Zuid Holland - Leiden, van burcht naar singel
-
Upload
ivn-instituut-voor-natuureducatie-en-duurzaamheid -
Category
Documents
-
view
214 -
download
1
description
Transcript of Zuid Holland - Leiden, van burcht naar singel
IVN streeft naar een duurzame samenleving door mensen te betrekken bij natuur, milieu, landschap en de eigen leefomgeving.
Routebeschrijving
LA: linksaf, RA: rechtsaf, RD: rechtdoor
1. Ga onder de voorpoort door (met de leeuw
met het zwaard en het wapen van Leiden).
2. Ga meteen RA de Burgsteeg in, steek de
deels overdekte brug (de Koornbrug) over en
ga RD tot de Breestraat. U passeert rechts
het stadhuisplein met zijn mooie
paardenkastanjes.
3. Ga op de Breestraat RA en neem de 1e steeg
LA (Wolsteeg).
4. Steek de Langebrug over en ga RD de
‘Gekroonde Liefdepoort’ in. U komt terecht in
een groene oase, een modern hofje met
perenbomen (deels in leivorm).
5. Ga aan het eind RA het oude hofje in. Dit is
het Pieters- of Van der Speckhofje (1645).
Het is nog bewoond dus wees prudent.
6. Als u aan de andere kant het hofje weer
uitkomt ‘botst’ u tegen een enorme
paardenkastanje en de muurhuizen van de
Pieterskerk aan.
7. Houdt nu de Pieterskerk aan uw rechterhand
en loop de Kloksteeg in. Ter hoogte van het
kerkplein links het Jan Pesijnhofje (1683), ook
bewoond, maar zeker in het voorjaar het
bezichtigen waard vanwege de bloeiende
magnolia in de tuin. Ook de gevelsteen is de
moeite waard om te lezen! Op het kerkplein
staan paardenkastanjes en lindebomen.
8. Ga aan het eind van de Kloksteeg de hoge
brug over het Rapenburg over en RD de
Nonnensteeg in.
Aan het Rapenburg bevindt zich, rechts naast het
monumentale gebouw van de universiteit (vroeger
een kloosterkerk), de ingang van de Hortus
Botanicus: de mooiste tuin van Leiden.
Al meer dan vier eeuwen worden in de tuin en
kassen van de Hortus botanicus planten uit alle
windstreken verzameld en gekweekt, bewonderd
en bestudeerd. Bij de kassa zijn sinds kort gratis
themawandelingen verkrijgbaar.
Ommetje tussen burcht en singel in Leiden
IVN Leiden, provincie Zuid-Holland
Traject: rondwandeling door de binnenstad van Leiden
Start-/eindpunt: op het pleintje onderaan de Burcht van Leiden, vóór het terras van het
Koetshuis (Burgsteeg 13)
Lengte: 5 km
De Burcht van Leiden staat op een dominante plek middenin Leiden waar bijna 1000 jaar geleden al een houten ‘sterkte’ op een vluchtheuvel (een ‘motte’) was. Nu resteert er op de motte nog een rond bouwwerk, waarover je helemaal kunt rondlopen met uitzicht over (de daken van) oud Leiden.
Openingstijden: 1 april – 31 okt 10-18 uur; 1 nov
– 31 mrt 10-16 uur en ma dicht. (niet gratis, MJK
geldig)
9. Ga aan het eind van de Nonnensteeg LA, de
5e Binnenvestgracht op. Rechts ziet u achter
het hekwerk de Hortus weer.
Op nr. 7a vindt u de Hortus Clusianus uit 1594.
Deze eerste studietuin begon met een
combinatie van exotische planten (zoals tulpen,
hyacinthen en tomaten) en inheemse en nuttige/
medicinale gewassen. De tuin moet grote indruk
hebben gemaakt op de eerste bezoekers ervan.
Ook nu nog is de tuin een lust voor oog en oor.
De tuin is soms open (let op: de deur kan
klemmen).
10. Eenmaal uit de Clusiustuin vervolgt u LA uw
weg en ziet u recht vooruit de bol van de
Sterrenwacht.
11. Voor nr. 12 gaat u LA de Zeegersteeg in.
Hier vindt u links het Komkommerhof en
rechts het St. Annahofje uit 1503. Rechts
voor de ingang staat een vijgenboom die
vruchten draagt. Aan het einde van de
Zeegersteeg komt u op de Kaiserstraat,
waar u RA slaat.
U vindt hier -naast de witte esdoorns- aan de
rechterkant twee hofjes, waar de bewoners vaak
aan het tuinieren zijn: het Bethaniënhof en het
Jeruzalemshof. U kunt via het Bethaniënhof
doorlopen naar het Jeruzalemshof en zo weer
aansluiten op de Kaiserstraat.
12. Ga aan het einde van de Kaiserstraat, net
voor de brug, LA de Boisotkade op. U loopt
dan langs het Gemeentearchief en kunt
vanaf de Vlietbrug van het uitzicht genieten.
De Geuzen kwamen hier in 1574 de stad
binnen.
www.ivn.nl
IVN streeft naar een duurzame samenleving door mensen te betrekken bij natuur, milieu, landschap en de eigen leefomgeving.
Op de Vlietbrug heeft u aan de stadskant een
prachtig uitzicht over de Vliet, met dwars daarop de
bebouwing van het Rapenburg. Hierachter ziet u
een deel van de Pieterskerk. De dichtheid van de
bebouwing, de allure van de huizen en de
diversiteit aan bouwstijlen en dakvormen geven dit
deel van Leiden de uitstraling van een welvarende
stad uit de Gouden Eeuw.
Links ziet u het nieuwe deel van het
gemeentearchief en het door beeldhouwer Gert
van der Woude ontworpen bronzen Pilgrimbeeld.
Op de overgang tussen het oude archief en het
nieuw aangebouwde deel staat het jaartal van de
aanbouw (1995). Voor de entree liggen natuur-
stenen met daarin gegraveerd de namen van de
ongeveer 4000 kinderen die in 1995 Leiden in zijn
geboren en in het natuurstenen muurtje voor de
ingang lezen we de filosofische tekst: "Wie zoekt
wat zich hier laat vinden, zal blijven". Al deze
elementen zijn speciaal voor het archief ontworpen
door de Leidse kunstenaar Jan Kleingeld.
Rechts een aantal relatief nieuwe woningen in
rode steen aan het Consciëntieplein. Op deze plek
stond in de 14e eeuw de Ridderhofstede van de
heer van Raaphorst: de Rapenburg. Aan deze
familie dankt het huidige Rapenburg haar naam.
In het schuin aflopend talud staat een grote
populier, vier jonge kastanjebomen en een
Japanse kers. Langs de Vliet staan aan beide
zijden linden, in het talud naar het bronzen beeld
staan vlinderstruiken, sneeuwbes, rozenbottels en
wat hoger een boom met een schors met lichte
verticale strepen: de hemelboom.
Aan de singelkant van de brug kijkt u over de Witte
Singel en de Zoeterwoudse Singel. U ziet daar het
vervolg van de Vliet: het water passeert de
Neksluis bij de brug over de Witte Singel met
ingemetselde Leidse sleutels en het jaartal 1936,
het jaar van de plaatsing van de vernieuwde brug.
De sluisdeuren aan het bruggetje zijn zo gebouwd
dat ze het water uit de Singel tegenhouden zodat
het niet via de Vliet naar het achterliggende
polderland kon stromen. Door de ontginning van
het veen in de achterliggende polders kwam de
omgeving van Leiden zo laag te liggen dat het
nodig was via kunstwerken als dit sluisje het
Rijnwater binnen de stad te houden.
In het water van de Vliet en de Singel kunt u
meerkoeten, futen, ganzen en wilde eenden zien
zwemmen. Ook zijn de kokmeeuw, de
zilvermeeuw, de mantelmeeuw en de blauwe reiger
hier vaak te zien. De Waterlelie en Gele Plomp zijn
een groot deel van het jaar in de singel aanwezig.
De grote bomen langs de Witte Singel voor het
archief zijn witte esdoorns, wat lager aan de
waterkant staat een flinke Es.
12. Loop de Vlietbrug af richting de Doezastraat,
langs de landelijk aandoende huizen met
houten balkons en een ligusterheg aan de
Singelzijde met daarachter prachtige essen.
Voor de ligusterheg aan de linkerzijde, na het
laatste huis, is een aparte groeiplaats voor
Vingerhoedskruid ontstaan.
13. Steek de Doezastraat over en loop via het
zebrapad over het trottoir aan de rechterkant
van de Jan van Houtkade langs het water.
Op de hoek bij de bank voor de Koepoortsbrug (de
naam verwijst naar de stadspoort die hier vroeger
stond) staat aan de waterkant een stevige,
gedrongen paardenkastanje met veel knoesten en
een stuk ingegroeide staalkabel. Deze boom is zo’n
tien jaar geleden bij de reconstructie van het
stationsgebied hier naar toe verplant. De rij
kastanjes vormt net als veel andere bomenrijen in
de stad een belangrijke rust-, nest- en
foerageerplaats voor vogels. Van de aanwezigheid
van vogels zijn veel sporen te zien, onder andere
de vele vlierstruiken, die als zaadje zijn uitgepoept
en dus eigenlijk door de vogels zijn geplant.
14. Loop over het trottoir van de Jan van Houtkade
langs de statige kastanjes in het talud van de
Zoeterwoudse Singel. Op een gegeven
moment kunt u links de Jacobsgracht in kijken,
met op het eind het voormalige
Natuurhistorisch Museum. Bij de
parkeerautomaat is het aardig even naar
beneden aan de waterkant te speuren naar de
restanten van de waltoren Bourgondië.
15. Loop vervolgens door tot aan de waltoren
Oistenrijck.
Beide torens zijn vernoemd naar Maximiliaan van
Habsburg, keizer van Oostenrijk, die in 1478
trouwde met Maria van Bourgondië. In het talud
naar het water staan volop wilde planten: gevlekte
aronskelk, speenkruid, sneeuwklokjes,
vingerhoedskruid, fluitekruid, zuring, harig
wilgenroosje, braam en vlier. Naast de toren groeit
een door vogels ‘geplante’ Taxus.
Op de zonnige kant van de Leidse walkanten ziet u
regelmatig de muurleeuwenbek; een rotsplant die
vooral in het Middellandse Zeegebied voorkomt,
maar ook in de West-Hollandse steden goed
gedijen.
16. Steek bij de bloemenstal via de zebra’s de Jan
van Houtkade over en vervolgens de
Korevaarstraat en de Geregracht over naar het
Plantsoen. In het Plantsoen aan het water zie
je drie grote platanen op een rij. Vlak voor het
lage hekje bij het stenen gemaal staat een
Japanse notenboom.
IVN streeft naar een duurzame samenleving door mensen te betrekken bij natuur, milieu, landschap en de eigen leefomgeving.
17. Vervolg uw route via het pad langs het water
richting de volière.
Het plantsoen is aangelegd in 1830 en was, als we
de Burcht niet meetellen, het 1e echte kijkgroen dat
voor de Leidenaar werd aangelegd binnen de
singels. Een aantal prachtige monumentale bomen
vraagt uw aandacht: de stevige platanen met de
vlekkerige bast, een aantal flinke beuken en eiken,
een Corsicaanse den, een Atlasceder en kastanjes.
De volière stamt uit 1867 en is een aantal keren
met sluiting bedreigd, maar steeds weer werd hij
opgeknapt. Vele generaties ouders hebben hier op
zonnige dagen met hun kinderen naar de exotische
vogels kunnen turen. Wandelen door het plantsoen
is op mooie dagen nog steeds een leuk uitje voor
(groot)ouders. Ook buiten de volière kunt u volop
genieten van vogels. U ziet hier meeuwen, eenden,
zwanen, ganzen, meerkoeten, futen, duiven,
Turkse tortels, halsbandparkieten en allerlei
zangvogels.
18. De route gaat verder langs het water.
19. Steek de weg over bij de brug. Hier rechts een
watercypres en een amberboom.
20. Bij de splitsing van het pad midden door het
park of het pad langs het water staat een
majestueuze Kaukasische vleugelnoot.
Na 200 meter in de bijna haakse bocht van het pad
en de singel, bij een omgevallen boom (abeel) in
het water staat in het gras het bronzen beeld
Moeder & Kind van Jan Wolkers. In de roman
Turks Fruit beschrijft hij beeldend de
ontstaansgeschiedenis van dit bronzen
‘moedergeluk’.
Langs het water bloeit in het voorjaar de gewone
vogelmelk in grote hoeveelheden. Even verderop
kijkt tussen een enorme populier en een plataan de
‘Venus van Leiden’ (scheef) uit over het water. Nog
iets verder, bijna als laatste boom in het Plantsoen
zien we de Wilhelminalinde met een hek eromheen
en een inscriptie erin: ‘23 sept. 1898’.
21. Aan het eind van het Plantsoen steekt u bij de
zebra de Plantagelaan over naar de Plantage
en loopt u RD.
In de Plantage vallen alweer de grote bomen op:
een eik in het perk met het stenen muurtje, twee
heel verschillende esdoorns: één met een ring om
de bast (dit kan een litteken van het enten zijn) en
de ander in het midden van het gras, drie platanen
en een paardekastanje. In het gras zien we
opvallend veel Stinzenplanten: krokussen, sneeuw-
klokjes en vogelmelk.
22. Loop LA de Hogewoerd op, ga RA de
Veerstraat in bij café de Plantage, vervolg uw
weg LA de Utrechtse Veer op, met de leilinden
op het Co Snookerpleintje, naar de groene
ophaalbrug, ga RA de brug over, RA de
Nieuwe Rijn op. Bij huisnr. 111 ziet u een
geveltuintje met echte Leidse Stokrozen.
23. Loop verder langs Het Huis op de Waard naar
het Cathrijn Jacobsdochterhofje.
Door de poort mogen we even discreet rondneuzen
in dit bijzondere hofje. Vanuit de tuin kunt u de
Nieuwe Rijn zien en de Zijlsingel, de begraafplaats
Groenesteeg, de 4e
Binnenvestgracht en aan de
achterzijde de muur van het voormalige Minnehuis
met als herinnering de enorme schoorsteen van de
toenmalige keuken. De tuin heeft bij de poort links
aan de gevel een prachtige passiebloem, rechts
enkele fruitboompjes, een siertuin, bessen,
lavendel en bij het tuinhuisje staat een stevige
treures.
24. U kunt door de poort weer terug, rechts de
Kaarsenmakersstraat in en langs een rij
haagbeuken. Aan het eind gaat u LA de
Groenesteeg in.
25. Als u op dit punt RA gaat, komt u bij
Begraafplaats Groenesteeg die in 1812 is
aangelegd en uitgebreid tot z´n huidige vorm in
1830.
Er staan bijzondere bomen; let vooral op de grote
bruine beuk in het midden en de bijzondere
Stinzenflora: in de vroege lente is de grond bezaaid
met wilde hyacinten, gewone en knikkende
vogelmelk, krokussen, vingerhelmbloem, blauwe
druif, narcissen en sneeuwklokjes. De markante
rechthoekige witte aula is deels bewoond en deels
expositieruimte. Op de begraafplaats zijn bekende
en hooggeplaatste Leidenaren begraven zoals de
eerste twee directeuren van het Rijksmuseum van
Natuurlijke Historie (nu Naturalis): de heren
Temminck en Schlegel. Openingstijden: ma-vr 9-
17 uur; za+zo 11-17uur. Van 16 nov-1 apr tot 16
uur.
26. U loopt nu weer richting de Burcht. Er zijn
steeds meer geveltuintjes en bloembakken te
zien, ook in de zijstraatjes en steegjes. ’s
Zomers een kleurig geheel.
27. De 3e brug die u overgaat, gaat over de
schilderachtige Herengracht met aan beide
zijden lindebomen. Uiteindelijk komt u uit op de
Hooigracht, die u LA op gaat.
28. De 1e steeg RA (Hooglandse Kerkchoorsteeg)
leidt naar de Hooglandse Kerk. U kunt nu links
of rechtsom de kerk gaan tot u de poort bij de
Burcht weer ziet.
Deze wandeling wordt u aangeboden door IVN Leiden: www.ivn.nl/leiden Zie ook ‘Stadsnatuurwandelingen door Leiden’ een gezamenlijke uitgave van gemeente Leiden
en IVN Leiden.