5 FEBRUARI 2013 - Antwerp · KMO’s en zelfstandigen, maar ook omdat wij dat zien als een hefboom...
Transcript of 5 FEBRUARI 2013 - Antwerp · KMO’s en zelfstandigen, maar ook omdat wij dat zien als een hefboom...
VERGADERING VAN
5 FEBRUARI 2013
STENOGRAFISCHE NOTULEN VAN DE PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
205
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN __________
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
__________
De vergadering wordt geopend te 13.05 uur.
De heer Provinciegriffier is aanwezig.
Tekenden de aanwezigheidslijst: H. ARBIB Abdelkarim, Mevr. AVONTROODT
Yolande, Mevr. BAETEN Els, Mevr. BAYRAKTAR Aysel, H. BELLENS Peter,
Mevr. BOCKX Greet, H. BOLLEN Ivo, Mevr. BOONEN Nicole, Mevr. BRADT Sofie,
HH. BUNGENEERS Luc, CAALS Tom, CALUWÉ Ludwig, Mevr. COLSON Mireille,
H. CORLUY Bert, Mevr. COTTENIE Christ'l, HH. CUYT Rony, DE COCK Koen, DE
HAES Jan, Mevr. DE HERT Vera, Mevr. DE LOBEL Hilde, HH. DELEUS Stefaan,
DILLEN Koen, FEYAERTS Patrick, Mevr. GENIETS Benedicte, HH. GEUDENS Frank,
GEYSEN Kris, Mevr. GIELEN Pascale, HH. GODDEN Jürgen, GOOSSENS Kris,
HELSEN Koen, HENS Werner, HOFKENS Jan, HUIJBRECHTS Jan, Mevr. JACQUES
Ilse, HH. JANSSEN Patrick, JANSSENS Eric, KERREMANS Koen, LEMMENS Luk,
MARCIPONT Daniël, MEEUS Michel, MERCKX Kris, Mevr. MICHIELSEN Inge,
H. MINNEN Herman, Mevr. MOREAU Livia, Mevr. MUYSHONDT Tine, Mevr. NAERT
Nicole, HH. PALINCKX Koen, PEETERS Bruno, Mevr. PEETERS Marleen,
HH. RÖTTGER Rik, SCHOOFS Hans, SELS Frank, Mevr. STEVENS Lili, H. UGURLU
Sener, Mevr. VAN CLEEMPUT Loes, H. VAN EETVELT Roel, Mevr. VAN GOOL Greet,
Mevr. VAN HAUTEGHEM Marleen, Mevr. VAN HOFFELEN Karin, H. VAN HOVE Bart,
Mevr. VAN HOVE Katleen, Mevr. VAN LANGENDONCK Gerda, Mevr. VAN OLMEN
Mien, Mevr. VANALME An, H. VANDENDRIESSCHE Diederik, Mevr. VERHAERT Inga,
H. VERHAEVEN Eddy, Mevr. VERLINDEN Linda, H. VOLLEBERGH Steven,
Mevr. WECKHUYSEN Wendy, HH. WILLEKENS Tim, ZANDER Jan.
Verontschuldigd: Mevr. de Gouverneur en Mevr. HENDRICKX Iefke.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
206
De raad is bijeen in openbare vergadering.
OPENBARE VERGADERING
Onderwijs:
VOORZITTER.- De heer Janssens heeft het woord.
De heer Eric JANSSENS.- Mijnheer de voorzitter,
Leden van de bestendige deputatie,
Waarde collega’s,
Het is mij een waar genoegen dat ik vanmiddag de aftrap mag geven voor de volgende
wedstrijd.
Ik heb een vraag aan gedeputeerde Inga Verhaert. In eerste instantie wil ik iets zeggen
over het energiebeleid, met dank aan de voorzitter die mij dat toestaat. Ik zou mij willen
aansluiten bij de woorden van collega Geudens waarbij hij zich uitsprak en u alle succes
toewenste voor uw energiebeleid, voornamelijk bij uw beleid rond de groepsaankopen voor
groene energie. Ik denk dat dit een belangrijke doelstelling is. Maar wij denken vanuit onze
fractie dat het niet enkel een belangrijke doelstelling is omdat het leuk is voor de mensen
dat zij daardoor een grotere rendabiliteit kunnen bereiken, voornamelijk dan de bedrijven,
KMO’s en zelfstandigen, maar ook omdat wij dat zien als een hefboom voor het openbreken
van de markt en voor het zorgen voor meer concurrentie in die markt. U hebt daar reeds
baanbrekend werk verricht en het verheugt ons vast te stellen dat u op die ingeslagen weg
zult verdergaan. Ik denk ook dat de suggestie van collega Caals rond een doelgroepenbeleid
ook zijn nut kan hebben. Wij wensen u daar verder alle succes toe en op onze steun
daarrond kan u rekenen.
Ik kom nu bij de vraag betreffende onderwijs. Die is vrij kort. Ik denk dat dit heuglijk
nieuws is gezien de drukke agenda die wij hebben.
Voor enkele weken sprak Vlaams Minister van Onderwijs Smet kennelijk de ambitie uit om
het gemeenschapsonderwijs incl. het provinciale onder een koepel te brengen. Hij kaderde
dit in zijn zoektocht naar schaalvergroting, efficiëntie en effectiviteit.
Ik weet dat dit een nastreefwaardige doelstelling is, maar ik weet ook dat er opinies zijn in
verband met meer autonomie van het provinciale onderwijs. Voor een nieuwkomer zoals ik
werkt dat soms nogal verwarrend dat aan de ene kant gepleit wordt voor een grotere
autonomie van het provinciale onderwijs en aan de andere kant dan ook voor iets meer
overkoepelend of het provinciale en het gemeenschapsonderwijs in één hand.
Bent u hierover reeds gecontacteerd door de minister over door zijn kabinet met de
vraagstelling om na te denken over het gemeenschapsonderwijs en het provinciale
onderwijs onder te brengen onder één koepel? Zijn hierover gesprekken lopende en hoe
spelen wij als provincie hierop in?
Ik dank u.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
207
VOORZITTER.- De heer Goossens heeft het woord.
De heer Kris GOOSSENS.- Voorzitter,
Collega’s,
Leden van de bestendige deputatie,
Ook mijn interventie zal kort en concreet zijn.
Met trots melden Artesis en Plantijn ons net voor de kerst dat ze één nieuwe hogeschool
worden… en dat hun kerngezonde baby 9000 studenten weegt en 23 professionele
bachelor- en 8 artistieke opleidingen meet. AP heet deze new kid in town.
AP of Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen, staat voor Artistiek en Professioneel,
Ambitieus en Passioneel … Antwerpen en Provincie. En is dus onze trots maar ook onze
bekommernis.
Vandaar mijn vraag: in welke mate zal de AP Hogeschool wegen op het budget van de
Provincie? Krijgt de Provincie voldoende garanties dat AP als entiteit de hele fusie zal
kunnen betalen?
Zo werd op 6 september het startschot gegeven voor de bouw van de nieuwe campus van
Artesis aan Park Spoor Noord. Van “Campus Nooit” – omwille van uitstel ten gevolge van
overschreden budgetten - werd het dan toch uiteindelijk “Campus Noord”. De Artesis
Hogeschool investeert 64 miljoen EUR in dit project.
Kunnen we er nu wel van uitgaan dat dit bedrag zal volstaan?
Werd er eventueel een buffer voorzien? Ik verduidelijk mijn vraag een beetje. In
hoeverre werden er garanties ingebouwd dat indien de uiteindelijke bouwkost de
budgettering overtreft er niet bij de provincie zal aangeklopt worden voor bijkomende
financiering?
Zal deze zware kost niet wegen op de nieuwe AP Hogeschool? De meeste opleidingen van
Artesis moeten immers al jaren besparen.
Zal AP over voldoende budgettaire ruimte beschikken om kwaliteitsvol onderwijs te
leveren?
Hoe wordt er op dit moment met de middelen omgegaan?
Ik dank u alvast voor de verduidelijking.
VOORZITTER.- Mevrouw Van Gool heeft het woord.
Mevrouw VAN GOOL.- Mijnheer de voorzitter,
Leden van de deputatie,
Beste collega’s,
De gouverneur heeft in haar openingsrede ook al een pleidooi gehouden voor een
bestuurskrachtige provincie Antwerpen, met daarin een duidelijke rol ook voor het
provinciebestuur. Ook in de tussenkomsten van de fractieleiders vorige dinsdag is vaak
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
208
verwezen naar de rol en ook de functies van de provincies, waarbij sommigen het
provinciale bestuur in vraag stellen.
Voor onze fractie heeft de provincie een duidelijke taak op een aantal domeinen, en
onderwijs is daar zeker één van. Want onze provincie staat hier voor belangrijke
uitdagingen. Aan de ene kant kennen we een hoge jongerenwerkloosheid, waar jongeren
vaak door hun onaangepaste studiekeuze geen aansluiting vinden bij de arbeidsmarkt. Het
is daarom heel belangrijk dat zij nog altijd degelijk technisch en ook beroepsonderwijs
kunnen volgen in overleg met de werkgevers en met de bedrijven uit de sector. Anderzijds
wordt onze provincie ook getroffen door de crisis waardoor er heel wat faillissementen,
stopzettingen en sluitingen van ondernemingen zijn. Hierdoor worden ook heel wat oudere
werknemers werkloos en hebben een bijscholing of herscholing nodig. In die context heeft
onze provincie nood aan gespecialiseerde beroepsopleidingen en technisch onderwijs.
De interne staatshervorming belet dat ook niet. Wij zijn zeer overtuigd van dat nut en de
meerwaarde van scholen die zich traditioneel toespitsen op technisch of beroepsonderwijs
en op opleidingen die men als niche-opleidingen zou kunnen bestempelen, maar de
onderwijswereld staat niet stil. Er beweegt vanalles, ook in het kader van de hervormingen
van het secundair onderwijs. Daar had ik graag de visie gehad van de gedeputeerde op die
hervormingen en op de rol die het provinciaal onderwijs daar kan spelen.
Maar ons provinciebestuur heeft niet alleen een rol in het kader van de aanpak van de
werkloosheid, het aanbieden van technisch en beroepsonderwijs, maar ook – en dat is een
heel actuele discussie – bij de aanpak van de capaciteitsproblemen die zich momenteel
stellen, voornamelijk dan in een stedelijke context. Ook daar had ik graag geweten of de
provincie hier een rol in kan spelen om samen te werken met de betrokken steden om daar
ook tot een oplossing te komen.
Tot slot had ik nog een heel korte vraag. In de nota wordt gesproken over de samenwerking
van de Plantijn Hogeschool met partners uit de associatie, maar ik lees daar niet direct
iets over de fusie met Artesis, wat toch ook een belangrijke stap zou zijn. Klopt het dat
het gepland is voor dit jaar. Ik had daar wat meer informatie gehad.
Dank u.
VOORZITTER.- Mevrouw De Lobel heeft het woord.
Mevrouw DE LOBEL.- Mevrouw de gedeputeerde,
Mijnheer de voorzitter,
Collega’s,
Ik heb dus begrepen dat we niet meer over lineaire besparingen mogen spreken maar over
3% besparingen per departement. Dus eigenlijk toch wel lineair maar dan lineair per
departement, of zoiets…
Er van uitgaand dat deze 3% dan wel degelijk ook bij het departement onderwijs gevonden
moeten worden en niet bij de andere bevoegdheden van gedeputeerde Verhaert – daar is
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
209
de gedeputeerde bij haar mooie voorstelling nogal vaag over gebleven - roept dat
uiteindelijk dezelfde vragen op:
Zijn er plots 3% minder leerlingen te verwachten?
Gaan we het aanbod van provinciaal onderwijs met 3% verminderen?
Neen natuurlijk, dus als men vasthoudt aan het aanbod van provinciaal onderwijs – wat niet
mijn of onze keuze is, maar daarover heb ik het zo dadelijk - als men dit volledige pakket
dus wil behouden en hier en daar zelfs nog wat aandikken, als ik de gedeputeerde goed
verstaan heb, dan moet men ook nog besparen. Dan zijn er maar twee mogelijkheden.
Ofwel zullen deze besparingen geen pijn doen en dan wil dat zeggen dat het departement
onderwijs zich tot nu toe heeft bezig gehouden met voor een stuk nutteloze en overbodige
activiteiten.
Ofwel gaat men 3% besparen op wel degelijk belangrijke dienstverlening aan het onderwijs.
Dit is aan de toekomst van onze kinderen en jongeren en dat is voor ons onaanvaardbaar.
Mijn eerste concrete vraag aan mevrouw Verhaert is dan ook: Kunt u ons kort samenvatten
waar, volgens welke algemene lijnen, u op uw departement 3% zal besparen. Ik moet geen
posten en geef cijfers hebben, maar gewoon wat de visie is, lineair op alle diensten of
specifiek naar een bepaald aanbod toe?
Toch valt er op onderwijs volgens ons wel degelijk te besparen, en dan veel meer en veel
structureler dan die povere 3 %. Als men maar durft af te stappen van die dwangidee dat
een provinciaal bestuur per se eigen onderwijs moet onderhouden.
Gedeputeerde Lemmens, u hebt vorige week gezegd dat provincies en het Vlaams niveau
momenteel onderhandelen over de overdracht van provinciale bevoegdheidsdomeinen.
Welnu, ik zou u willen suggereren: gooi de overdracht van het provinciaal onderwijs op de
onderhandelingstafel. U zult daarmee bij een aantal van uw gesprekspartners trouwens
geen grote schokgolven veroorzaken. Reeds tien jaar geleden hoorde ik de eerste
gedeputeerde van Vlaams Brabant, in een hoorzitting in het Vlaams Parlement ter
gelegenheid van het kerntakendebat, verklaren dat zijn provincie geen vragende partij was
voor de bevoegdheid onderwijs. Vandaag is hun aanbod voor kinderen en jongeren trouwens
beperkt tot één instelling voor bijzonder onderwijs in Tienen.
Ook de provincie West-Vlaanderen beperkt zich vandaag tot een internaatinstelling voor
kinderen met nood aan bijzondere zorgen in Bredene en één enkele technische school in
Kortrijk. Zijn West-Vlaanderen en Vlaams Brabant daardoor minderwaardige besturen?
Worden de Brabantse en West-Vlaamse kinderen daardoor in hun toekomstmogelijkheden
benadeeld?
Natuurlijk niet! Beide provincies bieden een meer dan voldoende waaier aan onderwijskeuze
in het vrije en het openbare net, maar dan ingericht door ofwel het lokale ofwel het
gewestniveau.
Vasthouden aan provinciaal onderwijs heeft dan ook veel minder te maken met zorg om de
onderwijskansen van onze kinderen dan met het kunstmatig willen opblazen van het belang
van het eigen bestuursniveau door toch maar zoveel mogelijk bevoegdheden naar zich toe
te trekken of te behouden.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
210
Want, wat lees ik bij de “algemene omschrijving” van de beleidsfiche 2013 onderwijs:
“Provinciale scholen kunnen verhoudingsgewijs een moeilijker publiek aantrekken” en “het
betreft studierichtingen die voor andere aanbieders minder voor de hand liggen”. Dat zal
dan wel over de hogeschool Plantijn –Artesis gaan zeker. En verder staat er in die zelfde
nota: “het provinciaal onderwijs wil vooral complementair zijn in het onderwijslandschap
zonder in concurrentie te gaan aan met andere netten”. Laten we dat eens even toetsen
aan de Antwerpse realiteit met ons paradepaardje de PIVA.
Deze stad kent niet minder dan vier scholen die restaurant- en keukenopleiding aanbieden.
Twee stedelijke, Stella Maris van het vrije net en dan de PIVA. Kan iemand mij daar de
meerwaarde van uitleggen? En komt u mij nu a.u.b. niet zeggen hoe gerenommeerd en
kwalitatief hoogstaand de PIVA wel is in dit rijtje. Ik heb er geen enkele moeite mee te
erkennen dat het inderdaad de PIVA is die koploper is qua reputatie en slaagkansen in het
latere beroepsleven. Maar daarover gaat de discussie niet. De vraag is of de PIVA van de
ene op de andere dag een andere – minderwaardige school zou worden indien het morgen
een gewestschool zou zijn. Een dergelijke bewering zou een belediging zijn aan het adres
van de huidige schoolleiding. Het is immers niet de inrichtende macht, maar de dynamiek en
de inzet van directie en leerkrachten van een school die de kwaliteit en het succes van een
opleiding bepalen.
Zo u al van het tegendeel overtuigd zou zijn moet ik er u toch op wijzen dat de school met
de beste nationaal en internationaal erkende reputatie op dit vakgebied de school
Spermalie in Brugge is, en dat is een school van het vrije net!
Neen, als men de PIVA en andere scholen hier mordicus provinciaal wil houden, dan is dit
niet omwille van enige vermeende meerwaarde voor scholen of leerlingen, maar enkel tot
meerdere eer en glorie van het provinciebestuur. Gelet op de vele recepties, maaltijden en
ontvangsten die de leerlingen van de PIVA in dit huis verzorgen is ook de materiële
meerwaarde van de PIVA voor de provincie duidelijk, maar omgekeerd?
Ik herhaal en zal blijven herhalen dat voor ons de provincies het best helemaal opgedoekt
zouden worden. Maar de vraag over de overdracht van het provinciaal onderwijs naar
andere niveaus staat hier los van, want ook de kleinere tussenbesturen op regioniveau zien
wij niet geschikt als aanbieder van onderwijs. Naast het vrije net met al zijn schakeringen
aan religieus of anders geïnspireerd onderwijs moet het door overheid aangeboden
onderwijs ofwel lokaal ingepland zijn en dan is het een taak voor de gemeenten, of
overschrijdend en dan is het een gewestmaterie.
Dank u.
VOORZITTER.- Mevrouw Moreau heeft het woord.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
211
Mevrouw MOREAU.- Mijnheer de voorzitter,
Mevrouw de gedeputeerde,
Beste collega’s,
Ons provinciaal onderwijs is goed, daar zijn we het allemaal over eens. U hebt gedurende
de voorbije zes jaar goede netoverschrijdende initiatieven op touw gezet, en dat heeft ons
onderwijs performanter gemaakt. Ik heb u daar steeds in gesteund en ik zal dat vanuit de
oppositie ook blijven doen.
Maar wat ons onderwijs ook zo uniek maakte was het inspraakmodel. Met name de wijze
waarop wij als raadsleden, als lid van de raden van bestuur van de verschillende scholen op
regelmatige tijdstippen betrokken werden bij de dagdagelijkse werking. Deze raden van
bestuur vonden steeds plaats in de school zelf, waarbij door de directie en andere
personeelsleden toelichting werd gegeven bij de werking van de school, de projecten van de
leerlingen, de invulling van de vacatures en de samenwerking met het werkveld. Ook de
betrokkenheid van deze bestuursleden bij de interne beroepsprocedures gaf een uniek
inzicht in de concrete problemen bij examens, en bracht hen in contact met ouders en
leerlingen. Tegelijkertijd ontstond een kruisbestuiving waardoor de externe expertise van
de bestuursleden aan de scholen kon worden ingebracht. Het was de ideale manier om met
kennis van zaken het provinciale onderwijsbeleid, en de wijze waarop de middelen besteed
worden, te beoordelen en te ondersteunen.
Dit inspraakmodel werd gedurende de voorbije 6 jaar stap voor stap afgebouwd. Eerst
door de verambtelijking van de interne beroepsprocedures, vervolgens door de fusionering
en vermindering van de raden van bestuur, en nu door deze te vervangen door een
tweemaandelijkse algemene adviesraad. De oppositie is in geen enkel relevant
beslissingsorgaan nog vertegenwoordigd.
Zoals u weet draag ik het onderwijs in het algemeen, en het provinciaal onderwijs in het
bijzonder een warm hart toe. Maar zonder concrete betrokkenheid en inspraak kan ik uw
financieel beleid nog moeilijk ondersteunen. Ik kan alleen maar hopen dat uw administratie
zich niet enkel zal toeleggen op het verhogen van de betrokkenheid van het onderwijsveld,
maar ook op het herstel van de betrokkenheid van deze raad.
Dank u.
VOORZITTER.- Mevrouw Verhaert heeft het woord.
Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Dank u wel, aan alle sprekers voor de belangstelling
voor het beleidsdomein onderwijs.
Eerste het beleidsdomein energie. Grote dank, mijnheer Janssens, ik waardeer de
toegezegde steun terdege.
Uw vraag over het onderwijs en of we gevat zijn door de tekst die voorligt. Uiteraard zijn
we gevat. Eenieder die met onderwijs begaan is, is gevat door wat vandaag voorligt en dat
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
212
is een discussienota. Het is een discussienota die eigenlijk vooral gaat over het
loopbaanpact van de leraren. Het is een heel omvangrijke nota. Er staat o.a. in hoe je een
loopbaan van een leraar interessanter, minder vlak moet maken en wat mogelijke middelen
zijn om dat te gaan bewerkstelligen. We hebben daar als provinciale koepel, ruimer dan
alleen provincie Antwerpen, ook onze reactie op klaar. We gaan ook praten met de leden
van het Vlaams parlement. Dat zal nu donderdag gebeuren. We zullen daar gaan praten over
wat wij goede en minder goede zaken vinden en wij gaan ook een aantal suggesties doen. Op
één van die suggesties kom ik later terug als ik antwoord op de vraag van mevrouw Van
Gool.
Een van de zaken die in die discussienota is opgenomen is het streven op termijn naar één
publiek net. Daar hebben wij van gezegd dat wij denken dat wij vandaag in de praktijk
eigenlijk al iets soortgelijk doen. Wij doen dat niet door een fusie, niet door een
opslorping, maar wel door in de feiten heel concreet, heel tastbaar en structureel samen te
werken. Dat doen we door netoverschrijdend scholengemeenschap te maken bijvoorbeeld.
We waren daar een van de eersten die dat soort samenwerking op touw hebben gezet de
voorbije legislatuur. Waarom ben ik daar nu een warme pleitbezorger voor? Ik denk dat we
het er allemaal over eens zijn dat onderwijs, zeker vandaag, meer dan ooit, middelen en
mensen nodig heeft. Daar is het mij om te doen. Hoe krijgen wij het meeste middelen en
mensen voor een slagkrachtig onderwijs? Wel, uit de praktijk is gebleken dat als je
structureel samenwerkt, over de netten heen, zonder daarom te fuseren, dat dit meer
opbrengt in ondersteuning, in middelen, in werkingsmiddelen ook. Dat is wat we geleerd
hebben de afgelopen 6 jaar en op dat elan willen wij graag verder bouwen. Dat zullen wij
ook gaan vertellen in het Vlaams parlement. Een heel goed voorbeeld daarvan is het
provinciale CLB. Er waren af en toe wel eens stemmen die opgingen om te vragen of dit
provinciale CLB nu wel per se nodig was. Maar wat bleek uit de feiten? Als wij
netoverschrijdend zouden gaan samenwerken in een ander CLB, nogal wat jobs op de tocht
kwamen. Dat was niet de bedoeling. Die ondersteuning die hebben wij in onderwijs heel erg
nodig. Door structureel te gaan samenwerken zijn we er in geslaagd om die jobs allemaal te
behouden en om extra ondersteuning te krijgen voor al die scholen. Dat is niet alleen
provinciaal, dat is evengoed een gemeentelijke school in Duffel, maar dat zijn ook scholen
van het gemeenschapsonderwijs in de Noorderkempen. Wij weten uit de praktijk dat dit
rendeert en dat het goed werkt en dat gaan we dan ook bepleiten.
Mijnheer Goossens, u had een terechte vraag over de toekomst van de AP. Gaat dat wegen
op het budget? Wij blijven natuurlijk inrichtende macht. Wij zijn samen inrichtende macht
met gemeenschapsonderwijs en stad Antwerpen, wij zijn met drie om die nieuwe
hogeschool vorm te geven. De bouwprojecten die vandaag op stapel staan die zijn door elk
apart gefinancierd. T.t.z. de huidige Artesis Hogeschool, waar stad- en
gemeenschapsonderwijs in zitten – hoe zij het onderling precies verdeeld hebben daar
durf ik vandaag geen antwoord op geven, want daar heb ik nu nog niet zo’n kijk op - is wel
afgedekt met Agion middelen en met eigen middelen die zij hebben klaar staan. Voor de
provincie is het zo dat wij instaan voor de prefinanciering van de bouw van onze campus
Noord, want ook daar zijn Agion middelen voor voorzien. Voor personeelswerking is het
zoals met scholen, dat is Vlaamse Gemeenschap, dat is vestzak – broekzak. Wat ik vooral
heel belangrijk vind als het gaat over die AP dat is de ambitie die we daar mee koesteren
binnen de associatie Hoger Onderwijs Antwerpen en bij uitbreiding heel wat Vlaams hoger
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
213
onderwijslandschap. Wij krijgen één grotere, slagkrachtige hogeschool met opleidingen
professionele bachelors. Dat zijn uitgerekend die opleiding waar iedereen op de
arbeidsmarkt vandaag de dag om schreeuwt. Daar gaan wij heel erg op inzetten, en
daarnaast die kunstopleidingen waar men ons van heinde en verre voor benijdt. Dat is
afgedekt, maak u geen zorgen.
Mevrouw Van Gool, u had vragen over de hervormingen in het secundair onderwijs, de
studiekeuze die de arbeidsmarkt best ook zou volgen. Ik denk dat we ook daar de
afgelopen 6 jaar de juiste keuzes hebben gemaakt en we willen ook hier op hetzelfde elan
verder gaan. Wij behouden niet zomaar om het even welke opleiding. Wij kijken naar wat is
relevant. Waar geef je leerlingen echte kansen mee op de arbeidsmarkt? Wij hebben ook
al opleidingen afgestoten. Ik weet niet of eenieder zich daar van bewust is, maar wij
hebben in het verleden al tal van opleidingen afgestoten en overgedragen naar een ander
net. Wij houden daar niet mordicus aan vast. Maar er zijn een aantal opleidingen van de
zogenaamde knelpuntberoepen waar wij wel een absolute meerwaarde kunnen realiseren.
In het kader van de hervormingen van het secundair onderwijs die o.a. gaat over de
kwaliteit van een loopbaan als leraar wordt ook een idee geopperd over scholenassociaties
die in de toekomst 10.000 leerlingen zouden moeten bevatten. Om daar te geraken zou je
niet alleen secundaire scholen moeten bij elkaar brengen, maar ook lagere scholen. Wij zijn
daar zeker niet tegen, maar wij denken dat het ook een denkspoor kan zijn om niet alleen
naar die lagere scholen te kijken, maar ook naar het volwassenenonderwijs. Omdat, als het
de bedoeling is om leraren ook een beetje flexibeler te laten een overstap maken als er
ergens een daling in leerlingenaantal is, je daar dan makkelijker mee weg kan als je
structureel samenwerkt met volwassenenonderwijs. Een overstap van secundair naar lager
of vice versa dat is niet zo voor de hand liggend. Ook dat is een suggestie die wij zullen
gaan doen in het Vlaams parlement.
De armoedebestrijding daar zijn wij ons terdege van bewust. Dat is ook de reden waarom
wij met het provinciale onderwijs - en dat is niet alleen zo voor de provincie Antwerpen,
dat is iets wat wij in heel Vlaanderen doen – heel erg zorgvuldig omspringen met wat ons
onderwijs kost. De Koning Boudewijnstichting heeft daar een aantal jaren geleden een
studie over laten lopen van wat een 1ste graad secundair onderwijs kost. De provinciale
scholen komen daar steevast als goedkoopste uit. Weet u dat voor een doorsnee 1ste graad
secundair wel 900 EUR wordt gevraagd over de verschillende netten heen gemeten. Bij de
provincie is dat 300 EUR. Wij hebben nu de ambitie om per 1 september voor onze eigen
scholen dat nog verder te doen zakken naar 250 EUR, een maximum factuur all-in, inclusief
meerdaagse uitstappen. Om maar aan te geven dat we er belang aan hechten, maar niets
gaat vanzelf. Daar hebben we hard voor moeten werken om daar de nodige beleidsinzichten
rond te verwerven, goede praktijkvoorbeelden te bestuderen en dat gaan we realiseren
vanaf september.
Mevrouw De Lobel, u spreekt over besparingen. Wij gaan besparingen realiseren zoals het
hoort, maar u gaat de details uiteraard wat later krijgen. Een van de besparingen die we
gaan realiseren is eigenlijk iets wat mevrouw Moreau daarnet heeft aangekaart. We
hadden vroeger 5 bestuurscommissies. Dat was een bestuurscommissie voor elke school.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
214
We hebben afgesproken, dat hebben we eigenlijk vorige legislatuur al gedaan, dat we per
begin van deze legislatuur dat zouden bundelen tot één adviescommissies. Daarmee
besparen we x-aantal zitpenningen, want wij denken dat eenieder moet bijdragen. Dat gaat
dus ook over de raadsleden.
Zijn er dingen die zullen veranderen op onderwijs? Ongetwijfeld, maar wil dat nu zeggen
dat die voordien niet zinvol waren? Neen, dat denk ik niet. Sommige projecten hebben we
vorige legislatuur opgestart en vergden bij een opstart een groter bedrag. Eens dat
lopende is kan je het met wat minder doen. Ik denk bijvoorbeeld aan onze Technotrailer.
Dat is goed en wel gestart, eens dat loopt kan het wellicht met wat minder, maar dat doet
niet af aan de werking van.
U stelt dan voor om het provinciaal onderwijs maar helemaal overboord te kieperen. Als u
mijn mening vraagt, ben ik daar heel categoriek in. Ik denk er nog niet aan. Weet u ook
waarom? Wij hebben deze oefening al eens gedaan. Wij hadden bij de discussie over de
interne staatshervorming ook die vraag van: hoe moet dat met het provinciaal onderwijs?
Ik ben zo vrij geweest en ik ben naar de verschillende netten gelopen en heb gevraagd wat
zij er van dachten. Want ik dacht, als iedereen het er over eens is dan moeten wij ons in
die strijd niet moe maken. Weet u wat zij mij gezegd hebben? Mevrouw Verhaert,
alstublieft, hou uw scholen. Die zijn veel te duur, dat kunnen wij niet. Hoe moet dat dan ook
gaan? Stel je voor dat je een provinciale school die vandaag extra wordt betoelaagd vanuit
de inrichtende macht, wat trouwens ons goed recht is, ergens plaatst in een scholengroep
en die scholengroep die moet dan zeggen: die middelen die we extra hadden voordien
krijgen we nu niet meer. Maar om die op hetzelfde niveau te laten opereren moeten wij nu
extra geld in bepaalde school gaan steken en niet in onze andere scholen van de
scholengroep. Dat werkt voor geen meter en je krijgt als gevolg een verschraling van het
onderwijsaanbod. Dus wij gaan die zeker blijven behouden. Als u vraagt waarom dat wij, als
er vandaag 2 hotelscholen zijn, die van ons moeten overeind houden, lijkt me dat nogal
evident. Om de vrijheid van onderwijskeuze overeind te houden. Als u een vergelijking wil
maken met Spermalie is dat uw goed recht, maar maakt u ze dan alsjeblieft ook eerlijk.
Dat is een ander net en ook een andere kostprijs, ook voor de leerlingen.
Mevrouw Moreau, ik waardeer heel erg uw betrokkenheid bij het provinciaal onderwijs.
Vorige legislatuur, ook nu nog, de inspraak op de bestuurscommissies was wat ze was. We
hebben inderdaad twee scholen gefuseerd, Mechelen en Boom, waardoor er eentje een
tijdlang gezamenlijk heeft vergaderd. We hadden vorige legislatuur al aangekondigd dat we
van die vijf bestuurscommissies naar één vergadering zouden gaan. Dat klopt. De aard
daarvan is ook al wat gewijzigd. Dat wordt een adviescommissie. Eigenlijk hoeft u zich geen
zorgen te maken, want we gaan natuurlijk ook op de raadscommissie komen. Mijn voorstel
zou ook zijn, en we moeten een beetje kijken hoe we dat praktisch kunnen doen, om die
raadscommissies regelmatig ook op verplaatsing te maken in de scholen zodat die
betrokkenheid kan blijven. Ik denk dat u als raadslid te allen tijde ook volledig kan en zal
geïnformeerd worden over het reilen en zeilen van de scholen. Daar mag u van op aan. Daar
hebt u mijn woord voor.
Dank u.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
215
VOORZITTER.- De heer Marcipont heeft het woord.
De heer MARCIPONT.- Mevrouw Verhaert, bij uw inleiding van uw betoog vorige week en
tevens zonet, stelde u dat u de maximumfactuur wil invoeren op de provinciale scholen, en
dit voor de eerste graad.
In de provinciale hotelschool is het dragen van een schooluniform verplicht. De kostprijs
hiervan alleen bedraagt meer dan 300 EUR. Tel daar ook eventueel de praktijkkledij bij
van om en bij de 250 EUR dan zit je al boven de 500 EUR, en dan hebben de kinderen nog
geen boeken, geen schooluitstapjes, en zo verder. Hoe denkt u dit te rijmen met de
maximumfactuur van 250 EUR.
Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Daar zijn we vandaag naar het kijken hoe we dat
voor de eerste graad kunnen doen wat betreft de uniformering. We denken daar aan
verschillende pistes. Ofwel een lichtere uniformering, genre een short, dan wel een
vrijlaten waar je de kledij kan gaan kopen. Vandaag is dat bij één leverancier. We denken
dat we dat goedkoper kunnen, eventueel bij verschillende leveranciers met een soort
opstrijklogo.
De heer MARCIPONT.- Denkt u dan ook niet het risico te lopen op een nog mindere
kwaliteit. Want ik heb ondertussen van heel wat ouders vernomen dat de kwaliteit nu al
vrij bedroevend is.
Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Maar mijnheer, u moet de doorlichtingsverslagen
eens lezen. Dat zijn de enige echte meningen, de bevindingen, de toetsing die door de
inspectie onderwijs wordt gevoerd. Wij komen daar keer op keer met vlag en wimpel uit.
Dus, alsjeblieft, voor u aan stemmingmakerij gaat doen, lees eerst eens de
doorlichtingsverslagen.
De heer MARCIPONT.- Het gaat erom, u moet maar eens naar de PIVA gaan kijken, dat
ondertussen heel wat leerlingen met kledij rondlopen die stuk is dat nog geen jaar oud is.
Ik denk dat er aan de kwaliteit momenteel iets schort.
Mevrouw STEVENS.- Excuseer, maar ik wil toch uit ervaring zeggen dat dit absoluut niet
waar is. Die kleding is echt heel, heel goed en dat die niet na een paar maanden er al uitziet
alsof die afgedragen is. Ik spreek daarvoor uit ervaring. Ik vind het heel spijtig dat het
hier zo verteld wordt.
VOORZITTER.- De heer Lemmens heeft het woord.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
216
De heer LEMMENS, gedeputeerde.- Nog een getuige ten gunste van de kledij, mijn zoon
gaat naar de PIVA en ik kan alleen maar zeggen dat het ongelooflijk goede, degelijke kledij
is.
VOORZITTER.- Mevrouw De Lobel heeft het woord.
Mevrouw De Lobel.- Leve de kledij van de PIVA en de kwaliteit van het PIVA-onderwijs. Ik
denk dat ik dat daarjuist zeker voldoende gezegd heb.
Mevrouw Verhaert, u bent niet eerlijk. U verdraait mijn woorden. Ik heb helemaal niet
gezegd dat het geen netkeuze niet meer moet zijn. Ik heb alleen maar gezegd dat er hier
in deze stad door drie netten op vier plaatsen restaurantonderwijs wordt aangeboden, en
dat vind ik absurd. Ik vind het dus in deze absurd – ik zal man en paard noemen – dat het
stedelijke onderwijs hier nog in twee en een halve school nog dergelijk onderwijs aanbiedt.
In het licht van dat er verschillende ideologische netten moeten bestaan vind ik, in mijn
ideële wereld, dat de PIVA moet blijven bestaan. Laat ons daar duidelijk over zijn. Maar
daar had ik het niet over. Mijn vraag was of dat de PIVA nu ja dan nee een provinciale
school moest zijn. Daar gaat het over. Als ik vergeleken heb met Spermalie, heb ik dat
alleen maar gedaan om te illustreren dat het waanzin is om te zeggen dat het het
inrichtende net is die de kwaliteit van de school bepaalt. Voor de rest heb ik geen enkele
vergelijking gemaakt tussen de PIVA en Spermalie.
Wat de besparingen betreft. Ik onthoud terugbrengen van de bestuurscommissies naar
één commissie, wat ik een heel goede zaak vind. Voor de rest gaat u de besparingen, als ik u
goed begrepen heb, terugvinden in zaken die toch al van hun eigen zouden besparen, want
opstartkosten zijn voorbij. Dan is het gemakkelijk, dan kan ik het ook!
Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Ik heb nog één opmerking over het aantal scholen
dat opleidingen aanbiedt naar knelpuntberoepen. Weet u, zolang daar de leerlingen voor
zijn, en meer nog, de scholen volzet zijn is er eigenlijk ook geen probleem. Want wij
hebben voor een aantal opleidingen wel een maximum van aantal dat we mogen inschrijven,
en dat is voor de andere scholen evengoed zo. Zolang dat het geval is, is er ook geen enkel
probleem.
VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord.
De heer CAALS.- Voorzitter, ik heb altijd begrepen dat wij binnen de PIVA een aantal
opleidingen organiseerden die ze nergens anders in de stad organiseerden, bv. de bakkers-
en de slagersopleiding. Ik denk dat dit toch ook nog wel een verschil is tussen de PIVA en
de andere scholen.
Mevrouw De Lobel.- Nog eens, voorzitter. Ik wil de PIVA niet afschaffen. De is een goede
school. De PIVA moet blijven bestaan. De PIVA heeft goede kleding heb ik juist vernomen
en biedt een waaier van oplossingen aan. Ik stel in vraag of dat de PIVA provinciaal moet
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
217
zijn, of dat het niet een even goede school zou zijn als dat het gewestschool was. Dat is
het enige wat ik vraag. Dus beschuldig mij niet van enig negativisme ten opzichte van de
PIVA alstublieft.
VOORZITTER.- Einde van de discussie.
Ik stel voor om de agendapunten 5/1 en 5/2 met één stemming af te handelen. De raad
stemt ermee in.
Nr. 5/1 van de agenda
Intern Verzelfstandigd Agentschap Provinciaal Onderwijs Antwerpen.
Identificatienummer 40100010. Beleidsactieplan.
Budget 2013 en meerjarenplan 2013 - 2015.
Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
Door uw raad werd in vergadering van 20 oktober 2010 besloten om het Intern
Verzelfstandigd Agentschap Provinciaal Onderwijs Antwerpen (IVA POA) op te
richten. Dit agentschap werd met ingang van 1 januari 2011 operationeel. De
deputatie keurde in zitting van 3 februari 2011 de beheersovereenkomst goed.
De beleidsnota bevat de beleidsfiche van het IVA POA met de strategische en
operationele doelstellingen.
Deze beleidsfiche wordt verduidelijkt in de begrotingsfiche. De begrotingsfiche is
niet afgedrukt maar kan teruggevonden worden op intranet onder de link Bestuur
en organisatie – Beleid – Budget – Budget 2013.
Op deze fiche worden de financiële consequenties voor de genomen beleidskeuzes
opgenomen.
Voor 2013 zijn, zoals blijkt uit de beleidsfiche, 149,03 VTE niet-gesubsidieerde
personeelsleden nodig.
In de beheersovereenkomst tussen de deputatie en het IVA POA wordt onder meer
bepaald dat het budget duidelijk de dotatie van de provincie voor het komende
boekjaar en de meerjarenplanning weergeeft en dat de personeelsinzet in voltijdse
equivalenten (VTE) en een organogram wordt toegevoegd.
De personeelsinzet is globaal weergegeven per categorie en per functie. De
categorieën zijn gesubsidieerde personeelsleden, niet-gesubsidieerde
personeelsleden en gedetacheerden.
De inzet van de personeelsleden gesubsidieerd door de Vlaamse Overheid is de
omzetting van de lesurenpakketten en de puntenenveloppen naar VTE.
De weergave van de inzet van de niet-gesubsidieerde personeelsleden is de
invulling van de personeelsformaties, voorgebracht door het Departement Human
Resources Management van de provincie. Het totaal aantal VTE is vermeld op de
beleidsfiche.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
218
De gedetacheerden zijn de personeelsleden die volgens de onderwijsregelgeving
een verlof wegens opdracht hebben gekregen om taken te vervullen bij het IVA
POA.
Gesubsidieerde personeelsleden
- directeur 8,00 VTE
- adjunct-directeur 7,00 VTE
- coördinator centrum leren en werken 1,00 VTE
- technisch adviseur coördinator 7,00 VTE
- technisch adviseur 21,50 VTE
- ondersteunend personeel 67,37 VTE
- ondersteunend personeel (niet-gesubsidieerd) 1,00 VTE
- leerkrachten 625,15 VTE
- jongerencoach 3,00 VTE
- totaal 741,02 VTE
Niet-gesubsidieerde personeelsleden
- hoofd stafdienst (niv. A) 1,00 VTE
- teamverantwoordelijke (niv. A) 2,00 VTE
- boekhouder (niv. B) 2,40 VTE
- directiesecretaris (niv. B) 1,00 VTE
- systeembeheerder (niv. B) 0,50 VTE
- administratief personeel (niv. C) 22,50 VTE
- technisch personeel (niv. C) 6,50 VTE
- chauffeur (niv. D) 3,00 VTE
- magazijnpersoneel (niv. D) 7,00 VTE
- ploegbaas – stielman (niv. D) 19,50 VTE
- hulpbediende (niv. E) 3,00 VTE
- schoonmaakpersoneel (niv. D & E) 80,63 VTE
- totaal 149,03 VTE
Gedetacheerden
- hoofd IVA POA 1,00 VTE
- coördinator preventie & bescherming 1,00 VTE
- coördinator ICT 1,00 VTE
- medewerker ICT 1,00 VTE
- pedagogisch begeleider 2,00 VTE
- remedial teacher 4,00 VTE
- vertrouwenspersoon 1,50 VTE
- totaal 11,50 VTE
Algemeen totaal 901,55 VTE
Het organogram is de planmatige voorstelling van de verschillende entiteiten van
het IVA POA.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
219
Het ontwerpbudget met investeringsplan wordt in bijlage bij dit besluit voorgelegd.
De jaarlijkse dotatie, die het provinciebestuur aan het IVA POA uitkeert om haar
werking te ontwikkelen, vindt uw raad terug in het bijgevoegde budget. Deze
dotatie bedraagt voor 2013 1.215.340 EUR en is in het provinciale budget
ingeschreven onder machtigingskrediet 720/640.
In het meerjarenplan is 895.340 EUR voor 2014 en 895.340 EUR voor 2015 als
dotatie ingeschreven.
De personeelskosten zijn niet opgenomen in de dotatie. Het provinciebestuur
betaalt de lonen van het niet-gesubsidieerd personeel. In het provinciale budget
2013 is hiervoor 5.607.440 EUR ingeschreven onder machtigingskredieten 104/620,
104/621 en 104/623. Het IVA POA zal de kosten en de opbrengsten hiervan in de
boekhouding verwerken.
Het ontwerp van het budget 2013 en de aanpassing van het meerjarenplan 2013 –
2015 van het IVA POA werden door de deputatie goedgekeurd op 13 december
2012.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op het provinciedecreet;
Gelet op het provincieraadsbesluit van 20 oktober 2010, houdende de oprichting
van het IVA POA, en het deputatiebesluit van 3 februari 2011, betreffende de
beheersovereenkomst van het IVA POA;
Hoofd IVA POA
Stafdienst
CVOPA
PITO Stabroek
Provinciale Middenschool
Stabroek
Provinciaal Instituut
Sint-Godelieve
Provinciale Middenschool
Sint-Godelieve
Provinciaal Instituut PIVA
PTS Boom
Provinciale Middenschool
Boom
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
220
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Artikel 1:
Goedgekeurd wordt de beleidsfiche, inclusief de strategische en operationele
doelstellingen, van het Intern Verzelfstandigd Agentschap Provinciaal Onderwijs
Antwerpen in de beleidsnota 2013.
Artikel 2:
Goedgekeurd worden de meerjarenplanning 2013 – 2015 en het budget 2013 van
het Intern Verzelfstandigd Agentschap Provinciaal Onderwijs Antwerpen.
Artikel 3:
Goedgekeurd wordt dat het Intern Verzelfstandigd Agentschap Provinciaal
Onderwijs Antwerpen voor het uitvoeren van zijn beleidsnota voor 2013 een dotatie
van 1.215.340 EUR zal ontvangen.
Bijlagen: budget 2013 en investeringsplan 2013.
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
221
IVA POA (40100010)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015
Ontvangsten 151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheid 0 3.600 0 3.600 3.600 702 Andere opbrengsten uit werking: prestaties 2.727.207 3.567.240 3.594.740 3.623.990 3.623.990 740 Subsidies van overheden, concessies, ristorno's 5.432.567 5.370.110 5.655.900 5.733.060 5.733.060
7401 Weddesubsidies Vlaamse Gemeenschap 35.614.921 38.840.000 39.236.780 40.030.320 40.030.320 742 Overige werkingsopbrengsten 117.141 818.400 112.500 848.300 848.300 750 Dividenden 43 0 0 0 0 751 Opbrengsten uit financiële vlottende activa 103.599 96.400 60.650 80.400 80.400 752 Andere financiële opbrengsten 375 500 500 500 500 761 Andere uitzonderlijke opbrengsten 780 Onttrekking aan de gewone reserves 0 934.850 2.393.820 179.440 179.440
totaal 43.995.853 49.631.100 51.054.890 50.499.610 50.499.610
Werkingskosten
600 Inkopen grondstoffen 601 Voorraden: diverse leveringen 604 Voorraden: handelsgoederen 437.358 243.000 442.000 250.000 250.000 610 Huur en huurlasten 0 217.000 0 223.000 223.000 611 Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden 53.496 58.750 66.800 61.390 61.390 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 28.608 17.700 12.400 17.850 17.850 613 Algemene werkingskosten 7.877.424 8.539.000 8.428.120 8.722.960 8.722.960 616 Verzekeringen 82.411 120.450 88.600 123.920 123.920 617 Belastingen ten laste van de provincie 18.131 35.260 19.530 35.920 35.920 618 Uitzendkrachten 247.565 258.300 315.340 285.940 285.940 653 Andere financiële kosten 11.573 7.620 12.000 7.640 7.640 662 Andere uitzonderlijke kosten
totaal 8.756.566 9.497.080 9.384.790 9.728.620 9.728.620
Roerende Investeringen
230 Installaties, machines, uitrusting 770.996 908.300 2.403.480 756.200 756.200 231 Informaticahardware 307.688 263.300 298.000 276.500 276.500 240 Meubilair 111.385 134.300 434.250 184.400 184.400 241 Rollend materieel 102.010 114.500 95.200 69.200 69.200 242 Roerend kunstpatrimonium
totaal 1.292.079 1.420.400 3.230.930 1.286.300 1.286.300
Subsidies 640 Toegestane subsidies
totaal 0 0 0 0 0
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
222
Personeel
620 Bezoldigingen 6203 Loon onderwijzend personeel 35.614.921 38.840.000 39.236.780 40.030.320 40.030.320
621 Sociale vergoedingen 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 624 Patronale bijdragen pensioenen 625 Verplaatsingskosten en maaltijdcheques 240.353 256.500 388.600 320.000 320.000 626 Pensioenen 627 Verzekering personeel 628 Diverse personeelskosten 660 28.560 29.130 29.710 29.710
totaal 35.855.934 39.125.060 39.654.510 40.380.030 40.380.030
Dotatie = Werkingskosten + Roerende Investeringen + Subsidies + Personeel - Ontvangsten 1.908.726 411.440 1.215.340 895.340 895.340
IVA POA (40100010)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015
Ontvangen subsidies
742 Overige werkingsopbrengsten 148.358 144.600 144.600 144.600 144.600
totaal 148.358 144.600 144.600 144.600 144.600
Personeelskosten
620 Bezoldigingen 3.966.724 3.958.051 4.190.200 4.405.580 4.493.690 621 Sociale vergoedingen 557.435 497.714 486.240 505.690 515.800 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 881.018 876.626 931.000 968.240 987.600 625 Vergoeding voor verplaatsingskosten 52.761 0 0 0 0
totaal 5.457.938 5.332.391 5.607.440 5.879.510 5.997.090
Werkingskosten
610 Huur en huurlasten 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 24.705 0 0 0 0 613 Algemene werkingskosten 1.194.526 1.150.000 1.150.000 1.165.530 1.181.270
totaal 1.219.231 1.150.000 1.150.000 1.165.530 1.181.270
Buitengewone ontvangsten
151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheden 388.751 800.000 600.000 1.260.000 1.275.000 totaal 388.751 800.000 600.000 1.260.000 1.275.000
Onroerende investeringen
221 Gebouwen 2.585.744 12.860.250 2.620.000 0 0 totaal 2.585.744 12.860.250 2.620.000 0 0
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
223
Roerende Investeringen 2013
IVA POA
Nummer Activiteit ACT + omschrijving MAR + omschrijving Investering Bedrag
E17005 POA - Organiseren onderwijs en vorming 230 Installaties, machines, uitrusting
Machines en uitrusting voor praktijkruimtes, ateliers en demoruimtes. Onderhoudsmachines. 2.403.480
E17005 POA - Organiseren onderwijs en vorming 231 Informaticahardware Tablets, laptoppen, pc's, elektronische leermiddelen 298.000 E17005 POA - Organiseren onderwijs en vorming 240 Meubilair Klasmeubilair, tafels, stoelen, kasten en bureaus 434.250 E17005 POA - Organiseren onderwijs en vorming 241 Rollend materieel Vervoermiddelen voor leerlingen 95.200 TOTAAL 3.230.930
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
224
Nr. 5/2 van de agenda
Autonoom Provinciebedrijf Inovant.
Identificatienummer 40100600.
Beleidsactieplan.
Budget 2013 en meerjarenplan 2013-2015.
Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
Door uw raad werd in vergadering van 25 september 2008 de oprichting van het
autonoom provinciebedrijf “Inovant” goedgekeurd. Dit provinciebedrijf werd met
ingang van 1 januari 2009 operationeel.
Overeenkomstig artikel 3 van de statuten heeft het autonoom provinciebedrijf als
missie:
“Het autonoom provinciebedrijf Inovant heeft tot doel:
- het uitwerken en aanbieden van kwaliteitsvolle en betaalbare opleidingen,
lezingen, vorming, training, lezingen en seminaries;
- het begeleiden van de ontwikkeling en de verbetering van de competenties;
- het verrichten van onderzoek naar opleidingsbehoeften en dit zowel op
korte als lange termijn;
- het aantrekken en ter beschikking stellen van docenten en het voorbereiden
van en ter beschikking stellen van al het nodige didactische materiaal;
- het plannen, uitvoeren, controleren en evalueren van de voormelde
opleidingen;
- alle andere voorbereidende en begeleidende activiteiten inherent aan
voormelde doelstelling.
Dit alles is gericht op de activiteiten van zowel het leidinggevend personeel als de
medewerkers van de lokale besturen in de provincie Antwerpen. In eerste instantie
betreft het de steden en gemeenten, OCMW en de medewerkers van de provincie
Antwerpen. In tweede instantie richt het autonoom provinciebedrijf zich ook naar
andere doelgroepen in de publieke sector zoals politiezones, intercommunales,
huisvestingsmaatschappijen, ed.
Het APB Inovant speelt hiermee in op vormingsbehoeften van de lokale besturen
die ze door hun beperkte schaal zelf niet kunnen organiseren. Het betreft de
uitvoering van een bovenlokale doelstelling van provinciaal belang.
Het autonoom provinciebedrijf kan gekwalificeerd personeel inhuren of beroep doen
op gespecialiseerde bureaus en/of bedrijven voor het verstrekken van de
bovenvermelde activiteiten.
Het autonoom provinciebedrijf kan leningen aangaan en giften of toelagen
ontvangen binnen de grenzen, gesteld in deze statuten en de
beheersovereenkomst.
Het autonoom provinciebedrijf kan door de Vlaamse regering gemachtigd worden
om in eigen naam en voor eigen rekening over te gaan tot onteigeningen die
noodzakelijk zijn voor de verwezenlijking van zijn doelstellingen.
Het autonoom provinciebedrijf kan vrij, binnen de grenzen van zijn doel, overgaan
tot de verwerving, de aanwending en de vervreemding van alle roerende en
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
225
onroerende goederen, op dewelke zij alle zakelijke en persoonlijke rechten mag
vestigen.
Het autonoom provinciebedrijf kan andere rechtspersonen oprichten, erin
deelnemen of zich erin laten vertegenwoordigen, voor zover dat past in zijn
opdrachten en gebeurt in overeenstemming met de toepasselijke regelgeving en de
beheersovereenkomst.”
Artikel 7 van het beheersprotocol bepaalt dat de deputatie jaarlijks aan de
provincieraad volgende documenten m.b.t. het budget ter goedkeuring voorlegt:
Het ondernemingsplan met strategische en operationele
doelstellingen, indicatoren en streefwaarde
de financiële implicaties voor het budgetjaar en het meerjarenplan
het programma voor de roerende investeringen van het budgetjaar
De beleidsnota bevat het ondernemingsplan (beleidsfiche) van het autonoom
provinciebedrijf met de strategische en operationele doelstellingen.
Dit ondernemingsplan wordt uitgesplitst in een operationeel plan (begrotingsfiche)
per activiteit. Deze documenten worden niet afgedrukt, uw raad kan deze terugvinden op het intranet onder de link Bestuur en organisatie Beleid Budget
Budget 2013.
Op deze plannen worden de financiële consequenties voor de genomen
beleidskeuzes opgenomen.
Voor 2013 zijn, zoals blijkt uit de bijgevoegde personeelsformatie, 7,1 VTE nodig.
Het ontwerpbudget met investeringsplan wordt in bijlage bij dit besluit voorgelegd.
De jaarlijkse dotatie, die het provinciebestuur aan het autonoom provinciebedrijf
uitkeert om haar missie en activiteiten te ontwikkelen, vindt uw raad terug in de
bijgevoegde fiche. Deze dotatie bedraagt voor 2013 642.520 EUR en is in het
provinciale budget ingeschreven onder machtigingskrediet 335/640.
In het meerjarenplan is 632.240 EUR voor 2014 en 632.240 EUR voor 2015 als
dotatie ingeschreven.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 3 januari 2013.
Het ontwerp van het budget 2013 en de aanpassing van het meerjarenplan 2013-
2015 van het autonoom provinciebedrijf werden door de deputatie goedgekeurd op
13 december 2012.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op de artikelen 225 tot 237 van het Provinciedecreet;
Gelet op het provincieraadsbesluit van 25 september 2008 houdende goedkeuring
van de statuten van het autonoom provinciebedrijf Inovant;
Gelet op de beheersovereenkomst met het autonoom provinciebedrijf Inovant;
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
226
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Artikel 1:
Goedgekeurd wordt het ondernemingsplan, inclusief de strategische en operationele
doelstellingen, van het autonoom provinciebedrijf Inovant in de beleidsnota 2013.
Artikel 2:
Goedgekeurd worden het budget 2013 en de aanpassingen aan de
meerjarenplanning 2013-2015 van het autonoom provinciebedrijf Inovant.
Artikel 3:
Goedgekeurd wordt dat het autonoom provinciebedrijf Inovant voor het uitvoeren
van zijn beleidsnota voor 2013 een dotatie van 642.520 EUR zal ontvangen.
Bijlagen: Dotatieberekening
Gedetailleerde investeringsplanning 2013
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Dan leg ik de punten 5/1 en 5/2 samen voor ter stemming en de stemming is geopend.
Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming.
63 leden hebben deelgenomen aan de stemming;
58 leden hebben ja gestemd;
5 leden hebben nee gestemd.
De agendapunten 5/1 en 5/2 worden goedgekeurd met 58 stemmen ja, bij 5 stemmen
nee.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
227
APB Inovant (40100600)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015 Ontvangsten 151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheid 702 Andere opbrengsten uit werking: prestaties 418.749 418.636 428.008 435.549 435.549 740 Subsidies van overheden, concessies, ristorno's 564.345 63.100 0 63.100 63.100 7401 Weddesubsidies Vlaamse Gemeenschap 742 Overige werkingsopbrengsten 4.695 1.925 1.964 2.003 2.003 751 Opbrengsten uit financiële vlottende activa 5.490 6.000 6.000 6.000 6.000 752 Andere financiële opbrengsten 761 Andere uitzonderlijke opbrengsten 780 Onttrekking aan de gewone reserves 130.309 180.857 48.941 48.941 48.941 totaal 1.123.588 670.518 484.913 555.593 555.593
Werkingskosten
600 Inkopen grondstoffen 601 Voorraden: diverse leveringen 604 Voorraden: handelsgoederen 610 Huur en huurlasten 22.118 100.000 0 85.680 85.680
611 Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden 1.874 3.100 4.231 3.226 3.226
612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 17.796 24.200 20.231 25.177 25.177 613 Algemene werkingskosten 400.415 458.430 528.326 479.136 479.136 616 Verzekeringen 2.201 2.670 3.483 2.778 2.778 617 Belastingen ten laste van de provincie 824 920 920 920 920 618 Uitzendkrachten 653 Andere financiële kosten 198 300 306 312 312 662 Andere uitzonderlijke kosten totaal 445.426 589.620 557.497 597.229 597.229
Roerende Investeringen
230 Installaties, machines, uitrusting 231 Informaticahardware 5.906 1.400 700 1.700 1.700 240 Meubilair 0 9.800 0 0 0 241 Rollend materieel 242 Roerend kunstpatrimonium totaal 5.906 11.200 700 1.700 1.700
Subsidies 640 Toegestane subsidies totaal 0 0 0 0 0
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
228
Personeel
620 Bezoldigingen 402.165 357.691 368.799 387.340 387.340 6203 Loon onderwijzend personeel 621 Sociale vergoedingen 35.113 37.493 38.169 39.950 39.950 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 120.073 110.477 110.200 118.749 118.749 624 Patronale bijdragen pensioenen 21.097 25.406 28.400 27.509 27.509 625 Verplaatsingskosten en maaltijdcheques 9.661 9.881 11.158 10.280 10.280 626 Pensioenen 627 Verzekering personeel 3.450 3.559 4.483 3.703 3.703 628 Diverse personeelskosten 3.109 5.320 8.027 1.373 1.373 totaal 594.668 549.827 569.236 588.904 588.904
Dotatie = Werkingskosten + Roerende Investeringen + Subsidies + Personeel - Ontvangsten -77.588 480.129 642.520 632.240 632.240
APB Inovant (40100600) MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015 Ontvangen subsidies
742 Overige werkingsopbrengsten totaal 0 0 0 0 0
Personeelskosten
620 Bezoldigingen 621 Sociale vergoedingen 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 625 Vergoeding voor verplaatsingskosten totaal 0 0 0 0 0
Werkingskosten
610 Huur en huurlasten 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 613 Algemene werkingskosten totaal 0 0 0 0 0
Buitengewone ontvangsten
151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheden totaal 0 0 0 0 0
Onroerende investeringen
221 Gebouwen totaal 0 0 0 0 0
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
229
Roerende Investeringen 2013
APB Inovant
Nummer Activiteit ACT + omschrijving MAR + omschrijving Investering Bedrag
C07000
INOV – Overhead
231 Informaticahardware
Aankoop Portable
700
TOTAAL 700
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
230
Jeugd:
VOORZITTER.- De heer Palinckx heeft het woord.
De heer PALINCKX.- Voorzitter,
Leden van de deputatie,
Collega’s,
Ik heb eigenlijk een specifiek, nogal technische vraag waarschijnlijk aan gedeputeerde
mevrouw Verhaert. Na de geanimeerde discussie zonet is dat misschien een vrij saaie
vraag, maar ik ga ze u toch stellen.
Op pagina 149 van de beleidsnota vinden we de operationele doelstelling OD 14.09.01 met
name: “De realisatie van een nieuw jeugdbeleidsplan voor de periode 2014-2019 dat een
aantal duidelijke en realistische doelstellingen en acties inzake ons provinciaal jeugdbeleid
bevat.”
Ook in de indicatoren en streefwaarden komt dit jeugdbeleidsplan 2014-2019 terug en er
wordt in de omschrijving ook verwezen naar het decreet van 14 februari 2003 houdende de
ondersteuning en subsidiëring van het gemeentelijk en provinciaal jeugd- en
jeugdwerkbeleid.
Intussen weten we dat het Vlaams parlement op 27 juni 2012 een nieuw decreet heeft
aangenomen dat het decreet van 2003 vervangt. Dit nieuwe decreet op het lokaal en
provinciaal jeugdbeleid treedt in werking vanaf 1 januari 2014.
In dit nieuwe decreet wordt niet meer gesproken over een provinciaal, noch gemeentelijk
jeugdbeleidsplan, want zoals u weet was het de uitdrukkelijk bedoeling van de Vlaamse
overheid om naar planlastvermindering en administratieve vereenvoudiging te gaan, wat ook
geregeld werd in het decreet van 15 juli 2011 dat de regels vastlegt voor periodieke plan-
en rapporteringskosten.
Ook de reglementering uit 2003 waarbij bepaald werd dat het provinciaal jeugdbeleidsplan
opgemaakt moet worden en goedgekeurd door de provincieraad vóór het einde van het
eerste jaar dat volgt op de start van de nieuwe provinciale bestuursperiode, in dit geval
dus 2013, komt te vervallen.
Het nieuwe decreet houdende de ondersteuning en stimulering van het lokaal jeugdbeleid
en de bepaling van het provinciaal jeugdbeleid is een afstemming op de bepalingen van het
planlastendecreet, dat een sterke planlastverlichting voor de lokale besturen beoogt. De
verschillende plannen die de lokale en provinciale besturen nu maken (cultuurbeleidsplan,
jeugdbeleidsplan, sportbeleidsplan, milieubeleidsplan, …) verdwijnen en worden
geïntegreerd in een legislatuurplan of meerjarenplan.
Onze vraag is dus waarom er nog geopteerd wordt voor het maken van een apart provinciaal
jeugdbeleidsplan?
Zoals we allemaal weten is het opmaken van een degelijk en onderbouwd plan een intensief
en tijdrovend proces dat ook veel inzet vergt vanuit de administratie. Dus ook een proces
dat heel wat middelen opslorpt. Hoewel we op geen enkele wijze afbreuk willen doen aan
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
231
het belang van een onderbouwd en planmatig beleid, vragen we ons toch af of het
jeugdbeleid niet veel beter geïntegreerd wordt in een globaal provinciaal meerjarenplan?
Hoe verantwoordt de gedeputeerde nog de opmaak van een apart jeugdbeleidsplan?
Misschien zijdelings daarbij ook: hoe wordt dan toch nog inspraak van jongeren
georganiseerd, want dat blijft uiteraard ook belangrijk?
Dank u.
VOORZITTER.- Mevrouw Verhaert heeft het woord.
Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Het is vrij eenvoudig. Ik ben helemaal akkoord met
wat u zegt, mijnheer Palinckx. Op het moment dat dit werd geformuleerd was het allemaal
nog niet zo heel duidelijk, maar het blijft wel overeind in die zin dat wij intern nog een
beleidsplanning moeten maken. Dat is niet hetzelfde als wat we de voorbije legislaturen
moesten doen. Namelijk hier naar de raad komen, dan naar de Vlaamse overheid sturen,
daar goedgekeurd krijgen om vervolgens middelen te krijgen. Dat moeten we allemaal niet
meer doen. Net zoals bij de gemeenten komt dat te vervallen. Maar we gaan natuurlijk wel
zelf, voor onze eigen dienst, een interne planning maken zodat we dat ook kunnen
uitfaseren in verschillende acties, zodat jullie de raadsleden dat ook allemaal kunnen
volgen. Dat is eigenlijk wat hiermee wordt bedoeld, maar dat was misschien nog niet heel
duidelijk zoals het nu is geformuleerd.
VOORZITTER.- Mevrouw Van Gool heeft het woord.
Mevrouw VAN GOOL.- Dank u, voorzitter.
Ik wil mij een beetje aansluiten bij die vraag rond het jeugdbeleidsplan, maar dan vooral
ook als het wordt opgemaakt. Ik denk dat het belangrijk is dat het een participatief
proces is, want er zijn ook heel wat actoren die goed bezig zijn op het terrein. Ik hoor
daar ook vragen of zij effectief betrokken zullen worden en dat het niet alleen vanuit de
administratie zal gaan, maar in samenwerking met de betrokken actoren.
Ik heb ook nog een vraagje, niet zozeer rond het jeugdbeleidsplan, maar algemeen rond
jeugd. U hebt het initiatief genomen om een groepsaankoop te doen om de geluidsoverlast
te bestrijden, voor die geluidsmeters. Ik heb begrepen dat het recent effectief
goedgekeurd is en dat er een bod is. Ik denk dat het een zeer goed initiatief is. Ik lees
daar noch hier, noch in het bestuursakkoord direct iets over. Maar ik stelde mij gewoon de
vraag op welke manier de betrokken doelgroep, de jeugd en de jeugdverenigingen, op de
hoogte zal gebracht worden, dus niet alleen diegenen die ingeschreven hebben, maar ook
anderen, want het lijkt mij toch een heel nuttig instrument te zijn.
VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord.
De heer MERCKX.- Ik had graag bij dit onderwerp, jeugdbeleid, gevraagd wat het
antwoord gaat zijn van de gedeputeerde op de brief die de fractievoorzitters gekregen
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
232
hebben van de voorzitster van de provinciale Jeugdraad Antwerpen, Annemie Bylemans. Zij
uit daarin haar bezorgdheid over de planlastvermindering en de interne staatshervorming,
meer bepaald dat die veranderingen een negatieve impact zouden kunnen hebben. Zij
vraagt dat men zou bevestigen dat de regionale en bovenlokale werkingen die niet op
Vlaams niveau gesubsidieerd worden op structurele wijze gesubsidieerd blijven door de
provincie Antwerpen en dat de provincie de financiële inspanningen die ze nu op dit vlak
levert, minstens op hetzelfde niveau houdt. Wat is het antwoord daarop? Zij drukt ook
haar ongerustheid uit over een mogelijke afschaffing van de fuifbussen.
VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord.
De heer CAALS.- Voorzitter, ik denk dat collega Merckx nog bijna het belangrijkste
vergeet en dat was mijn vraag eigenlijk. Die jeugdraad is ook zeer bezorgd over haar eigen
voortbestaan, want het is voor ons niet meer verplicht om een provinciale jeugdraad te
organiseren. Hoe ziet u het overleg met de sector in de toekomst? Kan de provinciale
Jeugdraad, ook al is het decretaal niet meer verplicht voor ons, toch blijven bestaan?
Dank u.
VOORZITTER.- De heer De Haes heeft het woord.
De heer DE HAES.- Misschien een kleine vraag. Ik pik in op de vraag in verband met de
geluidsbegrenzers. Er zijn nog actoren, maar dat noem ik de privé actoren, gevat door de
nieuwe geluidsreglementering. Als er groepsaankoop gedaan wordt is het misschien nuttig
dat zij ook kunnen aansluiten. Hoe groter de groep, hoe goedkoper het product. Is dat een
overweging waard?
VOORZITTER.- Mevrouw Verhaert heeft het woord.
Mevrouw VERHAERT.- Ik ga voortaan kaartjes laten maken: gedeputeerde groepsaankopen.
Alle gekheid op een stokje, de participatie is een heel voornaam punt in de volgende zes
jaren. We gaan daar met alle betrokken partijen goed over nadenken. We hebben trouwens
al eens een eerste vingeroefening gemaakt, eens brainstorm gehouden hoe we participatie
een beetje kunnen vernieuwen, want soms komt daar wat sleet op en zie je dat mensen een
beetje beginnen afhaken of dat het terugvalt op een wel erg kleine groep. Ik denk dat dit
een gedeelde verantwoordelijkheid is. Ik denk dat we daar én de mensen van de Jeugdraad
én vele andere actoren én wijzelf het beste uit onszelf moeten halen om dat terug te
dynamiseren. We hebben daarvoor ook een afspraak met de Jeugdraad op 21 februari.
Zolang de Jeugdraad mee aan tafel wil zitten, heel graag, ze zijn absoluut welkom.
Misschien gaan we dat ook wel wat opener maken met andere actoren.
Hoe gaan we de groepsaankoop van de geluidsbegrenzers nu verder uitdragen? Ik denk dat
we eerst en vooral de mensen die al op voorhand hadden aangegeven dat ze geïnteresseerd
waren, worden aangeschreven. Dat is geregeld. We gaan ook een perscommunicatie voeren
zodra we de apparaten zelf ook eens kunnen tonen. Dat praat wat makkelijker. Dat is
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
233
ergens voor de tweede helft van februari. Kunnen daar verschillende actoren op intekenen?
Ja, dat is al zo. Er hebben al verschillende soorten actoren op ingetekend, en wie alsnog
interesse heeft kan altijd een seintje geven aan de Jeugddienst om te kijken of het er nog
in past, ja of nee. Als het een echt groot succes is, kunnen we het herhalen. Dat is op zich
geen probleem.
De fuifbus, dat doet mij veel plezier om te horen dat dit gewaardeerd wordt. Dat zetten
we uiteraard ook verder. Ja, dat kost wat, maar zoals ik in mijn presentatie ook zei, het is
ook wel wat waard om te weten dat kinderen en tieners veilig uit en thuis geraken.
De brief van de voorzitter van de provinciale Jeugdraad is mij uiteraard bekend en is ook
een gedeelde bekommernis. De interne staatshervorming mag er natuurlijk niet toe leiden
dat plots sommige jeugdverenigingen in de kou komen te staan. Daar was het niemand om te
doen. Het was er ons om te doen, allemaal samen met Vlaanderen, om de opdrachten een
beetje duidelijk te verdelen. Wat we vandaag aan het doen zijn, mijnheer Merckx, dat is
wat discuteren over de cijfers. Wat zit er vandaag bij ons? Wat zit er bij de Vlaamse
gemeenschap? Wat gaat van bij ons naar de Vlaamse gemeenschap? En wat gaan ze daar
dan met die middelen doen? Daar mag u van op aan dat wij zullen waken dat het wel
degelijk gaat naar die groepen zoals we het nu hebben afgesproken. Dat is nog een ‘work in
progress’, zoals ze zeggen. We zijn er nog niet helemaal uit, maar we blijven daar
waakzaam op, want we zijn ons zeer bewust van de bezorgdheid van de provinciale
Jeugdraad.
Ik denk dat ik daarmee alles heb beantwoord.
Nr. 5/3 van de agenda
Gewoon provinciebedrijf Provinciaal Vormingscentrum Malle.
Identificatienummer 40100500
Beleidsactieplan.
Budget 2013 en meerjarenplan 2013-2015.
Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
Door uw raad werd in vergadering van 26 september 2002 het oprichtingsprotocol
van het gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Vormingscentrum Malle” goedgekeurd.
Dit provinciebedrijf werd met ingang van 1 januari 2003 operationeel. Het
oprichtingsprotocol werd op 15 december 2005 gewijzigd door het beheersprotocol.
Overeenkomstig artikel 2 van het oprichtingsprotocol bestaat de missie van het
gewoon provinciebedrijf erin:
“Het Vormingscentrum Malle is een verblijfs- en conferentiecentrum dat
infrastructuur en accommodatie ter beschikking stelt aan groepen met educatieve
doeleinden, die vergaderingen, dagconferenties of meerdaagse studieverblijven,
willen organiseren, al dan niet in internaatsverband.
De doelgroepen van het vormingscentrum situeren zich voornamelijk in de sector
van het sociaal-cultureel verenigingsleven en het educatief werk, de sociale
dienstverlening, het onderwijs en het vrijwilligerswerk.
Meer specifiek betreft het hier:
overheidsinitiatieven (gemeentelijk, provinciaal, gewestelijk en federaal);
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
234
initiatieven van openbare diensten;
initiatieven in tweede lijn van jeugdverenigingen en het jeugdwerk in de meest
ruime zin;
naschoolse vorming, opleiding en bijscholing;
initiatieven van onderwijsinstellingen (lager, middelbaar, hoger en universitair);
het vormingswerk in ruime zin (sociaal-cultureel verenigingsleven,
sportorganisaties, culturele organisaties, initiatieven voor de vrije tijd);
samenlevingsopbouw;
professionele organisaties en lucratieve vormingsinitiatieven (in laatste instantie).
Het Provinciaal Vormingscentrum Malle is een receptief centrum waar hoger
genoemde doelgroepen een onderkomen vinden ten einde hun educatieve
doelstellingen te realiseren, al dan niet in internaatsverband, en met de nodige
culinaire voorzieningen. In dit verband is het Vormingscentrum ook een trefpunt
voor allen die in ruime zin met educatie begaan zijn in het kader van de
permanente vorming. De meeste initiatieven die ontplooid worden in het Provinciaal
Vormingscentrum Malle vertonen een zeer uiteenlopend karakter, gezien het zeer
gediversifieerd aanbod in de vrije tijdssector en het onderwijs en behoren in
hoofdzaak tot het tweedelijns werk.
Het centrum staat niet ter beschikking voor de organisatie van allerlei initiatieven
die niet beantwoorden aan de inhoud van bovengenoemde doelstellingen, zoals
bijvoorbeeld vakantie- of ontspanningsverblijven, competitiesport, recreatie,
feesten, e.d.
De infrastructuur wordt ter beschikking gesteld voor het organiseren van verblijven
met educatief karakter door derden om voornamelijk de non-profit sector en het
vrijwilligerswerk de mogelijkheid te bieden op budgetvriendelijke basis het
educatief werk te ontwikkelen dat zij tot hun doelstelling rekenen. Het verhuren
van de infrastructuur aan profit-organisaties kan maar gebeuren in functie van de
bezettingsgraad en volgens de reservatie- en verblijfsmodaliteiten die worden
bepaald door de deputatie.
In de gebouwen van het Provinciaal Vormingscentrum Malle is de Provinciale
Uitleendienst Didactisch Materieel gevestigd. Deze dienst evenals de
deconcentratieposten valt onder hetzelfde beheer en is volledig geïntegreerd in het
Gewoon provinciebedrijf Provinciaal Vormingscentrum Malle. De Provinciale
Uitleendienst Didactisch Materieel stelt didactisch en audiovisuele materieel ter
beschikking aan de in de provincie Antwerpen gevestigde of aldaar tijdelijk
verblijvende onderwijsinstellingen, overheidsinstellingen en erkende organisaties.”
Artikel 2 van het beheersprotocol bepaalt dat de deputatie jaarlijks aan de
provincieraad volgende documenten m.b.t. het budget ter goedkeuring voorlegt:
de beleidsfiche met strategische en operationele doelstellingen,
indicatoren en streefwaarde
de financiële implicaties voor het budgetjaar en het meerjarenplan
het programma voor de roerende investeringen van het budgetjaar
De beleidsnota bevat de beleidsfiche van het gewoon provinciebedrijf met de
strategische en operationele doelstellingen.
Deze beleidsfiche wordt uitgesplitst in begrotingsfiches per activiteit. De
verschillende begrotingsfiches worden niet afgedrukt, uw raad kan deze
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
235
terugvinden op het intranet onder de link Bestuur en organisatie Beleid Budget
Budget 2013.
Op deze fiches worden de financiële consequenties voor de genomen beleidskeuzes
opgenomen.
Voor 2013 zijn, zoals blijkt uit de fiches, 49,80 VTE nodig.
Het activiteitenverslag en het financieel verslag 2011 werd aan uw raad voorgelegd
en goedgekeurd in zitting van 28 juni 2012.
Het ontwerpbudget met investeringsplan wordt in bijlage bij dit besluit voorgelegd.
De jaarlijkse dotatie, die het provinciebestuur aan het gewoon provinciebedrijf
uitkeert om haar missie en activiteiten te ontwikkelen (zoals voorzien in de
artikelen 7 en 8 van het oprichtingsprotocol), vindt uw raad terug in de bijgevoegde
fiche. Deze dotatie bedraagt voor 2013 52.000 EUR en is in het provinciale budget
ingeschreven onder machtigingskrediet 761/640.
In het meerjarenplan is 53.050 EUR voor 2014 en 53.050 EUR voor 2015 als
dotatie ingeschreven.
De personeelskosten zijn niet opgenomen in de dotatie. Overeenkomstig artikel 5
van het oprichtingsprotocol betaalt het provinciebestuur de lonen van het gewoon
provinciebedrijf. In het provinciale budget 2013 is hiervoor 1.989.540 EUR,
exclusief pensioenbijdrage, ingeschreven onder machtigingskredieten 104/620,
104/621, 104/623 en 104/625. Het gewoon provinciebedrijf zal de kosten en de
opbrengsten hiervan in de boekhouding verwerken.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 3 januari 2013.
Het ontwerp van het budget 2013 en de aanpassing van het meerjarenplan 2013-
2015 van het gewoon provinciebedrijf werden door de deputatie goedgekeurd op
13 december 2012.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op de artikelen 266 en 267 van het Provinciedecreet;
Gelet op de artikelen 114bis en 114ter van de provinciewet;
Gelet op het provincieraadsbesluit van 26 september 2002 houdende goedkeuring
van het oprichtingsprotocol, inzonderheid artikel 3 waarbij geacht wordt een
ondernemingsplan in te dienen, en het provincieraadsbesluit van 15 december 2005
houdende goedkeuring van het beheersprotocol van het gewoon provinciebedrijf
Provinciaal Vormingscentrum Malle;
Op voorstel van de deputatie,
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
236
BESLUIT:
Artikel 1:
Goedgekeurd wordt de beleidsfiche, inclusief de strategische en operationele
doelstellingen, van het gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Vormingscentrum
Malle” in de beleidsnota 2013.
Artikel 2:
Goedgekeurd worden de meerjarenplanning 2013-2015 en het budget 2013 van het
gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Vormingscentrum Malle”.
Artikel 3:
Goedgekeurd wordt dat het gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Vormingscentrum
Malle” voor het uitvoeren van zijn beleidsnota voor 2013 een dotatie van
52.000 EUR zal ontvangen.
Bijlagen: Dotatieberekening
Gedetailleerde investeringsplanning 2013
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend.
Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming.
67 leden hebben deelgenomen aan de stemming;
60 leden hebben ja gestemd;
6 leden hebben neen gestemd;
1 lid heeft zich onthouden.
Goedgekeurd met 60 stemmen ja, bij 6 stemmen nee en 1 onthouding.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
237
Provinciaal Vormingscentrum Malle (40100500)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015 Ontvangsten 151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheid 702 Andere opbrengsten uit werking: prestaties 979.525 991.000 979.500 1.026.140 1.026.140 740 Subsidies van overheden, concessies, ristorno's 92.320 0 0 0 0 7401 Weddesubsidies Vlaamse Gemeenschap 742 Overige werkingsopbrengsten 14.712 7.300 7.500 6.120 6.120 751 Opbrengsten uit financiële vlottende activa 11.990 6.700 15.000 9.490 9.490 752 Andere financiële opbrengsten 5 0 0 0 0 761 Andere uitzonderlijke opbrengsten 780 Onttrekking aan de gewone reserves 64.736 0 0 0 0 totaal 1.163.288 1.005.000 1.002.000 1.041.750 1.041.750
Werkingskosten
600 Inkopen grondstoffen 601 Voorraden: diverse leveringen 604 Voorraden: handelsgoederen 264.085 260.000 260.000 278.460 278.460 610 Huur en huurlasten 611 Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden 1.370 1.500 1.600 1.530 1.530 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 2.279 2.900 2.700 3.160 3.160 613 Algemene werkingskosten 715.762 717.220 653.200 676.160 676.160 616 Verzekeringen 6.059 22.500 6.500 23.270 23.270 617 Belastingen ten laste van de provincie 2.220 350 4.000 410 410 618 Uitzendkrachten 23.629 30.000 25.500 26.520 26.520 653 Andere financiële kosten 340 530 500 470 470 662 Andere uitzonderlijke kosten totaal 1.015.744 1.035.000 954.000 1.009.980 1.009.980
Roerende Investeringen
230 Installaties, machines, uitrusting 57.723 63.750 95.000 53.710 53.710 231 Informaticahardware 15.114 6.250 2.000 3.570 3.570 240 Meubilair 26.083 22.320 3.000 27.540 27.540 241 Rollend materieel 33.911 0 0 0 0 242 Roerend kunstpatrimonium totaal 132.831 92.320 100.000 84.820 84.820
Subsidies 640 Toegestane subsidies totaal 0 0 0 0 0
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
238
Personeel
620 Bezoldigingen 6203 Loon onderwijzend personeel 621 Sociale vergoedingen 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 624 Patronale bijdragen pensioenen 625 Verplaatsingskosten en maaltijdcheques 626 Pensioenen 627 Verzekering personeel 628 Diverse personeelskosten totaal 0 0 0 0 0
Dotatie = Werkingskosten + Roerende Investeringen + Subsidies + Personeel - Ontvangsten -14.713 122.320 52.000 53.050 53.050
Provinciaal Vormingscentrum Malle (40100500) MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015 Ontvangen subsidies
742 Overige werkingsopbrengsten totaal 0 0 0 0 0
Personeelskosten
620 Bezoldigingen 1.486.829 1.414.610 1.506.000 1.583.410 1.615.080 621 Sociale vergoedingen 191.365 173.402 197.300 205.190 209.290 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 267.586 258.178 281.660 292.930 298.790 625 Vergoeding voor verplaatsingskosten 5.679 3.550 4.580 4.770 4.860 totaal 1.951.459 1.849.739 1.989.540 2.086.300 2.128.020
Werkingskosten
610 Huur en huurlasten 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 210 0 0 0 0 613 Algemene werkingskosten 166.630 152.000 152.000 154.060 156.140 totaal 166.840 152.000 152.000 154.060 156.140
Buitengewone ontvangsten
151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheden totaal 0 0 0 0 0
Onroerende investeringen
221 Gebouwen 587.414 838.000 380.000 0 0 totaal 587.414 838.000 380.000 0 0
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
239
Roerende Investeringen 2013
Provinciaal Vormingscentrum Malle
Nummer Activiteit ACT + omschrijving MAR + omschrijving Investering Bedrag
E14025 PVM - Verhuren vergaderzalen e.d. 230 Installaties, machines, uitrusting IMU logistiek, keuken/restaurant, conferentie- en vergaderlokalen 65.000
E14025 PVM - Verhuren vergaderzalen e.d. 231 Informaticahardware ICT hardware secretariaat/pudm/conferentie- en vergaderlokalen 2.000
E14025 PVM - Verhuren vergaderzalen e.d. 240 Meubilair Meubilair conferentie- en vergaderlokalen/secretariaat 3.000
E14345 PVM - Uitleendienst 230 Installaties, machines, uitrusting IMU Video-, audio-, licht-, projectie- en tentoonstellingsapparatuur 30.000
TOTAAL 100.000
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
240
VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord.
De heer CAALS.- Voorzitter, ik ben nogal nieuwsgierig.
Misschien een vraagje aan de liberale fractie. We zien hen nu al een aantal keren
consequent tegenstemmen. Het verbaast mij wat rond het provinciaal Vormingscentrum
waarom er wordt tegengestemd. Misschien zijn er goede argumenten waar wij ons
eventueel nog zouden kunnen bij aansluiten.
VOORZITTER.- De heer Helsen heeft het woord.
De heer HELSEN.- Collega’s,
Mijnheer Caals,
Wij hebben het in het begin gezegd van de bespreking van deze begroting. Wij vinden dit
geen begroting met ambitie. Er staat niets nieuws in. Wij gaan niet akkoord met het feit
dat de nieuwe deputatie in een nieuwe legislatuur hier een ongewijzigde begroting
voorstelt en geen enkel punt naar voor schuift wat de ambities zijn voor de komende zes
jaar.
De heer LEMMENS repliceert dat de heer Helsen zelf deze begroting mee heeft
opgesteld.
De heer HELSEN.- Wij moeten ze niet stemmen in oktober. Ik vind dat een nieuw bestuur,
dat start voor een nieuwe legislatuur van zes jaar de ambitie moet hebben om een
degelijke begroting voor te leggen en een degelijk beleidsplan. Wij vinden dat het tot
hiertoe niet gebeurd is. Wat niet is kan nog komen. Ik heb het vorige week gezegd. Dat
zullen we dan wel zien. Dan zullen we daar over oordelen, maar momenteel vinden wij dat
dit er niet is en vinden wij dat zeer jammer. Vandaar onze tegenstem.
VOORZITTER.- De heer Van Eetvelt heeft het woord.
De heer VAN EETVELT.- Geachte voorzitter,
Collega raadsleden,
Beste leden van de deputatie,
Als 22-jarige student is het voor mij natuurlijk des te meer een voorrecht om deel uit te
maken van een volksvertegenwoordigend orgaan. Natuurlijk had ik als politiek midden de
jongeren een ietwat romantisch beeld van hoe het eraan toe zou gaan. Leden van de
meerderheid die vol overgave samenwerken om nieuwe beleidsdomeinen uit te stippelen,
een deputatie die de primoteit van de raad erkent en handelt naar de initiatieven van de
leden en een oppositie die vol overgave de nieuwe beleidsdomeinen op de korrel neemt.
De gevormde meerderheid en haar deputatie heeft mij alvast die illusie armer gemaakt.
Toch één verandering die ze realiseert. Het is opvallend stil op de meerderheidsbanken als
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
241
het gaat over het nieuwe beleid, maar opvallend bitsig als de meerderheidspartijen over
elkaar spreken.
De deputatie heeft het laken van de strategische beleidskeuzes naar zich toe getrokken
om vervolgens geen nieuwe keuzes te maken. De slagzinnen van de gedeputeerden: “we
wachten op Vlaanderen en we wachten op Europa” doen mij vermoeden dat de eigenlijke
titel van het bestuursakkoord “De provincie wacht voor u” luidt. De oppositie, wij kunnen
niet anders dan vaststellen dat er amper iets gebeurt, zoals daarnet aangehaald in het
antwoord op mijnheer Caals.
Zelf maak ik deel uit van de commissie Energie, Communicatie en ICT. Ik heb daar mogen
vaststellen hoe aloude socialistische tradities worden verdergezet. Zo stelt men zich
publiek op het voorplan met een paradepaardje in de vorm van de groepsaankopen voor
energie. Hoe goed ook en hoe marktontwikkelend ook, daar is geen provinciale
bevoegdheidsgrond voorhanden. Zo heb ik gezien hoe men zich heeft ontfermd om het
communicatieapparaat. Zo heb ik gezien hoe men met betrekking tot overheidsopdrachten
compleet negeert als het gaat over het troeteldiertje van de deputatie, genaamd Cipal,
daar waar de gemeenten Cipal liever kwijt zijn dan rijk.
Dames en heren van de N-VA, ik richt mij tot u. Hoe kon u het zover laten komen? Waarom
bent u na de verkiezing in Gods naam in een boot gestapt met twee partijen die
voorstander zijn van een omvangrijke provinciale overheid in plaats van u te binden aan ons.
U hebt een historische kans gemist. De partij die het luidst om verandering roept en de
partij die de verandering het meest in de praktijk brengt konden samen de provincie
hervormen en samen mogelijk op termijn afschaffen. Helaas koos u voor de stilstand.
Staat u mij toe nog een kleine aanpassing op het budget te formuleren. Schrap de
7.600 EUR uit de financiële nota die voorzien is voor de aankoop van nieuwe smartphones
voor de gedeputeerden - ik reken het even voor u voor: dat is 1.267 EUR voor een
smartphone per gedeputeerde – en voorzie in de plaats voor een beperkte vergoeding voor
het gebruik van het eigen toestel.
Ik dank u.
VOORZITTER.- Mevrouw Verhaert heeft het woord.
Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Ik heb nu niet echt een vraag gehoord, dus ik weet
niet goed waar u nu een antwoord op verwacht. Behalve misschien om te zeggen: natuurlijk
gaan wij verder met die groepsaankoop. Ik hoor dat u intussen al van gedacht veranderd
bent, want in de commissie heette het nog dat wij marktverstorend aan het werken waren,
nu was het toch al marktbevorderend.
Ik heb ook vastgesteld in uw verkiezingspropaganda dat u op uw 50 punten nr. 21 noemde:
dat is nu eens een punt voor de provincie, daar moet u zeker mee verder gaan. Wel, wij
gaan dat doen.
Dank u wel.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
242
VOORZITTER.- De heer Willekens heeft het woord.
De heer WILLEKENS.- Mevrouw, ik heb nog een extra vraag betreffende die
groepsaankopen nu we het daarover hebben. De rol die de provincie daarin speelt is dat wij
particulieren koppelen aan een bedrijf. Tot daar aan toe, ik laat een beetje in het midden
dat dit balanceren is op de vrije markt al dan niet. Er moet wel gezegd dat vandaag nog een
artikel stond in Gazet van Antwerpen waarin dat Testaankoop waarschuwt omdat de
prijzen die Essent heeft toegekend ten tijde van die groepsaankoop helemaal niet meer de
tarieven zijn die Essent vandaag hanteert. Dat wil zeggen dat al die mensen die zijn
ingestapt op een groepsaankoop vandaag de dag in een andere tarifering vallen die veel
hoger is dan bij vele concurrenten. Welke rol gaat de provincie nu spelen? Of zeggen we
dat we die maar bij elkaar gebracht hebben en tot daar onze verantwoordelijkheid, of gaan
we nu ook die verantwoordelijkheid opnemen door al die mensen die daar door gedupeerd
zijn geworden van die ook in te lichten van het feit dat hun tarief op dit ogenblik niet meer
het beste tarief is.
VOORZITTER.- De heer Janssens heeft het woord.
De heer JANSSENS.- Ik zou toch even kort willen reageren op wat ik hoor van mijnheer
Van Eetvelt. Ik heb zo het vermoeden dat u uw speech twee maanden geleden hebt
geschreven en nu nog altijd hetzelfde ligt te herhalen, namelijk dat de
meerderheidspartijen hier bitter over mekaar zouden spreken. Ik denk dat u hier gewoon
niet aanwezig bent geweest, ofwel uw oordopjes hebt ingedaan, of niet aandachtig hebt
geluisterd. Ik denk juist dat er verschillende interventies zijn geweest waar dat de
meerderheidspartijen zich heel duidelijk hebben gesteund en zelfs een brug hebben
geslagen naar oppositiepartijen die met goede ideeën afkomen.
Dat is natuurlijk het hele verschil. Als u zelf spreekt over die groepsaankopen dan begint u
volgens mij voor een stukje – sorry voor het woordgebruik – te mierenneuken over een
gebrek aan legale basis. Laat het mij misschien een beetje bucolisch uitdrukken, ik denk
dat het belangrijker is dat de koe melk geeft en dat we effecten bereiken dan dat we hier
ons liggen in allerlei achterhoedegevechten te begeven.
Tenslotte, als u spreekt over de partij van de verandering met de stilstand, dat heb ik al
honderd keren moeten horen. Ik zou hier gewoon willen zeggen: wacht u nog een paar
weken en ‘you ain’t see nothing yet’.
VOORZITTER.- De heer Geudens heeft het woord.
De heer GEUDENS.- Ik wilde mij ook even richten tot mijnheer Van Eetvelt die met
fierheid komt zeggen dat hij heel jong is en blij is deel uit te mogen maken van deze
provincieraad. Jammer genoeg, u bent jong – en daar benijd ik u voor – maar u bent
blijkbaar niet meer open van geest, en dat al zo jong. Ik wil mij aansluiten bij de vorige
spreker. U blijft weken aan een stuk hetzelfde verhaal vertellen, ondanks beter weten,
ondanks goede argumenten die u toch hebben moeten kunnen overtuigen. Ik heb ook bij
mijn speech aangehaald dat het precies president Obama is, die toch niet direct een
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
243
communist of socialist is, die er alles voor doet om de markt open te trekken, om de vrije
concurrentie te waarborgen. Die grote bedrijven die streven natuurlijk naar een monopolie.
Dat is ook evident. Daar moet je maatschappelijk gesproken tegen in gaan. In dat verband
is de provincie een koploper - proficiat daarvoor zou ik zeggen – en hebben wij bekomen, en
dat heeft ook in de krant gestaan en misschien ook in Testaankoop, dat de prijzen voor
energie nu beduidend lager liggen. Testaankoop waarschuwt natuurlijk wel voor de
toekomst, maar u weet ook dat het advies is om ieder jaar opnieuw u aan te bieden. Welke
voorziener ook, die probeert natuurlijk een zo hoog mogelijke prijs als mogelijk in de markt
te zetten. Dat is ook logisch. Daarvoor moet u zich ieder jaar opnieuw aanbieden.
VOORZITTER.- De heer De Haes heeft het woord.
De heer DE HAES.- Voorzitter, ik heb gehoord dat wij enerzijds te bitsig zijn tegenover
de coalitiepartners. Wij hebben met hen een coalitie, we zijn met hen niet getrouwd, dus
laat ons er nog een beetje ruzie met maken, kwestie van de ambiance.
Anderzijds hoor ik ook dat wij te kalm zijn. Vandaag heb ik nog niet veel kunnen zeggen,
omdat Tom de Caalsslag deed over mijn vragen. Dat er amper iets gebeurd is dat vind ik
ook niet waar. Als de plaat blijft steken dan zeggen wij daar iets van. Wat zeggen wij dan:
zet die plaat af! Dat hoort niet meer, dat is gedaan.
VOORZITTER.- De heer Cuyt heeft het woord.
De heer CUYT.- Voorzitter, mijnheer Van Eetvelt is zeer terecht fier dat hij op 22 jaar
hier deel uitmaakt van de raad. Maar ik vind het toch wel jammer dat hij in de publicatie
van open vld in Bornem spijt heeft dat deze instelling nog bestaat. Dat is toch een beetje
tegenstrijdig.
VOORZITTER.- De heer Willekens heeft het woord.
De heer WILLEKENS.- Aansluitend hierop weet ik niet goed wat mijnheer Geudens bedoelt
dat die prijs nu laag is of lager is geworden in zijn totaliteit. Misschien dat ik seffens ook
antwoord krijg op mijn vraag, omdat wij lezen dat bij een stilzwijgende verlenging van de
groepsaankoop in de Antwerpen het tarief van 7,99 per dag naar 11,27 stijgt bij de
verlenging.
VOORZITTER.- De heer Van Eetvelt heeft het woord.
De heer VAN EETVELT.- Dank u wel, ik ben al bijzonder tevreden over mijn eerste
tussenkomst. De romantiek zit er al een pak meer in dan de voorbije dagen.
Ik had beter beginnen schrijven, ik had niet zoveel reacties verwacht. Mijnheer Janssens,
u vraagt of ik mijn tussenkomst 2 maanden geleden heb geschreven. Ik had ze al in januari
2012 kunnen schrijven natuurlijk. Dat weet u even goed als ik. U vraagt zich af of we niet
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
244
vooral blij moeten zijn dat we beleid voeren in plaats van op zoek te gaan naar
bevoegdheidsgrond of rechtsgrond. Ik vind het als jurist toch redelijk belangrijk dat er
bevoegdheidsgronden voorhanden zijn. Dat lijkt mij de essentie van onze rechtsstaat,
zeker in een meerlagig overheidsapparaat als het onze.
Mijnheer Geudens en mevrouw gedeputeerde, ik heb in eerste instantie aan de deputatie
de vraag gesteld of het marktverstorend werkt. U hebt daarop geantwoord dat het niet
het geval is, daarom dat ik nu ook ben begonnen met mogelijk marktstimulerend. Maar het
is niet omdat het marktstimulerend en omdat het iets goed is dat u het ook mag doen als
provincie.
Mijn vraag heb ik helemaal op het einde gesteld. Ik heb de vraag gesteld of het grote
bedrag dat wordt voorzien voor smartphones niet kan vervangen worden door een kleinere
vergoeding.
VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord.
De heer CAALS.- Collega’s, ik vind het toch wel wat jammer dat mijnheer Van Eetvelt nu zo
in het oog van de storm staat als 22-jarige die hier een tussenkomst komt voeren. Ik wil
hem feliciteren voor zijn politiek inzicht, want eigenlijk heeft hij nog iets anders
belangrijk gezegd, namelijk dat het tussen de meerderheidspartijen blijkbaar toch niet zo
goed botert. Wij hebben dat niet alleen twee maanden geleden kunnen zien, collega
Janssens, we hebben het vorige week ook nog kunnen zien. Frank Geudens die hier komt
vertellen dat het moet gedaan zijn met al die zever dat de meerderheid zonder de sp.a
verder kon. De meerderheid kan ook verder zonder CD&V, waarbij wij ons wel wat zorgen
maken over de stabiliteit van de coalitie. Ik denk dat mijnheer Van Eetvelt zich daar
terecht ook mee zorgen over maakt. We zitten hier met een N-VA die kan kiezen tussen
twee partners. Ik zou willen pleiten voor een goed monsterverbond tussen de twee andere
partijen, dat ze zich niet laten uiteen spelen en niet de N-VA maar laten kiezen welke
bruid ze telkens nemen.
Dank u wel.
VOORZITTER.- De heer Janssens heeft het woord.
De heer JANSSENS.- De tussenkomst van mijnheer Geudens bewijst alleen maar dat hij
heel goed kan rekenen.
VOORZITTER.- De heer Helsen heeft het woord.
De heer HELSEN.- Voorzitter,
Collega’s,
Ik ben blij dat collega Van Eetvelt hier een tussenkomst doet waar zoveel reactie op komt.
Ik denk dat zijn tussenkomst ook terecht was. Als wij hier nu sinds december horen dat
we moeten wachten op de interne staatshervorming en dat dan alles zal uitgeklaard worden
dan is het niet meer dan normaal dat de collega heel kritisch zijn raadscommissie opvolgt
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
245
en dan bv. over de samenaankoop energie eventjes die zaken in vraag stelt en terdege de
vraag stelt, net zoals mevrouw De Lobel dat deed over de PIVA, of dat de provincie dit wel
moet organiseren en of dat het dan goed is of minder goed. Dat is terecht, dat mag
allemaal in vraag gesteld worden. We bekijken dat dan wel wanneer er effectief een
beleidsnota komt.
VOORZITTER.- De heer Merkcx heeft het woord.
De heer MERCKX.- Ik hoop dat er toch een goed antwoord komt op die opmerking dat de
mensen, na een jaar of langer deelgenomen te hebben aan die groepsaankoop, eigenlijk
terecht komen in ongunstiger tarieven. Wij hebben gezegd welke aspecten van die
groepsaankoop wij wel steunen en waarom, maar ook gewezen op dat heel zwak punt. Wat
dat betreft, als ik collega Frank Geudens hoor zeggen: zonder communist of socialist te
zijn, Obama is er ook voor, en bovendien wij geven de mensen het advies om zich elk jaar
opnieuw aan te bieden. Wel, collega Frank, op die manier wordt het kiezen van tarieven
voor energie, voor telecom, een halftijdse bezigheid. Is het op die manier dat de provincie
de mensen werk gaat bezorgen. Men zou eens kunnen kijken, als socialist bijvoorbeeld,
waarom Frankrijk nog altijd elektriciteitstarieven heeft die, als ik mij niet vergis, op zijn
minst gemiddeld 40% lager liggen dan in België voor de particulieren. Dat is omdat je daar
nog een overheidsbedrijf hebt dat niet functioneert zoals wij dat zouden wensen, maar dat
het wel mee helpt garanderen zonder dat de mensen elk jaar opnieuw rekeningen en
facturen moeten gaan uitpluizen om zeker te zijn of ze nog wel bij de goedkoopste en
voordeligste zitten.
VOORZITTER.- De heer Van Eetvelt heeft het woord.
De heer VAN EETVELT.- Mijnheer Cuyt, ik was u nog vergeten, en dat als ondervoorzitter
en dorpsgenoot. Ik ben blij dat u een trouwe lezer bent van ons gemeentelijke infokrantje.
U hebt daar inderdaad goed gelezen dat ik niet bepaald, op dit moment toch, overtuigd ben
van het provinciale niveau. Maar als u ook verder heeft gelezen heeft u daar dan ook gezien
dat ik hier zal zetelen, en met overtuiging zal zetelen. U hebt dat al gemerkt aan mijn
tussenkomst. Mevrouw de gedeputeerde heeft dat misschien ook al gemerkt in de
commissie, om te kijken of dat het beleid op dit moment performant is en of dat het beleid
wel stoelt op een bevoegdheidsgrond die de N-VA blijkbaar overbodig vindt. We zullen zien
of dat ze dat ook voor het federale niveau vindt. In ieder geval, ik zet mijn
verkiezingsdoelstellingen verder in de praktijk door kritisch te zijn en de vraag te stellen
of dat de provincie nodig is op elk beleidsdomein dat ze nu functioneert.
Dank u.
VOORZITTER.- Mevrouw Verhaert heeft het woord.
Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Mijnheer Van Eetvelt, dat u het mij aantoont dat wij
niet bevoegd zijn, want ik zie dat nergens. In heel die interne staatshervorming is er
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
246
nergens ter sprake gekomen dat we dat niet zouden mogen doen. Het is niet onttrokken. Ik
zie: “Overeenkomstig artikel 41 van de gecoördineerde grondwet zijn de provincies
bevoegd voor de regeling van de provinciale belangen”. Daarin staat onder andere ook:
“ondersteunende taken op verzoek van andere overheden”. Je wil niet weten hoeveel
vragen wij intussen hebben gekregen van gemeentebesturen om te zeggen: alstublieft, je
gaat toch wel verder met die groepsaankoop. Dus uiteraard, dat doen we met de glimlach.
Er is nergens onttrokken, wij kunnen dat perfect blijven doen. Dus wij gaan dat ook zeker
doen.
Wat betreft het artikel dat u, mijnheer Willekens, had gelezen vandaag, dat klopt niet wat
u zegt. Het gaat niet over het tarief, dat is afgesproken in het kader van de
groepsaankoop. Het gaat over een tarief dat wordt aangerekend indien men stilzwijgend
verlengt. Wat wij bij elke communicatie zeggen, bij elke infosessie die we geven is: wat
belangrijk is, is dat je jaarlijks je facturen kritisch vastneemt en goed bekijkt wat er is.
Of je dat nu met ons doet, of je doet dat individueel, of je gaat naar een V-test bv., dat is
me eigenlijk om het even. Wij denken dat er voordelen zijn te behalen met de
groepsaankoop omdat wij natuurlijk schaal maken en omdat wij, mijnheer Merckx, mensen
werk uit handen nemen. Wij zeggen eigenlijk bij het begin van elke infosessie: beste
mensen, wij weten dat het niet per se het plezierigste is wat je kunt doen, je
energiefactuur bestuderen. Maar je moet dat beschouwen als naar de tandarts gaan. Dat
moet je ook één keer per jaar doen en dat is niet altijd plezierig, maar dat is wel voor je
eigen goed. Dat is wat wij gaan doen. Wat we nu in de toekomst gaan proberen te doen dat
is te zorgen dat we de mensen automatisch kunnen gaan verwittigen, want dat is iets wat
we in het verleden nog niet hebben kunnen doen. Waarom niet? Omdat wij elke keer
opnieuw van mensen gegevens nodig hadden en die kunnen wijzigen in de loop van de jaren.
Nu zijn we iets aan bedenken om te zien of we dat kunnen automatiseren op één of andere
manier. Daar gaan we nog later over terugkomen.
Maar dank u wel, allemaal samen, voor de belangstelling voor de groepsaankoop. Ik denk dat
het nut bij deze nogmaals bewezen is.
VOORZITTER.- De heer Willekens heeft het woord.
De heer WILLEKENS.- U bevestigt daar wat ik eigenlijk vermoedde. Dat is dat inderdaad
de provincie deze keer niet die mensen heeft ingelicht, nog eens een keer op voorhand, en
dat u dat de volgende keer wel zal gaan doen. U zegt dat op voorhand, maar na een jaar …
Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Neen, mijnheer, wij maken een veiling voor één jaar.
Dat zeggen wij heel duidelijk. Dat is een jaarcontract. Als dat afloopt hebben de mensen
de keuze, ofwel doen ze niets en blijven ze stilzwijgend, dat kan, of gaan ze zelf op zoek
naar een andere leverancier, of schrijven ze bij ons opnieuw in voor een volgende
groepsaankoop. Dat opnieuw inschrijven bij de volgende groepsaankoop, dat is nu wat we
gaan onderzoeken om dat te automatiseren. Dat konden we tot nader order niet, door
redenen buiten onze wil om. Maar het is allemaal perfect gelopen. Wat natuurlijk ook een
verschil is met een samenaankoop zoals bij Testaankoop, bij ons is iedereen vrij om daar
aan mee te doen, je hoeft bij ons geen lid te zijn.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
247
De heer WILLEKENS.- Neen, dat bedoel ik ook niet. Het is alleen inderdaad zo, als het in
de toekomst wel zo geregeld zal zijn dat die mensen dan ook weten welke groepsaankoop
het jaar nadien interessant zal zijn, vooraleer hun jaar verstrijkt, dan de huidige dan lijkt
me dat wel wenselijk.
Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Het is altijd vrijblijvend. Je moet niet overstappen.
Je krijgt een vrijblijvend aanbod en als je het interessant vindt stap je over, en als dat
niet het geval is dan blijf je rustig waar je bent, even goede vrienden.
De heer WILLEKENS.- Uiteraard, maar dat aanbod komt via de provincie. Het is ook eens
leuk dat het jaar daarop het nieuwe aanbod dan ook wel via ons komt.
VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord.
De heer CAALS.- Collega’s, ik heb vorige week een voorstel gedaan om dat
deelnameformulier van de groepsaankoop mee bij de belastingbrieven in de enveloppen te
steken. Ik dacht dat dit gisteren was toegezegd. Zo komen twee problemen die we vandaag
nu uitvoering hebben besproken volgens mij grotendeels te vervallen, nl. het administratief
probleem rond de herinnering, want voor de belastingbrieven hebben we wel de juiste
adressen van de mensen, en ook de problemen rond de stilzwijgende verlenging, als we er
zelf voor zorgen dat we altijd de termijn van een jaar halen.
Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- We moeten alleen zorgen dat de timing goed op
mekaar is afgestemd, want nu accordeert dat niet helemaal. De belastingbrieven gaan,
denk ik, in het voorjaar uit en wij hebben onze groepsaankoop in het najaar. Maar goed, we
gaan zien wat we erop kunnen vinden, want het is al een eerste stap in de richting van het
automatiseren.
VOORZITTER.- De heer Vollebergh heeft het woord.
De heer VOLLEBERGH.- Mevrouw de gedeputeerde, mijnheer Van Eetvelt had u een vraag
gesteld over die Gsm’s. Ik ben daar toch wel geïnteresseerd naar. Bij het vorige punt zei u
nog dat de provincieraadsleden moesten besparen door dat er commissies minder waren.
Wij willen daar graag in meegaan, maar we hadden nu toch eens graag vernomen wat de
deputatie gaat doen.
Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Zoals we op de commissie hebben gezegd bestaan die
7.800 EUR niet uit de kostprijs alleen van de toestellen, maar zit daar ook een service en
onderhoudscontract in. Als daar geen problemen mee zijn, gaat dat geld ook niet gebruikt
worden.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
248
De heer VOLLEBERGH.- Welke besparingen voorziet u dan namens de deputatie?
Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Ik communiceer met mijn collega’s via e-messaging
en Wi-Fi. Dat betekent een besparing op de 3G-kosten. Zullen we dat allemaal samen ook
zo doen dan kunnen we nog wat schaal creëren.
Energie:
Communicatie:
VOORZITTER.- De heer Sels heeft het woord.
De heer SELS.- Mijnheer de voorzitter,
Geachte leden van de bestendige deputatie,
Collega’s,
Jarenlang uitten diverse leden van de bestendige deputatie en de provincieraad hun
ongenoegen over de beperkte kennis van de burger aangaande de initiatieven die door dit
huis werden genomen en de vraagtekens die de bevolking plaatst over de rol die de
provincie speelt in onze samenleving. De gezegdes ‘Wat doen die provincies, zijn die nu wel
nodig, waarom moeten wij hiervoor belastingen betalen, en dergelijke meer‘ klinken de
meeste raadsleden zeker niet onbekend in de oren.
Nochtans heeft de vorige deputatie de laatste jaren nogal wat initiatieven genomen om
hier wat aan te doen. Denken we maar aan de diverse publicaties, de uitzendingen van
provant.be op ATV en RTV, rondje provincie in de Gazet van Antwerpen, ja zelfs tot
ondersteuning van fictiereeksen werd overgegaan om dit huis toch maar enigszins te
profileren. Niettegenstaande al deze pogingen van ons bestuur om ons huis beter te
profileren, wees mijn collega raadslid Ronny Cuyt vorig jaar tijdens de
begrotingsbesprekingen op een aantal gebreken in onze communicatie: namelijk het gebrek
aan visibiliteit van onze instellingen. Volgens Ronny was ons logo ook dringend aan wijziging
toe. Tenslotte vroeg hij om het woord provincie in publicaties op te nemen. Zo zou ‘Jan
modaal’ ook weten dat het fotomuseum of Kasteel D’Ursel ook effectief een provinciaal
domein is.
Tot daar echter het verleden!
Wil de provincie haar rol in het bestuurlijk landschap spelen, dan is het hoog tijd voor een
vernieuwde communicatiestrategie. Persoonlijk zie ik vandaag dan ook opportuniteiten. De
interne staatshervorming is een gedroomde gelegenheid om klaar en helder te
communiceren over wat we als provincie doen, wat onze rol is en welke diensten we bieden.
Stellen dat onze provincie een huis met vele kamertjes is, is een open deur in stampen. Ik
ben dan ook bezorgd over het gegeven dat er vandaag in dit huis veel aparte logo’s en
huisstijlen gebruikt worden. Duidelijkheid in dit gebruik van logo’s en stijlen is dan ook
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
249
meer dan ooit aan de orde! Ik hoop dan ook dat de bevoegde gedeputeerde hier voor een
zichtbare en herkenbare verandering kan zorgen.
Tenslotte zou ik obligaat hier even willen stilstaan bij de besparingswind die doorheen
deze mooie assemblee waait. Wees gerust, mijn voorstel gaat niet over het al dan niet
lineair opleggen van welk percentage dan ook. Maar als kleine ervaringsdeskundige in deze
vergadering kijk ik vooruit naar de mogelijke besparingen die kunnen gerealiseerd worden
op het vlak van de portkosten. We leven ondertussen immers al in 2013. Daar waar men op
niveau van de stad Antwerpen en haar rand al jaren discussieert over mogelijke oplossingen
voor de aansluiting van de E313 op de ring, al dan niet voorzien met bretellen, tunnels of
lange wappers, stel ik voor dat wij het voorbeeld van de mooie Kempen volgen en dringend
via een fly-over de digitale snelweg inslaan. Niettegenstaande ik voorstander ben van de
slow-provincie, is hier enige acceleratie toch op zijn plaats.
VOORZITTER.- De heer Willekens heeft het woord.
De heer WILLEKENS.- Voorzitter,
Collega’s,
Deze nieuwe bestuursmeerderheid heeft de intentie om besparingen door te voeren. Goed
nieuws, maar groot was onze verbazing dan ook over het budget dat wordt voorzien voor
een nieuw provinciaal logo en de hieraan gerelateerde imagocampagne. Dit prestigeproject
zal de belastingbetaler niet minder dan 1,6 miljoen EUR gaan kosten. Tel daar nog een
300.000 EUR bij voor de aanpassingen aan gebouwen die hiermee gepaard gaan en we
kunnen al gauw spreken van een slordige 2 miljoen EUR. Een hoop geld voor een
promocampagne ten behoeve van een afgeslankte instelling. Maar zolang er instellingen en
organen financieel afhankelijk zijn van dit bestuursniveau kan ik u verzekeren dat slechts
een frictie van dit bedrag voor vele beleidsdomeinen een wereld van verschil zou kunnen
maken.
Ik geef u een paar voorbeeldjes.
Het Gouverneur Kinsbergen Centrum moet nu al putten uit reserves waardoor het
voortbestaan van de afdeling diagnostiek voor jongeren en jong volwassenen in de toekomst
erg in het gedrang komt.
Toerisme provincie Antwerpen diende bv. al een gebouw te verkopen om haar budget
enigszins in evenwicht te krijgen.
U ziet het, het gaat hier eigenlijk allemaal om het maken van keuzes en het stellen van
prioriteiten. Enerzijds wilt u besparen, maar anderzijds maakt u geld vrij voor een
peperdure imagocampagne waar in werkelijkheid niemand echt beter van wordt. Want geef
nu toe, gaat de zon in onze provinciale domeinen plots harder schijnen als er een nieuw logo
van de provincie aan de poort hangt. Gaan onze leghennen in onze pluimveehouderij
misschien meer eieren leggen omdat er een nieuw logo van de provincie van voor aan de
ingang prijkt.
Collega’s, we zijn ons ervan bewust dat deze imagocampagne nog een uitloper is van het ego
van de vorige bewindsploeg. Daarom vragen wij deze bestuursmeerderheid om dit project
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
250
en de financiële impact ervan nog eens grondig te willen herbekijken en dus tijdelijk on
hold te zetten. Het zou ons immers erg verbazen mocht deze nieuwe meerderheid en deze
nieuwe raad vooral gewonnen zijn voor een uitbreiding van het provinciale imago, en
provinciale ego eigenlijk. Een prima opportuniteit dus om een mogelijks ernstige besparing
door te voeren.
Ik dank u.
VOORZITTER.- Mevrouw Verhaert heeft het woord.
Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Dank u wel voor de twee tussenkomsten.
Het eerste wat ik heb onthouden uit de tussenkomst van collega Sels is de veelheid in
logovoering en soms het gebrek aan logovoering. Dat is inderdaad een oud zeer. Collega
Cuyt heeft daar inderdaad vorige legislatuur al herhaaldelijk de vinger op de wonde
geplaatst. Ik denk dat we daarom nu strak en goed werk moeten maken van het volgen van
de zogenaamde merkenarchitectuur. Een duur woord om te zeggen: we gaan voortaan heel
goed met mekaar afspreken wie, waar en voor welke activiteiten een logo voert en op welke
manier, zodat we daar een klaarheid in krijgen en dat het heel duidelijk is dat we bv. met
kasteel d’Ursel, dat heel erg mooi is, niemand twijfelt daaraan, als provincie allemaal wat
mee te maken hebben. Dat mag ook kenbaar zijn. Daar hebben dus die merkenarchitectuur
voor ontwikkeld. Wij gaan dat nu de komende tijd uitrollen.
Ik onderschrijf ook uw pleidooi voor meer digitale communicatie. De nieuwe raadsleden
hier gaan dat nog niet weten, maar we hebben in de vorige legislatuur inderdaad wel eens
een discussie gehad over wat het allemaal kost om al onze informatie met postzegels bij de
mensen te bezorgen. Dat is nogal wat. We hebben al een eerste oefening gedaan. We
proberen onze nieuwjaarsverzendingen bv. wat te centraliseren, wat te verminderen ook.
Daar gaan we proberen om één publicatie te maken, centraal en dat zou een groot aantal
decentrale publicaties, die vandaag nog op papier worden gevoerd, komen te vervangen. Als
je daar bovenop als decentrale dienst nog iets wil communiceren, kan dat natuurlijk te allen
tijde, maar daar zijn dan bv. de digitale nieuwsbrieven voor voorhanden. Dat onderschrijf
ik met Custo.
Mijnheer Willekens, u vindt dat er teveel geld gaat aan wat u gemakshalve de
imagocampagne noemt. Het is natuurlijk wel wat meer dan dat. Als je heel het
communicatiebudget bekijkt kost dat geld, maar wij hebben ook wel een
informatieopdracht. En wat is imago? Wij hebben de afgelopen jaren heel erg hard
gewerkt, bv. aan een zomerprogrammatie. Die heette Terra Nova. Wij noemden dat al
gekscherend het kleine broertje van de Zomer van Antwerpen. Dat waren vaak
laagdrempelige, kleinschalige initiatieven, goedkoop of gratis voor het brede publiek op wat
minder bekende locaties in de provincie Antwerpen, vaak op provinciale domeinen, niet
altijd. Ook dat zou je als een imagocampagne kunnen beschouwen zoals u het definieert,
maar ik zie dat wel anders. Ik denk dat dit manier is om onze inwoners, de
belastingbetalers, duidelijk te maken dat er een vrije tijdsaanbod is waar je graag kan op
inspelen. Ik denk dat wij dat moeten doen. En dan het verhaal van de website, dat kent u.
Dat kost geld om dat gebruiksvriendelijk te maken, niet alleen voor de gebruiker, maar ook
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
251
voor de achterzijde, de mensen die het moeten opbouwen. Ja, inderdaad, als wij een logo
ontwikkelen moet dat ook uitgedragen worden, want anders heeft geen man er wat aan. Ik
denk dat het een veel genuanceerder beeld is dan u komt te schetsen.
Daar wil ik het bij deze graag bij laten.
VOORZITTER.- De heer Zander heeft het woord.
De heer ZANDER.- Excuseer, van dat logo ga ik een verhaal vertellen, want de meesten
kennen dat hier niet.
Ik weet niet exact hoeveel jaren geleden, maar het is geen decennia geleden, werd hier
een nieuw logo ontworpen door de provincie waar enorm veel geld werd voor gegeven. En
dan was het nog een gestolen logo. Die ontwerper heeft daar goed zijn kost aan verdiend.
Hij heeft gewoon het logo overgenomen van de Aachener Versicherung en die A rood en wit
ingekleurd.
Nu, na ongeveer tien jaar geraakt dat logo van de provincie eindelijk bekend bij de
bevolking. Eindelijk, want er is heel veel publiciteit rond gemaakt. En nu besluit deze
provincie een nieuw logo in te voeren waar het maken van het ontwerp alleen, als ik mij niet
vergis, 130.000 EUR kost.
Maar, u moet verder kijken. Al de tassen die wij hebben, al het materiaal dat wij hebben,
alle spandoeken die er zijn, alle afdelingen die hun eigen dingen hebben, dat kunnen wij
allemaal overboord gooien, want dat moet allemaal vernieuwd worden.
Dat is nu eens een post waar dat je enorm veel geld kan op besparen. Dat is een post die
totaal niet nodig is. Ik spreek over het nieuwe logo. Laat het oude bestaan en hou op met
die geldverkwisting, want dat is pure geldverkwisting. Dan kunt u nog zo mooi praten als u
wil, het is een schande.
VOORZITTER.- De heer Geudens heeft het woord.
De heer GEUDENS.- Mijnheer Zander, ik weet wel hoe het gegaan is.
Het logo waar we nu over spreken is ongeveer 10 jaar oud. Dat op zich was een relatief
goedkope upgrading van een logo dat zeker 10 jaar ouder was. Dus we spreken over
minstens 20 jaar geleden.
Diegenen die daar een beetje mee vertrouwd zijn, met het imago van ondernemingen en
overheden, weten dat om de zoveel jaar je het moet actualiseren. Ik was betrokken in de
discussie over de upgrading van het huidige logo. Ik vond het niet allemaal geslaagd. Maar
ik denk dat de oefening die nu gebeurt echt wel nodig is en ik kijk er met heel veel
belangstelling naar uit.
VOORZITTER.- Mevrouw Michielsen heeft het woord.
Mevrouw MICHIELSEN.- Ik zou wel even willen zeggen dat de beste logo’s ter wereld al
iets ouder zijn dan 10 jaar, bv. Coca-Cola. Ik denk als je daar iets zou aan veranderen de
hele wereld op zijn kop zou staan.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
252
Wat mijn bekommernis een beetje is in deze zaak, ik zit nu al 12 jaar in deze raad, is dat
het een discussie is die ik om de zoveel tijd hoor voeren door collega’s van mij dat de
communicatie vanuit de provincie niet echt rechtlijnig gebeurt en dat er teveel variatie
was tussen alle verschillende diensten die afhangen van de provincie. Ik hoop vooral dat,
eender wat er nu gaat beslist worden, die fouten die ik al 12 jaar elke dag opnieuw zie
gebeuren, dat die in de toekomst gaan vermeden worden en dat er echt wel eens gegaan
wordt voor een duidelijkheid in de communicatie.
Ik heb nu trouwens wat documentatie bij over De Warande. Iedereen die de kranten leest
merkt ook dat je ten eerste ziet staan dat De Warande is open gegaan, ten tweede dat die
architectuur mooi is en het grote nieuwe logo dat De Warande nu gebruikt, maar dat je
moet gaan zoeken naar het kleine logootje dat er ergens god verloren in een hoek beneden
staat of zelfs in een boek van 31 pagina’s ergens god verloren achteraan staat. Ik hoop
gewoon dat dit in de toekomst niet meer gebeurt.
VOORZITTER.- De heer Vandendriessche heeft het woord.
De heer VANDENDRIESSCHE.- Dank u wel, voorzitter.
Ik moet mij aansluiten bij mevrouw Michielsen. Dat zijn de basics van
bedrijfscommunicatie. De discussie gaat er niet over het logo, het gaat over de toepassing
op alle niveaus. Ik was blij dat mevrouw Verhaert daarover in haar toelichting vorige week
donderdag op wees dat men alle diensten moet wijzen op de toepassing van het logo en alle
beelden van de provincie.
Ik vraag dan ook ten eerste:
Welke garantie biedt u ons nu dat dit al met de huidige beelden nog kan gebeuren, dat men
nu vanaf vandaag consequent alles toepast, alle regels van bedrijfscommunicatie en dat
men daar eens cursussen over volgt. Ik weet niet wat men daarvoor moet doen in dit huis.
Ten tweede, dat met die nieuwe merkenarchitectuur dat ook consequent wordt toegepast.
Ik moet daar jammer genoeg nog een voetnoot aan toevoegen. Het uithangbord van dit
orgaan, nl. de gouverneur, het gezicht van de provincie, hier slides komt tonen van een
beginnend studentje, in andere kleuren, zonder enig logo van de provincie. Ik wil de
deputatie daar ook op wijzen dat men daar de diensten van de gouverneur ook attent op
maakt dat tenminste zij toch in haar presentaties, ook buitenhuis, het logo van de provincie
in haar presentaties gebruikt.
VOORZITTER.- De heer Willekens heeft het woord.
De heer WILLEKENS.- Nu wordt de discussie hier terug een beetje herleid over het feit
hoe groot het ego van de provincie is, want ‘ons logootje stond daar maar zo klein op
achteraan’. De essentie moet toch zijn: is het cultuuraanbod in De Warande minder goed
als dat logo daar groter opstond, of zijn er meer bezoekers als het logo van de provincie
daar groter op staat vanachter? Dat mag toch niet de essentie zijn.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
253
VOORZITTER.- Mevrouw Verhaert heeft het woord.
Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Ik ga daar heel kort op antwoorden.
Wat is essentieel? Als De Warande vandaag niet van de provincie was, dan was het
culturele aanbod er niet zoals het vandaag was. Punt, andere lijn. Ik denk dat de
bestuurders van de stad Turnhout van schrik uit hun bed bibberen bij het idee alleen dat
ze terug De Warande zouden moeten dragen. Ik denk dat iedereen daar heel blij om moet
zijn dat we die beslissing hebben genomen. Maar ik geef mevrouw Michielsen en mijnheer
Vandendriessche wel gelijk, dat mag dan ook geweten zijn. Dat is geen schande. Daarvoor
worden de belastingeuro’s onder andere gebruikt. Ook dat was hier een vraag in deze raad.
Laten we duidelijk communiceren waarvoor de belastingeuro’s betaald worden. Ik vind dat
niet verkeerd. Meer nog, ik vind dat een opdracht. Kunnen we garanties bieden, mijnheer
Vandendriessche? Ik ga mijn uiterste best doen om die merkenarchitectuur heel secuur te
laten volgen. U moet mij nog een klein beetje tijd geven. Wij zijn dat nu aan het uitrollen,
maar wij gaan ons uiterste best doen. Een communicatiepolitie wil ik er nu niet echt op
zetten, maar ik denk dat eenieder hier zou moeten overtuigd zijn van het belang om die
communicatie op die manier ook te voeren, dat het voor eenieder duidelijk is wat we doen
met die belastingmiddelen.
ICT:
Uiteenzetting van de heer Bruno PEETERS over groen- en recreatiedomeinen, sport,
toerisme, veiligheid, personeel en organisatieontwikkeling.
VOORZITTER.- De heer Peeters heeft het woord.
Tijdens de toespraak van de gedeputeerde worden enkele begeleidende slides getoond.
De heer PEETERS, gedeputeerde.- Geachte raadsleden,
Ik zal mijn korte uiteenzetting over mijn drie beleidsdomeinen laten begeleiden met enkele
slides, met het logo van de provincie Antwerpen.
Wat betreft het personeel wil ik vooraf toch zeggen dat in de voorbije weken en maanden
vele gesprekken en toelichtingen gehad heb met het personeel van deze instelling, en ik
vind dat het personeel hier heel gemotiveerd is over het algemeen, in sommige gevallen
zelfs gepassioneerd door hetgeen waarmee ze bezig zijn. Ik denk dat we dat moeten
houden in de toekomst. Ik denk dat het ook te maken heeft met allerlei acties en
projecten die door de personeelsdienst in het verleden zijn opgezet om het personeel te
motiveren, om het welbevinden van het personeel te bevorderen. Bovendien denk ik dat wij
de voorbeeldfunctie als werkgever, die wij toch wel hebben als overheidsbestuur, in de
toekomst ook moeten behouden. Als we kijken naar de rechtspositieregeling van ons
personeel dan denk ik dat die vrij goed in mekaar steekt. Dat wij ook in de toekomst het
verschil tussen statutaire en contractuele personeelsleden zo dicht mogelijk bij elkaar
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
254
laten aansluiten wat verlofregeling, pensioen, en dergelijke betreft. We moeten dat
absoluut behouden. Wij zijn ook een voorbeeld wat betreft het rekening houden met
anciënniteit. Mensen die hier op latere leeftijd in dienst treden mogen ook in de meeste
gevallen hun anciënniteit meebrengen. Dat zijn allemaal dingen die in de privé allemaal niet
zo evident, maar die toch wel belangrijk zijn, juist om dat welbevinden van het personeel te
bevorderen en ook om goede krachten te kunnen aantrekken. Dat blijft dus in de toekomst
ook heel belangrijk.
Wat betreft veiligheid zijn er vooral twee belangrijke instellingen die wij hebben. De APB
Campus Vesta in Ranst houdt zich bezig met de opleiding van politie, brandweer en
ambulanciers en ook bijscholingen voor andere medische opleidingen voor de privé
bijvoorbeeld. Uniek daar is dat wij proberen die drie opleidingen te laten samenwerken,
wat niet zo evident is. Ik verheel u niet dat het niet altijd simpel is om de samenwerking
met de overheden, die dat ook mee financieren, goed te houden. Wij hebben daar te maken
met federale wetgeving, federale KB’s, financiering vanuit de federale overheid. Maar toch
proberen wij dat daar goed te stroomlijnen. Nieuw in Campus Vesta: wij hopen om in de
toekomst een nieuwe tweede oefenplaat te realiseren voor de chemische brandbestrijding.
Ik denk in een provincie met zoveel chemische bedrijven dat het heel belangrijk is. Op dit
ogenblik moeten heel wat van die bedrijven voor hun brandoefeningen naar het buitenland.
Er zijn in Europa maar drie plaatsen waar dit nu kan. Wij gaan proberen om dat op Campus
Vesta te realiseren. Dat zal normaliter in samenwerking gaan met de privésector. Wij
hopen dan ook dat te kanaliseren tegen betaling om dat break-even te laten draaien in de
toekomst, maar het zal toch wel een flinke investering zijn in de aanvang.
Wat het Provinciaal Veiligheidsinstituut betreft, dat zich bezighoudt met onderwijs en
vorming rond preventie, wil ik vermelden dat wij ook een beetje inspelen op een actueel
thema met de actie “Amai mijn (h)oren”. Dat is bijvoorbeeld een koffer waarmee scholen
kunnen werken om kinderen en jongeren bewust te maken van geluidsoverlast en de gevaren
die dat met zich meebrengt op lange termijn. In 2013 zal er ook nog een uitloper zijn van
de rookmelderscampagne die in de voorbije jaren zeer succesvol was en waar nog wel vraag
naar is vanuit een aantal gemeenten die tot nu toe niet hebben meegedaan. Ook die
rookmelderscampagne ter bevordering van het aanschaffen van rookmelders wordt nog één
jaartje verlengd.
Vrije tijd. De dienst Vrijetijds- en Landschapsbeleving blijft een aantal vzw’s uit de sector
financieel ondersteunen. U vindt daar een kleine opsomming die niet helemaal volledig is. Ze
houdt zich ook bezig met het subsidiëren van belangrijke sportieve manifestaties. Dat zijn
ook budgetten die vastgelegd zijn voor het EK hockey in De Schorre, het EK rolstoelrugby
en het WK gymnastiek. Daarnaast wordt ook nog een nieuwe kliminfrastructuur in
Breendonk gesubsidieerd.
Wat de provinciale groendomeinen betreft wil ik eerst zeggen dat u bij het binnenkomen
een box hebt meegekregen. De Even-wegbox waarin wij die groendomeinen op kleine
vouwkaart allemaal individueel voorstellen. Die wordt nu ook te koop aangeboden op
verschillende plaatsen, o.a. in de provinciale domeinen, om onze inwoners kennis te laten
maken met onze mooie domeinen.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
255
Als reguliere werken, die wordt ook kort in de box voorgesteld, weet u dat we daar heel
wat recreatie voorzien, educatieve activiteiten, dat we heel veel belang hechten aan de
duurzaamheid. Er worden ook evenementen georganiseerd vanuit de provinciale diensten,
maar ook met en door externen. Wij hebben daar ook een aantal culturele activiteiten, en
wij hechten ook veel belang aan het levend erfgoed, bv. in het Arboretum, maar ook in een
aantal groendomeinen wordt veel belang gehecht aan de kweek van inheemse soorten van
planten, bloemen, bomen, en dergelijke.
Ik pik een paar dingen eruit wat nieuwe zaken betreft. In het Rivierenhof is er ingeplant
dat wij daar een aantal instandhoudingswerken doen aan het monument het kasteel
Rivierenhof, dat ook oude infrastructuur wordt afgebroken, sportinfrastructuur. Ook de
verkeerstuin zal worden afgebroken, omdat die ook minder gebruikt wordt en versleten is.
Wij gaan de sportinfrastructuur in het Rivierenhof vernieuwen. Daar is echt nood aan. De
voetbaltribune bijvoorbeeld is echt bouwvallig. In De Averegten gaan wij het geplande
dienstgebouw afwerken. Op dit ogenblik moet het personeel daar in een container zijn
onderdak vinden en wij denken dat dit toch geen situatie is die nog lang kan blijven duren.
Wat het Zilvermeer betreft is men op dit ogenblik bezig een nieuwe attractieve
waterglijbaan te bouwen. Dat is toch wel een investering van een 400.000 EUR. Vanaf dit
jaar zullen ook twee nieuwe vakantiewoningen beschikbaar zijn met 100% toegankelijkheid
voor andersvaliden. Ook nog even terugkomen op Pennenzakkenrock. Dat is nogal
verschillende keren in het nieuws geweest. Wij communiceren nu heel duidelijk dat
Pennenzakkenrock opnieuw zelf door de provincie en zijn personeel wordt georganiseerd.
Er is een heel dispuut geweest met de privépartner die de naam Pennenzakkenrock
onterecht gebruikt heeft voorbije maanden. Er zijn al een aantal scholen die bij hem zijn
ingeschreven, maar wij voorzien toch dat het geleidelijk aan in orde zal komen. Ik heb
begrepen dat de inschrijvingen voor Pennenzakkenrock in het Zilvermeer vrij vlot verlopen
en ik kan alleen maar de hoop uitdrukken dat de privépartner de scholen terugbetaalt die
eigenlijk al bij hem zijn ingeschreven, toch wel min of meer onder valse voorwendsels. De
rechtbank heeft ons wat dat betreft al in een eerste proces gelijk gegeven.
In De Schorre gaan we het congrescentrum De Pitte verder uitbouwen. Daar worden, zoals
u weet, een aantal belangrijke festivals georganiseerd, o.a. Mano Mundo, het
Tomorrowland, en ook het EK hockey.
Wat sport betreft zijn wij gevat zoals dat heet door de interne staatshervorming, nog niet
echt in 2013, maar bereiden we ons daar volop op voor. Wij gaan wel verder met het
subsidiëren van projecten, evenementen en infrastructuur. Ook het Huis van de Sport zal
in 2014 het Huis van de Sport mogen blijven. Dat staat ook in het bestuursakkoord. We
gaan ons nog meer dan vroeger focussen op de G-sport. Dat wordt een belangrijke
uitdaging om gemeenten te ondersteunen en clubs te ondersteunen die met G-sport willen
starten. Daarnaast blijft de inter- en bovengemeentelijke samenwerking via de regio’s
bestaan, maar het kan wel zijn dat in de toekomst de indeling van de regio’s zal wijzigen of
dat er aparte samenwerkingsverbanden zullen gezocht worden overheen de regio’s
naargelang het thema, de sport, enz. Daarnaast gaan wij de werking van het
Jeugdsportfonds moeten heroriënteren om dat ook in de toekomst een aantal subsidies die
door het Jeugdsportfonds werden toegekend door de interne staatshervorming niet meer
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
256
zullen toegekend worden. Wij gaan daar waarschijnlijk iets meer de nadruk leggen op
ondersteuning van de G-sport.
Daarnaast leveren wij een belangrijke bijdrage aan het toerisme in de provincie Antwerpen
via de vzw TPA. Daar zijn een aantal zaken van opgesomd. Ik wil het even beperken tot de
toelichting rond de regiowerking. U ziet daar op het kaartje een aantal witte vlekken. Dat
is de zuidrand van Antwerpen en ook nog de gemeente Zwijndrecht en de gemeente
Stabroek die door Toerisme Vlaanderen niet opgenomen zijn in die regiowerking. Op vraag
van die gemeenten gaan wij toch proberen om daar bv. wat wandelpaden en toeristische
attracties meer in het licht te stellen. Zij voelen zich een beetje vergeten. Het zijn bijna
de enige gemeenten in Vlaanderen die niet voorzien zijn in het plan van Toerisme
Vlaanderen.
Er zijn nog een aantal andere nieuwigheden, o.a. de opmaak van een beeldenbank als
onderdeel van tpaK6. Dat zal een zwaar softwareprogramma worden waarin alle gegevens
rond toerisme zullen verzameld worden van de provincie Antwerpen, in samenwerking met
de stad Antwerpen en de stad Mechelen.
Vrij nieuw is dat we verder de promotie gaan proberen te voeren van de hoeve- en
streekproducten.
Ik dank u voor uw aandacht.
VOORZITTER.- Mevrouw Michielsen heeft het woord.
Mevrouw MICHIELSEN.- Mijnheer de voorzitter,
Collega’s,
Gedeputeerde Peeters, u bent goed begonnen. U bent er in geslaagd om verschillende
stafdiensten in één beleidsdomein Vrije Tijd te verenigen.
Voorheen was het beheer van groen- en recreatiedomeinen in handen van een eerste
gedeputeerde, sport in handen van een tweede gedeputeerde, en toerisme in de handen van
een derde. Deze versnippering gaf aanleiding tot enkele praktische problemen ‘in het veld’.
Neem nu de opening van het zwembad De Nekker, of de plechtige naamgeving van een
nieuwe roos in het Arboretum. Het wie, waar, welk lintje mocht knippen kostte onze chef
protocol ettelijke slapeloze nachten.
Minder versnippering en meer slagkracht in de organisatie. Het pleidooi van mevrouw de
gouverneur voor een bestuurskrachtig(er) Antwerpen is hiermee al meteen bevestigd. Wij
zijn fan. Wij kijken dan ook verwachtingsvol uit naar de synergiën die geschapen worden
door deze obediëntie aan slechts één heer.
Minder versnippering en meer slagkracht in de organisatie, in afwachting van het beleid
geven wij, open vld, constructief als we zijn, graag enkele voorzetten voor zowel groen- en
recreatiedomeinen, sport en toerisme
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
257
Groen- en recreatiedomeinen.
De allereerste commissie Vrije Tijd leverde mij al onmiddellijk een bewijs van de nieuwe
synergie tussen de domeinen en sport, dit naar aanleiding van een vraag die ik stelde. Mijn
vraag luidde: “Hebben wij enig idee van het bezoekersprofiel van onze domeinen?”
Deze vraag had zo ongeveer hetzelfde resultaat op de commissieleden als een druk op de
startknop van een magnetron op de gehaktballetjes in een bord spaghetti bolognese. In het
begin is er stilte, dan wat schroom. Dan wordt er schuchter geantwoord dat dat nogal
moeilijk te meten was. Vervolgens gereserveerd, blijkt dat er een onderzoek lopende is. Al
wat geënthousiasmeerd geeft men mee dat de resultaten zeker interessante conclusies
zou opbrengen. En uiteindelijk zijn de commissieleden amper in te tomen in hun ongeduld
naar de presentatie die één van de komende maanden zal gegeven worden. Of hoe het
motto van APB Sport “Iedereen aan het bewegen krijgen” al meteen in de praktijk werd
omgezet.
Op de concrete resultaten is het nog wachten, maar toch werd mijn vraag al voor een niet
onbelangrijk deel beantwoord met, voor mij, nieuwe informatie.
Collega’s, wist u ook dat de perimeter waarbinnen een domein zijn bezoekers aantrekt 20
km. is? Als we dit gegeven niet alleen bekijken voor de domeinen, maar toepassen –
extrapoleren – naar onze ganse bovenlokale infrastructuur, sportterreinen, musea en
theaters, dan kan dit gegeven een belangrijke indicator zijn om prioriteiten te stellen om
noodzakelijke keuzes te maken aangaande ons patrimonium. Ik kijk dan ook reikhalzend uit
naar de resultaten van het onderzoek.
Sport.
Open vld heeft over het algemeen niet de neiging om aan doelgroepenbeleid te doen.
Aangaande bovenlokaal sportbeleid liggen de kaarten iets anders. Immers, als je als doel
stelt “iedereen aan het bewegen krijgen”, dan zal je naast laagdrempeligheid, ook actief
moeten inzetten op het in beweging krijgen van bepaalde mensen enerzijds, en op bepaalde
niet zo sterke sporten anderzijds.
Ik verklaar me nader. Wij, het provinciaal sportbeleid, staan onder meer sterk op het vlak
van gehandicaptensport, G-sport genaamd, op het vlak van bovenlokaal jeugdsport, en met
de topsportgymhal bereiken we in de eerste plaats de vrouwelijke sporter.
Met de ondersteuning aan de World Outgames geven we een sterk signaal dat ook in sport
holebi zijn niet veroordeeld wordt. Ik zie het al zo voor me: Antwerpen, San Francisco aan
de stroom, met de wapperende regenboogvlaggen aan de gevels van alle openbare
gebouwen.
Collega’s, het APB Sport reilt en zeilt met brio, maar er hangen donkere wolken en er
belooft een flinke storm aan te komen. In de voorlopige plannen van de interne
staatshervorming zullen er slechts enkele taken sneuvelen, waarvoor driewerf hoera, maar
er zal onevenredig zwaar gesnoeid worden in de budgetten. Er is met andere woorden dan
wel geen structurele afbouw van provinciaal sportbeleid, maar de drastische besparing
waarvan sprake bovenop de 3, 5 en 8 percent interne besparing, zorgt voor een feitelijke
amputatie van grote delen van ons sportbeleid.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
258
Vandaar een oproep aan alle collega’s, aan alle beleidsmakers om via participatie, via
overleg, tot goede afspraken te komen.
En tot slot voor wat sport betreft, collega Peeters, op onze steun kan u rekenen als u toch,
net zoals open vld in de vorige legislatuur, een goed voorstel zou hebben voor wat betreft
een goed terrein voor motorcross.
Toerisme.
Het sportbeleid zet in op beweging.
Mevrouw de gouverneur denkt in termen van beweging.
De voorzitter van de commissie Vrije Tijd doet aan beweging.
Het voorstel om elke commissievergadering op een andere locatie te doen, kan mijn
sympathie wegdragen. Het voorstel om de commissie Vrije Tijd verder te zetten in de
schoot van een andere commissie al wat minder.
Collega’s, toerisme is een belangrijke economische motor die niet alleen veel mensen doet
ontsnappen uit een bij wijlen hectische wereld, maar is vooral een bron van inkomsten voor
veel inwoners van onze provincie. Toerisme is één van de weinige arbeidsintensieve
sectoren zowel naar omzet, werkgelegenheid, inkomensbron en maatschappelijk welzijn, en
heeft een enorm groeipotentieel door de stijging aan vrije tijd en door het toenemend
aantal senioren. Toerisme bindt als geen ander beleidsdomein onze inwoners aan hun
provincie, haar regio’s, dankzij het fiets-, wandel- en ruiterknooppuntennetwerk en onze
streekproducten.
Voor de provincie is dan ook de belangrijke kerntaak weggelegd om letterlijk en figuurlijk
bruggen te bouwen tussen overheid en privé, tussen inwoners en toeristen, tussen groen-
en recreatiedomeinen en sport.
Collega’s, indien ik u niet heb kunnen overtuigen van het belang van en aan Vrije Tijd dan
zou ik graag nog een laatste noot willen toevoegen aan mijn pleidooi. Voor kerst kreeg ik
een boek getiteld “Wielemie, sporten voor het leven”. Een boek over het leven van Marieke
Vervoort, een grote madam in vele betekenissen van het woord. Het betekent voor haar,
maar ook voor ontelbaar vele anderen, ontzettend veel om letterlijk en figuurlijk grenzen
te verleggen. Het is aan ons om dat ook mogelijk te maken.
Groen- en recreatiedomeinen:
VOORZITTER.- Mevrouw Muyshondt heeft het woord.
Mevrouw MUYSHONDT.- Geachte voorzitter,
Mevrouw en heren gedeputeerden,
Collega’s,
Mijn tussenkomst gaat over de toegankelijkheid ten opzichte van het historisch erfgoed.
We hebben net al een prachtige pocket gekregen van al onze domeinen, waarvoor dank. Het
ziet er mooi uit. Maar daarin zal je ook zien dat het provinciebestuur de voorbije jaren
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
259
enkele kastelen van verval gered heeft. Ik raad de nieuwe raadsleden aan de prachtige
domeinen met kastelen zoals het Sterckxhof in Deurne, het Vrieselhof in Ranst, kasteel
d’Ursel in Hingene, Pulhof in Wijnegem en het Hallehof in Zoersel zeker eens te bezoeken.
De domeinen errond zijn stuk voor stuk parels. De kastelen kregen een boeiende
herbestemming met respect en glorie van weleer.
Maar hiervoor moesten vaak hinderissen worden genomen en overleg gepleegd met
overheidsdiensten zoals monumenten en erfgoed.
Dat monumenten niet helemaal los kunnen gezien worden van andere beleidsdomeinen zoals
infrastructuur, ruimtelijke ordening, milieu en natuur … daar zijn we van overtuigd.
Hierover wil ik toch twee vragen richten tot de deputatie.
In de gemeente Ranst, deelgemeente Oelegem, heeft het domein Vrieselhof een
bijzondere plaats. Prachtig, mooie wandelpaden, fietsverbindingen naar de historische anti-
tankgracht en een educatief centrum. In het kasteel is onze provinciaal
bibliotheekcentrum gevestigd waar heel wat vorming gegeven wordt voor het
bibliotheekpersoneel van de gemeenten in de provincie.
De gemeente Ranst mag dit kasteel gebruiken om huwelijken te voltrekken en ook de
maandelijkse gemeenteraad wordt hier gehouden.
Mijn eerste vraag; kan er nu met de nieuwe ledverlichting niet enkele paaltjes op de laan
naar het kasteel geplaatst worden met sensoren, zodat er indien nodig licht is, het veiliger
is en toch de habitat van dieren en insecten niet verstoord wordt.
Mijn tweede vraag. In al onze kastelen die wij gered hebben van verval weet ik dat er
liften geplaatst zijn binnenin, waarschijnlijk ook met het nodige overleg.
Maar liften worden er overal binnen geplaatst, kan er dan aan de achterkant van het
kasteel toch geen buitenliftsysteem geplaatst worden zodat het kasteel toegankelijk
wordt voor mensen met een handicap of kinderwagen. Dit zou een echt pluspunt zijn.
Willen jullie met de bevoegde diensten dit toch nog eens bekijken?
Dank u wel.
VOORZITTER.- De heer Vollebergh heeft het woord.
De heer VOLLEBERGH.- Voorzitter,
Collega’s,
Al meer dan tien jaar doen zich tijdens warme lente- en zomerdagen in verschillende
provinciale recreatiecentra regelmatig ernstige incidenten voor. Diegenen die al langer in
deze raad zitten weten dat het Vlaams Belang altijd al heeft gepleit voor een kordate
aanpak van deze recreatieterreur. Centra die de voorbije jaren investeerden in extra
veiligheidsmaatregelen, zoals bijvoorbeeld De Nekker in Mechelen, plukken daar vandaag
overigens de vruchten van.
Een pijnpunt blijft evenwel dat reltoeristen die worden geweerd uit een domein zoals De
Nekker niet automatisch kunnen geweigerd worden in andere gezinsparken. Daarvoor is
namelijk een gemeenschappelijke databank met gegevens van amokmakers nodig. De
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
260
bestaande wetgeving laat het opstellen van zo’n zwarte lijst – zoals die eertijds werd
ingevoerd voor voetbalhooligans – echter niet toe.
Het oprichten van een dergelijke gemeenschappelijke databank werd nochtans al
verschillende keren in het vooruitzicht gesteld. Zo bijvoorbeeld werd – alweer na ernstige
incidenten – in mei 2011 door toenmalig minister van binnenlandse zaken Annemie
Turtelboom, open vld, een wetsontwerp in die zin in het vooruitzicht gesteld.
Een jaar later, in mei 2012, bleek er ter zake evenwel nog niets te zijn gebeurd. Dat was
trouwens de reden waarom onze fractie in diezelfde maand in deze raad een motie ter
stemming voorlegde waarin de federale overheid tot actie werd opgeroepen. Die motie
overleefde toen de stemming niet omdat de toenmalige gedeputeerde er alle vertrouwen in
had dat een en ander alsnog in orde zou komen.
Gedeputeerde Röttger stelde bij die gelegenheid dat tijdens een nieuw overleg met
minister Milquet was vooropgesteld dat er een gemeenschappelijke databank zou komen die
toegankelijk zou zijn voor alle recreatiedomeinen. Hij voegde er nog aan toe ter zake even
ongeduldig te zijn als mijn toenmalige collega Dirk De Smedt, maar het niet zinvol te vinden
om kort na het overleg een dergelijke motie te steunen. Toenmalig gedeputeerde Wellens
sloot zich hierbij aan en stelde een dergelijke motie niet nuttig te vinden ‘nu men er volop
mee bezig was’. Het staat zo in de notulen.
Ondertussen zijn we 5 februari, alweer bijna een jaar verder, en staan we, afhankelijk van
het weer natuurlijk, drie maanden voor het begin van een nieuw recreatieseizoen zonder
dat er ook maar iets is veranderd, zonder dat men er zelfs nog mee bezig is.
Uit het antwoord van minister Milquet op een vraag van Vlaams Belang kamerlid Peter
Logghe in december 2012, blijkt immers dat er momenteel enkel sprake is van een
zogenaamde ‘toolbox’ van preventieve veiligheidsmaatregelen die onder de
belanghebbenden zal worden verspreid en een nieuw wetsontwerp met daarin enkele andere
initiatieven. Zo is er onder meer sprake over een regeling waardoor elke gemeente zijn
eigen gegevensbank kan opstarten. Enig initiatief in verband met de oprichting van een
gemeenschappelijke databank is echter met geen vergrootglas te bespeuren.
Voorzitter,
Collega’s,
Het lijkt ons ondertussen meer dan tijd dat de provincie Antwerpen, zelf verantwoordelijk
voor verschillende recreatiedomeinen, eindelijk zelf een initiatief neemt en de regering
aanport om eindelijk werk te maken van de maatregel die:
- meermaals in het vooruitzicht werd gesteld;
- door de recreatiecentra al jaren wordt gevraagd;
- zijn nut en efficiëntie in de strijd tegen het voetbalhooliganisme heeft bewezen.
Tijd voor actie dus, graag voor het nieuwe recreatieseizoen begint. Liefst voor er nieuwe
incidenten plaatsvinden. Kortom: liever vandaag dan morgen.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
261
VOORZITTER.- De heer Peeters heeft het woord.
De heer PEETERS, gedeputeerde.- Mevrouw Michielsen, ik moet u bedanken voor het
enthousiasme waarmee u over het departement Vrije Tijd heeft gesproken. Ik zal uw
incentives graag meenemen. Ik ben mij absoluut bewust van het feit dat de interne
staatshervorming voor het domein Sport toch wel heel wat gevolgen zou kunnen hebben,
maar ik kan voorlopig alleen maar zeggen dat wij de verevening zullen moeten afwachten om
te zien wat de budgettaire impact daarvan is en wat wij nog verder met de middelen voor
sport zullen kunnen doen. Ik ga dat uiteraard van nabij volgen.
Wij hebben eigenlijk ook min of meer de opdracht gekregen - ik kan dat nu al zeggen, want
ik denk dat er ook nog een vraag zal over komen – van het kabinet van minister Muyters om
op zoek te gaan naar een motorcrossterrein in onze provincie. Wij doen er alles aan, in
samenwerking met collega Lemmens, om die zoektocht verder te zetten, maar wij hebben
op dit ogenblik absoluut geen garantie dat wij een geschikt motorcrossterrein gaan vinden.
Wat de vraag betreft van mevrouw Muyshondt, is het zo dat de problematiek van de
verlichting in het Vrieselhof en ook de eventuele buitenlift een probleem is van
bouwvergunning. Het domein is vergunningsplichtig omdat het staat in de vaste inventaris
van onroerend erfgoed. Wij kennen de problematiek en we gaan proberen om dat in de
toekomst in orde te krijgen door een PRUP op te stellen voor het Vrieselhof. Dat zou ons
moeten toelaten in de toekomst, na een milieuonderzoek, vergunningen te kunnen bekomen
voor een verlichting. Allicht zal die niet definitief of niet vast kunnen staan. Dat zal voor
tijdelijke activiteiten wel kunnen gebruikt worden, en ook voor een hellend vlak achteraan
het gebouw, want een buitenlift is, wat de esthetiek betreft, geen ideale oplossing. Ik heb
zelf in mijn gemeente een gebouw, het Hofke van Chantraine in Oud-Turnhout, waar we
met hetzelfde probleem te maken hebben. Wij slagen er ook niet om voor een buitenlift
een vergunning te krijgen. Wij zullen dus waarschijnlijk naar een andere oplossing moeten
zoeken, maar waarschijnlijk is het probleem op te lossen met helling achteraan en dan een
binnenlift.
Wat de vraag betreft van mijnheer Vollebergh over de veiligheid van onze domeinen is het
zo dat er inderdaad in het verleden nogal wat problemen waren, meer bepaald in De Nekker
in Mechelen. Wij mogen inderdaad met de huidige wetgeving zelf geen lijst bijhouden van
herrieschoppers die echt op zoek gaan naar herrie in een domein. Ik heb begrepen van de
directie van De Nekker dat het probleem al enkele jaren volledig onder controle is en dat
men zelfs beducht is voor “voorhoedes” die gestuurd worden vanuit Brussel om te kijken of
er in het nieuwe seizoen opnieuw de mogelijkheid is om daar herrie te schoppen. Maar men
heeft dat daar volledig onder controle. Men komt daar ook niet meer binnen zonder zijn
identiteitskaart te laten zien. Ook mijn echtgenote kan daar bijv. niet binnen zonder haar
identiteitskaart, om maar iets te zeggen.
Ik stel toch voor dat wij van nabij volgen wat er op federaal vlak desbetreffend gebeurt,
maar ik denk dat op dit ogenblik het probleem in de domeinen niet zo acuut is dat wij echt
tot actie moeten overgaan. Maar wij gaan wat er gebeurt op federaal vlak rond deze
problematiek van nabij volgen. Als het zo is dat er opnieuw problemen komen en dat wij de
noodzaak inzien dat wij ook vanuit onze kant de federale regering moeten aanporren om
actie te ondernemen zullen wij dat niet nalaten.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
262
VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord.
De heer CAALS.- Mijnheer de gedeputeerde, u krijgt natuurlijk van ons alle kans om te
leren en te groeien. Vandaar dat wij u nog een aantal extra vragen zullen stellen omwille
van een aantal zaken die we gemist hebben in uw betoog, of een aantal zaken waarvan we
zwaar verbaasd door zijn geworden in uw betoog.
Het eerste gaat over de vakantiewoningen. Ik had het vorige week al over
vakantiewoningen in het Zilvermeer, de toegankelijke vakantiewoningen die al gebouwd zijn
en die terug ingeschreven zijn in budget. U pakt er nu terug mee uit in uw slides. Een
eenvoudige vraag: u bent er toch mee akkoord dat die toch ook kunnen geschrapt worden
uit het budget omdat die al gebouwd zijn vorig jaar.
Een tweede vraag gaat over het verkeerspark Rivierenhof waar wij zeer verbaasd over
zijn. Een instituut dat 43 jaar bestaat, ik heb er zelf nog geleerd hoe mij in het verkeer te
gedragen, ik vermoed ook een heel aantal collega’s hier in de zaal. Ik denk dat we
ondertussen al met meer dan 100.000 mensen zijn die daar hebben leren fietsen en alle
verkeersborden hebben leren kennen. Mijn vraag is: hebt u al contact opgenomen met de
lokale politie van Antwerpen, want zij zijn toch een belangrijke partner in dit verhaal. Is de
beslissing om het verkeerspark weg te halen in het Rivierenhof definitief? Zo ja, hebt u al
een herbestemming? Is er al een nieuwe plek voor het verkeerspark, gezien in de voorbije
legislatuur nog maar eens is bevestigd dat ook het verkeerspark in Mechelen kon blijven.
Er is toen heel wat herrie rond ontstaan. Ik denk dat het niet overbodig is om twee
verkeersparken te hebben in deze provincie.
Een derde zaak: ik heb u eigenlijk niets horen vertellen over de bouw van een provinciale
gymhal in Kapellen. Daar is nogal wat beroering rond ontstaan vorige legislatuur. De vraag
is: blijft deze investering gehandhaafd of zit er al bij voorbaat een in uw
besparingsoefening van mei van dit jaar.
Een vierde vraag. Ik heb in de begroting gelezen dat er een investering komt in een
motorcrossterrein op havengebied. Ik heb dat gelezen in de dikke boeken die ons zijn
bezorgd. U zegt nu dat de bestemming nog niet zeker is, dat u nog aan het zoeken bent.
Wij zouden dat een prachtig initiatief vinden om dat in havengebied te organiseren. Wat is
de stand van zaken? U kan in ons zeker een voorstander vinden.
Ik dank u.
VOORZITTER.- De heer Marcipont heeft het woord.
De heer MARCIPONT.- Regelmatig worden er op onze recreatiedomeinen allerhande
activiteiten georganiseerd, zoals festivals en dergelijke, u hebt dat daarnet ook
aangehaald, die soms enkele tienduizenden mensen op de been brengen. Het
Pukkelpopdrama van 2 jaar geleden bracht echter pijnlijk aan het licht welke impact de
Gsm’s tegenwoordig hebben op ons dagelijks leven. Na het drama was er geen GSM-verkeer
meer mogelijk wegens overbelasting.
Helaas heeft men echter nog steeds geen lessen getrokken uit dat voorval. Als regelmatig
festivalganger stel ik ook vast dat de capaciteit van de masten vaak zelfs nog niet
toereikend is voor het gewone GSM-verkeer, laat staan in een voorval dat bijkomend GSM-
verkeer met zich meebrengt. Vandaar mijn vraag.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
263
Welke initiatieven wil of kan de provincie nemen om op dat vlak de zaken te verbeteren.
VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord.
De heer MERCKX.- Ik had toch verwacht van gedeputeerde Bruno Peeters dat hij zich wat
zou distantiëren van dat simplistische, louter repressieve discours, een aanpak die louter
repressief is van het probleem van inderdaad storend gedrag en relschopperij op
recreatiedomeinen, dat ook voor ons onaanvaardbaar is. Laat dat duidelijk zijn. Ik denk dat
het toch nodig is van te beklemtonen dat het belangrijkste om dat te voorkomen, de
ontsporing van jongeren in het algemeen, is om hun in het algemeen uitzicht te geven op
een toekomst met een job, met inkomen en vooral met respect. Wat dat respect betreft
betreur ik toch ook dat u formules in de mond neemt zoals “voorhoedes uit Brussel”. Dat
gaat toch in de richting van het stigmatiseren van een hele groep en een hele regio.
VOORZITTER.- De heer Peeters heeft het woord.
De heer PEETERS, gedeputeerde.- Ik zal van achter naar voor beginnen.
Mijnheer Merckx, wat ik heb beschreven is gewoon de realiteit. Excuseer mij, maar dat
zijn de dingen die gewoon gebeuren en die ook vastgesteld worden door de politie. Wij
weten van waar de problemen komen en ik kan dat alleen maar samen met velen vaststellen.
Wat het GSM-verkeer betreft, dat is voor mij iets wat ik niet weet. Ik zal contact
opnemen met de mensen van o.a. De Schorre om te horen wat daar eventueel door ons kan
aan gedaan worden. Dit is voor mij echt nieuw, ik kan daar verder geen zinnig antwoord op
geven.
Wat de motorcross betreft in de haven, mijnheer Caals, gaan wij proberen om dat op te
lossen, maar wij hebben absoluut op dit ogenblik geen garantie dat het gaat lukken. Dat zal
in samenwerking moeten gebeuren met de stad Antwerpen, maar wij gaan er alles aan doen
om dat toch te realiseren en dat te vinden, al is het voor een beperkte concessie voor 10
jaar of zo. Ik heb op dit ogenblik absoluut geen zicht of dat het zal lukken. Dat zal ook
samen met collega Luk Lemmens bekeken worden.
Betreffende de bouw van de gymhal in Kapellen hebben wij voorlopig besloten in de
deputatie om dat project on hold te zetten in het kader van de besparingen die wij zullen
moeten doen. Wij hebben afgesproken dat wij alle investeringsprojecten die op één of
andere manier in de lift zitten allemaal individueel gaan bekijken om te zien welke wij
kunnen behouden en welke wij niet behouden. Voorlopig is er geen beslissing om die gymhal
te bouwen.
Dan had u nog een vraag over de vakantiewoningen in het Zilvermeer. Die zijn inderdaad
gebouwd. Als dat nog in het budget staat zullen wij dat daar moeten schrappen. Dat klopt.
Maar ik heb gemerkt dat er hier en daar in het budget nog andere kleine foutjes staan. Ik
heb alleen maar willen zeggen dat die voor het eerst in dit jaar zullen gebruikt kunnen
worden.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
264
VOORZITTER.- Mevrouw Avontroodt heeft het woord.
Mevrouw AVONTROODT.- Dank u wel, voorzitter.
Ik wou alleen inhaken op het verhaal van de Gsm’s en de bereikbaarheid. Er is vorige
legislatuur federaal een masterplan uitgewerkt voor exact die crisisinterventies, voor dat
noodinterventieplan op het niveau van alle evenementen, met de operatoren. Dus ik ben
ervan overtuigd dat ook de provincie hierin deelgenomen heeft en dat het eigenlijk rond is,
of zou moeten zijn alleszins. Ik zou dus aan de gedeputeerde willen suggereren van met
Binnenlandse Zaken contact te nemen, want dat masterplan is er en dat is reeds
goedgekeurd.
VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord.
De heer CAALS.- Voorzitter, ik dank de gedeputeerde voor zijn antwoorden. Maar ik vraag
hem toch de impact van het mogelijks verdwijnen van het verkeerspark in het Rivierenhof
niet te onderschatten.
De heer PEETERS, gedeputeerde.- Ik had begrepen dat de intensiteit van het gebruik
ervan elk jaar afnam en dat wij ook zullen moeten keuzes maken wat betreft de
investeringen die wij doen in het Rivierenhof. Wij moeten ook nog wel zien welke middelen
we gaan hebben om bepaalde infrastructuren in het Rivierenhof te vernieuwen, en of we
alles zullen kunnen vernieuwen is absoluut niet zeker op dit ogenblik.
VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord.
De heer CAALS.- Het verkeerspark is open sinds 1969. Het lijkt mij logisch dat het af en
toe vernieuwd wordt. Ik denk dat het gebouw waarin we vandaag zitten misschien zelfs nog
niet zo oud is en dat gaan we ook vernieuwen.
VOORZITTER.- De heer Helsen heeft het woord.
De heer HELSEN.- Voorzitter,
Collega’s,
Gedeputeerde, wat betreft de gymhal wil ik u met alle plezier toelichten waarom de vorige
deputatie in deze provincieraad, waarvan slechts een beperkt aantal mensen hier nog
zetelen, gekozen is voor een tweesporenbeleid met de steun voor de bouw van een aantal
bovenlokale gymzalen en de bouw van een eigen bovenlokale gymhal. Ik zal u met alle plezier
dat in detail komen toelichten wat het proces is geweest en hoe dat we ertoe gekomen zijn
op vraag vanuit de sector, de gymsport met meer dan 100 clubs en meer dan 32.000
aangesloten gymnasten in onze provincie en met slechts 3 locaties momenteel die specifiek
zijn uitgerust, nl. Oud-Turnhout, een oudere zaal maar nog goed in bedrijf, Herentals, een
omgebouwd zwembad, en één degelijk uitgeruste zaal in Mortsel. Dat is alles voor heel onze
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
265
provincie. Vandaar dat we daar de vorige legislatuur terecht een initiatief hebben
genomen. De zaken staan nog in de begroting. Ik hoop ook dat het zo kan blijven en ik zal
daar zeker voor pleiten.
VOORZITTER.- Mevrouw Muyshondt heeft het woord.
Mevrouw MUYSHONDT.- Nog een vraagje. Ik dank u voor uw antwoord, maar ik moet mijn
vraag dan eigenlijk richten naar mijnheer Lemmens als het een ruimtelijk uitvoeringsplan
moet worden voor het Vrieselhof. Dan zal ik mijn tekst nog eens aan u bezorgen.
Nr. 7/1 van de agenda
Gewoon provinciebedrijf Provinciaal Recreatiedomein De Schorre.
Identificatienummer 60.00.0.10.0. Beleidsactieplan.
Budget 2013 en meerjarenplan 2013-2015.
Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
Door uw raad werd in vergadering van 26 september 2002 het oprichtingsprotocol
van het gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Recreatiedomein De Schorre
operationeel. Het oprichtingsprotocol werd op 15 december 2005 en 25 september
2008 gewijzigd door het beheersprotocol.
Overeenkomstig artikel 2 van het oprichtingsprotocol bestaat de missie van het
gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Recreatiedomein De Schorre” erin een
provinciaal domein met regionale uitstraling te beheren dat voorziet in de behoefte
aan een betaalbaar en kwaliteitsvol aanbod van verblijfsmogelijkheden, sport en
recreatie, animatie en educatie; dit alles overwegend in openlucht en in een groene
omgeving.
Artikel 2 van het beheersprotocol bepaalt dat de deputatie jaarlijks aan de
provincieraad volgende documenten m.b.t. het budget ter goedkeuring voorlegt:
de beleidsfiche met strategische en operationele doelstellingen, indicatoren en
streefwaarde
de financiële implicaties voor het budgetjaar en het meerjarenplan
het programma voor de roerende investeringen van het budgetjaar
De beleidsnota bevat de beleidsfiche van het gewoon provinciebedrijf met de
strategische en operationele doelstellingen.
Deze beleidsfiche wordt uitgesplitst in begrotingsfiches per activiteit. De
verschillende begrotingsfiches worden niet afgedrukt, uw raad kan deze
terugvinden op het intranet onder de link Bestuur en organisatie Beleid Budget
Budget 2013.
Op deze fiches worden de financiële consequenties voor de genomen beleidskeuzes
opgenomen.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
266
Voor 2013 zijn, zoals blijkt uit de fiches, 28,23 VTE nodig.
Het activiteitenverslag en het financieel verslag 2011 werd aan uw raad voorgelegd
en goedgekeurd in zitting van 28 juni 2012.
Het ontwerpbudget met investeringsplan wordt in bijlage bij dit besluit voorgelegd.
De jaarlijkse dotatie, die het provinciebestuur aan het gewoon provinciebedrijf
uitkeert om haar missie en activiteiten te ontwikkelen (zoals voorzien in de
artikelen 7 en 8 van het oprichtingsprotocol), vindt uw raad terug in de bijgevoegde
fiche. Deze dotatie bedraagt voor 2013 614.400 EUR en is in het provinciale
budget ingeschreven onder machtigingskrediet 760/640.
In het meerjarenplan is 0 EUR voor 2014 en 464.400 EUR voor 2015 als dotatie
ingeschreven.
De personeelskosten zijn niet opgenomen in de dotatie. Overeenkomstig artikel 5
van het oprichtingsprotocol betaalt het provinciebestuur de lonen van het gewoon
provinciebedrijf. In het provinciale budget 2013 is hiervoor 1.184.527 EUR,
exclusief pensioenbijdrage, ingeschreven onder machtigingskredieten 104/620,
104/621, 104/623 en 104/625. Het gewoon provinciebedrijf zal de kosten en de
opbrengsten hiervan in de boekhouding verwerken.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 3 januari 2013.
Het ontwerp van het budget 2013 en het meerjarenplan 2013-2015 van het
gewoon provinciebedrijf werden door de deputatie goedgekeurd op 13 december
2012.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op de artikelen 266 en 267 van het Provinciedecreet;
Gelet op de artikelen 114bis en 114ter van de provinciewet;
Gelet op het provincieraadsbesluit van 26 september 2002 houdende goedkeuring
van het oprichtingsprotocol van het gewoon provinciebedrijf “Provinciaal
Recreatiedomein De Schorre”, inzonderheid artikel 3 waarbij geacht wordt een
ondernemingsplan in te dienen;
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Artikel 1:
Goedgekeurd wordt de beleidsfiche, inclusief de strategische en operationele
doelstellingen, van het gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Recreatiedomein De
Schorre” in de beleidsnota 2013.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
267
Artikel 2:
Goedgekeurd worden de meerjarenplanning 2013-2015 en het budget 2013 van het
gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Recreatiedomein De Schorre”.
Artikel 3:
Goedgekeurd wordt dat het gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Recreatiedomein
De Schorre” voor het uitvoeren van zijn beleidsnota voor 2013 een dotatie van
614.400 EUR zal ontvangen.
Bijlagen: Beleidsfiche 2013
Gedetailleerde investeringsplanning 2013
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
268
Provinciaal Recreatiedomein De Schorre (60000100)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015
Ontvangsten 151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheid 702 Andere opbrengsten uit werking: prestaties 357.255 305.000 305.000 305.000 305.000 740 Subsidies van overheden, concessies, ristorno's 654.745 0 0 0 0
7401 Weddesubsidies Vlaamse Gemeenschap 742 Overige werkingsopbrengsten 38.509 56.100 36.100 36.100 36.100 751 Opbrengsten uit financiële vlottende activa 3.049 500 500 500 500 752 Andere financiële opbrengsten 847 0 0 0 0 761 Andere uitzonderlijke opbrengsten 780 Onttrekking aan de gewone reserves 118.620 0 0 0 0
totaal 1.173.025 361.600 341.600 341.600 341.600
Werkingskosten
600 Inkopen grondstoffen 601 Voorraden: diverse leveringen 604 Voorraden: handelsgoederen 610 Huur en huurlasten 611 Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden 2.898 2.500 2.500 2.500 2.500 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 2.506 1.000 1.000 1.000 1.000 613 Algemene werkingskosten 608.689 752.040 724.500 574.500 574.500 616 Verzekeringen 4.668 6.500 6.500 6.500 6.500 617 Belastingen ten laste van de provincie 12.730 5.100 5.100 5.100 5.100 618 Uitzendkrachten 1.578 2.500 2.500 2.500 2.500 653 Andere financiële kosten 307 700 700 700 700 662 Andere uitzonderlijke kosten
totaal 633.376 770.340 742.800 592.800 592.800
Roerende Investeringen
230 Installaties, machines, uitrusting 100.112 35.000 40.000 40.000 40.000 231 Informaticahardware 9.458 10.000 20.000 20.000 20.000 240 Meubilair 5.542 10.000 20.000 20.000 20.000 241 Rollend materieel 68.116 65.000 20.000 20.000 20.000 242 Roerend kunstpatrimonium
totaal 183.228 120.000 100.000 100.000 100.000
Subsidies 640 Toegestane subsidies
totaal 0 0 0 0 0
Personeel
620 Bezoldigingen 6203 Loon onderwijzend personeel
621 Sociale vergoedingen 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 624 Patronale bijdragen pensioenen
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
269
625 Verplaatsingskosten en maaltijdcheques 626 Pensioenen 627 Verzekering personeel 628 Diverse personeelskosten 263.508 113.200 113.200 113.200 113.200
totaal 263.508 113.200 113.200 113.200 113.200
Dotatie = Werkingskosten + Roerende Investeringen + Subsidies + Personeel - Ontvangsten -92.913 641.940 614.400 464.400 464.400
Provinciaal Recreatiedomein De Schorre (60000100)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015
Ontvangen subsidies
742 Overige werkingsopbrengsten
totaal 0 0 0 0 0
Personeelskosten
620 Bezoldigingen 793.771 777.345 883.860 929.290 947.880 621 Sociale vergoedingen 90.684 95.326 91.520 95.180 97.090 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 181.288 180.295 203.960 212.130 216.360 625 Vergoeding voor verplaatsingskosten 3.809 2.400 5.210 5.420 5.530
totaal 1.069.552 1.055.366 1.184.550 1.242.020 1.266.860
Werkingskosten
610 Huur en huurlasten 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 613 Algemene werkingskosten 152.066 132.000 132.000 133.790 135.590
totaal 152.066 132.000 132.000 133.790 135.590
Buitengewone ontvangsten
151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheden 0 0 0 0 0 totaal 0 0 0 0 0
Onroerende investeringen
221 Gebouwen 822.410 1.641.000 635.000 0 0 totaal 822.410 1.641.000 635.000 0 0
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
270
Roerende Investeringen 2013
Provinciaal Recreatiedomein De Schorre
Nummer Activiteit ACT + omschrijving MAR + omschrijving Investering Bedrag
G03000 PRDS - Overhead 230 Installaties, machines, uitrusting Aankopen horecamateriaal congrescentrum De Pitte 40.000
G03000 PRDS - Overhead 231 Informaticahardware Aankopen van ICT-hardware en communicatiemateriaal 20.000
G03000 PRDS - Overhead 240 Meubilair Aankopen van meubilair voor evenementen 20.000
G03000 PRDS - Overhead 241 Rollend materieel Aankopen van een elektrisch afvalwagen 20.000
TOTAAL 100.000
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
271
Nr. 7/2 van de agenda
Gewoon provinciebedrijf Provinciaal Recreatiedomein Zilvermeer.
Identificatienummer 60.00.0.05.0. Beleidsactieplan.
Budget 2013 en meerjarenplan 2013-2015.
Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
Door uw raad werd in vergadering van 27 september 2001 het oprichtingsprotocol
van het gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Recreatiedomein Zilvermeer”
goedgekeurd. Dit provinciebedrijf werd met ingang van 1 januari 2002
operationeel. Het oprichtingsprotocol werd op 15 december 2005 en 25 september
2008 gewijzigd door het beheersprotocol.
Overeenkomstig artikel 2 van het oprichtingsprotocol bestaat de missie van het
gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Recreatiedomein Zilvermeer” erin een
provinciaal domein met regionale uitstraling te beheren dat voorziet in de behoefte
aan een betaalbaar en kwaliteitsvol aanbod van verblijfsmogelijkheden, recreatie,
animatie en educatie; dit alles overwegend in openlucht en in een groene
omgeving.
Artikel 2 van het beheersprotocol bepaalt dat de deputatie jaarlijks aan de
provincieraad volgende documenten m.b.t. het budget ter goedkeuring voorlegt:
de beleidsfiche met strategische en operationele doelstellingen, indicatoren en
streefwaarde
de financiële implicaties voor het budgetjaar en het meerjarenplan
het programma voor de roerende investeringen van het budgetjaar
De beleidsnota bevat de beleidsfiche van het gewoon provinciebedrijf met de
strategische en operationele doelstellingen.
Deze beleidsfiche wordt uitgesplitst in begrotingsfiches per activiteit. De
verschillende begrotingsfiches worden niet afgedrukt, uw raad kan deze terugvinden op het intranet onder de link Bestuur en organisatie Beleid Budget
Budget 2013.
Op deze fiches worden de financiële consequenties voor de genomen beleidskeuzes
opgenomen.
Voor 2013 zijn, zoals blijkt uit de fiches, 64.4 VTE nodig.
Het activiteitenverslag en het financieel verslag 2011 werd aan uw raad voorgelegd
en goedgekeurd in zitting van 28 juni 2012.
Het ontwerpbudget met investeringsplan wordt in bijlage bij dit besluit voorgelegd.
De jaarlijkse dotatie, die het provinciebestuur aan het gewoon provinciebedrijf
uitkeert om haar missie en activiteiten te ontwikkelen (zoals voorzien in de
artikelen 7 en 8 van het oprichtingsprotocol), vindt uw raad terug in de bijgevoegde
fiche. Deze dotatie bedraagt voor 2013 nul EUR.
In het meerjarenplan is nul EUR voor 2014 en nul EUR voor 2015 als dotatie
ingeschreven.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
272
De personeelskosten zijn niet opgenomen in de dotatie. Overeenkomstig artikel 5
van het oprichtingsprotocol betaalt het provinciebestuur de lonen van het gewoon
provinciebedrijf. In het provinciale budget 2013 is hiervoor 3.269.312 EUR,
exclusief pensioenbijdrage, ingeschreven onder machtigingskredieten 104/620,
104/621, 104/623 en 104/625. Het gewoon provinciebedrijf zal de kosten en de
opbrengsten hiervan in de boekhouding verwerken.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 3 januari 2013.
Het ontwerp van het budget 2013 en het meerjarenplan 2013-2015 van het
gewoon provinciebedrijf werden door de deputatie goedgekeurd op 13 december
2012.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op de artikelen 266 en 267 van het Provinciedecreet;
Gelet op de artikelen 114bis en 114ter van de provinciewet;
Gelet op het provincieraadsbesluit van 27 september 2001 houdende goedkeuring
van het oprichtingsprotocol van het gewoon provinciebedrijf “Provinciaal
Recreatiedomein Zilvermeer”, inzonderheid artikel 3 waarbij geacht wordt een
ondernemingsplan in te dienen;
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Artikel 1:
Goedgekeurd wordt de beleidsfiche, inclusief de strategische en operationele
doelstellingen, van het gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Recreatiedomein
Zilvermeer” in de beleidsnota 2013.
Artikel 2:
Goedgekeurd worden de meerjarenplanning 2013-2015 en het budget 2013 van het
gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Recreatiedomein Zilvermeer”.
Artikel 3:
Goedgekeurd wordt dat het gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Recreatiedomein
Zilvermeer” voor het uitvoeren van zijn beleidsnota voor 2013 een dotatie van
nul EUR zal ontvangen.
Bijlagen: Beleidsfiche 2013
Gedetailleerde investeringsplanning 2013
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
273
Provinciaal Recreatiedomein Zilvermeer (60000050)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015
Ontvangsten 151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheid 702 Andere opbrengsten uit werking: prestaties 0 2.977.900 3.024.980 3.055.880 3.055.880 740 Subsidies van overheden, concessies, ristorno's
7401 Weddesubsidies Vlaamse Gemeenschap 742 Overige werkingsopbrengsten 0 150.980 164.080 154.100 154.100 751 Opbrengsten uit financiële vlottende activa 0 10.940 20.200 11.240 11.240 752 Andere financiële opbrengsten 0 3.540 1.820 3.620 3.620 761 Andere uitzonderlijke opbrengsten 780 Onttrekking aan de gewone reserves
totaal 0 3.143.360 3.211.080 3.224.840 3.224.840
Werkingskosten
600 Inkopen grondstoffen 601 Voorraden: diverse leveringen 604 Voorraden: handelsgoederen 0 572.510 582.290 588.110 588.110 610 Huur en huurlasten 0 166.130 100 169.380 169.380 611 Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden 0 1.310 1.330 1.340 1.340 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 0 9.500 22.170 9.650 9.650 613 Algemene werkingskosten 0 1.259.160 1.414.840 1.288.910 1.288.910 616 Verzekeringen 0 28.820 18.930 29.390 29.390 617 Belastingen ten laste van de provincie 0 142.620 105.780 145.490 145.490 618 Uitzendkrachten 0 22.930 23.170 23.390 23.390 653 Andere financiële kosten 0 4.080 7.180 4.170 4.170 662 Andere uitzonderlijke kosten
totaal 0 2.207.060 2.175.790 2.259.830 2.259.830
Roerende Investeringen
230 Installaties, machines, uitrusting 0 488.420 586.920 522.840 522.840 231 Informaticahardware 0 64.000 54.000 29.290 29.290 240 Meubilair 0 20.200 10.000 20.610 20.610 241 Rollend materieel 0 97.000 75.000 121.200 121.200 242 Roerend kunstpatrimonium
totaal 0 669.620 725.920 693.940 693.940
Subsidies 640 Toegestane subsidies
totaal 0 0 0 0 0
Personeel
620 Bezoldigingen 6203 Loon onderwijzend personeel
621 Sociale vergoedingen 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
274
624 Patronale bijdragen pensioenen 625 Verplaatsingskosten en maaltijdcheques 626 Pensioenen 627 Verzekering personeel 628 Diverse personeelskosten 0 266.680 309.370 271.070 271.070
totaal 0 266.680 309.370 271.070 271.070
Dotatie = Werkingskosten + Roerende Investeringen + Subsidies + Personeel - Ontvangsten 0 0 0 0 0
Provinciaal Recreatiedomein Zilvermeer (60000050)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015
Ontvangen subsidies
742 Overige werkingsopbrengsten
totaal 0 0 0 0 0
Personeelskosten
620 Bezoldigingen 2.608.502 2.347.084 2.445.450 2.571.150 2.622.570 621 Sociale vergoedingen 315.245 285.866 288.260 299.800 305.790 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 528.685 513.437 522.040 542.910 553.770 625 Vergoeding voor verplaatsingskosten 16.772 11.000 13.590 14.140 14.420
totaal 3.469.205 3.157.387 3.269.340 3.428.000 3.496.550
Werkingskosten
610 Huur en huurlasten 170.894 182.000 185.700 207.480 210.270 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 613 Algemene werkingskosten 135.836 130.000 130.000 131.760 133.540
totaal 306.730 312.000 315.700 339.240 343.810
Buitengewone ontvangsten
151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheden totaal 0 0 0 0 0
Onroerende investeringen
221 Gebouwen 69.632 205.000 60.000 0 0 totaal 69.632 205.000 60.000 0 0
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
275
Roerende Investeringen 2013
Provinciaal Recreatiedomein Zilvermeer
Nummer Activiteit ACT + omschrijving MAR + omschrijving Investering Bedrag
G02000 PRZ - Overhead 230 Installaties, machines, uitrusting Uitrusting algemeen (62.920 EUR) 62.920
G02000 PRZ - Overhead 231 Informaticahardware
Toegangscontrole- en camerabewaking (10.000 EUR); Vervanging pc's & laptoppen (9.000 EUR); Uitbreiding draadloos netwerk (10.000 EUR). 29.000
G02000 PRZ - Overhead 240 Meubilair Divers Meubilair (10.000 EUR) 10.000
G02000 PRZ - Overhead 241 Rollend materieel Vervanging rollend materieel: / golfkarren / fietsen / gocarts/ elektrisch voertuig / divers (75.000 EUR) 75.000
G02030 PRZ - Aanbieden recreatieve voorziening 230 Installaties, machines, uitrusting
Afwerking glijbanenconstructie (100.000 EUR); Herinrichting strandzone t.h. oude kassa botenverhuur (400.000 EUR). 500.000
G02250 PRZ - Organiseren van evenementen 230 Installaties, machines, uitrusting Animatiemateriaal (24.000 EUR) 24.000
G02350 PRZ - Organiseren van verkoop 231 Informaticahardware Vervanging kassa's (25.000 EUR) 25.000
TOTAAL 725.920
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
276
Nr. 7/3 van de agenda
Budget 2013. Machtigingskrediet 760/640.
Toegestane subsidie. Artikel 760/64005103.
Subsidie aan de vzw Provinciaal Sport- en Recreatiecentrum De Nekker.
Financieel en werkingsverslag van 2011.
Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
Op 4 mei 1993 werd overgegaan tot de oprichting van de vzw Provinciaal Sport- en
Recreatiecentrum De Nekker.
De beheersorganen van de vzw zijn bijna uitsluitend uit provincieraadsleden
samengesteld. Deze zuivere para-provinciale vzw valt dan ook onder de toepassing
van de omzendbrief van Minister Kelchtermans dd. 21/04/1993. In uitvoering van
de bepalingen van deze omzendbrief wordt aan uw raad het financieel en
werkingsverslag van de vzw Provinciaal Sport- en Recreatiecentrum De Nekker van
2011 ter goedkeuring voorgelegd.
Op 22 november 2012 besliste de provincieraad om de vzw om te vormen tot een
Extern Verzelfstandigd Agentschap in Privaatrechtelijke vorm (EVAP). Ook de
Statutaire Algemene Vergadering van de vzw hervormde haar statuten in deze zin.
Het provincieraadsbesluit is nog onderworpen aan het goedkeuringstoezicht van de
Vlaamse overheid.
Bespreking resultaat:
Het werkingsjaar 2011 sluit af met een verlies over het boekjaar t.b.v.
32.539,48 EUR.
In de balans resulteert dit in een negatief vermogen t.b.v. 595.836,47 EUR.
De omzet bedraagt 1.203.602,84 EUR en is licht gedaald t.o.v. 2010.
Ter informatie kan nog meegedeeld worden dat de totale loonkost
1.663.093,43 EUR bedroeg in 2011. De provinciale toelage in 2011 bedroeg
1.556.420 EUR.
Werkingsverslag:
Het verhuur en het aantal gebruikers van sportaccommodatie is gedaald.
De slechte zomer 2011 gaf 32.794 betalende recreanten (43.178 in 2010).
Het gebruik van de binnenspeeltuin stijgt tijdens een slechte zomer.
In totaal bezochten toch 269.944 personen de Nekker (zonder de
horecagebruikers).
Horeca: in 2011 werden 129 feesten verzorgd, identiek aan 2010. Het aantal
particuliere feesten blijft het grootst (79 tegenover 75 in 2010). De daling van het
aantal bedrijfsfeesten de vorige jaren blijkt gestabiliseerd.
Sport: De indoor-verhuringen dalen van 14.299 uur naar 12.160 uren. De outdoor-
verhuring gaat van 11.124 uur naar 8.817 uren en komt hierbij terug op het aantal
van 2009.
Themakampen: Het aantal deelnemertjes is gestegen van 5.287 naar 5.318.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
277
Recreatie: een daling van het aantal betalende recreanten van 43.178 naar
32.794. Deze daling is voornamelijk te wijten aan de slechte zomer.
Verblijf: het aantal overnachtingen is ongeveer stabiel gebleven (trekkershutten,
beperkt kamperen).
Binnenspeeltuin ‘Nekki’ : de stijgende trend van de vorige jaren wordt verder gezet,
nl 16245 kindjes. Dit wordt verklaard door een slechtere zomer.
Verder telde de Nekker 17.035 deelnemers aan sportdagen voor verenigingen,
10.513 deelnemers aan schoolsportdagen en 5.209 deelnemers bedrijfssportdagen.
Het aantal duikers in 2011 bedroeg 7.138.
Aan uw raad wordt gevraagd het voorgelegde werkings- en financieel verslag van
2011 van de vzw Provinciaal Sport- en Recreatiecentrum De Nekker goed te
keuren. Een digitale versie is terug te vinden op Intranet (Bestuur en
organisatie/Organisatiestructuur/Departement Recreatie, Sport en Toerisme/De
Nekker/Bijlagen).
In het budget 2013 is onder artikel 760/64005103 een krediet voorzien van
2.056.420 EUR als werkingstoelage 2013 voor de vzw Provinciaal Sport- en
Recreatiecentrum De Nekker.
In de meerjarenplanning is 1.906.420 EUR begroot voor 2014 en voor 2015.
Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie op 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op het verslag van de deputatie;
Gelet op het provinciedecreet;
BESLUIT :
Artikel 1:
Het financieel en werkingsverslag van 2011 van de vzw Provinciaal Sport- en
Recreatiecentrum De Nekker wordt goedgekeurd.
Artikel 2:
Kennis wordt genomen van de toelichting bij het budget 2013 – Artikel
760/64005103. Subsidie aan de vzw De Nekker te Mechelen.
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
278
Nr. 7/4 van de agenda
Budget 2013. Machtigingskrediet 766/640. Toegestane subsidie.
Artikel 766/64013503. subsidie aan de vzw Arboretum Kalmthout.
Financieel en werkingsverslag van 2011.
Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
Op 22 november 2012 besliste de provincieraad om de vzw Arboretum Kalmthout
om te vormen tot een Extern Verzelfstandigd Agentschap in Privaatrechtelijke vorm
(EVAP). Ook de Statutaire Algemene Vergadering van de vzw hervormde haar
statuten in deze zin.
Het provincieraadsbesluit is nog onderworpen aan het goedkeuringstoezicht van de
Vlaamse overheid.
Bespreking resultaat:
Uit de jaarrekening 2011 blijkt dat er een winst was van 327,33 EUR.
Het balanstotaal bedraagt 554.503,99 EUR.
Het eigen vermogen van de vzw Arboretum Kalmthout bedraagt 433.892,10 EUR.
De loonkost in 2011 bedroeg 560.786,89 EUR.
De provinciale toelage in 2011 bedroeg 24.000 EUR.
Werkingsverslag:
Werking FONDS JELENA de BELDER
Zoals ieder jaar werden in 2011 een tiental studenten verwelkomd. Ze
bekwaamden zich in het onderhoud en beheer van een botanische tuin en breidden
hun plantenkennis uit met praktische ervaring.
Na enkele voorbereidingsjaren is in september een internationaal studentenproject
voor historische tuinen gestart. Jaarlijks kunnen hierdoor twee studenten een
volledig jaar meedraaien in Arboretum Kalmthout. Regelmatig krijgen zij intensieve
trainingsweken met betrekking tot een bepaald aspect van tuinonderhoud en –
aanleg. Dat gaat onder andere over boomverzorging, houtbewerking en harde
constructies. Voor dit project werken we samen met een Duitse partner.
WERKING COLLECTIEFONDS
In de arboretumtuin is er in 2011 energie gestopt in verschillende kleinere
projecten. Nabij de oude loods is een moederbed gecreëerd voor varens. Het is een
eerste stap voor het vergroten van het aandeel varens in de arboretumcollectie. In
deze omgeving zal later een varenhal de oude loods vervangen.
Rond het grote gazon voor het Vangeertenhof zijn de Oudolf Borders vergroot,
zoals oorspronkelijk voorzien was. De borders in het midden van het gazon hebben
ondertussen al behoorlijke maturiteit en raken door dergelijke uitbreidingen steeds
beter verankerd in hun omliggende landschap.
De prunus-wandeling is ieder voorjaar een waar bloesemfestijn. Om dit hele
tuingedeelte ook later in het jaar aantrekkelijk te maken voor bezoekers is er
geëxperimenteerd met éénjarige zaaiborders. De eerste resultaten verdienen nog
wat afstelling maar zijn in ieder geval zeer bemoedigend.
Samen met het provinciebestuur werken we volop aan de plannen voor een nieuwe
parkeerplaats. Een van de meest bijzondere bomen op de huidige parking is de
wimperlinde: Tilia henryana. Het is een prachtexemplaar en, hoewel al behoorlijk
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
279
van formaat toch goed verplantbaar. Er is gestart met de voorbereiding van de
verplanting. De boom zal uiteindelijk in een nieuw aangekocht tuingedeelte komen,
vlakbij een nieuwe ingang tot het domein.
Er werden in 2011 192 nieuwe accessies aan de collectie toegevoegd.
WERKING BANKENFONDS
In het voorjaar van 2011 vierde Arboretum Kalmthout haar 25ste verjaardag als
provinciaal groendomein. Naar aanleiding hiervan werden drie herinneringbanken in
de tuin geplaatst als vervanging van enkele slechte exemplaren. In het najaar was
er in de arboretumtuin een tentoonstelling rond Cowboy Henk en de bomen. De
opbrengsten van het album dat naar aanleiding hiervan is uitgegeven gaan
integraal naar de aankoop van nieuwe tuinbanken.
Helemaal aan het einde van het jaar kwam er een nieuwe uitkijkstoel op de
Belvedère. Na anderhalf jaar hard werken leverden de leerlingen van het
Gemeentelijk Instituut voor Technisch Onderwijs (GITOK) een knap resultaat af. De
nieuwe stoel is in ecologisch verantwoord, verduurzaamd Pinus radiata hout
gemaakt en in een rotbestendige fundering geplaatst. De Belvedère heeft opnieuw
een drukbezocht uitkijkpunt.
Aan uw raad wordt gevraagd het voorgelegde werkings- en financieel verslag van
2011 van de vzw Arboretum Kalmthout goed te keuren.
In het budget 2013 is onder artikel 766/64013503 een krediet voorzien van
300.000 EUR als werkingstoelage 2013 voor de vzw Arboretum Kalmthout.
Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie op 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op het verslag van de deputatie;
Gelet op het provinciedecreet;
BESLUIT :
Enig artikel:
Het financieel en werkingsverslag van 2011 van de vzw Arboretum Kalmthout wordt
goedgekeurd.
Dan leg ik de punten 7/1 tot en met 7/4 samen voor ter stemming en de stemming is
geopend.
Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming.
71 leden hebben deelgenomen aan de stemming;
63 leden hebben ja gestemd;
7 leden hebben nee gestemd;
1 lid heeft zich onthouden.
De agendapunten 7/1 tot en met 7/4 worden goedgekeurd met 63 stemmen ja, bij
7 stemmen nee en 1 onthouding.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
280
Nr. 7/5 van de agenda
Budget 2013. Machtigingskrediet 777/640.
Toegestane subsidie. Artikel 777/64005183.
vzw Kempens Landschap. Financieel en werkingsverslag 2011.
Kennisname.
Verslag van de deputatie.
Hierbij wordt aan uw raad het financieel en werkingsverslag voor 2011 van de vzw
Kempens Landschap ter kennisgeving voorgelegd. Ter informatie kan worden
meegedeeld dat in het ontwerpbudget 2013 een werkingssubsidie ten gunste van
de vzw is ingeschreven van 3.937.830 EUR.
Bespreking balans en resultatenrekening 2011
Door de Algemene Vergadering van de vzw werd op 22 juni 2012 het financieel
verslag over 2011 goedgekeurd.
Uit de ingediende afrekening blijkt volgend resultaat:
- De bedrijfsopbrengsten bedragen 1.623.509,68 EUR
- De kosten handelsgoederen, grond- en hulpstoffen, diensten
en diverse goederen bedragen: 914.268,34 EUR
- Bezoldigingen: 422.677,86 EUR
- Afschrijvingen: 171.335,85 EUR
- andere bedrijfskosten: 30.497,51 EUR
- Bedrijfsresultaat: 84.730,12 EUR
- De financiële opbrengsten bedragen: 171.505,68 EUR
- De financiële kosten bedragen: 172.047,17 EUR
De winst van het boekjaar bedraagt 84.188,63 EUR
De toelage van de provincie in 2011 bedroeg 1.057.730 EUR. Deze werd
aangewend voor de financiering van patrimoniale aankopen, de aflossing van de
lening, dekking van de werkingskosten van de vereniging en financiering van de
eigen inbreng in Europese projecten.
Het balanstotaal bedraagt 20.168.416,34 EUR bestaande uit 16.567.534,83 EUR
vaste activa en 3.600.881,51 EUR vlottende activa.
Het eigen vermogen bedraagt 13.441.777,14 EUR waarvan 1.365.810,94 EUR
werkingsreserve en 12.075.966,20 EUR kapitaalsubsidies.
De schulden bedragen 6.726.639,20 EUR.
De algemene stand van het patrimonium per 31 december 2011 bedraagt 801 ha
75 a 38 ca.
Uw raad wordt gevraagd kennis te nemen van het financieel en werkingsverslag
over 2011 van de vzw Kempens Landschap. Een digitale versie is terug te vinden
op Intranet (Bestuur en organisatie/Organisatiestructuur/Departement Recreatie,
Sport en Toerisme/Kempens Landschap/bijlagen).
In het budget 2013 is onder artikel 777/64005183 een krediet voorzien van
3.937.830 EUR als toelage voor de vzw Kempens Landschap.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
281
Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie op 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op het verslag van de deputatie;
BESLUIT :
Enig artikel:
Kennis wordt genomen van het financieel en werkingsverslag van de vzw Kempens
Landschap voor 2011.
VOORZITTER.- Dit is een kennisname.
Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Kennis wordt genomen.
Sport:
VOORZITTER.- Mevrouw Van Gool heeft het woord.
Mevrouw VAN GOOL.- Mijnheer de gedeputeerde, u hebt het zelf ook al gezegd, 2013
wordt een belangrijk jaar, is ook een overgangsjaar.
In 2012 is er een nieuw decreet gekomen “Sport voor allen”, dat heel wat wijzigingen met
zich meebrengt.
Ik had daar enkele vragen bij.
1. De samenwerking met de provinciale sportraad. Ik heb het geluk gehad daar zelf wat
actief mee te kunnen samenwerken. Ik heb ook kunnen vaststellen dat het heel gedreven
mensen met veel ervaring zijn, ook met veel goede wil om er iets van te maken en ook echt
wel heel degelijk werk leveren, en ook veel goede en praktische adviezen formuleren die uit
de praktijk, uit concrete problemen voorkomen. Mijn vraag daarover is: wat gaat de
toekomst bieden? Het nieuwe decreet voorziet dat lokale belanghebbenden bij beleid
betrokken worden. Zal dit in toekomst ook nog gebeuren via de provinciale Sportraad?
Een andere vraag is of voor de vertegenwoordiging in het APB Sport, dat ook
vertegenwoordigd wordt vanuit de provinciale Sportraad, hebben kunnen deelnemen. Maar
het is niet zo duidelijk hoe het zit met een aantal betrokken partners, zoals Bloso en SVS
(de Stichting Vlaamse Schoolsport) die nu ook deel uitmaken van het APB Sport. De vraag
daar is of zij ook in de toekomst nog, zij het dan met raadgevende stem, deel zullen kunnen
uitmaken van die raad van bestuur.
2. Een tweede vraag die ik had is met betrekking op de subsidiëring van de federaties.
Daar is het zo dat het nieuwe decreet de mogelijkheden schrapt voor de provincies om zelf
nog provinciale federaties te subsidiëren. Dat is op zich niet echt een probleem voor
federaties die ook landelijk georganiseerd zijn of afhangen van een landelijke koepel, maar
er zijn ook heel wat kleinere, provinciale federaties die zeker en vast ook belangrijk werk
leveren maar niet opereren onder een landelijke koepel. Daar is de vraag wat er met hen
gebeurt. Zij lopen het risico om hun subsidies te verliezen waardoor hun werking in het
gedrang komt. De interne staatshervorming is wel OK, maar die mag zeker niet tot gevolg
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
282
hebben dat mensen er op achteruit gaan en dat zaken die vroeger goed liepen in de
toekomst minder goed zouden lopen, en ik denk dat het minstens zo belangrijk is om die
betrokken federaties goed te informeren en te zien hoe er een oplossing kan uitgewerkt
worden zodat ze toch nog aan die nodige subsidies kunnen geraken.
3. Tenslotte heb ik niet echt een vraag, maar eerder een pluim naar het APB Sport, die
toch een dienst is die dat zeer actief en dynamisch is en waar ook heel veel jonge mensen
werken en heel goed werk leveren. Ik wil zeker ook een pluim geven en een bijzonder woord
van appreciatie voor al wat er gebeurt of al wat de provincie doet rond G-sport. Ik denk
dat wij daar als provincie inderdaad het voortouw genomen hebben en dat we een
voorbeeldfunctie hebben ook voor andere provincies. Het is niet voor niets dat het
steunpunt G-sport Vlaanderen, een initiatief vanuit de Vlaamse overheid, dat dit in onze
provincie in het huis Huis van de Sport gelokaliseerd werd en ik hoop dat die activiteiten
en die werking ook in de toekomst bestendigd zullen worden.
VOORZITTER.- De heer Willekens heeft het woord.
De heer WILLEKENS.- Collega’s,
Gedeputeerde, de vloer die daarnet is weggemaaid naar aanleiding van deze tussenkomst is
mogelijk groot genoeg om al een terrein op zich te verwezenlijken. Ik ga ze voor de goede
orde toch nog stellen. Tijdens de vorige legislatuur kreeg de motorcrosswereld in
Antwerpen te horen dat er zou gezorgd worden voor een drietal permanente
oefenterreinen. Ondanks herhaaldelijke, tevergeefse inspanningen van voormalig
gedeputeerde Koen Helsen enerzijds – ere wie ere toekomt – en positieve
tegemoetkomingen vanwege de verschillende verenigingen anderzijds, kwamen deze
terreinen er echter nooit.
Graag had onze fractie vernomen welke houding deze nieuwe bestuursmeerderheid zal
innemen ten overstaan van deze sporttak in het algemeen en of de in het verleden beloofde
oefenterreinen tijdens deze legislatuur mogelijks worden gerealiseerd.
Dank u wel.
VOORZITTER.- De heer Vandendriessche heeft het woord.
De heer VANDENDRIESSCHE.-
Geachte voorzitter,
Geachte leden van de deputatie,
Waarde collega’s,
Mijn tussenkomst is opgebouwd rond twee componenten: aan de ene kant de bovenlokale
impact van sportinfrastructuur in het algemeen en zwembaden in het bijzonder, aan de
andere kant de problematiek van de intergemeentelijke samenwerking in dat verband.
Sta mij toe te beginnen met het laatste thema: intergemeentelijke samenwerking.
Intergemeentelijke samenwerking is een vlag die vele ladingen dekt. In de praktijk bestaan
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
283
er vele vormen van intergemeentelijke samenwerking. De grootte en de structuur van de
samenwerkingsverbanden kunnen erg verschillen, bv. met of zonder rechtspersoonlijkheid,
en ook de intensiteit van de samenwerking zelf kan variëren. Intergemeentelijke
samenwerking kan een zegen zijn voor de gemeentes die zich verbinden en kan in bepaalde
gevallen een efficiënte oplossing zijn voor lang aanslepende of acute problemen. Het gaat
in dit verband namelijk vaak om het delen van middelen, materiaal en expertise. In onze
financieel barre tijden is een dergelijke samenwerking meer dan een noodzaak geworden:
het devies van de Vlaamse overheid - “wat we zelf doen, doen we beter” - zullen nog maar
weinig gemeentes als principe doortrekken naar de totaliteit van hun eigen
bevoegdheidsdomeinen. De problemen samen aanpakken daarentegen en bepaalde
dienstverlening, bv. sportinfrastructuur, samen aanbieden lijkt op verschillende vlakken
realistischer.
Intergemeentelijke samenwerking lijkt bij uitstek een domein waar de provincie een rol in
kan spelen, maar strikt juridisch gesproken is dat eigenlijk niet evident. Vooral de
intergemeentelijke samenwerking zonder rechtspersoonlijkheid is decretaal zo geregeld
dat het in essentie enkel een overeenkomst tussen gemeentes betreft, met de Vlaamse
overheid als toezichthoudende instantie. Laat net die intergemeentelijke samenwerking
het voorwerp zijn van mijn tussenkomst.
Intergemeentelijke samenwerking kan een zegen zijn voor de gemeentes die zich
verbinden, zo heb ik daarnet gesteld, maar dan ook enkel voor die gemeentes en hun
inwoners. Inwoners van gemeentes die niet bij de samenwerking betrokken zijn, genieten
niet mee van het schaalvoordeel. Onze gouverneur pleitte op dit spreekgestoelte dan ook
voor “interbestuurlijke samenwerking” in plaats van “intergemeentelijke samenwerking”, om
potentiële ontwikkelingskansen zo goed mogelijk te benutten, met de provincies daarbij in
een coördinerende en regisserende rol. “Zwembaden, bibliotheken, sportinfrastructuur”, zo
stelde ze in haar rede, “zijn voor elk van de individuele gemeentes niet langer betaalbaar.”
Een bovenlokale regierol kan de gemeentes helpen de juiste keuzes te maken.
Als we dan naar de praktijk in de provincie Antwerpen kijken, dan zien we dat er op het
vlak van de bovenlokale taakbehartiging, die ons als provincie grondwettelijk is opgedragen,
nog veel werk aan de winkel is, zeker als we het betrekken op het sportbeleid.
Zo is er bijvoorbeeld de gemeente Boom, die in 2011 uit veiligheidsmaatregelen een
drastische prijsverhoging voor zijn openluchtzwembad heeft doorgevoerd, nota bene een
van de weinige openluchtzwembaden die onze provincie rijk is. De specifieke discussie over
het veiligheidsaspect wil ik hier nu niet voeren, ik spits mij zoals gezegd toe op de
intergemeentelijke samenwerking. Binnen die samenwerking betalen Boomenaars 1 EUR
inkomprijs, inwoners van de gemeentes die mee delen in de kosten van het zwembad 7 EUR
en inwoners van gemeentes die niet tot het intergemeentelijk samenwerkingsverband
behoren, zoals de geviseerde Brusselse jongeren, maar liefst 20 EUR. De Rupelgemeentes
maken logischerwijs deel uit van het samenwerkingsverband, maar de gemeente Boom
stelde ook vast dat inwoners uit de Antwerpse zuidrand in het verleden regelmatig het
zwembad bezochten. Daarom kwam de gemeente met een nieuw samenwerkingsvoorstel
voor een korting voor inwoners uit de zuidrand. De gemeentes in de zuidrand dienden een
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
284
aantal 10-beurtenkaarten aan te kopen bij de gemeente Boom en konden dan zelf beslissen
om die aan een goedkoper, min of meer democratisch tarief door te verkopen aan hun
inwoners. De gemeentes hebben daar begrijpelijkerwijs niet op gereageerd: financieel was
dat bezwaarlijk een aantrekkelijk voorstel te noemen.
In de zuidrand is er dan met negen gemeentes beslist om zelf ook een intergemeentelijke
vereniging op te richten om eventueel ook zelf een intergemeentelijk zwembad te bouwen,
bijvoorbeeld in Mortsel, waar er problemen zijn met het huidige stedelijke zwembad De
Bessem. Weer een nieuwe intergemeentelijke combinatie: ik weet niet of de gouverneur
deze constructie al mee geteld had in de optelsom uit haar redevoering, waarbij ze op 729
intergemeentelijke samenwerkingsverbanden in de provincie Antwerpen uitkwam. Maar wat
er ook van zei, dat was de vorige legislatuur, met engagementen door andere
burgemeesters uit andere partijen, en het is momenteel ijzig stil rond het
intergemeentelijk zwembad in de zuidrand… Misschien vindt de plaatselijke ijsberenclub
dat nog wel leuk, maar de modale zwemmer is de pineut. Zo komt er dus een domino-effect
op gang met grote financiële consequenties zonder een regionale scherprechter, zonder
enige regionale coördinatie. Het is zeer jammer dat de provincie tot nu toe de taak niet
opneemt om zelf te peilen naar de regionale behoeften van bv. de zwembadinfrastructuur
en tot nu toe zelf geen creatieve voorstellen heeft gedaan om bijvoorbeeld de
problematiek in Boom, met een wijde impact, mee op te lossen. Als het provinciaal bestuur
in zijn beleidsnota stelt dat het zo veel mogelijk inwoners aan het sporten wil krijgen, zijn
dat nochtans noodzakelijke stappen. Daarom is het zeer jammer dat in heel deze discussie
in de zuidrand en de Rupelstreek met geen woord gerept wordt over de sportregio’s,
voornamelijk dan sportregio Midden-Provincie (met 13 gemeentes uit de zuidrand). Dat
regionale niveau lijkt mij nochtans een essentiële partner in een dergelijke situatie. Het
Witboek Interne Staatshervorming pleit er in het kader van de zogenaamde
‘regioscreening’ alleszins nadrukkelijk voor om aansluiting te zoeken bij bestaande
verbanden, weliswaar liefst verbanden die goed werken. Van die sportregio’s hoor ik weinig
tot niets. Ik weet niet of die zo goed werken, maar ik hoop dat die alleszins hun regierol
kunnen opnemen. De perimeter van 20 km, die mevrouw Michielsen voorstelde, is misschien
een interessant uitgangspunt of zoals u zelf zei: per thema, per sport interregionale
verbanden zoeken of intergemeentelijke verbanden zoeken kan een mogelijkheid zijn.
Een ander voorbeeld is het intergemeentelijke zwembad Sportoase op de grens van
Brasschaat en Schoten, dat via een publiek-private samenwerking tot stand is gekomen.
Beide gemeentes hebben door de komst van Sportoase het aantal openingsuren van hun
oude zwembaden ten opzichte van het nieuwe zwembad verdubbeld. Zij hebben er tevens
voor gezorgd dat het schoolzwemmen nu gebeurt aan tarieven beneden de kostprijs door
het verschil bij te passen. Ze onderhouden ook de randinfrastructuur (plantsoenen, wegen,
parking enzovoort). Ondertussen is er hierover in de regio echter al wel wat commotie
ontstaan omdat sommige van de niet-participerende buurgemeenten een deel van de
abonnementen of beurtenkaarten terugbetalen aan hun inwoners, die op die manier zelfs
goedkoper zwemmen dan de inwoners van Brasschaat en Schoten zelf. De visie van het
vorige Brasschaats gemeentebestuur was dan ook zeer duidelijk: zij vinden het
onbetamelijk dat andere gemeentes die geen inspanning hadden geleverd voor de PPS-
constructie, het grootste gedeelte van de bovengemeentelijke inspanningen ten laste
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
285
legden van de initiatief nemende gemeentes. Dat was alles behalve een stimulans om te
gaan samenwerken. Er werd dan ook een pleidooi gehouden om de intergemeentelijke
samenwerking eventueel te betoelagen voor de gemeentes die de infrastructuur ter
beschikking stellen. Van besparen is daar weinig sprake blijkbaar.
Collega’s, als gemeentes iets samen doen, betekent dat niet noodzakelijk dat het
bovenlokaal is. Intergemeentelijk is niet noodzakelijk gelijk aan bovenlokaal. Maar als een
bepaalde lokale bevoegdheid effecten heeft op meerdere gemeentes uit de omliggende
omgeving of als in een bepaalde beleidsmaterie een belangentegenstelling opduikt tussen
gemeentes onderling, dan komen we op het terrein van de bovenlokale taakbehartiging en
die is grondwettelijk toegewezen aan de provincie. De provincie moet er dan ook voor
zorgen dat ze structureel en proactief dergelijke problemen opspoort, bv. voor het
zwembadgebruik in de zuidrand, zodanig dat er faire beslissingen kunnen worden genomen
in moeilijke verdelingsvraagstukken tussen gemeentes onderling. Het gevaar bestaat
namelijk dat intergemeentelijke samenwerking ontaardt in intergemeentelijke
stammentwisten.
VOORZITTER.- De heer Peeters heeft het woord.
De heer PEETERS, gedeputeerde.- Mevrouw Van Gool, u had een vraag in verband met de
vertegenwoordiging in de provinciale Sportraad. Het is zo dat de samenstelling van de
provinciale Sportraad iets zal gewijzigd worden, maar dat toch ongeveer alle geledingen die
er vroeger inzaten zullen vertegenwoordigd zijn. Het kan wel zijn wat het aantal personen
betreft in plus en in min, maar die samenstelling zal fundamenteel niet wijzigen. Er zullen
bv. wel wat meer vertegenwoordigers inzitten rond G-sport omdat we daar, zoals gezegd,
gaan op focussen. Vanuit die provinciale Sportraad komen er ook zoals vroeger een aantal
vertegenwoordigers naar het APB Sport die daar ook de provinciale Sportraad
vertegenwoordigen en alle onderwerpen aan bod zullen moeten laten komen die vanuit die
provinciale Sportraad aan het APB Sport gevraagd worden. Ik denk dat over het algemeen
weinig zal veranderen. Daarenboven is ook voorzien dat wij buiten de stemgerechtigde
leden van de provinciale Sportraad ook wel een aantal deskundigen kunnen vragen als het
gaat over specifieke zaken die vanuit BLOSO of vanuit de schoolsport worden gesteld.
Uw vraag in verband met de subsidiëring van sportfederaties die niet door Vlaanderen
worden gesubsidieerd. Dat is inderdaad een probleem. Wij mogen vanuit de interne
staatshervorming vanaf 2014 geen sportfederaties niet meer subsidiëren. Er zijn
inderdaad een aantal federaties van vooral kleinere sporten die de pineut dreigen te
worden. Er zullen nog een aantal gesprekken volgen met het kabinet van Muyters. Ik zal
dat meenemen als één van de pijnpunten, maar ik kan u op dit ogenblik, tot mijn spijt, echt
geen kant en klare oplossing aanbieden.
Wat de motorcross betreft, mijnheer Willekens, engageren mijn collega Luk Lemmens en ik
ons om ons uiterste best te doen om in te gaan op de vraag van de Vlaamse overheid om op
zoek te gaan naar een motorcrossterrein. Die problematiek, ik weet dat vanuit mijn eigen
gemeente Oud-Turnhout, is al heel oud. Wij zitten daar ook met een crosscircuit op de
grens van Oud-Turnhout en Arendonk. Om het zacht uit te drukken, als er bv. de vraag
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
286
komt om daar permanent rallycross te kunnen organiseren en niet meer tien keer per jaar
is er in beide gemeenten geen enkel gemeenteraadslid dat akkoord zal gaan met die
beslissing. Dat is dus een heel moeilijke oefening. Het is ook een beetje ‘not in my backyard
syndroom’ overal. Ik heb daar ook alle begrip voor. Wij zijn een zeer dicht bevolkt land,
met een over het algemeen zeer slechte ruimtelijke ordening vanuit het verleden, en het is
daardoor echt een probleem. Wij zijn ons daarvan bewust, maar wij gaan toch ons best
doen. Maar zoals ik al herhaalde malen gezegd heb, wij kunnen hier vanuit de positie waar
wij nu inzitten absoluut niets garanderen, alleen garanderen dat wij ons uiterste best
zullen doen om dat in orde te krijgen, want ik weet dat de vraag heel terecht is vanuit die
sport.
Dan de vraag van mijnheer Vandendriessche rond de intergemeentelijke samenwerking en
bovenlokale sportinfrastructuur. Dat probleem is ook al heel oud. Ik kan ook vanuit mijn
eigen ervaring van vroeger zeggen dat het ook in mijn streek een probleem is. Ik hoef u
niet te vertellen dat het zwembad in Turnhout, dat een initiatief was van de stad zelf, ook
zo’n geval was. Dat staat nu een beetje los van uw vraag, maar ik heb altijd ook toen de
bedenking gemaakt waarom een stad als Turnhout een zwembad wil bouwen zonder samen
te werken met de gemeenten rond Turnhout die ook vragende partij zijn, zoals mijn eigen
gemeente. Dat komt omdat in de praktijk blijkbaar die intergemeentelijke samenwerking in
veel gevallen heel moeilijk verloopt. U kent waarschijnlijk het verhaal ook van het zwembad
dat de provincie gebouwd heeft in het domein De Nekker, waar er aanvankelijk afspraken
waren met de stad Mechelen en de gemeente Bonheiden om daar mee in te participeren en
ook mee het onderhoud van het zwembad te financieren, terwijl de provincie de
investeringskosten heeft gedaan. Bonheiden heeft zijn akkoord gehonoreerd en zij betalen
hun afgesproken deel, maar de stad Mechelen heeft zich jammer genoeg teruggetrokken.
Dat verhaal is hetzelfde een beetje als het verhaal dat u vertelt.
Volgens het decreet van juli 2012 mogen wij als provincie alleen maar tussenkomen op vraag
van gemeenten. Natuurlijk wat betekent dat in de praktijk? Wij kunnen ook wel proberen
die vraag te doen komen. Niets belet ons, om wanneer wij vermoeden dat er problemen
gaan zijn en of wanneer wij het beter vinden dat gemeenten gaan samenwerken rond de
bouw van een zwembad, gewoon aan de gemeenten te vragen: stel ons alstublieft de vraag
dat wij bemiddelen en dan zullen wij dat ook graag doen. Het is inderdaad een probleem, ik
betreur dat samen met u, dat veel gemeenten niet in staat zijn om een fatsoenlijk akkoord
te sluiten rond sportinfrastructuur die door inwoners van verschillende gemeenten worden
gebruikt. Ik vind dit ook zeer erg dat het in deze tijd nog mogelijk is, maar als het van mij
afhangt gaan wij er echt voor zorgen dat het, als er projecten zijn waarvan wij weet
hebben, dat is ook met het kabinet Muyters al doorgesproken, wat sportinfrastructuur
betreft moeten wij communiceren. De Vlaamse overheid moet met de provincies
communiceren, moet concrete vragen stellen. Wij moeten met de Vlaamse overheid
communiceren wat wij van plan zijn, maar ook gemeenten moeten aan de provincie en aan de
Vlaamse overheid communiceren wat zij van plan zijn en pas dan kunnen wij een goed plan
maken en kunnen wij proberen om die samenwerking op gang te brengen. Ik zal er alles aan
doen om dat van onze kant vanuit de provincie ook zo te doen.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
287
VOORZITTER.- Mevrouw Van Hoffelen heeft het woord.
Mevrouw VAN HOFFELEN, gedeputeerde.- Ik heb nog een vraag voor Tim Willekens van
het Vlaams Belang. In verband met de motorcrossterreinen vroeg ik mij af of u een aantal
alternatieven in gedachten had. U vraagt naar oplossingen of locaties, maar hebt u zelf al
enige alternatieven, of dacht u bv. aan Kraaienhorst in Brecht?
De heer WILLEKENS.- Ik denk dat de motorsportverenigingen zelf met mogelijke
oplossingen zijn komen aandraven in het verleden. Het klopt dat daar soms wrevel is om die
locaties zelf, want er zijn verschillende oplossingen geboden in het verleden. Er is ook ooit
sprake geweest van het elektroniseren van de motorsport voor een stuk. Dat zijn
elektrische motoren die quasi geen geluid produceren. Er zijn veel oplossingen en
mogelijkheden denk ik naar de toekomst toe. Ik denk dat u best eens bij die verenigingen
zelf gaat horen wat zij aanreiken als oplossing. Maar dat neemt niet weg dat ondertussen
de provincie in het verleden wel beloofd heeft op te zoek te gaan voor hen, en dat zij die
verbintenis dan wel ter harte moet nemen en dat dan wel doorzetten. Anders moet je ook
die verbintenis vanuit de provincie naar die verenigingen toe niet aangaan.
VOORZITTER.- Mevrouw Van Hoffelen heeft het woord.
Mevrouw VAN HOFFELEN, gedeputeerde.- Eerst en vooral is dat een vraag van de Vlaamse
overheid om op zoek te gaan naar alternatieven. Wat betreft de Kraaienhorst ben ik
terdege geïnformeerd. U herinnert zich dat misschien niet meer, maar we waren op
hetzelfde debat georganiseerd door het Kraaienhorstcomité. Daar hebt u zich aangesloten
bij de meerderheid, met name voor het pleiten voor een alternatief en de locatie te laten
doorgaan in het havengebied of een industriegebied. Bent u dan ondertussen van gedachten
veranderd?
De heer WILLEKENS.- Waar hebt u mij horen zeggen dat ik tegen een terrein zou zijn in
een havengebied.
De heer LEMMENS, gedeputeerde.- Zullen wij met de deputatie buitengaan, dan kan de
oppositie rustig debatteren.
De heer WILLEKENS.- Voor één keer is het eens het omgekeerde, mijnheer de
gedeputeerde.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
288
VOORZITTER.- Mevrouw Van Gool heeft het woord.
Mevrouw VAN GOOL.- Dank u, voorzitter.
Ik had nog een vraagje aan de gedeputeerde in verband met de subsidies. Zoals u zegt is
het inderdaad een probleem voor de provinciale federaties dat die subsidie afgeschaft
zullen worden. Ik ben blij dat u daarvoor overleg zal plegen met het kabinet van minister
Muyters.
Voor dat het decreet gestemd is, is er ook vanuit het ISO een brief gestuurd naar het
kabinet van Muyters juist om te wijzen op die problematiek in verband met de subsidiëring
van die provinciale federaties. Het lukt de Vlaamse federaties die heel tevreden zijn met
het geld dat zij gaan krijgen, zij gaan ook niet noodzakelijkerwijs het initiatief nemen om
die provinciale kleinere federatie te contacteren om te zeggen: sluit bij ons aan en dan kan
je mee van die subsidies profiteren. Ik denk daarom dat daar toch ook wel een taak
weggelegd is voor de provincie om een listing te maken om welke federaties het gaat en om
die goed te informeren en eventueel te zien welke mogelijkheden er zijn om daar een
oplossing voor te bieden, en hen eventueel ook in de richting van die Vlaamse federaties te
sturen.
De heer PEETERS, gedeputeerde.- Wij beschikken al over een lijst. Wij weten over welke
federaties het gaat hoor.
VOORZITTER.- De heer Helsen heeft het woord.
De heer HELSEN.- Voorzitter,
Collega’s,
Mijnheer de gedeputeerde,
Ik wil toch van de gelegenheid gebruik, of misbruik, maken om eventjes te pleiten voor het
crosscircuit op de grens van Oud-Turnhout met Arendonk waar we in de vorige legislatuur
het initiatief hebben genomen met een ruimtelijk uitvoeringsplan op te starten na
gesprekken met beide gemeenten en ook met Bloso. Waar het in feite over gaat is een
regularisatie, want een deel van het terrein is eigenlijk perfect vergund en ligt in de juiste
bestemmingszone, een ander gedeelte niet. Dat zou eigenlijk moeten geregulariseerd
worden. Daar hadden we de afspraak, en ik hoop dat u die kan handhaven, dat de
intensiteit van het aantal wedstrijden en oefenmomenten die daar zou zijn, zou blijven. Dat
zou ook het uitgangspunt zijn voor het ruimtelijk uitvoeringsplan. Dus ik hoop dat we daar
alleszins, die club toch, kunnen verder helpen met betrekking tot dat circuit.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
289
Nr. 7/6 van de agenda
Autonoom provinciebedrijf Sport.
Identificatienummer 60.00.0.40.0. Beleidsactieplan.
Budget 2013 en meerjarenplan 2013-2015.
Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
Door uw raad werd in vergadering van 23 april 2009 de oprichting van het
autonoom provinciebedrijf Sport goedgekeurd. Dit provinciebedrijf werd met ingang
van 1 januari 2010 operationeel.
Overeenkomstig de statuten heeft het autonoom provinciebedrijf als missie: “Elke
inwoner van de provincie aan te zetten tot levenslang gezond te bewegen of te
sporten. Kwaliteit, vernieuwen en samenwerken staan voorop.”
Artikel 7 van het beheersprotocol bepaalt dat de deputatie jaarlijks aan de
provincieraad volgende documenten m.b.t. het budget ter goedkeuring voorlegt:
Het ondernemingsplan met strategische en operationele doelstellingen,
indicatoren en streefwaarde
de financiële implicaties voor het budgetjaar en het meerjarenplan
het programma voor de roerende investeringen van het budgetjaar
De beleidsnota bevat het ondernemingsplan (beleidsfiche) van het autonoom
provinciebedrijf met de strategische en operationele doelstellingen.
Dit ondernemingsplan wordt uitgesplitst in een operationeel plan (begrotingsfiche)
per activiteit. Deze documenten worden niet afgedrukt, uw raad kan deze
terugvinden op het intranet onder de link Bestuur en organisatie Beleid Budget
Budget 2013.
Op deze plannen worden de financiële consequenties voor de genomen
beleidskeuzes opgenomen.
Voor 2013 zijn, zoals blijkt uit de bijgevoegde personeelsformatie, 47,2 VTE nodig.
Het ontwerpbudget met investeringsplan wordt in bijlage bij dit besluit voorgelegd.
De jaarlijkse dotatie, die het provinciebestuur aan het autonoom provinciebedrijf
uitkeert om haar missie en activiteiten te ontwikkelen, vindt uw raad terug in de
bijgevoegde fiche. Deze dotatie bedraagt voor 2013 3.646.190 EUR en is in het
provinciale budget ingeschreven onder machtigingskrediet 764/640.
In het meerjarenplan is 3.716.700 EUR voor 2014 en 3.716.700 EUR voor 2015 als
dotatie ingeschreven.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 3 januari 2013.
Het ontwerp van het budget 2013 en van het meerjarenplan 2013-2015 van het
gewoon provinciebedrijf werden door de deputatie goedgekeurd op 13 december
2012.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
290
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op de artikelen 225 tot 237 van het Provinciedecreet;
Gelet op het provincieraadsbesluit van 23 april 2009 houdende goedkeuring van de
statuten van het autonoom provinciebedrijf Sport;
Gelet op de beheersovereenkomst met het autonoom provinciebedrijf Sport;
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Artikel 1:
Goedgekeurd wordt het ondernemingsplan, inclusief de strategische en operationele
doelstellingen, van het autonoom provinciebedrijf Sport in de beleidsnota 2013.
Artikel 2:
Goedgekeurd worden het budget 2013 en de aanpassingen aan de
meerjarenplanning 2007-2012 van het autonoom provinciebedrijf Sport.
Artikel 3:
Goedgekeurd wordt dat het autonoom provinciebedrijf Sport voor het uitvoeren van
zijn beleidsnota voor 2013 een dotatie van 3.646.190 EUR zal ontvangen.
Bijlagen : Ondernemingsplan 2013
Personeelsformatie 2013
Gedetailleerde investeringsplanning 2013
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend.
Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming.
71 leden hebben deelgenomen aan de stemming;
64 leden hebben ja gestemd;
7 leden hebben zich onthouden.
Goedgekeurd met 64 stemmen ja, bij 7 onthoudingen.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
291
APB Sport (60000400)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015
Ontvangsten 151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheid 702 Andere opbrengsten uit werking: prestaties 331.226 453.925 401.845 466.175 466.175 740 Subsidies van overheden, concessies, ristorno's 3.951.657 513.000 814.080 263.000 263.000
7401 Weddesubsidies Vlaamse Gemeenschap 742 Overige werkingsopbrengsten 434.587 520.100 518.635 520.100 520.100 751 Opbrengsten uit financiële vlottende activa 752 Andere financiële opbrengsten 41.741 33.000 40.000 33.000 33.000 761 Andere uitzonderlijke opbrengsten 61.001 154.750 177.000 155.100 155.100 780 Onttrekking aan de gewone reserves 0 196.280 536.945 348.030 348.030
totaal 4.820.212 1.871.055 2.488.505 1.785.405 1.785.405
Werkingskosten
600 Inkopen grondstoffen 601 Voorraden: diverse leveringen 604 Voorraden: handelsgoederen 610 Huur en huurlasten 4.699 10.300 16.990 10.300 10.300 611 Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden 0 1.200 1.700 1.200 1.200 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 29.017 38.900 34.700 38.900 38.900 613 Algemene werkingskosten 848.205 1.214.590 1.438.480 1.179.850 1.179.850 616 Verzekeringen 14.467 17.320 17.050 17.320 17.320 617 Belastingen ten laste van de provincie 11.588 9.920 14.075 9.920 9.920 618 Uitzendkrachten 353.243 377.000 309.800 398.000 398.000 653 Andere financiële kosten 2.718 3.500 3.000 3.500 3.500 662 Andere uitzonderlijke kosten 0 12.965 2.800 12.965 12.965
totaal 1.263.937 1.685.695 1.838.595 1.671.955 1.671.955
Roerende Investeringen
230 Installaties, machines, uitrusting 56.994 64.730 50.930 61.680 61.680 231 Informaticahardware 1.046 16.500 113.100 15.000 15.000 240 Meubilair 5.083 5.500 13.000 4.000 4.000 241 Rollend materieel 38.792 0 59.000 0 0 242 Roerend kunstpatrimonium
totaal 101.915 86.730 236.030 80.680 80.680
Subsidies 640 Toegestane subsidies 1.074.891 1.279.500 1.292.500 1.279.500 1.279.500
totaal 1.074.891 1.279.500 1.292.500 1.279.500 1.279.500
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
292
Personeel
620 Bezoldigingen 1.392.216 1.480.410 1.724.800 1.556.080 1.556.080 6203 Loon onderwijzend personeel
621 Sociale vergoedingen 177.517 202.780 240.460 215.760 215.760 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 454.959 421.360 517.700 443.370 443.370 624 Patronale bijdragen pensioenen 105.075 128.360 150.050 135.010 135.010 625 Verplaatsingskosten en maaltijdcheques 82.686 93.710 108.060 96.190 96.190 626 Pensioenen 627 Verzekering personeel 16.693 19.420 18.300 20.240 20.240 628 Diverse personeelskosten 11.642 4.280 8.200 3.320 3.320
totaal 2.240.788 2.350.320 2.767.570 2.469.970 2.469.970
Dotatie = Werkingskosten + Roerende Investeringen + Subsidies + Personeel - Ontvangsten -138.681 3.531.190 3.646.190 3.716.700 3.716.700
APB Sport (60000400)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015
Ontvangen subsidies
742 Overige werkingsopbrengsten
totaal 0 0 0 0 0
Personeelskosten
620 Bezoldigingen 225.557 209.904 216.700 227.840 232.400 621 Sociale vergoedingen 28.638 25.266 30.630 31.860 32.490 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 32.010 30.826 32.470 33.760 34.440 625 Vergoeding voor verplaatsingskosten 1.107 1.500 990 1.030 1.060
totaal 287.312 267.496 280.790 294.490 300.390
Werkingskosten
610 Huur en huurlasten 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 613 Algemene werkingskosten 0 100.000 100.000 101.350 102.720
totaal 0 100.000 100.000 101.350 102.720
Buitengewone ontvangsten
151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheden totaal 0 0 0 0 0
Onroerende investeringen
221 Gebouwen 217.010 3.957.240 3.755.000 0 0 totaal 217.010 3.957.240 3.755.000 0 0
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
293
Roerende Investeringen 2013
APB Sport
Nummer Activiteit ACT + omschrijving MAR + omschrijving Investering Bedrag
G10000 SPRT - Overhead 230 Installaties, machines, uitrusting Vernieuwing promotiemateriaal: 3.580 3.580
G10000 SPRT - Overhead 231 Informaticahardware
Desktops en laptoppen volgens ICT plan 10.100 + 3.000 voor Steunpunt G-sport Automatisering: 100.000 113.100
G10000 SPRT - Overhead 240 Meubilair 7 bureaustoelen: 3.500 Bureaus en stoelen Steunpunt G-sport: 9.500 13.000
G10000 SPRT - Overhead 241 Rollend materieel Vervanging dienstwagen: 35.000 35.000
G10025 SPRT - Sportinfrastructuur 230 Installaties, machines, uitrusting
Valbeveiliging:1.000 Compressor Balma: 1.500 Hoogtewerker: 10.000 Hockeybalken: 4.000 Minitenniskit: 850 Luchtstructuur slide (klautertorentje): 3.000 Luchtstructuur hindernisbaan 2 A+B: 6.000 26.350
G10025 SPRT - Sportinfrastructuur 241 Rollend materieel
Vervanging aanhangwagen Drowa: 8.000 Vervanging container fietsen: 15.000 Vervanging aanhangwagen (tractor): 1.000 24.000
G10135 SPRT - Adviezen formuleren 230 Installaties, machines, uitrusting
Palen en startzuil loopomlopen: 4.000 Palen mountainbike: 14.000 Project wielerpiste A-kaart: 3.000 21.000
TOTAAL 236.030
Personeelsformatie 2012
De personeelskost stijgt gevoelig ingevolge indexering en cfr. regels opgenomen in de rechtspositieregeling. Daarnaast is ook de loonkost voor 3 VTE projectpersoneelsleden
voor het Vlaams Steunpunt G-sport opgenomen (gefinancierd door Vlaanderen). Het aantal VTE’s stijgt van 44,2 naar 47,2 VTE (+3 VTE steunpunt). Het regulier kader telt 42,4 VTE waarvan 9 VTE niv A, 12,9 VTE niv B, 13,7 VTE niv C en 5,3 VTE niv D en 1,5 VTE niv E. Het projectkader stijgt naar 4,8 VTE bestaande uit 1,8 VTE niv B (sportconsulenten fitbus) en 3 VTE niv A (Vlaams steunpunt G-sport).
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
294
Nr. 7/7 van de agenda
Budget 2013. Machtigingskrediet 764/640.
Toegestane subsidie. Artikel 764/64011956.
Subsidie Gymfederatie voor organisatie WK gymnastiek.
Nieuw krediet. Kennisname.
Verslag van de deputatie.
Jaarlijks wordt onder de koepel van de internationale gymnastiekfederatie (FIG =
Fédération Internationale de Gymnastique) het wereldkampioenschap (WK)
artistieke gymnastiek georganiseerd. Artistieke gymnastiek is één van de disciplines
van de gymnastiek die op de Olympische Spelen beoefend worden en bestaat uit
zes onderdelen voor de heren (grondoefening, paard, ringen, sprong, brug met
gelijke leggers, rekstok) en vier voor de dames (grondoefening, sprong, brug met
ongelijke leggers, balk).
Gymnastiekfederatie Vlaanderen vzw stelde zich op 9 mei 2011 officieel kandidaat
voor de organisatie van het WK artistieke gymnastiek 2013 in Antwerpen. Op 19 en
20 mei 2011 wees het Executive Committee van de FIG de organisatie officieel toe
aan Gymnastiekfederatie Vlaanderen.
De grote internationale uitstraling van de gymsport en het feit dat het wereldwijd
om het grootste gymnastiekevenement van 2013 gaat, zal heel wat publieks- en
media-aandacht genereren. De organisatie verwacht ongeveer 300 gymnasten,
afkomstig uit een 70-tal verschillende landen, en meer dan 40.000 toeschouwers.
De competitie zal doorgaan van 25 september tot en met 7 oktober 2013 in het
Sportpaleis. De Lotto Arena zal gebruikt worden voor de opwarming van de
gymnasten. Dit WK valt in het jaar dat Antwerpen de titel van Europese
Sporthoofdstad mag dragen.
In zitting van 1 juni 2011 besliste de deputatie om aan de organisatoren van dit
wereldkampioenschap een financiële ondersteuning van 200.000 EUR te geven. Er
werd een nominatief subsidiebedrag van 200.000 EUR ingeschreven in het
ontwerpbudget 2013 onder artikel 764/64011956.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op het provinciedecreet;
Gelet op het provinciaal sportbeleidsplan;
Gelet op de aanvraag van Gymnastiekfederatie Vlaanderen vzw voor ondersteuning
van de organisatie van het wereldkampioenschap artistieke gymnastiek in 2013;
Gelet op de beslissing van de deputatie van 1 juni 2011 om aan de organisatoren
van het wereldkampioenschap artistieke gymnastiek 2013 een financiële
ondersteuning te geven van 200.000 EUR;
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
295
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Enig artikel:
Kennis wordt genomen van het verslag betreffende de inschrijving in het budget
2013 van een nominatieve subsidie van 200.000 EUR aan de organisatoren van het
wereldkampioenschap artistieke gymnastiek 2013.
VOORZITTER.- Dit is een kennisname.
Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Kennis wordt genomen.
Nr. 7/8 van de agenda
Budget 2013. Machtigingskrediet 764/640.
Toegestane subsidie. Artikel 764/64014383.
Subsidie voor de organisatie van het EK hockey 2013.
Nieuw krediet. Kennisname.
Verslag van de deputatie.
Het Europees kampioenschap (EK) hockey wordt, sinds 2003, tweejaarlijks
georganiseerd onder de koepel van de Europese Hockeyfederatie (EHF). Op 25 juni
2011 kende de EHF de organisatie van het EK Hockey 2012 toe aan Braxgata
Hockeyclub. Het evenement zal plaatsvinden van 17 tot en met 25 augustus 2012
in het Provinciaal Recreatiedomein De Schorre in Boom.
Zowel bij de heren, als bij de dames, zullen 8 nationale teams strijden om de
Europese titel; goed voor 288 hockeyspelers. De organisatie verwacht over de
verschillende dagen 36.000 betalende toeschouwers. Het evenement zal uitgebreid
aan bod komen in de nationale media (o.a. Sporza) en zal ook op Eurosport te zien
zijn.
In zitting van 29 maart 2012 besliste de deputatie om aan de organisatoren van het
Europees kampioenschap hockey 2013 een financiële ondersteuning te geven van
150.000 EUR, waarvan 75.000 EUR in 2012 en 75.000 EUR in 2013. Er werd een
nominatief subsidiebedrag van 150.000 EUR ingeschreven in het ontwerpbudget
2013 onder artikel 764/64014383.
Op 26 juli 2012 keurde de deputatie de subsidieovereenkomst tussen de provincie
Antwerpen en de vzw Tophockey Belgium in het kader van de ondersteuning van
het EK hockey 2013 goed. In dezelfde zitting werd de betaling van een bedrag van
75.000 EUR aan de vzw Tophockey Belgium als terugvorderbaar voorschot van
100% op de subsidie voor de ondersteuning van het EK Hockey 2013 goedgekeurd.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op het provinciedecreet;
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
296
Gelet op het provinciaal sportbeleidsplan;
Gelet op de aanvraag van Tophockey Belgium vzw voor ondersteuning van de
organisatie van het Europees kampioenschap hockey in 2013;
Gelet op de beslissing van de deputatie van 29 maart 2012 om aan de
organisatoren van het Europees kampioenschap hockey 2013 een financiële
ondersteuning te geven van 150.000 EUR, waarvan 75.000 EUR in 2012 en
75.000 EUR in 2013;
Gelet op de beslissing van de deputatie van 26 juli 2012 om de
subsidieovereenkomst tussen de provincie Antwerpen en de vzw Tophockey, en de
betaling van een bedrag van 75.000 EUR als terugvorderbaar voorschot van 100%,
goed te keuren.
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Enig artikel:
Kennis wordt genomen van het verslag betreffende de inschrijving in het budget
2013 van een nominatieve subsidie van 75.000 EUR aan de organisatoren van het
Europees kampioenschap hockey 2013.
VOORZITTER.- Dit is een kennisname.
Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Kennis wordt genomen.
Nr. 7/9 van de agenda
Budget 2013. Machtigingskrediet 764/640.
Toegestane subsidie. Artikel 764/64014423.
Subsidie voor de organisatie van het EK Rolstoelrugby 2013.
Nieuw krediet. Kennisname.
Verslag van de deputatie.
Het Europees kampioenschap (EK) rolstoelrugby wordt georganiseerd door Wapper
vzw in samenwerking met de Vlaamse Liga Gehandicaptensport en het Belgian
Paralympic Committee van 10 tot 19 augustus 2013 in sporthal Extra Time in
Hoboken.
Aan dit evenement zullen de eerste 12 gerangschikte landen in 2013 kunnen
deelnemen. Dit houdt in dat er een 200-tal spelers en begeleiding,
18 internationale scheidsrechters, 6 internationale qualifiers en 6 leden van de
International Wheelchair Rugby Federation aanwezig zullen zijn. De organisatie
wordt ondersteund door 50 vrijwilligers.
In zitting van 29 maart 2012 besliste de deputatie om aan de organisatoren van het
EK rolstoelrugby een financiële ondersteuning te geven van 25.000 EUR. Er werd
een nominatief subsidiebedrag van 25.000 EUR ingeschreven in het ontwerpbudget
2013 onder artikel 764/64014423.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
297
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op het provinciedecreet;
Gelet op het provinciaal sportbeleidsplan;
Gelet op de aanvraag van Wapper vzw voor ondersteuning van de organisatie van
het Europees kampioenschap rolstoelrugby in 2013;
Gelet op de beslissing van de deputatie van 29 maart 2012 om aan de
organisatoren van het Europees kampioenschap rolstoelrugby 2013 een financiële
ondersteuning te geven van 25.000 EUR;
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Enig artikel:
Kennis wordt genomen van het verslag betreffende de inschrijving in het budget
2013 van een nominatieve subsidie van 25.000 EUR aan de organisatoren van het
Europees kampioenschap rolstoelrugby 2013.
VOORZITTER.- Dit is een kennisname.
Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Kennis wordt genomen.
Nr. 7/10 van de agenda
Budget 2013. Machtigingskrediet 764/640.
Toegestane subsidie. Artikel 764/64014433.
Subsidie voor de organisatie van het WK Biljart 2013.
Nieuw krediet. Kennisname.
Verslag van de deputatie.
Het wereldkampioenschap (WK) biljart zal van 16 t/m 20 oktober 2013
plaatsvinden in de Lotto Arena in Antwerpen. De organisatie van dit evenement is
in handen van de vzw wereldkampioenschap biljart, waarvan Ludo Dielis voorzitter
is, en het VOKA zorgt voor de administratieve ondersteuning.
In zitting van 29 maart 2012 besliste de deputatie om aan de organisatoren van het
WK biljart 2013 een financiële ondersteuning te geven van 30.000 EUR. Er werd
een nominatief subsidiebedrag van 30.000 EUR ingeschreven in het ontwerpbudget
2013 onder artikel 764/64014433.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op het provinciedecreet;
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
298
Gelet op het provinciaal sportbeleidsplan;
Gelet op de aanvraag van de vzw Wereldkampioenschap Biljart voor ondersteuning
van de organisatie van het wereldkampioenschap biljart in 2013;
Gelet op de beslissing van de deputatie van 29 maart 2012 om aan de
organisatoren van het wereldkampioenschap biljart 2013 een financiële
ondersteuning te geven van 30.000 EUR;
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Enig artikel:
Kennis wordt genomen van het verslag betreffende de inschrijving in het budget
2013 van een nominatieve subsidie van 30.000 EUR aan de organisatoren van het
wereldkampioenschap biljart 2013.
VOORZITTER.- Dit is een kennisname.
Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Kennis wordt genomen.
Nr. 7/11 van de agenda
Budget 2013. Machtigingskrediet 764/640.
Toegestane subsidie. Artikel 764/64014463.
Subsidie voor de realisatie van kliminfrastructuur in Breendonk (Puurs).
Nieuw krediet. Kennisname.
Verslag van de deputatie.
Situering Klimax
De kliminfrastructuur Klimax in Breendonk (Puurs), bestaande uit de indoor
kliminfrastructuur ‘Klimax I’ en de overdekte buitenkliminfrastructuur ‘Klimax II’, is
een van de toonaangevende klimzalen in België. De bouw ervan gebeurde in
samenwerking tussen Bergsport Vereniging Klein Brabant (BVKB) en de gemeente
Puurs, die de kliminfrastructuur ook samen uitbaten. Toen Klimax I in het jaar 2000
geopend werd, was het de grootste klimzaal in België. Door de grote groei van het
aantal klimmers bleek deze echter al snel te klein en werd er gestart met de bouw
van de halfopen klimwand Klimax II, waardoor Klimax het grootste klimcentrum
van het land werd.
Intussen is Klimax uitgegroeid tot een degelijk trainingscentrum waar wekelijks
meer dan 100 jongeren in verschillende groepen trainen. De goede klimfaciliteiten
in combinatie met een goed opleidings- en trainingsprogramma laten zich ook
voelen in de goede competitieresultaten die de klimmers kunnen voorleggen. In
november 2011 werd Anak Verhoeven van het Klimax team bijvoorbeeld Europees
kampioene bij de jeugd. Ook de recreatieve klimmers vinden hun weg naar Klimax;
wekelijks komen scholen en verenigingen onder begeleiding van BVKB-vrijwilligers
klimmen en jaarlijks volgen zo’n 1.500 jongeren een initiatie. Heel wat nationale en
internationale wedstrijden vinden eveneens plaats in de kliminfrastructuur. Jaarlijks
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
299
mag BVKB zo de IFSC (International Federation of Sport Climbing) wereldbeker
‘lead’ en ‘speed’ voor senioren organiseren.
Boulderklimmen
De drie voornaamste disciplines van het competitieklimmen zijn lead, speed en
boulder. Voor de twee eerste disciplines bieden Klimax I en II uitdagingen voor
zowel recreatieve, als wedstrijdklimmers. Voor de boulderklimmers heeft Klimax
momenteel slechts een kleine ruimte ter beschikking. Bij boulderen wordt er
geklommen op lage structuren (max 3 tot 5 meter hoog) zonder beveiliging door
een klimgordel en touw. Onder deze structuren ligt een valmat zodat de klimmer bij
een eventuele val veilig terecht komt.
Boulder is een urban sport die met weinig middelen door iedereen kan beoefend
worden. Het is een ideale instap in de klimsport daar er geen veiligheidsrisico’s zijn.
Hiernaast is boulder ook een ideale aanvulling op het leadklimmen. Het is, binnen
de klimsport, de snelst groeiende tak met reeds meer dan 30 wedstrijden in België
per jaar.
Uitbreiding Klimax
Bergsportvereniging Klein Brabant wil de bestaande kliminfrastructuur nu uitbreiden
met boulderfaciliteiten op topniveau, ‘Klimax III’. Het gaat om 250 klimroutes in
12 niveaus op een oppervlakte van 600m² klimmuur. De noodzaak voor uitbreiding
ligt in de te kleine capaciteit van de huidige kliminfrastructuur. De druk op de
huidige klimzaal neemt alsmaar toe. Dagelijks komen in Klimax meer dan
100 mensen klimmen waardoor de zaal overvol is en wedstrijdklimmers en
recreanten elkaar storen. Wie wil aansluiten bij de jeugdtrainingen komt op een
wachtlijst terecht. Een uitbreiding met boulderinfrastructuur voor zowel recreatieve
– als competitieklimmers is dus zeker te verantwoorden.
BVKB is bereid haar beschikbare middelen te investeren in dit project. Deze zijn
echter niet voldoende om een project van een dergelijke omvang te dragen.
Hierdoor richtte BVKB een vraag voor ondersteuning aan de gemeente Puurs,
Vlaanderen en de provincie Antwerpen.
Vanuit het Autonoom Provinciebedrijf Sport werd deze aanvraag positief
geadviseerd. Een dergelijke kliminfrastructuur is duidelijk een bovenlokale
sportaccommodatie, er is een behoefte en de bouw van een klim – en boulderhal is
één van de 15 prioriteiten uit het bovenlokaal sportinfrastructuurplan.
In deputatiezitting van 3 januari 2013 werd beslist om een bedrag van
150.000 EUR te voorzien als ondersteuning voor de realisatie van bijkomende
kliminfrastructuur in Puurs.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op het provinciedecreet;
Gelet op het provinciaal sportbeleidsplan;
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
300
Gelet op de aanvraag van Bergsportvereniging Klein Brabant voor ondersteuning
van de uitbreiding van de bestaande kliminfrastructuur Klimax in Puurs;
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Enig artikel:
Kennis wordt genomen van het verslag betreffende de inschrijving in het budget
2013 van een nominatieve subsidie van 150.000 EUR voor de realisatie van
kliminfrastructuur in Breendonk (Puurs).
VOORZITTER.- Dit is een kennisname.
Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Kennis wordt genomen.
Nr. 7/12 van de agenda
Budget 2013. Machtigingskrediet 764/640.
Toegestane subsidie. Artikel 764/64014471.
Subsidie voor regionale gymprojecten.
Nieuw krediet. Kennisname.
Verslag van de deputatie.
In zitting van 20 oktober keurde de deputatie het principe goed voor de uitbouw
van de bovenlokale gyminfrastructuur in de provincie Antwerpen, waarbij zes
regionale gymprojecten ondersteund worden voor de bouw van een bovenlokale
gymhal.
Op 28 juni 2012 keurde de provincieraad de ondersteuning van zes regionale
gymprojecten voor de bouw van een bovenlokale gymhal goed volgens het principe
van een jaarlijkse tussenkomst in de leninglast over een periode van 10 jaar door
middel van een subsidieovereenkomst met indicatoren. Volgende subsidiebedragen
worden per project uitgekeerd over een periode van 10 jaar, waarbij jaarlijks 10%
van het bedrag uitgekeerd wordt:
- Kalmthout: subsidie aan de club Gymka: 300.000 EUR;
- Ekeren: subsidie aan de club Deugd en Moed: 150.000 EUR;
- Zoersel: subsidie aan de club The sky is the Limit: 100.000 EUR;
- Heist-op-den-Berg: subsidie aan het Autonoom Gemeentebedrijf Heist-op-
den-Berg: 150.000 EUR;
- Mechelen: subsidie aan het Autonoom Gemeentebedrijf Sport Actief
Mechelen: 150.000 EUR;
- Hoogstraten: subsidie aan de stad Hoogstraten: 150.000 EUR.
De ondersteuning van de zes regionale gymprojecten verloopt volgens onderstaand
betalingsschema:
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
301
Kalm
tho
ut
Ekeren
Zo
ersel
Heis
t-o
p-d
en
-
Berg
Mech
ele
n
Ho
og
str
ate
n
To
taal/
jaar
2012 10.000 15.000 15.000 40.000
2013 30.000 15.000 10.000 15.000 15.000 15.000 100.000
2014 30.000 15.000 10.000 15.000 15.000 15.000 100.000
2015 30.000 15.000 10.000 15.000 15.000 15.000 100.000
2016 30.000 15.000 10.000 15.000 15.000 15.000 100.000
2017 30.000 15.000 10.000 15.000 15.000 15.000 100.000
2018 30.000 15.000 10.000 15.000 15.000 15.000 100.000
2019 30.000 15.000 10.000 15.000 15.000 15.000 100.000
2020 30.000 15.000 10.000 15.000 15.000 15.000 100.000
2021 30.000 15.000 10.000 15.000 15.000 15.000 100.000
2022 30.000 15.000 15.000 60.000
Totaal/ project 300.000 150.000 100.000 150.000 150.000 150.000 1.000.000
Voor de zes regionale gymprojecten werd een subsidieovereenkomst opgemaakt
waarin voorwaarden gesteld werden voor uitbetaling van de subsidie. De
overeenkomsten zijn opgevat volgens het principe van een basisovereenkomst die
voor alle projecten hetzelfde is en twee bijlagen, met betrekking tot visibiliteit voor
de provincie Antwerpen en bovenlokale invulling van de gymhal, die per project
onderhandeld worden. De basisovereenkomst voor de verschillende projecten werd
goedgekeurd door de provincieraad op 22 november 2012.
De verschillende projecten krijgen ondersteuning voor de bouw van een
bovenlokale gymhal. Dit impliceert dat er pas een subsidie kan uitgekeerd worden
vanaf er effectief met de bouw (vanaf aanstellen ontwerper) begonnen is. Voor de
projecten van Zoersel, Heist-op-den-Berg en Mechelen kon de subsidie al uitbetaald
worden in 2012 gezien deze gymhallen reeds geopend werden.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op het provinciedecreet;
Gelet op het provinciaal sportbeleidsplan;
Gelet op het besluit van de provincieraad van 28 juni 2012 waarbij de
ondersteuning van zes regionale gymhallen voor de bouw van een bovenlokale
gymhal werd goedgekeurd;
Gelet op de beslissing van de provincieraad van 22 november 2012 waarbij de
basisovereenkomst voor de ondersteuning van zes regionale gymprojecten werd
goedgekeurd;
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
302
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Enig artikel:
Kennis wordt genomen van het verslag betreffende de inschrijving in het budget
2013 van een nominatieve subsidie van 100.000 EUR voor de ondersteuning van
zes regionale gymprojecten voor de bouw van een bovenlokale gymhal volgens
onderstaande verdeelsleutel:
- Kalmthout: subsidie aan de club Gymka: 30.000 EUR;
- Ekeren: subsidie aan de club Deugd en Moed: 15.000 EUR;
- Zoersel: subsidie aan de club The Sky is the Limit: 10.000 EUR;
- Heist-op-den-Berg: subsidie aan het Autonoom Gemeentebedrijf Heist-op-
den-Berg: 15.000 EUR;
- Mechelen: subsidie aan het Autonoom Gemeentebedrijf Sport Actief
Mechelen: 15.000 EUR;
- Hoogstraten: subsidie aan de stad Hoogstraten: 15.000 EUR.
VOORZITTER.- Dit is een kennisname.
Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Kennis wordt genomen.
Toerisme:
VOORZITTER.- De heer Cuyt heeft het woord.
De heer CUYT.- Mijnheer de voorzitter,
Collega’s,
Vooraf mijn excuses voor mijn niet al te duidelijke stem. Een verkoudheid heeft
toegeslagen. Ik denk dat ik niet de enige ben vandaag.
Het bestuursakkoord stelt dat de provincie u wil laten genieten. Zeker belangrijk als dat
genieten ook economie wordt en is. Vandaag de dag is toerisme immers meer dan genieten
alleen. Stilaan maar zeker wordt toerisme voor onze gouw een economische tijger.
Toeristen zijn vandaag de dag immers klanten, klanten waarvoor gevochten wordt.
Uit de cijfers van de studiedienst van de Vlaamse regering blijkt dat de toeristische
sector ongeveer 235.000 jobs biedt, goed voor zo’n 6,7% van alle jobs in Vlaanderen en
Brussel. In 2010 bedroeg de bruto toegevoegde waarde van de brede toeristische
industrie in Vlaanderen 12,2 miljard EUR. Daarmee draagt de toeristische industrie voor
5% bij aan het bruto binnenlands product van Vlaanderen.
Ik citeer Vlaams minister Geert Bourgeois: “Deze cijfers zetten het economisch belang
van toerisme in de verf. De 235.000 jobs omvatten werknemers (182.000), zelfstandigen
(51.000) en studentenjobs (2.500). Toerisme is heel arbeidsintensief en het gaat
bovendien om tewerkstelling die je niet kan verplaatsen naar andere landen en waarin ook
veel laaggeschoolden werken. Dat Toerisme Vlaanderen en talrijke andere partners
investeren in het toerisme en de sector stimuleren tot innovatie en kwaliteitsverbetering
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
303
loont dus. Uit het verleden weten we ook dat het toerisme een veerkrachtige sector is die
snel weer opleeft na een crisis.” Tot zover Vlaams minister van toerisme Geert Bourgeois.
De studiedienst van de Vlaamse regering berekent de economische impact van het toerisme
op basis van een internationaal erkende methode die Eurostat en de UNWTO, toeristische
organisatie van de Verenigde Naties, mee ontwikkeld hebben. Met 5% ligt het aandeel van
de toeristische industrie in de totale toegevoegde waarde van de economie in Vlaanderen
en Brussel hoger dan van de chemische sector (2,9%), financiën en verzekeringen (3,5%) of
de voedingsindustrie (2,7%). De bruto toegevoegde waarde van de bouwsector bedraagt
6,6%, en iedereen weet wel wat de bouwsector betekent voor ons.
De toeristische sector vertegenwoordigt 6% van de totale tewerkstelling in de provincie
Antwerpen met 40.455 jobs.
Het dagtoerisme en het verblijfstoerisme in de Antwerpse Kempen waren in 2011 samen
goed voor een omzet van 166 miljoen EUR. Voor Antwerpen bedraagt dat cijfer
529 miljoen, voor Mechelen 56 miljoen en voor Scheldeland ruim 33 miljoen. Opgeteld
meer dan 780 miljoen EUR.
Ik denk dat het plaatje intussen duidelijk is. De tijd dat er wat lacherig werd gedaan over
toerisme en zijn economische betekenis voor gemeenten en regio’s ligt definitief achter
ons.
Onze provincie heeft binnen het grote museum dat West Europa is, heel wat troeven. Denk
maar even aan de kunststeden Antwerpen en Mechelen, onze provinciale parken en
domeinen, ons wandel- en fietsknooppuntennetwerk en nog zoveel meer. De voorgaande
jaren heb ik bij mijn tussenkomsten meermaals de aandacht van de raad en bestendige
deputatie gevraagd voor de fietspaden, het fietsbeleid en het fietsknooppuntennetwerk.
Nu dit netwerk van 3.000 km fietspaden, verspreid over alle 70 gemeenten in onze gouw,
onze provincie volledig afdekt, zal zeker het onderhoud en de zorg voor de kwaliteit van
het netwerk in het oog moeten gehouden worden. Aanpassingen en bijsturingen zijn zeker
nodig. Een evaluatie en grondig onderzoek zullen moeten uitwijzen waar deze bijsturingen
nodig zijn. Ook de verharding van een aantal zandwegen dringt zich op.
Kortom, nu de totale afdekking een feit is moet men investeren in onderhoud, bijsturingen
en kwaliteitsverbetering van het totale fietsknooppuntennetwerk door deze netwerken
verder uit te bouwen met de nodige voorzieningen zoals parking, fietsverhuur, sanitair,
horeca en bewegwijzering.
Toeristische marketing in Brussel en Wallonië komt als nieuwe taak onze kant uit. Dit is
totaal nieuw, want tot nog toe was dat eigenlijk de taak van Toerisme Vlaanderen. We
hebben in de loop der jaren echter moeten vaststellen dat ze daar bijzonder weinig aan
gedaan hebben. Tot op heden moesten de provincies zich er ook uitdrukkelijk ver van
afhouden, maar nu verandert de zaak. Nu moeten de provincies er dus de marketing gaan
doen. Geen nood, we zijn daar prima voor geplaatst.
En er dienen zich op dat vlak ook tal van opportuniteiten aan. Bijvoorbeeld de luchthaven
van Charleroi waar het type toeristen aankomt dat eigenlijk zonder veel planning op
voorhand daar neerstrijkt en dan maar ziet waar hij bij wijze van spreken wordt naartoe
geleid. Op dit moment is er in die luchthaven niks van reclame te zien, op een half A4’tje na
dat je er ergen aan een verloren tafeltje in een koffiebar vindt. Eén of andere
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
304
bustouroperator biedt daar een trip aan door België in twee dagen en een nacht, met
haltes in Brussel, Gent en Brugge, maar that’s it.
Niks van Toerisme Vlaanderen, niks van de kuststeden, niks van de provincies, enkel een
standje van de stad Charleroi zelf.
Als straks de sporen van het station van Charleroi ook tot in de luchthaven gaan, zoals is
gepland, dan heb je omzeggens een rechtstreekse verbinding met Mechelen en Antwerpen,
onze twee kunststeden. Van daaruit is het maar een kleine stap naar onze groene regio’s.
Marketing moet er dus zijn. Zonder marketing en promotie voor onze gouw riskeren we dat
die duizenden potentiële toeristen nooit verder geraken dan Charleroi of Brussel.
Mijnheer de gedeputeerde, ik heb twee vragen daarbij.
Gaat u TPA ook aanzetten om effectief marketing te voeren in Wallonië en hoe groot zijn
de ambities?
Het betreft een nieuwe opdracht voor de provincies die dus ook een impact moet hebben
op de verevening. Gaat u er ook mee over waken dat de nodige middelen vanuit de Vlaamse
overheid volgen om de Toeristische Federatie slagkrachtig aan de meet te laten komen.
VOORZITTER.- De heer Peeters heeft het woord.
De heer PEETERS, gedeputeerde.- Ik kan op uw twee vragen heel kort antwoorden. Ja, en
groot!
Ik heb het daar al een eerste keer over gehad met Toerisme Provincie Antwerpen en het is
wel zo dat marketing in Wallonië en ook Brussel – en ook Brussel beschouw ik als
binnenland, misschien moeten we daar zelfs in eerste instantie op mikken omdat het een
hele grote markt is – niet zo eenvoudig is. We gaan dat in alle geval proberen om dat te
doen, maar ik moet wel de randopmerking maken, en dat is misschien een cliché, dat koken
geld kost en dat we ook de nodige middelen daarvoor moeten kunnen voorzien in het
budget. En dat is ook een cliché: het is op dit ogenblik nog niet duidelijk over welke
middelen wij zullen beschikken na de verevening door Vlaanderen. Maar ik heb het in het
bestuursakkoord gezet. Het is een opdracht die we onszelf gaan geven en we gaan dat echt
ernstig pogen te doen. Het vertalen in het Frans van een aantal brochures en een website
dat is absoluut niet voldoende natuurlijk. De grote kunst zal er in bestaan om de
promotiemiddelen die wij hebben te verspreiden, om te beginnen via beurzen bijvoorbeeld.
Daar is Toerisme Provincie Antwerpen ook al zeer actief in, maar we zullen nog andere
kanalen moeten aanboren om die promotie in Wallonië en Brussel op gang te krijgen. Maar
de ambitie is er, de middelen dat is nog een vraagteken.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
305
Nr. 7/13 van de agenda
Budget 2013. Machtigingskrediet 562/640.
Toegestane subsidies. Artikel 562/64005083.
Subsidie aan vzw Toerisme Provincie Antwerpen.
Financieel en werkingsverslag van 2011. Kennisname.
Verslag van de deputatie.
Hierbij wordt aan uw raad het financieel en werkingsverslag van 2011 van de
vzw Toerisme Provincie Antwerpen ter kennisgeving voorgelegd.
In het budget 2013 is onder artikel 562/64005083 een krediet voorzien van
2.771.450 EUR als werkingssubsidie voor de vzw Toerisme Provincie Antwerpen,
Koningin Elisabethlei 16, 2018 Antwerpen.
De vzw legt een resultatenrekening voor met een bedrag van 4.570.977,44 EUR
aan inkomsten en 4.839.370,71 EUR aan kosten en een negatief resultaat over het
werkingsjaar 2011 van 268.393,27 EUR.
Inkomsten 2011
INTERNE ZAKEN
Beheer gebouwen 34.220,42 EUR
Diverse subsidies 3.541.846,28 EUR
Cofinanciering clusterwerking 80.238,80 EUR
Lidgelden 5.246,00 EUR
Overige / Diverse resultaten 13.671,90 EUR
BELEID EN ONTWIKKELING
Kenniscentrum 11.099,49 EUR
Routebureau 252.509,11 EUR
Projecten en cofinanciering 102.373,84 EUR
MARKETING EN COMMUNICATIE
Cofinanciering marketingacties 209.697,98 EUR
Verkoop publicaties 269.726,95 EUR
Regiowerking 6.943,97 EUR
Overige opbrengsten 25.665,83 EUR
Totaal bedrijfsopbrengsten 4.553.240,57 EUR
Totaal financiële opbrengsten 17.736,87 EUR
TOTAAL OPBRENGSTEN 4.570.977,44 EUR
Uitgaven 2011
INTERNE ZAKEN
Personeel 2.752.627,81 EUR
ICT 75.576,71 EUR
Gebouwen 95.171,36 EUR
Uitrusting meubilair 264,88 EUR
Kantoor 22.284,30 EUR
Werking vereniging 30.890,80 EUR
Bestelwagens 9.057,14 EUR
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
306
BELEID EN ONTWIKKELING
Kenniscentrum 58.894,13 EUR
Aanbodsontwikkeling 43.597,09 EUR
Routebureau 459.560,51 EUR
Projecten 45.077,36 EUR
Overige 11.517,99 EUR
MARKETING EN COMMUNICATIE
Beurzen 43.668,06 EUR
Publicaties 153.080,33 EUR
Webmarketing 25.057,70 EUR
Promotionele acties 75.582,17 EUR
Pers en mediawerking 62.861,06 EUR
Toeristische partnerships 305.139,08 EUR
Communicatie en PR 46.879,93 EUR
Distributie en onthaal 36.165,11 EUR
MICE (Meeting Kempen) 55.007,64 EUR
Algemeen 12.735,02 EUR
Overige 4.000,00 EUR
REGIOWERKING
Subsidies 81.766,68 EUR
Regiobijeenkomsten 4.399,01 EUR
Overige 21.789,84 EUR
Afschrijvingskosten 82.964,01 EUR
Voorraadwijziging handelsgoederen 11.100,20 EUR
Overige bedrijfskosten 206.468,52 EUR
Totaal bedrijfskosten 4.838.111,91 EUR
Totaal financiële kosten 1.258,80 EUR
TOTAAL KOSTEN 4.839.370,71 EUR
Ter informatie kan worden meegedeeld dat de provinciale toelage 2011 aan de vzw
3.101.200 EUR bedroeg.
De werking van de vzw Toerisme Provincie Antwerpen concentreert zich rond Beleid
en Ontwikkeling (Kenniscentrum – aanbodsontwikkeling – routebureau – beleid en
projectwerking); Marketing en communicatie en Regiomanagement.
Marketing en communicatie concentreerde zich in 2011 rond Antwerpse Kempen,
MeetingKempen, Scheldeland, corporate communicatie, centrale marketingdiensten
en provinciebrede marketing.
Uw raad wordt gevraagd kennis te nemen van het financieel en werkingsverslag
over 2011 van de vzw Toerisme Provincie Antwerpen. Een digitale versie is terug te
vinden op Intranet (Bestuur en organisatie/Organisatiestructuur/Departement
Recreatie, Sport en Toerisme/Toerisme Provincie Antwerpen/bijlagen).
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
307
Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie op 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op het verslag van de deputatie;
BESLUIT:
Enig artikel :
Kennis wordt genomen van het financieel en werkingsverslag van de vzw Toerisme
Provincie Antwerpen van 2011.
VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord.
De heer MERCKX.- Het houdt verband met dit punt van de agenda. Daar had ik een vraag
over.
Kan men ons bij gelegenheid eens wat meer uitleg geven over de uitgavenpost bij vzw
Toerisme Provincie Antwerpen, toeristische partnerships. Ik vond dat een vrij
indrukwekkend bedrag, 305.000 EUR, meer dan 10% van de totale subsidie van
2,7 miljoen EUR. Wat houdt dat in? Zijn dat verantwoorde uitgaven?
De heer PEETERS, gedeputeerde.- Ik moet u daar het antwoord op schuldig blijven. Ik
weet echt nog niet in detail waar Toerisme Provincie Antwerpen zich mee bezighoudt. Ik
heb een eerste grote toelichting gehad, maar ik kan u daar echt op dit ogenblik geen
antwoord op geven. Ik zal u dat bezorgen.
VOORZITTER.- Mevrouw Verhaert heeft het woord.
Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Zonder het nu in detail gezien te hebben kan het om
twee dingen gaan. Ofwel zijn het de partnerships die wij hebben met de kunststeden en
met de regio’s waar wij middelen voorzien. Dat kan gaan over clusterwerking waar wij
personeel ter beschikking stellen om lokale besturen een beetje slagkrachtiger voor de dag
te laten komen wat het toeristisch beleid betreft, of het kan, en dat heb ik niet in detail
gevolgd, ook gaan om de afspraak die wij hebben gemaakt om samen Vlaanderen
Vakantieland over te nemen. Vlaanderen Vakantieland was tot voor kort in handen van
Toerisme Vlaanderen. Eén van de afspraken in het kader van de interne staatshervorming
is dat het nu voor de provincies hun rekening komt. Dus, zonder in detail gezien te hebben,
denk ik dat het een van die twee dingen is. Aan het bedrag te oordelen vermoed ik het
laatste.
VOORZITTER.- De heer De Haes heeft het woord.
De heer DE HAES.- Dat gaat inderdaad over ‘logeren in Vlaanderen’ en ‘tafelen in
Vlaanderen’ en dat zijn overkoepelende samenwerkingsverbanden tussen de provincies.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
308
Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Dan is het dus de opmaak van het programma en het
maken van het boek in samenspraak met de sector om voordelen te kunnen geven bij
bepaalde boekingen van overnachtingen, en dat soort dingen meer.
VOORZITTER.- Zijn daar nog tussenkomsten over? Geen.
Kennis wordt genomen.
Veiligheid:
VOORZITTER.- De heer Janssen heeft het woord.
De heer Patrick JANSSEN.- Mijnheer de voorzitter,
Mevrouw en heren van de deputatie,
Collega’s,
Ramp in de Toren.
Binnenkort verlaten wij ons provinciehuis, omdat het niet meer aan de normen van een
modern kantoorgebouw voldoet. Er is door de deputatie beslist om op dezelfde locatie een
volledig nieuw provinciehuis te bouwen. Vanaf 15 april tot 31 mei verhuizen de verschillende
diensten naar tijdelijke locaties, en vanaf augustus 2013 beginnen de afbraakwerken van
het gebouw.
Na een gesprek met Sergeant G. Vandendaele van de Brandweer van Antwerpen, die tevens
ook instructeur is op Campus Vesta, ben ik tot het volgende idee gekomen.
Gezien het provinciehuis van eind mei tot augustus leeg zal staan, zouden de hulpdiensten
het perfect kunnen gebruiken als een soort oefenterrein. Men zou een oefening genaamd
“Ramp In De Toren” kunnen doen op grote schaal in een realistische omgeving, waar
verschillende hulpdiensten aan mee kunnen doen. De brandweer Antwerpen, maar ook
rekruten van Campus Vesta zouden brandsimulaties kunnen doen, of evacuatie vanuit
hoogbouw oefenen. De politiediensten zouden ook een oefening kunnen doen. In augustus
2012 was er een gelijkaardige oefening in de Gentse Rabottoren.
Mijn vraag aan de deputatie. Zou ons provinciehuis ook ter beschikking gesteld kunnen
worden als oefenterrein voor de verschillende hulpdiensten?
VOORZITTER.- De heer Volleberg heeft het woord.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
309
De heer VOLLEBERGH.- Voorzitter,
Collega’s,
Nu we stilaan aan het einde zijn gekomen van deze budgetbesprekingen, had ik graag nog
even uw aandacht gevraagd voor het veiligheidsthema, en dan meer bepaald voor de inzet
van zogeheten slimme camera’s.
Zoals ondertussen genoegzaam bekend is het systeem een grote hulp gebleken bij de
bestrijding van de criminaliteit. Het laat de politiediensten niet alleen toe sneller en
efficiënter op te treden, maar heeft ook een duidelijke preventieve werking. Een
professionele crimineel wil immers zoveel mogelijk winst voor zo weinig mogelijk risico.
Professionals worden door dit systeem afgeschrikt, terwijl beginners sneller kunnen
worden gevat. De slimme camera’s hebben bovendien ook meer dan hun nut bewezen op het
vlak van de verkeersveiligheid, wat toch ook alleen maar goed nieuws is te noemen.
Eind 2011 verwees onze fractie in deze raad naar de plannen van de provincie Limburg om
het systeem over heel het grondgebied van de provincie in te voeren. Een en ander heeft
het voordeel dat hierdoor mogelijk de kostprijs wordt gedrukt, de systemen beter op
elkaar zijn afgestemd, terwijl tegelijk wordt vermeden dat de misdaad zich verplaatst
naar steden en gemeenten.
De tijd heeft niet stil gestaan, en zo worden dit voorjaar in Limburg langs de E313 en E314
de eerste ANPR-camera’s geplaatst. Als we goed zijn ingelicht, is het de bedoeling dat dit
initiatief – dat tot stand kwam in samenwerking tussen de federale gerechtelijke politie en
de provincie Limburg – in de toekomst verder wordt uitgebreid. Ondertussen gaan ook in
West-Vlaanderen stemmen op om werk te maken van een cameraschild. Het is niet de
bedoeling dat de provincie zelf investeert in de camera’s – dat is aan de gemeenten en aan
de politiekorpsen – maar wel de ambitie om alle camera’s in kaart te brengen en de werking
ervan beter op elkaar af te stemmen.
Welnu, wat kan in de provincie Limburg – en ondertussen blijkbaar ook al in West-
Vlaanderen – moet ook in de provincie Antwerpen mogelijk zijn. We herinneren er trouwens
aan dat naar aanleiding van de Veiligheidsconferentie en de aangekondigde samenwerking
tussen de provincies Antwerpen en Limburg in de strijd tegen de woninginbraken, in de
lente van vorig jaar ook gewag werd gemaakt van de uitbreiding van camera’s met
nummerplaatherkenning.
We herhalen vandaag dan ook onze oproep aan het provinciebestuur om – waarom niet in de
schoot van het Provinciaal Veiligheidsinstituut, ons eigen PVI – ter zake een coördinerende
rol op te nemen, waardoor de efficiëntie kan worden verhoogd en de kostprijs verlaagd.
Dezelfde vraag dus, in de wetenschap dat de tijd ook hier niet heeft stilgestaan, in de
hoop dat de geesten ondertussen ook hier zijn gerijpt.
VOORZITTER.- De heer Peeters heeft het woord.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
310
De heer PEETERS.- Mijnheer Vollebergh, ik moet u misschien teleurstellen, maar wij
hebben op dit ogenblik geen plannen of de ambitie om dat project dat in Limburg zou
gestart zijn over te nemen. Ik denk dat het plaatsen van camera’s en ook het coördineren
van waar die moeten staan in de eerste plaats een taak is van de gemeente en van de
federale politiezones. Bovendien is het zo dat wij wat veiligheid betreft toch ook als
provincie heel wat inspanningen doen in opleiding, zowel in Campus Vesta als in het
Veiligheidsinstituut. Ik denk dat wij onze verantwoordelijkheid daar opnemen. Boven zullen
wij ook moeten zien wat wij met onze centen nog kunnen doen in de toekomst. Op dit
ogenblik is er absoluut geen ruimte voor nieuwe initiatieven.
Wat de vraag van mijnheer Janssen betreft rond de toren en de oefeningen die de
brandweer zou kunnen doen is het misschien een toeval, maar dat is eigenlijk al voorzien
door de provincie. Er zijn al gesprekken geweest met de brandweer van Antwerpen.
Naargelang de aard van de oefening kan het zijn dat het gecoördineerd zal worden door
Campus Vesta. Inderdaad, wij gaan de brandweer de kans geven om daar nog gebruik van te
maken om ontruimingsacties en dergelijke te organiseren. Wij zijn alleen nog op zoek,
mijnheer Janssen, naar mensen die zich eventueel willen laten evacueren.
Dank u wel.
VOORZITTER.- De heer Vollebergh heeft het woord.
De heer VOLLEBERGH.- Mijnheer de gedeputeerde, ik kan niet zeggen ‘bedankt voor uw
antwoord’, want u hebt compleet naast de kwestie geantwoord.
Ik heb ook gezegd tijdens mijn tussenkomst dat het niet de bedoeling is dat de provincie
zelf investeert, maar dat heeft u blijkbaar niet goed gelezen of gehoord. Als ik hier hoor
dat er intergemeentelijke samenwerkingsverbanden ontstaan en dat we dat als provincie
misschien een beetje moeten tegengaan omdat daar ook geen democratische controle is.
Als u het niet doet met een democratische controle als raad dan doen anderen het. In
Mechelen bijvoorbeeld heeft de stad ondertussen initiatieven genomen naar haar
buurgemeenten toe om een cameranetwerk uit te bouwen. Uiteraard is daar de bedoeling
de efficiëntie te vergroten en de kosten te drukken. Het probleem is, als zij dat doen dat
zij een datasysteem hebben en als morgen de Rupelgemeenten dat doen of Antwerpen Zuid
dit begint te doen dat het een ander datasysteem is, dat die niet op elkaar zijn
aangesloten en dat er weer geen overdracht van informatie is en dat er weer opnieuw een
intergemeentelijke samenwerking ontstaat.
Ik zie ook initiatieven in de stad Antwerpen, waar burgemeester De Wever initiatieven
neemt voor slimme camera’s langs grote Antwerpse invalswegen. U ziet, als u het niet doet
doen anderen het. Het enige wat wij vragen is, probeer die coördinatie daar op zich te
nemen om te zorgen dat al die systemen op elkaar kunnen aangesloten worden.
De heer PEETERS, gedeputeerde.- Ik wil toch nog even zeggen dat ik denk dat ik u toch
wel goed begrepen heb, maar ook de coördinatie van taken kost ons geld in de vorm van
personeelskosten.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
311
Nr. 8/1 van de agenda
Autonoom provinciebedrijf Campus Vesta.
Identificatienummer 40200100. Beleidsactieplan.
Budget 2013 en meerjarenplan 2013-2015.
Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
Door uw raad werd in vergadering van 19 februari 2009 de oprichting van het
autonoom provinciebedrijf “Campus Vesta” goedgekeurd. Dit provinciebedrijf werd
met ingang van 1 januari 2010 operationeel.
Overeenkomstig artikel 3 van de statuten heeft het autonoom provinciebedrijf als
missie “Wij dragen samen bij tot een optimale werking van de hulpverlening en het
verhogen van de veiligheid in de samenleving”.
Artikel 7 van het beheersprotocol bepaalt dat de deputatie jaarlijks aan de
provincieraad volgende documenten m.b.t. het budget ter goedkeuring voorlegt:
Het ondernemingsplan met strategische en operationele doelstellingen,
indicatoren en streefwaarde
de financiële implicaties voor het budgetjaar en het meerjarenplan
het programma voor de roerende investeringen van het budgetjaar
De beleidsnota bevat het ondernemingsplan (beleidsfiche) van het autonoom
provinciebedrijf met de strategische en operationele doelstellingen.
Dit ondernemingsplan wordt uitgesplitst in een operationeel plan (begrotingsfiche)
per activiteit. Deze documenten worden niet afgedrukt, uw raad kan deze
terugvinden op het intranet onder de link Bestuur en organisatie Beleid Budget
Budget 2013.
Op deze plannen worden de financiële consequenties voor de genomen
beleidskeuzes opgenomen.
De personeelsformatie bestaat in 2013 uit 64 VTE waarvan 4,3 VTE gedetacheerden
van de provincie Antwerpen, 7 gedetacheerden van de politie en 8 ter beschikking
gestelden (gratis) van de politie.
Het ontwerpbudget met investeringsplan wordt in bijlage bij dit besluit voorgelegd.
De jaarlijkse dotatie, die het provinciebestuur aan het autonoom provinciebedrijf
uitkeert om haar missie en activiteiten te ontwikkelen, vindt uw raad terug in de
bijgevoegde fiche. Deze dotatie bedraagt voor 2013 1.352.300 EUR en is in het
provinciale budget ingeschreven onder machtigingskrediet 335/640.
In het meerjarenplan is 1.411.650 EUR voor 2014 en 1.411.650 EUR voor 2015 als
dotatie ingeschreven.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 3 januari 2013.
Het ontwerp van het budget 2013 en de aanpassing van het meerjarenplan
2013-2015 van het autonoom provinciebedrijf werden door de deputatie
goedgekeurd op 13 december 2012.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
312
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op de artikelen 225 tot 237 van het Provinciedecreet;
Gelet op het provincieraadsbesluit van 19 februari 2009 houdende goedkeuring van
de statuten van het autonoom provinciebedrijf “Campus Vesta”;
Gelet op de beheersovereenkomst met het autonoom provinciebedrijf “Campus
Vesta”;
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Artikel 1:
Goedgekeurd wordt het ondernemingsplan, inclusief de strategische en operationele
doelstellingen, van het autonoom provinciebedrijf “Campus Vesta” in de beleidsnota
2013.
Artikel 2:
Goedgekeurd worden het budget 2013 en de aanpassingen aan de
meerjarenplanning 2013-2015 van het autonoom provinciebedrijf “Campus Vesta”.
Artikel 3:
Goedgekeurd wordt dat het autonoom provinciebedrijf “Campus Vesta” voor het
uitvoeren van zijn beleidsnota voor 2013 een dotatie van 1.352.300 EUR zal
ontvangen.
Bijlagen : Dotatieberekening
Gedetailleerde investeringsplanning 2013
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend.
Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming.
70 leden hebben deelgenomen aan de stemming;
63 leden hebben ja gestemd;
7 leden hebben zich onthouden.
Goedgekeurd met 63 stemmen ja, bij 7 onthoudingen.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
313
APB Campus Vesta (40200100)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015 Ontvangsten 151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheid 702 Andere opbrengsten uit werking: prestaties 3.870.253 3.407.870 4.087.600 3.470.000 3.470.000 740 Subsidies van overheden, concessies, ristorno's 3.935.055 1.885.000 2.200.000 1.885.000 1.885.000 7401 Weddesubsidies Vlaamse Gemeenschap 742 Overige werkingsopbrengsten 159.642 945.000 127.000 955.000 955.000 751 Opbrengsten uit financiële vlottende activa 3.372 12.000 13.000 13.000 13.000 752 Andere financiële opbrengsten 761 Andere uitzonderlijke opbrengsten 780 Onttrekking aan de gewone reserves 0 88.000 47.000 88.000 88.000 totaal 7.968.322 6.337.870 6.474.600 6.411.000 6.411.000
Werkingskosten
600 Inkopen grondstoffen 601 Voorraden: diverse leveringen 604 Voorraden: handelsgoederen 23.927 0 0 0 0 610 Huur en huurlasten 611 Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden 5.498 12.000 6.000 14.000 14.000 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 54.972 31.000 50.000 33.000 33.000 613 Algemene werkingskosten 1.317.440 1.615.500 1.629.883 1.628.496 1.628.496 616 Verzekeringen 36.044 26.000 35.000 28.000 28.000 617 Belastingen ten laste van de provincie 7.562 10.500 25.000 11.500 11.500 618 Uitzendkrachten 775.023 936.460 880.500 975.840 975.840 653 Andere financiële kosten 4.551 2.400 5.000 2.600 2.600 662 Andere uitzonderlijke kosten totaal 2.225.017 2.633.860 2.631.383 2.693.436 2.693.436
Roerende Investeringen
230 Installaties, machines, uitrusting 168.089 65.000 61.000 65.000 65.000 231 Informaticahardware 74.573 10.000 6.000 10.000 10.000 240 Meubilair 12.792 5.000 2.000 5.000 5.000 241 Rollend materieel 15.000 30.000 0 30.000 30.000 242 Roerend kunstpatrimonium totaal 270.454 110.000 69.000 110.000 110.000
Subsidies 640 Toegestane subsidies totaal 0 0 0 0 0
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
314
Personeel
620 Bezoldigingen 3.203.964 4.002.930 3.594.569 4.070.516 4.070.516 6203 Loon onderwijzend personeel 621 Sociale vergoedingen 205.570 266.260 263.784 277.017 277.017 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 861.518 507.190 1.093.664 527.681 527.681 624 Patronale bijdragen pensioenen 625 Verplaatsingskosten en maaltijdcheques 41.584 37.000 60.000 38.000 38.000 626 Pensioenen 68.973 78.000 102.000 82.000 82.000 627 Verzekering personeel 11.521 22.000 12.500 24.000 24.000 628 Diverse personeelskosten totaal 4.393.130 4.913.380 5.126.517 5.019.214 5.019.214
Dotatie = Werkingskosten + Roerende Investeringen + Subsidies + Personeel - Ontvangsten -1.079.721 1.319.370 1.352.300 1.411.650 1.411.650
APB Campus Vesta (40200100) MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015 Ontvangen subsidies
742 Overige werkingsopbrengsten totaal 0 0 0 0 0
Personeelskosten
620 Bezoldigingen 177.431 164.142 168.280 176.930 180.470 621 Sociale vergoedingen 24.748 21.184 24.110 25.080 25.580 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 27.899 25.830 26.820 27.890 28.450 625 Vergoeding voor verplaatsingskosten 168 350 80 90 90 totaal 230.246 211.505 219.290 229.990 234.590
Werkingskosten
610 Huur en huurlasten 262.480 0 0 0 0 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 613 Algemene werkingskosten 0 380.000 380.000 385.130 390.340 totaal 262.480 380.000 380.000 385.130 390.340
Buitengewone ontvangsten
151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheden 0 600.000 6.900.000 0 0 totaal 0 600.000 6.900.000 0 0
Onroerende investeringen
221 Gebouwen 718.421 655.000 6.910.000 0 0 totaal 718.421 655.000 6.910.000 0 0
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
315
Roerende Investeringen 2013
APB Campus Vesta
Nummer Activiteit ACT + omschrijving MAR + omschrijving Investering Bedrag
E22000 CVST - Overhead 231 Informaticahardware Desktops en laptops ter vervanging van verouderde types (6.000 €) 6.000
E22000 CVST - Overhead 240 Meubilair Bijkomend meubilair (burelen en kasten) (2.000 €) 2.000
E22005 CVST - Organiseren politieopleidingen 230 Installaties, machines, uitrusting Didactisch materieel voor de politieopleidingen (10.000 €) 10.000
E22006 CVST - Organiseren brandweeropleidingen 230 Installaties, machines, uitrusting
1. Interventiekledij instructeurs (25.000 €) 2. Interventiebroeken cursisten (15.000 €) 3. Klimmaterieel (1.000 €) 41.000
E22007 CVST - Organiseren ambulanciersopleiding 230 Installaties, machines, uitrusting
Didactisch materieel voor de opleidingen DGH (dringende geneeskundige hulpverlening)(10.000 €) 10.000
TOTAAL 69.000
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
316
Personeel en organisatieontwikkeling:
VOORZITTER.- Mevrouw Van Gool heeft het woord.
Mevrouw VAN GOOL.- Dank u, voorzitter.
Ik heb een aantal vragen in verband met het beleidsdomein Human Resources Management
waar ik lees dat de provincie zich wil inzetten op een modern HRM-beleid, gericht op
valorisatie van competentie en ontwikkeling van medewerkers, en daarbij ook een
aantrekkelijke werkgever wil zijn. Dergelijke visie past inderdaad voor een
provinciebestuur dat een meerwaarde wil zijn voor de samenleving. Ik had daarbij enkele
vragen.
- Aantrekkelijke werkgever heeft ook te maken met aandacht voor combinatie arbeid en
gezin: de provincie wil bijvoorbeeld inzetten op kinderopvang – worden ook andere diensten
zoals bijv. strijkdienst onderzocht? Wat met de mogelijkheid tot telewerk? Hoe zit het
daar mee? Ik denk dat telewerken zeker voordelen heeft. Kijk maar naar het provinciehuis.
Dit wordt afgebroken en er moet een herlocatie gebeuren van de verschillende
personeelsleden. Ook dat zou daar een oplossing voor kunnen bieden.
- Een aantrekkelijke werkgever heeft ook aandacht aan de omgeving en het welzijn van zijn
medewerkers. Terecht wordt dus aandacht besteed aan het voorkomen van
arbeidsongevallen. Hoe zit het met het ziekteverzuim en wat is het percentage daarvan?
Welk beleid wordt daar rond gevoerd?
- Wat de selecties betreft is het nogal evident dat men op zoek gaat naar competente
medewerkers. Maar alleen competentie staat niet gelijk met diploma’s, maar heeft ook heel
veel te maken met ervaring en met eerder verworven competenties. Ik vroeg mij af in
welke mate diploma’s nog meespelen dan wel of inderdaad die EVC’s in aanmerking komen.
- Diversiteit: bijzondere aandacht voor personen met een handicap. De overheid legt daar
quota op en de norm is 3 %. Wat haalt de provincie en worden er maatregelen genomen om
personen met een handicap toegang te doen vinden en aan het werk te houden binnen de
provincie? Ik denk dan bijvoorbeeld aan selectieprocedures. Zijn er bijv. maatregelen voor
mensen met een visuele handicap of mensen met een fysieke handicap? Zijn daar
aanpassingen aan de procedures?
- Pensioenen: de provincie Antwerpen was één van eerste die een tweede pijler voor
contractuele personeelsleden uitgebouwd heeft. U hebt er daarstraks zelf nog naar
verwezen dat u die kloof tussen statutairen en contractuele personeelsleden zoveel
mogelijk wil dichten. De provincie was daar een voorloper en heeft ook andere gemeenten
uit de provincie aangeboden om daar mee in te stappen. Zal dit beleid worden verder
gezet? Het voorbije jaar was er heel veel te doen rond het optrekken van de
pensioenleeftijd en de voorwaarden voor het vervroegd pensioen. Op federaal vlak is er
ook al heel wat veranderd. Zal de pensioenregeling, o.m. de tweede pijler, hier in de
provincie aangepast worden, en eventueel welke aanpassingen? Ik heb gezien dat men
verwijst naar het kenniscentrum rondom pensioenen en dat zal daar zeker een belangrijke
rol kunnen in spelen.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
317
VOORZITTER.- De heer Peeters heeft het woord.
De heer PEETERS, gedeputeerde.- Dat is een hele boterham.
Wat betreft de moderne werkvormen of het stimuleren van een modern werkgeversbeleid
is het zo dat er hier in het verleden al heel wat stappen gezet zijn. Wat bijv. betreft het
telewerk daar is een proefproject nu beëindigd en er zijn hier al een aantal mensen die in
beperkte mate, tot twee dagen in de week van thuis uit kunnen werken. Wat betreft het
verhaal van de eerder verworven of elders verworven competenties zijn er ook al concrete
stappen gezet en er zijn al een aantal aanwervingen gebeurd op niveaus waarbij het diploma
dat vereist was kan gecompenseerd worden door eerder verworven competenties. Wij gaan
ons daar ook nog verder over informeren. Ook bij andere overheidsdiensten is men
daarmee bezig.
Wat betreft het ziekteverzuim en de afwezigheid van personeel zijn er ook al een aantal
projecten aan de gang, o.a. het project “Er wél zijn”. Ik kan u daar een folder van bezorgen
als u wil. Hierbij gaat men bijv. gesprekken aan met het personeel in geval dat er
regelmatige afwezigheden zijn en dan worden daar een aantal dingen rond uitgewerkt. U
weet ook dat het personeel aangezet wordt tot het beoefenen van sport en dat er ook
sportactiviteiten worden georganiseerd door de personeelsdienst die de gezondheid van
het personeel in het algemeen moeten bevorderen waardoor ook, hopen wij, de afwezigheid
van het personeel kan teruggedrongen worden.
Aangaande de personen met een handicap of de diversiteit is het zo dat wij tussen de 2 en
3% mensen met een handicap in dienst hebben. Er wordt inderdaad ook rekening gehouden
bij aanwerving dat bepaalde selectieprocedures aangepast worden aan de handicap of dat
de mensen gelijke kansen krijgen om de selectieprocedure te beëindigen zoals andere
werknemers.
Over de pensioenen probeert de provincie inderdaad om in de rechtspositieregeling van
statutairen en contractuelen dezelfde pensioen- en verlofstelsels toe te passen. Wij zijn
natuurlijk gevat door de hervormingen in de pensioenwetgeving en wij zullen die ook
moeten toepassen. Het kan wel zijn dat daardoor de financiering van die bijkomende
pensioenpijler beïnvloed wordt, maar om daar nu concrete cijfers bij te geven is vrij
moeilijk. Ik kan dat wel opvragen, maar het is zeer moeilijk om daar op dit ogenblik zicht
op te krijgen, ook omdat de wetgeving daarover nog niet duidelijk is.
VOORZITTER.- Ik stel voor om de vergadering 10 minuutjes te schorsen.
De vergadering wordt geschorst te 16.15 uur en hernomen te 16.32 uur.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
318
Uiteenzetting van de heer Peter BELLENS over welzijn (inclusief wonen en gelijke
kansen), sociale economie, Europa, plattelandsbeleid.
VOORZITTER.- De heer Bellens heeft het woord.
De heer BELLENS, gedeputeerde.- Mijnheer de Voorzitter,
Collega’s,
Welzijn.
Welzijn is een zeer ruim begrip en kan ook vrij breed ingevuld worden, althans op dit
ogenblik. Vanaf 2014 en de daarop volgende jaren zullen de opdrachten van de provincie op
vlak van welzijn duidelijk afgebakend worden door de decretale verankering in de interne
staatshervorming. U hebt dat begrip hier al heel dikwijls gehoord, maar de interne
staatshervorming is voor sommige beleidsdomeinen strenger dan voor anderen. Dat hoeft
geen minpunt te zijn.
Als we kijken naar de interne staatshervorming die geeft ons drie taken.
Ten eerste: het ondersteunen van de sociale beleidsplanning van particuliere actoren en de
verschillende lokale bestuursniveaus. De sociale kaart is hier een prima voorbeeld van. In
deze interactieve kaart worden alle gegevens van actoren in de sector gebundeld in een
handige zoekmachine zodat particulieren en lokale besturen gemakkelijk hun weg vinden in
het aanbod.
Ten tweede: netwerkvorming. De provincie moet ervoor zorgen dat de inspanningen die in
het werkveld geleverd worden op elkaar afgestemd zijn. We nemen als het ware een
regierol op.
En ten derde: impulsbeleid. De provincie moet blijven inzetten op innovatieve projecten en
samenwerkingen tussen verschillende sectoren en overheden.
Dat betekent dat we voor welzijn keuzes zullen moeten maken. Keuzes die als eindresultaat
moeten hebben dat het geen druppels zijn op een hete plaat, maar keuzes waarmee we ook
het verschil kunnen maken in het welzijnsbeleid.
Welke uitdagingen gaan we tegemoet?
In het beleid rond welzijn en gezondheid zie ik vijf uitdagingen voor de komende
legislatuur. Ten eerste is dat dementie. Er is al een heel mooi voorbeeld gegeven van Music
for Live rond het klaarmaken, het voorbestemmen, van een maatschappelijk draagvlak voor
dementen. Meer en meer hebben we soms de indruk dat ze behandeld worden als een soort
van paria’s van de maatschappij. Daar willen we toch wel proberen om daar een halt aan toe
te roepen. We willen er voor zorgen dat er een draagvlak komt waarbij dat dementen mee
geïntegreerd worden in het maatschappelijk leven. Het is ook goed dat dementie
bespreekbaar wordt, zodanig dat de ziekte of de toestand van de patiënt ook sneller kan
vastgesteld worden door de huisarts zodat de patiënt minder schroom heeft om met zijn
probleem waarmee hij geconfronteerd wordt ook naar de arts te stappen.
Een tweede uitdaging is het verderzetten van het programma rond het intra-familiaal
geweld. Vanuit de dienst Welzijn wordt er gewerkt aan het pilootproject CO³ waarbij per
geval van intra-familiaal geweld de drie betrokken partners aan één tafel gebracht worden.
Deze drie partners zijn de hulpverleners, politie en justitie en de lokale besturen. Door
een keten van overleg tussen deze partners te creëren, kan een geïntegreerd
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
319
begeleidingsplan voor de slachtoffers opgesteld worden. Ik denk dat we hier een
coördinerende en aanvullende rol hebben om ook hierop duidelijk in te zetten en het
project zoals het tot heden loopt verder te zetten.
Een derde uitdaging is opvoedingsondersteuning. Ook hier wordt gewerkt aan een
overkoepelend project: Triple P. Dit is een afkorting voor Positive Parenting Program. De
bedoeling van Triple P is om aan ouders een platform te bieden waaraan ze alle mogelijke
vragen over opvoeding kunnen stellen.
Een vierde uitdaging is het beleid rond zelfdoding bij jongeren. Dat vind ik een zeer
belangrijk uitgangspunt waar dat we vandaag mee geconfronteerd worden. De actualiteit
loop ons daar al vooraf. Iedereen zal in zijn kring ook wel geconfronteerd worden met
jonge mensen die plots zichzelf van het leven beroven. Waar het mij om te doen is, is dat
we begeleiding en voor een stuk ook opvang bieden bij de rouwprocessen. In heel wat
sectoren wordt dat al gedaan. In onderwijs is dat op zich zeer goed geregeld en zijn daar
ook deskundigen die daar voor klaar staan. Een veld waar dat dit minder is, is bijvoorbeeld
het jeugdwerk, waar dat jeugdbewegingen en –verenigingen toch ook vragende partij zijn
voor een soort van blauwdruk die zij aangereikt krijgen als zij geconfronteerd worden in
de jeugdbeweging met leden die zelfdoding hebben gedaan. Ik denk dat we daar ook eens
moeten naar kijken de volgende weken en maanden welke bijdragen wij daartoe kunnen
leveren.
De vijfde en laatste uitdaging is jongeren- en kinderarmoede. Armoede is in al zijn vormen
en verschijningen een kwaad in de maatschappij, vooral wanneer het de jongsten onder ons
treft. Ik denk dat wij als provinciale overheid voor een stuk het veld van de armoede, dat
zeer breed is, moeten beperken en dat wij ons moeten focussen op de jongerenarmoede. Ik
denk dat minister Lieten daar ook een aantal hefbomen voor aanreikt.
Vervolgens hebben we een aantal van mijn bevoegdheden die over instellingen gaan. We
hebben dat in de commissie al uitvoerig bekeken. Ik kan wel zeggen dat we met een zeer
deskundige commissie zitten die met kennis van zaken de discussie bevordert en ook wel
kritische vragen stelt.
Het Provinciaal Centrum voor Metabole Aandoeningen, PCMA, vervult twee functies.
Enerzijds de screening van alle pasgeboren kindjes, en anderzijds de meer gerichte
opsporing van mensen met stofwisselingsziekten. Vooral op dat eerste vlak vervullen we een
voorbeeldfunctie in Vlaanderen, wat zich ook vertaalt in een tussenkomst van Vlaamse
financiële middelen. Op het tweede vlak, de gerichte opsporing van mensen met een
stofwisselingsziekte, is het PCMA één van de twee erkende screeningslaboratoria in België.
Die rol van het PCMA willen we blijven benadrukken als provinciale overheid.
Het Gouverneur Kinsbergencentrum was tot voor kort een deel van de vzw Gielsbos maar is
sinds dit jaar een afzonderlijke EVA. Het centrum zelf is een dienstencentrum voor
personen met allerlei beperkingen. Het centrum wil een kenniscentrum zijn waar mensen
terecht kunnen voor begeleiding, diagnostiek, advies en raad. Een belangrijke
dienstverlening is het toegankelijk maken van computers en hun diverse toepassingen voor
mensen met een beperking.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
320
VZW Gielsbos, een wooncentrum voor mensen met een verstandelijke handicap, blijft haar
werking behouden, sterker zelfs, we willen ook inzetten op de uitbreiding van het centrum
zowel wat kwaliteit als kwantiteit betreft. De bestaande infrastructuur wordt verbeterd
om in de toekomst nog beter te voldoen aan de geldende normen en criteria, en er wordt
gewerkt aan bijkomende infrastructuur.
Het Provinciaal Documentatiecentrum Atlas is een documentatie- en leermiddelencentrum
dat zich toelegt op Nederlands voor anderstaligen, intercultureel onderwijs, mondiale
vorming en interculturaliteit. De doelgroep is zeer breed: van klassen uit het lager
onderwijs tot universitaire docenten. Het centrum wordt vanaf dit jaar omgevormd van een
vzw naar een Autonoom Provinciaal Bedrijf.
Dan kom ik bij de bevoegdheid wonen terecht.
De provincie wil zich richten op duurzame woningen voor kansarme doelgroepen. Deze
doelstelling gaat hand in hand met het ondersteunen van innovatieve en duurzame
woonvormen. Dit is een vlag die vele ladingen dekt. Niet enkel wil de provincie projecten
ondersteunen die woningen aanpassen aan de normen van een duurzame en
milieuvriendelijke samenleving. We willen ook alternatieve vormen van wonen bespreekbaar
en realiseerbaar maken. Co-housing, waarbij twee of soms zelfs meerdere gezinnen
eenzelfde woning delen, kent in het buitenland al een stijgend succes. In Vlaanderen, en
meer specifiek ook in onze provincie, moet dit ook mogelijk zijn. Vorige week zat ik nog
samen met de Hogeschool van de Kempen waarbij dat er een aantal innovatieve projecten
ingediend worden en eentje daarvan ging over mobiele woningen die men wil koppelen aan de
zorgvraag. Het is een idee dat leeft. Het project zal ingediend worden bij de Vlaamse
overheid. We zullen zien of het ook door die Vlaamse overheid weerhouden wordt om als
een soort pilootproject mee te delen.
Doorheen het hele welzijnsbeleid, en dat ben ik daarstraks vergeten te zeggen, loopt de
rode draad van gelijke kansen en diversiteit. U hebt het hier al een aantal keren gehoord,
we willen er echt wel voor zorgen dat we breed inzetten op gelijke kansen en de
diversiteit. Dat betekent ook dat we vanuit de dienst Welzijn een beetje de regie gaan
voeren om er voor te zorgen dat alle andere diensten ook intern mee zijn met dat verhaal
en dat we ook een aantal doelstellingen kunnen formuleren waarop dat we kunnen kijken of
we die ja of neen gehaald hebben. Maar het is ook een extern verhaal, in die zin dat we ook
naar buiten uit moeten kunnen fungeren als een schoolvoorbeeld van hoe dat een overheid
omgaat met gelijke kansen en diversiteit.
Kamp C is ook nog een bevoegdheid die tot mijn domein behoort. Met Kamp C wil de
provincie, zoals ik daarnet al even aanstipte, volop de kaart van de duurzaamheid trekken.
Als provinciaal kenniscentrum wil Kamp C zich focussen op de nieuwste methodes en
technieken rond duurzaam bouwen en wonen. De opdracht van Kamp C is enerzijds
sensibiliseren en informeren. Particuliere bouwheren, aannemers maar ook overheden
kunnen in Kamp C terecht voor alle mogelijke en up-to-date informatie over duurzaam
wonen en bouwen. Anderzijds is dit samenwerken met andere partners en netwerken
uitbouwen. Die partners dat kunnen branchegenoten zijn, dat kunnen ook intermediaire
niveaus zijn zoals de lokale besturen, intercommunales, andere provincies en andere
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
321
overheden, zelfs ook Vlaanderen. Dat kunnen evengoed scholen zijn en commerciële
organisaties. Wij willen ook goed communiceren vanuit Kamp C, zowel met partners die we
nodig hebben voor de werking op zich, als met alle andere potentiële partners die een
meerwaarde kunnen bieden voor Kamp C.
Europa is voor het beleidsdomein dit jaar waarin de lopende programmaperiode van
Europese subsidies, afkomstig uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO),
afgewerkt wordt en de voorbereiding van de nieuwe periode 2014 – 2020 begint. In het
kader van deze nieuwe programmaperiode schuift de Vlaamse Overheid vier prioritaire
doelstellingen naar voor. Deze zijn ten eerste het versterken van onderzoek,
technologische ontwikkelingen en innovatie. Ten tweede het verbeteren van het
concurrentievermogen van onze KMO’s. Ten derde steun verlenen aan de overgang naar een
koolstofarme economie in alle bedrijfstakken. En ten vierde het bevorderen van duurzaam
en milieuvriendelijk vervoer, zowel openbaar als privaat.
Die vier Vlaamse prioriteiten worden ons opgelegd door de Vlaamse Overheid en gaan
sowieso door. Als provincie zouden we daar ook graag twee thema’s aan willen toevoegen,
met name de bescherming van ons leefmilieu en een efficiëntere omgang met natuurlijke
brandstoffen, en ten tweede de bevordering van de sociale inclusie en de bestrijding van
armoede. Dat ligt niet bij ons. Hiervoor zullen we eerst een consensus moeten bereiken
met de andere Vlaamse provincies en dan naar de Vlaamse overheid trekken om te kijken
of dat we ook thema’s mogen realiseren. Wij zetten daar op in, maar we zijn daar een
beetje afhankelijk van de hogere overheid of dat die ook weerhouden worden. Helaas, in de
andere provincies is er niet veel animo om op de twee laatste thema’s mee in te zetten,
waardoor dat de discussie binnen de VVP wel wat bemoeilijkt zou kunnen worden, maar we
laten ons niet doen.
Tijdens deze legislatuur willen we als provincie kunnen deelnemen aan een breder gamma
van subsidieprogramma’s. Dit kan enkel als we in onze dienstverlening blijvend aandacht
hebben voor het verlagen of zelfs het wegnemen van toegangsdrempels tot deze Europese
subsidiepotten, zowel intern als extern. Dat betekent dat deze bevoegdheid Europese
samenwerking de enige ondersteunende bevoegdheid is die ik heb, waarbij ik aan andere
beleidsdomeinen ondersteuning kan geven in het zoeken naar financiële middelen. We
proberen dat te coördineren via het Provinciaal Steunpunt voor Europese
Structuurfondsen. Daarmee proberen we know how die er intern in dit huis is te
coördineren en samen te brengen om dat samen te verdedigen naar Europa. Om even een
voorbeeld te geven, de voorbije legislatuur hebben we door te voorzien in 5,5 miljoen eigen
middelen een som gerealiseerd van ongeveer 80 miljoen die we naar de provincie
Antwerpen hebben kunnen laten gaan in de vorm van duidelijke en concrete projecten.
Het Europa Direct gaat fungeren vanaf nu als een interne dienst die zich toespitst op een
educatief centrum om de communicatie tussen Europa en de burgers te bevorderen. Ook
hier is onbekend onbemind. We willen informatie en lesmateriaal over Europa, en dan vooral
het Europese sociale beleid, aanbieden, voornamelijk aan scholen, maar ook interactief
omgaan met de vragen die burgers hebben over Europa zodanig dat we de confrontatie met
de Europese overheid en onze inwoners tot stand kunnen brengen.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
322
Bij sociale economie gaat heel wat veranderen. Dit domein zal, met de komst van het
nieuwe Vlaamse Maatwerkdecreet van minister Van Den Bossche, in 2014 grondig hervormd
worden. Men stapt af van de nominatieve subsidiëring van sociale-economie bedrijven en
gaat in de plaats daarvan kijken naar de tewerkstelling. Bedrijven krijgen voor elke
medewerker een op maat bepaalde tegemoetkoming, afhankelijk van beperkingen van de
werknemer. De bedoeling is dat dit uiteindelijk zal leiden tot een grotere financiële fine-
tuning en transparantie.
We kunnen daar vandaag nog niet zo heel veel over zeggen. We hebben wel de ambitie om
tijdens deze bestuursperiode te gaan tot 150 nieuwe en duurzame arbeidsplaatsen. Ik
weet dat collega Caals daar vorige keer al iets over gezegd heeft van: u hebt wel wat
minder ambitie, want de vorige keer was het 200 plaatsen op 2 of 3 jaar. Maar door het
feit dat er een nieuwe decreetgeving komt en dat we gebonden zijn aan de richtlijnen die
daar staan zijn we wat voorzichtig in het schatten van wat gaat komen, want sociale
economie zal duurder worden. We zullen daar ook bewust, indien dat we daar een speerpunt
van willen maken, meer financiële middelen moeten voor klaarmaken.
Plattelandsbeleid is het laatste.
Hier hebben we het PDPO, drie projecten en de LEADER-gebieden. Die afbakening moet
nog gaan gebeuren. Die afbakening gebeurt door de Vlaamse overheid in overleg met
Europa en we nemen daar voor een stuk kennis van wat die afbakening is. Die discussie is
bezig. We zitten wel mee rond de tafel, maar we zijn daar niet diegene die de pen
vasthoudt. We zullen dus moeten kijken wat die afbakening betekent. Het bijvoorbeeld
betekenen dat steden of gemeenten doorsneden worden, in die zin dat de stadskern niet in
aanmerking komt, terwijl dat de dorpskernen van de fusiegemeenten wel in aanmerking
zouden kunnen komen. Die discussie is volop lopende, maar daar hebben we op dit ogenblik
nog geen zicht op. Belangrijk is wel dat we via de vzw Rurant blijven inzetten op het ruraal
ondernemerschap en dat we daar op die manier willen zorg dragen voor het landschap
waarbij dat we gaan voor een gezond evenwicht tussen cultuur, erfgoed en natuur en
landbouw.
Besluit, dit geeft een beetje in een notendop weer van de bevoegdheden voor welzijn. De
interne staatshervorming heeft welzijn gecatalogeerd als een persoonsgebonden materie.
Dat betekent ook dat de verevening voor welzijn zeer groot zal zijn. We hebben daar
vandaag ook, helaas, nog geen duidelijke cijfers van. Minister Bourgeois heeft beloofd van
tegen de paasvakantie een duidelijk overzicht te bezorgen aan de provincie van datgene
wat er verevend kan worden. Afhankelijk daarvan zullen we natuurlijk ook moeten kijken
hoe we met de besparingsopdracht zullen omgaan en zullen we ook als provinciaal bestuur
duidelijke keuzes moeten maken die soms bepaald worden door de interne
staatshervorming, maar die ook het gevolg kunnen zijn van interne keuzes die we hier
moeten gaan maken. In ieder geval zal het geen makkelijke opdracht zijn om daarin een
evenwicht te zoeken en zullen de discussies met de vakminister, in dit geval gaat het over
drie vakministers, minister Lieten, minister Vandeurzen, minister Smet, van cruciaal belang
zijn om te kijken wat mogelijk is en mogelijk blijft.
Ik dank u!
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
323
Welzijn (inclusief wonen en gelijke kansen):
VOORZITTER.- De heer Bungeneers heeft het woord.
De heer BUNGENEERS.- Voorzitter,
Collega’s,
Mevrouw de gouverneur heeft bij de aanvang van deze begrotingsbesprekingen de ambitie
geuit om als provinciale overheid de welvaart en het welzijn van onze inwoners te
bevorderen. Een doelstelling die ik natuurlijk ten volle ondersteun.
Een aspect evenwel dat hierbij mijns inziens meer aandacht verdient is de rol die dieren
kunnen spelen bij de bevordering en instandhouding van het menselijk welzijn.
Zoals velen onder u wellicht weten was ik in de voorbije legislatuur als schepen van de stad
Antwerpen, naast financiën, rechtszaken en intercommunales ook bevoegd voor
o.a. dierenwelzijn. Van bij het begin heb ik er voor geijverd de stad Antwerpen een
voortrekkersrol te laten spelen om van dierenwelzijn een volwaardig beleidsdomein te
maken. In de loop der jaren werd onder mijn impuls een gedegen en ruim gedragen
diervriendelijk, stedelijk beleid ontwikkeld dat ook onder het nieuwe stadsbestuur verder
zal gezet worden.
Enigszins tot mijn grote verbazing heb ik echter moeten vaststellen dat dierenwelzijn op
het niveau van de provincie Antwerpen in het geheel geen beleidsaandacht krijgt, erger
nog, dat er zelfs met geen woord over gerept wordt in het provinciaal bestuursakkoord.
De ambitie om de aandacht voor dierenwelzijn in onze provincie minstens tot op een zelfde
niveau te tillen als in onze aangrenzende provincies Limburg en Vlaams-Brabant kan dus
bezwaarlijk te hoog gegrepen genoemd worden.
Dierenwelzijn is de laatste jaren geëvolueerd van een onderwerp dat hoogstens soms een
meewarig lachje voor de verdedigers er van opbracht, tot het andere uiterste: een hot
topic waarbij zeer veel burgers zich oprecht betrokken voelen. Dat heb ik trouwens zelf in
een zeer recent verleden mogen ervaren en ondervinden naar aanleiding van het
veelbesproken incident, waarbij een filmploeg het nodig achtte om met katten te gooien in
de traphal van het Antwerpse stadhuis en er zich op een minimum van tijd 16.000 mensen
op Facebook mobiliseerden om verregaande maatregelen te eisen tegen de zogenaamde
kunstenaar rond wie de film draaide.
Dieren maken een onlosmakelijk deel uit van onze samenleving en met de toenemende
kennis die onze maatschappij vergaart groeit ook het besef dat geen enkel dier, in welke
hoedanigheid het ons pad ook kruist, onderworpen mag worden aan onnodig of vermijdbaar
lijden. Het is dan ook niet meer dan logisch dat dieren op internationaal en Europees niveau
uitdrukkelijk erkend worden als wezens met gevoel die recht hebben op bescherming van
overheidswege. Dit blijkt ten overvloede uit het verdrag betreffende de werking van de
Europese Unie waarin de lidstaten expliciet wordt opgelegd om, en ik citeer: “Bij het
formuleren en uitvoeren van het beleid ten volle rekening te houden met hetgeen vereist is
voor het welzijn van de dieren als wezens met gevoel.”
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
324
Gelet op de toenemende maatschappelijke belangstelling voor dierenwelzijn én het
groeiend besef dat dieren op hun beurt het welzijn van mensen spectaculair ten goede
kunnen komen, zou het bij het begin van deze nieuwe legislatuur dan ook een gemiste kans
zijn indien de provincie Antwerpen het bewuster omgaan met dieren niet expliciet in haar
beleid zou opnemen.
Ik pleit er dan ook voor om “dierenwelzijn” als een volwaardig provinciaal beleidsdomein te
beschouwen, waarin we ons tot doel stellen te fungeren als kenniscentrum, een
diervriendelijk gemeentebeleid te stimuleren, burgers en ondernemers te informeren en te
sensibiliseren, en de vinger aan de pols te houden inzake de opvolging van op til staande
wetswijzigingen die bijvoorbeeld het inrichten van dierenbegraafplaatsen mogelijk moeten
maken.
Om dit beleid concreet gestalte te geven, kan de gedeputeerde voor dierenwelzijn in
eerste instantie inspiratie opdoen bij de provincies Limburg en Vlaams-Brabant, die de
bekommernis voor een diervriendelijk beleid reeds jaren hoog in het vaandel dragen. Zo
kan alvast, met een minimale budgettaire impact, werk gemaakt worden van het verzamelen
en het ter beschikking stellen van allerhande informatie rond dierenwelzijn op de website
provant.be, waarop eenvoudig een rubriek “Dierenwelzijn” aan de afdeling “Welzijn”
toegevoegd kan worden. Inspiratie voor de informatie die op deze pagina’s aan bod kan
komen, is ten overvloede te vinden op de websites van de provincies Vlaams-Brabant en
Limburg. Het spreekt voor zich dat ik ook mijn eigen expertise ter beschikking wil stellen
om ons provinciaal dierenwelzijnsbeleid mee vorm te geven.
In de stad Antwerpen heb ik onder andere de aanzet gegeven voor een tot op heden zeer
populaire campagne waarbij burgers en gedeelte van de kosten voor sterilisatie of
castratie van hun huiskat terugbetaald kunnen krijgen. Deze maatregel werd uiteraard
ingegeven door de toenemende overbevolking in dierenasielen, die voornamelijk
veroorzaakt wordt door het massaal dumpen van ongewenste kittens.
Met de inwerkingtreding van het federale kattenplan, een plan van minister Onkelinx, is
het onvruchtbaar laten maken van huiskatten en ze identificeerbaar te maken door middel
van een chip een nationale verplichting geworden die in eerste instantie voor asielen, maar
binnen enkele jaren ook voor alle particulieren zal gelden.
De implementering van deze maatregel, in samenhang met het diervriendelijke
zwerfkattenbeleid dat de gemeenten zullen moeten voeren, zal ongetwijfeld zeer veel
praktische vragen oproepen bij burgers en gemeentebesturen – de voorbije jaren werd ik
overigens al zeer regelmatig gecontacteerd door verschillende lokale besturen uit de
provincie Antwerpen en daarbuiten, die geïnspireerd door het Antwerpse beleid, ook in hun
gemeente een actieplan op touw wilden zetten om de explosieve groei van kattenpopulatie
op een diervriendelijke manier in te dijken.
Precies voor het verschaffen van informatie rond zulke initiatieven, die op relatief korte
termijn door alle gemeenten op het grondgebied van de provincie genomen zullen moeten
worden, is voor ons bestuur een uitgelezen rol weggelegd. Uiteraard neemt dit niet weg dat
we, rekening houdend met de eigenheden en de noden van de provincie Antwerpen,
gaandeweg ook nieuwe wegen in dit beleidsdomein zouden kunnen inslaan, en zo ook een
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
325
vooruitstrevend faciliterend en coördinerend provinciaal beleid te kunnen voeren als het op
Dierenwelzijn aankomt.
Zo denk ik bijvoorbeeld aan het inplannen van hondenrecreatiezones in de provinciale
domeinen, zodat er meer gelegenheid gecreëerd wordt om zowel hond als baasje op een
veilige manier aan lichaamsbeweging te laten doen zonder gehinderd te zijn door die
eeuwige leiband, maar ook aan de vele – veelal oudere – inwoners voor wie hun huisdier hun
beste vriend is, en wiens hart breekt als blijkt dat ze hun maatje niet kunnen meenemen
naar een rust- en verzorgingstehuis…
Bovendien hebben dieren een bewezen positieve invloed op patiënten met een fysische,
sociale, emotionele en/of cognitieve stoornis, waardoor het aanbod aan
dierondersteunende therapieën - waarbij dieren bewust als integraal onderdeel van het
genezingsproces worden ingeschakeld - bijna dagelijks uitbreidt. Voorbeelden hiervan zijn
legio, zoals de labrador Fiero die een permanente bewoner is geworden van een
woonzorgcentrum in Moorslede omwille van zijn positieve invloed op het welzijn van
senioren in het algemeen en dementerende senioren in het bijzonder, de paardentherapie
die inmiddels algemeen aanvaard wordt bij therapieën voor kinderen met een
autismestoornis, de huisbezoeken met honden bij senioren die dreigen te vereenzamen, of
de inmiddels in Nederland goed ingeburgerde therapieboerderijen …
Ik ben er zeker van, collega’s, dat u nog veel meer voorbeelden kan bedenken van situaties
waarin dieren gebruikt worden om het welzijn van mensen te bevorderen in de meest ruime
betekenis van het woord en dat u allen beseft dat de vlag Dierenwelzijn zeer vele ladingen
dekt.
Tot slot wil ik besluiten met een citaat, een levenswijsheid als het ware, van Mahatma
Ghandi. Ik citeer: “De beschaving van een volk is te meten aan de mate van respect
waarmee het met zijn dieren omgaat.”
Wel collega’s, ik kan mij nauwelijks voorstellen dat de inwoners van de provincies Limburg
en Vlaams Brabant beschaafder zouden zijn dan die van de provincie Antwerpen.
Ik dank u.
VOORZITTER.- De heer Geudens heeft het woord.
De heer GEUDENS.- Het gaat over hetzelfde onderwerp, collega’s.
Ik wil kort collega Bungeneers een hart onder de riem steken en wat bijtreden. Ik heb
immers reeds in december en in januari betreurt dat in het bestuursakkoord geen letter
aandacht gaat naar dierenwelzijn.
De tijden die veranderen. Tientallen jaren geleden, u kunt het zich nauwelijks voorstellen,
was zelfs ruimtelijke ordening geen item, en leefmilieu kwam pas recent prominent op de
politieke agenda. Mobiliteit is een item dat nog geen tien jaar van belang wordt geacht.
Armoedebeleid bijvoorbeeld verdient naar mijn gevoel beter. Er zijn al gemeenten die een
schepen voor armoedebeleid installeren, maar ook dierenwelzijn, zoals het daarnet is
toegelicht door Luc Bungeneers.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
326
Het welzijn, zoals het woord het zegt, van die andere levende wezens die op onze aardbol
rondlopen die kunnen we niet blijven behandelen als ware zij dood materiaal. Het is ook
betoogd door mijnheer Bungeneers, maar ook het welzijn van de mensensoort heeft ermee
te maken precies door hun relatie met dieren. In positieve zin, nl. als gezelschap, om stress
tegen te gaan en het is ook bewezen dat Alzheimerpatiënten er bijzondere baat bij
hebben. Men gebruikt natuurlijk ook dieren als voedsel. Dieren komen ook soms in
negatieve zin voor in onze maatschappij wanneer ze gevaar opleveren voor besmetting,
verspreiding van ziekten. Ik denk dat we er ook alle belang bij hebben dat we de kennis
vergroten. Om ook eens een cijfer te noemen, in ons land worden per jaar zo’n
100.000 mensen door een hond gebeten. Het is toch wel belangrijk om daar eventjes bij
stil te staan.
In ons land groeit het aantal huisdieren. Ik las in de krant vorige week dat zo’n 50% van
alle inwoners een huisdier hebben, maar jammer genoeg komen er ook spectaculair meer
huisdieren in een asiel terecht. Mijnheer Bungeneers heeft daar al een aantal remedies
voor aangehaald.
Ik dacht toch redenen te over om er wat aandacht aan te besteden en het is echt wel iets
voor de provincie om als een kenniscentrum op te treden. Gelukkig is men in ons land 25
jaar geleden, 1986, begonnen met wat wetgeving en komen er jaar in jaar uit meer en meer
regels en wetten in dit verband zowel op federaal als op Vlaams niveau, maar meer en meer
op gemeentelijk niveau is dierenwelzijn, in relatie tot de mens, een item.
Laat dit dan ook de provincie niet ontgaan, zou ook mijn pleidooi zijn. Moest dit nog niet
overtuigend klinken, collega’s, dan wil ik er ook op wijzen dat N-VA in feite voorbestemd is
om een voortrekkersrol te vervullen met de provincieraadsleden De Hert, Palinckx en De
Haes in de rangen. Dat is mijn pleidooi.
VOORZITTER.- Mevrouw Van Langendonck heeft het woord.
Mevrouw VAN LANGENDONCK.- Geachte voorzitter,
Mevrouw en heren gedeputeerden,
Collega’s,
Ik had het graag even gehad over het Gelijke Kansen beleid man/vrouw in onze provincie
zoals het de voorbije jaren ontwikkeld werd en zoals het de volgende bestuursperiode
verder zou kunnen evolueren. Staat u mij toe als voormalig voorzitter van de bijzondere
raadscommissiecommissie voor Emancipatiebeleid een korte terugblik te werpen voor de
nieuwe mensen onder ons.
Ongeveer 20 jaar geleden werd onder impuls van de tijdsgeest en de toen zetelende
vrouwen in de provincieraad een werkgroep opgericht, die later een bijzondere
raadscommissiecommissie Emancipatiebeleid werd, met de bedoeling ongelijkheden in de
verhoudingen tussen mannen en vrouwen bloot te leggen en weg te werken zowel binnen de
provinciale structuren “intern”, als daarbuiten “extern”.
Intern ging specifieke aandacht onder andere naar de evenwichtige participatie van
mannen en vrouwen in de advies- en beslissingsorganen van de provincie, evenals naar de
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
327
verhoudingen van mannen en vrouwen in het provinciaal personeelskader. Waarover ik het in
een tweede luik zal hebben.
Extern kwamen thema’s aan bod als:
• gender en opvoeding;
• het opsporen en coördineren van de opvang en begeleiding van slachtoffers van intra-
familiaal geweld;
• de meldpunten “discriminatie” op verschillende terreinen;
• gezondheidsbeleid, bv. bij HIV en de impact daarvan op vrouwen, vrouwelijk
leiderschap;
• de deelname aan de jaarlijkse vrouwendag en de organisatie van de internationale
vrouwendag zelf;
• en onlangs nog vrouwen in raden van bestuur van beursgenoteerde bedrijven.
De bevoegde gedeputeerden zorgden voor de noodzakelijke impulsen, acties en de
noodzakelijke campagnes ter bekendmaking. Ontelbare studiedagen, colloquia, brochures
en aanbevelingen werden ontwikkeld en ook onze lokale besturen, de gemeenten en de
OCMW’s, werden aangemoedigd hier actie in te ondernemen.
Gelijke kansen werd 12 jaar geleden een duidelijk toegewezen bevoegdheid van de enige
vrouwelijke gedeputeerde op dat moment, die daar dan ook kon op aangesproken worden.
Moeilijkheid was dat de bevoegdheid voor het welzijnsbeleid ondergebracht was bij een
andere gedeputeerde en dat het dikwijls onduidelijk bleef bij wie de budgetten ingezet
konden worden en dat de takenpakketten naar het personeel toe ook verstrengeld bleven.
Bij de aanvang van de huidige bestuursperiode werd door de nieuwe bestuursmeerderheid
beslist de bevoegdheid voor het emancipatiebeleid te integreren in het Welzijnsbeleid.
Meteen werd ook die bijzondere raadscommissie Emancipatiebeleid opgeheven, een kleine
besparing vermoedelijk. Ik kan dan ook alleen maar hopen dat de gelijke
kansenproblematiek niet vergeten wordt of aan belang zal afnemen.
In het nieuwe bestuursakkoord 2012-2018 lezen we evenwel: “Tot de kerntaken van de
dienst Welzijn behoren onder andere sociale planning, impulsbeleid en netwerkvorming”.
Dit zijn woorden die wij graag horen ook in het kader van het gelijke kansenbeleid naar de
verhoudingen man/vrouw toe! Ik lees verder: “Het thema ‘Gelijke kansen’ wordt hét
leidthema voor het welzijnsbeleid. We zetten daarvoor de hele organisatie in. Intern
inspireren we in samenspraak met onze doelgroepen en experts, tot een beleid voor het
ganse provinciebestuur en in alle beleidsdomeinen. Extern voeren we een voorbeeldbeleid.”
Deze zin is mijns inziens een vertaling van het proces van Gender mainstreaming zoals hij
onder andere door de Raad van Europa ter aanbeveling aan alle besturen geformuleerd
werd met name: “Goed bestuur verondersteld dat er systematisch rekening gehouden
wordt met de genderdimensie in alle beleidsprocessen en in alle beleidsdomeinen door alle
actoren die normaal dat beleid maken.”
Even ter verduidelijking, de genderdimensie veronderstelt een analyse van het beleid op
mogelijkheden om ongelijkheden weg te werken door rekening te houden, niet alleen met de
geslachtsgerelateerde kenmerken die bepaald worden door het man of het vrouw zijn,
maar ook door de cultureel bepaalde verschillen, noden, behoeften, prioriteiten van mannen
en vrouwen. Verschillen zijn er, maar de ongelijkheden die willen we niet. De gender
mainstreaming of de geïntegreerde aanpak van de ginderdemensie is de strategie die die
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
328
gelijkwaardigheid tussen mannen en vrouwen wil versterken door haar een plaats te geven
in het overheidsbeleid. Gender mainstreaming veronderstelt dan:
- een transversale aanpak: dus een aanpak die betrekking heeft op alle politieke domeinen;
- een systematische aanpak die van toepassing is op alle fases van de politieke cyclus:
voorbereiding, besluitvorming, toepassing én evaluatie.
Gender mainstreaming heeft dus betrekking op ‘alle’ actoren die bij deze fases betrokken
zijn en vergt dus ook van hen enige kennis en inzicht in deze materie.
En zo kom ik dan bij het tweede luik van mijn betoog: het intern personeelsbeleid.
Ik lees in het nieuwe bestuursakkoord: ”In onze hele organisatie willen we positief omgaan
met diversiteit, in eerste instantie binnen ons eigen personeelsbeleid!” Mijnheer Bellens
heeft het zojuist nog aangehaald.
Ik weet uiteraard wel dat hier ook andere kansengroepen bedoeld worden, maar aan de
gelijkwaardige vertegenwoordiging van vrouwen en mannen in alle geledingen van ons
personeelsbestand kan nog heel wat gesleuteld worden. Hieruit wil ik besluiten dat u,
geachte leden van de deputatie, het gelijke kansenbeleid ernstig neemt en ook alle kansen
wil bieden.
Dit betekent dat we onze personeelsleden de kans moeten geven om deze deskundigheid te
verwerven om ze daarna te kunnen toepassen. In elk departement moeten er
personeelsleden zijn die een gendertraining hebben gevolgd en de kennis hebben om de
gendertoets door te voeren en dit alvorens zij voorstellen aan de deputatie formuleren, die
daarna aan de raad ter goedkeuring worden voorgelegd.
Dit betekent dat het noodzakelijk is dat er nu duidelijke opdracht gegeven wordt aan de
personeelsdienst om deze opleidingen te implementeren en dat daar dan ook middelen, al
dan niet financiële, tegenover geplaatst worden. Tot op heden is dit denk ik nog niet
gebeurd, daarom mijn pleidooi hiervoor!
De voorbije jaren bleek de schuchtere poging, een aanzet tot het tewerkstellen van “een
gelijke kansenambtenaar” binnen onze personeelsdienst om verschillende redenen mank te
lopen. Dit mag zich anno 2013 niet meer herhalen.
Ik hoop van harte, in het belang van “goed bestuur” en met het oog op het bewerkstelligen
van gelijkwaardigheid en gelijke kansen voor vrouwen en mannen dat er zowel intern
specifieke aandacht blijft gaan naar een evenwichtige participatie van mannen en vrouwen
in de advies- en beleidsorganen van de provincie, evenals naar de verhoudingen van mannen
en vrouwen in alle geledingen van het provinciaal personeelskader, als dat extern thema’s in
verband met genderproblematiek aan bod kunnen blijven komen.
Gedeputeerde Peeters verantwoordelijk voor het personeelsbeleid in eerste instantie,
gedeputeerde Bellens verantwoordelijk voor het Welzijnsbeleid in tweede instantie maar
ook de andere gedeputeerden wil ik vragen om met de steun van de raad deze
bevoegdheden transversaal en collegiaal uit te voeren! Ik hoop ook dat de enige vrouwelijke
gedeputeerde en in de vorige regeerperiode verantwoordelijk voor emancipatiezaken in
deze aangelegenheid over de schouder van haar collega’s mee zorg draagt voor dit project.
Ik dank u.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
329
VOORZITTER.- De heer Dillen heeft het woord.
De heer DILLEN.- Voorzitter,
Bestendig gedeputeerden,
Collega’s raadsleden,
Als huisarts werkzaam in de gehandicaptensector ligt het welzijn van mensen met een
beperking me na aan het hart. Ik ben echt fier op de werking van het Antwerpse
Gouverneur Kinsbergencentrum, een provinciale instelling die onmiskenbaar zorgt voor een
verbetering van de levenskwaliteit van mensen met een beperking.
Het centrum is begin dit jaar opgesplitst in 2 entiteiten, Het Gielsbos en de rest van het
Gouverneur Kinsbergen centrum. Het gezamenlijk besturen verliep naar verluid te log. Het
nieuwe Gouverneur Kinsbergencentrum blijft echter een toonaangevende rol spelen als
diagnostisch centrum voor mensen met een beperking. Patiënten, van baby tot volwassene,
worden er onderzocht door een multidisciplinair team. Ze krijgen er een diagnose en
professionele adviezen voor verdere begeleiding en therapie.
In de commissie Welzijn van januari heb ik noodkreten opgevangen van de directie van de
instelling. Het centrum ziet dit jaar haar reserves dalen van ongeveer 450.000 EUR naar
70.000 EUR. Het geld is dus bijna op en tot mijn grote ontgoocheling hoorde ik de
directrice vertellen dat het diagnostisch team voor jongeren en volwassenen vermoedelijk
zal ophouden te bestaan.
Veel jongeren zonder handicap hebben het reeds moeilijk om zich te handhaven in onze
prestatiemaatschappij. Voor jongeren met een fysische, mentale of psychische beperking
is een multidisciplinaire professionele aanpak onontbeerlijk voor een optimaal functioneren.
Ook voor de zorgverleners zijn de adviezen van het centrum van onschatbare waarde.
Gedeputeerde Bellens, hoe is het zover kunnen komen? Is het diagnostisch onderzoek
zoveel duurder geworden? Kan er provinciaal geld gevonden worden om het centrum te
redden? Is er overleg geweest met Vlaanderen? Zal de oplossing liggen in de interne
staatshervorming? We kunnen deze mensen en hun begeleiders toch niet in de kou laten
staan.
Het afgesplitste instituut van het gouverneur Kinsbergencentrum is het Gielsbos. Het is
een provinciale instelling voor mensen met een mentale handicap.
Ik lees in het meerjarenplan 2013-2015 dat een project voor een nieuwe instelling voor
60 mensen met een complexe handicap onder supervisie van het Gielsbos niet weerhouden
werd. Het project werd afgevoerd. Met het Gielsbos heeft onze provincie toch een
instelling van topkwaliteit voor deze doelgroep. Het is administratief maar ook financieel
een goed draaiende instelling.
Gedeputeerde, na het overlijden van een bewoner in onze instelling hebben we steeds een
opnameteam om een nieuwe bewoner te kiezen. Die keuze is steeds aartsmoeilijk. Voor
1 plaats zijn er steeds 5 tot 10 mensen die een super-dringende opname vragen. Gebrek aan
middelen voor de opvang van mensen met een beperking leidt tot schrijnende situaties.
Ouders kunnen niet aan het werk omdat ze voor hun zorgenafhankelijk kind moeten zorgen,
ze kunnen geen sociale activiteiten bijwonen, kortom hun maatschappelijk functioneren
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
330
wordt onmiskenbaar negatief beïnvloed. Solidariteit van de maatschappij met de familie is
volgens mij een morele plicht. Gebrek aan solidariteit leidt frequent tot onhoudbare
familiale situaties.
In De Standaard van vandaag staat op de laatste bladzijde de brief van de dag, een
verhaal van een mevrouw uit Nijlen die beschrijft hoe graag ze haar gehandicapte dochter
thuis opvoedt en zal begeleiden tot ze niet meer kan. Maar ze heeft nu al angst voor het
moment dat ze haar dochter moet achterlaten.
Ik heb een dubbele vraag, mijnheer de gedeputeerde. Kan het provinciebestuur fondsen
vrijmaken voor de noodzakelijke dringende opvang van mentaal gehandicapten in acute
nood, maar ook voor een structurele vermindering van het aantal wachtenden of moeten de
investeringen in 2013 komen van privéorganisaties uit de sector? Is er een visie om het
Gielsbos, één van de paradepaardjes van onze provincie, uit te breiden of denk je dat het
centrum na het uitwerken van de interne staatshervorming stilaan zal overgaan in Vlaamse
handen.
Ik dank u.
VOORZITTER.- De heer Meeus heeft het woord.
De heer Michel MEEUS.- Voorzitter,
Gedeputeerden,
Collega’s,
Ik ga het van op mijn plaats doen, omdat mijn tussenkomst niet zo veel tijd vergt.
U hebt binnen uw bevoegdheid ook het Kamp C, wat u benadrukt heeft mijnheer Bellens,
waar duurzaam bouwen en ondernemen gepromoot wordt. De collega’s die er nog niet
geweest zijn raad ik zeker aan om Kamp C een bezoek te brengen, want het is niet alleen
vooruitstrevend, maar ook een druk bezocht centrum.
Op het domein van Kamp C is ongeveer ook een 4 ha voorzien voor bedrijventerreinen en
daar gaat mijn vraag specifiek over. Daar zou een plaats zijn voor een twaalftal bedrijven,
ook in de basis is er ruimte voorzien om bedrijven die rond duurzaam bouwen en
ondernemen bezig zijn om die ruimte in te vullen. Dat blijkt een moeilijk verhaal te zijn.
Dat heeft waarschijnlijk ook te maken met de economische crisis, maar misschien zijn de
voorwaarden die wij als provinciebestuur opleggen wat te streng, niet interessant genoeg.
Ik denk dat het zinvol is om daar eens naar te kijken. Zijn ze misschien hier en daar ook te
specifiek geformuleerd. En misschien is er ook niet voldoende personeel voorhanden binnen
het Kamp C om dit in te vullen, of mensen of bedrijven aan te trekken om deze terreinen in
te vullen.
Wat zijn de mogelijkheden daar om naar de toekomst toe daar toch een tandje bij te
steken, zodanig dat ook deze bedrijventerreinen die daar gevestigd zijn zullen zorgen dat
de omgeving van Kamp C meer bedrijvigheid kan kennen.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
331
VOORZITTER.- Mevrouw Van Gool heeft het woord.
Mevrouw VAN GOOL.- Dank u wel, mijnheer de voorzitter.
Mijnheer de gedeputeerde, welzijn is ook een beleidsdomein dat mij erg interesseert. Ik
had een aantal vragen op verschillende vlakken.
De provincie Antwerpen heeft altijd heel veel aandacht besteed aan zorg, vooral voor
mensen met een handicap. Het is zo dat er op Vlaams niveau een grondige hervorming komt
van het beleid voor mensen met een handicap, waarbij vanaf 2015 een persoonsvolgende
financiering ingevoerd zal worden. Dat kan ook gevolgen hebben voor de betaling van de
zorg van mensen in instellingen. Ik vroeg mij af wat daar de gevolgen van zullen zijn voor
onze provincie en/of met heel die hervorming die doorgaat of daar ook onze provincie bij
betrokken is.
Uit de toelichting die we gekregen hebben in de commissie Welzijn blijkt dat 2013 een
cruciaal jaar zal worden voor het Gouverneur Kinsbergencentrum omdat de reserves bijna
opgebruikt zijn. Het is al gezegd, die vzw vervult een belangrijke rol, want opvang van
mensen met een handicap is een heel belangrijke taak. Ook in Vlaanderen zijn er heel veel
wachtlijsten. Vandaar mijn vraag welke maatregelen er genomen zullen worden om de vzw
te helpen en te ondersteunen.
Ook toegankelijkheid is belangrijk. Het is een belangrijke voorwaarde opdat mensen met
een handicap volwaardig aan het maatschappelijk leven zouden kunnen deelnemen. Daar
hebben wij in de provincie het centrum voor Toegankelijk, dat een aantal belangrijke taken
heeft en ook heel wat expertise op het domein. Ik denk bijvoorbeeld aan de screenings die
een aantal jaren geleden gebeurd zijn van de gemeentehuizen en districtshuizen, toch de
plek bij uitstek waar mensen gaan als ze vragen hebben over sociaal beleid. Ik denk dat er
in de vorige legislatuur ook heel wat screening is geweest van sportcentra. Daarom vraag ik
op welke manier, omdat we toch goed werk leveren, er meer bekendheid gegeven kan
worden aan die werkzaamheden van het CTPA om daar meer beroep op te laten doen, want
een betere toegankelijkheid is voor iedereen goed, niet alleen voor mensen met een
handicap, ook voor oudere mensen en zeker met de vergrijzing in het licht is een meer
toegankelijke samenleving zeer belangrijk.
Tenslotte zorg, in het bestuursakkoord staan heel wat prikkelende, goede zaken. Er was
bijvoorbeeld de oprichting van een provinciale mobiliteitscentrale voor aangepast vervoer,
maar er zijn ook andere dingen die ik nog niet direct terugvind in de begroting die nu
voorligt. Zal dat aan bod komen bij de begrotingswijzigingen, of wat is daar de timing voor?
Een tweede luikje vertrekkende op de bestrijding van armoede. Het is een heel belangrijke
thematiek. U hebt daar in uw inleiding ook al naar verwezen. De armoede is inderdaad nog
te groot, ook jammer genoeg in onze provincie. Ook hier lees ik dat er heel wat initiatieven
zijn, maar heb ik ook enkele vragen.
U hebt het zelf ook al gezegd, de provincie wil inzetten op armoede bij jongeren en dat zou
toegevoegd worden aan het globaal armoedebeleidsplan. Dat is natuurlijk een zeer goede
zaak, maar het is ook toch iets dat ik niet direct terugvind in de huidige documenten die
voorliggen in het kader van de begroting. Daar wilde ik vragen wat de timing daar van is en
op welke manier dat aangepakt zal worden.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
332
De provincie heeft ook een eigen voedselbank. Vorige week zijn een aantal berichten
verschenen in de krant waar Europa plannen heeft om de voorziening aan de voedselbanken
terug te schroeven. Daar is heel wat reactie op gekomen omdat het natuurlijk een spijtige
zaak zou zijn, omdat die voedselbanken, zeker in tijden van crisis, belangrijk werk leveren.
Zou dat ook gevolgen kunnen hebben voor de provinciale voedselbank? Zo ja, kunnen die dan
niet op een andere manier blijvend ondersteund worden?
Dan nog een kleine vraag in verband met het Dominicanenklooster dat ontruimd moet
worden omwille van veiligheidsproblemen. Het wordt momenteel gebruikt onder meer voor
voedselbedeling en andere activiteiten en vervult dus een belangrijke sociale rol. Mijn
bekommernis en vraag is of dat op een andere locatie die taken kunnen voortgezet worden.
Ik heb ook een paar vraagjes in verband met het gelijke kansen. Mevrouw Van Langendonck
is daar ook al uitgebreid op tussengekomen. De provincie hecht terecht veel belang aan
gelijke kansen en diversiteit. Dat is ook in andere beleidsdomeinen gezegd. Er zijn heel
veel nieuwe verkozenen in de besturen en ook heel wat vrouwen die daar deel van uitmaken,
wat natuurlijk een goede zaak is, maar de ondersteuning van al die nieuwe verkozenen,
zeker ook van vrouwen, is belangrijk. SOFIA organiseert daar een aantal vormingen rond.
De vrouwelijke mandatarissen hebben daar inmiddels ook een uitnodiging voor gekregen. Er
zitten heel interessante thema’s en vormingen in. Zijn er nog andere initiatieven om andere
vormingen meer bekendheid te geven om een zo ruim mogelijke deelname te stimuleren.
SVV en VIVA hebben in de aanloop van de verkiezingen een memorandum opgesteld
“Vrouwen bouwen”. Alle raadsleden hebben dat vorige week toegestuurd gekregen. Daarin
worden nog belangrijke thema’s aangekaart. Zal er gevolg aan gegeven worden? Zal u
eventueel in overleg gaan met die verenigingen om die zaken te bespreken?
Tot slot in verband met het bestuursakkoord, daar staat dat de provincie
sectoroverschrijdend wil werken en daarvoor een provinciale Welzijnsraad wil oprichten.
Er is daarstraks al verwezen naar de provinciale Sportraad en eerder al naar de provinciale
Jeugdraad. Ik denk dat zo’n adviesorganen heel belangrijk zijn, omdat het mensen zijn
vanuit de sector die ervaringsgericht kunnen meewerken en adviezen geven. Ook daar een
vraagje naar de timing. Wie is er bij betrokken en op welke manier zal die kunnen
functioneren?
Het zijn een hele reeks vragen, maar het is een belangrijk domein. Er staan heel veel goede
zaken in het bestuursakkoord en zoals u al zei, de uitdagingen zijn zeer groot.
Dank u.
VOORZITTER.- De heer Willekens heeft het woord.
De heer WILLEKENS.- Geachte gedeputeerde,
Collega’s,
Ik trap een open deur in wanneer ik stel dat onze provincie allesbehalve gespaard wordt
van de negatieve gevolgen van drugtrafiek, drughandel en druggebruik an sich. Niet enkel
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
333
zijn er de grensgemeenten met Nederland, Antwerpen zelf en haar haven zouden dé
Europese draaischijf zijn voor het binnensmokkelen en verhandelen van cocaïne.
Nu de burgemeester van Antwerpen een heuse ‘war on drugs’ heeft aangekondigd is onze
fractie van mening dat ook de provincie haar verantwoordelijkheid in deze moet nemen.
Andere provincies geven op dit vlak alvast het goede voorbeeld en ik wil u een kleine
bloemlezing dan niet onthouden.
Ik citeer de provincie West-Vlaanderen. “Bijna dagelijks is er in de media een signaal te
vinden dat verwijst naar de gevaren van druggebruik. Het provinciebestuur van West-
Vlaanderen is ervan overtuigd dat elke overheid haar eigen verantwoordelijkheid moet
opnemen ten aanzien van dit maatschappelijk fenomeen dat zowel voor de gebruiker als
voor haar of zijn leefomgeving ernstige risico’s inhoudt. Voorkomen is beter dan genezen is
hier de uitdaging en de provincie wil wat betreft drugpreventie een bijdrage leveren
binnen de gezondheidsbevordering in het welzijnsbeleid. De provinciale stuurgroep
Drugpreventie heeft zich ontfermt over het ontwikkelen van een eigen West-Vlaamse
visie, het formuleren van een missie, het uitwerken van een algemene doelstelling en
daaraan gekoppelde operationele actiepunten.” De provinciale beleidsnota Drugpreventie is
daar de neerslag van en is te vinden op het internet, maar ik geef hem u dadelijk mee als
bron van inspiratie.
Ik citeer de provincie Oost-Vlaanderen: “Het provinciaal interbestuurlijk
samenwerkingsverband voor aanpak van drugmisbruik is een provinciebedrijf dat zich
toespitst op drugpreventie en de ambulante begeleiding van jongeren, jongvolwassenen en
hun directe omgeving, wanneer deze in aanraking komen met drugs. De organisatie wordt
voor 49% gefinancierd door het provinciebestuur Oost-Vlaanderen en voor 51% door de
aangesloten steden en gemeenten. Door deze financieringen kan PISAD, dit is afgekort het
interbestuurlijk samenwerkingsverband, zijn diensten gratis aanbieden in de aangesloten
steden en gemeenten. Op dit ogenblik behoren 19 steden en gemeenten in Oost-Vlaanderen
tot het werkingsgebied van PISAD en sinds 2008 is ook Liedekerke uit de provincie
Vlaams-Brabant aangesloten bij deze instelling. Zowel op preventief als op begeleidend vlak
werkt die instelling nauw samen met scholen en schoolbegeleidende diensten. Deze
samenwerking berust op een heldere en éénduidelijke afspraak tussen jongeren, ouders,
scholen en schoolbegeleidende diensten. Dit geheel wordt ondersteund door ambulante en
residentiële hulpverlening, politiediensten en justitie.
Ik citeer tot slot de provincie Antwerpen: “De Vlaamse overheid – opnieuw dezelfde
paraplu – formuleerde gezondheidsdoelstellingen voor 6 thema’s: voeding en beweging,
tabak, alcohol en drugs, borstkankeropsporing, zelfdoding, ongevallen in de privésfeer,
infectieziekten en vaccinatie. Concrete formuleringen en subdoelstellingen vindt u op de
website van de Vlaamse Gemeenschap.” Einde citaat.
Ook in de zonet getoonde slides vinden wij bij die doelstellingen en die uitdagingen niets
terug, geen woord, over drugpreventie. De provincie maakt zich er op deze manier, volgens
ons, wel heel gemakkelijk vanaf.
Daarom onze vraag of deze nieuwe bestuursmeerderheid van plan is om net zoals de andere
provincies doelgerichte initiatieven op poten te zetten en deze problematiek de aandacht
te geven die ze verdient. Wij hopen alvast op een positief antwoord, want waarom zou in
Antwerpen niet kunnen wat in Oost- en West-Vlaanderen wel kan.
Ik dank u.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
334
VOORZITTER.- Mevrouw Avontroodt heeft het woord.
Mevrouw AVONTROODT.- Mijnheer de voorzitter,
Geachte leden van de deputatie,
Collega’s,
In de nota “De provincie werkt voor u, op maat gespecialiseerd en voor uw welzijn” was ik
enorm blij verrast. Ik dacht, mijnheer Bellens, u hebt de hoofdtrofee, u staat in de titel,
welzijn staat in de titel van het beleidsprogramma, dus een hoopvol perspectief.
Bij het begin van een bestuursperiode hoort een credo, een slagzin die bondig samenvat
wat de regeringsleden de komende zes jaar wil doen. Hoopvol ging ik verder op zoek. Ik
dacht dus dat welzijn zeker als eerste hoofdstuk aan bod kwam, jammer genoeg was dit
niet waar. Er is hier al verwezen in verschillende tussenkomsten dat eigenlijk genieten en
ontdekken het eerste hoofdstuk was van dit coalitieakkoord. Toegegeven, als je dieper
ingaat op wat de provincie reeds jaren doet op het niveau van welzijn, zijn er ontzettend
veel positieve initiatieven gerealiseerd. Zoals collega Dillen, en ook andere collega’s, het
verwoord heeft zijn er enorm goede inspanningen gebeurd. Inzonderheid onder impuls van
gouverneur Kinsbergen, gouverneur Paulus en onze huidige gouverneur heeft onze provincie
een serieuze reputatie opgebouwd op gebied van bescherming en ondersteuning voor
families en personen met een handicap of een beperking.
Zoals we in de commissie besproken hebben was er zelfs vroeger een serieus provinciaal
initiatief, een provinciale evaluatiecommissie waar de provincie een heel actieve rol had in
de ondersteuning van de families en de personen met een handicap.
Jammer genoeg is dat tot op vandaag niet rechtstreeks het geval meer. Maar toch, als we
zien wat er in het Vlaamse regeerakkoord stond. Deze Vlaamse regering ging de
wachtlijsten drastisch verminderen. Jammer genoeg, en niemand moet zich daarover
verheugen, niemand in de oppositie, noch in de meerderheid, vergroot die
wachtlijstproblematiek alleen maar. Het initiatief vanuit de Vlaamse regering opent mijns
inziens ook opportuniteiten op het niveau van de provincie, mijnheer de gedeputeerde.
Meer en meer zou men immers gaan werken met een persoonsvolgend budget voor personen
met een handicap. Dit houdt natuurlijk in dat de families en de getroffen personen zelf nog
meer hun zoektocht zullen moeten starten en in het doolhof van de verschillende
voorzieningen hun weg moeten vinden, alle goede intenties ten spijt. Ik denk, mijnheer
Bellens, dat hier voor de provincie absoluut een ondersteunende rol zou moeten vervuld
worden om die getroffen families beter te helpen en beter te begeleiden.
Het landschap evolueert, zoals ik reeds zei, en ik betreur dan ook samen met collega’s
Dillen en Van Gool dat er een hypotheek zal rusten op de uitbreiding van het Gouverneur
Kinsbergen Centrum, een centrum dat niet alleen qua opvang kwalitatief is, maar dat ook
qua expertise er staat na een lang verhaal van vallen en opstaan.
Ik kijk nu even in de richting van stabiliteit en ik kijk naar collega Bungeneers, dit is een
parentheses. Collega Bungeneers, u hebt een pleidooi gehouden voor dierenwelzijn. Ik ga
citeren: “Het is in het leven niet belangrijk of je optimistisch of pessimistisch bent, maar
wel dat je standvastig bent.” Als er één zaak is, collega Bungeneers, waar u standvastig in
bent is het in uw behartiging van het dierenwelzijn. Ik erken wel een deel van uw zorg,
maar we hebben dat debat al op verschillende niveaus gevoerd. Ik denk dat de provincie in
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
335
deze misschien faciliterend kan zijn, maar voor het invoeren van dierengezelschap in
rustoorden of in instelling denk ik dat je dat tot de autonomie van de instelling moet
kunnen laten en dat je daar niet verplichtend moet gaan optreden, want dan ga je het
tegenovergestelde scoren.
Een forum voor zorgberoepen, mijnheer de gedeputeerde, is meer dan ooit noodzakelijk.
De particuliere initiatieven, de bureaus, de interimkantoren, rijzen als paddenstoelen uit
de grond om zorgberoepen aantrekkelijk te maken, om de zorgverstrekkers ter plekke te
brengen bij de mensen in de zorginstellingen. Meer dan ooit kan hier de provincie een soort
forum of een platform ontwikkelen om die match tussen vraag en aanbod te versterken.
Daarover vind ik helemaal niets terug in de beleidsnota, en zeker niet in de begroting.
Bij andere initiatieven zijn er heel veel verschuivingen in het zorglandschap, veel
responsabilisering, veel ook met het persoonsvolgend budget, veel ook eigen
verantwoordelijk. Maar welzijn en armoede leidt tot initiatieven, tot creativiteit. Ik stond
een beetje versteld als ik las dat subsidies en impulsen gegeven worden aan buurtwinkels
en sociale kruideniers. Hebt u daar een evaluatie van? Hebt u daar resultaten van? Zijn
daar effectieve meetbare resultaten dat dit én de armoede én het sociaal weefsel in
bepaalde wijken heeft verbeterd en het sociaal contact verhoogd? Ik denk eerlijk gezegd
niet dat dit een taak is voor een provincie. Als dat al moet gebeuren denk ik dat dit een
taak is van de gemeente die op haar eigen initiatieven in eigen wijken hier kan optreden.
Hebt u al gehoord, mijnheer de gedeputeerde, van de weggeefwinkels? Ik denk dat er heel
veel gemeenten zijn die op vandaag geconfronteerd worden met vragen om weggeefwinkels
te installeren. Hebt u daarrond al een aanbeveling, want ik denk dat vele gemeenten anders
bij u gaan aankloppen om te vragen wat zij daarmee aan moeten en of zij kwaliteitscriteria
moeten aan verbinden. Hoe gaat men daarmee om? Het is iets dat overwaait vanuit Brussel
en de Brusselse agglomeratie, waarbij kasten in de straten gezet worden, enz. Dit is een
open vraag.
Over naar één van de prioriteiten. U hebt daar zelf, en ik was daar positief door verrast,
verwezen naar dementie, omgaan met dementie, beeldvorming rond dementie. Wij hebben
hier in Antwerpen de bakermat van de expertisecentra inzake dementie, gestart rond
Orion in Wilrijk, uitgegroeid tot een model in heel Vlaanderen. Maar toch, wat u beoogt is
die beeldvorming rond dementie te verbeteren. Dat is heel goed, heel correct, alle steun
toegezegd om dat te doen, want er is nog heel veel te doen. Maar als er één terrein is waar
je in Antwerpen het verschil kan maken, en dit wel dankzij de expertise die wij hier in
Antwerpen rijk zijn met onze Universiteit, met name het departement van professor Van
Broeckhoven, denk ik dat u zich zal moeten focussen op de opvang van jong dementerenden.
Dit is een categorie waar tot op vandaag nog veel te weinig interesse voor is en een
schrijnend tekort aan juiste en adequate opvang.
Een elektronisch zorgplan wordt verfijnd. Mijnheer de gedeputeerde, in het werkveld het
elektronisch zorgplan voor de opvang van wie, van wat, als het er is dat elektronisch
zorgplan is het absoluut onvoldoende bekend of onvoldoende toegankelijk gemaakt voor de
zorgverleners. Kan u daar iets meer concreet informatie over bezorgen.
Die provinciale coördinatiecentra voor personen met een handicap zijn er, maar ook hier
dezelfde vraag. Hoe zal u de communicatie daarrond en het bekendmaken daarrond dichter
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
336
bij de gebruikers kunnen brengen, want ook hier is er onvoldoende kennis. Dit zijn dan de
achillespezen van onze provincie, waar de provincie het heel goed doet. Ook dit moet dan
beter gecommuniceerd worden
U hebt zelf verwezen naar het platform CO³, waar onze procureur, mijnheer Dams, heel
erg voorstander van is en waar hij vele heilige huisjes heeft moeten slopen om dat te
bewerkstelligen. De evaluatie ervan komt eraan, maar ik zou u willen vragen om een
taskforce op te zetten om dit model, die CO³, ook te implementeren voor de meest
kwetsbare groep zijnde de jongeren, al dan niet ressorterend onder de bijzondere
jeugdzorg. Als er één rol is voor de provincie, en ik denk aan uw streek waar Mol en Geel
toch wel erg betrokken zijn op het gebied van opvang en behandeling van kwetsbare
jongeren en jongere delinquenten, is dat ook hier een bredere taskforce zinvol zou zijn en
zou kunnen opgezet worden.
Het positieve van de minder mobiliteitscentrale kan ik alleen maar toejuichen. Het is een
knelpunt in heel veel gemeenten en een voorbeeldvorm van intergemeentelijke
samenwerking. Wereldklasse op het gebied van onderzoek en screening naar metabole
aandoeningen hebben wij hier in Antwerpen. Ik heb professor Eyskens horen zeggen dat
hij vrijwillig een duit in het zakje doet en vrijwillig zijn budget vermindert. Ik denk dat dit
een groot risico is, want integendeel er is meer vraag naar uitbreiding van screening van
aangeboren aandoeningen om precies die zeldzame aandoeningen en metabole aandoeningen
te kunnen verminderen.
Tot slot, mijnheer de voorzitter, collega’s, twee korte hoofdstukjes. Het eerste, en dat zal
u misschien niet verwachten, gaat rond het project dat hier in Antwerpen ingediend zou
zijn rond toegankelijke tandzorg voor personen die in armoede leven. Het noemt: “Tripje
tandzorg”, verwijzend naar de drie partners die zich daarrond hebben aangesloten, zijnde
de armoedeorganisaties, de tandartsen zelf en de begeleiders van de kansarmen. Ik denk
dat dit een schitterend initiatief is waar tandartsen in de provincie Antwerpen zich
hebben geëngageerd om ook toegankelijke tandzorg ter beschikking te stellen van de
kansarmen voor wie zelfs een extractie niet terugbetaald wordt en waar de provincie
inzonderheid rond preventie met de tandartsen zou kunnen rond de tafel zitten. Cijfers
zijn er genoeg. 14% van de Antwerpenaren stelt medische zorg uit omwille van
betaalbaarheid. 48% stelt tandzorg uit. Ik denk dat als 48% de tandzorg uitstelt omwille
van financiële en armoedeproblemen dat u hier met uw departement Welzijn een goede
zaak zou kunnen ontwikkelen en misschien een model voor de andere provincies.
Tot slot moet ik mijn verbazing blijven uitdrukken over de bevoegdheidsverdeling. Wij
hebben het provinciaal Instituut voor Hygiëne. Het was gisteren Wereldkankerdag. Wij
hebben met ons provinciaal instituut schitterend werk geleverd op het gebied van
screening naar alle lagen van de bevolking. Ik versta niet hoe dat die bevoegdheden hier
verdeeld zijn. Wij hebben altijd al jaren over de partijgrenzen heen onze mond vol gehad
van homogene bevoegdheidspakketten. Als er nu iets is van homogene
bevoegdheidspakketten is het toch wel aansluitend op het Vlaamse beleid dat welzijn en
gezondheid raakvlakken zijn en dat het niet moet gesaucissoneerd worden. Mijn verbazing
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
337
blijft hier. Het is een versnippering van expertise, een versnippering van goede
dienstverlening.
Collega’s, volgende week is het Valentijn. Daarom heb ik het eens nagekeken en speciaal
voor u, mijnheer Bellens, de vier criteria van welzijn eventjes opgelijst. Dat is wetenschap.
Ik heb dat niet zelf uitgevonden, daar zijn dikke boeken over. Het eerste is gezondheid.
Uiteraard, iemand die goed gezond is heeft meer redenen om zich goed te voelen. Het
tweede is werk: materieel geen zorgen. Negatief vertaald, werk en werkvoldoening en
respect in het werk dat hij doet in de grote en kleine dingen. Maar, mijnheer Bellens, als er
iets is waar er een kink in de kabel is, weze het op werk, weze op respect, weze het op
gezondheid, dan is er de liefde die eigenlijk de meest essentiële dimensie is om mensen
zich goed te laten voelen. Dat is wat ik u volgende week zeker toewens.
Ik dank u.
VOORZITTER.- Mevrouw Van Hoffelen heeft het woord.
Mevrouw VAN HOFFELEN.- Geachte voorzitter,
Geachte leden van de deputatie,
Waarde collega’s,
In zijn spelprogramma “Blokken” vergeleek Ben Crabbé mij jaren geleden met een
diesellocomotief: enigszins traag en haperend op gang komend, maar eens op snelheid niet
meer te houden.
Als nieuw provincieraadslid heb ik dan ook de nodige tijd genomen om de budget- en
beleidsnota’s te doorploegen. U zal het mij dan ook wel vergeven als ik hier niet te veel
cijfers gebruik, maar me beperk tot de essentie van mijn tussenkomst, namelijk het thema
“wonen”.
“Goed wonen betekent niet alleen dat je huis comfortabel is ingericht, maar dat je woonst
ook in een goede en aangename omgeving ligt. Vandaar dat het woonbeleid in eerste
instantie een bevoegdheid is van de gemeente. Omdat er ook woonproblemen zijn die de
gemeente niet alleen kan oplossen en niet alle woonvormen de nodige aandacht krijgen, is
ook een regiogerichte aanpak wenselijk en noodzakelijk. Die taak neemt de provincie op
zich door het lokale woonbeleid te stimuleren en te ondersteunen op allerlei vlakken, en
bepaalde bevolkingsgroepen financieel te steunen in hun behoefte goed te kunnen wonen.
Voor wie deze woorden bekend in de oren klinken: de tekst komt van de website van de
provincie, en geeft goed weer wat en waar we als provincie kunnen toe bijdragen als het
over wonen gaat.
We stellen - helaas - vast dat er nog steeds meer dan 30.000 mensen op de wachtlijst
staan voor een sociale woning. Tegelijkertijd is de provincie Antwerpen de slechtste
leerling van Vlaanderen met meer dan 3.000 woningen die ongeschikt of onbewoond werden
verklaard.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
338
Er werden en worden door de provincie al een aantal lovenswaardige initiatieven genomen,
maar omdat meer in dit geval beter is, willen we als Groen! dat er nog meer werk wordt
gemaakt van o.a. alternatieve vormen van huisvesting.
Op pagina 41 van de strategische en financiële nota stel ik vast dat experimentele
projecten zoals kangoeroewoningen niet langer worden behouden. Nu verneem ik van
gedeputeerde Bellens dat dit wel het geval is, dus ik hoop dat het wordt rechtgezet.
Groen! pleit niet alleen voor het blijvend ondersteunen van dergelijke projecten, we vragen
ook een uitbreiding naar andere, nieuwere projecten.
Brussel had de primeur om te kunnen uitpakken met de eerste Community Land Trust. Dit
is een formule waarbij een maatschappij grond verwerft en een community land trust
sticht. Ze bouwt hierop woningen voor mensen met een lager inkomen en ze verkoopt deze
aan wie aan de criteria beantwoordt. De koper koopt enkel de woning en niet de grond. De
koper krijgt een startpremie, nodig om de kosten voor een lening te kunnen betalen en hij
heeft het volledige genot van deze woning, net als elke andere eigenaar. Wanneer hij de
woning opnieuw verkoopt, betaalt hij de startpremie terug aan de trust en ook een deel van
de meerwaarde. De woning kan zo opnieuw met premie en tegen betaalbare prijs verkocht
worden aan een volgende minder kapitaalkrachtige koper.
Brussel is niet de enige plaats waar men op zoek is naar de beste formule voor een
financieel en juridisch haalbare CLT-constructie. In Gent heeft Samenlevingsopbouw
subsidies gekregen om, voor de wijk Dampoort, partners te verzamelen en de haalbaarheid
na te gaan.
Groen! wil ook dat de provincie een woningfonds realiseert met renteloze leningen voor
specifieke projecten waardoor leegstand kan aangepakt worden.
Tot slot verwijs ik naar de nieuwe provinciale missie, en ik citeer: “We zijn een verkozen
overheid met de expertise en ervaring om antwoorden op maat te bieden voor bovenlokale
maatschappelijke uitdagingen in de provincie.”
Wel, waarde collega’s, laat ons dan samen die expertise benutten om te werken aan een
ernstig woonbeleid. Groen! wil daar graag toe bijdragen.
Ik dank u.
VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord.
De heer MERCKX.- Geachte collega’s,
Mijn tussenkomst gaat over hetzelfde onderwerp dat daarnet behandeld is door collega,
huisarts, Koen Dillen. Dat was een bewogen interventie, die ik zeker waardeer. Het valt nu
nog te bezien in welke mate zijn gedeputeerden en zijn ministers aan zijn bekommernissen
gaan tegemoet komen. Misschien vernemen we daarover iets in het antwoord van onze
gedeputeerde.
Ik excuseer mij dan dat wij voor een deel elkaar overlappen. Dat is niet mijn fout. Dat ligt
blijkbaar aan een regel van het huishoudelijk reglement die maakt dat niet diegene die het
eerst een tussenkomst indient over een onderwerp die ook in die volgorde mag houden,
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
339
maar dat hij altijd voorbij gesprongen wordt door iemand van een grotere partij die
hetzelfde onderwerp wenst te behandelen. Dat doet weinig ter zake. Ik zal alvast de naam
Gouverneur Kinsbergencentrum voor een keer ook eens afkorten tot GKC, dat zal mijn
tussenkomst al wat korter maken op deze late uren.
Waarom staat het GKC in twee opzichten model voor wat we tot nu toe in dit debat
verdedigden:
1) Het zou grondig fout zijn hoognodige sociale initiatieven als deze te betrekken in een
zogenaamde lineaire besparing, en
2) De provincie en/of andere bestuursniveaus dienen zulke ondergefinancierde en
onderbestafte initiatieven juist méér middelen te geven in plaats van minder.
Als gewezen huisarts heb ik alleen maar goede ervaringen gehad met het GKC in het
algemeen, en het Centrum voor Ontwikkelingsstoornissen, COS, en het Referentiecentrum
Autisme, RCA, in het bijzonder. Bij recente navraag blijken mijn 9 ex-collega’s uit onze
Hobokense groepspraktijk Geneeskunde voor het Volk er nog altijd eender over te denken.
Die 9 collega’s - in feite 7,5 VTE’s zoals dat in ons budgettaire jargon heet - prijzen nog
altijd de kwaliteit van de onderzoeken in het GKC. Dat ouders er zich soms tot 8 maal met
hun kind moeten aanbieden is niet ongewoon. Die onderzoeken resulteren, dankzij
multidisciplinair overleg, in degelijke verslagen en in goede adviezen voor hulp en
begeleiding. De enige slechte ervaring die wij kunnen signaleren is, jawel, die van de erg
lange wachttijden. Hét grote pijnpunt, dat de directrice zelf ook op onze commissiezitting
aangaf. Voor het onderzoek van kinderen onder de 7 jaar door COS lopen de wachttijden
op tot 1 jaar. Voor een van onze patiëntjes was het onlangs zelfs 14 maanden. Bij het
Oriëntatiecentrum, gespecialiseerd in diagnostiek en oriëntering van jongeren en
volwassenen, lopen de wachtlijsten zelfs op tot 2 jaar.
Geef toe dat zijn toestanden die beschamend zijn voor een hoogontwikkeld en rijk land als
België.
Op de commissiezitting hoorden we de directie van het GKC zeggen dat ze al jaren aan het
besparen zijn, maar dat 2014 een echt crisisjaar dreigt te worden. Voorheen konden de
tekorten van de vzw nog gedeeltelijk worden opgevangen door de overschotten van het
wooncentrum Het GielsBos, maar omdat dit, net als het GKC zelf, steeds hogere kosten
heeft voor energie en personeel – dit laatste vooral door de toenemende anciënniteit – ging
dit steeds moeilijker. Sinds op 1 januari van dit jaar de beide instellingen van elkaar
werden losgekoppeld staat het GKC er helemaal alleen voor. Als er niet ingegrepen wordt,
dreigt de stopzetting van een deel van de activiteiten. In eerste instantie die van het
Oriëntatiecentrum voor jongeren en volwassen (met 250 klanten en 7 personeelsleden).
Het grote probleem is immers dat de Vlaamse regering tot op heden geen subsidies geeft
voor deze activiteiten.
Ons besluit is dan ook dat er in geen geval geraakt mag worden aan dotaties voor
instellingen als het GKC. We hebben integendeel de plicht ze zelf in de mate van onze
mogelijkheden te verhogen. En, op grond van de rijke ervaring van dit provinciale initiatief,
moet ons provinciebestuur ook op het Vlaamse niveau, bij de eigen partijen en ministers, op
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
340
tafel kloppen om te zorgen dat de er wel subsidiëring komt voor de diagnose en oriëntatie
van jongeren en volwassenen.
De moeilijke situatie van het GKC toont dat wij gelijk hadden te stellen: het totale pakket
uitgaven van de provincie moet en mag niet met 3%, en op termijn 15%, verminderen. Het
dient niet alleen behouden te worden maar vermeerderd om tegemoet te komen aan de
grote onvervulde sociale, ecologische en culturele noden. Indien er hier en daar al
verantwoorde besparingen mogelijk zouden zijn – en ik heb daar op zich geen bezwaar
tegen collega’s hier ter linker zijde die daarover een opmerking maakte - dan dient de
opbrengst van zulke besparingen naar zo’n initiatieven te gaan.
Ik besluit over het GKC met volgende vragen aan gedeputeerde Peter Bellens:
1) Is dit een initiatief waarvan nu al vaststaat dat het volledig buiten die oorspronkelijk als
lineair aangekondigde besparing valt?
2) Wordt er gezorgd om dit centrum méér middelen te bezorgen, enerzijds uit de eigen
begroting en anderzijds door daarvoor tussen te komen bij de Vlaamse regering?
Tot slot, nog een korte beschouwing bij punt 9/2 van onze agenda, meer bepaald bij de
uiteenzetting die professor Eyskens op de commissie Welzijn gaf over het budget van het
PCMA. Daarin liet hij, zoals mevrouw Avontroodt ook al zegde, uitschijnen dat het
provinciebestuur 5 à 8% besparingen nastreeft op haar dotatie aan het PCMA. En dat men
met het UZA gaat onderhandelen opdat het Universitair Ziekenhuis dit verlies van
30.000 EUR ten hare laste zou nemen. Op die wijze wordt die fameuze provinciale
besparing wel gewoon een broekzak-vestzak-operatie. Ze wordt doorgeschoven naar een
andere overheidsinstantie, namelijk het RIZIV, dat instaat voor het leeuwenaandeel van de
financiering van het UZA. Naar het schijnt – en mevrouw Avontroodt die in de Raad van
Bestuur van het UZA zit weet daar allicht meer over – zit het UZA, financieel gezien,
voorlopig nog altijd in vrij goede papieren. Maar ook daar houdt men zijn hart vast voor de
besparingen die de federale regering in de sector gezondheidszorgen gaat nemen. Omwille
van de gemeenteverkiezingen werden die uitgesteld maar eerstdaags zouden er
beslissingen vallen.
Neen, ons land en onze provincie hebben noch asociale besparingen noch broekzak-vestzak-
operaties nodig. Wel een rechtvaardige fiscaliteit die nieuwe middelen kan genereren voor
de sociale noden. Dat, en niet het buigen voor de heilloze neoliberale besparingslogica, is de
weg die zeker de linkse en progressieve partijen dienen te volgen, maar ook de andere
partijen. Als ze tenminste oor wil hebben voor de 80% Belgen die zich onlangs uitspraken
voor een belasting op de grote fortuinen. Dat is niets anders dan de miljonairstaks die onze
partij al jaren voorstelt.
Onlangs hebben sommige politici de mogelijke komst naar België toegejuicht van Bernard
Arnault, de voorlopig nog Franse baas van de luxegoederenholding Louïs Vuitton Moët
Hennessy (LVMH). Merkwaardig genoeg gebeurde dat ook door de leiding van een Vlaams-
nationalistische partij, deze keer niet gehinderd door Arnaults ongetwijfeld totale
onkunde van de Nederlandse taal, want het zijn dat soort mensen, zo zegde men ons, die
hier jobs scheppen. Bernard Arnault is, met een geschat fortuin van 32 miljard EUR de
vierde rijkste man ter wereld. Arnault is nu al volop ‘actief’ in België met postbusbedrijven,
waar welgeteld zeven personeelsleden werken. Op drie jaar tijd realiseerde Arnault zo in
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
341
ons land 193 miljoen EUR winst en betaalde daarop NUL EUR belastingen. U kon het vorige
week in de krant lezen. U kan misschien zeggen, dat heeft niets te maken met onze
provinciale begrotingsproblemen. Wel, indien uw partijen er voor gezorgd hadden dat hij
daar het officiële tarief van de vennootschapsbelasting had moeten betalen, 33,9%, dan
zou hij nog altijd maar evenveel belastingen betaald hebben dan de gemiddelde werkende
mens. Maar dat zou de schatkist wel 65 miljoen EUR hebben opgeleverd. Dat is 24 keren
het jaarbudget van het GKC en bijna 120 maal onze provinciale dotatie aan dit centrum.
Nog eens. Het is tijd voor verandering. Maar dan fiscale en sociale.
Ik dank u.
De heer RÖTTGER, gedeputeerde.- Het was wel niet in de provinciekas terecht gekomen,
mijnheer Merckx. Ik moet u teleurstellen.
VOORZITTER.- De heer Bellens heeft het woord.
De heer BELLENS, gedeputeerde.- Mijnheer de voorzitter, ik heb toch wel wat tijd nodig
om op al die vragen en opmerkingen te antwoorden. Ik zal trachten ze een beetje in
chronologische volgorde te doen.
Voor de opmerking van collega Bungeneers en Frank Geudens verwijs ik zeer graag naar
collega Lemmens, die u daar een fundamenteel antwoord op zal geven van wat wij van plan
zijn te doen de volgende zes jaar. Dat komt straks in ieder geval nog aan de orde.
Mevrouw Van Langendonck, natuurlijk hebt u gelijk. En datgene wat u zegt verschilt
eigenlijk niet veel van datgene wat wij ons ook voorgenomen hebben in het
bestuursakkoord.
Ja, wij gaan ook zowel extern als intern een gelijke kansenbeleid en diversiteitsbeleid
opzetten. Wij hebben ook in het transfersale thema al iemand binnen het personeel
aangeduid die precies ook moet waken dat bij die voorstellen die aan de deputatie gedaan
worden de aftoetsing gemaakt wordt van diversiteit en gelijke kansen. We gaan daar
helemaal op inzetten. We gaan ook de gender mainstream doorzetten. Dat is gestart. We
gaan opleidingen voorzien voor ondervertegenwoordigde groepen in adviesraden, moest dat
zo zijn, maar we zitten helemaal op schema met datgene wat u beoogt. Er is ook een
bewuste keuze gemaakt door deze ploeg om het thema zo goed mogelijk homogeen te
houden wat dit betreft. Welzijn leek dan een uitstekende uitvalspositie om dat te doen en
ik twijfel er niet aan dat waakhond gedeputeerde Verhaert zal blaffen wanneer dat we op
de een of andere manier daar niet aan tegemoetkomen. Dus ik denk dat u het engagement
van de ganse deputatie heeft voor datgene wat u zegt. Ik denk ook wat personeelsbeleid
betreft dat collega Peeters u daarstraks al een beetje op geantwoord heeft. Dat zal een
taak worden van het HRM-beleid om te zien hoe dat we daar kunnen aan beantwoorden,
maar ons engagement is onvoorwaardelijk.
Mijnheer Dillen, ik overlap ook een beetje met de wellicht andere collega’s die de
opmerkingen gemaakt hebben. Gouverneur Kinsbergencentrum is natuurlijk een zeer
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
342
belangrijk centrum. Dat hoort u mij niet vertellen. Ik denk ook dat dit hier duidelijk
geworden is door de tussenkomsten die er geweest zijn.
Ja, en dan antwoord ik ineens ook op de anderen, er is een structureel tekort bij
Kinsbergen. Mijnheer Merckx, neen, wij hebben nog niet beslist vandaag om de dotatie van
Kinsbergen ongemoeid te laten. Dat zou ook niet netjes zijn, denk ik, omdat we nog volop
bezig zijn met het overzicht te creëren en te maken om te zien waar dat we de klemtoon
zullen leggen en waar dat we echt gaan op inzetten. Is er overleg met anderen om
Kinsbergen ter hulp te komen? Ja, zowel met de Vlaamse overheid - met minister
Vandeurzen is er al rond de tafel gezeten. Dat zijn hoopvolle gesprekken, maar ik ben daar
ook niet te optimistisch over - als met andere externe partners zullen we moeten trachten
om te zien hoe dat we aan die dienstverlening kunnen tegemoet komen. Als we ze zelf niet
kunnen organiseren dan is het toch wel de bedoeling van ze ergens onder te brengen
zodanig dat de doelstellingen toch nog kunnen gehandhaafd blijven. Maar ik heb vandaag
nog niet voldoende gegevens om u gerust te stellen voor wat de dotatie betreft.
Gielsbos, ja wij zitten daar volop bezig in een uitbreiding. Wij gaan ook fuseren met
Margrietje. Er is ook een voorziening met volwassenen die een licht mentale handicap
hebben. Gielsbos zal zijn infrastructuur ook ter beschikking stellen van scholen,
buitengewoon secundair onderwijs, organisaties, verenigingen en andere voorzieningen,
zodanig dat ze toch wel daar waar het kan een meer dan brede rol gaan vervullen naar de
welzijnssector in zijn algemeenheid, maar vooral ook de sector rond personen met een
handicap.
Collega Meeus, Kamp C is een beetje een zorgenkind, in die zin dat we vandaag 600 m²
bedrijventerrein ter beschikking hebben. Daarvan is er ongeveer 275 m² ingevuld en lopen
er nog diepgaande gesprekken, wellicht met goed gevolg, voor 100 m² bij in te vullen,
zodanig dat we toch wel meer dan de helft hebben ingevuld. Maar het klopt, één van de
problemen van Kamp C is de ligging voor wat betreft de bereikbaarheid met het openbaar
vervoer. Wij hebben ook samen met collega Caluwé afgesproken dat we al onze
instrumenten gaan inzetten om dat bedrijventerrein zo goed mogelijk in te vullen. De POM
zal daar een belangrijk voortouw in moeten nemen, zoals ook aftoetsten met IOK om te
zien of daar ook wel wat mogelijkheden zijn. Maar we maken ons sterk dat we ook die
bedrijfsruimte die er nu leeg staat kunnen invullen, mogelijk zelfs dat er een aantal
bedrijven daar kunnen bouwen. Dat is nog voorbarig om dat te zeggen, maar we zijn er ons
van bewust dat we daar een PR-stunt moeten uithalen. Niet alleen dat, dat we ook moeten
kijken naar de voorwaarden zoals u zegt, maar we gaan wel geen afbreuk doen aan de
doelstelling, het kenniscentrum van Kamp C, met name een duurzaam centrum te zijn voor
wonen en bouwen. We hebben hier zeker nog een eindje te gaan.
Mevrouw Van Gool, u hebt tien vragen gesteld. U hebt vandaag een bijzonder creatieve dag
moet ik zeggen. Ik ga trachten van ze kort te beantwoorden.
Over Gouverneur Kinsbergen en de financiële situatie heb ik geantwoord. Dus, ja, we
zoeken ook naar partners om de dienstverlening toch te hanteren.
De hervormingen die er op stapel staan in de sector van personen met een handicap, het
uitbreidingsbudget wat er heerst, daar hebben wij vandaag geen enkel idee van wat dat zou
kunnen betekenen voor het provinciale beleid. Wij weten dat daar heel wat huiswerk dient
gemaakt te worden door de Vlaamse overheid. Wij zijn daarmee in overleg, maar wij zijn
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
343
nog niet zo ver dat wij vandaag kunnen zeggen dat wij daar nu een volledig overzicht over
hebben, integendeel.
De bekendheid van het CTPA. Ja, wij hebben deze week en de voorbije week ook een aantal
inspiratiesessies georganiseerd voor lokale besturen, OCMW’s en specifieke ambtenaren,
om nog eens het centrum in de belangstelling te brengen. In maart gaan er een aantal
sessies door rond ringgeleiding. Dat heeft te maken met mensen die een hoorstoornis
hebben. Dat doen we ook wanneer dat we “Houden van” organiseren in het Sportpaleis. Dan
is daar ook ringgeleiding die dat voorziet. Dat gaan we ook nog eens benadrukken.
Momenteel is het zo dat minister Smet heel de discussie rond het Centrum aan het voeren
is. Wij zijn de enige provincie die een afdeling hebben ingebed in onze provinciale diensten
die vandaag als adviesfunctie optreedt. Naar alle waarschijnlijkheid zal er een Vlaamse vzw
Evap komen die dat de bevoegdheid bij de provincies weg gaat halen en alles gaat
onderbrengen in een Vlaamse Evap, maar het provinciaal punt blijft wel, maar dat gaat dan
over 1 medewerker. Dat is zeer voorbarig wat ik u zeg omdat de discussie daar op dit
ogenblik tussen de provincies en de minister nog aan het lopen is.
Mobiliteitspunt aangepast vervoer: voorlopig vindt u daar inderdaad niets van in het
budget. Hier in het bijzonder omdat het gaat over een pilootproject wat door minister
Crevits gesubsidieerd wordt met 300.000 EUR. Daar is ook nog geen financiële voorziening
getroffen binnen de provincie. Het pilootproject loopt tot einde december. Wij zullen dan
evalueren, samen met de minister, of dat het pilootproject kan omgezet worden in een
project op reguliere basis en dan zullen we ook kijken wat de verplichtingen zijn, of de
voorwaarden zijn om daarin in te stappen. Er is een halftijdse evaluatie in juni gepland,
maar voorlopig zit daar ook geen budgettaire dekking in, in de huidige begroting die
voorligt. Ik kan dat trouwens tegen alle collega’s zeggen, voor alle initiatieven die wij hier
gezegd hebben daar vindt u op dit ogenblik niet altijd de gepaste financiële budgettaire
dekking voor, precies omdat dat deel zal uitmaken van de budgettaire herziening die wij in
april-mei zullen naar voor brengen in deze provincieraad en waar dat er dan wel een
duidelijke financiële link zou moeten zijn met de speerpunten vanuit ons bestuursakkoord.
Jongerenarmoede: ja, dat klopt. Wij hebben samen met de directeur Welzijn een gesprek
gehad met professor Jan Vranken over armoede. Ik zou willen focussen op
jongerenarmoede, omdat we ook in het kader van de taakstelling die we nog hebben als
provincie daarrond moeten zorgen dat we natuurlijk niet te veel hooi op onze vork nemen.
Ik doe helemaal geen afbreuk aan de zorg en het belang om te werken rond armoede, maar
ik denk dat wij ons als provincie wat moeten focussen om te kijken of we daar wel het
verschil kunnen maken.
Provinciale voedselbank: ik was net zoals u ook verrast door de besluitvorming binnen de
Europese commissie, maar ik had ook begrepen dat het Europese parlement – mevrouw Van
Brempt had daar denk ik ook iets over gezegd – probeert dat wat terug te schroeven. We
zullen zien hoe ver dat dit gaat, maar we hebben daar een verantwoordelijkheid in de
provincie Antwerpen en we zullen die op de een of andere manier blijven nemen, ook al blijf
ik het wel persoonlijk een paternalistische hulpverlening vinden, een beetje uit de tijd. Er
zijn voorzieningen genoeg om dit op een andere manier op te lossen, maar door de noodzaak
en de behoefte die er blijkbaar toch nog is denk ik dat we ons niet kunnen permitteren om
daarmee te stoppen. Maar we moeten daar echt wel zoeken, want het is echt wel
middeleeuws wat er zich aandient.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
344
U hebt nog iets gevraagd over het klooster. De sociale en culturele activiteiten die daar
gevoerd werden, kunnen verder gezet worden in de kerk. Die fungeert voor een stukje als
wijkcentrum en zal ook opengesteld worden - dat is nu ook zo al – door de wijkwerkers of
voor wijkactiviteiten. Wat dat betreft is er geen probleem en de voedselbedeling zelf die
gaat ook door. Die is verschoven naar de Ommeganckstraat. In die zin zullen alle
activiteiten die daar nu zijn doorgaan.
Gelijke kansen en Sofia politica daarvan denk ik dat ik er al naar verwezen heb en uitvoerig
op geantwoord heb. We gaan dat inderdaad blijven verder zetten, ook al heb ik een aantal
weken geleden een verontruste mail gekregen van een vrouwelijke mandataris die daar
helemaal niet mee opgezet was. Ik neem aan dat dit een minderheid is, of dat dit een
discussie is die zich zelf nog verder ontplooit binnen de vrouwelijke mandatarissen.
Gelijke kansen Vrouwen bouwen, daar heb ik eigenlijk op geantwoord.
Nog één vraag, dat is de welzijnsraad. Daar kan ik u formeel zeggen dat het donderdag op
de deputatie staat en dat we dan ook de samenstelling zullen bekijken en de doelstellingen
zullen formuleren en dat die op vrij korte termijn van start kan gaan als vervanging van de
vzw Welzijnszorg Antwerpen.
Ik hoop dat ik daarmee al aan uw reeks vragen beantwoord heb.
Mevrouw Avontroodt, uw lijstje is ook bijzonder lang. Ik probeer het toch wel eventjes te
overlopen.
Wachttijden: er is inderdaad een probleem. U hebt gelijk als u pleit voor een ondersteunde
rol die we naar de families kunnen voeren als die moeten gaan zoeken naar de juiste
voorziening of de juiste wegen om dat persoonlijk budget te gaan hanteren. Het zou kunnen
dat we daar inderdaad een ondersteunende rol kunnen vervullen. Ik wil dat in ieder geval
onderzoeken.
Gouverneur Kinsbergencentrum: hier verwijs ik naar datgene wat ik al gezegd heb.
Het forum voor zorgberoepen: ik twijfelde aan mezelf toen ik u dat hoorde zeggen. Ik heb
aan collega Lemmens gevraagd of ik dat bestuursakkoord mocht zien. Maar het staat er in.
Het staat op pag. 17. Er staat: “Eerder is de provincie al gestart met het promoten van de
zorgberoepen en dat blijven wij verder doen.” Het staat er zo letterlijk in. Het zou mij ook
verwonderen moesten wij dat niet doen omdat de vraag zeer groot is naar mensen van de
zorgsector.
Uw sociale kruidenier en buurtwinkels waarover u gesproken heeft zijn projecten van
sociale economie. Ik ben er mij van bewust dat je daarover kan discussiëren. Van
weggeefwinkels had ik nog nooit gehoord. Voorlopig zullen we dat ook nog moeten bekijken
wat we daar verder mee gaan doen.
Dementie: ja, Orion krijgt ook subsidies van de provincie. Ik ben het volledig met u eens
dat we iets moeten ondernemen naar jonge dementerenden. Ik denk dat daar de
stigmatisering nog bijzonder groot is.
Elektronisch zorgplan: dat zou ik via de commissie willen opnemen. Ik wil dat daar wel eens
bespreken en zien wat het zou geven. Ik weet dat het niet zo eenvoudig is. Minister
Vandeurzen is daar grote voorstander van, maar ik kan daar op dit ogenblik weinig over
zeggen.
Evaluatie van CO³: ja, ik ben zelfs vragende partij om daar een taskforce over op te
zetten en te kijken wat de resultaten van het hooglopende project zijn.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
345
PCMA: voor PMCA is er op dit ogenblik een budget voorzien van 40.000 screenings. Dat
betekent dat men van dat aantal geboorten op jaarbasis uitgaat. Dat hebben we vorig jaar
net niet gehaald. In die zin denk ik dat we proberen zo maximaal mogelijk in te schatten.
Het is op basis van die 40.000 screenings dat professor Eyskens ook gezegd heeft dat wij
de inkomsten kunnen verhogen en daardoor hebben wij een klein beetje financiële ruimte.
Toegankelijkheid, het tripje tandarts, kwetsbare groep, preventiezorg: dat is allemaal
belangrijk. Als ik alleen mijn lijstje opmaak dan stijgt ons budget enorm. Ik deel uw
analyse. Als mensen geen voldoende financiële middelen hebben dan besparen ze soms op
de meest wezenlijke en belangrijke onderdelen, met name hun eigen lichaamsverzorging, om
niet te zeggen hun eigen gezondheid.
Over criteria voor welzijn deel ik die uiteraard alle drie, en voornamelijk de liefde.
Mevrouw Van Hoffelen, rond de sociale huisvestingsmaatschappijen en het feit dat we daar
vanuit de provincie al heel wat werk rond gedaan hebben met het aankopen van gronden
denk ik dat dit hetgene is wat we kunnen doen hebben door die gronden dan terug in
erfpacht te geven om te kijken naar kwetsbare groepen. Ik durf vandaag niets zeggen, ook
niet omdat de interne staatshervorming vandaag zich nog niet uitdrukkelijk heeft
uitgesproken, of het nog een bevoegdheid is van de provincie. Soms hoor je van wel, soms
hoor je van niet. Dat moet nog duidelijk gesteld worden, maar ik ben het uiteraard met u
eens als u zegt dat we moeten gaan zoeken naar alternatieve vormen van wonen.
Kangoeroewonen: daarvan heb ik daarjuist gezegd dat ik het daar volledig mee eens ben,
alleen komt de sector daar soms een beetje van terug op basis van ruimtelijke ordening.
Vandaar dat men ook, en dat was voor mij ook nieuw, de piste geopend heeft van mobiel
wonen. Hierbij wordt er eigenlijk een soort van mobiele huisvesting voorzien in de tuin van
mensen, waarbij dat wanneer de zorgvraag ophoudt te bestaan ook de mobiele huisvesting
kan vertrekken. Ik had er ook nog niet van gehoord, maar de bedoeling hiervan is om daar
wat studiewerk rond te doen om te zien of dat kan. Er is een pilootproject ingediend bij
Vlaanderen om dat verder te onderzoeken en wij hebben dat vanuit de provincie Antwerpen
mee ondersteund. Het kadert ook in de samenwerking die wij hebben met Thomas More
Hogeschool.
Wanneer u zegt Community Land Trust, dat wil ik absoluut eens onderzoeken. Ik denk dat u
daar een goed statement maakt, maar ik heb geen idee van wat het mogelijk zou kunnen
zijn.
Ik heb nog één antwoord te geven aan mijnheer Merckx, maar ik denk dat ik daar al op
geantwoord heb, ook op uw vraag van neen, het staat nog niet vast, maar ja, we zoeken naar
samenwerking.
PCMA, mijnheer Merckx, is inderdaad – en u legt daar terecht de nadruk op – een
belangrijke instelling die zeer verdienstelijk werk levert. We moeten daar in ieder geval in
overleg met UZA verder over spreken. Het is eigenlijk al voor een stuk zo bepaald dat er
een samenwerkingsakkoord gaat komen met UZA, maar de modaliteiten van dat akkoord
liggen nog helemaal niet vast. De timing zou 2016 kunnen zijn, maar we proberen dat toch
wel wat te vervroegen zonder dat we daarvoor moeten afbreuk doen aan de
dienstverlening.
De wachtlijsten van het COS daarvan zijn wij niet bij machte om ze op te lossen. Op dit
ogenblik hebben we al 18,21 VTE die daarrond werkt. De vraag is bijzonder groot. Het
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
346
personeelsbestand is al uitgebreid. Als u aan mij vraagt of we dat personeelsbestand nu
verder gaan uitbreiden, lijkt mij dat niet mogelijk. Daar moeten wij hele klare wijn in
durven schenken.
Ik ben mijnheer Willekens vergeten, maar ik heb nota genomen van zijn opmerkingen. Ik
heb ook van hem het boekje gekregen rond de andere provincies. Het is natuurlijk een
samengaan van preventie enerzijds, en anderzijds begeleiden en ook optreden. Dat is voor
een dubbel snijdend zwaard. Wij hebben met de provincie Antwerpen gekozen om in te
tekenen op het Vlaamse beleid van de Vlaamse overheid. Dan zullen we eens kijken hoe dat
in elkaar zit en wat kunnen we daar nu specifiek naar de provincie Antwerpen voor
draineren. Het is terecht wat u opmerkt. Wij zijn daar in het bestuursakkoord ook niet zo
uitdrukkelijk in geweest als bij andere aspecten die wij naar voor hebben gebracht. Ik zal
het zeker ter harte nemen en ik zal het ook nalezen. Mijnheer Willekens zit ook in de
commissie van welzijn en ik neem aan dat we daar zeker nog de discussie gaan voeren.
Ik denk, voorzitter, dat ik nu geantwoord heb op de meeste opmerkingen.
VOORZITTER.- Mevrouw Avontroodt heeft het woord.
Mevrouw AVONTROODT.- Mijnheer Bellens, ‘tripje tandarts’ zou begin februari hier op
het niveau van de provincie moeten beslist worden blijkbaar. Ik zou u dankbaar zijn moest
u dat opvolgen.
Wat het PCMA betreft zou ik toch willen vragen om niet de middelen te verminderen, maar
integendeel het biedt de mogelijkheden om de screening te verruimen naar meer
parameters. Meer parameters die, als er middelen vrijkomen, meer aandoeningen kunnen
voorkomen. Daar zijn trouwens gidelines over, maar ik zou wat betreft ons kroonjuweel
niet zomaar zonder schittering laten.
VOORZITTER.- De heer Lemmens heeft het woord.
De heer LEMMENS, gedeputeerde.- Dank u wel, voorzitter. Ik wil reageren op de
tussenkomst van collega Bungeneers, gevolgd door mijnheer Geudens en mevrouw
Avontroodt heeft er ook naar verwezen: de standvastigheid van Luc Bungeneers op het
gebied van dierenwelzijn.
Het klopt natuurlijk. Luc Bungeneers heeft enorme expertise opgebouwd op het gebied van
dierenwelzijn. Helemaal in het begin, ik heb het meegemaakt in de stad Antwerpen, werd
daar meewarig rond gedaan, maar uiteindelijk heeft eenieder moeten bekennen dat collega
Bungeneers er werkelijk iets indrukwekkends van heeft gemaakt dat door de bevolking ook
enorm gesmaakt is geworden. Het betoog op zich was al indrukwekkend. Ik denk dat u heel
veel mensen heeft overtuigd van het nut van het dierenwelzijn en ook van het nut dat de
provincie hier zou kunnen betekenen. Wij hebben binnen de deputatie dan ook afgesproken
dat we uw kennis en expertise wel degelijk willen gaan doorgeven aan de gemeenten in onze
provincie, aan de steden en gemeenten. Wij zullen dan ook de coördinerende rol op ons
nemen wat betreft dierenwelzijn.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
347
Ik denk dat dit een eerste stap moet zijn. We zullen binnen de deputatie nog bekijken hoe
we dat praktisch gaan organiseren, maar in alle geval zal ik daar met u en de mensen die
rond dierenwelzijn zijn tussengekomen contact nemen om jullie expertise mee te nemen. Ik
denk dat wij ook met zowel de provincie Limburg als de provincie Vlaams Brabant contact
zullen opnemen om te zien hoe dat we dat kunnen organiseren. Maar ik dank u voor uw
tussenkomst en wij zullen onze verantwoordelijk nemen, ook op het gebied van
dierenwelzijn.
VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord.
De heer MERCKX.- Ik wou nog even repliceren op het antwoord van Peter Bellens.
Ik dank u voor uw antwoord en voor de duidelijkheid ervan, maar het voldoet ons natuurlijk
niet. U zegt zelf: ik kan u niet gerust stellen. U kan nog minder het personeel, de
patiënten, de hulpverleners die op dat centrum beroep doen gerust stellen. Ik dacht dat de
deputatie toch al verder kon gevorderd zijn dan dat u nu moet komen zeggen: wij hebben
nog niet beslist om die dotatie van het Gouverneur Kinsbergencentrum ongemoeid te laten.
Ik dacht dat u in keuzes toch al verder en duidelijker kon zijn.
Over het initiatief dat mevrouw Avontroodt voorstelt, het vergemakkelijken van de
tandzorg voor mensen met lage inkomens en financiële problemen, vind ik enerzijds wel dat
er een tendens is tegenwoordig om alle grote problemen die de crisis en de sociale
onrechtvaardigheid veroorzaakt zogezegd te gaan oplossen met liefdadigheid. Dat kan en
dat moet niet opgelost worden met liefdadigheid. Dat kan opgelost worden met structurele
maatregelen. Wij hebben met Geneeskunde voor het Volk al 42 jaar bewezen dat gratis
gezondheidszorg mogelijk is en kwaliteitsvol. Die is niet gratis, want die is in feite al
betaald door de bijdrage voor de sociale zekerheid. Op dezelfde manier kan met datzelfde
budget ook die belangrijke tandzorg verzekerd worden voor die mensen gratis en
toegankelijk. Ik denk enerzijds dat men steun kan geven aan dit initiatief, maar dat het
belangrijker is om dat te gebruiken als een hefboom voor structurele maatregelen.
VOORZITTER.- De heer Bellens heeft het woord.
De heer BELLENS, gedeputeerde.- Voorzitter, ik wou nog even reageren op mijnheer
Merckx.
Het siert hem dat hij zo aandringt op PCMA en ik begrijp dat ook. U moet ook de situatie
begrijpen waarin dat wij vandaag zitten. Wij zijn bezig met ons voor te bereiden op een
budgetwijziging in april-mei. Dat betekent dat wij alle diensten moeten zien en dat we
afweging moeten maken. Wij hebben daar een tijdspad voor nodig om ons zelf op zijn minst
te informeren over alle mogelijkheden die wij hebben. Dat is vandaag het tijdskader waarin
dat wij leven. Ik vermoed dat elk van ons klaar zal zijn met zijn voorbereidend werk einde
maart en dat we dan maart-april zullen gebruiken om die keuzes te maken. Maar u zal
inderdaad tijdens de budgetwijziging weten wat de keuzes zijn die deze deputatie zal
maken en de klemtonen die we zullen leggen. In die zin kan ik nu geen voorafname doen
door te zeggen dat we daar geen dotatievermindering gaan voor geven. Ik heb wel gehoord
wat hier provinciebreed leeft uiteraard.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
348
VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord.
De heer MERCKX.- Ik vind dat men toch al de beslissing had kunnen nemen aan een zo
belangrijk initiatief, en er zijn er nog anderen, dat al geld tekort komt in dit geval. Daar
gaan wij niet nog eens extra geld van afpakken. Dat antwoord, dacht ik, zou zelfs op dit
ogenblik al kunnen gegeven worden.
VOORZITTER.- Ik stel voor om de agendapunten 3/8, 9/1 en 9/2 met één stemming af te
handelen. De raad stemt ermee in.
Nr. 3/8 van de agenda
Gewoon provinciebedrijf Kamp C.
Identificatienummer 90.05.0.15.0. Beleidsactieplan.
Budget 2013 en meerjarenplan 2013-2015.
Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
Door uw raad werd in vergadering van 26 april 2001 het oprichtingsprotocol van
het gewoon provinciebedrijf Kamp C goedgekeurd. Dit provinciebedrijf werd met
ingang van 1 mei 2002 operationeel. Het oprichtingsprotocol werd op 15 december
2005 gewijzigd door het beheersprotocol.
Overeenkomstig artikel 2 van het oprichtingsprotocol bestaat de missie van het
gewoon provinciebedrijf Kamp C erin een provinciaal centrum te beheren dat op het
gebied van ecologisch bouwen en wonen informeert, demonstreert, opleidt en
begeleidt en een bedrijvenzone te ontwikkelen waarop bedrijven met eco-
bouwactiviteiten en duurzame sociale-economie-bedrijven zich kunnen vestigen.
Artikel 2 van het beheersprotocol bepaalt dat de deputatie jaarlijks aan de
provincieraad volgende documenten m.b.t. het budget ter goedkeuring voorlegt:
de beleidsfiche met strategische en operationele doelstellingen, indicatoren en
streefwaarde
de financiële implicaties voor het budgetjaar en het meerjarenplan
het programma voor de roerende investeringen van het budgetjaar
De beleidsnota bevat de beleidsfiche van het gewoon provinciebedrijf met de
strategische en operationele doelstellingen.
Deze beleidsfiche wordt uitgesplitst in begrotingsfiches per activiteit. De
verschillende begrotingsfiches worden niet afgedrukt, uw raad kan deze terugvinden op het intranet onder de link Bestuur en organisatie Beleid Budget
Budget 2013.
Op deze fiches worden de financiële consequenties voor de genomen beleidskeuzes
opgenomen.
Voor 2013 zijn, zoals blijkt uit de fiches, 16,83 VTE nodig.
Het activiteitenverslag en het financieel verslag 2011 werd aan uw raad voorgelegd
en goedgekeurd in zitting van 28 juni 2012.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
349
Het ontwerpbudget met investeringsplan wordt in bijlage bij dit besluit voorgelegd.
De jaarlijkse dotatie, die het provinciebestuur aan het gewoon provinciebedrijf
uitkeert om haar missie en activiteiten te ontwikkelen (zoals voorzien in de
artikelen 7 en 8 van het oprichtingsprotocol), vindt uw raad terug in de bijgevoegde
fiche. Deze dotatie bedraagt voor 2013 113.120 EUR en is in het provinciale budget
ingeschreven onder machtigingskrediet 500/640.
In het meerjarenplan is 113.120 EUR voor 2014 en 113.120 EUR voor 2015 als
dotatie ingeschreven.
De personeelskosten zijn niet opgenomen in de dotatie. Overeenkomstig artikel 5
van het oprichtingsprotocol betaalt het provinciebestuur de lonen van het gewoon
provinciebedrijf. In het provinciale budget 2013 is hiervoor 676.243 EUR, exclusief
pensioenbijdrage, ingeschreven onder machtigingskredieten 104/620, 104/621,
104/623 en 104/625. Het gewoon provinciebedrijf zal de kosten en de opbrengsten
hiervan in de boekhouding verwerken.
Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 3 januari 2013.
Het ontwerp van het budget 2013 en het meerjarenplan 2013-2015 van het
gewoon provinciebedrijf werden door de deputatie goedgekeurd op 13 december
2012.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op de artikelen 266 en 267 van het Provinciedecreet;
Gelet op de artikelen 114bis en 114ter van de provinciewet;
Gelet op het provincieraadsbesluit van 26 april 2001 houdende goedkeuring van het
oprichtingsprotocol van het gewoon provinciebedrijf Kamp C, inzonderheid artikel 3
waarbij geacht wordt een ondernemingsplan in te dienen;
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Artikel 1:
Goedgekeurd wordt de beleidsfiche, inclusief de strategische en operationele
doelstellingen, van het gewoon provinciebedrijf Kamp C in de beleidsnota 2013.
Artikel 2:
Goedgekeurd worden de meerjarenplanning 2013-2015 en het budget 2013 van het
gewoon provinciebedrijf Kamp C.
Artikel 3:
Goedgekeurd wordt dat het gewoon provinciebedrijf Kamp C voor het uitvoeren van
zijn beleidsnota voor 2013 een dotatie van 113.120 EUR zal ontvangen.
De heer Vollebergh heeft het woord.
De heer VOLLEBERGH.- Voorzitter, een onthouding op 3/8 van de Vlaams Belang fractie.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
350
Kamp C (90050150)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015
Ontvangsten
151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheid
702 Andere opbrengsten uit werking: prestaties 127.615 105.650 126.150 134.000 134.000
740 Subsidies van overheden, concessies, ristorno's 455.002 60.000 50.000 50.000 50.000
7401 Weddesubsidies Vlaamse Gemeenschap
742 Overige werkingsopbrengsten
751 Opbrengsten uit financiële vlottende activa 203 700 200 0 0
752 Andere financiële opbrengsten
761 Andere uitzonderlijke opbrengsten
780 Onttrekking aan de gewone reserves 206.619 16.230 0 0 0
totaal 789.439 182.580 176.350 184.000 184.000
Werkingskosten
600 Inkopen grondstoffen
601 Voorraden: diverse leveringen
604 Voorraden: handelsgoederen 34.057 30.000 25.000 30.000 30.000
610 Huur en huurlasten
611 Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden 3.133 5.500 5.500 5.500 5.500
612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 2.288 1.000 1.000 1.000 1.000
613 Algemene werkingskosten 269.811 205.920 187.350 197.500 197.500
616 Verzekeringen 2.975 3.500 4.500 4.500 4.500
617 Belastingen ten laste van de provincie 55 150 100 100 100
618 Uitzendkrachten 7.680 4.500 6.000 3.500 3.500
653 Andere financiële kosten 2.626 50 20 20 20
662 Andere uitzonderlijke kosten
totaal 322.625 250.620 229.470 242.120 242.120
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
351
Roerende Investeringen
230 Installaties, machines, uitrusting 109.475 8.700 5.000 2.500 2.500
231 Informaticahardware 2.715 5.000 5.000 2.500 2.500
240 Meubilair 698 0 0 0 0
241 Rollend materieel
242 Roerend kunstpatrimonium
totaal 112.888 13.700 10.000 5.000 5.000
Subsidies
640 Toegestane subsidies
totaal 0 0 0 0 0
Personeel
620 Bezoldigingen
6203 Loon onderwijzend personeel
621 Sociale vergoedingen
623 Patronale bijdragen op bezoldigingen
624 Patronale bijdragen pensioenen
625 Verplaatsingskosten en maaltijdcheques
626 Pensioenen
627 Verzekering personeel
628 Diverse personeelskosten 111.736 40.000 50.000 50.000 50.000
totaal 111.736 40.000 50.000 50.000 50.000
Dotatie = Werkingskosten + Roerende Investeringen + Subsidies + Personeel - Ontvangsten -242.190 121.740 113.120 113.120 113.120
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
352
Kamp C (90050150)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015
Ontvangen subsidies
742 Overige werkingsopbrengsten
totaal 0 0 0 0 0
Personeelskosten
620 Bezoldigingen 453.232 491.374 588.430 618.670 631.050
621 Sociale vergoedingen 57.957 64.587 64.350 66.930 68.260
623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 109.689 118.981 142.380 148.070 151.030
625 Vergoeding voor verplaatsingskosten 1.294 1.300 1.460 1.520 1.550
totaal 622.171 676.243 796.620 835.190 851.890
Werkingskosten
610 Huur en huurlasten
612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen
613 Algemene werkingskosten 79.805 67.000 67.000 67.910 68.840
totaal 79.805 67.000 67.000 67.910 68.840
Buitengewone ontvangsten
151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheden
totaal 0 0 0 0 0
Onroerende investeringen
221 Gebouwen 0 10.000 10.000 0 0
totaal 0 10.000 10.000 0 0
Roerende Investeringen 2013
Centrum voor duurzaam bouwen en wonen - Kamp C
Nummer Activiteit ACT + omschrijving MAR + omschrijving Investering Bedrag
J06000 KMPC - Overhead 230 Installaties, machines, uitrusting Vervangingsinvestering 5.000
J06000 KMPC - Overhead 231 Informaticahardware Vervangingsinvestering 5.000
TOTAAL 10.000
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
353
Nr. 9/1 van de agenda
Gouverneur Kinsbergencentrum. Identificatienummer 90.15.0.01.0.
Beleidsactieplan. Budget 2013 en aanpassing
meerjarenplan 2013-2015. Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
Door uw raad werd in vergadering van 25 oktober 2012 de oprichting van het
extern verzelfstandigd agentschap Gouverneur Kinsbergencentrum goedgekeurd.
Dit agentschap wordt met ingang van 1 januari 2013 operationeel.
Overeenkomstig de statuten heeft het extern verzelfstandigd agentschap als
missie:
“De vereniging heeft tot doel de beleidsuitvoerende taken van het provinciaal
welzijns- en gezondheidsbeleid op te nemen.
Dit provinciaal welzijns- en gezondheidsbeleid richt zich op:
Het versterken van het welzijns- en gezondheidsbeleid van (boven)lokale
overheden en welzijnsactoren in de provincie.
De vereniging kan vanuit deze beleidsuitvoerende taken betrokken worden bij de
beleidsvoorbereiding.”
Artikel 7 van het beheersprotocol bepaalt dat de deputatie jaarlijks aan de
provincieraad volgende documenten m.b.t. het budget ter goedkeuring voorlegt:
Het ondernemingsplan met strategische en operationele doelstellingen,
indicatoren en streefwaarde
de financiële implicaties voor het budgetjaar en het meerjarenplan
het programma voor de roerende investeringen van het budgetjaar
De beleidsnota bevat het ondernemingsplan (beleidsfiche) van het extern
verzelfstandigd agentschap met de strategische en operationele doelstellingen.
Dit ondernemingsplan wordt uitgesplitst in een operationeel plan (begrotingsfiche)
per activiteit. Deze documenten worden niet afgedrukt, uw raad kan deze terugvinden op het intranet onder de link Bestuur en organisatie Beleid Budget
Budget 2013.
Op deze plannen worden de financiële consequenties voor de genomen
beleidskeuzes opgenomen.
Voor 2013 zijn, zoals blijkt uit de beleidsfiche blijkt, 40,8 VTE nodig.
Het ontwerpbudget met investeringsplan wordt in bijlage bij dit besluit voorgelegd.
De jaarlijkse dotatie, die het provinciebestuur aan het extern verzelfstandigd
agentschap uitkeert om haar missie en activiteiten te ontwikkelen, vindt uw raad
terug in de bijgevoegde fiche. Deze dotatie bedraagt voor 2013 557.630 EUR en is
in het provinciale budget ingeschreven onder machtigingskrediet 801/640.
In het meerjarenplan is 557.630 EUR voor 2014 en 557.630 EUR voor 2015 als
dotatie ingeschreven.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
354
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 3 januari 2013.
Het ontwerp van het budget 2013 en van het meerjarenplan 2013-2015 van het
gewoon provinciebedrijf werden door de deputatie goedgekeurd op 13 december
2012.
De exemplaren van het ondernemingsplan, de personeelsformatie en het
gedetailleerde investeringsplan liggen ter inzage op de griffie.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op de artikelen 238 tot 240bis van het Provinciedecreet;
Gelet op het provincieraadsbesluit van 25 oktober 2012 houdende goedkeuring van
de statuten van het extern verzelfstandigd agentschap Gouverneur
Kinsbergencentrum;
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Artikel 1:
Goedgekeurd wordt het ondernemingsplan, inclusief de strategische en operationele
doelstellingen, van het extern verzelfstandigd agentschap Gouverneur
Kinsbergencentrum in de beleidsnota 2013.
Artikel 2:
Goedgekeurd worden het budget 2013 en de meerjarenplanning 2013-2015 van het
extern verzelfstandigd agentschap Gouverneur Kinsbergencentrum.
Artikel 3:
Goedgekeurd wordt dat het extern verzelfstandigd agentschap Gouverneur
Kinsbergencentrum voor het uitvoeren van zijn beleidsnota voor 2013 een dotatie
van 557.630 EUR zal ontvangen.
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
355
Roerende Investeringen 2013
EVAP Gouverneur Kinsbergen Centrum
Nummer Activiteit ACT + omschrijving MAR + omschrijving Investering Bedrag
J17000 EGKC - Overhead 231 Informaticahardware Inkoppeling van GKC in de IT van de Provincie. 45.000
J17000 EGKC - Overhead 240 Meubilair Aanschaf kantoormeubelen voor medewerkers en vergaderingen. 10.000
TOTAAL 55.000
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
356
EVAEVAP Gouverneur Kinsbergen Centrum (90150010)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015 Ontvangsten 151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheid 702 Andere opbrengsten uit werking: prestaties 0 0 54.000 54.000 54.000 740 Subsidies van overheden, concessies, ristorno's 0 0 1.844.963 1.844.963 1.844.963 7401 Weddesubsidies Vlaamse Gemeenschap 742 Overige werkingsopbrengsten 0 0 438.845 438.845 438.845 751 Opbrengsten uit financiële vlottende activa 752 Andere financiële opbrengsten 761 Andere uitzonderlijke opbrengsten 780 Onttrekking aan de gewone reserves 0 0 380.726 380.726 380.726 totaal 0 0 2.718.534 2.718.534 2.718.534
Werkingskosten
600 Inkopen grondstoffen 601 Voorraden: diverse leveringen 604 Voorraden: handelsgoederen 610 Huur en huurlasten 611 Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 0 0 54.250 54.250 54.250 613 Algemene werkingskosten 0 0 342.560 342.560 342.560 616 Verzekeringen 0 0 8.155 8.155 8.155 617 Belastingen ten laste van de provincie 618 Uitzendkrachten 653 Andere financiële kosten 662 Andere uitzonderlijke kosten totaal 0 0 404.965 404.965 404.965
Roerende Investeringen
230 Installaties, machines, uitrusting 231 Informaticahardware 0 0 45.000 45.000 45.000 240 Meubilair 0 0 34.500 34.500 34.500 241 Rollend materieel 242 Roerend kunstpatrimonium totaal 0 0 79.500 79.500 79.500
Subsidies 640 Toegestane subsidies totaal 0 0 0 0 0
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
357
Personeel
620 Bezoldigingen 0 0 2.757.773 2.757.773 2.757.773 6203 Loon onderwijzend personeel 621 Sociale vergoedingen 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 624 Patronale bijdragen pensioenen 625 Verplaatsingskosten en maaltijdcheques 626 Pensioenen 627 Verzekering personeel 628 Diverse personeelskosten 0 0 33.925 33.925 33.925 totaal 0 0 2.791.698 2.791.698 2.791.698
Dotatie = Werkingskosten + Roerende Investeringen + Subsidies + Personeel - Ontvangsten 0 0 557.630 557.630 557.630
EVAP Gouverneur Kinsbergen Centrum (90150010) MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015 Ontvangen subsidies
742 Overige werkingsopbrengsten totaal 0 0 0 0 0
Personeelskosten
620 Bezoldigingen 621 Sociale vergoedingen 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 625 Vergoeding voor verplaatsingskosten totaal 0 0 0 0 0
Werkingskosten
610 Huur en huurlasten 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 613 Algemene werkingskosten totaal 0 0 0 0 0
Buitengewone ontvangsten
151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheden totaal 0 0 0 0 0
Onroerende investeringen
221 Gebouwen totaal 0 0 0 0 0
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
358
Nr. 9/2 van de agenda
Provinciaal Centrum voor de opsporing van Metabole Aandoeningen.
Identificatienummer 90.15.0.02.0. Beleidsactieplan.
Budget 2013 en aanpassing meerjarenplan 2013-2015.
Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
Door uw raad werd in vergadering van 24 november 2011 de oprichting van het
extern verzelfstandigd agentschap Provinciaal Centrum voor de opsporing van
Metabole Aandoeningen goedgekeurd. Dit agentschap werd met ingang van
1 januari 2012 operationeel.
Overeenkomstig de statuten heeft het extern verzelfstandigd agentschap als
missie:
“Het PCMA heeft een rol in de (vroegtijdige) opsporing van metabole aandoeningen
op twee vlakken: de neonatala massascreening (preventieve geneeskunde) en de
gerichte screening-opsporing van stofwisselingsziekte uitgevoerd op
lichaamsvochten van patiënten verdacht voor een afwijking in het metabolisme
(curatieve geneeskunde). Dit tweede luik wordt ook ingezet voor het al dan niet
bevestigen van een afwijkend screeningsresultaat.
De preventieve geneeskunde richt zich op de snelle (binnen è-10 dagen) opsporing
van metabole aandoeningen bij pasgeborenen door een neonatala massascreening
op te zetten in samenwerking met materniteiten en thuisverpleegkundigen. Het
PCMA was één van de screeningslaboratoria die in 1970 werden erkend voor
opsporing van aangeboren aandoeningen.
Het laboratorium heeft sinds 2003 een accreditatie afgeleverd door BELAC. Sinds
mei 2011 is de accreditatie overgegaan van een testlaboratorium naar een medisch
laboratorium voor de volledige werking onder de isonorm 15189 met
accreditatiecertificaat 238-MED.
De strategie van het PCMA is om uit te groeien tot het referentiecentrum inzake
vroegtijdige opsporing van stofwisselingsziekten voor Vlaanderen.”
Artikel 7 van het beheersprotocol bepaalt dat de deputatie jaarlijks aan de
provincieraad volgende documenten m.b.t. het budget ter goedkeuring voorlegt:
Het ondernemingsplan met strategische en operationele doelstellingen,
indicatoren en streefwaarde
de financiële implicaties voor het budgetjaar en het meerjarenplan
het programma voor de roerende investeringen van het budgetjaar
De beleidsnota bevat het ondernemingsplan (beleidsfiche) van het extern
verzelfstandigd agentschap met de strategische en operationele doelstellingen.
Dit ondernemingsplan wordt uitgesplitst in een operationeel plan (begrotingsfiche)
per activiteit. Deze documenten worden niet afgedrukt, uw raad kan deze terugvinden op het intranet onder de link Bestuur en organisatie Beleid Budget
Budget 2013.
Op deze plannen worden de financiële consequenties voor de genomen
beleidskeuzes opgenomen.
Voor 2013 zijn, zoals blijkt uit de bijgevoegde personeelsformatie, 4,8 VTE
gedetacheerden nodig vanuit de provincie en 2,8 VTE in dienst van de EVAP zelf.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
359
Het ontwerpbudget met investeringsplan wordt in bijlage bij dit besluit voorgelegd.
De jaarlijkse dotatie, die het provinciebestuur aan het extern verzelfstandigd
agentschap uitkeert om haar missie en activiteiten te ontwikkelen, vindt uw raad
terug in de bijgevoegde fiche. Deze dotatie bedraagt voor 2013 465.740 EUR en is
in het provinciale budget ingeschreven onder machtigingskrediet 871/640.
In het meerjarenplan is 542.730 EUR voor 2014 en 550.130 EUR voor 2015 als
dotatie ingeschreven.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 3 januari 2013.
Het ontwerp van het budget 2013 en van het meerjarenplan 2013-2015 van het
gewoon provinciebedrijf werden door de deputatie goedgekeurd op 13 december
2012.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op de artikelen 238 tot 240bis van het Provinciedecreet;
Gelet op het provincieraadsbesluit van 24 november 2011 houdende goedkeuring
van de statuten van het extern verzelfstandigd agentschap Provinciaal Centrum
voor de opsporing van Metabole Aandoeningen;
Gelet op de samenwerkingsovereenkomst met het Extern Verzelfstandigd
Agentschap Provinciaal Centrum voor de opsporing van Metabole Aandoeningen;
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Artikel 1:
Goedgekeurd wordt het ondernemingsplan, inclusief de strategische en operationele
doelstellingen, van het extern verzelfstandigd agentschap in de beleidsnota 2013.
Artikel 2:
Goedgekeurd worden het budget 2013 en de meerjarenplanning 2013-2015 van het
extern verzelfstandigd agentschap Provinciaal Centrum voor de Opsporing van
Metabole Aandoeningen.
Artikel 3:
Goedgekeurd wordt dat het extern verzelfstandigd agentschap Provinciaal Centrum
voor de opsporing van Metabole Aandoeningen voor het uitvoeren van zijn
beleidsnota voor 2013 een dotatie van 465.740 EUR zal ontvangen.
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Dan leg ik de punten 3/8, 9/1 en 9/2 samen voor ter stemming en de stemming is geopend.
Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming.
63 leden hebben deelgenomen aan de stemming;
57 leden hebben ja gestemd;
6 leden hebben zich onthouden.
De agendapunten 3/8, 9/1 en 9/2 worden goedgekeurd met 57 stemmen ja, bij
6 onthoudingen.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
360
EVAP Provinciaal Centrum voor Opsporing van Metabole Aandoeningen (90150020)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015
Ontvangsten 151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheid 702 Andere opbrengsten uit werking: prestaties 0 699.000 770.000 699.000 699.000 740 Subsidies van overheden, concessies, ristorno's
7401 Weddesubsidies Vlaamse Gemeenschap 742 Overige werkingsopbrengsten 751 Opbrengsten uit financiële vlottende activa 752 Andere financiële opbrengsten 761 Andere uitzonderlijke opbrengsten 780 Onttrekking aan de gewone reserves
totaal 0 699.000 770.000 699.000 699.000
Werkingskosten
600 Inkopen grondstoffen 601 Voorraden: diverse leveringen 604 Voorraden: handelsgoederen 610 Huur en huurlasten 0 50.500 50.500 50.500 50.500 611 Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden 0 1.000 1.000 1.000 1.000 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 613 Algemene werkingskosten 0 905.860 594.210 595.320 595.320 616 Verzekeringen 0 220 2.600 220 220 617 Belastingen ten laste van de provincie 618 Uitzendkrachten 0 314.000 362.750 370.010 377.410 653 Andere financiële kosten 662 Andere uitzonderlijke kosten
totaal 0 957.580 1.011.060 1.017.050 1.024.450
Roerende Investeringen
230 Installaties, machines, uitrusting 231 Informaticahardware 0 4.000 4.000 4.000 4.000 240 Meubilair 0 1.000 2.000 2.000 2.000 241 Rollend materieel 242 Roerend kunstpatrimonium
totaal 0 5.000 6.000 6.000 6.000
Subsidies 640 Toegestane subsidies 0 0 0 0 0
totaal 0 0 0 0 0
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
361
Personeel
620 Bezoldigingen 0 139.739 139.743 139.743 139.743 6203 Loon onderwijzend personeel
621 Sociale vergoedingen 0 18.498 18.498 18.498 18.498 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 0 38.765 38.765 38.765 38.765 624 Patronale bijdragen pensioenen 0 10.327 10.327 10.327 10.327 625 Verplaatsingskosten en maaltijdcheques 0 6.761 6.761 6.761 6.761 626 Pensioenen 627 Verzekering personeel 0 994 4.400 4.400 4.400 628 Diverse personeelskosten 0 186 186 186 186
totaal 0 215.270 218.680 218.680 218.680
Dotatie = Werkingskosten + Roerende Investeringen + Subsidies + Personeel - Ontvangsten 0 478.850 465.740 542.730 550.130
EVAP Provinciaal Centrum voor Opsporing van Metabole Aandoeningen (90150020)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015
Ontvangen subsidies
742 Overige werkingsopbrengsten
totaal 0 0 0 0 0
Personeelskosten
620 Bezoldigingen 0 311.283 207.990 218.690 223.060 621 Sociale vergoedingen 0 39.251 28.970 30.130 30.730 623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 0 59.978 32.680 33.990 34.670 625 Vergoeding voor verplaatsingskosten 0 1.950 1.060 1.110 1.130
totaal 0 412.463 270.700 283.920 289.590
Werkingskosten
610 Huur en huurlasten 612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 613 Algemene werkingskosten
totaal 0 0 0 0 0
Buitengewone ontvangsten
151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheden
totaal 0 0 0 0 0
Onroerende investeringen
221 Gebouwen totaal 0 0 0 0 0
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
362
Roerende Investeringen 2013
EVAP Provinciaal Centrum voor Opsporing van Metabole Aandoeningen
Nummer Activiteit ACT + omschrijving MAR + omschrijving Investering Bedrag
J14000 EPCMA - Overhead 231 Informaticahardware vervanging van verouderde PC's 4.000
J14000 EPCMA - Overhead 240 Meubilair vervanging van afgeschreven meubilair; aanschaf van een labostoel 2.000
TOTAAL 6.000
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
363
Nr. 9/3 van de agenda
Provinciale initiatieven. ADIC vzw.
2012/2012/870/64012316/9015000000000/xxxx/ACT040/
64012316/90000000. Jaarverslag 2011.
Kennisneming.
Verslag van de deputatie.
Volgens de onderrichtingen dient het financieel en werkingsverslag van vzw’s, die
volgens de omzendbrief van minister Kelchtermans niet als een para provinciale
vzw moeten worden beschouwd, maar waar wel provinciale mandatarissen aan het
beleid deelnemen, en die een provinciale ondersteuning van minimum
100.000 frank [2.478,94 EUR] genieten, ter kennisneming aan de provincieraad
worden medegedeeld.
In uitvoering hiervan wordt bijgevoegd verslag van de vzw ADIC, het Antwerps
Drug Interventiecentrum, ter kennisneming aan de provincieraad voorgelegd.
Het activiteitenverslag over 2011 van ADIC, het Antwerps Drug Interventie
Centrum, biedt een overzicht van:
1) de aanmeldingen
2) de opnames
3) de vertrekkers of de afgeronde begeleidingen
4) profiel van de cliënten (socio-demografisch en economisch profiel, justitiële
situatie en druggebruik)
voor het ontwenningsprogramma, het behandelingsprogramma, het
zorgprogramma en van ambulante woonbegeleiding.
In het ontwenningsprogramma werden in 2011 506 aanmeldingen geregistreerd,
tegenover 460 in 2010. Die aanmeldingen leidden tot 124 opnames van
111 verschillende cliënten, zoals steeds het merendeel mannen. Het grootste deel
van de cliënten verblijft in de provincie Antwerpen.
Er is nog steeds een grote diversiteit in de aard van probleemproducten. De groep
cocaïnegebruikers en opiaatgebruikers is nog steeds het grootst.
In 2011 zijn er nog slechts 43 aanmeldingen vanuit de gevangenis.
Het behandelingsprogramma richt zich naar jongeren vanaf 17 jaar die zich nog
niet vereenzelvigd hebben met hun middelenmisbruik en nog enigszins zijn
ingeschakeld in de samenleving.
In 2011 waren er 77 aanmeldingen van verschillende cliënten. Dit is minder dan
vorig jaar, toch komen er meer cliënten in aanmerking voor opname. Dit
resulteerde in 33 nieuwe opnames, voor 68 % uit de provincie.
Het gaat in 86 % van de gevallen om mannen.
In 2011 zijn er 335 aanmeldingen bij het Zorgprogramma. Het gaat om
230 verschillende cliënten. De gemiddelde leeftijd van de aangemelde cliënten is
33 jaar. De leeftijd varieert tussen 17 en 60 jaar. Er zijn in verhouding iets minder
vrouwen dan er zich dit jaar bij het ontwenningsprogramma aanmelden. De
aanmeldingen leidden tot 245 opnames.
De ambulante woonbegeleiding telde 135 aanmeldingen van 128 verschillende
cliënten. Er starten 57 nieuwe begeleidingen in 2011. De gemiddelde
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
364
begeleidingsduur is dit jaar korter. 12 cliënten haken binnen de maand af en het
merendeel van de begeleidingen (75%) stopt na 8 maanden.
Het aantal verwijzingen blijft op hetzelfde niveau. Er is opnieuw een stijging van het
aantal aanvragen voor de ontwenning van cocaïne.
Uit het financieel verslag blijkt dat het balanstotaal per 31.12.2011
2.009.677,48 EUR beloopt en dat ADIC vzw afsluit met een winst van
55.138,61 EUR.
De exemplaren van de jaarverslagen liggen ter inzage op de griffie.
Uw raad wordt gevraagd kennis te nemen van bijgaand financieel en
werkingsverslag van de vzw ADIC over 2011.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op het verslag van de deputatie;
Gelet op het provinciedecreet van 30 november 2005;
BESLUIT:
Enig artikel:
De provincieraad neemt kennis van het financieel- en werkingsverslag van ADIC
vzw over 2011.
VOORZITTER.- Dit is een kennisname.
Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Kennis wordt genomen.
Nr. 9/4 van de agenda
Provinciale initiatieven.
Provinciaal Documentatiecentrum Atlas vzw.
2012/2012/831/64012296/9015000000000/xxxx/
ACT040/64012296/90000000. Jaarverslag 2011.
Kennisneming.
Verslag van de deputatie.
Volgens de onderrichtingen dient het financieel en werkingsverslag van vzw’s, die
volgens de omzendbrief van minister Kelchtermans niet als een paraprovinciale vzw
moeten worden beschouwd, maar waar wel provinciale mandatarissen aan het
beleid deelnemen, en die een provinciale ondersteuning van minimum
100.000 frank genieten, ter kennisneming aan de provincieraad worden
medegedeeld.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
365
In uitvoering hiervan wordt bijgevoegd jaarverslag van het Provinciaal
Documentatiecentrum Atlas Vzw ter kennisneming aan de provincieraad
voorgelegd.
De materialenbank is een documentatie- en leermiddelencentrum, gespecialiseerd
in Nederlands voor anderstaligen, intercultureel onderwijs, mondiale vorming en
interculturaliteit in de samenleving. Het centrum is een initiatief van het
provinciebestuur, dat ook de vereniging financiert. Er zijn twee vestigingen:
Antwerpen en Turnhout.
In het activiteitenverslag van 2011 was één van de belangrijkste gebeurtenissen
dat 2011 het jaar van docAtlas Turnhout was. Van meet af aan bracht 2011 veel
veranderingen mee voor de Turnhoutse vestiging. Uit de cijfers van ontleningen en
bezoekersaantallen kan vooral geconcludeerd worden dat – naast het groeiend
succes - met de huidige mogelijkheden stilaan de limiet bereikt is.
Qua ontleningen blijkt dat DocAtlas 27.421 uitleenbare objecten heeft en Turnhout
4.176.
Er werden 19.379 uitleningen geregistreerd in Antwerpen, 3.195 in Turnhout.
Er is een bescheiden maar blijvende stijging van het bezoekersaantallen in
Antwerpen van 15.759 in 2010 naar 18.025 in 2011.
Verder worden de bibliotheekactiviteiten besproken: opvolging Kofferproject, het
Kleur Bekennen programma in 2011, een facebookpagina voor docAtlas, de
Leerhoek Nederlands in Turnhout, de vormingen, het Zelfstudieplein
Nederlands/Taalgarage.
Het boekjaar sluit af met een positief resultaat: 37.021,75 EUR.
De exemplaren van de jaarverslagen liggen ter inzage op de griffie.
Uw raad wordt gevraagd kennis te nemen van bijgaand financieel en
werkingsverslag van het Provinciaal Documentatiecentrum Atlas vzw over 2011.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op het verslag van de deputatie;
Gelet op het Provinciedecreet van 30 november 2005;
BESLUIT:
Enig artikel:
De provincieraad neemt kennis van het financieel- en werkingsverslag van het
Provinciaal Documentatiecentrum Atlas vzw over 2011.
VOORZITTER.- Dit is een kennisname.
Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Kennis wordt genomen.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
366
Nr. 9/5 van de agenda
Provinciale initiatieven. VZW Gouverneur Kinsbergen –
Gehandicaptenzorg Provincie Antwerpen.
2012/2012/833/64005213/9015000000000/XXXX/ACT040/
64005213/90000000. Jaarverslag 2011.
Kennisneming.
Verslag van de deputatie.
Volgens de onderrichtingen dient het financieel- en werkingsverslag van vzw’s, die
volgens de omzendbrief van minister Kelchtermans niet als een paraprovinciale vzw
moeten worden beschouwd, maar waar wel provinciale mandatarissen aan het
beleid deelnemen, en die een provinciale ondersteuning van minimum
100.000 frank genieten, ter kennisneming aan de provincieraad worden
medegedeeld.
In uitvoering hiervan wordt bijgevoegd verslag van VZW Gouverneur Kinsbergen –
Gehandicaptenzorg Provincie Antwerpen ter kennisneming aan de provincieraad
voorgelegd.
VZW Gouverneur Kinsbergen – Gehandicaptenzorg Provincie Antwerpen bevat over
2011 twee jaarverslagen: Jaarverslag ‘Gouverneur Kinsbergencentrum’ en
jaarverslag ‘Het Gielsbos’.
Het verslag over 2011 van het Gouverneur Kinsbergencentrum biedt een overzicht
van:
1) VZW Gouverneur Kinsbergen
2) Gouverneur Kinsbergencentrum
3) Centrum voor Ontwikkelingsstoornissen (COS)
4) Oriëntatiecentrum (OC)
5) Projectontwikkeling
6) Samenwerking
7) Overleg
8) Modem
Het verslag over 2011 van het Gielsbos biedt een overzicht van:
1) VZW Gouverneur Kinsbergen
2) Het Gielsbos
Uit het financieel verslag VZW Gouverneur Kinsbergen – Gehandicaptenzorg
Provincie Antwerpen blijkt dat het balanstotaal per 31.12.11 de som van
24.934.383 EUR beloopt. De resultatenrekening van het jaar 2011 sluit af met een
verlies van 6.455 EUR.
De exemplaren van de jaarverslagen liggen ter inzage op de griffie.
Uw raad wordt gevraagd kennis te nemen van bijgaand financieel- en
werkingsverslag van VZW Gouverneur Kinsbergen - Gehandicaptenzorg Provincie
Antwerpen over 2011.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
367
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op het verslag van de deputatie;
Gelet op het provinciedecreet van 30 november 2005;
BESLUIT:
Enig artikel:
De provincieraad neemt kennis van het financieel- en werkingsverslag van
VZW Gouverneur Kinsbergen – Gehandicaptenzorg Provincie Antwerpen over 2011.
VOORZITTER.- Dit is een kennisname.
Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Kennis wordt genomen.
Sociale economie:
Europa:
Nr. 10/1 van de agenda
Gewoon provinciebedrijf Provinciaal Secretariaat
Europese Structuurfondsen. Identificatienummer 90.05.0.20.0.
Beleidsactieplan. Budget 2013 en meerjarenplan 2013-2015.
Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
Door uw raad werd in vergadering van 26 april 2001 het oprichtingsprotocol van
het gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Secretariaat voor de Europese
Structuurfondsen” goedgekeurd. Dit provinciebedrijf werd met ingang van 1 mei
2002 operationeel. Het oprichtingsprotocol werd op 15 december 2005 gewijzigd
door het beheersprotocol dat van kracht werd sinds 1 januari 2006. Uw raad van
28 juni 2007 en van 20 maart 2008 keurde nog aanpassingen goed aan het
oprichtings- en beheersprotocol.
Overeenkomstig artikel 2 van het oprichtingsprotocol bestaat de missie van het
gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Secretariaat voor de Europese
Structuurfondsen” erin een kenniscentrum uit te bouwen inzake Europese
Structuurfondsen in de provincie Antwerpen en het beheer te realiseren van de
provinciale cofinanciering van projecten met Europese steun. Het Secretariaat biedt
alle potentiële projectpromotoren de nodige eerstelijnsinformatie inzake alle
Europese Structuurfondsen. Potentiële projectpromotoren krijgen vanuit het GPB
PSES projectbegeleiding en ad vies, met bijzondere aandacht voor het programma
Doelstelling 2. In de schoot van het GPB wordt een provinciaal contactpunt
Doelstelling 2 EFRO opgericht. Het secretariaat coördineert de provinciale
cofinanciering van projecten die steun krijgen van de Europese Structuurfondsen.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
368
Artikel 2 van het beheersprotocol bepaalt dat de deputatie jaarlijks aan de
provincieraad volgende documenten m.b.t. het budget ter goedkeuring voorlegt:
de beleidsfiche met strategische en operationele doelstellingen, indicatoren en
streefwaarde
de financiële implicaties voor het budgetjaar en het meerjarenplan
het programma voor de roerende investeringen van het budgetjaar
De beleidsnota bevat de beleidsfiche van het gewoon provinciebedrijf met de
strategische en operationele doelstellingen.
Deze beleidsfiche wordt uitgesplitst in begrotingsfiches per activiteit. De
verschillende begrotingsfiches worden niet afgedrukt, uw raad kan deze terugvinden op het intranet onder de link Bestuur en organisatie Beleid Budget
Budget 2013.
Op deze fiches worden de financiële consequenties voor de genomen beleidskeuzes
opgenomen.
Voor 2013 zijn, zoals blijkt uit de fiches, 10,5 VTE nodig.
Het activiteitenverslag en het financieel verslag 2011 werd aan uw raad voorgelegd
en goedgekeurd in zitting van 26 juni 2012.
Het ontwerpbudget met investeringsplan wordt in bijlage bij dit besluit voorgelegd.
De jaarlijkse dotatie, die het provinciebestuur aan het gewoon provinciebedrijf
uitkeert om haar missie en activiteiten te ontwikkelen (zoals voorzien in de
artikelen 7 en 8 van het oprichtingsprotocol), vindt uw raad terug in de bijgevoegde
fiche. Deze dotatie bedraagt voor 2013 1.066.926 EUR en is in het provinciale
budget ingeschreven onder machtigingskrediet 530/640.
In het meerjarenplan is 1.234.990 EUR voor 2014 en 1.234.990 EUR voor 2015 als
dotatie ingeschreven.
De personeelskosten zijn niet opgenomen in de dotatie. Overeenkomstig artikel 5
van het oprichtingsprotocol betaalt het provinciebestuur de lonen van het gewoon
provinciebedrijf. In het provinciale budget 2013 is hiervoor 565.123 EUR, exclusief
pensioenbijdrage, ingeschreven onder machtigingskredieten 104/620, 104/621,
104/623 en 104/625. Het gewoon provinciebedrijf zal de kosten en de opbrengsten
hiervan in de boekhouding verwerken.
Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 3 januari 2013.
Het ontwerp van het budget 2013 en de aanpassing van het meerjarenplan 2013-
2015 van het gewoon provinciebedrijf werden door de deputatie goedgekeurd op
3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op de artikelen 266 en 267 van het Provinciedecreet;
Gelet op de artikelen 114bis en 114ter van de provinciewet;
Gelet op het provincieraadsbesluit van 26 april 2001 houdende goedkeuring van het
oprichtingsprotocol van het gewoon provinciebedrijf Provinciaal Secretariaat voor de
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
369
Europese Structuurfondsen, inzonderheid artikel 3 waarbij geacht wordt een
ondernemingsplan in te dienen;
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Artikel 1:
Goedgekeurd wordt de beleidsfiche, inclusief de strategische en operationele
doelstellingen, van het gewoon provinciebedrijf Provinciaal Secretariaat voor de
Europese Structuurfondsen in de beleidsnota 2013.
Artikel 2:
Goedgekeurd worden de meerjarenplanning 2013-2014 en het budget 2013 van het
gewoon provinciebedrijf Provinciaal Secretariaat voor de Europese
Structuurfondsen.
Artikel 3:
Goedgekeurd wordt dat het gewoon provinciebedrijf Provinciaal Secretariaat voor
de Europese Structuurfondsen voor het uitvoeren van zijn beleidsnota voor 2013
een dotatie van 1.066.926 EUR zal ontvangen.
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend.
Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming.
63 leden hebben deelgenomen aan de stemming;
51 leden hebben ja gestemd;
6 leden hebben nee gestemd;
6 leden hebben zich onthouden.
Goedgekeurd met 51 stemmen ja, bij 6 stemmen nee en 6 onthoudingen.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
370
Provinciaal Secretariaat Europese Structuurfondsen (90050200)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015
Ontvangsten
151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheid
702 Andere opbrengsten uit werking: prestaties
740 Subsidies van overheden, concessies, ristorno's 1.693.971 1.155.590 1.195.240 1.395.240 1.395.240
7401 Weddesubsidies Vlaamse Gemeenschap
742 Overige werkingsopbrengsten 8.600 0 0 0 0
751 Opbrengsten uit financiële vlottende activa 52.202 18.800 17.800 17.800 17.800
752 Andere financiële opbrengsten
761 Andere uitzonderlijke opbrengsten
780 Onttrekking aan de gewone reserves 17.748 254.239 284.032 0 0
totaal 1.772.521 1.428.629 1.497.072 1.413.040 1.413.040
Werkingskosten
600 Inkopen grondstoffen
601 Voorraden: diverse leveringen
604 Voorraden: handelsgoederen
610 Huur en huurlasten 61.746 75.940 77.440 77.440 77.440
611 Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden 10.218 16.500 17.000 10.000 10.000
612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 2.186 800 800 800 800
613 Algemene werkingskosten 412.985 641.220 772.554 779.550 779.550
616 Verzekeringen 105 0 0 0 0
617 Belastingen ten laste van de provincie 7.830 1.000 1.000 1.000 1.000
618 Uitzendkrachten 13.199 0 0 0 0
653 Andere financiële kosten 189 1.570 1.570 1.570 1.570
662 Andere uitzonderlijke kosten
totaal 508.458 737.030 870.364 870.360 870.360
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
371
Roerende Investeringen
230 Installaties, machines, uitrusting
231 Informaticahardware 8.596 650 850 850 850
240 Meubilair 0 0 3.000 3.000 3.000
241 Rollend materieel
242 Roerend kunstpatrimonium
totaal 8.596 650 3.850 3.850 3.850
Subsidies
640 Toegestane subsidies 978.041 1.104.281 1.049.788 1.133.820 1.133.820
totaal 978.041 1.104.281 1.049.788 1.133.820 1.133.820
Personeel
620 Bezoldigingen
6203 Loon onderwijzend personeel
621 Sociale vergoedingen
623 Patronale bijdragen op bezoldigingen
624 Patronale bijdragen pensioenen
625 Verplaatsingskosten en maaltijdcheques
626 Pensioenen
627 Verzekering personeel
628 Diverse personeelskosten 867.365 627.000 640.000 640.000 640.000
totaal 867.365 627.000 640.000 640.000 640.000
Dotatie = Werkingskosten + Roerende Investeringen + Subsidies + Personeel - Ontvangsten 589.939 1.040.332 1.066.930 1.234.990 1.234.990
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
372
Provinciaal Secretariaat Europese Structuurfondsen (90050200)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015
Ontvangen subsidies
742 Overige werkingsopbrengsten
totaal 0 0 0 0 0
Personeelskosten
620 Bezoldigingen 356.424 385.056 371.020 390.100 397.900
621 Sociale vergoedingen 44.607 50.992 34.380 35.750 36.470
623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 104.261 110.085 96.080 99.920 101.920
625 Vergoeding voor verplaatsingskosten 804 1.200 1.450 1.510 1.540
totaal 506.096 547.333 502.930 527.280 537.830
Werkingskosten
610 Huur en huurlasten
612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen
613 Algemene werkingskosten
totaal 0 0 0 0 0
Buitengewone ontvangsten
151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheden
totaal 0 0 0 0 0
Onroerende investeringen
221 Gebouwen
totaal 0 0 0 0 0
Roerende Investeringen 2013
Provinciaal Secretariaat Europese Structuurfondsen
Nummer Activiteit ACT + omschrijving MAR + omschrijving Investering Bedrag
J07000 PSES - Overhead 231 Informaticahardware Vervanging PC 850
J07136 PSES - Programmasecretariaat 240 Meubilair Vervanging Meubilair 3.000
TOTAAL 3.850
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
373
Plattelandsbeleid:
De vergadering wordt geschorst om 18.39 uur en hernomen om 19.02 uur.
Uiteenzetting van de heer Rik RÖTTGER over leefmilieu, natuur en landschap,
integraal waterbeleid, Noord-Zuid en duurzame ontwikkeling, strategisch plan
Rupelstreek.
VOORZITTER.- De heer Röttger heeft het woord.
Tijdens de toespraak van de gedeputeerde worden een aantal begeleidende slides getoond.
De heer RÖTTGER, gedeputeerde.- Bedankt, collega’s, dat u op dit late uur nog op de
tweede oudste gedeputeerde hebt willen wachten.
U ziet de bevoegdheden waar ik u kort wil over onderhouden. Het is al meermaals gezegd,
2013 wordt een overgangsjaar. Dat wordt een overgangsjaar naar een nieuw profiel, naar
een nieuwe taakstelling, of beter gezegd een accentverschuiving naar die twee lagen die we
nodig hebben in onze interne staatshervorming en naar die meer focus op grondgebonden
materies.
Collega’s, het is al vaak gezegd, bij die nieuwe taken, bij dat verscherpt profiel hoort ook
een soort veruitwendiging bij, een logo of een symbool misschien. Ik heb bescheiden
nagedacht en ik had het voorstel om dit logo te hanteren. Het logo van de parking, zoals
men in Antwerpen zegt, want misschien zijn we dat wel, het provinciebestuur, het bestuur
van de parking. In alle eerlijkheid, normaal had ze moeten stralen, er waren ook nog stralen
voorzien, maar ik heb die uitgeschakeld om de 3% besparing te halen.
De heer CALUWÉ, gedeputeerde, vindt dat er al een nieuw logo gevonden is.
De heer RÖTTGER, gedeputeerde.- Wij zijn het bestuur van die parking en we eerbiedigen
daarmee volgens mij ook die interne staatshervorming. Volgens mij is die parking de
uitdrukking van wat er met meer eerbied in het Witboek staat, dat wij de regisseur van
het buitengebied zouden kunnen zijn. Ik ben er dan ook van overtuigd dat eens 2013
verstreken is dat de provincie inderdaad opnieuw mag schitteren als een grondgebonden
bestuur met een ondersteunende taak naar onze gemeenten en naar Vlaanderen toe.
Hoe ziet die parking er vandaag uit? Hoe ziet onze omgeving er vandaag uit? Dat is de
klassieke parking natuurlijk. Het is een parkingbeleid dat de ruimte in Antwerpen moet
organiseren, maar we moeten eigenlijk weg van dat klassieke plaatje waarbij iedereen zijn
eigen vakje heeft, naast elkaar geparkeerd staat en waar de provincie dan vaak lijntjes
moet trekken, scherprechter spelen, en we doen dat met structuurplannen, met RUP’s, met
allerlei verordeningen. Dat is volgens mij het verleden, want er is heel veel concurrentie
over ruimte. Dat is een politiek probleem en collega Caals heeft daarop gewezen. Hij heeft
gezegd: in het bestuursakkoord maakt uw deputatie geen keuzes, u schuift dat voor zich
uit. Wel ik denk, mijnheer Caals, dat u voor één keer het transitiedenken gemist heeft,
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
374
want u redeneert in die oude stijl. U redeneert in die vakjes naast elkaar waarbij iedereen
zijn eigen plekje moet vinden. Maar ik denk dat we moeten denken aan mijnheer Colruyt die
op zijn parkings minder lijntjes heeft getrokken en vastgesteld heeft dat hij daarmee
efficiëntiewinsten gemaakt heeft. Dus we gaan naar een parking met minder lijntjes en die
ziet er dan volgens mij zo uit, want ook dat is een parking.
De provincie zal niet langer een voogd zijn, zal niet langer een commanderend centrum zijn,
maar een deskundig platform, een netwerk met een streefbeeld voor een kwaliteitsvolle
open ruimte. Daarin zit die ambitie. Die ambitie zit in dat streefbeeld, die zit in het feit
dat wij – en dat staat in onze missie-visie-oefening – wel degelijk de ambitie hebben om de
open ruimte maximaal te vrijwaren op het grondgebied van de provincie Antwerpen. Dus
gedaan met de scherprechter, maar wel tijd voor een overleg om een streefbeeld te
creëren voor onze provincie. Een streefbeeld dat er dan heel concreet zo uitziet. Dit is
zo’n streefbeeld. Het is een landschapsbeeld. Het is een instrument dat onze diensten
hebben uitgevonden en ontwikkeld, maar het is geen verordenend instrument. Het is ook
geen RUP. Het is niet de zoveelste vorm van regelneverij, maar het is wel degelijk een
bewuste en beredeneerde keuze die niet vrijblijvend is. Het is ook een oproep en een kader
om samen te werken aan een streekeigen, kwaliteitsvolle open ruimte in onze provincie,
want op onze parking moeten mensen wel degelijk zichzelf herkennen. Ze moeten
streekgebonden hun eigen identiteit kunnen beleven. Gedaan met de anonieme -2. We
hebben allemaal een plaats op onze parking, het weze in Klein Brabant, De Merode, de
Kempen, de Polder en, jawel de Rupelstreek.
Ruimte maken voor vele vragen. Ruimte maken voor de boer, de bever, de recreant. U ziet
het, we zijn met velen, ze staan daar allemaal langs een noemenswaardige provinciale
waterloop, een landbouwer, een boseigenaar, een visser, een wandelaar, andere recreanten,
groene jongens en groene meisjes. En er staat ook nog ergens onderaan een verloren
gelopen beleidsmaker met grote plannen. Wel, de provincie brengt al die mensen samen. Al
die mensen worden verenigd om na te denken over dat landschap. We doen dat met een
aantal instrumenten, met regionale landschappen, bosgroepen, bekkenbesturen, Kempisch
landschap, met zovele dingen die de moeite waard zijn om in te zetten om een betere open
ruimte te creëren in onze provincie.
Wat betekent dat in 2013? Wel, interne staatshervorming. Ik herhaal nogmaals onze
sterktes: grondgebonden beleid, een duidelijke kerntaak voor de provincie waar profiel uit
te halen valt; regierol in het buitengebied, ondersteunend aan de gemeenten, een netwerk
en een expertise waarop we willen inzetten, vakmanschap willen rond creëren. Het is al
meermaals gezegd door mijn collega’s, die is hier in huis, het is een schat aan informatie,
aan kennis, vakmanschap dat we moeten inzetten.
Dan gaan we naar een focus, het scherpstellen van die focus in het bestuursakkoord met
de Vlaamse regering. Daar wil ik veel tijd in steken dit jaar, in de eerste plaats het
herdenken van de samenwerkingsovereenkomsten milieu. Zowel voor de gemeenten als voor
de provincie betekent dat toch een nieuwe manier van denken. Een ondersteuning die we
willen voeren rond die campagne ‘Vrienden van’. Een campagne waarmee we de
klimaatneutraliteit willen brengen tot bij alle burgers. We willen ook een klimaatneutrale
organisatie zijn. Daar is een tussenkomst over, ik kom daar dadelijk op terug, en er is een
langlopend engagement reeds in deze provincie rond ISO 14001, ondertekend en uitgerold
in onze eigen diensten.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
375
Volgende taak, heel belangrijk ook in het Witboek, is de overdracht van de natuur en
milieueducatiecentra. Dit is onze eigen PIME, ons eigen eigendom. De minister heeft
duidelijk gesteld dat alle Vlaamse natuur- milieueducatieve centra dit jaar zouden moeten
overgedragen worden. Dat betekent, die vraag is hangende, De Vroente in Kalmthout.
Eigenlijk verwacht ik dat die aan ons toekomt, maar ik verwacht er ook de mensen en de
middelen mee overgedragen te zien zoals het in het Witboek staat en daarover wordt nog
met de minister verder uitgeklaard. In alle geval staan wij klaar om dat te doen als dat aan
ons wordt overgeheveld. Vorige week hebben we het vernieuwde PIME gelanceerd. Het is
op die kwaliteit dat ik verder wil inzetten, want de eerstelijnsopdracht rond natuur en
milieueducatie is een kerntaak die we verder opnemen.
Volgende overdracht is de bevoegdheid rond regionale landschappen en bosgroepen. U ziet
daar de logo’s vermeld van die partners, want het zijn eigenlijk nu nog gemengde organen.
Het zijn geen instrumenten van de provincies, maar het zijn de middelen, de wegen
waarlangs wij aan ons beleid kunnen werken. Het zijn die tafels misschien wel van
daarstraks. Die tafels waar we al die gebruikers van de open ruimte samenbrengen en met
hen in dialoog gaan over die keuzes van onze parking.
Wij willen ze ook gebiedsdekkend maken. Vandaag zijn er nog zogenaamde witte
gemeenten, niet elke gemeente is dus aangesloten bij een regionaal landschap. Daar willen
we in deze legislatuur de mensen en de middelen voor zoeken. We willen die bosgroepen,
regionale landschappen, inzetten voor de fameuze IHD’s. Dat zijn de
instandhoudingsdoelstellingen. Dat zijn eigenlijk de dingen die u links onderaan ziet rond de
Europese richtlijnen van beschermen van soorten, beschermen van habitats. Dat zijn de
grote kaders waaraan wij als provincie gevraagd worden mee te werken.
Volgende grote taak op het menukaartje is de omgevingsvergunning. Ik zou er heel lang
kunnen over spreken en we gaan daar in de commissie zeker op terugkomen. Op dit ogenblik
wordt milieuvergunning en stedenbouwkundige vergunning naar mekaar toegetrokken, in
elkaar geïntegreerd en daarvoor is er volgens mij een grote taak voor de provincie om een
aantal van die grote, zware industrieën die toch steeds meer complexere dossiers hebben,
om die taak hier in onze eigen schoot te onderhouden met de provinciale milieu-
omgevingsvergunningscommissie en de handhaving. Want als een omgevingsvergunning
permanent wordt betekent dit dat er ook iemand toezicht moet uitoefenen, evalueren of
de best beschikbare technieken worden ingezet. Ook dat is een taak waar we met ons
eigen PIH, ons eigen labo een aantal ondersteuningstaken voor onszelf, maar ook voor de
gemeenten zouden kunnen aanbieden.
Ik denk dat het besef groeit, in deze provincie zeker, wij trekken aan de kar zoals het
Antwerpenaren betaamt, maar de andere provincies volgen ons, dat wij een interprovinciaal
kenniscentrum willen, niet los van alles, maar ingebed in de VVP ontwikkelen om daar de
milieutechnische ondersteuning te organiseren en er voor te zorgen dat die ondersteuning
niet alleen naar onze eigen gemeenten kan gaan, en zelfs niet naar alle gemeenten in
Vlaanderen, maar ook naar de Vlaamse overheid. Het is heel eigenaardig, de helft van de
analyses die het PIH doet doen wij in opdracht van Vlaamse agentschappen. Wij zijn
eigenlijk op dit moment onderaannemer van Vlaanderen. We willen dat ook wel zijn, maar
we zouden er dan ook graag de erkenning voor krijgen.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
376
De overdracht van de waterlopen, collega’s, is dit jaar ook daar weer het jaar van de
waarheid. Er wordt een proces opgestart waarbij nagedacht wordt, zoals in de oude tijden
de gewestwegen, de provinciale wegen en de gemeentelijke wegen, of we de gemeentelijke
waterlopen niet zouden verder kunnen onderhouden en het peil van kwaliteit brengen dat
we onze eigen waterlopen onderhouden. Dat is een onderhandelingsproces, en inderdaad
met een prijskaartje waar ik u vandaag niets over kan zeggen, maar ik hoop eens dat het
proces doorgelopen is en de minister eind dit jaar een beslissing genomen heeft we dat aan
u kunnen voorleggen. We hebben daar wel berekeningen rond. Sommigen noemen dat worst
case scenario, maar u zult in mijn optiek begrijpen dat het voor mij een best case scenario
zou zijn.
De volgende slide gaat over duurzame ontwikkeling. Duurzame ontwikkeling betekent in
mijn ogen kiezen voor een structurele koerswijziging. Het betekent om ook na te denken
hoe deze provincie niet enkel provinciaal is, maar zeker niet provincialistisch. Er moet
genoeg zijn voor iedereen vandaag en morgen. Het betekent solidair zijn tussen generaties,
solidair zijn Noord en Zuid. Het is heel simpel in milieutermen. Als het regent worden we
allemaal nat. Dus we moeten eigenlijk ons steentje als provincie Antwerpen bijdragen aan
de duurzame ontwikkeling en hoe wensen we dat te doen? Weer met een aantal concrete
acties, maar vooral ook met veel maatschappelijk draagvlak, met participatie van onze
bevolking. We doen dat met Mano Mundo, Kleur Bekennen, ook de Slow initiatieven, de
initiatieven rond streekeigen producten. Die dragen allemaal op hun manier bij tot die
duurzame ontwikkeling. Het PIME zet in op duurzame ontwikkeling en die campagne ‘Vriend
van’, waar u binnenkort meer over hoort. Al die dingen samen, al die op het eerste oogpunt
versnipperde initiatieven, werken aan die zelfde doelstelling. Die brengen cohesie en focus.
De provincie werkt voor u. De provincie werkt aan die gedeelde ruimte en aan die gedeelde
toekomst. Collega’s, we gaan de hand aan de ploeg slaan.
Dank u wel.
VOORZITTER.- Mevrouw Van Cleemput heeft het woord.
Mevrouw VAN CLEEMPUT.- Geachte collega’s,
Mijnheer de voorzitter,
Dame en heren gedeputeerden,
De provincie Antwerpen heeft de ambitie om in 2020 klimaatneutraal te zijn.
Excuseer, ik herhaal: de provincie Antwerpen heeft de ambitie om 2020 klimaatneutraal te
zijn. Zo zou deze ambitie vanuit de provincie moeten klinken, luid, duidelijk, blakend van
ambitie, doorspekt met de goesting om er voor te gaan, klaar voor verandering. Maar
helaas, beste collega’s, we zijn hier aan het gas geven met de handrem op.
Ja, de provincie Antwerpen heeft sinds 2011 een klimaatactieplan. En ja, we vinden zelfs in
het huidige bestuursakkoord enige ambitie terug om dit verder te zetten. Tussen haakjes,
de verdienste van CD&V en sp.a volgens mij. N-VA kwam in haar beknopt provinciaal
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
377
programma wat betreft haar klimaatvisie weer niet verder dan ‘investerings’klimaat, geen
grapje.
Collega’s, ik ben ook eens bij de buren gaan gluren, net zoals Luc Bungeneers, en ik hoop dat
mijn vergelijkend onderzoek dezelfde positieve ingesteldheid als gevolg heeft. Want zoals
u ongetwijfeld weet, Limburg streeft ook naar een klimaatneutrale provincie. En voor wie
het de afgelopen weken gemist heeft in de media, ook provincie Vlaams Brabant komt
ambitieus voor de dag wat betreft haar klimaatplan. Een vergelijking maken tussen de
provincies leek me dan ook een mooie manier om aan te tonen dat we in Antwerpen beter
kunnen en zullen moeten doen.
Een eerste vergelijking die ik wil maken gaat over de doelstellingen van het
klimaatactieplan van Limburg en deze van Antwerpen.
De eerste Antwerpse doelstelling luidt als volgt: “In 2020 is onze organisatie
klimaatneutraal.” In Limburg luidt deze: “Limburg streeft naar klimaatneutraliteit op haar
hele grondgebied tegen 2020.” Het contract kan hier alvast niet groter zijn. Waar de
provincie Limburg zich als eerste doelstelling stelt om echt heel de provincie
klimaatneutraal te maken, geraken we in Antwerpen niet verder dan het aansporen van ons
provinciaal personeel en het klimaatneutraal maken van onze eigen gebouwen.
De tweede doelstelling dan. Deze klinkt als volgt voor Antwerpen: “In 2020 zijn minstens
20% van de gemeenten van de provincie als organisatie klimaatneutraal. Verder bieden we
ondersteuning aan gemeenten om klimaatdoelstellingen te nemen.” Hier verwijst de
provincie naar het Europese initiatief genaamd Convenant of Mayors, in het Nederlands
het Burgermeesterconvenant. De convenant richt zich op een reductie in CO2-uitstoot op
het hele grondgebied van een gemeente en elke gemeente in Europa kan deze convenant
ondertekenen. Mooi zo, denkt u meteen na dit te horen. Maar wat zeggen de Limburgers:
“Als eerste provincie in Europa slaagde Limburg erin om alle 44 gemeenten te laten
toetreden tot het Burgemeestersconvenant. Ze engageren zich onder andere om minimaal
20% minder broeikasgassen uit te stoten tegen 2020.” Voor alle duidelijkheid, hier hebben
ze het niet over de gemeente als organisatie, maar werkelijk over heel hun gemeente, het
hele grondgebied, elke gemeente in Limburg dus. En wij geraken niet verder dan 20% van
de gemeenten hun gebouwen + de vage formulering om die gemeenten die de convenant
hebben ondertekend, ook te willen ondersteunen, tot zover de provincie als ondernemende
regisseur. Een gemiste kans, maar niets belet ons om in de toekomst beter te doen.
De derde doelstelling die we als Antwerpse provincie tenslotte formuleren: “Burgers
worden gestimuleerd effectief een reductie te realiseren. De projecten zijn gericht op
een effectieve vermindering in broeikasgasuitstoot en helpen daarnaast het draagvlak
verbreden om maatregelen te nemen.” En nu wil ik toch even oprecht iets positief zeggen.
Hier hebben we als provincie Antwerpen zeker al een mooie inspanning geleverd. De
duurzame energiegroepsaankopen waar gedeputeerde Inga Verhaert afgelopen legislatuur
hard rond gewerkt heeft, was en is een succes. Vele mensen werden reeds bereikt en het
was ook een erg zichtbare campagne. Maar collega’s, u voelt mij al komen: wat steken ze in
Limburg uit? Ja, het was te denken, het Limburggevoel wordt daar mee in de strijd
gesmeten en ten volle benut. Men doet vanuit de provincie enorm veel moeite om alle
850.000 Limburgers mee te nemen in het klimaatneutrale verhaal en tot actie aan te
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
378
zetten. Hun inspanningen gaan inderdaad veel verder dan een enkele energiecampagne. Er
zit daar een heel geïntegreerd plan achter, iets wat ik sterk mis in Antwerpen. Ik lees kort
een fragmentje voor: “De provincie probeert daarom een breed draagvlak en een groot
engagement te creëren, via campagnes rond bijvoorbeeld klimaat, isoleren, mobiliteit en
streekproducten, via publicaties in kranten en magazines, sociale media als Facebook en
Twitter, de website www.limburgklimaatneutraal.be, door aan te haken bij
klimaatvriendelijke initiatieven van derden en uiteraard via het Klimaatparlement.” Om
maar te zeggen, er is voor Antwerpen nog behoorlijk wat groeipotentieel.
Tot zover wat betreft de doelstellingen. Een tweede soort vergelijking die ik hier nog wens
te maken betreft de doelgroepen. Zoals u uit de doelstellingen van Antwerpen al kon
afleiden richt het klimaatactieplan zich tot drie doelgroepen: de provincie en haar
personeel, Antwerpse gemeenten en de Antwerpse burgers. Collega’s, hier waren we er
toch een belangrijke vergeten, één die in Limburg als eerste doelgroep genoemd wordt,
met name de bedrijven. Ook Vlaams-Brabant, dat nu met haar klimaatactieplan naar buiten
komt, legt meteen de nadruk op de economische sector waar ze een sterke rol willen spelen
in de omschakeling naar schone technologie en het zorgen voor een toekomstgerichte en
sterke regionale economie. Maar, er lijkt met het nieuwe bestuursakkoord toch al enigszins
beterschap in zicht. Ik lees even voor: “De groepsaankoop energie voor bedrijven, een
organisatie van POM Antwerpen, Limburg en West-Vlaanderen, wordt verder
georganiseerd en uitgedragen bij de Antwerpse bedrijven, kmo’s en zelfstandigen. We
willen ook andere vormen van samenwerking met het bedrijfsleven onderzoeken om het
duurzaam energiegebruik/productie te stimuleren. We achterhalen of we een rol kunnen
spelen in duurzame energieproductie en of we een deel van het eigenaarschap hiervan bij
burgers kunnen leggen.” We zullen ons met de groene fractie alvast constructief opstellen
en zijn zeker bereid om hard mee te werken aan een goede samenwerking met Antwerpse
bedrijven om groener te gaan functioneren. Want zoals u weet: wij zijn er alvast van
overtuigd dat er maar één economie een mooie duurzame toekomst beschoren is en dat is
de groene economie.
Tenslotte een laatste vergelijking: zowel Antwerpen, Limburg als Vlaams-Brabant stellen
dat het hele proces een participatief proces moet zijn. Hoe vullen deze drie het begrip
participatie in?
- Antwerpen: “Het is een participatief proces. Verschillende provinciale diensten hebben
hun input mogen geven en ook de MiNa-Raad werd om advies gevraagd.”
- In Vlaams-Brabant klinkt de invulling van participatie als volgt: als coördinator zal de
provincie samen met inwoners, verenigingen, onderwijsinstellingen, bedrijven, gemeenten en
middenveldorganisaties het draagvlak voor een klimaatplan creëren. Inspraak, overleg en
participatie zijn essentieel. Binnen ons bestuur zal samenwerking tussen de verschillende
beleidsdomeinen noodzakelijk zijn.
- Limburg dan. Daar heeft de provincie reeds haar regisseursrol echt ter harte genomen
om mensen en allerhande organisaties echt te verbinden, om hen samen te brengen om zo
voor een groot draagvlak te zorgen. Daar stelt men terecht dat een heel klimaatplan staat
of valt bij maatschappelijke betrokkenheid en niet bij personeelsbetrokkenheid zoals in
Antwerpen. Men heeft daarom een Limburgs Klimaatparlement opgericht bestaand uit
bedrijven, vakbonden, adviesraden, overheidsbedrijven, kennisinstellingen en allerhande
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
379
middenveldorganisaties. Dit parlement is een breed forum dat één- tot tweemaal per jaar
samenkomt om de stand van zaken te bekijken van het klimaatbeleid en waar nodig
aanbevelingen formuleren en bijsturen.
Ten tweede heeft men in Limburg ook een Klimaatfonds opgericht en Vlaams-Brabant
heeft overigens aangekondigd dit ook te gaan doen. Wat houdt dit in? Iedereen, een
bedrijf, organisatie of burger kan investeren in klimaatvriendelijke projecten en kan hier
ook de vruchten van plukken. Investeren kan al vanaf 100 EUR, behoorlijk laagdrempelig
dus. Uiteraard moeten deze projecten aan welbepaalde rendementseisen voldoen.
Transparantie, maatschappelijke relevantie en respect voor de rol en inbreng van alle
partners zijn essentieel om in aanmerking te komen voor een investering door het
Klimaatfonds.
U ziet, een licht andere invulling tussen de provincies hier wat betreft het begrip
participatie.
Collega’s,
Waarde gedeputeerden en in het bijzonder gedeputeerde Röttger,
De groene fractie is duidelijk in haar standpunt. We hebben nood aan een klimaatplan bis.
Hetgene wat we nu hebben volstaat niet. Ik hoop van harte dat we in de commissie Milieu
en Natuur ruimte en tijd kunnen vrijmaken om samen te werken aan een steviger
klimaatplan voor onze provincie, een plan met ballen, met ambitieuze doelstellingen voor ons
hele grondgebied, met een sterke communicatie- en campagnestrategie opdat we vele
bedrijven, burgers en organisaties kunnen bereiken, een plan waarin we echt gebruik maken
van vernieuwende participatievormen.
We kunnen ons hier niet verstoppen achter besparingsredenen en witboekexcuses. Zelfs
een “geef ons tijd, we moeten ons nog inwerken” verontschuldiging is hier niet van
toepassing.
Provincie Antwerpen, zet die handrem af.
Ik dank u.
VOORZITTER.- De heer Röttger heeft het woord.
De heer RÖTTGER, gedeputeerde.- Mevrouw Van Cleemput, hartelijk dank.
Ik denk dat wij zeker dezelfde ambities hebben, ik denk dat we misschien alleen van
temperament of van stijl verschillen. Ik spreek niet zo goed Gallisch als u, maar ik zou
kunnen zeggen ‘suaviter in modo fortiter in re’ of zoals ze bij ons in Boom zeggen: de
prijzen worden aan de meet uitgedeeld.
Het gaat er namelijk om die ambitie te stellen op twee manieren, in tijd. In de eerste
plaats 2020, dat is zeer kort. Dat is 2 jaar na het einde van deze legislatuur. Ik zie allerlei
klimaatneutrale steden in 2050. Dus ik denk dat dit de eerste parameter is. 2020 vind ik al
vrij ambitieus. Ten tweede zegt u: u beperkt zich tot uw eigen organisatie, je moet het
over het hele grondgebied doen. Ik denk dat het een beetje gemakkelijk is, want in de
aanpak, waar ik nog altijd achter sta, kan je u niet verstoppen. Uw eigen organisatie heb je
zelf in de hand, daar ben je zelf verantwoordelijk voor en ik kan daar niets anders voor
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
380
inroepen dan mijn eigen inspanningen en eigen verantwoordelijkheden. Ik denk dat het een
bewuste en harde keuze is om in de eerste plaats het zelf te doen om het dan met anderen
te gaan doen. Maar dan gaat u verder, en dan denk ik ‘the best is yet to come’. U hebt een
aantal concrete voorstellen.
Ten eerste wijst u naar de bedrijven. In alle eerlijkheid, dat maakt een groot verschil met
Limburg. De provincie Antwerpen werkt met bedrijven rond klimaatneutraliteit en
maatschappelijk verantwoord ondernemen. We hebben al heel lange tijd met VOKA een
uitstekende samenwerking rond het milieucharter. De POM werkt ook aan het vergroenen
van haar bedrijventerreinen, maar wij hebben een havengebied en chemische industrie, wat
men in Limburg niet heeft. Daar zit de grote angel in een klimaatplan van de provincie
Antwerpen als we als provincie, als grondgebied klimaatneutraal moeten zijn. Wel, dan ligt
het daar gebonden. Betekent dit dat we daar geen inspanningen zullen rond leveren. Neen,
ik heb daarover reeds met gouverneur Berx gesproken en ik denk dat ik haar
ambassadeurschap ga gebruiken om grotere doelstellingen te formuleren in de volgende
jaren en daar meer mensen aan boord te trekken, vooral uit de bedrijfswereld.
Dan is er het participatieve waar u naar verwijst. Dat is in mijn opzicht die ‘Vriend van’
campagne. Dat zijn zeer concrete, lokaal ingebedde, heel particuliere initiatieven die elk
van u kan nemen om mee te werken aan het klimaatneutraal worden van onze provincie.
Het klimaatfonds, dat vind ik een mooi idee. Het echt financieel bijdragen tot iets, daar wil
ik graag in de commissie tijd voor uittrekken. Er leven allerlei ideeën om dat ook te gaan
doen rond de streekontwikkeling en landschapsontwikkeling. We kunnen daar eens kijken of
we dat verder kunnen uitwerken.
In alle geval heb ik altijd er voor gehuiverd om met dit klimaatplan als een utopist te
worden afgeschilderd. Ik denk dat de echte utopisten zijn die geloven dat we niets moeten
doen en dat we kunnen verder leven en verder produceren zoals we nu doen. Dat is de
utopie. Ik wil de realist zijn en ik wil stap voor stap bouwen op dit fundament om grotere
ambities aan te gaan en ik hoop dat de raad mij daarin wil steunen.
VOORZITTER.- De heer Schoofs heeft het woord.
De heer SCHOOFS.- Dank u, voorzitter.
Ik had nog een vraagje. Ik maak terug een zijsprongetje bij uw eerste item dat u
aangekaart heeft daarstraks.
U maakt melding van het overnemen van milieueducatie. Ik weet dat het debat al lang
aansleept van in de jaren midden 2000. Nu is er een doorbraak. Blijkbaar wordt dat een
kerntaak van de provincies. U zegt: ik hoop dat daarmee ook de middelen overkomen van
Vlaanderen. Dat zijn recurrente middelen. Dus ik neem aan dat er een vast subsidiëring
tegenover staat.
Ik refereer naar de woorden van de gouverneur wanneer ze zegt: we moeten dat
toepassen, streng maar rechtvaardig. Dat wil zeggen dat de provincie dat voor haar
rekening gaat nemen, maar er zijn ook lokale initiatieven op het vlak van milieueducatie.
Gaat u ook die overnemen met de provincie?
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
381
De heer RÖTTGER, gedeputeerde.- Wat het laatste betreft, in het Witboek staat heel
duidelijk dat het gaat over initiatieven die nu door Vlaanderen worden genomen. Dat ging
dan over het Agentschap voor Natuur en Bos. In ons geval, De Vroente, is een
eigenaardigheidje en daar zit er wat storing op de lijn. Het departement Leefmilieu en
Energie is zelf eigenaar van De Vroente, en er is gebruik gemaakt van de tijd tot nu om
ondertussen De Vroente te herdopen, niet meer als een natuur-milieueducatief centrum,
maar als een kenniscentrum. Bij sommige plaatsen, in ANB-gebieden, heten dat nu
onthaalpoorten.
U merkt ook dat als er politiek iets wordt beslist dat de dag daarop van ons in beweging
wordt gesteld – ik neem dat niemand kwalijk – maar ik denk dat het nu aan de minister is
om duidelijk te maken of die paar zinnetjes die in dat Witboek staan dat die van
toepassing zijn, niet op de dag van vandaag als de bordjes aan de muur al misschien
veranderd zijn, maar op de dag van de beslissing, namelijk het referentiejaar 2009-2010,
zoals dat ook voor de bosgroepen en de regionale landschappen afgesproken is. Anders
wordt er natuurlijk een beetje een loopje genomen met die heldere lijn en daar willen we
als deputatie duidelijkheid over, en die vraag is ook gesteld aan het Kabinet.
Nu heb ik misschien nog niet geantwoord op de kern van de vraag. Het gaat dus over de
Vlaamse initiatieven. Wij hebben niet de ambitie om de gemeentelijke initiatieven, of zelfs
de intercommunale initiatieven naar ons toe te halen. We gaan die ondersteunen, we gaan
die proberen af te stemmen, maar van overname is daar geen sprake.
VOORZITTER.- Mevrouw Michielsen heeft het woord.
Mevrouw MICHIELSEN.- Dank u wel, voorzitter.
In verband met die doelstellingen die u stelt in verband met milieu en vooral met de
klimaatneutraliteit, wat een belangrijke uitdaging is voor ons en dat volgens mij zeer hoog
op de agenda moet geplaatst worden, heb ik in de commissie gevraagd of het niet nuttig
zou zijn om bij de strategische doelstellingen van de stafdienst Logistiek ook al meteen die
klimaatneutraliteit als doelstelling op te nemen. Dus bij de strategische doelstellingen,
waaruit dan ook het beleid en alle initiatieven vanuit die stafdienst volgen op het vlak van
energievriendelijke aankopen, energiekadaster van gebouw en dergelijke meer. Ik heb al
wel gehoord dat men daar enorm mee bezig is. Maar ik vraag mij af of dat het transversale
karakter ook niet echt heel hoog in die strategische doelstellingen van de verschillende
departement mag geplaatst worden, waaronder dus Logistiek.
Ik wou ook even aan Groen! zeggen dat ik zeker even groen denk als hen wat betreft de
klimaatneutraliteit, maar dat jullie waarschijnlijk ook wel de ideeën kennen van een zeker
Gunther Pauli die spreekt over een blauwe economie.
VOORZITTER.- Mevrouw Van Cleemput heeft het woord.
Mevrouw VAN CLEEMPUT.- Ik wou nog even kort reageren op de gedeputeerde om maar te
zeggen dat ik vind dat wij in Antwerpen vooral onze boot missen in het zijn van ambitieus,
in verbindend als regisseursrol. Ik denk dat dit de essentie is van mijn tussenkomst. Ik
wist tot voor kort veel meer over het klimaat van Limburg dan ik nog maar wist over
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
382
Antwerpen terwijl ik hier toch al heel mijn leven woon. Ik denk dat we daarin een veel
grotere rol hebben en dat er daar echt nog heel veel mogelijkheden liggen. Ik denk dat dit
niet verstoppen is, ik denk dat dit ook niet irealisme is, ik denk dat dit gewoon een gezonde
ambitie tonen is en verbindend werken daarvan denk ik dat we dat als provincie zeker wel
mogen doen.
VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord.
De heer CAALS.- Geachte heer gedeputeerde,
Beste Rik,
Ik dank u heel hard voor de vermelding van mij in uw tussenkomst. Ik neem dat graag op als
een compliment. Ik wil graag mee met u de transitie maken en ik wordt graag ook Vriend
van, heel dat idee van de verbinding tussen de verschillende functies, boer, bever, visser,
gedeputeerde, enz. Daar wil ik graag in meegaan. Alleen wil ik ervoor oproepen om ook mee
het wonen en het werken erbij te betrekken. Want dat is natuurlijk iets, wat gezien uw
bevoegdheden, niet tot uw pakket behoort en dus niet mee op de slides stond, maar ik denk
dat daar juist de opmerking voor kwam. Alle functies die grond vragen zullen komen grond
vragen, letterlijk. We zullen daar toch goed moeten kijken wat we er mee doen, en een
en-en-verhaal is daar helaas niet mogelijk, denk ik. Als u daar andere ideeën over heeft dan
hoor ik het graag en denk ik graag met u erover mee.
De heer RÖTTGER, gedeputeerde.- Ik geloof er nog altijd in dat er nog altijd
multifunctioneel wonen, en ik denk bijvoorbeeld aan waterbuffering, mogelijk is. Als we
naar de signaalgebieden kijken betekent dat niet dat die plaatsen niet ontwikkeld kunnen
worden. Dat betekent dat we op een andere manier moeten gaan bouwen en daar kunnen
wel bedrijventerreinen en daar kunnen wel woonplaatsen worden gecreëerd. Ik sluit niet uit
dat in die plaatsen één of ander diertje ook nog wel zijn gading zal vinden. Ik blijf wat dat
betreft realistisch-optimistisch.
VOORZITTER.- Mevrouw Michielsen heeft het woord.
Mevrouw MICHIELSEN.- Beste Rik, heeft u voor mij ook nog een antwoord in petto
alstublieft?
De heer RÖTTGER, gedeputeerde.- Collega’s, dat is die liefde van daarstraks die in de
lucht hangt.
Beste Inge, de keuze voor de transversale dat is een voorbereiding op de oefening van de
BBC. Voor mij maakt het niet uit of het bij Logistiek geparkeerd wordt of transversaal. Of
de kat nu wit is of zwart, als ze maar muizen vangt. Maar ik denk wel dat de ambitie er
moet zijn om transversaal te denken in dit huis. Dat proces wil wel op gang brengen en ik
voel er mij dan op dit moment beter bij dat het een transversale boodschap is en dat er
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
383
een waakhond moet zijn die moet blaffen, nadat we dat enkel in de dienst Logistiek gaan
opsluiten. Dat lijkt mij ook niet concreet.
VOORZITTER.- De heer Vandendriessche heeft het woord.
De heer VANDENDRIESSCHE.- Gedeputeerde, ik heb nog een vraagje in verband met de
overdracht van waterlopen, de vallei van de Koude Beek. We komen in de Zuidrand opnieuw
en onze gemeente heeft daarvoor heel veel inspanningen gedaan. Bijvoorbeeld waar ik
woon, Hove, maar dat gaat ook over Boechout en Mortsel uiteraard, Borsbeek. Dat kost ook
wel heel wat geld. Past dat in het plan om nu dan te gaan besparen?
De heer RÖTTGER, gedeputeerde.- Past dat in het plan te gaan besparen? Dat past in het
plan om een duidelijke interne staatshervorming te gaan realiseren. Als we ervan overtuigd
zijn dat het een kerntaak is dan gaan we de tering naar de nering moeten zetten en dan
denk ik dat we daar concreet moeten zijn. Als we in theoretische concepten denken dan
zou het een verevening moeten zijn. Het zou een verevening moeten zijn die er op
neerkomt dat de middelen die nu door de gemeenten worden geïnvesteerd moeten
overgedragen worden aan de provincie. Ik zie dat niet gebeuren, want ik denk als het in het
parlement zou komen dat daar de burgemeesters die daar gehuisvest zijn op dat moment
niet op het knopje zullen duwen om dat soort van verevening af te spreken. Ook in alle
eerlijkheid, de VVP heeft altijd gemeend dat als het taak is voor de provincie dat we dat
ook op eigen conto zouden realiseren. Heb ik hier vandaag dan al die euro’s in mijn zak?
Neen, in alle eerlijkheid niet, maar daarvoor hebben we 2013 om al die gemeenten te
bevragen, in kaart te brengen wat het kost. En laat ons eerlijk zijn, inderdaad dat gaat
over vele duizenden euro’s.
Leefmilieu:
VOORZITTER.- Ik stel voor de agendapunten 11/1 tot en met 11/3 met één stemming af te
handelen. De raad stemt ermee in.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
384
Nr. 11/1 van de agenda
Budget 2013. Machtigingskrediet 879/640.
Toegestane subsidie. Verdeling van machtigingskrediet.
Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
In het ontwerpbudget 2013 werd een bedrag ingeschreven van 572.000 EUR op
machtigingskrediet 879/640. Dit machtigingskrediet omvat de subsidies aan de
Regionale Landschappen, de VOC’s (Opvangcentra voor Vogels en Wilde Dieren) en
aan een interprovinciaal kenniscentrum binnen de VVP.
Regionale Landschappen
De Regionale Landschappen zijn voor de provincie Antwerpen bevoorrechte
partners wanneer we projecten, samen en in overleg met alle betrokken
belanghebbenden, op het terrein vormgeven. Als intermediair bestuur neemt de
provincie Antwerpen een vooraanstaande rol op in deze RL.
In 2008 werd Regionaal Landschap de Voorkempen vzw, Regionaal Landschap
Rivierenland en het interprovinciaal Regionaal Landschap Schelde-Durme opgericht,
in 2009 het Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete vzw. De deelname van de
provincie Antwerpen aan de vier regionale landschappen gaat gepaard met een
structurele jaarlijkse financiële bijdrage.
De deputatie heeft beslist volgende verdeling van machtigingskrediet 879/640 aan
uw raad ter goedkeuring voor te leggen.
879/64011996 – Subsidie aan Regionale Landschappen:
462.000 EUR met volgende begunstigden:
- Regionaal Landschap de Voorkempen vzw: 162.000 EUR
- Regionaal Landschap Rivierenland vzw: 107.000 EUR
- Regionaal Landschap Schelde-Durme vzw: 42.000 EUR
- Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete vzw: 151.000 EUR
Opvangcentra voor Vogels en Wilde Dieren
879/64014453 – Subsidie aan VOC’s
30.000 EUR met volgende begunstigden
- VOC Brasschaat: 15.000 EUR
- VOC Herenhout: 15.000 EUR
879/64014483 Subsidie aan interprovinciaal kenniscentrum binnen de VVP:
80.000 EUR.
Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op het provinciedecreet,
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
385
Op voorstel van deputatie
BESLUIT:
Enig artikel:
Goedgekeurd wordt volgende verdeling van machtingskrediet 879/640 –
Toegestane subsidies:
879/64011996 – Subsidie aan Regionale Landschappen:
462.000 EUR met volgende begunstigden:
- Regionaal Landschap de Voorkempen vzw : 162.000 EUR
- Regionaal Landschap Rivierenland vzw : 107.000 EUR
- Regionaal Landschap Schelde-Durme vzw: 42.000 EUR
- Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete vzw: 151.000 EUR
879/64014453 – Subsidie aan VOC’s
30.000 EUR met volgende begunstigden
- VOC Brasschaat : 15.000 EUR
- VOC Herenthout : 15.000 EUR
879/64014483 Subsidie aan interprovinciaal kenniscentrum binnen de VVP:
80.000 EUR.
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Nr. 11/2 van de agenda
Gewoon provinciebedrijf "Provinciaal Instituut voor Hygiëne".
Identificatienummer 80.05.0.05.0 Beleidsactieplan.
Budget 2013 en meerjarenplan 2013-2015.
Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
Door uw raad werd in vergadering van 26 september 2002 het oprichtingsprotocol
van het gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Instituut voor Hygiëne” goedgekeurd.
Dit provinciebedrijf werd met ingang van 1 januari 2003 operationeel. Het
oprichtingsprotocol werd op 15 december 2005 gewijzigd door het beheersprotocol.
Overeenkomstig artikel 2 van het oprichtingsprotocol bestaat de missie van het
gewoon provinciebedrijf “Het bevorderen van de volksgezondheid en een
kwalitatieve leefomgeving op een duurzame wijze, via een onderbouwing van het
provinciaal beleid, de ondersteuning van het gemeentelijk beleid en de
samenwerking met gewestelijke instanties.”
Artikel 2 van het beheersprotocol bepaalt dat de deputatie jaarlijks aan de
provincieraad volgende documenten m.b.t. het budget ter goedkeuring voorlegt:
de beleidsfiche met strategische en operationele doelstellingen, indicatoren en
streefwaarde
de financiële implicaties voor het budgetjaar en het meerjarenplan
het programma voor de roerende investeringen van het budgetjaar
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
386
De beleidsnota bevat de beleidsfiche van het gewoon provinciebedrijf met de
strategische en operationele doelstellingen.
Deze beleidsfiche wordt uitgesplitst in begrotingsfiches per activiteit. De
verschillende begrotingsfiches worden niet afgedrukt, uw raad kan deze
terugvinden op het intranet onder de link Bestuur en organisatie Beleid
Budget Budget 2013.
Op deze fiches worden de financiële consequenties voor de genomen beleidskeuzes
opgenomen.
Voor 2013 zijn, zoals blijkt uit de fiches, 99,5 VTE nodig.
Het activiteitenverslag en het financieel verslag 2011 werd aan uw raad voorgelegd
en goedgekeurd in zitting van 28 juni 2012.
Het ontwerpbudget met investeringsplan wordt in bijlage bij dit besluit voorgelegd.
De jaarlijkse dotatie, die het provinciebestuur aan het gewoon provinciebedrijf
uitkeert om haar missie en activiteiten te ontwikkelen (zoals voorzien in de
artikelen 7 en 8 van het oprichtingsprotocol), vindt uw raad terug in de bijgevoegde
fiche. Deze dotatie bedraagt voor 2013 0 EUR en is in het provinciale budget
ingeschreven onder machtigingskrediet -/640.
In het meerjarenplan is 0 EUR voor 2014 en 0 EUR voor 2015 als dotatie
ingeschreven.
De personeelskosten zijn niet opgenomen in de dotatie. Overeenkomstig artikel 5
van het oprichtingsprotocol betaalt het provinciebestuur de lonen van het gewoon
provinciebedrijf. In het provinciale budget 2013 is hiervoor 5.145.650,00 EUR,
exclusief pensioenbijdrage, ingeschreven onder machtigingskredieten 104/620,
104/621, 104/623 en 104/625. Het gewoon provinciebedrijf zal de kosten en de
opbrengsten hiervan in de boekhouding verwerken.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 3 januari 2013.
Het ontwerp van het budget 2013 en het meerjarenplan 2013-2015 van het
gewoon provinciebedrijf werden door de deputatie goedgekeurd op 13 december
2012.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op de artikelen 266 en 267 van het Provinciedecreet;
Gelet op de artikelen 114bis en 114ter van de provinciewet;
Gelet op het provincieraadsbesluit van 26 september 2002 houdende goedkeuring
van het oprichtingsprotocol van het gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Instituut
voor Hygiëne”, inzonderheid artikel 3 waarbij geacht wordt een ondernemingsplan
in te dienen;
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
387
Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Artikel 1:
Goedgekeurd wordt de beleidsfiche, inclusief de strategische en operationele
doelstellingen, van het gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Instituut voor Hygiëne”
in de beleidsnota 2013.
Artikel 2:
Goedgekeurd worden de meerjarenplanning 2013-2015 en het budget 2013 van het
gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Instituut voor Hygiëne”.
Artikel 3:
Goedgekeurd wordt dat het gewoon provinciebedrijf “Provinciaal Instituut voor
Hygiëne” voor het uitvoeren van zijn beleidsnota voor 2013 een dotatie van 0 EUR
zal ontvangen.
Bijlagen: Beleidsfiche 2013
Gedetailleerde investeringsplanning 2013
Provinciaal Instituut voor Hygiëne Vera Nelen 03/259.12.90
Beleidsfiche 2013
Strategische doelstelling(en)
Beleidsdomein: B15 Leefmilieu
Nummer Strategische doelstelling Flowstatus
SD.15.06 Verder uitbouwen van een intensieve technische ondersteuning van voornamelijk gemeenten, politiezones en provinciale entiteiten inzake de opvolging van de water-, bodem-, geluids- en natuurkwaliteit zodat lokale of gebiedsgerichte problemen sneller en beter kunnen opgevolgd worden.
Ongewijzigd
Operationele doelstelling(en)
Nummer Operationele doelstelling Perspectief Flowstatus
OD.15.06.01
Verbeteren van de kwaliteit van het oppervlaktewater door controle met adviesverlening van de effluentkwaliteit van waterzuiveringsinstallaties: 300
IBA's en RWZI; voor gemeenten, provincie en gemeenten.
(Financieel) Resultaat
Gewijzigd
OD.15.06.02
Verbeteren van de kwaliteit van het leefmilieu door analyse met adviesverlening van bodem, waterbodem, oppervlaktewater, geluidsbelasting;
voor gemeenten, in het kader van ondersteuning van het gemeentelijk milieubeleid.
(Financieel) Resultaat
Ongewijzigd
OD.15.06.03 Uitbouwen van een ondersteuningsaanbod voor gemeenten en politiezones inzake handhaving van de
milieuwetgeving. Dit omvat vergaderingen,
(Financieel) Resultaat
Ongewijzigd
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
388
vormingen, studiedagen en loketvragen.
OD.15.06.04
Verbeteren van de kwaliteit van het leefmilieu door
chemische en microbiologische onderzoeken van 17.000 water-, bodem- en waterbodem stalen in het milieulaboratorium, op een kwaliteitsvolle wijze.
(Financieel) Resultaat
Ongewijzigd
OD.15.06.05
Verbeteren van de volksgezondheid door registratie van aangeboren afwijkingen bij kinderen en gebruik
van deze gegevens voor preventie door zoeken naar oorzaken.
(Financieel)
Resultaat Ongewijzigd
OD.15.06.07 Verbeteren van de volksgezondheid in relatie tot het leefmilieu door biomonitoring, meten in de mens
(Financieel) Resultaat
Nieuw
OD.15.06.08 Verbeteren van de volksgezondheid op vlak van grootkeukenhygiëne door opvolging, adviesverlening en opleiding
(Financieel)
Resultaat Nieuw
OD.15.06.09
Verbeteren van de volksgezondheid door participatie
aan de bevolkingsonderzoeken naar kanker in Vlaanderen
(Financieel)
Resultaat Nieuw
Keuze van beleidsdoelstellingen
Het PIH werkt met lange termijn projecten. De verbetering van de kwaliteit van het leefmilieu
en de volksgezondheid door analyse van stalen, uitvoeren van onderzoeken en geven van deskundig advies en ondersteuning met als doel onderbouwing van het provinciaal-, ondersteuning van het gemeentelijk- en samenwerking met het Vlaams beleid; bijven peilers. Verder wordt ingezet op verder uitbouwen van de opvolging van grootkeukenhygiëne naar kinderdagverblijven, focus op handhaving van de milieuwetgeving en op onderzoek van geluidsblootstelling en gehoorbescherming, uitbouw van de expertise op vlak van milieu en gezondheid en biomonitoring en blijvende participatie aan de bevolkingsonderzoeken naar
kanker in Vlaanderen.
Indicatoren en streefwaarden
Nummer Indicator Flowstatus
IND.15.06.01.01 Percentage behandelde t.o.v. geplande 300 IBA- en KWZI-
controles
kwartaal
1 kwartaal
2 kwartaal
3 kwartaal
4
Streefwaarden 20 45 70 100
Ongewijzigd
IND.15.06.02.01 Percentage uitgevoerde t.o.v. geplande 45 onderzoeken van waterbodems en 15 van oppervlakte water.
kwartaal
1 kwartaal
2 kwartaal
3 kwartaal
4
Streefwaarden 20 45 70 100
Ongewijzigd
IND.15.06.02.02 Percentage uitgevoerde t.o.v. geplande 150 geplande indicatieve bodemonderzoeken, van 100 geplande loketvragen, van 60 geplande technische verslagen, van 2 geplande oriënterende bodemonderzoeken
kwartaal
1 kwartaal
2 kwartaal
3 kwartaal
4
Streefwaarden 20 45 70 100
Ongewijzigd
IND.15.06.02.03 Percentage uitgevoerde t.o.v. gepland 20 onderzoeken en adviezen op vlak van geluid
kwartaal
1 kwartaal
2 kwartaal
3 kwartaal
4
Streefwaarden 20 45 70 100
Ongewijzigd
IND.15.06.02.05 Percentage uitgevoerde t.o.v. geplande 10 onderzoeken en adviezen op vlak van de hydrobiologische kwaliteit van oppervlakte water.
Ongewijzigd
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
389
kwartaal
1 kwartaal
2 kwartaal
3 kwartaal
4
Streefwaarden 25 50 75 100
IND.15.06.03.01 Percentage van de geplande 150 contactmomenten inzake
handhaving
kwartaal
1 kwartaal
2 kwartaal
3 kwartaal
4
Streefwaarden 20 45 70 100
Ongewijzigd
IND.15.06.04.01 Percentage uitgevoerde t.o.v. geplande 17.000 labo-analyses opgetekend in het LIMS.
kwartaal
1 kwartaal
2 kwartaal
3 kwartaal
4
Streefwaarden 20 45 70 100
Ongewijzigd
IND.15.06.05.04 Percentage uitgevoerde t.o.v. van geplande 500 Eurocat registraties
kwartaal
1
kwartaal
2
kwartaal
3
kwartaal
4
Streefwaarden 0 0 0 100
Ongewijzigd
IND.15.06.07.01 percentage van 3 geplande projecten op vlak van milieu en gezondheid
kwartaal
1 kwartaal
2 kwartaal
3 kwartaal
4
Streefwaarden 0 0 0 100
Nieuw
IND.15.06.08.01 Percentage van 70 geplande begeleidingen
Provinciaal Instituut voor Hygiëne
Vera Nelen 03/259.12.90 [email protected]
Beleidsfiche 2013
Indicatoren en streefwaarden
Nummer Indicator Flowstatus
IND.15.06.09.01 Deelname aan de bevolkingsonderzoeken naar kanker in
Vlaanderen
kwartaal
1 kwartaal
2 kwartaal
3 kwartaal
4
Streefwaarden 0 0 0 100
Nieuw
Algemene omschrijving
Het GPB Provinciaal Instituut voor Hygiëne is een expertisecentrum op vlak van milieu en gezondheid dat deel uitmaakt van het departement Leefmilieu. Door inzetten van het milieulabo en de diensten Milieu en Gezondheid wil het PIH bijdragen aan de kwaliteit van het leefmilieu en de volksgezondheid, door ondersteuning van het
gemeentelijk milieubeleid, samenwerking met de gewestelijke overheid en uitwerken van eigen provinciale projecten. Dit omvat uitvoeren van chemische en microbiologische onderzoeken in het milieulabo; deskundige ondersteuning onder andere naar gemeenten op vlak van bodem, waterbodem, oppervlaktewater, geluid en wetgeving; biomonitoring op vlak van milieu en gezondheid en preventie van aangeboren afwijkingen en van kanker;
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
390
ondersteuning van de hygiëne in grootkeukens.
Toelichting bij het budgetjaar
Actieplan Het GPB - Provinciaal Instituut voor Hygiëne werkt met lange termijn projecten. Operationele doelstellingen evenals indicatoren werden geactualiseerd. Projecten werden toegevoegd als aparte doelstelling (grootkeukenhygiëne). Indicatoren werden aangepast aan de verwachtingen (labo-analyses). Indicatoren werden aangepast zodat duidelijker wordt wat juist gemeten wordt (bodemonderzoeken, handhaving, milieu-gezondheidsprojecten, bevolkingsonderzoeken naar kanker). Afgeronde projecten werden
verwijderd (prostaatkanker wordt afgerond, baarmoederhalskanker wordt overgenomen door Vlaanderen).
Wijziging financiële middelen t.o.v. FN MJP Afname Werkingskost met 70.000EUR t.o.v. MJP op rubriek Algemene Werkingskosten en toename personeelskost met 70.000EUR.
Toelichting bij het meerjarenplan
Het meerjarenplan zal inhoudelijk ingevuld worden door de nieuwe deputatie. Personeel 99,5
VTE
Provinciaal Instituut voor Hygiëne Vera Nelen 03/259.12.90 [email protected]
Beleidsfiche 2013
R 2011 2012 MJP 2013 2013 2014 2015
PB Prestaties 2.384.234 2.199.600 2.199.600 2.199.600 2.199.600 2.199.600 PB Ontvangen overdrachten
142.621 74.900 74.900 74.900 74.900 74.900
PB Overige Ontvangsten
240.461 20.000 20.000 20.000 20.000 20.000
PB Ontvangsten 2.767.316 2.294.500 2.294.500 2.294.500 2.294.500 2.294.500
PB Personeelskosten 267.167 180.000 180.000 250.000 180.000 180.000 PB Werkingskosten 1.480.987 1.744.500 1.744.500 1.674.500 1.744.500 1.744.500
PB Roerende Investeringen
268.446 370.000 370.000 370.000 370.000 370.000
PB Uitgaven 2.016.600 2.294.500 2.294.500 2.294.500 2.294.500 2.294.500 Dotatie -750.716 0 0 0 0 0
Personeelskosten 5.012.913 4.899.446 5.058.683 5.145.650 5.395.740 5.503.640
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
391
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Nummer
Activiteit ACT + omschrijving MAR + omschrijving Investering Bedrag
I03000 PIH - Overhead 231 Informaticahardware 25 x PC (20.000 EUR) - 5 x Laptop (5.000 EUR) 25.000
I03000 PIH - Overhead 240 Meubilair 4 x hoge kast (2.000 EUR) - 20 x bureaustoel (8.000 EUR) 10.000
I03325 PIH - Studies en wetensch. onderzoek 230 Installaties, machines, uitrusting
Automatisering COD (55.000 EUR) - Microgolfoven (37.500 EUR) - Skalar (65.000
EUR) - Kleine laboratoriumapparatuur (50.000 EUR) - Kleine staalname apparatuur
(22.500 EUR) - GCMS (80.000 EUR) 310.000
I03325 PIH - Studies en wetensch. onderzoek 241 Rollend materieel Stationwagen (25.000 EUR) 25.000
TOTAAL 370.000
Roerende Investeringen 2013
Provinciaal Instituut voor Hygiëne
Provinciaal Instituut voor Hygiëne (80050050)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015
Ontvangsten
151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheid
702 Andere opbrengsten uit werking: prestaties 2.384.234 2.199.600 2.199.600 2.199.600 2.199.600
740 Subsidies van overheden, concessies, ristorno's 74.368 74.400 74.400 74.400 74.400
7401 Weddesubsidies Vlaamse Gemeenschap
742 Overige werkingsopbrengsten 3.253 0 0 0 0
751 Opbrengsten uit financiële vlottende activa 25.094 20.000 20.000 20.000 20.000
752 Andere financiële opbrengsten 0 0 0 0 0
761 Andere uitzonderlijke opbrengsten 65.000 500 500 500 500
780 Onttrekking aan de gewone reserves 215.367 0 0 0 0
totaal 2.767.316 2.294.500 2.294.500 2.294.500 2.294.500
Werkingskosten
600 Inkopen grondstoffen
601 Voorraden: diverse leveringen
604 Voorraden: handelsgoederen
610 Huur en huurlasten
611 Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden 1.906 8.000 3.000 8.000 8.000
612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen 6.762 5.000 5.000 5.000 5.000
613 Algemene werkingskosten 1.466.062 1.718.000 1.652.500 1.718.000 1.718.000
616 Verzekeringen 5.486 13.000 13.000 13.000 13.000
617 Belastingen ten laste van de provincie 758 400 1.000 400 400
618 Uitzendkrachten
653 Andere financiële kosten 13 100 0 100 100
662 Andere uitzonderlijke kosten
totaal 1.480.987 1.744.500 1.674.500 1.744.500 1.744.500
Roerende Investeringen
230 Installaties, machines, uitrusting 209.158 310.000 310.000 310.000 310.000
231 Informaticahardware 16.491 25.000 25.000 25.000 25.000
240 Meubilair 7.152 10.000 10.000 10.000 10.000
241 Rollend materieel 35.645 25.000 25.000 25.000 25.000
242 Roerend kunstpatrimonium
totaal 268.446 370.000 370.000 370.000 370.000
Subsidies
640 Toegestane subsidies
totaal 0 0 0 0 0
Personeel
620 Bezoldigingen
6203 Loon onderwijzend personeel
621 Sociale vergoedingen
623 Patronale bijdragen op bezoldigingen
624 Patronale bijdragen pensioenen
625 Verplaatsingskosten en maaltijdcheques
626 Pensioenen
627 Verzekering personeel
628 Diverse personeelskosten 267.167 180.000 250.000 180.000 180.000
totaal 267.167 180.000 250.000 180.000 180.000
Dotatie = Werkingskosten + Roerende Investeringen + Subsidies + Personeel - Ontvangsten -750.716 0 0 0 0
Provinciaal Instituut voor Hygiëne (80050050)
MAR OMSCHRIJVING R2011 B2012 B2013 MJP2014 MJP2015
Ontvangen subsidies
742 Overige werkingsopbrengsten
totaal 0 0 0 0 0
Personeelskosten
620 Bezoldigingen 3.720.598 3.652.827 3.880.980 4.080.460 4.162.060
621 Sociale vergoedingen 505.893 469.019 431.370 448.640 457.610
623 Patronale bijdragen op bezoldigingen 774.360 767.599 820.850 853.690 870.760
625 Vergoeding voor verplaatsingskosten 12.063 10.000 12.450 12.950 13.210
totaal 5.012.913 4.899.445 5.145.650 5.395.740 5.503.640
Werkingskosten
610 Huur en huurlasten
612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen
613 Algemene werkingskosten
totaal 0 0 0 0 0
Buitengewone ontvangsten
151 Investeringssubsidies in kapitaal van de hogere overheden
totaal 0 0 0 0 0
Onroerende investeringen
221 Gebouwen 0 0 0 0 0
totaal 0 0 0 0 0
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
392
Nr. 11/3 van de agenda
Budget 2013. PIME vzw. Financieel en werkingsverslag 2011.
Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
Vanaf 1 januari 2013 is het Provinciaal Instituut voor Milieu Educatie (PIME) een
buitendienst en worden de budgetten opgenomen in de reguliere budgetten voor
het departement Leefmilieu.
Tot eind 2012 was het PIME een vzw die jaarlijks een werkingssubsidie kreeg van
de provincie Antwerpen.
De Raad van Bestuur van de vzw PIME is uitsluitend samengesteld uit
provincieraadsleden, de Algemene Vergadering bestaat naast de leden van de RvB
uit een vertegenwoordiging van het departement Leefmilieu. Deze zuivere
paraprovinciale vzw valt dan ook onder de toepassing van de omzendbrief van
minister Kelchtermans d.d. 21 april 1993. Overeenkomstig deze omzendbrief
dienen het financieel verslag en het werkingsverslag van de vzw PIME jaarlijks ter
goedkeuring aan de provincieraad worden voorgelegd.
Volgende onderwerpen komen aan bod in het jaarverslag 2011
1. Interne werking PIME
1.1. Bestuursorganen
1.2 Het PIME-team
1.3. De gidsenwerking
2. Onderwijswerking
2.1 overzicht
2.2 basisonderwijs
2.3 secundair onderwijs
2.4 hoger onderwijs
2.5 evaluatie aanbod scholen
2.6 leerkrachten
2.7 cursus natuurouders
2.8 stages in het PIME
3. Andere doelgroepen
3.1 groepsbezoeken volwassenen
3.2 activiteiten door derden
3.3 het brede publiek
4. Bezoekersaantallen
5. Documentatiecentrum
5.1 Collectie
5.2 Uitleendienst
6. ANNET
6.1 Werking
6.2 Overleg
6.3 Netwerkdag
6.4 Veldkoffers
7. Milieuzorg op School (MOS)
7.1 Werking
7.2 samenwerkingsverbanden
7.3 nascholingen voor leerkrachten
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
393
8. Samenwerking en overleg
8.1 In provincie Antwerpen
8.2 Met externe partners
9. Promotie PIME
9.1 Promotie PIME algemeen
9.2 Promotie ANNET
9.3 Promotie MOS
9.4 In de pers
10. Vernieuwingstraject
In 2011 hebben heel wat mensen een bezoek gebracht aan het PIME. De
schoolgroepen blijven veruit het belangrijkste in aantal, 10.268 deelnemers. Ze
vormen dan ook de belangrijkste doelgroep van het PIME. Dit aantal ligt in dezelfde
grootteorde als in 2010.
Op de Algemene vergadering van 18 februari 2012 werd het jaarverslag en het
financieel verslag 2011 goedgekeurd.
De balans werd afgesloten met een balanstotaal van 432.789,11 EUR en de
resultatenrekening met een winst van het boekjaar van 65.935,91 EUR na
afschrijvingen.
De bedrijfsrevisoren, L.M.D. & Partners bvba vertegenwoordigd door Bart
Meyendonckx, verklaarden zonder voorbehoud op 2 februari 2012 dat de
jaarrekening afgesloten op 31/12/2011 een getrouw beeld geven van het
vermogen, de financiële toestand en de resultaten van de vereniging, in
overeenstemming met het in België van toepassing zijnde boekhoudkundig
referentiestelsel.
Aan uw raad wordt gevraagd het financieel en werkingsverslag 2011 betreffende
werking van het PIME goed te keuren.
Een exemplaar van het jaarverslag en het financieel verslag liggen ter inzage op de
griffie. Het jaarverslag is ook elektronisch raadpleegbaar op
http://www.provant.be/bestuur/departementen/leefmilieu/pime
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op de omzendbrief van 21 april 1993 van minister Kelchtermans met
betrekking tot de paraprovinciale vzw’s;
Gelet op de samenstelling van de beheerorganen van de vzw PIME;
Op voorstel van deputatie;
BESLUIT:
Enig artikel:
Het financieel en werkingsverslag 2011 van het Provinciaal Instituut voor Milieu
Educatie (PIME) vzw wordt goedgekeurd.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
394
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Dan leg ik de punten 11/1 tot en met 11/3 samen voor ter stemming en de stemming is
geopend.
Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming.
58 leden hebben deelgenomen aan de stemming;
52 leden hebben ja gestemd;
6 leden hebben nee gestemd.
De agendapunten 11/1 tot en met 11/3 worden goedgekeurd met 52 stemmen ja, bij
6 stemmen nee.
Natuur en landschap:
VOORZITTER.- De heer Geudens heeft het woord.
De heer GEUDENS.- Collega’s, een beetje laat op de vergadering nog even kort deze
tussenkomst omdat wij als fractie onze waardering willen uiten voor de paragraaf in het
bestuursakkoord met betrekking tot de volkstuinen. Werk van den akker, zegde men
vroeger. Het belang van die volkstuinen kan immers niet genoeg beklemtoond worden. In
onze alsmaar meer verstedelijkte omgeving is het van belang dat mensen voeling hebben
met gezonde voeding, met smaken, met de eigen productie van voedsel, zelfs met een
alternatieve vorm van lichaamsbeweging, in casu gaat het om tuinieren.
De totale oppervlakte aan volkstuinen in Vlaanderen bedraagt amper 137 ha. Alles bij
elkaar genomen zeg maar de oppervlakte van het Rivierenhof. De helft daarvan is binnen
onze provincie, en toch niet genoeg want de vraag is veel groter, minstens het dubbele, op
sommige plaatsen zelfs meer. In het Mechelse wordt nauwelijks meer dan 10% van de
behoeften ingevuld. Er is ook onderzoek gedaan steekproefsgewijze bij de relatief
kleinere gemeenten in onze provincie. Boom doet het goed, maar bijvoorbeeld Hemiksem en
Schoten veel minder. Dan vergelijken we nog niet met het buitenland. In Berlijn, dames en
heren, telt men een kleine 100.000 volkstuinen. Dat was op een bepaald ogenblik genoeg om
heel wat druk te zetten op het beleid en op zeker ogenblik sprak men zelfs over een eigen
politieke partij der volkstuinen, stel u voor. In Nederland zijn er zelfs zo’n 250.000
volkstuinen. De historici zullen mij kunnen bijtreden wanneer ik zeg dat in ons eigen land
180.000 volkstuinen waren rond 1920 en zelfs 400.000 bij het einde van de laatste
Wereldoorlog. Voor het ogenblik zijn er nauwelijks 5.000.
Collega’s, de aandacht moet ook uitgaan naar modernisering van de bestaande volkstuinen.
Koterijen en mestvaalten moeten zoveel mogelijk verdwijnen, maar ook een beter
ecologisch beheer is hier op zijn plaats. Mij lijkt dit gesneden koek voor een bestuur als
het onze, van op voldoende afstand en toch dichtbij. Het is al een paar keer gezegd. In die
zin is wat in het bestuursakkoord staat een mooie eerste, kleine aanzet.
Met belangstelling kijkt mijn fractie dan ook uit naar de initiatieven die de deputatie ter
zake zal nemen.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
395
VOORZITTER.- De heer Röttger heeft het woord.
De heer RÖTTGER, gedeputeerde.- Dank u wel, Frank.
U hebt het al aangehaald, volkstuinen hebben veel voordelen. In de eerste plaats is het
nieuwe vorm van solidariteit die groeit. Mensen geraken terug verbonden ook met natuur.
Leren daar veel bij over produceren, over die transitie waar we daarnet al over spraken.
Heel veel voordelen die op heel veel plaatsen worden erkend. Het is heel opvallend hoeveel
mensen mij al hebben aangesproken, hoeveel bestuurders ook, die vragende partij zijn om
meer volkstuinen te realiseren. Dat is ook de Vlaamse regering niet ontgaan en ik denk dat
u ook geciteerd hebt uit dat fameuze rapport van de VLM, en zelfs de fondsen die
daarvoor voorzien zijn om daaraan te werken. Waar stropt het dan op? Wel, net op wat u
daarnet zegt, die koterijen. Heel veel bestuurders zeggen: we willen daar toch geen
rommelige plekjes van maken. We willen iemand die daar het goede voorbeeld geeft en die
daar wat begeleiding en sturing achter zet. Wel het is de bedoeling om aan die perceptie
te werken en de Regionale Landschappen hebben niet de opdracht, maar zijn uitgenodigd
om na te denken om dat soort voorbeeldprojecten in onze provincie te gaan realiseren. Het
is daarmee wel uitermate jammer dat als de intenties van de stad zouden doorgaan dat net
zo’n volkstuintje dat we zouden willen aanpakken in Ertbrugge, dat dit door het Regionale
Landschap van de Voorkempen zou ontwikkeld kunnen worden, dat we daar problemen
zouden kunnen rond krijgen. Maar ik ben ervan overtuigd dat als we het hele verhaal
kunnen brengen dat we kunnen doorgaan met die volkstuintjes, te beginnen in Ertbrugge,
maar het zal zeker niet het laatste zijn.
Integraal waterbeleid:
VOORZITTER.- De heer Cuyt heeft het woord.
De heer CUYT.- Mijnheer de Voorzitter,
Collega’s,
Het Waterbeleid binnen de provincie Antwerpen heeft de voorbije twintig jaar een hele
evolutie gekend. Aanvankelijk bestond het provinciale waterbeleid voornamelijk uit een
waterlopenbeheer dat vooral gericht was op het afvoeren van water. Vandaag is met het
beheer van 1100 km waterlopen, meer dan 10 pompstations en diverse provinciale
overstromingsgebieden (voor een oppervlakte van ongeveer 50ha) de provincie in onze regio
de grootste waterbeheerder.
De zorg voor één derde van de waterlopen in onze provincie is dan ook een belangrijke
provinciale bevoegdheid die zich niet tot het waterlopenbeheer beperkt. De voorbije jaren
werd dan ook heel wat energie gestoken in de realisatie van de meeste uiteenlopende
integrale waterprojecten. Hierbij staat de aanpak van de overstromingsproblematiek nog
steeds voorop. Het zwaartepunt van het provinciale waterbeleid is en blijft ‘RUIMTE
VOOR WATER’.
In het bestuursakkoord lezen we dat de provincie zowel overstromingsgebieden zal blijven
aanleggen, als initiatieven nemen om bestaande overstromingsgebieden te vrijwaren en te
optimaliseren. En dat is maar goed ook.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
396
Recent hebben zich een aantal evoluties in gang gezet die een grote impact zullen hebben
op het provinciale waterbeleid. Het volledige plaatje kan nog niet gemaakt worden, maar
het is al wel duidelijk dat de provincies een nog belangrijkere rol gaan spelen in het
Integraal Waterbeleid in Vlaanderen dan heden al het geval is.
Het jaar 2013 wordt, zoals de gedeputeerde gezegd heeft, een kanteljaar voor het
provinciale waterbeleid. Zo zijn er via een aanpassing van het decreet op het integraal
waterbeleid een aantal belangrijke wijzigingen op til inzake de organisatie en planning van
het Integraal Waterbeleid in Vlaanderen. Verder wordt er in het kader van de Interne
Staatshervorming in 2013 werk gemaakt van de uitvoering van Doorbraak 63 uit het
Witboek. Hierbij zullen de gemeentes de keuze krijgen om hun waterlopen aan de
provincies over te dragen en zal er na bilateraal overleg ook een overdracht van waterlopen
tussen 1e categorie waterlopen en 2e categorie, de momenteel provinciale waterlopen,
worden gerealiseerd. Dit zal leiden tot een significante uitbreiding van de provinciale
bevoegdheden.
Vooral de bevraging in het voorjaar van 2013 van alle gemeenten in functie van een
mogelijke overdracht van de gemeentelijke waterlopen naar de provincie mag in deze niet
onderschat worden.
Niet alleen zal deze bevraging zelf tot een hoge werkdruk voor ons personeel leiden, het is
echter zeer aannemelijk dat heel wat gemeentes effectief hun waterlopen zullen
overdragen aan de provincies. Het is echter onmogelijk om vandaag de exacte impact
hiervan in te schatten. Dit zal pas duidelijk worden in het najaar van 2013 en onmiskenbaar
een impact hebben op het personeel en het budget vanaf 2014.
Het Witboek bevat een hele reeks doorbraken. In dit Witboek wordt de provincie als
beheerder van de middelgrote waterlopen van 2e categorie bevestigd. Doorbraak 63,
Waterbeleid en –beheer, geeft verder aan dat de inschaling van de onbevaarbare
waterlopen dient te worden herbekeken op alle niveaus. Zo zullen alleen de Vlaamse
waterlopen die ook voor het beheer van de waterwegen van belang zijn, onder de
verantwoordelijkheid van het gewest blijven. De middelgrote waterlopen blijven of worden
een provinciale bevoegdheid. Grachten en waterlopen voor hemelwaterafvoer, de kleine
waterlopen, blijven beheerd door de gemeente of door de rioolbeheerder. Doorbraak 63
stelt verder dat de indeling van de waterlopen dient verfijnd op basis van beheergebonden
en beleidsgerichte maatstaven.
Zoals reeds gezegd zullen de gemeentes in de loop van 2013 de mogelijkheid krijgen om
hun waterlopen aan de provincies over te dragen. Vermoedelijk zullen de meeste kleinere
gemeenten sowieso hun waterlopen aan de provincie overdragen, wat naar schatting door
de dienst overeen zal komen met een 200 à 300 km extra waterlopen. Ongeacht welke
keuzes de gemeenten ook maken is het duidelijk dat de communicatie en samenwerking met
de gemeenten zeer belangrijk is en blijft.
Minister Schauvliege heeft een voorstel van aanpak tot uitvoering van actie D63
uitgewerkt. In dit voorstel dienen de provincies per gemeente een gedetailleerd voorstel
uit te werken met zowel klasserings - als herinschalingsvoorstellen.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
397
Dit voorstel moet tot stand komen in nauw overleg met de betrokken gemeente, de
betrokken rioolbeheerder en in voorkomend geval de betrokken polder of watering. De
voorstellen dienen zowel herklasseringen van reeds geklasseerde waterlopen te bevatten,
als klasseringen van nog niet geklasseerde waterlopen. In feite komt dit neer op een
volledige screening van de waterlopen per gemeente met het oog op een zo logisch en
efficiënt mogelijk beheer.
Kortom, onze dienst ‘Integraal Waterbeleid ‘ en de bevoegde gedeputeerde wacht een
zware taak. Mijn regio ‘Rivierenland’ heeft in het verleden met de regelmaat van een klok
overstromingen en wateroverlast gekend. De inwoners van deze regio rekenen erop dat de
provincie ook deze opdracht tot een goed einde zal brengen, zoals ze dat van ons bestuur
gewend is.
Dank u wel.
VOORZITTER.- De heer Schoofs heeft het woord.
De heer SCHOOFS.- Mijnheer de voorzitter,
Geachte leden van de deputatie,
Beste collega’s,
Het wordt al wat later op de avond en ik sta hier als laatste spreker, maar hopelijk kan ik
toch nog even op uw aandacht beroep doen, want zoals eerder vandaag al aangehaald ligt
het waterbeleid ons allen nauw aan het hart.
In het Witboek van de Vlaamse Overheid wordt een expliciete rol toegewezen aan de
provinciebesturen als subregionaal beleidsniveau. Ik treed de gouverneur bij wanneer zij in
haar rede bepleit om deze regierol streng maar rechtvaardig op te nemen. Waarom zeg ik
dat? In het waterbeleid is alles versplinterd tot op het laagste beleidsniveau. We hebben
zelfs waterschappen, we hebben bekkencomités, de provincie heeft een taakstelling, de
gemeente heeft een taakstelling. Ik denk dat er geen enkel beleidsdomein is waar zoveel
versplintering en verwardheid heerste.
Over het waterbeleid, nochtans een grondgebonden materie, bestaat blijkbaar toch nog
enige discussie over wie nu wat gaat doen. Nochtans een taak die in het verleden reeds
grondig en zorgvuldig werd uitgebouwd in onze provincie met een dienst Waterbeleid waar
vele andere provincies kunnen aan tippen.
Zo las ik in de stand van zaken van de VVP van 22 januari, vorige week dus, heel duidelijk:
“Het overleg inzake de herschaling van de onbevaarbare waterlopen is bezig. De bevoegde
minister Joke Schauvliege heeft richtlijnen gegeven aan de VMM omtrent de verdere
aanpak, vanuit de vaststelling dat er een duidelijke vraag naar upgrading leeft bij heel wat
lokale besturen.” En verder lees ik ook: “…er is nood aan een methodiek voor
bevoegdheidsherverdeling… er dient een uniform kader voor Vlaanderen geschapen te
worden… objectieve criteria nagestreefd te worden… er moet naar een efficiënt beheer
van waterlopen nagestreefd te worden…”.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
398
Eigenlijk, sorry Rik, maar voor mij is dit verslag nog koffiedik kijken wie in de toekomst
wat moet gaan doen inzake waterbeheer. Onzekerheid troef dus. Vanuit die optiek begrijp
ik dus dat de provincie Antwerpen de bedragen van hun investeringen terugschroeft.
Maar zeer verheugd was ik dat gedeputeerde Röttger in de commissie Waterbeleid ons
reeds duidelijk te kennen gaf dat Vlaanderen heel wat taken inzake waterbeheer zou
toekennen aan de provinciebesturen, en u herhaalt dat ook hier vandaag. De provinciale
middelen voor waterbeleid zouden alleen maar stijgen in de nabije toekomst. Heel wat
nieuwe taken komen op de provincie af, dixit optimistische Rik. Of weet u wellicht meer??
Vandaag ben ik nog steeds zeer nieuwsgierig.
Ik was en ben nog steeds een tegenstander van de open taakstelling voor de provincie.
Maar als er nu iets is waar de provincie Antwerpen heeft op ingezet in het nabije verleden
dan is het wel het provinciale waterbeleid. En dat men de klok op korte termijn niet kan
terugdraaien blijkt uit de realiteit van elke dag. Tal van gouwgenoten zitten immers op
diverse plaatsen regelmatig met hun voeten in het water, zij snakken naar een sanering, de
aanleg van een bufferbekken of de aanleg van een infiltratiegracht. Velen hebben hun hoop
op de provincie gesteld.
En, collega’s, dan kan ik niet om die cijfers heen. Waar er in 2012, na begrotingswijziging,
nog een bedrag werd geïnvesteerd van 4,5 miljoen EUR wordt dat teruggeschroefd tot
3,4 miljoen EUR in 2013 en nog eens afgebouwd in de meerjarenplanning voor 2014 en 2015
tot 2,4 miljoen EUR!!!! Gedeputeerde Lemmens, we spreken hier van geen 3%, niet van 8%,
maar een afbouw met meer dan 50%!
Mijn ontgoocheling is dus ook vrij groot om te moeten vaststellen dat het
investeringsbudget voor het waterbeleid op twee jaar tijd gehalveerd wordt! Ik vrees dat
tal van infrastructuurprojecten die in een laatste rechte lijn zitten, zullen afgeblazen
worden. En dat zijn er nogal wat: het bufferbekken op de Scheppelijke Nete in Mol, de
Puntloop in Geel, de retentiezone op de Wullebeek in Niel, de sanering van de
Hanswijkbeek, enz. Allemaal dossiers waar een aanpak van de wateroverlast zich dringend
aandient. Ik heb het dan nog niet gehad over de herstellingskosten aan waterlopen en het
vervangen van roosters in tal van rivieren. U weet net zo goed als ik dat de voorliggende
budgetten te krap zijn!
Mijn vraag dan ook aan de deputatie; Misschien zingt u het nog uit in 2013 met de
voorziene budgetten in de begroting, maar wie gaat er in 2014 in 2015 met zijn voeten in
het water zitten in de provincie Antwerpen? Welke projecten zijn prioritair en welke zijn
voor u niet prioritair? En dan heb ik het niet over de bijkomende taakstelling van
Vlaanderen die ook nog op u afkomt. Want, dat hebt u net gezegd, ik verwacht ook daar van
de gemeentelijke waterlopen een overdracht naar de provincie toe. Ook daarvoor moet u
bovenop de 4,5 miljoen investeringen die u de laatste jaren ongeveer gedaan hebt nog eens
bijkomend middelen voorzien.
Beste vrienden, ik ben een beetje bevreesd en samen met mij, hoop ik, ook een aantal
onder u waarvan ik een aantal projectengreep hier vandaag heb gedaan.
Het was onze fractievoorzitter die met een kwinkslag bij het in herinnering brengen van
onze 50 punten eindigde met een filmpje van collega Patrick Feyaerts die zei: het was de
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
399
provincie die ervoor gezorgd heeft dat u met uw voeten droog zit nu. Wij hebben
inderdaad een heel eind afgelegd, maar er is nog een heel eind te gaan.
Beste collega’s, ik hoop dat ik hiermee de waarheid geweld aangedaan heb en de toekomst
zal het uitwijzen.
Ik dank u.
VOORZITTER.- De heer Röttger heeft het woord.
De heer RÖTTGER, gedeputeerde.- Collega’s, een aantal van de vragen die mijnheer
Schoofs stelt zijn zeer terecht. Als we kijken naar het budget voor dit jaar, en dan kan je
die vragen stellen aan de vorige gedeputeerde voor financiën, maar het toeval wil dat ik dat
voor mijn rekening kan nemen, dan hebben we voor 2013 een bedrag ingeschreven dat
ongeveer overeenkomt met de laatst bekende rekening die wij hebben. Het probleem voor
2013 is volgens mij redelijk onder controle. Waar u naar wijst is de halvering in het
meerjarenplan. Maar zoals hier al herhaaldelijk gezegd is hebben wij een sluitende,
technische begroting moeten maken en er zijn een aantal kunstgrepen, als ik mij dat woord
mag veroorloven, moeten gebeuren om die voor te leggen. Wij zullen op basis van wat er nu
op ons afkomt inderdaad voor die harde onderhandelingen staan in de deputatie. De
intenties van de deputatie daar kan u nog niet veel over vragen, maar u weet nu wat mijn
huiswerk is als ik de begrotingsgesprekken voor het meerjarenplan wil aanvatten. Ik blijf
erbij, en dat is heel mijn betoog vandaag geweest, we spreken hier wel degelijk over
grondgebonden materies. Ik hoor u, en heel veel collega’s met heel veel lof over dat beleid
spreken. Ik hoop dan ook dat deze provincie verder op die weg kan gaan, en of het nu door
mij is of door anderen dat zal mij niet veel worst wezen, maar er moet in alle geval
duidelijkheid komen over die grondgebonden taken die we goed doen en in de toekomst
zeker beter willen doen.
VOORZITTER.- De heer Schoofs heeft het woord.
De heer SCHOOFS.- Geachte heer gedeputeerde,
Beste Rik,
Ik hoor deze woorden heel graag, maar spijtig genoeg kunnen wij ons niet beroepen op
woorden. Wij hebben graag daden, en ik kan alleen maar verder gaan op het documentje
dat u uitgedeeld hebt op de commissie. De cijfers spreken voor zich. Ik hoop dat u het kan
waarmaken binnen de deputatie, maar ik heb ook vandaag vanuit de meerderheid, vanuit
diezelfde partijen die de meerderheid uitmaken en die prediken via de eerste
gedeputeerde dat men gaat besparen, een rits van voorstellen gehoord die allemaal geld
kosten. Ik wens u veel succes, Rik bij de onderhandeling binnen de deputatie, maar u zal
begrijpen dat wij onder deze omstandigheden, wat het waterbeleid betreft, deze
begroting niet kunnen goedkeuren.
Ik dank u.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
400
Noord-Zuid en duurzame ontwikkeling:
VOORZITTER.- Mevrouw Van Cleemput heeft het woord.
Mevrouw VAN CLEEMPUT.- Over Noord-Zuid hadden wij nog een aantal vragen vanuit de
fractie.
De eerste is: de provincie heeft haar eigen Zuidprojecten en wij vragen ons af of dit
eigenlijk wel taak is voor de provincie en/of wij daar eens niet grondig het debat moeten
over aangaan.
Daarnaast vraagt de Noord-Zuidbeweging ook om voor elk Zuidproject een gerelateerd
Noordproject op te richten. Zal de provincie dit doen als we doorgaan met Zuidprojecten?
Ten derde: de Noord-Zuidbeweging is ook vragende partij voor een onafhankelijke
adviesraad en vraagt ook naar overleg. Onze vraag was wat u daar als gedeputeerde mee
gaat doen met die vragen.
VOORZITTER.- De heer Röttger heeft het woord.
De heer RÖTTGER, gedeputeerde.- Drie concrete vragen.
Wat betreft overleg: ik heb ook dat memorandum ontvangen. Ik heb die mensen nog niet
kunnen ontvangen, maar dat zal binnenkort gebeuren. We gaan dus zeker in overleg. We
willen zeker zo’n raad opnemen in de doelstellingen naar volgend jaar toe.
Als u spreekt over de link tussen Zuidprojecten en Noordprojecten is dat wat ik
daarstraks heel kernachtig probeerde te betogen, dat er een wisselwerking moet zijn
tussen onze projecten in het Zuiden en die grotere doelstellingen die we rond
klimaatneutraliteit opnemen. Inderdaad, als we dat zouden doortrekken, als we consequent
zijn, en er staat ook een reglement aan te komen die dat soort principes wil verankeren en
afdwingbaar maken, dan betekent dat ook dat we moeten kijken naar de traditionele
Zuidprojecten.
Het uitsturen van coöperanten was misschien de keuze van onze voorvaderen. Dat is zeker
nuttig geweest, maar in alle geval is het mijn bedoeling om daar kritisch naar te kijken. Ik
ben alleen nog aan het afwegen hoe we dat gaan doen. Gaan we dat uitbesteden aan de
zoveelste consultant of zal ik aan mijn diensten vragen om daar een rapportage rond te
maken, daar ben ik nog niet uit, maar een doorlichting is noodzakelijk.
Nr. 11/4 van de agenda
Budget 2013.
Artikel 160/640. Subsidiëring van ontwikkelingssamenwerking.
Geraamde aanwending van krediet. Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
In het door uw raad goedgekeurde budget 2013 van de provincie, is onder artikel
160/64010126 een krediet van 1.305.890 EUR uitgetrokken voor “subsidiëring van
ontwikkelingssamenwerking”. Dit krediet omvat alle subsidies voor het Noord-
Zuidbeleid, zowel ondersteuning van projecten in het Zuiden (Zuidwerking) als
educatie en sensibilisatie in de provincie Antwerpen (Noordwerking). De
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
401
provincieraad wordt gevraagd in te stemmen met volgende geraamde aanwending
van dit krediet.
1. Zuidwerking
Voor 2013 wordt een totaal bedrag van 905.000 EUR voorzien voor projecten in het
Zuiden.
Hiervan gaat 350.000 EUR naar de eigen provinciale projecten voor integrale
streekontwikkeling in het Zuiden, als volgt onderverdeeld:
175.000 EUR voor het provinciaal Zuidproject in Guatemala;
175.000 EUR voor het provinciaal Zuidproject in de Filipijnen;
Het totaal bedrag voor ondersteuning van Zuidprojecten van derden wordt voor
2013 geraamd op 555.000 EUR. In deze categorie zijn voor 2013 volgende
subsidies begrepen:
een nominatieve subsidie van 75.000 EUR aan 11.11.11 voor Zuidprojecten in
het kader van de 11.11.11-actie;
een nominatieve subsidie van 25.000 EUR aan APEC vzw voor studiebeurzen
havenbeheer ten voordele van vooral Afrikaanse studenten;
een nominatieve subsidie van 15.000 EUR aan Morning Tears vzw;
een nominatieve subsidie van 175.000 EUR aan Apopo vzw;
een nominatieve subsidie van 15.000 EUR aan Music Fund vzw;
een geraamd bedrag van 25.000 EUR voor noodhulp in geval van rampen;
Subsidies aan ontwikkelingsprojecten in het Zuiden met draagvlak in de
provincie Antwerpen (reglement): 225.000 EUR.
2. Noordwerking
Een bedrag van 343.789 EUR worden bestemd voor sensibilisatie en
ontwikkelingseducatie in de provincie Antwerpen.
De onderverdeling is als volgt:
Subsidie aan de vzw MOOOV voor de organisatie van een mondiaal filmfestival:
106.500 EUR
Subsidie aan de vzw Mano Mundo voor de organisatie van het Mano Mundo-
festival: 84.000 EUR
Subsidies aan gemeentelijke projecten van ontwikkelingseducatie (reglement):
20.000 EUR
Subsidies aan bovenlokale projecten van ontwikkelingseducatie (reglement):
20.000 EUR
Subsidie aan de vzw Djapo: 15.000 EUR
Subsidie aan de vzw Fiesta Mundial: 10.000 EUR
Subsidie aan de vzw IPIS: 10.000 EUR
Subsidie aan de vzw Studio Globo: 24.789 EUR
Subsidie voor de Vlaamse Vredesweek: 2.500 EUR
Subsidie voor Vila Cabral: 10.000 EUR
Subsidie voor de werking van FairTradeGemeenten: 10.000 EUR
Subsidie voor het educatieproject Iedereen Mondiaal: 25.000 EUR
Giften (prijsgeld) aan de laureaten van de provinciale Prijs voor
Ontwikkelingssamenwerking: 6.000 EUR
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
402
Een bedrag van 45.000 EUR zal via een budgetverschuiving in 2013 aan uw raad
ter goedkeuring worden voorgelegd om de personeelskost van de Kleur Bekennen
promotor te dragen.
Een bedrag van 12.101 EUR is voorlopig nog niet bestemd.
Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie op 3 januari 2013.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op artikel 43 van het provinciedecreet,
Gelet op het verslag van de deputatie,
BESLUIT:
Enig artikel:
Ingestemd wordt met de volgende geraamde aanwending van het artikel
160/64010126 ‘Subsidiëring van ontwikkelingssamenwerking’ van het budget 2013:
Subsidie voor het provinciaal Zuidproject in Guatemala: 175.000 EUR
Subsidie voor het provinciaal Zuidproject in de Filipijnen: 175.000 EUR
Subsidie van 175.000 EUR aan APOPO vzw
Subsidies aan Zuidprojecten voor ontwikkelingssamenwerking: 225.000 EUR
Subsidie van 25.000 EUR aan APEC vzw
Subsidie van 15.000 EUR aan Morning Tears vzw
Subsidie van 75.000 EUR aan 11.11.11
Subsidie van 15.000 EUR aan Music Fund vzw
Subsidie van 106.500 EUR aan de vzw MOOOV
Subsidie van 84.000 EUR aan de vzw Mano Mundo
Subsidies aan gemeentelijke projecten van ontwikkelingseducatie: 20.000 EUR
Subsidies aan bovenlokale projecten van ontwikkelingseducatie: 20.000 EUR
Subsidie aan de vzw Djapo: 15.000 EUR
Subsidie aan de vzw Fiesta Mundial: 10.000 EUR
Subsidie aan de vzw IPIS: 10.000 EUR
Subsidie aan de vzw Studio Globo: 24.789 EUR
Subsidie voor de Vlaamse Vredesweek: 2.500 EUR
Subsidie voor Vila Cabral: 10.000 EUR
Subsidie voor de werking van FairTradeGemeenten: 10.000 EUR
Subsidie voor het educatieproject Iedereen Mondiaal: 25.000 EUR
Giften aan de laureaten van de provinciale Prijs voor
Ontwikkelingssamenwerking: 6.000 EUR.
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend.
Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming.
56 leden hebben deelgenomen aan de stemming;
49 leden hebben ja gestemd;
5 leden hebben neen gestemd;
2 leden hebben zich onthouden.
Goedgekeurd met 49 stemmen ja, bij 5 stemmen nee en 2 onthoudingen.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
403
Strategisch plan Rupelstreek:
4. Financiën en logistiek
Nr. 4/1 van de agenda
Budget 2013. Advies van het Rekenhof.
Kennisname.
Verslag.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op de aanpassing van het meerjarenplan 2013-2015 en het budget 2013 van
de provincie Antwerpen en van de provinciebedrijven, zoals aangenomen door de
deputatie in zitting van 13 december 2012;
Gelet op artikel 144 van het provinciedecreet, dat bepaalt dat het budget pas kan
worden vastgesteld nadat het advies van het Rekenhof over het ontwerp van het
budget aan de provincieraad wordt voorgelegd;
Gelet op het advies van het Rekenhof over het ontwerp van de aanpassing van het
meerjarenplan 2013-2015 en van het budget 2013 van de provincie Antwerpen en
van de provinciebedrijven, door de Nederlandse Kamer van het Rekenhof
vastgesteld in zitting van 22 januari 2013;
Overwegende dat het advies van het Rekenhof zowel over de aanpassing van het
meerjarenplan 2013-2015 als over het budget 2013 handelt en dat het advies over
de aanpassing van het meerjarenplan 2013-2015 eveneens onder nummer 0/1 van
de provincieraad van 18 januari 2013 wordt geagendeerd.
BESLUIT:
Enig artikel:
Kennis wordt genomen van het advies over het ontwerp van de aanpassing van het
meerjarenplan 2013-2015 en van het budget 2013 van de provincie Antwerpen en
van de provinciebedrijven, door de Nederlandse Kamer van het Rekenhof
vastgesteld in zitting van 22 januari 2013.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
404
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
405
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
406
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
407
VOORZITTER.- Dit is een kennisname.
Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Kennis wordt genomen.
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
408
VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord.
De heer CAALS.- Voorzitter, misschien moeten we punt 11/5 nog stemmen, of zou dat
oneer aandoen aan de organisaties die gevat worden door het reglement.
VOORZITTER.- Dit punt werd van de agenda afgevoerd.
De heer CAALS.- Sorry, ik heb nog een oude versie. Ik heb de transitie gemist.
Nr. 4/2 van de agenda
Budget 2013. Beleidsnota en financiële nota.
Goedkeuring.
Verslag van de deputatie.
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend.
Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming.
56 leden hebben deelgenomen aan de stemming;
42 leden hebben ja gestemd;
12 leden hebben nee gestemd;
2 leden hebben zich onthouden.
Goedgekeurd met 42 stemmen ja, bij 12 stemmen nee en 2 onthoudingen.
VOORZITTER.- De heer Lemmens heeft het woord.
De heer LEMMENS, gedeputeerde.- Beste voorzitter,
Beste collega’s, gedeputeerden,
Beste raadsleden,
We zijn er geraakt. Na drie zittingen, zes presentaties, vier gedichten en veel
tussenkomsten, de ene al wat langer dan de andere, is deze voorlopige begroting gestemd
geraakt. Dit had een formaliteit kunnen zijn, maar het aantal tussenkomsten en het vuur
waarmee deze gebracht zijn maken het ons duidelijk dat u allen begaan ben met deze
provincie.
Deze bekommernis wordt door jong en oud, door links en rechts gedeeld. Ik heb
raadsleden met jarenlange ervaring gehoord, maar ook opvallend veel maidenspeeches. Ik
wens iedereen die voor het eerst het woord heeft genomen, proficiat. Ik heb interessante
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
409
en relevante suggesties en opmerkingen gehoord waarmee wij als deputatie zeker rekening
willen houden in ons beleid. Dat het debat zo constructief kon gevoerd worden doet ons
veel plezier. Zowel meerderheid als oppositie geeft de indruk samen te willen werken om
van dit niveau een mooi en gedreven niveau te maken. We hebben in de debatten zelfs
meegemaakt dat de oppositie de oppositie aan het ondervragen was, dus dat stemt ons
zeker zeer vrolijk. Wij staan open voor een debat en zullen zoeken naar dat akkoord waar
onze gemeenten beter van worden.
Mijnheer De Haes, u kondigde in december aan waakzaam te zullen blijven. Uw fractie
heeft in ieder geval al van zich laten horen en maakte ons meteen duidelijk wat dat
betekent. Met enkele vastberaden tussenkomsten toonden uw nieuwelingen zich van bij de
start.
Mijnheer Meeus, u verving mevrouw Muyshondt tijdens de debatten, en uw fractie bracht
meerdere suggesties om dit te benadrukken. Dit waren telkens bijzonder relevante
opmerkingen, waar wij als deputatie op voort kunnen bouwen.
Mijnheer Geudens, als één van de anciens van deze raad zal ook u duidelijk waakzaam
blijven. Maar u bent een rechtvaardig rechter. U bouwt op waar nodig, zonder onnodig af
te breken. Uw fractie toonde zich bijzonder begaan met de taken van de provincie, wat wij
appreciëren.
Mijnheer Vollebergh, u bepleitte de afschaffing van dit bestuursniveau, maar dat
weerhield uw fractie er gelukkig niet van een bijdrage te leveren aan het debat, soms over
de provinciegrenzen heen. Wij delen verschillende van uw bekommernissen en staan dan ook
open voor uw bijdragen.
Mijnheer Helsen, ik onthoud van uw kant dat u zeer trots bent op deze provincie. Zo trots
dat u alles nog eens heeft opgelijst in uw 50 punten. Een mooie reclame en wees gerust, wij
gaan het goede aan de provincie niet verloren laten gaan. Ook al heb ik veel gesproken,
namens de ganse deputatie, over afslanken, dat zal inderdaad nodig zijn, maar de goede
dingen zullen wij verder zetten. Uw fractie heeft ons ook enkele suggesties gedaan die wij
mee zullen nemen in de commissies, waarvoor dank.
Mijnheer Caals, ook u bent ondertussen een ancien in deze raad. U hebt met uw fractie een
aantal zeer lovenswaardige tussenkomsten gehouden. U hebt ook een aantal keren
verwezen naar hoe kunnen wij de provinciale initiatieven op de kaart zetten. Wat kunnen
wij doen met die belastingbrief? Inga, wij gaan daar zeker werk van maken. Wij gaan ook,
en dat is beloofd, wat de intercommunales betreft, de huisvestingsmaatschappijen, die
zaken hier ook beter terugkoppelen dan dat in het verleden was. Ik ga ook zien wat we
kunnen doen met de begeleiderspas. Om u maar te zeggen dat wij rond een aantal zaken
rekening gaan houden met wat de oppositie hier ook in het midden brengt.
Tot slot, mijnheer Merckx, uw fractie is volledig nieuw in deze raad. Uw overgave siert u
en het is duidelijk dat u het niet zal nalaten ons op bepaalde problemen te wijzen ook al
gaat het de provincie soms te boven. Eén bemerking slechts: wij zijn dan wel een
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
410
bovenlokaal bestuur, de impact die wij hebben is niet van dien aard om alles wat scheef is
recht te trekken. Al zullen wij dat niet als excuus gebruiken om de handen niet uit de
mouwen te steken.
Zoals ik al zei, collega’s, wat ik vooral onthoud is dat iedereen hier bijzonder begaan is met
deze provincie. Dat is niet meer dan terecht. Wij mogen trots zijn op wat onze
medewerkers in deze provincie dag in dag uit verwezenlijken. De voorbije maand heb ik dan
wel de nadruk gelegd op afslanken, maar dit is daarom geen negatief verhaal. Deze
deputatie is bijzonder fier op haar provincie en op wat we doen en staat achter het
bestuursakkoord. Wij gaan nu heel hard werken en wij zullen in de lente hier terug staan
met een eerste begrotingswijziging. Maar het is niet omdat wij hier duidelijk naar voor
brengen dat wij de tering naar de nering zetten dat we niet het positieve naar voor willen
brengen dat hier in deze provincie gebeurt.
Zoals collega Caluwé duidelijk maakte zijn deze besparingen nodig om ons beleid ook in de
toekomst voort te kunnen zetten. Ook de interne staatshervorming zal geen afbreuk doen
aan de waarde van onze provincie, integendeel. Er zal een duidelijke taakstelling ontstaan.
Wij zullen duidelijk weten wat we kunnen doen, daarom zullen we het dan ook nog beter
kunnen doen.
Via de interne staatshervorming willen wij ook tot een transparantere provincie komen.
Twee belangrijke voorbeelden zijn de intercommunales en de huisvestingsmaatschappij, dat
is een engagement. Wij gaan dat hier beter communiceren en we gaan zien wat de
groepsaankopen betreft dat we dat ook in ons document naar buiten kunnen brengen. Wij
onderzoeken hoe de provinciale vertegenwoordigers kunnen terugkoppelen aan de raad, om
de transparantie te verbeteren.
De tussenkomsten van de voorbije weken maken het voor mij duidelijk dat alle partijen hier
mee aan willen werken. Iedereen heeft beseft wat de verwezenlijkingen van deze provincie
zijn en wat de provincie kan betekenen voor haar inwoners, ook binnen dat afgeslankt
kader. We zullen hard moeten werken om het herwerkte budget in mei en na de
verkiezingen in 2014. De deputatie zal er zorg voor dragen dat al deze opmerkingen en
bekommernissen opgenomen worden in ons beleid. Er zijn de voorbije zittingen veel vragen
omtrent deze begroting, maar ik heb het toch al heel duidelijk gemaakt, in de lente staan
we hier.
Collega’s,
Ik ga het niet langer maken, want we hebben vandaag meer dan 7 uur gedebatteerd in een
zeer positieve sfeer. Ik wil u daar nogmaals voor danken. Dank aan de medewerkers van dit
bestuur die dit ook weer hebben waargemaakt. Ik dank de mensen die hier ook weer
vandaag tot vrij laat zitten om het verslag te maken, en dergelijke meer. Maar ik heb in
alle geval ondervonden, en dat wil ik hier toch meegeven, dat in de korte tijd dat ik hier
ben dat ik hier een aantal zeer gedreven medewerkers heb gezien binnen dit bestuur. Dat
wil ik hier toch namens de deputatie ook eens naar voren brengen, maar ik denk dat u dat
ook allemaal weet.
VERGADERING VAN 5 FEBRUARI 2013
411
Ik kijk uit naar de komende jaren waarin we naar mening vruchtbaar kunnen samenwerken.
Laat ons samen werk maken van deze afgeslankte provincie en samen komen tot een
sportieve, gezonde, moderne, efficiënte en financieel gezonde provincie.
Ik dank u.
Applaus
VOORZITTER.- Dan sluit ik nu de vergadering. Ik herinner u nog graag dat wij hier morgen
om 10 uur terug mogen zitten allen samen, fris en gezond.
Ik wens u een goede thuiskomst.
De vergadering wordt gesloten om 20.11 uur.