Aandrijfsysteem voor decentrale installatie Uitgave PROFIBUS … · 2014-08-01 · face MF.21/MQ.21...

124
P RO F I BUS ® PROCESS FIELD BUS Aandrijfsysteem voor decentrale installatie PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers Uitgave 04/2003 Handboek 10564578 / NL

Transcript of Aandrijfsysteem voor decentrale installatie Uitgave PROFIBUS … · 2014-08-01 · face MF.21/MQ.21...

P R O F I

B U S

®

PROCESS FIELD BUS

Aandrijfsysteem voor decentrale installatiePROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Uitgave

04/2003

Handboek10564578 / NL

SEW-EURODRIVE

Inhoudsopgave

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 3

1 Geldige componenten ...................................................................................... 52 Belangrijke aanwijzingen ................................................................................. 63 Veiligheidsaanwijzingen................................................................................... 8

3.1 Veiligheidsaanwijzingen voor MOVIMOT®-aandrijvingen......................... 83.2 Aanvullende veiligheidsaanwijzingen voor veldverdelers ......................... 9

4 Opbouw van het apparaat .............................................................................. 104.1 Veldbus-interfaces .................................................................................. 104.2 Typeaanduiding PROFIBUS-interfaces ................................................. 124.3 Veldverdelers .......................................................................................... 134.4 Typeaanduidingen PROFIBUS-veldverdelers ........................................ 174.5 MOVIMOT®-frequentieregelaar (geïntegreerd in veldverdeler Z.7/Z.8).. 19

5 Mechanische installatie .................................................................................. 205.1 Installatievoorschriften ............................................................................ 205.2 Veldbus-interfaces MF../MQ.. ................................................................. 215.3 Veldverdeler............................................................................................ 24

6 Elektrische installatie ..................................................................................... 306.1 Installatieplanning vanuit EMC-optiek..................................................... 306.2 Installatievoorschriften, veldbus-interfaces, veldverdelers ..................... 326.3 Aansluiting MFZ21 met MOVIMOT®....................................................... 376.4 Aansluiting veldverdeler MFZ23 met MFP../MQP................................... 386.5 Aansluiting veldverdeler MFZ26, MFZ27, MFZ28 met MFP../MQP........ 416.6 Aansluiting in- en uitgangen (I/O) van de veldbus-interfaces MF../MQ.. 446.7 Busaansluiting met optionele aansluittechniek ....................................... 486.8 Aansluiting geprefabriceerde kabel......................................................... 52

7 Inbedrijfstelling met PROFIBUS (MFP + MQP) ............................................. 547.1 Inbedrijfstellingsprocedure ...................................................................... 547.2 Configuratie (projectering) van de PROFIBUS-master ........................... 57

8 Functie van de PROFIBUS-interface MFP..................................................... 588.1 Verwerking van de procesdata en sensoren/actoren.............................. 588.2 Structuur van de in- en uitgangsbyte ..................................................... 598.3 DP-configuraties ..................................................................................... 608.4 Betekenis van de LED-indicatie .............................................................. 618.5 MFP-systeemfout/MOVIMOT®-fout ........................................................ 638.6 Diagnose................................................................................................. 64

9 Functie van de PROFIBUS-interface MQP .................................................... 669.1 Default-programma ................................................................................. 669.2 Configuratie............................................................................................. 679.3 Besturing met Profibus-DP ..................................................................... 719.4 Parametrering met PROFIBUS-DP......................................................... 719.5 Return-codes van de parametrering ....................................................... 749.6 Lezen en schrijven van parameters via PROFIBUS-DP......................... 779.7 Betekenis van de LED-indicatie .............................................................. 809.8 Fouttoestanden ....................................................................................... 82

10 Aanvullende inbedrijfstellingsaanwijzingen voor veldverdeler.................. 8310.1 Veldverdeler MF.../Z.6., MQ.../Z.6. ......................................................... 8310.2 Veldverdeler MF.../MM../Z.7., MQ.../MM../Z.7. ....................................... 8410.3 Veldverdeler MF.../MM../Z.8., MQ.../MM../Z.8. ....................................... 8510.4 MOVIMOT®-frequentieregelaar geïntegreerd in de veldverdeler .......... 87

11 Programmeerapparaat MFG11A .................................................................... 8911.1 Functie .................................................................................................... 8911.2 Bediening ................................................................................................ 90

Inhoudsopgave

4 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

12 MOVILINK®protocol ........................................................................................ 9112.1 Codering van de procesdata................................................................... 9112.2 Programmavoorbeeld in combinatie met Simatic S7 en veldbus............ 94

13 Parameters....................................................................................................... 9613.1 MQ..-parameterlijst ................................................................................. 96

14 Busdiagnose met MOVITOOLS...................................................................... 9814.1 Veldbus-diagnose via MF../MQ.. Diagnose-interface ............................. 9814.2 Foutentabel van de veldbus-interfaces ................................................. 104

15 MOVIMOT®-diagnose.................................................................................... 10515.1 Status-LED............................................................................................ 10515.2 Foutentabel ........................................................................................... 106

16 Technische gegevens................................................................................... 10716.1 Technische gegevens PROFIBUS-interface MFP.. .............................. 10716.2 Technische gegevens PROFIBUS-interface MQP.. ............................. 10816.3 Technische gegevens veldverdelers..................................................... 109Index .............................................................................................................. 112

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 5

1

1 Geldige componentenDit handboek geldt voor de volgende producten:

Aansluitmodules ..Z1 met veldbus-interface

4 x I / 2 x O (klemmen) 4 x I / 2 x O (M12) 6 x I (M12)

PROFIBUS MFP 21D / Z21D MFP 22D / Z21D MFP 32D / Z21D

PROFIBUS met geïnte-greerde besturing

MQP 21D / Z21D MQP 22D / Z21D MQP 32D / Z21D

Veldverdelers ..Z.3 met veldbus-interface

4 x I / 2 x O (klemmen) 4 x I / 2 x O (M12) 6 x I (M12)

PROFIBUS MFP 21D / Z23D MFP 22D / Z23D MFP 32D / Z23D

PROFIBUS met geïnte-greerde besturing

MQP 21D / Z23D MQP 22D / Z23D MQP 32D / Z23D

Veldverdelers ..Z.6 met veldbus-interface

4 x I / 2 x O (klemmen) 4 x I / 2 x O (M12) 6 x I (M12)

PROFIBUS MFP 21D / Z26F / AF. MFP 22D / Z26F / AF. MFP 32D / Z26F / AF.

PROFIBUS met geïnte-greerde besturing

MQP 21D / Z26F / AF. MQP 22D / Z26F / AF. MQP 32D / Z26F / AF.

Veldverdelers ..Z.7 met veldbus-interface

4 x I / 2 x O (klemmen) 4 x I / 2 x O (M12) 6 x I (M12)

PROFIBUS MFP21D/MM../Z27F. MFP22D/MM../Z27F. MFP32D/MM../Z27F.

PROFIBUS met geïnte-greerde besturing

MQP21D/MM../Z27F. MQP22D/MM../Z27F. MQP32D/MM../Z27F.

Veldverdelers ..Z.8 met veldbus-interface

4 x I / 2 x O (klemmen) 4 x I / 2 x O (M12) 6 x I (M12)

PROFIBUS MFP21D/MM../Z28F./AF.

MFP22D/MM../Z28F./AF.

MFP32D/MM../Z28F./AF.

PROFIBUS met geïnte-greerde besturing

MQP21D/MM../Z28F./AF.

MQP22D/MM../Z28F./AF.

MQP32D/MM../Z28F./AF.

2

6 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

2 Belangrijke aanwijzingenVeiligheidsaan-wijzingen en waarschuwingen

Let beslist op de veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen die in dit document zijnopgenomen!

Relevante docu-menten

• Technische handleiding "MOVIMOT® MM03C tot MM3XC"• Technische handleiding "Draaistroommotoren DR/DT/DV, Asynchrone servomoto-

ren CT/CV "• Bij gebruik van MOVIMOT® of veldverdelers in veiligheidstoepassingen moet

het aanvullende document "Veilige uitschakeling voor MOVIMOT®" wordenaangehouden. Er mogen alleen componenten in veiligheidstoepassing wordengebruikt, die door SEW-EURODRIVE uitdrukkelijk in deze uitvoering werdengeleverd!

Toepassing con-form de voor-schriften

• MOVIMOT®-aandrijvingen zijn bedoeld voor industriële installaties. Zij voldoen aande geldende normen en voorschriften en aan de eisen van de Laagspanningsrichtlijn73/23/EEG.

• MOVIMOT® kent voor hijswerktoepassingen enkele beperkingen!• Technische gegevens alsmede de opgave van de toelaatbare condities bij de plaats

van opstelling vindt u op het typeplaatje en in deze technische handleiding.• Deze gegevens moeten beslist in acht genomen worden!• De inbedrijfstelling (conformeren aan de voorschriften) is niet toegestaan, voordat

vastgesteld is, dat de machine aan de EMC- Richtlijn 89/336/EEG voldoet en de con-formiteit van het eindproduct met de machinerichtlijn 89/392/EEG vast staat(EN60204 in acht nemen).

Dreigend gevaar door stroom.Mogelijke gevolgen: dood of zeer zware verwondingen.

Dreigend gevaar. Mogelijke gevolgen: dood of zeer zware verwondingen.

Gevaarlijke situatie.Mogelijke gevolgen: lichte verwondingen.

Schadelijke situatie.Mogelijke gevolgen: beschadiging van het apparaat en van de omgeving.

Gebruikertips en nuttige informatie.

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 7

2

Toepassingsge-bied

Als er niet nadrukkelijk voorzieningen zijn getroffen, is niet toegestaan:• de toepassing in explosiegevaarlijke omgeving;• de toepassing op plaatsen met schadelijke oliën, zuren, gassen, dampen, stof, stra-

lingen enz.;• het gebruik in niet-stationaire opstellingen, waarbij mechanische slinger- en stootbe-

lastingen optreden, die de eisen van de EN 50178 te boven gaan;• het gebruik in toepassingen, waarbij de MOVIMOT®-regelaar alleen (zonder over-

koepelende veiligheidssystemen) veiligheidsfuncties behartigt, die de beveiligingvan machines en personen moet waarborgen.

Afdanken Dit product bestaat uit:• ijzer• aluminium• koper• kunststof• elektronica-onderdelenHet afdanken van de onderdelen moet plaatsvinden overeenkomstig de geldendevoorschriften!

3

8 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Veiligheidsaanwijzingen voor MOVIMOT®-aandrijvingen

3 Veiligheidsaanwijzingen3.1 Veiligheidsaanwijzingen voor MOVIMOT®-aandrijvingen

• Nooit beschadigde producten installeren of in bedrijf stellen. Beschadigingen directbij het transportbedrijf reclameren.

• Installeren, in bedrijf stellen van en service verlenen mag alleen door elektrisch ge-schoold personeel, met inachtneming van de desbetreffende veiligheidsinstructiesen de geldende voorschriften (bijvoorbeeld EN 60204, VBG 4, DIN-VDE 0100/0113/0160) uitgevoerd worden.

• Beschermingsmaatregelen en beschermingsvoorzieningen dienen te voldoen aande geldende voorschriften (bijvoorbeeld EN 60204 en EN 50178).Noodzakelijke veiligheidsmaatregel: aarding van de MOVIMOT® en van de veldver-deler.

• Het apparaat voldoet aan alle eisen voor de veilige scheiding van vermogens- enelektronica-aansluitingen overeenkomstig EN 50178. Om de zekere scheiding tewaarborgen moeten alle aangesloten stroomcircuits eveneens aan de eisen voor deveilige scheiding voldoen.

• Voordat de MOVIMOT®-regelaar wordt gedemonteerd moet de netspanning wordenuitgeschakeld. Gevaarlijke spanningen kunnen nog tot 1 minuut na het uitschakelenvan de netspanning aanwezig zijn.

• Zodra de netspanning op de MOVIMOT® of op de veldverdeler staat, moet de klem-menkast resp. veldverdeler gesloten zijn en de MOVIMOT®-regelaar gemonteerdzijn.

• Het doven van de bedrijfs-LED en andere aanwijselementen is geen indicatie, dathet apparaat van het net gescheiden en spanningsloos is.

• Mechanisch blokkeren of veiligheidsfuncties intern in het apparaat kunnen motorstil-stand tot gevolg hebben. Het opheffen van de oorzaak van de storing of een resetkunnen er toe leiden dat de motor spontaan weer aanloopt. Als dit voor de aange-dreven machine om veiligheidsredenen niet toelaatbaar is, moet voor het opheffenvan de storing de MOVIMOT®`-regelaar van het net gescheiden worden.

• Let op verbrandingsgevaar: de oppervlaktetemperatuur van de MOVIMOT®-regelaar(vooral van het koellichaam) kan tijdens bedrijf meer dan 60 °C bedragen!

• Bij gebruik van MOVIMOT® of veldverdelers in veiligheidstoepassingen moet hetaanvullende document "Veilige uitschakeling voor MOVIMOT®" worden aangehou-den. Er mogen alleen componenten in veiligheidstoepassing worden gebruikt, diedoor SEW-EURODRIVE uitdrukkelijk in deze uitvoering werden geleverd!

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 9

3Aanvullende veiligheidsaanwijzingen voor veldverdelers

3.2 Aanvullende veiligheidsaanwijzingen voor veldverdelers

MFZ.3. • Voordat de busmodule of de stekerverbinding van de motor weggenomen wordenmoet het apparaat van het net gescheiden worden. Gevaarlijke spanningen kunnennog tot 1 minuut na het uitschakelen van de netspanning aanwezig zijn.

• Tijdens bedrijf moeten de busmodule en de steker van de hybride kabel op de veld-verdeler aangebracht en vastgeschroefd zijn.

MFZ.6. • Voordat het klemmenkastdeksel voor de voedingsaansluiting verwijderd wordt moethet apparaat van het net gescheiden worden. Gevaarlijke spanningen kunnen nogtot 1 minuut na het uitschakelen van de netspanning aanwezig zijn.

• Attentie: De schakelaar schakelt alleen de spanning van de MOVIMOT®uit. De klem-men van de veldverdeler zijn na het bedienen van de werkschakelaar nog steedsverbonden met de voedingsspanning.

• Tijdens bedrijf moeten het klemmenkastdeksel voor de voeding en de steker van dehybride kabel op de veldverdeler aangebracht en vastgeschroefd zijn.

MFZ.7. • Voordat de MOVIMOT®-regelaar wordt gedemonteerd moet de netspanning wordenuitgeschakeld. Gevaarlijke spanningen kunnen nog tot 1 minuut na het uitschakelenvan de netspanning aanwezig zijn.

• Tijdens bedrijf moeten de MOVIMOT®-regelaar en de steker van de hybride kabel opde veldverdeler aangebracht en vastgeschroefd zijn.

MFZ.8. • Voordat het klemmenkastdeksel voor de voedingsaansluiting of van de MOVIMOT®-regelaar verwijderd wordt moet het apparaat van het net gescheiden worden. Ge-vaarlijke spanningen kunnen nog tot 1 minuut na het uitschakelen van de netspan-ning aanwezig zijn.

• Attentie: De werkschakelaar scheidt alleen de aangesloten motor van het net. Deklemmen van de veldverdeler zijn na het bedienen van de werkschakelaar nogsteeds verbonden met de voedingsspanning.

• Tijdens bedrijf moeten het klemmenkastdeksel voor de voeding, de MOVIMOT®-re-gelaar en de steker van de hybride kabel op de veldverdeler aangebracht en vastge-schroefd zijn.

4

10 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Veldbus-interfaces

4 Opbouw van het apparaat4.1 Veldbus-interfacesVeldbus-inter-face MF.21/MQ.21

Veldbus-inter-face MF.22, MF.32, MQ.22, MQ.32

50353AXX

1 Diagnose-LEDs2 Diagnose-interface (onder de afdichtschroef)

1

2

50352AXX

1 Diagnose-LEDs2 Diagnose-interface (onder de afdichtschroef)3 M12-aansluitbus4 Status-LED

1

2

3

4

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 11

4Veldbus-interfaces

Onderzijde module (alle MF../MQ..-varianten)

Opbouw aansluit-module MFZ...

01802CDE

1 Verbinding met de aansluitmodule2 DIP-schakelaars (variantafhankelijk)3 Afdichting

2

3

1

06169AXX

1 Klemmenstrook (X20)2 Potentiaalvrij klemmenblok voor de 24 V doorgaande bedrading

(attentie: niet voor de afscherming gebruiken!)3 Kabelinvoer M204 Kabelinvoer M125 Aardklem6 Bij DeviceNet en CANopen: Micro-Style-Connector/M12-steker (X11)

Bij AS-interface: AS-interace M12-steker (X11)

Twee EMC-kabelwartels zijn bij de levering inbegrepen.

63

5

4

3

4

2

31

4

12 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Typeaanduiding PROFIBUS-interfaces

4.2 Typeaanduiding PROFIBUS-interfaces

MFP 21 D / Z21 D

Variant

Aansluitmodule:Z11 = voor InterBusZ21 = voor PROFIBUSZ33 = voor DeviceNet en CANopenZ61 = voor AS-interface

Variant

21 = 4 x I / 2 x O (aansluiting via klemmen)22 = 4 x I / 2 x O (aansluiting via connector + klemmen)32 = 6 x I (aansluiting via connector + klemmen)

23 = 4 x I / 2 x O (Rugged-Line optische kabel, alleen voor InterBus)33 = 6 x I (Rugged-Line optische kabel, alleen voor InterBus)

MFI.. = InterBusMQI.. = InterBus met geïntegreerde besturingMFP.. = PROFIBUSMQP.. = PROFIBUS met geïntegreerde besturingMFD.. = DeviceNetMQD.. = DeviceNet met geïntegreerde besturingMFO.. = CANopenMFK.. = AS-interface

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 13

4Veldverdelers

4.3 VeldverdelersVeldverdelers MF.../Z.3., MQ.../Z.3.

05108AXX

1 2 x M16 x 1,5 (2 EMC-kabelwartels bij de levering)2 2 x M25 x 1,5 3 2 x M20 x 1,54 Aansluiting potentiaalvereffening5 Aansluiting hybride kabel, verbinding naar de MOVIMOT® X9)6 Klemmen voor veldbusaansluiting (X20)7 Klemmen voor 24V-aansluiting (X21)8 Klemmen voor voedingsspanning en PE-aansluiting (X1)9 Bij DeviceNet en CANopen: Micro-Style-Connector/M12-steker (X11)

Bij AS-interface: AS-interface M12-steker (X11)

9

1

2

3

4

1

22

3

4

8

6 7

5

4

14 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Veldverdelers

Veldverdeler MF.../Z.6., MQ.../Z.6.

05903AXX

1 Aansluiting hybride kabel, verbinding naar de MOVIMOT® (X9)2 Aansluiting potentiaalvereffening3 Werkschakelaar met leidingbeveiliging (drievoudig afsluitbaar, kleur: zwart/rood)

03546AXX4 Klemmen voor voedingsspanning en PE-aansluiting (X1)5 2 x M25 x 1,5 6 Klemmen voor aansluiting van bus, sensoren, actoren en 24 V (X20)7 6 x M20 x 1,5 (2 EMC-kabelwartels bij de levering)

Bij DeviceNet en CANopen: Micro-Style-Connector/M12-steker (X11), zie volgende afbeeldingBij AS-interface: AS-interface M12-steker (X11), zie volgende afbeelding

06115AXX8 Klemmenblok voor de doorgaande bedrading 24 V (X29), intern verbonden met 24V-aansluiting op X209 Steekbare klem "Safety Power" voor 24V-voeding van MOVIMOT® (X40)

1 2 3 4 5 6 7 9 2 8

I ON I ON

0 OF

F

0 OF

F

Ø 5...Ø 8 mm

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 15

4Veldverdelers

Veldverdelers MF.../MM../Z.7., MQ.../MM../Z.7.

51174AXX

1 MOVIMOT®-frequentieregelaar2 Aansluiting hybride kabel, verbinding naar de draaistroommotor (X9)3 Aansluiting potentiaalvereffening4 Klemmen voor aansluiting van bus, sensoren, actoren en 24 V (X20)5 Steekbare klem "Safety Power" voor 24V-voeding van MOVIMOT® (X40)6 Kabelinvoer 5 x M20 x 1,5 (2 EMC-kabelwartels bij de levering)

Bij DeviceNet en CANopen: Micro-Style-Connector/M12-steker (X11), zie volgende afbeeldingBij AS-interface: AS-interface M12-steker (X11), zie volgende afbeelding

51325AXX7 Klemmenblok voor de doorgaande bedrading 24 V (X29), intern verbonden met 24V-aansluiting op X208 Kabelinvoer 2 x M25 x 1,59 Klemmen voor voedingsspanning en PE-aansluiting (X1)10 Verbinding naar de frequentieregelaar11 Klem voor geïntegreerde remweerstand12 Klemmen voor vrijgave van de draairichting

4

16 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Veldverdelers

Veldverdelers MF.../MM../Z.8., MQ.../MM../Z.8.

05902AXX

1 Klemmen voor voedingsspanning en PE-aansluiting (X1)2 Werkschakelaar (drievoudig afsluitbaar, kleur: zwart/rood)

03546AXX3 Kabelinvoer 2 x M25 x 1,54 Klemmen voor aansluiting van bus, sensoren, actoren en 24 V (X20)5 Kabelinvoer 6 x M20 x 1,5 (2 EMC-kabelwartels bij de levering)

Bij DeviceNet en CANopen: Micro-Style-Connector/M12-steker (X11), zie volgende afbeeldingBij AS-interface: AS-interface M12-steker (X11), zie volgende afbeelding

06115AXX6 MOVIMOT®-frequentieregelaar7 Aansluiting potentiaalvereffening8 Aansluiting hybride kabel, verbinding naar de draaistroommotor (X9)9 Klemmenblok voor de doorgaande bedrading 24 V (X29), intern verbonden met 24V-aansluiting op X2010 Steekbare klem "Safety Power" voor 24V-voeding van MOVIMOT® (X40)

3 5 7

8

62

1

4

10

9

I ON I ON

0 OF

F

0 OF

F

Ø 5...Ø 8 mm

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 17

4Typeaanduidingen PROFIBUS-veldverdelers

4.4 Typeaanduidingen PROFIBUS-veldverdelersVoorbeeld MF.../Z.3., MQ.../Z.3.

Voorbeeld MF.../Z.6., MQ.../Z.6.

MFP21D/Z23DAansluitmoduleZ13 = voor InterBusZ23 = voor PROFIBUSZ33 = für voor DeviceNet en CANopenZ63 = voor AS-interface

Veldbus-interfaceMFI../MQI.. = InterBusMFP../MQP.. = PROFIBUSMFD../MQD.. = DeviceNetMFO.. = CANopenMFK.. = AS-interface

MFP21D/Z26F/AF0AansluittechniekAF0 = kabelwartel metrischAF1 = met Micro-Style-Connector/M12-steker voor

DeviceNet en CANopenAF2 = M12-connector voor PROFIBUSAF3 = M12-connector voor PROFIBUS +

M12 steker voor 24VDC-voedingAF6 = M12-connector voor AS-interface-aansluiting

AansluitmoduleZ16 = voor InterBusZ26 = voor PROFIBUSZ36 = voor DeviceNet en CANopenZ66 = voor AS-interface

Veldbus-interfaceMFI../MQI.. = InterBusMFP../MQP.. = PROFIBUSMFD../MQD.. = DeviceNetMFO.. = CANopenMFK.. = AS-interface

4

18 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Typeaanduidingen PROFIBUS-veldverdelers

Voorbeeld MF.../MM../Z.7., MQ.../MM../Z.7.

Voorbeeld MF.../MM../Z.8., MQ.../MM../Z.8.

MFP22D/MM15C-503-00/Z27F 0

Soort schakeling0 = / 1=

AansluitmoduleZ17 = voor InterBusZ27 = voor PROFIBUSZ37 = für voor DeviceNet en CANopenZ67 = voor AS-interface

MOVIMOT®-regelaar

Veldbus-interfaceMFI../MQI.. = InterBusMFP../MQP.. = PROFIBUSMFD../MQD.. = DeviceNetMFO. . = CANopenMFK. . = AS-interface

MFP22D/MM22C-503-00/Z28F 0/AF0AansluittechniekAF0 = kabelwartel metrischAF1 = met Micro-Style-Connector/M12-steker voor

DeviceNet en CANopenAF2 = M12-connector voor PROFIBUSAF3 = M12-connector voor PROFIBUS +

M12 steker voor 24VDC-voedingAF6 = M12-connector voor AS-interface-aanslui-

ting

Soort schakeling0 = / 1=

AansluitmoduleZ18 = voor InterBusZ28 = voor PROFIBUSZ38 = voor DeviceNet en CANopenZ68 = voor AS-interface

MOVIMOT®-regelaar

Veldbus-interfaceMFI../MQI.. = InterBusMFP../MQP.. = PROFIBUSMFD../MQD.. = DeviceNetMFO.. = CANopenMFK.. +-+36=AS-interface

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 19

4MOVIMOT®-frequentieregelaar (geïntegreerd in veldverdeler Z.7/Z.8)

4.5 MOVIMOT®-frequentieregelaar (geïntegreerd in veldverdeler Z.7/Z.8)

05900AXX

1. Koellichaam2. Connector aansluiteenheid met regelaar3. Typeplaatje elektronica4. Afdekkap voor elektronica van de regelaar5. Setpoint-potentiometer f1 (niet zichtbaar), aan de bovenzijde van het klemmenkastdeksel

via een kabelinvoering toegankelijk6. Setpoint-schakelaar f2 (groen)7. Schakelaar t1 voor integrator (wit)8. DIP-schakelaar S1 en S2 (instelmogelijkheden zie hoofdstuk "Inbedrijfstelling")9. Status-LED (zichtbaar aan de bovenzijde van het klemmenkastdeksel, zie hoofdstuk "Diag-

nose")

3 4 5 6 7 8 91 2

5

20 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Installatievoorschriften

5 Mechanische installatie5.1 Installatievoorschriften

Montage • Veldbus-interfaces / veldverdelers mogen alleen op een vlakke, trillingsvrije en tor-siestijve basisconstructie worden gemonteerd.

• Voor de bevestiging van de veldverdeler MFZ.3 bouten met grootte M5 met geschik-te vlakke sluitringen gebruiken. Bouten met momentsleutel aanhalen (toelaatbaaraanhaalmoment 2,8 tot 3,1 Nm).

• Voor de bevestiging van de veldverdeler MFZ.6, MFZ.7 of MFZ.8 bouten met grootteM6 met geschikte vlakke sluitringen gebruiken. Bouten met momentsleutel aanhalen(toelaatbaar aanhaalmoment 3,1 tot 3,5 Nm).

Opstellen in vochtige ruimten of in de open-lucht

• Gebruik passende wartels voor de kabels (pas eventueel verloopstukken toe).• Niet gebruikte kabelinvoeringen en M12-aansluitbussen met afdichtingsschroeven

afdichten.• Bij kabelinvoering aan de zijkant de kabel met een lus leggen voor het druipwater.• Vóór het opnieuw monteren van busmodule / klemmenkastdeksel, de afdichtings-

vlakken controleren en eventueel reinigen.

Bij de levering van veldverdelers is de stekerverbinding van de motorkabel (hy-bride kabel) voorzien van een transportbeveiliging.Hiermee is alleen beschermingsgraad IP40 gewaarborgd. Om de gespecificeerdebeschermingsgraad te bereiken moet de transportbeveiliging worden verwijderden de passende contrasteker worden aangebracht en vastgeschroefd.

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 21

5Veldbus-interfaces MF../MQ..

5.2 Veldbus-interfaces MF../MQ..Veldbus-interfaces MF../MQ.. kunnen als volgt worden gemonteerd:• montage op MOVIMOT®-klemmenkast• montage in het veld

Montage op MOVIMOT®-klem-menkast

1. Knock-outs in het onderste deel van de MFZ van binnen uit doorbreken, zoals in devolgende afbeelding weergegeven:

51249AXX

MFZ..

5

22 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Veldbus-interfaces MF../MQ..

2. Veldbus-interfaces overeenkomstig de volgende afbeelding op de MOVIMOT®-klemmenkast monteren:

51250AXX

MF../MQ..

MF../MQ..

MFZ..

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 23

5Veldbus-interfaces MF../MQ..

Montage in het veld

De volgende afbeelding toont de montage van een MF../MQ.. veldbus-interface in hetveld:

51248AXX

82,5

mm

102 mm

51 mm

M4

M4

MFZ...

MF../MQ..

MF../MQ..

5

24 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Veldverdelers

5.3 VeldverdelersMontage veldverdeler MF.../Z.3., MQ.../Z.3.

De volgende afbeelding toont de bevestigingsmaten voor veldverdelers ..Z.3:

51219AXX

50 mm

100 mm

M5

M5

175 m

m

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 25

5Veldverdelers

Montage veldverdeler MF.../Z.6., MQ.../Z.6.

De volgende afbeelding toont de bevestigingsmaten voor veldverdelers ..Z.6:

51239AXX

M6

M6

365 mm

180 m

m

5

26 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Veldverdelers

Montage veldverdeler MF.../MM../Z.7., MQ.../MM../Z.7.

Veldverdelers ..Z7 kunnen als volgt worden gemonteerd:• montage op C-profielrail• wandmontage

"Wandmontage " De volgende afbeelding toont de bevestigingsmaten voor veldverdelers ..Z.7 bij wand-montage:

51243AXX

59,5

mm

253.7 mm

M6

M6

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 27

5Veldverdelers

"Montage op C-profiel-rail"

De volgende afbeelding toont de montage van veldverdelers ..Z.7 op een C-profiel-rail

51175AXX

1.

2.

5

28 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Veldverdelers

Montage veldverdeler MF.../MM03-MM15/Z.8., MQ.../MM03-MM15/Z.8. (bouw-grootte 1)

De volgende afbeelding toont de bevestigingsmaten voor veldverdelers ..Z.8. (bouw-grootte 1):

51173AXX

290 m

m

200 mm

M6

M6

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 29

5Veldverdelers

Montage veldverdeler MF.../MM22-MM3X/Z.8., MQ.../MM22-MM3X/Z.8. (bouw-grootte 2)

De volgende afbeelding toont de bevestigingsmaten voor veldverdelers ..Z.8. (bouw-grootte 2):

51222AXX

35

0m

m

205 mm

M6

M6

6

30 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Installatieplanning vanuit EMC-optiek

6 Elektrische installatie6.1 Installatieplanning vanuit EMC-optiekAanwijzingen voor het plaatsen en aanleggen van installatiecompo-nenten

De goede selectie van de kabels, correcte aarding en effectieve potentiaalvereffeningzijn bepalend voor het succesvol installeren van decentrale aandrijvingen.De desbetreffende normen dienen principieel te worden gebruikt. Bovendien moet bij-zonder op de volgende punten gelet worden:• Potentiaalvereffening

– onafhankelijk van de functionele aarde (aansluiting beschermingsleiding) moet ergezorgd worden voor laagohmige, HF-geschikte potentiaalvereffening (zie ookVDE 0113 of VDE 0100.Teil 540), bijvoorbeeld door– vlakke verbinding van metalen (installatie-) delen– toepassing van vlakke bandverbindingen (HF-litze)

– De afscherming van datakabels mag niet voor de potentiaalvereffening gebruiktworden;

• Datakabels en 24V-voeding– moeten gescheiden gelegd worden van met storing besmette kabels (bijvoor-

beeld stuurstroomkabels van magneetventielen en motorkabels);• Veldverdeler

– voor de verbinding tussen veldverdeler en motor wordt geadviseerd de speciaaldaarvoor ontwikkelde geprefabriceerde hybride kabel van SEW te gebruiken;

• kabelinvoeringen– er dient een kabelwartel geselecteerd te worden met een groot contactvlak voor

de afscherming (aanwijzingen voor de selectie en correcte montage van kabel-wartels aanhouden);

• kabelafscherming– moet goede EMC-eigenschappen bezitten (hoge schermdemping);– mag niet bedoeld zijn als mechanische bescherming van de kabel;– moet aan de kabeleinden rondom met de metalen behuizing van het apparaat

(via metalen EMC-kabelwartel) worden verbonden (aanwijzingen voor de selectieen correcte montage van kabelwartels aanhouden);

• Meer informatie vindt u in de SEW-brochure "Aandrijftechniek in de praktijk –EMC in de aandrijftechniek".

03643AXX

03047AXX

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 31

6Installatieplanning vanuit EMC-optiek

Voorbeeld voor de verbinding van veldbusmodule MF../MQ en MOVI-MOT®

Bij gescheiden montage van veldbusmodule MF../MQ en MOVIMOT® moet de RS-485-verbinding als volgt worden uitgevoerd:• Indien samen met de 24VDC-voeding

– afgeschermde kabels gebruiken– afscherming bij beide apparaten via een EMC-kabelwartel aan de behuizing aar-

den (aanwijzingen voor de selectie en correcte montage van kabelwartels zie pa-gina’s 26 en 27);

– aders paarsgewijs twisten (zie volgende afbeelding)

• Indien niet samen met de 24VDC-voedingwordt de MOVIMOT® via een aparte kabel met 24 VDC gevoed, dan moet deRS-485-verbinding als volgt worden uitgevoerd:• afgeschermde kabels gebruiken• afscherming bij beide apparaten via een EMC-kabelwartel aan de behuizing aar-

den (aanwijzingen voor de selectie en correcte montage van kabelwartels aan-houden);

• het 0V-potentiaal GND moet bij de RS-485-interface over het algemeen meege-voerd worden;

• aders paarsgewijs twisten (zie volgende afbeelding)

51173AXX

06174AXX

RS+RS-

24VGND

RS+GND

24VRS-

RS+RS-GND

6

32 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Installatievoorschriften, veldbus-interfaces, veldverdelers

6.2 Installatievoorschriften, veldbus-interfaces, veldverdelers Voedingskabels aansluiten

• De nominale spanning en frequentie van de MOVIMOT®-regelaar moeten overeen-komen met de gegevens van het voedingsnet.

• Kabeldoorsnede: overeenkomstig de ingangsstroom Inet bij ontwerpvermogen (ziede technische gegevens).

• Leidingbeveiliging aan het beging van de voedingskabel achter de railsysteemaftak-king installeren. Gebruik schroefpatronen type D, D0, mespatronen NH of een ver-mogensautomaat. Dimensioneer de beveiliging in overeenstemming met de kabel-doorsnede.

• Een conventionele aardlekschakelaar als beveiliging is niet toegestaan. Alleen devoor alle stroomsoorten geschikte aardlekschakelaars ("type B) zijn toelaatbaar alsbeveiliging. In normaal bedrijf van de MOVIMOT®-aandrijvingen kunnen lekstromen> 3,5 mA optreden.

• Overeenkomstig EN 50178 is een tweede PE-verbinding (minstens van dezelfdedoorsnede als de voedingskabel) parallel aan de aardleiding vereist, op aparte aan-sluitklemmen. Er kunnen bij nominaal bedrijf lekstromen optreden van > 3,5 mA.

• Voor het schakelen van de MOVIMOT®-aandrijvingen moeten magneetschakelaar-contacten overeenkomstig gebruikscategorie AC-3, volgens IEC 158 worden toege-past.

• SEW adviseert om bij elektriciteitsnetten met een niet geaard sterpunt (IT-stelsel)isolatiebewakingsrelais met pulscode-meetmethode toe te passen. Daardoor wor-den foute uitschakelingen van het isolatiebewakingsrelais door de aardcapaciteitenvan de regelaar vermeden.

Toelaatbare aan-sluitdoorsnede en stroombelast-baarheid van de klemmen

Het toelaatbare aanhaalmoment van de vermogensklemmen bedraagt 0,6 Nm (5.3 lbin).

Doorlussen van de 24VDC-voe-ding bij moduul-drager MFZ.1:

• Bij de aansluitingen van de 24VDC-voeding bevinden zich 2 stiftbouten M4 x 12. Debouten kunnen gebruikt worden voor het doorlussen van de 24VDC-voeding.

• De aansluitbouten kunnen belast worden met 16 A.• Het toelaatbare aanhaalmoment voor de zeskantmoeren van de aansluitbouten is

1,2 Nm (10.6 Ib.in) ± 20 %.

Vermogensklemmen X1, X2(schroefklemmen)

Stuurstroomklemmen X20(veerdrukklemmen)

Aansluitdoorsnede (mm2) 0,2 mm2 – 4 mm2 0,08mm2 – 2,5 mm2

Aansluitdoorsnede (AWG) AWG 24 – AWG 10 AWG 28 – AWG 12

Stroombelastbaarheid 32 A maximale continue stroom 12 A maximale continue stroom

05236AXX

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 33

6Installatievoorschriften, veldbus-interfaces, veldverdelers

Extra aansluitmo-gelijkheden bij veldverdelers MFZ.6, MFZ.7 en MFZ.8

• Bij de aansluitingen van de 24VDC-voeding bevindt zich een klemmenblok X29 metstiftbouten M4 x 12 en een steekbare klem X40.

• Het klemmenblok X29 kan alternatief voor klem X20 gebruikt worden voor het door-lussen van de 24VDC-voeding. De beide stiftbouten zijn intern verbonden met de24V-aansluiting op klem X20.

• De steekbare klem X40 ("Safety Power") is bedoeld voor de externe 24VDC-voedingvan de MOVIMOT®-regelaar via een veiligheidsrelais.Daarmee kan een MOVIMOT®-aandrijving in veiligheidstoepassingen worden opge-nomen. Informatie daarvoor vindt u in het document "Veilige uitschakeling voor MO-VIMOT®".

• In de fabriek is X29/1 met X40/1 en X29/2 met X40/2 doorverbonden, zodat de MO-VIMOT®-regelaar op dezelfde 24VDC-voeding is aangesloten als de veldbusmodule.

• De beide stiftbouten mogen met 16 A belast worden, het toelaatbare aanhaalmo-ment van de zeskantmoeren is 1,2 Nm (10.6 Ib.in) ± 20 %.

• De schroefklemmen X40 mogen met 10 A worden belast, de aansluitdoorsnede is0,25 mm2 tot 2,5 mm 2 (AWG24 tot AWG12). het toelaatbare aanhaalmoment is0,6 Nm (5.3 Ib.in).

05237AXX

Klemmenbezetting

Nr. Naam Functie

X29 1 24 V 24V-voeding voor de elektronica van de modules en sensoren(stiftbouten, doorverbonden met klem X20/11)

2 GND 0V24-referentiepotentiaal voor de elektronica van de modules en sensoren(stiftbouten, doorverbonden met klem X20/13)

Klemmenbezetting

Nr. Naam Functie

X40 1 24 V 24V-voeding voor MOVIMOT voor uitschakeling met een veiligheidsrelais

2 GND 0V24-referentiepotentiaal voor MOVIMOT voor uitschakeling met veiligheidsrelais

6

34 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Installatievoorschriften, veldbus-interfaces, veldverdelers

Opstellingshoog-ten 1000 m boven zeeniveau

MOVIMOT®-aandrijvingen met voedingsspanning van 380 tot 500 V kunnen onder devolgende randvoorwaarden op hoogten van 2000 m tot maximaal 4000 m boven zeeni-veau worden toegepast.• Het nominale continue vermogen wordt gereduceerd vanwege de verminderde koe-

ling boven 1000 m (zie MOVIMOT®-technische handleiding).• De lucht- en kruipwegen zijn vanaf 2000 m boven zeeniveau alleen voldoende voor

overspanningsklasse 2. Als voor de installatie overspanningsklasse 3 vereist wordt,dan moet door een extra externe overspanningsbeveiliging gewaarborgd worden,dat overspanningspieken tot 2,5 kV fase-fase en fase-aarde begrensd worden.

• Indien er veilige elektrische scheiding vereist wordt, moet dit bij hoogten vanaf 2000m boven zeeniveau buiten de regelaar worden gerealiseerd (veilige elektrischescheiding volgens EN 50178)

• De toelaatbare nominale voedingsspanning van 3 x 500 V tot 2000 m boven zeeni-veau wordt gereduceerd met 6 V per 100 m tot maximaal 3 x 380 V bijv. 4000 m bo-ven zeeniveau.

Beveiligingen • MOVIMOT®-aandrijvingen bezitten geïntegreerde beveiligingsvoorzieningen tegenoverbelasting, externe beveiligingen zijn niet nodig (wel leidingbeveiliging).

UL-conforme installatie veld-verdelers

• Als aansluitkabel alleen koperen leidingen met de volgende temperatuurspecificatiegebruiken: temperatuurbereik: 60 / 75 °C

• MOVIMOT®-aandrijvingen zijn geschikt voor het bedrijf op elektriciteitsnetten metgeaard sterpunt (TN- en TT-stelsels), die een max. netstroom van 5000 AAC kunnenleveren en een max. nominale netspanning hebben van 500 VAC (MM03C-503 totMM3XC-503). De vermogensspecificaties van de beveiligingen mogen bij toepas-sing van veldverdelers niet hoger zijn dan 30A/600 V.

• Als externe 24VDC-spanningsbronnen mogen alleen goedgekeurde apparaten metbegrensde uitgangsspanning (Umax = 30 VDC) en begrensde uitgangsstroom (I = 8A) gebruikt worden.

• De UL-certificering geldt alleen voor bedrijf aan elektriciteitsnetten met spanningent.o.v. aarde tot max. 300 V.

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 35

6Installatievoorschriften, veldbus-interfaces, veldverdelers

Metalen EMC-kabelwartels

De door SEW geleverde metalen EMC-kabelwartels moeten als volgt worden gemon-teerd:

[1] Attentie: isolatiefolie afknippen en niet terugslaan.

06175AXX

[1]

6

36 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Installatievoorschriften, veldbus-interfaces, veldverdelers

Bedradingstest Voordat de eerste keer spanning wordt ingeschakeld is een bedradingstest vereist omletsel aan personen en schade aan installatie en apparatuur door bedradingsfoutente voorkomen.• Alle busmodules van de aansluitmodule losnemen• Alle MOVIMOT®-regelaars van de aansluitmodule verwijderen (alleen bij MFZ.7,

MFZ.8)• Alle stekerverbindingen van de motorkabels (hybride kabels) scheiden van de veld-

verdelers• Isolatietest van de bedrading doorvoeren overeenkomstig de geldende nationale

normen• Aarding controleren• Isolatie testen tussen voedingskabel en 24VDC-kabel • Isolatie testen tussen voedingskabel en communicatiekabel• De polariteit testen van de 24VDC-kabel• De polariteit testen van de communicatiekabel• De volgorde van de fasen van de voeding testen• Potentiaalvereffening tussen de veldbus-interfaces waarborgen

Na de bedradings-test

• Alle stekerverbindingen van de motorkabels (hybride kabels) aanbrengen en vast-schroeven

• Alle busmodules plaatsen en vastschroeven• Alle MOVIMOT®-regelaars plaatsen en vastschroeven (alleen bij MFZ.7, MFZ.8)• Alle klemmenkastdeksels monteren• Niet gebruikte stekeraansluitingen afdichten

Aansluiting van de PROFIBUS-kabel in de veld-verdeler

Houd er rekening mee dat de aansluitaders van PROFIBUS binnen in de veldverdelerzo kort mogelijk gehouden worden en voor de aankomende en afgaande bus steedseven lang zijn.

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 37

6Aansluiting MFZ21 met MOVIMOT®

6.3 Aansluiting MFZ21 met MOVIMOT®

05945AXX

0 = potentiaalniveau 0 1 = potentiaalniveau 1

[1] Bij gescheiden montage MFZ21 / MOVIMOT®:afscherming van de RS-458-kabel via metalen EMC-kabelwartel op de MFZ en MOVIMOT®-huis aarden

[2] Potentiaalvereffening tussen alle busdeelnemers waarborgen[3] Klemmenbezetting van de klemmen 19-36 vanaf bladzijde 44

1

19

2

20

3

21

4

22

5

23

6

24

7

25

8

26

9

27

10

28

11

29

12

30

13

31

14

32

15

33

16

34

17

35

18

36

24V

24V

GN

D

GN

D

24V

RS

+

RS

-

GN

D 24V

R L f1/f2

K1a

K1b

RS

-R

S+

MOVIMOT®MFZ21 (PROFIBUS)

24 VDC

+ -

A B

DG

ND A B

DG

ND

res

.

VP

DG

ND

res

.

AB

AB

PROFIBUS DP

[3]

[2]

[1] [1]

0 1+

MFZ21

MFP..MQP..

X20

Klemmenbezetting

Nr. Naam Richting Functie

X20 1 A ingang PROFIBUS-DP datakabel A (aankomend)

2 B ingang PROFIBUS-DP datakabel B (aankomend)

3 DGND - datareferentiepotentiaal voor PROFIBUS-DP (alleen voor testdoeleinden)

4 A uitgang PROFIBUS-DP datakabel A (afgaand)

5 B uitgang PROFIBUS-DP datakabel B (afgaand)

6 DGND - datareferentiepotentiaal voor PROFIBUS-DP (alleen voor testdoeleinden)

7 - - gereserveerd

8 VP uitgang +5 V-uitgang (max. 10 mA) (alleen voor testdoeleinden)

9 DGND - referentiepotentiaal voor VP (klem 8) (alleen voor testdoeleinden)

10 - - gereserveerd

11 24 V ingang 24V-voeding voor de elektronica van de modules en sensoren

12 24 V uitgang 24V-voeding (doorverbonden met klem X20/11)

13 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor de elektronica van de modules en sensoren

14 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor de elektronica van de modules en sensoren

15 24 V uitgang 24V-voeding voor MOVIMOT® (doorverbonden met klem X20/11)

16 RS+ uitgang Communicatieverbinding voor de MOVIMOT®-klem RS+

17 RS- uitgang Communicatieverbinding voor de MOVIMOT®-klem RS-

18 GND - 0V24V-referentiepotentiaal voor MOVIMOT® (doorverbonden met klem X20/13)

6

38 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Aansluiting veldverdeler MFZ23 met MFP../MQP..

6.4 Aansluiting veldverdeler MFZ23 met MFP../MQP..Aansluitmodule MFZ23 met veldbusmodule MFP/MQP21, MFP/MQP22 en twee gescheiden 24VDC-spanningscircuits

05942AXX

0 = potentiaalniveau 0 1 = potentiaalniveau 1 2 = potentiaalniveau 2

[1]Metalen EMC-wartel

8 7 6 5 4 3 2 1

L3

L2

L1

PE

L3

L2

L1

PE

4 mm (AWG10)2X1

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8

A B

DG

ND A B

DG

ND

DG

ND

res.

24V

24V

GN

D

GN

D

V2I

24

V2I

24

GN

D2

GN

D2

PE

L1

L1

L2

L2

L3

L3

PE

4 mm (AWG10)

A

B

A

B

24V1

GND1

24V1

GND1

24V2

GND2

24V2

GND2

2.5 mm (AWG12)

0 1 2

2 2

X20 X21

res.

VP

PROFIBUS-DP[1] [1]

+MFP21

MFP22

2 x 24 VDC

MQP21

MQP22MFZ23

Klemmenbezetting

Nr. Naam Richting Functie

X20 1 A ingang PROFIBUS-DP datakabel A (aankomend)

2 B ingang PROFIBUS-DP datakabel B (aankomend)

3 DGND - datareferentiepotentiaal voor PROFIBUS-DP (alleen voor testdoeleinden)

4 - - gereserveerd

5 VP uitgang +5 V-uitgang (max. 10 mA) (alleen voor testdoeleinden)

6 A uitgang PROFIBUS-DP datakabel A (afgaand)

7 B uitgang PROFIBUS-DP datakabel B (afgaand)

8 DGND - datareferentiepotentiaal voor PROFIBUS-DP (alleen voor testdoeleinden)

9 - - gereserveerd

10 DGND - referentiepotentiaal voor VP (klem 5) (alleen voor testdoeleinden)

X21 1 24V ingang 24V-voeding voor de elektronica van de modules, sensoren en MOVIMOT®

2 24V uitgang 24V-voeding (doorverbonden met klem X21/1)

3 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor de elektronica van de modules, sensoren en MOVIMOT®

4 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor de elektronica van de modules, sensoren en MOVIMOT®

5 V2I24 ingang 24V-voedingen voor actoren (digitale uitgangen)

6 V2I24 uitgang 24V-voeding voor actoren (digitale uitgangen) doorverbonden met klem X21/5

7 GND2 - 0V24V-referentiepotentiaal voor actoren

8 GND2 - 0V24V-referentiepotentiaal voor actoren

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 39

6Aansluiting veldverdeler MFZ23 met MFP../MQP..

Aansluitmodule MFZ23 met veldbusmodule MFP/MQP21, MFP/MQP22 en een gemeenschappelijk 24VDCspanningscircuit

05943AXX

0 = potentiaalniveau 0 1 = potentiaalniveau 1 2 = potentiaalniveau 2

[1]Metalen EMC-wartel

[1] [1]

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8

A B

DG

ND A B

DG

ND

DG

ND

res.

24V

24V

GN

D

GN

D

V2I

24

V2I

24

GN

D2

GN

D2

8 7 6 5 4 3 2 1

PE

L1

L1

L2

L2

L3

L3

PE

L3

L2

L1

PE

L3

L2

L1

PE

4 mm (AWG10)

A

BA

B

24V

GND24V

GND

0 1 2

2X1

X20 X21re

s.

VP

PROFIBUS-DP

4 mm (AWG10)2.5 mm (AWG12)2 2+MFP21

MFP22

MQP21

MQP22MFZ23

1 x 24 VDC

Klemmenbezetting

Nr. Naam Richting Functie

X20 1 A ingang PROFIBUS-DP datakabel A (aankomend)

2 B ingang PROFIBUS-DP datakabel B (aankomend)

3 DGND - datareferentiepotentiaal voor PROFIBUS-DP (alleen voor testdoeleinden)

4 - - gereserveerd

5 VP uitgang +5 V-uitgang (max. 10 mA) (alleen voor testdoeleinden)

6 A uitgang PROFIBUS-DP datakabel A (afgaand)

7 B uitgang PROFIBUS-DP datakabel B (afgaand)

8 DGND - datareferentiepotentiaal voor PROFIBUS-DP (alleen voor testdoeleinden)

9 - - gereserveerd

10 DGND - referentiepotentiaal voor VP (klem 5) (alleen voor testdoeleinden)

X21 1 24V ingang 24V-voeding voor de elektronica van de modules, sensoren en MOVIMOT®

2 24V uitgang 24V-voeding (doorverbonden met klem X21/1)

3 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor de elektronica van de modules, sensoren en MOVIMOT®

4 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor de elektronica van de modules, sensoren en MOVIMOT®

5 V2I24 ingang 24V-voedingen voor actoren (digitale uitgangen)

6 V2I24 uitgang 24V-voeding voor actoren (digitale uitgangen) doorverbonden met klem X21/5

7 GND2 - 0V24V-referentiepotentiaal voor actoren

8 GND2 - 0V24V-referentiepotentiaal voor actoren

6

40 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Aansluiting veldverdeler MFZ23 met MFP../MQP..

Aansluitmodule MFZ23 met veldbusmodule MFP/MQP32

05944AXX

0 = potentiaalniveau 0 1 = potentiaalniveau 1

[1]Metalen EMC-wartel

8 7 6 5 4 3 2 1

PE

L1

L1

L2

L2

L3

L3

PE

L3

L2

L1

PE

L3

L2

L1

PE

4 mm (AWG10)2X1

[1] [1]

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8

A B

DG

ND A B

DG

ND

DG

ND

res.

24V

24V

GN

D

GN

D

res.

A

B

A

B

24V

GND

24V

GND

0X20 X21

res.

VP

PROFIBUS-DP

res.

res.

res.

1

4 mm (AWG10)2.5 mm (AWG12)2 2+ MFP23

1 x 24 VDC

MQP23

MFZ23

Klemmenbezetting

Nr. Naam Richting Functie

X20 1 A ingang PROFIBUS-DP datakabel A (aankomend)

2 B ingang PROFIBUS-DP datakabel B (aankomend)

3 DGND - datareferentiepotentiaal voor PROFIBUS-DP (alleen voor testdoeleinden)

4 - - gereserveerd

5 VP uitgang +5 V-uitgang (max. 10 mA) (alleen voor testdoeleinden)

6 A uitgang PROFIBUS-DP datakabel A (afgaand)

7 B uitgang PROFIBUS-DP datakabel B (afgaand)

8 DGND - datareferentiepotentiaal voor PROFIBUS-DP (alleen voor testdoeleinden)

9 - - gereserveerd

10 DGND - referentiepotentiaal voor VP (klem 5) (alleen voor testdoeleinden)

X21 1 24 V ingang 24V-voeding voor de elektronica van de modules, sensoren en MOVIMOT®

2 24 V uitgang 24V-voeding (doorverbonden met klem X21/1)

3 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor de elektronica van de modules, sensoren en MOVIMOT®

4 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor de elektronica van de modules, sensoren en MOVIMOT®

5 - - gereserveerd

6 - - gereserveerd

7 - - gereserveerd

8 - - gereserveerd

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 41

6Aansluiting veldverdeler MFZ26, MFZ27, MFZ28 met MFP../MQP..

6.5 Aansluiting veldverdeler MFZ26, MFZ27, MFZ28 met MFP../MQP..Aansluitmodule MFZ26, MFZ27, MFZ28 met veldbusmodule MFP/MQP21, MFP/MQP22 en twee gescheiden 24VDCspanningscircuits

05939AXX

0 = potentiaalniveau 0 1 = potentiaalniveau 1 2 = potentiaalniveau 2

[1]Metalen EMC-wartel[2] Klemmenbezetting van de klemmen 19-36 vanaf bladzijde 44

Klemmenbezetting

Nr. Naam Richting Functie

X20 1 A ingang PROFIBUS-DP datakabel A (aankomend)

2 B ingang PROFIBUS-DP datakabel B (aankomend)

3 DGND - datareferentiepotentiaal voor PROFIBUS-DP (alleen voor testdoeleinden)

4 A uitgang PROFIBUS-DP datakabel A (afgaand)

5 B uitgang PROFIBUS-DP datakabel B (afgaand)

6 DGND - datareferentiepotentiaal voor PROFIBUS-DP (alleen voor testdoeleinden)

7 - - gereserveerd

8 VP uitgang +5 V-uitgang (max. 10 mA) (alleen voor testdoeleinden)

9 DGND - referentiepotentiaal voor VP (klem 8) (alleen voor testdoeleinden)

10 - - gereserveerd

11 24 V ingang 24V-voeding voor de elektronica van de modules en sensoren

12 24 V uitgang 24V-voeding (doorverbonden met klem X20/11)

13 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor de elektronica van de modules en sensoren

14 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor de elektronica van de modules en sensoren

15 V2I24 ingang 24V-voedingen voor actoren (digitale uitgangen)

16 V2I24 uitgang 24V-voeding voor actoren (digitale uitgangen) doorverbonden met klem X20/15

17 GND2 - 0V24V-referentiepotentiaal voor spanningspotentiaal

18 GND2 - 0V24V-referentiepotentiaal voor spanningspotentiaal

+

MFZ26

MFZ27

MFZ28

MFP21 MFP22

2 x 24 VDC

1

19

2

20

3

21

4

22

5

23

6

24

7

25

8

26

9

27

10

28

11

29

12

30

13

31

14

32

15

33

16

34

17

35

18

36

A B

DG

ND A B

DG

ND

res.

VP

DG

ND

res.

24V

24V

GN

D

GN

D

V2I

24

V2I

24

GN

D2

GN

D2

1 2 3 4 5 6 7 8

PE

L1

L1

L2 L2

L3

L3

PE

L3

L2

L1

PE

L3

L2

L1

PE

4 mm (AWG10)

A

B

A

B

24V1

GND124V1

GND124V2

GND224V2

GND2

2X1

[1]

0 1 2

1 2

PROFIBUS-DP

2.5 mm (AWG12)2

[1]

X20

MQP21 MQP22

[2]

6

42 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Aansluiting veldverdeler MFZ26, MFZ27, MFZ28 met MFP../MQP..

Aansluitmodule MFZ26, MFZ 27, MFZ28 met veldbusmodule MFP/MQP21, MFP/MQP22 en een gemeenschappelijk 24VDCspanningscircuit

05940AXX

0 = potentiaalniveau 0 1 = potentiaalniveau 1 2 = potentiaalniveau 2

[1]Metalen EMC-wartel[2] Klemmenbezetting van de klemmen 19-36 vanaf bladzijde 44

1

19

2

20

3

21

4

22

5

23

6

24

7

25

8

26

9

27

10

28

11

29

12

30

13

31

14

32

15

33

16

34

17

35

18

36

A B

DG

ND A B

DG

ND

res.

VP

DG

ND

res.

24V

24V

GN

D

GN

D

V2I

24

V2I

24

GN

D2

GN

D2

1 2 3 4 5 6 7 8 4 mm (AWG10)

A

B

A

B

24V

GND

24V

GND

0 1 2

1 2

PE

L1

L1

L2

L2

L3

L3

PE

L3

L2

L1

PE

L3

L2

L1

PE

2

PROFIBUS-DP

2.5 mm (AWG12)2

[1] [1]

X1

X20

+

MFZ26

MFZ27

MFZ28

MFP21 MFP22

1 x 24 VDC

MQP21 MQP22

[2]

Klemmenbezetting

Nr. Naam Richting Functie

X20 1 A ingang PROFIBUS-DP datakabel A (aankomend)

2 B ingang PROFIBUS-DP datakabel B (aankomend)

3 DGND - datareferentiepotentiaal voor PROFIBUS-DP (alleen voor testdoeleinden)

4 A uitgang PROFIBUS-DP datakabel A (afgaand)

5 B uitgang PROFIBUS-DP datakabel B (afgaand)

6 DGND - datareferentiepotentiaal voor PROFIBUS-DP (alleen voor testdoeleinden)

7 - - gereserveerd

8 VP uitgang +5 V-uitgang (max. 10 mA) (alleen voor testdoeleinden)

9 DGND - referentiepotentiaal voor VP (klem 8) (alleen voor testdoeleinden)

10 - - gereserveerd

11 24 V ingang 24V-voeding voor de elektronica van de modules en sensoren

12 24 V uitgang 24V-voeding (doorverbonden met klem X20/11)

13 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor de elektronica van de modules en sensoren

14 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor de elektronica van de modules en sensoren

15 V2I24 ingang 24V-voedingen voor actoren (digitale uitgangen)

16 V2I24 uitgang 24V-voeding voor actoren (digitale uitgangen) doorverbonden met klem X20/15

17 GND2 - 0V24V-referentiepotentiaal voor spanningspotentiaal

18 GND2 - 0V24V-referentiepotentiaal voor spanningspotentiaal

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 43

6Aansluiting veldverdeler MFZ26, MFZ27, MFZ28 met MFP../MQP..

Aansluitmodule MFZ26, MFZ27, MFZ28 met veldbusmodule MFP/MQP32

05941AXX

0 = potentiaalniveau 0 1 = potentiaalniveau 1

[1]Metalen EMC-wartel[2] Klemmenbezetting van de klemmen 19-36 vanaf bladzijde 44

1

19

2

20

3

21

4

22

5

23

6

24

7

25

8

26

9

27

10

28

11

29

12

30

13

31

14

32

15

33

16

34

17

35

18

36

A B

DG

ND A B

DG

ND

res.

VP

DG

ND

res.

24V

24V

GN

D

GN

D

res.

res.

res.

res.

1 2 3 4 5 6 7 8

PE

L1

L1

L2

L2 L3

L3

PE

L3

L2

L1

PE

L3

L2

L1

PE

4 mm (AWG10)

A

B

A

B

24V

GND

24V

GND

0 1

1

2

PROFIBUS-DP

2.5 mm (AWG12)2

[1] [1]

X1

X20

+

MFZ26

MFZ27

MFZ28

MFP32

1 x 24 VDC

MQP32

[2]

Klemmenbezetting

Nr. Naam Richting Functie

X20 1 A ingang PROFIBUS-DP datakabel A (aankomend)

2 B ingang PROFIBUS-DP datakabel B (aankomend)

3 DGND - datareferentiepotentiaal voor PROFIBUS-DP (alleen voor testdoeleinden)

4 A uitgang PROFIBUS-DP datakabel A (afgaand)

5 B uitgang PROFIBUS-DP datakabel B (afgaand)

6 DGND - datareferentiepotentiaal voor PROFIBUS-DP (alleen voor testdoeleinden)

7 - - gereserveerd

8 VP uitgang +5V-uitgang (max. 10mA) (alleen voor testdoeleinden)

9 DGND - referentiepotentiaal voor VP (klem 8) (alleen voor testdoeleinden)

10 - - gereserveerd

11 24 V ingang 24V-voeding voor de elektronica van de modules en sensoren

12 24 V uitgang 24V-voeding (doorverbonden met klem X20/11)

13 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor de elektronica van de modules en sensoren

14 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor de elektronica van de modules en sensoren

15 V2I24 - gereserveerd

16 V2I24 - gereserveerd

17 GND2- - gereserveerd

18 GND2 - gereserveerd

6

44 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Aansluiting in- en uitgangen (I/O) van de veldbus-interfaces MF../MQ..

6.6 Aansluiting in- en uitgangen (I/O) van de veldbus-interfaces MF../MQ..

Aansluiting via klemmen bij..

...veldbus-interfaces met vier digitale ingangen en twee digitale uitgangen:

MFZ.1MFZ.6MFZ.7MFZ.8

in combinatie metMF.21MF.22MF.23

MQ.21MQ.22

06122AXX

[1] alleen MFI23: gereserveerdalle andere MF.. modules V2I24

1 = potentiaalniveau 12 = potentiaalniveau 2

Nr. Naam Richting Functie

X20 19 DI0 ingang schakelsignaal van sensor 1

20 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor sensor 1

21 V024 uitgang 24V-voeding voor sensor 1

22 DI1 ingang schakelsignaal van sensor 2

23 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor sensor 2

24 V024 uitgang 24V-voeding voor sensor 2

25 DI2 ingang schakelsignaal van sensor 3

26 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor sensor 3

27 V024 uitgang 24V-voeding voor sensor 3

28 DI3 ingang schakelsignaal van sensor 4

29 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor sensor 4

30 V024 uitgang 24V-voeding voor sensor 4

31 DO0 uitgang schakelsignaal van actor 1

32 GND2 - 0V24-referentiepotentiaal voor actor 1

33 DO1 uitgang schakelsignaal van actor 2

34 GND2 - 0V24-referentiepotentiaal voor actor 2

35 V2I24 ingang

24V-voeding voor actorenalleen bij MFI23: gereserveerdalleen bij MFZ.6, MFZ.7 en MFZ.8: doorverbonden met klem 15 resp. 16

36 GND2 - 0V24-referentiepotentiaal voor actorenalleen bij MFZ.6, MFZ.7 en MFZ.8: doorverbonden met klem 17 resp. 18

19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36

DI 0

GN

D

VO

24

DI 1

GN

D

VO

24

DI 2

GN

D

VO

24

DI 3

GN

D

VO

24

DO

0

GN

D2

DO

1

GN

D2

GN

D2

1 2X20

V2I

24[1

]

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 45

6Aansluiting in- en uitgangen (I/O) van de veldbus-interfaces MF../MQ..

Aansluiting via klemmen bij...

...veldbus-interfaces met zes digitale ingangen:

MFZ.1MFZ.6MFZ.7MFZ.8

in combinatie met MF.32 MF.33

MQ.32

06123AXX

1 = potentiaalniveau 1

Nr. Naam Richting Functie

X20 19 DI0 ingang schakelsignaal van sensor 1

20 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor sensor 1

21 V024 uitgang 24V-voeding voor sensor 1

22 DI1 ingang schakelsignaal van sensor 2

23 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor sensor 2

24 V024 uitgang 24V-voeding voor sensor 2

25 DI2 ingang schakelsignaal van sensor 3

26 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor sensor 3

27 V024 uitgang 24V-voeding voor sensor 3

28 DI3 ingang schakelsignaal van sensor 4

29 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor sensor 4

30 V024 uitgang 24V-voeding voor sensor 4

31 DI4 ingang schakelsignaal van sensor 5

32 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor sensor 5

33 DI5 ingang schakelsignaal van sensor 6

34 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor sensor 6

35 res. - gereserveerd

36 GND - 0V24-referentiepotentiaal voor sensoren

19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36D

I 0

GN

D

VO

24

DI 1

GN

D

VO

24

DI 2

GN

D

VO

24

DI 3

GN

D

VO

24

DI 4

GN

D

DI 5

GN

D

res.

GN

D

1X20

6

46 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Aansluiting in- en uitgangen (I/O) van de veldbus-interfaces MF../MQ..

Aansluiting via M12-connecto-ren bij...

Veldbus-interfaces MF.22, MQ.22, MF.23 met vier digitale ingangen en twee digi-tale uitgangen:• sensoren/actoren óf via M12-bussen óf op klemmen aansluiten;• bij gebruik van de uitgangen: 24 V op V2I24 / GND2 aansluiten;• tweekanalige sensoren/actoren op DI0, DI2 en DO0 aansluiten. DI1, DI3 en DO1

kunnen dan niet meer worden gebruikt.

05784AXX

DIO DI2 DO0

DI3 DO1DI1

24 V(V024)

24 V(V024)

GND GND GND2

GND GND GND2

DI1 DI3 DO1

24 V(V024)

24 V(V024)

DI2 DO0

DI3 DO1

DI0

DI1

1 4 5 3 2

Attentie: niet-gebruikte aansluitingen moeten met M12-afsluitstoppen wordenvoorzien, om de beschermingsgraad IP65 te waarborgen!

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 47

6Aansluiting in- en uitgangen (I/O) van de veldbus-interfaces MF../MQ..

Aansluiting via M12-connecto-ren bij...

Veldbus-interfaces MF.32, MQ.32, MF.33 met zes digitale ingangen: • Sensoren óf via M12-bussen óf op klemmen aansluiten.• Tweekanalige sensoren op DI0, DI2 en DI4 aansluiten. DI1, DI3 en DI5 kunnen dan

niet meer worden gebruikt.

05785AXX

DIO DI2 DI4

DI3 DI5DI1

24 V(V024)

24 V(V024)

24 V(V024)

GND GND GND

GND GND GND

DI1 DI3 DI5

24 V(V024)

24 V(V024)

DI2 DI4

DI3 DI5

DI0

DI1

24 V(V024)

1 4 5 3 2

Attentie: niet-gebruikte aansluitingen moeten met M12-afsluitstoppen wordenvoorzien, om de beschermingsgraad IP65 te waarborgen!

6

48 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Busaansluiting met optionele aansluittechniek

6.7 Busaansluiting met optionele aansluittechniekAansluitflens AF2 Aansluitflens AF2 kan alternatief voor de standaarduitvoering AF0 met de veldverdelers

MFZ26D en MFZ28D voor Profibus worden gecombineerd. AF2 beschikt over een M12-connectorsysteem voor de Profibus-aansluiting. Op het apparaat is een steker X11 voorde aankomende en een bus X12 voor de doorgaande Profibus gemonteerd. De M12-connectoren zijn in "Reverse-Key-codering" (vaak ook als B- of W-codering aangeduid)uitgevoerd.

Aansluitflens AF2 stemt overeen met de aanbevelingen uit de Profibus-richtlijn Nr. 2.141"Anschlusstechnik für Profibus".In afwijking met de standaarduitvoering mag bij gebruik van AF2 de op de MFP../MQP-module bij te schakelen busafsluiting niet meer gebruikt worden. Daarvoor in de plaatsmoet een steekbare busafsluiting (M12) worden gebruikt op de plaats van de doorgaan-de busaansluiting X12 bij de laatste deelnemer!

51340AXX

[1] frontplaat[2] steker M12, aankomende PROFIBUS (X11)[3] beschermkap[4] bus M12, afgaande PROFIBUS (X12)[5] afsluitschroef M20[6] afsluitschroef M25

[1]

[6]

[2]

[4]

[3]

[5]

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 49

6Busaansluiting met optionele aansluittechniek

Bedrading en pin-bezetting AF2

51339AXX

M12-steker X11

Pin 1 niet bezet

Pin 2 A-leiding PROFIBUS (aankomend)

Pin 3 niet bezet

Pin 4 B-leiding PROFIBUS (aankomend)

Pin 5 niet bezet

Schroef-draad

afscherming resp. beschermaarde

M12-bus X12

Pin 1 VP-voedingsspanning 5 V voor afsluitweerstand

Pin 2 A-leiding PROFIBUS (afgaand)

Pin 3 DGND-referentiepotentiaal voor VP (pin1)

Pin 4 B-leiding PROFIBUS (afgaand)

Pin 5 niet bezet

Schroef-draad

afscherming resp. beschermaarde

BUBNRDGN

GN

RD

1 2 4 5 8 9

X12X11

6

50 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Busaansluiting met optionele aansluittechniek

Aansluitflens AF3 Aansluitflens AF3 kan alternatief voor de standaarduitvoering AF0 met de veldverdelersMFZ26D en MFZ28D voor Profibus worden gecombineerd.AF3 beschikt over een M12-connectorsysteem voor de Profibus-aansluiting. Op het ap-paraat is een steker X11 voor de aankomende en een bus X12 voor de doorgaande Pro-fibus gemonteerd. De M12-connectoren zijn in "Reverse-Key-codering" (vaak ook als B-of W-codering aangeduid) uitgevoerd.Bovendien beschikt AF3 over een M12-aansluitsteker X15 (4-polig, normale codering)voor de toevoer van de 24V-voeding(en).

De aansluitflens AF3 stemt overeen met de aanbevelingen uit de Profibus-richtlijn Nr.2.141 "Anschlusstechnik für Profibus".In afwijking met de standaarduitvoering mag bij gebruik van AF3 de op de MFP../MQP..-module bij te schakelen busafsluiting niet meer gebruikt worden. Daarvoor in de plaatsmoet een steekbare busafsluiting (M12) worden gebruikt op de plaats van de doorgaan-de busaansluiting X12 bij de laatste deelnemer!

51336AXX

[1] frontplaat[2] steker M12, aankomende PROFIBUS (X11)[3] bus M12, afgaande PROFIBUS (X12)[4] verloopring[5] steker M12, 24V-voeding (X15)[6] afsluitschroef M20[7] beschermkap[8] afsluitschroef M25

[1]

[8]

[6]

[7]

[2][3]

[4][5]

[6]

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 51

6Busaansluiting met optionele aansluittechniek

Bedrading en pin-bezetting AF3

51335AXX

M12-steker X11

Pin 1 niet bezet

Pin 2 A-leiding PROFIBUS (aankomend)

Pin 3 niet bezet

Pin 4 B-leiding PROFIBUS (aankomend)

Pin 5 niet bezet

Schroefdraad afscherming resp. beschermaarde

M12-bus X12

Pin 1 VP-voedingsspanning 5 V voor afsluitweerstand

Pin 2 A-leiding PROFIBUS (afgaand)

Pin 3 DGND-referentiepotentiaal voor VP (pin1)

Pin 4 B-leiding PROFIBUS (afgaand)

Pin 5 niet bezet

Schroefdraad afscherming resp. beschermaarde

M12-steker X15

Pin 1 voeding 24 V voor elektronica van de module en sensoren

Pin 2 V2I24 - voeding 24V voor actoren

Pin 3 GND -0V24-referentiepotentiaal 24 V voor de elektronica van de modu-les en sensoren

Pin 4 GND2 - 0V24-referentiepotentiaal voor actoren

BU BU WH BKBN BNRDGN

GN

RD

X12

X15

X11

1 2 4 5 8 9 11 13 15 17

6

52 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Aansluiting geprefabriceerde kabel

6.8 Aansluiting geprefabriceerde kabelVerbinding tus-sen veldverdeler MFZ.3. of MFZ.6. en MOVIMOT® (artikelnummer 0186 725 3)

Let op vrijgave draairichting

51246AXX

DT/DV..MM MFZ.6

+MFZ.3

De buitenste afscherming van de kabel moet via een metalen EMC-kabelwartelaan het huis van de MOVIMOT®-klemmenkast worden geaard.

Kabelaansluiting

MOVIMOT®-aansluitklem Aderkleur / aanduiding

L1 zwart / L1

L2 zwart / L2

L3 zwart / L3

24 V rood / 24 V

⊥ wit / 0 V, wit / 0 V

RS+ oranje / RS+

RS- groen / RS-

PE-klem groen-geel + einde afscherming

Beide draairichtingen zijn vrijgege-ven.

Alleen linksom is vrijgegeven.Het mede activeren van rechtsom doet de aandrijving stoppen.

Alleen rechtsom is vrijgegeven.Het mede activeren van linksom doet de aandrijving stoppen

Aandrijving is geblokkeerd of wordt stil gezet.

24V

LR LR24V

LR24V

LR24V

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 53

6Aansluiting geprefabriceerde kabel

Verbinding tus-sen veldverdeler MFZ.7. of MFZ.8. en draaistroom-motoren (artikel-artikelnummer 0186 742 3)

51245AXX

DT/DV MFZ.7

+

MFZ.8

De buitenste afscherming van de kabel moet via een metalen EMC-kabelwartelaan het huis van de aansluitklemmenkast van de motor worden geaard.

Kabelaansluiting

Motoraansluitklem Aderkleur / aanduiding

U1 zwart / U1

V1 zwart / V1

W1 zwart / W1

13 rood / 13

14 wit / 14

15 blauw / 15

TH zwart / 1

TH zwart / 2

PE-klem groen-geel + einde afscherming (binnenste afscherming)

7

54 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Inbedrijfstellingsprocedure

7 Inbedrijfstelling met PROFIBUS (MFP + MQP)7.1 Inbedrijfstellingsprocedure

1. Correcte aansluiting MOVIMOT® en PROFIBUS-aansluitmodule (MFZ21, MFZ23,MFZ26, MFZ27 of MFZ28) controleren.

2. Stel DIP-schakelaar S1/1 (op de MOVIMOT®) op ON (= adres 1).

3. Stel het maximumtoerental met setpoint-potentiometer f1 in.

4. Afdichtingsschroef van het deksel (met afdichting) weer aanbrengen.5. Minimumtoerental fmin met schakelaar f2 instellen.

• Wij adviseren voor het verwijderen/plaatsen van de busmodule (MFP/MQP) de24VDC-voeding uit te schakelen!

• De busverbinding van aankomende en doorgaande PROFIBUS is in de aansluitmo-dule geïntegreerd, zodat ook bij afgenomen moduul-elektronica de PROFIBUS-ka-bel niet is onderbroken.

• Let op de aanwijzingen in het hoofdstuk "Aanvullende inbedrijfstellingsaanwijzingenveldverdelers".

06164AXX

05066BXX

[1] Potentiometerinstelling

Functie Instelling

Vaste positie 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

Minimumtoerental fmin [Hz]

2 5 7 10 12 15 20 25 30 35 40

1

ON

S1

6 7 854321

ON

S1

32

1 2 3 4 5 6 7 8 9 100

100f [Hz

[1]

]

2

75

25

50

65f1

34

56

78

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 55

7Inbedrijfstellingsprocedure

6. Indien de integrator niet via de veldbus wordt ingevoerd (2 PDS), dan de integrator-tijd t1 instellen op de MOVIMOT®. De integratortijden hebben betrekking op een set-point-sprong van 50 Hz.

7. PROFIBUS-adres op de MFP/MF instellen (fabrieksinstelling: adres 4) De instellingvan het PROFIBUS-adres vindt plaats met de DIP-schakelaars 1 tot 7.

De onderstaande tabel laat met het voorbeeld van het adres 17 zien, hoe de DIP-schakelafstand voor willekeurige busdiensten bepaald worden.

Functie Instelling

Vaste positie 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

Integratortijd t1 [s] 0,1 0,2 0,3 0,5 0,7 1 2 3 5 7 10

05995AXX

[1] voorbeeld: adres 17[2] schakelaar 8 = gereserveerd

Adres 0 tot 125: geldig adresAdres 126: wordt niet ondersteundAdres 127: Broadcast

Berekening Rest DIP-schakelafstand Waarde17 / 2 = 8 1 DIP 1 = ON 18 / 2 = 4 0 DIP 2 = OFF 24 / 2 = 2 0 DIP 3 = OFF 42 / 2 = 1 0 DIP 4 = OFF 81 / 2 = 0 1 DIP 5 = ON 160 / 2 = 0 0 DIP 6 = OFF 320 / 2 = 0 0 DIP 7 = OFF 64

34

56

78

2 x 0 = 06

2 x 0 = 05

2 x 1 = 164

2 x 0 = 03

2 x 0 = 02

2 x 0 = 01

2 x 1 = 101

ON

67

54

32

17

[1]

[2]8

00

I

7

56 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Inbedrijfstellingsprocedure

8. Busafsluiting van de veldbus-interface MFP/MQP bij de laatste busdeelnemer bij-schakelen.• Als de MFP/MQP zich aan het einde van een PROFIBUS-segment bevindt, dan

wordt deze alleen via de aankomende PROFIBUS-kabel op het PROFIBUS-netaangesloten (klem 1/2).

• Om storingen van het bussysteem door reflecties e.d. te vermijden, moet hetPROFIBUS-segment bij de fysiek eerste en laatste deelnemer met busafsluit-weerstanden afgewerkt worden.

• De busafsluitweerstanden zijn al op de MFP/MQP geïntegreerd en kunnen mettwee DIP-schakelaars (zie volgende afbeelding) worden geactiveerd. De busaf-sluiting is voor het kabeltype A volgens EN 50170 (volume 2) gerealiseerd!

Let bij de toepassing van veldverdelers met aansluittechniek AF2 of AF3 op hetvolgende:In afwijking met de standaarduitvoering mag bij gebruik van AF2/AF3 de op de MFP/MQP..-module bij te schakelen busafsluiting niet meer worden gebruikt. In plaatsdaarvan moet een steekbare busafsluiting (M12) op de plaats van de doorgaandebusaansluiting X12 bij de laatste deelnemer worden gebruikt (zie ook hoofdstuk"Aansluiting via connectoren").

9. MOVIMOT®-regelaar en MFP/MQP-huisdeksel plaatsen en vastschroeven.10.Voedingsspanning (24VDC) voor de PROFIBUS-interface MFP/MQP en MOVIMOT®

inschakelen. De groene LED "RUN" van de MFP/MQP moet nu oplichten en de rodeLED "SYS-F" doven.

11.PROFIBUS-interface MFP/MQP in de DP-master configureren.

Busafsluiting ON = aan Busafsluiting OFF = uitFabrieksinstelling

05072AXX 05073AXX

9

ON

109

ON

10

9

ON

10

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 57

7Configuratie (projectering) van de PROFIBUS-master

7.2 Configuratie (projectering) van de PROFIBUS-masterVoor de configuratie van de DP-master zijn op de bijgevoegde diskette "GSD-bestan-den" aanwezig. Deze bestanden worden naar speciale directories van de configuratie-software gekopieerd en binnen de configuratiesoftware geactualiseerd. De gedetailleer-de procedure kunt u in de handboeken van de betreffende configuratiesoftware vinden.

Configuratie van de PROFIBUS-DP-interface MFP/MQP:

• Let op de aanwijzingen in het bestand README.TXT op de GSD-diskette.• Installeer het GSD-bestand "SEW_6001.GSD" (vanaf versie 1.5) overeenkomstig de

opgegeven data van de configuratiesoftware voor de DP-Master. Na succesvolle in-stallatie verschijnt bij de slave-deelnemers het apparaat "MFP/MQP + MOVIMOT".

• Voeg de veldbus-koppelmodule in de PROFIBUS-structuur in onder de naam "MFP/MQP + MOVIMOT" en geef deze het Profibusadres.

• Selecteer de voor uw toepassing vereiste procesdata-configuratie (zie hoofdstuk"Functie van de PROFIBUS-interface MFP" resp. "Functie van de PROFIBUS-inter-face MFQ").

• Geef de I/O- resp. periferie-adressen voor de geprojecteerde data-breedten op. Slade configuratie op.

• Breidt uw gebruikersprogramma uit met de data-uitwisseling met de MQP/MFP. Deoverdracht van procesdata is niet consistent. SFC14 en SFC15 mogen voor de pro-cesdata-overdracht niet worden gebruikt en zijn alleen voor het parameterkanaalvereist.

• Na het opslaan van het project, het laden in de DP-master en het starten van de DP-master, moet de LED "Bus-F" van de MFP/MQP doven. Als dit niet het geval is, con-troleer dan de kabels en afsluitweerstanden van PROFIBUS en de configuratie,vooral het PROFIBUS-adres.

De nieuwste versie van de GSD-bestanden vindt u altijd op internet onder hetadres: http://www.SEW-EURODRIVE.de

00

I

8

58 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Verwerking van de procesdata en sensoren/actoren

8 Functie van de PROFIBUS-interface MFP8.1 Verwerking van de procesdata en sensoren/actoren

Met de PROFIBUS-interfaces MFP wordt behalve de besturing van MOVIMOT®-draai-stroommotoren ook de extra aansluiting van sensoren/actoren op de digitale ingangs-klemmen en digitale uitgangsklemmen mogelijk gemaakt. In het PROFIBUS-DP-proto-col wordt daarbij achter de procesdata voor MOVIMOT® nog een I/O-byte toegevoegd,waarin de extra digitale in- en uitgangen van de MFP zijn afgebeeld. De codering vande procesdata vindt plaats met het uniforme MOVILINK®-protocol voor SEW-regelaars(zie hoofdstuk "MOVILINK®-apparaatprofiel").

PROFIBUS-DP configuratie "3 PD + I/O":

51147AXX

PO Procesuitgangsdata PI Procesingangsdata

PO1 stuurwoord PO2 toerental [%]PO3 integratorDO digitale uitgangen

PI1 statuswoord 1PI2 uitgangsstroomPI3 statuswoord 2DI digitale ingangen

MOVIMOT + MF..®

PO1 PO2 PO3

Master

PI1 PI2 PI3

PO

PI

DO

DI

-+

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 59

8Structuur van de in- en uitgangsbyte

8.2 Structuur van de in- en uitgangsbyte MFP 21/22

MFP32

gereserveerd, waarde = 0

uitgangsklem DO 1

uitgangsklem DO 0

7 6 5 4 3 2 1 0

Veldbus-master

Byte: digital outputs

MFP 21/22Byte: digital inputs

7 6 5 4 3 2 1 0

ingangsklem DI 0

ingangsklem DI 1

ingangsklem DI 2

ingangsklem DI 3

gereserveerd, waarde = 0

Veldbus-master Byte: digital inputs

MFP 32

7 6 5 4 3 2 1 0

ingangsklem DI 0

ingangsklem DI 1

ingangsklem DI 2

ingangsklem DI 3

ingangsklem DI 4

ingangsklem DI 5

gereserveerd, waarde = 0

00

I

8

60 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

DP-configuraties

8.3 DP-configuratiesIn het algemeen kunnen alleen functies worden geconfigureerd, die ook door de betref-fende MFP-variant worden ondersteund. Er kunnen echter ook aanwezige functies wor-den gedeactiveerd, d.w.z. bij een MFP 21 kunnen de digitale uitgangen uit de configu-ratie worden verwijderd, doordat de DP-configuratie " ... + DI" wordt geselecteerd.De verschillende varianten van de MFP maken verschillende DP-configuraties mogelijk.De volgende tabel toont alle mogelijke DP-configuraties en de ondersteunde MFP-vari-anten. In de kolom "DP-kenteken" krijgt u de decimale kentekens van de individuele in-steekposities voor de configuratiesoftware van de DP-master.

Naam Onder-steunde MFP--varian-ten

Beschrijving DP-kenteken

0 1 2

2 PD alle MFP-varianten

MOVIMOT®-besturing met 2 procesdatawoorden 113dec 0dec –

3 PD alle MFP-varianten

MOVIMOT®-besturing met 3 procesdatawoorden 114dec 0dec –

0 PD + DI/DO MFP 21/22 Geen MOVIMOT®-besturing, alleen verwerking van de digitale in- en uitgangen

0dec 48dec –

2 PD + DI/DO MFP 21/22 MOVIMOT®-besturing via 2 procesdatawoorden en verwerking van de digitale in- en uitgangen

113dec 48dec –

3 PD + DI/DO MFP 21/22 MOVIMOT®-besturing via 3 procesdatawoorden en verwerking van de digitale in- en uitgangen

114dec 48dec –

0 PD + DI alle MFP-varianten

Geen MOVIMOT®-besturing, alleen verwerking van de digitale ingangen. De digitale uitgangen van de MFP worden niet gebruikt!

0dec 16dec –

2 PD + DI alle MFP-varianten

MOVIMOT®-besturing via 2 procesdatawoorden en verwerking van de digitale ingangen. De digitale uitgangen van de MFP worden niet gebruikt!

113dec 16dec –

3 PD + DI alle MFP-varianten

MOVIMOT®-besturing via 3 procesdatawoorden en verwerking van de digitale ingangen. De digitale uitgangen van de MFP worden niet gebruikt!

114dec 16dec –

Universele configuratie

alle MFP-varianten

Gereserveerd voor speciale configuraties 0dec 0dec 0dec

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 61

8Betekenis van de LED-indicatie

8.4 Betekenis van de LED-indicatieDe PROFIBUS-interface MFP heeft drie LEDs voor de diagnose.• LED "RUN" (groen) voor het weergeven van de normale bedrijfstoestand• LED "BUS-FAULT" (rood) voor het weergeven van fouten op de PROFIBUS-DP• LED "SYS-FAULT" (rood) voor het weergeven van systeemfouten van de MOVI-

MOT®

Aanwijzing: de LED "SYS-Fault" is in de DP-configuratie 0PD+DI/DO" en "0PD+DI" overhet algemeen zonder functie.

Status van de LED "RUN" (groen)

x = willekeurige toestand

50358AXX

MF

P P

RO

FIB

US

DP

MF

P P

RO

FIB

US

DP

SYS-FSYS-F

BUS-FBUS-F

RUNRUN

RUN BUS-F SYS-F Betekenis Opheffen van de fout

in x x • Hardware van de MFP-modules OK

in uit uit • MFP-bedrijf in orde• MFP bevindt zich in data-uitwisse-

ling met de DP-master (Data-Exchange).en MOVIMOT®

uit x x • MFP niet bedrijfsgereed• 24VDC-voeding ontbreekt

• 24VDC-voeding controleren• MFP opnieuw inschakelen. Bij

herhaald optreden module uit-wisselen.

knip-pert

x x • PROFIBUS-adres is groter dan 125 ingesteld

• Controleer het ingestelde PRO-FIBUS-adres op de MFP

00

I

8

62 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Betekenis van de LED-indicatie

Status van de LED "BUS-F" (rood)

x = willekeurige toestand

Status van de LED "SYS-F" (rood)

x = willekeurige toestand

RUN BUS-F SYS-F Betekenis Opheffen van de fout

in uit x • MFP bevindt zich in data-uitwisse-ling met de DP-master (Data-Exchange)

in knip-pert

x • De baudrate wordt herkend, wordt echter door de DP-master niet aangesproken

• MFP werd in de DP-master niet of verkeerd geconfigureerd

• Controleer de configuratie van de DP-master

in in x • De verbinding naar de DP-Master is verbroken

• MFP herkent geen baudrate• Onderbreking van de bus • DP-master is buiten bedrijf

• Controleer de PROFIBUS-DP-aansluiting van de MFP

• Controleer de DP-master• Controleer alle kabels in uw

PROFIBUS-DP-net

RUN BUS-F SYS-F Betekenis Opheffen van de fout

in x uit • Normale bedrijfstoestand van de MFP en MOVIMOT®

in x knippert 1 x

• MFP bedrijfstoestand OK, MOVIMOT® meldt fout

• Analyseer het foutennummer in de MOVIMOT® -statuswoord 1 in de besturing

• Raadpleeg voor het opheffen van de fout de technische handleiding MOVIMOT®

• MOVIMOT® eventueel via de besturing (reset-bit in stuurwoord 1) resetten

in x knippert 2 x

• MOVIMOT® reageert niet op setpoints van de DP-master, daar de PO-data niet zijn vrijge-geven

• Controleer de DIP-schakelaars S1/1..4 in de MOVIMOT®

• Stel het adres 1 van de RS-485 in, om de PO-data vrij te geven

in x in • Communicatieverbinding tus-sen MFP en MOVIMOT® ver-toont storingen of is onderbroken

• Controleer de elektrische verbin-ding tussen MFP en MOVIMOT® (klemmen RS+ en RS-)

• Zie ook hoofdstuk "Elektrische installatie" en hoofdstuk "Installa-tieplanning vanuit EMC-optiek"

• Werkschakelaar op de veldver-deler staat op OFF

• Controleer de instelling van de werkschakelaar op de veldverde-ler

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 63

8MFP-systeemfout/MOVIMOT®-fout

8.5 MFP-systeemfout/MOVIMOT®-foutAls de MFP een systeemfout meldt (continu branden van de LED "SYS-FAULT"), is decommunicatieverbinding tussen MFP en MOVIMOT® onderbroken. Deze systeemfoutwordt als foutcode 91dec via het diagnosekanaal en via de statuswoorden van de proce-singangsdata naar de plc overgedragen. Omdat deze systeemfout in de regel wijstop bedradingsproblemen of ontbrekende 24V-voeding van de MOVIMOT®-rege-laar, is een reset via het stuurwoord niet mogelijk! Zodra de communicatieverbin-ding weer hersteld is, wordt de fout automatisch gereset. Controleer de elektrischeaansluiting van de MFP en MOVIMOT®. De procesingangsdata leveren in geval vaneen systeemfout een vast gedefinieerd bit-patroon terug, omdat er geen geldige status-informatie van de MOVIMOT® beschikbaar is. Voor de analyse binnen de besturing kun-nen zodoende alleen nog het statuswoord-bit 5 (storing) en de foutcode gebruikt wor-den. Alle overige informatie is ongeldig!

De ingangsinformatie van de digitale ingangen wordt verder geactualiseerd en kan zo-doende binnen de besturing ook verder worden geanalyseerd.

PROFIBUS-DP Timeout

Wordt de data-overdracht via PROFIBUS-DP gestoord resp. onderbroken, dan loopt inde MFP de aanspreektijd van de bewaking af (indien in de DP-Master geconfigureerd).De LED "BUS-FAULT" licht op (resp. knippert) en signaleert dat geen nieuwe gebruiks-data ontvangen worden. MOVIMOT® decelereert volgens de laatst geldende integrator,na 1 seconde valt het relais "bedrijfsgereed" af en meldt zodoende een storing.De digitale uitgangen worden direct na afloop van de aanspreekbewakingstijd gereset!

DP-master actief/besturing uitge-vallen

Als de plc van de RUN-toestand in de STOP-toestand wordt gebracht, zet de DP-masteralle procesuitgangsdate op de waarde 0. MOVIMOT® krijgt in het bedrijf met 3 PD nuhet integrator-setpoint = 0. De digitale uitgangen DO 0 en DO 1 worden door de DP-master eveneens gereset!

Pocesingangswoord Hex-waarde

Betekenis

PI1: statuswoord 1 5B20hex Foutcode 91 (5Bhex), bit 5 (storing) = 1 alle overige sta-tusinformatie ongeldig!

PI2: actuele stroom: 0000hex Informatie ongeldig!

PI3: statuswoord 2 0020hex Bit 5 (storing) = 1 alle overige statusinformatie ongeldig!

Ingangsbyte van de digitale ingangen

XXhex De ingangsinformatie van de digitale ingangen wordt ver-der geactualiseerd!

00

I

8

64 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Diagnose

8.6 DiagnoseSlave-diagnose-data

De PROFIBUS-interface MFP meldt alle optredende fouten via het diagnosekanaal vande PROFIBUS-DP aan de besturing. In de besturing worden deze foutmeldingen danover corresponderende systeemfuncties (bijv. bij S7-400 over diagnose-alarm OB 82 /SFC 13) verwerkt. De volgende afbeelding toont de structuur van de diagnosedata, diesamengesteld worden uit diagnose-informatie volgens EN 50170 (volume 2) en (in ge-val van storing bij MOVIMOT®/MFP) uit de apparaatspecifieke diagnosedata.

De codering van de bytes 0...3 is in de EN 50170 (volume 2) gedefinieerd. Byte 4, 5 en6 bevatten in het algemeen de in de afbeelding weergegeven constante codes.Byte 7 bevat:• MOVIMOT® -foutcodes (zie hoofdstuk "Diagnose MOVIMOT®-regelaars") of• MFP-foutcodes: foutcode 91dec = SYS-FAULT (zie hoofdstuk "MFP-systeemfouten/

MOVIMOT -fouten" op bladzijde 63)

byte 0: stationsstatus 1 •

byte 1: stationsstatus 2 •

byte 2: stationsstatus 3 •

byte 3: adres DP-master •

byte 4: Ident-nummer High [60] •

byte 5: Ident-nummer Low [01] •

byte 6: header [02] • X

byte 7: foutcode MOVIMOT®/MFP X

• DIN/ENX alleen in geval van storing[...] bevat constante codes van de MFP, de rest variabele

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 65

8Diagnose

Alarm in- en uit-schakelen

Daar alle storingsinformatie ook direct via de statuswoorden van de procesingangsdataaan de besturing kan worden overgedragen, kan het in werking stellen van het diagno-se-alarm door een MOVIMOT®-/MFP-fout via de gebruikerspecifieke parameters vande PROFIBUS-DP ook worden gedeactiveerd.Aanwijzing: met dit mechanisme schakelt u alleen de activering van een diagnose-alarm vanwege een MOVIMOT®- resp. MFP-fout uit. Door het PROFIBUS-DP-systeemkunnen echter altijd diagnose-alarmen in de DP-master in werking worden gesteld, zo-dat de betreffende organisatiebouwstenen (bijvoorbeeld OP82 voor S7-400) in de be-sturing universeel zouden kunnen worden aangelegd.

Procedure In iedere DP-Master kunnen bij de configuratie van een DP-Slave extra voor de toepas-sing specifieke parameters gedefinieerd worden, die bij initialisatie van de PROFIBUS-DP naar de slave worden gezonden. Voor de interface MFP zijn 10 gebruikerspecifiekeparameterdata voorzien, waarvan tot nu toe alleen het byte 1 met de volgende functieis toegekend:

Alle niet-vermelde waarden zijn niet toegestaan en kunnen tot fouten van de MFP lei-den!

Voorbeeld voor configuratie

Byte: Toelaatbare waarde

Functie

0 00hex Gereserveerd

1 00hex01hex

MOVIMOT® -/MFP-fout genereert diagnose-alarmMOVIMOT® -/MFP-fout genereert geen diagnose-alarm

2-9 00hex Gereserveerd

Parametreerdata (hex) Functie

00,00,00,00,00,00,00,00,00,00, Diagnose-alarmen worden ook in geval van storing gegenereerd

00,01,00,00,00,00,00,00,00,00, Diagnose-alarmen worden in geval van storing niet gegenereerd

00

I

9

66 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Default-programma

9 Functie van de PROFIBUS-interface MQPPROFIBUS-modules MQP met geïntegreerde besturing bieden (zoals ook de MFP-mo-dules), een gemakkelijke veldbuskoppeling van MOVIMOT®-aandrijvingen.Bovendien zijn zij met besturingsfunctionaliteit uitgerust, die het u mogelijk maakt hetgedrag van de aandrijving met extern opgegeven waarden via de veldbus en de geïnte-greerde I/O’s in hoge mate zelf te bepalen. U krijgt daardoor de mogelijkheid, bijvoor-beeld sensorsignalen direct in de aangekoppelde veldbus te verwerken of uw eigencommunicatieprofiel via de veldbus-interface te definiëren. Bij toepassing van de sensorNV26 krijgt u een enkelvoudig positioneersysteem, dat in combinatie met een MQP-be-sturingsprogramma in uw toepassing kan worden geïntegreerd. De besturingsfunctionaliteit van de MQP-module wordt door IPOSplus® bereikt. Via dediagnose- en programmeerinterface (onder de wartelinvoer aan de voorzijde) van demodule heeft u toegang tot de geïntegreerde IPOS-besturing. De optie UWS21A maaktde koppeling aan de seriële interface van een pc mogelijk. De programmering vindtplaats via de MOVITOOLS-compiler of met LOGODrive. Nadere informatie voor het programmeren vindt u in het IPOSplus®- resp. het LO-GODrive-handboek.

9.1 Default-programmaDe MQP-modules worden standaard met een IPOS-programma geleverd, dat zoveelmogelijk de functionaliteit van de MFP-module simuleert.Stel bij de MOVIMOT® adres 1 in en let op de aanwijzingen bij de inbedrijfstelling. Deprocesdatabreedte bedraagt vast vier woorden (daarmee rekening houden bij configu-ratie/inbedrijfstelling). De eerste drie woorden worden transparant met de MOVIMOT®

uitgewisseld en komen overeen met het MOVILINK®-protocol (zie hoofdstuk"MOVILINK®-protocol"). De I/O’s van de MQP-module worden in het vierde woord over-gedragen.

Foutreacties Een onderbreking van de verbinding tussen MQP-module en MOVIMOT® leidt na 1 stot uitschakeling. De fout wordt via het statuswoord 1 ingevoegd (fout 91). Omdat dezesysteemfout in de regel wijst op bedradingsproblemen of ontbrekende 24V-voe-ding van de MOVIMOT®-regelaar, is een reset via het stuurwoord niet mogelijk!Zodra de communicatieverbinding weer hersteld is, wordt de fout automatischgereset. Een onderbreking van de verbinding tussen veldbus-master en MQP-moduleleidt na de ingestelde timeout-tijd van de veldbus ertoe, dat de procesuitgangsdata naarde MOVIMOT® op 0 worden gezet. Deze foutreactie is met parameter 831 van MOVI-TOOLS-Shell uit te schakelen.

51435AXX

MOVIMOT +MQP®

PO1 PO2 PO3

Master

-+

PI1 PI2 PI3

PO

PI

PO4

PI4

5 4 3 2 1 0

5 4 3 2 1 0

(DI5) (DI4) DI3 DI2 DI1 DI0

DO1 DO0

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 67

9Configuratie

9.2 ConfiguratieOm de soort en het aantal voor de overdracht gebruikte in- en uitgangsgegevens te kun-nen definiëren, moet aan de MQP door de DP-Master een bepaalde DP-configuratiemeegedeeld worden. Daarbij bestaat de mogelijkheid, de MQP via procesdata aan testuren en via het parameterkanaal alle parameters van de MQP te lezen of te schrijven.De afbeelding laat schematisch de data-uitwisseling zien tussen DP-master, veldbus-interface MQP (DP-slave) en een MOVIMOT® met procesdata- en parameterkanaal.

51436AXX

PARAM parameterdata PD procesdata

MOVIMOT®

MQP

DP-Master

PARAMPD

PARAM PD

PD

PD

00

I

9

68 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Configuratie

Procesdataconfi-guratie

De PROFIBUS-interface MQP maakt verschillende DP-configuraties mogelijk voor dedata-uitwisseling tussen DP-master en MQP. De onderstaande tabel geeft aanvullende informatie over alle standaard DP-configura-ties van de MQP-module. De kolom "Procesdataconfiguratie" laat u de naam van deconfiguratie zien. Deze teksten verschijnen ook binnen uw configuratiesoftware voor deDP-master als selectielijst. Het bestand voor apparaat-stamgegevens wordt ook voor deMFP-module gebruikt. Oriënteer u daarom alleen op de invoerdata voor de MQP. Dekolom DP-configuratie geeft weer, welke configuratiedata bij het opzetten van de ver-binding van de PROFIBUS-DP naar de MQP verzonden worden. Het parameterkanaaldient voor de parametrering van de MQP en wordt niet aan de bijbehorende deelnemers(MOVIMOT®) aangereikt. Met de universele configuratie kunnen DP-configuraties vrijworden gedefiniëerd. De MQP accepteert 1-10 procesdatawoorden met en zonder pa-rameterkanaal.

Procesdataconfiguratie Betekenis / aanwijzingen Cfg 0 Cfg1 Cfg 2

Configurations for MQP

1 PD (MQP) besturing met 1 procesdatawoord 0dec 112dec 0dec

2 PD (MQP) besturing met 2 procesdatawoorden 0dec 113dec 0dec

3 PD (MQP) besturing met 3 procesdatawoorden 0dec 114dec 0dec

4 PD (MQP) besturing met 4 procesdatawoorden 0dec 115dec 0dec

6 PD (MQP) besturing met 6 procesdatawoorden 0dec 117dec 0dec

10 PD (MQP) besturing met 10 procesdatawoorden 0dec 121dec 0dec

Param + 1 PD (MQP) besturing met 1 procesdatawoord -parametre-ring met 8 byte parameterkanaal

243dec 112dec 0dec

Param + 2 PD (MQP) besturing met 2 procesdatawoorden -parame-trering met 8 byte parameterkanaal

243dec 113dec 0dec

Param + 3 PD (MQP) besturing met 3 procesdatawoorden -parame-trering met 8 byte parameterkanaal

243dec 114dec 0dec

Param + 4 PD (MQP) besturing met 4 procesdatawoorden -parame-trering met 8 byte parameterkanaal

243dec 115dec 0dec

Param + 6 PD (MQP) besturing met 6 procesdatawoorden -parame-trering met 8 byte parameterkanaal

243dec 117dec 0dec

Param + 10 PD(MQP) besturing met 10 procesdatawoorden -parame-trering met 8 byte parameterkanaal

243dec 121dec 0dec

Universele configuratie (MQP)

gereserveerd voor speciale configuraties 0dec 0dec 0dec

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 69

9Configuratie

DP configuratie "Universele confi-guratie"

Met de universele configuratie heeft u de mogelijkheid, de MQP afwijkend van de inge-voerde standaardwaarden van het GSD-bestand te configureren. Daarbij moet u de vol-gende randvoorwaarden aanhouden:• Module 0 definieert het parameterkanaal van de MQP. Wordt hier een 0 ingevoerd,

dan is het parameterkanaal uitgeschakeld. Wordt de waarde 243 ingevoerd, dan ishet parameterkanaal met 8 byte lengte ingeschakeld.

• De volgende modulen bepalen de procesdatabreedten van de MQP op de PROFI-BUS. De som van de procesdatabreedte van alle volgende modulen moet tussen 1en 10 woorden liggen.

Formaat van de identificatiebyte Cfg_Data volgens EN 50170 (V2)

Aanwijzingen voor de dataconsisten-tie

In de regel is de niet consistente data-uitwisseling voldoende. Zou de applicatie verei-sen dat de procesdata tussen DP-master en MQP consistent worden uitgewisseld, kuntu dit met de universele configuratie instellen. In dit geval moeten bij S7 firmware V 3.0de systeemfuncties SFC14 en SFC15 voor de data-uitwisseling in het S7-programmaworden gebruikt.

Externe diagnose De MQP ondersteunt geen externe diagnose. Foutmeldingen van de individuele MOVI-MOT® kunnen uit de betreffende statuswoorden worden gelezen. In het statuswoord 1worden ook fouttoestanden van de MQP ingevoegd, bijvoorbeeld een timeout van deRS-485-verbinding naar de MOVIMOT®. Op aanvraag levert de MQP de normdiagnosevolgens EN 50170 (V2).

Aanwijzing voor Simatic S7 mastersystemen: Vanuit het PROFIBUS-DP-systeem kan ook bij niet geactiveerde externe diagnose-ge-nerering altijd door andere deelnemers een diagnose-alarm in de DP-master in werkingworden gesteld, zodat de betreffende organisatiebouwstenen (OB82) in de besturinguniverseel moeten worden aangelegd.

MSB LSB

7 6 5 4 3 2 1 0

datalengte0000 = 1 byte/woord1111 = 16 byte/woorden

In-/uitvoer00 = speciale identificatieformaten01 = invoer10 = uitvoer11 = in-/uitvoer

Formaat0 = bytestructuur1 = woordstructuur

Consistentie over0 byte of woord1 totale lengte

00

I

9

70 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Configuratie

Identificatienum-mer

Iedere DP-master en DP-slave moet een individueel, door de PROFIBUS-gebruikersor-ganisatie afgegeven identificatie-nummer voor de eenduidige identificering van het aan-gesloten apparaat overleggen. Bij de start van de PROFIBUS-DP-master vergelijkt dezede identificatie-nummers van de aangesloten DP-slave met de door de gebruiker inge-voerde identificatie-nummers. Pas als de DP-master vastgesteld heeft, dat de aange-sloten stationsadressen en apparaten (identificatie-nummers) met de ontwerpgegevensovereenstemmen, wordt de overdracht van de data geactiveerd. Hierdoor wordt met ditproces een hoge veiligheid met betrekking tot ontwerpfouten bereikt.Het identificatie-nummer wordt als 16-bit getal (unsigned16) zonder voorteken gedefini-eerd. Voor de MQP- en de MFP-module heeft de PROFIBUS-gebruikersorganisatie hetidentificatienummer 6001 hex (24577 dec) vastgelegd.

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 71

9Besturing met Profibus-DP

9.3 Besturing met Profibus-DPDe door de PROFIBUS-master verzonden procesuitgangsdata kunnen in het IPOS-pro-gramma van de MQP worden verwerkt. De aan de PROFIBUS-master verzonden pro-cesingangsdata worden via het IPOS-programma van de MQP bepaald.De procesdatabreedte is variabel instelbaar (1-10 woorden).Wordt een plc als PROFIBUS-master gebruikt, dan liggen de procesdata in het I/O- ofperiferiebereik van de plc.

9.4 Parametrering met PROFIBUS-DPHet aanroepen van de MQP-parameters heeft bij PROFIBUS-DP plaats over het MOVI-LINK® -parameterkanaal, dat naast de oorspronkelijke instructies READ en WRITE nogandere parameterinstructies biedt.Via het parameterkanaal kunnen alleen parameters van de MQP worden aangespro-ken.

Structuur van het parameterkanaal

De parametrering van veldapparatuur via veldbus-systemen, die geen gebruikerslaagbieden, vereist de simulatie van de belangrijkste functionaliteiten en instructies zoals bij-voorbeeld READ en WRITE voor het lezen en schrijven van parameters. Daaruit volgtbijvoorbeeld voor PROFIBUS-DP de definitie van een parameter-procesdata-object(PPO). Deze PPO wordt cyclisch verzonden en bevat naast het procesdatakanaal eenparameterkanaal, waarmee de acyclische parameterwaarden uitgewisseld kunnen wor-den.

De volgende tabel laat de structuur zien van het parameterkanaal. Het wordt samenge-steld uit een managementbyte, een gereserveerde byte, een index-woord en vier data-bytes.

51439AXX

PARAM parameterdata PD procesdata

Byte 0 Byte 1 Byte 2 Byte 3 Byte 4 Byte 5 Byte 6 Byte 7

Manage-ment

gereser-veerd

Index High Index Low MSB-data data data LSB-data

manage-ment

gereser-veerd=0

parameterindex 4 byte data

PD

PARAM PD

PARAM

00

I

9

72 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Parametrering met PROFIBUS-DP

Management van het parameterka-naal

Het hele verloop van de parametrering wordt met de byte 0 (management) gecoördi-neerd. Met deze byte worden belangrijke instructieparameters als service-identificatie,datalengte, uitvoering en status van de uitgevoerde instructie ter beschikking gesteld.De volgende afbeelding laat zien, dat bit 0, 1, 2 en 3 de service-identificatie bevatten,dus ook definiëren, welke instructie wordt uitgevoerd. Met bit 4 en bit 5 wordt voor deWrite-instructie de data-lengte in byte aangegeven, die voor SEW-parameters in het al-gemeen op 4 bytes ingesteld moet worden.

Bit 6 fungeert als bevestiging tussen besturing en MQP. Hij activeert in de MQP de uit-voering van de overgedragen instructie. Daar in het bijzonder bij PROFIBUS-DP het pa-rameterkanaal cyclisch met de procesdata wordt verzonden, moet de instructie-uitvoe-ring in de MQP flankgestuurd met de "handshake-bit" worden geactiveerd. Daartoewordt de waarde van deze bit voor elke nieuw uit te voeren instructie omgezet (getog-geld). De MQP signaleert met de handshake-bit, of de instructie werd uitgevoerd of niet.Zodra in de besturing de ontvangen handshake-bit overeenstemt met de verzondene,dan is de instructie uitgevoerd. De status-bit geeft weer, of de instructie juist kon wordenuitgevoerd of onjuist was.

Gereserveerde byte

Byte 1 moet als gereserveerd beschouwd worden en moet in het algemeen op 0x00worden ingesteld.

Index-adresse-ring

Met byte 2 (Index-High) en byte 3 (Index-Low) wordt de parameter bepaald, die via hetveldbus-systeem gelezen of geschreven moet worden. De parameters van de MQPworden onafhankelijk van het aangesloten veldbussysteem met een eenduidige indexgeadresseerd. Het hoofdstuk "Parameterlijst" bevat alle MQx-parameters met index.

MSB Byte 0: management LSB

Bit: 7 6 5 4 3 2 1 0

servicekenteken:0000 = No Service0001 = Read Parameter0010 = Write Parameter0011 = Write Parameter volatile0100 = Read Minimum0101 = Read Maximum0110 = Read Default0111 = Read Scale1000 = Read Attribute

datalengte:00 = 1 byte01 = 2 byte10 = 3 byte11 = 4 byte (moet ingesteld zijn!)

handshake-bitmoet bij cyclische overdracht met elke nieuwe opdracht gewisseld worden

status-bit0 = geen fout bij instructie-uitvoering1 = fout bij instructie-uitvoering

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 73

9Parametrering met PROFIBUS-DP

Data-omvang De data bevinden zich zoals in de volgende tabel wordt weergegeven in byte 4 tot byte7 van het parameterkanaal. Er kan zodoende maximaal 4 byte data per instructie wor-den overgedragen. In principe worden de data rechtsgebonden ingevoerd, d.w.z. byte7 bevat de minst significante databyte (LSB-data), byte 4 dienovereenkomstig de meestsignificante databyte (MSB-data).

Onjuiste instruc-tie-uitvoering

Een onjuiste instructie-uitvoering wordt door het zetten van de statusbit in de manage-mentsbyte gesignaleerd. Is de ontvangen handshake-bit gelijk aan de verzondenhandshake-bit, dan is de instructie door de MQP uitgevoerd. Signaleert de statusbit nueen fout, dan wordt in het databereik van het parametertelegram de foutcode ingevoerd.Byte 4-7 levert de return-codes in gestructureerde vorm terug (zie hoofdstuk Return-co-des).

Byte 0 Byte 1 Byte 2 Byte 3 Byte 4 Byte 5 Byte 6 Byte 7

Manage-ment

gereser-veerd

Index High

Index Low MSB-data data data LSB-data

High-Byte1

Low-Byte1

High-Byte2

Low-Byte2

High-woord Low-woord

dubbelwoord

Byte 0 Byte 1 Byte 2 Byte 3 Byte 4 Byte 5 Byte 6 Byte 7

manage-ment

gereser-veerd

Index High

Index Low Error-Class

Error-Code

Add.Code high

Add.-Code low:

statusbit = 1: onjuiste instructie-uitvoering

00

I

9

74 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Return-codes van de parametrering

9.5 Return-codes van de parametreringBij onjuiste parametrering worden door de MQP verschillende return-codes aan de pa-rametrerende master teruggegeven, die gedetailleerd uitsluitsel over de oorzaak van defout geven. In ’t algemeen zijn deze return-codes gestructureerd volgens EN 50170 op-gebouwd. Er wordt onderscheid gemaakt tussen de elementen: • Error-Class• Error-Code• Additional-CodeDeze return-codes gelden voor alle communicatie-interfaces van de MQP.

Error-Class Met het element Error-Class wordt de soort fout nader geclassificeerd. De MQP onder-steunt de volgende, volgens EN 50170 (V2) gedefinieerde foutklassen:

De Error-Class wordt bij onjuiste communicatie door de communicatiesoftware van develdbus-interface gegenereerd. Nauwkeuriger informatie van de fout volgt uit de ele-menten Error-Code en Additional-Code.

Error-Code Het element Error-Code geeft nauwkeurige informatie over de oorzaak van de fout bin-nen de Error-Class en wordt bij onjuiste communicatie door de communicatie-softwarevan de MQP gegenereerd. Voor Error-Class 8 = "Other error" is alleen de Error-Code =0 (andere foutcode) gedefinieerd. De gedetailleerde informatie staat in dit geval in deAdditional Code.

Class (hex) Omschrijving Betekenis

1 vfd-state statusfout van het virtuele veldapparaat

2 application-reference fout in het applicatie-programma

3 definition definitiefout

4 resource resource-fout

5 service fout bij de uitvoering van de instructie

6 access toegangsfout

7 OV fout in de objectenlijst

8 other andere fout (zie Additional-Code)

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 75

9Return-codes van de parametrering

Additional-Code De Additional-Code bevat de specifieke SEW-return-codes voor onjuiste parametreringvan de MQP. Ze worden onder Error-Class 8 = "Other error" naar de master terugge-stuurd. De onderstaande tabel geeft alle mogelijke coderingen voor de Additional-Codeweer.Error-Class: 8 = "Andere fout":

Bijzondere return-code (uit-zonderlijke geval-len)

Fouten in de parametrering, die noch automatisch door de gebruikerslaag van het veld-bus-systeem, noch door de systeem-software van de MQP-module geïdentificeerd kun-nen worden, worden als speciale gevallen behandeld. Daarbij gaat het om de volgendemogelijke fouten:• onjuiste codering van een instructie via het parameterkanaal• onjuiste lengte-opgave van een instructie via het parameterkanaal• configuratiefout deelnemercommunicatie

Add.-Code high (hex)

Add.-Code low (hex)

Betekenis

00 00 Geen fout

00 10 Ongeoorloofde parameter-index

00 11 Functie/parameter niet geïmplementeerd

00 12 Alleen leestoegang geoorloofd

00 13 Parameterblokkering is actief

00 14 Fabrieksinstelling is actief

00 15 Waarde voor parameter te groot

00 16 Waarde voor parameter te klein

00 17 Voor deze functie/parameter ontbreekt de noodzakelijke optie-kaart

00 18 Fout in systeem-software

00 19 Parametertoegang alleen via RS-485-procesinterface op X13

00 1A Parametertoegang alleen via RS-485-diagnose-interface

00 1B Parameter is beveiligd tegen toegang

00 1C Regelaarblokkering noodzakelijk

00 1D Ontoelaatbare waarde voor parameter

00 1E Fabrieksinstelling werd geactiveerd

00 1F Parameter werd niet in de EEPROM opgeslagen

00 20 Parameter kan niet bij vrijgegeven eindtrap gewijzigd worden

00 21 Copypen einde string bereikt

00 22 Copypen niet vrijgegeven

00 23 Parameter mag alleen bij IPOS programmastop worden veran-derd

00 24 Parameter mag alleen bij uitgeschakelde Autosetup veranderd worden

00

I

9

76 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Return-codes van de parametrering

Onjuist service-kenteken in het parameterkanaal

Bij de parametrering via het parameterkanaal is een ongeldig service-kenteken in demanagementsbyte aangegeven. De volgende tabel laat de return-codes voor dit uitzon-derlijke geval zien.

Onjuiste lengte-opgave in het parameterkanaal

Bij de parametrering via het parameterkanaal werd bij een Write-instructie een dataleng-te niet gelijk aan 4 databytes aangegeven. De return-code toont de volgende tabel.

Herstel van de fout:controleer bit 4 en bit 5 voor de data-lengte in de managementbyte van het parameter-kanaal.

Configuratiefout deelnemercom-municatie

De in de volgende tabel vermelde return-code wordt teruggegeven, als u probeert eenparameterinstructie bij een deelnemer te plaatsen, hoewel er geen parameterkanaalvoor de deelnemer is geconfigureerd.

Opheffen van de fout:configureer een parameterkanaal naar de gewenste deelnemer.

Code (dec) Betekenis

Error-Class: 5 Service

Error-Code: 5 Illegal Parameter

Add.-Code high: 0 –

Add.-Code high: 0 –

Code (dec) Betekenis

Error-Class: 6 Access

Error-Code: 8 Type conflict

Add.-Code high: 0 –

Add.-Code high: 0 –

Code (dec) Betekenis

Error-Class: 6 Access

Error-Code: 1 Object not existent

Add.-Code high: 0 –

Add.-Code high: 0 –

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 77

9Lezen en schrijven van parameters via PROFIBUS-DP

9.6 Lezen en schrijven van parameters via PROFIBUS-DPLezen van een parameter via PROFIBUS-DP (Read)

Voor het uitvoeren van een READ-instructie via het parameterkanaal mag op grond vande cyclische overdracht van het parameterkanaal de handshake-bit pas dan uitgewis-seld worden, als het gehele parameterkanaal overeenkomstig de instructie gereed werdgemaakt. Houd daarom voor het lezen van een parameter onderstaande volgorde aan:1. voer de index van de te lezen parameter in byte 2 (index-High) en byte 3 (index-Low)

in;2. voer de service-identificatie voor de Read-instructie in het managementbyte in

(byte 0);3. geef door het wisselen van de handshake-bit de Read-instructie aan de MQP.

Daar het om een leesinstructie gaat, worden de verzonden databytes (byte 4...7) even-als de datalengte (in de managementbyte) genegeerd en moeten dientengevolge ookniet ingesteld worden. De MQP bewerkt nu de Read-instructie en levert met het uitwis-selen van de handshake-bit de instructiebevestiging terug.

De afbeelding toont de codering van een READ-instructie in de managementbyte. Dedatalengte is niet relevant, alleen moet de service-identificatie voor de READ-instructieworden ingevoerd. Een activering van deze instructie in de MQP heeft nu plaats met hetuitwisselen van de handshake-bit. Op deze manier kon de Read-instructie met de ma-nagementbyte-codering 01hex of 41hex worden geactiveerd.

Byte 0: management

7 6 5 4 3 2 1 0

0 0/1 X X 0 0 0 1

service-identificatie:0001 = Read Parameter

datalengte:voor READ-instructie niet relevant

handshake-bitmoet bij elke nieuwe opdracht worden omgezet

status-bit0 = geen fout bij instructie-uitvoering1 = fout bij instructie-uitvoering

X = niet relevant0/1 = bitwaarde is omgezet

00

I

9

78 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Lezen en schrijven van parameters via PROFIBUS-DP

Schrijven van een parameter via PROFIBUS-DP (Write)

Voor het uitvoeren van een WRITE-instructie via het parameterkanaal mag op grondvan de cyclische overdracht van het parameterkanaal de handshake-bit pas dan uitge-wisseld worden, als het gehele parameterkanaal overeenkomstig de instructie gereedwerd gemaakt. Houd daarom voor het lezen van een parameter onderstaande volgordeaan:1. voer de index van de te schrijven parameter in byte 2 (index-High) en byte 3 (index-

Low) in;2. voer de te schrijven data in in byte 4 tot 7 in;3. voer de service-identificatie en de datalengte voor de Write-instructie in de manage-

mentbyte in (byte 0);4. geef door het wisselen van de handshake-bit de Write -instructie aan de MQP.De MQP bewerkt nu de Write-instructie en levert met het uitwisselen van de handshake-bit de instructiebevestiging terug.De afbeelding toont de codering van een WRITE-instructie in de managementbyte. Dedatalengte bedraagt voor alle parameters van de MQP 4 bytes. Een activering van dezeinstructie aan de MQP heeft nu plaats met het uitwisselen van de handshake-bit. Bijge-volg heeft een Write-instructie op de MQP in het algemeen de managementbyte-code-ring 32hex of 72hex.

Byte 0: management

7 6 5 4 3 2 1 0

0 0/1 1 1 0 0 1 0

service-identificatie:0010 = Write

gereserveerd

datalengte:11 = 4 byte

handshake-bitmoet bij elke nieuwe opdracht worden omgezet

status-bit0 = geen fout bij instructie-uitvoering1 = fout bij instructie-uitvoering

0/1 = bitwaarde is omgezet

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 79

9Lezen en schrijven van parameters via PROFIBUS-DP

Programma van de parametrering bij PROFIBUS-DP

Bij het voorbeeld van de Write-instructie moet aan de hand van de volgende afbeeldingeenmalig een parametrerings-programma tussen besturing en MQP over PROFIBUS-DP gemaakt worden. Ter vereenvoudiging van de procedure wordt in de afbeelding al-leen de managementbyte van het parameterkanaal beschreven. Terwijl de besturing nuhet parameterkanaal voor de Write-instructie voorbereidt, wordt het parameterkanaaldoor de MQP alleen ontvangen en teruggezonden. Het activeren van de instructie vindtpas plaats op het moment, dat de handshake-bit veranderd is, dus in dit voorbeeld van0 naar 1 gewisseld is. Nu interpreteert de MQP het parameterkanaal en bewerkt de Wri-te-instructie, beantwoordt alle telegrammen echter verder met handshake-bit = 0. Debevestiging voor de uitgevoerde instructie vindt plaats met een wisseling van het hand-shake-bit in het antwoordtelegram van de MQP. De besturing herkent nu, dat de ontvan-gen handshake-bit met de verzondene weer overeenstemt en kan nu een nieuwe para-metrering voorbereiden.

Parameter-data-formaat

Bij de parametrering over de veldbus-interface wordt dezelfde parameter-codering ge-bruikt als over de seriële RS-485-interfaces. De lijst over de individuele parameters vindtu in hoofdstuk "Parameterlijst".

05471ANL

0 1100100

0 1100100

0 1100100

0 1100100

0 1100101

0 1100100

0 1100101

0 1100100

0 1100101

0 1100101

0 1100101

0 1100101

Besturing

RS-485

MQP(Slave)

Parameterkanaalwordt voorbereid op schrijfinstructie.

Handshake-bit wordtuitgewisseld en instruc-tie naar applicatie-regelaar overgedragen.

Instructiebevestigingontvangen, daarzend- en ontvangst-handshake-bit nuweer zijn.

Parameterkanaal wordtontvangen, maar nietverwerkt.

Write-instructie uitgevoerd,handshake-bit wordt uit-gewisseld.

Write-instructiewordt bewerkt.

Parameterkanaal wordtontvangen, maar nietverwerkt.

gelijk

00

I

9

80 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Betekenis van de LED-indicatie

9.7 Betekenis van de LED-indicatieDe PROFIBUS-interface MQP heeft drie LEDs voor de diagnose.• LED "RUN" (groen) voor het weergeven van de normale bedrijfstoestand• LED "BUS-F" (rood) voor het weergeven van fouten op de PROFIBUS-DP• LED "SYS-F" (rood) voor het weergeven van systeemfouten van de MQP resp.

MOVIMOT®

Status van de LED "RUN" (groen)

x = willekeurige toestand

50725AXX

SYS-F

BUS-F

RUN

MQP

PROF

IBUS

DP

RUN BUS-F SYS-F Betekenis Opheffen van de fout

in x x • Hardware van de MQP-modules OK

in uit uit • MFP-bedrijf in orde• MQP bevindt zich in data-uitwisse-

ling met de DP-master (Data-Exchange).en MOVIMOT®

uit x x • MQP niet bedrijfsgereed• 24VDC-voeding ontbreekt

• 24VDC-voeding controleren• MQP opnieuw inschakelen. Bij

herhaald optreden module uit-wisselen.

knip-pert

x x • PROFIBUS-adres is groter dan 125 ingesteld

• Controleer het ingestelde PRO-FIBUS-adres op de MQP

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 81

9Betekenis van de LED-indicatie

Status van de LED "BUS-F" (rood)

x = willekeurige toestand

Status van de LED "SYS-F" (rood)

x = willekeurige toestand

RUN BUS-F SYS-F Betekenis Opheffen van de fout

in uit x • MQP bevindt zich in data-uitwisse-ling met de DP-master (Data-Exchange)

in knip-pert

x • De baudrate wordt herkend, wordt echter door de DP-master niet aangesproken

• MQP werd in de DP-master niet of verkeerd geconfigureerd

• Controleer de configuratie van de DP-master

in in x • De verbinding naar de DP-Master is verbroken

• MQP herkent geen baudrate• Onderbreking van de bus • DP-master is buiten bedrijf

• Controleer de PROFIBUS-DP-aansluiting van de MQP

• Controleer de DP-master• Controleer alle kabels in uw PRO-

FIBUS-DP-net

RUN BUS-F SYS-F Betekenis Opheffen van de fout

x x uit • Normale bedrijfssituatie• De MQP wisselt data uit met de

aangesloten MOVIMOT®.

x x knip-pertgelijk-matig

• De MQP bevindt zich in de foutsi-tuatie

• In het MOVITOOLS-statusvenster ontvangt u een foutmelding

• Let op de betreffende foutbeschrij-ving (zie foutentabel)

x x in • De MQP wisselt geen data uit met de aangesloten MOVIMOT®.

• De MQP werd niet geconfigu-reerd, of de aangesloten MOVI-MOT’s®antwoorden niet.

• Controleer de bedrading van de RS-485 tussen MQP en de aange-sloten MOVIMOT® en de voeding van de MOVIMOT®

• Controleer of de op de MOVI-MOT® ingestelde adressen over-eenstemmen met de in het IPOS-programma (commando "Mov-commDef") ingestelde adressen.

• Controleer of het IPOS-pro-gramma is gestart

• Werkschakelaar op de veldverde-ler staat op OFF

• Stand van de werkschakelaar op de veldverdeler controleren

00

I

9

82 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Fouttoestanden

9.8 FouttoestandenVeldbus-timeout Het uitschakelen van de veldbus-master of een draadbreuk van de veldbusbedrading

veroorzaakt bij de MQP een veldbus-timeout. De aangesloten MOVIMOT®’s wordengestopt, doordat naar elk procesuitgangsdatawoord "0" wordt gezonden. Bovendienworden de digitale uitgangen op "0" gezet.Dit komt bijvoorbeeld overeen met een snelstop op het stuurwoord 1. Attentie: wordtde MOVIMOT® met drie procesdatawoorden aangestuurd, dan wordt in het derdewoord de integrator met 0 s vastgelegd! De fout "Veldbus-timeout" wordt zelfstandig gereset, d.w.z. de MOVIMOT®’s krij-gen na het opnieuw starten van de veldbuscommunicatie direct weer de actueleprocesuitgangsdata van de besturing. Deze foutreactie kan met P831 van de MOVITOOLS-Shell worden uitgeschakeld.

RS-485 timeout Als één of meerdere MOVIMOT®’s niet meer via RS-485 van de MQP kunnen wordenaangesproken, wordt in het statuswoord 1 van de foutcode 91 "Systeemfouten" inge-voegd. De LED "SYS-F" brandt dientengevolge. Via de diagnose-interface wordt de fouteveneens overgedragen.MOVIMOT®’s die geen data ontvangen, stoppen na 1 seconde. Voorwaarde hiervoor isdat de data-uitwisseling tussen MQP en MOVIMOT® via de MOVCOMM-commando’splaatsvindt. MOVIMOT®’s die nog steeds data ontvangen, kunnen als gebruikelijk ver-der worden aangestuurd.De timeout reset zich zelfstandig, d.w.z. de actuele procesdata worden na het startenvan de communicatie direct weer uitgewisseld met de niet bereikbare MOVIMOT®.

Defect in het apparaat

De veldbus-interfaces MQP kunnen een reeks hardware-defecten herkennen. Nadateen hardware-defect is herkend, is de apparatuur geblokkeerd. De exacte foutreactiesen maatregelen om de fouten op te heffen vindt u in het hoofdstuk "Foutenlijst". Een hardware-defect leidt ertoe dat in de procesingangsdata in het statuswoord 1 vanalle MOVIMOT®’s de fout 91 wordt ingevoegd. De LED "SYS-F" op de MQP-moduleknippert dan gelijkmatig. De exacte foutcode kan via de diagnose-interface in MOVITOOLS in de status van deMQP worden weergegeven. In het IPOS-programma kan de foutcode met het comman-do "GETSYS" worden gelezen en verwerkt.

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 83

10Veldverdeler MF.../Z.6., MQ.../Z.6.

10 Aanvullende inbedrijfstellingsaanwijzingen voor veldverdelersDe inbedrijfstelling vindt plaats overeenkomstig hoofdstuk "Inbedrijfstelling met PROFI-BUS (MFP + MQP)". Let bovendien op de volgende aanwijzingen voor de inbedrijfstel-ling van veldverdelers.

10.1 Veldverdeler MF.../Z.6., MQ.../Z.6.

Werkschakelaars De werkschakelaar/leidingbeveiligingsschakelaar bij veldverdeler Z.6 beveiligt de hybri-de kabel tegen overbelasting en schakelt de– voedingsspanning van de MOVIMOT®

– 24VDC-voeding van de MOVIMOT®

Principeschema:

Attentie: de werkschakelaar/leidingbeveiligingsschakelaar scheidt alleen de MO-VIMOT®-motor van het net; niet de veldverdeler.

05976AXX

[1] Doorverbinding voor de voeding van de MOVIMOT® uit 24VDC-spanning voor veldbusmodule MF../MQ..(in de fabriek bedraad)

[2] Aansluiting hybride kabel

[1]

"Safety P ower"

RS-485

X1 X20 / X29

MF.. / MQ..

X40

L1

L2

L3

24

V

GN

D

24

V

GN

D

RS

+

RS

-

X9 [2]MFZ.6F

X40 X29 X20

00

I

10

84 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Veldverdeler MF.../MM../Z.7., MQ.../MM../Z.7.

10.2 Veldverdeler MF.../MM../Z.7., MQ.../MM../Z.7.

Schakeling van de aangesloten motor controle-ren

Controleer aan de hand van de volgende afbeelding of de gekozen schakeling van develdverdeler overeenstemt met die van de aangesloten motor.

Attentie: bij remmotoren mag geen remgelijkrichter in de aansluitklemmenkastvan de motor worden gemonteerd!

Interne bedra-ding van de MOVIMOT®-rege-laar in de veldver-deler

03636AXX

U1 V1 W1

W2 U2 V2

U1 V1 W1

W2 U2 V2

05986AXX

[1] DIP-schakelaar voor de instelling van het schakelingOvertuig u ervan, dat de schakeling van de aangesloten motor overeenkomt met de stand van de DIP-schakelaar.

[2] Let op de vrijgave van de draairichting (standaard zijn beide draairichtingen vrijgegeven)

Beide draairichtingenzijn vrijgegeven.

Alleen draairichtinglinksom is vrijgegeven

Alleen draairichtingrechtsom is vrijgegeven

04957AXX

[3] Aansluiting voor interne remweerstand (alleen bij motoren zonder rem)

24

V

TH L R 1 2 3 4 5 6 7 8

PE

L1

L1

L2

L2

L3

L3

PE

TH

[1]

[2]

[3]

X4

X6

X1

13

15

24V

TH L R 24V

TH L R 24V

TH L R

ϑ ϑ ϑTH TH TH

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 85

10Veldverdeler MF.../MM../Z.8., MQ.../MM../Z.8.

10.3 Veldverdeler MF.../MM../Z.8., MQ.../MM../Z.8.

Werkschakelaar De werkschakelaar bij veldverdeler Z.8 schakelt de– voedingsspanning van de MOVIMOT®

– 24VDC-voeding van de MOVIMOT®

Principeschema:

Attentie: de werkschakelaar scheidt de MOVIMOT®-regelaar met aangesloten mo-tor van het net; niet de veldverdeler.

05977AXX

[1] Doorverbinding voor de voeding van de MOVIMOT® uit 24VDC-spanning voor veldbusmodule MF.. (in de fabriek bedraad)

[2] Aansluiting hybride kabel

U V W 13

14

15

TH

1

TH

2

X9 [2]

MFZ.8F

MOVIMOT®

X1 X20 / X29

L1

L2

L3

24

V

GN

DMF../MQ..

RS

+

RS

-

24

V

GN

D

X40

"Safety P ower"

[1]

X40 X29 X20

RS-485

00

I

10

86 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Veldverdeler MF.../MM../Z.8., MQ.../MM../Z.8.

Schakeling van de aangesloten motor controle-ren

Controleer aan de hand van de volgende afbeelding of de gekozen schakeling van develdverdeler overeenstemt met die van de aangesloten motor.

Attentie: bij remmotoren mag geen remgelijkrichter in de aansluitklemmenkastvan de motor worden gemonteerd!

Interne bedra-ding van de MOVIMOT®-rege-laar in de veldver-deler

03636AXX

U1 V1 W1

W2 U2 V2

U1 V1 W1

W2 U2 V2

05981AXX

[1] DIP-schakelaar voor de instelling van het schakelingOvertuig u ervan, dat de schakeling van de aangesloten motor overeenkomt met de stand van de DIP-schakelaar.

[2] Let op de vrijgave van de draairichting (standaard zijn beide draairichtingen vrijgegeven)

Beide draairichtingenzijn vrijgegeven.

Alleen draairichtinglinksom is vrijgegeven

Alleen draairichtingrechtsom is vrijgegeven

04957AXX

[3] Aansluiting voor interne remweerstand (alleen bij motoren zonder rem)

[4] Werkschakelaar

24

V

TH L R

13

14

15

L1

L2

L3

L1

L2

L3

+2

4V

DC

TH

[4]

[1]

[2]

[3]

X4

24V

TH L R 24V

TH L R 24V

TH L R

ϑ ϑ ϑTH TH TH

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 87

10MOVIMOT®-frequentieregelaar geïntegreerd in de veldverdeler

10.4 MOVIMOT®-frequentieregelaar geïntegreerd in de veldverdeler Het volgende hoofdstuk beschrijft de veranderingen bij de toepassing van de MOVI-MOT®-frequentieregelaar geïntegreerd in de veldverdeler ten opzichte van de toepas-sing geïntegreerd in de motor.

Gewijzigde fabrieksinstelling bij MOVIMOT® geïntegreerd in de veldverdeler

Let op de gewijzigde fabrieksinstellingen bij de toepassing van MOVIMOT® geïn-tegreerd in de veldverdeler Z.7 of Z.8. De overige instellingen zijn identiek aan dievoor de MOVIMOT® geïntegreerd in de motor. Houd hierbij de technische handleiding"MOVIMOT® MM03C–MM3XC" aan.

DIP-schakelaar S1:

Setpoint-potentiometer f1:

S1 1 2 3 4 5

Motor-beveili-

ging

6

Motor-vermogenstrap

7

PWM-frequentie

8

Nullast-demping

Betekenis RS-485-adres

20 21 22 23

ON 1 1 1 1 uit motor eentrap kleiner

variabel(16,8,4 kHz) in

OFF 0 0 0 0 in aangepast 4kHz uit

51261AXX

[1] fabrieksinstelling

1 2 3 4 5 6 7 8 9 100

100f [Hz]

2

75

25

50

10 f1

P

[1]

oti-Stellung

00

I

10

88 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

MOVIMOT®-frequentieregelaar geïntegreerd in de veldverdeler

Extra functies bij MOVIMOT® geïn-tegreerd in de veldverdeler

De volgende extra functies zijn bij toepassing van MOVIMOT® geïntegreerd in de veld-verdeler Z.7/Z.8 (beperkt) mogelijk. Een uitvoerige beschrijving van de extra functiesvindt u in de technische handleiding "MOVIMOT® MM03C–MM3XC"

Extra functie Beperking

1 MOVIMOT® met verlengde integratortijden –

2 MOVIMOT® met instelbare stroombegrenzing (bij overschrijden fout)

3 MOVIMOT® met instelbare stroombegrenzing (omschakelbaar via klem f1/f2)

4 MOVIMOT® met busparametrering Alleen met veldbus-interface MQ..

5 MOVIMOT® met motorbeveiliging in de veldverdeler Z.7/Z.8

6 MOVIMOT® met maximale PWM-frequentie 8 kHz –

7 MOVIMOT® met snelstart-/stop De mechanische rem mag alleen door MOVIMOT® worden aangestuurd. Het is niet mogelijk de rem aan te sturen via de relaisuitgang.

8 MOVIMOT ®met minimumfrequentie 0 Hz –

10 MOVIMOT® met minimumfrequentie 0 Hz en geredu-ceerd koppel bij lage frequenties

11 Fasenuitvalbewaking van het net is gedeactiveerd –

12 MOVIMOT® met snelstart/-stop en motorbeveiliging in de veldverdeler Z.7 en Z.8

Extra functie 9 "MOVIMOT® voor hijswerkapplicaties" mag bij MOVIMOT®-rege-laar geïntegreerd in de veldverdeler Z.7/Z.8 niet worden toegepast!

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 89

11Functie

11 Programmeerapparaat MFG11A11.1 Functie

Het handprogrammeerapparaat MFG11A wordt in plaats van een veldbus-interface opeen willekeurige MFZ..-aansluitmodule geplaatst waarmee een MOVIMOT®-aandrijvingmet de hand kan worden aangestuurd.

50030AXX

STOP

MFZ..

00

I

11

90 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Bediening

11.2 Bediening

Bediening van de optie MFG11A

DisplayweergaveNegatieve waarde bijv. = linksom

Positieve waarde bijv. = rechtsom

De weergegeven waarde is gebaseerd op het met de setpoint-potentiometer f1 ingestelde toerental. Voorbeeld: weergave "50" = 50 % van het met setpoint-potentiometer f1 ingestelde toeren-tal.Attentie: bij weergave "0" draait de aandrijving met fmin.

Toerental verhogen

Bij rechtsom: Bij linksom:

Toerental verlagen

Bij rechtsom: Bij linksom:

MOVIMOT® blokkeren

Bedienen van de toets: Display =

MOVIMOT® vrijgeven of

Attentie: MOVIMOT® accelereert na de vrijgave naar de laatst opgeslagen waarde en draai-richting.

Omkeren draairichting van rechts naar links

1. tot displayweergave =

2. Opnieuw indrukken verandert de draairichting van rechts naar links.

Omkeren draairichting van links naar rechts

1. tot displayweergave =

2. Opnieuw indrukken verandert de draairichting van links naar rechts.

Na het inschakelen van de voedingsspanning bevindt de module zich altijd in deSTOP-status (display = OFF). Bij keuze van de draairichting door middel van pijl-toetsen start de aandrijving (setpoint) vanuit 0.

50

50

STOP 0FF

0

0

00

I

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 91

12Codering van de procesdata

12 MOVILINK®protocol12.1 Codering van de procesdata

Voor de besturing en voor de setpoint-opdrachten wordt over alle veldbussystemen de-zelfde informatie van de procesdata gebruikt. De codering van de procesdata vindtplaats met het uniforme MOVILINK®-protocol voor SEW-regelaars. Voor de MOVI-MOT® wordt in ’t algemeen onderscheid gemaakt tussen de twee volgende varianten:• 2 procesdatawoorden (2 PD) • 3 procesdatawoorden (3 PD)

2 procesdata-woorden

Voor de besturing van de MOVIMOT® met 2 procesdata-woorden zendt de overkoepe-lende besturing de proces-uitgangsdata besturingswoord 1 en toerental [%] naar deMOVIMOT® en worden de proces-ingangsdata statuswoord 1 en uitgangsstroom vande MOVIMOT® naar de plc teruggemeld.

3 procesdata-woorden

Bij de besturing met 3 procesdata-woorden worden als extra proces-uitgangsdatawoordde integrator en als derde proces-ingangsdatawoord het statuswoord 2 overgedragen.

51334AXX

PO = proces-uitgangsdata PI = proces-ingangsdata

PO1 = stuurwoord PI1 = statuswoord 1

PO2 = toerental (%) PI2 = uitgangsstroom

PO3 = integrator PI3 = statuswoord 2

MOVIMOT®

PO1 PO2 PO3

Master

PI1 PI2 PI3

PO

PI

00

I

12

92 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Codering van de procesdata

Procesuitgangs-data

Procesuitgangsdata worden door de overkoepelende besturing aan de MOVIMOT®-re-gelaar overgedragen (besturingsinformatie en setpoints). Zij worden in de MOVI-MOT®echter pas actief, als het RS-485-adres in de MOVIMOT® (DIP-schakelaars S1/1tot S1/4) niet gelijk aan 0 wordt ingesteld. De MOVIMOT® kan met de volgende proces-uitgangsdata aangestuurd worden:• PO1: stuurwoord • PO2: toerental [%] (setpoint)• PO3: integrator

Stuurwoord, bit 0...2

De opdracht van het besturingscommando "vrijgave" vindt plaats met bit 0...2 door dewaarde van het besturingswoord = 0006hex. Om de MOVIMOT® vrij te geven moetenbovendien de ingangsklemmen RECHTS en LINKS op +24 V aangesloten (doorverbin-ding) zijn.Het besturingscommando "Stop" wordt met het terugzetten van bit 2 = "0" gegeven.Vanwege de compatibiliteit met andere series SEW-regelaars dient u het stopcomman-do 0002hex te gebruiken. In principe bewerkt de MOVIMOT® echter onafhankelijk vande waarde van bit 0 en bit 1 bij bit 2 = "0" een stop in de actuele integrator.

Stuurwoord bit 6 = reset

In geval van storing kan met bit 6 = "1" (reset) de fout geaccepteerd worden. Niet gevul-de besturingsbits dienen om comptabiliteitsredenen met de waarde 0 geladen te zijn.

Toerental [%] De gewenste waarde voor het toerental wordt relatief, als procentuele waarde van hetmet de potentiometer f1 ingestelde maximumtoerental ingevoerd.Codering: C000hex = -100 % (linksom)

4000hex = +100 % (rechtsom)→ 1 digit = 0,0061 %

Voorbeeld: 80 % fmax, draairichting LINKSOM:Berekening: –80 % / 0,0061 = –13115dec = CCC5hex

Integrator Als de uitwisseling met drie procesdata plaatsvindt, wordt de actuele integrator overge-dragen naar het proces-uitgangsdatawoord PO3. Bij de besturing van de -MOVIMOT®

met twee procesdata wordt de met de schakelaar t1 ingestelde integrator gebruikt.Codering: 1 digit = 1 msBereik: 100...10000 msVoorbeeld: 2,0 s = 2000 ms = 2000dec = 07D0hex

Basis-stuurblok

15 14 13 12 11 10 9 8 7 6 5 4 3 2 1 0

PO1: stuurwoord Gereserveerd voor extra functies = "0" "1" = Reset Gereserveerd = "0" "1 1 0" = vrijgave

anders stop

PO2: setpoint Draairichtingsafhankelijke procentuele waarde / 0,0061 %Voorbeeld: -80% / 0,0061 % = - 13115 = CCC5hex

PO3: integrator (alleenbij

3-woordsprotocol)

Tijd van 0 tot 50 Hz in ms (bereik: 100...10000 ms)Voorbeeld: 0,2 s = 2000 ms = 07DOhex

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 93

12Codering van de procesdata

Procesingangs-data

Procesingangsdata worden door de MOVIMOT®-regelaar aan de overkoepelende be-sturing teruggegeven en bestaan uit informatie over de status- en de feitelijke waarden.De volgende proces-ingangsdata worden door de MOVIMOT® ondersteund:• PI1: statuswoord 1• PI2: uitgangsstroom• PI3: statuswoord 2

15 14 13 12 11 10 9 8 7 6 5 4 3 2 1 0

regelaar vrijgegeven = "1"

PI1: statuswoord 1

Toestand regelaar (Bit 5 = "0")0 = regelaar niet gereed2 = geen vrijgave4 = vrijgegeven

Foutennummer (Bit 5 = "1")

regelaar vrijgegeven = "1"

PO-data vrijgegeven = "1"

gereserveerd

gereserveerd

storing/waarschuwing = "1"

gereserveerd

gereserveerd

PI2: actuele stroom: 16 bit integer met voorteken x 0,1 % INVoorbeeld: 0320hex = 800 x 0,1 % IN = 80 % IN

PI3: statuswoord 2(alleen bij

3-woordsprotocol)

15 14 13 12 11 10 9 8 7 6 5 4 3 2 1 0

regelaar vrijgegeven = "1"

regelaar vrijgegeven = "1"

PO-data vrijgegeven = "1"

gereserveerd

gereserveerd

storing/waarschuwing = "1"

gereserveerd

gereserveerdO1 (rem)"1" = rem in,"0" = rem gelichtO2 (bedrijfsgereed)

I1 (rechts)

I2 (links)

I3 (setpoint f2)

gereserveerd 0

gereserveerd 0

gereserveerd 0

12

94 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Programmavoorbeeld in combinatie met Simatic S7 en veldbus

12.2 Programmavoorbeeld in combinatie met Simatic S7 en veldbusAan de hand van een programmavoorbeeld voor de Simatic S7 wordt de verwerking vande procesdata en van de digitale in- en uitgangen van de veldbus-interface MF... ver-duidelijkt.

Adrestoekenning van de proces-data in de plc

In het voorbeeld zijn de procesdata van de MOVIMOT®-veldbus-interface in het geheu-gendeel PW 132– PW 136 van de plc opgeslagen.Het extra uitgangs- of ingangswoord wordt in de AW 100 resp. EW 100 beheerd.

Verwerking van de digitale in- en uitgangen van de MF..

De AND-schakeling van de digitale ingangen DI 0..3 stuurt de digitale uitgangen DO 0en DO 1 op de MF...:

51159AXX

[1] adresbereik[2] uitgangsadressen[3] ingangsadressen

PO procesuitgangsdataPO1 stuurwoordPO2 toerental [%]PO3 integratorDO digitale uitgangen

PI procesingangsdataPI1 statuswoord 1PI2 uitgangsstroomPI3 statuswoord 2DI digitale ingangen

PW132PW134PW136

PW132PW134PW136

PO1PO2PO3

PI1PI2PI3

[2]

[3]

[1]

MOVIMOT®

-+

+ MF..AW100

EW100 DI

DO

PO1 PO2 PO3

PI1 PI2 PI3

PO

DO

DI

PI

Master

U E 100.0 // If DI 0 = "1"U E 100.1 // DI 1 = "1"U E 100.2 // DI 2 = "1"U E 100.3 // DI 3 = "1"= A 100.0 // then DO 0 = "1"= A 100.1 // DO 1 = "1"

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 95

12Programmavoorbeeld in combinatie met Simatic S7 en veldbus

Besturing MOVI-MOT®

Met ingang 4.0 wordt de MOVIMOT®-aandrijving vrijgegeven:• E 100.0 = "0": besturingscommando "stop"• E 100.0 = "1": besturingscommando "vrijgave"

Via ingang 4.1 wordt de draairichting en toerental ingevoerd:• E 100.1 = "0": 50 % fmax rechtsom• E 100.1 = "1": 50 % fmax linksomDe aandrijving wordt met een integrator van 1 s versneld resp. afgeremd.De procesingangsdata worden voor de verdere bewerking in de merker 20 tot 24 in eenbuffer opgeslagen.

U E 100.0 // Issue "Enable" control command with input 100.0SPB FREI

L W[Idot ]16[Idot ]2// Control command "stop"T PAW 132 // is written to PO1 (control word 1)SPA SOLL

FREI: L W[Idot ]16[Idot ]6// MOVIMOT control command "Freigabe" (0006hex)

T PAW 132 // is written to PO1 (control word 1)

SOLL: U E 100.1 // Define direction of rotation with input 100.1SPB LINK // If input 100.1 = "1", then CCWL W[Idot ]16[Idot ]2000// Set speed = 50% fmax CW rotation

(=2000hex)T PAW 134 // is written to PO2 (Speed [%])SPA ISTW

LINK: L W[Idot ]16[Idot ]E000// Set speed = 50% fmax CCW rotation (=E000hex)

T PAW 134 // is written to PO2 (Speed [%])

ISTW: L 1000 // Ramp = 1s (1000dec)T PAW 136 // is written to PO3 (Ramp)

L PEW 132 // Load PI1(Status word 1)T MW 20 // and store in bufferL PEW 134 // Load PI2 (Output current)T MW 22 // and store in bufferL PEW 136 // Load PI3 (Status word 2)T MW 24 // and store in buffer

BE

13

96 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

MQ..-parameterlijst

13 Parameters13.1 MQ..-parameterlijst

Parameter Parameter Index Unit Access Default Explanation / Values

010 Inverter status 8310 RO 0 Low word coded like status word 1

011 Operational status 8310 RO 0 Low word coded like status word 1

012 Fault status 8310 RO 0 Low word coded like status word 1

013 Active parameter set 8310 RO 0 Low word coded like status word 1

015 Mains ON operation time 8328 [s] RO 0

030 Binary input DI00 8844 RW 16 0: no function16: IPOS input32: MQX Encoder in031 Binary input DI01 8335 RW 16

032 Binary input DI02 8336 RO 16

033 Binary input DI03 8337 RO 16

034 Binary input DI04 8338 RO 16

035 Binary input DI05 8339 RO 16

036 Binary inputs DI00 – DI05 8334 RO 16

050 Binary output DO00 8843 RW 21 0: no function21: IPOS output22: IPOS fault051 Binary output DO01 8350 RW 21

053 Binary outputs DO00... 8360 RO

070 Unit type 8301 RO

076 Firmware Grundgerät 8300 RO

090 PD-Konfiguration 8451 RO

091 Fieldbus-Typ 8452 RO

092 Baudrate fieldbus 8453 RO

093 Address Fieldbus 8454 RO

094 PO1 setpoint 8455 RO

095 PO2 setpoint 8456 RO

096 PO3 setpoint 8457 RO

097 PI1 actual value 8458 RO

098 PI2 actual value 8459 RO

099 PI3 actual value 8460 RO

504 Encoder monitoring 8832 RW 1 0: OFF1: ON

608 Binary input DI00 8844 RW 16 0: no function16: IPOS input32: MQX Encoder in600 Binary input DI01 8335 RW 16

601 Binary input DI02 8336 RO 16

602 Binary input DI03 8337 RO 16

603 Binary input DI04 8338 RO 16

604 Binary input DI05 8339 RO 16

628 Binary output DO00 8843 RW 21 0: no function21: IPOS output22: IPOS fault620 Binary output DO01 8350 RW 21

802 Factory setting 8594 R/RW 0 0: No1: Yes2: Delivery state

810 RS-485 address 8597 RO 0

812 RS-485 time-out delay 8599 [s] RO 1

819 Fieldbus timeout delay 8606 [s] RO

831 Response FIELDBUS TIMEOUT 8610 RW 10 0: No response10: PA-DATA = 0

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 97

13MQ..-parameterlijst

840 Manual reset 8617 RW 0: OFF1: ON

870 PO1 setpoint description 8304 RO 12 IPOS PO-DATA

871 PO2 setpoint description 8305 RO 12 IPOS PO-DATA

872 PO 3 setpoint description 8306 RO 12 IPOS PO-DATA

873 PI1 actual value description 8307 RO 9 IPOS PI-DATA

874 PI2 actual value description 8308 RO 9 IPOS PI-DATA

875 PI3 actual value description 8309 RO 9 IPOS PI-DATA

- IPOS control word 8691 RW 0

- IPOS program length 8695 RW 0

- IPOS variable H0 – H9 11000-11009

RW – Memory-resident variable

- IPOS variable H10 – H511 11010-11511

RW 0

- IPOS code 16000-17023

RW 0

Parameter Parameter Index Unit Access Default Explanation / Values

P6..

P60.

P600

14

98 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Veldbus-diagnose via MF../MQ.. Diagnose-interface

14 Busdiagnose met MOVITOOLS14.1 Veldbus-diagnose via MF../MQ.. Diagnose-interface

De veldbusmodules MF../MQ.. bezitten een diagnose-interface voor inbedrijfstelling enservice. Hiermee wordt de busdiagnose mogelijk met de SEW-bedieningssoftware MO-VITOOLS.

Setpoints en actuele waarden die tussen MOVIMOT® en veldbus-master worden uitge-wisseld, kunnen daarmee eenvoudig gediagnostiseerd worden.

Opbouw van de diagnose-inter-face

De diagnose-interface ligt op potentiaalniveau 0 en ligt zodoende op hetzelfde potenti-aal als de moduulelektronica. Dit geldt voor alle MF../MQ..veldbus-interfaces. Bij de AS-interface MFK.. ligt de diagnose-interface op MOVIMOT®-potentiaal.De interface is via een vierpolige connector "Modular Jack 4/4 (RJ11)" toegankelijk. Deinterface bevindt zich onder de schroef op het moduledeksel.

06238AXX

In de bedrijfssoort "Controller" van de veldbusmonitor kan de MOVIMOT® direct wordenaangestuurd, zie hoofdstuk "De veldbusmonitor in MOVITOOLS" op bladzijde 102.

02876BXX

GND RS- RS+ +5V

4 3 2 1

P6..

P60.

P600

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 99

14Veldbus-diagnose via MF../MQ.. Diagnose-interface

Optie MWS21A De diagnose-interface kan met in de handel gebruikelijke pc met seriële poort (RS-232)verbonden worden via de door SEW aangeboden MOVIMOT®-veldbus-diagnosekitMWS21A (artikelnummer: 823 180X).

De levering van de MWS21A bestaat uit:• interface-omvormer• kabel met connector Modular Jack 4/4 (RJ11)• interface-kabel RS-232• SOFTWARE-ROM 4 (MOVITOOLS-Software)

51178AXX

UWS21A

PC + MOVITOOLS

RS-232 Modular Jack 4/4 (RJ11) MF../MQ..

14

100 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Veldbus-diagnose via MF../MQ.. Diagnose-interface

Relevante diag-noseparameters

Met de software MOVITOOLS-Shell is de diagnose van de MOVIMOT® mogelijk via dediagnose-interface van de veldbus-interfaces MF..

Parameters - 00. Proceswaarden

MOVIMOT® levert als proceswaarde de uitgangsstroom

Parameters - 01. Statusdisplays

De MOVIMOT®-status wordt volledig geïnterpreteerd en in de statusdisplay weergege-ven.

Parameters - 04. Optie binaire ingangen

De digitale ingangen van de veldbus-interfaces MF.. worden als optionele ingangen vande MOVIMOT® weergegeven. Daar deze ingangen geen directe invloed hebben op deMOVIMOT®, is de klemmenbezetting op "no function" gezet.

Parameters - 06. Optie binaire uit-gangen

De digitale uitgangen van de veldbus-interfaces MF.. worden als optionele uitgangenvan de MOVIMOT® weergegeven. Daar deze uitgangen geen directe invloed hebbenop de MOVIMOT®, is de klemmenbezetting op "no function" gezet.

Menunummer Parameternaam Index Betekenis / implementatie

004 uitgangsstroom [% In] 8321 uitgangsstroom MOVIMOT®

Menunummer Parameternaam Index Betekenis / implementatie

010 regelaarstatus 8310 regelaarstatus MOVIMOT®

011 bedrijfstoestand 8310 bedrijfstoestand MOVIMOT®

012 fouttoestand 8310 fouttoestand MOVIMOT®

Menunummer Parameternaam Index Betekenis / implementatie

040 binaire ingangen DI10 8340 status van MF..-binaire ingangen DI0

041 binaire ingangen DI11 8341 status van MF..-binaire ingangen DI1

042 binaire ingangen DI12 8342 status van MF..-binaire ingangen DI2

043 binaire ingangen DI13 8343 status van MF..-binaire ingangen DI3

044 binaire ingangen DI14 8344 status van MF..-binaire ingangen DI4

045 binaire ingangen DI15 8345 status van MF..-binaire ingangen DI5

048 binaire ingangen DI10 ..DI17

8348 toestand van alle binaire ingangen

Menunummer Parameternaam Index Betekenis / implementatie

060 binaire uitgangen DO10

8352 status van MF..-binaire uitgangen DO0

061 binaire uitgangen DO11

8353 status van MF..-binaire uitgangen DO

068 binaire uitgangen DO10 tot DO17

8360 status van de MF..-binaire uitgangen DO0 en DO1

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 101

14Veldbus-diagnose via MF../MQ.. Diagnose-interface

Parameters - 07. Apparaatgegevens

Onder de apparaatgegevens wordt informatie naar de MOVIMOT® en naar de veldbus-interface MF.. weergegeven.

Parameters - 09. Busdiagnose

Deze menuregel vertegenwoordigt alle veldbusdata.

Menunummer Parameternaam Index Betekenis / implementatie

070 type regelaar 8301 regelaartype MOVIMOT®

072 optie 1 8362 apparaattype optie 1 = type MF..

074 firmware optie 1 8364 artikelnummer firmware MF..

076 firmware basisappa-raat

8300 artikelnummer firmware MOVIMOT®

Menunummer Parameternaam Index Betekenis / implementatie

090 PD-configuratie 8451 ingestelde PD-configuratie naar de MOVI-MOT®

091 type veldbus 8452 type veldbus van de MF..

092 baudrate veldbus 8453 baudrate van de MF..

093 veldbusadres 8454 veldbusadres van de MF.. DIP-schakelaar

094 PO1 setpoint [hex] 8455 PO1 setpoint van veldbus-master naar MOVI-MOT®

095 PO2 setpoint [hex] 8456 PO2 setpoint van veldbus-master naar MOVI-MOT®

096 PO3 setpoint [hex] 8457 PO3 setpoint van veldbus-master naar MOVI-MOT®

097 PI1 actuele waarde [hex]

8458 PI1 actuele waarde van MOVIMOT® naar veldbus-master

098 PI2 actuele waarde [hex]

8459 PI2 actuele waarde van MOVIMOT® naar veldbus-master

099 PI3 actuele waarde [hex]

8460 PI3 actuele waarde van MOVIMOT® naar veldbus-master

14

102 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Veldbus-diagnose via MF../MQ.. Diagnose-interface

De veldbusmoni-tor in MOVI-TOOLS

Met de veldbusmonitor in MOVITOOLS kan men op een gemakkelijke manier de cycli-sche MOVIMOT®-procesdata besturen en visualiseren.

Eigenschappen • eenvoudige bediening• eenvoudige verwerking in de aanstuurfunctie ook zonder aansluiting aan de veldbus

(voorbereiding inbedrijfstelling)• geïntegreerd in de SEW-bedieningsomgeving MOVITOOLS• eenvoudige en snelle manier van zoeken• zeer korte configuratiefase

06238AXX

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 103

14Veldbus-diagnose via MF../MQ.. Diagnose-interface

Functie van de veldbusmonitor

Met de veldbusmonitor staat de gebruiker een krachtig hulpmiddel ter beschikking voorde inbedrijfstelling en het zoeken van fouten. Daarmee kunnen de cyclisch uitgewissel-de procesdata tussen regelaar en besturing worden weergegeven en geïntepreteerd. Met de veldbusmonitor kan niet alleen het busbedrijf als passieve deelnemer be-schouwd worden, maar kan de regelaar ook actief worden aangestuurd.Daarmee heeft de gebruiker de volgende mogelijkheden:• in een bestaande installatie de besturing van de regelaar interactief over te nemen

en zodoende de functionaliteit van de aandrijving controleren;• vooraf (dus zonder werkelijk bestaande installatie en veldbus-master) het functione-

ren van een individuele aandrijving te simuleren en daardoor de aansturingsfunctiesreeds vóór de inbedrijfstelling te testen.

Veldbusmonitor in de bedrijfssoort Besturing

06239AXX

[1] PO-data van de besturing[2] PI-data van de regelaar aan de besturing[3] Actuele HEX-waarden van de procesuitgangsdate (te wijzigen)[4] Actuele HEX-waarden van de procesingangsdata [5] Weergave van de momentele instelling

[3] [4]

[1] [2]

[5] [5]

14

104 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Foutentabel van de veldbus-interfaces

14.2 Foutentabel van de veldbus-interfaces

Foutcode/aanduiding Reactie Oorzaak Maatregel

10 IPOS-ILLOP IPOS programma stopDO = 0

• Fout in het IPOS-programma, nadere informatie verstrekt de IPOS-variabele H469

• IPOS-programma corrigeren, laden en resetten

14 Encoderfout de communicatie naar de MOVIMOT® stoptDO = 0

• Onderbreking van één of van beide verbindingen naar naderingsschake-laar NV26.

• Controle van de elektrische verbin-ding tussen MQ.. en NV26.

17 Stack Overflow • Elektronica van regelaar niet in orde, eventueel door EMC-beïnvloeding

• Aarding en afscherming controleren en eventueel corrigeren.

• Bij herhaaldelijk optreden de Vector-service raadplegen.

18 Stack underflow

19 NMI

20 Undefined Opcode

21 Protection Fault

22 Illegal Word Ope-rand Access

23 Illegal Instruc-tion Access

24 Illegal External Bus Access

25 EEPROM • Fout bij de toegang tot EEPROM. • Fabrieksinstelling "Delivery state" oproepen, reset doorvoeren en opnieuw parametreren (attentie: het IPOS-programma wordt hierbij gewist).

• Bij herhaaldelijk optreden de Vector-service raadplegen.

28 Veldbus timeout procesuitgangsdata = 0DO = 0(uitschakelbaar)

• Er heeft binnen de geprojecteerde aanspreekbewaking geen communi-catie tussen master en slave plaats-gevonden.

• Communicatieroutine van de mas-ter controleren.

32 IPOS index-over-flow

IPOS programma stopDO = 0

• Programmeerfout, daardoor stack-overflow in het systeem.

• IPOS-gebruikersprogramma contro-leren en corrigeren.

37 Watchdog failure de communicatie naar de MOVIMOT® stoptDO = 0

• Fout in het programma van de systeemsoftware.

• Vector-service raadplegen.

41 Watchdog optie • IPOS-watchdog, verwerkingstijd IPOS-programma langer dan inge-stelde watchdog-tijd.

• Controleer de in commando "_WdOn()" ingestelde tijd

45 Fout tijdens initi-alisatie

• Fout na zelftest in de reset. • Reset doorvoeren. Bij herhaaldelijk optreden de Vector-service raadple-gen.

77 Ongeldig stuur-woord IPOS

IPOS programma stopDO = 0

• Er werd geprobeerd een ongeldig automatisch bedrijf in te stellen

• Geschreven waarden van de externe besturing controleren

83 Kortsluiting uit-gang

geen • DO0, DO1 of de voeding van de sensoren VO24 is kortgesloten.

• Controleer de bedrading/belasting van de uitgangen DO0 en DO1 en de voedingen van de sensoren.

91 Systeemfout geen • Een of meerdere deelnemers (MOVIMOT®) konden door de MQ.. binnen de timeout-tijd niet worden aangesproken.

• Voeding en RS-485-bedrading con-troleren.

• Adressen van de geconfigureerde deelnemers controleren.

97 Data kopiëren de communicatie naar de MOVIMOT® stoptDO = 0

• Bij het kopiëren van het datanet is een fout opgetreden. De data zijn niet consistent.

• Probeer opnieuw de data te kopië-ren of voer eerst een fabrieksinstel-ling "Delivery state" en een reset door.

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 105

15Status-LED

15 MOVIMOT®-diagnose15.1 Status-LED

De status-LED bevindt zich op de bovenzijde van het MOVIMOT®-klemmenkastdeksel(zie volgende afbeelding).

Betekenis van de status-LED-weer-gaven

De 3-kleuren-LED geeft de volgende bedrijfs- en foutsituaties aan.

50867AXX

[1] MOVIMOT®-status-LED

[1]

LED-Kleur

LED-toestand Bedrijfstoestand Beschrijving

– uit niet bedrijfsgereed 24V-voedingsspanning ontbreekt

geel knippert gelijkmatig niet bedrijfsgereed zelftestfase of 24V-voedingsspanning is aanwezig, echter netspanning niet in orde

geel gelijkmatig snel knipperend

bedrijfsgereed lichten van de rem zonder actieve vrijgave voor de aandrijving (alleen bij S2/2 = "ON")

geel brandt continu bedrijfsgereed,echter regelaar geblokkeerd

24 V-voeding en netspanning OK,echter geen vrijgave-signaal

groen / geel

knippert met wisse-lende kleur

bedrijfsgereed,echter time-out

communicatie bij cyclische data-uitwisseling gestoord

groen brandt continu regelaar vrijgege-ven

motor in bedrijf

groen gelijkmatig snel knipperend

stroomgrens actief aandrijving functioneert aan de stroomgrens

rood brandt continu niet bedrijfsgereed 24V-voeding controleren; let erop dat er een afge-vlakte gelijkspanning met een kleine rimpel (reste-rende rimpel max. 13 %) aanwezig is.

rood knippert 2x, pauze fout 07 tussenkringspanning te hoog

rood langzaam knippe-rend

fout 08 fout toerentalbewaking (alleen bij S2/4="ON")

fout 90 combinatie motor–frequentieregelaar fout(bijv. MM03 – DT71D4 )

fout 17 tot 24, 37 CPU-fout

fout 25, 94 EEPROM-fout

rood knippert 3x, pauzefout 01 te hoge stroom in eindtrap

fout 11 te hoge temperatuur eindtrap

rood knippert 4x, pauze fout 84 te hoge temperatuur motorcombinatie motor-frequentieregelaar fout

rood knippert 5x, pauze fout 89 te hoge temperatuur remcombinatie motor-frequentieregelaar fout

rood knippert 6x, pauze fout 06 fasenuitval voeding

15

106 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Foutentabel

15.2 Foutentabel

Fout Oorzaak / Oplossing

Time-out van de communicatie (motor blijft staan, zonder foutcode)

A Slechte verbinding ⊥ , RS+, RS- tussen MOVIMOT® en RS-485-master. Verbinding, vooral massa, controleren en herstellen.

B EMC-beïnvloeding. Afscherming van de datakabels controleren en eventueel corrigeren.C Onjuist type (cyclisch) bij acyclisch protocoltijdsbestek tussen de afzonderlijke

telegrammen > 1 s bij protocoltype "cyclisch". Telegramcyclus verkorten of"acyclische" selecteren.

Tussenkringspanning te laag, net-uit werd herkend(motor blijft staan, zonder foutcode)

Voedingskabel en netspanning op onderbrekingen controleren. De motor loopt vanzelf aan wan-neer de netspanning een normale waarde bereikt.

Foutcode 01 te hoge stroom in eindtrap

Kortsluiting regelaaruitgang.Controleer de verbinding tussen de uitgang van de regelaar en de motor op kortsluiting.

Foutcode 06 faseuitval

Voedingskabel op fasenuitval controleren. Foutmelding opheffen door uitschakelen van de 24VDC-voedingsspanning of resetten via MOVILINK®.

Foutcode 07 Tussenkringspanning te hoog

A Integratortijd te kort → integratortijd verlengen.B Onjuiste aansluiting remspoel/remweerstand

→ aansluiting remweerstand/remspoel controleren en eventueel corrigeren.C Onjuiste inwendige weerstand remspoel/remweerstand

→ inwendige weerstand remspoel/remweerstand controleren(zie hoofdstuk "Technische gegevens").

D Thermische overbelasting remweerstand → onjuiste dimensionering remweerstand.

Foutmelding opheffen door uitschakelen van de 24VDC-voedingsspanning of resetten via MOVI-LINK®.

Foutcode 08Speed monitoring

Toerentalbewaking werd aangesproken.Foutmelding opheffen door uitschakelen van de 24VDC-voedingsspanning of resetten via MOVI-LINK®.

Foutcode 11 Thermische overbelasting van de eindtrap of intern regelaardefect

• Koellichaam schoonmaken• Omgevingstemperatuur verlagen• Vrije warmteafgifte waarborgen• Belasting van de regelaar reducerenFoutmelding opheffen door uitschakelen van de 24VDC-voedingsspanning of resetten via MOVI-LINK®.

Foutcode 17 tot 24, 37CPU-fout

Foutmelding opheffen door uitschakelen van de 24VDC-voedingsspanning of resetten via MOVI-LINK®.

Foutcode 25, 94EEPROM-fout

Foutmelding opheffen door uitschakelen van de 24VDC-voedingsspanning of resetten via MOVI-LINK®.

Foutcode 84 Thermische overbelasting van de motor

• Omgevingstemperatuur verlagen• Vrije warmteafgifte waarborgen• Belasting van de motor reduceren• Toerental verhogen• Indien de fout kort na de eerste vrijgave wordt gemeld, controleer dan de combinatie van

aandrijving en MOVIMOT® frequentieregelaar.• Bij toepassing van MOVIMOT® geïntegreerd in de veldverdeler Z.8 alsmede geselecteerde

extra functie 5 heeft de temperatuurbewaking van de motor (wikkelingthermostaten TH) aan-gesproken → belasting van de motor reduceren.

Foutmelding opheffen door uitschakelen van de 24VDC-voedingsspanning of resetten via MOVI-LINK®.

Foutcode 89 Thermische overbelasting van de remspoel of de remspoel is defect

• Ingestelde integratortijd verlengen• Inspectie van de rem (zie hoofdstuk "Inspectie en onderhoud").• Vector-service raadplegen• Indien de fout kort na de eerst vrijgave wordt gemeld, controleer dan de combinatie van aan-

drijving (remspoel) en MOVIMOT®-frequentieregelaar.Foutmelding opheffen door uitschakelen van de 24VDC-voedingsspanning of resetten via MOVI-LINK®.

Foutcode 91 Communicatiefout tussen veldbus-gateway en MOVIMOT®

• Elektrische aansluiting tussen veldbus-gateway en MOVIMOT® controleren (RS-485).• Foutmelding herstelt zich na opheffen van de oorzaak; een reset via het besturingswoord is

niet mogelijk.

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 107

16Technische gegevens PROFIBUS-interface MFP..

16 Technische gegevens16.1 Technische gegevens PROFIBUS-interface MFP..

Elektrische specificatie MFP

Elektronicavoeding MFP U = +24 V +/- 25 %, IE ≤ 150 mA

Potentiaalscheiding • PROFIBUS-DP-aansluiting potentiaalvrij• tussen logische deel en 24V-voeding• tussen logische deel en periferie/MOVIMOT® via optorelais

Aansluittechniek bus elk twee veerdrukklemmen voor aankomende en doorgaande buskabel (optioneel M12)

Afscherming via metalen EMC-kabelwartels

Binaire ingangen (sensoren)

Signaalniveau

plc-compatibel volgens EN61131-2 (digitale ingangen type 1), Ri ≈ 3,0 kΩ, scantijd ca. 5. ms

15 V...+30 V “1” = contact gesloten / -3 V...+5 V “0” = contact open

Sensorvoedingnominale stroomspanningsverlies intern

24 VDC volgens EN 61131-2; bestand tegen externe spanning en tegen kortsluitingΣ 500 mAmax. 1 V

Binaire uitgangen (actoren)

signaalniveaunominale stroomlekstroomspanningsverlies intern

plc-compatibel volgens EN61131-2, bestand tegen externe spanning en tegen kortslui-ting

"0" = 0 V, "1" = 24 V500 mAmax. 0,2 mAmax. 1V

Leidinglengte RS-485 30 m tussen MFP en MOVIMOT® bij gescheiden montage

Omgevingstemperatuur -25...60°C

Beschermingsgraad IP65 (gemonteerd op MFZ..-aansluitmodule, alle connectoraansluitingen afgedicht)

Specificatie PROFIBUS

PROFIBUS-protocolvariant PROFIBUS-DP

Ondersteunde baudrates 9,6 kBaud ... 1.5 MBaud / 3 ... 12 MBaud (met automatische herkenning)

Busafsluiting geïntegreerd, via DIP-schakelaar bij te schakelen volgens EN 50170 (V2)

Toelaatbare leidinglengte bij PROFIBUS • 9,6 kBaud: 1200 m• 19,2 kBaud: 1200 m• 93,75 kBaud: 1200 m• 187,5 kBaud: 1000 m• 500 kBaud: 400 m• 1,5 MBaud: 200 m• 12 MBaud: 100 mVoor de verdere uitbreiding kunnen meerdere segmenten via repeater gekoppeld wor-den. De max uitbreiding of aantal cascaden vindt u in de handboeken voor de DP-mas-ter resp. de repeater-modulen.

DP-identificatienummer 6001 hex (24577 dec)

DP-configuraties zonder DI/DO 2 PD, configuratie: 113dec, 0dec 3 PD, configuratie: 114dec, 0dec

DP-configuraties met DI/DO 2 PD + DI/DO, configuratie: 113dec, 48dec3 PD + DI/DO, configuratie: 114dec, 48dec0 PD + DI/DO, configuratie: 0dec, 48dec,

DP-configuraties met DI 2 PD + DI, configuratie: 113dec, 16dec3 PD + DI, configuratie: 114dec, 16dec0 PD + DI, configuratie: 0dec, 16dec,universele configuratie, voor de directe invoer van de configuratie

Set-Prm-toepassingsdata max. 10 Byte, Hex-parametrering:00,00,00,00,00,00,00,00,00,00 diagnose-alarm actief (default)00,01,00,00,00,00,00,00,00,00 diagnose-alarm niet actief

Lengte diagnosedata max. 8 byte, incl. 2 byte apparaatspecifieke diagnose

Adresinstellingen wordt niet ondersteund, instelbaar met DIP-schakelaars

Naam van het GSD-bestand SEW_6001.GSD

Naam van het bitmap-bestand SEW6001N.BMPSEW6001S.BMP

16

108 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Technische gegevens PROFIBUS-interface MQP..

16.2 Technische gegevens PROFIBUS-interface MQP..

Elektrische specificatie MQP

Elektronicavoeding MQP U = +24 V +/- 25 %, IE ≤ 200 mA

Potentiaalscheiding • PROFIBUS-DP-aansluiting potentiaalvrij• tussen logische deel en 24V-voeding• tussen logische deel en periferie/MOVIMOT® via optorelais

Aansluittechniek bus elk twee veerdrukklemmen voor aankomende en doorgaande buskabel (optioneel M12)

Afscherming via metalen EMC-kabelwartels

Binaire ingangen (sensoren)

signaalniveau

plc-compatibel volgens EN61131-2 (digitale ingangen type 1), Ri ≈ 3,0 kΩ, scantijd ca. 5. ms

15 V...+30 V “1” = contact gesloten / -3 V...+5 V “0” = contact open

Sensorvoedingnominale stroomspanningsverlies intern

24 VDC volgens EN 61131-2; bestand tegen externe spanning en tegen kortsluitingΣ 500 mAmax. 1 V

Binaire uitgangen (actoren)

signaalniveaunominale stroomlekstroomspanningsverlies intern

plc-compatibel volgens EN61131-2, bestand tegen externe spanning en tegen kortslui-ting

"0" = 0 V, "1" = 24 V500 mAmax. 0,2 mAmax. 1V

Leidinglengte RS-485 30 m tussen MQP en MOVIMOT® bij gescheiden montage

Omgevingstemperatuur -25...60°C

Beschermingsgraad IP65 (gemonteerd op MFZ..-aansluitmodule, alle connectoraansluitingen afgedicht)

Specificatie PROFIBUS

PROFIBUS-protocolvariant PROFIBUS-DP

Ondersteunde baudrates 9,6 kBaud ...12 MBaud (met automatische herkenning)

Busafsluiting geïntegreerd, via DIP-schakelaar bij te schakelen volgens EN 50170 (V2)

Toelaatbare leidinglengte bij PROFIBUS • 9,6 kBaud: 1200 m• 19,2 kBaud: 1200 m• 93,75 kBaud 1200 m• 187,5 kBaud 1000 m• 500 kBaud: 400 m• 1,5 MBaud: 200 m• 12 MBaud: 100 mVoor de verdere uitbreiding kunnen meerdere segmenten via repeater gekoppeld wor-den. De max uitbreiding of aantal cascaden vindt u in de handboeken voor de DP-mas-ter resp. de repeater-modulen.

DP-identificatienummer 6001 hex (24577 dec)

DP-configuraties 1-10 procesdatawoorden met en zonder parameterkanaal (zie hoofdstuk "Procesdata-configuratie")

Set-Prm-toepassingsdata max. 10 byte, zonder functie

Lengte diagnosedata 6 byte volgens EN 50170 (V2)

Adresinstelligen "Set-Slave-Address" wordt niet ondersteund, instelbaar met DIP-schakelaars

Naam van het GSD-bestand SEW_6001.GSD

Naam van het bitmap-bestand SEW6001N.BMPSEW6001S.BMP

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 109

16Technische gegevens veldverdelers

16.3 Technische gegevens veldverdelersTechnische gege-vens MF../Z.3., MQ../Z.3.

Technische gege-vens MF../Z.6., MQ../Z.6.

MF../Z.3.MQ../Z.3.

Omgevingstemperatuur -25...60°C

Beschermingsgraad IP65 (veldbus-interface en motorkabel gemonteerd en vastgeschroefd, alle connectoraansluitingen afgedicht)

Communicatie PROFIBUS, InterBus, DeviceNet, CANopen, AS-interface

MF../Z.6.MQ../Z.6.

Werkschakelaar lastscheider en leidingbeveiligingType: ABB MS 325 – 9 + HK20schakelaarbediening: zwart/rood, drievoudig afsluitbaar

Omgevingstemperatuur -25...55°C

Beschermingsgraad IP65 (veldbus-interface, klemmenkastdeksel voor de voeding en motorkabel gemonteerd en vastgeschroefd, alle connectoraansluitingen afgedicht)

Communicatie PROFIBUS, InterBus, DeviceNet, CANopen, AS-interface

Pi

fkVA

Hz

n

16

110 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Technische gegevens veldverdelers

Technische gege-vens veldverdelers MF../MM../Z.7., MQ../MM../Z.7.

Type veldverdeler MF../MM..-503-00/Z.7MQ../MM..-503-00/Z.7

MM03C MM05C MM07C MM11C MM15C

Schijnbaar vermogen aan uit-gang Unet = 380...500 V

SN1,1 kVA 1,4 kVA 1,8 kVA 2,2 kVA 2,8 kVA

VoedingsspanningenToelaatbaar bereik

Unet 3 x 380 VAC / 400 VAC / 415 VAC / 460 VAC / 500 VAC Unet = 380 VAC - 10%...500 VAC + 10%

Netfrequentie fnet 50 Hz ... 60 Hz ± 10%

Nominale netstroom(bij Unet =400 VAC)

Inet 1,3 AAC 1,6 AAC 1,9 AAC 2,4 AAC 3,5 AAC

Uitgangsspanning Uuit 0... Unet

UitgangsfrequentieResolutieBedrijfspunt

fuit 2...100 Hz0,01 Hz400 V bij 50 Hz / 100 Hz

Nominale uitgangsstroom Inom 1,6 AAC 2,0 AAC 2,5 AAC 3,2 AAC 4,0 AAC

Motorvermogen S1Pmot 0,37 kW 0,55 kW 0,75 kW 1,1 kW 1,5 kW

Motorvermogen S3 25% ID

PWM-frequentie 4 / 8 / 161 kHz

1 16 kHz-PWM-frequentie (geluidsarm). Bij instelling van de DIP-schakelaar S1/7 (fabrieksinstelling) werktde apparatuur met 16 kHz-PWM-frequentie (geruisarm) en schakelt afhankelijk van de temperatuur vanhet koellichaam stapsgewijs over naar lagere schakelfrequenties.

Stroombegrenzing Imax motorisch: 160 % bij en generatorisch: 160 % bij en

Maximale lengte motorkabel 15 m (met hybride SEW-kabel)

Externe remweerstand Rmin 200 Ω

Storingsimmuniteit voldoet aan EN 61800-3

Storingsemissie voldoet aan EN 61800-3 alsmede grenswaardeklasse A vol-gens EN 55011 en EN 55014

Omgevingstemperatuur ϑU -25°C...40°C (Pnom-reductie: 3 % Inom per K tot max. 60 °C).

Beschermingsgraad IP65 (veldbus-interface, klemmenkastdeksel voor de voeding en motorkabel gemonteerd en vastgeschroefd, alle connec-toraansluitingen afgedicht)

Bedrijfssoort Continu bedrijf (EN 60149-1-1 en 1-3), S3 max. cyclustijd 10 minuten

Koelingswijze (DIN 41 751) zelfkoelend

Opstellingshoogte h ≤ 1000 m (Pnom -reductie: 1% per 100 m vanaf 1000 m opstellingshoogte, zie ook technische handleidingMOVI-MOT®, hoofdstuk "Elektrische installatie – Installatieaanwij-zingen")

Ext. elektronicavoeding Kl. 11Kl. 13

U = +24 V ± 25%, EN61131-2, restrimpel max. 13 %IE ≤ 250 mA (alleen MOVIMOT®)inschakelstroom: 1A

Communicatie PROFIBUS, InterBus, DeviceNet, CANopen, AS-interface

Pi

fkVA

Hz

n

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 111

16Technische gegevens veldverdelers

Technische gegevens veldverdelers MF../MM../Z.8., MQ../MM../Z.8.

Type veldverdeler MF../MM..-503-00/Z.8MQ../MM..-503-00/Z.8

MM03C MM05C MM07C MM11C MM15C MM22C MM30C MM3XC

Schijnbaar vermogen aan uitgang Unet = 380...500 V

SN1,1 kVA 1,4 kVA 1,8 kVA 2,2 kVA 2,8 kVA 3,8 kVA 5,1 kVA 6.7 kVA

VoedingsspanningenToelaatbaar bereik

Unet 3 x 380 VAC / 400 VAC / 415 VAC / 460 VAC / 500 VAC Unet = 380 VAC - 10%...500 VAC + 10%

Netfrequentie fnet 50 Hz ... 60 Hz ± 10%

Nominale netstroom(bij Unet =400 VAC)

Inet 1,3 AAC 1,6 AAC 1,9 AAC 2,4 AAC 3,5 AAC 5,0 AAC 6,7 AAC 8,6 AAC

Uitgangsspanning Uuit 0... Unet

UitgangsfrequentieResolutieBedrijfspunt

fuit 2...100 Hz0,01 Hz400 V bij 50 Hz / 100 Hz

Nominale uitgangsstroom Inom 1,6 AAC 2,0 AAC 2,5 AAC 3,2 AAC 4,0 AAC 5,5 AAC 7,3 AAC 9,6 AAC

Motorvermogen S1Pmot 0,37 kW 0,55 kW 0,75 kW 1,1 kW 1,5 kW 2,2 kW 3,0 kW

3,0 kW

Motorvermogen S3 25% ID 4,0 kW

PWM-frequentie 4 / 8 / 161 kHz

1 16 kHz-PWM-frequentie (geluidsarm). Bij instelling van de DIP-schakelaar S1/7 (fabrieksinstelling) werkt de apparatuur met 16 kHz-PWM-frequentie (geruisarm) en schakelt afhankelijk van de temperatuur van het koellichaam stapsgewijs over naar lagere schakelfre-quenties.

Stroombegrenzing Imax motorisch: 160 % bij en generatorisch: 160 % bij en

Maximale lengte motorkabel 15 m (met hybride SEW-kabel)

Externe remweerstand Rmin 200 Ω 100 Ω

Storingsimmuniteit voldoet aan EN 61800-3

Storingsemissie voldoet aan EN 61800-3 alsmede grenswaardeklasse A volgens EN 55011 en EN 55014

Omgevingstemperatuur ϑU -25°C...40°C (Pnom-reductie: 3 % Inom per K tot max. 55 °C). 2

2 -25° C...40° C met S3 25% ID (tot max. 55° C met S3 10 % ID)

Beschermingsgraad IP65 (veldbus-interface, klemmenkastdeksel voor de voeding en motorkabel gemonteerd en vastgeschroefd, alle connectoraansluitingen afgedicht)

Bedrijfssoort Continu bedrijf (EN 60149-1-1 en 1-3), S3 max. cyclustijd 10 minuten

Koelingswijze (DIN 41 751) zelfkoelend

Opstellingshoogte h ≤ 1000 m (Pnom -reductie: 1% per 100 m vanaf 1000 m opstellingshoogte, zie ook techni-sche handleidingMOVIMOT®, hoofdstuk "Elektrische installatie – Installatieaanwijzingen")

Ext. elektronicavoeding Kl. 11Kl. 13

U = +24 V ± 25%, EN61131-2, restrimpel max. 13 %IE ≤ 250 mA (alleen MOVIMOT®)inschakelstroom: 1A

Werkschakelaar Lastscheider Type: ABB OT16ET3HS3ST1schakelaarbediening: zwart/rood, drievoudig afsluitbaar

Communicatie PROFIBUS, InterBus, DeviceNet, CANopen, AS-interface

Pi

fkVA

Hz

n

112 Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers

Index

Aaansluitdoorsnede 32

aansluittechniek 48

Additional-Code 75

adres 55

AF2 48

AF3 50

Bbedradingstest 36

belangrijke aanwijzingen 6

beveiligingen 34

busafsluitweerstanden 56

busdiagnose 98

busmonitor 103

Ccodering van de procesdata 91

configuratie (projectering) 57

C-Profil-Schiene 27

Ddefault-programma 66

diagnose 64

diagnose-interface MF../MQ.. 98

DP-configuraties 60

EEMC 30, 35

Error-Class 74

Error-Code 74

Ffoutentabel 106

foutreacties 66

fouttoestanden 82

Ggeprefabriceerde kabel 52

gereserveerde byte 72

Iidentificatienummer 70

index-adressering 72

installatievoorschriften 20

in-uitgangsbyte 59

LLED-indicatie 61, 80

MMetall-Kabelverschraubungen 35

MFG11A 90

montage van veldverdelers 24

montage veldbus-interfaces 21

MOVILINK®-protocol 91

MOVIMOT®-extra functies 88

Oopbouw veldbus-interfaces 10

opbouw veldverdeler 13

opstellen in vochtige ruimten of in de openlucht 20

opstellingshoogten 34

Pparameterkanaal 71, 76

parameters 77, 96

parametrering 71

procesdataconfiguratie 68

procesingangsdata 93

procesuitgangsdata 92

PROFIBUS-kabel 36

programmavoorbeeld Simatic S7 en veldbus 94

programmeerapparaat MFG11A 89

procesdata 58

Rrelevante documenten 6

return-codes 74

RS-485 timeout 82

Sstatus-LED 105

stroombelastbaarheid 32

systeemfout 63

Ttechnische gegevens PROFIBUS 107, 108

technische gegevens veldverdeler MF../MM../Z.7., MQ../MM../Z.7. 110

technische gegevens veldverdeler MF../MM../Z.8., MQ../MM../Z.8. 111

technische gegevens veldverdeler MF../Z.3., MQ../Z.3.109

technische gegevens veldverdeler MF../Z.6., MQ../Z.6.109

timeout 63

toepassing conform de voorschriften 6

toepassingsgebied 7

UUL-conforme installatie 34

Universele configuratie 69

Vveiligheidsaanwijzingen 8

Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers 113

veldbusmonitor 103

veldbus-timeout 82

verwerking van de procesdata en sensoren/actoren 58

voedingskabels aansluiten 32

voedingsspanning 32

Wwerkschakelaar 85, 83

Adressenopgave

114 01/2004

AdressenopgaveDuitsland

HoofdkantoorFabriekVerkoopService

Bruchsal SEW-EURODRIVE GmbH & Co KGErnst-Blickle-Straße 42 D-76646 BruchsalPostfach 3023 · D-76642 Bruchsal

Tel. +49 7251 75-0Fax +49 7251 75-1970http://[email protected] electronica:Tel. +49 171 7210791Service motorreductoren: Tel. +49 172 7601377

AssemblageService

Garbsen (bij Hannover)

SEW-EURODRIVE GmbH & Co KGAlte Ricklinger Straße 40-42 D-30823 GarbsenPostfach 110453 · D-30804 Garbsen

Tel. +49 5137 8798-30Fax +49 5137 [email protected]

Kirchheim (bij München)

SEW-EURODRIVE GmbH & Co KGDomagkstraße 5D-85551 Kirchheim

Tel. +49 89 909552-10Fax +49 89 [email protected]

Langenfeld (bij Düsseldorf)

SEW-EURODRIVE GmbH & Co KGSiemensstraße 1D-40764 Langenfeld

Tel. +49 2173 8507-30Fax +49 2173 [email protected]

Meerane(bij Zwickau)

SEW-EURODRIVE GmbH & Co KGDänkritzer Weg 1D-08393 Meerane

Tel. +49 3764 7606-0Fax +49 3764 [email protected]

Andere adressen van service-werkplaatsen in Duitsland op aanvraag.

Frankrijk

FabriekVerkoopService

Haguenau SEW-USOCOME 48-54, route de Soufflenheim B. P. 185F-67506 Haguenau Cedex

Tel. +33 3 88 73 67 00 Fax +33 3 88 73 66 00http://[email protected]

AssemblageVerkoopService

Bordeaux SEW-USOCOME Parc d’activités de Magellan62, avenue de Magellan - B. P. 182F-33607 Pessac Cedex

Tel. +33 5 57 26 39 00Fax +33 5 57 26 39 09

Lyon SEW-USOCOME Parc d’Affaires RooseveltRue Jacques TatiF-69120 Vaulx en Velin

Tel. +33 4 72 15 37 00Fax +33 4 72 15 37 15

Paris SEW-USOCOME Zone industrielle 2, rue Denis Papin F-77390 Verneuil I’Etang

Tel. +33 1 64 42 40 80Fax +33 1 64 42 40 88

Andere adressen van service-werkplaatsen in Frankrijk op aanvraag.

Algerije

Verkoop Alger Réducom 16, rue des Frères ZaghnounBellevue El-Harrach16200 Alger

Tel. +213 21 8222-84Fax +213 21 8222-84

Argentinië

AssemblageVerkoopService

Buenos Aires SEW EURODRIVE ARGENTINA S.A.Centro Industrial Garin, Lote 35Ruta Panamericana Km 37,51619 Garin

Tel. +54 3327 4572-84Fax +54 3327 [email protected]

Australië

AssemblageVerkoopService

Melbourne SEW-EURODRIVE PTY. LTD.27 Beverage DriveTullamarine, Victoria 3043

Tel. +61 3 9933-1000Fax +61 3 9933-1003http://[email protected]

Sydney SEW-EURODRIVE PTY. LTD.9, Sleigh Place, Wetherill Park New South Wales, 2164

Tel. +61 2 9725-9900Fax +61 2 [email protected]

Adressenopgave

01/2004 115

België

AssemblageVerkoopService

Brussel CARON-VECTOR S.A.Avenue Eiffel 5B-1300 Wavre

Tel. +32 10 231-311Fax +32 10 231-336http://[email protected]

Brazilië

FabriekVerkoopService

Sao Paulo SEW-EURODRIVE Brasil Ltda.Avenida Amâncio Gaiolli, 50Caixa Postal: 201-07111-970Guarulhos/SP - Cep.: 07251-250

Tel. +55 11 6489-9133Fax +55 11 6480-3328http://[email protected]

Andere adressen van service-werkplaatsen in Brazilië op aanvraag.

Bulgarije

Verkoop Sofia BEVER-DRIVE GMBHBogdanovetz Str.1BG-1606 Sofia

Tel. +359 2 9532565Fax +359 2 [email protected]

Canada

AssemblageVerkoopService

Toronto SEW-EURODRIVE CO. OF CANADA LTD. 210 Walker Drive Bramalea, Ontario L6T3W1

Tel. +1 905 791-1553Fax +1 905 791-2999http://[email protected]

Vancouver SEW-EURODRIVE CO. OF CANADA LTD.7188 Honeyman Street Delta. B.C. V4G 1 E2

Tel. +1 604 946-5535Fax +1 604 [email protected]

Montreal SEW-EURODRIVE CO. OF CANADA LTD.2555 Rue Leger Street LaSalle, Quebec H8N 2V9

Tel. +1 514 367-1124Fax +1 514 [email protected]

Andere adressen van service-werkplaatsen in Canada op aanvraag.

Chili

AssemblageVerkoopService

Santiago de Chile

SEW-EURODRIVE CHILE LTDA.Las Encinas 1295Parque Industrial Valle GrandeLAMPARCH-Santiago de ChileCasilla 23 Correo Quilicura - Santiago - Chile

Tel. +56 2 75770-00Fax +56 2 [email protected]

China

FabriekAssemblageVerkoopService

Tianjin SEW-EURODRIVE (Tianjin) Co., Ltd.No. 46, 7th Avenue, TEDA Tianjin 300457

Tel. +86 22 25322612Fax +86 22 25322611http://www.sew.com.cn

AssemblageVerkoopService

Suzhou SEW-EURODRIVE (Suzhou) Co., Ltd.333, Suhong Middle RoadSuzhou Industrial ParkJiangsu Province, 215021P. R. China

Tel. +86 512 62581781Fax +86 512 [email protected]

Colombia

AssemblageVerkoopService

Bogotá SEW-EURODRIVE COLOMBIA LTDA. Calle 22 No. 132-60Bodega 6, Manzana BSantafé de Bogotá

Tel. +57 1 54750-50Fax +57 1 [email protected]

Denemarken

AssemblageVerkoopService

Kopenhagen SEW-EURODRIVEA/SGeminivej 28-30, P.O. Box 100DK-2670 Greve

Tel. +45 43 9585-00Fax +45 43 9585-09http://[email protected]

Estland

Verkoop Tallin ALAS-KUUL ASPaldiski mnt.125EE 0006 Tallin

Tel. +372 6593230Fax +372 6593231

Adressenopgave

116 01/2004

Finland

AssemblageVerkoopService

Lahti SEW-EURODRIVE OYVesimäentie 4FIN-15860 Hollola 2

Tel. +358 3 589-300Fax +358 3 7806-211http://[email protected]

Gabon

Verkoop Libreville Electro-ServicesB.P. 1889Libreville

Tel. +241 7340-11Fax +241 7340-12

Griekenland

VerkoopService

Athene Christ. Boznos & Son S.A.12, Mavromichali StreetP.O. Box 80136, GR-18545 Piraeus

Tel. +30 2 1042 251-34 Fax +30 2 1042 251-59http://[email protected]

Groot-Brittannië

AssemblageVerkoopService

Normanton SEW-EURODRIVE Ltd.Beckbridge Industrial Estate P.O. Box No.1GB-Normanton, West- Yorkshire WF6 1QR

Tel. +44 1924 893-855Fax +44 1924 893-702http://[email protected]

Hongarije

VerkoopService

Budapest SEW-EURODRIVE Kft.H-1037 BudapestKunigunda u. 18

Tel. +36 1 437 06-58Fax +36 1 437 [email protected]

Hong Kong

AssemblageVerkoopService

Hong Kong SEW-EURODRIVE LTD.Unit No. 801-806, 8th FloorHong Leong Industrial ComplexNo. 4, Wang Kwong Road Kowloon, Hong Kong

Tel. +852 2 7960477 + 79604654Fax +852 2 [email protected]

Ierland

VerkoopService

Dublin Alperton Engineering Ltd. 48 Moyle RoadDublin Industrial EstateGlasnevin, Dublin 11

Tel. +353 1 830-6277Fax +353 1 830-6458

India

AssemblageVerkoopService

Baroda SEW-EURODRIVE India Pvt. Ltd.Plot No. 4, GidcPor Ramangamdi · Baroda - 391 243Gujarat

Tel. +91 265 2831021Fax +91 265 [email protected]

Verkooppunten Bangalore SEW-EURODRIVE India Private Limited308, Prestige Centre Point7, Edward RoadBangalore

Tel. +91 80 22266565Fax +91 80 [email protected]

Mumbai SEW-EURODRIVE India Private Limited312 A, 3rd Floor, Acme PlazaAndheri Kurla Road, Andheri (E)Mumbai

Tel. +91 22 28348440Fax +91 22 [email protected]

Italië

AssemblageVerkoopService

Milaan SEW-EURODRIVE di R. Blickle & Co.s.a.s.Via Bernini,14 I-20020 Solaro (Milano)

Tel. +39 2 96 9801Fax +39 2 96 [email protected]

Ivoorkust

Verkoop Abidjan SICASte industrielle et commerciale pour l’Afrique165, Bld de MarseilleB.P. 2323, Abidjan 08

Tel. +225 2579-44Fax +225 2584-36

Adressenopgave

01/2004 117

Japan

AssemblageVerkoopService

Toyoda-cho SEW-EURODRIVE JAPAN CO., LTD 250-1, Shimoman-no,Toyoda-cho, Iwata gunShizuoka prefecture, 438-0818

Tel. +81 538 373811Fax +81 538 [email protected]

Kameroen

Verkoop Douala Electro-ServicesRue Drouot AkwaB.P. 2024Douala

Tel. +237 4322-99Fax +237 4277-03

Korea

AssemblageVerkoopService

Ansan-City SEW-EURODRIVE KOREA CO., LTD. B 601-4, Banweol Industrial Estate Unit 1048-4, Shingil-DongAnsan 425-120

Tel. +82 31 492-8051Fax +82 31 [email protected]

Kroatië

VerkoopService

Zagreb KOMPEKS d. o. o.PIT Erdödy 4 IIHR 10 000 Zagreb

Tel. +385 1 4613-158Fax +385 1 [email protected]

Letland

Verkoop Riga SIA Gultni21, Unijas StreetLV-1039 Riga

Tel. +371 7 840202Fax +371 7 [email protected]

Libanon

Verkoop Beirut Gabriel Acar & Fils sarlB. P. 80484Bourj Hammoud, Beirut

Tel. +961 1 4947-86 +961 1 4982-72+961 3 2745-39Fax +961 1 4949-71 [email protected]

Luxemburg

AssemblageVerkoopService

Brussel CARON-VECTOR S.A.Avenue Eiffel 5B-1300 Wavre

Tel. +32 10 231-311Fax +32 10 231-336http://[email protected]

Macedonië

Verkoop Skopje SGS-Skopje / Macedonia"Teodosij Sinactaski” 6691000 Skopje / Macedonia

Tel. +389 2 385 466Fax +389 2 384 [email protected]

Maleisië

AssemblageVerkoopService

Johore SEW-EURODRIVE SDN BHD No. 95, Jalan Seroja 39, Taman Johor Jaya81000 Johor Bahru, JohorWest Malaysia

Tel. +60 7 3549409Fax +60 7 [email protected]

Marokko

Verkoop Casablanca S. R. M.Société de Réalisations Mécaniques 5, rue Emir Abdelkader05 Casablanca

Tel. +212 2 6186-69 + 6186-70 + 6186-71Fax +212 2 [email protected]

Nederland

AssemblageVerkoopService

Rotterdam VECTOR Aandrijftechniek B.V. Industrieweg 175 NL-3044 AS RotterdamPostbus 10085NL-3004 AB Rotterdam

Tel. +31 10 4463-700Fax +31 10 4155-552http://[email protected]

Adressenopgave

118 01/2004

Nieuw-Zeeland

AssemblageVerkoopService

Auckland SEW-EURODRIVE NEW ZEALAND LTD. P.O. Box 58-428 82 Greenmount driveEast Tamaki Auckland

Tel. +64 9 2745627Fax +64 9 [email protected]

Christchurch SEW-EURODRIVE NEW ZEALAND LTD. 10 Settlers Crescent, FerrymeadChristchurch

Tel. +64 3 384-6251Fax +64 3 [email protected]

Noorwegen

AssemblageVerkoopService

Moss SEW-EURODRIVE A/SSolgaard skog 71N-1599 Moss

Tel. +47 69 241-020Fax +47 69 [email protected]

Oostenrijk

AssemblageVerkoopService

Wien SEW-EURODRIVE Ges.m.b.H. Richard-Strauss-Strasse 24A-1230 Wien

Tel. +43 1 617 55 00-0Fax +43 1 617 55 00-30http://[email protected]

Peru

AssemblageVerkoopService

Lima SEW DEL PERU MOTORES REDUCTORES S.A.C.Los Calderos <FmSdata>[Idot ] 120-124Urbanizacion Industrial Vulcano, ATE, Lima

Tel. +51 1 3495280Fax +51 1 [email protected]

Polen

AssemblageVerkoopService

Lodz SEW-EURODRIVE Polska Sp.z.o.o.ul. Techniczna 5 PL-92-518 Lodz

Tel. +48 42 67710-90Fax +48 42 67710-99http://[email protected]

Portugal

AssemblageVerkoopService

Coimbra SEW-EURODRIVE, LDA. Apartado 15 P-3050-901 Mealhada

Tel. +351 231 20 9670Fax +351 231 20 3685http://[email protected]

Roemenië

VerkoopService

Bucuresti Sialco Trading SRL str. Madrid nr.4 71222 Bucuresti

Tel. +40 21 230-1328Fax +40 21 230-7170 [email protected]

Rusland

Verkoop St. Petersburg ZAO SEW-EURODRIVE P.O. Box 263 RUS-195220 St. Petersburg

Tel. +7 812 5357142 +812 5350430Fax +7 812 [email protected]

Senegal

Verkoop Dakar SENEMECA Mécanique GénéraleKm 8, Route de Rufisque B.P. 3251, Dakar

Tel. +221 849 47-70Fax +221 849 [email protected]

Singapore

AssemblageVerkoopService

Singapore SEW-EURODRIVE PTE. LTD. No 9, Tuas Drive 2 Jurong Industrial Estate Singapore 638644

Tel. +65 68621701 ... 1705Fax +65 68612827Telex 38 659 [email protected]

Slowakije

Verkoop Sered SEW-Eurodrive SK s.r.o.Trnavska 920SK-926 01 Sered

Tel. +421 31 7891311Fax +421 31 [email protected]

Adressenopgave

01/2004 119

Slovenië

VerkoopService

Celje Pakman - Pogonska Tehnika d.o.o.UI. XIV. divizije 14SLO – 3000 Celje

Tel. +386 3 490 83-20Fax +386 3 490 [email protected]

Spanje

AssemblageVerkoopService

Bilbao SEW-EURODRIVE ESPAÑA, S.L. Parque Tecnológico, Edificio, 302E-48170 Zamudio (Vizcaya)

Tel. +34 9 4431 84-70Fax +34 9 4431 [email protected]

Thailand

AssemblageVerkoopService

Chon Buri SEW-EURODRIVE (Thailand) Ltd.Bangpakong Industrial Park 2700/456, Moo.7, Tambol DonhuarohMuang DistrictChon Buri 20000

Tel. +66 38 454281Fax +66 38 [email protected]

Tjechische Republiek

Verkoop Praag SEW-EURODRIVE CZ S.R.O.Business Centrum Praha Luná 591CZ-16000 Praha 6 - Vokovice

Tel. +420 220121234 + 220121236Fax +420 220121237http://[email protected]

Tunesië

Verkoop Tunis T. M.S. Technic Marketing Service7, rue Ibn EI Heithem Z.I. SMMT2014 Mégrine Erriadh

Tel. +216 1 4340-64 + 1 4320-29Fax +216 1 4329-76

Turkije

AssemblageVerkoopService

Istanbul SEW-EURODRIVE Hareket Sistemleri Sirketi Bagdat Cad. Koruma Cikmazi No. 3 TR-81540 Maltepe ISTANBUL

Tel. +90 216 4419163 + 216 4419164 + 216 3838014Fax +90 216 [email protected]

Venezuela

AssemblageVerkoopService

Valencia SEW-EURODRIVE Venezuela S.A.Av. Norte Sur No. 3, Galpon 84-319Zona Industrial Municipal NorteValencia, Estado Carabobo

Tel. +58 241 832-9804Fax +58 241 [email protected]@cantv.net

Verenigde Staten

FabriekAssemblageVerkoopService

Greenville SEW-EURODRIVE INC. 1295 Old Spartanburg Highway P.O. Box 518Lyman, S.C. 29365

Tel. +1 864 439-7537Fax Sales +1 864 439-7830Fax Manuf. +1 864 439-9948Fax Ass. +1 864 439-0566Telex 805 550 http://[email protected]

AssemblageVerkoopService

San Francisco SEW-EURODRIVE INC. 30599 San Antonio St.Hayward, California 94544-7101

Tel. +1 510 487-3560Fax +1 510 [email protected]

Philadelphia/PA SEW-EURODRIVE INC. Pureland Ind. Complex 2107 High Hill Road, P.O. Box 481Bridgeport, New Jersey 08014

Tel. +1 856 467-2277Fax +1 856 [email protected]

Dayton SEW-EURODRIVE INC.2001 West Main Street Troy, Ohio 45373

Tel. +1 937 335-0036Fax +1 937 [email protected]

Dallas SEW-EURODRIVE INC.3950 Platinum Way Dallas, Texas 75237

Tel. +1 214 330-4824Fax +1 214 [email protected]

Andere adressen van service-werkplaatsen in de Verenigde Staten op aanvraag.

Adressenopgave

120 01/2004

Zuid-Afrika

AssemblageVerkoopService

Johannesburg SEW-EURODRIVE (PROPRIETARY) LIMITEDEurodrive House Cnr. Adcock Ingram and Aerodrome RoadsAeroton Ext. 2Johannesburg 2013P.O.Box 90004Bertsham 2013

Tel. +27 11 248-7000Fax +27 11 [email protected]

Capetown SEW-EURODRIVE (PROPRIETARY) LIMITED Rainbow ParkCnr. Racecourse & Omuramba RoadMontague GardensCape TownP.O.Box 36556Chempet 7442 Cape Town

Tel. +27 21 552-9820Fax +27 21 552-9830Telex 576 [email protected]

Durban SEW-EURODRIVE (PROPRIETARY) LIMITED2 Monaceo PlacePinetownDurbanP.O. Box 10433, Ashwood 3605

Tel. +27 31 700-3451Fax +27 31 [email protected]

Zweden

AssemblageVerkoopService

Jönköping SEW-EURODRIVE ABGnejsvägen 6-8S-55303 JönköpingBox 3100 S-55003 Jönköping

Tel. +46 36 3442-00Fax +46 36 3442-80http://[email protected]

Zwitserland

AssemblageVerkoopService

Basel Alfred lmhof A.G.Jurastrasse 10 CH-4142 Münchenstein bei Basel

Tel. +41 61 41717-17Fax +41 61 41717-00http://[email protected]

SEW-EURODRIVE GmbH & Co KG · P.O. Box 3023 · D-76642 Bruchsal/GermanyPhone +49 7251 75-0 · Fax +49 7251 75-1970

http://www.sew-eurodrive.com · [email protected]