mythes en feiten.”bfdwever/KL1516/Module4_les_thema... · • Een geheel van overtuigingen...

Post on 03-Jun-2020

2 views 0 download

Transcript of mythes en feiten.”bfdwever/KL1516/Module4_les_thema... · • Een geheel van overtuigingen...

“Anderstaligheid als handicap en meertaligheid als troef: mythes en feiten.”

Piet Van Avermaet

Anderstalige leerlingen zouden op school onderling geen vreemde taal mogen

spreken.

De belangrijkste reden van de schoolachterstand van anderstalige leerlingen is

hun gebrekkige kennis van het Nederlands.

De schoolbibliotheek (klasbibliotheek, mediatheek) dient ook boeken te bevatten

in de moedertaal van de leerlingen.

Anderstalige leerlingen moeten op school ook de mogelijkheid krijgen hun

moedertaal te leren.

Door op school ook de eigen moedertaal te spreken, leren anderstalige leerlingen

onvoldoende Nederlands.

Anderstalige leerlingen moeten ook reguliere vakken aangeboden krijgen in hun

moedertaal.

Het is belangrijker dat anderstalige leerlingen goed Nederlands leren dan de

kennis van de eigen moedertaal te behouden.

Het is in het belang van de anderstalige leerlingen als er straffen worden

toegekend voor het spreken van de moedertaal op school.

Oefening 1

Veranderende samenleving

• Globalisering • Lokalisering • Mobiliteit (feitelijk en virtueel) • ‘hyper diversiteit’ Zijn de huidige recepten die we in onderwijs, integratiebeleid gebruiken nog wel hanteerbaar? • Polarisering • Binair denken • Ideologisch denken • Niet ‘talen’ maar ‘taal voor sociale inclusie’ (taal = SV)

Punten van zorg

Misvattingen over taalleren

Statische en maatschappelijk achterhaalde visie op meertaligheid

Conditionaliteitsprincipe van taal

‘anderstaligheid’ als handicap

Eentaligheid als heersend paradigma

Wat is taal?

Systeem om betekenis te geven; om retrospectief te oordelen over bepaalde ervaringen Andere semiotische systemen – Meervoudige geletterdheid

– Multimodaliteit

• als vorm van meervoudige geletterdheid • Om te leren, om kennis te ontsluiten

TAAL

Niet zomaar een vehikel, maar een sociaal geconstrueerd systeem

– Meerdere variëteiten

– Variëteiten zijn contextrelevant

– Meervoudige repertoires

Verschillende codes

– Sociaal cultureel bepaald

– Match/mismatch met onderwijsomgeving

TAAL

Misvattingen over taal

Eéntaligheid is de norm

Meertaligheid bedreigt het (Standaard) Nederlands

‘Anderstaligheid’ is een probleem (voor leren, voor sociale participatie)

Talen staan elkaar in de weg

Taal is een conditie, een voorwaarde tot sociale participatie, sociale inclusie

Hoe verloopt het leren van een taal?

Hoe hebben jullie VT geleerd op school? Wat zijn jullie ervaringen?

Vraag

Misvattingen over taalverwerving

Snelheid proces

Beter een korte intense reeks NT2 lessen en dan naar de klas

Niet alles tegelijk

Logische volgorde

Lineair proces

Vrij gelijklopend

Interactie, interactie, interactie, …

– Thuis en school: verschillende repertoires

Krachtige leeromgeving

– Positief, veilig klasklimaat

– Betekenisvolle activiteiten/taken

– Ondersteuning door interactie

Gecontextualiseerd

Langdurige processen

Individueel verschillend

Grillig

TAAL EN LEREN

Expliciet: – Korte termijn effecten (mits communicatieve context) – Lexicale taalaspecten

Impliciet: – Lange termijn effecten – Meer en sterkere transfer – Syntactische en andere aspecten van taal

Formeel: vaak taal als doel – Gedecontextualiseerd – Lineair – Taakgestuurd – Van abstract naar concreet – Van kennis naar toepassen (expliciet)

Informeel: taal als middel – Gecontextualiseerd – Al doende (impliciet) – Behoeftegestuurd

Expliciet/impliciet en formeel/informeel

Taalvaardigheid als ladder

Taalleren in actie

Talige diversiteit

Talen zijn geen eilanden

Talen brengen ons in contact

Dus veranderen ze voortdurend en beïnvloeden variëteiten elkaar

Verandering wordt bepaald door – tijd en ruimte

– Machtsverhoudingen en status (ook dat verandert voortdurend)

Talen in tijd en ruimte

Meertaligheid is een werkelijkheid in de sociale ruimte: e.g. grootstedelijke context

Meertaligheid is een realiteit in elke persoon: meertalige repertoires Meertaligheid hoeft niet ‘full proficiency’ van elke taal of variëteit te betekenen Meertaligheid is contextgebonden georganiseerd en SN heeft daar een specifieke plaats in Iedereen doet aan ‘translanguaging’

Meertalige realiteit

Taal als feitelijk markeerder van identiteit

– e.g. jongeren in grootsteden

Taal als symbolisch markeerder van identiteit

Meertalige identiteit

Toenemend belang van taal en cognitie in taalverwervingsonderzoek, pedagogie & didactiek en taal-assessment

Meer en meer evidentie voor belang van kennis van T1 voor cognitieve ontwikkeling van kinderen

T1 thuis en formeel leren van T1 voor cognitieve ontwikkeling

Additieve en subtractieve tweetaligheid

meertaligheid en cognitie

Misvatting dat ouders niet bezorgd zouden zijn om:

– Schoolsucces van hun kinderen

– Kennis van het Nederlands voor schoolsucces

Ouders hebben een functioneel/rationeel perspectief EN een emotioneel/identificatie perspectief

meertaligheid en ouders

Talige diversiteit in onderwijs

vraag

Wat zijn vragen/zorgen ivm meertaligheid

– Zelf

– Familie

– Vriendenkring

– …

Hoe ga ik om met de MT realiteit op de werkvloer? – In welke contexten wel/niet?

– Wie moet welke inspanning leveren?

Hoe ga ik om met de meertalige realiteit in de les? – Verbieden?

– Functioneel benutten?

– Onderwijzen?

Wat betekent verbieden/benutten voor leerlingen/cursisten: cognitief, socio-emotioneel?

Wat adviseer ik aan anderstaligen mbt tot hun MT buiten de les?

Wat adviseer ik aan anderstaligen mbt tot hun communicatie thuis, met kinderen, vrienden, buiten de les?

Iedereen zit met vragen?

Innovatieve antwoorden op urgente (taal)onderwijsproblemen

Sociale ongelijkheid en ongelijke onderwijsuitkomsten blijven een hardnekkig probleem;

De taal die men thuis spreekt wordt zeer vaak als verklarende factor naar voor geschoven(e.g. PISA);

Causale lezing van correlaties;

Taal ((SN variëteit) wordt zeer vaak als conditioneel gezien voor schoolsucces. Dit is in tegenspraak met de huidige kennis over processen van T2 verwerving

Monolinguale percepties

Taalideologie – beleid – praktijk

• Taalideologie: • Een geheel van overtuigingen (beliefs) over de rol van taal in culturele,

sociale en politieke contexten en bijgevolg verankerd in die contexten. • Verbonden met processen van (nationale) identiteitsontwikkeling • Bedoeld om machtsverhoudingen in de samenleving te

bepalen/behouden (scaling)

• Taalbeleid: • Is nooit neutraal of objectief • Legitimeert ideologische keuzes • Machtige instrumenten • Geïmplementeerd via curricula, taaltoetsen en –programm’s. • (Monolinguaal) beleid interageert met praktijken, percepties en

individuele overtuigingen

Stelling % (Vol. ) akkoord

Anderstalige leerlingen zouden op school onderling geen vreemde taal mogen

spreken. 77.3%

De belangrijkste reden van de schoolachterstand van anderstalige leerlingen is

hun gebrekkige kennis van het Nederlands. 78.2%

De schoolbibliotheek (klasbibliotheek, mediatheek) dient ook boeken te

bevatten in de moedertaal van de leerlingen. 12.8%

Anderstalige leerlingen moeten op school ook de mogelijkheid krijgen hun

moedertaal te leren. 6.8%

Door op school ook de eigen moedertaal te spreken, leren anderstalige

leerlingen onvoldoende Nederlands. 72.1%

Anderstalige leerlingen moeten ook reguliere vakken aangeboden krijgen in

hun moedertaal. 3.2%

Het is belangrijker dat anderstalige leerlingen goed Nederlands leren dan de

kennis van de eigen moedertaal te behouden. 44.7%

Het is in het belang van de anderstalige leerlingen als er straffen worden

toegekend voor het spreken van de moedertaal op school. 29.1%

Resultaten: Survey oprit 14-project (Pulinx et al. 2013)

1,00

1,50

2,00

2,50

3,00

3,50

4,00

4,50

5,00

1,00 1,50 2,00 2,50 3,00 3,50 4,00 4,50 5,00

Tru

st in

Stu

de

nts

Monolingualism

OPRIT 14 project (Pulinx et al., 2013)

Meertalig onderwijs

vraag

Hoe zou je meertalig onderwijs omschrijven?

Meertalig onderwijs

koepelbegrip

Term dekt vele ladingen

Term wordt vaak eng geïnterpreteerd

Tweetalig onderwijs (vele vormen)

‘language awareness’

CLIL

Functioneel meertalig leren

Meertaligheid wordt enerzijds gezien als een probleem, een deficiet, geen taal

Op school wordt vaak alleen de SV van het Nederlands toegelaten (regels, verbieden, bestraffen)

Promotie van VT als een asset, een voordeel in Europa versus MT van immigrantenkinderen als een handicap, een nadeel

VT leren draagt bij tot cognitieve ontwikkeling versus thuistaal als een obstakel tot cognitieve ontwikkeling

Meertaligheid: een dubbele standaard

Bezorgdheden van leerkrachten

De L1 van leerlingen/cursisten is arm, beperkt.

L1 toelaten vergroot/versterkt/bestendigt segregatie.

Als cursisten onderling de eigen taal spreken verlies ik controle over wat er in de klas gebeurt en is dit nadelig voor het leerproces.

Als ik vertaal daalt de motivatie om L2 te leren.

De tijd om L2 te leren is al zo beperkt.

Ik heb meer dan 10 talen in mijn klas.

Dagdagelijke realiteit op scholen

Veelvoud aan talen

School is een sociale ruimte:

• Waarbinnen niet alleen taal (T2) wordt geleerd (expliciet/impliciet);

• Maar waarbinnen kinderen interageren, communiceren en kennis opbouwen:

– In een veilige omgeving

– Gemotiveerd

– Betrokken

– Actieve actoren

Welk taalonderwijsmodel?

Twee tegenstrijdige visies:

Centrale vraag: welk taalonderwijsmodel is het meest effectief voor L2-verwerving en voor het verkleinen van de kloof en versterken van integratie?

Polarisatie

– L2 submersie

– (twee)- meertalig onderwijs model

Theorie: Cash of the Titans

Meertalig onderwijs: twee onderliggende constructen

– Linguïstische interdependentie: verband tussen talen

– Positieve transfer

(Butler & Hakuta, 2004; Cummins, 1979, 1991; García, Kleifgen, &

Falchi, 2008; Hamers & Blanc, 2000; Verhoeven, 1994).

Submersie in T2: drie assumpties

– Competitie tussen talen

– Negatieve transfer

– Time on task

(Leseman, 2000, 2002; Pearson, 2007, 2009; Scheele,

Leseman, & Mayo, 2010; Verhallen & Schoonen, 1998)

Meertalig onderwijs

Empirische evidentie: – De conceptuele kennisbasis ontwikkeld in T1 faciliteert en

versterkt (versneld) T2 leren

(August & Shanahan, 2006; Durgunoğlu, 2002, 2009; Figueredo, 2006; Genesee et

al., 2006; Geva & Verhoeven, 2000; Koda, 2005a, 2005b; Snow & Kang, 2006)

– Effectiviteit van meertalig onderwijs voor lage SES immigranten

kinderen wijst op belang van interdependentie en positieve

effecten op T2 leren (sequentiële tweetalige leerders)

(August & Shanahan, 2006; Cummins, 2000; Genesee et al., 2006; Greene, 1997;

Rolstad, Mahoney & Glass, 2005; Slavin & Cheung, 2005; Willig, 1985; zie ook

Goldenberg, 2008)

– En voor het verbeteren van hun academisch (en

maatschappelijk) succes op lange termijn

(e.g. Guglielmi, 2008; Lindholm & Aclan, 1991; Lindholm-Leary & Borsato, 2006;

Thomas & Collier, 2002)

Kritiek op meertalig onderwijs

Klassiek tweetalig onderwijs: – Gescheiden organisatie:

• ruimte: afzonderlijk, taalhomogene klassen

• Tijd: afzonderlijke lessen

• Gesegregeerde groepen leerlingen

• Talen als afzonderlijke compartimenten

– Onderwijs organisatie: • Instructie door tweetalige leerkrachten

• Algemeen lage betrokkenheid van reguliere leerkracht

Meertalig onderwijs Tijd voor een nieuwe aanpak?

Argumenten

– Praktisch: is de organisatie van twee-/meertalig onderwijs nog mogelijk in urbane superdiverse omgevingen?

– Theoretisch: nieuwe sociolinguïstische concepten inzake meertalige communicatie in de complexe hedendaagse wereld die breken met klassieke statische ideeën over taal

– Talige diversiteit in de klas benutten

Functioneel meertalig leren

Meertalige repertoires als bron voor leren:

– Meertalige repertoires van cursisten benutten, in de klas, om de kansen tot ontsluiten van kennis; om kansen om kennis te construeren te vergroten

– Repertoires van cursisten benutten als didactisch kapitaal

Setting:

– Talig gemengde klassen

– L2 is dominant, maar mogelijkheden om L1 te gebruiken in functie van leren worden benut

– De leerkracht hoeft de aanwezige L1’s niet te spreken

Een ‘meertalig sociaal interactiemodel voor leren’ als alternatief voor ‘taalleermodel’

Meertalig onderwijs project in Gent

Achtergrond onderzoek

• Thuistaalproject

• Achtergrond:

• Financiering: stad Gent

• Contesteren en reconstrueren van een eentalig beleidsdenken

• Doelen:

• uittesten van alternatieven voor traditionele tweetalige onderwijsprogramma’s: de meertalige repertoires van kinderen als een meerwaarde voor leren benutten

• L1-L2 afhankelijkheid (effect van L1 literacy op L2 ontwikkeling

Kenmerken van de Gentse scholen

Toenemende linguïstische diversiteit

Blijvende (zelfs toenemende) sociaal-etnische segregatie en ongelijkheid Dominante taalideologie: – Officiële beleidslijn: Nederlands exclusief medium voor instructie – Schoolbeleid: Nederlands

Taalbeleidsaanpak om ongelijkheid te bestrijden: – Restrictief beleid: T1’s zijn niet welkom – T2 onderdompeling – Ontkennen van linguïstisch kapitaal – ‘Anderstaligheid’ is probleem, deficit

Thuistaalproject Gent (2008-2012)

Onderzoeksvragen:

1. Kan er voor de afhankelijkheidshypothese L1-L2 onderzoeksevidentie worden gevonden?

2. Is er een negatief effect op vaardigheid Nederlands van kinderen als hun MT repertoires in de klas worden benut?

3. Welke socio-affectieve effecten worden er gevonden?

4. Wat was de impact op leraren wanneer zij de MT repertoires van kinderen benutten?

1. Afhankelijkheid Tx en Ty

DV: begrijpend lezen

Controle voor: gender en basisniveau begrijpend lezen

A-conditie: M = 21.14 (n = 42)

Controle: M = 21.91 (n = 43)

Het benutten van de MT repertoires van kinderen heeft geen

negatief effect op hun begrijpend lezen Nederlands.

2. Effect op taalvaardigheid Nederlands (kwan)

3. Socio-affectieve effecten (kwan) zelfvertrouwen

4. Impact op leerkrachten (1)

Opener en krachtiger leeromgevingen in de klas

”meer talen bieden meer mogelijkheden voor creatieve activiteiten. Ik benut de thuistalen nu bewuster en systematischer. Ik zoek nu meer

naar materiaal in verschillende talen. Is leuk voor alle kinderen" (K2/K3)

4. Impact op leerkrachten (2)

Attitudes van leerkrachten zijn veranderd:

Uitgesproken positievere attitudes in kleuterklassen

Nog minder sterk in lager onderwijs, maar groeiend bewustzijn

”ik ben me nu meer bewust van de aanwezigheid van de verschillende talen in de klas. Ik heb nu meer begrip voor de talen

van de kinderen.”(OKAN lkr)

Vraag

Wat zouden voorbeelden van goed omgaan met meertaligheid kunnen zijn volgens jou:

– Op school?

– In de les?

Interviews met leerkrachten

54

Voor het project:

“de kinderen mochten hun eigen taal niet spreken”

“Vaak straften we de kinderen als ze hun thuistaal spraken.

Dat was zeer normaal”

“er was weinig interactie. Van bij de start van het schooljaar

wisten de kinderen dat ze alleen Nederlands mochten

spreken. Ik stelde mezelf voor en niemand zei iets. Alle

kinderen bleven stil. Hun taalvaardigheid Nederlands

was nog onvoldoende en ze mochten de eigen taal niet

spreken. Er was dus geen interactie.”

Kinderen helpen elkaar:

“Heel snel begonnen ze elkaar meer te helpen.

Wanneer ik iets zeg en een van de kinderen verstaat

het niet, herhaalt een ander kindje spontaan in de

thuistaal”

“De kinderen voelden snel dat ze de thuistaal mochten

gebruiken en dat ze zichzelf beter verstaanbaar

konden maken en elkaar konden helpen”

Gebruik van T1 vertraagt leren T2 niet:

“ik heb de indruk dat de kinderen die ik nu in mijn klas heb, sinds

het project is gestart, al meer woordjes Nederlands kennen dan

de kinderen in de klas voor het gebruik van de eigen taal was

toegelaten”

Impact op T2 leren:

“kinderen willen nu meer Nederlands leren. Ze vragen er

nu meer naar dan ervoor.”

“Deze zochten we naar prenten van vissen. Twee

kinderen die in het Turks over een kreeft aan het

praten waren, kwamen spontaan vragen wat dit in het

Nederlands was. En ze bleven het woord in het

Nederlands herhalen”

Meerwaarde van het benutten van de T1:

“De meerwaarde in vergelijking met voor het project is dat

kinderen daarvoor weinig of niets zegden en vrij passief

waren. Het leerde precies niet. Diezelfde kinderen zijn

nu actiever betrokken en praten meer”

Het start met een positieve attitude:

“het begint met een positieve attitude, maar ook

goed weten wat het project juist inhoudt en hoe de

school er naar kijkt. De visie van de school.”

Wat leren we hier uit? (kwan)

FML heeft geen negatief effect op de T2 verwerving van kinderen.

FML heeft een positief effect op het zelfvertrouwen van kinderen.

FML heeft een positief effect op het leerkrachthandelen in de klas en op hun overtuigingen over leerlingen (zie verder).

Observaties tonen aan dat leerkrachten anders kijken naar leerlingen en hun taalachtergrond en dat er meer interactie plaatsgrijpt.

Wat leren we hier uit?

Eentalig beleid en eentalige overtuigingen moeten van onderuit worden aangepakt.

Leraren moeten als actieve actoren worden betrokken in dit proces van verandering:

– Training, coaching, feedback, co-reflectie, co-constructie;

– Empowerment en positieve bewustwording bij ouders;

– co-constructie met ouders; ouders als actieve actoren

Sociale hypochondrie

“… preoccupations and complaints about perceived threats to ‘social cohesion’ and ‘social integration’. The social body now feels constantly threatened by those who are considered not to belong, to be non-native.”

“If empirical reality indicates that the feelings of threat to the health of a given social body on account of its ethnic composition, integration and social cohesion are not accurate, than these feelings should be considered a form of social hypochondria”. (Schinkel, 2007, 2008, 2009)

Nieuwe ingrediënten, nieuwe recepten

Nederlands is belangrijk om in een samenleving (onderwijs) te functioneren.

Maar we moeten nadenken over de weg daar naar toe

Van een conditioneel naar een faciliterend beleid:

– Sociale inclusie, onderwijssucces wordt niet per definitie gerealiseerd na een inburgeringsprogramma of een taalcursus.

Het is een continu, complex, dynamisch en voor elk individu verschillend proces. Het is nooit af.

In dat proces van sociale participatie en opbouwen van sociale netwerken ontwikkelen talen zich (en dus ook het Nederlands)

We moeten ook nadenken over de plaats die we geven aan de meertalige realiteiten van mensen en buurten

Meertaligheid (o.a. in onderwijs) als didactisch kapitaal benutten

Laten we een beleid van taal als conditioneel, en dus potentieel uitsluitend en wegduwend mechanisme, ombuigen tot een beleid waarin de MT repertoires van elk individu als kracht voor leren EN voor sociale inclusie worden gebruikt.

www.meertaligheid.be

www.metrotaal.be

www.steunpuntdiversiteitenleren.be

“To reject a child’s language in the school is to reject the child. When the message, implicit or explicit, communicated to

children in the school is “Leave your language and culture at the schoolhouse door”, children also leave a central part of

who they are - their identities - at the schoolhouse door. When they feel this rejection, they are much less likely to participate actively and confidently in classroom instruction” (Cummins,

2001, p. 19).

DANK U!

Piet.vanavermaet@ugent.be