9 oktober 19979 oktober 1997 jaargang 40 Onafhankelijk ...web.tue.nl › cursor ›...

16
5 5 7 t/m 9 7 t/m 9 Er bestond in de bouw geen tabel die objectief aangeeft hoe goed of slecht een bouwonderdeel scoort op milieugebied. Ir. Michiel Haas heeft er zich aan gewaagd en is onlangs gepromoveerd op zijn TWIN-model. De TUE gaat een grote sprong wagen door in de toekomst binnen het onderwijsprogram- ma elke student een notebook- computer te laten gebruiken. Wanneer men die aspiraties waarmaakt, loopt men direct in de voorhoede met betrek- king tot onderwijsinnovatie. Cursor laat docenten aan het woord over de mogelijkheden die het project biedt en drie TUE'ers vertellen over een universiteit in de VS die de TUE is voorgegaan in het aan- schaffen van notebooks voor studenten. 8 8 nummer 9 oktober 1997 9 oktober 1997 9 oktober 1997 9 oktober 1997 9 oktober 1997 jaargang 40 jaargang 40 jaargang 40 jaargang 40 jaargang 40 Deze week Deze week Onafhankelijk weekblad van de Technische Universiteit Eindhoven Onafhankelijk weekblad van de Technische Universiteit Eindhoven Studenten techniek zijn traag maar vasthoudend. Dat blijkt uit de ‘Kengetallen universitair onder- wijs’ die de vereniging van univer- siteiten VSNU deze week publi- ceert. Ruim tien procent van de techniekstudenten heeft na zeven jaar het hoger onderwijs zonder diploma verlaten. Alleen in de landbouw en gezondheidszorg ligt dat percentage lager. Daar staat tegenover dat twintig procent na zeven jaar nog steeds bezig is. Studenten techniek vallen dus niet gauw uit, maar nemen er wel de tijd voor. Studenten recht en talen doen nog altijd iets langer over hun studie (6,4 jaar tegenover 6,3 voor techniek), maar in deze stu- dies lijkt een kentering in zicht. De jongste lichtingen alfa’s stude- ren namelijk sneller af dan hun lotgenoten aan de TU’s. De tempo- beurs is kennelijk beter in staat alfa’s op te jagen dan bèta’s. Inhaalslag Bij een onderlinge vergelijking van de drie TU’s vallen de lage rendementen in Delft op. Van de lichting ’90/’91 is pas 24 procent afgestudeerd, tegen 36 en 37 in respectievelijk Eindhoven en Twente. Dat verschil ligt in de- zelfde orde van grootte als de mensen worden meegeteld die switchten en inmiddels elders afstudeerden. Delft staat dan op 35, Eindhoven op 55, Twente op 50 procent. Kijkt men echter naar de lichting ’88/’89 (die dus wat meer de tijd gehad heeft), dan liggen de getal- len allemaal in de buurt van de zestig procent. Uiteindelijk halen aan de drie TU’s ongeveer even- veel mensen hun diploma, alleen Delftenaren doen er langer over. De cijfers suggereren dat Twente en vooral Eindhoven sneller door- verwijzen naar het hbo. Dat kan ermee te maken hebben dat beide hun stad delen met een hoge- school. Delftenaren stellen de overstap langer uit. Overigens lijkt Delft wel bezig met een inhaalslag. Het prope- deuserendement ligt nu voor het eerst boven dat van de andere twee TU’s. Delft boekt op dit punt lichte vooruitgang (51 procent haalt het in twee jaar), terwijl Eindhoven gelijk blijft (48) en Twente daalt. De Twentse daling is fors: van de lichting ’90/’91 haalde 71 procent in twee jaar de propedeuse, in ’94/’95 is dat nog maar 47. Tegenover het dalende prope- deuserendement zet Twente een flink stijgend post- propedeuserendement: degenen die hun propedeuse halen, maken sinds ’91/’92 meer tempo richting ingenieursdiploma. Deze kente- ring is bij de andere TU’s minder duidelijk. In Eindhoven haalt uiteindelijk 84 procent van de studenten met een P-diploma de eindstreep, landelijk gezien het hoogste percentage. Die koppositie deelt Eindhoven met het op alle fronten supersnelle Wageningen, waar men dat vijfde studiejaar helemaal niet nodig lijkt te heb- ben. Ook Delft en Twente behoren in dit opzicht bij de nationale top. Alleen kost het, zeker in Delft, al gauw een jaar of zeven voor de student de universiteit achter zich laat. De Publieksdag die afgelopen zondag voor de zesde keer georga- niseerd werd in het kader van de Wetenschaps- & Techniek Week, heeft ruim 8500 bezoekers getrok- ken. Een nationaal record. Het thema van dit jaar was ‘klein en groot’ en jong en oud vermaakten zich dan ook prima. Vooral voor kinderen viel er veel te beleven. Nieuwsgierig en onderzoekend deden zij mee aan de vele spelle- tjes, proefjes en wedstijden. Abso- lute topper was het toverlaborato- rium waar de toekomstig onder- zoekers vermomd met een labjas en een veiligheidsbril tandpasta, shampoo en badzout maakten. Ook het Natuurkundecircus en het hoogspanningslaboratorium waren populair, alhoewel door de drukte niet altijd alles te zien was. Volgend jaar wordt de Publieksdag gehouden op 4 oktober. Het thema zal dan ‘spanning’ zijn. Technische universiteiten moe- ten de trucendoos vol opentrekken om nog aan aio’s te komen. Sociale druk uitoefenen op goede afstu- deerders en werven in het buiten- land zijn de succesvolste metho- den. Volgens cijfers van het ministerie van OC&W hebben de TU’s de minst ‘mobiele’ aio’s: 84 procent van de promovendi komt van de eigen universiteit, tegen 63 procent gemiddeld bij alle uni- versiteiten. Ritzen wil dat voortaan zeventig procent van de aio’s van buiten geworven wordt, maar de universiteiten zwijgen dat plan liever dood. ‘Onhaalbaar’, is de korte reactie van de Twentse rector prof.dr. F. van Vught. De TU’s hebben andere zaken aan hun hoofd: hoe vind je überhaupt aio’s? Het moet Ritzen verheugen dat vakgebieden die echt erg krap zitten, zoals elektrotechniek en informatica, gedwongen zijn in het buitenland te werven. Bij elek- trotechniek begint het aandeel buitenlandse aio’s zelfs de vijftig procent te naderen. Chinezen zijn favoriet, gevolgd door Oost-Euro- peanen, maar ook Zuid-Amerika is een goede bron. De Nederlandse nood is al zo bekend dat facultei- ten open sollicitaties krijgen van buitenlanders die dolgraag aio willen worden. Grote boosdoener is uiteraard het bedrijfsleven, dat afgestudeerden veel betere salarissen biedt. ‘Zelfs mensen die al begonnen zijn, worden soms weggekocht’, klaagt decaan prof.dr. Jos Baeten van de TUE-faculteit Wiskunde en Infor- matica. Zijn faculteit overkwam het dat aio’s die voor Philips aan een project werkten, door andere bedrijven werden weggekaapt. Baeten: ‘Philips dringt daarom aan op een betere beloning. We wer- ken nu aan een constructie daar- voor, maar het gat met het be- drijfsleven is natuurlijk nooit te vullen.’ De angst van Baeten en van anderen is dat faculteiten op den duur gedwongen zullen zijn concessies te doen aan de kwali- teit van de aio’s, als de financiële kloof tussen aio en ingenieur in het bedrijfsleven niet enigszins gedicht wordt. Het alternatief is de aio te laten sponsoren door een bedrijf, waar hij dan na zijn pro- motie in dienst treedt. De Delftse hoogleraar hydrologie dr.ir. C. van den Akker, bijvoorbeeld, stelt aio’s alleen nog maar onder die voor- waarde aan. Als sommige faculteiten zoveel aio’s uit het buitenland moeten halen, lijkt het tegenstrijdig dat de TU’s als geheel toch zo laag scoren met het aantrekken van aio’s van buiten de eigen muren. Maar die tegenstrijdigheid is slechts schijn. Want ook die lage mobiliteit komt voort uit schaarste. Iedere afstu- deerder die een lichte aanleg of belangstelling voor het aio-schap toont, wordt meteen ingepikt door degene die dat het eerste door- heeft - de eigen vakgroep. Die vakgroep is er bovendien niet vies van wat sociale druk uit te oefe- nen om twijfelaars over de streep te trekken, en dat doet ze ook niet om anderen aan een aio te helpen. Techniekstudent traag maar vasthoudend De gemiddelde studieduur in Nederland daalt, maar de technische universiteiten doen niet mee. Aan de TUE haalt 84 procent van de stu- denten met een propedeuse ook de ingenieurs- bul - een landelijk record. Delft blijft de universiteit met de langzaamste studenten. Twente heeft te kampen met een rap dalend propedeuserendement. door C hristian Jongeneel H OP OP OP OP OP TU’s knokken om aio’s Publieksdag trekt 8500 bezoekers Jonge onderzoeker heeft zojuist enige voorwerpen bevroren in een vat met vloeibare stikstof en tracht die vervolgens te breken. Foto: Bram Saeys door M iranda S wier door C hristian Jongeneel H OP OP OP OP OP Krabbendam’s faculteit hoeft ove- rigens nog geen aio’s in het buiten- land te werven; wel geldt dat voor hoogleraren. Want ook die zijn in de techniek steeds moeilijker te krijgen.

Transcript of 9 oktober 19979 oktober 1997 jaargang 40 Onafhankelijk ...web.tue.nl › cursor ›...

  • 55

    7 t/m 97 t/m 9

    Er bestond in de bouwgeen tabel die objectiefaangeeft hoe goed of slechteen bouwonderdeel scoort opmilieugebied. Ir. Michiel Haasheeft er zich aan gewaagd enis onlangs gepromoveerd opzijn TWIN-model.

    De TUE gaat een grote sprongwagen door in de toekomstbinnen het onderwijsprogram-ma elke student een notebook-computer te laten gebruiken.Wanneer men die aspiratieswaarmaakt, loopt men directin de voorhoede met betrek-king tot onderwijsinnovatie.Cursor laat docenten aan hetwoord over de mogelijkhedendie het project biedt en drieTUE'ers vertellen over eenuniversiteit in de VS die deTUE is voorgegaan in het aan-schaffen van notebooks voorstudenten.

    88nummer9 oktober 19979 oktober 19979 oktober 19979 oktober 19979 oktober 1997 jaargang 40jaargang 40jaargang 40jaargang 40jaargang 40

    Deze weekDeze week

    Onafhankelijk weekblad van de Technische Universiteit EindhovenOnafhankelijk weekblad van de Technische Universiteit Eindhoven

    Studenten techniek zijn traagmaar vasthoudend. Dat blijkt uitde ‘Kengetallen universitair onder-wijs’ die de vereniging van univer-siteiten VSNU deze week publi-ceert. Ruim tien procent van detechniekstudenten heeft na zevenjaar het hoger onderwijs zonder

    diploma verlaten. Alleen in delandbouw en gezondheidszorg ligtdat percentage lager. Daar staattegenover dat twintig procent nazeven jaar nog steeds bezig is.Studenten techniek vallen dus nietgauw uit, maar nemen er wel detijd voor. Studenten recht en talendoen nog altijd iets langer overhun studie (6,4 jaar tegenover 6,3voor techniek), maar in deze stu-dies lijkt een kentering in zicht.

    De jongste lichtingen alfa’s stude-ren namelijk sneller af dan hunlotgenoten aan de TU’s. De tempo-beurs is kennelijk beter in staatalfa’s op te jagen dan bèta’s.

    InhaalslagBij een onderlinge vergelijkingvan de drie TU’s vallen de lagerendementen in Delft op. Van delichting ’90/’91 is pas 24 procentafgestudeerd, tegen 36 en 37 inrespectievelijk Eindhoven enTwente. Dat verschil ligt in de-zelfde orde van grootte als demensen worden meegeteld dieswitchten en inmiddels eldersafstudeerden. Delft staat dan op35, Eindhoven op 55, Twente op 50procent.Kijkt men echter naar de lichting’88/’89 (die dus wat meer de tijdgehad heeft), dan liggen de getal-

    len allemaal in de buurt van dezestig procent. Uiteindelijk halenaan de drie TU’s ongeveer even-veel mensen hun diploma, alleenDelftenaren doen er langer over.De cijfers suggereren dat Twenteen vooral Eindhoven sneller door-verwijzen naar het hbo. Dat kanermee te maken hebben dat beidehun stad delen met een hoge-school. Delftenaren stellen deoverstap langer uit.Overigens lijkt Delft wel bezigmet een inhaalslag. Het prope-deuserendement ligt nu voor heteerst boven dat van de anderetwee TU’s. Delft boekt op dit puntlichte vooruitgang (51 procenthaalt het in twee jaar), terwijlEindhoven gelijk blijft (48) enTwente daalt. De Twentse daling isfors: van de lichting ’90/’91 haalde71 procent in twee jaar depropedeuse, in ’94/’95 is dat nog

    maar 47.Tegenover het dalende prope-deuserendement zet Twente eenflink stijgend post-propedeuserendement: degenendie hun propedeuse halen, makensinds ’91/’92 meer tempo richtingingenieursdiploma. Deze kente-ring is bij de andere TU’s minderduidelijk. In Eindhoven haaltuiteindelijk 84 procent van destudenten met een P-diploma deeindstreep, landelijk gezien hethoogste percentage. Die koppositiedeelt Eindhoven met het op allefronten supersnelle Wageningen,waar men dat vijfde studiejaarhelemaal niet nodig lijkt te heb-ben. Ook Delft en Twente behorenin dit opzicht bij de nationale top.Alleen kost het, zeker in Delft, algauw een jaar of zeven voor destudent de universiteit achterzich laat.

    De Publieksdag die afgelopenzondag voor de zesde keer georga-niseerd werd in het kader van deWetenschaps- & Techniek Week,heeft ruim 8500 bezoekers getrok-ken. Een nationaal record. Hetthema van dit jaar was ‘klein engroot’ en jong en oud vermaaktenzich dan ook prima. Vooral voorkinderen viel er veel te beleven.Nieuwsgierig en onderzoekenddeden zij mee aan de vele spelle-tjes, proefjes en wedstijden. Abso-lute topper was het toverlaborato-rium waar de toekomstig onder-zoekers vermomd met een labjasen een veiligheidsbril tandpasta,shampoo en badzout maakten.Ook het Natuurkundecircus en hethoogspanningslaboratorium warenpopulair, alhoewel door de drukteniet altijd alles te zien was.Volgend jaar wordt de Publieksdaggehouden op 4 oktober. Het themazal dan ‘spanning’ zijn.

    Technische universiteiten moe-ten de trucendoos vol opentrekkenom nog aan aio’s te komen. Socialedruk uitoefenen op goede afstu-deerders en werven in het buiten-land zijn de succesvolste metho-den. Volgens cijfers van hetministerie van OC&W hebben deTU’s de minst ‘mobiele’ aio’s: 84procent van de promovendi komtvan de eigen universiteit, tegen 63procent gemiddeld bij alle uni-

    versiteiten. Ritzen wil datvoortaan zeventig procent van deaio’s van buiten geworven wordt,maar de universiteiten zwijgendat plan liever dood. ‘Onhaalbaar’,is de korte reactie van de Twentserector prof.dr. F. van Vught. DeTU’s hebben andere zaken aanhun hoofd: hoe vind je überhauptaio’s?Het moet Ritzen verheugen datvakgebieden die echt erg krapzitten, zoals elektrotechniek eninformatica, gedwongen zijn inhet buitenland te werven. Bij elek-trotechniek begint het aandeelbuitenlandse aio’s zelfs de vijftigprocent te naderen. Chinezen zijnfavoriet, gevolgd door Oost-Euro-peanen, maar ook Zuid-Amerika iseen goede bron. De Nederlandsenood is al zo bekend dat facultei-ten open sollicitaties krijgen vanbuitenlanders die dolgraag aiowillen worden.Grote boosdoener is uiteraard hetbedrijfsleven, dat afgestudeerdenveel betere salarissen biedt. ‘Zelfsmensen die al begonnen zijn,worden soms weggekocht’, klaagtdecaan prof.dr. Jos Baeten van deTUE-faculteit Wiskunde en Infor-matica. Zijn faculteit overkwamhet dat aio’s die voor Philips aaneen project werkten, door anderebedrijven werden weggekaapt.Baeten: ‘Philips dringt daarom aanop een betere beloning. We wer-ken nu aan een constructie daar-voor, maar het gat met het be-drijfsleven is natuurlijk nooit tevullen.’ De angst van Baeten envan anderen is dat faculteiten opden duur gedwongen zullen zijnconcessies te doen aan de kwali-teit van de aio’s, als de financiëlekloof tussen aio en ingenieur inhet bedrijfsleven niet enigszinsgedicht wordt. Het alternatief isde aio te laten sponsoren door eenbedrijf, waar hij dan na zijn pro-motie in dienst treedt. De Delftse

    hoogleraar hydrologie dr.ir. C. vanden Akker, bijvoorbeeld, stelt aio’salleen nog maar onder die voor-waarde aan.Als sommige faculteiten zoveelaio’s uit het buitenland moetenhalen, lijkt het tegenstrijdig dat deTU’s als geheel toch zo laag scorenmet het aantrekken van aio’s vanbuiten de eigen muren. Maar die

    tegenstrijdigheid is slechts schijn.Want ook die lage mobiliteit komtvoort uit schaarste. Iedere afstu-deerder die een lichte aanleg ofbelangstelling voor het aio-schaptoont, wordt meteen ingepikt doordegene die dat het eerste door-heeft - de eigen vakgroep. Dievakgroep is er bovendien niet viesvan wat sociale druk uit te oefe-nen om twijfelaars over de streepte trekken, en dat doet ze ook nietom anderen aan een aio te helpen.

    Techniekstudent traag maar vasthoudendDe gemiddelde studieduur in Nederland daalt,

    maar de technische universiteiten doen niet

    mee. Aan de TUE haalt 84 procent van de stu-

    denten met een propedeuse ook de ingenieurs-

    bul - een landelijk record. Delft blijft de

    universiteit met de langzaamste studenten.

    Twente heeft te kampen met een rap dalend

    propedeuserendement.

    door

    ChristianJongeneelHOPOPOPOPOP

    TU’s knokken om aio’s

    Publieksdag trekt 8500 bezoekers

    Jonge onderzoeker heeftzojuist enige voorwerpenbevroren in een vat metvloeibare stikstof en trachtdie vervolgens te breken.Foto: Bram Saeys

    door

    M irandaSwier

    door

    ChristianJongeneelHOPOPOPOPOP

    Krabbendam’s faculteit hoeft ove-rigens nog geen aio’s in het buiten-land te werven; wel geldt dat voorhoogleraren. Want ook die zijn inde techniek steeds moeilijker tekrijgen.

  • 29 oktober '97

    Agenda Oktober9 Start cursus zelfverdediging17 Zaalvoetbaltoernooi, Whiskyproeven21 Start cursus bloemschikken28 Algemene ledenvergadering

    Onafhankelijk weekblad van deTechnische Universiteit Eindhoven.

    © 1997. Auteursrechten voorbehouden. Niets uitdeze uitgave mag worden gereproduceerd doormiddel van boekdruk of welk medium dan ookzonder voorafgaande toestemming van dehoofdredacteur.

    De redactie behoudt zich het recht voor omaangeboden artikelen, van welke aard dan ook, tewijzigen.

    Redactie:Fred Gaasendam (hoofdredacteur), Han Konings (eindredacteur),Désiree Meijers, Gerard Verhoogt

    (Student)Medewerkers:Miguel Alvares, Roel van de Berg (cartoonist), John Buitjes, WalterEbert (Internet-pagina’s), Wouter Dielesen (stagiair), Caspar Jans,Sandra Janssen, Emile Martens, René ter Riet, Willem van Rossum,Bram Saeys (fotograaf), Maurice Schaeken, Lieke van Spreeuwel,Moniek Stoffele, Huibert Spoorenberg

    Redactieraad:mr.drs. Ben Donders (secretaris), prof.dr.ir. Jan de Graaf, FrancineOving, drs. Maarten Pieterson (voorzitter), prof.dr. Frans Sluijter

    Ontwerp en lay-out:Ben Mobach

    Druk:Drukkerij E.M. de Jong B.V.Baarle Nassau

    Advertenties:Van der Meulen Promotions, Fivel 27, Postbus 413,9200 AK, Drachten, Tel. 0512 - 520936, Fax 0512 - 517415e-mail: vdm @ euronet.nlhttp://www.vdm-promotions.com/

    Kopij:Kopij moet op diskette een week voor de verschijningsdatum voor15.00 uur in het bezit van de redactie zijn.

    Redactie-adres:Technische Universiteit Eindhoven, HG 1.19, postbus 513, 5600 MB,Eindhoven, Tel. 040 - 2472961/2473815; Hoofdredactie,HG 1.20, Tel. 040 - 2474441, Fax 040 - 2456033e-mail: cursor @ cur.tue.nlhttp://www.tue.nl/studium_cursor/cursor.html

    Open opinies:Lezersbrieven worden alleen dan geplaatst als ze kort en zakelijk zijn.Alle kopij dient te zijn voorzien van de naam en telefoon-nummer vande afzender.

    Colofon

    Movendi

    Op maandag 13 oktober om 16.00uur promoveert ir. Harry Pinxtir. Harry Pinxtir. Harry Pinxtir. Harry Pinxtir. Harry Pinxt inpromotiezaal 4 van het auditoriumop zijn proefschrift ‘Oxidation ofpropylene glycol on graphitesupported platinum catalysts’.Promotoren: prof.dr.ir. G. Marin enprof.dr.ir. D. Koningsberger (UU).

    Op maandag 13 oktober om 16.00uur promoveert ir. Guido Dol-ir. Guido Dol-ir. Guido Dol-ir. Guido Dol-ir. Guido Dol-mansmansmansmansmans in promotiezaal 5 van hetauditorium op zijn proefschrift‘Effect of indoor fading on the per-formance of an adaptive antennasystem’. Promotoren: prof.dr. A.Tijhuis en prof.dr.ir. G. Brussaard.

    Op dinsdag 14 oktober om 16.00uur promoveert ir. Will Ceelen ir. Will Ceelen ir. Will Ceelen ir. Will Ceelen ir. Will Ceelen inpromotiezaal 4 van het auditoriumop zijn proefschrift ‘Structure andmorphology of thin metallicoverlayers’. Promotoren: prof.dr.H. Brongersma en prof.dr. M.Henzler (Universität Hannover).

    Op woensdag 15 oktober om 16.00uur promoveert ir. Marc Wille-ir. Marc Wille-ir. Marc Wille-ir. Marc Wille-ir. Marc Wille-kenskenskenskenskens in promotiezaal 4 van hetauditorium op zijn proefschrift‘Giant magnetoresistance in spinvalves’. Promotoren: prof.dr.ir. W.de Jonge en prof.dr. R. Coehoorn(UvA).

    In verband met het bereiken vande pensioengerechtigde leeftijdzal Albert BiezeAlbert BiezeAlbert BiezeAlbert BiezeAlbert Bieze zijn werkzaamhe-den bij de faculteit ScheikundigeTechnologie, in het bijzonder hetCentrum voor Milieutechnologie(CMT), per 1 november beëindigen.Bieze is sinds 1 mei 1959 verbon-den geweest aan de faculteit. Hijheeft verschillende functies ge-had. Vele jaren heeft hij eenprominente rol vervuld in raden,besturen en commissies van defaculteit. Op het gebied van milieuis hij, met zijn vele contacten, eenvraagbaak voor diverse weten-schappers en studenten. Buitenzijn werk bij de faculteit heeftBieze zich met name op milieuge-bied gemanifesteerd als lid van deProvinciale Staten van Noord-Brabant. Voor milieuvraagstukken

    is hij reeds jarenlang de vertegen-woordiger van de universiteit bijde provincie.De faculteit biedt hem op vrijdag17 oktober een receptie aan in deVan Trierzaal (BG), waarbij u vanharte bent uitgenodigd.

    Met ingang van 1 november zalLeo van de VenLeo van de VenLeo van de VenLeo van de VenLeo van de Ven zijn werkzaamhe-den bij de vakgroep InstrumenteleAnalyse van de faculteit Scheikun-dige Technologie beëindigen. Hijmaakt gebruik van de FPU-rege-ling. Tijdens een receptie op vrij-dag 24 oktober om 16.30 uur in hetPVOC bestaat de mogelijkheid omin een informele sfeer afscheidvan hem te nemen.

    De Riskmanagement Award 1997is dit jaar toegekend aan ir.ir.ir.ir.ir.Henny KoppensHenny KoppensHenny KoppensHenny KoppensHenny Koppens. Dit op grond vanzijn TUE-afstudeeronderzoek‘SMART, error management in aradiotherapy quality system’.Hierin wordt een voor de proces-industrie ontwikkeld model vooropsporing en preventie van foutenmet succes aangepast voor de kwa-liteitsbeheersing in de radiothe-rapy-afdeling van het EindhovenseCatharina Ziekenhuis. Koppensontving de prijs, een schilderij, opdinsdag 30 september in Utrechttijdens de beurs Security ’97. HetGenootschap voor Risicomanage-ment, de uitschrijver van de prijs-vraag, is een beroepsverenigingvoor risicobeheerders, risicomana-gers en andere managers die zichdagelijks bezighouden op het ter-rein van risico- en crisismanage-ment.

    - Bridge-cursus: de PV organi-seert de komende maandeneen cursus bridge voorbeginners. Het is een cursusvan minimaal tien avonden,van 20.00-22.30 uur, gegevendoor een docent van de Neder-landse Bridgebond. De cursus

    start op woensdag 29 oktober in hetPVOC. De kosten voor deelnamebedragen fl. 50,- voor PV-leden enfl. 75,- voor niet-leden, inclusieflesmateriaal. Aanmelden voor dezecursus kan vanaf heden bij CorRooijakker, RC 0.03, van 9.00-10.00uur, behalve op de donderdagen.- Zaalvoetbaltoernooi: op vrijdag 17oktober kan er, bij voldoendebelangstelling, weer sportief gestre-den worden om de PV-zaalvoetbalwis-seltrofee. Het toernooi wordt gespeeldvan 13.15-16.45 uur in het sport-centrum. De kosten bedragen fl. 25,-per team. Aanmelden kan bij Berryvan Bree, HG 8.61, tst. 2156.

    Beda

    nkt Publieksdag 1997

    Ruim 8500 enthousiastebezoekers, tientallenboeiende demonstraties,presentaties, activiteiten enstands: de Publieksdag 1997

    was voor de TU Eindhoven ook ditjaar weer een groot succes. Eenwoord van dank gaat uit naar dehonderden medewerkers en stu-denten die met grote inzet eenbijdrage leverden aan het welsla-gen van dit evenement.

    College van Bestuur

    PV-N

    ieuw

    s

    SG-Aktueel

    Discussieavond ‘Gedifferen-tieerd bouwen’

    ‘Vandaag bouwen voor morgen,... maar voor wie?’ is een discussie-avond die is georganiseerd doorhet steunpunt voor buurtbewonersO&O. Aanleiding zijn de plannenvan de gemeente Eindhoven om inde nabije en verdere toekomsthuizen te slopen en te vervangendoor nieuwbouw. Het gaat om eenaantal vooroorlogse buurten alsLakerlopen (Tongelre), deBennekel, de Kruidenbuurt enWoensel West. Het is echter maarde vraag of sloop en nieuwbouw

    altijd de beste oplossing is. In hetverleden niet, zie de Bijlmer en deSchildersbuurt. De overheid han-teerde hier het woningaanbod alshet grote breekijzer om het nega-tieve beeld van de buurt te veran-deren, hetgeen niet is gelukt. Voordezelfde problematiek gebruiktmen tegenwoordig de term ‘gedif-ferentieerd bouwen’, als onder-deel van het nieuwe grote steden-beleid. O&O ging na hoe degemeente Eindhoven dit in wilvullen, zonder veel resultaat. Opde discussieavond wil men nuantwoorden proberen te krijgenop vragen als: ‘Welk toekomst-beeld heeft de gemeente van debuurt?, Welke maatregelen zijnnodig om die te verbeteren?, Hoepast het woningaanbod hierin?’De discussie is op donderdag 16oktober, om 19.30 uur in college-zaal 2 van het auditorium. Spre-kers zijn drs. Jos Smeets van defaculteit Bouwkunde van de TUE,Rik Blom, adviseur van deWoningbouwvereniging St. Trudoen Robert Mahler, van de bewo-nersorganisatie Lakerlopen.

    RTL5 zoekt talentStudent Talent, een nieuw pro-gramma van RTL5, is op zoek naarstudenten. De acts kunnen varië-ren van stand-up comedians totcabaretiers, van dichters tot feest-bands. Per studentenstad zal ermiddels een open podium gestre-den worden voor een optreden inde landelijke finale. Stuur een om-schrijving van je act en je gege-vens voor 1 november naar Post-bus 27500, 1202 KL Hilversum.

    Marketeercongres ‘97

    ConstructiewedstrijdDe studievereniging SimonStevin organiseert op woensdag 15oktober voor de eerstejaars W-stu-denten de jaarlijkse constructie-wedstrijd. De werktuigbouwersmoeten met een beperkte hoeveel-heid materiaal een constructiebouwen. Deze wordt getest opsterkte, terwijl de makers bovende Dommel zweven. Bezwijkt hetbouwsel, dan belanden de con-structeurs in het water.Plaats: tegenover de sporthal.Aanvang: 13.30 uur.

    Op maandag 13 oktober is ergeen SG-Aktueel. Eerder werdaangekondigd dat Ed van Thijnzou spreken, maar helaas bleekdie op het laatste moment ver-hinderd.

    De Marketeer, de marketingvereni-ging van de TUE, organiseert op 21oktober in het auditorium haar jaar-lijkse congres met als onderwerp:‘Service, the key to your success’.Onder leiding van dagvoorzitter JanTimmer zal de industriële servicemarketing belicht worden. Sprekers:oa. Dr. M. Wollaert (Coopers &Lybrand), ing. G. Gommers (PhilipsMedical Systems), ing. J. Krul (StorkMaintenance Management bv.) en ir.P. van Eijsden (DSM). Kosten: fl. 35,-(studenten), fl. 140,- anders. Info:tst. 2831, [email protected]..

  • 3 9 oktober '97

    Overleggroep BiomassaSinds 24 september kent de TUE een overleg-groep ‘Biomassa’. In deze groep werken de facul-teiten Natuurkunde, Werktuigbouwkunde enScheikundige Technologie samen met TDO (Tech-nologie voor Duurzame Ontwikkeling) aan duur-zame energie. De partijen komen regelmatigbijeen om informatie uit te wisselen over destand van zaken betreffende het onderzoek naarbiomassa. Biomassa is een duurzame grondstofdie bestaat uit onder meer hout en slib. Bijvergassing, pyrolysering of verbranding ervankomt energie vrij.

    Scholte

    Dr.ir. Lex Lemmens, coördinatorvan TDO, vertelt dat er momenteelzo’n dertig aio’s bezig zijn metduurzame ontwikkeling.Lemmens: ‘Bijna alle faculteitendoen mee. De opleiding Technieken Maatschappij van de faculteitTechnologie Management richtzich op de mens-machine interac-tie. Je kunt wel een hoop dingenbedenken met betrekking tot

    duurzaamheid, maar de gebruikermoet het ook kunnen toepassen.Bij de opleiding TechnischeBedrijfskunde spitst het zichvooral toe op duurzaamheid bijlogistiek en vervoer.’

    BiomassaProf.dr. Wim van Gelder, decaanvan Technologie Management,vindt dat duurzaamheid buitenge-woon belangrijk is. ‘Je moet alvanaf het begin van hetproductieproces rekening houdenmet duurzaamheid, zowel in ont-wikkeling, productie als distribu-

    tie. Het doel is zo efficiënt moge-lijk te werken en daarbij zo wei-nig mogelijk energie te gebruikenen zo min mogelijk afval te produ-ceren.’‘Scheikunde kent geen enkelevakgroep waarbij duurzaamheidniet is geïntegreerd’, verteltprof.dr. Ruud Metselaar, decaanvan Scheikundige Technologie.Lemmens: ‘We houden ons bijScheikunde vooral bezig met hetduurzaam ontwikkelen vanpolymeren en katalyse, het oplos-sen van het stikstofprobleem.’‘Duurzaamheid op zich is geenexpliciet speerpunt bij Natuur-kunde’, zegt dr. Rob Welzenis,‘maar het is wel een vanzelf-sprekend onderdeel vn het vak. Tedenken valt aan allerlei vormenvan energie-opwekking en omzet-ting, zoals brandstofcellen. Nu hetCollege van Bestuur het onderwerphoog in het vaandel heeft geno-men, wil onze faculteit er extraaandacht aan besteden. Waar hetzinvol is moet het dan ook aan deorde komen in het onderwijs.Helaas moesten sommige projec-ten die zich richtten opduurzaamheid, zoals windenergie,door een gebrek aan personeelworden gestopt. Maar daar staattegenover dat we daarvoor weer

    andere onderwerpen, namelijkwinning van energie uit biomassa,hebben teruggekregen.’

    FlexibiliteitDecaan prof.dr.ir. Jan Kerstens vande faculteit Bouwkunde vindt hetbelangrijk dat alle onderdelen inhet bouwproces bewust bezig zijnmet duurzaamheid. Kerstens:‘Partijen als de opdrachtgever,architect en de aannemer zoudenhun belangen op elkaar moetenafstemmen, zich niet op onderde-len moeten focussen, maar op debouwkolom als geheel. Deze be-langen botsen echter nog te vaak,waardoor duurzaamheid niet opti-maal kan worden toegepast. In detoekomst moeten recycling vanmaterialen en flexibiliteit, als-mede het demontabel zijn vangebouwen een grote rol gaan spe-len in het bouwproces.’Kerstens is van mening dat deandere faculteiten meer moeten

    doen aan duurzaamheid. ‘Het isimmers de taak van de TUE ommensen bewust op te voeden envooruit te lopen op de ontwikke-lingen. Daarom is duurzaamheidheel belangrijk. Wij als faculteitBouwkunde zijn er nadrukkelijkmee bezig.’ Lemmens beaamt dit:‘Bouwkunde is zelf al intensiefbezig met duurzaamheid. Hierhoeven we niet veel te intervenië-ren.’Bouwkunde heeft onlangs samenmet Werktuigbouwkunde hetGEO-gebouw geopend voor deopleiding Installatietechniek. Indit gebouw wordt onder andereonderzoek gedaan naar energie-daken, gevelbekleding en warmte-pompsystemen. Bouwkunde heeftbesloten een ‘DUBO (DuurzaamBouwen)-tuin’ op te zetten waarproeven op prototypen uitgevoerdkunnen worden. Werktuig-bouwkunde houdt zich verderbezig met zonne-energie.

    Jaarlijks organiseert de bedrijfs-kundige studieverenigingIndustria een studiereis naar hetbuitenland. Volgend jaar maartgaat men hiervoor drie maandennaar de andere kant van de aard-bol, naar het Zuid-AmerikaanseChili. Een subcommissie vanIndustria, bestaande uit vijf leden,belast zich met de organisatie enmoest in dit geval ook een selectieuit het aantal inschrijvers maken.Er kunnen namelijk slechts twin-tig mensen mee en 26 potentiëledeelnemers hadden zich aange-meld. Twee mensen meldden zichalsnog af, dus had men een sur-plus van vier personen.Ook Martin Erkal en MohamedKoulali, beiden vierdejaars be-drijfskunde, hadden in juni hetaanmeldingsformulier ingevuld.Begin september sloot de inschrij-ving en werd meegedeeld dat erintake-gesprekken zouden volgenom definitief te bepalen wie ermee mocht. Daarbij waren tweeleden van de subcommissie aan-wezig en de voorzitter van Indus-tria, Jan Willem Meiburg, als onaf-hankelijk beoordelaar. VolgensErkal en Koulali waren deze ge-sprekken bedoeld om jezelf zogoed mogelijk ‘te verkopen’, om telaten zien dat je voldoendegemotiveerd was, en om nog eensduidelijk te maken dat je studie-planning voor het komende jaar er

    niet onder zou lijden. Beiden von-den dat ze daar goed in geslaagdwaren. Ze waren dan ook zeerverbaasd toen ze te horen kregendat ze afgewezen waren, en welvanwege een te vol studierooster.Erkal: ‘Ik heb tijdens het intake-gesprek duidelijk gemaakt dat ikm’n keuzevakken door zou schui-ven naar achteren, om zo tijd vrijte maken voor de voorbereidingvan de reis. Ook Koulali had aan-gegeven zijn studieplanning zo tewillen inrichten en zegt: ‘Eenmeisje uit de groep die nu welmeegaat, verkeert in precies de-zelfde positie als ik wat studiebetreft. Waarom speelt het bijhaar geen rol van betekenis en bijmij wel?’Bij navraag bij de commissie doorbeide bedrijfskundestudentenwerd verteld dat er ook nog an-dere criteria hadden meegewogenin het eindoordeel. Hierbij moes-ten ze denken aan zaken als moti-vatie en hoe men in de groep zoupassen. Volgens Erkal en Koulalihebben ze toch duidelijk te ken-nen gegeven voldoende gemoti-veerd te zijn, dus blijft over hetpassen in de groep. Erkal enKoulali willen het niet met zoveelwoorden zeggen, maar denkentoch dat hun buitenlandse achter-grond, respectievelijk Turks enMarokkaans, iets met de afwijzingte maken heeft. Temeer daar ookeen jongen van Kaapverdischekomaf tot de afvallers behoort. Bijde vier nu afgewezen studentenblijken er dus drie een buiten-landse achtergrond te hebben. Deenige andere deelnemer met eenbuitenlandse achtergrond is eenTurkse bedrijfskundestudente.

    Volgens Erkal en Koulali lag haaruitverkiezing voor de hand omdater zich maar zes meisjes in totaalhadden ingeschreven.Erkal: ‘Ik wil het niet directdiscriminatie noemen, maar vol-gens mij is er wel gemanipuleerdmet de selectiecriteria. De intake-gesprekken waren mijns inzienseen wassen neus. Er werd niet echtnaar me geluisterd, ik had deindruk dat de selectie al gemaaktwas.’Industria-voorzitter Meiburg houdtvast aan zijn standpunt dat deselectiecriteria gewoon strikt zijntoegepast en dat het puur toeval isdat van de vier afvallers er drieeen buitenlandse achtergrondhebben. Inzage in de beoordelings-rapporten wil hij niet geven, dit inverband met de bescherming vande persoonlijke gegevens van dedeelnemers.

    Duurzame ontwikkeling centraalin discussiebijeenkomst

    Dat de TUE zich in het bijzonder richt op een

    duurzame ontwikkeling van de samenleving,

    staat prominent in de missiestatements van

    deze universiteit. De faculteiten krijgen onder

    begeleiding van het Centrum Technologie voor

    Duurzame Ontwikkeling (TDO) steeds meer

    oog voor zaken als recycling en efficiëntie. Op

    de bijeenkomst ‘Discussiëren over duurzaam-

    heid’ op woensdag 15 oktober in de blauwe

    zaal van het auditorium zal onder meer be-

    sproken worden hoe duurzame ontwikkeling

    zich manifesteert bij verschillende faculteiten.

    door

    W outerD ielesen

    Hoe zuiver zijn de selectiecriteriavan Industria?

    door

    HanK onings

    Liefst twintig procent meeradressen van VWO-scholieren uitde klassen 4, 5 en 6 dan vorig jaar.Dit was de opbrengst van eenvoorlichtingssactie tijdens eenbeurs voor middelbare scholierenin Groningen en de Studiebeurs inUtrecht waar medewerkers van In-en Externe Betrekkingen (IEB) deTUE vorige week presenteerden.De toename is volgens drs. Corine

    Legdeur van IEB te danken aaneen aandachttrekkende prijs-vraag. VWO-scholieren moestenraden wat ze zagen in een opstel-ling, bestaande uit twee plexi-glazen platen, waartussen zandmet perslucht omhoog geduwdwordt en waar een lamp achterzit. De faculteit ScheikundigeTechnologie was de leveranciervan deze opzienbarende opstel-ling, die bekend stond als het‘brandend zand’.

    Prijsvraag als scholierentrekker

    De TUE-stand met het‘brandend zand’.Foto: Bram Saeys

  • 49 oktober '97

    Kunst of kitsch op de TUE reren. Alleen de aanblik van deaanwezige keuzevoorraadstemt mij steeds weer droevig:een ongeregelde rommelzooi inde hoek van het CD-uitleenhok.De positie van de kunst op deTUE wordt daarmee treffendgeïllustreerd. Die positie is datde beeldende kunst getolereerdwordt in een hoek, mits alleandere functies eerst aan huntrekken zijn gekomen.

    Ooit werd er door StudiumGenerale nog wat gedaan aanhet leren kijken naar en waar-deren van kunstuitingen, wantzoals je moet leren hoe de taalvan de scheikundige formulesin elkaar zit, moet je ook detaal der kunst leren verstaan.Nu lijkt de voorraad oudescheerapparaten van Philipsmet het bijbehorende beurs-standmateriaal de inspiratie-bron voor de vorming van dejeugdige intellectueel. Ik bener niet zeker van dat je daar ergkritisch en onafhankelijk doorleert omgaan met de wereld.Iets méér kunst op een ietsméér geïntegreerde wijze zouvoor de TUE op de lange duurtoch vruchtbaarder zijn, lijktme.Kunnen we de studenten naastde laptop ook niet eenmuseumjaarkaart-met-ge-stuurd-gebruik geven? ZoalsEinstein eens gezegd moet heb-ben: ‘Logica brengt je van Anaar B. Verbeelding brengt jeoveral.’ Als dat inzicht gemeen-goed zou worden, zouden pro-blemen met een weloverwogenen interessant kunstwerk alsdat van Tordoir niet hoevenvoorkomen.

    Voor het eerst in de dertigjaar dat ik mijn werkdagendoorbreng op deze universiteit,is er hier openlijk over kunstgediscussieerd. Ik bedoel dusde weinig verheffende gang vanzaken rond de zeefdrukken inhet scheikundegebouw. Zonderdat ik een uitspraak wil doenover de eeuwigheidswaarde vande serie glaspanelen, bestem-pelt de opgewekte commotiedit kunstwerk onmiddellijk tothet belangrijkste dat we in enrond de TUE-gebouwen hebben.Het heeft namelijk mensen aanhet denken gezet en kennelijkook geraakt in hun opvattingenover het dagelijks bestaan enover het uiterlijk van hun werk-omgeving. Die opvattingen zijnmeestal ongearticuleerd entraditioneel, en niets is gevaar-lijker in het denken van dewetenschapper dan het werkenmet ongearticuleerde gedach-ten. Dat het kunstwerk eenaantal scheikundigen, die iktoch als een soort wetenschap-pers zie, geprikkeld heeft tothet formuleren van inzichtenen opvattingen over kunst, isdan ook pure winst. Dat dieopvattingen over kunst de-zelfde zijn als welke het perso-neel van de Dienst OpenbareWerken in Amsterdam in 1950formuleerde naar aanleidingvan de wandschildering vanKarel Appel in hun kantine,duidt op een zeker gebrek aanontwikkeling in Eindhoven.Ook toen werd er schande ge-

    roepen en verwijdering geëist vanhet werk uit de dagelijkse omge-ving. De achterlijkheid van deprovincie waar Amsterdammershet graag over hebben, is dus niethelemaal een vooroordeel.

    Waarom heeft de TUE eigenlijkkunst in bezit en hoe functioneertdie? Dat is wat ik me naar aanlei-ding van de zaak Tordoir eens hebafgevraagd. Door sommige schei-kundigen is naar voren gebrachtdat de aanwezige kunst de rustniet moet verstoren, geen ‘aan-stoot’ moet geven. Uit onderzoekennaar het ideale schilderij dat aan-genaam is en geen aanstoot geeft,blijkt dat er dan een landschap opafgebeeld moet zijn met eenwaterpartij en aangenaam ge-boomte. Ook een enkel goed-gekleed en herkenbaar mens meteventueel een hondje aan de lijnkan getolereerd worden. De kleu-ren zijn blauw, groen en bruin.Hoger opgeleiden zijn ook nog welbereid een vlekkenpatroon teaccepteren, mits de vormen ietsorganisch hebben en de kleurenniet te wild zijn.Dit is de schilderkunstige verta-ling van muzak, het soort muziekdat je hoort in het winkelcentrumof aan boord van het vliegtuig. Defunctie ervan is dat de mens ver-doofd wordt voor onaangenameomgevingsprikkels die het koop-en vlieggedrag ongunstig beïnvloe-den. Daar is intussen een helebedrijfstak op gebaseerd, maar diewordt toch niet meer tot de ernstigte nemen kunst gerekend. Ik be-

    grijp dat ook op de universiteit deonaangename omgevingsprikkelsvolop gevoeld worden en dat metname het gruwelijke grijzescheikundemonstergebouw bij degebruikers de vraag naar verdo-vende kunstmiddelen oproept.Elke door een TUE-kunstpaus on-gevraagd aangebrachte extra prik-kel roept dan al gauw een over-reactie op.De aanwezigheid van beeldendekunst op de TUE heeft echter eenandere reden dan verdoving. Derol van de universiteit is onderandere om mensen op te leidendie een onafhankelijk en kritischoordeel kunnen vormen over dehen omringende maatschappij.Nu is het helaas zo dat in de we-tenschap de beide genoemde ei-genschappen niet steeds gewaar-deerd worden. Een zekereonderdanigheid aan en slaafseacceptatie van de daden en woor-den van de grote baas zijn vaakeen betere garantie voor carrièredan kritische twijfel aan diensgelijk. In de moderne wetenschapzijn vlijt en ijver een betere inves-tering dan visie en fantasie, al-thans voor de gemiddeldelaboratoriumwerker.De beeldende kunstenaar is sindsanderhalve eeuw bij uitstek defiguur die geen maatschappelijkloopbaan als eerste doel voor ogenheeft, maar door nadenken envormgeven probeert het nieuween onverwachte een vorm te ge-ven. Dat betekent vaak dat demensen niet steeds op het eerstegezicht herkennen wat er aanbeelden verschijnt. Het is eenondankbaar beroep, waarvoorkritisch vermogen en onafhanke-lijke opstelling belangrijker zijndan aan de universiteit. Soms lukthet een kunstenaar begrip te on-

    dervinden en soms mislukt hij inalle opzichten. Die kritische hou-ding uit zich op een geheel anderewijze dan de kritische houding inde wetenschap, maar er isverwantschap.Kunst op de TUE zou die kritischeboodschap vooral moeten uitdra-gen, hetgeen best gepaard kangaan met een aangenaam resul-taat. Maar altijd zou debeschouwer even moeten denken:wat bedoelt hij nou, of: waaromheeft hij dat gedaan? Kunstwerkenwaar we klakkeloos aan voorbijlo-pen zijn functieloos, louter be-hang waar we een kast voor kun-nen zetten of een kwast overkunnen halen. Het verdwenenwandkleed bij Elektro kon kenne-lijk op een dergelijke wijze erva-ren worden: gewoon afgestoft enbij het huisvuil gezet. Het prach-tige beeld van Tajiri staat zo ver-dekt opgesteld in de schaduw vanons hoogste betonnen gebouw dathet niemand verstoort in zijnallerbraafste gedachten, alhoewelhet barst van de seksuele span-ning. Die lading is echter zo geab-straheerd dat hij minder prikkeltdan het duidelijk herkenbarezoontje van Tordoir. Alhoewel,duidelijk? Sommigen schijnendaar een geestelijk gehandicaptmeisje in waargenomen te hebbendat seksueel misbruikt werd. Voorkunstenaars geldt hier net als voorwetenschappers dat het soms vei-liger is om je heel abstract uit tedrukken en vooral niet concreet teworden.De meeste kunst op de TUE zit inde grafiekcollectie, die enige hon-derden werken van wisselendewaarde omvat. Functioneert diecollectie? Ten dele als gekleurdbehang op de werkkamers, maarvoor een ander deel ook als intel-lectuele inspiratiebron voor degeschoolde kijker die zich onbe-vangen door een raadselachtig ofweerbarstig werk wil laten inspi-

    Dienst Overige Zaken

    Aat Vervoorn

    In de rubriek ‘Dienst Overige Zaken’ schrijvenprof.dr. P.J. Lemstra, prof.dr.ir. H.E.H. Meijer,dr. J.W. Nienhuys, prof.dr. F.W. Sluijter, drs. A.J.Vervoorn en dr.ir. E.G.F. van Winkel.

    Talentendatabank

    Open opiniesOpen opiniesOpen opiniesOpen opiniesOpen opinies

    Met verbijstering las ik in Cur-sor 6 de open opinie van RichardBruls aangaande het kunstwerkvan Narcisse Tordoir, dat wasopgehangen in het nieuwe schei-kundegebouw. Dit is kennelijk ookeen kant van de gemeenschapwaar ik al ettelijke jaren deel van

    uitmaak. Moeilijk om dat zomaaraan mij voorbij te laten gaan. Watis er in godsnaam mis met ditkunstwerk? Waarom zou dit pornozijn? Hoe is het mogelijk dat eendergelijk onbevangen beeldonoorbare gedachten kan oproe-pen? Naakt op zich betekent nietautomatisch porno; de geschiede-nis van de kunst heeft dit onom-stotelijk aangetoond. De ambiancewaarbinnen het naakt verschijnt,bepaalt van welke kwalificatiesprake kan zijn. In dit geval is het

    kind in het enthousiasme van z’nspel vastgelegd. Het feit van denaaktheid anticipeert op gevoe-lens van kwetsbaarheid en onbe-vangenheid. Ik kan me niet voor-stellen hoe dit bij eenonbevooroordeeld waarnemendoog gevoelens of gedachten zoukunnen oproepen die als pornogekwalificeerd zouden kunnenworden. Alleen wanneer het oogz’n eigen bedoelingen heeft - be-wust of onbewust - zal het hetbeeld manipuleren ten bate vandie eigen doelstellingen. Dit hoortechter tot de verantwoordelijkheidvan de waarnemer en kan niet een

    afbeelding worden aangewreven.De oorzaak van de commotie is teherleiden tot enerzijds een onver-mogen met betrekking tot kijkenen zien (met name als het gaat omhet opsporen van de inhoud vaneen beeld) en anderzijds tot ge-brek aan inzicht in de werkingvan de eigen psyche van de waar-nemer. Het is in deze belangrijkom bij het beeld te laten wat bijhet beeld behoort en bij de kijkerwat des kijkers is.De open opinie staat bol van cli-chés uit het ‘gesundes Volksemp-finden’, die als bewijs van deongepastheid van het kunstwerk

    Sinds kort zijn de verenigingenGroep 2000/ISO en TH-één gefu-seerd in de nieuwe verenigingGroep Eén. Een belangrijke ge-beurtenis, waarvan velen binnende TUE zich afvroegen waarom hetniet eerder was gebeurd. Allestudenten in de universiteitsraadwerken altijd al intensief samenen verschillen tussen met namede studenten van Groep 2000/ISOen TH-één waren er nauwelijksnog. De beide oude verenigingenorganiseerden een wekelijks over-leg tussen studenten en personeel,

    hetgeen de nieuwe verenigingvoortzet, omdat we van meningzijn dat het meebesturen van deTUE een zaak is voor personeel enstudenten samen. Bovendien wa-ren beide studentengeledingen lidvan het landelijke InterstedelijkStudenten Overleg (ISO).Cursor was uitgenodigd om tijdensonze fusieborrel langs te komenen zo te kunnen vernemen watGroep Eén doet en waar wij voorstaan. De redactie gaf aan dat dezegebeurtenis voor de TUE-gemeen-schap interessant zou zijn, maarblijkbaar gaf men prioriteit aanandere zaken. Enigszins verlaat -in Cursor 6 pas - kon een stukjeaan onze fusie worden gewijd.‘Partijen U-raad kampen met ge-brek aan kandidaten’ kopte menboven een artikel, dat ook nauwe-

    Kunst als waarheidsserum

    in stelling worden gebracht. Alle-maal prietpraat dat geen houtsnijdt; de laatste kolom is in z’nnaïviteit in toenemende mate nogranzig ook. Over de werkelijkheidvan het beeld zelf wordt niets naarvoren gebracht. Het is opmerke-lijk hoe de kunst hier misbruiktwordt om datgene bot te vierenwat in de wetenschap als absoluuttaboe geldt: je gelijk halen uit opgeen enkele manier gewogen per-soonlijke oprispingen.

    ir. Lex Kerssemakers

    lijks over onze fusie ging. Hetsombere beeld van een lege UR-nieuwe stijl, aan depersoneelszijde, werd erin gescha-pen. Over de studenten van GroepEén werd niet gerept, terwijl wijmet een mooie lijst komen net alsonze collega’s van de PF. Het isjuist dat het vandaag de dag nietmakkelijk is om personeelsledente vinden die mee willen besturenvia een raad met minder macht,terwijl ze aan de andere kant eensteeds grotere werkdruk kennen,maar het is ons gelukt om eendegelijke, zij het kleinepersoneelslijst te creëren.

    Carlo Hamelinck,namens studenten Groep Eén

    Groep Eén

    Zie voor meer open opinies pagina 12

  • 5 9 oktober '97

    Landelijke onderzoeksaanvraagGerontechnologie afgewezen

    door

    G erardV erhoogt

    ‘Uiteindelijk kan er maar éénwinnen. Het was volgens de Neder-landse organisatie voor Weten-

    schappelijk Onderzoek (NWO) eendubbeltje op zijn kant, maar datdubbeltje viel in het voordeel vanhet programma naar duurzamebevissing van de zee’, aldus eenteleurgestelde dr. Jan Rietsemavan het aan de TUE gevestigdeInstituut voor Gerontechnologie(IGT). Vorige week maakte deNWO bekend dat ze het landelijkonderzoeksprogramma dat het

    IGT als overkoepelende instantiehad ingediend, afwees. Daaraangekoppeld was een subsidie van10 miljoen gulden met een loop-tijd van acht jaar. De NWO preeshet onderzoeksvoorstel en demaatschappelijke relevantie er-van, maar gekozen werd desalniet-temin voor het onderzoek vanMariene Biologie.Wat voor de NWO de preciezeredenen waren om de aanvraag afte wijzen is momenteel niet be-kend, omdat de brief van de NWOhierover nog niet beschikbaar is.

    Begin september promoveerdeMichiel Haas op zijn proefschrift‘TWIN-model; milieu classificatie-model bouw’. Zijn Eindhovensepromotor, prof.mag.arch. PeterSchmid, kende hij via de VIBA, deVereniging voor Integrale Biologi-sche Architectuur. Haas haalt inéén van zijn stellingen JanSchaefer aan. Deze oud-staatsse-cretaris Volkshuisvesting zei ooit:‘In gelul kun je niet wonen’. Haasmoet het hardgrondig met hemeens zijn geweest, want - de hui-dige milieu-hausse ten spijt - nogsteeds waren er geen harde totaal-normen opgesteld waaraan bouw-onderdelen, hele gebouwen, maarook stedenbouwkundige plannenkonden worden getoetst. Als direc-teur van het Nederlands Instituutvoor Bouwbiologie en Ecologiewerd Haas vaak om bouwadviesgevraagd en zodoende werd hijvaak geconfronteerd met ditmanco. Uiteindelijk besloot hijzelf de stap te wagen.

    LandschapsaantastingHaas: ‘In het kort gezegd heb ikeen model ontwikkeld waarmee jebouwproducten en gebouwen opmilieu- en gezondheidseffectenkunt beoordelen en vergelijken.’In de huidige praktijk wordtgebruikgemaakt van de internatio-naal erkende levenscyclusanalyse,maar deze blijkt nogal wat gebre-ken te vertonen. Haas: ‘De levens-cyclusanalyse is een goede me-

    thode en ik heb hem ook als basisvoor verder onderzoek genomen.Er zit echter een flink aantal on-derdelen in die nog niet volle-dig ontwikkeld zijn. Een voor-beeld hiervan is aantasting. Als ereen keuze moet worden gemaakttussen nieuw en gerecycled zand,zijn er kwantitatieve gegevensbekend zoals de mate van vervui-ling van de laatste. Wil je echtereen complete milieunorm beden-ken dan moet je ook zaken opne-men als landschapsaantasting.

    Wil je nieuw zand gebruiken danwordt het landschap aangetast,wat niet het geval is bij hetgerecycled zand. We komen nu almeteen op een tweede moeilijk-heid die in de bestaande methodewerd vermeden, namelijk de kwa-litatieve beoordeling.’Volgens Haas is landschaps-aantasting ook niet objectief temeten. Zegt hierover: ‘Dit is voormij echter geen reden om hetonderwerp dan maar onvermeldte laten. Ik heb zogenaamdeprestatieniveaus ingevoerd dieeen oordeel geven over de matevan aantasting en herstelbaarheid.Deze niveaus zijn vervolgens omte zetten in milieubelastings-punten, die je kunt combinerenmet de wel meetbare, kwantita-tieve gegevens. Dit levert een eind-getal op waarmee je vergelijkin-gen kunt aangaan.’

    EindoordeelAlle vervuilingsaspecten, zoals debijdrage aan het broeikaseffect ende zure regen, zijn redelijk sim-pel te combineren en te normali-seren tot één verontreinigings-getal. Wil je zo’n getal echtercombineren met landschaps-aspecten dan zijn de poppen aanhet dansen. Haas: ‘De algemenemening is nog altijd dat het sa-menbrengen van dit soort aspec-ten ‘not done’ is. Tot nu toe kwammen dan ook niet verder dan het

    vergelijken van verschillendemilieuprofielen. Maar ja, uiteinde-lijk wil je toch iets meer; je wiltgebouwen vergelijken, of zelfshele stedenbouwkundige plannen.Ik heb dus een panel van deskun-digen bij elkaar gezet om zo tekomen tot weegfactoren, getallendie aangeven hoe zwaar een be-paald onderdeel moet meewegenin het eindoordeel.’De dualiteit van het model, zoweleen kwantitatieve als een kwalita-tieve kant, lag aan de basis voorhaar naam: het TWIN-model. Dezedualiteit keert eveneens terug inde uitwerking van het kwalita-tieve deel, namelijk in eenmilieubeoordeling en eengezondheidsbeoordeling, diebeide als een losse module in hetmodel zijn verwerkt. Hetgezondheidsaspect van gebouwen,met inbegrip van bijvoorbeeldaanwezigheid vanelektromagnetische stralingen,wordt volgens Haas nogal eensondergewaardeerd.

    MilieuprestatienormZiet Haas zijn model ooitomgewerkt worden tot een wet?Haas: ‘Ik kan het me voorstellen.Er zal toch zoiets moeten komenals een minimale norm voor duur-zaam bouwen. Misschien eenmilieuprestatienorm die verge-lijkbaar is met de al bestaandeenergieprestatienorm: zie maar

    Deze week werd het laatsteboek van de bibliotheek vanScheikundige Technologie naarbinnen gekruid voor de gemeen-schappelijke bibliotheek met defaculteit Werktuigbouwkunde aande zuidoostkant van de W-hal. Deafgelopen weken is er hard ge-werkt om alles op de plaats te krij-gen, maar volgens bibliothecarisdrs. Cees Klijs brengt de afwer-kingsfase het meeste werk metzich mee. Binnen een maand oftwee hoopt hij dat de ‘gefuseerde’bibliotheek op orde en voldoendetoonbaar is voor de officiële ope-ning van deze tijdelijke oplossing.Het streven is immers om in 2001te starten met de realisatie vanéén gemeenschappelijke biblio-theek voor de faculteiten W, E, N,T en B in de W-hal. Volgens delaatste berichten zal deze centralebibliotheek in 2003 gereedko-men.

    Rietsema heeft echter wel eenvermoeden: ‘Waarschijnlijk vindtde NWO onze uitgangspunten tochte veel in de techniek liggen. Wehebben blijkbaar niet genoegduidelijk kunnen maken dat hetom de oudere mens gaat in eenwereld die, vooral wat techniekbetreft, snel verandert. Voor ons istechniek een hulpmiddel omouderen in staat te stellen om zichbeter staande te houden in eensnel veranderende maatschappij.’Bij de onderzoeksaanvraag warennaast het IGT onder andere ook

    het IPO, Technologie Managementen de Universiteit Maastricht be-trokken. Alle deelnemers gaanbinnenkort om de tafel zitten omte kijken welke onderdelen alsnoggerealiseerd kunnen worden,maar nu met de ‘gewone’financieringsbronnen als het mi-nisterie van Economische Zaken,Zorgonderzoek Nederland, deStichting Technische Wetenschap-pen en opnieuw bij de NWO. Al-leen deze keer niet bij de afdelingprioriteitensubsidies, omdat diedit jaar stopt.

    Duurzaamheid in bouw nu controleerbaarEind twintigste eeuw is onze aandacht voor het

    milieu groter dan ooit. Gek genoeg heeft dit in

    de bouw, één van de grootste vervuilers, nooit

    geleid tot een eenduidige milieuprestatietabel.

    Dit is een lijst met zo objectief mogelijke getal-

    len die aangeven hoe goed of slecht een bouw-

    onderdeel scoort op milieugebied. Een belang-

    rijke oorzaak hiervoor is dat zo’n model een

    aantal niet-meetbare parameters bevat, die

    vervolgens aanleiding kunnen geven voor dis-

    cussie. Ir. Michiel Haas heeft zich er toch aan

    gewaagd en is onlangs gepromoveerd op zijn

    TWIN-model, dat zoals gezegd naast een

    kwantitatief deel ook een kwalitatief deel kent.

    Naast een milieubeoordeling geeft Haas met

    zijn model ook een gezondheidsbeoordeling.

    hoe je je huis bouwt, als het over-all maar aan een bepaalde normvoldoet. Voor mijn part bouw je jehuis van aluminium. Als het ver-volgens tweehonderd jaar staat ishet toch erg duurzaam. Iets min-der makkelijk realiseerbaar, maarwel belangrijk, lijkt mij de ver-plichting aan producenten vanbouwmaterialen te bewijzen dathun materialen niet milieu-belastend zijn; een omgekeerdebewijslast dus.’Zoals altijd biedt ook dit onder-zoek weer genoeg aanknopings-punten voor verdere studie. Eengroot open gebied is bijvoorbeeldhet vaststellen hoe groot het aan-deel in de mondiale milieu-belasting is dat door een gebouwwordt veroorzaakt.Haas: ‘Het is belangrijk dat meneen beter inzicht krijgt in demilieuaantasting veroorzaakt doorhet bouwen. Op dit moment weetmen nog niet eens het aandeel inde nationale milieubelasting. Wehebben dus nog een lange weg tegaan. Ik heb zo’n idee dat mensen,ooit in de toekomst, bij geboorteeen soort pakketje punten krijgendat zal staan voor de waarde dieze gedurende hun leven aan ver-vuiling mogen veroorzaken. Vooriedereen hetzelfde, arm of rijk. Deaarde kan namelijk heel wat aan,maar laten we het vooral eerlijkverdelen.’

    Bijeenbrengen boeken W en T is voltooid

    Anneke Litjens, medewerk-ster van de nieuwe biblio-theek voor Werk-tuigbouwkunde enScheikundige Technologiesleept met de laatsteboeken. Foto: Bram Saeys

    door

    D ésireeM eijers

    door

    R ené terR iet

  • 69 oktober '97

    In de rubriek ‘Wat schuift ‘t?’ doen Miguel Alvares en Rob Schram elkeweek verslag van de bijbaantjes waarmee studerend Eindhoven het hoofdfinancieel boven water tracht te houden.

    voor Maarten is ervoor te zorgendat de groep op vaste tijden ergensis, want de rondleiding is nauw-keurig op tijd gepland. Bovendienmoet hij de jongeren goed onderde duim proberen te houden.Maarten doet dit werk nog niet zolang. Hij is begonnen op 24 sep-tember en heeft tot 3 oktober elkewerkdag een groep begeleid. Indecember start weer een serie vanzeven dagen. De afgelopen tijdhad hij steeds een groep per dag,maar in december wil hij er tweeper dag gaan begeleiden. Hij heeftdit baantje gekregen via Randstad,waar hij ingeschreven stond. Voorhij echt aan de slag ging, heeft hijeerst een voorlichtingsavond ge-volgd. Op deze avond werd heelnauwkeurig verteld hoe de rond-leiding gegeven moest worden.Maarten: ‘Maar op deze bijeen-komst kwam zoveel informatie opje af dat je het meteen weer ver-gat. Gelukkig spreekt het in depraktijk allemaal voor zich.’Het werken met kinderen vindtMaarten niet alleen erg leuk, maarook een uitdaging. Hij heeft wei-nig moeite met de groepen. ‘Als jeeenmaal duidelijk hebt gemaaktwie de baas is, is het allemaal heelgezellig.’ Het leukste vindt hij hetals hij klassen krijgt waar vantevoren voor gewaarschuwd is datze heel lastig zijn, en dat laterblijkt dat hij de hele dag zonderproblemen met ze opgetrokken is.

    Daar heeft hij wel trucjes voor.Een goede start is bijvoorbeeldals hij aan het begin van derondleiding zegt dat de leraar,die ook meeloopt, niets hoeft tezeggen omdat hij als begeleiderdie dag de baas is. Wel vindt hijhet vervelend als de kinderen‘meneer’ of ‘u’ tegen hem zeg-gen. ‘Want dan voel ik me eenouwe lul, terwijl ik gewoon eenlul ben.’ Volgens Maarten moetje wel bepaalde kwaliteitenhebben om dit werk goed tekunnen doen. Zo moet je goedweten hoe je een groep onder deduim moet houden, en je moetervoor zorgen dat de kinderenop een positieve manier naar jekijken.Naast dit baantje werkt hij ookin de Tongelreep als manusje-van-alles, waar hij ‘alle ellendeop mag ruimen.’ Dit doet hijtwee à drie keer per week. Hijvindt het werk bij het Evoluonniet leuker dan bij de Tongel-reep. ‘Het is heel anders. Het isbij de Tongelreep ook heel ge-zellig. Werk waarbij je metmensen kan omgaan en lekkerkan ouwehoeren ligt mij wel.’Vandaar dat hij ook actief is bijProBoKoCo, de Protagoras Borrelen Koeken Commissie, die elkeweek de borrel van deze studie-vereniging verzorgt.

    dit als bijbaantje.Een aantal keer per jaar zetPhilips enkele dagen achtereen dedeuren van het Evoluon open voorgroepen middelbare scholieren.Dit zijn tweede klassen van alleopleidingsniveaus. Op die dagenkomen vanaf half negen ‘s mor-

    gens elk uur groepen scholierenaan. Deze groepen, bestaande uitongeveer dertig personen, krijgeneerst een theatervoorstellingvoorgeschoteld. Daarna worden zedoor het Evoluon geleid en doen zemee aan twee workshops. Om dezegroepen te begeleiden heeft Phi-lips mensen aangenomen, waaron-der Maarten. Elke groep blijftongeveer drieëneenhalf uur in hetEvoluon. De belangrijkste taak

    Een groep middelbare scho-lieren bezighouden, veel men-sen worden al helemaal gek bijhet idee alleen. Maarten draaithier echter zijn hand niet voorom. Integendeel, want hij doet

    Wat schuift 't ?Foto: Bart van Overbeeke

    Talentendatabank

    Naam:Maarten ‘Pluis’Abdul

    Studie:WMT

    Baan:Gids in het EvoluonVerdient: fl. 10,81per uur

    Middelbare scholieren opsleeptouw nemen

    Met een spectaculaire actie zalde secretaris van het CvB, ir. HarryRoumen, woensdag 15 oktober om

    12.30 uur in de senaatszaal van hetauditorium het startsein gevenvoor de jubileumactie die tot 15december duurt. Daarna zal prof.Roger de Bruyn van de Universiteitvan Antwerpen een van zijn fa-

    meuze voordrachten houden overcreativiteit.Onderdeel van de jubileumactie iseen creativiteitsspel dat bestaatuit vier identieke houten denk-spellen, die op een tafel in de halvan het hoofdgebouw staan opge-steld. Vier personen kunnen zotegelijkertijd ‘werken’ aan deoplossing, waarbij de deelnemerszich wel moeten houden aan hetter plekke aanwezige spel-reglement. Bij het eerste denkspelis het de bedoeling om alleen doorhet manipuleren met het koord dering los te krijgen en deze bij deportier van het hoofdgebouw in televeren. Lukt het iemand in deeerste week, dan ontvangt hij of zij250 gulden. Hoe langer het duurt,hoe meer geld het oplevert; debeloning loopt iedere actieweekmet 250 gulden op. Maximaal valter tweeduizend piek te verdienen.

    Zodra iemand de ring weet los tepeuteren, wordt er een nieuw spelingezet.

    WerkmethodenDe Bestuurscommissie Ideeënwerd in het leven geroepen op 27oktober 1972. Aanzet hiertoe gafhet toenmalige hoofd Inkoop AdMaartense. In navolging van eenaantal andere instellingen slootook de TH zich aan bij de Rijks-IdeeënOrganisatie (RIO). Het doelvan de Bestuurscommissie bleefde afgelopen kwart eeuw onge-wijzigd. Medewerkers zoudengestimuleerd moeten worden na tedenken over het functioneren vande eigen organisatie en voorstellente doen ter verbetering van dewerkomstandigheden, werkme-thoden, milieu, veiligheid, kwali-teit, service en/of besparingen vantijd, materiaal en energie. Ditbrede terrein levert een scala aanonderwerpen op, variërend vanveiligere verkeerssituaties enaanpassing van machines tot eenforse besparing op koel- enspoelwater. Verreweg de meesteideeën worden echter ingediendop het gebied van verbetering vanwerkmethoden en besparing vanenergie.Toch is het ondoenlijk voor de uitzes personen bestaande Bestuurs-commissie om in al die uiteen-lopende onderwerpen te duiken.Korting doet wel een eerste selec-tie om onzinnige ideeën of ideeëndie niet binnen de definitieruimtevallen, te elimineren. De andereworden doorgesluisd naar deadviseurs bij de faculteiten endiensten. Wordt een idee daad-werkelijk uitgevoerd, dan wordtde inzender daarvoor beloond. Dehoogte van een beloning wordt bijeen berekenbare besparing vastge-

    steld op basis van een formulemet daarin een aantal factorenzoals de hoogte van de bereiktebesparing, looptijd van het idee,de hoeveelheid hand- en/of denk-werk, vindingrijkheid en taak-invloed.

    De Bestuurscommissie heeft hogeverwachtingen omtrent het aantalideeën dat de jubileumactie zalopleveren. In totaal werden in hetverleden 1700 ideeën ingeleverd.‘Waarschijnlijk zijn de reorgani-saties er debet aan dat vorig jaargeldt als een slap ideeën-jaar’,aldus voorzitter Mikkers. Blijkenshet jaarverslag 1996 werden erslechts 28 ideeën ingezonden. ‘Nuook studenten mee kunnen doen,zal dit aantal zeker overschredenworden’, denkt Korting. Het istrouwens best lucratief om dehersens eens even te laten kraken.Ieder idee wordt sowieso beloondmet een VVV-bon van tien guldenen tijdens deze actie bovendiennog eens met een miniatuur denk-spel. Daarboven wordt elk 25einzender nog eens extra beloondmet een premie van honderd gul-den.

    Het secretariaat van de Bestuurs-commissie is gevestigd in hetbestuursgebouw 3.14, tst. 4133.

    Lumineuze ideeën verdienen beloningVijf miljoen gulden besparing voor de TUE. Dat

    is het netto resultaat van 25 jaar inspanning

    van de Bestuurscommissie Ideeën. Omdat de

    commissie haar zilveren mijlpaal niet onge-

    merkt voorbij wil laten gaan, wordt de

    jubileummaand groots gevierd met een wed-

    strijd en een jubileumactie. Secretaris Paul Kor-

    ting en voorzitter ir. Piet Mikkers grijpen deze

    gelegenheid aan om te bewijzen dat de Ideeën-

    commissie springlevend is. Nu ook studenten

    mogen meedoen, zijn hun verwachtingen hoog

    gespannen over het aantal ideeën en de kwali-

    teit daarvan die deze actie zal opleveren.Paul Korting (links) en PietMikkers van de Bestuurs-commissie Ideeën. Foto:Bram Saeys

    door

    D ésireeM eijers

  • 7 9 oktober '97

    Notebook: een polsstok voor het springen

    Onderwijs in de exacte weten-schappen werd altijd al enigs-zins gekenmerkt door speci-fieke hulpmiddelen die bijandere vormen van wetenschapontbreken. Natuurkunde enscheikunde worden op de mid-delbare school onderwezen metbehulp van allerlei apparatendie fysische verschijnselen ver-

    duidelijken. Een dankbaar hulpjebij wiskundelessen was - nog nietzolang geleden - het rekenliniaal.Zeker dit laatste hulpmiddel is inde laatste twintig jaar ingehaalddoor ontwikke-lingen in decomputertechnologie. De zak-rekenmachine was een veel beteren daardoor veel meer gebruikthulpmiddel dan het rekenliniaal.De voortgaande miniaturiseringvan computers zorgt ervoor dat ereen nieuw hulpmiddel in het on-derwijs aantreedt: het notebook.Niet zo klein als de ‘zakjap’, maaraanzienlijk veelzijdiger in het

    gebruik.Die veelzijdigheid geeft de moge-lijkheid om de kwaliteit van hetonderwijs met grote sprongen teverbeteren. De TUE gaat een grotesprong wagen door elke studenteen notebookcomputer te latengebruiken. Het notebook is als hetware de polsstok die ervoor zorgtdat de TUE verder kan springen.Wanneer de TUE haar aspiratieswaarmaakt, zal ze in één klap inde voorhoede lopen met be-trekking tot onderwijsinnovatie.Grote sprongen maak je niet zo-maar: je moet zeker weten dat je

    niet hard valt. Een goedeinschatting van eigen kunnen isdan erg belangrijk. Studenten, zobleek onlangs uit een enquête vande Progressieve Fractie, zijn inprincipe enthousiast, zij het metde restrictie dat ze nog niet vol-doende zijn ingelicht over hetnotebookproject. In de navolgendepagina’s laat Cursor een aantaldocenten aan het woord over demogelijkheden die het notebook-project biedt om het onderwijsingrijpend te verbeteren. Dezedocenten hebben al enige ervaringopgedaan met interactief onder-wijs via Internet. Ook komen drieTUE-medewerkers aan het woorddie een universiteit in de Verenig-

    de Staten hebben bezocht die deTUE is voorgegaan in het aan-schaffen van notebooks voorstudenten.Behalve grote kansen voor deTUE zien de geïnterviewden inmeer of mindere mate ookbedreigingen. Dat laatste isinherent bij het in gang zettenvan grote veranderingen, maarzegt ook iets over de matewaarin een dergelijk groot pro-ject gerealiseerd kan worden. Inieder geval is duidelijk dat ernog veel werk verzet moet wor-den. Veel aspiratie leidt zoalsaltijd tot veel transpiratie.

    Het lijdt geen twijfel dat WakeForest University in Winston-Salem, North Carolina, ingrijpendis veranderd nadat alle studenteneen notebook ter beschikkingkregen. Dr.ir. Ton van Amelsfort,ir. Han Smits en drs. AnnemarieMoons zijn nog niet zo lang teruguit de Verenigde Staten, waar zijeen werkbezoek aflegden aan eenuniversiteit waar het notebook totonderdeel van het onderwijs ge-maakt is. ‘De provost van WakeForest (vergelijkbaar met onzerector magnificus - FG) verteldeons dat de notebooks aan hununiversiteit vooral als een vere-delde telefoon gebruikt worden’,aldus Van Amelsfort. ‘De plannenbij de TUE gaan echter een stukverder: hier gaat de notebookintegraal onderdeel uitmaken vande onderwijsvernieuwing. Dat isveel ingrijpender.’Dat het onderwijs van de TUEingrijpend zal veranderen is ookde mening van ir. Han Smits, ad-junct-directeur van de opleidingWerktuigbouwkunde. Behalve deenorme kansen voor de TUE ziethij echter ook grote bedreigingen.‘Ik ben wel wat sceptisch over ditproject. Aanvankelijk zei ik: geefze maar een nieuwe fiets; diehebben ze misschien meer nodig.Ik vraag me af of er wel voldoendeaandacht is voor de gevolgen inhet onderwijs. Op dit moment is erveel aandacht voor het organiserenen de financiën van het project.Dat gaat naar mijn idee wel goed.Zodra duidelijk werd datonderwijsinnovatie de werkelijkedrijfveer achter het project is,wilden we eigenlijk met de pilotmeedoen die nu aan Scheikunde isvoorbehouden. Bij Werktuig-bouwkunde zijn we al ver gevor-derd met de plannen.’

    Smits wil niet dat men het risicogaat lopen dat er straks een hele-boel studenten zich gaan afvragenwat ze met het notebook aan-moeten, omdat er in het onderwijshelemaal niets mee gedaan wordt.Volgens hem zal er de komendetijd veel energie in onderwijsver-nieuwing gestoken moeten wor-den. Zegt hierover: ‘Onze ambitiemoet heel wat hoger liggen dan bijWake Forest, omdat we een tech-nische universiteit zijn. Ik bennogal geschrokken van wat er opons afkomt. Het is een goudenkans, maar het kan ook gigantischverkeerd gaan. Een voorbode voorhet verkeerd gaan is het feit datdit project nog helemaal niet leeftbinnen de TUE. We zetten hoog in,maar dan kun je ook diep vallen.Daarom moeten we gaan voor suc-ces en zo snel mogelijk de docen-ten bij het project betrekken.’

    MazzelEr zijn inmiddels een aantal pro-jectgroepen gestart die onderauspiciën van Van Amelsfort elkeen deelaspect van de invoeringonderzoeken. Er is een groep diede veranderingen aan de infra-structuur onder de loep neemt ener is een groep die de integratie inhet onderwijs voor zijn rekeningneemt. Verder is er een groep diede administratieve proceduresbekijkt, een groep die inmiddelsdruk bezig is met de Europeseaanbesteding en een groep dieonderhoud en service tegen hetlicht houdt aan de hand van deService Level Agreement-methode(zie ook Cursor 6).‘Rond Sinterklaas zullen we eencontract met een computerfirmatekenen voor de levering vannotebooks’, zegt Van Amelsfort. Deeerste zending zal bij deeerstejaarsstudenten van Schei-kundige Technologie terechtko-

    men. De rest volgt in de loop vanhet jaar. ‘In september ’98 zal nietalleen de hele lichting eerstejaarsvan het huidige cursusjaar eennotebook hebben, maar ook deeerstejaars van het cursusjaar ’98/’99. De lichting ’97/’98 heeft maz-zel: omdat ze bij de aanvang vanhun studie nog niet wisten dat zemoesten investeren in een note-book, krijgen ze het eerste jaarvan afbetalen vergoed door hetCvB. Vanaf september ’98 is hetverstrekken van notebooks aaneerstejaars running business’,aldus Van Amelsfort. ‘En dan zon-der gratis eerste jaar’, voegt hij ervoor de zekerheid nog aan toe.

    FeedbackDe aanschaf van notebooks heeftWake Forest University geen wind-eieren gelegd. Het collegegeldvoor de studenten is weliswaarmet maar liefst drieduizend dollargestegen tot bijna 19.000 dollar,maar die verhoging heeft de stu-denten niet afgeschrikt. ‘Het per-centage eerstejaars is daar metvijftien procent gestegen’, aldusAnnemarie Moons, leider van hetdeelproject onderwijs van hetnotebookproject. ‘De provost vanWake Forest sprak met een men-geling van trots en bezorgdheidover het feit dat de universiteit nuaantrekkelijker lijkt te zijn gewor-den voor docenten die anders bijHarvard een betrekking zoudenaangaan. De studenten van WakeForest krijgen het notebook inbruikleen van de universiteit. Natwee jaar worden de notebooksvervangen, waarbij de oude mo-dellen dan weer worden verkocht,en wel aan middelbare scholen.

    Het is vooral de communicatietussen docenten en studenten diein Wake Forest sterk is verbeterd’,aldus Moons. ‘Met als gevolg datde studenten intensieverefeedback krijgen over hun leer-prestaties. Dat heeft vooral totmeer tevredenheid bij de studen-ten geleid.’Niet alles ging goed bij de intro-ductie van notebooks bij WakeForest. Deze universiteit heeft eencampus waar alle studenten wo-nen. De studentenhuizen kregenprinters; na verloop van tijd ginghet echter helemaal mis met hetbeheer en onderhoud en warenveel printers stuk. Nu is het betergeregeld: de studenten krijgenieder een eigen printer.Door de ingrijpende veranderin-gen in de infrastructuur en het‘machinepark’ veranderde er orga-nisatorisch behoorlijk veel bijWake Forest. Binnen de IT-groep isnu een zeer professioneelnotebook-servicecentrum inge-richt. Doordat oude taken verdwe-nen en er nieuwe voor in de plaatskwamen zijn alle medewerkersvan de oude IT-groep ergens an-ders gaan werken en zijn er alle-maal nieuwe IT-medewerkers voorin dienst gekomen.

    Hoge versnellingNu de projectgroepen rond denotebook-infrastructuur weten watze moeten gaan doen, gaat vanafnu de meeste aandacht naar hetonderwijs. De projectgroep vanMoons onderzoekt de mogelijkhe-den die de laptop biedt aan dedocenten van de TUE om het on-derwijs drastisch te verbeteren.‘Er zijn al docenten die met be-hulp van Internet onderwijs ge-

    ven’, zegt zij. ‘Het is de bedoelingdat straks elke docent de compu-ter veelvuldig gebruikt als leer-middel in zijn onderwijs.’Ze ziet wel flinke verschillentussen de situatie bij Wake Foresten de TUE. ‘Wake Forest heeftvooral veel ‘liberal arts’. De docen-ten daar waren weinig vertrouwdmet computers. Dat is aan de TUEnatuurlijk anders: hier zijn al eenaantal initiatieven aan te wijzen.De docenten bij Wake Forest wer-den niet zomaar in het diepe ge-gooid: de universiteit stelde‘academic computerspecialists’aan, die de docenten met raad endaad steunden. ‘Zoiets willen wein ieder geval bij de TUE ookdoen’, verklaart Moons.De bedoeling is dat docenten altijdterecht kunnen bij een specialistmet hun problemen. ‘Het is na-drukkelijk nìet de bedoeling datdocenten aan de TUE nu veel meerwerk krijgen, doordat ze bijvoor-beeld allemaal hun eigen HTML-documenten in elkaar moetenzetten’, aldus Van Amelsfort. ‘Hetdoel is vooral onderwijsinnovatie;het middel moet dan niet gaandomineren.’De integratie van notebooks in hetonderwijs bij de TUE staat in eenzeer hoge versnelling. VanAmelsfort: ‘Elke maandagmorgenzitten we aan tafel bij het CvB omeventuele problemen door te spre-ken, met het doel ze zo snel moge-lijk op te lossen. Het college iszeer betrokken bij het project enzet alles in het werk om deze on-derwijsinnovatie te doen slagen.’Op dit moment treft men voorbe-reidingen om docenten intensie-ver bij het geheel te betrekken.

    Van notitieblok naar notebook:

    Het onderwijs aan de TUE gaat digitaalVlak voor de vakantie kondigde het College

    van Bestuur een ingrijpende verandering van

    het onderwijs bij de TUE aan. Spraakmakend

    onderdeel van de onderwijsvernieuwing: het

    verstrekken van notebooks aan de studenten

    om daarmee de infrastructuur te realiseren

    voor omvangrijke onderwijsvernieuwingen. In

    de media werd al gauw het deel voor het ge-

    heel geplaatst. Het notebook is echter geen

    lokkertje: zo ongeveer het hele onderwijs aan

    de TUE zal de komende jaren sterk van karak-

    ter veranderen.

    door

    F redG aasendam

    Foto: Bram Saeys

  • 89 oktober '97

    ‘Het college in zijn huidige vorm zal verande-

    ren’, meent dr.ir. Jan-Thijs Boekholt, docent

    Bouwkunde. ‘Studenten zullen in de toekomst

    hun kennis en vaardigheden meer gaan op-

    doen via het Internet. De colleges kunnen dan

    gebruikt worden om meer inzicht te krijgen in

    een vak.’ Hij zegt dit naar aanleiding van de

    nieuwe vakoefening Ontwerpsystemen, die hij

    vorig jaar samen met dr.ir. Bauke de Vries heeft

    ontwikkeld. Bij dit vak kunnen studenten op

    Internet oefeningen vinden voor het ontwerpen

    van een gebouw met CAD (Computer Aided

    Design) en hierover communiceren met de do-

    centen.

    ‘We hebben twee vakken die DeVries en ik in het eerste jaar ga-ven, samengevoegd’, vertelt Boek-holt. ‘Ik gaf het vak Ontwerpleer in

    de vorm van een hoorcollege.Hierbij kregen de studenten uitlegover het ontwerpen van een ge-bouw. Ter afsluiting moesten zeeen werkstuk maken. De Vriesdoceerde Bouwkundig Modellerenmet CAD; een practicum dat in-zicht geeft in driedimensionalecomputertechnieken. Het doel vande samenvoeging is studenten dezinvolste middenweg te leren

    zoeken tussen hand- en computer-werk.’Het praktische gedeelte is nu tevolgen via het Internet, (http://www.calibre.bwk.tue.nl/ow/). ‘Alseindopdracht bij het modellerenmet CAD moeten de leerlingen eenhuis ontwerpen’, vertelt De Vries.‘Ze krijgen een casco van eenwoning en moeten vervolgensstapsgewijs de zestien oefeningenmaken. Ze ontwerpen achtereen-volgens een entreepartij, een zol-der, een tuin, een interieur en eenaanbouw, om uiteindelijk eenvolledig huis te realiseren.’ Bij deopdrachten wordt gerefereerdnaar bijbehorende literatuur uitdictaten. De Vries: ‘Het is de be-doeling dat het dictaat in de loopvan de tijd ook op het net komt,maar dat is nog niet het geval.’Op het Internet kunnen de stu-denten via een ‘slideshow’ deverschillende stappen bekijken.Het doel hiervan is te leren hoeeen ontwerp in elkaar zit. Naast deslideshow en de oefeningen be-staat op het Internet ook de moge-lijkheid om studiemateriaal eneen extensie voor het programmaCAD te downloaden. ‘Dit is typisch

    een voorbeeld van iets dat niet ineen dictaat kan’, aldus De Vries.Ook vertonen de pagina’s voor-beelden van het ultieme modelle-ren, zoals de Taj Mahal en eennieuw gebouw van Schiphol Air-port.

    Voordelen‘Dit is echter niet het enige voor-deel van werken met Internet’,zegt Boekholt. ‘Een student kanbijvoorbeeld helemaal zelfstandigthuis of op de TUE de stof doorne-men en gegevens over hooglerarenbekijken. Datgene dat je doet,open je daarbij naar de hele we-reld toe, en je kunt internationaalcontact hebben met bouwkundi-gen over je onderwijs.Een ander voordeel is dat het netde mogelijkheid biedt om opga-ven up-to-date te houden en even-tuele fouten te corrigeren. Dit integenstelling tot de dictaten, dieslechts één keer per jaar geactua-liseerd worden door middel vanhandouts. Het vakgebied Bouw-kunde vraagt om een jaarlijkseupdate. Van het Internet kun jeachterhaalde informatie eenvou-dig verwijderen en nieuwe toevoe-gen.’‘Het vertonen van digitale teke-ningen en programmatuur is alhelemaal niet mogelijk in eendictaat’, vertelt De Vries. ‘In detoekomst willen we ook films endia’s die we tijdens het collegegebruiken, op het net zetten. Stu-denten kunnen via e-mail vragenstellen aan de docenten. Ze krij-gen dan de volgende ochtend alantwoord. De meest gestelde vra-gen zetten we in de rubriek‘frequently asked questions’, dieook eenvoudig te actualiseren valt.Dit is niet mogelijk met een dic-taat.’Boekholt: ‘Het is ook een ideaalmedium om het afstudeerwerkvan studenten te laten zien. Erstaan nu ook al foto’s op van

    studentenprojecten, zoals het‘Stedelijk dak’. Dit project behelsthet ontwerpen van een stedelijkdak waaronder op verschillendemanieren gewoond kan worden.Hierbij besteedt men aandachtaan de vormgeving en beschuttingtegen het klimaat. De pagina ver-toont precedenten met voorbeel-den en opgaven.

    AuteursrechtDe twee docenten zien geen di-recte nadelen aan een onderwijs-methode via de digitale snelweg.‘Iedereen moet natuurlijk eencomputer met Internet hebben’,zegt Boekholt. ‘Op dit heeft mo-ment heeft zo’n vijftien procentvan de bouwkundestudenten eenaansluiting, maar als het goed ishebben ze in de toekomst alle-maal een draagbare computer tothun beschikking. De meeste leer-lingen kunnen tegenwoordig om-gaan met computers. Alleen deoudere generatie moet wennenaan het nieuwe medium.’Een probleem vormt wel hetauteursrecht. Het is nu toegestaanom gedeelten uit publicaties overte nemen, maar voor volledigedocumenten moet men toestem-ming hebben. Boekholt: ‘Het is debedoeling dat wij in de toekomsteen samenvatting van een hand-boek geven, waarna studententegen betaling aan de uitgever hetvolledige document kunnen be-stellen.’ Het probleem dat Internetniet snel genoeg is, is volgensBoekholt over vijf jaar verholpen.‘Onze lesgroep via Internet is voorBouwkunde een experiment’, al-dus Boekholt. ‘In de wereld zijnechter al soortgelijke projectengestart op andere vakgebieden. Inde toekomst zal ons werk bestaanuit het ontwerpen van opgaven enlesstof. Het op het net zetten vandit materiaal wordt dan secreta-resse-werk.’

    In de universiteitsraad maaktKnaack deel uit van de weten-schappelijke geleding voor deGroep 2000, inmiddels met TH-ééngefuseerd tot Groep één. Ook is hijlid van de landelijke en deEindhovense belangenverenigingvoor aio’s. De reden voor Knaack’slidmaatschap van de U-raad was ineerste instantie dan ook de belan-genbehartiging van de aio’s. Nu,na twee jaar, ventileert hij bijgelegenheid zijn mening over allezaken die de agenda passeren. Naeen presentatie van hetnotebookproject tijdens de laatsteU-raadsvergadering op maandag

    College volgen vanuit je luie stoel

    U-raadslid Knaack plaatst vraagtekensbij notebookproject

    Iedere dag werkt hij met zijn Apple laptop in

    de trein van Utrecht naar Eindhoven. ‘Op

    zich is het mooi speelgoed. Een computer is

    als lokkertje voor studenten zeker geschikt.’

    Toch uit ir. Bart Knaack, lid van de

    universiteitsraad en aio bij de vakgroep

    Informatica, kritiek op het notebookproject.

    Hij plaatst de nodige vraagtekens bij de

    voorbereiding van dit project, dat gefaseerd

    alle studenten van de TUE van een schoot-

    computer moet voorzien. Knaack betwijfelt of

    er wel goed is nagedacht over de

    consequenties van dit ambitieuze plan en of

    het wel binnen de geplande twee jaar op de

    goede manier gerealiseerd kan worden.

    22 september door rector magnifi-cus Martin Rem en een aanvul-lende toelichting van de voorzittervan het College van Bestuur Henkde Wilt, verwoordde onder andereKnaack zijn bedenkingen tegen ditproject. Deze bedenkingen hebbenonder meer betrekking op het nut,de voorbereiding, de uitvoering ende bewaking van het notebook-project.

    HaastKnaack vermoedt dat het primairemotief voor het notebookproject isom meer studenten naar de TUE telokken. Hij gelooft dat dit voor demeeste studenten inderdaad eenaantrekkelijk aanbod is. Minderaantrekkelijk vindt hij het omstudenten tot aankoop te verplich-ten. Hij meent te weten dat devijfhonderd gulden per jaar boven-op het collegegeld komt en dathiertegenover geen extra vergoe-ding staat. Aan de andere kant

    veronderstelt hij dat er misschienook studenten zijn die al een note-book hebben. Worden zij dan ooktot aankoop verplicht?Gedetailleerde informatie hier-over ontbreekt vooralsnog, maar,zo stelt Knaack, in hun enthousias-me en haast om het project opkorte termijn te willen realiseren,gaan de initiatiefnemers voorbijaan beslissingen op de juiste gron-den.Zo zou de invoering van een eigenschootcomputer tot een verbete-ring van het onderwijs leiden,volgens rector Rem. Voorprobleemgestuurd onderwijs(PGO) en het werken in groepjes iseen eigen laptop voor iedere stu-dent een onontbeerlijk instrumentmeent de rector.Knaack: ‘Heeft iedere student weleen eigen laptop nodig? Ik vraagmij af of PGO bijvoorbeeld niet netzo goed gewoon met pen en papiergegeven kan worden. Simulatieszouden geoefend kunnen wordenop enkele daartoe geëigende plek-ken door studenten een passwordte geven. Het notebookproject iszo’n enorme investering dat ik

    Dr.ir. Jan-Thijs Boekholt(links) en dr.ir. Bauke deVries bij hun projectOntwerpsystemen.Foto: Bram Saeys

    door

    W outerD ielesen

    door

    D ésireeM eijers

  • 9 9 oktober '97

    kennis toetsen met behulp vanmultiple choice vragen. Laterzullen er bij deze vragen noghints en toelichtingen wordengevoegd. De ontwikkeling vanhet dictaat staat los van hetnotebookproject. Hans Cuypers,mede-ontwikkelaar van hetdictaat, verwacht echter wel datde twee projecten goed op el-kaar zullen aansluiten. Volgenshem bestaat er ook bij anderevakgroepen van zijn faculteitbelangstelling om een soortge-lijk project te starten. Volgenshem zal dat wel veel tijd kosten.In het bedrijfsleven zijn er men-sen die fulltime aan het ontwer-pen van interactieve pakkettenwerken. Hier aan de TUE gaatdergelijk werk nu nog ten kostevan onderzoekstijd of vrije tijd.

    Belangstellenden kunnen eenblik op de voorlopige versie vanhet interactieve dictaat werpenop de volgende site:http://www.win.tue.nl/~ida.

    Bij de faculteit Wiskunde enInformatica is men al sindsvorig jaar augustus bezig methet ontwikkelen van eeninteractief dictaat voor het vakAlgebra I. Hoewel het dictaatzich momenteel nog steeds inhet teststadium bevindt, is eenvoorlopige versie ervan reeds ophet Internet te vinden. Het ligtin de planning om met ingangvan het tweede trimester eenbèta-versie uit te brengen, diezal worden gebruikt bij hetcollege. Het dictaat is bedoeldom gebruikt te worden naast hetgewone papieren dictaat. Deinhoud bestaat uit een presenta-tie van de leerstof aangevuldmet interactieve voorbeelden enopgaven. Studenten kunnen hun

    Interactief dictaat Algebra I

    door

    M iguelA lvares

    ‘In de nabije toekomst kunnen studenten naar een site gaan waar ze de

    collegestof vinden, inclusief oefeningen en ‘huiswerk’. Dat wordt vervolgens

    door een programma nagekeken en er wordt een foutenanalyse gemaakt. En

    het wordt ook mogelijk om geluid te gebruiken, mits de capaciteit van de

    netwerkverbinding voldoende is. Dan kun je dus ook hoorcolleges via het net

    volgen.’ Ir. Rinus van Weert van de faculteit Elektrotechniek ziet het

    notebookproject wel zitten, maar kent ook enige reserves. ‘Pakketten om een

    foutenanalyse te maken zijn er wel, maar zitten in Amerika en zullen dus ver-

    taald moeten worden. Het verkrijgen van een licentie is waarschijnlijk niet zo’n

    probleem, omdat het hier om onderwijsinstituten gaat. Maar je moet ook alle

    softwarepakketten standaardiseren en je zult de docenten moeten overtuigen

    van alle voordelen. Want bij de docenten begint het, daar zit de bron.’

    Van Weert is langzaam in hetproject gerold. Hij was tot septem-ber portefeuillehouder onderwijsvan Elektrotechniek en gaf alszodanig het studiehuis mee vorm.Toen het notebookproject werdaangekondigd, zag hij al snel denoodzaak om de computer meer teintegreren in het onderwijs.Van Weert: ‘Het notebookprojectricht zich op meer zelfstudie eninteractie, dat past goed binnen

    het concept van het studiehuis datScheikunde en Elektro hanteren,maar ook bij PGO van Werktuig-bouwkunde.’ Van Weert werd alsdocent uitgenodigd voor de startvan het project, een maand gele-den in St. Michielsgestel. Binnen-kort wordt hij waarschijnlijk be-noemd als degene onder wiensleiding het Onderwijs ServiceCentrum (OSC) de kar van hetnotebookproject gaat trekken bijElektro.

    Vliegende startWat moet er allemaal nog gebeu-ren voor het project zijn defini-

    tieve vorm krijgt en van start kangaan? Van Weert: ‘Op de eersteplaats is het notebookproject nooit‘af’. Het project eindigt dan weleind ’98, maar na deze ‘vliegendestart’ moeten de faculteiten hetzelf overnemen. Bij de invoeringmoet je twee fasen onderscheiden.Bij de eerste gaat het om het ge-bruik van standaardpakketten inhet normale onderwijs en onder-zoek, zoals spreadsheets entekstverwerking. Maar ook overspeciale pakketten als Matlab enMathematica, of over specifiekeadministratieprogramma’s. In detweede fase moet IT veel meer inhet onderwijsproces geïntegreerdworden, bijvoorbeeld met een sitewaar studenten de collegestof enoefeningen vinden, hun huiswerkna kunnen laten kijken met eenfoutenanalyse en dergelijke. Om-dat het hele notebookproject ge-richt is op meer zelfstudie eninteractie, betekent dat ook datdocenten moeten leren daarmeeom te gaan. Ze krijgen een andercontact met hun studenten omdatdie bijvoorbeeld via e-mail reage-ren als ze de kritiek of de stof nietsnappen. Wellicht krijg je virtueleklassen/collegezalen met discussievia nieuwsgroepen.’

    Extra middelenDat vraagt nogal wat van docenten,die er aan moeten wennen dat hetanders gaat. Heeft Van Weert alreacties van collega’s gehoord?

    Van Weert: ‘Binnen onze faculteitvariëren die van ‘Leuk, moeten wedoen’ tot ‘Het zal mijn tijd welduren’. Ik denk dat die laatstecategorie zich vergist, want deveranderingen gaan sneller dan zedenken.’ De bedoeling is dat hetOSC de faculteiten langs gaat omdocenten alle mogelijkheden telaten zien. Ir. Ruud van Vliet is nual bezig om met docenten van defaculteit Scheikundige technolo-gie IT te integreren in het onder-wijs. Dit wil Van Weert samen methem ook voor Elektrotechniekgaan verzorgen.Gaat dat docenten niet veel tijd enmoeite kosten?Van Weert: ‘Daar moet je alsinstelling extra middelen in depersonele sfeer tegenover zetten.Dat gebeurde ook toen we met hetstudiehuis bezig waren, toen kwa-men er extra postdocs om hetonderzoek op peil te houden. Kijk,medewerkers zijn hier zowelonderzoeker als onderwijs-

    Wie vast een kijkje wil nemen van voorbeelden en mogelijkheden bij andereonderwijsinstellingen kan terecht op de volgende plaatsen op Internet:

    * CyberProf: http://cyber.ccsr.uiuc.edu/cyberprof/ en volg de links naar één vande cursussen op universitair niveau.

    * Surf naar http://imedia.vuse.vanderbilt.edu/oakley0497.htm en kies voor“View an ALN Presentation” voor een voordracht over Asynchronous LearningNetworks. Vanwege het gebruik van streaming audio is het wel raadzaam ditte doen op een moment dat het Internet weinig last van congestie heeft.

    * Surf naar http://www.falconsoftware.com/ en kies nu bijvoorbeeld voor de“studentpage” en dan voor de “Electronics Laboratory Simulator”.

    * Kijk voor een “on-line” cursus ophttp://wwwfp.vuse.vanderbilt.edu:8888/es130/ of ga naar http://www.ece.uiuc. edu/courses.html enkijk bijvoorbeeld naar ECE 354.

    * Op http://jrbnt.vuse.vanderbilt.edu/alnpaper/university.htm vind je eenlijst met universiteiten over de helewereld die cursussen of completeopleidingen aanbieden. Helaas komtEindhoven daar (nog) niet op voor.

    ‘Bij de docenten begint het, daar zit de bron’gevende, maar op dat eerste aspectwordt hij op het eind van het jaarafgerekend, soms zelfs zonderrekening te houden met zijn on-derwijsverplichting. Met een extraaio kan dat onderzoek gewoondoorgaan en komt er extra tijd vrijvoor het notebookproject.’Over een snelle invoering daarvanhoudt Van Weert echter een slagom de arm: ‘Ik verwacht dat je nahet eerste jaar niet veel verderbent dan de eerste fase. Als ieder-een dan hetzelfde standaard-pakket gebruikt en meer gewendis aan meer interactie, bijvoor-beeld via nieuwsgroepen, kun jedingen langzaam uitbreiden.’

    door

    G erardV erhoogt

    ervoor zou willen pleiten om eerstop een andere manier aan onder-wijsverbetering te werken.’

    BeveiligingBovendien werd Knaack geraaktdoor de opmerking van de rectordat hij nog zo’n veertig à vijftigenthousiaste docenten zocht diehet computerondersteund onder-wijs moeten gaan verzorgen. Uitervaring tijdens zijn opleiding inDelft bij het college ComputerOndersteund Onderwijs weetKnaack dat deze vorm van onder-wijs nogal afwijkt van gewoononderwijs. ‘Je moet alle interactiesvan tevoren hebben uitgedacht. Opalle vragen die zich kunnen voor-doen moet je al een antwoordklaar hebben. Tijdens een gewooncollege kun je als docent de reac-ties afwachten.’ Zelf stak hij inDelft twintig uur practicum invijftien minuten onderwijs over deWet van Ohm. De schattingen vooreen geoefende docent lopen uiteenvan dertig tot tien uur voor éénuur onderwijs van goede kwaliteit.Hebben TUE-docenten dat er welvoor over?

    Buiten deze basale gedachtenmiste Knaack tijdens de presen-tatie ook informatie over de bevei-liging en de verzekering van dezegewilde apparatuur. ‘Hoe vergaathet bijvoorbeeld de goochemerdsdie zich twee maanden ins-chrijven als student, om vervol-gens mét notebook te verdwijnen?Nog praktischer is de vraag of zeworden geleverd in een bescherm-tas en of studenten er wel zuiniggenoeg mee omgaan. Als ik ze zielopen met die linnen tasjes, heb ikdaar weinig vertrouwen in. Endaaruit voortvloeiend: Krijgen weeen bestand met opgelapte twee-dehands PC’s, et cetera.’Wanneer Knaack het voor hetzeggen had, hoe zou hij dan ditproject willen aanpakken? ‘Er zoueen Bureau moeten worden opge-zet, dat zich gaat bezighouden methet computer ondersteund onder-wijs’, meent hij. De medewerkersvan dit Bureau zouden dan ook devragen kunnen beantwoordenwaar tot nu toe geen antwoord opkwam vanuit de hoek van de ini-tiatiefnemers.Wanneer de organisatorische pun-ten toch opgelost kunnen wordenen het op een goede manier kan

    worden ingepast in het onderwijs,denkt Knaack dat de TUE een plus-punt heeft ten opzichte van anderetechnische opleidingen. ‘Wanneermen hier echter niet in slaagt ende publiciteitstrekker blijkt eenwassen neus te zijn, dan werkt hettegengesteld aan je doel’, aldusKnaack.

    Ir. Bart Knaack uitte tijdensde laatste U-raadsvergade-ring zijn bezorgdheid overde haalbaarheid van hetnotebookproject.Foto: Bart van Overbeeke

  • 109 oktober '97

    Faculteitsberichten moeten donderdagmiddag voor 15.00Faculteitsberichten moeten donderdagmiddag voor 15.00Faculteitsberichten moeten donderdagmiddag voor 15.00Faculteitsberichten moeten donderdagmiddag voor 15.00Faculteitsberichten moeten donderdagmiddag voor 15.00

    uur via bureau onderwijs bij voorkeur via e-mailuur via bureau onderwijs bij voorkeur via e-mailuur via bureau onderwijs bij voorkeur via e-mailuur via bureau onderwijs bij voorkeur via e-mailuur via bureau onderwijs bij voorkeur via e-mail

    ([email protected]) en eventueel op diskette (WP 5.1) bij([email protected]) en eventueel op diskette (WP 5.1) bij([email protected]) en eventueel op diskette (WP 5.1) bij([email protected]) en eventueel op diskette (WP 5.1) bij([email protected]) en eventueel op diskette (WP 5.1) bij

    Cursor worden aangeleverd. Een bericht wordt één keer ge-Cursor worden aangeleverd. Een bericht wordt één keer ge-Cursor worden aangeleverd. Een bericht wordt één keer ge-Cursor worden aangeleverd. Een bericht wordt één keer ge-Cursor worden aangeleverd. Een bericht wordt één keer ge-

    plaatst. Een bericht voor meerdere faculteiten wordt één-plaatst. Een bericht voor meerdere faculteiten wordt één-plaatst. Een bericht voor meerdere faculteiten wordt één-plaatst. Een bericht voor meerdere faculteiten wordt één-plaatst. Een bericht voor meerdere faculteiten wordt één-

    maal volledig en vervolgens met verwijzing geplaatst.maal volledig en vervolgens met verwijzing geplaatst.maal volledig en vervolgens met verwijzing geplaatst.maal volledig en vervolgens met verwijzing geplaatst.maal volledig en vervolgens met verwijzing geplaatst.

    Samenvattingen langer dan tien regels worden geweigerd.Samenvattingen langer dan tien regels worden geweigerd.Samenvattingen langer dan tien regels worden geweigerd.Samenvattingen langer dan tien regels worden geweigerd.Samenvattingen langer dan tien regels worden geweigerd.

    Talentendatabank

    ALLE FACULTEITENOnderzoeksprojecten voor studentenHet RIACA heeft enkele onderzoeksprojecten voor studenten, duur 2 à 6 weken, erstaat een stagevergoeding tegenover.

    - Ontwikkeling CD voor het middelbaar onderwijs. Gevraagd: kennis van elemen-taire algebra, vormgeving, programmeren in Java, Pascal.

    - Ontwikkeling interactief dictaat algebra. Gevraagd: alpha-testers.Info: prof.dr. A. Cohen, HG 9.47, tst. 4270, e-mail: [email protected], bgg: MarianneJonker, secretariaat RIACA, HG 8.58, tst. 4231, e-mail: [email protected].

    Bureau StudentenpsychologenEerstejaars studenten die al vanaf de eerste weken twijfelden over hun studiekeuze,kunnen bij bureau Studentenpsychologen terecht voor een cursus in werkgroepvorm.Heb je problemen met studievaardigheden, studiekeuze, studiemotivatie, afstuderen,tentamenvrees, onvrede over relaties en contacten met anderen? BureauStudentenpsychologen biedt gratis hulp door middel van individuele gesprekken,cursussen en/of psychologisch onderzoek. Tevens hebben zij documentatie betref-fende opleidingen en beroepen.Info of aanmelding: Studenten Service Centrum, HG 0.08, tst. 2565.

    BOUWKUNDETussencolloquia

    - Janet Andre (‘Zelf koken in Zuiderhaven, een nieuwe restaurant-formule teGroningen’) dinsdag 14 oktober, 10.00 uur, Videoroom HG 4.95.

    - Fon Bongaerts (‘Mc Embeassy.html; intermediair tussen angst- en geborgenheids-machine’) dinsdag 14 oktober, 14.00 uur, Skybar.

    ELEKTROTECHNIEK EN INFORMATIETECHNIEKOnderwijs- en ExamenreglementDe regels rond het afstuderen in het Onderwijs- en Examenreglement (OER) zijnherzien. De afstudeerders van de faculteit dienen hiervan kennis te nemen. De aan-passing ligt ter inzage bij de studie-adviseur ir. J. Vleeshouwers en bij de vakgroeps-secretariaten. De wijziging gaat in op zaterdag 1 november.

    Wijziging rooster PP-colloquiaDe komende PP-colloquia van het eerste trimester worden op verzoek van hetfaculteitsbestuur naar het derde trimester verplaatst. Hiermee wordt een roostercon-flict met sommige kernvakcolleges vermeden. Het eerstvolgende colloquium is voor 3december gepland. Gegevens hieromtrent zullen tijdig via de Cursor, e-mail enpublikatieborden worden bekendgemaakt.

    Afstudeervoordracht- E. Hosea (‘Een hybride beschrijving van inhuis elektromagnetische velden’) don-

    derdag 9 oktober, 14.00 uur, EH 13.03.

    SCHEIKUNDIGE TECHNOLOGIEKernspinresonantie (6N061)Dit kernkeuzecollege wordt in dit trimester gegeven. Het is vooral bedoeld voor die-genen, die in het kader van stage- of afstudeeronderzoek molecuulspectrometriezullen toepassen (TIA, TOC, TAK, TPK). Info: dr.ir. J. de Haan, STW 3.24, tst. 3022.

    Polymeerchemie (6U280)/Materiaalkunde 1 (6M010)Het college Polymeerchemie en het college Materiaalkunde 1 worden eenmalig ver-wisseld. Materiaalkunde 1, maandag 13 oktober, 3de en 4de uur, AUD 14. Het eerstecollege Polymeerchemie, donderdag 16 oktober, 1ste t/m 4de uur, STC 001.Collegedictaat Polymeerchemie is verkrijgbaar vanaf 13 oktober, secretariaat TPK,STO 1.33. Kosten fl. 15,-.

    TECHNISCHE NATUURKUNDEAfstudeervoordracht

    - R.H. Blok (‘Beschrijving exchange wisselwerking en eenvoudig diabatisch modelvoor het voorspellen van eigenschappen van koude botsingen’) woensdag 15oktober, 16.15 uur, NA 2.49

    TECHNOLOGIE MANAGEMENTTECHNISCHE BEDRIJFSKUNDEBedrijfsstage in binnen- en buitenlandOp donderdag 16 oktober geeft mw. Van Hoof (Bureau Stages en Internationalisatie)informatie over de mogelijkheden voor een bedrijfsstage in binnen- en buitenland,10.45-11.45 uur, PAV. Aanmelden stage binnenland: 3 ma