Dbv 2013 6

24
117de jaargang | nov. - dec. 2013 | tweemaandelijks tijdschrift voor de beweging rond Don Bosco | Kantoor van afgifte: 3000 Leuven mail | P209042 Vlaanderen 6 Kringloop

description

http://www.donbosco.be/uploads/media/DBV_2013-6.pdf

Transcript of Dbv 2013 6

Page 1: Dbv 2013 6

117de jaargang | nov. - dec. 2013 | tweemaandelijks tijdschrift voor de beweging rond Don Bosco | Kantoor van afgifte: 3000 Leuven mail | P209042

Vlaanderen

6

Kringloop

Page 2: Dbv 2013 6

inhoud

Ingeblikt 3

Een droom voor alle tijden 4

Diamanten laten schitteren (Marc Baus) 6

Gods kringloop 8

Een hoofd en hart vol Afrika 9

Citaat 10

De externe salesianen 11

Genegen.be 12

Angst voor de groep – over sociale angststoornissen 14

Voorleesbeesten 16

De spirituele ervaring van Don Bosco 17

Eindelijk weer een beetje rust (Huize ‘Mensa’) 18

De Boekenplank 20

Forum Salesiano in Valdocco 21

Een lange, hete zomer 22

Ruggespraak 24

Hoofdredacteur Steven Pinnoo

Adviesraad R. Burggraeve H. Cauwenberghs A. De Cocker M. Den Haerynck D. Deraeve E. De Ridder E. Haelvoet B. Hoogwijs D. Schoofs F. Vanspauwen S. Veulemans

Eindredactie en redactieadres Mark Den Haerynck Stationsstraat 87 3150 Haacht [email protected]

Adreswijziging Don Bosco Vlaanderen Fr. Gaystraat 129 1150 Brussel [email protected]

Verantwoordelijke uitgever Mark Tips, provinciaal Fr. Gaystraat 129 1150 Brussel [email protected]

Lay-out en druk Drukkerij Van der Poorten nv Kessel-Lo

De bijdragen verschijnen onder de verantwoordelijkheid van de auteur.

Uw persoonlijke gegevens zijn voor u ter inzage. Ze worden nooit aan derden doorgegeven en dienen enkel voor de verzending van Don Bosco Vlaanderen.

In Vlaanderen: www.donbosco.be www.zustersvandonbosco.be

In de wereld: www.sdb.org www.cgfmanet.org

Don Bosco Vlaanderen is een gratis blad. Giften zijn daarom steeds welkom op het onderstaande adres en rekeningnummer, met vermelding van ‘Don Bosco Vlaanderen’:Don Bosco Centrale vzwFr. Gaystraat 1291150 BrusselTel. 02 771 21 00IBAN: BE27 4272 1008 4573 BIC: KREDBEBB

Foto voorpagina: Eindredactie

Een salesiaanse op de wereld Een kijk op de salesiaanse wereld

Page 3: Dbv 2013 6

3

Iedere mama kan ervan meespreken: er bestaat een zekere leeftijd waarop stopcontacten een bijzondere maar gevaarlijke aantrekkingskracht uitoefenen op

haar kleintjes. Tegelijk vormen ze dan een uitdaging voor de ouders om een en ander af te dekken, en hun peuter zelfs dan nog goed in het oog te houden. Want anders dan hun ukkepuk weten zij wél wat er gebeurt als de kring tussen de twee tegengestelde polen ge-sloten wordt… Toch hebben ze die stopcontacten nodig om energie in huis te krijgen.

De spanning tussen twee polen is iets waar een kind mee moet leren omgaan, en niet alleen bij stopcontac-ten: het zal nog versteld staan van hoe vaak het ermee te maken krijgt. Heel de natuur is niets anders dan een voortdurende kringloop tussen kille en warme seizoe-nen, voor- en najaar, jager en prooi, leven en dood. De graankorrel sterft om nieuw leven voort te brengen… Nergens kan dynamiek en levenskracht ontstaan tenzij vanuit die spanning tussen uitersten.

Tekst: Steven Pinnoo Foto: Eindredactie | INGEBLIKT

Kringloop

In deze maanden mogen we ook in onze Don Boscobe-weging stilstaan bij deze kringloop, leren omgaan met de spanning. We vieren Allerzielen én Kerstmis: we wil-len onze overledenen herdenken en enkele weken la-ter al opgaan in de verwachting van nieuw leven – van hét Leven, de mensgeworden God van leven. Zonder de ogen te sluiten voor het lijden en de rouw in de we-reld willen wij zoals Don Bosco steeds weer openstaan voor nieuw leven, voor nieuwe groeikansen, voor een nieuwe dynamiek. Want ook Giovanni Bosco heeft, zo-als vele anderen, zijn ware roeping pas ontdekt vanuit een contrastervaring, vanuit de confrontatie met de el-lende en de noden van zijn jongeren.

Laten wij in zijn spoor in heel onze werking en al onze instellingen ook ‘de kring sluiten’, en vanuit een ener-gierijke spanning samenwerken zodat nieuw leven ge-boren kan worden in ons hart, in onze jongeren, in de kring waarin wij leven en werken. Don Bosco Vlaande-ren schenkt je deze wens voor een heel gelukkig Kerst-feest en een bruisend nieuw jaar!

Page 4: Dbv 2013 6

4

DON BOSCO, EN NU? | Tekst: Bart Decancq Foto's: Copyright 2004 Lux Vide, eindredactie

Vandaag Don Bosco zijn

Het jaar 1883, Giovanni Bosco is 68 jaar. Dankzij een ijzersterke wil trekt hij – ondanks zijn zwakke fysieke gezondheid – nog overal heen. Hij moet verschillende van zijn werken in Europa en ver daarbuiten blijven be-zielen en de vraag van de paus om de kerk Sacro Cuore in Rome te bouwen, heeft hij niet naast zich kunnen neerleggen. Er zit niet anders op dan rond te reizen naar oude en nieuwe weldoeners en steeds opnieuw de vraag te stellen naar hulp. Intussen moeten zijn twee congregaties een structurele en juridische vorm krijgen en zit hij volop in de periode waarin hij zijn spirituele erfenis moet overbrengen voor de tijd die na hem komt.

Op tocht door FrankrijkZijn tochten leiden hem naar Frankrijk, waar er wat meer economische zekerheid is dan in Italië. Op 31 janu-ari vertrekt hij in de ochtend richting Frankrijk, hij doet er verschillende steden aan en spreekt de mensen toe in zijn eigen inspirerende stijl. In Lyon bezoekt hij abbé Boisard die een maand in Valdocco heeft verbleven en

in de Franse stad hetzelfde soort werk heeft opgezet. “De redding van de samenleving ligt in jullie handen,” zegt Don Bosco tot zijn toehoorders. “Als jullie die jon-geren nu in de steek laten, zullen ze het later komen opeisen met een mes in de hand in plaats van de hoed die ze nu in hun handen houden.” Iedereen, katholiek of niet, moet zich het lot van deze jonge mensen aan-trekken, verduidelijkt hij nadien aan een journalist.Hij reist door naar Parijs en van vrijdag 20 tot maandag 30 april ontvangt hij in de namiddag de ene bezoeker na de andere. Mensen van alle lagen van de bevolking komen langs, vragen een gebed, een zegen, vertellen over hun zorgen en angsten… Niet alleen de individu-ele bezoekers staan op het programma, men verwacht ook dat de priester uit Turijn voorgaat in religieuze bij-eenkomsten en dat hij conferenties geeft op verschil-lende plaatsen. Men noteert wat Don Bosco doet, wat hij zegt en hoe hij de mensen nabij is. Een dame schrijft neer hoe de heilige man uit Turijn een beetje gebogen loopt en er mager uitziet, hoe hij heel traag stapt door

Ik ben jullie toegewijde vriend zolang God mij één

levensdraad laat.

Een droom voor alle tijden

Page 5: Dbv 2013 6

5

de inspanningen die hem erg verzwakt hebben.In de kerk La Madeleine houdt hij een toespraak die heel wat weerklank krijgt. “Wij trekken ons het lot aan van de jeugd, en zoals één van jullie bisschoppen gezegd heeft: de samenleving zal goed zijn wanneer je aan de jeugd een goede opvoeding geeft!” Aanslui-tend vertelt Don Bosco hoe hij zich in het begin het lot van de verlaten jongeren heeft aangetrokken. Zij die ronddwaalden op de straten, de pleinen en die vroeg of laat in de gevangenis zouden terechtkomen. Met zijn talent om te vertellen weet hij de harten van zijn publiek te beroeren wanneer hij hen duidelijk maakt welke weg hij heeft afgelegd en hoe zijn werk voor de jeugd zich heeft ontwikkeld. Tijdens een andere samen-komst roept hij zijn toehoorders op om allereerst zorg te hebben voor de opvoeding binnen het gezin: daar wordt de basis gelegd!

Terug in ValdoccoHet is feest wanneer Don Bosco op 31 mei in Valdocco terugkeert. Men heeft een grote spandoek gemaakt: “Lieve Vader, Frankrijk eert je, Turijn houdt van jou!” Op een podium dat klaarstaat, richt hij kort enkele woorden tot zijn salesianen en jongens. Hij stelt ze ge-rust – ook al draagt hij zijn hoed op de Franse manier, hij is nog steeds dezelfde: “Ik ben nog steeds jullie toe-gewijde vriend zolang God mij één levensdraad laat.” Nadat hij de eucharistie gevierd heeft, spreekt hij ’s avonds de mannen van de medewerkersbeweging toe. Hij herneemt het thema dat hij in Frankrijk verschillen-de keren heeft besproken en roept hen op om mee te werken aan de opvoeding van de jongeren. Hij voegt eraan toe dat hun medewerking niet alleen gericht is op het ondersteunen van de salesiaanse werken: ook in de eigen familie, in de scholen en de parochies moeten zij zich inzetten voor de jeugd.Op het feest van 26 juni spreekt hij de oud-leerlingen toe en grijpt ook hier terug naar zijn ervaring in Frank-rijk: “Zoals jullie weten, was ik onlangs in Parijs en hield ik vele toespraken in verschillende kerken om de zaak van onze werken te bepleiten. Laten we het maar rechtuit zeggen: het was om geld te vinden of beter om brood en soep te voorzien voor onze jongeren die nooit hun eetlust verliezen.” Don Bosco maakt ook een allusie

op het feit dat zijn reizen politieke doeleinden zouden hebben in een land waar de katholieken in de verdruk-king zitten. “Onze politiek is geen partijpolitiek,” zegt hij aan zijn oud-leerlingen, “onze politiek bestaat erin om het aantal vagebonden te verminderen, om de ge-vangenissen leeg te maken en goede burgers te vormen die een steun zijn voor de samenleving.”

Vurige bezieling in de herfst van het levenTussen de zomer en de herfst van het jaar 1885 schrijft Don Bosco een reeks brieven aan zijn salesianen die in Amerika werken en dichterbij in Frankrijk en Spanje. Ook al heeft hij heel wat lichamelijke klachten, hij ver-toont nog een uitzonderlijke levendigheid van geest en hart.Don Rua had vernomen dat er in een aantal scholen repressief werd opgetreden, in plaats van de preven-tieve aanpak die de kern moet vormen van de salesi-aanse geest. Om Don Bosco niet te verontrusten, leek het Rua opportuun om hem niet op de hoogte te bren-gen. Maar vanuit Amerika brengt Don Cagliero de boodschap over. De reactie laat niet op zich wachten: met drie brieven maakt hij duidelijk dat hartelijkheid, redelijkheid en religie de basis zijn van de opvoedings-gemeenschap. “Ik zou zelf aan iedereen een preek, of beter een conferentie willen geven over de salesiaanse geest die de leidraad moet zijn voor elke actie, die elk gesprek moet bezielen,” schrijft hij. “De preventieve methode moet de onze zijn.”Hij spreekt geregeld over zijn leven dat naar het einde loopt, maar binnenin gloeit het vuur van de stichter en bezieler van een religieuze familie. De vurigheid om in dezelfde geest, bezield door dezelfde Geest toekomst te geven aan jonge mensen… toen en nu!

Wees toch allereerst bezorgd voor de opvoeding binnen het gezin:

daar wordt de basis gelegd!

Page 6: Dbv 2013 6

6

TE GAST | Tekst: Eric Haelvoet Foto's: Marc Baus, eindredactie

DBV plaatst iets of iemand voor het voetlicht

De afspraak maken met Marc Baus (° 1960, Sint-Lam-brechts-Woluwe) toont al dadelijk dat hij een drukke opdracht heeft: de definitieve controle van zware aan-passingswerken aan de elektrische installaties in de school komt er aan, de doorlichting in november zal extra werk vragen (vooronderzoek reeds op 21 okto-ber), hij is net iets aan het regelen met een collega, er is nog een telefoongesprek… Maar on the record vertelt hij ronduit, deze man die al een halve eeuw met deze school verbonden is.

Lesgeven als roepingHet begon allemaal met zijn negen jaar oudere broer, die hier leer-ling was. Zo hoor je als kleine uk al wat van die tweetalige VSO-school, waar hij zelf als twaalfjarige naartoe komt. Hij kiest voor de houtbewer-king, maar moet voor de laatste drie jaren naar Anderlecht, waar hij afstudeert in de A2 (nu TSO). Na twee jaar regentaat houtbewerking gaat hij aan de slag in een zeer goed bedrijf in Sterrebeek. Erva-ring vindt hij van essentieel belang voor een technisch leraar.Na drie jaar telefoneert directeur Omer Bossuyt: ze hebben een leraar nodig, mede vanuit de optie om de derde graad houtbewerking in te richten. “Dat is mijn roeping!” Hij begint les te geven in het vierde jaar en groeit met deze leerlingen mee, jaar na jaar, bij de op-richting van die derde graad, tot en met het zevende jaar. Wat een tijd!

Van buiten lijken velen ruwe stenen, maar door de Don Bosco-aanpak

gaat de diamant binnenin schitteren.

Groeiende verantwoordelijkheidNa zestien jaar lesgeven wordt hij technisch adviseur van de afdeling houtbewerking en nu is hij dertien jaar tech-nisch adviseur-coördinator, zeg maar technisch directeur. In de loop van die dertien jaar zijn er meer controles ge-komen, altijd weer nieuwe regelgevingen, deadline na deadline… Het is niet eenvoudiger geworden.

Door deze taak mist hij het directe contact met de leerlingen. Hij ziet hen enkel voor de regeling van de stages of wanneer ze bepaalde opdrachten of werken uitvoeren binnen de school. Hij beleeft niet meer de succeservaringen van leerlingen door zijn inzet, hun ca-paciteiten zichtbaar zien worden in tastbare producten. Thuis heeft hij een fotoalbum van prachtige verwezen-lijkingen, tot in privéwoningen toe. Het gevoel jonge mensen iets te kunnen meegeven voor het leven. Hen zelfstandig zien worden!

Diamanten la ten schitteren

Page 7: Dbv 2013 6

7

Velen geven hun ‘dankroos’ niet aan hun ouders of zelfs

vriend(in), maar aan een leraar.

Twee zaken wegen vrij zwaar. Door deze taak als tech-nisch directeur kan hij thuis niet zijn taken opnemen, zoals hij dat ten diepste wenst. Gelukkig dragen zijn vrouw en kinderen hem daarin. Ik zie een enorme waar-dering en dankbaarheid tegenover deze drie schatten van het thuisfront. Want meestal heeft hij nog heel wat huiswerk mee… Ook de verouderde gebouwen schreeuwen constant om aandacht en zorg. Het eindigt niet. “Dat zal wel zo blijven tot ik met pensioen ga…!”

De diamanten van Don BoscoWat een school tot een Don Boscoschool maakt? Hij weet het nog goed, toen hij als twaalfjarige begon: hij voelde zich al snel goed, ja zelfs thuis. Hij werd op-gevangen en juist daardoor kreeg hij – eindelijk – zin in studeren. Hij verwijst naar een uitspraak van Marek Chrzan, de regionale overste van de salesianen van Don Bosco voor Noord-Europa, die hier een paar jaar gele-den op bezoek was. Hij noemde deze school een echte Don Boscoschool voor de leerlingen. Een deel zou an-ders doelloos op straat ronddolen. Er zijn zelfs dakloze

jongeren bij (in het CDO). Don Bosco, dat is een eigen visie. Dat is geduld. Persoonlijk praten met de leerlin-gen, daar bereik je veel mee.

Van buiten lijken velen ruwe stenen, maar door de Don Bosco-aanpak gaat de diamant binnenin schitteren. Zijn ogen fonkelen als diamantjes als hij dat vertelt en beseft hoeveel hij zo voor jonge mensen heeft mogen betekenen. Bij de proclamatie mag elke leerling een roos geven aan iemand die hem echt gesteund heeft. Velen geven deze dankroos niet aan hun ouders of zelfs vriend(in), maar aan een leraar.Don Bosco: dat is het gratis ontbijt elke ochtend, leraars bij leerlingen. Dat brengt rust in de school. Een lege maag werkt niet graag! Don Bosco, dat bestaat verder uit heel veel kleine dingen.Vol waardering spreekt hij over onze medebroeder Daniël Malfait, die ’s ochtends vaak op de speelplaats is. Dat brengt rust, dat is zich welkom weten, contac-ten met leerlingen en personeelsleden. Marc verlangt nog meer contacten: salesianen en personeelsleden van de school weten te weinig van elkaar, ofschoon we zo dicht bij elkaar leven. Het is goed dat er salesianen zijn, die ondersteuning geven op het vlak van zingeving en vieringen.

Gouden raad voor nieuwkomersVoor alle nieuwe personeelsleden in onze werken in Vlaanderen heeft hij een hele reeks boodschappen, waarin hij zichzelf uitspreekt. Moeilijkheden met een leerling niet in de groep aanpakken, maar in een per-soonlijk gesprek. Inzetten op teamwork: vertellen over problemen, hulp vragen: “Durf naar buiten komen!” Doe mee met de leerlingen: spel, sport, babbels, inte-resse: dat creëert vertrouwen. Als er iets wringt bij een leerling, zoek dan de sterke punten en ontwikkel die. Ooit kreeg hij een leerling op het goede spoor door op-rechte interesse in zijn hobby: wielrennen. En nog voor de nieuwkomers: de sprong maken naar het je thuis voelen in het Don Boscowerk. Daar hangt veel van af voor jezelf, voor de leerlingen, voor de school!Hij gelooft sterk in de ‘24 uur’ van Sint-Pieters-Woluwe:

de nieuwe personeelsleden gaan tijdens hun tweede jaar 24 uur naar Oud-Heverlee in het kader van de vorming in de Don Boscospirit. Die teamvorming door samen te eten, te ont-spannen, vorming te ontvangen, uit te wisse-len… is van onschatbare waarde.

Diamanten la ten schitteren

Page 8: Dbv 2013 6

8

UITGELEZEN | Tekst: Eric Haelvoet Foto: Sxc

Gods kringloopBladeren vallen. Ze vergaan. Ze voeden andere organis-men. En deze dienen tot voedsel voor andere planten en dieren. De herfst toont ons helder en klaar de kring-loop van de natuur. Het is een buitengewoon schouw-spel, dat elk jaar opnieuw onze verwondering wekt. Herfst – winter – lente – zomer… en zo gaat dat maar door, sinds vele, vele eeuwen. Een perpetuum mobile.

Al in het eerste testament vinden we die kringloopge-dachte: “Zoals regen of sneeuw neerdaalt uit de hemel en daarheen niet terugkeert zonder eerst de aarde te doordrenken, haar te bevruchten en te laten gedijen, zodat er zaad is om te zaaien en brood om te eten – zo geldt dit ook voor het woord dat voortkomt uit mijn mond: het keert niet vruchteloos naar Mij terug, niet zonder eerst te doen wat Ik wil en te volbrengen wat Ik gebied” (Jes 55,10-11). Dit verwoordt een groot ver-trouwen in Gods wil en het woord dat Hij spreekt. Het zál zijn doel bereiken. Niemand en niets zal dat verhin-deren.

Ook in het Johannesevangelie zit die grote structuur van de kringloop. Jezus is door de Vader op weg gezon-den naar onze wereld en gaat naar de Vader terug. Tus-sen die twee momenten ligt zijn roeping en zending: de hele schepping transformeren en meenemen naar de Vader. Ook de schepping is uitgegaan uit God, die de Schepper van alles is. En de schepping is geroepen om terug naar haar Schepper te gaan. Jezus volgt de weg van de schepping en maakt er deel van uit. En Hij ge-

leidt de schepping liefdevol en zorgzaam, als een goede herder, naar God.

Johannes noemt Jezus het Woord: “In het begin was het Woord, het Woord was bij God […] Het Woord is mens geworden en heeft bij ons gewoond, vol van goedheid en waarheid” (Joh 1,1.14). Het is het Woord als vruchtbare regen uit Jesaja. Jezus had er het volste vertrouwen in: zijn Vader, de Schepper van allen en al-les, heeft het leven lief en bemint iedereen. De Vader wil iedereen thuis brengen in het grote feest, het eeu-wige ballet van de liefde.

Het liturgisch jaar volgt deze kringloop. Met Kerstmis vieren we dat het Woord mens is geworden. Op Pasen en alle feesten die uit Pasen voortvloeien, zoals Aller-heiligen, vieren we dat Jezus terug bij de Vader is. En velen met Hem. Lijden en dood verhinderen dat niet. In die grote kringloop mogen wij meestappen. Het Woord mag tot ons komen, in ons hart en in onze ziel wonen, en er – als de regen – zijn vruchten laten gedijen. Vruch-ten, die de Vader en de mensen vreugdevol maken.

We mogen dit optimisme delen, deze hoop, deze ge-loofszekerheid. De Bijbel is dan ook boven alles een be-lofte, blij nieuws, evangelie. En die grote belofte zal ver-vuld worden. Meer nog: ze is al vervuld in Jezus Christus. Hoe vaak sprak Don Bosco niet in schilderachtige vertel-lingen over de hemel, het paradijs. Hij wilde die hoop, dat blijde nieuws met zijn jongeren meegeven.

Mijn getuigenis is betrouwbaar, omdat Ik weet waar Ik vandaan gekomen ben en waar Ik naartoe ga. Maar u weet niet waar Ik vandaan kom of waar Ik naartoe ga.

(Joh 8,14)

Page 9: Dbv 2013 6

9

Vrijwilligerswerk in binnen- en buitenland

Voorbije zomer waren er ongeveer vijftig jongeren als vrijwilliger in het buitenland, ergens in Europa of ver daarbuiten. Zo ook Sanne Croonen, die met drie andere jongeren naar Zuid-Afrika en Lesotho trok in het kader van het Jebo!-project.

Wat heeft jou geïnspireerd om voorbije zomer als internationaal vrijwilliger aan de slag te gaan?Internationaal vrijwilligerswerk is iets wat mij al langer aanspreekt. Ik was al enkele jaren op zoek naar pro-jecten in het buitenland bij verschillende organisaties. De projecten bij Jeugddienst Don Bosco zijn goed geor-ganiseerde groepsprojecten aan een zeer eerlijke prijs. Dit heeft voor mij de doorslag gegeven om deze zomer naar Zuid-Afrika te trekken.

Wat hebben jullie kunnen bijdragen aan het jeugdwerk en speelplein in Zuid-Afrika en Lesotho?De eerste week hebben we een animatorcursus gege-ven aan jongeren die vanuit verschillende streken uit Zuid-Afrika kwamen.In Lesotho hebben we zelf op het speelplein gestaan en mee het jeugdfestival georganiseerd. Daar hebben we gemerkt dat de voorbereidingen soms last-minute ge-beurden. Toch hebben alle kinderen zich enorm geamu-seerd. Dit toont ook aan dat het niet steeds zo gestruc-tureerd moet verlopen als wij in België gewoon zijn.

Tekst: Fonny Grootjans Foto: Eindredactie | PLEZIERIG ENGAGEMENT

Een hoofd en hart vol AfrikaPlezierig geëngageerd vrijwilligerswerk,

ook in het buitenland

Wat is voor jou het meest memorabele moment geweest in Zuid-Afrika en Lesotho?Een moeilijke vraag… In het algemeen zijn de kinderen mij het meeste bijgebleven. Het was schitterend om te zien hoeveel plezier deze kinderen beleefden op het speelplein, ook al hebben ze het niet altijd gemakkelijk. Om ze dan zo te zien genieten tijdens het spelen is ge-woon prachtig! Die lachende gezichtjes en de vriendelijk-heid van de mensen is iets wat ik niet snel zal vergeten!

Nu je terug bent in België, hoe kijk je terug op je ervaring? Sta je nu ook zelf anders in het leven?Ik heb enorm veel respect voor de mensen in Afrika. De gastvrijheid en de positieve levenshouding… Bewonde-renswaardig! Nu merk ik meer dan tevoren hoe jammer ik het vind dat we in België soms zo individualistisch, prestatiegericht en negatief zijn. Voor mezelf merk ik dat ik me minder snel druk maak om banale dingen en meer positief tegen de zaken aankijk. We kunnen nog veel leren van de mentaliteit van de mensen in Afrika!

Waarom kies je voor Jeugddienst Don Bosco om internationaal vrijwilligerswerk te doen?De internationale projecten van Jeugddienst Don Bosco houden steeds jeugdwerk in. Door de jaren ervaring in het jeugdwerk in België is het leuk om de kans te krij-gen om ook eens van het jeugdwerk in het buitenland te proeven. Dit is al een grote troef ten opzichte van andere organisaties. Dat we kunnen verblijven in een salesiaans huis en actief zijn op een speelplein waar de sfeer van Giovanni Bosco leeft, is zeker een meerwaarde voor de projecten.

Page 10: Dbv 2013 6

10

“Leef met je voeten

op de grond en

met je hoofd

in de hemel.”

Don Bosco’s engagement werd gevoed door een droom. Een droom van een rechtvaardige en een vredevolle wereld. Wanneer hij zich laat raken door het lot van de arme en verlaten jongeren in Turijn, wordt zijn droom een echte roeping: hij geeft zijn leven radicaal voor jongeren.

Net zoals Don Bosco kan ook jij je levensdroom pas waarmaken wanneer je je ten diepste laat raken en dan ‘ja’ durft zeggen…

Tekst: Colette Schaumont en Piet Stienaers Foto: Eindredactie | EEN WOORD WAARD

Page 11: Dbv 2013 6

11

De moeite waard om ter sprake te brengen

Tekst: Colette Schaumont en Piet Stienaers Foto: Eindredactie | EEN WOORD WAARD

Iedere tijd kent zijn uitdagingen. Toen Don Bosco aan een eigen congregatie begon te denken, stond hij voor een heikele opdracht: een groep mensen met hem en zijn project verbinden om tegemoet te komen aan de noden van de jongeren van zijn tijd. Het was geen een-voudige uitdaging.Daarom dacht Don Bosco aan een congregatie met zo-wel interne als externe leden. De internen waren de religieuzen in strikte zin, die in gemeenschap leefden, geloften aflegden, zich hielden aan een bepaalde regel en ijverden voor een gemeenschappelijke zending: de opvoeding van verwaarloosde jon-geren. De externen waren mannen en vrouwen, gehuwden en onge-huwden die zich aan dezelfde taak wilden wijden en die van de leefre-gel overnamen wat mogelijk was in hun concrete levenssituatie.

Don Bosco formuleerde het als volgt: Om het even welke persoon, ook ie-mand die leeft in de wereld, in zijn eigen huis en in de schoot van zijn eigen gezin, kan deel uitmaken van onze sociëteit. Hij legt geen geloften af, maar brengt die delen van de re-gel in praktijk die voor hem moge-lijk zijn, rekening houdend met zijn leeftijd en zijn levensstaat.

Met grote hardnekkigheid heeft Don Bosco gedurende meer dan vijftien jaar geijverd om dit project goedge-keurd te krijgen. De kerkelijke context was er nog niet rijp voor en accepteerde zijn voorstel niet. Don Bosco heeft de concrete invulling van deze droom noodge-dwongen moeten loslaten. Maar zijn leven lang is hij trouw gebleven aan de overtuigingen die eraan ten grondslag lagen.

De Don Boscobeweging is altijd al veel ruimer geweest dan de groep van salesianen-religieuzen. Ze kan ook niet bestaan zonder het engagement van al deze men-sen. Een beweging heeft echter ook nood aan voortrek-kers en mensen die het charisma vanuit een bewuste keuze willen incarneren en aanwezig stellen. De salesi-anen hebben dat steeds samen met de zusters gedaan en vormden zo de animerende kern van de salesiaanse familie. Onze tijd en context dagen ons uit om andere vormen te zoeken om die voortrekkersrol gestalte te geven. Bij wie kunnen we daarvoor beter inspiratie vin-

den dan bij Don Bosco zelf? Waarom zouden we de droom die hij zo kop-pig probeerde te concretiseren niet navolgen en als interne en externe salesianen samen deze voortrekkers-rol blijven opnemen?Vandaag is misschien wel mogelijk wat in Don Bosco’s tijd niet haalbaar bleek. De eerste voorzichtige stappen op deze weg zijn ondertussen gezet. Op 20 mei 2012 legde de eerste exter-ne salesiaan de belofte af waarmee ze zich verbond met de salesianen. Ho-pelijk zetten nog vele anderen de stap om te worden wat ze in hun dagelijks engagement al vaak in grote mate zijn: externe salesiaan.

De externe salesianenEen project voor vandaag

Wie graag meer wil weten over dit engagement, de voorwaarden om deze stap te kunnen zetten en het in-groeitraject dat aan de belofte voorafgaat, is welkom op het infomoment zaterdag 16 november 2013 van 10.30 tot 12.30 uur in Oud-Heverlee. Info en inschrijvingen: [email protected] kunt ook meer lezen op www.donbosco.be (onder de rubriek ‘de familie – deelgroepen- externe salesianen’) of contact opnemen via mail.

Page 12: Dbv 2013 6

12

GENEGEN.BE | Tekst: Gee Van den Berghe Foto’s: Eindredactie

Al surfend bezinnen bij de noveen van Don Bosco

“Als je snel wilt gaan, ga alleen. Als je ver wilt gaan, ga dan samen” – dat was de spirit van Don Bosco. Reeds als kleine jongen had hij de gave om mensen rond zich te verzamelen en met elkaar te verbinden. Maar ook later als priester, tijdens zijn eerste contacten met de straatjongens in Turijn, voelde hij haarscherp aan: als afwijkend gedrag voortvloeit uit een gebrek aan ver-bondenheid, komt het eropaan die verbondenheid zo-veel mogelijk opnieuw tot stand te laten komen en te laten groeien. En dat deed hij dan ook. Hij verzamelde zijn eerste jongens rond zich, bij hem thuis. Toen hij ge-noodzaakt was om op zoek te gaan naar een grotere en vaste stek, koos hij heel bewust voor ‘una casa’ en geen ‘instelling’. Hij overtuigde zijn moeder ervan om mee te gaan en creëerde zo een geborgen thuis. De jongens konden er zichzelf zijn en wisten dat ze er in alle ver-trouwen terechtkonden met hun vragen en problemen. Ze kregen ook voldoende ruimte om zich uit te leven

en werden uitgedaagd om nieuwe en voor hen onbe-kende dingen te ondernemen. De hechte banden die ze mochten ervaren bij Don Bosco, zorgden ervoor dat ze zich op hun beurt gingen inzetten voor anderen.

Jongeren die verbondenheid ervaren, putten hieruit groeikracht, zelfvertrouwen en levenszin. Het versterkt niet alleen hun persoonlijke weerbaarheid maar ver-groot ook hun inlevingsvermogen en legt de basis voor een respectvolle grondhouding. In opvoeding gaat het erom jongeren de ruimte en veiligheid te geven om open te bloeien. Het gevoel bij Don Bosco thuis te zijn, stimuleert jonge-ren om dieper en respectvoller in het leven te staan.

Verbinden “Ik was veertien toen ik bij de zusters werd geplaatst.

Het leven verschilde er dag en nacht van het

leven dat ik gewoon was. Thuis moest ik voor mezelf

en mijn kleinere broertje zorgen, want mijn moeder was vaak

niet thuis, door haar eigen problemen. We kregen weinig zekerheid en

geen structuur. Mijn schoolresultaten leden eronder, want voor huiswerk had ik

geen tijd. Door de moeilijke thuissituatie was ik ook fel op mijn hoede, ik vertrouwde

niemand. Anderen hadden over mij niets te zeggen, want ik moest het toch allemaal

in mijn eentje klaren. Voor mij laten zorgen? Geen sprake van. Ik was erg brutaal en

koppig. Maar de zusters wisten daar goed mee om te gaan. Ik kreeg voor honderd

procent hun vertrouwen. Bij hen ontdekte ik ook totaal andere dingen: samen aan

tafel gaan en gezond eten, samen op uitstap of tv kijken, praten over onszelf en onze

voorbije dag… Hier is altijd iemand thuis en ze vragen steeds geïnteresseerd naar hoe het

is geweest op school. Dat vind ik leuk. In het begin had ik heimwee, maar stilaan begon ik me hier thuis

te voelen. Ik heb hier ook geleerd om menselijker te zijn. Ik ben nog altijd een stijfkop en flapuit, maar

kan ondertussen wel ‘sorry’ zeggen.”

“Mij aan anderen toevertrouwen was moeilijk. Eerst lukte dat niet, daarna hechtte ik me te fel en vond het

vreselijk als een van de meisjes weg ging. Nu heb ik een gezonde manier gevonden om daarmee om te

gaan. Op school gaat het ook goed en ik droom ervan om later verder te studeren, als verpleegster of als

vroedvrouw.”

Lorena is zestien jaar, woont bijna drie jaar bij de zusters in Heverlee en gaat naar school in Don Bosco

Groenveld

Page 13: Dbv 2013 6

13

Negen maanden geleden – het is september wanneer ik dit schrijf – keken we vol spanning uit naar het resultaat van maanden ‘wroeten en zweten’: onze virtuele no-veen op Genegen.be. Ondanks het feit dat Maarten en ik hebben genoten van onze inspanningen, moeten we eerlijkheidshalve toegeven dat we af en toe ook stevig hebben gevloekt. Wat doe je anders wanneer je camera het plots begeeft… in volle actie? Of wanneer je hon-derd pogingen moet doen om een tafel vanuit de lucht te filmen omdat die camera zeker niet mag bewegen? Of wanneer je collega, net als jullie stop-motionfilmpje bijna klaar is, tegen het statief botst? We wisten wel: “Wrijving geeft glans.” En het heeft inderdaad onze sa-menwerking versterkt.

Gelukkig konden we ook rekenen op de ‘goddelijke voorzienigheid’. Zo herinner ik me nog levendig de felle mist op de filmdag van ‘Don Bosco vertrouwt’. Fil-men met een mistig decor is niet ideaal, maar we had-den geen keuze. Tot ineens, net op het moment dat we begonnen te filmen, de zon begon te stralen. Toen we klaar waren met filmen, verdween ze even snel als ze verschenen was. Zou Don Bosco daar voor iets tussen hebben gezeten…?

Genegen.be heeft voor ons heel wat in beweging ge-zet: boeiende discussies in ons team, fijne en intense contacten met de mensen met wie we mochten samen-werken, bevestigende en ook verrassende reacties op onze website en filmpjes, zelfs vanuit het verre Moshi… Of we dit initiatief zullen herhalen? Velen hopen het samen met ons. Wie weet…

Een project van Don Bosco Vorming & Animatie in de kijker

Vertrouwen op de goddelijke voorzienigheid

“Voor mij was het een hele verrijking.

Als godsdienstleerkracht krijg ik wel

vaker de vraag wat geloven voor

mij betekent, maar jullie daagden

mij uit om dat voor mezelf eens op

een rijtje te zetten. Het ‘spiekbriefje’

met kerngedachten dat ik gebruikte

tijdens het interview ligt nog altijd aan mijn computer.”

Stef is leerkracht in Don Bosco Halle en werkte mee aan het filmpje ‘Don Bosco gelooft’.

“Bij de opname van genegenKwam ik een oud-begeleiding tegen

We filmden in de sneeuw, in een kleine tent

Al vlug merkten we: we zijn nog aan elkaar gewend

Het werd een warm weerzien,

aan de kou heeft het niet gelegen.”Christ is hoofd begeleider

in het Jongenstehuis in Vremde en werkte

mee aan het stukje ‘Don Bosco vertrouwt’.

Page 14: Dbv 2013 6

14

GROEISTOOT | Tekst: Dirk Schoofs Foto's: Dirk Schoofs, eindredactie

Praten over opgroeien en de perikelen daarbij

Iedereen is wel eens nerveus voor een afspraakje, feestje of spreekbeurt, maar dat is nog geen reden om er niet heen te gaan. Een echte sociale fobie is een overweldi-gende angst die in extreme gevallen zorgt dat de jon-gere thuisblijft en gedurende lange periodes geïsoleerd leeft. We spreken met Erik Jan de Wilde, psycholoog bij het Nederlands Jeugdinstituut. Hij is gespecialiseerd in de preventie en aanpak van emotionele problemen en promoveerde op een onderzoek naar depressie en zelf-doding onder jongeren.

Angststoornissen bij jongeren – ik heb het gevoel dat men in Nederland op dit vlak voorop loopt. Hier is er weinig over te vinden… Zijn jullie er al lang mee bezig?EJDW: We bestaan als Nederlands Jeugdinstituut niet zo lang, sinds 2007, maar dit onderwerp is vanaf het begin op de agenda gekomen omdat we uit onderzoek weten dat de sociale angstproblematiek eigenlijk pre-valent is. Sociale angststoornissen komen meer voor

dan gedragsstoornissen.

Cynisch toch dat dit onderwerp in de kijker komt terwijl sociale media bij jongeren net hoge toppen scheren. Heeft het een iets met het ander te maken?EJDW: In plaats dat sociaal angstige kinderen doen wat ze zouden moeten doen, namelijk andere kinderen op-zoeken, zullen ze zich vaker op het internet begeven om alsnog contacten te leggen terwijl ze gevrijwaard

blijven van de ‘ongemakken’ in de gewone communicatie. Het internet is een soort vluchtei-land voor hen. Wat op zich niet eens slecht is. Ik merk dat we wat paniekerig doen wanneer we het hebben over kinderen die gamen of veel op het inter-net zitten. Jongeren zijn in een

eigen netwerk bezig met anderen, ze maken contact met leeftijdsgenoten die ze op straat niet meteen zou-den aanspreken. Ik denk niet dat het ene tot het andere heeft geleid of andersom.

Angst voor de groepOver sociale angststoornissen

Gedragsstoornissen als adhd en autisme zijn makkelijk herkenbaar

op school, voor angst en depressie is het een stuk

minder duidelijk.

Page 15: Dbv 2013 6

15

Wanneer spreken we van een sociale angststoornis?EJDW: We hanteren daarvoor een aantal criteria. Een-voudig gesteld gaat het om jongeren die zich moeilijk tot leeftijdsgenoten kunnen verhouden en die hiervan echt hinder hebben. Ze tonen extreme verlegenheid en zijn niet in staat om goede gesprekken te voeren, ze durven geen andere kinderen opzoeken, zijn bang om dingen te vragen. Dat heeft vaak tot gevolg – en soms ook als oorzaak – dat ze negatief over zichzelf den-ken. Ze voelen zich beperkt in hun vaardigheden om gewoon om te gaan met jongeren. Veel kinderen met deze stoornis denken erg beroerd over zichzelf en zijn vatbaar voor depressie. Ze komen terecht in een soort spiraal waardoor het probleem alsmaar erger wordt. Hierdoor versterkt de overtuiging dat ze niet geschikt zijn voor contacten met anderen en krijgen ze nog min-der de neiging om anderen op te zoeken.Daar komt bij dat we het probleem vaak niet direct merken bij kinderen. Gedragsstoornissen als adhd en autisme zijn makkelijk herkenbaar op school, voor angst en depressie zal het een stuk minder duidelijk zijn. Het gaat immers meestal om kinderen die rustig en braaf zijn in de klas. Ze zorgen niet voor overlast terwijl ze wel diep ongelukkig zijn. Dat is wellicht de verkla-ring waarom deze kinderen slechts in beperkte mate bij hulpverleners terechtkomen.

Wanneer moet je je als ouder of leraar echt zorgen maken en actie ondernemen?EJDW: Ik maak me echt zorgen wanneer een kind be-weert geen vrienden te hebben. Wanneer ze geen leef-tijdsgenoten hebben waarmee ze geregeld optrekken, wanneer ze nooit met vrienden thuiskomen, of wan-neer ze nooit met andere kinderen spelen.

Kinderen van ouders die bang zijn voor honden, ontwikkelen zelf vaak ook angst voor honden. In hoever worden sociale angststoornissen

“Mijn klasgenoten vinden me stom, ik heb geen vrien-den, ben bang voor afwijzing en commentaar en ik kruip dus manifest in mijn schulp…” Wanneer deze houding extreme vormen aanneemt, spreken we over een sociale fobie of sociale angststoornis. Vier procent van de jongeren tussen dertien en zeventien lijden aan deze sociale fobie.

overgedragen door ouders?EJDW: Er zijn erfelijke factoren die een rol spelen. Daar kun je weinig aan doen, maar het voorbeeld van de ouders speelt ze-ker ook mee. Wanneer ouders soci-aal geremd zijn, leren de kinderen ook niet hoe sociale interactie bij-draagt aan het leven.

Wat kun je eraan doen als ouder? En wat kun je eraan doen als leerkracht?EJDW: Wanneer het echt ernstig is, zou ik ouders aanraden externe hulp in te schakelen. Ik denk daar-bij aan cognitieve gedragstherapie, deze techniek heeft zijn nut keer op keer bewezen. Dat is een combinatie van praten en trainen. Ze praten over de onderliggende gedachten, over zichzelf en de situatie. Dit combineert de therapeut met oefeningen waarbij jongeren zichzelf ontdekken.Levert het wel iets op wanneer ik naar mensen toestap of iemand uitnodig? Wat als ik acht keer ‘neen’ hoor en twee keer ‘ja’? Wat zijn die twee ‘ja’s’ me waard? In de therapie proberen de jongeren langzaam maar zeker uit de negatieve spiraal te komen, door anders te den-ken en anders te doen.Op een school kunnen leraren het signaal krijgen dat een kind erg moeilijk in de groep ligt en heel moeilijk contact maakt. Probeer hen binnen de klasgroep met enkele populaire kinderen te laten omgaan, of te laten samenwerken. Mijn eigen puberzoon, die zelf niet ge-vrijwaard is van angsten, vond op school zijn weg dank-zij de verschillende hobbyclubjes die er werden georga-niseerd. Hij sloot aan bij een computerclub waardoor hij in contact kwam met kinderen die zelf ook moeite hebben met het leggen van sociale contacten. Scholen kunnen activiteiten organiseren die aansluiten bij hun eigen belevingswereld. Dit heeft als gunstig nevenef-fect dat er toch sociale contacten en zelfs vriendschap-pen uit groeien. En dan hebben we het nog niet over het feit dat scholen ontzettend belangrijk zijn in het signaleren van verontrustend gedrag. In Nederland hebben we een aantal scholen die aan jongeren een vragenlijst voorleggen. Er zijn een heleboel vragen bij over gezondheid, maar er zijn ook vragen bij die het sociale vlak toetsen. Een school is een fantastische om-geving om gedrag te observeren, als de leraren maar voldoende tijd krijgen om leerlingen te leren kennen.

Page 16: Dbv 2013 6

16

BROODJE CURSIEF | Tekst: Annemie Vandaele Foto: Eindredactie

Luchtig cursiefje vanuit het dagelijks leven

“En waarom, waarom wil jij vandaag geen boekje met ons lezen?” De donderstem en dito blik spraken deze keer werkelijk boekdelen. Mama had een vergadering gehad en was dus later dan gebruikelijk thuisgekomen en morgen moest iedereen weer vroeg uit de veren, dus konden we maar beter meteen naar bed. Onder zacht

gemor én luid protest ging het de trap op richting slaap-kamer. “Ik vind jou geen leuke

mama meer.” “Ach, morgen lezen we weer een boekje, beloofd.” En een zachte nachtzoen moest het tij maar weer doen keren...

Maar ’s avonds, in mijn zetel neergestreken, begon het toch flink te vreten. Zou dat kwartiertje minder nacht-

rust de volgende dag werkelijk kleine ettertjes van hen maken? En hoe hard hadden ze misschien wel uitge-keken naar een mama die thuiskwam, nog even in het grote bed met hen onderdook en hen meenam naar andere oorden? Zijn het niet die kleine dingen waarin we als ouders, soms overspoeld door de mallemolen van het leven, toch het verschil proberen te maken?

En meteen werd dat beetje voorlezen ’s avonds weer prioriteit nummer één. Niets gaat immers boven een beetje neuzen in de juweeltjes die onze kinderboeken-plank telt. Niets gaat boven dicht tegen je aan gekro-pen lijfjes die aan je lippen hangen bij elk woord dat je uitbrengt. Niets gaat in de najaarsdonkerte boven wat heen en weer getater over verhalen en hoe die werken, hoe die zin en richting geven aan ons leven, aan wat net iets te snel of te stroef loopt. Niets…

Of toch bijna niets…

Voorleesbeesten

De kleine grote kameleonEindelijk weet de kleine kameleon wat hij wil worden. Zijn ouders heb-ben hem dat al vaak horen zeggen, maar nu weet hij het dus écht: hij wil de grootste kameleon van de hele wereld zijn. Dan zullen papa en mama supertrots op hem zijn, toch? Papa gaat er glimlachend in mee, maar voor mama hoeft haar zoon helemaal niet de grootste te worden. Een aandoenlijk verhaal voor kinderen vanaf vijf jaar.

Auteur: Annemie VandaeleIllustrator: Esther Leeuwrik

16-23 novemberVlaamse Voorleesweek

Page 17: Dbv 2013 6

17

Tekst: Wilfried Wambeke Foto: Eindredactie | SPROKKEL

In voorbereiding op de feestelijkheden naar aanleiding van de 200ste verjaardag van de geboorte van Don Bos-co (16 augustus 2015) verdiept de salesiaanse wereld zich in een aantal facetten van het leven en werk van Don Bosco. Voor 2014 lanceerde de Algemeen Overste van de salesianen, don Pascual Chávez, een jaarspreuk over de ‘spiritualiteit’ van Don Bosco.

‘Da mihi animas, cetera tolle’

We laten ons telkens weer raken door de spirituele ervaring van Don Bosco

om met overgave onze eigen roeping te verdiepen

en in woord en daad te beleven: de liefde voor God en de jongeren.

De spirituele ervaring van Don BoscoJaarspreuk 2014

Wie in de voetsporen van Don Bosco wil treden, kan dit moeilijk doen zonder zich te laten raken door de spirituele ervaring van Don Bosco: hij wist zich door God bemind en gedragen. Die goddelijke liefde wilde hij graag beantwoorden met heel zijn leven. Zoals God hem beminde, zo wilde hij ook God beminnen: met heel zijn hart en met al zijn krachten. De diepe bron van zijn bewogenheid, van zijn zorg voor mensen, van zijn aandacht voor de meest kansarmen was de liefde van en voor God, die zich als vanzelfsprekend vertaalde in de liefde voor de mensen, voor de jongeren vooral. Want voor Don Bosco was iedere mens een beeld van God. Je kon niet dicht bij God staan als je ver van de mensen stond, en omgekeerd.

De zorg voor het innerlijke leven van zichzelf, zijn me-dewerkers, zijn jongeren was dan ook een belangrijke bekommernis van Don Bosco. Zelf straalde hij een diepe levensvreugde uit die je niet anders kon verklaren dan vanuit zijn innige verbondenheid met God. Hij wenste dat die vreugde, dat geluk aanstekelijk zou werken voor zoveel mogelijk mensen. Daarom wilde hij hen graag gevoelig maken voor Gods liefde, voor Gods inspiratie.

Met Jezus Christus als zijn grote voorbeeld streefde Don Bosco ernaar om mensen op de golflengte van het evangelie te brengen. Door de jaarspreuk worden ook wij uitgedaagd om, ieder volgens zijn eigen roeping, ons te laten raken door de spirit van het evangelie en om velen mee te nemen in die beweging, gestuwd door de liefde van en voor God én voor de mensen.

Page 18: Dbv 2013 6

DE SPREEKSTOEL | Tekst en foto's: Joost Middelhoff

Eindelijk weer een beetje rustZusters van Don Bosco vangen thuisloze vrouwen op

Voor wie spreekt vanuit salesiaanse verantwoordelijkheid

18

nanciële problemen of zijn hun huis uitgezet. Ze dragen grote kwetsuren mee vanuit hun verleden. En dan staan ze bij ons op de stoep.”

Rust en veiligheidAan het woord zijn Carina Aerts, Josette Bollen en Lam-berta van de Waarsenburg. Ze zijn alle drie zuster van Don Bosco en wonen en werken in het vrouwenopvang-huis ‘Mensa’ in Brugge. Er is plaats voor negen vrouwen en hun eventuele (kleine) kind. Sinds zij in 2007 van start gingen, hebben de zusters honderd vrouwen en meer dan vijftig kinderen opgevangen. Af en toe wordt er in ‘Mensa’ een baby geboren – ook voor de zusters

een feestelijk moment. Als dat zo uitkomt, gaan ze mee naar de vroedvrouw of het ziekenhuis. De zusters hebben hun eigen kamer tussen die van de vrouwen. Zo proberen zij de vaak ge-traumatiseerde vrouwen een ‘thuis’ te geven. Rust en veiligheid te bieden. “Dat

is nu precies de preventieve methode van Don Bosco: door onze aanwezigheid, door tussen hen in te leven, door precies te weten wat er leeft kunnen we elkaar helpen. Met kleine stappen proberen recht te buigen

Als ik de keuken van huize ‘Mensa’ binnenstap, staat zuster Carina in een grote pan spaghetti te roeren. In de eetkamer ernaast staat een kinderwagen. Een paar van de bewoonsters zijn bezig met het dekken van de lange tafel. En in de speelkamer ligt overal speelgoed. Het dagelijkse rooster van ‘Mensa’ kent twee vaste momenten: om twaalf uur het middagmaal en om zes uur het avondeten. Dan worden de negen vrouwen al-lemaal aan tafel verwacht. Om samen te eten, met el-kaar te praten, ervaringen uit te wisselen en grappen te maken. ‘Mensa’ is het Latijnse woord voor tafel: “We zijn een ‘tafelgemeenschap’, waar we ons leven met el-kaar delen. We luisteren naar elkaars lief en leed. Als een van de vrouwen het moeilijk heeft, kan zij haar verhaal kwijt. En dat werkt bevrijdend en stimulerend. De vrouwen kunnen hier weer wennen aan een nor-maal leven. Op tijd opstaan, jezelf en je kind verzorgen, rust en regelmaat. De vrou-wen die hier aankloppen hebben vaak ernstige problemen in de relatie met hun vriend of man of zijn psychisch of fysiek mishandeld. Meestal hebben ze geen dak meer boven het hoofd, woonden een tijdje bij familie of vrienden, hebben fi-

In een van de pittoreske straatjes van Brugge ligt in de schaduw van de imposante Sint-Jakobskerk het vrouwen-opvanghuis ‘Mensa’. Drie zusters van Don Bosco wonen hier samen met negen vrouwen, die door allerlei problemen ‘ge-kwetst’ in het leven staan. Zij zijn meestal dak- of thuisloos of zitten financieel aan de grond. Bij ‘Mensa’ kunnen ze, met of zonder kinderen, even op adem komen. “Wij zijn hier altijd en dat geeft rust.”

Dat is nu precies de preventieve methode van Don Bosco: door

tussen hen in te leven, door precies te weten wat er leeft

kunnen we elkaar helpen.

Page 19: Dbv 2013 6

19

wat kromgebogen is. Natuurlijk zijn er wel eens spanningen. Een paar dagen geleden hadden een paar vrouwen het erg moeilijk met elkaar. Dan praten we wat en kun-nen ze hun verhaal kwijt. Zo voor-kom je dat het uit de hand loopt. Maar die twee vrouwen zitten nu allang weer vrolijk met elkaar te praten, hoor,” zegt zuster Carina Aerts met een glimlach.

Het leven weer oppakkenDe leeftijd van de vrouwen die in ‘Mensa’ worden op-gevangen, is tussen 18 en 60 jaar. Gemiddeld blijven zij drie tot zes maanden. Maar het kan ook wel eens uit-lopen tot een jaar. Als de vrouwen dat willen, helpen de zusters bij de schuldhulpverlening en het vinden van scholing, werk en huisvesting. Als de accu is opgeladen proberen de vrouwen na verloop van tijd hun normale leven weer op te pakken: ze gaan opnieuw zelfstandig wonen, keren terug naar hun partner of nieuwe vriend of worden doorverwezen naar een andere opvang of instelling. Van sommige vrouwen horen de zusters nooit meer iets. Anderen laten soms per telefoon of sms weten hoe het met hen gaat. Maar er zijn ook vrou-wen die iedere week nog een keer langskomen voor een kop koffie en een praatje. “Onlangs kregen wij nog

een sms’je van een van de vrouwen. Zij herinnerde zich dat zij vorig jaar op Moederdag een cadeautje van ons had gekregen. Dit jaar waren haar kinderen haar hele-maal vergeten. Na een jaar wist zij zich dat feit dus nog precies te herinneren. We horen de vrouwen vaak zeg-gen: ‘Zo’n leuke verjaardag, zo’n fijne Sinterklaas, zo’n mooie Kerstmis heb ik nog nooit gehad!’ Dat doet ons natuurlijk goed.”

De gekwetste mensHet werk van de zusters in ‘Men-sa’ heeft alles te maken met hun grote voorbeelden Maria Mazza-rello en Don Bosco. “Ook zij kozen voor de mensen die het moeilijk hadden. In hun tijd waren dat de jongens en meisjes die kansloos

aan de rand van de samenleving leefden. Zij hadden vaak geen werk en geen thuis. Zij probeerden hen door scholing en huisvesting weer omhoog te trekken. Wij proberen precies hetzelfde. Ook wij kiezen voor de ‘ge-kwetste’ mens – in ons geval voor ‘gekwetste’ vrouwen. Wij delen lief en leed met hen, maar willen ons niet opdringen. De vrouwen zullen het zelf moeten doen. En dat valt niet altijd mee. Het gaat met ups en downs.”“De inspiratie voor dit werk en de kracht om vol te hou-den vinden we in onze religieuze roeping. Verschillende keren per dag komen we samen in onze kleine kapel, dagelijks vieren we eucharistie. We weten voor wie we moeten en mogen bidden. Soms wordt er aan de vrouwen gevraagd: ‘Wat? Zitten jullie bij nonnen? Wat doen jullie dáár in ’s hemelsnaam?’ Maar ik denk dat de vrouwen op een heel andere manier naar ons zijn gaan kijken. Ze hebben een ander beeld van ‘zusters’ gekregen. ‘Mensa’ is volgens mij een prachtige manier van ‘getuigen’ en ‘kerk-zijn’. Hier kunnen wij helemaal zuster van Don Bosco zijn…”

DE SPREEKSTOEL | Tekst en foto's: Joost Middelhoff

Eindelijk weer een beetje rustZusters van Don Bosco vangen thuisloze vrouwen op

Ik denk dat de vrouwen op een heel andere manier naar ons zijn gaan kijken.

Page 20: Dbv 2013 6

20

DE BOEKENPLANK | Tekst: Michel Ruyters Foto’s: Centrale Propaganda

Leven in verwachtingDe nieuwe brochure voor advent en KerstmisVerwachting… Op weg naar Kerstmis 2013

Verwachting – hét thema dat de gelovige christen door de advent leidt op de weg naar Kerstmis! Deze brochure wil je

helpen een overstapbruggetje te leggen tussen de rijke Bijbelse teksten en de persoonlijke ervaringen van je eigen le-ven. Je vindt er niet alleen commentaren, maar ook suggesties die je confronteren met je eigen logica en je eigen onderzoek. En misschien kun je de uitdaging aangaan

om in de loop van deze dagen ook en-

kele zinnetjes neer te schrijven…?De veelvuldige illustraties kunnen ook een hulp zijn om met een feestelijk hart naar Kerstmis op te trekken.

Tekst: François WernertVertaling en correctie: G. De Neve en Adriaan De CoomanVormgeving: A. la Folie en Philippe Schneider52 pagina’s, mét een liturgisch kalender 2013-2014 en een afknipbare kerstkaart

De droom van de drie LibanoncedersEen origineel kerstsprookje van de Brazili-aanse bestsellerauteur Paulo Coelho. Sfeer-vol geïllustreerd door Zuster Daniella Oh.Voor kinderen vanaf de leesleeftijd. Dit boekje is een zinvol kerstgeschenk, maar de vrees is terecht dat u het voor uzelf zult willen houden!

Tekst: Paulo Coelho, Vertaling: Marc DedapperIllustraties: Zr. Daniella Oh, 24 blz.; 14,8 x 21 cm

Genaaid, omslag in glanslak

Zalig Kerstmis!

“Voor allen die toehoren, is Kerstmis het lied van Gods aanwezigheid midden alle menselijke duisternis.”Kerst- en eindejaarswensen met een ver-warmende boodschap!

Tekst: Charles SingerVertaling: Marc Dedapper20 blz.; 21 x 14,8 cm

Soepele kaft in glanslak

Welkom, jij pasgeborene“Welkom pasgeborene. Daar ben je dan! Je slaapt. Je hebt al heel wat meegemaakt, je bent vast wel moe…”Een ideaal geschenk bij de geboorte van een kindje! De passende uitkomst wanneer woorden te kort schieten…

Tekst: Jean-Marie HumeauVertaling: Myrjam De Keyser20 blz.; 21 x 14,8 cm

Soepele kaft in glanslak

Voor de verwachtingsvolle weg naar Kerstmis

heeft Don Bosco Vlaanderen

opnieuw mooie uitgaven in de aanbieding…

€ 7,00(port inbegr.)

N3€ 3,50(port inbegr.)

N12€ 4,00(port inbegr.)

N38€ 7,00(port inbegr.)

Sint-Nikolaas van het Oosten naar het WestenEen stripverhaal over Sinterklaas!

Het leven van Sint-Nikolaas werd in de loop van de eeuwen zozeer met legenden omgeven, dat hij zelf bijna tot een sprook-jesfiguur herleid werd. Dit boeiende beeldverhaal brengt je zo goed mogelijk het ware verhaal van deze heilige uit het begin van de vierde eeuw.

Tekst: Th. Wintzner, Vertaling: Marc DedapperIllustraties: Vincent Wagner48 blz., 22 x 29 cm, in hardcover-uitvoering

N29€ 14,50(port inbegr.)

Page 21: Dbv 2013 6

21

Tekst: Colette Schaumont Foto's: Eindredactie | SPROKKEL

Forum Salesiano van 27 tot 30 augustus in Valdocco (Turijn)

Forum Salesiano is de opvolger van de vroegere Col-loqui (gestart in de jaren zestig) en wil in Europa de studie en uitwisseling rond Don Bosco en zijn erfgoed stimuleren. Het Forum doet dit door mensen samen te brengen die in Europa met salesiaanse studie en vor-ming bezig zijn. Academici en veldwerkers, salesia-nen, zusters en leken bestuderen er samen aspecten van de salesiaanse traditie en brengen die in gesprek met de eigen tijd en context. De resultaten van deze reflectie worden via een website verspreid om ze vruchtbaar te laten zijn voor de hele Europese con-text. Zo draagt Forum Salesiano bij tot het Europa-project van de salesiaanse beweging.Een kleine werkgroep – Carlo Loots (sdb), Colette Schaumont (externe salesiaan), Darius Gradziel (sdb) en Mara Borsi (zdb) – coördineert de acti-viteiten van Forum Salesiano. Om de twee jaar organiseren zij een meerdaagse ontmoeting waarop een specifiek salesiaans thema via input en uit-wisseling bestudeerd wordt. Alle sprekers nemen zelf aan het hele proces deel. Dat engagement geeft aan de ontmoeting en uitwisseling een eigen karakter. De winst voor ieder zit in het delen en het bevorderen van elkaars salesiaanse deskundigheid en bewogenheid.Thema van de studiedagen was dit jaar de ‘redelijkheid als pijler van het preventief systeem’. Om bij Don Bosco zelf te starten werd eerst ‘de circulaire over het toedie-nen van straffen in de salesiaanse huizen’ (1883) gele-zen en besproken. Rik Biesmans (sdb) leidde de tekst vakkundig in. Carlo Nanni (sdb, Rome) gaf vervolgens inzicht in de betekenis die Don Bosco aan de term ‘re-delijkheid’ gaf en de plaats ervan in zijn preventief sys-teem. Hij maakte ook een uitdagende vertaalslag naar vandaag waarbij hij onder meer wees op de belangrijk-heid van de nieuwe leer- en opvoedingsplaatsen van jongeren (bv. virtuele netwerken). Michele Pellerey (sdb, Rome) verhelderde vanuit filosofisch perspectief wat opvoeden tot redelijkheid en met redelijkheid be-tekent. Heel interessant waren zijn inzichten rond de intuïtieve pedagogische wijsheid die een opvoeder

dient te ontwikkelen. Joe Boenzi (sdb, Berkeley USA) vertrok vanuit het perspectief van de jongeren en hun noden om het blijvende betekenis van verhalen te il-lustreren. Zr. Enrica Rosanna (zdb, Rome) verkende de vraag welke impact de vervrouwelijking van de opvoe-ding heeft op gezag en autoriteit. Roger Burggraeve (sdb, Leuven) rondde het geheel af met een reflectie over ethische fundamenten en oriëntaties om redelijk op te voeden. Zijn verrassende invulling van het begrip ‘kuisheid’ in de opvoeding en zijn toelichting over de betekenis van het verbod als voorwaarde voor vrije le-vensruimte gaven zeker te denken. De lezingen werden afgewisseld met gesprekken in kleinere werkgroepen.Het waren heel intense maar ook bijzonder leerrijke dagen. Dat we deze dagen bij Don Bosco in Valdocco zeer gastvrij onthaald werden, gaf nog een extra toets aan het geheel. In 2016 volgt een nieuwe editie, die zal plaatsvinden in Benediktbeurn. Dan zal de derde pijler van het preventief systeem, de religie, centraal staan.

Website van Forum Salesiano: https://sites.google.com/site/forumsalesianoenglish/

Page 22: Dbv 2013 6

22

VERBONDEN | Tekst: Maud Seghers Foto's: Amit Dave / Reuters, eindredactie

De link tussen Noord- en Zuidwerking

In 2012 stond het water aan de lippen van de bevolking in Noordoost India door de al te overvloedige regen-val waardoor hele dorpen overstroomden. Deze zomer vervalt India in het andere uiterste: inwoners in drie deelstaten hebben momenteel te lijden onder ernstige droogte. De situatie is het meest nijpend in de staat Maharashtra in Centraal India waar 12.000 dorpen in zestien districten getroffen zijn. De andere twee deel-staten die met droogte kampen, zijn Rajasthan, in het noordwesten, grenzend aan Pakistan, en Andhra Pra-desh, gelegen in het zuidoosten. De getroffen gemeen-schappen bestaan vooral uit boeren en veehouders. Waterputten in de dorpen staan droog, vee sterft op grote schaal door water- en voedselgebrek. Ook kinde-ren gaan niet meer naar school, er is een drop-out van veertig procent.

Menselijke oorzakenTerwijl de droogte in Andhra Pradesh vooral komt door een tekort aan regen en Rajasthan voornamelijk woes-tijnachtig gebied is en bijgevolg vanzelf al veel droger, is er in Maharashtra meer aan de hand. Ook hier valt de regenval dit jaar tegen, maar in feite liggen vooral menselijke oorzaken aan de basis van de ramp die zich sinds enkele maanden ontrolt.In India is water primair bestemd voor landbouw en veeteelt. In de deelstaat Maharashtra gaat het meeste water echter naar de industrie. Bovendien loopt het er

Een lange, hete zomer

Veel mensen willen duurzame keuzes maken, maar weten niet hoe eraan te beginnen.

vaak mis met de wateropvang: regenwater wordt opge-vangen in een stelsel van waterreservoirs en (kleinere) vijvers. Jaarlijkse schoonmaak is nodig omdat er door-gaans veel zand en slib meekomt, maar door achterstal-lig onderhoud en vervuiling is de wateropvang meestal ondermaats. Om de tekorten aan te vullen moet dan weer veel te veel grondwater worden opgepompt. Maar daardoor zakt het grondwaterpeil nog verder, groeien gewassen en gras niet meer en komen de boe-ren en veehouders nog dieper in de problemen.

Vicieuze cirkelSinds maart zoeken steeds meer mensen een beter le-ven in Mumbai, de hoofdstad van Maharashtra, of in

een van de naburige deelstaten. Maar de toe-komst die hen daar wacht is erg onzeker. We kennen allemaal de film Slumdog Millionaire, maar het valt te betwijfelen of de vele nieuw-komelingen die dit jaar in de sloppenwijken van Mumbai belanden evenveel succes zullen hebben als de jonge Jamal Malik in de film.De alsmaar toenemende verstedelijking palmt

beetje bij beetje de open ruimte voor landbouw in. In-dien slecht beheerd, komt ook de biodiversiteit van In-dia in het gedrang. Indiase steden bevinden zich vaak in gebieden die van nature uit gekenmerkt worden door hun rijkdom aan levende organismen – zoals kust-streken en riviermondingen. Hun ongebreidelde groei brengt deze diversiteit in gevaar. Mumbai bijvoorbeeld, qua inwonersaantal ondertussen de grootste stad ter

Page 23: Dbv 2013 6

23

wereld, ligt aan de Konkankust in het westen van In-dia. De haast onbeteugelde stadsuitbreiding brengt de fragiele mangrovebossen die Mumbai moeten bescher-men tegen storm en springtij in gevaar.

Economie versus ecologie?Hoewel de economische groei in India dit jaar ver bene-den het gemiddelde niveau van de laatste tien jaar ligt, blijft het één van de belangrijke ‘groeilanden’, net zoals China en Brazilië. Toen de cijfers bekend werden, be-loofde premier Manmohan Singh meteen stimulerende maatregelen opdat de groei de volgende maanden op-nieuw kan aantrekken. En aangezien de bewindsma-kers erop rekenen dat de economische groei miljoenen Indiërs uit de armoede trekt, verwacht men dat de over-heid liever en sneller de economische ‘crisis’ zal aanpak-ken dan de ecologische.Maar hoe lang kan het land zich zo’n eenzijdige keuze nog veroorloven? Bekende Indiase milieuactivisten zo-als Aseem Shrivastava en Ashish Kothari, de oprichters van de nationale ngo Kalpavriksh, vinden alvast dat het politieke tij nú moet keren.

Milieubewustzijn aanwakkerenDe Don Bosco Development Society (DBDS) in Mum-bai is het volmondig met hen eens. DBDS is één van de tien ontwikkelingsbureaus van de salesianen in India en wordt, als lid van het Don Bosco Action India net-werk, door VIA Don Bosco ondersteund. Het ontwikke-lingsbureau werkt al jaren samen met dorpsraden om

de wateropvang op lokaal niveau te verbeteren, zodat droogteperiodes niet betekenen dat boeren en veehou-ders op droog zaad komen te zitten.Die ervaring heeft echter geleerd dat het niet volstaat om de rurale bevolking te voorzien van de nodige tech-nische know-how om het waterbeheer beter te orga-niseren. Om ecologische duurzaamheid te realiseren moeten mentaliteiten veranderen… ook, en misschien zelfs in de eerste plaats, onder de stedelijke bevolking in Mumbai. De kans is groter dat de toekomstige poli-tieke leiders van de deelstaat Maharashtra zich onder hen bevinden dan dat ze van het platteland komen.

Groene lijn, groene bewegingZoals het goede salesianen betaamt, vinden onze part-ners van DBDS dat onderwijs en vorming ideale wegen zijn om aan die mentaliteitswijziging te werken. Sinds enkele jaren heeft DBDS daarom GreenLine, oftewel ‘Groene Lijn’, opgericht.GreenLine is een forum dat de inwo-ners van Mumbai ertoe aanspoort om voor een milieuvriendelijke levensstijl te kiezen. Want veel mensen willen duurzame keuzes maken, maar we-ten niet hoe eraan te beginnen. Eén van de meest in het oog springende initiatieven van GreenLine is de jaar-lijkse ‘Groene Scholencampagne’, die zowel leerkrachten als leerlingen sensibiliseert via work-shops, natuurwandelingen en een Green School Award. Op drie jaar tijd is het aantal deelnemende scholen ver-viervoudigd: vorig schooljaar waren in Mumbai al meer dan vijftig scholen van de partij.Savio Silveira, de directeur van DBDS, laat weten: “Het doel van de campagne is om de volgende generatie van groene leiders te vormen.” En één ding is zeker: India zal die leiders nodig hebben.

Een lange, hete zomer

DBDS werkt al jaren samen met dorpsraden om de

wateropvang op lokaal niveau te verbeteren.

Page 24: Dbv 2013 6

24

RUGGESPRAAK | Tekst: Firmin Vanspauwen Foto: Sxc

In twee jaar tijdwerd ons gezin tweemaal getroffendoor een vroegtijdig afgebroken zwangerschap.Na twintig weken blijde verwachtingzijn de mama’s bevallen van Liesje en Emily.Hun hartjes klopten nog even,ze deden hun best om te leven,snakten naar adem.Tevergeefs, ze waren helaas niet levensvatbaar.

Verwachting, vreugde en gelukwerden in één klap stukgeslagen doorleegte, onbegrip, pijn en verdriet.Het fysieke herstel van de mama’smoest zich voltrekkenzonder de vreugde van nieuw leven.Papa’s werden geconfronteerdmet het onvermogenom voldoende troost te vinden en te geven.

Lowie, het nieuwe broertje van Liesje,heeft inmiddels een stukje vreugde teruggebracht.Wellicht mag Emily in de toekomstook een nieuw zusje of broertje verwachten.Zo wordt de kringloopvan lief en leed weer gesloten.Vreugde van verwachtingen de pijn van het definitieve afscheidkunnen in het leven dicht bij elkaar liggen.

De verwachting van de adventen de vreugde van Kerstmiskunnen troost en verzachting brengenvoor het verdriet van Allerzielen.

Kringloop