Content jaargang 2 juni 2014 pdf

11
NIET TE MISSEN BLAD VOOR VDAB PERSONEELSLEDEN JAARGANG 2 - NR. 6 -JUNI 2014 C O NTENT Gelukkige verjaardag Elise! Onze matchingtool is 10 jaar IEDEREEN REGISSEUR? ARBEIDSBEPERKING? VRAAG DOOR!

description

 

Transcript of Content jaargang 2 juni 2014 pdf

Page 1: Content jaargang 2 juni 2014 pdf

NIE

T T

E M

ISS

EN

BL

AD

VO

OR

VD

AB

PERS

ON

EE

LS

LE

DE

NJ

AA

RGA

NG

2 -

NR.

6 -

JU

NI

20

14

CO

NT

EN

T

Gelukkige verjaardag Elise!Onze matchingtool is 10 jaar

IEDEREEN REGISSEUR?

ARBEIDSBEPERKING?

VRAAGDOOR!

Page 2: Content jaargang 2 juni 2014 pdf

content 03

_

“Met beide benen in de praktijk staan!Dat wilde ik na mijn studie arbeidspsychologie en een paar jaar academisch onderzoek. Ik begon bij het PIC in Limburg: migrantenvrouwenwer-kingen opstarten en begeleiden naar zelfbe-stuur. En vrouwen bij elkaar krijgen, hoe doe je dat? Met lessen over eten, naaien en maquil-lage (lacht). Maar geleidelijk aan pakten ze ook problemen in hun wijk aan door bijvoorbeeld oplossingen te zoeken voor ‘hangjongeren’. Met die ervaring op zak begon ik bij VDAB.”

“Na 23 jaar ga ik nog altijd fluitend naar mijn werk. Na verschillende verantwoordelij-ke functies in de arbeidsbemiddeling ben ik sinds een goed jaar provinciaal directeur. Ik kreeg altijd de vrijheid om mijn functie voor een groot stuk vorm te geven en dat motiveert me enorm. Zeker in deze relatief nieuwe func-tie kan ik nog heel veel leren. En dat doe ik elke dag.”

“’Kikker is kikker’. Dit verhaaltje gebruikte ik om mijn visie op management uit te leggen op mijn laatste selectiegesprek. Kikker ziet de ta-lenten van zijn vrienden in het bos: de bever bouwt een dam, de gans vliegt.... Kikker kan die dingen niet en is triest. Maar de anderen vertellen hem dat ‘kikker’ zo uniek ‘kikker’ is. Door zijn groene kleur, zijn kwaken en zijn sprongen. Iedereen heeft talenten, blijf wie je bent!”

“Ik heb het geluk dat ik met prachtige men-sen samenwerk, die me helpen soms een ver-snelling hoger te schakelen. Omdat zij het ook doen. Mijn loyauteit en fierheid over mijn job, het uitdragen van onze waarden, dat zie ik ook bij mijn collega’s. Ook in de teams voel ik veel enthousiasme, al is het niet altijd gemakkelijk in de frontoffices, waar sterke schouders soms heel zware lasten dragen.”

“De sluiting van Ford is nu een enorme uit-daging. Bijna 5000 werknemers staan op 1 ja-nuari 2015 op straat. Iedereen denkt en werkt mee om die crisis door verschillende initiatie-ven op te vangen. Zo hebben we eind vorig jaar ‘Werkpunten’ geïnstalleerd binnen Ford en de toeleveranciers om de werknemers te informe-ren. Met dit pre-outplacementwerk doen we nu al wat we kunnen, zij aan zij met de lokale vakbonden.”

“Soms zit mijn haar niet goed op het werk. Ik speel interclubtennis, ik fiets en ik loop zo’n drie loopwedstrijden per jaar. Het is de per-fecte uitlaatklep voor deze drukke job, al is het niet simpel om de tijd ervoor te vinden. Dus sta ik soms om zes uur op en ga ik voor het werk nog 15 kilometer lopen. En ja, dan zit mijn haar niet goed als ik op het bureau aankom (lacht).”

AL FLUITENDNAAR JEWERK

HILDE BAERTEN, provinciaal directeur

arbeidsmarktbeheer in Limburg

COLOFONDeze editie van het personeelsblad voor VDAB-personeelsleden en VDAB-gepensioneerden is een eigen productie van de dienst Communicatie, bijgestaan door fotograaf Marco Mertens. Het verschijnt op 6.200 exemplaren. CONTENT wordt gedrukt op milieuvriendelijk papier met vegetale drukinkten en verpakt in een afbreekbare folie. Daarvoor draagt het ook fier het FSC-label. Drukkerij en maatwerkbedrijf Nevelland zorgt met duurzame en aangepaste tewerkstelling van werknemers uit kansengroepen voor de druk en handling.

Alle reacties op onderwerpen uit dit magazine of ideeën voor nieuwe artikels zijn welkom op [email protected].

3Fluitend naar je werk:

Wat heeft Hilde Baerten met kikkers?

4

Heeft jouw klant een arbeidsbeperking? Carole Castelein over de nieuwe wetgeving.

Een nieuwe VDAB-fabriekin Antwerpen

Dwars door Vlaanderen: hoe doen onze collega’s het in Diksmuide?

7

8Iedereen regisseur?

Mireille Gillebeert legt uit.

12

Mini-nieuws:Pascale en Claudia

in de studio!

15Onze matchingtool werd 10: tijd voor een interview.

16

Gewoon doen!

18

5 opvallende resultaten van het schoolverlatersrapport

73.385verlieten de

school in juni 2012

van deze jongeren is bij ons ingeschreven als werkzoekende. Dit noemen we het ‘restpercentage’. van deze jongeren

had na één jaar nog geen enkele werkervaring.

professionele bachelors zijn vrouwen. Zij kiezen hoofdzakelijk voor conjunctuurongevoelige opleidingen in de zorgsector, sociaal werk of onderwijs.

4 op 10

mannenkiest bij een masteropleiding voor STEM (Science, Technology, Engineering and Mathematics)

36.300 mannen

ONGEVEER

&

13% 4,1%

2 op 3

tegenover slechts

16,4%

vrouwen

37.000 vrouwen

Hoe doen de schoolverlaters het in jouw stad?

Met de nieuwe tool weet je het binnen 5 minuten.

van deze jongeren is bij ons ingeschreven als werkzoekendeDit noemen we het ‘restpercentage10

WAT VERTELLEN ONZE COLLEGA’S ONS DEZE MAAND?

_ 02

cont

ent

Page 3: Content jaargang 2 juni 2014 pdf

Carole, je bent projectleider ‘voor 2 decreten’. Dat klinkt raar! Carole: “O, dat kan ik snel verhelderen hoor. Deze 2 decreten gaan over de hervorming van de sociale economie: collectief maatwerk is de nieuwe naam voor beschutte werkplaatsen, sociale werkplaatsen en invoegbedrijven. Dat kent iedereen wel. Maar ook de ‘lokale diensteneconomie’ is hervormd volgens de Europese richtlijnen. Dit is maat-gerichte tewerkstelling voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. ‘Personen met een arbeidsbeperking’, zeggen we nu. Hieronder verstaan we personen met een arbeidshandicap en personen met lichte of ernstige psycho-sociale problemen. Erkend worden als ‘persoon met een arbeidsbeperking’ is een voorwaarde om toegang te krijgen tot deze maatregelen. Deze mensen hebben zowel rendementsverlies als nood aan begeleiding op de werk-vloer.“

Dat klinkt bekend en is toch niets nieuws? Carole: “Het verandert wel: nu krijgt een klant nog een etiket dat zegt waar hij mag werken, bijvoorbeeld in een beschutte werkplaats of in een sociale werkplaats. Nu is het daarbij onmo-gelijk om van de ene werkvorm naar de andere over te stappen. Binnen de nieuwe wetgeving zal iemand van job kunnen veranderen binnen collectief

maatwerk om competenties te verwer-ven, zijn grenzen te verleggen en nieu-we uitdagingen aan te gaan. Iedereen heeft recht op loopbaanperspectieven en groeimogelijkheden. Sommigen zul-len zelfs kunnen doorstromen naar het reguliere circuit.“

Mooi. Maar hoe werkt dat in de praktijk?Carole: “In de nieuwe wetgeving zijn de 5 jaar inactiviteit en lage scholingsgraad niet langer beslissend om toegang te krijgen tot een sociale werkplaats en maatwerkbedrijf. We kijken voortaan naar het hele persoonlijke functioneren en maken dan een inschatting van de ernst van de problemen. Voor personen met een arbeidshandicap blijven attesten die automatisch recht verlenen wel geldig als toegangsticket vanuit efficiëntie-overwegingen. In ieder geval zal een persoon die ondersteuning krijgen die hij nodig heeft om te kunnen werken en aanspraak kunnen maken op een passende loonpremie en begeleidings-premie. Dankzij de evaluaties op de werkvloer kunnen we die persoonlijke ondersteuning dynamisch laten mee evolueren met iemands functioneren.”

Wat verandert er dan voor onze bemiddelaars?Carole: “Voor de bemiddelaars veran-dert er niet zoveel.”

We moeten er eerlijk in zijn:

soms is ‘gewoon’ bemiddelen

extra moeilijk en krijgen we

klanten door hun arbeids-

handicap niet aan de slag in

het normale economisch

circuit. Hebben we oplossingen?

Zeker. Hen gaan we nog meer

op maat bemiddelen, nu en in

de toekomst. Carole Castelein

is onze projectleider voor het

toepassen van de 2 decreten:

‘Collectief Maatwerk’ en

‘Lokale Diensteneconomie’.

Ze legt uit waarom dit nu

anders en eigenlijk ook

wel beter wordt.

Stefaan, Carole en Michèle zoeken oplossingen op maat voor onze klanten met een arbeidsbeperking

_ 04

cont

ent

ARBEIDSBEPERKING?

VRAAGDOOR!

content 05

_

Page 4: Content jaargang 2 juni 2014 pdf

_ 06

cont

ent

Echt?Carole: “Onze bemiddelaars krijgen meer verantwoordelijkheid maar we blijven werken volgens het gekende stramien: je probeert zoveel mogelijk mensen naar het reguliere circuit te bemiddelen. Als je een vermoeden hebt dat er ernstige problemen zijn, vraag je door: waarom lukt het niet om te solliciteren?Wat zijn belem-merende factoren voor een job in het reguliere circuit? Is dat armoede, ex-detentie, persoonlijke problemen…? Heb je veel begeleiding nodig om tekunnen werken? Om een eerste in-schatting te kunnen maken hebben we de bestaande knipperlichtenlijst verbeterd, en omgevormd tot een inschattingslijst. Die gebruik je als leidraad voor je gesprek.”

En wat als uit de antwoorden blijkt dat er een probleem is?Carole: “Als je vermoeden van ernstige problemen bevestigd wordt, stuur je

een aanvraag tot indicering door naar de provinciale Dienst Arbeidsbeperking of DAPB, je kent hem misschien onder de oude naam DAH. Zij onderzoeken je aanvraag en dat is nieuw. Ze doen een correcte doorverwijzing, beslissen wat de volgende stap moet zijn en koppelen terug naar jou. Als een klant het hele proces doorlopen heeft en een werkondersteuningspakket toe-gekend kreeg, kan elke bemiddelaar in onze organisatie een sollicitatie-opdracht registreren. Het klantendos-sier bevat alle informatie om correct te bemiddelen.”

Pfieuw. Nog meer werk erbij!Carole: “Maar wel met goeie onder-steuning. Voortaan zal een ‘indice-ringsconsulent’, een nieuwe functie, onderzoeken of iemand een arbeids-beperking heeft en ondersteunende maatregelen kan krijgen. Deze collega’s hebben een speciale opleiding gevolgd en gebruiken een nieuwe tool: het

indiceringsinstrument. Hiermee bren-gen ze iemands functioneren in kaart en beoordelen ze sterke en zwakke punten.”

Van waar komt dat document?Carole: “Het indiceringsinstrument hebben we zelf ontwikkeld. Er is meer dan 2 jaar aan gewerkt en is gebaseerd op ICF, een internationaal classificatie-systeem erkend door de Wereldge-zondheidsorganisatie. Vanaf 1 juli zullen we met dit instrument werken voor personen met een arbeidsbe-perking zonder automatisch recht en voor personen met psychosociale problemen.”

Sluit dit aan op onze ‘kern van bemiddelen’?Carole: “Perfect. Vanaf 2015 voeren de maatwerkbedrijven en -afdelingen hun vacatures verplicht in in Mastervac en zullen bemiddelaars op basis hiervan sollicitatie-opdrachten registreren. De

werkgever registreert nauwkeurig de aanwerving. Er gebeurt een dagelijkse koppeling tussen de gegevens in Master-vac en de gegevens in Mijn Loopbaan en deze worden via elektronische gegevensstromen naar het Departement Werk en Sociale Economie gestuurd. Dit vormt de basis van de subsidiëring aan de maatwerkbedrijven en -afdelingen. Een correcte registratie door zowel werkgevers als VDAB-consulenten is dus ontzettend belangrijk.”

Carole, laten we eraan beginnen!Carole: “Inderdaad. De wetgeving ver-andert pas op 1 januari 2015, maar wij nemen al een aanloop vanaf 1 juli dit jaar. Dan beginnen we te werken met het indiceringsinstrument, organiseren we onze diensten en noemen onze dienst DABP in plaats van DAH. We bedden deze werking in in het sluitend maatpak+ en de sectorale werking. VDAB streeft immers naar een inclusie-ve en geïntegreerde dienstverlening.”

“Op dit moment ben ik nog DAH-specialist. Ik bekijk of mensen in aan-merking komen voor de ‘bijzondere tewerkstellingsondersteunende maat-regelen voor personen met een ar-beidshandicap’, zeg maar BTOM. Voor de toekenning van rechten werken we in 80% van de gevallen met attes-ten die automatisch recht verlenen.

Vanaf 1 juli ben ik DABP-specialist en breidt onze doel-groep uit naar mensen met psychosociale problemen.

Op de Dienst Arbeidsbeperking gaan we beslissin-gen nemen op basis van de adviezen van de indice-rings-consulenten en doen we kwaliteitscontroles. Want een werkzoekende in Brugge moet op dezelfde professionele manier beoordeeld worden als in Hasselt.“

Michèle Lonneville, toekomstig

DABP-specialist West-Vlaanderen

“Ik kijk uit naar de volgende stap. Als expert ga ik vooral opvolgen en ondersteunen. Ik wil ervoor zorgen dat de inschattingslijst goed landt in de teams, dat vind ik heel belangrijk. Ik volg ook op of de bemiddelaar binnen een aanvaardbare tijd reactie krijgt op zijn aanvraag bij de indiceringsconsulent. Daarvoor zetten we een monitoringsysteem op. De klant moet immers snel geholpen worden. Maar ook de registratie is een prioriteit. Want het is op basis

van de registraties in Mastervac en Mijn Loopbaan dat de werkgevers hun subsidies zullen ontvangen. Dus: een correcte registratie is een vlotte subsidiestroom, is een vlotte uitbetaling werknemers, is een grotere klantentevredenheid.“

Stefaan Peeters, expert gespecialiseerde klantenwerking Limburg content 07

_

En wat zeggen de mensen die het allemaal moeten waarmaken? We vroegen het hen gewoon.

VDAB bouwt mini-fabriek in opleidingscentrum

We hebben in ons opleidingscentrum aan de Provinciestraat in

Antwerpen een heuse mini-fabriek geopend. Dankzij deze “pilot plant”

kunnen cursisten nu kennismaken met een echte industriële omgeving.

De opleiding Procesoperator is vooral een theoretische opleiding met veel

zelfstudie. De collega’s in Antwerpen wilden hun cursisten meer praktijk

aanbieden. “In een fabriek werken procesoperators samen met andere

collega’s zoals lassers, onderhoudselektriciens, mecaniciens, meet- en

regeltechniekers en koeltechniekers. In ons opleidingscentrum geven wij

al deze opleidingen. Vandaar is het idee gegroeid om een eigen fabriek

op te zetten”, vertelt Willy Lancel, instructeur Procesoperator.

Creëren van een industriële omgevingMet deze “pilot plant” willen we een echte industriële omgeving creëren

voor zijn cursisten. “Het doel is vooral dat ze leren dat in een fabriek

ieder zijn taak heeft, maar dat er wel moet samengewerkt worden.”

Ook veiligheid, waaronder het werken met vergunningen en werkin-

structies, staat hoog op de agenda. Willy: “Cursisten moeten altijd alle

persoonlijke beschermingsmiddelen dragen. Daarnaast werken ze ook

met veiligheidsinformatiekaarten. We leren hen het belang van het op

slot doen van pompen en ander materiaal. Kortom alles wordt gedaan

zoals in een echte fabriek.”

Meer weten? Tik ‘collectief maatwerk’

of ’lokale diensteneconomie’ in op het intranet voor

alle praktische informatie over het project.

Page 5: Content jaargang 2 juni 2014 pdf

Identikit Werkwinkel Diksmuide

⚫ Het zorggebied van onze Werkwinkel bestaat uit de stad Diksmuide en de gemeenten Lo-Reninge, Koekelare, Kortemark en Houthulst

⚫ 50.654 inwoners

⚫ 4,28% werkzoekenden

⚫ Personeel: 6 bemiddelaars, een jobcoach, 2 IBO-consulenten, een onthaalbediende, een administratief bediende en een expert procesbeheer financiën.

⚫ Partners in de locatie: 2 collega’s van GTB, een halve dag per week een OCMW-collega.

de werknemers kunnen makkelijk in de andere centrumsteden gaan werken. Er is nauwelijks een oplei-dingsaanbod in Diksmuide maar ook dat is geen probleem omdat we zo centraal liggen. IBO bieden we wel zelf aan en dat is een groot succes.”

“Diksmuide ligt in de Westhoek, dus zijn we al snel heel lang onderweg als we naar Brussel moeten. We zijn geen echt grote Werkwinkel, en het is niet altijd evident om zaken die centraal beslist zijn en perfect toepasbaar zijn in een grote Werkwinkel, ook in een kleine Werkwinkel door te voeren. Maar ik ben ook teamleider van Werkwinkel Veurne, en werk nauw samen met de Werkwinkels van Ieper en Poperinge, waardoor onze schaal wat wordt vergroot. Sectorale screenings bijvoorbeeld organiseren we wel vaker samen.”

Teamleider Dries De Poortere: “Toen we verhuisden in december, was het gebouw nog niet helemaal klaar. We hebben nog een week of drie gewerkt tussen de schilders, de vloerders en andere bouw-vakkers. Het was echt kamperen: we hadden zelfs geen sanitair! Aangezien ook de keuken niet uitgerust was en we geen automaten hadden, mochten de collega’s in het café naast de deur naar het toilet gaan en er ook iets drinken. Gelukkig duurde die situatie niet lang.”

“We hebben een lage werkloosheids-graad (4,28 %). Bij onze werkzoeken-den zijn relatief weinig arbeids-gehandicapten. Er zijn ook weinig allochtonen en de scholings-graad ligt iets hoger dan in de om-liggende Werkwinkels. Een voordeel is de centrale ligging van het Zorggebied binnen de provincie:

4.700 collega’s op meer dan

300 locaties: we zitten verspreid

tot in de kleinste hoekjes van

het land. We werken allemaal

aan hetzelfde doel, maar doen

we dat ook op dezelfde manier?

Of kent elke streek zijn eigen

accenten? We trokken een lijn

van west naar oost en laten

elke maand een andere locatie

aan het woord. Een jaar lang.

Werkwinkel Diksmuide

mag de spits afbijten!

Diksmuide

Dwars door

Vlaanderen

_ 08

cont

ent

content 09

_

Gwendolina (‘Lien’) Hoornaert werkt al 22 jaar voor VDAB. Ze is ooit gestart als cantinière en is nu tien jaar poetsvrouw en onthaalbediende. “Toen ik startte bij de VDAB, maakten we nog broodjes en soep in de kantine. Toen dat niet meer mocht en ik op mijn evaluatiege-sprek zei dat ik in mijn vrije tijd computerlessen aan het volgen was, stelden ze me een combinatie van poetsen en onthaalwerk voor. Ik heb deze kans met beide handen gegrepen. Ik volgde intern heel wat opleidingen en kan altijd bij mijn collega’s terecht. Ik ben heel blij met de combinatie van de twee.”

“Deze locatie is een verademing voor mij. Ik heb nu eer van mijn werk, want als ik gepoetst heb, is het ook echt proper. In een oud gebouw heb je dat gevoel veel minder. En wat ik daar allemaal tegenkwam, je houdt het niet voor mogelijk. Het sanitair werd gebruikt door bezoekers van de bowling in het gebouw, en ik vond wel vaker condooms of jointjes in de toiletten. Of bij het bin-nenkomen stuitte ik op jongeren die hun roes uitsliepen.“

Blij met de kansen

die ik kreeg

Rory Jacques is administratief bediende voor het West-Vlaamse accountmanagement en werkt vanuit Werkwinkel Diksmuide. Jarenlang werkte hij in Kortrijk en Roeselare, maar twee jaar geleden vroeg hij de overplaatsing aan naar zijn thuisstad. “Ik heb retinitis pigmentosa, ik ben dus slechtziend en word helaas langzaam maar zeker helemaal blind. De dagelijkse verplaatsing naar Roeselare was niet meer haalbaar. Ik ben heel tevreden dat ik een stek kon krijgen in de Werkwinkel van Diksmuide.”

“In ons vorige gebouw zat ik op de tweede verdieping, nogal ver weg van de Werkwinkel. Nu zit ik beneden, en heb meer contact met de collega’s. Om hen een beter beeld te geven van mijn problematiek is de Brailleliga eens langsgekomen. Ze toonden aan de hand van foto’s wat ik momenteel nog kan zien. Iedereen kreeg een blinddoek om en moest met een witte stok de weg zoeken in de Werkwinkel.”

“Walter, mijn blindengeleidehond, wordt nu opgeleid bij de Vrienden der Blinden in Koksijde. Binnenkort komt hij elke dag met me mee naar het werk. Iedereen is enthousiast, maar er komen ook vragen. Daarom komt iemand van de Vrienden der Blinden uitleg geven aan de collega’s over hoe ze met Walter om kunnen gaan. Wist je trouwens dat de dopjesactie die je overal te lande ziet, ten voordele van het opleiden van blin-dengeleidehonden is? ”

Binnenkort komt mijn hond

mee naar het werk

Page 6: Content jaargang 2 juni 2014 pdf

_ 010

conte

nt

5 opvallende resultaten van het schoolverlatersrapport

73.385verlieten de

school in juni 2012

van deze jongeren is bij ons ingeschreven als werkzoekende. Dit noemen we het ‘restpercentage’. van deze jongeren

had na één jaar nog geen enkele werkervaring.

professionele bachelors zijn vrouwen. Zij kiezen hoofdzakelijk voor conjunctuurongevoelige opleidingen in de zorgsector, sociaal werk of onderwijs.

4 op 10

mannenkiest bij een masteropleiding voor STEM (Science, Technology, Engineering and Mathematics)

36.300 mannen

ONGEVEER

&

13% 4,1%

2 op 3

tegenover slechts

16,4%

vrouwen

37.000 vrouwen

Je kon er vorige maand niet omheen: het schoolverlatersrapport kwam overal in de media. En elke regionale journalist legde eigen accenten in zijn interpretatie van de cijfers. In deinfografiek hiernaast geven we je ook enkele opvallende cijfers mee. Puik journalistiek werk, zeg je? Of was het gewoon heel simpel? Dankzij een nieuwe toepassing van onze studiedienst is cijfermateriaal opzoeken plots kinderspel geworden.

Lindsey Marin, stafmedewerker van de Studiedienst: “In de nieuwe toepassing ligt heel sterk de nadruk op het grafische aspect. De cijfers worden in beeld gebracht door middel van een kaart en grafieken. Daarnaast zijn de gegevens nog altijd beschikbaar in overzichtelijke tabellen. We hebben de resultaten van de huidige en de voorgaande studie in één tool geïntegreerd. Zo kan je makkelijk de evolutie van de gegevens in de tijd zien. Op termijn zullen we de resultaten van vijf opeenvolgende studies weergeven.”

De gegevens van je regio vind je gedetailleerd terug tot op het niveau van de streek. Op de kaart van Vlaanderen vergelijk je de resultaten van jouw regio in een oogopslag met die van de andere. Daarnaast krijg je ook een zicht op het aandeel schoolverlaters dat zich ingeschreven heeft bij VDAB en de verdeling naar geslacht. Je kan ook nagaan hoe succes-vol een studierichting is binnen hetzelfde studiegebied, studieniveau of ten opzichte van alle schoolverlaters.

Hoe deden de schoolverlaters het in jouw regio? Zoek het snel op: vdab/trend/schoolverlaters/detail

Het schoolverlatersrapport:hoe cijfers opzoeken plots kinderspel werd

27ste studie Werkzoekende schoolverlaters in Vlaanderen 2014

Zet je talenten aan het werk

content 011

_

Page 7: Content jaargang 2 juni 2014 pdf

content 013

_

mireille g

illebeert, alg

emeen

directeu

r regie

IEDEREEN REGISSEUR?

Mireille, we spreken al een tijdje over onze rol als regisseur, maar nog lang niet alle collega’s zien het nut van samenwerken of tenderen echt in.Mireille: “Nochtans, er zijn best veel redenen om sa-men te werken. De arbeidsmarkt evolueert continu, en als er een probleem opduikt moeten we soms heel snel kunnen reageren. We krijgen als organisatie erg veel opdrachten en we hebben helaas niet voor alle situaties de specifieke ervaring om ze aan te pakken. Dan zet je best die partners in die deze expertise en ervaring al wel hebben. Daarnaast hebben we ook niet genoeg ‘volk’ om alles zelf te doen, ook daarom besteden we uit. Zo blijven we al onze opdrachten op een professionele manier uitvoeren en de gewenste resultaten halen.”

Is het niet zo dat wat we zelf doen, vaker toch beter doen?Mireille: “Moderne organisaties zijn netwerkorganisa-ties. We leven in een geglobaliseerde maatschappij en dankzij de moderne technologie is iedereen met el-kaar verbonden: organisaties, bedrijven, en zelfs lan-den. Door verstandige allianties te bouwen, bereik je doelen die je op je eentje nooit zou halen. Sommige mensen hebben schrik omdat de overheid ook de pri-vate markt binnenhaalt om bepaalde taken te doen, maar dat kan evengoed positief zijn. Zeker als je iets compleet nieuw wil lanceren, heb je zoveel verschil-lende competenties nodig dat je niet anders kan dan samenwerken. Zo hoef je niet telkens zelf het warme water uit te vinden en kan je je energie voor andere dingen gebruiken.”

Raken we zelf nog wijs uit al die verschillende vormen van samenwerking?Mireille: “Tendering, uitbesteding, subsidiëring… Het zijn concrete voorbeelden van hetzelfde principe: als je de klanten een goede dienstverlening wil aan-bieden op de arbeidsmarkt, moet je dat samen met anderen doen. Vanuit een eensgezinde doelstelling:

mensen zo snel mogelijk plaatsen in een duurzame job. Hoe je dat doet? Dat hangt af van de situatie. Onze juridische specialisten kiezen het ‘contract’ dat het best past: uitbesteden, subsidiëren, via een spe-cifiek samenwerkingscontract… Je hebt een toolbox met mogelijkheden en je gebruikt de formule die past bij de specifieke situatie en doelstelling.”

En dat wordt nog complexer omdat elke provincie zijn eigen partners heeft.Mireille: “Of je kunt zeggen dat we meer op maat van de provincie werken. Vroeger werkten we vooral met centrale, grote uitbestedingen: we schreven gro-te tenders uit voor heel Vlaanderen, met verschillen-de loten per regio. Nu maken we een raamwerk in overleg met de provinciale mensen die hun specifieke behoeftes kennen. Zij kunnen binnen dat raamwerk hun eigen accenten leggen. Daarnaast hebben ze een budget om een heel aantal taken zelf uit te besteden, gebaseerd op een analyse van de provinciale of lokale arbeidsmarkt. Bij de dienst Regie leggen we daarvoor enkel het juridische kader vast, en we ondersteu-nen op het gebied van administratie, monitoring en kwaliteitscontrole. Een voorbeeld van zo’n tender is de competentieversterking. De provincies beslissen in overleg met de sector welke opleidingen in hun regio nodig zijn.”

Zit er enige evolutie in het werken als regisseur?Mireille: “Zeker. Dit jaar en de volgende steken we veel energie in het verbeteren van de kwaliteitsopvol-ging en monitoring van de uitbestedingen. Daarnaast willen we de markt en alle actoren in het werkveld nog beter leren kennen: welke groepen hebben welke problemen? Welke organisaties zijn gespecialiseerd in welke oplossingen? Zo krijgen we een veel beter zicht op de mogelijkheden en werken we nog efficiënter samen. Wat doelgroepen betreft, zijn de jongeren de eerste prioriteit. De jongeren zijn de toekomst.“

‘Samen sterk voor werk’. Dat is ons motto! 4700 collega’s en honderden partners bouwen mee aan een goed werkende arbeidsmarkt. Mireille Gillebeert is onze algemeen directeur Regie. Ze legt uit waarom samenwerken zo waardevol is.

Geen Werkweek in 2014. Wel een ‘partnercampagne’.

Je leest het goed: dit jaar geen Werkweek om onze matching te promoten. Wel tonen we hoe we, steeds meer samen met andere organisa-ties, werken aan werk. In oktober, november en december vertellen tal van partners op tv en radio wat ze doen in samenwerking met of in opdracht van VDAB. ‘Samen sterk voor werk’, dat is de boodschap. Per provincie versterken we die met informatie in lokale bladen of op lokale zenders. Meetings met partnerorganisa-ties krijgen een ‘samen sterk voor werk’-sausje. En de klanten die door onze partners gehol-pen werden? Zij krijgen een leuke persoonlijke boodschap. Wat moet jij doen? Nog niets: we bereiden alles voor en je hoort nog wat er van jou verwacht wordt. Weet alleen dat we zullen opvallen en dat jij onze rol als regisseur mee zal vertalen naar onze klanten.

_ 012

conte

nt

Page 8: Content jaargang 2 juni 2014 pdf

_ 014

conte

nt

content 015_

Maar zijn laaggeschoolde jongeren nu net niet de kwetsbare groep die onze niet-commerciële aanpak nodig heeft?Mireille: “Het klopt dat laag- of niet gekwalificeerde jongeren een erg kwets-bare doelgroep zijn. Die jongeren hebben vaak erg verschillende problemen: om-gevingsfactoren, persoonlijkheid, prak-tische problemen… Daardoor kunnen ze niet zomaar aan het werk: ze hebben een specifieke begeleiding nodig om ze daarop voor te bereiden. Daar werken we dus samen met jongerenorganisaties zoals Jes. Uit jongerenpanels en de wedstrijd #appsforVDAB blijkt dat jonge-ren een andere kijk hebben op werk. Jongerenorganisaties helpen ons dus om onze boodschap mee uit te dragen, maar ook om ons doelpubliek te begrijpen en effectief te bereiken met juiste dienst-verlening.”

Is het louter doorgeven van dossiers of leren we ook nog wat anders van elkaar?Mireille: “De partners waarmee we sa-menwerken leren van ons en wij van hen. Zo kregen wij al de vraag van een partnerorganisatie hoe wij ons klach-tenmanagement precies organiseren. Zij gebruiken ons systeem als goeie praktijk voor de organisatie van hun eigen klach-tenmanagement. Omgekeerd leren wij ook veel van onze partnerorganisaties. Er zijn organisaties die een heel sterk net-werk hebben bij de bedrijven en er ‘in house’ dienstverlening geven. Logisch dat wij van hen ook veel kunnen opsteken om onze klanten aan een job te helpen. Ik ben er absoluut voorstander van dat onze consulenten regelmatig op bezoek gaan bij de partners, dat we elkaar meer zien. Om mekaar te leren kennen en van elkaar te leren. Want wie komt daar als grote winnaar uit? De klant natuurlijk. En dat is het belangrijkste.”

Ik hoor hier niet zozeer een ‘iedereen bemiddelaar’ maar een ‘iedereen re-gisseur’?Mireille: “En waarom zou dat niet samen lopen? Net zoals we allemaal bemiddelaar zijn, zijn we ook allemaal regisseur. Ook jij kan op een receptie of een feestje ie-mand ontmoeten die veel contacten heeft met een specifieke doelgroep. Wie weet komt daar een officiële samenwerking uit, waardoor een aantal klanten een job krijgt? Net als een organisatie heeft ook iedere medewerker een netwerk. Hoe be-ter we dat netwerk inzetten, hoe verder we komen. Neem vanaf nu dus overal je visitekaartje mee, óók naar een trouw-feest.” (lacht)

Agnes Nuyttens, opleidingsmanager in West-Vlaanderen, denkt dit over onze regisseursrol:

“Wij werken vaak samen met partnersen de dienst Regie ondersteunt ons hierbij. Zowel bij de keuze van de projecten, het zoeken van de part-ners als de praktische uitvoering. Voor de ene opleiding werken we samen met het sectorfonds, voor de andere schrijven we een bestek uit. Dit ge-beurt bijvoorbeeld voor opleidingen voor vertegenwoordiger en dispatcher. In nog andere gevallen kijken we wat we kunnen doen met de Centra Voor Volwassenonderwijs. Heel wat projecten zijn al niet meer aan hun proefstuk toe, zoals HB05 boekhou-den, TKO (tweedekansonderwijs) kok en TKO Industrieel elektrotechnisch installateur. Binnenkort starten we met enkele nieuwe projecten: TKO scheepswerktuigkundige en TKO autotechnieken. Bij de samenwerkingen met onderwijs volgen we strikt de leerplannen. Dan is het belangrijk om vooraf goed gebriefd te worden over de verschillende fases van de samen-werking. Zowel onze lokale stuurgroep als de regiecollega die ‘onderwijs’ voor haar rekening neemt zijn hierbij onmisbaar. Bij alle partnerschappen letten we erop dat onze missie prioritair blijft: opleiden voor een duurza-me tewerkstelling. De regiemedewerkers waken er via kwaliteitscontroles en evaluatiebesprekingen over dat ook de nazorg niet ontbreekt . Zeker als de partner volledig instaat voor de opleiding.“

Sabine Delille, servicemanager industrie in Antwerpen, heeft volgende ervaringen:

“We doen hier veel projecten en hebben dus intensief contact met de dienst Regie. We besteden opleidingen uit, maar hebben ook veel gemixte trajecten. Een deel geven we hier en een andere deel gaan cursisten volgen bij een bedrijf. We werken ook samen met het onderwijs voor de ‘onderwijskwalifi-

cerende’ of OKOT-trajecten. Een mooi voorbeeld van een goede samen-werking is de opleiding pipingtekenaar. Dat is een complex project want verschillende petrochemische bedrijven geven hierin een module. Maar zij weten perfect wat een pipingtekenaar moet kunnen, én ze zijn zelf op zoek naar deze profielen. Daarom is dit een succesverhaal: 10 van de 11 cursisten uit de vorige groep zijn meteen kunnen starten. Door samen te werken met bedrijven kunnen we opleidingen beter afstemmen op de arbeidsmarkt. Omdat ze een stuk eigen inbreng hebben, maar ook omdat zij opmerken welke lacunes er nog zijn. Voor de pipingtekenaars hadden wij aanvankelijk geen lessen chemie ingepland. Maar een aantal cursis-ten misten de basiskennis chemie die nodig is om te weten welke soort buizen gebruikt worden voor welke vloeistoffen. We hebben dat stukje toegevoegd in het lesprogramma.Hoe vaker we met een bedrijf samen-werken, hoe makkelijk dat gaat. Organisatorisch en administratief is het niet altijd evident om veel projecten tegelijk op te zetten. Een opleiding helemaal uitbesteden aan een opleidingsverstrekker zoals Groep Intro, dat is rechttoe rechtaan. Zij doen ook zelf de registratie. Maar van zodra er verschillende partners en locaties bij betrokken zijn, wordt de administra-tie erg ingewikkeld, zeker omdat geen twee projecten helemaal gelijk zijn. Daarvoor kunnen we nog duidelijkere afspraken maken.”

Sabine Delille

Agnes Nuyttens

Jongeren zijn de ondernemers van de toekomst.

Daarom slaan we in de provincie Antwerpen de

handen in elkaar met UNIZO. Jonge werkzoeken-

den krijgen de mogelijkheid om via workshops

en individuele gesprekken met experten de no-

dige voorbereidingen te treffen voor de opstart

van een eigen zaak. Dit nieuwe project kadert in

het actieplan van VDAB om de jeugdwerkloos-

heid in de provincie Antwerpen aan te pakken.

Meer info lees je op het intranet via trefwoord

‘jongeren’ of ‘ondernemerschap’.

Samen met UNIZO zetten we jongeren aan tot

ONDERNEMERSCHAP

Op 20 juni werden alle schoonma-

kers in de bloemetjes gezet tijdens de

Dag van de Schoonmaak. Onze eigen

‘poetsmadammen’ Claudia Everaerts

en Pascale Helderweirdt maakten hun

opwachting bij ‘De Madammen’ op

Radio 2.”

Claudia en Pascale in actie bij

de Madammen!

Dat is het percentage cursisten dat aan het werk ging bij diensten-chequebedrijf Partena na een geslaagde opleiding ‘schoonmaken bij mensen thuis’. De opleiding vond plaats van 24 maart tot 6 mei in het Partena-kan-toor te Merelbeke. Dankzij de deskundige begeleiding van collega Veronique Pollefliet werden alle 10 cursisten in geen tijd klaar-gestoomd voor de arbeidsmarkt.

Dat is het percentage cursisten dat aan het werk ging bij diensten-chequebedrijf Partena na een geslaagde opleiding ‘schoonmaken bij mensen thuis’. De opleiding vond plaats van 24 maart tot 6 mei in het Partena-kan-toor te Merelbeke. Dankzij de deskundige

100%

Hebben onze bemiddelaars snel een concertje gebracht? Toch niet: we waren er voor de opleidingsbeurs in samenwerking met Tracé.

5 junionze camper is gespot

voor de Ancienne Belgique!

Page 9: Content jaargang 2 juni 2014 pdf

Elise, wat doe jij precies?“Ik splits een dossier in twee delen: een vraag en een aan-bod. Aan de ene kant heb je de wensen van de klant. De gewenste job, maximale reisafstand, parttime of fulltime werk, soort job … Aan de andere kant wat die klant zelf aanbiedt, zoals studies, werkervaring en talenkennis. Ook de vacatures splits ik op: wat vraagt de werkgever en wat biedt hij aan? Vraag en aanbod vergelijk ik, en als die voldoende overeen-stemmen, stel ik beide partijen aan elkaar voor: de werkgever krijgt profielen van geschikte kandidaten, de werkzoekende krijgt vacatures die bij hem passen.”

Wat betekent dat voor een werkzoekende?Elise: “Via mijn automatische matching krijgen de eerste 125 werkzoekenden met meer dan 80% overeenkomst met een vacature, die vacature via een e-mail of brief. Maar hij kan ook zelf het initiatief nemen: via Mijn Loopbaan kan hij met één muisklik zien welke vacatures matchen met zijn gewens-te jobs.”

Wat is er dan voor de werkgever? Elise: “Hetzelfde systeem. De matching toont de werkgever meteen hoeveel gepubliceerde cv’s matchen met zijn net ingevoerde vacature. Maar hij kan via MasterVac ook op een later moment alle cv’s matchen of de matching verder verfijnen.”

Elise, je bent nu tien jaar. Wat wil je later worden?Elise: “Mijn matchingsysteem evolueert nog voortdurend. Ik leer elke dag de matchingcriteria beter op elkaar afstemmen. De werkgroep matching helpt mij daarbij. Ik zal je een foto van hen laten zien. De werkgroep bestaat uit experten en bemiddelaars uit de regio’s, collega’s van de Servicelijn en

experten van de Centrale Diensten. Zij bespreken welke ver-beteringen er nodig zijn en ik test ze uit. Ook de feedback van werkgevers, werkzoekenden, partners en bemiddelaars helpt om de matching te verbeteren.”

Help Elise verder te groeien! Krijgt jouw klant verkeerde vacatures, of heb je andere

suggesties? Laat het weten op het e-mailadres [email protected]. Vanaf eind juni kan je dit ook

melden via een toepassing in Mijn Loopbaan, tab vacatures en sollicitaties.

Met competenties werken is de toekomst

Randstad, Tempo-Team en Kon-vert stapten begin vorig jaar in een proefproject met VDAB om het werken met competenties in hun aanpak te integreren. Ria Deke-tele, projectleider bij VDAB: “Doel van dat project? De vacatures van de uitzendkantoren met competen-ties verrijken om ze daarna ook via onze vacaturedatabank en website te kunnen aanbieden. Het is een win-win situatie: de interimkantoren vinden meer geschikte kandidaten voor hun opdrachten en onze vaca-turedatabank biedt een veel kwali-teitsvoller beeld van alle bestaande vacatures.”

We vroegen Bruno Bradt (Randstad, Tempo-Team) en Koen Vanneste (Konvert) naar hun ervaringen.

Was het werken met competenties helemaal nieuw voor jullie? Bruno: “We hadden al een eigen competentiebevraging die zes jaar geleden ontwikkeld is. Het werken met competenties is dus niet nieuw voor ons, maar competentiesjablo-nen gebruikten we nog niet.”

Koen: “Voor ons was dit wel een heel nieuwe aanpak.”

Wat betekende dit project concreet voor jullie?Bruno: “Wij bekeken welke ‘open services’ jullie aanboden, en welke wij daarvan konden integreren in

ons systeem. Het competentie-sjabloon en de bijbehorende competenties waren voor ons praktisch het meest haalbaar. Sinds december 2013 gebruiken we de tool actief. Nu zijn al 55% van onze vacatures verrijkt met de competenties van VDAB. Omdat we nu ook dezelfde codetaal ge-bruiken, kunnen we die vacatures aanbieden op de VDAB-site.”

Koen: “Wij hebben het volledige competentiesysteem van VDAB overgenomen: als wij een nieuwe klant inschrijven, coderen we zijn profiel meteen in de competen-tiesjablonen. Daarnaast hebben we nu ook toegang tot jullie Online Assistant (OLA) en de studieser-vice: het overzicht van alle be-staande diploma’s. Al deze dien-sten helpen om de kwaliteit van onze vacatures te verbeteren.”

Kan jullie klant de competenties nu ook zelf online invoeren? Koen: “Op dit moment niet. Het lijkt me zeker nuttig maar dat is voor een volgende fase.”

Bruno: “Wij hebben er nu nog voor gekozen om ons eigen compe-tentiesysteem te behouden, en de competenties van VDAB te gebrui-ken als aanvullende informatie. Pas op het moment dat we de vacature bij VDAB plaatsen, komen de aan-vullende competenties erbij. Maar de grote vraag voor de toekomst is: wordt jullie competentiesysteem een standaardtaal die iedereen zal gebruiken? Dan kan het dat wij op termijn het competentiesysteem van VDAB volledig gaan integreren en dus ook gaan bevragen bij onze kandidaten.”

Wat is het voordeel van met competenties werken? Koen: “Het systeem is erg flexi-bel. Als wij vroeger een kandidaat inschreven die verschillende jobs

in de textiel kon doen, hadden wij voor elke competentie een andere code: een code voor jacquard we-ven, een code voor tuften, enzo-voort. Nu is er nog één sjabloon: textieloperator, en dat vullen we in met de juiste competenties. Het is ook een groot pluspunt dat we een systeem gebruiken dat door een derde partij gevalideerd en actueel gehouden wordt. Als elke organi-satie een eigen systeem up to date moet houden is dat veel minder efficiënt.”

Bruno: “Met competenties werken is de toekomst, bemiddelen via beroepsnamen en functieprofie-len is niet meer relevant. Het gaat er om wat iemand kan, je wil de juiste persoon op de juiste plaats. Als je een magazijnier nodig hebt die ook met een heftruck moet werken, kan je bijvoorbeeld het sjabloon magazijnier kiezen en enkele competenties van een heftruckchauffeur toevoegen, dat werkt een stuk flexibeler. Jullie sjablonen zijn ook op maat van een ‘leek’ geschreven, in een taal die voor iedereen verstaanbaar is. Dat is een voordeel als iedereen in de sector dit systeem zou gaan gebruiken.“

Jullie werken nu met competen-ties, betekent dit het einde van onze samenwerking?Bruno: “Zeker niet, de samenwer-king gaat verder. Dit jaar testen we ook jullie matchingtool uit. Hoe meer onze systemen op elkaar zijn afgestemd, hoe beter we infor-matie kunnen uitwisselen en onze klanten helpen. Maar we doen het stap voor stap.”

Koen: “Wij zullen ook de matching uittesten. Maar aangezien wij een compleet nieuwe toepassing met competenties gebouwd hebben, was het voor ons meer een ‘big bang’.” (lacht)

Enkele leden van de werkgroep matching:Tine Vervoort, Pascaline Jamar, Jessy Dumont, Hilde Siebens, Linda Smeuninx en Bart Buekens.

Competenties troef!Sinds begin 2012 trekken we volop de kaart van werken met competenties (WMC). De databank ‘Competent’ van de SERV levert ons competen-tieprofielen aan. Hiervan maken wij competen-tiesjablonen die wie in onze databank ‘CoMeet’ verzamelen. Dankzij deze sjablonen verrijken onze klanten hun profiel met competenties. De werkzoekende geeft aan wat hij al goed kan, en in de vacature kan de werkgever precies aanduiden welke competenties hij zoekt. Ook Elise heeft hier baat bij: haar matching verloopt zo een stuk verfijnder.

Hét sterke punt is dat beide partijen dezelfde om-schrijvingen gebruiken, ze spreken dezelfde taal. Resultaat? Cv’s en vacatures worden volledig en genuanceerd. Een stap dichter bij een kwaliteits-vollere matching en gerichter bemiddelen, en he-lemaal in de filosofie van ‘Iedereen bemiddelaar’.

content 017

__ 016

conte

nt

Gelukkige verjaardag Elise! Onze digitale matchingtool wordt dit jaar tien. Tijd voor een interview.

Page 10: Content jaargang 2 juni 2014 pdf

_ 018

conte

nt

content 019_

VDAB LOOPT!

Bemiddelaar Katrien Van Gaeveren:

"Ik ben al jaren mijn eenzame loopjes gewoon, en geniet ervan. Nu was

het met vele anderen en hopelijk - door de

sponsoring - ook voor vele anderen. Dat maakt

het extra fijn!"

‘Lopen is de perfecte uitlaatklep’ zegt Hilde Baerten eerder in dit nummer. Lopen is gezond en gratis. Het kost niet veel tijd, en je stress loop je er letterlijk vanaf. Zo ben je meer ontspannen en heb je ook de energie om fluitend naar je werk te gaan. Reden genoeg om de sport binnen onze organisatie extra te promoten. Hoe doen we dat? We spraken met Jan Everaet, coördina-tor van sport- en welzijnsactivitei-ten van VDAB.

Jan, waarom loop jij graag? “Lopen geeft mij een psychische vol-doening. Als ik regelmatig loop, voel ik me goed in mijn vel, positiever, ge-lukkiger. Ik vind het ook inspirerend: al lopend krijg ik vaak goede ideeën, of komt de oplossing voor een pro-bleem plots bij me op. En sporten is natuurlijk gewoon goed voor je: een gezonde geest in een gezond lichaam!”

Hoe krijgen we de collega’s aan het lopen? “Ons sportcomité organiseert sinds vorig jaar een jaarlijkse jogging voor ‘Kom op tegen Kanker’. We willen die doen uitgroeien tot een activiteit waar VDAB zich mee profileert. Dit event brengt mensen van binnen en buiten de VDAB samen en zorgt voor een stevig groepsgevoel, en daar zeggen we volmondig JA tegen. Dit jaar kwa-men er meer dan honderd mensen op af.”

“We sponsoren de deelname van collega’s aan grote regionale loop-wedstrijden zoals de 20 kilometer van Brussel vorige maand. Voor de eerste 15 ingeschreven personeelsleden be-taalden we hun inschrijvingsgeld te-rug. Ze kregen ook een VDAB-Loop-T-shirt cadeau. Deze lopers kunnen zich ook laten sponsoren en zo bijdragen aan onze ‘projecten in de kijker’ van dit jaar: opvanghuis ‘Het Sleutelke’ en het Pe@r Café in Lalibela.“

Provinciale sportcomités“Op de Centrale Dienst organiseert het sportcomité sportactiviteiten tijdens de middaguren. Zo is er het ‘start to run’-programma: op een verantwoorde manier leren joggen in het Warandepark. We richten nu ook provinciale sportcomités in de regio. Interesse om deel uit te maken van zo’n comité? Laat mij iets weten!”

Wil jij ook een professioneel,

ademend VDAB-loop-T-shirt?

Bestel nu aan de aankoopprijs

van 12 euro door een mailtje

met de maat en het aantal naar

[email protected].

Page 11: Content jaargang 2 juni 2014 pdf

_ 020

conte

nt Content knijpt er ook even tussenuit in de zomer.Je ziet ons terug in september met nog meer boeiende verhalen.

Prettige

vakantie!