Lesstof R1B Toets Blok 4

Post on 30-Jul-2015

140 views 4 download

Transcript of Lesstof R1B Toets Blok 4

Marketing

Lesstof blok 4

Te leren stof

• 5 P’s

• 8 punten dienstenmarketing

• Piramide van Maslow

• AIDA-model

• Concurrentiestrategie

• Trends

• 5 C’s

De marketinginstrumenten

• Binnen de gastvrijheid branche zijn er 5 P’s:

• Product (dienst)

• Prijs

• Promotie

• Plaats

• Personeel

Dienstenmarketing

• Ontastbaarheid

• Consumptie op het moment van productie

• De gast produceert mee

• Diensten zijn vergankelijk

• Diensten zijn persoonsgebonden

• Een dienst is een optelsom van onderdelen

• Diensten zijn niet te testen

• De gast koopt slechts de verpakking van de dienst

ZelfontplooiingJezelf als persoon ontwikkelen

Fysiologische behoeftenEten, water, ademen, slaap

Behoefte aan waardering / erkenningZekerheid, respect van / voor anderen

Behoefte aan sociaal contactVriendschap, familie

Behoefte aan veiligheidEen plek om te slapen / wonen

De piramide van Maslow

Consumentengedrag

Zelfontplooiing

Behoefte aan waardering / erkenning

Behoefte aan sociaal contact

Behoefte aan veiligheid

Fysiologische behoeften

AIDA-model

• Attention

• De consument heeft aandacht voor jouw product

• Interest

• De consument in geïnteresseerd in jouw product

• Desire

• De consument overweegt het product te kopen en “verlangt” naar dit product

• Action

• De consument koopt het product

Concurrentiestrategieën

• Een ondernemer kan kiezen uit drie concurrentiestrategieën om zijn concurrentie voor

te blijven:

• Prijsgericht

• Productgericht

• Klantgericht

Prijsgericht

• Betrouwbare producten

• Lage prijzen

• Kosten beheersen

Productgericht

• Continu innoveren

• Product biedt een meerwaarde

• Beste imago

Klantgericht

• Product aanpassen op de klant

• Klantenbinding

• Actief op social media

Concurrentiestrategieën

Trendonderzoek• Een trend kan twee dingen betekenen:

• Een constante verandering van de cijfers in een periode (zonder toeval of seizoensinvloed)

• Iets wat in opkomst is (dus het wordt in de toekomst populair):

• Smartphone

• Snapchat

• Een trendwatcher is de hele dag op zoek naar trends:

• http://www.frankwatching.com/archive/2015/03/09/swipen-smartwatches-de-4-opvallen

dste-trends-voor-mobiel

/

C’s

• Context

• Samenhang

• Content

• Inhoud

• Connected

• Verbonden

• Convenience

• Gemak

• Community

• Samenleving

Context

• Notities:

Context

De context is de totale omgeving waarin iets zijnbetekenis krijgt. Hierbij kan zowel letterlijk "tekst”worden bedoeld als een situatie of betrokken personen.

De context is de achtergrond of referentie van elkeuitdrukking of idee of gebeurtenis in welke het wasuitgedrukt, in relatie tot welke het een bepaaldebetekenis verkrijgt.

De context zorgt voor de experience (de ervaring, beleving)

Context

Bij context vraag je jezelf af past dit middel / mediumbij mijn imago / identiteit

De W’s van Context• Who• Wie is de gebruiker en gebruikers van de site,

social media of mobile media• What• Wat is er te vinden op deze media

• Where• Locatie, hoe komt de gebruiker bij deze media terecht

• When• Wanneer en hoe lang bezoekt de klant de site,

social/mobile media• Why• Waarom bezoekt de klant deze media

Content

• Notities:

Content

De inhoud en vorm van de boodschap:

Kort, krachtig en snel

Aangepast op het device en natuurlijk de wensen vande klant

Past de content bij het product / doelgroep?

Connected

• Notities:

Connected

Ben je vindbaar op zoekmachines?

Op welke social media heb je een account?

Met welke sites ben je verbonden?

Locatiegebonden platforms (Foursquare, Facebook)

Convenience

• Notities:

Convenience

Gaat over gebruiksgemak

Online bestellen en betalen, bezorging

Community

• Notities:

Community

Authentiek contactReviewsAndere klanten raadplegenEerlijkTransparantLikenFollowenSharen