‘Een Domino Day om nooit te vergeten!’

Post on 06-Jul-2015

317 views 2 download

description

Voorganger dhr Lowijs Organist Johannes de Vries luister mee via kerknoordwolde.nl of audioserver.nl

Transcript of ‘Een Domino Day om nooit te vergeten!’

Voorganger: dhr Lowijs

Organist: Johannes de Vries

G393

Lied voor de dienst

1

De dag, door uwe gunst ontvangen,

is weer voorbij, de nacht genaakt;

en dankbaar klinken onze zangen

tot U, die 't licht en 't duister maakt.

2

Die dan, als onze beden zwijgen,

als hier het daglicht onderduikt,

weer nieuwe zangen op doet stijgen,

ginds waar de nieuwe dag onluikt.

3

Zodat de dank, U toegezonden,

op aard nooit onderbroken wordt,

maar steeds opnieuw door mensenmonden

gezongen en gesproken wordt.

4

Voorwaar, de aarde zal getuigen

van U, die thans en eeuwig zijt,

tot al uw schepselen zich buigen

voor uwe liefd' en majesteit.

Voorganger: dhr Lowijs

Organist: Johannes de Vries

G 303 – 1, 3, 5

1

De ware kerk des Heren,

in Hem alleen gegrond,

geschapen Hem ter ere,

de bruid van zijn verbond,

dankt aan zijn dood het leven.

Hij is haar Bruidegom.

Want God, zo staat geschreven,

zag naar zijn dienstmaagd om.

3

Al heeft men haar geteisterd,

al wordt zij onderdrukt,

door dwalingen verbijsterd,

door strijd uiteengerukt,

de stem der martelaren

roept uit: o Heer, hoe lang?

De nacht is vol gevaren,

de morgen vol gezang.

5

Met God zijn wij verbonden,

met Vader, Zoon en Geest,

met alwie overwonnen,

alwie zijn trouw geweest.

Bewijs ons uw genade,

dan zingen wij bevrijd

de glorie van uw daden,

in tijd en eeuwigheid.

Votum en Groet

Ere zij de Vader en de Zoon

En de Heilige Geest,

Als in den beginne, nu en immer,

En van eeuwigheid tot eeuwigheid.

Amen.

E.L.B. 426.

1Dank U voor de wond'ren die gebeuren;

dank U voor de bloemen in het veld.

Dank U dat uw schepping vol met kleuren

van uw liefde voor een mens vertelt.

Dank, dank, dank o Heer,

U blijft altijd bij ons Heer.

Amen, amen, amen.

2

Dank U voor die duizend mooie dingen;

dank U voor uw liefde elke dag.

Dank U dat als zorgen mij omringen

ik eenvoudig bij U komen mag.

Dank, dank, dank o Heer,

U blijft altijd bij ons Heer.

Amen, amen, amen.

3

Dank U voor het zonlicht in de straten;

dank U voor de sterren in de nacht.

Dank U dat als vrienden mij verlaten

U vanuit de hemel naar mij lacht.

Dank, dank, dank o Heer,

U blijft altijd bij ons Heer.

Amen, amen, amen.

4

Dank U voor het wonder in mijn leven;

dank U voor uw Geest en voor uw kracht.

Dank U dat U alles hebt gegeven,

dat U alles voor mij hebt volbracht.

Dank, dank, dank o Heer,

U blijft altijd bij ons Heer.

Amen, amen, amen.

1 Korintiërs 15: 20 – 28/51 -57.

NBG ‘51

20 Maar nu, Christus is opgewekt uit de doden, als eersteling van hen, die ontslapen zijn. 21 Want, dewijl de dood er is door een mens, is ook de opstanding der doden door een mens.

22 Want evenals in Adam allen sterven, zo zullen ook in Christus allen levend gemaakt worden.

23 Maar ieder in zijn eigen rangorde: Christus als eersteling, vervolgens die van Christus zijn bij zijn komst;

24 daarna het einde, wanneer Hij het koningschap aan God de Vader overdraagt, wanneer Hij alle heerschappij, alle macht en kracht onttroond zal hebben. 25 Want Hij moet als koning heersen, totdat Hij al zijn vijanden onder zijn voeten gelegd heeft.

26 De laatste vijand, die onttroond wordt, is de dood, 27 want alles heeft Hij aan zijn voeten onderworpen. Maar wanneer Hij zegt, dat alles onderworpen is, is blijkbaar Hij uitgezonderd, die Hem alles onderworpen heeft.

28 Wanneer alles Hem onderworpen is, zal ook de Zoon zelf Zich aan Hem onderwerpen, die Hem alles onderworpen heeft, opdat God zij alles in allen.

51 Zie, ik deel u een geheimenis mede. Allen zullen wij niet ontslapen, maar allen zullen wij veranderd worden, 52 in een ondeelbaar ogenblik, bij de laatste bazuin, want de bazuin zal klinken en de doden zullen onvergankelijk opgewekt worden en wij zullen veranderd worden.

53 Want dit vergankelijke moet onvergankelijkheid aandoen en dit sterfelijke moet onsterfelijkheid aandoen. 54 En zodra dit vergankelijke onvergankelijkheid aangedaan heeft, en dit sterfelijke onsterfelijkheid aangedaan heeft, zal het woord werkelijkheid worden, dat geschreven is: De dood is verzwolgen in de overwinning.

55 Dood, waar is uw overwinning?

Dood, waar is uw prikkel?

56 De prikkel des doods is de zonde en de kracht der zonde is de wet. 57 Maar Gode zij dank, die ons de overwinning geeft door onze Here Jezus Christus.

Psalm 118: 5 en 6

5

De HEER is mij tot hulp en sterkte,

Hij is mijn lied, mijn psalmgezang.

Hij is het, die mijn heil bewerkte.

Ik loof den HEER mijn leven lang.

Hoort in hun kamp Gods knechten zingen

nu Hij de zege heeft gebracht:

Gods rechterhand doet grote dingen,

Gods rechterhand heeft grote kracht!

6

Des HEREN hand is hoog verheven,

des HEREN rechterhand is sterk.

Ik zal niet sterven, ik zal leven

en zingen van des HEREN werk.

De HEER heeft mij wel zwaar geslagen,

maar niet verlaten in mijn nood,

en zijn genadig welbehagen

gaf mij niet over aan de dood.

Verkondiging

Gezang 296

1

Ik kom met haast, roept Jezus' stem.

Hij heeft de dood verslagen.

Nu zal al wie gelooft in Hem

de kroon des levens dragen.

Wijk niet van Hem.

Hoor naar zijn stem.

Reeds wenken ons van boven

de scharen, die Hem loven.

2

Ik kom met haast, Ik kom! Houd vast

wat Ik u heb gegeven.

Er blijft bij alle aardse last

een open deur ten leven.

Werp van u af

wat Ik niet gaf.

Blijf u standvastig scharen

bij wie mijn woord bewaren.

3

Ik kom met haast, houd wat gij hebt,

nog is de worstling gaande.

Ik ben 't, uit wie gij krachten schept,

houd in de strijd u staande.

Zie op naar Mij:

Ik blijf nabij.

Ik houd u vast in 't lijden.

Niets zal u van Mij scheiden.

Gezang 437

1

Vernieuw Gij mij, o eeuwig Licht!

God, laat mij voor uw aangezicht,

geheel van U vervuld en rein,

naar lijf en ziel herboren zijn.

2

Schep, God, een nieuwe geest in mij,

een geest van licht, zo klaar als Gij;

dan doe ik vrolijk wat Gij vraagt

en ga de weg die U behaagt.

3

Wees Gij de zon van mijn bestaan,

dan kan ik veilig verder gaan,

tot ik U zie, o eeuwig Licht,

van aangezicht tot aangezicht.

1ste voor PIT

2de voor de eigen gemeente

E.L.B. 413

1

Lichtstad met uw paarlen poorten,

wond're stad zo hoog gebouwd,

nimmer heeft men op deze aarde,

ooit uw heerlijkheid aanschouwd.

Daar zal ik mijn Heer ontmoeten,

luist'ren naar zijn liefdesstem,

daar geen rouw meer en geen tranen

in het nieuw Jeruzalem.

2

Heilig oord vol licht en glorie,

waar de boom des levens bloeit

en de stroom van levend water

door de gouden Godsstad vloeit.

Daar zal ik mijn Heer ontmoeten,

luist'ren naar zijn liefdesstem,

daar geen rouw meer en geen tranen

in het nieuw Jeruzalem.

3

Schoon tehuis voor moede pelgrims,

komend uit de zandwoestijn,

waar zij rusten van hun werken

bij de springende fontein.

Daar zal ik mijn Heer ontmoeten,

luist'ren naar zijn liefdesstem,

daar geen rouw meer en geen tranen

in het nieuw Jeruzalem.

4

Wat een vreugde zal dat wezen

straks vereend te zijn met Hem

in de stad met paarlen poorten

in het nieuw Jeruzalem.

Daar zal ik mijn Heer ontmoeten,

luist'ren naar zijn liefdesstem,

daar geen rouw meer en geen tranen

in het nieuw Jeruzalem.

3x amen