Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen...

48
Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de Zaanstreek Onderzoek bestuur en scholen Vierjaarlijks onderzoek Inspectie van het Onderwijs Primair Onderwijs

Transcript of Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen...

Page 1: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de Zaanstreek

Onderzoek bestuur en scholen

Vierjaarlijks onderzoekInspectie van het Onderwijs

Primair Onderwijs

Page 2: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

2/48

Elk bestuur van scholen in Nederland wordt minstens één keer in de vier jaar onderzocht door de onderwijsinspectie. Dit jaar was het bestuur van Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de Zaanstreek aan de beurt. Onder Agora vallen vijfentwintig basisscho­len. Het bestuur is verantwoordelijk voor de kwaliteit van onderwijs aan in totaal 7400 leerlingen.

We hebben onderzocht of Agora zorgt voor onderwijs van voldoende kwaliteit en of het bestuur genoeg geld heeft om ook in de toekomst goed onderwijs te blijven verzorgen. Bij zes scholen hebben we onderzocht of het bestuur weet hoe het is gesteld met de kwaliteit van het onderwijs op deze scholen. Ook hebben we gekeken hoe het bestuur er zelf voor zorgt dat het onderwijs op de scholen van voldoende kwaliteit blijft. De scholen die we hiervoor hebben bezocht, zijn: rkbs De Regenboog, icbs De Windroos, De Oceaan, rkbs De Rietvink, cbs De Westerkim en icbs Het Koraal. De Westerkim en Het Koraal hebben we op verzoek van het bestuur nog breder onderzocht dan de andere scholen. Het bestuur hoopte dat de inspectie deze scholen als ‘goed’ zou beoordelen.

Wat gaat goed?Het bestuur heeft duidelijk omschreven hoe het denkt over goed onderwijs en praat hier ook regelmatig met zijn scholen over. De schooldirecteuren zijn het eens met wat het bestuur belangrijk vindt en krijgen daarnaast ruimte om speciale dingen voor hun eigen teams te organiseren. Het bestuur organiseert regelmatig cursussen om ervoor te zorgen dat de mensen die op de scholen werken bijgeschoold worden.

Het bestuur van Agora weet op welke scholen de resultaten van de leerlingen in groep 8 kwetsbaar zijn. Het bestuur vindt het belangrijk dat de resultaten op die scholen verbeteren. Ook weet het bestuur op welke scholen het voor het grootste deel goed gaat en op welke scholen het (op onderdelen) minder goed loopt.

Het bestuur is naar buiten toe duidelijk over hoe het in grote lijnen gaat met de onderwijskwaliteit op de scholen. De Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad en de Raad van Toezicht vinden dat het bestuur hen daar helder en eerlijk over informeert. Het bestuur vertelt hun ook duidelijk over de plannen voor de komende jaren en luistert daarbij ook naar hun mening en eventuele adviezen van hun kant. Verder gaat het bestuur verstandig om met zijn geld.

Wij zijn het eens met het bestuur dat cbs De Westerkim en icbs Het Koraal ‘goede scholen’ genoemd mogen worden. We zien verder dat op de

Stichting AgoraBRIN: 41251

Aantal scholen onder bestuur: 25Totaal aantal leerlingen: ruim 7400

Onderzoeksnummer: 291999

Betrokken scholen in het onderzoek: rkbs De Regenboog, Brin 09WPicbs De Windroos, Brin 10ODcbs De Westerkim, Brin 22KArkbs De Rietvink, Brin 22KBicbs De Oceaan, Brin 30AHicbs Het Koraal, Brin 30FU

Uitvoeringsperiode onderzoek: februari - mei 2017

Datum concept/definitief rapport:juni 2017

Samenvatting

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Het bestuur weet op welke scholen de resultaten van de leerlingen in groep 8 kwetsbaar zijn

Page 3: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

3/48

scholen die wij hebben onderzocht de leraren voldoende duidelijk uitleg­gen, leerlingen rustig kunnen werken en de leraren graag willen werken aan (verdere) verbetering van de onderwijskwaliteit op hun school.

Wat moet beter?Op de scholen waar de leerlingen in groep 8 onvoldoende resultaten halen, moet het bestuur steviger optreden. Het is belangrijk dat het bestuur deze scholen kritischer bevraagt en ervoor zorgt dat zij beter uitzoeken hoe het kan dat teveel van hun leerlingen te lage resultaten behalen op de eindtoets. Daarnaast moet het bestuur ervoor zorgen dat deze scholen een duidelijker plan maken om hun onderwijs te verbeteren en daar ook goed mee aan het werk gaan.

Ook als leerlingen onvoldoende vooruit gaan, moeten sommige scholen beter uitzoeken hoe dat kan. Door dat te doen, kunnen ze die leerlingen beter begeleiden. Ook daarover zou het bestuur kritischer moeten zijn, vooral bij scholen waar de resultaten tegenvallen.

Ten slotte is het belangrijk dat het bestuur nog duidelijker zicht krijgt op het onderwijs op de scholen, dus niet alleen op hoofdlijnen, maar scherper. Het bestuur vindt dit zelf ook en is samen met de directeuren van de scholen aan het kijken hoe zij dit voor elkaar kunnen krijgen.

Wat kan beter?Ook veel scholen waar het onderwijs voldoende of zelfs goed is, kunnen nog preciezer uitzoeken hoe het met hun onderwijs gaat, bijvoorbeeld of ze helemaal tevreden zijn over hoe de leraren lesgeven of hoe het kan dat de leerlingen goede of juist minder goede resultaten halen.

Verder doen alle scholen hun best om hun onderwijs te verbeteren, maar ze kunnen dat wel meer volgens steeds dezelfde stappen doen: eerst samen afspreken wat ze belangrijk vinden, dan kijken of ze dat in de praktijk ook zo doen en of ze hun doelen halen, vervolgens kijken wat ze kunnen veranderen om nog beter te worden en dat dan inplannen en stapsgewijs uitvoeren. Op zo’n zelfde manier kunnen veel scholen leerlingen die achterblijven nog beter begeleiden. Als het bestuur hogere eisen zou stellen aan zo’n planmatige manier van werken, zouden nog meer scholen (eventueel op onderdelen) richting ‘goed’ kunnen gaan.

Ten slotte zouden scholen, als zij op meer onderdelen de waardering ‘goed’ willen krijgen, duidelijker moeten uitleggen wat zij zelf belangrijk vinden in hun onderwijs, bovenop wat volgens de wet moet. Het bestuur kan hen daar meer toe uitdagen.

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Page 4: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

Inhoudsopgave

4/48

1. Inleiding 5

2. Bestuur 8

3. Resultaten verificatieonderzoek 18 3.1 Rkbs De Regenboog 18

3.2 Icbs De Windroos 21

3.3 Icbs De Oceaan 25

3.4 Rkbs De Rietvink 27

3.5 Cbs De Westerkim 30

3.6 Icbs Het Koraal 31

4. Onderzoek op verzoek goede school 32 4.1 Onderzoek op verzoek goede school: icbs Het Koraal 32

4.2 Onderzoek op verzoek goede school: cbs De Westerkim 39

5. Reactie van het bestuur 47

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Page 5: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

1. InleidingWat voor onderzoek heeft de inspectie gedaan?

5/48

De inspectie heeft een vierjaarlijks onderzoek uitgevoerd bij het bestuur van Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de Zaanstreek. De centrale onderzoeksvraag voor een vierjaarlijks onderzoek van de inspectie is:

Is de sturing op kwaliteit op orde en is er sprake van deugdelijk financieel beheer?

Het onderzoek is verder gericht op vier deelvragen:1. Heeft het bestuur doelen afgesproken met de scholen, heeft het

voldoende zicht op de onderwijskwaliteit en stuurt het op de verbetering van de onderwijskwaliteit?

2. Heeft het bestuur een professionele kwaliteitscultuur en functio­neert het transparant en integer?

3. Communiceert het bestuur actief over de eigen prestaties en ontwikkelingen en die van zijn scholen?

4. Is het financieel beheer deugdelijk?

Het onderzoek op het niveau van het bestuur is daarmee gericht op de standaarden binnen de kwaliteitsgebieden Kwaliteitszorg en ambitie (KA) en Financieel beheer (FB).

Het onderzoek richt zich daarnaast op de onderwijskwaliteit van een deel van de scholen.

WerkwijzeHet onderzoek is uitgevoerd op twee niveaus. Op bestuursniveau is onderzoek gedaan naar de kwaliteitszorg en de borging van de financiële continuïteit. Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder­zoek gedaan: rkbs De Regenboog, icbs De Windroos, icbs De Oceaan, rkbs De Rietvink, cbs De Westerkim en icbs Het Koraal. Op cbs De Westerkim en icbs Het Koraal hebben we daarnaast een onderzoek op verzoek van het bestuur gedaan, omdat deze scholen volgens het bestuur in aanmerking kwamen voor de waardering goed. De onder­zoeken op verzoek ‘goede school’ zijn uitgevoerd met het hele waarderingskader. Bij de verificatieonderzoeken hebben we een selectie van standaarden onderzocht.

Het verificatieonderzoek is een belangrijk onderdeel van het onderzoek naar de kwaliteitszorg van het bestuur. Het gaat daarbij niet alleen om de vraag of de informatie van het bestuur juist is, maar ook om de vraag of de sturing op kwaliteit werkt. In het onderzoek bij Agora hebben we in samenspraak met het bestuur twee voor hen belangrijke beleidsthema’s geselecteerd om verificatieonderzoek naar te doen.

Legenda van beoordelingenzoals ze in de rapportages worden weergegeven:

G goed

V voldoende

O onvoldoende

K kan beter

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Page 6: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

6/48

Voor het thema Opbrengstgericht werken hebben we de kwaliteitszorg van het bestuur geverifieerd aan de hand van een inspectieoordeel over de feitelijke kwaliteit op de volgende vijf standaarden:• KA1 Kwaliteitszorg • KA2 Kwaliteitscultuur• KA3 Verantwoording en dialoog• OP2 Zicht op ontwikkeling• OP3 Didactisch handelen

Voor het beleidsthema Bildung hebben we de kwaliteitszorg geverifi­eerd aan de hand van een inspectieoordeel over de feitelijke kwaliteit op de volgende vijf standaarden:• KA1 Kwaliteitszorg • KA2 Kwaliteitscultuur• OP1 Aanbod• OP3 Didactisch handelen• SK2 Pedagogisch klimaat

Bovengenoemde standaarden hebben wij gekozen op basis van onderstaande onderzoeksvragen bij de twee beleidsthema’s. Het bestuur geeft aan dat het de afgelopen jaren gericht op deze twee thema’s heeft gestuurd. Deze vragen zijn tijdens de verificatieonderzoe­ken onderwerp van gesprek en onderzoek geweest.

Bij het beleidsthema Opbrengstgericht werken (OGW) hebben we de volgende onderzoeksvragen opgesteld:• Wat verstaat het bestuur precies onder OGW en wat verwacht het

(dus) van de scholen op dit gebied?• Heeft het bestuur doelen afgesproken met de scholen over OGW?

Heeft het bestuur bijvoorbeeld afgesproken dat scholen school­specifieke resultaatdoelen moeten formuleren?

• Heeft het bestuur voldoende zicht op de wijze waarop en de mate waarin scholen opbrengstgericht werken en op de sterke en zwakke punten van de verschillende scholen met betrekking tot OGW?

• Stuurt het bestuur op verbeteringen rond OGW, met name op scholen die risico’s laten zien in de eind­ en/of tussentijdse resultaten?

• Heeft het bestuur een professionele kwaliteitscultuur die ondersteu­nend is om OGW te realiseren? Hoe zet het bestuur professionalise­ring in op dit terrein? Werkt dit door tot op het niveau van de leraren?

• Verantwoordt het bestuur zich over de kwaliteit van OGW aan belanghebbenden?

Bij het beleidsthema Bildung hebben we de volgende onderzoeks­vragen opgesteld:• Heeft het bestuur het begrip Bildung voldoende geoperationali­

seerd, zodat vast te stellen is in hoeverre het doorgevoerd is op scholen?

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Page 7: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

7/48

• Heeft het bestuur doelen afgesproken met de scholen over Bildung?• Heeft het bestuur voldoende zicht op de stand van zaken met

betrekking tot Bildung op de scholen en op de sterke en zwakke punten van de verschillende scholen op dit gebied?

• Stuurt het bestuur op verbeteringen rond Bildung?• Heeft het bestuur een professionele kwaliteitscultuur die ondersteu­

nend is om Bildung te realiseren? Werkt dit door in de lessen en het pedagogisch klimaat op de scholen?

OnderzoeksactiviteitenWe hebben de informatie geanalyseerd die bij de inspectie aanwezig en/of op internet te vinden is over het bestuur van Agora en de bijbeho¬rende scholen. Dit betreft onder andere het Meerjaren beleidsplan 2015­2019 Leren/Leven van het bestuur, onderliggende deelbeleidsplannen zoals het Meerjarenbeleid Opbrengstgericht werken (OGW) 2015­2­019, de evaluatie Meerjarendoelen Breed 2015­2016, het boek De Zaanse Agora, een bestuursbrede analyse van de opbrengsten aan de hand van de M­versies van het Cito­lvs 2016, financiële gegevens, opbrengstgegevens, schoolgidsen, schoolplannen en van een aantal scholen hun jaarplan en/of jaarverslag.We hebben daarnaast op de scholen documenten en leerlingdossiers ingezien, lessen bezocht en gesprekken gevoerd met directies, intern begeleiders en een vertegenwoordiging van ouders, leraren en leerlingen. Daarnaast hebben we gesprekken gevoerd met een afvaardiging van de Raad van Toezicht (RvT) en een afvaardiging van de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR).

LeeswijzerHierna volgen eerst de oordelen op de standaarden in de kwaliteits­gebieden Kwaliteitszorg en ambitie en Financieel beheer op bestuurs­niveau; de resultaten uit de verificatie­onderzoeken zijn hierin op hoofdlijnen verwerkt. Ook de afspraken over vervolgtoezicht zijn opgenomen in hoofdstuk 2. In hoofdstuk 3 vindt u meer uitgebreid de resultaten van de verificatieonderzoeken op de zes onderzochte scholen, respectievelijk rkbs De Regenboog, icbs De Windroos, icbs De Oceaan, rkbs De Rietvink, cbs De Westerkim en icbs Het Koraal. Hoofdstuk 4 beschrijft de resultaten van de onderzoeken op verzoek goede school bij cbs De Westerkim en icbs Het Koraal. In hoofdstuk 5 is de reactie van het bestuur op het onderzoek en de rapportage opgenomen.

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Page 8: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

8/48

In dit hoofdstuk geven we de resultaten weer van het onderzoek op bestuursniveau: de oordelen op de standaarden in de gebieden Kwaliteitszorg en ambitie en Financieel beheer.

De resultaten uit het gehele onderzoek, dus ook het onderzoek op de scholen, zijn hierin verwerkt voor zover deze de oordelen onderbou­wen en/of illustreren. Dat geldt specifiek voor de verificatieonderzoe­ken. De resultaten daarvan zijn samengevat in de tabel in paragraaf 2.2, dat laat zien in hoeverre onze oordelen overeenkomen met het beeld dat het bestuur zelf heeft van de gerealiseerde kwaliteit op de scholen.

In onderstaande figuur zijn de oordelen samengevat1.

ConclusieHet bestuur heeft in grote lijnen voldoende zicht op de kwaliteit van zijn scholen. Zo weet het bestuur welke scholen goede kwaliteit leveren, welke voldoende en op welke scholen de kwaliteit risicovol is. Ook werken de beleidsthema’s die het bestuur heeft vastgesteld, zichtbaar door tot op het niveau van de scholen. Toch zijn we kritisch over het stelsel van kwaliteitszorg op bestuursniveau. We beoordelen standaard KA1 dan ook als onvoldoende (WPO, art. 12, lid 4). Het bestuur heeft weliswaar globaal zicht op de kwaliteit van de scholen, maar op het niveau van de standaarden kan dit sterker. Het bestuur geeft zelf aan dat het in samenspraak met de directeuren zoekende is naar een nieuwe manier van onderlinge auditing. Hierdoor zal het bestuur en zullen ook de scholen zelf naar verwachting beter zicht krijgen op de kwaliteit van het onderwijs. Verder heeft het bestuur voldoende zicht op de onderwijsresultaten en

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Bestuur

Kwaliteitszorg en ambitie

Financieel beheer

Kwaliteitsgebieden

V

Oordelen op bestuursniveau voor de gebieden Kwaliteitszorg en ambitie en Financieel beheer

2. BestuurKwaliteitszorg en ambitie en financieel beheer van het bestuur

1. In de eerste ronde van vierjaarlijkse onderzoeken wordt op bestuursni-veau nog geen oordeel gegeven op het niveau van het kwaliteitsgebied Kwaliteitszorg en Ambitie. We geven daarom hier nu de oordelen op de standaarden weer.

Page 9: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

9/48

weet het op welke scholen deze risicovol zijn. Het bestuur zou echter, met name waar deze risicovol zijn, de scholen scherper en kritischer moeten bevragen, aan­ of bijsturen en zonodig ondersteunen, om ervoor te zorgen dat verbeteringen tijdig en gericht doorgevoerd worden. Op de drie scholen die we in het kader van opbrengstgericht werken onderzochten, voldeed de kwaliteitszorg niet aan de eisen van basiskwaliteit, vooral doordat de betreffende scholen hun onderwijsre­sultaten onvoldoende diepgaand evalueren en onvoldoende gericht werken aan verbetering daarvan.

Het bestuur stimuleert dat er op de scholen een professionele cultuur heerst. Bovenschools wordt scholing georganiseerd, waarbij in ieder geval de bestuursbrede thema’s aan de orde komen, maar er ook ruimte is voor individuele keuzes. Het bestuur streeft een cultuur na waarin kennis delen vanzelfsprekend is en heeft hiervoor op boven­schools niveau professionele leergemeenschappen ingericht, waarin verschillende scholen participeren.

Het bestuur voert ten slotte in voldoende mate de dialoog met zijn scholen en met de Raad van Toezicht (RvT) en de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). Het bestuur is transparant over waar het mee bezig is, wat het nastreeft en wat het bereikt heeft. In samenspraak met de RvT en de GMR zoekt het bestuur naar een manier om hen nog actiever te betrekken bij beleidskeuzes. Dit zou ook voor de dialoog met de scholen een aandachtspunt kunnen zijn, aangezien een aantal van de scholen die wij onderzochten, aangaven dat de beleidsthema’s door het bestuur worden aangedragen en in mindere mate door of in samenspraak met de directies.

De financiële positie van Agora is in orde; we zien geen verhoogde risico’s voor de financiële continuïteit. Het bestuur voldoet aan alle onderzochte deugdelijkheidseisen op dit kwaliteitsgebied.

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Het bestuur zou met name waar de resul­taten risicovol zijn, de scholen scherper en kritischer moeten bevragen

Page 10: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

10/48

2.1 Kwaliteitszorg en ambitie

Op hoofdlijnen voldoende zicht op kwaliteit en ruimte aan scholen voor invulling beleidsthema’sZoals hierboven opgemerkt heeft het bestuur in grote lijnen zicht op de kwaliteit van zijn scholen. Ook zijn de beleidsthema’s die het bestuur heeft vastgesteld zichtbaar op de scholen en worden deze gedragen door de teams. Bij de invulling van het bovenschoolse beleid laat het bestuur de scholen veel ruimte. Bij scholen die goed functioneren, werkt dit naar tevredenheid; zij nemen de ruimte die hun geboden wordt en voelen zich bijvoorbeeld door de keuze van het bestuur voor het thema Bildung gesterkt in het belang dat zij hechten aan een breed aanbod en een stimulerend pedagogisch klimaat. Daarbij bieden de acht ‘sferen’ die het bestuur binnen Bildung benoemt hun een kapstok om het aanbod nog gestructureerder onder de loep te nemen. Wel mer­ken we hierbij op dat een aantal leraren aangeeft behoefte te hebben aan praktische handvatten om Bildung vorm te geven, naast de theoretisch scholing die het bestuur organiseert.

Sturing op onderwijskwaliteit moet bij risico’s scherper Bij scholen met risico’s in de onderwijskwaliteit zou het bestuur echter een steviger positie in moeten nemen. Hoewel opbrengstgericht werken als beleidsthema herkenbaar is op de scholen, stuurt het bestuur niet stevig genoeg op schoolspecifieke resultaatdoelen, evaluaties van behaalde resultaten en verbeterplannen. Bij de drie scholen die we in het kader van opbrengstgericht werken hebben bezocht, zijn wij kritisch over de wijze waarop zij hun onderwijsresul­taten evalueren en werken aan verbetering daarvan. Het bestuur bevraagt hen daar onvoldoende kritisch over, vraagt geen bijstelling of

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Het beeld komtniet overeen

De doelstel-lingen van het bestuur werken niet door tot op schoolniveau

Het beeld komthelemaal overeen

De doelstellingen van het bestuur werken volledig door tot op schoolniveau

Kwaliteitszorg en ambitie O V G

KA1 Kwaliteitszorg ●

KA2 Kwaliteitscultuur ●

KA3 Verantwoording en dialoog ●

Page 11: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

aanscherping van evaluaties of verbeterplannen en monitort de voortgang niet scherp genoeg. Een gerichte sturing op resultaten is extra van belang aangezien nogal wat scholen binnen het bestuur onder de ondergrens scoren op de onafhankelijke eindtoets waarmee zij zich sinds vorig schooljaar over hun eindresultaten verantwoorden. Dit is overigens een kwestie die breder speelt in Zaanstad; ook in regionaal verband wordt gezocht naar mogelijke verklaringen en aanpakken.Op twee van de drie scholen die we in het kader van opbrengstgericht werken hebben onderzocht, hebben de leraren en/of intern begelei­ders bovendien onvoldoende zicht op de ontwikkeling van leerlingen. Zij gaan bij tegenvallende resultaten niet goed genoeg na hoe deze te verklaren zijn en wat op basis daarvan de meest passende ondersteu­ning is voor de betreffende leerlingen. Dit had het bestuur niet voldoende in beeld. Ook hier zou het bestuur scherper moeten sturen.

Systematiek kwaliteitszorg in ontwikkeling De systematiek om zicht te krijgen en te houden op de kwaliteit van het onderwijs op de scholen is in ontwikkeling en op dit moment nog onvoldoende effectief. Als systeem van kwaliteitszorg hanteert het bestuur de volgende drieslag: een digitale Monitor Goed Onderwijs (MGO), waarin scholen hun eigen kwaliteit beschrijven en documenten bijvoegen ter illustratie daarvan, marapgesprekken tussen bestuur en schooldirecties en onderlinge audits. Het bestuur merkt zelf op dat het deze drieslag nog steviger wil neerzetten en dat ook de pdsa­cyclus op veel scholen sterker kan. De scholen zijn nog bezig de MGO te vullen; bij het startgesprek gaf het bestuur aan dat deze bestuursbreed voor ongeveer 75% gevuld was. De oordelen die scholen zichzelf hierin geven op de verschillende kwaliteitsgebieden, hebben echter nog grotendeels het gehalte van zelfbeoordeling; het beeld van onafhanke­lijke buitenstaanders is er op dit moment slechts in beperkte mate in verwerkt. Dit laatste heeft mede te maken met het feit dat het onder­ling auditen het afgelopen jaar heeft stil gelegen. De wijze waarop dit eerder plaatsvond was niet naar ieders tevredenheid en in samenspraak met de schooldirecties is het bestuur een nieuwe werkwijze aan het uitwerken. Naar verwachting gaat deze rond de komende zomervakan­tie van start. Wel zet elke school al jaren eens per twee jaar tevreden­heidsenquêtes uit onder personeel, ouders en leerlingen en worden leerlingen met ingang van dit schooljaar daarnaast jaarlijks bevraagd rond sociale veiligheid.

Kwaliteitscultuur op ordeOp de scholen die we hebben onderzocht heerst een professionele kwaliteitscultuur. Het bestuur vindt het belangrijk dat medewerkers zich bijscholen en kennis delen, zowel binnen als tussen scholen. Bovenschools wordt scholing georganiseerd rond bestuurlijke beleidsthema’s, maar ook rond andere onderwijskundige thema’s. Vanaf volgend schooljaar gaat de balans tussen bestuursbrede

11/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Het bestuur vindt het belangrijk dat medewerkers zich bijscholen en kennis delen

Page 12: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

12/48

scholingsdagen en schoolspecifieke scholingsdagen wel wat anders worden ingericht, omdat een aantal scholen behoefte heeft aan meer ruimte voor teamscholing. Op bovenschools niveau zijn professionele leergemeenschappen actief, waarin verschillende scholen participeren. Verder stuurt het bestuur in voldoende mate op het op orde krijgen en houden van de competenties van het personeel. Hiertoe heeft het een instrument in gebruik genomen dat het in eerste instantie inzet om met behulp van assessoren de competenties van beginnende leraren in kaart te brengen, met als doel leraren van startbekwaam naar basisbekwaam en deels ook op excellent niveau te krijgen. Scholen kunnen ook gebruik maken van dit instrument om de competenties van hun team in beeld te krijgen. Daarnaast gebruiken scholen ook kijkwijzers gericht op schoolspecifieke ontwikkelthema’s.

Transparante werkwijzeHet bestuur verantwoordt zich op transparante wijze over zijn ambities en bereikte resultaten, onder andere via het jaarverslag. Gegevens van individuele scholen zijn voor het bestuur zelf en voor alle scholen binnen het bestuur in te zien, via het leerlingvolgsysteem en de Monitor Goed Onderwijs. Ook de Raad van Toezicht kan een groot deel van deze gegevens inzien. Zowel de Raad van Toezicht als de Gemeen­schappelijke Medezeggenschapsraad vinden dat de verantwoording van het bestuur, mede doordat zij daarop hebben aangestuurd, de afgelopen jaren is verbeterd, zowel qua tijdigheid als qua inhoud. De RvT vindt overigens dat met name als het bestuur doelstellingen niet heeft behaald, het nog wel concreter kan aangeven hoe het deze alsnog denkt te gaan behalen. De RvT vervult een stimulerende rol als kritische sparringpartner. De GMR en het bestuur zoeken samen naar manieren om de GMR een proactievere rol te laten vervullen. Ten slotte merkt een aantal van de scholen op dat het bestuur hen nog sterker zou kunnen betrekken bij het bepalen van schooloverstijgende beleidsthema’s.

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Page 13: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

13/48

2.2. Resultaten verificatieonderzoek

We zijn in de eerste plaats nagegaan of het bestuur voldoende en juiste informatie heeft over de kwaliteit van het onderwijs bij de scholen. Aan de hand van enkele standaarden hebben we dat op zes scholen onderzocht. In de volgende tabel is het resultaat daarvan weergegeven.

Het bestuur heeft over het geheel genomen voldoende zicht op de kwaliteit van de scholen. Onze beoordeling van de standaarden tijdens de verificatieonderzoeken (zie hoofdstuk 3) komt voor de meeste standaarden overeen met het beeld dat het bestuur van de kwaliteit op de scholen heeft. Op een aantal standaarden verschilt onze beoorde­ling met het beeld dat het bestuur heeft. Dit betreft op De Windroos en De Oceaan Zicht op ontwikkeling (OP2), op De Regenboog en De Windroos Kwaliteitszorg (KA1), op De Oceaan Kwaliteitscultuur (KA2) en op De Westerkim Didactisch handelen (OP3).

Het verschil bij kwaliteitszorg en zicht op ontwikkeling ­ wij zijn daar kritischer dan het bestuur ­ ligt in lijn met het feit dat wij op bestuur­sniveau kritisch zijn over de kwaliteitszorg en de mate waarin het bestuur het opbrengstgericht werken aanstuurt op met name risico­scholen. Over de kwaliteitscultuur op De Oceaan is ons oordeel daarentegen positiever dan het beeld dat het bestuur had. De verwach­ting van het bestuur dat het leerstofaanbod en het pedagogisch klimaat op de scholen die we in het kader van Bildung hebben bezocht de waardering ‘goed’ verdienen, komt overeen met ons beeld. Het didactisch handelen op De Westerkim, ten slotte, had het bestuur

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Rkbs De Regenboog

(09WP)

Icbs De Windroos

(10OD)

Icbs De Oceaan (30AH)

Rkbs De Rietvink (22KB)

Cbs De Wester-kim

(22KA)

Icbs Het Koraal (30FU)

KA1 Kwaliteitszorg ≠ ≠ √ √ √ √

KA2 Kwaliteitscultuur √ √ ≠ √ √ √

KA3 Verantwoording en dialoog √ √ √ nvt nvt nvt

OP1 Aanbod nvt nvt nvt √ √ √

OP2 Zicht op ontwikkeling √ ≠ ≠ nvt nvt nvt

OP3 Didactisch handelen √ √ √ √ ≠ √

SK2 Pedagogisch klimaat nvt nvt nvt √ √ √

Resultaten verificatieonderzoekDe tekens geven aan of het oordeel/de waardering wel (√) of niet (≠) overeenkomt met het beeld dat het bestuur er zelf van heeft.

Page 14: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

14/48

positiever ingeschat dan het oordeel ‘voldoende’ dat wij uitspreken. De directie erkent ons oordeel dat er teveel elementen van de eigen ambities van de school op het gebied van het didactisch handelen nog onvoldoende uit de verf komen in de lespraktijk. Daarom is de waardering ‘goed’ op deze standaard nog niet gerechtvaardigd.

2.3 Financieel beheer

Wij baseren ons oordeel over het kwaliteitsgebied Financieel beheer op de beoordeling van de onderliggende standaarden voor financiële continuïteit en rechtmatigheid. Wij geven in beginsel geen oordeel over de financiële doelmatigheid.

De standaarden financiële continuïteit en rechtmatigheid zijn beide beoordeeld als voldoende. Het financieel beheer is dan ook beoordeeld als voldoende.

Financiële continuïteitIn onderstaande tabel zijn de financiële kengetallen van het bestuur uit de jaarverslaggeving over de afgelopen en de toekomstige drie jaren afgezet tegen de signaleringswaarden (‘Indicatie’) die wij gebruiken in onze jaarlijkse risicodetectie.

Zoals blijkt uit de tabel is er geen sprake van waarden die wijzen op een mogelijk financieel risico met gevolgen voor de continuïteit van het onderwijs op de korte of middellange termijn. In ons onderzoek vonden wij geen belangrijke informatie die strijdig is met dat beeld. Wij beoordelen de financiële continuïteit dan ook als voldoende.

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Financieel beheer V

O V

FB1 Continuiteit ●

FB2 Doelmatigheid

FB3 Rechtmatigheid ●

Indicatie T-2 T-1 T T+1 T+2 T+3

Liquiditeit (current ratio)

< 0,75 2,18 2,28 2,12 2,27 2,33 2,35

Solvabiliteit 2 < 0,30 0,67 0,68 0,64 0,67 0,67 0,67

Page 15: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

15/48

Financiële rechtmatigheidOns oordeel bij deze standaard gaat enerzijds uit van de bevindingen van de instellingsaccountants uit het eerstelijnstoezicht op de financiën van het onderwijs. Anderzijds speelt aanvullende informatie een rol, zoals signalen en (lopende) onderzoeken op het gebied van financiële rechtmatigheid. Beide aspecten leiden gezamenlijk tot een gewogen oordeel. Dat oordeel luidt in dit geval ‘voldoende’; in dit onderzoek hebben zich aan ons geen gegevens voorgedaan die een positieve waardering van de financiële rechtmatigheid in de weg staan.

Financiële doelmatigheidOnder de noemer ‘financiële doelmatigheid’ voeren wij het gesprek over de manier waarop besturen hun middelen ten goede laten komen aan het onderwijs. Bij Agora kwamen de volgende onderwerpen aan de orde:

1. De besteding en effecten van middelen bestemd voor Passend Onderwijs;

2. Het toezicht van de Raad van Toezicht op de financiële doelmatigheid.

2.4 Afspraken over vervolgtoezicht

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Beoordeling (0) Herstelopdracht Datum gereed

Op bestuursniveau is de kwaliteitszorg (KA1) onvoldoende. Het bestuur voldoet niet aan de WPO art. 12, lid 4.

Het bestuur heeft aantoonbaar zicht op de kwaliteit van het onderwijsproces en de (cognitieve) resultaten van de scho-len. Het heeft duidelijke kwaliteitsnor-men vastgelegd met de scholen, zowel met betrekking tot het onderwijsproces als de resultaten. Het bestuur zorgt ervoor dat scholen hun onderwijsproces en hun resultaten op een zodanige wijze evalueren dat hun dit voldoende basis biedt om verbetermaatregelen te ne-men. Het bestuur stuurt aantoonbaar op de realisatie van verbetermaatregelen.

In de volgende ronde van het vierjaarlijks onderzoek, dus uiterlijk in 2021, dient de verbetering te zijn gerealiseerd.

Op De Regenboog (09WP) is de kwali-teitszorg (KA1) onvoldoende. De school voldoet niet aan de WPO art. 12, lid 4.

De school voert een gedegen analyse van de onderwijsresultaten uit. Mede op basis daarvan stelt de school een verbeterplanning op voor het komende jaar, waarmee het team gericht werkt aan concrete verbeterdoelen. Periodiek evalueert de school of de verbeterplan-ning op schema ligt.

In de volgende ronde van het vierjaarlijks onderzoek, dus uiterlijk in 2021, dient de verbetering te zijn gerealiseerd. De inspectie voert dan een herstelonder-zoek uit.

Page 16: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

16/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Beoordeling (0) Herstelopdracht Datum gereed

De Windroos (10OD) heeft onvoldoende zicht op de ontwikkeling van de leerlin-gen (OP2). De school voldoet niet aan de WPO art. 8, lid 1, 4 en 11.

De school voert een gedegen analyse van de onderwijsresultaten en het on-derwijsleerproces uit. Op basis daarvan stelt de school een verbeterplanning op voor het komende jaar, waarmee het team gericht werkt aan concrete verbe-terdoelen. Periodiek evalueert de school of de verbeterplanning op schema ligt.

In de volgende ronde van het vierjaarlijks onderzoek, dus uiterlijk in 2021, dient de verbetering te zijn gerealiseerd. De inspectie voert dan een herstelonder-zoek uit.

Op De Windroos (10OD) is de kwali-teitszorg (KA1) onvoldoende. De school voldoet niet aan de WPO art. 12, lid 4.

De school voert een gedegen analyse van de onderwijsresultaten uit. Mede op basis daarvan stelt de school een verbeterplanning op voor het komende jaar, waarmee het team gericht werkt aan concrete verbeterdoelen. Periodiek evalueert de school of de verbeterplan-ning op schema ligt.

In de volgende ronde van het vierjaarlijks onderzoek, dus uiterlijk in 2021, dient de verbetering te zijn gerealiseerd. De inspectie voert dan een herstelonder-zoek uit.

De Oceaan (30AH) heeft onvoldoende zicht op de ontwikkeling van de leerlin-gen (OP2). De school voldoet niet aan de WPO art. 8, lid 1, 4 en 11.

De school gaat voor leerlingen bij wie de ontwikkeling achterblijft na waar dit mogelijk door veroorzaakt wordt en welke gerichte ondersteuning de school het beste kan bieden.

In de volgende ronde van het vierjaarlijks onderzoek, dus uiterlijk in 2021, dient de verbetering te zijn gerealiseerd. De inspectie voert dan een herstelonder-zoek uit.

Op De Oceaan (30AH) is de kwaliteits-zorg (KA1) onvoldoende. De school voldoet niet aan de WPO art. 12, lid 4.

De school formuleert heldere en toets-bare doelen voor zowel de onderwijsre-sultaten (op groeps- én schoolniveau) als het onderwijsleerproces. De school voert vervolgens een gedegen analyse van de onderwijsresultaten en het onder-wijsleerproces uit. Op basis daarvan stelt de school een verbeterplanning op voor het komende jaar, waarmee het team gericht werkt aan concrete verbeterdoe-len. Periodiek evalueert de school of de verbeterplanning op schema ligt.

n de volgende ronde van het vierjaarlijks onderzoek, dus uiterlijk in 2021, dient de verbetering te zijn gerealiseerd. De inspectie voert dan een herstelonder-zoek uit.

Op De Oceaan (30AH) is de verantwoor-ding over ambities, doelen en resultaten (KA3) onvoldoende. De school voldoet niet aan de WPO art. 13.

De school verantwoordt zich op toegankelijke wijze over de resultaten, met name naar de ouders. Daarbij licht de school toe of deze in lijn zijn met de verwachting en wat zij eraan doet om ze waar nodig te verbeteren. Ook licht de school toe welke verbeteractiviteiten zij uitvoert, welke ambities zij nastreeft en wat zij het afgelopen jaar heeft bereikt.

In de volgende ronde van het vierjaarlijks onderzoek, dus uiterlijk in 2021, dient de verbetering te zijn gerealiseerd. Het bestuur zorgt ervoor dat genoemde onderdelen in de volgende versie van het schoolplan zijn opgenomen.

Page 17: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

17/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Beoordeling (0) Herstelopdracht Datum gereed

Op De Oceaan (30AH) is de verantwoor-ding over ambities, doelen en resultaten (KA3) onvoldoende. De school voldoet niet aan de WPO art. 13.

De school verantwoordt zich op toegankelijke wijze over de resultaten, met name naar de ouders. Daarbij licht de school toe of deze in lijn zijn met de verwachting en wat zij eraan doet om ze waar nodig te verbeteren. Ook licht de school toe welke verbeteractiviteiten zij uitvoert, welke ambities zij nastreeft en wat zij het afgelopen jaar heeft bereikt.

In de volgende ronde van het vierjaarlijks onderzoek, dus uiterlijk in 2021, dient de verbetering te zijn gerealiseerd. De inspectie voert dan een herstelonder-zoek uit.

In het schoolplan van De Oceaan (30AH) ontbreekt informatie over het aanbod of de methoden voor Nederlandse taal (inclusief technisch en begrijpend lezen) en rekenen en wiskunde.

De school vult het schoolplan op deze onderdelen aan.

In de volgende ronde van het vierjaarlijks onderzoek, dus uiterlijk in 2021, dient de verbetering te zijn gerealiseerd. Het bestuur zorgt ervoor dat genoemde onderdelen in de volgende versie van het schoolplan zijn opgenomen.

Page 18: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

18/48

In dit hoofdstuk beschrijven we de resultaten van de verificatieonder­zoeken op zes scholen. Op de volgende drie scholen voerden we verificatieonderzoek uit gericht op het beleidsthema Opbrengstgericht werken: rkbs De Regenboog, icbs De Windroos en icbs De Oceaan. Op deze scholen onderzochten we de volgende standaarden:• KA1 Kwaliteitszorg • KA2 Kwaliteitscultuur• KA3 Verantwoording en dialoog• OP2 Zicht op ontwikkeling• OP3 Didactisch handelen

Op de volgende drie scholen voerden we verificatieonderzoek uit gericht op het beleidsthema Bildung: rkbs De Rietvink, cbs De Westerkim en icbs Het Koraal. Op deze scholen onderzochten we de volgende standaarden:• KA1 Kwaliteitszorg • KA2 Kwaliteitscultuur• OP1 Aanbod• OP3 Didactisch handelen• SK2 Pedagogisch klimaat

Op cbs De Westerkim en icbs Het Koraal hebben we daarnaast op verzoek van het bestuur een ‘onderzoek goede school’ gedaan. Hieronder worden in paragraaf 3.5 en 3.6 voor deze twee scholen alleen de tabellen met de oordelen weergegeven voor de standaarden waarop de verificatie betrekking had. De toelichting daarbij vindt u in hoofdstuk 4.

3.1 Rkbs De Regenboog

Leraren weten hoe de leerlingen zich ontwikkelenHet team op De Regenboog heeft voldoende zicht op ontwikkeling van de leerlingen. Dit in tegenstelling tot anderhalf jaar geleden, toen we dit onderdeel nog als onvoldoende beoordeelden. De leraren houden zicht op de ontwikkeling van de leerlingen met behulp van een passend toets­ en observatie­instrumentarium. Naar aanleiding van met name

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

3. Resultaten verificatie- onderzoek

Onderwijsproces O V G

OP2 Zicht op ontwikkeling ●

OP3 Didactisch handelen ●

Page 19: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

19/48

de uitslagen van methodeonafhankelijke toetsen delen de leraren de leerlingen voor de verschillende vakgebieden in drie niveaugroepen in. Dit schooljaar heeft de school extra aandacht besteed aan het aanbod voor meerbegaafde leerlingen. Daarnaast bekijken de leraren na elke toetsronde samen met de intern begeleider welke leerlingen buiten de groep extra begeleiding krijgen. In bouw­ en groepsbesprekingen zoeken leraren, ondersteund door de intern begeleider, naar verklaringen voor behaalde resultaten en naar wat leerlingen naar aanleiding van hun resultaten nodig hebben. Hoewel leraren in de praktijk nog wel zoekende zijn naar efficiënte manieren om te differentiëren in hun instructie, zit de noodzaak hiertoe inmiddels voldoende tussen de oren. Wat nog sterker kan is het (beknopt) vastleggen van de analyse van gegevens over individuele leerlingen, vooral als de ontwikkeling achterblijft. Voor de leerlingen die buiten de groep worden begeleid, is de analyse op individueel leerlingniveau beter in kaart gebracht, maar de tussentijdse evaluatie van deze begeleiding na gemiddeld zo’n twee maanden kan scherper. Als leerlingen onvoldoende vooruitgang boeken, zou de school consequent moeten nagaan of de extra begeleiding wellicht anders ingericht zou moeten worden.

Leraren creëren prettige werksfeer Leraren beschikken over voldoende didactische kwaliteiten, zoals we ook bij het vorige inspectieonderzoek al vaststelden. Hun uitleg is duide­lijk, de werksfeer is prettig en leerlingen zijn voldoende taakgericht en betrokken. Wel kunnen leraren zich nog verder ontwikkelen in het consequent en doelgericht afstemmen van hun instructie op verschillen tussen leerlingen. Door, zoals hierboven aangegeven, beknopt vast te leggen waar sommige leerlingen op uitvallen, kunnen leraren in hun dag­ en weekplanning concreter inplannen wat zij deze leerlingen bieden in de verlengde instructie. Nu gebeurt dat nog heel beperkt. Leraren geven zelf ook aan dat zij zich hierin nog kunnen verbeteren, maar zij ervaren wel dat zij daarbij aanlopen tegen de organisatorische kant die het werken in instructie­ en stamgroepen binnen het Jenaplan­onderwijs met zich meebrengt. Dat vraagt dus nader onderzoek van team en directie hoe hierin een goede organisatievorm te vinden. Verder is winst te boeken door leerlingen niet alleen bij projecten/wereldoriën­tatie bewust te laten samenwerken, maar ook in de lessen rond de basisvaardigheden coöperatieve werkvormen in te zetten.

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Page 20: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

20/48

Verklaringen niet scherp genoegHoewel de school hard aan het werk is de onderwijskwaliteit rond met name de basisvaardigheden (taal en rekenen) te verbeteren en het team daarbij in toenemende mate een opbrengstgerichte houding laat zien, beoordelen we de kwaliteitszorg, evenals bij het vorige onderzoek, nog als onvoldoende (WPO, art. 12, lid 4). Belangrijk verbeterpunt is de evaluatie van de resultaten. De eindresultaten liggen de afgelopen twee jaar onder de ondergrens die geldt voor scholen met een vergelijkbare leerlingenpopulatie en het is nog allerminst zeker dat deze dit schooljaar daarboven liggen. Daarom is het zaak nog gerichter op zoek te gaan naar mogelijke verklaringen voor deze tegenvallende resulta­ten. De school heeft de afgelopen jaren zeker een goede ontwikkeling doorgemaakt: leraren zijn zich bewust van de noodzaak de resultaten te verbeteren en kijken daarbij ook naar hun eigen rol. De intern begeleider stimuleert leraren om op gestructureerde wijze de resulta­ten per bouw en binnen hun eigen groep te evalueren en stelt analyses op van resultaten op verschillende niveaus (groeps­ en schoolniveau, eind­ en tussentijdse resultaten). De kwaliteit van de analyses is echter nog te oppervlakkig en versnipperd. Dit maakt dat leraren weliswaar op verschillende fronten verbeteractiviteiten inzetten, maar dat deze onvoldoende gebaseerd zijn op stevige analyses. De directie zou nog gerichter moeten sturen op kwaliteitsverbetering, met goede analyses als basis. Het huidige jaarplan omvat een veelheid aan acties, waarbij niet altijd een duidelijk doel is benoemd en ook activiteiten die meer het karakter hebben van borging van reeds ingevoerd beleid zijn hierin opgenomen. Ook ontbreekt een planning in tijd en een toedeling van verantwoordelijkheden. Al met al is de prioritering binnen het jaarplan niet helder en heeft het hierdoor onvoldoende de sturende werking die het zou moeten hebben. Door verder de opdrachten voor de kwaliteitsteams sterker te koppelen aan een richtinggevend jaarplan, zouden deze teams beter uit de verf kunnen komen.

Leraren willen graag verbeterenDe kwaliteitscultuur op de school is, evenals bij het vorige inspectieon­derzoek, op orde. De leraren tonen een grote bereidheid om de onderwijskwaliteit te versterken en zijn zich bewust van de noodzaak meer opbrengstgericht te werken. Het team moest hierin wel van ver

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Kwaliteitszorg en ambitie O V G

KA1 Kwaliteitszorg ●

KA2 Kwaliteitscultuur ●

KA3 Verantwoording en dialoog ●

Page 21: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

21/48

komen: het vond opbrengstgericht werken moeilijk te verenigen met de uitgangspunten van het Jenaplanonderwijs. Het team is hard bezig met een inhaalslag op dit gebied. Zowel leraren als directie hebben daarbij behoefte aan meer hele scholingsdagen met het team om hier gezamen­lijk aan te werken. De wijze waarop de studiedagen nu bestuursbreed zijn ingericht ervaart de school als te fragmentarisch. Aangezien dit knelpunt door meer scholen wordt ervaren is al in samenspraak met het bestuur besloten dit volgend schooljaar anders in te richten.

Verantwoording en dialoog op orde, maar wel winst te boekenDe verantwoording en dialoog over de bereikte onderwijskwaliteit is voldoende. De school verantwoordt zich in het jaarverslag over de behaalde resultaten en is transparant over doelen die zij niet heeft gerealiseerd. Het jaarverslag wordt besproken in de medezeggen­schapsraad een ook met de schooladviesraad heeft de school een functionele overlegrelatie. De communicatie met de grotere groep van ouders kan wel verbeterd worden. Ouders tonen zich hier kritisch over in de oudertevredenheidsenquête en de school erkent dat hier actie op nodig is. ‘Ouderbetrokkenheid 3.0’ staat dan ook in het verbeterplan voor dit schooljaar. Het is zaak om ook dit verbeteronderwerp nader te concretiseren en in een tijdplanning uit te zetten.

3.2 Icbs De Windroos

ContextHet team van De Windroos heeft de afgelopen jaren een roerige tijd achter de rug met een aantal personeelswisselingen waaronder een directiewisseling, een interim­directie en het vertrek van de intern begeleider. Mede door deze onrust zijn er leerlingen vertrokken. Na de zomervakantie heeft de school, door de Turkse situatie, 26 Turkse leerlingen van de nabijgelegen islamitische basisschool een plek gegeven. De nieuwe directeur heeft hiervoor één extra groep ingezet, een 5/6­combinatie. De overige leerlingen zitten over de andere groepen verspreid. Nog steeds stromen er leerlingen in, om verschil­lende redenen, waaronder ook verhuizingen. Tijdens het schoolbezoek kwamen twee nieuwe leerlingen voor het eerst op school, waarbij opviel hoe makkelijk zij werden opgenomen in de groepen.

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

De leraren tonen een grote bereidheid om de onderwijskwaliteit te versterken en zijn zich bewust van de noodzaak meer opbrengstgericht te werken.

Page 22: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

22/48

Signalering op orde, analyse vraagt om verdieping, om gericht hulp te kunnen biedenHet team van de Windroos heeft nog onvoldoende zicht op de ontwikkeling van de leerlingen, voornamelijk doordat de leraren te weinig diepgaand analyseren waar mogelijke achterstanden en/of (leer)problemen liggen. Hierdoor is de hulpvraag van leerlingen vaak te algemeen gesteld en is het de vraag of de extra begeleiding voor iedere leerling doeltreffend is (WPO, art. 8, lid 1, 4 en 11). De school houdt zicht op de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen met observaties, methodegebonden en methodeonafhanke­lijke toetsen. De toetskalender is passend bij de behoeften van de leerlingen. Zo doet de school mee aan een pilot woordenschat van het Cito omdat de meeste leerlingen een taalachterstand hebben en de school graag meer zicht krijgt op de woordenschatontwikkeling van de leerlingen. In de zorg voor leerlingen is echter stagnatie opgetreden door het vertrek van de intern begeleider. De nieuwe intern begeleider heeft een overzicht van de onderwijsbehoeften van de leerlingen gemaakt als basis voor vervolgstappen. Hierbij moet de school nog een forse inhaalslag maken. Wel zijn inmiddels de eerste trajecten in gang gezet met hulp van het samenwerkingsverband. Na de toetsronde in januari heeft de intern begeleider samen met de directie groepsbespre­kingen met de groepsleraren gevoerd en zijn de groepsplannen bijgesteld. Wat nog ontbreekt is een analyse van de achterstanden en mogelijke (leer)problemen van individuele leerlingen. Leerlingen die meer uitleg nodig hebben dan verlengde instructie, moeten gericht begeleiding krijgen om verder te komen. Het team stelt nog te weinig systematisch vragen als: wordt dit rekenprobleem veroorzaakt door een taalprobleem of door een automatiseringsprobleem? Of: waarom blijft het tempo bij lezen zo achter? Betere kennis van de leerlijnen en scholing in analysevaardigheden kunnen hierbij helpen. Het team geeft aan open voor te staan voor dit soort scholing, want de vele tijd die de leraren tot nu toe hebben besteed aan papieren administratie heeft weinig vooruitgang gebracht. De nieuwe directie geeft blijk van een andere visie op de zorg en zet de komende studiedag hier al voor in.

Lessen verlopen rustig en doelgericht in een prettige werksfeerDe leraren zorgen voor een rustige en plezierige werksfeer. De leerlingen weten hoe de les verloopt en kennen de routines na de klassikale instructie. De leraren leggen eerst klassikaal het doel van de les uit, activeren de voorkennis en oefenen samen een (start)opdracht.

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Onderwijsproces O V G

OP2 Zicht op ontwikkeling ●

OP3 Didactisch handelen ●

Page 23: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

23/48

Daarna gaan leerlingen betrokken aan het werk of krijgen verlengde instructie. De leraren gebruiken de informatie uit de methodegebon­den toetsen voor de zogenaamde korte zorgcyclus waarvan de verlengde insructie onderdeel is. De leerlingen zijn ingedeeld in drie niveaugroepen (minder instructie, basisinstructie en verlengde instructie). De leerlingen die dat nodig hebben, krijgen na de klassikale instructie extra uitleg ofwel van de eigen leraar of van de onderwijsas­sistent. Wel kunnen leraren beter gebruik maken van de reflectiekolom in hun groepsadministratie om gerichter te evalueren of de verlengde instructie effectief is geweest. Verder kan de kwaliteit van de verlengde insrtuctie verbeteren door op een andere wijze, zo mogelijk met aanschouwelijk materiaal, de stof nogmaals te behandelen. Nu is het vaak beperkt tot samen opdrachten maken.De school heeft de ambitie uitgesproken om de leerlingen meer verantwoordelijkheid voor hun eigen leerproces te geven (eigenaar­schap). Hoewel het onderwijsleerproces op dit moment nog grotendeels leraargestuurd is, krijgen leerlingen wel door de inzet van verschillende (coöperatieve) werkvormen meer ruimte om samen te leren. Dit is een begin om het eigenaarschap van de leerlingen te vergroten.

Kwaliteitszorgcyclus opnieuw vormgevenDe kwaliteitszorg is op dit moment onvoldoende uitgebouwd om de schoolontwikkeling te verbeteren en te borgen (WPO, art. 12, lid 4). Dit komt doordat de evaluatie van de resultaten en het onderwijsleer­proces niet toereikend is. Hoewel de nieuwe directie voortvarend aan de slag is gegaan, bleek na een eerste inventarisatie dat er weinig schooldocumenten en evaluaties rond verbeteractiviteiten beschikbaar waren. Zo ontbraken een nieuw schoolplan en een jaarplan voor dit schooljaar, evenals de evaluatie van de resultaten van de E­toetsen van 2016. Inmiddels zijn de ontbrekende plannen gemaakt. Het jaarplan is echter nog summier, doordat de directie en het team over een aantal verbeteronderwerpen (bijvoorbeeld het gebruik van groepsplannen) nog met elkaar in discussie gaat en de besluitvorming nog niet rond is.Na de toetsronde van januari jl. heeft de directie een eerste inventarisa­tie gemaakt van de resultaten op groeps­ en schoolniveau. Samen met het team gaan de directie en intern begeleider verder met het analyse­ren van deze tegenvallende resultaten en het opstellen van plannen van aanpak voor groepen met achterstanden en/of vakgebieden met

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Kwaliteitszorg en ambitie O V G

KA1 Kwaliteitszorg ●

KA2 Kwaliteitscultuur ●

KA3 Verantwoording en dialoog ●

Page 24: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

onvoldoende resultaten. Belangrijk hierbij is om met elkaar vast te stellen wat het team onder opbrengstgericht werken verstaat en hoe dat vorm krijgt in een planmatige aanpak om de resultaten op het streefniveau te brengen. De directie heeft een ronde flitsbezoeken afgelegd en een (globale) jaarplanning gemaakt met verbeterdoelen voor de komende periode, waarbij ook de borging nadrukkelijk aandacht krijgt. Er staan veel onderwerpen op de verbeteragenda maar het verbeteren van de resultaten van de basisvaardigheden (taal en rekenen) staat na de meest recente M­toetsen voorop.

Leraren willen zich verbeteren De leraren geven aan dat zij de laatste jaren goede aansturing hebben gemist. Desondanks hebben alle teamleden zich geschoold en zijn meerdere leraren bezig zich te specialiseren. Nu de rust teruggekeerd is in de school en de nieuwe directie de lijnen uitzet, gaat het team gezamenlijk verder met de schoolontwikkeling. Hierbij volgen ze de koers zoals uitgezet in het nieuwe schoolplan. De directie heeft weer werkgroepen ingesteld die ook verantwoorde­lijkheid voor een verbeteronderwerp dragen. Zoals het team bij de leerlingen het eigenaarschap wil vergroten, zo wil de directie het eigenaarschap van de leraren bij de schoolontwikkeling vergroten. Specialisten zullen daar zeker een rol in spelen. Voor het leren met en van elkaar staat het team open.

Verantwoording en dialoog verder uitbouwenDe school verantwoordt zich over de onderwijskwaliteit in de school­gids, de nieuwsbrieven en op haar website. Wel kan de school meer informatie geven over de resultaten van de tussentijdse toetsen. Daarnaast houdt de school de informatie op de website van Vensters PO actueel. Verder organiseert de school regelmatig ouderavonden en heeft de directie veel overleg met ouders en de medezeggenschapsraad, zeker in de afgelopen turbulente periode. De directie geeft aan dat de behoefte van ouders met een islamitische achtergrond mogelijk andere accenten vraagt dan van andere groepen ouders. Daarom gaat een werkgroep de behoeften van ouders peilen als basis voor een vernieuw­de visie op ouderbetrokkenheid en samenwerking. Verder onderhoudt de school regelmatig contacten met de peuterspeel­zaal, het voortgezet onderwijs en andere organisaties en netwerken in de buurt. Met het bestuur is regelmatig overleg. De faciliteiten die het bestuur ter beschikking heeft gesteld bij de instroom van de grote groep Turkse leerlingen zijn vooral van materiële aard. Na de inventari­satie van de stand van zaken rond de zorg en de schoolontwikkeling heeft het bestuur zich verder niet bezig gehouden met het zoeken naar oplossingen voor de achterstanden. Het is wenselijk dat het bestuur samen met de directie kijkt wat nu nodig is om de zorg én de resultaten snel te verbeteren.

24/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Nu de rust terug­gekeerd is in de school en de nieuwe directie de lijnen uitzet, gaat het team gezamenlijk verder met de school­ontwikkeling

Page 25: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

25/48

3.3 Icbs De Oceaan

Handelingsgerichte werkwijze op onderdelen onvoldoende De Oceaan heeft gekozen voor een handelings­ en opbrengstgerichte werkwijze met groepsoverzichten en groepsplannen. Zo brengt de school de vorderingen van de leerlingen via observaties en toetsen in beeld en benoemt zij de ambities op het gebied van rekenen en taal. Echter, de doelen voor taal en rekenen zijn vrij globaal en onvoldoende afgestemd op wat de groepen op dit moment al behalen. Ook is de kwaliteit van de analyses te leraarafhankelijk; deze vertonen geen schoolbrede kwaliteit. De analyses zijn niet diepgaand genoeg om vast te kunnen stellen welke verklaringen er zijn voor een afwijkende vaardigheidsgroei van individuele of groepen leerlingen zodat het onderwijs daarop kan worden aangepast (WPO, art. 8, lid 1, 4 en 11). De school kan de analysefase versterken door te onderzoeken welke andere factoren, zoals bijvoorbeeld het didactisch handelen van de leraren zelf, van invloed zijn op de gerealiseerde vaardigheidsgroei. Een ander verbeterpunt betreft de planmatige uitvoering van de zorg. Zo is in onvoldoende mate te herleiden uit de weekplanning of uit het handelen van leraren in hoeverre bepaalde leerlingen die specifieke aandacht krijgen die zij nodig hebben.Positief is dat de school er momenteel door middel van scholing (‘data duiden en doen’) gericht aan werkt om de analysefase schoolbreed te versterken. Een model ter ondersteuning voor de leraren is bijna klaar om te worden ingevoerd.

Leraren creëren een positieve, taakgerichte werksfeerDe bezochte lessen laten zien dat de werksfeer in de groepen positief is. Leraren creëren met hun klassenmanagement een rustig en ordelijk werkklimaat. In de meeste lessen zijn de leerlingen zelfstandig en taakgericht aan het werk. De meerderheid van de leraren houdt de aandacht van de leerlingen bij de instructie voldoende vast. Om de leeropbrengsten van leerlingen te versterken, zet de school in op effectieve instructie­ en organisatievaardigheden. Het valt in de bezochte lessen echter op dat er in de instructiefase weinig sprake is van interactie en samenwerking tussen leerlingen, waardoor zij niet optimaal actief betrokken worden. Tevens kan de school de instructie en de ambities rond de te verwach­ten leerresultaten (opbrengstgericht werken) beter afstemmen op de verschillende niveaus van de leerlingen. Dit betreft vooral de beter

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Onderwijsproces O V G

OP2 Zicht op ontwikkeling ●

OP3 Didactisch handelen ●

Positief is dat de school er momenteel door middel van scholing (‘data duiden en doen’) gericht aan werkt om de analysefase schoolbreed te versterken

Page 26: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

26/48

presterende leerlingen. Zo zou de school de afstemming bijvoorbeeld kunnen versterken door hen expliciet verbanden te laten leggen naar andere vakgebieden. Daartoe biedt de visie op ontdekkend en ondernemend leren volop mogelijkheden.

Toetsbare doelen en analyse van onderwijsleerproces op schoolniveau vragen om verbetering De school hanteert een cyclische werkwijze om tot verbetering van de onderwijskwaliteit te komen. Deze manier van werken is herkenbaar in de gesprekken en handelwijze op team­ en directieniveau. Het ontbreekt de school hierbij niet aan ambities, maar wel aan heldere, toetsbare doelen of eigen kwaliteitswaarden om te kunnen bepalen of ingezette verbeteracties het gewenste effect hebben. Zo benoemt de school wel ambities voor het taal­ en rekenonderwijs, maar zijn deze niet helder voor andere vakgebieden of voor bijvoorbeeld de sociaal­ emotionele ontwikkeling. Tevens vraagt de kwaliteit van de evaluatie van het onderwijsleerproces om verbetering. De school legt in onvoldoende mate verbanden tussen tegenvallende resultaten en aspecten als een afgestemd leerstofaanbod, onderwijstijd of de kwaliteit van het pedagogisch­didactisch handelen van de leraren. Hierdoor is de school onvoldoende in staat om een ononderbroken ontwikkeling van leerlingen en de afstemming van het onderwijs op de voortgang in deze ontwikkeling te realiseren (WPO, art. 12, lid 4). De komende periode zou de school eigen doelen moeten bepalen voor de verschillende vak­ en ontwikkelingsgebieden en eigen kwaliteits­waarden moeten formuleren voor met name het didactisch handelen en het leerstofaanbod, daarbij rekening houdend met de kenmerken van de leerlingenpopulatie. Nu lijkt de onderwijskwaliteit nog te leraarafhankelijk.

De professionele kwaliteitscultuur is op orde Alle leraren participeren in een van de twaalf werkgroepen en volgen scholing om hun onderwijscompetenties te verbeteren, gekoppeld aan hun persoonlijk ontwikkelingsplan. Het bestuur organiseert schooloverstijgende studiedagen voor leraren op het gebied van opbrengstgericht werken, Bildung en leerlingbegeleiding. Op schoolniveau zijn de scholingen toegesneden op de speerpunten van de school of op individuele bekwaamheidsonderwerpen. Dit betreft

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Kwaliteitszorg en ambitie O V G

KA1 Kwaliteitszorg ●

KA2 Kwaliteitscultuur ●

KA3 Verantwoording en dialoog ●

Page 27: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

27/48

bijvoorbeeld het analyseren en gebruiken van data en het cyclisch handelen. Lesobservaties door de directie of de interne begeleider vormen onderdeel van de gesprekkencyclus om het professionele handelen van de leraren te versterken waar dit nodig is. Teamleden waarmee wij hebben gesproken geven aan dat de gesprekken op school over de inhoud van het onderwijs gaan en dat zij elkaar durven aan te spreken op gemaakte afspraken. Een volgende stap in de kwaliteitscul­tuur is het organiseren van collegiale consultaties, waardoor de leraren meer van elkaar kunnen leren. Dit kan de onderwijskwaliteit verhogen en ervoor zorgen dat leraren, meer dan nu het geval is, op een vergelijkbare wijze te werk gaan.

Verantwoording over de onderwijskwaliteit te magerDe verantwoording van de school over ambities, doelen en resultaten voldoet niet (WPO, art.13). Weliswaar vermeldt de school in het jaarverslag of de onderwijsresultaten van taal en rekenen voldoen aan de minimumdoelen die de inspectie hanteert, maar in hoeverre deze gegevens in lijn zijn met de verwachtingen voor deze leerlingenpopula­tie is niet duidelijk. Daarnaast kan de school vermelden welke verbeterpunten zij doorvoert, welke ambities zij nastreeft en welke effecten zij het afgelopen jaar heeft bereikt.

3.4 Rkbs De Rietvink

Breed en goed aanbodHet lesaanbod op De Rietvink voldoet aan de kerndoelen, waarbij de school veel aandacht besteedt aan een brede ontwikkeling. De leerlingen in de groepen 1 en 2 krijgen via thema’s een beredeneerd lesaanbod, waarbij de school gebruik maakt van verschillende bronnen. Vanaf groep 3 krijgen de leerlingen aanvullende lesactivitei­ten in de vorm van talentencircuits, projecten, een plusgroep en een methodisch aanbod voor de sociaal­emotionele ontwikkeling. Op deze wijze biedt de school de leerlingen de mogelijkheid om zich ook op andere vakgebieden dan taal en rekenen te ontwikkelen. Tevens stelt de school de leerlingen in staat om op een andere wijze kennis en vaardigheden op te doen. Voorbeelden hiervan zijn theaterimprovisa­ties, 3D­printen, filosoferen en optreden als mediator bij mogelijke conflicten. Een volgende stap voor de school is dit lesaanbod gerichter af te stemmen op de ontwikkeling van de leerlingen, aansluitend bij observaties van de leraren en gesprekken met leerlingen.

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Onderwijsproces O V G

OP1 Aanbod

OP3 Didactisch handelen ●

Page 28: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

28/48

Het didactisch handelen volstaat, maar vraagt om meer afstemmingDe kwaliteit van de uitleg door de leraren is op schoolniveau voldoen­de. De Rietvink hanteert het directe instructiemodel en werkt met groepsplannen waarin leerlingen geclusterd zijn in drie niveaugroe­pen. Het klassenmanagement en de werksfeer zijn op orde en de meeste leerlingen laten zien dat ze zelfstandig en taakgericht aan het werk zijn. De afgelopen jaren heeft de school ingezet op coöperatieve werkvormen om zo de actieve betrokkenheid van de leerlingen te vergroten. Op basis van de lesactiviteiten die wij bezocht hebben, lijkt ook dat samenwerken tussen leerlingen tijdens de instructie­ en verwerkingsfase gemeengoed te zijn geworden. De school kan het lesgeven versterken door de instructie meer af te stemmen op de beter presterende leerlingen, consequent na te gaan of de leerlingen de instructie begrijpen en gerichte feedback te geven die leerlingen naar een volgende leerstap brengt.

Trots op een prettig en ondersteunend schoolklimaatDe school biedt een pedagogisch klimaat waarin veel aandacht is voor de persoonlijke ontwikkeling van leerlingen. De school is daar trots op. De leerlingen bevestigen dit beeld en geven aan dat ze zich gezien voelen op school. Het team hanteert duidelijke regels die ook worden gehandhaafd. De leraren bieden de leerlingen verschillende activitei­ten aan waarmee zij hun sociale vaardigheden ontwikkelen. Leerlingen uit de leerlingenraad geven aan dat zij regelmatig met de directie om tafel zitten om te bespreken waarover zij tevreden zijn of wat er in hun ogen aanpassing behoeft, onder andere in het schoolklimaat. De uitkomsten van het meest recente tevredenheidsonderzoek (februari 2017) bij leerlingen en ouders naar de sfeer en sociale omgang bevestigt het beeld dat het schoolklimaat op De Rietvink goed is.

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Schoolklimaat O K V G

SK2 Pedagogisch klimaat

De school biedt een pedagogisch klimaat waarin veel aandacht is voor de persoon­lijke ontwikkeling van leerlingen

Page 29: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

29/48

Kwaliteitszorg vraagt om heldere ambities en doelen en om een sterkere analyseDe school hanteert een kwaliteitszorgsysteem om de onderwijskwali­teit doelgericht te verbeteren. Op basis van onder andere toetsresulta­ten, groepsbezoeken, teamgesprekken en tevredenheidsonderzoeken kiest het team speerpunten voor ontwikkeling. Voorbeelden hiervan zijn het versterken van leerkrachtvaardigheden op het gebied van begrijpend lezen en rekenen, het beter analyseren van opbrengstgege­vens en het versterken van het eigen kwaliteitszorgsysteem op schoolniveau. De school slaagt erin om de leerresultaten op het gebied van taal en rekenen stapsgewijs te verhogen. De prognose voor de centrale eindtoets voor groep 8 is positief. Positief is ook dat het team voor het taal­ en rekenonderwijs streefdoelen heeft geformuleerd die passen bij de kenmerken van de leerlingenpopulatie. De school kan zich verder ontwikkelen door daarnaast doelen en ambities te formuleren voor andere vak­ en ontwikkelgebieden zoals studievaardigheden, wereldo­riëntatie en/of de sociaal­emotionele ontwikkeling. Het opstellen van ambities dan wel eigen kwaliteitswaarden geldt niet alleen voor de eindresultaten, maar ook voor de pedagogische­didactische vaardig­heden van de leraren. Daarnaast heeft de school zelf al de conclusie getrokken dat het analyseren van positieve dan wel negatieve op­brengstgegevens om verbetering vraagt. Het zou goed zijn om aspecten als het pedagogisch­didactisch handelen, onderwijstijd, schoolklimaat en leerlingbegeleiding structureel te betrekken bij het analyseren van de toetsresultaten.

Professionele cultuur biedt kansen De manier van werken binnen het team ontwikkelt zich naar een cultuur waarin leraren in toenemende mate kennis en vaardigheden met elkaar delen. Collegiale consultatie speelt hierbij een belangrijke rol. De school slaagt erin om het leren van elkaar daadwerkelijk te realiseren en niet verloren te laten gaan in de waan van de dag. Teamscholing (voeren van kindgesprekken en Bildung) en individuele scholing van leraren (waaronder een masteropleiding) maken dat het team er gemeenschappelijk aan werkt om de onderwijskwaliteit op verschillende onderdelen te versterken. De leraren participeren in leer­ en datateams en uit het gesprek met leraren blijkt een positieve houding om de leerlingen zo goed mogelijk te begeleiden in hun ontwikkeling. De gesprekkencyclus, waarin onder andere het functio­neren van de leraren ter sprake komt, vraagt om een adequate

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Kwaliteitszorg en ambitie O V G

KA1 Kwaliteitszorg ●

KA2 Kwaliteitscultuur ●

Page 30: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

30/48

planning vanuit de directie. Dit onderdeel van het personeelsbeleid, waarin de directie met de leraren praat over hun professionalisering, werd afgelopen schooljaar niet bij alle leraren gerealiseerd. De school geeft aan dat het dit schooljaar wel goed verloopt.

3.5 Cbs De Westerkim

In hoofdstuk 4 vindt u de toelichting bij onderstaande oordelen.

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Onderwijsproces O V G

OP1 Aanbod

OP3 Didactisch handelen ●

Schoolklimaat O K V G

SK2 Pedagogisch klimaat

Kwaliteitszorg en ambitie O V G

KA1 Kwaliteitszorg ●

KA2 Kwaliteitscultuur

Page 31: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

31/48

3.6 Icbs Het Koraal

In hoofdstuk 4 vindt u de toelichting bij onderstaande oordelen.

inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Schoolklimaat O K V G

SK2 Pedagogisch klimaat

Onderwijsproces O V G

OP1 Aanbod

OP3 Didactisch handelen

Kwaliteitszorg en ambitie O V G

KA1 Kwaliteitszorg

KA2 Kwaliteitscultuur

Page 32: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

32/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

In dit hoofdstuk leest u onze bevindingen van het onderzoek op icbs Het Koraal en cbs De Westerkim. Het bestuur heeft deze scholen voorgedragen voor een onderzoek op verzoek naar een goede school. De resultaten op deze scholen zijn voldoende. Verder is de basiskwali­teit volgens het bestuur sterk geborgd in deze scholen, wat ruimte geeft voor het realiseren van eigen ambities. Vooraf hebben de scholen een zelfevaluatie opgesteld aan de hand van het waarderingskader vande inspectie.

4.1 Onderzoek op verzoek goede school: icbs Het Koraal

Conclusie

Het team op Het Koraal werkt vanuit een professionele en onderzoeks­gerichte houding aan de continue verbetering van het onderwijs. Het bestuurlijke beleidsthema Bildung, ofwel brede persoonsvorming, dat we op deze school ter verificatie ook onderzochten, is goed verankerd in het aanbod en het pedagogisch klimaat op de school. De leraren geven goed les en slagen erin de leerlingen actief te betrekken bij het onderwijs. Het samen leren en onderzoeken vormt een rode draad door de school, zowel voor het team als voor de leerlingen. De school gaat uit van drie kernwaarden: professionaliteit van de leraar, eigenaar­schap van kinderen en educatief partnerschap. Deze kernwaarden zijn duidelijk zichtbaar in de onderwijspraktijk op Het Koraal.

Het beeld van de inspectie komt grotendeels overeen met het beeld dat het bestuur van de school heeft en met de zelfevaluatie die de school had opgesteld. We zijn het dan ook eens met het bestuur dat Het Koraal de waardering goed verdient.

4. Onderzoek op verzoek goede school

Het samen leren en onderzoeken vormt een rode draad door de school, zowel voor het team als voor de leerlingen

Page 33: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

33/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Hieronder vindt u de oordelen en waarderingen, gevolgd door een toelichting.

4.1.1 Onderwijsproces: breed aanbod en activerende didactiek zorgen voor grote betrokkenheid leerlingen

Bildung centraal in het aanbodHet Koraal biedt een breed en eigentijds leerstofaanbod, dat niet alleen de kerndoelen dekt, maar waarin ook de eigen ambities van de school tot uitdrukking komen. De 21e eeuwse vaardigheden nemen een

Kwaliteitsgebieden Onderwijs Totaal

Beoordeling Onderwijs

GGG V

Kwaliteitsgebieden

G

GO

Onderwijsproces

Schoolklimaat

Onderwijsresultaten

Kwaliteitszorg en ambitie

Onderwijsproces G

O V G

OP1 Aanbod

OP2 Zicht op ontwikkeling ●

OP3 Didactisch handelen

OP4 (Extra) ondersteuning ●

OP6 Samenwerking

OP8 Toetsing en afsluiting ●

Page 34: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

34/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

belangrijke plaats in het aanbod in. Het beleidsthema Bildung vormt daarbij een kapstok voor de inrichting van het onderwijs. De school omschrijft Bildung als algemene en persoonlijke vorming, waarbij leerlingen hun denkvaardigheden, persoonlijkheid en karakter ontwikkelen, zodat zij kunnen omgaan met de complexiteit van de huidige en toekomstige wereld. Onder andere via het werken in thema’s streeft de school naar betekenisvol leren en betrokkenheid van de leerlingen. Daarbij leren de leerlingen in de loop van de schoolperio­de zelf onderzoeksvragen te formuleren en beantwoorden. Onderdelen van de taalmethode, met name het schrijven van teksten en mondelinge communicatie, krijgen veelal een plaats binnen de thema’s, zodat het oefenen met deze vaardigheden functioneel wordt. Het werken aan de hand van leerlijnen op deze twee taalonderdelen kan de school nog wel steviger uitwerken.

Team zoekt naar manieren om leerlingen te betrekken bij hun eigen ontwikkelingLeraren houden zicht op de ontwikkeling van de leerlingen met behulp van een passend toets­ en observatie­instrumentarium. Naast de toetsen voor taal, lezen en rekenen brengt het team de sociale vaardigheden van alle leerlingen tweemaal per jaar in kaart. Recent heeft de school besloten de leerlingen ook te observeren aan de hand van een leerlijn samenwerken/samenspelen, belangrijke vaardigheden binnen Bildung. Voor de overige 21e eeuwse vaardigheden hanteert de school nog geen (observatie­)instrumenten. Om het eigenaarschap van leerlingen te vergroten en te werken aan educatief partnerschap met ouders voeren leerlingen tweemaal per jaar zogenoemde datamapge­sprekken met hun ouders. Daarbij laten zij aan de hand van gemaakte toetsen en ander werk zien hoe zij zich ontwikkelen en aan welke doelen zij (willen) werken. Enkele ouders die wij tijdens het onderzoek spraken, gaven wel aan dat dit niet voor alle leerlingen een fijne werkwijze is, vooral als leerlingen zich ervan bewust zijn dat ze op onderdelen achterblijven in hun ontwikkeling ten opzichte van hun leeftijdsgenootjes. Naast de positieve aspecten van de datamapgesprek­ken, vraagt dit dus aandacht van de school.De school hanteert verder een duidelijke signalerings­ en ondersteu­ningsstructuur, waarbij leraren in planningsgesprekken met de intern begeleider bespreken hoe zij de extra begeleiding van bepaalde leerlingen het beste kunnen vormgeven. Op dit moment gebruikt de school didactische groepsoverzichten en groepsplannen om de afstemming op de verschillende onderwijsbehoeften van leerlingen vast te leggen. De analyses op individueel leerlingniveau bij leerlingen die achterblijven in hun ontwikkeling kunnen wel inhoudelijker en diepgaander. Door scherper te analyseren kunnen leraren voor individuele leerlingen concretere doelen stellen, waardoor de tussentijdse evaluaties ook gerichter kunnen plaatsvinden. Nu benaderen de leraren de leerlingen per niveaugroep grotendeels op een zelfde wijze, in ieder geval in de planning en verslaglegging. Ook zou de school nog duidelijkere afspraken kunnen maken over hoe

Page 35: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

35/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

leraren hun extra begeleiding in hun logboeken vastleggen.

Leraren betrekken leerlingen door activerend lesgevenLeraren geven goed les. Ze leggen duidelijk uit en hanteren op natuurlijke wijze werkvormen die leerlingen activeren en uitdagen om actief mee te denken en samen te werken met medeleerlingen. Hiermee stimuleren leraren ook weer belangrijke vaardigheden in het kader van de brede persoonlijkheidsvorming, dus Bildung. Leraren geven op een opbouwende manier feedback, waarbij niet alleen aandacht is voor het eindproduct of het antwoord, maar ook voor de manier waarop leerlingen daartoe zijn gekomen (het proces).

Ontwikkelingsperspectieven op ordeVoor leerlingen die extra ondersteuning vanuit het samenwerkingsver­band krijgen of op een individuele leerlijn werken voor één of meer vakgebieden, stelt de school ontwikkelingsperspectieven op, die met vooraf bepaalde regelmaat geëvalueerd en eventueel bijgesteld worden. Daarbij betrekt de school zonodig externe specialisten.

Intensieve samenwerking met diverse partijenHet Koraal heeft een goede samenwerkingsrelatie met diverse externe partijen, waaronder de organisatie die het bredeschoolaanbod en de kinderopvang verzorgt. Een aantal klaslokalen wordt na schooltijd geschikt gemaakt voor naschoolse opvang. Het buitenschoolse aanbod vindt gretig aftrek. Een aantrekkelijk sportaanbod maakt hier onder­deel van uit. Een deel hiervan wordt uitgevoerd door de vakleerkracht lichamelijke opvoeding van Het Koraal, wat zorgt voor een sterke relatie tussen wat leerlingen op school en tijdens de buitenschoolse sportactiviteiten leren en laten zien. Genoemde vakleerkracht besteedt in zijn lessen op school expliciet aandacht aan buitenspelen en plezier in sporten, wat de school benoemt als aspecten van Bildung.

Wennen aan de eindtoets In 2015 maakten de leerlingen van groep 8 voor het eerst, naast de toetsen van het leerlingvolgsysteem, een onafhankelijke eindtoets. Sinds afgelopen schooljaar (2016) is dit ook de toets waarmee de school zich verantwoordt over de eindresultaten. De leerlingen moesten het eerste jaar dat deze toets werd ingezet, erg wennen, zowel aan de vorm van de toets als aan het moment van afname (na de afgifte van het schooladvies). De leraren uit de bovenbouw hebben het jaar daarna ingezet op vergroting van de motivatie van de leerlingen en aandacht besteed aan de specifieke vorm van de toets, waaronder de formulering van de opdrachten. Volgens hen zouden toetsvorm en motivatie van de leerlingen dit schooljaar geen belemmering meer moeten vormen bij het maken van de eindtoets.

Page 36: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

36/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

4.1.2 Schoolklimaat: veilig, ondersteunend en stimulerend

Hele manier van werken ondersteunt veilig en stimulerend schoolklimaatHet Koraal hanteert een duidelijk veiligheidsbeleid en monitort de sociale veiligheid van leerlingen eens per jaar. De uitkomsten van deze monitoring geven een positief beeld. De leerlingen en ouders die we hebben gesproken, bevestigen dit beeld: leerlingen voelen zich vrij om zichzelf te zijn, leerlingen die om een of andere reden kwetsbaar zijn horen er gewoon bij en er wordt vrijwel niet gepest. Naast de vaste schoolregels stellen leraren samen met hun leerlingen elk jaar groepsafspraken op. Via groepsbijeenkomsten, die vanaf een bepaalde leeftijd door de leerlingen zelf worden geleid, neemt elke groep wekelijks het reilen en zeilen in de groep door. Daarbij is aandacht voor onderwijsinhoudelijke doelen waaraan gewerkt wordt, maar vooral ook voor sociale doelen. Een onderdeel van deze groepsbijeenkomsten (‘datamuurgesprekken’) is de zogenoemde ‘kwestie’, waarbij leerlingen iets kunnen inbrengen waar ze graag verandering in zouden willen. Gezamenlijk bespreken de leerlingen mogelijke oplossingen, waarna via stemming wordt bepaald welke oplossing wordt gekozen. Op deze manier, maar ook door de vele samenwerkingsvormen, onder andere binnen de thema’s, creëert het team op natuurlijke wijze een veilig, ondersteunend en stimulerend schoolklimaat. De eerder genoemde datamapgesprekken stimuleren leerlingen ook zich te uiten over hun eigen ontwikkeling en daarover in gesprek te gaan met hun ouders. Verder organiseert de school bijvoorbeeld lessen mediawijsheid, om de leerlingen ook digitaal weerbaar te maken. Via de leerlingenraad, ten slotte, krijgen leerlingen de kans op schoolniveau mee te praten over ontwikkelingen die hen aangaan. De leerlingen die wij gesproken hebben, geven aan dat zij zich hierbij serieus genomen voelen. Een aandachtspunt is de ambitie die de school uitspreekt met betrekking tot het percentage leerlingen dat zich veilig voelt op school. Doordat de monitor die de school tot nu toe heeft gebruikt met niveauwaarden werkt, kan de school dit percentage niet inzichtelijk maken.

Schoolklimaat G

O K V G

SK1 Veiligheid

SK2 Pedagogisch klimaat

Page 37: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

37/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

4.1.3 Onderwijsresultaten voldoende

Cognitieve eindresultaten voldoendeDe cognitieve eindresultaten zijn over drie jaar bezien voldoende. Over 2014 en 2015 verantwoordt de school zich met de toetsen van het leerlingvolgsysteem in groep 8 voor Rekenen en wiskunde en Begrijpend lezen. Beide jaren liggen deze boven de ondergrens die geldt voor scholen met een vergelijkbare leerlingenpopulatie. Sinds 2016 verantwoordt de school zich met een onafhankelijke eindtoets. Dat jaar liggen de resultaten onder de ondergrens. Volgens de leraren die wij hebben gesproken was er dat jaar sprake van een groep met een grote diversiteit aan leerlingen. De school verwacht dat de eindresulta­ten in 2017 boven de ondergrens zullen liggen.

Sociale competenties ook voldoende, maar ambitie zou hoger kunnenOok de sociale competenties zijn voldoende. We baseren ons hierbij op het instrument dat de school gebruikt om welbevinden en betrokken­heid in beeld te brengen. De school geeft zelf aan tevreden te zijn als minimaal tachtig procent van de leerlingen hier positief uitkomt. Gezien de ambities rond brede persoonsvorming en een veilig en stimulerend schoolklimaat is het de vraag of Het Koraal geen hogere ambities zou kunnen uitspreken. De school hanteert nog geen instrument om maatschappelijke competenties, bijvoorbeeld gericht op democratisch burgerschap, in kaart te brengen. Dit zou een volgende stap kunnen zijn.

Doelen vervolgsucces behaald, maar kunnen nader uitgewerkt wordenOm het vervolgsucces van leerlingen in kaart te brengen, vraagt de school van het voortgezet onderwijs in welk onderwijstype hun leerlingen zich drie jaar na uitstroom bevinden. De school stelt zichzelf ten doel dat minimaal tachtig procent van de leerlingen in het onderwijstype zit dat de school had geadviseerd. Dit doel heeft de school de afgelopen jaren behaald. Een uitspraak over de vraag of de uitstroombestemming van leerlingen voldoet aan wat je van de leerlingenpopulatie van Het Koraal mag verwachten, is nog niet goed te doen, aangezien er slechts een relatief klein aantal leerlingen is dat

Onderwijsresultaten V

O K V G

OR1 Resultaten ●

OR2 Sociale en maatschappelijke compententies ●

OR3 Vervolgsucces ●

Page 38: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

38/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

de hele schoolperiode op Het Koraal heeft doorgebracht. Ook heeft de school nog niet geformuleerd wat zij reëel en tegelijkertijd voldoende ambitieus acht voor de leerlingenpopulatie als het gaat om een verdeling van uitstroombestemmingen.

4.1.4 Kwaliteitszorg en ambitie: professionele cultuur gericht op continue verbetering

Team streeft continu naar verbeteringHet team werkt op professionele wijze en in grote gezamenlijkheid aan de continue verbetering van het onderwijs; het werken aan kwaliteits­verbetering zit in de haarvaten van directie en leraren. Uitgangspunt van de school is om daarbij zoveel ‘evidence based’ te werk te gaan. In de zelfevaluatie heeft de school dit laatste verwoord als ‘verbeteren op basis van onderzoek en bewezen effectiviteit’. De school heeft doelen geformuleerd voor de resultaten voor taal, lezen en rekenen op schoolniveau. Bij de formulering van deze doelen brengt de school ook de bandbreedte tussen cognitief sterke en minder sterke leerlingen in beeld. Om na te gaan welke cognitieve resultaten Het Koraal van de leerlingen mag verwachten, neemt de school sinds twee jaar een capaciteitentest af in de groepen 5 en 6. Zo kunnen capaciteiten (leerpotentieel) en behaalde resultaten tegen elkaar afgezet worden en kan de school gerichter resultaatdoelen stellen, zowel op individueel als op schoolniveau.In het schoolplan heeft de school langetermijndoelen geformuleerd. Een uitwerking in een jaarplan van deze doelen ontbreekt nog. Het bestuur geeft aan dit wel van de scholen te verwachten, waarbij scholen jaarlijks moeten evalueren in hoeverre zij hun jaardoelen hebben gerealiseerd. Tot vorig kalenderjaar deden scholen dat in een jaarverslag (zo ook Het Koraal), vanaf dit kalenderjaar is het de bedoeling dat scholen zich uitgebreid verantwoorden via de website van Scholen op de kaart.

School maakt ambitie van lerende organisatie waarHet Koraal omschrijft zichzelf in het schoolplan als een lerende organisatie waarbij een hoog niveau van samenwerken en afstemming van het onderwijs de ambitie is. De directie spreekt van een hardwerkend,

Kwaliteitszorg en ambitie G

O V G

KA1 Kwaliteitszorg

KA2 Kwaliteitscultuur

KA3 Verantwoording en dialoog ●

Page 39: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

39/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

betrokken en gefocust team, met als een van de kernwaarden ‘de leraar als professional’. De school maakt deze ambitie ruimschoots waar. Daarbij streeft de school naar gespreid leiderschap, wat naar eigen zeggen verder gaat dan gedeeld leiderschap. De leraren werken samen in professionele leergemeenschappen (PLG’s), deels georganiseerd per bouw (‘datateams’), deels per thema (bijvoorbeeld opbrengstgericht werken, 21e eeuwse vaardigheden of meerbegaafdheid). Afhankelijk van voorkeuren en talenten pakken teamleden taken op. Teamleden geven elkaar regelmatig feedback en zeggen daarbij ook kritisch te durven zijn. Zij bereiden zich inhoudelijk goed voor op de datateam­bijeenkomsten, onder aansturing van een datacoach die daarvoor gefaciliteerd is. De directie heeft goed zicht op de kwaliteiten van de leraren. De directie stimuleert teamleden zich continu te professionaliseren, onder andere door het volgen van een master. Door middel van intercollegia­le consultatie, (flits)bezoeken door de directie en de intern begeleider en assessments voor startende leraren werkt het team aan de pedagogi­sche en didactische vaardigheden. Startende leraren of leraren die nieuw zijn op Het Koraal volgen een ontwikkeltraject, de ‘inductiefase’, waarbij zij worden meegenomen in de specifieke werkwijze van Het Koraal. Door dit voor hen apart te organiseren, buiten de PLG’s om, zorgt de school ervoor dat ondanks de sterke groei sinds de oprichting van de school bijna zeven jaar geleden, de kwaliteit van het personeel gewaarborgd blijft. Bovendien worden ervaren leraren door deze aanpak niet onnodig geremd in hun ontwikkeling.

Informatie helder, maar verantwoording kan proactiever Op de website van de school is veel belangrijke informatie voor met name ouders te vinden. Ouders moeten hier wel zelf actief naar op zoek; de school informeert hen niet zozeer via de nieuwsbrief over onderwijsinhoudelijke zaken of de eindresultaten van de school. De ouders die wij spraken tijdens ons onderzoek ervaren de directie en het team als laagdrempelig, open en duidelijk. In de eerste jaren na de oprichting had de school veelvuldig contact met een klankbordgroep voor ouders, om onderwijsinhoudelijke en praktische zaken af te stemmen. Nu het profiel van de school grotendeels is neergezet, is deze klankbordgroep – begrijpelijkerwijs – minder actief. Met de medezeg­genschapsraad heeft de school een goede samenwerkingsrelatie.

4.2 Onderzoek op verzoek goede school: cbs De Westerkim

Conclusie

Het team op De Westerkim werkt op professionele wijze aan de continue verbetering van het onderwijs. Het bestuurlijke beleidsthema Bildung, ofwel brede persoonsvorming, dat we op deze school ter

Page 40: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

40/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

verificatie ook onderzochten, sluit goed aan bij de zaken die de school naast de basisvaardigheden taal/lezen/rekenen al belangrijk vond, zoals sociaal­emotionele ontwikkeling, kunstzinnige vorming en meervoudige intelligentie. Ook wil het team meer aandacht aan 21e eeuwse vaardigheden besteden en heeft het in dit verband besloten zich te ontwikkelen tot een daltonschool. Leraren geven gedegen les en creëren een veilig en positief schoolkli­maat, waarbij zij leerlingen zoveel mogelijk betrekken bij het creëren van onderlinge verbondenheid. Het team streeft ernaar leerlingen in toenemende mate zelfstandig en (mede)verantwoordelijk te maken voor hun eigen leerproces. Samenwerking, reflectie en feedback zijn in dezen belangrijke aspecten die het team verder wil ontwikkelen. Ouders zijn zeer tevreden over de school en de mate waarin deze hen informeert over en betrekt bij het onderwijs.

Hoewel het beeld van de inspectie op een aantal standaarden verschilt van het beeld dat het bestuur van de school heeft en van de zelfevalua­tie die de school heeft opgesteld, is de inspectie het eens met het bestuur dat de onderwijskwaliteit op De Westerkim als geheel de waardering goed verdient.

Hieronder vindt u de oordelen en waarderingen, gevolgd door een toelichting.

Kwaliteitsgebieden Onderwijs Totaal

Beoordeling Onderwijs

GG VV

Kwaliteitsgebieden

G

GO

Onderwijsproces

Schoolklimaat

Onderwijsresultaten

Kwaliteitszorg en ambitie

Ook wil het team meer aandacht aan 21e eeuwse vaardig­heden besteden en heeft het in dit verband besloten zich te ontwikkelen tot een daltonschool

Page 41: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

41/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

4.2.1 Stevige basis met uitdagingen richting daltonconcept

Bildung sluit goed aan bij het brede leerstofaanbod dat de school voorstaatDe Westerkim biedt een breed en eigentijds leerstofaanbod, dat niet alleen de kerndoelen dekt, maar waarin ook de eigen ambities van de school tot uitdrukking komen. Zo vindt de school het belangrijk dat de leerlingen ook op sociaal­emotioneel en cultureel gebied een rijk leerstofaanbod krijgen. De school hanteert een methode voor de sociaal­emotionele ontwikkeling die verder gaat dan louter lessen en ook gericht is op het creëren van verbondenheid als schoolgemeen­schap. Daarbij leren de leerlingen conflicten zoveel mogelijk samen op te lossen. Om de lessen kunstzinnige vorming meer diepgang te geven zet de school (tijdelijk, met subsidie) vakdocenten in, die zelf lessen verzorgen en daarnaast de vaste docenten begeleiden bij het vormge­ven van dergelijke lessen. Omdat het team de 21e eeuwse vaardigheden een steviger plaats in het curriculum wil geven, heeft de school besloten zich tot daltonschool te ontwikkelen. Vorig schooljaar heeft het team hiervoor scholing gevolgd. Door de aandacht voor deze daltonontwikkeling is de expliciete aandacht voor Bildung wat op de achtergrond geraakt. Toch staat de school achter dit bestuursbrede beleidsthema en kijkt het team hierdoor bewuster naar de mate waarin het het brede spectrum van de acht ‘sferen’ die het bestuur onder deze noemer schaart, verwerkt in het aanbod. Voor leerlingen die meer dan gemiddeld begaafd zijn, heeft de school een aantrekkelijk verrijkingsaanbod, met onder andere Spaans, schaken en archeologie. Een ontwikkelpunt is het aanbod voor leerlingen met een anderstalige achtergrond. Hoewel de leraren bij deze leerlingen wel alert zijn op de woordenschat in het reguliere lesmateriaal, bieden zij deze leerlingen met name in de midden­ en bovenbouw niet expliciet extra woordenschat aan.

Onderwijsproces V

O V G

OP1 Aanbod

OP2 Zicht op ontwikkeling ●

OP3 Didactisch handelen ●

OP4 (Extra) ondersteuning ●

OP6 Samenwerking ●

OP8 Toetsing en afsluiting ●

Page 42: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

42/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

Voldoende zicht op de ontwikkeling, maar meer diepgang mogelijk in analyse bij leerlingen die binnen de groep extra begeleid wordenLeraren houden zicht op de ontwikkeling van de leerlingen met behulp van een passend toets­ en observatie­instrumentarium. Naar aanlei­ding van de uitslagen op met name methodeonafhankelijke toetsen deelt de school de leerlingen in drie niveaugroepen in. Waar nodig worden de taal­ en rekenspecialisten betrokken voor het uitvoeren van pedagogisch­didactische onderzoeken. Dit schooljaar is een nieuwe intern begeleider begonnen op De Westerkim. De school ziet dit schooljaar als een overgangsjaar waarin de directie nog de groepsge­sprekken met de leraren uitvoert en met hen bespreekt welke extra begeleiding bepaalde leerlingen nodig hebben. De intern begeleider vervult op dit moment een relatief groot deel van haar taak als remedial teacher. De handelingsplannen die zij hanteert zijn van goede kwaliteit. Voor de leerlingen die binnen de groep worden begeleid via extra instructie, hebben leraren echter slechts beperkt vastgelegd waar deze extra ondersteuning op is gericht. Leraren geven aan dat zij zich vooral richten op uitslagen van methodegebonden toetsing bij de invulling van hun extra instructie. Het is echter belangrijk ook consequent na te gaan en (beknopt) vast te leggen hoe het kan dat leerlingen uitvallen op methodeonafhankelijke toetsen, die de ontwikkeling over een langere periode meten. Daarmee kunnen leraren hun extra instructie gerichter inzetten voor de betreffende leerlingen. Ook verdient, zoals bij leerstofaanbod al benoemd, het aan­bod en de gerichte begeleiding voor leerlingen met een anderstalige achtergrond aandacht.

Leraren geven gedegen les, daltonconcept biedt kansen voor verdiepingLeraren leggen duidelijk uit en creëren een plezierige werksfeer, waarin leerlingen voldoende betrokken zijn. Het daltonconcept waar het team zich in bekwaamt, biedt kansen om het onderwijs uitdagender te maken en leerlingen nog meer te activeren en meer eigenaar van hun eigen leerproces te laten zijn. Het stimuleren van samenwerken en geven van goede feedback zijn scholingsonderwerpen die in dit verband nog dit schooljaar in de planning staan.

Ontwikkelingsperspectieven grotendeels op ordeVoor leerlingen die extra ondersteuning vanuit het samenwerkingsver­band krijgen of voor meerdere vakgebieden op een lagere leerlijn werken, stelt de school ontwikkelingsperspectieven en/of handelings­plannen op. Daar waar de intern begeleider (een deel van) de begelei­ding op zich neemt, is de kwaliteit hiervan op orde. Voor leerlingen die alleen bij rekenen meedoen in een lagere groep, heeft de school nog niet de gewoonte om consequent ontwikkelingsperspectieven op te stellen, met einddoelen voor groep 8 en daarvan afgeleid halfjaarlijkse tussendoelen. Dit is wel de bedoeling en kan de leraren helpen om gerichter te evalueren of een leerling voldoende vooruitgaat of dat wellicht nog andere aangepaste ondersteuning nodig is. Overigens zijn

Page 43: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

43/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

er ook leerlingen die met rekenen meedoen in een hogere jaargroep en in groep 8 wiskundestof uit het voortgezet onderwijs aangeboden krijgen.

Samenwerking met diverse partijenDe Westerkim werkt samen met diverse externe partijen, waaronder de organisatie die het bredeschoolaanbod en de kinderopvang verzorgt en partijen rond de zorg voor leerlingen. De school denkt actief mee over de invulling van het buitenschoolse aanbod. De doorgaande lijn vanuit de peuterspeelzaal kan op onderdelen nog wel versterkt worden. Doordat De Westerkim geen officiële vve­school is, vraagt dit relatief meer initiatief van de school en peuterspeelzaal zelf. Ook zou de school graag meer samenhang creëren tussen het schoolse en het buiten­schoolse aanbod.

Systematiek van toetsing en advisering in ordeDe school hanteert een zorgvuldige procedure bij het afnemen van toetsen en bij de advisering naar het voortgezet onderwijs. Schoolspe­cifieke ambities zouden bijvoorbeeld kunnen gaan over hoe de school de vaardigheden bij de leerlingen in kaart kan brengen die het team in het kader van het daltonconcept nastreeft.

4.2.2 Veilig en ondersteunend schoolklimaat, met belangrijke rol leerlingen

Leerlingen betrokken bij creëren veilig en stimulerend schoolklimaatDe Westerkim hanteert een duidelijk veiligheidsbeleid en monitort de sociale veiligheid van leerlingen eens per jaar. De uitkomsten van deze monitoring geven een positief beeld. De leerlingen en ouders die we hebben gesproken, bevestigen dit beeld: iedereen hoort erbij, ongeacht achtergrond of bijzonderheden en er wordt vrijwel niet gepest. Als er zich wel incidenten voordoen of als het op sociaal­emoti­oneel gebied met een leerling minder goed gaat, spant de school zich volgens de ouders die we gesproken hebben tot het uiterste in om dit op te lossen. Zoals hierboven al benoemd, hanteert de school een methode voor sociaal­emotionele ontwikkeling die in de breedte gericht is op het creëren van onderlinge verbondenheid. Leerlingmedi­

Schoolklimaat G

O K V G

SK1 Veiligheid

SK2 Pedagogisch klimaat

Page 44: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

44/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

atoren worden opgeleid en ingezet om te helpen eventuele conflicten op te lossen. De leerlingen uit de leerlingenraad die we hebben gesproken, voelen zich serieus genomen. Minimaal vier keer per jaar is er in elke groep een groepsvergadering om met elkaar te praten over het reilen en zeilen in de groep. Verder staat er wekelijks een schoolregel centraal, die wordt geïntroduceerd via een toneelstukje bij de gezamen­lijke weekopening. Ten slotte organiseert de school lessen mediawijs­heid en lessen om cyberpesten, vooroordelen en discriminatie tegen te gaan en in de hogere groepen weerbaarheidstrainingen.Een aandachtspunt is de ambitie die de school uitspreekt met betrekking tot het percentage leerlingen dat zich veilig voelt op school. Doordat de monitor die de school tot nu toe heeft gebruikt met niveauwaarden werkt, kan de school dit percentage niet inzichtelijk maken.

4.2.3 Onderwijsresultaten positief en stabiel

Cognitieve eindresultaten ruim voldoendeDe cognitieve eindresultaten zijn over drie jaar bezien ruim voldoende; de eindresultaten van 2016 liggen zelfs boven de bovengrens die voor dat jaar geldt voor scholen met een vergelijkbare leerlingenpopulatie. Met ingang van 2017 hanteren wij voor de waardering ‘goed’ geen bovengrens meer. Het is aan de school zelf om ambitieuze en passende doelen te formuleren voor hun eindresultaten en vervolgens na te gaan of zij deze gedurende een aantal jaren realiseren.

Sociale competenties voldoende, ambitie kan explicieterOok de sociale competenties zijn voldoende. We baseren ons hierbij op het instrument dat de school gebruikt om welbevinden en betrokken­heid in beeld te brengen. Dit instrument bestaat uit vragenlijsten die de leraren invullen en vragenlijsten die de leerlingen zelf invullen. De afgelopen drie schooljaren ligt het percentage leerlingen dat hier op basis van de vragenlijst van de leraar in groep 8 positief uitkomt, rond de 90%. Echter, de leerlingenvragenlijsten van de afgelopen drie jaar van groep 8 liggen weliswaar rond het landelijk gemiddelde, maar op een substantieel minder hoog niveau dan die van de leraar. De school denkt er wel over na hoe dit verklaard zou kunnen worden, maar heeft

Onderwijsresultaten V

O K V G

OR1 Resultaten ●

OR2 Sociale en maatschappelijke compententies ●

OR3 Vervolgsucces ●

Page 45: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

45/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

dit nog niet nader uitgezocht. Ook heeft de school nog niet geëxplici­teerd met welk percentage op beide vragenlijsten zij tevreden is. De school hanteert verder nog geen instrument om maatschappelijke competenties, bijvoorbeeld gericht op democratisch burgerschap, in kaart te brengen. Dit zou een volgende stap kunnen zijn.

Doelen vervolgsucces kunnen nader uitgewerkt wordenDe school houdt zorgvuldig bij welke adviezen voor voortgezet onderwijs zij jaarlijks uitbrengt en is over het algemeen tevreden over de juistheid van deze adviezen. De school is van mening dat gekeken zou moeten worden naar het uiteindelijk behaalde vo­diploma, om de kwaliteit van de advisering werkelijk goed te kunnen evalueren. Dit brengt de school echter nog niet consequent in kaart en evenmin heeft de school zichzelf hieromtrent doelen gesteld. Ook heeft de school nog niet geformuleerd wat zij reëel en tegelijkertijd voldoende ambitieus acht voor de leerlingenpopulatie als het gaat om een verdeling van uitstroombestemmingen.

4.2.4 Kwaliteitszorg en ambitie: professionele cultuur en goede dialoog met ouders

Team gericht op kwaliteitsverbetering, aanpak kan wel planmatigerHet team toont zich professioneel en werkt onder aansturing van een gedreven directie aan de continue verbetering van het onderwijs. Sinds het laatste inspectieonderzoek in 2012 heeft de school schoolspecifieke doelen geformuleerd voor de resultaten voor taal, lezen en rekenen op groeps­ en schoolniveau. Het team evalueert de resultaten consequent en onderneemt actie als deze tegenvallen. Daarbij valt op dat de resultaten schoolbreed ook tijdens de schoolperiode op ruim voldoen­de tot goed niveau liggen.De school kan de kwaliteitsontwikkeling wel planmatiger aanpakken. Nu formuleert de directie borgings­ en vervolgacties in het jaarverslag van het vorige kalenderjaar. De directie heeft echter niet geformuleerd welke concrete doelen ze met deze acties nastreeft en heeft ze ook niet uitgewerkt in een tijdsplanning met daarbij een verantwoordelijk­heidsverdeling. Bovendien wordt het jaarverslag jaarlijks pas in maart/

Kwaliteitszorg en ambitie G

O V G

KA1 Kwaliteitszorg ●

KA2 Kwaliteitscultuur

KA3 Verantwoording en dialoog

Page 46: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

46/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

april in definitieve vorm opgesteld, waardoor dus een groot deel van een schooljaar niet gewerkt wordt aan de hand van concrete doelen en een vooraf bepaalde planning. De directie geeft aan dat het bestuur vooralsnog niet iets als een jaarplan vraagt van de scholen, maar ziet er wel de toegevoegde waarde van in, evenals van de suggestie om werkgroepen met een gericht plan van aanpak te laten werken. Overigens werkt de school wel met een meerjarenbeleidsplan, waarin de gewenste ontwikkeling over een periode van vier jaar in grote lijnen is vastgelegd.

Professioneel teamHet team van De Westerkim werkt consciëntieus aan kwaliteitsontwik­keling, waarbij leren van en met elkaar een belangrijke leidraad vormt. Het team heeft al jaren de gewoonte frequent intercollegiale consulta­ties bij elkaar af te leggen, naast de lesbezoeken door de directie, coördinatoren van verschillende werkgroepen en externe begeleiders. Teamleden geven elkaar gericht feedback en zeggen daarbij ook kritisch te durven zijn. De directie heeft voldoende zicht op de kwaliteiten van de leraren en stimuleert hen zich continu te professionaliseren. Bij de verdeling van taken houdt zij zoveel mogelijk rekening met talenten en interesses van de verschillende teamleden. De daltonscholing die het team afgelopen schooljaar heeft gevolgd, vormt op dit moment de belangrijkste leidraad bij het werken aan kwaliteitsontwikkeling. De school neemt stapsgewijs de verschillende daltonpijlers door, legt afspraken omtrent de concrete invoering hiervan vast en streeft ernaar volgend schooljaar officieel als dalton­school gecertificeerd te kunnen worden. De school waardeert de scholingen die het bestuur organiseert op het gebied van Bildung. Deze zorgen voor meer bewustwording. Wel zouden sommige leraren scholing gericht op een meer praktische invulling ervan op prijs stellen.

Ouders actief betrokken bij schoolontwikkeling en tevreden over verantwoording door schoolDe school onderneemt allerlei activiteiten om ouders te informeren over en te betrekken bij de schoolontwikkeling. Zo is er de wekelijkse nieuwsbrief, het jaarverslag en de website, maar de school organiseert ook themabijeenkomsten in de ouderkamer en een jaarlijkse vergade­ring voor ouders. In deze jaarvergadering verantwoordt de school zich over het afgelopen schooljaar en kijkt zij vooruit naar het komende jaar. De zoektocht om meer ouders naar dergelijke bijeenkomsten te trekken, is een blijvend aandachtspunt van directie en medezeggen­schapsraad. Naast de medezeggenschapsraad is een schooladviesraad actief, een klankbordgroep van ouders die de directie gevraagd en ongevraagd advies geeft. Met beide raden heeft de school een goede samenwerkingsrelatie.

Page 47: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

47/48inspectie van het onderwijs – vierjaarlijks onderzoek

In z’n algemeenheid hebben wij als bestuur, maar ook de betrokken medewerkers van de scholen, het onderzoek als weliswaar intensief maar ook als stimulerend ervaren. De analyses van zowel de bestuurs­gesprekken als van de onderzoeken op de scholen riepen bovenal herkenning op. Het nieuwe toezichtskader sluit beter aan bij de reguliere verhoudingen in het onderwijs. Het is goed en stimulerend om terug te lezen dat een aantal zaken goed is belegd binnen Agora en binnen de scholen en dat dit wordt herkend. Tegelijkertijd is het onderzoek ook een prikkeling om een aantal onderdelen van onze kwaliteitsontwikkeling intensiever op te pakken. We noemen er enkele: · In de beleidsvorming en –uitvoering zullen we, ondersteund door

scholing van leidinggevenden en medewerkers, meer en vooral explicieter aandacht besteden aan het cyclisch kwaliteitsdenken (de zgn. Deming­circle van verbetering).

· Zicht op ontwikkeling is een belangrijke indicator die, naar blijkt bij onze scholen, minder goed belegd is of onvoldoende zichtbaar wordt gemaakt. Ook deze zal in methodiek en professionalisering worden opgepakt.

· In het interne kwaliteitsbeleid zal de structuur van de management­gesprekken worden aangepast naar een wijze die meer recht doet aan de professionele verantwoordelijkheden en ontwikkelingen. Scholen zullen enerzijds door audits en een goed managementinfor­matiesysteem (UltimView) meer informatie en feedback krijgen over de stand van zaken, maar zich anderzijds ook actief verantwoorden richting bestuur (concrete opdrachten en kritische bevraging).

Ten aanzien van de opbrengsten zijn we het met de inspectie eens dat deze ten aanzien van een aantal doelgroepen hoger kunnen zijn door intensivering. Ook dit onderdeel pakken we als bestuur graag op. We zullen hierbij altijd oog blijven houden voor de balans tussen het ‘duwen’ op de opbrengsten (de lat ligt hoog!) en het realiseren van passend onderwijs, de brede ontwikkeling van kinderen en de mogelijkheden van medewerkers.Het onderzoek heeft ons zeer bruikbare feedback opgeleverd! Ten aanzien van een tweetal scholen geldt dat deze de kwalificatie ‘goed’ hebben ontvangen. Ook dit werkt stimulerend, ook naar andere scholen. We zullen in de nabije toekomst, liefst ook al op korte termijn, graag meer scholen voordragen voor dit kwaliteitsonderzoek.

5. Reactie van het bestuur

Page 48: Agora, stichting voor bijzonder primair onderwijs in de ......Op schoolniveau zijn twee typen onderzoeken uitgevoerd. Op de volgende scholen hebben we een verificatieonder ... zoals

Inspectie van het OnderwijsPostbus 2730, 3500 GS Utrechtt­algemeen 088 6696000 t­loket (voor vragen van ouders) 088 6696060