Concerttoelichting 11+12 oktober KCO

4
biografie mariss jansons, dirigent Wat is het geheim van Mariss Jansons, die zijn orkesten steeds weer tot een hoger niveau en inter- nationale erkenning weet op te stuwen? Hij omschreef het zelf als volgt: ‘Het is mijn taak om uit te vinden wat het orkest goed kan en om dat te koesteren en te bewaren. Dan zal ik, als in een natuur- lijk proces, zelf wat aan het orkest toevoegen – en zij aan mij – en zo zal het goed zijn.’ En dat het goed is, dat bleek al snel na zijn komst als chef van het Koninklijk Concertgebouworkest in 2004. Muziek zit Mariss Jansons in het bloed. Zijn vader was dirigent, zijn moeder zangeres bij de opera in Letland. Jansons studeerde viool en directie in Sint-Petersburg. Hij deed vervolgstudies in Wenen en Salzburg bij Hans Swarovsky en Herbert von Karajan. In 1973 werd hij assistent van Jevgeni Mravinski bij het orkest van Sint-Petersburg, waar ook zijn vader dirigent was. Van 1979 tot 2000 was hij chef-dirigent van het Oslo Filharmonisch Orkest, dat hij groot internationaal aanzien gaf. Als gastdirigent van orkesten als de Berliner en Wiener Philharmoniker, het London Philharmonic Orchestra en de grote orkesten van de Verenigde Staten gaf hij wereldwijd vele concerten. In 1997 werd Mariss Jansons music director van het Pittsburgh Symphony Orchestra (tot 2004) en in 2003 chef-dirigent van het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks. Nadat hij sinds zijn debuut in 1988 vrijwel jaarlijks te gast was geweest bij het Koninklijk Concertgebouworkest, werd hij in 2004 chef-dirigent. Hij is de zesde chef sinds de oprichting van het orkest in 1888. Voor zijn verdien- sten ontving Mariss Jansons meerdere onderscheidingen, zoals het lidmaatschap van de Royal Academy of Music in Londen, van het Gesellschaft der Musikfreunde in Wenen, het Österreichisches Ehrenkreuz für Wissenschaft und Kunst, de Letse Orde van de Drie Sterren en de Maximiliaansorde van de Duitse deelstaat Beieren. anja harteros, sopraan Anja Harteros brak definitief door toen ze in 1999 de Cardiff Singer of the World Competition won. Ze zong bij vrijwel alle grote operahuizen in Europa en de Verenigde Staten. Zo vertolkte ze Susanna in Mozarts Le nozze di F igaro bij De Nederlandse Opera in 2001 en de titelrol in Händels Alcina bij de Wiener Staatsoper in 2010. Ook was ze te gast bij de Metropolitan Opera in New York, het Royal Opera House Covent Garden in Londen en zong ze tijdens de Salzburger Festspiele. In juni 2010 zong Anja Harteros Strauss’ Vier letzte Lieder met het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks onder leiding van Mariss Jansons en met het Orchestre Philharmonique de Radio France onder lei- ding van Myung-Whun Chung. Bij de Berliner Philharmoniker, de Accademia Nazionale di Santa Cecilia in Rome, het orkest van La Scala in Milaan en de Staatskapelle Dresden soleerde ze in Verdi’s Requiem en bij het Boston Symphony Orchestra zong ze de Amerikaanse première van Pärts Como anhela la cierva. In juli 2007 werd haar de titel ‘Bayerischen Kammersängerin’ verleend. Anja Harteros werkte eerder samen met het Koninklijk Concertgebouworkest tijdens de Kerstmatinee in 2011 toen ze onder leiding van Bernard Haitink soleerde in de Vier letzte Lieder van Richard Strauss. koninklijk concertgebouworkest Zie de biografie op pagina 116. PRELUDIUM - oktober 2012 53 grote zaal > koninklijk concertgebouworkest do 11 | okt toelichting wagenaar: ouverture De liefde, dat kan het paradijs zijn, maar net zo goed een slangenkuil. En toch: wie de ware liefde kent – en die vindt in een andere persoon, in religie, of desnoods in de kunst – weet het banale aardse bestaan ten langen leste te overstijgen, al moet men de dood daarbij wellicht voor lief nemen. De zoektocht naar bevrijding kan leiden tot hooggestemde idealen zoals verklankt in de Mariss Jansons 52 Serie D 20.15 uur – tweede concert Koninklijk Concertgebouworkest Mariss Jansons dirigent Anja Harteros sopraan Johan Wagenaar 1862-1941 Ouverture ‘De getemde feeks’, op. 25 (1909) Richard Strauss 1864-1949 Allerseelen (1885, orkestratie door Robert Heger, jaartal onbekend) eerste uitvoering door het Koninklijk Concertgebouworkest Die heiligen drei Könige aus Morgenland (1906, orkestratie 1906) Waldseligkeit (1901, orkestratie 1918) Wiegenlied (1899, orkestratie 1900) Morgen! (1894, orkestratie 1897) Zueignung (1885, orkestratie Robert Heger 1929) eerste uitvoering door het Koninklijk Concertgebouworkest pauze Jörg Widmann 1973 Teufel Amor (2009, revisie 2011) symfonische hymne naar Schiller geschreven in opdracht van het Wiener Konzerthausgesellschaft, het Théâtre des Champs-Elysées Paris, KölnMusik en Het Concertgebouw; Nederlandse première muziek van Richard Strauss, maar ook tot een schizofreen maar gewichtig portret van de liefde als Teufel Amor van Jörg Widmann. Als opmaat klinkt Johan Wagenaars Ouverture ‘De getemde feeks’. Deze composi- tie, Wagenaars beroemdste, werd in 1909 geschreven als inleiding op het toneelstuk The Taming of the Shrew van Shakespeare. Over de vermeend vrouwonvriendelijke inhoud is sindsdien veel gediscussieerd. De koppige Katharina wordt door Petruchio psychologisch net zo lang onder druk gezet tot ze zwicht en zich voegt in het keurslijf van gewillige echtgenote. Wie geen ware liefde vindt, kan een vrouw altijd nog mid- dels manipulatie naar zijn hand zetten, lijkt Dit programma wordt ook gespeeld in de A-serie op 12 oktober en wordt dan opgenomen door de AVRO voor uitzending op 28 oktober om 14.15 uur via Radio 4. Richard Strauss Tod und Verklärung, op. 24 (1888-89) symfonisch gedicht voor groot orkest begin van de pauze ca. 21.00 uur einde van het concert ca. 22.30 uur

description

Concerttoelichting 11+12 oktober KCO

Transcript of Concerttoelichting 11+12 oktober KCO

Page 1: Concerttoelichting 11+12 oktober KCO

biografie

mariss jansons, dirigentWat is het geheim van Mariss Jansons, die zijn orkesten steeds weer tot een hoger niveau en inter-nationale erkenning weet op te stuwen? Hij omschreef het zelf als volgt: ‘Het is mijn taak om uit tevinden wat het orkest goed kan en om dat te koesteren en te bewaren. Dan zal ik, als in een natuur-lijk proces, zelf wat aan het orkest toevoegen – en zij aan mij – en zo zal het goed zijn.’ En dat hetgoed is, dat bleek al snel na zijn komst als chef van het Koninklijk Concertgebouworkest in 2004. Muziek zit Mariss Jansons in het bloed. Zijn vader was dirigent, zijn moeder zangeres bij de opera inLetland. Jansons studeerde viool en directie in Sint-Petersburg. Hij deed vervolgstudies in Wenen enSalzburg bij Hans Swarovsky en Herbert von Karajan. In 1973 werd hij assistent van JevgeniMravinski bij het orkest van Sint-Petersburg, waar ook zijn vader dirigent was. Van 1979 tot 2000was hij chef-dirigent van het Oslo Filharmonisch Orkest, dat hij groot internationaal aanzien gaf. Alsgastdirigent van orkesten als de Berliner en Wiener Philharmoniker, het London PhilharmonicOrchestra en de grote orkesten van de Verenigde Staten gaf hij wereldwijd vele concerten. In 1997werd Mariss Jansons music director van het Pittsburgh Symphony Orchestra (tot 2004) en in 2003chef-dirigent van het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks. Nadat hij sinds zijn debuutin 1988 vrijwel jaarlijks te gast was geweest bij het Koninklijk Concertgebouworkest, werd hij in2004 chef-dirigent. Hij is de zesde chef sinds de oprichting van het orkest in 1888. Voor zijn verdien-sten ontving Mariss Jansons meerdere onderscheidingen, zoals het lidmaatschap van de RoyalAcademy of Music in Londen, van het Gesellschaft der Musikfreunde in Wenen, het ÖsterreichischesEhrenkreuz für Wissenschaft und Kunst, de Letse Orde van de Drie Sterren en de Maximiliaansordevan de Duitse deelstaat Beieren.

anja harteros, sopraanAnja Harteros brak definitief door toen ze in 1999 de Cardiff Singer of the World Competition won.Ze zong bij vrijwel alle grote operahuizen in Europa en de Verenigde Staten. Zo vertolkte ze Susannain Mozarts Le nozze di F igaro bij De Nederlandse Opera in 2001 en de titelrol in Händels Alcina bij deWiener Staatsoper in 2010. Ook was ze te gast bij de Metropolitan Opera in New York, het RoyalOpera House Covent Garden in Londen en zong ze tijdens de Salzburger Festspiele. In juni 2010 zongAnja Harteros Strauss’ Vier letzte Lieder met het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunksonder leiding van Mariss Jansons en met het Orchestre Philharmonique de Radio France onder lei-ding van Myung-Whun Chung. Bij de Berliner Philharmoniker, de Accademia Nazionale di SantaCecilia in Rome, het orkest van La Scala in Milaan en de Staatskapelle Dresden soleerde ze in Verdi’sRequiem en bij het Boston Symphony Orchestra zong ze de Amerikaanse première van Pärts Comoanhela la cierva. In juli 2007 werd haar de titel ‘Bayerischen Kammersängerin’ verleend. AnjaHarteros werkte eerder samen met het Koninklijk Concertgebouworkest tijdens de Kerstmatinee in2011 toen ze onder leiding van Bernard Haitink soleerde in de Vier letzte Lieder van Richard Strauss.

koninklijk concertgebouworkestZie de biografie op pagina 116.

P R E L U D I U M - oktober 2012 53

grote zaal

>

koninklijk concertgebouworkestdo 11 | okt

toelichting

wagenaar: ouvertureDe liefde, dat kan het paradijs zijn, maarnet zo goed een slangenkuil. En toch: wiede ware liefde kent – en die vindt in eenandere persoon, in religie, of desnoods in dekunst – weet het banale aardse bestaan tenlangen leste te overstijgen, al moet men dedood daarbij wellicht voor lief nemen. Dezoektocht naar bevrijding kan leiden tothooggestemde idealen zoals verklankt in de

Mariss Jansons

52

Serie D20.15 uur – tweede concert

Koninklijk ConcertgebouworkestMariss Jansons dirigentAnja Harteros sopraan

Johan Wagenaar 1862-1941Ouverture ‘De getemde feeks’, op. 25 (1909)

Richard Strauss 1864-1949Allerseelen (1885, orkestratie door Robert Heger, jaartalonbekend)eerste uitvoering door het Koninklijk Concertgebouworkest

Die heiligen drei Könige aus Morgenland (1906, orkestratie1906)

Waldseligkeit (1901, orkestratie 1918)

Wiegenlied (1899, orkestratie 1900)

Morgen! (1894, orkestratie 1897)

Zueignung (1885, orkestratie Robert Heger 1929)eerste uitvoering door het Koninklijk Concertgebouworkest

pauze

Jörg Widmann 1973Teufel Amor (2009, revisie 2011) symfonische hymne naar Schillergeschreven in opdracht van het WienerKonzerthausgesellschaft, het Théâtre des Champs-ElyséesParis, KölnMusik en Het Concertgebouw;Nederlandse première

muziek van Richard Strauss, maar ook toteen schizofreen maar gewichtig portret vande liefde als Teufel Amor van Jörg Widmann.Als opmaat klinkt Johan WagenaarsOuverture ‘De getemde feeks’. Deze composi-tie, Wagenaars beroemdste, werd in 1909geschreven als inleiding op het toneelstukThe Taming of the Shrew van Shakespeare.

Over de vermeend vrouwonvriendelijkeinhoud is sindsdien veel gediscussieerd. Dekoppige Katharina wordt door Petruchiopsychologisch net zo lang onder druk gezettot ze zwicht en zich voegt in het keurslijfvan gewillige echtgenote. Wie geen wareliefde vindt, kan een vrouw altijd nog mid-dels manipulatie naar zijn hand zetten, lijkt

Dit programma wordt ook gespeeld in deA-serie op 12 oktober en wordt dan

opgenomen door de AVRO voor uitzendingop 28 oktober om 14.15 uur via Radio 4.

Richard StraussTod und Verklärung, op. 24 (1888-89)symfonisch gedicht voor groot orkest

begin van de pauze ca. 21.00 uureinde van het concert ca. 22.30 uur

Page 2: Concerttoelichting 11+12 oktober KCO

P R E L U D I U M - oktober 2012 55

grote zaal

>

do 11 | okt

de boodschap. Of is Katharina geen feeksmaar een moderne feministe?Wagenaar benadrukt in zijn ouverture voor-al de humor van het toneelstuk, met virtuo-ze partijen en flitsende overgangen die goedvan Richard Strauss lijken afgekeken. Zie ook Componistenleven op pagina 29.

strauss: liederenSopraan Pauline de Ahna was excentrieken rap van tong, en bleek daarmee deideale match voor de ijdele RichardStrauss; hun huwelijk was langdurig enwaarschijnlijk overwegend gelukkig. Alsdirigent begeleidde hij zijn muze en echt-genote tijdens concerten in Europa en deVerenigde Staten, waarbij zijn eigen liede-ren regelmatig op het programma stonden.Het lijken soms regelrechte liefdesverkla-ringen. Zo is in Waldseligkeit naar een tekst vanRichard Dehmel de overgave aan de andercompleet, in dat intieme moment dat denacht valt. De boombladeren hoor je in deorkestpartij ruisen. Morgen! is eveneenseen heiligverklaring van de liefde maarlijkt tevens een droomwens, want of dedag van morgen daadwerkelijk komt isniet gegarandeerd. Strauss’ onovertroffenorkestratiekunsten blijken uit het lied Dieheiligen drei Könige aus Morgenland. Gepast

majestueus worden de drie koningen metkoper omspeeld, trillers van houtblazersverklanken de tranen van de toekomstigeVerlosser, celesta en harp accentueren defonkelende sterrennacht. Het is bijna niet te geloven dat Strauss zijnWiegenlied oorspronkelijk wél met pianobe-geleiding schreef. Zijn latere orkestratie isuiterst delicaat. Met ragfijne vioolvlinder-slagen, fluittonen en pizzicato’s wordt hettoegezongen kind goudglanzend zand inde ogen gestrooid. Dat de liefde de dood soms lijkt te overle-ven, daarvan getuigt Allerseelen, naar eengedicht van Hermann von Gilm. MetAllerheiligen, de jaarlijkse katholieke her-denking van de doden in november, hooptde ik-figuur met de verloren geliefde nogeens het geluk te herbeleven, ‘wie einst imMai’. Strauss schreef het lied op zijn een-entwintigste, en voerde het met Paulinenog jarenlang zeer regelmatig uit.In Zueignung is de extase volledig, en de‘ik’ niet compleet zonder de ander. Maarterloops wordt de keerzijde van die afhan-kelijkheid genoemd: ‘Liebe macht dieHerzen krank.’

widmann: teufel amor‘De liefde bevat meer tegenstellingen danwat ook ter wereld: hemel en hel, plezieren leed, paradijs en slangenkuil.’ Alduscomponist en klarinettist Jörg Widmann,die inspiratie voor zijn nieuwe orkestwerkTeufel Amor vond bij een gedicht vanFriedrich Schiller. Althans, van Schillersgelijknamige gedicht Teufel Amor is slechtséén kort fragment overgeleverd. Maar datis meteen een gedicht op zich, en een pas-sende illustratie bij Widmanns opvattingvan liefde als een vat vol tegenstrijdighe-den: Süsser Amor verweile/Im melodi-schen Flug – Zoete liefde, vertoef in eenmelodische vlucht. Stilstand in beweging,beweging in stilstand. De paradox is in eenmuzikale frase gevat.Widmann is zich zeer bewust van deDuitse muziektraditie. De ernstige twintig-ste eeuw van de late Mahler, Schönberg enBerg klinkt door in zijn muziek, die somsdesolaat lijkt maar ook kan uitbarsten inextreem dissonante en energieke clusters.

54

richard strauss - liederenAllerseelen Stell auf den Tisch die duftenden Reseden,Die letzten roten Astern trag herbei,Und lass uns wieder von der Liebe reden,Wie einst im Mai.

Gib mir die Hand, dass ich sie heimlich drückeUnd wenn man’s sieht, mir ist es einerlei,Gib mir nur einen deiner süssen Blicke,Wie einst im Mai.

Es blüht und funkelt* heut auf jedem Grabe,Ein Tag im Jahr ist ja den Toten frei,Komm an mein Herz, dass ich dich wieder habe,Wie einst im Mai.

Hermann von Gilm zu Rosenegg (1812-1864)

Die heiligen drei Könige aus MorgenlandDie heil’gen drei Kön’ge aus Morgenland,Sie frugen in jedem Städtchen:‘Wo geht der Weg nach Bethlehem,Ihr lieben Buben und Mädchen?’

Die Jungen und Alten, sie wussten’s nicht, Die Kön’ge zogen weiter;Sie folgten einem goldenen Stern,Der leuchtete lieblich und heiter.

Der Stern blieb stehn über Josephs Haus,Da sind sie hineingegangen;Das Öchslein brüllte, das Kindlein schrie, Die heil’gen drei Könige sangen.

Heinrich Heine (1797-1856)

WaldseligkeitDer Wald beginnt zu rauschen,Den Bäumen naht die Nacht;Als ob sie selig lauschen,Berühren sie sich sacht.

Und unter ihren Zweigen,Da bin ich ganz allein.Da bin ich ganz mein eigen:Ganz nur dein.

Richard Dehmel (1863-1920)

WiegenliedTräume, träume, du mein süsses Leben,Von dem Himmel, der die Blumen bringt.Blüten schimmern da, die bebenVon dem Lied, das deine Mutter singt.

Träume, träume, Knospe meiner Sorgen,Von dem Tage, da die Blume spross;Von dem hellen Blütenmorgen,Da dein Seelchen sich der Welt erschloss.

Träume, träume, Blüte meiner Liebe,Von der stillen, von der heil’gen Nacht,Da die Blume Seiner LiebeDiese Welt zum Himmel mir gemacht.

Richard Dehmel

Morgen!Und morgen wird die Sonne wieder scheinen,Und auf dem Wege, den ich gehen werde,Wird uns, die Glücklichen, sie wieder einenInmitten dieser sonnenatmenden Erde...

Und zu dem Strand, dem weiten, wogenblauen,Werden wir still und langsam niedersteigen,Stumm werden wir uns in die Augen schauen,Und auf uns sinkt des Glückes stummes Schweigen...

Karl Friedrich Henckell (1864-1929)

ZueignungJa, du weisst es, teure Seele,Dass ich fern von dir mich quäle,Liebe macht die Herzen krank,Habe Dank.

Einst hielt ich, der Freiheit Zecher,Hoch den Amethysten-Becher,Und du segnetest den Trank,Habe Dank.

Und beschworst darin die Bösen,Bis ich, was ich nie gewesen,Heilig, heilig ans Herz dir sank,Habe Dank.

Hermann von Gilm zu Rosenegg

* ‘funkelt’ is bij R. Strauss: ‘duftet’

orkestfeitenWagenaar: Ouverture ‘De getemde feeks’- Eerste uitvoering op 1 mei 1910 onder leiding van de componist.- Laatste uitvoering op 10 mei 2001 onder leiding van Edo de Waart.

Strauss: Morgen!- Eerste uitvoering in januari 1904 met Willem Mengelberg en

Hermine Bosetti. - In 1905 uitgevoerd onder leiding van de componist met als soliste

Pauline Strauss-de Ahna.- Laatste uitvoering in november 2006 met Bernard Haitink en

Christine Schäfer.

Strauss: Tod und Verklärung- Eerste uitvoering op 7 oktober 1897 onder leiding van de

componist.- Laatste uitvoering op 9 april 2008 met Daniele Gatti in Madrid.

Page 3: Concerttoelichting 11+12 oktober KCO

tod und verklärungIn der ärmlich kleinen Kammer, Matt vom Lichtstumpf nur erhellt, Liegt der Kranke auf dem Lager. Eben hat er mit dem Tod Wild verzweifelnd noch gerungen. Nun sank er erschöpft in Schlaf, Und der Wanduhr leises Ticken Nur vernimmst du im Gemach, Dessen grauenvolle Stille Todesnähe ahnen lässt. Um des Kranken bleiche Züge Spielt ein Lächeln wehmutsvoll. Träumt er an des Lebens Grenze Von der Kindheit goldner Zeit?

Doch nicht lange gönnt der Tod Seinem Opfer Schlaf und Träume. Grausam rüttelt er ihn auf, Und beginnt den Kampf auf’s neue. Lebenstrieb und Todesmacht! Welch entsetzenvolles Ringen ! Keiner trägt den Sieg davon, Und noch einmal wird es stille!

Kampfesmüd zurückgesunken, Schlaflos, wie im Fieberwahn, Sieht der Kranke nun sein Leben, Zug um Zug und Bild um Bild, inn’rem Aug vorüberschweben, Erst der Kindheit Morgenrot, Hold in reiner Unschuld leuchtend! Dann des Jünglings kek’res Spiel – Kräfte übend und erprobend – Bis er reift zum Männerkampf, Der um höchste Lebensgüter Nun mit heisser Lust entbrennt. Was ihm je verklärt erschien, Noch verklärter zu gestalten, Dies allein der hohe Drang, Der durch’s Leben ihn geleitet. Kalt und höhnend setzt die Welt Schrank’ auf Schranke seinem Drängen. Glaubt er sich dem Ziele nah, Donnert ihm ein “Halt” entgegen. “Mach die Schranke dir zur Staffel! Immer höher nur hinan!” Also drängt er, also klimmt er, Lässt nicht ab vom heil’gen Drang. Was er so von je gesucht Mit des Herzens tiefstem Sehnen, Sucht er noch im Todesschweiss,

Suchet – ach! Und findet’s nimmer. Ob er’s deutlicher auch fasst, Ob es mählich ihm auch wachse, Kann er’s doch erschöpfen nie, Kann es nicht im Geist vollenden. Da erdröhnt der letzte Schlag Von des Todes Eisenhammer, Bricht den Erdenleib entzwei, Deckt mit Todesnacht das Auge.

Aber mächtig tönet ihm Aus dem Himmelsraum entgegen, Was er sehnend hier gesucht: Welterlösung, Weltverklärung!

Alexander Ritter (1833-1896)

P R E L U D I U M - oktober 2012 57

grote zaal

<

do 11 | okt

Bij Widmann gaat sensualiteit vaakgepaard met sluimerend gevaar, zijn orkes-traal palet kent diepdonkere en steeds ver-schietende kleuren. Het zou mede zijn fas-cinatie voor de donkere kanten van de lief-de kunnen verklaren. Zijn technische beheersing en grenzelozeverbeelding maken Widmann tot een zeergeliefd componist. Teufel Amor was eenprestigieuze co-opdracht van het WienerKonzerthausgesellschaft, het Théâtre desChamps-Elysées Paris, KölnMusik en HetConcertgebouw en zou in premièregebracht worden door de Wiener Philhar-moniker. De wereldpremière in Keulen in2009 moest echter worden geannuleerdomdat de partituur niet tijdig af was. Depremière werd vorig seizoen gegeven doorde Wiener Philharmoniker met dirigentAntonio Pappano. ‘Het lijkt wel de Elfdesymfonie van Mahler in een modernistischevoltooiing’, noteerde een enthousiasterecensent. Een ander trok de vergelijkingmet de virtuositeit van Richard Strauss ende zeggingskracht van Richard Wagner. De dertig minuten durende muziek roertzich ‘mit Geheimnis’ vanuit de laagte, metlange noten van tuba, trombone en contra-basklarinet. Duivelse uitbarstingen volgensnel, waarna in een lyrische centrale sectievol strijkers de welluidendheid aan krachtwint en de liefde zinderend zingt. Aan het plots felle slot blijft onduidelijk ofde liefde verlossing biedt. De duivel en deliefde lijken twee kanten van dezelfdemedaille. Widmann: ‘Teufel Amor is eensymfonische hymne waarin de wonderenvan de liefde worden geprezen, al neemtdie liefde soms duivelse gedaanten aan.’Zie ook het interview op pagina 18 en De Gift oppagina 40.

strauss: tod und verklärung Kan muziek verlossing bieden? Is het eenhoger levensdoel, of zelfs een alternatiefvoor religie? Het lijkt te gelden voor deagnostische Richard Strauss, die schreef:‘De geschriften van Nietzsche hebben mijnantipathie jegens de christelijke religie, diede gelovigen middels de biecht heeftbevrijd van een eigen verantwoordelijkheidvoor hun doen en laten, versterkt.’ Strauss

gaf de voorkeur aan het eigenzinnige indi-vidu, getuige zijn orkestrale portretten vananarchistische figuren als Macbeth, DonJuan en Tijl Uilenspiegel. Maar of demuziek dan wél verlossing biedt, een mys-tieke opvatting die tijdgenoot GustavMahler zeker wel beviel, daarover huldeStrauss zich graag in dubbelzinnigheden.‘Verlossing?’, zou hij na de dood vanMahler hebben gesteld, ‘ik weet niet waarik van verlost zou moeten worden. Als ik ’sochtends aan mijn bureau zit en een goedidee krijg, heb ik zeker geen verlossingnodig.’Dat het thema van verlossing en het over-stijgen van het aardse gewoel hem zekerbezighield, daarvan getuigt het orkestwerkTod und Verklärung. Het concept hadStrauss zelf bedacht: een stervende artiest,geobsedeerd door een hoger ideaal, komtdoor de dood tot het inzicht dat dit ideaalvoorbij de dood ligt. Strauss’ mentorAlexander Ritter schreef er een hoogdra-vend gedicht bij, dat later door Strauss innuchterder bewoordingen nog eens bij wij-ze van toelichting werd samengevat. Hetideaal wordt verklankt door een stijgendmotief met een dalende secunde als afslui-ting. Dit motief wint aan kracht en glori-eert aan het slot, wanneer de artiest totÜbermensch is verworden en diens ideaalis verklaard en vervuld. Deze Wagneriaanse materie had CosimaWagner, ook een mentor van de jongeStrauss, moeten aanspreken, maar zij wasminder gecharmeerd van de ‘modernisti-sche’ trekjes. En inderdaad, hoe metafy-sisch deze Tondichtung ook is, we horentegelijkertijd een zeer beeldende verklan-king van ‘onregelmatig ademen’. Op hetcruciale ‘verklärende’ moment dat de zielhet lichaam verlaat, klinkt hypnotiserendgeklop op de tamtam: voor Cosima een tik-je te letterlijk, wel adembenemend mooi.

Floris Don

Verklärung; Ferdinand Hodler, 1906-07

56

Page 4: Concerttoelichting 11+12 oktober KCO

vr 12 | okt

58 P R E L U D I U M - oktober 2012 59

grote zaal

<

koninklijk concertgebouworkest

Verlos ons!AAA draait deze week om een spiritueel en filoso-fisch thema: verlossing. Een term die voor velenverbonden blijft met het christelijke geloof, van het‘verlos ons van den boze’ uit het Onze Vader tot deidee van een verlossende god. Als muzikaal uit-gangspunt fungeerde het werk Tod und Verklärungvan Richard Strauss, waarin de uiteindelijke schei-ding van lichaam en ziel in een majesteitelijk slotverklankt wordt: de verheerlijking. Strauss werdsterk beïnvloed door Schopenhauer. Deze Duitsedenker dichtte kunst een grote waarde toe als bren-ger van een tijdelijke verlossing uit de bijna onont-koombare levensdrift waaraan wij mensen onder-worpen zijn. Brengt liefde verlossing? De hedendaagse Duitsecomponist Jörg Widmann liet zich in zijn werkTeufel Amor inspireren door twee overgeleverderegels uit een verloren gegaan gedicht van Schiller.Er wordt hierin een monument voor de liefde opge-trokken, maar het duivelse blijkt er onlosmakelijkmee verbonden te zijn. Rond het concert is weer een breed programmaopgezet, met onder anderen neurobioloog DickSwaab – zit de behoefte aan verlossing ingebakkenin ons brein? –, schrijver Willem Jan Otten, beeldendkunstenaar Gijs Frieling en de Grieks-Nederlandsecomponiste Calliope Tsoupaki. EYE sluit af met eenprogramma rond Goethes Faust: ‘Wie tot het eindvolhardend streeft, hem kunnen wij verlossen’, zin-gen de zwevende engelen hem toe. Een typischgeval van Verklärung.

Serie A 16.00 uur - confrontaties19.15 uur - inleiding20.15 uur - concert22.30 uur - entrée late night café

verlos ons!Koninklijk Concertgebouworkest

Mariss Jansons dirigent

Anja Harteros sopraan

Johan Wagenaar 1862-1941Ouverture ‘De getemde feeks’, op. 25 (1909)

Richard Strauss 1864-1949Allerseelen (1885, orkestratie door Robert Heger, jaartal onbekend)eerste uitvoering door het KoninklijkConcertgebouworkest

Die heiligen drei Könige aus Morgenland (1906,orkestratie 1906)

Waldseligkeit (1901, orkestratie 1918)

Wiegenlied (1899, orkestratie 1900)

Morgen! (1894, orkestratie 1897)

Zueignung (1885, orkestratie Robert Heger 1929)eerste uitvoering door het KoninklijkConcertgebouworkest

pauze

Jörg Widmann 1973Teufel Amor (2009, revisie 2011) symfonische hymne naar Schillergeschreven in opdracht van het WienerKonzerthausgesellschaft, het Théâtre des Champs-Elysées Paris, Köln Musik en Het ConcertgebouwNederlandse première

Richard StraussTod und Verklärung, op. 24 (1888-89)symfonisch gedicht voor groot orkest

begin van de pauze ca. 21.00 uureinde van het concert ca. 22.30 uur

Confrontaties, Inleiding en Entrée Late NightOp vrijdag 12 oktober is er in de Spiegelzaal van 16.00 tot 18.00 uur een interdisciplinairvoorprogramma, Confrontaties, waarin het thema Verlos ons! met muziek, beeldendekunst en debat van verschillende kanten wordt belicht. Om 19.15 uur is er in deSpiegelzaal een inleiding op het concertprogramma door Patrick van Deurzen. Direct naafloop wordt in de glazen uitbouw boven het Concertgebouw Café een Late Night Cafégeorganiseerd door jongerenvereniging Entrée.Kaartjes voor het middagprogramma Confrontaties (€ 10,-) en de inleiding (gratis) zijn verkrijgbaaraan de kassa van Het Concertgebouw, of te reserveren (€ 2,30 administratiekosten per kaartje) via deConcertgebouwlijn, 0900 671 8345 (€ 1,- per gesprek).

Programma-informatieOp de dag van het concert is aan de zaal een gratis programmaboekje verkrijgbaar. Hetbevat de toelichting op het orkestprogramma, biografieën en achtergrondinformatie bijhet thema. Bij De Groene Amsterdammer van 20 september is een speciale bijlage ver-schenen, gewijd aan het thema en de activiteiten die diverse Amsterdamse cultureleinstellingen organiseren.Zie voor het volledige aanbod van activiteiten rond het thema Verlos ons! de aankondiging op pagina 1 en zie ook het interview op pagina 18. Op de weblog www.AAAfestival.nl is ook het program-maboekje te downloaden. Zie ook de toelichting en de biografieën op pagina 52 e.v.

Dit concert wordt opgenomen door de AVRO voor uitzending

op 28 oktober om 14.15 uur via Radio 4.

Two figures; Francis Bacon, 1953