ZEEBRIEF#88 3 oktober 2013 ZWARTE ZEE (4) DEEL 7

Zaterdag 02-11-1963 (vervolg van het verhaal van Ron de Jong Beekhuijsen)

De verwachting is dat we vandaag te Freeport zullen aankomen, en in de loop van de middag is het zover. De log wordt binnenboord gehaald en 10 minuten later stapt de loods aan boord. We varen de haven binnen

waar we om 16.30 uur gemeerd liggen.

Vannacht wordt wat in zeemanskringen zo wordt genoemd een "boerennacht" (langer slapen dan wat op zee

gebruikelijk is). Er kan ook eventueel gepassagierd worden na 3 weken op zee te hebben gevaren, het was 10

oktober toen we vertrokken vanaf de Azoren. Nu afwachten of hier wat te verdienen valt voor ons, dus

stationsdienst. (Kaart: Smit N.V., Gebr. Spanjersberg, Rotterdam, #738).

Zeekaartje 2e gedeelte reis en aankomst voor stations dienst te Freeport, Grand Bahama.

Woensdag 06-11-1963

Vandaag gaan we buiten ten anker. De loods komt aan boord en om 16.00 uur ankeren we op de rede van

Freeport.

Vrijdag 08-11-1963Om 17.00 uur gaan we anker op, we hebben bericht van Tug Rotterdam gekregen om op te stomen naar Orange, Texas. Het feest is van korte duur want om 19.30 uur krijgen we alweer opdracht om

terug te keren naar Freeport waar we om 22.20 uur ten anker gaan.

Waarom we ineens naar Orange moesten wisten wij toen nog niet.

Zondag 10-11-1963

Vandaag weer eens een rustdag voor het grootste deel van de bemanning. Wachtsman van dek en

machinekamer zijn stand-by evenals een van de stuurlieden en uiteraard de marconist die constant uitluistert of er een S.O.S. in de lucht zit, maar ook wij uit de kombuis en de dekjongens, die ook altijd bezig

zijn. Er wordt veel gevist in het zeer heldere water op de rede, je kunt het koraal op de zeebodem zien, en er

wordt ook gevangen. Als je de kerrie-emmer (waar alle etensresten in worden verzameld en daarna overboord

wordt geleegd) omkeert en de prut in het water ziet verdwijnen, moet je daar je vislijntje met aas

tussengooien, altijd prijs. Diverse soorten vis worden aan dek gehaald en veel gaat weer terug het water in, bijna niemand durft zich aan deze hap te wagen.

Zondag 17-11-1963

Vandaag vier ik mijn 16e verjaardag, nou vieren, het is gewoon net als alle andere dagen: tafeltje dekken,

ontbijtje, piepers schillen, koffie rondbrengen met een koekje o.i.d. Maar ik krijg toch een cadeautje dat ik

niet verwachtte.

Om 06.30 uur zijn we ontmeerd, we gaan stomen naar Nassau, de hoofdstad op de Bahama's om daar het station te bezetten. We varen via New Providence Channel in een knobbelig zeetje naar Nassau waar we om

17.15 uur op de rede aankomen en de loods aan boord nemen. (Zie volgende zeekaartje). Een half uur later

liggen we afgemeerd in de haven van Nassau. Dan even de wal op om een kijkje te nemen, het is toch mijn

verjaardagscadeautje. Na enige Bacardi Cola's te hebben genuttigd heb ik het helemaal naar mijn zin, dit

drankje hadden we al gauw in de gaten toen we op Freeport lagen, dus wat let ons. Maandag 18-11-1963

We liggen langs de kade in Nassau, een leuke drukke stad en niet zo "saai" als Freeport, dat eigenlijk wordt

"verbouwd" als cruisehaven voor de Amerikanen die met deze schepen veel in de Caribean varen en daar heel

wat eilanden aandoen. Omdat de Bahama's vrij dicht bij Florida liggen, komen zij hier op Nassau ook vaak

een dagje kijken. We kwamen dus heel wat Amerikanen tegen toen we met de Zwarte Zee aan de kade lagen

in Freeport. Een veertigtal mensen liepen op de kade te wachtten op een tweemast zeiljacht dat maar niet kwam opdagen. Het jacht heette de Yankee Clipper en we zouden er nog mee te maken krijgen.

Vanmiddag hebben we vrij, voor de kombuisploeg is dit de eerste keer. Onze directeur van Smit, de heer

Viëtor is met de heer Edelenbosch in Nassau en hebben voor officieren en bemanning dit uitje georganiseerd.

Een rondrit met "dikke" wagens door Nassau, een show met pelikanen die allerlei trucjes uithalen, en bezoek

aan een geweldige club, biertjes en Bacardi Cola's etc. niks is te gek.

Als je aan de bar zit, kijk je onder water in het zwembad dat bij de club hoort. Er verschijnt daar een dame in badpak die ook allerlei trucjes en buitelingen doet. Zij pakt haar zuurstof uit een slangetje dat onder water

bungelt en zo kan zij het wel een tijdje uithouden. Als zij haar act heeft afgewerkt krijgt ze een groot applaus

van ons allemaal.

Ben er nooit achter gekomen of zij dit heeft meegekregen. Na al het feestgedruis keren we laat in de middag

terug naar de Zwarte Zee, en trekken na het avondeten de stapschoenen weer aan, het was een leuke,

gezellige dag.

Dinsdag 19-11-1963

Om 07.00 uur ontmeren we omdat er een boot aan de grond is gelopen net buiten de haven van Nassau, het

blijkt de tweemaster Yankee Clipper te zijn. Niet lang daarna zijn we ter plekke en zetten de werkboot

overboord om een sleepverbinding te maken. De boot zal een drijflijn over stomen naar de Yankee Clipper die zwaar slagzij maakt en vastzit op het koraal.

Als de Zwarte Zee zeer voorzichtig wil gaan vastmaken, omdat het ter plekke erg ondiep is, stoten we

tweemaal op het koraal. Er wordt onmiddellijk losgegooid en we gaan een klein stukje verwijderd van deze

plek voor anker (1/4 mijl Noord van Hog Island). Inmiddels is er onder ons contract een kleinere sleepboot

gearriveerd die vastmaakt en om 10.45 uur de Yankee Clipper vlot trekt. Wij nemen onze werkboot weer aan boord en gaan om 12.00 uur anker op. Om 13.10 uur liggen we weer gemeerd aan de kade. (Kaart Nassau:

farazjaka.com).

Woensdag 20-11-1963

Bijgekomen van de drukte van gisteren en iedereen heeft er weer zin in. Er is een duikonderzoek gedaan of we

schade hebben aan de schroef of het roer, wat gelukkig niet het geval is. Na een verder rustig verlopen dag kan er voor de mensen, die de kans hebben, gepassagierd worden. Tomorrow is another day. Donderdag 21-11-1963

De dag begint rustig, we liggen langs de gezellige drukke kade te wachten op de dingen die komen gaan.

Dit laat niet erg lang op zich wachten want om 11.20 uur ontvangen we het bericht van Tug Rotterdam dat er

een boot aan de grond zit bij Puerto Barrios, Guatemala. Het blijkt de K.N.S.M.-vrachtvaarder Breda te zijn

dus voor en achter klinkt het commando als iedereen aan boord is. Met de loods aan boord ontmeren we om

12.20 uur en de loods gaat een kwartiertje later van boord. De log gaat overboord en de beide karren gaan vol vooruit, we maken 140 slagen met de schroef dus de vaart zit er al gauw in. Een licht bewolkte lucht en een

O.N.O windje, haast is nu geboden.

Vrijdag 22-11-1963

We varen zo'n 17,5 knots per uur en om 09.10 uur krijgen we van Tug Rotterdam te horen dat ons Lloyds

Open Form is aangeboden. Om 12.00 uur passeren we Zuid de eilandjes Dry Tortugas in de Straat Florida. In

het begin van de middag horen we op de radio het ontstellende bericht dat President John F. Kennedy in

Dallas, Texas is neergeschoten en overleden. Het wordt uiteraard het gesprek van de dag en iedereen is

aangeslagen. In die tussentijd spuit de Zwarte Zee verder door het rustige water van de Straat Florida. In de

nacht varen we langs het meest Westelijke punt van Cuba en komen we in de Caribische Zee terecht.

Zaterdag 23-11-1963

In de ochtend zijn we nog steeds onderweg naar de Breda die we vandaag zullen bereiken. Maar helaas, het zit ook deze keer niet mee. Om 15.00 uur ontvangen we een bericht van Tug Rotterdam dat de Breda uit

zichzelf is vlot gekomen. We gaan rond en gaan op één kar terug naar station Freeport, Bahama’s. Jammer

voor ons maar gelukkig voor de mensen van de Breda en het zal de K.N.S.M. niet veel kosten. (De BREDA van

de K.N.S.M. die net geen jop werd, foto: Skyfotos/kaart KNSM).

Diverse werkzaamheden rond Bahama’s, YANKEE CLIPPER, BREDA, retour Freeport, naar Orange, Texas

BREDA, IMO 5050971, 12-3-1945 kiel gelegd, MC#816, type VC2-S-AP2 (Victory), 2-5-1945 te water gelaten

bij Bethlehem-Fairfield Shipyard Inc., Baltimore (Md.), U.S.A. (2469) als ANTIOCH VICTORY, 25-5-1945

opgeleverd aan U.S. War Shipping Administration, Baltimore. 7.604 BRT. 9-1946 overgedragen aan United

States Maritime Commission, Washington (D.C.), U.S.A. 7-1947 verkocht aan de Ned. Regering, herdoopt

BREDA. 9-1947 verkocht aan N.V. Koninklijke Nederlandsche Stoomboot Mij., Amsterdam. Brandmerk 2181 Z AMST 1947, roepsein PDGI. 7.635 BRT, 4.561 NRT, 10.595 DWT. 138,76 (134,15) x 18,94 x 10,51 x 8,710

meter. Grain: 503.845 Cubic Feet, 14.267 m3, Bale: 437.120 Cubic Feet, 12.377 m3, 15 kn. 2

waterpijpketels, v.o. HS 12622, v.o. 1119 m2, 36,68 atm., Edge Moor Iron Works Inc. 6.600 APK, 2

stoomturbines, Westinghouse Electric & Manufacturing Co., Pittsburg. 22-4-1966 verkocht aan Trade Lines

Inc., Piraeus, in beheer bij Trade & Transport Inc. voor Gregory Callimanopulos, herdoopt TRADE

AMBASSADOR. 1970 verkocht voor sloop naar Taiwan, 18-10-1970 vertrokken van Saigon naar Kaohsiung, 10-1970 overgedragen aan Keun Hwa Iron & Steel Works & Enterprise Ltd., Kaohsiung, 10-11-1970 aanvang

sloop, gesloopt te Kaohsiung in 1970.

Maandag 25-11-1963

We varen weer door de Straat Florida en passeren rond 11.30 uur wederom de Dry Tortugas eilandjes. We komen mooie namen tegen onder de Florida kust zoals: American Shoal, Sombrero Key, Tennessee en

Alligator Rif.

Dinsdag 26-11-1963

We zijn alweer in het zicht van de haven en we bereiken Freeport om 11.00 uur alwaar we weer ankeren op de

rede en wachten op de dingen die gaan komen.

Maandag 2-12-1963 Om 10.40 uur gaan we anker op en varen naar binnen waar we langs de kade afmeren. We hebben al die tijd

niet anders gedaan dan onderhoud aan het schip, aan dek wordt druk geschilderd etc. evenals de

werkzaamheden in de machinekamer. Onze marconist luistert nog steeds scherp uit maar er gebeurt niets. In

de kombuis gaat het ook gewoon lekker door. De kok beent zijn vlees uit, varkenshaasjes, karbonades,

kogelbiefstukjes, het lijkt soms wel op een slagerij. Rob de koksmaat is onze broodbakker, wit, bruin, krentenbrood, cakes, een echter koekenbakker dus, alles bakt hij. We provianderen en hebben dagelijks verse

melk en dat is iets dat je op zee nooit krijgt.

Vrijdag 6-12-1963

Het is weer varen geblazen en dus is het passagieren weer even over, op naar het volgende karwei. We hebben

een telegram gekregen van Tug Rotterdam dat we moeten opstomen naar Orange, Texas om een booreiland te

gaan verslepen naar jawel, Rotterdam. Wij als jonge knapen vinden het prachtig om richting Holland te gaan en we zijn natuurlijk niet de enigen. De bevaren mensen houden alleen een slag om de arm en zeggen: "we

zijn er nog niet" want het is geen slooptankertje dat we gaan verslepen. We ontmeren om 16.00 uur en gaan

op weg naar Orange, Texas. Het is mooi weertje, in Holland zal het nu wel koud zijn, Sinterklaas is al geweest.

We draaien 75 slagen wat zo'n beetje 15 knots per uur oplevert en varen weer door de Straat Florida de Golf

van Mexico in. Maandag 9-12-1963

We stomen nog steeds in de Golf van Mexico en hopen vanavond bij de Texaanse kust aan te komen. We

willen weleens zien of we echte Cowboys tegenkomen, paarden, revolvers, de wildste verhalen doen de ronde.

We genieten van de goede muziek die we op de radio ontvangen, Country and Western is de hoofdmoot. Ook

de Beach Boys en Trini Lopez worden grijsgedraaid door de radiostations. Om 22.25 uur komen we aan op

locatie en gaan op de rede van Port Arthur voor anker. Morgen gaan we zien wat er gaat gebeuren, we zijn benieuwd naar Orange.

Dinsdag 10-12-1963

We liggen nog steeds geankerd op de rede van Port Arthur en gaan om 19.40 uur anker op. Even later

passeren we de uiterton en komt de loods aan boord die ons dirigeert naar de bunkerpier in Port Arthur waar

we om 22.40 uur aanmeren. Woensdag 11-12-1963

We laden brandstof en om 14.40 uur komt de loods aan boord en ontmeren we om de Sabine River op te

varen op weg naar onze ligplaats te Orange, waar we om 17.00 uur afmeren.

Vrijdag 13-12-1963

Er worden drie machinisten naar Holland gezonden te weten: de eerste (P. van Willigen), de derde (A.L.M. van

Sprang) en een assistent werktuigkundige (J.D.A. Blankers).

Zij zullen, zodra als we in Holland aangekomen zijn, weer op de Zwarte Zee en de volgende reis, met een

nieuwe bemanning gaan maken, zij zijn in ieder geval zeer goed bekend in onze machinekamer.

Aan boord veranderd dan ook iets in de samenstelling van de machinisten. Een tweede machinist waar we er

twee van hebben, wordt eerste machinist. Onze overgebleven derde machinist zal later op het booreiland als machinist-runner meegaan maar zover is het nog niet.

Wel is er een nieuwe derde werktuigkundige aan boord gekomen en ook hulp-machinist Steketee, bekend om

zijn verhalen en foto's die hij maakt voor ons maandelijks maatschappijblad (de Sleeptros).

Er schijnt nogal wat werk te zijn voor het zeeklaar maken van het rig, genaamd de Mr. Cap.

Ook ging van boord: ll. werktuigkundige: C.P. Booster. Olieman: Th. Amen. Gemonsterd: 1e werktuigkundige:

H. Jongebloed. 3e werktuigkundige: H.H. Knaap. Ass. werktuigkundige: J. van Halderen. Hulp werktuigkun-dige: J. Steketee.

De Zwarte Zee gemeerd aan de kade te Orange, Texas

Orange, Texas, veel cowboys maar geen wilde schietpartijen

Maandag 16-12-1963

Er wordt sleepmateriaal overgebracht naar de Mr. Cap. Sleepkettingen, voorlopers, reservepompen, de hele

handel wordt met diverse trucks overgebracht. Er wordt direct sleepklaar gemaakt en we wachten af wanneer

we de reis op gaan. Het is zo'n beetje 5500 sleepmijlen dus we zullen wel even onderweg zijn.

Het havenstadje Orange is niet echt spannend voor ons jonkies. Voor het betere stapwerk moet je toch

eenentwintig jaar zijn, en dat zijn we dus nog lang niet. Wij vermaken ons met milkshakes en Cola, kijken

voor de etalages waar geweren, pistolen en revolvers volop uitgestald staan. We zijn niet voor niets in Texas

waar we heel veel cowboys met hun zogenaamde stetson op hun hoofd tegenkomen, maar zonder revolvers en

paarden. Uit alle kroegen die we tegenkomen, maar niet binnen mogen, klinken voortdurend "shit kickers" (country & westernmuziek). Er is zelfs muziek bij van onze bioscoopheld Roy Rogers, we missen hier alleen

zijn paard Trigger bij. Nog een filmster uit onze tijd, Gene Autry, zingt goede country and western, maar we

komen ze natuurlijk niet life tegen in Orange. We duiken ook grote supermarkten en winkels in, kopen

tandpasta, T-shirts en chewing gum, genoeg voor de grote oversteek. De Omo waspoeder, tandpasta,

toiletzeep, pepermunt, limonadesiroop, etc. wat we bij vertrek uit Holland bij onze scheepshandelaar Tuytel

(uit Maassluis) hadden gekocht was reeds lang op.

De Mr.Cap is sleepklaar gemaakt, de werkers komen terug aan boord, v.l.n.r. Eddie Bakker, Chris van

Gerven, Cor van Roon, Leen Pons, Bas Smallegange, Anton Rietdijk, Piet v.d. Hoek en Piet Koning.

Dinsdag 17-12-1963

Vandaag gaat onze derde werktuigkundige Houweling en matroos Breederveld over op de Mr. Cap, zij zullen

samen met vier Amerikanen de zaak in de gaten houden op dingen die we liever niet zien gebeuren. Er wordt

verwacht dat de Mr. Cap niet het slooptankertje is dat we onze eerste sleepreis hadden versleept. Het is winter Noord Atlantic en de sleep zal zeker niet zo handzaam zijn bij wat slechter weer, we zullen het gaan

meemaken.

Woensdag 18-12-1963

Vandaag is het zover. - Om 11.00 uur ontmeren we en stomen een eind de Sabine River op, er zijn al enkele

havenboten op stap met de Mr. Cap en wij zullen dus wat later vastmaken.

Om 14.25 uur passeren we de Bascule Bridge ter hoogte van Port Arthur. Om 15.15 uur wordt de Mr. Cap vastgemaakt, wat een fluitje van een cent

lijkt te zijn. Wij, de jonge garde staan met grote ogen te kijken naar het rig

dat we gaan verslepen. Het is een zogenaamde Jack-Up Rig, driehoekig

met drie poten. Onderaan de poten zitten drie sputcans, een soort van

grote ronde tank die tegengaan dat de poten van het rig niet in de zeebodem zullen wegzakken.

Op de voorste poot staat een rond heliplatform, hier heeft men gedeeltes

van de landingsplaats weggehaald zodat de wind er beter tussendoor kan

blazen.

Als het hard zou gaan stormen zou het helidek er weleens afgeblazen

kunnen worden en je wil dat niet op je hoofd krijgen. Het booreiland is voor ondiep water, ongeveer voor vijfendertig meter diep water, dus goed

voor de Noordzee. De poten zijn zo'n beetje vijftig meter hoog, voor ons dus

een sleep met c-mijlen qua verdienste. Naast onze runners zijn er nog vier

Amerikanen aan boord, hun namen: Dick, Jo, Ed en Jim.

0m 15.30 uur gooien de eerste twee havensleepboten los die voorop vast staan en we zetten de vaart erin.

Met een drie tot vier knots gangetje zakken we de Sabine River af. Te

17.35 uur gaan de achter sleepboten los en een half uurtje later passeren

we het breakwater van de Sabine River.

De stuurboten hebben losgegooid, de Mr.Cap op de korte tros op de Sabine River, Texas U.S.A., foto H, Jongebloed/De Sleeptros

We stomen op open water en om 18.40 uur gaat de loods van boord. Om 19.15 uur wordt de sleep gedeeltelijk

gevierd en bevinden we ons in de Golf van Mexico, een lange sleepreis gaat beginnen.

Donderdag 19-12-1963

We varen met de Mr. Cap in de Golf van Mexico met mooi weer, wind N.O.3 en een goed volgende sleep. We maken 102 slagen en meten om 12.00 uur een run van 99 mijlen, voor een sleep van deze omvang en hoogte

niet slecht. Op de 4-8 wacht wordt nog eens 400 meter sleepdraad gevierd dus bungelt de Mr. Cap weer een

beetje verder bij ons vandaan.

Zaterdag 21-12-1963

In de nacht van vrijdag op zaterdag is het harder gaan waaien. Windkracht 6 tot 7 O.Z.O. en met stevige

regenbuien. Er staat een aanschietende zee zoals dat genoemd wordt dus een slingerend schip en ook de Mr. Cap slingert licht op de golven, we draaien 92 slagen dus doen iets voorzichtiger aan. Later op de dag

verbetert het weer en kunnen we weer wat harder draaien. We vieren nog eens 200 meter sleepdraad.

Maandag 23-12-1963

Vandaag een mooie run van 132 mijlen de laatste 24 uur, we hebben kennelijk stroom mee gehad. Later in de

middag gaan we weer minderen naar 92 slagen, het is windkracht 5 uit N.N.W. dus we worden weer iets afgeremd.

Woensdag 25-12-1963

Het is eerste Kerstdag en we hebben prachtig weer hier in de Golf van Mexico. 's-Morgens wordt iedereen die

de vrije wacht heeft, uitgenodigd in de officierssalon en wordt verwelkomd door kapitein Poot. Na een korte

toespraak wordt de Kerstkist geopend en worden de pakjes verdeeld en geopend. Stukken zeep, after shave,

een extra handdoek, luchtpostpapier te veel om op te noemen, we kunnen het gebruiken. Smits-vrouwenclub had dit weer goed voor ons georganiseerd. Voor etenstijd wordt er gezellig gepraat en een borrel gedronken.

Met het eten wordt er met smaak van de kalkoen gegeten die in de States aan boord was gebracht.

Donderdag 26-12-1963

We varen met schitterend weer in de Straat Florida, een licht golvend zeetje, een goed volgende sleep en een

zonnetje om wat kleur en vitaminen op te doen. Het lijkt nu een beetje op een vakantiereisje. Ook vandaag is het weer zondagdienst dus iedereen geniet ook van deze dag. Ook speelt natuurlijk mee dat

we onderweg zijn naar Holland, en we hopen dat de reis voorspoedig zal verlopen.

Vrijdag 27-12-1963

Om 8.40 uur gaat de werkboot overboord. Vanaf de Mr. Cap is gevraagd voor wat zuigkorven voor de

pompslangen en lasdraad, omdat enkele steunberen ten behoeve van de poten en die op dek gelast zijn

scheurtjes vertonen. Onze derde werktuigkundige op de Mr. Cap zal deze opnieuw gaan lassen. Het is nog steeds goed weer dus voor de bemanning van de werkboot een pleziertochtje. Ook onze scheepsklok wordt

dagelijks vooruit gezet de ene dag 6 minuten, de andere dag 10 minuten, al naar gelang onze snelheid. Tot nu

toe blijft het weer ons behoorlijk goed gezind varend op de Atlantische Oceaan.

Maandag 30-12-1963

Een beetje te vroeg gejuicht, het weer is vandaag verslechterd. Zware regenbuien, O.N.O.-wind kracht 6 die de Zwarte Zee behoorlijk laat stampen en slingeren. Ook de Mr. Cap stampt en slingert behoorlijk, we hopen dat

het van korte duur is. We draaien wat rustiger aan en maken 90 slagen. Onze middagpositie 30-04 Noord en

72-54 West.

Dinsdag 31-12-1963

Vandaag is het er niet beter op geworden. Er waait een behoorlijke bries kracht 5 tot 6, regen en in de loop

van de dag minderen we heel wat slagen, we maken er nu 81. We hebben een run van slechts 49 mijlen in 24 uur. Om 12.50 uur wordt gemeld dat er enkele lassen op de achterste poten iets waren gescheurd aan dek.

We sturen nu pal Oost zodat we recht op het zeetje liggen. Om 18.00 uur meldt onze derde werktuigkundige

op de Mr. Cap, dat deze nu wat rustiger ligt dan vannacht en dat de lassen niet verder zijn gescheurd. In de

nacht neemt de zeegang weer verder af maar van Oud en Nieuw vieren komt niet veel.

De ZWARTE ZEE doet haar best om de vaart erin te houden.

Woensdag 1-1-1964

Het weer is gelukkig wat beter geworden al is het buiig en loopt er een lange deining. Met een variabel windje

is het wel uit te houden. De run vandaag is weer niet bijzonder, 48 mijlen dus de gang moet er weer in

komen. De runners op de sleep melden dat alles nog hetzelfde is als gisteren, de sleep ligt een stuk rustiger. Ze proberen de lasgenerator, die het heeft begeven, te repareren. Hierdoor kunnen de gescheurde lassen nog

niet hersteld worden.

Donderdag 2-1-1964

Met goed weer, we draaien 95 slagen. Vanaf de sleep wordt gemeld dat er toch weer een aantal lassen van de

steunen van iedere poot verder los zijn gescheurd, er zijn er nog negen in takt. Later in de middag krijgen we

de melding dat de generator is gerepareerd door onze derde werktuigkundige en dat morgen bij daglicht wordt begonnen met lassen.

In een telefoongesprek met Tug Rotterdam wordt de schade aan het laswerk gemeld, dit zal worden

doorgezonden naar de States en ook naar onze ingenieur Hoogenbosch die deze zaken behartigt.

Vrijdag 3-1-1964

Een run van 106 mijlen, niet slecht dus. We bevinden ons op 29-50 Noord en 66-45 West. Onze marconist krijgt het telegram binnen van Tug dat zij het wenselijk vinden om voor inspectie van het laswerk de

Bermuda's aan te lopen en ook nog vol te bunkeren met brandstof. We veranderen van onze koers van 90

graden naar Noordelijke 30 graden, dus op naar Saint George Bermuda waar we zondag hopen aan te komen.

Zondag 5-1-1964

Na verder te hebben gevaren bij mooi weer, arriveren we voor de haven van Saint George. We hieuwen de

nylon rekker op tot aan de beting en twee flinke havensleepboten maken achterop de Mr. Cap vast. We varen rustig door de nauwe doorgang die slechts 90 meter breed is de haven van Saint George binnen. Even later

gaan we ten anker, de Mr. Cap wordt van ons vrijgehouden door de havensleepboten. Onze nylon rekker

wordt verder scheepgehaald, de voorloper wordt uitgesloten en binnengehaald op de Mr. Cap. De twee

havensleepboten gaan daarna op stap met het rig die haar aan de kade afmeren. Wij zelf gaan om 15.15 uur

anker op en meren aan de kade voor onze sleep de Mr. Cap. De gangway gaat uit, er kan vanavond weer gewandeld worden.

De ZWARTE ZEE en Mr.CAP gemeerd aan de kade van St. George, Bermuda, foto: C. van Roon

Dinsdag 07-01-1964 Gisteren was het een rustige dag aan boord van de Zwarte Zee, op de Mr. Cap is het druk met inspecties etc.

Om 10.45 uur komt er een loods aan boord omdat we naar de bunkerpier gaan om te bunkeren. Om 12.30

uur meren we daaraf en starten met brandstof innemen. We laden 278 ton brandstof, we ontmeren en varen

weer naar onze ligplaats aan de kade voor de Mr. Cap. De dag zit er weer bijna op en in de avond kan er weer

door de meeste mensen worden gepassagierd, waar dan ook gretig gebruik van wordt gemaakt. Zondag 12-01-1964

We hebben open dag aan boord van de Zwarte Zee en hebben veel aanloop van inwoners van St. George waar

we alweer een week voor de kant liggen. Stuurlieden, matrozen en machinekamerpersoneel, iedereen is

suppoost op het schip en leidt mensen rond. Verhalen worden verteld over de reis die we hebben gemaakt en

hoe er gedacht wordt over het stuk wat we nog moeten afleggen. De mensen luisteren aandachtig naar onze

jongens die hun beste Engels uit de kast halen. Er worden kennissen en vriendinnen gemaakt, sommigen van ons hopen weer gauw eens een keertje rond te kijken op Bemuda.

Ook wordt er door een elftal van de Zwarte Zee een voetbalwedstrijd gespeeld tegen een elftal van een lokale

vereniging, onze boys krijgen klop maar hebben wel plezier beleefd in de match, 's avonds wordt er aan de wal

een stevige neut op gedronken. De laswerkzaamheden vorderen gestaag en voor ons is het verder afwachten

tot dit allemaal achter de rug is.

Donderdag 16-01-1964

Er wordt ons meegedeeld dat we morgen gaan vertrekken. De laswerkzaamheden zijn achter de rug, de

Zwarte Zee is tot de nok vol gebunkerd en volop geproviandeerd, maar ook op de Mr. Cap natuurlijk, het is

wachten op morgen.

Vrijdag 17-01-1964 Om 08.00 uur komt de loods aan boord en een

kwartiertje later ontmeren we en varen we naar

de Mr. Cap die intussen al van de kade was

vertrokken, versleept door drie lokale sleepboten.

De reis naar Rotterdam gaat beginnen. En stomen richting de nauwe doorgang naar zee.

We passeren wederom de nauwe haven

in/uitgang en komen zo buiten op zee terecht.

De lokale sleepboten gooien los en om 10.00 uur gaat de loods van boord, en al stomend vieren we

de sleepdraad enkele schijven. We zijn nog maar

net op zee, mooi weer en lichte deining.

We komen op open zee en vervolgen onze reis

naar Holland.

Vanaf de Mr. Cap melden de runners dat zij alle zogenaamde keggen vast hadden gezet die tussen

de spudcans waren geplaatst. Op alle drie de

poten zijn er door het slingeren enige keggen

gaan werken, en zijn er ook een of twee die zij

hebben laten slippen. Per telefoon wordt de survayer te Bermuda geïnformeerd, en hij geeft

zijn akkoord dat opnieuw stijf zetten van de

keggen geen gevaar is, als zij te hoog optrekken,

en wij slepen door.

Zaterdag 18-01-1964

Op de 8-12 wacht, wakkert de Z.O.-wind aan van windkracht 5 tot 8. De Zwarte Zee slingert 25 graden van bak- naar stuurboord, in de kombuis is alles flink zeevast gezet, slingerlatten op het fornuis zodat de pannen

je niet om de oren vliegen. Het eten serveren etc. neemt wat meer tijd in beslag omdat je jezelf toch wel met

één hand moet vasthouden.

Aan dek krijgen we flinke klappen water over, en de Mr. Cap is in plaats vanachter de Zwarte Zee te volgen,

naar onze bakboordzijde verhuist. Omdat we weinig of geen vaart maken waait ze door de harde wind en

flinke zeegang achter ons vandaan. Volle kracht draaien gaat niet in verband met eventueel breken van het sleepgerei, dit moeten we absoluut niet hebben.

De Zwarte Zee met haar bemanning worstelt door. Op de Mr. Cap heeft men het ook niet zo naar de zin, ook

zij slingert en stampt er op los, laten we hopen dat we alles heel houden. Later in de avond en nacht neemt de

wind gelukkig af, er blijft nog wel een behoorlijke deining lopen, de slagen van de schroef zijn weer verhoogd

van 70 naar 85, driekwart van ons vermogen.

Zeekaartje Orange, Texas via St. George, Bermuda naar Rotterdam

Slepen de MR.CAP met goed weer op de Noord Alantic na het verlaten van Bermuda, foto F.J. Steketee

Zondag 19-01-1964 Ook onze runners hebben niet stilgezeten en nadat de storm is geluwd kunnen ze weer een beetje op een

normale manier aan dek lopen. Er wordt gemeld dat er een steun op een van de poten is gescheurd, en enkele

keggen van de spudcans losgewerkt en geslipt waren. Om 15.30 uur wordt gemeld dat de lassen die waren

gescheurd, zijn hersteld, laten we hopen dat dit niet te vaak gaat gebeuren. Maar ja, het is immers winter op

de Noord Atlantic, je kunt hier van alles verwachten.

Dinsdag 21-01-1964

Om 10.15 uur zijn we 70 slagen gaan draaien daar de runners weer enige scheuren moesten lassen. We zijn

een andere koers gaan liggen zodat men beter kan werken op het rig dat dan niet zo slingert. Om 15.50 uur melden de runners dat alle schade is hersteld. We voeren de slagen weer op tot 80, er staat nog wel een harde

Zuidenwind 6-7, wat beide vaartuigen nog flink in beweging houdt.

Windkracht 8, Mr. Cap wordt gaande gehouden en verwaait wat naar de bakboordszijde, foto C. van Roon

Woensdag 22-01-1964

Vandaag gaat het helemaal niet zoals iedereen zou willen. Het slingert en stampt dat het een lieve lust is.

Alleen de hoognodige dingen die moeten gebeuren worden gedaan. Op het achterdek komen bonken water

over en doen de Zwarte Zee schudden in haar tuig. De wind is toegenomen tot West ten Noorden, windkracht

8-9, een hoge zee, afwisselende bewolking en buiig en een barometerstand van 995 millibar, een echte winterse Noord Atlantic dus. Onze runners melden dat er geringe schade is en willen het vanmiddag

repareren, gezien de weersomstandigheden ligt het rig goed, wordt gezegd. Tegen het einde van de middag

waait het nog steeds 8-9 en horen we van de runners dat alles nog steeds in orde is, zij konden uiteraard de

gescheurde lassen nog niet repareren. Zij krijgen wel enorm veel water over het achterste gedeelte van het rig,

zo gaan we de nacht in.

Donderdag 23-01-1964 Vandaag nog steeds dezelfde ellende, we dobberen op 33-01 Noord en 52.50 West. De wind waait nog steeds

loeihard, is naar West gedraaid en is nog steeds 8-9. We hebben toch nog 107 mijlen gemaakt dit etmaal dus

we gaan nog vooruit. Van de runners krijgen we geen sombere berichten, het sleepgerei blijft gelukkig heel, de

matrozen en licht matrozen sturen als roergangers op het handje, de automatische piloot is reeds lang

uitgeschakeld, die kan al dat gegooi niet meer aan. Vrijdag 24-01-1964

Gelukkig, vannacht is de storm afgenomen. De wind is nu N.W. 3 licht golvend met een Noord Westelijke

deining dus de klappen van onze schroef worden weer opgevoerd tot 90, er zit weer iets meer vaart in het

transport, onze paarden doen hun best. We zijn blij dat deze worstelpartij weer achter de rug is.

Zaterdag 25-01-1964

De wind loopt naar het Noord Noord Oosten kracht 5 dus een pittige bries en deining uit dezelfde richting, bij wat we de laatste dagen hadden, stelt dit niet zoveel meer voor. Tegen middernacht melden onze runners dat

er weer verschillende lassen zijn gescheurd omdat het rig waarschijnlijk moeilijk op de deining ligt, we gaan

72 klappen draaien.

Zondag 26-01-1964

We draaien op het ogenblik halve kracht zodat we het rig gaande houden om het zo rustig mogelijk te laten

liggen en de runners meer tijd te geven om de scheuren weer te lassen die toch steeds ontstaan door de bewegingen die het rig maakt. In de late middag draaien we nog steeds langzaam voor behoud van de sleep.

Om 22.30 uur gaan we 65 slagen draaien.

Zondag 02-02-1964

Na een betrekkelijk rustige week met goed weer en veel lasreparaties op het rig zijn we beland in februari, de

tijd vliegt. We krijgen een berichtje van onze sleepboot Ierse Zee dat ze op enkele dagen stomen bij ons

vandaan is. Zij is op weg naar het transport Elbe en Rode Zee die onderweg zijn met het booreiland Mr. Louie, van New

Orleans, Louisiana naar Bremen, Duitsland. Zij zal ons post brengen en voor de Mr. Cap benzine en

laselektroden die deze reis veel gebruikt zijn op het rig, je kunt niet zonder.

Dinsdag 04-02-1964

Om 05.00 uur arriveert de Ierse Zee bij het transport en om 07.30 uur wordt bij daglicht diverse materialen overgegeven aan de Mr. Cap.

De Ierse Zee komt aan bij het transport Zwarte Zee/Mr. Cap en brengt post en materiaal mee

Om 08.10 uur is het handeltje overgegeven, wij hebben onze post aan boord gekregen en zij nemen onze post

mee naar Bermuda waar zij nog even vol gaan bunkeren. De Ierse Zee onder commando van kapitein Jan

Bruins vervolgt haar weg naar het transport Mr. Louie. Nadat beide schepen drie lange stoten op de

misthoorn hebben gegeven, goede reis. Donderdag 06-02-1964

We komen in de buurt van de Azoren de afstand is ongeveer 30 mijlen met schitterend weer, het kan

verkeren.

Vroeg in de middag gaat de werkboot overboord en wordt er 1000 liter drinkwater in speciale vaatjes die altijd

op de run gebruikt worden bij de Mr. Cap aan boord gebracht. Er wordt ook nog wat kleiner spul

overgeheveld. Een uurtje later wordt de werkboot weer binnenboord gehaald en vervolgen we onze reis. Vrijdag 07-02-1964

We varen Horta en Terceira voorbij, dus de Azoren hebben we gehad.

Onze runners melden dat de schade die gedurende de reis op het rig was ontstaan op een enkel onbelangrijk

scheurtje na, hersteld is.

In de nacht gaan er weer klappen af omdat we in een stijve bries verdagen Z.Z.O.-windkracht 5-6. Met een golvende zeegang en een dooreenlopende deining, de andere dag is het weer opgeknapt.

De runners melden dat er weer wat lichte schade was ontstaan maar deze wordt weer snel hersteld want er

zijn genoeg laselektroden op de Mr. Cap.

Zeekaartje vanaf Bermuda richting Portugese Noord

Zeekaartje van het laatste gedeelte van de reis met de MR.CAP van positie Azoren naar Rotterdam.

Zondag 09-02-1964

Weer een hele mooie dag, windstil en een rustig schip. Iedereen vermaakt zich op zijn manier, de een pikt een

zonnetje aan dek, de ander tekent en ikzelf mag een halfuurtje vrij van de kok om nu eens een keertje bij

daglicht te mogen sturen. Je hoeft bijna geen roer te geven met dit mooie weer, we zijn weer een nieuwe ervaring rijker en trots als een pauw dat ik met zo'n groot rig achter ons het roer in handen heb (wel met als

leermeester matroos Bas Smallegange naast me natuurlijk).

Woensdag 12-02-1964

Op de 8-12 wacht gaat het weer eens wat harder waaien, een Westenwind 6-8 dus het is weer slingeren

geblazen. De volgende dag wordt het weer beter en kunnen we weer een halve knots per uur meer maken. Vrijdag 21-02-1964

We hebben een rustige week achter de rug en varen reeds in het Engels Kanaal in de buurt van het eiland

Guernsey, we gaan dus al aardig opschieten richting Holland. De Kanaalkoorts begint zich al te laten voelen,

hier en daar tenminste, sommigen van ons halen hun koffers al tevoorschijn, je kunt er niet vroeg genoeg bij

zijn.

Zaterdag 22-02-1964 We passeren bekende namen zoals Casquets, Alderney, Cap de la Hague, we komen nu toch wel heel dicht bij

huis.

Mr.Cap op de lange deining van de Atlantic voordat we het Engels kanaal bereiken, foto C. van Roon.

Zondag 23-02-1964

Dungeness wordt gepasseerd evenals Varne lichtschip. Op de 4-8 wacht krijgen we te horen dat onze kleine

zuster, de sleepboot Witte Zee zinkende is dichtbij de beruchte Needles bij het Isle of Wight. Zij is daar op een onderwaterrots gestoten bij het vastmaken van de Brother George die daar aan de grond zit. De bemanning

heeft de Witte Zee verlaten en allen werden gelukkig gered door de Engelse sleepboot Gatcombe en door een

reddingsboot. Het was vandaag toch al een heftige dag, want door een paar maal flinke stroom mee te hebben

gehad, zullen we morgen de pieren van Hoek van Holland zien als alles verder goed gaat.

Maandag 24-02-1964

De dag is net begonnen en met een licht Zuiden windje hebben we er goed de gang in. Van bak- en stuurboord schieten veerboten van Frankrijk naar Engeland en terug voor ons over en achter ons langs. Dus

een drukte voor onze kapitein, stuurlui en uitkijk. De Mr. Cap volgt ons het laatste stuk zeer gewillig dus

alles gaat voorspoedig.

Om 12.00 uur varen we nabij het lichtschip Goeree en wordt de sleeplog binnenboord gehaald. Om 12.45 uur

passeren we de Maasboei en de Mr. Cap wordt kort achter de Zwarte Zee gehaald. Om 15.30 uur maken de sleepboten Achilles en Atlas vast op de Mr. Cap.

Een vliegtuigje van de pers cirkelt regelmatig over het transport, we zijn kennelijk een bezienswaardigheid, en

leuk voor de luchtfoto’s.

De WITTE ZEE die bij Isle of Wight verging

De ZWARTE ZEE met de MR.CAP is gearriveerd voor de Nieuwe-Waterweg, foto: collectie N.S.M.

http://www.nationaalsleepvaartmuseum.nl/nl/

Om 14.35 uur wordt het Noorderhoofd gepasseerd en tegen de ebstroom in, varen we de Nieuwe Waterweg op.

Om 18.20 uur passeren we Maassluis en om 20.30 uur wordt de Mr. Cap losgegooid ter hoogte van

scheepswerf Wilton-Fijenoord en met extra havenboten wordt de Mr. Cap afgemeerd. Om 21.15 uur meert de

Zwarte Zee af na een sleepreis van ongeveer 5.500 mijlen. Het was een lange reis, vanaf de technische

proefvaart op 12 April 1963 tot 24 Februari 1964 was het mijn huis (zonder ramen weliswaar).

Heel vaak was het mooi en leuk, soms minder bij vlagen. Maar

ja, zo is het Zeemans leven. Wij zoeken de gangway op en

wensen elkaar een goed verlof en tot ziens? Ik ben van plan om

toch nog een reisje te maken heb de smaak te pakken gekregen.

Met een taxi ga ik naar huis met nog enkele Vlaardingse stadsgenoten en ga uitrusten en eens een keertje uitslapen na

een lang verblijf aan boord van meer dan tien maanden op

"mijn" schip, de Zwarte Zee.

Geschreven door Ron de Jong Beekhuijsen. Foto's (tenzij anders

vermeld) uit eigen collectie van o.m. van N.S.M. (Nationaal Sleepvaart Museum te Maassluis), Frits Stigter (N.S.M.),

Collectie J. Dekker, Bart Kuijsten, Arie Eriks, Cor van Roon,

Frans Steketee, Sjaak Willemstein en NN, en sorry voor degene

die niet zijn vermeld. EN…Ik moest natuurlijk even poseren in het bekende schandblok te St. George………….Ahoy..

De laatste loodjes van onze reis, het is knokken tegen de zware ebstroom in.

Booreiland sluit lange reis in alle rust af

(Van een onzer verslaggevers) - Licht deinend op een onverwacht rustige zee heeft maandag het booreiland mr. Cap de laatste mijlen van de schier eindeloze reis van Texas naar de Nieuwe Waterweg volbracht. Om

kwart voor drie 's middags dreef het meer dan dertig meter hoge gevaarte, bestemd om in de Noordzee naar

gas of olie te gaan boren, bij Hoek van Holland tussen de pieren. De zwaarste sleepreis, die de nieuwe

sleepboot Zwarte Zee van Leen Smit en Co. tot nu toe heeft gemaakt, was daarmee tot een succesvol einde

gebracht. Zes mannen waren het meest In hun sas. Zij zijn bij het vertrek in de week voor Kerstmis als runners op het

booreiland gegaan en hebben dat alleen tijdens een oponthoud op de Bermuda's kunnen verlaten. Op het

eerste traject hadden de runners, twee Nederlanders en vier Amerikanen, het in enkele stormen nogal te

verduren, maar na de Bermuda's kreeg de sleep het veel minder moeilijk. Uiterlijk leek de Mr. Cap, toen hij

gisteren zeer behoedzaam de Nieuwe Waterweg op werd gemanoeuvreerd, niets van de maanden lange reis te

hebben geleden. Toch moest het bouwsel bij Wilton-Fijenoord te Schiedam grondig nagekeken worden. Onder de Amerikaanse kust liep het zelfs wat lekkage op, maar dit kon onderweg worden gerepareerd. Ook op de dag

van aankomst kon Caltex, de oliemaatschappij waarvoor de Mr. Cap gaat boren, nog niet zeggen wanneer het

eiland weer zee zal kiezen. Formeel heet het nog steeds, dat het zo spoedig mogelijk naar het Borkumer rif

gaat, maar de maatschappij heeft daarvoor nog geen toestemming van Bonn. Naar verluidt, zou zij momenteel

trachten de West-Duitse regering' tot een welwillender houding te bewegen. Brother George

Voor de Zwarte Zee dreigde het verblijf in Nederland aanvankelijk maar erg kort te duren. De Schelde,

eveneens van Leen Smit en Co., was zondagmiddag naar Wight gevaren, naar het vrachtschip Brother George,

dat daar op de rotsen was gelopen. Na het vergaan van de Witte Zee had de Schelde gistermorgen onder zeer

moeilijke omstandigheden vastgemaakt, maar het, zag ernaar uit, dat hij het Liberty-schip niet alleen vlot zou

kunnen krijgen. Daarom was het plan de Zwarte Zee direct terug te sturen naar Wight. Het hoefde niet door te gaan, want in de loop van de avond kwam het bericht, dat de Schelde het toch alleen

had geklaard. De sleepboot is nu met de Brother George op weg naar Rotterdam. Het vrachtschip heeft een

kapotte machine en ook het roer is defect. (Bron: HVV, 25-2-1964).

Booreiland "Mr. Cap" thans op zijn plaats - ROTTERDAM, 7 april — Het booreiland "Mr. Cap" staat sinds

gisteren op da vastgestelde plaats ten noorden van Schiermonnikoog — zo heeft de kapitein van de sleepboot

"Elbe" zijn hoofdkantoor gemeld. Het booreiland is gistermiddag uit zijn schuilplaats in de Eemsmonding,

direct onder de kust van Groningen weggesleept. De mr. Cap heeft een week lang op de Groninger

waddengrond gestaan, omdat de weersomstandigheden niet toelieten het booreiland eerder op zijn plaats te brengen. (De Tijd De Maasbode, 07-04-1964).

MR. CAP (MISTER CAP), foto: ANP, 22-04-1964. Bron: 640422_0015_01. Het booreiland MR. CAP sinds enige

tijd draait een boor zich diep in de Noordzeebodem ten noorden van Schiermonnikoog: staande op drie stevige

stalen poten is daar het booreiland MR. CAP geïnstalleerd om uur na uur, dag in, dag uit zijn boor dieper in

de grond te drijven, op weg naar de - naar men hoopt aanwezige - bodemschatten. Onze fotograaf werd

woensdag in de gelegenheid gesteld een vlucht naar het eiland mee te maken - de 76 mannen aan boord van het eiland worden n.l. regelmatig afgelost en bevoorraad met behulp van enkele schepen en helicopters. Voor

de wentelwieken is op het eiland een hoog gelegen landingsterrein (links) vanwaar vele trappen naar het

eigenlijke eiland voeren. Hier het booreiland gefotografeerd uit een helicopter, op weg naar MR. CAP.

80 havenwerkers staken in Delfzijl (Van onze redactie te Delfzijl) Het wegzakken van een poot van het booreiland Mr.

Cap is er indirect de aanleiding van geworden, dat vandaag te Delfzijl tachtig

havenwerkers van de N.V. Stuwadoorsmij. het werk hebben neergelegd. Aan een

ploeg havenwerkers was namelijk de opdracht gegeven om ongeveer 2000 zakken

met zand te vullen, welke zakken zouden worden gebruikt bij het booreiland.

Deze taak werd geweigerd en het resultaat was dat omstreeks kwart over acht vanmorgen alle havenwerkers van de Stuwadoorsmaatschappij, die op de

schepen in de haven en in de oude arm van het Eemskanaal aan het werk waren,

hun taak lieten voor wat hij was. Overigens waren zaterdag te Delfzijl ook reeds

2500 zakken met zand voor de Mister Cap gevuld. De mensen, die dat deden,

waren echter te werk gesteld bij de N.V. Boardexport te Delfzijl, wie in verband met de vrije zaterdag via het Cargadoorsbedrijf Wijnne en Barends te Delfzijl was

verzocht dit werk te doen uitvoeren. Daar waren toen losse werkkrachten voor aangetrokken. De

havenarbeiders waren vandaag van mening dat het vullen van zakken zand niet tot het havenwerk behoort.

Het moet niet onwaarschijnlijk worden geacht dat het vullen van de zakken zand slechts de aanleiding om te

staken was en dat de oorzaak dieper moet worden gezocht.

De Stuwadoorsmaatschappij heeft met de havenarbeiders namelijk momenteel geen CAO. Het bestuur van de maatschappij zou juist vandaag met een vertegenwoordiger van de bond over een nieuwe CAO gaan spreken.

De afspraak voor dit contact was reeds gemaakt, voordat er sprake was van de staking. De

afdelingsbestuurder van de Nederlandse Bond van Vervoerspersoneel uit Groningen zou omstreeks elf uur

met de havenarbeiders, die de kantine van de Stuwadoorsmaatschappij hadden opgezocht, gaan spreken. Het

bestuur van de Stuwadoorsmaatschappij confereerde vanmorgen druk over de situatie. Men had geen tijd om ons over deze kwestie te woord te staan. In de Delfzijlster haven wordt vandaag wel op enkele schepen

gewerkt, maar dat gebeurt door personeel van het Veem en Factorbedrijf. Bij het ter perse gaan van dit

nummer waren de stakers in Delfzijl juist weer — zij het onder protest — aan het werk gegaan. (NvhN, 29-04-

1964).

MR. CAP is begonnen met boring bij Doggersbank - Het booreiland Mr. Cap van de Caltex, dat thans in het Britse deel van het continentale plateau van de Noordzee bij Doggersbank ligt, is de eerste boring naar gas en

olie in dit gebied begonnen. De Mr. Cap, die onlangs van Bremerhaven uit naar Doggersbank is gesleept

nadat het eiland tevoren vergeefs in het Nederlandse Waddengebied had geopereerd, ligt thans honderdvijftig

mijl uit de Engelse kust. De bevoorrading van het eiland geschiedt hoofdzakelijk per helikopter. (Nieuwsblad

van het Noorden, 29-12-1964).

1957 opgeleverd door Vicksberg, Miss als MISTER CAP aan Barnwell Industries Inc., Afmetingen: 59,48 x

46,05 x 3,35 meter. Poten: 3 x 175 (53,38 meter), boordiepte 105' (48 meter). 12-1964 t/m 3-1965 op de

Noordzee voor Amoseas. 4-1965 t/m 6-1965 op de Noordzee voor Caltex en Shell/Esso. 7-10-1965 vertrokken

van North Shields met de sleepboot ZWARTE ZEE naar Port Harcourt, Nigeria, 16-11-1965 het booreiland

geplaatst op locatie. 1967 van Lagos, Nigeria naar Orange met de sleepboot WITTE ZEE.

MR. CAP, This-rig-drilled-UKs-first-offshore-well, foto offshoreenergytoday.com

26-2-1964 de ZWARTE ZEE te Schiedam na proefvaart. 4-3-1964 van Schiedam naar zee op proefvaart, terug

naar Vlaardingen. 9-3-1964 te Schiedam. 10-3-1964 te Vlissingen. 11-3-1964 van Vlissingen naar zee. 17-3-

1964 bij het booreiland MR. LOUIS. 20-3-1964 vast, overgenomen van de ELBE de IERSE ZEE. 14-4-1964 te Bremerhaven met het booreiland MR. LOUIS. 15-4-1964 te Schiedam.

27-4-1964 van Schiedam naar Vlissingen voor bunkers. 3-5-1964 bij Agadir, Marokko het booreiland DELTA

ONE overgenomen van de CLYDE, die kwam ermee uit de P.G. en moest naar Port Harcourt, Nigeria.

5-7-1964 met booreiland KERMAC RIG NO. 46 van Morgan City naar Port Harcourt, Nigeria. 23-9-1964 te

Port Harcourt (6.400 mijl). 17-10-1964 op de Indische Oceaan een opslagtank overgenomen van de OOSTZEE en SALVONIA (ex THAMES, 8-1964 vertrokken van Kobe) bestemd voor Lagos, Nigeria. 16-11-1964 afgeleverd

te Lagos. (De tank is samengesteld uit delen van de tankers MARGARITA en LAS PIEDRAS).

Slepers Smit en Co. helpen 2 Liberianen

(Van een onzer verslaggevers) Twee sleepboten van Smit en Co's Internationale Sleepdienst zijn de 20.595 ton

metende Liberiaanse tanker Olympic Splendour te hulp gevaren, die op 15 november in de Perzische Golf bij

Ras Tanura aan de grond liep. Het zijn de Mississippi (4000 ipk) en de Tasman Zee (1650 ipk), die van

Bahrein en Ras Tanura uitvoeren. De bergingsoperatie wordt geleid door de heer C.J. Rom Colthoff, bergingsinspecteur van, Smit en Co., die gisteren per vliegtuig uit Nederland op de strandingsplaats aan-

kwam. De beide sleepboten, die op basis van Lloyds Open Form zullen proberen de tanker te bergen, hebben

daartoe al enkele pogingen ondernomen. Er is enige beweging in de Olympic Splendour gekomen, maar

wellicht zal een deel van de olie moeten worden overgepompt om de geladen tanker in diep water te kunnen

slepen. De Olympic Splendour is het tweede Liberiaanse schip dat zich deze dagen in moeilijkheden bevond

en waarbij de hulp van Smit-sleepboten werd ingeroepen. De sleepboot Elbe, van 4500 ipk heeft op 15 november het met stukgoed geladen Liberiaanse m.s. Adrian Maris in Bordeaux binnengebracht.

Dit 3781 ton metende schip kreeg op 26 oktober moeilijkheden op de Noord-Atlantische oceaan en werd op

31 oktober 500 mijl noordoost van de Bermuda's door de Elbe op sleeptouw genomen. De Zwarte Zee, het

vlaggeschip van Smit, heeft op 16 november ter hoogte van Lagos Nigeria een storagetank afgeleverd. De

Zwarte Zee had deze sleep enkele weken tevoren op de Indische Oceaan overgenomen van de sleepboten Salvonia en Oostzee. De eerste was er in augustus mee uit Kobe Japan vertrokken, de Oostzee kwam er begin

oktober als tweede sleepboot bij. Deze storagetank heeft een bijzondere vorm. Het vaartuig is eigenlijk een

grote tanker met twee boegen. Het vaartuig werd samengesteld uit de voorschepen van twee tankers,

Margaretha en Las Pedras, elk 29000 ton, die op een Japanse werf werden verlengd tot een tonnage van

50.000. De beide voorschepen waren eigenlijk voor de sloop bestemd. (HVV, 18-11-1964).

LAS PIEDRAS, 16-1-1953 opgeleverd door Bethlehem Steel Company, Sparrows Point MD (4514) als LAS

PIEDRAS aan Afran Transport Co., Monrovia-Liberia, in beheer bij Gulf Oil Corp., New York. Tanker, 18.611

BRT, 11.501 NRT, 29.307 DWT. 196,67 x 25,75 x . x 10,122 meter. 2 waterpijpketels, 12.500 APK, 9.325 kW, 2 Stoomturbines, Bethlehem Steel Company, Quincy. 22-6-1964 te Kobe, 1964 verlengd, nieuw voor- en

middenschip aangebouwd, gebouwd bij Kure Zosensho K.K., Kure. 29.306 BRT, 22.099 NRT, 50.940 DWT. 2

nieuwe waterpijpketels, v.o. 165 m2, 48 atm. Het voor- en middenschip aangebouwd aan het oude voor- en

middenschip van de MARGARITA en verbouwd tot opslagschip STORAGE TANK No. 386001.

LAS PIEDRAS, IMO 5203774: 1968 verkocht aan Pan Ocean Bulk Carriers Ltd., Busan-Zuid Korea, herdoopt

1968 herdoopt ANGEL PARK. 31.265 BRT, 22.710 NRT, 53.313 BRT. 233,53 (220,99) x 31,20 x 15,88 x 11,786 meter. 10 tanks, 57.596 m3. 5-6-1981 gearriveerd te Kaohsiung om gesloopt te worden door Nan Long

Steel, gesloopt te Kaohsiung in 1981.

MARGARITA, 15-7-1954 opgeleverd door Bethlehem Steel Co., Quincy, Mass. (1643) als MARGARITA aan

Afran Transport Co., Monrovia-Liberia, in beheer bij Gulf Oil Corp., New York. Tanker, 18.762 BRT, 11.630

NRT, 29.292 DWT. 196,60 x 25,75 x . x 10,122 meter. 16,5 kn. waterpijpketels, v.o. 15.000 APK, 11.190 kW, de werf. Stoomturbines, de werf. 1964 verlengd, nieuw voor- en middenschip, gebouwd bij Kure Zosensho

K.K., Kure. 2 nieuwe waterpijpketels, v.o. 165 m2, 48 atm. 29.305 BRT, 22.103 NRT, 50.940 DWT. 8-1984

het oude voor- en middenschip aan het oude voor- en middenschip van de LAS PIEDRAS verbouwd tot

opslagschip.

De MARGARITA, IMO 5221817: 1967 verkocht aan Pan Ocean Bulk Carriers Ltd., Busan-Zuid Korea,

herdoopt SILVER PARK. 30.148 BRT, 22.744 NRT, 54.139 DWT. 233,53 (220,99) x 31,20 x 15,88 x 11,793 meter. 10 tanks, 57.614 m3. 28-5-1979 gearriveerd te Busan om gesloopt te worden door Seo Heung Salvage

Co., 6-1979 aanvang sloop, gesloopt in 1979.

Het opslagschip: beide delen van de resp. tankers verwijderd door Kure Zosensho K.K., Kure en opgelegd om

gesloopt te worden. Verbouwd tot opslagtanker voor Gulf Oil door de beide delen aan elkaar te bevestigen.

1964 herdoopt STORAGE TANK No. 386001. 8-1964 vertrokken van Kobe, Japan naar Lagos met de sleepboot SALVONIA. 10-1964 ook door de sleepboot OOSTZEE vastgemaakt. 16-11-1964 bij Lagos met de

sleepboot ZWARTE ZEE en afgeleverd aan Gulf Oil. 19-- herdoopt SEA STORAGE. IMO 8765577. 198- te Port

Said. (Foto SEA STORAGE IMO 8765577: Arne Lütkenhorst, Port Said/Shipspotting, begin 80's).

11-1964 met de snijkopzuiger W.D. ENTERPRISE en bak W.D. 121 van Lagos naar IJmuiden. Te Lissabon de

sleep los gegooid en naar Malta gevaren om af te lossen. Van Malta de sleep opgehaald en naar IJmuiden. 1-1-1965 te Rotterdam voor onderhoud. 22-1-1965 naar Vlissingen voor bunkers. Op de Noordzee s.s. AGIOS

ANDREAS vastgemaakt met motorschade, naar Amsterdam gebracht met de SCHOUWENBANK en

STEENBANK.

AGIOS ANDREAS, IMO 5003095, 1951 opgeleverd als ADOLF LEONHARDT Deutsche Werft A.G., Hamburg

(629) aan Leonhardt & Blumberg, Hamburg. 7.066 BRT, 3.979 NRT, 13.090 DWT. 11 kn. 3.500 EPK, 2.611

kW, M.A.N. 1963 herdoopt LOTTE LEONHARDT. 1965 verkocht aan Andrevirgin Cia. Nav. S.A., Panama, vlag: Griekenland, in beheer bij N.J. Pateras Sons Ltd., Londen, herdoopt AGIOS ANDREAS. 1977 verkocht aan

Cia. Kos. International, Griekenland, in beheer bij Kos International (Belgium), Brussel, herdoopt

EMMANUEL KAMETEROS. 1978 verkocht aan Estias Mar. Co., Cyprus, herdoopt JOINT VENTURE. 25-6-

1979 bij Brodospas te Split om gesloopt te worden. (Foto ADOLF LEONHARDT: Walter E. Frost, 16-11-1961,

Vancouver).

6-2-1965 op station te Horta, Azoren. 2-1965 het m.s. TIMIOS STAVROS vastgemaakt met motorschade, 7-3-

1965 te St. George, Bermuda's.

m.s. TIMIOS STAVROS, IMO 5409445, 6-1939 opgeleverd als SOPHOCLES door A/B Götaverken, Gothenborg

(531) aan D/S A/S Eikland, Oslo (I.M. Skaugen), Oslo. 5.184 BRT. 14 kn. 4.420 EPK, de werf. 1940-1945 in

de Uteflåte. 1947 herdoopt SKAUVANN. 1959 verkocht aan Rederi A/B Petra, Gothenborg-Zweden (J.E.

Manne & Co.), herdoopt CARLA. 1963 verkocht aan Drive Shipping Transports Organisation Co. Ltd.,

Valletta-Malta (J. Livanos & Sons Ltd.), herdoopt TIMIOS STAVROS. 1968 verkocht aan Levantine Sea Transports Co. Ltd., Malta (J. Livanos & Sons Ltd.). 1972 verkocht voor sloop naar Turkije, 16-4-1972 van

Piraeus naar Istanbul, 15-9-1972 aanvang sloop door

Golakoglu Metalurji A.Ş. te Karakoy, Istanbul,

gesloopt in 1972. (Foto SKAUVANN: Walter E. Frost,

19-1-1958, Vancouver).

24-3-1965 te New York. 25-3-1965 open dag aan

boord. 27-3-1965 naar New Orleans, 2-4-1965 naar

Maracaibo voor de gestrande TAURUS. Kwam vlot

voordat de ZWARTE ZEE er arriveerde, opgedraaid en

terug naar New Orleans. 12-4-1965 vertrokken met het booreiland ENDEAVOUR naar West-Hartlepool.

ENDEAVOUR, 4-1965 opgeleverd door R.G. Le

Tourneau Inc., Vicksburg, MS (26) als ENDEAVOUR

aan Zapata North Sea Ltd., Panama (Zapata Drilling).

Jack-Up. 1993 uit dienst.

26-5-1965 te West-Hartlepool. Met de rotsbak AVH-

94 via Vlissingen naar Le Havre. 1-6-1965 met

booreiland NEPTUNE 1 van Le Havre voor proefborin-

gen in de omgeving.

NEPTUNE 1, 1965 opgeleverd door Dubigeon-Normandie S.A., Rouen als NEPTUNE 1 aan Forex

Neptune & Associates, Le Havre. Jack-Up.

Triangular.

(Foto NEPTUNE 1: media.gettyimages.com).

9-6-1965 naar Quebec, met de lakers J.J.H. BROWN en JAMES Mc. ALPINE naar Genua, 19-7-1965 te

Genua waar de Lakers gesloopt moesten worden.

J.J.H. BROWN, 3-19O8 opgeleverd als J.J.H. BROWN door American Shipbuilding Co., Lorain, Ohio (358)

aan Brown S.S. Co. Inc., Buffalo-U.S.A. (J.J.H. Brown). Bulk. 5.057 BRT. 10 kn. 1913 in beheer bij Brown &

Co. 1965 verkocht aan Marine Salvage Ltd., Port Colborne, Ont. 1965 verkocht voor sloop aan "ARDEM",

Genua. 19-7-1965 te Genua om gesloopt te worden, gesloopt te Vado Ligure. (Foto: Richard Duncan, Port Huron, Mi, 1959/frtrfred/Shipspotting).

JAMES Mc. ALPINE, 19O8 opgeleverd als WILLIAM H. TRUESDALE door American Shipbuilding Co., Lorain,

Ohio (361) aan Empire S.S. Co. Inc., Buffalo-U.S.A. (J.J.H. Brown). Bulk. 5.057 BRT. 10 kn. 1913 in beheer

bij Brown & Co. 1922 verkocht aan Brown S.S. Co. Inc., Buffalo-U.S.A., in beheer bij Brown & Co. 1934 herdoopt JAMES E. McALPINE. 1965 verkocht aan Marine Salvage Ltd., Port Colborne, Ont. 1965 verkocht

voor sloop aan "ARDEM", Vado Ligure. 19-7-1965 te Genua om gesloopt te worden, gesloopt te Vado Ligure.

(Foto: greatlakes.bgsu.edu).

1-8-1965 op station te Horta, Azoren. 22-9-1965 het s.s. MARORE (14.089 BRT) vlot gebracht te Ponte

Delgada. Daarna naar Rotterdam gevaren.

s.s. MARORE, 27-3-1946 opgeleverd als MARORE door Bethlehem Sparrow's Point Shipyard Inc., Sparrow's

Point, Md. (4412) aan Bethlehem Steel Corp., Wilmington, Del. (Ore S.S. Corp.). Bulk, type C5-S-AX1. 8.558 BRT, 4.300 NRT. 16,5 kn. 3 stoomturbines, Bethlehem Steel Co., Fore River, Quincy MASS. 1954 in beheer

bij Ore Navigation Corp. 1959 in beheer bij Marven Steamship Corp. (14.089 BRT, 8.523 NRT.) 7-2-1969

tijdens een reis van Pusan naar Los Angeles bij Moji in aanvaring gekomen met s.s. GOMEI MARU (Kawasaki,

1951, 6.287 BRT). 19-2-1969 van Kobe naar Los Angelos. 6-3-1969 te Los Angelos en opgelegd. 1970

verkocht voor sloop naar Taiwan, 27-4-1970 te Kaohsiung achter een sleepboot, 10-5-1970 aanvang sloop

door Chi Shun Hwa Steel & Iron Works Ltd., Kaohsiung. 30-6-1970 de sloop voltooid. (Foto's: NN/De Sleeptros).

3-10-1965 van Schiedam naar North Shields om het booreiland Mr. CAP naar Port Harcourt, Nigeria te

slepen. 7-10-1965 vertrokken. 16-11-1965 het booreiland geplaatst op locatie. 29-11-1965 naar de tanker BERGEHUS die kampte met schroefschade, 30-11-1965 op circa 45 mijl ten

zuiden van Takoradi vastgemaakt en naar Isle of Grain op de Thames gesleept. 22-12-1965 gearriveerd op de

Thames. Na de reis naar huis.

BERGEHUS, IMO 5042091, 29-9-1955 opgeleverd door Rosenberg Mek. Verks. A/S, Stavanger (165) als

BERGEHUS aan Skibs A/S Snefonn, Skips A/S Bergehus & Sig. Bergesen d.y. & Co., Stavanger-Noorwegen, in beheer bij Sig. Bergesen d.y. & Co. 20.449 BRT. 15,5 kn.

1966 verkocht aan Soc. Naviera Pan-Europea S.A., Panama, in beheer bij Tidewater Commercial Co.,

Baltimore, herdoopt EAGLE. 3-5-1977 te Kaohsiung, 16-6-1977 aanvang sloop

door Gi Yuen Steel Enterprise Co. Ltd., gesloopt te Kaohsiung in 1977. (Foto:

raether/Shipspotting/Svend, 1959, Langelinie, Kopenhagen).

1-1-1966 naar Le Havre om 2 lichters op te halen voor Rotterdam. 5-1-1966 te

Rotterdam.

6-1-1966 vertrokken van Gusto, Schiedam met het booreiland ILE DE FRANCE naar Dakar, op de Nieuwe

Waterweg geassisteerd door de sleepboten KATENDRECHT, STEENBANK, SCHOUWENBANK, EUROPA en AZIË. 14-2-1966 gearriveerd te Dakar (3.224 mijl). (Foto: F. Stigter/N.S.M.).

16-2-1966 t/m 26-3-1966 met de losse boot van Dakar naar Rotterdam. 24-3-1966 te Rotterdam na reis van

Lübeck naar t.h.v. Gibraltar (over aan HUMBER) met zuiger. 3-4-1966 t/m 1-7-1966 van Rotterdam naar

Cabinda met booreiland TRANSWORLD RIG 58.

1966 vertrokken met de baggermolen LIBERATION van Tema, Ghana met bestemming Rotterdam. Te

Freetown overgenomen door de TYNE. Het booreiland OCEAN MASTER II overgenomen van de CLYDE en

THAMES en naar Port Harcourt gebracht. 24-7-1966 te Port Harcourt.

26-7-1966 van Port Harcourt naar Gibraltar. 6-8-1966 van Gibraltar naar Schiedam met de tanker MOSLI.

14-8-1966 gearriveerd in de Europoort.

Bemanning ongedeerd NOORSE TANKER IN BRAND GEVLOGEN NA AANVARING

De Noorse tanker Mosli en een Griekse tanker Mariette Nomikos (1954, 11.577 BRT) zijn vandaag ter hoogte

van de Azoren op de Atlantische Oceaan in dichte mist met elkaar in aanvaring gekomen. De Noorse tanker

van 34.395 ton die op weg was naar Rotterdam vloog in brand. Alle 36 opvarenden werden wegens gevaar

voor ontploffingen aan boord van het Noorse vrachtschip Bayard genomen. Volgens de kapitein van de Bayard is een bemanningslid van het Griekse schip om het leven gekomen. Ook aan boord van de Griek brak brand

uit, die echter snel geblust kon worden. (Leeuwarder courant, 13-7-1966).

Tanker Mosli na aanvaring naar Rotterdam

ROTTERDAM (ANP) - De zwaar beschadigde Noorse tanker Mosli (34-395 ton) mag van de Portugese havenautoriteiten de haven van Lissabon niet binnenvaren, omdat het schip nog steeds olie verliest. Het

schip kwam woensdag jongstleden op volle zee in aanvaring met het Griekse schip Marietta Nomikos (11.577

ton). Het is thans de bedoeling dat de Mosli naar Rotterdam wordt gesleept door de Portugese sleepboot Praia

da Adraga en de Noorse sleper Hercules, aldus een mededeling van de eigenaar van de Portugese sleepboot.

Zij verwachten dat de olie bij aankomst in Rotterdam uit het beschadigde deel van het schip is weggelopen.

De Mosli is in 1964 gebouwd op de werf van Verolme op Rozenburg. (HVV, 18-7-1966).

Mosli eerst naar Gibraltar

(Van een onzer verslaggevers) Het ANP-bericht, dat de Noorse tanker Mosli na de ernstige aanvaring met de

Griekse Marietta Nomikos ter hoogte van Sao Vincente, door twee sleepboten naar Rotterdam zal worden

gesleept, blijkt niet geheel juist te zijn. Het zwaar beschadigde schip zal eerst naar Gibraltar worden gesleept

om daar zijn lading ruwe olie te lossen. In Lissabon mocht dit niet gebeuren vanwege brandgevaar. Donderdag zou de Mosli in Gibraltar kunnen arriveren. Ook bij de werf van Verolme-Rozenburg, waar het

schip destijds is gebouwd, weet men nog niet, wat er daarna met het schip zal gebeuren. (HVV, 19-7-1966).

MOSLI komt geblakerd binnen - Zwaar geblakerd is zondag de tanker Mosli van een Noorse rederij de

Europoorthaven binnengesleept aan de trossen van sleper De Zwarte Zee van L. Smit en Co. De Mosli heeft nog 32.000 ton olie in zijn tanks en moet eerst worden leeggepompt alvorens het - schip, dat enkele weken

geleden op de Atlantische Oceaan na een aanvaring in brand vloog, in het reparatiedok van Wilton-Fijenoord

kan worden hersteld. De tanker is twee jaar geleden door Verolme afgeleverd. (Info en foto: HVV, 15-8-1966).

Wilton-Fijenoord verkreeg belangrijk aantal

orders - Wilton-Fijenoord heeft de laatste tijd

een belangrijk aantal orders ontvangen, die

alle liggen op het gebied van de

scheepsverandering en -reparatie. De eerstkomende tijd zullen negen schepen een

gedaantewisseling ondergaan, waaronder de

Noorse tanker Mosli, die op zijn eerste

retourreis van de Perzische Golf midscheeps

werd aangevaren en in brand vloog. Een

andere belangrijke opdracht voor Wilton is de reparatie van de tanker Fin Norvege, die zwaar

beschadigd werd toen het schip in de

Middellandse Zee aan de grond liep. Het

orderboek van de Schiedamse werf vermeldt

voorts nog de verlenging van vijf motorschepen van de Argo Reederei te

Bremen. Deze 4500 tons schepen, de Alk,

Ganter, Alhena, Helmi en de Hilka, zullen ruim zeven meter langer worden gemaakt. Ten slotte zullen de

Archimedes en de Diogenes van de KNSM bijna tien meter worden verlengd, waardoor het laadvermogen van

de schepen met ongeveer 900 ton wordt vergroot. (AH, 24-8-1966).

MOSLI, IMO 6407729, 7-1964 opgeleverd door Verolme Dok en Scheepsbouw Mij., Rozenburg (668) als

MOSLI aan A/S Mosvold Shipping Co., Kristiansand-Noorwegen, in beheer bij Torrey Mosvold. 34.395 BRT,

21.008 NRT, 56.144 DWT. 77.33 m3. 15,75 kn. 18.000 EPK, 13.428 kW, M.A.N., N.V. Verolme Machine-

fabriek, IJsselmonde.

13-7-1966 reis van de P.G. naar Rotterdam in aanvaring met een Griekse tanker (MARIETTE NOMIKOS, bouwjaar1954, 11.577 BRT), in brand en het schip verlaten door de bemanning, door de HECTOR en TITAN

van Wijsmuller en de Noorse sleepboot HERKULES naar Gibraltar gesleept, 22-7-1966 te Gibraltar, 6-8-1966

van Gibraltar naar Schiedam met de sleepboot ZWARTE ZEE. 14-8-1966 gearriveerd in de Europoort.1966

gerepareerd bij Wilton-Fijenoord te Schiedam.

1967 verkocht aan A/S Mosvold Shipping Co., Kristiansand-Noorwegen. 7-1974 verkocht aan Winfield Ltd.,

Hamilton, herdoopt BURMAH GEM. 7-1974 verkocht aan Choral Ltd., Glasgow-U.K., in beheer bij Burmah Marine Ltd. 1975 verkocht aan Gem Maritime Co. Inc., Monrovia-Liberia, in beheer bij Burmah Marine Ltd.

6-1976 verkocht aan Fatherco Cia. Nav. S.A., Piraeus-Griekenland, in beheer bij Troodos Shipping & Trading

Ltd., Londen, herdoopt PANOCEANIC FAME. 15-5-1983 in het Khor Musa Channel getroffen door een raket,

in brand en gezonken.

26-8-1966 de ZWARTE ZEE met de ponton TAK 8 met 2 Hensen kranen naar Gothenborg. 15-9-1966 te

Rotterdam.

15-9-1966 naar de ANCO STATE die bij Hoek van Holland op de pier liep.

ANCO STATE los: eerst onderzoek naar de lading

De berging van de Anco State kreeg donderdagmiddag nog een bijzonder aspect doordat de twee, elk 9.000 pk

sterke superslepers van L. Smit en Co., de Zwarte Zee en de pas voltooide, Witte Zee, wel in de nabijheid van

iet gestrande schip waren, maar niet aan het werk hebben deelgenomen. De winch van de Noorse tanker

bleek niet bij machte de zware sleeptrossen van de Zwarte Zee en de Witte Zee aan boord te trekken.

Met de lichtere trossen van vijf andere - veel kleinere - sleepboten, die bovendien dichter bij de Noor konden

komen, bleek dit wel mogelijk.

De vijf op de golven "dansende" redders van het Noorse schip waren de Azië, Maasbank, Schouwenbank, Steenbank en Vikingbank van de Nieuwe Rotterdamse Sleepdienst die met L. Smit & Co. gelieerd is. De

berging stond onder leiding van de heer Cleveringa,'' chef nautische dienst van L. Smit en Co.

Ondanks de zeer ruwe zee en de stormachtige wind zijn donderdagmiddag vijf sleepboten erin geslaagd, de

Noorse tanker Anco State van de Noorderpier voor Hoek van Holland los te trekken. (HVV, 16-9-1966, foto:

internet/de Sleeptros, zie ook Zeebrief#134 WITTE ZEE.2).

18-9-1966 met booreiland SEDCO 135D van Rotterdam naar Port Harcourt. 15-11-1966 te Port Harcourt.

20-11-1966 te Freetown, door naar de Azoren om de bulkcarrier NORITA (1966, 17.622 BRT) op te halen voor

Baltimore. 30-11-1966 te Ponta Delgada. 30-11-1966 van Ponta Delgada naar Baltimore. 12-12-1966 te

Baltimore. 14-12-1966 naar St. George, Bermuda's en op station. 20-12-1966 te St. George.

27-12-1966 naar s.s. SEGRE (1942, 6.972 BRT) met ketelschade. 14-1-1967 te Caronte, Marseille.

ZWARTE ZEE komt schip te hulp (Van een onzer verslaggevers) Op 27 december raakte het 6972 bruto ton

metende Liberiaanse s.s. SEGRE (uit 1942), 280; mijl zuidoost van de Bermuda's door ketelschade in

moeilijkheden. De sleepboot Zwarte Zee van L. Smit en Co. die bij Bermuda op station lag, voer uit en

bereikte de Liberiaan op 28 december. De volgende dag werd op Lloyd's Open Form vastgemaakt. De Zwarte

Zee heeft met de Serge een circa 16 dagen durende sleepreis voor de boeg naar de Franse havenplaats Caroute bij Marseille. (HVV, 30-12-1966).

21-1-1967 onderweg naar Horta orders gekregen te wachten, 22-1-1967 koers gezet naar de ertstanker

JACOB VEROLME. 24-1-1967 bij de gekapseisde JACOB VEROLME. 2-2-1967 bij Las Palmas (samen met de

SEEFALKE). 6-3-1967 de JACOB VEROLME tot zinken gebracht. (Foto: Skyfotos, internet).

t.s. JACOB VEROLME, IMO 516732, 1957-1967, Bulk Oil Carrier, PEYM. 18.727 BRT, 10.298 NRT, 26.796 DWT. 193,19 (180,63) x 29,91 x 14,10 x 9,912 meter. Brandmerk 265 Z GOR 1956. 2 ruimen, G 12.541 m3,

L 28.300 m3, 2.100 ton bunkers, 16 kn. 2 waterpijpketels, v.o. 1.603 m2, 50 atm. 15.125 APK, 11.238 kW, 2

S Turbines, vertraagd naar 1 schroef, 115 omw/min., Pametrade, N.V. Koninklijke Machinefabriek Gebr.

Stork & Co., Hengelo.

11-5-1957 te water gelaten bij Werf J. Smit Czn., Alblasserdam (557) als JACOB VEROLME.

Hardnekkige brand - Ernstige schade aan nog niet afgebouwde tanker. (Van onze Rotterdamse correspon-dent). Talrijke brandweerlieden hebben zaterdagmiddag te Rotterdam een brand bestreden in het in het

achterschip van de 26.500 ton metende tanker JACOB VEROLME, welk schip voor afbouw ligt bij een

scheepsinstallatiebedrijf van het Verolme-concern aan de Oostdijk te Rotterdam. De JACOB VEROLME is

kortgeleden vooral in het nieuws geweest door de bijzondere maatregelen, welke moesten worden genomen

voor de tewaterlating in de smalle Noord te Alblasserdam. Ondanks het kordate ingrijpen is er toch nog veel schade aangericht, maar wel kon worden voorkomen dat het vuur meer naar het midden van het zo fraaie

schip vaste voet heeft gekregen. De oorzaak van de brand moet worden gezocht in oververhitting van een bak

met mastiek, welke in de koelruimte stond. In die ruimte lagen platen kurk voor isolatie-doeleinden en

houten schotten. (NvhN, 17-6-1957).

11-9-1957 opgeleverd (LR) aan N.V. Nederlandse Erts-Tankers Maatschappij, 's-Gravenhage, in beheer bij

N.V. Wm.H. Müller & Co.'s Transport Mij., Rotterdam. 22-1-1967 tijdens een reis van Victoria naar IJmuiden, geladen met 23.000 ton ijzererts, een ontploffing

gekregen in het voorschip en gekapseisd in positie 27.06 NB. en 20.03 WL., onderste boven blijven drijven, 41

opvarenden aan boord genomen van het Poolse passagiersschip STEFAN BATORY (ex MAASDAM), 1

opvarende is omgekomen bij het kapseizen, 23-1-1967 aan het schroefraam vastgemaakt door de Duitse

sleepboot SEEFALKE, sleepverbinding later gebroken vanwege het slechte weer, naar de rede van Gran

Canaria gesleept door de ZWARTE ZEE en SEEFALKE in afwachting van verdere beslissingen, 6-3-1967 daar

de bergingskosten te hoog zouden worden op ongeveer 10 mijl van Gran Canaria met behulp van explosieven laten zinken in diep water, in positie 27.36 NB. en 15.48 WL.

De JACOB VEROLME, die afwisselend werd gebruikt voor het transport van ruwe olie en van erts, was op 4

januari 1967 te Buenos Aires aangekomen met 21.076 ton ruwe olie. Na lossing voer het schip naar Vitoria

(Brazilië), van waar zij op 12 januari 1967 om 15.30 uur vertrok met 25.200 ton lump iron ore, bestemd voor

IJmuiden. Tijdens laswerkzaamheden op het voorschip had op 22 januari 1967 te 9.20 uur een zware

explosie bij ruim I plaats: ladingtank I was uit elkaar gebarsten. De JACOB VEROLME maakte snel water en slagzij over bakboord die om 10.30 uur al tot 25 - 30º was toegenomen, en 40 opvarenden waren toen al in de

boten. Eén man werd vermist en moet bij de explosie zijn omgekomen. Om 11.00 uur die dag kapseisde de

JACOB VEROLME en kwam met het vlak naar boven. De ramp vond plaats op 27º06'NB en 20º08'WL. Reeds

om 14.30 die dag werden de 40 overlevenden gered door het Poolse passagiersschip BATORY. Het wrak werd

later door twee sleepboten, waaronder de Nederlandse ZWARTE ZEE op sleeptouw genomen, maar aangezien de kosten van berging en herstel hoger waren dan de verzekerde waarde van het reeds aan assuradeuren

geabandonneerde schip, is de JACOB VEROLME op 6 maart 1967 door bergingsdeskundigen op 12 mijl van

Las Palmas, in positie 27º36'NB en 15º48'WL met dynamiet tot zinken gebracht. Het betreft een geval van

grove nalatigheid van de gezagvoerder, die laswerkzaamheden had toegestaan terwijl er waarschijnlijk nog gas

in de tank heeft gezeten. Hij kreeg zes maanden ontzegging bevoegdheid. (Info: Marhisdata.nl).

11-3-1967 ZWARTE ZEE te Horta op station. 21-3-1967 van Horta naar Great Yarmouth om het booreiland

MR. LOUIE te verplaatsen. 3-1967 tot 7-1967 op de Noordzee voor diverse rigmoves.

17-7-1967 bij N.V. Machinefabriek & Scheepswerf Boele, Bolnes voor onderhoud. 21-7-1967 proefvaart.

22-7-1967 naar New Orleans. 21-9-1967 van New Orleans naar Welshpool bij Melbourne met een kraanbak

en 2 op elkaar geplaatste pontons. 1-12-1967 te Portland, Victoria om het booreiland SEDCO 135E naar Brunei te slepen. De SEDCO 135E was nog niet klaar, gewacht te Portland, Victoria.

6-1-1968 naar het brandende Noorse vrachtschip TOMAR.

TOMAR, IMO 5536414, 25-3-1948 te water, 5-10-1948 opgeleverd door Cantieri Riuniti dell' Adriatico,

Monfalcone (1737) als TOMAR aan Wilh. Wilhelmsen, Tønsberg-Noorwegen. (LNMU). 6.410 BRT, 3.869 NRT,

10.000 DWT. 149,67 (138,86) x 19,56 x 12,85 x 8,229 meter. 12 pass. 16,5 kn. 7.500 EPK, Fiat, Cantieri Riuniti dell' Adriatico, Triëst. 6-1-1968 tijdens een reis van Gothenborg naar Brisbane, geladen met stukgoed,

bij Robe, Zuid-Australië een explosie in de machinekamer gevolgd door brand, 7-1-1968 vastgemaakt door de

sleepboot ZWARTE ZEE, 8-1-1968 op de Yarra River, daar gedeeltelijk gelost en naar Sydney gesleept waar de

rest van de lading is gelost,verkocht voor sloop aan Mitsui & Co., Londen, 28-2-1968 achter een sleepboot

vertrokken naar Kaohsiung, Taiwan, 3-1968 gearriveerd te Kaohsiung om gesloopt te worden. (Foto TOMAR: lardex.net).

22-2-1968 de ZWARTE ZEE vertrokken met de SEDCO 135E van Portland, Victoria naar Brunei. 1-5-1968 te

Brunei. (5.452 mijl, gemiddeld 79 mijl/dag). 3-5-1968 te Singapore. 3-5-1968 van Singapore naar Bahrain

om vandaar een sleuvengraver naar New Orleans te brengen. 20-5-1968 vertrokken van Bahrain. 14-6-1968

te Port Elizabeth om de sleep te repareren van stormschade. 19-6-1968 vertrokken. 22-6-1968 passage Kaap de Goede Hoop. 22-7-1968 te Algiers bij New Orleans LA. 23-7-1968 naar Curaçao. 28-7-1968 te Curaçao.

6-8-1968 vergeefs uitgevaren naar een schip zonder bunkers.

20-8-1968 te Curaçao met het s.s. VICTORIA dat lekkage had opgelopen.

2-9-1968 naar de tanker EMMANUEL COLOCOTRONIS (1957, 20.736 BRT, ex FINA CANADA) die bij

Maracaibo aan de grond liep, 7-9-1968 vlot gebracht, geëscorteerd naar Punta Cardón.

19-9-1968 gevaren naar de JOHANNES FRANS, een zusterschip van de JACOB VEROLME. Deze had een

uitgevallen machine en diverse lekkages in de machinekamer. Door de U.S. Coast Guard en de sleepboten TASMAN ZEE en FOUNDATION VIGILANT geholpen. 22-9-1968 de ZWARTE ZEE bij de ertstanker en

vastgemaakt. 23-9-1968 het transport te Bermuda. Daar klaar gemaakt voor de sleepreis naar New York. 2-

10-1968 met de ZWARTE ZEE te New York en naar Todd Shipyard te Broonlyn voor reparatie.

Op Atlantische Oceaan - Gevecht voor behoud tanker uit Nederland NEW YORK (AP-Rtr) - Op ruim 1000 km ten oosten van New York is momenteel de Nederlandse tanker

"Johannes Frans" langzaam zinkende. Het 18.729 ton metende schip is lek geslagen. De Amerikaanse kotter

"Dallas" en een vliegtuig van de kustwacht zijn er in geslaagd 4 pompen aan boord te brengen. De kapitein

heeft meegedeeld dat wanneer de toestand van het weer niet verbetert, hij opdracht aan de 40

bemanningsleden zal geven het schip te verlaten. Hij heeft alle schepen in de omgeving gevraagd in de buurt

te komen. Twee sleepboten zijn al onderweg om het schip op sleeptouw te nemen. De "Johannes Frans" is door onbekende oorzaak lek geslagen. Het schip was met een lading olie onderweg van Sicilië naar New York.

Toen het water binnenstroomde vielen de motoren uit en kwam men zonder stroom te zitten. Men is er nog

niet in geslaagd de motoren weer op gang te krijgen. (Friese koerier, 20-09-1968).

Heldenstrijd beloond Goede kans dat tanker het redt

Het lijkt erop dat de 40 bemanningsleden van de Nederlandse tanker Johannes Frans hun heroïsche strijd om het lekgeslagen schip te behouden, beloond zullen zien. Gisteravond konden zij met de noodpomp de

tanker nog steeds drijvende houden. Het weer op de Atlantische Oceaan zou beter worden. Vandaag zal

vermoedelijk een van de drie Nederlandse zeeslepers, die naar de Johannes Frans onderweg is een verbinding

kunnen slaan. Gistermiddag leek het er even op, dat de ruwe zee met hoge golven de tanker ernstig

bedreigde. Een kustwachtstation meldde: 'De kapitein heeft geseind, dat het schip verlaten moet worden als

het weer niet verbetert. Maar later luwde de wind en werd de Oceaan rustiger. (HHV, 21-9-1968).

JOHANNES FRANS op weg naar Bermuda

AMSTERDAM. De Nederlandse tanker Johannes Frans die in slecht weer met een lek in de machinekamer

heeft gekampt, wordt nu naar de Bermuda gesleept. Er is een zieke aan boord die naar een hospitaal zal

worden gebracht en bovendien wil de kapitein overleg plegen o.m. met de vertegenwoordigers van de assurantiemaatschappijen over de mogelijkheid naar New Vork te worden gesleept. De 24.000 ton dikke

stookolie aan boord is voor New Vork bestemd en overladen in een andere tanker is geen eenvoudig probleem.

De Johannes Frans is nu onder de hoede van de Nederlandse sleepboten Zwarte Zee en Tasman Zee van L.

Smit en Co. die de eventuele sleepreis van Bermuda naar New York eveneens zullen verzorgen. De Canadese

sleepboot die eveneens ter assistentie was uitgevaren is afgedankt Aan boord is de situatie opgeklaard. De

pompen werken goed zodat het water in de machinekamer zakt. Er kan weer energie worden opgewekt zodat er meer warm eten kan worden gereserveerd. (Amigoe di Curaçao: weekblad voor de Curaçaosche eilanden,

23-09-1968).

t.s. JOHANNES FRANS, IMO 5172913, Bulk Oil Carrier, PFDN. Gebouwd 1956, Werf J. Smit Czn.,

Alblasserdam (556). 18.729 BRT, 11.105 NRT, 26.837 DWT. 193,31 (180,63) x 25,39 x 14,10 x 9,912 meter. 2

ruimen, G 12.541 m3, L 28.300 m3, 2 laadbomen van 10 ton en 2 van 2 ton SWL, 2.133,5 ton bunkers, 16

kn. 2 waterpijpketels, v.o. 1.603 m2, 51 atm. 15.125 APK, 11.238 kW, 2 S Turbines, vertraagd naar 1

schroef, 112 omw/min., Pametrade, N.V. Koninklijke Machinefabriek Gebr. Stork & Co., Hengelo. 14-7-1956 te water gelaten als JOHANNES FRANS, 6-11-1956 technische proefvaart, 15-11-1956 opgeleverd

(LR) aan N.V. Nederlandse Erts-Tankers Maatschappij, 's-Gravenhage, in beheer bij N.V. Wm.H. Müller &

Co.'s Transport Mij., Rotterdam.

18-9-1968 in zware storm op de Atlantische Oceaan lek geslagen in de machinekamer, machine afgeslagen en

stroomvoorziening uitgevallen, naar de Bermuda eilanden gesleept voor noodreparatie, 2-10-1968 met de

ZWARTE ZEE te New York en naar Todd Shipyard te Broonlyn voor reparatie. 26-5-1971 verkocht aan Arun Shipping Co. Ltd., Monrovia-Liberia, in beheer bij Heerema Engeneering

Service, 's-Gravenhage. 1971 verkocht aan Panama Overseas Shipping Co. Inc., Panama (Heerema

Engeneering Servive, 's-Gravenhage), herdoopt CONQUEROR, 25-6-1971 gearriveerd te Amsterdam om

verbouwd te worden tot werkschip voor de offshore industrie, opgelegd te Amsterdam. 1972 verkocht aan

Amoco Transport Co. Monrovia-Liberia, in beheer bij Amoco International Oil Co., New York. 15-7-1976 opgelegd te Jacksonville. 1978 verkocht voor sloop, 15-3-1978 vertrokken van Jacksonville naar Brownsville,

31-3-1978 gearriveerd te Brownsville om gesloopt te worden bij Consolidated Andy International Inc., de

sloop begon 31-3-1978. (Foto: delcampe.net).

16-10-1968 de ZWARTE ZEE vanaf New York te Horta, Azoren. 16-10-1968 gevaren naar de brandende

SITAKUND (1951, 15,567 BRT) bij Beachy Head, terug gekeerd, het contract ging naar Folkstone Salvage Co. 22-10-1968 te Bremerhaven. 24-10-1968 van Bremerhaven naar Lagos met het booreiland MR. LOUIS. 23-

11-1968 te Gibraltar om de stormschade te herstellen. MR. LOUIS ging verder met de nieuwe sleepboot RODE

ZEE, de ZWARTE ZEE ging naar station Horta. 27-12-1968 te Horta.

12-1968 van Horta naar New Orleans om een pijpenlegger op te halen voor Lagos. 12-2-1969 te Lagos.

13-2-1969 van Lagos. 20-2-1969 van St. Vincent naar Bordeaux. 2-3-1969 te Horta om het s.s. ORIONE naar Genua te slepen. 4-3-1969 van Horta. 8-3-1969 te Vigo.

ORIONE, 1-7-1943 kiel gelegd, MC#1945, 14-8-1943 te water, 28-8-1943 opgeleverd door Houston

Shipbuilding Corp., Houston (79) als JESSE BILLINGSLEY aan U.S. War Shipping Administration, Houston.

Vrachtschip, type EC2-S-C1 Liberty. 7.244 BRT. 1949 verkocht aan Navigazione Libera-Triestina S.p.A.,

Triëst, in beheer bij "Sidarma", Venetië, herdoopt LAGUNA. 1950 motor ingebouwd, Fiat, 7.215 BRT. 1964 verkocht aan Reefer Navigation Co. S.A., Panama, in beheer bij Luigi Monta fu Carlo, Genua, herdoopt

MARILU. 1965 verkocht aan Sicula Oceanica S.A. (SIOSA), Palermo, in beheer bij Fratelli Grimaldi Armatori,

Naples, herdoopt ORIONE. 2-1969 lek geraakt tijdens een reis van Bourgas naar Galveston. 4-2-1969 te

Fayal met de sleepboot RODE ZEE. 4-3-1969 van Horta met de sleepboot ZWARTE ZEE. 8-3-1969 te Vigo. 9-

6-1969 bij D. Alfonso Garcia, Bilbao om gesloopt te worden, 7-1969 aanvang sloop, gesloopt te Bilbao in 1969.

11-3-1969 de ZWARTE ZEE te Lissabon om de JULIUS SCHINDLER naar Rotterdam te slepen. 24-3-1969 de

JULIUS SCHINDLER afgemeerd in de Europoort.

JULIUS SCHINDLER, IMO 5177080, 1955 opgeleverd door Deutsche Werft A.G., Hamburg (683) als JULIUS

SCHINDLER aan P/R (Ernst Russ), Hamburg. 12.821 BRT, 18.300 DWT. 14,5 kn. 11-2-1969 gestrand bij

Ponta Delgada, door de sleepboot RODE ZEE en een Griekse sleepboot vlot gebracht en naar Lissabon

gesleept. 29-9-1971 verkocht aan Shetland Marine Panama S.A., Monrovia, in beheer bij Nicolas Konialidis,

herdoopt ALBAROSA. 1975 verkocht voor sloop naar Gadani Beach, 26-4-1975 gearriveerd te Gadani Beach,

5-1975 aanvang sloop door Haydari Shipbreaking Industries, gesloopt in 1975. (Foto: Walter E. Frost, City of

Vancouver Archives, 7-7-1962, Vancouver).

Brand op tanker bedwongen Verbeten gevecht om olietanker

(Van een onzer verslaggevers) Negen sleepboten hebben gisteravond een vannacht een verbeten gevecht

geleverd om het behoud van de Noorse tanker Siluna. Het schip, dat met een lading van 50.000 ton ruwe olie

op weg was naar Wilhelmshaven, raakte op de Noordzee in brand. Na een uren durende strijd tegen het

woedende vuur kon men de,brand onder controle krijgen. De lading bleef behouden. Geassisteerd door Nederlandse, Duitse en Belgische sleepboten was de Siluna vanmiddag op weg naar Europoort. Het zwaar

geteisterde schip kon — zo berekenden vanochtend de sleepbootkapiteins — tegen negen uur in de avond, bij

Hoek van' Holland arriveren. (HVV, 20-3-1969).

NOORSE TANKER IN HAVEN ROTTERDAM ”Hollands Glorie” haalde de buit binnen (Van onzer verslaggevers) ROTTERDAM, vrijdag DE NEDERLANDSE slepers hebben het weer gewonnen van

de buitenlandse concurrentie. Zij blusten weliswaar samen met enkele buitenlandse sleepboten van

woensdagmiddag tot donderdagmorgen vroeg een zware machinekamerbrand aan boord van de Noorse tanker

Siluna (31.303 BRT.), maar zij sleepten gisteravond laat alleen de geblakerde Noorse tanker de Nieuwe

Waterweg.

Aan een boei in het Calandkanaal in Rotterdam-Europoort werd de tanker, die geladen was met ruwe olie, afgemeerd, Direct werd met de lossing van de ruwe olie begonnen. Op kleine afstand van de plaats, waar hij

even te voren met zijn sterke Europoortsleepboot "Indusbank" de "Siluna" op de boeien had gemanoeuvreerd,

rust kapitein Jan van der Windt (34) samen met zijn zeven bemanningsleden uit van een etmaal vol actie. "We

zijn meer dan 24 uur in touw geweest", zegt de bebaarde kapitein Van der Windt, "maar we hebben de

voldoening dat we het karwei hebben geklaard". Zware brand

Dat karwei begon woensdagmiddag om twee uur, toen de sleepboot "Indusbank" de melding kreeg dat de

Noorse tanker "Siluna" op ruim vijftig mijl ten zuiden van Hoek van Holland in moeilijkheden was geraakt. Op

het schip woedde een zware brand in de machinekamer. De bemanning van de tanker was al voor een deel

van boord gegaan. "Toen we 's middags bij de "Siluna" kwamen, sloegen de vlammen metershoog uit het

achterschip. Bovendien was er een geweldige rookontwikkeling", vertelt Jan van der Windt. "Zo'n brand aan boord van een geladen olietanker is altijd een moeilijke en zeker ook hachelijke zaak", zegt hij. "Er bestaat

altijd een gevaar voor ontploffing. Omdat de brand alleen maar in de machinekamer woedde, probeerden we -

er waren behalve de "Indusbank" en de "Maasbank" ook Duitse en Belgische slepers bij de "Siluna" - het vuur

met water te blussen. Even na middernacht kregen we de brand eindelijk onder controle. De negentien

bemanningsleden aan boord van de stuurloze tanker hebben toen de trossen vastgemaakt". Moeilijk

Na een uitgebreide controle en de nablussing sleepten de "Indusbank" en de "Maasbank" de tanker gisteren

langzaam in de richting van de Nieuwe Waterweg. "Dat was een geweldig moeilijk karwei", aldus kapitein Jan

van der Windt. "De "Siluna" slingerde behoorlijk. Tegen tien uur hadden we de tanker op de boeien". Evenals

zijn zeven bemanningsleden, heeft hij nog maar één wens: slapen. (De Telegraaf, 21-3-1969).

20-3-1969 de SILUNA, binnen met de sleepboten HEROS, INDUSBANK en MAASBANK in de Europoort op

boei 1 met olie, agent: Van Ommeren. (HVV, 21-3-1969). 25-3-1969 de ZWARTE ZEE van Rotterdam naar

Wilhelmshaven met de uitgebrande tanker SILUNA. 27-3-1969 te Wilhelmshaven. 28-3-1969 te Rotterdam.

10-4-1969 van Rotterdam naar Land's End, op station in Mounts Bay. 25-4-1969 de Ned. coaster

MERCURIUS-H vast gemaakt die zonder machine in Het Kanaal dreef. 27-4-1969 bij de Nieuwe Waterweg

overgegeven aan de INDUSBANK.

MERCURIUS-H, IMO 5232531, 21-4-1956 te water gelaten, 1956 opgeleverd door N.V. Scheepswerf v.d. Werf, Deest (256) als MERCURIUS H aan Rederij "Mercurius H", Rotterdam, in beheer bij N.V. C. Holscher's

Scheepvaartbedrijf, Rotterdam. 457 BRT, 184 NRT, 823 DWT. 1958 herdoopt VAUBAN. 1959 herdoopt

MERCURIUS-H. 21-11-1957 gestrand bij Dungenes met een lading schroot, 27-11-door de sleepboot

CYCLOOP van Wijsmuller vlot gebracht. 1970 verkocht aan Rederij Oosterdok, Amsterdam, in beheer bij W.F.

Kampman's Bevrachtings- & Controlebedrijf, Amsterdam, herdoopt OOSTERDOK. 1974 verkocht aan Harisel

Shipping Co. S.A., Piraeus-Griekenland, herdoopt MARIA. 16-3-1982 gestrand en later total-loss verklaard, verkocht en na reparatie weer in de vaart gebracht. 1985 verkocht aan Triada Shipping Co., Piraeus-

Griekenland, herdoopt NIKOLAOS. 1992 herdoopt LESVIOS. 19-- aan de ketting gelegd. 13-4-1997 als

LESVIOS van Argostar Maritime Co., Piraeus-Griekenland in brand geraakt te Lipasmata, Piraeus en zware

schade opgelopen. 6-2005 geschrapt uit Lloyd's Register: bestaan twijfelachtig. 30-6-2007 bij Ambelakia,

Salamina uitgebrand, naar Ambelakia gebracht en afgemeerd om gesloopt te worden. (Foto MERCURIUS-H: Shipspotters.nl).

5-5-1969 de ZWARTE ZEE van Bordeaux met kraanbak EPTM-502 naar Dubai. 8-7-1969 via Kaap de Goede

Hoop te Dubai. Onderweg bij twee gestrande schepen, n.l. de OBA OVONRAMWEN en de ANDROS SEA.

OBA OVONRAMWEN, IMO 5216159, 5-8-1948 als MAASHAVEN te water gelaten bij Scheepsbouw Mij. 'Nieuwe Waterweg', Schiedam (223), 8-11-1948 opgeleverd aan N.V. Gebroeders van Uden's Scheepvaart- en

Agentuur Maatschappij, Rotterdam (PFRD). 5.524 BRT, 3.044 NRT, 9.430 DWT. Grain: 596.180 Cubic Feet,

16.882 m3, Bale: 545790 Cubic Feet, 15.455 m3. 12 passagiers. 12 kn. 2.800 EPK, 6 cyl, 2 tew, N.V.

Machinefabriek & Scheepswerf van P. Smit Jr., Rotterdam. 1965 verkocht aan Nigerian National Shipping

Line Ltd., Lagos-Nigeria (5NAS), herdoopt OBA OVERAMI. 1967 herdoopt OBA OVONRAMWEN. 12-5-1969 tijdens een reis van London (30-4-1969 vertrokken) naar Duala bij het binnenlopen van de haven

van Freetown op de Carpenter Rock gelopen. 29-5-1969 BARENTSZ-ZEE verwacht bij het Nigeriaans m.s.

OBA OVONRAMWEN samen met de sleepboot BRITONIA voor bergingswerkzaamheden. (HVV, 30-5-1969).

30-5-1969 vlot gebracht met de sleepboten BARENTSZ-ZEE en BRITONIA, ook de ZWARTE ZEE was bij de

berging betrokken.

Voor £77.000,- verkocht aan Spaanse scheepsslopers. 12-1969 naar Cadiz, Spanje gesleept, 2-1-1970 gearriveerd te Cadiz. 4-4-1970 vertrokken naar Hamburg met de sleepboot HERMES (Bugsier). 17-4-1970

gearriveerd te Hamburg en opgelegd bij scheepssloperij Eisen und Metall A.G. 1970 gesloopt door Eisen und

Metall A.G. te Hamburg. (Foto MAASHAVEN: rederijkaart, foto 30991, luchtfoto Aero Ypenburg).