Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

17

Click here to load reader

Transcript of Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

Page 1: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

Alles voor niets? Beoordeling van het proces tegen Slobodan Milošević

Docent Prof. dr. H. Renner

Student Jan Kruidhof

Studentnummer 1535498

Studie-onderdeel Geschiedenis van de Politieke Cultuur

Werkcollege Conflicthaarden in Midden- en Oost-Europa

Inleverdatum 13 januari 2006

Page 2: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

INHOUDSOPGAVE

Pagina 3 Een rechtszaak zonder vonnis

Pagina 4 De historische achtergrond

Pagina 6 Het tribunaal en de vrienden

Pagina 8 De aanklagers

Pagina 10 De zieke verdachte en het einde

Pagina 11 Conclusie

Pagina 12 Literatuurlijst

Pagina 14 Bijlage: interview met prof. Jhr. mr. Michaïl Wladimiroff

F

F

F

Page 3: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

EEN RECHTSZAAK ZONDER VONNIS

Elf maart 2006 stierf Slobodan Milošević in zijn Haagse cel. Het proces tegen hem, waarin

tweehonderd en vijftig miljoen euro was geïnvesteerd, zou niet afgesloten worden met een vonnis.

Ondanks de honderd en vierentwintig getuigen die de aanklagers hadden gepresenteerd om de schuld

van de voormalig president van de Federale Republiek van Joegoslavië te bewijzen, zouden de

slachtoffers van de oorlogsmisdaden in voormalig Joegoslavië hun voormalig president nooit

veroordeeld zien. Jarenlang hadden aanklagers en verdediging een juridische strijd geleverd om de

verantwoordelijkheid van “Slobo”. Was al deze moeite voor niets, zoals de voormalig advocaat van

Milošević zei?1 Zowel voor, tijdens als na het proces was er kritiek naar aanleiding van het Milošević-

proces. Zowel het Joegoslavië Tribunaal2 zelf als de aanklagers en de verdediging van de verdachte

kregen het zwaar te verduren. Wat voor kritiek kregen zij en hoe terecht was dit commentaar? De

beoordeling van de kritieken leidt uiteindelijk tot de vraag: was het proces tegen Slobodan Milošević

een succes of een mislukking?

Het proces tegen Milošević is niet te volgen voor wie geen weet heeft van de gebeurtenissen tijdens

de Joegoslavische oorlogen. Daarom volgt allereerst een korte inleiding in de voorgeschiedenis van

het proces. Daarna zal de kritiek op het Joegoslavië Tribunaal en medewerkers van het Tribunaal

behandeld worden. Vervolgens worden de aanklagers en de getuigen die zij aandroegen behandeld.

Wat deden zij goed en wat kon beter? Vervolgens wordt aandacht besteed aan de ziekte van Milošević

en de manier waarop de rechters hiermee omgingen. Tenslotte wordt in de conclusie antwoord

gegeven op de vraag of het proces een succes dan wel een mislukking was.

1 Nicole Lucas en Gertie Schouten, ‘Alles is voor niets geweest. Proces-Milošević’, Trouw (07-12-2006).

2 De officiële naam van het Joegoslavie Tribunaal luidt ‘International Tribunal for the Prosecution of Persons Responsible for

Serious Violations of International Humanitarian Law Committed in the Territory of the Former Yugoslavia since 1991’, wat

afgekort wordt als ‘International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia’ (ICTY).

Page 4: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

´ Joegoslavië was zo´n mooi land, niemand had er problemen. Maar toen Milošević kwam,

begon iedereen problemen te maken. Ik vond het ongelofelijk.

Dat dit kon gebeuren in Europa. Dat zo´n idioot het zo vernielde.’

IZMED GRABIC, VLUCHTTE IN 1995 UIT BOSNIË NAAR NEDERLAND3

DE HISTORISCHE ACHTERGROND

Na de Tweede Wereldoorlog regeerde Josip Broz, bijgenaamd ‘maarschalk Tito’, met strakke hand

over de communistische Federale Volksrepubliek van Joegoslavië.4 Deze federatie bestond uit zes

republieken: Servië, Kroatië, Bosnië-Herzegovina, Slovenie, Macedonie en Montenegro. Door

nationalistische sentimenten hardhandig te onderdrukken beperkte de Tito conflicten tussen de

verschillende bevolkingsgroepen tot een minimum. Vanaf de jaren zestig voerde hij een steeds

liberaler communistisch beleid. De Servische provincies Vojvodina en Kosovo kregen vergaande

autonomie. In Kosovo werd driekwart van de bevolking gevormd door Albanezen, die hun

nieuwverworven zelfbestuur ten volle benutten.

De ontevredenheid en angst van Kosovaarse Serviërs over deze Albanese emancipatie werden

duidelijk in het SANU-Memorandum van 1986. In dit pamflet beklaagde de Servische intellectuele

elite zich over de Albanese autonomie en ‘fysieke, politieke, juridische en culturele genocide van de

Servische bevolking van Kosovo en Metohija’5. In heel Joegoslavië zorgde het Memorandum voor

onrust en toenmalig president Stambolic veroordeelde het nationalistische document dan ook

onmiddellijk. Milošević, destijds hoofd van de Servische Communistische Partij, steunde de Serviërs

wel in hun klacht. Via een politiek machtsspel6 bewerkstelligde hij het aftreden van Stambolic – tot die

tijd zijn beste vriend – en in 1989 werd hij zelf president. Het jaar daarop winnen de

onafhankelijkheidspartijen bij de verkiezingen in Slovenië en Kroatië. Wanneer zij zich in 1991

onafhankelijk verklaren, grijpt het door Serviërs gedomineerde federale leger in. De oorlog tegen

Slovenië duurt tien dagen en in Kroatië duurt de oorlog tot begin 1992. In beide gevallen verliest de

federale overheid.

Nadat in april 1992 ook Bosnie-Herzegovina zich onafhankelijkheid verklaart komen Bosnische

Serviërs in verzet. In datzelfde jaar noemde de staatssecretaris van de Verenigde Staten namen van

vermoedelijke oorlogsmisdadigers die voor een oorlogstribunaal gebracht zouden moeten worden.

Ook Slobodan Milošević werd genoemd. In februari 1993 werd besloten tot het oprichten van wat later 3 Jan Kruidhof, Kosovo (Groningen 2005) 25.

4 In het vervolg: Joegoslavië. Van 1963 tot 1992 veranderde de naam in Socialistische Federale Republiek van Joegoslavië.

De Federale Republiek van Joegoslavië, die van 1992 tot 2003 bestond, omvatte alleen Servië en Montenegro. 5 Adam LeBor, Slobodan Milošević (Amsterdam 2002) 110.

6 Milosevic vroeg in een vergadering van de Joegoslavische regering stemming aan over Dragisa Pavlovic, een medestander

van Stambolic die had geprobeerd de Servische nationalisten een halt toe te roepen. Milosevic beschuldigd hem – en zo

indirect Stambolic – van het in gevaar brengen van de “ideologische eenheid”. Vervolgens wordt Pavlovic weggestemd,

waarop Stambolic moet aftreden.

Page 5: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

bekend zou worden als het Joegoslavië Tribunaal. Een jaar later werden in Sarajevo vierennegentig

burgers gedood door Servische mortiergranaten en in juli 1995 vallen Bosnische Serviërs zogenaamde

safe areas vol burgers aan. De safe area Srebrenica moet worden beschermd door Nederlandse VN-

soldaten, maar zij kunnen niet voorkomen dat zevenduizend ongewapende mannen en jongens

geëxecuteerd worden. Nadat in augustus bij nieuwe bombardementen in Sarajevo zevenendertig

moslims omgekomen waren, reageerden de Verenigde Staten met een bombardement op Servische

doelen. Hierna werd in het Amerikaanse Dayton onderhandeld, waarna ondermeer door Milošević

vredesverdragen werden getekend.7

Ondertussen was het in Kosovo nog steeds onrustig. Het Albanese Uhstria Çlimrimtare Kosovës,

ofwel Kosovo Bevrijdingsleger, vermoordde hier in 1998 tientallen Servische ambtenaren. De Serviërs

reageerden ondermeer met de executie van vijfenveertig burgers in het Kosovaarse Racak, wat in het

Westen voor veel opschudding zorgde. Bij de hierop volgende vredesonderhandelingen ondertekenden

de Kosovaren wel een vredesverdrag, maar dit weigerden de Serviërs. Van maart tot juni 1999

bestookte de NAVO Joegoslavië vervolgens met bombardementen. In het midden van deze reeks

bombardementen werd Milošević aangeklaagd door het Joegoslavië Tribunaal. Hem werd verdrijving

van zevenhonderd en veertig Kosovaren voor en tijdens de Kosovo-oorlog ten laste gelegd, alsmede

de moord op vijfhonderd tweeënzeventig Kosovo-Albanezen. Nog geen maand later stemde hij toe in

de terugtrekking van het Servische leger uit Kosovo en liet hij NAVO-troepen toe tot het gebied.

In september 2000 verloor Milošević de presidentsverkiezingen van Vojislav Kostunica, die hem in

april 2001 liet arresteren. De Verenigde Staten beloonden Kostunica hiervoor met vijftig miljoen

dollar aan hulpmiddelen. Maar Kostunica weigerde zijn voorganger over te dragen aan het Joegoslavië

Tribunaal. In het geheim beval premier Djindjic toen politietroepen Milošević de vervoeren naar een

Amerikaanse luchtbasis in Bosnië. Hieruit werd de voormalig president op achtentwintig juni 2001

werd Milošević overgevlogen naar Den Haag en overgedragen aan het Joegoslavië Tribunaal. In dit

jaar werd Milošević ook aangeklaagd voor oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid in

Bosnië en Kroatië. Bovendien werd hij in de Bosnië-aanklacht beschuldigd van genocide, het zwaarste

verwijt dat het Tribunaal kende.

7 Michael P. Scharf en William A. Schabas, Slobodan Milošević on trial. A companion (New York en Londen 2002) 13-38.

Page 6: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

Rechter Richard May: ‘Do you want to have the indictment read out or not?’

Slobodan Milošević: ‘That’s your problem.’8

VOORGELEIDING, 3 JULI 2001

HET TRIBUNAAL EN DE VRIENDEN

Agressief en fel protesterend trad Milošević de rechters van het Joegoslavië Tribunaal tegemoet tijdens

hun eerste ontmoeting in de rechtszaal. Zowel het Tribunaal als de aanklacht tegen hem beschouwde

hij als ‘nep’.9 Het Tribunaal was immers niet opgericht door de algemene vergadering van de

Verenigde Naties, betoogde hij. Voor het overige zei de ex-president weinig inhoudelijks en weigerde

hij schuldig dan wel onschuldig te pleiten. Een advocaat ontbrak bij dit alles aan zijn zijde, want die

meende Milošević niet te hoeven benoemen voor een ‘illegaal tribunaal’. Op ingeving van de

Nederlandse advocaat Michaïl Wladimiroff10 besloten de rechters vervolgens tot aanstelling van drie

zogenaamde amici curiae, ‘vrienden van het hof’. Dit drietal bestond naast Wladimiroff uit zijn

respectievelijk Britse en Servische collegae Steven Kay en Branislav Tapuskovic. Zij moesten erop

toezien dat de verdachte een zo eerlijk mogelijk proces zou krijgen. Ties Prakken, hoogleraar

strafprocesrecht in Maastricht, was niet te spreken over de figuur van amicus curiae. ‘Een gedrocht dat

legitimatie voor zijn eigen positie ontbeert’, noemde hij het.11 Ook Milošević leek niet tevreden met de

amici. ‘Het is uw vriend, niet de mijne’12, zei hij tegen de rechters over Jhr. mr. Wladimiroff, die zelf

overigens tevreden was over het optreden van de amici. Ondanks de lastige positie van waaruit zij hun

werk moesten doen en het ontbreken van Milošević’ medewerking is het gebrek aan evenwicht

volgens hem bescheiden gecompenseerd. ‘En alles is beter dan niets.’13

De Britse amicus Steven Kay was eerder advocaat geweest van Boris Tadic, de eerste verdachte die

aan het Tribunaal was voorgeleid. In deze zaak had Kay gepleit dat het Tribunaal onwettig was, om

dezelfde redenen die Milošević bij zijn voorgeleiding ook zou noemen. In de zaak-Tadic hadden de

rechters zelf geoordeeld dat ze wel bevoegd waren verdachten van oorlogsmisdaden te berechten,

maar hier namen de amici curiae in de zaak-Milošević geen genoegen mee. Het leek hun beter de

geldigheid van het Tribunaal voor te leggen aan het Internationaal Gerechtshof, het hoogste juridische

orgaan van de Verenigde Naties. De rechters waren het hier niet mee eens, net zoals zij de andere

8 International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia, Transcript 010703IA. Milošević (IT-54-02) “Kosovo, Croatia, and

Bosnia Hercegovina” (03-07-2001) 2.; Milosevic noemt tribunaal onwettig. Ex-president Joegoslavie voorgeleid’, NRC

Handelsblad (03-07-2001) 1. 9 ICTY, Transcript 010703IA, 2.

10 Cees Banning en Petra de Koning, ‘Balkan aan de Noordzee. Over het Joegoslavië-tribunaal, over recht en onrecht’

(Amsterdam en Rotterdam 2005) 229. 11

Sluiter, Göran, ‘Vervolging van Milosevic door het Joegoslavië Tribunaal’, Nederlandsch Juristenblad 74.26 (1999) 1198. 12

International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia, Transcript 021003ED. Milošević (IT-54-02) “Kosovo, Croatia, and

Bosnia Hercegovina” (03-10-2002) 10787. 13

Aldus prof. jhr. mr. M. Wladimiroff in een interview dat in zijn geheel in de bijlage te vinden is.

Page 7: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

bezwaren14 van de amici niet honoreerden. Een van die bezwaren was dat de immuniteit van Milošević

als voormalig staatshoofd geschonden was. Volgens de amici was er geen precedent voor

internationale berechting van een ex-staatshoofd. De rechters vonden hun bezwaren echter niet terecht

en oordeelden dat Milošević wel berecht kon worden. In januari 2007 liet voormalig amicus

Wladimiroff blijken het met de rechters eens te zijn wat betreft de ontkenning van Milošević’

immuniteit. Hij legde uit dat Milošević allereerst geen staatshoofd was tijdens zijn berechting en dat

over de berechting van voormalig staatshoofden geen regels bestaan. Wel was het de vraag of je een

ex-staatshoofd kan berechten voor de periode dat hij wel staatshoofd was.15 Ook met inachtneming

van het formeel, materieel, nationaal en internationaal recht en de manier waarop Milošević is

overgedragen kon Milošević echter wel degelijk berecht worden, aldus Jhr. mr. Wladimiroff. Waarom

hij de immuniteit dan toch aandroeg als amicus curiae was volgens hem simpel: ‘Dat is in dat geval je

functie. Het verweer oppoetsen met nieuwe elementen. Alles doen om Milošević te helpen. Dat

hebben wij als amici curiae gedaan door te proberen de internationale jurisprudentie om te buigen.’

Het bleek tevergeefs en het proces ging verder. Gedurende het proces werden de amici Wladimiroff en

Tapuskovic ontslagen uit hun functie. Vervolgens werd Kay gevraagd advocaat te worden van

Milošević. Na in eerste instantie geweigerd te hebben, aanvaarden Steven Kay en medewerkster

Gillian Higgins in september 2004 toch de functie van advocaat van Milosevic. Wladimiroff heeft het

hier lang met beiden over gehad. ‘De rechters waren sowieso van plan een raadsman voor Milošević

aan te stellen. Een nieuweling zou maanden nodig hebben gehad om zich in te werken in het dossier.

Steven Kay kende de stukken al en zodoende was zijn aanstelling het meest effectief. Het was de

minst slechte oplossing.’ Hij bestrijdt de kritiek van hoogleraar strafrecht Taru Spronken – een

vriendin van hem – dat de aanstelling van Kay als advocaat ‘in strijd met een eerlijke rechtsgang’ en

‘niet in het belang van de verdediging, maar van een snelle voortgang van het proces’ was.16 ‘Als zij

dit zo gezegd heeft, ben ik het niet met haar eens. De onevenwichtigheid tussen de aanklagers en

Milošević moest zoveel mogelijk gecompenseerd worden. Milošević was nooit advocaat geweest, hij

zou de juridische problemen nooit goed gezien hebben.’

14

Behalve de genoemde bezwaren over het Tribunaal kaarten de amici curiae de volgende onderwerpen aan.

Onafhankelijkheid: Milosevic vindt het Tribunaal een verlengstuk van de buitenlandse politiek van de Verenigde Staten. Het

Tribunaal wil doorgaans geen politieke argumenten toelaten. Milosevic zou dat recht wel moeten hebben, om het gebrek

aan onafhankelijkheid van het Tribunaal aan te tonen.

Publiciteit: De hoofdaanklaagster en de president van het Tribunaal hebben in het openbaar verklaringen afgelegd over de

zaak-Milosevic. Milosevic mag echter geen interviews geven, hoewel hij belang heeft bij het verdedigen van zijn reputatie

en het naar buiten brengen van zijn opvattingen over het proces. De rechters hebben het interview-verbod onterecht

overgenomen van de Verenigde Naties-gevangenis in Scheveningen.

Immuniteit: Immuniteit van (voormalige) staatshoofden voor strafrechtelijke vervolging is internationaal gewoonterecht. Er

is geen precedent voor internationale berechting van een (ex-) staatshoofd.

Jurisdictie: Het Joegoslavie-Tribunaal behandelt slechts misdaden die sinds 1991 in ex-Joegoslavie zijn gepleegd. Deze

territoriale beperking van het hof vindt Milosevic willekeurig en discriminerend en een 'politieke keus' van de

Veiligheidsraad. (Trouw 29-10-2001) 15

Aldus prof. jhr. mr. M. Wladimiroff in een interview dat in zijn geheel in de bijlage te vinden is. 16

[Redactie], ‘Milosevic krijgt twee advocaten’, NRC Handelsblad (04-09-2004).

Page 8: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

‘Don't bother me and make me listen for hours on end to the reading of

texts written at the intellectual level of a seven-year-old child – or rather,

let me correct myself – a retarded seven-year-old.’17

MILOŠEVIĆ OVER DE AANKLACHTEN, 30 OKTOBER 2001

DE AANKLAGERS

Als eerste kregen de aanklagers gelegenheid de schuld van Milošević te bewijzen. Zoals vermeld

hadden zij hem in totaal drie keer aangeklaagd. Een paar maanden voordat het proces begon

verzochten de aanklagers om samenvoeging van deze drie zaken tot een groot proces. Maar de rechters

bevalen dat er eerst een proces voor Kosovo zou komen en daarna een tweede proces voor Kroatië en

Bosnië samen. De Kamer van Beroep maakte dit besluit vervolgens ongedaan en zo kon op 12 februari

2002 het proces toch beginnen met een grote aanklacht tegen Milošević.18 Een te grote aanklacht,

volgens voormalig amicus curiae Steven Kay. Volgens hem was de schaal van het proces oneerlijk en

was geen advocatenteam ooit in staat om beschuldigingen van deze omvang te weerleggen. De

aanklagers waren echter bezorgd dat bij opsplitsing van het proces delen van de aanklacht niet meer

behandeld zouden worden. Milošević zou dan mogelijk niet reageren op de genocide-aanklacht en er

zou geen veroordeling komen die recht deed aan de slachtoffers. Anderen meenden dat de uitgebreide

aanklachten nodig waren om te voorkomen dat iemand ooit nog zou kunnen ontkennen wat op de

Balkan is gebeurd. Volgens Steven Kay was het echter niet aan de aanklagers om geschiedenis te

schrijven. ‘Daar is het strafrechtsysteem niet voor.’19

Dat hoofdaanklaagster Carla del Ponte besloot genocide op te nemen in de Bosnië-aanklacht, zorgde

zelfs in haar eigen burelen voor verbazing. Del Ponte zei dat haar medewerkers zich geen zorgen

hoefden te maken, want het bewijs zou gauw genoeg gevonden en gepresenteerd worden. Del Ponte

verwachtte dat de verantwoordelijkheid ondermeer duidelijk zou worden in de verklaringen van de

ruim tweehonderd en vijftig getuigen die zij had opgeroepen. Getuigen waren in het proces-Milošević

uiterst belangrijk. In het proces kon, in tegenstelling tot bijvoorbeeld de processen van het

Neurenberg-tribunaal, nauwelijks gebruik gemaakt worden van originele documenten, aangezien daar

nauwelijks iets van overgebleven was. Wanneer een getuige vervolgens zou vertellen dat Milošević

hem had opgedragen bevolkingsgroepen uit de weg te ruimen, zou dit grote invloed hebben op de

overtuigingskracht van de aanklagers. Getuigenissen van deze insiders waren voor de aanklagers dus

van uiterst belang. Maar hoe dichter iemand in de oorlog bij wijze van spreken bij het vuur had

gezeten, des te groter was de kans dat hij ook zelf zijn vingers had gebrand aan het plegen van

17

International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia, Transcript 011030SC. Milošević (IT-54-02) “Kosovo, Croatia, and

Bosnia Hercegovina” (30-10-2001) 64. 18

Algemeen Nederlands Persbureau, ‘Alle partijen tegen splitsingsidee Milosevic–rechters’. Reformatorisch Dagblad (28-07-

2004). 19

Lucas en Schouten, ‘Alles is voor niets geweest’.

Page 9: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

misdaden.20 Hoe ver de aanklagers gingen in hun pogingen deze personen te laten getuigen, bleek toen

in februari 2003 Dragan Vasiljkovic voor de rechters verscheen. Vasiljkovic – alias ‘kapitein Dragan’

– had in Kroatie het Servische verzet aangevoerd tegen het bewind van de Kroatische leider

Tudjman.21 Na het afnemen van de eed verraste hij de rechters door te melden dat hij van de

aanklagers een papier had ontvangen waarop vermeld stond, dat niets wat hij zou zeggen tegen hem

gebruikt kon worden. Vasiljkovic had dit niet willen ondertekenen, omdat hij geen enkele vorm van

bescherming door het Tribunaal nodig meende te hebben.22 Op deze manier beschermden de

aanklagers oorlogscriminelen, zei hij later. ‘De getuige kan zeggen: “Ik heb zoveel gezinnen

vermoord” en vervolgens krijgt hij bescherming.’23

Nog rampzaliger voor de aanklagers was de getuigenis van Radomir Markovic in juli 2002.

Markovic was tijdens de oorlog in Kosovo hoofd van de staatsveiligheidsdienst en vice-minister van

Binnenlandse Zaken. Tijdens zijn voorarrest in Belgrado had hij een zijn handtekening gezet onder een

verklaring dat Milošević opdracht had gegeven om sporen van oorlogsmisdaden in Kosovo te

verbergen. Tijdens het kruisverhoor bleek dat ook Markovic bescherming was toegezegd. Hij erkende

dat hem een nieuwe identiteit, een nieuw thuisland en geld voor hem en zijn gezin voor de rest van

hun leven was beloof, wanneer hij tegen Milošević zou getuigen. Milošević vroeg hem: ‘Klopt het dat

ze dreigden met zes maanden cel en een proces als jij mij niet valselijk wilde beschuldigen?’ Markovic

antwoordde dat hij gewezen was op zijn netelige positie en wat voor gevolgen die voor hem kon

hebben. ‘Het alternatief was dat ik Milošević zou aanwijzen van dat strafbare feit. Hiermee zou ik mij

onttrekken aan rechtsvervolging.’ Toen Milošević hem vervolgens meedeelde dat de behandeling die

Markovic had ondergaan uitdrukkelijk werd verboden in een VN-verklaring tegen marteling, werd hij

door rechter May afgekapt. Dit was ‘volstrekt niet relevant voor de verklaring die de getuige had

afgelegd.’24 Behalve door zijn uitlatingen over zogenaamde marteling bracht Markovic de aanklagers

in problemen door te ontkennen dat er een plan was om Kosovo etnisch te zuiveren van Albanezen.

Bovendien betwiste hij de bewering van de aanklagers dat Servische politie en militairen de

massamoorden probeerden te verdoezelen door massagraven te ontruimen. 'Daar weet ik niks van en

dat behoort tot de categorie westerse propaganda.'25

Bovenstaande voorvallen zijn slechts een selectie uit de momenten waarop Milošević de

betrouwbaarheid van de aanklagers en hun getuigen in twijfel wist te trekken. Er waren echter ook

getuigen die verklaringen aflegden waar Milošević weinig tegenin kon brengen. Zo vertelde voormalig

20

Zoals strafrechtdeskundige H. Verrijn Stuart zei: 'Het probleem met die insider-getuigen is dat 99 procent van hen zelf

ook vuile handen heeft gemaakt.’; Eric Arends, 'Getuigen hebben vaak zelf vuile handen', de Volskrant (05-06-2002). 21

[Redactie], ‘Getuige steunt bij tribunaal Milouevic’, NRC Handelsblad (21-02-2003). 22

International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia, Transcript 030219ED. Milošević (IT-54-02) “Kosovo, Croatia, and

Bosnia Hercegovina” (19-02-2003) 16443. 23

Jos de Putter, ‘De zaak Milošević. Deel 2’, Tegenlicht (uitgezonden 28-09-2003) 5e tot 13

e minuut.

24 De Putter, ‘De zaak’, 25

e tot 31

e minuut.

25 [Redactie], ‘Markovic ontkent etnische zuivering’, NRC Handelsblad (27-07-2002).

Page 10: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

NAVO-genraal Klaus Naumann dat Milošević hem had gezegd dat de Serviërs met de Kosovaarse

Albanezen hetzelfde doen als wat ze na de Tweede Wereldoorlog met hen hadden gedaan. ‘We hebben

ze toen samengedreven en doodgeschoten’, zei Milošević.26 Aan de biograaf van Milošević vertelde

Naumann ook, dat Momcilo Perisic – de stafchef van het Joegoslavische leger – hem had verteld dat

Milošević opperbevelhebber was over alles wat gebeurde en dat alle besluiten hierop gebaseerd waren.

Alle besluiten waren hierop gebaseerd, volgens Perisic.27

Half maart legde de Britse oud-politicus lord ‘Paddy’ Ashdown een verklaring af. Als Hoge

Afgezant voor de VN had hij in 1998 een ontmoeting met Milošević. Hij had toen tegen Milošević

gezegd dat Servische troepen in Kosovo de Conventies van Genève schonden. Dat zou stoppen, had

Milošević hem beloofd, en de daders zouden worden gestraft. Hiermee toonde hij aan te weten dat in

Kosovo misdaden werden gepleegd. Maar in werkelijkheid had hij niets gedaan om daar een eind aan

te maken. Ashdown herinnerde Milošević eraan dat hij hem had gewaarschuwd dat hij voor het

Tribunaal zou eindigen. ‘En daar bent u dan.’28

In de loop van het proces bleek het voor de aanklagers erg moeilijk genocide te bewijzen. In maart

2004 dienden de amici curiae daarom een verzoekschrift in, met het verzoek Milošević vrij te spreken

van genocide. Er zou onvoldoende bewijs zijn voor de aanklacht.29 De rechters waren het hier niet mee

eens. De amici onderschatten volgens hen het bewijsmateriaal van de aanklagers en de aanklacht werd

niet geschrapt. De aanklagers waren blij dat hun aanklacht behouden was, maar het bleef moeilijk

genocide te bewijzen. Gelukkig voor hen hadden ze nog een troef in handen. Dit was hun aantijging

dat Milošević’ deel had genomen aan een joint criminal enterprise (JCE). Hiermee bedoelden zij, dat

Milošević als lid van “zijn criminele onderneming” op de hoogte kon zijn geweest van de genocidale

bedoelingen van andere leden en niets had gedaan om hen daarvan te weerhouden. Dat hij zelf

mogelijk geen genocidale bedoeling had gehad was irrelevant. Hoogleraar internationaal strafrecht

Göran Sluiter noemt de ontwikkeling van JCE een belangrijke bijdrage in de ontwikkeling van de

internationale strafrechtelijke aansprakelijkheid en meent enerzijds dat de rechters bewondering

verdienen voor hun voortvarende aanpak,30 maar noemt het anderzijds veelzeggend dat in Tribunaal-

kringen gekscherend ook wel gesproken wordt over de JCE-afkorting als just convict everyone.31 Maar

Milošević kon moeilijk beweren dat hij niets wist van genocide-plannen van enkele anderen uit “zijn

onderneming”. Voorafgaand aan het conflict in Bosnië kondigde de Bosnisch-Servische leider

Radovan Karadzic bijvoorbeeld herhaaldelijk bloedbaden aan.32

26

Banning en De Koning, Balkan aan de Noordzee, 233. 27

LeBor, Slobodan Milošević 364. 28

Noordzee, 233.; Lebor, 412. 29

Algemeen Nederlands Persbureau, 'Onvoldoende bewijs voor genocide Milosevic', de Volkskrant (06-03-2004). 30

Göran Sluiter, ‘Het Joegoslavië Tribunaal. Een voorlopige balans’, Justitiële Verkenningen 32.4 (2006) 9-26, aldaar 19. 31

Sluiter, ‘Het Joegoslavië Tribunaal’ 23. 32

Bob de Graaff, ‘Oordeel over Srebrenica was lastig geweest. Dood van Slobodan Milosevic verlost Tribunaal van

verlegenheidsoplossing’ NRC Handelsblad (13-03-2006) 7.

Page 11: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

‘It is my deep conviction that the doctors on this matter

have also been manipulated.’33

MILOŠEVIĆ OVER DE ARTSEN DIE HEM ONDERZOCHTEN, 21 OKTOBER 2004

DE ZIEKE VERDACHTE EN HET EINDE

‘Milošević heeft griep’, meldde het Algemeen Nederlands Persbureau in maart 2002.34 Toen de dan

eenenzestigjarige Milošević na twee weken nog steeds ziek was, gelaste het Tribunaal een medisch

onderzoek van de zieke verdachte. Milošević’ had een te hoge bloeddruk en alle cardiologen die

Milošević onderzoeken noemden de kans dat het mis zou gaan met Milošević groot. Hij rookte en had

overgewicht en stress van het proces.35 De patiënt kreeg medicatie voorgeschreven, maar ook in het

verloop van het proces was hij vaak ziek. Gevangenisarts dr. Falke vermoedde dat zijn patiënt de

voorgeschreven medicatie liet staan. De arts liet de directeur van de gevangenis weten niet langer te

kunnen instaan voor de gezondheid van Milosevic. De directeur was het met Falke eens en liet dat

weten aan de griffier van het Tribunaal. "I and therefore you cannot take responsibility for the health

of Mr. Milosevic."36 De rechters stonden voor een dilemma. Enerzijds was Milošević echt ziek en kon

hij slechts moeizaam deelnemen aan het proces. Anderzijds werkte hij zijn herstel tegen door

medicatie te negeren. De rechters besloten Milošević geregeld rust te gunnen, maar niet altijd gehoor

te geven aan verzoeken om Milošević rust te gunnen en het proces stil te leggen. De rustperiodes

mogen niet baten. Elf maart 2006 wordt Slobodan Milošević dood aangetroffen in zijn cel. Hij heeft

een hartaanval gehad. Bij onderzoek van zijn worden sporen gevonden van rifampicine, een middel

dat wordt gebruikt tegen tuberculose. Rifampicine heeft als bijwerking, dat medicijnen tegen hoge

bloeddruk niet meer werken.

Ondanks dat hiermee duidelijk is geworden dat Milošević opzettelijk zijn eigen genezingsproces

saboteerde, wond zijn voormalig advocaat Kay zich eind 2006 in de media op over de aanpak van de

rechters. Tijdens proces had hij herhaaldelijk gezegd dat Milošević te ziek was om berecht te worden.

‘Hij is gestorven, dus ik denk dat ik bewezen heb dat ik gelijk had’, zei hij. Strafrecht-hoogleraar

Sluiter noemde deze bewering ‘een gotspe’. In het geval van zeer ernstige beschuldigingen dient de

fragiele gezondheidssituatie van de verdachte volgens hem niet te gemakkelijk te resulteren in het

afbreken van een berechting. Daarnaast stapte Kay volgens Sluiter heen over de eigen

verantwoordelijkheid van Milošević. Voormalig amicus Wladimiroff beaamde de kritiek van zijn

vriend Kay niet volmondig, maar erkende wel dat er vraagtekens geplaatst kunnen worden bij het

optreden van de rechters. ‘Ik weet ook niet of ik hetzelfde had gedaan als zij.’

33

International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia, Transcript 041021DR. Milošević (IT-54-02) “Kosovo, Croatia, and

Bosnia Hercegovina” (21-10-2004) 46. 34

Algemeen Nederlands Persbureau, ‘Milosevic heeft griep, zittingen afgelast’, 21-03-2002. Volkskrant. 35

[Auteur onbekend, waarschijnlijk redactie], ‘Ziektebeeld (hoog risico, geen klachten)’, KRO-Reporter

http://reporter.kro.nl/dossiers/milosevic/ziektebeeld.aspx. 36

Dit citaat is overgenomen uit de verzameling documenten over de medische toestand van Milošević die via de redactie

van het KRO-programma Reporter verkrijgbaar is.

Page 12: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

CONCLUSIE

Voor alle betrokkenen was de rechtszaak tegen Slobodan Milošević uiterst ingewikkeld. Een oordeel

uitspreken over een proces waar zoveel deskundigen bij betrokkenen waren is op zijn zachtst gezegd

gedurfd. Naar aanleiding van bovengenoemde kritieken en argumenten is het echter toch mogelijk een

weloverwogen oordeel uit te spreken over deze rechtszaak.

Wat allereerst positief is aan het proces, is dat de hoofdverantwoordelijke tijdens de gruwelijke

misdaden is gehoord. Daarnaast zijn bij de legitimiteit van de oprichtingswijze van het Joegoslavië

Tribunaal vraagtekens te zetten, maar niet over de rechtmatigheid van haar handelen zelf. Kritiek op

aspecten van hun handelen, zoals het rechtspreken over een voormalig staatshoofd, werden niet

overtuigend gestaafd. Ook hun besluit tot het aanstellen van amici curiae en later een advocaat voor

Milošević berusten op een goede argumentatie.

Geen goede argumentatie was te vinden voor de wijze waarop de aanklagers getuigen overhaalden

tot een getuigenis. Zij balanceerden in sommige gevallen op de rand van het toelaatbare. Daarnaast

heeft Jhr. mr. Wladimiroff gelijk met zijn kritiek op de grootte van de aanklacht. Dat hadden de

aanklagers beter aan moeten pakken.

Dat de verdachte stierf voor het vonnis werd uitgesproken is van uiterst belang voor de beoordeling

van de rechtszaak. Het geeft voor mij de doorslag om het proces geen succes te noemen. Een proces

zonder vonnis kán niet geslaagd worden genoemd. Het proces tegen Milošević was echter ook geen

mislukking, want het had de potentie om te worden afgesloten met een rechtvaardig vonnis. Het was

dan wel een proces zijn geweest waar fouten niet ontkenbaar waren, maar dat desondanks een succes

genoemd kon worden. En daarom is het proces, ondanks dat het geen succes was, ook geen

mislukking.

Page 13: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

LITERATUUR

Monografieën en artikelen

Algemeen Nederlands Persbureau, ‘Milosevic heeft griep, zittingen afgelast’, de Volkskrant (21-03-

2002).

Algemeen Nederlands Persbureau, 'Onvoldoende bewijs voor genocide Milosevic', de Volkskrant (06-

03-2004).

Algemeen Nederlands Persbureau, ‘Alle partijen tegen splitsingsidee Milosevic–rechters’,

Reformatorisch Dagblad (28-07-2004).

Arends, Eric, 'Getuigen hebben vaak zelf vuile handen', de Volskrant (05-06-2002).

Banning, Cees en Petra de Koning, ‘Balkan aan de Noordzee. Over het Joegoslavië-tribunaal, over

recht en onrecht’ (Amsterdam en Rotterdam 2005).

Banning, Cees, ‘Alsnog een soort uitspraak tegen Milošević. Deskundigen 'voltooien' in Ierland het

proces tegen overleden Joegoslavische leider’, NRC Handelsblad (01-05-2006).

Graaff, Bob de, ‘Oordeel over Srebrenica was lastig geweest. Dood van Slobodan Milosevic verlost

Tribunaal van verlegenheidsoplossing’ NRC Handelsblad (13-03-2006).

International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia, Transcript 010703IA. Milošević (IT-54-

02) “Kosovo, Croatia, and Bosnia Hercegovina” (03-07-2001).

International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia, Transcript 011030SC. Milošević (IT-54-

02) “Kosovo, Croatia, and Bosnia Hercegovina” (30-10-2001).

International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia, Transcript 021003ED. Milošević (IT-54-

02) “Kosovo, Croatia, and Bosnia Hercegovina” (03-10-2002).

International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia, Transcript 021010ED. Milošević (IT-54-

02) “Kosovo, Croatia, and Bosnia Hercegovina” (10-10-2002).

International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia, Transcript 030219ED. Milošević (IT-54-

02) “Kosovo, Croatia, and Bosnia Hercegovina” (19-02-2003).

International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia, Transcript 041021DR. Milošević (IT-54-

02) “Kosovo, Croatia, and Bosnia Hercegovina” (21-10-2004).

Kruidhof, Jan, Kosovo (Groningen 2005).

LeBor, Adam, Slobodan Milošević (Amsterdam 2002).

Lucas, Nicole en Gertie Schouten, ‘Geen partij, maar wat een zaak’, Trouw (09-01-2002).

Lucas, Nicole en Gertie Schouten, ‘Alles is voor niets geweest. Proces-Milošević’, Trouw (07-12-

2006).

‘Milosevic noemt tribunaal onwettig. Ex-president Joegoslavie voorgeleid’, NRC

Handelsblad (03-07-2001).

‘Markovic ontkent etnische zuivering’, NRC Handelsblad (27-07-2002).

‘Getuige steunt bij tribunaal Milošević’, NRC Handelsblad (21-02-2003).

Page 14: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

‘Milosevic krijgt twee advocaten’, NRC Handelsblad (04-09-2004).

Scharf. Michael P. en William A. Schabas, Slobodan Milošević on trial. A companion (New York en

Londen 2002).

Sluiter, Göran, ‘Vervolging van Milosevic door het Joegoslavië Tribunaal’, Nederlandsch

Juristenblad 74.26 (1999).

Sluiter, Göran, ‘Het Joegoslavië Tribunaal. Een voorlopige balans’, Justitiële Verkenningen 32.4

(2006).

Spronken, Taru e.a., Iets bijzonders. Liber amicorum. Aangeboden aan Mischa Wladimiroff ter

gelegenheid van zijn 30-jarig jubileum als advocaat (Den Haag 2002).

Websites

‘Ziektebeeld (hoog risico, geen klachten)’, KRO-Reporter,

http://reporter.kro.nl/dossiers/milosevic/ziektebeeld.aspx.

Televisie-uitzendingen

Jos de Putter, ‘De zaak Milosevic’ VPRO Tegenlicht (september 2003): tweedelige documentaire

waarin kanttekeningen bij het proces tegen Milosevic worden opgetekend.

Overige

- De redactie van het KRO-programma Reporter heeft bovengetekende een verzameling documenten

gestuurd met allerlei medische documenten over Slobodan Milošević. Hierin zijn ook de uitspraken te

vinden van de arts en de directeur van Milošević’ gevangenis, die hierboven aangehaald worden.

- Er heeft een vraaggesprek plaatsgevonden tussen prof. Jhr. mr. Michaïl Wladimiroff en

bovengetekende. Het verslag daarvan is hieronder te lezen.

Page 15: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

BIJLAGE | INTERVIEW MET PROF. JHR. MR. MICHAÏL WLADIMIROFF

‘Een juridische duizendpoot’ en ‘een waarachtig meester’ op verschillende rechtsgebieden.37 Vol

lof spreken vrienden over Jhr. mr. Michaïl Wladimiroff. Een van zijn rechtsgebieden was het

Joegoslavië Tribunaal, waar hij als een van de amici curiae optrad. Over het optreden van deze

‘vrienden van het hof’ is hij niet ontevreden. Het proces zelf was volgens hem echter geen succes.

‘Als al iets positief te noemen valt aan het proces, is dat het feit dat de hoogst verantwoordelijke ter

verantwoording is geroepen. Maar je kunt het geen geslaagde rechtszaak noemen. Allereerst duurde

het te lang. De aanklacht was te omvangrijk, te gedetailleerd, kortom: te log. Daarnaast is onvoldoende

evenwicht ontstaan tussen de mogelijkheden die de verdediging heeft en de mogelijkheden die de

aanklagers hebben. Dit kwam doordat de aanklagers mogelijkheden benutten die vrijkwamen toen

Milošević verkoos zichzelf te verdedigen. Deze manier van verdedigen is door de rechters overigens

niet consistent tegemoet getreden en dat bleek achteraf onverstandig. Tenslotte is door overlijden van

Milošević het proces nooit afgesloten met een uitspraak.’

Wladimiroffs oordeel over het proces-Milošević is duidelijk. Samen met zijn Britse collega en

vriend Steven Kay en de Serviër Branislav Tapuskovic werd hij in 2001 amicus curiae – een ‘vriend

van het hof’ – in zaak IT-02-54. De opdracht voor het drietal: erop toezien dat de verdachte een zo

eerlijk mogelijk proces zou krijgen. Regels voor wat wel en niet mocht en een strikte omschrijving van

hun taak ontbraken volgens Wladimiroff.38 Milošević’ reageerde afstandelijk op het trio. ‘Het is uw

vriend, niet de mijne’, zei hij tegen de rechters over Wladimiroff.39 Toch kijkt deze tevreden terug op

het optreden van de amici. ‘De marges waren klei. Wij moesten verweerpunten bedenken, maar er was

niemand die ons iets vertelde. Doordat Milošević ons niet hielp werden de marges nog kleiner. Maar

het gebrek aan evenwicht is bescheiden gecompenseerd en alles is beter dan niets.’ In hun eerste

optredens beschuldigden de amici het Tribunaal van het schenden van de immuniteit die Milošević als

voormalig staatshoofd genoot. Vandaag de dag erkent Wladimiroff dat Milošević ook met

inachtneming van het formeel, materieel, (inter)nationaal recht en de manier waarop hij is

overgedragen echter wel degelijk kon worden berecht. Waarom hij de immuniteit dan toch aandroeg

als amicus curiae was volgens hem simpel: ‘Dat is in dat geval je functie. Het verweer oppoetsen met

nieuwe elementen. Alles doen om Milošević te helpen. Dat hebben wij als amici curiae gedaan door te

proberen de internationale jurisprudentie om te buigen.’

De voormalig hoogleraar economisch strafrecht spreekt kalm en weegt zijn woorden voorzichtig. Dit

laatste is niet overbodig, aangezien uitspraken die in de pers aan hem werden toegeschreven in oktober

37

Taru Spronken e.a., Iets bijzonders. Liber amicorum. Aangeboden aan Mischa Wladimiroff ter gelegenheid van zijn 30-

jarig jubileum als advocaat (Den Haag 2002) VII. 38

Nicole Lucas en Gertie Schouten, ‘Geen partij, maar wat een zaak’, Trouw (09-01-2002). 39

International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia, Transcript 021003ED. Milošević (IT-54-02) “Kosovo, Croatia, and

Bosnia Hercegovina” (03-10-2002) 10787.

Page 16: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

2002 nog aanleiding vormden voor zijn ontslag als amicus curiae. In twee interviews uit dat jaar werd

de indruk werd gewekt dat Wladimiroff overtuigd was van Milošević’ schuld aan een deel van de

aanklachten en meende dat de kans op vrijspraak minimaal was. Het mocht niet baten dat hij aan de

rechters van het Tribunaal uitlegde dat in het ene interview sprake was van foutieve citatie en dat de

auteur van het andere vraaggesprek zelf cruciale opmerkingen had toegevoegd aan Wladimiroffs

uitspraken.40 De rechters waren er niet van overtuigd dat hij zijn functie nog ‘with the required

impartiality’ zou kunnen vervullen en besloten ‘with much regret’41 tot zijn ontslag. Later werd ook

amicus Tapuskovic ontslagen en bleef Steven Kay alleen over.

Kay werd vervolgens gevraagd advocaat te worden van Milošević. Na in eerste instantie geweigerd

te hebben, aanvaarden Steven Kay en medewerkster Gillian Higgins in september 2004 toch de functie

van advocaat van Milosevic. Wladimiroff heeft het hier lang met beiden over gehad. ‘De rechters

waren sowieso van plan een raadsman voor Milošević aan te stellen. Een nieuweling zou maanden

nodig hebben gehad om zich in te werken in het dossier. Steven Kay kende de stukken al en zodoende

was zijn aanstelling het meest effectief. Het was de minst slechte oplossing.’ Hij bestrijdt de kritiek

van hoogleraar strafrecht Taru Spronken – een vriendin van hem – dat de aanstelling van Kay als

advocaat ‘in strijd met een eerlijke rechtsgang’ en ‘niet in het belang van de verdediging, maar van een

snelle voortgang van het proces’ was.42 ‘Als zij dit zo gezegd heeft, ben ik het niet met haar eens. De

onevenwichtigheid tussen de aanklagers en Milošević moest zoveel mogelijk gecompenseerd worden.

Milošević was nooit advocaat geweest, hij zou de juridische problemen nooit goed gezien hebben.’

Als hij zelf aanklager was geweest, had hij ondermeer de aanklacht anders aangepakt. ‘Die hadden

de aanklagers moeten inkorten. Neem de wijze waarop de Kosovo-dagvaarding is verwoord. Er wordt

een dorp genoemd en de misdaden die gepleegd zijn: “Die personen zijn gedood, dat is verwoest, die

en die zijn gedeporteerd”, enzovoort. Daarna worden op identieke wijze tientallen andere dorpen waar

misdaden zijn gepleegd behandeld. Tenslotte wordt Milošević voor die misdaden aansprakelijk

gesteld. Om hem gaat het, zijn aansprakelijkheid wil je als aanklager aantonen. Wat je dan beter kunt

doen, is vier á vijf dorpen kiezen die een goede indicatie geven van de gebeurtenissen en die

gemeenschappen behandelen. Wanneer je hierbij meldt dat er sprake is van een ‘constant patron’ is

duidelijk dat in de overige gemeenschappen op identieke wijze misdaden zijn gepleegd. Zo verminder

je de bewijslast en bespaar je tijd. Anders wordt het een monsterproject.’

Ook Steven Kay bekritiseerde onlangs de schaal van het proces. Daarnaast gaf hij felle kritiek op de

rechters van het Tribunaal. Hij vond dat Milošević te ziek was om te worden berecht.43 Wladimiroff:

’Milošević had hartklachten en kreeg daarvoor medicijnen. Maar hij heeft zelf ook zijn medicatie

gemanipuleerd en daarmee ook zijn beschikbaarheid voor het proces. Het is een eeuwige dilemma of

40

International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia, Transcript 021003ED, 10791. 41

International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia, Transcript 021010ED. Milošević (IT-54-02) “Kosovo, Croatia, and

Bosnia Hercegovina” (10-10-2002) 11441. 42

[Redactie], ‘Milosevic krijgt twee advocaten’, NRC Handelsblad (04-09-2004). 43

Lucas en Schouten, ‘Alles is voor niets geweest’.

Page 17: Alles voor niets? Een beoordeling van het proces tegen Milosevic

je dan moet zeggen: ‘Eigen schuld, we zetten de rechtszaak voort’ of moet redeneren: ‘Hoe hij ook

ziek is geworden, hij is nu te zwak om te worden berecht’. Je kunt kritiek op de rechters hebben en ik

weet ook niet of ik hetzelfde had gedaan als zij.’ De advocaat reageert verrast, wanneer hij hoort over

het dossier met vertrouwelijke medische gegevens over Milošević dat via de redactie van het

televisieprogramma Reporter verkrijgbaar is. ‘Hoe kan dat in godsnaam mogelijk zijn?’ Hij maant

onmiddellijk tot voorzichtigheid. ‘Je moet goed oppassen met dit soort dossiers en ervoor wachten te

spreken over “het” medisch dossier van Milošević. Het is ook mogelijk dat het een verzameling

medische gegevens is, afkomstig van artsen die met Milošević van doen hebben gehad. Dat wil niet

zeggen dat dit ‘het’ medisch dossier over Milošević is.’ De dood van Milošević zorgde ervoor dat er

nooit een uitspraak kwam in zijn proces. Eerder dit jaar werd in Ierland het proces door diverse

deskundigen wel tot een fictief einde gebracht en kreeg Milošević zogenaamd dertig jaar cel.44

Volgens Wladimiroff kun je over de mogelijke uitspraak echter geen afgewogen oordeel over

uitspreken. ‘Op het moment dat Milošević overleed hadden alleen de aanklagers hun verhaal afgerond.

Zij hadden naar hun mening bewezen, dat de verdachte schuldig was. Maar de verdediging was nog

niet afgerond. We weten niet wat Milošević nog had aangedragen om zijn onschuld te bewijzen.’

44

Het overgrote deel van de deelnemers van deze door het Ierse Instituut voor humanitair recht georganiseerde

conferentie vond volkenmoord (genocide) in de Bosnië-aanklacht overigens niet bewezen. Ook hoofdaanklager Carla del

Ponte werd ‘bij verstek’ veroordeeld. Zij zou zich schuldig hebben gemaakt aan een slecht proces. Ze zou geen duidelijke

strategie hebben gehad en het bewijsmateriaal zeer rommelig gepresenteerd hebben.; Cees Banning, ‘Alsnog een soort

uitspraak tegen Milošević. Deskundigen 'voltooien' in Ierland het proces tegen overleden Joegoslavische leider’, NRC

Handelsblad (01-05-2006) 5.