Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

60
Stagebegeleiding en –beoordeling met videocommunicatie Handboek voor het gebruik van videocommunicatie bij het begeleiden en beoordelen van stagiaires 12-10-2004

Transcript of Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Page 1: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Stagebegeleiding en –beoordeling met videocommunicatie

Handboek voor het gebruik van videocommunicatie bij het begeleiden en beoordelen van stagiaires

12-10-2004

Page 2: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Colofon Stagebegeleiding en –beoordeling met videocommunicatie Handboek voor het gebruik van videocommunicatie bij het begeleiden en beoordelen van stagiaires. Stichting Digitale Universiteit Postbus 182, 3500 AD Utrecht Telefoon 030 - 238 8671 Fax 030 - 238 8673 e-mail [email protected] Internet www.digiuni.nl Auteurs Paul Dirckx Roel Martens Ad Willems Copyright Stichting Digitale Universiteit

De Creative Commons Naamsvermelding-GeenAfgeleideWerken-NietCommercieel-licentie is van toepassing op dit werk. Ga naar http://creativecommons.org/licenses/by-nd-nc/2.0/nl/ om deze licentie te bekijken.

Datum 12-10-2004 Kenmerk en versie Fontys PTH/ SPH versie 1.2

pagina 2 van 60

Page 3: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Inhoudsopgave

1 Inleiding 4 2 Inhoudelijke opleidingskaders 5

2.1 Inhoudelijk opleidingskader Fontys PTH 5 2.2 Functies van de stages binnen de PTH 6 2.3 Plaats en omvang van de stages binnen de dagopleiding van de PTH 6 2.4 Plaats en omvang van de stages binnen de deeltijdopleiding van de PTH 7

2.5 Inhoudelijk opleidingskader Fontys SPH 7 2.6 Functie en doel van de stage binnen SPH 8 2.7 Duur van de stage binnen SPH 8 2.8 Begeleiding van de stage binnen SPH 8

3 Opbouw van het project 10 4 Definitiefase 10

4.1 Het vaststellen van de doelgroep 10 4.2 Techniek rondom videocommunicatie 11 4.2.1 Inleiding 11 4.2.2 Wat is videocommunicatie? 11 4.2.3 De benodigde apparatuur voor videocommunicatie 11

4.2.4 De eisen die gesteld worden aan de netwerkverbinding 14 4.2.5 De inrichting van de videocommunicatieruimte 15 4.2.6 Capture-programma’s 16 4.2.7 De gebruikte apparatuur in het project 18

5 Ontwerpfase 19 5.1 Literatuuronderzoek 19 5.2 Onderzoek ‘juridische aspecten’ betreffende beeld- en portretrecht 19 5.3 Opstellen van evaluatieformulieren 21 6 Realisatiefase 22 6.1 Organiseren en uitvoeren van de sessies

6.2 Conclusies en aanbevelingen bij het begeleiden en beoordelen van 23 studenten op afstand

7 Afrondingsfase 26 8 Literatuurlijst 27 9 Bijlagen 28 9.1 Bijlage 1: Overzicht VC-sessies 29

9.2 Bijlage 2: Beschrijving van de begeleidingsgesprekken en de stage- 30 beoordelingen met videocommunicatie

9.3 Bijlage 3: Apparatuur voor videocommunicatie 47 9.4 Bijlage 4: Globale kosten voor de inzet van videocommunicatie-sets 49

9.5 Bijlage 5: Opgestelde contracten met betrekking tot het beeld- en portretrecht 50 9.5 Bijlage 6: Evaluatieformulieren 53

9.6 Bijlage 7: Overzicht testsessies 56 9.7 Bijlage 8: Leeswijzer voor belanghebbenden 58

pagina 3 van 60

Page 4: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

1 Inleiding Dit handboek is ontwikkeld in het kader van het project ‘stagebegeleiding en –beoordeling met videocommunicatie, een verkennend onderzoeksproject binnen het kader van de Digitale Universiteit. Het project is uitgevoerd door Fontys PTH-Eindhoven in samenwerking met Fontys SPH. Naast dit handboek is er een cd-rom ontwikkeld met illustratieve beelden voortgekomen uit het project. Deze cd-rom is een aanvulling op het beschrevene in dit handboek. Het handboek geeft u kennis en achtergrondinformatie om op een verantwoorde manier een keuze te kunnen maken bij het eventuele implementeren van videocommunicatie ten behoeve van stagebegeleiding en –beoordeling. De projectresultaten in de vorm van dit handboek met cd-rom zijn niet gericht op specifieke instituten waardoor deze resultaten voor een zeer brede doelgroep interessant kunnen zijn. Het project is tot stand gekomen uit een aantal problemen die zich voordoen binnen diverse hogeschoolinstellingen. Hierbij moet gedacht worden aan problemen als: - mobiliteit neemt toe waardoor stageplaatsen op steeds grotere afstand van het instituut worden

gekozen; - een stagebezoek is slechts een momentopname; stagiaires en docenten constateren dat de

begeleiding op een absoluut minimaal niveau zit; - fysieke aanwezigheid van docenten bij stagebeoordeling zet de stagiaires extra onder druk,

‘natuurlijk handelen’ in een beroepssituatie wordt hierdoor belemmerd; - door het afnemende aantal docenten en de hoge werkdruk is er de noodzaak het gehele

onderwijs efficiënter in te richten. Bij stagebegeleiding en -beoordeling valt nog veel winst te behalen;

- door reductie van stagebegeleidingstijd verzwakt de relatie van docenten met het werkveld. Door middel van videocommunicatie kan er frequenter contact zijn, maar het moet niet zo zijn dat de scholen niet meer fysiek bezocht gaan worden, daar dit tot gevolg heeft dat de relatie alleen maar zwakker wordt.

De hedendaagse mogelijkheden van videocommunicatie bieden oplossingen voor een goedkopere, betere en efficiëntere manier van stagebegeleiding en -beoordeling. Vooral het aspect stagebeoordeling met videocommunicatie is nieuw en uniek en biedt ruimere mogelijkheden dan de traditionele methode. Binnen Fontys PTH en Fontys SPH vindt de traditionele stagebeoordeling plaats door respectievelijk Fontys Contact Docenten (FCD’ers) en stagebegeleiders, waarbij het functioneren van de stagiaires bij het uitoefenen van de beroepspraktijk (als docent respectievelijk zorgverlener) op de werkplek wordt beoordeeld en/ of besproken. Videocommunicatie biedt de mogelijkheden deze beoordeling en/ of begeleiding op afstand uit te voeren! Dit handboek, voortgekomen uit de projectresultaten, richt zich in eerste instantie op de docenten/ stagebegeleiders en stagiaires. Zij zijn namelijk de uiteindelijke gebruikers van het projectresultaat. Daarnaast zijn de projectresultaten interessant voor directies die meer willen weten over onderwijsinnovatie met videocommunicatie in de vorm van stagebegeleiding en –beoordeling op afstand. Voor directies, docenten, studenten en systeembeheerders is in bijlage 8 een leeswijzer opgenomen.

pagina 4 van 60

Page 5: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

2 Inhoudelijke opleidingskaders Het project is, zoals eerder vermeld, uitgevoerd door Fontys PTH en Fontys SPH, beide uit Eindhoven. Het betreft inhoudelijk twee totaal verschillende opleidingen. In dit hoofdstuk worden van beide opleidingen de inhoudelijke opleidingskaders weergegeven, zodat u een goed beeld kunt vormen over de beide instellingen die zich hebben beziggehouden met het begeleiden en beoordelen van studenten op afstand.

2.1 Inhoudelijk opleidingskader Fontys PTH Fontys Pedagogisch Technische Hogeschool (PTH) is een vierjarige lerarenopleiding technische vakken, waarin studenten worden opgeleid in de unieke combinatie van technologische kennis en het overdragen van die kennis. Afgestudeerden bezitten een tweedegraads bevoegdheid in één van de volgende technische richtingen: • motorvoertuigentechniek; • mechanische techniek; • werktuigbouwkunde; • elektrotechniek; • bouwkunde/bouwtechniek; • consumptieve technieken. De studie heeft het karakter van een initiële opleiding. Dit betekent dat de studenten worden toegerust als beginnend leraar of lerares. Daarna kunnen ze zich zelfstandig in functie verder vormen en bijscholen. De bekwaamheid die men op grond van het diploma bij de beginnende leraar mag veronderstellen, betreft niet alleen het technisch vakgebied, maar ook, en vooral, het beroep van docent. Stages vormen het hart van de lerarenopleiding. Ze vormen de leeromgeving voor het zogenaamde werkplekleren. Het werkplekleren maakt het ook mogelijk de persoonlijke groei en motivatie, met betrekking tot het verwerven van de leraarspecifieke competenties, in kaart te brengen en bij te stellen. De opleiding werkt voortdurend naar de, elkaar opvolgende, stages toe. De stages leveren op hun beurt impulsen op voor de opleiding. Die voortdurende wisselwerking tussen opleiding en werkplekleren geeft de student de mogelijkheid uit te groeien tot een startbekwame leraar. Hoofdlijnen van het leraarschap zijn: vakkennis en vaardigheden, didactische en vakdidactische bekwaamheden, pedagogische vaardigheden en teamgeest. Deze hoofdlijnen zijn nader uitgewerkt in een beroepsprofiel dat aansluit bij het beroepsprofiel ‘Leraar Secundair Onderwijs’. Het beroepsprofiel is verder uitgewerkt in startbekwaamheden en competenties. Van de laatste zijn de ‘functies van de stage’ afgeleid, welke u in de volgende paragraaf zult aantreffen. De lerarenopleidingen en de stagescholen streven ernaar leraren te vormen met een startcompetentie die het ideaalbeeld, dat beschreven is in het beroepsprofiel, zo dicht mogelijk benadert.

pagina 5 van 60

Page 6: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

2.2 Functies van de stage binnen de PTH

De stages vervullen binnen de lerarenopleiding de volgende functies: 1. Oriënteren op de school, het onderwijs, het beroep van de leraar en andere educatieve functies. 2. Het verder ontwikkelen van de motivatie voor het beroep van leraar; motivatie wordt dus niet

alleen beschouwd als een gegeven vooraf, maar vooral als een blijvende opdracht. 3. Het opdoen van ervaring in het verzorgen van onderwijs, de begeleiding van leerlinggroepen en

van individuele leerlingen. 4. Het systematisch leren reflecteren op het handelen als leraar, zowel in het contact met leerlingen

en leerdoelen, alsook in het kader van overleg met collega’s en als lid van een team. 5. Het verder ontwikkelen van een zelfconcept als leraar; leren ontdekken van sterke en zwakke

kanten, specifieke aspiraties en eigenschappen; het uitproberen van het persoonlijk vakdidactisch repertoire.

6. Het vergroten van ervaring binnen het beroep van de leraar, het opdoen van routine als basis voor het handelen als leraar met toenemende autonomie en tegelijk toenemende vaardigheden om samen te werken.

De lerarenopleidingen van Fontys werken samen met alle scholen in de regio. Sommige, vooral grotere, scholen worden ‘opleidingsscholen’ genoemd. Het betreft scholen die bereid zijn een relatief groot aantal stagiairs te plaatsen en te begeleiden. De bereidheid om studenten te begeleiden en de kaders en afspraken waarbinnen dit gebeurt, worden vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst tussen het opleidingsinstituut en het bevoegde gezag of de schoolleiding van de opleidingsschool. Deze overeenkomsten zijn gericht op intensieve samenwerking met scholen m.b.t. werkplekleren. De opleidingsscholen hebben een, vanuit de eigen school, gefaciliteerde opleidingsdocent/ stagecoördinator en daarbij verschillende schoolpracticumdocenten. De studenten die hier worden geplaatst, worden vakoverstijgend begeleid door één Fontys Contact Docent (FCD) en de op school aanwezige opleidingsdocent/ stagecoördinator. In de lerarenopleidingen van Fontys wordt uitgegaan van competentiegericht onderwijs. Dit betekent onder andere dat de student zelf vanuit een persoonlijk opleidingsplan zijn opleiding kan sturen. Zowel het leren op het instituut als het leren op de werkplek levert een bijdrage aan het realiseren van de competenties. Bij het werkplekleren wordt in toenemende mate uitgegaan van vraaggericht opleiden. Dit betekent dat de invulling van het leren op de werkplek in sterke mate wordt gestuurd door scholen en organisaties waar de student op dat moment is geplaatst.

2.3 Plaats en omvang van de stages binnen de dagopleiding van de PTH

Propedeuse: Omvang 336 uur studiebelasting. Stage voor oriëntatie en eerste oefeningen in het lesgeven. De student formuleert leervragen en voert op grond daarvan taken uit rond algemene aspecten van het onderwijs, de plaats en positie van het eigen vak en de eigen motivatie voor het leraarschap. Hij/zij oefent ook eenvoudige vormen van lesgeven.

Hoofdfase, leerjaar 2: Omvang: 336 uur studiebelasting. Aanleren van de basisvaardigheden van het lesgeven en voor het beroep van de leraar, algemene didactische aspecten, basisvorming en omgaan met (de verschillen tussen de) leerlingen. Het gaat om relatief eenvoudige opdrachten, waarbij er aandacht is voor zelfevaluatie door reflectie en intervisie.

pagina 6 van 60

Page 7: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Hoofdfase, leerjaar 3: Omvang: 392 uur studiebelasting. Uitbouw van de basisvaardigheden voor het lesgeven en voor het beroep van de leraar. Op het begeleiden van leerprocessen van leerlingen komt steeds meer de nadruk te liggen. Studenten zijn uitvoerend bezig in klassen waarin het betrokken vak gegeven wordt. Hierbij moeten de studenten al behoorlijk zelfstandig functioneren. Ze geven niet alleen les maar kunnen ook begeleidende en remediërende contacten met leerlingen opbouwen.

Afstudeerfase: Omvang: 840 uur studiebelasting. De student formuleert zijn leerdoelen en maakt, als onderdeel van het afstudeertraject een afstudeerplanning in overleg met de opleiding en de stagebiedende instelling. De student oefent in het zelfstandig kunnen functioneren als opleider in zijn vakgebied. De student heeft in deze fase van de opleiding de mogelijkheid om te kiezen voor: • een schoolstage, afhankelijk van de mogelijkheden in het onderwijs; • een opdracht met een educatief karakter, die komt uit het VMBO, BVE-veld of het bedrijfsleven.

2.4 Plaats en omvang van de stages binnen de deeltijdopleiding van de PTH De deeltijdstudenten doorlopen een stage conform de doelstellingen van de voltijdstudenten. De weg waarlangs en de stageduur is aangepast, omdat deeltijdstudenten in toenemende mate een (voorlopige) aanstelling hebben in het onderwijs of op een trainingsinstituut. Propedeuse: Studiebelasting 84 uur, waarvan 10 dagdelen op de stageschool. Periode i.o.m. stagebiedende instelling; bij voorkeur een lintstage. Hoofdfase, leerjaar 2: Studiebelasting 84 uur, waarvan 10 dagdelen op de stageschool. Periode i.o.m. stagebiedende instelling; bij voorkeur een lintstage. Hoofdfase, leerjaar 3: Studiebelasting 112 uur, waarvan 15 dagdelen op de stageschool. Periode i.o.m. stagebiedende instelling; bij voorkeur een lintstage. Afstudeerfase: Studiebelasting 420 uur. Kan op de stageschool of binnen een bedrijf worden uitgevoerd.

2.5 Inhoudelijk opleidingskader Fontys SPH

De opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening vormt een zelfstandig instituut binnen de Fontys organisatie en kent een vierjarige deeltijd- en voltijdopleiding, evenals een duale opleiding van 3,5 jaar. De hogere beroepsopleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening heeft als doel professionele hulpverleners op te leiden die cliënten met psychosociale problematiek kunnen begeleiden in het vormgeven van hun totale leefsituatie. Het gaat daarbij om het creëren van een optimaal leefklimaat waarin het potentieel aan ontwikkelings- en ontplooiingsmogelijkheden zowel van het individu zelf als van het individu in relatie tot zijn omgeving wordt gestimuleerd en waar mogelijk versterkt. Die hulpverlening kan plaats vinden in een preventieve, ambulante en/of (semi-)residentiële setting. De hulpverlening heeft veelal een structureel karakter. De hulpverlener is vooral in teamverband werkzaam en verwerft een generieke beroepsdeskundigheid.

pagina 7 van 60

Page 8: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

2.6 Functie en doel van de stage binnen SPH

De dagstages, zoals die in het eerste en tweede jaar plaatsvinden, hebben een beroepsoriënterend karakter en richten zich op ‘kennis nemen van’ en ‘beginnend inzicht hebben in’. De stagiair zal in de derdejaarsstage de vereiste competenties van de SPH-er verder ontdekken en ontwikkelen. Daarbij zal hij zich laten aansturen door het Persoonlijk Ontwikkelings Plan (POP) en de daarbij horende leerdoelen. De student zal deze kwalificaties ten finale aan het einde van het vierde studiejaar dienen te bereiken. De stage biedt uitstekende leermogelijkheden om zich in deze richting verder te bekwamen, aangezien vrijwel alle kwalificaties in relatie tot de stagepraktijk zijn te realiseren. Het is dan ook duidelijk dat de kwalificaties uitgangspunt vormen voor het formuleren van de stagedoelen. Verder concretisering van deze stagedoelen zal zowel bij de start als bij tussenliggende evaluatiemomenten dienen plaats te vinden. Bij de start zal de stagiair vanuit zijn leerervaringen tijdens de eerste twee studiejaren al verschillende concrete (persoonlijke) stagedoelen meenemen. Gedurende de oriënterende eerste periode zal de stagiair de taak hebben de stagedoelen verder te concretiseren, afgestemd op basis van de mogelijkheden binnen de instelling en het POP.

2.7 Duur van de stage binnen SPH Het aangaan van een relatie die tot doel heeft een agogisch proces op gang te brengen of veranderingen in gedrag te bewerkstelligen, vereist dat een student een lange tijd op één plek doorbrengt. De tijdsfactor speelt ook een belangrijke rol als een student moet leren werken in een (multidisciplinair) team en/of op verschillende niveaus van een instelling. Ook waar agogische relaties bestaan uit een serie contacten van kortere duur, zoals bij Bureau Jeugdzorg en ziekenhuizen, is sprake van methodische vragen die (in)oefening vragen over een langere periode. Het gaat om de kern van het latere beroepshandelen, dat na een theoretische scholing alleen in de praktijk kan worden geoefend. Het merendeel van de studenten start eind augustus of begin september met de stage en rondt deze eind juni af. Behalve de tijd die de stagiair doorbrengt in de instelling met de daarbij horende evaluatiegesprekken, kent het derde jaar nog terugkomdagen en supervisie. De student werkt tien maanden 32 uur per week in de stage-instelling en heeft 8 uur per week voor studie. In deze studie-uren zijn begrepen 14 supervisiebijeenkomsten en vier terugkomdagen, alsmede de werkzaamheden die daarvoor moeten worden verricht. De stage is verdeeld in drie fasen, fasen die in het persoonlijk ontwikkelingsplan worden verwerkt: - Oriëntatiefase, is de inwerkfase (twee maanden). - Middenfase, is de uitvoeringsfase (vijf maanden). - Eindfase, is de verdiepingsfase (drie maanden). Na de inwerkfase moet blijken dat de student zich heeft georiënteerd op de mogelijkheden die de stage-instelling biedt om de competenties te verwerven.

2.8 Begeleiding van de stage binnen SPH

Het leerproces tijdens de stage wordt begeleid: a. vanuit de instelling door de directe werkbegeleider (deze onderhoudt de contacten met de

stagedocent) en de werkbegeleider op afstand; b. vanuit de studierichting door de stagedocent.

pagina 8 van 60

Page 9: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

a. Begeleiding door de instelling De begeleiding door de instelling wordt uitgevoerd door twee werkbegeleiders. Eén directe werkbegeleider die doorgaans lid is van het team en direct zicht heeft op het functioneren van de stagiaire en één werkbegeleider op afstand, die toeziet op het stage-gebeuren. Beide werkbegeleiders hebben tot taak de stagiaire te ondersteunen in zijn functioneren in de instelling. De directe werkbegeleider, stagiaire en stagedocent nemen deel aan het introductiegesprek en het middengesprek die plaatsvinden op de instelling en het eindgesprek dat plaatsvindt op school.

b. Begeleiding door de opleiding Elke stagiaire heeft een stagedocent die door de opleiding belast is met de begeleiding van de stage en het onderhouden van contacten met de instelling. Bij de begeleiding vanuit de opleiding wordt er onderscheid gemaakt tussen: - de begeleiding van de stagiaire ten aanzien van zijn taak in de stage-instelling; - de terugkomdagen; - supervisie. Bij de begeleiding door de opleiding ligt de nadruk op het operationaliseren van leerdoelen, de (verdere) ontwikkeling van het POP en op het (persoonlijk) functioneren van de stagiaire als SPH-er, waarbij de stagiaire een eigen manier van werken ontwikkelt.

Een begeleider in actie met videocommunicatie

pagina 9 van 60

Page 10: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

3 Opbouw van het project Het project is opgebouwd uit een aantal fasen, welke in chronologische volgorde doorlopen zijn. In de onderstaande tabel staan deze fasen, met bijbehorende activiteiten, beschreven. In dit handboek zullen we enkel en alleen de voor u bruikbare resultaten uit de afzonderlijke fasen beschrijven. Om het handboek overzichtelijk te houden, hebben we elke fase ondergebracht in een nieuw hoofdstuk. Fase Activiteiten 1. Definitiefase - Doelgroep vaststellen

- Welke scholen/instanties - Mogelijkheden t.a.v. uitvoeringsperiode - Techniek rondom videocommunicatie

2. Ontwerpfase - Literatuuronderzoek

- Onderzoek ‘juridische zaken’ - Opstellen van evaluatieformulieren

3. Realisatiefase - Organisatie en uitvoering testsessies

- Begeleiden en beoordelen van studenten op afstand - Evaluatie en terugkoppeling

4. Afrondingsfase - Samenstellen van het handboek en de cd-rom

4 Definitiefase

4.1 Het vaststellen van de doelgroep

De doelgroep bestaat hoofdzakelijk uit PTH en SPH studenten die stage lopen op respectievelijk scholen en zorginstellingen. Naast studenten van deze opleidingen zijn er ook twee sessies geweest met studenten van de lerarenopleidingen FLOT en FLOS. Het betreft in deze twee deeltijdstudenten. FLOT = Fontys Leraren Opleiding Tilburg FLOS = Fontys Leraren Opleiding Sittard Bij het selecteren van de doelgroep hebben we rekening gehouden met vier aspecten, te weten:

o de scholen/ instanties dienen zo divers mogelijk te zijn, om zo een betrouwbaarder beeld te krijgen van de mogelijkheden van VC bij het begeleiden en beoordelen van studenten;

o de sessies op de scholen/ instanties dienen binnen de projectperiode uitvoerbaar te zijn; o de Fontys Contact Docenten/ stagebegeleiders dienen zoveel mogelijk verschillende

personen te zijn, om zo een breder draagvlak binnen de opleidingen te creëren; o de studenten moeten zoveel mogelijk uit verschillende studiejaren afkomstig zijn. o de lessen die door de studenten gegeven worden dienen zo divers mogelijk te zijn.

Uiteindelijk zijn er vijf verschillende scholen en drie verschillende zorginstellingen geselecteerd. Op deze acht locaties zijn in totaal elf videocommunicatiesessies uitgevoerd. Een overzicht van al deze VC-sessies is als bijlage 1 toegevoegd aan dit handboek.

pagina 10 van 60

Page 11: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

4.2 Techniek rondom videocommunicatie

4.2.1 Inleiding

Uiteraard speelt de techniek een zeer belangrijke rol bij stagebegeleiding en – beoordeling met videocommunicatie. Om elkaar goed te kunnen horen en zien, is het nodig dat de juiste apparatuur beschikbaar is. Uiteraard is een kwalitatief goede verbinding en gebruiksvriendelijkheid daarbij een vereiste. Naast het technische aspect zorgen vooral een goede invulling van de omgevingsfactoren en randvoorwaarden voor het succes of mislukken van videocommunicatie. Een korte training van de gebruikers, de juiste inrichting van de ruimte en goede verlichting zijn bovendien belangrijke factoren voor een succesvol verloop van de gesprekken.

In dit hoofdstuk zullen onder andere de volgende vragen centraal staan:

• Wat is videocommunicatie? • Waaruit bestaat de benodigde apparatuur? • Welke verbindingen worden gebruikt bij videocommunicatie en wat zijn eventuele

knelpunten/ belemmeringen? • Wat zijn de eisen met betrekking tot de videocommunicatie-ruimte? • Welke programma’s zijn beschikbaar om videosessies op te nemen?

4.2.2 Wat is videocommunicatie?

Communicatie via het Internet is tegenwoordig op vele manieren mogelijk. Er wordt vaak gebruik gemaakt van tekst (chatten), maar met beeld en geluid kan er tegenwoordig veel meer via dit medium. Een voorbeeld hiervan is videocommunicatie, een conferencingvorm die uitermate geschikt is voor het op afstand communiceren, maar zeker ook voor het observeren.

Videocommunicatie is een toepassing die het mogelijk maakt om met anderen op afstand te communiceren. Het is eigenlijk niets meer dan het communiceren via beeld en geluid tussen twee of meer personen op verschillende locaties. Dit maakt videocommunicatie tot één van de meest optimale vormen van interactief en visueel contact op afstand.

4.2.3 De benodigde apparatuur voor videocommunicatie

Videocommunicatie kan met verschillende oplossingen gerealiseerd worden. Een belangrijk onderscheid kan hierbij gemaakt worden tussen:

• Videocommunicatie op basis van een PC. • Videocommunicatie met een VC-room-systeem.

Videocommunicatie op basis van een PC Videocommunicatie is prima mogelijk op basis van een PC. Uiteraard moet de PC in dat geval nog uitgerust worden met de benodigde hard- en software. Hardware Aan de meeste moderne computers hoeft bijna geen hardware meer toe gevoegd te worden, omdat ze al beschikken over een geluidskaart met luidsprekers en een monitor, voor respectievelijk het horen en zien van de andere partij. Echter voor het opnemen van het eigen beeld en geluid, dient in de meeste gevallen nog wel een webcam en een microfoon aangeschaft te worden.

pagina 11 van 60

Page 12: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Welk type camera en welke microfoon gebruikt gaat worden is sterk afhankelijk van de gestelde kwaliteitseisen en het beschikbare budget. Er zijn tal van webcams te koop. De keuze hangt voor een groot deel af van de toepassing. Blijft videocommunicatie beperkt tot het onderling communiceren tussen twee personen, volstaat vaak al een goedkope webcam met een ‘mindere’ beeldkwaliteit. Webcams met ingebouwde microfoon zijn te koop voor een bedrag van rond de 30 Euro! Wanneer professioneel gebruik gemaakt gaat worden van het videocommunicatiesysteem, dient een camera gebruikt te worden die een betere beeldkwaliteit kan leveren. Een Pan-Tilt-Zoom (PTZ) camera is een bestuurbare camera die uitgerust is met een zoom-functie. Deze camera is ook op afstand te bedienen. Een PTZ-camera kost ongeveer 1000 Euro. In deze camera zit meestal geen microfoon ingebouwd.

Pan-Tilt-Zoom camera

Ook de keuze voor een microfoon en speakers is afhankelijk van de toepassing. Voor videocommunicatie tussen twee personen kan gebruik gemaakt worden van de standaard PC-microfoon, een headset of de ingebouwde microfoon van een camera. Op het moment dat het mogelijk is om een headset te gebruiken, wordt dat aanbevolen. Dit geeft voor beide partijen namelijk het meest prettige geluid. Er bestaan vaste en mobiele headsets. Met de mobiele headset is het mogelijk om vrij in een ruimte rond te lopen. Bij communicatie tussen groepen is het gebruik van een zaal- of ruimtemicrofoon aan te bevelen. In specifieke gevallen, bijvoorbeeld een ‘college op afstand’, kan ook gebruik gemaakt worden van een dasspeldmicrofoon. Bij videocommunicatie is het belangrijk dat er geen echogeluiden te horen zijn. Daarvoor dient bij voorkeur gebruik gemaakt te worden van apparatuur met echo-onderdrukking.

Een zaalmicrofoon Het gebruik van een headset

pagina 12 van 60

Page 13: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Bij gebruik van een computer voor videocommunicatie kan niet worden volstaan met het uitrusten van de computer met audiovisuele apparatuur. Er zal ook gebruik gemaakt moeten worden van een zogenaamde codec, welke de functie heeft van comprimeren en decomprimeren, ofwel coderen en decoderen, van signalen. Vaak wordt deze codec in de vorm van een speciaal kaart in de computer geplaatst. De prijzen voor een dergelijke kaart variëren van ongeveer 500 tot 4000 Euro. Het is ook mogelijk om het coderen en decoderen van de signalen softwarematig op te lossen. Een voordeel van deze softwarematige codecs is dat ze relatief gezien goedkoper zijn, maar ook minder krachtig, wat uitwerking heeft op de beeldkwaliteit. Software Bij het gebruik van een computer is verder videocommunicatiesoftware nodig, die dient om het één en ander aan te sturen. Elk softwarepakket zit anders in elkaar; het contact maken, de manier waarop een persoon in beeld komt (maar ook hoe groot), mogelijkheden om samen te werken (denk bijvoorbeeld aan het ‘delen’ van software) etc. Ook bij de software geldt dat de kwaliteit heel erg varieert als de verschillende pakketten onderling vergeleken worden. Bij kwalitatief mindere software wordt het beeld van de andere partij al vrij snel schokkerig en daarbij ook nog zeer klein, terwijl goede software in staat is om een goede beeldkwaliteit in een relatief groot beeld weer te geven. Tenslotte moet nog even gezegd worden dat het wel verstandig is om voor software te kiezen die de H.323-standaard ondersteund (bij videocommunicatie over het Internet) of de H.320-standaard bij het gebruik van een ISDN-verbinding. Dit zijn internationale standaarden die het videocommunicatie-verkeer mogelijk maken. Videocommunicatie met een VC-room-systeem Vaak wordt voor videocommunicatie ook een VC-room-systeem gebruikt. Dit is een kant en klaar systeem, speciaal ontwikkeld voor videocommunicatie (te koop vanaf ongeveer 4000 Euro). Deze systemen zijn meestal voorzien van een goede camera en een zaal- of ruimtemicrofoon. Verder zijn ze zeer geschikt in situaties waar er gewerkt wordt met groepen. Door middel van een televisie of een beamer kan het videosignaal uiteindelijk door iedereen bekeken worden. VC-room-system

Gebruik VC-room-systeem in collegezaal Een beknopte beschrijving van de diverse apparatuur en de bijbehorende richtprijzen is te vinden in bijlage 3.

pagina 13 van 60

Page 14: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

4.2.4 De eisen die gesteld worden aan de netwerkverbinding

Om contact te kunnen maken met andere videocommunicatiesystemen, dient er een netwerkverbinding te zijn. Een ISDN2-verbinding (128 kbit/sec) is in principe al voldoende, maar voor een betere video- en geluidskwaliteit is een grotere bandbreedte nodig. Je komt dan al snel uit bij breedbandinternet, maar het is ook mogelijk meerdere ISDN-lijnen samen te gebruiken. Bandbreedte is de benaming voor de capaciteit van een verbinding tussen twee computers. Des te hoger de bandbreedte, des te sneller is de verbinding. De minimale netwerkcapaciteit waar in dit verband aan gedacht moet worden is 384 kbit/sec. Omdat de internetverbinding op hetzelfde moment meestal ook gebruikt wordt door anderen voor Internet en e-mail, is een capaciteit van 768 kbit/sec aan te bevelen. Let op dat de datasnelheid van u af (upstream) net zo belangrijk is dan naar u toe (downstream). De meeste internetaanbieders hebben namelijk veel downstream, maar te weinig upstream om goed te videoconferencen. Zoals gezegd is videocommunicatie mogelijk via een ISDN2-verbinding en via het Internet (breedband). In de onderstaande tabel staan de voor- en nadelen opgesomd.

ISDN2 – 128kbit/sec Breedbandinternet Stabiliteit Zeer stabiele verbinding. Het

betreft hier namelijk een verbinding die alleen voor videocommunicatie gebruikt wordt.

Minder stabiel. Op het internet kunnen altijd ‘storende factoren’ aanwezig zijn, omdat deze verbinding niet alleen voor videocommunicatie gebruikt wordt.

Snelheid Net voldoende om te videoconferencen. Bij het gebruiken van meerdere ISDN-lijnen tegelijk, gaat de snelheid omhoog.

Dit is volledig afhankelijk van de netwerkcapaciteit. Behalve downstream is het ook belangrijk dat er voldoende upstream aanwezig is.

Video- en geluidskwaliteit

Redelijk, dit heeft te maken met de snelheid van de verbinding.

Zeer goed bij een netwerkcapaciteit van minimaal 768 kbit/sec is (ook hier weer letten op down- en upstream).

Delen/ overnemen van software

Matig, dit heeft te maken met de snelheid van de verbinding.

Zeer goed bij een netwerkcapaciteit van minimaal 768 kbit/sec is (ook hier weer letten op down- en upstream).

Gebruik whiteboard

Goed, de snelheid heeft hier wel iets invloed op, maar het is niet storend.

Zeer goed.

Het is van essentieel belang om te kijken hoe videocommunicatie past in het beveiligingsbeleid van

de organisatie. Een ‘hindernis’ voor videocommunicatieverkeer via Internet is dan ook vaak de firewall. Dergelijke ‘problemen’ zijn echter goed op te lossen. Bij videocommunicatie via een ISDN-verbinding heb je geen ‘last’ van zogenaamde firewall problemen.

4.2.5 De inrichting van de videocommunicatieruimte

Bij het gebruik van videocommunicatie moet voldoende aandacht besteedt worden aan de inrichting van de ruimte. De belichting, de afmetingen van de ruimte en de opstelling van de camera’s en de microfoons zijn enorm belangrijk.

pagina 14 van 60

Page 15: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Belichting Bij het gebruik van videocommunicatie is een goede verdeling van het licht in de ruimte van essentieel belang. In de meeste klaslokalen of kantooromgevingen is het verlichtingsniveau prima. Naast het niveau van de verlichting is ook de verdeling van het licht in de ruimte erg belangrijk. Er dient gelet te worden op een aantal zaken betreffende verlichting:

• voorkom tegenlicht op de camera; • geen spotjes boven de persoon die aan het videoconferencen is, gebruik liever TL-buizen

die gelijkmatig verdeeld zijn over de ruimte; • bij het plaatsen van verlichting erop letten dat deelnemers er niet in kunnen kijken, dit is

namelijk heel erg storend. Het beste licht wordt verkregen wanneer het voor driekwart van boven komt, kijkende vanuit de kijkrichting van de persoon. Licht driekwart van boven

Enkele voorbeelden van verkeerde belichting tijdens videocommunicatie: Tegenlicht Licht van onderuit Afmetingen van de ruimte Het aantal personen dat kan deelnemen aan de videoconferentie is sterk afhankelijk van de afmetingen van de ruimte. Voldoende ruimte tussen de deelnemers is belangrijk voor een goed overzicht. Bij het gebruik van een zaalmicrofoon wordt deze midden op de tafel gelegd waar alle deelnemers aan zitten of boven de tafel aan het plafond gemonteerd. Bij het installeren van de camera moet erop gelet worden dat deze op voldoende afstand van de deelnemers staat, zodat iedereen in beeld kan komen. Bij kleinere ruimtes kan een camera met een groothoeklens uitkomst bieden om alle deelnemers in beeld te brengen. Bij het beoordelen van bijvoorbeeld een student die een les aan het verzorgen is, kan het gebruik van meerdere camera’s erg handig zijn. In dit project is er telkens gebruik gemaakt van één camera, maar in bepaalde situaties bleek dit niet helemaal optimaal te zijn. In een klassensituatie is het soms van belang dat zowel het gezicht van de stagiair als de leerlingen goed in beeld gebracht kan worden om de interactie goed te kunnen zien. Ook in grote lokalen (practicum) is vaak een tweede camera wenselijk.

pagina 15 van 60

Page 16: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Geluid Bij een begeleidingsgesprek is het prettig dat de ruimte ‘stil’ is. Storende geluiden van ventilatoren, luchtbehandelingsystemen, airconditioning etc. kunnen vervelend zijn voor alle deelnemers gedurende de videocommunicatie. Tenslotte moet er gelet worden op de akoestiek in een videocommunicatieruimte. Het praten in een ruimte die hol klinkt is bij gewone gesprekken vaak al lastig, laat staan dat je een videocommunicatie-gesprek moet voeren. Maatregelen tegen een dergelijke akoestiek zijn:

• vorm van de ruimte in acht nemen, schuine hoeken en wanden geven een minder hol geluid;

• objecten aan de wanden hangen die geluid verstrooien en absorberen; • eventueel de ruimte stofferen.

4.2.6 Capture-programma’s

Gedurende het project zijn de elf videocommunicatiesessies opgenomen, zowel voor de verantwoording richting de ‘Digitale Universiteit’, alsook voor de studenten en docenten. Acht sessies zijn rechtstreeks van het beeldscherm opgenomen en zijn na afloop meteen in digitale vorm beschikbaar voor de belanghebbenden. Drie sessies zijn met behulp van een videocamera en beamer opgenomen. Om het videobeeld en –geluid rechtstreeks te kunnen opnemen van het beeldscherm is ‘capture-software’ nodig. Er zijn verschillende pakketten te verkrijgen, zoals: - Camtasia Studio 2 van TechSmith. - My Screen Recorder v2.21 van DeskShare. - Easy Video Capture van VideoCap. - Windows Media Encoder. Op Internet zijn goede recensies te vinden over het capture-programma Camtasia Recorder. We zijn daarom in eerste instantie met dat pakket gaan testen. De eerste resultaten waren redelijk alleen bleek de betrouwbaarheid bij het opnemen van een lange sessie niet goed. Na het opnemen van het beeld op de monitor gaat het programma de beelden comprimeren en dan loopt, in onze testomgeving, het programma wel eens ‘vast’. Om deze rede is voor de eerste videocommunicatiesessies gekozen, de beelden van de monitor met een beamer te projecteren (om het flikkeren van het beeld te voorkomen) en dan die beelden met een videocamera op te nemen. Daarna zijn de videobeelden met behulp van Studio 9 gedigitaliseerd. Door de videocommunicatiesessie op deze wijze vast te leggen is het uiteindelijke beeld van mindere kwaliteit maar de betrouwbaarheid goed. Voor de daaropvolgende sessies hebben we het programma ‘Easy Video Capture’ gebruikt. Het programma is redelijk stabiel bij het opnemen van lange sessies. Om er zeker van te zijn dat er zo weinig mogelijk beeldmateriaal van de begeleidings- en beoordelingssessies verloren gaat door technische problemen is besloten om tijdens de sessies na ongeveer 5 tot 10 minuten (afhankelijk van de situatie) het beeldmateriaal op te slaan. Het programma ‘Easy Video Capture’ is gebruikt vanaf de vierde sessie. Tijdens de montage van de beelden is gebleken dat de beeldverhouding bij het capturen niet goed is ingesteld. Het resultaat van de verkeerde beeldverhouding is dat de videobeelden in de bewerkingsprogramma’s in

pagina 16 van 60

Page 17: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

verticale richting worden uitgetrokken. Doordat de beeldverhouding van 4:3 (Aspect Ratio) niet in acht is genomen vervormen de beelden. Bij de volgende sessies is het beeldformaat steeds ingesteld op 640 bij 480 (dus in de verhouding 4:3). Deze verhouding levert geen vervorming van de beelden op in de door ons gebruikte videobewerkingsprogramma’s. De videocodec is steeds op Microsoft MPEG-4 Video ingesteld met 25 Key Frames/Sec, een Recording Interval van 40 en een AVI Play Rates van 25 Frames/Sec. De audio-instelling was 22050 Hz, 16-bit Mono. Door van deze instellingen gebruik te maken worden de bestanden van de videofragmenten niet groot. Zes minuten videomateriaal heeft dan een bestandsgrootte van ca. 8 MB. Nadat alle sessies opgenomen zijn, hebben we ook nog Windows Media Encoder bekeken. Dit programma kan onder andere het beeldscherm ‘capturen’ (audio en video), streaming video en geluid en videoformaten omzetten. De eerste indruk is zeer goed en de volgende sessies zullen ook met dit programma worden opgenomen. Het programma is gratis bij Microsoft te downloaden. Het voordeel van dit programma is dat de beelden meteen streaming gemaakt kunnen worden en dus eenvoudig op Internet te plaatsen en te bekijken zijn.

pagina 17 van 60

Page 18: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

4.2.7 De gebruikte apparatuur in het project

Tijdens de verschillende sessies is gebruik gemaakt van onderstaande apparatuur en software.

Computer voor de begeleider/beoordelaar (tevens voor het capturen en bewerken van de videofragmenten)

• Intel Pentium IV 3.2ghz • 512mb DDR 400/3200 • Asus Radeon 9600SE 128mb • Seagate 120gb 7200rpm • Windows XP

Computers voor in de scholen en instellingen

• Intel Celeron 2.4ghz • 256mb DDR 266Mhz • 40gb IDE Hard Drive 7200rpm • Windows 2000

Videocommunicatiesysteem • VCON Cruiser 150 • VCON Cruiser 384

Camera • PTZ Canon Camera (VC-CA tafelmodel) • Philips Desktop Camera

Microfoon • Plantronic type H91 Encore Monaural headset met CA40 dect adapter

• External Tabletop microfoon VCON Capture-programma • Easy Video Capture

• Windows Media Encoder Videobewerkingsprogramma • Studio 9

• Adobe Premieré • Windows Moviemaker

Verbinding • ISDN-2 • Breedband Internet

pagina 18 van 60

Page 19: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

5 Ontwerpfase In deze fase van het project hebben de volgende activiteiten plaatsgevonden:

o literatuuronderzoek; o onderzoek ‘juridische aspecten’ betreffende beeld- en portretrecht; o opstellen van evaluatieformulieren.

5.1 Literatuuronderzoek In het kader van het literatuuronderzoek zijn de nodige informatiebronnen geraadpleegd. Dit betreft enerzijds een aantal internetpagina’s en anderzijds overige informatiebronnen zoals brochures en artikelen over videocommunicatie en de mogelijkheden. De literatuurlijst is in hoofdstuk 8 opgenomen.

5.2 Onderzoek ‘juridische aspecten’ betreffende beeld- en portretrecht

Een belangrijk aspect bij het gebruik van videocommunicatie is het beeld- en portretrecht. Om te voorkomen dat we in het project verwikkeld raken in allerlei juridische kwesties hebben we dit onderwerp, in samenwerking met ‘Fontys juridische zaken’ onderzocht. Een belangrijke bevinding uit het onderzoek is dat het in juridische zin heel wat uitmaakt of we het hebben over begeleiden of over beoordelen op afstand. Het verschil ligt vooral in de noodzaak van het bewaren van beelden bij gebruik voor het beoordelen. Voor SPH zijn we in dit project uitgegaan van stagebegeleiding op afstand. De setting is dan als volgt:

o voor het gesprek zijn aanwezig op de stage-instelling: de student en de werkbegeleider van de instelling en bij Fontys: de stagebegeleider van de SPH;

o de student en werkbegeleider zitten op de stage-instelling in een spreekkamer waar een computer met ISDN of internetaansluiting en de bijbehorende camera staat;

o de SPH stagedocent maakt gebruik van de apparatuur die opgesteld staat in het PTH-gebouw in Eindhoven.

Bij het beoordelen op afstand, zoals bij de PTH voornamelijk het geval is, kunnen we de setting als volgt omschrijven:

o voor de les zijn aanwezig op de stageschool: de student en de begeleidende schoolpracticumdocent (begeleider van de stageschool) en bij Fontys: de Fontys Contact Docent van de PTH;

o de student verzorgt zijn les in een lokaal waar de computer met ISDN of internetaansluiting en de bijbehorende camera staat;

o de Fontys Contact Docent maakt gebruik van de apparatuur die opgesteld staat in het PTH-gebouw in Eindhoven;

o voor het evaluatiegesprek na afloop van de les (begeleiden op afstand) neemt de student plaats achter de computer in het lokaal, eventueel samen met de schoolpracticumdocent.

Juridische kwesties bij begeleiden op afstand met gebruik van videocommunicatie zonder vastlegging van beeld en geluid (dus het materiaal wordt niet bewaard):

o uitgangspunt: alle betrokkenen (student, werkbegeleider, stagedocent) stemmen ermee in dat het begeleidingsgesprek op deze manier plaatsvindt;

pagina 19 van 60

Page 20: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

o vooraf voor alle betrokkenen helder omschrijven, al is het maar in enkele regels, wat het doel is van deze werkwijze (afbakenen ‘wat is het wel’ / ‘wat is het niet’, in ieder geval melden dat de opname NIET bewaard wordt en uitleggen hoe videocommunicatie werkt);

o met het gebruik van videocommunicatie moet de instelling wel akkoord zijn. Juridische kwesties bij begeleiden op afstand met gebruik van videoconferencing met vastlegging van beeld en geluid (dus het materiaal wordt wel bewaard):

o voor het vastleggen van het gesprek op video moet altijd toestemming worden gegeven door alle betrokkenen;

o ook de instelling (directie of andere bevoegde) moet ervan op de hoogte zijn en toestemming geven;

o tijdens het gesprek mogen er geen cliënten in beeld komen (ook niet even het hoofd om de deur steken), dit i.v.m. portretrecht;

o uitgangspunt: voor het bewaren van videomateriaal op de opleiding gelden dezelfde afspraken als voor het bewaren van ander tekst- of beeldmateriaal dat in begeleidingssituaties gebruikt is bij degene die opneemt, i.c. PTH/ SPH;

o auteursrecht berust bij PTH/ SPH; o je kunt voor een toegankelijkheidsregeling verwijzen naar de Wet Bescherming

Persoonsgegevens die je normaal hanteert, maar in dit geval wellicht extra computertechnische beveiligingen opzetten als school (laten zien dat er niet gemakkelijk inbreuk gepleegd kan worden op het materiaal);

o ook garanderen dat het niet wordt gebruikt voor andere doeleinden dan waarvoor je de afspraak hebt gemaakt;

o als één van de partijen later zegt zich niet te herkennen in de manier waarop het gesprek is geregistreerd, zou deze zich kunnen beroepen op iets dergelijks als portretrecht / ‘manipulatie met beelden en / of geluid’ uit voorzorg kun je hiervoor een klachtenregeling in het leven stellen.

Als het gaat om beoordelen op afstand met vastlegging van beeld en geluid kan aan het voorgaande nog het volgende worden toegevoegd:

o er wordt een beoordeling aan het gesprek gekoppeld in de vorm van een cijfer of in de vorm van een kwalificatie in termen van onvoldoende / voldoende / goed; verwachtingen over en weer t.a.v. het gesprek moeten helder zijn;

o vastleggen hoe het inzagerecht voor de student geregeld is, hoe kan hij inzage krijgen in het materiaal en waar / bij wie?

Aanbevelingen algemeen:

o wenselijk dat de stagebegeleider eerst face-to-face contact (fysiek) met werkbegeleider en student heeft gehad, voordat het gesprek met video op afstand plaatsvindt;

o uitgangspunt: alle betrokkenen doen van harte mee aan deze pilot, ‘als niet van harte, dan kun je er beter niet aan beginnen’.

o contract kan door PTH/ SPH gemaakt worden of door de instelling zelf opgezet worden, aangevuld met afspraken Fontys; contract is altijd wederzijds, alle partijen moeten zich er in kunnen vinden;

o soms kan een instelling aarzelen om mee te werken i.v.m. aansprakelijkheidsstelling n.a.v. mogelijke incidenten die uit de opnamen voortvloeien; vraag dan direct waar men eigenlijk ‘bang voor is’, dan kun je dat ondervangen in een aanvulling in het contract;

pagina 20 van 60

Page 21: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Naar aanleiding van het onderzoek, zijn er contracten opgesteld, welke door de deelnemers ingevuld en ondertekend dienen te worden bij aanvang van elke videocommunicatie-sessie. Deze contracten zijn als bijlage 5 aan dit handboek toegevoegd.

5.3 Opstellen van evaluatieformulieren Een project uitvoeren betekent automatisch dat je moet evalueren. Deze evaluatie betreft enerzijds een algemene evaluatie en anderzijds tussentijdse evaluaties na afloop van de afzonderlijke VC-sessies. De algemene evaluatie bekijkt het project als geheel en bestaat uit een product- en procesevaluatie. Deze evaluatie is terug te vinden in het projectoverdrachtsdocument en bevat geen relevante resultaten voor dit handboek. De tussentijdse evaluaties echter leveren directe informatie over de afzonderlijke VC-sessies. Deze informatie bestaat uit feitelijke zaken (bijvoorbeeld: tijd en plaats), maar ook uit visies van deelnemers. De resultaten zijn uiteindelijk integraal in dit handboek opgenomen en uitgewerkt. Voor de tussentijdse evaluaties zijn in het kader van dit project een aantal evaluatieformulieren opgesteld. Deze zijn als bijlage 6 aan dit handboek toegevoegd.

pagina 21 van 60

Page 22: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

6 Realisatiefase Deze fase van het project betreft de daadwerkelijke realisatie van achtereenvolgens het organiseren en uitvoeren van testsessies, het begeleiden en beoordelen van studenten door middel van videocommunicatie en tenslotte het evalueren van de afzonderlijke sessies, met als eindresultaat een aantal conclusies en aanbevelingen. De bovenstaande activiteiten staan in dit hoofdstuk chronologisch beschreven. Daarnaast zijn enkele illustratieve videofragmenten van VC-sessies ook te bekijken op de additioneel aan dit handboek toegevoegde cd-rom. De complete opnamen van alle beoordelings- en begeleidingssessies zijn in overleg met de projectleider te bekijken.

6.1 Organiseren en uitvoeren van de sessies Alvorens daadwerkelijk te gaan beoordelen en begeleiden op afstand moeten de nodige voorbereidingen getroffen worden. Allereerst moet worden getest of op de locatie waar de student stage loopt een goede bruikbare verbinding aanwezig is. De scholen en instellingen, geselecteerd in de definitiefase, zijn hiertoe benaderd en er zijn afspraken gemaakt om te testen. De resultaten die uit deze testsessies naar voren zijn gekomen, zijn beschreven in bijlage 7. Verder is het uiteraard belangrijk om van te voren alle deelnemers goed te informeren over de doelstelling van de sessie zodat zij weten wat er gaat gebeuren, zowel technisch als inhoudelijk. Hierna ondertekenen alle deelnemers de verklaring betreffende het portretrecht, zie bijlage 5. Bij de opstelling van de apparatuur moet gelet worden op de volgende punten:

• Zorg ervoor dat de VC-opstelling de student minimaal afleidt. • Plaats de camera op een strategische plaats in het lokaal. • Let goed op de lichtinval in de ruimte. Zorg dat de student voldoende ‘in het licht’ staat

maar voorkom tegenlicht. • Gebruik bij voorkeur een zaalmicrofoon of gebruik een mobiele headset indien het lokaal

te groot is en de student veel door het lokaal loopt. • Overleg met de student wat de grenzen zijn van het beeldkader. Als de student heel

beweeglijk presenteert zul je tijdens de opname het beeldkader moeten corrigeren door met de camera mee te bewegen.

• Stel bij het VC-systeem een aantal presets (camera-voorinstellingen) in, bijvoorbeeld: o Preset 1: een totaaloverzicht van de klas. o Preset 2: overzicht student voor de klas. o Preset 3: het beeldkader zodat de student met het hoofd bijna aan de bovenrand

van het kader komt en de heup op de onderrand. o Preset 4: een overzicht van de leerlingen. o Preset 5: het schoolbord .

Tijdens de uitvoering van de VC-sessies kunnen diverse scenario’s gevolgd worden. Bij het observeren en evalueren van activiteiten kan een onderscheid gemaakt worden tussen de volgende situaties:

• De student wordt met behulp van videocommunicatie geobserveerd bij een activiteit, waarna de FCD via de VC-set de activiteit bespreekt met de student.

• De FCD bespreekt samen met de mentor en de student de geobserveerde activiteit. • De FCD bespreekt samen met de mentor de geobserveerde activiteit. • De FCD bespreekt samen met de student een activiteit die niet door de FCD is

geobserveerd.

pagina 22 van 60

Page 23: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Bij de bespreking van de voortgang van de stage kunnen eveneens meerdere scenario’s gevolgd worden:

• De student bespreekt met de FCD de voortgang van zijn persoonlijke leerproces. • De mentor bespreekt met de FCD het ontwikkelproces van de student. • De student bespreekt met de FCD én de mentor het leerproces.

Het is belangrijk dat ervaringen worden vastgelegd. Hiervoor is het mogelijk dat de VC-sessie wordt opgenomen zodat deze beschikbaar blijft voor een verdere nabespreking en voor het portfolio van de student. Verder worden ervaringen vastgelegd in de evaluatieformulieren (bijlage 6):

• Formulier 1: Logboekformulier stagebegeleiding en –beoordeling VC. • Formulier 2: Inhoudelijke kenmerken VC-observatie stageactiviteit van de student. • Formulier 3: Inhoudelijke kenmerken van het VC-gesprek.

6.2 Conclusies en aanbevelingen bij het begeleiden en beoordelen van studenten op afstand

Bij het begeleiden en beoordelen met videocommunicatie bestaat er naast een technisch aspect ook een didactische component die erg belangrijk is. Wat is de meerwaarde van videocommunicatie t.o.v. de traditionele situatie? Waar moet je op letten bij het gebruik van dit medium? Is het middel een vervanging van de traditionele manier van begeleiden en/ of beoordelen? Allemaal vragen die opkomen als we het over begeleiden en beoordelen op afstand hebben. Conclusies Over het algemeen mag gesteld worden dat de sessies prima zijn verlopen en dat zich er geen onoverkomelijke technische problemen hebben voorgedaan. De resultaten, voortgekomen uit het project, zijn naar onze mening, dan ook zeer bevredigend. In onze mening worden we ondersteund door de FCD’ers/ stagebegeleiders, de studenten en zeker niet te vergeten onze lector. Een belangrijke meerwaarde van het gebruik van videocommunicatie t.o.v. de traditionele manier van begeleiden is de reistijd die bespaard kan worden. Zeker wanneer scholen en instellingen ver van het eigen instituut liggen en/of slechts één student stage loopt op een locatie. Docenten/ stagebegeleiders hoeven niet meer naar de scholen/instanties toe om de student te begeleiden of beoordelen, maar kunnen vanuit hun eigen werkplek ‘virtueel’ aanwezig zijn bij de student. Op deze manier is het mogelijk dat een docent op één dag op meerdere locaties tegelijk ‘aanwezig’ kan zijn, terwijl dit in een traditionele situatie, vanwege de afstanden tussen de stageplaatsen, niet mogelijk is. Door het toepassen van videocommunicatie is het mogelijk om het aantal contacten met de stagiaires te intensiveren. Een belangrijk voordeel vormen de beelden die opgenomen worden. De student en de docent kunnen achteraf alles nog eens terug kijken. De beelden, die meteen na afloop van de VC-sessie in digitale vorm beschikbaar zijn, vormen ideaal materiaal voor reflectie en/of nabesprekingen. Daarnaast kan de student de beelden gebruiken om competenties aan te tonen en deze digitaal in zijn portfolio opnemen. Een ander aspect, het niet fysiek aanwezig zijn van de docent/ stagebegeleider in bijvoorbeeld een lessituatie, zorgt dat het een natuurlijke situatie blijft. Stagiaires zullen zich, bij de aanwezigheid van hun docent/ stagebegeleider, anders gaan gedragen. Dit geldt tevens voor de leerlingen in de klas.

pagina 23 van 60

Page 24: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Het ‘natuurlijk handelen’ van de student komt zodoende minder naar voren. Uit reacties van studenten die deelgenomen hebben aan dit project, blijkt dit ook zo te zijn. Daar er tegenwoordig binnen het onderwijs minder frontaal les gegeven wordt en de student steeds meer de leerlingen individueel moet begeleiden, wordt het beoordelen van een student op de traditionele wijze een lastige zaak. De stagebegeleider moet dan de gehele les achter de student aan lopen, om de individuele gesprekken te kunnen volgen. Bij het gebruik van videocommunicatie in dergelijke lessen, heeft de student een headset of andere microfoon bij zich. Hierdoor zijn deze gesprekken wel goed te volgen, zonder dat de stagebegeleider van zijn plaats hoeft te komen. In relatie tot het bovenstaande is het interessant om te onderzoeken op welke manier je met behulp van een ‘oortje’ tijdens de uitvoering van een praktijkles onder andere feedback en tips zou kunnen geven. Een vergelijking met een voetbalwedstrijd waar in de rust van een wedstrijd vaak belangrijke dingen gebeuren waardoor spelers ineens beter gaan spelen is hier op zijn plaats. Ook in de wielersport wordt er gebruik gemaakt van dergelijke communicatiemiddelen. Evaluatiegesprekken van de stage kunnen met videocommunicatie plaatsvinden, mits er eerst een keer een kennismakingsgesprek op locatie is geweest, waarin betrokkenen elkaar hebben ontmoet.

Beoordelingsgesprekken kunnen op deze wijze gevoerd worden, mits er geen ‘vervelende, spannende dingen’ op het spel staan. Een kwalitatief goede verbinding met betrekking tot het beeld en het geluid is enorm belangrijk bij het begeleiden en beoordelen van stagiaires op afstand. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de vertraging tussen beeld en geluid bij een videocommunicatiegesprek. Het risico is groot dat het gesprek oppervlakkiger wordt zolang er technische effecten als echo en vertraging optreden. Deze nodigen de gespreksdeelnemers niet uit tot ‘ondersteunende communicatie’ in inhoudelijke zin. Dit is een aspect waar voornamelijk onervaren videocommunicatie-gebruikers tegenaan lopen. Het is een kwestie van gewenning, of wellicht een ‘discipline’, om elkaar netjes uit te laten praten gedurende een VC-gesprek. Na enkele VC-sessies, zo is de ervaring, is een eventuele vertraging minder storend. In dit onderzoeksproject hebben we met onze bestaande VC-apparatuur gewerkt. Deze apparatuur is al enkele jaren oud. Veel opmerkingen van de begeleiders/beoordelaars zoals: mindere beeldkwaliteit, echo vertragingen, het niet gelijktijdig kunnen praten en in de rede kunnen vallen is in de huidige apparatuur al verbeterd of opgelost. Fabrikanten van VC-apparatuur richten zich met nieuwe producten op goede beeld- en geluidskwaliteit bij lage bandbreedtes. Door de toepassing van het nieuwe videoprotocol H.264 is videocommunicatie nu voor het eerst goed mogelijk bij lage bandbreedtes vanaf 128 kbps. Ook is de audio-kwaliteit verbeterd en is het mogelijk om gelijktijdig te praten (full duplex). Daarnaast zal in de toekomst de beschikbare bandbreedte op scholen en instellingen verder toenemen wat de kwaliteit van de verbinding sterk ten goede komt.

Er mag meer geëxperimenteerd worden met technische mogelijkheden om zelf te kunnen inzoomen op degene die aan het woord is, om zelf in te breken op de microfoon en dergelijke; dit met het oog op verbetering van de communicatiemogelijkheden.

pagina 24 van 60

Page 25: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

De persoonlijke ervaringen van de deelnemers aan de videocommunicatiesessies staan verwoord in bijlage 2 Aanbevelingen Op grond van de opgedane ervaringen binnen het project, worden de volgende aanbevelingen gedaan:

• Een stagebegeleidings- en beoordelingsgesprek met behulp van videocommunicatie vraagt om een goede instructie voor alle gesprekspartners en een goede voorbereiding.

• Docenten moeten getraind worden in het gebruik van de apparatuur en mogelijkheden.

• De studenten dienen voordat de stage begint kennis te maken met videocommunicatie. Dit

kan bijvoorbeeld door enkele workshops te organiseren met als doel kennismaking met videocommunicatie.

• Bij de implementatie van videocommunicatie bij stagebegeleiding en –beoordeling

kunnenn ook mobiele sets worden ingezet. Deze zijn handzaam en bedieningsvriendelijk. We zien de volgende mogelijkheden: o gebruik maken van de reeds op school of instelling aanwezige

videocommunicatieapparatuur (geplaatst op een verrijdbaar meubel); o laptop met VC-software en een PTZ-camera op een statief; o VC-roomsyteem (‘alles in een’ apparaat). De laatste twee opties zijn eenvoudig door de student zelf naar de school of instelling mee te nemen.

• De mogelijkheid moet bekeken worden of vanuit de verticale leergroepen afspraken

worden gemaakt over het op afstand, met behulp van videocommunicatie, bekijken en becommentariseren van elkaars lessen. Het idee hierachter is dat ook ‘single placements’, dat wil zeggen de koppeling van een mentor aan een student, minder effectief is dan een aanpak waarbij meer studenten met een mentor te maken hebben en feedback kunnen geven.

• In algemene zin is het belangrijk dat gezocht gaat worden naar mogelijkheden waarbij de

unieke voordelen van videocommunicatie worden benut. Hierbij denken we bijvoorbeeld aan:

o Het feit dat je bij praktijklessen de student kunt volgen en dus beeld en geluid op verschillende plekken bij verschillende leerlingen kunt opnemen. Dit is van belang in verband met de toenemende individualisering van het onderwijs.

o Het aanleggen van een videodatabank met leerzame voorbeelden van verschillende uitvoeringen van een bepaalde les, een bepaalde demonstratie’of een bepaalde uitleg. Ook het hanteren van klassikale situaties, ordeproblematiek komt hierbij in aanmerking.

Kijkende naar de toekomst zijn alle deelnemers van mening dat er absoluut een vervolg gegeven moet worden aan het project. Op grond van de opgedane ervaring kan gesteld worden dat stagebegeleiding en – beoordeling met behulp van videocommunicatie grote voordelen op kan leveren.

pagina 25 van 60

Page 26: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

7 Afrondingsfase Tijdens de afrondingsfase van het project zijn alle ervaringen, bevindingen en conclusies verzameld en vastgelegd. Hieruit zijn voortgekomen:

o projectoverdrachtsdocument; o handboek; o cd-rom met illustratieve beelden.

Bovengenoemde producten zijn einde juli 2004 aan de Digitale Universiteit overgedragen.

pagina 26 van 60

Page 27: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

8 Literatuurlijst Internetpagina’s:

• http://kb.surfnet.nl/index.php?page=index_v1&c=9

• http://contact.surfnet.nl/tutorial/

• http://contact.surfnet.nl/presentatie/VC_ISDN_IP.ppt

• http://www.videnet.gatech.edu/cookbook/

• http://www.digitaledidactiek.nl

• http://www.hshaarlem.nl/home/pieter/icto/ictotl/icttl10/ictotaal10.pdf

• http://www.lubberding.nl/webstroom/index.html

• http://www.ryerson.ca/pebbles/ Overige informatiebronnen:

• Surfkit, een cd-rom die ontwikkeld is door Surfnet

• Surfnet dienstenbrochure ‘groepscommunicatie met conferencing’

• Krantenartikel Eindhovens Dagblad ‘Live leren via webcam’

• Artikel van de Hogeschool Haarlem ‘Videoconferencing’

• Document ‘Techniek_VCtender_0.1’

• Projectplan Surfproject

• Prijslijst VCON

• Prijslijst Polycom

pagina 27 van 60

Page 28: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

pagina 28 van 60

9. Bijlagen

Page 29: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Bijlage 1: Overzicht VC-sessies

Datum

VC-sessie Naam Opleiding Stageschool/ -plaats FCD/stagebegeleider

21-04-2004 Michel van Diessen (2x)

1e jaars voltijdstudent PTH werktuigbouwkunde

Sondervick College Veldhoven (VMBO)

Yvonne Geerts

22-04-2004 Paul Elbersen 2e jaars voltijdstudent PTH werktuigbouwkunde

ROC Eindhoven Henk van Erp

19-05-2004 Noortje van der Steen

1e jaars voltijdstudent SPH

De Vlasborgh Vught (instituut voor visueel gehandicapten)

Lia Hesemans

10-06-2004 Jens Schlüter 2e jaars voltijdstudent PTH werktuigbouwkunde

ROC Venlo Ton Sieben

22-06-2004

Perry van Liempt 1e jaars deeltijdstudent FLOT algemene techniek

Varendonck College Someren

Mari van der Ven

22-06-2004

Erik van der Hoeven

3e jaars deeltijdstudent FLOS aardrijkskunde

Varendonck College Someren

Mari van der Ven

23-06-2004

Linda Vlems 1e jaars voltijdstudent SPH

Zorgcentrum Bethanie Mierlo (ouderenzorg)

Lia Hesemans

29-06-2004 Frits Hurkmans

1e jaars voltijdstudent PTH voertuigentechniek

Hub van Doornecollege (VMBO)

Mari van der Ven

29-06-2004 Ron Mertens

2e jaars voltijdstudent PTH voertuigentechniek

Hub van Doornecollege (VMBO)

Mari van der Ven

29-06-2004 Loes Poolen

3e jaars voltijdstudent SPH

Stimulans Veldhoven (organisatie voor welzijnswerk)

Johan Peels

pagina 29 van 60

Page 30: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Bijlage 2: Beschrijving van de begeleidingsgesprekken en de stagebeoordelingen met videocommunicatie

In totaal zijn er voor het verkennend onderzoek ‘Stagebegeleiding en beoordeling met videocommunicatie’ elf videocommunicatiesessies uitgevoerd op diverse locaties met verschillende studenten en docenten c.q. stagebegeleiders.

In deze bijlage worden alle sessies beschreven. De beschrijving bestaat uit:

- gegevens van de betrokken deelnemers, instelling/school, locatie en kenmerken sessie; - algemene beschrijving van de les- of begeleidingssituatie; - gebruikte techniek:

verbinding; geluid; opstelling apparatuur.

- ervaringen algemeen; - ervaring van de stagiair; - ervaring van de Fontys Contact Docent.

Sessie 1

Projectparticipant Fontys PTH Naam instelling / school Sondervick College Veldhoven (VMBO) Naam student Michel van Diessen Opleiding 1e jaars voltijdstudent PTH Werktuigbouwkunde Context van de lessituatie Begeleiden van leerlingen Datum VC-sessie 21-04-2004 Context van de VC-sessie Observeren en evalueren / nabespreken Fontys Contact Docent (FCD) Yvonne Geerts

Algemene beschrijving van de lessituatie De PTH-student voert zijn stage uit binnen een VMBO-school, afdeling metaaltechniek. Tijdens de geobserveerde les heeft de stagiair de opdracht om leerlingen uit het derde leerjaar te begeleiden bij hun activiteiten binnen het praktijklokaal. Deze leerlingen hebben al de nodige ervaring opgedaan binnen de praktijkruimte en kunnen in principe allemaal zelfstandig aan de slag. Het is de taak van de docent, en in dit geval van de stagiair, om te zorgen voor een veilige leeromgeving m.b.t. het werken met de diverse machines en de leerlingen te ondersteunen en te begeleiden bij de diverse werkzaamheden. Gebruikte techniek: - Verbinding Verbinding op basis van ISDN2. - Geluid De belangrijkste taak van de stagiair tijdens deze les is het begeleiden van de leerlingen. Hiervoor zal hij voortdurend door het lokaal lopen. Er is daarom tijdens deze les gebruik gemaakt van een mobiele headset. Tijdens de evaluatie / nabespreking is gebruik gemaakt van de ingebouwde microfoon van de camera en de multimediaspeakers. - Opstelling apparatuur De stageschool beschikt al over de benodigde apparatuur. Voor deze sessie is de bestuurbare camera verplaatst naar een hoog punt binnen de praktijkruimte. De rest van de VC-apparatuur bevindt zich in een klein lokaal aangrenzend aan het praktijklokaal.

pagina 30 van 60

Page 31: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Ervaringen algemeen: • Bij het individueel begeleiden van de leerlingen aan de machine is het gesprek tussen de leerling en de

stagiair goed te verstaan omdat er gebruik wordt gemaakt van de mobiele headset. Dit is voor de FCD (de beoordelaar) natuurlijk een groot voordeel, omdat bij een ‘reguliere’ lesbeoordeling (waarbij de docent dus in de klas zit) deze gesprekken niet te volgen zijn (alleen als je voortdurend als FCD in de buurt van de stagiair blijft).

• Doordat de camera boven in de klas hangt, heeft de FCD op afstand een goed overzicht van de klas. Het was niet mogelijk om het hele lokaal in één ‘shot’ te vangen maar in ieder geval wel grote delen ervan. Door het instellen van zogenaamde ‘presets’ (voorgeprogrammeerde cameraposities) op de computer, bestaat de mogelijkheid voor de FCD om heel snel van de ene naar de andere positie te bewegen met de camera.

• De aanwezigheid van een camera in de klas wordt door de leerlingen niet als bijzonder ervaren. Dit komt wellicht ook omdat deze leerlingen al eerder, binnen een ander project, zelf ervaring hebben opgedaan met VC.

• Door de grote ramen in het lokaal is er, bij bepaalde posities van de camera, vrij veel tegenlicht, wat de kwaliteit van het beeld niet ten goede komt.

• Bij de nabespreking blijkt de kwaliteit van het geluid niet optimaal; er treedt echo op. Ervaring van de stagiair: • Ik heb gedurende de les zelf helemaal geen ‘last’ van de camera in de klas. De leerlingen vragen in het

begin wel waar die camera nou precies voor is, maar niemand stoort zich er verder aan. Ik heb dan ook niet het idee dat de leerlingen zich anders gedragen gedurende de les. Een voordeel is volgens mij wel, dat de camera niet voortdurend in het gezichtsveld van de leerlingen staat. Ze concentreren zich op de machines en dus niet op de VC-apparatuur.

• Het nabespreken met behulp van videocommunicatie is best lastig omdat er een kleine vertraging tussen beeld en geluid zit en doordat Yvonne, mijn FCD, regelmatig tussendoor een vraag wil stellen, zonder mij uit te laten praten. En dat is juist iets wat je niet moet doen gedurende een VC-gesprek.

Ervaring van de Fontys Contact Docent: • De observatie via videocommunicatie is absoluut voldoende mogelijk. Met de camera is de stagiair goed te

volgen en is er voldoende mogelijkheid om de leerlingactiviteit gade te slaan. Daarbij lijkt de stagiair ook volledig op zijn gemak en heeft hij geen last van de camera.

• Je kunt gewoon vanuit je eigen werkplek bij de verschillende scholen in het leslokaal kijken (uiteraard alleen met toestemming) en dus de activiteiten van de studenten gadeslaan en beoordelen.

• Een ander voordeel is het feit dat er geen ‘vreemd’ persoon (de FCD) in het lokaal zit. Het betreft dus een lessituatie met enerzijds de leerlingen en anderzijds de stagiaire voor de klas. Er is dus geen zogenaamde ‘versterking’ in de klas. Zo wordt het namelijk nog wel eens door leerlingen van, met name het VMBO, ervaren.

• Kijkende naar de technische kant van het videocommunicatiemedium, dient er wel iets gedaan te worden aan de vertraging tussen beeld en geluid. Daar interactie in het gesprek na afloop van de les erg belangrijk is, vormt de vertraging toch een bepaalde belemmering in dit gesprek. Mede daarom is de afspraak gemaakt om op een later tijdstip de les verder te evalueren aan de hand van de vrijgekomen video-opnames.

• De kwaliteit van het videobeeld en het geluid vindt de FCD bijzonder goed. • Het werken met vooringestelde posities van de camera (presets) blijkt ontzettend handig. Hierdoor kun je

met een druk op de knop de camera ineens naar de juiste positie manoeuvreren.

pagina 31 van 60

Page 32: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Sessie 2

Projectparticipant Fontys PTH Naam instelling / school Sondervick College Veldhoven (VMBO) Naam student Michel van Diessen Opleiding 1e jaars voltijdstudent PTH Werktuigbouwkunde Context van de lessituatie Verzorgen van een theorieles Datum VC-sessie 21-04-2004 Context van de VC-sessie Observeren en evalueren / nabespreken Fontys Contact Docent (FCD) Yvonne Geerts

Algemene beschrijving van de lessituatie De PTH-student voert zijn stage uit binnen een VMBO, afdeling metaaltechniek. Tijdens de geobserveerde les verzorgt de student een theorieles over lasaanduidingen binnen het technisch tekenen. De klas bestaat uit 8 leerlingen uit het derde en vierde leerjaar van het VMBO. Tijdens de les wordt door de stagiair veel gebruik gemaakt van het schoolbord.

Gebruikte techniek: - Verbinding Verbinding op basis van ISDN2.

- Geluid Omdat het hier gaat om het verzorgen van een theorieles is gebruik gemaakt van een tafelmicrofoon. Hierdoor zijn zowel de stagiair als de leerlingen goed te verstaan via VC. Tijdens de evaluatie / nabespreking is gebruik gemaakt van de ingebouwde microfoon van de camera en de multimediaspeakers.

- Opstelling apparatuur De stageschool beschikt al over de benodigde apparatuur. Voor deze sessie is de bestuurbare camera achter in de klas op een statief geplaatst.

Ervaringen: De ervaringen die tijdens deze VC-sessie zijn opgedaan staan vermeld bij de hiervoor beschreven lessituatie onder sessie 1.

pagina 32 van 60

Page 33: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Sessie 3

Projectparticipant Fontys PTH Naam instelling / school ROC Eindhoven Naam student Paul Elbersen Opleiding 2e jaars voltijdstudent PTH Werktuigbouwkunde Context van de lessituatie Verzorgen van een instructie en aansluitend begeleiden van

studenten Datum VC-sessie 22-04-2004 Context van de VC-sessie Observeren en evalueren / nabespreken Fontys Contact Docent (FCD) Henk van Erp

Algemene beschrijving van de lessituatie: De stagiair gaat aan 2e jaars leerlingen van de afdeling werktuigbouwkunde een inleidende instructie verzorgen voor het gebruik van een computerapplicatie (AutoCad). Aansluitend zal hij de leerlingen individueel begeleiden. Bij het inleidende deel maakt de stagiair gebruik van de beamer en zitten de leerlingen ieder achter hun eigen computer. De stagiair doet bepaalde technieken voor en de leerlingen mogen het tegelijkertijd op hun eigen computer ook uitvoeren. Na dit inleidende gedeelte gaan de leerlingen individueel aan de slag.

Gebruikte techniek: - Verbinding Verbinding op basis van ISDN2.

- Geluid Omdat het hier gaat om het verzorgen van een theorieles is gebruik gemaakt van een tafelmicrofoon. Hierdoor zijn zowel de stagiair als de leerlingen goed te verstaan via VC. Tijdens de evaluatie / nabespreking is gebruik gemaakt van de ingebouwde microfoon van de camera en de multimediaspeakers.

- Opstelling apparatuur De stageschool beschikt al over de benodigde apparatuur. Voor deze sessie is de bestuurbare camera achter in de klas op een statief geplaatst.

Ervaringen algemeen: • Het geprojecteerde beeld van de beamer was zeer goed te zien met de camera. Het beeldscherm van de

afzonderlijke computers werd echter lastiger, mede door het feit dat er leerlingen voor zaten. Dit is overigens voor het beoordelen van de les niet echt relevant en dus geen probleem!

• Het was een vrij breed lokaal, waarin de leerlingen geheel aan de buitenkanten zaten, terwijl de stagiair met de beamer in het midden van de klas stond. Het nadeel hiervan is dat aan de hand van de videocommunicatieapparatuur het erg moeilijk is om de leerlingen en de stagiair tegelijkertijd in beeld te krijgen. De interactie tussen beide is dus erg moeilijk waar te nemen. Daarbij staat de camera op een statief achter in de klas (ook in het midden), zodat ook dit geen overzichtelijker beeld gaf. Bij een opstelling van de camera hoog in een hoek van het lokaal, zal de interactie tussen stagiair en leerling wellicht beter in beeld te brengen zijn.

• De leerlingen zijn voortdurend naar de camera aan het kijken en erop aan het reageren, daar dit een voor hun vreemde gewaarwording was (ondanks het feit dat ze vaker in aanraking zijn gekomen met videocommunicatie). Naarmate de les vordert wordt dit steeds minder, maar het blijft een storende factor voor bepaalde leerlingen.

• Doordat het klaslokaal vrij breed is, zijn de vragen van leerlingen die het verste van de tafelmicrofoon zitten moeilijk te horen via de videoconferentie-apparatuur.

• Bij het individueel begeleiden van de leerlingen aan de computer is het gesprek tussen de leerling en de stagiair niet te horen, omdat er gebruik wordt gemaakt van de tafelmicrofoon.

• Bij de nabespreking is er af en toe een echo te horen.

pagina 33 van 60

Page 34: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Ervaring van de stagiair: • “Een heel leuke ervaring”, is de eerste reactie. Het grote voordeel is dat normaliter de FCD in de klas zit en

daar de les van de stagiair bekijkt. De fysieke aanwezigheid van die docent levert echter snel het gevoel op dat je een ‘speciale prestatie’ moet leveren, terwijl je eigenlijk je les op een natuurlijke wijze wilt laten verlopen. De observatie van de FCD met VC geeft dit gevoel absoluut niet. Het lijkt een reguliere les waarbij niemand je ‘op de vingers kijkt, terwijl je toch beoordeeld wordt. Ideale situatie dus!

• Het nabespreken met de FCD, en ook met de schoolpracticumdocent, is een ‘speciaal iets’. Je bent als het ware tegen een beeldscherm aan het praten, maar toch voel je de aanwezigheid van de persoon aan de andere kant. Het is natuurlijk iets minder persoonlijk, en bepaalde lichaamstaal, die in een traditioneel gesprek wel te zien is, dringen nu niet tot je door, maar dit VC-gesprek is absoluut een waardig alternatief van het traditionele gesprek. Dat wil overigens niet zeggen dat face-to-face gesprekken afgeschaft dienen te worden. Deze gesprekken blijven namelijk erg belangrijk, voor zowel de stagiair als de docent!

• Afsluitend wil de stagiaire zeggen dat wat hem betreft er nog verschillende VC-sessies mogen volgen, ook in andere lessituaties dan deze. Het meest ideale voor het project zou zijn, dat er verschillende soorten lessen met VC worden geobserveerd. Je kunt dan namelijk de resultaten naast elkaar leggen en er bepaalde conclusies uit trekken. Het is per slot van rekening een onderzoeksproject!

Ervaringen van de Fontys Contact Docent: • Observatie met videocommunicatie is naar mijn mening zeker voldoende mogelijk, al zitten er wel wat

haken en ogen aan. Toch zal videocommunicatie in de toekomst meer en meer gebruikt gaan worden voor deze doeleinden. Door onderzoeksprojecten als deze, en in de toekomst hopelijk nog meer, komen de knelpunten en mogelijke oplossingen vanzelf bovendrijven.

• De grote meerwaarde van VC is het feit dat je op meerdere locaties op 1 dag van verschillende studenten lessen kunt volgen en bespreken, zonder te hoeven reizen. Daarbij kunnen er frequenter lessen geobserveerd worden van studenten. In het verleden was het vaak zo dat een student in een stageperiode slechts 1 keer geobserveerd kon worden, vanwege het feit dat docenten simpelweg niet meer tijd hebben om steeds maar de stagescholen te bezoeken.

• In tegenstelling tot de andere FCD, heb ik minder ‘problemen’ met het nabespreken aan de hand van videocommunicatie. Het gesprek verloopt vrij goed. Dit komt mede doordat beide partijen elkaar steeds goed uit laten praten.

• Technisch gezien is het allemaal prima in orde. De projectie van de beamer op het scherm is met de camera goed te zien, maar op het moment dat de stagiair individueel bij de computers gaat begeleiden, wordt het vrij lastig om op het beeldscherm van de leerlingen mee te kijken. De camera kan dit namelijk niet goed in beeld krijgen.

• Het geluid en beeld zijn op zich in orde, alleen op het moment dat de stagiair door het lokaal gaat lopen, wordt het lastig om hem te blijven verstaan. Dit is te wijten aan het gebruik van de tafelmicrofoon.

pagina 34 van 60

Page 35: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Sessie 4

Projectparticipant Fontys PTH Naam instelling / school ROC Venlo Naam student Jens Schlüter Opleiding 2e jaars voltijdstudent PTH Werktuigbouwkunde Context van de lessituatie Verzorgen van een theorieles Datum VC-sessie 10-06-2004 Context van de VC-sessie Observeren en evalueren / nabespreken Fontys Contact Docent (FCD) Ton Sieben (tevens onderwijskundige binnen het DU-project)

Algemene beschrijving van de lessituatie: De stagiair gaat aan de 2e jaars leerlingen van de afdeling werktuigbouwkunde een theorieles verzorgen over PLC-technieken. Het betreft een inleidende theorieles. Bij de presentatie die de stagiair geeft, wordt gebruik gemaakt van een beamer.

Gebruikte techniek: - Verbinding Verbinding op basis van ISDN2.

- Geluid Omdat het hier gaat om het verzorgen van een theorieles is gebruik gemaakt van een tafelmicrofoon. Hierdoor zijn zowel de stagiair als de leerlingen goed te verstaan met VC. Tijdens de evaluatie / nabespreking is gebruik gemaakt van de ingebouwde microfoon van de camera en de multimediaspeakers.

- Opstelling apparatuur Tijdens deze sessie is gebruik gemaakt van de VC-set van de PTH. De bestuurbare camera is achter in de klas op een statief geplaatst.

Ervaringen algemeen: • De leerlingen zijn aan het begin van de les naar de camera aan het kijken en hierop aan het reageren

omdat dit voor hen een nieuwe gewaarwording is. Naarmate de les vordert hebben ze geen oog meer voor de camera en vormt dit medium dus ook geen storende factor voor de klas.

• De interactie tussen stagiair en leerlingen is redelijk tot goed te zien, ondanks het feit dat de camera op een statief in de klas staat. Het is niet mogelijk om de gehele klas te overzien, binnen één ‘shot’ is minimaal de helft van de klas, met daarbij ook de stagiair, in beeld te brengen.

• Tijdens de sessie valt van verschillende zijden fel zonlicht het lokaal binnen, waardoor we bij een ongunstige opstelling van de camera veel last hebben van tegenlicht. Toch hebben we dit probleem uiteindelijk weten op te lossen door de positie van zowel de camera als de groep te veranderen totdat het beeld zo optimaal mogelijk is. Dit is uiteindelijk aanvaardbaar, al is er bij een bepaalde ‘preset’ toch nog wat tegenlicht, maar dat is dus niet te voorkomen!

• Het videobeeld is uiteindelijk een beetje aan de donkere kant, omdat alle verlichting uitgeschakeld is in het lokaal i.v.m. de beamer. Daarbij komt de ongunstige positie van de camera en de stagiair met zijn groep voor wat betreft het tegenlicht. Toch zijn de videobeelden van voldoende kwaliteit zodat alles goed en duidelijk overkomt aan de andere zijde.

• Bij de nabespreking is er af en toe een echo te horen.

pagina 35 van 60

Page 36: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Ervaring van de stagiair: • Het is een heel aparte ervaring om een les te geven, daarbij wetende dat de FCD op afstand met VC het

geheel observeert. Toch geeft dit geen extra zenuwen omdat mijn FCD in het verleden ook wel eens in de klas gezeten heeft. Het principe is hetzelfde, alleen zit er nu een afstand van 60 km tussen! Het enige verschil bij het voor de klas staan is dat ik ‘bang’ ben om uit beeld te lopen. Ik ben deze les dus meer statisch dan andere lessen. Achteraf hierover nadenkend kom ik echter tot de conclusie dat je daar niet bij stil moet staan. De docent aan de andere kant, moet maar zorgen dat hij je volgt met de camera!

• Ik heb het gevoel dat de leerlingen rustiger waren in de les door de aanwezigheid van de camera. Ook werden er minder vragen gesteld dan in de lessen voorheen. Ik heb het idee dat het een kwestie van gewenning is, daar ze op het einde van de les helemaal geen aandacht meer voor de camera hebben. Waarschijnlijk zal de klas, na enkele keren een camera in de les gehad te hebben, zich er uiteindelijk dan ook niet meer aan storen. Er moet wel bij gezegd worden dat op het moment dat mijn FCD fysiek in deze klas aanwezig is, er ook minder vragen gesteld worden.

• Een groot voordeel van de beelden die voortgekomen zijn uit de VC-sessie is dat je ze naderhand nog eens kunt bekijken. Zelfreflectie wordt zo een stuk eenvoudiger, daar je de zwakke en sterke kanten van jezelf uit videofragmenten naar voren kunt halen. Mocht je dit door de jaren heen vaker doen, dan kun je ook een groeiproces zichtbaar maken.

• In de toekomst wil ik zeker vaker aan dergelijke projecten mee doen en ik hoop dan ook vurig dat deze mogelijkheden er gaan komen!

• En dan nog een laatste tip: “Zorg ervoor dat de leerlingen goed worden voorgelicht en laat ze voorafgaand aan de les even met de beoordelaar op afstand kennismaken”.

Ervaring van de Fontys Contact Docent: • De observatie is in deze lessituatie goed mogelijk, maar dat komt ook doordat de stagiair voortdurend op

één plek bleef staan. Als er meer beweging en interactie geweest zou zijn, dan is er volgens mij behoefte aan een camera boven in de klas, welke een goed totaaloverzicht geeft.

• De meerwaarde van videocommunicatie is heel erg goed aan te geven. Lessen kunnen besproken worden met behulp van de video-opname. Het opnemen kon vroeger ook wel, maar de opname is nu meteen in digitale vorm beschikbaar, zodat iedereen op zijn PC de videobeelden kan bekijken. Dergelijke beelden zijn goed voor zelfreflectie van de stagiair, maar ook voor het confronteren van de stagiair door de docent. Verder kan de stagiair aan de hand van de video-opnames door de studiejaren heen een groei laten zien in zijn leerproces (digitaal portfolio).

• Het voeren van een evaluatiegesprek na de les middels VC is zeker mogelijk, al moet je dit gesprek wel beperken tot een korte algemene reflectie. Het competentiegesprek dient dan in een later stadium face-to-face plaats te vinden, gebruikmakend van de vrijgekomen videobeelden uit de VC-observatie.

• Zoals gezegd dient er een tweede gesprek plaats te vinden om meer details en de competenties te bespreken. Aan de hand van het VC-gesprek kun je in ieder geval meteen feedback geven op de hoofdlijnen, de rest volgt later wel. Je kunt zo als docent de kou uit de lucht halen!

• Technisch gezien heb ik weinig opmerkingen, behalve het feit dat het erg handig is om een formulier op te stellen met daarop eisen m.b.t. de opstelling van de klas en de camera, maar ook bijvoorbeeld de inrichting van de ruimte.

• Tenslotte heb ik nog een suggestie betreffende de VC-sessies in het algemeen. Het is erg belangrijk om voor aanvang van elke VC-sessie duidelijk te maken, aan iedereen die met het project in aanraking komt, wat voor soort observatie het betreft en uiteraard welk doel nagestreefd wordt. Hierbij moet dus gedacht worden aan de student en de docent, maar zeker ook de organisatie waar de VC-sessie gaat plaatsvinden.

pagina 36 van 60

Page 37: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Sessie 5

Projectparticipant Fontys PTH Naam instelling / school Varendonck College Someren (VMBO) Naam student Perry van Liempt Opleiding 1e jaars deeltijdstudent FLOT algemene techniek Context van de lessituatie Verzorgen van een theorieles Datum VC-sessie 22-06-2004 Context van de VC-sessie Observeren en evalueren / nabespreken Fontys Contact Docent (FCD) Mari van de Ven

Algemene beschrijving van de lessituatie: De stagiair gaat eerst een theorieles verzorgen met aansluitend een proefwerk. Het betreft een les met als onderwerp ‘energie’ aan 1ste jaars VMBO leerlingen binnen het vak ‘Techniek in de basisvorming’.

Gebruikte techniek: - Verbinding Verbinding op basis van ISDN2.

- Geluid Er is gedurende de les gebruik gemaakt van de mobiele headset. Na afloop heeft er een nabespreking plaatsgevonden tussen enerzijds de FCD en anderzijds de stagiair, waarbij de stagiair de headset op heeft en aan de zijde van de FCD de microfoon van de VCON-camera en de multimedia speakers worden gebruikt.

- Opstelling apparatuur De VC-apparatuur is opgesteld in een kleine ruimte naast het theorielokaal. De bestuurbare camera staat op een statief achter in de klas.

Ervaringen algemeen: • Ondanks het feit dat de camera op een statief staat en niet hoog in een hoek hangt, is de interactie tussen

leerlingen en stagiair, gedurende het theoriegedeelte, zeer goed in beeld te krijgen. Dit komt doordat de stagiair in het verlengde van de leerlingen les staat te geven en zo dus alles in ‘1 shot’ te zien is.

• De camera is gedurende de gehele les geen storende factor voor de les, ondanks dat deze leerlingen nog nooit in aanraking zijn gekomen met videocommunicatie.

• Tijdens het theoriegedeelte heeft de stagiair ook een demonstratieproef uitgevoerd. De leerlingen dienen daartoe met zijn allen om de proefopstelling te gaan staan. Iedereen komt zo wel in beeld, alleen is de proefopstelling niet meer te zien.

• De stagiair maakt tijdens de les gebruik van de mobiele headset. Dit is niet ideaal, daar tijdens de theorieles vragen uit de klas niet goed verstaanbaar zijn.

Ervaringen van de stagiair: • Ik heb er helemaal geen ‘problemen’ mee dat er een camera in mijn klas aanwezig is. Een week eerder is

er ook al een lesopname gemaakt met een echte camera en ik ben er dus wel aan gewend. Het heeft volgens mij echter wel invloed op de leerlingen in de klas. Deze zijn een stuk rustiger dan in situaties zonder camera!

• Normaliter ben ik wat beweeglijker in de les, maar dat is i.v.m. de camera, deze les wat minder. Ik bleef dus meer op 1 plek staan. Door wat meer te bewegen door de klas heen, is er ook meer interactie met verschillende leerlingen, wat natuurlijk de bedoeling is.

• Voor de toekomst zie ik voldoende mogelijkheden met videocommunicatie en ik wil dan ook best vaker participeren in projecten met dit medium.

pagina 37 van 60

Page 38: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Ervaringen van de Fontys Contact Docent: • Het observeren van de student is zeer goed mogelijk aan de hand van de VC-apparatuur. • Het spaart veel reistijd uit van de FCD. • De observatie is nadien te bekijken, doordat de gehele les wordt opgenomen op de computer. De stagiair

kan zo dus zelf constateren of de opmerkingen over zijn gedrag correct zijn. • Door het gebruik van de headset is de persoonlijke begeleiding door de stagiair van de leerlingen goed te

volgen. Bij een regulier lesbezoek zijn deze gesprekken tussen de stagiair en de individuele leerlingen niet te volgen. Je zou dan namelijk de gehele les achter de student moet aan lopen en dat is natuurlijk onmogelijk.

• Vooral bij herhaald gebruik van de VC-apparatuur zal het in de toekomst allemaal steeds beter gaan. Nu is er nog veel technische, maar ook didactische, ondersteuning nodig. Een suggestie in deze is om in de toekomst een oefensituatie in de opleiding van de stagiair te creëren. Hierbij moet dus vooral aan de VC-gesprekken gedacht worden met als centrale vraag: “hoe/ wanneer wisselt de spreker/ luister actie van de betrokkenen?” Dit is namelijk bij de meeste VC-gesprekken het probleem van de deelnemers, waardoor de gesprekken minder lekker lopen. Ook levert een oefensituatie een bepaalde gewenning bij de student op, wat het resultaat uiteindelijk positief zal beïnvloeden.

• Technisch gezien is het allemaal perfect in orde. Beeld en geluid komen over het algemeen goed door, al was het af en toe moeilijk een vraag van leerlingen achter uit de klas te verstaan. Kortom, laten we in de toekomst videocommunicatie een steeds grotere rol geven binnen het onderwijs en met name bij de stages van studenten!

pagina 38 van 60

Page 39: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Sessie 6

Projectparticipant Fontys PTH Naam instelling / school Varendonck College Someren (VMBO) Naam student Erik van der Hoeven Opleiding 3e jaars deeltijdstudent FLOS aardrijkskunde Context van de lessituatie Verzorgen van een theorieles Datum VC-sessie 22-06-2004 Context van de VC-sessie Observeren en evalueren / nabespreken Fontys Contact Docent (FCD) Mari van de Ven

Algemene beschrijving van de lessituatie: De stagiair gaat een theorieles aardrijkskunde verzorgen aan 1ste jaars leerlingen. De leerlingen zullen naast de theorie ook praktisch bezig zijn. De stagiair noemt bijvoorbeeld landen en de leerlingen moeten dan individueel op een groot stuk papier het juiste gerecht, vervoermiddel etc. erbij zetten.

Gebruikte techniek: - Verbinding Verbinding op basis van ISDN2.

- Geluid Er is gedurende de les gebruik gemaakt van de mobiele headset. Na afloop heeft er een nabespreking plaatsgevonden tussen enerzijds de FCD en anderzijds de stagiair, waarbij de stagiair de headset op heeft en aan de zijde van de FCD de microfoon van de VCON-camera en de multimedia speakers worden gebruikt.

- Opstelling apparatuur De VC-apparatuur is opgesteld in een kleine ruimte naast het theorielokaal. De bestuurbare camera staat op een statief achter in de klas. Ervaringen algemeen: • Ondanks dat de camera op een statief staat, is de interactie tussen leerlingen en student zeer goed in

beeld te krijgen. Het is niet mogelijk om alle leerlingen tegelijkertijd in beeld te krijgen, maar door gebruik te maken van camerapresets is het eenvoudig om groepjes leerlingen samen met de stagiair in beeld te krijgen.

• De camera blijkt gedurende de gehele les een zeer storende factor voor de leerlingen. Ze zijn er voortdurend mee bezig. Deze klas is nog nooit in aanraking gekomen met videocommunicatie. Het betreft een klas uit het praktijkonderwijs en deze leerlingen blijken over het algemeen vrij snel afgeleid. Deze leerlingen hebben behoefte aan een vaste structuur en daar moeten niet teveel zaken bij komen!

• De stagiair maakt tijdens de les gebruik van de mobiele headset. Dit is niet ideaal, omdat vragen uit de klas dan niet goed verstaanbaar zijn. Voor de individuele gesprekken tussen de stagiair en leerlingen is de headset erg nuttig.

Ervaringen van de stagiair: • Persoonlijk heb ik geen moeite met een camera in mijn klas. De les zal er niet anders door zijn en het geeft

ook geen extra spanning bij mij. De leerlingen hebben er volgens mij meer ‘last’ van. Toch zouden ze er bij een permanente opstelling uiteindelijk aan kunnen wennen. Een camera heeft bij deze klas echter geen positieve invloed op het slechte gedrag. Waar bij andere klassen de leerlingen zich wellicht beter gaan gedragen door de aanwezigheid van een camera, is dat bij deze groep absoluut niet het geval!

• Het zou wel mooi zijn als de opgenomen beelden van de les, direct na afloop, gedurende het VC-gesprek, meteen bekeken kunnen worden. Zo kun je bepaalde momenten gezamenlijk terugkijken.

• In plaats van een headset kan beter gebruik worden gemaakt van een klein microfoontje in de borstzak van de blouse.

• Ik vind het erg leuk om op een dergelijke manier contact te hebben met mijn FCD, mede omdat het er de laatste maanden gewoonweg niet van gekomen is. Ik geef op dinsdag les, terwijl mijn FCD dan op de PTH aanwezig dient te zijn. Videocommunicatie biedt nu de ideale oplossing!

pagina 39 van 60

Page 40: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Ervaringen van de Fontys Contact Docent: • In tegenstelling tot mijn vorige ervaring is de observatie van deze les maar deels goed mogelijk. Een

bepaald gedeelte van het lokaal is niet goed zichtbaar (het bord) en door de TL-buizen is er af en toe sprake van tegenlicht wat kwaliteitsverlies van de beelden tot gevolg heeft.

• Op een cruciaal moment in de les valt het geluid uit. Dit komt doordat de stagiair, in zijn opwinding, de mobiele headset per ongeluk uitschakelt.

• De meerwaarde van VC is door mij al genoemd bij een eerdere sessie. Toevoegend aan dat stuk: je zou eigenlijk wel meerdere camera’s moeten hebben en ze zouden sneller manoeuvreerbaar moeten zijn. Zodoende zou je de les nog beter kunnen observeren en kom je steeds dichter bij een traditionele observatie, met het verschil dat er nu een afstand tussen de student en de FCD zit.

• Een laatste suggestie is nog dat de camerarichting van de opname gecamoufleerd zou moeten worden, omdat sommige leerlingen de hele les afgeleid worden door de camera. Vooral als ze zien dat de camera op hun zelf gericht is. Nog beter is natuurlijk als de camera verdekt opgesteld staat en dat de leerlingen er dus niets van af weten, maar dat is praktisch en juridisch erg moeilijk!

pagina 40 van 60

Page 41: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Sessie 7 en 8

Projectparticipant Fontys PTH Naam instelling / school Hub van Doorne College Deurne (VMBO) Naam student Frits Hurkmans en Ron Mertens Opleiding 1e en 2e jaars voltijdstudent PTH motorvoertuigentechniek Context van de lessituatie Begeleiden van leerlingen Datum VC-sessie 29-06-2004 Context van de VC-sessie Observeren en evalueren / nabespreken Fontys Contact Docent (FCD) Mari van de Ven Algemene beschrijving van de lessituatie: De PTH-studenten voeren hun stage uit binnen een VMBO, afdeling motorvoertuigentechniek. Tijdens de geobserveerde les heeft de stagiair de opdracht om leerlingen uit het derde leerjaar te begeleiden bij hun activiteiten binnen het praktijklokaal. Deze leerlingen hebben al de nodige ervaring opgedaan binnen de praktijkruimte en kunnen in principe allemaal zelfstandig aan de slag. Het is de taak van de docent, en in dit geval van de stagiair, om te zorgen voor een veilige leeromgeving met betrekking tot het werken met de diverse machine’s en de leerlingen te ondersteunen en te begeleiden bij de diverse werkzaamheden. Gebruikte techniek: - Verbinding Verbinding op basis van ISDN2. - Geluid Er is gedurende de les door beide studenten gebruik gemaakt van de mobiele headset. Na afloop heeft er een nabespreking plaatsgevonden tussen enerzijds de FCD en anderzijds individueel de beide studenten. Hierbij heeft de student de headset op en aan de zijde van de FCD wordt de microfoon van de VCON-camera en de multimedia speakers gebruikt.

- Opstelling apparatuur De apparatuur staat gewoon in het praktijklokaal, maar verstoort geen enkel moment de les. De leerlingen vinden het wel zeer interessant, maar hebben er gedurende de lesuren verder geen aandacht meer voor. De bestuurbare camera is op een statief geplaatst. Het statief staat vervolgens op een tafel zodat de camera toch op een behoorlijke hoogte staat.

Ervaringen algemeen: (deze gelden voor beide sessies omdat het voor beide studenten dezelfde les betreft) • Bij het individueel begeleiden van de leerlingen aan de machines/ auto’s is het gesprek tussen de leerling

en de stagiair goed te horen, omdat er gebruik wordt gemaakt van de mobiele headset. Dit is voor de FCD natuurlijk een groot voordeel, omdat bij een ‘reguliere’ lesbeoordeling (waarbij de docent in de klas aanwezig is) deze gesprekken niet te horen zijn, of de FCD moet voortdurend in de buurt van de stagiair blijven.

• Daar de leerlingen verspreidt over het grote lokaal aan eigen opdrachten aan het werken zijn en dat er daarbij, naast de stagiair, ook nog een onderwijsassistent aanwezig is, was het niet nodig de gehele klas in ‘1 shot’ door de camera te vangen. De camera staat gewoon op een statief en kan de student, die op dat moment de headset op heeft, nauwlettend volgen. Bij deze les is de interactie tussen de individuele leerling of de kleine groepjes leerlingen enerzijds en de stagiair anderzijds dus het belangrijkste. Deze interactie is prima in beeld te krijgen.

• De camera is tijdens de les geen storende factor voor de uitvoering van de les, ondanks dat deze leerlingen nog nooit eerder in aanraking zijn gekomen met videocommunicatie.

• Door de grote ramen in het lokaal is er bij bepaalde posities van de camera af en toe wat tegenlicht. Dit levert echter geen onoverkomelijke problemen met het videobeeld op.

• Op de momenten dat de stagiair en de leerling(en) zich achter een brug of motorkap bevinden, zijn ze even uit beeld. Dit is echter maar enkele keren voorgekomen en doet verder niets af aan de kwaliteit van de videobeelden van de afzonderlijke sessies.

pagina 41 van 60

Page 42: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Ervaringen van de stagiaires: • Ik vind het een bijzondere ervaring om op afstand geobserveerd te worden met VC. Het voelt alsof er nu

niemand op je vingers kijkt (Dit is vaak het geval als de FCD lijfelijk in de klas aanwezig is), wat vaak toch extra zenuwen geeft, terwijl mijn FCD nu toch zijn observatie kan uitvoeren.

• In de toekomst wil ik best vaker aan dergelijke VC-sessies mee doen. Het liefst elk studiejaar enkele keren, zodat mijn een groeiproces gevisualiseerd kan worden, waarmee ik onder andere mijn portfolio kan ‘vullen’!

• Dat ik een headset om had was niet storend en daardoor was ik ook helemaal niet bezig met het feit dat de les op afstand werd bekeken. Het was voor mij dus een natuurlijke lessituatie, wat de beelden uiteraard ten goede komt.

• Gedurende de les vragen leerlingen af en toe wat het project precies in houdt en dat waren de momenten dat ik dacht “oh ja, mijn FCD kijkt mee…..”. Ik heb de leerlingen dan ook netjes uitgelegd wat de bedoeling is.

• Waarschijnlijk heeft de headset toch onbewust invloed op de discussies met leerlingen, het is moeilijk aan te geven hoeveel. Het feit is wel dat wanneer het videocommunicatiemedium vaker gebruikt zal worden, de gewenning er steeds meer zal zijn onder de leerlingen en de student!

Ervaringen van de Fontys Contact Docent: • Mijn ervaringen komen in grote lijn overeen met de ervaringen die ik heb opgedaan tijdens eerdere,

vergelijkbare sessies. • Een extra aspect nu is dat de stagiaires af en toe heel snel uit beeld lopen en vervolgens niet meer terug te

vinden zijn. Ze staan dan bijvoorbeeld met leerlingen achter een machine of brug. Een suggestie in deze is om vooraf een plattegrond te maken en daarop de presets van de camera vast te zetten. De studenten dienen dus te weten in welk ‘gebied’ ze met de leerlingen aan de slag kunnen!

• Het is goed om de studenten een duidelijk herkenbaar kledingstuk aan te laten trekken (gedurende deze lessen hebben beide studenten een rood jasje aan). Dit is toch wel handig als de student even uit het beeld van de camera loopt en als je deze dan weer ‘terug wilt vinden’ in het grote lokaal tussen de leerlingen.

• De gesprekken na afloop van de les met de beide studenten verlopen een stuk zakelijker dan in een traditionele situatie. Dit is niet per definitie storend, maar je dient toch af en toe wel een face-to-face gesprek te houden, om het contact met de student een persoonlijk tintje te laten houden!

pagina 42 van 60

Page 43: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Sessie 9

Projectparticipant Fontys SPH Naam instelling / school De Vlasborgh Vught (instituut voor visueel gehandicapten) Naam studente Noortje van der Steen Opleiding 1e jaars voltijdstudente SPH Datum VC-sessie 19-05-2004 Context van de VC-sessie Eindgesprek van de stage Stagebegeleidster SPH Lia Hesemans

Algemene beschrijving van de context van het gesprek: Aan het einde van de stage wordt een afrondend gesprek georganiseerd waarbij de student, de begeleidsters van de instelling en de stagebegeleidster van SPH aanwezig zijn. Tijdens dit gesprek worden leermomenten besproken, ervaringen uitgewisseld en mogelijk ook het verslag besproken.

Gebruikte techniek: - Verbinding Op deze locatie is geen ISDN-lijn beschikbaar. Omdat het op deze locatie ook niet mogelijk is om via internet verbinding te maken is er voor gekozen om, in het belang van het project, de computers rechtstreeks te koppelen en beide in een aparte ruimte te plaatsen.

- Geluid Het VC-gesprek heeft plaatsgevonden tussen enerzijds de stagebegeleidster en anderzijds de begeleidsters van de instelling en de stagiaire zelf, waarbij aan beide zijden de microfoon van de VCON-camera en de multimedia speakers gebruikt zijn.

- Opstelling apparatuur Omdat het tijdens deze sessie gaat om een gesprek tussen individuele personen is het niet noodzakelijk om te werken met beweegbare camera’s. Op beide plaatsen staat een PC opgesteld met daar direct bovenop de camera.

Ervaringen algemeen: • De sessie vindt plaats in een goed verlichte ruimte, waarin geen grote ramen zitten. We hebben dan ook

absoluut geen last van tegenlicht. • De akoestiek in de ruimte is zeer goed. • Gedurende het gesprek is er af en toe een echo te horen.

Ervaringen van de stagiair: • In het begin is het toch wel even wennen om via videocommunicatie een gesprek te voeren. Dit komt

vooral omdat ik op het beeldscherm constant een videobeeld van mijzelf zie. • Na een minuut of vijf ben ik wel gewend aan het systeem en voel ik me meer op mijn gemak achter het

beeldscherm. • Het geluid is op zich behoorlijk goed, al treedt er af en toe wel echo op. • Het lastigste is om elkaar elke keer uit te laten praten. Tijdens het VC-gesprek is het moeilijk om elkaar in

de rede te vallen of aan te vullen.

Ervaringen van de stagebegeleidster: De ervaringen van de stagebegeleidster van SPH staan vermeld bij het verslag van de volgende VC-sessie.

pagina 43 van 60

Page 44: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Sessie 10

Projectparticipant Fontys SPH Naam instelling / school Zorgcentrum Bethanie Mierlo (ouderenzorg) Naam studente Linda Vlems Opleiding 1e jaars voltijdstudente SPH Datum VC-sessie 23-06-2004 Context van de VC-sessie Eindgesprek van de stage Stagebegeleidster SPH Lia Hesemans

Algemene beschrijving van de context van het gesprek: Aan het einde van de stage wordt een afrondend gesprek georganiseerd waarbij de student, de begeleidsters van de instelling en de stagebegeleidster van SPH aanwezig zijn. Tijdens dit gesprek worden leermomenten besproken, ervaringen uitgewisseld en mogelijk ook het verslag besproken.

Gebruikte techniek: - Verbinding Verbinding op basis van ISDN2.

- Geluid Het VC-gesprek heeft plaatsgevonden tussen de SPH-stagebegeleidster, de begeleidsters van de instelling en de stagiaire, waarbij aan beide zijden de microfoon van de VCON-camera en de multimedia speakers gebruikt zijn.

- Opstelling apparatuur Omdat het tijdens deze sessie gaat om een gesprek tussen individuele personen is het niet noodzakelijk om te werken met beweegbare camera’s. Op beide plaatsen staat een PC opgesteld met daar direct bovenop de camera.

Ervaringen algemeen: • Het gesprek vindt plaats in een goed verlichte ruimte, waarin geen grote ramen zaten. We hebben dan ook

absoluut geen last van tegenlicht. • De akoestiek in de ruimte is goed. • Gedurende het gesprek is er af en toe een echo te horen. Ervaringen van de stagiair: • Het is toch vooral erg ‘raar’ om op deze manier een gesprek te voeren. • Het is wel belangrijk dat het geluid goed is. • Het lastigste is om elkaar elke keer uit te laten praten. Tijdens een VC-gesprek is het moeilijk om elkaar in

de rede te vallen of aan te vullen.

Ervaringen van de stagebegeleidster van SPH: • Ik ben in de stageperiode al een keer op beide stageadressen geweest; de kennismaking met de

werkbegeleidsters, het rondkijken op de afdeling en het bespreken van de eerste indrukken van de student zijn dus al achter de rug. Dit maakt dat de VC-sessie wat vlotter kan verlopen.

• Ik denk dat een eerste kennismakingsgesprek door middel van VC veel lastiger verloopt. Voor een eerste kennismaking is contact in fysieke nabijheid voor alle betrokkenen waarschijnlijk toch prettiger.

• Ik heb voor het gesprek kleine gele briefjes met daarop enkele gespreksonderwerpen rond het beeldscherm geplakt, om te voorkomen dat ik af en toe naar beneden op een blaadje zou moeten kijken. Dit was een klein hulpmiddel, voor het geval ik bij gebrek aan ervaring met videoconferentie de draad van het gesprek kwijt zou raken.

• Ik zie achteraf dat ik de rol van gespreksleider toch sterker op me nam, dan ik me van tevoren had voorgenomen. Ik wilde vooral de student aan het woord laten, maar feitelijk stelde ik tussendoor best nog heel wat vragen, bijvoorbeeld als er stiltes dreigden te vallen. Blijkbaar was ik er erg op gefocust om het geheel zowel technisch als inhoudelijk soepel te laten verlopen, ik voelde daar een bepaalde druk / verantwoordelijkheid bij. Terwijl ik dat ook best meer los zou kunnen laten.

• Ten opzichte van het eerdere stagebezoek op de instelling merk ik dat ik tijdens de VC-sessie meer moeite had om me op de inhoud van het gesprek te concentreren; er waren veel elementen die me af konden leiden (hierin speelt gebrek aan ervaring in gespreksvoering met VC een rol).

• Ondanks het gebrek aan ervaring met deze techniek van gespreksvoering, valt het me ook wel weer mee; je begint gewoon en komt ‘al doende’ een aantal dingen tegen.

pagina 44 van 60

Page 45: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

• Over het geheel genomen ben ik best tevreden over het verloop van de inhoud van de gesprekken. Het is in ieder geval redelijk goed mogelijk om een evaluatiegesprek op een dergelijke manier te voeren, zo geven ook de studenten aan.

• In het eerste gesprek met Noortje (sessie 9) lette ik erop dat wanneer ik aan het woord was, ik in de camera keek die bovenop de PC stond. Dat geeft een natuurlijker beeld voor de ontvanger. Als je continu naar het beeldscherm kijkt, ziet dat er vreemd uit, je kijkt elkaar niet in de ogen.

• Qua setting valt op te merken dat er in beide gesprekken ‘drie mensen op een rij’ tegenover mij in beeld waren. Normaal gesproken zouden zij wat natuurlijker in een kring geformeerd zijn. Drie mensen in een frontale opstelling, dat geeft andere effecten voor de communicatie; het legt meer druk bij de persoon die daar tegenover zit, althans zo heb ik dat ervaren.

• Qua techniek speelden tijdens het gesprek de volgende vragen door mijn hoofd: Waar moet ik kijken, kijk ik nu eigenlijk wel goed in de camera? Hoe kan ik toch instemmend of met een korte vraag reageren, zonder het gesprek te

vertragen, met andere woorden, wanneer kan ik iets zeggen? Wanneer is de ander uitgepraat? Soms moeilijk om de ‘timing’ goed te doen;

Kunnen alle gesprekspartners mijn spreektempo goed volgen, hoe zit het met de (eventuele) vertraging die er achteraan komt?

Voelt de student zich voldoende op haar gemak in dit gesprek, met alle extra ogen die op haar gericht zijn tijdens de opname?

pagina 45 van 60

Page 46: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Sessie 11

Projectparticipant Fontys SPH Naam instelling / school Stimulans Veldhoven (organisatie voor welzijnswerk) Naam studente Loes Poolen Opleiding 3e jaars voltijdstudente SPH Datum VC-sessie 29-06-2004 Context van de VC-sessie Eindgesprek van de stage Stagebegeleidster SPH Johan Peels

Algemene beschrijving van de context van het gesprek: Aan het einde van de stage wordt een afrondend gesprek georganiseerd waarbij de studente, de begeleidster van de instelling en de stagebegeleider van SPH aanwezig zijn. Tijdens dit gesprek worden leermomenten besproken, ervaringen uitgewisseld en het verslag besproken.

Gebruikte techniek: - Verbinding Op deze locatie is geen ISDN-lijn beschikbaar. Omdat het op deze locatie ook niet mogelijk is om via internet verbinding te maken is er voor gekozen om, in het belang van het project, de computers rechtstreeks te koppelen en beide in een aparte ruimte te plaatsen.

- Geluid Het VC-gesprek heeft plaatsgevonden tussen de SPH-stagebegeleider, de begeleider van de instelling en de stagiaire, waarbij aan beide zijden de microfoon van de VCON-camera en de multimedia speakers gebruikt zijn.

- Opstelling apparatuur Omdat het tijdens deze sessie gaat om een gesprek tussen individuele personen is het niet noodzakelijk om te werken met beweegbare camera’s. Op beide plaatsen staat een PC opgesteld met daar direct bovenop de camera.

Ervaringen algemeen: • Het gesprek vindt plaats in een goed verlichte ruimte, midden in het gebouw, zonder grote ramen. We

hebben dan ook absoluut geen last van tegenlicht. • De akoestiek in de ruimte is zeer goed. • We hebben gedurende het gesprek geen last van echo omdat gebruik is gemaakt van echo-onderdrukking.

Deze echo-onderdrukking is apart in te stellen bij de VCON-set.

Ervaringen van de stagiaire: • Het is wel duidelijk anders dan een ‘normaal’ gesprek. Ik moet er behoorlijk aan wennen. • Na enige tijd begint het gesprek soepeler te lopen. • Een gesprek met VC blijft toch minder persoonlijk.

Ervaringen van de stagebegeleider van SPH: • Het gesprek met VC verloopt toch minder natuurlijk dan in een situatie waarin je fysiek tegenover elkaar zit.

Het verloopt kunstmatiger, moeizamer en op sommige onderdelen wat afstandelijker. • Het gesprek heeft vaak het karakter van een vraag-/antwoordgesprek en wordt daardoor eerder wat

oppervlakkiger. • Het gesprek vergt veel van de gespreksleider. • Het is duidelijk zichtbaar dat er na 5 of 10 minuten bij alle deelnemers van het gesprek meer gewenning

optreedt. • Soms komt er wat ruis in het gesprek door het piepen van een microfoon of iets dergelijks. • Ik kan de non-verbale communicatie niet altijd goed opnemen. Soms wil ik meer invloed hebben op het

‘dichterbij halen’ van de gezichtsuitdrukking van de student.

pagina 46 van 60

Page 47: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Bijlage 3: Apparatuur voor videocommunicatie Deze bijlage geeft een beknopt overzicht van beschikbare apparatuur voor videocommunicatie. Voordat de keuze voor een bepaald systeem gemaakt gaat worden, zal eerst bepaald moeten worden voor welke doeleinden het systeem gebruikt gaat worden. Het is een groot verschil of het systeem gebruikt gaat worden voor de communicatie tussen individuele personen of tussen groepen van mensen.

Bij de beoordeling van de lessituaties binnen dit project is het belangrijk dat een grote ruimte goed in beeld gebracht kan worden, terwijl bij een eindgesprek met een stagiair de mogelijkheid voor interactie erg belangrijk is.

Er zullen een aantal mogelijkheden beschreven worden betreffende videocommunicatiesystemen met daarbij globaal de kosten (prijzen zijn onder voorbehoud en exclusief BTW, juli 2004). Er moet wel bijgezegd worden dat de beschreven kosten gebaseerd zijn op dagprijzen, welke bij hardware vrij snel kunnen veranderen. Naast de opties die hier beschreven worden, zijn er nog vele ander mogelijke oplossingen te bedenken.

Er zal in het navolgende een onderscheid gemaakt worden tussen videocommunicatie met:

• Een VC-room-systeem; • Een standaard PC.

Videocommunicatie met VC-room-systeem

Nr Type Richtprijs Opmerkingen 1 Polycom

ViewStation SP128

€ 4000 • Prima mogelijkheid voor VC met groepen mensen, bijvoorbeeld voor geven van een les of college op afstand

• Toepassing van whiteboard , softwaresharing, etc. zijn niet mogelijk zonder gebruik van extra aangesloten PC.

• Exclusief TV of projectiescherm voor beeldweergave • Communicatie mogelijk via zowel ISDN als

breedbandinternet • Slechts één ISDN-aansluiting

2 Polycom VSX 7000

€ 6000 • Beter beeld- en geluidskwaliteit dan de Viewstation. Het is mogelijk om het systeem in te zetten op lagere snelheid (256 kbit/s) met behoud van goed beeld en geluid.

• Prima mogelijkheid voor VC met groepen mensen, bijvoorbeeld voor geven van een les of college op afstand

• Exclusief TV of projectiescherm voor beeldweergave • Inclusief geluidsbox en tafelmicrofoon • Communicatie mogelijk via zowel ISDN als

breedbandinternet • Optie: People+content. Component voor aansluiten van

PC op systeem. • Optie: Multipointsoftware (mogelijkheid om met

meerdere deelnemers te communiceren (max. 4).

pagina 47 van 60

Page 48: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Videocommunicatie met een standaard (desktop) computer

Nr Type Richtprijs Opmerkingen 1 Vcon vPoint € 160 Inclusief:

• Software codec, dus mindere beeldkwaliteit • vPoint software • USB-software-key

Prestaties: • Mindere beeldkwaliteit door gebruik van software codec • Ideaal voor gebruik met laptop • Uitsluitend geschikt voor gebruik via breedbandinternet • Webcam niet inbegrepen, vanaf € 30 • Mogelijkheid voor whitebord, softwaresharing, etc.

2 Vcon Cruiser 150

€ 1700 Inclusief • Webcam met ingebouwde microfoon • Hardware codec, dus betere beeldkwaliteit • Software

Optioneel • PTZ-camera (€ 1000) • Vaste headset (€ 200) • Mobiele headset (€ 600)

Prestaties: • Instapmodel op basis van hardwarecodec • Communicatie mogelijk via zowel ISDN en Internet • Slechts één ISDN-aansluiting • Mogelijkheid voor whitebord, softwaresharing, etc. • Prima mogelijkheid voor videocommunicatie met

groepen mensen, bijvoorbeeld voor geven van een les of college op afstand

3 VCON Cruiser 384 € 4000 Inclusief: • Webcam met ingebouwde microfoon • Hardware codec, dus betere beeldkwaliteit • Software • Echo-cancellation

Optioneel • Zaalmicrofoon en PTZ-camera (€ 1600)

Prestaties: • Goede geluidskwaliteit door toepassing van echo-

onderdrukking • Communicatie mogelijk via ISDN en breedbandinternet • Drie ISDN-aansluiting, dus hogere bandbreedte

mogelijk • Mogelijkheid voor whiteboard, softwaresharing, etc • Prima mogelijkheid voor videocommunicatie met

groepen mensen, bijvoorbeeld voor geven van een les of college op afstand

pagina 48 van 60

Page 49: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Bijlage 4: Globale kosten voor de inzet van videocommunicatiesets

Videocommunicatie kan, zoals in de voorgaande tekst is aangegeven, met verschillende hardware en software gebeuren. Afhankelijk van de gewenste beeld- en geluidskwaliteit van een videocommunicatiesessie en de toepassing kan een keuze gemaakt worden welke apparatuur wordt ingezet. Ook de verbindingssnelheid is van belang voor een goede performance.

Videocommunicatie kan op basis van een computer met extra hard- en software of een VC-roomsysteem (een compact apparaat speciaal voor videocommunicatie). De meest moderne computers beschikken naast een beeldscherm over een geluidskaart met luidsprekers. Om te kunnen videocommuniceren is nog een camera, een microfoon, VC-software en codec nodig. De codec comprimeert het uitgaande audio- en/of videosignaal en decomprimeert het binnenkomende signaal weer. Er bestaan hardware- en softwarecodecs. Hardwarecodecs zijn meestal kaarten met speciale chips en extra aansluitmogelijken, die in de computer kunnen worden gezet of zitten ingebouwd in een apart videocommunicatie-apparaat. Hardwarecodecs zijn over het algemeen krachtiger dan codecs gebaseerd op software. De softwarecodecs zijn goedkoper maar de kwaliteit is afhankelijk van de gebruikte processor en het geheugen in het systeem. Daardoor is het beeld en het geluid vaak van mindere kwaliteit. Videocommunicatie is mogelijk met een ISDN2-verbinding, maar voor communicatie met hoge beeld- en geluidskwaliteit is een grotere bandbreedte (ca.512 tot 768 Kbits/s up- en download) nodig. Voor videocommunicatie met bijvoorbeeld een collega of vriend kan een goedkope webcam op pc- basis (MSN 6.2) voldoende zijn. Maar voor professioneel gebruik is betere kwaliteit vereist. Bij de volgende kostenberekeningen (omslagpunt in kilometers bij minimale en maximale inzet VC-apparatuur) zal een onderscheid gemaakt worden tussen videocommunicatie met: - een VC-room-systeem (R.S.), kosten ca. 6000 euro; - een standaard PC met hardware codecs (H.S.) kosten ca. 4000 euro; - een standaard PC met software codecs (S.C.) kosten ca. 2000 euro. Kentallen voor de berekening

Uurtarief Fontys Contact Docent (FCD) € 75,00 Reiskosten per km € 0,28 Reistijd per km (uren) 0,016 Begeleidingstijd per student (uren) 3 Room-systeem (R.S.) € 6.000,00 PC met hardware codecs incl. PTZ H.C.) € 4.000,00 PC met software codecs incl. PTZ (S.C.) € 2.000,00 Afschrijving apparatuur (jaren) 4 Kosten breedband (512kbit/s) per maand € 50,00 Inzetbare dagdelen/jr van apparatuur (min) 16 Inzetbare dagdelen/jr van apparatuur (max) 200

S.C. in euro H.C . in euro R.S in euro Berekening omslagpunt (km) bij min. inzet 23,23 33,78 44,34Berekening omslagpunt (km) bij max. inzet 1,86 2,70 3,55

pagina 49 van 60

Page 50: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Bijlage 5: Opgestelde contracten met betrekking tot het beeld- en portretrecht

Fontys Hogescholen

Verklaring

Ondergetekende docent/begeleider verklaart geen bezwaar te hebben dat zijn portret

als voorbeeld wordt gebruikt ten behoeve van het DU-project:

Stagebegeleiding en –beoordeling met

videocommunicatie

De videobeelden mogen als ‘good practice’ vertoond worden binnen het onderwijs.

Docent/begeleider: □ PTH Eindhoven

□ SPH Eindhoven

□ anders nl.:……………………………………….

Naam: _____________________

Voor akkoord: _____________________

Datum: _____________________

pagina 50 van 60

Page 51: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Fontys Hogescholen

Verklaring

Ondergetekende student verklaart geen bezwaar te hebben dat zijn portret

als voorbeeld wordt gebruikt ten behoeve van het DU-project:

Stagebegeleiding en –beoordeling met

videocommunicatie

De videobeelden mogen als ‘good practice’ vertoond worden binnen het onderwijs.

Student: □ PTH Eindhoven □ SPH Eindhoven

Naam: _____________________ Voor akkoord: _____________________ Datum: _____________________

pagina 51 van 60

Page 52: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Fontys Hogescholen

Verklaring

Ondergetekende instelling geeft toestemming voor het registreren van een stagebegeleidingsgesprek met videocommunicatie .

Ondergetekende medewerkers aan het project verklaren geen bezwaar te hebben dat hun portret mogelijk als voorbeeld wordt gebruikt in voorlichtingsmateriaal ten behoeve van het DU-project:

Stagebegeleiding en –beoordeling met videocommunicatie

waarbij competenties beroepspraktijk in beeld gebracht worden door student(en) van Fontys Hogeschool Sociaal Pedagogische Hulpverlening.

De volgende voorwaarden zijn van toepassing:

• in géén geval komen er cliënten in beeld; • cliënten worden in het gesprek niet met naam genoemd (van te voren wordt een

anonieme aanspreekvorm afgesproken); • de gebruikelijke regeling voor de Wet Bescherming Persoonsgegevens is van

toepassing; • eventuele schade aan de voor de VC-sessie benodigde computerapparatuur is voor

rekening van het Fontys project.

In overleg met alle betrokkenen wordt een selectie gemaakt van een aantal fragmenten dat geschikt is als illustratie voor het projectvoorlichtingsmateriaal. Na goedkeuring van de betrokkenen, mogen de -in overleg geselecteerde- videobeelden (fragmenten) als ‘good practice’ vertoond worden binnen het onderwijs.

Het materiaal dat niet geselecteerd wordt, zal niet langer bewaard blijven dan 15 juli 2004.

Naam student SPH: _____________________

Naam instelling: ________________ Vertegenwoordigd door: __________________

Voor akkoord: _____________________

Datum: _____________________

Docent Fontys SPH: ____________________

pagina 52 van 60

Page 53: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Bijlage 6: Evaluatieformulieren

Formulier 1: Evaluatieformulier stagebegeleiding en -beoordeling VC

ALGEMEEN (in te vullen door mentor/student/Fontys-contactdocent/medewerker PTH tijdens VC-gesprek)

Naam: …..…………………………………………………………..

School/instituut: …………………………………………………..

Functie: O student

O mentor

O Fontys-contactdocent

O anders: ……….………………………

Datum van het contact:…………………………………

Starttijd: ……………… Eindtijd: ……………………. ..

Doel van het videocontact: O observatie

O begeleidingsgesprek O overig: …………………………………………………………………..

Deelnemers aan het contact: O Fontys-contactdocent en student O Fontys-contactdocent en mentor O Fontys-contactdocent, mentor en student O anders: …………………………………………………………………

Opbouw van de verbinding:

VC-apparatuur: ………………………………… Gebruikte verbinding is O IP O ISDN Contact vooraf is O gepland O niet gepland Is aangevuld met O telefoon O e-mail Verbindingsopbouw O probleemloos O problematisch

Kwaliteit video O goed O matig O slecht Kwaliteit audio O goed O matig O slecht Toelichting: …………………………………………………………………………….

Is er sprake van een permanente hardware opstelling? O Ja O Nee Indien ‘nee’: Wie heeft de hardware opstelling en kabelaansluitingen voorbereid? O Mentor O Student O Medewerker PTH O anders:……………………………….

pagina 53 van 60

Page 54: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Formulier 2: Inhoudelijke kenmerken VC-observatie stageactiviteit van de student Wat wordt geobserveerd? O Volledige les

O Activiteit met een student O Anders: ……………………………………………………………………

Wat is het hoofddoel van de observatie? ……………………………………………………………………….. …………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………………… Gaat het hierbij om: O algemene lesobservatie O basisvaardigheden lesgeven O interactie met individuele leerlingen O communicatie van de student op groepsniveau O overdracht lesinhouden O begeleiding van leerlingen O anders: ……………………………………………………………………………………………………

Is de observatie voldoende mogelijk geweest via de videocamera?

Toelichting: ……………………………………………………………………………………………………. …………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………. Is er sprake van een meerwaarde t.o.v. een persoonlijk bezoek O Ja O Nee Toelichting: …………………………………………………………………………………………………….. …………………………………………………………………………………………………………………… Het ging om: O een observatie van een afgeronde activiteit. O een observatie van een deelactiviteit. O een herhaalde observatie van deelactiviteiten (cyclus).

Is er tijdens de observatie via tips/reacties een ingreep van de Fontys-contactdocent geweest?

O Ja O Nee

Suggesties ter verbetering van de werkwijze aan de hand van videocommunicatie: …………………………………………………………………………………………………………………….. ……………………………………………………………………………………………………………………..

pagina 54 van 60

Page 55: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Formulier 3: Inhoudelijke kenmerken VC-gesprek (individueel in te vullen door de bij het gesprek betrokken Fontys-contactdocent /student /mentor): Wat is de aard van het gesprek geweest: O nabespreking van observatie stageactiviteit

O nabespreking van meerdere observaties stageactiviteiten O bespreking van de stagevoortgang algemeen O voorbespreking in het kader van stageactiviteiten O bespreking van specifieke stageproblemen O anders: …………………………………………………….

Wat is de kern van de inhoud van de bespreking geweest? …………………………………………………….

……………………………………………………………………………………………………………………………… Is het gesprek met de student gericht geweest op: O reflectie

O praktische tips O specifieke problemen

Is het gesprek met de mentor gericht geweest op: O informatieoverdracht O evaluatie O discussie / visievorming O specifieke problemen

Is het middel voldoende geschikt om op deze wijze een dergelijke bespreking te voeren:

O Ja O Nee

Toelichting: ………………………………………………………………………………………………………..

……………………………………………………………………………………………………………………..

Ging het bij de bespreking om: O basisvaardigheden lesgeven O competenties O interactie met individuele leerlingen O communicatieve vaardigheden van de student O overdracht lesinhouden O vakdidactiek O omgang met de leerlingen O lesvoorbereiding O beoordeling O verloop stageopdrachten O attitudes O uitvoering van werkzaamheden O anders: …………………………………………………………………………………………………………. Is er sprake van meerwaarde via het VC-gesprek? O Ja O Nee Toelichting: ………………………………………………………………………………………………………. ……………………………………………………………………………………………………………………..

Indien het om een gesprek gaat waarbij de mentor aanwezig is, is dan ook de visie en opvatting van opleiden en begeleiden van studenten ter sprake geweest? O Ja O Nee

Heeft het gesprek een ander karakter, verloop of inhoud dan een regulier gesprek n.a.v. een stagebezoek? O Ja O Nee

Toelichting: ………………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………………………….. Algemene opmerkingen/ervaringen n.a.v. het gesprek: ..……………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………….. Suggesties ter verbetering: .…………………………………………………………………………………

pagina 55 van 60

Page 56: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Bijlage 7: Overzicht testsessiesLocaties - Sondervick College Veldhoven (VMBO)

- Varendonck College Someren (VMBO) - Hub van Doorne College Deurne (VMBO) - ROC Eindhoven - Zorgcentrum Bethanie Mierlo

Aanwezige verbinding(en) ISDN-verbinding Heeft de VC-computer een normaal routeerbaar IP-adres of NAT-adres?

n.v.t.

Videocommunicatie mogelijk op basis van IP?

Nee

Wat hebben we geprobeerd m.b.t. videocommunicatie over het Internet?

n.v.t.

Probleem opgelost? Geen problemen, er is gebruik gemaakt van ISDN.

Locatie De Vlasborght Vught Aanwezige verbinding(en) ADSL van XS4ALL.

Via een router kunnen twee computers op Internet. Heeft de VC-computer een normaal routeerbaar IP-adres of NAT-adres?

NAT-adres uit de reeks 192.186.x.x.

Videocommunicatie mogelijk op basis van IP?

Nee, bij verbinding met een externe communicatiepartner is er wel beeld en geluid naar buiten, maar blijft het eigen beeld grijs en is er geen geluid.

Wat hebben we geprobeerd m.b.t. videocommunicatie over het Internet?

Interne firewall in het modem uitgeschakeld.

Probleem opgelost? Nee, VC heeft plaatsgevonden door de computers rechtstreeks te koppelen (LAN) en beide in een aparte kamer te zetten.

Locatie Stimulans Veldhoven Aanwezige verbinding(en) ADSL van Scarlet.

Via een router kunnen een tiental computers op Internet .

Heeft de VC-computer een normaal routeerbaar IP-adres of NAT-adres?

NAT-adres uit de reeks 192.186.x.x.

Videocommunicatie mogelijk op basis van IP?

Nee, bij verbinding met een externe communicatiepartner is er wel beeld en geluid in beide richtingen, alleen valt de bandbreedte voor het eigen videobeeld heel snel weg. Het eigen beeld ‘bevriest’ dus langzaam.

Wat hebben we geprobeerd m.b.t. videocommunicatie over het Internet?

Binnen het VCON-pakket is er een mogelijkheid tot het aanvinken van NAT en het ingeven van het NAT-adres. Gedurende het testen hebben we deze optie wel en niet aangevinkt gehad. Het bleek echter geen invloed te hebben.

Probleem opgelost? Nee, VC heeft plaatsgevonden door de computers rechtstreeks te koppelen (LAN) en beide in een aparte kamer te plaatsen.

pagina 56 van 60

Page 57: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Locatie ROC Venlo Aanwezige verbinding(en) ISDN-verbinding en ADSL van Planet.

Via een router kunnen een vijftal computers op Internet .

Heeft de VC-computer een normaal routeerbaar IP-adres of NAT-adres?

NAT-adres uit de reeks 10.x.x.x.

Videocommunicatie mogelijk op basis van IP?

Nee, bij verbinding met een externe communicatiepartner is er wel beeld en geluid in beide richtingen, alleen valt de bandbreedte voor het eigen videobeeld heel snel weg. Het eigen beeld ‘bevriest’ dus langzaam.

Wat hebben we geprobeerd m.b.t. videocommunicatie over het Internet?

1e testsessie: Alle poorten van de firewall open gezet en het NAT-adres van de VC-computer ‘default’ gemaakt. De computer stond dus rechtstreeks in verbinding met de externe communicatiepartner.

2e testsessie: Hetzelfde gedaan dan de eerste keer, alleen hebben we nu contact gemaakt door middel van een laptop met als VC-software vPoint van de leverancier VCON. Binnen het VCON-pakket is er een mogelijkheid tot het aanvinken van NAT en het ingeven van het NAT-adres. Gedurende het testen hebben we deze optie wel en niet aangevinkt gehad. Het bleek echter geen invloed te hebben.

Probleem opgelost? Ja, er heeft VC plaatsgevonden op basis van IP gedurende de tweede testsessie met de laptop. Het videobeeld bleef nu wel stabiel.

Bij de uiteindelijke VC-sessie met de student is er toch gebruik gemaakt van ISDN, omdat dit 100% zekerheid gaf.

pagina 57 van 60

Page 58: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

Bijlage 8: Leeswijzer voor belanghebbenden bij ‘Stagebegeleiding en –beoordeling met videocommunicatie’

Deze leeswijzer geeft een advies over interessante hoofdstukken en paragrafen voor de volgende doelgroepen: 1. directies; 2. docenten (stagebegeleiders); 3. studenten (stagiaires); 4. systeembeheerders. Ad 1. Voor directies staat interessante informatie in de volgende hoofdstukken en paragrafen: - hoofdstuk 1: Inleiding; - paragraaf 4.2: Techniek rondom videocommunicatie;

o 4.2.1 Inleiding; o 4.2.2 Wat is videocommunicatie; o 4.2.5 De inrichting van de videocommunicatieruimte; o 6.2 Conclusies en aanbevelingen bij het begeleiden en beoordelen van studenten op

afstand; - bijlage 3: Apparatuur voor videocommunicatie; - bijlage 4: Globale kostenoverzicht voor de inzet van videocommunicatiesets. Ad 2. Voor docenten (stagebegeleiders) staat interessante informatie in de volgende hoofdstukken en paragrafen: - hoofdstuk 1: Inleiding; - hoofdstuk 3: Opbouw van het project; - hoofdstuk 4: Definitiefase; - hoofdstuk 5: Ontwerpfase; - hoofdstuk 6: Realisatiefase; - bijlage 2: Beschrijving van de begeleidingsgesprekken en de stagebeoordelingen met

videocommunicatie; - bijlage 4: Opgestelde contacten met betrekking tot het beeldrecht; - bijlage 6: Evaluatieformulieren.

Ad 3. Voor studenten (stagiaires) staat interessante informatie in de volgende hoofdstukken en paragrafen: - hoofdstuk 1: Inleiding; - paragraaf 4.2: Techniek rondom videocommunicatie;

o 4.2.1 Inleiding; o 4.2.2 Wat is videocommunicatie;

- hoofdstuk 5: Ontwerpfase; o 5.2 Onderzoek ‘juridische aspecten’ betreffende beeld- en portretrecht;

- hoofdstuk 6: Realisatiefase; o 6.1 Organiseren en uitvoeren van de sessies; o 6.2 Conclusies en aanbevelingen bij het begeleiden en beoordelen van studenten op

afstand; - bijlage 4: Opgestelde contacten met betrekking tot het beeldrecht; - bijlage 6: Evaluatieformulieren. Ad 4. Voor systeembeheerders staat interessante informatie in de volgende hoofdstukken en paragrafen: - paragraaf 4.2: Techniek rondom videocommunicatie; - paragraaf 6.1: Organiseren en uitvoeren van de sessies; - bijlage 3: Apparatuur voor videocommunicatie; - bijlage 7: Overzicht testsessies.

pagina 58 van 60

Page 59: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie

Handboek

pagina 59 van 60

Page 60: Stagebegeleiding en -beoordeling met videocommunicatie