Nederlands Netwerk Kwaliteit Hoger Onderwijs

Borging van de kwaliteit vandeeltijdse en duale variantenen maatwerktrajecten

30 mei 2013

Henri Ponds

Waar ga ik op in?

• De rollen van de Inspectie HO en de NVAO• De werking van het accreditatiestelsel• Bevindingen NVAO bij verantwoording van deeltijd

en duale varianten en maatwerktrajecten van de opleiding

• Reactie NVAO op het rapport ‘Goed Verkort?’• Naar betere borging en mogelijkheden voor

flexibilisering • Vragen en discussie

2

Inspectie HO en NVAO werken complementair - nieuw convenant• Inspectie HO concentreert zich op naleving van wet-

en regelgeving in opleidingen en instellingen• IHO doet onderzoek op basis van signalen, al dan

niet in opdracht van de minister• IHO voert thematisch onderzoek uit

• NVAO beoordeelt de kwaliteit van opleidingen en instellingen

• NVAO beoordeelt de inhoudelijke kwaliteit en de bereikte leerresultaten in opleidingen

3

De werking van het stelsel • Functies accreditatiestelsel: verantwoording en

verbetering

• Oordeel over de kwaliteit is ten eerste aan (domein)deskundigen

• Met toepassing van het generieke Accreditatiekader en domeinspecifieke eisen – ‘bottom up benadering’

• De NVAO toetst het paneladvies marginaal en borgt de kwaliteit over de domeinen heen

• De NVAO stimuleert ook kwaliteitsverbetering op domeinniveau via SBA’s

4

De werking van het stelsel - 2

• Focus in de beoordeling op de inhoudelijke kwaliteit en het bereikte leerresultaat (materiële benadering)

• Indien BOB: beoordeling van de kwaliteit van (I) de doelstellingen, (II) het onderwijs, (III) beoordeling en toetsing en het gerealiseerd niveau

• Goede implementatie van wet- en regelgeving bevordert de kwaliteit en het behalen van het vereiste resultaat (formele benadering)

• Het eindoordeel over een opleiding wordt het best onderbouwd vanuit de ‘input-thoughput-output’ benadering

5

Bevindingen NVAO met dt en du

• Dezelfde opleidingsduur voor voltijd, deeltijd en duaal vraagt om stevige verantwoording

• Toepassing van deeltijd en duaal nogal eens niet conform de wet

• De werking van concurrency wordt door opleidingen zelden aangetoond

• De toegeschreven studielast aan werkplekleren is vaak te hoog, werkplek zelf niet altijd geschikt

• Maatwerktrajecten voor speciale instroomgroepen vaak niet transparant genoeg

6

Bevindingen NVAO - 2• De bijdrage van werkplekleren aan het realiseren van de

eindkwalificaties onvoldoende navolgbaar, ingezette opdrachten nogal eens te dun

• Echter, de inhoudelijke kwaliteit en het gerealiseerd niveau van deeltijd, duaal en voltijd ontlopen elkaar niet veel

• Verdichting van hbo-ba opleidingen (meer dan 60 EC per studiejaar) gebeurt nu nog alleen in het privaat onderwijs, straks ook in bekostigd met VWO’ers

• De proactieve rol van de examencommissie (Wvb, 2009) krijgt vorm en inhoud, maar soms langzaam

7

Reactie NVAO op ‘Goed Verkort?’

• De NVAO onderschrijft conclusies van de Inspectie• Een degelijke formele onderbouwing van de

opleiding op basis van de eisen van de wet, levert een belangrijke bijdrage aan te realiseren kwaliteit

• NVAO en het accreditatiestelsel blijven wel ten eerste gefocust op de inhoudelijke kwaliteit, het gerealiseerd niveau en het verbeterperspectief

• De volledige reactie van de NVAO is te vinden op www.nvao.net

8

Naar betere borging

• De volle 240 EC is volledig navolgbaar en verantwoord voor elke variant of elk maatwerktraject

• Vrijstellingen alleen op individuele basis en zijn navolgbaar en verantwoord

• Maximaal 60 EC per studiejaar, tenzij een geselecteerde instroomgroep (max. 80 EC per jaar)

• Studielast voor werkplekleren is van aanvaardbare omvang en duidelijk verantwoord

• (pro)actieve rol examencommissie tav. elke variant of elk maatwerktraject

9

Naar betere borging - 2

• NVAO staat in beginsel positief tegenover ‘experimenteerruimte deeltijd hoger onderwijs’

• OCW, Inspectie en NVAO trekken daarin gezamenlijk op

• Het voorgestelde principe van beoordelingskaders als onderwijseenheid onderschrijft de NVAO

• Echter, leerwegonafhankelijkheid vraagt om extra borging van het beoordelingsproces, -criteria en de kwaliteit van assessoren. Dat moet overtuigend zijn

10

Naar betere borging - 3

• Bij voorkeur beoordelingskaders toepassen naast een reguliere variant van de opleiding. Dat biedt een goed referentiekader

11

Slot

• Dank voor uw aandacht!

• Vragen en gesprek

12