Post on 13-Oct-2020
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Mag ik triest zijn ?
Claire Wiewauters
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Inhoudsoverzicht: Mag ik triest zijn ?
1. Wat is triest zijn ?
de 3 G’s
2. Hoe komt het dat kinderen triest zijn ?
samenspel tussen kind en omgeving:
3. Hoe gaan we om met kinderen die triest zijn?
de 3 V’s
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Triest zijn herkennen
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
1 . Wat is triest zijn ?
Negatieve gevoelens ?
• verdrietig
• ontevreden
• boos
• bang
Positieve gevoelens ?
• vrolijk
• tevreden
• opgewekt
• vertrouwvol
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
De drie G’s Gedrag - gevoel - gedachte
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Wat gaat er schuil achter het gedrag ?
• Gedrag is zichtbaar
• Gevoelens en gedachten zijn niet direct zichtbaar
• Niet alle gedrag is aanvaardbaar
• Elk gevoel en elke gedachte heeft bestaansrecht en wordt geaccepteerd
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
(H)erkennen: gedrag is niet éénduidig ..
• Gedrag is misleidend
voorbeeld: opstandig gedrag
• Gedrag is maskerend
voorbeeld: uitbundig gedrag
• Gedrag is wisselend
voorbeeld: huilen en plots blij naar buiten huppelen
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Triest zijn erkennen ..
de bereidheid om het
kindperspectief in te nemen
en vanuit volwassenperspectief een antwoord te geven
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Erkennen : tijd en ruimte geven
• Ruimte geven aan de ‘gewaarwording’
• Ruimte en tijd geven aan ontlading en kanalisering
• Tijd geven aan ‘taal’ in diverse vormen
> met milde aandacht aanwezig zijn bij.
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Erkennen : bestaansrecht verlenen
• Ik mag triest zijn
• Ik hoef niet te doen alsof
• Ik hoef me niet schuldig te voelen
• Ik schiet niet tekort
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Erkennen = isolement doorbreken
• Triest zijn houdt gevoelens van hulpeloosheid en weerloosheid in
• Triest zijn maakt dat het kind zich geïsoleerd voelt
bestaansrecht geven is isolement doorbreken.
nabij zijn helpt.
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Inhoudsoverzicht: Mag ik triest zijn ?
1. Wat is triest zijn ?
de 3 G’s
2. Hoe komt het dat kinderen triest zijn ?
samenspel tussen kind en omgeving:
3. Hoe gaan we om met kinderen die triest zijn?
de 3 V’s
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
2. Hoe komt het dat kinderen triest zijn
2.1 Kindfactoren: ontwikkelingspsychologisch
biologisch
2.2 Omgevingsfactoren: gezin
school
samenleving
Samenspel tussen beide
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
2.1 Kindfactoren: ontwikkelingspsychologisch
• Schoolkind is ernstig(er):
concreet-logisch <> magisch denken
‘het kind-zijn is er af’
• Schoolkind neemt veel informatie op:
‘hij krijgt het niet verwerkt’
• Schoolkind gaat meten & vergelijken:
‘hij wil zijn als de andere’
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
2.1 Kindfactoren: biologisch
• Geslacht, temperament en aanleg:
‘het is ne stille’: eerder introvert
‘het is ne serieuze’: eerder ernstig
• Gezondheid:
‘hij heeft weinig reserve’
‘hij heeft veel pijn’
• Ontwikkelingsstoornis:
‘het kost hem heel veel energie’
‘hij wordt niet begrepen’
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
2.2 Omgevingsfactoren: het gezin
• Verwaarlozing
‘hij krijgt niet wat hij nodig heeft’
• Geweld in gezin : slachtoffer en getuige van
‘hij moet maar niet zo lastig doen’
• Verwenning
‘hij krijgt alles en is nooit content’
• Maakbare opvoeding
‘hij past zich niet aan’
Opvoedingsstijl en leefklimaat
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
2.2 Omgevingsfactoren: het gezin
• Siblingrelaties
‘hij is niet meer dezelfde sinds zijn zus in het ziekenhuis is’
• Het gezin krijgt te kampen met een life-event
‘hij maakt zich zorgen om vader die werkloos thuis zit’
• Het gezin valt uiteen
‘hij krijgt de scheiding niet verwerkt’
Levensloop en transities
Aanpassingsreactie en ‘het gevende kind’
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
2.2 Omgevingsfactoren: de school
ALS LEEROMGEVING :
• Hoge verwachtingen
‘hij staat voortdurend onder spanning’
• Lage verwachtingen
‘het kan hem allemaal niet meer schelen’
• Eenzijdige verwachtingen
‘het moet allemaal met de kop gebeuren’
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
2.2 Omgevingsfactoren: A. Buurt en vrije tijd
• Onveiligheid
‘we durven hem niet met de fiets naar school laten gaan’
• Hobby
‘hij moet op het bankje blijven zitten tijdens de match’
• Volgeboekt zijn
‘we voeren hem van hier naar daar’
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
2.2 Omgevingsfactoren: B. Bredere samenleving en media
• Kranten, televisie en internet
Het feit dat de berichten over oorlog nu over de hele wereld worden verspreid, betekent niet dat het vermogen om na te denken over het lijden van mensen ver weg significant is gegroeid (Susan Sontag, 2005).
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
2.2 Omgevingsfactoren: B. Bredere samenleving en media
• Traumatische gebeurtenissen
‘hij kan die beelden niet vergeten’
• Negatief toekomstperspectief
‘in wat voor een wereld moet dat kind opgroeien‘
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Samenspel: tussen kindfactoren en omgevingsfactoren
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Inhoudsoverzicht: Mag ik triest zijn ?
1. Wat is triest zijn ?
de 3 G’s
2. Hoe komt het dat kinderen triest zijn ?
samenspel tussen kind en omgeving:
O.K of K.O : okay of knocked-out
3. Hoe gaan we om met kinderen die triest zijn?
de 3 V’s
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
3. Omgaan met kinderen die triest zijn
3.1 Bieden van vertrouwen
3.2 Bieden van veiligheid
3.3 Bieden van verbinding
de drie V’s leiden naar VEERKRACHT
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
3.1 Bieden van vertrouwen
• Leer kinderen dat gevoelens en gedachten niet weggeduwd moeten worden
‘bang zijn, boos zijn, triest zijn hoort erbij’
• Leer hen dat ze niet samenvallen met het gevoel
‘je bent meer dan je verdriet en onmacht’
• Geef hen toekomstperspectief
‘het blijft niet altijd zo’
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
3.2 Bieden van veiligheid
• Bieden van holding:
‘we komen hier samen door heen, ik houd je vast’
• Bieden van bescherming:
‘ik ben bij je, zodat het draaglijk en hanteerbaar blijft’
• Bieden van eilandjes van gezond functioneren:
‘hier kan je bijtanken‘ – emotional refueling
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
3.3 Bieden van verbinding
• Je bent wie je bent (verbinding met zichzelf)
• Je staat er niet alleen voor (verbinding met de ander)
• Jij en ik staan er niet alleen voor
(verbinding met de omgeving)
• Ik heb vertrouwen in de mensen rondom ons (verbinding met de samenleving)
• Iemand/iets draagt ons (verbinding met het spirituele)
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
De drie V’s leiden naar VEER-KRACHT
• Betrouwbare volwassenen leren kinderen omgaan met ‘de wisselvalligheden’ van het leven
• Zij doen dit vooral door de wijze waarop ze zelf met moeilijke dingen omgaan.
• Zij ‘leven voor’ dat ondanks en doorheen alles het leven de moeite waard is om geleefd te worden
… en zij geven samen de kippen te eten.
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Hoger Instituut voor
Gezinswetenschappen
Tok Tok of NokNok
• Wie:
jongeren van 12 tot 16 jaar die zich goed voelen
jongeren van 12 tot 16 jaar die een dipje hebben
• Waarom:
de protectieve factoren bij jongeren versterken voor een beter mentaal evenwicht
• Waar :
www.noknok.be
• Hoe:
jongeren gaan zelf aan de slag
» concrete, laagdrempelige tips
» oefeningen
» extra’s