02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de...

20
Groe ninga JAA R G A N G 2 7 N O V E M B E R 2 0 1 2 N U M M E R 7 1 V R I E N D E N B U L L E T I N S T I C H T I N G VR I E N D E N VA N D E S TA D G R O N I N G E N

Transcript of 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de...

Page 1: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

G r o e n i n g aJAA R GA N G 2 7N O V E M B E R 2 0 1 2N U M M E R 7 1

VR I E N D E N B U L L E T I N

ST I C H T I N G VR I E N D E N VA N D E STA D GR O N I N G E N

Page 2: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

Colofon

Redactie:Drs. P. J. E. BootsmaIr. T. H. J. SleyferDrs. M. J. A. Vooijs

Lay-outC. Weis, Groningen

Druk:K. Woning, Groningen

Redactieadres:Haddingestraat 24,9711 KD Groningen,050 - 318 16 45

Afbeelding omslag:Nieuwbouw van Nijesteeaan het Damsterdiep. Is het gebouw nual te groot?Foto: Tineke Vooijs

Kopijdatumnummer 72: 15 januari 2013

Kopij aanleveren in Word, foto’s als JPEG,Tiff of EPS.

ISSN 1384-8607

C O LO F O N

G r o e n i n g a

Inhoudsopgave:

Thomas SleyferVan de voorzitter 1

Tineke VooijsHoe beschermend is het bestemmingplan voorBinnenstad Oost? 2

Tineke VooijsWelstand en verder (2) 4

Pieter BootsmaNiek Verdonk, stadbouwmeester van Groningen 6

Pieter BootsmaTom van der Meulen over overheidsplanning 8

Pieter BootsmaHinckaertshuis 9

Pieter BootsmaDe Sint-Jozefkerk, een jubileum 11

Frederieke de JonghMiddeleeuws Groningen komt tot leven 13

Tineke VooijsArcheologie, bouwhistorie en restauratie in de gemeente Groningen 15

Activiteiten 16

Groningana 17

Page 3: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

G R O N I N GA N A

B O E K H A N D E L G O D E R T W A L T E Roude ebbingestraat 53 - 9712 hc groningen - 050-312 25 23 - [email protected] - www. g o d e r t w a l t e r. n l

Joodse Groningers – een mozaïekRené S. de Vries € 27,50René de Vries (1932-) verzamelde twintig jaarlang materiaal over zijn kleurrijke familie enandere joodse Groningers. Hun levensverhalenplaatste hij in een historisch kader. Het boek gaatniet uit van historische analyses, maar schept weleen tijdsbeeld dat zich over drie eeuwen uitstrekt.De hoofdrol is voor 'gewone mensen', en hunleven van alledag. Mét hun sores en successen,het vermogen om te incasseren en opnieuw tebeginnen.

Boeren, burgers, Beijumersdiverse auteurs € 10,00De geschiedenis van de Groningse wijk Beijum,van de eerste bewoners in de prehistorie tot demoderne woonwijk anno 2012. Later dit jaar worden boeken over de wijkenUlgersmaborg en Oosterhoogebrug verwacht.

Gronings etenHans Donderwinkel € 15,00Vol regionale recepten vertelt dit boek over hetkarakter van de eetcultuur, de ke n m e r ke n d eingrediënten en de rijke voedingsindustrie vanGroningen. Met 72 recepten, o.a. poff e rt, zoepenbrij,Groninger koek en spekkendikken.

De WoonschepenhavenAnton Weverink jr € 15,00In 1941 liet de gemeente Groningen alle woon-schepen uit de binnenstad wegslepen. Bestemming was de nieuwe Woonschepenhavenaan het Eemskanaal. Om de orde en rust te handhaven is AntonWeverink, ‘de ouwe’, aangesteld als have n-meester. Dit boek bevat naast de geschiedenisvan de wo o n s c h e p e n h aven en de fa m i l i eWeverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog.

Oude helden & Jonge meestersregie: Buddie Hermans € 15,00Een boeiende documentaire over de ontwikkelingvan de noordelijke figuratieve kunst vanaf 1970tot heden. Wout Muller, Matthijs Röling, Trudy Kramer,Ger Siks en Clary Mastenbroek vormden de FujiArt Association. Samen met Fritzi ten Harmsen van de Beek,C.O.Jellema en Jean Pierre Rawie vormden zijeen groep die in de traditie paste van de klassie-ke kunsten.

Harde grondJonn van Zuthem € 29,95Kerkelijke verhoudingen in Groningen, 1813-1945. Over de verschuivingen in de Groningse kerkelij-ke verhoudingen gaat het in dit boek. Alle betrokkenen, zowel zij die binnen als zij diebuiten het verband van de lange tijd dominanteNHK opereerden, passeren erin de revue. Deel 43 uit de Groninger Historische Reeks.

Bouwjong! woningbouw voor jongerendiverse auteurs € 29,95BouwJong! was de titel van de manifestatie die injanuari 2010 in Groningen van start ging als ant-woord op het groeiende aandeel jongeren in destad en de veranderende vraag naar passendewoonruimte. De resultaten zijn nu door architectuurplatformGras gebundeld in dit boek, waarmee een inten-sieve periode van onderzoek, studies, gesprekkenen ontwerpen wordt afgesloten.Een mooie aanvulling op de nog leverbare boe-ken Nieuw in stad (woningbouw in de gemeenteG ro n i n gen 2006-2010) en Intense Laag b o u w(woningbouw in hoge dichtheden).

Page 4: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

D O N AT E U R W O R D E N

B E S T U U R S S A M E N S T E L L I N G

De Stichting Vrienden van de Stad Groningen,opgericht in 1984, komt op voor de belangen van Groningen als centrumvan Noord-Nederland en als belangrijke historische stad.

De doelstellingen zijn, kort samengevat:

- het helpen uitdragen van een positief beeld van de stad Groningen- het bevorderen van de belangstelling voor de geschiedenis van de stad

Groningen- het bevorderen van de meningsvorming over hedendaagse

ontwikkelingen in de stad vanuit de historische achtergrond- het reageren op deze actuele ontwikkelingen

G r o e n i n g a

18

Bestuurssamenstelling

Drs. P. J. E. BootsmaMr. T. Duursma M. L. HintzbergenMr. drs. J. van der Laan (secretaris/

penningmeester)Prof. dr. P. Nieuwenhuis Ir. T. H. J. Sleyfer (voorzitter)Drs. M. J. A. Vooijs

Hoe wordt u donateur?

U kunt u als donateur van deVrienden van de Stad Groningen opgeven bij onderstaand correspondentieadres

Postbus 2969700 AG Groningen

of via de website:www.vriendenstadgroningen.nl

Bank: 44.73.73

Minimum donatie€ 15,00 per jaar

Page 5: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

1

Laat ik in deze ‘barre tijden’ beginnenmet een goed bericht. We hebben Douwe-Anne Walsma kunnen begroeten als nieuwbestuurslid. Hij vormt een waardevolleaanvulling vanwege zijn achtergrond enzijn grote kennis van en belangstellingvoor de historische waarden van de stad.Binnenkort kunt u meer over hem lezenop onze website.

Jammer dat de Floriade aan de neus vande stad voorbij is gegaan. Het was eenmooi en vernieuwend idee dat door hetgemeentebestuur is ingediend. Maar devraag is of een organisatie als de Floriadewel open staat voor vernieuwing. Uit deeerdere keuzes blijkt dat de organisatieveelal op safe speelt en gaat voor debekende formule op een plek dicht bijbevolkingsconcentraties, die internatio-naal gemakkelijk bereikbaar is.

Ik sprak van ‘barre tijden’. Het Collegevan B en W is uiteengevallen. De tramlijkt het grote struikelblok, maar waar-schijnlijk is er meer aan de hand. Als wede krant mogen geloven is de onderlingecommunicatie al tijden slecht.

Wat u ook vindt van de situatie, het is dui-delijk dat de stad met grote begrotings-problemen zit. Er zijn steeds weer tegen-vallers: de verzelfstandiging van het open-baar onderwijs, de grondvoorraden druk-ken zwaar (terrein suikerfabriek, Meer-stad en Westpoort om maar een paar tenoemen) en het Forum is gestart. Wat ikonbegrijpelijk vind is dat het (gevallen)College van B en W niet al bij haar aan-treden tot het inzicht kwam dat er snelb e l a n g r i j ke keuzes moesten word e ngemaakt. Regeren is immers vooruitzien?

Als dat besef er toen voldoende wasgeweest en er binnen het college goedover was overlegd was het mijns inziensmogelijk geweest om op tijd de bakens bijte stellen. Dan was er ook meer tijdgeweest om alternatieven voor de tram tebekijken. Kennelijk waren de stokpaardjes zobelangrijk dat men niet in staat was overzijn eigen schaduw heen te springen. Nuis het bijna onmogelijk om vóór 2020 nogeen groot project te ontwikkelen en terealiseren met het rijksgeld dat vrijkomtdoor het laten vallen van de tram.Bijkomend negatief effect is dat nu alleplannen stil liggen. Immers, wat wil hetnieuwe college?

Dat de tram wordt afgeschoten past bijons standpunt. De regiotram komt danniet door de binnenstad, hij komt er mis-schien zelfs helemaal niet. Hoewel, deregio en de provincie zijn er niet blij mee.Zij voorzien dat heel veel rijksgeld weernaar Den Haag terugvloeit. Op hetmoment dat ik dit schrijf wil de provincienog een laatste poging wagen de stad teovertuigen. Ik ben benieuwd, politiekkent soms onverwachte wendingen. Komter misschien toch een (gewone) tram?Mij lijkt in ieder geval dat de regiotram,zonder doortrekking door de stad, doorzou moeten gaan om de stad vanuit deregio optimaal bereikbaar te houden.

Het zijn spannende tijden in Groningen.De stad is de economische motor van dehele noordelijke regio en tevens het cul-turele centrum en centrum van weten-schap. Wat er nu bestuurlijk gebeurt, vindik niet passen bij die status. We lijken weleen slecht bestuurd provinciestadje.

TH O M AS SL E Y F E R

Van de voorzitter

Page 6: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

2 TI N E K E VO O I J S

Hoe beschermend is het bestemmingplanvoor Binnenstad Oost?

In het meinummer van dit blad schreef PieterBootsma over het voorontwerp bestemmings-plan Binnenstad Oost. Volgens hem leek hetdat de gemeentebestuur wat meer gewicht isgaan toekennen aan de cultuurhistorischewaarden van onze stad en dat niet alles wordtopgeofferd aan stedelijke dynamiek en veran-dering. Deze indruk was vooral gebaseerd opde beschrijving van de cultuurhistorischewaarden van dit gebied in de Toelichting bijhet bestemmingsplan en de introductie vanenkele “beschermende” instrumenten.

Minder beschermingNu zijn we een half jaar verder en het bestem-mingsplan Binnenstad Oost wordt binnenkortin de gemeenteraad behandeld. Intussen is erwel het een en ander in veranderd in vergelij-king met het voorontwerp en niet in de rich-ting van meer bescherming van cultuurhisto-rische waarden. Beschermende instrumentendie de gemeente in het voorontwerp bestem-mingsplan Binnenstad Oost had ingevoerd,zijn weer ingetrokken, bijvoorbeeld de aan-duiding ‘kap’ op de bestemmingsplankaart enhet vastleggen van de minimale en maximaledakhelling. Dit was een poging van degemeente om wijziging van de bestaande situ-atie door samenvoeging en ophoging van pan-den minder aantrekkelijk te maken. Een alsbeschermend bedoeld instrument dat bijenkele van de meest waardevolle ensembleswordt toegepast, namelijk het vastleggen vande maximale goot- en bouwhoogte op debestemmingsplankaart, is wel gehandhaafd.Maar dit instrument is weinig effectief doorde afwijkingsbevoegdheid van B en W. Deafwijkingsbevoegdheid houdt in dat B en Wbij een omgevingsvergunning kunnen afwij-ken van de bouwregels. Door de afwijkingsbe-voegdheid is onder andere het ophogen vanpanden met 4 m mogelijk boven de goot- enbouwhoogte die op de bestemmingsplankaartals maximum staat aangegeven.

De afwijkingsbevoegdheidHelaas werd ons voorstel niet overgenomen

om in cultuurhistorisch waardevolle delenvan Binnenstad Oost af te zien van de afwij-kingsbevoegdheid van het College van B en W,bijvoorbeeld voor de ensembles van Bouma enSaville die nu onbeschermd zijn. In deHortusbuurt geldt deze afwijkingsbevoegd-heid volgens het nieuwe bestemmingsplanniet in bepaalde delen van dit gebied.Waarom kan dan deze afwijkingsbevoegdheidniet worden afgeschaft voor delen van Bin-nenstad Oost? Door de afwijkingsbevoegd-heid is het mogelijk om een pand met eenmaximale goot-/bouwhoogte van 4/7 op tehogen tot een bouwhoogte van 11 m, met eendakhelling van 90 graden. Daardoor wordt debescherming door het noteren van debestaande hoogtes van een pand op debestemmingsplankaart van nul en generleiwaarde. Het gevolg is aantasting van cultuur-historisch waardevolle bebouwing die degemeente juist wil beschermen. Dat degemeente dat wil, staat in de Toelichting bijhet bestemmingsplan. Maar beschermingmag niet gaan ten koste van de ontwikke-lingsmogelijkheden in de stad, aldus degemeente. Wij zouden dat liever omdraaien.O n t w i k kelingsmogelijkheden in de stadmogen niet ten koste gaan van cultuurhisto-rische waarden. Zoek in de stad plekken opwaar de bebouwing geen cultuurhistorischewaarde heeft en plan daar nieuwbouw van gro-tere architectonische en stedenbouwkundigekwaliteit die past in de bestaande gebouwdecontext. Dan brengen nieuwe ontwikkelingenverbetering van het stadsgezicht.

De korrelgrootteNog een beschermend instrument dat is afge-schaft in het nieuwe bestemmingsplan is dekorrelgrootte (of kavelbreedte), die de breed-te van de panden bepaalt. In het huidige,binnenkort niet meer geldende bestemmings-plan komt een regel voor waarin staat dat“het richtgetal voor de korrelgrootte maxi-maal mag worden verdubbeld of gehalveerd,met dien verstande dat de nieuwe korrel-grootte de bestaande parcellering niet aan-

Page 7: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

tast qua uitstraling.” (BestemmingsplanBinnenstad Oost 2000, regel 6.5.c, p. 44). Inhet nieuwe bestemmingsplan ontbreekt zo’nregel. Dat betekent dat de ko r r e l g ro o t t ewordt vrijgegeven, dat het aantal kavels datkan worden samengevoegd onbeperkt is, ookin het beschermd stadsgezicht van Binnen-stad Oost. De gemeente wil de korrelgroottenu gaan regelen via welstand, maar het is nogniet duidelijk op welke wijze. Welstand beoor-deelt al (de indeling van) de voorgevel bij hetsamenvoegen van korrels en kan dan meteenhet samenvoegen van korrels erbij doen vol-gens de gemeente. Er is echter nog geen wij-ziging van de welstandsnota bekend, waarindeze nieuwe gang van zaken geregeld wordt. In tegenspraak met het afschaffen van de kor-rel in Binnenstad Oost is dat in het be-schermd stadsgezicht van de Binnenstadbinnen de diepenring de korrel juist gehand-haafd blijft als beschermend instrument datdaar uitstekend voldoet. Waarom dan ookniet in het beschermd stadsgezicht vanBinnenstad Oost?

De vloerindexOok de vloerindexw o rdt afgeschaft.Deze kan eenb e s c h e r m e n deffect hebben. Inhet vooro n t w e r pwas deze gehand-haafd in het be-schermd stadsge-zicht van Binnen-stad Oost. Devloerindex maakthet mogelijk omhet bouwvolume

te verdelen over het bouwoppervlak. Wanneer men meer in de diepte bouwt, kanmen aan de voorkant minder hoog bouwen.Omdat in het beschermd stadsgezicht vanBinnenstad Oost bijna alle terreinen voor100% zijn bebouwd, zou de vloerindex daar

een matigendeffect op de hoog-te van de bebou-wing hebben.Door het afschaf-fen van de vloerin-dex kan er in hetbeschermd stads-gezicht vanBinnenstad Oostnu hoger gebouwdworden dan vroe-ger.

Beeldbepalende pandenEn de beeldbepalende panden? Is de aanwij-zing van beeldbepalende panden geen

beschermend instrument? In sommige ste-den is dat wel zo, maar dan zijn er specialebouwregels voor deze panden in het bestem-mingsplan vastgelegd. Dat is in Groningennog niet gebeurd dus hier zijn beeldbepalen-de panden onbeschermd.

Bescherming van binnenruimtenWat wel meer beschermd wordt dan tevorenzijn de binnenruimten, voor zover ze nietreeds zijn volgebouwd. Het volbouwen vanbinnenruimten is voortaan niet meer moge-lijk, doordat er regels komen over het per-centage dat bebouwd mag worden en doordatde hoogte van de bebouwing wordt beperkt.

ConclusieOverziend welke maatregelen er zijn geno-men om de cultuurhistorische waarden vanBinnenstad Oost effectief te beschermen,blijft alleen de regel ter bescherming van debinnenruimten over. In het beschermd stads-gezicht van Binnenstad Oost is de bescher-ming eerder afgenomen dan toegenomenondanks alle toezeggingen over het strengerregiem voor het beschermd stadsgezicht inde binnenstad. Binnenstad Oost hoort sindsde 17de eeuw bij de binnenstad. Het wordttijd dat Binnenstad Oost op gelijke wijzewordt behandeld als andere delen van debinnenstad binnen de omwalling. Verder isopvallend dat er weinig verschil is tussen debescherming van het beschermde en die vanhet onbeschermde deel van Binnenstad Oost.Wel zijn de cultuurhistorische waarden goedgeïnventariseerd, maar wat ontbreekt is eenbeleid waarbij men deze waarden als uit-gangspunt neemt voor verdere ontwikkeling. Neem als voorbeeld de Tuin van Hommes.Deze is geen monument, wel beschermdgroen. Desondanks wordt hier totaal geenaandacht aan besteed, wordt hier hoogbouwomheen gepland zodat deze tuin ten dode isopgeschreven. Een kans voor verfraaiing vande omgeving wordt doodgepland. Te hoge bebouwing binnen het beschermdstadsgezicht zoals gepland op de hoek vanhet Damsterdiep en de Nieuweweg en hetplan voor de hoek Oostersingel/Nieuwewegzijn in strijd met de bedoeling van hetbeschermd stadsgezicht, zoals de welstands-commissie al in het Jaarverslag van 2009heeft gesteld.

Onze conclusie is dan ook: het bestemmings-plan Binnenstad Oost is vooral het resultaatvan de wens om ontwikkelingen in de stadmogelijk te maken. Er is daarbij misschien wel nagedacht overhoe men de cultuurhistorische waarden zoukunnen beschermen, maar dit leidde niet toteffectieve beschermende regels in het nieuwebestemmingsplan.

OntwerpOostersingel/Nieuwewegvan het deel aan deOostersingel.

OntwerpOostersingel/Nieuwewegvan het deel aan deNieuweweg

3

Page 8: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

4 TI N E K E VO O I J S

De bescherming van de cultuurhistorische waarden van de binnenstad van Groningen

In het in het Vriendenbulletin van mei voor-komende artikel Welstand en verder is de col-legebrief die eind februari verscheen bespro-ken waarin wordt nagegaan hoe op korte ter-mijn de cultuurhistorische waarden van debinnenstad beter kunnen worden beschermd.De bestemmingsplannen voor de binnenstadzijn nog in wording (de definitieve vaststel-ling van het plan voor Binnenstad Oost, deeerste van de drie binnenstadsplannen, wordtopgehouden door de bestuurscrisis in destad) en ondertussen kan er maar raakgebouwd worden onder het regiem van deruimtegevende bestemmingsplannen die destad er nu op na houdt.

De maatregelen die in de brief van februariworden genoemd zijn dat in de bestem-mingsplannen het gemeentebestuur aan debebouwing nadere eisen kan stellen en dat inde welstandsnota strengere toetsingscriteriaworden opgenomen, een wijziging die dus opkorte termijn zou kunnen. Over de korte ter-mijn gesproken, er ligt nu (7 maanden na deaankondiging) een voorstel dat de Raad nogmoet behandelen.

De nadere eisenIn het voorgestelde bestemmingsplan voorBinnenstad Oost kan men inderdaad een pas-sage over de nadere eisen aantreffen. Voorhet beschermd stadsgezicht van BinnenstadOost worden de nadere eisen als volgt gefor-muleerd (zie het plan regel 12 lid 12.2)

B u rgemeester en wethouders kunnen nadereeisen stellen aan de hoeveelheid, de plaats en deafmetingen van de bebouwing, ten behoeve vanhet behoud ( en herstel) van de ruimtelijke karak-teristiek van het gebied, zoals beschreven in lid12.1

De nadere eisen gelden dus niet voor het helegebied van Binnenstad Oost maar alleen voordat deel dat tot beschermd stadsgezicht isv e r k l a a rd. Dat is het gebied langs het

Schuitendiep en de Turfsingel, het gebiedtussen Achterom en het Damsterdiep en hetgebied langs de zuidzijde van het Damster-diep en langs het Voormalig Klein Poortje.Het beleid zoals aangekondigd in de college-brief van februari zou betrekking hebben opde hele binnenstad binnen de 17e eeuwseomwalling, aldus de wethouder, maar datblijkt dus niet het geval. Het stuk vanBinnenstad Oost dat wel binnen de 17e eeuw-se omwalling valt, maar niet tot het be-schermd stadsgezicht behoort, valt er bui-ten.

De toetsingscriteria uit de welstandsnotaDe wijziging die wordt voorgesteld heeftbetrekking op p. 49 van de Welstandsnota2008. Na de tweede alinea wordt toegevoegd:

Binnen het Beschermd Stadsgezicht (gebied 8Historische Binnenstad) voldoet een bouwplanaan redelijke eisen van welstand wanneer heta) zich in schaal, maat, architectonischeexpressie, detaillering, materialisering en kleurge-bruik voegt in en naar de bestaande ruimtelijkeeigenschappen van de directe context van de aan-liggende bebouwing dan wel de verkavelingskwa-liteiten van het bouwblok of van de straat waarinof waaraan het gesitueerd is ofb) van bovengemiddelde arc h i t e c t o n i s c h -stedenbouwkundige kwaliteit is ofc) voldoet aan een door de gemeente vast-gesteld beeldkwaliteitsplan.

Op deze formuleringen valt het nodige af tedingen.Wat lid a betreft wordt de werking tenietgedaan door het gebruik van de term danwel aan het eind van de tweede regel. Determ impliceert dat er bij de welstandsbeoor-deling of naar de inpassing in de gebouwdecontext van de bebouwing wordt gekeken ofnaar de inpassing in de verkaveling. Dus alshet gebouw maar past binnen de verkavelinghoeft het niet in de gebouwde context te pas-sen en ook niet van bovengemiddelde archi-

Page 9: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

5 tectonisch-stedenbouwlundige kwaliteit tezijn, en als het gebouw binnen de gebouwdecontext past mag het best de rooilijnen over-schrijden. We kunnen ons niet voorstellendat dit de bedoeling van de wethouder is. Ditleidt tot chaos in de Groningse binnenstad.Het bezwaar kan gemakkelijk worden onder-vangen door in plaats van dan wel het woorden te gebruiken.

De leden b en c bieden ons inziens teveelruimte aan het bouwen in afwijking van decontext. Niet wordt beschreven wat de boven-gemiddelde architectonisch-stedenbouwkun-dige kwaliteit inhoudt. Aan welke criteriamoeten de ontwerpen voldoen? Is het zichvoegen naar de context niet juist een criteri-um waaraan een gebouw van architectonisch-stedenbouwkundige kwaliteit moet voldoen?In hoeverre komt er een strengere beoorde-ling dan in het verleden: de formuleringonder b biedt geen enkele garantie. Bij c ont-breken de criteria waaraan het beeldkwali-teitsplan moet voldoen.

Kortom, de regels zijn te vaag en bovendienpolyinterpretabel en ze zullen onvrede bijburgers en opdrachtgevers veroorzaken door-dat de beslissingen die de ambtenaren zullennemen op basis van deze regels als willekeu-rige beslissingen zullen worden erv a r e n .

Strenge regels zijn duidelijke regels. Het beste zal zijn de leden b en c weg telaten. Of in ieder geval, wil men ze tochhandhaven, met duidelijke criteria aan te vul-len.

Al met al zijn de voorstellen teleurstellend.De cultuurhistorische waarden van de bin-nenstad vergen nog steeds een beterebescherming dan de nu voorliggende regelsbieden.

De historische binnenstad en hetbeschermde stadsgezicht.Er valt ons nog iets merkwaardigs op in devoorstellen. De geografische kaders verschil-len bij de voorstellen. Bij de toetsingscriteriavoor de welstand wordt het begrip histori-sche binnenstad gehanteerd. Dat is het stads-gebied binnen de 17de-eeuwse wallen. Maarbij de nadere eisen van de bestemmingsplan-nen gelden deze uitsluitend voor debeschermde stadsgezichten van de binnen-stad. Met andere woorden een deel van deBinnenstad Oost valt bij de nadere eisen bui-ten de prijzen zoals we hiervoor ook alopmerkten. Is dit een omissie?Als de wethouder de onderscheidende kaderswil handhaven valt het in ieder geval aan tebevelen het gebied dat het zonder de nadereeisen moet stellen te voorzien van gebiedscri-

teria 1) zoals deze ook geldenin andere gebieden van de stadmet een vergelijkbare kwaliteitvan bebouwing. Want de en-sembles van bebouwing uit heteind van de 19e eeuw, de fraaieensembles van S.J. Bouma uitde jaren dertig, hoogtepunt vanvolkshuisvesting, en het ensem-ble van de architect Saville ver-dienen dat ten volle.

1) Gebiedscriteria: een gebied-stype vertoont samenhang in deverschijningsvorm van de be-bouwing, in de stedenbouwkun-dige opzet of in het landschap.Er kunnen welstandscriteria inde welstandsnota worden opge-nomen om die samenhang te instand te houden, bijvoorbeeldover de dakhelling, over devorm en plaats van dakkapel-len, materiaalgebruik, kleur,maat en schaal van de gevelin-deling. Deze criteria zijn inBinnenstad Oost van belangvoor het behoud van de archi-tectonische eenheid van en-sembles zoals de ensembles vanSaville en Bouma en de 19de-eeuwse ensembles.

P. 49 van de welstandsat-las, onderdeel van deWelstandsnota 2008

Page 10: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

6 PI E T E R BO O T S M A

Niek Verdonk, stadsbouwmeester van Groningen

“Groningen had een enorme naam bij ons op de TH te Eindhoven. Dat kwamdoor de Doelstellingennota uit 1976 die Max van den Berg als jong wethouderpubliceerde. Geen grootschalige complexen of grote verkeersdoorbraken meerin de stad. De stad was meer dan alleen verkeer, kantoren en warenhuizen. Denota stond voor een herbergzame stad, een stad waar mensen elkaar tegenkwa-men en ontmoetten, kortom een stad van de menselijke maat”.

Ik praat met ir. Niek Verdonk, Stadsbouw-meester van onze stad die gepassioneerdvertelt van Groningse beleid op het gebiedvan de inrichting van de stad. Hij studeer-de in de jaren ‘70 voor bouwkundig inge-nieur te Eindhoven. Ve rdonk: “Nerg e n swerd zo vroegtijdig en systematisch in destedenbouw de weg ingeslagen die moestleiden tot een stad van de menselijke maatals in Groningen. We hadden een speciaalcollegedictaat op de hogeschool dat alleenmaar over Groningen ging. Ik ben mijnprofessionele loopbaan in Utrecht begon-nen. Toen kwam er een vacature langs voorGroningen. Als me dat nou zou mogenoverkomen, dacht ik. Ik ben toen nog doorMax van den Berg aangenomen. Maar hijvertrok en mijn eerste werkdag viel samenmet die van zijn opvolger Ypke Gietema.Groningen was het Mekka van de stadsver-nieuwing. We kregen hier excursies vanarchitecten langs uit de hele wereld. DieDoelstellin-gennota is tot op de dag van van-daag leidend in onze stad. In de jaren ’90heeft Gietema een grote prijs gekregen, deM a a s k a n t p r i j s. Bij die gelegenheid ver-scheen een boekje met als titel Omslag.Maar volgens mij was de omslag al opge-treden toen Gietema de teugels overnam.”

Goudappel“Goudappel was in Groningen de groteman van de plannen voor grootscheepseverkeersdoorbraken in de binnenstad. Toenik hem leerde kennen- ik ben notabene bijhem afgestudeerd- was hij al “bekeerd”! We

hebben onlangs een maquette ontdekt diede geplande grote verkeersdoorbraken laatzien. Die maquette gaan we tentoonstel-len. Het roept een heel goed beeld op vanhet beleid van toen. Om het beleid uit tevoeren had het gemeentebestuur al zo’n2000 tot 3000 woningen aangekocht. Daarmoest wat mee gebeuren toen Goudappelniet doorging. Mijn eerste grote klus wasde zogeheten Operatie Binnenstad II. Eenaantal van deze woningen was in zo’nslechte staat geraakt dat ze niet meer kon-den worden gerenoveerd. In deze operatiewerden 153 woningen op ca. 30 locatiesvervangen. De Laan achter de Harmoniewas zo’n locatie. De plannen kwamen vancirca twaalf architecten. Dat paste primain het verhaal van Van den Berg: contextu-eel, kleinschalig en aansluiten bij de hoog-te van de stad.“

Redelijke beschermingMaar hoe zit het dan met die ruimtegeven-de bestemmingsplannen van het afgelopendecennium, vraag ik. Past dat wel bij hetverhaal over Van den Berg? Verdonk: “Destad heeft maar één grote verkeersdoor-braak gekend, namelijk bij de kop van deOosterpoort. Voor de rest is de goddelijkmooie plattegrond van onze stad bewaard.Met prachtige stille plekken als hetMartinikerkhof, midden in de stad! Naastde plattegrond is de stereometrie vanbelang, dus de hoogte en de architectuur,hoe het er uitziet. Wat de hoogte betreft,ons uitgangspunt is dat de bebouwing aan

Page 11: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

7 de singels en de pleinen en de hoofdtoe-gangswegen hoger mag dan wat er nustaat. En ook van de andere straten kun jeniet zeggen dat we de panden beschermenop de 17de-eeuwse en middeleeuwse hoog-te. Groningen moet geen Brugge worden.De stad moet ook dingen mogelijk maken.Al met al vind ik dat we redelijk bescher-men. Maar ik geef toe, er zijn wel een aan-tal ongelukken gebeurd maar dat zijn weaan het repareren”

De compacte stad“We hebben dus niet voor het intensieveautoverkeer in de stad gekozen. Dat hadtot gevolg dat we de stad werden van hetfietsverkeer en van het openbaar vervoer.En dat leidde onder wethouder Gietematot het beleid van de compacte stad waar-voor we in de bestemmingsplannen ruimtemoesten geven om zoveel als mogelijk allestedelijke functies in de stad een plaats tegeven, zoals aan het ziekenhuis, de recht-bank en de universiteit. Qua architectuuris dit niet altijd goed uitgepakt. Op dehoek van Oude Boteringestraat en Noor-derhaven bijvoorbeeld is dat wel wat uit dehand gelopen. Toch vind ik dat er nietzoveel excessen zijn geweest. Neem nu hetZuiderdiep. Het profiel van de straat is zobreed dat je hier kunt intensiveren enhoger kunt gaan bouwen.”

StudentenhuisvestingAls ik over het vandaag de dag nogal bela-den onderwerp van de studentenhuis-vesting begin, beklemtoont Verdonk debetekenis van al die jongelui voor de stad:“Zonder die 35 000 studenten die hierwonen was Groningen niet anders dan aldie andere steden in het land van vergelijk-bare omvang. We moeten ze koesteren. Wehebben geen campus en bijna geen stu-dentenflats. Het is een groot goed al diestudenten in de stad. Maar hun aantal gaathet laadvermogen van de wijken zo langza-merhand soms wel te boven. Vandaar onzeBouwjong-plannen die aan de rand van debinnenstad zullen worden gerealiseerd .Deze huisvesting moet op de woningmarktde concurrentie aangaan met de huisjes-melkers en de speculanten de wind uit dezeilen gaan nemen. Per slot moeten de stu-denten de stad niet overnemen. We moe-ten ook aantrekkelijk blijven voor gezin-nen met kinderen.Ik woon zelf temidden van studenten en iksla ook om half een op de muur of het nietminder kan. Maar in de stad moet je metelkaar leven en verdraagzaam zijn. Datgeldt evenzeer ten aanzien van de prostitu-

tie en de druggebruikers. We zijn per slotde enige stad boven Zwolle!”

Weerstanden“Onze mensen moeten soms de volkswoe-de trotseren als ze op een bijeenkomst metde inwoners een plan moeten toelichten.Maar ik begrijp het wel. De mensen voelenzich dan machteloos. Ik zou het ook nietfijn vinden als voor mijn deur een flatgebouwd wordt. Achter mijn tuin is eenhuis opgeplust met een vierde verdieping.Dan ervaar je de intensivering van de stadniet altijd als prettig. Maar de intensive-ring als beleid gaat vóór het individuelebelang. Dat beleid wil voorkomen dat men-sen naar Winsum en andere gemeenten inde omgeving wegtrekken. Neem de wijkVinkhuizen. Hier is erg geïntensiveerdwaardoor bij menigeen zonlicht werd weg-gehaald. In de buurt van het vernieuwdewinkelcentrum zijn hoge gebouwen opge-schoten. Maar we hebben voor betaalbarewoningen gezorgd. En we hebben de wijkmede hiermee gered. Ik kreeg notabenelaatst een fles wijn op het wijkoverleg! Ikben ontzettend gelukkig met een collegeen een gemeenteraad die voor de intensestad heeft gekozen en aan dit uitgangs-punt bij de belangenafweging weet vast tehouden”.

Grote MarktNadat we in ons gesprek enkele ingrepenin de stad hebben gewaard e e rd (zo isVerdonk niet gelukkig met de situering vanhet gebouw van Academie Minerva op hetZuiderdiep waardoor het perspectief vanhet “open” Gedempte Zuiderdiep is wegge-haald -een provocatie van Max van denBerg persoonlijk- en hij het nieuwe kan-toor van Nijestee op het Damsterdiep tehoog gebouwd vindt) komen we onvermij-delijk uit bij de Grote Markt. Verdonk: ”Bijde herbouw in de jaren vijftig na de ver-woesting van 1945 lijkt het vooruitgangs-geloof in de stad heel sterk te zijn geweest.Er zijn overeenkomstig de inzichten vandie tijd grote panden gebouwd. Maar dezeoplossing is niet in de harten van deGroningers gaan zitten. Je kunt niet straf-feloos iets bouwen dat kennelijk niet past. Dat wordt “afgestoten”. De oostwand ver-plaatsen we nu waardoor de Grote Marktintiemer wordt en de serie pleinen vanwest naar oost wordt voortgezet met deNieuwe Markt. En aan de oostwand komen nieuwe, moder-ne gebouwen maar met een klassieke uit-straling, gebouwd met de thema’s uit hetverleden”.

Page 12: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

8 PI E T E R BO O T S M A

Tom van der Meulen

“De baan die ik nuheb vind ik de leuk-ste” zegt Tom van derMeulen. “Toen ik bijde provincies Zeelanden Friesland werktemoest je eigenlijkzeggen wat de provin-ciale besturen zeidenmaar nu ik collegegeef aan een stelletjeg e o g r a f i e s t u d e n t e nkan ik zeggen wat iker zelf van vind”.

Van der Meulen groeide op in Friesland. Na zijn middelbare schooltijd vertrok hij naarAmsterdam om aan de VU sociale geografie testuderen. “Ik koos als hoofdvak stadsgeografie-planologie. Na mijn studie kon ik als onder-zoeksplanoloog aan het werk bij de ProvincialePlanologische Dienst (de P.P.D.) van Zeeland.Het is tenslotte dertien jaar Middelburg gewor-den. Daar heb ik de spanning leren ervaren tus-sen een “technische dienst” als de P.P.D. en eenbeleidsdienst bij de overheid“

De positie van de onderzoeker”Na Middelburg werd het Leeuwarden.Het was de tijd dat de P.P.D.’s verdwenen. Ikwerd coördinator planologisch onderzoek bijde afdeling Onderzoek die in Friesland ont-stond door de samenvoeging van de onder-zoeksactiviteiten van de P.P.D., het welzijnsor-gaan en het Economisch Te c h n o l o g i s c hInstituut Friesland. Op aandrang van de FrieseProvinciale Staten werd een statuut ontworpendat de onafhankelijke positie van het onder-zoek ten opzichte van het beleid moest garan-deren. In theorie was dat prachtig maar depraktijk was toch een wat andere. Als we evalu-atief onderzoek deden naar het gevoerde beleidkregen we te horen dat we te kritisch en telastig waren. Echt onafhankelijk onderzoek iseen verre van eenvoudige zaak. Dat geldt ookals je met de onderzoeksopdrachten naar bui-ten gaat. De onafhankelijke onderzoeksbure-aus neigen er toe tegemoet te komen aan deverwachtingen die de opdrachtgever ten aan-zien van zijn beleid heeft. De schoorsteen moetwel blijven roken.Wat in Friesland gevoelig lag was het onder-zoek naar het kleine-dorpen-beleid. Frieslandtelt 400 dorpen en het idee leeft dat de kleinedorpen horen bij de Friese identiteit. Als jedaar aan kwam was Leiden in last.’’

Proefschrift“Tenslotte ben ik in het onderwijs terechtgekomen. Ik ben als vervanger van enkele ziekecollega’s aan de Rijksuniversiteit Groningenbegonnen. Ondanks handicaps als mijn leef-tijd, mijn geslacht en mijn niet gepromoveerdestatus kreeg ik een vaste aanstelling bij deafdeling Planologie van de faculteit derRuimtelijke wetenschappen. Aan mijn promotieonderzoek ben ik in 2002begonnen en daar ben ik heel wat jaren mee

onderweg geweest. Planning tegen beter wetenin heet het boek. Ik heb de tegenwoordige aan-pak in de planologie afgezet tegen de klassiekeplanologische opvatting. Tegenwoordig zijn degemaakte keuzes niet afgewogen maar passendin een discours zoals men dat noemt. Als pla-noloog ben je tegenwoordig waarnemer.Processen en afwegingen worden waargeno-men en beschreven en niet per definitie opzich zelf kritisch bekeken. Heel belangrijk isdat je draagvlak constateert. Als er draagvlak iszijn alle beleidskeuzes bijna bij voorbaat gele-gitimeerd.In de klassieke opvatting is planning een zaakvan het maken van bewuste keuzes die bij voor-keur goed worden afgewogen. Daarmee ben jeals planoloog deelnemer, intervenieerder inhet proces. In mijn dissertatie houd ik een plei-dooi voor de klassieke opvatting. Plannings-processen moeten het product zijn van ratio-nele keuzes, ook al weet ik dat je dat nooithelemaal tot het einde kunt volhouden. Er zit-ten altijd irrationele kanten aan al was hetalleen al omdat je kind van je tijd bent.”

Verzwakking van het draagvlakAls ik Van der Meulen vraag hoe het toch komtdat bij allerlei grote projecten waarvan de voor-bereiding vaak jaren vergt het draagvlak onderde bevolking kleiner wordt, zoals dat inGroningen met het Forum en de regiotram hetgeval is, laat hij mij een bladzijde uit zijn boekzien. Een grafiek toont een paar snijdende lij-nen die in een oogopslag de lezer duidelijkmaken dat naarmate het plan verder concreti-seert de inspraakbehoefte toeneemt. En danzijn er in het proces al allerlei beslissingengevallen. Van der Meulen: “Dat heet hetCollingridgedilemma. Het draagvlak vermindertals de burger scherper voor de bril krijgt wat erprecies gaat gebeuren, met name als datanders is dan hij het zich heeft voorgesteld.Neem bijvoorbeeld het beeldkwaliteitplan vande nieuwe Oostwand van de Grote Markt. Datis een abstractie waar de burger niks van vindt.Het wordt anders als het concrete ontwerpvoor een gebouw van de Oostwand op tafelkomt. Hoe kijk je als eenvoudig burger tegenhet planningsproces dat de overheden onder-nemen aan, daarover wil ik het op 20 novemberhebben als ik voor de Vrienden van de Stadspreek. Zaken als de regiotram, Meerstad en deOostwand zal ik zeker de revue laten passeren”.

Op dinsdag 20 novemberaanstaande spreekt pla-noloog dr. Tom van derMeulen ’s avonds om 8uur in het Heere n h u i saan de Spilsluizen overhet onderwerp “Over-heids-planning, je kunt jeer niet aan onttrekken”. Hij zal zijn stellingnamesmet voorbeelden uit deG roningse praktijk toe-lichten. Voor de redactie alle aan-leiding hem te intervie-wen en bij de Vrienden teintroduceren.

Page 13: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

9 PI E T E R BO O T S M A

Hinckaertshuis

Ze wonen sinds 1986 in het Hinckaerts-huis, in de Oude Kijk in ’t Jatstraat, hethuis met de hoge stoep. Barneveld, vanberoep restauratiearchitect, vraagt zich

af of het van oorsprong middeleeuwsehuis in het begin al woonhuis was. Hijtypeert het als een pakhuis, een handels-huis waarin pas in tweede instantie men-sen zijn gaan wonen. Dat de woonverdie-ping met de ingangsdeur zo hoog bovenhet straatniveau ligt, is wel typischmiddeleeuws. Het steenhuis was daar-door beter verdedigbaar. Boven in hethuis zitten voor en achter nog een paarschietgaten in de muur. “Nou ja, zo noe-men ze dat. Ik noem het inspectiegaten.Je kon door de smalle gaten die tapsge-wijs toelopen in ieder geval de omgevingwaarnemen”, zegt Barneveld.

OuderdomBarneveld: “Stadsarcheoloog Kortekaasdenkt dat de kavels in dit gebied oor-spronkelijk hebben doorgelopen vanaf depanden die aan de Boteringestraat ston-den tot de Hoge der A. Vervolgens ont-stonden kloostercomplexen, achter dehuizen van de Boteringestraat gelegen,en pas toen kwam daar weer achter, inderde positie, ons huis. De aanleg van deOude Kijk in’t Jatstraat was het sluitstukvan de ontwikkeling. De kap is gebouwd van hout van detamme kastanje. Dat is heel bijzonderwant dat komt zover wij weten nergensanders voor. Dat betekende een date-ringsprobleem want er was dus geendendrologische vergelijkingsbasis.Gelukkig hebben we in de kap ook stuk-jes eikenhout ontdekt waardoor er toch

Binnenkort verschijnt hetboek “Hinckaertshuis, ze-ven eeuwen bouwhistorieen bewonersgeschiedenis”.Ter gelegenheid daarv a nhad ik onlangs een gesprekmet de bewoners. Zij namen het initiatief totde uitgave van het boek.

“Hoe haal je het in je hoofd zei mevrouw Overdiep toen we hier in 1986 gingenwonen. Je komt er krom weer uit. Maar ik beschouw het nog steeds als eengeschenk, wonen in een huis met een verhaal”, zegt mevrouw Barneveld als ikhaar en haar man vraag hoe het is om in een van de oudste huizen van de stadte wonen.

Portret van Willemien Hinckaert

Page 14: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

10 kon worden gedateerd. Omstreeks hetjaar 1290 moet het huis zijn gebouwd. In1450 is het zijhuis waarvan de nok even-wijdig aan de straat loopt, gebouwd entenslotte dateert het achterhuis van1477.” Naast dit complex is het Mep-schen gasthuis gesticht. Op de gevelwordt de stichtingsdatum vermeld, 24september 1479. Dertien dames kondenhier terecht die door de stichting voor-zien werden van turf, bier en haring. Inde stichtingsacte is vastgelegd dat debewoner van het Hinckaertshuis deel uitkan maken van de voogdij.”

BoekBij de restauratie van het huis zijnBarneveld en zijn vrouw gaan nadenkenover het schrijven van een boek over hethuis. Dat bleek een gigantische klus.Mevrouw Barneveld : “Er is wel drie keeraan begonnen. Tijdens de restauratie vanhet huis is een nauwkeurig restauratie-dagboek bijgehouden waarin beschrevenwerd wat bij het werk aangetroffen is. Opeen open monumentendag kwamen weeen publicist tegen die verklaarde wel zinte hebben in het schrijven van een boekover het huis. We zijn toen mensen bijelkaar gaan zoeken die van- uit hun vak-gebied een bijdrage zouden kunnen leve-ren aan de publicatie. We hadden zoietsvan nou moet het gebeuren. Anderskomt het er misschien niet meer van.”

Barneveld: “De gemeente heeft het pro-ject zeer gesteund door bouwhistoricusTaco Tel een uitgebreid bouwhistorischonderzoek te laten doen. De gemeentestelde hem in de gelegenheid er de nodi-ge tijd aan te besteden. We hebben uit-eindelijk zeven schrijvers om de tafelgekregen. Er is heel veel vergaderd enlekker gegeten. Het resultaat was eenkruisbestuiving tussen bouwhistorici,een kunsthistorica en gewone historici.Zo konden we bepaalde ingrepen in hethuis beter dateren doordat bij het histo-risch onderzoek werd vastgesteld wan-neer bewoners trouwden of nieuwe bewo-ners het pand betrokken. Dat waren demomenten waarop er verbouwd werd.”Het boek is nu praktisch klaar en zalmedio november verschijnen. 1)

BewonersBij het verschijnen zal ook een kleinetentoonstelling over de bewoners worden

g e o rg a n i s e e rd in het tegenover hetHinckaertshuis gelegen Universiteitsmu-seum. Barneveld: “Er hebben nogal watprofessoren in het huis gewoond, van-daar. Het boek is heel breed van onder-werp, veel breder dan alleen de bouw-historie.” In ons gesprek passeren velenamen de revue. Siert de Mepsche enOtto ter Hansouwe zijn de oudst beken-de bewoners. Ze wonen hier in de 15deeeuw. Dat betekent dat er geen namenbekend zijn van de bewoners van de eer-ste 150 jaar. Het huis is genoemd naar defamilie Hinckaert die hier omstreeks1600 resideerde. Adriaen Hinckaert waseen vooraanstaande medewerker van deb e kende stadhouder De Robles, eenkleinzoon van hem, Adriaen Clant,behoort tot de ondertekenaars van devrede van Munster. De hoogleraar in demedicijnen ’s Graeuwen heeft in het huisbijzondere sporen nagelaten. Ik wordnaar de achterkamer van het huis geleidom naar het behang te kijken dat naar demode van de tijd waarin ’s Graeuwenleefde beschilderd is met allerlei decora-ties ontleend aan Pompei dat net werdopgegraven. Kunsthistorica mevro u wRoggen is er in geslaagd de herkomst vande decoraties uit modellenboeken teachterhalen. En eveneens de herkomstvan een tweetal op het behang geschil-derde portretten. Het ene portret is gete-kend naar het portret van Boerhaave opzijn epitaaf in de Pieterskerk te Leiden,het andere is een grafvaas van Vondel,twee mannen die hij zeer moet hebbenbewonderd.

In de 19e eeuw komt de familie StarNuman het huis bewonen. Mevro u wHeldring-Star Numan bewoonde het huistot ze in hoge ouderdom omstreeks 1980overleed. Het huis is toen verkocht aande monumentenmakelaar Oosterhof uitDen Haag. Barneveld: “Wij raakten alsa rchitectenbureau bij de restauratiebetrokken en op een gegeven momentzei Oosterhof: “Jullie moeten er maargaan wonen. En dat doen we nu al 26 jaarmet heel veel genoegen.”

1) De titel is Het Hinckaertshuis - zeven eeu-wen bouwhistorie en zijn bewoners.De tentoonstelling Achter de gevel, grepen uitde geschiedenis van het Hinckaertshuis is tezien vanaf 16 november.

Page 15: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

11 PI E T E R BO O T S M A

De Sint-Jozefkerk, een jubileum

Op 11 maart 1874 valt in de Tweede Kamer een belangrijk besluit. Ons natio-nale militaire concept wordt herzien. De vestingsteden zullen hun vesting gaanverliezen. De ervaringen van de Frans-Duitse oorlog ( 1870-1871) dragen sterkbij aan dit besluit. Groningen steekt de vlag uit. De stad kan gaan uitbreidenover het omliggende gebied. Nog steeds bevindt zich in de oude raadszaal vanhet stadhuis een door O. Eerelman geschilderd vreugdebetoon over dit besluit.

Voor het aanzien van de stad zijn de gevolgeningrijpend. Het bolwerk, al honderden jarenoord van verpozing voor zovele stadjers op hunvrije zondagmiddag, verdwijnt. Alleen denoordwestelijke dwingers zullen in een stads-park worden veranderd, het Noorderplantsoen.Aan de zuidkant wordt ruimte gemaakt voorde bouw van woningen voor de aanzienlijkeburgerij. En de rooms-katholieken verwerveneen terrein op wat nu heet de hoek van deVerlengde Oosterstraat en de Radesingel. Dekerk moet de vele arme en onbemiddeldebewoners van den omtrek, voor zover katho-liek, de gelegenheid bieden hun godsdienst-plichten te vervullen. Daarbij wordt dangedacht aan de zich ontwikkelende Ooster-poortwijk, aan de overzijde van het Verbin-dingskanaal gelegen. Het bouwterrein blijktniet helemaal zonder probleem. Om de kostente drukken zal de parochie het grondwerk ineigen beheer uitvoeren. Men verwacht de vastezandlaag op 2 à 3 meter diepte te vinden waar-op dan het fundament kan worden aange-bracht. Maar bij de koorgevel aan de kant vande Rademarkt blijkt, dat veel dieper moet wor-den gespit om bij de zandlaag te komen. Bij defrontgevel en de toren aan de zuidkant moetstevig geheid want hier bevindt zich de oevervan de pas gedempte stadsgracht Een lelijketegenvaller, met name financieel.

De katholieken en de stadDe Sint-Jozefkerk wordt op 25 mei 1887 inge-wijd en is daarmee 125 jaar oud. Ter gelegen-heid van dit jubileum is een prachtig uitgege-ven monografie met een beschrijvend karakterover de kerk verschenen. In het eerste hoofdstuk komt de geschiedenisvan de katholieken in de stad aan de orde. Als

in 1594 de beide stadhouders Maurits enWillem Lodewijk de stad veroveren en onderde Unie van Utrecht brengen, is het gedaanmet de katholieke dominantie. Ze raken hunkerken kwijt aan de gereformeerde kerkge-meente en moeten zich tevreden stellen metkleine huiskerken die onopvallend via steegjeste bereiken zijn. De oudste statie is van 1608in de Guldenstraat, waar nu boekhandelSelexyz is gevestigd. Wanneer ze de statie in1836 verlaten omdat de Broerkerk tegenoverde Academie hen door de overheid wordt toe-gewezen, wordt deze het huis van ds Hendrikde Cock en zijn Afgescheiden gemeente. Wiehad gedacht dat de onderdrukte katholiekenin de 17de en 18e eeuw vreedzaam zoudensamenleven heeft het mis, zo blijkt. Gaan detwisten bij de calvinisten over de rechte leer,bij de katholieken gaat de strijd tussen deregulieren (de geestelijken die tot een ordebehoren) en de seculieren (de wereldheren)en wel over de “klandizie” van de bemindegelovigen. Zo trekt tot chagrijn van de wereld-heren de Jezuïetenstatie achter de Hoge derA, gesticht in 1630, de rijke katholieken. Dezorg voor de armen die per statie wordt gere-geld is voor deze statie veel minder een pro-bleem dan bij de armere staties het geval is. Als de katholieke gelijkberechtiging in de 19eeeuw tot stand komt en de katholieke emanci-patie losbreekt, komt aan het eind van de 19eeeuw een indrukwekkend bouwprogramma vanmonumentale kerken tot stand in Groningen.Gereed komen in 1887 de Sint-Jozefkerk, nogin hetzelfde jaar de Pa t e r s kerk van deJezuïeten aan de Gelkingestraat, in 1895 deSint-Martinuskerk ter vervanging van de noguit de Middeleeuwen stammende Broerkerkaan het Academieplein en in 1913 de Heilig

Page 16: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

12 Hartkerk aan de Moesstraat. De man die, metuitzondering van de Pa t e r s kerk, voor hetkatholieke bouwprogramma verantwoordelijkis, is de pastoor Elsen die er goed in slaagt derijke katholieke inwoners van de stad totruime donaties in de vorm van giften en lega-ten te bewegen. Overigens is het nog steedsgeen koek en ei tussen de Jezuïeten en dewereldheren. De pastoor ziet de kerkbouw vande Jezuïeten met lede ogen aan en moet allesop alles zetten om zijn Sint-Jozefkerk eerdergereed te hebben dan de Paterskerk. Hij wintmet een neuslengte en kan de parochianendus al eerder laten wennen aan de gang naarzijn kerk.

Het kerkgebouwDe eisen die aan de te bouwen Sint-Jozefkerkworden gesteld zijn, dat het een eenvoudig ensolide gebouw moet worden met een duizend-tal zitplaatsen. En men koestert de ambitiedat de kerk de verfraaiing der stad zeer bevor-dert. De man die hiervoor moet zorgen is P.J.HCuypers (1829-1921), befaamd architect vanhet Rijksmuseum en van het Centraal Stationte Amsterdam en van tal van rooms-katholiekekerken. Het ontwerp laat een driebeukige kerkzien zonder transept. Prototype is de middel-eeuwse Broederenkerk te Zutphen. De hogeluchtbogen boven de daken van de zijbeukendie dienen om de druk van het middenschip-gewelf af te leiden, tref je zowel aan bij de kerkin Zutphen als in Groningen. Een bijzondermooie toevoeging aan de kerk is de zeskanti-ge, ranke, ijle toren

Een katholiek programmaDe huidige plebaan van de Sint-Jozef kathe-draal (de kerk is sinds 1980 kathedrale kerkvan het bisdom), tevens pastoor van de paro-chie, R.R.B.M.Wagenaar schrijft in het Woordvooraf van het boek over de betekenis van eenkerkgebouw voor de katholiek. De kerk is eenplaats van samenkomst maar tevens een huisvan God, poort van de hemel. Het is een voor-afbeelding van het hemelse Jeruzalem. In 1887wanneer de kerk in gebruik wordt genomen isvan die voorafbeelding nog geen sprake. Hetzal 35 jaar duren voor de inrichting met alta-ren, gebrandschilderde ramen, schilderingenen decoraties met al zijn rijke symboliek vol-tooid wordt. In dit project, bekostigd doorgoedgunstige gevers als bijvoorbeeld het echt-paar Rikkers-Lubbers, heeft Cuypers nog eenwerkzame hand gehad en het eindresultaat isdan ook harmonieus te noemen, een goedeuitwerking van de idee van de voorafbeeldingvan het hemelse Jeruzalem. De Sint-Jozefkerkis daarom zo bijzonder, zo schrijft Wagenaar,omdat de hele inrichting en decoratie zo’ncompleet beeld geeft van wat een katholiekekerk wil zijn.

WaarderingKunsthistorisch beschouwd is de Sint-Jozefkerk in zijn bouw en in zijn inrichting een

neogotisch kunstwerk. De katholieken grijpenh o n d e rd jaar geleden graag terug op deMiddeleeuwse gotiek. Terwijl de protestant inons land een voorkeur koestert voor deHollandse renaissance uit de tijd van de uit deOpstand voortgekomen Republiek. We ziendat in onze stad terug in de neorenaissancestijl waarin academiegebouw en provinciehuisin het begin van de 20e eeuw worden opge-trokken De waardering voor de historiserendestijlen loopt echter sterk terug in de 20e eeuwen eigenlijk is het een klein wonder dat deinrichting van de Sint-Jozefkerk zo goedbewaard is gebleven. Dat is later met de Sint-M a r t i n u s kerk, ook een Cuypers-kerk, welanders gegaan maar dat valt niet meer waar tenemen want deze kerk heeft in de jaren ’80van de vorige eeuw plaats moeten maken voorde Universiteitsbibliotheek. De mindere waar-dering voor de neogotiek toont zich in degeringe bereidheid die de rijksoverheid aan dedag gaat leggen om de restauratie van neogo-tische voortbrengselen te subsidiëren. Datblijkt bijvoorbeeld als de toren van de Sint-Jozefkerk in de jaren ’50 dringend restauratiebehoeft. De kerk vraagt subsidie aan bij degemeente. Het college van B. en W. is geneigdde restauratie van de toren voor 20% tebekostigen omdat een bouwwerk als het onder-havige het stadsbeeld van Groningen mede eenbepaald fraai aanzien geeft. In de gemeente-raad maakt de aanvraag de tongen los.Argumenten worden aangevoerd als: de over-heid dient kerken niet te subsidiëren. Als dek a t h o l i e ken over imposante ke r k g e b o u w e nwillen beschikken is dat uitsluitend hun zaak.Bovendien kunnen de middelen makke l i j kworden opgebracht door de wereldkerk. Maarbij de stemming in de raad blijkt dat alleen hetGPV, voorloper van de CU, niet door de knieëngaat: het GPV blijft tegen. Dan steken provin-cie en rijk een spaak in het wiel: volgens derijksoverheid is de toren uit een oogpunt vanmonumentenzorg niet van voldoende beteke-nis en de kerk wordt afgedaan als een slechtvoorbeeld van Cuypers’ gotiek

Echter, het kunsthistorische tij keert weer. In1995 wordt in een belangrijke tentoonstellingin het Rijksmuseum De Lelijke Tijd de histori-serende interieurkunst van de 19e eeuw gere-habiliteerd. De Sint-Jozefkerk is dan al op derijksmonumentenlijst geplaatst. En tegen-woordig wordt de kerk beschouwd als eenauthentiek en mooi en gaaf voorbeeld van deCuyperiaanse gotiek.

Van volkskerk tot kathedraal, de Sint-Jozefkerkin Groningen, Groningen 2012, redactie drs.E.O. van der Werff en dr. A. Hilhorst.

Reinier Baarsen, De Lelijke Tijd. Pronkstukkenvan Nederlandse interieurkunst 1835-1895,Amsterdam 1995, Rijksmuseum

Page 17: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

13 FR E D E R I E K E D E JO N G H

Middeleeuws Groningen komt tot leven

Al vanaf 1 december 2011 is in hetN o o rdelijk Scheepvaartmuseum de film`Groningen in 1470´ te zien, een virtuelereconstructie van de stad Groningen in delate Middeleeuwen. De film is gemaaktdoor Los Digitalos in samenwerking meteen wetenschappelijk adviescomité be-

staande uit prof. dr. Dick de Boer, dr. Janvan den Broek, drs. Gert Kortekaas en drs.Taco Tel. Het scenario is van Wil Schack-mann.

Wat is te zien op deze film?In het begin van de film varen we als hetware over het Reitdiep naar het middel-eeuwse Groningen. Daar volgt een rondlei-ding door de stad. Grethe, het dienstmeis-je van de familie Canter, vroegere bewo-ners van een van de gebouwen van hetG roninger Scheepvaartmuseum, brengtons langs middeleeuwse panden naar deGrote Markt, in die tijd de Breede Merktgenaamd. Van de gebouwen daar is alleen het schip

van de Martinikerk herkenbaar, de torenontbreekt. Deze was in 1465 door de blik-sem getroffen en in 1468 ingestort. Op defilm is te zien dat de eerste stenen voor deherbouw van de toren worden gelegd.

In het A-kwartier zien we de Vismarkt metde Onze Lieve Vrouwe der A-kerk en deBrugstraat met het Gotisch Huis en hetCanterhuis (de middeleeuwse panden vanhet Scheepvaartmuseum).

Voor de A-poort, waar nu de A-brug ligt,volgen we rechtsaf de Hoge der A. In demiddeleeuwen was dit de rand van de stad.Op de westelijke oever van de A (de huidi-ge Lage der A) was een aarden wal opge-worpen. Hier was de haven. Op de ooste-lijke oever (de huidige Hoge der A) stondeen hoge stenen stadsmuur, met daarach-ter koopmanswoningen, pakhuizen enbrouwerijen.

We werpen een blik op de vele kloosters dietussen de Oude Boteringestraat en deOude Kijk in ´t Jatstraat liggen. In het oos-ten van de stad ligt de Poelepoort. Als wedaar de stad uit gaan, zien we twee kana-len: het Damsterdiep en het Schuitendiep.

In de Peperstraat nemen we een kijkje inhet Sint-Geertruidsgasthuis. Aan de zuid-kant van de stad wordt gewerkt aan eena a rden verdedigingswal en een nieuwegracht. Daarachter liggen nog de ouderedubbele gracht (het huidige GedempteZuiderdiep) en de stadsmuur met tweepoorten: de Herepoort en de Oosterpoort.We wandelen de hele Herestraat door omuiteindelijk weer terug te komen op deGrote Markt.

Tijdens de wandeling krijgen we informatieover het leven in de middeleeuwse stad:

De stad van bovenafgezien.

Grote Markt, westzijde.Het grote gebouw rechts ishet Raad- en Wijnhuis.

Page 18: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

waarmee verdienden de Groningers hunbrood, hoe werd de Raad gekozen en hoebleef de stad schoon en brandveilig. Omhet beeld van het middeleeuwse stadslevenzo realistisch mogelijk te maken is de stadbevolkt door virtuele personen. We kunnen

mensen aan het werk zien op de markt enin de haven. We komen ossenkarren tegenen zelfs varkens. Schaduwen en achter-grondgeluiden maken de sfeer compleet.

In een film van 20 minuten kun je niet dehele middeleeuwse stad zien. Het Noor-delijk Scheepvaartmuseum heeft daarom

ook een volledig navigeerbare versie van dereconstructie laten maken. Op een apartecomputer in het museum kunnen bezoe-kers zelf door de middeleeuwse stad dwa-len.

De film `Groningen in 1470´ wordt dage-lijks doorlopend vertoond in het NoordelijkScheepvaartmuseum in de Brugstraat in

G roningen. Voor meer informatie ziewww.noordelijkscheepvaartmuseum.nl.

1) Het scenario werd mede mogelijkgemaakt door een bijdrage van het Huisvan de Groninger Cultuur.

Reactie op de filmHet zien van deze film is een bijzondereervaring. Doordat het middeleeuwse stra-tenpatroon van de Groningse binnenstadtot in onze tijd bewaard is gebleven kan detoeschouwer zich goed in de middeleeuwsestad verplaatsen. Vooral de wandeling van-af de A-poort door de Brugstraat via deVismarkt naar de Grote Markt is heel goedherkenbaar. Je krijgt een indruk van debebouwing in die tijd, grote forse huizenmet daarachter grote tuinen. Er is ge-poogd een reconstructie van de gevels temaken, van de meeste huizen is niet be-kend hoe ze er werkelijk uitzagen. Ondanks de grote kwaliteit van de film zijner een aantal zaken die ontbreken. Het isniet realistisch dat de stad zo schoon is,nergens is rommel te zien. Er groeit geengras tussen de stenen. Hoewel er in de mid-deleeuwse steden veel dieren op straat lie-pen, zie je nergens mest liggen. De huizenzien eruit of ze gisteren gebouwd zijn.Nergens zie je een huis in aanbouw ofwordt een huis gesloopt. Wel is er een huiswaar brand is geweest, dat er geblakerdmaar verder geheel gaaf uitziet. In deSteentilstraat kan men zien hoe een huiser uitziet na een forse brand. Ook niet rea-listisch is dat je zo weinig mensen op straatziet. De stad lijkt uitgestorven. Weliswaarheerste er in 1468 een pestepidemie, maarGroningen was rond 1470 al een belangrijkcentrum van handel en nijverheid waar veelactiviteit op straat moet zijn geweest. Nietde pest, maar gebrek aan geld bij deopdrachtgevers voor de film is de oorzaakvan de leegte op straat: het maken vanbewegende ‘mensen’ in de film is duur. Alser meer geld beschikbaar komt, kan delevendigheid op straat toenemen. Ook opandere punten kan de film worden aange-past. Langzamerhand kan er steeds meerworden toegevoegd aan virtueel Groningenin de Middeleeuwen. Zo blijft het verras-send om de film te gaan zien.

14

De Martinikerk met deeerste stenen van deMartinitoren.

Doorkijkje door de A-poort:de Brugstraat met daar-achter de Onze LieveVrouwe der A-kerk.

Oude Boteringestraat,gezien vanuit het noorden

Schuitendiep: mannen los-sen de lading van eensnabbe.

TINEKE VOOIJS

Page 19: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

15 TI N E K E VO O I J S

Archeologie, bouwhistorie en restauratie in de gemeente Groningen

Aan het begin van dit jaar verscheenHervonden Stad 2011. Het is al het zes-tiende jaarboek voor archeologie, bouw-historie en restauratie in de gemeenteGroningen en een co-productie van deDienst RO/EZ van de gemeente Gronin-gen. Het boek bestaat uit de jaarversla-gen van archeologie, bouwhistorie enrestauraties, en verder zeven artikelen ophet terrein van bovenstaande disciplines. Deze waardevolle serie wordt hopelijknog lang voortgezet.

In het jaarverslag archeologie wordt onderandere aandacht besteed aan de opgravingop het terrein van Hoge der A 3 en 4. Hierblijkt weer: “Elk nadeel heb zijn voordeel.”De sloop ten behoeve van de niet door ieder-een gewaard e e rde nieuwbouw levert hierwaardevolle informatie op over de vroege ge-schiedenis van Groningen. Aan de voorkantvan Hoge der A 3 konden de archeologen tothet dekzand graven. Hier zijn de oudste spo-ren gevonden, paalgaten van boerderijen uitde vroege Middeleeuwen (voor 1000 n.C.).Ook van latere bebouwing waren sporen aan-wezig. Bovendien vond men een deel van eenstoel uit de 11de-12de eeuw, door de nattegrond goed bewaard gebleven, een stoel vaneen aanzienlijk persoon. Bijzondere vondstenwaren een gouden kruisje en een gouden ringmet een gem waarop St. Michaël is afgebeelddie de draak verslaat. Deze gem is ouder dande ring en lijkt uit het Oost-Romeinse Rijkafkomstig. De ring zelf en het kruisje zijngemaakt in de 12de-13de eeuw.

In het jaarverslag bouwhistorie wordt naastveel ander onderzoek de ontstaansgeschiede-nis van Oosterstraat 1 beschreven als deoplossing van een moeilijke puzzel. Oorspronkelijk vormde dit pand een geheelmet het huis Grote Markt 34, gebouwd in de13de of het begin van de 14de eeuw. De pan-den hebben een gemeenschappelijke muur,de rechterzijmuur van Grote Markt 34 loopt

door achter Oosterstraat 1. Op de kaart vanHaubois staat op deze plek één groot pandmet de voorgevel naar de Grote Markt. Ditpand is in de tweede helft van de 17de eeuwgesplitst en de zijgevel aan de Oosterstraatwerd omgebouwd tot een voorgevel. Van hetpand Grote Markt 34 is rond het midden vande 19de eeuw een hoek weggenomen om detoegang tot de Grote Markt vanuit deOosterstraat en de Poelestraat te verbreden. Een paar voorbeelden van belangrijke restau-raties in Groningen. Het gebouw De Faun Herestraat/hoek Zuider-diep, waarin nu Zara gevestigd is, is bevrijdvan zijn detonerende aanbouwen. Helaas iswel de galerij dichtgebouwd, zij het dat dezeverbouwing reversibel is, zodat de galerij zon-der schade in zijn oude staat hersteld kanworden. De randwoningen van het Blauwe Dorp zijnsinds 2007 een gemeentelijk monument. Dezogenaamde boerderijtjes in het BlauweDorp waren al een rijksmonument. Doorwoningcorporatie Nijestee zijn de randwonin-gen gerenoveerd. Er heeft cascoherstelplaats gevonden en herstel van de oorspron-kelijke uniformiteit van de buitenkant invorm en kleur. Om de herstelde beeldkwa-liteit ook in de toekomst te behouden is ereen vereniging van eigenaren opgericht. Alleeigenaren zijn verplicht lid, waardoor eenindividuele eigenaar niet zonder toestem-ming van de vereniging het exterieur van dewoning kan wijzigen. Ook is in de vereniginghet onderhoud van de woningen en de woon-omgeving geregeld, zoals het knippen van deligusterheggen.

In de zeven artikelen wordt aandacht besteedaan bijzondere vondsten, die in een regiona-le, landelijke of soms internationale contextworden geplaatst zoals het artikel over detinnen lepels. Het artikel over de plunjer-pompen is het eerste artikel over dit onder-werp.

Uit de 12e/13e eeuw dateren drie versier-

Page 20: 02 omslag 20,41 - Vrienden stad Groningen · 2013-02-16 · Weverink ook veel informatie over de haven tij-dens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog. Oude helden & Jonge meesters

16

Activiteiten

de tinnen lepels die zijn aangetroffen bijopgravingen op de locaties Hoge der A 4,Zernike en De Held III, versierd met twee vis-sen. In een artikel wordt aandacht besteedaan de betekenis en verspreiding van ditsoort lepels in Nederland en andere Europeselanden, vooral Engeland. Ook wordt het ge-bruik en de symboliek van de voorstelling opde lepels onderzocht.

De unieke vondst van resten wandtapijt inde Oosterstraat 29 leidde tot een artikel overde plaats van de wandtapijten in het Gro-ningse historisch interieur. Wa n d t a p i j t e nwaren kostbaar in de 17de eeuw en populairbij de rijke Groningers als wandversieringvoor hun huizen. In de 18de eeuw raakten zeuit de mode en werden ze vaak als onder-grond voor behangselpapier gebruikt. Helaasis in de stad en in de provincie Groningengeen enkel wandtapijt bewaard gebleven.Veel borgen werden in de 19de eeuw ge-sloopt. In de stad zijn veel historische pan-den gemoderniseerd en grondig verbouwdvoor de vestiging van winkels of kantoren.

Tussen de balken boven een later aange-bracht stucplafond in de Oosterstraat 29vond men de laatste restjes wandtapijt van destad.

Buitengewoon was de vondst van twee 18e-eeuwse skeletten, van een man en een vrouw,die samen in een éénpersoons grafkist wer-den aangetroffen tijdens opgravingen op debegraafplaats van het Martinikerkhof zuidzij-de. Dankzij archiefonderzoek konden zij wor-den geïdentificeerd en kon een verklaringworden gevonden voor hun krappe gezamen-l i j ke laatste rustplaats. Ook speelde devondst van dit graf een rol bij de reconstruc-tie van de plattegrond van het Martinikerk-hof zuidzijde.

Dit 16e jaarboek is fullcolour, bevat 176pagina’s en kost 13,50 euro. Hervonden Stad 2011 is te verkrijgen bijde boekhandels en bij de StichtingMonument & Materiaal in Groningen(tel. 050-3146246).

Op dinsdag 20 november aanstaande spreekt planoloog dr. Tom van der Meulen ’s avonds om 8 uur in hetHeerenHuis aan de Spilsluizen over het onderwerp

“ Overheidsplanning, je kunt je er niet aan onttrekken”.

Hij zal zijn stellingnames met voorbeelden uit de Groningse praktijk toelichten.

Datum: 20 november 2012 Plaats: het HeerenHuis, Spilsluizen Aanvang: 8 uur

Vanaf half acht staat de koffie klaar

16 februari 2013 excursie naar het Hinckaertshuis voor donateursHet bestuur van de Vrienden van de stad nodigt haar donateurs uit voor een excursie naar het Hinckaersthuis (zie hetartikel over het Hinckaertshuis en het inlegvel in dit blad)

De eerste excursie vindt ’s ochtends plaats, deze wordt ’s middags herhaald. De bewoners van het huis, de heer enmevrouw Barneveld, en Taco Tel, bouwhistoricus en van de gemeente Groningen vertellen ons over het huis en de geschie-denis daarvan. Aansluitend op het bezoek aan het Hinckaertshuis bezoeken we het Universiteitsmuseum aan de overkant om de kleinetentoonstelling over de bewoners van het Hinckaertshuis te bekijken.Deelname is alleen mogelijk voor donateurs na invulling van het opgavestrookje bij dit papier of opgave per e-mail metvermelding van naam, adres, telefoonnummer en aantal personen naar [email protected]. Het aantal deelnemers isbeperkt, maximaal 20 personen per groep. Aanmeldingen worden behandeld in volgorde van binnenkomst.

Datum: 16 februari 2013Plaats: Oude Kijk in ’t Jatstraat 6Aanvang ochtendexcursie: (Hinckaertshuis en museumbezoek) om 11.00 uur;Aanvang middagexcursie: (Hinckaertshuis en museumbezoek) om 13.30 uur.Duur van de excursie: bezoek aan het Hinckaertshuis: ongeveer anderhalf uur;

bezoek aan het museum: ongeveer 20 minuten. Toegang Universiteitsmuseum: €5 of gratis met museumjaarkaart, studentenkaart, cursistenkaart seniorenacademie, stadjerspas etc. (ziewww.rug.nl/museum/index)