Brede School… … met sportaanbod in Vlaanderen en...

12
Vlaams Tijdschrift voor Sportbeheer 53 N° 206 SPORTPARTICIPATIE In die tekst wordt een drieledige referentiekader voorge- steld dat als basis dient voor het ontwikkelen van een veel- heid aan potentiële activiteiten. 1 “Een ‘Brede School’ is gericht op de brede ontwikkeling van alle kinderen en jongeren door het ondersteunen en/ of creëren van een brede leer- en leefomgeving, waarbin- nen kinderen en jongeren een brede waaier aan leer- en leefervaringen kunnen opdoen.” • Door te denken en te werken vanuit de context van de school, kan men de ambitie om álle kinderen te bereiken hard maken. De school is het medium bij uitstek om kinderen en jongeren ook buiten de schooluren te berei- ken. Er is daarbij bijzondere aandacht voor kinderen en jongeren uit achterstandsgroepen. • Het doel is om de doelgroep in de situatie te brengen waar elke individu zelfstandig op zoek kan gaan naar zijn/haar talenten. Om dit te bereiken is het van belang dat een ‘Brede School’ een diverse waaier aan ervarin- gen biedt. Op deze manier kan de totale persoonlijkheid tot maximale ontplooiing komen. 2 “Om dit doel te realiseren wordt er een breed netwerk opgezet tussen organisaties en overheden uit de verschil- lende sectoren die samen het leren/leven van kinderen en jongeren mee vormgeven en ondersteunen.” • De school is het medium, de ‘markt’ waarbij verschil- lende kramers hun waar (kunnen) komen aanprijzen. Verschillende organisaties uit verschillende sectoren kunnen gevraagd worden om invulling te geven aan inhoud en op die manier mee het aanbod voorzien. Dit genereert een potentieel aan positieve effecten: het aanbod zal kwalitatief in orde zijn doordat het door gedreven organisaties ingevuld wordt, de organisaties hebben een forum om hun overige activiteiten te pro- moten, de kinderen en jongeren kunnen anderzijds een divers, soms minder toegankelijk, aanbod ervaren. Op initiatief van het steunpunt Cultuur, Jeugd en Sport werden in het tweede deel van het voorjaar van 2008 op drie verschillende plaatsen op drie verschillende momenten studiedagen georganiseerd met als duidelijke titel ‘Brede school met sportaanbod’. Het doel van het initiatief was enerzijds de basisidee wijd te verspreiden in Vlaanderen en Brussel en anderzijds om potentiële partners te informeren over deze werkvorm en hen te motiveren om met hier mee aan de slag te gaan. Uit het hoge aantal inschrijvingen mag alvast meer dan gemiddelde interesse blijken, zowel vanuit sport als van andere sectoren waren vertegenwoordigers van organisa- ties aanwezig die zich inzetten op het vlak van bewegen en gezondheid. Voor het steunpunt Cultuur, Jeugd en Sport ontwikkelden Cardon G., De Bourdeaudhuij I., De Martelaer K., Vanreusel B. en Van Waes E. een visietekst die op de studiedagen gepresenteerd werd. Wat vooraf ging: ’Brede School’ De beweging rond ‘Brede school met sportaanbod’ moet gekaderd worden in een ruimer te interpreteren ‘Brede school’-verhaal dat voorafgaand geschreven werd en dat de basis vormde voor de specifieke invulling rond (bewegen en) sporten die gepromoot en ondersteund wordt vanuit het Vlaams steunpunt Cultuur, Jeugd en Sport. Het lijkt ons dan ook nuttig in te zoomen op het ruimere ‘Brede school’-verhaal om de visietekst rond ‘Brede school met sportaanbod’ beter te kunnen kaderen. Vanuit het steunpunt Gelijke Onderwijskansen (GOK) werd door Annelies Joos, Veerle Ernaldsteen, An Lanssens en Marjan Engels een visietekst ‘Brede School in Vlaanderen en Brussel’ voorzien 1 . Brede School… … met sportaanbod in Vlaanderen en Brussel Het concept Brede school is medio 2008 geen ijl begrip meer voor de sportsector. Op het ISB-congres 2008 werd reeds gesteld dat de werkvorm voor sport mogelijkheden heeft bin- nen het luik andersgeorganiseerde sporten van de gemeente (zie Vlaams Tijdschrift voor Sportbeheer nummer 205). In dit artikel een verslag van de op initiatief van het steunpunt Cultuur, Jeugd en Sport georganiseerde studiedagen ‘Brede school met sportaanbod’ en enkele uitgewerkte modellen waarin wordt aangetoond dat ‘Brede School’ noodzakelijk is om jongeren meer kansen te bieden tot sport en beweging. 1 De integrale visietekst “Brede School in Vlaanderen en Brussel” kun je downloaden via www.ond.vlaanderen.be/bredeschool.

Transcript of Brede School… … met sportaanbod in Vlaanderen en...

Page 1: Brede School… … met sportaanbod in Vlaanderen en Brusselisb.colo.ba.be/doc/Artik/Vts/206/+09.Participatie.pdf · 2008. 9. 9. · getalenteerd zijn, de nodige sociale steun niet

Vlaams Tijdschrift voor Sportbeheer 53 N° 206

SPORTPARTICIPATIE

In die tekst wordt een drieledige referentiekader voorge-steld dat als basis dient voor het ontwikkelen van een veel-heid aan potentiële activiteiten. 1 “Een ‘Brede School’ is gericht op de brede ontwikkeling

van alle kinderen en jongeren door het ondersteunen en/of creëren van een brede leer- en leefomgeving, waarbin-nen kinderen en jongeren een brede waaier aan leer- en leefervaringen kunnen opdoen.”

• Door te denken en te werken vanuit de context van de school, kan men de ambitie om álle kinderen te bereiken hard maken. De school is het medium bij uitstek om kinderen en jongeren ook buiten de schooluren te berei-ken. Er is daarbij bijzondere aandacht voor kinderen en jongeren uit achterstandsgroepen.

• Het doel is om de doelgroep in de situatie te brengen waar elke individu zelfstandig op zoek kan gaan naar zijn/haar talenten. Om dit te bereiken is het van belang dat een ‘Brede School’ een diverse waaier aan ervarin-gen biedt. Op deze manier kan de totale persoonlijkheid tot maximale ontplooiing komen.

2 “Om dit doel te realiseren wordt er een breed netwerk opgezet tussen organisaties en overheden uit de verschil-lende sectoren die samen het leren/leven van kinderen en jongeren mee vormgeven en ondersteunen.”

• De school is het medium, de ‘markt’ waarbij verschil-lende kramers hun waar (kunnen) komen aanprijzen. Verschillende organisaties uit verschillende sectoren kunnen gevraagd worden om invulling te geven aan inhoud en op die manier mee het aanbod voorzien. Dit genereert een potentieel aan positieve effecten: het aanbod zal kwalitatief in orde zijn doordat het door gedreven organisaties ingevuld wordt, de organisaties hebben een forum om hun overige activiteiten te pro-moten, de kinderen en jongeren kunnen anderzijds een divers, soms minder toegankelijk, aanbod ervaren.

Op initiatief van het steunpunt Cultuur, Jeugd en Sport werden in het tweede deel van het voorjaar van 2008 op drie verschillende plaatsen op drie verschillende momenten studiedagen georganiseerd met als duidelijke titel ‘Brede school met sportaanbod’. Het doel van het initiatief was enerzijds de basisidee wijd te verspreiden in Vlaanderen en Brussel en anderzijds om potentiële partners te informeren over deze werkvorm en hen te motiveren om met hier mee aan de slag te gaan.Uit het hoge aantal inschrijvingen mag alvast meer dan gemiddelde interesse blijken, zowel vanuit sport als van andere sectoren waren vertegenwoordigers van organisa-ties aanwezig die zich inzetten op het vlak van bewegen en gezondheid.Voor het steunpunt Cultuur, Jeugd en Sport ontwikkelden Cardon G., De Bourdeaudhuij I., De Martelaer K., Vanreusel B. en Van Waes E. een visietekst die op de studiedagen gepresenteerd werd.

Wat vooraf ging: ’Brede School’

De beweging rond ‘Brede school met sportaanbod’ moet gekaderd worden in een ruimer te interpreteren ‘Brede school’-verhaal dat voorafgaand geschreven werd en dat de basis vormde voor de specifieke invulling rond (bewegen en) sporten die gepromoot en ondersteund wordt vanuit het Vlaams steunpunt Cultuur, Jeugd en Sport. Het lijkt ons dan ook nuttig in te zoomen op het ruimere ‘Brede school’-verhaal om de visietekst rond ‘Brede school met sportaanbod’ beter te kunnen kaderen.Vanuit het steunpunt Gelijke Onderwijskansen (GOK) werd door Annelies Joos, Veerle Ernaldsteen, An Lanssens en Marjan Engels een visietekst ‘Brede School in Vlaanderen en Brussel’ voorzien1.

Brede School… … met sportaanbod in Vlaanderen en BrusselHet concept Brede school is medio 2008 geen ijl begrip meer voor de sportsector. Op het ISB-congres 2008 werd reeds gesteld dat de werkvorm voor sport mogelijkheden heeft bin-nen het luik andersgeorganiseerde sporten van de gemeente (zie Vlaams Tijdschrift voor Sportbeheer nummer 205). In dit artikel een verslag van de op initiatief van het steunpunt Cultuur, Jeugd en Sport georganiseerde studiedagen ‘Brede school met sportaanbod’ en enkele uitgewerkte modellen waarin wordt aangetoond dat ‘Brede School’ noodzakelijk is om jongeren meer kansen te bieden tot sport en beweging.

1 De integrale visietekst “Brede School in Vlaanderen en Brussel” kun je downloaden via www.ond.vlaanderen.be/bredeschool.

VTS206_bnw.indd 53VTS206_bnw.indd 53 18-08-2008 11:51:3618-08-2008 11:51:36

Page 2: Brede School… … met sportaanbod in Vlaanderen en Brusselisb.colo.ba.be/doc/Artik/Vts/206/+09.Participatie.pdf · 2008. 9. 9. · getalenteerd zijn, de nodige sociale steun niet

• De ‘Brede School’ kan niet anders als lokaal, op het niveau van de gemeente, vorm krijgen. In een school komen verschillende partners samen. In een ideale ‘Brede School’ wordt ingespeeld op het bestaande aanbod door net een aanbod te voorzien dat lokaal niet aanwezig is. De gemeente kan een dynamiek laten ontstaan, een mogelijke werking coachen.

3 “Een ‘Brede school’ kan alleen groeien en verschil uitma-ken wanneer er sprake is van diversiteit, verbindingen en participatie, zowel op het vlak van de ontwikkeling van kinderen en jongeren, als in de leer- en leefomgeving en binnen het netwerk.”

‘Diversiteit’, ‘verbindingen’ en ‘participatie’ zijn de toets-stenen van een ‘Brede School’.

• Diversiteit: een diversiteit aan inzichten, vaardigheden en attitudes. Een diversiteit aan verschillende levenssfe-ren. Een netwerk van diverse organisaties, personen.

• Verbindingen: op het niveau van het kind, de jongere is het de bedoeling om verschillende vaardigheden te ontwikkelen en die samen te laten komen. Zo kan een sportactiviteit naast de fysieke fitheid er ook voor zor-gen dat er beter gecommuniceerd wordt, dat er op een faire manier met elkaar omgegaan wordt, … Er wordt niet specifiek ingegaan op één facet, het is net het geheel aan competenties dat verbonden moet worden.

• Participatie: de stem van de jongere is cruciaal in het geheel van activiteiten dat ontwikkeld wordt. De jon-gere moet steeds eigenaar kunnen zijn van de invulling die gegeven wordt aan ‘Brede School’.

Het kind/de jongere staat centraal. De basis van de idee achter ‘Brede School’ is extra middelen creëren om de totale ontwikkeling van élk kind, élke jongere mogelijk te maken.Vanuit dit referentiekader is er een zeer brede ruimte om de ideeën in de praktijk te gaan opzetten. Vanuit een breed netwerk aan partners zal elk lokaal ‘Brede School-verhaal’ er anders uitzien. Vormvereisten zijn immers niet.

… met sportaanbod

Dat maakt dat vanuit elke sector die belang kan hebben bij ‘Brede School’ eigen ideeën naar voor geschoven worden. Zoals reeds bij het inleidend deel vermeld, werd vanuit het Vlaams Steunpunt Cultuur, Jeugd en Sport gewerkt aan een document waarbij de mogelijkheden beschreven worden vanuit de invalshoek ‘sport’. Die visietekst kunt u op de volgende pagina’s raadplegen.

In het volgend nummer van het Vlaams Tijdschrift voor Sportbeheer zal een aantal bestaande ‘Brede School’-initiatieven belicht worden. Daarnaast zal bekeken worden op welke manier de gemeente, en specifiek de lokale sportdienst, een rol kan spelen. Het wordt een brede kijk op Brede School met sportaanbod.

Pascal De Maesschalck

medewerker sportparticipatie ISB

DELABIE BENELUX / B.S.C. [email protected] - Tel. +32 (2) 520 16 76

Fax. +32 (2) 520 19 78

DouchepaneelSPORTING

Waterbesparing envandaalbestendig voorcollectieve toepassingen.

Niet vergelijkbaar met douche systemen inopbouw, het paneel SPORTING is ontworpenvoor collectiviteiten:

• Waterbesparing bij de 60%, dank zij eenzelfregulerende waterstraal van 8 L/min eneen zelfsluiting van 30 seconden.

• Vandaalbestendig: bied geen gelegenheidtot het afrukken van de muur en hetdemonteren door de gebruiker (leidingen envijzen zijn verdoken).

• Onderhoud is uitgesloten dank zij dekalkwerende en buisvormige straalverdeler.Wat een oplossing biedt tegenoverdouchekoppen met rooster, waarvan degaatjes verstoppen.

• Eenvoudig onderhoud: het mechanisme isbereikbaar zonder het demonteren van hetpaneel.

• Klaar om te plaatsen, met voorgemengdwater via de bovenkant van het paneel, destraal is richtbaar en vergrendelbaar door deinstallateur.

www.delabie.fr

VTS206_bnw.indd 54VTS206_bnw.indd 54 18-08-2008 11:51:3618-08-2008 11:51:36

Page 3: Brede School… … met sportaanbod in Vlaanderen en Brusselisb.colo.ba.be/doc/Artik/Vts/206/+09.Participatie.pdf · 2008. 9. 9. · getalenteerd zijn, de nodige sociale steun niet

Vlaams Tijdschrift voor Sportbeheer 55 N° 206

SPORTPARTICIPATIE

Inleiding

Om gezondheidsvoordelen te bekomen moeten kinderen en jongeren minimum één uur per dag bewegen aan een matige tot een hoge intensiteit. Een groot aantal kinderen en jongeren haalt deze norm echter niet. Toch kan het aan-moedigen van kinderen en jongeren om meer aan sport en beweging te doen niet bereikt worden door hen simpelweg aan te sporen tot meer beweging. De allereerste stap in dit proces is het creëren van een omgeving die sport en beweging toelaat en aanmoedigt. De meest geschikte omgevingen, waar sport en beweging op een zinvolle manier geïmplementeerd kunnen worden in het leven van kinderen en jongeren, zijn scholen en openbare ruimtes. Het sport- en bewegingsaanbod op school en in haar buurt kan dan ook een belangrijke bijdrage leveren om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk kinderen en jongeren de norm van één uur per dag beweging halen.Hierbij dient de school zich vooral te richten tot diegenen die de norm (nog) niet halen, omdat ze minder sportief getalenteerd zijn, de nodige sociale steun niet krijgen of een gebrek aan motivatie vertonen. Verder zijn ‘sportken-nismaking’, het wegwerken van motorische achterstanden, in de vorm van het tegengaan van bewegingsarmoede, en het vergroten van de deelname aan de bewegingscultuur belangrijke redenen om sport en bewegen op school aan te bieden. Naast deze sportieve doelstellingen dragen sport en beweging op school ook bij tot sociale competenties.Kinderen en jongeren opvoeden, bewegingskansen geven en hun eigen weg laten ontdekken in de huidige bewegingscul-tuur en sport is echter niet enkel een opdracht van de school. Om zoveel mogelijk kinderen en jongeren gezond, actief en sportief te maken, dient de school samen te werken met partners uit de buurt (bv. de gemeentelijke sportdienst) en schoolsportorganisaties. Deze samenwerking kan gere-aliseerd worden door een ‘Brede school’ te creëren. Het concept ‘Brede School’ kan niet gedefinieerd worden in één allesomvattende definitie, maar staat voornamelijk voor een duurzame samenwerking van scholen met andere instel-lingen of partners voor de ontwikkeling van kinderen. Het is een oefening in samenwerking en overleg tussen de ouders, de school en de vrijetijdsbesteding. Een ‘Brede school’ is gericht op de brede ontwikkeling van alle kinderen en jon-geren door het ondersteunen en/of creëren van een brede leer- en leefomgeving waarbinnen kinderen en jongeren een brede waaier aan leer- en leefervaringen kunnen opdoen.

Een meer integrale aanpak en samenwerking tussen ver-schillende afdelingen en beleidsterreinen, kan zich onder andere situeren in het kader van integraal jeugdbeleid. Sport en bewegingsactiviteiten in het kader van de ‘Brede School’ bieden mogelijkheden om bij te dragen tot het creëren van een samenhangend jeugdbeleid. De ‘Brede School met sportaanbod’ biedt een ideale structuur voor de samen-werking tussen partners uit de buurt, het onderwijs en de sport. Ook worden de jongeren door een ‘Brede School met

sportaanbod’ gestimuleerd tot een actieve levensstijl en een positieve bewegingsattitude daar de school veel jongeren bereikt, waardoor de leerlingen op jonge leeftijd in aanra-king komen met sport. Eveneens biedt een ‘Brede School met sportaanbod’ een mogelijkheid tot kennisoverdracht op het gebied van jeugdsport tussen verschillende sectoren. Op die manier kunnen partners uit het onderwijs, de sport en de buurt elkaar versterken. Het is belangrijk dat deze partners hun activiteiten op elkaar afstemmen, zodat een duurzame samenwerking kan ontstaan. Niet alleen door maatschappelijke ontwikkelingen die om meer beweging vragen, zoals groeiend overgewicht en toe-name van passieve vrijetijdsbestedingen van de jeugd, maar ook dankzij gemeentelijke subsidies en initiatieven heeft nu reeds een aantal scholen een sport- en beweegaanbod voor hun leerlingen gecreëerd.

‘Brede School met sportaanbod’ in Vlaanderen

Begin 2006 werd door Minister B. Anciaux de opdracht gegeven aan het Steunpunt Sport, Beweging en Gezondheid om een model te maken voor ‘Brede School met sportaan-bod’ in Vlaanderen. Op basis van vorig onderzoek inzake promotie van sport en beweging op school, een evaluatie van gelijkaardige projecten in binnen- en buitenland en op basis van interviews in het veld, werd een werkmodel opge-steld. Dit werkmodel werd eerst in individuele gesprekken en nadien in een plenaire vergadering met alle actoren in het veld besproken. Deze besprekingen leidden tot onder-staande inhoudelijke invulling van een ‘Brede school met sportaanbod’, modellen, organisatorische aspecten, stap-penplan en mogelijke valkuilen en succesfactoren.

Wat omvat een ‘Brede school met sportaanbod’?Kinderen en jongeren aanzetten tot meer sport en beweging dient in een school zowel tijdens de schooluren (curriculair) als na de schooluren (extra-curriculair) te gebeuren.

• CurriculairBinnen de schooluren moeten de mogelijkheden voor beweging en sport maximaal worden benut. Hierin spelen kwaliteitsvolle en actieve lessen Lichamelijke Opvoeding een sleutelrol. Daarnaast dienen de vrije momenten op school maximaal ‘actief’ te worden ingevuld. De curriculaire pro-motie van sport en beweging buiten de les Lichamelijke Opvoeding steunt op vier krachtlijnen. Deze vier pijlers zijn voor Vlaanderen wetenschappelijk onderzocht en hebben hun effect bewezen (zie volume 1).- Pijler 1: de promotie van middagsport, waarbij moet

gezorgd worden voor een aanbod dat zich ook richt tot de minder sportieve leerlingen.

- Pijler 2: het creëren van een actieve speelplaats door bijvoorbeeld speelkoffers, aanwezigheid van doelen, vol-doende ruimte (eventueel door gespreide speeltijden), geen ballen verbieden, aanwezigheid van een muziekhoek met eigen muziek van de leerlingen, …

Visietekst – Brede School met sportaanbod

VTS206_bnw.indd 55VTS206_bnw.indd 55 18-08-2008 11:51:3818-08-2008 11:51:38

Page 4: Brede School… … met sportaanbod in Vlaanderen en Brusselisb.colo.ba.be/doc/Artik/Vts/206/+09.Participatie.pdf · 2008. 9. 9. · getalenteerd zijn, de nodige sociale steun niet

VTS206_bnw.indd 56VTS206_bnw.indd 56 18-08-2008 11:51:3818-08-2008 11:51:38

Page 5: Brede School… … met sportaanbod in Vlaanderen en Brusselisb.colo.ba.be/doc/Artik/Vts/206/+09.Participatie.pdf · 2008. 9. 9. · getalenteerd zijn, de nodige sociale steun niet

Vlaams Tijdschrift voor Sportbeheer 57 N° 206

SPORTPARTICIPATIE

- Pijler 3: educatie met betrekking tot beweging tijdens de lesuren, om kinderen en jongeren bewust te maken van hun eigen bewegingsgedrag, het belang van beweging te doen beseffen en hen te leren eigen verantwoordelijkheid op te nemen voor hun bewegingsgedrag. In het lager onderwijs kan dit aan de hand van specifieke lesjes (zie bijvoorbeeld ‘Meer en beter bewegen. Binnen en buiten de school.’ PVLO, 2006). Voor leerlingen van het secundair onderwijs werd een bewegingsadvies op maat uitgewerkt dat hiertoe een bijdrage kan leveren en via het internet kan geraadpleegd worden (www.fitteschool.be).

- Pijler 4: het bevorderen van actief transport (te voet en met de fiets) van en naar school. Hierbij staat veiligheid bevorderen centraal, bijvoorbeeld door de organisa-tie van fiets- of voetpoolen. (extra Vlaamse subsidies voor gemeenten ‘Duurzaam naar school’: persmedeling 30/11/07)

• Extra-curriculaire pijler 5Ook buiten de reguliere schooluren is een sport- en bewe-gingsaanbod noodzakelijk: de naschoolse sport. Deze term is enigszins misleidend aangezien deze activiteiten meestal in de school doorgaan. De naschoolse sport moet zich voor-al richten tot kinderen en jongeren, die het sportief talent of de sociale steun missen om in een sportclub te sporten. Er dient een ruim aanbod van sportactiviteiten gedaan worden en het accent ligt op recreatie en zeker niet op competitie. Met andere woorden; plezier staat centraal. Het is ook belangrijk dat er voldoende variatie wordt aangeboden en dat er ook voldoende activiteiten aan bod komen met een hoge transferwaarde (bijvoorbeeld ropeskipping, frisbee, …). De bedoeling is immers dat hetgeen de kinderen in de naschoolse sport gedaan hebben ook in hun vrije tijd kun-nen verder zetten. Het sportaanbod op school wordt daar-om ook best afgestemd op het plaatselijke sportaanbod van de gemeente. Zodoende worden meer doorstroom-mogelijkheden gecreëerd. Specifieke aandacht en aanmoe-digingen moeten gebeuren om kinderen of jongeren aan te zetten om lid te worden van een sportclub. Het is tevens zeer belangrijk dat deze naschoolse sport onmiddellijk aan-sluit bij de reguliere schooluren. Zo komt de naschoolse sport tegemoet aan de vraag van werkende ouders naar meer en betere, ‘actieve’ opvang na school. Voor deze pijler speelt de gemeente een belangrijke rol.

Werkmodellen voor een “Brede school met sportaanbod”.Om te duiden hoe verschillende partners door samenwer-king een ‘Brede school met sportaanbod’ kunnen realiseren, werden modellen uitgewerkt (zie Figuur 1 en Figuur 2). Hierbij werd gekozen om een werkmodel gericht op het lager onderwijs en een model voor het middelbaar onderwijs te onderscheiden. Beide werkmodellen zijn in grote lijnen gelijk. Het belangrijkste verschilpunt is dat in het secundair onderwijs de ‘naschoolse sport- en bewegingsactiviteiten’ schooloverschrijdend kunnen ingevuld worden. De naschoolse sport wordt in de lagere school preferen-tieel georganiseerd in de school zelf. De veiligheid van de kinderen wordt hierdoor gewaarborgd en er is geen extra begeleiding nodig om de kinderen van en naar de sporthal

of andere accommodatie te brengen (tenzij de school niet beschikt over eigen accommodatie). Kinderen uit het lager onderwijs kiezen er ook zelf voor om met hun klas- en schoolvrienden samen te sporten en bewegen. In secundair onderwijs kan schooloverschrijdend gewerkt worden, waarbij jongeren de kans krijgen om een keuze te maken uit verschillende sportactiviteiten.

Figuur 1: Brede School met sportaanbod: Werkmodel lager onderwijs

Figuur 2: Brede School met sportaanbod: Werkmodel secundair onderwijs

Om een ‘Brede school met sportaanbod’ te realiseren, die-nen de verschillende actoren hun taak op te nemen. Een ‘Brede school met sportaanbod’ uitbouwen kan immers enkel mits teamwork, waarbij naast motivatie ook plaats moet zijn voor valorisatie van de uit te voeren taken. De gezondheidscoördinator op school moet kunnen rekenen op de medewerking en steun van een gezondheidsteam, op gemotiveerde schoolsportlesgevers en op de onder-steuning door de gemeentelijke sportdienst. Voor de uitbouw van een ‘brede school met sportaanbod’ speelt tevens de Stichting Vlaamse Schoolsport (SVS) een sleutel-rol. Hieronder wordt een mogelijke taakverdeling omschre-ven.

VTS206_bnw.indd 57VTS206_bnw.indd 57 18-08-2008 11:51:4118-08-2008 11:51:41

Page 6: Brede School… … met sportaanbod in Vlaanderen en Brusselisb.colo.ba.be/doc/Artik/Vts/206/+09.Participatie.pdf · 2008. 9. 9. · getalenteerd zijn, de nodige sociale steun niet

Meer dan 300 nieuwe producten

Janssen-Fritsen n.v. • Klaverbladstraat 2 • 3560 Lummen • Telefoon: 013-53 15 07 • Fax: 013-53 15 10 • E-mail: [email protected] • www.janssen-fritsen.be

Nieuwe catalogus bewegingsonderwijs en turnenNieuwe catalogus bewegingsonderwijs en turnen

Alles wat u nodig heeft!Alles wat u nodig heeft!

VTS206_bnw.indd 58VTS206_bnw.indd 58 18-08-2008 11:51:4518-08-2008 11:51:45

Page 7: Brede School… … met sportaanbod in Vlaanderen en Brusselisb.colo.ba.be/doc/Artik/Vts/206/+09.Participatie.pdf · 2008. 9. 9. · getalenteerd zijn, de nodige sociale steun niet

Vlaams Tijdschrift voor Sportbeheer 59 N° 206

SPORTPARTICIPATIE

De organisatie op school

De gezondheidscoördinatorVanaf september 2007 worden alle scholen sterk aange-moedigd om een gezondheidsbeleidsplan voor hun school op te stellen en uit te voeren. Binnen dit gezondheidsbe-leidsplan krijgt de preventie van overgewicht en obesitas een prioritaire plaats. De promotie van gezonde voeding en voldoende beweging staan hierbij dan ook centraal. Om dit te coördineren is een gezondheidscoördinator of, indien enkel voor het bewegingsluik, een bewegingsco-ordinator noodzakelijk. Vaak is er op school reeds een schoolsportpromotor of -gangmaker met ervaring in het schools sportbeleid aanwezig. Deze is dus een geschikte kandidaat om ook het ruimere bewegingsluik te plannen als bewegingscoördinator. De gezondheidscoördinator leidt het gezondheidsteam dat zal instaan voor het opstellen en uitvoeren van het gezondheidsbeleidsplan op school. De gezondheids-/bewegingscoördinator is bij voorkeur een leerkracht Lichamelijke Opvoeding van de school. Hij/zij heeft het beste zicht op het sport- en beweeggedrag van de jongeren, kan hen stimuleren tot naschoolse bewe-gingsactiviteiten en heeft de expertise om de link te leg-gen met andere aspecten van gezonde levensgewoonten, zoals bijvoorbeeld gezonde voeding. Het is belangrijk dat de school deze functies erkenning geeft en valoriseert in extra taakuren voor deze leerkracht (naar analogie met de zorgcoördinator, ICT-coördinator, etc.) Het is echter niet de bedoeling dat de gezondheids-/bewegingscoördinator alle taken op zich neemt, maar dat hij/zij wordt gesteund door het gezondheidsteam. Zonder dit ‘management’ is het opzetten van een ‘Brede School met sportaanbod’ echter niet mogelijk.

De taken van de gezondheids-/bewegingscoördinator zijn:- Promotie van sport en beweging binnen en buiten de

school;- Overleg met de gemeentelijke sportverantwoorde-

lijke;- Overleg met de lokale privésector;- Overleg met provinciale schoolsportdeskundigen (SVS

coach en Follo, zie verder: ‘organisatie op provinciaal niveau’);

- Overleg met de kernwerkers van SVS;- Overleg met de schoolsportlesgever (meegeven van

de ‘sport-na-school’-visie: plezier centraal);- Contact met andere scholen uit de buurt;- Stimuleren van de kinderen om deel te nemen aan de

naschoolse activiteiten;- De ouders informeren over het belang van bewegen

voor de gezondheid en de werking van de naschoolse activiteiten;

- Coördinatie van de taken binnen het beweegteam.

Het gezondheidsteamHet gezondheidsteam bestaat naast de gezondheidscoördi-nator uit andere gemotiveerde leerkrachten die zich bekom-

meren om de gezondheid van de leerlingen op school en die zich willen engageren voor initiatieven met betrekking tot gezonde beweging en voeding. Het is zeer wenselijk dat de directie ook wordt opgenomen in het team. Een onder-steuning vanuit de directie is namelijk van cruciaal belang voor het slagen van de implementatie van de naschoolse sport en intracurriculaire activiteiten met betrekking tot bewegings- en gezondheidspromotie. Afhankelijk van de schoolcultuur kan ook een vertegenwoordiger van de leer-lingenraad, van de ouderraad en van het ondersteunend en technisch personeel lid zijn van dit team. Het gezond-heidsteam wordt ondersteund door enerzijds, de school-sportdeskundigen (de Follo’s en provinciale SVS-coaches, zie verder in deze tekst) en anderzijds, de gemeentelijke sportdienst.

De taken van het gezondheidsteam zijn:- Oprichten en faciliteren van de naschoolse bewe-

gingsactiviteiten;- Promotie rond actief transport, actieve speelplaats,

middagsport, etc;- Bijkomend kan er aandacht besteed worden aan

de promotie van gezonde voeding. Hierbij kan men beroep doen op het concept ‘Fitte school’ van SVS;

- Communicatie naar het volledige schoolteam;- De naschoolse bewegingsactiviteiten bekend maken

bij de leerlingen en hen stimuleren om deel te nemen.

De schoolsportlesgeversDe naschoolse sportactiviteiten worden liefst gegeven door een vaste schoolsportlesgever. Om kwaliteit en professio-naliteit te waarborgen, is het noodzakelijk om alle school-sportlesgevers een financiële vergoeding te geven voor hun werk. Het is ook zeer belangrijk dat de schoolsportlesgevers worden ingelicht over de visie van de naschoolse sport. Deze visie houdt in dat plezier en recreatief bewegen centraal staan en men zich voornamelijk gaat richten op leerlingen die weinig fysiek actief zijn door een gebrek aan interesse of sportief talent, of door het missen van de nodige sociale steun om extrascolair te sporten. De schoolsportlesgever staat het dichtst bij de leerlingen. Deze is bij voorkeur regent(e) of licentia(a)t(e) in de Lichamelijke Opvoeding (Bachelor/Master) of is laatstejaarsstudent(e) Lichamelijke Opvoeding aan de hogeschool of universiteit. Daarnaast kan ook een beroep gedaan worden op clublesgevers. Clublesgevers hebben echter vaak geen ervaring in het begeleiden van minder getalenteerde kinderen en stellen hoge eisen aan technische aspecten van de sport. Er dient dus over gewaakt te worden dat deze clublesgevers zich niet voornamelijk gaan richten op sportief getalenteerde kinderen en ook hun inhoudelijk aanbod kunnen aanpassen aan minder sportief getalenteerde kinderen. De schoolsport-lesgever staat mee in voor het bevorderen van de doorstro-ming naar de club. Kinderopvangverantwoordelijken zou-den ook de cursus bewegingsanimator kunnen volgen om nog meer in te spelen op ‘actieve kinderopvang’.

VTS206_bnw.indd 59VTS206_bnw.indd 59 18-08-2008 11:51:4718-08-2008 11:51:47

Page 8: Brede School… … met sportaanbod in Vlaanderen en Brusselisb.colo.ba.be/doc/Artik/Vts/206/+09.Participatie.pdf · 2008. 9. 9. · getalenteerd zijn, de nodige sociale steun niet

VTS206_bnw.indd 60VTS206_bnw.indd 60 18-08-2008 11:51:4718-08-2008 11:51:47

Page 9: Brede School… … met sportaanbod in Vlaanderen en Brusselisb.colo.ba.be/doc/Artik/Vts/206/+09.Participatie.pdf · 2008. 9. 9. · getalenteerd zijn, de nodige sociale steun niet

Vlaams Tijdschrift voor Sportbeheer 61 N° 206

SPORTPARTICIPATIE

De taken van de schoolsportlesgever zijn:- Aanbieden van plezierige bewegingsactiviteiten die

niet op competitie zijn gericht;- Leerlingen informatie bieden over de bestaande

sportmogelijkheden (info over clubs, sportkampen, accommodaties, etc.) om de doorstroommogelijkhe-den naar de sportclubs te optimaliseren;

- Meehelpen met het begeleiden wanneer een lesgever uit de lokale sportvereniging initiatiereeksen komt aanbieden.

De gemeentelijke sportdienstDe school zelf richt de naschoolse sport in. De gemeente heeft de mogelijkheden om de school te ondersteunen, dus de gemeente heeft vooral een faciliterende functie.De gemeente staat in het model tevens in voor de school-sportlesgevers. De school betaalt aan de gemeente een vergoeding voor hun lesgever. Dit geld is afkomstig van de deelnamegelden die de school van de leerlingen ontvangt. Dus naast de ondersteunende rol in de activiteiten van de Brede School, heeft de gemeente ook een kleine adminis-tratieve taak. De naschoolse sport is geen sportclub, maar het is wel aangewezen dat de gezondheids- of bewegingscoördina-tor zetelt in de sportraad van de gemeente. Op die manier krijgt hij/zij meer zicht op het lokaal sportlandschap en wordt het gemakkelijker om contacten te leggen met lokale sportactoren. Scholen dienen te worden aangemoedigd om hun speelruimte en accommodatie open te stellen voor clubs, socio-culturele organisaties, etc. Het verhuren van de schoolaccommodatie aan de gemeente geeft de mogelijk-heid om extra middelen te genereren om de sportpromotie van de school te ondersteunen.

De taken van de gemeentelijke sportverantwoordelijke zijn:- Verantwoordelijk voor de schoolsportlesgevers;- Verantwoordelijk voor de financiële, boekhoudkundi-

ge en juridische aspecten wat betreft de (bij voorkeur vaste) schoolsportlesgever;

- De gemeentelijke sportverantwoordelijke (eventueel in samenspraak met de gezondheidscoördinator) staat in voor de bekendmaking van de naschoolse sport naar het lokaal beleid toe. Hij/zij pleit in de gemeente voor financiële ondersteuning voor scholen die in een kansarme wijk gelokaliseerd zijn;

- Ondersteuning bieden (via beleidssubsidies van de Vlaamse gemeenschap van o.a. het ‘Sport-voor-Allen’-decreet, participatiedecreet, duurzaam naar school...);

- Het ter beschikking stellen van gemeentelijke infra-structuur.

De organisatie op provinciaal niveau: SVS

SVS (Stichting Vlaamse Schoolsport) heeft al jaren ervaring in het organiseren en begeleiden van de naschoolse sport in Vlaanderen. SVS krijgt in dit model een ondersteunendeen adviserende functie. Primair ondersteunen zij de scho-len en secundair hebben zij ook de taak om de gemeen-ten te sensibiliseren om de nodige ondersteuning te bieden aan de scholen. De taak van SVS wordt ener-zijds vervuld door de schoolsportdeskundigen, namelijk de Follo’s en SVS-coaches (adviserende functie) en anderzijds door de huidige kernwerkers (ondersteunende functie). De Follo’s, genoemd naar het proefproject ‘Flexibele Leerkracht Lichamelijke Opvoeding’, zijn halftijds gedetacheerde leer-krachten Lichamelijke Opvoeding, die sinds meerdere jaren een praktische expertise en competenties hebben opge-bouwd in initiatieven rond ‘Brede school met sportaanbod’. Concreet bieden de Follo’s en SVS-coaches (twee tot vier per provincie) ondersteuning onder de vorm van advies aan alle actoren die meewerken aan het uitbouwen van de lokale schoolsport, wisselen ze good-practices uit tussen alle betrokken actoren en hebben ze een deskundigheids-bevorderende functie naar de SVS-begeleiders. Een moge-lijke concrete invulling van ondersteuning is hier de directe begeleiding van scholen en gemeenten in het opstarten en verder uitwerken van het ‘Fitte School’-project (www.fitteschool.be) of specifieke naschoolse beweegprojecten zoals Sport Na School (SNS) en Sport Naschools-Actieve Kids (Sportsnack).

De taken van de Follo’s en SVS-coaches (schoolsport-deskundigen) zijn:- Adviseren van alle actoren die zich willen engageren

en meewerken aan het uitbouwen van de lokale schoolsport (gezondheids-/bewegingscoördinator, gemeentelijke sportverantwoordelijke, privésector, kernwerkers, kinderopvang, buurtwerking etc.);

- Kernwerkers opleiden en begeleiden om ondersteu-ning te bieden aan de gezondheidscoördinatoren in de scholen;

- Uitwisselen van good-practices naar de kernwerkers, zowel tussen de gezondheidscoördinatoren als tussen de gemeentelijke sportverantwoordelijken en verschil-lende medewerkers uit de privé;

- Evaluerende functie wat betreft de werking van de naschoolse bewegingsactiviteiten en het ‘beweegma-nagement’.

De taken van de kernwerkers zijn:- Ondersteuning bieden aan de gezondheidscoördina-

toren in de scholen;- Coördinatie verzorgen van de samenwerking tussen

de school, gemeente, sportclub, buurtsport, …;- Projecten aanbieden zoals ‘Fitte school’ en ‘school-

sport geeft kleur’, Sportsnack, … en de bewegingsco-ordinatoren in deze projecten begeleiden;

- Continuïteit inbouwen en opvolgen in de reguliere werking van de betrokken scholen.

VTS206_bnw.indd 61VTS206_bnw.indd 61 18-08-2008 11:51:4918-08-2008 11:51:49

Page 10: Brede School… … met sportaanbod in Vlaanderen en Brusselisb.colo.ba.be/doc/Artik/Vts/206/+09.Participatie.pdf · 2008. 9. 9. · getalenteerd zijn, de nodige sociale steun niet

Visser & Smit Hanab

- AANPASSING AAN DE WETTELIJKE NORMEN- FILTERS- RENOVATIE- SPEELTUIGEN / RECREATIEVE ELEMENTEN- KINDERZWEMBADEN- BEWEEGBARE BODEMS- GLIJBANEN- VERSNELLINGSKANALEN- SAUNA’S- STOOMBADEN- WHIRLPOOLS- ACTIEF KOOL / HYDRO-ANTRACIET / UV LICHT- ZOUTELECTROLYSE - RECUPERATIE VAN SPOELWATER- INOX BADENA

QU

AV

IAVISSER & SMIT HANAB NV - Vosselarestraat 73 - 9850 Landegem

Tel. 09 371 71 71 - Fax: 09 371 71 80 - [email protected]

www.vshanab.be

VTS206_bnw.indd 62VTS206_bnw.indd 62 18-08-2008 11:51:4918-08-2008 11:51:49

Page 11: Brede School… … met sportaanbod in Vlaanderen en Brusselisb.colo.ba.be/doc/Artik/Vts/206/+09.Participatie.pdf · 2008. 9. 9. · getalenteerd zijn, de nodige sociale steun niet

Vlaams Tijdschrift voor Sportbeheer 63 N° 206

SPORTPARTICIPATIE

Succesfactoren Valkuilen

Voor lager en secundair onderwijs

• Vlak na de schooluren: dit werkt drempelverlagend voor kinderen die de stap niet kunnen zetten naar de sport-club.

• Niet alleen de gezondheidscoördinator regelt de sport- en bewegingsactiviteiten tijdens en na de schooluren. Deze wordt bijgestaan door een ondersteunend team, wat bij-draagt tot een betere taakverdeling.

• Gratis accommodatie van de scholen beschikbaar stellen.• Het opzetten van de samenwerkings-verbanden wordt

mede gedragen door SVS.• Er wordt een breed draagvlak gecreëerd (sportclubs,

school (intern en extern).• Financieel: - Ouders kunnen een beroep doen op ziekenfondsen (deelnamegelden) - Het nieuwe ‘Sport-voor-Allen’-decreet kan kansen creëren voor de ‘Brede School met sportaanbod’

• Het vinden van vaste professionele lesgevers die zich wil-len engageren voor naschoolse sport is geen gemakkelijke opdracht. Dit impliceert dat er extra inspanningen zullen moeten worden geleverd om deze schoolsportlesgevers binnen de gemeenten te rekruteren.Het clusteren van versnipperde taakuren in de gemeente of regio via overleg met partners is een mogelijkheid.

• Mentaliteitsprobleem: het is niet altijd even gemakkelijk om gemotiveerde leerkrachten te vinden. Leerkrachten moeten dit als hun ‘taak’ beschouwen.

• Het is belangrijk dat de directeur de implementatie actief mede ondersteunt.

• Indien men geen extra taakuren biedt aan de gezond-heidscoördinator is het moeilijk om een degelijke werking op te starten en te continueren.

Voor lager en secundair onderwijs

• Creatie van (lokale of regionale) ‘combinatiejobs’ om continuïteit in de coördinatie en in lesgevers te houden, dankzij het clusteren van versnipperde taakuren.

• De bredeschoolwerking motiveert tot een integraal jeugd-beleid, een integraal jeugdbeleid stimuleert de brede-schoolwerking.

• De kostprijs voor deelname is laag, maar hoogstwaar-schijnlijk voor kansarme kinderen een drempel om in te schrijven voor de activiteiten. Een ondersteuning door de overheid voor deze doelgroep dient te worden voorzien.

• Creatie van ‘combinatiejobs’ vraagt duidelijke afspraken tussen de betrokken partijen (en sectoren).

Lager onderwijs

• Activiteiten vinden plaats op de school: dit is belangrijk voor de veiligheid van de kinderen, daarenboven moet de school geen extra begeleiding voorzien van en naar de sportaccommodatie.

• Complementair met Initiatieven Buitenschoolse Opvang (IBO): naschoolse sportieve opvang. Dit betekent een absolute meerwaarde in tijden van tekort aan reguliere kinderopvang.

• Terugbetaling van de sportieve kinderopvang aan ouders dankzij fiscale attesten.

Secundair onderwijs

• Activiteiten vinden plaats op de school of in de nabijheid van de school (meestal op wandelafstand).

• Door het gedeelde gebruik van accommodatie kan een brede waaier van sport aangeboden worden. Clubs met een tekort aan infrastructuur kunnen zo tot een duurzaam engagement in een bredeschoolverhaal gemotiveerd wor-den.

• Netoverschrijdend werken is aan te raden omwille van het accommodatiegebruik.

• Er zijn garanties uit onderzoek dat de beoogde doelgroep wordt bereikt.

• Het is moeilijk in te schatten hoeveel leerlingen een bepaalde sport zullen volgen. Dit maakt het soms moeilijk voor de lesgevers.

• Secundaire scholen in kleinere steden of grote gemeente zullen minder mogelijkheden hebben om samen te wer-ken. Zeker dan is het belangrijk dat de gemeente haar accommodatie openstelt voor de naschoolse activiteiten.

Valkuilen en succesfactoren

VTS206_bnw.indd 63VTS206_bnw.indd 63 18-08-2008 11:51:5118-08-2008 11:51:51

Page 12: Brede School… … met sportaanbod in Vlaanderen en Brusselisb.colo.ba.be/doc/Artik/Vts/206/+09.Participatie.pdf · 2008. 9. 9. · getalenteerd zijn, de nodige sociale steun niet

64

SPORTPARTICIPATIE

Besluit

‘Brede School met sportaanbod’ is een pleidooi om kin-deren en jongeren meer kansen te geven m.b.t. sport en beweging. Scholen kunnen dit echter niet alleen. Een ‘Brede School’ is hiervoor noodzakelijk. De hierboven uitgewerkte invullingen en modellen geven aan de verschillende actoren in het veld een mogelijke houvast hoe een ‘Brede School met sportaanbod’ kan worden uitgewerkt en biedt ook voldoende mogelijkheden voor deskundigheidsbevordering en ondersteuning. Deze modellen zijn echter ‘maar’ model-len. Ze dienen geïnterpreteerd te worden als principes en uitgangspunten voor elke individuele ‘Brede school met sportaanbod’. Een ‘Brede School’ moet groeien van onder-uit: het aanbieden van sport en beweging als een taak van de school, het aanstellen van een gezondheidscoördinator, het samenstellen van een gezondheidsteam, het leggen van contacten met gemeente en sportclub, het ontwikkelen van een beleid, overleg met de provinciale schoolsportdeskundi-ge, gesprekken met de schoolsportmedewerkers, enz. Enkel op die manier kunnen scholen uitgroeien tot echte ‘Brede Scholen met sportaanbod’.

Voormalig Steunpunt Sport, Beweging en Gezondheid, nieuwe

Steunpunt Cultuur, Jeugd en Sport (consortium UGent, K.U.Leuven,

VUBrussel) - met Steun van de Vlaamse Gemeenschap

Prof. Dr. Greet Cardon

Universiteit Gent - vakgroep bewegings- en sportwetenschappen

Prof. Dr. Ilse De Bourdeaudhuij

Universiteit Gent - vakgroep bewegings- en sportwetenschappen

Prof. Dr. Kristine De Martelaer

Vrije Universiteit Brussel - vakgroep bewegingsvorming en sporttraining

Prof. Dr. Bart Vanreusel

Katholieke Universiteit Leuven - faculteit bewegings- en revalidatieweten-

schappen, department humane kinesiologie

Eveline Van Waes

Lic. LO - Universiteit Gent - vakgroep bewegings- en sportwetenschappen

Trefwoord(en): brede school, andersgeorganiseerd sporten, sport-

diensten

Stappenplan

Het schema in figuur 3 geeft weer hoe een school best concreet te werk gaat om een ‘Brede school met sportaanbod’ te worden.

Structuur op school?

> Gezondheidscoördinator +

team?

SVS

School

J Nee

Reeds

samenwerkingsverbanden?

Aanstelling

gezondheids-

Coördinator + -team

>School geeft taakuren aan coördinator

SVS treedt in al deze stappen steeds

op als adviserend en sturend

orgaan

1° Samenwerking met gemeente opstarten

2° Samenwerking met derden (privé, club, buurtsport,…)

J Nee

Optimaliseren ondersteuning

van de gemeente

>Gemeente past sportbeleidsplan toe,

met aandacht voor “meer informele

sportbeoefening (buurtsport)

en linken met schoolsport”

Optimaliseren

samenwerkings-

verbanden met derden

Figuur 3: Stappenplan ‘Brede school met sportaanbod’

VTS206_bnw.indd 64VTS206_bnw.indd 64 18-08-2008 11:51:5118-08-2008 11:51:51