Bekijk de WinWin van juli 2016

17
Aanhaken of afhaken? DERDE INDUSTRIËLE REVOLUTIE zet kennis in werking NR. 10 JULI 2016 3 INNOVATIES IN DE ZORG, 2 RISICO’S OPINIE Bestaan er straks nog functies? PAG. 24 COLUMN Planet of the robots PAG. 31 BEST PRACTICES CEO’s van Engie,Wensink en De Fundatie over vernieuwen PAG. 6 ACHTERGROND De spagaat tussen big data en privacy PAG. 16 voor 39 % van de toekomstige CEO’s is straks niets meer geheim

Transcript of Bekijk de WinWin van juli 2016

Page 1: Bekijk de WinWin van juli 2016

Aanhakenof afhaken?

DERDE INDUSTRIËLE REVOLUTIE

zet kennisin werking

NR. 10 JULI 2016

3INNOVATIESIN DE ZORG,

2 RISICO’S

OPINIEBestaan er straks

nog functies? pag. 24

COLUMNPlanet

of the robots pag. 31

BEST PRACTICESCEO’s van

Engie,Wensink enDe Fundatie over

vernieuwen pag. 6

ACHTERGRONDDe spagaat tussenbig data en privacy

pag. 16

voor 39 % van de toekomstige CEO’s is straks niets

meer geheim

Page 2: Bekijk de WinWin van juli 2016

En verder: 05 Grote bedrijven gaan MKB sneller betalen 15 3 innovaties in de zorg, 2 gevaren30 Deltaplan Dementie voor betere dementiezorg30 3x WinWin32 Rens’ toekomst in de Smart World

mooie voorbeelden van bedrijven en organisaties in de regio die zich volop voorbereiden op deze veranderingen. Ook bij Windesheim vinden veranderingen plaats. Veranderingen, niet alleen als gevolg van deze derde industriële revolutie, maar die mij persoonlijkbetreffen. Nu ik de pensioengerechtigde leeftijd bereik, draag ik Windesheim per 1 september a.s. over aan mijn opvolger Henk Hagoort. Ik kijk terug op een mooie periode waarin we met elkaar veel hebben bereikt.Zo is Windesheim volgens weekblad Elsevier op het gebied van onderwijs de beste hogeschool onder de grote hogescholen. Op het gebied van onderzoek zijn we mooie samenwerkingen aangegaan met bedrijven en instellingen in de regio. En verder ben ik er trots op dat zowel in Overijssel als in Flevoland hetbedrijfsleven, de overheid, zorginstellingen en het onderwijs elkaar zo goed weten te vinden. Dit maakt dan ook dat ik de derde industriële revolutie en de rol van Windesheim daarin met vertrouwen tegemoet zie!

We leven in een tijd waarin digitale en technologische ontwikkelingen elkaar razendsnel opvolgen. Wat komt er op ons af? Nemen goedkope robots het werk over? Kunnen we straks niet meer zonder onze eigen 3D-printer? Rijden we in zelfsturende auto’s? En heeft u nog wel een energieleverancier nodig, als u uw energie zelf kunt opwekken? Deze vraagstukken passen in wat duurzaamheidseconoom Jeremy Rifkinde derde industriële revolutie noemt. Volgens Rifkin spreken we van eenindustriële revolutie wanneer vernieuwingen op het vlak van (energie)tech-nologie, communicatie en transport samenkomen. Zo maakten we in de19e eeuw de overgang van met de hand schrijven naar de telegraaf en hetmachinale printen, ontdekten we steenkool als goedkope energiebron envonden we de stoomtrein uit. In de 20e eeuw hadden we de tweedeindustriële revolutie, met gecentraliseerde elektriciteitsproductie, tv als nieuwe communicatietechnologie en gemotoriseerd vervoer. Inmiddels zijn we bij de derde industriële revolutie aanbeland, die wordt gekenmerkt door big datacommunicatie, onbemande voertuigen en groene, decentraal opgewekte energie. Iedere CEO zou zich moeten afvragenwelke impact deze vernieuwingen op de eigen organisatie hebben.‘Niet de sterksten of slimsten overleven, maar degenen die het bestereageren op veranderingen’, zei Darwin al. In deze nieuwe WinWin leest u

Ten Geleide

De derde industriële revolutie:

‘Impact op iedere sector’

Albert Cornelissen, Voorzitter College van Bestuur Windesheim

Thema: Derde industriële revolutie

WINWIN NR.

10

WinWin’s top 5De vijf boeiendste sprekers volgens Windesheim

4

22

ALS KIKKERS IN EENDATAPAN

Column: PLANET of the robots

Nieuwe arbeidsverhoudingen

31

Aanhaken!

Hoe Engie, Wensink enDe Fundatie met gezonde

dosis lef vernieuwingen doorvoeren

Een zorgbestuurder, een ‘skipper’en een lector in discussie Scan helpt bedrijven

talent beterte benutten

6

Opdrachten verstrektaan Windesheim

Jaap Sijmons van Nysingh over de spagaat tussenbig data en privacy

24 29

WinWin wordt u aangeboden door Windesheim. Het kennis-magazine biedt harde feiten, nuttige analyses, slimme praktijk - voorbeelden en opinies van mensen die weten waarover ze praten. Windesheim verspreidt het blad onder ondernemers, hogere managers en bestuurders.

Colofon Redactieadviesraad: Hans Groenhuis (ROVA), Ralph Keuning (Museum de Fundatie) Kristel Leerkes-Boerhof (Boerhof Projectinrichters) Maarten Roef (Wavin) en Simone van Ruth (MEE IJsseloevers)

Hoofd- en eindredactie: Marketing en Communicatie Windesheim

Journalistieke begeleiding: Maters & Hermsen

Vormgeving:Home of Happy Brands

Fotografie:Shutterstock, Getty Images, Hollandse Hoogte, Spaghetti

Teksten: Windesheim en Maters & Hermsen

Windesheim zet kennis in werking.Daarom mag de kennis uit dezepublicatie hergebruikt en/of alsgrondstof gebruikt worden omnieuwe kennis te ontwikkelen.Windesheim verwacht als tegenpres-tatie dat u de bron hierbij vermeldt.

Suggesties Heeft u opmerkingen over de inhoud of suggesties voor onderwerpen?

Mail naar: [email protected]

of schrijf naar: Redactie WinWinPostbus 100908000 GB Zwolle

16

WinWin nr.10 juli 20162 3

Page 3: Bekijk de WinWin van juli 2016

Windmolenrotoren, diervoedersilo’s en polyester plezierjachten: allemaal voorbeelden van producten die gemaakt zijn van thermoharde composieten. Deze materialen zijn zo hard, dat ze niet te recyclen zijn, zo was decennialang de conclusie. Onderzoekers van Windesheim werken echter aan een oplossing. ‘De materialen kunnen niet tot elementaire grondstoffen worden gerecycled. We kunnen ze echter wel hergebruiken’, legt Albert ten Busschen van Windesheim uit. ‘We snijden de materialen simpel gezegd in lange repen en die verwerken we in nieuwe kunststofproducten.’ Dit klinkt simpeler dan het is: het in stukken zagen van een wiek van een windmolen van tientallen meters lang is een ingewikkelde klus. Maar het is wel degelijk mogelijk. ‘In samenwerking met verschillende bedrijven werken we aan een manier om dit uitvoerbaar te maken’, aldus Ten Busschen.

Achttien grote bedrijven als ABN AMRO, Enexis, Jumbo, KPN enRandstad hebben zich inmiddels gecommitteerd aan Betaalme.nu:een niet-commercieel initiatief dat eind vorig jaar vanuit hetbedrijfsleven zelf is ontstaan en gebruik maakt van de expertisevan onderzoekers op het gebied van Supply Chain Finance vanWindesheim. Betaalme.nu zet zich ervoor in dat grote bedrijvenhun mkb-leveranciers sneller betalen. ‘Hierdoor kunnen we circa€ 2,5 miljard aan liquiditeit vrijmaken voor het mkb’, zegtJoost van den Hondel van Windesheim. Als projectmanager vanBetaalme.nu maakt hij zich er hard voor dat het de norm wordtdat grote bedrijven kleine leveranciers binnen dertig dagen betalen.Ook kunnen ze snelle en gunstige financiering via derde partijenaanbieden. Meer weten? Kijk op www.betaalme.nu

Niet-recyclebaar,of toch?

Jeremy RifkinDeze rubriek kan niet anders dan beginnen met Jeremey Rifkin, de man aan wie het thema van deze WinWin is ontleend. De Amerikaanse econoom is de bedenker van de term ‘derdeindustriële revolutie’ en heeft inmiddels meer dan twintig boeken geschreven over de impact van wetenschappelijke en technologischevernieuwingen op onze economie en maat-schappij. Rifkin adviseert wereldleiders en geeft wereldwijd lezingen over hoe internet-technologie en groene energie voor een derde industriële revolutie gaan zorgen. Ook inNederland spreekt Rifkin met enige regelmaat. Eind vorig jaar was hij nog te gast bij een groot event in Utrecht over Smart Cities.

Martijn Aslander‘Veel grote organisaties gaan verdwijnen’, zegt Martijn Aslander. De technologischeontwikkelingen en veranderingen in de huidige netwerk- en informatiesamenleving gaanzo snel, dat er geen tijd meer is voor de oude gewoonte “Eerst-Lang-Voorbereiden-Dan-Het-Eindmodel”. Volgens hem doen commerciële bedrijven er goed aan om gebruik te maken van zwermen. Zwermen bestaan uit eenbundeling individuen die profiteren van devrij stromende kennis en die zonder financiële barrières zaken buiten organisaties om voor elkaar krijgen. Machtige hiërarchische top-down organisaties worden weggeconcurreerd. Martijn Aslander is een veelgevraagd spreker, standup filosoof en mede-oprichter van

Lifehacking.nl en Permanent Beta.Hij inspireert topbestuurders, nationaal eninternationaal. Met hartstocht en humor brengt hij de complexe impact van technologie op de samenleving in kaart.

Ben van LierNederland moet snel een inhaalslag zien te maken op het gebied van nieuwe, slimmeproductietechnologieën. Prof. dr. Ben van Lier, directeur Strategie en Innovatie bij Centric, luidt de noodklok. Waar bijvoorbeeld Duitsland 200 miljoen euro investeert in research enontwikkeling rondom het Internet of things, wordt er vanuit Nederland onvoldoende beleid gemaakt. ‘We zijn ons er nog te weinig vanbewust dat ontwikkelingen op het vlak van software, data en informatie de werkprocessen en toepassingen binnen allerlei domeinen de komende jaren sterk gaan beïnvloeden en deze drastisch zullen doen veranderen.’ Naast zijn werk bij Centric is Van Lier als professor ver-bonden aan de Steinbeis University in Berlijn. Ook is hij lid van het Forum Smart Industry.

Edwin HennipmanDe wereld om ons heen wordt steeds slimmer. Steeds meer dingen worden uitgerust metsensoren, chips en apps en werken via hetInternet of Things slim met elkaar en met ons samen. Edwin Hennipman is deskundige op dit vlak bij Windesheim Flevoland en stoomttechnische studenten en professionals klaar voor de ‘Smart World’. ‘Als je bij ons vandaan

komt, sta je straks vooraan bij de innovaties die plaatsvinden binnen het bedrijf waar je aan de slag gaat. Er is een zee aan mogelijkheden: technologie wordt sneller, slimmer en goed-koper. De hoeveelheid data die mensen,sensoren en databases uitwisselen verdubbelt elke twee jaar. Werknemers van de toekomst moeten daarop voorbereid zijn.’

Annet Aris‘De digitalisering zet werkelijk alles op zijnkop’, zegt ook Annet Aris, bijzonder hoog-leraar Digitale Strategie aan Business School Insead in Fontainebleau. Ze werkte lange tijd voor McKinsey en vervult nu verschillende commissariaten, onder meer bij verzekeraar A.S.R., hightech bedrijf ASML en touroperator Thomas Cook. Ook schrijft ze wekelijks eencolumn in Het Financieele Dagblad overbedrijfsvoering, governance en digitale media. Volgens Aris zorgt de digitalisering voor een efficiëntere industrie: minder verspilling,minder storingen en snellere doorlooptijden. Naar schatting kunnen de productiekosten met 30% tot 50% afnemen. Om dit allesmogelijk te maken zijn digitale platformennodig die alle informatie verzamelen en orga-niseren. Zij zullen volgens Aris een rol spelen die vergelijkbaar is met die van Google, Uber en Amazon in de consumentenwereld.Aris staat op plek negen in de top 50 machtigste vrouwen van corporate Nederland en is een veelgevraagde spreker.

21&22/09/2016 BIG DATA EXPO ORGANISATIE: Organisatie Groep Zuid INHOUD: Big Data heeft een toegevoegde waarde die al lang niet meer ter discussie staat. De vraag is dan ook niet óf organisaties aan Big Data moeten doen, maar hoe ze het moeten aanpakken. Ontdek op de beursvloer, in workshops of tijdens interessante lezingen van o.a. Mario Schothuis (Business Manager Google Cloud Platform) en Paul Suijkerbuijk (Ministerie van Binnenlandse Zaken) hoe u Big Data structureel kunt omzetten in betrouwbare inzichten en zo een competitive advantage creëert. DATUM EN TIJD: : Woensdag 21 en donderdag 22 september van 10.00 tot 17.30 uurLOCATIE: Jaarbeurs Utrecht, Hal 4, Jaarbeursplein 6, 3521 AL, UtrechtKOSTEN: Gratis.INFORMATIE: www.bigdata-expo.nl

28/09/2016 DATA PRIVACY CONGRESORGANISATIE: HeliviewINHOUD: Dit congres helpt bedrijven en instellingen om in controle te komen en te blijven bij het verwerken van persoons-gegevens. Hoe voldoe je aan de wet- en regelgeving? Hoe voorkom je hoge boetes? Aan de orde komen bijvoorbeeld de Meld-plicht datalekken, internationaal gegevens-verkeer en privacy impact analyses. DATUM EN TIJD: Woensdag 28 septem-ber van 13.00 tot 18.00 uurLOCATIE: Stadion Feijenoord,Van Zandvlietplein 1, 3077 AA, Rotterdam INFORMATIE: www.privacy.heliview.nl

06/10/2016INDUSTRY 4.0 ENSMART INDUSTRY CONCREETREALISERENORGANISATIE: World Of Technology and ScienceINHOUD: De afgelopen jaren zijn de kansen van digitalisering en connectiviteit al veelvuldig aan de orde geweest.Maar het is voor organisaties nog steeds zoeken naar concrete voorbeelden. In dit seminar laten Arnold Stokking van TNO Industry, Evelien Bras van Thales Nederland en Pia Gausemeier van Miele Duitsland zien hoe Industry 4.0 en Smart Industry de realiteit worden. DATUM EN TIJD: Donderdag 6 oktober van 9.00 tot 17.00 uurLOCATIE: Jaarbeurs Utrecht, Hal 7 t/m 11, Jaarbeursplein, 3521 AL, UtrechtKOSTEN: Gratis.INFORMATIE & AANMELDEN:www.wots.nl/industry-4-0-en-smart-industry-concreet-realiseren

We staan aan de vooravond van een geheel nieuw tijdperk, een nieuwe industriële revolutie.

Wat betekent dit voor organisaties? WinWin vond op het web vijf veelvuldig geciteerde sprekers.

WINWIN'S TOP 5Boeiende sprekers

over de nieuwe industriële revolutie

WINNOVATIE

Agenda

Grote bedrijven gaan mkb sneller betalen

WinWin nr.10 juli 20164 5

Page 4: Bekijk de WinWin van juli 2016

6

Aanhakenof afhaken?

DERDE INDUSTRIËLE REVOLUTIE

De economie verandert ingrijpend. We staan aan de vooravond van een geheel nieuw tijdperk, een

nieuwe industriële revolutie. Directeuren, bestuurders en ceo’s gaan de boot missen als ze daar geen deel

van uit willen maken. Wat staat onas te wachten? Volgens duurzaamheidseconoom Jeremy Rifkin gaat

het om transities op drie terreinen: (energie)technologie, transport en communicatie. Trendwatchers

noemen decentraal opgewekte energie, onbemande voertuigen en big data. Wat gaan ondernemers in

de regio hiervan merken? Welke invloed heeft dit op onze samenleving? WinWin vraagt het aan drie

ondernemers die met een gezonde dosis lef vernieuwingen doorvoeren. Gerrit Boon (ENGIE) belicht de

transformatie van energie. Laurens Stigter (Wensink) schijnt zijn licht op mobiliteit. Tenslotte duidt

Ralph Keuning (de Fundatie) de rol van kunst bij radicale maatschappelijke veranderingen.

door: bart de haan beeld: shutterstock

GDF/Suez, de naam die tot voor kort op de gevel stond, was een toonbeeld van traditionele industrie. Nu heten jullie ENGIE. Waarom?‘De naamswijziging is de kers op de taart van een ingrijpende transitie. We spelen in op drie maatschappelijke trends: digitalisatie, decarbonisatie en decentralisatie. Eigenlijk hoort daar nog een vierde “d” bij: decline in demand. Een afnemende vraag dus. Een drijfveer is ook het toenemend individualisme. Mensen willen zelf aan de slag. Prosumers heten zij in marketing-termen. Mensen gaan zelf stroom opwekken. Dat verandert de energiemarkt totaal. Net als internet.’

Hoe verandert internet de energiemarkt?‘Big data en algoritmes zullen leiden tot jouw digital twin.Die digitale tweeling gaat voorspellen wat je doet en nalaat.We zijn daar bij ENGIE ook mee bezig. We proberen relaties bloot te leggen die er nu ogenschijnlijk nog niet zijn. Dat kan! Op de radio hoorde ik een verhaal over een Amerikaanse die allerlei brievenbusreclame ontving voor babyspullen. Zij was verbolgen, want ze had geen kinderen. Een week later bleek dat ze zwanger was. Ze had online andere shampoo besteld en die aankoop had raderen in werking gesteld. Big data koppelden haar veranderde inkooppatroon aan dat van zwangere vrouwen.’

Gerrit Boon:

‘Dit wordt een sociale revolutie’Zoals elke nieuwe industriële revolutie wordt ook de volgende aangedreven door nieuwe energiebronnen. Traditionele spelers moeten daarop inspelen en ENGIE is een lichtend voorbeeld van die trend. De Franse energiereus heeft alle bakens verzet en gaat vol voor duurzaamheid. Op het hoofdkwartier van de Nederlandse energietak interviewt WinWin de Vlaamse directeur Gerrit Boon.

Gerrit Boon (1957, Etterbeek) is de CEO van ENGIE Energie.

De Vlaming werkt al sinds 1983 bij (voorgangers van) dit

bedrijf en begon als scheikundig ingenieur in de kern-

centrale van Doel. Hij maakte carrière binnen Electrabel

en moederbedrijf GDF/Suez en werd in 2005 benoemd tot

directeur Generation. Als hoogst verantwoordelijke gaf

hij voor Nederland leiding aan de fundamentele trans-

formatie tot ENGIE. Na tien jaar woonachtig te zijn geweest

in Dalfsen is Boon met zijn vrouw weer in zijn Vlaanderen

gaan wonen, in Sint-Niklaas om precies te zijn.

61 jaarGemiddelde levensduur

van een bedrijf in 1958

In 1980 bestonden

bedrijven gemiddeld

25 jaar, nu 18 jaar

Gerrit Boon(ENGIE)

Over de transformatie van

de energiemarkt

WinWin nr.10 juli 20166 7

Page 5: Bekijk de WinWin van juli 2016

Is dat niet doodeng?‘Absoluut, maar ook intellectueel boeiend. Een head hunter heeft maar twee- tot vierhonderd tweets nodig om met behulp van big data een profiel te maken dat net zo goed is als een compleet assessment. Dat vind ik fenomenaal. Waar het steeds meer om draait, is dat succes evenredig is aan de mate waarin jij jouw klant kent. Kun je inspelen op de veranderde behoefte van de klant? Zelfs al voordat die zichtbaar wordt?’

In de energiewereld heb je daar slimme meters voor. Die uitrol vindt plaats, maar mensen vrezen voor hun privacy.‘De slimme meter is een vorm van data collecting die leidt tot vergaande optimalisatie van de netten. Data die leiden tot preventief onderhoud, dat is toch niet vervelend? Op onze markt krimpt de rol van centrale productie. Decentrale opwek heeft de toekomst. Het individualisme op onze markt stijgt. Al die zonne-parken en windmolens moeten we integreren. Wij zullen op den duur geen energie meer leveren, maar oplossingen bij energievraag-stukken. Dat vraagt om grote veranderingen, waaronder een ander verdienmodel. De prijs van energie zal immers blijven dalen. Zon is gratis, nietwaar? De markt is onder die druk volstrekt aan het veranderen.’

Hoe ziet jullie eigen transitie eruit?‘Wij willen van een klassieke producent evolueren naar een energie-architect. Onder één naam, ENGIE, services en energie leveren. In smart area’s en smart cities gaan we bouwen aan energieneutrale en/of CO2-neutrale opwek. Die behoefte groeit snel. De vraag is groter dan de markt kan bieden, want elke organisatie wil “versneld vergroenen”. De honger om snelheid in de vergroening te brengen is groot. In 2020 moeten we 14 procent duurzame energie opwekken. Dan is nog steeds 86 procent conventioneel overigens, maar met dergelijk pragmatische opmerkingen moet ik haast oppassen.’

Hoezo?‘We worden door publiek en politiek vrij rap in de hoek gezet als voorstander van fossiele hulpbronnen. Dat klopt aantoonbaar niet meer, maar het gebeurt zodra we wijzen op de behoefte aan conventioneel opgewekte energie.’

Een heikel punt in de publieke opinie is kernenergie.Met name rond Doel 1 en 2, twee centrales in België waar u zelf heeft gewerkt. Zijn die discussies vervelend?‘De discussie gaat over de opschorting van de sluiting. Dat was een voorgenomen regeringsbesluit. In België zijn kolencentrales gesloten. In combinatie met dalende fossiele brandstofprijzen is er te weinig geïnvesteerd in alternatieven. Vervelend is vooral dat beleid zo veranderlijk is. Regeringen hebben altijd een visie op duurzaamheid, maar geen duurzame visie. Zo is de allerbeste manier om te vergroenen… minder consumeren. Van alle afspraken in het Energieakkoord blijven besparingen echter het hardst achter.’

Daarin klinkt frustratie door.‘Ach, ik zou graag wat meer feitelijkheid in het debat zien. Er is veel symboolpolitiek. Natuurlijk is duurzame energie belangrijk.Maar hoe belangrijk exact? Om de stijging van de opwarming der aarde binnen 1,5 graad te houden, moeten we binnen 50 jaar de CO2-uitstoot met 98 procent terugbrengen. Dan moet je op zoek naar oplossingen om die CO2-uitstoot tegen te gaan. Waar haal je die? De opwarming van de aarde wordt evident bevorderd door broeikasgas. Dan heb je het over CO2, maar ook over het veel schadelijker methaan. In een typisch westers land als Nederland ontstaan broeikasgassen voor een derde door landbouw.Het overige deel, dus twee derde van de uitstoot, ontstaat voor een kwart door mobiliteit, voor een kwart door industriële warmte, voor een kwart door residentiële warmte en voor een kwart door elektrische toepassingen. De productie van elektriciteit staat echter volop in the picture. In plaats van honderden windmolens bouwen kun je ook met zijn allen één dag per maand geen vlees eten. Wij werken er keihard aan, maar de totale elektriciteitsopwekking kan gezamenlijk hooguit 18 procent van de oplossing bijdragen! Er moet dus méér gebeuren.’

Houden we hoe dan ook behoefte aan conventionele centrales, alleen al om pieken en dalen op te vangen?‘In de eerste fase wel. Bij veel decentrale opwek zal het land op een windstille, donkere dag een gascentrale nodig hebben. Het is niet zo dat je zo’n centrale in de mottenballen zet en op afroep eventjes snel kunt opstarten. Kijkend naar de verre toekomst zal er een moment komen dat er voldoende slimme oplossingen zijn. Denk aan opslag van duurzame energie op wijkniveau in accu’s. Of denk aan de batterijen van jouw auto die ’s avonds de vraag opvangen. Denk aan warmte-koude opslag en intelligente koppelingen van apparaten via the internet of things. Bij ENGIE spelen we hierop in met een team dat Smart Digital Solutions heet.’

De toekomst is nu?‘Nee, zeer zeker niet! Onze markt verandert, maar het is nagenoeg onmogelijk om te voorspellen hoe de toekomst eruit ziet. Kijk naar Back to the Future. Het tweede deel van die filmreeks is opgenomen in 1989. De held reisde vooruit naar het jaar 2015. De makers van die film keken minder dan dertig jaar vooruit en hadden slechts dertig procent juist. De grootste veranderingen hebben ze volledig gemist: internet, smart phones en tablets. Visionairs denken altijd door vanuit bestaande techniek. We zijn nauwelijks in staat om nog niet bestaande techniek te voorspellen. Energievoorspellers denken nog steeds in grote windmolens en enorme vlakten met zonnepanelen. Maar klopt dat wel? Wat is er straks wel, dat er nu nog niet is?’

We gaan altijd uit van vooruitgang. Kan dat ooit afgelopen zijn?‘Er zijn knappe koppen die stagnatie voorzien. Dat zou kunnen.Voor mij is het bijvoorbeeld niet zeker dat eigendoms-verhoudingen veranderen. Sharing is mooi, maar initiatieven als Über of AirBnB hebben grenzen. Er zitten gaten in de theorie. Uit onderzoek blijkt dat een gemiddelde boormachine 11 minuten per jaar draait.Stel nou eens dat je dat apparaat deelt via slimme apps met de buren. Als dat een groot succes wordt, dan stort de markt voor boormachines in. Dan gaan boormachine-fabrieken failliet en stopt de ontwikkeling. Zo’n mentale exercitie kun je ook toepassen op zon en wind in relatie tot energie. Dat wordt een intellectuele uitdaging. Duurzame energie heeft als gevolg dat de marktprijzen zakken. Daardoor zie je nu dat conventionele centrales worden afgeschakeld en dat levert overgangsproblemen op. Bovendien gaan besparingen zich niet -of veel minder- in geld laten uitdrukken. Hoe goedkoper energie wordt, hoe lastiger het wordt om financiering voor besparingsinnovaties rond te krijgen.’

En als een windmolen naast jouw dorp wordt neergezet, profiteer je daar als dorpsbewoner ook niet rechtstreeks van. ‘Om mensen te betrekken, moet je ze aandeelhouder maken.Horen mensen de klapperende wieken van een windmolen of horen ze het gerinkel van een kassa? Dat maakt verschil.’

ENGIE experimenteert met doorverkoop van energie uitzonnepanelen aan “de buurman” in het project Opgewekt voor elkaar. Werkt dat?‘Dit is bij uitstek een initiatief waarin onze behoefte aan verandering doorklinkt. We spelen een makelaarsrol en dat is fantastisch. Die kant moet het op. Het blijkt overigens nog niet eenvoudig om drempels in de bureaucratische molens te slechten.’

Het is een universele wet dat verandering stuit op weerstand. Heeft u rond het overwinnen van weerstand een les geleerd die u kunt delen? ‘We hebben fors gereorganiseerd. In 2010 hadden we 1.300 medewerkers, nu nog maar 500. Die krimp is niet gerealiseerd met alleen maar natuurlijk verloop. Het is in zo’n situatie van groot belang om het goed te kunnen uitleggen. The sense of urgency moet duidelijk zijn.’

Ervaren jullie geen fundamenteel probleem rond die“urgentie”? Aan de ene kant wil je het energielandschap transformeren, maar tegelijkertijd is leveringsbetrouw-baarheid en “gegarandeerd continu stroom” van het grootste belang.‘Als ENGIE willen we als regisseur op alle terreinen aan de slag.We willen oplossingen bieden voor de industrie, in woningen, op het gebied van mobiliteit en uiteraard elektriciteit. Door combinaties te maken, kom je verder. Intern hebben we een groep van bijna zestig mensen die daaraan werkt. We hebben geen keuze.De maatschappij verandert, met dank aan het individu en wij moeten mee. Gelukkig houden we in westerse democratieën met elkaar in stand dat oplossingen sociaal aanvaardbaar moeten zijn. Uiteindelijk zal deze revolutie wel doorgaan omdat het individu de verandering aanzwengelt. Deze transitie op weg naar een circulaire economie zal bottom-up ontstaan. Bedrijven moeten mee in die maalstroom. Dit wordt een sociale revolutie!’

CEO’s van de toekomst Er zijn wereldwijd ongeveer 2.000 mensen die met een chip in hun hand hun kop koffie afrekenen of inchecken op ’t station. Ze hebben geen pasjes meer nodig (die gestolen kunnen worden) en alles gaat een stuk sneller. Op de vraag ‘Zou jij een chip onderhuids in je arm laten zetten?’ antwoordt de Wifi-generatie:

NEE 74%

JA 26%

We komen ons huis niet meer uit want we leven online

Niets is meer geheim

Robots nemen alles over

Geen milieuvervuiling meer want we wekken zelf onze energie op

Er gaat niet zoveel veranderen: big data is een grote hype

Grootste veranderingenvolgens wifi-jongeren:

12%

39%

23%

13%

13%

WinWin nr.10 juli 20168 9

Page 6: Bekijk de WinWin van juli 2016

Bestaan er over 25 jaar nog autodealers?‘Ja. Vijfentwintig jaar geleden vroegen we ons ook al af of fabrikanten die rol niet zouden overnemen. Dat is niet gebeurd.Ik denk dat de klassieke “papa & mama”-bedrijven langzaam het veld ruimen. Er zal schaalvergroting optreden, zoals je dat ook ziet bij supermarkten. Dealers zullen meerdere merken voeren én het hele spectrum bestrijken: personenwagens, bestelwagens, trucks. En ik geloof dat wij een totaal andere relatie gaan ontwikkelen met de klant. Veel meer dan een verkoper van vehikels worden wij een regisseur van jouw mobiliteit.’

Wat verkopen jullie over een kwart eeuw?‘Dienstverlening. We verkopen niet de beste wagens, maar kilometers. In een kostprijs waarin alles is versleuteld, ook die nieuwe banden of de nieuwe laadklep. Zeker bij afnemers van bestelwagens en trucks pakken we nu al die regierol. Zo trainen we chauffeurs voor fleetmanagers van grote klanten. En tegen die tijd leveren we allicht op en top getrainde chauffeurs die bij ons in dienst zijn.’

Verandert het wagenpark zelf? ‘De keuzes veranderen. Voor kleinere ritten gaan géén grote trucks rijden, maar bestelwagens. Geleerden denken overigens dat vrachtwagens niet nóg energiezuiniger te krijgen zijn zonder dat het ten koste gaat van laadcapaciteit. Dat wordt met bestelwagens ook al lastig. Bij personenwagens gaat het juist harder met hybrides en elektrisch rijden. Al is volledig elektrisch rijden nog ver weg.’

Is de automobielindustrie wel vernieuwend genoeg voor die veranderingen? ‘Als autofabrikanten meer gaan samenwerken en in ketens durven te denken wel. Blijven alle partijen vanuit hun eigen bolwerk opereren, dan blijft dat conservatisme belemmerend werken. Dat is eerlijk gezegd wel kenmerkend voor onze branche. Samenwerking is nodig om echt verder te komen, zelfs in onze onwijs competitieve markt. Kennis is macht, delen is kracht. De huidige generatie is gelukkig veel meer bereid om dat te doen.’

Boodschappen, kleding, reizen en fietsen worden op internet besteld. Waarom gebeurt dat niet met auto’s?‘Daar speelt emotie en beleving een te grote rol voor. Maar stel dat je een maandbedrag betaalt en binnen dat budget kunt uitzoeken wat je maar wilt? Bij een dealer waar je het kunt aanraken, luisteren en ruiken? Dan moeten wij onze dienst-verlening al hebben veranderd. We moeten verschillende types vervoer aanbieden, zorgen dat de airco tijdig wordt bijgevuld en dat schades soepel worden verholpen. En dat allemaal binnen één geïntegreerde kostprijs: de totale “ontzorging” van de klant. Bij bedrijfswagens werken we al in up time. De klant krijgt de garantie dat een kapotte bestelbus binnen een dag wordt gemaakt en anders staat daar een vergoeding tegenover.Dat vraagt om een complex logistiek netwerk. Ik vind het wel mooi om dan te bedenken dat we over een paar jaar zo’n kapot onderdeel even snel 3D-printen.’

Dit kantoor kijkt uit op de A28. Nog geen jaar geleden reed daar een kolonne zelfsturende vrachtwagens van Scania. ‘Zelfrijdend gaat komen, al vraagt dat om gewenning. Ik denk uiteindelijk dat wetgeving deze ontwikkeling gaat versterken. Het is niet ondenkbaar dat automobilisten zich ooit moeten bijverzekeren als ze ervoor kiezen om zelf te sturen. Dat klinkt raar, maar zo gek is het niet. De techniek is al klaar. Ik rijd een S-coupé waar ik mijn handen van het stuur kan halen. Al kost me dat wel moeite.’

Auto’s worden beter en gaan langer mee. Is dat niet verve-lend voor een autoverkoper?‘Nee. Ik voorzie geen toekomst met peperdure auto’s die minstens vijfentwintig jaar meegaan. Kijk naar mobiele telefoons.

Laurens Stigter:

‘Geen vehikels maar ontzorgde

mobiliteit verkopen’

De revolutie die ons duurzame energiebronnen moet brengen, lijkt ver weg in de showroom van Wensink. Aan de blinkende bolides, Ford en Mercedes, hangen bordjes met energielabels die soms verrassend zuinige scores tonen, maar het blijft een feest van fossiele brandstof. Of vergissen we ons? WinWin kijkt met Laurens Stigter naar de toekomst.

overheersen misvattingen in het debat. Over de duurzaamheid van hybride wagens bijvoorbeeld. De productie is erg vervuilend, maar ondertussen krijg je vanuit symboolwerking wel bijtellings-voordelen. Ik zie veel cherry picking, weinig klare lijn. In Nederland verstoort bijtelling de markt.’

Wordt het nog wat met dat elektrisch rijden?‘Zelf schat ik de potentie van waterstof hoger in. Elektrisch kent te veel beperkingen. Natuurlijk, er is een overschot aan goedkope elektriciteit. En een parkeerplek met laadpaal is in Amsterdam een reden om zo’n wagen aan te schaffen. Toch blijven de mogelijkheden beperkt. Ik heb zelf een hybride maar de elektrische actieradius van 29 kilometer voelt gewoon niet goed. Waarom ik hem heb? Het is een heerlijke wagen en tja, toch vanwege die bijtelling.’

Iets anders: is de samenleving klaar om rond de auto het idee van bezit te vervangen door gebruik? ‘Vroeger was dat ideologisch gedreven, maar nu wordt dat streven praktisch. Ik heb nu een busje nodig, morgen een kleine stadswagen en volgende week een gezinsauto voor de vakantie. Om dat idee gaat een verdienmodel ontstaan. Zonder dat bezit verdwijnt, want rond sharing zie ik beren op de weg. Als jouw zoon in een voetbalteam zit en jouw dochter in een volleybalteam, dan leen je toch niet voor elke uitwedstrijd de wagen van de buurman? Er zijn dingen die een mens niet wil delen. De meeste mensen willen hun levenspartner niet delen. En ook hun huis niet. De auto komt daar niet heel ver achteraan. Mensen blijven egoïstisch en willen een eigen auto bezitten die ze elk moment van de dag overal naar toe brengt. Waarom? De auto is een symbool van vrijheid. Vrijheid die is bevochten.’

We spreken veel over straks. Maar nu, vandaag…wat is in jullie showroom beschikbaar dat toekomstbestendig is?‘Het fleetboard. In de vrachtwagens zitten boordcomputers en wij van Wensink kijken over de schouder van de ondernemers mee. Wij adviseren over gebruik, over efficiency en werken razendsnel van probleem naar oplossing. Voor trucks én trailers. In personen-wagens zit het ook, als gebruikers ons toestemming geven natuurlijk. En bedrijfswagens gaan nu om. Daar zijn we nu al de regisseur van mobiliteit.’

Over WensinkMet dertig vestigingen en meer dan 780 medewerkers is Wensink de grootste dealer in het noorden en oosten van Nederland.

Het bedrijf verkoopt personenwagens, trucks, trailers en bedrijfswagens en verzorgt daar diensten omheen, elk ondergebracht

in een aparte bedrijfstak. Wensink, opgericht in 1986, werd groot als dealer van Mercedes-Benz, maar voert sinds 2009 ook

met succes het merk Ford. Laurens Stigter is er werkzaam sinds 1988. Eerst als operationeel directeur, later als CEO.

Wensink sponsort onder meer de voedselbank en de stichting Wereldkinderen en investeert volop in duurzame oplossingen.

Dat de crisis voorbij lijkt te zijn, kunnen ze bij Wensink onderstrepen. 2015 was het beste jaar in de geschiedenis van het bedrijf.

Dat product is enorm verbeterd, maar de omloopsnelheid gaat alleen maar omhoog. Kids willen na een maand alweer een nieuwe. Zo’n situatie voorzie ik, in iets andere proporties, ook voor personenwagens. Met alternatieve energiebronnen zal de brandstofprijs dalen. Het onderhoud wordt goedkoper. Nu rijden auto’s 50 duizend kilometer zonder onderhoud, straks 100 duizend. Als de mobiliteitsprijzen dalen, dan koopt iedereen misschien wel twee typen auto’s.’

Lekker voor het milieu…‘Niet als de uitstoot enorm wordt gereduceerd. En dat gaat gebeuren.’

De crux is de klant. Die moet het willen?‘Voor de personenwagens is dat helemaal waar. Met de bestel-wagens en vrachtwagens is het anders. Op die markt kun je sneller een rationeel besluit nemen. Met ons fleetboard kunnen we vrachtwagens op afstand uitlezen. Dit voorjaar introduceren we het systeem Connected Me voor bestelwagens. Uiteindelijk gaat dat steeds verder. Wij kunnen het complete wagenparkbeheer overnemen. Met als groot voordeel dat wij niet aan exclusiviteit gebonden zijn en á la Uber ook pakketjes van anderen kunnen meenemen. Met vrachtwagens heb je die emotionele merkbeleving minder en regeren toegevoegde waarde en kostprijs.’

Sloeg de blinde paniek toe toen de PvdA in maart bedacht dat binnen tien jaar geen klassieke verbrandingsmotoren meer verkocht mochten worden?‘Dat plan bleek al snel niet zo houdbaar. Overigens juich ik zulke beleidsmatige duidelijkheid wel toe. Nu zit er zoveel ruis op de lijn en

Laurens Stigter

(Wensink)

Rekent af met conservatisme

Alles, zelfs mijn huis

De auto

Kennis

Heleboel, alleen met vrienden en familie

Mijn grappen

Problemen

Niets

Google-generatie reageert:Sharing is de toekomst. Wat willen jongeren delen?

9%

59%

5%

3%

2%

1%

21%

11WinWin nr.10 juli 201610

Page 7: Bekijk de WinWin van juli 2016

‘Geld isaltijd de sleutel’

Slimmer omgaan met geld, dat klinkt goed. Hoe doen we dat?‘Hoewel de rente momenteel historisch laag is, profiteert een groot deel van het bedrijfsleven daar nauwelijks van, omdat banken de hand op de knip houden. Vooral richting het mkb hanteren zij strengere limieten. Dit wordt nog eens versterkt door het feit dat rekeningen vaak laat betaald worden. Maar die oneerlijkheid in het financierings-systeem moet eruit als we de rem van ontwikkeling en innovatie willen halen. Het goede nieuws luidt: dat kan. Ketenfinanciering, oftewel supply chain finance, is een alternatief dat werkt om kredietwaardigheid hoog te houden en zal in de toekomst dan ook steeds vaker worden ingezet. Het maakt slimme bedrijven sterker, ook de kleinere.Een geducht probleem is bijvoorbeeld dat kleine bedrijven hun lang uitstaande facturen niet gefinancierd krijgen. Door in ketens te denken, helpen grote organisaties de kleinere spelers en versterken zij zelf hun leveranciersnetwerk of hun afzetkanaal. Hoe dat kan? Grote partijen kunnen bijvoorbeeld hun rekeningen sneller betalen. Het initiatief Betaalme.nu, waar steeds meer grote organisaties zich bij aansluiten, is daar een mooi voorbeeld van.’

Zijn er nog meer opties?‘Zeker! In Mexico loopt een project dat vertaald de “productieve ketens” heet. De overheid publiceert goedgekeurde facturen van ondernemers. Banken of andere financiers kunnen vervolgens inschrijven op de financiering van die facturen. De ondernemer krijgt de meest gunstige financiering, financiers krijgen transparantie en zekerheid. 80.000 bedrijven zijn met dit project al geholpen aan 60 miljard dollar. Op die manier kunnen bedrijven door en financiers willen weer investeren.’

Wat heeft de toekomst nog meer in petto? ‘Ons meest recente onderzoek richt zich op het ontwikkelen van instrumenten die het mkb handvatten bieden om met ketenfinanciering aan de slag te gaan. Kansrijk is reverse factoring, waarbij een leverancier goedkope financiering verkrijgt op basis van een goedgekeurde factuur, gebruikmakend van de kredietwaardigheid van een grote afnemer. Ook zullen nieuwe technologische ontwikkelingen als Blockchain technologie en het Internet of Things een belangrijke rol spelen. Wanneer je bijvoorbeeld weet waar een container zich precies bevindt, nemen de risico’s af en is goedkoprere financiering mogelijk.’

De industriële revolutie zet veel zaken op zijn kop. Kleine - vaak online - bedrijven worden in

razend tempo groot en leidend, instituten van weleer vallen om. Big data, sensoren en het

internet of things hebben impact op alle bedrijven, van groot tot klein. In deze nieuwe

werkelijkheid blijft één ding stabiel: het belang van geld om ontwikkelingen in gang te zetten.

‘Om tot revolutionaire veranderingen te komen, moeten we slimmer omgaan met geld’,

stelt Windesheimonderzoeker Ronald de Boer, expert in supply chain finance.

DRIEVRAGEN

AAN

Ronald de Boer

Dit dossier gaat over de toekomst en revolutionaire veran-dering. In april werd in Amsterdam een “Rembrandt 2.0” onthuld. Een 3D-print waarbij op basis van algoritmes uit 346 werken van de meester een nieuw werk van 148 miljoen pixels was gemaakt. Is dat de toekomst? ‘Welnee. Dit soort dingen laten ons zien dat je met techniek kunst kunt reproduceren. Dat is niets nieuws en daar lig ik geen moment wakker van. 3D-printen is leuk, maar dit verandert niets wezenlijks. Een revolutie vraagt om meer.’

In welke revolutie leidde kunst tot maatschappelijke veranderingen?‘Dat valt in historisch perspectief best tegen. De vrije kunstenaar zoals we die nu kennen, bestaat nog niet zo lang. Dit kunstenaar-schap stamt uit de Romantiek die tot bloei kwam in de vroege negentiende eeuw. Daarvoor waren er broodkunstenaars die een opdrachtgever hadden. Vaak een kerk, een koning of een ideologie. De kunstenaar ondersteunde met zijn verbeeldingskracht het beleid van de opdrachtgever. Veel kunst van voor 1800 is “propaganda-kunst”. Dat geldt voor oude Egyptische kunst enhet Laatste Oordeel van Michelangelo tot de Nachtwacht van Rembrandt. Pas in de Romantiek emancipeert de kunstenaar. Vanaf dat moment gaat de kunst vaak over zichzelf. Dat momentum is geen toeval. De kunst had haar functie verloren. Koloniën werden leeggehaald, de industrialisatie begon en na de verbanning vanNapoleon waren de oorlogen wel even uitgevochten. De noodzaak van propaganda was decennia afwezig. Kunst hoefde even niets te vertegenwoordigen. In dat tijdperk kon vrije kunst opbloeien.’ Gaat de kunst ooit weer beleid ondersteunen?‘Kunstenaars kunnen best uitleggen waarom zoiets als “de westerse democratie” ook alweer zo interessant is. Of kijk naar het fenomeen Europa. Sinds Karel de Grote zagen we talloze pogingen om diens Karolingische rijk te herstellen. Vaak te vuur en te zwaard en dat wapengekletter ging gepaard met grote kunst. Als er wordt gevochten, dan valt er immers wat uit te leggen. Maar inmiddels leven we vredig in dat verenigde Europa en ontbreekt het volstrekt aan artistieke uitingen die dat ideaal representeren. Europa bestaat, maar we doen er niks mee! Waarom is dat? Komt dat omdat we er comfortabel mee zijn? Ik denk het niet. Zelf zie ik het comfortabele gevoel over Europa onder onze voeten wegzakken.’

Ralph Keuning: ‘ Revolutionaire kunst vraagt om opdrachtgeverschap’

Kunstenaars kunnen maatschappelijke veranderingen verder brengen. ‘Maar dan moeten ze wel dat romantische zolderkamer-idee loslaten.’ Ralph Keuning, directeur van De Fundatie in Zwolle, vraagt om opdrachtgeverschap. ‘Daan Roosengaarde is in veel opzichten méér de opvolger van Rembrandt dan Van Gogh dat was.’

De derde industriële revolutie waarover deze editie gaat, her-bergt waarden als autonomie, co-creatie, burgerkracht. Zijn dat geen waarden waarmee kunstenaars uit de voeten kunnen? ‘De autonomie gaat toenemen, onmiskenbaar. Met wind en zon in autarkie energie opwekken, dat zal de toekomst zijn. Dat is spannend. Mensen gaan leven in hun kleinere en duurzame cirkels. Tegelijk zie ik dat het individualisme en materialisme dat hoogtij vierde in de jaren tachtig en negentig, tot stilstand komt.Sinds de uitbraak van de economische crisis in 2008 zijn mensen weer op zoek naar gemeenschapszin en een gezamenlijke identiteit.Ik vertrouw er echter niet op dat kunstenaars uit zichzelf, als zieners, die maatschappelijke ontwikkelingen gaan begeleiden. Dat lukt alleen als er goed opdrachtgeverschap gaat ontstaan.Overheden en bedrijven moeten weer opdrachten verstrekken.

13

12

11

Ralph Keuning (1961, Harderwijk) is sinds 2007 directeur

van Museum de Fundatie, met vestigingen in Zwolle en Heino.

Ook is hij bestuurder van de Stichting Hannema-de Stuers

Fundatie. Eerder werkte de kunsthistoricus bij de Staatliche

Museen zu Berlin in de Neue Nationalgalerie. Nog steeds

onderhoudt hij warme banden met de Duitse kunstwereld.

Hij steekt zijn fascinatie voor de Berlijnse kunst uit het

interbellum niet onder stoelen of banken. Na zijn Duitse

periode werkte Keuning voor het Prentenkabinet en het

Kröller-Müller Museum in Otterlo. Van 2004 tot 2007 was

Keuning directeur van het Nieuw Land Erfgoedcentrum in

Lelystad. Keuning bekleedt een reeks adviserende functies.

Ralph

Keuning

(Museum de

Fundatie)

Over kunst enondernemerschap

LEES VERDER OP

PAGINA 14

WinWin nr.10 juli 201612 13

Page 8: Bekijk de WinWin van juli 2016

Zoals Frans Banning Cocq in de Gouden Eeuw de opdracht gaf om een moderne afbeelding van de schutterij te maken. En daarbij was hij geen afstandelijke opdrachtgever. Hij stond vast naast Rembrandt en zal ook regie genomen hebben. Dat durven opdrachtgevers vaak niet. Artistieke vrijheid is hier zó belangrijk dat opdrachtgevers al snel zeggen: “joh, doe maar wat”.’

De provincie nodigt kunstenaars uit om als “onafhankelijke geesten” deelsessies op congressen te evalueren. Is dat een voorbeeld van zulk opdrachtgeverschap?‘Nee, dat staat haaks op wat ik vind. Dan ga je die kunstenaar weer beschouwen als een soort profeet. Als je creatieve geesten inschakelt om te verbinden, dan moet je ze ideologisch laden. Kunstenaars mogen best wat meer in opdracht gaan werken.In de industrie gaat dat heel goed. Daar dragen kunstenaars bij aan prachtige toepassingen. Geef een kunstenaar een duidelijke rol als producent en er ontstaan prachtige oplossingen die een functie hebben. Met hoogwaardige techniek van nu. Je ziet ook dat kunstacademies weglopen van de autonomie en veel meer inzetten op toegepast werk.’

Heeft u een voorbeeld van toegepaste kunst met probleem-oplossend vermogen?‘Daan Roosegaarde is dé naam die je dan al snel noemt.Dat Roosegaarde bij College Tour in zo’n discussie belandde over zijn authenticiteit, zegt veel. Zijn werk botst met het Van Gogh-achtig kunstenaarschap, waar autonomie, individualiteit en originaliteit de drijfveren zijn. Het kunstenaarschap van Roosegaarde lijkt meer op dat van zeventiende-eeuwse meesters die in opdracht werkten. Voor hem zijn maatschappelijk nut, effectiviteit en communicatie-kracht belangrijke drijfveren. Authentiek is minder belangrijk, want het gaat erom dat het werkt. Dit botst met vastgeroeste, romantische ideeën. Ik vond dat Roosengaarde in die discussie erg alleen werd gelaten. Volgens mij opereert Roosegaarde volstrekt legitiem en vanuit een klassiek kunstenaarschap. Daan Roosengaarde is in veel opzichten méér de opvolger van Rembrandt dan Van Gogh.’

Kunst en ondernemerschap horen bij elkaar en de tijd dat een kunstenaar berooid hoort te sterven is voorbij?‘Dat berooid sterven lijkt mij hoe dan ook een achterhaald idee. Die mythe is zelfs rond Vincent van Gogh doorgeprikt. Succesvolle kunstenaars in het hier en nu plukken ook materiele vruchten van hun succes. Niks mis mee.’

Toch even naar Zwolle. Alle vooroordelen over eeningeslapen provinciestad ten spijt kreeg u opvallendeenvoudig de handen op elkaar voor uw meesterwerk,de verbouwing met de futuristische wolk…‘Ho, dat is niet mijn meesterwerk, maar van Hubert-Jan Henket,de architect. Dat we gemakkelijk de handen op elkaar kregen, is wel te duiden. Het museum gold een tijdlang als een probleemgeval.In de jaren voor de verbouwing hebben we met een paar mooie tentoonstellingen laten zien dat de Fundatie geen probleem was, maar juist een deugd. We konden duidelijk maken dat het onmogelijk was om én de vaste collectie te tonen en twee grote tijdelijke tentoonstellingen tegelijkertijd te draaien. Voor die formule was drieduizend vierkante meter nodig. Die behoefte werd onderschreven en toen kwam Hubert-Jan met zijn magistrale ontwerp. Het was waanzinnig, en het bleef nog net binnen de begrijpelijke marges.’

U bent bijna tien jaar chef van een succes. Blijft u nog lang?‘Die vraag krijg ik vaker. Ik zie nog volop interessant werk liggen. De eerste uitdaging was om de boel op orde te krijgen. Dat is in Zwolle gelukt. En ook op Kasteel Nijenhuis. Daar is de Orangerie als tentoonstellingsruimte in gebruik genomen, de horeca verbeterd en de beveiliging gemoderniseerd. Ons museum is kerngezond, de naam is goed. Alles is klaar om precies dat te doen waarvan ik houd: mooie tentoonstellingen draaien. Zo zijn we bezig om begin 2018 een grote tentoonstelling vorm te geven over Europa. Geweldig spannende materie. De afgedongen eenwordingen van Napoleon en Hitler werden begeleid door buitengewone kunst. En als Hanzestad dragen we de pan-Europese gedachte in ons historisch dna.Zulke inhoudelijkheid wint het bij mij altijd. Carrièrestappen van groots naar nog groter vind ik echt stukken minder interessant.’

Over De FundatieDe spectaculaire verbouwing en gelauwerde

sandwichformule van Keuning maken de Fundatie tot

een succes. Sinds het aantreden van Keuning worden

laagdrempelige exposities gecombineerd met

zwaardere thematiek. In 2015, wederom een recordjaar,

trok de Fundatie in Zwolle 265 duizend mensen. Kasteel

Nijenhuis bij Heino ontving 45 duizend bezoekers.

25%

30%

45%

In een groot bedrijf met een leidinggevende

Voor zichzelf

In een zelfsturend bedrijf waarin iedereen gelijk is

‘Waar werkt de Wifi-generatie straks?’

METEN IS NIET PER SE WETEN‘Een klassieke verhaspeling: meten is weten. Klopt niet! De uitspraak van natuurkundige en Nobelprijswinnaar Kamerlingh Onnes was: “door meten tot weten”. Met alleen meet-resultaten ben je er namelijk nog niet: er blijft een dokter nodig om diagnoses te stellen en behandelingen voor te schrijven. Er komen diagnose-robots aan; deze computers met een constant verversende database voor symptomen zullen dokters flink vooruit kunnen helpen, maar nooit helemaal kunnen vervangen.’

VEILIGHEID IS NÓG BELANGRIJKER‘Ik ga even terug naar die insulinepomp die we ontwikkelen. Een app op een smartphone om zo’n inwendige pomp te bedienen klinkt natuurlijk heel mooi, maar privacy en beveiliging zijn dan heel belangrijk. De gegevens moeten betrouwbaar zijn. Meestal in het belang van de gebruiker zelf, maar soms wil je ook niet dat mensen bijvoor-beeld de verzekering oplichten door hun data te vervalsen. Een ander probleem: hoe voorkom je dat iemand met kwade bedoelingen de app kan misbruiken.Of andersom: hoe zorg je dat iemand met goede bedoelingen tijdens een noodsituatie toegang krijgt? Dergelijk apps zorgen voor nieuwe beveiligingsvragen. Een uitdaging – nu en in de toekomst.’

Windesheimonderzoeker Henri ter Hofte

doet onderzoek naar ICT-innovaties in de

zorg. Voor WinWin benoemt hij drie verwachte

innovaties, alsmede twee gevaren die deze

ontwikkelingen met zich meebrengen.

Want ‘meten is niet per se weten.’

DE DOKTER IN DE ZAK’86 procent van de Nederlanders tussen 12 en 80 jaar heeft een smartphone, onder jongeren is het percentage zelfs 96 procent. Daar komt bij: bijna niemand gaat tegenwoordig blanco naar een dokter. Eerst langs dr. Google en dan naar de huisarts! Patiënten komen met meer informatie bij de dokter, stellen gerichter vragen en kunnen straks hun symptomen onderbouwen met zelf verzamelde data. Tel die twee dingen bij elkaar op en het logische resultaat zijn diverse “gezondheid gerelateerde apps”. Wij zijn zelf bezig met de ontwikkeling van een inwendige insulinepomp, aangestuurd vanaf een app op de telefoon. Om me heen heb ik – in verschillende stadia van ontwikkeling – apps gezien om bijvoorbeeld je longinhoud of je bloeddruk te meten. En door voor een paar tientjes hulpmiddelen aan te schaffen, kunnen we straks zelfs onze nier- en leverfunctie onderzoeken. Dat is een ontwikkeling die door zal zetten.’

TOEGANKELIJKER ‘Niet alleen de “simpele” zorg komt dichterbij voor de patiënt. Ook “grote” ontwikkelingen in de gezondheidszorg staan niet stil. Neem bijvoorbeeld een DNA-test, dat was voorheen niet te betalen.Tegenwoordig kost dat ongeveer duizend euro en ik sluit niet uit dat het nog goedkoper wordt. Dat betekent dat ook dit soort zorg toegankelijker wordt voor iedereen. Onderzoeken, scans, DNA-uitdraaien; het wordt betaalbaar. Daardoor wordt de diagnostiek en de behandeling ook specifieker, persoonlijker. Ter illustratie:er is een vorm van borstkanker waarbij in het DNA besloten ligt of je daarop een verhoogd risico hebt. In 2013, toen de DNA-test nog duur was, heeft Angelina Jolie deze laten doen en vervolgens haar borsten preventief laten verwijderen nadat bleek dat ze drager was van het risicogen. Dergelijke testen worden nu snel goedkoper en bereikbaar voor meer mensen. Je DNA bepaalt bij sommige medicijnen ook of ze werken of niet. Als dit soort testen nog goedkoper worden zullen we, minder vaak via trail and error maar sneller en gerichter erachter komen waarom bepaalde medicijnen bij bepaalde mensen wel of niet werken. Zo verliezen we minder kostbare tijd.’ GRENZEN VERVAGEN

‘Particuliere hulpmiddelen worden steeds professioneler. Neem stappentellers – die komen steeds meer op, bijvoorbeeld in de strijd tegen obesitas. Die zijn nooit honderd procent nauwkeurig, maar dat hoeft ook niet. Gezondheid wordt steeds belangrijker, dus het is niet ondenk-baar dat steeds meer bedrijven met dit soort producten zich op de consumentenmarkt gaan storten. Opvallend is dat grote tech-bedrijven als Google en Facebook zich nog niet roeren op dit gebied – een kwestie van tijd. Hun ervaring zit vooral op het gebied van diensten die drijven op instant gratification, de snelle like. Daar kom je er niet mee in de gezondheidsbranche, dat drijft op de lange adem. Maar als ze die code kraken, is het hek van de dam.’

1.

2.

3.!

!

WinWin nr.10 juli 201614 15

Page 9: Bekijk de WinWin van juli 2016

door: bart de haan beeld: hollandse hoogte en

spaghetti

De revolutionaire veranderingen in onze

samenleving zijn datagedreven. Dat maakt

privacy tot één van de grootste ethische

vraagstukken in een tijd waarin iedereen

‘als een digitale naaktslak’ sporen achterlaat.

Een stevig gesprek tussen advocaat en

bijzonder hoogleraar Gezondheidsrecht

Jaap Sijmons, en Windesheimexpert

Klaas van der Kolk, over big data, persoons-

bescherming, cybercrime en de vraag of

ondernemers zich voldoende bewust zijn

van privacyvraagstukken.LEES VERDER OP

PAGINA 18

perty‘We zijn kikkers in een datapan’Priva te pro

17WinWin NR.10 juli 201616

Page 10: Bekijk de WinWin van juli 2016

Als de verslaggever een dictafoon op tafel legt,

volgt de constatering dat misschien alles wel

wordt opgenomen. ‘Door een derde partij die

we niet kennen.’ En als de fotografe op de

ontsluiter drukt, klinkt een grap over

portretrechten. Uit alles blijkt dat deze heren

een bovengemiddelde interesse hebben in

privacy. En ook al vliegen ze het onderwerp

aan vanuit uiteenlopende richtingen, wat hen

verbindt is dat privacy hen aan het hart gaat.

‘We zijn kikkers in een datapan.’ Klaas van der Kolk

Mr. Klaas van der Kolk (1973) is van

huis uit bedrijfsjurist en heeft zich

daarnaast gespecialiseerd op het

gebied van privacy-wetgeving en

cybercrime. Hij is als deskundige en

docent verbonden aan Windesheim

en heeft een eigen adviesbureau.

Jaap Sijmons

Prof. mr. dr. Jaap Sijmons (1959) is

hoogleraar gezondheidsrecht in

Utrecht. Hij studeerde rechten en

filosofie en staat als advocaat van

kantoor Nysingh met name zieken-

huizen en andere zorginstellingen

bij. Hij is een expert op gebieden als

marktwerking in de zorg, patiënten-

rechten en het medisch tuchtrecht.

Klaas van der Kolk: ‘Wat versta je eigenlijk onder privacy?’Jaap Sijmons: ‘Ik beschouw het als een tegenbeweging. De definitie draait om actieve afbakening van wat tot een privé-domein behoort. Vroeger was dit geen issue. Door afstanden en gebrek aan media wist je niks van elkaar. Door voortschrijdende technieken is dat totaal veranderd. De behoefte aan actieve bescherming is enorm gegroeid.’

Klaas: ‘Gaat het fout als we niks doen aan bescherming?’Jaap: ‘Ja. Vóór de automatisering van informatie hadden we genoeg aan wetsartikelen als onrechtmatige publicaties of smaad. Een paar eeuwen geleden gooideje een kwaadspreker nog de handschoen in het gezicht.De zwijgplicht van de arts die een patiënt in alle kwetsbaarheid gebrekkig en naakt ziet, is zo oud als de eed van Hippocrates. Vroeger golden klassieke morele codes. De notaris zweeg, de dokter zweeg, de biechtvader zweeg. Dat volstaat niet meer. Tegenover techniek plaatsen wij recht.’

Klaas: ‘Mensen vrezen toch zoiets als “de TomTom-isering” van de samenleving.’Jaap: ‘Ja, maar er is ook een keerzijde. We leven van de wetenschap, ook in de zorg. Je kunt iemand eens goed gaan onderzoeken. N=1. Daarvan is de wetenschappelijke waarde praktisch nihil. Voor onderzoek zoek je causale verbanden bij grote aantallen. N=1000 bijvoorbeeld.Die duizend mensen kun je nog, met veel moeite, persoonlijk benaderen. Maar de wetenschap schaalt nu op. Naar bijvoorbeeld N=1.000.000. Soms heb je big data nodig voor wetenschappelijk onderzoek waarvan het nut buiten kijf staat.’

Klaas: ‘Dan ga je trechteren in een immens datameer.’Jaap: ‘Precies. Ben je dan een datawolf of een onderzoeker die mensenlevens redt door relevante statische verbanden te ontdekken?’

ANONIEM VISJE

Klaas: De onderzoeker zegt: burger, doe niet moeilijk.In het datameer ben je een anoniem visje. Maar moeten we de rechten van het individu niet beschermen? Jaap: ‘De wet werkt volgens het model van informed concent. Lees: je geeft vrijwillig toestemming voor het gebruik van jouw gegevens. Dat werkt bij relatief kleinschalig onderzoek, maar bij big data is dat zo goed als onmogelijk. De wolk is te groot. Onderzoekers weten vooraf niet eens wat ze zoeken. Het is “collect before you select”. Dús moeten we nieuwe collectieve privacy-afspraken maken. Naast een invididueel recht op privacy bestaat er volgens mij ook zoiets als een collectief recht. Moet je voor zulk collectief gebruik van data niet collectief toestemming krijgen? Van de overheid bijvoorbeeld?’

Klaas: Dat laatste moet je niet willen. Overheidscontrole op privacy is haast per definitie onbetrouwbaar.Jaap: ‘Nou ja, laat bijvoorbeeld dan de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst oordelen over de collectieve bewaking van privacy in grootschalige data-onderzoeken.’

Klaas: ‘Het is voor mij al een vraag of anonimisering volstaat. Uiteindelijk kun je altijd terug door de pijplijn naar het invidu.’Jaap: ‘Dat klopt, al hoeft dat niet per definitie slecht te zijn. Mijn TomTom waarschuwt mij dat er een file aankomt. Dat weet TomTom omdat er tientallen TomTom-bezitters voor mij op de rem trappen en hun gps-gegevens delen. Als ik op Koningsdag door de stad loop, weet de politie door gsm-signalen bij elkaar op te tellen waar zich opstoppingen voordoen. Daar heb ik vast geen expliciete toestemming voor gegeven.’

GEZONDHEIDSCHIP

Klaas: ‘Volgens mij staan we nog maar aan het begin. Honden en katten krijgen al een Radio Frequency Identification-chip (RFID). Dat kun je ook bij mensen doen!

Jaap: ‘Ik weet niet of hetzover gaat komen, maar er zijnbelangrijke drivers. Kostenreducties,veiligheid en voor consumenten brengtzo’n chip gemak en zekerheid. Denk aan dechip die gaat piepen als jouw cholesterol eengevaarlijke waarde bereikt. Als je zulke verhalen hoort,is het best moeilijk om telemedicine te weerstaan.’

Klaas: ‘Burgers zitten alskikkers in een pan, waarvanhet water langzaam gaat koken.Ze voelen het gevaar niet.’

WinWin nr.10 juli 201618 19

Page 11: Bekijk de WinWin van juli 2016

Klaas: ‘Ik volg al twaalf jaar de ontwikkelingen rond RFID-chips. Ook het klonen van zo’n chip is mogelijk. Je zou een situatie kunnen krijgen dat je in het illegale circuit persoonlijke chips kunt kopen. Om zo een identiteit te stelen.’

Jaap: ‘Cybercrime is jouw domein, maar het lijkt me voor de hand liggen dat deze vorm van criminaliteit met stip gaat stijgen in alle ranglijsten. Er zitten zoveel achterdeurtjes in de techniek. In de zorg hamert de Inspectie Gezondheidszorg op het halen van de NEN 7510 maar dat is zo moeilijk dat vaak in de praktijk niet aan die norm wordt voldaan.’Klaas: ‘Dichtimmeren in NEN-normen is ondoenlijk.Wat vandaag waterdicht lijkt, is morgen een potentieel lek.’ Jaap:‘Ja, dat is zorgelijk. Onze cultuur deugt wel, maar de techniek biedt mogelijkheden voor kwaadwillenden.’

Klaas: ‘Ik denk dat mensen best zo’n chip willen implan-teren. Tegelijkertijd signaleer ik dat burgers als kikkers in een pan zitten, waarvan het water langzaam gaat koken. Ze voelen het gevaar niet.’Jaap: ‘Treffend beeld. Burgers die zich vrijwillig laten koken in hun datapan.’

Klaas: ‘Als iemand elke dag over jouw schouder meekijkt, dan word je daar behoorlijk zenuwachtig van. Digitaal merk je niets: een sluipmoordenaar van ons privéleven.’Jaap: ‘Aan de andere kant: nagenoeg iedereen is bereid om zich te onderwerpen aan vrij vernederende controles op een vliegveld omdat iedereen graag veilig vliegt.Ik erken de rationaliteit van zo’n maatregel. Zo werkt de ruil van privacy voor veiligheid ook. Pas als mensen een optelsom maken en een schrikbeeld zien opdoemen, dan heb je kans dat kikkers uit de pan springen.’

Klaas: ‘Heb je tegen die tijd niet al een point of no return bereikt? Je hoopt op een positief effect van een maatregel, maar het leidt tot negatieve effecten op een ander terrein. Jaap: ‘Eens, maar laat ik eens een ander voorbeeld noemen: keukenmessen! Iedereen wil de beste messen om op zondag, tak tak tak, een paar takjes bieslook te snijden. Kijk toch eens wat voor vlijmscherpe moordwapens op onze keukentafels staan? Daar kun je een ellende mee aanrichten! Maar in onze vrije samenleving gaat dat, zonder extra regels, eigenlijk best goed.’

Klaas: ‘Een keukenmes is zichtbaar. Als een kind zo’n mes pakt, zie je dat. Je kunt iemand met een mes detecteren met poortjes. Privacy is, zo hoorde ik ooit,de “schaduw van het kwaad”. De onzichtbaarheid maakt het onvergelijkbaar.’ Jaap: ‘Het is de vraag of we de tegenbeweging kunnen “empoweren”. Misschien kan de Autoriteit Persoons-gegevens dat doen. Al moet die dan wel sterker in de schoenen komen te staan.’

Klaas: ‘De Autoriteit Persoonsgegevens is onderbemensd en ik vraag me af of zij de overheid zelf goed kunnen beoor-delen. Wiens brood men eet, met wiens woord men spreekt.’Jaap: ‘Ik vind in ons huidige systeem de checks and balances best goed. Kijk naar de Algemene Rekenkamer die met veel lef behoorlijk kritische rapporten publiceert over de “eigen” overheid. Het zelfreinigend vermogen van onze democratie is hoog.’

Klaas: ‘Ligt dat aan de democratie of aan wat anders?’Jaap: ‘Nee, met een groot woord ligt dat aan onze democratische cultuur. Ik denk dat Nederlanders onafhankelijk, mondig en kritisch zijn. Zolang die cultuur heerst, is de overheid niet onze vijand.’

STELSELMATIG WANTROUWEN

Klaas: ‘Zijn ondernemers zich voldoende bewust van privacy? Houden zij hier voldoende rekening mee in hun vernieuwingsdrift?’Jaap: ‘Ik denk dat de verleiding groot is om eerst te kijken naar technologische mogelijkheden. Pas achteraf komt dan de vraag wat de implicaties zijn voor de privacy. De daad gaat vaak voor de bezinning uit, nietwaar?’

Klaas: ‘Dat blijft een issue. Het elektronisch patiënten-dossier heeft mooie effecten, maar het blijft een risico. Denk aan een potentiële werkgever die via zijn vrouw die in de zorg werkt, toegang krijgt tot jouw dossier…’

Jaap: ‘Dat is misbruik! Er zijn incidenten geweest en die hebben geleid tot ontslag op staande voet en vervolging. Maar we hebben – minder extreem – al de casus van de ziekenhuizen die het digitaal maken van papieren dossiers hebben uitbesteed aan een bedrijf dat achteraf gebruik bleek te maken van gedetineerden, die alle medische informatie onder ogen kregen.’

Klaas: ‘Moeten we niet toe naar “stelselmatig wantrouwen” als vertrekpunt voor alles wat online gebeurt?’Jaap: ‘Als het over de zorg gaat, hebben we het best goed voor elkaar. Uitzonderingen komen aan het licht. Het zijn voorlopig incidenten. Ik vind het niet zo dramatisch. Of wil je graag horen dat het dramatisch is?’

BEGRENZERS

Klaas: ‘Het probleem is dat er zo snel issues bij komen.En altijd is het de vraag of het doel de middelen heiligt. Veel mensen juichen het toe dat internetverkeer zou worden gemonitord op kinderporno. Dat doel heiligt het middel, maar waar eindigt dat?’Jaap: ‘Een ander praktisch voorbeeld: vind je het aanvaardbaar dat we alle auto’s standaard uitrusten met een systeem dat snelheid en positie meet en vervolgens ingrijpt als je te hard rijdt?’

Klaas: ‘Geweldig voorbeeld! Dit gebruik ik in mijn colleges ook. In een woonwijk kun je alle auto’s 30

kilometer laten rijden. Dat is misschien nog wel aanvaardbaar. Maar dan?’ Jaap: ‘Precies. Stel dat het op de snelweg ook wordt ingevoerd. Geen probleem toch? We hebben samen immers afgesproken dat we nergens harder mogen rijden dan 130 kilometer per uur? Maar dan koopt niemand nog een auto met zes cylinders. Uiteindelijk kom je aan een basisvrijheid. Namelijk de vrijheid om zèlf te beslissen om je aan de wet te houden. Aan het spelen met die vrijheid appelleren reclamemakers niet voor niets. We koesteren als brave burgers deze marge.’

Klaas: ‘Voor mij is een cruciale vraag: moet je het aan de burger overlaten om privacy op te eisen? Ik denk van niet. Sommige dingen kun je de burger niet vragen!’Jaap: ‘Tja, mensen zetten op Facebook hun hele hebben en houden. Ook over ziekte en tegenslag. Alles open en bloot. Het is een merkwaardig contrast met onze hoge privacy-regels.’

Klaas: ‘Like and share. Ik denk dat het naïviteit is.’Jaap: ‘Nou, dat weet ik niet. Je krijgt altijd een beloning op korte termijn. Duimen omhoog, uitnodigingen voor feestjes. Dat mensen dingen van jou weten, is niet erg totdat je er slechter van wordt. Als je een baan zoekt, is het ineens niet handig om bijvoorbeeld zichtbaar krakke-mikkig en depressief op Facebook door het leven te gaan. Maar goed, naïef of niet, privacy blijft een belangrijk thema. Dat belang zal alleen nog maar groeien.’

Jaap: ‘Keukenmessen!Vlijmscherpe moordwapensdie voor het grijpen staan.Toch gaat het, zonderextra regels, best goed.’

WinWin nr.10 juli 201620 21

Page 12: Bekijk de WinWin van juli 2016

I.O.IN ONDERZOEK

Opdrachten verstrekt aan Windesheim

BELANGRIJK WANT: Het gebruik van kunststof in plaats van bijvoorbeeld staal in de machinebouw biedt veel kansen. Kunststoffen hebben andere eigenschappen dan metalen en kunnen voorbepaalde applicaties een beter alternatief vormen. Niet alle bedrijven binnen de machinebouw zijn op de hoogte van de alternatieven die (vezel-versterkte) kunststoffen en 3D-printen kunnen bieden. Dit onderzoek biedt hen een overzicht. PARTNERS: AWL, TME, Van Bruggen, Novek, Moba, VMI, Ico, Hessels zeefbanden, DGS, GreenPacDUUR VAN HET ONDERZOEK: 2 jaarMEER WETEN? Freek Noordhuis, projectleider en onderzoeker lectoraat Kunststoftechnologie ([email protected])

Smart Cycling Futures

WAT ONDERZOEKEN WE? Hoe we het fietsgebruik onder de inwoners van Zwolle en Overijssel kunnen stimuleren. Bestaande fietsinnovaties worden getest, zoals fietspaden die oplichten bij gebruik en het onderling delen van fietsen. Er wordt gekeken naar de werking van deze innovaties in de praktijk, wat de kosten en baten zijn en wat de invloed van deze innovaties is op de leefbaarheid in steden. BELANGRIJK WANT: Naar verwachting woont 80% van de Nederlanders in 2050 in een stad.Dit geeft druk op de mobiliteit in de steden en omliggende regio’s, die goed bereikbaar willen blijven. Door het gebruik van fietsen te stimuleren, wordt de stad aantrekkelijker om te wonen, is deze beter bereikbaar en verbetert de doorstroom van het verkeer. PARTNERS: Provincie Overijssel, Gemeente Zwolle,

verschillende universiteiten, Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) en Kennisplatform CROW DUUR VAN HET ONDERZOEK: 3 jaarMEER WETEN? Friso de Vor, onderzoeker lectoraat Area Development ([email protected])

Hoe manage je een wicked problem?

WAT ONDERZOEKEN WE? Over welke competen-ties een team moet beschikken dat met een wicked problem aan de slag gaat en welke governance-structuren nodig zijn om een wicked problem aan te pakken.BELANGRIJK WANT: Alle grote vraagstukken in dewereld, van het wereldvoedselprobleem en de klimaatverandering tot de armoede en de werk-loosheid, zijn wicked problems. Het zijn complexe vraagstukken waarvoor niet of nauwelijks een oplossing is. De aanpak van deze problemen gebeurt steeds vaker via programma’s met deel-projecten. Meetbare doelen en afgebakende tijdslijnen ontbreken meestal. Kan een tool helpen om beter te sturen bij de keuzes als het gaat om de samenstelling van een team of de keuze voor een goede governancestructuur? PARTNERS: IPMA Nederland, PMI en hetWindesheim Honours CollegeDUUR VAN HET ONDERZOEK: 2 jaarMEER WETEN? Liesbeth Rijsdijk, onderzoeker lectoraat Sociale Innovatie([email protected])

Het levensverhaal centraal

WAT ONDERZOEKEN WE? Hoe je het levensver-haal van een cliënt met dementie structureel kunt

inbedden in de zorg, waardoor de zorgverlener in de zorgrelatie zijn zorgtaken beter kan afstemmen op wat de cliënt nodig heeft en prettig vindt. BELANGRIJK WANT: Managers, zorgverleners en onderzoekers werken samen aan het verbete-ren van de zorgpraktijk, waarbij de focus ligt op betekenisvolle en integrale zorg. Daarbij staat centraal hoe je op basis van het levensverhaal van de cliënt beter de verbinding met hem of haar kunt maken. Specifieke aandacht gaat uit naar de vraag hoe je met behulp van deze infor-matie de zorg integraal kan vormgeven (in plaats van denken in deeltaken) en hoe invulling kan worden gegeven aan de communicatie tussen zorgverleners over de inhoud en de uitvoering van het zorgleefplan. Het project moet bruikbare adviezen opleveren waarmee levensverhalen die de zorgpraktijk ondersteunen beter vastgelegd en geactualiseerd kunnen worden.IN OPDRACHT VAN: Zorggroep Noordwest-Veluwe in Harderwijk en Stichting Viattence in HeerdeDUUR VAN HET ONDERZOEK: 2 jaarMEER WETEN? Dr. André Mulder, lectorTheologie en Levensbeschouwing([email protected]) endr. T. Tromp, projectleider ([email protected])

eHealth in de Wijk

WAT ONDERZOEKEN WE? Hoe we wijkverpleeg-kundigen kunnen ondersteunen bij het verlenen van eHealth-gebaseerde gezondheidszorg. BELANGRIJK WANT: Door wijzigingen in de Zorg-verzekeringswet zijn wijkverpleegkundigen verant-woordelijk voor het bepalen welke zorg cliënten no-dig hebben en hoe die zorg het beste geleverd kan worden. Zorgverzekeraars leggen hierbij bepaalde eisen op, onder andere met betrekking tot de inzet van eHealth. Wijkverpleegkundigen hebben echter nauwelijks ervaring met het inzetten en toepassen van dergelijke technologische toepassingen. Op basis van het onderzoek wordt een digitale eHealth keuzehulp ontwikkeld voor de praktijk en een trai-ningsmodule voor het onderwijs. PARTNERS: Zorgorganisaties de ZorgZaak,De Stouw en IJsselheem, Zorgcampus Noorderboog, Zorgtrainingscentrum Regio Zwolle, Patiënten-federatie NPCF, VitaalThuis, ActiZ, Vilans, V&VN, Universiteit Twente en Windesheim. DUUR VAN HET ONDERZOEK: 2 jaarMEER WETEN? Dr.ir. Ruud Janssen, associate lector ICT-Innovaties in de zorg([email protected]) endr. ir. Marike Hettinga, lector ICT-innovaties inde zorg ([email protected])

Kunststof in de machinebouw

WAT ONDERZOEKEN WE? De mogelijke toe-pas-singen van kunststoffen in de machinebouw, al dan niet vezelversterkt of 3D-geprint. Naast de techni-sche eigenschappen worden ook de economische aspecten en de levensduur onderzocht.

WinWin nr.10 juli 201622 23

Page 13: Bekijk de WinWin van juli 2016

door: bart de haan beeld: stefan klein koerkamp

24

01.00 PM LUNCH+

STELLING 1: In veel bedrijven is het vertrouwen in eigen medewerkers te laag om te beginnen aan zelfsturing.’

Anneke: ‘Vertrouwen is dé randvoorwaarde voor succesvolle zelfsturing. In bureaucratische organisaties zitten belemme-ringen. Daar zijn managers vaak geneigd om te controleren op cijfers en prestatie-indicatoren. Hoe werken jullie bij IJsselheem aan zelfsturing?’Helene: ‘Tussen cliënt en zorgverlener, dáár gebeurt het bij ons. Die twee kennen elkaar en daar moet de maximale uitvoerings-vrijheid bestaan. Zorgverleners moeten in gesprekjes van een paar minuten tientallen hele kleine ethische afwegingen maken. Daar moeten we verantwoordelijkheid beleggen. Bij IJsselheem streven we naar een hogere mate van zelforganisatie en meerregie in teams. We hebben een tussenlaag weggehaald enhebben zo vooral nog teamcoaches. En inderdaad, vertrouwen is de sleutel. Ik heb vertrouwen in de mensen die met hart en ziel hebben gekozen voor de zorg. Tegelijkertijd is, geheel onbedoeld met de eerste stappen naar meer verantwoordelijkheid in de teams, de kwaliteit van de zorg minder geworden. De inspectie heeft ons gewaarschuwd. Mijn veronderstelling was destijds nog dat de gepassioneerde mensen dat zelf zouden oplossen.’Anneke: ‘Maar dat is niet zo.’Helene: ‘Het is alsof je mensen vraagt om te gaan fietsen terwijl

ze dat nooit hebben geleerd. Dat gaat niet zonder zijwieltjes.Zelforganisatie vraagt om nabijheid, om hulp, om leiderschap.’Anneke: ‘Het is een valkuil om te snel aan zelfsturing tebeginnen. Het is zó veel meer dan een paar managementlagen wegbezuinigen. Je moet niet alleen verantwoordelijkheden, maar ook regelmogelijkheden decentraliseren. En helderekaders stellen en ruggensteun geven.’Jacob: ‘Het begint met vertrouwen aan de top. Bij een bestaande, top down-georganiseerde organisatie moet de allerhoogste baas hier heilig in geloven. Zonder dat geloof mislukt het.En inderdaad, het is geen snelle bezuiniging. Vrijheid geven is moeilijk. Begin je hiermee, dan kun je ook goede mensenverliezen. Mensen die niet met vrijheid om kunnen gaan.Maar dat is voor mij geen reden om het vertrouwen te verliezen.’Helene: ‘Weet je mensen zó te raken dat ze zelf verantwoorde-lijkheid nemen? Dat is de sleutelvraag.’Anneke: ‘Wat jullie helpt, is dat jullie medewerkers een intrin-sieke motivatie hebben: een grote liefde voor hun vak. Maar hebben mensen ook last van ingeslepen patronen?’Jacob: ‘Ha, mijn vader was een onderwijzer in hart en nieren, maar werd helemaal gek van het vergaderen. Mijn moeder hielp in de thuiszorg met liefde haar medemens, maar stopte omdat ze onvoldoende tijd kreeg om de juiste zorg te verlenen. Er was geen tijd meer voor de juiste aandacht en ze moest er veel eigen tijd in investeren omdat ze binnen één minuut van de ene naar de andere kant van de stad moest sjezen.

LEES VERDER OP

PAGINA 26

De vorige twee industriële revoluties brachten ons fabrieken en kantoren. Met bazen,

vaste contracten en collectieve belangenbehartiging. Inmiddels verschuiven de traditionele

arbeidsverhoudingen in rap tempo. In feite kondigde de opkomst van Het Nieuwe Werken al

het nieuwe tijdperk aan. Door gebruik te maken van nieuwe technologieën kunnen we slimmer,

efficiënter en effectiever werken, zijn er nieuwe vormen van samenwerking en nieuwe manieren

van leidinggeven. Maar de ontwikkelingen gaan door: zelfsturing, robotisering en crowd-sourcing

via netwerkconstructies doen hun intrede. Wat betekent dit voor organisaties? Hoe wordt er

gewerkt na de revolutie? Zorgbestuurder Helene Wüst (IJsselheem), “Skipper” Jacob ter Horst

(Qbikz) en Windesheimlector Anneke Goudswaard praten in Almere over samenwerking en

zelfsturing in een tijdperk dat dichterbij is dan menigeen denkt.

Verhoudingen

door: bart de haan beeld: spaghetti

op het werk

25WinWin NR.8 juli 201524

Page 14: Bekijk de WinWin van juli 2016

Helene: ‘Dat is toch meer een mission statement?’Jacob: ‘Nee, we hebben geen missie en ook geen visie. We hebben mensen! Met ideeën! Als zo’n idee past binnen het kader, dan krijgt iemand de ruimte. We hebben ook geen winst-doelstelling. We moeten break even spelen en op ons speelveld leuke dingen doen. That’s it.’Helene: ‘Wauw. Het is bij ons best moeilijk om zulke zaken los te wrikken. Als je ergens aan gaat morrelen, vinden grote groepen collega’s vaakdat dit de werkwijze is “zoals het hoort te gaan”. De kracht van de gewoonte is groot.’Anneke: ‘Werken jullie bij IJsselheem met zelf-roosteren?’Helene: ‘Ja, daar zijn we mee begonnen, maar het geeft spanningen. Mensen moeten verwachtingen uitspreken, vanuit zichzelf schurende situatiesbespreekbaar maken. Dat is lastig. En dan zitten we ook nog eens in een regio waar mensen wat minder uitgesproken zijn.’

STELLING 3: Medewerkers vragen zelf om ouderwetse functiebeschrijvingen, organogrammen en hiërarchie.

Helene: ‘Ik herken dat beeld wel.’Anneke: ‘Medewerkers worden soms gek van de verandering en van de onduidelijkheid rondom verandering.’Helene: ‘Er is angst. Wat gebeurt er als ik een foutje maak? In de zorg kan dat heftige gevolgen hebben.’Jacob: ‘Ik probeer mensen anders te laten den-ken. Het mooiste voorbeeld uit mijn praktijk is de medewerker die door een stomme fout miljoenen euro schade veroorzaakte. De ene manager zegt: “Die klojo sturen we meteen de laan uit!”.De ander zegt: “Ben je gek? Die jongen gaat eerst maar eens die schade terugverdienen!”. Helene: ‘Mooi voorbeeld. Bij ons ontving een afde-ling een kritisch inspectierapport. Op een locatie waar we dat totaal niet hadden verwacht. Ik dacht meteen: “okay, het vertrouwen van de inspectie gaan we terugverdienen. We gaan leren. Niet alleen daar, maar op al onze locaties.”’Jacob: ‘Mensen weten zelf wel dat ze fout zitten.’Anneke: ‘Ze moeten ook weten dat het geen kwaad kan om fouten toe te geven om ervan te leren.’Jacob: ‘Dat is cultuur. In de bouw is dat beter voor elkaar. Maak je op de steiger een domme fout, dan wordt dat altijd besproken. Op een hele direc-te manier. De zelfsturende cultuur is daar eigenlijk beter. Juist hoger opgeleiden hebben meer moeite om een ander aan te spreken.’Anneke: ‘Ik heb het gezien in een industrieelbedrijf. Daar werd gewerkt aan het versterken van zelforganisatie, maar uitgerekend in de directie konden mensen hier niet zo goed mee overweg.Er zijn directieleden weggegaan.’Jacob: ‘Directeuren moeten zichzelf weg durven cijferen. Mijn doelstelling is dat ik op 1 juli 2016 operationeel helemaal niks meer mag doen.

Bij ons is de filosofie van Ricardo Semler leidend. Wij sturen helemaal niet aan. Dat maakt het an-ders. In klassieke organisaties moeten managers ervoor zorgen dat er niets verkeerd gaat. Wij zeg-gen: “Laat het maar fout gaan”. Dat is dé manier om medewerkers te laten leren en te activeren.’Helene: ‘Wat mag er dan fout gaan?’Jacob:‘Best veel. Een klant verliezen bijvoorbeeld. Daar praten we dan wel stevig over natuurlijk, maarvanuit het oogpunt om ervan te leren. Doe je het mét al die hiërarchische lagen, dan is dat én hart-stikke duur en gaat het ten koste van het plezier. Onze focus ligt ook niet bij de klant maar op demedewerker. Zijn onze medewerkers gelukkig, dan zijn onze klanten dat doorgaans ook.’Anneke: ‘Zijn die medewerkers in vaste dienst?’Jacob: ‘Deels. We hebben ook freelance-construc-ties, maar hebben veel last van de veranderde wetgeving rond zzp’ers. De overheid staat nog ver af van onze realiteit.’

Anneke: ‘De misstanden halen vaak het nieuws, maar ik zie overal netwerkorganisaties ontstaan waarin mensen als volwaardige partners samen-werken, maar die constructies wringen vaak met klassieke regelgeving. De overheid weet zich nog geen raad met die hybride en innovatieve samen-werkingsvormen en is op zoek naar oplossingen. Zoals naar een nieuwe invulling van het begrip goed opdrachtgeverschap.’Jacob: ‘Jammer is dat. De nieuwe generatie stu-denten wil niet anders. Die hebben een typische freelance-mentaliteit.’

‘We moeten mensen niet leren fietsen zonder zijwieltjes.’

denken. Wat Jacob vertelt, is zó anders. Ik vind het prachtig en het past helemaal bij mijn mens-beeld, maar ik moet het ook koppelen aan de con-text van de zorg en de cao.’

STELLING 4: De BV Nederland kan door slimmer werken en organisatorische innovaties met een derde minder managers toe.

Jacob: ‘Ja, dat lijkt me wel.’Helene: ‘Ongetwijfeld, maar het vraagt ook om een nieuw soort leiderschap. Om de nabijheid,ondersteuning en feedback aan medewerkers die ik al eerder noemde.’Anneke: ‘In de zorg zie je dat de professionals meer verantwoordelijkheid krijgen. En dat is goed, maar iemand moet dezelfde professionals ook ontzorgen. Dat is ook management, maar in een andere setting.’Helene: ‘Bij ons is zelfroostering zo’n issue. Er zijn best medewerkers die vinden dat dit hun taakhelemaal niet is. “Het kost me klauwen met tijd”, zeggen ze dan. “Los dat lekker voor mij op en laat mij zorg verlenen!”Anneke: ‘Ook bij zelfroostering moet er iemand bepalen wát er moet gebeuren en hoeveel fte’s een team krijgt toebedeeld.’

STELLING 5: Het gevaar van technologisch gedreven vernieuwingen op de werkvloer is dat het menselijk contact vermindert en dat de sociale cohesie verdampt.

Jacob: ‘Absoluut!’Anneke: ‘Het gevaar is wel afhankelijk van de sector en het type werk.’Jacob: ‘Bij ons, in de technologie, speelt dit enorm.

Wij hebben een cultuur waarin je kunt doen en la-ten wat je wilt. Het onderhouden van menselijke verbindingen kost moeite. Zo hebben we onze kan-toren ingericht als ontmoetingsplekken. Je hoeft er niet te werken, maar het is wel fijn als je er regelmatig bent.’Anneke:: ‘Persoonlijk contact is belangrijk en dat is universeel. Er moet een menselijke basis zijn.’Helene: ‘We begonnen net met vertrouwen.Wat ik ervaar, is dat ik mensen die ik door en door vertrouw helemaal niet zo vaak hoef te zien.Mensen die ik echter niet goed kan inschatten, wil ik juist vaker zien.’Anneke: ‘Precies. Het begint dus altijd met ver-binding.’Jacob: ‘Ik blijf er verdacht op. Mensen die te veel thuiswerken, zakken uit beeld en vallen uiteinde-lijk weg. Betrokkenheid zit ‘m gewoon in elkaar ontmoeten. Ons werk is toch a way of life?’Helene: ‘Kunnen we dit koppelen aan generaties? Jonge mensen willen elkaar zien en mensen met jonge gezinnen willen graag wat meer thuis zijn. Kunnen we dat als moderne organisaties moge-lijk maken?’

Ik mag aan externe profilering doen en nieuwe ideeën verzinnen, maar verder niks. Eigenlijk moet elke directeur voor zichzelf een pad uitstippelen dat leidt tot zijn eigen ontslag. Maar dat is best moeilijk voor een gemiddelde directeur. Zeker alsje aan beloning komt. Maar wij hebben geen belo-ningsstructuur!’ Helene: ‘Echt niet? Hoe werkt dat dan?’Jacob: ‘Mensen weten zelf wel wat ze waard zijn, dus laat ze het zelf maar bepalen.’Anneke: ‘Geeft dat onderling geen schevegezichten?’Jacob: ‘Alles is openbaar en transparant. Je moet het kunnen verkopen aan de anderen. Buiten-staanders zijn doorgaans heel verbaasd als ik dit vertel. Beloning is het meest gevoelige onder-werp. “Hoe kun je dat in vredesnaam vrijlaten?”, zeggen ze dan. Overigens, in de praktijk zie ikdat medewerkers hun beloning vaak voorzichtig inschatten.’Helene: ‘Laat me raden? Vrouwen zijn meerbescheiden dan mannen?’Anneke: ‘In een gemengde organisatie zullen er altijd medewerkers onder hun marktwaarde gaan zitten.’Jacob: ‘Het mooie is: je hebt overal mensen die gewoon hun ding doen én mensen die net wat meer willen. Als dat laatste wordt geaccepteerd door een team… dan heb je een natuurlijk leider. Uiteindelijk is dat de mooiste vorm van hiërarchie. Bij ons hebben we teamtrekkers, maar die rollen wisselen de hele tijd. In grote organisaties wordt het vaak als vernedering ervaren als je als mana-ger een stap terug moet doen. Bij ons prijzen we juist zulke mensen.’Anneke: ‘Dat doet me denken aan Job crafting. Dit kun je ook in andere organisaties toepassen. Je kunt samen als team kijken naar de functies en rollen die worden gevraagd en daar samen de juiste mensen bij zoeken. Waar is iemand sterk in? Wat wil iemand verder ontwikkelen? Of waar wil je juist van af?’Helene: ‘Een beperkende factor in de zorg is dat extra taken automatisch worden gekoppeld aan salarisschalen.’Anneke: ‘Hebben jullie zulke smalle functiebe-schrijvingen?’Helene: ‘Ja, van vroeger uit. Deed je een stapje extra of kreeg je er een taak bij, dan steeg je een stap op de salarisladder. Dat was de manier van

Organisatieontwikkeling en teamcoachingOm klaar te zijn voor de toekomst heeft IJsselheem de stap gezet richting zelf organiserende teams. Hierbij wordende verantwoordelijkheden zo laag mogelijk in de organisatie gelegd. Marinka van Beek, expert binnen Windesheim o.a. op het gebied van teamcoaching, heeft de hoofden cliëntenzorg en de managers van IJsselheem begeleid bij het leer- en veranderproces om te komen tot zelforganiserende teams.

‘Mensen weten zelf wel wat ze waard zijn.’

STELLING 2: Jos de Blok (Buurtzorg) heeft “werken in de zorg” meer veranderd dan de laatste drie ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Anneke: ‘Buurtzorg haalt regels weg bij de mede-werkers. Men valt medewerkers niet meer lastig met de bureaucratie. Jos de Blok gelooft dat als je het team verantwoordelijk maakt voor passende zorg, het onder de streep met die uren ook wel klopt.’Jacob: ‘Buurtzorg ken ik niet heel goed, maar ik zie de explosieve groei van hun ideeën en ik vraag me wel af hoe zelfsturend het ècht is allemaal. Vergeet niet dat dit model de meest ingewikkelde organisa-tievorm is die je maar kunt verzinnen.’Helene: ‘Bij ons is het ook best ingewikkeld, vooral rond de ondersteuning. De ict, de financiën, de ver-antwoording. En bij ons werken veel mbo’ers in de zorg. In Nederland zijn we een beetje gaan geloven

dat complexere zorgvragen én meer zelforgani-satie vragen om hbo-vaardigheden. Dat gaat me wel aan het hart. Ook mensen die met hun handen aan het bed staan, verdienen het vertrouwen en meer regie.’Anneke: ‘In productiebedrijven met mbo opgeleid technisch personeel lukt het ook prima. Dit is deordervoorraad voor deze week. Jullie weten precies wat je daarvoor moet doen. Regel het onderling!” Heldere kaders zijn daarbij cruciaal.’Jacob: ‘Ons kader is dat we, vrij globaal, hebben bepaald wàt we doen. We kaderen het speelveld af.’

WinWin nr.10 juli 201626 27

Page 15: Bekijk de WinWin van juli 2016

Jacob: ‘Zeker. Waardevol inzicht.’Anneke: ‘Dit roept om maatwerk, om aansluiting bij levensfasen en persoonlijke voorkeuren.’Helene: ‘Waarom zoeken mensen elkaar bij jou op?’Jacob: ‘Omdat ze dezelfde klant bedienen, maar ook omdat ze elkaar aardig vinden.’Helene: ‘De ordeningsvormen gaan anders worden.

Mensen ontmoeten elkaar niet rond een taak maar rond een cliënt.’Jacob: ‘Precies, dat is organisch. Dat begrip zit ook in de term organisatie, maar dat organische hebben we er in het verleden vakkundig uitgesloopt. Ook zoiets stoms is dat we telkens maar mensen op posities benoemen op basis van hun

diploma’s. Tegenwoordig worden alle opkomende, succesvolle bedrijven geleid door drop outs.’ Anneke: ‘Ik moet nu overigens gaan om te horen wat een groepje studenten heeft bedacht om de talenten die we in Flevoland opleiden voor deregio te behouden. Ze presenteren zo hun idee voor een talentenpool.’Helene: ‘Ik vond het onwijs leuk. Zullen we anders buiten deze ontmoeting om nog eens een hapje gaan eten? Of zeilen? Moeten we tegen die tijd maar even bepalen wie de skipper is…’

OVER HELENE WÜSTAls bestuurder van woonzorgconcern IJssel-heem streeft Helene Wüst (1958, Rotterdam) er naar met organisatorische innovatiesbeter aan te sluiten op maatschappelijkeveranderingen. Ouderen willen langer thuis wonen, willen meer regie en vragen om zorg op maat. Ook decentralisaties in de zorgvragen om slimme organisatievormen.Ze gelooft dat medewerkers met meer plezier werken zodra ze meer regie over het eigen werk krijgen. Zelfsturing en zelforganisatie kunnen daarbij helpen. IJsselheem levert dagbesteding, behandeling, thuiszorg, reva-lidatie, beschermd wonen en verpleging op 14 woon- en zorglocaties in de regio rond Zwolle en Kampen. IJsselheem telt 2.300medewerkers én 1.700 vrijwilligers.

‘ We hebben geen missie en ook geen visie. We hebben mensen. Met ideeën!’

WIE IS WIE?

OVER JACOB TER HORST Ondernemer Jacob ter Horst (Warfstermolen, 1976) is geen ceo, maar skipper. Dat is Fries voor schipper. Bij de organisatie van zijnbedrijf Qbikz, online partner voor ongeveer zestig bedrijven, liet Jacob zich inspireren door de Braziliaan Ricardo Semler.‘Aansturing? Daar doen we niet aan.’ Zijn bedrijf Qbikz heeft geen managers, geen salarisschalen en geen hoofdkantoor (wel een ‘clubhuis’). Zijn mensen werken vanuit Haarlem, Leeuwarden en Kiev.

OVER ANNEKE GOUDSWAARDAls lector Nieuwe Arbeidsverhoudingen op Windesheim houdt Anneke Goudswaard (1958, Rotterdam) zich bezig met flexibili-sering van werk, arbeidsverhoudingen en sociale innovaties. Als lector ontplooit ze bedrijfsoverstijgende initiatieven en geldt ze als verbinder tussen onderwijs, overheid en ondernemers rond de organisatie van het menselijk kapitaal. Anneke studeerde arbeid- en organisatiesociologie en is al ruim twintig jaar lang verbonden aan onderzoeks-instituut TNO waar ze zich bezighoudt met de flexibilisering van arbeid.

Scan helpt bedrijven talent beter te benuttenHet beter benutten van talent binnen organisaties is “hot”. Medewerkers kunnen vaak meer dan in hun functie-omschrijving staat, maar de vraag is hoe je dit potentieeleruit haalt. Windesheimonderzoekers op het gebiedvan Sociale Innovatie hebben een scan ontwikkeld ombedrijven hierin verder te helpen.

De talentbenuttingsscan richt zich zowel op leidinggevenden als medewerkers. Onderzoeker Willy Veenkamp: ‘Voor medewerkers draait het vooral om de vraag of je je eigen talent weet te herkennen en wat je ermee gaat doen, voor leidinggevenden is het belangrijk dat zij inzien hoe zij medewerkers de ruimte kunnen geven om hun talenten te benutten.’ Een goede interactie tussen beide is volgens Veenkamp cruciaal. ‘Zijn medewerkers ondernemend genoegom gebruik te maken van hun talenten? En als ze dat niet zijn,wat kunnen leidinggevenden dan doen om hen te ondersteunenen te stimuleren?’

Voor het onderzoek is Veenkamp nog op zoek naar bedrijven die mee willen doen. Het levert hen kosteloos een talentscan op, waarmeezij inzicht krijgen in de houding en het gedrag van medewerkers en

leidinggevenden. Ook krijgen ze te zien wat de effecten zijn vantalentbenutting in de organisatie. Veenkamp: ‘In een vertrouwelijke rapportage maken we inzichtelijk waar de knelpunten zitten.’

Meer weten? [email protected]

UIT-GEZOCHT

‘Een aantrekkelijk alternatief’

Drie jaar na de ingebruikname van de Hanzelijn blijft het gebruik stijgen. In 2015 nam het aantal treinreizigers met dertien procent toe. Dit blijkt uit de Hanzelijn Monitor: een meerjarig onderzoek van Windesheim naar het effect van de Hanzelijn. In 2015 stapten per dag gemiddeld ruim 17.000 personen in- of uit op één van de vier Hanzelijnstations (Lelystad, Dronten, Kampen Zuid en Zwolle).

Met name reizigers uit de regio zelf maken veel gebruik van de nieuwe spoorverbinding. ‘De Hanzelijn blijkt voor veel mensen een aantrekkelijk alternatief’, zegt Friso de Vor, onderzoeker bij het lectoraat Area Development van Windesheim. ‘Met name in Dron-ten en Kampen Zuid zien we dat veel reizigers de auto laten staan om met de trein naar het werk te gaan.’

Van de vier Hanzelijngemeenten profiteert de gemeente Zwolle het meest van de nieuwe spoorlijn. ‘Met de Hanzelijn is Zwolle als ver-voersknooppunt nog nadrukkelijker op de kaart komen te staan’, zegt De Vor. Niet alleen steeg het aantal gebruikers in Zwolle het sterkst (23%), ook geeft de Hanzelijn in Zwolle een impuls aan de -nabij het station gelegen- kantorenlocatie Hanzeland. Sinds de opening van de Hanzelijn in december 2012, is het aandeel werk-nemers uit Flevoland met negen procentpunt gestegen.

Gebruik Hanzelijn blijft toenemen

WinWin nr.10 juli 201628 29

Page 16: Bekijk de WinWin van juli 2016

Kennisboost voor accountants en adviseurs

Voor alle 183 klantbeheerders van Alfa Accountants en Adviseurs heeft Windesheim een traject op maat gemaakt om hun vakkennisop te frissen. ‘Een boost theoretische kennis’, aldus directeur Dirk ter Harmsel van Alfa. Het traject van twee keer vier dagdelenbestond uit een basisopleiding en een verdieping op een aantal specifieke onderwerpen die voor een accountantskantoor anno 2016van belang zijn. Zo was er bijvoorbeeld veel aandacht voor risicomanagement: hoe breng je voor je klant kansen en bedreigingen in kaart?

De Nieuwe Hanze Unie verder als stichting

Het succes van De Nieuwe Hanze Unie krijgt een vervolg. Na de zomer gaat het samenwerkingsverband tussen ondernemers, overheden, onderzoek en onderwijs in de regio Zwolle door als onafhankelijke stichting. DNHU is een initiatief van Djopzz, Future Insight, Provincie Overijssel, Agri en Food cluster, Landstede, Windesheim, Deltion College, CAH Vilentum, Cibap, en KPZ.Binnen het verband werken mbo- en hbo-studenten samen met overheid en bedrijfsleven aan complexe vraagstukken die spelen in de regio Zwolle. Dat gebeurt zowel multidisciplinair, complementair en op verschillende niveaus.

Training voor e-commercespecialisten De Nieuwe Zaak

Specialisten van e-commercebureau De Nieuwe Zaak zijn door Windesheim met een trainingsprogramma van tien avonden opgeleid om didactisch goed beslagenten ijs te komen als trainers van een nieuw opleidingstraject voor online marketingspecialisten. Johan Keurentjes, directeur van De Nieuwe Zaak, spreekt van een echte win-winsituatie: ‘Met hun didactische kennis en commitment hebben de experts van Windesheim ons enorm geholpen. Maar wat het nog mooier maakt: het ontwikkelde lesmateriaal wordt weer ingezet in de reguliere onderwijsprogramma’s.Zo brengen we samen het digitale marketingonderwijs op een hoger niveau.’

Nederland vergrijst en het aantal mensen met

dementie neemt de komende decennia sterk toe.

Dit heeft niet alleen veel impact op het leven van

mensen met dementie en hun families, maar

ook op de gezondheidszorg en de samenleving

als geheel. Als een van de partners van het

Deltaplan Dementie zet Windesheim zich in om

de dementiezorg in Nederland te verbeteren.

Deltaplan Dementie is een coöperatie waarbinnen de betrokken organisaties de krachten bundelen voor mensen met dementie. Samenwerking is het sleutelwoord. Samen werken we aan betere dementiezorg. Samen doen we onderzoek om dementie te voor-komen en misschien wel te genezen. En samen bouwen we aan een dementievriendelijk Nederland. Windesheim heeft zich als eerste hbo-kennisinstelling aangesloten bij dit unieke achtjarige programma.

Persoonsgerichte ondersteuningDe dementiezorg in de regio Zwolle is voldoende maar kan beter, horen we steeds weer in de dementiepraktijk. ProMemo, het ex-pertisecentrum Dementie voor Professionals van Windesheim, wil aan die verbetering graag een bijdrage leveren. Het faciliteren van persoonsgerichte ondersteuning aan mensen met dementie vanuit een netwerkbenadering staat daarbij centraal.

Deltaplan Dementie

1.

2.

3.

Waarom zijn we zo bang dat robots alles overnemen? Zo lang ze maar niet ons salaris overnemen is er toch niks aan de hand? Of zijn we bang dat we niks meer te doen hebben?

Vooral vrouwen zijn daar volgens mij bang voor. Vrouwen kunnen namelijk heel moeilijk niks doen. Ik kan dat prima. Mijn vrouw niet. Op zaterdag kan ik prima ‘s ochtends een krantje lezen met een kopje koffie erbij. Maar dan zit ik nog niet of mijn vrouw komt al naast me zitten.‘En wat gaan we doen vandaag?’, zegt ze dan opgewekt. Niks! Ik doe al wat. Ik lees de krant en drink een kopje koffie. Ik mag van mijn vrouw ook nooit lang op de wc zitten. Ik zit er nog niet op of ze klopt al op de deur en vraagt de stompzinnige vraag: ‘Wie zit er op?’ Een inbreker! ‘Ja’, zegt ze dan altijd, ‘ik vind het altijd zo ongezellig als je op het toilet zit’. Nou dan kom je er toch naast zitten!

Alles wat automatisch kan, laten we automatisch doen tenzij het handmatig goedkoper, beter of leuker is. Maar voor het overige willen we zo weinig mogelijk handelingen doen. Niemand gaat met de hand de afwas doen als er een vaatwasser in huis is. Je wilt bij de receptie van je onlinegeboekte hotel niet nog een keer met pen alle gegevens invullen die jeop internet al hebt ingevuld en die je gewoon op het beeldscherm van de receptioniste ziet staan.

Iets wat automatisch kan, maar toch handmatig moet gebeuren, noemen we nutteloos. Behalve als het een souvenirtje uit een heel arm land is, dan moet het per se handgemaakt zijn. En de souvenirverkopers beamen daarom maar al te graag dat het souve-nirtje handgemaakt is. Zelfs de sticker op deonderkant ‘made in Taiwan’ is handgemaakt. Als robots ook nog eens zouden kunnen liegen, dan hadden we dus ook geen verkopers meer nodig. Eigenlijk hebben we dan alleen nog maar CEO’s, directeuren en bestuurders nodig. Iemand moet het echte werk doen.

Planetof the robots

COLUMN

Jacob SpoelstraColumnist en stand-up comedian

www.jacobspoelstra.nl

‘Ik kan primaniets doen’

WinWin nr.10 juli 201630 31

Page 17: Bekijk de WinWin van juli 2016

Rens Nijman (22), student Engineering bij Windesheim Flevoland, heeft met een aantal medestudenten een virtuele geleidelijn ontwikkeld. Hoe ziet zijn toekomst inde Smart World eruit?

Een virtuele geleidelijn…? Vertel. ‘Een virtuele geleidelijn is een tool om visueel beperkte mensen meer vrijheid te geven. In plaats van de bekende ribbelpaden, die erg duur zijn en daardoor vaak maar op een paar plekken in de stad aangelegd, hebben blinden of slechtzienden hiermee een geleidelijn op maat die hen overal naartoe kan leiden. Met satellietgegevens is het gelukt om zeer nauwkeurige positiebepaling mogelijk te maken. Ook hebben we onderzoek gedaan naar “wearables”: hoe krijgt de

gebruiker de signalen tot zich? Via trilsignalen of auditief? Beide zijn zeer geschikt voor bijvoorbeeld je smartphone.’

En wanneer is deze virtuele geleidelijn werkelijkheid?‘Dat durf ik niet te voorspellen. Ik weet wel dat het Kadaster in Zwolle bezig is het concept verder uit te werken en andere partijen zoekt om hierin een rol te gaan spelen.’

En zoek je straks ook een baan in de wereld van dit soort slimmeoplossingen?‘De samenwerking tussen mens en techniek fascineert mij en in dit vakgebied wil ik me zeker specialiseren. Slimme producten worden steeds nadrukkelijker onderdeel van ons leven en menselijke taken worden vervangen door robots. Ik ben er van overtuigd dat er in de toekomst een punt komt dat de technologie de mens voorbijstreeft, al denk ik niet dat ik dat nog meemaak…’

Rens’ toekomst in de

Smart World