Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie Hoge Raad van Artsen … · 2018-04-27 · Advies Gemengde...
Embed Size (px)
Transcript of Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie Hoge Raad van Artsen … · 2018-04-27 · Advies Gemengde...

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
1
Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie
Hoge Raad van Artsen-Specialisten en van
Huisartsen
d.d. ….
Specifieke erkenningscriteria van geneesheren-
specialisten, stagemeesters en –diensten
voor de discipline Oftalmologie
Samenstelling Gemengde Werkgroep:
- Voorzitter: Marnix Claeys
- Vice Voorzitters: Veva De Groot en Sabine Bonnet
- Leden: Jacqueline Koller, Bernadette Masson, Demet Yuksel, Marie-José
Tassignon, Paul De Munck, Marc Moens, Bart Leroy, Ingele Casteels, François
Willermain, Johan Blanckaert
- FOD Volksgezondheid: Patrick Waterbley, Julie Leroy, Joëlle Pieters, Sabine
Debled, Machteld Gheysen
I. SITUERING
Er is een adviesaanvraag d.d. 30.08.2016 van mevr. de Minister van
Volksgezondheid Maggie De Block, (cfr bijlage 1)
De adviesaanvraag betreft zowel
- de actualisatie van de erkenningscriteria voor artsen oftalmologen (M.B. 26 april
1982)
- als een adviesaanvraag aan de Hoge Raad artsen en aan de Nationale Raad voor
paramedische beroepen inzake optometrie en eventueel de optiek. Er wordt
verwezen naar een eerder advies van de Nationale Raad voor paramedische
beroepen aangaande de orthoptie.

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
2
Voor de actualisatie van de erkenningscriteria Oftalmologie wordt een conceptueel
advies verwacht en dus meer dan een ontwerp M.B. De Hoge Raad voor Artsen-
Specialisten en Huisartsen hebben een template opgemaakt als leidraad. Het
templaat zorgt voor meer uniformiteit over de medische disciplines heen.
Er is een M.B. 23.04.14 (recent gewijzigd, MB 13.09.16) met transversale criteria.
Een specifiek M.B.-oftalmologie kan ervan afwijken indien er expliciete motivatie kan
gegeven worden door de Werkgroep Oftalmologie gezien uniformiteit zoveel
mogelijk nagestreefd wordt vanwege de Hoge Raad voor Artsen-Specialisten en
Huisartsen. Er kunnen langere overgangsmaatregelen of een eigen voorstel
geadviseerd worden.
De bijzondere criteria Oftalmologie daterend van het MB 26 april 1982 zijn actueel
nog steeds geldig. Het advies verder hier geformuleerd dient als basis om tot een
nieuw MB te komen. De vastlegging van de erkenningscriteria is een federale
materie. De Minister laat zich hiertoe adviseren door de Hoge Raad van Artsen-
Specialisten en Huisartsen die deze gemengde Werkgroep Oftalmologie heeft
opgericht.
De opvolging van de stageplannen en het toekennen van de erkenning als
oftalmoloog is de bevoegdheid geworden van de gefedereerde entiteiten, uitgevoerd
via de Erkenningscommissies per medisch discipline.
De erkenningscriteria Oftalmologie en competenties moeten eerder dynamisch
aangepakt worden. Deze zouden moeten evolueren met het beroep. Een nieuwe
toekomstige update kan beter op geregelde tijdstippen worden doorgevoerd. De
heel nieuwe context waarin de Oftalmologie wordt uitgevoerd actueel, gaat in de
toekomst nog grote wijzigingen ondergaan. De patiënt is nu een actieve partner
geworden in een pluridisciplinair team van artsen (geriater, endocrinoloog,
neuroloog enz.) en andere zorgverstrekkers, dit allemaal binnen het kabinet van de
oftalmoloog. Om de kwaliteit en veiligheid te blijven garanderen is het noodzakelijk
dat alle medische en paramedische oogzorgverstrekkers tezamen werken op één
plaats.
Actualisatie van de erkenningscriteria Oftalmologie is eveneens een noodzaak
geworden omdat het belang van communiceren in grote mate is toegenomen met de
patiënt en andere zorgverstrekkers. De patiënt is mondiger geworden, en hierbij
werkt de oftalmoloog niet meer alleen maar tezamen met een groep specialisten.
En om hierbij nog tijdens dezelfde raadpleging de ASO op te leiden vraagt allemaal
bijkomende tijd. De verbetering van de opleiding kan alleen succesvol zijn als
diegenen die voor de opleiding wensen in te staan ook voldoende financieel
gecompenseerd worden. Om de leercurve te verkorten van de operatieve
vaardigheden zou van overheidswege moeten geïnvesteerd worden in wetlab-ruimte
of simulatietraining via Virtual Reality.

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
3
Dit advies is tot stand gekomen dankzij de samenwerking tussen met de
vertegenwoordigers van de universitaire diensten Oftalmologie tezamen met het
Oogartsensyndicaat (SOOS) en de Belgische Beroepsvereniging voor Oftalmologen
(BBO), in overleg met de vertegenwoordigers van de Hoge Raad voor Artsen-
Specialisten en Huisartsen alsook vertegenwoordigers van FOD Volksgezondheid.
Er moet rekening gehouden worden met de Europese Richtlijn beroepskwalificaties
20054/36/EC.
Bestaande wetgeving
- België: MB van 23.04.14 (BS 27 mei 2014) tot vaststelling van de algemene
criteria voor de erkenning van geneesheren-specialisten, stagemeesters en
stagediensten met wijzigingsbesluit MB 13.09.2016
- Wet van 10 mei 2015 i.v.m. gezondheidsberoepen
http://www.ejustice.just.fgov.be/cgi_loi/change_lg.pl?language=nl&la=N&cn
=2015051006&table_name=wet
- KB 25 november 1991 met lijst van bijzondere beroepstitels voorbehouden
aan de beoefenaars van de geneeskunde
- KB 21 april 1983: met nadere maatregelen voor erkenning van Geneesheren
Specialisten en van Huisartsen
- Europese richtlijn 2005/36/EC http://eur-lex.europa.eu/legal-
content/EN/TXT/PDF/?uri=CELEX:02005L0036-
20160524&qid=1470388005298&from=EN
- Procedure herziening hoge raad (bijlage)
Buitenlandse voorbeelden erkenningscriteria voor de discipline:
- Binnen EU:
o Nederland
http://www.oogheelkunde.org/sites/www.oogheelkunde.org/files/files/
2009%2003%2010%20MOON%20eindversie%20met%20aanpassinge
n.pdf
o Ierland
http://www.eyedoctors.ie/trainees/downloads/ICO%20Curriculum%20
STMO.pdf
o Groot-Brittannië: link http://curriculum.rcophth.ac.uk/
o Europese via EBO (bijlage logboek) http://ebo-
online.org/newsite/committee/residency_rev/requirements.asp
- International Council of Ophthalmology:
http://www.icoph.org/dynamic/attachments/curriculum_documents/pdf_doc/
updated-ico-residency-curriculum.pdf

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
4
II. VISIETEKST
II.1 Aandachtspunten zijn:
- Patiënten profiel: veranderende epidemiologische gegevens, andere
ziektebeelden, impact veroudering bevolking, immigratie & gezinshereniging. ..
- Nieuwe technologieën, breuklijnen in de wetenschap (personalised medicine,
beeldvorming, interventioneel of niet interventionele benadering) behandelbare
erfelijke en leeftijdsgebonden vasculaire oogaandoeningen, voorheen
onbehandelbaar, waardoor de impact van de oogziekten op de arbeidsmarkt en
invaliditeitsuitkeringen daalt.
- Hogere toename aan technische prestaties in de Oftalmologie i.v.m. andere
medische specialismen: er is een sterkere toename van vraag naar Oogzorg i.v.m.
andere medische specialismen door de veroudering van de bevolking
- Patiënt empowerment: publieke gewaarwording dat bepaalde oogafwijkingen
corrigeerbaar of behandelbaar zijn geworden. (Zoals de micro vasculaire retinale
vaatafwijkingen, diabetische retinopathie, leeftijdsgebonden maculopathie, refractie
stoornissen
- Psychologische, sociale en andere benaderingen: visus beperking in het
algemeen is volgens studies de reden voor depressie bij ouderen en verhoogde
valneiging. Sommige visusbeperkingen zijn behandelbaar bij ouderen.
- Team aanpak met andere medische disciplines en andere zorgberoepen
(interdisciplinair). Vb met medische discipline geriater, endocrinoloog, neuroloog,
erfelijkheid,.. En andere oogzorgberoepen zoals bachelor oogzorg en opticien.
- Kwaliteits- en veiligheid van de zorg: imperatief dat de geneesheer specialist
in oftalmologie de oriëntering van de patiënt naar de diverse echelons van de
oogzorg coördineert en bepaalt.
- Grote takken binnen de discipline, al dan niet nood tot (verdere)
subspecialisatie. Voor- en nadelen van verdere subspecialisatie (bv-tekorten aan
manpower: onvoldoende paramedische geschoolden bachelor oogzorg) …
- Evolutie van de Diagnostische en therapeutische behandelingen op
microniveau van oog. Meer kennis van de micro vasculaire en micro retinale
afwijkingen op erfelijk en biologisch vlak gefaciliteerd door de huidige beeldvorming
op micro niveau: OCT SLO, etc.,.

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
5
- Verdere evolutie van oogzorg naar zeer technologische gespecialiseerde
behandelingen zowel extramuraal als intramuraal: o.a. laserchirurgie, robot
chirurgie, etc,.. Maar met de uitdaging hierbij om toegankelijk te blijven. De
oogzorgen zo dicht mogelijk bij de patiënt te kunnen blijven aanbieden wegens de
sterke toename van de oogpathologie met de vergrijzing van de bevolking.
- Technologische vooruitgang met e-health toepassingen of e-health apps
II.2. Aanpak
Welke aanpak stelt de Gemengde Werkgroep voor als antwoord op de vermelde
uitdagingen?
Aanpak vooropgestelde uitdagingen:
Voorrang geven aan aandoeningen waarvoor een preventief optreden wenselijk is
en behandelbare aandoeningen.
1 centrale plaats waar oogproblemen van alle aard worden onderzocht en/of
behandeld met convergentie van de oogzorg actoren en/ of elektronische of digitale
beelden gecreëerd via gezondheid apps toepassingen.
- kabinet oogarts, de centrale plaats waar patiënt zicht toe richt.
- De patiënt is zich meestal niet bewust van zijn oog”gezond- of
ONgezondheid”. Verwaarlozen van deze ongezondheid in het beginstadium aan te
pakken leidt tot een hoger kost voor de gemeenschap. Zelfs met e-health apps is de
centrale plaats om die te verwerken de oogarts en het elektronische
patiëntendossier. Analyse van de medische informatie van de patiënt doorgestuurd
door de app vergt een grondige medische kennis. Om dubbele onderzoeken te
vermijden is een niet hack-bare of een versleutelde integratie in het Elektronische
patiëntendossier primordiaal.
- Vermijden van ontdubbelen dure apparatuur, samenwerking diverse oogzorg
echelons rondom de patiënt met respect voor vlotte toegankelijkheid. Hierbij zijn de
extramurale oogheelkundige centra een grote troef om hoogtechnologische
oftalmologie dicht bij de patiënt te brengen. De kleinschalige extramurale oogcentra
kunnen flexibel de nieuwe evoluties opvangen, met een efficiëntere oogzorg als
gevolg.
- Een wettelijk kader creëren voor kwaliteit en veiligheid van de oogzorg in alle
extramurale oogcentra is nodig. Daarbij moet worden voldaan aan bepaalde
kwaliteits- en veiligheidsvereisten en moeten er regelmatig controles worden
uitgevoerd, opgelegd door een apart opgerichte Werkgroep Extramurale

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
6
Oogheelkunde. We pleiten ervoor om de bestaande kwaliteits- en veiligheidsnormen
die al tussen bepaalde centra zijn overeengekomen verder kan worden opgevolgd en
georganiseerd niet door de beroepsgroep alleen, maar tezamen met de overheid.
Dit is van toepassing in de aanpassing van de wet van 10 mei 2015 inzake de
kwaliteitsvolle praktijkvoering van de gezondheidszorg
- De oogzorg dient georganiseerd te worden dat de centrale positie en de
autonomie van de patiënt bevestigd en versterkt wordt en de zorg voor de patiënt in
alle dimensies toegankelijk blijft – betaalbaar, zorg zo dicht mogelijk bij huis.
- Echelonering uitvoerbaar met centrale plaats patiënt. De patient wordt geleid
in zijn zoeken naar de juiste oogzorg via 1 centrale plaats, namelijk het oogarts
kabinet. Ook indien gezondheidsapps gebruikt zouden worden of digitale beelden
van patiënt verstuurd worden is dit een primordiaal gegeven.
- Het oude model van Oogzorg is te hiërarchisch gestructureerd is en waarin
geïntegreerde gezondheidszorg afwezig is. Dit is achterhaald. Efficiënt
samenwerken met de paramedicus in het kabinet van de oogarts bij de oogzorg voor
een patiënt leidt tot hogere kwaliteit.
- De bachelor oogzorg heeft eigen expertise en is op hun manier onmisbare
schakel in de oogzorg voor de patiënt. We moeten met elkaar samenwerken rond
die patiënt, als een gestroomlijnd multidisciplinair team. Een zekere vorm van
functionele hiërarchie blijft nodig voor een duidelijke organisatie van de oogzorg,
maar dit mag de dialoog tussen de verschillende oogzorgverleners niet in de weg
staan.
- Onderscheid planbare en dringende oogzorg.
Keuze maken of de refractieve stoornissen via brillen en contactlenzen RIZIV
terugbetaald moeten blijven
Indien nee => allocatie middelen naar pathologie
Indien ja => vanaf welke hoegrootheid van refractieafwijkingen terugbetaling
Preventie als speerpunt: ook de vaststelling dat een oog normaal is , is een
diagnose.
ALGEMENE UITDAGING: informatie naar bevolking over Oogzorg model.
Het zal van belang zijn dat de bevolking op repetitieve wijze geïnformeerd wordt
omtrent de centrale positie van de patient en uniforme toegang tot het oogarts
kabinet voor de planbare oogzorg. Hoe beter de bevolking geïnformeerd is, hoe
beter de planbare oogzorg kan worden georganiseerd rondom de patiënt , met
kostenbesparing voor de maatschappij.

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
7
De investering van een PR campagne kan gerecupereerd worden door te verzekeren
dat hierdoor de patiënt de “JUISTE” ingangspoort voor planbare oogzorg neemt.

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
8
III. DEMOGRAFISCHE GEGEVENS – vraag en aanbod
Conclusion: number of ophthalmologist has to stay stable the next 10 years
III.1. Epidemiologische gegevens rond de vraag en prognose
III.2. Demografie van het aanbod:
Een analyse van het aantal actieve professionals, hun leeftijdsdistributie, de nieuwe
aankomende cohortes (artsen in opleiding) worden besproken
De gepubliceerde studies van de FOD Volksgezondheid zijn hier nuttig:
http://overlegorganen.gezondheid.belgie.be/nl/documenten/hwf-artsen-op-de-
arbeidsmarkt-2004-2012
http://organesdeconcertation.sante.belgique.be/fr/documents/hwf-medecins-sur-le-
marche-du-travail-2004-2012
http://overlegorganen.gezondheid.belgie.be/sites/default/files/documents/jaarversla
g_2015_nl.pdf
http://organesdeconcertation.sante.belgique.be/sites/default/files/documents/rapan_
2015_fr.pdf
http://organesdeconcertation.sante.belgique.be/sites/default/files/documents/note_2
016_double_cohorte_fr.pdf
http://overlegorganen.gezondheid.belgie.be/sites/default/files/documents/note_2016
_double_cohorte_nl.pdf
https://5199.f2w.fedict.be/sites/default/files/documents/5._basisscenario_-_109_-
_oftalmologie.pdf
https://5199.f2w.fedict.be/sites/default/files/documents/5._basisscenario_-_109_-
_oftalmologie.pdf

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
9
L’offre d’ophtalmologues par habitant en Belgique semble excellente
(10,6/100 000habitants).
La Belgique se place dans les 6 premiers pays dont l’offre dépasse 10/100 000
habitants : Grèce (19,2), Thécoslovaquie (12) Italie (11,3), Finlande (10,6), Latvia
(10,5).
Cfr tableau de l’UEMS 2010 infra
En 2012 il y a en Belgique 1306 ophtalmologues au total, ou bien 12.2
ophtalmologues par 100.000 habitants.
Pourquoi la demande semble pourtant insatisfaite ?
- les moyens de dépistage des pathologies oculaires ont fortement évolués
- vieillissement de la population avec une nette recrudescence des pathologies
comme la dégénérescence maculaire, les maladies neuro-dégénératives
- une recrudescence des troubles réfractifs associée à une exigence accrue des
aptitudes visuelles au travail : travail sur écran, augmentation du temps de travail,
outils informatiques et audio-visuels stimulant fortement la vision
- l’évolution des sciences de la vision a été accompagnée par une augmentation
importante des nouvelles technologies, tant comme aide au diagnostic que pour
améliorer le traitement
Voici le résumé de l’étude réalisée par Pieter-Jan Miermans « Résultats du couplage
des données PlanCAD SPF SSCAE – Dtatawarehous MT&PS – INAMI » : médecins
spécialsite en Ophtalmologie sur le marché du travail 2012.
L’étude permet d’avoir un « état des lieux quantifié » de l’activité de la
profession.
! Pas une explication sur les tendances et différences
! Pas de lien avec facteurs explicatifs :
• Composition de la population • Modèle socio-économique de consommation des soins • Historique des spécialités • Évolution de la législation de la santé

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
10
• Particularité géographique
! Références géographiques à partir du « domicile » du professionnel
! ETP (équivalent temps plein) calculé à partir du remboursement INAMI
Afin de permettre une prise en charge de qualité avec une disponibilité accrue, il
existe une nécessité pour l’ophtalmologue de s’entourer d’un personnel paramédical
ayant bénéficié d’une formation adaptée avec un diplôme de bachelier en soins
oculaires. Les actes techniques permettant un diagnostic de qualité peuvent être
confiés par l’ophtalmologue au paramédical. La répartition des tâches est faite de
manière pertinente par le médecin spécialiste. Cela permettra d’accueillir plus de
patients, de réaliser un examen clinique plus complet et de permettre une aide
thérapeutique plus adaptée en confiant certaines réadaptations visuelles au bachelier
en soins oculaires.
Les nombres d’ophtalmologues sont calculés à partir du code INAMI :
370 (médecin spécialiste en ophtalmologie) -> 995 + 9 (autre ?)
374 (médecin spécialiste en ophtalmologie + spécialiste pour la revalidation
fonctionnelle et professionnelle des handicapés) -> 16
! 286 sans prestations INAMI en 2012 à cause des délais engendrés par les
démarches administratives et les règles de cumul des agréments, dont 95
personnes sans prestations INAMI qui viennent d’un autre pays
TOTAL 1306 ophtalmologues
! 20,60 % sont sans activité enregistrée en Belgique ou en dessous du
seuil d’activité minimale
-> 1306-269=1037 ophtalmologues
Le domicile et l’activité professionnelle peuvent ne pas correspondre !
Mais 90,60% domiciliés en Belgique versus 89,69 % activité en Belgique
Les différentes nationalités :
90 % belges

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
11
9,20 % Union européenne : 2,12% Pays-Bas /2,53 % Europe du Sud / 1,93 %
France
NB : 0,91 % Roumains, 0,40 % Europe de l’est
Depuis 2009 -> 107 ophtalmologues formés
Pas de différence entre diplômes « en français » et en « néerlandais »
! Pas compris dans les données de l’étude
25-30 depuis 2009 nouveaux jeunes ophtalmologues formés par an
L’activité réelle exercée calculée à partir de valeurs de remboursements
générés par les codes INAMI :
1 ETP = 221052 euros générés = médiane 45-54 ans
Hommes (1,43 ETP) > Femmes (0,79 ETP)
<45-65 ans
pas de différence significative entre les différentes régions
78% activité =0,84 ETP au total
L’ophtalmologie reste une spécialité où l’activité principale est indépendante.
57,89% à titre principal indépendant
2,83% à titre salarié
9,26% à titre indépendant après la retraite
2,83% à titre salarié et complément indépendant
La disposition géographique de l’activité :
Maximale (1,39-1,56 ETP) en Brabant Flamand et Wallon
Haute (1,05-1,39) région de Liège –Huy – Dianant / Gent – Brugge – Oudenaarde
Basse (<1,05ETP) le reste…

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
12
Conclusion
L’évolution de la spécialité en ophtalmologie, comme décrite supra et chapitre II, a
beaucoup influencé le besoin des soins oculaires.
Par ailleurs, les besoins en vision de qualité de la population liés aux conditions de
travail (travail sur écran, etc…), l’évolution de la médecine préventive,
l’augmentation des possibilités thérapeutiques pouraient nécessiter une plus grande
offre d’ophtalmologues. Alors que parmi le nombre d’ophtalmologues sur le marché,
il existe beaucoup de travail à temps partiel.
L’arrivée sur le marché, de personnel paramédical avec un diplôme de bachelier en
soins oculaires va clairement susciter une opposition. Il est difficile de prévoir
l’influence de tous les facteurs sur le terrain. Mais, le but du groupe de travail
d’ophthalmologie est d’introduire une formation paramédicale de qualité, afin d’offrir
aux ophtalmolgoues une aide de qualité, permettant un travail dans des meilleures
conditions, permettant une meilleure accessibilité des patients vers l’ophtalmologue.
Cela va empêcher d’augmenter le nombre d’ophtalmologues en offrant une solution
économiquement valable à l’augmentation de besoins en soins oculaires.
Concernant la capacité d’enseignement nécessaire pour faire face à ces besoins, et
en la manière de maintenir le nombre d’ophtalmologues actuel, seront discutés et
détaillés dans l’avis dans la partie VIII.
Nog toe te voegen, eerste te bespreken dubbele cohorte

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
13
Source : UEMS date 2010

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
14
IV. DEFINITIE(s) en SCOPE van de discipline:
Definitie van Oftalmologie:
De oftalmologie is een onderdeel van de specialistische geneeskunde en behelst de
erfelijke, aangeboren en verworven aandoeningen van oog, oogleden, orbita en de
perifere en centrale neuronale sturing en verwerking. Ze omvat de diagnose
(inclusief imaging technieken), behandeling (medisch, laser en chirurgisch) en de
preventie van infectieuze, inflammatoire, metabole, degeneratieve, neoplastische en
traumatische aandoeningen, evenals van congenitale of verworven misvormingen of
functionele afwijkingen en ook van oculaire of orbitale symptomen van
systeemaandoeningen en de algemene effecten van oogaandoeningen.
L’ophtalmologie fait partie des spécialités médicales . Elle comprend la surveillance
et le traitement des affections héréditaires,congénitales ou acquises de l'œil, des
paupières et des orbites et des affections neurologiques centrale et périphérique.
Elle comprend le diagnostic (y compris les techniques d imagerie)le
traitement(médical, laser et chirurgical)et la prévention des affections infectieuses,
inflammatoires, métaboliques,dégénératives, néoplasiques et traumatiques ainsi que
des malformations congénitales ou acquises ,des troubles fonctionnels et aussi les
symptômes oculaires et orbitaux des maladies systémiques et des effets généraux
des affections oculaires .
Het betreft een niveau 2 titel. De nadruk ligt op een voldoende brede en
evenwichtige professionele vorming in deze discipline, waarbij naar het einde toe
contact en ervaring mogelijk is met sub domeinen met het oog op verdere expertise.
Dit mag evenwel de brede vorming niet overschaduwen. Het is dus toegestaan om
in het laatste jaar van de professionele vorming kennis, kunde en competenties te
verkrijgen in één of enkele specifieke domeinen van de Oftalmologie.
De werkgroep is voorstander van een niveau 2 titel (4 jaar) met een minimumpakket
aan chirurgische vorming. De oftalmoloog kan zich nadien verder vormen waarbij
een apart niveau 3 titel niet direct een must is (er kan gedacht worden aan
fellowships, certificaten van universiteiten of andere vormingscentra en -
initiatieven), zelf aangeduide restrictie van de licence to practice (bv geen
chirurgische activiteiten)
Factoren van belang:
- het beperkt aanbod aan eenvoudige chirurgische activiteit in de universitaire
stagediensten

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
15
- niet elke oftalmoloog heeft de ambitie voor chirurgische activiteit (40% van
de oftalmologen niet)
Voortgezette vorming naar niveau 3 en vorming in deelgebieden vallen buiten de
scope van dit advies rond de niveau titel 2.
“Differentiatie en complementariteit met andere disciplines.”
- Bij de diagnostiek en bij de behandeling wordt waar nodig samengewerkt met
de huisarts, met andere specialisten, met paramedici of met andere
gesubspecialiseerde oftalmologen.
- De oftalmoloog dient een brede medische kennis te verwerven om het
oogprobleem indien nodig in een breder verband te plaatsen met een
multidisciplinaire samenwerking met andere gezondheidsberoepen. Via de
competentie communicatie wordt tijdens de opleiding voldoende aandacht hieraan
besteed.
- Doeltreffend communiceren met en rapporteren aan andere specialisten en
niet medische gezondheidswerkers.
- Participeren in de organisatie van de gezondheidszorg.
- Kunnen functioneren binnen bredere managementsystemen in organisaties,
ziekenhuiscommissies en in andere representatieve functies binnen de
gezondheidszorg.
- Rapporteren van de resultaten van klinische studies

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
16
V. VORMINGS – en ERKENNINGSCRITERIA
V.1. Toelatingsvoorwaarden
Vooraleer de opleiding Oftalmologie niveau 2 kan gestart worden moet de kandidaat
eerst het niveau 1 behaald worden.
V.2. Eindcompetenties
Algemeen: De opleiding heeft als doel het niveau 2 titel (4 jaar) te bereiken. Hierbij
wordt nadruk gelegd op een voldoende algemene brede evenwichtige vorming met
naar het einde van de opleiding toe een opgebouwde ervaring om mogelijks te
groeien naar een bepaalde expertise in een sub discipline zonder te evolueren naar
niveau 3.
De ASO dient zich te bekwamen in 4 competentiedomeinen van het Canmeds model,
met name die van medicus, wetenschapper, communicator en manager.
1. ROL WETENSCHAPPER
De kennis wordt verworven in de theoretische lessen en de geaccrediteerde
activiteiten via het elektronisch portaal van het RIZIV en houdt de neerslag bij in het
portfolio. Tijdens de dagelijkse verrichtingen geeft de ASO blijk van een progressieve
wetenschappelijke verdieping in het vakgebied. Hij verdiept zich in één bepaald
klinisch probleem relevant voor het vakgebied en werkt dit uit in een
wetenschappelijke studie, die uitmondt in een gepubliceerd peer-reviewed A1 artikel.
2. ROL MEDICUS

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
17
De ASO krijgt de kans om tijdens zijn opleiding een breed aantal domeinen binnen
het specialisme te beoefenen. De ASO verwerft tijdens deze stages specifieke kennis
en vaardigheden en past deze toe in de praktijk.
De kennis wordt verworven in theoretische lessen die systematisch op elke
opleidingsplaats kunnen worden georganiseerd. Indien deze niet zouden worden
georganiseerd op een stageplaats, dient de ASO de lessen te volgen op een andere
stageplaats. De ASO neemt ook deel aan 10 theoretische lessen per jaar. De ASO
dient bovendien elk jaar deel te nemen aan de continue professionele vorming,
bijvoorbeeld de RIZIV-accreditering.
De theoretische kennis wordt geëvalueerd adh van twee schriftelijke
evaluatiemomenten waarvan het eerst plaats vindt tijdens de eerste twee
opleidingsjaren. Het tweede evaluatiemoment is ovv het ICO-examen of het EBO
(European Board of Ophthalmology) examen tijdens het derde of vierde
opleidingsjaar.
De vaktechnische vaardigheden worden aangeleerd tijdens de dagelijkse
verrichtingen. De ASO dient zijn progressie te registreren in een portfolio. De
vaardigheden behelzen zowel een correcte consultatievoering, een conservatieve
behandeling door middel van bepaalde technische handelingen alsook de
chirurgische vaardigheden vereist binnen het vakgebied. De tussentijdse evaluaties
zijn ingepland via MED boek. Aldus kunnen alle evaluatie- en
functioneringsgesprekken gevoerd worden op een gestandaardiseerde manier. Het
gaat als volgt: zij bereiden deze voor volgens de 4 competentiedomeinen. Deze
worden dan in een persoonlijk gesprek overlopen, en aangepast met de
commentaren van de stagemeester. Deze worden vervolgens met beider
goedkeuring gevalideerd door de stagemeester.
Voorkeurstages tijdens de opleiding oftalmologie zijn:
- Algemene oftalmologische polikliniek
- Urgentie oftalmologie
- Medische cornea en contactlenzen
- Chirurgische cornea
- Medische retina en laserbehandelingen
- Chirurgische van het achterste segment

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
18
- Medische glaucoom
- Chirurgisch glaucoom
- Chirurgie van het voorste oogsegment
- Orthoptie en strabisme, diagnostiek en chirurgie
- Oftalmopediatrie
- Oculaire oncologie
- Uveïtis
- Oftalmogenetica
- Neuro-oftalmologie
- Low vision en revalidatie
- Refractie en refractieve chirurgie
- Orbita en oculoplastische chirurgie
Optionele stages tijdens de opleiding oftalmologie:
- Neurologie
- Endocrinologie
- Immunologie
- Reumatologie
- Dermatologie
-Genetica
De ASO verwerft kennis over de volgende topics:
- Optica
- Refractiestoornissen en de correctie ervan door middel van bril (evt. prisma’s),
contactlenzen, refractieve of andere chirurgie en low vision hulpmiddelen

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
19
- Aandoeningen van het uitwendige oog en de cornea
- Aandoeningen van de lens, vnl. cataract
- Glaucoom: volledige diagnostiek en alle beleidsmogelijkheden
- Farmacologie
- Neuro-oftalmologische diagnostiek: volledige diagnostiek en alle
beleidsmogelijkheden
- Aandoeningen van de oogleden, de traanwegen, en de orbita
- Vitreoretinale pathologie: volledige diagnostiek en alle beleidsmogelijkheden
- Oftalmopediatrische pathologie
- Uveitis: volledige diagnostiek en alle beleidsmogelijkheden
- Oculaire oncologie: volledige diagnostiek en alle beleidsmogelijkheden
- Revalidatie van slechtzienden
- Urgenties in de oftalmologie
- Oftalmologische praktijkvoering en ethische aspecten:
- DNR-beleid
- Informed consent
- Dossierbeheer
- Grondige kennis i.v.m. indicaties, diverse technieken en de mogelijke complicaties
van volgende ingrepen: chirurgie op de orbitae, adnexen, conjonctiva, lens, cornea
chirurgie, vitreoretinale chirurgie, en glaucoom chirurgie
- Grondige kennis van de medische en chirurgische behandeling van oculaire
tumoren
- Grondige kennis van de aanpak van uveale aandoeningen in het kader van
systeemafwijkingen (corticotherapie, immunosuppressie)
Volgende procedurele vaardigheden moeten aan bod komen:
- Visusbepaling subjectief en objectief
- Refractie onderzoek met alle behandelingsmogelijkheden

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
20
- Onderzoek van oogstand, oogbewegingen en pupilreflexen
- Onderzoek van voorste en achterste oogsegment
- Biometrie: echografisch, optisch of andere methode
- Biomicroscopie, evt met contactlens
- Fundoscopie, evt met contactlens
- Oogdrukmeting volgens verschillende methodes
- Onderzoek van de traanwegen
- Orthoptisch onderzoek
- Onderzoeksmethoden en behandelingsmethoden van de oculovestibulair
dysfuncties
- Interpreteren en uitvoeren van alle mogelijke functionele oogonderzoeken (bv-
perimetrie, kleurzien onderzoek en contrastgevoeligheid, enz)
- Interpreteren en uitvoeren van alle mogelijk beeldvormende diagnostiek van de
ogen (bv-fluoresceïne angiografie, indocyanine angiografie) ultrasonografie van het
oog en de orbita, optical coherence tomogafie van voorste en achterste segment,
alle beeldvorming van voorste en achterste segment)
- Interpreteren en uitvoeren van alle mogelijke elektrofysiologische oogonderzoeken
en van low vision onderzoek
- Interpreteren van radiologische beeldvorming van oog en orbita en optische banen
- Interpreteren van klinisch chemisch, hematologisch, immunologisch, en
microbiologisch onderzoek
- EHBO
Volgende chirurgische vaardigheden zullen aan bod komen:
1. Lasertechnieken

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
21
- photodisruptieve lasers: capsulotomie, iridotomie, excimerlaser en
femtosecondlaser toepassingen
- thermische lasers (panfotocoagulatie, gelokaliseerde retinale fotococagulaties,
photodynamische therapie, trabeculoplastieën,...)
-andere lasertoepassingen in de oftalmologie
2. Vaardigheden en chirurgische technieken: uit te voeren als assistent, onder
supervisie of zelfstandig volgens keuze van de kandidaat-specialist.
- Traanwegsondages
- Primair sluiten van ooglidlaceraties
- Ervaring met conjunctiva chirurgie
- Ervaring met het verwijderen van de oogbol
- Eerste hulp bij chemische of thermische brandwonden
- Ervaring met primair sluiten van cornea perforaties
- Ervaring met cataract-chirurgie
- Ervaring strabisme chirurgie
- Ervaring met refractieve heelkunde
- Ervaring met glaucoom chirurgie.
- Ervaring met cornea en limbus chirurgie.
- Ervaring met vitreoretinale chirurgie.
- Ervaring met traanwegen, ooglid en orbita chirurgie.
- Destructie van het corpus ciliare bij terminaal glaucoom door middel van
diode laser of cryocoagulatie
- Plaatsen van subconjunctivale, subtenonale, peribulbaire en retrobulbaire
injecties
- Intravitreale injecties of puncties

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
22
3. ROL MANAGER: Organisatie en sturing van zorgprocessen
De kennis wordt verworven in onderscheiden lessen, de vaardigheden worden
geoefend op de werkvloer en in specifieke oefensessies. Er wordt nadruk gelegd op
een maatschappelijk verantwoorde en kwaliteitsvolle geneeskunde, waarbij
beschikbare middelen verantwoord worden besteed. De ASO leer zich op te stellen
als een actieve speler binnen de organisatie van de gezondheidszorg en streeft hoge
ethische normale na. De nadruk wordt gelegd op:
- Participeren in de organisatie van de gezondheidszorg en in het beleid van de
dienst.
- Kunnen functioneren binnen bredere managementsystemen in organisaties,
ziekenhuiscommissies en in andere representatieve functies binnen de
gezondheidszorg.
- Zetten van “standards of care” en formuleren van kwaliteitseisen met
betrekking tot de verschillende aspecten van het vak.
- Kennis en inzicht verwerven in de evaluatie van de eigen performantie als
ASO
Het verbeteren van de performantie en efficiëntie van het eigen handelen (als ASO)
binnen de dienst
4. ROL COMMUNICATOR
De kennis wordt verworven in onderscheiden lessen, de vaardigheden worden
geoefend op de werkvloer en in specifieke oefensessies. Er wordt nadruk gelegd op
een correcte, efficiënte en humaan-empathische communicatie met patiënten en op
interdisciplinaire samenwerking zowel met collegae als met andere medische en niet-
medische zorgverleners. De nadruk wordt gelegd op:

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
23
- Correct en op een humane empathische wijze communiceren met patiënt en
zijn of haar omgeving
- Doeltreffend communiceren met en rapporteren aan andere specialisten en
niet medische gezondheidswerkers
- Op adequate wijze feedback kunnen geven en kunnen omgaan met het
krijgen van feedback
- Overleggen met collegae en andere professionals en bekend zijn met de
mogelijkheden van andere zorgdisciplines en deskundigheden van anderen in de
patiëntenzorg.
- Bevorderen van de deskundigheid van studenten, ASO’s, patiënten en andere
betrokkenen van de gezondheidszorg
- Effectief medische en wetenschappelijke informatie communiceren
- Kunnen werken en communiceren binnen een multidisciplinair team
- Als beginnend ASO op doelmatige wijze kunnen communiceren met patiënten,
familie en andere gezondheidswerkers
- Inzicht hebben in hoeverre de eigen performantie een impact heeft op het
functioneren van de dienst
- Begeleiden van studenten op niveau 1 opleiding arts-specialist.
- Kennis en inzicht verwerven in de evaluatie van de eigen performantie als
ASO.
Er is een theoretisch en mondeling evaluatiemoment georganiseerd door de
Erkenningscommissie Oftalmologie voor het einde van het vierde jaar om de
communicatiemogelijkheden te evalueren in de taal van de regio waar de
oftalmoloog zijn specialisatie wenst uit te voeren na zijn opleiding.
De ASO moet tijdens de theoretische en praktische evaluatie volgende competenties
i.v.m. communicatie kunnen aantonen
Zelfstandig uitleg te geven aan patiënt van het verloop van de
oogonderzoeken
Zelfstandig uitleg te geven aan de patiënt van de verschillende
medicamenteuze, laser- en heelkundige behandelingstechnieken
Zelfstandig slecht nieuws gesprek te kunnen voeren
Zelfstandig verwijsbrief te kunnen schrijven naar andere zorgverstrekker

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
24
Zelfstandig mondeling kunnen casuïstiek bespreken met andere
zorgverstrekker
V.3. Duurtijd en fasering van de vorming:
Opleiding van 4 jaar tot oftalmoloog. Er is een basis chirurgische vorming
(assistentie, onder supervisie, zelfstandig volgens keuze van de kandidaat-specialist)
voor een niveau 2
Tijdens het eerste jaar worden de basis onderzoekstechnieken aangeleerd. De
kandidaat leert de aanvullende onderzoeken uit te voeren en te interpreteren. De
kandidaat vormt zich in de optica en refractietechnieken, in de normale anatomie en
fysiologie en het erkennen van pathologie.
In de loop van het eerste jaar opleiding dient de kandidaat te slagen voor een
schriftelijk examen, georganiseerd door de Erkenningscommissie Oftalmologie,
betreffende optica, refractie, anatomie en fysiologie. Indien de kandidaat specialist
niet slaagt voor het schriftelijk examen mag hij het daaropvolgende jaar herkansen.
De kandidaat-specialist moet niet alleen slagen in een theoretisch examen omtrent
communicatie, maar ook in een praktisch examen communicatie georganiseerd door
de Erkenningscommissie Oftalmologie in de taal van de regio waar de oftalmoloog
zijn specialisatie wenst uit te voeren na zijn opleiding.
Tijdens de 4-jarige opleiding dient de kandidaat volgende sub disciplines te
doorlopen, waar zowel diagnostiek als kennis van de chirurgische
behandelingsmethodes aan bod komen:
- Cornea, contactlenzen
- Algemene oftalmologische polikliniek
- Urgentie oftalmologie
- Medische cornea en contactlenzen
- Chirurgische cornea
- Medische retina en laserbehandelingen
- Chirurgische retina

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
25
- Medisch glaucoom
- Chirurgisch glaucoom
- Chirurgie van het voorste oogsegment
- Orthoptie en strabisme, diagnostiek en chirurgie
- Oftalmopediatrie
- Oculaire oncologie
- Uveïtis
- Oftalmogenetica
- Neuro-oftalmologie
- Low vision en revalidatie
- Refractie en refractieve chirurgie
- Orbita en oculoplastische chirurgie
Indien een kandidaat met het oog op verdere expertise een rotatiestage wenst te
doorlopen in een andere discipline met raakvlakken aan de oftalmologie (Neurologie,
Endocrinologie, Immunologie, Reumatologie, Dermatologie, Genetica) kan een
bijkomende periode van 6 maanden tot één jaar aan de 4 jaar worden toegevoegd.
Minimaal 2 jaar van de opleiding dient te geschieden in een universitair ziekenhuis of
een ziekenhuis waarvan de stagedienst is aangewezen als universitair in toepassing
van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere
verzorgingsinrichtingen.
Als overgangsmaatregel vindt minimaal 6 maanden van de stage plaats in een
stagedienst in een gecertifieerd extramuraal oogheelkundig centrum of ziekenhuis
(dat niet is aangewezen als universitair ziekenhuis of een ziekenhuis waarvan de
stagedienst niet is aangewezen als universitair in toepassing van de gecoördineerde
wet van 10 juli 2008 op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen) indien
de kandidaat-oftalmoloog voor 1 augustus 2022 start. Vanaf 1 augustus 2022 vindt
minimum 1/3 van de stage plaats in een stagedienst in een gecertifieerd extramuraal
oogheelkundig centrum of ziekenhuis (dat niet is aangewezen als universitair
ziekenhuis of een ziekenhuis waarvan de stagedienst niet is aangewezen als
universitair in toepassing van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 op de

Advies Gemengde Werkgroep Oftalmologie versie 15/01/2017
26
ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen) al of niet in combinatie met een
extramurale groepspraktijk.
We voorzien een voldoende lange overgangsperiode opdat er in die periode
voldoende niet universitaire stageplaatsen kunnen bijkomen. De timing werd op
2022 als einde van de overgangsmaatregel genomen omdat op dat moment de niet
universitaire stageplaatsen kunnen behouden blijven na het einde van de dubbele
cohorte.
De kennis wordt verworven in theoretische lessen die systematisch op elke
opleidingsplaats kan worden georganiseerd. Indien deze niet zouden worden
georganiseerd op een stageplaats, dient de ASO de lessen te volgen op een andere
stageplaats. De ASO neemt ook deel aan 10 theoretische lessen (met duurtijd van
minstens 2uur) per jaar. De ASO dient bovendien elk jaar deel te nemen aan de
continue professionele vorming, bijvoorbeeld de RIZIV-accreditering.
Wetenschappelijk onderzoek in relatie tot het specialisme Oftalmologie, opgenomen
in het stageplan, kan meetellen voor de helft van zijn tijdspanne, met een maximum
van 2 jaar indien tijdens het wetenschappelijk onderzoek een minimale klinische
activiteit van minstens 2/10 wordt opgenomen, met deelname aan de theoretische
vorming, en deelname aan de wachtdienst in de 2° helft van deze periode. Dit alles
indien het wetenschappelijk onderzoek aanleiding gaf tot een waardevolle
wetenschappelijk output en enkele publicaties. De ASO heeft een aspiranten
mandaat van het FWO of een doctoraatsbeurs. De ASO levert jaarlijks een
vorderingsplan voor van het onderzoek aan de erkenningscommissie.
Tijdens het derde of vierde jaar van de opleiding tot specialist in de oftalmologie
dient de kandidaat te slagen voor het examen van de European Board of
Ophthalmology (EBO) of de International Counsel of Ophthalmology (ICO) alvorens
een licence to practice in België kan worden toegekend. Elke specialist met
buitenlands diploma van specialist in de oftalmologie (ook EU) dient eveneens te
slagen voor één van beide examens alsook het theoretische en praktisch examen
communicatie alvorens een licence to practice in België kan worden toegekend.