Buitenlandse zaken Zelfs koning kan - incontextproducties.nl · gen van fatwa’s, reageerde met...

2
P olitiek, zou je zeggen, is de strijd om de toekomst: wat gaan we doen, hoe gaan we dat doen? Toch wordt het vaak pas echt interessant als het om de geschiedenis gaat. De eer van het verleden veroveren, dat wil iedereen. De gevechten over vroeger zijn het hevigst als het eigen falen ter discussie wordt gesteld, en het lijkt erop dat hoe zwakker een staat is, hoe spastischer die rea- geert op de openbare behandeling van de eigen zonden. Het gespartel van de Nederland- se regering en het parlement om te ontkomen aan rekenschap over het bloedbad van Rawagede in het toenmalige Nederlands-Indië, werpt om die reden geen gunstig licht op onze nationale psyche. Deze week woonde de Neder- landse ambassadeur in Indonesië voor het eerst de herdenking in Rawagede (tegenwoordig Balong- sari geheten) bij. Hij hield een dee- moedige speech, maar na afloop ontspon zich een direct een debat over het verschil tussen de woor- den ‘spijt’ en ‘excuses’. De ambassadeur gebruikte het eerste, niet het tweede, maar vol- gens hem betekenden ze hetzelf- de. Indonesische toehoorders wa- ren geneigd daar anders over te denken. Zij hoorden reserve. En ze verbonden dat aan de weigering van Nederland om 1945 te erken- nen als het jaar waarin Indonesië onafhankelijk werd, en aan de re- cente uitspraak van de landsadvo- caat dat de misdaden van Rawage- de – waar Nederlandse militairen 431 mannen en jongens doodscho- ten – verjaard zijn. VVD-Kamerlid Hans van Baalen heeft de Nederlandse opstelling welbespraakt verdedigd door er op te wijzen dat wij de koning van Spanje ook niet vragen om excu- ses voor de Tachtigjarige Oorlog. ‘Op een gegeven moment is ge- schiedenis geschiedenis.’ Dat gegeven moment komt, heel verwonderlijk, voor de daders meestal eerder dan voor de slacht- offers. De historische omstandig- heden verschillen, maar het me- chanisme is universeel. De Turkse overheid bijvoorbeeld verbiedt nog altijd elke verwijzing naar de genocide op de Armeniërs in 1915 – des te moediger dat deze week vier Turkse auteurs een open brief publiceerden waarin ze de officiële ontkenning hekelen en hun verontschuldigingen aan- bieden aan hun ‘Armeense broe- ders’. Het is dezelfde moed die de Russische leden van de organi- satie Memorial tonen. Opgericht in 1988, toen de tijd langzaam maar zeker rijp leek voor onder- zoek naar het stalinisme en eer- herstel voor de miljoenen slacht- offers, moet Memorial tegenwoor- dig opereren in een klimaat dat de herinnering aan de jaren van dictatuur wat al te levendig houdt. Op de ochtend van 4 decem- ber viel een speciale eenheid van zeven gemaskerde politie- mannen het kantoor van Memori- al in Sint Petersburg binnen. Ze knipten de telefoonkabels door, verboden de drie aanwezige mede- werkers het pand te verlaten, en namen na een zoektocht van meer dan zeven uur een grote verzame- ling archiefmateriaal mee. Daar- onder documentatie van twintig jaar Sovjet-onderdrukking. Het is een nieuw dieptepunt in de strijd die oud-KGB-agent Vladi- mir Poetin voert tegen de ‘nestbe- vuilers’ die weigeren het verleden te laten rusten. En het maakt deel uit van de campagne van de rege- ring om Josef Stalin te rehabilite- ren, zoals historicus Orlando Figes zegt. Hoezeer de geschiedenis fun- geert als wapen, bleek ook uit Mos- kous weigering om vorige maand de herdenking van de hongers- nood in Oekraïne bij te wonen, Sta- lins moord door uithongering van miljoenen ontrouwe onderdanen, met name Oekraieners. Volgens de Russen overdrijft Oekraïne de ernst van de ‘holodomor’ en maakt dat deel uit van het streven van de regering in Kiev naar aansluiting bij Navo en EU. Het is veelzeggend dat de Grote Vaderlandse Oorlog tegen nazi- Duitsland in Rusland niet genoeg herdacht kan worden, terwijl de Baltische staten geacht worden de herinning aan de Sovjetbezetting te vergeten. De nationalistische geschiedenis kent alleen slachtoffers, geen da- ders. Vorig jaar nam het Nederlandse parlement een motie aan waarin van Japan een ‘volledige spijtbe- tuiging en schadeloosstelling’ werd geëist voor de ‘troostmeisjes’ uit de Tweede Wereldoorlog. Indiener van de motie: VVD- Kamerlid Hans van Baalen. STEVO AKKERMAN [email protected] C hatten met prominente re- ligieuze geleerden, aan- sprekende imams op de buis, meer vrouwen als predikers (mourchidates) en als oelema (schriftgeleerden): sinds de aanslagen in Casablanca van 2003 heeft koning Mohammed VI, leidsman van de gelovigen, een uitgebreid arsenaal aangesproken om Marokko’s gematigde Malekiti- sche traditie beter te verankeren. Onlangs zette hij een volgende stap op die weg. In een handvest be- loofden de koning-schriftgeleerden zich meer onder de mensen te bege- ven om hun geloofsgemeenschap en moskeepersoneel in religieus op- zicht beter te kunnen sturen. Het imamkorps moet op hogere salaris- sen en betere sociale zekerheid kun- nen rekenen. En voor de ‘Marokka- nen in het buitenland’ kondigde de koning de komst van een regionale raad van oelema’s aan, die in Ant- werpen zal zetelen. Broodnodige hervormingen, vindt El Habib Choubani, parlementariër voor de vrome moslims van de op- positiepartij PJD, de Parti de la Justi- ce et du Développement (Partij voor recht en ontwikkeling). “Zoals destijds in Europa de christelijke kerken niet meer aanspraken en in de marge belandden, zie je bij ons mensen in slaap vallen tijdens de vrijdagpreek.” Zonde, zegt Chouba- ni, want de moskeeën stromen elke vrijdag weer vol. Marokkanen blij- ven aan de traditionele islamitische waarden hechten. “Oelema’s en imams moeten hun positie gebrui- ken om de bevolking te sturen in de uitdagingen van het dagelijks le- ven. Want onze godsdienst beperkt zich niet tot de mens als wezen en zijn God, maar spreekt over alle ter- reinen van het leven.’’ Het oppoetsen van de religieuze beleving in Marokko is volgens Choubani vooral noodzakelijk om het morele verval in de samenleving te bestrijden. “Heeft ons systeem van religieuze inkadering de wijd- verbreide corruptie kunnen tegen- gaan? Nee!’’ Radicalisering voorkomen en de invloed van salafisten en wahabie- ten terugdringen, is het doel waar- mee het koningshuis de hervormin- gen doorvoert. Nog steeds rolt de politie met regelmaat al dan niet vermeende terreurcellen op. In sep- tember sloot de overheid de koran- school van Sjeik al Magroui. Diens ‘fatwa’ (in het algemeen een juridisch advies op basis van de Ko- ran) dat meisjes vanaf negen jaar mogen trouwen omdat ze beter in bed zouden presteren dan vrouwen van twintig, leidde tot een storm van verontwaardigde reacties in de media. De door de koning voorgeze- ten Hoge Raad van oelema’s, die het alleenrecht heeft op het uitvaardi- gen van fatwa’s, reageerde met een scherpe veroordeling. Het voor- beeld uit het leven van de profeet zelf, die in een geheel andere histo- rische context met de negenjarige Aïsja trouwde, mocht niet misbruikt worden. Binnen de religieuze belevingswe- reld in Marokko is het schipperen voor de koning tussen liberale krachten, met als belangrijkste ver- tegenwoordiger de minister voor Religieuze Zaken, Ahmed Toufiq, en een conservatief establishment, dat een aantal invloedrijke oele- ma’s telt. In morele kwesties wil de koning niet te soft overkomen. Het recente verbod op een nummer van het Franse weekblad L’Express is daar een voorbeeld van. In een arti- kel getiteld ‘Le choq Mohamed-Je- sus’ (De botsing Mohammed-Jezus) zou de islam onjuist zijn neergezet. “Als aanvoerder der gelovigen is het de rol van de koning bij dit soort kwesties op te treden,” vindt Chou- bani. “Anders hadden wij hem daar wel toe aangespoord.’’ Oelema’s en parlement buigen zich momenteel over de vraag of Marokko’s moudawana, een moder- ne mengelmoes van islamitische en Franse rechtstradities, verder her- vormd moet worden. Zo eist de vrouwenrechtenbeweging gelijk- heid voor de vrouw in het erfrecht. Nu gaat een derde naar de doch- ter(s), en tweederde naar de broer(s). Volgens Choubani is dat ‘een sa- londiscussie’. “Wij pleiten voor een sterkere maatschappelijke partici- patie van de vrouw. Maar er zijn nu eenmaal biologische verschillen met de man. Als je het erfrecht aan- past, zou je ook onze voorschriften voor het huwelijk, de bruidsschat en noem maar op moeten herzien.’’ Touriya Lihia, een vrouwelijke oe- lema in Meknes, trekt er elk weekein- de op uit. “Bijvoorbeeld om vrouwen in afgelegen dorpen, waar meisjes vaak nog op hun dertiende trouwen, uit te leggen dat achttien de wettelijk vastgestelde leeftijd is.” Dat er dis- cussies worden gevoerd over aan- passing van het erfrecht, noemt zij ‘propaganda’. “Dat kan niet, want de Koran is er glashelder over. En aan de wet van Allah kan zelfs de koning niet tornen.’’ De bepalingen zijn bo- vendien heel logisch, betoogt ze. “De moslimman moet zich financieel niet alleen over zijn vrouw, maar ook over zijn ongetrouwde zussen en dochters ontfermen.” “Aan het erfrecht kunnen we wel degelijk sleutelen, het is slechts een kwestie van ‘de juiste religieuze in- kleding’ vinden,” meent daarente- gen hoofdredacteur Benchemsi in het kritische weekblad Tel Quel. Aanpassing is noodzakelijk, schrijft hij, omdat steeds meer vrouwen ge- lijkwaardig aan het huishouden bij- dragen. “Koppel gewoon, zoals we eerder bij polygamie deden, aan de kernbepalingen uit de Koran een setje strenge voorwaarden.’’ PJD’ers kwalificeren de discussies over het erfrecht, maar ook bijvoor- beeld over de afschaffing van de doodstraf, als ‘import van westerse waarden’. Choubani: “Uw levensstijl is niet de onze. We moeten niet uni- form willen worden, diversiteit geeft de wereld juist kleur.” In de steden, zegt hij, leeft een elite die volledig van culturele referentie is veranderd. “Zij wonen samen, trouwen daarna en kunnen elkaar dan zonder ook maar een greintje schuldgevoel be- driegen.’’ Het zijn voor hem de lezers van bladen als Tel Quel en Le Journal, die regelmatig taboes in de samenle- ving proberen te doorbreken. “Deze elite vertegenwoordigt een ultra- minderheid.” T ijdens een debat in Rabat over stereotypen in de Arabi- sche en westerse media, ter gelegenheid van de lance- ring van de Arabische radio van de Wereldomroep, wordt Choubani’s stelling bewaarheid. Emotioneel en verontwaardigd geeft het Marok- kaanse journaille af op het gebrek aan ethiek in de Europese media. “Je drijft niet de spot met de profeet als je weet dat moslims dat niet waarde- ren. Respect, daar gaat het om.” Journaliste Sanaa Elaji van Nicha- ne, Tel Quels Arabischtalige zuster- blad, is de enige die naar de beeld- vorming in de eigen samenleving kijkt. “Wij groeien op in de illusie dat we de absolute waarheid ken- nen. Daarom worden de anderen al- tijd als slecht geportretteerd.’’ Ze pleit voor aanpassing van het schoolcurriculum, maar blijkt een roepende in de woestijn. In haar woorden klinkt de strekking door van een recent artikel in Le Journal over het godsdienstonderwijs. De islam zou vanaf de kleuterschool tot op de universiteiten te veel als ideo- logie, en te weinig in zijn relativiteit worden onderwezen. Wij zijn niet zoals in Saoedi-Ara- bië, zegt oelema Lihia. “De Marok- kaanse islam is flexibel, als veran- deringen maar rijmen met onze reli- buitenland Van Baalen, Stalin en de historie Spastische omgang met eigen zonden Zelfs koning kan De Marokkaanse koning Mohammed VI probeert de islam te moderniseren. En dat betekent schipperen tussen de liberale en conservatieve stromingen. NADINE VAN LOON Buitenlandse zaken Een man bidt voor de schrijn van Moulay Driss ‘Hier leven geen homo’s. De Arabische man valt altijd op vrouwen’ 12 ZATERDAG 13 DECEMBER 2008

Transcript of Buitenlandse zaken Zelfs koning kan - incontextproducties.nl · gen van fatwa’s, reageerde met...

       

Politiek, zou je zeggen, is destrijd om de toekomst: watgaan we doen, hoe gaan wedat doen? Toch wordt het

vaak pas echt interessant als hetom de geschiedenis gaat. De eervan het verleden veroveren, datwil iedereen.

De gevechten over vroeger zijnhet hevigst als het eigen falen terdiscussie wordt gesteld, en hetlijkt erop dat hoe zwakker eenstaat is, hoe spastischer die rea-geert op de openbare behandelingvan de eigen zonden.

Het gespartel van de Nederland-se regering en het parlement om teontkomen aan rekenschap overhet bloedbad van Rawagede in hettoenmalige Nederlands-Indië,werpt om die reden geen gunstiglicht op onze nationale psyche.

Deze week woonde de Neder-landse ambassadeur in Indonesiëvoor het eerst de herdenking inRawagede (tegenwoordig Balong-sari geheten) bij. Hij hield een dee-moedige speech, maar na afloopontspon zich een direct een debatover het verschil tussen de woor-den ‘spijt’ en ‘excuses’.

De ambassadeur gebruikte heteerste, niet het tweede, maar vol-gens hem betekenden ze hetzelf-de. Indonesische toehoorders wa-ren geneigd daar anders over tedenken. Zij hoorden reserve. En zeverbonden dat aan de weigeringvan Nederland om 1945 te erken-nen als het jaar waarin Indonesiëonafhankelijk werd, en aan de re-cente uitspraak van de landsadvo-caat dat de misdaden van Rawage-de – waar Nederlandse militairen431 mannen en jongens doodscho-ten – verjaard zijn.

VVD-Kamerlid Hans van Baalenheeft de Nederlandse opstellingwelbespraakt verdedigd door erop te wijzen dat wij de koning vanSpanje ook niet vragen om excu-ses voor de Tachtigjarige Oorlog.‘Op een gegeven moment is ge-schiedenis geschiedenis.’

Dat gegeven moment komt, heelverwonderlijk, voor de dadersmeestal eerder dan voor de slacht-offers. De historische omstandig-heden verschillen, maar het me-chanisme is universeel.

De Turkse overheid bijvoorbeeldverbiedt nog altijd elke verwijzingnaar de genocide op de Armeniërsin 1915 – des te moediger dat dezeweek vier Turkse auteurs een openbrief publiceerden waarin ze deofficiële ontkenning hekelen enhun verontschuldigingen aan-bieden aan hun ‘Armeense broe-ders’.

Het is dezelfde moed die deRussische leden van de organi-satie Memorial tonen. Opgerichtin 1988, toen de tijd langzaammaar zeker rijp leek voor onder-zoek naar het stalinisme en eer-herstel voor de miljoenen slacht-offers, moet Memorial tegenwoor-dig opereren in een klimaat dat deherinnering aan de jaren vandictatuur wat al te levendighoudt.

Op de ochtend van 4 decem-ber viel een speciale eenheidvan zeven gemaskerde politie-

mannen het kantoor van Memori-al in Sint Petersburg binnen. Zeknipten de telefoonkabels door,verboden de drie aanwezige mede-werkers het pand te verlaten, ennamen na een zoektocht van meerdan zeven uur een grote verzame-ling archiefmateriaal mee. Daar-onder documentatie van twintigjaar Sovjet-onderdrukking.

Het is een nieuw dieptepunt inde strijd die oud-KGB-agent Vladi-mir Poetin voert tegen de ‘nestbe-vuilers’ die weigeren het verledente laten rusten. En het maakt deeluit van de campagne van de rege-ring om Josef Stalin te rehabilite-ren, zoals historicus Orlando Figeszegt.

Hoezeer de geschiedenis fun-geert als wapen, bleek ook uit Mos-kous weigering om vorige maandde herdenking van de hongers-nood in Oekraïne bij te wonen, Sta-lins moord door uithongering vanmiljoenen ontrouwe onderdanen,met name Oekraieners. Volgens deRussen overdrijft Oekraïne deernst van de ‘holodomor’ en maaktdat deel uit van het streven van deregering in Kiev naar aansluitingbij Navo en EU.

Het is veelzeggend dat de GroteVaderlandse Oorlog tegen nazi-Duitsland in Rusland niet genoegherdacht kan worden, terwijl deBaltische staten geacht worden deherinning aan de Sovjetbezettingte vergeten.

De nationalistische geschiedeniskent alleen slachtoffers, geen da-ders.

Vorig jaar nam het Nederlandseparlement een motie aan waarinvan Japan een ‘volledige spijtbe-tuiging en schadeloosstelling’werd geëist voor de ‘troostmeisjes’uit de Tweede Wereldoorlog.

Indiener van de motie: VVD-Kamerlid Hans van Baalen.

STEVO [email protected]

Chatten met prominente re-ligieuze geleerden, aan-sprekende imams op debuis, meer vrouwen alspredikers (mourchidates)

en als oelema (schriftgeleerden):sinds de aanslagen in Casablancavan 2003 heeft koning MohammedVI, leidsman van de gelovigen, eenuitgebreid arsenaal aangesprokenom Marokko’s gematigde Malekiti-sche traditie beter te verankeren.

Onlangs zette hij een volgendestap op die weg. In een handvest be-loofden de koning-schriftgeleerdenzich meer onder de mensen te bege-ven om hun geloofsgemeenschapen moskeepersoneel in religieus op-zicht beter te kunnen sturen. Hetimamkorps moet op hogere salaris-sen en betere sociale zekerheid kun-nen rekenen. En voor de ‘Marokka-nen in het buitenland’ kondigde dekoning de komst van een regionaleraad van oelema’s aan, die in Ant-werpen zal zetelen.

Broodnodige hervormingen, vindtEl Habib Choubani, parlementariërvoor de vrome moslims van de op-positiepartij PJD, de Parti de la Justi-ce et du Développement (Partij voorrecht en ontwikkeling). “Zoalsdestijds in Europa de christelijkekerken niet meer aanspraken en inde marge belandden, zie je bij onsmensen in slaap vallen tijdens devrijdagpreek.” Zonde, zegt Chouba-ni, want de moskeeën stromen elkevrijdag weer vol. Marokkanen blij-ven aan de traditionele islamitischewaarden hechten. “Oelema’s enimams moeten hun positie gebrui-ken om de bevolking te sturen in deuitdagingen van het dagelijks le-ven. Want onze godsdienst beperktzich niet tot de mens als wezen enzijn God, maar spreekt over alle ter-reinen van het leven.’’

Het oppoetsen van de religieuzebeleving in Marokko is volgensChoubani vooral noodzakelijk omhet morele verval in de samenlevingte bestrijden. “Heeft ons systeemvan religieuze inkadering de wijd-verbreide corruptie kunnen tegen-gaan? Nee!’’

Radicalisering voorkomen en deinvloed van salafisten en wahabie-ten terugdringen, is het doel waar-mee het koningshuis de hervormin-gen doorvoert. Nog steeds rolt depolitie met regelmaat al dan nietvermeende terreurcellen op. In sep-tember sloot de overheid de koran-school van Sjeik al Magroui.

Diens ‘fatwa’ (in het algemeen eenjuridisch advies op basis van de Ko-ran) dat meisjes vanaf negen jaarmogen trouwen omdat ze beter inbed zouden presteren dan vrouwenvan twintig, leidde tot een stormvan verontwaardigde reacties in demedia. De door de koning voorgeze-ten Hoge Raad van oelema’s, die hetalleenrecht heeft op het uitvaardi-gen van fatwa’s, reageerde met eenscherpe veroordeling. Het voor-beeld uit het leven van de profeetzelf, die in een geheel andere histo-rische context met de negenjarigeAïsja trouwde, mocht niet misbruiktworden.

Binnen de religieuze belevingswe-reld in Marokko is het schipperenvoor de koning tussen liberalekrachten, met als belangrijkste ver-tegenwoordiger de minister voor

Religieuze Zaken, Ahmed Toufiq,en een conservatief establishment,dat een aantal invloedrijke oele-ma’s telt. In morele kwesties wil dekoning niet te soft overkomen. Hetrecente verbod op een nummer vanhet Franse weekblad L’Express isdaar een voorbeeld van. In een arti-kel getiteld ‘Le choq Mohamed-Je-sus’ (De botsing Mohammed-Jezus)zou de islam onjuist zijn neergezet.“Als aanvoerder der gelovigen is hetde rol van de koning bij dit soortkwesties op te treden,” vindt Chou-bani. “Anders hadden wij hem daarwel toe aangespoord.’’

Oelema’s en parlement buigenzich momenteel over de vraag ofMarokko’s moudawana, een moder-ne mengelmoes van islamitische enFranse rechtstradities, verder her-vormd moet worden. Zo eist devrouwenrechtenbeweging gelijk-heid voor de vrouw in het erfrecht.Nu gaat een derde naar de doch-ter(s), en tweederde naar debroer(s).

Volgens Choubani is dat ‘een sa-londiscussie’. “Wij pleiten voor eensterkere maatschappelijke partici-patie van de vrouw. Maar er zijn nueenmaal biologische verschillenmet de man. Als je het erfrecht aan-past, zou je ook onze voorschriftenvoor het huwelijk, de bruidsschaten noem maar op moeten herzien.’’

Touriya Lihia, een vrouwelijke oe-lema in Meknes, trekt er elk weekein-de op uit. “Bijvoorbeeld om vrouwenin afgelegen dorpen, waar meisjesvaak nog op hun dertiende trouwen,uit te leggen dat achttien de wettelijkvastgestelde leeftijd is.” Dat er dis-cussies worden gevoerd over aan-passing van het erfrecht, noemt zij‘propaganda’. “Dat kan niet, want deKoran is er glashelder over. En aan dewet van Allah kan zelfs de koningniet tornen.’’ De bepalingen zijn bo-vendien heel logisch, betoogt ze. “Demoslimman moet zich financieelniet alleen over zijn vrouw, maar ookover zijn ongetrouwde zussen endochters ontfermen.”

“Aan het erfrecht kunnen we weldegelijk sleutelen, het is slechts eenkwestie van ‘de juiste religieuze in-kleding’ vinden,” meent daarente-gen hoofdredacteur Benchemsi inhet kritische weekblad Tel Quel.

Aanpassing is noodzakelijk, schrijfthij, omdat steeds meer vrouwen ge-lijkwaardig aan het huishouden bij-dragen. “Koppel gewoon, zoals weeerder bij polygamie deden, aan dekernbepalingen uit de Koran eensetje strenge voorwaarden.’’

PJD’ers kwalificeren de discussiesover het erfrecht, maar ook bijvoor-beeld over de afschaffing van dedoodstraf, als ‘import van westersewaarden’. Choubani: “Uw levensstijlis niet de onze. We moeten niet uni-form willen worden, diversiteit geeftde wereld juist kleur.” In de steden,zegt hij, leeft een elite die volledigvan culturele referentie is veranderd.“Zij wonen samen, trouwen daarnaen kunnen elkaar dan zonder ook

maar een greintje schuldgevoel be-driegen.’’ Het zijn voor hem de lezersvan bladen als Tel Quel en Le Journal,die regelmatig taboes in de samenle-ving proberen te doorbreken. “Dezeelite vertegenwoordigt een ultra-minderheid.”

Tijdens een debat in Rabatover stereotypen in de Arabi-sche en westerse media, tergelegenheid van de lance-

ring van de Arabische radio van deWereldomroep, wordt Choubani’sstelling bewaarheid. Emotioneel enverontwaardigd geeft het Marok-kaanse journaille af op het gebrekaan ethiek in de Europese media. “Jedrijft niet de spot met de profeet alsje weet dat moslims dat niet waarde-ren. Respect, daar gaat het om.”

Journaliste Sanaa Elaji van Nicha-ne, Tel Quels Arabischtalige zuster-blad, is de enige die naar de beeld-vorming in de eigen samenlevingkijkt. “Wij groeien op in de illusiedat we de absolute waarheid ken-nen. Daarom worden de anderen al-tijd als slecht geportretteerd.’’

Ze pleit voor aanpassing van hetschoolcurriculum, maar blijkt eenroepende in de woestijn. In haarwoorden klinkt de strekking doorvan een recent artikel in Le Journalover het godsdienstonderwijs. Deislam zou vanaf de kleuterschool totop de universiteiten te veel als ideo-logie, en te weinig in zijn relativiteitworden onderwezen.

Wij zijn niet zoals in Saoedi-Ara-bië, zegt oelema Lihia. “De Marok-kaanse islam is flexibel, als veran-deringen maar rijmen met onze reli-

buitenland

Van Baalen,Stalin en de historie

Spastische omgangmet eigen zonden

Zelfs koning kan De Marokkaanse koning Mohammed VI probeert de islamte moderniseren. En dat betekent schipperen tussen deliberale en conservatieve stromingen.

NADINE VAN LOONBuit

enla

ndse

zake

n

Een man bidt voor de schrijn van Moulay Driss

‘Hier leven geen homo’s.De Arabische man valt altijd op vrouwen’

12 ZATERDAG 13 DECEMBER 2008

 

gie.” De wijdverbreide vrijere sek-suele moraal onder jongeren is voorde oelema onacceptabel. Twee jaargeleden wees onderzoek van kwali-teitskrant L’Économiste uit dat jon-geren om de lieve vrede te bewaren,massaal liegen tegen hun ouders.

De psychische last van zo’n spa-gaat, het liegen, wat vindt Lihiadaarvan? “Wie meer vrijheid zoekt,wil leven als Europeaan. Daarom ishet fenomeen bij ons ontstaan. Overdit soort gedrag is de Koran streng.Voor een ongewenste zwangerschapgelden bijvoorbeeld honderd stok-slagen. Maar dat gebeurt nooit,want mensen verbergen het.’’ Dusalles kan als je het maar verbergt?“Dan is het iets tussen jou en Allah.’’

Volgens de Wereldgezondheids-organisatie worden dagelijks in Ma-rokko zeshonderd illegale abortus-sen verricht. Sociologen, gynaecolo-gen en de vrouwenbeweging pleitenvoor betere seksuele voorlichting eneen versoepeling van de abortuswet-geving. In de krant La Vie Eco zegtPJD’er Othmani dat hij binnen de Ko-ran ook wel enige speelruimte ziet.Eerder leidde een vergelijkbare dis-cussie tot een betere rechtsbescher-ming van de ongehuwde moeder.

Schoorvoetend erkent oelema Li-hia dat Marokko zich ‘ter bescher-ming van het kind’ aanpast aan be-paalde sociale realiteiten. Maar na-denken over een betere rechtsgelijk-heid voor homoseksuelen is haareen stap te ver. “Hier leven geen ho-mo’s. Weet je waarom? Omdat de is-lam alles verbiedt waar ziekten vankunnen komen. Arabische mannenvallen altijd op vrouwen.”

buitenland

Moc

kba

Puin

‘Heb je het gezien?”vroeg mijn assisten-te Svetlana, “er isiets op de Arbat ge-

beurd.” Ik opende een nieuwssi-te op mijn computer. ‘Gebouw in-gestort. Tenminste twee doden.Politie zoekt naar overlevenden.’Op de bijgaande foto leek het als-of een aardbeving Moskou hadgetroffen. Hulpverleners klauter-den over het puin en trokken eenlichaam tevoorschijn. Ik keeknog eens goed, meende iets teherkennen en mompelde: “Hetzal toch niet waar zijn…”

Drie jaar geleden kochten mijnvrouw Ellen en ik een apparte-ment aan een van de oudste enmeest historische straten vanMoskou: de Arbat. Gelegen op devierde etage van een in 1911 ge-bouwd pand, kijken we aan devoorkant uit op de winkelstraat,die uitsluitend voor voetgangerstoegankelijk is, en aan de achter-kant op een plantsoen. Een oasemidden in de stad. Bij aankoopvroegen we ons af hoe stevig onspand was. In het poortje naastons gebouw zaten flinke scheu-ren en overal werd gerenoveerd.Konden de oude vloeren al dienieuwe keukens wel dragen?

We schakelden een bouwkun-dig ingenieursbureau in, en datkwam met een geruststellendrapport. Ja, er was sprake vanverzakkingen, maar niets echt

gevaarlijks. Ellen toverde het ap-partement om in een droom, enik verheugde me op weekeindenvol theater- en museumbezoek.

Maar onze jongens gooiden roetin het eten. Zo midden in het cen-trum op vier hoog was geen bal tetrappen – zij wilden zo snel mo-gelijk weer naar huis. Zonder henbleken die weekendjes een stukminder leuk. Dus besloten weons appartement te verhuren. Ikwas er al maanden niet geweest.

Svetlana kwam inmiddels metaanvullend nieuws. “Nummer 45is helemaal ingestort. Het dak enalle vloeren zijn naar benedengekomen.” Was ons adres nietArbat 47? Het pand pal ernaast?

Ellen had zich naar de plek desonheils gehaast en meldde eenwaar pandemonium. “Op straatligt metershoog puin, maar onspand staat nog,” zei Ellen. “Maarnaast de slaapkamermuur gaapteen gat.” Alle bewoners van denabijgelegen panden werden ge-evacueerd en ambtenaren bekij-ken verder instortingsgevaar. “Ikhou mijn hart vast,” zei Ellen.

Ik bedacht dat we al veel heb-ben meegemaakt in Moskou,maar het instorten van je huis,zoiets verzin je niet! Ruim een et-maal later staat het officiële do-dental op vier. Er wordt gezochtnaar meer slachtoffers. Ons ge-bouw staat. Nog wel.

DERK SAUER

Het was een oasemidden in de stad

niet tornen aan Koran

Op het plein voor de lo-kale Raad van oele-ma’s, pal achter Ra-bats Medinamuren,

pauzeert de vierde lichting vanMarokko’s imam- en mourchi-date-opleiding. De 210 studen-ten, onder wie zestig vrouwen,ronden deze week hun laatstehoorcolleges en communica-tietrainingen af. Daarna be-gint het blokken voor de eind-tentamens, in vakken als theo-logie, vergelijkende gods-dienstwetenschappen enpsychologie. Al naar gelanghun eindscore horen ze in ja-nuari waar in het land het mi-nisterie van Religieuze Zakenhen wil inzetten.

Karima Zouhair (36) gaf ter-wille van de opleiding eenbaan op bij het familietribu-naal van Rabat. “In mijn eigenomgeving en bij het tribunaalzag ik hoe slecht vrouwen hunrechten kennen. Jonge meisjesreageren verbaasd als ik uitlegdat ze voor de islam gelijk aande man zijn.” De vrouwenluisterden naar haar. Daar wil-de ze iets mee doen. Als vrouwmag ze niet de vrijdagpreekleiden. Wel wordt ze klaarge-stoomd om vrouwen thuis, op

school, in gevangenissen enziekenhuizen religieus te be-geleiden.

Ook buiten de moskee oppad gaan, dat is volgens de do-cent sociologie het credo voordeze nieuwe lichting voorgan-gers. De mensen moeten zichvrij voelen alles met hen te be-spreken. “Kijk naar het straat-beeld. Vrouwen kunnen er nubijlopen zoals ze willen. Er ismeer vrijheid. Het is onderdeelvan een nouveau esprit. Welmoeten de voorgangers risico-vol gedrag, dat uitmondt indrugsgebruik, aids, et cetera,helpen voorkomen.’’

Abdellatif Begdouri,kabinetschef van minister Ah-med Toufiq van Religieuze Za-ken, en tevens verantwoorde-lijk voor de opleiding: “Tot nutoe hebben we zeshonderd af-gestudeerden uit eerdere lich-tingen overal verspreid in Ma-rokko kunnen inzetten. Eenkleine groep voor een land dat44.000 moskeeën telt. Des temeer werk is er voor de afge-studeerden te doen. Ook bij-voorbeeld in het bijscholenvan een oudere generatieimams.’

Abdou Gamoumen (23) kan

niet wachten als imam aan deslag te gaan. Regelmatig oe-fent hij zijn preektechniek opmedestudenten, en volgensmedestudente Karima metsucces. “Hij inspireert.” Strakshoopt Ganoumen radicalise-ring te bestrijden, maar ookmensen aan te spreken die ‘nuver van de religie staan’. Hetzou zonde zijn, zegt hij, alsMarokkanen op een meer per-soonlijke manier hun gods-dienst gaan beleven. “Dekracht van collectieve religieu-ze activiteiten is juist dat heteen gemeenschapsgevoelkweekt.’’

Karima voegt daaraan toe:“Als ik vijf keer per dag bid, menetjes aan de ramadan houd,wil dat niet zeggen dat ik nietvrij ben. Dat is een misvatting.Het is onze rol Marokkanen uitte leggen dat islam en moder-nisering heel goed samengaan. Zo wordt mij wel eensgevraagd of mijn comfortabelelevensstijl, kinderen op eengoede school, een auto, welrijmt met de islam. De islam isjuist een open godsdienst is,zeg ik dan, die meegaat met detijd.”

NvL

in de middeleeuwse Marokkaanse stad Fes. Driss is de meest vereerde heilige in het land en Fes is een geliefd bedevaartsoord. FOTO KHALED EL FIQI/EPA

‘Meegaan met de tijd’

ZATERDAG 13 DECEMBER 2008 13