Zie zo Taal blok 4 | Oefenen...

5
Zie zo Taal blok 4 | Oefenen woordenschat Dit blad hoort bij Zie zo Taal, leerjaar 2, blok 4 © Uitgeverij Zwijsen BE 2013 1 Welke woorden zou jij gebruiken in een woordenweb over eenzaam? Kleur ze. Schrijf er zelf nog een passend woord bij. Wanneer was jij wel eens eenzaam? 2 Welk woord past niet in het woordenweb? Trek er een kring rond. wœnd erg kwaad l boos rand lukkig פn schun duilijk mœilijk הlr rand lukkig nvoudig gœd grijפn nzaam droevig alleen prettig moe treurig hoera met z’n allen missen Dit lijkt me een eenvoudig boek. 122 voorbeeldoplossing huin droevig alleen treurig missen

Transcript of Zie zo Taal blok 4 | Oefenen...

  • Zie zo Taalblok 4 | Oefenen woordenschat

    Dit blad hoort bij Zie zo Taal, leerjaar 2, blok 4 © Uitgeverij Zwijsen BE 2013

    1 Welke woorden zou jij gebruiken in een woordenweb over eenzaam? Kleur ze. Schrijf er zelf nog een passend woord bij.

    Wanneer was jij wel eens eenzaam?

    2 Welk woord past niet in het woordenweb? Trek er een kring rond.

    wœ nd

    erg kwaad l boos

    ra nd ¡ lukkigrœ פ n

    sch¥ u¦ n

    dui lij k mœ ilij kה l r

    ra nd ¡ lukkig© nvoudig

    gœ d ¬ ® grij פn

    © nzaam

    droevig

    alleen

    prettig

    moe

    treurig

    hoera met z’n

    allen missen

    Dit lijkt me een eenvoudig boek.

    122

    voorbeeldoplossing

    hui ndroevig

    alleen

    treurig

    missen

  • Zie zo Taalblok 4 | Oefenen woordenschat

    © Uitgeverij Zwijsen BE 2013 Dit blad hoort bij Zie zo Taal, leerjaar 2, blok 4

    3 Maak een rij met woorden die hetzelfde betekenen. Begin met moe.Kies uit:

    slaperigaangenaam

    sportiefjaloers boos

    zenuwachtig vermoeid rusten

    mœ Wat is het tegengestelde van moe? Denk aan: niet moe.

    4 Wat voor zin is het? Kruis aan.

    vragende zin mededelende zin uitroepende zin

    Hou op!

    Wat wil jij?

    Vandaag komen ze terug.

    Ik mis jou soms.

    Mis jij mij?

    Wat een toeval is dat.

    Jippie, vakantie!

    Het brood is op.

    123

    voorbeeldoplossing

    wak³ r

    � rmœ id slaפ rig

    X

    X

    X

    X

    X

    X

    X

    X

  • Zie zo Taalblok 4 | Oefenen woordenschat

    Dit blad hoort bij Zie zo Taal, leerjaar 2, blok 4 © Uitgeverij Zwijsen BE 2013

    5 Oeps! Er staan geen leestekens meer! Weet jij of het mededelende zinnen, uitroepende zinnen of vragende zinnen zijn?

    Schrijf de juiste leestekens op de lijnen.

    Die boom staat in de weg Mijn kop thee was heel lekker Wie is die vreemde man Klaar ✂

    6 Maak van deze zin…

    een uitroepende zin:

    De school is uit. ➝ Ik ben zo blij. ➝

    een vragende zin:

    Het konijn slaapt in zijn hok. ➝ Ik schrijf een zin. ➝

    een mededelende zin:

    Geeuw jij ook zo vaak? ➝ Slaapt Roosje in een bed? ➝

    124

    voorbeeldoplossing

    ..

    ?

    µ school is uit!

    Jij º uwt ook zo vaak. RoosÀ slaapt in © n ® d.

    Slaapt ה t konij n in zij n hok?Schrij f ik © n zin?

    Ik ® n zo blij !

    !

  • Zie zo Taalblok 4 | Oefenen begrijpend lezen

    Dit blad hoort bij Zie zo Taal, leerjaar 2, blok 4 © Uitgeverij Zwijsen BE 2013

    *

    **

    144

    1 Lees het tekstje:

    Mijn zus is heel boos op mijn broer.Ze roept: ‘Je bent een domkop!’Hij antwoordt: ‘Dat ben je zelf!’

    In de tekst staat bij *: Ze roept: ‘Je bent een domkop!’ Wie wordt er bedoeld met Ze?

    In de tekst staat bij **: Hij antwoordt: ‘Dat ben je zelf!’

    Wie wordt er bedoeld met Hij?

    2 Welke zin komt best na de eerste zin?Kruis de beste zin aan.

    Ik loop naar mijn auto.

    Mijn auto staat in de volgende straat.

    Hij staat in de volgende straat.

    Jullie staan in de volgende straat.

    Ik ben boos op Nina.

    Ik wil hen nooit meer zien.

    Ik wil Nina nooit meer zien.

    Ik wil haar nooit met zien.

    mij n zus

    mij n brœ r

    X

    X

  • © Uitgeverij Zwijsen BE 2013 Dit blad hoort bij Zie zo Taal, leerjaar 2, blok 4

    Zie zo Taalblok 4 | Oefenen begrijpend lezen

    *

    **

    145

    3 Lees de volgende tekst:

    *

    **

    Jan en Geike wandelen naar de winkel.In de straat loopt een vreemde man.Jan en Geike hebben hem nog nooit gezien.Hij heeft een zwarte pet op en draagt een donkere jas.Onder de pet zie je een beetje haar uitsteken.Het is groen.De man mankt ook een beetje .Misschien heeft hij wel pijn aan zijn been.Of misschien doet zijn voet zeer.

    In de tekst staat bij *: In de straat loopt een vreemde man. Wat betekent vreemde?

    grote

    niet bekende, ongewone

    behulpzame

    Door welke zinnen weet je wat vreemde betekent?

    In de tekst staat bij **: De man mankt ook een beetje.

    Wat betekent mankt?

    gebrekkig, slecht lopend

    met grote sprongen lopend

    wuift

    Door welke zinnen weet je wat mankt betekent?

    Jan en Ò iÓ ה b n ה m nog nooit ¡ z� n. Ô t is grœ n.

    Missch� n ft hij ×l pij n aan zij n Ø n. Of missch� n dœ t zij n v œt Ú r.

    X

    X