Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te...

28
Blokboek P3 BSK Wat is beleid? Avans Hogeschool Academie voor Management en Bestuur Opleiding: BSK Titel: Blokboek P3 BSK Samensteller: Sandra Verhoeven Periode: lesperiode 3 Versie: studiejaar 2013-2014, januari 2014

Transcript of Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te...

Page 1: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK Wat is beleid? Avans Hogeschool Academie voor Management en Bestuur Opleiding: BSK Titel: Blokboek P3 BSK Samensteller: Sandra Verhoeven Periode: lesperiode 3 Versie: studiejaar 2013-2014, januari 2014

Page 2: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

2

Voorwoord Dit blokboek is een gids voor het blok P3. Neem dit blokboek voor de start van het blok goed door. Daarna is het van belang om het blokboek als dagelijkse leidraad te gebruiken. In dit blokboek vind je terug wat er van je verwacht wordt in de verschillende onderdelen van het blok. De bij het blok betrokken docenten en tutoren wensen je een plezierig en leerzaam blok.

Page 3: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

3

Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Handleiding voor het blok 4 1.1 Inleiding 4 1.2 Thema 4 1.3 Competenties 4 1.4 Studiebelasting 5 1.5 Schematisch overzicht blok 6 Hoofdstuk 2 Invulling van de integrale leerlijn: Beroepsproduct 2.1 Inleiding 7 2.2 Beroepsproduct 7 2.3 Wat ga je doen dit blok 7 2.4 Planning van dit blok 9 2.5 Inleveren 10 2.6 Beoordeling 11 2.7 Beoordelingscriteria 11 2.8 Fraude 11 Hoofdstuk 3 Invulling van de kennisleerlijn 3.1 Beleidskunde 13 3.2 Economie 14 3.3 Organisatiekunde 16 3.4 Recht 18 3.5 Onderzoeksvaardigheden 20 Hoofdstuk 4 Invulling van de vaardighedenleerlijn 4.1 Inleiding 22 4.2 Beroepsvaardigheden 22 Hoofdstuk 5 Invulling van de individuele leerlijn 5.1 Inleiding 24 Hoofdstuk 6 Kwaliteitszorg 6.1 Inleiding 25 6.2 Vergadering themateam 25 6.3 Evaluatie 25 Bijlage 1.Competenties Bestuurkunde Opleidingen Nederland 2. Uitleg leerlijnen 3. Organisatie van dit blok

Page 4: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

4

Hoofdstuk 1 Handleiding voor het blok 1.1 Inleiding In het eerste lesblok van deze opleiding heb je kennisgemaakt met de beroepspraktijk van een bestuurskundige. In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid. In dit blok gaan jullie leren om op een efficiënte manier beleid te beschrijven. Daarnaast gaan we verder met het aanleren van onderzoeksvaardigheden. 1.2 Thema Beschrijven van beleid Centraal in dit thema staat het via een compleet uitgevoerd onderzoek systematisch en methodisch beschrijven van een beleid. In de latere beroepspraktijk zul je in veel gevallen in staat moeten zijn je snel een beeld te vormen van een bepaald beleid. In je toekomstige werk als beleidsmedewerker is het een van de dingen waar je mee begint. Hoe ziet het beleid eruit waarvoor ik ben aangenomen? Ook als je beleid gaat ontwikkelen is het handig om eerst te analyseren hoe vergelijkbare organisaties een beleidsprobleem hebben aangepakt. Als je beleid gaat evalueren om te kijken of het beleid wel werkt, zul je het ook eerst moeten beschrijven. Een beleidsbeschrijving heb je als bestuurskundige vaak nodig. In dit blok leren we je hoe je snel en systematisch een beleid accuraat beschrijft. De basis daarvoor ligt in het leren werken volgens een systematiek die tevens methodisch klopt. Beschrijven en analyseren gebeurt door middel van onderzoek. Om dat op een efficiënte en snelle manier te doen is het van belang een goed onderzoeksplan (denk aan de checklists P2) te hebben, goede onderzoeksuitvoering te plegen en de resultaten op zodanige wijze weer te geven dat er snel kennis genomen kan worden van een beleid. Je zult ervaren dat je beleid op verschillende manieren kunt beschrijven. Een beleidskundige zal dat op een andere manier doen dan een jurist, een econoom of een organisatiekundige. Iedere discipline kijkt door een eigen bril naar beleid, maar samen maken zij het beeld compleet. Een brede kijk op een beleid garandeert veelal een meer integrale, samenhangende aanpak van beleidsproblemen. Dat is bestuurskunde! 1.3 Competenties P3 Avans Bestuurskunde werkt met competenties die landelijk vastgesteld zijn voor alle opleidingen Bestuurskunde. Aan het eind van je studie dien je deze competenties te beheersen. Alle competenties zijn vertaald naar niveaus. Hieronder zie je deze competenties met de vertaling naar het geldende niveau voor blok P3. Het complete overzicht van competenties en niveaus vind je in de bijlage van dit blokboek. De bachelor: - kan bestaand beleid beschrijven en analyseren.(niveau 1) - kan vanuit verschillende invalshoeken maatschappelijke vraagstukken analyseren.(niveau 2 ) - kan bij een concreet beleidsterrein de betrokken organisaties, gangbare procedures en kaders in kaart brengen. (niveau 2) - kan binnen organisaties structuren, culturen en processen herkennen.(niveau 1) - kan zelfstandig een onderzoeksplan maken en onder begeleiding toepassingsgericht onderzoek verrichten en hierover rapporteren.(niveau 2) - beheerst gesprekstechnieken, kan informatie ordenen, presenteren en samenwerken. (niveau 1) - ontwikkelt een beeld van het beroep en studiehouding. (ILL) (niveau 1)

Page 5: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

5

1.4 Studiebelasting Het programma is zodanig ontworpen dat een normale student onder normale omstandigheden met een tijdsinspanning van gemiddeld 40 uur per week aan de gestelde eisen kan voldoen. Voor het thema “Wat is beleid” kunnen 15 studiepunten worden behaald. Deze zijn als volgt verdeeld: - Integrale leerlijn: 5,5 sp - Kennisleerlijn:

Beleidskunde 1,5 sp Organisatiekunde 1,5 sp Beleidseconomie 1,5 sp Recht 1,5 sp Onderzoeksvaardigheden 1,0 sp

-Individuele leerlijn 1,0 sp -Beroepsvaardigheden 1,5 sp

Page 6: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

6

1.5 Schematisch overzicht blok Hieronder zie je weergegeven in een schema wat er per week gaat gebeuren. Week Kennis- en vaardigheden leerlijn Integrale leerlijn Individuele leerlijn 1 • Aftrap Blok

• Colleges organisatiekunde, economie, recht, beleidskunde, onderzoeksvaardigheden

• Inleidende bijeenkomsten over het beroepsproduct per kennisvak.

• Mentoruren (op afspraak) • Training Beroepsvaardigheden • Zelfstudie • Inschrijven tentamens week 9

• Opsporen beleidsnota’s, jaarverslagen, en overige documenten tbv beroepsproduct.

• Mentorbijeenkomst

2 • Colleges • Training BV • Mentoruren op afspraak • Huiswerk/Zelfstudie

• Start opstellen onderzoeksplan.

• Werken aan opdrachten

3 • Colleges • Training BV • Huiswerk/ Zelfstudie • Tentamenvoorbereiding • Inzage tentamens P2, hertentamens P1

• Onderzoekplan inleveren vrijdag 16.00 uur bij docent Onderzoeksvaardigheden

• Start uitvoeren onderzoeksplan

• Werken aan opdrachten

4 • Colleges • Training BV • Spreekuren vakken • Huiswerk/ Zelfstudie • Tentamenvoorbereiding •

• Uitvoeren onderzoek • Interviews plannen/ houden • Retour beoordeling onderzoeksplan

• Werken aan opdrachten

5 • Colleges • Training BV • Spreekuren vakken • Huiswerk/ Zelfstudie • Tentamenvoorbereiding

• Uitvoeren onderzoek • Interviews plannen/ houden • Start schrijven • Inleveren herkansing onderzoekplan

donderdag 12.00 uur.

C A R N A V A L S V A K A N T I E 6 • Colleges

• Training BV • Spreekuren vakken • Huiswerk/ Zelfstudie • Tentamenvoorbereiding

• Afronden uitvoeren onderzoek • Interviews plannen/houden

Schrijven beroepsproduct

• Werken aan opdrachten

7 • Colleges • Training BV • • Huiswerk/ Zelfstudie • Tentamenvoorbereiding • Inschrijven hertentamens blok 2

• Afronden schrijven beroepsproduct • Inleveren 1e kans onderdelen

beroepsproduct hard copy bij vakdocenten, digitaal in BB uiterlijk donderdag 12.00 uur

• Werken aan opdrachten

8 • Studieweek: voorbereiding op tentamens

• Onderzoeksreflectie hard copy bij docent onderzoeksvaardigheden en digitaal in BB inleveren maandag 12.00 u

9 • Tentamens blok 3

• Donderdag 12.00 u beoordeling beroepsproduct retour. Indien onvoldoende bijstellen beroepsproduct.

• Inleveren resultaat ILL P3

10 • Hertentamens blok 2

• Uiterste inleverdatum herkansing beroepsproduct en reflectie onderzoek donderdag voor 12.00u

Page 7: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

7

Hoofdstuk 2: Invulling van de integrale leerlijn: Het Beroepsproduct 2.1 Inleiding Het beroepsproduct is een product zoals je dat zou kunnen moeten maken in de beroepspraktijk van een bestuurskundige. Dit hoofdstuk beschrijft wat dat beroepsproduct van dit blok inhoudt, hoe de opdracht moet worden aangepakt en uitgevoerd, welke product precies moeten worden afgeleverd en hoe wordt beoordeeld. 2.2 Het beroepsproduct Als bestuurskundige moet je in staat zijn om een beleid snel en accuraat te beschrijven. Dat heb je in de inleiding kunnen lezen. Ook in de rest van je opleiding heb je deze vaardigheid continu nodig. Vandaar dat al vroeg in de opleiding getraind wordt hoe dit te doen. Leerdoel 1: In dit blok gaan jullie leren hoe je een beleid beschrijft. In de colleges beleidskunde, organisatiekunde, economie en recht leer je waar deze invalshoeken naar kijken als het om beschrijven van beleid gaat. Welke zaken zijn van essentieel belang om weer te geven als het om beschrijven van beleid gaat? In week 1 krijg je hier per vakgebied een extra college over. Leerdoel 2: Snel en accuraat kan alleen als je volgens een vaste methode te werk gaat. Het is alleen zinvol als je resultaat (je onderzoek) betrouwbaar is. Een beschrijving van beleid die niet klopt, daar heeft niemand iets aan. Hoe een onderzoeksplan te maken en uit te voeren zodanig dat een betrouwbare weergave van beleid ontstaat, leer je tijdens de colleges onderzoeksvaardigheden. Tijdens de trainingen beroepsvaardigheden leer je oa hoe je een goed interview opzet en uitvoert. Alle onderdelen van dit blok komen dus samen in en leveren een bijdrage aan het beroepsproduct (de integrale leerlijn). Je voert dit blok het beroepsproduct individueel uit. Je hebt daarvoor nodig een beleid naar keuze van een lokale overheid met daarin juridische instrumenten en medewerking van personen die betrokken zijn bij dit beleid. Je zult deze medewerking nodig hebben om toegang te krijgen tot materiaal voor deskresearch en fieldresearch (interview!) 2.3 Wat moet je doen voor dit beroepsproduct? Het beroepsproduct bestaat uit een beleidskundige, economische, juridische en organisatorische beschrijving van een beleid. Elke zienswijze kent zijn eigen vragen, en als die vragen beantwoord zijn dan heb je een complete beschrijving van beleid. Als je dat op een methodisch verantwoorde wijze hebt gedaan, heb je een betrouwbare beschrijving van beleid. Voor de organisatorische invalshoek hoef je maar 1 vraag te beantwoorden en dat is: Welke organisatievorm heeft de afdeling die verantwoordelijk is voor het beleid? Maar die vraag moet wel beantwoord worden door middel van de theorie en methode van Mintzberg. Meer daarover in hoofdstuk 3.3 vakbeschrijving.

Voor de economische invalshoek zul je de volgende vragen moeten beantwoorden:

Organisatorische beschrijving van beleid Welke organisatievorm heeft de afdeling die verantwoordelijk is voor het beleid?

Economische beschrijving van beleid 1. Wat willen we bereiken? Deze vraag valt uiteen in twee subvragen:

a. Wat zijn de economische motieven van de overheid om deze goederen/diensten aan te bieden of -indien deze diensten door anderen dan de overheid worden aangeboden- dit aanbod te financieren of te subsidiëren

b. Wat zijn de doelstellingen van het gekozen beleidsterrein en hoe zijn deze doelen vertaald in concrete prestaties/producten. Geef ook de effectindicatoren aan (indien aanwezig)

2. Wat gaan we daar voor doen? Twee subvragen:

Page 8: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

8

Voor de beleidskundige invalshoek zul je de volgende vragen moeten beantwoorden:

Beleidskundige beschrijving van beleid Aanleiding voor beleid 1. Wat is de directe aanleiding voor het beleid? Het maatschappelijk probleem 2. Welk(e) maatschappelijk proble(e)m(en) wil de organisatie oplossen met het beleid? Beleidsdoelen 3. A. Uit welk doel of welke doelen bestaat het beleid? B. Wat voor type doelen zijn dit? Doelgroep van beleid 4. Wat is / zijn de doelgroep(en) van het beleid? Beleidsinstrumenten 5. A. Welke beleidsinstrumenten worden ingezet? B. Welk type instrumenten zijn dit? C. Hebben deze instrumenten een beperkende of verruimende werking in het beleid? Tijdskeuzen 6. Wanneer moet het / de beleidsdoel(en) behaald zijn? Uitvoer van het beleid 7. Welke personen en organisaties (onderdelen) voeren het beleid uit?

Voor de juridische invalshoek zul je de volgende vragen moeten beantwoorden: Juridische beschrijving van beleid De juridische positie van het beleid

- Is hier sprake van autonoom of medebewindsbeleid? - Welke hogere wet- en regelgeving is op dit beleidsterrein van toepassing?

Beschrijf in enkele zinnen de inhoud

Juridische beleidsinstrumenten - Welke juridische beleidsinstrumenten zijn ingezet, en waarom juist deze?

Beschrijf in enkele zinnen de inhoud - Door wie en wat is zijn/haar juridische positie?

Handhavingsinstrumenten

- Welke handhavingsinstrumenten zijn ingezet, en waarom juist deze? Beschrijf in enkele zinnen de inhoud

a. Welke economische ontwikkelingen/maatregelen hebben in het recente verleden gespeeld op dit beleidsterrein?

b. Geef een opsomming van de maatregelen die men in dit begrotingsjaar neemt. Welke outputindicatoren heeft men op dit beleidsterrein geformuleerd?

3. Wat mag het kosten?

a. Wat zijn de investeringen en de daaruit voortvloeiende jaarlijkse lasten op middellange termijn?

b. Wat zijn de andere exploitatielasten en baten in het begrotingsjaar en op middellange termijn? (Graag zo gedetailleerd mogelijk)

c. Wat zijn de toevoegingen/onttrekkingen aan de reserves?

Page 9: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

9

- Door wie en wat is zijn/haar juridische positie? Voor deze vakken zijn spreekuren ingeroosterd vanaf week 4, waar je de docenten kunt bevragen over de inhoud van de beschrijvingen. De docenten onderzoeksvaardigheden houden elke week klassikale bijeenkomsten. 2.4 De planning van het beroepsproduct Op pagina 6 zie je een schematische weergave van alle onderdelen van het blok. Hieronder volgt nogmaals de schematische weergave, maar dan specifiek voor het beroepsproduct. w Wat ga je doen? Resultaat 1 Inleidende colleges volgend van

de 4 kennisvakken over het beroepsproduct en de eisen die elk vak stelt aan dit onderdeel. Let goed op want je krijgt hier te horen wat je moet gaan doen en waarop beoordeeld wordt.

Jij kunt goed voorbereid beginnen aan het beroepsproduct. Je start met het zoeken naar een beleid dat zal voldoen aan de eisen en dat je interesseert. Tip1: zoek naar meer dan 1 beleid, niet alle beleid is geschikt. Tip 2: zoek dichtbij huis. Je gaat voor de uitvoering van het onderzoek beleidsmedewerkers interviewen. Tip 3: Als de gemeente niet bereid is tijd in je te steken, kijk of je dan bij een andere gemeente meer medewerking kunt krijgen.

2 Je weet wat de eisen per vakgebied zijn en je voert je vooronderzoek uit: het zoeken naar beleid en bepalen of je gevonden beleid passend is. Je start met het maken van de checklist 3 en 5.

Je hebt een beleid gevonden en bij twijfel besproken met de desbetreffende docent of het beleid akkoord is. Het gaat dan meestal over of het beleid (voldoende) juridische instrumenten heeft. Je kiest het definitieve beleid.

3 Je vertaalt de eisen van de 4 vakgebieden naar deelvragen voor de checklist.

Je hebt checklist 3 en 5 ingevuld en je hebt gecontroleerd dat je met de door jou gevonden onderzoeksbronnen en de door jou gekozen onderzoeksmethoden, een betrouwbare beleidsbeschrijving kunt opleveren. Checklist 3 en 5 bij elkaar levert een compleet onderzoeksplan op. Dat lever je in bij de docent onderzoeksvaardigheden.

4 Je start met het maken van het beroepsproduct door het beantwoorden van de vragen volgens de onderzoeksmethode die je hebt aangegeven in je onderzoeksplan. Let op dat je ook de interviews regelt en zorg dat je checklist 8 gemaakt hebt.

Het begin van een beroepsproduct! Maak een lijst met interviewvragen. Overleg de kwaliteit van je interviewvragen met de desbetreffende docent tijdens het spreekuur.

5 idem Bijna halverwege beroepsproduct, alles wat je uit desk research kunt halen staat al genoteerd op de goede plek.

6 idem Bijna klaar met beroepsproduct, alleen nog interviews verwerken en structuur aan brengen in het onderzoeksresultaat.

7 Laatste loodjes van het beroepsproduct

Je hebt alle deelvragen beantwoord en hebt dus een complete beschrijving van beleid. Elke invalshoek lever je los in bij de desbetreffende docenten.

8 Je hebt je onderzoek uitgevoerd, maar ging het ook zoals gepland? Je hebt in week 3 checklists ingeleverd. In een reflectie kijk je terug naar die checklists en vergelijk je je plannen met hoe je het in werkelijkheid hebt gedaan.

Je hebt een reflectie op je onderzoek. Dat lever je in bij de docent onderzoeksvaardigheden.

Page 10: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

10

Er zijn vast verschillen. Welke en waarom? Dat leg je vast in de reflectie

10 Herkansing beroepsproduct en reflectie inleveren 2.5 Wat moet je precies inleveren in dit blok Hieronder zie je een korte beschrijving van de onderdelen die je moet inleveren. Onder het kopje beoordeling (2.6) lees je aan welke eisen elk onderdeel moet voldoen. De checklists/ Het onderzoeksplan In de P2 heb je gewerkt met de checklist voor het opstellen van een onderzoeksplan. Deze checklists ga je nu weer gebruiken en toepassen voor dit onderzoek. Je levert in week 3 checklist 3 en 5 in, maar nu toegepast op deze opdracht: lever een snelle en accurate beschrijving van beleid. Het beroepsproduct Het beroepsproduct bestaat uit 4 losstaande beschrijvingen van hetzelfde beleid. Je maakt een een beleidskundige beschrijving, een economische beschrijving, een juridische beschrijving en een organisatiekundige beschrijving. Er hoeft geen samengesteld rapport te komen. Dus geen inleiding, samenvatting, eindconclusie. Wel gebruikte bronnen per onderdeel weergeven aan het eind (bronnenlijst) en eventuele bijlagen voor dat specifieke onderdeel, bijvoorbeeld een interviewverslag. Per invalshoek mag je maximaal 3 A4 gebruiken(excl. Bijlagen). Ga je daar overheen, dan moet je tekst schrappen. Je mag de verplichte lettergrootte Verdana 9 of Calibri 11 niet wijzigen. De onderzoeksreflectie Onderzoek is een proces dat bestaat uit vele keuzes maken. Dat kunnen goede en ook verkeerde keuzes zijn. Die keuzes moet je al vroeg maken, in week 3 al. Tijdens je onderzoek kan het zijn dat je van je keuzes moet afwijken. Je hebt bijvoorbeeld een andere onderzoeksmethode gebruikt, of een andere bron. Als dat zo is, dan willen we graag weten waarom dat is gebeurd. Had je dat vooraf niet goed ingeschat of ben je geconfronteerd met een bron die toch niet de juist informatie gaf? Een interview dat 2 weken verplaatst is? Heb je het interview verprutst? Als dat is gebeurd, welke consequenties heeft dat dan gehad? Is je onderzoek minder betrouwbaar geworden, is de kwaliteit minder? Is het niet gelukt het rapport op tijd af te hebben? In het reflectieverslag ga je (achteraf) terugkijken op het onderzoeksproces. Als je onderstaande vragen beantwoordt, heb je gereflecteerd. 1. Is het complete onderzoek uitgevoerd zoals in je onderzoeksplan bedacht hebt? 2. Waar ben je afgeweken en waarom? 3. Had je de afwijking kunnen voorkomen? 4. Welke consequenties heeft dat voor het eindproduct? Is de betrouwbaarheid afgenomen, is de kwaliteit afgenomen, ben je te laat? 5. Wat vond je moeilijk aan het opstellen van het onderzoeksplan? 6. Wat ga je de volgende keer (P4!) verbeteren bij het opstellen van het onderzoeksplan? 7. Wat ga je de volgende keer (P4!) verbeteren bij het uitvoeren van het onderzoek? 8. Wat ga je de volgende keer (P4!) verbeteren bij het schrijven van het eindproduct? 9. Welke onderdelen van onderzoek wil je beter kunnen om je onderzoeksvaardigheden te verbeteren? Je neemt deze vragen over en geeft direct achter elke vraag het antwoord. Je krijgt daarvoor minimaal 1,5 A4 en maximaal 3 A4. Inleveren In week 3 moet je de checklists inleveren, vergelijkbaar met P2. Deze lever je in bij de docent onderzoeksvaardigheden, uiterlijk donderdag 16.00u in hardcopy in in het postvak van de docent en via digitaal inleveren op BB. In week 7 moet je 4 beschrijvingen inleveren; De beschrijving lever je in in hardcopy in het postvak van de desbetreffende docent en via digitaal inleveren op BB, uiterlijk donderdag 12.00 uur. In week 8 moet je de onderzoeksreflectie inleveren in hardcopy in het postvak van de docent onderzoeksvaardigheden en via digitaal inleveren op BB, uiterlijk maandag 12.00 uur.

Page 11: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

11

2.6 De beoordeling van het beroepsproduct Het onderzoeksplan en het reflectieverslag onderzoek worden beoordeeld door je docent onderzoeksvaardigheden. Beide onderdelen moeten voldoende zijn. Indien beide onderdelen met een voldoende zijn beoordeeld, ontvang je de studiepunten die horen bij het onderdeel onderzoeksvaardigheden (zie ook 3.5). De beschrijvingen worden beoordeeld door de desbetreffende docent. Alle onderdelen moeten voldoende beoordeeld worden. Bij een voldoende kun je je studiepunten behorend bij dit onderdeel tegemoet zien. Herkansing De herkansing voor de checklists is in week 5. De herkansing voor de onderdelen van het beroepsproduct en het reflectieverslag onderzoek is in week 10. 2.7 Beoordelingscriteria Hieronder vind je de eisen waaraan de producten moeten voldoen: Onderzoeksplan: Het onderzoeksplan moet zijn opgesteld volgens de checklist 3 en 5 van P2. Zie ook BB Beroepsproduct

Het beroepsproduct bestaat uit 4 losstaande beschrijvingen. Hieronder zie je waar elk onderdeel op wordt beoordeeld:

Zie BB Reflectieverslag onderzoek Alle vragen die gesteld zijn voor het reflectieverslag dienen te zijn beantwoord op een serieuze wijze te zijn beantwoord, dit ter beoordeling van de docent. Digitaal inleveren Naast een hard-copy moeten het onderzoeksplan, de beschrijvingen en het reflectieverslag ook digitaal via BlackBoard course ingeleverd te worden. Deze ingeleverde versie wordt gebruikt om het werkstuk te controleren op fraude met het fraudeprogramma Ephorus. Het in te leveren stuk mag niet groter zijn dan 25 Mb en dient geschoond te zijn van bijlagen. Hardcopy inleveren in het postvak van de betreffende docent. 2.8 Fraude Het niet geheel op eigen kracht en/of met niet-toegestane hulpmiddelen maken van een toets of tentamen (hieronder ook begrepen werkstukken, verslagen, tekeningen, etc.) worden als fraude aangemerkt. Indien de werkzaamheden opgedragen worden aan een specifiek daarvoor samengestelde groep moet onder ‘eigen kracht’ de groepsarbeid verstaan worden. Bij verslagen e.d. wordt het gebruik van teksten die letterlijk afkomstig zijn uit andere bronnen (waaronder internet) gezien als fraude tenzij er sprake is van deugdelijke bronvermelding. Ook pogingen tot fraude en verwijtbare betrokkenheid bij fraude (bijv. doorgeven spiekbrief) worden als fraude aangemerkt. In het geval van fraude door een student geeft de docent geen beoordeling voor het vak of, indien van toepassing, voor de gehele onderwijseenheid. Daarnaast kan in geval van fraude de Examencommissie, gedurende een termijn van ten hoogste één jaar, die student het recht ontnemen één of meer daarbij aan te wijzen (deel)tentamens (werkstukken, stages, etc.) af te leggen. (WHW artikel 7.12 lid 4).

Page 12: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

12

Hoofdstuk 3 Invulling van de kennisleerlijn

Inleiding Voor het succesvol kunnen maken van het beroepsproduct wordt in de eerste zeven weken vanuit vier voor bestuurskunde relevante disciplines kennis aangeboden in de vorm van colleges en te bestuderen literatuur. Het gaat om de onderdelen beleidskunde, economie, organisatiekunde, recht. Daarnaast is er ook aandacht voor methoden en technieken in het vak MTO. In dit hoofdstuk wordt voor ieder van onderdelen een programmabeschrijving gegeven. Elke programmabeschrijving bevat in ieder geval de volgende onderdelen:

• Inhoud • Relatie met het beroepsproduct • Verplichte leerdoelen • Literatuur • Lesplanning per week

Daarnaast is in dit hoofdstuk voor de verschillende onderdelen gezamenlijk de regeling over aanwezigheid, toetsing, herkansing en studiebelasting weergegeven. 3.1. Beleidskunde Inhoud van het vak Het thema van het blok is ‘wat is beleid?’. Bij Beleidskunde in het vorige blok heb je geleerd dat beleid het antwoord is op een maatschappelijk probleem. Beleid bestaat uit doelen, middelen (instrumenten) en tijdskeuzen. In dit blok ga je bij Beleidskunde dieper in op de onderdelen van beleid. Je leert verschillende type beleidsdoelen te onderscheiden en je kunt de werking van de verschillende type beleidsinstrumenten aangeven. Ook ben je in staat om aan te geven wat de functie is van een beleidstheorie en waaruit deze bestaat. Tot slot leer je het krachtenveld waarbinnen beleid plaatsvindt (beleidsomgeving) kennen. De inhoud van beleid staat beschreven in een beleidsnota. Om beleid te kunnen beschrijven, moet je als bestuurskundige in staat zijn om een nota te analyseren. Dit oefen je bij het vak Beleidskunde. Relatie met het beroepsproduct In dit blok werk je individueel aan het opzetten en uitvoeren van een beschrijvend onderzoek naar een door jezelf gekozen beleid in de praktijk. Het doel van het onderzoek is het beschrijven van dit beleid. In het onderzoek maak je gebruik van de vier invalshoeken waaronder Beleidskunde. Dit vak levert de kennis en vaardigheden aan waardoor je in staat bent om voor de invalshoek van Beleidskunde de juiste onderzoeksvragen op te stellen en verzamelde informatie te analyseren. Leerdoelen Na afloop van het onderdeel Beleidskunde:

1. Is de student in staat verschillende typebeleidsdoelen te onderscheiden; 2. Kan de student beoordelen of een beleidsdoel SMART geformuleerd is; 3. Kan de student aangeven wat de werking van de verschillende type beleidsinstrumenten is; 4. Kan de student aangeven wat de functie van een beleidstheorie is en waaruit deze bestaat; 5. Is de student in staat een beleidstheorie in een casus te herkennen en die te expliciteren; 6. Is de student in staat de krachten en machten van de beleidsomgeving te herkennen en te

beschrijven; 7. Is in staat om een beleidsnotitie over een eenvoudig beleidsprobleem te analyseren (aanleiding,

doelen, middelen en beleidstheorie). Verplichte literatuur

- Geul, A. (20131) Beleidsconstructie, coproductie en communicatie. Zes beproefde methodieken van beleidsontwikkeling Lemma Utrecht, 3e druk.2

- Daarnaast worden een of meer originele beleidsnota’s en eventueel ander materiaal gebruikt als oefenmateriaal (beschikbaar via Blackboard).

1 Dit boek wordt ook gebruikt in het tweede en het derde jaar.

Page 13: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

13

Programma College Thema Literatuur 1 Beleidsanalyse deel I:

toelichting beleidskundige invalshoek beroepsproduct H. 1 en 2 (Geul)

2 Aanleiding & maatschappelijke problemen H. 1 en 2 (Geul) en beleidsnotitie Blackboard

3 Beleidsdoelen & - instrumenten Tijdskeuzen

H. 2 (Geul) en beleidsnotitie Blackboard

4 Beleidstheorie H. 2 (Geul) en beleidsnotitie Blackboard

5 Beleidsomgeving: krachten en machten H. 2 (Geul) 6 Beleidsanalyse deel II Geen 7 Terugblik & oefenen tentamenvragen H. 1 en 2 (Geul) Aanwezigheid Aanwezigheid bij de colleges is niet verplicht, maar wordt wel ten zeerste aanbevolen. Toetsing De cursus wordt afgesloten met een schriftelijk tentamen in week 9. Het tentamen bevat vragen over de theorie uit hoofdstuk 1 en 2 van het boek van Geul en de behandelde stof in de colleges. Herkansing Het hertentamen vindt plaats in blok 4. 3.2 Economie Inhoud van het vak In dit blok staat de begrotingscyclus centraal. Elk jaar stellen gemeenten beleidsnota’s op, die als start van het beleidsproces kunnen worden gezien. In programmabegrotingen wordt aangeven hoe ze hun beleidsvoornemens vertalen in concrete activiteiten en producten. In een programmabegroting geeft een gemeente antwoord op drie w-vragen: 1. Wat willen we bereiken? 2. Wat gaan we daarvoor doen? 3. Wat mag het kosten? Een begroting wordt is een raning en wordt na vaststelling door de gemeenteraad een taakstellende begroting of budget.. Deze budgetten vormen het uitgangspunt voor de financiele beheersing van de gemeentelijke activiteiten. Via budgetten worden de financiele middelen verdeeld over de afdelingen en kan de verantwoordelijke afdelingsmanager worden aangesproken of hij/zij binnen de grenzen van het budget blijft. Daarmee is de begroting/budget een belangrijk instrument in de planning en control-cyclus. Ook in andere non-profitorganisaties is de begroting of het budget een belangrijk financieel sturingsinstrument. In dit blok zullen we veel aandacht besteden aan het kunnen lezen en het opstellen van eenvoudige resultatenbegrotingen, balansen en liquiditeitsbegrotingen. Als je beleid wilt beschrijven vanuit de financieel-economische invalshoek is het belangrijk dat je beleidsnota’s, programmabegrotingen en jaarverslagen kunt lezen en en de financiële gevolgen in kaart junt brengen. Er is ook enige aandacht voor het financiële controle door de raad die moet toezien op een gezonde financiele positie van de gemeente.

leerdoelen

Page 14: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

14

De student - kan een eenvoudige balans, exploitatiebegroting en liquiditeitsbegroting opstellen en lezen - heeft inzicht in de begrotingscyclus (planning en controlcyclus) en de centrale rol van de begroting,

bestuursrapportages en jaarverslag hierin. - heeft kennis van de institutionele aspecten van de begroting alsmede de functies van begroting en

budgetten - heeft inzicht in de financiele middelen en het treasurybeheer van gemeenten - heeft enig inzicht in het financiële beheer van een (gemeentelijke) organisatie - heeft inzicht in het toezicht en de controle van de raad op financiële zaken

Leermiddelen -Reader: De belangrijkste overzichten uit de financiële administratie (zie blackboard) -Boek: Albeda Hein, De kleine Gids, financiën voor raadsleden 2010, isbn 9789013071269 uitgeverij Kluwer 2010.

Leerstof De behandelde hoofdstukken uit de reader, de gemaakte opgaven, het voorgeschreven boek en het tijdens de colleges extra verstrekte overige onderwijsmateriaal. Lesplanning Week Onderwerp Literatuuur huiswerk 1 Introductie,

Financieel overzicht: de balans Reader: Hoofdstuk 1 de balans Opgaven reader H1

2 Financieel overzicht: resultaten-, exploitatie- en liquiditeitsbegroting

Reader: Hoofdstuk 2 en 3 resultaten en liquiditeitsbegroting

Opgaven reader H2 en H3

3 Algemene uitgangspunten bij financiën voor raadsleden

Zie deel 1 De kleine gids, financiën voor raadsleden

Vragen en opgaven bij dit hoofdstuk (zie sheets)

4 Uitgaven en begrotingscyclus Zie deel 2 De Kleine Gids Vragen en opgaven bij dit hoofdstuk (zie sheets)

5 Uitgaven en begrotingscyclus Zie deel 2 De Kleine Gids Vragen en opgaven bij dit hoofdstuk Zie sheets)

6 Baten en lenen Zie deel 3 De Kleine Gids Vragen en opgaven bij dit hoofdstuk (zie sheets)

7 Toezicht en controle Zie deel 4 De Kleine Gids Aanwezigheid Aanwezigheid tijdens de lessen wordt sterk aanbevolen, vooral voor degenen die in hun vooropleiding nog geen kennis hebben gemaakt met de financiële administratie.

Studiebelasting De totale studiebelasting bedraagt 42 uren. Contactonderwijs 14 uur (7 x 2 u), voorbereiding en uitwerking teksten en opdrachten 20 uur, tentamenvoorbereiding 8 uur. (=1,5stp)

Toetsing Het tentamen zal bestaan uit open vragen, opgaven en meerkeuzevragen. 3.3 Organisatiekunde Inhoud van het vak In de P1 hebben jullie kennis gemaakt met het 7Smodel. In dit blok gaan we dieper in op 1 van die S’en namelijk de Structuur. Elke organisatie bestaat uit mensen die samenwerken om het vooraf bepaalde doel van

Page 15: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

15

die organisatie te behalen. Omdat de meeste organisaties uit meer dan een persoon bestaan, worden de taken verdeeld over alle personen in een organisatie. Na de taakverdeling moet er weer gecoördineerd worden. Taakverdeling en coördinatie is de basis voor de structuur van de organisatie. Uit de configuratietheorie weten we dat er niet 1 beste manier van organiseren is. Er zijn verschillende manieren om te organiseren. Die manier van organiseren kan passend zijn, maar kan bijvoorbeeld ook te duur zijn. Of kan ervoor zorgen dat de mensen in de organisatie te gemakkelijk werk moeten doen. Kan er ook voor zorgen dat het beleid niet goed wordt uitgevoerd. Het is daarom van belang te weten met wat voor type organisatie we te maken hebben en of dat een passende organisatie is voor dit beleid. Als een organisatie beleid vaststelt en gaat uitvoeren, dan wil dat zeggen dat ze de beleidsinstrumenten gaat uitvoeren. Wie welke instrumenten gaat uitvoeren en hoe, dat is organiseren. Omdat we te maken hebben met 1 beleid, moet er ook weer gecoördineerd worden, ook dat moet georganiseerd worden. Organisatiekunde ligt dus heel dicht bij de uitvoering van beleid, eigenlijk de organisatie van de beleidsuitvoering. Organiseren kun je goed doen en dat kun je slecht doen. Een organisatie kan haar eigen problemen organiseren, maar ook haar eigen oplossingen. Een organisatie die haar taken slecht heeft verdeeld zal minder goed beleid tot uitvoering brengen dan een organisatie die de taken goed heeft verdeeld. In dit blok leer je hoe je door middel van een quick scan een organisatie kunt analyseren, typeren, en iets kunt zeggen over de structuur van de organisatie. We doen dat aan de hand van de theorie van Henry Mintzberg. Relatie met het beroepsproduct In dit blok staat het beschrijven van de beleidsvoerende organisatie centraal. Bij elke beleidsbeschrijving hoort daarom ook een organisatiebeschrijving. De organisatiebeschrijving maakt onderdeel uit van het beroepsproduct (zie hoofdstuk 2) Leerdoelen Bij dit vak hoort een tabel, deze staat op BB en hij wordt uitgedeeld in de klas. De tabel is een hulpmiddel om te bepalen met wat voor soort organisatie je te maken hebt. Die tabel is tegelijkertijd een soort samenvatting van de theorie van Mintzberg. De tabel is de toegepaste vorm van de theorie. Als je de tabel begrijpt, begrijp je ook de theorie. Het leerdoel is daarom: - dat de student kan na afloop van dit blok van elke cel in deze tabel aangeven wat die betekent, begrijpen wat de cel betekent gezien vanuit de rij (de mate waarin een organisatie over een kenmerk beschikt) en vanuit de kolom (de gecombineerde eigenschappen vormen een type organisatie). Daarmee heeft de student kennis over de typen organisaties en de kernmerken van deze typen organisaties. - dat de student de theorie van Mintzberg kan toepassen op een casus. - dat de student de later toegevoegde structuren (political organisation en de missionary organisation) en de kenmerken van deze structuren kent, begrijpt en in een casus kan toepassen. Verplichte literatuur Mintzberg, Organisatiestucturen. ISBN9043012963. Alle drukken en talen zijn toegestaan. We behandelen hoofdstuk 1, 2 ,3.1, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12. Daarnaast de Reader Organisatiekunde waarin nog 2 latere organisatiestructuren zijn opgenomen. Lesplanning per week lesweek Hfst Huiswerk voorafgaand aan les Regels tabel 1 1+8 Hfst 1+8 lezen, samenvatting na de

les aanpassen Tweede kolom Regels 1 en 2

2 2+9 Hfst 2+9 lezen, samenvatting na de les aanpassen

Derde kolom Regels 3, 4 en 5

3 3+10 Hfst 3+10 lezen, samenvatting na de les aanpassen

Vierde kolom Regels 6 en 7

4 5 +12 Hfst 5 + 12 lezen, samenvatting na de les aanpassen

Vijfde kolom Regel 8

5 6 Hfst 6 lezen, samenvatting na de les aanpassen

Regels 9, 10 en 11

6 7 en de reader Hfst 7 en de reader lezen, samenvatting na de les aanpassen

Alle regels en kolommen

Page 16: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

16

7 Alle eerdergenoemde hoofdstukken

Samenvatting leren! Responsie en oefentoets

Huiswerk Lees voorafgaand aan de les de aangegeven hoofdstukken. Zoek via internet een samenvatting van Mintzberg. Lees na de les de samenvatting van de betreffende hoofdstukken en beoordeel deze op juistheid en relevantie. Pas de samenvatting aan. Het toepassen van de tabel zal tijdens de lessen worden geoefend op de situatie van de docent en van de student (ervan uitgaande dat elke student wel enige kennis zal hebben of kunnen verkrijgen van een organisatie naar keuze, hetzij via een bijbaan, via vrijwilligerswerk, sport, familie etc.) Aanwezigheid Aanwezigheid is niet verplicht, wel aanbevolen. Toetsing In week 9 vindt een schriftelijke toetsing plaats. Deze zal bestaan uit een set van open vragen. Herkansing Week 10 blok 4 Studiebelasting 1.5 ECTS 3.4 Recht Inhoud van het vak In de eerste twee blokken van dit jaar is voor de juridische invalshoek een inleiding gegeven in het Nederlandse (staats)recht en aandacht besteed aan de juridische kenmerken van het lokaal bestuur, een inleiding in het gemeenterecht. Vanaf het derde blok van de propedeuse dient de zogenaamde beleidscyclus als uitgangspunt voor de invulling van de verschillende blokken. Wat betreft de juridische invalshoek zal telkens aandacht worden besteed aan de juridische aspecten van beleid. Vrijwel alle taken die door de overheid worden uitgevoerd vereisen op de een of andere manier het voeren van beleid. In bestuursrechtelijke zin betekent het voeren van beleid dat taken niet willekeurig mogen worden uitgevoerd. Bepaalde beslissingen moeten ook kunnen worden verantwoord en uitgelegd. Dat vraagt een doordachte en stelselmatige aanpak. (Bestuurs)recht en beleid hebben elkaar dan ook nodig en zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Relatie met het beroepsproduct Het beroepsproduct van P3 staat in het teken van het maken van een beschrijving van een zelf gekozen beleidsterrein. Voor de deelopdracht recht moeten onderzoeksvragen worden opgesteld waarvan de beantwoording leidt tot een juridische beschrijving van het gekozen beleidsterrein. Leerdoelen Tentamen De student kan:

- ten aanzien van een beleidsterrein aangeven of dit autonoom beleid dan wel medebewindsbeleid is; - de verschillende ‘spelers’ in het bestuursrecht beschrijven en in een casus herkennen; - verschillende typen juridische beleidsinstrumenten beschrijven en deze in een casus herkennen; - aangeven wie de bevoegdheid heeft om de juridische beleidsinstrumenten in de zetten en waarop

deze bevoegdheid is gebaseerd; - de bestuursrechtelijke handhavingsinstrumenten beschrijven (definitie, procedure en gevolgen);

Page 17: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

17

- kan in een casus een beredeneerde keuze maken voor inzet van een of meerdere handhavingsinstrumenten.

Beroepsproduct De student kan:

- beargumenteren wat de plaats van het beleid is in hiërarchische volgorde (met andere woorden: is sprake van autonoom of medebewindsbeleid?)

- benoemen welke hogere wet- en regelgeving er op een beleidsterrein van toepassing zijn - beredeneren welke juridische beleidsinstrumenten in het kader van het beleid door de beleidsvoerder

zijn ingezet - beredeneren welke handhavingsinstrumenten in het kader van het beleid zijn ingezet - benoemen wat de juridische positie is van degene die uiteindelijk verantwoordelijk/bevoegd is ten

aanzien van elk beleidsinstrument en handhavingsinstrument.

Voor een complete juridische beschrijving van beleid moet de student ook kunnen beargumenteren welke rechtsmiddelen een burger tegen elk gebruikt beleidsinstrument en handhavingsinstrument kan worden ingezet, maar dit valt buiten de leerstof van het blok P3. Dit zal in H2 aan de orde komen.

Verplichte literatuur

- Y. M. Visscher, Praktisch Bestuursrecht, 3e druk, Groningen: Noordhoff Uitgevers, 2012 - Aanvullende literatuur per les via BB - Kluwer Collegebundels, deel I en II, 2013-2014 - Overig tijdens lessen gebruikt materiaal -

Lesplanning per week

Week Onderwerp Literatuur en voorbereiding 1 Bestuursrecht en beleid

Plaats van beleid Spelers

Praktisch bestuursrecht: hoofdstuk 1 en 2

2 Juridische beleidsinstrumenten Praktisch bestuursrecht: hoofdstuk 3 Huiswerk: zie blackboard

3 Juridische beleidsinstrumenten Bevoegdheid tot het voeren van beleid

Praktisch bestuursrecht: hoofdstuk 3 Huiswerk: zie blackboard

4

Werkcollege: ‘Spelers en instrumenten’

Praktisch bestuursrecht: hoofdstuk 1 t/m 3

5 Bestuursrechtelijke handhaving: bestuursdwang en dwangsom

Praktisch bestuursrecht: hoofdstuk 6 Huiswerk: zie blackboard

6 Bestuursrechtelijke handhaving: bestuurlijke boete, overige sancties Strafrechtelijke handhaving

Praktisch bestuursrecht: hoofdstuk 6 Huiswerk: zie blackboard

7 Oefenen voor tentamen

Oefententamen

Aanwezigheid Aanwezigheid bij de lessen is niet verplicht maar is wel aan te bevelen.

Page 18: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

18

Toetsing In week 9 wordt kennis en inzicht getoetst aan de hand van een schriftelijk tentamen over de voorgeschreven literatuur en de in de lessen behandelde stof. Herkansing Week 10 blok 4 Studiebelasting Voor dit onderdeel zijn 1,5 ECTS te behalen. Dit staat voor een studiebelasting van 42 uur. Deze worden toegekend bij een minimale beoordeling van het tentamen van 5,5. 3.5 Onderzoeksvaardigheden Inhoud van het vak Als Bestuurskundige kom je in de beroepspraktijk veel in aanraking met onderzoek. Wanneer je bij een overheidsorganisatie gaat werken en je bent verantwoordelijk voor een bepaald beleidsterrein (zoals milieu, welzijn, sport), begin je vaak met je te verdiepen in het beleidsterrein door middel van onderzoek. Maar er zal je ook gevraagd worden onderzoeken te beoordelen. Denk maar eens over het volgende voorbeeld: een bewonersgroep heeft onderzoek laten doen naar de luchtvervuiling in hun wijk en die is, blijkt uit onderzoek, zeer slecht. Daar moet de overheid onmiddellijk iets aan doen. Jij krijgt de taak het onderzoek te lezen en te beoordelen of het wel klopt wat daar staat. Is het wel een goed onderzoek? Het kan ook zijn dat je de opdracht krijgt een onderzoek uit te voeren; een wijk wordt zeer onveilig genoemd, maar uit de criminaliteitscijfers van de politie blijkt niets bijzonders. Wat is er aan de hand? Dan moet je wel in staat zijn een goed onderzoek op te zetten en uit te voeren. Het vak onderzoeksvaardigheden leert je om een (beschrijvend) onderzoek op te zetten, uit te voeren. Daarbij bouwen we voort op het vak MTO uit de P2. In de P2 heb je al een onderzoeksplan gemaakt op basis van checklists. Dat herhalen we in dit blok en erbij komt dat je het onderzoeksplan dit blok moet uitvoeren. Dus niet alleen plannen, ook uitvoeren. Relatie met het beroepsproduct In dit blok werk je individueel aan het opzetten en uitvoeren van een onderzoek naar een door jezelf gekozen beleid in de praktijk. Het doel van het onderzoek is het beschrijven van het beleid. In het onderzoek maak je gebruik van de vier invalshoeken (Beleidskunde, Recht, Economie en Organisatiekunde). Het vak Onderzoeksvaardigheden levert de kennis en vaardigheden aan waardoor je in staat bent om een eenvoudig beschrijvend onderzoek op te zetten, uit te voeren en te reflecteren op de onderzoekscyclus. Leerdoelen Na afloop van het onderdeel Onderzoeksvaardigheden:

1. is de student in staat een complete onderzoeksopzet te maken voor een beschrijvend onderzoek naar een eenvoudig beleidsterrein;

2. is de student in staat zijn/haar eigen onderzoeksopzet uit te voeren zoals gepland, 3. is de student in staat de resultaten van onderzoek te vertalen naar antwoorden op de deelvragen

(analyse van de gevonden gegevens) 4. kan de student reflecteren op de uitvoering van zijn/haar onderzoek en de keuzes die daarbij zijn

gemaakt en daarbij verbeterpunten aangeven. Verplichte literatuur

- Fischer, T. & M. Julsing, Onderzoek doen! Kwantitatief en kwalitatief onderzoek, Noordhoff Uitgevers, 1e druk, 2007. (boek reeds gebruikt in de P2)

Programma Week Thema hoe Product 1 Herhaling checklist 3 en 5

Herhaling bronnen voor deskresearch hoorcollege checklist 3 en 5

Page 19: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

19

2 Deskresearch en fieldresearch werkcollege checklist 3 en 5 voorbereiden field research

3 Informatieverzamelingsmethoden, informatieplan, onderzoeksopzet

werkcollege Inleveren checklist 3 en 5 voor vrijdag 16.00 uur (wordt beoordeeld)

4 feedback op onderzoeksplan, start interviewvragen operationaliseren

hoorcollege/ werkcollege

geoperationaliseerde vragenlijst

5 Informatieverzameling & -analyse fieldresearch hoorcollege interviewverslag en analyse

6 Rapportage, bronvermelding en bronnenlijst hoorcollege rapport, inclusief bronnenlijst en interviewverslag

7 Responsie en onvoorzien spreekuur. Reflectieverslag (week 8)

Aanwezigheid Wordt ten sterkste aanbevolen. Tijdens de werkcolleges werk je samen aan het maken van de checklists, het voorbereiden van fieldresearch, het maken van de geoperationaliseerde vragenlijst, het maken van een gedegen interviewverslag en gegevensanalyse. Ieder heeft dan wel een eigen beleid, de vragen die je moet beantwoorden zijn voor iedereen gelijk. Toetsing De leerdoelen worden op twee manieren getoetst:

- In week 3 lever je een onderzoeksopzet in. - In week 8 lever je een reflectie in zie pag 10.

Herkansing De onderzoeksopzet kan herkanst worden in week 5, inleveren voor donderdag 12.00 uur. Het reflectieverslag onderzoek kan herkanst worden in week 10, inleveren voor donderdag 12.00 uur. Studiebelasting Voor dit onderdeel zijn 1,0 ECTS te behalen. Dit staat voor een studiebelasting van 28 uur. Deze worden toegekend bij een minimale beoordeling van het de onderzoeksopzet van 5,5 en als de opdracht reflectieverslag onderzoek voldaan is.

Page 20: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

20

Hoofdstuk 4 Invulling van de vaardighedenleerlijn In de blokken P1 en P2 hebben de trainingen zich gespitst op o.a. (non-verbale) communicatie, vergadertechnieken, samenwerken en presenteren. Nu gaan we in P3 een stapje verder op het vlak van intra-persoonlijke vaardigheden. Inhoud van het vak De volgende twee onderwerpen staan o.a. centraal in de drie trainingen:

• Reflecteren. Om door middel van reflectie terug te kijken op jouw handelen, verschaf je jezelf meer inzicht en begrip op het leerproces op een bepaald vlak. Om te kunnen reflecteren is er een aantal technieken voorhanden die daarvoor bruikbaar zijn.

• Assertiviteit. Assertief gedrag is rustig opkomen voor wat je wilt, met begrip voor anderen en de wil om tot een vergelijk te komen. Je bent zelfbewust, toont je gevoelens, hebt respect voor de gevoelens van anderen, maar laat je niet misbruiken (Oomkes, 2011: p. 183).

Opzet en rooster Drie trainingen van 3 uur per halve klas (week 2 t.e.m. 7): één helft volgt de trainingen in de even lesweken, de andere helft in de oneven lesweken. Dit staat in het rooster aangegeven met de toevoeging a) of b). Zie Blackboard voor het schema met de groepsindeling in a) of b) groepen. Doelstelling Doelstellingen na de cursus Beroepvaardigheden P3. De student…

Streeft actief naar effectieve samenwerking met mensen met verschillende achtergronden, uiteenlopend karakter en diverse doelstellingen Heeft een actieve luisterhouding (oogcontact, knikken, hummen) en vat samen Luistert actief, vraagt door en heeft inzicht in het effect van de eigen luisterhouding Heeft voldoende inzicht in de eigen manier van studeren en leren Is in staat zowel sterke als zwakke punten van zichzelf op te noemen, is zelfkritisch Is in staat actief luisteren door regelmatig samen te vatten en te parafraseren Kent het effect en de functie van lichaamshouding, gebaren en mimiek bij communicatie tussen twee of meer mensen Kan gestructureerd een gesprek voeren Is in staat middels een techniek te reflecteren op eigen handelen en weet daar lering uit te trekken Heeft inzicht in eigen sterktes en zwaktes en kan a.d.h.v. deze sterktes en zwaktes SMART doelen formuleren

Relatie met het beroepsproduct en andere vakken De onderwerpen in de P3 BV-trainingen komen expliciet en impliciet aan bod tijdens het werken (in een groepje) aan het beroepsproduct. Zo zullen de gespreksoefeningen je handvatten bieden om uit interviews informatie te vergaren. Het onderwerp assertiviteit zal je meer inzicht in de manier waarop jij samenwerkt en communiceert met je groepsgenoten. Door de technieken die je leert om te reflecteren, kun je regelmatig stilstaan en terugkijken op je gedrag en (studie)resultaten, om vervolgens doelen (bij) te stellen voor het vervolg van je studie. Tenslotte bieden de BV-trainingen in P3 je wellicht input op punten waarin je je verder kunt ontwikkelen. Deze inzichten kun je meenemen in de Individuele leerlijn waarin jouw ontwikkeling centraal staat. Voorbereiding Voor elke BV-training word je geacht je voor te bereiden. Op Blackboard tref je een schema aan met hierin de lesplanning, de voorbereidingsopdrachten en de te bestuderen stof aan. De eventuele voorbereidingsopdracht(en) neem je in hard copy (lees: geprint) mee naar de BV-training. Het staat de trainer vrij deze in de training te beoordelen en in te nemen. Aan het einde van elke BV-training zal mondeling de voorbereidingsopdracht voor de volgende BV-training toegelicht worden. Verplichte literatuur

• Severijnen, O., Bakker, M., Pas, N. (2010) Basisboek Communiceren, Amersfoort: ThiemeMeulenhoff • Oomkes, F. & Garner, A. (2011) Communiceren, Tweede druk, Den Haag: Boom Lemma Uitgevers

Page 21: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

21

Aanwezigheid Voor de BV-trainingen geldt een 100% aanwezigheid- en participatieplicht. Wanneer je onverhoopt een training wegens omstandigheden niet kunt volgen, dien je je voorafgaand aan de training in persoon of via e-mail af te melden bij de trainer. Vervolgens beoordeelt de trainer of je de gemiste training in een andere groep / klas in kunt halen. Toetsing Je wordt beoordeeld op actieve participatie in de BV-training, je voorbereiding voorafgaand aan de BV-training (Voorbereidingsopdrachten) en het ingeleverde Vaardigheidsdossier. Je sluit de cursus Beroepsvaardigheden P3 Voldaan (VLD) dan wel Niet Voldaan (NVD) af. Beoordelingscriteria:

• 100% aanwezigheid • Actieve participatie in de BV-trainingen • Voldoende voorbereiding voorafgaand aan elke BV-training • Assesment

Het vaardigheidsdossier voldoet aan de gestelde criteria (zie BlackBoard: Vaardighedenlijn)

Page 22: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

22

Hoofdstuk 5 Invulling van de individuele leerlijn Parallel aan de andere leerlijnen loopt de individuele leerlijn (IL). In de individuele leerlijn denkt de student na over de fit tussen zijn studie en het beroepenveld waarvoor hij gekozen heeft. De student dient zich af te vragen welke persoonlijke ontwikkeling hij dient door te maken om de beroepsbeoefenaar te worden die hij wil zijn. Zie voor de uitgebreide programmabeschrijving van de IL de course P3 op BB.

Page 23: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

23

Hoofdstuk 6 Kwaliteitszorg 6.1 Inleiding De kwaliteit van het blok wordt op verschillende manieren bewaakt. 6.2 Vergadering blokteam Het themateam dat de invoering heeft voorbereid en waarvan de docenten en de tutoren deel uitmaken, vergadert regelmatig onder leiding van de themacoördinator. In die bijeenkomsten worden ervaringen uitgewisseld en manieren van werken en beoordelen van het proces op elkaar afgestemd. Klachten, op- en aanmerkingen van studenten over het thema kunnen rechtstreeks bij de themacoördinator worden gemeld en zullen in de eerstvolgende vergadering van het themateam worden besproken. Zo nodig worden studenten voor de vergadering van het themateam uitgenodigd.

6.3 Evaluatie Na afloop van het blok worden alle studieonderdelen geëvalueerd. Dat gebeurt via: • de digitale evaluatie met alle studenten • een aanvullend gesprek met een deel van de studenten (panel) • gesprekken met eventueel betrokken externe opdrachtgevers of begeleiders • een evaluatiegesprek van de leden van het blokteam Daarnaast worden de evaluatiegegevens gekoppeld aan de studieresultaten van de studenten. De evaluatie wordt door het blokteam gebruikt om het blok (waar nodig) voor het volgende jaar bij te stellen. De themacoördinator maakt een verslag van de resultaten van de evaluaties en van de verbeteracties. De evaluaties en verbeteracties worden door de onderwijscommissie besproken met de themacoördinator.

Page 24: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

24

Bijlage 1 Competenties Bestuurskunde Opleidingen Nederland

1. De bachelor kan zijn weg vinden in het publieke domein.

De bachelor kan zijn weg vinden in het publieke domein en heeft daarbij oog voor de internationale context. Niveau 1. heeft inzicht in de inrichting van het openbaar bestuur, kent de hoofdrolspelers en kan de

relaties daartussen definiëren. 2. kan bij een concreet beleidsterrein de betrokken organisaties, gangbare procedures en kaders in

kaart brengen. 3. kan bij een complexe opdracht een analyse maken van de betrokken organisaties en het

krachtenveld waarin deze zich bevinden.

2. De bachelor kan politiek strategische keuzes overzien voor het oplossen van maatschappelijke vraagstukken.

De bachelor is in staat om maatschappelijke vraagstukken te analyseren met oog voor het politieke en maatschappelijke krachtenveld waarin die vraagstukken zich voordoen en kan politiek strategische keuzes overzien voor het oplossen van deze vraagstukken vanuit alle betrokken belangen.

Niveau 1. kan van een situatie aangeven of en waarom het een maatschappelijk vraagstuk is. 2. kan vanuit verschillende invalshoeken maatschappelijke vraagstukken analyseren. 3. kan een analyse van maatschappelijke vraagstukken geven vanuit alle betrokken belangen, kan

politiek strategische keuzes en hun gevolgen overzien en draagvlak onder betrokkenen inzichtelijk maken.

3. De bachelor kan beleid ontwikkelen, implementeren en evalueren.

De bachelor kan bestaand beleid analyseren, implementeren, kan na evaluatie voorstellen doen tot verbetering van het beleid of de uitvoering en kan nieuw beleid ontwerpen.

Niveau 1. kan bestaand beleid beschrijven en analyseren. 2. kan eenvoudig beleid construeren, evalueren en implementeren. 3. kan complex beleid construeren, evalueren en implementeren. 4. De bachelor kan participeren in organisaties en samenwerkings-verbanden.

De bachelor heeft een adequaat, correct en up-to-date beeld van de organisatieprocessen, beheersstructuren en al dan niet tijdelijke samenwerkingsverbanden waarin hij participeert en draagt bij aan het soepel functioneren daarvan. Niveau 1. kan binnen organisaties structuren, culturen en processen herkennen. 2. kan vanuit een goed beeld van organisatieprocessen en beheersstructuren participeren in de

eigen organisatie en bijdragen aan het soepel functioneren daarvan. 3. kan vanuit de eigen organisatie participeren in samenwerkingsverbanden en netwerken en

draagt bij aan het soepel functioneren daarvan. 5. De bachelor kan praktijkgericht onderzoek verrichten.

De bachelor kan zelfstandig onderzoek verrichten en op basis hiervan adviseren en aanbevelingen doen. Niveau 1. kent onderzoeksmethoden en kan deze hanteren. 2. kan zelfstandig een onderzoeksplan maken en onder begeleiding toepassingsgericht onderzoek

verrichten en hierover rapporteren. 3. kan bruikbare aanbevelingen doen op basis van zelfstandig opgezet en uitgevoerd

toepassingsgericht onderzoek.

Page 25: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

25

6. De bachelor is sociaal communicatief vaardig.

De bachelor beschikt over de sociale vaardigheden om te kunnen functioneren in zijn beroepsomgeving en beschikt over mondelinge en schriftelijke communicatievaardigheden om zowel intern als extern met doelgroepen te kunnen communiceren.

Niveau 1. beheerst gesprekstechnieken, kan informatie ordenen, presenteren en samenwerken. 2. kan effectief samenwerken en doelgericht rapporteren. 3. kan effectief communiceren met interne en externe doelgroepen. 7. De bachelor is zelfsturend.

De bachelor is in staat zijn ontwikkeling te sturen en reguleren, te reflecteren en verantwoording te nemen voor zijn handelen, een (ethische) beroepshouding te ontwikkelen en een bijdrage te leveren aan de professionalisering van de eigen beroepsuitoefening. Niveau 1. ontwikkelt een beeld van het beroep en studiehouding. (Il) 2. neemt op basis van een ethische beroepshouding standpunten in en reflecteert op eigen werk. 3. kan een kritisch oordeel geven en ontvangen en kan gemotiveerd zijn handelen al dan niet

aanpassen.

Page 26: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

26

Bijlage 2 Uitleg leerlijnen Integrale leerlijn In de integrale leerlijn wordt gewerkt aan een beroepsproduct. Het beroepsproduct bestaat deze lesperiode uit het maken van een rapport waarin beleid beschreven is. onderzoeksplan voor alle invalshoeken. Voor de invalshoek beleidskunde wordt Kennisleerlijn In de kennisleerlijn leert de student vanuit verschillende voor de opleiding Bestuurskunde en het thema relevante disciplines redeneren als professional. Er wordt kennis opgedaan die nodig is voor het maken van het beroepsproduct.3 Daarnaast kan het zo zijn dat in een blok ook kennis wordt aangeboden en moet worden verworven die niet gerelateerd is aan het beroepsproduct, maar die de student nodig heeft om concepten in algemene zin op te doen of die een verdieping van concepten van de student betekenen. Deze kennis is afgeleid van een competentie, maar heeft niet direct een relatie met een concreet beroepsproduct. Voor het thema van dit blok zijn de volgende disciplines relevant: economie, organisatiekunde, recht, beleidskunde en onderzoeksvaardigheden Vaardighedenleerlijn In de vaardighedenlijn leert de student sociaal vaardig opereren. Als bestuurskundige gaat het naast de technische kennis van zaken ook om de wijze waarop mensen functioneren in teamverband. In de vaardighedenleerlijn wordt bij de opleiding Bestuurskunde aandacht besteed aan gesprekstechnieken en interviewvaardigheden. Individuele leerlijn Parallel aan de andere leerlijnen loopt de individuele leerlijn (IL). In de individuele leerlijn denkt de student na over de fit tussen zijn studie en het beroepenveld waarvoor hij gekozen heeft. De student dient zich af te vragen welke persoonlijke ontwikkeling hij dient door te maken om de beroepsbeoefenaar te worden die hij wil zijn. Zie voor een uitgebreide programmabeschrijving van de IL per blok de Handleiding IL BSK P3 (beschikbaar via Blackboard, course Individuele leerlijn BSK).

3 Daarnaast kan het zo zijn dat in een blok ook kennis wordt aangeboden en moet worden verworven die niet gerelateerd is aan het beroepsproduct, maar die de student nodig heeft om concepten in algemene zin op te doen of die een verdieping van concepten van de student betekenen. Deze kennis is afgeleid van een competentie, maar heeft niet direct een relatie met een concreet beroepsproduct.

Page 27: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

27

Bijlage 3 Organisatie Themacoordinator Sandra Verhoeven Ieder blok heeft een themacoördinator. De themacoördinator is verantwoordelijk voor de organisatorische gang van zaken. Alleen de themacoördinator kan gezaghebbende en bindende mededelingen van algemene en organisatorische aard doen en is degene die beslist in zaken en situaties waarin dit blokboek niet voorziet. Dit blok is de coördinator Sandra Verhoeven Sandra verhoeven Kamer: G 346 (ma, di, do, vrij) Telefoon: 073-6295 528 E-mail: [email protected] Begeleiding Gedurende blok wordt je op verschillende manieren begeleid. Colleges voor de kennisleerlijn worden gedurende de eerste zeven weken van het blok verzorgd door docenten vanuit de opleiding. Voor de integrale leerlijn, het maken van het beroepsproduct, wordt iedere groep ondersteund door de docent onderzoeksvaardigheden en de docenten betrokken bij de kennisleerlijn. Ook heeft elke student een mentor. Docenten Docenten Recht Kim Anrar- Smit Daphne Malschaert Docenten Economie Cees Hornman Docent Beleidskunde Maarten Dijk Docent Organisatiekunde Sandra Verhoeven Docenten Beroepsvaardigheden Serge Verwiel Merel Luichies Mentoren Kim Anrar Judith Hanssen Wim Dankers Judith Groen Communicatie Algemene informatie wordt verspreid via BlackBoard. De themacoördinator en betrokken docenten en mentoren plaatsen daar mededelingen die van belang zijn evenals aanvullend onderwijsmateriaal. Het BlackBoard dient dan ook minimaal eens per 3 dagen te worden geraadpleegd. Mentoren en docenten zijn buiten de ingeroosterde momenten bereikbaar via e-mail. Je kunt langs die weg een afspraak maken Aanwezigheid Aanwezigheidsplicht In een aantal gevallen is actieve aanwezigheid verplicht. Aanwezigheid wordt op die momenten ook geregistreerd. Deze plicht geldt bij:

• Beroepsvaardigheden

Page 28: Blokboek Hx BSK · In blok 2 lag de focus op de lokale problemen en hoe die op de beleidsagenda te krijgen. Uiteindelijk hoopt men problemen aan te pakken door middel van beleid.

Blokboek P3 BSK 2013-2014

28

• Aftrapcollege