Brief Economische zaken

6

Click here to load reader

Transcript of Brief Economische zaken

Page 1: Brief Economische zaken

Bijlage.

Beantwoordinq van vragen uit de insectensector over de mogelijkheden en restricties

m.b.t. de vervoederinq van insecten(-producten) aan nezelschaps- en

landbouwhuisdieren.

De insectensector heeft specifieke vragen gesteld inzake knelpunten in (EU-) wet- en regelgeving.

De vragen betreffen het vervoederen van bepaalde categorieen substraat aan insecten, in relatie

tot het gebruik van deze insecten voor de productie van voedermiddelen voor bepaalde

doelmarkten. Daarnaasts komt de problematiek rond registratie en erkenning van bedrijven aan de

orde.

Het gaat om vier situaties waarbij telkens drie verschillende soorten substraat aan insecten wordt

verstrekt; in totaal zijn er dan ook 12 combinaties van 'substraat-insecten(product)- doeldier',

waarbij per combinatie aangegeven wordt of en welke knelpunten aanwezig zijn.

De vier situaties zijn:

- het gebruik van insecteneiwitten bestemd voor voeder voor gezelschapsdieren.

- het gebruik van insectenvetten bestemd voor voeder voor gezelschapsdieren, aquacultuur,

pluimvee en varkens.

- het gebruik van insecteneiwitten bestemd voor de productie van voeder voor aquacultuur.

- het gebruik van gehydrolyseerde eiwitten voor de productie van voeder voor gezelschapsdieren,

aquacultuur, pluimvee en varkens.

De drie vormen van substraat zijn:

- 100% plantaardig substraat

- 100% plantaardig substraat, met ei en zuivel

- 100% plantaardig substraat, met ei en zuivel, en vlees(producten) en vis(producten)

I. Per situatie en substraatsoort wordt aangegeven aan welke restricties de

vervoedering gebonden is.

1. Insecteneiwitten bestemd voor voeder voor gezelschapsdieren

la) Substraat is 100% plantaardig materiaal

De vervoedering van puur plantaardig materiaal aan landbouwhuisdieren, in casu insecten, is niet

aan restricties gebonden.

De eiwitten, die uit de insecten geproduceerd warden, mogen gebruikt worden voor de productie

van voedermiddelen bestemd voor gezelschapsdieren op grond van artikel 35 van Verordening

(EG) nr. 1069/2009.

lb) Substraat is 100% plantaardig materiaal met zuivel en eieren (en hiervan afgeleide producten)

De vervoedering van plantaardig materiaal aan landbouwhuisdieren, in casu insecten, is niet aan

restricties gebonden. Met betrekking tot de dierlijke producten (zuivel en eieren) in het substraat

geldt dat Verordening (EU) nr. 142/2011 in Bijlage X, Hoofdstuk II, afdeling 10 toestemming geeft

tot het vervoederen van dit materiaal aan landbouwhuisdieren. In deze afdeling staan vvm

genoemd die zonder restricties gevoederd kunnen worden aan alle landbouwhuisdieren, waaronder

zuivel en eieren. Het gaat hier om samengestelde producten, zoals snoep, pasta, koekjes e.d.

De eiwitten, die uit de insecten geproduceerd worden, mogen gebruikt worden voor de productie

van voedermiddelen bestemd voor gezelschapsdieren op grond van artikel 35 van Verordening

(EG) nr. 1069/2009.

1c) Substraat is 100% plantaardig materiaal met zuivel en eieren en vlees(producten) en

vis(producten)

De vervoedering van plantaardig materiaal aan landbouwhuisdieren, in casu insecten, is niet aan

restricties gebonden. De vervoedering van zuivel en ei aan de insecten is toegestaan op grond van

Page 2: Brief Economische zaken

bijiage X, hoofdstuk II, afdeling 10 van Verordening (EU) nr. 142/2011. De vervoedering van vvm

met vlees(producten) en vis(producten) aan landbouwhuisdieren is niet toegestaan op basis van

artikel 7, lid 1 en 2 en Bijlage IV van Verordening (EG) nr. 999/2001. De conclusie is dat insecten

niet gevoederd mogen worden met vvm die vlees(producten) of vis(producten) bevatten. Let wel:

het gaat ook om vvm die afgeleide producten hiervan bevatten, dus ook vleesextracten,

visextracten e.d.

De vervolgconclusie is dat deze insecten dan ook niet gebruikt mogen worden voor de productie

van voedermiddelen.

2. Insectenvetten bestemd voor voeder voor gezelschapsdieren, varkens, pluimvee en

aquacultuur (de Iaatste drie zijnde niet-herkauwers)

2a) Substraat is 100% plantaardig materiaal

De vervoedering van puur plantaardig materiaal aan landbouwhuisdieren, in casu insecten, is niet

aan restricties gebonden.

De vetten afkomstig uit de verwerking van de insecten kunnen gebruikt worden in voeder voor

landbouwhuisdieren.

2b) Substraat is 100% plantaardig materiaal met zuivel en eieren (en hiervan afgeleide producten)

De vervoedering van plantaardig materiaal aan landbouwhuisdieren, in casu insecten, is niet aan

restricties gebonden. Met betrekking tot de dierlijke producten (zuivel en eieren) in het substraat

geldt dat Verordening (EU) nr. 142/2011 in Bijlage X, Hoofdstuk II, afdeling 10 toestemming geeft

tot het vervoederen van dit materiaal aan landbouwhuisdieren. In deze afdeling staan vvm

genoemd die zonder restricties gevoederd kunnen worden aan alle landbouwhuisdieren, waaronder

zuivel en eieren. Het gaat hier om samengestelde producten, zoals snoep, pasta, koekjes e.d.

De vetten afkomstig uit de verwerking van de insecten kunnen gebruikt worden in voeder voor

landbouwhuisdieren.

2c) Substraat is 100% plantaardig materiaal met zuivel en eieren en vlees(producten) en

vis(producten)

De vervoedering van plantaardig materiaal aan landbouwhuisdieren, in casu insecten, is niet aan

restricties gebonden. De vervoedering van zuivel en ei aan de insecten is toegestaan op grond van

bijiage X, hoofdstuk II, afdeling 10 van Verordening (EU) nr. 142/2011. De vervoedering van vvm

met vlees(producten) en vis(producten) aan landbouwhuisdieren is echter niet toegestaan op grond

van artikel 7, eerste en tweede lid, en bijiage IV van Verordening (EG) nr. 999/2001.

De vervolgconclusie is dat deze insecten niet gebruikt mogen worden voor de productie van

voedermiddelen.

3. Insecten eiwit bestemd voor de productie van voeder voor aquacultuur

3a) Substraat is 100% plantaardig materiaal

De vervoedering van puur plantaardig materiaal aan landbouwhuisdieren, in casu insecten, is niet

aan restricties gebonden.

De eiwitten die uit de insecten geproduceerd worden mogen gebruikt worden voor de productie van

voedermiddelen bestemd voor aquacultuur op grond van Bijlage IV, hoofdstuk II, punt c van

Verordening (EG) nr. 999/2001.

3b) Substraat is 100% plantaardig materiaal met zuivel en eieren (en hiervan afgeleide producten)

De vervoedering van plantaardig materiaal aan landbouwhuisdieren, in casu insecten, is niet aan

restricties gebonden. Met betrekking tot de dierlijke producten (zuivel en eieren) in het substraat

geldt dat Verordening (EU) nr. 142/2011 in Bijlage X, Hoofdstuk II, afdeling 10 toestemming geeft

tot het vervoederen van dit materiaal aan landbouwhuisdieren. In deze afdeling staan vvm

Page 3: Brief Economische zaken

genoemd die zonder restricties gevoederd kunnen worden aan alle landbouwhuisdieren, waaronder

zuivel en eieren. Het gaat hier om samengestelde producten, zoals snoep, pasta, koekjes e.d.

De eiwitten die uit de insecten geproduceerd worden mogen gebruikt worden voor de productie van

voedermiddelen bestemd voor aquacultuur op grond van Bijlage IV, hoofdstuk II, punt c van

Verordening (EG) nr. 999/2001.

3c) Substraat is 100% plantaardig materiaal met zuivel en eieren en vlees(producten) en

vis(producten)

De vervoedering van plantaardig materiaal aan landbouwhuisdieren, in casu insecten, is niet aan

restricties gebonden. De vervoedering van zuivel en ei aan de insecten is toegestaan op grond van

bijlage X, hoofdstuk II, afdeling 10 van Verordening 142/2011. De vervoedering van vvm met

vlees(producten) en vis(producten) aan landbouwhuisdieren is niet toegestaan op basis van artikel

7, lid 1 en 2, en Bijlage IV van Verordening (EG) nr. 999/2001.

De vervolgconclusie is dat deze insecten dan ook niet gebruikt mogen worden voor de productie

van voedermiddelen.

4. Gehydrolyseerde eiwitten afkomstig van insecten aan niet-herkauwers en

gezelschapsdieren

4a) Substraat voor de levende insecten is 100% plantaardiq materiaal

De vervoedering van 100% plantaardig materiaal aan landbouwhuisdieren, in casu insecten, is niet

aan restricties gebonden.

De gehydrolyseerde eiwitten, die uit de insecten geproduceerd worden, mogen gebruikt worden

voor de productie van voedermiddelen bestemd voor herkauwers en niet-herkauwende

landbouwhuisdieren op basis van Verordening (EG) nr. 999/2001, Bijlage IV, Hoofdstuk II, a, iv, en

b, i. Onder de niet herkauwende landbouwhuisdieren vallen onder meer pluimvee en varkens. Ook

vissen zijn te classificeren als niet herkauwende landbouwhuisdieren. Hoewel in Verordening (EG)

nr. 999/2001 de mogelijkheden ten aanzien van aquacultuur tot het vervoederen van verwerkte

eiwitten andere dan vismeel worden uitgebreid, blijven de bepalingen voor niet-herkauwende

landbouwhuisdieren toestaan dat gehydrolyseerde eiwitten aan aquacultuur vervoederd kunnen

worden. Het gebruik van de gehydrolyseerde eiwitten voor de productie van voeder voor

gezelschapsdieren is niet expliciet toegestaan op grond van de TSE-verordening. Op basis van

artikel 35 jo. artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1069/2009 is het echter wel toegestaan voeder

voor gezelschapsdieren afgeleid van insecten in de handel te brengen. Voeder afgeleid van insecten

mag derhalve voor gezelschapsdieren in de handel worden gebracht.

4b) Substraat is 100% plantaardig materiaal met zuivel en eieren (en hiervan afgeleide producten)

De vervoedering van plantaardig materiaal aan landbouwhuisdieren, in casu insecten, is niet aan

restricties gebonden. Met betrekking tot de dierlijke producten (zuivel en eieren) in het substraat

geldt dat Verordening (EU) nr. 142/2011 toestemming geeft tot het vervoederen van dit materiaal

aan landbouwhuisdieren in Bijlage X, Hoofdstuk II, afdeling 10. In deze afdeling staan vvm

genoemd die zonder restricties gevoederd kunnen worden aan alle landbouwhuisdieren, waaronder

zuivel en eieren. Het gaat hier om samengestelde producten, zoals snoep, pasta, koekjes e.d.

De gehydrolyseerde eiwitten die uit de insecten geproduceerd worden mogen gebruikt worden voor

de productie van voedermiddelen bestemd voor herkauwers en niet herkauwende

landbouwhuisdieren. Het gebruik van de gehydrolyseerde eiwitten voor de productie van voeder

voor gezelschapsdieren is niet expliciet toegestaan in de TSE-verordening. Op basis van artikel 35

jo. artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1069/2009 is het echter wel toegestaan voeder voor

gezelschapsdieren afgeleid van insecten in de handel te brengen. Voeder afgeleid van insecten mag

derhalve voor gezelschapsdieren in de handel worden gebracht.

4c) Substraat is 100% plantaardig materiaal met zuivel en eieren en vlees(producten) en

vis(producten)

Page 4: Brief Economische zaken

De vervoedering van plantaardig materiaal aan landbouwhuisdieren, in casu insecten, is niet aan

restricties gebonden. De vervoedering van zuivel en ei aan insecten is toegestaan op grond van

bijlage X, hoofdstuk II, afdeling 10 van Verordening (EU) nr. 142/2011. De vervoedering van vvm

met vlees(producten) en vis(producten) aan landbouwhuisdieren is niet toegestaan op basis van

artikel 7, lid 1 en 2 en Bijlage IV van Verordening (EG) nr. 999/2001.

De vervolgconclusie is dat deze insecten dan ook niet gebruikt mogen worden voor de productie

van voedermiddelen.

IL Registratie en erkenningen problematiek

Onder Verordening (EG) nr. 1069/2009 moet een bedrijf door de bevoegde autoriteit worden

erkend indien ze bepaalde activiteiten uitvoert. Hieronder valt onder meer het verwerken van

dierlijke bijproducten door sterilisatie onder druk of andere toegestane methoden. Voor het

verkrijgen van een dergelijke erkenning zal het insectenbedrijf een aanvraag kunnen doen bij de

NVWA.

Voor het gebruik van verwerkte dierlijke eiwitten bestemd voor het voederen van

aquacultuurdieren zullen de verwerkte dierlijke eiwitten afkomstig moeten zijn van een slachthuis

dat door de bevoegde autoriteit is geregistreerd. Het insectenbedrijf kweekt, doodt en verwerkt de

insecten. Dit betekent dat het insectenverwerkingsbedrijf thans door de bevoegde autoriteit

geregistreerd moet zijn als slachthuis op grond van de TSE-verordening. De verordening biedt geen

mogelijkheid om hier op nationaal niveau een uitzondering te maken of hier op een andere wijze

van af te wijken. Het op nationaal niveau gelijk stellen van een insectenbedrijf als slachthuis stuit

op het probleem dat een insectenbedrijf niet aan de bestaande voorwaarden die voor een

registratie aan een slachthuis worden gesteld kan voldoen. Deswege vormt het registratievereiste

een belemmering voor het insectenbedrijf om eiwitten die uit de insecten geproduceerd worden

voor de productie van voedermiddelen voor aquacultuur te gebruiken.

Conclusie

Het vervoederen van vvm inclusief vlees(producten) en vis(producten) aan insecten is niet

toegestaan onder de TSE-verordening. Als gevolg van het vervoederen met vlees(producten) en

vis(producten) is het vervoederen van de uit de insecten geproduceerde eiwitten en vetten voor

het vervoederen aan landbouwhuisdieren en gezelschapsdieren niet toegestaan. Het is dan ook niet

mogelijk de insecteneiwitten en vetten verkregen op basis van een dergelijk substraat voor een

doelmarkt te gebruiken.

Een tweede knelpunt dat in de analyse naar voren komt is het vereiste het insectenbedrijf als

slachthuis te registreren onder de TSE-verordening. De inrichting van een insectenbedrijf wijkt

zodanig af van de huidige gehanteerde registratievoorwaarden dat het niet mogelijk is om op dit

punt aan de TSE-verordening te voldoen.

Hoewel thans de Europese en nationale wet- en regelgeving belet insecteneiwitten voor de

productie van voeder voor de aquacultuur als doelmarkt te gebruiken, bestaat een

wijzigingsvoorstel die de TSE-verordening op het gebied van het gebruik van verwerkte dierlijke

eiwitten van insecten bestemd voor het vervoederen aan niet herkauwende landbouwhuisdieren

amendeert. In het voorstel zou niet langer ervan worden uitgegaan dat voor de verwerkte dierlijke

eiwitten voor de productie van voeder voor aquacultuur afkomstig moeten zijn van een door de

bevoegde autoriteit geregistreerd slachthuis. Hoewel het voorstel als een positieve ontwikkeling

kan worden gezien, zijn de ontwikkelingen nog in een prille fase en is er volop discussie over de

exacte invulling van het amendement.

Page 5: Brief Economische zaken

III. Schematische weer-gave

Voe rstroom Mag j e

voe ren

aa n

i n secte n ?

I n secte n

p rod uct

M a g j e voeren aa n

doe lma rkt

Doe lma rkt/d i e r E rken n i ng of

reg i strat i e?

l a 1 0 0 %

p l a nta a rd i g

JA, va l t

n i et o nde r

ve rbod

va n

a rt i ke l 7 ,

vo .

999/200 1

E iw i t JA, o p bas i s va n a rt i ke l 3 5

vo . 1 069/2009

Geze l sch a psd i e re n Erke n n i n g op g ro n d

va n a rt i ke l 24 l i d 1

s u b a , vo .

1 0 69/2009 .

l b 1 00 %

p l a ntaa rd i g +

e i , zu ive l

JA,

Afd e l i ng

X,

h o ofdstu k

I I , b ij l age

1 0 , vo .

142/20 1 1

E iw it JA, o p bas i s va n a rt i ke l 3 5

vo . 1 069/2009

Geze l scha psd i e ren E rke n n i n g o p g ro n d

va n a rt i ke l 24 l i d 1

s u b a , vo .

1 069/2009 .

i s 1 00 %

p l a ntaa rd i g +

e i , zu i ve l , v l ees

en v i s

N E E, va l t

o nder

ve rbod

a rt i ke l 7 ,

vo .

999/200 1

E iw it nvt Geze l sch a psd i e ren nvt

2a 1 00 %

p l a ntaa rd i g

JA, va lt

n i et o nder

ve rbod

va n

a rt i ke l 7 ,

vo .

999/200 1

Vet JA, voo r

g eze l schapsd i e re n a rt i ke l

3 5 vo . 1069/2009

JA, voo r

l a nd bouwhu i sd i e ren

i n c l us i ef a q u acu l tu u r,

a rt i ke l 3 1 , vo .

1 069/2009 .

Geze l sch a psd i e ren

K i p pe n , v i svoe r,

va rkensvoe r

E rke n n i ng op g ro nd

va n a rt i ke l 24 l i d 1

s u b a , vo . .

1 0 69/2009 .

I d em

2 b 1 0 0 %

p l a ntaa rd i g +

e i , zu ive l

JA,

Afde l i n g

X,

hoofdstu k

I I , b ij l ag e

1 0 , vo .

142/20 1 1

Vet JA, voo r

g eze l scha psd i e ren a rt i ke l

3 5 vo . 1 069/2009

JA, voo r

l a nd bouwhu i sd i e re n

i n c l u s i ef aq u acu l tu u r

a rt i ke l 3 1 , vo .

1 0 69/2009 .

Geze l sch a psd i e ren

Ki p pe n , v i svoer,

va rkensvoer

E rke n n i ng op g ro n d

va n a rt i ke l 24 l i d 1

s u b a , vo .

1 0 69/2009 .

I d em

2c 1 00 %

p l a ntaa rd i g +

e i , zu ive l , v l ees

en v i s

N EE, va l t

o nd e r

ve rbod

a rt i ke l 7,

vo .

999/200 1

Vet nvt Geze l scha psd i e ren ,

k i ppen , v i svoer,

va rke nsvoer

nvt

3 a 1 00 %

p l a ntaa rd i g

JA, va l t

n i et o nder

ve rbod

va n

E iw it JA, p u nt c, hoofdstu k I I ,

b ij l ag e IV, vo . 999/200 1

Vi svoer Reg istrat i e a ls

s l a chth u i s o p g ro nd

va n vo . 999/200 1 ,

B ij l a g e IV,

Page 6: Brief Economische zaken

a rt i ke l 7 ,

vo .

99 9/200 1

H oofd stu k IV, Dee l

D a l smede een

e rke n n i ng a l s

bed r ij f i n g evo l g e

a rt i ke l 24, l i d 1 , su b

a , vo . 1 069/2009

3 b 1 00 %

p l a nta a rd i g +

e i , zu ive l

JA,

Afd e l i ng

X ,

h oofd stu k

I I , b ij l ag e

1 0 , vo .

142/20 1 1

E iw i t JA, pu nt c, hoofdstu k I I ,

b ij l a g e IV, vo . 999/200 1

V i svoe r Reg istrat i e a l s

s l a chth u i s o p g ro n d

va n vo . 999/200 1 ,

B ij l a g e IV,

H oofdstu k IV, Dee l

D a l smede ee n

e rken n i n g a l s

bed rij f i ng evo l g e

a rt i ke l 24, l i d 1 , su b

a , vo . 1 069/2009

3c 1 00 %

p l a nta a rd i g +

e i , zu ive l , v l ees

e n v i s

N EE , va l t

o n d er

ve rbod

a rt i ke l 7 ,

vo .

999/200 1

E i w i t nvt V i svoe r nvt

4a 1 0 0 %

p l a ntaa rd i g

JA, va l t

n i et o nde r

ve rbod

va n

a rt i ke l 7 ,

vo .

99 9/200 1

Ge hyd ro l

ysee rd

e iw it

JA, voo r

g eze l scha psd i e re n a rt i ke l

3 5 vo . 1 069/2009

JA, voo r

l a nd bouwhu i sd i e re n

• i n c l u s i ef aq u acu l tu u r vo .

999/200 1 , b ij l ag e IV,

h oofdstu k I I , b , i .

Geze l scha psd i e re n

K i p pe n , v i svoer,

va rkensvoer

E rken n i n g o p g ro n d

va n a rt i ke l 24 l i d 1

s u b a , vo .

1 069/2009 .

I d em

4b 1 0 0 %

p l a nta a rd i g +

e i , zu ive l

JA,

afde l i ng

X,

hoofd stu k

I I , b ij l a g e

1 0 , vo .

142/200 1

Ge hyd ro l

ysee rd

e iw i t

JA, voo r

g eze l scha psd i e re n a rt i ke l

3 5 vo . 1 069/2009

JA, voo r

l a nd bouwhu i sd i e re n

i n c l u s i ef aq u acu l tu u r vo .

999/200 1 , b ij l ag e IV,

h oofdstu k I I , b , i .

Geze l sch apsd i e ren

K i p pen , vi svoer,

va rke nsvoer

E rken n i ng op g ro nd

va n a rt i ke l 24 l i d 1

su b a , vo .

1 069/2009 .

Idem

4c 1 00 %

p l a ntaa rd i g +

e i , zu ive l , v l ees

en v i s

N EE , va l t

o nd er

ve rbod

a rt i ke l 7 ,

vo .

999/200 1

Gehyd ro l

ysee rd

e iw it

nvt Geze l scha psd i e re n ,

k i p pe n , v i svoer,

va rke nsvoer

nvt