Biomonitoring bij jongeren zoek naar milieu en …...huisartsen en de algemene media e er el men in...
Transcript of Biomonitoring bij jongeren zoek naar milieu en …...huisartsen en de algemene media e er el men in...
Biomonitoring bij jongeren
Onderzoek naar milieu en
gezondheid in de Gentse
kanaalzone
Groepsresultaten
In deze brochure vind je de belangrijkste resultaten van de humane biomonitoring uitgevoerd in de Gentse kanaalzone in opdracht van de Vlaamse overheid. Het Steunpunt Milieu en Gezondheid dankt alle jongeren, ouders, deelnemende scholen en lokale organisaties die dit onderzoek mee mogelijk maakten.
Samenvatting
395 jongeren van 14-15 jaar die
wonen in de Gentse kanaalzone
namen deel aan het onderzoek,
en nog eens 208 jongeren uit de
algemene Vlaamse bevolking. We
wilden graag weten of de jongeren in
de Gentse kanaalzone meer
vervuilende stoffen in hun lichaam
hebben en of er vroegtijdige
gezondheidseffecten meetbaar zijn.
Daarnaast vergeleken we de
resultaten ook met een soortgelijke
studie die tien jaar geleden in de
Gentse kanaalzone werd uitgevoerd.
We stellen vast dat de daling van
vervuilende stoffen in het milieu
over de laatste tien jaar ook wordt
waargenomen in het menselijk
lichaam. De meeste meetwaarden in
de Gentse kanaalzone zijn
vergelijkbaar met die van Vlaamse
leeftijdsgenoten. Blootstelling aan
PAK’s blijft een aandachtspunt in
heel Vlaanderen. Voor deze
schadelijke stoffen wordt geen
dalende trend waargenomen. De
waarden van PCB’s zijn, ondanks de
daling in de tijd, hoger in de
Gentse kanaalzone. En ook de
berekende blootstelling aan fijn stof
op het thuisadres ligt bij jongeren
in de Gentse Kanaalzone hoger dan
gemiddeld in Vlaanderen.
Voor gezondheidseffecten toont het
onderzoek geen alarmerende trends.
Voor de meeste gezondheidseffecten
was er geen verschil tussen de
Gentse kanaalzone en Vlaanderen.
Sommige metingen waren
gunstiger in de Gentse kanaalzone:
voor DNA-schade werden lagere
waarden vastgesteld dan gemiddeld
in Vlaanderen en ook de bloeddruk
was lager. Wel waren een aantal
merkers voor luchtwegontstekin-
gen hoger bij jongeren in de Gentse
kanaalzone en werd meer allergie
aan verzorgingsproducten
gerapporteerd.Jongeren in de Gentse kanaalzone
melden opvallend vaker milieuhinder
dan gemiddeld in Vlaanderen en zijn
ook vaker ongerust over hun
gezondheid. Verkeer en geurhinder
van industrie zijn in hun ogen de
belangrijkste problemen.
Luchtvervuiling wordt als de grootste
bedreiging gezien. Wetenschappers,
huisartsen en de algemene media
worden als de meest betrouwbare
informatiebronnen over
milieuproblemen beschouwd, hoewel
men in eerste instantie informatie
verwacht van het gemeentebestuur.
Deze brochure geeft slechts een zeer beknopt overzicht van het onderzoek. Je kan het volledige rapport met resultaten aanvragen via het formulier op de website www.milieu-en-gezondheid.be. Op deze website vind je ook alle informatie over deze studie, alsook de resultaten van de vorige campagnes in Vlaanderen, Genk-Zuid en Menen.
meer info
Doel van het onderzoekHet Vlaams humanebiomonitoringsprogramma is een meetpro-gramma waarbij milieuvervuilende stoffen en mogelijke gezond-heidseffecten worden gemeten in bloed-, urine- en ademstalen van jongeren. Net zoals in de periode 2007-2011, onderzochten we in 2012-2015 hoeveel vervuilende stoffen de gemiddelde Vlaming in zijn lichaam meedraagt. Deze resultaten kunnen als vergelijking dienen voor de biomonitoringscampagne in de Gentse kanaalzone. Het doel van de studie in de Gentse kanaalzone was nagaan of wonen in de nabijheid van de Gentse haven een in-vloed heeft op de blootstelling aan milieuvervuilende stoffen en vroegtijdige effecten hiervan op de gezondheid meetbaar zijn.
Wie waren onze deelnemers? wat vroegen we van hen?Het studiegebied werd afgebakend en omvat de gemeen-ten Zelzate, Wachtebeke en deelgemeenten van Evergem en Gent. De deelnemers waren 14- en 15-jarigen die minstens 10 jaar in het onderzoeksgebied woonden. Zij werden via hun thuisadres of via de school gecontacteerd. Het onderzoek bestond uit twee fasen:
Tijdens de eerste fase werden bij 200 jongeren stalen (bloed, urine en adem) genomen, zowel om de blootstel-ling aan vervuilende stoffen te meten als bepaalde gezondheidseffecten (bijv. DNA-schade en hormonen).
Tijdens de tweede fase wilden we vooral onderzoeken of bepaalde gezondheidsklachten vaker voorkomen in de regio. Daarvoor werd, zoals in de eerste fase, bijkomend een vragenlijst afgenomen bij 195 jongeren over de gezondheid van de deelnemers (bijv. het voorkomen van astma en puberteitsontwikkeling) en over levensstijlfac-toren (bijv. roken, voeding, hobby’s, …). Deze informatie is belangrijk voor de interpretatie van de resultaten.
De jongeren legden ook computertesten af, die ons iets leerden over het functioneren van het zenuwstelsel (bijv. reactietijd, aandacht). Verder werd toestemming gevraagd om de resultaten van het medisch onderzoek bij de Centra voor Leerlingenbegeleiding (CLB’s) op te vragen en te analyseren.
De Resultaten ...
Zware metalenZware metalen zijn metalen die zwaarder zijn dan ijzer. Ze komen van nature voor in de bodem, maar ook door menselijke activiteit (o.a. in de buurt van een industriegebied, door verkeer) komen zware metalen in sommige regio’s meer voor in de lucht, de bodem, het water en lokaal gekweekte voeding.Vergeleken met de gemiddelde jongere in Vlaanderen zijn de waarden voor cadmium, lood, koper en thallium niet verschillend en liggen de waarden voor mangaan en toxisch arseen lager bij de jongeren in de Gentse kanaalzone.
POP’sPOP’s (moeilijk afbreekbare organische polluenten) omvatten ondermeer PCB’s, dioxines en pesticiden zoals DDT. Veel van deze stoffen zijn ondertussen verboden, maar omdat ze zeer moeilijk afbreken, vinden we ze nog altijd terug in het leefmilieu en in de voeding (o.a. in vette vis en eieren). Bij afvalverbranding of bij sommige industriële processen zoals schrootverwerking kunnen PCB’s of dioxines vrijkomen in de lucht. Door de beleidsmaatregelen van de laatste tientallen jaren, zijn de concentraties aan PCB’s in het milieu aanzienlijk gedaald. We zien duidelijk dat deze daling in het milieu voor de meeste POP’s ook weerspiegeld wordt in de mens, zowel in de Gentse kanaalzone als in algemeen Vlaanderen.
De blootstelling aan PAK’s (polycyclische aromatische
koolwaterstoffen) en benzeen is bij jongeren in de
Gentse kanaalzone vergelijkbaar met die van de
gemiddelde leeftijdsgenoot uit Vlaanderen. PAK’s
ontstaan bij verbranding (bv. het verwarmen van
de woning en industriële verbrandingsprocessen),
in het verkeer (uitlaatgassen) en in sigarettenrook,
maar kunnen ook aanwezig zijn in door neerslag
verontreinigde voedingsgewassen, gegrilde en
geroosterde producten (barbecue). Voor PAK’s
bestaan enkel gezondheidskundige richtwaarden voor
beroepsblootstelling. Deze werden niet overschreden.
Benzeen is een oplosmiddel dat in sommige industrieën
en huishoudelijke toepassingen (verf, lijm, enz..) wordt
gebruikt, maar dat ook aanwezig is in de uitlaatgassen
van verkeer en sigarettenrook.
PAK’s vertonen – in tegenstelling tot de andere
milieuvervuilende stoffen – geen daling doorheen
de tijd. De waarden voor de volledige groep van de
Gentse kanaalzone lagen niet hoger dan in algemeen
Vlaanderen, maar jongeren die dichter bij de PAK’s-
meetpost in Zelzate wonen hebben hogere PAK’s-
gehalten dan degenen die verder wonen. Omwille
van het beperkt aantal deelnemers dat nabij de
meetpost woont, dienen deze resultaten met de nodige
voorzichtigheid te worden geïnterpreteerd.
PCB’s blijven een aandachtspunt in de Gentse
kanaalzone: ook al zien we een duidelijk dalende
trend, toch lagen de waarden in het bloed significant
hoger dan in Vlaanderen, net als 10 jaar geleden. De
niveaus van de PCB’s in het bloed zijn ondertussen
wel gedaald tot onder de ‘kritische’ grens, waar er
risico is op gezondheidsschade.
Ook de gehaltes van lindaan in bloed, een oud
bestrijdingsmiddel dat in het verleden onder andere
werd gebruikt in de suikerbietteelt, waren verhoogd
bij jongeren van de Gentse Kanaalzone in vergelijking
met Vlaanderen. Dit bestrijdingsmiddel werd in de
studie van 10 jaar geleden echter niet gemeten,
zodat we hiervoor geen tijdstrend kunnen bepalen.
Mogelijk is de verhoogde blootstelling deels te wijten
aan historische vervuiling.
Het pesticide DDT is sinds de jaren ’70 verboden.
De waarden in het lichaam van de mens lagen in
het verleden alarmerend hoog. Zowel in de Gentse
kanaalzone als in Vlaanderen zijn de niveaus in het
bloed sterk gedaald, maar toch liggen de waarden
van de hoogst blootgestelde personen in de buurt
van de waarschuwingsgrens voor gezondheidsrisico.
DDT blijft dus een aandachtspunt voor de Gentse
kanaalzone, én voor algemeen Vlaanderen.
PAK’s en benzeen
In deze studie werden gezondheidseffecten gemeten
die in relatie kunnen staan met milieuvervuiling, o.a.
het voorkomen van astma en allergieën, metingen van
herstelbare schade aan het erfelijk materiaal (DNA-schade)
in het bloed en de urine, metingen van ontsteking van
de luchtwegen, metingen van de schildklierhormonen,
nierfunctie, bloeddruk, vragen over puberteitsontwikkeling,
testen voor ontwikkeling van het zenuwstelsel (reactietijd en
aandacht).
Voor de meeste gezondheidsmerkers waren de resultaten
van de jongeren uit de Gentse kanaalzone zeer goed
vergelijkbaar met die van de jongeren uit algemeen
Vlaanderen. Het voorkomen van astma en allergieën is in
de Gentse kanaalzone niet verschillend van Vlaanderen.
Alleen allergie voor verzorgingsproducten kwam meer voor.
Ook de waarden van schildklierhormonen in bloed waren
vergelijkbaar. Reactie- en concentratievermogen gemeten met
computertesten waren niet verschillend bij jongeren van de
Gentse kanaalzone en Vlaanderen.
Gezondheidsmerkers
Sommige gezondheidseffecten waren eerder gunstig
in vergelijking met leeftijdsgenoten uit algemeen
Vlaanderen. Zo blijkt er minder DNA-schade te zijn in
het bloed van jongeren uit de Gentse kanaalzone. De
systolische bloeddruk was lager, maar er was geen
verschil in diastolische bloeddruk. Andere gemeten
gezondheidseffecten waren minder gunstig in de Gentse
kanaalzone. Metingen in ademstalen wijzen op meer
ontstekingen van de luchtwegen bij jongeren uit de
Gentse kanaalzone. Jongeren die blootgesteld zijn
aan meer fijn stof op het thuisadres bleken meer kans
te hebben op ontstekingen van de luchtwegen. Dit
kan hen gevoeliger maken voor ademhalingsziekten.
Eén van de merkers voor nierfunctie was in de Gentse
kanaalzone minder gunstig dan in Vlaanderen.
Dit betekent echter nog niet dat er sprake is van
onomkeerbare nierschade.
benzeen: een vluchtige stof die onder meer voorkomt in oplosmiddelen,
uitlaatgassen,… CLB: Centrum voor Leerlingenbegeleiding Diastolische bloeddruk (onderdruk): het minimum van de druk die
optreedt tussen twee samentrekkingen van het hart, als de hartkamers zich
weer met bloed vullen. DDT: dichloordiphenyltrichloorethaan; een pesticide dat vroeger veel
gebruikt werd, maar momenteel verboden is in België dioxine: stof die gevormd kan worden bij het verbranden van
chloorhoudende stoffen DNA-schade: beschadiging van het DNA of erfelijk materiaal gechloreerde pesticiden: pesticiden, die momenteel verboden zijn, op
basis van chloor, voornamelijk DDT en HCB HCB: hexachlorobenzeen, schimmelwerend middel, momenteel verboden
in België PAK’s: polycylische aromatische koolwaterstoffen; groep van vluchtige
stoffen die onder meer vrijkomen bij verbranding PCB’s : polygechloreerde biphenyls, stoffen die vroeger gebruikt werden
in industriële toepassingen (transformator-olie, koelvloeistof, hydraulische
systemen, …) POP’s: persistente organische polluenten, organische stoffen die moeilijk
afbreekbaar zijn en zich opstapelen in het leefmilieu systolische bloeddruk (bovendruk): maximale druk die wordt opgebouwd
in de aorta of hoofdlichaamsslagader bij het samentrekken van de linker
hartkamer. toxisch arseen: som van de toxische (giftige) vormen van arseen, namelijk
anorganisch arseen, monomethylarseen (MMA) en dimethylarseen (DMA) zware metalen: metalen met een hoog atoomgewicht. In de huidige
studie worden volgende zware metalen gemeten: arseen, cadmium, lood,
mangaan, koper, thallium
64% van de jongeren in de Gentse kanaalzone zegt milieuhinder in de leefomgeving te ondervinden, het gaat dan vooral over lawaai van verkeer en geurhinder van industrie. Dit is de helft meer dan leeftijds-genoten in algemeen Vlaanderen (een verschil dat we ook eerder al zagen in andere ‘hotspots’). Meisjes en jongeren uit het ASO melden vaker milieuhinder en zijn vaker bezorgd om het milieu.
In vergelijking met Vlaanderen zijn jongeren in de Gentse kanaalzone ook ongeruster over hun gezondheid ten gevolge van milieuproble-men in de leefomgeving, en melden zij vaker gezondheidsklachten binnen het gezin: vooral luchtwegklachten, astma, allergie en hoofd-pijn. Luchtvervuiling wordt daarbij aanzien als de grootste bedreiging. Oplossingen voor milieuproblemen zien jongeren vooral in het vermin-deren en het verduurzamen van verkeer en industriële activiteit.
Onder jongeren in de Gentse kanaalzone is er ook meer behoefte aan informatie over milieukwaliteit en milieuverontreiniging dan gemid-deld in Vlaanderen. Deze informatie verwacht men in eerste instantie van het gemeentebestuur, hoewel men voor milieu-informatie vooral vertrouwen heeft in wetenschappers, de huisarts en de algemene me-dia. Een grote meerderheid van de jongeren vindt dat de plaatselijke bevolking best ook betrokken wordt bij het milieubeleid, het liefst via een enquête. Een derde van de jongeren zou bereid zijn om zelf actief te participeren.
verklarende woordenlijst
Perceptieonderzoek
Voor vragen over het onderzoek:Provinciaal Instituut voor Hygiëne Kronenburgstraat 45 - 2000 AntwerpenArts: Dr. Vera NelenTelefoon: 03/259 12 61Sociologe: Els Van de MieroopTelefoon: 03/259 12 61e-mail: [email protected]
Wat doen we met deze resultaten
De resultaten van deze studie
worden opgenomen in het
Faseplan. Met dit Faseplan wordt
getracht om in verschillende
stappen en op een transparante
manier de resultaten te beoordelen
en om te zetten naar concrete
beleidsacties. In dit proces worden
verschillende maatschappelijke
groepen, experten, beleidsmensen
en lokale omwonenden nauw
betrokken.
Steu
npun
t bele
idsrelevant onderzoek
Milieu enGezondheid
3de generatie