorkomen bij alle wezens.

1. De Tweeledige Eigenschappen Sung Sang en Hyung Sang

We zien, dat alle levende wezens zowel een onzichtbaar, innerlijk karakter als een zichtbare, uiterlijke vorm hebben. Sung Sang is de innerlijke aard of het karakter van ieder wezen, terwijl Hyung Sang de materiële aspecten, structuur en vorm van ieder wezen aangeeft. Sung Sang en Hyung Sang zijn Koreaanse benamingen, die min of meer met innerlijk karakter en uiterlijke vorm vertaald kunnen worden.

Bijvoorbeeld: bij de mens, om maar een eenvoudig voorbeeld te noemen, komt Sung Sang overeen met de onzichtbare geest en Hyung Sang met het zichtbare lichaam. Bij dieren is het onzichtbare instinct de Sung Sang, terwijl de weefsels en organen, waaruit een dierenlichaam opgebouwd is, de Hyung Sang zijn. Bij planten vormen het leven en de verschillende onzichtbare, innerlijke kenmerken de Sung Sang, terwijl het stoffelijke deel, dat uit cellen opgebouwd is, de Hyung Sang is. Hetzelfde beginsel is ook van toepassing op de elementen. De biochemische aard van de moleculen, atomen

Page 2: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 2

en deeltjes is hun Sung Sang, terwijl de zichtbare materie en structuur hun Hyung Sang zijn. Bij de mens is de geest het subject dat het lichaam in beweging brengt; zodoende beweegt het lichaam zich overeenkomstig de aanwijzingen van de geest. Ook bij dieren, planten, moleculen, atomen en deeltjes heeft de Sung Sang de leiding en het bestuur over de Hyung Sang.

Het lichaam, de Hyung Sang, weerspiegelt en lijkt op de geest, de Sung Sang. Hoewel de geest onzichtbaar is, heeft deze zijn eigen "vorm" en het lichaam, dat op de geest lijkt, neemt een vorm aan die daarmee overeenkomt. Geest en lichaam zijn gewoon de uitdrukking van het innerlijk en uiterlijk van een bepaalde persoon. Sung Sang is het oorzakelijke aspect en staat in de subjectpositie ten opzichte van Hyung Sang; Hyung Sang is het daaruit voortvloeiende resultaat en staat ten opzichte van Sung Sang in de objectpositie. Daarom kan men Hyung Sang ook wel het tweede Sung Sang noemen. Samen noemen we hen de tweeledige eigenschappen.

Daar God de Eerste Oorzaak van alle wezens is en elk schepsel de tweeledige eigenschappen van Sung Sang en Hyung Sang in zich heeft, moet God ook Sung Sang en Hyung Sang in zich hebben (Rom. 1:20). De Sung Sang en Hyung Sang van God staan in de subjectpositie ten opzichte van de Sung Sang- en Hyung Sang-aspecten van de geschapen wezens. Gods Sung Sang, dat in de subjectpositie staat ten opzichte van de Sung Sang van alle schepselen, noemt men de Oorspronkelijke Sung Sang. Zijn Hyung Sang, dat subject is -over de Hyung Sang van alle schepselen, noemt men de Oorspronkelijke Hyung Sang. Het moet met nadruk gesteld worden, dat de Oorspronkelijke Sung Sang en de Oorspronkelijke Hyung Sang van God niet als onafhankelijke eenheden bestaan, maar een harmonieuze, wederkerige verhouding met elkaar hebben. God, die in de subjectpositie staat, is het wezen bij wie de Oorspronkelijke Sung Sang en de Oorspronkelijke Hyung Sang in harmonie zijn; Hij is de Eerste Oorzaak van deze wereld.

2. De Tweeledige Eigenschappen Positiviteit en Negativiteit

We zien ook, dat er in de hele schepping een verhouding tussen positiviteit en negativiteit bestaat. Bijvoorbeeld: atomen worden gevormd door de wederkerige verhouding tussen positieve en negatieve elementen. De atomen zelf hebben positieve of negatieve eigenschappen.Op grond van zulke eigenschappen gaan twee of meer atomen een wederkerige verhouding aan, waardoor moleculen gevormd worden. Planten hebben mannelijke en vrouwelijke elementen en ook de meeste dieren planten zich voort door verhoudingen tussen mannelijk en vrouwelijk.

Alle planten en dieren bestaan en planten zich voort tengevolge van talloze innerlijke en uiterlijke, onderling samenhangende verhoudingen tussen positieve en negatieve elementen. De Bijbel zegt, dat God met de man alleen niet tevreden was (Gen. 2:18) en dus een vrouw (Eva) schiep als een object voor Adam. Toen zag God voor de eerste keer, dat Zijn schepping "zeer goed" was. De samenleving bestaat uit mannen en vrouwen en door de wederzijdse verhoudingen tussen man en vrouw kan de samenleving bestaan en zich ontwikkelen. De verhouding tussen positiviteit en negativiteit (Men gebruikt positiviteit en negativiteit, of positief en negatief, in de betekenis van yang-yin of - in het Koreaans - yang-um, zoals In de yin-yang filosofie. Zij betekenen evenwel niet goed en kwaad,

Page 3: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 3

goed en slecht, of opbouwend en afbrekend) lijkt op die tussen innerlijk karakter en uiterlijke vorm. Positiviteit en negativiteit hebben een wederzijdse verhouding zoals die tussen subject en object, oorzaak en gevolg, innerlijk en uiterlijk en worden samen dus tweeledige eigenschappen genoemd. De schepping is zodanig gemaakt, dat alles bestaat door de wederkerige relatie tussen positiviteit en negativiteit.

Wat is dan de bron van deze tweeledige eigenschappen van positiviteit en negativiteit, die men in de hele schepping tegenkomt? Omdat alle wezens het gevolg van iets zijn, moeten de elementen die zij gemeen hebben, uit hun uiteindelijke oorsprong - God, de Schepper - voortgekomen zijn. Het feit, dat de schepping in haar opbouw de tweeledige eigenschappen van positiviteit en negativiteit bevat, betekent dat God Zelf, de Eerste Oorzaak van alles, de oorsprong is van de tweeledige eigenschappen positiviteit en negativiteit. We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld schiep Hij hem, man en vrouw schiep Hij hen".

God is het wezen bij wie de kenmerken positiviteit en negativiteit in de subjectpositie staan ten opzichte van alle positieve en negatieve aspecten van de Schepping. De positieve en negatieve aspecten van God, die de subjectpositie innemen, noemen we de Oorspronkelijke Positiviteit en Oorspronkelijke Negativiteit. De Oorspronkelijke Positiviteit en de Oorspronkelijke Negativiteit van God zijn in Hemzelf in harmonie. God is de Eerste Oorzaak van de wereld van gevolg en bestaat als het wezen, bij wie de aspecten van positiviteit en negativiteit in evenwicht zijn.

3. De Tweeledige Eigenschappen van God

Wat is de verhouding tussen de tweeledige eigenschappen van Sung Sang en Hyung Sang en de tweeledige eigenschappen van positiviteit en negativiteit? De tweeledige eigenschappen positief en negatief, of mannelijk en vrouwelijk, zijn bij alle wezens de kenmerken van Sung Sang en Hyung Sang. Dit houdt in, dat geest en lichaam de meest fundamentele aspecten zijn van het menselijk wezen als individu, terwijl mannelijkheid en vrouwelijkheid secundaire aspecten zijn. Met andere woorden: Sung Sang heeft positieve en negatieve kenmerken en ook Hyung Sang heeft positieve en negatieve kenmerken.

Laten we deze tweeledige eigenschappen in de mens eens bekijken. In de eerste plaats is er in de geest (Sung Sang) positieve emotie; deze is helder of levendig. Er is ook negatieve emotie, die gevoelsmatig of vredig is. Er is positief intellect, welke actief is en negatief intellect, welke passief is. Er is positieve wilskracht, die initiatief neemt en leiding geeft, en er is negatieve wilskracht, die passief is en op iets reageert. Ook het stoffelijk lichaam van de mens (Hyung Sang) vertoont positieve en negatieve aspecten: de uitstekende of bolle delen zijn de positieve aspecten, terwijl de verzonken of holle delen de negatieve aspecten zijn. Zo zien we, dat positiviteit en negativiteit de kenmerken van Sung Sang en Hyung Sang zijn.

Op dezelfde manier zijn de Oorspronkelijke Positiviteit en Oorspronkelijke Negativiteit kenmerkend voor de Oorspronkelijke Sung Sang en de Oorspronkelijke Hyung Sang van God. Kortom:God is de Eerste Oorzaak en het subject, bij wie de tweevoudige eigenschappen van Oorspronkelijke Sung Sang en Oorspronkelijke

Page 4: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 4

Hyung Sang in harmonie verbonden zijn met de tweevoudige eigenschappen van Oorspronkelijke Positiviteit en Oorspronkelijke Negativiteit.

Wat zijn dan de wezenlijke kenmerken van Gods Oorspronkelijke Sung Sang en Zijn Oorspronkelijke Hyung Sang? Gods Oorspronkelijke Sung Sang is het innerlijke karakter van God en de oorsprong van de onzichtbare, innerlijke aspecten van de gehele schepping: de geest van de mens, het dierlijk instinct, het plantenleven, en de biochemische aard van mineralen en elementen. De Oorspronkelijke Sung Sang vormt Gods Geest die emotie, intellect en wil omvat, alsmede normen en wetten. Het meest essentiële van Gods innerlijke kenmerken is echter Zijn Hart. Het Hart (in het Koreaans: "shimjung") is de essentie van Gods persoonlijkheid, de kern van Zijn Sung Sang. Het Hart is het meest wezenlijke deel van Zijn aard, zodat alle andere eigenschappen in Hem alleen bestaan en handelen vanwege dit aspect. Het hart stimuleert om lief te hebben en in de liefde een te zijn met het object van Zijn liefde. Daarom noemt men het hart de oorsprong en tevens het hoofdmotief van de liefde. Gods Hart heeft zijn eigen doel. Door Gods liefde en Zijn Hart komt dus "Het Beginsel" (Logos) tot uitdrukking en komt de schepping tot stand en vervult haar doel.)

De Oorspronkelijk Hyung Sang omvat Gods uiterlijke kenmerken en vormt de oorsprong van de materie en vorm van alle geschapen wezens:het menselijk lichaam, het dieren en plantenlichaam en de materie en vorm van alle anorganische stoffen. De Universele Oorspronkelijke Energie (zie volgende paragraaf) en de materie zijn de voornaamste attributen van de Oorspronkelijke Hyung Sang.

B. De verhouding tussen God en de Schepping

Ieder schepsel is het substantiële object van God, dat wil zeggen, dat ieder wezen de zichtbare, concrete uitdrukking en vorm is van de tweeledige eigenschappen van God, die het onzichtbaar subject is. Wanneer een wezen een volmaakt object van God wordt met God als subject, dan wordt de Wil van God volledig vervuld. Met andere woorden: de gehele wereld is als één volmaakt organisch lichaam, dat zich uitsluitend volgens Gods Doel van de Schepping beweegt en handhaaft.

Hoewel alles wat God geschapen heeft Zijn tweeledige eigenschappen weerspiegelt, kan men deze in twee categorieën onderverdelen: (1) de mens en (2) alle andere scheppingen. De mens is geschapen om Gods evenbeeld te zijn en wordt daarom het substantiële object naar het beeld van God genoemd. Alle andere scheppingen lijken in symbolische zin op God en worden daarom het symbolisch substantiële object van God genoemd. leder substantieel object met de tweeledige eigenschappen in zich, die de tweeledige eigenschappen van God weerspiegelen, noemt men een individuele incarnatie van de waarheid. Zoals eerder vermeld, heeft iedere individuele incarnatie van de waarheid Sung Sang en Hyung Sang in zich, evenals Positiviteit en Negativiteit, die afkomstig zijn van en lijken op de Oorspronkelijke Sung Sang, de Oorspronkelijke Hyung Sang, de Oorspronkelijke Positiviteit en de Oorspronkelijke Negativiteit in God. Laten we de verhouding tussen God en de Schepping eens vanuit het oogpunt van de tweeledige eigenschappen samenvatten. De Schepping is Gods substantiële object en bevat individuele incarnaties van de waarheid, die de uiting zijn van Gods tweeledige eigenschappen naar het beeld (de mens) en in symbolische vorm (alle andere dingen).

Page 5: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 5

Als we God en de Schepping als een geheel bezien, komt de verhouding tussen God en de Schepping overeen met die tussen Sung Sang en Hyung Sang. God is de onzichtbare, innerlijke oorzaak en het Sung Sang, mannelijke subject over de schepping. De schepping is het zichtbare, uiterlijke resultaat en het Hyung Sang, vrouwelijke object van God.

II. UNIVERSELE OORSPRONKELIJKE ENERGIE, DE WERKING VAN GEVEN EN NEMEN EN DE FUNDERING VAN DE VIER POSITIES

A. De Universele Oorspronkelijke Energie

In Exodus 3:14 sprak God tot Mozes: "IK BEN, DIE IK BEN". God bestond voordat er tijd en ruimte was en stijgt boven tijd en ruimte uit. God is een eeuwig uit zichzelf bestaand en absoluut wezen. Daarom moet ook de kracht, die aan Zijn bestaan ten grondslag ligt, eeuwig, zelfbestaand en absoluut zijn. Deze oorspronkelijke kracht werd niet geschapen, maar heeft vanaf het begin in God bestaan en stijgt boven tijd en ruimte uit. Men noemt haar de Universele Oorspronkelijke Energie, de fundamentele kracht van God, de Schepper. Dit is ook de fundamentele kracht van de Schepping, de kracht die God ieder wezen of iedere individuele incarnatie van de waarheid geeft, wanneer het als substantieel object van God geschapen wordt.

B. De Werking van Geven en Nemen.

1. De Betekenis van de Werking van Geven en Nemen

leder wezen dat door God geschapen is heeft de essentiële eigenschappen Sung Sang en Hyung Sang en Positiviteit en Negativiteit in zich. Bestaan deze wezens dan als afzonderlijke individuen zonder wederkerige verhoudingen, of hebben zij een bepaalde wederzijdse relatie? Hoewel ieder individueel wezen onafhankelijk van zijn omgeving schijnt te bestaan, is de gehele schepping voortgekomen uit het Ideaal van God, het wezen in wie de tweeledige eigenschappen in harmonie met elkaar zijn. Daarom bestaat er geen enkel schepsel onafhankelijk, maar is geschapen om door wederzijdse verhoudingen te bestaan.

De ideale wederzijdse verhouding wordt tot stand gebracht, wanneer subject en object een goede verhouding van geven en nemen hebben. Dit goede geven en nemen tussen subject en object wordt door de Universele Oorspronkelijke Energie op gang gebracht en de Werking van Geven en Nemen genoemd.

Wanneer de subject en object aspecten in een wezen of tussen meerdere wezens een werking van geven en nemen aangaan, worden alle krachten opgewekt, die voor zijn bestaan, voortplanting en beweging noodzakelijk zijn. Laten we enkele voorbeelden bekijken. Het lichaam handhaaft zijn bestaan door de werking van geven en nemen tussen slagaders en aders en door inademing en uitademing. Een individu kan het doel van zijn bestaan verwezenlijken door de werking van geven en nemen tussen geest en lichaam. Een gezin of gemeenschap bestaat door de werking van geven en nemen tussen individuen en groepen. Materiële dingen ontstaan en handhaven hun bestaan, wanneer de subject en object elementen in hen door de werking van geven en nemen een harmonieus geheel vormen en biochemische reacties oproepen. Zowel planten als dieren handhaven zich in hun functies door de werking van geven en nemen tussen

Page 6: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 6

hun verschillende organen en stelsels en we zien, dat zelfs het zonnestelsel bestaat door de werking van geven en nemen, die de zon en de planeten in hun kringloop aangaan.

2. De Verhouding tussen de Universele Oorspronkelijke Energie en de Krachten van de Werking van Geven en Nemen

De krachten van de werking van geven en nemen zijn de krachten die opgewekt worden, wanneer een subject en een object een goede relatie van geven en nemen met elkaar hebben. De Universele Oorspronkelijke Energie geeft de aanzet tot deze relatie en dus is de Universele Oorspronkelijke Energie oorzakelijk, verticaal en staat in de subject positie ten opzichte van de krachten van de werking van geven en nemen. Deze krachten zijn resulterend en horizontaal, en staan in de object positie. De Universele Oorspronkelijke Energie ontstaat in God en is de kracht die God over ieder wezen uitstort, wanneer het geschapen wordt. De krachten van de werking van geven en nemen zijn de krachten, die tot uiting komen tussen en in alle geschapen wezens en zijn de krachten waardoor alle schepselen kunnen bestaan, zich voortplanten en zich kunnen bewegen. Hoewel de Universele Oorspronkelijke Energie een fundamenteel element is, dat in alle dingen aanwezig is, komt ze voort uit haar oorsprong, God. Daarom is de schepping in haar talloze vormen in evenwicht, ongeacht de ontelbare soorten werkingen van geven en nemen, die door de Universele Oorspronkelijke Energie tot stand gebracht worden. Met andere woorden: de werking van geven en nemen wordt door de Universele Oorspronkelijke Energie naar haar doel van eenwording geleid en wekt door haar wederzijdse organische verhoudingen de krachten op, die nodig zijn voor het bestaan, de voortplanting en alle handelingen, van de kleinste tot de grootste.

De richting en het doel van alle Werkingen van Geven en Nemen worden door de Universele Oorspronkelijke Energie bepaald. De werking van geven en nemen bestaat niet alleen zodat een subject en een object hun persoonlijke doel kunnen verwezenlijken, maar bestaat ook voor het hogere doel alles te verenigen. Het uiteindelijke doel van de Werking van Geven en Nemen is dat subject en object zich verbinden en zich tot een grotere en hogere dimensie ontwikkelen.

Wanneer subject en object zich verenigen, worden zij een eenheid die ernaar streeft de Werking van Geven en Nemen met een overeenkomstige wederhelft op dit hogere niveau tot stand te brengen. Wanneer zij zich verenigen, ontwikkelen zij zich verder tot een nog hoger wezen. Dus hebben alle dingen het doel zowel zichzelf als het geheel te handhaven. Men kan dan ook stellen, dat het universum een reusachtig organisch lichaam is met tweeledige eigenschappen, die in elkaar verweven en in harmonie zijn (dit zal verder uiteengezet worden in de sectie over het "Doel van de Schepping").

3. De Relatie tussen God en de Mens gezien vanuit de Werking van Geven en Nemen

Laten we vervolgens de relatie tussen God en de mens nagaan gezien vanuit de werking van geven en nemen. Het feit dat God de eerste mensen zijn gebod gaf

Page 7: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 7

(Genesis 2:17), betekent dat de mens geschapen is om een relatie met God te hebben door zich aan dat gebod te houden. De mensen waren oorspronkelijk geschapen om een volmaakte relatie van geven en nemen met God te hebben. Een individu wordt volmaakt object voor God, als hij de volmaaktheid van God weerspiegelt en de incarnatie van Gods karakter wordt. Dan zal hij automatisch een volledige relatie van geven en nemen hebben met God en hij wordt dan één met Gods Wil, en God komt centraal te staan in zijn denken en doen (Joh. 14:20). Als de eerste mensen door een volledige werking van geven en nemen een verticale relatie met God tot stand zouden hebben gebracht, zouden ook hun nakomelingen in staat geweest zijn een volledige relatie van geven en nemen met God te hebben. Door deze volmaakte verticale verhouding met God zelf zouden alle individuen in staat geweest zijn een harmonieuze relatie met elkaar te hebben, wanneer het Koninkrijk der Hemelen op aarde zou zijn gevestigd. Door de val van de eerste mensen werd deze relatie van geven en nemen met God verbroken. Daarom is er niemand in staat geweest om een harmonieuze relatie van geven en nemen met God en zijn medemensen te handhaven. De Messias is Gods Zoon en wordt één met God door zijn volledige relatie van geven en nemen met Hem. De gevallen mens moet een leven van geloof leiden en de Messias als zijn belangrijkste subject beschouwen. De gevallen mens moet het object worden dat de Messias volledig dient, zodat de gevallen mens door de werking van geven en nemen één wordt met de Messias, die de bemiddelaar is tussen God en de mens. Zo kan deze mens zijn relatie van geven en nemen met God herstellen. Daarom wordt Jezus de "middelaar" (1Tim.2:5) en "de weg, de waarheid en het leven" (Joh. 14:6) voor de gevallen mens genoemd.

Zoals de term "Werking van Geven en Nemen" al aanduidt, bestaat zijn werking eerst uit "geven" en daarna uit "nemen", en niet andersom. Het feit, dat God schiep betekent, dat Hij Zichzelf gaf. Met andere woorden: Hij offerde Zich op voor Zijn schepping. Het is dan ook een hemelse wet, dat geven eerder komt dan ontvangen. De gevallen mens slaagt er echter niet in iets terug te geven, zelfs nadat hij ontvangen heeft en het is deze manier van leven die problemen schept. Jezus kwam om de mensheid te dienen in liefde en in opoffering: "... de Zoon des mensen is niet gekomen om Zich te laten dienen, maar om te dienen ..." (Mat. 20:28). Ook gaf Jezus direct onderricht over het beginsel van de werking van geven en nemen, toen hij zei: "Oordeel niet, opdat gij niet geoordeeld wordt; want met het oordeel, waarmee gij oordeelt, zult gij veroordeelt worden, en met de maat, waarmee gij meet, zal u gemeten worden" (Mat. 7:1-2) en: "Alles nu wat gij wilt, dat u de mensen doen, doet gij hun ook aldus" (Mat. 7:12).

C. Het Proces Oorsprong-Deling-Eenheid, het Doel van de Drie Objecten en de Fundering van de Vier Posities

1. Het Proces Oorsprong-Deling-Eenheid De tweeledige eigenschappen van God, het onzichtbare subject, brengen substantiële subjecten en objecten voort. Een subject en een object hebben door de werking van de Universele Oorspronkelijke Energie een wederkerige basis en gaan de werking van geven en nemen aan. In de fase, die aan de werking van geven en nemen voorafgaat, wordt een wederkerige basis tot stand gebracht. Dit is mogelijk, wanneer subject en object het doel van het geheel boven hun persoonlijke doel stellen. Wanneer subject

Page 8: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 8

en object geven en nemen met elkaar hebben, worden zij een met elkaar, en worden daarmee een nieuw object voor God.

Deze eenheid is de substantiële verwezenlijking van het doel van het geheel, waar subject en object beiden naar streven. De eenheid is het resultaat dat wordt veroorzaakt door de werking van het subject en object aspect, dat als doel ten grondslag ligt in de Universele Oorspronkelijke Energie. Kortom: het proces Oorsprong-Deling-Eenheid geeft het verloop aan van de ontwikkeling van de kracht, die in God (de Oorsprong) begint, zich verdeelt en dan weer één wordt.

2. Het Doel van de Drie Objecten Wanneer elk van de vier - de oorsprong, het subject en het object en hun eenheid - een subjectpositie inneemt ten opzichte van de drie anderen, wordt de Standaard van de Drie Objecten gevormd. Ieder subject voert dan door middel van de Universele Oorspronkelijke Energie de werking van geven en nemen uit met zijn drie objecten, wordt met alle drie verenigd en vervult zo het Doel van de Drie Objecten. Zoals reeds uiteengezet werd, kan de basis voor het bestaan van een individu niet door dat wezen zelf gelegd worden. De basis voor het bestaan kan alleen gelegd worden, wanneer een wezen een ideaal object of subject heeft, waarmee het geven en nemen heeft. Wanneer een wezen in de subject positie drie ideale objecten heeft, waarmee het aan het doel van de Werking van Geven en Nemen kan voldoen, heeft het een volmaakte basis om te bestaan. Een wezen kan dus alleen aan het doel van zijn bestaan voldoen, door het doel van de drie objecten te verwezenlijken. Indien Adam en Eva als individuele belichaming van God volmaakt waren geworden, daarna man en vrouw, en kinderen voortgebracht hadden die een belichaming van het goede geweest waren, zou er een ideaal gezin van het goede gevestigd zijn. In dat gezin zouden Adam, Eva en hun kinderen allen het doel van de drie objecten vervuld hebben. Elk van hen zou uit deze drie objecten de relatie van geven en nemen met God het belangrijkst vinden. Met andere woorden: het subject en object en hun eenheid zouden uit hun eigen drie objecten, God in de eerste object positie moeten plaatsen. Hierdoor worden allen harmonieus verenigd met het doel van de kosmos en het geheel. 3. De Fundering van de Vier Posities Wanneer subject en object en hun eenheid, die door de werking van Oorsprong-Deling-Eenheid tot stand is gekomen, het "Doel van de Drie Objecten" vervullen, vormen zij een eeuwige fundering van kracht. Deze fundering wordt de Fundering van de Vier Posities genoemd. De Fundering van de Vier Posities wordt gevormd, wanneer de vier wezens - God, Zijn deling in subject en object en het wezen waarin deze weer verenigd zijn - ieder hun doel van de drie objecten vervullen. We kunnen stellen, dat de Fundering van de Vier Posities de basis is voor kracht, waarin zes verschillende relaties van geven en nemen voorkomen. De ideale Fundering van de Vier Posities wordt gelegd, wanneer subject en object zich met elkaar verenigen door de ideale werking van geven en nemen, waarin God centraal staat. De Fundering van de Vier Posities is de belangrijkste fundering waardoor God kan werken. Het is ook de belangrijkste fundering van het goede, waardoor het doel van Gods schepping bereikt kan worden. Zoals later uiteengezet zal

Page 9: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 9

worden, wordt Gods doel van de Schepping verwezenlijkt door de vervulling van de Drie Zegeningen, die God aan de mens beloofde, en dit gebeurt door de Fundering van de Vier Posities te leggen. Wanneer iemands geest (subject) en lichaam (object) een ideale relatie van geven en nemen aangaan - waarin God (oorsprong) centraal staat - ontstaat een ideale persoon, in wie geest en lichaam (eenheid) verenigd zijn. Er wordt dan op individueel niveau een Fundering van de Vier Posities gelegd. Wanneer tussen man en vrouw een ideale werking van geven en nemen is, vormen zij een gezin, dat een volmaakt object van God is, waarmee de Fundering van de Vier Posities op het niveau van het gezin gelegd wordt. Als de mens en de schepping een ideale werking van geven en nemen hebben wordt de schepping in haar geheel het volmaakte object van God en wordt de Fundering van de Vier Posities gelegd voor de heerschappij over de schepping. God is in alle gevallen de oorsprong en het middelpunt. Dit houdt in, dat Gods Hart en Zijn Wil van goedheid centraal staan. Daarom vormt de Fundering van de Vier Posities de belangrijkste fundering van goedheid om het doel van Gods schepping te vervullen. De Fundering van de Vier Posities is ook de basis voor het veelvuldig gebruik van de getallen drie, vier, zeven en twaalf in de Bijbel en in de Voorzienigheid van Herstel (zie de hoofdstukken 8 t/m 16). De Fundering van de Vier Posities moet door middel van het drie stadia tellende proces van Oorsprong-Deling-Eenheid gelegd worden. Omdat de verwezenlijking van de Fundering van de Vier Posities in een drie stadia tellend proces plaatsvindt, bevat de groeiperiode ook drie stadia (zie paragraaf IV B). "Drie" is het getal, dat voltooiing symboliseert. De Fundering van de Vier Posities bestaat in structureel opzicht uit vier elementen. Dit is de basis voor het getal "vier", het symbool van de structuur, die voor de verwezenlijking van Gods Ideaal vereist is. Omdat de Fundering van de Vier Posities uit vier verschillende elementen bestaat en in een proces van drie stadia verwezenlijkt wordt, is het ook de basis voor het veelvuldige, symbolische gebruik van de getallen "zeven" en "twaalf". "Twaalf" geeft het totaal van verhouding en van geven en nemen aan tussen de vier posities afzonderlijk met hun respectievelijke drie objecten welke allen een verschillende richting van beweging hebben. De getallen "zeven" en "twaalf" symboliseren de volmaaktheid of de voltooiing van de Fundering van de Vier Posities.

III. HET DOEL VAN DE SCHEPPING

A. Gods Doel voor de Schepping

Ieder wezen heeft zijn doel van bestaan. Als iets zijn reden van bestaan verliest, verliest het ook zijn betekenis. Indien het van zo'n vitaal belang is om het doel van het bestaan te kennen, wat is dan het doel van het bestaan van de mens? Het doel van het bestaan wordt niet door het wezen zelf bepaald, maar door zijn maker. Daarom moeten we Gods doel voor de schepping kennen, om het ware doel van de mens en de kosmos te begrijpen. Waarom begon de almachtige, absolute God te scheppen?

Het belangrijkste aspect van God is Zijn Hart. Dit Hart geeft de stimulans een object lief te hebben en is de bron en de drijfkracht van de liefde. Het is de aard van het Hart om een object van liefde te zoeken.

Page 10: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 10

En het is deze eigenschap van het Hart die God ertoe aanzette om de schepping te maken. Dat betekent dat God, bij wie dit Hart het meest essentieel is, vreugde voelt wanneer Hij een door Hem geschapen object kan liefhebben. Als er geen object is, kan God aan Zijn verlangen om Zijn zorg en liefde te uiten, die onbeperkt uit Zijn innerlijk ontspringen, geen voldoening geven. God maakte de schepping dus als Zijn object, dat Hij lief kon hebben. In Genesis 1 kunnen we zien, dat telkens wanneer God iets aan Zijn schepping toevoegde, Hij zei, dat het goed was om te zien. God wilde dat Zijn schepselen tegenover Hem objecten van goedheid en geluk zouden zijn. Omdat God de schepping wil liefhebben en voldoening en vreugde van dit liefhebben wil ervaren, heeft Hij de schepping tot het object van Zijn Hart gemaakt.

B. Hoe ontstaat Vreugde?

Laten we nagaan hoe we vreugde ervaren. Vreugde ontstaat niet vanuit één enkel individu, maar alleen indien we een object hebben, dat onze eigen aard weerspiegelt. Men voelt vreugde door de stimulans, die men als subject voelt, wanneer onze eigen natuur in een object weerspiegeld wordt, of het object nu zichtbaar of onzichtbaar is. Bijvoorbeeld: een kunstschilder voelt vreugde, wanneer hij een stimulerende visie of idee heeft, en ook wanneer zijn visie of idee als een concreet schilderij voor hem staat.

De vreugde is het gevolg van de stimulans, die hij ervaart, omdat het werk (object) de Sung Sang en de Hyung Sang van de kunstschilder weerspiegelt. Wanneer een idee op zich het object is, is de stimulans die ervan uitgaat, niet -substantieel en kan daarom ook de vreugde die erdoor ontstaat, niet substantieel zijn. Hoewel een kunstenaar dus wel vreugde kan voelen door een inspiratie of idee dat hij heeft, is die vreugde niet zo volledig en compleet als de vreugde, die hij voelt, wanneer het voltooide werk, dat de belichaming van zijn inspiratie is, voor hem staat. Van een relatie met concrete of substantiële objecten krijgen we de sterkste stimulans. Daarom voelen we ook de grootste vreugde van een object, wanneer dit substantieel is. Deze eigenschap in de mens komt van God. Dus kunnen we begrijpen, dat God vreugde ervaart, wanneer Hij voelt, dat Zijn Oorspronkelijke Sung Sang en Oorspronkelijke Hyung Sang door Zijn schepping weerspiegeld worden.

C. De Mens - het Object van Gods Hart om Vreugde te ervaren. De Drie Zegeningen

De schepping is gemaakt naar de Oorspronkelijke Sung Sang en de Oorspronkelijke Hyung Sang van God. De mens is een substantieel object naar Gods beeld, terwijl alle andere dingen in de schepping substantiële objecten van God zijn in symbolische vorm. Daarom is de mens het object, dat het dichtst bij Gods Hart staat. God gaf de eerste mensen Adam en Eva een gebod "Van de boom der kennis van goed en kwaad, daarvan zult gij niet eten, want ten dage, dat gij daarvan eet, zult gij voorzeker sterven" (Gen.2:17). Dit toont aan, dat God direct Zijn Wil en Hart aan de mens te kennen gaf. Als God de mens zo geschapen had, dat hij niet in staat was Gods Hart aan te voelen, zou God geen reden gehad hebben om Zijn Hart tegenover de mens te uiten. We kunnen dus begrijpen, dat de mens als het object geschapen werd, dat in staat is het Hart en de Wil van God te begrijpen en erop te reageren, en dat hij

Page 11: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 11

dus het wezen is, dat het dichtst bij Gods Hart staat. Zo werd de mens geschapen als het object, dat Gods Hart direct aan kon voelen en Hem vreugde kon brengen. De mens is geschapen als kind van God. Zoals reeds is uiteengezet, is de Fundering van de Vier Posities de belangrijkste fundering waarop God kan werken. Wanneer de mens de Fundering van de Vier Posities voltooit door de drie zegeningen te verwezenlijken, met Gods liefde in het middelpunt, wordt hij een object naar het Hart van God, dat volmaakte vreugde aan God teruggeeft. Dan is Gods doel voor de mens verwezenlijkt. In Genesis 1:28 wordt het doel waarvoor God de mens schiep, samengevat in wat wij De Drie Zegeningen noemen. 1. De Eerste Zegening Gods eerste zegening is het vermogen van de mens om zijn karakter te vervolmaken. Door een juiste werking van geven en nemen tussen geest en lichaam met God in het middelpunt uit te voeren, worden deze één met elkaar en legt iemand de Fundering van de Vier Posities op individueel niveau en wordt op deze manier de tempel van God (1Kor.3:16). Wanneer volmaakte individuen in hun hart volledig één worden met God (Joh. 14:20), verkrijgen zij Gods karakter en hebben God voortdurend in het middelpunt van hun denken en doen. Wanneer een mens Gods eerste zegening voltooit, zal hij de gevoelens van God als zijn eigen gevoelens ervaren. Dan zou het voor zo iemand absoluut onmogelijk zijn een misdaad te begaan, want als hij dat zou doen, zou hij het verdriet van God voelen. Zo iemand wil niets liever dan een volmaakt object van God zijn. Wanneer een mens individuele volmaaktheid bereikt, wordt hij volledig het object van Gods Hart en bevredigt Gods impuls om lief te hebben. Met andere woorden: als de mens de eerste zegening vervuld zou hebben, zou hij het object van Gods Hart geworden zijn, waarnaar God verlangt. Dan zou hij de vrucht van Gods verticale liefde geweest zijn. 2. De Tweede Zegening Gods tweede zegening heeft betrekking op het vermogen van de mens om een ideaal gezin te hebben. Adam en Eva moesten individuele volmaaktheid bereiken, daarna man en vrouw worden en het leven schenken aan kinderen met een goed karakter, om zodoende een gezin te vormen zonder zonde. De Fundering van de Vier Posities op gezinsniveau, waarin God centraal staat, zou Gods tweede zegening verwezenlijkt hebben. Als Adam en Eva door Gods verticale liefde volmaakt waren geworden, zouden zij Gods horizontale liefde volledig verwezenlijkt hebben door op deze fundering man en vrouw te worden. Gezien vanuit Gods Hart is het feit, dat God de mens toestond kinderen te hebben, nadat Gods liefde horizontaal verwezenlijkt zou zijn, een grote zegening, want door kinderen te hebben kan de mens de verticale liefde voelen, die God voor de mens voelt. Als Adam en Eva volmaakt waren geworden, het eerste gezin gevormd hadden en kinderen met een goed karakter ter wereld hadden gebracht, zouden zij de Ware Vader en de Ware Moeder van de hele mensheid geworden zijn. Dat wil zeggen, dat zij de Ware Ouders en Ware Voorouders van de hele mensheid waren geworden, en zo zouden zij het Koninkrijk der Hemelen gevestigd hebben. De hoeksteen van het

Page 12: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 12

Koninkrijk der Hemelen is zo'n gezin, dat de Fundering van de Vier Posities vormt. Het ware gezin is de voornaamste fundering voor Gods verticale en horizontale liefde en het belangrijkste object van Gods Hart. Met zo'n gezin als fundering, zou er een ware gemeenschap, een ware natie en een ware wereld verwezenlijkt zijn. Dit is Gods Wil. Als Adam en Eva een dergelijke familie en wereld geschapen hadden, was dit het Koninkrijk der Hemelen op aarde geweest. 3. De Derde Zegening De derde zegening die God de mens gaf, is het recht van heerschappij over de gehele schepping. Als God vreugde wil voelen, zou de mens, als object van Zijn Hart, tijdens zijn leven voortdurend vreugde moeten ervaren. Daarom schiep God alle dingen als objecten van vreugde voor de mens, opdat de mens altijd vreugde zou voelen. Met andere woorden: omdat alle dingen de Sung Sang en Hyung Sang van de mens substantieel weerspiegelen, zijn zij substantiële objecten van de mens en kan de mens substantiële vreugde voelen door de stimulans die zij geven. Alvorens de mens te scheppen, maakte God alle dingen in overeenstemming met het beeld (of naar de patroon) van de mens. Daarom heeft de mens de structuren, de functies en de eigenschappen van de dieren in zich. Bovendien heeft de mens ook de structuren en eigenschappen van de planten en mineralen. Daar alle dingen op de Sung Sang en Hyung Sang van de mens lijken, kan de mens van alle dingen houden en vreugde voelen door de stimulans die zij geven. Het bestuur van liefde van de mens over alle dingen en de vreugde, die hij hierdoor ervaart, zijn de verwezenlijking van Gods Derde Zegening die Hij aan de mens gaf. De wereld, waarin de Drie Zegeningen verwezenlijkt zijn, is de ideale wereld, waarin God, de mens en het universum, in volmaakte harmonie met elkaar zijn. Zo'n wereld is het Koninkrijk der Hemelen op aarde. Zoals later meer zal worden uitgelegd, werd de mens geschapen om in volledige eenheid met God, de bron van leven en goedheid, in het Koninkrijk der Hemelen op aarde te wonen. Wanneer zijn stoffelijk zelf na zo'n leven op aarde zou sterven, zou zijn geestelijk zelf het stoffelijk zelf verlaten en naar de geestelijke wereld overgaan. Daar zou het onder het bestuur van Gods volmaakte liefde voor eeuwig in het Koninkrijk der Hemel leven. Het Koninkrijk der Hemel, en lijkt op een individu, dat volmaaktheid bereikt heeft. In een mens worden de bevelen van de hersenen door het centrale zenuwstelsel, aan het lichaam doorgegeven en doen het lichaam zo handelen, dat het zichzelf kan handhaven. Zo wordt ook Gods Wil in het Koninkrijk der Hemelen op natuurlijke wijze aan al Zijn kinderen overgebracht. Dit gebeurt dan door Ware Ouders, en ware voorouders van de mensheid, waardoor iedereen zich in overeenstemming met Gods ideaal beweegt en in harmonie is. Net zoals elk deel van het lichaam nooit tegen de bevelen van het centrale zenuwstelsel in opstand zou komen, zo zou ook de volmaakte mens geen tegenstand of opstandigheid voelen tegen Gods bestuur van liefde. Een dergelijke wereld zou geen strijd of misdaad kennen.

D. De Schepping is Eén Lichaam van Onderling Verbonden Wezens met een Tweevoudig Doel

Ieder wezen heeft twee aspecten: Sung Sang en Hyung Sang. Ook heeft ieder wezen een tweevoudig doel: het Sung Sang doel en het Hyung Sang doel. Het Sung Sang

Page 13: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 13

doel is het doel voor het geheel en het Hyung Sang doel is het individuele doel. Het doel voor het geheel is het doel, dat op de instandhouding en ontwikkeling van het geheel gericht is. Het individuele doel is het doel dat op de instandhouding, versterking en ontwikkeling van zichzelf gericht is. Het individuele doel van de mens is, dat hij zijn bestaan in stand houdt. Anderzijds heeft hij een levensdoel, dat op het geheel gericht is: nl. het leveren van een bepaalde bijdrage aan zijn gezin, de gemeenschap en zijn land, omdat hij een deel uitmaakt van deze samenleving. Niet alleen de mensen, maar alles, van het heelal tot aan het kleinste atoomdeeltje, heeft een tweevoudig doel. Het individuele doel en het doel voor het geheel staan niet los van elkaar, maar hebben een verhouding met elkaar en zijn van elkaar afhankelijk. In de tweede plaats heeft het doel voor het geheel ook de verbetering van het individu tot doel. Het individuele doel staat dus niet los van het doel voor het geheel en het doel voor het geheel kan niet voortbestaan zonder borg te staan voor het individuele doel. De schepping is dus een lichaam, waarin het tweevoudige doel verweven is. Daarom noemen we het een onderling verbonden lichaam met een tweehouding doel. Van alle doeleinden die verder reiken dan die van het eigenbehoud, is het hoogste doel van de gehele schepping de mens in zijn behoeften te voorzien en zo de mens vreugde te geven. Het hoogste doel van de mens is God vreugde te geven. Daarom hebben de mens en de rest van de schepping tot doel om God te dienen en Hem vreugde te geven.

IV. DE GROEIPERIODE VOOR ALLE GESCHAPEN WEZENS

De volgorde, waarin alle dingen geschapen zijn, staat in Genesis 1 opgetekend. God begon Zijn schepping met het scheppen van licht uit de chaos, ledigheid en duisternis. Hiervoor was een periode vereist, die als zes "dagen" werd beschreven, voordat zij in de schepping van de mens haar hoogtepunt bereikte. Maar omdat er in II Petrus 3:8 staat: "dat een dag bij de Here is als duizend jaar en duizend jaar als een dag", kunnen we begrijpen, dat deze dagen geen echte dagen van vierentwintig uur waren. Genesis 1 vertelt ons wel, dat het universum niet in een ogenblik tot stand kwam, maar geleidelijk aan, in zes perioden geschapen werd.

A. De Groeiperiode voor alle geschapen Wezens Het feit, dat er tijd voor nodig was om de gehele schepping te verwezenlijken, houdt in, dat er voor ieder schepsel een groeiperiode nodig is om volwassen te worden. Als een individu geen tijd nodig had om tot volmaaktheid te komen, zou er ook geen reden zijn, waarom tijd nodig zou zijn geweest om het universum te scheppen. Laten we nog eens enkele andere redenen bestuderen, waarom we kunnen zeggen, dat voor al de geschapen wezens een groeiperiode nodig is om tot volwassenheid te komen. Als het woord "Dag" in Genesis 1 geen betrekking heeft op de ons bekende 24-urige dag, kunnen ook de termen "Avond" en "Morgen", niet in de gebruikelijke zin geïnterpreteerd worden. Laten we de volgende passage uit Genesis 1 bestuderen: "Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de eerste dag" (Gen.1:5). Na elke fase in Gods scheppingswerk, welke de avond en de nacht in beslag nam, werd de komst van de morgen door God als een deel van de eerste dag beschouwd. Als we in Genesis 1 verder lezen, zegt God:"Toen was het avond geweest en het was morgen geweest:de tweede dag.... de derde dag .... de vierde dag .... de vijfde dag.... de zesde dag".

Page 14: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 14

"Morgen" duidt dus op de tijdperk, waarin het ideaal voor de schepping voor het eerst verwezenlijk werd. "Avond" duidt op een periode, wanneer God met scheppen klaar was. God beschouwde dit alles als een dag, met inbegrip van de morgen, die na de avond en de nacht kwam. God geeft hier de tijd aan, die vereist is om Zijn ideaal voor de schepping te verwezenlijken. De periode vanaf het punt, waarop God begint te scheppen tot aan het punt, waarop het ideaal voor de schepping verwezenlijkt wordt, is voor al het geschapene een groeiperiode en wordt voorgesteld als de nacht, de periode tussen de avond en de morgen.

Ook de Val van de mens duidt erop dat er een groeiperiode is, want als de mens volmaakt geschapen was, had hij nooit kunnen vallen. Als een volmaakt wezen van goedheid, dat op God lijkt, zou kunnen vallen, zouden we moeten concluderen, dat goedheid zelf onvolmaakt is en dan moeten we ons afvragen of God werkelijk volmaakt is. De mens had in de periode voor de val nog geen volmaaktheid bereikt; hij groeide naar volmaaktheid toe en kon of de weg van het leven of de weg van de dood kiezen (Gen.2:17). De volmaaktheid is Gods Ideaal voor de schepping. Hij zou de mens dus niet willen scheppen met de bedoeling dat deze onvolmaakt zou blijven. Toch viel de mens ; hij moet dus onvolmaakt geweest zijn.

Daarom kunnen we tot de conclusie komen, dat de mens in een onafgerond stadium verkeerde toen de val plaatsvond en wel tijdens de periode, waarin hij naar volmaaktheid toegroeide.

B. De Drie Stadia van de Groeiperiode

Heel Gods scheppingswerk vond in drie stadia plaats in de avond, nacht en morgen. De Fundering van de Vier Posities wordt in de Drie Stadia - Oorsprong, Deling en Eenheid - tot stand gebracht. Ook de groeiperiode omvat drie stadia: formatie, groei en voltooiing. Alles wat geschapen is bereikt de volmaaktheid dus na de drie stadia van formatie, groei en voltooiing doorlopen te hebben, die samen de periode van groei vormen. Enkele voorbeelden van het getal "drie" in de stoffelijke wereld zijn:het dierenrijk, plantenrijk en het rijk der mineralen; de drie aggregatie toestanden van de materie zijn: vast, vloeibaar en gasvormig; de drie delen waaruit de meeste dieren bestaan: kop, romp en ledematen; de drie delen van de meeste planten: wortels, stam en bladeren; en de drie lagen van de aarde: korst, mantel en kern.

Omdat de mens viel, slaagde hij er niet in om de drie stadia van de groeiperiode te doorlopen. Omdat de Bijbel Gods woord is, dat gegeven is om de gevallen mens te herstellen, bevat zij vele voorbeelden van het getal "drie": de Drie-eenheid: Vader, Zoon en Heilige Geest ; de drie sferen in de Hemel; de drie Aartsengelen: Lucifer, Gabriel en Michael; de drie zonen van Adam:Kain, Abel en Seth; de drie zonen van Noach:Sem, Cham en Jafeth ; de drie dekken van Noachs ark; de drie offers van Abraham de drie dagen duisternis in Egypte ten tijde van Mozes de drie dagen voor de afscheiding van Satan ten tijde van de Uittocht; drie koersen van 40 jaar voor het herstel van Kanaän; de dertig jaar verborgen leven en de drie jaar openbaar leven van Jezus; de drie wijzen en hun drie giften aan Jezus; Jezus' drie hoofdapostelen; de drie verzoekingen van Jezus; de drie gebeden in het Gethsemane; en de drie dagen van Jezus in het graf.

Page 15: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 15

C. Gods Directe Bestuur

Na de Groeiperiode te hebben doorlopen, komt een persoon tot volmaaktheid en leeft dan in de sfeer van Gods Directe Bestuur. De mens werd geschapen om het object van Gods Hart te zijn. In de sfeer van Gods direct te bestuur wordt de mens in zijn hart een met God en bestuurt God de mens door Zijn liefde. De sfeer van Gods directe bestuur is die van de volmaaktheid, de sfeer die iemand bereikt, wanneer hij volmaakt wordt.

De mens komt onder Gods directe bestuur, wanneer hij op individueel niveau de fundering van de vier posities legt, door eenheid tussen geest en lichaam tot stand te brengen met God als middelpunt. In de sfeer van Gods directe bestuur leggen man en vrouw de fundering van vier posities op gezinsniveau waarin God centraal staat. De sfeer van Gods directe bestuur is dus de sfeer waarin het doel wordt gerealiseerd, waarvoor de mens geschapen is.

God maakte de schepping voor de mens, om door de mens bestuurd te worden. Een volmaakt mens, bij wie God centraal staat, kan pas over de schepping heersen wanneer deze volgroeid is. Dit is dan het directe bestuur van de mens over de schepping. God bestuurt dus de schepping indirect, via de mens.

D. Gods Indirecte Bestuur

Hoe bestuurt God de mens en de schepping als zij nog in de groeiperiode zijn en dus nog in een onvolwassen staat? God, die volmaakt is, kan alleen objecten besturen die ook volmaakt zijn. Dus een mens die in een staat van onvolwassenheid verkeert, kan geen object voor God zijn. God kan hem slechts indirect besturen door middel van het Beginsel (wanneer cursief gedrukt, verwijst "Het Beginsel" naar de fundamentele, Universeel geldende Wet, die zijn oorsprong vindt In God, en die aanwezig is in Zijn gehele schepping).

Zodoende is de groeiperiode, vanuit het gezichtspunt van het bestuur, de sfeer van Gods indirecte bestuur. God heeft als de oorsprong van het Beginsel, een indirecte relatie met de mens en de rest van de schepping, zolang zij nog onvolwassen zijn(wanneer een mens volmaakt wordt komt God in hem wonen (1Cor.3:16). 0p deze manier kan men dus zeggen, dat God een directe verhouding met de rest van de schepping heeft.), omdat Hij zich alleen direct kan inlaten met het eindresultaat van de groei, overeenkomstig het Beginsel.

De gehele schepping met uitzondering van de mens doorloopt de groeiperiode onder het autonome bestuur van het Beginsel. De mens komt echter niet alleen door de autonome werking van het Beginsel tot volmaaktheid, maar ook door te voldoen aan zijn verantwoordelijkheid om Gods geboden in acht te nemen. In Genesis2:17 zei God: "... van de Boom der Kennis van Goed en Kwaad, daarvan zult gij niet eten, want ten dage, dat gij daarvan eet, zult gij voorzeker sterven". Dit duidt erop, dat het de verantwoordelijkheid van de mens is om niet van de vrucht te eten, en dat het zijn verantwoordelijkheid is om volmaakt te worden. Het niet naleven van Gods Woord had de Val tot gevolg en dit was geheel van de mens afhankelijk en niet van God.

Page 16: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 16

Daarom kan de mens niet tot volmaaktheid komen, wanneer alleen God aan Zijn verantwoordelijkheid voldoet. De mens kan dus niet volmaakt worden uitsluitend door de autonome werking van het Beginsel tijdens de groeiperiode. De mens kan niet verwachten, dat God verantwoordelijkheid neemt voor het volmaakt worden van de mens. De mens kan alleen volmaakt worden wanneer hij zijn verantwoordelijkheid vervult, ook al is deze erg klein in vergelijking met die van God. De mens viel, omdat hij het gebod van God niet nakwam. Wanneer we het gevolg zien van het feit dat de mens zijn verantwoordelijkheid niet vervulde - i.e. de Val -, kunnen we ons natuurlijk afvragen waarom God de mens voor een deel verantwoordelijk stelde.

Kort gezegd: God deed dit om de mens te kwalificeren, zodat hij Heer over de Schepping kon worden. Het eigenlijke recht op direct bestuur behoort alleen toe aan de schepper. Toch wilde God dat de mens, Zijn schepping, direct bestuur over de gehele schepping zou krijgen. Om de mens het recht te geven om dit bestuur uit te oefenen, moest God de mens, die geschapen is, het element van schepper geven. God moest de mens dus Zijn creativiteit laten erven. De mens kan dit bereiken door vrijwillig aan zijn eigen schepping deel te nemen. Kortom:de mens wordt niet volmaakt door het Beginsel en de kracht van God alleen. De eigen verantwoordelijkheid van de mens is een noodzakelijk element, hoewel ze in vergelijking met de verantwoordelijkheid van God slechts klein is.

God gaf de mens deze verantwoordelijkheid als middel om volmaaktheid te bereiken. God kan zich dus niet mengen in het verantwoordelijk deel van de mens. Hij laat de mens deel nemen en meewerken aan Zijn scheppingswerk, omdat de mens door zijn daden Gods erfgenaam moet worden. Daarom is de verantwoordelijkheid van de mens een kostbare gift, die hem door God geschonken is. De eerste voorouders van de mens vielen echter, doordat zij niet hun verantwoordelijk deel vervulden. Daarom is in de voorzienigheid voor de verlossing de verantwoordelijkheid van de mens een absoluut noodzakelijk element, zonder welke God de gevallen mens niet in zijn oorspronkelijke staat kan herstellen.

Gods voorzienigheid voor de verlossing is zo dikwijls verlengd, omdat de centrale personen telkens weer faalden om hun verantwoordelijkheid te vervullen. Hier kan God zelf niets aan doen. Zoals in Joh.3:18 gezegd wordt, kan er voor degenen die geen geloof hebben, geen redding komen, hoeveel zegen en liefde God ook mag geven. In Mat.7:21 staat: "Niet een ieder, die tot Mij zegt "Here, Here" zal het Koninkrijk der Hemelen binnengaan, maar wie doet de Wil mijns Vader, die in de Hemelen is".

Dit leert ons dat het helemaal de eigen verantwoordelijkheid van de mens is, om te doen, wat zijn Hemelse Vader verlangt. Waarom kan zelfs een genadige God niets geven aan hen die niet vragen? Waarom kan God degenen die niet zoeken, niet in staat stellen te vinden en zij, die niet kloppen, niet binnen laten gaan? Dit komt, omdat het de verantwoordelijkheid van de mens is om te zoeken en te kloppen. God kan zich hierin niet mengen.

Page 17: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 17

V. DE ONZICHTBARE SUBSTANTIELEWERELD EN DE ZICHTBARESUBSTANTIELE WERELD MET DE MENS ALS MIDDELPUNT

A. De Onzichtbare Substantiële Wereld en de Zichtbare Substantiële Wereld

Het is van groot belang voor ons geloofsleven, dat we de vraagstukken begrijpen omtrent het leven na de dood en het geestelijk zelf van de mens. Laten we deze vraagstukken onderzoeken:heeft de mens een geestelijk "zelf"? Zo ja, hoe ziet het er dan uit? Wat is de geestelijke wereld? Hoe ligt de verhouding tussen de geestelijke wereld en de stoffelijke wereld ? Welke beginselen gelden in de geestelijke wereld? Er wordt in deze tijd veel informatie over de geestelijke wereld verzameld. het schijnt echter niet mogelijk te zijn deze blijkbaar ingewikkelde verschijnselen stelselmatig te verklaren en duidelijk te begrijpen. Zodoende hebben de bovengenoemde belangrijke vraagstukken vele mensen verward en zelfs geheel ontmoedigd, hetgeen hun godsdienstige leven heeft beïnvloed. Er is een logische verklaring nodig voor de vele beschrijvingen van de geestelijke wereld, die in de Bijbel voorkomen. Bijvoorbeeld, over de in II Kor.12:2 genoemde drie sferen van de geestelijke wereld (in de vertaling van het Nederlandse Bijbelgenootschap 1980 staat 'derde hemel'), de verschijning van Mozes en Elia aan Jezus op de berg der Gedaanteverwisseling en de vele voorbeelden met betrekking tot de hemel, die in het boek Openbaring opgetekend staan.

De schepping bestaat niet alleen uit de Zichtbare Substantiële Wereld, die met het menselijk lichaam vergeleken kan worden, maar omvat ook de Onzichtbare Substantiële Wereld, die met de geest van de mens kan worden vergeleken. De onzichtbare substantiële wereld is het Sung Sang aspect van de kosmos en wordt de geestelijke wereld genoemd. De zichtbare substantiële wereld is het Hung Sang aspect van de kosmos en wordt de stoffelijke wereld genoemd. We kunnen de verhouding tussen deze twee werelden begrijpen door de verhouding tussen geest en lichaam na te gaan.

Ons stoffelijk lichaam is aan tijd gebonden; het kan niet verder gaan dat dit ogenblik. Ons stoffelijk lichaam is tijdelijk, wordt tenslotte oud en keert terug naar de aarde. Onze geest is niet aan tijd gebonden en kan door geen enkele tijdslimiet tegengehouden worden. Hij kan vrijuit over het verleden nadenken en naar de toekomst verlangen, als hij dat wil:de geest is eeuwig. Het stoffelijk lichaam is ook gebonden aan ruimte. Het neemt ieder ogenblik een bepaalde plaats in en kan niet tegelijkertijd op een andere plaats zijn. De geest is echter niet aan ruimte gebonden. De geest laat in de ruimtelijke wereld geen zichtbare sporen na en kan, als hij dat wil, op elke plaats bestaan. De geest heeft geen grenzen en hij kan het universum omarmen, als hij zijn dimensie daartoe maar uitbreidt. De mens bestaat dus uit een lichaam, dat beperkt en vergankelijk is, en een geest, die onbeperkt en eeuwig is. De dimensie, waarin het beperkte, vergankelijke lichaam handelt, is de zichtbare substantiële wereld en de dimensie waarin de onbeperkte, eeuwige geest handelt, is de onzichtbare substantiële wereld. Zoals de geest van de mens subject over het lichaam is en het lichaam motiveert, zo is de onzichtbare substantiële wereld subject over de door haar gemotiveerde zichtbare substantiële

Page 18: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 18

wereld (Hebr. 8:5; 'Dezen verrichten slechts dienst bij een afbeelding en schaduw van het hemelse...').

B. De Positie van de Mens in het Universum

Wat is de verhouding van de mens tot deze twee werelden? In Genesis 2:7 staat: "... toen formeerde de Here God de mens van stof uit de aardbodem", hetgeen betekent, dat God het stoffelijk zelf van de mens uit de voornaamste elementen van de zichtbare substantiële wereld schiep. God "blies de adem in zijn neus" (Gen.2:7) hetgeen betekent, dat Hij de geest van de mens uit de voornaamste elementen van de geestelijke wereld vormde. Zo vormde Hij datgene, wat in het Beginsel het geestelijk zelf genoemd wordt.

De positie van de mens in de kosmos is als volgt:God had allereerst het plan, dat de mens de microkosmos in de kosmos zou worden. Eerst schiep God de kosmos, maar Hij schiep deze naar het patroon van de Sung Sang en Hyung Sang van de ideale mens, die Hij van plan was nadien te scheppen. Het geestelijke zelf van de mens is de samenvatting van de onzichtbare substantiële wereld; zijn stoffelijke zelf is de samenvatting van de zichtbare substantiële wereld. God schiep de mens als de microkosmos van zowel de onzichtbare als de zichtbare substantiële wereld. De mens wordt dus de microkosmos genoemd. God schiep de mens in de tweede plaats als de bestuurder van beide sferen van de kosmos (Gen.1:28/ 1Kor. 6:3). Met andere woorden:God schiep het stoffelijk zelf van de mens uit de elementen, waaruit de stoffelijke wereld gemaakt is en Hij gaf de mens met behulp van zijn vijf stoffelijke zintuigen het bestuur over de stoffelijke wereld. Zo schiep God ook het geestelijk zelf uit de elementen, waaruit de geestelijke wereld opgebouwd is en gaf de mens met behulp van zijn vijf geestelijke zintuigen het bestuur over de geestelijke wereld. De mens werd oorspronkelijk geschapen met twee groepen van vijf zintuigen:de ene voor het stoffelijk zelf en de andere voor het geestelijk zelf. Tengevolge van de val werden de vijf geestelijke zintuigen van de mens afgestompt en verloor de mens het vermogen de geestelijke wereld waar te nemen. Dit kan alleen gebeuren via het geestelijk verstand en het geestelijk lichaam. Degenen bij wie de geestelijke zintuigen door Gods genade en een godsdienstig leven hersteld zijn, kunnen die wereld geheel of gedeeltelijk waarnemen. (Zie het boek Openbaring, II Kor. 12:2, en de Gedaanteverandering op de berg in Mat. 17:2). In de derde plaats schiep God de mens als het medium tussen deze twee werelden en als het harmonieuze middelpunt van de schepping. De stoffelijke wereld. en de geestelijke wereld kunnen niet direct met elkaar communiceren. Als het stoffelijk zelf en het geestelijk zelf door de werking van geven en nemen een worden, dan kunnen de stoffelijke wereld en de geestelijke wereld door middel van de mens met elkaar communiceren. We kunnen de positie van de mens dus als volgt samenvatten:de mens is de microkosmos in de geestelijke wereld en de stoffelijke wereld; hij werd geschapen om deze twee werelden te besturen en is het middelpunt voor de eenheid tussen deze twee werelden. Vanwege de val verloor de schepping echter haar bestuurder en haar middelpunt om harmonie te bereiken. Dus lezen we in Romeinen 8:19-22:

Page 19: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 19

"Want met reikhalzend verlangen wacht de schepping op het openbaar worden der zonen Gods. Want de schepping is aan de vruchteloosheid onderworpen, niet vrijwillig, maar om de wil van Hem, die haar daaraan onderworpen heeft, in hope echter omdat ook de schepping zelf in de dienstbaarheid aan de vergankelijkheid zal bevrijd worden tot de vrijheid van de heerlijkheid der kinderen Gods. Want wij weten, dat tot nu toe de ganse schepping in al haar delen zucht en in barensnood is."

C. De Verhouding tussen het Geestelijk Zelf en het Stoffelijk Zelf

1. De Opbouw en Functie van de Mens

a.) Het Stoffelijk Zelf

Het stoffelijk zelf bestaat uit het stoffelijk verstand en het stoffelijk lichaam. Het stoffelijk verstand is het subject aspect van het stoffelijk zelf; het regelt de fysiologische functies voor het bestaan, de voortplanting en het handelen. Het stoffelijk lichaam bestaat uit verschillende organen, spieren en beenderen. Om in goede gezondheid op te groeien moet het stoffelijk zelf van de mens luchten zonlicht opnemen ; deze voedingselementen zijn van positieve aard (yang). Het moet ook verschillende soorten voedsel en water opnemen, hetgeen voedingselementen van negatieve aard zijn (Yin). Het stoffelijk zelf geeft het geestelijk zelf op zijn beurt het Element van Vitaliteit.

b.) Het Geestelijk Zelf

Het geestelijk zelf werd geschapen om subject over het stoffelijk zelf te zijn en kan met onze geestelijke zintuigen waargenomen worden. Ook al kan een mens door zijn geloofsleven in het bestaan van het geestelijk zelf geloven, hij blijft toch vele vragen houden over wat er met het geestelijk zelf gebeurt, nadat het zich bij de dood heeft afgescheiden van het stoffelijk zelf. Gaat de geest in rook op wanneer hij van het stoffelijk zelf gescheiden wordt? Is het gewoon een geest, die het stoffelijk zelf verlaat? Gaat hij in substantiële vorm naar de geestelijke wereld? Gaat hij alleen in God op, wanneer hij naar de geestelijke wereld gaat, of neemt hij in de geestelijke wereld een aparte plaats in? Wat is de geest eigenlijk?

Zoals iedere mens zijn eigen stoffelijk zelf heeft, heeft hij volgens Het Beginsel, ook zijn eigen geestelijke entiteit. Deze geestelijke entiteit wordt dus het geestelijk zelf genoemd. Het geestelijk zelf ziet er hetzelfde uit als het stoffelijk zelf en kan, na volmaakt te zijn geworden, direct met God communiceren. Nadat het geestelijk zelf bij de dood het stoffelijk lichaam verlaten heeft, leeft het voor eeuwig in de geestelijke wereld. De mens wil eeuwig leven, omdat hij een geestelijk zelf heeft, dat eeuwig van nature is. Het geestelijk zelf bestaat uit een geestelijk verstand en een geestelijk lichaam. Het geestelijk verstand is het middelpunt van het geestelijk zelf en bestuurt het eeuwige leven, de liefde en de idealen van de mens. Het geestelijk verstand werkt zo, dat het de mens ertoe brengt een waardevol leven te leiden, op zoek naar waarheid, schoonheid en liefde. Het geestelijk verstand is de essentie van het geestelijk zelf, het subject over het geestelijk lichaam en de plaats waar God kan wonen. Het geestelijk lichaam is het lichaam van het geestelijk zelf, zoals het stoffelijk lichaam ook het lichaam van het stoffelijk zelf is.

Page 20: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 20

Het geestelijk zelf heeft voedingsstoffen nodig om te groeien en volmaakt te worden. Het positieve voedingselement (Yang) voor het geestelijk zelf is het levenselement van God. Het levenselement van God is het belangrijkste element dat het hart van iemand tot ontwikkeling brengt en hem tot een ware mens maakt. Anderzijds bestaat het negatieve voedingselement (Yin) voor de groei van het geestelijk zelf uit het vitaliteitelement, dat van het stoffelijk zelf komt. Wanneer het stoffelijk zelf volgens Gods Woord handelt, geeft het goede vitaliteitelementen uit voor de groei van het geestelijk zelf. Het geestelijk zelf ontvangt niet alleen het element van vitaliteit van het stoffelijk zelf, maar geeft op zijn beurt ook een bepaald element uit, dat het geestelijk element genoemd wordt. Het geestelijk element is het element, dat vreugde en kracht aan het stoffelijk zelf geeft.

c.) De Relatie tussen het Geestelijk Zelf en het Stoffelijk Zelf

Zoals reeds is uitgelegd, is de relatie tussen het geestelijk zelf en het stoffelijk zelf als die tussen subject en object, waarbij het geestelijk zelf door zijn relatie met het stoffelijk zelf groeit en volmaakt wordt. De kwaliteit van iemands stoffelijk leven wordt in het element van vitaliteit omgezet en aan het geestelijk zelf doorgegeven. Dus de kwaliteit van het geestelijk zelf is afhankelijk van de kwaliteit van het stoffelijk leven. Daarom zal het geestelijk zelf, dat van het stoffelijk zelf goede elementen van vitaliteit ontvangt, goed worden, terwijl het geestelijk zelf, dat slechte elementen van vitaliteit van het stoffelijk zelf ontvangt, slecht zal worden.

Als een geestelijk zelf dat slecht is goed wil worden, dan moet die persoon berouw hebben als zijn geestelijk zelf zich nog in zijn stoffelijk zelf bevindt, want het geestelijk zelf van een slecht mens geneest, wanneer hij door zijn berouw en geloof in Gods Woord goede elementen van vitaliteit ontvangt. Het belangrijkste aspect van het geestelijk zelf dat tot volmaaktheid moet komen via het stoffelijk zelf, bestaat uit de gevoeligheid van de mens voor de liefde van God. Het is al eerder uitgelegd, dat Gods doel van de schepping vervuld moet worden door het gezin (de fundering van vier posities), de belangrijkste fundering waar Zijn ideaal van liefde kan verblijven. Daarom kan een geestelijk zelf alleen naar het Koninkrijk der Hemelen in de geestelijke wereld gaan, als hij zijn liefde als kind, als man of vrouw en als ouder vervolmaakt heeft, met God als middelpunt. Het Koninkrijk der Hemelen wordt door Gods liefde bestuurt en in harmonie gebracht; het is de plaats waar iedereen gelukkig is door Gods liefde. Alles wat geschapen is komt tot volmaaktheid door de drie stadia van groei te doorlopen. Ook het geestelijk zelf doorloopt de drie stadia van groei op de fundering van het stoffelijk zelf. Het geestelijk zelf in het formatiestadium noemt men een vormgeest, in het groeistadium een levensgeest en in het stadium van de voltooiing een goddelijke geest. De verhouding tussen het stoffelijk zelf en het geestelijk zelf is als die tussen een boom en zijn vrucht. Men oogst een gerijpte vrucht, maar zijn rank keert naar de aarde terug. Evenzo is het geestelijk zelf geschapen om voor eeuwig te leven. Nadat het van het stoffelijk lichaam gescheiden is, verblijft en leeft het voor eeuwig in de geestelijke wereld, maar het stoffelijk lichaam keert terug naar de aarde. Veel mensen geloven, dat het stoffelijk lichaam van de mens afsterft omdat de mens gevallen is,

Page 21: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 21

maar dat is niet juist. God waarschuwde in Gen.2:17:"... ten dage dat gij daarvan eet, zult gij voorzeker sterven". Adam en Eva "stierven", omdat zij van de vrucht van de Boom van Kennis van Goed en Kwaad aten. Toch leefden Adam en Eva nadat zij gevallen waren nog enkele honderden jaren op aarde en kregen kinderen. Dit betekent, dat de dood, die door de val veroorzaakt werd, niet de dood is waarbij het stoffelijk lichaam naar de aarde terugkeert. Op het moment, dat onze eerste voorouders vielen door geen gehoor te geven aan Gods woord, "stierf" hun eeuwige geest. Dat wil zeggen, dat hun geestelijk zelf, dat met God kon communiceren, ophield te functioneren. In Prediker 12:7 staat, dat "het stof terugkeert tot de aarde, zoals het geweest is, en de geest wederkeert tot God, die hem geschonken heeft". Dit duidt erop, dat de terugkeer van het stoffelijk zelf naar de aarde overeenstemt met de natuurlijke gang van zaken in de schepping. In het hoofdstuk over "De Opstanding" zal een meer uitvoerige uitleg hierover gegeven worden. Wanneer iemand in zijn stoffelijk lichaam volgens Gods ideaal voor de schepping leeft, zal hij in het Koninkrijk der Hemelen op aarde wonen. De wereld, waar zijn vervolmaakte geestelijk zelf na zijn leven op aarde naar toe zal gaan, is het Koninkrijk der Hemelen in de geestelijke wereld. Daar Gods doel voor de schepping dus op aarde verwezenlijkt moet worden, moet de mens op aarde ook het eerste object in Zijn verlossingswerk zijn. Daarom heeft God steeds weer Zijn profeten naar deze ongelovige wereld gezonden; Hij heeft zelfs de Messias naar de aarde gezonden. Over deze beslissende rol van het stoffelijke leven (en het stoffelijk zelf) leert de Bijbel ons: "... al wat gij op aarde bindt, zal gebonden zijn in de hemel, en al wat gij op aarde ontbindt, zal ontbonden zijn inde hemel" (Mat.18:18) en daarom moeten wij bidden dat Gods ideaal voor de schepping op aarde verwezenlijkt moet worden (Mat. 6:10). Niet God bepaalt of de geest van een mens naar het Koninkrijk der Hemelen of naar de hel gaat. Iedere mens bepaalt dit zelf door zijn dagelijks leven in zijn stoffelijk lichaam op aarde. Iedere mens gaat in de geestelijke wereld naar de plaats, die overeenkomt met het stadium van ontwikkeling, dat zijn geestelijk zelf bereikte terwijl hij op aarde was. God, de Messias en religie kunnen de mens alleen maar leren hoe hij de hel kan vermijden en hem de weg naar het Koninkrijk der Hemelen wijzen. Het is de verantwoordelijkheid van ieder individu of hij het onderricht van God en de kerk wil ontvangen of niet. In de wereld waar het doel voor de schepping verwezenlijkt wordt, kunnen Satan, de zonde en de hel onmogelijk bestaan. Volgens Gods ideaal voor de schepping zou alleen de hemel moeten bestaan, maar door de zonde verloor de mens zijn oorspronkelijke waarde en werd uitschot. De plaats waar dat uitschot verblijft noemen we de hel. 2. Het Menselijk Verstand in verband met het Geestelijk Verstand en het Stoffelijk Verstand De verhouding tussen geestelijk verstand en stoffelijk verstand is hetzelfde als die tussen Sung Sang (innerlijk karakter) en Hyung Sang (uiterlijke vorm). Wanneer het geestelijk verstand (subject) en het stoffelijk verstand (object) één worden door de werking van geven en nemen, wordt het menselijk verstand gevormd. In een

Page 22: De Beginselen van de Schepping - familiefederatie.weebly.com · We kunnen dit feit begrijpen aan de hand van Genesis 1:27: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar Gods beeld

Het Goddelijk Beginsel – De Beginselen van de Schepping. 22

volmaakte persoon hebben het geestelijk en stoffelijk verstand een volmaakte werking van geven en nemen, waarin God centraal staat, en verenigen zij zich, waardoor het zogeheten oorspronkelijk verstand gevormd wordt. Het oorspronkelijk verstand van de mens leidt hem altijd in de richting van de Wil en het Doel van God. Wanneer het stoffelijk lichaam tot de aarde terugkeert, houdt het stoffelijk verstand op te bestaan, maar het oorspronkelijk verstand dat door de wisselwerking tussen het geestelijk verstand en het stoffelijk verstand gevormd wordt, blijft voortbestaan in het geestelijk zelf. Het geestelijk verstand en het stoffelijk verstand gaan de werking van geven en nemen aan en verenigen zich met datgene wat de mens denkt dat juist is als middelpunt. Deze eenheid noemen we het menselijk geweten. Een volmaakte mens houdt zich altijd aan de volmaakte waarheid. Daarom moeten het oorspronkelijk verstand en het geweten niet in twee richtingen uiteenlopen, maar verenigd zijn. Met andere woorden: het oorspronkelijk verstand en het geweten moeten zich tot elkaar verhouden als innerlijk en uiterlijk en zij moeten de mens altijd in de richting van het Doel en de Wil van God leiden. De gevallen mens heeft nog steeds zijn oorspronkelijk verstand in zich, dat hem tot het goede leidt. De gevallen mens heeft echter de absolute standaard van goedheid verloren en daarom verschilt de standaard van zijn geweten met dat van anderen, omdat hun mening over wat goed is ook ander is. Overal waar men een afwijkende visie of theologie aanhoudt, zal het geweten een andere richting kiezen.

Omdat de mens tengevolge van de val onder Satans invloed kwam te staan, kon zijn geestelijk verstand niet op de juiste manier het levenselement van God ontvangen en blijft het onvolgroeid. Een dergelijk geestelijk verstand is niet in staat de subjectpositie tegenover het stoffelijk verstand in te nemen en wordt in plaats daarvan door het stoffelijk verstand bestuurd. En wanneer dit onvolwassen geestelijk verstand geven en nemen heeft met het stoffelijk verstand, dat onder Satans bestuur staat, dan ontstaat er een verstand, dat op het kwade gericht is. Dit noemen wij het kwade verstand. Het oorspronkelijk verstand en het geweten van de mens vechten tegen dit kwade verstand, dat tegen de Wil en de Richting van God ingaat en zij leiden de mens tot het goede.